Buonissimo Abruzzo

Page 1

Italian lifestyle

4 magazine voor en door liefhebbers van Italië •

gastronomie •

ABRUZZO reizen

Eén natuurpark

cultuur

SOPHIA LOREN •

80 jaar!

SLOW FOOD Rage of trend?

BIANCHI Fietslegende

mode - ABRUZZO - editie najaar

© 2014/n03

©

95 €

Nr. 03/2014 € 4,95 www.buonissimo.be


W I J S TA A N O P / N O U S PA R T I C I P O N S A

www.passionegusto.be

Inkom GRATIS

zon.7 dec. 11-18u. Ciao Buonissimo-lezer, Apetrots zijn wij. Voor u ligt de allereerste uitgave van onze gloednieuwe glossy over Italië: Buonissimo. Toen we enkele maanden geleden onze vereniging Taste Italy vzw boven de doopvont hielden, leek de belangrijkste bestaansreden ervan, de uitgave van een italomagazine, nog enorm ver van ons verwijderd. Met veel hard werken en de steun van een groep enthousiaste medewerkers zijn we nu zo ver.

www.emozioni.be

100% ITALIA

‘t Bau-huis

Wij zijn trots om verschillende redenen. Zo is Buonissimo zonder meer het eerste magazine voor en door liefhebbers van Italië. Toen we enkele maanden geleden een oproep lanceerden voor auteurs die een artikel wilden plegen over hun favoriete land, hadden wij nooit vermoed dat er zoveel mensen met passie voor Italië waren. Onze dank gaat daarom uit naar al wie een redactionele (of andere) bijdrage aan ons magazine heeft gedaan.

Slachthuisstraat 60

Trots zijn we ook op onze groeiende community in de virtuele wereld. Het aantal likes op onze facebookpagina’s groeit gestaag aan. Als je nog geen deel uitmaakt van onze virtuele wereld, nodigen we je bij deze uit om even te surfen naar www.facebook.com/passionegusto, of tik gewoon taste-italy in het zoekvenster in. Wij voorzien onze websites en facebookpagina’s regelmatig van nieuwtjes.

3x

magazines voor 1 prijs (25,-) Mi Piace

“NieuwBuonissimo magazine HIER verkrijgbaar”

De bestaansreden van Taste Italy is de promotie van Italië en alles wat Italiaans is. Bent u zo gepassioneerd als wij over ons favoriete land? Sluit u dan bij ons aan: we zijn immers allen amici, amici van Italië.

TASTE-ITALY

Namens Taste Italy vzw & Buonissimo, italian lifestyle magazine

Volgende editie voorjaar 2014 Thema: Sicilia

Steven Van Raemdonck, Dirk Michiels, Gabriele Pellegrini


©

Beste Buonissimo-lezer, De komende periode van 12 maanden wordt uiterst belangrijk in de geschiedenis van Taste Italy als vereniging. Het voorbije jaar hebben wij hard gewerkt om onze leden te overtuigen van onze kwaliteit en onze goede bedoelingen. Maar dat betekent allemaal niets zonder leden. Sinds 30 juni zijn we dan ook gestart met de hernieuwing van het lidmaatschap van onze bestaande leden. De eerste resultaten zijn meer dan bemoedigend: heel wat leden hernieuwden intussen hun lidmaatschap, en gaven daarmee aan vertrouwen te hebben in de toekomst van Taste Italy. Terecht. Wij bekijken zelf kritisch ons magazine en sturen bij waar nodig. Bovendien ontvangt elk lid voortaan een extra editie van Buonissimo in de bus (juni). Geen 2 maar 3 uitgaven dus. De laatste hand wordt gelegd aan een activiteitenkalender waarin meer diepgang zit voor elk liefhebber van Italië. Een voordracht, een kookworkshop, een bezoek met Italiaanse gids… het zijn stuk voor stuk activiteiten om met plezier naar uit te kijken. Houd onze activiteitenkalender in het oog en volg ons programma. Voor wie houdt van ons magazine maar liever geen lid wordt, is er vanaf nu een abonnementsformule. Voor € 18 ontvang je Buonissimo magazine een jaar in je bus. Meer informatie op de rode pagina’s achteraan. Met eindejaar stilaan op komst, een leuk geschenkidee, zo’n abonnement of lidmaatschap voor vriend of geliefde! We hopen al onze leden te mogen begroeten op onze tweede kerstmarkt Passione e Gusto Natale van zondag 7 december in Sint-Niklaas. Verderop in dit magazine meer informatie hierover. Volgende editie voorjaar 2015 Thema: Marche

Het Taste Italy team

Mi Piace TASTE-ITALY

COLOFON

Buonissimo is een uitgave van Taste Italy vzw (V.U.) - L.Van Bauwelstraat 8 bus 1 - B-2222 Heist-op-den-Berg. Verschijnt driemaal (feb, juni en okt.) 1-Abonnement Buonissimo (3x/jaar): België: € 18 - Nederland: € 25/jaar • 2-Lidmaatschap van vzw Taste Italy enkel mogelijk in België: € 25/jaar. Hoofdredactie Steven Van Raemdonck Art Director & Design Gabriele Pellegrini Grafische vormgeving Eva Nowosielska-Falconieri Publiciteit Dirk Michiels 0475/76 33 37 Werkten mee aan dit nummer Marc Vandenbon, Luc Bosmans, Dorinda Dekeyser, Catherine Duprès, Michaël Van Raemdonck, Steven Van Raemdonck,

Dirk Michiels, Erik Cajot, Koen Branckaerts, Hedwig Zeedijk, Saskia Balmaekers, James Hobson, Carine Cuypers, Karina Himschoot, Lorenzo Sgalippa, Dirk Huijbrechts, Nadja Verjans Fotografie Dirk Michiels, Luc Bosmans, Dirk Huijbrechts, Matthias Callay & Shutterstock Digital Marketing Marco Caforio, Gabriele Pellegrini Websites magazine: www.buonissimo.be • vereniging: www.taste-italy.be Contact info@taste-italy.be (vereniging) • info@buonissimo.be (magazine) De in Buonissimo geplaatste advertenties zijn de uitsluitende verantwoordelijkheid van de opdrachtgever, bemiddelaar of adverteerder. Buonissimo streeft naar een zo groot mogelijke betrouwbaarheid van de opgenomen informatie. De redactie kan in geen geval en op geen enkele wijze hiervoor aansprakelijk gesteld worden. Buonissimo en Passione e Gusto zijn merknamen van Abbey Street bvba uitgebaat door Taste Italy vzw. ©2014. Alle rechten voorbehouden.


TASTE ITALY

2

contenuto

Cultura • Gastronomia • Arte • Design • Cucina Italiana • Moda

04 Sophia Loren

15 Wijn Stefano Nico

80 in het jaar van ...

I sapori dell’Abruzzo ...

16 Anversa degli Abruzzi

I sapori dell’Abruzzo ...

18 De Pastore Maremmano Abruzzese

Authentiek en eigenzinnig ...

21 Fotografia

Lorenzo Sgalippa ...

22 Abruzzo 08 ABRUZZO

Het bergachtige land van de zwijnen ...

Op maat van het witte doek ...

25 Gabriele D’Annunzio

Biografia ...

27 Roma in de Abruzzen

Alba Fucens, het kleine Rome ...

30 Paul Roman

De lokgroep van de Gran Sasso ...

12 L’Aquila Rinasce

Het zal jaren duren ...

34 Marcinelle, un dolore senza fine

La commememorazione del disastro ...

36 Ricetti Abruzzesi

Spaghetti a la chitarra, la porchetta ...


contenuto 40 Maserati

68 Forte Village

Un mita fa 100 anni ...

25 hectaren tropische vakantieparadijs ...

70 Op stap hand in hand met

De Etrusken ...

74 Pane e Vino

Passie leidt tot Italiaanse nationaliteit ...

76 Nuovi prodotti 78 Celeste 44 Ottorino Respighi

Presto ma non troppo (parte 3) ...

47 Novita 48 Slow Food

Modieuze term of ...

50 La Pasta non aspetta

Taaltradities in de italiaanse keuken ...

53 Sprezzatura

Carine Cuypers ...

Belgische chef in de prijzen ...

54 San Pellegrino Cooking Cup 56 Arlecchino

Ambassadeur van de italiaanse keuken ...

58 In de voetsporen van St. Franciscus

Rondrit in Umbrië ...

62 Libri e musica 64 Networkavonden bij Taste-Italy 66 Ongerept en authentiek

Welkom in de Alto Mugello ...

Hemelsblauw als een Bianchi ...

81 Column

Nederlandstaligen in Italië ...

82 Chi siamo noi... Taste Italy vzw … wie zijn wij? 85 Ricordi, momenti... Win een reis naar Napels ... 86 Scoprire Ontdekkingen … 88 Vantaggi Soci Ledenvoordelen 90 Viaggare insieme Met Taste Italy op reis altijd in jullie voordeel … 92 Appuntamenti Agenda april, mei, juni, juli en september 95 Eindejaarsgeschenk 96 Arischia Italiaanse groetjes Hedwig Zeedijk ...

©


TASTE ITALY

4

Reis la storia


Sophia

In het jaar van haar 80ste (!) verjaardag besloot Italiaanse diva bij uitstek Sophia Loren eindelijk toe te geven aan de vraag naar een geschreven biografie, een tijdsdocument waarnaar zowat alle uitgevers wereldwijd al jaren hengelden. Het boek kreeg de titel “Ieri, oggi, domani” (Gisteren, vandaag, morgen).

H

et verhaal van Sophia Loren leest bijna zelf als het script van een spannende Hollywoodfilm. Zij wordt in 1934 geboren in Napels als Sofia Villani Scicolone uit een buitenechtelijke relatie. Vader Riccardo Scicolone weigert haar moeder te trouwen, en al gauw worden zij en haar jongere zusje door hun vader verlaten. Hun moeder neemt hen mee om te gaan wonen bij hun grootmoeder in Pozzuoli, niet ver van Napels. Haar jeugd wordt gekenmerkt door grote armoede, veroorzaakt door de gezinssituatie maar ook door de tweede Wereldoorlog. Immers, de munitiefabriek in hun woonplaats Pozzuoli is een voortdurend mikpunt van geallieerde bombardementen. Op de Miss Italia schoonheidswedstrijd van 1950 is Loren finaliste, en hoewel ze niet wint, ontdekte filmproducent en latere echtgenoot Carlo Ponti haar, en liet haar prompt een screentest doen. Na wat kleine figurantenrolletjes in Rome, zoals in Quo Vadis (1951), maakte ze op haar twintigste haar échte filmdebuut dankzij de 22 jaar oudere Carlo Ponti, die Vittorio de Sica’s prent “L’oro di Napoli” produceert. Toch was het nog wachten op de echte doorbraak tot 1961, wanneer Loren eindelijk de rol krijgt waarin ze haar rijkelijk aanwezig talent kan tentoonspreiden. Met regisseur De Sica – alweer hij – maakt ze de film “La Ciociara” (nogal zwak in het Engels vertaald als “Two women”), gebaseerd op Alberto Moravia’s gelijknamige roman uit 1957. In de prent speelt Loren de rol van Cesira, die met haar tienerdochtertje Rosetta het oorlogsgeweld uit Rome ontvlucht om naar haar geboortedorp te trekken. Moeder en dochter worden verliefd op een onderwijzer (rol van een piepjonge Jean-Paul Belmondo) die later wordt gefusilleerd door de Duitse vijand.


TASTE ITALY

6

Reis la storia

Eens een ster, altijd een ster.

De petite histoire wil dat Loren oorspronkelijk gecast was als dochter, en Anna Magnani als de moeder. Maar De Sica vond Magnani te jong en Loren te voluptueus om ernstig genoeg over te komen. Zo werd Loren uiteindelijk gecast als Cesira. De rest is voor de geschiedenisboeken. Loren was zich sterk bewust dat deze rol een sleutelmoment in haar loopbaan was, want ze zei over deze film zelf: “Voor La Ciociara speelde ik mee in films. Erna was ik actrice”. Dankzij haar prestatie in deze film in 1962 mocht Loren een Oscarbeeldje op haar schouw zetten, het allereerste dat ooit werd uitgereikt aan een niet-Engelstalige. Op de uitreiking was ze niet zelf aanwezig. Ondanks haar toen al mythische proporties als actrice, was ze gekend voor haar verlegenheid. De angst om te winnen zat er zo diep in, dat ze het niet over haar hart kon krijgen om op te dagen. Uiteindelijk moest ze door niemand minder dan Cary Grant uit haar bed gebeld worden om te vernemen dat ze wel degelijk – en terecht, wie zal dat ontkennen? - gewonnen had. Later dat jaar werd haar op een speciale ceremonie alsnog het beeldje in haar handen gestopt. Het jaar daarop smaakte ze het genoegen zelf een beeldje te mogen overhandigen aan Beste Acteur Gregory Peck voor “To kill a mockingbird”. Diezelfde Peck mocht in 1991 aan Loren een speciale prijs overhandigen voor haar ganse carrière.


Zelfs op haar 80ste is Loren nog steeds actief. Zo is ze dit jaar te zien in alweer een glansrol, met name in de door haar eigen zoon Edoardo Ponti gemaakte 25 minuten durende kortfilm “The Human voice”. Het verhaal voor deze film is gebaseerd op een toneelstuk van Jean Cocteau, en is een one woman show waarin Loren een pleiade van emoties toont terwijl ze aan de telefoon hangt. De toen 79-jarige actrice geeft hiermee één van haar emotioneelste vertolkingen sinds jaren ten beste, zo zijn alle critici het eens. Eens een ster, altijd een ster. Dat geldt zeker voor Sophia Loren. Als je alleen maar het lijstje van acteurs nagaat naast wie ze mocht schitteren. Marcello Mastroianni, natuurlijk, in haar Italiaanse periode. Maar ook absolute toppers als Clark Gable, Cary Grant, Frank Sinatra, Gregory Peck, Paul Newman, Marlon Brando, Peter Sellers, Charlton Heston en Peter O’Toole. Het lijstje gaat door tot Daniel Day Lewis in “Nine” uit 2009, waarin ze zijn moeder speelt. Dat ze haar thuisland Italië niet is vergeten, en daarmee gepaard haar Italiaanse carrière, mag wel blijken uit het feit dat ze eerder dit jaar in Cannes tot tranen toe bewogen was bij het zien van de affiche van het jaarlijkse filmcircus aldaar, waar een iconische foto van Marcello Mastroianni (+1996) op prijkte. Samen maakten ze liefst 12 films, waaronder dé klassieker “Una giornata particolare” uit 1977, die de actrice zelf beschouwt als één van haar beste prestaties.

Van haar alom geroemde schoonheid was de Italiaanse diva lang niet zelf overtuigd, zo blijkt. Ze vond dit zelf ook niet het belangrijkste. “Belangrijk”, zo meent ze, “is om anders en interessanter te zijn dan anderen. Van mij zeiden ze dat mijn mond te groot was, of mijn neus te lang, of mijn tanden scheef. Ik was eerst niet fotogeniek genoeg, maar uiteindelijk slaagden regisseurs er toch in het beste uit mijn gezicht te halen”. Wat ziet ze voor zichzelf nog weggelegd voor de rest van haar leven? Ze is best gelukkig met het leven dat ze geleid heeft en met haar carrière, en ze zou actief willen blijven in projecten zoals het recente met haar zoon. “Ik had best een mooie carrière”, zo besluit ze. Dat is wel het minste dat we kunnen beamen… Steven Van Raemdonck

Foto’s: Sofia Loren pictures, met dank aan Wikipedia images en Henny (listal.com)


TASTE ITALY

8

Reis la storia

Abruzzo

Het bergachtige land van de zwijnen


Het woord ‘Abruzzo’ heeft een magische klank. De naam is afgeleid van het Latijnse ‘aprutium’ en betekent zoveel als het ‘land van de zwijnen’. In dit dunbevolkte gebied leeft slechts drie procent van de Italianen. Het westen herbergt de majestueuze Apen­ nijnen, het oosten wordt begrensd door de Adriatische kust. Maak kennis met de onge­ repte regio van Italië.

D

e Abruzzen hebben het meest uitgestrekte en hoogste bergmassief van de Apennijnen, met bergtoppen die bijna tot drieduizend meter reiken. Sterker nog, twee derde van de regio ligt boven de 750 meter. Dit indrukwekkende berglandschap strekt zich uit tot op enkele tientallen kilometers van de Adriatische kust. De rest van het gebied is heuvelachtig en loopt geleidelijk af naar de zee. Het klopt dat het wild in Abruzzo vrij spel heeft. Zwijnen, vossen, wolven, edelherten, dassen en gemzen kunnen hier ongestoord leven. Van alle Italiaanse regio’s hebben de Abruzzen de meeste natuurparken, die samen een derde van de regio uitmaken. Hiermee staat de streek op nummer één op de lijst van natuurbeschermde gebieden in Europa en is ze de absolute koploper op het vlak van groen toerisme.


TASTE ITALY

10

Reis la storia

Endemische flora en fauna Het oudste en belangrijkste natuurpark van Italië is het Parco Nazionale d’Abruzzo, opgericht in 1922. Het strekt zich uit over 50.683 hectare en bevat bijna alle onderscheidende kenmerken van het centrale gedeelte van de Apennijnen. Je treft er endemische flora en fauna aan die nergens anders op de wereld voorkomt. De talrijke dalen en de drie bergmassieven met hoogten van meer dan tweeduizend meter zijn in het verleden gevormd door gletsjers en karstprocessen. In het park ontdek je verschillende meren zoals dat van Scanno, Barrea en het kleine Lago Vivo. Vooral de opvallende zwarte pijnbomen en een populatie bruine beren hebben het Parco Nazionale bij het grote publiek bekend gemaakt. Het Parco Nazionale del Gran Sasso e Monti della Laga heeft een oppervlakte van 148.935 hectare en vertoont zeer uiteenlopende natuurlijke milieus. Hier ligt het hoogste punt van Italië buiten de Alpen: de Corno Grande op 2912 meter. Het park bestaat uit twee verschillende geologische entiteiten. Het Gran Sasso-massief is dor en overwegend rotsachtig, en het massief van Monti della Laga is dicht bebost en rijk aan oppervlaktewater. Hierdoor zijn ook hun flora en fauna zeer verschillend van elkaar.

Streng en wisselend klimaat Een van de belangrijkste gebieden voor biodiversiteit van Italië en Europa is het Parco Nazionale della Majella. De Majella – door de inwoners van Abruzzo liefkozend ‘la madra montagna’ genoemd – is een ruige, imponerende berg in het midden van de Abruzzen die de identiteit van de hele regio heeft bepaald. Het park heeft een oppervlakte van 74.095 hectare. De geografische ligging in het mediterrane gebied, de bijzonder verscheiden vegetatie, de hoogteligging – met dertig toppen tot boven de 2000 meter – en het strenge en wisselende klimaat maken dit kalkmassief uniek in zijn soort. Het is rijk aan grotten en holen, verlaten hoogvlaktes en steile dalen. De bodem van de bergdorpen is begroeid met olijfbomen, amandelbomen en brem. Het gebergte wordt in het oosten doorgesneden door diepe kloven waar de mens sinds de oudheid zijn sporen heeft achtergelaten. De herdershutjes zijn de zichtbare overblijfselen, maar uit recente opgravingen blijkt dat de grond op de hoogvlakten al in de oertijd werd gecultiveerd. Op iets meer dan een uur rijden van Rome ligt het 50.288 hectare grote Parco Naturale Regionale del Sirente Velino. Dit centrale berggedeelte is vanuit heel de regio Abruzzo makkelijk te bereiken. De bergmassieven Sirente en Velino zijn minder hoog dan de Gran Sasso en de Majella, maar qua bezienswaardigheden doen ze zeker niet onder voor hun grotere broers.


Ongeremd fietsen in de natuur Abruzzo is ook een heus paradijs voor fietsfanaten. Het gebied pakt uit met een netwerk van meer dan 300 kilometer aan fietsroutes in de vorm van oude paden, landwegen, bospaden en (on)verharde wegen. Door het weinige verkeer op de oude lokale wegen en de veelvuldige alternatieve routes is de fiets het ideale vervoermiddel om de streek te verkennen. Vanaf de Adriatische kust tot aan de Apennijnen kom je ogen te kort om al het moois in de authentieke dorpjes en de glooiende heuvels in je op te nemen. De fietsroutes hebben verschillende afstanden en moeilijkheidsgraden, ze brengen je soms tot op 2000 meter boven de zeespiegel. Het is eenvoudig om een fiets te huren bij lokale aanbieders en de routes zijn geschikt voor zowel beginners als gevorderde wielrenners. Wist je dat de Abruzzen ook deel uitmaken van de Giro d’Italia? Erik Cajot

Slaperige dorpjes, levendige badplaatsen Een mooie afwisseling op de natuurpracht van de nationale parken zijn de slaperige stadjes en dorpjes die de heuvels van de regio versieren. Atri is het eerste leuke plaatsje dat je tegenkomt als je vanuit de Marken langs de kust afzakt naar de Abruzzen. Het bijzondere erosielandschap rond dit stadje is een tocht landinwaarts zeker waard. Hier kun je het bekendste souvenir van Abruzzo inslaan: de ‘pan ducale’, een cake om je vingers bij af te likken. Vrijwel elk dorpje gaat prat op een lekkere ‘osteria’ voor de maag en een ‘albergo’ voor de nacht. Als je uit bent op wat meer levendigheid, moet je in bekendere plaatsjes zoals Penne, Sulmona en Scanno zijn. Ze staan bekend als toeristencentra voor Romeinen die een paar dagen de stad willen ontvluchten om de natuur op te zoeken. In de winter komen ze voor de sneeuw op de hogere bergen van het Parco Nazionale d’Abruzzo en de Gran Sasso. In de zomer vertoeven ze op dezelfde hoge toppen voor de frisse lucht, om wild te spotten en te genieten van de adembenemende uitzichten. Tijdens de warme maanden is ook de schitterende kuststrook van de Abruzzen populair. Een mooi en rustig gedeelte ligt net boven Pescara, nabij Pineto, een andere aanrader is het ruigere gebied in het zuiden van de regio, Punta della Penna. De badplaatsen trekken ook fijnproevers en lekkerbekken aan omdat je er betaalbaar en heerlijk kunt tafelen. Een absolute must zijn de unieke ‘trabocchi’, vissershutten op palen in de zee. Sommige van deze houten platformen zijn ingericht als restaurant. Je eet er de smakelijkste, dagverse visgerechten.


TASTE ITALY

12

ABRUZZO

L’Aquila rinasce. Het zal nog jaren duren, maar de aanwezigheid van werklieden, het geklop, getimmer en geboor, stemt de mensen positief.


L’AQUILA RINASCE Begin september verbood de burgemeester van l’ Aquila alle inwoners van de 19 New Town rond­ om de stad, om zich nog op het balkon te bege­ ven van hun nieuwbouwwoningen. Een van de balkons van die dure, aardbevingsbestendige ap­ partementen, stortte namelijk in. Die veilige, nieu­ we, permanente huizen, die in recordtijd werden gebouwd, bleken zo goed dus nog niet.

I

n de Abruzzese stad zelf staan ze er niet meer van te kijken. Sinds de aardbeving, die 309 slachtoffers eiste en hun hele stad verwoeste, hebben ze alles al meegemaakt. Opvang in tentenkampen, in hotels aan de kust, in de kazerne, in tijdelijke prefab-woningen, in zelf-aangeschafte en -gebouwde houten tuinhuizen, of in de permanente nieuwbouwwijken ver buiten de stad. De bureaucratische registratie van de daklozen, de klasse-indeling staat van de verwoestingen aan de woningen, de mogelijkheden op staatsfinanciering voor de wederopbouw, de terugkeer naar bewoonbaar verklaarde woningen.... Iedere nieuwe fase ging gepaard met problemen. De appartementen van het project C.A.S.E (Complessi Antisismici Sostenibili ed Ecocompatibili) waren een idee van toenmalig premier Silvio Berlusconi. Zo’n 15.000 daklozen (ca. een kwart van alle mensen die tijdelijk hun huis kwijt waren) zouden een permanente, aardbevingsbestendige nieuwe woning krijgen op 19 verschillende locaties rondom de stad. Er werden in recordtijd 185 van deze woningcomplexen uit de grond gestampt, die Berlusconi op zijn verjaardag, vijf maanden na de aardbeving, ging inhuldigen. Dat was zijn persoonlijk cadeau aan de stadsbewoners. De huizen waren volledig gemeubileerd en in de koelkasten van de moderne keukens vonden de nieuwe bewoners allemaal een fles spumante.

NEW TOWN Veel te vieren hebben de ex-bewoners van l‘Aquila echter niet. De New Town zijn slaapsteden geworden, kilometers buiten de stad. Het duurde lang voordat de bus er kwam of er iemand een barretje of pizzeria opende. Sommige kregen na enkele jaren ook een speeltuintje, maar het blijven kunstmatig gecreëerde woningblokken in delen niemandsland. Veel sociaal contact tussen de bewoners onderling is er niet. Het sociale leven speelt zich af in de winkelcentra, die ook aan de rand van de stad zijn gebouwd.

De vermoedens dat de appartementen niet goed gebouwd waren, konden al gauw bevestigd worden door allerlei onderzoek. Zo ontdekten ze op de universiteit van San Francisco dat de wooncomplexen niet allemaal voldoen aan de strenge aardbevingsbestendige eisen. Al na enkele maanden bleek men in sommige huizen last te hebben van vochtplekken, waterinfiltraties, scheuren in de muren of losliggende planken op het balkon. Ook het vermoeden dat er goudgeld verdiend is aan de bouw, werd bevestigd. Uit een rapport van de Europese Rekenkamer (Europa doneerde 500 miljoen) blijkt dat ze 185% meer dan de marktwaarde hebben gekost. De pilaren waarop de appartementen zijn gebouwd (waardoor ze aardbevingsbestendig zijn) vielen 21 miljoen euro duurder uit dan begroot en ook het cement kostte uiteindelijk 4 miljoen meer dan beraamd. Dat er begin september dus een balkon naar benenden stortte….daar stond niemand van te kijken.

CENTRUM De oude bewoners komen alleen nog maar in l’Aquila voor een zondagse wandeling. Vooral om te zien hoe de werkzaamheden vorderen. Maar het gaat langzaam. Te langzaam voor de meesten. Ook al waren de voorzichtige schattingen dat de totale wederopbouw wel twintig jaar in beslag zou nemen en het „slechts“ vijf jaar geleden is, zouden ze graag meer resultaat zien. Dat is er wel, maar vind je meer in de buitenwijken. Daar zijn de huizen met de minste schade inmiddels hersteld. Zo’n 45.000 mensen keerden al terug naar een vaste woning. Dat geldt niet voor wie in het historische centrum woonde. Daar zijn de bewoners schaars. De wederopbouw van het centrum is vanwege de hoeveelheid monumentale panden veel ingewikkelder. Pas sinds dit jaar zijn de werken er begonnen.


TASTE ITALY

14

ABRUZZO

De nieuwe skyline, tussen de rode „coppi“ op de historische daken en de eeuwige sneeuw op de toppen van de Appennijnen, zijn nu de tientallen hijskranen. Op bijna honderd plaatsen wordt gewerkt. De burgemeester is er positief over. „Het belangrijkste is dat de geldkraan niet dichtgedraaid wordt“, zei hij me een paar maanden geleden nog. „Alleen dan kan l’Aquila weer herleven“. „L’Aquila rinasce“ (herboren) is dan ook de slogan die op veel bouwwerven hangt.

