ucatieve uitgaven
Dagboek van een rotmaand
BIEB
Jonas Boets
Kijker educatieve uitgaven
Verrekijker 6
1
Dagboek van een rotmaand
1
Donderdag 1 december Ik moet voor mijn lerares Nederlands een taak maken: ‘Schrijf een logboek’. Een logboek is net zoiets als een dagboek, maar dan anders. Nu ja, anders, het heet anders, maar het is eigenlijk net hetzelfde, of zo zie ik het toch, maar wie ben ik om in discussie te gaan met mevrouw Schroeven, die van Nederlands dus. We moeten doorheen het jaar dertig stukjes schrijven over wat ons bezighoudt. Dertig! Wie heeft er nu dertig dingen die interessant zijn? Ik heb mijn interessantste bezigheden eens opgeteld: voetbal, computers, muziek en ... en ... ik kom niet eens aan vier dingen, hoe kun je daar nu dertig stukjes over schrijven? Mijn mama had een goed idee. Je kunt over meisjes schrijven, die vind je toch ook interessant? Fantastisch idee, mama! Het beste idee ooit sinds de uitvinding van telefoons voor honden! Ik word al zenuwachtig als ik nog maar aan meisjes denk, dus die gedachten ga ik zeker niet delen met mijn lerares Nederlands (mevrouw Schroeven: sorry, niet persoonlijk nemen, ik ben nogal gesteld op mijn privacy).
2
Mijn oplossing? Ik schrijf gewoon alle dertig stukjes achter elkaar, de hele maand december. Ben ik ineens van die stomme taak verlost (mevrouw Schroeven: ‘stomme’ is jongerentaal voor ‘megacoole’).
Vrijdag 2 december Ik weet plots niet meer of het wel een goed idee was om alle stukjes in een keer te schrijven. Vandaag is er eigenlijk niets gebeurd dat interessant is, tenzij je het interessant vindt dat je kleine zus op het toilet zit zonder toiletpapier en dat je pas na tien keer roepen een rol voor haar ging halen.
3
Zaterdag 3 december Mijn zus Paulien had vandaag uit wraak alle rollen toiletpapier verstopt. Ik had dat natuurlijk pas door toen ik al op het toilet zat en net mijn traditionele grote boodschap had gedaan voor ik moest gaan voetballen (mevrouw Schroeven: ik heb geen darmprobleem hoor, het helpt me gewoon om al de stress los te laten en dan ben ik geruster op het veld). Ik schreeuwde en bonkte op de deur, maar ik hoorde alleen maar gegiechel. Ik besloot vrede te sluiten met mijn zus en ik beloofde haar poppen niet te vierendelen als ze mij meteen toiletpapier bracht. Ik zou enkel hun hoofden kaal scheren. Paulien nam het voorstel niet aan en ondertussen was ik al te laat voor het voetbal, dus trok ik mijn broek op en haastte me de deur uit. We speelden met witte broekjes die dag ...
Zondag 4 december Mama verwonderde zich over het feit dat voetbal toch een vuile sport was, waarbij de modder zelfs tot in mijn onderbroek zat. Ik zweeg.
4
Maandag 5 december Over enkele dagen beginnen de examens. Het zijn mijn eerste echte examens. Vorig jaar in het zesde leerjaar van de lagere school hadden we ook wel al toetsen in december, maar echt moeilijk waren die niet. Als je in de les goed oplette, kon je de meeste vragen wel juist beantwoorden. En de vragen die je niet juist kon beantwoorden, kon je altijd nog aflezen van je meetlat of tussen de armen van je buurman (mevrouw Schroeven: dat heb ik horen zeggen, zelf spiek ik natuurlijk nooit).
Dinsdag 6 december Sinterklaas bracht nieuwe voetbalschoenen deze ochtend. Ik denk dat de oude man wat vergeetachtig wordt, want mijn superdeluxe, semi-elektrische raceauto heb ik nergens zien staan. Zou die nog in zijn zak zitten? Of zouden hij en zijn Pieten nu op de terugweg zijn naar Spanje in mijn raceauto in plaats van op zijn schimmel?
5
Woensdag 7 december Meneer Lambert van wiskunde heeft meer stress dan wij voor de examens. Hij had schrik dat hij niet klaar zou zijn met alle leerstof. Vandaag drukte hij zo hard met zijn grote meetlat tegen het bord dat het dichtklapte en tegen zijn achterhoofd vloog. Ik denk nu dat een van zijn examenvragen zal zijn: een leraar wiskunde is een beetje een vakidioot en drukt te hard tegen het bord. Het zijbord hangt in een hoek van 45 graden tegen het hoofdbord. Hoe lang duurt het voor de leraar k.o. gaat? Het antwoord is vier seconden.
Donderdag 8 december Ik weet nu al dat het geen leuke maand wordt. Niet omwille van uw taak, hoor, mevrouw Schroeven, die is het enige lichtpunt in de duisternis. Nee, de examens worden een ramp. Godsdienst was alvast geen goed begin. Ik dacht dat het antwoord op alle vragen ‘Braaf zijn in dit leven en dan mag je naar de hemel’ was, maar mijn klasgenoten hadden heel andere dingen opgeschreven. Ik hoop stiekem nog dat zij allemaal gebuisd zijn en ik niet.
6
7
Vrijdag 9 december Paulien heeft geklikt tegen mijn ouders dat mijn examens niet zo lekker lopen. En daarom mag ik morgen niet gaan voetballen en mag ik een heel weekend niet op de computer en niet naar televisie kijken. Ik haat haar echt. En het probleem is dat ik geen wraak kan nemen, want Paulien is de jongste thuis en die mogen altijd meer. Ze heeft bovendien altijd goede punten, doet altijd wat van haar gevraagd wordt en heeft nog geen examens waarover ik haar zou kunnen verklikken. Het helpt ook niet dat ze gelijk had, want zowel biologie als Frans waren niet echt denderend vandaag. Ik had in plaats van biologie voor aardrijkskunde gestudeerd en toen ik plots een tekening van het menselijk lichaam met pijltjes zag, was ik zo van mijn melk dat ik bij al onze organen Europese hoofdsteden heb geschreven. En over Frans ga ik niet te veel zeggen. Het had evengoed een examen Chinees kunnen zijn. Ik hoop dat ik toch mijn naam op de juiste plek heb ingevuld. Of misschien beter van niet.
8
Zaterdag 10 december Mijn vrienden belden om te vragen waarom ik niet was komen voetballen. Ik antwoordde de waarheid. En dan vroegen ze wat dat precies was, lepra, en of je daar lang ziek van was. Ze hadden gewonnen en ik wilde er het liefst niets over horen. Ik gaf mijn hart en ziel voor de ploeg en ik wilde altijd winnen. Maar niet als ik er niet bij was. Als ze dan wonnen had ik het gevoel dat ze mij niet nodig hadden. Pas tegen de avond besefte ik dat als iemand van mijn ploeg ging opzoeken wat lepra was, niemand nog met mij op het veld zou willen staan.
Zondag 11 december Het studeren ging goed vandaag. Ik had me de hele dag opgesloten op mijn kamer om me niet te laten afleiden. Ik heb zeker tien strips gelezen, ik heb het wereldrecord elastiekjes rond je neus draaien verbroken en ik heb bijna honderd push-ups gedaan. Een gezonde geest in een gezond lichaam zeg ik altijd. Ik overdrijf misschien een beetje, want ik heb toch één keer mijn kamer verlaten.
9
Paulien was bij een vriendin gaan spelen, dus heb ik een bezoek gebracht aan het vakantiehuis dat Sinterklaas voor haar poppen had gebracht. Ik had recht op wat rust en het ding heet tenslotte een vakantiehuis. Mijn ouders waren blij dat ik zo vlijtig had voortgewerkt. Ze vonden dat ik blij moest zijn dat ik niet was gaan voetballen. Ik wilde toch ook liever goede punten voor wiskunde dan een gewonnen match? Ik denk soms dat alleen mijn zus een echt kind van mijn ouders is.
Maandag 12 december De week is niet goed gestart. Mijn zus heeft deze ochtend ontdekt dat ik bij mijn bezoek aan haar vakantiehuis al haar poppen bruin heb gekleurd met een dikke stift. Ik had er nochtans een goede reden voor: ik speelde dat het heel warm was en dat we allemaal onze zonnemelk vergeten waren. Daardoor waren alle poppen flink gebruind. Mijn zus geloofde het echter niet en dacht dat ik dat had gedaan omdat zij mij verklikt had bij mijn ouders. Ik vond het schandalig dat ze zoiets durfde te denken en ik zocht steun bij mijn ouders. Ik mag nu een hele week niet op de computer.
10
11
Dinsdag 13 december De examens beginnen te beteren. Wiskunde vond ik niet zo moeilijk. Niet omdat ik er hard voor had gestudeerd, maar de vragen waren gewoon veel te gemakkelijk. Ik denk dat meneer Lambert een hersenschudding had door de aanval van het bord en een beetje in de war was bij het opstellen van het examen. En ook aardrijkskunde vandaag ging goed, maar dat kwam vooral omdat ik het per ongeluk al geleerd had. Mama heeft gezegd dat als ik meer dan zestig procent heb op mijn rapport, ik dan een hele kerstvakantie op de computer mag. Ik mag dan ook naar de televisie kijken. Anders niet. Ik heb alvast afscheid genomen van mijn dierbare vriend Sony Playstation.
Woensdag 14 december Examen informatica: makkie. Ook al heb ik nauwelijks kunnen oefenen omdat ik op geen enkele computer mocht. Ik heb thuis wel verteld dat ik waarschijnlijk een nul heb, omdat ik de computer niet mocht gebruiken. Zo denken mama en papa in de toekomst misschien eens na over wat ze hun kinderen aandoen
12
Donderdag 15 december Ik heb mijn lerares geschiedenis ooit eens gevraagd waarom we eigenlijk de geschiedenis moeten bestuderen. Ze zeggen toch altijd dat we beter naar de toekomst kijken? Ik kreeg als antwoord dat we veel kunnen leren uit de geschiedenis. Dingen die we vandaag nog kunnen gebruiken. Dit is wat ik heb onthouden van de leerstof van geschiedenis: • Als ik ooit een piramide wil bouwen, huur ik best duizenden slaven in. Ik ga alvast eens vragen wie van mijn voetbalploeg wil meedoen. Hopelijk vinden ze zweepslagen niet erg. • Als je na een boottocht in een dorp aankomt en je hebt geen geld bij je, dan steek je het best de boel in brand en neem je alle waardevolle spullen mee. Ik hoop dat mama en papa dan wel geen lucifers vergeten in te pakken. • Als je een heks in het water gooit en ze blijft drijven, dan is het echt een heks. Zou mijn lerares geschiedenis blijven drijven? Dat laatste had ik beter niet op mijn examen geschreven.
13
14
Vrijdag 16 december Ik leer echt niets uit mijn geschiedenis. Als dat wel zo zou zijn, dan had ik vandaag geen schoenen met gladde zolen aangedaan, terwijl het sneeuwde buiten. Dan was ik ook op tijd afgestapt als de sneeuwsporen te moeilijk berijdbaar waren. En dan had ik mijn rugzak beter gesloten. Niet dus. Bij het buitenkomen van ons huis gleed ik al weg op de stoep. Mijn poep was helemaal nat. Tijdens het fietsen ben ik drie keer gevallen. Waarvan een keer voor het oog van Fiona, het mooiste meisje van het hele eerste middelbaar, maar op wie ik uiteraard niet verliefd ben. Ik viel ook een keer terwijl ik voor mevrouw Schroeven reed (mevrouw Schroeven: dit bewijst dat ik niet overdrijf in mijn logboek). De rest van mijn kleren waren ook doorweekt en mijn broek zag zelfs wat bruin van de moddersneeuw aan de rand van de straat. Te voet bereikte ik dan de school, waar ik zodra ik mijn fiets losliet, opnieuw weggleed en deze keer al mijn boeken in de sneeuw zag vallen. Het ergste van dit verhaal is dat dit vorig jaar ook al eens was gebeurd.
15
Alleen waren er toen geen Fiona’s in de buurt, was er geen mevrouw Schroeven, zaten er geen belangrijke papieren in mijn rugzak en had ik geen examen muziek voor de boeg. Het duurde een half uur voor ik ontdooid was en aan mijn examen kon beginnen. Twintig minuten later moest ik afgeven.
Zaterdag 17 december Ik mocht vandaag weer niet gaan voetballen, maar gelukkig was de wedstrijd ook afgelast wegens de sneeuw. En bovendien kwam de match nog te vroeg voor een lepralijder. Mijn laatste examen is Nederlands en aangezien ik al Nederlands spreek zie ik niet goed in waarom ik nog zou moeten studeren (mevrouw Schroeven: dat is niet slecht bedoeld, hoor, ik vind dat u goed lesgeeft, maar wees eerlijk: mijn ouders waren u dertien jaar geleden al voor toen ze begonnen met mij Nederlands te leren). In de kamer naast mij was Paulien met enkele vriendinnen een liedje aan het oefenen voor haar kerstfeestje op school. Het klonk verschrikkelijk, zoals een kat die gebeten wordt door een hond, terwijl de buurjongen ook een pan aan haar staart heeft gebonden.
16
Nadat ze een pauze hadden genomen om beneden limonade te drinken, werkte plots de muziekinstallatie van mijn zus niet meer. Ik verborg de schroevendraaier en de buitgemaakte vijzen in de onderste lade van mijn bureau.
Zondag 18 december Ik begon alvast aan de lay-out van mijn logboek, zodat ik toch met Nederlands bezig was. Hiervoor mocht ik van mama op de computer (mijn eeuwige dank, mevrouw Schroeven).
Maandag 19 december U heeft me verrast, mevrouw Schroeven, blijkbaar zijn er meer vragen te stellen over Nederlands dan ik dacht. Maar ik heb altijd in het Nederlands geantwoord, dus veel fouten kan ik niet gemaakt hebben. Niet dat ik per ongeluk iets in het Frans zou hebben geantwoord, dat is niet mijn sterkste kant, maar dat heeft u al gelezen.
17
18
Dinsdag 20 december De examens zijn gedaan! Iedereen was daar heel blij om en ik natuurlijk ook, maar tegelijk weet ik ook niet goed wat te doen. Als er geen voetbal is en je mag niet op de computer, wat kun je dan nog wel doen? Ik vraag me af wat jongens doen die niet van voetbal of computerspelletjes houden. Kijken die dan een hele dag alleen naar meisjes?
Woensdag 21 december Nog twee dagen en ik ken mijn punten. Ik had niet gedacht dat ik daar zo zenuwachtig over kon zijn. Nu ja, van die punten lig ik niet echt wakker, het is vooral de nachtmerrie van een computerloze kerstvakantie die me bezighoudt.
Donderdag 22 december Ik begin me nu echt te vervelen. Om me een beetje af te leiden ging ik samen met mijn buurjongen voetballen op het pleintje aan het einde van de straat. Alleen hebben we nauwelijks gevoetbald, want er lag nog steeds sneeuw in de straat en nog voor we aan het veld waren, was ik alweer twee keer gevallen. Volgende keer doe ik skilaarzen aan om te voetballen.
19
Vrijdag 23 december Verdorie.
20
Zaterdag 24 december Ik was een beetje kort gisteren. Eigenlijk was ik heel lang gisteren, want er stonden nog een hele hoop scheldwoorden achter. Maar die heb ik maar gedeletet (mevrouw Schroeven: is dat trouwens juist geschreven? Want het ziet er idioot uit), want ik vermoed dat dat niet hoort in een taak voor Nederlands. Ik heb 59 procent op mijn rapport. 59! Eén onnozel, dom punt te weinig. Eén punt verschil tussen een ontspannen kerstvakantie en een oeverloos saaie veertiendaagse. Ik heb nog aan mama proberen uit te leggen dat in wiskunde alles boven de vijf naar boven wordt afgerond en dat ik dus eigenlijk zestig procent heb. Het werkte niet. Mama vond wel dat ik mijn leerstof van wiskunde goed toepaste. Dat had ik voor andere vakken ook beter gedaan. Ik had beter wat slechter gescoord voor informatica, vond ik zelf, dan had ik een reden gehad om meer met de computer bezig te zijn.
