BRUZZ editie 1903 (18-09-2024)

Page 1


Pindaslingers en snoeihout

Stadstuintje herfstklaar maken 23

Op zoek naar restanten

Verdwenen kastelen in Laken 24

Valse art-nouveaubeeldjes

Kunstfraude in Brusselse galerieën 32

‘Vrouwen zien nog te veel af in stilte’

’Zaaltje gereserveerd in het parlement’

‘Formateur’ Fouad Ahidar op zoek naar Vlaamse meerderheid

Marxistische hippies en liberale kapitalisten

Vijftig jaar ‘kritische’ stadsbewegingen

Remco’ in de regenboogtrui

Brussel wil WK Wielrennen 2030 organiseren

05 EDITO

06 COVERSTORY In haar nieuwe beeldverhaal richt Alix Garin de blik onbeschroomd op zichzelf

10 IN BEELD Sophie Soukias

13 BEELDCOLUMN Kim Duchateau

20 BIJGEDACHTE Franstalig blok is niet van beton

21 KORT GESPREK Kristof Michiels maakte met Arno: Rock ’n‘ Roll Godverdomme een docu over de zanger

23 BEESTIG BRUSSEL Een herfstklare tuin

24 ERFGOED Op zoek naar de twintig kastelen van Laken

28 BIG CITY Is de koning aanwezig als de driekleur wappert op het dak van het paleis?

30 DE SLAAPKAMER van Elis

32 KUNST Valse art-nouveaubeeldjes duiken op in Brusselse galerie

36 COLUMN Gore groene bak

37 SELECT Bozar werpt een nieuwe blik op het dadakunstenaarskoppel Hans/Jean Arp en Sophie Taeuber-Arp Klein onderhoud Poetik Bazar Eat & Drink Dastaan De vijf inzichten Tsar B

Raf Pauly is met stadsvereniging Bral al vijftig jaar een luis in de pels van politici en promotoren.

POUTREL zoekt een Algemeen Directeur

Heb jij de visie, ervaring én drive om ons team te leiden?

Zin om de Brusselse social profit te versterken met jouw leiderschap?

Dit is jouw kans om écht impact te maken!

De volledige vacature vind je hier: www.ld3.be/ad-poutrel Vragen en info: 02/889 00 80 of poutrel.hr@ld3.be

is de unie van Cosmos, Buurtwerk Noordwijk LD³ en Bricoteam

‘An Architectural Installation on the music of Bartók’ 20 Sept.’24 at Bozar

COLOFON

BRUZZ

Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-650.10.65

ABONNEMENTEN

Josiane De Troyer (abo@bruzz.be), 02-650.10.80

Gratis in Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België: 29 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393 van Vlaams Brusselse Media vzw Buiten België: 35 euro per jaar.

OPLAGE

55.000 exemplaren.

ADVERTEREN?

Sacha Devos en Angela Mngongo 02-650.10.81 sacha.devos@brusselmedia.be angela.mngongo@brusselmedia.be

DISTRIBUTIE

Ute Otten, 02-650.10.63, ute.otten@brusselmedia.be

ALGEMENE DIRECTIE

Dirk De Clippeleir

ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR

Klaus Van Isacker

COÖRDINATOR MAGAZINE

Maarten Goethals

ARTDIRECTOR

Heleen Rodiers

VORMGEVING

Ruth Plaizier

EINDREDACTIE

Karen De Becker, Kurt Snoekx

WERKTEN MEE AAN DIT NUMMER

Kris Hendrickx, Sophie Soukias, Steven Van Garsse, Tom Zonderman (redacteurs); Michaël Bellon, Annelies Bontjes, Maya Callizaya, Luc Kempen, Michiel Leen, Tom Peeters, Kathleen Peters, Niels Ruëll, Indra Rypens, Hans Vandecandelaere, Bram Van Renterghem, Michel Verlinden (medewerkers)

VERTALING

Frédérique Beuzon, Gregory Blauwers, Sam De Ryck, Aurélien Garcia, George Holmer

FOTOGRAFIE & ILLUSTRATIE

Bart Dewaele, Kim, Delphine Frantzen, Ivan Put, Saskia Vanderstichele

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER

Koen Cypers

Flageyplein 18, 1050 Elsene. BRUZZ is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw, wordt gedrukt bij Printing Partners Paal-Beringen en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie

MELD NIEUWS

Zelf nieuws gespot? Tips zijn altijd welkom via: BRUZZ.be/meldnieuws Persberichten kunnen via redactie@bruzz.be

VOER UW EVENEMENT IN OP ENCODEZ VOTRE ÉVÉNEMENT SUR ENTER YOUR EVENT ON www.extranet.brussels

WWW.BRUZZ.BE

Maarten Goethals

Coördinator Magazine

Schijnvertoning

Een van de oudste debatten in de filosofie gaat over het onderscheid tussen echt en onecht. Wat is schijn? En wat is werkelijk, waarlijk en waarachtig?

“Niets is wat het lijkt: niet in de kunstwereld, niet in de politiek, niet in bouwdossiers”

FR Une des questions philosophiques les plus anciennes porte sur la distinction entre le vrai et le faux. Qu’est-ce qui est illusoire ? Et qu’est-ce qui est réel, véridique et authentique ? Bruxelles fait face à ce problème. Et même littéralement : des centres d’art, comme nous le verrons dans ce magazine, voient des fraudeurs revendre de faux tableaux ou de fausses sculptures Art nouveau à prix d’or comme étant des vrais (p.32). Parfois, ces criminels se font prendre, parfois ils réussissent leur coup. Un autre exemple est la codécision. L’association InterEnvironnement existe depuis cinquante ans et lutte pour obtenir une plus grande participation dans les dossiers de construction importants. En particulier pour représenter le point de vue des « plus faibles » face aux gros promoteurs. Et oui, cette concertation se déroule de plus en plus de façon structurelle. « Mais le problème est que les pouvoirs publics continuent à présenter des plans alors qu’une bonne partie a déjà été décidée avec le promoteur (p.14). »

Dernier domaine où rien n’est ce qu’il paraît : la formation politique. Avec l’arrivée de Fouad Ahidar comme formateur côté néerlandophone, une coalition entre son parti, Vooruit et Groen semble envisageable (p.12). À quoi a-t-on assisté alors ces dernières semaines ? À un simulacre ?

Ook Brussel worstelt met die vraag. Soms heel letterlijk: kunsthuizen, zo blijkt verderop in het magazine, zien fraudeurs vaak leuren met valse schilderijen of art-nouveaubeeldjes, die voor veel geld worden verkocht als authentiek (p.32). Soms lopen die criminelen tegen de lamp, soms slagen ze in hun opzet. Een ander voorbeeld vormt medezeggenschap. De Franstalige stadsbeweging Inter-Environnement bestaat vijftig jaar en ijvert sinds haar ontstaan voor meer inspraak in belangrijke bouwdossiers. Vooral dan om het standpunt van “de zwaksten” te vertolken, tegenover het gewicht van de promotoren. En ja, dat overleg gebeurt hoe langer hoe meer structureel. “Maar het probleem is vooral dat de overheid nog steeds met plannen komt op het moment dat er al heel veel is afgesproken met de promotor (p.14).”

Laatste domein waar niets is wat het is: de politieke formatie. Nu Fouad Ahidar als formateur aan Nederlandstalige kant aan de slag gaat, lijkt een coalitie tussen hem, Vooruit en Groen opeens wél een optie (p.12). Wat waren afgelopen weken dan? Een schijnvertoning?

EN One of the oldest philosophical discussions is about the distinction between real and unreal. What is appearance? What is real, true, and genuine? This is a question that Brussels too wrestles with. Sometimes quite literally. Art museums, as we can read in this issue, often encounter fraudsters peddling fake paintings or art nouveau sculptures sold for a lot of money as authentic (see page 32). Sometimes these criminals get caught, sometimes they succeed. Another example is co-determination. The French-speaking initiative Inter-Environnement Bruxelles has been around for fifty years and has been working to increase participation in important construction projects ever since. They especially try to act as a sort of David to the developers’ Goliath. Those consultations are more and more becoming part of the process. “But the main problem is that the government comes up with plans at a point when a lot has already been agreed with the developer.” (see page 14) One final area where nothing is what it seems is the forming of governments. With Fouad Ahidar taking over the role as the Dutch-speaking “formateur”, a coalition between him, Vooruit, and Groen suddenly does seem like an option (see page 12). So what have these last few weeks been? A sham?

Alix Garin, stripmaker

‘Het idee van echtelijke plicht zit nog diep verankerd’

Met haar nieuwe graphic novel Impénétrable slecht de jonge Brusselse stripmaker Alix Garin het taboe rond vaginisme en hoe een gemankeerde seksualiteit druk kan zetten op de intimiteit binnen een relatie. “Het schuldgevoel blijft, zelfs als je een lieve, geduldige, begripvolle partner hebt.”

door Michiel Leen foto Ivan Put

Na het verschijnen van haar veelgeprezen debuut Ne m’oublie pas, in het Nederlands uitgegeven als Vergeet-mijniet, zat Alix Garin in een impasse. De Brusselse stripmaker liep vast op haar volgende project en besliste uiteindelijk om een jaar werk in de vuilnisbak te gooien. “Dat was niet niks,” vertelt ze, “maar het was nodig. Daar en dan is het idee ontstaan om Impénétrable te maken. Omdat ik tijdens mijn zoektocht naar antwoorden op mijn probleem vaak heb gedacht: ‘Het kan toch niet dat ik zo alleen ben?’ Ik beloofde mezelf om het verhaal ooit te vertellen op mijn manier, in een beeldverhaal. Alleen kende ik op dat moment het einde nog niet. Zou ik ooit genezen? Zou mijn relatie standhouden? Hoe zou mijn leven eruitzien? Daarbij

wilde ik voluit voor de autobiografie gaan. Je kan niet beweren een taboe te willen slechten zonder ervoor uit te komen dat je er zelf mee te maken hebt gehad. En sommige aspecten van het verhaal waren ook zo romanesk dat je ze niet zou accepteren als verzinsels. Het leven overtreft soms de fictie.”

Het maakt je wel kwetsbaar voor persoonlijke kritiek.

ALIX GARIN: Bij het begin van het project ben ik daar bang voor geweest. Niet zozeer voor kritiek op het album, maar voor online intimdatie. Voor mannen in de uithoeken van het internet die het niet kunnen verdragen dat een vrouw het woord neemt over zulke intieme onderwerpen. Spijtig genoeg moet je daarmee leren leven. Als je je laat leiden door angst, laat je de ander

winnen. Gelukkig wordt in de reacties tot nu toe het boek niet herleid tot een getuigenis over vaginisme.

Seks en liefde horen intussen bij het repertoire van de lifestyle, maar als je vaginisme aankaart, stoot je op gêne, stilte, onwetendheid.

GARIN: Het onderwerp zit in een dode hoek, ja. In onze maatschappij wordt er veel gepraat over intimiteit en seksualiteit, maar alleen als het goed functioneert. Polyamorie, nieuwe relatievormen, allemaal goed en wel, tant que ça marche Maar wat als niet alles oké is? Daar gaan veel schuldgevoelens mee gepaard, je krijgt het gevoel dat je je partner iets ontzegt, zelfs als die lief, geduldig en begripvol is. Het idee van de ‘echtelijke plicht’ zit er nog diep in. De druk komt niet van die ene

BIO

• Geboren in Namen in 1997

• Studeert beeldverhaal aan SaintLuc in Luik

• Verhuist naar Brussel, waar ze werkt aan haar debuut Ne m’oublie pas (2021), in het Nederlands uitgegeven als Vergeet-mij-niet

• Rijgt met die roadtrip van een kleindochter en haar aan Alzheimer verbrokkelende grootmoeder de prijzen aan elkaar

• Zopas verscheen haar tweede boek, Impénétrable, waarin ze radicaal in haar eigen leven duikt

persoon, maar van een systeem dat ons met die ideeën heeft opgezadeld.

Je hoofdpersonage worstelt met het feit dat ze niet in het plaatje past?

GARIN: Seksualiteit speelt zo’n grote rol in de huidige samenleving. Je seksualiteit niet beleven wordt dan een soort handicap. En je wilt geen beperking hebben, je wilt erbij horen. Buiten de norm vallen verplicht je om de blik van de ander te confronteren. Je moet een manier van leven bedenken die niet overeenstemt met wat ons geleerd is. Dat vergt verbeelding, overtuiging, wil. Energie die je misschien aan iets anders had willen besteden. Zonder vaginisme zou mijn leven er een stuk gemakkelijker hebben uitgezien. Ik ben blij dat er nu eindelijk over gepraat wordt. Het is een beetje zoals met endometriose vijftien jaar geleden, men geloofde zelfs niet dat dat bestond. Vrouwen die pijn hebben tijdens de menstruatie? Dat is toch al altijd zo geweest? Pas later kwam het besef dat het een echte ziekte was.

Je hoofdpersonage zwerft van de ene therapie naar het andere ziekenhuis. Het duurt lang voor ze tussen het jargon echte antwoorden vindt. Is dat een milde kritiek op de medische wereld?

GARIN: Dat was niet mijn insteek. Uiteindelijk heeft de geneeskunde me wel geholpen. Maar het is ook een feit dat er nog steeds medische professionals zijn die niet bekend zijn met vaginisme. Hun gebrek aan kennis weerspiegelt een zekere minachting tegenover bepaalde, uniek vrouwelijke ziektebeelden. We vinden het blijkbaar heel normaal dat je als vrouw pijn lijdt. Gelukkig is dat aan het veranderen, omdat de maatschappij verandert. Ook mannen hebben daar veel bij te winnen.

Hoezo?

GARIN: Mannen worden net zo goed in rollen gedwongen die ze zelf niet gekozen hebben.

Moet je als man kracht, viriliteit en vechtlust uitstralen? Veel mannen kan dat allemaal niets schelen, maar ze voelen zich minderwaardig, omdat ze niet aan de norm voldoen. Ik verlang naar een wereld waarin die rigide genderrollen afgebroken worden. Wees lief voor elkaar. Wederzijds respect en compassie, dat zijn de waarden die ik wil uitdragen. Niet bepaald revolutionair, toch?

Beschouw je jezelf als een feministe?

GARIN: Ja, al vind ik het spijtig dat dat woord nog steeds zulke heftige associaties oproept. Ik geloof dat dit boek, zonder expliciet zo benoemd te worden, een feministisch boek is. Alles is politiek, en dus ook het maken van dit boek. Ik omarm mijn feminisme. Maar ik schreeuw het niet van de daken. Feminist zijn is vandaag: vechten tegen een maatschappij die gebouwd is op waarden die enkel door mannen zijn bedacht, met het doel een macht te verwerven die stoelt op uitbuiting. Niet enkel die van vrouwen, van alle zwakkeren in het algemeen. Het feit dat ik stripauteur ben, geeft me de kans om

“Het gebrek aan kennis bij artsen over vaginisme weerspiegelt een minachting tegenover bepaalde, uniek vrouwelijke ziektebeelden”

In Impénétrable richt de Brusselse stripmaker

Alix Garin onbeschroomd de blik op zichzelf. “Seksualiteit speelt zo’n grote rol in de huidige samenleving. Je seksualiteit niet beleven wordt dan een soort handicap.”

boeken te schrijven die mijn eigen waarden doorgeven. Daar hebben mannen toch niets bij te verliezen? Ik wil het patriarchaat niet met gelijke wapens bevechten. Ik wil geen wraak nemen. Ik geloof dat we kunnen samenleven, la main dans la main. Klinkt naïef, maar als je niet naïef kan zijn, wat rest er dan? Cynisme?

In je boek wordt een verklaring voor het vaginisme van de hoofdpersoon gezocht in het feit dat ze te vroeg in de ratrace is gestapt. Heb je in die these geloofd?

GARIN: Ik geloof dat omgevingsfactoren een zware impact kunnen hebben op de gezondheid van mensen, en dat die impact nog niet voldoende erkend wordt. Stress en fysieke uitputting hebben ervoor gezorgd dat de symptomen zich net op dat moment hebben geuit. Er was ook de impact van de rouw om mijn grootmoeder. Ook daar maken we ons ervan af met enkele dagen verlof voor de begrafenis.

Hoe heb je de taal gevonden om dit verhaal te vertellen?

GARIN: De woorden kwamen vanzelf. Ik wilde zo eerlijk mogelijk zijn. Autobiografisch schrijven is ook ophouden met jezelf dingen wijs te maken. Je ziet de dingen met een enorme luciditeit. Mijn voorbeeld is Nobelprijswinnares Annie Ernaux, die met een bijna klinische blik de autobiografie genre beoefent. Voor de tekeningen was het minder gemakkelijk. Ik heb meer moeten nadenken over de stijl. Ik wou niet hetzelfde doen als in Vergeet-mij-niet

Hoe belangrijk is de stad Brussel als context, als decor, voor je verhaal?

GARIN: Zeer belangrijk. Ik heb het geluk om in een grote stad te wonen, waar je eenvoudig toegang hebt tot verschillende vormen van gespecialiseerde zorg. Daarnaast is Brussel een prachtige plek om te gebruiken als decor voor een strip.

Er zit ook veel humor in het verhaal.

GARIN: Inderdaad. Ik hou van een vleugje humor. De autobiografie nodigt ook uit om aan zelfspot te doen, om de situatie wat te dedramatiseren. Het kan geen kwaad om wat humor binnen te smokkelen in een verhaal dat over delicate onderwerpen gaat. Een lach en een traan, het contrast daartussen versterkt het verhaal.

Je ouders zijn allebei arts. Heeft het feit dat je tussen dokters bent opgegroeid geholpen in je contacten met de medische wereld?

GARIN: Ja en neen. Neen, want mijn ouders zijn niet in het proces tussenbeide gekomen. Ik heb het hun ook nooit verteld, daar schaamde ik me te hard voor. Maar ik kén de medische sector wel en heb er een zeker vertrouwen in. Ik begrijp de codes. Dankzij mijn achtergrond wist ik ook hoe je over het lichaam kan spreken, in een medische context maar ook in een boek. Praten over het lichaam en over symptomen is niet eenvoudig, maar dankzij mijn opvoeding had ik daar weinig problemen mee. In onze familie wordt het lichaam ook niet geseksualiseerd, en dat is zeldzaam. Voor mijn ouders is het lichaam een

fascinerend geheel van complexe elementen, niet de carrosserie van een lustobject.

Niettemin wordt er in het boek ook gehint naar seksueel misbruik.

GARIN: Ja, het was belangrijk om dat te erkennen en het niet weg te stoppen. Het seksueel misbruik krijgt in mijn boek dezelfde plaats die het inneemt in mijn echte leven: het is gebeurd, ja, maar het is niet het centrale thema van mijn verhaal of mijn leven. Er is ook geen eenvoudig causaal verband tussen wat ik heb beleefd en het vaginisme. Het is veel ingewikkelder dan dat. Er zijn zoveel verschillende factoren, en het misbruik is er daar één van, onder vele anderen die soms door elkaar lopen. Ik heb het willen vertellen, om te laten zien dat je er ook van kan herstellen.

“Dit is geen verhaal over seks, maar een verhaal over liefde,” besluit je je boek. Waarin zit hem het verschil?

GARIN: Het zou heel gemakkelijk zijn om dit boek te herleiden tot vaginisme, lust, open relaties, de herontdekking van mezelf als seksueel wezen. Want het is ook het verhaal van een koppel. Van twee mensen die elkaar graag zien, die hun best doen, die elkaar vergeven, die ondanks alles samen willen blijven. Van mensen die voor elkaar willen zorgen. Dat mag in onze cynische wereld weleens luidop worden gezegd.

Alix Garins Impénétrable is nu uit bij Le Lombard

ALIX GARIN SE MET À NU DANS ‘IMPÉNÉTRABLE’

FR Avec sa BD Ne m’oublie pas (2021), Alix Garin a enchaîné les prix. Elle fait suivre son roadtrip réunissant une petite fille et sa grand-mère atteinte d’Alzheimer d’Impénétrable, un livre où elle plonge de manière radicale dans sa propre vie et sa lutte avec le vaginisme. « Je ne peux pas prétendre briser un tabou sans révéler que j’en ai moi-même fait l’expérience. »

ALIX GARIN REVEALS HERSELF IN ‘IMPÉNÉTRABLE’

EN The Brussels comic book artist Alix Garin won one award after the other with her debut Ne m’oublie pas (2021), a moving story about a young girl and her grandmother disappearing into Alzheimer’s taking a road trip. In her second book, Impénétrable, she takes a radical dive into her own life and her struggle with vaginismus.

“You cannot claim to want to break a taboo without owning up to the fact that you have had to deal with it yourself.”

28.09 >12.10.24

In beeld door Sophie Soukias

De bewoners van Vorst kwamen vorige week woensdag Noko tegen op straat. Noko is een soort robot, een soort kunstwerk en tegelijkertijd een performance van Precy Numbi, een Congolese artiest die zijn kunst gebruikt om het publiek bewust te maken van hedendaagse milieu– en sociale kwesties. Noko (wat ‘nonkel’ betekent) is gemaakt uit afval en puin uit de straten, en wil naar eigen zeggen de superhelden uit onze kindertijd dekoloniseren. Het is de eerste keer dat Numbi zijn model Noko in Brussel laat rondlopen. MG Noko

In de kijker

Brusselse formatie

Fouad Ahidar op zoek naar een

Vlaamse

meerderheid

Nu Elke Van den Brandt (Groen) de handdoek in de ring gooit voor de vorming van een Brusselse regering, komt Fouad Ahidar in beeld. Hij roept de Nederlandstalige partijen samen voor verkennende gesprekken.

Het kan snel gaan. In de zomer werd Fouad Ahidar nog langs alle kanten verguisd. Vandaag neemt hij het initiatief voor de vorming van de meerderheid aan Nederlandstalige kant. “Ik heb een zaaltje gereserveerd in het Brussels parlement, en nodig alle partijen uit die interesse hebben getoond voor die Brusselse regering.” Dat gaat over N-VA, Open VLD, Vooruit en uiteraard Groen.

Vorige week vrijdag maakte Groen tijdens een persconferentie duidelijk dat de formatieopdracht van Elke Van den Brandt is afgelopen. De druppel die de emmer deed overlopen was een tweet van GeorgesLouis Bouchez, voorzitter van de MR, die ermee dreigt om Good Move ook via het parlement te regelen, waar de Franstaligen een meerderheid hebben. Groen-covoorzitter Nadia Nadji sprak van een mes in de rug. “Met deze MR kunnen we geen regering maken,” zo klinkt het ook vandaag nog. Nu is het dus aan Team Fouad Ahidar, de tweede grootste partij en die andere winnaar van de verkiezingen van juni.

Een meerderheid met Team Fouad Ahidar biedt zeker

voordelen. Het is bijvoorbeeld de enige formule waar slechts drie partijen voor nodig zijn. De vorige pogingen van formateur Elke Van den Brandt botsten vooral op de onmogelijkheid om een vierpartijenmeerderheid op de been te brengen, terwijl er maar drie ministerposten te verdelen zijn. Ook met N-VA erbij, de steeds nadrukkelijkere wens van de Franstaligen, is er een ministerpost te kort in de regering.

Niet zo bij een meerderheid van Groen, Team Fouad Ahidar en Vooruit. Die coalitie haalt negen zetels op zeventien. Nipt, maar niet onmogelijk. Ook de afgelopen legislatuur was er een Nederlandstalige meerderheid van slechts negen zetels.

Is die coalitie ook haalbaar?

De parlementsleden van Groen lieten eerder al hun voorkeur blijken voor Fouad Ahidar. Liever dan met de N-VA. Bij het kabinet van Van den Brandt wil men echter niet vooruitlopen op de zaken. “Wij hebben vrijdag ons punt gemaakt,” zo klinkt het.

Bij Vooruit zullen ze zeker op de uitnodiging ingaan. “We gaan zeker aan tafel. We moeten zo snel mogelijk uit de impasse geraken,” zegt woordvoerder

Nils Quintelier. Vooruit voegt daar wel aan toe dat het nu over inhoud moet gaan.

Mijlenver uiteen

Laat het precies daar zijn dat er nog een hele weg af te leggen valt. Het (beperkte) programma van Team Fouad Ahidar oogt in eerste instantie vooral links. Met veel aandacht voor koopkracht, huisvesting, onderwijs en de arbeidsmarkt. Daarin wordt gepleit voor meer sociale woningen, de strijd tegen de discriminatie op de arbeidsmarkt, noodopvang voor mensen zonder papieren. Punten die niet onoverkomelijk lijken voor Groen en Vooruit.

Op andere punten zit het programma van Team Fouad Ahidar mijlenver van Groen en

Vooruit. Fouad Ahidar is tegen een verbod op onverdoofd slachten, hij wil komaf maken met Good Move en een uitstel van de lage-emissiezone. Die punten zijn onverteerbaar voor Groen, en liggen ook moeilijk voor Vooruit.

Tegelijk is Ahidar gepokt en gemazeld in de Brusselse politiek. Hij kent de Nederlandstalige coalitiepartners door en door, zat met Vooruit zelfs in dezelfde partij. Er is bij Ahidar ook de grinta, de goesting om een doorbraak te forceren. Hij werpt zichzelf nu op als “verzoener” en is er rotsvast van overtuigd dat een akkoord te vinden is.

Het grootste obstakel zit ongetwijfeld aan Franstalige kant. “Brussel staat voor

zetels op zeventien zou een coalitie van Team Fouad Ahidar, Groen en Vooruit halen aan Nederlandstalige kant

serieuze uitdagingen, daar zijn serieuze partijen voor nodig,” heeft Franstalig formateur

David Leisterh (MR) herhaaldelijk gezegd. Bij de opening van het Brussels parlement maandag liet Christophe De Beukelaer, fractievoorzitter van Les Engagés, een gelijkaardige stelling horen: “Ik heb vragen bij de samenhang van Ahidars project. Maar we zullen zien wat de andere partijen doen.”

Vandaag, met het teruggeven van de formatieopdracht door Groen, ziet de situatie er anders uit. Het besef groeit dat er dringend een solide Nederlandstalige meerderheid moet komen. Zo niet riskeren de Nederlandstaligen het kneusje te worden in die Brusselse regering.

Geen veto

Niet onbelangrijk: de Franstalige meerderheidspartijen kunnen stricto sensu geen veto uitspreken tegenover de Nederlandstalige meerderheid. Het is een van de beschermingsmechanismes voor de Nederlandstaligen in de hoofdstad, zoals die voorzien zijn in de Brusselwet.

Als er een Nederlandstalige meerderheid is, móet formateur Leisterh ermee aan tafel. Zo niet komt er ook geen regering. En kan hij geen minister-president worden. Meer nog: de Nederlandstaligen hebben, net zoals de Franstaligen, recht op belangrijke bevoegdheidspakketten binnen die regering. Ook dat is in die Brusselwet gebetonneerd.

ministerposten zijn er te verdelen onder de Nederlandstaligen. Een vierpartijenmeerderheid ligt daardoor erg moeilijk

Hoe dan ook zal de komende dagen en weken moeten blijken of de piste van een Nederlandstalige meerderheid met Team Fouad Ahidar levensvatbaar is. Als dat zou lukken, dan zal de tweet van Georges-Louis Bouchez uiteindelijk misschien meer, en vooral iets anders, in gang hebben gezet dan hij zelf ooit had kunnen bevroeden.

STEVEN VAN GARSSE

Stadsleven Bral al vijftig jaar luis in de pels van

‘Uw stad wordt nog altijd verkocht’

Het Zuidstation, Neo, de voetgangerszone of Thurn & Taxis. Overal waar Brussel de voorbije decennia veranderde, hielden stadsverenigingen Bral en Inter-Environnement Bruxelles (IEB) alles nauwlettend in de gaten en gaven ze af en toe meer dan tegengas. Straks vieren de twee hun vijftigste verjaardag. “Iets blokkeren laat de ideeën vaak rijpen.”

door Kris Hendrickx foto’s Ivan Put

Een doordeweekse dinsdagochtend in het park van Thurn & Taxis, een moment waarop je amper volk verwacht. Toch leeft de groene zone. Joggers, moeders met kinderwagens en fietsers doorkruisen de groene plek op doortocht van of naar Bockstael. Een schoolklas uit de buurt komt er lopen. Nou ja, lopen. Zodra ze ver genoeg van de leerkracht zijn, wandelt de helft van de groep. Tijdens de ochtend komen drie klassen in het park fietsen. Raf Pauly slaat de bedrijvigheid gade met een glimlach. “Zonder de druk van

onder meer Bral was het park er niet gekomen,” zegt de coördinator van de stadsvereniging. “Mijn voorgangers hebben hier hard aan participatie getimmerd en het park op de politieke agenda gezet.”

Een van die voorgangers is An Descheemaeker, nu kabinetschef van Brussels schepen Bart Dhondt (Groen). Ze is vandaag maar wat trots op het grootste nieuwe park dat er de voorbije eeuw bijkwam in Brussel. “Het idee dat we toen uitwerkten omvatte al de doorgang tot aan Bockstael,” vertelt ze aan de

telefoon. “‘Dat zal nooit lukken,’ hoorden we regelmatig. De situatie was zogezegd te complex en de overheid te weinig daadkrachtig. Maar kijk nu maar eens.”

Van Parckfarm gaat het richting Gare Maritime. Pauly wijst naar de nieuwe woonwijk in aanbouw, die naar de naam Park Lane luistert. “Nu het er ligt, is het park plots een van de belangrijkste troeven van de promotor om die appartementen aan de man te brengen. Iedereen is nu voorstander. Het toont dat stadsverenigingen lang niet alleen lokale bewonersbelangen behartigen, maar de stad helpen beter te maken. Echte inspraak leidt tot gedragen projecten van een hogere kwaliteit.” Pauly werpt nog eens een blik op de gloednieuwe Park Lanewijk. “Niet alles is trouwens geslaagd hoor. De dichtheid van die wijk is enorm hoog en het is nog steeds wachten op de eerste sociale woning hier.”

‘Uw stad is verkocht’

Bral ontstond in 1973 als ‘Brusselse Raad voor het Leefmilieu’ een vertegenwoordiging van verschillende Nederlandstalige buurtcomités. Haar vijftigste verjaardag viert de stadsbeweging in november, met een jaar vertraging. De Franstalige evenknie Inter-environnement Bruxelles (IEB) is een jaar jonger en laat deze week de kurken knallen. De vroege jaren 1970, dat is de periode waarin bouwpromotoren heersen, de historische Noordwijk met de grond wordt gelijkgemaakt en tal van stadssnelwegen het Brusselse stadsweefsel bedreigen. De allereerste affiche van Bral kopt dan ook niet toevallig ‘Uw stad is verkocht’.

De voorbije decennia stonden de twee stadsverenigingen vaak schouder aan schouder in de strijd voor een leefbare stad, die zijn inwoners op de eerste plaats zet. De lijst van cruciale plekken waar de twee zich mee gingen moeien – vaak samen met die andere luis in de pels Arau – is lang. Behalve Thurn & Taxis horen daar onder meer het Rijksadministratief Centrum (RAC) aan Kruidtuin bij, net als Neo op de Heizel, het Zuid- en Noordstation, Uplace in Machelen of onlangs nog het Brouck’R-project aan het gelijknamige plein. “We kunnen niet overal aanwezig zijn,” zegt Raf Pauly, “maar actie voeren bij die grote dossiers is ook een manier om een debat aan te vuren over de toekomst van de hele stad. Op Thurn & Taxis ging dat vooral over open ruimte en woningen. Aan de friche

Raf Pauly (Bral): “We kunnen niet overal aanwezig zijn, maar actie voeren is een manier om een debat aan te vuren.”

Josaphat lag het accent meer op klimaat en biodiversiteit.”

Heel af en toe verschillen de twee ook grondig van mening. Zo was Bral in de jaren 1970 vóór het sluiten van de Brusselse Ring in het zuiden, terwijl IEB ging dwarsliggen. De zuidelijke Ring kwam er uiteindelijk nooit. Recenter trok Bral volop mee aan de kar van Picnic The Streets, de burgeractie die uiteindelijk tot het inrichten van de voetgangerszone op de Anspachlaan zou leiden. Inter-Environnement was beducht voor een stadscentrum dat enkel nog in dienst van het toerisme zou staan, en paste.

Ook qua stijl verschillen de twee de voorbije jaren steeds meer van elkaar. “IEB focust meer op een kritische analyse, waarrond ze dan gaan mobiliseren,” geeft Bral-coördinator Pauly aan. “Wij zoeken sneller de samenwerking op, onder meer met de overheid. Voor de schone luchtactie Curieuzenair werkten we bijvoorbeeld samen met Leefmilieu Brussel. Soms blijkt samenwerking niet mogelijk en dan staan we snel weer aan dezelfde kant van IEB, in het verzet.”

Hippies

en kapitalisten

Het verschil in aanpak ontging ook het beleid niet. “Bij Bral denk ik eerder aan opbouwende kritiek, bijvoorbeeld rond de centrale lanen of recenter de autovrije Sint-Katelijnestraat,” zegt staatssecretaris voor Stedenbouw Ans Persoons (Vooruit. brussels). “IEB is zeer ideologisch en focust vooral op het ‘tegen zijn’.”

Persoons benadrukt dat ze het belangrijk vindt dat stemmen van onderuit hun rol kunnen spelen in de stad. “Ik heb er wel vragen bij als we als overheid organisaties financieren die vervolgens tegen alles in beroep gaan. Ze leggen daarmee de ontwikkeling van de stad lam en het kost de overheid op haar beurt weer veel geld. Neem nu de opvolger van het CCN-gebouw

aan het Noordstation. Dat zou eerst voor honderd procent kantoren zijn. We hebben getrokken en gesleurd om dat zo veel mogelijk aan te passen, zodat er nu een derde woningen komen, waarvan een kwart sociaal. En toch gaan de verenigingen weer in beroep.”

Door het systematische ‘njet’ van stadsverenigingen polariseert het stadsdebat in Brussel te snel, vindt Persoons,

“Ik heb er wel vragen bij als we als overheid organisaties financieren die vervolgens tegen alles in beroep gaan”

voor Stedenbouw

waarbij de doorslechte promotoren tegenover de goede activisten staan. “Je hebt wel mensen nodig die willen investeren in Brussel.”

Bij Brussels bouwmeester Kristiaan Borret klinkt een gelijkaardig geluid. “Als de stadsverenigingen de promotoren de hele tijd afschilderen als ‘kapitalisten uit de jaren 1970’, wordt het ook makkelijk voor de vastgoedontwikkelaars om de verenigingen weg te zetten als marxistische hippies. Ik vind het belangrijk dat burgers georganiseerd deelnemen aan het openbare debat, dat is niet overal zo. Tegelijk word ik erg moe van het cultiveren van dat trauma uit de jaren 1970. De tijden zijn echt wel veranderd.”

Voormalige politiecommissaris BRUZZ spreekt af met die marxistische hippies op de Pierre Marchantbrug over het kanaal in Anderlecht. De brug ligt in de wijk waar de stad vandaag het snelst

Voor Bral en IEB toont hun manier van werken dat de stadsverenigingen de stad helpen beter te maken. “Kijk naar het park aan Thurn & Taxis, nu het er is, is plots iedereen voorstander.”

Park Lane, de nieuwe woonwijk in aanbouw. “De dichtheid van die wijk is enorm hoog en het is nog steeds wachten op de eerste sociale woning hier,” zegt Raf Pauly van Bral.

groeit en waar op termijn 15.000 nieuwe stadsbewoners hun intrek nemen. Een grote tanker vaart net voorbij. “1.350 ton, 80 meter lang, die vervoert styreen voor de raffinaderij van Feluy,” bromt Patrick Wouters langs zijn neus weg. De voormalige politiecommissaris is covoorzitter van Inter-Environnement en tekent present samen met Claire Scohier, die al achttien jaar voor de stadsvereniging werkt.

Dat Wouters vertrouwd is met de binnenscheepvaart is niet toevallig. Inter-Environnement zet zich al jaren in om ook stedelijke industrie in Brussel te houden en daarvoor is het kanaal onmisbaar. “Als je de stad over vijftig jaar nog wil kunnen bevoorraden, kan je de kanaaloevers vandaag niet volbouwen met onder meer luxewoningen,” foetert de man. “Toch is dat wat er gebeurt.” Wouters wijst richting het centrum, waar dicht bij de Kuregembrug zo’n wijk moet ontstaan onder de naam A’Rive.

De kritiek van politiek en bouwmeester ontlokt het IEB-duo een grijns. “On est casse-pied parce qu’on ne lâche pas le morceau (‘we zijn ambetanteriken omdat we niet loslaten’),” zegt Claire Scohier. “We gaan naar allerlei overlegcommissies en stoppen heel veel tijd in dossiers. En we hebben een duidelijke visie: we verdedigen een stadsmodel waar de inwoners – in het bijzonder de zwaksten – centraal staan en niet de belangen van buitenaf. Maar het klopt niet dat we alleen tegen zijn. Het probleem is vooral dat de overheid nog altijd met plannen komt op het moment dat er al heel veel is afgesproken met de promotor. Dan moet je vaak wel op de barricaden.”

Het duo ontkent niet dat er wat afgeprocedeerd wordt. “Maar de vertraging die je dan oploopt, leidt er vaak ook toe dat de visie op een bepaald thema rijpt en je uiteindelijk een beter project krijgt,” vindt Scohier. “De oudijzerbedrijven in de haven

werden vroeger als probleem gezien, maar blijven nu net goed in de circulaire economie te passen. We hebben de jachthaven in Anderlecht tegengehouden en ook de bouwmeester is daar nu blij mee. En wat de opvolger van het CCN-gebouw betreft: dat wordt een mastodont, waarvoor nog maar eens enorm veel wordt afgebroken. En ja, er komen wat woningen in. Maar moeten we dan ja knikken omdat dat het minder erge scenario is?”

Dat IEB zich een stuk halsstarriger opstelt, heeft veel te maken met wat ze zelf “ons trauma van het Zuidstation” noemen. “In de jaren 2000 hebben we een opdracht aanvaard om daar studiewerk te doen voor het Gewest,” vertelt Scohier. “Dat maakte echter dat we onze mond moesten houden toen daar van alles misliep, met een Gewest dat probeerde te speculeren en bewoners die uit hun huizen werden gezet. We hebben gezegd: ‘Dit nooit meer.’”

Wouters knikt: “Sindsdien is IEB een stuk

radicaler geworden.” Scohier wil nog kwijt dat ze in se niets tegen de promotoren heeft. “Ik praat vaak met hen en zij doen hun job. We richten ons tot de overheid die hen beter moet omkaderen.”

Die militante houding kostte IEB – en ook wel Bral – de voorbije jaren ook al centen, merkte Wouters. “Onze gewestsubsidies voor stedenbouw waren al

verminderd en Pascal Smet heeft ze helemaal geschrapt omdat hij, zo zei hij, “zijn tegenstanders toch niet gaat subsidieren”. Terwijl de overheid belang heeft bij mondige burgers.” De voormalige staatssecretaris voor Stedenbouw was zelf was niet bereikbaar voor een reactie.

Structureel uitgebouwde stadsverenigingen die nu al een halve eeuw hun

“De overheid komt nog altijd met plannen op het moment dat er al veel is afgesproken met de promotor. Dan moet je vaak wel op de barricaden”

stempel op de stad drukken, het is een fenomeen dat je in steden als Gent of Antwerpen niet ziet. Hoe komt dat?

Voormalig Bral-voorzitter Albert Martens, die er net als Wouters al bij was in de jaren 1970, benadrukt hoezeer de politieke structuur van Brussel problematisch blijft. “Negentien gemeenten én een gewest, een conferentie van burgemeesters die geen agenda of verslag publiceert, dat betekent dat de macht ongrijpbaar is, dat niemand uiteindelijk verantwoordelijk is. In die ruimte moeten de stadsverenigingen laveren en zijn ze broodnodig.”

Structurele geldzorgen

Claire Scohier wijst dan weer op de structurele geldzorgen van het Brussels Gewest, die al bestaan sinds de oprichting in 1989. “De vraag ‘Hoe gaan we de rekening betalen’ inspireert heel vaak het beleid,” analyseert Scohier. “Het maakt het Gewest afhankelijk van promotoren, die ook

Langs het kanaal groeit de stad vandaag het snelst. Op termijn nemen 15.000 nieuwe stadsbewoners in Anderlecht hun intrek.

Claire Scohier en Patrick Wouters van stadsvereniging Inter-Environnement: “We verdedigen een stadsmodel waar de inwoners – in het bijzonder de zwaksten – centraal staan en niet de belangen van buitenaf.”

inkomsten betekenen. Zo raakt de kostbare publieke grond bijvoorbeeld verkocht. Zo’n houding vraagt wel om een tegenmacht.” Wouters stipt nog aan op dat Brussel Gent niet is. “Brussel was altijd

al liberaler en de druk van het kapitaal was hier altijd al groter. Die slogan van Bral uit de jaren zeventig van de vorige eeuw is nog altijd actueel hoor: Uw stad wordt nog steeds verkocht.”

demens denkt

ZONDAGEN VAN DE FILOSOFIE

Het huisvandeMens Brussel organiseert op zondag een filosofisch seminarie met brunch

Café Ka a Visverkopers raat 21, 1000 Brussel.

Zondag 20/10, 24/11 > 2024

Zondag 23/02, 23/03 > 2025

Zondag 27/04, 25/05 > 2025 van 11u tot 13u

Voor meer info: www.vrijzinnigbrussel.be

‘VOTRE VILLE EST ENCORE TOUJOURS À VENDRE’

FR La Gare du Midi, NEO, le piétonnier ou Tour & Taxis. Voilà plusieurs décennies que Bral et InterEnvironnement Bruxelles (IEB) marquent Bruxelles de leur empreinte. Bientôt, les deux associations urbaines souffleront leurs cinquante bougies et cela se fête par une promenade urbaine. Bral et IEB sont nés dans les années septante, à l’époque de la grande démolition de la ville. Selon eux, il y a encore pas mal de boulot à Bruxelles, où les intérêts financiers sont de taille : « Le premier slogan de Bral, ‘votre ville est vendue’, est toujours d’actualité. »

‘YOUR CITY IS STILL BEING SOLD’

EN Brussels South, Neo, the pedestrian zone, or Thurn/Tour & Taxis. Over the past decades, Bral and Inter-Environnement Bruxelles (IEB) have left their mark on just about every part of Brussels that is radically changing. Soon the two city associations, that came about in the 1970s, the time of the great urban demolition, will turn 50. They feel that they are a must in a city like Brussels, where the Region is constantly looking for ways to earn money, often with the help of real estate developers. “Bral’s first slogan, ‘Your city is sold’, remains topical,” they say.

Voor de brunch dient u zich in te schrijven via jan.vandenbrande@demens.nu

ORGANISATIE: huisvandeMens i.s.m. Oud udentenbond VUB en Humani isch Verbond.

www.deMens.nu

Franstalig blok is niet van beton

Bram Van Renterghem

Elke week neemt een BRUZZ-redacteur het nieuws op de korrel

“Gaat het triumviraat MR-PSLes Engagés alles op eigen houtje beslissen, zonder overleg met de Nederlandstaligen?”

Gaat het Franstalige triumviraat MR-PS-Les Engagés de komende legislatuur alles op eigen houtje beslissen, zonder overleg met de Nederlandstaligen? Dat is de grote vrees van Groen, zeker na de tweet van Georges-Louis Bouchez, vorige week vrijdag. “Als de blokkering van de regeringsvorming blijft duren, zal MR andere parlementaire initiatieven nemen om de hervormingen door te voeren die het volk gekozen heeft, te beginnen met Good Move,” klonk het op X.

Een ultimatum dus, waarmee hij Elke Van den Brandt (Groen) alleen nog de keuze gaf zelf haar graf te delven, of het graven aan hem over te laten. “Ze zeggen openlijk wat ze willen én verwachten dat we daarin meestappen. Dat is ondenkbaar,” vat Van den Brandt het samen. Ze gooide de handdoek in de ring.

Kopenhagen

De vraag is of het wel zo’n vaart zal lopen. Wat bedoelt Bouchez precies als hij zegt dat hij Good Move wil afschaffen? Moeten de circulatieplannen op de schop die zoveel weerstand veroorzaakten? Die zijn gemeentelijk, daar heeft het Gewest op zich niks aan te zeggen. Wil de MR niet langer investeren in openbaar vervoer, nog een essentieel onderdeel van Good Move? Ondenkbaar, want MR is net de grootste pleitbezorger van de nieuwe metrolijn 3. Of moeten alle gewestassen weer zonder afgescheiden fietspad, zoals vroeger? Ook dat zou vreemd zijn, want David Leisterh noemde Kopenhagen zijn favoriete stad, waar het wemelt van de afgescheiden fietspaden en rinkelende trams. Los nog van Good Move zijn

de groenen doodsbenauwd dat de drie Franstalige partijen en hun parlementaire meerderheid ze hen de hele legislatuur voor een voldongen feit zullen plaatsen. Dat, zodra ze tot de regering toetreden, de Franstaligen hun zin zullen doen.

Die angst is niet gegrond. Niet alleen omdat een regering collegiaal werkt, maar ook omdat er nauwelijks thema’s zijn waarbij de drie Franstalige partijen aan één zeel trekken. Of het nu om sociale woningbouw, activering van werklozen, veiligheid of symbooldossiers zoals het onverdoofd slachten of het volbouwen van de Josaphat-site gaat: de brede ideologische kloof tussen MR en PS is niet plots verdwenen. De meningen staan vaak diametraal tegenover elkaar.

In het midden van het bed ligt Les Engagés die, als ze slim zijn, wisselend naar links en naar rechts kijken om zo de eigen invloed te vergroten. Bovendien hebben Les Engagés zich tijdens de

verkiezingen als een milieubewuste partij geprofileerd, met in het programma een koolstoftaks, een doortastend renovatiebeleid en een verbod op reclame voor ongezonde producten, zoals Doorbraak uitviste.

Bondgenoot

Het zou te ver gaan om te stellen dat Les Engagés de plaats van Ecolo kunnen innemen als grote broer van Groen. Dat Les Engagés nu de lage-emissiezone (LEZ) laten vallen die ze nochtans zelf hebben ingevoerd, is daar het beste bewijs van. Toch kan Groen een bondgenoot vinden in Les Engagés, van wie sterke man Christophe De Beukelaer maandag nog expliciet gezegd heeft niks meer door het parlement te willen jagen, buiten het uitstel van de strengere LEZ-normen en de renovatiepremies.

De kans is dus klein dat Nederlandstaligen voortdurend voor blok zullen worden

David Leisterh, Christophe De Beukelaer en Ahmed Laaouej, de Brusselse topmannen van MR, Les Engagés en PS. © BELGA

gezet, want er is simpelweg niet zo’n blok.

Toch blijven die Nederlandstaligen maar beter alert, want voor het eerst sinds jaren wordt de gegarandeerde (over) vertegenwoordiging van Nederlandstaligen in Brussel luidop en massaal in vraag gesteld.

Zo wijst Bouchez voortdurend op het feit dat Groen maar vier zetels heeft en niet te hoog van de toren moet blazen. Pleit PS-kopman Ahmed Laaouej voor een tweetalig kiescollege in Brussel, zonder nog over een gegarandeerde vertegenwoordiging van Nederlandstaligen te spreken. En laat ook Défi geen kans onbetuigd om te stellen dat thema’s zoals mobiliteit “beheerd worden door kleine Nederlandstalige partijtjes”. Alleen Les Engagés verdedigen nog luidop de bescherming van Nederlandstaligen.

Alle grendels hiertoe zitten gelukkig federaal, maar daar is de stilte van de partijvoorzitters aan Vlaamse kant weinig geruststellend. Dit hele verhaal beroert nauwelijks de gemoederen, leidt zelfs bij de flamingante partijen nauwelijks tot een tweet. Terwijl: als Vlaanderen z’n minderheid in Brussel wil beschermen, is dit wel het moment.

Kort gesprek

Kristof Michiels brengt Arno

postuum

naar filmzaal

‘De liefde voor Arno is universeel’

De Arno-docu van Kristof Michiels aka DJ 4T4 vat de erfenis van le plus beau met een plastic zakje, met een zeste surrealisme.

U kent hem misschien nog van ’t Hof van Commerce, maar intussen staat Kristof Michiels (51) al een tijdje op de radar als maker van muziekdocu’s. Met Arno: Rock ’n’ Roll Godverdomme focust hij aan de hand van gedenkwaardige tv-passages, filmfragmenten en live-performances op de essentie.

Hoe kwam je erbij om een documentaire te maken over Arno?

Het idee was mee gevoed door Moonage Daydream, de docu die de Amerikaanse regisseur Brett Morgen maakte over David Bowie. Die wilde ik zeker zien omdat ik zijn film over Kurt Cobain zo goed vond, maar het viel heel hard tegen. Dat inspireerde me: als dit kan, dan kan wat ik doe ook. Toen dacht ik aan Arno en ik was meteen zeker van mijn stuk. Ik kende hem wel een beetje. Wij spraken dezelfde taal. We hadden ooit samen een nummer opgenomen. Ik had het nummer van zijn manager en toevallig zijn alle muzikanten van Arno ook mijn vrienden. Met hun zegen ben ik de archieven ingedoken.

Hoe heb je het concreet aangepakt?

Ik heb eerst alle muziek van Arno beluisterd en daar heb ik een mixtape uit gedistilleerd van anderhalf uur. Zo kon ik, nog voor ik één beeld had uitgekozen, in de muziek al een spanningsboog stoppen. Daar ben ik op beginnen te monteren. Archiefbeelden koppelde ik terug aan de muziek. Zag ik hem de draak steken met het formaat van de zizi van Manneken Pis, dan dacht ik aan ‘Tango de la peau’, waarin hij het heeft over zo’n klein pietje. Op die manier heb ik bruggetjes gemaakt en de beelden laag per laag op de muziek gelegd. Het viel me bij de productie op dat bij iedereen die ik contacteerde de liefde voor Arno zo

groot was dat ze zeiden: doe maar. Ik kreeg carte blanche. Er hoefde niets in een contract gegoten te worden. De liefde voor Arno is universeel.

De film bevat ook enkele primeurs?

Ja, zo is er de embryonale versie van ‘Middle Class & Blue Eyes’ van T.C. Matic, gemaakt met alleen een drumcomputer aan de keukentafel van wijlen Jean-Marie Aerts in Kessel-Lo. Jean-Marie heeft me die tape zelf bezorgd. Dat vond ik een heel groot compliment. Ik heb hem moeten beloven dat ik ze alleen in de film zou gebruiken.

Je gebruikt beelden die al bestonden. Alleen de intro, met een opwaaiend plastic zakje, ben je in alle vroegte gaan shooten op de dijk van Oostende. Ja, om halfvijf ’s ochtends rond 20 juni. Alleen dan kon ik de leegte in beeld brengen. Als kijker krijg je het gevoel dat dat zakje op zoek is naar Arno. Maar je ziet Oostende verweesd achterblijven. Zo voelden we ons allemaal een beetje na zijn dood. Ik leg in de film ook niet uit waarom een plastic zakje. Mensen die niet weten dat Arno altijd met zo’n stom zakje op de hort was, en nooit met een mooie tas, gaan het misschien niet begrijpen. Maar dat hoeft niet.

TOM PEETERS

Arno: Rock ’n‘ Roll Godverdomme, nu in de zalen.

Beestig Brussel

Pindaslingers Stadstuintje herfstklaar maken voor egels en vlinders

Nu de herfst zijn intrede doet, kunnen de vogels, egels, bijen, pissebedden en spinnen in je kleine stadstuin wel wat hulp gebruiken. Hoe? Door snoeihout te laten liggen en pindaslingers te hangen.

door Karen De Becker

Misschien ben je geneigd om je tuin nog een laatste keer helemaal op te ruimen. “Niet doen,” zegt Frederik Beeckx van Natuurpunt, die een pleidooi houdt voor rommel in de tuin. “Een van de beste dingen die je kan doen om je stadstuin in de herfst insect- en diervriendelijk te houden, is de gevallen bladeren te laten liggen en rommelige hoekjes te behouden.”

Onder een hoopje snoeihout, takken of bladeren vinden insecten zoals pissebedden of oorwurmen een warme schuilplaats, en kunnen eitjes, rupsen en poppen van vlinders overleven. Er zijn zelfs vlinders die in Brussel vaak voorkomen, zoals de citroenvlinder of de gehakkelde aurelia, die in tuinen hun winterslaap houden: in een holle boom, tussen de klimop of gewoon door ergens aan een takje of een blad te gaan hangen.

Insecten of hun eitjes, larven of cocons zijn dan weer voedsel voor andere dieren, zoals de egel. Die kan onder een berg takken, een stapel hout of compost ongestoord in winterslaap gaan. “Maak wel een doorgang tussen de tuinen,” geeft Beeckx mee. Langs zo’n egelwegel kunnen egels van tuin naar tuin kruipen. Egels hebben immers gauw tien hectare aan leefgebied nodig, al duiken ze vaak op in steden. Volgens de site waarnemingen.be zijn er de voorbije twaalf maanden tientallen egels in het gewest gespot. Laat ook afgevallen bessen en noten liggen. Het zijn, net als de zaden van planten, lekkernijen waarvan vogels in het najaar volop kunnen smullen. Zo bouwen ze een vetreserve op voor de winter, als er minder voedsel voorradig is. Toch is het een goed idee om hun nu al iets extra’s te geven. “Begin de vogels al in de herfst te voederen, met wat extra zaden of bessen,” tipt Beeckx. Ze zijn nu op zoek naar een voedselplek voor de winter. Door je voedertafel al te vullen, weten ze dat ze dan

Eigenschappen

• Omarmderommelinjetuin: verwilderdehoekjeszijneen paradijsvoorinsectenenkleine zoogdieren

• Plantnunogdieinheemse fruitboom,struik of klimplant. Vogelsenanderedierenmaken erhunthuis van

• Composteer.Vogelsenegels zullen met plezieraanschuiven aan dat buffet vol lekkers enjehoudterdenatuurlijke kringloopmeeinstand

ook in je tuin terechtkunnen. Serveer tijdens de winterperiode vetrijke producten, zoals vetbollen, pindaslingers, pindakaas of halve kokosnoten.

Geef liever geen brood, dat kan gaan gisten, waardoor vogels het gevoel krijgen dat ze verzadigd zijn. Ook is het een goed idee om een schoteltje met water te zetten, liefst op een verhoog en in de buurt van een haag. Ververs het water elke dag, en leg er een pingpongballetje in om te voorkomen dat het snel bevriest.

Heb je al een nestkastje? Maak het proper, geen enkele vogel houdt ervan om te gaan wonen in de troep die een ander vogelpaar heeft achtergelaten. Of hang er nu nog een: vogels kunnen er alvast aan wennen en het kan een schuilplek zijn tegen slechte weersomstandigheden. De laatste tip van Beeckx: “Kies voor inheemse planten, bomen en hagen in je tuin.” Die leveren het beste voedsel en onderdak voor inheemse insecten, vogels en dieren.

De herfst – en ook de winter - is een prima periode om struiken of bomen te planten, omdat de planten dan in rust zijn. Met een hazelaar lok je misschien zelfs een eekhoorn. Tot slot: stop wat bloembollen in de grond en kies daarbij voor vroege voorjaarsbloeiers. Zij kondigen binnen enkele maanden niet alleen de lente aan, citroenvlinders en andere insecten die al in februari ontwaken uit hun winterslaap, kunnen dan meteen hun honger stillen.

Reeks nalezen?

Lees de hele reeks op BRUZZ.be/beestigbrussel

Erfgoed Nieuw boek stippelt route uit langs afgebroken burchten

De verdwenen kastelen van Laken

De koninklijke familie woont er in hét kasteel van Laken, maar dat optrekje is minder uniek dan je zou denken. In het boek Kastelen in Laken. Van ’t Groothof tot Belvédère vertelt stadsgids Joris Sleebus het verhaal van maar liefst twintig kastelen in dat stukje Brussel, die in tegenstelling tot het verblijf van koning Filip en zijn gezin, de tand des tijds niet hebben doorstaan.

door Hans Vandecandelaere foto’s Saskia Vanderstichele

Het domein van Schoonenberg in Laken verwierf in enkele jaren tijd de reputatie van een van de mooiste in Europa.

Dat plein op de site van Thurn & Taxis, tussen het Koninklijk Pakhuis en het Herman Teirlinckgebouw van de Vlaamse Overheid. Geen mens op aarde die weet dat hier ooit een kasteel stond. Behalve dan Joris Sleebus, de gepensioneerde roerganger van gidsorganisatie Brukselbinnenstebuiten, die in Kastelen in Laken. Van ’t Groothof tot Belvédère het levensverhaal vertelt van maar liefst twintig kastelen die Laken ooit telde. Voor Laca, de historische kring van Laken, stofte Sleebus die compleet vergeten pagina af.

“De kastelen zijn eeuwenlang bepalend geweest,” vertelt de auteur, met de fiets onderweg naar de Tivoliwijk, vlak naast Thurn & Taxis, op zoek naar een eerste restant van een kasteel.

“Ze hebben Laken vormgegeven. Het park van Laken en het Koninklijk Domein zijn rechtstreekse resultaten van dat verleden, net zoals de opvallende omvang van sommige bouwkavels. Dat sprak me aan in het thema: welke mechanismen boetseerden Laken tot wat het vandaag is?”

Zomerverblijven

Tastbare restanten zijn nog te vinden in de vorm van enkele residenties, een kasteelvijver, een barokke poort en een paar straatnamen. Op de hoek van de Molenbeek- en de Drootbeekstraat is de blikvanger de ietwat donjonachtige toren van het voormalige Hof van Drootbeke. Vroeger een slaapplek, vandaag kunnen de leerkrachten van het Collège la Fraternité er onder meer terecht om te roken.

Het Hof van Drootbeke is een van de zeven oudste kastelen die in Laken vanaf de elfde eeuw werden gebouwd. Joris

“Sommige kastelen benaderden de allure van het slot van Beersel, maar dan zonder de binnenkoer”
Joris

Sleebus

Gids en auteur

Sleebus veegt de stelling van tafel dat het om vooruitgeschoven militaire bolwerken ging die Brussel en het hertogdom Brabant aan de noordkant moesten verdedigen.

“Ze werden vooral gebouwd als zomerverblijven, terwijl de eigenaars in de winter hun tijd doorbrachten in de stad. Architecturaal ging het steeds om massieve constructies binnen de grenzen van een watergracht. Sommigen benaderden de allure van het kasteel van Beersel, hoewel ze niet altijd een binnenkoer hadden.”

“Met de tijd evolueerden die constructies. De ontwikkeling van de artillerie maakte burchten in de zestiende eeuw waardeloos. Het verdedigingsdenken verdween, waardoor die oude kastelen plots ook ramen en barokke toevoegsels kregen. Nog later beantwoordden ze niet meer aan de veranderende levensstijl van adel en burgerij. Kastelen werden minder gewenst, de voorkeur ging naar een landhuis of een paleis. Op dat moment werd de eerste generatie van Lakense kastelen afgebroken.”

“Je kan dus drie fasen onderscheiden: eerst een verdedigingsburcht binnen een watergracht, dan een kasteel met ramen en opsmuk, en tenslotte de afbraak en de vervanging door iets wat wel nog altijd de

Van het zestiendeeeuwse buitenverblijf van de Brusselse patriciërsfamilie Robyns – het Hondekot – blijft slechts een neoclassicistische vleugel over.

naam kasteel kreeg, maar dat in wezen niet meer was. Kortom, de meeste kastelen zijn niet door de negentiende-eeuwse verstedelijking verdwenen, want ze waren al weg. Bepalender voor hun sloop was de onaangepastheid aan nieuwe levensnoden.”

Pech voor de boer

We verlaten de vallei van de Drootbeek, klimmen naar het hoogste punt en duiken voorbij het Bockstaelplein de vallei van de Molenbeek in, mijmerend over hoe onze route er eeuwen geleden zou hebben uitgezien en of al die kastelen geen verbluffende landschapsimpact hadden. “Ja en nee,” meent de auteur. “Vroeger zou je hier velden gezien hebben, een klokkentoren, een watermolen, en dan plots ook een geïsoleerd waterkasteel. Maar die eerstegeneratiekastelen waren erg plaatselijke constructies binnen een gracht. Pas rond 1600 werd de ruimtelijke impact wat groter. Omdat de verdedigingsfunctie verdween, kon het kasteeldomein zich verder uitstrekken. De neiging ontstond om het territorium uit te breiden tot buiten de grenzen van de watergracht of de kasteelmuur. Eigenaars wilden zich profileren en kochten velden en boomgaarden op, die ze nadien vaak transformeerden in Franse tuinen. Pech voor de lokale boer, die plots een omweg moest maken om zijn veld te bereiken.”

Daarmee zitten we vooral in de tweede generatie van Lakense kastelen die van de veertiende tot de zeventiende eeuw werden gebouwd. Hondekot – want zo heet het ding op de hoek van de Médori- en de De Vrièrestraat – is er een illustratie van. Van het zestiende-eeuwse buitenverblijf van de Brusselse patriciërsfamilie Robyns blijft slechts een neoclassicistische vleugel over. Aanvankelijk omvatte het een reeks gebouwen rond een erf en daarbij aansluitend een klassiek aangelegde tuin en een boomgaard. Joris Sleebus beschrijft in zijn boek tien kastelen uit die periode. “Archi-

Joris Sleebus was jarenlang de roerganger van gidsorganisatie Brukselbinnenstebuiten. Nu is hij met pensioen en dook hij in de geschiedenis van de Lakense kastelen.

verrassende en gevarieerde perspectieven en vergezichten ambieert, dan heb je reliëf en oppervlakte nodig. ’t Groothof diende als tijdelijk verblijf. Intussen werden meer gronden opgekocht en werd kasteel Schoonenberg gebouwd. De schaalvergroting was immens. Plots ging het van anderhalve hectare naar tachtig hectare. De adel etaleerde de grenzeloosheid van haar bezit en creëerde daarmee fundamentele breuklijnen in Laken.”

Het domein van Schoonenberg verwierf in enkele jaren tijd de reputatie van een van de mooiste in Europa. “Dat trok dan weer ‘gatlikkers’ aan die in de schaduw van de beslissingsmacht hun eigen kasteel wilden. Een van hen was Joseph-Edouard de Walckiers die tegenover Schoonenberg, in het huidige park van Laken, het Paviljoen de Walckiers neerplantte, later verbouwd en uitgebreid tot het Kasteel Belvédère, het optrekje van Albert en Paola. Schoonenberg zelf werd dan weer onder Leopold II verbouwd en uitgebreid tot het Kasteel van Laken zoals we dat nu kennen.”

tecturaal ging het vooral om hoeves die tot residentie waren geüpgraded, minder om een echt kasteelgebouw. Ze waren doorgaans ook iets kleiner en stelden het meestal zonder een gracht. De grens tussen het domein en de omgeving werd een muur met een poortgebouw.”

Adellijke titels te koop

De kastelen van de tweede generatie trokken andere eigenaars aan. De oudste kastelen werden bewoond door adellijke en religieuze grondbezitters. Maar twee eeuwen politieke strijd en opstanden hadden in het vijftiende-eeuwse Brussel een rijke handelsburgerij en een nieuwe politiek-administratieve elite doen ontstaan, met politiek leidinggevende figuren, adviseurs, advocaten en secretarissen, die vaak geld op tafel legden om een adellijke titel te kopen. De bouw van een buitenverblijf op het platteland verzilverde hun aanzien.

Via het kerkhof van Laken en de Sint-Annadreef gaat het naar de top van de Donderberg en de Kraaienberg. Hier kregen de groene longen van Laken vorm: het park van Laken en het Koninklijk Domein. En

dat was een gevolg van de laatste fase van de kasteelontwikkeling van het ancien régime. Opnieuw was de adel aan zet. In 1781 lieten de Oostenrijkse landvoogden Maria-Christina van Habsburg-Lotharingen en haar man Albert Casimir van Saksen-Teschen hun oog vallen op een domein dat hoorde bij het middeleeuwse waterkasteel ’t Groothof. “De keuze voor de heuvel was logisch,” verklaart ZSleebus. “De invloed van de Engelse parklandschapstijl had onze gewesten bereikt. Als je

LES CHÂTEAUX DISPARUS DE LAEKEN

Daarmee stopt de Lakense kasteelgeschiedenis niet. In de negentiende eeuw kwamen er nog een vijftigtal buitenverblijven bij. Inspiratie voor een nieuw boek van Joris Sleebus? “Dat weet ik niet,” zegt hij. “Het onderzoek boeit me enorm, maar ik stel geen boek als einddoel voorop. Het plezier en de energie van de nieuwe inzichten primeren. Komt daar dan uiteindelijk geen boek van, dan is dat zo.”

Kastelen in Laken. Van ‘t Groothof tot Belvédère. Over 20 kastelen uit het ancien régime is vanaf nu verkrijgbaar in de boekhandel.

De eerstvolgende lezing vindt plaats op 10 oktober 2024, om 20u, in het Maison de la création-Gare (Kerkeveldstraat 2, 1020 Laken).

Inschrijven via info@laca.be

FR La famille royale habite au Château de Laeken, mais celui-ci est moins unique qu’on ne pourrait le penser. Dans le livre Kastelen in Laken. Van ’t Groothof tot Belvédère, Joris Sleebus retrace l’histoire de pas moins de vingt châteaux de Laeken qui, à l’inverse de la demeure du Roi Philippe et de sa famille, n’ont pas survécu.

THE VANISHED CASTLES OF LAKEN/LAEKEN

EN The royal family lives in the Castle of Laken/ Laeken, but their home is less unique than you might think. In his book Kastelen in Laken. Van ‘t Groothof tot Belvédère, Joris Sleebus tells the story of no less than twenty castles in Laken/Laeken which have not stood the test of time, unlike the residence of King Philippe of Belgium and his family.

Is de koning aanwezig als de driekleur wappert op het dak van het paleis?

Maya Callizaya zoekt elke week een antwoord op een lezersvraag, deze week van Thibault uit Brussel-Stad.

Als de Belgische vlag op het dak van het Koninklijk Paleis wappert, dan is de koning thuis. Tenminste, zo gaat het verhaal. Maar is het echt zo simpel?

Onze koning heeft twee verblijfplaatsen: het paleis in het centrum van Brussel, waar hij werkt, en het kasteel van Laken, waar hij woont met zijn gezin. Boven op beide gebouwen is meestal de Belgische vlag te zien, maar dat is niet altijd het geval. Om voor eens en altijd duidelijk te zijn: als je die driekleur ziet wapperen, wil dat niet zeggen dat de koning thuis of in dat gebouw is. Het is wel het teken dat hij in België is.

Verblijft de koning om officiële redenen – een staatsbezoek bijvoorbeeld – in het buitenland of is hij meerdere dagen op privéreis, dan worden de vlaggen naar beneden gehaald. Dan is meteen voor iedereen duidelijk dat hij op dat moment niet in het land is.

bij het overlijden van een lid van de koninklijke familie. De laatste keer was dat in 2014 bij de dood van koningin Fabiola. De centrale vlaggen op het paleis en het kasteel worden neergehaald, en op de zijkoepel wordt een andere Belgische vlag halfstok gehesen.

Ook bij nationale rouw, na een grote ramp zoals het busongeval in Sierre in 2016 of de overstromingen in Wallonië in 2021, gaan de vlaggen halfstok. De regering beslist hoelang die periode van nationale rouw duurt. De centrale vlag van het Koninklijk Paleis wordt dan opnieuw vervangen door een andere vlag op de zijkoepel. Op het kasteel van Laken wordt alleen de centrale vlag neergehaald.

woning in Laken – is? Nee, niet echt. Of hij aan het werk is in het paleis aan het Warandepark, kan je wel zien aan de soldaten voor de deur. Als erewacht staan zij aan de voorzijde van het gebouw. Dat geldt enkel voor het paleis in het centrum, niet voor het kasteel.

Ook een vraag?

Stel je vraag en stem op BRUZZ.be Bekijk en lees antwoorden op BRUZZ.be/bigcity

Onze tricolore doet dus dienst als een soort communicatiemiddel. En niet alleen om aan te geven of de koning in het land is, de vlag kan ook halfstok worden gehangen. Dat gebeurt

Als er een ander staatshoofd op bezoek is in ons land, dan wordt de vlag van het bezoekende land op de zijkoepel geplaatst, zowel op het paleis als het kasteel. Gedurende de hele visite wapperen de twee vlaggen op beide gebouwen.

Erewacht

Kunnen we dan zien wanneer de koning thuis – en dus in zijn

Ook in andere landen wordt de vlag gebruikt om te communiceren. In het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld hangt de zogeheten koninklijke standaard uit als koning Charles in Buckingham Palace – de residentie van de Britse monarch – is. Die standaard is de officiële vlag van de koning zelf. Als de vlag van het Verenigd Koninkrijk, bekend als de Union Jack boven het paleis wappert, dan is de koning niet aanwezig in het gebouw.

Passeer je nog eens aan het paleis in Brussel, check dan de vlag om te zien of koning Filip in het land is. Staat de erewacht buiten aan het paleis, dan is hij aan het werk. Geen vlag te zien? Dan verblijft ons staatshoofd in het buitenland.

Op maat van ‘Onze Remco’

Iedere Brusselaar herinnert zich nog de uitbundige sfeer in de stad tijdens de start van de Ronde van Frankrijk in 2019. Maar, wie kent nog de naam van de winnaar van de eerste rit, die eindigde in een tumultueuze sprint voor het Paleis in Laken? Surf niet meteen naar de gespecialiseerde wielersites, mocht uw geheugen u in de steek laten, verderop in dit stukje volgt het antwoord.

Midden volgende week wordt allicht duidelijk dat Brussel in 2030 het WK wielrennen op de weg mag organiseren, de eerste grote koersgebeurtenis in deze stad sinds de Grand Départ van de Tour. De kans dat het managementcomité van de internationale wielerunie (UCI) voor de hoofdstad van Europa kiest is heel groot. Er hebben zich voorlopig geen ernstige tegenkandidaten gemeld en het onderliggende thema – de viering van 200 jaar België – zal de directieleden, niet ongevoelig voor decorum, vast en zeker aanspreken.

(WK-piste in Zolder) en Wallonië (WK-veldrijden in Namen) willen in 2030 een groot wielerevenement binnenhalen. Het zal toch niet gebeuren dat Brussel in dat spel van wheelen en dealen aan het kortste eind trekt?

Dat neemt niet weg dat ook hier geld de doorslaggevende factor is. Zo overtuigde Abu Dhabi, waar het WK van 2028 plaatsvindt, de UCI met de belofte dat een speciaal circuit van 28 km langs de Perzische Golf gebouwd zal worden om de kans op een spectaculaire finale maximaal te vergroten. De kostprijs van dit project is tot op heden onbekend.

Het is dan ook geen wonder dat vorige week, op de laatste gemeenteraad van Brussel-Stad, de financiering van het WK tot pittige discussies leidde. De liberale oppositie heeft haar bedenkingen bij de 10 miljoen euro die het stadsbestuur bijdraagt aan het budget, dat in totaal op 30 miljoen euro wordt geschat. Nooit eerder kostte een sportevenement in Brussel zoveel geld.

Burgemeester Close, die maar al te graag in de schaduw van wieleridool Remco Evenepoel opduikt, vindt het bedrag echter gerechtvaardigd. En in welke mate de volgende gewestregering Brussel-Stad financieel zal ondersteunen zijn zorgen voor later voor hem en zijn paars-witte amice Wouter Vandenhaute, voorzitter van WK-organisator Flanders Classics. Misschien nog een kleine waarschuwing voor de zegezekere burgemeester: ook Vlaanderen

Omdat wij uitgaan van een gunstige afloop: hoe zorgt de hoofdstad ervoor dat Remco Evenepoel – geboren in Aalst en opgegroeid in Schepdaal, maar door zijn huwelijk en enkele nevenprojecten heel vaak als Brusselaar omschreven – in 2030 een parcours op zijn maat krijgt? En vermijden we dus een scenario zoals in die openingsrit van de Tour. Toen was de etappe op het lijf geschreven van Greg Van Avermaet en de debuterende Wout van Aert. Maar door een valpartij in de finale, net voorbij De Trooz, en de daaruit voortvloeiende chaos stond ‘s avonds geen Belg in het geel op het podium, maar, godbetert, de onbekende Nederlander Mike Teunissen.

Om de moeilijkheid van deze opdracht te schetsen: in de voorbije 44 jaar slaagde maar één renner (de Italiaan Alessandro Ballan) erin in eigen land wereldkampioen te worden. Ook het wedervaren van Eddy Merckx, die andere Brusselse wielergod, in 1975 kan leerzaam zijn voor Close en co. Merckx moest en zou in het Waalse dorpje Yvoir voor de vierde keer (een record) wereldkampioen worden, maar omdat zijn Belgische rivalen het hem niet gunden, ging dat feest niet door. De bijna 80-jarige Merckx kan er vandaag nog flink boos over worden.

Hier volgen drie vuistregels van BRUZZ voor hen die ‘een regenboogtrui voor Remco’ de best denkbare apotheose van 200 jaar België vinden: laat de Belgische ploegmaats van Evenepoel vooraf contractueel vastleggen dat hun enige betrachting een zege van de kopman is, weersta aan de druk om in ruil voor geld gevaarlijke wegen in de andere gewesten op te zoeken en vind een slopende en lange helling waar ‘Onze Remco’ hetzelfde kan doen als op de Spelen in Parijs: stukje bij beetje de concurrentie versmachten.

Voilà, wij zien elkaar over zes jaar op de flanken van de Beukenberg in Vorst.

Luc Kempen

BRUSSEL KIEST (1)

BRUZZ wordt de komende weken jouw place to be om alles te weten komen over de gemeenteraadsverkiezingen. Wat staat er op het spel in jouw gemeente?

Ga naar brusselkiest.be voor het nieuws en de kandidatenlijsten

BRUSSEL KIEST (2)

BRUZZ radio laat elke woensdag de inwoners van de 19 gemeenten aan het woord in de spitsblokken van 7u tot 10u en van 16u tot 19u. ’s Middags fileert Bram Van de Velde de politieke situatie.

Herbekijk en herbeluister alles op brusselkiest.be

BRUSSEL KIEST (3)

In de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober gaan twee kandidaten met elkaar in debat. Elke donderdag na BRUZZ 24

In Sporting Flagey zoekt BRUZZ een interessant verhaal uit de Brusselse sportwereld. Deze week: het WK wielrennen van 2030.

De slaapkamer

Elis is 11 en woont in Schaarbeek. Wiskunde en wereldoriëntatie vindt hij leuker dan talen. “Vroeger, toen ik in Brazilië woonde, was ik niet zo goed in wiskunde. Ik denk dat de scholen in Brussel beter zijn.”

‘Als ik geen voetballer word, ga ik koffie verkopen, zoals mijn ouders’

Elke week gaat BRUZZ op bezoek bij een kind in Brussel in zijn of haar slaapkamer. Deze keer is dat bij Elìs (11) die met zijn broer en ouders in Schaarbeek woont. “Ik verzamel Pokemon-kaarten, parfums, ook al het geld dat ik krijg van mijn oma spaar ik.”

door Annelies Bontjes foto Saskia Vanderstichele

Hoe is het om weer naar school te gaan?

Heel leuk, want ik had mijn vrienden lang niet gezien. We hebben veel gespeeld.

Welke vakken doe je graag?

Wiskunde en wereldoriëntatie.

En wat vind je minder leuk?

Nederlands. Ik woonde eerst in Brazilië, en nu ben ik sinds vier jaar in Brussel. Dus Nederlands is niet mijn beste vak.

Was je in Brazilië al goed in wiskunde?

Nee, daar werd ik pas goed in sinds ik hier woon. Ik denk dat de scholen in Brussel beter zijn.

Hoe is het in Brazilië?

Heel mooi! Er zijn bergen, het is heel groen, en het is heel warm.

Welke talen spreek je allemaal?

Portugees, Nederlands, een beetje Frans en Engels.

Vind je het leuk om talen te leren?

Nee. Ik doe het omdat ik een beroemde voetballer wil worden. Dan moet ik veel talen kennen.

Wil je dan voor Brazilië spelen of voor België?

Ik wil in de worldcup spelen in Brazilië.

Heb je een plan B?

Ja, dan wil ik het werk doen van mijn ouders: koffie verkopen. Ze halen koffie uit Brazilië en die verkopen ze hier. Of ik word zanger, of pianist.

Wat zijn je hobby’s? Voetbal en piano.

Ik zie veel Pokemon-kaarten liggen. Spaar je die?

Ja. En ik spaar ook exemplaren van National Geographic Junior en parfums.

Je bent een echte verzamelaar.

Welk luchtje is je favoriet?

Die van Prada.

Je hebt een heel cool bed. Dat hebben mijn ouders gemaakt een paar maanden geleden. Er hangen ook discolampen in.

Wat doe je graag in Schaarbeek? Naar school gaan en met mijn moeder winkels bezoeken.

Als jij hier de baas was, wat zou je dan verbeteren in Schaarbeek?

Mensen die drugs gebruiken in de gevangenis doen. Ik kan al het verschil ruiken tussen een sigaret en een drugsigaret.

Ik zie een skateboard hangen. Soms ga ik ermee naar school. Maar ik kan niet zo goed skaten.