CURATELE De burgemeester en de oud-bewoners zijn voorzichtig positief gestemd, omdat de stad weer een autonoom bestuur heeft. Vlak na de aard­beving werd l’Aquila namelijk onder curatele geplaatst. Alle uitvoerende macht ging naar de burgerbescherming, die als prioriteit had de opvang van de daklozen te organiseren. Na twee jaar werd deze macht overgedragen aan de Regio-gouverneur van Abruzzo, die van dezelfde partij was als Berlusconi. Al die tijd had het (centrumlinkse) stadsbestuur niets te zeggen over het beleid. Verschillende keren dreigde burgemeester Cialente met ontslag, maar hij zette door. Na bijna vier jaar, kreeg hij weer zeggenschap over het eigen gebied en begon de moeizame zoektocht naar geld voor de wederopbouw. Met succes, want de afgelopen anderhalf jaar heeft de stad al ruim 1,8 miljard euro weten te investeren in de wederopbouw en dat is meer dan er in de eerste vier jaar in totaal is uitgegeven aan de werken. Deze zomer werd de voorlopig laatste begroting bekend gemaakt: er komt weer 240 miljoen euro vrij om de continuïteit van de werken ook voor de komende maanden te garanderen. L’Aquila rinasce. Het zal nog jaren duren, maar de aanwezigheid van werklieden, het geklop, getimmer en geboor, stemt de mensen positief. De slachtoffers zullen nooit vergeten worden en het verlies zal altijd een litteken blijven, maar de stad begint langzaam maar zeker vooruit te kijken. Het zaad voor de wedergeboorte is gezaaid. Hedwig Zeedijk


w I sapori dell’Abruzzo La Storia rimembra che Da Ovidio a Polibio sono tante e autorevoli le testimonianze della presenza di una tradizione vitivinicola in Abruzzo già nell’antichità. Concentrata, fino al Rinascimento, prevalentemente nella Valle Peligna, in provincia de L’Aquila, la viticoltura abruzzese ha poi conosciuto una fase di rapida trasformazione, soprattutto nel periodo dell’unificazione. Ma è negli ultimi 40-50 anni che la viticoltura abruzzese si è specializzata e in modo molto razionale ha via via abbandonato le aree più difficili per ridistribuirsi in quelle più vocate della collina litoranea. Il Montepulciano è tra i vitigni più diffusi ed importanti del centro Italia, rappresenta più della metà della base ampelografica regionale, oltre a essere il vitigno di riferimento della DOCG Montepulciano d’Abruzzo, che conta anche la tipologia Cerasuolo. Coltivato su circa 17 mila ettari, con un trend in continua crescita, tanto che negli ultimi anni oltre il 70% dei nuovi impianti sono stati realizzati con questo vitigno. Numerosi documenti storici dimostrano che il vitigno Montepulciano è presente nella regione sin dalla metà del ‘700 e che ha trovato in questa terra il suo posto d’elezione. Il Montepulciano d’Abruzzo da solo rappresenta oltre l’80% del totale dei vini a denominazione prodotti in Abruzzo ed è tra i primi tre vini DOC prodotti in Italia. Riconoscerlo è facile: un invitante rosso rubino intenso, l’inconfondibile profumo di frutti rossi, fiori e spezie, il sapore asciutto, morbido, giustamente tannico, rendono il Montepulciano d’Abruzzo unico. Il Montepulciano è un vitigno vigoroso e mediamente tardivo (la maturazione si colloca quasi sempre tra la prima e la seconda decade di ottobre), adattabile a vari sistemi di coltivazione, resistente e generoso; dà origine a vini dalle caratteristiche organolettiche decisamente interessanti, di immediata piacevolezza se bevuto giovane (da sei-otto mesi sino a diciotto mesi dalla vendemmia, come avviene in molti dei vini di fascia economica), mentre dimostra di essere complesso e di stoffa superiore se maturato a lungo in botti di rovere. Segue poi il vitigno bianco Trebbiano d’Abruzzo con circa 14 mila ettari, che dà origine all’omonima DOC, altra protagonista della storia vinicola abruzzese. Il Trebbiano d’Abruzzo DOC è di colore giallo paglierino, si fa ricordare per il suo gradevole bouquet di fiori e frutta, fresco, dal sapore asciutto e armonico, è un vitigno a germogliamento medio-tardivo così come la maturazione che indicativamente va dal 20 settembre al 10 ottobre. Le uve destinate per la produzione di questo splendido vino vengono ottenute unicamente da vigneti ubicati in terreni collinari o di altopiano, la cui altitudine non sia superiore ai 500 metri sopra il livello del mare.

Per quanto poco considerato tra i vitigni nobili, proprio in Abruzzo il Trebbiano ha trovato un ecosistema ideale, ottenendo risultati rilevanti sia con vini giovani di buona piacevolezza sia con vini di straordinaria longevità ottenuti con la fermentazione o con la maturazione in grandi o piccole botti di rovere. Da seguire con interesse perché ha tutti i numeri per affermarsi nel panorama enologico nazionale ed internazionale ed aumentare la già nutrita cerchia di estimatori. Infine si annoverano una serie di vitigni tra autoctoni, nazionali e internazionali quali Passerina, Pecorino, Cococciola e poi Sangiovese, Chardonnay, Cabernet Sauvignon, Merlot. Oltre a questi splendidi vini che ne caratterizzano il territorio, non vanno dimenticati altri prodotti che danno l’unicità dal punto di vista culinario. Basti pensare all’olio extra vergine d’oliva. L’olivo disegna il paesaggio di tutto il territorio: si tratta di una coltivazione storica non solo nella tradizione alimentare ma anche nella cultura e nel vissuto degli abruzzesi. Numerosi produttori sono impegnati a valorizzare alcune varietà locali considerate tra le migliori italiane, come la “Dritta” di Loreto Aprutino, la “Gentile” di Chieti, e poi la “Toccolana”, la “Carboncella”, la “Tortiglione”, la “Castiglionese” che affiancano il più diffuso “Leccino”. Tali varietà danno origine a tre Denominazioni di Origine Protetta: l’Aprutino-Pescarese, il Colline Teatine e il più recente Pretuziano Colline Teramane. L’Abruzzo si distingue poi per la coltivazione di una delle spezie più preziose al mondo: lo zafferano. Viene coltivato nell’aquilano sulla piana di Navelli, tra il Gran Sasso e il massiccio del Sirente, e di recente ha ottenuto la DOP. Un prodotto unico in Italia è l’aglio rosso, coltivato da secoli a Sulmona, la cui unicità deriva dal colore rosso, dalla ricchezza di olii essenziali (che gli donano uno splendido aroma e riconosciute proprietà curative) e per il fatto che è l’unico ecotipo in Italia a produrre scapo fiorale.

Stefano Nico (°1975 San Benedetto del Tronto) zette al op zijn veertiende de eerste stapjes in de wijnwereld. Na zijn studies werkt hij voor verschillende toprestaurants en opent er zelf. Ook vandaag schoolt hij zich voortdurend bij, schrijft wijnrecensies voor een blad en een wijnwebsite, en geeft les en voordrachten rond wijn en gastronomie. Hij is columnist voor kranten en voor een wijnwebsite.


TASTE ITALY

16

ABRUZZO

Adopteer eens een schaap in Antwerpen Anversa degli Abruzzi – letterlijk “Antwerpen van de Abruzzen” – is een vredig dorp met amper enkele honderden inwoners. Schapen zijn er in deze bergachtige uithoek van de Abruzzen des te meer. Wie dat wil, kan hier zelfs een schaap adopteren. Een Italiaanse vorm van crowd­ funding, ter bescherming van de Italiaans-Antwerpse schapen?

D

e trotse burgemeester van Anversa degli Abruzzi beroept zich graag op drie beroemdheden: Gabriele d’Annunzio, Maurits Cornelis Escher en Marcel Proust. Om te beginnen is er Gabriele d’Annunzio. De grote Italiaanse schrijver verbleef hier ooit enkele maanden en situeerde er zijn tragedie “La fiaccola sotto il moggio”. Ook de Nederlander M.C. Escher, die vaak in Italië rondtrok, passeerde in deze streek en maakte in Anversa en omgeving een reeks tekeningen en etsen van berglandschappen, waaronder de beroemde litho “Castrovalva”. En Marcel Proust? Die is hier waarschijnlijk nooit geweest, maar om de een of andere reden is Anversa degli Abruzzi gejumeleerd met Illiers-Combrai, de geboorteplaats van de Franse schrijver op zoek naar le temps perdu. De omgeving van Anversa degli Abruzzi, aan de rand van het uitgestrekte Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio e Molise, is zonder meer indrukwekkend. Tot dezelfde gemeente behoort ook Castrovalva, een hoog tegen de rotsen geplakt arendsnest van nog geen 50 inwoners. Van hieruit heb je een nog mooier uitzicht op de Gole del Sagittario, een diepe kloof waar alleen ervaren jagers en moedige wandelaars zich wagen. Want iedereen weet dat er in deze streek nog wolven en zelfs beren leven. De schaapherders kunnen ervan meespreken. Nunzio Marcelli weet alles over schapen. Hij heeft een kudde van ruim 1200 sopravvissana-schapen en is de drijvende kracht achter de schapenboerderij La Porta dei Parchi en een groot pleitbezorger van de Slow Food beweging. Nunzio en zijn familie bieden in hun ­bioagriturismo betaalbaar logies en ze organiseren ook regelmatig cursussen. Maar hun belangrijkste bron van inkomsten is de verkoop van allerlei biologische producten, van honing en lamsvlees tot diverse soorten schapenkaas.


Anversa degli Abruzzi, door pizzodisevo - Flickr. Licensed under Creative Commons Attribution-Share Alike 2.5 via Wikimedia Commons

Om de banden tussen mens en natuur te versterken, organiseren Nunzio en zijn medewerkers ook feestelijke activiteiten rond de transumanza (de seizoenstrek van de kuddes). En dan is er nog de tosatura, het traditionele schapenscheren waarvoor Nunzio elk jaar een groep ervaren Maori-scheerders uit Nieuw-Zeeland laat overkomen! Onder de noemer Adotta una pecora, difendi la natura (adopteer een schaap, bescherm de natuur) kun je zelfs adoptieouder worden van een zelf gekozen schaap, certificaat met naam en foto inbegrepen. Een schaap adopteren? Hoe dat precies in zijn werk gaat, legt Nunzio ons met plezier uit: “Je betaalt gewoon vooraf een afgesproken bedrag, en in ruil daarvoor krijg je enkele maanden later een mooi pakket producten van je eigen, liefdevol verzorgde schaap thuis bezorgd, waar je ook woont.”

Wat bevat dat pakket zoal? Nunzio Marcelli: “De inhoud van zo’n pakket kan je deels zelf bepalen. Het omvat 5 kg belegen schapenkaas, 3 kg verse ricotta of 1 kg ricotta die gerookt is met jeneverbessenhout, 3 kg onbewerkte wol of 1,5 kg gewassen wol of een paar warme schapenwollen trekkingsokken, 1 kg schapensalami en 3 kg mest van je eigen schaap.” Hoe “belegen” die 3 kg mest is, hebben we niet durven te vragen…

Joris Wouters. Meer informatie over Italië van binnen en van buiten op italiamagia.com


TASTE ITALY

18

ABRUZZO

de pastore maremmano abruzzese Authentiek en eigenzinnig

Een bolletje wol of een knuffelbeer, daar leek hij nog het meest op toen ik hem ging ophalen in de kennel. Vasco, een berghond van de Maremmen en Abruzzen zoals het ras officieel heet, zou snel uitgroeien tot een kloeke herdershond die, in tegenstelling tot zijn soort­ genoten in de Abruzzen, niet verplicht was zich af te beulen en de kuddes tegen wolven te beschermen.

A

l is de soort ondertussen een heerlijk gezelschapsdier geworden, de berghond is in de eerste plaats een harde werker. Als puppy groeit hij op tussen de schapen: de herder richt hem af om te verhinderen dat wilde dieren zwakke kuddedieren zouden aanvallen. Die natuurlijke vijanden zijn in de eerste plaats wolven. Na de Tweede Wereldoorlog liep het aantal wolven in de Apennijnen enorm terug, in de jaren ’70 zelfs tot een zielige 100. Dat dramatische dieptepunt betekende een kentering. Om de biodiversiteit van de bergketen te garanderen, mag er sinds 1971 niet meer op de wolf gejaagd worden en zijn verschillende projecten op poten gezet die het samenleven van mens en wolf bevorderen. Op dit ogenblik leven er in heel Italië tussen de 700 en de 800 wolven, het grootste deel daarvan in de Apennijnen. Karakteristiek voor de actieve herdershond was de lederen halsband met ijzeren pinnen die hem tegen aanvallen moest beschermen. Later werd de band volledig vervaardigd in ijzer. Naast de wolf is de bruine beer een natuurlijke vijand, al is de kans op een ontmoeting tussen beide dieren veel kleiner. De biotoop van de Marsicaanse bruine beer, ook wel Abruzzenbeer genaamd, beperkt zich in Centraal-Italië immers tot het grote natuurreservaat Parco Nazionale d’Abruzzo waar nog maar een veertigtal exemplaren rondlopen.

Maremmen of Abruzzen? Waarschijnlijk kwam de berghond van de Maremmen en Abruzzen uit Tibet. Op zoek naar nieuwe handelsgebieden migreerden de nomadische stammen naar Europa en daarbij namen ze hun honden, de voorlopers van vele hondenrassen, mee. Romeinse auteurs maken gewag


van een witte Canis pastoralis in Zuid- en Midden-Italië, “de bewaker van het vee dat verdedigd moet worden, in het bijzonder de schapen en de geiten die de wolf gewoonlijk aanvalt (...)” (Marcus Terentius Varrus, De Rerum rusticarum, 116-26 voor Christus). Veel later, vanaf de late middeleeuwen, duikt de Maremmano regelmatig op in fresco’s en op schilderijen. Als begeleider van Abraham en Lot op hun reis van Ur naar Canaan, bijvoorbeeld, in het werk van Barolo Battilori, te bewonderen in de Collegiata van San Gimignano. Samen met enkele andere honden staat hij ook afgebeeld op het schilderij “Everzwijn aangevallen door de honden” van de Antwerpse barokschilder Jan Fyt (1611-1661). Mooie beschrijvingen van de ‘wolfshond’ vinden we in het werk van de Engelse schrijfster Anne MacDonnell, die als onverschrokken reizigster haar Grand Tour op het einde van de negentiende eeuw uitbreidde met een avontuurlijke tocht in de Abruzzen. In 1958 worden de twee varianten van de berghond, de Maremmano en de Abruzzese, bij elkaar gevoegd tot één ras. Officieel heet de hond vanaf dan Cane da pastore maremmano abruzzese, kortweg zelfs Maremmano. Dit tot ongenoegen van vele liefhebbers in de Abruzzen die de verwijzing naar de Maremmen in Toscane liever zagen verdwijnen. Feit is dat de witte, langharige herdershond het symbool blijft van de Abruzzen en van het pastorale leven.

De grote trek Als bewaker van de kudde trok de Maremmano tweemaal per jaar van de Abruzzen naar Puglia voor la transumanza (van het Latijnse trans en humus, aarde), de seizoenswissel. De weiden in de Abruzzen bloeien vooral in de zomer, terwijl de vlakten van de Tavoliere in Puglia net in de winter van een milder klimaat genieten. In september vertrokken de

herders van de Gran Sasso naar de streek rond Foggia, het belangrijkste knooppunt, om het traject in mei in de omgekeerde richting over te doen. Hiervoor gebruikten ze een eeuwenoud netwerk dat bestond uit tratturi, brede, grasrijke paden en trokken ze door Molise en Campania. Langs dit net van wel 3000 kilometer ontstonden in de loop der tijd kleine commerciële centra, religieuze bouwwerken, vestigingen en kastelen. Bronnen vermelden de trek van de Abruzzen naar Puglia al ten tijde van de Sannieten. De Romeinen gebruikten een gedeelte van de wegen om steden met elkaar te verbinden. Tijdens de heerschappij van de Noormannen, en vooral na de stichting van L’Aquila in de dertiende eeuw, maakten de tratturi deel uit van de wegeninfra­structuur die het centrum en het noorden van Italië verbond met Napels en het zuiden. De tratturi leidden niet alleen naar Foggia maar ook naar de Maremmen in Toscane, naar de Ionische kust in Otranto en naar het rurale gebied rond Rome. Het was langs deze via degli Abruzzi dat kostbare grondstoffen uit de bergen, zoals wol en saffraan, vervoerd werden. Na de Italiaanse eenmaking kregen de belangrijkste tratturi officieel erkenning als beschermd gebied. Andere geraakten in onbruik en werden nog nauwelijks onderhouden. Vanuit verschillende hoeken kwamen de laatste decennia pogingen om de transumanza een plaats te geven in het toeristische aanbod van de regio. De seizoenswissel heeft eeuwenlang het sociale, culturele, religieuze en politieke leven van de bewoners bepaald en doet dat nog. Volksfeesten, processies, markten, ... ook al trekken de herders, hun kuddes en de honden niet meer fysiek van de Gran Sasso naar de Tavoliere. Voor het vervoer van de schapen gebruiken ze nu vrachtwagens, maar de noodzaak van de trek naar Puglia bestaat nog altijd.


TASTE ITALY

20

ABRUZZO

Via lokale initiatieven proberen organisaties de tratturi te herwaarderen. Zo kun je enkele belangrijke paden te voet of met de fiets verkennen of zelfs deelnemen aan een minitransumanza, waarbij je een dag lang 800 schapen hoedt. De paden die door het natuurreservaat van het Parco Nazionale d’Abruzzo lopen, staan mooi beschreven op de website van het park, compleet met moeilijkheidsgraad, duur, fauna en flora en overnachtingsmogelijkheden. In Castel del Monte, op 40 kilometer van L’Aquila, kan je kennismaken met het leven van de herders in het museum van de transumanza, een museo diffuso dat je alle plekken van het suggestieve dorpje laat zien. Vanop 1300 meter hoogte heb je een fenomenaal zicht op de vallei van de Tirino en de omliggende bergen en plateaus. Het uitbouwen van de bestaande wandelpaden past perfect in de visie op ecotoerisme zoals we dat in Italië de laatste jaren wel meer zien. Stallen en herderswoningen worden omgebouwd tot aantrekkelijke vakantiewoningen waar je in alle rust kan genieten van de natuur en van biologische producten. Aanknopen met die traditie kan een economische boost geven aan een regio die nog maar net is recht gekropen uit het stof van het natuurgeweld. Symbolisch is ook de kandidatuur van de Perdonanza celestiniana als Unesco immaterieel werelderfgoed. Dit jaarlijkse feest bestaat uit een reeks evenementen in de tweede helft van augustus die herinneren aan de kroning van Pietro da Morrone tot paus Celestinus V in L’Aquila in 1294. Italië telt 50 sites die behoren tot het materiële werelderfgoed van de Unesco, geen enkele daarvan ligt in de Abruzzen. Door de Perdonanza celestiniana te erkennen als

levend erfgoed zouden ook de traditie van de transumanza, de rituelen en uitdrukkingen van de lokale bevolking een officiële waardering krijgen. En de berghond van de Maremmen en Abruzzen? Die blijft zijn territorium overschouwen, één oog op de kudde en één oog op het fascinerende landschap rondom hem.

Dorinda Dekeyser Foto’s: wikicommons.org

Ondanks zijn hoog knuffelgehalte is de berghond van de Maremmen en Abruzzen geen volgzame hond. Hij is onafhankelijk, eigenzinnig, gewoon om zelf beslissingen te nemen en perfect in staat om te begrijpen wat men van hem verlangt. Wie meer wil weten over dit boeiende ras kan terecht op de website van de liefhebberskennel dei Tratturi, www.maremma.be van Rudy Volders.


Lorenzo Sgalippa / Fotografia

Burning time: foto scattata nel periodo invernale al lago di Campotosto (aq), nel Parco nazionale del Gran Sasso e monti della Laga. Campotosto si trova a circa 1420 metri di altitudine, vicino al confine con il Lazio. Negli inverni più freddi il lago (artificiale, creato da una diga) ghiaccia e diventa un soggetto stupendo per delle bellissime foto.

Skyfall: la foto ritrae i resti del castello (o rocca) di Rocca Calascio. Siamo all’interno del parco nazionale del Gran Sasso e monti della Laga, ad un’altitudine di circa 1500 metri. Il castello, uno dei più alti d’Italia, è stato costruito intorno all’anno 1000 ed è stato utilizzato in molti film, il più famoso dei quali è “Lady Hawke”, girato nel 1986.

Lorenzo Sgalippa, di professione farmacista, pratica la fotografia dal 2003, prediligendo il genere paesaggistico. Premiato in diversi concorsi nazionali ed internazionali, ha all’attivo pubblicazioni in Italia e all’estero, su quotidiani, riviste di settore e siti internet (The Guardian, New York daily news, Focus, Larepubblica.it, Nationalgeographic.it, Landscape Photography Magazine, Fotografare, Tutti fotografi, Le stelle). Il suo sito internet è

www.lorenzosgalippa.com


TASTE ITALY

22

ABRUZZO

ABRUZZO Op maat van het witte doek

Sergio Leone, de man die de spaghettiwestern onsterfelijk maakte, beschreef Clint Eastwood als een acteur die maar twee gezichtsuitdrukkingen had: “één mét hoed, en één zonder”. Datzelfde geldt eigenlijk ook voor Abruzzo: het is een streek met twee gezichten. Enerzijds geplaveid met gebergte kom je slechts enkele tientallen kilometers verder uit op een strand aan de Adria­ tische kust. Een bezoeker beschreef Abruzzo als een plaats waar nog een sluier van het oude Italië over ligt. Geen wonder dat Abruzzo zo interessant is voor regisseurs.

M o r r i c o ne i n de h o o fdro l

G eo rg e Clo o ne y i n A b r uz zo

Sergio Leone had na ‘The Good, The Bad and the Ugly’ en zijn twee dollar-westerns met Clint Eastwood eigenlijk genoeg van western. Met tegenzin, wat scenariohulp van ene Bernardo Bertolucci, én een budget dat groter was dan dat van al zijn voorgaande films tezamen, zette hij eind jaren ’60 gelukkig nog ‘Once upon a time in the West’ op pellicule. Ongezien: Leone had Ennio Morricone al op voorhand gevraagd om zijn muziek te componeren. Al tijdens het inblikken van de scènes schalden de inmiddels wereldberoemde thema’s door de boxen. Kwestie van duidelijk te maken wie nu écht de grote ster van de film is.

Van Sergio Leones C’era una volta il West is het maar een kleine stap naar The American. Tijdens een bezoekje aan een bar in Castel del Monte speelt op de televisie een scene uit de klassieker van Leone. De barman kijkt George Clooney even aan en zegt: ‘Sergio Leone, Italiaan’. Regisseur Anton Corbijn zag die film dan ook als een bron van inspiratie. Desolate landschappen, close-ups, personages als een eenzame moordenaar, een priester, een hoer: de film had, met wat cactussen en een paar cowboyhoeden in beeld, net zo goed een western kunnen zijn.

Heel wat toeristische gidsen prijzen maar al te graag Abruzzo aan als de plaats waar Sergio Leone zijn westerns draaide, maar dat blijkt een fabeltje. Hij koos destijds, voor Almeria in Spanje, waar de set zo degelijk werd gebouwd dat je die vandaag nog kan bezoeken. Hieronder een paar films die wel in Abruzzo werden geschoten en absoluut de moeite waard zijn. Gewapend met een blinddoek en het dartspijltje van onze persoonlijke voorkeur, kozen we er enkele uit.

Heel wat toeristische gidsen prijzen maar al te graag Abruzzo aan als de plaats waar Sergio Leone zijn westerns draaide, maar dat blijkt een fabeltje.

Wat de Nederlandse fotograaf en gelegenheidsregisseur Corbijn op het beeld tovert is als het ware een verfilming van een fotoboek van Abruzzo. Het prachtige dorpje Castel del Monte (in Abruzzo, niet de burcht in Puglia die voorkomt in de Naam van de Roos), Sulmona, Campo Imperatore, Pacentro vormen het decor. Zelfs de Montepulciano d’Abruzzo komt aan bod. Qua product placement kan dat tellen, maar het is voor de goede, Abruzzese zaak. Dat de kassa’s in 2010 wel rinkelden, was misschien vooral aan het smoelwerk van George Clooney te danken. The American was geen onverdeeld succes. Aangekondigd als een spannende actiefilm, loste deze


Rocca Calascio

H e t le z e n va n A r i s t o t e le s k a n e r n s t i g e schade toebrengen a an de gezondhe i d

Zelden werd er zoveel op een filmset gestolen als bij The name of the Rose, beweerde regisseur Jean-Jacques Annaud, die twee jaar later l’Ours deels in de Dolomieten zou schieten. Twee illustratoren waren een half jaar zoet met het kopiëren en kalligraferen van allerlei Latijnse, Griekse en Arabische handschriften op perkament. Annaud wilde een kopie van de Apocalyps, die een rol speelt in het verhaal, graag als souvenir aan Eco geven, maar die bleek op de set gestolen. Annaud heeft vier jaar lang gereisd door Europa en Amerika, op zoek naar de juiste acteurs en locaties, om uiteindelijk voor Abruzzo te kiezen. Er werd gedraaid op Campo Imperatore en bij de ruïne van Rocca di Calascio, het hoogst gelegen fort in de Apennijnen. De buitenkant van het klooster, opgebouwd in de Cinecittà studio’s in Rome, was zomaar eventjes de grootste set sinds Cleopatra. Maar daar hield de zin voor detail niet op. De acteurs moesten blootsvoets en in sandalen rondlopen bij ijskoude temperaturen, zodat ze koude wolkjes zouden uitademen, tot grote woede van Sean Connery. Umberto Eco bleek zelf ook helemaal niet gelukkig, en dat lag aan de casting van “007” in de hoofdrol. film niet voor iedere kijker de verwachtingen in. Als je de dorpjes van Abruzzo wil leren kennen, ben je wel aan het juiste adres. Al blijft er wel een kanttekening: dat er geen file staat in de scène op het postkantoor, is iets dat zich waarschijnlijk nog nooit in Abruzzo heeft vertoond. “Deze film gaat over vertrouwen,” meent de Belgische acteur Johan Leysen, die de opdrachtgever van Clooney speelt. “Dit verhaal stelt de vraag of mensen hun leven echt kunnen veranderen,” vindt regisseur Anton Corbijn dan weer. Misschien gaat de film vooral over de psyche van huurmoordenaar Clooney, die zijn carrière overschouwt nu hij eruit wil stappen. Het blijft vooral een film die met heel weinig woorden toch heel veel kan vertellen. Zoals in de laatste twee minuten, waarin je Clooney enkel een autorit ziet maken. Maar zijn gezicht leest als een boek.

Het scenario werd een keer of zeventien herschreven. De historische en filosofische achtergrond uit het boek van Eco, in het dagelijkse leven professor semiotiek, waren te ingewikkeld voor het witte doek. Daardoor werd de film vereenvoudigd tot een detectiveverhaal: William van Baskerville (Connery), een franciscaan, moet in een Benedictijnerabdij de raadselachtige dood van een monnik komen ontrafelen. Maar op het moment dat hij in de abdij aankomt, wordt al snel een volgend lijk aangetroffen. Het leidt tot een zoektocht naar een boek van Aristoteles. Wikipedia leert ons dat de namen van William van Baskerville en Adson (Christian Slater) een hommage zijn aan Sherlock Holmes, hoofdpersoon uit de The Hound of the Baskervilles. De naam Adso lijkt iets te veel op Watson om toeval te zijn.

Campo Imperatore, Abruzzo


TASTE ITALY

24

ABRUZZO

‘ The y ’r e r e s pec ta b le peo ple : the y a r e fa s c i s t s ! ’

‘ I k tro uwde me t Ro me , n i e t me t he m ’

In La Ciociara (1960 – in het Engels uitgebracht als ‘Two Women’) vertolkt Sophia Loren Cesira, moeder van een twaalfjarige dochter, Rosetta. Om het oorlogsgeweld ontvluchten laat ze haar winkel in Rome achter en keert met de jonge Rosetta terug naar het platteland van La Ciociara, om de veiligheid te zoeken in haar geboorteplaats. Waar La Ciociara gelegen is, lijken alleen Italianen te weten: het bestrijkt een gebied in het zuiden van Lazio dat verder uitloopt in de bergen van Abruzzo. Maar zelfs op hun omzwervingen daarheen achtervolgen de gruwelen van de oorlog moeder en dochter. Ze komen terecht op een van de zwartste bladzijden uit de Italiaanse oorlogsgeschiedenis, een episode die door de triomf van de geallieerde overwinning is verdreven naar de spelonken der vergetelheid. Ca r te b l a n che

Bij de dramatische bevrijding van Monte Cassino op 18 mei 1944 bevonden zich Marokkaanse en Algerijnse soldaten onder de Franse hulptroepen, onder leiding van de Franse generaal Alphonse Juin. Dankzij de tactiek van deze generaal slaagden zij erin om de Gustav-linie, die de geallieerden maanden had tegengehouden, te doorbreken. De woorden die de generaal echter vooraf zou hebben gesproken tot zijn troepen, maken hem van oorlogsheld tot antiheld: als beloning voor het verdrijven en uitmoorden van de Duitse vijand, beloofde hij hen een vooruitzicht op vijftig uren waarin ze ongestraft hun lusten mochten botvieren op alles wat ze achter linies van de Duitsers vonden: huizen, wijn, bezittingen en vrouwen. De vreselijkste misdaden werden begaan: de schattingen van verkrachte vrouwen en meisjes lopen op tot enkele duizenden, sommigen niet ouder dan elf jaar. Zo’n 800 mannen die hun vrouw of dochters wilden beschermen, werden vermoord, soms voor hun ogen. De slachtoffers werden ‘Marocchinate’ (“de ge-marokkaan-den”) genoemd. De Italiaanse schrijver Alberto Moravia verwerkte de gebeurtenissen tot de roman ‘La Ciociara’, die regisseur Vittorio De Sica en producer Carlo Ponti (de echtgenoot van Sophia Loren) drie jaar later verfilmden.

De Sica zet zich met zijn neorealisme af tegen de overdreven Hollywooddramatiek van die tijd. De film bevat duidelijk een aanklacht tegen de fascisten, maar ook tegen verwoestingen van de geallieerde bombardementen en zelfs tegen de Amerikaanse bevrijders, zoals wanneer Cesira weigert haar rok op te tillen voor foto van een Amerikaanse soldaat. Een eerste link met Abruzzo is de gevangenschap van il Duce: Mussolini werd een tijdje gevangen gehouden op Campo Imperatore, alvorens bevrijd te worden door de zweefvliegtuigen van de nazi’s. Wanneer je de scenes op het platteland ziet, zijn daar beelden van Abruzzo bij. Tijdens die scenes staat een van de andere hoofdrollen op naam van de jonge Jean-Paul Belmondo, die als Michele de liefde verklaart aan Cesira. Maar het is de vertolking van Sophia Loren die alle aandacht wegkaapt. Sophia Loren won voor deze rol in totaal 22 prijzen, met als hoogtepunten de award voor beste vrouwelijke actrice in Cannes, Berlijn, Rome en Venetië, een BAFTA én als sluitstuk de Oscar voor beste actrice, en dat als eerste voor een niet-Engelstalige rol. Het feit dat ze haar eigen rol in het Engels gedubd heeft, heeft daar waarschijnlijk toe bijgedragen. Het laatste half uur van La Ciociara vormt het hoogtepunt uit de carrière van Loren. Hoewel in zwart-wit, maakt deze film meer dan vijftig jaar later nog altijd indruk, ook omdat het verhaal zo universeel is. Het beschrijft het lot dat vrouwen in alle oorlogen ondergaan, van de burgeroorlog in Syrië, tot de door Boko Haram ontvoerde schoolmeisjes uit Nigeria en recent nog de Yazidi-Koerden op de Sinjar-berg in Irak. Een (onvolledige) opsomming van films die in Abruzzo zijn opgenomen: La Strada (Fellini), Il deserto dei Tartari, Ai piedi della montagna, Pane e Tulipani, Ladyhawke (Michelle Pfeiffer), King David (Richard Gere), Una pura formalità (1994) met in de hoofdrol Gerard Depardieu en Roman Polanski (!), My Name Is Trinity en het vervolg Trinity Is Still My Name (Terence Hill en Bud Spencer), Francesco (over het leven van Franciscus van Asisi, met Mickey Rourke), Anche libero va bene, Il sole anche di notte, Le retour de Don Camillo (Fernandel), … Koen Branckaerts


i

Gabriele D Annunzio Biografia

N

ato a Pescara nel 1863 da famiglia della media borghesia, I successivi “Giovanni Episcopo” (1891) e “L’innocente” (1891) prostudia fino alla licenza liceale al collegio Cicognini di Prato: seguono sulla medesima linea, pur se nel secondo - trasposto per il a 16 anni pubblica la raccolta di liriche “Primo vere”, cui fa cinema nel 1976 da Luchino Visconti, al proprio commiato registico seguito “Canto novo” (1882), di palese filiazione carducciana. Iscrit- - s’affaccia un bisogno di rigenerazione e rinnovamento, ugualmente tosi alla facoltà di lettere a Roma, egli presente nelle liriche del “Poema paraconduce una vita brillante e movimendisiaco” (1891), anticipatrici di modi e tata, tra avventure mondane e duelli: stilemi che caratterizzeranno, dipoi, la Le plebi restano sempre schiave sotto il profilo artistico, i fermenti del poesia crepuscolare. Aperto alle più varie avendo un nativo bisogno di decadentismo europeo paiono evidensuggestioni culturali, D’Annunzio s’imtendere i polsi ai vincoli ti nel suo primo romanzo, “Il piacere” beve delle teorie superomistiche sulla (1889). Parente stretto di Des Esseinscorta dei lavori di Friedrich Nietzsche: tes e di Dorian Gray, l’Andrea Sperelli se Andrea Sperelli era mosso esclusivadel libro incarna una sorta di “nuovo eroe” gelido ed amante del bello, mente da motivazioni estetiche, Claudio Cantelmo - protagonista de spregioso di tutto ciò che è mediocre ed ordinario, poco incline a scru- “Le vergini delle rocce” (1895) ed iniziatore della infinita galleria di poli morali: a differenza di Huysmans e Wilde, tuttavia, D’Annunzio superuomini dannunziani - teorizza il diritto al dominio delle classi suama restare in superficie, con una prosa più attenta all’artificio lin- periori sulle masse (“Le plebi restano sempre schiave avendo un nativo guistico che non all’approfondimento delle tematiche decadenti, fuori bisogno di tendere i polsi ai vincoli”). d’ogni “cognizione del dolore”.


TASTE ITALY

26

ABRUZZO

i

Coerente con l’ideologia espressa nei propri testi, nella vita pubblica il Nostro si fa eleggere deputato per la destra nel 1897 e s’imbarca nella propaganda interventista. L’attività di scrittore, intanto, prosegue con esiti alterni, divisa fra romanzi (“Il trionfo della morte”, 1894; “Il fuoco”, 1900) e drammi (“La città morta”, 1899; “La Gioconda”, 1899), concepiti nella splendida residenza della Capponcina, a Settignano, dove nel frattempo si è ritirato. Qui nascono pure i primi tre libri (“Maya”, “Elettra” ed “Alcyone”) delle “Laudi del cielo, del mare, della terra, degli eroi”, editi nel 1903; le tragedie “Francesca da Rimini” (1902), “La fiaccola sotto il moggio” (1905) e “Fedra” (1909), oltre al romanzo “Forse che sì forse che no” (1910). Di questo periodo, meritano un cenno a parte i drammi “La figlia di Iorio” (1904) e “La nave” (1909): il primo, segna il ritorno dell’autore a quell’universo abruzzese già di scena nelle “Novelle della Pescara” (1884), ma qui distanziato nel tempo tanto che personaggi e vicende risultano collocati in un mondo arcano, sospeso tra ieratica spiritualità e lirica stupefazione; il secondo esplicita, in una sorta di barocco delirio emoglobinico inframmezzato da lampi di lussuria, le coeve brame colonialiste nostrane con versi celebrativi della “missione” del protagonista maschile, Marco Gràtico (“Arma la prora e salpa verso il Mondo... Fa’ di tutti gli Oceani il Mare Nostro”).

Riparato in Francia in volontario esilio, dopo aver perduto la propria abitazione per debiti, D’Annunzio scrive nella lingua del paese che l’ospita “Le martyre de Saint Sébastien” (1911), musicato da Debussy, ed il quarto libro delle “Laudi” (“Merope”, 1912). Tornato in patria all’esplodere del primo conflitto mondiale, si distingue per le sue imprese belliche (celebre la “beffa di Buccari” del 10 febbraio 1918): ferito ad un occhio, verga le pagine del “Notturno”, opera sua tra le più perfette e compiute, percorsa da cupi presagi d’imminente fine e da una angosciata coscienza della morte. Prose, confessioni e ricordi vengono pubblicati sul “Corriere della sera” sotto il titolo “Le faville del maglio”, che diverrà poi quello dell’edizione definitiva del 1924. Ideatore, terminata la guerra, della marcia da Ronchi a Fiume, si ritira infine nella definitiva residenza di Gardone, da lui denominata il “Vittoriale degli Italiani”; ivi si spegne nel 1938, dopo un lungo periodo d’isolamento, in seguito ad una emorragia cerebrale.

Bron: http://www.italica.rai.it/


ROME IN DE ABRUZZEN Begin 2007 liep er in Brussel een tentoonstelling onder de prestigieuze titel “Alba Fucens, het kleine Rome van de Abruzzen”. Geef toe, een vleiende titel voor een archeologische site waar maar wei­ nigen ooit hadden van gehoord. Ook bij ons deed het niet direct een belletje rinkelen maar nieuws­ gierig als we zijn wilden we deze afspraak niet missen. Niet in Brussel, maar onmiddellijk naar Italië. Het is niet bij die ene keer gebleven.

A

lba Fucens is heel gemakkelijk te bereiken via de afrit Avezzano aan de E80 die leidt van Rome naar Pescara. Eertijds lag het strategisch halverwege de Via Tiburtina Valeria en werd zodoende een heel belangrijk centrum voor Rome. 6.000 kolonisten werden er naar toe gestuurd om de streek in cultuur te brengen en er de economische belangen van de hoofdstad te vrijwaren. Vooral de conflicten tussen de landbouwers en de nomadische herders konden hoog oplopen. Vanuit die tijd dateren de eerste afspraken tussen beide groepen die later in de middeleeuwen zullen resulteren in de wetten die de transumanza (= de jaarlijkse trek van de kuddes

s­chapen en runderen) eeuwenlang zullen regelen. Iets ten noorden van het huidige dorp ligt nog de Via del Tratturo, een onverharde weg, die de herders met hun kudden moesten gebruiken wanneer ze in de herfst van de hoogvlakten naar de dalen afzakten. Op die manier ontzagen ze de landbouwgronden van de residentiële bevolking. Op het knooppunt van de Romeinse heirweg en de tratturo ontstond dan ook een bloeiend handelscentrum. Het belang ervan wordt eveneens aangetoond door het feit dat tijdens de tweede Punische oorlog Alba Fucens 2.000 legionairs kon uitsturen om te helpen de opmars van Hannibal naar het zuiden te stuiten.

Alba Fucens


TASTE ITALY

28

ABRUZZO

Alba Fucens

Wat het voor ons heel interessant maakt is de grote inbreng van Belgische arche­ ologen met de steun van de Academia Belgica. Een herdenkingsplaat herinnert daar nog aan. Belgische inbreng Wat het voor ons heel interessant maakt is de grote inbreng van Belgische archeologen met de steun van de Academia Belgica*. Een herdenkingsplaat herinnert daar nog aan. De huidige site bestaat onder andere uit een forum, een basilica, thermen en de schaarse resten van het theater. De contouren daarvan zijn echter maar goed zichtbaar vanop de heuvel waar nu het kleine kerkje staat, gewijd aan Petrus. Maar de schrale buitenzijde van de kerk, die gebouwd werd op de funderingen van de Apollotempel, verbergt een heel rijk interieur dat deels teruggaat tot de 12de eeuw. Vooral de “ambone” (preekstoel) en het cosmatenwerk getuigen van een hoge culturele waarde. Mocht de kapel gesloten zijn (wat meestal het geval is want ook in Italië krijgen kerken meer en meer last van diefstal), kunt u zich wenden tot het informatiekantoor op het dorpsplein. Het is natuurlijk leuker mocht je, net zoals wij, kennis kunnen maken met Pancrazio di Mattea. Het gezicht van de bejaarde vriendelijke man klaart onmiddellijk op als hij merkt dat er nog maar eens Vlamingen naar “zijn” site ­komen kijken. Als werkman was hij in de jaren ’60-’70 betrokken bij de opgravingen. Menige sappige anekdote rolt over zijn tong. Uiteraard spreekt hij enkel de lokale taal.

Alba Fucens

Aan de voet van die heuvel ligt dan nog een heel mooi gerestaureerd amfitheater. Alba Fucens verdween uit het zicht na een aardbeving in 508. De bouwstenen ervan werden later aangewend om op de nabij­ gelegen heuvel onder andere een middeleeuwse woonkern op te trekken, met een vesting. Een deel ervan is omgebouwd tot restaurant. De archeologische vondsten van de site, waaronder een kolossaal beeld van Hercules, bevinden zich in het museum van Chieti.

Drooglegging Aan de zuidkant van de snelweg ligt een merkwaardige vlakte, doorsneden met wegen en kanaaltjes aangelegd in dambordpatroon: Lago Fùcino. Eertijds lag hier een meer van 150 km², het derde grootste van Italië na Garda en Transimeno. Toen Rome in het begin van de keizertijd een echte bevolkingsexplosie kende dreigde er een nijpend voedseltekort. Daarom werd het plan opgevat om deze vallei droog te leggen. Tijdens de regeringen van Claudius en Nero werd dit huzarenwerk voltooid met een tunnel van 5.653 meter aangelegd door een leger van 30.000 slaven. De vlakte diende vooral voor het verbouwen van graan. Op die manier raakte Rome minder afhankelijk van de soms problematische aanvoer vanuit bij voorbeeld Sicilië. Na de Romeinse tijd raakte de tunnel in verval, onder andere door aardbevingen en vulde de vlakte zich opnieuw met water. Pas in de 19de eeuw werd het oorspronkelijke plan weer bovengehaald. Vandaag is het een agrarisch centrum van waaruit vooral groenten naar alle hoeken van Italië worden getransporteerd. Aan de oostzijde van de vlakte lag het Romeinse Marruvium, het huidige San Benedetto dei Marsi. Symbolisch naast het huidige voetbalveld vind je nog de resten van het vroegere amfitheater. Hoewel in de loop van de eeuwen het stadion vakkundig werd ontmanteld om de bouwmaterialen ervan te gebruiken voor eigen profijt, is het grondplan nog duidelijk merkbaar. Het werd volledig gebouwd naar de “ideale verhoudingen”, vastgelegd door Vitruvius.


Amiternum De site van Amiternum ligt op het grondgebied van San Vittorino op­­ 8 kilometer ten NW van L’Aquila en wordt door de S80 volledig doorsneden. Twee monumenten zijn nog heel duidelijk aanwezig. Rechts van de weg ligt het theater, links ervan (even doorrijden tot aan de volgende splitsing en dan linksaf) het amfitheater. Van Sabijnse oorsprong werd de plaats tijdens de overgang van de 4de naar de 3de eeuw voor Christus door de Romeinen overgenomen. Al vlug telde het enkele tienduizenden inwoners waarvan de afstammelingen van de Sabijnen zich voornamelijk in de omliggende heuvels ophielden. Het theater bood aan 2.000 toeschouwers een zitplaats maar werd vanaf de 4de eeuw nog enkel gebruikt als necropool. De opgravingen zijn nog steeds aan de gang en mits een beetje geluk kan je er een gratis rondleiding krijgen door studenten archeologie die er aan het werk zijn. De tribunes van de nabijgelegen arena zijn verdwenen maar de 48 steunmuren werden in de loop van vorige eeuw gerestaureerd. Het stadion had een capaciteit van 6.000 toeschouwers wat het gemiddelde is voor een Romeinse stad van die omvang.

Amiternum

Een deel van de nederzetting bevindt zich echter nog onder de dorpskern van het huidige San Vittorino. De kerk, toegewijd aan de aartsengel Michael, werd trouwens deels opgetrokken met afbraakstenen uit Romeinse tijd. Fragmenten daarvan zijn heel duidelijk merkbaar in de huidige constructie al heeft de aardbeving van 2009 voor heel wat schade gezorgd. Onder de kerk bevinden zich nog vroegchristelijke catacomben.

Klein broertje We beëindigen onze kleine rondrit in het onooglijke Peltuinum vlakbij de weg van L’Aquila naar Popoli. We doen dit echter wel via een omweg om de wondermooie Chiesa di Santa Maria delle Grotte (of ad Cryptas) in Fossa te bewonderen. Vooral de fresco’s binnenin zijn adembenemend. Een uitdaging voor wie zijn bijbelse kennis even aan een test wil onderwerpen. Het kerkje ligt iets buiten het centrum maar ook hier zijn de sporen van de aardbeving heel duidelijk merkbaar. Het epicentrum van een van de zwaarste naschokken lag trouwens vlak onder dit dorp. Bij ons laatste bezoek in 2013 was de restauratie gelukkig volop aan de gang.

Amiternum

De ruïne van Peltuinum ligt tussen Castelnuovo en Prata d’Ansidonia, op de kruising van de Via Claudia Nova en de Tratturo Magno, de belangrijkste autostrada verde naar Foggia (Puglia). In die zin loopt haar geschiedenis parallel met die van Alba Fucens maar hier is er omzeggens niets meer van te zien. De resten van het theater schreeuwen om een opknapbeurt en ooit was er ook een amfitheater. Naar de locatie ervan is het gissen. Maar de streek is adembenemend en ligt vandaag open voor het actieve toerisme zoals paardrijden, meerdaagse wandel- en mountainbiketochten. De oude tratturi hebben hierdoor een nieuwe bestemming gekregen. Zijn de Sabijnen, Romeinen, herders en hun kuddes verdwenen, de wielertoeristen en de skiërs hebben hun plaats ingenomen. Marc Vandenbon - Auteur van “Innemend Italië” - Pinguin Productions ISBN 978-9073322-25-7

Amiternum


TASTE ITALY

30

ABRUZZO


PAUL ROMAN en de lokroep van de Gran Sasso

Paul Roman heeft een passie voor Abruzzo en de Gran Sasso. De projectmanager in de glasindustrie is een ervaren alpinist. “Het isolement, de afzondering in de bergen, de stilte, geconfronteerd worden met jezelf… trekken me altijd opnieuw aan. De Gran Sasso is fascinerend. Mijn voorliefde en passie voor de berg gaat terug naar het moment waarop ik mijn vrouw voor het eerst heb ontmoet. Zij is Italiaanse en haar moeder is afkomstig uit de Abruzzen.”

E

en eenvoudig motel met een schitterende keuken in het dorp Montorio Al Vomano, in de provincie Teramo, is traditiegetrouw het vertrekpunt van zijn wandeltochten. “Ik trek er meermaals per jaar op uit met vrienden, mensen van het dorp of zakenrelaties. De ene keer met de wagen, de andere keer met een vlucht naar Pescara of Rome, vanwaar we via de A24 Roma-l’Aquila-Teramo richting Colledara rijden en zo naar Montorio. Een eenvoudige beklimming van de Gran Sasso kan vanaf Campo Imperatore. Daar starten onze tochten naar de top.” G rote s te e n

“Als je voor de Gran Sasso staat, besef je waarom ze hem ‘grote steen’ noemen: het is een enorme blok massief en niet voor niets de hoogste berg van de Apennijnen. Ik heb intussen al negen keer de top bereikt en ook andere bergen in de regio al meermaals beklommen. Een drietal keer moest ik rechtsomkeer maken door barre weersomstandigheden. Te gevaarlijk, te ijzig, te veel sneeuw”, herinnert Paul zich. De Gran Sasso heeft iets spectaculairs. Op de plaats waar de wandelpaden stoppen, wordt de berg een echte berg. Hij heeft twee toppen: de Corno Piccolo (2655 meter) en de Corno Grande (2912 meter). Tussen die twee hoorns ligt ‘la cella’, het zadel. “Daar krijg je soms te maken met krachtige windversnellingen. Je blijft dan best van de rand van de berg weg want de wind kan je op zulke plaatsen al snel in problemen brengen. Doorheen de jaren bouw je als alpinist ervaring op. Je krijgt stilaan meer controle over wat je doet, je leert touwtechnieken aan en raakt meer vertrouwd met de omgeving en omstandigheden. Indien ­nodig, bij voldoende sneeuw en ijs, wandel je met stijgijzers en gebruik je een ijsbijl. Dat is in zomerse omstandigheden op de Gran Sasso niet nodig”, aldus Roman.


TASTE ITALY

32

Reis la storia

H o o gvl a k te i n he t m a s s i e f

De Campo Imperatore is een bijzondere hoogvlakte in Abruzzo. Ze ligt in het massief van de Gran Sasso en heeft een lengte van ruim 15 kilometer en een breedte van 5 kilometer. De gemiddelde hoogte is 2000 meter. In het noorden wordt de Campo Imperatore begrensd door de bergen Monte Brancastello (2385 meter), Monte Prena (2561 meter) en Monte Camicia (2570 meter). De hoogvlakte kun je ook bereiken met een kabelbaan die vertrekt vanuit Fonte Cerreto. De tocht naar omhoog duurt ongeveer zeven minuten. Aan het bergstation ligt het hotel waarin Benito Mussolini in 1943 werd gevangen gehouden tot Duitse elite­ troepen hem kwamen bevrijden. In de onmiddellijke omgeving vind je ook een astronomisch observatorium en een botanische tuin. “Campo Imperatore is volledig omgeven door bergen”, weet Paul Roman. “Dit betekent ook dat daar tijdens bepaalde perioden van het jaar geen mens kan leven, er is geen elektriciteit, geen enkele voorziening, niets. De bergpassen zijn dan ook gesloten. De Gran Sasso is een berg die roept, die mij prikkelt en aantrekt. Mijn Sardische schoonvader zegt altijd toch voorzichtig te blijven in de bergen omdat ze verraderlijk kunnen zijn. Inderdaad, het is altijd oppassen geblazen.

Als je een berg beklimt, dan neemt die je in. Op een bepaald ogenblik weet je niet meer waar je bent en loop je verloren voor je het beseft. Vooral de wolken nemen elke oriëntatie weg. Enige ervaring of goede begeleiding is geen onnodige luxe, maar eerder noodzaak. Veiligheid staat altijd voorop!”


Te a m s p i r i t e n s p o nta n i te i t

Als je voor de Gran Sasso staat, besef je waarom ze hem ‘grote steen’ noemen: het is een enorme blok massief en niet voor niets de hoogste berg van de Apennijnen. S me lte nde g le t s je r

Onder de Corno Grande (2912 meter) ligt de zuidelijkste gletsjer van Europa: de Ghiacciaio di Caldarone. De kleine ijstong was 400 meter lang en 250 meter breed. Zoals vele gletsjers in Europa smelt helaas ook deze snel af. Aan de oostkant van de top ligt een interessant wandelpad, richting Monte Brancastello (2385 meter). Een goed startpunt is Vado di Corno (1924 meter), waarna het gebergte zich weer verheft tot de meer dan 2500 meter hoge toppen van de Monte Prena en Monte Camicia.

“Bij groepen is het de kunst om snelheid en traagheid samen te brengen en tegelijk de teamspirit te bewaren. De beklimming van de Gran Sasso is een dagtocht, je kan ‘s morgens vertrekken en ‘s avonds ben je terug. Ik organiseer deze trip geregeld als een incentive voor vrienden of zakenrelaties. Onder de deelnemers bevinden zich zowel ervaren en ongetrainde mensen als personen met hoogtevrees. Met gezelschappen die je vooraf niet kent, begeef je je best op bekend terrein. Daarom trek ik zo vaak naar de Gran Sasso. Bovendien heb je er negen keer op tien goede weersomstandigheden. De tocht eindigt altijd in een dorpje waar de inwoners ons soms al tegemoet komen. Ze weten dat we van de bergen terugkomen, zorgen voor eten en drinken, schenken lekkere wijn en zingen liedjes. Zo’n gemoedelijkheid, jovialiteit en spontaniteit kom je nog op weinig plaatsen tegen”, aldus Paul Roman. “Ik lever telkens een gevecht met de berg en put daar enorm veel kracht uit, je wordt daar stil van. De bergen laten je altijd zien wie zij zijn en wie jij bent.”

Erik Cajot Foto’s: Remco Mulder & Paul Roman


TASTE ITALY

34

ABRUZZO

i

Marcinelle, un dolore senza fine

La commemorazione del disastro nella miniera belga

A

mmazzalorso Raffaele di Farindola, classe 1920, moglie e due figli in Italia, Canzano Orlando di Turrivalignani, classe 1930, moglie in Belgio. E, a seguire, in ordine alfabetico, nomi, stato civile e provenienza delle altre 58 vittime abruzzesi della tragedia nella miniera di Marcinelle dell’8 agosto del 1956. E’ l’elenco dei caduti. Come si fa in guerra. Una morte atroce, intrappolati a mille metri sotto terra. Un inferno anche prima dell’8 agosto. Condizioni di lavoro durissime. Uomini contro carbone. L’Italia mandava lavoratori nelle miniere belghe in cambio di carbone a prezzi preferenziali. Dall’Abruzzo partirono in tanti. Partirono anche Raffaele, Orlando e i loro 58 compagni. Un viaggio di sola andata finito a Bois du Cazier, il pozzo della morte, oggi trasformato in museo e dichiarato dall’Unesco patrimonio mondiale dell’umanità. Un luogo simbolo più di molti altri. Per non dimenticare. Un imperativo più che mai attuale in tempi in cui si continua a morire sul lavoro. E occasione, lo ha ricordato ieri il Presidente della Repubblica, Giorgio Napolitano, per riflettere sul tema dell’immigrazione. Una condizione vissuta con enormi sacrifici dai lavoratori abruzzesi che emigrarono verso il Belgio nel secondo dopoguerra. Ma l’Abruzzo non ha dimenticato nessuno di loro. E se ogni Comune l’8 agosto ricorda i suoi caduti, Manoppello, il centro più colpito che a Marcinelle perse 22 giovani, fa di più. Per un giorno, ieri come ogni anno, il paese si è fermato. Un rito semplice, senza retorica. “Rendere omaggio ai 262 minatori, 136 dei quali erano italiani, che l’8 agosto 1956 persero la loro vita in quella miniera, è stato un momento


significativo: due luoghi simbolo di questa tragedia, Bois du Cazier e Manoppello(Pe), sono tornati ad abbracciarsi per ricordare un sacrificio che rimarrà per sempre l’emblema dell’immigrazione italiana e dell’integrazione sociale”. Lo ha detto il Presidente del Consiglio regionale abruzzese, Giuseppe Di Pangrazio, a margine della cerimonia a Bois du Cazier, nella periferia di Charleroi, dove l’8 agosto fa veniva commemorato l’anniversario della tragedia della miniera belga, in cui persero la vita anche minatori abruzzesi quasi tutti di Manoppello in provincia di Pescara. ”Il sacrificio di questi uomini è stato ed è ancora oggi per tutti noi emblema di una generazione che è spinta ad emigrare alla ricerca di un futuro migliore; il mio pensiero va ai giovani che sono costretti a lasciare l’Italia per avere un lavoro. Questo luogo – riferendosi a Bois du Cazier – rappresenta il primo esempio di integrazione sociale e culturale di uomini aventi nazionalità diversa, nel dopoguerra, che confluirono in Belgio per un solo ed unico motivo: il lavoro. È il ricordo – aggiunge ancora il presidente Di Pangrazio – di un martirio, che rinnova la sua attualità ogni volta che i fatti di cronaca ci danno testimonianza di nuovi incidenti sui luoghi di lavoro. La sicurezza nei luoghi di lavoro – sottolinea Di Pangrazio – è un diritto irrinunciabile che ricade su ciascuno di noi. Nell’auspicio – conclude il presidente del Consiglio regionale – che i giovani sappiano fare tesoro dell’abnegazione dei minatori di Marcinelle, e che questa tragedia possa continuare ad essere sempre motivo di riflessione per le future generazioni”. La corona al cimitero, la messa, la veglia di preghiera. Pensando a quei giovani partiti pieni di speranze e tornati in un grigio giorno del novembre del 1956 in un lungo corteo funebre. Un giorno tristissimo

per Manoppello e per tutto l’Abruzzo. Dalla cattedrale di San Cetteo, a Pescara, partirono i cortei diretti nei vari comuni di origine degli sfortunati emigranti. Ventidue salme presero la strada di Manoppello dove riposano tutti insieme in una piccola cappella.

