‘Geen revolutie zonder geweld’ Extreemlinks in Sint-Gillis 06
Op training met broer Paul Pogba Supertransfer bij FC Ganshoren 29
‘Geen revolutie zonder geweld’ Extreemlinks in Sint-Gillis 06
Op training met broer Paul Pogba Supertransfer bij FC Ganshoren 29
Elke dag gaan twee huizen in vlammen op
23 › 28 sept. 2024
De Shifting Economy Week nodigt u uit voor de 4e editie!
Welke impact heeft de economische transitie naar meer ecologische en sociale duurzaamheid op productie, marketing, human resources, strategie en management?
De Shifting Economy Week 2024 focust op deze vijf beroepstakken die van cruciaal belang zijn voor een succesvolle interne transitie. Op de agenda staan collaboratieve workshops, inspirerende voordrachten en ontmoetingsmomenten.
online
23/09 - 28/09
Webinars, video’s en voordrachten aangeboden door het festival The Wonder
Zie de website van Shifting Economy voor meer info en inschrijving
De SEW-evenementen zijn GRATIS. Inschrijven is verplicht.
Het evenement wordt georganiseerd door:
24/09
Marketing en verkoop
Hoe kan ik mijn diensten en producten op een etisch verantwoorde manier promoten?
Businessmodel en strategie
Kennismaking met innoverende strategieën voor maatschappelijk verantwoord management. 25/09
Boekhouding en financiën
Hoe pas ik mijn financiële werkmethoden aan om duurzame initiatieven te ondersteunen?
Human resources, leadership, en governance
Hoe kan ik duurzame praktijken doorvoeren in mijn teammanagement?
26/09
Productie
Productieprocessen heruitvinden om uw ecologische voetafdruk te verkleinen.
Avondprogramma: ontmoetingen en debatten met ondernemers en experten, o.a. Eva Sadoun, economiste, medevoorzitster van ‘Mouvement Impact France’ en een van de woordvoerders van het collectief ‘Nous Sommes Demain’.
In samenwerking met:
Bijzondere straatlantaarns helpen deze fladderende zoogdieren
René Magritte drukte zelf bankbiljetten uit geldnood
Kunstenaarscollectief Anaïs Berck brengt de natuur in Arnhem tot leven
06 SAMENLEVING Extreemlinks blaast verzamelen in Sint-Gillis
12 IN BEELD Saskia Vanderstichele
14 IN DE KIJKER Fouad Ahidar niet langer taboe voor Vooruit
15 BEELDCOLUMN Kim Duchateau
16 HET GESPREK Olympiër John Heymans traint bij Brusselse club
18 BIJGEDACHTE Een extra Franstalige minister in ruil voor fusie van politiezones?
19 KORT GESPREK Advocaat David Szafran over de column van Herman Brusselmans
22 COVERSTORY Elke dag twee woningbranden in het gewest
29 SPORTCOLUMN De ontspoorde broer
30 DE SLAAPKAMER van Suzan
36 COLUMN Kathleen Peters
37 SELECT Elmer belegt haar Boterhammen in het Park met vieze praat en bonkige beats Klein onderhoud Buscemi
Eat & Drink Le charbon
De vijf inzichten Wannes Cappelle
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wenst bepaalde milieuovereenkomsten betreffende de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid te wijzigen om de geldigheidsduur ervan te verlengen.
De gewijzigde milieuovereenkomsten hebben betrekking op de volgende afvalstromen:
k afgedankte elektrische en elektronische apparatuur;
k afvalolie;
k afgedankte matrassen;
k versleten banden;
k afgedankte fotovoltaïsche panelen;
k afgedankte voertuigen.
In overeenstemming met de procedure bepaald in de ordonnantie van 24 april 2004 betreffende de milieuovereenkomsten, is dit bericht bestemd voor de bedrijven die aangesloten zijn bij een organisatie die een van deze overeenkomsten heeft ondertekend. Deze kunnen de wijzigingen raadplegen en, indien nodig, hun opmerkingen meedelen aan de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De wijzigingen van de betrokken milieuovereenkomsten kunnen van maandag tot vrijdag van 9u30 tot 16u worden geraadpleegd bij Leefmilieu Brussel (Thurn & Taxis-site, Havenlaan 86C/3000, 1000 Brussel) of aangevraagd worden via het e-mailadres info@leefmilieu.brussels.
leefmilieu brussel .brussels
leer autoworld op een leuke manier kennen.
BekendE en minder bekende gelegenheidsgidsen vertellen je boeiende verhalen bij de schitterende auto's!
je komt er meer te weten over het museum en de prachtexemplaren Die het tentoonstelt, MAAR OOK fijne anekdotes en uitleg over interessante persoonlijkheden, geschiedenis, cultuur en onze stad. uiteraard kan je OOK ZELF VRIJ HET MUSEUM VERKENNEN .
wanneer: ZATERDAG 14 SEPTEMBER 2024 - 18u30
WAAR: AUTOWORLD, JUBELPARK 11, BRussel
schrijf je in via de website MUSEUMSOIREE.WILLEMSFONDSBRUSSEL.BE of scan de QR-code deelname is gratis
BRUZZ
Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65
ABONNEMENTEN
Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80
Gratis in Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Rest van België: 29 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393
van Vlaams Brusselse Media vzw Buiten België: 35 euro per jaar.
OPLAGE
55.000 exemplaren.
ADVERTEREN?
Marlies De Deygere 02-650.10.81
marlies.dedeygere@bruzz.be
DISTRIBUTIE
Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@bruzz.be
ALGEMENE DIRECTIE
Dirk De Clippeleir
ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR
Klaus Van Isacker
COÖRDINATOR MAGAZINE
Maarten Goethals
ARTDIRECTOR
Heleen Rodiers
VORMGEVING
Ruth Plaizier
EINDREDACTIE
Karen De Becker, Kurt Snoekx
WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER
Eva Christiaens, Luana Difficile, Jasmijn Post, Sophie Soukias, Steven Van Garsse, Tom Zonderman (redacteurs); Michaël Bellon, Annelies Bontjes, Charlotte Deprez, Mien De Winter, Andy Furniere, Luc Kempen, Michiel Leen, Tom Peeters, Niels Ruëll, Bram Van Renterghem, Michel Verlinden (medewerkers)
VERTALING
Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, Aurélien Garcia, George Holmer
FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE
Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER
Koen Cypers
Flageyplein 18, 1050 Elsene. BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw, wordt gedrukt bij Printing Partners
Paal-Beringen
en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie
MELD NIEUWS
Zelf nieuws gespot?
Tips zijn altijd welkom via: BRUZZ.be/meldnieuws
Persberichten kunnen via redactie@bruzz.be
VOER UW EVENEMENT IN OP ENCODEZ VOTRE ÉVÉNEMENT SUR ENTER YOUR EVENT ON www.extranet.brussels
WWW.BRUZZ.BE
Maarten Goethals
Coördinator Magazine
De brandweer van Brussel moet gemiddeld meer dan twee keer per dag uitrukken om een brand te blussen. Dat blijkt uit cijfers die BRUZZ opvroeg (p.14). Dat maakt de dienst tot het best getrainde korps van het land, waar andere zones met veel jaloezie naar kijken. Maar achter dat heldhaftige verhaal schuilt een bittere realiteit. Een huis of appartement dat afbrandt, is een van de grootste tegenslagen die een mens kan meemaken. Op financieel en materieel vlak, maar ook psychologisch. Samen met onvervangbare spulletjes – souvenirs, erfstukken, brieven … – gaat tevens de idee van veiligheid en geborgenheid in de vlammen op.
“Wie met beperkte middelen moet overleven, denkt niet eerst aan een rookmelder”
In Brussel komt daar nog een dimensie bij: wie de statistieken bekijkt, ziet dat de brandweer verhoudingsgewijs vaak in minder gegoede gemeenten moet tussenbeide komen. Armoede, zo zeggen experts, verklaart deels dat fenomeen. “Wie met beperkte middelen moet overleven, denkt niet eerst aan een rookmelder.”
Dat maakt het probleem ook de verantwoordelijkheid van de politiek. Het is maar een ideetje, maar misschien kunnen de onderhandelaars voor een regering budget vrijmaken om elk Brussels gezin in de toekomst van een gratis rookmelder te voorzien. Een kleine ingreep met maximaal effect.
FR Les pompiers bruxellois doivent intervenir plus de deux fois par jour en moyenne pour éteindre un incendie, selon des chiffres obtenus par BRUZZ (p.14). Ce qui en fait la force la mieux formée du pays, que d’autres zones regardent avec envie. Mais derrière cette histoire héroïque se cache une réalité amère. L’incendie d’une maison ou d’un appartement est l’un des plus grands revers qu’une personne puisse connaître. Financièrement et matériellement, mais aussi psychologiquement. Outre les objets irremplaçables – souvenirs, objets de famille, lettres... –l’idée de la sécurité dans sa globalité est mise à mal. À Bruxelles, s’y ajoute une autre dimension : sur base des statistiques, on constate que les pompiers doivent plus souvent intervenir dans les communes les moins bien loties. Selon les experts, la pauvreté explique en partie ce phénomène. « Pour ceux qui doivent survivre avec des ressources limitées, acheter un détecteur de fumée n’est pas une priorité ». C’est pourquoi le problème relève également de la responsabilité des hommes politiques. Ce n’est qu’une idée, mais les négociateurs du prochain gouvernement pourraient prévoir un budget pour fournir un détecteur de fumée gratuit à chaque famille bruxelloise. Une petite intervention pour un effet maximal.
EN Figures requested by BRUZZ (see page 14) show that, on average, the fire brigade in Brussels has to respond to more than two fires per day. This makes the service the best-trained brigade in the country and the envy of other zones. But behind this story of heroism lies a bitter reality. A house or apartment that burns down is one of the greatest setbacks anyone can experience. Financially and materially, but also psychologically as the idea of safety and security goes up in flames along with irreplaceable items such as souvenirs, heirlooms, letters, and photos. In Brussels, there is another dimension too. If you look at the statistics, you will see that the fire brigade proportionally has to intervene more often in less well-off municipalities. Poverty, experts say, partly explains this phenomenon. “If you have limited resources and are forced to focus on merely surviving, a smoke detector is not at the top of your list of priorities.” That turns this problem into a political one. It’s just an idea, but perhaps the negotiators for a government could come up with some money and provide every Brussels family with a free smoke detector in the future. It is a small intervention that might have considerable effect.
Vergaderen op café, besloten chatgroepen en eigen vechtsportlessen. In de volkswijken van Sint-Gillis zien politiediensten de aanhang van radicaal-links groeien. Ze verhogen de waakzaamheid. “We volgen nu minstens vijftig personen op in politiezone Brussel-Zuid wegens extreemlinks activisme, zeker een verdubbeling ten opzichte van vijf jaar geleden.”
door Eva Christiaens illustratie Delphine Frantzen
De communisten zijn terug. Zo lijkt het toch als je de affiches en stickers in Sint-Gillis mag geloven. Rondom het Betlehemplein en de Hallepoort zijn ze op lantaarnpalen en ruiten van leegstaande huizen te spotten. In dezelfde wijk vinden links-radicale debatten plaats in lokalen als Le DK, in de Denemarkenstraat, of Le Steki in de Gustave Defnetstraat. Met hun activiteiten is volgens de wet helemaal niets mis, voor alle duidelijkheid. Toch schalen de veiligheidsdiensten de waakzaamheid voor radicaal-links in Brussel op. In de politiezone Brussel-Zuid volgt dit najaar een interne opleiding om het fenomeen te begrijpen, bevestigt die zone aan BRUZZ.
Niet toevallig daar, want de gemeenten Sint-Gillis, Anderlecht en Vorst in die politiezone lijken wel het epicentrum van radicaal-links in ons land. “Van de geseinde personen op de OCAD-lijst met een extreemlinks gedachtegoed, woont zo goed als iedereen in Sint-Gillis,” zegt een goed geïnformeerde politiebron. Het dreigingsorgaan OCAD kan geen exacte namen of adressen kwijt, maar bevestigt wel dat de meeste extreemlinkse figuren op hun radar in Brussel wonen. Het gaat dan om personen die een gevaar voor extremisme, haatspraak of terrorisme vormen. Het precieze aantal linksextremisten wordt niet gedeeld, maar het gaat om een vijftiental personen in totaal, of twee procent van alle 650 extremisten op de OCAD-lijst vandaag. Dat cijfer is niet noemenswaardig gegroeid in de voorbije jaren, meldt het OCAD.
“Maar hun aanhang wel,” ziet de politiebron. “De voorbije jaren hebben we
zeker zes nieuwe cafés ontdekt in de perimeter tussen Hallepoort en het Sint-Gillisvoorplein waar extreemlinks activiteiten komt plannen.” Niet alle uitbaters zouden daarvan op de hoogte zijn. “We volgen nu minstens vijftig personen op in onze zone wegens extreemlinks activisme, zeker een verdubbeling ten opzichte van vijf jaar geleden. In heel Brussel gaat het om enkele honderden personen.”
Safe.brussels, de gewestelijke veiligheidsadministratie, kan daarover niets kwijt. Maar bij de laatste Revolutionaire 1 mei-manifestatie, een concept uit extreemlinkse hoek, telde de Brusselse politie al zo’n tweeduizend deelnemers. Enkele jaren geleden was dat nog maar een handvol mensen. “Radicaal-links wordt in de stad snel gebanaliseerd, alsof het popcultuur is, maar ze zijn wel degelijk goed georganiseerd,” benadrukt de politiebron.
Van CCC naar CCC
De vraag is of dat ook gevaarlijk is. Het marxisme in Sint-Gillis is in elk geval niet nieuw. De gemeente was al in de jaren 1980 de thuishaven van de Cellules Communistes Combattantes – de CCC –die 23 aanslagen pleegden in ons land. Spilfiguur Pierre Carette had een drukkerij in de Albaniëstraat, waar gelijkgestemde jongeren samenkwamen. Na een laatste, dodelijke aanslag in 1985 werden Carette en drie van zijn kompanen tot levenslang veroordeeld. Ze kwamen begin jaren 2000 allemaal weer vrij.
Het is een van die kompanen, Bertrand Sassoye, die sindsdien het extreemlinkse leven trekt in Sint-Gillis. Sassoye is bekend
“We zijn geen leesclub. We willen efficiënt zijn en natuurlijk zal geweld een rol spelen bij de revolutie. Dat zei
Karl Marx al”
Noé
Lid van Secours Rouge
als mede-uitbater van Brasserie Verschueren, maar in rode kringen vooral als kopman van Secours Rouge. Die communistische organisatie heeft haar Belgische hoofdkantoor in de Vorstsesteenweg 54 en onderhoudt goede banden met afdelingen en gelijkgezinden in andere landen. Zelf werd Sassoye zo’n vijftien jaar geleden nog verdacht van betrokkenheid bij terreurplannen in Italië, maar daarvoor nooit veroordeeld.
Het is vooral zijn laatste manifest uit 2020 dat de politiediensten alert houdt. ‘Classe contre classe’, heet het, opnieuw met drie C’s. Het is een pleidooi binnen Secours Rouge voor samenwerking met andere linkse groepen in de samenleving. Het einddoel blijft een latere revolutie. “Sassoye legitimeert geweld, bestempelt de staat als vijand en wil finaal naar een antisysteem,” zegt de politiebron over dat manifest.
