5 minute read

vrijwilliger

Next Article
Boeken

Boeken

vOel je THuis in HeT neDeRlanDs

ieder jaar geven minimaal 150 vrijwilligers het beste van zichzelf tijdens conversatieactiviteiten nederlands in Brussel. Ze modereren gesprekken van mensen die nederlands leren. Het doel is mensen de kans geven om nederlands te oefenen. Want dat is in de Brusselse meertalige context niet altijd evident.

Advertisement

Hans Vossen (zie foto) is al een aantal jaar als vrijwilliger aan de slag. Een hele tijd geleden begon hij les te geven aan mensen die een alfabetiseringstraject volgen. Nu is hij moderator bij de Babbelut-conversatietafels van het Huis van het Nederlands Brussel.

BOp: Wat is Babbelut? Behalve het bekende snoepje.

Hans: Babbelut is de naam voor de conversatietafels die het Huis van het Nederlands Brussel organiseert. Elke week kunnen anderstaligen terecht op acht locaties over heel Brussel om hun Nederlands te oefenen. Nederlandstalige vrijwilligers modereren de gesprekken.

BOp: Waarom ben je begonnen als vrijwilliger?

Hans: Ik heb altijd iets gehad met taal. Ik ben het type dat in het studentenblad schreef en nu schrijf ik nog altijd voor De Vijfhoek, het maandblad van Gemeenschapscentrum De Markten. Ik doe het dus omdat ik het graag doe. Je ontmoet mensen die je anders nooit ontmoet zou hebben en je spreekt over dingen waar je vroeger nooit van gehoord had. Je leert een ander zien zoals hij zichzelf ziet in Brussel. En dat vind ik onwaarschijnlijk interessant. Al was het omdat ik zo het beste Japanse restaurant heb leren kennen. Maar ik doe het natuurlijk ook omdat het nuttig is voor mensen die Neder-

lands leren.

BOp: Op welke manier zijn conversatietafels nuttig?

Hans: Mensen die Nederlands leren, hebben in Brussel vaak niet zoveel mogelijkheden om hun kennis in de praktijk te brengen. Bij Babbelut kunnen ze iedere week terecht om het Nederlands te oefenen dat ze in de les of ergens anders geleerd hebben.

Dat merkt ook Nele De Zutter, die binnen het Huis van het Nederlands Brussel verantwoordelijk is voor de ondersteuning van moderatoren van conversatieactiviteiten bij heel wat partnerorganisaties in Brussel.

nele: Voor mensen die Nederlands leren is het noodzakelijk om hun opgedane kennis in de praktijk te brengen. Dat is in Brussel niet altijd gemakkelijk omdat er ook veel andere talen gesproken worden. Conversatieactiviteiten bieden de mogelijkheid om in alle rust te oefenen. Hans: Maar conversatietafels zijn meer dan dat. Er zijn heel vaak moeilijkheden omdat mensen elkaar niet begrijpen vanwege de taal of vanwege gewoontes. Door het Nederlands te bevorderen, bevorder je de communicatie in Brussel. nele: Klopt. Het is een plaats waar mensen elkaar ontmoeten en leren kennen. Hans: De mensen die naar Babbelut komen, doen dat vaak vanwege de liefde. Ze hebben een Nederlandstalige partner die ze beter willen begrijpen. Of hun kinderen gaan naar het Nederlandstalig onderwijs en ze vinden het moeilijk om hen te helpen met schoolwerk. nele: Mensen doen het ook omdat ze Nederlands moeten leren voor het werk. Of ze zoeken een job in Brussel en willen zo hun kansen verhogen.

BOp: nele, jij spreekt consequent over conversatieactiviteiten. is er een verschil met een conversatietafel?

nele: Conversatieactiviteiten gaan breder dan de klassieke conversatietafels. We merken dat sommige mensen liever 

Nederlands oefenen tijdens een activiteit dan tijdens een gesprek rond een tafel. Zo ontstond het concept ‘Babbel & …’. In Muntpunt is er bijvoorbeeld ‘Babbel & Speel’ waarbij anderstaligen tijdens gezelschapsspelletjes Nederlands met elkaar spreken. Er zijn Nederlandstalige vrijwilligers aanwezig om de activiteit in goede banen te leiden en de gesprekken te modereren. Ik ondersteun vooral vrijwilligers die actief zijn bij conversatieactiviteiten Nederlands in gemeenschapscentra, bibliotheken en andere socio-culturele organisaties.

