Brede School Rijswijk Muziekbuurt Handboek

Page 1

k e o b d n Ha Samen

vormen wij ĂŠĂŠn orkest!



Samen vorm

één

en w

ij

orkest!



Inhoudsopgave 1. Brede school Muziekbuurt

6

2. Missie

7

3. Doelstellingen

8

4. Pedagogische benadering en omgangsvormen

9

5. Aansturing en overleg

11

6. Activiteiten

14

7. Brede schoolcoรถrdinator

16

8. Communicatie

17

9. Evaluatie en monitoring

17

10. Gebruik van het gebouw

18

Bijlagen 19


1. Brede school Muziekbuurt

Brede school Muziekbuurt is een structurele samenwerking tussen cbs Melodie, kindercentrum SRK, de bewonersorganisatie Muziekbuurt, de werkgroep sociaal cultureel werk Muziekbuurt, het Activiteitencomité Muziekbuurt en verschillende partners voor welzijn, sport, zorg, kunst en cultuur. In brede school Muziekbuurt werken we samen voor en met kinderen van 0 tot 12 jaar. Dit doen we vanuit onze eigen organisatie en CAO, maar we zetten die niet voorop. De ontwikkeling van het kind staat centraal. De ambitie voor samenwerking tussen de partners is ‘Hand in Hand’. We gaan dan ook altijd uit van samenwerking. Onderlinge samenwerking en samenwerking met de ouders/verzorgers die de eerste verantwoordelijkheid hebben voor de opvoeding. We werken niet alleen in een duurzaam gebouw, maar onze manier van werken is ook duurzaam. Dit aspect komt in al onze handelingen terug. Brede school Muziekbuurt heeft een themagerichte indeling van activiteiten. We zorgen er voor dat de verschillende activiteiten binnen dat thema elkaar aanvullen. Samen vormen we één orkest! Het gebouw van Brede school Muziekbuurt is een laagdrempelige en uitnodigende ontmoetingsplek voor de wijk. Binnen de thema’s zoeken we ook altijd naar mogelijkheden om de activiteiten voor 0-12 met activiteiten van en voor de wijk te verbinden.

6


2. Missie

Brede school Muziekbuurt is gericht op inhoudelijke samenwerking tussen partijen en richt zich op opgroeiende kinderen van 0 tot 12 jaar in de Muziekbuurt.

Door de samenwerking optimaliseren we de ontwikkelingskansen van kinderen versterken we hun sociale competenties en burgerschap en bevorderen we hun culturele en maatschappelijke participatie. Onderwijs, ontwikkeling, opvoeding, opvang en ontspanning sluiten op elkaar aan. We gaan uit van een doorgaande ontwikkelingslijn en het kansenpotentieel van het individuele kind Hierbij beseffen we ons dat ouders, verzorgers, het gezin, de wijk en haar bewoners een rol vervullen.

7


3. Doelstellingen

“Kinderen krijgen de kans hun potentieel optimaal te ontwikkelen”

De kernbegrippen voor onze brede school: • We bieden een veilige en uitdagende leer- en speelomgeving • Ons uitgangspunt is een doorgaande lijn in dagelijkse activiteiten voor 0-12 jarigen • We werken samen en thematisch • We bieden huiselijkheid en een laagdrempelige ontmoetingsplek in de wijk • We zijn sociaal en maatschappelijk betrokken en leveren een bijdrage aan de sociale cohesie in de buurt • Risico’s in de ontwikkeling signaleren we in vroeg stadium en handelen daar naar • Bij onze aanpak laten we de input van ouders, kinderen en buurtbewoners meewegen • We houden onze werkomgeving aantrekkelijk en inspirerend

8


4. Pedagogische benadering en omgangsvormen In onze brede school willen we dat kinderen zich ontwikkelen tot weerbare, zelfstandige en sociale individuen die respectvol en verantwoordelijk met hun medemensen, zichzelf en de omgeving omgaan. Door onze nauwe onderlinge samenwerking bieden we alle kinderen optimale ontwikkelingskansen. We vinden het belangrijk dat kinderen leren respect te hebben voor alle levensovertuigingen en dat ze zich betrokken voelen bij anderen die het minder hebben. Emotionele veiligheid Basis van al het handelen van de medewerkers is het bieden van fysieke en emotionele veiligheid aan een kind. Voor de SRK is daarbij het pedagogisch kader de leidraad. Emotionele veiligheid is een belangrijke voorwaarde voor een positieve ontwikkeling. Pas als een kind zich veilig voelt, durft het “op avontuur� te gaan.