Dit staat te lezen in dat manifest: “We beschouwen het revolutionaire geweld als een onvermijdbaar moment in de strijd tegen een dominante klasse.” En: “We willen de opkomst van nieuwe bewegingen, zoals de Gele Hesjes, erkennen. (…) Niet enkel door aan hun zijde te strijden, maar ook door hen te helpen bij het winnen van meer samenhang, autonomie, verzet, organisatie en kracht.” Het manifest roept op tot samenwerking met klimaatactivisten, feministen, antifascisten, bepaalde
“Anarchisten kiezen nu eens voor een brandbom, dan voor sabotage op infrastructuur en dan voor geweld tijdens betogingen”
Annelies Pauwels
Radicaliseringsexperte
vakbonden en antikoloniale stemmen uit binnen- en buitenland. Precies waar Staatsveiligheid sinds vorig jaar extra waakzaam voor is: in haar laatste jaarverslag wijst ze op mogelijke infiltratie van linkse stemmen en anarchisten bij veel bredere betogingen.
“Die vermenging maakt de linkse beweging een heel flou gegeven. Thema’s die zeker niet links extremistisch zijn, zoals klimaatactivisme, worden dan snel mee getrokken in hun kamp,” zegt radicaliseringsexpert Annelies Pauwels van het Vlaams Vredesinstituut. “Pas op, extreemrechts doet dat ook. Wanneer buurtbewoners zorgen uiten over een asielcentrum in hun gemeente, gaan bewegingen als Voorpost die oppoken.” Alleen is het onderzoek naar links-extremisme in ons land veel meer beperkt dan aan de rechterzijde en fluctueren de thema’s veel sneller. “Dat maakt de opvolging moeilijker,” zegt de politiebron. “Van 5G-masten tot antivaccinatiecampagnes: extreemlinks is een grote kassa waar je van alles kan insteken.”
Die melange merk je al goed bij het anarchistische medium Stuut, twee jaar geleden opgericht om linkse initiatieven in Brussel te bundelen. De website meldt acties van betaalbaar wonen tot zelfverdediging op de fiets, ze komen op voor queeren vrouwenrechten, sans-papiers en een onafhankelijk Koerdistan en protesteren tegen Europese handelsakkoorden en divers politiegeweld. Wie achter de site en het bijhorende Telegram-kanaal zit, is onduidelijk. “Ons team heeft beslist die informatie niet publiek te maken,” reageert een persoon met de schuilnaam Skawa.
Bij Secours Rouge was kopman Bertrand Sassoye niet bereikbaar. Na lang aandringen krijgen wil een dertiger met de schuilnaam Noé wel afspreken voor toelichting. Hij wil niet kwijt hoelang hij al lid is van Secours Rouge, maar schreef alvast vier jaar geleden mee aan het manifest van ‘Classe contre classe’. “Die drie C’s zijn maar bedoeld als provocatie,” sust hij. “In Brussel zijn enkele honderden mensen actief als radicaal-linkse militant, we kennen elkaar grotendeels allemaal.”
Concreet wil Secours Rouge volgens hem vooral solidariteit promoten, ook internationaal, en tegen repressie strijden. “‘Classe contre classe’ is meer gericht op de revolutie. Wij vechten voor een maatschappij zonder dominante klasse.”
Over de rol van geweld in die revolutie blijft Noé dubbelzinnig. “Die oorlogsmachine tegen de staat is maar een metafoor,” zegt hij over zijn manifest, “maar we zijn geen leesclub. We willen efficiënt zijn en natuurlijk zal geweld een rol spelen bij de revolutie. Dat zei Karl Marx al.”
Zelf is Noé al meermaals opgepakt door politiediensten. “Wellicht word ik gevolgd, maar alles hangt af van hoe je iets analyseert en definieert. Wat is haat?” stelt hij regelmatig een vraag terug. “Het is niet omdat ik iemand als vijand definieer, zoals de politie of de staat, dat ik oproep tot een aanslag.”
Behalve ‘linken’ met klimaatbetogers en andere activisten, heeft radicaal-links ook voet aan grond in verschillende kraakpanden in Brussel, zeker niet beperkt tot Sint-Gillis. Soms organiseren ze er filmscreenings of debat, soms ook vechtsportlessen.
“Ik, op de radar van de veiligheidsdiensten?” Een vrouwelijke bokscoach uit Brussel, die zichzelf “natuurlijk feministe en anarchiste” noemt, is naar eigen zeggen niet op de hoogte van de politionele waakzaamheid voor haar club. “Bent u agent? U verpest mijn dag.” Ze richtte enkele jaren geleden de feministische boksclub Nemesis op, waar iedereen behalve cismannen (biologische mannen die zichzelf als man identificeren, red.)
“Van de geseinde personen op de OCAD-lijst met een extreemlinks gedachtegoed, woont zo goed als iedereen in Sint-Gillis”
Anonieme politiebron
welkom was. De club is inmiddels verveld tot La Rage. De bokslessen vinden nu plaats in een kraakpand in Schaarbeek.
“Intussen staan we open voor iedereen,” zegt deze coach. “Omdat ik besefte dat de maatschappij buiten ons sowieso gemengd is. Ik wil mensen politiek versterken door sport zo inclusief mogelijk te maken. Iedereen is welkom voor een vrije toegangsprijs. Je hoeft niet rijk te zijn om gezond te mogen leven,” vindt ze. Ze ontkent dat ze al in aanraking kwam met de politiediensten, ondanks berichten over eerdere arrestaties. “Ik heb geen enkel plan om iemand te kwetsen.”
Door het uitblijven van groot geweld is de aandacht voor extreemlinks automatisch kleiner in ons land, zegt radicaliseringsexperte Pauwels. “Klassiek kiest links zijn doelwitten zeer gericht en grijpen ze niet snel naar vuurwapens,” zo weet de experte op basis van onderzoek. “Anarchisten kiezen nu eens voor een brandbom, dan weer voor sabotage op infrastructuur en dan weer voor geweld tijdens betogingen. Het aantal doden is veel minder groot dan bij massamoorden zoals we die de laatste twintig jaar in Europa wel zagen vanuit jihadistische of rechtse hoek. Het maakt de beperkte aandacht voor het linkse kamp niet correct, maar wel te verklaren.”
“Wij hebben geen enkel plan om mensen te terroriseren of zomaar in het wilde weg te schieten. Dat past niet in ons politieke project,” zegt Noé van Secours Rouge over de Brusselse strategie. “Rechts wil verdeeldheid zaaien, wij willen net gelijkheid bereiken. Nee, wij hebben geen
wapens,” reageert hij desgevraagd. Ook gerichte aanslagen liggen volgens hem niet op tafel. “Op dit moment is het in België niet opportuun, zelfs contraproductief, om politiemensen of rechtse activisten aan te vallen. Maar ik hang daar geen moreel oordeel aan vast.”
Ook heeft links geen traditie om aanslagen op te eisen, wat rechtse en jihadistische extremisten wel doen. “Zo zijn ze minder zichtbaar voor het brede publiek,” zegt Pauwels. Denk maar aan de recente brandstichting op de Franse spoorwegen: de ogen gaan dan wel naar anarchisten, toch heeft niemand de sabotage echt geclaimd en moet onderzoek nog uitwijzen in welke hoek de daders zitten. “Terwijl de economische schade voor Frankrijk enorm kan zijn. Pas zodra dit soort acties vaker gebeurt en ze ontegensprekelijk aan links toegewezen kunnen worden, meer mensen getroffen raken of er doden vallen, kan de perceptie snel veranderen.”
Sabotage in Haren
Terug naar Brussel, want daar moeten we al een kleine tien jaar terug in de tijd om nog echte sabotage uit linkse hoek te herkennen. Bij het protest tegen de nieuwe gevangenis van Haren mengden anarchisten zich onder ontevreden buurtbewoners en werd er brand gesticht aan het huis van de architect.
Vandaag is vooral de Palestijnse zaak hot topic in linkse hoek, zo weten de veiligheidsdiensten. Bij recente studentenprotesten aan de Israëlische ambassade was de politie extra alert voor amokmakers – omdat onder meer Secours Rouge
de pro-Palestijnse bezetters aan de ULB openlijk steunde. De organisatie onderhoudt bovendien goede banden met Mohamed Khatib van de radicale Palestijnse beweging Samidoun. Ook hij zou in Sint-Gillis verblijven. Dienst Vreemdelingenzaken wil zijn verblijfsvergunning laten intrekken wegens mogelijk extremisme.
“De vergaderingen die wij vandaag tegenkomen, gaan bijna allemaal over acties om de Palestijnen te steunen,” zegt de politiebron. Dat gebeurt via kanalen als Telegram, maar ook op café. “Slechts een klein groepje mag fysiek aanwezig zijn. De voorbereidingen gebeuren via versleutelde chatgroepen met codenamen als salamanders, konijnen of katten.”
Behalve betogingen zouden vooral leden tussen 20 en 30 jaar als “soldaat”
“We beschouwen het revolutionaire geweld als een onvermijdbaar moment in de strijd tegen een dominante klasse”
Uit het manifest ‘Classe contre classe’
“Gewelddadig? We zeggen gewoon dat mensen een zekere confrontatie met de politiediensten niet moeten schuwen”
Noé
Lid van Secours Rouge
worden uitgestuurd. “Dat klopt helemaal niet,” zegt Noé van Secours Rouge daarover, die spreekt over een “obsessie” van politiediensten. Hij geeft wel toe dat zijn organisatie de recente studentenprotesten ondersteunde en dat ze tegenwoordig meer jongeren onder de 25 jaar bereiken. Zelf is hij al enkele keren opgepakt bij betogingen.
“We zijn niet gewelddadig omwille van het geweld, we zeggen gewoon dat mensen een zekere confrontatie met de politiediensten niet moeten schuwen,” zegt Noé, nog steeds met dubbele tong. “Ik kan u zeker tien organisaties in Brussel opnoemen met dezelfde doelen als wij. Je ziet dat mensen duidelijk gefrustreerd zijn over sociale tegenstellingen, die in de stad extreem zichtbaar zijn. In de ene straat zie je mensen drugs gebruiken, in de volgende staan huizen van miljoenen euro’s. Wij creëren die frustraties niet, dat doet de kapitalistische maatschappij zelf.” Of Secours Rouge die frustraties ophitst, wil Noé niet zeggen. “We zeggen wel dat mensen niet moeten vertrouwen in de parlementaire partijen of justitie. Misschien doen wij ons werk nu gewoon beter door zowel leden te werven op het terrein als via sociale media.”
Dat ‘territorium’ ligt vooral in Sint-Gillis en Vorst, zegt Noé. Bij de politie zien ze de laatste jaren meer en meer jongeren zich aansluiten uit de volkswijken rondom Jacques Frank, Sint-Antonius, Peterbos en Laag-Kuregem. “Wijken waar verhalen over politiegeweld het goed doen,” zucht de politiebron, die daar openlijk frustratie
over uit. Het is hetzelfde Kuregem waar twintigers nog altijd wachten op gerechtigheid voor hun vriend Adil Carrot, die in 2020 stierf bij een politieachtervolging. De betrokken agenten zijn buiten vervolging gesteld. “Maar de frustraties gaan breder en hebben volgens mij te maken met een opeenvolging van crises de laatste jaren, van covid tot inflatie en de Gaza-oorlog. En hoe meer extreemrechts aan terrein wint, hoe meer tegenreactie we voelen uit linkse hoek,” zegt de politiebron.
“Daarvoor is het inderdaad oppassen,” beaamt Annelies Pauwels van het Vlaams Vredesinstituut. “In een heftig klimaat met polarisatie is het altijd mogelijk dat eenlingen sneller tot geweld overgaan. In Duitsland zijn rechtse extremisten al thuis opgezocht en in
elkaar geslagen.” Al hoeft het niet eens zo ver te gaan. “Het is niet omdat je niet strikt wettelijk als extremistisch gelabeld kan worden, dat je niet toxisch kan zijn,” zegt Pauwels. “Wanneer je bepaalde groepen systematisch als de vijand bestempelt, ben je echt niet positief bezig voor de maatschappij. Ik zie wat er nu gebeurt, met tegenbetogingen, tags en hier en daar geweld, vooral als het creëren van chaos. Met een waaier aan acties probeert men een prerevolutionair klimaat op poten te zetten.”
Rotte appels
De politiezone Brussel-Zuid wil nu vooral het eigen korps bekend maken met dit soort tactieken en de precieze groeperingen en sleutelfiguren in hun zone. “Aan linkse, maar ook rechtse kant. Beide zijn even risicovol. Wel zien we met de huidige ontwikkelingen en het Israëlisch-Palestijnse conflict een grote toename van extreemlinkse tags en stickers in het straatbeeld,” zegt politiewoordvoerster Sarah Frederickx. Hoe groot de aanhang daarachter is, blijft gissen. “De frustraties leven toch, dus moeten we die zo goed mogelijk kanaliseren in debat en legitiem protest,” vindt experte Annelies Pauwels. “Hou de opties om frustraties te uiten zo open mogelijk, met respect voor de grenzen van de grondwet en de rechtsstaat, en haal de rotte appels eruit.”
Burgemeester Jean Spinette (PS) van Sint-Gillis was niet bereikbaar voor een reactie over het linkse milieu in zijn gemeente.
FR La police constate qu’à Saint-Gilles, le soutien à la gauche radicale est en hausse et réagit par une formation en interne. « Nous avons découvert six nouveaux cafés où des radicaux de gauche planifient des actions. Et ça concerne en général la Palestine », selon une source policière. Une partie d’entre eux figure sur la liste de l’OCAD pour extrémisme ou terrorisme. Et ils sont prêts à collaborer avec d’autres activistes comme les activistes pour le climat ou les féministes. « Ceci peut être toxique », dit l’experte en radicalisation Annelies Pauwels.
EN The police has seen support for the radical left growing in Sint-Gillis/Saint-Gilles and is this autumn organising internal training on the topic. “We have discovered six new cafés where left-wing radicals plan actions, mostly about Palestine,” a police source tells us. Some of them are on the OCAD list for extremism or terrorism. They also want to collaborate with other activists, such as climate protesters or feminists. “That can be toxic,” radicalisation expert Annelies Pauwels says. “It is important to channel polarisation into open debate.”
500.000 dahlia’s
Afgelopen week hebben maar liefst 20.500 bezoekers het bloementapijt op de Grote Markt van Brussel bewonderd vanaf het balkon van het Stadhuis. Wie naar beneden keek, zag een mooi kleurenpalet van 1.680 vierkante meter groot, bezet met een half miljoen dahlia’s. Dat maakt het meteen tot de grootste in zijn soort. De organisatoren en Stad Brussel willen onderzoeken of het mogelijk is om het tapijt tegen eind 2025 op te nemen als immaterieel erfgoed van Unesco. MG
Zolang CD&V weigert, kan een Brusselse regering aan Nederlandstalige kant niet met vier. “Dan moet er naar andere partijen gekeken worden,” vindt nu ook Vooruit.
Ondanks herhaalde gesprekken met de Nederlandstalige partijen – afgezien van het Vlaams Belang – heeft Brussels formateur Elke Van den Brandt (Groen) nog geen eigen meerderheid bij elkaar kunnen harken. David Leisterh (MR) moet dat gelijktijdig aan Franstalige kant doen en heeft al partners gevonden bij Les Engagés en PS, maar wacht vooral op het Nederlandstalige voorstel om op te schieten. Voor de Brusselse regering is zo’n meerderheid namelijk in beide taalgroepen nodig. Dat kan afzonderlijk, maar gebeurt idealiter enigszins coherent. Maandag zaten beide formateurs nog eens samen om de stand van zaken te bespreken, voorlopig zonder resultaat.
