Verrekijkerbieb - 6e leerjaar - N3 - Hoe een Pools meisje een beroemde vrouw werd

Page 1

ucatieve uitgaven

Hoe een Pools meisje een beroemde vrouw werd BIEB

Clara Vanuytven

Kijker educatieve uitgaven

Verrekijker 6

8



Hoe een Pools meisje een beroemde vrouw werd

Een verhaal over Marie Curie en de ontdekking van radioactiviteit

1


Polen en Rusland ‘Marya Sklodowska?’ Het kleine meisje staat op. Tien jaar is ze. Ze trekt haar uniform glad, een blauwe jurk met stalen knopen en een wit kraagje. ‘Ja, juffrouw?’ ‘Zeg je les eens op. Wie was Stanislas Augustus?’ Met verbazend gemak vertelt Marya over de vroegere koning van haar geliefde vaderland Polen. Ze hapert niet. Ze heeft een goed geheugen. Wat ze gelezen heeft, dat onthoudt ze. De onderwijzeres knikt tevreden. Plotseling schrikt de hele klas op. In de trappenhal rinkelt een bel. Twee keer lang en twee keer kort. De juf verzamelt haastig alle Poolse boeken. Vlugge handen grijpen de schriften uit de lessenaars. Twee meisjes verdwijnen ermee naar de slaapzaal van de internen1. Stoelen worden verschoven. Dan valt alles stil. Net op tijd! De deur gaat open … In de deuropening staat de inspecteur. Hij heeft een gladgeschoren hoofd en doordringende, blauwe ogen. De directrice, naast hem, kijkt angstig binnen. Alles zal toch wel in orde zijn? Alles is in orde. De meisjes zitten gebogen over hun naaiwerk, vierkante gerafelde lapjes stof. Op de lessenaars liggen scharen en klosjes. ‘De meisjes hebben twee uur naailes per week,’ legt de directrice in het Russisch uit.

2


‘U las daarnet voor? Wat is dat voor een boek, juffrouw?’ Ze toont hem een handboek dat gedrukt is in Russische letters. De inspecteur tilt een deksel van een lessenaar op. Hij vindt niets. Geen Poolse schriften of boeken. ‘Je gebed.’ Hij wijst Marya aan. Marya krimpt ineen. Maar foutloos zegt ze het Onze Vader in het Russisch op. Ze krijgt nog andere vragen. Over de tsaren2. Over de keizerlijke familie. Ze beantwoordt al die vragen foutloos. Tevreden verlaat de inspecteur de klas. Marya kijkt hem wezenloos na. ‘Kom hier, mijn hartje!’ De onderwijzeres steekt haar armen uit. Wanneer ze Marya vastneemt, breekt er iets in het kind. De vernedering doet haar pijn. Ze houdt van Polen, haar vaderland. Het is een land dat in brokken uit elkaar is gevallen. Eén deel is in Russische handen. Om hen te onderdrukken, eist de tsaar dat alle lessen in het Russisch worden gegeven. Poolse boeken zijn verboden. Maar de Russen krijgen de Polen niet klein. En dat heeft dat kleine meisje net bewezen. Marya of Mania, zoals ze thuis wordt genoemd, spreekt foutloos Russisch. Ze is slim. Ze leert gemakkelijk. Ze was pas vier toen Bronia, haar oudere zus, haar de letters aanleerde. Op een avond toen er thuis werd voorgelezen, haperde haar zus Bronia met een eenvoudig zinnetje. Kleine Mania nam het boek over en las foutloos verder. Daarop was er in huis een grote stilte gevallen. Mania begon te huilen.

3


‘Ik zal het niet meer doen. Maar het is niet mijn schuld. Het komt omdat het zo gemakkelijk is!’ Haar ouders hadden verbaasd naar hun vierjarige dochter gekeken. Wat een slim kind! Begaafd was dit kind zeker. En ze zou later nog grootse dingen doen. Maar ze kende ook veel verdriet in haar kinderjaren. Eerst stierf haar zus Zonia. Ze kreeg tyfus, een vreselijke ziekte. Twee jaar later, op 9 mei 1878 stierf haar moeder aan tuberculose. Mania was toen 11 jaar oud.

Boeken Ze is eerder een verlegen meisje, maar Mania is dol op boeken. De verhalen nemen haar mee naar een plek waar geen verdrukking3 is. Als ze leest, dan bestaat de rest van de wereld niet meer.

4


Op een dag bouwen haar broer en zussen een fort rondom Mania, die geheel verzonken is in haar boek. De kinderen slepen stoelen aan. Twee stoelen aan iedere kant van het lezende meisje. Eéntje erachter. Twee andere erop. Eéntje op de top. Mania merkt niets: geen rumoer, geen stoelen, geen gegiechel. Wel een half uur blijft ze zo zitten. Als het boek uit is, klapt ze het dicht. Ze heft haar hoofd op. De hele stelling stuikt in elkaar. Haar zussen gillen van de pret. Mania wrijft over haar pijnlijke schouder. Maar ze blijft onberoerd. ‘Wat flauw!’ is het enige wat ze zegt. Kriskras door elkaar leest Mania schoolboeken, gedichten en boeken uit de bibliotheek van haar vader. Alleen als ze leest, vergeet ze even de Russische spionnen, de inspecteur, haar verdriet.

Een gouden medaille Mania werkt hard. In juni 1883 is ze vijftien wanneer ze de school verlaat met een gouden medaille. Dat ereteken krijgt alleen de beste student van de school. Ook haar zus Bronia en haar broer Joseph hebben die ooit gehaald. Maar alleen Joseph kan naar de universiteit van de tsaar. De meisjes niet, want meisjes mogen in Polen niet aan de universiteit verder studeren. Haar vader besluit de vijftienjarige Mania eerst wat rust te gunnen. Een jaar lang geniet ze van een heerlijk leventje op het platteland.

5


Maar daarna wil ze weer gaan studeren. Terug in Warschau gaat ze naar de “Vliegende Universiteit”. Ze volgt lessen die heimelijk in een of ander huis worden gegeven, telkens op een andere plek. Bij het minste gerucht schrikken alle studenten op. Als de politie hen ontdekt, dan vliegen ze in de gevangenis. Op een dag zit haar zus Bronia weer eens te berekenen wat ze bezit. Of beter … hoeveel ze tekortkomt. Want ze wil zo graag in Parijs voor dokter studeren. Mania kent dat wel: de wil om - ondanks grote moeilijkheden - iets te bereiken. Ze komt met een plan op de proppen. ‘Ik heb nagedacht,’ vertrouwt ze haar zus toe. ‘En iets met vader besproken. Er is een oplossing!’ Bronia kijkt haar verwonderd aan. ‘Hoeveel heb je gespaard?’ vraagt Mania haar. ‘Genoeg om de reis naar Parijs en de kosten van één studiejaar te betalen. Maar …’ ‘Nu? Dan ga je toch?’ ‘Hoezo? Wat bedoel je? Waar moet ik zo lang van leven? De medische studie duurt vijf jaar!’ Mania neemt haar grote zus vast. ‘Als we niet samenwerken, zullen we er nooit in slagen om hier weg te komen. Dus moeten we onze krachten bundelen. Luister … Jij vertrekt eerst. Jij studeert. Je gebruikt al je spaargeld. Ik ga werken en stuur je daarna geld op. Vader wil je ook helpen. Als jij je diploma hebt gehaald, dan ga ik studeren. En dan help jij mij.’ ‘Mania, je bent gek!’

6


Bronia heeft tranen in de ogen. Het gulle gebaar ontroert haar. ‘Denk je echt dat je genoeg kan verdienen om voor jezelf te zorgen en voor mijn studies te sparen?’ Mania knikt. ‘Dat denk ik.’ zegt ze ernstig. ‘Want ik word gouvernante4. Dan heb ik kost en inwoon gratis. En ik krijg nog roebels5 uitbetaald ook. Genoeg om te sparen en om jou voort te helpen.’ ‘Waarom ga jij niet eerst? Je bent zo slim!’ protesteert Bronia. ‘Omdat jij twintig bent en ik zeventien.’ En daarmee is voor Mania de kous af.

7


Brief aan haar nicht Henriëtte ‘Lieve Henriëtte, ik had deze zomer vakantie kunnen vragen. Maar ik blijf hier, op het platteland. Ik wil geen spaargeld uitgeven. Ik geef hier les aan de kinderen van mijn werkgevers. En samen met Bronka, de oudste dochter, helpen we ook enkele kinderen uit de buurt. Het is bijna een klas want we hebben tien leerlingen. Ze leren snel bij. Bovendien probeer ik zelf ook zoveel mogelijk te studeren …’ De kleintjes waaraan Mania lesgeeft zijn niet allemaal netjes gewassen. Het zijn kinderen van bijvoorbeeld dienstmeisjes en fabrieksarbeiders. Sommigen zijn onbeleefd en koppig. Maar de meesten willen heel graag leren lezen en schrijven. En dat doet Mania plezier want ze wil Polen dienen. En deze kinderen zijn de toekomst van Polen. ‘Ik probeer om zes uur op te staan, om meer te kunnen werken. Of ik stort me ’s avonds op mijn boeken. Ik lees van alles door elkaar. Fysica, sociologie, anatomie … Plannen voor later? Die heb ik niet …’ Mania’s toekomst blijft onzeker. Maar wat is ze veranderd! Het forse meisje van vroeger is heel mooi geworden. Ze is geestig en welopgevoed. Ze leest gedichten maar ze kan ook schaatsen en paardrijden. Een lieftallige gouvernante!