Competentie De medewerkers accepteren en waarderen een kind als een uniek persoon. Medewerkers hebben vertrouwen in de (ontwikkelings)mogelijkheden van een kind en laten dit merken. Kinderen ontdekken dat ze de taken die ze moeten doen aankunnen en dat ze steeds meer kunnen.

Persoonlijke competentie De medewerkers leren een kind wie het is, wat het kan, welke interesses het heeft en welke vaardigheden er nodig zijn in bepaalde situaties. Ze helpen kinderen zichzelf te leren kennen en een positief zelfbeeld te ontwikkelen. Medewerkers hebben hoge maar realistische verwachtingen van kinderen, ze reageren positief op het werk en het gedrag van kinderen en geven hen op deze manier de beste ontwikkelingskansen.

9


Autonomie Medewerkers stimuleren om kinderen zelf hun (leer)gedrag te sturen. Kinderen krijgen zoveel mogelijk aandeel in hun ontwikkeling en in het leren. Kinderen mogen over veel onderwerpen zelf beslissingen nemen en verantwoordelijkheid dragen.

Sociale competentie Elk kind krijgt individuele zorg en aandacht, maar ook de groep heeft een belangrijke functie. Kinderen leren op de brede school hoe zich moeten gedragen in een groep; wachten op je beurt, elkaar helpen, respecteren van anderen, opkomen voor je eigen belang, samenwerken en samen feest vieren. Medewerkers bevorderen samenwerken en samenspelen.

Relatie Kinderen hebben behoefte aan contact met belangrijke personen in hun leven, zowel volwassenen als andere kinderen. Binnen de brede school besteden we veel aandacht aan de relatie tussen kinderen onderling en de relatie tussen kinderen en medewerkers.

Normen en waarden

Om goed in de samenleving te kunnen functioneren, is het nodig dat kinderen de waarden, normen en regels van de maatschappij waarin zij leven leren kennen en zich eigen maken. Een aantal gemeenschappelijke waarden en normen is bovendien onmisbaar om een goede samenwerking met ouders te hebben. In de brede school ontmoeten de kinderen veel verschillende mensen en maken ze kennis met een diversiteit aan waarden en normen en vaak ook met verschillende culturen. Onderdeel van de brede school is de christelijke grondslag van cbs Melodie. De andere partners van de brede school school respecteren deze grondslag. De school probeert met elkaar de christelijke waarden vorm te geven in het handelen. Verder wordt er verteld uit de Bijbel, wordt er gebeden met elkaar en worden de christelijke feestdagen gevierd op een wijze die aansluit bij de belevingswereld van de kinderen. Ook wordt er omgezien naar anderen o.a. door wekelijks geld mee te nemen voor de kinderen. Als christelijke school is er respect voor andere levensovertuigingen.

10


5. Aansturing en overleg

Het managementteam binnen onze brede school Het managementteam (MT) het team, dat onder leiding van de directeur belast is met de onderwijskundige en organisatorische coördinatie van (een bouw van) de school. Het MT heeft ook als belangrijke taak het pedagogische klimaat te optimaliseren en de beschreven visie van onze brede school uit te dragen. De directeur is integraal eindverantwoordelijke en verzorgt de dagelijkse leiding, de overige leden van het MT zijn ‘staffunctionarissen’. Een van die staffunctionarissen is de coördinator van de brede school, waarover in hoofdstuk 6 meer is opgenomen. Zij vervullen werkzaamheden die gericht zijn op de directe uitvoering van het primaire proces. Bij de staffunctionarissen is sprake van gedelegeerde directietaken en daarop berust ook hun legitimering. Er is gekozen voor invulling op basis van taakdifferentiatie. Hiermee wordt bedoeld dat de werkzaamheden worden uitgevoerd vanuit de functie. In beginsel vindt faciliteren van de werkzaamheden plaats in lesgebonden tijd. Dit geldt niet voor de pedagogisch medewerkers en brede schoolcoördinator. Indien dit organisatorisch niet inpasbaar is binnen de school, worden de werkzaamheden ‘gewaardeerd’ in het kader van het schoolspecifieke taakbeleid. Het is belangrijk om daar op schoolspecifiek niveau afspraken over te maken. Zeker bij het vaststellen van de verplichtingen en bestedingen in het kader van de personele formatie.

Voorwaarden en competenties Een bouwcoördinator dient voor het uitvoeren van MT-taken een goed draagvlak binnen de brede school te hebben. Een MT-lid dient bij voorkeur een scholing te volgen cq gevolgd te hebben die specifiek gericht is op (midden)managementcompetenties. De bouwcoördinatoren zijn in principe werkzaam in de bouw die zij vertegenwoordigen. Zowel full- als parttimers kunnen voor deze taak in aanmerking komen waarbij wel het voorbehoud wordt gemaakt, dat deze positie moeilijk is in te vullen voor een parttimer met een te kleine werktijdfactor. De competenties worden als volgt benoemd. Hij/zij

11


heeft een visie op het onderwijs in de specifieke bouw; heeft zicht op het functioneren van het onderwijsleerproces in de specifieke bouw; bezit goede schriftelijke en mondelinge communicatievaardigheden; kan coรถrdineren en sturing geven aan medewerkers vanuit een stimulerende open houding; is doortastend, slagvaardig en flexibel.

Model Als basismodel is gekozen voor een managementteam bestaande uit de directeur1, clustermanager SRK en twee bouwcoรถrdinatoren. Daarmee bestaat het MT van de brede school Muziekbuurt uit: - Directeur cbs Melodie (aandachtsgebied dagelijkse aansturing) - Clustermanager SRK (aandachtsgebied peuterspeelzaal/kinderopvang) - Onderbouwcoรถrdinator cbs Melodie (aandachtsgebied groep 1-3) - Bovenbouwcoรถrdinator cbs Melodie (aandachtgebied groep 4-8) Bij haar overleg nodigt het MT de specialisten uit bij die agendapunten waar inbreng relevant is. Dit zijn bv de brede schoolcoรถrdinator, intern begeleider, locatiehoofd SRK, voorzitter van bewonersorganisatie Muziekbuurt, een bestuurslid van de werkgroep Sociaal Cultureel Werk Muziekbuurt of een vertegenwoordiger van de gemeente Rijswijk.

1. De directeur werkt binnen het competentieprofiel directeur brede school zoals de NSA die beschreven heeft.

12


MT

BHV/ARBO

ICT coรถrdinatior

IB

Coรถrdinatior brede school

Onderbouwcoรถrdinatior

Loho SRK 0-4 jaar

Coรถrdinatior bovenbouw

Groep 1-3

PSZ/KDV

Groep 4-8

Loho SRK 4-12 jaar

BSO

Bestuurslid Welzijn

welzijnsactiviteiten

Als bijlage A is de overlegstructuur opgenomen. Ook de taken, verantwoordelijkheden en aanwijzingsprocedure van de MT-leden zijn opgenomen als bijlage B.

13


6. Activiteiten

In de brede school werken we samen binnen thema’s. Alle activiteiten zien we dan ook als een samenhangend geheel binnen een thema. De thema’s worden voorafgaand aan het schooljaar in het managementteam vastgesteld. Hiermee wordt de jaarverdeling voor de aanpak van de thema’s vastgesteld met per thema de opzet in hoofdlijn (‘wie doet wat’). Bij de vaststelling zijn de brede schoolcoördinator en de contactpersoon vanuit het wijkwerk betrokken. De thema’s worden uitgewerkt in het jaarplan onderbouw (kinderopvang, peuterspeelzaal, buitenschoolse opvang en groep 1/2) en in het jaarplan bovenbouw (groep 3 t/m 8 en buitenschoolse opvang), met een coördinerende rol van de brede schoolcoördinator. Aandachtspunten: • de thema’s bieden voldoende mogelijkheden tot integrale aanpak • de thema’s lenen zich voor variatie aan activiteiten • ouderbetrokkenheid heeft een prominente plek binnen het thema • de brede school wordt door het thema met de buurt verbonden • binnen het thema wordt intensief samengewerkt door de medewerkers • elk thema heeft als deelelement in ieder geval ontmoeten en muziek/dans/ritme De repeterende thema’s zijn: - Opening seizoen - Kinderboekenweek - Sinterklaas - Kerst - Winter - Lente/Pasen - Sport - Zomer - Feest

14


Voor de uitwerking van de thema’s hebben we volgende afspraken gemaakt:

1. Wie mag er komen? Activiteiten van de brede school: - leerlingen cbs Melodie en bso-leerlingen De Voorde / De Akker - kinderen uit de wijk - kinderen van de buitenschoolse opvang Activiteiten partners - de eigen doelgroep/deelnemers

2. Wie regelt het? De brede schoolcoördinator coördineert de uitwerking en toegankelijkheid in samenspraak met de verschillende partners onder verantwoordelijkheid van het MT.

3. Wie vertelt het? Onder verantwoordelijkheid van MT zorgt de brede schoolcoördinator voor de communicatie.

4. Hoe vertellen we het? Per thema maken we onderling afspraken over het publiceren van informatie op website, (digitale) nieuwsbrief per kwartaal/periode, jaarkalender en muurkrant. Ook spreken we bij elke activiteit de versiering in het gebouw af. We streven daarbij naar uniformiteit en het zoveel mogelijk gebruik maken van natuurlijke, duurzame materialen.

15


7. Brede schoolcoördinator

De coördinator valt onder de directe functionele verantwoordelijkheid van het MT en is daarbij agendalid, maar is daarbij niet in dienst. De werkgever is Sport en Evenementen Haaglanden. Bij de indeling van combinatiefunctionarissen is onderscheid gemaakt tussen verschillende niveaus voor deze competenties: A. bewust en taakgericht invulling geven aan eigen functioneren; B. bewust en resultaatgericht invulling geven aan eigen functioneren en aan functie als verbinding tussen organisaties; C. bewust en doel- of effectgericht invulling geven aan en ontwikkelen van eigen functioneren en van samenwerking tussen en van professionaliteit van partners binnen en buiten de brede school. De combinatiefunctionaris als coördinator van een brede school functioneert op niveau B. De combinatiefunctionaris als uitvoerder van activiteiten functioneert op niveau A. De uitwerking van de daarvoor geldende competenties zijn opgenomen in bijlage I.

Vereiste opleiding, ervaring en salarisniveau Opleiding HBO Sport en Bewegen, ALO of CMV of een gelijkwaardige opleiding en gelijkwaardig werk- en denkniveau, aantal jaren ervaring in een coördinerende functie. De coördinator treedt in dienst bij Sport&Evenementen Haaglanden en heeft een salaris gebaseerd op de maximale bekostiging van combinatiefunctionarissen conform de Brede Impuls combinatiefuncties, uitgaande van een normjaartaak van 1659 uur voltijd. De functie is verdeeld in een coördinerende rol op niveau B en een uitvoerende rol op niveau A. De uitwerking van de taken en het profiel/competenties van de brede schoolcoördinator zijn opgenomen als bijlagen C en D.

16


8. Communicatie

Om onze samenwerking te ondersteunen hebben we een uniforme huisstijl afgesproken. In de presentatie- en communicatiemiddelen is deze huisstijl doorgevoerd. We willen duurzaam en daarom zoveel mogelijk digitaal werken. Daarvoor gebruiken we digitale nieuwsbrieven en de website www.bredeschoolrijswijk.nl/Muziekbuurt Daarop nemen we algemene informatie op en verwijzen waar nodig door naar de websites van de afzonderlijke partners. Als bijlage E zijn de formats van de brieven opgenomen.

9. Evaluatie Om regelmatig stil te staan bij de kwaliteit van onze samenwerking voert het MT jaarlijks een evaluatie uit. In het MT wordt besproken wie de evaluatie invullen en wanneer dit gebeurt. Ook worden in het MT vervolgens de uitkomsten en de effecten voor het beleid binnen onze brede school besproken. Voor de evaluatie maken we gebruik van de door het Landelijk Steunpunt Brede Scholen ontwikkelde kwaliteitskaart.

17


10. Gebruik van het gebouw De inhoudelijke samenwerking staat in onze brede school voorop. Daarbij vinden we het belangrijk dat er efficiĂŤnte, duidelijke afspraken zijn over de omgang met ons gebouw. In een volgende versie van dit handboek worden de beheersafspraken in de brede school Muziekbuurt opgenomen.

18


Bijlagen

A Overlegstructuur B Taken,verantwoordelijkheden en aanwijzingsprocedure MT-leden C Taken brede schoolcoรถrdinator D Profiel brede schoolcoรถrdinator E Formats briefpapier

19


Bijlage A: Overlegstructuur Wat

Wie

Team Overleg

Clustermanager SRK (VZ) Locatiehoofd SRK Management cbs Melodie Team cbs Melodie Team SRK

Management Team Overleg (MTO)

Directeur cbs Melodie (VZ) Clustermanager SRK BBC OBC

Onderbouw- overleg (OBO)

PMW KDV + PSZ Leerkrachten groepen 1-3 OBC (VZ) IB cbs Melodie (VZ) Locatiehoofd SRK (VZ)

Bovenbouw- overleg (BBO)

PMW BSO Leerkrachten groepen 4-8 BBC (VZ) IB cbs Melodie (VZ) Locatiehoofd SRK (VZ)

Kenniskring

Iedere medewerker. Aanwezigheid zelf in te vullen.