“We blijven in gesprek met alle partijen,” meldt Van den Brandt via haar woordvoerster. “Uiteraard is de urgentie groot om tot een oplossing te komen. We willen niet dat de Brusselse begroting verder ontspoort en er moet verantwoordelijkheidszin komen van alle partijen.”
Van den Brandt kijkt dan vooral naar Vooruit, Open VLD en CD&V. Al sinds het begin van de zomer liggen er aan Nederlandstalige kant twee scenario’s op tafel. Eén met vier partijen, waarbij Groen in zee gaat met Vooruit en Open VLD, en CD&V als kleinste partij een extra regeringscommissaris
krijgt toegewezen. Alleen ziet onderhandelaar Benjamin Dalle van CD&V dat niet zitten. “Hij heeft van meet af aan gezegd dat wij geen project willen depanneren dat wordt gevoerd met de partijen van de voorbije legislatuur, waar wij volgens ons met recht en reden oppositie tegen hebben gevoerd,” herhaalt Pieter Demeester van de Brusselse CD&V. “Blijven focussen op dat scenario met ons als vierde partij is tijdverlies”
In een tweede scenario wordt de Nederlandstalige meerderheid gevormd door Groen en Team Fouad Ahidar, de tweede grootste partij bij aan Nederlandstalige kant, en een extra, derde partij met twee zetels in het parlement. Dat kunnen Vooruit, Open VLD of N-VA zijn. Alleen stelde Open VLD eind juni al een duidelijk veto tegen een regering met Ahidar. Ook MR ziet het niet zitten en zowel Groen als Vooruit geeft de voorkeur aan een Nederlandstalige coalitie met vier, inclusief CD&V.
“Ook wij zijn zeker geen vragende partij om met Fouad Ahidar samen te werken,” zegt Christophe De Beukelaer van de partij Les Engagés, als Franstalige al zeker van deelname aan de komende regering. “Wij zien niet in hoe je op zijn partijprogramma kan bouwen, dat voor ons vaag
blijft. Het initiatief blijft bij de Nederlandstaligen, maar we vinden wel dat er schot in de zaak moet komen. De formatie in Brussel heeft nog nooit zo lang geduurd. Ik weet niet wat er kan, maar zonder snelle doorbraak zullen wij met de Franstaligen al apart beginnen te overleggen.”
Enkel nog wat komma’s
Dat is ook de vrees van de Nederlandstalige partijen. “Ik vrees dat de Nederlandstaligen enkel nog wat komma’s zullen kunnen aanpassen aan het regeerakkoord,” zegt een bron binnen CD&V. Ook bij Vooruit wil men vermijden dat de Franstaligen al op eigen houtje over de inhoud beginnen te praten, zonder Nederlandstalige coalitiepartners aan hun zijde. En dat lijkt hun positie over Fouad Ahidar nu te temperen. “De piste met vier partijen is nog niet van tafel en krijgt ook onze voorkeur,” meldt de woordvoerder van onderhandelaar en huidig staatssecretaris Ans Persoons (Vooruit).
Voor begrotingsgesprekken en een eventuele institutionele hervorming van Brussel hopen ze op de ervaren kennis van CD&V’er Dalle aan tafel, klinkt het in de partij. “Als dat niet lukt of geen kans op slagen heeft, dan moet het debat opengetrokken worden en moet er naar andere partijen gekeken worden, zoals N-VA of Team Fouad Ahidar,” meldt Persoons. Van den Brandt heeft vorige week nog met beide partijen gesprekken gevoerd, maar N-VA wil daar niets over kwijt. “Ik wacht af. Ik stel alleen vast dat verschillende leden van Vooruit in Brussel met mij willen samenwerken. Ik noem geen namen, maar het zijn geen kleine garnalen,” meldt Fouad Ahidar. Die kondigde in juli aan dat hij op eigen houtje zou beginnen te onderhandelen. “Dat heb ik ook gedaan,” zegt hij, vooral dan binnen zijn oude partij Vooruit. “Met Open VLD heb ik geen contact opgenomen, nee. Dat had geen avance.” De vraag is hoe Van den Brandt met die positie zal
2scenario’s liggen op tafel aan Nederlandstalige kant: met drie partijen, mét Team Fouad Ahidar, of met vier partijen, en dan zonder de partij van Fouad Ahidar
15/9
is de datum waarop Christophe De Beukelaer van Les Engagés een Brusselse regering hoopt te hebben
omgaan. Bij Groen weet men dat een mogelijke coalitie met Ahidar “pittige gesprekken” zal opleveren bij de verdere onderhandelingen, onder meer over onverdoofd slachten. Ook de liberale MR is niet happig op een regering met Ahidar. Intussen bluft de Franstalige PS dat ze alleen verder wil in een regering met Vooruit.
“Anders wordt regeringsdeelname in Brussel voor ons complex,” reageert Ahmed Laaouej (PS) kort van op vakantie. Wel blijft een alternatief scenario aan Franstalige zijde onwaarschijnlijk: het kan alleen met een regeringsdeelname van Ecolo en Défi. Laaouej wil zich niet uitspreken over Fouad Ahidar, zegt hij. “Wij hopen nu op een concreet coalitievoorstel van de Nederlandstaligen voor het einde van de week.”
Franstalig formateur David Leisterh was voorlopig niet bereikbaar voor een reactie. Een echte deadline noemen de Franstaligen nog niet, al hoopt De Beukelaer van Les Engagés rond midden september een regering te hebben. Open VLD en N-VA wensen voorlopig niet te reageren.
In elk geval is de piste zonder Ahidar steeds moeilijker vol te houden, merkt ook politicoloog Dave Sinardet (VUB). Deze week stapte een oud-lid van Groen, Ange-Raïssa Uzanziga, nog over naar zijn partij. “Dat maakt het nog moeilijker om zonder hem iets te doen,” zegt Sinardet. “Al zal dat weer problemen kunnen veroorzaken met MR. Maar, de Franstaligen kunnen niet verder zonder de Nederlandstaligen. Het is niet omdat de Franstaligen al aan een akkoord zouden beginnen, dat de Nederlandstaligen zich daar gewoon moeten bij neerleggen. En dat zullen ze volgens mij ook niet doen.” EVA CHRISTIAENS/ CHARLOTTE DEPREZ
Langeafstandsloper John Heymans uit Meise, lid van de Brusselse club Excelsior, verraste op de Olympische Spelen met een elfde plaats op de 5.000 meter, maar ook door zijn openhartigheid. “Ik heb het nodig om zwaar uit te gaan, om daarna weer als een pater te kunnen leven.”
John Heymans (26) mag dan te laat zijn voor ons gesprek, hij stopt ons wel meteen met ontwapenende charme een doosje pralines in de handen en blijkt dan ook snel de ideale interviewee. Dat ondanks zijn slaapgebrek, veroorzaakt door het vele doorzakken in de week na de Spelen. “Ik kan niet geloven dat Parijs nog maar zo kort achter ons ligt, het voelt als maanden geleden,” zegt hij, nadat hij in een zitje van het Koning Boudewijnstadion is geploft.
Aangezien de riem er helemaal af is, veronderstel ik dat we je hier niet zullen zien tijdens de Memorial Van Damme midden september?
JOHN HEYMANS: Nee, dat is nooit het plan geweest. Zo snel na de climax van de Spelen kon ik niet weer de nodige arbeid verzetten om klaar te raken. Ik moest meteen na Parijs iets helemaal anders gaan doen, om een post-Olympische depressie te vermijden. Sommigen nemen me minder serieus omdat ik open ben over hoe ik graag zwaar uitga, maar ik heb dat nodig om daarnaast gedurende lange periodes als een pater te kunnen leven.
Ik ga nu nog een week feesten en afspreken met vrienden, waarna mijn sociale batterij stilaan leeg zal lopen. Daarna bouw ik de trainingen weer op en eind september trek ik op stage naar een saai dorpje in Kenia, waar er niets anders te doen is dan lopen. Er zijn daar geen afleidingen, cruciaal, want ik heb veel last van fomo (fear of missing out, de angst om iets te missen, red.).
Train je dikwijls hier aan het Koning Boudewijnstadion? Want je bent aangesloten bij de
Brusselse club Excelsior, die hier zijn thuisbasis heeft.
HEYMANS: Nee, de club biedt me veel financiële ondersteuning, maar als ik in België train, loop ik vaak in de velden van Wolvertem (deelgemeente van Meise, red.). Die omgeving is ideaal voor lange duurtrainingen. Ik ga ook trainen in Leuven, maar ik zit vooral zeven maanden per jaar in het buitenland voor trainingskampen. In Kenia, maar ook onder meer in het Amerikaanse Arizona, de Pyreneeën en in het Zwitserse Sankt Moritz. Daarom woon ik nog altijd bij mijn ouders in Meise, maar als ik in de toekomst op zoek ga naar een eigen stek, kijk ik sowieso rond in het centrum van Brussel. Ik hou er van de mix van mensen en het feit dat er altijd iets te doen is. Het centrum leeft echt.
Hoe is die liefde voor het centrum gegroeid?
HEYMANS: Die gaat terug tot mijn middelbareschooljaren, die ik heb doorgebracht in het Sint-Jan Berchmanscollege vlak bij de Kapellekerk. Een strenge school, waar we in de laatste twee jaren zelfs geen korte broek mochten dragen, maar ik maakte er vrienden voor het leven. Iedere vrijdagnamiddag gingen we naar de Ierse pub Celtica in het centrum, het was mijn tweede thuis. En ik ga er nog altijd graag, met dezelfde vrienden, voor de fijne ambiance.
Was je toen al een fanatieke loper?
HEYMANS: Ja, ik deed al drie keer per week looptrainingen. Met een groep vrienden liepen we ook elk jaar de 20km door Brussel. Op een bepaald moment haalde ik de top dertig, waarna ik besefte dat er wel meer in zat. Maar in die tijd deed ik nog niet aan atletiek, ik was een ambitieuze hockeyer.
Bij een Brusselse club?
HEYMANS: Ik heb een tijd bij de club Léopold in Ukkel gespeeld, deed er alles aan om ooit in de eerste ploeg te raken. Mijn droom was om deel uit te maken van het nationale elftal, de Red Lions. Toen ik besefte dat ik daar het talent niet voor had, ben ik op mijn achttiende overgestapt naar atletiek.
Toen begon je tegelijk aan je hogere studies, in de richting bio-ingenieur aan de KULeuven. Dat lijkt me geen eenvoudige combinatie.
HEYMANS: Pas tijdens mijn masterjaar, in de covidperiode, ben ik volledig voor mijn sport gaan leven. Wat me ook sterkt in mijn overtuiging dat ik nog veel progressiemarge heb. Want de mannen tegen wie ik tijdens de Spelen liep, lopen al veel langer op hoog niveau. Toch zal het niet gemakkelijk zijn om ze in te halen.
Droom je dan van een medaille op de volgende Spelen, in Los Angeles?
HEYMANS: Ik denk dat ik er voor de top vijf kan strijden. Dan kan een medaille ook, als echt alles meezit. In de tussentijd komen er al snel andere doelen aan, zoals het EK veldlopen eind dit jaar, en dan het EK indoor en het WK atletiek volgend jaar. En
John Heymans in het Koning Boudewijnstadion. Jammer genoeg past hij voor de Memorial Van Damme: “Ik moest meteen na Parijs iets helemaal anders gaan doen, om een post-Olympische depressie te vermijden.”
ik denk dat de 20km door Brussel weer eens in mijn planning zal passen. Die moet ik echt ooit eens winnen.
Blijf je ook actief op sociale media? In de aanloop naar de Olympische Spelen postte je heel regelmatig lichtvoetige filmpjes over je voorbereiding.
HEYMANS: Ik ben daar al twee jaar intensief mee bezig, terwijl ik voordien totaal geen voorstander was van sociale media en niet veel moest weten van influencers. Maar ik besefte dat het een goede manier was om broodnodige sponsors aan te trekken, en ondertussen doe ik het ook met plezier. Het is fijn om te merken dat ik mensen kan motiveren om te lopen, door te tonen dat het leven van een atleet ook niet altijd bittere ernst hoeft te zijn. Dat is ook niet geforceerd, ik blijf mezelf. Ik heb bijvoorbeeld al altijd regelmatig met een zwembroek getraind (lacht).
Het laatste halfjaar is mijn bereik gigantisch de hoogte in geschoten en ik zal nu zeker het ijzer smeden terwijl het heet is. Ik ga op trainingskamp met een contentmaker die filmpjes zal maken. Maar mijn trainingen blijven de absolute prioriteit, ik pas mijn trainingsschema in geen geval aan aan de video’s.
Ik zag dat je ook coachingadvies aanbiedt?
HEYMANS: Ja, voor 90 euro geef ik mensen een pakket met trainingsplannen en advies over voeding, recuperatie of mentale voorbereiding. Ik antwoord op vragen, maar kan geen trainingstraject op maat bieden, daarvoor verwijs ik door naar bepaalde coaches. Via mijn sociale media kan ik mensen van overal ter wereld bereiken. Van de Filipijnen over Hongkong tot Italië zeg maar.
In een vorig leven bouwde je ook mee aan een app voor politieke informatie, CIVIX.
HEYMANS: Dat was in mijn studententijd, de ideale periode om nieuwe zaken uit te proberen. We maakten met een onpartijdige app de programma’s van de verschillende politieke partijen toegankelijk voor een breed publiek, in de aanloop naar de verkiezingen van 2019. Die is toch 65.000 keer gedownload.
Dan ook de politieke microbe te pakken gekregen?
HEYMANS: Nee, ik moet zeggen dat ik het toch maar een toxisch wereldje vond (lacht). Ik heb daarna even van de wereld van biotech geproefd, maar dat was niet mijn ding.
De vaardigheden die je opdeed tijdens je bio-ingenieursstudies komen wel van pas bij je sportloopbaan. Het feit dat je gebruikmaakte van AI-tool ChatGPT om je kansen op een olympisch ticket te optimaliseren, deed heel wat stof opwaaien in de media. Van plan om daarmee verder te gaan?
HEYMANS: Ik werk zeker aan codes voor volgende doelen, maar daar ga ik niet te veel over prijsgeven. ChatGPT blijft in ieder geval mijn goede vriend (lacht). Het is ook meer dan dat. Door mijn studies kan ik bijvoorbeeld ook gemakkelijker nuttige info halen uit academische literatuur.
En zou je na je sportcarrière iets met dat diploma willen doen?
HEYMANS: Ja, liefst als ondernemer. Ik zie mezelf bijvoorbeeld medische apparatuur ontwerpen, maar dan niet voor in een labo van een ziekenhuis, maar voor sporters. Denk aan draagbare toestellen om sporten nog plezanter te maken.
ANDY FURNIERE
FR Le coureur de fond John Heymans, originaire de Meise et membre du club bruxellois Excelsior, a créé la surprise lors des derniers Jeux olympiques. Non seulement par sa performance – il a atteint la finale du 5000 mètres et est arrivé onzième – mais aussi par ses interviews décomplexées, dans lesquelles il projetait sa vie après les Jeux, faite de sorties et autres célébrations. « J’ai besoin de faire la fête à fond pour pouvoir ensuite vivre comme un moine. »
EN One of the surprises of the past Olympics was long-distance runner John Heymans from Meise, a member of the Brussels club Excelsior. Not only did his performance stand out – he made it to the final of the 5,000 metres and finished 11th –, so did his honest interviews in which he told how he would celebrate in the weeks following the Games. “I need to do some serious partying so I can go back to living like a munk.”
Bram Van Renterghem
Elke week neemt een BRUZZ-redacteur het nieuws op de korrel
“Zijn Vlaamse partijen bereid om machtsverlies van Franstaligen te compenseren?”
