PUNT #4 Magazine voor juffen en meesters die willen werken aan een duurzame wereld

Page 1

Anders kijken, denken en doen voor een duurzame wereld

PU DJAPO’S MAGAZINE VOOR JUFFEN EN MEESTERS

#2 #4 MAART 2017

ORGANISEER EEN MODDERDAG • KINDEREN ADVISEREN GEMEENTE • DOSSIER BOS: INTERVIEW, LES- EN DOETIPS KNIP JE GLOOB EN TEO PICTO’S • RECEPT VOOR EEN MEER UIT JE DENKEN HALEN • AAN DECREVITS SLAG MET DE SDG’S WORMENBAK • VRAGEN VOOR HILDE • CATWALK LEREN ••1SYSTEEMDENKEN THEMA IN 3 WERKVORMEN IN DEBUITEN KRINGWINKEL IN KAMEROEN


pg

4 INHOUDSTAFEL

pg

10

pg

20

pg

28

pg

38

pg

42

3 Voorwoord 4 Bo, Nella en Victor zetten de wereld op punt 10 Dossier Bos 10 Bosbingo 12 Interview met gedragsecoloog Hans Van Dyck 16 Teken eens een bos 18 Gloob & Teo Modderdag 20 DIY Moddertoverkracht 22 Aan de slag met de SDG’s in je klas, school en gemeente 25 Plastic soep: werkvorm De Siamese Rups 26 Altijd onderweg: op stap met collega Kristien 28 Leuk is yééééé: kinderparticipatie in je gemeente 36 Ideeën bedenken: werkvorm In de Roos 38 Creatief denken buiten de klas 42 Palmolie: 1 thema, 3 werkvormen 46 Hocus pocus pats: bekende koppen denken anders 50 Zeg nooit zomaar bos 51 Colofon


VOORWOORD

Dod yn ôl at fy nghoed. Ik kwam deze woorden tegen in een artikel over de poëzie van de natuur (*). Het is Wels en letterlijk betekent het ‘terugkeren naar mijn bomen’, figuurlijk zegt het ‘evenwichtige gemoedstoestand’. Wat ik zo mooi vind, is hoe deze zin bomen en mentale gezondheid in één uitdrukking zet, hoe de natuur woorden geeft aan hoe wij ons kunnen voelen. Herken je dat gevoel na een wandeling in het bos, aan zee of in de Ardennen? Als ik al zou weten hoe ‘herboren’ voelt, dan is het volgens mij dat. Een verblijf in de natuur lijkt mijn zorgen milder te maken, oplossingen komen dichterbij en ideeën zijn veel meer doordacht. Een natuurbad doet woorden beter vloeien en zet gedachten op een rijtje. Het doet je anders naar de dingen kijken. Voor mij was die connectie met de natuur eerder toevallig, een soort van placebo. Sinds ik voor dit magazine professor Hans Van Dyck mocht interviewen, denk ik daar anders over. Onderzoek toont aan dat de natuur iets met ons doet. Veel met ons doet. De natuur – en bij uitbreiding de hele buitenwereld – is ook een bijzondere leeromgeving met interessante vraagstukken. Je kan je er

kijken, ruiken, luisteren, proeven en onderzoeken. Het is een ideale plek om je te laten verwonderen. Een plek ook die je denken in gang zet om die wereld beter te begrijpen en oplossingen te bedenken. Ook daarover lees je in dit magazine. In een wereld met complexe problemen en uitdagingen is het nodig dat kinderen en jongeren de nodige vaardigheden kunnen verwerven om na te denken over hun relatie met de wereld, om verbanden te kunnen leggen, om oorzaken en gevolgen te onderzoeken, om actie te ondernemen. In die zin kan de oplossing van duurzaamheidsvraagstukken ook liggen in hoe we onze kinderen en jongeren leren; leren om te gaan met die complexe uitdagingen bijvoorbeeld, maar ook met de wereld zelf. Laat dat nu net dingen zijn die we ook bij Djapo doen. ‘Dod yn ôl at fy nghoed’ dus. Ik wens dat ook jij veel kan terugkeren naar je bomen. Veel leesplezier Annik Verheyen

(*) A passion for the poetry of nature: writer Robert Macfarlane is on a quest to reconnect children with the outdoors. The Telegraph, 29/9/17

3


Kinderen die De wereld op punt zetten

Bo

“Als wij rommel maken, vragen volwassenen om het op te ruimen. Nu hebben de volwassenen rommel gemaakt en vragen ze ons om het op te ruimen. Dat is niet eerlijk. Onze boodschap is helder: ruim onze planeet op, voor onze toekomst.” * ar 14 ja viste i t c a aat klim

Er bestaan familiefilmpjes van een driejarige Bo die grassprieten bekijkt, sprinkhanen onderzoekt en met een netje achter de vlinders loopt. Sinds kort bestaat er ook een filmpje van een dertienjarige Bo die duizenden mensen toespreekt tijdens Claim the Climate, de eerste klimaatmars met 75.000 deelnemers.

4

“Het was de dag voor mijn examen Nederlands. De juf had me er al lachend op gewezen dat ik maar moest zorgen dat de speech goed zou zijn. Zenuwachtig was ik niet, ik wou iedereen vertellen dat de tijd dringt. Ik heb de speech zelf geschreven en mijn mama heeft geholpen met de vertaling. Zo kon het meteen meetellen voor mijn mondeling examen Frans. Ik kreeg heel veel reacties. Het gebeurt nog dat mensen mij vragen of ik dat meisje van de klimaatmars ben.” Ondertussen spijbelde ze al 13 donderdagen voor het klimaat, deed ze mee aan de bezetting van de Wetstraat en is ze dé klimaatexperte op school. Als Bo tien woorden zegt, gaan er acht over het klimaat. “Soms zeggen ze: ‘Boooo, hou daar nu eens over op!’ Maar ik tetter honderduit, ze moeten het weten,

het gaat over hun toekomst. Een jaar geleden was ik eigenlijk nog niet zo bezig met de klimaatopwarming. Ik ben vorige zomer zelfs nog met het vliegtuig op reis geweest. Maar toen kwam de Jongerenklimaatmars, waarbij mijn mama betrokken was. Net voor de mars hoorde ik Pieter Boussemaere, een docent die heel goed over het thema kan vertellen. Hij heeft aan de hand van een buizenstelsel laten zien hoe de temperatuur zal stijgen als we niets ondernemen. Normaal zouden we nu richting ijstijden gaan. Maar die buizen gingen recht omhoog! Dat was choquerend!” “Op school komt het klimaat weinig aan bod, we hebben nochtans een klimaatbewuste school. Het broeikaseffect was een klein onderdeel in wetenschappen en in aardrijkskunde was de opwarming van de aarde niet eens een examenvraag. We leren wel over de zeestromen, maar niet hoe die gaan veranderen. We weten wel waar de Noordpool ligt, maar niet dat het eigenlijk een reusachtige ijsberg is. We leren weinig over de effecten van de dingen die wij als mensen doen. Dat vind ik jammer.” “Tijdens een spreekbeurt heb ik het broeikaseffect uitgelegd maar

niemand begreep dat. Dat is toch basiskennis tweede leerjaar? Nu is iedereen wel veel meer bezig met het thema. Ik heb het idee dat leerlingen zichzelf aan het bijscholen zijn. Ze gaan sneller kijken als er een documentaire op TV is.” Het thema mag dan razend actueel zijn en de school mag dan misschien wat in gebreke blijven, Bo weet goed van welke kant de actie moet komen. “Van de politiek! Hoe moeilijk is het om je handtekening onder een klimaatwet te zetten? Dat is gewoon één handtekening. Er zijn dan politici die twijfelen: “We gaan eerst bekijken hoe dat sociaal-economisch kan.” Hoe kan dat nu? Er is echt niet veel tijd meer hoor. Politici lijken vooral in periodes van vier jaar te denken; het allerbelangrijkste is om herverkozen te worden. Is het nu zo moeilijk om je carrière even aan de kant te zetten? Ga er samen voor, verdeeldheid gaat nooit werken! En vooral: doe het nu, het is dringend! Politici hebben toch ook kinderen en kleinkinderen? Ik snap niet dat ze daar niet aan denken!” Minder vlees eten, minder met het vliegtuig, zonnepanelen op het dak, veel met de fiets en een elektrische wagen die ook een deelwagen is.


Klimaatneutraal is een manier van leven in het gezin van Bo en niet zomaar wat meesurfen op een trend die voor sommigen maar snel moet overwaaien. “Ja, dat zeggen ze dan: die jongeren gaan staken, maar ze ruimen hun afval niet op en ze willen gewoon wat brossen. Er zijn zeker kinderen die eens zijn gaan staken om een dagje vrij te hebben. Maar ik weet dat veel jongeren klimaatbewuster zijn geworden. Ik ken meisjes die regelmatig nieuwe kleren kochten, die daar eigenlijk niet over nadachten. Ze hebben mij gevraagd wat de gevolgen van dat consumeren zijn en wat ze zouden kunnen doen. Dat is toch fantastisch!” “Dat we toch het vliegtuig blijven nemen is nog zo’n punt van kritiek. Wel, ik ga niet stoppen met vliegen. Reizen is belangrijk om te blijven ontdekken en om verschillende culturen te leren kennen. Dat wil ik blijven doen. Maar niet om een paar dagen naar New York te vliegen, het Vrijheidsbeeld te zien en dan terug te vliegen. Of om ergens lui aan een zwembad te gaan liggen. Dat vind ik schandalig. Als je meteen voor een paar weken op reis gaat, niet elk jaar met het vliegtuig gaat en je CO2-uitstoot compenseert als je vliegt, kan het wel.” “Kijk, wij hebben jaren in het buitenland gewoond en veel gevlogen en rondgecrosst in onze jeep. Ik heb het klimaat in mijn jonge leven iets aangedaan. Dat is kut als ik daaraan denk. Maar ik ben er nu om mijn aandeel naar beneden te brengen. En om werkelijk iets te doen. Dat is de raad die ik iedereen wil meegeven: kijk eerst naar uw eigen en doe iets. Mijn leerkracht van het vierde leerjaar zei altijd “Handje boven je hoofd en kijk wie eronder zit”. Dat is de raad die ik alle mensen wil geven. Doe iets en doe het nu. De wereld is zo mooi!” (* uit de speech van Bo tijdens Claim the Climate)

5


“Op mijn verjaardagsfeestje deel ik waterijsjes uit in plaats van pannenkoeken. Dat komt goed uit want ik verjaar in de zomer.” a

Nell

r 9 jaa iste Vegan

6

Ze zit in het vierde leerjaar en woont in een gezin dat heel bewust zorg draagt voor de natuur. Zo weinig mogelijk plastic gebruiken en afval produceren, verplaatsingen vooral met de fiets en vegetarisch eten. In het gezin van Nella is dat allemaal heel gewoon. Zelf gaat ze nog een stapje verder: sinds begin dit jaar eet ze veganistisch. Als enige in het gezin schrapte ze ondermeer melk en kaas van het menu. Want ook bij het produceren van voeding kunnen dieren slecht behandeld worden, ontdekte Nella. Ze besloot dat als ze iets deed, ze het maar beter helemaal goed kon doen.

slecht. Ik heb ook de film LoveMEATender gezien (n.v.d.r. een film die de plaats van vlees in ons leven in vraag stelt) en was echt onder de indruk. Eerst melken ze de koeien totdat ze leeg zijn en dan doden ze die. Mensen gebruiken de koeien dus, vaak zonder respect. Toen heb ik besloten om niets dierlijks meer te eten, behalve onze eigen eitjes. Ik kreeg sowieso al veel buikpijn van melkproducten, dus ook voor mijn gezondheid was dit een logische keuze. Er zijn niet veel kinderen van mijn leeftijd die veganistisch zijn. Hier op school zijn er wel een paar vegetarisch, maar ik ben de enige die zo weinig dierlijks eet.”