21
Zondag 25 december Iedereen vraagt naar mijn punten. En elke keer zeg ik dat ik ongeveer zestig procent heb. Iedereen vindt dat best oké, behalve mama, die me doodbliksemt wanneer ik dat weer zeg. Kerstfeestjes zijn leuker met goede punten. Paulien had zoals altijd weer een uitstekend rapport en iedereen vindt haar de ster van de familie. Met zestig procent beland je in de vergeetput van het familieleven. Volgende keer durven ze waarschijnlijk niet meer naar mijn punten vragen. Dan krijg ik een medelijdende aai over mijn hoofd. Daarmee willen ze dan iets zeggen als: ‘Je kunt nog altijd boswachter worden.’ Maar daar moet je ook veel voor kunnen. En zolang er in het bos geen aansluiting is voor een spelconsole, ben ik dat niet van plan.
22
23
Maandag 26 december Op aanraden van mama ben ik wat beginnen te knutselen. ‘Je speelt toch ook altijd van die bouwspelletjes op je computer? Doe dat dan maar eens in het echt.’ Ik besloot geen pennenhouder van wc-rolletjes te maken, maar meteen met het echte werk te beginnen: een oversized piratenboot uit hout, met masten van staaldraad en kanonnen met echte ijzeren kogels. Het is me bijna gelukt. Bij het zagen van de houten planken voor de onderkant van de boot, raakte ik mijn wijsvinger. Het bloed spoot eruit (in mijn herinnering toch, volgens Paulien waren het niet meer dan druppels) en ik kreeg een verbod op de zaag. De staaldraad bleek ook moeilijker te plooien dan ik dacht en nadat hij drie keer rakelings langs mijn oog had geschuurd en één keer het oor van mama had geraakt, werd ook dat van me afgenomen. De kanonskogels werden subtiel opzij geschoven en mama stelde dan maar voor om een papieren bootje te vouwen. En ook al heb ik nog een heel cool schip van papier gemaakt, toen mijn zus het schip op haar hoofd zette omdat ze dacht dat het een hoedje was, heb ik het laten zinken in de gootsteen.
24
Dinsdag 27 december Het is nog maar de vierde dag van de kerstvakantie en ik vraag me af of ik ze wel ga overleven. Is er ooit al eens iemand gestorven van verveling? Misschien niet rechtsreeks, maar als ik bij het bouwen van het schip in mijn arm had gezaagd in plaats van mijn vinger, dan had ik het toch op de verveling gestoken. Ik heb zelfs al een keer overwogen om met de poppen van Paulien te spelen, zo hard verveel ik me. Maar dan misschien toch maar liever sterven van verveling.
Woensdag 28 december Uit pure wanhoop heb ik vandaag voor school gewerkt. Als ik me dan toch verveelde, kon ik maar iets nuttigs doen (papa beaamde dat en stelde voor om te helpen bij het kuisen, maar dat vond ik dan weer te ver gaan).
25
Ik heb al mijn stukjes voor mijn logboek mooi in een document gezet en doorgestuurd naar mevrouw Schroeven (mevrouw Schroeven: het zijn er nog maar 27, de andere drie hebt u nog tegoed van mij. Als de kerstvakantie zo saai blijft, zult u ze snel hebben). Ik ben er toch een tijdje mee bezig geweest, waardoor ik me toch iets minder verveeld heb. Al wil ik er ook geen gewoonte van maken om altijd schoolwerk te doen tijdens mijn vakantie.
26
Donderdag 29 december Paulien was weg vandaag, dus ben ik toch maar haar kamer binnengeslopen om met haar poppen te spelen. Ik nam eerst een foto van hoe alles erbij lag, zodat ik het later exact kon terugleggen. Stel je voor dat iemand zou denken dat ik met de poppen van mijn zus had gespeeld. Ik amuseerde me best wel, de poppen van Paulien bleken verrassend avontuurlijk. Ze beleefden de gekste avonturen in de ruimte en ze konden ook mijn straaljagers besturen. Enkele van hen waren zelfs heuse kunstenaressen. Ze dopten hun hele lichaam in een potje met verf en schilderden hun vakantiehuis groen en blauw. Het was een fantastisch resultaat. Toen ik na een namiddag spelen alle poppen wilde terugzetten, merkte ik dat het er niet helemaal uitzag zoals op de foto. De poppen waren veranderd in een soort blauwe en groene aliens en ook hun vakantiehuis had meer weg van een ruimteschip dan van een bungalow. Paulien zou het vast niet merken.
27
28
Vrijdag 30 december Geweldig nieuws! In de namiddag toch, de voormiddag was niet zo vrolijk. Paulien beweerde dat ik haar poppen met verf had besmeurd en noemde me een rotbroer. Mijn antwoord dat de poppen dat zelf hadden gedaan en dat ze eindelijk eens een leuke tijd hadden beleefd, viel niet in goede aarde. Papa vond dat ik meer verantwoordelijkheid moest nemen en dat ik het zelf maar moest oplossen. Hij gaf me een product om verf te verwijderen en onder toeziend oog van Paulien maakte ik de poppen en het huis weer proper. Op die manier was er weer een halve dag voorbij, dus dat vond ik nog wel oké. Maar dan ... Ik kreeg een mail van mevrouw Schroeven (maar ik zat niet stiekem op de computer, hoor). Ze had mijn stukjes meteen gelezen en ze was in de wolken.
29
Ze vond het geweldig dat ik me zo had ingezet om een logboek te schrijven en ze vond het vooral erg goed geschreven. Ze kon niet wachten tot ze de volgende stukjes mocht lezen en als ik wilde mocht ik er gerust meer schrijven dan dertig (mevrouw Schroeven: niet overdrijven). Maar het beste nieuws moest dan nog komen. Ik kreeg een negen op tien voor de taak en mevrouw Schroeven wilde die nog meetellen voor het dagelijks werk van het vorige rapport. Omdat de taak flink meetelde, zouden mijn punten voor Nederlands serieus in de hoogte gaan. En daardoor zou mijn algemeen totaal stijgen tot bijna 61 procent! Ik printte de e-mail onmiddellijk uit en liet hem zien aan mama en papa. Ze konden niet anders dan hun belofte houden. Televisie en computer, here I come!
30
31
Zaterdag 31 december Wat een topvakantie! Ik was zo blij met het nieuws van mevrouw Schroeven dat ik de hele dag fluitend en zingend rondliep. Die avond was het feest bij ons thuis om het nieuwe jaar te vieren. Er kwamen vrienden van mama en papa met hun kinderen zoals elk jaar en dat was altijd plezant, want dan mochten we veel snoepen en lekker laat opblijven. Ik hielp papa in de keuken om alle hapjes klaar te maken. Zo kon ik stiekem al van de hapjes proeven nog voor ze opgediend werden. Buiten zette ik de kaarsen klaar, voor als we om twaalf uur naar de tuin zouden gaan om naar het vuurwerk te kijken. Eigenlijk vergat ik de hele dag om op de computer te spelen en televisie te kijken. Maar dat deed er niet toe. Gewoon al het feit dat ik wist dat het zou mogen, was genoeg voor mij. En ik had nu al zo lang zonder gedaan, dat nog één dag extra geen kwaad kon. Het werd een superleuke avond. We bakten vlees op een grote plaat, we dronken frisdrank en telden om twaalf uur af naar het nieuwe jaar. We keken naar het vuurwerk, genoten van het feest en kropen laat in ons bed. Mijn glimlach bleef zelfs in mijn slaap op mijn gezicht staan. December was een rotmaand, januari belooft gelukkig al veel beter te worden.
32
Ruben moet voor school een dagboek bijhouden. De hele maand december schrijft hij op wat hij meemaakt. Met tegenzin, want het wordt een maand vol kommer en kwel. Op het toilet zitten zonder toiletpapier, de verkeerde examens leren, vallen in de sneeuw, bijna in je arm zagen, nog eens vallen in de sneeuw ... De kerstvakantie belooft niet veel goeds.
Dit boekje maakt deel uit van de Verrekijkerbieb 6. ISBN 978 90 486 2537 6 Bestelnummer 60 1021 597 KB D/2016/0147/106 NUR 191 Illustraties: Rocío Del Moral Verantwoordelijke uitgever die Keure Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge RPR 0405 108 325 © Copyright die Keure, Brugge
9 789048 625376
Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part of this book may be reproduced in any form by print, microfilm or any other means without written permission from the publisher.