8


Dat vindt ook Casimir, de oudste zoon van het gezin. Wanneer de student uit Warschau thuiskomt, wordt hij verliefd op Mania. En zij op hem. Die zomer maken ze zelfs trouwplannen, ook al is zij slechts negentien en hij niet veel ouder. Maar dat is buiten de ouders van Casimir gerekend. Ze houden wel van juffrouw Marya, maar hun zoon zal niet met een gouvernante trouwen! Onder druk van zijn ouders geeft de student toe. Hij maakt het uit en laat Mania met een gebroken hart achter. Ook al doet het veel pijn, toch wil ze haar werk bij de familie van Casimir niet opgeven. Waar anders zou ze genoeg kunnen sparen voor haar zus Bronia? En voor haar eigen studie? Het leven gaat moeizaam verder.

Jaren gaan voorbij Drie jaar is Mania al gouvernante op het platteland. Haar dromen heeft ze stilaan opgeborgen. En dat maakt haar moedeloos. Maar onverwachts komt er een brief van Bronia uit Parijs. ‘Deze zomer ga ik trouwen. Mijn aanstaande man is dan dokter en ik hoef maar één examen meer af te leggen. Wij blijven hier nog een jaar. Daarna keren we terug naar Polen. Mania, als je genoeg roebels gespaard hebt, dan kan je naar Parijs komen om te studeren. Je kan bij ons wonen.’

9


Mania twijfelt. Kan ze wel op dat voorstel ingaan? Ze wil haar vader niet alleen laten. Ook haar broer Joseph en haar zus Hella hebben haar in Polen nodig. Dus blijft ze nog een jaar in Warschau waar ze terug lessen volgt aan de Vliegende Universiteit. Ze werkt ook, voor de eerste keer in haar leven, in een laboratorium. Wild enthousiast is ze. “Museum” staat op het kleine gebouwtje. Niemand weet dat hier Poolse jongeren in het geheim les krijgen. Mania werkt meestal ’s avonds of op zondag. Eindelijk kan ze de proeven doen waarover ze zo vaak gelezen heeft in boeken. Maar enkele weken voor ze vierentwintig wordt, neemt Mania een dapper besluit. ‘Bronia, zeg me of je mij in huis kan nemen. Ik wil graag naar Parijs komen. Ik heb genoeg om de kosten, ook van de inschrijving, te betalen. Jullie kunnen me ergens in een kleine kamer stoppen. Maakt niet uit waar.’ En zo komt het dat Mania op een dag eindelijk naar Frankrijk vertrekt. ‘Ik blijf niet lang weg …’ belooft ze haar vader.

10


Parijs In Parijs voelt ze zich vrij. Ze heeft zich aan de universiteit ingeschreven. Niet als Marya, of als Mania. Maar als Marie Sklodowska. De studie kost haar moeite want ze spreekt minder goed Frans dan ze dacht. Ze heeft ook heel wat kennis in te halen. De Sorbonne6 is immers een heel strenge universiteit. Gedurende enkele maanden woont Marie bij zus Bronia en haar man. Daarna verhuist ze naar een kamer dichter bij de Sorbonne, waar ze voor zichzelf moet zorgen. Koken kan ze niet. Geld heeft ze niet. Door haar zolderkamertje ziet ze een stukje van de lucht. Maar in de kamer is geen verwarming, geen licht, geen water. Als het vriest, trekt Marie alle kleren die ze heeft over elkaar aan. Zo kruipt ze in bed. Na enkele maanden is ze totaal verzwakt. Maar toch slaagt Marie, in 1893, in haar examens en is de beste van iedereen.

11


En dan krijgt ze eindelijk wat ze verdient! Een ‘beurs van Alexander’, speciaal voor heel begaafde studenten in het buitenland. Voor Marie is het een wereld van verschil. Eindelijk kan ze een nette kamer huren, eten en verwarming betalen. Maar ze blijft gierig omspringen met dat geld, want ze wil zo lang mogelijk in Parijs studeren. Later slaagt ze erin om de zeshonderd roebels uit te sparen. En ze stuurt het geld terug. Iemand die de beurs terugbetaalt? Dat is nog nooit gebeurd! Maar Marie vindt het doodnormaal dat met dat geld een ander meisje wordt geholpen.

Pierre Voor de liefde heeft Marie geen tijd. Maar dat verandert als ze Pierre leert kennen. Het is begin 1894. Iemand stelt haar voor aan een knappe man die bezeten is door fysica en door kristallen. Samen met zijn broer heeft hij een bijzonder instrument uitgevonden dat heel kleine hoeveelheden elektriciteit kan meten. Pierre is ouder dan zij. Vijfendertig. Enkele maanden gaan voorbij. Hun vriendschap wordt alsmaar hechter. Voor Pierre is Marie de enige vrouw waarmee hij over zijn vak kan praten. Hij verklaart zijn liefde en dringt aan. Maar Marie twijfelt. Wil ze wel een relatie? Pierre is een Fransman. Wat als zij naar Polen wil terugkeren? Naar haar vader en naar haar familie? Zo klampen ze zich allebei aan hun grote liefde vast. Pierre stelt de wetenschap voorop, Marie kiest voor haar vaderland.

12


Brief van Joseph ‘‘… Ik weet dat je altijd van Polen zal houden. Je zal altijd tot onze familie behoren, ook al ben je niet bij ons. Maak je over ons, over Polen, geen zorgen. Volg je hart.’

Brief aan Kazia, haar beste vriendin ‘… Een heel jaar heb ik geaarzeld. Nu is het zover. Ik ga trouwen met de man waarover ik je vertelde. Al valt het me zwaar om voorgoed in Parijs te blijven. Maar we zijn zo aan elkaar gehecht geraakt …

13


Madame Curie Op 26 juli 1895 trouwt Mania Sklodowska en verandert ze haar naam in Marie Curie. Ze krijgt geen witte jurk, geen gouden ring, geen feest. Maar Marie is gelukkig want haar vader, haar zus Hella en enkele vrienden zijn naar Parijs gekomen. Het leven wordt druk. Marie brengt veel tijd door in het laboratorium van haar man, waar er plaats voor haar wordt gemaakt. Marie wil ook een goede echtgenote zijn. Nooit leerde ze koken, omdat ze dat niet nodig vond. Nu verzint ze gerechten. Koken is toch een beetje zoals chemie? Met gloeiende wangen staat Marie achter haar fornuis. Ze zucht diep. Ze regelt de vlam onder haar potten. Ze roert in de pot met vlees. Haastig. Als ze klaar is, rent ze de trappen af, de deur uit. Even later staat ze in het laboratorium gebogen over kolven en buizen. Ze roert in producten en regelt de vlam van de gasbrander onder de glazen potten. Twee jaar later wordt een dochtertje, Irène, geboren. Nu krijgt Marie het nog drukker. Ze heeft zorgen. Het laboratorium, haar man, de baby, het huishouden. Hoe krijgt ze alles gedaan? Maar dan komt er hulp. Haar schoonvader, weduwnaar, zal voor zijn kleinkind zorgen. Hij wordt de leraar en de beste vriend van de kleine Irène.

14


Marie kan nu verder werken aan haar onderzoek. Ze leest en herleest wat er pas is verschenen. Een tijd geleden ontdekte Wilhelm Röntgen de x-stralen7. Daarna heeft een man, Becquerel, zouten van de grondstof uranium onderzocht. Hij vond een heel nieuw verschijnsel. De zouten verspreidden spontaan licht, ook als ze niet in het zonlicht hadden gelegen. En zelfs wanneer ze in het donker bewaard werden. Hij ontdekte het stralingsverschijnsel maar hij kon het niet verklaren. Die stralen wekken bij Marie en Pierre een grote belangstelling. Zij zullen die verder onderzoeken. Maar nergens vindt Marie een lokaal. Uiteindelijk krijgt ze een plek onder de school waar Pierre werkt. Het is niet meer dan een oude bergplaats. Het is er vochtig en koud. Maar Marie zet door. Om de straling te meten gebruikt ze de elektrometer die Pierre en zijn broer Jacques enkele jaren voordien hebben uitgevonden. Na enkele weken is er al resultaat. Hoe meer uranium in het erts8 , hoe groter de straling. En licht of temperatuur veranderen hier niets aan.

15


Radioactiviteit De stralen van uranium zijn nog onbekend. Ze lijken op niets. Ze worden ook door niets beïnvloed. Misschien komt het verschijnsel niet van buitenaf maar zit die eigenschap in het allerkleinste deeltje van de stof? Misschien geven ook andere stoffen of elementen straling af? Een straffe veronderstelling. Maar Marie Curie heeft gelijk. Andere mineralen worden onderzocht. En ook daar worden stralingen gemeten. Later stelt Madame Curie de naam “radioactiviteit” voor. En de stoffen, zoals uranium en thorium, die straling uitzenden, worden voortaan “radioactieve elementen” genoemd. Maar Marie ontdekt nog veel meer. Ze onderzoekt de hele verzameling mineralen van de school. Sommige stenen stralen niet. Maar enkele stralen veel harder dan verwacht. Zelfs meer dan uranium en thorium kunnen verklaren.

16


Marie twijfelt. Ze begint opnieuw. En opnieuw. En opnieuw. Tien tot twintigmaal herhaalt ze de proef. Ten slotte moet ze toegeven: er moet nog een ander element in de steen zitten. Een onbekend element dat straalt. Harder, veel harder dan het uranium alleen. Marie wil die stof scheiden uit het staalmonster. En ze wil die zichtbaar maken. Pierre besluit zijn eigen studie van kristallen op te geven om haar te helpen. Samen willen ze dat nieuwe element uit dat pikzwarte erts, de pekblende, halen. In een verslag schrijven ze: ‘Wij geloven dat pekblende een nog onbekend metaal bevat dat we polonium willen noemen.’ Het bericht wordt gepubliceerd in Parijs en tegelijkertijd ook in Warschau. Het koppel werkt hard. En er wacht hen een verrassing. Het gaat niet om één maar om twéé radioactieve elementen. Zo ontdekken ze het ‘radium9’. De radioactiviteit van radium is enorm. Deze ontdekking veroorzaakt een schok over de hele wereld. Er is verwarring. Wat zijn die stralen? Hoe kan radioactiviteit verklaard worden? Niemand weet het. Marie en Pierre werken onafgebroken aan de oplossing. Hun ontdekkingen in verband met radioactiviteit zullen de wereld veranderen.

17


Werken in een schuur Het doel is om zuiver radium en zuiver polonium te bereiden. Waarschijnlijk zullen ze tonnen ruw erts nodig hebben om daaruit de producten te zuiveren. Dat wordt een dure zaak. Maar het tweetal heeft een geniaal plan. Ze hebben heel veel pekblende nodig, het erts waaruit de glasfabriek het uraniumzout haalt. Maar wat als ze een berg afval zouden aankopen? Het dure uraniumzout is dan wel weg. Maar daar zit nog steeds het polonium en het radium in. Het dure uraniumzout, dat er voor de glasindustrie uitgehaald wordt, hebben zij toch niet nodig. Ze hebben eindelijk eens geluk. In een mijn in Oostenrijk wordt een ton afval voor hen bewaard. Alleen het transport betalen ze uit eigen zak. Ze werken nu in een vervallen barak. ’s Zomers is het er heet. ’s Winters regent of vriest het binnen.

18


Soms staat Marie urenlang met een ijzeren staaf, groter dan zijzelf, in de kokende massa te roeren. Of ze sleept met grote kolven en zware teilen. De dagen worden maanden en jaren. Kilo na kilo worden tonnen afval verwerkt. In de schuur dwarrelen ijzerschilfers rond. In 1902 lukt het hen eindelijk om één tiende van een gram zuiver radium te bereiden. ‘Maak geen licht!’ zegt Marie tegen Pierre als ze die avond terugkeren om naar hun experiment te kijken. Daar staat het. In de schuur zijn planken tegen de muur gespijkerd. Daarop staan kostbare buisjes die licht uitstralen in het duister. ‘Kijk! Kijk eens!’ roept Marie. Ze wijst naar de blauwe gloed. Hier heeft ze zo lang naar gezocht. Het radium bestaat!

Moeilijke tijden Het echtpaar Curie moet heel, heel zuinig zijn. Het salaris van Pierre is amper genoeg om te overleven. Pierre probeert een leerstoel10 aan de Sorbonne te krijgen. Een vaste baan zou heel wat van hun problemen oplossen. Maar hij wordt geweigerd. Er wacht hen nog meer tegenslag. In 1902 sterft de vader van Marie. Ze krijgt niet eens de kans om afscheid van hem te nemen. Een jaar later verliest Marie een kind bij de geboorte en ook Pierre sukkelt met zijn gezondheid.

19


Wonderlijk radium Hoe verrassend is het product dat ze bereid hebben! De straling is twee miljoen keer sterker dan die van uranium. Enkel een dikke wand van loden platen kan de stralen tegenhouden. Radium geeft warmte. Het tast papier en watten aan die tot stof vergaan. En het is “besmettelijk”! Zoals een geur of een ziekte. Het stof, de lucht, de labojassen? Alle voorwerpen in het laboratorium worden radioactief. Maar dan ontdekken ze een wonder! Radium kan genezen. Het wordt een bondgenoot in de strijd tegen kanker. Marie heeft uit de acht ton afval in de oude schuur de eerste gram radium gemaakt. Daardoor wordt radium een van de kostbaarste stoffen ter wereld. Natuurlijk hadden Pierre en Marie een patent11 kunnen aanvragen op hun naam. Want zij hebben alles zelf bedacht. Dat patent zou geld betekenen. Rijkdom voor hun gezin. Een eigen laboratorium. Dat laatste, daar dromen ze van. Maar ze doen het niet. Hun uitvinding is een gift aan de wetenschap. Die kennis behoort de hele wereld toe, vinden ze.

20


Nobelprijs fysica 12

In december 1903 wordt bekend dat de Nobelprijs fysica voor de helft aan de heer Becquerel, en voor de helft aan het echtpaar Curie wordt toegekend. Marie is de allereerste vrouw die een Nobelprijs krijgt. Ze is op dat moment zowat de enige beroemde vrouwelijke geleerde ter wereld. Met het geld dat bij de prijs hoort, helpen ze anderen. Maar het zorgt er ook voor dat ze iets minder armoedig moeten leven. De pers valt hen voortdurend lastig. Het echtpaar moet speeches geven en andere prijzen in ontvangst nemen. Voor twee mensen die zich het beste thuis voelen in een schuur tussen chemische stoffen en tussen instrumenten is dat een zware taak. Frankrijk is het land waar ze het langst moeten wachten op erkenning. Al op zijn twintigste was duidelijk dat Pierre geniaal was. Toch zou het tot de Nobelprijs duren vooraleer Pierre een leerstoel in fysica krijgt. Voordien werd hij steeds geweigerd als professor. En zelfs dan krijgt hij geen echt laboratorium. Na de Nobelprijs krijgt Marie voor het eerst in haar leven een salaris en vast werk. Maar het jaar 1904 wordt voor Marie zeer uitputtend. Ze is opnieuw zwanger. Op 6 december 1904 wordt een tweede dochter geboren, Eve. Heel even kan Marie van haar gezinnetje genieten.

21


Het vreselijke ongeluk Op een regenachtige donderdag gebeurt er een vreselijk ongeluk. Pierre is die ochtend haastig vertrokken. Marie was met de kinderen bezig. Ze hebben elkaar amper gesproken. In de namiddag loopt Pierre door een drukke straat over een te smalle stoep. Het regent verschrikkelijk. Haastig probeert hij de straat over te steken. Hij zet een stap naast de stoeprand en botst op een paard dat een wagen vol goederen trekt. In een reflex grijpt Pierre naar de riem van het paard. Het dier schrikt en steigert. Pierre glijdt uit. De koetsier probeert met alle macht de wagen te stoppen. Maar de kar rolt verder en zo komt Pierre om het leven. Huilen kan Marie niet. Maar haar gedachten verstikken haar. Ze heeft haar echtgenoot, haar kameraad, haar metgezel verloren. De wereld verloor een groot man. Omdat ze een eenvoudige dienst wil, laat Marie de begrafenis vervroegen. Ze wil geen plechtigheid of stoet. Geen aandacht van de pers. Pierre krijgt een eenvoudig graf op het kerkhof waar ook zijn moeder begraven ligt.

22


Sorbonne De regering weet dat Marie de enige is die het werk van Pierre kan voortzetten. Dus bieden ze haar de leerstoel van Pierre aan. Het is de allereerste keer dat een vrouw aan de Sorbonne mag lesgeven. De zaal, waar Madame Curie haar eerste les zal geven, is te klein voor alle studenten, journalisten en nieuwsgierigen. Als ze binnenkomt, wordt ze luid toegejuicht. Madame Curie buigt het hoofd. De bleke, tengere vrouw heeft moeite om zich recht te houden. Haar vingers, met de kleine brandwonden van radium, wrijven tegen elkaar in nerveuze bewegingen. Ze moet zich vasthouden aan de lessenaar. Dan begint ze haar lezing. Ze gaat met sobere stem verder, precies vanaf het punt waar Pierre de les afbrak. Maries eerste zorg gaat uit naar de kinderen. Gelukkig vindt ze een bondgenoot in de vader van Pierre, hun grootvader. Hij is een lieve speelkameraad en een groot leermeester voor hen. Maar in 1910 sterft de oude man. Vanaf dan staat Marie er alleen voor.

23


Nobelprijs scheikunde Frankrijk is deze geniale vrouw niet altijd goedgezind. Grote geesten staan altijd bloot aan aanvallen van nijd. Maar het buitenland is vol lof over deze prachtige vrouw. Omdat het radium zo duur is, moeten er duizendsten van een milligram afgewogen worden. Dan helpt een grote weegschaal niet. Maar Marie vindt een manier om radium te wegen door de straling te meten. Zo wordt “de Curie”, maat voor straling, geboren. In december 1911 krijgt Marie Curie de Nobelprijs voor chemie, voor het schitterende werk dat ze verricht heeft na de dood van haar man. Nooit tevoren kreeg iemand, man of vrouw, deze prijs tweemaal uitgereikt. Voor de prijsuitreiking neemt madame Curie haar zus Bronia mee naar Zweden. Ook Irène, de oudste dochter, mag mee. Vierentwintig jaar later zal Irène in dezelfde zaal dezelfde prijs ontvangen. Ondanks die roem blijft madame Curie heel bescheiden. Ze is mooi, maar ze draagt altijd dezelfde jurk. Ze geeft niet om mode. Altijd heeft ze een strenge blik. Er zijn geen foto’s waarop ze lacht. In Warschau ontstaat het plan om haar terug naar Polen te halen. Maar Marie twijfelt. Ze is ziek, verzwakt. En het laboratorium in Parijs dat haar – eindelijk – beloofd is, wil ze niet opgeven.

24


In 1913 gaat ze wel naar Warschau, voor de plechtige opening van het paviljoen13 van radioactiviteit. Voor de eerste keer in haar leven houdt Madame Curie, voor een tot barstens toe volle zaal, een lezing in haar eigen taal. Leve het Pools. In Parijs wordt het Radiuminstituut gebouwd. Marie kijkt erop toe dat het een modern gebouw wordt. In juli van dat jaar is het eindelijk klaar. Het is dan 1914.

Andere genieën Tussen madame Curie en Albert Einstein bestaat al sinds jaren een kameraadschap. Twee slimme koppen die afwisselend in het Frans en het Duits gedachten uitwisselen over natuurkunde. ‘Madame Curie is van alle beroemde mensen de enige die niet door de roem is bedorven,’ zei Einstein over haar.