Heb je een telefoon?

Ja. Ik doe spelletjes en ik kijk video’s van youtubers uit Brazilië.

Krijg je zakgeld?

Ja, en vaak krijg ik geld van mijn oma als we naar Brazilië gaan. Ik spaar alles. Ik verzamel het al mijn hele leven.

Is het leuk om een broer te hebben?

Ja. We willen eigenlijk nog een zus, maar dat wil mama niet.

Als je een superkracht mocht kiezen, wat zou dat zijn?

Dat ik een robot zou worden met allerlei krachten. Ik heb al eens gedroomd dat dat echt gebeurde.

Heb je een wens?

De beste voetballer worden, rijk zijn en een mooie vrouw.

Als je rijk was, wat zou je dan doen met dat geld?

Een mooi huis en een mooie auto kopen voor mijn moeder. En kinderen.

Je wilt een kind kopen?

Bij die ene vogel. Hoe heet die ook alweer?

De ooievaar?

Ja! Kost dat veel?

Dat weet ik niet, ik heb geen kinderen.

Er is ook een manier waarop oudere mensen zelf kinderen maken.

Reeks nalezen?

Lees de hele reeks op www.BRUZZKet.be/slaapkamer

‘JE

SUIS UN VRAI COLLECTIONNEUR’

FR Cette semaine, BRUZZ s’invite dans la chambre d’Elìs, 11 ans. Il habite avec son frère et ses parents à Schaerbeek. « Je collectionne les cartes Pokémon, les parfums, et j’épargne tous les sous que je reçois de mon grand-père. » Plus tard, il aimerait devenir footballeur ou vendre du café brésilien, comme ses parents.

“Ik heb al eens gedroomd dat ik een robot was met allerlei krachten”
‘I

LOVE COLLECTING THINGS’

EN Every week, BRUZZ visits a child in Brussels in their bedroom. Elìs (11) lives with his brother and parents in Schaarbeek/Schaerbeek. “I collect Pokémon cards and perfumes, and I save all the money I get from my grandmother,” he says. When he is older, he would like to be a footballer, or sell coffee from Brazil, like his parents.

Valse art-nouveaubeeldjes op in Brusselse galerie

duiken

Een rommelig gezette handtekening, een dubieus certificaat, getrukeerde lithografieën: kunstcriminelen proberen in Brussel voor hoge bedragen valse schilderijen, beeldjes of antiek te verkopen aan argeloze klanten. Zelfs experts vallen soms voor de misleiding. “Artificiële intelligentie kan in de toekomst echt van onecht onderscheiden.”

door Indra Rypens

Drie vrouwen, gehuld in een soort groenachtig nauwsluitend pak en met gouden spitzen, die synchroon een balletcoördinatie dansen, de armen gestrekt als in een variétéshow. Wie niet beter weet, denkt meteen: beeldjes uit het interbellum, of iets vroeger, begin twintigste eeuw, vastgezet op een donkere marmeren onderplaat. Wie het begeleidende briefje in de winkel leest, ziet de naam van de beeldhouwer – Ferdinand Preiss, een bekende Duits kunstenaar – en ziet zijn intuïtie bevestigd.

En toch. De schat blijkt een kat in een zak. Het beeldje is vervalst, zo liet de kunstfraude-afdeling van de Economische Inspectie vorige week weten. Het leidde tot de veroordeling van vier medewerkers van twee Brusselse kunstgalerieën, schuldig verklaard aan “valsheid, gebruik van valse stukken, sluikwerk, bedrieglijke praktijken en oplichting,” aldus de rechter in een lange opsomming.

De galerieën kwamen in het vizier door een anonieme tip, verkoopposters die overal in de stad uithingen, en door spontane onderzoeken van de Economische Inspectie. Spontaan betekent: zonder dat er vooraf een tip of klacht binnenkwam, maar louter op goed geluk. Bij twee Brusselse verkopers bleek het bingo en confisqueerde het gerecht meer dan een dozijn beeldjes in art-nouveaustijl waarin “soms onhandig” de handtekeningen waren gegrift van Preiss, maar ook van de Franse Claire Colinet en de Frans-

Roemeense Demetre Chiparus. De werkjes stonden geprijsd tot 3.000 euro.

Ook nam het gerecht twee grote kopieën mee die, met certificaten opgesteld in het Spaans, te koop stonden voor 25.000 euro. Op valse lithografieën brachten de fraudeurs dan weer in potlood de initialen “E.A.” (Épreuve d’Artiste) en “H.C.” (Hors Commerce) aan om zo de prijs op te drijven.

De “kunstwerken” gingen ook tijdens het weekend over de toonbank in Brusselse hotels en receptiezalen. De Franstalige rechtbank van eerste aanleg van Brussel legde de fraudeurs gevangenisstraffen met uitstel en boetes tot 40.000 euro op. Ook kreeg een van hen een beroepsschorsing van vijf jaar.

Bedenkelijke reputatie

Het bericht veroorzaakte deining en misprijzen in de sector, maar zette de kwestie wel opnieuw op scherp: hoe echte van valse kunst te onderscheiden?

Janpiet Callens, hoofd van Artsafe.be en voormalig rechercheur kunstcriminaliteit, zag in zijn carrière verschillende truken om een argeloze koper te verschalken, zoals schilderijen verkopen van een bepaalde artiest, maar dan met een nagemaakte handtekening. Die zou zogezegd de echtheid van het werk moeten bevestigen. Meubels worden dan weer vaak “half vervalst”, waarbij uit één kast als bij wonder twee exemplaren voortkomen. Dubbel cashen dus.

Isabel Maenaut, lid van de Koninklijke Kamer van Deskundigen in Kunstwerken, onderzoekt in haar veilinghuis meestal zelf de authenticiteit van de kunstwerken. Ze is vooral gespecialiseerd in Belgische kunst. “Soms zie ik een handtekening die stuntelig werd aangebracht, soms klopt er iets niet met het gebruikte materiaal waarop het kunstwerk steunt. Dan gaat bij mij meteen een lampje branden,” zegt ze. Meestal weten de klanten het zelf ook niet.

Ook Tobias Desmet, gespecialiseerd in Europese beeldhouwkunst en zaakvoerder bij Desmet Fine Art, ziet regelmatig dubieuze stukken passeren. Vooral online dan. Zelf kocht hij ooit op basis van een foto en een moment van technische onoplettendheid een namaakbuste. “Op het eerste gezicht leek het om een degelijk stuk te gaan, maar toen ik beter keek, vond ik de kwaliteit ondermaats. Ook stilistisch klopte het niet helemaal. Maar omdat ik even was afgeleid, en me niet op tijd had afgemeld, was ik plots de eigenaar. Dus ja, ik heb een vals kunstwerk in mijn bezit, en ik zal het nooit als antiek verkopen. Het waarschuwt me elke dag dat een voorzichtige en kritische geest onontbeerlijk is in dit vak.”

“Ondanks mijn expertise bezit ik een vals stuk in mijn collectie: ik hou het als reminder, om mijn geest scherp te houden”
Tobias Desmet Desmet Fine Art

Gevraagd naar wat Desmet denkt van de in beslag genomen art-nouveaubeeldjes zegt hij resoluut: “Hier is zelfs geen sprake van een grijze zone, maar van pure oplichting, geen discussie mogelijk.” Ook Callens vermoedt dat de inspecteurs redelijk snel doorhadden dat het om vervalsingen ging. “De galerieën stonden ook niet meteen bekend om hun goed reputatie,” zegt hij.

Eigendomsgeschiedenis

Indien mogelijk onderzoekt Maenaut altijd de eigendomsgeschiedenis van het werk: als er documenten zijn waarop elke wisseling van eigenaar duidelijk staat

Deze drie danseressen zijn vervalsingen van werk van de Duitse kunstenaar Ferdinand Preiss.

neergepend, maakt dat een kunstwerk geloofwaardiger. Zeker als die informatie te toetsen valt met de artistieke fases in het leven van de kunstenaar zelf.

Wie over de nodige middelen beschikt, kan – om absoluut zeker te zijn – altijd gebruikmaken van koolstofdatering, een wetenschappelijke methode die de hoeveelheid koolstof in een voorwerp meet om de leeftijd ervan te bepalen. “Door middel van carbondatering kan organisch materiaal in antiek bij benadering gedateerd worden,” legt Desmet uit. De artnouveaubeeldjes werden dan weer ontmaskerd via een microscopische analyse van wat “metallografische monsters” heet, aldus de FOD Economie.

Toch blijft het volgens Desmet belangrijk om ook andere criteria in rekening te nemen bij een ultiem oordeel. Hij geeft het voorbeeld van een terracottabeeldje. “Een specifieke test, de thermoluminescentietest, op terracotta zal bijvoorbeeld een ander resultaat opleveren als het terracotta object in een latere fase dicht bij een hittebron heeft gestaan zoals een brand of een open haard. Enkel naar een kunstwerk kijken met een wetenschappelijke bril kan dus een vertekend beeld geven en een kunstwerk verkeerdelijk in een latere periode plaatsen. Een kritische geest en de context zijn zeer belangrijk. Men mag zeker niet blindelings op de wetenschap vertrouwen.”

Er staan strenge straffen op valse kunst verkopen. En terecht, zeggen de verkopers: hun beroepseer staat namelijk op het spel. Geen enkel eerlijk veilinghuis of galerie wil klanten rommel verkopen. Daarom hameren Maenaut en Desmet op het belang van een correcte verificatie van kunstwerken, om de echtheid ervan te waarborgen naar de klant.

Om volledig zeker te zijn, roepen verkoophuizen daarom vaak de hulp in van externe experten, gespecialiseerd in een

specifiek domein of in één enkele kunstenaar. Al loopt dat niet altijd van een leien dakje. “Soms ontstaat er ruzie tussen experten, waardoor het moeilijk kan zijn om een certificaat te krijgen van bepaalde kunstenaars,” weet Maenaut, die de Belgische schilder Théo van Rysselberghe als gecontesteerd voorbeeld geeft. Daardoor zitten de organisaties die de certificaten uitschrijven, vaak verwikkeld in gerechtelijke processen.

Een deel van de oplossing ligt mogelijk bij artificiële intelligentie, zeggen de experts, die verwijzen naar het voorbeeld van de Nederlandse Tilburg University. De instelling ontwikkelde in samenwerking met het Zwitserse bedrijf ArtRecognition een kunstherkenningstool om na te gaan of kunst echt is, al gaat het voorlopig enkel om een aanvullend hulpmiddel.

Kroonprins opgelicht

Toch gebeurt het nog dat fraudeurs lange tijd blijven wegkomen met fakes. De Italiaanse kunsthandelaar Giuliano Ruffini (geboren in 1945) slaagde daar meesterlijk in. Zo verkocht hij zogezegd uniek werk van Lucas Cranach de Oude, Parmigianino en Frans Hals. Een van die schilderijen belandde zelfs in handen van de kroonprins van Liechtenstein, die zeven miljoen euro betaalde. Toen het bedrog aan het licht kwam, namen Franse autoriteiten het exemplaar in 2016 in beslag. Ruffini zelf werd in 2022 gearresteerd, en leeft nu onder streng toezicht in Italië.

Soms worden er ook menselijke fouten gemaakt, waarbij geen kwaadwilligheid of voorbedachten rade aan te pas komt. Zo

L’ART DE FAUSSER DE L’ART

FR Une signature bâclée, un certificat douteux, des lithographies truquées : à Bruxelles, des criminels du milieu de l’art essaient de vendre très cher des fausses peintures, statuettes ou antiquités à des clients naïfs. Même les experts se font parfois avoir.

« Dans le futur, l’intelligence artificielle pourra vraiment distinguer le vrai du faux. » L’année passée, le SPF Économie a ouvert environ vingt dossiers de fausses œuvres d’art ou trouvailles archéologiques.

« Les secteurs qui courent le plus de risques sont l’art tribal, les objets du Cambodge ou de Thaïlande et l’art moderne », selon la porte-parole Lien Meurisse.

bood een Brussels veilinghuis enkele jaren geleden onbewust een modern werk aan als antiek. Ze wilden het verkopen als Egyptisch porfier, terwijl het eigenlijk was gemaakt uit Italiaans porfier. Het Egyptische gesteente was in de oudheid al zeer geliefd bij Romeinse keizers en tot op de dag van vandaag heeft het een magisch aura. Met het Italiaanse porfier werden kasseien gemaakt om de straten in Milaan mee te plaveien. Een verschil dat voor een ongetraind oog moeilijk te detecteren valt, maar resulteert in een gigantisch prijsverschil.

De FOD Economie opende afgelopen jaren een twintigtal dossiers voor valse kunstwerken of archeologische voorwerpen. “De sectoren die het meeste risico lopen zijn tribale kunst, objecten uit Cambodja of Thailand en moderne kunst,” aldus woordvoerder Lien Meurisse.

Hoewel veilinghuizen en galerieën er meestal in slagen om valse kunst op tijd te detecteren, blijft het vaak voor de gemiddelde koper een hele klus om echte kunst te onderscheiden van valse. “Als je zekerheid wil, koop je daarom best van galerieën met een goede naam en reputatie. Leden van de Kamer van Kunsthandelaars van België (Rocad) kunnen optreden als handige raadgever,” geeft Desmet als tip.

“Ook kan je naar een gereputeerde kunstbeurs gaan, zoals Brafa. Ze hebben een strenge selectie van de exposanten en ook een externe commissie van experten die de werken controleren voor de beurs de deuren opent. Dat maakt het misschien iets duurder, maar authentiek is het zeker.”

THE ART OF ART FORGERY

EN Bodytekst samenvatting

EN A messy signature, a dubious certificate, tricked lithographs. Art criminals try to sell fake paintings, figurines, or antiques to unsuspecting customers in Brussels for huge sums of money. And sometimes, even the experts fall into the trap. “In the future, we will be able to use artificial intelligence to distinguish real from fake.” In recent years, the FPS Economy has started some twenty cases relating to fake works of art or archaeological objects. “The sectors most at risk are tribal art, objects from Cambodia or Thailand, and modern art,” says spokesperson Lien Meurisse.

Brussels Clean Festival

- 20u00

Gore groene bak

Kathleen Peters is stand-upcomedian, Limburgse, maar woont in Brussel. Binnenkort keert ze terug naar de heimat voor een eenmalige show over de verschillen tussen Brussel en Limburg. Ze schrijft tweewekelijks over wat haar opvalt.

Het is kwart over zes in de ochtend. Mijn hond Betty blaft, en een oranje zwaailicht schijnt door de gordijnen in mijn appartement. Ik hoor geroep, gestommel en een vrachtwagen die lawaai maakt alsof het ding met geen mogelijkheid stil wil zijn. Met enige fierheid draai ik me nog eens om, want Kathleen Peters, niet bepaald een ochtendmens, heeft vannacht na de bloemetjes ook nog de vuilniszakken buiten gezet. Ik wil zeker niet de illusie wekken dat mijn afvalmanagement altijd zo vlot verloopt. Integendeel, er zijn ochtenden dat ik nog net niet de vuilniswagen achterna loop in mijn donkerblauwe ochtendjas om mijn witte zak op het laatste nippertje mee te geven. Ook google ik al vijf jaar lang wekelijks de afvalkalender, omdat ik maar niet kan onthouden of het nu op maandagavond papier of pmd is. Het lijkt wel een raadspelletje waarbij ik telkens weer verlies.

En ja, ik zou die afvalkalender kunnen printen en op mijn SMEG hangen om eruit te zien alsof ik alles goed voor mekaar heb, dat ik functionaliteit en organisatie boven esthetiek stel. Ik zou ook die app kunnen installeren, maar mezelf kennende klik ik elke melding en waarschuwing in een automatisme weg om het zogezegd later te openen. Maar later komt natuurlijk nooit.

