- geluk -
Harpoen zomer 2013 Digitale uitgave
Colofon
‘Wat ik zo net had opgegeven is geen huiswerk hoor, dat was gewoon voor de gezelligheid.’ - POE
Redacteur Tahrim
Redacteur To
Fotograaf Roos
Redacteur Sebastian
Redacteur Annique
Vormgever Josephine
Eindredacteur Pleun
Hoofdredacteur Rimke
Hoofdredacteur Bernet
Eindredacteur Michelle
Inhoud
De harpoen recenseert... Rimke de Kroon
5
De Harpoen recenseert...
Boek:
8
Roze confetti
Jenny Downham – Before I Die
10
Kiezen of Delen
11
Zolang het maar Engels is...
13
Van Goudvis naar Snoek
15
Moderubriek
20
Koude ochtend
22
Van welke muziek word je
Tessa Walker is een zestienjarig meisje, dat stervende is aan leukemie. Ze heeft een lijst gemaakt met die tien dingen die ze nog wil doen voordat ze doodgaat. Al snel komt ze erachter dat het uitvoeren hiervan nog niet zo gemakkelijk is. Ook ontdekt ze dat het juist de kleine dingetjes in het leven zijn die zo belangrijk zijn: je beste vriend knuffelen, met je broertje praten, je vaders hand vasthouden.
gelukkig? 23
Te blije liedjes
26
De dangermap van 2013
30
Poll: #AlleenMaarLiefde
39
The End of the Line: een jaaroverzicht
44
Wat is de prijs van goedkoop?
4
Het leuke aan Tessa is dat ze ondanks het feit dat ze een verschrikkelijke periode doormaakt toch humor blijft hebben; ze maakte me echt hardop aan het lachen. Tessa wordt ondersteund door geweldige personages, zoals haar vader, haar broertje Cal, haar beste vriendin Zoey en natuurlijk haar grote liefde Adam. Before I Die is geen boek over de dood, maar juist over het leven. Naarmate ik het einde van het verhaal naderde, kon ik de letters door mijn tranen heen bijna niet lezen. Naar mijn mening grijpt dit boek zowel jong als oud aan en blijft Tessa je voor altijd bij. Een prachtige met tranen gevulde roman, zeker een aanrader.
Before I Die is een prachtig boek op een verschrikkelijke en pijnlijke manier. De emoties zijn zo echt, de personages zo realistisch en Tessa voelt bijna als een vriendin.
‘De middelloodlijn is mijn favoriete loodlijn. Wat is jullie favoriete loodlijn?’ - STE 5
‘Toon eens niet zulk quasivoetbalhooligangedrag!’ - OEV Film: The Big Wedding Wanneer de geadopteerde zoon van het al lang gescheiden stel Don (Robert de Niro) en Ellie (Diane Keaton), genaamd Alejandro, gaat trouwen met zijn verloofde Missy (Amanda Seyfried), wordt ook zijn biologische en streng katholieke moeder uitgenodigd. Om de eregast van de bruiloft niet tegen het verkeerde been te schoppen, moeten Don en Ellie zich voordoen als een gelukkig getrouwd echtpaar. Eén probleempje: Don heeft een nieuwe vriendin, genaamd Bebe McBride (Susan Sarandon), die toevallig ooit de beste vriendin van Ellie was.
6
De topcast en het veelbelovende plot van The Big Wedding scheppen hoge verwachtingen. De debuterende regisseur, Justin Zackman, baseerde zijn film op de Franse komedie Mon Frère Se Marie uit 2006. De toon van de film wordt gelijk gezet als Ellie in de eerste scène haar oude huis sinds lange tijd weer binnenkomt en daar haar ex-man en ex-beste vriendin aantreft in een in Ellie’s ogen wel heel ongemakkelijk standje. De film zit bomvol met dit soort ongemakkelijkheid, maar ook met hilarische momenten, die ondersteund worden door geweldige oneliners. Ook worden er emoties losgemaakt bij de kijker, bijvoorbeeld wanneer Don Bebe op de bruiloft ten huwelijk vraagt, volledig gesteund door Ellie, die vanuit een hoekje toekijkt. The Big Wedding is zeker geen verkeerde rom-com, maar van zo’n indrukwekkende cast had ik toch eigenlijk wel wat meer verwacht. Begrijp me niet verkeerd, ik heb me helemaal kapot gelachen, maar ik miste toch wat diepgang. Vermakelijk maar geen absolute must.
CD: The Next Day – David Bowie
die onder andere worden gevuld door The Stars Are Out Tonight (inclusief provocerende controversiële videoclip), galmen de klanken van Valentine’s Day door je boxen. Dit nummer is naar mijn mening een van de sterkste nummers op de plaat en ik heb ‘m al een aantal dagen op repeat staan, maar daarna slaat helaas toch de wisselvalligheid toe. Desalniettemin sluit Bowie zijn epische, misschien ietwat te lange album, toch goed af met het explosieve You Will Set The World On Fire. De comeback van Bowie is origineel, experimenteel, een beetje lang, maar vol met zoveel sterke momenten, dat het luisteren van The Next Day zeker de moeite waard is.
The Next Day is het vierentwintigste studioalbum van jaren-80-icoon David Bowie. Allereerst de albumhoes: de ontwerper, Jonathan Barnbrook, gebruikte de hoes van Bowies studioalbum Heroes, die hij grotendeels bedekte met een wit vlak met daarop de titel van het album; de oorspronkelijke titel in de rechterbovenhoek streepte hij weg. Echt een heel gaaf ontwerp, waarin ook weer terug wordt gegrepen op Bowies stijl. Hoewel Bowies laatste album ruim tien jaar geleden verscheen, is Bowie helemaal terug in volle glorie. Na de eerste twintig minuten,
7
Roze confetti Isidore van Westing Ik word wakker van het geluid van giechelende meisjes. Ze pakken wat spullen bij elkaar en gaan het sanitair verkennen. Kort daarna klinkt er een harde klop op de deur. “Wakker worden.” De leraar geeft aan dat het tijd is om op te staan. Uit vier van de zes stapelbedden komt gekreun. “Binnen een half uur verwacht ik jullie allemaal aan de ontbijttafel.” Langzaam kom ik overeind, uit mijn weekendtas haal ik een joggingbroek, trui en sokken. Ik loop naar de toiletten. Als ik aankom hoor ik iemand een liedje uit de Amerikaanse film Pitch Perfect zingen. Het‘sex baby, lets talk about you and me’ klinkt vals. De uitdagende tekst heb ik dit kamp al vaker gehoord. Met een washand was ik mijn gezicht. Eenmaal klaar zoek ik een plek waar ik me zonder toeschouwers aan kan kleden. Als ik fris gewassen aan de ontbijttafel schuif, komen mijn vriendinnen naast me zitten. We kwekken over het overlopen naar de jongens die nacht, de potjes voetbal van gisteravond en keuren. “Iew! Da’s een engerd!” “Wat is die knap, super hot.” Na het eten springen we op de fiets. We gaan op vogelzoektocht. Luid getjirp komt vooralsnog van een fietswiel dat aanloopt en de zang van de felle wind. In het duingebied kijken we met verrekijkers, die we van een vogelaar kregen die ons een vogellesje leerde, vooral naar elkaar.
Ons gelach jaagt de vogels weg. Zittend op een bank langs een schelpenpad eten we een middagboterham. Ernaast bloeit een prunusboom uitbundig. Een aarzelende zonnestraal maakt ons iets warmer. We lachen, nemen een hap en lachen. Bloemblaadjes worden losgetrokken door de wind en waaien weg. Het regent roze confetti. Ik voel een sparkel geluk daar op die bank. Even los van de wereld van cijfers die beter kunnen en gedoe thuis. “Jongens, het sportveld wacht”, de leerkracht houdt de vaart erin. Een aantal leerlingen van een andere klas pakt net hun fiets als we aankomen. Wij rennen het veld op voor een potje rugby. Als de eerste scrum wordt ingezet, landen regendruppels zacht op het grasveld. Nadat ik gewisseld heb en de modder van me af probeer te slaan, raak ik aan de praat met de co-mentor. We kletsen over Schier, over vriendinnetjes en vriendjes en slechte cijfers. Dan is het mijn beurt om in het veld te verschijnen. Met iedere tackel gooi ik vervelende zaken - die als nat wasgoed aan de lijn nadruppelen - uit mijn hoofd. Weg ermee. Met een schel fluitgeluid blaast de gymleraar een einde aan de wedstrijd. Hop, opnieuw op de fiets. Nu richting onze tijdelijke huisvesting om ons te verkleden voor het lopen op het wad.
8
Ik knoop een reep blauwe vuilniszak om de zwarte waarvan ik met drie gaten een jurk heb gefabriceerd en maak een strik. Met die handeling wordt de zwarte zak een modieuze pofjurk. Iedereen staat gehuld in vuilniszakken startklaar. “Fotomoment”, roept de bio leraar. Bewegend zwart plastic vult even later het wad. Wormen zoeken, modder gooien. De meisjes gillen als ze worden geraakt met klodders zand door de jongens. Een jongen roept: “Voltreffer!’’ en doet lachend nog een poging. Modder in onze haren, modder in onze schoenen, vuilniszakken gaan uit. Niemand wil zwemmen, ik wel. Ik weet drie twijfelende meisjes uit mijn klas te overtuigen om op zijn minst een kijkje te nemen bij het meer. Aan de waterrand besef ik dat ik wel een bikini aan heb, maar geen handdoek of schone kleren bij me heb. Ik zie dat een andere klas er ook is. Ik dacht dat we de enigen zouden zijn… Twijfel slaat toe. Ik voel me een lelijk eendje tussen witte zwanen. Al die dunne mooie meiden die zelfverzekerd, bijna uitdagend, in hun bikini staan. Ik laat het los, vouw de gedachten als droog wasgoed op. Mijn shirt gaat in één beweging uit. Ik neem een aanloop en gil. Plons! Ik lig in het meer, ijskoud voel ik me gelukkig. Aan de kant zie ik sommigen met open mond naar me kijken, anderen lachen. Twee klasgenoten willen niet achterblijven, ze rennen gillend het water in.
9 9
‘’Koud, koud, koud, koud!” roepen ze. Als ik uit het water kom en het enige shirt dat droog is gebleven, omdat ik het onder mijn vuilniszak droeg, aantrek, zie ik twee kleine eendjes met hun moeder zwemmen. In mijn hoofd leg ik het wasgoed in keurige stapels in de kast en sluit de kastdeur. Ik voel me net als die eendjes op avontuur en dat is het mooiste wat er is.
‘Ga je lekker?’ - KRU
Kiezen of Delen Roos Prins & To Wiersma ?
r
aa
n te
b am e ai er el sa an? d r ve a ba n o a e z r ste et e m too l e m er a d i an d k c r r n o o s nk xe Yo nz eli e en t ee w s e e e k k uz t? e e u k l N e l i i g a i m e n w g fh kk en sti n i s je ng a u e e l r a d r e l e v ge or all ld a np nt en e, st w e n e u e g e t e i o g i r r e e ve ddh aa am in hei ot ing? e r n g e ep e g v ili de zw bo tis on je rdo po l a m p n , n r e o e g fa ks ve Ee Lif nt je isje ar teit? uc ara a a f t b j i u l e h si n ar Z w m g o rtis? St en ee iver g ieu n i r , a n k a n ? n A l j u i na &M en eest en luk ar n in at ds e r e e a H L j e G , lf e e s/ lan er et n m any m n? ee hepp ov choo iek der t r r i r p e e j o m s a G e ee ra O sc oe het m zoen ns n N No Co e l h e t i B e e e p n o m d nd VM ffe va ts o xa nde no an ? u o e e t k j ko C n iem s he e sku en i p e j t p r i a w p g m n ko fil hee oo W pir ng o pin s v n a e p l i r e w n d r oe r e eraa tie er ieu aa gr j o v n n l o n n s v t e te n? Ee et Ee ie blijf ns ore te ri d e e e e m ov ffelt elf den b s m z ’ e a n de e Ei oit n j e vi inj p o a d n o N p g van e v et t e n p o i r p g sta ern ng die ldin ek int e r s e ve ui n et et Ee p h te te B m s o n n ve e Sta ig zij o w d b ir u n ee de mp rie v p E Be n o het e on n W va en
jz wi
10
Zolang het maar Engels is... Isidore van Westing “Het maakt niet uit welk boek je kiest, zolang het maar Engels is en natuurlijk van het niveau dat bij tweedeklassers hoort!”, zegt de lerares Engels aan het einde van het uur. Na haar woorden pak ik mijn schooltas, die tegen de tafel rust, en stop mijn spullen erin. De bel gaat, ik loop de deur uit. Lachende mensen huppelen door de gangen. Het is vrijdagmiddag, het weekend staat voor de deur. Zodra mijn vrienden en ik onze jassen aan hebben, pakken we onze fietsen en racen de straten door. Druk geklets en gelach wekt vreugde op bij mensen waar we voorbijrijden. In het Vondelpark nemen we zwaaiend afscheid van elkaar.
Ik kan maar beter meteen een Engels boek gaan halen bij de bibliotheek, dan kan ik het dit weekend lezen. Op het Mercatorplein parkeer ik mijn fiets, duw de ketting tussen de spaken door en sluit af. Ik loop richting het rode bord met witte letters ‘Bibliotheek’. De schuifdeuren zoeven open en ik stap de stilte in. Veel mensen zeggen bibiotheek, ik vraag me af of de vrouw achter de balie - die ik zachtjes groet - zich daar aan ergert. Kasten met boeken staan netjes op een rij. Zoekend kijk ik rond. “Weet u misschien waar de Engelstalige jeugdliteratuur staat?”, vraag ik zachtjes aan een medewerker.
‘Je kan wel zeggen dat je een vergadering hebt, maar voor hetzelfde geld ga je naar de kermis op de Dam.’ - WIL 11
Als ik het mezelf hoor zeggen, vind ik dat ik klink als een oude dame met een Beatrix-hoedje op en huidkleurige panty aan. De vrouw duwt haar rode bril omlaag en kijkt me streng aan, vervolgens wijst ze de rechterkant op. “Dank u wel”, zeg ik en ik loop naar rechts. Het eerste boek dat ik zie is Harry Potter. Nee, dat ken ik wel. Ik zoek, en pak My sister lives on the mantelpiece. Mijn hoofd vertaalt de Engelse woorden op de achterflap. ‘Jamie Matthews, een jongen van tien jaar, heeft vijf jaar geleden zijn zuster Rose bij een terroristische bomaanslag verloren.’ De computer geeft een lieflijk piepje als teken dat ik het lenen van dit boek officieel heb gemaakt. Met een nog net iets zwaardere schooltas loop ik terug naar mijn fiets. Op het plein glanst het volle terras van Zürich in de lentezon. Een groepje kinderen rent achter een bal aan en een paar geluksvogels likken aan een ijsje van Ice & Bites. Als ik thuis ben, pak ik een glas limonade en begin te lezen. De woorden die mijn hoofd vullen inspireren me. Na twintig pagina’s gelezen te hebben, pak ik mijn laptop en begin te schrijven: ‘Het maakt niet uit welk boek je kiest, zolang het maar Engels is…’
‘Ga eens zitten, je maakt me helemaal nerveus.’ - KIN Mvr. Konings tegen mr. Hamel die net terug is van Schier: ‘Hey wereldreiziger! Lekker gekleurd!’ - KON ‘Is dat een S4? Lever dan maar in hoor.’ - HEN 12
Van Goudvis naar Snoek Rimke de Kroon
Toen een aantal weken geleden de huidige zesdeklassers voor de laatste keer plaatsnamen in de schoolbanken van het IG, begon er in mijn hoofd een belletje te rinkelen: dat ben ík over een jaar. Oh god. Eindexamens. Oh god. Studiekeuze. Oh god. De toekomst. Mijn beeld begon zwart te worden, mijn knieën knikten en ik werd ook een beetje misselijk. Ik geef toe dat ik nu wel een beetje overdrijf, maar er dwarrelen zeker wel een hoop hersenspinsels over de toekomst door mijn hoofd.
‘Als je in een relatie bent, moet je soms even afstand nemen zodat het niet te gewoon wordt soms.’ - VLA
Ik kan me nog goed herinneren dat ik als een goudvisje mijn glazen kom inruilde voor de grote zee, genaamd het IG, gevuld met de daarbij behorende maanvissen, snoeken, en ja, ook haaien. Ik had in het begin werkelijk waar geen idee waar ik mee bezig was. Huiswerk maken, je leraar meneer noemen in plaats van meester en een briefje halen als je te laat komt was voor mij net een onoplosbare puzzel. Nu, zo’n vijf jaar later, begint alles eindelijk een beetje op zijn plaats te vallen, al moet ik toegeven dat ik soms nog steeds een beetje bang ben voor mevrouw van Mossel als ik me weer eens verslapen heb. Maar back to business. De toekomst. De toekomst is nu. Dat zeggen ze toch altijd? Nu ik toch al weer een tijdje op deze school rondloop, moet ik toegeven dat ik wel weer eens zin heb in iets anders. Maar wat? Neem ik een tussenjaar en ga ik vrijwilligerswerk doen in Malawi? Of spring ik van de schoolbanken op het IG naar de schoolbanken op de UvA? Of misschien die van de Universiteit van Maastricht? Of ga ik helemaal niet studeren en word ik gewoon huisvrouw met zeven kinderen, drie honden en een goudvis? Die laatste optie gaat het in ieder geval zeker niet worden, maar wat ik bedoel te zeggen is dat alles mogelijk is.
13
Mode Rubriek Toen ik jong was had ik mijn hele levensloop uitgestippeld. Als ik later groot was, zou ik zowel modeontwerpster als dokter worden, de Nobelprijs voor de Vrede winnen en nooit meer witlof eten. Maar ook ik werd ouder en besefte dat zowel kleding maken als zieke mensen genezen toch wel een heel drukke baan is en dat witlof eigenlijk best wel lekker kan zijn. De realiteit sluipt langzaam je lichaam binnen. Je wordt gedwongen om rationeel te gaan denken als je ouder wordt tot je niet meer anders kunt. Ik zou mezelf natuurlijk niet zijn als ik niet allang twintig verschillende toekomstplannen op papier had gezet, maar hoe en wat ik nou precies allemaal ga doen, is me nog niet duidelijk. De rode lijn van mijn toekomst is nog niet zo rood, eerder lichtroze. En weet je wat het is: het is helemaal niet erg als die lijn nog lichtroze is. Ik ben immers ook pas een meisje van zeventien en stiekem hoop ik inderdaad nog op die carrière als modeontwerpster én dokter. Het is niet goed om jezelf te veel te binden aan je ideeën over de toekomst. De toekomst staat niet vast en verandert constant. Ik kwam er immers ook achter dat witlof best lekker is.
Ik ga gewoon zo veel mogelijk genieten van mijn laatste jaartje op het IG. Die realiteit mag van mij nog even lekker in een kartonnen doos onder mijn bed blijven liggen, en als ik er klaar voor ben om mijn goudvissen-outfit in te ruilen voor die van een snoek, zal ik hem met plezier openmaken.
‘Gebruik nooit je voelsprieten verkeerd.’ - VLA Leerling: “KUT!” DOE: “Dat was een hardgrondig vagina!” - DOE
14
15
ISA 1C
Draagt: een trui van Zara, een broek van Brandy Melville en schoenen van Nike Besteedt per maand aan kleding: 15 euro Als je een jaar lang elke dag hetzelfde zou moeten dragen, wat zou je dan aandoen? “Deze outfit.”
Jacobien 3E
Draagt: een shirt van Brandy Melville, jas van Mango, colbert van Primark, legging van Zara, schoenen van Converse
Als je kleding koopt, waar let je dan op? “Ik let er vooral op of het er leuk uitziet, verder niet echt op specifieke dingen.” Wie is jouw stijlicoon? “De leden van de band Little Mix.”
Besteedt per maand aan kleding: 50 euro Als je een jaar lang elke dag hetzelfde zou moeten dragen, wat zou je dan aandoen? “Mijn joggingbroek van Abercrombie, want die zit heel lekker. Verder dit shirt van Brandy Melville en mijn All Stars.” Als je kleding koopt, waar let je dan op? “Ik bedenk of het goed te combineren is met andere kleren. Verder let ik op de prijs en of het lekker zit.” Wie is jouw stijlicoon? “De blogger The Blonde Salad.”
16
17
Nzinga 5
Draagt: shirt en broek van H&M, jas van Oasis, schoenen van Roxy, een sjaal van haar tante, oorbellen van de Six en de tas van haar zus Besteedt per maand aan kleding: niet heel veel, koopt gewoon af en toe iets nieuws Als je een jaar lang elke dag hetzelfde zou moeten dragen, wat zou je dan aandoen? “Een hemd met daarop een taillerok met een tailleriem, mijn leren jasje en dezelfde laarzen als op de foto.” Als je kleding koopt, waar let je dan op? “Ik let er vooral op of iets goed staat bij mijn figuur, omdat ik nogal brede schouders heb en tegelijkertijd een smalle taille en smalle heupen.” Wie is jouw stijlicoon? “Heb ik niet.”
‘Ik claim deze gang. Nu mag je er niet meer doorheen lopen.’ - COM 18
19
Koude ochtend ISidore van Westing
Ik doe de deur achter me dicht. Een harde wind steekt op, koude lucht kaatst tegen mijn gezicht en bijt in mijn ogen. Tranen wellen op. Ik wikkel mijn sjaal nog een extra keer om mijn nek en trek mijn muts iets steviger over mijn oren. Ik worstel met mijn slot, mijn fiets staat verankerd aan een lantaarnpaal om diefstal te voorkomen. Kinderen snellen richting school, een oude vrouw schuift achter haar rollator. In het mandje voorop ligt een rode Dirk-tas. Mijn schooltas ligt wiegend in mijn bakje als ik even later mijn straat uit fiets. Het is druk in de buurt, iedereen moet op tijd op school of werk zijn.
Ik fiets een vader met twee dochters voorbij. Drie zwarte jassen lopen in een rij op de weg naar de school. Ik zie ze elke ochtend, de moeder zie ik nooit. Dat roept vragen op, ik stel ze niet hardop. In mijn hoofd doemen ze met iedere druk op mijn trappers op: hebben ze geen moeder, gescheiden, gestorven of is dit helemaal niet hun eigen vader? Het zijn van die zaken die me elke ochtend even bezighouden om ze daarna net zo snel weer te vergeten. Alleen als je ze ziet denk je er weer aan en daar draait het om, om dat moment.
Leerling: Bij Duits deden de computers het niet, dus hier vast ook niet! WIL: ‘Ja, maar dat is Duits, daar hebben ze altijd wat.’ - WIL 20
Ik fiets verder, langs de school waar die twee dochters zo hun zwarte jassen uittrekken, ophangen en het klaslokaal ingaan. Zoals ik dat twee jaar geleden ook nog elke ochtend deed toen ik nog op de basisschool zat en nog lopend naar school kon. Nu trotseer ik weer en wind – bah wat een nare kou – totdat ik in de schoolbanken schuif voor mijn les Frans. Nu denderen de Franse werkwoorden door mijn hoofd. Je fais, tu fais, il fait, elle fait, on fait. Ik heb een zes nodig om voldoende te blijven staan. Ik ga de bocht om, sla rechtsaf en laat de Jan Eef achter me.
Ik ben weer vroeg terug in de Baarsjes. Het laatste uur is uitgevallen. Het is kort na drieën als ik het drietal opnieuw zie lopen. Ze bewegen zich nu net als ik voort in de andere richting, terug naar huis. Ze maken grapjes en lachen hard. Een van de meisje lacht exact hetzelfde als de man, vader en dochter, het kan niet anders. Gescheiden besluit ik, net als mijn ouders. Vervelend en verdrietig, maar lachend kom je verder. C’est la vie.
21
Van welke muziek word je gelukkig?
Te blije liedjes Pleun Brink
Pleun Brink
Het thema van deze Harpoen is ‘geluk’. Iedereen heeft zijn eigen ding waar hij gelukkig van wordt. Maar waar iedereen gelukkig van wordt is natuurlijk muziek. Daarom vroeg ik vier leerlingen naar hun top 3 van liedjes waar zij het gelukkigst van worden.
Tara van Merrienboer, 2A: 1. One Direction – One Way Or Another 2. Michael Bublé – It’s A Beautiful Day 3. Lykki Li – I Follow Rivers Gijs Meijer, 1A, 1. Macklemore – Can’t Hold Us 2. Armin van Buuren – This Is What It Feels Like 3. David Guetta – Little Bad Girl
Tot slot heb ik nog een top 10 gemaakt van liedjes die zo vrolijk zijn dat je er eigenlijk van moet kotsen. Enjoy. 1. Katrina & The Waves – Walking On Sunshine 2. Carly Rae Jepsen – Call Me Maybe 3. One Direction – What Makes You Beautiful 4. Aqua – Barbie Girl 5. Rebecca Black – Friday 6. Katy Perry ft. Snoop Dog – California Gurls 7. De Toppers – Shine 8. Mika – Lollipop 9. Ke$ha – Your Love Is My Drug 10. Bruno Mars – Marry You
Zoila
Zoila Plet, 4C: 1. Rihanna – Birthday Cake 2. Victorious – Five Fingers To The Face 3. One Piece – Intro
‘Als MR ken jij toch wel het 50-minutenrooster uit je hoofd?’ - COM
Elmer Makkinga, 3A: 1. Coldplay – Violet Hill 2. The Kinks – Days 3. Franz Ferdinand – L. Wells
Elmer
Tara
22
Gijs
‘Als de ene koning een cadeau geeft aan de ander en hij neemt het niet aan, van wie is het cadeau dan?’ - VLA 23
‘Henk Kees Jan Pieter, je liegt als een gieter.’ - POE
‘En als je het fout doet moet je jezelf slaan. Hard.’ - OEV
‘Je staat in mijn aura!’ - KRU
‘Nee, dit is geen seksuele intimidatie, want ik verlang niet naar je.’ - VER ‘Zet dit papiertje maar bovenop. Net als mijn vrouw trouwens, die ligt ook altijd bovenop.’ - HAM
‘Jij mag even mijn lieftallige assistente zijn.’ - MOS
‘We geven jou dus vooral even niet de beurt.’ - VLA
‘Men denkt dat een gymnasiumklas makkelijk is om les te geven. Nou nee hoor.’ - SCU
‘Ga lekker sommetjes maken ofzo.’ - STE
‘Wacht je tot je het licht ziet of zo? Ik kan het best even aandoen hoor.’ - HEN 25
The danger map van 2013
‘Geef me een A, geef me een I, geef me een AcI!’ - DOE Zoals elk jaar publiceren we vlak voor de vakantie weer de Danger Map. Of je doel nu is om die ene enge lerares Grieks te ontwijken, of om die aantrekkelijke afdelingsleider waar je een crush op hebt toevallig te ontmoeten – het kan met behulp van deze kaart. Iets kleiner dit jaar, maar wél intiemer én aangevuld met een nieuwe dimensie: waar worden onze docenten gelukkig van op hun vakantie? Opvallend veel sentiment met betrekking tot familie en kinders. Wees in ieder geval gewaarschuwd: omboeken kan nu nog!
‘Ik weet niet wat je precies probeert, maar doe het in elk geval maar niet hier.’- VER 26
27
Docent Vak
Gaat naar
Wat doen
Wat maakt hieraan gelukkig Grote belangstelling voor Oost-Europa en Duitse geschiedenis Geen deadlines!
SCU
Duits
Oekraïne
DOE
Latijn
Nederland
De cultuur en geschiedenis van de stad ontdekken Uitrusten
KIN
Nederlands
Die (Frankrijk)
Sportklimmen
De bergen
VLA
Engels
Italië
Lopen op de Alta Via
Frisse lucht in de hoge bergen
BER
Muziek
Bakkum; Berlijn
Moestuin verbouwen (NL); kennissen meeten (DE)
Het vrije vakantiegevoel
STT
M&O
Normanië
Hardlopen, koken, eten
Groot vakantiehuis met familie
LOE
Geschiedenis
Ergens met uitgestrekte bossen waar je kunt verdwalen...
STE
Natuurkunde
Scandinavië
Elanden spotten en naar preikstolen
Genieten van de natuur
ESS
Scheikunde
Azië: Thailand, Laos, Vietnam, Cambodja
Cultuur verkennen
De cultuur
LAN
Scheikunde
Vence (Frankrijk)
Zwemmen, wandelen, lezen etc.
Kindjes zien spelen in de zon
HAM
Duits
Rondreis Marokko
Zwemmen, wandelen, Arabisch leren
De woenstijn
FAB
Latijn
Dolomieten (Italië)
Wandeltocht met vader
Perfecte setting
Marokko
Naar familie
Terug naar de roots
Mohammed Congiërge DIJ
Engels
Limburg
Weekendje fietsen
Natuur
BRD
Scheikunde
Picos de Europa (Spanje)
Een afwisseling van actie en luieren
Alle tijd en aandacht voor gezin
COM
Frans
Luxemburg; Frankrijk
Familie en vrienden bezoeken, de toerist uithangen
Momenten met dierbaren & de rust
DAV
Geschiedenis
Blijft in Nederland
Uitrusten en klussen aan huis
Rust
SCR
Biologie
Vendee/Dordogne (Frankrijk)
Met kinderen fietsen, zwemmen, omgeving zien, etc.
Tijd met kinderen doorbrengen
POO
Grieks
Spanje
In de zon liggen, eten, dingen bekijken
Het weer, het gezelschap en géén leerlingen
28
29
Poll: #AlleenMaarLiefde Tahrim Ramdjan Jawel, het is weer tijd voor een poll, en wel een mega-poll! Niet voor niets gaat deze dan ook dit keer over een onderwerp waar eindeloos over te praten valt: tolerantie. Vorige keer hebben we onderzocht wat de bovenbouwers dachten van de eersteklassers. Dat was niet zo positief – maar nu krijgen de eersteklassers de kans om de bovenbouwers terug te pakken! Verder gaan we niet in op het respect tússen de jaarlagen, maar wel op het respect bínnen de jaarlagen: iedereen denkt namelijk dat het IG zóóó tolerant is… maar is dat wel zo? We gaan kijken hoe we tegenover de ‘zeikwijven’, ‘josti’s’, ‘negers’, ‘flikkers’ of combinaties daarvan staan.
Dat hebben we gevraagd aan de derde en vijfde jaarlaag, en we hebben gekeken wat het verschil in tolerantie is tussen die twee jaarlagen. In totaal hebben er 93 mensen gereageerd, van wie 15 eersteklassers, en zo rond de 40 derdeklassers én vijfdeklassers ieder. Tot slot gaan we kijken hoe ex-Ignatianen terugkijken op hun ervaringen op het IG, en wat zij te antwoorden hebben op de vraag hoe tolerant hun jaarlagen waren. Ook dit keer zullen de mensen die wiskunde A hebben gekozen waarschijnlijk gelukkiger worden van dit artikel dan de mensen die wiskunde B hebben – maar het is natuurlijk wel interessant om te kijken of we als school nu wel echt zo’n excellente school zijn;).
‘Ik ben als docent natuurlijk helemaal niet aardig, ik ben een veel te strenge docent.’ - SHA 30
Jaarlaag 1: eerste klas vs. bovenbouw Waar wij ons vorige keer afvroegen of de eersteklassers echt niet alleen kleiner, maar ook irritanter werden met het jaar, draaien we dit keer de rollen om. Dat bovenbouwers met het jaar groter worden is niet vreemd – maar zijn zij eigenlijk ook zo irritant? We hebben vijftien eersteklassers enkele vragen voorgelegd. Ergens snapt 47% van de ondervraagden wel waarom men hen luidruchtig en brutaal vindt. 40% is het er zelfs mee eens. Als we vragen hoe men de bovenbouwers beschouwt, dan is dat in eerste instantie niets meer dan positief. 40% noemt de bovenbouwers ‘wel aardig’, en enkele procenten gaan ook uit naar ‘behulpzaam’ en ‘respectvol’ – al gaat er ook 7% uit naar ‘respectloos’ en ‘arrogant’. Een 1C’er komt op voor haar rechten: “Ze zijn nooit aardig voor ons, ze lopen zo over je heen en ze duwen je zo weg als ze er langs willen”. Over het algemeen blijkt echter dat de eersteklassers de bovenbouwers
helemaal niet zó irritant vinden als de bovenbouwers hen vinden. Misschien zijn we toch een beetje too harsh, nietwaar? Verder vonden we de eersteklassers een beetje te jong om ze te bekogelen met ethische vragen over taboes – maar op de vraag of ze bereid zijn om hun ‘ware ik’ te tonen zegt gelukkig de meerderheid, bijna tweederde, ja; wat wel inhoudt dat de overige 33% zich niet zo veilig voelt – maar dat zal met de tijd wel komen. Al met al blijkt dat er in de eerste klas niet bijzonder veel mis is. En dat er dan soms een hyperactieve eersteklasser in de Beethovenstraat, op de grond liggend, trappelt en krijst… tja, ook dát is het Ignatius. Oh, en nog een interessante bonus: kennen we de rage van begin dit schooljaar nog, de voedselgevechten? Wiens schuld was dat nou eigenlijk volgens de eersteklassers?
Wie start eerder de voedselgevechten in de kantine?
31
Jaarlaag 3 vs. 5: tolerantie, dan en nu Mocht je bang zijn dat er een enorme leegte ontstaat omdat de battle eersteklassers vs. bovenbouwers voorbij is… geen nood, er komt namelijk NU een nieuwe aan! Het wordt namelijk nu derdeklassers versus vijfdeklassers: wie is er toleranter? 41 derdeklassers (shoutout naar 3B) en 37 vijfdeklassers (meest actieve stamklas: 5C!) hebben gereageerd op acht dezelfde vragen. Velen denken dat het Ignatius een zeer tolerante school is – laat ik een meisje uit de vijfde citeren: “Ik kom zelf uit Aalsmeer, dorp half uur weg van Amsterdam, en als je weet hoe het er daar aan toe gaat, is het Ignatius echt heel accepterend en open. Ik denk dat veel mensen dat op school zich dat niet vaak realiseren!” Maar voelt iedereen zich wel even veilig?
Als er ter introductie wordt gevraagd of men vindt dat er daadwerkelijk minderwaardig naar groepen wordt gekeken, komt het grootste slachtoffer al vrij snel naar voren: in de derde kijkt 59% en in de vijfde zelfs 63% neer op mensen die een lager schoolniveau uitoefenen dan wij. Verder hebben de derdeklassers eerder het gevoel dat er nergens op wordt neergekeken: 14 mensen menen dat, terwijl dat er bij de vijfdeklassers de helft daarvan was. Daarna werd er, op volgorde, ook minderwaardig gekeken naar homo’s, niet-westerse allochtonen en de wat armeren onder ons. Gelukkig is er een verwaarloosbaar klein aantal mensen dat neerkijkt op gehandicapten of vrouwen.
Verder zijn er nog wat stellingen voorgelegd. Hieronder volgen de ruwe resultaten daarvan.
Stelling
Eens
Klas 3 Deels
Oneens
1: Ik zou minder goed of minder snel bevriend kunnen zijn met een niet-westerse allochtoon, dan met een autochtoon.
7%
17%
7%
2: Als een van mijn vrienden mij vertelt dat hij homo of bi is, is onze vriendschap meteen over.
0%
10%
90%
3: Ik beschouw meisjes als minderwaardig ten opzichte van jongens.
0%
17%
83%
4: Ik zou niet omgaan met iemand die (zichtbaar) armer is dan ik.
2%
17%
81%
7: Op deze school wordt het geaccepteerd als je jezelf bent.
85%
15%
0%
Richting welk van de volgende groepen wordt er in jouw jaarlaag gemeend minderwaardig naar gekeken? Meerdere antwoorden mogelijk
‘Zorg ervoor dat je zelf de weg kent, want ik ga niet met je naar huis fietsen.’ - VER 32
33 33
Stelling
Eens
Klas 5 Deels
Oneens
1: Ik zou minder goed of minder snel bevriend kunnen zijn met een niet-westerse allochtoon, dan met een autochtoon.
11%
11%
78%
2: Als een van mijn vrienden mij vertelt dat hij homo of bi is, is onze vriendschap meteen over.
3%
14%
84%
3: Ik beschouw meisjes als minderwaardig ten opzichte van jongens.
5%
32%
62%
4: Ik zou niet omgaan met iemand die (zichtbaar) armer is dan ik.
3%
30%
68%
7: Op deze school wordt het geaccepteerd als je jezelf bent.
62%
32%
5%
Over het algemeen kloppen de vermoedens van de meesten dus wel: zowel de soon-to-be-bovenbouwers als de soon-to-be-studenten op onze school zijn echt vrij tolerant. Het blijkt dat het meest gekozen antwoord op stellingen als ‘Ik ga niet om met armeren’ of ‘Ik ga niet om met allochtonen’ was, dat men eerst naar de persoon zelf keek en niet per se oordeelde op uiterlijk.
‘Nadenken doe je maar met je ogen dicht ofzo.’ - POE 34
Velen kennen het verhaal van de twee jongens, Titus en Max, die twee jaar geleden in de Klencke beiden kort na elkaar uit de kast kwamen en na hun eindexamen nog een relatie kregen ook. Zou zoiets weer kunnen gebeuren op het Ignatius? Vijfdeklassers zijn daar opvallend pessimistischer over dan derdeklassers. Zo zegt een vijfdeklasser: “Als je homo bent kun je waarschijnlijk het beste in de kast blijven tot aan de universiteit, hoe vervelend het ook klinkt. Er zullen altijd mensen zijn die niet volwassen genoeg zijn om het goed te kunnen tolereren. Na de middelbare school is dit een ander geval.” Een enkele derdeklasser, een naar eigen zeggen bischierige jongen, sluit zich daarbij aan, en geeft aan dat hij door de meisjes eerder geaccepteerd wordt dan door de jongens. Tevens geeft een wijze 5C’er aan dat onze school misschien helemaal niet zo excellent is: “Er wordt best gepest, vooral in de jongere klassen, en dat vind ik op deze school wel heel erg belachelijk. Daarbij vind ik dat er dermate weinig allochtonen op deze school zitten dat ik hier niet heel erg goed over kan oordelen. Het klinkt raar, maar ik ken er niet echt heel veel.”
denkt het merendeel van de vijfdeklassers dat dat toch echt niet zo is. 54% van de derdeklassers meent dat ze later nog toleranter zullen worden, terwijl 65% van de vijfdeklassers geen verandering heeft gemerkt in hun tolerantie. Zou je dan toch echt in de derde klas al klaar zijn met het vormen van je mening? Tot slot heb je ook nog de mensen die wat kwijt willen over andere groepen. Zo heb je nog een enkele 3A’er die niet zo weg is van zogenoemde ‘kakkers’: “Ikzelf heb wel een afkeer van alle rijken op aard, ik heb er een hekel aan als mensen gaan lopen pronken met hun rijkdom, denkend dat ze stoer zijn en het raar vinden dat ik voor sommige dingen geen geld heb en zij wel.” En dan heb je ook nog Timo’s denkwijze: “Ik voel me beter dan dorpelingen”.
Ook hebben derdeklassers het gevoel dat ze toleranter worden naarmate ze in een hogere klas zitten. Hoewel dat deels een feit is – want hoe ouder je wordt, hoe volwassener je gaat denken –
35
Wat voor een indruk laat het IG achter? We hebben ook wat ouderejaars gevraagd wat ze van dit topic vinden. Zij hebben de poll niet ingevuld, maar hebben drie andere vragen moeten beantwoorden, die eigenlijk op de hele poll én het onderwerp tolerantie slaan. We konden veel zesdeklassers niet bereiken, maar wel enkele mensen die al van het IG af zijn. De reacties waren lovend en iedereen had over het algemeen plezante herinneringen aan zijn tijd op het Ignatius. Henok Tesfai, die vorig jaar van het Ignatius is afgegaan, en – let’s face it – door zijn bruine huidskleur een opvallende verschijning op het IG vormde, heeft aangegeven altijd zichzelf geweest te kunnen zijn en nooit echt pesten te hebben opgemerkt. “Ik denk dat niemand echt bang was om zichzelf te zijn, en dat je daarom zelf ook veel comfortabeler bent en je durft te uiten. […] Soms hoorde ik weleens van die grapjes waarvan ik dacht: zou je dit nou wel zeggen?, maar dat kwam meer voort uit een soort van onwetendheid dan echt slechte bedoelingen. Dan zei ik er ook wel even wat van, dat je dat soort dingen misschien beter niet op straat of tegen andere donkere mensen of niet-westerse allochtonen kunt zeggen.”
Verder is hij het oneens met het grote aantal vijfdeklassers dat heeft aangegeven geen verandering te hebben opgemerkt in hun tolerantie door de jaren heen. Hij is van mening dat je blik op anderen wél verandert: “Om even een voorbeeld te geven: in de onderbouw vind je een andere jongen bijvoorbeeld niet aardig omdat hij zich raar kleedt en vrouwelijk praat, terwijl je in de bovenbouw die dingen niet meer ziet, en je dus gewoon weer met elkaar om kunt gaan. Of je vindt hem niet aardig omdat hij gewoon onaardig doet tegen je en hij arrogant is. Dat is dan jammer.” Tot slot wilde Henok nog graag aangeven dat hij het IG veel kleurrijker is gaan vinden gedurende zijn schoolcarrière en dat hij dat heel erg waardeert. Leerlingen van het IG “hebben de kans om dichterbij van andermans culturen te leren”, en zouden die kans met beide handen moeten aanpakken volgens hem.
36
Quint Italianer, die inmiddels twee jaar van school af is en nu aan de Universiteit van Amsterdam studeert, sluit zich aan bij de lovende woorden van Henok. In zijn zes jaar op het Ignatius heeft hij zich slechts één discriminerende opmerking, jegens een Marokkaans meisje, kunnen herinneren. Hij zegt wel: “Er is wel gepest in het algemeen, dus zonder dat dat te maken had met afkomst/ seksualiteit/iets dergelijks. Dat vind ik eigenlijk net zo erg als discriminatie. Maar ik denk dat pesten op het IG veel minder voorkwam dan op andere scholen. Volgens mij was er op het IG veel ruimte voor allerlei soorten mensen en was er over het algemeen een positieve sfeer.”
Quint Italianer
Als laatst hebben we ook Max Bouwhuis, de eerder genoemde jongen die openlijk een homoseksuele relatie had, benaderd. Ook hij vond zijn zes jaar op het IG zeer fijn. Op de vraag of hij last heeft ondervonden van nare reacties op zijn geaardheid, blijkt het tegendeel waar te zijn: “Ik ben wellicht wel een geval apart, aangezien ik na mijn middelbare schooltijd als een donderslag bij heldere hemel ‘homo’ bleek te zijn. Ik had daar op het IG nooit bij stilgestaan, zelfs nooit over nagedacht - iets wat heel uitzonderlijk blijkt te zijn, als ik mijn omgeving moet geloven. […] Ik kan mij wel heel goed voorstellen dat het voor in de kast zittende personen moeilijk is om tijdens hun middelbare schooltijd - het Ignatius niet uitgesloten - voor je geaardheid uit te komen. Ik heb wel gemerkt dat dit meer een angst of onzekerheid blijkt te zijn dan de realiteit.” Tot slot heeft Max nog een wijze raad met betrekking tot de mentaliteit op het IG: “Iedereen is er welkom en dat was zeker ook in mijn tijd. Hou dat vooral zo en maak het elkaar niet lastig. De wereld kent immers al genoeg ellende.”
Henok Tesfai
Max Bouwhuis
37
The End of the Line: een jaaroverzicht
En... Hoe staan we ervoor? Tot slot hebben we alle 93 deelnemers gevraagd een cijfer te geven aan de tolerantie op het Ignatius. Slechts twee mensen gaven een cijfer lager dan een 6, namelijk een 1 – maar of dat serieus te noemen is valt te betwijfelen. 65% van de mensen heeft zelfs het cijfer 8 of daarboven gegeven. Wel is er geen enkele 10 gegeven: en dat duidt aan dat natuurlijk niet iedereen positief tegenover elke groep staat en er vast wel wat gepest in de doofpot wordt gestopt. Maar ondanks deze schoonheidsfoutjes kan haast iedereen hier wel het respect opbrengen om ieder zichzelf te laten zijn en zijn wij verre van een probleemschool. Volgens jullie scoort de school gemiddeld een 7,6 op het gebied van tolerantie: iets om zeker trots op te zijn, en houd dat vast tot volgend schooljaar! En maak je geen zorgen, ik ben nu ook wel klaar met het woord ‘tolerantie’ na het ruim tien keer genoemd te hebben in dit artikel ;)
38
Tahrim Ramdjan
Twee, nul, één, twee, koppelteken, twee, nul, één, drie. Jawel, dat is het zojuist voorbijgevlogen schooljaar.
BRD: ‘Misschien geef ik jullie volgend jaar les!’ Leerling: ‘Oh, gezellie.’ BRD: ‘Nou nee, niet echt.’- BRD
Het jaar waarin mijn 3BelgischBier als een underdog ineens omhoog schoot in het klassement van de schoolstrijd – en terwijl ik dit schrijf hoor ik hen nog juichen in mijn gedachten – tevens het laatste jaar van mij met hen. Het jaar waarin ik me in een impuls had aangemeld als lid van de medezeggenschapsraad, nog verkozen ben ook en misschien wel iets veranderd heb. Het jaar waarin we voor het tweede jaar konden wennen aan ons prachtige doch kille schoolgebouw. Het jaar waarin iedereen op enorm random momenten werd doodgespamd met Facebookpagina’s. En een jaar dat voor mij persoonlijk ook zeer bewogen is. Op moment van schrijven heb ik nog maar enkele weken in het vooruitzicht, inclusief een toetsweek.
In eerste instantie dringt een gevoel á la ‘Thank God’ zich aan me op wanneer ik me dit realiseer. Maar hoewel ik tijdens de les soms, al dan niet tijd dodend, in minuten en percentages uitrekende hoe lang de les nog duurde, en ik mezelf vaak uit benarde situaties omtrent niet-gemaakt huiswerk heb moeten redden, heb ik gemerkt dat ik richting het einde van een schooljaar toch sentimenteel word. Het blijkt altijd wel zo te zijn dat het jaar veel sneller en soepeler ging dan je had verwacht. En ik ga het dagelijkse ritme, het contact met mensen met wie je altijd tijdens school die gekke chillings zet en mevrouw Shaya die erop toeziet dat je niet op de tafels zit, ook wel een beetje missen in de zes á zeven weken onvoorwaardelijke vrijheid en niks doen. Dus vóór we dit schooljaar stoppen wil ik je nog even herinneren aan nog een paar epic momenten uit dit jaar. Noem me maar een stadsarchief. Let’s start the trip!
39
En toen verdween het mooie weer, voor zover dat er was, ineens. De barometers schoten omloog; je vertrok in het donker en kwam thuis in het donker. Het was winter.
September 2012 Foodfights Zó aan het begin van een nieuw schooljaar is iedereen nog ene beetje duf en heeft iedereen wel behoefte aan wat spannends. De meesten begonnen met enorme tegenzin, na de nieuwe te-laat-kom-regeling, nieuwe pauzeschema’s en anti-jassenregeling. Maar niemand had verwacht wat dé movement van dit jaar zou zijn: voedselgevechten tussen de eerste- en vierdeklassers. ‘Fuck de hongerige kindjes in Afrika!’ Iets wat in de Klencke absoluut uit den boze geweest zou zijn, maar waarvan we door het jaar heen meer dan genoeg gezien hebben.
Oktober 2012 Dönerrrrrrr En spannender werd het zeker, op een ander vlak. Nadat de verstandige zesdeklasser Rivka haar diploma haalde vorig schooljaar, kon zij niet langer de taak van MR-lid uitvoeren. Wie zou Steffan Oberman vergezellen? Zou het debatteamheld Bera worden, of toch je boy Thymen? Nee, ík werd het, met dank aan de dönercampagna, die inmiddels mijn neus uit komt, maar ach. Ik weet het, vooralsnog is er geen döner - maar laten we waarderen wat we al hebben, zoals de Turkse pizza. Oh, en volgend jaar komt er overigens weer een verkiezing indien Steffan zijn diploma haalt (waar we vanuitgaan). Dus als jij de nieuwe dönerheld wilt worden: pak je kans!
40
December 2012 Ingesloten in de school Sommigen zullen het zich niet eens meer herinneren, maar ik vond het toch een vrij opvallend moment: die ene decemberdag waarop het Gerrit van der Veen, na lang wachten op sneeuw, ons vrij random bekogelde met sneeuwballen. Maar zo trots als wij zijn lieten wij het er niet bij zitten en vochten terug - al werd mevrouw Van Warmerdam ingepeperd. Uiteindelijk kwam de schoolleiding met een drastische maatregel: voor de rest van de dag mocht niemand in de pauze het gebouw verlaten.
December 2012 Zie ginds... En natuurlijk hadden we ook de jaarlijkse Sint Nicolaasactie! Het was natuurlijk weer gezellie om met z’n allen je pikzwart te kleuren en pepernoten in ‘t wild te kunnen gooien.
‘En wat hebben loverboys nou precies met godsdienst te maken?’ - STE
41 41
Daarna hielden we even een winterslaap met z’n allen. Zo rond januari was het voor iedereen weer druk, ook met SE-2, maar gelukkig hadden we twee reddingen:
Februari 2013 Een babyboom door social media In de laatste dagen van januari werd deze aparte Facebookpagina opgericht nadat ‘ie ook op het Amsterdams en het Barlaeus verschenen was. Enkele dagen later was het een hele hype om je geliefde anoniem te aanbidden op Gespot: Ignatius - en als je dat niet andurfde wat het gokken op namen ook altijd een leuk tijdverdrijf. Of de pagina daadwerkelijk de mooiboys aan hun chimeids heeft gekoppeld blijft een mysterie, want een maand later was de pagina alweer gedeserteerd.
Februari 2013 Schoolstrijd: Festival Snel volgde de jaarlijkse schoolstrijd, met het thema ‘Festival’, en een heuse app die na de eerste paar uurtjes alweer werd vergeten. Ik voel me niet genoodzaakt om nu uitgebreid verslag te doen van de schoolstrijd maar mocht je het gemist hebben: de winnaar was 1C, de mentorklas van stuurgroeplid mevrouw Krom (humhum..), op de voet gevold door 3B, en uiteindelijk is er 12.000 euro opgehaald!
April 2013 Hollandse Nieuwe ...en een stilte volgde na zoveel actie. Na een krokusvakantie weer ruim twee maanden de dagelijkse sleur van school. Waar weinigen zich echter bewust van waren, was dat het schooltoneelteam toen al maanden bezig was met repeteren en het decor! Rond begin april ging er weer een enorme Facebookbom af rond het Ignatius: een pagina over een of andere talentenjacht genaamd ‘Hollandse Nieuwe’ was opeens helemaal hét. Sommigen ergerden zich er mateloos aan, anderen werden nat van opwinding - en op 24, 25 en 26 april was het zover: één van de omvangrijkste schooltoneelproducties, Hollandse Nieuwe, werd opgevoerd. Op de laatste avond voor een volle zaal was het ook de vijfde en laatste keer voor Simon Hoekman en Jons Stibbe.
Nu De zomer die geen zomer is
En dat is waar we nu staan. De lijn stopt, net zoals wij ook over enkele weekjes stoppen. Maar als ik al mijn sentiment en zorgen opzij zet, dan is het enige wat mij rest een positief vooruitzicht op zowel de vakantie, als het vervolg van mijn schoolcarrière daarna. Een vooruitzicht met vrijheid, roosterborden, nooit meer Grieks,... en misschien krijgen we de komende maanden toch nog wel wat zon!
‘Hallo lieve schatzipatzi’s!’ - SCU 42
43
Wat is de prijs vanSebastiangoedkoop? Weisshaar Er moesten in één klap 1.100 doden vallen om de westerse wereld er bewust van te maken dat er iets grondig mis is met het produceren van goedkope T-shirts in landen als Bangladesh. En dat dat niet het enige land is waar dit gebeurt blijkt wel uit het ongeluk in Cambodja in mei. Maar dat nieuws bereikte ons niet eens. Eigenlijk al toen het gebouw nog aan het instorten was begonnen de mensen de schuld bij bedrijven te leggen. H&M, C&A, Zara, het hele rijtje. Zij waren de boosdoeners die voor slechte werkomstandigheden zorgden, zij hadden gebouwen die instorten. Het kostte maar één hersenstap meer om de werkelijke schuldige te vinden: wij. Wij hebben als samenleving nu weer 1.100 doden op onze kerfstok. Ja, en als samenleving moeten wij dit stopppen, want dit was niet de eerste keer en zeker niet de laatste. Als dit zo doorgaat, en kleding ieder jaar nog goedkoper wordt, zullen er steeds meer mensen slachtoffer worden van de kledingindustrie. Dit is de vraag die we ons als samenleving moeten stellen: wat is de prijs van goedkoop?
Iedereen heeft wel een shirtje van H&M of een goedkope broek van C&A. Het werd zelfs hip om dure merkkleding met goedkope kleding te mixen. En die goedkope kleding werd ook nog steeds mooier. Waar H&M aan het begin de kledinglijn van de grote merken afkeek, geeft de winkelketen nu zelf vaak de trends aan. Eigenlijk was iedereen wel tevreden met die hele kledingindustrie. Totdat er opeens, het zat er eigenlijk al aan te komen, een gebouw instortte met 1.100 doden als gevolg. De hele wereld is in shock, al helemaal omdat mensen zelf de schuld krijgen. Oh nee, nu kan ik geen goedkope bloesjes meer kopen, want daar kan ik bij mijn dameskransje niet meer mee aan komen. JA, JE BENT DAN NIET VERANTWOORD BEZIG. Het is echt een bizar fenomeen, mensen kopen zoveel mogelijk goedkope kleding totdat er weer mensen doodgaan. Dan houden ze er een maandje of twee mee op (als ze dat überhaupt volhouden). Om vervolgens weer doodleuk hun kledingcontainer met T-shirts op te vullen. Ik vraag trouwens echt af of het een spelletje is, dat vullen van de kledingcontainer, maar dat terzijde.
44
‘Hee piemel! Houd eens je mond!’ - ASP Er moesten in één klap 1.100 doden vallen om de westerse wereld er bewust van te maken dat er iets grondig mis is met het produceren van goedkope T-shirts in landen als Bangladesh. En dat dat niet het enige land is waar dit gebeurt blijkt wel uit het ongeluk in Cambodja in mei. Maar dat nieuws bereikte ons niet eens. Eigenlijk al toen het gebouw nog aan het instorten was begonnen de mensen de schuld bij bedrijven te leggen. H&M, C&A, Zara, het hele rijtje. Zij waren de boosdoeners die voor slechte werkomstandigheden zorgden, zij hadden gebouwen die instorten. Het kostte maar één hersenstap meer om de werkelijke schuldige te vinden: wij. Wij hebben als samenleving nu weer 1.100 doden op onze kerfstok. Ja, en als samenleving moeten wij dit stopppen, want dit was niet de eerste keer en zeker niet de laatste. Als dit zo doorgaat, en kleding ieder jaar nog goedkoper wordt, zullen er steeds meer mensen slachtoffer worden van de kledingindustrie. Dit is de vraag die we ons als samenleving moeten stellen: wat is de prijs van goedkoop?
Iedereen heeft wel een shirtje van H&M of een goedkope broek van C&A. Het werd zelfs hip om dure merkkleding met goedkope kleding te mixen. En die goedkope kleding werd ook nog steeds mooier. Waar H&M aan het begin de kledinglijn van de grote merken afkeek, geeft de winkelketen nu zelf vaak de trends aan. Eigenlijk was iedereen wel tevreden met die hele kledingindustrie. Totdat er opeens, het zat er eigenlijk al aan te komen, een gebouw instortte met 1.100 doden als gevolg. De hele wereld is in shock, al helemaal omdat mensen zelf de schuld krijgen. Oh nee, nu kan ik geen goedkope bloesjes meer kopen, want daar kan ik bij mijn dameskransje niet meer mee aan komen. JA, JE BENT DAN NIET VERANTWOORD BEZIG. Het is echt een bizar fenomeen, mensen kopen zoveel mogelijk goedkope kleding totdat er weer mensen doodgaan. Dan houden ze er een maandje of twee mee op (als ze dat überhaupt volhouden). Om vervolgens weer doodleuk hun kledingcontainer met T-shirts op te vullen. Ik vraag trouwens echt af of het een spelletje is, dat vullen van de kledingcontainer, maar dat terzijde.
45
‘Dus ja, ik wilde aardrijkskundedocent worden, en daarom moet ik dus ook economie geven. Logisch he?’ - WIL Ik zeg: we moeten deze eeuwig doorgaande naald des doods die iedereen rechts en links er maar bij naait stoppen en het zaakje eens grondig veranderen! Ten eerste gaan we ervoor zorgen dat er geen goedkope T-shirts meer zijn. Ze gaan gewoon verdwijnen per wet. Internetshopping? Grenzen dichtgooien. Even serieus, als er geen goedkope T-shirts zijn, kun je ze ook niet kopen, zo simpel is het. En dan koop je maar een paar T-shirts minder. Vroeger kocht je twee keer per jaar kleding, nu kopen sommige mensen elke tweede week wel iets. Daar is mischien een middenweg mogelijk. Ten tweede gaan we als samenleving eens echt verantwoord leven. Want het houdt niet op bij kleding, koffie, diamanten, iPhones, computers, koekjes. Alles, maar dan ook echt alles kan ieder moment instorten en honderden doden veroorzaken. Ik zeg niet dat de wereld ooit helemaal eerlijk zal zijn, maar meer dan nu moet gewoon.
We kunnen toch best vijf euro meer betalen en daarmee voor een beter leven voor de mensen in de fabrieken zorgen? Ja, dat kunnen wij! En tenslotte gaan we ook nog zelf kleding maken. Net als onze grote held Gandhi in India in opstand kwam tegen de kastes gaan wij in opstand komen tegen onze kledingkasten. We gaan zelf onze wol spinnen en die dan weven. Hele nieuwe modes zullen ontstaan, iedereen zal zich eindelijk echt door zijn kleding kunnen uitdrukken! Met biologische wol zullen wij de hele wereld veroveren! Ik geef toe dit geweldige driestappenplan om de wereld een betere plaats te maken een beetje absurd is, maar de essentie is hopelijk toch overgekomen: er moet iets veranderen. Onze samenleving moet zijn instelling tegenover de goedkope kledingindustrie compleet veranderen. Anders zullen er steeds meer en grotere ongelukken gebeuren. En we willen natuurlijk ook niet met een slecht geweten in onze 3-euro-pyjama gaan slapen.
46
‘Je moet geen onzin overtuigend gaan brengen, je bent namelijk geen Wilders.’ - GRA
Fijne zomervakantie!