Berlaarse vlaai

Eveline maakt al 60 jaar Berlaarse vlaai met een 100 jaar oude ‘test’ of typische kom.

Waar komt het familierecept vandaan?

“Het recept moet minstens 150 jaar oud zijn. Mijn man Edgard, die nu 90 is, weet dat zijn groottante Rosalie al Berlaarse vlaai maakte volgens dit recept. Nadien is het mondeling van generatie op generatie doorgegeven. Zo leerde ik het ook maken. Ondertussen heeft mijn dochter het recept vastgelegd op papier voor de volgende generatie.”

Berlaarse vlaai

Wanneer komt het op tafel?

“Ik maak het altijd klaar voor Berlare kermis, tijdens de laatste week van september. In het lokale dialect spreekt men van een ‘test’ vlaai. Waarbij ‘test’ staat voor kom. De ‘test’ die ik voor mijn vlaai gebruik is al 100 jaar oud. Ik leende ze voor de gelegenheid even uit aan de chefs (zie foto).”

Wat is het geheim?

“Wat deze vlaai uniek maakt, is de combinatie van ingrediënten zoals hamburgerbuns en kokosrotsjes. Daarnaast moet je best wel wat geduld hebben om deze vlaai te maken. Want in plaats van alles te mixen, laat ik alle ingrediënten weken in melk, zodat ze vanzelf zacht worden. De harde kokosrotsjes gaar ik zelfs eerst in warme melk. Is het toch niet zacht genoeg, dan mix ik het geheel nog even.”

Eveline: “Ik maak deze vlaai al 60 jaar klaar ter gelegenheid van Berlare kermis.”

10 personen . 20 min + rusten: 1 nacht + oven: 2 u 30 min

1 l Boni volle melk 150 g Boni kokosrotsjes 125 g beschuiten 2 Spar hamburgerbuns 3 Spar eieren 300 g Boni honingpeperkoek 150 ml zachte kandijsiroop 180 g bruine kandijsuiker 1 kl kaneelpoeder 1 kl versgemalen nootmuskaat ½ kl zout Boni margarine

extra:

een aardewerken kom (Ø 23,5 cm en inhoud van 2,25 l) 1. Scheid de eieren, doe het eiwit in een afsluitbaar bakje en zet in de koelkast tot de volgende dag. 2. Verkruimel de beschuiten boven een ruime kom, hak de kokosrotsjes in stukjes en voeg toe, trek de honingkoek en hamburgerbuns in stukjes en voeg toe. 3. Bestrooi met kandijsuiker, zout, nootmuskaat en kaneel. Overgiet met melk. 4. Roer de eidooiers en kandijsiroop erdoor en dek de kom af. 5. Laat 1 nacht trekken. 6. 's Anderendaags: verwarm de oven voor op 200°C. 7. Mix het getrokken vlaaimengsel glad. 8. Klop het eiwit half op met een mespunt zout en spatel door het mengsel. 9. Vet de kom in met margarine en stort de vlaai erin. 10. Laat 1 u bakken in het midden van de oven op 200°C. Zet een kommetje water in de oven om een korst te vermijden. 11. Bak nog 1 à 1,5 u verder op 100°C. 12. Controleer met een naald of de vlaai gaar is. Blijft er geen deeg aan de naald kleven, dan is ze gaar.