4 minute read

Boekenhoek

Next Article
Voorpublicatie

Voorpublicatie

Eigenzinnig op zoek naar een plek in de wereld

Met Kop vol gruis brengt Erik Wouters het verhaal van Dag, een leerling die hij als thuisleraar heeft lesgegeven. In het boek is Dag op zoek naar een manier om een zinvol, leefbaar leven te kunnen leiden. Ondanks zijn autisme. Het is een coming-ofageboek geworden, even eerlijk en moedig als het hoofdpersonage.

Een kopje koffie

De titel Kop vol gruis komt van een vergelijking die de moeder van Dag maakte. Ze formuleerde het toen heel helder: ‘Wat er in het hoofd van Dag zit, is gruis, net zoals in een kopje koffie als de filter stuk is. Alles komt binnen. Alle geluiden, geuren, stoffen, licht, aanrakingen.’ Dat is onleefbaar. Je kunt wel pillen slikken, wat Dag ook lange tijd deed, maar het neveneffect was dat ‘ik, ik niet meer was.’ Afkicken was een hel voor Dag, maar het is hem uiteindelijk gelukt. Hij zocht en vond hulpmiddelen: een speciale bril die de trillingen van kunstlicht verzacht, oortjes die achtergrondgeluid dempen … maar vooral ontwikkelde hij weerbaarheid, en zelfkennis: ‘Dit zijn mijn grenzen. Ik bewaak ze. Niet langer mijn mama of mijn begeleider. Ik!’ Net zoals de titel, komt het verhaal voort uit de vele gesprekken die ik gevoerd heb met Dag, zijn mama, zijn zus en zijn soulmate. Niets is verzonnen. Dat was heel belangrijk voor mij. Het is een samenwerkingsboek geworden. Ik denk dat we erin geslaagd zijn een beeld te schetsen van hoe Dag de wereld ervoer en ervaart, en hoe zijn omgeving dat beleeft.

De wondere werelden van Dag

Toen we het boek schreven, leefde Dag niet enkel in de ‘gewone’ wereld. In zijn kelder had hij met Playmobil nog twee werelden gebouwd.

WAT WIL IK MET MIJN LEVEN, EN WAT KAN IK WILLEN?

Letterlijk. Zijn Oefenwereld, waarin hij situaties in de echte wereld nabootste en oefende, en zijn Wonderwereld, waarin hij aan de hand van zelfverzonnen verhalen antwoorden zocht op vragen over het leven. Die Oefenwereld was voor Dag vaak noodzakelijk als hij onzeker was over bepaalde sociale situaties. Hoe stel je bijvoorbeeld een vraag aan je leraar aardrijkskunde, of voer je een sollicitatiegesprek? Voor die situaties bedacht hij dan alle mogelijke scenario’s. Dat bracht rust in zijn hoofd, en maakte hem weerbaarder. De derde wereld, de Wonderwereld, is voor mij heel lang een raadsel gebleven. Waarom verzon hij een wereld gebaseerd op sprookjes? Een wereld waarin de kinderen van sprookjesfiguren moeten beslissen of ze in de voetsporen van hun ouders zullen treden? Waarom moet Witje, de dochter van Sneeuwwitje, beslissen of ze kiest voor eenzelfde toekomst als haar moeder? Uiteindelijk komt Dag, met de hulp van zijn soulmate, tot het inzicht dat hij de Wonderwereld om een heel belangrijke reden gemaakt heeft: een antwoord zoeken op zijn levensvragen.

Herkenbaar

Ik liep al een tijdje rond met de gedachte dat ik het verhaal van Dag wilde neerschrijven, want het is zo uniek, maar tegelijk zo herkenbaar. Onze band was intens, en evolueerde met ouder worden naar een vriendschap. Ik begreep steeds beter dat de vragen waar Dag mee zat dezelfde vragen zijn die mij bezighouden. Het boek gaat uiteraard over zijn leven, en de manieren waarop hij met zijn autisme omgaat, maar het gaat ook over vragen die ik mij zelf ook nog steeds stel: Wat wil ik met mijn leven, en wat kan ik willen? Bij Dag zijn de opties beperkter dan bij de meeste jongeren die dit boek zullen lezen, maar ik denk dat het een vraag is die hen zeker bezighoudt in deze wereld met schijnbaar oneindige mogelijkheden. Dag heeft zijn toekomstdromen stukje bij beetje moeten bijstellen. Hij wou bijvoorbeeld graag muzikant worden, net zoals zijn vader. Maar al snel bleek dat dat eigenlijk geen optie was. Het was en blijft een zoektocht, die hij in zijn Wonderwereldverhalen vorm kon geven. ‘Fiction is the answer to confusion.’ Daarom heeft hij er lang over gedaan, voor hij de moed kon vinden om zijn Wonderwereld te ontmantelen. Ook de Oefenwereld heeft hij nu niet meer nodig. Het is mooi te mogen ervaren hoe Dag meer en meer zijn eigen en eigenzinnige plaats in deze wereld gevonden heeft. Ik heb niet per se een missie met dit boek, ik hoop enkel dat het toont hoe onze wereld nood heeft aan mensen die ‘anders’ zijn.

Aanraders:

Het kaartje van Guus Janne Janssens - Zoë Claessens Prijs € 17,95 - vanaf 6 jaar

Mijn broertje is bijzonder Annemie Vandaele - Barbara Bongini Prijs € 16,95 - vanaf 5 jaar

Kop vol gruis Erik Wouters - Anne Schneider Prijs € 11,95 - vanaf 14 jaar

Lampionnen voor Finn An Swerts - Aron Dijkstra Prijs € 17,95 - vanaf 6 jaar

Fien is een vijfhoekje Nadja Van Sever - Fran Scheers & Wilma van den Bosch Prijs € 14,95 - vanaf 7 jaar

This article is from: