32
DOUANE
ICS 2
Meer grip op post- en expresszendingen Om burgers en bedrijven binnen de EU nog beter te beschermen is de afgelopen jaren hard gewerkt aan het Import Control System versie 2. Via ICS 2 worden zo veel mogelijk gegevens verzameld over goederen bestemd voor de EU – nog vóórdat ze in het land van herkomst worden geladen. In de eerste fase van het project gaat alle aandacht uit naar post- en express zendingen.
De ontwikkeling van het vernieuwde aangiftesysteem ICS 2 komt voort uit de wens om de publieke veiligheid te vergroten, vertelt Shirley Gerritsen, directeur van het Douane Landelijk Tactisch Centrum. “Sinds 9/11 weten we hoe kwetsbaar onze samenleving is. Daarna zijn er ook in Europa aanslagen gepleegd. En er is een bom in een luchtvrachtpakket aangetroffen. Terrorisme is dus geen ver-van-mijnbed-show. Met ICS 2 krijgen we een EU-breed monitoringsysteem, dat ons een veel betere informatiepositie geeft. Zo verbetert vanzelf ook onze geautomatiseerde risicoanalyse van gegevens over goederen die de EU binnenkomen. Over land, via de lucht, het water of het spoor.” ICS 2 is geen afgebakend systeem. Het is eerder een geheel van verschillende Nederlandse en Europese applicaties en portalen. Vanwege de omvang, complexiteit en impact van ICS 2 is gekozen voor invoering in drie fasen (zie kader). Dit in overleg met het bedrijfsleven. Gerritsen: “Stapsgewijs bouwen we die informatiepositie met elkaar op. De eerste fase beperkt zich voor Nederland tot de postzendingen van PostNL. Alle overige goederenstromen worden meegenomen in fase 2.”
Cargo Magazine
Flink aan de bak PostNL is in fase 1 dus de enige aangever in deze specifieke goederenstroom. En met 60 miljoen pakketjes per jaar ook meteen een forse. Het bedrijf moet dus flink aan de bak, stelt Gerritsen. “Voor binnenkomende postzendingen moet PostNL de zogenoemde ENSgegevens voor vertrek naar de EU elektronisch aanleveren. ENS staat voor Entry Summary Declaration, oftewel de summiere aangifte. Eerder moest daarin minimaal een voldoende nauwkeurige omschrijving van de goederen zijn opgenomen. In ICS 2 moeten meer gegevens worden ingevuld. PostNL wijzigt zijn werkproces om aan deze aangifteverplichting te kunnen voldoen. Ook moet het bedrijf berichten van de Douane kunnen ontvangen en op de juiste wijze afhandelen. Dat hoeft overigens niet allemaal op stel en sprong. Ze hebben tot 1 oktober de tijd om ervoor te zorgen dat we deze data daadwerkelijk gaan krijgen. Daarbij moet je denken aan informatie over onder meer de verzender en ontvanger van een pakketje. Neem een zending die is aangegeven als een stoffensample. Wordt het pakje verstuurd vanaf een adres dat dankzij risicoanalyse van de verbeterde data uit ENS bij ons bekend staat als een medicijnenfabriek? Dan gaat er bij ons een lampje
branden. Betreft het misschien een type medicijn dat in de EU verboden is? Maar is de zending gewoon als een toegestaan medicijn aangegeven, dan is er uiteraard minder aanleiding voor een controle. De toegevoegde waarde van ICS 2 zit ’m dus echt in die betere informatiepositie. Hoe meer gegevens, hoe groter de kans dat we onregelmatigheden ontdekken.”
Vervroegde risicocheck Belangrijk is dat de gevraagde gegevens met betrekking tot een zending vóór vertrek van het vliegtuig beschikbaar zijn in ICS 2. Dat geeft EU-landen de mogelijkheid om al vóór opstijgen eventuele risico’s te beoordelen. Gerritsen: “Komt er na een geautomatiseerde analyse op aangiften zo’n mogelijk risico naar voren? Dan kijkt een douanemedewerker of er inderdaad iets aan de hand is. De Douane kan aanvullende gegevens opvragen, of extra screenings laten uitvoeren. We werken daarbij samen met de Koninklijke Marechaussee. Als uit de extra informatie blijkt dat er daadwerkelijk sprake is van een reële dreiging, dan bepaalt de NCTV* of er een zogeheten do-not-load-verklaring wordt afgegeven. In dat geval mag de zending niet worden beladen.”