Uiteindelijk maakt het weinig uit op wat ik vertrouw. Een app, een kaartje, mijn falend intellect: een ophaalronde missen is toch geen ramp, omdat een week later de vuilniskar toch opnieuw passeert.

Contrast met Limburg

Ik vind het contrast met Limburg op dat vlak heel interessant, omdat het vuilnis pas om de twee weken wordt verwijderd. Vergeten buiten te zetten? Hou de zakken dan bij of ga als straf op zaterdagochtend in de rij staan voor het containerpark.

Ook krijgt elke woning een vieze gore groene bak voor groenten- en tuinresten. Als ik er nog maar aan denk, moet ik een beetje kokhalzen. Die bak maak je het best elk mogelijk

moment leeg, want een kleine misstap, en dat ding zit vol maden.

Op dat vlak, toegegeven, moeten de oranje zakken in Brussel niet onderdoen voor de groene Limburgse bak. Die papzakjes worden vaak over het hoofd gezien en staan dan dik te wezen, en te stinken als ze al niet worden opengereten door één of ander dier.

De Limburger in mij geeft toch een kleine afkeurende blik terwijl ik mijn hond Betty ervan probeer te weerhouden om er nog eens met haar neus goed door te wroeten. Maar de Brusselaar in mij weet dat dit weer in no time zal worden opgeruimd. Er is misschien veel afval in het gewest, maar het verdwijnt ook weer snel. En in plaats van mijn zaterdagochtend door te brengen in de rij van het containerpark, draai ik me nog eens om en zet ik maandag wel weer de zakken (en de bloemetjes) buiten.

Reeks nalezen?

Wie alle columns van BRUZZ wil herlezen, kan de teksten terugvinden op BRUZZ.be/column

Uw gids door de culturele agenda 20 > 26/9

Leven, liefde en (abstracte) kunst onder één dak

Bozar werpt een nieuwe blik op de levens van het Duits-FransZwitserse kunstenaarskoppel Hans/Jean Arp en Sophie TaeuberArp en hoe die op een unieke manier met elkaar verstrengeld waren. “Ze waren het perfecte team.”

door Tom Zonderman

Een huis is een kunstwerk. Dat is toch wat je denkt wanneer je vanuit de tuin van de Fondation Arp naar de atelierwoning kijkt die Hans/Jean Arp en Sophie Taeuber-Arp voor zichzelf hadden laten bouwen in Parijs in 1927. Een strakke, modernistische kubus, met ruw gebeitelde zandstenen, eenvoudig ingericht. Een bouwwerk getekend door de multigetalenteerde Taeuber-Arp, die daarmee het verhevene van de kunst en het aardse van het dagelijkse leven wilde verenigen.

De plek kon niet symbolischer: aan de rand van het bos van Meudon, in de schaduw van de Lichtstad, vlak bij de woningen van kunstenaars als Auguste Rodin en Theo van Doesburg. Een brug tussen liefde en werk, man en vrouw, natuur en stad, intimiteit en inspiratie, met kunst als glasplaat waarop de kunstenaars en geliefden hun gedachten, visies, inzichten en emoties condenseerden. Met onze beide voeten in die oase wordt Arps bekende citaat tastbaar: “Kunst is een vrucht die in de mens groeit, zoals een vrucht aan een plant, of een kind in de buik van zijn moeder.” De Duits-Franse kunstenaar bewonderde en imiteerde natuurlijke vormen en zag de natuur als een onuitputtelijke bron van inspiratie voor zijn abstracte sculpturen en collages. Geen wonder dat hij veelal werkte vanuit zijn intuïtie, met veel aandacht voor biomorfe vormen. Een van zijn beelden heet niet voor niets Im Walde auszusetzen, een bronzen sculptuur die moest opgaan in de natuurlijke omgeving.

Taeuber-Arp vulde haar man aan met de rede en de schets, wat voortkwam uit het textielwerk dat ze al van jongs af maakte. Ze daagde de grenzen uit tussen de artistieke praktijk en de toegepast kunst. De Zwitserse was begeesterd door geometrische lijnen, kleuren, technieken en materialen, maar hield ook van de bloemen en planten in hun weelderige tuin die net zo goed geometrisch gestructureerd was. De Parijse woning doet vandaag dienst als museum voor hun beider werk, dat even kleurrijk als verscheiden is: van textielkunst over schilderijen en schetsen tot houtsneden, beeldhouwwerken, juwelen, poëzie, poppen en design.

De nieuwe expo in Bozar toont mooi hoe elke kunstvorm voor het kunstenaarskoppel evenwaardig was, en hoe ze hun ideeën lieten samenvloeien. “Dat hun werk nu in Brussel samenkomt, is niet toevallig,” zegt Walburga Krupp, die de tentoonstelling

cureerde. “Brussel is aan het begin van Arps carrière erg belangrijk geweest, dankzij galeriehouders als Camille Goemans genereerde zijn werk hier veel aandacht.” Dat succes op het einde van de jaren 1920 was echt een kantelpunt, zegt Krupp. “Met een deel van de opbrengst van de werken die Arp er verkocht, kon het koppel het bouwperceel in Parijs kopen.”

Sixtijnse Kapel

Hans/Jean Arp en Sophie Taeuber-Arp hadden elkaar ontmoet op een expo van Arp in Zürich in 1915. Hun relatie ontvlamde in het vuur van het dadaïsme, de radicale kunststroming die zich kantte tegen het absurdisme en de gruwel van de oorlog, en tegen de bestaande kunsten en maatschappelijke normen. De kunstenaars frequenteerden het roemruchte Cabaret Voltaire. Arp las er gedichten voor, TaeuberArp bevrijdde zich in de dansen die ze geleerd had bij de Hongaarse pionier van de moderne dans Rudolf von Laban. Ze ontwierp er kostuums en maskers, vaak met futuristische, geometrische patronen. Arp en Taeuber-Arp trouwden in 1922 en verhuisden naar Frankrijk, waar ze staatsburger werden en Hans zich Jean liet noemen. Hun werk maakte opgang op de golven van dada en het surrealisme. Taeuber-Arp werd gevraagd om de Aubette in Straatsburg om te vormen tot een

modern amusementscomplex. Ze hertekende het hele interieur met constructivistische inslag, en vroeg haar man en De Stijl-boegbeeld Theo van Doesburg om mee te werken. Hun glas-in-loodramen in het trappenhuis werden de ‘Sixtijnse Kapel van de abstracte kunst’ genoemd.

Maar die eer kwam Taeuber-Arp niet toe, Van Doesburg prees zich in een interview als de grote initiator van de renovatie, en beschouwde het gehele project als een door hem verkregen opdracht, terwijl het Taeuber-Arp was die die had binnengehaald en het contact met de opdrachtgevers onderhield. In brieven uitte ze daar haar ongenoegen over. “Als vrouw is het tien keer moeilijker om jezelf te handhaven te midden van zo’n chaos,” schreef ze over haar plek als vrouw in de door mannen gedomineerde kunstwereld.

Tot 1929, toen het koppel zijn intrek nam in het huis in Parijs, had Taeuber-Arp lesgegeven aan de Kunstnijverheidsschool in Zürich. Dat gaf ze op om zich in Parijs volledig toe te leggen op haar kunst en die van haar echtgenoot. “Ze waren in zekere zin het perfecte team,” zegt Walburga Krupp, die in de briefwisseling van Sophie Taeuber-Arp met haar oudere zus Erika veel nieuwe info vond over het dagelijkse leven en de manier van werken van het kunstenaarskoppel. “Ze deelden het idee dat er geen hiërarchie is in kunst, hun creativiteit

In hun bescheiden atelierwoning in Parijs lieten Jean Arp en Sophie Taeuber-Arp hun leven en werk door elkaar lopen.

kende geen grenzen. Met hun werkwijze over verschillende disciplines heen waren ze hun tijd vooruit.” Het is intrigerend om zien hoe Arp en Taeuber-Arp elkaar vonden in het abstracte en het minimale, in werken die een realiteit op zich vormden, zonder er een conceptueel etiket aan toe te voegen. In het huis in Parijs hadden beide kunstenaars elk hun eigen studio, die met een open trappenhal met elkaar verbonden waren. Anders dan andere kunstenaarskoppels zoals Hugo Ball en Emmy Hennings of Robert en Sonia Delaunay maakten Arp en Taeuber-Arp ook gezamenlijke kunstwerken, wat in de expo in Bozar nadrukkelijk getoond wordt.

Koolmonoxidevergiftiging

Ondanks de vrije geesten van die modernistische kunststromingen waren de

Sophie Taeuber-Arp en Jean Arp vonden elkaar in het dadaïsme dat zich begin twintigste eeuw kantte tegen de heersende opvattingen over kunst en de absurditeit van de oorlog.

Sophie Taeuber-Arp maakte geen onderscheid tussen kunstvormen, ze tekende, schilderde en ontwierp kledij.

genderrollen nog enigszins conservatief verdeeld. Sophie Taeuber-Arp kon zich daardoor niet helemaal ontplooien zoals ze dat wilde. Ze deed de administratie en het huishouden, bereidde Arps werken voor en voltooide ze, waardoor er minder tijd overbleef voor haar eigen oeuvre.

Hun droom werd aan diggelen geslagen in 1943. Het koppel was naar Zürich gevlucht voor de oprukkende Duitsers. Arp nam zijn intrek bij designer Max Bill, Taeuber-Arp bij haar zus. Toen ze op een avond allebei lang hadden gewerkt aan een portfolio bij Bill, miste Taeuber-Arp de laatste trein. Bill vroeg Arp om zijn logeerbed aan zijn vrouw af te staan, maar die wuifde dat voorstel weg. Taeuber-Arp trok dan maar naar Bills zomerhuis, waar een slecht werkende kachel haar fataal werd.

Na haar dood belandde Arp in een crisis. Hij stopte een tijd met werken, pas na de oorlog keerde hij terug naar Parijs. Hij hertrouwde met Marguerite Arp-Hagenbach, maar probeerde er wel voor te zorgen dat de herinnering aan zijn vrouw levendig bleef. Hij vormde een kamer in het huis om

ODE À UN COUPLE DADA

FR Bozar porte un nouveau regard sur la vie du couple d’artistes germano-franco-suisse Hans/ Jean Arp et Sophie Taeuber-Arp ainsi que sur le lien unique qui les unissait. Le lieu central de leur pratique artistique se trouvait à Paris, où ils ont fait construire une maison simple et moderniste dans laquelle ils ont entremêlé vie quotidienne et (leur vision de l’) art. L’exposition de Bruxelles montre la variété avant-gardiste du couple dada, de la peinture à la sculpture en passant par la poésie, les marionnettes, l’art textile et le design, et la manière dont ils traitaient toutes ces différentes formes d’art sur un pied d’égalité..

tot museum, vertaalde haar textielwerk naar gedichten en puurde sculpturen uit haar schetsen. Zo werd de focus die aanvankelijk hem te beurt viel, verlegd. “Hij verkreeg ook dat haar werk getoond werd in verschillende expo’s, onder meer in Zwitserland en Frankrijk,” vertelt Walburga Krupp. “Elke tien jaar was er wel een grote tentoonstelling rond haar werk. De voorbije jaren waren er expo’s in New York, Basel en Parijs. In België is het nog niet het geval, maar in sommige landen komt het werk van Sophie Taeuber-Arp veel meer onder de aandacht dat van haar man.” In die zin is de expo in Brussel evengoed een rehabilitatie van hem als van haar. “In 1953 hadden ze hier hun eerste gezamenlijke expo, en nu keren ze terug. Dat is ook het opzet van deze tentoonstelling: met archiefmateriaal en ongeziene of zelden getoonde werken brengen we hen opnieuw tot leven, en dan vooral als twee gelijken.”

De tentoonstelling Hans/Jean Arp & Sophie Taeuber-Arp. Friends, lovers, partners loopt van 20/9 tot en met 19/1 in Bozar, bozar.be

ODE TO A DADA COUPLE

EN Bozar takes a renewed look at the lives of German-French-Swiss artist couple Hans/Jean Arp and Sophie Taeuber-Arp and how those lives were uniquely intertwined. The epicentre of their artistic practice was in Paris, where they built a simple, modernist house that became the backdrop for their intricately interwoven lives and (visions of) art. The exhibition Hans/Jean Arp & Sophie Taeuber-Arp. Friends, Lovers, Partners in Brussels shows the progressive versatility of this dada couple, from painting to sculpture to poetry, puppets, textile art, and design, and how they saw all these different art forms as equal.

Exhibition, Book launch, Talk, Workshops & Book stock sale

Join us to celebrate the launch of SAGA, the photography book about Astrid Ullens de Schooten Whettnall’s collection.

Discover the full program on www.fondationastichting.com

FREE ADMISSION

19.09—22.09.2024

Pop & JazzExpo

Gevederde reus

“Zeker nu de wereld erg wreed lijkt, droom ik er wel eens van om weg te vliegen op een gigantische vogel,” vertelde Mary Lattimore in het recentste Select-magazine. De Amerikaanse harpiste had het over haar ontmoeting met Big Bird, de gevederde reus van Sesamstraat, toen ze een jaar of tien was. Ze schreef er de song ‘And then he wrapped his wings around me’ over, een nummer over geborgenheid en warmte, dat ze samen met de accordeonist Walt McClements meebrengt naar Bozar.

MARY LATTIMORE 26/9, Bozar, bozar.be

Transformatie!

Resuscitate! heet de laatste plaat van Bill Callahan, een livealbum waarmee hij wil tonen hoe enkele van zijn recente nummers sneller dan gewoonlijk van gedaante wisselden in de handen van zijn onovertroffen liveband. Een nieuwe transformatie zal ongetwijfeld plaatsvinden in de KVS, waar de Amerikaanse songsmid met zijn mistroostige bariton en zijn ontregelende verhalen over de ontrafelende American dream in zijn uppie de bühne beklimt.

BILL CALLAHAN 20 & 21/9, KVS BOL, kvs.be

De heilige Sint-Jazz

Saint Jazz dompelt de Botanique en Jazz Station onder in jazzklanken. Die komen onder meer van de Brusselse saxofonist Erwin Vann, die zich laat omringen door bassist Michel Hatzigeorgiou en drummer Dré Pallemaerts. Uitkijken is het ook naar gitarist Lorenzo Di Maio, die toetsenist Wajdi Riahi meebrengt, en Hypercontent!, een veelkoppig collectief dat zich inspireert op de zinderende jazz van Ezra Collective. (TZ)

SAINT JAZZ FESTIVAL 20 & 21/9, Botanique & Jazz Station, saintjazz.be

Reis door een oeuvre

Bijna 97 jaar geleden zag Pierre Alechinsky het levenslicht in Schaarbeek. De man die na WO II een van de drijvende krachten zou worden van de Cobra-beweging, in 1950 de Prijs Jonge Belgische Schilderkunst zou winnen, en zich in zijn lange carrière meester zou maken van expressionistische, surrealistische, abstracte, schilderkunstige, kalligrafische en vele andere uitdrukkingsstijlen en -vormen, neemt Villa Empain mee op reis langs een honderdtal werken.

ALECHINSKY, PINCEAU VOYAGEUR 26/9 > 16/3, Villa Empain, villaempain.com

Schatkaartjes

Nu de herfst aan onze deur staat en de leegte die we lieten in de dagelijkse file weer is opgevuld, is de vakantie niets meer dan een vage herinnering. Al zijn er ook positivo’s die aan een postkaartje genoeg hebben om zich weer op stranden en bergen te wanen. Voor die dromers hebben Mary Bergs, Marcelo Moscheta, Léopoldine Roux, Lucia Tallova en Mathieu Van Assche een resem kunstige schatkaartjes in de aanbieding.