“Ik ben al negen maanden veganistisch. Dat betekent dat ik geen dierlijke producten eet. Eitjes van onze eigen kippen eet ik nog wel en ook honing van de mama van Tobias, een jongen die bij mij op school zit. We weten niet zo goed of dat veganistisch is of niet want het komt van een bij en van een bloem. Maar ik weet wel dat deze honing van vrije bijen komt, dus dat is wel een geruststelling. Ik wilde eerst gewoon vegetarisch worden, omdat ik het zielig vind dat dieren dood moeten gaan om ons te laten eten. Maar tijdens de boerderijklassen konden we zien hoe de dieren worden gemolken. Ik vind het melken van de koeien

“Spaghetti of pizza kan ik dus niet meer eten en ook niets meer met vis, kip of ander vlees. Dan maakt mijn mama voor mij een apart potje met enkel groenten. Een boterham met kaas mag bijvoorbeeld ook niet, tenzij het veganistische kaas is. Die ziet er hetzelfde uit, maar in plaats van melk zit er olie in. Gelukkig wordt het steeds makkelijker om zo te eten want in de zoo bijvoorbeeld hebben ze nu ook soja-ijsjes en die mag ik wel. Maar ik moet dus uitzoeken wat ik kan eten. Dat heeft ook voordelen, want ik mag Oreo-koekjes omdat die veganistisch zijn. Mijn broers en zus zijn dan soms jaloers op mij, want zij krijgen dan een

andere chocoladekoek. Maar ze willen liever mijn koeken want die zijn veel lekkerder.” “We doen met het hele gezin veel voor het milieu. We eten minder vlees, maar we letten er bijvoorbeeld ook op dat we zo weinig mogelijk spullen kopen die in plastic verpakt zijn. We hebben ook katoenen herbruikbare zakjes om naar de winkel te gaan. Op mijn verjaardagsfeestje deel ik waterijsjes uit in plaats van pannenkoeken. Dat komt goed uit want ik verjaar in de zomer. Voor de versiering gebruik ik geen ballonnen, maar katoenen vlaggetjes. Ik krijg nog wel graag nieuw speelgoed als cadeautje. Mijn ouders vinden ook dat we af en toe wel iets met plastic mogen krijgen. Bovenaan mijn lijstje staat nu een elektrische piano, daar kan ik jaren plezier van hebben!” “Ik hoop dat het over tien jaar beter gaat met het milieu. Ik geloof er ook wel in, want veel mensen zijn nu zo hard hun best aan het doen voor het klimaat. Ik vind het knap dat zoveel kinderen gaan betogen voor het klimaat maar ik zou het zelf niet doen. Mijn gezin en ik doen al veel voor de natuur en voor het klimaat. Andere mensen moeten mij niet vertellen hoe ik voor de natuur moet zorgen. Verandering moet bij jezelf beginnen.”


7


Victor

7 jaar r lrape i u v f zwer

“Mensen schrikken als ik zeg dat ik nog maar tien minuten bezig ben en dat er al één zak helemaal vol is.” Een autoband, een modelvliegtuig zonder dak, lichtjes voor de kerstboom en een plastic hert om in de tuin te zetten. Het zijn de meest bijzondere stukken in de zwerfvuilcollectie van Victor. Ongeveer 1 keer per maand trekt hij door de straten van Ninove, gewapend met grijpstok en vuilzakken.

8

“Ik vraag me nog steeds af of die band nu van een auto of van een vrachtwagen was. Hij was in elk geval te groot om mee te nemen. Als we zwerfafval vinden dat veel te groot is, maken we er een foto van, zetten we dat op Facebook en laten we dat weten aan de stadsdiensten. Die komen het dan opruimen. Soms vinden we ook afvalzakken die er niet mogen staan. Dan komen mensen van de stad dat onderzoeken. Soms zit er nog een papier met adres of zo in en kunnen ze ontdekken wie het er achtergelaten heeft. Die krijgt dan een boete.” Victor is één van de jongste leden van de Ninoofse Zwerfvuiljagers, een groep enthousiastelingen die voor een propere stad gaat. De leden houden elkaar via sociale media op de hoogte van hun vondsten en van de

plekken die ze opgeruimd hebben. “Ik vind het heel leuk als ik veel kan oprapen. Vooral op parkings en in de grachten ligt er veel zwerfvuil. Je vindt veel plastic flesjes, blikjes en sigaretten. Heel veel sigaretten. Mijn mama draagt de vuilzakken en ik vul ze. Ik heb een speciale grijper. Het moeilijkste om op te rapen zijn blikjes die platgedrukt zijn. Dan moet ik er even met mijn voet tegenaan schoppen. Sigarettenpeuken zijn best wel makkelijk om op te rapen.” Victor is helemaal uitgerust: fluohesje, vuilzakken en grijper. De stad stelt ook karretjes ter beschikking. “Als ik het niet met de grijper kan nemen, raapt mijn mama het op, want het kunnen wel gevaarlijke dingen zijn zoals glas. Ik vind het superleuk om te doen, vooral als ik superveel vind.” Zijn mama legt uit wat ‘dweilen met de kraan open’ betekent. Op veel plekken waar ze zwerfvuil rapen, ligt er even later terug afval. “We zijn eens langs de expresweg gaan rapen. We hadden één kant gedaan. Toen we aan de overkant bezig

waren zagen we al terug een blikje liggen. Dat is wel spijtig. Maar ik wil het wel blijven doen, want ik vind het heel altijd heel spannend wat ik ga vinden.” Victor is niet alleen enthousiast, hij is ook zeer origineel. Tijdens carnaval won hij als ‘Zwerfvuilmannetje’ de originaliteitsprijs. “Mijn mama maakte een kostuum van zwerfvuil. We hebben maanden dingen verzameld die we gevonden hadden. Mijn jas is gemaakt van plastic zakken, die heb ik nu ook aan. Ik droeg nog een broek uit noppenplastic en twee verschillende laarzen, gemaakt van een kapotte strandbal. In mijn hoed zaten 400 rietjes. Mijn papa had een karretje gemaakt en daarop hadden we zwerfvuil gezet: blikjes, potjes, kurken, dopjes… Ik denk dat ze het wel speciaal vonden en het kostuum kostte ook weinig geld. Mensen konden dan ook zien wat ze zoal op straat achterlaten.” Of Victor zelf wel eens iets weggooit? “Neen! Ik zeg er ook iets van als ik mensen dat zie doen, dan vraag


9

Wist je dat… je in onder meer Lagos en Brazilië lege blikjes en flesjes kan ruilen voor buskaartjes of belminuten? Zo komt er minder vuilnis op straat terecht, nemen mensen meer de bus en zijn er minder files.

ik om het op te rapen. De mensen steken hun duim wel eens omhoog als ze me bezig zien en zeggen dat het goed is wat ik doe. Of ze stoppen en vragen wat ik aan het doen ben. Dan schrikken ze als ik zeg dat ik nog

maar tien minuten bezig ben en dat er al één zak helemaal vol is. Mensen gooien echt heel veel weg. Dat is spijtig. Maar ik vind het wel keileuk om heel veel op te rapen.”

Wist je dat… je in sommige landen statiegeld betaalt op blikjes en plastic flesjes? Je krijgt dan geld terug als je het leeggoed binnenbrengt. Wist je dat… je onze lessen rond zwerfvuil kan downloaden op www.djapo.be?


DOSSIER BOS

BOSBINGO

Een bos is veel meer dan de bomen die er groeien en de dieren die er leven. Wat vind je allemaal in het bos? Wat zie je bij een gewone wandeling en wat ontdek je als je heel goed kijkt? Met deze Bosbingo ga je anders kijken naar het bos.

Tip:

Hoe werkt het? Geef elk kind of een groepje kinderen een werkblad Bosbingo. Trek eropuit. Laat de kinderen op zoek gaan naar de verschillende elementen. Vind je er ĂŠĂŠn, dan streep je die af. Wie als eerste de kaart vol heeft, of een afgesproken aantal, is de winnaar.

download het werkblad op onze website.


BOSBINGO

kompas

dobbelsteen

hazelnoot

snoep

blikje

eekhoorn

paddestoel

nest

vleermuis

plas

jaarringen

elfenbankje

salamander

mol

muis

lieveheersbeestjes


INTERVIEW

“Zonder systeemdenken begrijp je van de natuur niets” Interview met bioloog en professor gedragsecologie Hans Van Dyck, UCL

12


Vlinders vangen, salamanders ontdekken, kampen bouwen en natuurboeken verslinden. Voor de vijfjarige Hans Van Dyck was de natuur één groot avontuur. Zijn vader helpen in de tuin was een maat voor niets want Hans zag altijd ergens organismen om te bestuderen en kansen om te leren. Als kind richtte hij samen met twee vrienden een natuurclubje op, compleet mét ledenblad.

Ik ben wel bezorgd, maar paniek is een slechte raadgever. Als wetenschapper kijk ik anders dan als kleine jongen, rationeler, met een zekere afstand. Ik heb heel veel respect voor actiegroepen, maar we moeten ook wetenschappelijk kijken en de dingen in vraag stellen: “Klopt dit wel? Wat past zich aan. Wat niet?” Dat wil niet zeggen dat ik een ongevoelige toeschouwer ben. Ik zie heel veel studies passeren; de toestand is zeer zorgwekkend maar het verlamt me niet.

Hoe erg is het gesteld met de biodiversiteit? Ik was de jongen met het vlindernetje, de verrekijker en tweedehandsmicroscoop van een veearts. Ik kwam thuis met dode dieren die ik in de diepvries wilde stoppen om later beter te onderzoeken. Tot grote hilariteit. Nu is mijn passie mijn werk. Ik behoor tot die club van mensen die betaald worden om te doen wat ze fijn vinden. Voor veel mensen is de natuur een decor, een soort achtergrond. Maar voor mij is het een systeem met heel veel hoofdrolspelers. Ik wil dat onderzoeken en begrijpen. Natuur is er altijd in mijn leven. Ik sta ermee op en ik ga ermee slapen.

Lig je er ook van wakker?

Als je het op wereldschaal bekijkt, gaat het zeer snel achteruit. Als een soort uitsterft is dat doodnormaal, soorten komen en gaan. De biodiversiteit is op onze planeet al een aantal keer enorm achteruitgegaan, na vulkaanuitbarstingen of meteorietinslagen bijvoorbeeld. En na iedere terugval was er altijd een heropleving. Maar dat gaat over processen die zich over miljoenen jaren hebben afgespeeld. Nu gaat het in een extreem snel tempo en is het de eerste keer dat de mens voor een groot deel verantwoordelijk is. Net zoals bij klimaat zie je dat bij biodiversiteit. Het klimaat is de laatste tienduizend jaar stabiel geweest. Stabiliteit is een soort comfort, maar

die staat nu stevig onder druk. We komen in de gevarenzone.

Terwijl we net meer en meer ontdekken hoe belangrijk die natuur voor ons is.

Ja, dat is één benadering van hoe je naar de natuur kan kijken, als een soort van dienstencentrum met ecosysteemdiensten. We halen bijvoorbeeld hout of medicijnen uit de natuur, de natuur zuivert water of we kunnen er ontspannen. Als je het dan bijvoorbeeld hebt over het belang van bijen voor de bestuiving, dan zou je dat kunnen berekenen; wat gaat het ons kosten als we dat allemaal zelf moeten doen? Dat is een waardevolle benadering, maar dat is niet het hele verhaal. Er zijn ook belangrijke intrinsieke waarden: het bestaan van heel veel levensvormen op deze planeet, los van het feit of ze voor ons nuttig zijn of niet. Als je alleen maar het nut van iets moet kunnen aantonen, krijg je een raar discours. Dan zou je in Europa kunnen zeggen: we hebben voor onze fruitbomen en akkers maar een paar soorten bestuivers nodig. Want 80 procent van al het bestuivingswerk wordt door slechts 2 procent van de wilde bijensoorten uitgevoerd. Terwijl er in de wilde natuur ook bestoven moet worden. Het gaat om zeer complexe dingen. Als een dier uitsterft, zou je dat niet

13


“In een ziekenhuiskamer die uitkijkt op natuur versnellen sommige genezingsprocessen en foto’s van een natuurlandschap of het geluid van fluitende vogels hebben een rustgevend effect.“

eens erg kunnen vinden. Je kende het niet, dus je gaat het niet missen. Maar er zijn in de natuur veel dingen die gebeuren, waarbij we niet eens stilstaan.

De natuur als een zeer complex systeem. Zo leren we dat niet op school.

Om de natuur te begrijpen heb je een extreme vorm van systeemdenken nodig. Het gaat niet zomaar om een optelsom, het gaat om oorzaken en gevolgen, om feedbackmechanismen en dingen die in interactie zijn. Voor scholen ligt er een geweldige uitdaging om kinderen zo te leren denken. Want het is niet onze natuurlijke manier van denken. Die is simpel: simpele verbanden, oorzaak, gevolg, effect. Maar in de natuur is dat veel ingewikkelder en dat inzien, is heel belangrijk. Het zorgt tegelijk voor een onuitputtelijke bron van fascinatie.

14

Ik doe dat ook met mijn studenten. Aan het begin van het academiejaar krijgen ze een pot bloemen en moeten ze met een minimum aan informatie onderzoeken waar die bloemen het beste groeien: in een weiland of in een bos. Ze volgen dat dan op en meten een aantal dingen zoals temperatuur en luchtvochtigheid. We zeggen op voorhand niet wat er fout kan gaan. Tijdens hun presentatie zien ze dat de resultaten afwijken en dan ontdekken ze dat ze fouten hebben gemaakt, dat ze eigenlijk hadden moeten standaardiseren en afspraken maken. Ik kan

hen dat in het begin zeggen, maar op deze manier ontdekken ze het zelf. Als ik dan vraag wat het beste is, het bos of de wei, dan zeggen ze dat het heel complex is. Want op de ene plek hebben ze misschien wel meer licht en is er meer fotosynthese maar daar zijn er ook veel insecten. De bloem groeit er beter maar heeft misschien meer kans om opgegeten te worden. Het onderzoek is een echte eye-opener van hoe dingen in de wereld in elkaar zitten.

Dan zou je kunnen zeggen: stuur iedereen naar buiten met een bloempot. Of anders: trek wat meer de natuur in.

Je gaat alvast anders naar de dingen kijken. Er is een groot verschil als je bijvoorbeeld met een gids het bos intrekt of als je kinderen een netje geeft. Ik heb niets tegen gidsen, maar met een netje zullen kinderen proberen om een beestje te vangen en vergelijken ze wat ze gevangen hebben, ze gaan zelf dingen ontdekken. De perceptie en beleving zijn anders en als je anders ziet, zie je meer. Je gaat heel anders naar je ‘decor’ kijken als het ook zinvoller wordt, als je ziet hoe alles leeft en op elkaar inwerkt. Dan krijg je letterlijk een andere kijk op de zaak. Bovendien, als soorten uitsterven heeft dat ook invloed op dat natuurcontact want ook de ervaring sterft uit. Hoeveel tieners hebben nog nooit een salamander of kikker in hun handen hadden gehad? Het maakt de interactie met die hele biodiversiteit heel anders.

Je pleit voor meer natuurcontact?

Absoluut. Om verschillende redenen. Ik behoor wellicht tot één van de laatste generaties die nog zoveel buiten heeft gespeeld. Dat verandert zeer snel: we wonen meer in de stad, ons leven speelt zich meer binnen af. Dat de natuur iets met ons doet, blijkt hoe langer hoe meer. Je voelt dat vaak intuïtief. Je hebt een drukke week gehad en gaat uitwaaien in de Ardennen of aan de zee. Maar uit studies blijkt dat het wel klopt. In een ziekenhuiskamer die uitkijkt op natuur versnellen sommige genezingsprocessen en foto’s van een natuurlandschap of het geluid van fluitende vogels hebben een rustgevend effect. Uit onderzoek blijkt dat anderhalf uur wandelen in de natuur een aantoonbare rust in je hersenen brengt. Regelmatig natuurcontact is dus belangrijk, zeker in een regio waar we met veel leven en we met burn-out en stress kampen. Kanttekening: het gaat niet om simpele recepten als ‘Ga even het bos in en klaar’, het werkt niet voor iedereen en het is een wereld die zich leent tot kwakzalverij. We moeten dit heel kritisch en goed onderzoeken en onderbouwen.

Naast rust is er ook het fysieke: jij hebt het zelfs over de mens als een wandelend ecosysteem. Onderzoek in Finland toont een verband tussen biodiversiteit en allergie. In gebieden waar veel vlinders zijn, hebben jongeren


minder allergieën. Er is dus een belangrijke rol voor organismen die we niet zien, micro-organismen en gezonde bacteriën die vaak in de natuur zijn. Bacteriën zijn dus niet enkel die vieze beestjes die je met Dettol of antibiotica moet bestrijden. Als kinderen meer spelen in een omgeving waar veel bloemen, planten en vogels zijn, dan zitten die microorganismen daar ook. Ze spelen, ze nemen die op en het versterkt hun immuunsysteem. Ook de bacteriën in je darmen zijn belangrijk, al gaat het hier niet enkel om natuurcontact, maar ook om wat je eet. Onderzoek met muizen laat zien dat als je de microfauna weghaalt uit de darmen, de persoonlijkheidskenmerken veranderen. Biodiversiteit zit dus ook op en in je lijf. Elke mens is dus zelf een wandelend ecosysteem en als je weinig of niet in de natuur komt, wordt dat een verschraald ecosysteem.

Dat zou kunnen betekenen dat de dokter ons binnenkort anderhalve dosis natuur voorschrijft. Moet ik dan op consultatie bij de dokter of bij de ecoloog?

Op dat vlak pleit ik voor minder hokjesdenken. Ecologen en geneeskundigen zouden moeten samenwerken, maar ook architecten en psychologen. We moeten veel holistischer denken want dat ecosysteemdenken is ook belangrijk binnen filosofie, taal en economie. Als je ziet hoe talen evolueren kan je een link leggen met de spelregels van de evolutie. Onderzoek naar zang bij vogels legt de link naar taalontwik-

keling bij kinderen. Waarom zou je je beperken met de inzichten van 1 soort of 1 domein? We zouden dat veel meer op elkaar moeten afstemmen. Op school moet natuur zich niet beperkten tot wereldoriëntatie of biologie, natuur kan ook aan bod komen in taal of geschiedenis. Het is misschien makkelijker om het in aparte vakken te stoppen, maar het zijn onderdelen van een geheel die samenhangen en invloed hebben op elkaar. Dat geldt ook voor de politiek. Klimaat en biodiversiteit zouden transversale thema’s kunnen zijn, zoals emancipatie. Als het beperkt blijft tot een minister van natuur, gaan we het niet halen.

beschermde natuur en dat is veel te weinig. We zouden naar een kwart moeten streven. Een gebied van 10 hectare is voor een aantal processen in de natuur peanuts. We hebben grotere aaneengesloten gebieden nodig. We zullen dus moeten samenwerken, over verschillende domeinen heen. Zowel politiek als individueel. We moeten heel anders met de ruimte omspringen, ook om het fijner te maken. Want in plaats van al dat doemdenken gaat het vaak om inspanningen die de dingen fijner, toffer en beter maken. Dat mag wel eens wat meer gezegd worden.

Meer natuurcontact omdat het goed voor ons is en omdat we er veel van kunnen leren. Maar hebben we daarvoor wel genoeg natuur?

Ook daar zie je hoe dingen samenhangen. Het openstellen van alle bossen, omdat het belangrijk is voor de mens, was een domme beslissing. Het is belangrijk om meer natuurcontact mogelijk te maken, maar daarvoor ga je niet elke meter natuur opofferen. De functie natuurcontact mag dan wel gerealiseerd zijn, maar je gaat andere functies hypothekeren. Vlaanderen heeft momenteel, afhankelijk van de definitie, tussen de 3 en 12 procent

Meer doen met systeemdenken in je klas? Je kan bij ons terecht voor werkvormen, uitgewerkte lessen, nascholing, coaching en advies.

15


Teken eens een bos ! Een bos, hoe ziet dat er eigenlijk uit? Is een bos in pakweg Merelbeke hetzelfde als een bos in Peru, China of Cambodja? En hoe teken je een bos als je er nog nooit één gezien hebt? BURUNDI “Mijn naam is PERU Nicolas is 7 en zit in het tweede leerjaar

Belove, ik ben 7 jaar en

van de San-Luis school in Barranco in Lima.

ik woon in Bujumbura.

Een paar jaar geleden was hij op bezoek bij

Ik heb een bos getekend

zijn grootouders, in een dorp ver buiten de

met weinig bomen, want

hoofdstad. Het is vooral daarvan dat hij het

ik hou niet van een bos

bos kent. Ook vanuit het vliegtuig heeft hij het

dat vol is met bomen.

bergwoud gezien en dat heeft hij getekend.

Want ik ben bang van

“Het bos is belangrijk voor de natuur, want er

slangen en andere

zitten veel dieren: kikkers, slangen, beren,

wilde dieren die er zich

apen en jammer genoeg ook muggen.”

kunnen verbergen.”

16 R

ECUADO

onen ley (9) w ir h S n e ) e nd van d Mandy (8 an de ra a k la v id , m in Tena zit echt s o b t e H e. ziet op Amazon wereld. Je f e le n u denin h ergen en en ook b g in n e k e de t or veel , waarvo slangen g zijn. wel ban n e r e d kin

Met dank aan BOS+, Rako België, Vriendinnen van Zambia vzw

BOLIVIA

park. Daar speelt graag in het Emiliano is 4 jaar en de natuur. es en zorgt hij voor verzint hij verhaaltj or het rg moeten dragen vo Hij vindt dat we zo en en wij aneet zodat de dier water en voor de pl at over een . “Deze tekening ga goed kunnen leven t is een bos, ama en zijn papa. He jongetje met zijn m ziet ook de en een hangmat. Je er staan bloemen op een eekhoorn n vogeltje. Er staat rivier, bomen en ee De papa doet het op met zijn huisje. en, het kijkt naar de bloem gras af en de mama bos. Zij hebben daar kindje speelt in het hun huisje.”


BELGIË/

FINLAND i en

ck Kilp nna Fleri “Ik ben U oon in jaar. Ik w ik ben 9 bos is land. Het in F n e at je België tekent d e b t a D . jk belangri et leuke zorgen. H t e o m r ervoo en naar r kan kijk e je t a d is dat je iertjes en d n a v n . huize e bomen men in d r m li k n a k eren naa ook luist n a k je r Maa n het zinge gels.” van de vo

CAMBODJA “Ik ben Srey Land, ik ben 12 jaar en ga naar de RAKO-Ampil school. Ik tekende een grote boom, omdat die schaduw kan geven als het heel warm is. Vogels kunnen er hun nest maken en er kunnen heel veel andere dieren leven. Er is plaats genoeg!”

17

AFGHANISTAN

ZAMBIA “Hoi. Ik zit in graad 6 van Kasama school. Ik heet

Turialai is 10 jaar en woont in Kund uz, een gebied met enke l weides en woe st ijn . Hij kende het woord ‘bos’ nog niet. To en zijn vader hem vertel de wat een bos w as, maakte hij deze tekening.

Graydon. Bij mijn huis staan er heel veel grote fruitbomen. Ik teken graag de dingen die ik zie in de natuur: bomen, dieren, wolken en de zon. En dingen die schoonheid brengen op de boerderij van mijn vader. Ik hou ervan om rond te lopen tussen de bomen en erin te klimmen. Net als de apen die hier fruit komen eten.”

Heeft jouw klas ook al een Djapo Wereldkaart? Bestel ze via www.djapo.be. Je vindt er ook tips om meer te doen met een wereldkaart in je klas.


MODDERDAG

SPITTER SPETTER SPATER, LEKKER IN… DE MODDER? ‘Vies’ staat er in het woordenboek bij het woord modder. Of bagger, blubber, drek, slib en goor. Toch is dit mengsel van aarde en water een bron van inspiratie en fascinatie. Herinner je je nog hoe bijzonder het was om na een fikse regenbui in de plassen te springen of om zandtaarten te bakken op het strand? Een pleidooi om wat meer met modder te spelen.

Modder is ontzettend fijn om mee te spelen. Het heeft een boeiende structuur, is leuk om in te knijpen en het maakt toffe geluidjes. En het blijft iets stouts hebben. Dat alleen al maakt modder zo boeiend.

Waarom spelen met modder goed is

18

Kinderen spelen steeds minder buiten terwijl er net daar heel veel te leren en te ontdekken valt. Hoe kan je trouwens goed zorg dragen voor de natuur als je er geen band mee hebt? Modder brengt kinderen heel direct in contact met de natuur. Als leerkracht neem je je kleuters mee naar stukjes groen in de buurt van de school. Samen bestuderen jullie bomen, struiken en bloemen

en onderzoeken jullie al wat leeft en kriebelt boven de grond. Maar staan jullie ook stil bij wat er onder onze voeten gebeurt? Onder de grond bevindt zich een wereld die levensnoodzakelijk is voor het leven erboven. Stengels, bladeren en wortels komen op en onder de grond terecht en worden daar verteerd, versnipperd en opgegeten door een heleboel organismen die vaak onzichtbaar zijn voor het blote oog. Als we spelen met modder maken we ook kennis met die geheime wereld. De kleuters leggen zo contact met dit stukje natuur onder de grond. Bovendien is vuil worden goed voor je gezondheid! Dat heeft ondermeer

te maken met de bacteriën waarmee je dan in contact komt en die je afweersysteem versterken.

Modderactiviteiten in je klas Gloob & Teo zijn de ideale partners voor een dag vol modderpret. Zij maakten heel wat activiteiten die je in de kleuterklas kan doen. Zo gaan zij samen met je kleuters schilderen met modderverf en moddertaarten bakken. Of wat dacht je van een kuuroord met een voedende modderscrub? Wist je dat je ook kan toveren met modder?


19

Modderdag bij de kleuters van juf Gwenny van methodeschool Ondersteboven in Leopoldsburg “We hadden al een tijdje een modderkeuken op onze speelplaats, maar na de doortocht van Gloob & Teo en hun modderactiviteiten leeft die nog meer. Djapo begeleidde deze Modderdag met verschillende activiteiten voor de kleuters. Vaak worden water en modder niet aangebracht omdat de kinderen niet vuil mogen worden. Dus een modderwellness is dan al helemaal uit den boze. Maar onze kleuters vonden net dat het allerleukste van de dag. Ze vonden het zalig om lekker warme modder op hun gezichtjes te smeren.” “Nu is spelen met modder en lekker vuil worden bij ons op school wel heel normaal. De ouders weten dat ze hun

kinderen niet in hun beste kleren naar school moeten sturen. Wij vinden het echt belangrijk dat de kinderen zelf alles kunnen beleven en ervaren. Daarom moeten ze ten volle kunnen exploreren en experimenteren, ook met dingen die je vuil kunnen maken zoals modder. Het is trouwens een thema dat sowieso veel aansluiting biedt bij andere W.O. thema’s dus dat is mooi meegenomen. Nog een voordeel: spelen en knutselen met modder is zo goed als kosteloos én je hebt het altijd bij de hand!”

Wil jij ook zo’n spetterende Modderdag organiseren met je kinderen? Neem een kijkje op www.djapo.be/modderdag


Moddertoverkracht Spettermeter

Materiaal

20

• • • • • •

vette krijtjes in felle kleuren (bijv. pandakrijtjes) dikker papier (bijv. behangpapier) of karton modder kleine potjes emmer met water om handjes in te wassen (oude) handdoeken

Activiteit

• De kinderen kleuren een blad papier of karton met wasco. Het hele oppervlak moet ingekleurd zijn. Ze gebruiken daarbij verschillende kleuren. • Elk kind schept een beetje modder op het blad en spreidt met zijn handen de modder gelijkmatig uit zodat de kleuren niet meer te zien zijn. • Ze maken met hun vingers, handen … tekeningen in de modder zodat de kleur onder de modder terug tevoorschijn komt.

Voor je begint

• Zet al het materiaal klaar. • Stroop mouwen op, zorg dat lange haren niet in de weg hangen.

Tip:

Download alle andere modderactiviteiten op de website!


Bomen, vervoer, natuur, afval, water, bijtjes, voeding, kinderrechten, samen spelen… Met Gloob & Teo breng je deze thema’s in de klas en stimuleer je kleuters om voelsprieten te ontwikkelen voor alle dingen die een invloed hebben op de mens en de natuur.

Op www.djapo.be vind je liedjes, verhalen, pictogrammen en vele leuke klasactiviteiten die kleuters prikkelen om de wereld te ontdekken, te onderzoeken en in vraag te stellen.

Wil jij de avonturen van Gloob & Teo écht tot leven brengen in je klas? Bestel de handpoppen en de prentenboeken.


Aan de slag met de SDG’s

‘Koning van de Wereld’ is één van onze lessen rond de SDG’s. Op onze website Onze planeet is een prachtige en inspirerende plek en iedereen vind je nog meer lesmateriaal. heeft recht op een fijn leven op een gezonde planeet. De SDG’s of duurzame ontwikkelingsdoelstellingen zijn een interessant kader om op school of in je gemeente de wereld mee vorm te geven. Zo kan je lessen rond voeding, consumptie, water of afval koppelen aan maatschappelijke thema’s als armoede, ongelijkheid, klimaatverandering en migratie. Jij kan de wereld dus op punt zetten met een internationaal kader als leidraad. Door duurzame keuzes te maken en duurzame acties te ondernemen, kan ook jij bijdragen aan het behalen van de SDG’s. We zetten je alvast op weg met een aantal tips voor je klas, school of gemeente. Aan welke acties denk jij nog? • Geef weg wat je zelf niet meer gebruikt. • Bekijk op school en in je gemeente ook thema’s als armoede en kansarmoede met een kinderrechtenbril. • Besteed aandacht aan kinderrechten.

22

• Lees een boek of werk rond dit thema in de klas. • Een beter begrip van de oorzaken van honger in de wereld kan je helpen om een verschil te maken. • Maak een gezonde lunch met lokale producten. • Werk rond voedselverspilling, zoals met de les ‘Op zoek naar voedsel met Gloob & Teo’. • Filosofeer over de vraag ‘Wat heeft een mens nodig om gezond te zijn?’ • Maak een wandeling tijdens de middagpauze. • Maak tijd voor jezelf en je vrienden.

Ga samen met Djapo voor:

Target 4.7: ‘Tegen 2030 verwerven alle leerlingen kennis en vaardigheden die nodig zijn om duurzame ontwikkeling te bevorderen, onder andere via vorming omtrent duurzame ontwikkeling en duurzame levenswijzen, mensenrechten, gendergelijkheid, de bevordering van een cultuur van vrede en geweldloosheid, wereldburgerschap en de waardering van culturele diversiteit en van de bijdrage van de cultuur tot de duurzame ontwikkeling.’


Maak van de wereld een betere plek in je klas, school en gemeente

Wat zijn de SDG’s? De SDG’s (Sustainable Development Goals) of Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen zijn een plan om van de wereld een betere plek te maken. In 17 doelstellingen en 169 targets is vastgelegd hoe we samen een einde kunnen maken aan armoede, hoe we de planeet kunnen beschermen en ervoor zorgen dat alle mensen vrede en welzijn ervaren. De SDG’s kunnen onderverdeeld worden in vijf grote thema’s: mensen, planeet, welvaart, vrede en partnerschap. Ze gaan over onderwerpen als gezondheid, armoede, onderwijs, schoon drinkwater, duurzame energie, minder ongelijkheid en klimaatverandering. Op deze manier komen alle aspecten van duurzame ontwikkeling aan bod.

23

Beeld © Felixx Landscape Architects & Planners.


• Hoe komt het dat superhelden vaak mannen zijn? Doe onze les rond gender. • Wees je bewust van genderstereotypen. Geef het goede voorbeeld aan kinderen door in de klas en op school op gelijke voet beslissingen te nemen.

• Consuminder, recycleer en hergebruik! • Bezoek met je klas een repaircafé. • Filosofeer over cadeautjes. Je vindt deze les op Wereldlesidee. • Organiseer een zwerfvuilactie, speelgoedruildag of deeldag op school.

• Besteed aandacht aan het belang van proper water. Organiseer iets rond Wereldwaterdag of Wereldtoiletdag. • Maak een themahoek ‘water’ in je klas. Inspiratie vind je in onze themabundel water.

• Organiseer samen met je school of gemeente een jaarlijkse boomplantactie. • Doe de lessen Klimaat op Wereldlesidee of ga met Gloob & Teo op onderzoek naar vuile rook en groene fietsen.

• Verspil geen energie. • Promoot hergebruiken en repareren in je gemeente en op school. • Maak een repareerhoek in je klas.

• Gebruik minder plastic, besteed aandacht aan thema’s als plastic soep en bedenk oplossingen. • Werk rond het boek het Zeemonster van Gloob & Teo.

• Maak bewuste keuzes bij je aankopen en kijk niet alleen naar de impact op het milieu (CO2-uitstoot, afval, recyclage, biodiversiteit…) maar ook op bijvoorbeeld arbeidsomstandigheden en wereldhandel. • Download onze lessen rond eerlijke handel.

• Maak een wormenbak. Goed voor de biodiversiteit en super leerrijk. • Organiseer een Modderdag op school. Zie p. 18

• Investeer in toegang tot communicatiemiddelen wereldwijd. • Doe eens iets anders: maak van je dak een tuin, tover je school om in een buurthuis of verhuis met je klas naar een woon- en zorgcentrum.

• Betrek kinderen bij duurzame en mondiale thema’s via laagdrempelige activiteiten of acties van andere organisaties zoals 11.11.11@school, Natuurpunt, Week van het Bos, Mooimakers, Netwerk tegen armoede, Wereldwaterdag, Mei Plasticvrij, Red de bij… • Kom op een vreedzame manier op voor datgene waarin je gelooft.

• Lees kinderen voor uit boeken die over andere culturen gaan. • Heb respect voor mensen die dingen op een andere manier doen. • Duik eens in onze lessen rond verkiezingen of kinderrechten.

24

• Spring eens op de fiets of de trein, ga te voet. Wedden dat de wereld er anders uitziet? • Zorg voor voldoende ruimte en een omgeving die inspireert. • Investeer in kindvriendelijke buurten. • Tekende jij ons charter voor een fijn leven op een gezonde planeet al? • Geef de wereldkaart een centrale plek in je klas.

• Laat kinderen samenwerken. • Zet gelijke rechten en kinderrechten hoog op de agenda. • Zoek een Stedenband of Scholenband in een ander deel van de wereld.

Naast het educatief materiaal zoals gratis downloadbare lessen, workshops en nascholingen bieden wij ook coaching en begeleiding op maat rond de SDG’s. Contacteer ons!


DeDenken Siamese Rups visueel maken 25

...

er leven meer dieren (want ze sterven niet door plastic) natuur is proper

minder plastic afval op de grond

vogels eten geen plastic meer

wij eten gezonde vis zonder plastic

minder plastic soep vissen zijn terug gezond

wegwerpplastic is verboden

Een handeling, gebeurtenis of actie heeft meerdere oorzaken en gevolgen. De Siamese rups is een manier om dit visueel in kaart te brengen. Het helpt je om te begrijpen wat er precies gebeurt en waar je zelf iets kan doen. Je krijgt zicht op het totaalplaatje en op de context. Zo wordt deze rups een handig hulpmiddel bij duurzaamheidsthema’s, die vaak complex zijn. Hier zie je hoe een artikel rond de plastic soep kinderen aan het denken zette. Op onze website vind je het hele verhaal en ook uitgewerkte lessen rond dit thema.


Kristien

De Frenn

e

• Regiov erantwo ordelijke Oost-V laandere n • 32 jaa r • getrou wd met Jonas • mama van Elisa (3) en Be nt (1

)

“We dagen kinderen uit om zélf na te denken en in actie te schieten voor onze planeet. Daarom werk ik graag bij Djapo.” Kinderen keuzes leren maken voor een duurzamere wereld. Hoe doe je dat precies? Bij Djapo werken we daarvoor samen met juffen

en meesters, met scholen en gemeenten en met heel veel andere organisaties en partners die samen met ons de wereld op punt zetten. Dat betekent dat wij hier zeer gevarieerde dagen hebben. Hoe gevarieerd? Collega Kristien neemt je mee op pad.

ALTIJD ONDERWEG Dezelfde week twee keer in Gent, één keer in Leuven, nog een dagje Brussel en thuis werken. Dat kan. Ik probeer zoveel mogelijk de trein te nemen. Ik vertrek thuis met de fiets naar het station en neem dan een Bluebike of ga te voet naar mijn afspraak. Dat is ook deel van de job: ’s avonds nog eens nakijken waar ik moet zijn en uitdokteren hoe ik er moet geraken. Op de trein werk ik: een verslag lezen of een nascholing of workshop nog eens overlopen, herhalen en de puntjes op de i zetten. Dat geeft me rust.

DUURZAME GEMEENTEN

26

NOORD-ZUIDOVERLEG PROVINCIE OOST-VLAANDEREN Djapo zit in een aantal adviesorganen. Zo mag ik mee nadenken tijdens het Noord-Zuidoverleg in Gent of zit ik mee in een vergadering met de gedeputeerde van de provincie. Met verschillende NGO’s proberen we samen sterk te staan en te wegen op het beleid. Zo vragen we bijvoorbeeld extra aandacht voor de Agenda 2030 en de SDG’s.

Gemeenten zijn vaak vragende partij om scholen te ondersteunen rond duurzame ontwikkeling. We bekijken dan samen waar de uitdagingen zitten, maar ook wat er al goed gaat. We hebben zo heel wat trajecten in gemeenten; schooloverschrijdend werken biedt veel mogelijkheden. Een fairtradegemeente kan bijvoorbeeld kinderen een workshop aanbieden, de leerkrachten vormen via een nascholing en een slotmoment organiseren waarop de ouders uitgenodigd zijn. Op die manier bereiken gemeentes veel verschillende mensen rond één bepaald thema.


NASCHOLING CREATIEF DENKEN MERELBEKE Merelbeke heeft een stedenband met Toucountouna in Benin en het GILKO en de Visitatieschool werken samen met een school ginder. Wij begeleiden hen om met hun kinderen te gaan creatief denken, systeemdenken en filosoferen over het leven in Benin. De leerlingen komen dus regelmatig in contact met kinderen uit Toucountouna. Zo zien ze wat voor een impact wij kunnen hebben, door keuzes die we hier maken. Als kinderen zich daarvan bewust worden, is het geen wij-zij verhaal meer, maar een gezamenlijk verhaal waarin we samen kunnen werken aan die duurzame wereld.

GEVARIEERDE JOB

VROEG BEGONNEN… Ik vind het belangrijk om mijn kinderen gewoon te maken om stil te staan bij de impact die onze keuzes hebben op de planeet. Dat doe ik met Gloob & Teo, die ideaal zijn om met kleine kinderen rond onze thema’s te werken. Het is niet altijd gemakkelijk, ook ik sta wel eens voor een dilemma. Als Elisa naar boontjes vraagt, dan vertel ik haar dat we er nu nog geen eten, want dat ze uit Kenia komen, dat ze nog even moet wachten tot ze hier groeien. Daar gaat het over: het feit dat je erover gaat nadenken en dat je ermee bezig bent.

WORKSHOP WIE HEEFT DE LEIDING / WERELDWATERDAG

In de voormiddag een gesprek met een ambtenaar mondiaal beleid van een gemeente en in de namiddag met peuters en kleuters een project rond water. Die twee uitersten typeren mijn job volledig. Het is boeiend en ik haal er heel veel energie uit. Als je een klas mee hebt is dat fantastisch. Zeker het moment dat kinderen zelf in actie willen schieten om het probleem aan te pakken. Ook bij leerkrachten is er vaak dat ahamoment waarop ze zeggen: “Maar nu weet ik hoe ik een bepaald thema kan aanbrengen!” Geweldig is dat!

27

ALLEEN EN TOCH SAMEN Ik zie mijn collega’s niet vaak, want de meesten zijn ook onderweg of werken thuis. Maar we kunnen wel bij elkaar terecht. Minstens één keer per maand vergaderen we bij Djapo in Leuven en we bellen regelmatig of spreken af om ergens samen te werken. Dat we elkaar weinig zien, wil niet zeggen dat ik een eenzame job heb. Ik mis het soms wel dat ik niet elke ochtend om 9u. een praatje kan maken met dezelfde collega’s. Maar het weegt niet op tegen alle andere voordelen. De band met mijn collega’s is trouwens absoluut niet minder omdat we elkaar niet dagelijks zien of horen.

Rond Wereldwaterdag hebben we met een aantal organisaties een project uitgewerkt. Ik vind het een grote meerwaarde om regelmatig met andere organisaties te kunnen samenwerken. In het geval van Join for Water hebben zij alle kennis over het thema en koppelen wij er onze ervaring met en kennis van het denkonderwijs aan en maken we de vertaling naar de klas. Dat is super verrijkend.


Zet samen met je gemeente de wereld op punt

Leuk is ‘yééééééé’! Cool is ‘yeah’! Lommel zet in op kinderparticipatie

28 Het begon met een droom. De droom van Noor. Wat als er in haar gemeente een plaats zou zijn waar kinderen hun talenten kunnen tonen? Waar ze van andere kinderen kunnen leren en elkaar inspireren? In het hoofd van Noor was het Talentenhuis een feit. In Lommel worden er ondertussen plannen gesmeed. Of hoe een droom van een meisje van 11 een hele gemeenschap in beweging zet.


Noor: “Op school waren er verkiezingen voor de kindergemeenteraad. De juf vroeg om er eens over na te denken. Tijdens de speeltijd had ik al het idee van een Talentenhuis en thuis heb ik er verder over nagedacht en dat op papier gezet. Op school werd er gestemd. Ik kreeg de meeste stemmen en zat in de kindergemeenteraad. Dat had ik niet verwacht. Het Talentenhuis is een plaats waar alle kinderen terecht kunnen. Stel dat je bijvoorbeeld op een appartement woont en te weinig plaats hebt, of dat je te weinig geld hebt om een bepaalde hobby te doen. Dan kan je dat in het huis proberen en ontdekken of het iets voor jou is.”

29

Een echt huis is er nog niet, maar de droom van Noor zit ondertussen in vele hoofden in Lommel. In de hoofden van mensen die werk willen maken van kinderrechten en participatie. Eén van hen is Liset Hamblok van het Peter-en Meterproject in Lommel. Dat project geeft kinderen, vluchtelingen en mensen met een klein netwerk meer kansen door ze aan een peter en meter te koppelen en vergroot zo hun sociaal vangnet. Liset vindt kinderrechten en partici-

patie ontzettend belangrijk. “Ik hoorde Noor spreken op de kindergemeenteraad. Heel stil en bescheiden vertelde ze over haar droom. Ik kreeg er kippenvel van. Dat kinderen andere kinderen hun talenten willen tonen maar ook helpen en samenwerken, dat kinderen die minder kansen hebben hier hun eerste stappen kunnen zetten om hun talenten waar te maken en dat we hen nadien eventueel kunnen doorverwijzen naar

de kunst- of tekenacademie. Dat vind ik fantastisch. Na de kindergemeenteraad heb ik Noor gevraagd hoe ze dat precies zag. Ik wilde er met het Peteren Meterproject onze schouders onder zetten.” Ondertussen wordt er fel nagedacht over hoe het huis er kan uitzien. De stem van kinderen mag daarbij niet ontbreken. Daarom kwamen er kinderparticipatiedagen. Stijn van Djapo begeleidt deze


dagen. “Een duurzamere wereld creëren doe je samen met kinderen. Een duurzame gemeente is daarom een gemeente die rekening houdt met kinderen en hen mee laat nadenken over het beleid. Het is een soort van toets die je kan doen bij elke beslissing die je neemt: wat is de impact voor kinderen? Of hoe kijken zij ernaar? Gemeenten zijn dat nog niet gewoon. Vaak is er wel een kindergemeenteraad of jongerenadviesraad en in de ene gemeente hebben die al wat meer bevoegdheid dan in de an-

dere, …, maar kinderen die echt mee nadenken, zonder dat ze gewoon een vragenlijst invullen, die echt participeren, dat gebeurt nog weinig. Ik vind het belangrijk als een gemeente mogelijkheden schept voor kinderen om dit actief te doen, hen mee laat nadenken en hun voorstellen au sérieux neemt.” Ze zijn met 16 vandaag en Stijn vraagt de kinderen om groepjes te vormen. Ze moeten iets gemeenschappelijks zoeken en het mag niet zichtbaar zijn. Dus een groepje ‘meisjes’ of een groepje ‘witte

Stijn: “Er is een mooi kader om rond participatie en duurzaamheidsthema’s te werken: de SDG’s of duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. Het is een manier om op lokaal niveau een antwoord te bieden op mondiale uitdagingen waarmee we allemaal geconfronteerd worden. Voor kinderen is een gemeente het politieke niveau dat het dichtst bij hen staat. Dus kan je als stad en gemeente het verschil maken en concrete stappen zetten om het recht van kinderen en jongeren op een fijn leven op een gezonde planeet waar te maken. Ik probeer kinderen anders te laten kijken naar hun gemeente door hen spelletjes, opdrachten en denkoefeningen te laten doen. Het is al doende: systeemdenken, creatief denken en filosoferen helpen om antwoorden te vinden op vragen als: Wat is er nodig om goed te kunnen leven en samenleven? Hoe kunnen we ons goed voelen in onze gemeente? Wat is daarbij belangrijk?“

30

schoenen’ telt niet. Het gaat snel: voetbal, pizza, pannenkoeken, YouTube kijken en Fortnite spelen. Maar ook sociaal zijn en buitenspelen: als we zoeken vinden we altijd wel gemeenschappelijke kenmerken en zo maken we snel verbinding met mensen die we niet kennen. Het is een kennismakingsspel dat meteen over participatie gaat: hoe krijgen we iedereen mee? Hoe valt er niemand uit de boot?


Liset: “Ik vind het geweldig om te zien hoe Stijn de kinderen bij het project betrekt. De methodieken die hij gebruikt, de dingen die hij uit de kinderen haalt. Kinderen zijn de toekomst. Dat klinkt als een cliché maar het is wel zo. Als je de wereld, de maatschappij, je stad of gemeente vorm wil geven, moet je ook naar de kinderen luisteren.“

31

Senseo: “Ik vind het heel fijn dat ik hier mee mag komen nadenken en mijn eigen mening mag geven over de dingen in Lommel. We doen hier verschillende spelletjes, bijvoorbeeld rond plekken in de gemeente. Het leukste vond ik dat we mochten stemmen over wat we belangrijk vinden, bijvoorbeeld een plek waar het proper is en waar kinderen terecht kunnen.“

“In het Talentenhuis zou ik heel graag van andere kinderen leren en laten zien hoe goed ik kan voetballen.” Senseo


Er zijn steeds meer gemeenten die kinderen willen laten participeren, maar niet altijd weten hoe. Lommel is zelf nog zoekende. Peter, schepen van Onderwijs: “Het is eigenlijk raar dat we als grote mensen, beleidsmakers nog zo weinig rekening houden met de mening van kinderen. Onlangs bespraken we op het schepencollege het project Bosland, een ontwikkelingsgebied. Toen ik vroeg of we er ook kinderen gingen bij betrekken kreeg ik rare blikken. We zijn dat niet gewoon, maar tegelijk is het bizar: we gaan iets neerplanten en hopen dat kinderen het leuk gaan vinden, maar we vragen het hen niet. Kinderen zijn belangrijke partners, zij zullen het later trouwens zelf moeten doen. Laat ons hen dat dan al maar

zo vroeg mogelijk gewoon maken. We hebben echt de ambitie om de participatie van kinderen en jongeren in onze stad te verhogen en in alle domeinen rekening te houden met kinderen. Zonder procedures onnodig te verlengen, maar ook niet door hen gewoon maar wat vragen te stellen en daar verder niets mee te doen.” Artikels uit het gemeenteblad van Lommel zijn een inspiratie om na te denken over parkeren en zwerfvuil, over de opvang van asielzoekers en over het fietsbeleid. Kinderen kunnen aangeven hoe ze zich daarbij voelen. Ze mogen ook voor- en nadelen bedenken en ze bekijken het thema vanuit verschillende standpunten. Zo besluiten ze dat iemand helpen je vriendschap, een

goed gesprek en een fijne tijd kan opleveren. Wat is een fijne plek? Hoe moet die eruitzien? Wat is belangrijk? Met de werkvorm In de roos peilt Stijn naar wat de kinderen belangrijk vinden in de gemeente. Stijn: “Het is een andere manier om kinderen naar hun gemeente of stad te laten kijken en hun mening te vragen dan gewoon de vraag te stellen: ‘Wat vind je goed of slecht?’ Je krijgt meer interactie en kinderen gaan echt anders kijken. Als je kinderen mee laat nadenken, zijn ze ook heel participatief, ze voelen dat er echt rekening met hen wordt gehouden.”

STIGGE “Het is toch super dat je kinderen mee laat helpen aan het opbouwen van je stad! Ik heb echt het gevoel dat ik iets kan doen en dat voelt goed.”

32 Matteo: “Ik had gehoord dat kinderen hun eigen mening mochten zeggen. Dat interesseerde me wel, dus ik dacht, ik ga er eens naartoe. Met die cirkels konden we stemmen wat we belangrijk vonden. ‘Gezellig’ en ‘leuk’ vind ik belangrijk. Het was een soort van zelf kiezen maar ook rekening houden met anderen.”


33 MATTEO “Ik vind het goed dat ze naar de kinderen luisteren, dat die ook eens mogen zeggen wat ze willen. Ik zou bijvoorbeeld in de straat dichtbij de kerk geen auto’s laten rijden.”

Liset: “Wat me opvalt is dat kinderen een aantal dingen willen die wij ook willen, maar met hun eigen kijk. Ik was verbaasd dat ze ‘proper’ zo bovenaan zetten. En dat ze wel van ‘druk’ houden, maar in de betekenis van ‘gezellig en niet saai’. Als je doorvraagt, kom je tot een centrum dat best wel druk mag zijn, met plekken waar het rustig is. Het valt me ook op dat kinderen veel meer weten dan we denken en ook echt bezig zijn met hun omgeving. Kinderen die zeggen: ‘Je doet dat niet, rommel weggooien…’ Er zijn veel volwassen die van hen nog iets kunnen leren.”


Het begon met de droom van Noor en zo eindigt het ook. Noor: “In de Efteling wonen is nog een droom van mij. Vroeger ging ik altijd in de Droomvlucht en dan zei ik tegen mama: mijn droom is om hier ooit te wonen.” Noor weet ondertussen dat dromen kunnen uitkomen…

NOOR “Stel dat je geld uitgeeft aan een balletzaal en bijna niemand gaat daar naartoe, dan is dat een beetje stom want dat kost veel geld. Als je kinderen mee laat nadenken, kan je het anders maken, zodat het iets leuks wordt voor alle kinderen.”

34

Stigge: “Praten over Lommel, over hoe we ons bij dingen voelen, over eigen mening, ik doe dat graag. Ik leer hier veel, over mezelf en over andere mensen. Zo leerde ik vandaag dat er heel veel verschillende meningen zijn over heel verschillende dingen. Dat mensen andere dingen denken dan ik. En als ik hen dat hoor vertellen, kan ik vaak ook wel begrijpen wat zij denken. Dan kan je daarover praten of stemmen.”


“Ze doen dit nu in Lommel, maar ik denk niet dat het in alle gemeenten zo is, terwijl er toch overal kinderen zijn.” Stigge

35

Tips voor een duurzame en kindvriendelijke gemeente 1 Betrek kinderen bij het uittekenen

van plannen. Hoe zien zij de vernieuwing van een wijk, de aanleg van een speelbos…? 2 Installeer een kindergemeenteraad, organiseer inspraakmomenten of kinderspreekuren. 3 Bekijk ook thema’s als armoede, niet-begeleide minderjarige vluchtelingen, dakloosheid… met een kinderrechtenbril. 4 Zorg voor voldoende ruimte en een omgeving die inspireert. Denk daarbij aan speelbossen, veilige fietspaden en autovrije straten.

Voorkom (zwerf)afval en zorg voor nette buurten. 5 Denk eens ‘anders’ over de inrichting van open ruimte: insectenhotels, speelgoedruilkasten, drinkwaterfonteintjes, een alternatief speeltoestel of fietsparcours… 6 Neem zelf initiatief en wees een trendsetter rond uitdagingen zoals statiegeld, deeleconomie en participatie. Creëer bewustzijn rond het belang van de SDG’s. 7 Betrek kinderen via laagdrempelige activiteiten of acties van andere organisaties bij duurzame en mondiale thema’s zoals 11.11.11@school, Natuurpunt, Week van het Bos, Mooimakers.be, 4de pijler organisaties, Netwerk tegen armoede, Mei

Plasticvrij… 8 Ondersteun initiatieven zoals kinderen die samen met bejaarden in een volkstuin of pluktuin werken, een buddyproject voor vluchtelingen, straatambassadeurs, een buurtpicknick… 9 Wees een voorbeeld. Ga zelf eerlijk en duurzaam om met natuurlijke rijkdommen en ga zelf met de fiets of te voet naar het gemeentehuis en naar evenementen. 10 Promoot hergebruiken en repareren in de gemeente. Waarom geen kinderreparatieruimte in de plaatselijke bibliotheek of een Repaircafé in het gemeentehuis?

Wil je ook werken rond kinder- en jongerenparticipatie? Kijk op onze website. Je kan je ook door Djapo laten coachen. Meer tips om te werken rond de SDG’s vind je op p. 22.


Werkvorm creatief denken

IN DE ROOS!

In de Roos! is een werkvorm creatief denken die je kan toepassen op verschillende thema’s, dus niet enkel als je ideeën wil verzamelen voor leuke plekken in je gemeente. Wil je kinderen laten onderzoeken hoe de moestuin op school er moet uitzien of wat een goed cadeau is voor Moederdag? Wil je criteria opstellen voor het perfecte schoolfeest of het mooiste gedicht? Dat kan met In de roos!

WERKVORM Opdracht 1

Brainstorm met je kinderen over een vraag: Stel: de gemeente wil een plek maken waar kinderen en jongeren graag komen. Welke eigenschappen of kenmerken moet die plek hebben? Schrijf/teken alle kenmerken op het bord.

Opdracht 2

Doelgroep

1e – 2e – 3e graad

VOOR JE BEGINT

36

Er is voor deze werkvorm online een werkblad beschikbaar. Dit werkblad kan je gebruiken als de kinderen de werkvorm individueel toepassen.

DOEL

De kinderen kunnen doelgericht denken door criteria voor het eindresultaat op te stellen.

De kinderen kiezen 3 kenmerken die zij het belangrijkste vinden. Stem indien nodig. Schrijf de 3 gekozen kenmerken apart op het bord of omcirkel ze.

Tip

De criteria moeten in zekere mate specifiek en objectief zijn. Bijv. ‘Ik voel me er goed.’ heeft voor iedereen een andere betekenis. ‘Zich goed voelen’ moet een specifieke en concrete invulling krijgen.

Opdracht 3

Teken een dartsbord met 3 concentrische cirkels op het bord. De kinderen denken nu na over welke plekken ze kennen en benoemen die, los van of ze de plekken leuk vinden of niet.

Bij elk antwoord ga je na welke van de 3 kenmerken die plek bezit: Als 1 van de 3 kenmerken van toepassing is, schrijf/teken je het in de buitenste cirkel. Als 2 van de 3 kenmerken van toepassing zijn, schrijf/teken je het in de tweede cirkel. Als alle 3 de kenmerken van toepassing zijn, schrijf/teken je het in de binnenste cirkel. Vergelijk het met darts: in de roos krijg je meer punten.

Opdracht 4

Bespreek: - Welke plekken hebben 3, 2 of 1 van de kenmerken? - Zijn alle plaatsen op het bord ook leuke plaatsen? Wat kan er beter met de plaatsen die in de buitenste cirkel staan. Als je veel plaatsen kan noteren, zijn je kenmerken misschien te algemeen, of zijn ze niet typisch voor hun favoriete plek. De kinderen evalueren hun eindresultaat aan de hand van deze vooraf opgestelde criteria.

Zoek je meer lessen en werkvormen rond onze denkvaardigheden? Die vind je in onze Methode Creatief Denken, Methode Systeemdenken en Methode Filosoferen.



Heerlijk buiten leren: creatief denken buiten de klas Vormen en kleuren zoeken in de natuur, de omtrek van de speelplaats berekenen, sla planten in de moestuin of deelnemen aan de jaarlijkse Buitenlesdag. Wie outdoor education zegt, zegt buiten leren. Maar buiten betekent niet altijd midden in de natuur. Ook in de stad zijn er heel wat kansen voor outdoor education. Op expeditie in de Waterval in Ekeren.

Een nieuw gezicht in de klas is op zich al bijzonder en leerrijk. Als Sara van Djapo de kinderen van de tweede graad van de Waterval vertelt dat ze gaan nadenken over Ekeren, zijn ze tegelijk nieuwsgierig, afwachtend en enthousiast. Creatief denken, dat is wat ze hier vandaag gaan doen. De kinderen gaan bedenken hoe hun gemeente een nog fijnere plek kan worden.

38

Sara De Piere: “Bij outdoor education denken veel mensen aan de evidente dingen zoals naar het bos gaan voor milieu-educatie of simpelweg je klas inruilen voor een buitenruimte. Maar outdoor education draait in de eerste plaats om het opzoeken van een leeromgeving die rijk is en zo levensecht mogelijk, of dat nu op de speelplaats is, in de straat of op het plein, op het kerkhof of in een bos.

Sommige dingen doe je beter in de klas, maar we hebben het potentieel van buiten leren nog niet volledig ontdekt. Buiten is een leeromgeving te vinden waar kinderen kunnen zien, horen, voelen, beleven. Het is een leeromgeving waar enorm veel input te vinden is voor antwoorden op of ideeën voor probleemstellingen. Ervaring en onderzoek hebben uitgewezen dat buiten leren kinderen stimuleert om verantwoordelijkheid te dragen voor elkaar, te leren op hun eigen niveau, met hun eigen leerstijl en in interactie met elkaar en met hun omgeving.” Hier in Ekeren wil Sara samen met de kinderen nadenken over de schoolomgeving. Aan de hand van een ‘Web vol pootjes’ onderzoeken ze een aantal ‘eigenschappen’ van Ekeren. Alle antwoorden schrijven ze op papier in een web. Dat kan nadien mee

naar buiten, zodat nieuwe ideeën mee in het web kunnen. Sara: “Web vol pootjes is een visueel denkinstrument dat stimuleert om te denken in termen van mogelijkheden. Zo bedachten we eerst enkele opvallende kenmerken van Ekeren: er zijn veel huizen, veel auto’s en veel groen. Dan onderzochten we wat we van die kenmerken vonden. Op basis van deze meningen formuleerde ik een denkvraag. De kinderen vonden het bijvoorbeeld erg leuk dat er wel wat groene ruimtes zijn in Ekeren. Daarom formuleerde ik als denkopdracht: ‘Op welke manieren kunnen we ervoor zorgen dat er nog meer groen is in Ekeren?’ Het vele verkeer vonden ze dan weer niet zo leuk. Dus werd de denkopdracht: ‘Op welke manier kunnen we ervoor zorgen dat er minder verkeer is in Ekeren?’ Het is een thema dat zich heel goed leent


“Het gaat niet over banken en stoelen, maar over de betrokkenheid die je naar buiten haalt. Als je over afstanden leert of over kilometer per uur, dan ga je naar buiten. Kinderen vinden dat vaak heel fijn om te doen. Bewegend rekenen, knutselen met hout of fossielen zoeken: dat kan allemaal buiten. Onze lessen verkeer integreren we in een wandeling naar het zwembad en als we het over geld hebben rijden we met de trein naar de Nationale Bank. Buiten kom je ook op andere ideeĂŤn, het inspireert. En zo gaat de bal van het leren aan het rollen.â€? Juf An

39


om naar buiten te trekken, want waar anders krijg je de meeste input dan buiten?” De daken van de huizen, een kermis in de straat, de etalage van de plaatselijke bakker, de geur van bloemen in bloei, een nieuwsgierige voorbijganger: ze kunnen allemaal inspireren.