25


De Eerste Wereldoorlog Brief aan haar dochter in Bretagne, 6 augustus 1914. ‘… Lieve Irène. Ik weet niet of ik uit Parijs weg zal kunnen. We verwachten elk ogenblik de mobilisatie14. De Duitsers trekken al vechtend door België. Het kleine, dappere België verzet zich hevig. Ook Polen is bezet door Duitsers. Ik ben bang. Ik hoor niets van mijn familie. Liefs, Moesje.’ Er is een leegte in haar laboratorium ontstaan. Marie zou naar haar kinderen, die dan in Bretagne zijn, kunnen vertrekken. Maar ze ontdekt hoe moeilijk de hospitalen achter het front het hebben. Hoe kunnen ze de gewonden helpen? Zonder x-straalapparaten zien ze niet waar de kogel in het lichaam zit. Of de splinter van een granaat. Marie wil zo snel mogelijk posten oprichten voor radiologie, waar x-straalfoto’s kunnen genomen worden. Ze bedenkt een oplossing. Ze zorgt voor de eerste ‘radiologische’ auto. Geniaal! In een gewone auto heeft ze een röntgenapparaat en een dynamo laten plaatsen. De motor van de auto levert de stroom. Zo heeft ze een volledig beweegbare hulppost op wielen om van hospitaal tot hospitaal te rijden. Het gram radium dat ze bereidde en dat aan het laboratorium toebehoort, brengt ze eerst zelf weg naar Bordeaux opdat de Duitsers het niet in handen zouden krijgen.

26


Parijs, 6 september 1914 ‘Lieve Irène, wij zijn vol goede hoop. De vijand schijnt van Parijs weg te trekken. Als je niet voor Frankrijk kunt werken, werk dan aan de toekomst. Studeer zoveel je kan.’ Parijs is gered. Eve gaat weer naar school. Irène haalt haar diploma verpleegster.

Les petites Curies De radiologische auto’s van Marie bewijzen grote diensten. In het leger krijgen ze de bijnaam “de kleine Curies”. Marie richt ze zelf in. De anders zo verlegen vrouw is nu veeleisend. Ze dringt aan bij een markiezin en een prinses om hun limousines af te staan, om ze te laten ombouwen tot ‘petites Curies’. Ze belooft ze na de oorlog terug te geven. Tenminste als ze nog bruikbaar zijn … Twintig auto’s richt Marie zo in. Eén houdt ze voor eigen gebruik. Met één gaat ze zelf op pad. Een grijze Renault met het logo van het Rode Kruis en de Franse vlag. Daarmee trekt ze naar Noord-Frankrijk en België. Telkens een telegram de komst van een ambulance met gewonden meldt, komt ze in actie. Ze controleert de uitrusting en de dynamo. Terwijl haar chauffeur de benzinetank vult, haalt ze haar zwarte mantel en de kleine reishoed. Een oude, lederen tas gaat in de koffer.

27


Daarna kruipt Marie vooraan in de auto, naast de militair die haar naar Amiens, Veurne of Verdun zal brengen. Wanneer ze in het ziekenhuis aankomt, kiest ze een zaal uit waar ze de instrumenten uitstalt. Een kabel gaat naar de dynamo van de auto. Het vertrek wordt donker gemaakt met zwarte doeken die ze zelf heeft meegebracht. Of ze gebruikt dekens. In de donkere kamer ernaast staan de bakjes met oplossingen om de foto’s te ontwikkelen. Een half uur later is alles klaar. De chirurg sluit zich met Marie op in de donkere kamer. Eén voor een worden de gewonden binnengebracht. Marie Curie regelt het instrument om een duidelijk beeld van de wonde te krijgen. De beenderen en organen zijn lijnen en omtrekken. Daartussen zit een ondoorschijnend, donker voorwerp. Het is de kogel, de granaatscherf of een ander projectiel. Dikwijls wordt de operatie ter plekke gedaan. Dan kan de chirurg op het doek het beeld volgen om met zijn tangen het stuk metaal te grijpen. Uren, soms dagen verlopen zo. Ze doet nog veel meer dan dat. Voordat ze een hospitaal verlaat, onderzoekt Marie wat er nodig is. Later keert ze terug. Ze levert de nodige instrumenten die ze – god weet waar – bemachtigd heeft. En ze brengt een helper mee. Iemand die ze ondertussen opgeleid heeft. Wonderen verricht die vrouw!

28


Naast de twintig auto’s installeert ze zo’n tweehonderd radiologische zalen. Hoeveel gewonden er onderzocht worden op die 220 posten door Marie Curie zelf geschapen? Meer dan een miljoen! Deze vrouw dwingt zichzelf om haar eigen grenzen te overschrijden. Ze moet de röntgenapparaten bedienen. En de anatomische studie15 maken haar tot een perfecte medische radiologe16. Ze haalt haar rijbewijs. Want hulp wil ze niet vragen. Wanneer er geen chauffeur beschikbaar is, neemt ze zelf het stuur van de Renault in handen. Zo hobbelt ze over de Vlaamse wegen. Ze slingert een pruttelende motor in gang. Of legt een nieuwe band op. Ze eet wanneer het past, ze slaapt eender waar. Haar kinderen leven zoals kinderen van een soldaat die aan het front vecht. Irène volgt, zoals vele Franse vrouwen, een spoedcursus verpleging. Ze studeert radiologie en wil haar moeder zo vlug mogelijk bijstaan.