I WISH YOU WERE HERE > 19/10, Chez Olivia, chezolivia.be

Het leven, een knipselmap

Oda Van Neygen drukt al sinds 1976, toen ze bij de Beursschouwburg begon, haar stempel op de Brusselse kunstenscene. Tien jaar nadat ze met pensioen ging bij jeugdtheater BRONKS, dat ze in 1992 zelf uit de grond stampte, komt ze met een eigen expo. Waarom ik zoveel verzameld heb vertelt in woord en beeld, foto’s en knipsels het versnipperde verhaal van haar leven. (KS)

ODA VAN NEYGEN: WAAROM IK ZOVEEL VERZAMELD HEB > 4/10, Brussels Ouderenplatform, bop.brussels

Alechinsky, pinceau voyageur
Mary Lattimore
© Lewis Baltz. Courtesy Zander Galerie, Cologne

Klein onderhoud

Festival Poetik Bazar serveert veelgelaagde Turkse poëzie

‘Turkije is niet één land, één taal’

Het meertalige poëziefestival Poetik Bazar vult met zijn vierde editie Les Halles met een markt, lezingen, ontmoetingen, concerten, workshops en party’s. In het uitgebreide programma gaat dit jaar bijzondere aandacht naar Turkse poëzie. Meertalig schrijver, literair vertaler en kunstenaar Canan Marasligil (zij/ hun) zorgde als curatrice voor een inclusief, participatief, feministisch en soms politiek programma, dat ook niet-Turkstaligen betrekt.'

Voor Marasligil, die in Turkije werd geboren, opgroeide in Brussel, maar al jaren in Amsterdam woont, betekent het curatorschap van het onafhankelijke festival een terugkeer naar onze hoofdstad, nadat ze er eerder al curator was voor Europalia en te gast op Sulaiman Addonia’s Asmara-Addis Literary Festival (In Exile). “Ik denk niet dat mensen veel Turkse dichters kennen, behalve misschien Nazim Hikmet. Poëzie kan gevaarlijk zijn, vertalen is altijd een beetje verraden, en publiceren kost ook geld. Maar er zijn genoeg vormen, platformen en mensen om gedichten te kunnen verspreiden en creatief om te springen met de interpretaties en de vertalingen ervan. De collectieve aanpak biedt ook mogelijkheden.”

Turks betekent voor Marasligil ook niet ‘van Turkije.’ “Ik ben niet geïnteresseerd in een nationalistische benadering van poëzie. Het is niet één land, één taal. Turkije kent meerdere talen, het Turks is aanwezig in heel Europa, en Turkije bestaat ook in onze verbeelding. Met Gonca Özmen, Ceren Uzuner, Karin Karakaşli en Lütfiye Güzel heb ik dichters gekozen die een band hebben met Turkije, maar ook met Duitsland, Nederland of Armenië. Het zijn vrouwen, sommigen van hen zijn queer. Poëzie leent zich tot het ontdekken van gelaagde identiteiten.”

Naast een algemeen en meertalig programma, waarin de vier dichters hun werk introduceren, zijn er nog drie specifieke. “Eén gaat over het voor iedereen herkenbare thema van de stad, over hoe zowel mensen die er wonen als mensen die er niet (meer) wonen Istanbul verbeelden. Een tweede ziet poëzie als een manier om te protesteren tegen het kapitalistische systeem, tegen racisme, tegen de schending van vrouwen- en lgbtqia+-rechten, en tegen exclusie. En dan is er nog een workshop, die ik zelf ga geven, over het vertalen van de poëzie van Karin Karakaşli. Die staat ook open voor mensen die geen Turks kennen.”

De vierde editie van Poetik Bazar vindt plaats van 20 tot en met 22/9 in Les Halles, halles.be

Select Aanraders van de week

Verknipte moordenaar

Een onenightstand ontspoort in een serie gemene moorden. Hoe minder je weet over deze provocerende, ijzingwekkende thriller, hoe beter. Tegelijk zou het doodzonde zijn als Strange darling onder de radar bleef, dus toch een beetje basisinformatie: dit is géén doordeweekse thriller of slasher. Niet qua verhaal, niet qua structuur, niet qua cinematografie. De kijker wordt bewust op het verkeerde been gezet en uitgedaagd om te puzzelen.

STRANGE DARLING US, dir.: JT Mollner, act.: Willa Fitzgerald, Kyle Gallner

Voor een vriendenprijsje

Er zijn twee redenen om van de We Love Cinema Days te houden: een fikse korting op bioscooptickets en een heleboel avantpremières. Voor zes euro kan je eindelijk Inside out 2 inhalen of Blink twice checken. Of je kan kiezen om bij de eersten te zijn die Nicolas Cage zien razen in Arcadian, die Jude Law zien stinken als Hendrik VIII in Firebrand, of die zien hoe Noémie Merlant in Emmanuelle Sylvia Kristel naar de kroon steekt. WE LOVE CINEMA DAYS 18 > 21/9, verschillende locaties, welovecinema.be

Frans-Duitse entente

Podium

Hedendaagse pastorale

De Brusselse YouYou Group is genoemd naar de youyou, een schrille trilklank die een specifieke stemtechniek en stemklank vereist, in het Arabisch zaghareed heet, en heel wat feestjes kracht bijzet met een fors vrouwelijk vibrato. Voor zijn tiende verjaardag maakte YouYou Group de performance Jubel, die inspiratie put uit de oeroude relatie tussen mens en schaap. Een hedendaagse pastorale met imposant geblaat en kunstig kuddegedrag op een bijzondere locatie.

YOUYOU GROUP: JUBEL 21/9, Sint-Jan-de-Doperkerk, kaaitheater.be

Kunst in de kunst

Ook het Artonov-festival viert zijn tiende verjaardag. Met zijn beproefde formule van performances, beeldend werk en muziek in bijzondere Brusselse gebouwen. Zo zie je op plekken als veilinghuis Lempertz, de Vrijmetselaarstempel in de Peterseliestraat en metrostation Rogier artiesten als butohlegende Akaji Maro, choreograaf François Chaignaud en stripduo François Schuiten en Benoît Peeters aan het werk.

ARTONOV 26/9 > 13/10, verschillende locaties, festival-artonov.eu

Over de brug

Lena uit Leipzig kan er niet mee lachen dat ze plots moet babysitten op een uitwisselingsstudent uit Straatsburg. Ze vindt Fanny saai en veel te weinig geëngageerd om de wereld te redden van klimaatrampen en extreemrechtse partijen. Tot ze elkaar intiemer leren kennen. Leve de Frans-Duitse entente, leve de nieuwe generaties! Claire Burger tracht de adolescentie, de liefde en een generatie te schetsen. Dat is veel. (NR)

LANGUE ÉTRANGÈRE FR, dir.: Claire Burger, act.: Lilith Grasmug, Josefa Heinsius, Nina Hoss

De Brusselse Anna Rispoli verzamelde in het kader van Molenfest via allerlei verenigingen allerhande zorgwerkers voor een vrolijke maar pertinente protestactie op de brug aan de Vlaamsepoort. With love not for love wordt het flamboyante startschot van een artivistisch traject met lokale en internationale collectieven van vrouwelijke migranten met en zonder papieren, dat aandacht en zorg vraagt voor zorgverleners. (MB)

ANNA RISPOLI: WITH LOVE NOT FOR LOVE 22/9, Vlaamsepoort, kaaitheater.be

YouYou Group: Jubel
Strange darling

De herleving van de Indiase keuken laat op zich wachten in onze contreien. Een nieuw restaurant brengt daar verandering in met een frisse, vrolijke aanpak, gebaseerd op deelgerechten.

Dastaan betekent ‘verhaal’ of ‘geschiedenis’. Het gelijknamige hoekrestaurant in Sint-Lambrechts-Woluwe vertelt het verhaal van twee broers uit Punjab, die hun visie op de Indiase gastronomie willen delen. Een lovenswaardig idee, dat hier draait om de traditionele chaat – een verzameling gerechten die gefrituurde deegwaren, kikkererwten, aardappelen en andere ingrediënten combineren met specerijen en chutneys –, aangevuld met streetfood en specialiteiten uit Mumbai.

Wie kip curry of tandooribrochettes verwacht, komt hier bedrogen uit. In plaats daarvan vind je op de kaart een reeks

Friends, lovers, partners

5x2 tickets, Bozar, vanaf 20/9

Bozar wijdt een expo aan het werk van kunstenaarskoppel Hans/Jean Arp en Sophie Taeuber-Arp. Mail ‘Arp’

smaakvolle gerechtjes – reken op een drietal per persoon – met een goed gedoseerde pittigheid.

Na een blik op het nette maar weinig opvallende interieur, met de mooie, marineblauwe muren als grootste blikvanger, bestelden we een ‘Jalandhar Jajeera’ (10 euro), een cocktail met zilte tonen en een komijnsmaak, die perfect paste bij de gerechten. Daarop volgden zeer knapperige en al even lekkere papadums.

De ‘Dahi Bhalle’ (12 euro) was het eerste van de reeks volledig vegetarische gerechten die we kozen. De stukjes linzenbal, gemengd met een romige yoghurt en op smaak gebracht met chutneys en kruiden, waren heerlijk en superfris, met zoete toetsen die aan een soort tomatenconfituur deden denken.

Daarna tilden twee ‘Chole Samosa’ (15

Chassol plays Basquiat

5x2 tickets, Flagey, 27/9

De Franse componist Chassol evoceert de Amerikaanse schilder Basquiat in muziek en beeld. Mail ‘Chassol’

Stuur het trefwoord, samen met je adres en telefoonnummer, naar win@bruzz.be

euro) – geserveerd met een klein broodje, dat ons niet huisgemaakt leek – de bescheiden groene linzen naar een hoger niveau. We hielden van de goed uitgebalanceerde pittigheid.

Dan volgde de ‘Pav Bhaji’ (15 euro), een opmerkelijke curry, vergezeld van vier, wat overbodige halve broodjes. De mix van groenten en kruiden uit Mumbai zorgde voor een verrassende smaaksensatie.

Het hoogtepunt van de maaltijd was de even unieke als heerlijke ‘Jalapeno Chaat’ (12 euro). Het concept? Een soort gefrituurde jalapeñoringen, vergezeld van granaatappelpitjes en glittertjes op basis van mais – geen idee hoe ze dat deden. Het resultaat? Onweerstaanbaar lekker.

TEKST: MICHEL VERLINDEN FOTO: SASKIA VANDERSTICHELE

Graindorge + Pirard

5x2 tickets, Beursschouwburg, 27/9

Catherine Graindorge en Natasha Pirard betoveren Brussel met hun Songs for the dead en Dream cycles. Mail ‘Graindorge’

Georges Henrilaan 373, SintLambrechts-Woluwe, dastaan.be
Dastaan •••

De vijf inzichten Tsar B

‘We zijn

allemaal mieren’

Justine Bourgeus, alias Tsar B, noemt David Lynch’ cultserie Twin Peaks het belangrijkste kunstwerk in haar leven, en soundtrackcomponist Angelo Badalamenti haar grote voorbeeld. Vijf inzichten van een nachtegaal met zin voor surrealisme.

door Michaël Bellon

Leef surrealistisch

Ik opteer voor het surrealistische bestaan. Daarmee bedoel ik niet dat ik de hele tijd in een andere wereld leef, wel dat ik af en toe een extra laagje over die wereld leg. De manier waarop surrealisten als Leonora Carrington of Salvador Dalí in het leven stonden, ernaar keken en ermee speelden, vind ik heel inspirerend.

Lijd niet te existentieel

Existentiële vragen als ‘wie ben ik?’ zijn niet zo mijn ding. Misschien omdat ik voortdurend aan het creëren ben en zo het idee heb dat het wel klopt om op mijn buikgevoel af te gaan. Muziek kan van diep komen, maar ik hoop toch dat mensen gespaard blijven van te veel existentiële angst en misschien wat leren van de tao. De mens is deel van een geheel. We zijn allemaal mieren, die één groot nest maken. Dat idee kan je verschrikkelijk vinden in het licht van het heelal, maar kan ook net rust brengen.

Wroet

Wroeten in een mengsel van modder en gras, of met lijm van alles aan elkaar plakken: dat gaf ons als kind zo’n woeste voldoening! Als volwassenen doen we dat te weinig. Wroeten kan trouwens ook in klei of deeg. Waar het om gaat is de eenvoud, de traagheid, het meditatieve, het zoeken en het verleggen van grenzen. Je kan ook wroeten in je job, door het eens anders aan te pakken of meteen te springen in plaats van eerst alles te overdenken.

Resist

Voor mij is het belangrijk dat een mens vrij en veilig is. Elke mens. Als iemands vrijheid en veiligheid niet gerespecteerd worden, dan moeten we ons verzetten.

Lees autobiografieën

Als het over levenslessen gaat, dan kan ik het boek Catching the big fish van David Lynch aanraden. Daarin geeft hij veel persoonlijke tips over meditatie, bewustzijn en creativiteit. Maar ik lees ook graag autobiografieën van helden als Alejandro Jodorowsky, Marina Abramović , Ai Weiwei, Patti Smith ...

Tsar B en Dijf Sanders spelen op 25/9 de muziek van Twin Peaks in de KVS BOL, kvs.be

23 › 28 sept. 2024

La Tricoterie Brussel 2024

6 DAGEN

om de transitie in uw bedrijf te verwelkomen

De Shifting Economy Week nodigt u uit voor de 4e editie!

Welke impact heeft de economische transitie naar meer ecologische en sociale duurzaamheid op productie, marketing, human resources, strategie en management?

De Shifting Economy Week 2024 focust op deze vijf beroepstakken die van cruciaal belang zijn voor een succesvolle interne transitie. Op de agenda staan collaboratieve workshops, inspirerende voordrachten en ontmoetingsmomenten.

Op het programma

online

23/09 - 28/09

Webinars, video’s en voordrachten aangeboden door het festival The Wonder

Zie de website van Shifting Economy voor meer info en inschrijving

De SEW-evenementen zijn GRATIS.

Inschrijven is verplicht.

Het evenement wordt georganiseerd door:

Op het programma in La Tricoterie (Brussel)

24/09

Marketing en verkoop

Hoe kan ik mijn diensten en producten op een etisch verantwoorde manier promoten?

Businessmodel en strategie

Kennismaking met innoverende strategieën voor maatschappelijk verantwoord management.

25/09

Boekhouding en financiën

Hoe pas ik mijn financiële werkmethoden aan om duurzame initiatieven te ondersteunen?

Human resources, leadership, en governance

Hoe kan ik duurzame praktijken doorvoeren in mijn teammanagement?

26/09

Productie

Productieprocessen heruitvinden om uw ecologische voetafdruk te verkleinen.

Avondprogramma: ontmoetingen en debatten met ondernemers en experten, o.a. Eva Sadoun, economiste, medevoorzitster van ‘Mouvement Impact France’ en een van de woordvoerders van het collectief ‘Nous Sommes Demain’.

In samenwerking met:

2 OKTOBER VERKIEZINGSGIDS in BRUZZ Magazine

Wat staat er op het spel in jouw gemeente?

Volgende week laat BRUZZ het licht schijnen op Koekelberg, Jette, Ganshoren en Sint-Agatha-Berchem. Wat zijn er de uitdagingen in en wat staat er politiek op het spel?

Alles over de verkiezingen in BRUZZ magazine, op BRUZZ Radio, BRUZZ TV en natuurlijk op Brusselkiest.be.

VERPLEEGKUNDIGE IFIC 14/14B

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.