De lokroep van de Alpen “Ik ga geen geld betalen om kou te lijden.” Deze prachtige quote van mijn lieftallige echtgenote dateert uit onze studententijd. Alleen bij het idee van een wintersportvakantie kreeg zij al koude rillingen. Niet zo gek, Donatella groeide op aan de Golfo di Gaeta, tussen Rome en Napels, in een mediterraan klimaat. Libero ging er 15 november jongstleden nog lekker in zee zwemmen. In Gaeta draait het niet om wintersport, maar om watersport. Wintersport was dus al jaren geen onderwerp van gesprek meer. Tot onze recente verhuizing naar Turijn. De Alpen fungeren sindsdien als een natuurlijk decor van ons dagelijks leven. Als we ’s ochtends in de tuin een espresso achteroverslaan, bewonderen we de bergtoppen achter de Mole Antonelliana, het kenmerkende gebouw dat hoog boven de stad uittorent. Wanneer we met de kinderen naar school fietsen, verschijnen diezelfde toppen telkens opnieuw. Ook tijdens een middagje winkelen in het centrum word je soms plots verrast met vrij zicht op de Alpen. De hoogste toppen hebben ook in de zomer nog een wit puntje. In het najaar veranderen de bergen van caffè macchiato in cappuccino. De romige melklaag op de bergen wordt breder en breder. Bij zoveel schoonheid is het moeilijk de lokroep van de Alpen te weerstaan. Daarnaast merken we dat vrienden en buren zich zonder uitzondering voorbereiden om de bergen op latten of snowboard te bedwingen. Vanaf december loopt de stad, net als in de zomer, elk weekend leeg. Bardonecchia, Claviere, Salice d’Ulzio en Sestriere, de hoogst gelegen gemeente van Italië, vullen zich dan met Torinesi. Deze skidorpjes liggen binnen honderd kilometer van Turijn en zijn dus uitstekende bestemmingen voor een weekend of zelfs een dagtrip. Het skigebied dat zich tot in Frankrijk uitstrekt, heeft de prachtige naam Via Lattea (melkweg) gekregen. Als we na oud en nieuw eindelijk uit een familiequarantaine van twee weken komen, moeten we vlug schakelen om de laatste
ROELAND
ROELAND SCHOLTALBERS WOONT MET ZIJN ITALIAANSE VROUW DONATELLA, ZOONTJE LIBERO EN DOCHTER GLORIA IN TURIJN
vakantiedagen goed te benutten. De geplande autoreis naar Nederland hebben we al uit ons hoofd gezet. Terwijl ik als laatste familielid nogmaals door de gezondheidsdiensten word getest, zoekt Donatella een leuk onderkomen. Omdat ik pas op het laatste moment negatief test, hebben we verder geen voorbereidingen getroffen. Maar als we na een paar uur rijden onder aan de piste staan, begint het toch te kriebelen. Donatella koopt ter plaatse meteen een warmere muts en handschoenen, trouw aan haar devies om op vakantie geen kou te lijden. Terwijl ik met de kinderen op een sleetje van de baby slope roetsj, regelt Donatella skilessen voor de kinderen en haarzelf. Ik ga het voor het eerst op een snowboard proberen. De volgende dagen zijn vol van sneeuwpret, waarbij de hele familie binnen de kortste keren relatief veilig de berg afdaalt. Een van mijn eerste snelle bochten bezorgt me een paar gekneusde ribben, maar het is absoluut de pijn waard. Het bevalt ons zo goed dat we op de terugweg al plannen maken voor een volgend bezoek aan de skipistes. Een week later is het al zover. Deze keer rijden we naar het zuiden. Op zondag gaan we op en neer naar Limone Piemonte, een dorpje in de Zee-Alpen op de grens met Frankrijk. Libero komt inmiddels al nonchalant de piste af. Gloria leert hoe ze moet afremmen, zodat ze niet langer als een pijl naar beneden schiet. Donatella en ik boeken ook vooruitgang, al zouden we het graag net zo snel oppikken. Het restaurant aan de piste serveert voor de lunch een goddelijke tagliata di manzo, gesneden rundvlees, dat onder de stralende zon nóg beter smaakt. De kinderen proppen snel wat frietjes naar binnen, maar gaan zo snel mogelijk met de slee weer de sneeuw in. Eén ding is zeker: we hebben het sneeuwvirus allemaal goed te pakken. Het blijkt best een goed idee om te betalen om kou te lijden. •
ITALIË MAGAZINE
71