Bronnen: Corriere Peligno www.corrierepeligno.it, Il Messagero www.ilmessagero.it


TASTE ITALY

36

CUCINA ITALIANA

Spaghetti alla chitarra Abruzzese

Niveau: gemiddeld Personen: 4 à 6 personen Tijd: 45 min 350 g pasta alla chitarra, 300 g mager lamsvlees, 400 g gepelde tomaten, 50 g pancetta, ½ rode paprika, ½ gele paprika, ½ groene paprika, 1 takje rozemarijn, ½ glas witte wijn, 1 ui, 1 laurierblad, 1 droog pepertje, 2 teentjes look, 1 el gesnipperde peterselie, olijfolie, zout en peper.

{

Gitaar-spaghetti op z’n Abruzzen

r

Voor de ragout: snijd het lamsvlees in kleine blokjes. Snipper ui en 1 ½ teentje look. Snijd de pancetta fijn. Verwarm 3 à 4 soeplepels olijfolie, fruit de ui, look en pancetta met een boeketje van de rozemarijn en laurier aan. Voeg het lamsvlees toe en bak enkele minuten. Voeg de wijn toe en reduceer op hoog vuur. Voeg er het verkruimelde pepertje en de grofgesneden tomaten toe. Kruid en laat 1 uur sudderen op een lage vlam en voeg indien nodig wat water of beter wat bouillon toe. Haal van het vuur en bestrooi met de gesnipperde peterselie. Brand de paprika’s boven het gasvuur zwart, laat ze 10 min. in een plastieken zak en pel ze onder lopend water. Snijd in repen en bak aan in olijfolie met de resterende look gedurende enkele minuten. Kook de pasta zoals aangeduid op de verpakking. Meng met de ragout en bestrooi op het bord met geraspte pecorino. Buonissimo Appetito!


r Porchetta Abruzzese

Niveau: gemiddeld Personen: 10 à 15 personen

Tijd: ca. 4u

Speenvarken op z’n Abruzzen

1 speenvarken 10 kg, vet spek, rozemarijn, tijm, laurier, genoeg olijfolie

{ Vul het speenvarken op met de kruiden, peper en zout. Bestrijk de buitenkant met een tak rozemarijn gedrenkt in olijfolie. Steek het speenvarken op een spit en gaar boven een vuur. Blijf het vel bestrijken met de olie zodat het vel krokant wordt. Steek het spek op een vork en laat het boven het vuur smelten zodat het op het speenvarken druipt. De gaartijd is lang, zeker 3 uur maar het is de moeite waard. Deze porchetta wordt gegeten met dikke sneden ‘pane casereccio’ geroosterd boven het vuur. Buonissimo Appetito!


TASTE ITALY

38

CUCINA ITALIANA

r

Zucchine al formaggio Courgette met pecorino kaas

Snijd de uiteinden van de courgettes af, snijd horizontaal in plakken en verwijder de zaden. Kook ze al dente in gezouten water. Leg ze op een handdoek om af te drogen en daarna even laten bruinen in een pan. Doe ze in een schaal, je mag ze begieten met gesmolten boter en bestrooi met gemalen pecorino. Buonissimo Appetito

Niveau: gemiddeld Personen: 2 Ă 4 personen Tijd: 20 min 6 courgettes, 100 g gesmolten boter, 60 g gemalen pecorino, zout

{


r Finocchi al forno

1 venkel, 1 wortel, champignons, 1 teentje look, peterselie, olijfolie, peper, zout

{

Venkel in de oven

Niveau: gemiddeld Personen: 2 à 4 personen Tijd: 30 min

Snijd de venkel in vier en kook 8 à 10 min. in gezouten water. Laat afkoelen en snijd in fijne schijven en leg ze in een ongeoliede ovenschaal. Snijd de wortel in fijne staafjes van 2 centimeter lang. Bak de gesnipperde look, champignons en peterselie aan in olie, voeg de wortelstaafjes toe, en kruiden met peper en zout. Laat 5 minuten garen al roerend op zacht vuur. Plaats op een schaal met boterham­papier in een voorverwarmde oven op 180° gedurende 15 min. om een goudkleurige korst te bekomen. Buonissimo Appetito!


TASTE ITALY

40

100 ANNI MASERATI

Maserati

Maserati, het is een naam die klinkt als een klok. Momenteel floreert het merk als nooit tevoren, maar het is ooit anders geweest. Dat het merk dit jaar zijn hon­ derdste verjaardag viert, mag gerust een wonder genoemd worden. In die honderd jaar produceerde Maserati zowel mooie als lelijke auto’s, zowel goede als slechte.

Maserati 3500


Maserati Ghibli. Foto www.dennisnoten.com

3200 GT Cabrio

Maserati werd in 1914 in Bologna opgericht door de zes broers Maserati: Alfieri, Carlo, Bindo, Mario, Ettore en Ernesto. Aanvankelijk produceren ze elektrische onderdelen voor de auto-industrie, maar al vlug beginnen zo ook racewagens te ontwikkelen. Eerst voor derden, want het duurt nog tot 1926 vooraleer de eerste auto onder de merknaam Maserati op het circuit verschijnt. Met Alfieri Maserati aan het stuur wint de Tipo 26 meteen de legendarische Targa Florio. De reputatie van Maserati als producent van legendarische sportwagens is meteen gemaakt.

In 1968 wordt Maserati overgenomen door het Franse Citroën. Het zijn de gouden jaren. Nieuwe modellen worden gelanceerd, zoals de legendarische Bora, Khamsin en Merak, en er worden meer Maserati’s dan ooit geproduceerd. De samenwerking met Citroën leidt onder meer tot de Citroën SM, die door een Maserati-motor wordt aangedreven.

In 1932 overlijdt Alfieri. Drie van zijn broers beslissen om het bedrijf verder te zetten, maar in 1937 beslissen ze toch om alle aandelen te verkopen aan de Italiaanse grootindustrieel en staalmagnaat Adolfo Orsi. Orsi verhuist de fabriek naar Modena, dicht bij zijn staalfabrieken.

In 1973 doet de oliecrisis de brandstofprijzen uit de pan rijzen en de belangstelling voor krachtige maar gulzige sportwagens kwijnt weg. In 1974 gaat Citroën failliet en het lot van Maserati lijkt bezegeld. Tot de Argentijnse oud-racepiloot en zakenman Alejandro De Tomaso zich aandient als reddende engel. De nieuwe eigenaar gooit het over een totaal andere boeg. Compacte sportwagens met turbomotoren moeten het merk helemaal bij de tijd brengen, maar dat lukt niet echt.

Drietand

Renaissance

Ook na de verhuizing blijft Maserati onlosmakelijk verbonden met de Italiaanse stad Bologna. De drietand van Neptunus, die tot op heden het logo van Maserati vormt, vindt zijn oorsprong in Bologna. Het verhaal gaat dat Mario Maserati, de enige van de zes broers die zich niet interesseerde voor auto’s en technologie, zich liet inspireren door het beeld van Neptunus op de Piazza Maggiore in Bologna.

In 1993 moet Maserati weer op zoek naar investeerders. Deze keer is het Fiat-groep die voorkomt dat het merk in de geschiedenisboekjes verdwijnt en 20 jaar later is dat de juiste keuze gebleken. Als zustermerk van Ferrari realiseerde Maserati een opvallende comeback en tegenwoordig worden er meer Maserati’s dan ooit verkocht. In 2013 verkocht het merk 15.400 auto’s, een stijging met maar liefst 150 procent ten opzicht van 2012. Daarmee lijkt de toekomst van Maserati definitief verzekerd.

Onder leiding van Orsi beleeft Maserati zijn grootste successen. Eind jaren ’30 legt Maserati Duitse grootheden zoals Auto Union en Mercedes-Benz het vuur aan de schenen. Maserati is de enige Italiaanse constructeur die in de VS de 500 mijl van Indianapolis kan winnen. Bij Ferrari haalt Orsi ingenieur Alberto Massimino weg en hij verzekert zich van de diensten van Juan Manuel Fangio, de meest succesvolle racepiloot van zijn tijd. Als in 1957 tijdens de Mille Miglia in het stadje Guidizzoli negen toeschouwers - bij wie vijf kinderen - om het leven komen, plus de bestuurder en co-piloot van een deelnemende Ferrari, is het definitief gedaan met de sportactiviteiten van Maserati als fabrieksteam.

Serieproductie In de jaren ’50 richt Maserati zich eindelijk ook op de productie van sportwagens voor de openbare weg. Legendarische sportwagens zoals de 3500, de Sebring en de Mistral zijn daarvan het resultaat. De auto’s die worden ontworpen door koetswerkbouwers zoals Frua en Touring, behoren tot op heden tot de mooiste en waardevolste sport­ wagens die Italië ooit heeft voortgebracht.

Guido Cloostermans

MASERATI VLAK BIJ JE DEUR De huidige club, Maseratisti Fiamminghi, werd opgericht in 2009. Na een bescheiden start is de club intussen uitgegroeid tot een volwaardige vereniging van eigenaars van deze bloedmooie wagens, met een actief ledenbestand van een 80-tal leden. Elk jaar wordt een binnenlandrit en een buitenlandrit georganiseerd naast verschillende meet&greet’s. De club neemt ook actief deel aan verschillende evenementen in binnen- en buitenland. www.maseraticlubmf.be


TASTE ITALY

42

Reis la storia

3500

100 jaar Maserati

A6GCM

Indy

Merak en Bora


Shamal

Ghibli, nieuw model


TASTE ITALY

44

MUSICA

Presto ma non troppo Met Ottorino Respighi dwars door Rome (deel 3/3)

Wat vooraf ging... Fonteinen hebt u al gehad. Bomen ook. In dit derde deel trekken we nog één keer samen met componist Ottorino Respighi naar Rome om door middel van zijn muziek de stad op een unieke manier te ervaren…

Feste Romane De laatste vier van twaalf muziekstukken van de Romeinse Trilogie hebben als overkoepelend thema ‘feesten’. De componist voltooide het werk in 1928, 5 jaar na Pini di Roma. Het spreekwoordelijke ‘last but not least’ is hier zeker gepast, want ze vormen samen het hoogtepunt van de hele Trilogie. Het orkest is hier op zijn grootst. Sommige passages krijgen hierdoor een zeer uitbundig karakter. Ten opzichte van Pini di Roma voorziet de componist de musici van enkele ongewone instrumenten zoals de mandoline en de buccina, de antieke voorloper van de moderne trompet en trombone.

in een slepende mars, die plots de schetterende koperblazers vervangt. Het is een vroege muzikale plotwending in het werk. Na deze sombere intocht komt het echte werk: het vechten. Opnieuw nemen de koperblazers het heft in handen en krijgt dit eerste deel een erg chaotisch karakter, hiermee de strijd symboliserend. Opnieuw weerklinkt het thema waarmee het werk begon. De gevechten zijn afgelopen, de bestiarii hebben het overleefd! Doorgaans werden venationes, gevechten met wilde dieren, ’s morgens gehouden omdat ze naar Romeinse normen minder spannend waren.

Circenses Piazza del Colosseo, 00184 Roma Een stormachtig begin schetst een doordeweekse dag in het amfitheater. Terwijl het volk luidruchtig toestroomt maken de bestiarii, de wilde-dierenvechters, zich klaar om de strijd aan te gaan. Ook de gekooide wilde dieren hebben er duidelijk zin in. Al bij al is het voor de dappere mannen een triest lot. Enkelen onder hen zullen de arena wel betreden, maar ze waarschijnlijk niet meer levend verlaten. Historici spreken in dit kader over 500.000 doden in de 423 jaar dat het Colosseum dienst heeft gedaan. Respighi heeft hun droevige lot verwerkt Damnatio ad bestias


Testaccio: fontana sotto al monte dei cocci

De crème de la crème waren de munera, gevechten waarbij gladiatoren het onderling tegen elkaar opnamen. Munera stonden vooral ’s middags op het programma. Tussen deze twee acts hield men het kindermatinee: het damnatio ad bestias. Hierbij werden veroordeelden, in latere perioden ook heel vaak christenen, voor de wilde dieren gegooid. Het christendom betekende het einde voor de spelen in het Colosseum. De munera werden reeds in 404 afgeschaft nadat een monnik het loodje had gelegd toen hij in het heetst van de strijd bij twee gladiatoren tussenbeide wou komen. Pittig detail: hij werd omgelegd door het misnoegde publiek, niet door de gladiatoren in de arena. Enkel de venationes bleven daarna nog over. De vermoedelijk laatste voorstelling vond plaats in 523. Il giubileo In dit deel kan de luisteraar even op adem komen na het geweld uit deel I. Hoewel, de melodie en wijze van spelen in deel II zijn zo slepend en zo zwaarmoedig dat men er moe van zou worden. Respighi schetst hier een groepje priesters die onderweg zijn naar de hoofdstad. Ze zijn aan het eind van hun Latijn, want het heuvelachtige landschap van Latium maakte er een zware tocht van. Wanneer ze in de verte de contouren van de stad ontwaren, zijn ze zo opgelucht dat ze vol lof ­beginnen te zingen over wat ze zien. Il giubileo verwijst niet naar “jubileum”, maar naar “jubeljaar”. Het in de Bijbel beschreven jubeljaar wordt als heilig beschouwd. Om onrechtmatig verkregen land aan de rechtmatige eigenaar terug te schenken, moesten zeven sabbatsjaren gepasseerd zijn. Een sabbatsjaar kwam slechts elke zeven jaar voor. Daarna kon het jubeljaar gevierd worden. Hierdoor vond het jubeljaar slechts eens in de vijftig jaar plaats. Er werd dat jaar niets gezaaid, niets geoogd noch gebouwd. Wat op het land groeide en eetbaar was, mocht door gelijk wie meegenomen worden. Interessant detail: ‘jubel’ komt van ‘jobel’ wat Hebreeuws voor ramshoorn is. Bij het begin van een jubeljaar werd op een ramshoorn geblazen. Jubeljaren worden al lang niet meer gevierd, omdat het tegenwoordig onbekend is welke twee jaren per eeuw jubeljaren zijn en omdat het gebruik niet meer in onze moderne territoriale maatschappij zou passen.

L’ottobrata Via di Monte Testaccio, 00153 Roma Ponte Milvio, 00191 Roma Largo di Porta San Pancranzio, 00152 Roma Piazza di Porta San Giovanni, 00185 Roma Piazzale di Porta Pia, 00198 Roma Het oogstfeest of oktoberfeest is een jaarlijkse gebeurtenis die vooral in Duitsland met liters bier en lederhosen gevierd wordt. In de Romeinse variant, vooral populair in de tijd dat Respighi leefde, gaat het er veel kalmer aan toe. Het oktoberfeest stamt uit het Rome van de oudheid. Men eerde met dit feest de god Bacchus, beschermheilige van wijn(gaarden). Tegelijkertijd luidde het de herfst in. In het Rome van de 20ste eeuw bestond het feest uit een rondrit met paard en kar, meestal op zondagen of op donderdagen bij het krieken van de dag. De paarden waren opgetuigd met belletjes, de passagiers op de kar uitgedost in feestkledij.

Monte Testaccio wikicommons


TASTE ITALY

46

MUSICA

La befana

Het gezelschap bestond uit zeven meisjes, de voerman en de ‘bellona’, La befana is eigenlijk geen feest, maar een volksfiguur. Ze is een goede de Romeinse godin van de oorlog. De stoet vertrok steeds vanuit het heks en geeft in de nacht van vijf op zes januari cadeautjes en lekkers stadscentrum, maar de eindbestemmingen aan de Italiaanse kinderen op voorwaarwaren variabel. Zo was de monte Testaccio de natuurlijk dat zij braaf zijn geweest. populair, maar ook de weiden rondom Klinkt het bekend? Wel, u vergist zich La befana is eigenlijk geen feest, de ponte Milvio, de wijngaarden tussen niet, la Befana wordt vaak vergeleken maar een volksfiguur. Ze is een Monteverde en Porta San Pancrazio of de met ‘onze’ Sinterklaas en de Kerstman goede heks en geeft in de nacht akkers buiten de Porta San Giovanni en in Amerika. Porta Pia. van vijf op zes januari cadeautjes Doorgaans is deze oude vrouw volledig en lekkers aan de Italiaanse kin­ De monte Testaccio, een enorme antieke in het zwart gekleed, omdat zij door de deren op voorwaarde natuurlijk afvalhoop is de enige voormalige eindbeschoorsteen naar binnenkomt en daarstemming die vandaag nog enigszins groen door vol met roet hangt. Ze heeft een bedat zij braaf zijn geweest. is. De 30 meter hoge heuvel, bestaande uit zem waarmee ze u een tik op uw kersencirca 53 miljoen afgedankte amforen, staat pit geeft als u ze gezien heeft, iets waar nu vol met bomen en planten zodat het net een klein parkje lijkt. De ze absoluut niet tegen kan - bij deze bent u gewaarschuwd! Bij het rituweilanden rondom de Ponte Milvio evenals de overige rurale gebieden eel hoort dat ze met haar bezem de vloer veegt voor ze het huis verlaat. vlakbij de eerder genoemde plaatsen zijn tegenwoordig opgeslokt door de stad en volledig verkaveld. Welk verband is er dan te vinden met de Piazza Navona? Wel, La Befana wordt daar daadwerkelijk begin januari gevierd. Het plein staat La Befana dan vol met kraampjes waar glühwein, wafels en andere typische lekPiazza Navona, 00186 Roma kernijen aangeboden worden. Kleine bands spelen muziek om de sfeer nog te versterken. Eindelijk, het twaalfde en laatste deel! In dit deel haalt Respighi al zijn talent als componist uit de kast. De impressie die hij wil geven, Alvorens deze reeks artikels af te sluiten beveel ik u warm aan om zijn kleine groepjes mensen die allemaal naar de Piazza Navona toe- tijdens de wintermaanden eens naar Rome te trekken om La Befana stromen om daar La Befana, de avond voor Driekoningen te vieren. Elk daar zelf te gaan vieren. Als u daar dan toch bent, neem eens een kijkje groepje mensen krijgt een eigen muzikaal thema in de breedste zin bij alle overige monumenten en vernoemde plaatsen. De aparte sfeer van het woord, want instrumentencombinaties, dynamiek, timbre en in deze tijd van het jaar tegenover de zomermaanden maakt het extra genre wisselen elkaar aan hoog tempo af. Op het einde, wanneer alle speciaal! mensen samengekomen zijn, volgt een spetterende climax waarmee de Romeinse Trilogie afgelopen is. Michaël Van Raemdonck


Jonge Belg start slow food project

Herman Cole ereburger van Lucca

Jonge dynamische Gentenaar Charles Wailly is onlangs begonnen met zijn project Kitchenroots en vanaf 1 oktober is hij gestart als jonge ondernemer. Hij kwam tot het besluit dat we te weinig aandacht besteden aan de producten die we gebruiken voor ons eten, hoe we onze gerechten klaarmaken en dat we de “roots” verloren hebben met wat kwalitatieve voeding nu werkelijk is. Zijn missie: kwaliteitsvoeding beschikbaar maken voor iedereen ten gunste van mens en planeet en dat eenieder werkelijk kan genieten van wat men eet.

Achtenveertig jaar nadat auteur en Sint-Niklazenaar Herman Cole zijn eerste stappen zette in de ommuurde Toscaanse stad, en nadat hij tal van culturele organisaties ondersteunde of organiseerde die de band tussen Lucca en het Oostvlaamse Sint-Niklaas versterkte, heeft de gemeenteraad hem unaniem uitgeroepen tot “cittadino onorario” of ereburger.­­Het uitroepen tot ereburger van een “vreemdeling” gebeurt slechts voor de tweede maal in de geschiedenis van Lucca, na wijlen John Jones, de Britse burgemeester van Abingdon-on-Thames, die mee Lucca bevrijdde tijdens WO2 en ook daarna de banden met de Italiaanse stad bleef verzorgen.

Hij heeft de nodige ervaring opgedaan in Emilia – Romagna en Toscane en heeft een passie voor het land, vooral voor de keuken en de producten die gebruikt worden in de regionale gerechten. Zijn preferentie is om natuurlijke en het liefst biologische producten te gebruiken. Om zijn verhaal kracht bij te zetten, onderneemt hij momenteel een grote fietstocht, “Kitchenroots on the road” die hem van België via Spanje uiteindelijk in Italië moet brengen. Wailly wil al zijn opgedane kennis en ervaringen delen via zijn blog en zijn nieuwe onderneming. www.kitchenroots.eu

SVR


TASTE ITALY

48

SLOWFOOD

Slowfood

Modieuze term of garantie op waar voor geld?

W

ie helaas nog niet naar het land van la dolce vita heen kon om slowfood te proeven, krijgt er wellicht wel via sociale media, kranten of andere mediakanalen mee te maken in de komende twee maanden. Voorstanders van slowfood uit de hele wereld zakken namelijk af naar het land van oorsprong, Italië, meer bepaald Turijn, om van 23 tot 27 oktober 2014 het Salon del Gusto te bezoeken. Een blik op het programma vertelt meteen dat de organisatie kosten noch moeite gespaard heeft om een geweldige beurt te maken. Weet u puur kwaliteit, artisanale producten di buon gusto te waarderen, producten die van goede smaak getuigen, dus, en waarvoor de producent een eerlijke prijs krijgt? Dan mag u daar een echte vijfzintuigenervaring verwachten met degustatieateliers, kookworkshops, conferenties enz.… Wie het concept en de doelstelling nog niet begrepen heeft, zal dit wellicht als de zoveelste kermis beschouwen. Daarom verschaffen we graag even een inleidend woordje uitleg bij de w’s (wie, wat, waar, wanneer) van slowfood. De slowfoodbeweging werd in 1989 opgericht in Pollenzo door Carlo Petrini als reactie op alles wat met fastfood en smaakvervlakking te maken heeft. Het merendeel is van Italiaanse origine, maar de laatste jaren is de beweging bijzonder snel gegroeid ook buiten Italië. Slowfood betekent genieten van de maaltijd. Het eten wordt bereid met duurzame, ambachtelijke producten van uitstekende kwaliteit en met grote belang-

stelling in de herkomst ervan, in de productiewijze en de hele context van het verhaal. De boeren die hun slowfoodproducten laten proeven zijn bijzonder trots op wat ze neerzetten, willen familietradities koste wat kost in ere houden en leven van de appreciatie van het publiek. Het slowfoodconcept past perfect in de troef van de kleine boer: nul kilometer tussen producent en consument. De afstand moet m.a.w. zo klein mogelijk worden gehouden om de distributiekosten te drukken. Die lagere distributiekosten compenseren voor de net iets hogere productiekosten die nodig zijn om een smaakvol, artisanaal eindresultaat naar buiten te brengen dat zeker minstens op gelijke hoogte staat met een vergelijkbaar supermarktproduct.


En wie zijn bezoek aan Turijn en het Salone del Gusto wil verrijken met een ander internationaal evenement kan zich bovendien naar Alba begeven, waar ook in net dezelfde periode de Fiera del Tartufo Bianco (het Festival van de Witte Truffel) plaatsvindt in de binnenstad. De witte truffels van Alba zijn echter enorm gegeerd, dus u moet wel diep in de beurs tasten als u daar zélf uw slag wil slaan. Wie truffel wil proeven, kan dan ook beter een grattata vragen op zijn pastagerecht in een van de talrijke kwaliteitsrestaurants die net buiten Alba verspreid liggen. Hoewel slowfood zijn oorsprong vond in Pollenzo, kunt u bijna zeggen dat een slowfoodreis nooit compleet is zonder een bezoek aan de Banca del Vino. Ooit ontstond deze “wijnbank” als opslagplaats voor wijnen. Toen konden de boeren ernaartoe om hun producten in gereed geld om te zetten en zo hun hun gezin te kunnen blijven onderhouden. Vandaag is het echter één van de indrukwekkendste plekken in de Langhe, waar u de slowfoodproducenten zeer overzichtelijk aantreft en in één oogopslag alle informatie in beeld krijgt. Op een boogscheut van Pollenzo kunt u bovendien in Cherasco, een van de mooiste dorpjes van Langhe-Roero, Baci di Cherasco proeven bij Pasticceria Barbero. Wanneer u deze fondantchocolade met hazelnoten proeft in het historische negentiende-eeuwse decor is het meteen een soort teruggaan in de tijd. Vervolgens de handen uit de mouwen steken bij de lokale bakker en zelf de deeg uitrollen voor de grissini of zelf tajarin of agnolotti maken, dat kunt u beleven tijdens een pastaworkshop bij Per Tutti Gusti,

waar la mama en haar dochters met veel overgave de bereidingswijze demonstreren, maar ook het publiek zelf een handje laten bijsteken. Kazen proeven uit de Langhe is ten slotte zeker ook de moeite waard: Murazzano DOP, Robiola d’Alba, Raschera, Testun, Toma Piemontese, Tomino met passende confituurtjes, filetto met Barolo- of Barbaresco-smaak, u kunt zich moeilijk een betere manier voorstellen om van slowfood te genieten!

Tekst en foto’s: Karina Imschoot Karina verhuisde een goed jaar geleden definitief naar Italië. Ze is zaakvoerder van Made in Italy Travel. www.madeinitalytravel.com


TASTE ITALY

50

Reis la storia

Een Italiaans gezegde luidt: la pasta non aspetta, oftewel: de pasta wacht niet. Dat is geen mooi verwoorde uit­ drukking die een andere bedoeling moet blootleggen, maar de bittere waarheid. De pasta wacht niet; zodra spaghetti, farfalle of penne rigate per­ fect al dente zijn, moeten ze worden opgediend.