40

Sara: “Kinderen gaan gericht hun zintuigen gebruiken om ideeën te bedenken. Je merkt dat de dingen die ze zien, horen en voelen hen stimuleren in hun denken. Ze voelen zich meer gemotiveerd en betrokken. Hun ideeën zijn geïnspireerd op de omgeving. Zo zagen ze op een gegeven moment een huis met een mooi gekleurd dak, dus vonden ze dat meer gekleurde daken Ekeren wel mooier zou maken. Op die manier inspireert de omgeving: bloemen op elk balkon en terras, meer fietspaden die afgescheiden liggen van de weg, zonnepanelen plaatsen op geparkeerde auto’s, vleesetende planten

op straat en meer binnenwegen om rustig te kunnen wandelen. De antwoorden zijn vaak erg concreet. Dezelfde denkoefening binnen de muren van de klas doen, zou een heel ander resultaat geven.” “Wat een visueel denkinstrument als ‘Web vol pootjes’ interessant maakt, is dat ze het later nog kunnen aan-

vullen en dat ze uiteindelijk ook over hun denkprocessen reflecteren: Wat hebben ze precies gedaan? Hoe was het om buiten ideeën te bedenken? Hebben ze goed samengewerkt? Het heeft ook een grote troef voor de leerkracht: doordat ideeën gaandeweg worden aangevuld, krijg je een goed zicht op de denkprocessen van je leerlingen. ”

Djapo en denkonderwijs Met het ‘Web vol pootjes’ maar ook met bijvoorbeeld ‘de Siamese Rups’ op p. 25 maak je niet alleen het denken van kinderen zichtbaar, je stimuleert hen ook om te denken. Djapo wil kinderen en jongeren aanmoedigen om antwoorden en oplossingen te zoeken om daarna hun eigen keuzes te maken. Onderwijs dat op deze manier denkonderwijs een expliciete plaats geeft, zorgt er niet alleen voor dat kinderen zich sterker voelen in hun eigen denkvermogen, maar ook dat ze kennis op een diepgaandere manier verwerven. Allemaal troeven om complexe thema’s aan te pakken en werk te maken van een duurzamere wereld.


Zelf een ‘Web vol pootjes’ maken in de klas? Je vindt de uitleg op onze website.


1 THEMA, 3 WERKVORMEN

Je snijdt een thema aan in je klas of een kind brengt een krantenartikel mee en jij wil er meer mee doen dan gewoon bespreken? Dat treft! Want wij dagen je uit om verder te kijken. Zo kan je het onderwerp van verschillende kanten bekijken, je kan oorzaken en gevolgen onderzoeken, je kan inzoomen en uitzoomen, maar ook oplossingen bedenken of kritische vragen stellen. Deze 3 werkvormen zetten je alvast op weg om meer te doen met een thema.

Neem nu palmolie. Het zit in de helft van onze dagelijkse producten: shampoo, tandpasta, gezichtscrèmes, lippenstift, chips, choco, taart… Maar wat zit er achter het verhaal van onze consumptie? Kan het eten van een koekje het Indonesisch regenwoud bedreigen?

Voor je begint:

42

• Download de klimaatplaat en achtergrondinformatie op djapo. be/punt4. • Verzamel enkele producten waarin palmolie is verwerkt.


43

1

Tekendictee Doel

Kinderen onderzoeken het geheel van een onderdeel.

Materiaal

1 blad papier en kleurgerief per kind Geef de kinderen een blad en kleurgerief. De kinderen tekenen terwijl jij aanwijzingen geeft:

• Teken een orang-oetan in het midden van je blad. • Waar is hij? Is hij op een plek die hij kent of is het een vreemde plek? Teken deze plek. • Wie of wat staat er naast hem? • Hoe ziet het eruit boven hem? •… De kinderen vervolledigen hun tekening. Enkele kinderen tonen hun tekening en vertellen hun verhaal erbij. Vergelijk enkele tekeningen. Bevraag

of het er ook anders kan uitgezien hebben, zonder dit te tekenen. • Hoe zag deze plek er 100 jaar geleden uit? • Hoe zal deze plek er over 100 jaar uitzien? Toon de klimaatplaat en vertel het verhaal van palmolie. Bespreek. • Wat vind je hiervan? • Had je dit verwacht?


2

Onhaalbaar haalbaar Doel

Kinderen verruimen hun blik op een onderwerp door hun oordeel uit te stellen over informatie, meningen of ideeën. Leg de producten op tafel. Vraag wat deze producten gemeen hebben. Toon de klimaatplaat (print of projecteer). Vertel het verhaal over palmolie. Besluit dat de productie en het gebruik van palmolie een probleem is.

3

Argumentenweb met palmolie

Doel

Kinderen geven (tegen)argumenten om hun standpunt kracht bij te zetten.

Materiaal

Brainstorm klassikaal of in groepjes over mogelijke oplossingen hiervoor. Noteer alle ideeën op flappen. Kies het idee dat het meest onhaalbaar of moeilijk lijkt. Bedenk alle goede kanten aan het idee. Noteer in kernwoorden. • Wat is er leuk, interessant, spannend… aan? • Wat maakt dit idee anders dan de andere ideeën? • Hoe kunnen we het idee wel haalbaar maken?

Noot: Voor sommige ideeën die

kinderen onhaalbaar vinden, zien wij

Ga in een kring zitten. Toon 2 bollen wol met een verschillende kleur. • Kleur 1: ik ga akkoord en zeg waarom. • Kleur 2: ik ga niet akkoord en zeg waarom.

Stellingen

Zeg luidop een stelling. Geef de kinderen even bedenktijd over of ze al dan niet akkoord gaan.

Tip: Vraag de kinderen zelf een

Duid iemand aan die zijn mening wil vertellen en verklaren. Houd het uiteinde van de draad vast. Werp de bol wol in de kleur die overeenstemt met ‘akkoord of niet akkoord’.

2 bollen wol in 2 kleuren

• Wij kunnen de orang-oetans niet helpen. • Er moet een verbod op choco (chips) komen.

stelling te bedenken.

44 Op onze website vind je nog meer werkvormen om een thema eens anders te benaderen. Gebruik ze bijvoorbeeld om op een andere manier rond de actualiteit te werken. Je vindt er ook uitgewerkte lessen rond palmolie.

als volwassenen vaak wel een haalbare oplossing, mits een aantal tussenstappen. Daarin zit net de rijkdom van deze denkoefening, om- dat we de kinderen op deze manier kunnen doen inzien dat er meer kan dan dat ze initieel denken.

Reflecteer

• Is een slecht idee altijd een slecht idee? • Kan je je vergissen in een oordeel

• Waarom ga je wel/niet akkoord? Het kind houdt de draad vast en werpt de bol naar de leerkracht terug. Herhaal de stelling en peil naar de andere meningen. Er ontspint zich een web van 2 kleuren draden: ze staan symbool voor de verschillende meningen die in je klas leven. Deze werkvorm oefent de kinderen in het bedenken van (tegen)argumenten en in het verantwoorden van hun mening, een vaardigheid die ze nodig hebben om te filosoferen.


45

The purpose of a good education is to show you that there are three sides to a two-sided story. Stanley Fish

Ga samen met Djapo voor Target 4.7: ‘Tegen 2030 verwerven alle leerlingen kennis en vaardigheden die nodig zijn om duurzame ontwikkeling te bevorderen, onder andere via vorming omtrent duurzame ontwikkeling en duurzame levenswijzen, mensenrechten, gendergelijkheid, de bevordering van een cultuur van vrede en geweldloosheid, wereldburgerschap en de waardering van culturele diversiteit en van de bijdrage van de cultuur tot de duurzame ontwikkeling.’


Hocus pocus pats, ik wou dat de wereld... Hoe zou deze toverspreuk bij jou klinken? En hoe klinkt die bij Kyra Gantois, Joris Hessels en Britt Van Marsenille? We vroegen het hen. Maar eerst mogen ze antwoorden op een paar ongewone vragen. Wie of wat tovert een glimlach op je gezicht? Ben je de persoon geworden die je vroeger dacht dat je zou worden? Kan je van de planeet houden zoals je van mensen kan houden? Vragen om even bij stil te staan, om even anders te kijken en te denken. Kijk jij straks ook anders naar hen?

Kyra Gantois Klimaatactiviste Youth for Climate

Wie of wat tovert een lach op je gezicht?

46

Mijn vrienden en familie toveren wel een lach op mijn gezicht. Als alles een beetje tegenzit of het gaat even niet, zijn zij er altijd om mij te laten lachen. En ook gewoon in het algemeen: mensen die vriendelijk zijn, dat maakt me blij.

Wat bewonder jij in kinderen? Waarin zou je graag van kinderen bijles krijgen? Ik bewonder in kinderen dat ze nog niet veel angsten hebben. Ze worden nog een beetje afgeschermd van de buitenwereld en ze zeggen ook wat ze denken en soms kan dat natuurlijk een beetje grof zijn, maar het kan ook wel een kracht zijn.

Ben je de persoon geworden die je vroeger dacht dat je zou worden?

Ik ben totaal niet de persoon geworden die ik dacht dat ik ging worden. Ik had een heel moeilijk leven, met een moeilijke gezinssituatie en ik dacht dat ik daar nooit uit zou geraken, nooit zou kunnen gaan studeren,

nooit het beroep zou kunnen doen dat ik wil doen. En nu studeer ik, heb ik een heel gelukkig leven en denk ik wel dat ik ver kan geraken en kan doen wat ik wil doen.

Welke tip zou je kinderen geven die


‘nu’ nadenken over ‘later’?

Dat het altijd anders kan uitdraaien dan je nu wil, maar dat dat niet altijd negatief hoeft te zijn en dat je naarmate je ouder wordt ook anders gaat denken over ‘later’.

Zijn bossen belangrijk in je leven?

Bossen zijn heel belangrijk voor mij, onder meer omdat ze onze aarde laten ademen. Maar ook gewoon omdat ik vaak in bossen ga wandelen en ik vind daar echt rust. Je kan je even afzonderen van de wereld. Je hebt geen drukke straten en geluiden van auto’s en winkels en pratende mensen overal. Een bos is echt wel een rustpunt voor mij.

Je krijgt de woorden ‘bos’ en ‘wasverzachter’ en moet dit koppelen aan ‘klimaat’. Welke beelden, woorden, vragen, oplossingen… komen er in je op?

Er komt in mij op dat al die toxische vloeistoffen nog veel te vaak in de natuur terechtkomen. Dus wasverzachter is allemaal leuk voor je kleren, maar niet zo fijn voor de natuur.

Is de planeet M, V of X?

Ik denk dat de planeet V is, vrouwen aan de macht toch? Ik kan maar hopen dat het een vrouw is.

Kan je van de planeet houden zoals je van mensen kan houden?

Je moet van de planeet houden alsof het een mens is. De planeet ademt en eigenlijk zorgt die ervoor dat wij allemaal kunnen leven. Dus eens iets terugdoen voor die planeet, zoals zorgen dat je niet te veel plastic verbruikt, is niet te veel gevraagd toch?

