klein naar groot:
LES 3 EN 4 Hoeveelheden tot 10 vergelijken en ordenen
1 Tel. Kleur het getalbeeld en omcirkel het bijhorende getal.
2 Orden de getallen van klein naar groot: 10 5 7
Orden de getallen van groot naar klein: 6 8 3
3 Vul de getallenas en de zinnen aan.
1 Leg jetons, splits en vertel. Vul in.
2 Kijk en vul in.
Splits en vul de splitsemmers aan.
Kijk naar de rups en vul de splitsing aan.
1 Teken 1 meer op het getalbeeld. Los op.
2 Verbind het getalbeeld met de bewerking en de som.
3
Kleur de bewerking op het getalbeeld. Los op.
LES 6 Optellen tot 10
1 Kijk naar het getalbeeld, denk er 1 bij en los op.
Kleur de bewerking in dezelfde kleur als de som in de ballon. BEWERKINGEN
2 Kijk naar de bewerking en teken het getalbeeld. Verbind met de juiste som.
Teken de bewerking in een getalbeeld. Los op.