La pasta non aspetta Taaltradities in de Italiaanse keuken

T

e lang doorgekookte of afgekoelde pasta staat voor een Italiaan gelijk aan een halsmisdaad. Voor het eten van de perfecte pasta slaat men in Italië dan ook elke beleefdheidsvorm in de wind: zodra je een bord pasta onder je neus krijgt geschoven, begin je te eten. Op de rest van het gezelschap hoef je dus niet te wachten, dat zou een belediging zijn voor de kok… en voor de pasta. Maar pasta komt vaker spreekwoordelijk op tafel. Zo hebben wij het over ‘de kers op de taart’ als we bedoelen te zeggen dat iets zorgt voor de perfecte finishing touch, the icing on the cake zoals de Amerikanen zeggen. Italianen houden het hier bij hun nationale voedsel nummer één: pasta. Come il cacio sui maccheroni, zeggen ze, ‘zoals de kaas (cacio is een specifieke soort kaas, namelijk pecorino, schapenkaas, uit Rome) op de maccheroni’. Ook beroemde Italianen nemen graag pasta in de mond, zo getuigen de uitspraken van Sophia Loren en Federico Fellini. La Loren maakt geen geheim van haar afkomst als ze lang geleden een journalist toevertrouwd: ‘Everything you see I owe to pasta’ – een inmiddels gevleugelde uitspraak die de actrice altijd nog onderschrijft. Fellini maakte pasta net zo magisch als zijn films, dankzij zijn ‘Life is a combination of magic and pasta.’ Maar het is niet alleen pasta waarmee men de spreekwoordenboeken vult. Ook brood komt regelmatig op de plank. Een genereus, warmhartig iemand wordt in Italië beschreven als buono come il pane, zo goed als brood. Maar brood is nóg beter als men er hard voor gewerkt heeft: Pan di sudore, miglior sapore (‘brood van zweet is beter van smaak’). Van brood alleen kan men echter niet leven: non si vive di solo pane. Naast brood en pasta is een belangrijke rol in de Italiaanse keuken weggelegd voor il vino, de wijn. De spreekwoorden met wijn in de hoofdrol zijn dan ook talrijk. Een aantal van deze uitdrukkingen is ook bij ons bekend, maar als altijd zijn de Italianen ook hier heerlijk creatief. Zo zeggen zij: Nella botte piccola, c’è il vino buono. ‘In het kleine wijnvat vind je goede wijn,’ ofwel: de beste dingen komen in kleine hoeveelheden. Ook een mooie uitdrukking is: Non si può avere la botte

piena, e la moglie ubriaca. ‘Men kan niet zowel een vol wijnvat als een dronken vrouw hebben’ – een mooie manier om duidelijk te maken dat je in het leven niet alles kunt hebben. Ook de kwaliteit van de wijn is spreekwoordelijk vastgelegd. Amico e vino vogliono essere vecchi. ‘Vriend en wijn willen oud zijn.’ Oftewel: oude vrienden zijn, net als oude wijn, het best. Maar daar zetten de Italianen wel tegenover: Un buon vino, un buon uomo e una bella donna dura poco. ‘Een goede wijn, een goede man en een mooie vrouw duren slechts kort.’ Goede dingen zijn dus – ook in Italië – niet voor altijd. Nemen wij een appel om de dokter buiten de deur te houden, in Italië nemen ze hun toevlucht tot een dagelijkse dosis druivensap: due dita di vino e una pedata al medico. Twee vingers wijn per dag houden de dokter al ver van je bed. Een mooie uitdrukking is ook: L’acqua fa male e il vino fa cantare. ‘Water doet pijn, wijn doet zingen.’ Voor dit gezegde zijn er verschillende verklaringen. Het zou kunnen verwijzen naar vroeger tijden, toen het drinken van water nog gevaarlijk was en men het mengde met wijn om de negatieve invloeden van het vervuilde water te verminderen. Het kan echter ook verwijzen naar het feit dat men met een glaasje wijn op nu eenmaal net wat losser en gezelliger is dan met alleen water. Teveel wijn gedronken? Se il vino bevuto alla sera ti farà male, ribevilo al mattino dopo e ti farà da medicina. ‘Als de wijn die je ‘s avonds hebt gedronken pijn doet, drink dan de ochtend erna opnieuw wijn en het is als een medicijn.’ Drink dus bij een kater ’s ochtends gewoon weer een glaasje wijn en die hoofdpijn verdwijnt als sneeuw voor de zon. Eind goed, al goed – dat drukken de Italianen eveneens uit in eten. Tutto finisce a tarallucci e vino – alles eindigt met koekjes en wijn. Bijna alles althans, want ons spreekwoordelijke bezoek aan de Italiaanse keuken vervolgt zijn weg van de cantina, wijnkelder, naar de voorraadkast, waar de extra vergine olijfolie staat opgeslagen. Niet alleen wordt elk gerecht hiermee op smaak gebracht, het is ook een onmisbaar onderdeel in de Italiaanse taal. De eerste gaat nog samen met wijn: Olio nuovo, vino vecchio. ‘Nieuwe olie, oude wijn.’ De verklaring is even simpel als de uitdrukking zelf: olijfolie gebruik je het best als hij nog


TASTE ITALY

52

LINGUA

‘nieuw’ is, dus net is geperst. Wijn daarentegen moet in veel gevallen eerst rijpen en wordt vaak beter naarmate hij wat ‘ouder’ is. Wie moet kiezen tussen olie en wijn, heeft houvast aan het spreekwoord Mercante di vino, mercante poverino; mercante d’olio, mercante d’oro. ‘Wijnkoopman, arme koopman; oliekoopman, gouden koopman.’ Van oudsher heeft olijfolie namelijk al meer aanzien dan wijn. Als je olijfolie verkocht, beschikte je over meer goud – en was je dus veel rijker – dan als je wijn verkocht. Dat gaat niet helemaal meer op, al kan een mooie olijfolie nog altijd een mooi bedrag opleveren. De tijden van olio, ferro e sale mercanzia reale, ‘olie, ijzer en zout zijn koninklijke koopwaar’, zijn weliswaar voorbij, maar gewaardeerd is olie nog altijd. Men moet er wel wat moeite voor doen. Zoals met alles in de Italiaanse keuken moet je tijd en liefde investeren als je een mooi product wil maken. Mooi is in dit kader het spreekwoord Chi vuol fare invidia al suo vicino pianti l’olivo grosso e il fico piccolino. ‘Wie zijn buren jaloers wil maken, plant een grote olijfboom en een kleine vijgenboom.’ Een olijfboom die tal van takken heeft, zorgt namelijk voor meer en betere olijfolie – en dus voor jaloerse buren. Maar: la prima oliva è oro, la seconda argento, la terza non val niente. ‘De eerste olijfolie is goud, de tweede zilver, de derde is niets waard.’ Olijfolie van de eerste persing is de allerbeste, de tweede kan ermee door en wat er dan nog overblijft, is waardeloos. Denk nu niet door vandaag nog een olijfboom te planten goud in handen te hebben. Alle Italianen weten: vigna piantata da me, gelso da mio padre, olivo da mio nonno. ‘Een wijnrank geplant door mij, een moerbeiboom door mijn vader en een olijfboom door mijn opa.’ Olijfbomen leveren een betere oogst als ze al heel wat generaties meegaan. Het is dus wel een goede investering voor je kleinkinderen, maar zelf heb je er weinig meer aan. Gelukkig is een fles olijfolie wel altijd een goede investering, op welke leeftijd dan ook. Immers: dolori, olio dentro e olio fuori. ‘Heb je pijn? Olie binnen en olie buiten.’ Bij gezondheidsproblemen helpt olijfolie altijd, zowel van binnen (dus door het te gebruiken bij het bereiden van eten) als van buiten (bijvoorbeeld door het op je huid te smeren). Volgens een oud spreekwoord uit Umbrië is olijfolie goed voor spierpijn: smeer de pijnlijke plek in met olijfolie, masseer het goed in en de pijn verdwijnt als sneeuw voor de zon: ungi e frega, ogni male si dilegua. ‘Smeer je lichaam goed in, en elke pijn verdwijnt.’ Reken je echter niet meteen rijk en zorg dat je niet te inhalig wordt. De Italianen zeggen niet voor niets: chi vuol tutte l’ulive non ha tutto l’olio. ‘Wie alle olijven wil, heeft niet alle olie.’ Als je de olijven zo

lang aan de boom laat hangen tot ze allemaal rijp zijn, krijg je veel minder olijfolie – en ook van mindere kwaliteit. Kortom: je kunt niet alles hebben… Terug naar de keuken, want: olio, aceto, pepe e sale, sarebbe buono uno stivale. ‘Olijfolie, azijn, peper en zout, een laars zou er nog goed mee smaken.’ Zelfs dingen die je niet kunt eten worden meer dan smakelijk als je ze aanmaakt met smaakvolle ingrediënten als olijfolie, azijn, peper en zout. Want daar gaat het uiteindelijk natuurlijk om: genieten van al het lekkers dat je wordt voorgeschoteld in Italië. Van pasta die niet wacht tot olijfolie die alles lekker maakt. Daarbij hebben we aan een Italiaanse tafel één groot voordeel: a tavola non si invecchia. ‘Aan tafel word je niet ouder.’ Zo zorgen pasta, brood, wijn en olijfolie voor de eeuwige jeugd. Dat het daardoor altijd lekker druk is aan tafel, met verschillende generaties, mag de pret niet drukken. Immers: la cucina piccola fa la casa grande. ‘Een kleine keuken maakt het huis groot.’

Saskia Balmaekers (1980) studeerde Vrijetijdwetenschappen aan de Universiteit van Tilburg. Nu werkt ze als schrijver, journalist, redacteur en vertaler. In 2010 startte ze met het dagelijkse Italiëblog Ciaotutti.nl, waarvoor ze vaak in Italië is om de leukste, bijzonderste en lekkerste verhalen te ontdekken. Foto’s: 123rf.com


SPREZZATURA - FIRENZE

Schetsen en notities

Heerlijk, deze prachtige schetsen van Carine Cuypers uit haar boek “Sprezzatura – Firenze”, een schetsboek vol op locatie gemaakte schetsen, tekeningen en aquarellen van de prachtige kunststad Firenze. Dit voorbeeld laat je watertanden bij wat de rest van het boek te bieden heeft.

“Sprezzatura”

door Carine Cuypers

Meer info op www.caracarina.be. Of beter nog: bestel het aan onze speciale ledenprijs. Kijk achteraan in dit magazine bij onze ledenvoordelen!


TASTE ITALY

54

GASTRONOMIA

S.Pellegrino Cooking Cup in Venetië Belgische chef in de prijzen tijdens Italiaans culinair event

Vrijdag 13 juni laatstleden organiseerden de Italiaanse fijnproeversmerken Acqua Panna en S.Pellegrino het Young Chef of the Year 2014 Award-diner. Hierbij lieten tien internationale chefs van onder de der­ tig jaar de genodigden en de jury proeven van hun signature dish. De jury bestond uit internationaal gerenommeerde chefs die genoemd worden in de beroemde lijst The World’s 50 Best Restaurants. De wed­ strijd vindt plaats op de vooravond van de culinaire zeilrace annex kookwedstrijd S.Pellegrino Cooking Cup.

People’s Choice Award voor Troupins versie van “spek met ei”


De Russische chef Sergey Berezutskiy wist de jury te overtuigen met zijn gerecht van makreel met watermeloen, knapperige bietenrisotto en chechil, een soort kaas in draadvorm. Hij mag zich daarom Young Chef of the Year 2014 noemen. De Belgische deelnemer, Thomas Troupin van restaurant La Menuiserie in Waimes, haalde de tweede plaats bij de Young Chef of the Year Award. De Duitser Kirill Kinfelt (restaurant TrüffelSchwein) werd derde. De jury beoordeelde elk gerecht volgens vier criteria: presentatie, moeilijkheidsgraad, smaak en het serveren met bijpassende wijn én het juiste water. Concreet moesten de deelnemers verantwoorden waarom het gerecht nu precies samenging met Acqua Panna of S.Pellegrino.

People’s Choice Award voor België De genodigden van het diner, zo’n 180 vooraanstaande foodies en journalisten, mochten kiezen welk gerecht ze het lekkerst vonden. Thomas Troupin sleepte hierbij de People’s Choice Award in de wacht. Hij wist de smaakpapillen van de aanwezigen te beroeren met aardse smaken. Voor de gelegenheid maakte hij een bijzondere versie van ‘spek met eieren’, namelijk een eitje gegaard bij 63 °C met bruine boter, paddenstoelen, cream sherry en Colonnata-spek. Thomas Troupin was bijzonder opgetogen met deze twee onderscheidingen, die hem naar eigen zeggen onverwacht te beurt vielen. Hij drukte daarbij de wens uit de Belgische keuken te willen promoten én onze lokale producten internationaal bekend te maken. Dat deze award daartoe zal bijdragen, staat volgens Troupin vast. De aanwezige journalisten en bloggers kenden daarnaast voor het eerst de Critic’s Choice Award toe aan het gerecht van Ahmad Salameh uit Israël (King David Hotel).

Belgisch deelnemer Thomas Troupin

S. Pellegrino Cooking Cup - Inside the Cooking-race: Rusland wint Op zaterdag 14 juni was het dan tijd voor de S.Pellegrino Cooking Cup. In die tweedaagse zeilwedstrijd, georganiseerd in samenwerking met de historische Venetiaanse jachtclub Compagnia della Vela, nemen 41 boten het tegen elkaar op om in Venetië van het Lido naar het eiland San Giorgio te zeilen. Terwijl bovendeks de zeilers hun snelheid proberen te halen, bereiden benedendeks internationale chef-koks een indrukwekkende maaltijd. Dit jaar werd de zeilrace zelf gewonnen door de Mister X3-boot met chef Karen Boscolo Meneguolo van El Gato uit Chioggia. Voor het culinaire gedeelte konden de tien jonge chefs tijdens de race de Inside the Cooking-wedstrijd winnen, waarbij ze aan de vakjury hun gerecht moesten laten proeven dat ze hadden klaargemaakt op de boot. Winnaar hier was eens te meer de Russische chef Sergey Berezutskiy, die tijdens de regatta langoustines met artisjok bereidde, gerookt in beukenbast met courgette en tomaten.

Winnaar Sergey Berezutskiy uit Rusland

“Het was extreem moeilijk om tijdens de race te koken, maar ik ben enorm tevreden”, zo vertelt Sergey. “Ik hoop dat deze overwinning de Russische keuken wereldwijd een beetje bekender maakt en dat meer en meer mensen onze nationale gerechten zullen begrijpen en waarderen.” Steven Van Raemdonck Foto’s: S.Pellegrino


TASTE ITALY

56

Gastronomia

“We hebben er altijd naar gestreefd om andere gerechten dan de klassieke lasagne en spaghetti te bereiden.�


g Arlecchino, Hasselt

Arlecchino Ambassadeur van de Italiaanse keuken

Restaurant Arlecchino staat bij fijnproevers bekend om zijn nieuwe Italiaanse keuken. “Alles verloopt hier volgens de regels van de kunst”, zegt Felice Ottati. “Onze chef-kok werkt uitsluitend met correcte produc­ ten zoals extra vergine olijfolie.” In 1982 openden de broers Felice en Mario Ottati de deuren van Arlecchino. Zij legden zich oorspronkelijk toe op de nouvelle cuisine. Anderhalf jaar later schakelden de mijnwerkerszonen over naar de Italiaanse keuken. De naam Arlecchino was een knipoogje naar de pastelblauwe, harlekijnachtige stoffen hoezen voor de stoelen in het restaurant. “Onze cucina is doorheen de tijd voortdurend ­geëvolueerd”, vertelt Mario Ottati. “We hebben er altijd naar gestreefd om andere gerechten dan de klassieke lasagne en spaghetti te bereiden. In het begin was dat zeker niet vanzelfsprekend want in 1984 had niemand hier in de omstreken ooit van carpaccio gehoord, laat staan van gegrilde octopus. En cappuccino werd toen enkel nog met slagroom gedronken.”

Eigenzinnige koers “Arlecchino voert vernieuwing hoog in het vaandel”, vult Felice Ottati aan. “Wij hebben onze gasten in al die jaren de meest uiteenlopende Italiaanse smaken laten ontdekken. We leggen hen ook graag uit waarom we bepaalde gerechten op de kaart zetten. Het heeft zijn tijd nodig gehad, maar vandaag de dag zijn bijvoorbeeld aubergines, polenta en balsamico culinair gemeengoed.” Chef Mario hanteert van begin af aan duidelijke basisregels. “Je moet consequent zijn, kiezen voor kwaliteit en zelf je producten aankopen. Ik heb zeer veel respect voor goede producten. Het is belangrijk om naar de roots van je keuken te gaan en om eenvoudig en lekker te koken. Zo vind ik dat vis uitermate vers moet zijn. Bestel je in ons ristorante een pizza, dan wordt die geserveerd met verse champignons. Op de seizoenskaart staan verrassings-, degustatie- en pastamenu’s naast

vitello tonnato (carpaccio van kalfsvlees met een tonijnsausje) en polpette (gehaktballetjes) van kalf en worst met verse groentjes. Het brood dat wij op tafel serveren, bakken we zelf. En de cappuccino drink je hier met gestoomde melk.” Arlecchino vaart ook een eigenzinnige koers met zijn wijnkaart. “Ik schenk liever goede en betaalbare wijnen dan de grote namen. Daarom ben ik constant op zoek naar geschikte wijnen zoals die van Isola Augusta en Marramiero. Je klanten verrassen, daar draait het om”, aldus Felice.

Italiaanse cultuur Ook de Italiaanse gasten weten deze aanpak bijzonder te waarderen. Ze vinden het eten bij Arlecchino vaak correcter, eerlijker en beter verzorgd dan in hun eigen land. In 1998 ontvingen de broers de oorkonde voor ‘Beste Buitenlandse Ambassadeur van de Italiaanse keuken’ uit de handen van de toenmalige Italiaanse president Luigi Oscar Scalfaro. “Wij maken onze gasten vertrouwd met de Italiaanse cultuur”, legt Felice uit. “Als zij spaghetti of pasta met vlees vragen, vertel ik er altijd bij dat dit in Italië niet de gewoonte is.”

Trouw clientèle Het restaurant gaat prat op een heel trouw clientèle, mensen die er vanaf de eerste dag over de vloer komen. Hun kinderen en zelfs kleinkinderen hebben de weg naar Arlecchino intussen ook gevonden. “Wij zijn heel soepel en houden rekening met kleine dingen. Gasten die een voorkeurtafel hebben, kinderen die hier welkom zijn, vegetariërs die à la minute op een smakelijke maaltijd kunnen rekenen. Ik voel mij voldaan als ik zie dat de mensen hier goedgezind binnenkomen en ook opgewekt terug naar buiten gaan.”

Arlecchino, Minderbroederstraat 9 / 11 3500 Hasselt (België) T. 011 / 22 76 16 - www.arlecchino.be Openingsuren: 12:00 – 14:00 & 18:00 – 22:30 zaterdag. 18:00 – 22:30 dinsdag & woensdag gesloten


TASTE ITALY

58

Reis la storia

In de voetsporen van Sint Franciscus Rondrit in UmbriĂŤ


< Het middeleeuwse stadje Gubbio

W

ie Sint-Franciscus zegt, zegt Assisi en omgekeerd. Maar er is veel meer Franciscus onder de Italiaanse zon, dan je zou denken.

Omdat vader Bernardone regelmatig voor zaken naar Frankrijk trok, veranderde die de door moeder gegeven doopnaam, Giovanni, in ‘Francesco’ (Fransman). Na een losbandige jeugd, werd hij, Franciscus, getroffen door een ernstige ziekte, kwam hij tot inkeer en bracht hij zijn verdere leven in eenvoud en soberheid door. Op 3 oktober 1226 overleed hij in de buurt van Assisi en werd de dag later in Assisi begraven. Die dag is later uitgeroepen tot Werelddierendag. Wie Assisi bezoekt, zal uiteraard in de Basilica di San Francesco zijn graf bezoeken. Net zoals de rest van de stad, straalt deze basiliek eenvoud en schoonheid uit. Van de recente aardbevingen zijn amper nog sporen te zien. Ook de stad op zich is meer dan de moeite waard. Tijdens dit stadsbezoek kom je onvermijdelijk aan de kerk van Santa Chiara, volgelinge van Franciscus en stichtster van de clarissen. Zij stierf in 1253 in San Damiano, een heiligdom op twee kilometer van de Porta Nuova. Dit Santuario is eveneens een bezoek meer dan waard: het is een prachtige wandeling tussen eeuwenoude olijfbomen. De prachtige natuur was waarschijnlijk de inspiratie voor Franciscus om hier zijn Zonnelied te schrijven. Angelo Branduardi nam dit in het originele Umbrische dialect op, L’infinitamente piccolo, een niet te missen stukje muziek. In Porziuncola, een kapel op een kleine lap grond, overleed ‘il Poverello’ de ‘arme van Assisi’. Over deze kapel heen is de Basilica di Santa Maria degli Angeli gebouwd, de op één na grootste basiliek ter wereld. Het is maar de vraag of de heilige zoveel weelde en luxe gewenst heeft. In elk geval is het een onwaarschijnlijk schouwspel om midden in de basiliek de nietige kleine kapel intact te zien staan. Je kan trouwens dagelijks live via Internet de heilige mis volgen.

De processiegang in La Verna, met fresco’s uit het leven van Sint Franciscus.

Wie in de buurt reist, komt op diverse plaatsen waar Franciscus predikte. Een hoogst merkwaardige plek is La Verna. Je kan er nog de grot zien waar de heilige op de kale stenen sliep. Bovendien is dit de plek waar Franciscus zijn stigmata kreeg. Dat wordt al bijna 600 jaar lang elke dag herdacht door een samenzang in de kerk, gevolgd door een processie naar de kapel van de stigmata. Inderdaad, elke dag en met een dertigtal monniken die voorgaan is dit meer dan een aangrijpend en druk bezocht gebeuren. Maar er is natuurlijk meer dan alleen maar Franciscus en Clara in dit gebied. De regio tussen Arezzo en Assisi is nog niet platgelopen door toeristen en dat is een zegen. Ook al beweren meerdere ‘paese’ dat ze een van de mooiste en best bewaarde middeleeuwse plaatsen zijn, ze zijn bijna allemaal even mooi en fotogeniek. In de buurt van La Verna ligt Poppi. Gedomineerd door het gotische kasteel van de graven Guidi, ligt dit stadje waar je onder de portieken kan lopen als het te warm wordt, of als het onverhoopt zou regenen. In het kasteel vindt de reiziger zowaar een fresco van Botticelli en het beeld van een graaf, die volgens de legende nog steeds in het kasteel rondspookt.

Basiliek van Sint Franciscus, in ere hersteld na de aardbeving.


TASTE ITALY

1

60

VIAGGIO

Wil je nog verder terug in de tijd, dan is een bezoek aan Carsulae aan te bevelen. Dit Romeins dorp dat rond het jaar 0 uitgroeide tot een kleine stad, is in grote mate heropgegraven met respect voor de oorspronkelijke structuren. Loop je onder de boog van San Damiano over de Via Flaminia de stad in, dan zie je nog de karrensporen in de heirweg. Carsulae had reeds een waterleiding. Gebruik makend van het hoogteverschil werd het water uit de hoger gelegen cisternen naar elk afzonderlijk huis gebracht, en dit zonder enig pompsysteem. De stad werd om onbekende reden verlaten, mogelijks een grote aardbeving. Tot op vandaag is de site van Carsulae nog altijd een van de best bewaarde en mooiste van Italië.

2

In de buurt van Carsulae vind je Spoletium, het huidige Spoleto. Ook dit stadje is uw tijd meer dan waard. Uit de Romeinse periode stammen het theater en het helaas niet bezoekbare amfitheater, en in de 14de eeuw werd een enorm aquaduct aangelegd om de stad van drinkwater te voorzien. Spoleto is een van de vele mooie steden waar je heerlijk kan flaneren en af en toe genieten van een gelato of Italiaans drankje.

3

4

6

Om het bezoek aan de regio te vervolledigen, kan je een wandeling door Spello programmeren. Deze plaats is het etiket “een van de mooiste, …” meer dan waard. Middeleeuwser kan je je moeilijk voorstellen en zoals de talrijke andere dorpen en steden in de buurt, mooi onderhouden en uitnodigend voor een bezoek. Mooier dan bijvoorbeeld Bevagna, dat weliswaar het logo van “Gioiello d’Italia”, juweel van Italië, toebedeeld kreeg. Maar de overheerlijke lunch die we daar mochten genieten, maakte het allemaal weer goed. Umbrië telt nog veel van deze mooie plekken, denk onder andere aan Gubbio, waar je bovendien nog voor zeer betaalbare prijzen kan genieten van de cucina povera, de arme, maar o zo (h)eerlijke keuken. Umbrië mag letterlijk en figuurlijk naast Toscane geplaatst worden. Luc Bosmans

5

7

1. Karrensporen op de Via Flaminia in Carsulae 2. Tussen de olijfbomen naar het heiligdom van Clara 3. De ape, de “werkbij”, het vervoermiddel dat overal geraakt 4. Stilleven 5. Ieder zijn plaats in Bevagna 6. Spello, terug naar de middeleeuwen 7. De school is uit, kinderen verzamelen op het plein in Bevagna


Pirelli-kalender 50 jaar Voor de vijftigste keer kijkt iedereen weer reikhalzend uit naar de jaarlijkse Pirelli-kalender. Het is immers deel van het concept dat de kalender in het grootste geheim in mekaar wordt gestoken. Alleen al hierdoor krijgt deze kalender bovengemiddeld aandacht. Voor 2014 beperkte Pirelli zich tot “recyclage” van oudere foto’s, maar 2015 belooft een grand cru te worden. De foto’s voor de nieuwe uitgave zijn van de hand van Steven Meisel, die eerder bijvoorbeeld de cover van Madonna’s “Like a virgin” ontwierp. Hij werkt het liefst met modellen die vrouwelijke vormen hebben, niet met jongensachtige mannequins. Modellen die vermeld werden zijn o.a. Natalia Vodianova, Sasha Luss, Joan Smalls, Carolyn Murphy, Adriana Lima en Gigi Hadid. Nog even afwachten…

Herfstdegustatie

29 & 30

November 2014 bere.bene Italiaanse kwaliteitswijnen

Onze wijnbouwers zijn speciaal aanwezig om hun heerlijke kwaliteitswijnen te laten proeven.

Plaats: Chiro-lokaal, Boomlaarstraat 72 - Lier Van 12.00 tot 18.00uur - Inkom gratis Alle info op www.berebene.be


TASTE ITALY

62

LIBRI E MUSICA

b bevolking en henzelf. Ze geeft haar persoonlijke commentaar op de historische achtergrond met wereldoorlog en opkomst van het fascisme. Mocht “A Tuscan childhood” je bevallen, doe geen moeite om ander werk van deze auteur te zoeken: het is namelijk het enige werk op naam van Kinta Beevor. Ze moest wachten op publicatie tot in 1993, toen ze 82 was. Carinthia ‘Kinta’ stierf op 29 augustus 1995 in Canterbury.

HERLEZEN: “A Tuscan childhood”, Kinta Beevor

Nederlandse titel “Een jeugd in Toscane”, uitgeverij Pockethuis

Graag brengen we dit fijn en melancholisch werk, voor het eerst uitgegeven In 1993, opnieuw onder de aandacht van de lezer van Buonissimo. De auteur ervan, Kinta Beevor, werd geboren in het Britse Northbourne op 22 december 1911 als Carinthia Waterfield, dochter van schilder Aubrey Waterfield en auteur Lina Waterfield. Dit uniek en uitermate charmant tijdsdocument vertelt het verhaal van Kinta’s jeugd, die samen met haar broer John opgroeide in Fortezza della Brunella in het Noord-Toscaanse Aulla. Wij lazen de originele Engelse versie, maar het werk werd ook vertaald in het Nederlands. Wie het verhaal van Fortezza di Brunella wil kennen vanuit het standpunt van moeder Lina Waterfield, verwijzen we graag naar haar biografie “Castle in Italy” (1961). Onze voorkeur gaat uit naar het verhaal van haar dochter, omdat het geschreven is met het enthousiasme van een kind dat zijn jeugd herbeleeft. Het was dan ook niet alledaags om in die periode bohémien ouders te hebben. Haar vader werd al in 1896 verliefd op Fortezza di Brunella. Het gezin kocht het goed uiteindelijk in 1905. Beevor vertelt talloze verhalen die de levenswijze van de doorsnee Toscaan in die dagen zorgvuldig beschrijft. Dat er af en toe een Brits elitair tintje aan zit, wordt ruimschoots goedgemaakt door haar liefdevolle beschrijvingen van lokale karakters, gewoonten en maaltijden. Maak kennis met Vincente Ramponi, de lokale contadino maar ook met steenbewerker Fiore Pasquino, en zie de gerechten van Mariannina tot leven komen. Bij de familie komen ook beroemdheden over de vloer zoals Bernard Berenson en auteur D.H.Lawrence, en deze uitzonderlijke familiegelegenheden krijgen in het boek de nodige aandacht. Broer en zus zijn het meest enthousiast over de tuin bovenop het dak van het kasteel. Tussendoor krijg je van de auteur een mooi inzicht over de verschillen tussen de lokale

RECENSIE: “Italië. De schaduwkant van een zonovergoten land”, Ine Roox Eerder dit jaar verscheen dit boek van De Standaard-journaliste­Ine Roox (°1977). In dit boek geeft ze in vijftien hoofdstukken haar mening over evenveel aspecten van hedendaags Italië. Levert deze lectuur niet meteen spectaculaire ontboezemingen of onbekende feiten op, het is interessant om verschillende feiten, waarvan men het fijne niet (meer) weet, hier uitgediept te krijgen. Dat ze hierbij – ook letterlijk – geen heilige huisjes heel laat, is de grote verdienste van Roox’ werk. Alle clichés waarmee Italië geassocieerd wordt, passeren de revue: de alomtegenwoordige katholieke kerk, de maffia, mooie vrouwen, de Italiaanse emigratie naar België, de corruptie en de traag draaiende, slecht functionerende Italiaanse bureaucratie. In dit rijtje hoort natuurlijk ook een hoofdstuk over Silvio Berlusconi, waarbij de auteur probeert het voor ons onbegrijpelijke­vraagstuk te beantwoorden waarom deze aanfluiting van de democratie immens populair blijft en tot vandaag nog steeds niet politiek is afgeserveerd. Er blijft gelukkig ook nog wat plaats voor enkele hoopvolle berichten, al zijn deze duidelijk in de minderheid. Zo is er het verhaal rond de Italiaanse Slow Food beweging, of de wederopstanding van Sicilië dankzij de coöperatieven van Libera Terra. Schrijnend en soms schokkend neemt Roox je door minder gekende sites als de gigantische staalfabriek van Taranto helemaal in de hak van de laars, en waagt ze zich in Scampia, de Napolitaanse wijk die onvergetelijk in beeld werd gebracht in Gomorra, de film van Matteo Garrone uit 2008.


m Het moet gezegd: van dit boek wordt men niet meteen vrolijk. De romantische ziel, die zijn beeld van een perfect Italië met wijn, mooie vrouwen en Vespa’s wil behouden, raden we “De schaduwkant van een zonovergoten land” zeker niet aan. Het zou zijn of haar ideaalbeeld voorgoed een deuk geven. Daarvoor draait Roox net iets te veel het mes nog eens rond in de wonde. Wie daarentegen zijn hoofd niet permanent in het zand steekt, en uit is op een werk waarin een brok recente Italiaanse geschiedenis met de nodige diepgang wordt verteld, waarin bekende en minder bekende feiten aan mekaar worden geregen tot één aangenaam lezend verhaal, kunnen we dit boek warm aanbevelen. Ine Roox, “Italië. Schaduwkant van een zonovergoten land”, de Bezige Bij

OPGEMERKT: “Le quattro stagioni”, Jolande Burg en Erik Spaans Het koppel Spaans-Burg woont in Puglia, ons thema van twee edities geleden. Vanuit hun villa aldaar laten zij geregeld een kookboek op de Nederlandstalige bevolking los. Dit keer kozen ze voor een werk waarin recepten met brood en soep centraal staan. Soepen zijn in de Italiaanse keuken sterk aanwezig, en bieden het voordeel dat ze vaak een dag op voorhand kunnen gemaakt worden. Soep die een dagje tot rust is kunnen komen, is bovendien meestal lekkerder. Brood is een ander onmisbaar ingrediënt, en geef nu toe: wat is er heerlijker dan een huis waarin de geur van vers gebakken brood hangt? Om het boek een zo handig mogelijke tool te maken, werd het ingedeeld volgens de vier seizoenen. Dat stelt je in staat de beste seizoengroenten aan je soep toe te voegen. Jolande Burg staat in voor de recepten, terwijl haar man Erik Spaans de foto’s voor zijn rekening neemt. Bij elk recept is een wijntip voorzien en een QR code naar het volledige boodschappenlijstje dat je nodig hebt. Smakelijk!

OPGEMERKT: “Het zwart en het zilver”, Paolo Giordano

“Le quattro stagioni” van Jolande Burg en Erik Spaans, 208 pp, uitgeverij Edicola, € 24,95

Wie regelmatig een boek ter hand neemt, kent Paolo Giordano (Turijn, 1982) wellicht het best door zijn debuutroman “De eenzaamheid van de priemgetallen”. Het is weinig auteurs gegeven een debuutroman neer te zetten die verschijnt in meer dan veertig landen en die de prijzen aan mekaar rijgt, waaronder de Premio Strega en de Premio Campiello Opera Prima. In 2013 verscheen zijn tweede roman “Het menselijk lichaam”. Het boek vertelt het verhaal van Nora, die tijdens de laatste maanden van haar zwangerschap door medische complicaties aan bed gekluisterd raakt. Het koppel neemt mevrouw A. in dienst om Nora te verzorgen en haar te helpen met het huishouden. Na de geboorte van hun zoontje blijft ze om voor hem te zorgen als de ouders werken. Mevrouw A. is dan al veel meer geworden dan louter de huishoudster. Zij is het die in stilte al hun onzekerheden opvangt en de bewaakster van hun relatie wordt. Als zij onverwacht door een ziekte overlijdt, valt er een diep gat. “Het zwart en het zilver” van Paolo Giordano. Oorspronkelijke titel: Il nero e l’argento

MUZIEK: “Sempre avanti”, Giacomo Lariccia

Vertaling: Mieke Geuzebroek en Pietha de Voogd. 160 pagina’s, uitgeverij De Bezige Bij, € 16,90

De Italiaanse singer-songwriter Giacomo Lariccia verovert met zijn muziek al geruime tijd de wereld vanuit Brussel. Liftend trok hij door ons continent, om hier halt te houden. Hij studeert af aan het conservatorium als jazz­gitarist. Een eerste CD is nog duidelijk jazzgetint. Later legt hij zich toe op het schrijven van songs, waarbij de tekst centraal staat. Daarvoor grijpt hij terug naar zijn moedertaal, het Italiaans. Zo brengt hij “Colpo di sole” uit, die hem een aantal prijzen oplevert. Zijn recentste, verschenen sinds 20 februari dit jaar, heet “Sempre avanti”, en bevat 13 portretten van het hedendaagse Europa. “Sempre avanti”, Giacomo Lariccia. Meer info op www.giacomolariccia.com Steven Van Raemdonck


TASTE ITALY

64


©

UW MENING OVER ONS MAGAZINE Alles kan natuurlijk altijd beter. Daarom vragen wij u, lezer van Buonissimo, om uw hulp. Laat ons via email of facebook weten wat u van ons magazine vindt. Sinds kort hebben wij op onze facebook een module toegevoegd waarmee u uw mening kan geven over Buonissimo. Gewoon surfen naar www.facebook.com/passionegusto en rechts onder de omslagfoto vindt u het blokje recensies. U kunt hierin een tekstje kwijt en klikken op het aantal sterren dat u ons waard vindt. Dank alvast voor uw hulp.

Ge zo cht

NETWERKAVOND TASTE ITALY@... Een Taste Italy netwerkavond wordt opgezet met een driedubbel doel rond kennismaking. Ten eerste brengt het mensen samen die eenzelfde passie delen voor Italie. Daarnaast is het een uitstekende manier om mensen te laten kennismaken met een restaurant en zijn keuken waarmee ze voorheen nooit zijn in contact gekomen. Tenslotte is het de uitgelezen manier om lid te worden van Taste Italy, want op zo’n netwerkavond zijn er altijd wel leuke extra’s. Kent u een Italiaans restaurant waarvan u denkt dat het meer dan waard is om ontdekt te worden door meer mensen? Of hebt u zelf een restaurant waarmee u zo’n avond wil organiseren? Laat het ons weten via info@taste-italy.be.

Taste Italy vzw is steeds op zoek naar: • Mensen met passie voor Italië die een scherpe pen hebben en met kennis van zaken over Italië kunnen schrijven. • Handelaars die ons magazine Buonissimo mee willen helpen verspreiden. • Restauranthouders die graag met ons een netwerkavond inrichten. • Al wie een passie heeft voor Italië en met Taste Italy een samenwerking wil opzetten Kortom, “Tutto Italia”, alles wat interessant is om te melden in het magazine Buonissimo. Aarzel niet en neem contact met ons op: info@taste-italy.be of +32 (0) 495 30 19 92

Wij nemen spoedig contact op. ©


TASTE ITALY

66

VIAGGIO

ONGEREPT EN AUTHENTIEK Welkom in de “Alto Mugello”

I

k had er al van gehoord terwijl ik in Emilia Romagna woonde en werkte. Sterker nog, zo nu en dan kwam ik er wel eens. In Marradi bijvoorbeeld, tijdens de “sagra dei marroni”, een dorpsfeest. Toen leerde ik een hoteleigenaar kennen uit het dorpje Palazzuolo sul Senio, het pareltje van dit gebied. Hij nam me wel eens mee naar andere dorpjes zoals Firenzuola waar we een keer heerlijk in de bergen hebben gegeten. Ik wist wel dat deze drie gemeenten iets speciaals hadden en dat merkte ik aan alles; de lokale gerechten en producten, het accent, de gebouwen, het landschap. De drie dorpjes die de Alto Mugello uitmaken, Firenzuola, Palazzuolo sul Senio en Marradi, zijn op hun beurt onderdeel van de Mugello. Door hun ligging in Toscane maar vlakbij de grens met Emilia Romagna, zijn deze gemeenten half toscani en half romagnoli, vandaar de historische naam “la Romagna – Toscana”. De Mugello is het gebied ten noord-oosten van Firenze. Het bestaat uit twee delen, het lagere deel met hoofdplaats Borgo San Lorenzo, en het hogere deel, de “Alto Mugello”, over de Apennijnen in de richting van de regio Emilia Romagna. De oversteek van het ene naar het andere deel is prachtig, werkelijk adembenemend: al die kronkelweggetjes over de hoge passen die bijna 1.000 meter bereiken. De Alto Mugello kan je dus vanuit twee richtingen benaderen, vanuit het westen (richting Firenze) maar ook vanuit het oosten, vanuit Emilia Romagna en met name het deel “Romagna”.

De Mugello en zeker de “Alto Mugello” is een gebied rijk aan geschiedenis. De Etrusken en de Romeinen beschouwden dit gebied al als strategisch belangrijk. De De’ Medici kwamen er immers ook oorspronkelijk vandaan, zoals ook Giotto en Beato Angelico er geboren zijn. Maar het interessantste is dat dit gebied nog betrekkelijk puur en ongeschonden is, terwijl er veel te doen is. Je kunt een zeer interessante en rustgevende vakantie doorbrengen zonder hordes toeristen tegen te komen, zoals vaak het geval is in andere delen van Toscane. De Mugello is niet ver gelegen van Firenze en andere beroemde gebieden in Toscane zoals de Chianti en steden als Siena, San Gimignano, Arezzo, Lucca en Pisa. Wie ook wat anders wil dan Toscane, kan vanuit de “Alto Mugello” naar interessante steden en dorpjes in Emilia Romagna. Zo zijn Bologna, Ravenna, de badplaats Cervia en de kleine stadjes dorpjes zoals Faenza en Brisighella goed bereikbaar.


De Mugello wordt door velen beschouwd als de landbouwschuur van Toscana, een productiegebied met echte boeren, en niet alleen grootgrondbezitters en wijnproducenten zoals in de andere beroemde delen van Toscana. Wist je dat een deel van de “Chianti Rufina” in de Mugello ligt? Deze rijkdom aan landbouw heeft er voor gezorgd dat de natuur ongerept en ongeschonden is, van de glooiende heuvels met de vruchtbare landbouwgronden tot de bergen met bossen en zelfs wouden, zeker als je de Apennijnen oversteekt. Zo ook een rijdom aan flora en fauna hoog in de Apennijnen, waar zelfs opnieuw wolven werden gesignaleerd. Een ideaal gebied kortom voor een vakantie voor elk natuur- en sportliefhebbers, gecombineerd met alle culturele en gastronomische rijkdommen die Toscane te bieden heeft. De sportliefhebber komt in de gehele Mugellostreek aan zijn trekken: wandelen, trekking, racefietsen, mountainbiken, paardrijden, sportvissen, bergbeklimmen en maar ook golf. Wist je dat één van de mooiste en beroemdste golfbanen van Italië in de Mugello is gelegen? Zelfs voor liefhebbers van een meer luidruchtige variant van sport heeft deze streek iets unieks te bieden: het Mugello circuit, gebouwd en uitgebaat door Ferrari, waar elk jaar de motor GP wordt gehouden en waar een testbaan is voor raceauto’s. Houd je van lekker eten? Dan ben je waarschijnlijk al vaak met de Mugello in contact geweest, zonder het te beseffen. Immers, wat de Mugello wereldberoemd heeft gemaakt, en wat bijna niemand weet, is

dat je met het bekende bronwater Acqua Panna mineraalwater drinkt uit de Mugello. Een vaste afspraak, zeker als u vaak Italiaans gaat eten. Firenzuola in de Alto Mugello is beroemd voor de pietraserena, de zachte goudgeel gekleurde steensoort. Deze wordt overal in Toscane en in gans Italië gebruikt voor piazza’s, gebouwen en monumenten. De laatste tijd exporteert men deze steen wereldwijd. Zo gebruikte een bekend computergigant pietraserena voor hun kantoren en showrooms. Palazzuolo sul Senio werd in het verleden genomineerd als “villaggio ideale d’Italia”, een heus dorpje waar men van het rustige Italiaanse leventje kunt genieten. Marradi is bekend om zijn kastanjes, waarvan de productie zo belangrijk geworden is dat men dit product exporteert o.a. naar Frankrijk voor de productie van marron glacé, een Zuid-Franse zoete lekkernij. In deze drie plaatsen beschikt de reiziger over een ruime keuze aan verblijfsaccommodaties: agriturismi, relais, campings, goed ingerichte berghutten voor de wandelaars, charmehotels, een albergo diffuso, villa’s, appartementen tot zelfs een vakantiepark met kleine huisjes.

James Hobson www.mugellotoscana.com www.mugelloinbike.it


TASTE ITALY

68

Reis la storia

Forte Village Resort, Sardinië Vijfenvijftig hectaren tropisch vakantieparadijs Langs de zuidkust van Sardinië, op veertig kilometer van de hoofdstad Cagliari, ligt Forte Village, een vakantieresort dat een heuse wereld op zich is. Buonissimo kreeg een exclusieve inkijk in ­­­dit stukje paradijs. Accommodatie In deze streek heerst een microklimaat omdat de kust door een bergketen beschermd wordt tegen de noorderwinden. Daardoor schijnt de zon er meer dan 300 dagen en ligt de temperatuur gemiddeld 3 à 4 graden hoger dan elders: een ideale plek voor een vakantieresort! Acht verschillende hotels met 4 en 5 sterren. Suites gelegen aan het strand. Vakantiehuizen met privé-zwembad. Liefst eenentwintig (21!) restaurants waarvan één met Michelinster, 7 bars, 10 grote zeewater- en zoetwaterzwembaden. Clubs voor kinderen en mogelijkheid voor groot en klein om alle sporten te beoefenen. Dit alles te midden van een tropische tuin en in goede banen geleid door een staf van 1000 personen. Dat is Forte Village in een notendop. Rond de ‘Piazza Maria Luigia’ - een centraal plein met groot podium waar regelmatig bekende artiesten optreden - liggen tal van winkeltjes. Namen als de Lungomare bar, Blue Moon Lounge zeggen voldoende en doen dromen van lekkere cocktails in de zwoele avondwind. ’s Avonds wordt er gedanst tot in de late uurtjes zonder de omwonenden te storen.

Thalasso Het thalassotherapiecentrum omvat zes warme zeewaterzwembaden met verschillende temperatuur en zoutconcentratie. Het begint met zeewater van 38°C en een zoutgehalte hoger dan de Dode Zee, dat aanvoelt als een oliebad, en eindigt met een rond zwembad met waterval en zeewater van 24° C. Sauna’s, Turkse baden, techno-gym met persoonlijke trainer, massage met zeeolie, aloë vera en modderbaden verjagen het laatste restje stress uit je lijf. Uiteraard is er een schoonheidssalon met aansluitend restaurant en bar.


Kinderen Een goede familievakantie houdt voldoende rekening met de kinderen. Forte Village biedt een miniclub met babyopvang vanaf 0 jaar. Van het ontbijt tot het slapengaan staan gediplomeerde begeleiders klaar om kinderen tot 12 jaar de nodige actie te bezorgen. Twee kinderzwembaden bieden waterpret. In diverse workshops leren ze pizza en cakes bakken, dansen, schilderen, beeldhouwen tot zelfs al spelend Engelse les... Voor meisjes is er een barbiehuis met een levensechte Barbie (die laatste ook voor papa …). In de sportacademie kunnen alle mogelijke disciplines gevolgd worden, bijgestaan door professionals. Voor het voetbal, bijvoorbeeld, worden de kinderen begeleid door coaches van Chelsea Football Club. Nog meer entertainment bieden de bowlingbanen, het kartingcircuit, trampolines en tennisbanen. Men zou bijna vergeten dat er ook het strand is met zijn kristalhelder water.

Reisplannen Is dit resort haalbaar voor uw portemonnee? Het spreekt voor zich dat de kwaliteit, service en exclusiviteit die geboden wordt in Forte Village zijn prijskaartje heeft. Alles hangt af van het budget dat u wenst te besteden aan uw vakantie, en in hoeverre u gepamperd wilt worden van begin tot einde. Dat het alleszins een droom van een verblijf is, hebben wij aan den lijve mogen ondervinden…

Tekst en foto’s: Dirk Huijbrechts www.emozioni.be, www.fortevillageresort.com


TASTE ITALY

70

Reis la storia

OP STAP HAND IN HAND MET … DE ETRUSKEN

Fresco Phersu, Tarquinia. Bron: wikicommons.org

Via Cava of “holle weg”, Savona


H

oe meer men rondtoert in il Belpaese, hoe vaker men ze tegenkomt, die oude Etrusken. De ferventste liefhebbers van Toscane kennen ze al. Maar ook als men doorheen Lazio en Umbrië reist, is het helemaal niet moeilijk getuigenissen van dit bijzonder volk te vinden. Sommigen zullen misschien ook buiten deze kerngebieden Etrusken zijn tegengekomen. Vaak denkt men, nog een graftombe, of nog een museum, of botst men op hun naam in één of andere reisgids. In vele gevallen worden de Etrusken vermeld in het kader van oude Grieken of oude Romeinen. Dan denken we, allemaal één pot nat, oude resten van een ferm volk dat leefde in lang vervlogen tijden.

volk voor vandaag ferm overdreven wordt. Maar maken we samen in onze gedachten een rondreis met start in Firenze, schitterend gelegen in een kom van licht en glorie, omgord door zoetrollende heuvels en machtige Apennijnentoppen. Harmonie zindert doorheen de lucht op het ritme van de reflecties van de Arno. Bijna geen kat bezoekt het Nationale Archeologische Museum van Firenze. Een aanrader nochtans. Massa’s prachtige voorwerpen, gevonden in Etruskische graven, liggen hier te wachten op bewonderende ogen. Van bronzen beelden en voorwerpen tot overvolle zalen met urnes en sarkofagen in alle maten en gewichten. Of trek misschien eens naar Fiesole met Romeinse resten gebouwd bovenop een Etruskisch Fiesole. En waarom niet, trek over En toch. Als de Etrusken verdwenen leken te zijn in de mist der tijden, de Apennijnen heen en kom terecht in Bologna. Bologna? Een unidan is het fantastisch hoe op de verrassendste plaatsen unieke getuige- versitaire stad blakend van gezondheid en levendigheid in een uniek nissen terug te vinden zijn. Dan loont het de middeleeuws decor, congres- en beursmoeite zich even af te vragen: wie waren die stad bij uitstek. Etrusken? Jawel. Vlakmensen, wat deden ze hier, hoe leefden ze? bij de basiliek van San Petronio en in Een hoogstaande economische, Geleidelijk aan ontrafelt er zich een netwerk de schaduw van de Piazza Maggiore een sociale, industriële samenle­ van een hoogstaande economische, sociale, schijnbaar bijna doods museum gewijd ving ligt aan de basis van wat industriële samenleving die aan de basis ligt aan archeologie. Linken naar Etrusken van wat vandaag Toscane en Italië is. en naar Villanova in overvloed. vandaag Toscane en Italië is. Dat hun kernland tussen Arno en Tiber ligt, is ondertussen algemeen gekend. Toscane was omzeggens volledig Etruskisch. De naam Toscane is trouwens afgeleid van het volk van de Tusci, of omgezet in het huidige Italiaans, de Etruschi. Nauwer dan dit kan de band tussen de huidige inwoner van Toscane en een Etrusk niet zijn.

In de Renaissance en de nieuwe tijden, precies in het hart van oud Etruskenland, namelijk in het Firenze van de Medici, groeide niet alleen de nieuwsgierigheid naar de Grieks-Romeinse oudheid als model voor een moderndenkende samenleving, maar ook voor de Etrusken. Op die manier ontstond de wetenschap van de Etruscologie logischerwijze in het Toscane van de Medici. Immers, Toscane kon zo ten opzichte van het pauselijke Rome van de 16de eeuw laten merken dat hun Etruskische beschaving én de Toscaanse cultuur ouder was dan die van Rome: een kwestie van prestige. Met onze westerse rationaliteit zouden wij al eens durven denken dat het belang van zo’n oud

Misschien een beetje schouderophalend wandelt men langs oude vitrinekasten, charmant op zich, volgestouwd met massa’s steenoude urnes en bronzen voorwerpen, van emmers over zwaarden tot ornamentele bedekkingen, scheermessen, helmen enz. Wat is hier aan de hand? Bologna was inderdaad een Etruskische stad en heette Felsina. Deze nederzetting was niet uit het niets gegroeid. Dit bewees een spectaculaire ontdekking in


TASTE ITALY

72

Reis la storia

1

2

1. Tomba dei Giocolieri, Monterozzi, Tarquinia. Bron: wikicommons.org 2. Porta Marzia, Perugia 3. Tumulus, Populonia. Foto:Roberto Zanasi. Licensed under Public domain via Wikimedia Commons

3

een wijk nabij Bologna met de naam Villanova. In een voor-Etruskische necropool vond men bijzondere rijke en oude grafvondsten terug. Vervolgens merkten de wetenschappers op dat op andere plaatsen in Italië gelijkaardige vondsten werden gedaan, gelijkaardige voorwerpen in gelijkaardige graven. Al deze vondsten en begraafplaatsen gingen terug tot de 10de , 9de, 8ste eeuw v.C. Het komt niet echt op een eeuwtje aan. Geschiedenis is begrijpen, geen eeuwtjes tellen. Hoe dan ook, deze vondsten zijn getuigenissen van een volk zonder naam dat we de voorlopers van de Etrusken mogen beschouwen. Om dit soort produkten te kunnen vervaardigen, op grote schaal en via een gelijkaardig organisatorisch systeem op uiteenlopende plaatsen in Italië, moet je beschikken over een vooruitstrevende maatschappij met goede inzichten en met goede contacten onderling. Hier ligt de ware aanzet tot de grote Etruskische beschaving. We mogen immers niet vergeten dat we de Villanova-getuigenissen niet alleen in het noorden, in Toscane, Umbrië en Lazio terugvinden maar ook in het zuiden zoals rond Napels te Pontecagnano en Capua. Vanaf de 7de eeuw v.C. spreken we over Etrusken. Ze leven en wonen op de plaatsen van hun Villanova-voorgangers maar hebben schijnbaar een reuzenstap vooruit gezet. Hun steden en dorpen liggen vaak op een dominante, hoge positie met een ver en prachtig uitzicht. Ze zijn voorzien van indrukwekkende stadsmuren, straten en huizen. Helaas, doordat de moderne wooncentra, ontstaan vanaf de middeleeuwen, op dezelfde heuveltoppen gebouwd werden, maakt dat opzoekingen naar de Etruskische steden bijzonder moeilijk. Maar... de Etrusken geloofden in het hiernamaals en deden zoals de oude Egyptenaren. Ze namen hun hebben en houden mee in hun graf, dat hun woonhuis was na de dood.

De grafkamerconstructie legde letterlijk de link naar het leven op aarde. De rijkdommen die via opgravingen te voorschijn kwamen en komen, zijn duizelingwekkend. Vandaar, een bezoek aan schijnbaar doodse musea, is steeds meer dan de moeite waard. Geraffineerde voorwerpen zoals keramiek, vaatwerk en gouden juwelen waarbij de meest hoogstaande technieken van filigraan en granulatie werden gebruikt, zijn oogverblindend mooi. Dat doet nieuwe vragen rijzen, zoals: hoe geraakten ze aan al die rijkdommen? Waren de Etrusken onderdanen van een machtige staat met legers? Het antwoord is verrassend genoeg: neen. De Etrusken leefden elk in een soort stadstaat, die via een liga met elkaar verbonden waren. Daardoor had elke stadstaat zijn eigen kenmerken qua kunst, cultuur en manier van begraven. De eigenheid van de inwoners van deze Etruskische steden ontstond vaak door de aard van materiële omstandigheden die de mensen omringden en te maken hadden met aanwezige bodemschatten, materialen en dergelijke. De indrukwekkendste necropolen vindt men terug in het Noorden van Lazio, met de sites van Tarquinia en Cerveteri. Deze bijzondere machtige steden hadden werkelijk dodensteden. En wat zo fantastisch is: elk op hun manier. In Tarquinia hakte men de graven in de ondergrond uit en versierde men ze met unieke fresco’s, de oudste van het Italiaanse schiereiland van voor de komst van de Romeinen. De kleuren, de elegantie, de rust en harmonie van deze schilderingen zijn van het hoogste niveau. Cerveteri daarentegen is letterlijk een dodenstad. Er zijn straten en passages met een onwezenlijk aantal tumulussen. De tumulussen zijn grafheuvels waarop vaak cypressen werden aangeplant. Dromossen,


toegangscorridors, leiden naar de ruimten onder de grafheuvel. De grafkamers zijn meestal uit de tufrots gehakt en bootsen perfect de huizen na. Men kan ligbedden en zetels bijzonder goed herkennen. Ook het plafond is vaak zo gemaakt zodat men het dakgebinte erin kan herkennen. In steen dus. Maar Tarquinia en Cerveteri zijn niet de enige getuigenissen van indrukwekkende begraafplaatsen. Ook in Orvieto, Umbrië bevindt zich een mooie dodenstad waar de grafkamers aangebracht zijn langs een soort trapstraten in de vorm van rijwoningen. Als men naar het zuiden van Toscane trekt, komt men terecht in de fantastische wereld van de tufsteen. Tufsteen is een resultaat van oude vulkanische systemen. De Monte Amiata is trouwens een van de meest fantastische dode vulkanen van Italië, en heeft iets van de Vesuvius maar is dus nu vooral een berg. Dat er onder de Monte Amiata nog leven zit, is wel duidelijk. Dit uit zich in de talrijke thermale zwavelbronnen die zich in dit gedeelte van Toscane nog steeds bevinden. Het uitzicht van dorpjes en stadjes is beïnvloed door het overmatige gebruik van tufsteen. Pienza, Pitigliano, Sovana zijn een paar voorbeelden van schitterende stadjes opgetrokken uit tufsteen. Tufsteen heeft het voordeel dat het gemakkelijk uit te hakken is en eens aan het oppervlak wordt het hard. De Etrusken wisten dit al en hakten hun dodensteden uit in de wanden ervan. Een bezoek aan de necropolen van Sovana is waarlijk fantastisch. Het is alsof de bezoeker zelf nog ontdekt, temidden van een weelderige, wilde natuur. Graven met resten van reliëfs verschijnen achter bomen en struikgewas. Net als de mysterieuze holle wegen, de zogenaamde vie cave. Een via cava is een weg gehakt doorheen de rotswand, een soort tunnel maar zonder dak. Het doel van deze routes is voor de wetenschappers nog steeds een mysterie. In ieder geval zijn het uitmuntende getuigenissen van een beschaving die tot enorm veel in staat was op technologisch vlak en allemaal zonder computers, gps of elektriciteit. Als men nog meer verstomd wilt staan van het kunnen van de Etrusken, trekt men naar de Tyrrheense Zee, het kustgebied van Toscane, ook bekend onder de naam van de Maremma. De lokale provinciehoofstad is Grosseto, een stadje met Toscaanse trekjes maar terzelfdertijd wat in de hoek gestopt, wat vergeten, wat verarmd, tenminste ten opzichte van glorierijke Toscaanse steden als Firenze, Siena of Lucca. De Maremma is schitterend en verrassend. Er liggen parels van Etruskische sites zoals te Roselle, Vetulonia, Populonia. Dit waren ooit superrijke Etruskische steden, groot in oppervlak, met uitgebreide necropolen. De vondsten getuigen van enorme rijkdom, maar ook van een buitengewone vlijtigheid. Het gebied beschikte over ware bodemschatten: mineralen en metalen. Daarnaast groeiden op de hellingen bijzon-

Tomba Ildebranda, Sovana

dere goede boomsoorten, nuttig voor de houtbewerking. Het aanwezige water in riviertjes zorgde voor de verbinding van de ontginningsgebieden naar de zee. Daar waren kundig aangelegde havens met schepen die zowel basismaterialen als afgewerkte produkten importeerden en exporteerden. Als men vanuit het zuiden langs de Via Aurelia richting Piombino rijdt, verschijnt plots heel majestueus het eiland Elba vlak voor je neus. Elba kennen we als ballingsoord van Napoleon maar was vooral belangrijk omwille van de aanwezige ertsen, specifiek ijzerertsen. De Etrusken hadden hierop het monopolie. De stille getuigen van oude mijnbouw, ontginningen van mineralen en bodemrijkdommen zijn nog steeds overal te zien als fiere littekens in een prachtig landschap, op Elba maar ook op het Toscaanse vasteland van de Maremma. Steeds meer krijgen we een concreter beeld van wie die Etrusken nu eigenlijk waren. Bijzonder moderne mensen die hielden van het leven, die geen kerken maar geraffineerde graven lieten bouwen, die bouwden voor de eeuwigheid, die hard werkten en voor een superverfijnde maatschappij gezorgd hebben gebaseerd op industrie, vlijtigheid en sociale vooruitgang. Met enorme netwerken met de steden of staten van hun tijdgenoten die al even rijk, machtig en vooruitstrevend waren. Dan verwijzen we naar de Griekse stadstaten en het rijk van Karthago wiens macht zich uitstrekte vanaf Noord-Afrika tot op Sicilië, Spanje en Sardinië. Een Middellandse Zeecultuur die 2500 jaar terug de basis gelegd heeft voor ons eigen welzijn en onze westers manier van denken.

