Wouw 1 Thema 7 - Werkboek - selectie Wereldvoedseldag - lesinspiratie

Page 1


thema 7 smakelijk!

les 1 viva italia

1 de vlag van italië. kleur.

2 wat past bij italië? kruis aan.

les 2 we maken pasta

dit heb je nodig!

1 wat zie je? trek een lijn. pasta-machine deegrol vork droog-rek weeg-schaal

2 wat moet in het deeg? vul in.

3 kijk naar het ei. ken je elk deel? vul in.

aan de slag!

4 zo maak je pasta. lees.

dit heb je nodig: voor 10 personen

1 kilogram bloem 10 eieren snuifje zout

zo maak je het:

1. doe de bloem op je werk-blad.

2. maak een kuil in het midden. voeg de eieren toe.

3. meng lang-zaam de eieren met de bloem.

4. kneed 15 minuten.

5. maak een bol. laat even rusten in de koel-kast.

6. snij een stuk van de bol. rol het deeg uit.

7. haal het deeg door de pasta-machine.

8. hang de slier-ten over een droog-rek.

5 wat doe je eerst? wat dan? nummer van 1 tot 8.

6 wat doet de kok? trek een lijn.

uit-rollen

mengen

koken

kneden

les 3 geuren en kleuren

ik kijk, ruik, voel en proef

1 kruis aan. omkring. vul in.

ik kies

dit voelt: glad pluizig stekelig

dit ruikt:

dit ziet er zo uit: blaadjes veel weinig de blaadjes zijn groot klein

dit smaakt:

zuur zoet pikant hard zacht sappig

veel water weinig water

2 omkring. vul in. teken. kruis aan.

de tomaat

dit voelt: glad pluizig stekelig

dit ruikt: ___________________________________

dit ziet er zo uit:

dit smaakt: zuur zoet pikant hard zacht sappig de tomaat groeit:

de paprika

dit voelt: glad pluizig stekelig

dit ruikt:

dit ziet er zo uit:

dit smaakt:

zuur zoet pikant hard zacht sappig

de paprika groeit:

dit voelt: glad pluizig stekelig

dit ruikt:

dit ziet er zo uit:

de ui groeit:

dit smaakt:

zuur zoet pikant hard zacht sappig

de courgette

dit voelt: glad pluizig stekelig

dit ruikt:

dit ziet er zo uit:

dit smaakt: zuur zoet pikant hard zacht sappig

de courgette groeit:

we brengen de pasta op smaak

3 welke groenten en kruiden zie je? geef het juiste nummer.

4 knol, vrucht of blad: wat eet je? geef het juiste nummer.

ik eet de blaadjes van ik eet de bol/knol van

je eet de vrucht van

pasta in al zijn vormen

5 omkring groen wat je al eens at. omkring rood wat je nog niet at.

les 4 van graan tot meel

1 kijk goed. trek een lijn.

stengel

blad wortel aar

2 wat zie je? geef het juiste nummer.

rijst haver tarwe gerst rogge maïs 1 2 3 4 5 6

3 wat komt eerst? wat komt dan? nummer van 1 tot 10.

in de herfst zaait de boer nieuw graan.

het graan gaat in silo’s.

de machine maalt het graan tot bloem.

mama koopt bloem.

het graan groeit op het veld.

het graan gaat naar de maalderij.

de boer oogst het rijpe graan.

de bloem gaat naar de winkel.

men weegt, zeeft, wast en droogt het graan.

de bloem gaat in zakken.

4 kleur

vroeger vroeger nu nu

5 hoe werkt het? trek een lijn. de molen de fabriek

6 is het van graan? kleur groen.

wat weet ik nu?

1 knol, vrucht of blad: wat eet je? kleur.

2 verbind met het juiste woord.

3 maak je het van graan? kleur groen.

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.