20


Frequentie

Onderwerp

Duur

3 x per jaar (september- februari-juni) 1

Beleid Jaarplan + streefdoelen. Stand van zaken Evaluatie

2 uur

2 x per jaar

Beleid

1 uur

5 x per jaar

Inhoud

1,5 uur

5 x per jaar

Inhoud

1,5 uur

4 x per jaar

1. Taal 2. Rekenen 3. Pesten/sociale emotionele ontwikkeling 4. ICT

1 uur

− − − −

BSM= brede school muziekbuurt KDV = kinderopvang BSO = buitenschoolse opvang PSZ = peuterspeelzaal

− − − − − − 21

CM SRK= clustermanager SRK Loho SRK = locatiehoofd SRK PMW = pedagogisch medewerker BBC = bovenbouwcoördinator OBC = onderbouwcoördinator IB = intern begeleider


Bijlage B: Taken, verantwoordelijkheden en aanwijzingsprocedure MT-leden A. Gericht op het primaire proces: 1. Organiseert een uitdagende en stimulerende (leer)omgeving 2. Ziet erop toe dat ouders/verzorgers tijdig, duidelijk en volledig geïnformeerd worden over de ontwikkeling van hun kind 3. Houdt rekening met belangen van kinderen 4. Onderhoudt een doelgericht netwerk 5. Stimuleert, begeleidt, beoordeelt en bewaakt de kwaliteit van het pedagogisch-didactisch, vakinhoudelijk en organisatorisch handelen van medewerkers.

B. Organisatie ontwikkeling: 1. Ontwikkelt een gezamenlijke gedragen visie op onderwijs, leren, opvang en organisatie en houdt deze levend 2. Toont ondernemend leiderschap 3. Geeft op basis van visie beleid- en organisatieveranderingen vorm

C. Organisatiebeleid en -beheer: 1. Stelt een (meerjaren) planning op een bewaakt de voortgang 2. Organiseert zelfevaluatie op basis van kwaliteitsinstrumenten 3. Verantwoordelijk voor het risicomanagement 4. Verantwoordelijk voor een veilige en schone werkomgeving 5. Het MT fungeert als aanspreekpunt voor de dagelijkse gang van zaken en als aanspreekpunt voor de gemeente

Taken van een bouwcoördinator (MT-lid) Brede school Muziekbuurt kiest voor een algemene omschrijving met een onderverdeling in enkele thema’s die vooral bedoeld zijn om richting te geven. Zij vormen het kader, - de ‘ondergrens’ – voor het functioneren van het MT en haar leden. De grootte van de school, de werkwijze van de school (waaronder ook het taakbeleid) en haar cultuur dragen mede bij aan het verder vormgeven van de organisatie van de school. In algemene zin is de bouwcoördinator de ‘functionele’ begeleider van een bouw. Hij/zij heeft de verantwoordelijkheid voor het goed func-

22


tioneren van de bouw op inhoudelijk en organisatieniveau. De focus van de coördinator ligt op de streefdoelen van het gemeenschappelijk opgestelde jaarplan. Hij zorgt voor afstemming en voortgang, maakt keuzes en neemt besluiten, met tot doel het realiseren van de streefdoelen van het jaarplan. Hij is medeverantwoordelijk voor het welbevinden en de optimale ontwikkeling van leraren. Hij is voor teamleden het vaste aanspreekpunt en is de plaatsvervanger en aanspreekpunt bij afwezigheid van de directeur. Op maandag, dinsdag zijn dit de intern begeleiders. Op woensdag de intern begeleider van de bovenbouw. Op donderdag en vrijdag de coördinator van de bovenbouw. Hij woont de MT-bijeenkomsten bij en adviseert de directeur alle zaken aangaande de bouw c.q. de school.

1. Ten aanzien van het thema ‘beheer’ geldt: - het coördineren van de algemene gang van zaken in de bouw; - het vanuit de MT-bijeenkomst opstellen van de agenda voor het bouwoverleg; - het voorzitten van het bouwoverleg of bouwvergadering; - het mede erop toezien dat gemaakte bouwafspraken ook worden nagekomen.

2. Ten aanzien van het thema ‘onderwijskundig’ geldt: - het erop toezien dat de visie en de doelstellingen van de school herkenbaar zijn en blijven in relatie tot de onderwijsactiviteiten van de bouw; - het evalueren van de onderwijskundige voortgang in het kader van de doorgaande lijn; - het op de hoogte zijn van de zorgstructuur binnen de bouw (besprekingen, verwijzingen, adviezen, externen); - actief meewerken aan een verantwoord en positief werkklimaat.

3. Ten aanzien van het thema ‘begeleiding’ geldt: - het inspireren en stimuleren van collega’s; - het bevorderen van consensus; - het mede zorgdragen voor het begeleiden en inwerken van nieuwe collega’s in de bouw en mede aanspreekpunt zijn voor praktische zaken; - het, in het kader van de gesprekscyclus IPB, voeren van gesprekken die geen indirect en/of direct gevolg hebben voor de rechtspositie van de medeweker (b.v. het voortgangsgesprek);

23


- de directie adviseren inzake de scholingsbehoefte / noodzaak van de (leden van de) bouw.

4. Ten aanzien van het thema ‘ondernemen’ geldt: - het uitdragen van de door het MT uitgezette beleidslijnen; - het terugrapporteren naar het MT van de voortgang in de bouw; - het onderhouden van de contacten met de directie (wederzijdse informatie-uitwisseling en belangrijke actualiteiten); - deelname aan eventuele benoemingsadviescommissies voor nieuwe collega’s in de bouw; - informatie en advies geven aan de directie inzake het functioneren van medewerkers.

5.Ten aanzien van opvang geldt: - Juridische aspecten en salariëring (uren) is verantwoordelijkheid van Clustermanager SRK - Voor dagelijkse aansturing en zaken omtrent het gebouw contact met de directeur van onze brede school - Pedagogische zaken, werkmethodes worden besproken met de verantwoordelijke persoon binnen de SRK - Investeringaanvragen gaan via het MT van onze brede school - De SRK is verantwoordelijk voor de GGD controle en de afhandeling ervan. De clustermanager moet verantwoording af kunnen leggen aan het MT van de SRK. Bepaalde zaken zullen daarvoor goedkeuring behoeven. Voor functionerings-gesprekken en aanstellen personeel is de SRK verantwoordelijk. Wel is er input vanuit het MT.

Een MT-lid…… - heeft een visie op onderwijs die aansluit bij de gemeenschappelijke visie van Lucas Onderwijs en SRK op een brede ontwikkeling in het kader van de ontwikkeling van de brede school Muziekbuurt, - heeft kennis van onderwijsleerprocessen in de bouw, - kan rekenen op een breed draagvlak in de brede school en in het bijzonder de eigen bouw, - is mondeling en schriftelijk communicatief vaardig, - kan coördineren en geeft sturing aan de medewerkers vanuit een open houding, - is doortastend, slagvaardig en flexibel, - werkt goed samen en kan actief luisteren,

24


- heeft een dienstverband van tenminste 50%, - is werkzaam in de bouw waarvan hij/zij coördinator is, - heeft bij voorkeur een gerichte managementopleiding gevolgd of is bereid deze te volgen, - één lesvrij dagdeel om de werkzaamheden uit te voeren, - collegiale ondersteuning en begeleiding tijdens de inwerkperiode.

Aanwijzingsprocedure MT-lid 1. Team wordt geïnformeerd over de ontstane vacature en de voortgangsprocedure. 2. Profiel, taken en procedure worden intern dan wel extern verspreid. 3. Op schoolniveau wordt een benoemingsadviescommissie (BAC) samengesteld. Deze bestaat tenminste uit de directeur, twee MT-leden, en een vertegenwoordiger uit de betreffende bouw. 4. Belangstellenden sturen voor de vastgestelde datum een sollicitatiebrief in, gericht aan de directeur. 5. De BAC nodigt de kandidaat/kandidaten uit voor een gesprek.

25


Bijlage C: Taken brede schoolcoördinator

1. Besteedt 1/3e van de tijd aan coördinatie en 2/3e van de tijd aan uitvoering van activiteiten, uitgaande van 24 uur per week. 2. Vormt de verbindende schakel tussen de brede school en de Muziekbuurt en stimuleert daarbij de onderlinge samenwerking tussen wijkbewoners en de partners in de brede school. 3. Zoekt en bedenkt, samen met partnerorganisaties, activiteiten die passen in het de visie, doelstellingen en thema’s die het MT heeft vastgesteld. 4. Draagt zorg voor inhoudelijke afstemming en aansluiting van het ´nieuwe´curriculum op het bestaande (bijvoorbeeld op het gebied van taal, rekenen, ICT, sport, drama). 5. Organiseert twee ouderavonden per jaar over een gemeenschappelijk opvoedkundig thema. 6. Denkt mee over aangrenzende aspecten, zoals continurooster, lestijden, plaats van brede schoolactiviteiten in het dagrooster, ouderbetrokkenheid etc. 7. Analyseert de resultaten van evaluaties van activiteiten en doet mede op basis daarvan voorstellen ter verbetering. 8. Onderzoekt de vraag, onderzoekt het aanbod en kiest de meest geschikte aanbieders (in- of extern). 9. Onderhandelt met aanbieders en maakt afspraken over inhoud, vormgeving en prijs van activiteiten (contracten sluit alleen MT af). 10. Maakt een rooster voor de activiteiten en ruimten, overeenkomstig de gemaakte afspraken en genomen besluiten en verzorgt de financiële afwikkeling. 11. Deelt de deelnemers aan activiteiten in groepen in. 12. Fungeert als vraagbaak (helpdesk) voor externe activiteitenbegeleiders. 13. Organiseert alternatieve activiteiten bij uitval van externen. 14. Informeert en introduceert nieuwe activiteitenbegeleiders. 15. Draagt eindverantwoordelijk voor de organisatie van de brede schoolactiviteiten en voert deze deels ook zelf uit.

26


16. Verzorgt gezamenlijke activiteiten van de kernpartners zoals een maandelijkse lunch en een jaarlijks personeelsuitje 17. Verzorgt activiteiten voor de brede school Muziekbuurt en de wijk(bewoners), zoals een jaarlijkse open dag en een lentemarkt 18. Profileert brede school Muziekbuurt in woord en daad.

27


Bijlage D: Profiel brede schoolcoördinator

1. Flexibiliteit Verandert, indien zich problemen of kansen voordoen, de eigen gedragstijl of conceptuele benadering ten einde het gestelde doel te bereiken: • staat open voor ideeën van anderen en bouwt hierop voort; • pakt nieuwe zaken snel op en past eigen werkwijze/gedrag aan bij veranderende omstandigheden; • doorbreekt vaste patronen; • varieert eigen werkwijze bij weerstand, problemen of kansen; • bewandelt bij onverwachte omstandigheden andere wegen om het doel te bereiken; schakelt bij weerstanden, tegenslag of tegenspel over op een aanpak die wél tot het doel leidt; • is snel inzetbaar bij aangrenzende activiteiten, programma’s en projecten.

2 Samenwerken Draagt bij aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer geen direct eigen functioneel belang aanwezig is: • maakt gebruik van de kennis en expertise van anderen en neemt initiatieven voor overleg; wisselt argumenten, informatie en ideeën uit met anderen over acties en consequenties en vraagt reacties; • zet zich in om samen met anderen doelen te bereiken; haalt en brengt actief kennis en draagt ook bij aan werkzaamheden die niet tot het eigen takenpakket behoren; • streeft gezamenlijke doelen na en draagt bij aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer dit niet van direct persoonlijk belang is; stemt periodiek af; • geeft ruimte aan de ander om een mening te ventileren, doet zonodig concessies; • toont oprechte belangstelling in anderen en is uit op het creëren en behouden van een optimale samenwerkingsrelatie.

28


3 Plannen en organiseren Bepaalt op systematische wijze doelen en prioriteiten en geeft benodigde acties, tijd en middelen aan om bepaalde doelen te kunnen bereiken: Afstemmen en overzicht houden • stemt eigen op het kind gerichte werkzaamheden af op taken die verschillende mensen uitvoeren en draagt zorg voor goede overdracht van werkzaamheden; brengt structuur aan in het eigen en andermans werk; • houdt overzicht over de werkzaamheden van zichzelf en anderen en bewaakt de voortgang; • stelt concrete doelen, prioriteiten en acties voor zichzelf en anderen; maakt daarbij realistische inschattingen ten aanzien van benodigde tijd, capaciteit en middelen; • anticipeert op factoren die van invloed kunnen zijn op het realiseren van de planning en speelt hier, waar nodig, op in; • realiseert de randvoorwaarden om de gewenste prestaties te kunnen leveren.

4 Creativiteit Komt met oorspronkelijke oplossingen voor problemen die met de functie verband houden. Bedenkt nieuwe werkwijzen ter vervanging van een traditionele aanpak en/of benadering. • combineert bestaande oplossingen/ideeën tot een voor een specifiek probleem bruikbare oplossing en/of tot een nieuwe/verbeterde werkwijze; heeft er plezier in om (nieuwe) oplossingen te bedenken; • kan aangereikte mogelijkheden en ideeën verder ontwikkelen tot daadwerkelijke toepassingen; • komt op vindingrijke wijze tot ideeën voor verbetering en verandering in het eigen werk; bedenkt alternatieve benaderingen voor vraagstukken uit de dagelijkse werksituatie; • verbetert bestaande denkkaders en producten; legt verbanden tussen ontwikkelingen binnen en buiten het eigen vakgebied en signaleert kansen.

5 Initiatief Neemt actief maatregelen om de gang van zaken te beïnvloeden; herkent gelegenheden om het bereiken van het doel te bevorderen en grijpt kansen om zijn doel eerder te bereiken. • onderneemt actie op zaken in de directe werkomgeving van het team die anders en/of beter kunnen of knelpunten opleveren; komt uit eigen beweging met creatieve voorstellen;

29


• neemt het initiatief in projecten, in andere gezamenlijke acties of bij nieuwe ontwikkelingen; • zoekt voor de organisatie kansrijke ontwikkelingen en pakt deze op; • doet binnen de gestelde grenzen voorstellen om kansen in acties en oplossingen om te zetten, neemt actie en wacht niet af; • signaleert werkzaamheden die buiten het gangbare werkpakket en bevoegdheden van de eigen functie of het eigen team vallen en benoemt deze.

6 Omgevingsbewustzijn Laat blijken goed geïnformeerd te zijn over ontwikkelingen op het eigen vakgebied, binnen en/of buiten de eigen sector of ten aanzien van andere omgevingsfactoren. Benut deze kennis effectief voor de eigen functie of betrokken organisatie(s). • laat blijken op de hoogte te zijn van voor het eigen werkterrein relevante sociale, vakinhoudelijke en/of maatschappelijke trends en ontwikkelingen; • leeft zich in in de andere partij; herkent de communicatie, de behoeften en belangen van de ander, en verandert, indien nodig, van manier om invloed uit te oefenen; • peilt verwachtingen, schat belangen en posities van anderen in en schat de effecten in van eigen beslissingen en activiteiten op interne en externe actoren; • houdt rekening met de onderlinge verhoudingen binnen de brede school; • kent en handelt conform het gewenste imago van de brede school in de maatschappij.

7 Professioneel handelen Gebruikt de voor de functie vereiste goede en actuele vakmatige kennis en vaardigheden. • draagt (on)gevraagd kennis en vaardigheden over; • vraagt naar feedback; • zoekt naar mogelijkheden om zichzelf doelgericht te ontwikkelen; • onderhoudt daartoe contact met de voor deze combinatiefunctie samenwerkende organisaties

8 Motiveren/stimuleren Stimuleert van anderen tot actie en betrokkenheid om een bepaald van tevoren gedefinieerd resultaat te bereiken; stijl van coachen aanpassen zodat de betrokken persoon zich optimaal kan ontwikkelen. Kiest pas-

30


sende motivatiemiddelen en zet deze zodanig in dat mensen worden gestimuleerd: • stelt inspirerende takenpakketten en activiteiten samen, afgestemd op de specifieke groep(en) • kinderen/leerlingen e.d.; • gaat na wat een ander beweegt, biedt optimale condities voor medewerkers om goed te werken en zorgt er voor dat anderen zich betrokken voelen; • schetst de richting voor ontwikkeling en ondersteunt bij het formuleren van ontwikkeldoelen; • spreekt anderen positief kritisch aan op hun leerpunten, geeft een eerlijke en opbouwende terugkoppeling en laat ze van hun fouten leren;

9 Laten leren en ontwikkelen Initieert, stimuleert en begeleidt ontwikkeling van de doelgroep, zowel op individueel niveau, als in groepsverband: • creëert situaties waarvan (groepen van) kinderen, collega’s e.d. kunnen leren en waarin zij nieuwe aspecten kunnen ontdekken; • bevraagt (groepen van) kinderen, collega’s e.d. over wensen, verwachtingen en zelf ingeschatte mogelijkheden; • geeft ruimte en steun aan degenen die nieuwe dingen willen oppakken en creëert daarvoor de vereiste mogelijkheden/faciliteiten; • brengt (groepen van) kinderen, collega’s e.d. gevraagd of ongevraagd in situaties die voor hen uitdagend en leerzaam zijn. • geeft op basis van inzicht een duidelijk beeld van kwaliteiten en leerpunten van kinderen, collega’s e.d.

10 Inlevingsvermogen Houdt in eigen handelen rekening met gevoeligheden en belangen van anderen: • doet moeite om zich in te leven in wat de ander voelt/bezig houdt en maakt dit kenbaar; • kan het gevoel/de behoefte achter een boodschap verwoorden en hiermee effectief omgaan naar verschillende personen; • verplaatst zich herkenbaar in de omstandigheden/situatie waarin de ander zich bevindt en houdt in zijn optreden hiermee bewust rekening; • tracht naar collega’s toe aspecten zoals waardering, inlevingsvermogen en bejegening in de praktijksituatie (meer) inhoud en betekenis te geven.

31


11 Netwerken Ontwikkelt en bestendigt van relaties, allianties en coalities binnen en buiten de eigen organisatie en deze benutten voor het verkrijgen van informatie, steun en medewerking: • legt en onderhoudt externe relaties met voor het werk belangrijke personen en is gesprekspartner namens de organisatie; • informeert zich over interne en externe ontwikkelingen die interessant zijn voor het werk en past deze kennis toe voelt zich prettig in een groep en krijgt iets gedaan; • onderhoudt actief en functioneert goed in een relatienetwerk waarbij de doelstelling van de brede school centraal staat; • gebruikt het netwerk voor toetsing van het eigen werk.

32


Bijlage E: Formats briefpapier

33




Admiraal Helfrichsingel 20 2287 BS Rijswijk TEL 070 39 44 246 www.bredeschoolrijswijk.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.