BOp: Wat moet je als vrijwilliger kunnen om conversatieactiviteiten te begeleiden?

Hans: Goed Nederlands kunnen spreken. En af en toe kunnen uitleggen waarom iets taalkundig fout is. Let wel, de conversatietafels zijn geen les. Het gesprek staat altijd voorop. nele: Om dat gesprek op gang te kunnen helpen is het belangrijk om een veilige context te creëren waarbij de anderstalige durft te spreken. Je moet iedereen op zijn gemak kunnen stellen. Dat is eigenlijk wat een moderator moet doen: een anderstalige die tien woorden kent, aan-

zetten om die tien woorden tijdens de activiteit te gebruiken. Het gaat er niet over om mensen 500 nieuwe woorden te leren, wel om ze de woorden te laten gebruiken die ze al kennen. Hans: Goed kunnen luisteren is ook belangrijk. nele: Zeker! Je moet vooral kunnen luisteren en niet de hele tijd zelf willen babbelen. En geïnteresseerd zijn in de mensen. Je moet openstaan voor alle culturen en iets willen bijleren over het anders-zijn op alle vlakken. Dat is ook de rijkdom van het modereren: je verruimt je blik doordat je telkens andere mensen ontmoet met andere interesses en uit een andere leefwereld.

BOp: Hoe lang ben jij vrijwilliger, Hans?

Hans: Hou je vast. Ik was pas in Brussel en zag een tram waarop stond: “Kan je niet lezen of schrijven? Kom bij ons.” Ik heb gebeld om te zeggen dat ik graag wilde helpen. Dat is ondertussen 32 jaar geleden. Eerst gaf ik les als vrijwilliger en later begeleidde ik gesprekken tijdens conversatietafels. Dat doe ik nu nog altijd, elke donderdag bij de Babbelut-conversatietafel in De Markten.

BOp: Dat is al een hele tijd. Deed je dat naast je job?

Hans: Vergis je niet. Als het doorgaat word ik volgend jaar negentig. Dus ik ben al even met pensioen.

BOp: Zie je de andere vrijwilligers regelmatig?

Hans: Babbelut organiseert soms uitjes voor de vrijwilligers. Op die manier ben ik voor het eerst van mijn leven in de Efteling geweest. Soms gaan we ook wandelen in Tervuren of Brussel. Ieder jaar is er ook een nieuwjaarsborrel. nele: Ik breng de moderatoren van de verschillende conversatieactiviteiten ook samen op Café Connect. Dat is een vormingsmoment in het Huis van het Nederlands Brussel. Er zijn er vier per jaar. Moderatoren maken er kennis met elkaar.

BOp: Welke ondersteuning biedt het Huis van het nederlands Brussel aan de vrijwilligers?

nele: Ik organiseer dus vier keer per jaar die vormingsmomenten En verder begeleid ik deze organisaties als ze een nieuwe conversatieactiviteit willen opstarten. Ze kunnen bij mij ook terecht met allerhande vragen. Hans: Bij Babbelut krijgen we een heel goede ondersteuning van het Huis van het Nederlands. Iemand van Babbelut zorgt er telkens voor dat de locatie in orde is en dat er koffie en thee is. We krijgen ook iedere week ander gespreksmateriaal, dat je vrijblijvend mag gebruiken. Om het gesprek op gang te brengen gebruik ik een atlas. Ik vraag de mensen waar ze vandaan komen en zoek dat op in de atlas. Op die manier is het ijs direct gebroken. En zo schaaf ik mijn geografische kennis bij …

Ook vrijwilliger worden bij de Babbelutconversatietafels of een andere conversatieactiviteit? Contacteer het Huis van het Nederlands Brussel, oefenkansen@huisnederlandsbrussel.be of 02 313 96 00

n Tekst: silke Borremans Foto’s: Raisa van Damme

This article is from: