

DE DEUR OP EEN KIER
Wonen met oog voor de ander
Iris Zoon


De deur op een kier
Wonen met oog voor de ander
Iris Zoon Academie van Bouwkunst Master Architectuur
03 februari 2025
Commissieleden
Judith Korpershoek
Maarten Vermeulen
Vincent Kompier
Toegevoegde leden
Elsbeth Falk
Jochem Homminga
Introductie
De gemiddelde levensverwachting van mensen in Nederland is met tien jaar gestegen en het percentage 75-plussers in de Nederlandse bevolking stijgt. Er is dubbele vergrijzing in Nederland. Die demografische veranderingen vragen om andere zorg.
De overheid is bezig met aanpassingen in de huidige zorgvoorziening in Nederland. Mede door tekort aan personeel in de zorg en de veranderende zorgvraag is die aanpassing hard nodig.
Ook op sociaal gebied zijn veranderingen gaande. Ouderen vragen om maatwerk-zorg waardoor zij langer thuis kunnen wonen en regie houden over hun eigen leven. Participeren is belangrijk geworden voor ouderen. Zij willen, volgens onderzoek, op hun kracht en verantwoordelijkheid aangesproken worden en levenservaring en wijsheid overdragen aan jongere generaties.
Hoe kunnen mensen langer, in goede gezondheid thuis wonen? Dat is een vraag die ik mijzelf stel. Tijdens dit project ben ik opzoek gegaan naar een vorm van wonen die ervoor kan zorgen dat men langer gezond thuis kan wonen.

https://www.narcis.nl/publication/ RecordID/oai%3Ascp.nl%3A0cb5bc5d-a1e6-4281-b15e-43676b5a8d59
dan? Amsterdam:
Bronnen: 1. De Klerk, M., Verbeek-Oudijk, D., Plaisier, I., & Draak, M. D. (2019). Zorgen voor thuiswonende ouderen. Sociaal en Cultureel Planbureau.
2. Mol, C.A.F.M. (2020). Ouderen Langer Zelfstandig Thuis! Maar hoe
Ben Sajet Centrum. 3. CBS. Bevolkingsontwikkelingen, tabel/diagram

CBS, bevolkinsontwikkelingen
Vraagverlegenheid
Een lastig aspect van ouder worden is dat zelfredzaamheid soms (tijdelijk) minder kan zijn. Dan moet er gevraagd worden om hulp. Bij ouderen komt het voor dat een zekere vraagverlegenheid ontstaat. Sommige ouderen wachten daardoor te lang met hulp vragen. Het kan zelfs leiden tot (zelf)verwaarlozing en vereenzaming.
Als architect zou ik graag willen zorgen dat het gebouw ondersteunt deze verlegenheid weg te nemen. Door wisselwerking tussen bewoners onderling te stimuleren en delen de norm te maken zorgen we er samen voor dat vraagverlegenheid niet meer hoeft te bestaan of afneemt.
Dit ontwerp heeft daarom een sterke focus op de relatie van het privé domein met het publieke domein.
Gelaagdheid
Kunstschilder Pieter de Hooch, beroemd om zijn schilderijen met prachtige ‘doorkijkjes’ en warme, opvallende kleuren, schilderde wat er zich ‘achter en in de huizen’ afspeelde.
Zijn interieurs zijn een feest om te bewonderen. ‘Wie wil er niet in zulke kamers wonen?’ De kamers zijn rijkelijk versierd met tegelvloeren in patronen, kleurige wanden voorzien van kunstwerken en bieden doorkijkjes naar binnenplaatsen, tuinen en straten. De schilderijen zijn vaak zo gelaagd, het geeft mij het gevoel dat er veel te ontdekken valt. Je raakt er niet door uitgekeken.
Ik heb gekeken naar zijn stad, zijn binnenplaatsen en doorkijkjes en hoop dat de lezer wat de schilder mij liet zien in zijn werken. Dat zijn invloed daarmee terug mag komen in dit woongebouw en de gebruiker zich daarbinnen mag verwonderen.
Bronnen:
1. Pieter de Hooch, 1663, Rijksmuseum Collectie https://www.rijksmuseum.nl/nl/collectie/object/Binnenhuis-met-vrouwen-bij-een-linnenkast--50874e6f82c7190c896320bf39c7f4c9
2. Jansen, A. (2019). Pieter de Hooch in Delft: Uit de schaduw van Vermeer : [expositie, Museum Prinsenhof Delft, 11 oct. 2019 - 16 feb. 2020]. W Books

Pieter de Hooch, Binnenhuis met vrouwen bij een linnenkast, 1663
Geworteld
De mens is geworteld in zijn omgeving, door herinneringen, patronen, dagelijkse ritmes. Bij het ouder worden zijn die patronen ook steeds belangrijker. Zij bieden houvast. Daarom is het niet wenselijk oude mensen te laten verhuizen uit de omgeving waarin zijn zo geworteld zijn.
Daarnaast is het moeilijker je aan te passen aan andere patronen en wensen. In dit project wil ik daarom mensen aanspreken die rond hun pensioenleeftijd zijn. Zij zijn flexibel genoeg zich aan te passen en nieuwe patronen en ritmen in dit gebouw te gaan ontdekken.

Het project speelt zich af in het Venenlaankwartier in Hoorn. Een karaktervolle wijk net buiten de binnenstad.
De locatie is mij erg bekend. Ik gebruik de straat bijna dagelijks om het station en het noordelijke deel van het centrum te bereiken. Met het wegvallen van de basisschool komt er plek vrij in de straat. Een plek als deze, zo dichtbij de binnenstad en vol rijke historie en herinneringen heeft veel te bieden. Het is een prachtige locatie om extra woningen toe te voegen aan een bestaande structuur.
Kaart Binnenstad Hoorn, 2024
Interviews
Om er achter te komen wat mijn doelgroep verwacht van een woning ben ik in gesprek gegaan met toekomstige bewoners. Ik vroeg hen hoe zij op dit moment wonen, hoe zij de woning ervaren, en hoe zij denken over de toekomst in combinatie met hun huidige woonplek. Daarnaast wilde ik ook weten in welke mate zij zich verbonden voelen met de omgeving waarin zij wonen. Ten slotte vroeg ik hen na te denken over gemeenschappelijk wonen en welke ruimten of momenten van de dag zij zouden willen delen.
Andrea Prins gebruikt in haar boek Wonen een tekst van de filosoof Walter Benjamin. Hij omschrijft onze halfbewuste aandacht voor alledaagse handelingen, dingen en ruimte als verstrooid. Dat alledaagse en nietige noemt hij juist cruciaal voor ons leven: ‘zonder deze dingen zouden wij immers niet kunnen bestaan’. Ook over bouwkunst spreekt hij op die manier: ‘We bewegen ons verstrooid, vanzelfsprekend in ontworpen ruimten.’
Dat bevestigen mijn geïnterviewden. Over sommige vragen die ik hen stel, hebben zij niet eerder nagedacht. Zoals het ouder worden en de ruimten in hun woning of het delen van ruimten en spullen met hun buren. Wel staan zij open voor dit soort gedachten experimenten. Er zijn ruimten die zij mogelijk wel willen delen en ruimten die absoluut privé moeten zijn.
Nadelen
“Welke eigenschappen van uw huidige woning ervaart u nu of in de toekomst als nadelig?”
ONDERHOUD VAN DE WONING
NIEUWBOUW PLANNEN DIE UITZICHT WEGNEMEN
AFSTAND TOT VOORZIENINGEN
TE VEEL RUIMTE NA VERTREK KINDEREN
NIET GESCHIKT OM OUD TE WORDEN smalle trap, geen ruimte om gelijkvloers te wonen
Voordelen
‘Welke eigenschappen van uw huidige woning ervaart u nu als prettig?’
UITZICHT
RUIMTE GARAGE/SCHUUR
EIGEN OPRIT
NATUUR, OMGEVING, WATER
KINDVRIENDELIJK

QUOTES
‘delen is gemakkelijker met gelijkgestemden’
‘‘vraagverlegenheid’ wegnemen door onvermijdelijke samenwerking óf door ruilen te normaliseren’
‘als jong gezin met kinderen ervaarden wij meer binding met de buurt’
‘een logeerkamer zou ik niet willen missen, voor onze (toekomstige) kleinkinderen’
‘voor de toekomst zou ik graag een appartement in de stad willen bezitten, maar dan zou ik financieël “achteruit - boeren”
‘door ziekte van mijn man zijn wij erg aan huis verbonden’
‘als ik gepensioneerd ben doe ik graag iets extra’s voor de verenigingen in de buurt’
‘ik zou graag met mensen delen, maar dat doe ik liever met mensen met gelijkgestemden en mensen met gelijke normen en waarden’
‘ruimten met andere delen kan heel goed als er maar goede regels zijn waar je elkaar aan kunt houden’



Het woonhuis
Tijdens de Coronapandemie ben ik mij meer bewust geworden van de ruimte waarin ik leef. Mijn woonruimte werd noodgedwongen omgedoopt tot een hybride ruimte voor wonen, werken, studeren en samenkomst. Het begon mij op te vallen hoeveel ruimte ik bezit én hoe veel spullen daarin staan terwijl ik sommige daarvan relatief weinig gebruik. Ik vraag mij af of ik niet anders om zou moeten gaan met bezit tijdens het ontwerpen van woonruimte. Door te delen zou er meer ruimte over kunnen blijven om te spelen, ontdekken en ontmoeten. Dat is waar ik in dit project vorm aan heb gegeven.
De basis van het ontwerp is de woning. Het woonhuis is de goede voorwaarde en het vertrekpunt om te delen. In een gemeenschap is het van belang dat je, jezelf kunt terugtrekken.
‘Als je wilt meedoen kun je meedoen. Zo niet, dan hoeft dat niet.’
Het ontwerp is daarom begonnen bij het woonhuis. Tijdens het ontwerp waren de toekomstige bewoners telkens in gedachten. ‘Hoe zouden zij deze ruimte gebruiken?’ en ‘Kloppen mijn aannamen over gebruik met het daadwerkelijke gebruik?’ Het resultaat is een verzameling van verschillende woningplattegronden.
Schetsen
Tijdens het ontwerpen van deze plattegronden is er gezocht naar een optimum tussen ruimtegebruik en benodigde oppervlakte ervan.
- Een slaapkamer hoeft niet groter te zijn dan een bed en minimale beweegruimte rondom het bed.
- In het privé gedeelte van een woonkamer moet de bewoner zich kunnen terugtrekken van het collectief.
- De woonkamer kan wellicht kleiner omdat er elders in het gebouw een grote woonkamer is om gasten te ontvangen.
In sommige gevallen is het mogelijk de woonkamer te vergroten door de ruimte te betrekken bij de collectieve ruimte die ervoor ligt. Als dat kan, hoe zit het dan met de mogelijkheid je te kunnen terugtrekken van het collectief?
Uiteindelijk biedt deze voorstudie inzichten waarmee de huidige plattegronden zijn gemaakt.

impressie achterkamer









Gemeenschappelijke ruimte




dressoir nis
Bedstee Keuken
Badkamer Badkamer
Deelkamer
16 m²
Voorkamer
20 m²
Achterkamer nis












kast
dressoir
nis
Badkamer Keuken Bedstee
Bedstee
16 m²
Voorkamer
20 m²
Achterkamer
“Will there be a net en wit geschilderd hek between their two such different wildernesses?”
De overbrugging
Het gedicht ‘Laat paar 1’ uit de bundel Botshol (1980) van Judith Herzberg begint met de regel Will there be a net en wit geschilderd hek between their two / such different wildernesses? Een hek dat piepend open kan? Een vraag die zowel wat betreft de mededeling als de vorm waarin die gegoten is (de overbrugging van taalverschillen) kenmerkend is voor de thematiek van deze dichteres. Hoe kunnen twee verschillende werkelijkheden, de ene mens en de andere mens, de mens en de dingen om hem heen, het ene ding en het andere ding, bij elkaar komen, zodat er een samenhang tussen beide ontstaat? De gedichten van Judith Herzberg zijn evenzovele probeersels om de op het oog vaak onverzoenlijke zaken en momenten in een wereld waarvan ze weet ‘Alles wisselt elkaar af’, naast elkaar te laten voortbestaan.
deze tekst is geschreven door Anton Korteweg en Murk Salverda.
een regel uit het gedicht ‘Laat paar’ van Judith Herzberger
Bronnen: 1. Korteweg, A. en Salverda, M. (1986) ‘t Is vol van schatten hier... (2 delen). De Bezige Bij/Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum, Amsterdam/Den Bosch.
Verbinding
De eerste vorm van delen begint bij het woonhuis, namelijk met de ‘deelkamer’. De kamer is ontstaan om plek te bieden voor logees om te overnachten. Er moet plek zijn voor de kleinkinderen die bij opa en/of oma komen logeren. Kleine kinderen wil je niet op een afstand van je eigen slaapplek laten overnachten, daarom is de kamer onderdeel van het huis. Omdat het incidenteel gebruik is, is de kamer gedeeld met de buren. Er zijn dus altijd twee woningen aan elkaar verbonden door de deelkamer.
Uiteraard kan de deelkamer ook voor andere functies gebruikt worden. Ouderdom kan gepaard gaan met klachten bij het slapen. Het kan zijn dat er bepaalde omstandigheden zijn waardoor een echtpaar niet samen slaapt. De deelkamer zou dan oplossing kunnen bieden.






Leefpatronen
De woning heeft een kern van vaste functies: badkamer, keuken, bedstee. Het is een object in de woning die een heldere scheiding maakt tussen privé en collectief. De kern is het centrale element waaromheen én waarmee de bewoner vrij kan bewegen.
Het leefpatroon in de woning bepaalt de mate waarin de woning zich opent of sluit naar de omgeving. Dit is een dagelijkse cyclus waarin de woning meebeweegt naar wens van de bewoner.


De deur van de keuken is een duo-deur, ofwel boerendeur. Die deur bestaat uit twee delen die ongelijk van elkaar bedient kunnen worden. De deur schuift in de wand waardoor hij minimale ruimte inneemt.

Het bed is ingebouwd als een bedstede met aan twee zijde opvouwbare panelen die zijn voorzien van shutters. Het bed kan gedurende de dag worden gebruikt om uit te rusten en toch contact te houden met de omgeving.





luiken gesloten nis mini-ornament nis mini-ornament

Bedstede Keuken

luiken geopend


Voorkamer
Achterkamer

boerendeur de deur in gesloten stand
ingebouwde kast/dressoir





boerendeur de deur geopend
Badkamer

ingebouwde kast



Isometrische schets, bedstede


Principe detail, shutter
Principe detail, shutter profiel

Impressie vanuit de bedstede
Herrintroductie van de bedstede
Met het ingaan van de Woningwet in 1901 werd vastgelegd dat een woning altijd moet bestaan uit één of meerdere slaapkamers. Die slaapkamer moet beschikken over een te openen raam dat voorziet in frisse lucht en daglicht. Zogenaamde Alkoven en Bedsteden waren niet langer geaccepteerd. Die eisen waren een reactie op de vaak slechte woonomstandigheden in steden waardoor ongezonde woonsituaties zich voordeden. De slaapkamer werd ook wel de tempel van het lichaam genoemd, en moest daarom zo hygiënisch mogelijk worden ingericht.
Daarmee ‘verhuiselijkt’ de slaapkamer. Een bijdrage hieraan doet de centrale verwarming, waardoor slaapkamers minder ijzig koud zijn.
Het bed wordt in dit project teruggebracht tot bedstede en staat centraal in de woning. Daarmee gaat het een sociale rol vervullen als men (door ziekte) langer in bed ligt. Vanuit het bed is zicht op de achter- en voorkamer. Daardoor is contact met medebewoners vanuit bed mogelijk, maar ook zicht op de buitenlucht. Door de luiken, voorzien van shutters, is het mogelijk je eigen gewenste mate van betrokkenheid met omliggende ruimten te bepalen.

Principe doorsnede, bedstede

Pieter de Hooch, De moeder, ca. 1661-1663



De voor- en achterkamer




Aan beide zijde van de vaste functies liggen woonkamers. De ene kamer is bedoelt voor privé gebruik als men zich terugtrekt van het collectief ‘de achterkamer’. De kamer aan de kant van het collectief is ‘de voorkamer’ daar kan men aansluiting maken met de gezamenlijke ruimte door de pui te openen. Zo is de woonkamer verbonden aan de collectieve ruimte van het gebouw en wordt deze onderdeel van het collectief.




plattegrond woonhuis 1: 75 - ochtend patroon






impressie, het ochtend patroon












plattegrond woonhuis 1: 75 - middag patroon





impressie, het middag patroon












plattegrond woonhuis 1: 75 - avond patroon

impressie, het avond patroon

impressie achterkamer


impressie voorkamer

De
collectieve woonkamer
De collectieve woonkamer is ontworpen als een ‘tussenruimte’ tussen de woningen in. De tussenruimte wordt gevormd door de binnengevels van de woningen. Die gevels ontmoeten elkaar telkens onder een hoek. Daardoor ontstaat een organische binnenruimte.
Middels afwijkende vloerafwerking is een strook voor de woning gemaakt die dient als overgang tussen woning en het collectief, een hybride plek. Beide zones smelten daardoor in elkaar over en er ontstaat plek om persoonlijke eigendommen hierop neer te zetten.

meandering van de gang
één woning deelkamer


Hybride zone, tussen woning en collectieve kamer
De constructie, architectornisch element
De constructie is ontworpen om accent te leggen op de meanderende beweging van het gebouw. Daarnaast accentueert de overgang tussen CLT en balken- en kolommen structuur ook de hybride ruimte tussen de woning en collectieve kamer.
De collectieve kamer is voorzien van kolommenstructuur. Zo is de ruimte flexibel indeelbaar.
Schematisch overzicht constructie

Collectieve kamer, de gangzone

Programma
Het woonhuis vormde de basis voor het ontwerp van het woongebouw. Telkens delen twee woningen één gedeelde kamer. De woningen zijn gegroepeerd rondom een centraal liggende collectieve woonkamer. Per verdieping is een maximum van acht woningen samengevoegd.

maximaal 8 woningen per verdieping gemiddeld 12 personen

collectieve woonkamer

wasserette
Gedeeld met directe buren, per verdieping
Het collectief

werkplaats/atelier

bibliotheek

dakterras en tuin


jeu de boules-baan gezondheidspraktijk
Gedeeld met gehele collectief

één woning

Collectieve kamer, ontmoetingsruimte




































































Hoorn, Venenlaankwartier

Hoorn, Venenlaankwartier
1:750






Vormgeving van het ensemble Woonhuis als stempel








Drie eenheden
Hof-structuur herintroduceren, open voor buurtgenoten
Hof-structuur herintroduceren, open voor buurtgenoten













Gezamenlijke patio
Activeren van gemeenschappelijke binnen-hof
Activeren van gemeenschappelijke binnen-hof









Het nieuwe hof
Per woonblok een voortuin, grenzend aan het hof
Per woonblok een voortuin, grenzend aan het hof






EIKSTRAAT

















Begane grond


1:500 Woning
Deelkamer
Wasserette Collectieve kamer Zorgfunctie





EIKSTRAAT

















Eerste verdieping


1:500 Woning Deelkamer
Wasserette Collectieve kamer Zorgfunctie





EIKSTRAAT

















Tweede verdieping


1:500 Woning Deelkamer
Wasserette Collectieve kamer Zorgfunctie

Verbinding
Het ensemble is geheel met elkaar verbonden middels gangen en bruggen. Er is daarom niet in elk woonblok een lift te vinden. Dat niet hebben van een lift in elk gebouw spoort bewoners aan tot een wandeling. Daardoor ontstaat contact met bewoners in andere blokken of zelfs op andere verdiepingen.
Elk blok heeft een trap, en er zijn in de twee grotere blokken zelfs meer dan één trap. Daardoor ontstaan verschillende looproutes door het gebouw.
Er kan gekozen worden voor een ‘snelle’ route naar de woning als men geen behoefte heeft aan sociaal contact. Mocht er behoefte zijn aan contact en een lange wandeling kan men ervoor kiezen de ‘langzame’ route naar huis te nemen.









Plattegrond 1:100









Begane grond snelle route door het gebouw



















Plattegrond
1:100









Begane grond langzame route door het gebouw



















Plattegrond
1:100









Eerste verdieping snelle route door het gebouw



















Plattegrond
1:100









Eerste verdieping langzame route door het gebouw



















Plattegrond
1:100









Tweede verdieping snelle route door het gebouw



















Plattegrond
1:100









Begane grond langzame route door het gebouw

















Evgeny en Lydia Baranov, Clear Morning, Hoorn. 2016
Locatie
Aan de rand van de binnenstad nabij de Veliusbrug ligt het RAC-terrein . Dat wordt momenteel gebruikt als parkeerterrein voor bezoekers van de stad Hoorn. Dit perceel en het aangrenzende perceel wordt de locatie van mijn project.
Op het aangrenzende perceel staat momenteel een schoolgebouw. De school komt binnenkort leeg te staan omdat het elders een nieuwbouw locatie toegewezen heeft gekregen. Het perceel van de school en parkeerplaats vormen een hofje binnen de bestaande structuur. Dit is de plaats die ik voor ogen heb voor mijn nieuwe woongebouw.
RAC-terrein
Het terrein heeft zijn naam te danken aan het voormalig schoolgebouw op de hoek van de draafsingel die vanaf 2010 werd gebruikt door het Regionaal Avondcollege WestFriesland (RAC). Met het RAC-terrein wordt nu de parkeerplaats aangegeven die achter het gebouw ligt. De parkeerplaatsen zijn bereikbaar via de J.D.Pollstraat en liggen omsloten door verschillende kavels met daarop o.a. een kerk, basisscholen, kinderopvang, appartementen rijtjeshuizen en vrijstaande woningen. Verschillende gebouwen zijn aangemerkt als gemeentelijk monument of beeldbepalen object door de Gemeente Hoorn.

Google Maps, Hoorn, 2024



















































































Hoorn, Venenlaankwartier


Eigen terrein kerk (20 parkeerplekken)
Eigen terrein appartementen Draafsingel (15 parkeerplekken)
Parkeergarage 't Jeudje (220 perkeerplekken)
afstand vanaf project locatie = 900 m.




Hoorn, Guicciardini 1582
Westfries Archief
Wandelen
Citaat uit ‘Cultuurhistorische verkenning Hoorn Noord en Venenlaan kwartier’:
Wandelen was vooral in de zeventiende en achttiende eeuw, maar ook later, een favoriet tijdverdrijf. In Hoorn was gebied direct buiten de singels een geliefd wandelgebied. Vooral de Draafsingel, de Koepoortsweg en de lanen (Tweeboomlaan en Drieboomlaan, en de Venenlaan) waren favoriete plekken voor het maken van een wandeling. De Koepoortsweg had zelfs een wandelpad langs de rijweg. Om beide weggedeelten van elkaar te scheiden liet het stadsbestuur in 1684 een rij palen plaatsen, zodat wandelaars minder last hadden van het verkeer op de rijbaan.
Volgens ooggetuigen kon Hoorn met dit mooie wandelgebied direct buiten de stad zeker wedijveren met de pleziertuinen en parken aan de rand van de grote steden zoals Den Haag, Haarlem en Amsterdam. Uit beschrijvingen van bewoners van de stad valt te lezen dat het voormalige buitengebied nog tot de eerste helft van de twintigste eeuw een favoriete plek was voor een wandeling. Ook liep men wel via de Holenweg, over de Nieuweweg naar de Koepoortsweg. Aan het einde van de Holenweg was ook de uitspanning de Nadorst gelegen.

De nieuwe weg in de achtiende eeuw
Hoorn Noord en Venenlaankwartier, cultuurhistorische verkenning
Gemeente Hoorn, december 2014











Model Gevel
Model Gevel
1.2 Zicht en zitplek
1.1 Daglicht en frisse lucht
1.3 Deur met zij- en bovenlichten


1.4 Doorkijkje
1.4 Deelkamer

Gevel aan de Eikstraat

Gevel aan de Eikstraat, ter hoogte van entree

Zien
van jou
het oude hoorn statige oma geniet ik op afstand
je bent een warm hart dat doorklopt in het jonge koude nieuwbouwsteen
jij baarde in mij oud-hoorn statige oma een ogenmens.
Uit:
Peter Besseling (1950)
Oud Hoorn, Den Uitgelezen Hoorn,Hoorn in 400 jaar poëzie, Rien Bonte, 1991

impressie voorkamer

De deur op een kier
Wonen met oog voor de ander
Iris Zoon
iriszoon@outlook.com 06-11095088
Academie van Bouwkunst Master Architectuur 03 februari 2025
Met dank aan Judith Korpershoek Maarten Vermeulen Vincent Kompier
Mijn collega’s van BRTArchitecten
Mijn familie en vrienden