‘t Is weer voorbij die mooie zomer. Tijd om die lange broek weer uit de kast te halen, en de eeuwenoude discussies uit hun zomerslaap. Dat moeten ze althans bij De Tijd/L’Echo gedacht hebben. “Fusie Brusselse politiezones dichterbij dan ooit,” kopten de zusterkranten vorige week. Tot die conclusie kwamen ze omdat de toekomstige Brusselse regeringspartijen MR en Les Engagés hun verzet tegen zo’n fusie lijken te staken.
Traditiegetrouw antwoordden tegenstanders dat zo’n fusie helemaal niks oplevert. Daarbij haalde zowat iedereen een studie uit 2019 aan. Zo schreef de Everse burgemeester Ridouane Chahid (PS) op X “dat uit een onderzoek van de Universiteit Gent blijkt dat het samenvoegen van de zes lokale politiezones van Brussel geen enkele meerwaarde zou opleveren”.
Gewezen Défi-voorzitter François De Smet gebruikte de studie om aan te tonen dat zijn weerstand tegen een fusie niet voorkomt uit een anti-Vlaams sentiment, maar objectief en wetenschappelijk, gezien die studie ook Vlaams is. Burgemeester Philippe Close (PS) noemde fuseren “curieus” omdat het probleem volgens hem elders ligt. En ook burgemeester Vincent De Wolf (MR) verwees in het verleden al meermaals naar die studie.
De studie is dus dé troefkaart, maar kloppen die conclusies wel? Wat met de eenheid van commando? De doorstroom van gegevens? Het coördineren van grootschalige acties? De lagere overheadkosten? Dat zijn toch evidente
voordelen van een eengemaakte zone?
Even telefoneren met de UGent dus. En dat telefoontje was hoogst interessant.
Fusie werkt wel
“Onze studie heeft helemaal niet aangetoond dat een fusie niet werkt,” zegt Jelle Janssens, die meeschreef aan de studie.
“De vraag was: is men bereid om naar een schaalvergroting te gaan en zo ja, in welke vorm: een fusie of een associatie?” Korpschefs, burgemeesters en politiedirecteurs zeiden daarop dat een fusie niet nodig was. Er waren al samenwerkingsverbanden, beklemtoonden ze, en die werken goed.”
“Maar de voorbije zes jaar hebben we gezien dat er nog veel werk aan de winkel is,” zegt Janssens. “Als ik zie wat er gebeurt op het vlak drugsgeweld, schietpartijen, hoe de stationsbuurten eraan toe zijn ... De samenwerking loopt niet van een leien dakje. Schietpartijen verplaatsen zich, drugsoverlast beperkt zich niet tot één zone. Wie stuurt dan aan?”
De studie is dan ook gedateerd, stelt de criminoloog.
“Mijn lezing is dat men de
samenwerkingsverbanden wel heel rooskleurig inschatte – net om een fusie of een hervorming te vermijden.”
Anders gezegd: het rapport herhaalt gewoon wat burgemeesters en korpschefs zeiden. En hun antwoord op de vraag of ze hun macht als ‘hoofd van’ wilden afstaan, was ‘neen’.
“In 2023 voerden we een fusiestudie uit, en daaruit bleek heel duidelijk dat het wel voordelen oplevert,” zegt Janssens. De grote meerwaarde is de eenheid van commando.
Tijd dus voor Franstaligen om intellectueel eerlijk te zijn. Het is gewoon belachelijk dat er zes zones zijn in één stad. Van Buenos Aires tot Bangkok hebben steden maar één zone en dat heeft een reden, dezelfde trouwens als waarom ze in Brussel van negentien naar zes politiezones zijn gegaan. Wijkagenten op gemeente- of districtsniveau zijn in buitenlandse steden
In 2023 toonde een studie aan dat een fusie van de politiezones voordelen oplevert.
©IRENE VAN IMPE
vaak behouden. Er is dus nog nabijheid.
Wel klopt het dat de aansturing niet evident zou zijn. Negentien burgemeesters voor één zone, dat is veel. De politiezone Arro Ieper omvat tien gemeenten en daar zijn weleens strubbelingen. “Maak het een bevoegdheid van de minister-president,” zeggen Nederlandstaligen. “Of fuseer de gemeenten.”
Maar dan moeten ook wij intellectueel eerlijk zijn. Voor Franstaligen betekent dat een verlies aan macht, een ‘verstoring’ van het taalevenwicht. Zijn wij bereid om dat verlies te compenseren?
Bijvoorbeeld door een extra Franstalige minister of staatssecretaris aan te stellen?
Of door een vermindering van het aantal Nederlandstalige parlementsleden of Brusselse regeringsleden? Het zijn heikele punten, waarover wij dan weer weigeren te praten. Maar zolang taboes niet besproken worden, verandert er nooit iets, en dat kunnen we ons niet langer permitteren. Daarvoor wordt er in Brussel op dit moment net iets te veel heen en weer geschoten. En dat hebben Les Engagés en MR alvast goed begrepen.
Kort gesprek
Advocaat David Szafran
‘Satire is geen reden voor aanzet tot haat’
De Brusselse advocaat
David Szafran trekt, op vraag van de joodse
belangenorganisatie EJA, naar de rechtbank tegen de gewraakte
Israëlcolumn van schrijver Herman Brusselmans.
Vanwaar de demarche?
EJA stelde vast dat de column een aanzet van haatspraak bevat. De Humo-redactie zag blijkbaar geen probleem in publicatie. Het is belangrijk dat zoiets in de toekomst niet meer gebeurt. Een duidelijke beslissing van de rechter is daar een middel toe. Humor en satire zijn belangrijk in een democratie, maar kunnen geen reden zijn om aanzetten tot haat te communiceren. De rechtszaak gaat over de limieten daarvan. Het feit dat er ook achteraf geen enkele maatregel wordt genomen of geen beloften voor de toekomst worden gedaan, is ook belangrijk.
Hoe bent u zelf bij deze zaak betrokken geraakt?
Sven Mary en ikzelf werden door EJA benaderd. Ik ben geen lid van EJA, maar ik nam ooit wel deel aan een juridisch EJA-discussieforum over discriminatie.
De column is intussen offline gehaald. Wat moet er verder nog gebeuren?
De digitale versie stond tussen 4 en 9 augustus online. Volgens de verklaring van de hoofdredactie gebeurde dat enkel om meer sereniteit in het debat te brengen. Er is vanuit Humo geen reactie geweest waaruit je zou kunnen opmaken dat ze dit probleem ernstig nemen.
Is dit ook geen manier om critici van het conflict in Gaza twee keer te doen nadenken voor ze hun kritiek uiten?
Nee. Deze zaak heeft niets te maken met een buitenlands conflict of de kritiek daarop. Het gaat om burgers in België, een minderheid, de joodse gemeenschap, die er niets mee te maken hebben. Iedereen heeft het recht op een opinie of een kritiek, maar daar gaat het in dit geval niet over. Deze rechtszaak is een reactie tegen een aanzet tot haat.
Gaat deze zaak tegen antisemitisme u persoonlijk aan?
De kritiek en de veroordeling van deze column zijn unaniem en internationaal. Waarom een internationaal conflict gebruiken om mensen in gevaar te brengen in België? Sinds 7 oktober zie je in Brussel, maar ook in Antwerpen, meer incidenten van antisemitisme.
MICHIEL LEEN
Twintig soorten vleermuizen hangen in het Brusselse rond. Een ervan is de gewone dwergvleermuis, een kleine veelvraat. Op het vleermuisfestival dit weekend kan je de bijzondere dieren beter leren kennen.
door Andy Furniere
Ze mogen dan in het verborgene leven, toch huizen vleermuizen zowat overal in Brussel. Vooral de gewone dwergvleermuis, een opportunist die zich gemakkelijk aanpast. “Als je ’s nachts aan de Grote Markt een vleermuis ziet fladderen, dan zal dat normaal een dwergvleermuis zijn,” zegt Ben Van Der Wijden van de afdeling biodiversiteit van Leefmilieu Brussel. In het Zoniënwoud maak je meer kans op een Bechsteins vleermuis, een soort die zich vooral in bossen ophoudt, onder meer in boomholten.
Zoals alle vleermuizen jagen de gewone dwergvleermuizen op insecten, wat van hen een soort van natuurlijk insecticide maakt. “Een dwergvleermuis kan op een goede nacht zijn gewicht zelfs bijna verdubbelen,” geeft Van Der Wijden mee. Dat die vleermuizen de stad opzoeken, is niet zo verwonderlijk. “Steden zijn hitte-eilanden, en op die manier gunstig voor insecten. Daardoor vinden vleermuizen hier vaak een spreekwoordelijk gedekte tafel. Al moeten ze de insecten wel kunnen bereiken, dat is niet voor elke soort even evident.”
De vliegende zoogdieren fladderen al meer dan 60 miljoen jaar op de aardbol rond. Helaas hebben ze het door de schuld van de mens moeilijk sinds de jaren 1950. Door het gebruik van pesticiden, de versnippering van het landschap en lichtvervuiling daalden hun aantallen sterk na de Tweede Wereldoorlog. En dan is er hun slechte imago, gevoed door horrorverhalen, dat hen zeker niet populair maakt.
Eigenschappen
• Degewonedwergvleermuis isdehiermeestvoorkomende vleermuisenookdekleinste. Desoortheefteenbruinevacht endonkere kop met kleine oortjes
Gelukkig hebben mensen intussen steeds minder vooroordelen tegenover de beestjes. Toch is de strijd verre van gestreden, benadrukt Van Der Wijden. Om de vleermuispopulatie te beschermen neemt Leefmilieu Brussel verschillende maatregelen: ondergrondse winterverblijfplaatsen inrichten en oude holle bomen in Zoniënwoud waar mogelijk behouden, zijn er twee van. In samenwerking met Sibelga werden speciale straatlantaarns
• Maakteengeluidals het pletsen van regendruppels ineenplas,tenminsteals je ze kunthorendankzijeen batdetector
• Eet muggen,dansmuggen, schietmotten,maarookhaften, gaasvliegen,nachtvlindersen somsookkleine kevers
• Mannetjes leven solitair, vrouwtjesinkraamkolonies
geplaatst op strategische plekken om de dieren te beschermen tegen lichtvervuiling –met amberkleurige ledverlichting, waar ze veel minder last van hebben.
Ook aan het Rood Klooster werd vleermuisvriendelijke verlichting geplaatst. Het maakt de site, waar vleermuizen zich sowieso thuis voelen, nog idealer voor het jaarlijkse vleermuisfestival dat Leefmilieu Brussel en Natagora organiseren naar aanleiding van de Europese nacht van de vleermuis. Met een show, verschillende documentaires over lichtvervuiling en een experiment zal te zien zijn hoe de speciale verlichting niet nadelig is voor de mens.
Bezoekers krijgen op het festival veel verhalen over vleermuizen te horen en zelfs een bezoekje aan de fladderende dieren hoort erbij, op een respectvolle manier, tijdens gegidste wandelingen op de site. In de namiddag zijn er workshops, waar iedereen een vleermuisnestkastje kan leren bouwen. Voor de echte vleesmuisliefhebbers geven experts praktische tips waarmee Brusselaars het de beestjes naar hun zin kunnen maken. “Nestkastjes hangen is goed, maar zorg er ook voor dat ze niet ingesloten raken bij het dichten van bepaalde spleten bij renovaties om de energiezuinigheid te verbeteren. Als je een tuin hebt, installeer geen permanente verlichting. Behoud enkele ruige kantjes, door bepaalde stukken gazon niet te maaien en stapels dood hout te laten liggen. Laat de controle wat los en gebruik zeker geen pesticiden.”
Het feest van de vleermuis vindt plaats aan het Rood Klooster in Oudergem op zaterdag 24 augustus van 14 tot 23 uur. Alle info via renature.brussels. Op dat platform vind je nog meer tips om vleermuizen te beschermen.
Lees de hele reeks op BRUZZ.be/beestigbrussel
Veiligheid Elke dag twee woningbranden in Brussel
‘Bij veel branden speelt armoede een rol’
Dit jaar registreerde de Brusselse brandweer al bijna vijfhonderd woningbranden. Zo stevent 2024 af op een nieuw record. Het verouderde patrimonium, maar ook geldgebrek bij bewoners speelt een rol. “Een rookmelder is niet de eerste bekommernis voor wie financieel moet zien te overleven.”
door Jasmijn Post en Mien De Winter
Vrijdag 26 juli. In de vroege ochtend, even na 6 uur. Jolien *, een jonge vrouw van 29 jaar, slaapt nog, samen met haar twee kinderen. De renovatiewerken aan haar appartement in Anderlecht putten haar uit, maar ze vindt het leuk – de vorderingen, het waarmaken van een droom, de idee van een eigen stekje. Hoe het komt, weet ze nog steeds niet, maar plots schiet ze wakker. Veel vroeger dan gepland. Ze hoort iets dat haar verontrust en haar intuïtie blijkt te kloppen: in haar slaapkamer heeft een oud tapijt vuur gevat: een boormachine die op de grond lag en waarvan de batterij plots begon op te warmen en te smelten, vloog in brand.
“Nochtans: de lithiumbatterij was niet aan het laden,” zegt Jolien. “Toen ik het vuur zag, rende ik zo snel mogelijk naar buiten met de kindjes. De buurjongen belde de brandweer en begon al met blussen.”
komt door de enorme praktijkervaring, met ongeveer twee woningbranden per dag om te temmen. Dat blijkt uit cijfers die BRUZZ opvroeg bij de bevoegde instanties.
Dit jaar alleen al registreerde de brandweer bijna vijfhonderd woningbranden. Indien die trend zich voortzet – en niets wijst op het tegendeel – dan zal 2024 de eerdere records overtreffen, met 743 branden in 2023 en 777 in 2022.
Niet alleen woningbranden zitten in stijgende lijn. Ook het totale aantal brandweerinterventies neemt toe: van 2.204 in 2012 naar 3.813 in 2022. Die cijfers, verzameld door het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse (BISA), gaan over alle types branden, zowel in woningen, appartement en kelders als op industrieterreinen.
Wie de cijfers per gemeente opdeelt, rekening houdend met het aantal inwoners, ziet dat vooral in Brussel-Stad (183 in 2023, dit jaar al 117) en in Sint-Gillis (39 in
“Moderne meubels uit schuim en lijm kunnen in drie minuten in lichterlaaie staan”
Peter Roseleth
Directeur departement Preventie
De materiële schade blijkt mee te vallen: de grond ziet wat zwart, een kast is deels verbrand. Maar het appartement ziet zwart van de rook; elke vierkante centimeter van elke kamer zit onder het roet. Kleren ruiken muf.
Het gezin woont tijdelijk terug bij de ouders, uit noodzaak. “Wat als ik niet wakker was geworden?” Jolien worstelt met de vraag. Vooral omdat de rookmelders al maanden klaarlagen om opgehangen te worden, maar ze stelde het klusje telkenmale uit. “Gelukkig was de brandweer er supersnel.”
Snel ter plaatse
Die ‘supersnelle interventie’ mag niet verbazen: de brandweer van Brussel staat bekend als een van de best getrainde en meest efficiënte korpsen uit het land. Dat
2023, dit jaar al 24) verhoudingsgewijs de meeste branden plaatsvinden. Sint-Agatha-Berchem staat voor 2024 op de tweede plaats, met veertien branden.
Ook Schaarbeek, Anderlecht en Molenbeek – de westelijke sikkel en de noordflank van het gewest – blijken vast werkterrein voor de brandweer: Anderlecht schommelt ieder jaar rond de tachtig branden, Molenbeek rond de vijftig, Schaarbeek tussen de tachtig en negentig – twee weken geleden nog een café aan het Dailyplein.