Catherine Duprès, historica www.linguacultura.be


TASTE ITALY

74

Gastronomia

“De gerechten zijn seizoens­ gebonden en veranderen maande­ lijks. De inspiratie voor hun keuken halen ze uit de plaatselijke Siciliaanse gerechten.”


g Pane e Vino, Aalst

Maurice en Regine De Vos Van den Steen Passie leidt tot Italiaanse nationaliteit

Het verhaal van Pane e Vino begint zo’n twintig jaar geleden. Toen kreeg Maurice De Vos, bakker van beroep, te horen dat hij diabeet was en dringend gezonder moest gaan eten. Bijna gelijktijdig gingen hij en zijn gezin voor het eerst op vakantie naar Sicilië. Meteen het begin van een intense liefde voor het eiland. In zoverre dat het koppel zich tot Italiaan liet naturaliseren. Vanaf hun eerste kennismaking met Sicilië werden Regine en Maurice verrast door de kwaliteit van de wijnen. Toen hij een plaatselijke sommelier leerde kennen, begon hij er zich intensief in te verdiepen. Dit leidde in 2002 tot de start van een heuse enoteca in de De Ridderstraat in thuisbasis Aalst. Aanvankelijk was Pane e Vino een pure wijnbar met kleine hapjes, maar op algemeen verzoek volgde er na een paar maanden al een gevoelige uitbreiding van de kaart. Zo begon men bijvoorbeeld met vier bruschetti, vandaag telt de kaart er zestien. Regine en Maurice hanteren geen menu: het is en blijft een enoteca. De gerechten zijn seizoensgebonden en veranderen maandelijks. Alles is raadpleegbaar op hun website. De inspiratie voor hun keuken halen ze uit de plaatselijke Siciliaanse gerechten. Ondertussen hebben zij een eigen huisje in Sicilië en proberen er zoveel mogelijk te verblijven. De buren zijn vrienden geworden en als ze ter plaatse zijn wordt er dagelijks gekokkereld. De resultaten komen later op het bord in Pane e Vino. Regine bedenkt de menu’s en bereidt ze voor, Maurice voert ze uit in de open keuken van de zaak. Hun verblijven op Sicilië worden uiteraard gekruid met dagelijkse bezoeken aan plaatselijke wijnhandelaars. Alle wijnen worden persoonlijk geproefd en rechtstreeks ingevoerd. Deze worden niet alleen geschonken in hun zaak, men kan ze ook meenemen aan handelsprijzen. Sinds 3 augustus is Pane e Vino ondergebracht in de gebouwen van de voormalige bakkerij die Maurice tot 1 januari van dit jaar samen met zijn broer uitbaatte. Pane e Vino zit alle dagen afgeladen vol met klanten die van heinde en verre komen. Bijna iedere avond ontvangt het koppel klanten die voor de eerste maal langskomen. Regine en Maurice hopen hun verhaal nog minstens tien jaar verder te zetten met dezelfde passie als de voorbije twaalf jaar.

Pane e Vino Enoteca - Gentsestraat 147 - 9300 Aalst Tel. 0475 66 17 28 - www.panevino1.wix.com Open van woensdag tot zaterdag vanaf 18.30 uur


TASTE ITALY

76

stilE di vita

p

Nieuwe pasta van Delverde De pasta Delverde speelt sterk in op de stijgende vraag naar authenticiteit en kwaliteit. Het Italiaanse pastamerk werd in 1967 opgericht in Fara San Martino in de Centrale Apennijnen in de regio Abruzzo. Hier vonden de oprichters de beste omstandigheden voor hun pastaproductie, temidden van de ongerepte natuur. Bij het koken met Delverde pasta moet men, zoals het hoort, zijn tijd nemen. De pasta moet iets langer doorkoken dan andere pasta’s, maar het resultaat is er helemaal naar. Sinds kort vind je Delverde ook bij ons in de winkel.

Archetypisch wijnrek Speciaal voor de ware wijnliefhebber ontwierp Giulio Iacchetti voor Alessi een collectie wijnaccessoires, Noè, en verwijst hiermee naar de Bijbelse patriarch Noach. In het elegante wijnrek van Noè bewaar je op de juiste manier jouw godendrank. Het rek, dat lijkt op een omgekeerde druiventros, is gemaakt van thermoplastisch hars en biedt plaats aan zes flessen. Dankzij het modulair systeem kies je voor één elegant rekje op tafel, of een heuse wand wijnflessen. Kies uit druivenrood, roetzwart of roomwit. Richtprijs wijnrek Noè van Alessi: € 60.

Champagne-kraker In dezelfde serie Noè is deze opener in de vorm van een fles een must-have voor elke champagneliefhebber. De tang bevat aan de top scherpe snijvlakken waarmee je eenvoudig de metalen beveiliging van een champagnestop doorknipt. Dankzij de handige vorm kun je de kurk eenvoudig losmaken zonder dat de champagne over je handen stroomt. Richtprijs opener voor champagneflessen uit de collectie Noè: € 52.


p

Nieuwe serie Fiat 500 “La Petite Robe by Guerlain” Met veel genoegen ontdekten wij de nieuwe Fiat 500 “La petite Robe noire” by Guerlain. Deze ultrachique limited edition met leren zetels en collectorkoffer van Guerlain is een ware ode aan schoonheid en elegantie. Je kan deze speciale serie nu ontdekken bij je Fiat-dealer. Maar wacht niet te lang: er zijn voor de Belgisch-Luxemburgse markt slechts 250 exemplaren voorzien.

Degustatieset Extra Vergine Olijfolie

Maak kennis met Marramiero De Abruzzese wijnen van wijnhuis La Masseria Sant’Andrea worden gewonnen op een gebied 270 m boven de zeespiegel. De familie Marramiero produceert al meer dan honderd jaar zijn wijnen op basis van autochtone druivensoorten zoals Montepulciano en Trebbiano. Kijk in de ledensectie van dit magazine voor het bestellen van twee speciale wijnpakketten.

Met deze set van 3 flesjes extra vergine olijfolie uit Toscane, maakt u kennis met drie variëten olijfolie: Pendolino, Moraiolo en Frantoio. Elk van hen uiteraard mechanisch, koud geperst. Deze set is samen met een boekje vol informatie verpakt in een prachtig doosje met goudopdruk. Producent “i Greppi di Silli” valt jaarlijks in de prijzen bij zowel “Gambero Rosso” als “Slow Food”. Online verkrijgbaar bij www.olioverace.be


TASTE ITALY

78

SPORT

Celeste

Hemelsblauw als een Bianchi De kleur “celeste” zal onlosmakelijk aan de fietsen van Bianchi gekoppeld blijven. Het was fietsenconstructeur Edoardo Bianchi die de keuze maakte om zijn fiets­ frames enkel in het hemelsblauw te lakken. Over het waarom lopen de meningen uiteen. Feit is dat na bijna 130 jaar deze kleur nog steeds met een Bianchi fiets wordt gelieerd. De kleur is zo typerend dat indien ande­ re fietsmerken het wagen om hun frames ook eens in hemelsblauw te lakken, deze meteen met een Bianchi frame geassocieerd worden.


Lievelingskleur koningin of toeval? Over het feit of de Bianchi kleur nu eigenlijk blauw of een soort groen was, werd meer dan een eeuw geleden al gediscussieerd. Nu nog steeds wordt de kleur azuur- of zeegroen genoemd. Het is wel duidelijk dat de definitie van celeste hemelsblauw is. Over hoe Edoardo Bianchi het in zijn hoofd haalde om voor deze kleur te kiezen, bestaan twee uiteenlopende geschiedenissen. Eén versie dateert van in zijn beginjaren, anno 1885, toen de Italiaanse koningin vroeg om haar op zijn revolutionaire fietsen te leren rijden. Naar verluid was celeste haar lievelingskleur en zou Bianchi speciaal voor haar een fiets in die kleur maken. Het gevolg was dat iedereen enkel een Bianchi fiets in de lievelingskleur van de koningin wilde. Vanaf toen geen Bianchi’s meer in een andere kleur dan celeste. De tweede versie zou te maken hebben met het feit dat Bianchi in WO I kakikleurige fietsen voor het Italiaanse leger moest lakken. Door een verkeerde verfmengeling zou de typische Bianchi kleur toevallig tot stand zijn gekomen, met het gekende gevolg.

Na het hoge-bi tijdperk was de eerste moderne fiets geboren. Niet lang daarna ontwikkelde hij een exemplaar waarvan de diameter - zoals bij hedendaagse fietsen - van voor- en achterwiel identiek waren. Wegens het grote succes van zijn revolutionaire ontwerpen verhuisde “de kleine smid”, zoals men hem toen noemde, enkele jaren later naar een groter pand aan de via Bertani, eveneens in Milaan. In die nieuwe werkplaats voorzag hij in 1888 als eerste Italiaanse fabrikant zijn fietsen van rubberen banden. Edoardo Bianchi was zelf zeer tevreden over zijn nieuwste creaties en viseerde daarmee de sportsector. Vooraleer hij ze in productie bracht, begreep de jonge ondernemer als geen ander dat de beste manier om de producten uit te testen wielerwedstrijden waren. Bianchi’s eerste sportieve succes dateert van 1899 toen Giovanni Tomaselli de Grand Prix de la Ville de Paris won. Het wielersportavontuur van het legendarische fietsmerk Bianchi was begonnen.

Revolutionaire start 130 jaar geleden

Coppi, Gimondi, Pantani, Cipollini kampioen dankzij Bianchi

In 1885 startte Edoardo Bianchi op kleinschalige wijze met zijn fietsenfabriek. Onder eigen naam begon de toen 21-jarige Edoardo vanuit zijn kleine fietsenwinkel aan de via Nirone in het centrum van Milaan met het bouwen van zijn eerste fietsen. Zijn innovatie onderscheidde hem meteen van de vele andere frameconstructeurs uit de regio. Het was Edoardo die de diameter van het voorwiel verkleinde en de aandrijving door middel van een ketting naar het achterwiel realiseerde. Vanaf toen geen hoog onstabiel vehikel meer met de pedalen rechtstreeks op het voorwiel, maar een fiets die een stuk veiliger was.

Fausto Coppi wordt tot in de eeuwen der eeuwen onlosmakelijk aan de fietsen van Bianchi gekoppeld. Bianchi was dan ook bijna zijn hele carrière zijn hoofdsponsor. Voor de Milanese constructeur won hij zowat alles wat er te winnen was. Als er door de jaren heen één renner tot de verbeelding sprak en nog steeds spreekt dan is het Fausto Coppi wel. Hij is de grootste halfgod die de wielersport ooit gekend heeft. Il campionissimo, de kampioen der kampioenen, de super vedette die zonder uitzondering de hele Italiaanse natie en ver daarbuiten in beroering bracht.


TASTE ITALY

80

SPORT

Fausto’s avontuur met Bianchi startte in 1940 met zijn eerste deelname én overwinning van de Giro d’ Italia. Er zouden er nog vier volgen. Coppi slaagde er in om als eerste renner in hetzelfde jaar, 1949, de dubbel Giro en Tour te winnen. Vanaf 1942 bleef het werelduurrecord, 45,871 km/h, niet minder dan 14 jaar achter zijn naam staan. Coppi won met zijn Bianchi driemaal Milaan – Sanremo, en vijf keer de Ronde van Lombardije en Parijs – Roubaix. In 1953 pakt Fausto Coppi in het Zwitserse Lugano de wereldtitel. Het Bianchi frame waarmee hij toen naar eeuwige roem reed, bestond uit stalen buizen. Die fiets had een gewicht van 10,540 kg. Ter vergelijking: een Bianchi Oltre uit carboncomposiet weegt amper 7 kg. Over een periode van 1905 tot 1966 sponsorde Bianchi zijn eigen professionele wielerteam. Van 1973 tot 1984 deden ze dat voor de tweede keer. Na Coppi was het de beurt aan Felice Gimondi om het Bianchi vaandel te dragen. Van 1973 tot 1977 reed hij door het peloton met de teamnaam Bianchi – Campagnolo op zijn gekende blauw met witte shirt. Als Bianchi niet als hoofdsponsor op de trui stond, dan was het wel als co- of constructeur sponsor. Zo behaalden zij met hun andere grote boegbeeld, Marco Pantani, grote Giro- en andere successen. In de Pantani-periode beleefden de Italiaanse tifosi opnieuw Coppiaanse dagen. Anno 2014 is Bianchi de constructeursponsor van het Nederlandse Belkin Cycling team. Zolang er koers is, zullen er - in 2015 voor het 130e jaar! - celestekleurige Bianchi’s in het wielerpeloton rondrijden! Om de Bianchi emotie zelf te ervaren is het zeker een aanrader om de Bianchi Café & Cycles in Milaan eens te gaan opzoeken. Hier proef je tussen de befaamde Bianchi fietsen zowel van de koerssfeer als van de lekkerste Italiaanse specialiteiten.

Tekst en foto’s: Mark Vandereyt Bianchi Café & Cycles in Milaan


Nederlandstaligen in Italie / antonella ghiani

In deze column stellen we u elke editie een Nederlandstalige voor die op een gegeven moment besloten heeft haar of zijn leven in Italië verder te zetten: uit passie, voor het werk, voor de liefde, … Het gaat om “gewone” mensen, niet iemand die gekozen heeft voor Italië voor het openen van een toeristische zaak. Vandaag gaat het om antonella ghiani.

De verhalen die we tot nu toe optekenden voor deze rubriek, gingen over Vlamingen die een nieuwe plek vonden onder de Italiaanse zon. Vandaag hebben we een apart verhaal voor u: een Italiaanse die geboren is in Vlaanderen, een belangrijk stuk van haar jeugd doorbracht in Nederland om naar de zuiderse heimat terug te keren. Mogen wij u voorstellen aan Antonella Ghiani? Antonella werd geboren in het Limburgse Leut, fusie­ gemeente van Maasmechelen. Haar vader, een Sardijn van geboorte, is immers in 1956 zoals zovelen van zijn landgenoten vertrokken om in Eisden in de mijnen te werken. Via een neef maakt hij op foto kennis met Antonella’s toekomstige moeder. Er wordt gecorrespondeerd, de vlam slaat over en binnen het jaar zijn ze getrouwd. Na vijf jaar stapt vader van de mijn over naar een bedrijf in het Nederlandse Blerick. Wanneer het bedrijf daar een woonst aanbiedt, verhuist het gezin naar Nederland. Antonella is dan 7 jaar, wordt gedropt in de 2e klas. Door gebrekkige kennis van het Nederlands betekent het voor Antonella zittenblijven dat jaar. Ondanks die tegenvaller, voelt ze aan dat talen haar “ding” zijn en legt succesvol het M.A.V.O. traject af om daarna over te stappen op H.A.V.O. Antonella’s leven krijgt in 1977 een nieuwe wending wanneer het gezin besluit terug te keren naar Le Marche. Vooral haar vader had steeds volgehouden niet te willen sterven in Nederland. Ook Antonella is eerst enthousiast: zij associeert Italië met de jaarlijkse vakanties in de badplaats Senigallia, waar haar oom een stuk strand uitbaat. De werkelijkheid is harder: het huisje waar ze terechtkomen staat krom van het vocht, het café dat het gezin uitbaat levert nauwelijks voldoende inkomsten op, en zelf moet Antonella een taalexamen Italiaans afleggen om in de “Alberghiero in Senigallia”, de lokale hotelschool, terecht te mogen.

Ze slaagt maar komt als jonge vrouw van negentien terecht tussen veertienjarigen. Ze trekt zich op aan twee lotgenoten, een Belgisch en een Luxemburgs meisje die daar ook school lopen. Het leven in Le Marche gaat vervolgens zijn gangetje. Antonella werkt voor een confectiebedrijf, huwt in 1985 en krijgt twee kinderen, Mirko en Nicola. Er is voldoende werk in de regio tot de globalisering toeslaat. Veel bedrijven verhuizen hun productie oostwaarts en de regio blijft verweesd achter. Antonella besluit haar talenkennis in haar voordeel aan te wenden door haar diensten aan bedrijven aan te bieden die nood hebben aan een goede tolk Nederlands-Italiaans. De integratie in Italië liep van bij de terugkeer halfweg de jaren 70 naar Le Marche niet van een leien dakje. Antonella voelt zich meer Nederlandse dan Italiaanse, en is een vreemde in eigen land. Le Marche blijkt behoorlijk achtergesteld gebied: niks werkte naar behoren. Later, bij haar eerste surftochten over het internet brengen beelden van Sinterklaasoptochten heel wat herinneringen en emotie bij haar teweeg. Tot vandaag mist ze bovendien de grotere openheid qua cultuur. Bijvoorbeeld, de mogelijkheid om van verschillende wereldkeukens te proeven is in Le Marche bijna onbestaande. Vandaag heeft Antonella meer evenwicht in haar leven gevonden. Dankzij haar werk komt ze een vijftal keer naar België en Nederland. Het biedt haar de mogelijkheid de vinger aan de pols te houden met onze en de Italiaanse “way of life”. En zo is het goed. Haar enige wens voor de toekomst is om genoeg centen te vergaren om een klein huisje in Nederland te kopen, om af en toe de sfeer van de Lage Landen op te snuiven. We gunnen het je van harte, Antonella. Steven Van Raemdonck


TASTE ITALY

82

Taste Italy

CHI SIAMO NOI Taste Italy vzw... wie zijn wij? Taste Italy vzw promoot Italië en alles wat Italiaans is in het Nederlandstalig gebied. Daartoe brengen we alle liefhebbers van de Italiaanse “way of life” samen, en laten hen proeven van het allerbeste uit Italië, letterlijk zowel als figuurlijk. Taste Italy draagt zijn boodschap uit via het eigen magazine, Buonissimo, en via eigen Italiaanse events, die onder de naam “Passione e Gusto” doorgaan. Daarnaast steunt Taste Italy initiatieven die als thema Italië hebben, zoals voordrachten, workshops, productvoorstellingen en culturele initiatieven, voor zover Italië als thema centraal staat. Een voorbeeld hiervan is de Italiaanse Dag “Ciao Tongeren”, waarvan Taste Italy officieel partner is.

Buonissimo, ons magazine Buonissimo, het magazine dat je op dit eigenste ogenblik vasthoudt, is de trots van Taste Italy vzw. Ons ledenblad verschijnt driemaal per jaar. Buonissimo houdt je op de hoogte van de activiteiten van Taste Italy vzw. Elk magazine bevat reportages over allerhande met Italië gelinkte onderwerpen. Zo komt in deze uitgave de regio Abruzzo uitgebreid aan bod. Voor een deel nemen wij artikels in de Italiaanse taal op: nuttig voor wie Italiaans studeert of wil leren kennen. Door zijn mooie vormgeving is Buonissimo een tijdschrift dat perfect op je salontafel past of dat je met plezier cadeau geeft aan een vriend(in). Alle leden van Taste Italy krijgen Buonissimo magazine thuisgestuurd. Je kunt Buonissimo ook als losse uitgave kopen in de krantenkiosk, in grootwarenhuizen en bij een selecte groep verdeelpunten, vermeld op onze website.

Onze activiteiten Taste Italy vzw organiseert op jaarbasis een aantal activiteiten waarbij onze leden steeds een streepje voor hebben. Op het programma: voordrachten, presentaties en workshops, maar evenzeer netwerkavonden of informatiesessies met als thema Italië. Passione e Gusto tenslotte is ons eigen Italië-event. Blijf op de hoogte van onze recentste activiteiten via de activiteitenkalender op onze website www.taste-italy.be.

Wie zijn wij

NIEUW! Abonnement op Buonissimo magazine Vanaf dit najaar biedt Taste Italy een formule aan om ons magazine te ontvangen zonder lid te worden van de vzw. Als abonnee ben je zeker dat je als eerste driemaal ons magazine in je bus krijgt. Zonder er voor buiten te moeten, zonder risico dat in je krantenwinkel het laatste exemplaar net voor je neus verkocht wordt. Voor België betaal je € 18 voor een jaar (drie nummers). Woon je in Nederland, betaal je € 25 voor een abonnement. Indien wij over je emailadres beschikken, ontvang je als abonnee ook onze nieuwsbrief die vertelt over onze activiteiten. Je krijgt alleen niet de voordelen waarvan onze leden genieten.

Ledenvoordelen Het hele jaar door verzamelen wij voordelen voor onze leden. Het gaat om kortingen op boeken, evenementen, enzovoort of over directe voordelen bij een aantal bedrijven. De meeste voordelen krijg je op eenvoudig vertoon van je lidkaart. Ben jij een echte Italië-liefhebber? Wil je genieten van alle voordelen als lid van Taste Italy? Wil je voortaan Buonissimo magazine thuis in je bus krijgen?

Word vandaag nog abonnee van Buonissimo of lid van Taste Italy. Duid hiernaast je keuze aan en betaal via overschrijving op rekeningnummer BE50 8804 2699 1118, BIC HBKABE22 van vzw Taste Italy. Kijk ook op onze website www.taste-italy. be/lid-worden of gebruik onderstaande coupon. Als lid krijg je: • driemaal per jaar (feb, jun, okt) het nieuwe Buonissimo magazine, formaat A4, 100 pagina’s, bij je thuis in de bus • extra voordelen op de door Taste Italy georganiseerde activiteiten • onze electronische nieuwsbrief met berichten over alles wat Italiaans is • exclusieve invitaties met ledenvoordeel voor Italiaanse activiteiten, netwerkavonden, enzomeer • een steeds verder uitbreidend aanbod directe voordelen (zie lijst op onze website) Als abonnee krijg je: • driemaal per jaar (feb, jun, okt) het nieuwe Buonissimo magazine, formaat A4, 100 pagina’s, bij je thuis in de bus • onze electronische nieuwsbrief met berichten over alles wat Italiaans is (als je ons je emailadres bezorgt) • exclusieve invitaties voor Italiaanse activiteiten, netwerk­ avonden, enzomeer


©

Gezocht Taste Italy vzw is steeds op zoek naar: • Mensen met passie voor Italië die een scherpe pen hebben en met kennis van zaken over Italië kunnen schrijven. • Handelaars die ons magazine Buonissimo mee willen helpen verspreiden. • Restauranthouders die graag met ons een netwerkavond inrichten. • Al wie een passie heeft voor Italië en ideeën heeft waaraan Taste Italy een bijdrage kan leveren.

Lezersbrieven Wij kijken uit naar wat jij vindt van ons magazine. De interessantste reacties plaatsen wij in een volgende uitgave. Zit je op facebook, schrijf dan een commentaar op onze facebookpagina www.facebook.com/passionegusto. “Mooie uitgave, interessante artikels waarvan enkele ook in het Italiaans! Weinig publiciteit en veel info, door en voor iedereen die gepassioneerd is door het land Italië, zijn mensen en hun cultuur” Bart Vandenbergh

JA, ik vind Buonissimo magazine en Taste Italy fijne initiatieven. Ik kies voor het volgende: ❍ ik word lid van Taste Italy vzw. Ik woon in België en betaal € 25 voor 12 maanden. Ik vermeld in de mededeling van mijn betaling “lid 2014-15 naam adres”. ❍ ik word abonnee van Buonissimo magazine. Ik woon in België en betaal € 18 voor 1 jaar (3 nrs). Ik vermeld in de mededeling van mijn betaling “abo 2014-15 naam adres”. ❍ ik word abonnee van Buonissimo magazine. Ik woon in Nederland en betaal € 25 voor 1 jaar (3 nrs). Ik vermeld in de mededeling van mijn betaling “abo 2014-15 naam adres”. ❍M

©

❍V

Geslacht

Voornaam

Naam

Straat/nr/bus

Postcode

Gemeente

België

Nederland

Emailadres

Ik knip deze bon uit of kopieer hem en stuur ingevuld terug naar Taste Italy vzw, L.Van Bauwelstraat 8/1, B-2222 Heist-op-den-Berg. Inscannen en emailen naar info@taste-italy.be mag ook! Wil je voor iemand anders een abonnement of lidmaatschap? Kijk op volgende pagina’s.


TASTE ITALY

84

Reis la storia


Ricordi, momenti, ...

Bezorg ons JOUW FAVORIET STUKJE ITALIE

& win DE REIS NAAR NAPELS VOOR 2 PERSONEN

In juni 2015 lanceren wij een nieuwe derde uitgave van Buonissimo magazine. En dat willen we graag samen met jullie doen! In deze derde editie brengt Buonissimo ervaringen voor een emotionele, gepassioneerde beleving van Italië samen in één uitgave. Het delen van deze favoriete plekjes Italië van onze lezers geeft immers iedereen de kans op een unieke beleving, op een geslaagde, originele reis. Deel jouw favoriete plekje in Italië met ons! Ken jij zo’n verborgen pareltje, een minder gekend dorp, een voor jou schitterend panorama, een boeiend maar onbekend museum, … kortom een plek of ervaring die je maar al te graag wilt delen met onze lezers? Lever dan jouw inzending(en) in. Met je inzending maak je kans op de mooie hoofdprijs: een reis naar het zuiderse Napoli. Je verblijft voor drie nachten met twee personen in ***hotel Convento. Deze reis is voor hij of zij met de interessantste inzending. Onze redactionele jury zal het oordeel vellen.

Wat moet je doen om deel te nemen? • • • • •

Bezorg ons de NAAM van jouw tip samen met de juiste locatie: gemeente, eventueel adres, website, coördinaten… kortom wat nodig is om jouw plekje te vinden. Bezorg ons enkele foto’s van de plaats. Gelieve enkel beeldmateriaal te geven dat mag gepubliceerd worden. Bezorg ons een korte uitleg waarom voor jou deze plek zo uniek is. Wat is er te zien? Wat maakt de plek uniek? Ben je geen goed schrijver, dan herschrijven wij jouw tekst tot een leuk, kort artikel. Meerdere inzendingen zijn toegestaan voor zover ze voldoen aan de gestelde criteria Stuur alles door naar info@buonissimo.be

Wat komt zoal in aanmerking? Dorpen of steden * monumenten * panorama’s of landschappen * musea * evenementen * andere bezienswaardigheden * archeologische sites * stranden * streekgerecht * optreden * feestelijkheden * marktjes * mensen * iemand speciaals * bepaalde voorwerp… voor zover het GEEN restaurants, hotels, b&b’s of andere bedrijven zijn die bestaan om commerciële redenen. Ook voor de hand liggende locaties die in elke gids over Italië staan, komen NIET in aanmerking. Kijk voor het volledige reglement op onze website. H o u uw e m a i lb ox e n o n z e face b o o k pag i n a i n de gate n ! Binnenkort verloten wij onder onze leden een verblijf van drie overnachtingen bij Hotel Convento te Napels. Word nog snel lid: je vindt daarvoor alle informatie achteraan op de rode pagina’s. ©

Doe Mee &

Win


TASTE ITALY

86

TASTE ITALY

Scoprire

Lier, serata marchegiana

In de spots

Terheijden (NL), Sun Express

Diest


©

Boom, Driving Experience Days

Met Gene Bervoets

Antwerpen, Scavolini


TASTE ITALY

88

TASTE ITALY

Vantaggi soci

Ledenvoordelen

Reis

Korting op activiteiten

Calabria & ISOLE EOLIE Heenreis juni of september 2015

Lipari : Met het mooie archeologisch museum Stromboli: één van de meest actieve vulkanen van de wereld

Kijk elders in dit magazine voor de verschillende door Taste Italy gorganiseerde activiteiten. Als lid krijg je steeds een voordeel!

Wat bezoeken wij in Calabria

Wat is inbegrepen?