Na de oorlog Voor haar hulp kreeg Marie Curie nooit een ereteken. Ze gaf ook niet toe aan vieringen of een eerbetoon. Ze zetelt niet in comités of geeft geen persoonlijke interviews. Ze wil geleerde blijven. Haar gezondheid gaat achteruit na de harde oorlogsjaren. Ze is pas drieënzestig maar het ongezonde leven en de zware werkomstandigheden hebben haar uitgeput. Ze praat veel over de dood. Marie verzwakt. Langzaamaan glijdt ze weg.

29


Op 6 juli 1934 sterft ze aan een ziekte die door de radioactieve straling veroorzaakt is. Marie Curie, de tweevoudige Nobelprijswinnares, wordt in alle stilte begraven in Sceaux, een dorpje ten zuiden van Parijs waar ze met Pierre trouwde en waar ook hij begraven werd. Roem wou ze niet, maar wat deze vrouw voor de wetenschap betekende, zal de wereld bijblijven. Want ze was een pionierster17 die niet voor zichzelf of haar gezin, voor Polen of voor Frankrijk wou werken maar voor de hele mensheid.

30


Woordverklaring 1 2 3 4 5 6 7

8 9 10 11 12

13 14 15 16 17

internen (op een school) = degenen die ’s avonds niet naar huis gaan maar op school verblijven tsaar = Russische keizer verdrukking = macht opeisen over een bepaalde groep personen of volk gouvernante = kinderopvoedster, onderwijzeres roebel = Russische munt Sorbonne = beroemde Franse universiteit in Parijs x-stralen of röntgenstralen = stralen met hoge energie die door ons lichaam gaan om bijvoorbeeld de hardere delen zoals het skelet te bestuderen erts = materiaal dat uit de aarde wordt gehaald waar metaal in zit radium = de naam is afgeleid van het Latijnse radius dat als straal of straling kan worden opgevat een leerstoel krijgen aan een universiteit = hoogleraar worden aan een universiteit en er geld voor krijgen patent = bewijs dat iemand iets heeft uitgevonden Nobelprijs = een jaarlijkse geldprijs, ingesteld door Alfred Nobel, voor wetenschappers en anderen die een opmerkelijke prestatie hebben geleverd paviljoen = bijgebouw mobilisatie = het oproepen van personen in tijd van oorlog anatomische studie = studie van structuur van menselijk lichaam radiologe = onderzoekster die met behulp van stralen de structuur en de delen van het lichaam zichtbaar maakt pionierster = iemand die baanbrekend werk doet

31


Marie Curie-Sklodowska, een pionierster Op foto’s van Marie Curie staat altijd een mooie maar ook trieste figuur. Toch had ze veel redenen om trots te zijn op haar prestaties. Dit zijn maar enkelen: • Eerste vrouwelijke hoogleraar aan de Sorbonne. • Eerste vrouw die aan de Sorbonne afstudeerde in exacte wetenschappen • Eerste die twee Nobelprijzen ontving: natuurkunde en scheikunde. • Eerste vrouw die, op basis van haar verdiensten, samen met haar man Pierre werd bijgezet in het Panthéon, Parijs. • Haar gezicht stond op diverse bankbiljetten. • Er werd ook een munt geslagen met daarop een afbeelding van het echtpaar Curie. • De curie werd de eenheid voor radioactiviteit, nu wordt die meestal vervangen door de becquerel. • Hun notities en geschriften werden geschonken aan de Bibliothèque Nationale van Parijs. Maar de documenten waren zo zwaar verontreinigd door de radioactieve materialen dat ze eerst grondig moesten worden schoongemaakt. • Nog steeds speelt radioactiviteit een belangrijke rol in ons dagelijks leven. Vooral voor radiotherapie maar ook voor heel wat andere toepassingen.

32



In 1867 werd Marya Sklodowska geboren in Warschau. Ze was een verlegen maar slim meisje dat graag wou verder studeren. Daarvoor moest ze heel wat hindernissen overwinnen. Nadat ze eindelijk voor haar studie naar het buitenland kon, leerde ze Pierre Curie kennen. Samen besloten ze zich voor de wetenschap in te zetten. Hun ontdekkingen zouden de wereld veranderen.

Dit boekje maakt deel uit van de Verrekijkerbieb 6. ISBN 978 90 486 2537 6 Bestelnummer 60 1021 597 KB D/2016/0147/106 NUR 191 Foto’s: Shutterstock Verantwoordelijke uitgever die Keure Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge RPR 0405 108 325 © Copyright die Keure, Brugge

9 789048 625376

Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part of this book may be reproduced in any form by print, microfilm or any other means without written permission from the publisher.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.