Binnenshuis barbecueën Is er een verklaring voor die hoge aantallen? Peter Roseleth, directeur van het departement Preventie, wijst vooreerst op de ouderdom van het patrimonium. “Een groot deel van de Brusselse woningen werd
gebouwd tussen 1945 en 1970, vóór de invoering van brandveiligheidswetgeving. Dat maakt bijvoorbeeld dat sommige vloeren niet uit beton bestaan, hoewel dat kan helpen voor een tragere verspreiding en indamming van het vuur.” Nieuwe en gerenoveerde gebouwen moeten wél voldoen aan de laatste eisen qua brandveiligheid, zoals brandwerende plafonds. Volgens Roseleth vormt het verouderde patrimonium slechts een deel van het verhaal. Ook armoede speelt een belangrijke rol, in het bijzonder het gebrek aan financiële middelen bij eigenaars en huurders om een brandveilige omgeving te creëren. “Voor wie moet overleven, staan rookmelders niet hoog op de lijst van essentiële uitgaven.” Woordvoerder Walter Derieuw geeft het voorbeeld van gezinnen die binnenshuis barbecueën, om de hoge gas- en elektriciteitskosten te counteren. Vooral tijdens de energiecrisis een terugkerend fenomeen, vaak met dramatische gevolgen als de rookontwikkeling te erg wordt (CO-intoxicatie) of gloeiende kooltjes op de grond terechtkomen.
Kraakpanden extreem gevaarlijk
Daarnaast wijst de brandweer op materialen die voor meubels of in huizen worden gebruikt en een rol spelen bij de snelheid waarmee vuur zich kan verspreiden. Roseleth denkt concreet aan moderne zitbanken, opgetrokken uit synthetisch stoffen zoals schuim en lijm. “Als die meubels vuur vatten, bijvoorbeeld omdat iemand een sigaret laat vallen, per ongeluk of in zijn slaap, kan het snel gaan. In drie minuten kunnen die in lichterlaaie staan. Vaak komt de brandweer dan te laat. Ter vergelijking: het duurt een half uur eer een massief eikenhouten sofa volledig brandt. Dat scheelt qua blusmogelijkheden.”
Ook het toegenomen gebruik van hout in de bouw is een complicerende factor. Derieuw: “Eigenaars die een verdieping extra willen bijzetten, gebruiken omwille van het beperkte gewicht doorgaans hout voor die constructie, maar als dat niet goed behandeld of verkeerd geplaatst werd, kan dat tot rampzalige situaties leiden. Net om die reden werd het gebruik ervan in de middeleeuwen verboden, om grote stadsbranden te voorkomen.”
Een speciale uitdaging (in ieder opzicht) vormen kraakpanden – geen zeldzaam fenomeen in Brussel. Door het gebrek aan officiële gegevens over die ruimtes of het aantal aanwezige bewo-
ners, moet de brandweer vaker overgaan tot een ‘offensieve aanpak’. Het korps moet de ruimte dan binnentrekken om te controleren of niemand achterbleef. Een ‘defensieve aanpak’ is het gebouw van buitenaf blussen, zonder het gevaar op te zoeken.
“Bij normale gebouwen weet de brandweer hoeveel mensen er verblijven,” vertelt Derieuw. “Bij kraakpanden is dat nooit volledig duidelijk, dus moeten de manschappen vaker naar binnen en risico’s nemen.”
Dat werd tragisch duidelijk in 2008 in Ukkel, toen twee brandweerlui omkwamen tijdens een interventie in een oud sportcomplex dat al vijftien jaar leegstond en bewoond werd door krakers. Een zogeheten flashover of vlamoverslag, waarbij de brand overslaat als iemand het gebouw betreedt, veroorzaakte een menselijk drama, dat
lange tijd nazinderde. Sindsdien maakt de brandweer na elke interventie in een kraakpand een notitie met technische details om collega’s in de toekomst te waarschuwen.
Expliciete beelden online
Hoewel de brandweer in Brussel een recordtijd optekent van 8 minuten en 26 seconden om na een binnenkomende oproep ter plekke te arriveren – drie minuten sneller dan het nationale gemiddelde – is de beste oproep uiteraard geen oproep.
Om de brandveiligheid in het gewest op een snelle, efficiënte en structurele manier te verbeteren, legt de brandweer meteen een lijstje met wensen voor: van verbeterde beveiliging van technische kokers in bestaande woontorens en appartementsgebouwen hoger dan vijfentwintig meter,
743
branden moest de Brusselse brandweer vorig jaar blussen, 777 in 2022. Het totale aantal interventies nam toe van 2.204 in 2012 naar 3.813 in 2022
8.26
minuten zitten er tussen een binnenkomende oproep en het ter plekke arriveren van de brandweer op de brand
Deze cijfers, verzameld door het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse (BISA), gaan over alle types branden, zowel in woningen als op industrieterreinen.
tot het verplicht vervangen van nietbrandwerende deuren (met zelfsluiting) en het aanleggen van extra evacuatieroutes in gebouwen.
“Die strikte maatregelen kunnen de kosten aanzienlijk verhogen en de woningprijzen opdrijven,” zegt Roseleth. “Het is essentieel om een balans te vinden: welke maatregelen, die iedereen zich kan veroorloven, bieden de grootste voordelen?”
Zelf gelooft de brandweerchef nog het hardst in preventie, in bewustwording en kennis van de gevaren.
Daarom geeft de brandweer voorlichting op scholen en wierf ze vier jongeren uit Brussel aan om in te zetten als – zoals het officieel heet – Brand Preventie Adviseurs. Sinds twee jaar heeft de brandweer – met een eigen cameraman op het terrein – bovendien een uitgekiende communicatiestrategie: via een WhatsApp-kanaal en Facebook delen de diensten beelden van interventies en uitgebrande woningen rechtstreeks met de pers en het grote publiek, soms heel expliciet en vaak voorzien van een waarschuwing en praktische tips.
De brandweer wil het preventiebeleid in de toekomst verder uitbreiden met een educatief centrum in de nog te bouwen nieuwe hoofdkazerne, die aan Thurn & Taxis komt. “De ambitie is dat iedere scholier ooit één keer in zijn of haar carrière naar het centrum komt,” legt Roseleth uit. “Daar kunnen ze leren over veilig opladen van apparaten of waar het gevaar schuilt bij barbecues. Kinderen kunnen die kennis doorgeven aan hun ouders. Op die manier bereikt de brandweer de hele bevolking.”
Toch is dé maatregel die volgens Derieuw en Roseleth het meest oplevert, eenvoudigweg de rookmelder. “Verschillende statistieken bewezen al het nut van dat apparaatje: het helpt door zijn alarmfunctie grote branden te vermijden.”
Het is vandaag in Brussel niet verplicht om die op te hangen, maar dat verandert vanaf volgend jaar: per 1 januari 2025 moet iedere eigenaar van een huis rookmelders installeren. Na jaren van lobbywerk volgt Brussel daarmee Vlaanderen en Wallonië, waar de verplichting wél al geldt. Mogelijk kan het helpen om het aantal branden met dodelijke slachtoffers te verminderen: in Brussel en Wallonië is de kans op een fatale afloop over het algemeen 1,4 keer groter dan in Vlaanderen. Al vormt dit jaar voorlopig
een uitzondering: van de in totaal 45 branden met mensen die stierven in België is nog maar één geval in Brussel – in Evere – geregistreerd, zo blijkt uit cijfers die expert Tim Renders bijhoudt.
Derieuw geeft nog een tip mee voor wie een rookmelder wil ophangen in de slaap -of woonkamer. “Controleer of ze goedgekeurd zijn door Europa. En als de batterij leeg loopt, vervang dan niet enkel de batterij, maar koop meteen een volledig nieuwe rookmelder. Het detectiesysteem kan verouderen en daardoor minder goed functioneren.”
Kwaad opzet
Na een brand begint pas echt de ellende: de opkuis, de emotionele verwerking, de heropbouw. Om gedupeerden in te lichten over hun rechten, deelt de brandweer flyers uit na afloop van de brand – in de toekomst wil Derieuw ook de wijken intrekken om aan preventie te doen.
Wie een brandpolis heeft afgesloten, kan die woningverzekering aanspreken bij brand. Een dergelijke verzekering is trouwens niet verplicht. “Ongeacht de oorzaak van de brand – of het nu gaat om een minibarbecue op het terras of een vergeten strijkijzer – de brandverzekering
dekt altijd de schade,” zegt Peter Wiels van Assuralia, de beroepsfederatie van verzekeringsondernemingen. “Er is één belangrijke uitzondering: kwaad opzet.”
Hoe kijken de verzekeraars naar de hoge brandcijfers in Brussel? Vormt de hoofdstad een soort financieel risicogebied, waardoor de inwoners hogere bijdrages moeten betalen?
“Theoretisch is het mogelijk dat een verzekeraar rekening houdt met een hoger
risico op brand in steden, op voorwaarde dat studies of statistieken dat zouden aantonen,” legt Wiels uit. Maar in de praktijk, stelt Assuralia, betaalt een Brusselaar evenveel als een Vlaming of een Waal. “Het aantal schadegevallen moet worden bekeken in verhouding tot het aantal woningen. Een stad heeft een grotere bevolkingsdichtheid, dan is het logisch dat er ook meer schadegevallen zijn.” * Jolien is een schuilnaam
FR Rien que cette année, les pompiers ont enregistré près de 500 incendies domestiques. Si cette tendance se poursuit, 2024 dépassera tous les records. Si l’on détaille les chiffres par commune en tenant compte du nombre d’habitants, on constate que Bruxelles-Ville et Saint-Gilles ont la plus forte proportion d’incendies. La vétusté du patrimoine, mais aussi le manque d’argent des habitants sont à la base de ce constat. « Pour ceux qui doivent survivre, installer des détecteurs de fumée n’est pas une priorité.»
ON AVERAGE THERE ARE MORE THAN TWO HOUSE FIRES A DAY
EN The fire brigade noted nearly five hundred house fires so far this year. If this trend continues, 2024 will surpass previous records, with 743 fires in 2023 and 777 in 2022. If you break down the figures by municipality, the City of Brussels (183 in 2023, already 117 this year) and Sint-Gillis/Saint-Gilles (39 in 2023, already 24 this year) stand out with the highest proportion of fires in relation to the population. Old buildings and poorer residents play a role. “Those who are focused on surviving do not see smoke detectors as a priority.”
Luana Difficile
zoekt elke week een antwoord op een lezersvraag, deze week van Jeroen uit Jette.
Stel je vraag en stem op BRUZZ.be
Bekijk en lees antwoorden op BRUZZ.be/bigcity
René Magritte is onmiskenbaar een van onze bekendste Belgische kunstenaars. Tijdens zijn leven schilderde hij meer dan 1.700 werken, die ook vandaag nog altijd relevant en gewild zijn. Toch heeft wie genoeg geld kan neertellen voor een originele Magritte, niet per se een uniek exemplaar in handen. De surrealist had een manier gevonden om aan zijn kunstwerken een extra cent te verdienen.
Magritte kon als kunstenaar aan het einde van zijn leven gelukkig nog een vleugje van zijn succes meepikken. Het begin van zijn carrière verliep echter een stuk moeizamer. De schilder moest bijklussen en zijn creatieve talent kwam hierbij goed van pas. Zo ontwierp hij reclameaffiches en ook behangpapier. Het zou zomaar kunnen dat er in oude Brusselse huizen behangpapier hangt van het bedrijf Peters-Lacroix uit Haren, ontworpen door de surrealistische kunstschilder.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog moest hij andere trucjes bedenken om rond te komen,
toen hij en zijn vrouw Georgette het financieel moeilijk hadden. Samen met zijn broer Paul drukten ze valse Belgische bankbiljetten, die ze uitgaven aan de Belgische kust. Daar stopte het niet. Hij gebruikte zijn schilderstalent op een nog andere manier: door kunstwerken van grote schilders te vervalsen. Zo schilderde Magritte imitaties van werken van Georges Braque, Max Ernst en zelfs Pablo Picasso. Een vriend die bij het Paleis van Schone Kunsten werkte, verkocht die via de veilingen van het museum. In Magrittes huis hing later nog een valse Paul Klee, waarschijnlijk door hemzelf geschilderd. De kans is groot dat hij op die manier de smaak van het vervalsen te pakken kreeg.
27 varianten
Magrittes succes ging de jaren erna in stijgende lijn. Zijn werken werden steeds meer gewaardeerd, ook in Amerika groeide de interesse voor René Magritte. De schilder genoot van al die waardering en van wat het
opbracht, en zag er een opportuniteit in om meer te verdienen aan zijn kunst. Als verschillende kopers interesse toonden in een van zijn kunstwerken, speelde hij die meervoudige belangstelling uit. Hij schilderde meerdere versies van een kunstwerk, zodat hij ze aan meer dan een geldschieter kon verkopen. Of de kopers aan de andere kant van de oceaan daarvan op de hoogte waren, valt te betwijfelen. Hij had het zelf over “verschillende varianten”. Van Het rijk der lichten, een van zijn populairste werken, bestaan maar liefst 27 verschillende varianten. Aan waarde heeft het werk zeker niet moeten inboeten. In 2022 werd een van de versies verkocht voor 71,5 miljoen euro. De duurste verkoop van een Magritte ooit. Wie er eentje wil, heeft dus nog wat kansen over om er één op te kop te tikken. Maar het is gemakkelijker om naar het Magritte Museum te gaan en daar een authentieke, maar helaas geen unieke Rijk der lichten te bewonderen.
Staat het bescheiden FC Ganshoren en niet Anderlecht of Union op het punt dé merkwaardigste transfer van deze zomer te realiseren? Wie al eens een zondag doorbrengt in de lommerrijke Bosstraat, waar de vaste waarde in de tweede amateurklasse haar wedstrijden speelt en de grootstad zo ver weg lijkt, is geneigd die conclusie te trekken.
Broer Paul Pogba legt tests af bij FC Ganshoren. Toen iedereen nog aan het bekomen was van het EK voetbal in Duitsland stond die prikkelende titel onderaan de laatste pagina van het sportkatern. Paul Pogba is de Franse superster die met de nationale ploeg in 2018 wereldkampioen werd en voor Manchester United en Juventus uitkwam. Alleen, Paul Pogba, nog altijd maar 31, voetbalt al een jaar niet meer. De vedette werd in de zomer van 2023 betrapt op doping, zijn testosteronwaarden bleken kunstmatig verhoogd. Sindsdien zit hij een schorsing van vier jaar uit.
mate dat hij zijn grillige loopbaan (Pogba kwam in 13 jaar tijd voor 13 verschillende clubs uit) nieuw leven probeert in te blazen.
Enkele trainingen bij Wolvertem resulteerden nog niet in een overeenkomst. Maar toen stond hij dus eind mei plots aan de rand van het oefenveld in de Bosstraat. In het gezelschap van Joël Mokam, een jonge spits van … Wolvertem die sinds deze zomer voor Ganshoren uitkomt. Of die aardige beer – Alan Haydock, de trainer van Ganshoren, heeft het over een beest – misschien een kans kreeg? De bestuursleden moesten er toch eens over nadenken. Toen evenwel duidelijk werd dat zijn marktwaarde van 50.000 euro, een klein fortuin voor een amateurclub, sinds de affaire verschrompeld was, gaven ze hem een uitrusting om zich te bewijzen.
Elke week zoekt BRUZZ een interessant verhaal uit de Brusselse sportwereld.