• Geleid bezoek met Italiaanse gids aan

Crotone met zijn Griekse overblijfselen en Castello van Karel V Santa Severina: Kathedraal, Kasteel, kleistraten Le Castelle e isola di Caporizzuto Stilo, een typische “Borgo” met een mooie Byzantijnse Kerk Tropea, Kathedraal, Piazza Ercole en de Santuario Gerace, Il Castello, la cattedrale normanna, en het gezellig historisch centrum Scilla, een pittoresk vissersdorp, gekend voor de zwaardvisvangst en het mooie kasteel Rufo. Reggio Calabria, Il Museo Nazionale met “I bronzi di Liace”, en de “Duomo

• Vliegreis heen en terug • Autobus in Italië voor 8 dagen • 7 overnachtingen, HP, ¼ l wijn en ½ l water • Toegang musea/Kerken (Gerace, Castello, Reggio, etc) • Gidsen ter plaatse (minstens 4 keer) • Nederlandstalige begeleider • Overzet naar Isole Eolie (daguitstap)

Wij bezoeken de Eolische Eilanden

Vulcano: Gekend omwille van haar zwarte stranden

Fellini-tentoonstelling, Gent

• Kookworkshop “Pastellando”, Antwerpen • Voordracht rond balsamico • Voordracht bergbeklimmen in de Abruzzo • Enzovoort…

Niet inbegrepen

Verzekering, single-toeslag, fooien en persoonlijke uitgaven prijsvoordeel voor onze leden... > Speciaal Meer informatie en boeking zie www.taste-italy.be

Korting op wijn Wijnpakket Marramiero

De wijnen van wijnhuis La Masseria Sant’Andrea uit Abruzzo worden gewonnen op een gebied dat 270 m boven de zeespiegel ligt. De familie Marramiero produceert al meer dan honderd jaar zijn wijnen op basis van autochtone druivensoorten zoals Montepulciano en Trebbiano. Zij hebben voor de leden van Taste Italy twee proefpakketten van telkens 3 flessen samengesteld:

A

“Kennismakingspakket”

met 3 lekkere basiswijnen voor € 25.00 (incl. BTW). Hierin 1 fles DAMA Trebbiano (wit), 1 fles DAMA Montepulciano (rood) en 1 fles DAMA Cerasuolo (rosé). Ledenvoordeel: voor Taste Italy leden geldt hierop een korting van 10 %

>

B >

“Kennerspakket”

met 3 kwalitatief hogere wijnen voor € 39.00 (incl. BTW) Hierin 1 fles ANIMA Trebbiano (wit), 1 fles PECORINO Superiore (wit) en 1 fles INCANTO Montepulciano (rood). Ledenvoordeel: voor Taste Italy leden geldt hierop een korting van 10 %

Hoe bestellen? Stuur een email naar info@taste-italy.be met uw naam, adres, gewenste pakket(ten) en totaalprijs. Er wordt contact met u opgenomen voor verdere afwikkeling.

WIN je verblijf met 2 overnachtingen bij MARRAMIERO Hou uw ema ilbox en onze facebookpagina in de gaten! Binnenkort verloten wij onder onze leden een verblijf van twee overnachtingen bij La Masseria Sant’Andrea te Rosciano. Word nog snel lid: je vindt daarvoor alle informatie op de rode pagina’s.


©

Korting op online italiaanse lectuur

Korting op boeken titel van haar schetsboek: een splinterbom van indrukken en levenslust. Eigenzinnig, origineel en subliem! Alle schetsen, tekeningen en aquarellen werden op de locatie gemaakt en geven een buitengewoon beeld van de kunststad Firenze.

“Italië. De schaduwkant van een zonovergoten land” door Ine Roox

Standaard-journaliste Ine Roox reist door Italië en confronteert ons met de typische clichés en vooroordelen. Deze worden niet noodzakelijk weerlegd, maar alleszins verder uitgediept voor een beter begrip.

Bestellen: stuur een email naar caracarina@skynet.be met vermelding Sprezzatura Buonissimo. Vermeld je naam, adresgegevens en hoeveel exemplaren je wil bestellen (en eventueel voor wie het gesigneerd moet worden). Je ontvangt vervolgens een email met de betalingsmodaliteiten. Deze aanbieding is uitsluitend geldig voor verzendingen in België en zolang de voorraad strekt. Uitgeverij Caracarina

> Prijs: € 24.95 Ledenvoordeelprijs: € 19,95

kortingbon van - € 4,50. > Ledenvoordeel: Wees snel: actie loopt tot en met 4 november Uitgeverij De Bezige Bij, Antwerpen 2014

2014! Stuur een email aan info@buonissimo.be met uw naam en adres. Je ontvangt per kerende een kortingbon, enkel inwisselbaar bij de erkende boekhandel.

“Innemend Italië”

door Marc Vandenbon Marc Vandenbon neemt je mee op een verbazingwekkende tocht kriskras door de groenwit-rode laars. Hij kijkt, zoekt, snuffelt, peutert. En bovenal, hij legt alle stukjes samen en stelt vast dat ze één geheel vormen: de onovertroffen puzzel Italië. Italië is gek, geschift, fanatiek, chaotisch, maar ook sprankelend, verfrissend, authentiek en geniaal!

“Sprezzatura”

door Carine Cuypers Het vrijwel onvertaalbare woord SPREZZATURA is het Italiaanse lievelingswoord van italofiel Carine Cuypers (auteur van boeken over Italië zoals DE MAGIE VAN ROME). De term duidt op een verfijnde levenskunst volgens de juiste mix van natuurlijkheid, flegma en nonchalance. Misschien wel het beste synoniem voor het Italiëgevoel… Het werd de

tarief boek € 22,50, > Ledenvoordeel: GRATIS verzending voor onze leden. Wees snel: Uitgeverij Pinguin, www.innemenditalie.be

het boek is uitgeput in de boekhandel, slechts beperkt aantal exemplaren over! Stuur een email aan marc.vandenbon@telenet.be met uw naam en adres en vermelding “Innemend Italië – Buonissimo”. Vermeld het aantal exemplaren dat je wil, en eventueel aan wie het moet gesigneerd worden. Aanbod enkel geldig in België.

Ciao Tutti Special Naast dagelijkse blogs over Italië maakt Ciaotutti.nl elke maand een digitaal magazine, de Ciao tutti Special. In deze Specials wordt steeds een Italiaans onderwerp breed uitgelicht, met honderden pagina’s Italiaanse inspiratie. De Specials nemen je mee naar o.a. Rome, Firenze, Sardinië, de leukste markten, de bijzonderste feesten, de westkust van Sicilië, de mooiste dorpjes van Italië… Speciaal voor de lezers van Buonissmo geeft Ciao Tutti éxtra korting op een pakket met 5 culinaire Specials. Het pakket omvat natuurlijk een Special vol recepten, maar ook een uitgave met alle wetenswaardigheden over de Italiaanse keuken, met allerlei specialiteiten en culinaire woordenlijsten. Daarnaast nemen we je mee naar het lekkerste stukje Italië: Bologna, de stad die niet voor niets de bijnaam ‘de vette’ en ‘de buik van Italië’ draagt. Ook hebben we de leukste markten én de bijzonderste feesten in heel Italië voor je verzameld, zodat je tijdens je vakantie extra geniet van la dolce vita. € 24,95 Ledenvoordeelprijs: € 14,95 > Prijs: Leden van Taste Italy krijgen -10 euro extra korting op dit culinaire pakket en betalen slechts € 14,95 voor deze 5 Specials (normale waarde € 24,95). Bestellen kan via www.ciaotutti.nl/buonissmo (gebruik dan de couponcode buonissimo om van de extra Buonissimo-korting gebruik te maken) of door een mail te sturen naar blog@ciaotutti.nl


TASTE ITALY

90

Viaggiare

Abruzzo • Calabria • Sicilia • Sardegna • Napoli • Puglia

Viaggiare insieme Sluit je nu aan bij TASTE-ITALY en ontvang het italian lifestyle magazine Buonissimo 3x, naast tal van andere voordelen, een heel jaar lang. Doe direct voordeel met je lidmaatschap en ga mee op reis naar Napels, Calabria, Sardegna of de Abruzzen aan een heel speciale prijs! Abruzzen, een droom voor fietsers Een avontuurlijke fietsvakantie in de Abruzzen is ongetwijfeld een aanrader. De groenste regio van Europa met de hoogste bergen van de Appenijnen is een paradijs voor wielertoeristen en mountainbikers. Vraag naar het individuele of groepsprogramma en volledige hotel-accomodatie op maat. Boek de vakantie van je dromen. Mail naar info@taste-italy.be met vermelding Abruzzo voor meer informatie.

Sardegna ontdekken in 8 dagen Dit eiland gaat je bekoren, je ontdekt de mooiste plekjes en geraakt wild van dit uniek groene en zwoele landschap. Je ontdekt producenten, degusteert de lekkerste kazen en en proeft het echte Sardinië, je bezoekt het heerlijkste van dit schiereiland. Onthaastend reis je mee met een aangename gezeldschap en je maakt er een achtdaagse om u tegen te zeggen. Dankzij je lidmaatschap van Taste Italy kan dit supervoordelig. Voor meer informatie zie onze site taste-italy.be of stuur een email naar info@taste-italy.be met vermelding Sardegna.


©

Unieke Calabria & Isole Eolie in 2015 Met een kleine groep van min. 25 personen beleef je acht unieke dagen in Calabrië. We bezoeken Crotone met zijn Griekse overblijfselen, de typische Borgo met zijn Byzantijnse kerk in Tropea en de ‘Castello’ van Karel V. Natuurlijk mogen de pittoreske vissersdorpjes niet ontbreken, gekend voor de zwaardvisvangst en het mooie kasteel Rufo. Zondermeer reizen we ook door naar de Eolische Eilanden en hun Vulcano, gekend van haar zwarte stranden. Lipari en zijn archeoligsche museum en Stromboli zijn ook van de partij. Pak je koffers en stuur eerst een email naar info@taste-italy.be met vermelding Calabrië en kom alles te weten over deze unieke achtdaagse begeleide­ groepsreis. Dankzij je lidmaatschap van Taste Italy aan een interessante prijs. Ontdek de voorwaarden op onze site www.taste-italy.be.

Puglia om te snoepen en om van weg te dromen! Beneden en bijna helemaal verscholen bevindt zich Puglia, een regio die je blijft verrassen. Als je in Puglia niet Alberobello gezien hebt, heb je iets uitzonderlijk gemist. Het toeristische centrum van het ‘Trulli’-gebied. Trulli zijn zonderlinge witgekalkte huisjes met kegelvormige daken, die opduiken in het golvende landschap van Valle d’Itria. Ongedwongen nemen we je mee op een tof reisavontuur en je maakt er een achtdaagse om van te dromen. Met je lidmaatschap van Taste Italy kan je dit voordelig meemaken. Voor meer informatie zie onze site taste-italy.be of stuur een email naar info@taste-italy.be met vermelding Puglia 015.


TASTE ITALY

92

TASTE ITALY

Appuntamenti

©

Activiteiten

oktober

december & januari

Do 16 oktober, 19u30

Di 2 december, 19u30

Kookworkshop “Pastellando” – Antwerpen

Voordracht “Roma Insolita” – Geel

Tijdens deze kookworkshop maakt kokkin Alfonsina Fini samen met jou verse pasta met saus van A to Z. Met haar bedrijf Gusti Lucchesi biedt Alfonsina de aanwezigen een glaasje rode wijn aan. Start workshop 20.00 stipt! Duurtijd: +/- 2 u. Workshop in Nederlands. Kost: leden Taste Italy en partner € 6 p.p. Niet-leden € 10 p.p. Beperkt aantal deelnemers! Waar? Scavolini keukens, Riemstraat 5, 2000 Antwerpen Inschrijven via info@taste-italy.be

november Do 6 november, 19u30 Voordracht balsamico – Heist o/d Berg

Irina, zaakvoerder van il Vascello del Monsignore, geeft een inkijk in haar artisanale productie van balsamico. Achteraf is er gelegenheid tot proeven, met hapjes van Gusti Lucchesi. Voordracht in Italiaans. Kost: leden Taste Italy en partner gratis. Niet-leden € 2 p.p. Waar? Sporthal Heist o/d Berg, Vergaderzaal 1 (1e etage), Lostraat 48 a.

Di 18 november, 19u30 Voordracht bergbeklimmen Paul Roman – Hasselt

Paul Roman, projectmanager van beroep, heeft met de jaren een grote passie ontwikkeld voor het beklimmen van de Abruzzen en meer bepaald de Gran Sasso. Hij deelt zijn passie graag met zijn publiek. Voordracht in Nederlands. Kost: leden Taste Italy en partner gratis. Niet-leden € 2 p.p. Beperkt aantal plaatsen.

Verlaat de platgetreden toeristische paden en ontdek samen met Lieve en Cosimo de stad Rome zoals u ze nog niet kende. Voordracht deels in Nederlands, deels in Italiaans. Kost: leden Taste Italy en partner gratis. Niet-leden € 2 p.p. Waar? Te bepalen, in de buurt van Mol-Geel-Westerlo. Inschrijven kan via info@taste-italy.be

Zo 7 december, 11-18 u

©

Kerstmarkt Passione e Gusto Natale – Sint-Niklaas

Tweede editie van de Italiaanse kerstmarkt van Taste Italy. Heel wat cadeau-ideeën voor eindejaar: wijnen, likeuren, voeding, vakantie, lectuur, mode, … Ter plaatse heerlijke pizza in houtoven gebakken. Mis de Italiaanse sfeer niet tijdens deze hoogdag voor het land van de laars. Bovendien is de inkom helemaal GRATIS voor iedereen! GRATIS inkom. Waar? Bau-huis, Slachthuisstraat 60, 9100 Sint-Niklaas

Za 10 januari, 14 u Geleid Italiaans bezoek Fellini-tentoonstelling – Gent

Ter gelegenheid van Film Fest Gent organiseert de provincie Oost-Vlaanderen een overzichtstentoonstelling van Italiaans meesterregisseur Federico Fellini. Uit de getoonde filmfragmenten, tekeningen en foto’s doemt een beeld op van een man die voortdurend nieuwe interpretaties gaf van zijn jeugdjaren, zijn dromen en de door het onbewuste opgeroepen beelden en verhalen. Rondleiding in Italiaans. Kost: leden Taste Italy en partner € 4 p.p. Niet-leden € 6 p.p. Gids inbegrepen in de prijs. Beperkt aantal plaatsen. Waar? Provinciaal Cultuurcentrum Caermersklooster, Vrouwebroersstraat 6, 9000 Gent.

Waar? Arlecchino, Minderbroedersstraat 9-11, 3500 Hasselt.

Do 22 januari, 19u30 Voordracht bergbeklimmen, Paul Roman Di 27 januari, 19u30 (Onder voorbehoud) Voordracht Roma Insolita


I nostri partners

a

oktober

november & december

Zat 18 & zon 19 okt,

Zat 15 nov

Opendeur E-Talia – Lebbeke

Wijndegustatie 15 jarig bestaan Hodira – Nevele

Openingsweekend wineshop E-Talia. Lancering van de wijnen van voetballer Andrea Pirlo op de Belgische markt. Zaterdag 14-20 u, zondag 11-18 u. Info via www.e-talia.biz Waar? Baasrodestraat 116, 9280 Lebbeke

Zat 25, zon 26 en maa 27 okt Giro d’Italia Licata – Diepenbeek

14e editie van degustatie “Giro d’Italia”. Meer dan 300 wijnen, zowel de dagelijkse als de absolute wereldtop. Meer dan 50 wijnproducenten zijn aanwezig voor uitleg. Doorlopend Italiaans buffet. Open 11-18 u. Info via www.licata.be/giroditalia

Speciale wijndegustatie van Italiaanse wijnen ter gelegenheid van het 15-jarig bestaan van Hodira, in aanwezigheid van een aantal wijnbouwers. Open 13-19 u. Opgelet: inschrijven vooraf verplicht! Info via www.amorvino.be Waar? De Chicorei, Cyriel Buyssestraat (oprit Carrefour), 9850 Nevele Taste Italy ledenvoordeel : op vertoon van de lidkaart en bij een aankoop van minimum 150 € op de avond zelf, een gratis fles prosecco millesimato.

Zat 29 & zon 30 nov Herfstdegustatie bere.bene – Lier

Herfstdegustatie van Italiaanse kwaliteitswijnen bij bere.bene in aanwezigheid van de wijnbouwers. Info via www.berebene.be Waar? Chiro-lokaal, Boomlaarstraat 72, 2500 Lier Taste Italy Ledenvoordeel: bij een bestelling tijdens de herfst­ degustatie 1 gratis fles Piccabòn Vermentino Spumante (op vertoon van lidkaart).

Zat 6 & zon 7 dec Open Magazijndagen Creazione – Lier

Maak kennis met de producten van Creazione, wijnen, koffie en Italiaanse specialiteiten. Zaterdag 10-18 u en zondag 13.3017.30 u. Info via www.creazione.be

Vrij 31 oktober Winemakersdinner Cucina Marangon – Turnhout

Simone Secchi van wijnhuis Roncon delle Betulle (Piemonte) komt persoonlijk deze wijnmakersdiner in goede banen leiden. cucinaMARANGON combineert hierbij een op maat gesneden vijfgangendiner. Reserveren is aanbevolen via info@cucinamarangon.com

Waar? Pieter Breughellaan 7, 2500 Lier

Vrij 12 dec Workshop feestelijke eindejaarsgerechten – Gent

Dieter Merckx van Sogno Italiano maakt samen met u een volledig menu klaar bestaande uit feestelijke eindejaarsgerechten die u zelf kan klaarmaken tijdens de feestdagen. Start 18u30. Prijs € 55 p.p. Info via www.sognoitaliano.eu Waar? Vogeljacht 20A, B-9041 Gent


TASTE ITALY

94

TASTE ITALY

JA, ik kies voor volgende formule om cadeau te geven:

©

❍ ik schenk een lidmaatschap van Taste Italy vzw. De ontvanger ervan woont in België, prijs € 25/jaar. Ik betaal nu nog niets, maar ik wacht op uw email met instructies voor betaling. ❍ ik schenk een abonnement van Buonissimo magazine, prijs € 18/jaar (3 uitgaven). De ontvanger woont in België. Ik betaal nu nog niets, maar ik wacht op uw email met instructies voor betaling. ❍ ik schenk een abonnement van Buonissimo magazine. De ontvanger woont in Nederland, prijs € 25/jaar (3 uitgaven). Ik betaal nu nog niets, maar ik wacht op uw email met instructies voor betaling.. Mijn gegevens: ❍M

❍V

Geslacht

Naam

Voornaam

Straat/nr/bus

Postcode

Gemeente

België

Nederland

Emailadres

Gegevens van de gelukkige ontvanger: ❍M

❍V

Geslacht

Naam

Voornaam

Straat/nr/bus

Postcode

Gemeente

België

Nederland

Emailadres

Ik knip deze bon uit of kopieer hem en stuur ingevuld terug naar Taste Italy vzw, L.Van Bauwelstraat 8/1, B-2222 Heist-op-den-Berg. Inscannen en emailen naar info@taste-italy.be mag ook! Wil je voor jezelf een abonnement of lidmaatschap? Kijk verder in de rode pagina’s.


©

Buonissimo magazine, een mooi eindejaarsgeschenk! Zoek je een origineel cadeau voor eindejaar, dat bovendien erg zal gewaardeerd worden? Wil je een familielid of vriend blij maken met een “Italiaans” cadeau? Bestel nu voor je familielid of vriend via bijgevoegde bon een lidmaatschap van Taste Italy of een abonnement op Buonissimo.

Met de formule “lid” (€ 25/jaar) geef je aan je familielid of vriend: • • • • •

driemaal per jaar (feb, jun, okt) het nieuwe Buonissimo magazine, formaat A4, 100 pagina’s, bij hem/haar thuis in de bus extra voordelen op de door Taste Italy georganiseerde activiteiten onze electronische nieuwsbrief met berichten over alles wat Italiaans is exclusieve invitaties met ledenvoordeel voor Italiaanse activiteiten, netwerkavonden, enz. een steeds verder uitbreidend aanbod directe voordelen (zie lijst op onze website)

Met de formule “abonnee” (€ 18/jaar) geef je aan je familielid of vriend: • driemaal per jaar (feb, jun, okt) het nieuwe Buonissimo magazine, formaat A4, 100 pagina’s, bij hem/haar thuis in de bus • onze electronische nieuwsbrief met berichten over alles wat Italiaans is (als je ons je emailadres bezorgt) • exclusieve invitaties voor Italiaanse activiteiten, netwerkavonden, enz. Opmerkingen: • Gebruik voor het schenken van abonnement/lidmaatschap uitsluitend bijgevoegde bon of een kopie ervan. • Abonnement of lidmaatschap gaat onmiddellijk in met inbegrip van deze uitgave (okt 2014) en wordt rechtstreeks gestuurd aan de ontvanger van het geschenk. Hierop zijn geen uitzonderingen mogelijk. • Verdere vragen over deze formule via email naar info@buonissimo.be • Voor de SNELLE BESLISSERS: wij sturen aan de eerste 50 nieuwe abonnees GRATIS de vorige editie (thema Sicilië) mee. Dat betekent 4 in plaats van 3 magazines voor dezelfde prijs!


TASTE ITALY

96

HEDWIG ZEEDIJK VANUIT ROME

Arischia / Hedwig Zeedijk Ik was 22 jaar toen ik voor het eerst in Arischia kwam, een klein bergdorpje, op 12 kilometer afstand van de Abruzese stad l’Aquila. Ik was meegenomen door mijn lief, wiens moeder in het dorp geboren was. In de zomer, vooral rond de nationale feestdag Ferragosto (15 augustus) komen hele families samen op de plaats waar de stamboom haar wortels schoot. Voor mijn schoonfamilie is dat Arischia en inmiddels is het ook voor mij mijn tweede huis.

Hedwig Zeedijk werkt intussen sinds 1998 voor het Nederlandse persbureau ANP en voor de Vlaamse openbare radio- en TV-omroep VRT. Regelmatig is ze te zien en te horen als spreekbuis van wat er in Italië gebeurt.

Mijn man en ik hebben er sinds jaren een eigen huisje, aan een pleintje met een fontein. Aan de achterkant van ons huisje loopt de ‘vicolo’ van onze familie. Slechts twee huizen zijn bewoond. Een Macedonische familie huurt een huis van een nicht. Een ander huis is van een oom, die aan de betere kant van het dorp een villa heeft gebouwd. De ex-vrouw van zijn zoon bewoont het huis nu. De rest van de straat is uitgestorven. Vroeger waren het schuren voor (graan-)opslag of dieren. Kippen, varkens en schapen werden er gehouden. Ieder jaar na Kerstmis werd er eigenhandig een varken geslacht, dat tot het laatste oortje werd versnoept. De laatste noemde “Stefano”, omdat hij op tweede kerstdag (Santo Stefano) aan zijn einde kwam. Dat was eind jaren tachtig. De schuren werden een voor een omgebouwd tot bewoonbare huizen voor de volgende generatie. Het waren de ouders van mijn schoonmoeder, die wegtrokken uit het dorp en zich in Rome vestigden. In de jaren vijftig/zestig liep zo het halve dorp leeg. Van de familie bleef alleen de jongste oom (nu bijna tachtig) achter, maar hij verliet het steegje. De jongere generaties komen er nu slechts in de zomer, als het te warm is in Rome. Het is de ideale plek om even weg te vluchten uit de drukte van de chaotische metropool. Op ruim een uur rijden bevinden we ons dan in de stilte van het dorp, dat aan onze kant grotendeels verlaten is. In de zomer zijn er drie keer zoveel bewoners en hoe geweldig die gezellige familiedrukte ook kan zijn, eigenlijk zijn we er het liefst in de winter, wanneer het haast uitgestorven lijkt. De tijd staat er altijd even stil, in het dorp. Alles verloopt volgens een bepaald soort ritueel. De ongeschreven (gedrags-)regels waar de Italiaanse maatschappij

van doordrongen is, lijkt er in het kwadraat te gelden. Als je daarin meegaat, zal niemand je opmerken. Maar je moet het je wel een beetje eigen maken. Dat heeft voor mij, als Noorderlinge, even geduurd. Ook de dorpelingen moesten wennen aan “la straniera”. Alleen van een oude weduwe, die met haar man (mijnwerker) in België had gewoond, kreeg ik vaak een veelbetekenende blik. “Ik mis de koffiekoeken en het uitgaan met vriendinnen”, zei ze vaak. “We waren daar veel vrijer, als vrouw.” Toch kwam ook Ermelinda na de dood van haar man, terug naar haar geboortedorp, waar ze – zoals het weduwe betaamt – enkel nog in zwart gekleed gaat. Het sociale leven van de mannen en vrouwen in Arischia lijkt gescheiden. De bar is voor de mannen. Daar kom ik ze ’s morgens tegen. In het barretje onderaan de smalle weg dat naar ons familiestraatje kruipt. Het is er altijd druk. Ze komen er voor hun koffie, de (sport)krant en nemen er met elkaar hun eigen wereldnieuws door. Ze zitten aan plastic tafeltjes en vaak wordt er ook wat gekaart. Zodra ik het barretje nader, verstomt het gesprek. Ik vraag me altijd af welke geheimen er over tafel gaan, die voor vrouwenoren niet geschikt zijn. Ik bestel mijn kranten, betaal en loop weg. Al die tijd is het akelig stil. Als ik tien passen verwijderd ben, lijkt de betovering verbroken en gaat het leven er weer door. Het plein is van de vrouwen. Ze ontmoeten elkaar in de koelte van de avond. Dan zetten ze zich op een stoeltje of krukje op het plein. Vaak voor de deur van de oudste pleinbewoonster. De meeste zijn in weduwezwart gekleed. De rest draagt de hele dag een keukenschort. Ze hebben de grootste lol en af en toe ga ik er bij zitten. Dat kan inmiddels, hoewel ik het zware Arischiese dialect nog niet machtig ben. Maar voor de dorpsbewoners hindert dat niet. Ik heb me de regels eigen gemaakt. Ik hoor bij de vrouwen. Ik ben opgenomen in het dorp.

Italiaanse groetjes, Hedwig Zeedijk


W I J S TA A N O P / N O U S PA R T I C I P O N S A

www.passionegusto.be

Inkom GRATIS

zon.7 dec. 11-18u. Ciao Buonissimo-lezer, Apetrots zijn wij. Voor u ligt de allereerste uitgave van onze gloednieuwe glossy over Italië: Buonissimo. Toen we enkele maanden geleden onze vereniging Taste Italy vzw boven de doopvont hielden, leek de belangrijkste bestaansreden ervan, de uitgave van een italomagazine, nog enorm ver van ons verwijderd. Met veel hard werken en de steun van een groep enthousiaste medewerkers zijn we nu zo ver.

www.emozioni.be

100% ITALIA

‘t Bau-huis

Wij zijn trots om verschillende redenen. Zo is Buonissimo zonder meer het eerste magazine voor en door liefhebbers van Italië. Toen we enkele maanden geleden een oproep lanceerden voor auteurs die een artikel wilden plegen over hun favoriete land, hadden wij nooit vermoed dat er zoveel mensen met passie voor Italië waren. Onze dank gaat daarom uit naar al wie een redactionele (of andere) bijdrage aan ons magazine heeft gedaan.

Slachthuisstraat 60

Trots zijn we ook op onze groeiende community in de virtuele wereld. Het aantal likes op onze facebookpagina’s groeit gestaag aan. Als je nog geen deel uitmaakt van onze virtuele wereld, nodigen we je bij deze uit om even te surfen naar www.facebook.com/passionegusto, of tik gewoon taste-italy in het zoekvenster in. Wij voorzien onze websites en facebookpagina’s regelmatig van nieuwtjes.

3x

magazines voor 1 prijs (25,-) Mi Piace

“NieuwBuonissimo magazine HIER verkrijgbaar”

De bestaansreden van Taste Italy is de promotie van Italië en alles wat Italiaans is. Bent u zo gepassioneerd als wij over ons favoriete land? Sluit u dan bij ons aan: we zijn immers allen amici, amici van Italië.

TASTE-ITALY

Namens Taste Italy vzw & Buonissimo, italian lifestyle magazine

Volgende editie voorjaar 2014 Thema: Sicilia

Steven Van Raemdonck, Dirk Michiels, Gabriele Pellegrini


Italian lifestyle

4 magazine voor en door liefhebbers van Italië •

gastronomie •

ABRUZZO reizen

Eén natuurpark

cultuur

SOPHIA LOREN •

80 jaar!

SLOW FOOD Rage of trend?

BIANCHI Fietslegende

mode - ABRUZZO - editie najaar

© 2014/n03

©

95 €

Nr. 03/2014 € 4,95 www.buonissimo.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.