Hocus pocus pats, ik wou dat de wereld…

… een betere wereld voor mijn toekomstige kinderen was.

Wie of wat tovert een lach op je

Joris Hessels Acteur, programmamaker gezicht?

Mijn kinderen zijn de lach op mijn gezicht. Elke glimlach, elke ontdekkingstocht van nieuwe dingen die ze ondergaan, het doet mij even alles vergeten en heel erg in het hier en nu in mijn armen knijpen. Ik hou van de lach omdat hij een mens openzet. Niet alleen voor de vrolijkheid maar voor gelijk welke emotie. Als ik op het toneel sta is de lach uit het publiek het mooiste dat er bestaat, omdat er connectie gemaakt wordt tussen ons en het publiek. Alleen dan is er ook plaats voor ontroering. En Ricky Gervais en Jonas Geirnaert doen mij heel vaak lachen van ontroering en onnozelheid.

Wat bewonder jij in kinderen? Waarin zou je graag van kinderen bijles krijgen?

Hun eerlijkheid. Hun onvoorwaardelijke liefde. Hun zin in nieuwe dingen. Hun goesting om te spelen op alle gebied. Hun op leven en dood spelen van spelletjes. Hun allesomvattend verdriet dat vaak snel overgaat. Daar kan ik uren bijles in gebruiken.

Ben je de persoon geworden die je vroeger dacht dat je zou worden?

Ik ben stilaan de mens aan het worden die ik altijd al was. Vroeger was er veel meer onwetendheid en was ik complexlozer. Ik had vroeger altijd het idee dat ik, als ik groot zou zijn, veel meer zou weten en kennen van het leven. Het tegendeel is waar.

47


Welke tip zou je kinderen geven die ‘nu’ nadenken over ‘later’?

Ik zou zeggen: wees niet bang om te falen, het hoort erbij. En leef echt in het hier en nu en ga op zoek naar wat je wilt en voelt en gun jezelf alle ruimte om dat te doen. Zegt pastoor Joris.

Zijn bossen belangrijk in je leven?

Een bos is een heerlijke plaats om te verstoppen, om te spelen, om te dromen! Ik ben een fervente wandelaar en een bos is zo een plek waar het goed is om te wandelen en om somtijds te verdwalen. Heerlijk!

Je krijgt de woorden ‘bos’ en ‘wasverzachter’ en moet dit koppelen aan

‘klimaat’. Welke beelden, woorden, vragen, oplossingen… komen er in je op?

Bij wasverzachter denk ik aan vervuiling. Plastic verpakkingen, beetje chemische geur die haaks staat op de natuurlijke geur van een bos. In een bos ligt veel vuil bij momenten. Bossen worden kleiner. Ze worden zelf verplaatst en gekapt door de overheid maar gelukkig zijn er altijd wel wereldverbeteraars die zich verschansen in een boom om dat bos van de kap te ontzien. Ik gebruik samen met mijn gezin bewust geen wasverzachter. Was hoeft niet verzacht. De wereld moet verzacht. Wereldverzachter… zou dat iets zijn?

Is de planeet M, V of X?

De planeet is M, V en X omdat de planeet iedereen moet ontvangen en thuis moet doen voelen.

Kan je van de planeet houden zoals je van mensen kan houden?

Ikzelf vind de planeet een wat abstract gegeven, mensen zijn iets concreter. Maar als het gaat over de planeet waar mijn kinderen moeten rondwandelen en spelen dan kan ik maar beter die planeet goed soigneren. En dan kan ik hem of haar of het maar beter graag zien.

Hocus pocus pats, ik wou dat de wereld… … wat zachter was.

Britt Van Marsenille Presentatrice en imker

Wie of wat tovert een lach op je gezicht?

48

Dat is heel veel, de kleinste dingen eerst. Een kind dat je hand zoekt als je samen op wandel bent of de straat wil oversteken bijvoorbeeld, dat is van zo een schoonheid! Vanochtend stopte ik om een vrachtwagen te laten passeren. Als die chauffeur dan even zijn richtingaanwijzers aanzet omdat hij dat apprecieert, daarvan ga ik glimlachen. Dat zijn kleine dingen, maar ik vind ze ontzettend fijn.

Wat bewonder jij in kinderen? Waarin zou je graag van kinderen bijles krijgen?

Hoe heerlijk en bijzonder is het om je uren bezig te kunnen houden met niks? Mijn nichtje van tien kan in het

zwembad uren bezig zijn met dingen opduiken, handstand, door de benen zwemmen. Ik herken dat. Als ik haar bezig zie, kan ik dat gevoel terug oproepen. Spijtig dat je die dingen afleert. Op een bepaald moment heb je het systeem van de wereld door en doe je dat niet meer. Maar het spelplezier en het plezier van in het leven staan, dat behoud je wel lang. Ik heb dat nog altijd.

Ben je de persoon geworden die je vroeger dacht dat je zou worden?

Ik heb als kind nooit bedacht wat ik nu doe. Hooguit dacht ik toen dat ik als dertiger – wat ik toen stokoud vond – een vaste job en een gezin zou hebben. Ik ben nu ouder dan dertig, heb geen vaste job en geen

gezin maar ik ben heel gelukkig. Ik weet wel dat ik boerin wou worden of piloot of stewardess! Dat kwam omdat ik ooit in de luchthaven een piloot met zijn crew zag, helemaal zoals in de film ‘Catch me if you can’. Thuis begon ik te oefenen: ik zette bekers gevuld met water op een dienblad en liep daarmee van de ene naar de andere kant van mijn bed. Zo oefende ik evenwicht, één van de skills die stewardessen volgens mij nodig hadden.

Welke tip zou je kinderen geven die ‘nu’ nadenken over later’?

Droom! En luister niet te veel naar wat anderen verlangen. Als het je interesseert en je smijt je, dan kan er veel. Ook als je niet de capaciteiten


hebt om bijvoorbeeld dokter of piloot te worden, zijn er vast dingen in die richting. Als je graag kapster wil worden, moet je daar voluit voor gaan. Je kan in die branche heel veel richtingen uit: je eigen kapperszaak, theater, opera, op een filmset in Amerika… En je kan jezelf altijd heruitvinden. Vier jaar geleden had ik nog nooit radio gemaakt en als ik morgen meubelmaker wil worden, kan dat nog.

Zijn bossen belangrijk in je leven?

Ik wandel heel graag in het bos. De lommerte vind ik heel fijn, net zoals de rust en de stilte. Ik kan twee uur met mijn hond wandelen in een bos en dan is hij minder vermoeid dan één uur in de stad. Dat zegt veel over de prikkels die we binnenkrijgen. Ik vind het ook altijd heel fijn om ver te kunnen kijken, dat doet mijn ogen zo’n deugd.

Je krijgt de woorden ‘bos’ en ‘wasverzachter’ en moet dit koppelen aan ‘klimaat’. Welke beelden, woorden, vragen, oplossingen… komen er in je op?

Die wasverzachter skippen we, dat is een luxeproduct dat we niet nodig hebben en dat komt dan weer in de natuur terecht. Bos en klimaat… omdat ik in de stad woon en het met mijn bijen niet goed gaat, denk ik dan aan een bosstad. Daar moeten we naartoe: overal groene daken met moestuinen en bomen. En veel plaats voor bijen.

Is de planeet M, V of X?

We zeggen Moeder Aarde, maar volgens mij is het X, noch man of vrouw. We moeten de aarde gewoon goed soigneren, het geslacht doet er niet toe.

Kan je van de planeet houden zoals je van mensen kan houden?

Tuurlijk! Ik ben daar sinds mijn twaalfde van overtuigd. Tijdens de catechese moest ik een lijstje maken van de vijf belangrijkste mensen of dingen in mijn leven. Ik vond dat al een rare opdracht. Moest ik dan bijvoorbeeld mijn moeder liever zien dan iemand anders? Dus zette ik mijn hond Janus op nummer 1.

Het gevolg was dat ik mijn communie niet mocht doen. Ik was niet rijp genoeg, want ik kon het onderscheid tussen mens en dier niet maken. Dat je een dier boven een mens zet op het vlak van graag zien, dat kon blijkbaar niet. Het is uiteindelijk in orde gekomen, maar ik weet zeker dat je van de planeet kan houden zoals je van mensen kan houden.

Hocus pocus pats, ik wou dat de wereld… … één grote bloemenzee was.

49


THEMA BOS

Bossen helpen ons dingen te maken.

Bossen zijn belangrijk voor dier en mens.

Zeg nooit zomaar bos

Bossen voeden ons en geven ons medicijnen.

Het bos is de thuis van heel veel diersoorten.

Bossen produceren zuurstof.

Bossen zuiveren water.

Bossen zijn gezond voor lichaam en geest.

Bossen houden ons koel.

Bossen vormen een buffer tegen extreme klimaatveranderingen.

Bossen helpen ons ontdekken en ontspannen.


COLOFON Redactie: Annik Verheyen, Irina De Groof, Sabine Anné, Sara De Piere Vormgeving & illustraties: Gunter Segers / guntersegers.be Fotografen: Elvire Van Oothegem (cover, Nella en Heerlijk buiten Leren), Geert Van Hoeymissen / VRT (Joris Hessels), Ian Segal (Kristien De Frenne), Irina De Groof (Modderdag), Marc Vervoort / Beeldzoeker (Leuk is yéééééééé!), Nel Berens (Kyra Gantois), Patrick Clerens (Bo en Victor), Sofie Silbermann / VRT (Britt Van Marsenille), VRT 2016 (Hans Van Dyck), Shutterstock (achterflap) Met dank aan: alle kinderen, juffen, meesters, scholen en Djapo medewerkers in Vlaanderen en wereldwijd voor hun medewerking, inspiratie en enthousiasme. Redactie PUNT! Een uitgave van Djapo vzw Ortolanenstraat 6 3010 Kessel-Lo 016/ 29 21 27 info@djapo.be www.djapo.be Volg ons op www.djapo.be www.facebook.com/djapovzw/ www.pinterest.com/djapovzw/ Verantwoordelijke uitgever: Belinda Wijckmans ©2019/DJAPO Voor alle informatie over artikels, privacy en auteursrecht kan je terecht bij Djapo. We hebben ons uiterste best gedaan om copyright van gebruikte foto’s na te gaan. Mocht er toch nog informatie ontbreken, contacteer dan info@djapo.be.

Djapo wil kinderen en jongeren keuzes leren maken voor een duurzamere wereld en stimuleert hen om complexe vraagstukken te ontrafelen en te onderzoeken, met de SDG’s of duurzame ontwikkelingsdoelstellingen als kader. Djapo combineert denkvaardigheden als systeemdenken, creatief denken en actiegericht werken met thema’s als water, klimaat, handel en kinderrechten. Kinderen en jongeren werken zo mee aan hun recht op een fijn leven op een gezonde planeet. Djapo ondersteunt leerkrachten kleuter- en lager onderwijs, scholen en steden en gemeenten en is ook actief in de lerarenopleiding. In het aanbod vind je educatief materiaal, prentenboeken, workshops in de klas, nascholing, coaching en advies. Met www.wereldlesidee.be is er ook een ruim digitaal aanbod met lessen, werkvormen, DIY en achtergrondinformatie.

met de steun van

De meningen die door Djapo worden uiteengezet, weerspiegelen niet noodzakelijk die van de Belgische Staat en verbinden deze laatste in geen geval.


Denkonderwijs: systeemdenken, creatief denken en filosoferen rond duurzaamheidsthema’s Systeemdenken om de natuur te begrijpen Teken eens een bos! Ideeën bedenken: werkvorm In de Roos Plastic soep: werkvorm De Siamese Rups Palmolie anders bekeken Heerlijk buiten leren: creatief denken buiten de klas En verder: werkvormen, knutseltips, werkbladen, interviews… en vooral heel veel inspiratie om in je klas te werken aan een fijn leven op een gezonde planeet.

www.djapo.be V.U.: Djapo, Ortolanenstraat 6 3010 Kessel-lo


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.