Het slechte nieuws kwam boven op een afpersingszaak waarin de speler van Juventus in 2022 verwikkeld raakte en waarbij zijn oudere broer Mathias een doorslaggevende rol speelde. “De voetbalfans verdienen enkele zaken over Paul te weten,” sprak Mathias Pogba toen in een bijzonder filmpje op TikTok. Gewapende mannen, uitgeleende creditcards, een Afrikaanse handoplegger: het passeerde allemaal de revue.
Die Mathias Pogba duikt nu dus op in Ganshoren, al is dat ook niet zo ongewoon als het klinkt. Nadat hij op kerstavond 2022 de gevangenis ten noordoosten van Parijs had mogen verlaten, was de afspraak met justitie dat hij geen contact mocht hebben met zijn familie, verplicht de sociale media moest mijden en het Franse grondgebied niet mocht verlaten. Bij de Brusselse club kennen ze die geschiedenis, maar sinds de oudste Pogba met een Belgische vrouw samen is, heeft hij niet alleen zijn verleden afgezworen, de zuurstofrijke lucht van Merchtem, waar hij nu resideert, heeft ook zijn eigenwaarde een boost gegeven. In die
“Mathias heeft al tien kilo verloren sinds zijn eerste training,” zegt een ingewijde. Samen met een personal coach en een kine is broer Pogba nu de limieten van zijn flink geteisterde lichaam aan het opzoeken. Haydock krabt eens in de haren als hij het over de slaagkansen heeft. In oefenwedstrijden valt meteen op dat de aanvaller nog altijd over bijzondere technische gaven beschikt, maar ook dat de gevolgen van een afgescheurde achillespees hem ernstig beperken. Anderzijds, overal waar FC Ganshoren voorbereidingswedstrijden speelt, vragen ze meteen naar de man met de bijzondere achternaam. In Hoeilaart en Diegem bijvoorbeeld spreken ze nu nog over hoe zijn entourage tot een uitgelaten sfeer in de tribune leidde. Eind augustus moet Haydock de knoop doorhakken: wel of geen aansluitingspapieren voor Pogba?
En de vete met zijn broer Paul? Helemaal van de baan heeft het bestuur van Ganshoren te horen gekregen. In een ver verleden vertelde Mathias Pogba dat het zijn droom is ooit met zijn jongere broer in één elftal te spelen. Sportief manager Serge De Backer lacht. “Zonde van die schorsing natuurlijk, maar wie weet. Als Paul Pogba nog iets bezit van dat enorme kapitaal dat hij met voetballen heeft verdiend, mag hij altijd onze club kopen.” LUC KEMPEN
ZOMER
Maxime Blieck, alias B-girl Madmax, is breaker op topniveau. Meestal is ze tijdens de zomer in haar trainingslokaal of een Brusselse koffiebar te vinden. Lees haar portret op BRUZZ.be
Marjon Udo sprak met stadsgidsen, maar ze is er zelf ook een. Zij concludeert dat Brussel nood heeft aan goede verhalenvertellers.
Marjon Udo’s eigen verhaal is te lezen op BRUZZ.be
BRUZZ ICE
Op de jaarlijkse Boterhammen in het park draaien BRUZZ ICE dj’s bij ‘Bar Chaud’, onder meer iNess, KID $lang, Ravi Bongo en K4 .
Van maandag 26 tot vrijdag 30 augustus ‘s middags in het Warandepark
Elke week gaat BRUZZ op bezoek bij een kind in Brussel in zijn of haar slaapkamer. Deze keer is dat bij Suzan (12), die met haar kat, broertje en ouders in Molenbeek woont. “Later wil ik in een busje de wereld rondreizen.”
door Annelies Bontjes foto Saskia Vanderstichele
Je hebt een bijzondere lamp, van een opblaasband.
Ik heb die band een keer gekregen op vakantie. Ik had die maar twee keer gebruikt en ik wist niet wat ik er daarna mee moest doen. Toen heeft mijn papa er deze lamp van gemaakt.
Wat is iets dat jij goed kan?
Ik vind knutselen heel leuk.
Soms vind ik dat ik echt goede ideeën heb.
Wat heb je al geknutseld?
Mijn spiegel met schelpen. En ik heb nog van alles gemaakt. Doosjes, kaarsen, toverstaffen. Soms helpt mijn papa me.
Je hebt een kat, hoe heet die?
Romeo. Het is een heel sociale kat, maar hij kan wel bijten, maar ik ben dat gewoon. Het doet geen pijn.
Hoe heb je die naam bedacht?
We hadden een andere naam, Julia, we dachten dat het een meisje zou zijn. Toen was het een jongen en werd het Romeo.
Wat voor hobby’s doe je?
Zang, notenleer, gitaar en Chiro.
Welke hobby doe je het liefst?
Zingen. Ik ben veel bezig met muziek en ik vind het leuk als ik zelf die nummers kan zingen in het Engels of Nederlands.
Je hebt ook veel boeken. Lees graag?
Het is geminderd nu ik een gsm heb gekregen. Dat vind ik soms wel jammer. Vroeger kon ik een boek in een week uit lezen.
Heb je een lievelingsboek?
Ja, Cumulus van Neal Shusterman. Dat heb ik net gekregen.
Wat doe je op je gsm?
Video’s kijken, spelletjes spelen, op Instagram kijken.
Zijn er bepaalde mensen die je volgt online?
Gewoon mijn vrienden.
Hoe is het om in Molenbeek te wonen?
Leuk, want wij wonen in een rustige straat. De dingen zijn hier allemaal dicht bij elkaar. Mijn school, het park, winkels, mijn vriendinnen. Ik kan met de metro naar waar ik wil, dat is echt handig. In Vlaanderen moet je de bus pakken en dat duurt dan misschien keilang.
Als je de burgemeester was, wat zou je dan veranderen?
Ik zou de metro aangenamer maken, zodat meer mensen de metro pakken en er minder auto’s zouden zijn.
Hoe zou je dat doen?
Meer bewakers, meer controles, opkuisen en zorgen dat het leuker is om erin te gaan.
Heb je een droom?
Ik heb veel dromen. Nu wil ik heel graag leren naaien, omdat ik het leuk vind om kleren te ontwerpen. Gisteren wilde ik heel graag potten bakken. Ik wil elke dag wat anders.
Weet je al wat je later wilt worden?
Misschien interieurarchitect of schrijver. Ik heb ooit één
hoofdstuk van een boek geschreven.
Waar ging dat over?
Het was een verhaal over een verloren koningin die versteend was en moest worden teruggevonden.
Echt een avonturenverhaal. Zijn dat het soort verhalen dat je wil schrijven?
Misschien meer fantasy.
Maak je je weleens ergens zorgen over als je in bed ligt?
Nee, ik ga gewoon slapen. Maar ik ben wel een stress-persoon. Ik ben soms bang dat ik iets verkeerds heb gezegd.
Is er een land dat je graag zou willen bezoeken?
Ik wil naar Australië, New York, Londen en Italië. Als ik afgestudeerd ben, wil ik in een busje de wereld rondreizen.
Reeks nalezen?
Lees de hele reeks op www.BRUZZKet.be/slaapkamer
‘JE
CHANGE D’AVIS TOUS LES JOURS’
FR Cette semaine, BRUZZ s’invite dans la chambre de Suzan, 12 ans. Elle vit à Molenbeek avec son chat, son petit frère et ses parents. Elle a plusieurs rêves et voudrait devenir écrivaine ou architecte d’intérieur. Et plus encore : « Plus tard, je voudrais faire le tour du monde dans ma camionnette. »
“Misschien wil ik schrijver worden, ik heb al een verhaal bedacht over een versteende koningin”
‘I WANT EVERY DAY TO BE DIFFERENT’
EN Every week, BRUZZ visits a child in Brussels in their bedroom. This time we meet up with Suzan (12), who lives in Molenbeek with her cat, her little brother, and her parents. She has many dreams and hopes to be a writer or an interior designer, or to once “travel around the world in a van when I am older.”
• An Mertens (°1973) is mediakunstenaar en boomgriffier
• Studeerde Romaanse talen
• Belandde 25 jaar geleden in Brussel en was er dertien jaar kernlid van de vereniging voor kunst en media Constant
• Lanceerde in 2019 het Brusselse kunstenaarscollectief Anaïs Berck, dat staat voor samenwerking tussen mensen, algoritmes en bomen
Kunstenaarscollectief Anaïs Berck brengt de natuur in Arnhem tot leven
In september zal een beuk in het Zoniënwoud via data, sensoren en intieme gesprekken aan het vertellen gaan. An Mertens, bezieler van het Brusselse kunstenaarscollectief achter die bijzondere installatie, capteert deze zomer ook al de verhalen van Arnhemse bomen. “In Nederland wordt veel coulanter omgegaan met dit gedachtegoed.”
door Steven Van Garsse foto’s Saskia Vanderstichele
Hoe zou de Brusselse Maalbeekvallei eruitzien als die niet was verstedelijkt in het begin van de twintigste eeuw? Misschien zoals het Sonsbeekpark vandaag in Arnhem: dat park neemt een riante plaats in vlak bij het stadscentrum, op vijf minuten wandelen van het station. Met de aangrenzende parken is het goed voor tweehonderd hectare groengebied. Lang geleden stonden er langs de Sint-Jansbeek tien watermolens krachtig te draaien, net zoals aan de Maalbeek in Brussel.
Aristocraten en industriëlen met poen uit Arnhem en van ver daarbuiten kochten later landgoederen op en legden op de glooiende heuvels pronktuinen aan om tegen elkaar op te pochen. Twee eeuwen later is de plek een van de mooiste publieke landschapsparken van Nederland. Moerassige weiden en bossen worden afgewisseld met grote vijvers, watervalletjes in rocaille, villa’s en andere pittoreske gebouwen. Het is één groen gebied dat in een lange trek doorloopt tot aan het bekende nationale park De Hoge Veluwe. Zo is het niet alleen een zegen voor de
stadsbewoners, maar ook voor de biodiversiteit.
In Arnhem huist tot 15 september Anaïs Berck, het kunstenaarscollectief waarvan de Brusselse artieste An Mertens (°1973) de bezieler is. Ze toont er een bijzondere installatie, op het kruispunt van kunst, technologie en natuur. Het is zogenoemde datakunst, een stroming in de kunstwereld die in opmars is.
Het is wat fris voor de tijd van het jaar, de zomermaanden zijn regenachtiger dan normaal. De wandeling met An Mertens leidt naar een enorme, eeuwenoude eik die breed en grillig uitwaaiert en met de voeten in een moerassige weide staat. “We noemen hem de Allenige Eik,” zegt Mertens. “Het is de favoriete boom van heel veel bezoekers van het park. De eik heeft alle ruimte gekregen. Er staat geen obstakel in de weg. In alle glorie mag die boom een eik zijn.”
Rond deze eik en vijf andere bomen bouwde Anaïs Berck een installatie: er hangen verschillende sensoren in de boom, en er zit er eentje in de bodem die nauw-
keurig allerlei indicatoren meet: de luchtvochtigheid, de bodemtemperatuur, de CO2, de bodemvochtigheid, de beweging van de stam.
De data die de metingen opleveren, brengen de boom als het ware tot leven. Door de parameters in een datavisualisatie te gieten, ontstaat er een soort van schilderijtje dat continu in beweging is.
Een componiste schreef, op vraag van Anaïs Berck, muziek die gevoed wordt door de gegevens van de boom. Met esoterische, onvoorspelbare melodieën als resultaat.
Elke boom genereert bovendien ook verhalen en levert zo een totaalspektakel. Bezoekers kunnen op een bankje, dat bij de installatie hoort, gaan zitten voor een korte of langere tijd, en mijmeren over de boom, en er – ja, want dat is de bedoeling – op de een of andere manier mee in contact treden. An Mertens: “We proberen met ons project mensen op een andere manier naar een boom te laten kijken, ze ook uit te nodigen om regelmatig terug te keren naar die boom. Want elk moment is anders.”
De volgende halte, na de majestueuze eik, is een triest ogende paardenkastanje. Het is een boom die heeft afgezien, waar
takken van zijn afgezaagd. Hij draagt littekens, en gaat gebukt onder de paardenkastanjemineermot. Wellicht heeft de boom geen jaren meer te leven. Ook die wou Anaïs Berck betrekken in het project. “De boom is 188 jaar oud en heeft daardoor veel gaten. Maar je ziet meteen dat de natuur er gebruik van maakt. Er zijn nesten van koolmeesjes, een nijlgans heeft er gebroed. Het is een drukbezochte boom.”
Er volgt nog een majestueus ensemble van rode beuken, dat het verhaal van Anna van Vossenburg, een Surinaamse ex-slavin onder het Nederlandse kolonialisme, tot leven wekt. Ten slotte zijn er de ‘poortwachters’, dé blikvanger van het Sonsbeekpark: drie holle kastanjes die de vreemdste vormen aannemen.
“Ik geloof dat we als mensen nieuwsoortige relaties kunnen aangaan met andere wezens,” zegt Mertens. “Ikzelf voel me aangetrokken tot bomen. Het is eenvoudig om met een boom in contact te treden, je hoeft het niet zo ver te zoeken. Veel mensen hebben een relatie met een boom, ook al zouden ze dat zo niet benoemen. Een boom in hun tuin, of in hun straat, een boom waaronder ze graag een boek gaan lezen. Mensen worden er rustig van, en krijgen er inzichten.”
Mertens, die ook bedreven is in het bosbaden – natuur beleven met al je zintuigen – gelooft dat bomen een rol kunnen spelen voor het mentale welzijn van eenieder, in onze steeds jachtigere samenleving. “Het is bewezen dat de fytociden, de stoffen die door bomen worden geproduceerd, gezond zijn voor de mens. Het verklaart wat we eigenlijk allemaal weten: dat je rustig wordt door in een bos te gaan wandelen.”
Een schrijvende boom
An Mertens verkent ook de grenzen van wat voor veel mensen misschien wat too far out
is. Ze haalt haar inspiratie uit het sjamanisme en vertelt over haar ervaring met Frank Coppieters en Kathy Melcher, die vanuit het experimentele theater het universele sjamanisme als begrip gemunt hebben, los van geestverruimende middelen. Voor Mertens heeft dat transformatieve werk van sjamanisme onder meer haar relatie met de natuur veranderd. Die radicaliteit trekt Mertens resoluut door in haar kunstenaarsbestaan. Zo
“Ik schreef ook al een roman met een boom uit het Zoniënwoud. Dat leidt weleens tot onbegrip bij mensen”
bestaat haar collectief Anaïs Berck naast haarzelf en andere mensen, ook expliciet uit “algoritmes en bomen.” Ze heeft een nog niet gepubliceerde roman klaar die ze samen met een boom uit het Zoniënwoud geschreven heeft.
An Mertens ziet ook wel dat dat tot onbegrip leidt bij heel wat mensen, en zelfs tot regelrechte afkeuring. In Nederland wordt daar veel coulanter mee omgegaan, zegt ze. “Dit gedachtegoed is hier veel meer ingeburgerd.”
Hoe komt An Mertens tot die wat vreemde combinatie van kunst, technologie en natuur? “Ik ben als kunstenaar begonnen rond tekst en technologie en was erg geïnteresseerd in het beheer van mijn eigen computer. Zo trad ik toe tot een Linux-gebruikersgroep voor vrouwen, een project van kunstenwerkplaats Constant in Sint-Gillis. Daar kreeg ik de vraag of ik zin had om te onderzoeken wat de invloed is van de computer op de manier waarop je literatuur bedrijft. Dat leek me interessant.
De interactieve installatie Arnhemse bomen vertellen is tot 15/9 te bezoeken in het Sonsbeekpark, Zijpendaal en Gulden Bodem in Arnhem. Meer info: arnhemsebomenvertellen.nl en anaisberck.be. Van 3 tot en met 29/9 is een soortgelijke installatie te zien bij een bijzondere beuk in het Zoniënwoud, op het kruispunt van de Tumuliweg en de Sint-Hubertusdreef. Info: zonien. bomenvertellen.net
Het deed me denken aan Paul van Ostaijen, die bij drukkerijen langsging om te zien wat voor drukletters er bestonden, wat voor papier, en daar vervolgens zijn gedichten mee maakte. Zo ging ik op onderzoek naar niet-lineaire verhalen, naar multi-auteurschap, automatisch gegenereerde teksten. Elementen die in de digitale wereld vanzelfsprekend zijn, maar niet in de literatuur.”
“Ik zat daardoor heel veel uren aan de computer. Om te detoxen trok ik het Zoniënwoud in. Zo simpel gaat het soms. Later volgde ik een cursus natuurgids en combineerde ik mediakunst met bomen. Dat was een spreidstand vanjewelste: de wereld van de programmeur is niet dezelfde als die van de boomknuffelaar. Op een bepaald moment dacht ik: ik forceer het gewoon. Zo heb ik dat collectief opgericht.”
“Aanvankelijk gebruikten we vooral data, want er bestaan enorm veel databanken rond bomen. Gaandeweg merkte ik echter
dat ik ook bomen kon ontmoeten, de tijd kon nemen om ze te leren kennen en erbij kon gaan zitten. Met papier en potlood. En dat er van alles uitkwam. Iemand anders zou de boom misschien een muze noemen, ik noem het meer een bijzondere relatie. Ik
ontmoet de boom, voer er gesprekken mee en dat levert elke keer weer andere verhalen op.”
Geen schaarste, maar overvloed Wie de wandeling langs de bomen in Arnhem doet en naar de verhalen luistert voelt de klimaaturgentie in het werk van Anaïs Berck. Zit er een vorm van activisme in? Kan een kunstenaar activistisch zijn en tegelijk de kunst intact houden? “Meer dan met activisme heeft het bij mij met eco-anxiety te maken,” zegt Mertens. “Ooit ging ik door een soort van identiteitscrisis. Met technologie en literatuur bezig zijn had nog weinig nut in mijn ogen. Tijdens een reis naar Zuidoost-Azië belandde ik op een plek met een koraalrif, waar een restauratieproject aan de gang was om de schade van het klimaat op de koralen te herstellen. Daar voel je zo hard de effecten van de klimaatopwarming.”
“Toen ik terugkwam, kwam de vraag die voorheen al zat te sluimeren nog meer naar boven: heeft mijn werk nog een bestaansreden? Ik besloot dat ik het klimaatdenken mee in mijn werk moest opnemen. Dat is wat ik nu doe. En ja, dat is misschien activistisch, maar heel veel kunstenaars vandaag zijn bezig met het vertellen van verhalen waarin de mens niet meer centraal staat. Waar we een stapje opzijzetten voor andere wezens.”
“Natuurlijk blijft dat experimenteel. Ik heb geen antwoorden. Wel zie ik dat mensen vandaag vaak leven met een gevoel van schaarste, maar dat je, als je aandacht hebt voor de natuur, en naar elk bloemetje kijkt of naar een vogel die zingt, alleen maar kan vaststellen: dit is geen schaarste, dit is overvloed.”
FR En septembre, un hêtre de la Forêt de Soignes se mettra à parler à l’aide de données, de capteurs et de conversations intimes. Anaïs Berck, le collectif bruxellois à l’origine de cette extraordinaire installation à l’intersection de l’art, de la technologie et de la nature, capture aussi les histoires des arbres d’Arnhem cet été. Entre-temps, An Mertens, fondatrice du collectif, a terminé un roman écrit avec un arbre : « Certains diront que cet arbre est ma muse, moi j’appelle ça plutôt une relation spéciale ».
EN Bodytekst samenvatting
EN In September, one of the beech trees in the Sonian Forest will start telling stories, with the help of data, sensors, and intimate conversations. Anaïs Berck, the Brussels-based collective behind that extraordinary installation at the intersection of art, technology, and nature, has this summer already been capturing the stories of trees of Arnhem. Meanwhile, founder An Mertens, has finished a novel she wrote with a tree: “Someone else might call the tree a muse, I call it more of a special relationship.”
Kathleen Peters is stand-upcomedian, Limburgse, maar woont in Brussel. Binnenkort keert ze terug naar de heimat voor een eenmalige show over de verschillen tussen Brussel en Limburg. Ze schrijft tweewekelijks over wat haar opvalt.
Tien jaar geleden liet ik het zalige Zutendaal achter voor het bruisende Brussel. En op de eerste twee weken na – al mijn vrienden gingen in Leuven studeren en ik trotseerde de hoofdstad in m’n eentje – voelde ik nooit iets van spijt over die beslissing. Definitief terugkeren naar Limburg? Nooit over nagedacht. Met de nadruk op definitief, want natuurlijk keerde ik vaak terug. Voor mijn familie en vrienden, die al jaar en dag de zon in hun leven moeten missen – enige overdrijving is mij niet vreemd – en voor de niet te evenaren Limburgse kebab (probeer die zelf maar eens).
Ook voor een speciaal iemand. Geen verborgen liefde, wel mijn … huisarts. Ik blijk niet de enige te zijn: wel vaker hoor ik van vrienden die in Brussel wonen dat ze er jaren over hebben gedaan om hun huisarts in hun geboortedorp om te wisselen voor de
huisartsenpraktijk om de hoek.
Hersenvliesontsteking
Ben ik dan ook zo gehecht aan mijn huisarts (weleens gehecht door mijn huisarts, maar dat is iets anders)?
Ik zou kunnen zeggen: de patiëntenstop in Brussel heeft mij parten gespeeld, dus moet ik noodgedwongen in Limburg mijn medische zorg zoeken.
Maar dan lieg ik.
Ik denk dat vooral het Nederlands een rol speelt. Er zit niemand te wachten op een vrouw van in de twintig die met hand, tand en gebrekkig Frans probeert uit te leggen wat er met haar scheelt. De vrees om niet uitgelegd te krijgen wat ik precies mankeer – de vrees om niet gehoord te worden – vind ik veel erger dan doodziek eerst nog eens 105 kilometer te rijden naar het oosten van het land, om dan in mijn dialect te horen dat ik mijn symptomen beter niet googel en dat ik – ook deze keer – geen hersenvliesontsteking heb maar gewoon een stijve nek en een griepje.
Of moet ik het dieper zoeken, ergens ter hoogte (of ter laagte) van mijn onderbewustzijn? De idee dat ik thuis
de oplossing voor mijn zorgen zoek, geeft me niet alleen een medische, maar ook een psychologische boost. Want bij ziekte heeft deze 28-jarige gewoon haar mama nodig.
Een echte Brusselaar
Wanneer is iemand, die van buiten Brussel komt en naar de hoofdstad verhuist, een echte Brusselaar?
Ik denk dat ik dat enkele jaren geleden werd. Toen ik mij volledig integreerde en finaal besloot om in de buurt van waar ik woon, Sint-Joost-tenNode, toch een arts op te zoeken. Ik was waarlijk te ziek om die absurde afstand af te leggen, hoe graag ik Zutendaal ook zie. In plaats van mijn symptomen op te zoeken, typte ik simpelweg ‘huisarts in Brussel’ in. Ik klikte op het eerste en toevallig ook het beste resultaat.
Sindsdien bespaar ik me de reis naar Limburg – en komt mijn mama naar mij.
Wie alle columns van BRUZZ wil herlezen, kan de teksten terugvinden op BRUZZ.be/column
ontvang je maandelijks ook
agenda 23 > 29/8
‘We zijn allemaal hetzelfde kunstwerkje geworden’
Volgende week belegt de Ancienne Belgique opnieuw elke middag boterhammen in het Warandepark. De Nederlandse
rapper Merel Pauw alias Elmer mag onze honger stillen met vieze praat, bonkige beats en plaksnorren. “Het is belangrijk dat we de lelijkheid in elkaar leren te appreciëren.”
door Tom Zonderman
Ik voel een enorme liefde voor artiesten die raar zijn,” vertelt Merel Pauw via Zoom. Op de dag van haar aantreden op Boterhammen in het Park mag ze als ‘curator’ enkele namen op de affiche zetten die die weirdheid uitstralen, en dat worden het Antwerpse Borokov Borokov en de Nederlandse rapper Babs. “Belgische artiesten omarmen dat mystieke. Nederlanders willen doorgaans weten wat dingen betekenen. Daarom voel ik me hier ook heel erg thuis. Hier is meer plek voor vragen, voor het niet-weten.”
Zelf cultiveert Pauw ook die ‘raarheid’. Met Elmer zet ze een verwarrend, androgyn personage neer, een antiheld(in) die balanceert tussen rap, Miami bass, Mr Oizo en cabaret. Tot voor kort stond ze op een podium in mannenpak met plaksnor (deze zomer komt ze in een scoutspakje met rokje). Toen ze ook zo deelnam aan de Nederlandse versie van De slimste mens, leverde dat heftige reacties op. Met haar nummer ‘Je vader’ daagde ze vervolgens de goegemeente uit. “Ik heb schijt aan de sociale conventies,” rapte ze, “Je deed onaardig tegen mij, dus nu neuk ik je vader,” en “wel met zonder condoom.”
“Ik vind die tekst zelf ook heftig. Ik heb weleens spijt dat ik hem heb bedacht, dan weer ben ik heel blij. Soms voel ik me een soort puber wiens brein niet is ontwikkeld. Als kunstenaar heb je een zekere naïviteit nodig, want als je niet af en toe oogkleppen kan opzetten, dan breng je nooit muziek uit. Het is alvast een leuk nummer om met een groep te zingen. Omdat er een soort van bevrijding in zit. Eigenlijk zegt de tekst meer over de luisteraar dan over mij.”
Meer dan één Merel
Vallen Merel en Elmer samen, of zijn het twee verschillende versies van één persoon? “Ze zijn één persoon, maar het zijn wel twee kanten die vaak met elkaar in gevecht raken. Op een podium vind ik het
“Een groot deel van mijn luisteraars snapt heel erg wat ik doe,” vertelt Elmer. “Maar er zijn ook mensen die ik enorm in verwarring breng, en die daar heel erg boos van worden.”
leuk om tegen dingen aan te trappen, maar ik kan ook enorm angstig zijn. Dan moet ik dealen met wat die schreeuwlelijk in mij allemaal heeft gezegd. Tijdens mijn shows wil ik die tegenstrijdigheid op een meedogenloze manier laten zien.”
In onze dwangneurose om de beste versie van onszelf te zijn (of te tonen), borstelen we tegenstrijdigheden of onvolkomenheden onder de mat. Vandaag heerst het concept van het maakbare individu, en daar heeft Pauw het moeilijk mee. “We zijn allemaal een soort van kunstwerkje geworden, we gebruiken de juiste woorden en dragen de kleren die bij onze levensvisie passen, om aan elkaar te signaleren: ik doe het goed, toch? Terwijl het net belangrijk is dat we de lelijkheid in elkaar accepteren en leren om een groep te zijn die niet perfect is.”
“Ik merkte dat er best wel wat conventies bestaan in de muziekwereld. Ik heb er nood aan om die regels op te rekken”
“Wij zijn meerdere mensen,” zong Pauw dan ook op haar ep Wij. “Ik probeer samen met mijn publiek een ruimte te creëren waarin juist het niet weten wie je bent mag bestaan. Met ‘Wij’ probeerde ik dat in kaart te brengen. Zoals zoveel mensen voel ik mij altijd een soort van mislukkeling. Het lukt mij niet om culturele regels en afspraken te begrijpen en te volgen. Ligt dat aan mij of aan de anderen?”
Pauw beseft dat haar queeste via haar personage Elmer ook iets tegenstrijdigs in zich draagt. “Enerzijds probeer ik die zoektocht naar identiteit heel erg open te gooien. En anderzijds hou ik enorm van artiesten die erkennen dat zij zichzelf bedacht hebben. De maakbaarheid van dat artiestenschap vind ik een heel eerlijke relatie om met je publiek aan te gaan.”
Net daarom is ze bijvoorbeeld een grote fan van Gorillaz, zegt ze. “Gorillaz waren een reactie op de boy- en girlbands en de gemaaktheid van popmuziek in die tijd. En ik probeer met de gemaaktheid van Elmer soms een reactie te zijn op het feit dat ik denk: we hoeven niet zo onszelf te zijn. Je kan ook jezelf zijn door jezelf tot een uiterste vergroting te maken. En mensen deelgenoten maken van de fantasiewereld in je hoofd. David Bowie vond ik net daarom fantastisch, hoe hij in zijn
gemaaktheid juist extreem kwetsbaar was.”
Braggadocious
Vandaag lijken heel veel artiesten te werken volgens hetzelfde riedeltje, vindt Pauw: “Vanuit het idee: ‘Het ging een tijdje heel slecht met me, nu gaat het beter, ik heb mezelf overwonnen, dit is waar dit nummer over gaat.’ En dat snap ik heel erg, want het is ook heel vet. Maar aan de andere kant bouw je als artiest een muur om je heen. Want hoe kwetsbaarder een persoonlijk nummer is, hoe minder ik er iets van mag vinden. Ik vind het spannender als je die onzekerheid toont, en tegelijk ook braggadocious durft te zijn. Zoals bijvoorbeeld Charli XCX heel mooi doet op haar laatste album.” Megan Thee Stallion vindt ze cool, maar ze mist soms lelijkheid, zoals ze die bijvoorbeeld wel vindt bij Peaches.
Als ze iets confronterends zegt in een belachelijk kostuum, gaan er werelden schuren, zegt Pauw. “Een groot deel van mijn luisteraars snapt heel erg wat ik doe. Maar er zijn ook mensen die ik enorm in verwarring breng, en die daar heel erg boos van worden.” Dat vindt ze best zwaar om mee om te gaan, dealen met haatreacties is een thema op haar nieuwe album, dat in het najaar verschijnt.
Kan zo’n aanpak ook een shortcut zijn naar cynisme? “Ja, dat gevaar is er zeker,” knikt Pauw. “Er zit een cynische kant in mij, en ik moet erover waken dat die niet de overhand neemt. Als je succes krijgt, ga je samen met een select groepje fans al snel denken dat jij het snapt en de rest niet. De perfecte bestrijding daarvan is empathie. Maar ik begin de weg daarnaartoe steeds moeilijker te vinden.”
Het mag niet verbazen dat Pauw theater studeerde. Haar moeder is actrice, haar vader cabaretier. “Die theatraliteit die ik hanteer komt vanuit een lichte frustratie over de behoorlijke saaiheid van veel optredens. Ik merkte dat er best wel wat conventies bestaan in de muziekwereld, en ik heb er nood aan om die regels op te rekken. Maar hoe bouw je een wereld op die helemaal van jou is zonder een groot budget? Vandaar dat de dj in mijn set een pluchen hond is genaamd Skipper. (Lacht) Als ik mensen daarmee te pakken krijg, dan weet ik dat ze geloven in een realiteit die niet bestaat.”
Elmer smeert op 28/8 Boterhammen in het Park (26 > 30/8), abconcerts.be
FR Dès lundi, l’Ancienne Belgique prépare chaque midi ses fameuses tartines au Parc Royal. La rappeuse néerlandaise Merel Pauw, alias Elmer, a fait un tabac avec sa chanson devenue culte ‘Je Vader’, qu’elle joue habillée en garçon et affublée d’une moustache. Cet été, c’est en tenue de scout qu’elle prendra la route. « La plupart de mes auditeurs comprennent très bien ce que je fais », dit-elle à propos de sa manière de jouer avec l’identité, le genre et les attentes qui s’ensuivent, le tout sur des rythmes entraînants. « Mais il y a aussi des gens que j’embrouille énormément, et cela les met très en colère. »
EN From Monday, the Ancienne Belgique will once more be making musical sandwiches in the Warandepark/Parc Royal every afternoon. With her frank and foul-mouthed alias Elmer, Dutch rapper Merel Pauw scored a cult hit with “Je vader” which she performed in a men’s suit with a stick-on moustache. This summer, she is hitting the road in a scout’s outfit. “Most of my fans very much understand what I do,” she says of her pumping beats-driven play with identity, gender, and expectations. “But I also tend to make some people very confused and that makes them very angry.”
AUGUST 31, 14H TILL 22H
& CREVETTE RECORDS
KAPLA DANCE
VOSTOCK
Hide & Seek pakt uit met een ontmoeting tussen de Gentse stadscomponiste en contrabassiste Lara Rosseel en de in Ghana opgegroeide maar tegenwoordig eveneens in Gent residerende harpluitspeler Nana Osei Twum Barima. Die unieke samenvloeiing van twee uiteenlopende muzikale stromen vindt bovendien plaats in Queens, een negentiende-eeuws, neoklassiek landhuis aan de Koninginnelaan in Laken, dat zich uitstekend leent voor expo’s en intieme concerten.
LARA ROSSEEL & NANA OSEI TWUM BARIMA 24/8, Queens, muziekpublique.be
93 is Sonny Rollins intussen, maar de kans dat het Amerikaanse jazzicoon nog op een podium staat, is klein. Gelukkig vormt het Baryon Trio, een drieverbond tussen tenorsaxofonist Valentin Urbain, contrabassist François Meulemans en drummer Jérôme Sneessens, een mooi surrogaat. Samen brengen ze de geest van het Sonny Rollins Trio weer tot leven, dat in de jaren 1950 en ’60 de hardbop een gouden gloed bezorgde.
BARYON TRIO 21/8, The Music Village, themusicvillage.com
Geen betere plek om een zomerse piek in de klassiek te beleven dan in de Vaux Hall in het Warandepark. Naar goede gewoonte mogen enkele residenten van de Muziekkapel er bloemlezen uit hun favoriete werken. Violiste Rino Yoshimoto, pianiste Marie Datcharry en sopraan Marion Bauwens brengen er werk van onder meer Mozart, Mendelssohn, Dvorák, Debussy en Strauss. (TZ)
RINO YOSHIMOTO, MARION BAUWENS & MARIE DATCHARRY 25/8, Vaux Hall, vauxhallsummer.brussels
Dat de wereld voortdurend in beweging is, hoef je de van seizoen tot seizoen levende modewereld niet te vertellen. MAD Brussels verkent nog tot het einde van de zomer een andere vorm van beweeglijkheid van die fashionindustrie: de interactie tussen mode en dans. Van de ontwerpen van Walter Van Beirendonck en Christophe Coppens voor de Opera van Parijs en De Munt over designs die inspiratie putten uit het nachtleven tot de catsuit van de Nederlandse zangeres Merol. You like to move it?
FASHION MOVES > 31/8, MAD Brussels, mad.brussels
Het eerste boek uit de Harry Potter-reeks is inmiddels al meer dan een kwarteeuw oud, maar nog steeds blijft de leerling-tovenaar met het brilletje razend populair. Zelfs wanneer Potters geestelijke moeder, J.K. Rowling, zich steeds meer overgeeft aan vileine, voldemortiaanse bozigheid. Voor wie betovering en realiteit los van elkaar kan zien, trekt Visions of magic op Thurn & Taxis een interactief spektakel op.
HARRY POTTER: VISIONS OF MAGIC > 31/12, Thurn & Taxis, harrypottervisionsofmagic.com
Zelfs als de zomer door grijze wolken in de richting van het vergeetputje wordt gespoeld, kan je rekenen op Grafik voor een streepje zonneschijn. Samen met het Rotterdamse SeeSun Collective presenteert de Schaarbeekse boekhandel met een hart voor grafische extravaganza een tentoonstelling die middels prints en speelse objecten het kind in je wakker maakt. Toys, toys, toys voor alle leeftijden. (KS)
SEESUN COLLECTIVE: TOYS, TOYS, TOYS > 12/9, Grafik, grafik.brussels
Wie kraait er naar een nieuwe versie van The Crow (1994), de cultfilm van Alex Proyas, waarin de charismatische Brandon Lee tijdens de sleutelscène per ongeluk echt werd doodgeschoten? Bill Skarsgård en FKA twigs alvast wel. De Zweed die doorbrak als horrorclown Pennywise in It en It chapter two speelt de getormenteerde Eric Draven, die terugkeert uit het dodenrijk om zich te wreken. De Britse muzikante leent haar donkere romantiek aan Dravens grote liefde.
THE CROW US, dir.: Rupert Sanders, act.: Bill Skarsgård, FKA twigs, Danny Huston
Had Jonathan Millet zijn eerste speelfilm maar uit zijn duim gezogen. De pijnlijke waarheid is dat hij aanvankelijk een documentaire wilde maken over de trauma’s en het ballingschap van Syrische oorlogsvluchtelingen. Maar toen hoorde hij over ondergrondse cellen en Syriërs die in Europa jagen op hun beulen en oorlogsmisdadigers. Een spionagefilm leek hem de beste manier om dat verhaal naar buiten te brengen.
LES FANTÔMES FR, dir.: Jonathan Millet, act.: Adam Bessa, Tawfeek Barhom
Zoë Kravitz zal niet vaak meer worden geïntroduceerd als dochter van Lisa Bonet en Lenny Kravitz. Noch als de actrice uit Big little lies en The Batman. Ze heeft namelijk een eerste speelfilm geregisseerd, en die zal zeker over de tongen gaan. In Blink twice vliegen twee opdiensters naar het privéeiland van een techmiljardair. Een paradijs is dat niet. Kravitz entertaint én keert een ongemakkelijk thema binnenstebuiten. (NR) BLINK TWICE US, dir.: Zoë Kravitz, act.: Naomi Ackie, Channing Tatum, Christian Slater
‘Roland en ik delen een way of life’
“I’m alive,” klinkt het in ‘Your world’, de recentste single van Dirk Swartenbroekx alias Buscemi. Rond de eeuwwisseling was de Limburgse dj, producer en muzikant niet weg te branden van de Belgische radio, dankzij albums als Mocha supremo, Our girl in Havana en Camino real, waarop hij exotische sounds mixte met jazzy beats, een zwoele melange, die ook op festivals een goede afzetmarkt vond.
De voorbije jaren opereerde Buscemi eerder in de schaduw, maar dat is slechts perceptie, zegt hij naar aanleiding van zijn show op Plazey. “Ik breng om de twee maanden een single uit. Die nummers worden misschien niet zo vaak meer gedraaid op de radio, maar voor artiesten als ik is streaming belangrijker, en daar doe ik het goed. Om de zoveel tijd bundel ik die songs tot een album. Ik treed nog altijd heel veel op, niet alleen op festivals, en ook voor bedrijven, tot in het buitenland toe. Onlangs stond ik nog te draaien op de Olympische Spelen voor Remco Evenepoel in het Lotto Belgium House.”
Naar zijn show in Brussel brengt Buscemi Roland mee, de eigenzinnigste der Belgische blueszangers, die een maand geleden tachtig kaarsjes mocht uitblazen. Buscemi en Roland vonden elkaar dankzij hun gezamenlijke vriend Joachim Heuvinck (Jokomo), en maakten een tijdje terug de single ‘My gris-gris’, een broeierige mix van West-Afrikaanse gitaarlicks, afrobeats en een Dr. John-achtige voodoosfeer die intussen tot in Australië toe op de radio wordt gedraaid.
Hypnotiserende beats en een getaande bluesstem smelten samen als thee en honing, weten we sinds de Franse producer St Germain zijn elektronische jazzhouse aan John Lee Hooker koppelde in zijn nummer ‘Sure thing’. Dat is ook Buscemi niet ontgaan. “Ik hou van Rolands spirit, blijven gaan en nieuwe dingen ontdekken, ook al is hij nu tachtig,” zegt hij. “Het feit dat we allebei al zo lang van de muziek leven, maakt dat we elkaar goed begrijpen. Het is een way of life die we delen.”
Buscemi mag dan een dj zijn, op het podium doet hij zijn ding met een liveband. Naast Roland, die naar eigen goeddunken zijn “magical thing” mag toevoegen aan de songs die Buscemi opdist, zitten daar onder meer trompettist Sam Versweyveld, percussionist Roland Bindi van Allez Allez en zangeres Jana De Valck in. “Binnenkort ga ik iets doen met een sopraanzangeres, maar daar kan ik nog niet te veel over zeggen. Ik ben altijd uit op iets nieuws.” TOM ZONDERMAN
Buscemi en Roland bundelen hun muzikale mojo’s op 23/8 tijdens het Plazey-festival, plazey.be
Goed nieuws: de onvermoeibare Frédéric Nicolay rijgt opnieuw de ene opening na de andere aan elkaar. Na Le Cocq, Château Moderne en Jaja krijgen we nu Le Charbon voorgeschoteld.
De incontournabele splijtzwam van de Brusselse horeca Frédéric Nicolay drukte zijn stempel op de vijf hoeken van de hoofdstad, van Café Belga tot Grand Central. De tijden dat hij plekken voor anderen ontwierp liggen achter ons, tegenwoordig maakt hij een comeback door zijn eigen adressen te openen. En de man lijkt goed op dreef te zijn, afgaande op een hele rist succesvolle ondernemingen, denk maar aan Le Cocq in Elsene, en Château Moderne en Jaja in Brussel. Die aaneenschakeling van successen is nog opmerkelijker als je ziet dat Nicolay zich intussen ook opmaakt om het lang in onbruik geraakte Au Suisse
aan het Poelaertplein nieuw leven in te blazen. De succesformule? Een efficiënte combinatie van eenvoudig eten – hamburgers, broodjes ... – en betaalbare drankjes. De positieve flow zet Nicolay aan om een vervloekt adres aan de Hallepoort te heropenen. De zaak – die bij de eerste opening nog Angelina heette en daarna Robinet – heeft een opmerkelijk profiel, vooral door het grote terras en een enorme garagepoort die de ruimte naar buiten opent. Le Charbon, zoals de plek werd herdoopt, opende in de rustige julimaand. Die kalmte heerste nog steeds toen we er op een zondagavond over de vloer kwamen. Laten we hopen dat de plek een lang leven beschoren is, want dat verdient ze. Allereerst door de inrichting, die ingrijpend werd veranderd, met een bar die van kant wisselde en een soort betonnen cupcake-
vorm die dienstdoet als dj-booth. De grote, met cactussen bezaaide ruimte ademt ontspanning, met een pingpong- en kickertafel waarop je gratis mag spelen. Le Charbon blijkt de perfecte plek voor een aperitief, dat voor ons bestond uit een amaretto sour (11 euro), perfect bereid door Shana, en een heerlijke hummus (7 euro) met een genereuze portie za’atar en pilipili, gemaakt door Ophélie alias Bouli. De kikkererwtenpuree vormde een mooie match met het voortreffelijke Albanese brood van bakkerij Balkan. Heb je meer honger? Dan is de op houtskool gebakken ‘smash’-burger (11 euro) niet mis, met zijn pikante saus, groentepickles, emmentaler, tomaten en sla. Maar ook het broodje met ham en kimchi (6 euro) is een aanrader.
TEKST: MICHEL VERLINDEN FOTO: SASKIA VANDERSTICHELE
Download de NOWJOBS-app en vind vlot jobstudenten en flexi’s. Tot 2 uur voor de shift begint.
Download de NOWJOBS-app en vind vlot jobstudenten en flexi’s. Tot 2 uur voor de shift begint.
‘Beter
half’
Eind augustus belegt Wannes Cappelle
onze Boterhammen in het Park met Het langste jaar, het zesde album alweer van zijn band Het Zesde Metaal. Hier dartelt hij van Het Eerste naar Het Vijfde Inzicht.
door Michaël Bellon
Het leven is een aaneenschakeling van problemen Ik bedoel dit niet pessimistisch, want problemen zorgen voor oplossingen. Onze dag begint met het probleem dat we honger hebben, en dus ontbijten we. Omdat we moeten ademen, verluchten we onze kamer. Soms krijg je het gevoel dat het ene probleem nog niet is opgelost of het andere is al daar, en dat is ook zo. Maar wat zouden we zonder zijn?
“De geschiedenis is een afschuwelijk gerecht, bereid met de beste ingrediënten”
Dit las ik in het boek Congo van David Van Reybrouck, in de context van de pogingen om van Congo na de onafhankelijkheid een democratie te maken, en hoe dat op alle manieren is misgelopen. We zijn dan altijd geneigd om een schuldige te zoeken. Terwijl dingen ook ondanks of juist door goede bedoelingen slecht kunnen uitvallen.
In wat je herhaalt, word je beter
Het lijkt alsof ik een open deur intrap, maar het wil ook zeggen dat je beter wordt in dingen die je op een slechte manier herhaalt. Als je een instrument op een slechte manier leert bespelen, dan word je beter in slecht spelen. Het is dus belangrijk dat je eerst goed doet wat je gaat herhalen. Beter traag en goed, dan snel en half.
“Geven is krijgen zonder te nemen”
Dat stond in het afscheidsboekje van een geluidstechnicus die gestorven is aan ALS. Hij was een gever. Mensen die delen en geven zijn de echte groten. Ook op een podium.
Lees de krant van gisteren
Een vriend heeft op zijn toilet een voorpagina van een krant uit de jaren 1970 hangen. Je ziet meteen de relativiteit in van dat voorpaginanieuws. Zeker online krijg je steeds nieuwe dopamineshots, maar de koppen die we vandaag belangrijk vinden, zouden we een dag later al gewoon overslaan. Over 50 jaar geeuwen scholieren om waar wij nu voor huiveren.
Het Zesde Metaal speelt op 26/8 op Boterhammen in het Park en op 12/12 in de Ancienne Belgique, abconcerts.be
“A STRANGE BEAST OF A FILM”
LETTERBOXD JOURNAL “EXHILARATING AND EXASPERATING”
EEN FILM VAN ZOHRA BENHAMMOU EN YOUNES HAIDAR
BRUSSELSE JONGEREN OOG IN OOG MET ZICHZELF IN DE SPAANSE PYRENEEËN
Woensdag 4 september 19u in Cinema Palace
Tickets: cinema-palace.be
camera YOUNES HAIDAR geluid ZOHRA BENHAMMOU
producer EVELINE WELSCHEN uitvoerend producent KRISTOF PITTEURS
montage YOUNES HAIDAR, SÉBASTIEN CALVEZ grading LUCIEN KELLER
audio postproductie ERIK VERHEYDEN
een productie van BRUZZ © 2023
Zet zaterdag 23 november alvast in je agenda. Dat is de dag waarop we samen Brussel veranderen in één groot spaghettifeest!
Vragen? Stuur een mailtje naar brusselhelpt@bruzz.be
e c k a llecursussen engetuigen i s nes
hC
Haal je gratis brochure in een van de 22 gemeenschapscentra, bibliotheken of Muntpunt. Kijk op N22.brussels.