DJB#45 || JULI - AUGUSTUS 2010 || DJBROADCAST.NL || DJBROADCAST.FM || GRATIS
Design Special
pagina
10
voorwoord
DJBroadcast Design Special Weer geen wereldkampioen. Ditmaal zijn we er niet ingetuind, maar gewoon verslagen door een betere ploeg. Een lekker blij voorwoordje schrijven is nog nooit zo lastig geweest. We doen niettemin een poging. Want net als de mannen van Bert hebben ook wij de afgelopen maanden hard gewerkt en je hebt het resultaat van die arbeid nu in handen. Voor de tweede maal brengen we de DJB Design Special. Gewoon, omdat DJBroadcast zoveel meer is dan muziek en omdat we houden van mooie dingen. Dus hebben we meer aandacht aan de vormgeving (door onze vrienden van Maslow die ons blad al jarenlang smoel geven) besteed dan ooit. Maar verschijnen meer bekende namen ten tonele. Delta, Shoe en GO Galerie Oscar tippen de volgende generatie kunstenaars. Verder hebben Jordy ( Superoboturbo), Pieter Frank (PFFF), Louis, Clelia (Lil Shy) zichzelf in hun wereld afgebeeld en togen onze journalisten naar Antwerpen en Londen voor inspirerende events door Swatch en Converse. Veel plezier met dit nummer. Iniesta of geen Iniesta‌ Het DJBroadcast Team
index
16. MEDEWERKER V/D MAAND 18. NIEUWS 21. LOCATOR 22. DE MIXTAPE VAN… 24. BOEKEN 27. FILM/DVD 30. UNDERGROUND NOISE 32. TEES & SNEAKERS 35. NIGHTTEAM 36. WEEKENDWIJZER 38. BLUEPRINT LABEL 40. YOU’RE HERE ANTWERP 42. SWATCH LONDEN 44. DESIGN SPECIAL 52. DJB SHORCAST 54. DJB2B 56. IT’S A DESIGNERS WORLD 64. IN MEMORIAM: ROY AVNI 66. DIMITRI 68. DJ GREGORY 71. ECHOSPACE 73. TODD TERJE 74. GREEN VELVET 75. MOUNT KIMBIE 77. LAYO & BUSHWACKA 78. ESSENTIAL ALBUM 81. CD REVIEWS 87. VINYL TOP 25 89. CHARTS 91. GEAR REVIEWS 96. IN DE STUDIO MET…
colofon Uitgever
Victor Bakhuis (victor@djbroadcast.nl) Eric van den Bogaard (eric@djbroadcast.nl) Hoofdredactie
Michael Oudman (michael@djbroadcast.nl) Eindredactie
Alfred Bos (alfred@djbroadcast.nl) Redactie
Tom van Haaren (tom@djbroadcast.nl) RenĂŠ Passet (rene@djbroadcast.nl) Rogier van Kralingen (rogier@djbroadcast.nl) Tim Schoordijk (tim@djbroadcast.nl) Mariska Gunsing (mariska@djbroadcast.nl) Hans Verhaag (hilverhaag@gmail.com) Amber Viergever (amber@djbroadcast.nl) Angela Verleun (angela@djbroadcast.nl) Redactie fashion & lifestyle
Lianne van de Laar (lianne@djbroadcast.nl) Anouk Dingelmans Distributie
Michael Oudman (michael@djbroadcast.nl) Vormgeving
Maslow (hellow@maslow.nl) Illustraties
Stefan Glerum (Cover) 310K (Index) Studio Wonder (Mixtape) Woes van Haaften (Weekendwijzer) Fotografie
Lianne Van de Laar (lianne@djbroadcast.nl) Laila Cohen (Locator / Tees & Sneakers) Sales / Marketing
Victor Bakhuis (victor@djbroadcast.nl) Claartje Wolff (claartje@djbroadcast.nl) Minggus Dorpmans (minggus@djbroadcast.nl) Medewerkers
Art-D-Fact, Het Night Team, Reza Athar, Soe Rafeek, Hans Verhaag, Kennedy Abonnementen
Voor alle vragen over abonnementen en bezorging kun je terecht op www.djbroadcast.nl/subscribe. De abonnementenservice is te bereiken via abonnement@djbroadcast.nl Drukwerk
PRinterface Distributie
Citydogs social networks
twones.com/djbroadcast twitter.com/djbroadcast facebook.com/djbroadcast flickr.com/djbroadcast djbroadcast.hyves.nl myspace.com/djbroadcast DJBroadcast Magazine is een uitgave van Blueprint Media BV Redactieadres
Persberichten Agenda Telefoon E-mail Website
DJBroadcast.nl Postbus 3952 1001 AT Amsterdam www.djbroadcast.nl info@djbroadcast.nl agenda@djbroadcast.nl 020-6868600 info@djbroadcast.nl www.djbroadcast.nl
pagina
16
Medewerker van de maand Klaas Kleiterp
Nu op
Klaas Kleiterp is één van de drijvende krachten geweest achter het DJB 24 project, samen met Tijn Benedek. Beiden ontzettend bedankt hiervoor, jullie waren absoluut onmisbaar. Hoe dan ook, Klaas is bijna klaar met zijn opleiding Interactieve Media, en hoopt binnenkort aan de slag te kunnen bij een leuk creatief bedrijf. Leest iedereen mee? In de vrije tijd heeft hij de neiging om techno te draaien. “Onder de ijzersterke naam The Plateswitcher” aldus meneer Kleiterp zelf. Sinds een ongeluk waarbij hij al cape dragend met zijn met Batman sticker beplakte skelter over de kop sloeg is de fiets zijn belangrijkste vervoermiddel geworden. Dat is overigens niet het enige overblijfsel aan het ongeluk. Desondanks vinden we het hartstikke fijn dat hij ons team tijdens Solar weer komt versterken. Een echte medewerker van de maand dus. Klaas, van harte met deze eer.
Podcasts Bomb Diggy, Wolf + Lamb en Vakula News Halve finalisten van de Grote Prijs bekend, De terugkomst van Robodock, Dance TV via de satelliet Partyshots Costa del Soul, Have a Nice Day en Josh Wink in Tivoli
Freeloader Art Vinyl Je mooiste hoezen kun je aan de muur hangen met deze Art Vinyl lijsten. DJB mag 8 single frames en één triple frame weggeven.
AIAIAI laptopstand Laptopstands zijn doorgaans niet de meest fraaie bureau attributen, maar deze gele AIAIAI laptopstands mogen er best zijn. DJB mag er 3 van weggeven.
Calligraffiti Shoe heeft jarenlang het Amsterdamse straatbeeld opgewaardeerd. In de jaren daarna heeft hij zich geprofileerd als topvormgever. Van het gedocumenteerde werk is een boek uitgebracht waarvan wij er één mogen weggeven. Surf naar www.djbroadcast.nl/win voor de prijsvragen
pagina
18
news
De Red Bull Music Academy Sound Gallery is los Zoals waarschijnlijk wel duidelijk is geworden draait de Red Bull Music Academy Sound Gallery in de Sugar Factory momenteel op volle toeren. Er zijn twee exta dagen ingelast – in plaats van de oorspronkelijke vijf wordt er nu op elke dag van de week radio gemaakt – en alle crews zijn ondertussen aan de beurt geweest. De tussenstand? Veel zweet, veel goede en afwisselende muziek, veel blije gezichten. Daarnaast heeft iedere crew ondertussen zijn eigen pagina op djbroadcast.fm, waar elke show na uitzending ook nog als stream te beluisteren is. Handig voor vrienden van de crews die ’s avonds liever iets anders doen dan voor de internet radio hangen. Kun je tenminste ook op je werk genieten van goede muziek en de stemmen van je homies. Nog één keer voor de duidelijkheid: elke dag tussen 19:00 en 23:00 worden er twee shows uitgezonden, van elk twee uur. Tune in via djbroadcast.fm.
Loveland viert lustrum Op zaterdag 14 augustus vindt in het Sloterpark in Amsterdam het jaarlijkse Loveland Festival plaats. Het is de vijfde editie, dus Loveland Festival viert haar eerste lustrum. In plaats van groot-groter-grootst te gaan, heeft de organisatie gekozen voor dezelfde opzet die het festival de afgelopen jaren tot een succes maakten. Dat betekent zeven podia waar zo’n zeventig dj’s en live acts staan geprogrammeerd. Daartussen staan namen als Sasha, Erick Morillo, Sébastien Léger, Ron Carroll, Michael Mayer, Frankie Knuckles en Âme. De Nederlandse afvaardiging telt ondermeer Fedde Le Grand, Laidback Luke, Funkerman, Secret Cinema, De Man Zonder Schaduw en Boemklatsch. Daarbij is er, geheel naar het Rollergirl thema van dit jaar, de grootste outdoor rollerdisco ter wereld. Loveland Festival duurt van 10.00 tot 23.00 en aangezien er veel water in de buurt is – en het hopelijk volop zomer is – behoren badpakken tot de feestuitrusting. De toegang is € 59 (ex fee) per persoon. www.loveland.nl
pagina
19
Nature One viert tolerantie Van vrijdag 30 juli tot en met zondag 1 augustus is de voormalige raketbasis Pydna nabij het stadje Kastellaun in de Duitse deelstaat Rijnland-Palts het decor voor het Nature One festival. Dat vindt dit jaar voor de 16de maal plaats. Verdeeld over vier hoofdpodia en 19 andere podia in tenten en bunkers vertonen zo’n driehonderd acts en dj’s hun kunsten, in elke denkbare stijl van het dance spectrum, van veteranen tot vers talent. Een kleine greep uit het aanbod: Paul van Dyk, Carl Cox, Armin van Buuren, Ferry Corsten, DJ Hell, Chris Liebing, Dave Clarke, maar ook Felix Kröcher en Sven Wittekind. Er is zelfs een weerzien met Charly Lownoise & Mental Theo. Nature One staat bekend om zijn vreedzame sfeer; het festival trekt gemiddeld 60.000 bezoekers, waarvan 20% van buiten Duitsland komt. “Iedereen spreekt dezelfde taal – die van muziek, van tolerantie en van ruimdenkendheid”, stelt de organisatie, die dit jaar heeft gekozen voor het thema ‘the flag keeps flying’. Bezoekers kunnen overnachten op de Camping Village van 120 hectare. Kaarten zijn verkrijgbaar via seedance.nl, paylogictickets.nl, bij alle bekende voorverkooppunten, op het telefoonnummer +49 (0) 261 921 5840 en via internet. www.nature-one.de
Gratis Matrixx in het park Van zaterdag 17 tot en met vrijdag 23 juli staat Nijmegen in het teken van feest. Aanleiding om de oudste stad van Nederland om te toveren tot één groot pretpark is het jaarlijkse wandelevenement de Vierdaagse, die maandag 19 juli van start gaat. Door de hele stad zijn feestelijke activiteiten en de bekende club Matrixx organiseert een week lang dagelijks in de avonduren een dansevenement, Matrixx at the park. Plaats van handeling is het Hunnerpark, aan de voet van de Waalbrug. Verdeeld over twee podia draaien een keur aan dj’s. Op zonderdag 18 juli is het al vanaf 14.00 prijs met Alex van Oostrom, die onder de noemer 40Up knallers uit de jaren ’70, ’80 en ’90 zal draaien. Voor het volledige programma van Matrixx at the park, zie de website. De toegang is gratis. www.matrixx.nl
tekst
amber viergever
fotografie
laila cohen
djb locator
Gorilli Concept Store
Deze keer reizen we in zuidelijke richting voor de Locator, en wel naar Rotterdam, waar zich de conceptstore Gorilli bevindt. Na eerst uitvoerig de plattegrond bestudeerd te hebben, blijkt de winkel helemaal niet zo moeilijk te vinden als we dachten. Ach ja, dat krijg je ervan als je altijd maar in het vertrouwde Amsterdam blijft hangen. Zodra we een voet over de drempel zetten begint ons hart sneller te kloppen. We spreken met één van de twee trotse eigenaren, Talat. We treffen een grote witte ruimte waar een zorgvuldig geselecteerde collectie aan kleding, schoenen, accessoires, gadgets, designer toys, boeken en geuren ons op een aangename manier verrast. Net even buiten het reguliere winkelgebied, op de hoek van de Oppert en het Grote Kerkplein bevindt zich al twee jaar de Gorilli Concept Store. Talat: “We hebben de locatie heel bewust gekozen. Ten eerste is het een nieuwbouwpand dus konden we er alles mee doen wat we wilden. Ten tweede zijn onze producten niet echt bedoeld voor iedereen. Dat klinkt misschien lullig, maar als je op de Lijnbaan zou zitten heb je eerder het probleem dat je mensen moet tegenhouden, wat zorgt voor veel gelazer. Nu is het zo van, als je ons wilt vinden, dan vind je ons.” Over alles wat Gorilli doet is nagedacht en dan vooral zo onafhankelijk mogelijk. “Alle merken die we hebben zijn ontstaan uit een nauwe samenwerking met kunstenaars of het zijn onafhankelijke merken uit de Amerikaanse streetwear scene.” Maar ook Comme des Garçons achtige dingen kun je vinden bij Gorilli. “Merken die heel hoog in de designerwereld staan vinden we ook tof, als het maar een bepaalde diepgang heeft.” Dat over alles is nagedacht bij Gorilli moge wel duidelijk zijn. Neem als voorbeeld de naam van de store. “In Gorilli zit het woord gorilla en guerrilla. Bij beide woorden komt er een soort macho gedachte in je op. Uiteindelijk hebben we van de laatste letter een i gemaakt.” Als we Talat vragen waarom verklaart hij dat zo de meisjes het ook leuk kunnen vinden. En vrouwelijk schoon in je winkel is natuurlijk mooi meegenomen. Als we in de winkel om ons heen kijken zien we een soort kleurveranderende lichtconstructie die als kledingrek dient. Talat: “Het is een systeem waar alle kleding aan hangt en tegelijkertijd het eye-catching decor van de hele winkel. Het is door ons zelf ontworpen omdat in eerste instantie geen enkel ontwerpbureau
het mogelijk achtte. We hoorden steeds “Nee, dat kan niet, lukt niet, onmogelijk” Toen hij er eenmaal hing schrok iedereen zich dood.” Gorilli voert merken uit de hele wereld, waarbij de focus op Parijs en Tokyo ligt. “Door dit te doen maken we het zo moeilijk mogelijk voor andere winkels om ons na te apen. Bijna alle merken die we hebben zijn exclusief voor Nederland of exclusief voor Rotterdam. Denk hierbij aan merken als Nom de Guerre, BBC Ice Cream, Wood Wood, en Original Fake. Ik krijg dagelijks mails binnen van merken die bij Gorilli willen hangen. Maar zo werkt het bij ons niet. Wij gaan alleen in zee met de merken die we zelf tof vinden. Een goed voorbeeld hiervan is Nike. Veel winkels in onze omgeving vinden dat ze Nike moeten hebben, maar van ons hoeft dat niet. En ja, dat vindt Nike niet zo leuk.” Waarom moeten de lezers van DJBroadcast naar Gorilli komen? “Gorilli heeft veel raakvlakken met muziek. Er zijn veel artiesten die hun eigen merk hebben en je merkt dat de meeste jongens die in de muziekscene zitten hier regelmatig heen komen voor de styling. Ook zijn we de enige kledingwinkel in Nederland die Beats By Dre verkoopt.” Gorilli Concept Store kun je vinden op de Oppert 296 – 298 in Rotterdam. De winkel is iedere dag geopend, meestal vanaf 12 uur. De webshop kun je bezoeken via onderstaande link. www.gorilli.com
pagina
21
pagina
22
de mixtape van....
tekst
michael oudman
illustratie
studio wonder
De mixtape komt deze keer van Sander op den Dries en Camiel Voorn: Media ontwerpers onder de naam Studio Wonder. ’s Nachts zijn ze actief als vj collectief Wonderboys. De liefde voor muziek zit het duo als gegoten. Ooit deelde DJB nog een kantoor met Sander, en momenteel deelt het duo een kantoor met Bart Folmer: actief als dj Radion en oud drummer van Funkstorung. Het duo ontkomt dus niet aan muzikale input vanuit alle kanten. Bijna vanzelfsprekend zijn ook de samenwerkingen met verschillende organisatoren uit het land, zoals 8Bahn, Deventer Dub Sessions, Lofar en Vage Gasten. Hoogtepunten voor de Wonderboys zijn dit jaar: vj-en op Awakenings en Incredible. Mijnheer op den Dries vertelt het idee van de mixtape: “Deze mixtape is een selectie die dit jaar en het afgelopen najaar van 2009 belangrijk voor ons waren en/ of zijn of waar we een speciale band mee hebben.” Suarez - On Attend “Bart is druk bezig met organiseren van het leuke festival in Deventer “Slowlands” hier doet hij een groot gedeelte van de programmering voor. Toen hij ons dit leuke bandje uit België liet horen waren we gelijk verkocht en draaien het nu al weken achter elkaar. Suarez is meteen geboekt en komt gezellig spelen op 11 september in het Havenkwartier.” The XX - VCR “Iedereen heeft er al over gesproken en geschreven. Maar ook wij zijn verliefd geraakt op de mooie liedjes van The XX… Ik kan deze track wel blijven draaien als we aan het werk zijn.” Nosaj Thing - Coat of Arms “Afgelopen voorjaar hebben we tijdens 5 Days Off in de veel te volle Paradiso met onze mond open staan kijken naar het o-zo-gruwelijke live concert van Nosaj Thing. Deze CD kunnen we ook helemaal dromen. Te gek om je zure maandagochtend mee te beginnen.”
Radion - Symbol “Zoals we al zijn zeiden wordt er veel muziek geluisterd bij ons in de studio. Maar ook gemaakt. Symbol is een productie van Radion die alle emoties bij ons los breekt. Mooi electronisch geweld.” Four Tet - Love Cry “Na het beluisteren van het nieuwe album van Four Tet moest ik even wennen. Maar dit bleek zeer geschikt te zijn als groei cd en na een aantal keren deze plaat tot ons te nemen zijn we er van gaan houden. Love Cry is zo’n voorbeeld dat het goed doet zowel op de dansvloer als tijdens noeste arbeid! Heerlijk.” Schwarz/Ame/Dixon Berlin-Karlsruhe Express “Het Innervisions label staat bij ons al jaren geboekt als kwaliteit waar je U tegen zegt. Al tijd net iets anders. Deze track is een sort rollende trein op weg naar het dansfeest van je dromen… Laat maar rollen die trein.” Ferdi Blankena - Langkawi “Wij werken al jaren voor de dans organisatie Deventer Dub Sessions. En wij horen daarom ook al meestal als een van de eerste de nieuwste tracks uit de stal van Meester dj Ferdi Blankena. Deze track kennen we dan ook al een tijdje. De track is onlangs uitgekomen op Wolfskuil. Wij zijn zeer trots op Ferdi helemaal omdat hij zowel met zijn producties als met het draaien van plaatjes erg aan de weg timmert!” Atjazz, Domu & Yannah Valdevit Info People (Atjazz Floor Dub) “Wij hebben een erg grote voorliefde voor jazz/ housey geluiden en laat Atjazz dit nu al jaren maken. Deze track zijn we laatst weer tegen het lijf gelopen en vinden dat deze weer helemaal hot is in de warme zomer anno 2010.” Mood II Swing - Move Me “Wat moeten we er nog meer over zeggen. Gewoon lekker swingen. Kid Culture - Wappie Campers “De vrienden van de 8Bahn dansorganisatie kwamen naar ons toe met het geweldige nieuws dat ze naast hun huidige bezigheden ook bezig gingen met het opzetten van een label. Genaamd Sienna. Toen ze op een feestje bij ons in Deventer de aller eerste sampler lieten horen wist ik niet meer wat ik moest zeggen! Ik was verkocht. Net zoals de rest van de wereld.” Tinie Tempah - Pass Out (Instrumental) “Vaak zijn we niet heel erg gecharmeerd van de wat commercielere dansmuziek. Maar nadat we een keer moesten VJen tijdens een avond met Don Diablo kregen we dit nummer maar niet uit ons hoofd. Nog 2 weken daarna pompte we deze track door ons kantoor vonden hem nog steeds vet Hij werkt ook fijn als achtergrond voor een leuk gemonteerd filmpje.”
De mixtape is op maandag, woensdag en zaterdag van 12:00 tot 13:00 te beluisteren op DJBroadcast.fm
DJBroadcast.fm is powered by
pagina
24
boeken
boek
alfred bos
De merkwaardige historie van de vocoder
Berlijn is het Hollywood van de techno
Nooit geweten dat de vocoder een product van de Tweede Wereldoorlog was, net zoals radar, de computer en rakettechnologie. Het apparaat waarmee de menselijke stem wordt vervormd is al in 1928 door het Bell Lab ontwikkeld. De geallieerde leiders gebruikten ‘m in de oorlog om te voorkomen dat hun telefoongesprekken door de Nazi’s werden afgeluisterd. De vocoder werd algemeen bekend in de popmuziek dankzij Kraftwerks Autobahn. Dat was 1974 en twee jaar later werden de militaire achtergrond van de vocoder van het etiket ‘geheim’ verlost. Giorgio Mordoder gebruikte het ding voor zijn electronische disco en Afrika Bambaata gebruikte de stemvervormer in zijn muziek en zijn dj sets. Dat alles en nog veel meer is te lezen in het heerlijke boek over de vocoder, How To Wreck A Nice Beach (‘how to recognize speech’). Het geeft de geschiedenis, gebruik en impact van de stemvervormer op de populaire muziek. Vooral in de eerste fase van hip hop heeft het apparaat een opmerkelijke rol gespeeld. Met veel illustraties en weinig minder dan een openbaring.
Wat mode is voor Milaan en film voor Hollywood is techno voor de hoofdstad van Duitsland. Cultuur en politiek zijn het voornaamste wat Berlijn te bieden heeft; er is geen media industrie, het is geen financieel centrum, er zitten geen hoofdkantoren van internationale bedrijven. Na de millenniumwisseling groeide Berlijn uit tot technohoofdstad van Europa en zelfs de wereld. Tobias Rapp noemt in zijn boek, Lost And Sound, drie ontwikkelingen: de opkomst van de afterparties in 2003; de vorming van de ‘club mile’ aan de Spree, waar een aantal belangrijke clubs zijn gevestigd; en de stroom buitenlandse bezoekers, mogelijk dankzij goedkope vluchten. Lost And Sound is geen geschiedenisles, ook geen encyclopedie van de Berlijnse clubscene. Rapp is ‘ervaringsdeskundige’ en beschrijft sfeer en ontwikkelingen. Het Innervisions gaf het boek twee jaar terug uit en de respons rechtvaardigde een Engelse vertaling.
Dave Tompkins – How To Wreck A Nice Beach: The vocoder from World War II To Hip-Hop, the machine speaks (Stopsmiling Books) gebonden, 334 pagina’s, prijs € 33,99
How To Wreck A Beach is uit voorraad leverbaar bij The American Book Centers in Amsterdam en Den Haag.
Tobias Rapp – Lost And Sound: Berlin, Techno and the Easyjet Set (Innervisions) paperback, 288 pagina’s, prijs circa € 12
tekst
alfred bos
film & dvd
pagina
27
The Illusionist Ode aan Jacques Tati en een verloren wereld Roep ‘animatie’ en iedereen denkt aan Disney – of tegenwoordig Pixar – en wellicht zal een hipster iets over anime mompelen. Maar er was ooit een bloeiende Europese animatiefilm en de Fransman Sylvain Chomet houdt die traditie levend. Zijn meest recente werkstuk, L’Illusioniste/ The Illusionist, is een tekenfilm voor en over volwassenen in een snel veranderende wereld. De film heeft humor, melancholie en levenswijsheid. En ziet er schitterend uit.
Sylvain Chomet heeft iets met entertainment uit vervlogen tijden. In zijn vorige, eerste lange animatiefilm, Les Triplettes De Belville uit 2003, speelt een dameszangtrio uit het vooroorlogse cabaret een voorname rol; de bejaarde dames blijken mannetjesputters. Vergane glorie roept al snel melancholie op en dat is de sfeer van L’Illusioniste. Het regent vaak in de vijf kwartier die de rolprent duurt.
L’Illusioniste is gebaseerd op een nooit gerealiseerd script van de legendarische Franse regisseur en acteur Jacques Tati. De hoofdpersoon van Sylvain Chomets tweede lange tekenfilm is een goochelaar op leeftijd, die qua uiterlijk, karakter en lichaamstaal veel van Tati wegheeft. De oude meester komt zelf ook nog even in beeld als de goochelaar een bioscoop binnenloopt; daar draait Tati’s befaamde Mon Oncle uit 1958.
Hip-geklede trendsetter Via een Schots vissersdorpje komt de goochelaar terecht in de Schotse hoofdstad Edinburgh, waar het grootste deel van de film zich afspeelt; het is tevens de woonplaats van de Franse animator. Hij verblijft, samen met een jonge vrouweljke bewonderaarster uit het vissersdorp, in een schamel hotel. Daar wonen nog meer varieté kunstenaars op retour: een melancholieke clown, een depressieve buikspreker en een fakir. Ze hebben geen toekomst.
De tekenfilm begint in het Parijs van 1959, wanneer de moderne wereld plaats begint te maken voor de postmoderne. Klassiek varieté – of music hall, zoals ze het vooroorlogse theatervermaak in Engeland noemen – is op zijn retour en maakt plaats voor televisie en rock ’n roll. De goochelaar dreigt zonder werk te raken en steekt over naar Londen. Ook daar verandert de wereld en is er nauwelijks emplooi voor een varieté artiest op leeftijd.
Dat heeft de goochelaar eigenlijk ook niet, maar hij slaat zich stoïcijns door de omstandigheden heen. Het meisje ondertussen laaft zich aan de glamour van de grote stad en verandert van een onooglijke werkster in een een hip-geklede trendsetter. Ze vindt de liefde en de goochelaar reist door naar de volgende stad. Het lijkt een treurige boodschap, maar de melancholie wordt verzacht door humor en onthechting. Hier wordt een levensles subtiel gebracht.
Zo verteld is L’Illusioniste geen dijenkletser en de film zit vol met kleine doch humorvolle details – en verwijzingen naar Tati. De stijl is om te beginnen des Tati’s: geen dialogen, het verhaal wordt verteld door gebaar en lichaamstaal. Wat de soundtrack vol geluidseffecten – inclusief universele brabbeltaal – extra belangrijk maakt. Ook heeft de goochelaar veel van Tati’s bekendste personage, Mr. Hulot (de hoofdpersoon van Les Vacances De Monsigneur Hulot uit 1953, door Tati zelf gespeeld). Hij is onhandig én een overlever, die het menselijke gedoe met afstandelijke ironie beziet; een soort Franse tegenhanger van Charlie Chaplin. Het geeft L’Illusioniste ook het aura van een klassieke stomme film, zonder de grote gebaren en dramatische mimiek die daar bij horen. Sylvain Chomets vorige tekenfilms, Les Triplettes De Belville en de kortfilm La Vieille Dame Et Les Pigeons (De oude vrouw en de duiven) uit 1996, werden beiden genomineerd voor een Oscar. Die eer komt L’Illusioniste ook toe, het is een schitterend gerealiseerde ode aan een verloren tijdperk – waartoe ook de Europese animatiefilm behoort. En bovendien, drie keer is scheepsrecht. L’Illusioniste draait vanaf 22 juli in de Nederlandse bioscoop. www.lillusioniste-lefilm.com
tekst
alfred bos
film & dvd
pagina
29
Sterke Verhalen, slappe thee Iedereen die zijn eindexamen met goed gevolg heeft afgelegd, weet het. De zomer na dat examen heeft iets magisch, het gevoel van vrijheid en verwachting werkt als een afrodisiac. Alles is opeens lichter, makkelijker, leuker. Over dat gevoel gaat de film Sterke Verhalen. Sterke Verhalen is de debuutfilm van Teddy Cherim en Kees van Nieuwkerk, die het verhaal bedachten tijdens hun opleiding aan de Metropolitan Film School in Londen; twee jaar terug werkten ze samen aan The Pitch, een kortfilm. Sterke Verhalen gaat over een groepje Amsterdamse jong-volwassenen die een dansfeest organiseren. De MacGuffin, zoals filmlegende Alfred Hitchcock het attribuut noemde waar de film om scharniert, is een pinguin. Die wordt uit Artis gestolen om wat extra publiciteit voor het feest te genereren. De film zoomt in op de ervaringswereld van het groepje. Dat betekent: hangen op de bank, zuipen, neuken, feesten. En niet veel meer. De cliché’s over Amsterdam en het studentenleven wordt ruimschoots bevestigd, wat dat betreft weinig verrassingen. Die moet vooral komen van de verteltechniek. Cherim en Van Nieuwkerk werken met een raamvertelling: het film toont het verhaal dat jongeren elkaar vertellen wanneer ze schuilen voor de regen. Sterke Verhalen oogt en voelt als een commercial. De hoofdpersonages zijn stereotypen, geen karakters met enige diepgang. Ze worden nauwelijks geïntroduceerd en ze dazen een beetje rond. Het verhaal is dun en de climax nog dunner. Het opmerkelijkste aan Sterke Verhalen zijn niet de beelden, maar de taal. Hoofdpersoon Dennis, een Marokkaan, spreekt voortreffelijk ABN; twee Nederlandse straatschoffies een onverstaanbaar koeterwaals. Een geestige omkering, voor het overige is Sterke Verhalen vooral slappe thee. Tip om de tijd door te komen: zoek naar bekende acteurs in bijrollen. Sterke Verhalen draait vanaf 19 augustus in de Nederlandse bioscoop. www.sterkeverhalendefilm.nl
The Joneses schijn rijmt op pijn The Joneses zijn het perfecte gezin in het perfecte huis met de perfecte spullen. Had je gedacht. The Joneses is de debuutfilm van de in Duitsland geboren regisseur Derrick Borte, die ook tekende voor het script. Het is een zwarte komedie over consumentisme en marketing machinaties. “Whoever dies with the most toys wins”, zegt een van de karakters en het had de slogan van de film kunnen zijn. Achter de perfecte schijn gaapt een peilloze leegte. En die moet worden gevuld met – consumeren! Meer, groter, duurder. Een van de charmes van The Joneses is – naast de fijne satire en de spitse dialogen – de geleidelijke ontmaskering van de schijn. We worden gemanipuleerd waar we bij staan en de waarheid is het laatste wat we willen horen. Klinkt moralistisch, maar dat is de film niet. Er kan gelachen worden. Om het dolgedraaide consumentisme. Om het gemak waarmee mensen achter hypes aantip-
pelen. Om de gehaaide manieren waarop Steve (David Duchovny), zijn ‘vrouw’ Kate (Demi Moore) en hun kroost hun omgeving op schijnbaar achteleloze wijze jaloers krijgen. En om de meest fantastische maar overbodige gadgets, met als klapper het intelligente toilet. Dat wuift je billen droog. En laten we eerlijk zijn, dit soort onderhoudend maar kritische films zijn dun gezaaid in Hollywood. Zonder nu gelijk van hetzelfde niveau te zijn, doet The Joneses denken aan de komedies van Frank Capra uit de jaren ’30 en ’40. De film ging in premiere tijdens het filmfestival van Toronto en werd enthousiast ontvangen. In Amerika is hij echter al geflopt. Omdat daar wellicht al net iets teveel mensen uit hun nietafbetaalde huis zijn gezet. Schijn rijmt op pijn. The Joneses draait vanaf 12 augustus in de Nederlandse bioscoop. www.thejonesesmovie.com
pagina
30
underground noise
Zonder flux capacitor De technieken van deze tijd zijn onvoorstelbaar. De stoutste dromen die men eind jaren ‘70 had – beeldtelefoon, alles electrisch, compacte draagbare muziekspelers – zijn ondertussen meer dan uitgekomen. Dikwijls met een navenant hedendaagse vormgeving. Clean, strak, sober of juist fel van kleur, maar zelden met charme. Charme zoals we die kennen van de jaren ’70. Houtfineer, hoogpolig tapijt en oranje domineerden huiskamers en hotelkamers over heel de wereld. Alex Varanese moet hetzelfde gedacht hebben, en maakte in zijn hoofd een tijdreis, 30 jaar terug in de tijd, om daar hedendaagse technieken te verpakken in de stijl van toen. Het motto? Er is retro, maar er is ook tijdreizen. www.alexvaranese.com
tekst
michael oudman
pagina
31
pagina
32
tees & sneakers
productie, styling, fotografie
laila cohen & anouk dingelmans
locatie met dank aan
paulien van der meer
01 05 02 03
04
19
30 18
29
17
28
16
27
26
15
14 13
01. tee Cold Method via MEN_at_WORK, www.Menatwork.nl 02. tee Piet Parra via Ben-G, www.ben-g.nl 03. tee Junk de Luxe via MEN_at_WORK, www.Menatwork.nl 04. tee WeSC, www.wesc.com 05. tee Piet Parra via Ben G, www.ben-g.nl 06. tee Die for It via MEN_at_WORK, www.Menatwork.nl 07. tee Die for It via MEN_at_WORK, www.Menatwork.nl 08. tee Skate Mental via Ben G, www.ben-g.nl 09. tee Junk de Luxe via MEN_at_WORK, www.Menatwork.nl 10. sneaker Vans, www.vans.com 11. sneaker Supra, www.suprafootwear.com 12. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 13. sneaker Pointer AJS via Carhartt, www.pointerfootwear.com 14. sneaker Gravis, www.gravisfootwear.com 15. sneaker Nike via Ben G, www.ben-g.nl 16. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 17. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 18. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 19. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 20. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 21. sneaker Supra, www.suprafootwear.com 22. sneaker Nike via Ben G, www.ben-g.nl 23. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 24. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 25. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 26. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 27. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 28. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 29. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com 30. sneaker Pointer via Carhartt, www.pointerfootwear.com
09
08
07
06
09
25
24 23
22 21 20
12 11
10
tekst
het nightteam
fotografie
pagina
35
zula van gom
t r o p e r t h g ni Darelle (links) – Haagse Glorie
Met in dit Nightreport: Hollandse amazones veroveren Sonar, techno-hooligan Dave Clarke bekent kleur en International DJ Gigolo DJ Hell komt van een koude kermis thuis. Stoere meiden genoeg in danceland, daarom halen ze ook regelmatig de kolommen van dit Nightreport. Maar een van de allerstoerste is toch wel Darelle Bos, partyanimal and loudmouth eerste klas en bovendien de levensgezellin van Pieter Ridder van Jason & The Argonauts. Darelle en Pieter waren samen met een grote delegatie van minstens honderd Nederlanders naar Barcelona gekomen voor de jaarlijkse Sonar-week, waar Nederland zijn beste beentje voorzette, kunnen we jullie verzekeren. **** Toch speelde het volgende voorval zich niet af in het holst van de nacht, maar op klaarlichte dag op een plein vol toeristen. Barcelona is berucht om zijn zakkenrollers en gehaaide straatrovers, maar de laatsten maakten in de altijd extra winstgevende Sonar-week dit keer echter een fatal error bovenste plank aangezien ze een slachtoffer uitkozen waar ze zich even danig in verslikten. Darelle, een lieftallige, hoogblonde Haagse dame had de tas met al haar bezittingen even niet in de gaten gehouden en werd daarvoor onmiddelijk bestraft: zo stond de tas er nog en zo was ie verdwenen. *** Barstte ze in tranen uit en zocht ze troost bij manlief? Tuurlijk niet. We hebben het hier over de onverschrokken Darelle. Met grote stappen banjerde ze over het plein op zoek naar haar bezittingen en zowaar: op een steenworp afstand ontwaardde ze haar gestolen eigendom in de handen van een Spaanse onverlaat, die juist de inhoud van zijn nieuwste buit aan het bestuderen was.*** PETS! Met de vlakke hand gaf de furieuze Darelle de Spaanse aso een klap vol in het gezicht, terwijl ze met de andere hand de tas terug griste. Helemaal beduusd kon de nu niet meer zo stoere crimineel alleen nog luidruchtig protesteren over het onrecht dat hem hier werd aangedaan, maar Darelle was al weer vetrokken richting haar vriendje Pieter, die het hele voorval overigens compleet had gemist. Darelle redt zich wel. *** Ook niet voor de poes: een andere stoere dame, Vanessa Vassallo, die – eveneens in Barcelona – weer eens flink de bloemetjes buiten zetten. Zo werd ze gespot in een innige omhelzing met een internationale dj-ster, van wie ze later de naam was vergeten – al had hij haar bij het afscheid nog wel gezegd dat ze elkaar op het Awakenings-festival terug zouden zien. *** Een dag later was Vanes opnieuw helemaal in haar element (of zoals ze het zelf noemde: ‘in haar nopjes’) op het Studio 80-feest in hotel ME, waar een line up met onder andere Anthony Collins, Gideon Bouwens, Julien Chaptal, Boris
Werner en Gregor Tresher een Resident Night presenteerden waar de vonken van af sloegen. Afsluiter Kabale Und Liebe maakte het feest compleet met een sterke set, waarbij het dak er af ging, waarna ruim zeshonderd bezoekers tevreden huiswaarts of naar de diverse afters vertrokken. Hooligan En zoals iedere twee jaar stond Sonar ook een beetje in het teken van het WK voetbal. De almaar groeiende groep Hollandse danceliefhebbers die ieder jaar afkomt op het Barcelonese festival, dompelt zich tijdens een wedstrijd van onze jongens maar al te graag onder in schaamteloos voetbalnationalisme. *** Zo ook Dave Clarke, die dankzij zijn Amsterdamse pied-a-terre steeds vaker in onze vaderlandse gelederen wordt gespot. Voor de wedstrijd Nederland-Japan had de Britse voetballiefhebber zich zelfs in het oranje tenue van onze landploeg getooid. Zijn flauwe moppen ten spijt (‘What’s the difference between Cinderella and the English goal-keeper? Cinderella did get to the ball.’) bleek Clarke een uitstekende aanwinst voor onze landelijke F-side. Een week later verscheen hij zelfs met een oranje pet en shirt op Awakenings festival. ‘Ik distantieer me bij deze van het Engelse team.’ Zouden wij ook
doen hoor, Dave. *** Ons land is in ieder geval een techno-hooligan rijker. Koude kermis Evenals het Engelse team kwam ook DJ Hell laatst van een koude kermis thuis. De Duitse DJ Gigolo was door een Russische maffioso slash clubeigenaar uitgenodigd voor een dj-set ergens in een b-gemeente op de Siberische taiga. Na een first class vlucht werd hij verwelkomd in de mooiste suite van het beste vijfsterrenhotel in de omtrek. ‘s Avonds werd hij gefêteerd door zijn gastheer en toog hij geheel verzadigd en klaar voor de strijd naar de club. De sfeer zat er goed in, toen Hell na twee platen te hebben opgezet een tikje op de schouder kreeg van meneer de clubeigenaar. ‘He gonna play now!’ zei de man bits, wijzend naar een plaatselijke dj met platentas. Waarop Hell natuurlijk verontwaardigd reageerde. *** Maar het mocht niet baten: De Duitse superster-dj kreeg zijn limousine voorgereden en mocht vertrekken naar zijn hotel, om de volgende dag met de noorderzon (en duizenden euro’s op zak) te vertrekken. *** De makkelijkst verdiende dj-fee ooit, maar leuk is natuurlijk anders… *** Naar waarheid opgetekend, Uw Nightteam
weekendwijzer
foto ‘Springplank’ Woes van Haaften
tekst tom van haaren
djbroadcast weekendwijzer januari 2009
02/09
TIP 5 Electronation @ Paradiso Amsterdam, zaterdag 24 juli De avond staat in het teken van de onlangs overleden Electronation voorman Roy Avni. Geen getreur, maar een geweldig feest, zo zou Roy het gewild hebben. Headliner is Anthony Rother.
TIP 4 Dekmantel @ Paradiso Amsterdam, vrijdag 23 juli Floating Points, Deadboy en Pariah behoren to de nieuwe generatie Britse producers die house, hiphop en 2-step in de blender gooien. James T Cotton doet het liever oude stijl; rammelende analoge jacking house. Verder Cinnaman, Thomas Martojo en Casper Tielrooij.
TIP 3 Wolf + Lamb Night @ Studio 80 Amsterdam, vrijdag 23 juli Het kwaliteitslabel uit Brooklyn New York wordt uitgenodigd en het neemt de artiesten Sev en Soul Clap mee. Verder draaien Baaz, Aron Friedman, Carlos Valdes en Florian Rath.
TIP 2 Hermanez @ Café d’Anvers zaterdag 17 juli De club aan de Verversrui in het havengebied van Antwerpen programmeert deze zomer gewoon keihard door. Zo staan deze avond dj’s Hermanez en Massimo Girardi in de djbooth.
TIP 1 Klinch: Dig Deeper @ Melkweg Amsterdam, vrijdag 16 juli Klinch nodigt Danny Howells uit: de Britse alleskunner die zijn carrière begin jaren ‘90 begon als vaste opwarm dj van John Digweed. Danny weet daarom wel hoe je een club-avond moet opbouwen. Daar krijgt hij deze avond met een vijf uur durende gig alle tijd voor.
TIP 10 Dance Valley @ Spaarnwoude zaterdag 7 augustus Eén van de klassiekers van de festivalkalender. Ook dit jaar presenteert Dance Valley een overvloed aan artiesten als Carl Cox, Booka Shade, Herman Cattaneo, Mark Knight, Armin van Buuren, Jesse Rose, Sander Kleinenberg en natuurlijk Tom Harding.
TIP 9 Welcome To The Future @ Twiske Oostzaan, zaterdag 7 augustus Liefhebbers van techno van de Germaanse stempel opgelet. Marco Carola, Joris Voorn, Sneak, Paul Ritch, Pan-Pot, Agnes, Martinez en heel veel Nederlands talent. Gegarandeerd shuffelen.
TIP 13 Mysteryland @ voormalig Floriadeterrein Hoofddorp zaterdag 28 augustus Watertanden bij de Red Bull Music Academy stage met ondermeer Derrick May, Kerri Chandler, Melon, 360 Soundsystem en Elevator People. Verder Redshape, Deadboy, Ben Westbeech, Planetary Assault Systems, Tïesto, Erol Alkan en 2Many DJ’s.
TIP 12 Planet Rose @ Doornroosje Nijmegen, zaterdag 28 augustus Nondeju! Wat een Planet Rose editie! Twee techno legendes op één avond. Uit Detroit komt the originator van de Detroit techno Juan Atkins langs. De ander is Dimitri Kneppers. De voormalig RoXY resident die weer terug is van weggeweest.
TIP 7 Colors @ Trouw Amsterdam, zaterdag 24 juli De nieuwe avond Colors nodigt voor de eerste keer in Nederland Joy Orbison uit. De meest gehypte artiest van de laatste 12 maanden die hits uitbracht op het Berlijnse Hotflush label. Verder Presk en Cinnaman. TIP 8 Rockit Open Air @ Maarsseveense plassen Maarssen, zaterdag 31 juli Jeff Mills, Ben Sims, Ilario Alicante, Dr.Lektroluv, James Zabiela, Layo & Bushwacka!, Sebo K, Dimitri, Kabale und Liebe en Sandy Rivera. Ze staan er allemaal. Serieus? Meen je niet!
TIP 11 City Parade @, Heysel Brussel, zaterdag 21 augustus Na verschillende Belgische steden de afgelopen jaren te hebben aangedaan trekt de karavaan dit jaar door de Europese hoofdstad. Ondermeer Dave Clarke, Marco Bailey, Bingo Players en dj Pierre treden op.
TIP 6 DJ Shadow @ Effenaar Eindhoven, dinsdag 27 juli Met zo’n artiestennaam verwacht je een plaatjesdraaier. Toch gaat het hier om een live-set van de beroemde triphop producer DJ Shadow. Een optreden met spectaculaire visuals en veel nieuw materiaal.
pagina
38
blueprint label
tekst
alfred bos
G-Stone Recordings G-Stone Recordings is het label van twee deejays en producers uit Oostenrijk, Peter Kruder en Richard Dorfmeister. Als Kruder & Dorfmeister maakten ze in de jaren ‘90 wereldwijd faam als leveranciers van doorgerookte downtempo tracks met een duidelijke dub-invloed. Wie midden jaren ’90 iets hips wilde met zijn clubproductie, bestelde in Wenen een K&D remix; de beste staan verzameld op het dubbelabum The K+D Sessions, waarvan er – zonder hits, clips of noemenswaardige promotie – meer dan een miljoen werden verkocht. Het tweetal benut hun label ook om clubproducties en albums uit te brengen van bevriende muzikanten en producers. De G-Stone stal is bescheiden, maar perfect gevormd. Toen Kruder & Dorfmeister in 1993 hun debuutrelease, de G-Stoned EP, uitbrachten, was G-Stone het eerste toegewijde downtempo label ter wereld. De twee Weners, die elkaar leerden kennen tijdens hun schooltijd, wilden zich onderscheiden van de danslabels die begin jaren ’90 de toon aangaven. “We wilden iets doen wat van onszelf was”, vertelt Richard Dorfmeister aan de telefoon. “En dat was niet direct muziek voor de dansvloer. Eerder downtempo. Ook wilden we het onder onze eigen namen uitbrengen, in plaats van ons te verstoppen achter een groepsnaam. G-Stone is opgestart om een platform te creëren waarmee we de ruimte hadden om onze eigen dingen te doen. Zonder enige invloed van een platenmaatschappij. Het label is ook voortgekomen uit de ‘do it yourself’ mentaliteit, om iets vanaf de grond af op te bouwen. We sprongen in het diepe. De eerste tracks zijn gemaakt met een minimaal budget; we hebben er eigen geld in gestoken. Niemand ondersteunde ons, dus het was een risico. Maar het voelde als iets wat we moesten doen en het is de juiste beslissing gebleken. Toen de eerste Kruder & Dorfmeister EP uitkwam, kregen we wél bijval en begonnen de zaken voor ons te veranderen.” DJB: Hadden jullie voorbeelden of inspiratiebronnen voor GStone? “Nee, niet echt. Net als bij het Tosca project [zie kader] volgen we geen bekend voorbeeld of patroon. We volgen onze inspiratie. Bovendien willen we ook niet volgen. Er zijn natuurlijk wel invloeden, maar we zijn geen meelopers. Als we alles volgens het boekje hadden gedaan, hadden we nu vier of vijf K+D albums in de winkels liggen, al was het alleen maar om de platenmaatschappij te plezieren. Maar G-Stone is een freak label. Het is volledig onafhankelijk en niet gestructureerd zoals een major label. Of we doen iets goed of we doen het niet. In dat opzicht is er geen druk. Dat past bij de vibe van Wenen: op je gemak, zonder druk. Dat heeft zijn voor en zijn nadelen.” DJB: De downtempo vibes van G-Stone lopen in de pas met de sfeer in Wenen. Correct? “De belangrijkste reden is dat onze eerste release, de G-Stoned EP, zo succesvol was. Dat geluid heeft anderen geïnspireerd. Die gingen dat ook doen, wat normaal is. Vervolgens werd dat donkere downtempo geluid met dub invloeden het handelsmerk van Wenen, wat ook niet helemaal klopt wat er zijn meer labels in Wenen, met een ander geluid. Zoals overal. Maar op 16 F**king Years Of G-Stone [zie kader] is meer te horen dan downtempo. Er is ook uptempo muziek met een zekere elegantie. Wat G-Stone zeker niet is, is commerciële clubmuziek met veel energie. Alleen maar downtempo gaat ook vervelen. Bovendien deejayen we regelmatig en dan draaien we voornamelijk uptempo.”
DJB: De sfeer in Wenen is echt anders dan in West-Europese steden. Kalmer, relaxter. De mensen jakkeren niet zo. “Ik ben het helemaal met je eens. Dat is precies wat me opvalt als ik weer thuiskom. Mijn vrouw en kinderen wonen in Zurich, Zwitserland en de G-Stone studio staat in Wenen. Ik reis heen en weer en als ik weer in Wenen aankom, valt me op dat het leven daar extreem langzaam en ontspannen is. Dat is cool, dat bevalt me.” DJB: Wat was de reactie in Wenen toen de eerste G-Stone release verscheen? Was men verrast? “Men was er niet van op de hoogte, ze hadden niet door dat er een nieuw label was opgestaan in Wenen. Er was wel reactie in Engeland, ze vroegen ons voor dj boekingen. Dat liep allemaal via persoonlijke contacten, we hadden geen management. Via onze persoonlijke netwerken zijn we langsgegaan bij Ninja Tune, Island, Mo’ Wax en Gilles Peterson. We plaatsten een kleine advertentie, een achtste pagina slechts, in [het inmiddels opgeheven tijdschrift] Straight No Chaser. Dat had veel effect. Vervolgens sprong Gilles [Peterson, BBC jock] erop en dat bleek de belangrijkste ondersteuning; hij heeft veel invloed. Van 1994 tot 1996 deden we veel remixen en toen begon het sommige Oostenrijkers op te vallen dat we er waren. Het eerste artikel in de Oostenrijkse pers verscheen in 1995. Toen volgden er meer. Maar vergis je niet, ook al doen we dit jaar een aantal grote festivals, G-Stone en Kruder & Dorfmeister zijn een niche – geen Robbie Williams. In de scene zijn we bekend, maar daarbuiten bestaan we nauwelijks. Zo groot zijn we dus niet. Dat is precies goed. Wat mij betreft blijft het ook zo. Op de supersterren status zitten we eerlijk gezegd niet te wachten, dat is ons spel niet. Niches zijn altijd goed. Freaks leven langer, hahaha.” DJB: Veel releases op G-Stone hebben een dub-achtig geluid. Wat heeft G-Stone met dub? “Het is geen dub in de betekenis van Lee Perry en diens producties. We zijn beïnvloed door dub. Ik vind het een geweldige sound, ik mag graag dingen verdubben. Als je er niet in doorslaat ten minste, dan maakt het de track sterker en interessanter. Het is echter slechts één aspect van onze muziek, we maken zeker geen dubmuziek. Ik heb ooit een compilatie gemaakt voor het [inmiddels verdwenen] Different Dummer label en me vooral geconcentreerd op de meer dubby tracks in hun catalogus.” DJB: Dub gaat over ruimte… “Klopt, het maakt ruimte voor de kern van de zaak, wat je wilt uitdrukken. Dat is voor iedereen anders uiteraard. Peter [Kruder]s producties voor de Gigolo en Compost labels hebben zeker ruimte, het is een soort minimal tech-house. Hij is een studio crack, een soort maniak. Het is prettig om te werken met iemand die zo thuis is in de studio. We produceren allebei, maar hij is op een hoger niveau bezig. Hij heeft er ook meer tijd voor, waardoor je beter wordt. Werken in de studio is een continue leerervaring. Mijn tijd is beperkter. Ik heb een gezin. Ik plan studiodagen in met Rupert [Huber, de andere helft van Tosca], maar Peter is zonder twijfel de betere producer van ons beiden.” DJB: Hoeveel mensen heeft G-Stone op de loonlijst staan? “Op het kantoor werken drie mensen. Het is geen anarchie, er is wel degelijk structuur. We zijn betrokken bij een digitale distributeur die ook andere labels uit Oostenrijk vertegenwoordigt. Dan werken we met een management in Duitsland
pagina
39
en er is uiteraard de samenwerking met het K7 label in Berlijn. Ik denk dat we semi-professioneel werken. We hebben nauwelijks overhead. We brengen ook albums van andere acts dan K+D of de andere projecten van Peter en mij uit, maar die hebben nog nooit geld opgeleverd. Als er geld binnenkomt, wordt dat geïnvesteerd in nieuwe projecten en nieuwe albums. Rijk worden we er niet van, maar dat is prima. We zijn al blij dat we ons zo’n positie kunnen veroorloven.” DJB: G-Stone heeft al die jaren relatief weinig uitgebracht. Kwaliteit boven kwantiteit? “Het heeft weinig zin om maandelijks iets uit te brengen als de kwaliteit er niet is. We wachten liever op iets wat de moeite waard is. Maar zo weinig hebben we ook weer niet uitgebracht. In de loop der jaren heeft G-Stone een behoorlijke catalogus opgebouwd. Het label leeft, het functioneert op een comfortabele manier, maar niemand wordt er rijk van.” DJB: Wat is voor jou het hoogtepunt uit 16 jaar G-Stone? “Een van de hoogtepunten is zonder twijfel de eerste release, de G-Stoned EP van Kruder & Dorfmeister. Die klinkt na 17 jaar nog steeds goed. Hij is niet gedateerd of achterhaald, wat op zich al een compliment is. Het album van Makossa & Megablast [Kunuaka, 2007] is in muzikaal opzicht sterk, met afro-invloeden. Het tweede album van Rodney Hunter [Hunterville, 2007] is door Peter Kruder heel erg goed gemixed, het klinkt fantastisch. Stereotype kwam met een album [My Sound, 2002] dat 2-step invloeden laat horen, jaren voor Kode9. Het Dehli9 album van Tosca [uit 2003] was zeker een hoogtepunt.” DJB: De best verkochte G-Stone release? “Buiten de K+D Sessions – waarvan er dik een miljoen zijn verkocht - is dat de G-Stoned EP, de eerste Kruder & Dorfmeister release. Die verkoopt ieder jaar nog een aantal exemplaren. Niet krankzinnig veel, maar de vraag blijft. Alle albums die we via K7 in Berlijn hebben gedistribueerd, hebben goed verkocht. Iemand die in 1993 is geboren, het jaar dat we begonnen, zal zich voornamelijk voor nieuwe muziek interesseren. Toen ik 17 was, was ik vooral bezig met muziek uit de jaren ’60 en ‘70. Ik vond eigentijdse muziek, ‘80s muziek, niet zo boeiend. Buiten new wave dan. Ik hoop dat jonge mensen ook naar andere dan alleen nieuwe muziek luisteren.” DJB: Kruder & Dorfmeister gaan deze zomer op tournee door Europa, met een spectaculair LED scherm. Wat deed jullie daartoe besluiten? “Als we het nu niet doen, zal het nooit meer gebeuren. Dat zei ik vorig jaar tegen Peter. Hij was het daarmee eens. We zijn begin veertig. Als we het niet snel doen, komt het er niet meer van. En dat zou doodzonde zijn. Nu hebben we de energie en de inspiratie en die zijn niet eeuwig. Het is geen brandende ambitie, eerder een gevoel, dat ons nu op tournee stuurt. Het is een organische ontwikkeling.” Sixteen F**king Years Of G-Stone Recordings is uit op G-Stone en wordt verspreid door NEWS. Tijdens hun zomertournee doen Kruder & Dorfmeister Nederland niet aan. Ze spelen op vrijdag 16 juli – samen met The Cinematic Orchestra - tijdens het Gent Jazz Festival in België. Ook staan ze op het Sonne Mond Sterne festival in Duitsland, van vrijdag 6 tot zondag 8 augustus. www.g-stoned.com
Het G-Stone netwerk Zowel Peter Kruder als Richard Dorfmeister heeft naast het K&D duo andere muzikale projecten. Dorfmeister vormt met jeugdvriend Rupert Uber het duo Tosca, dat staat voor dubby en minimalistische sfeermuziek. Peter Kruder maakte in 2000 een soloalum onder de naam Peace Orchestra; naar verluidt werkt hij aan de opvolger. Kruder is ook actief in het trio Voom:Voom, met Christian Prommer en Roland Appel (alias Fauna Flash). Daarnaast produceerde hij ondermeer DJ Hell, hip hoppers Aphrodelics en de Italiaans-Duitse loungepop formatie Marsmobil. Naast het werk van K&D in hun diverse incarnaties brengt G-Stone ook de muziek uit van bevriende, al dan niet Weense acts als Rodney Hunter, Urbs, Stereotype en Mokassa & Megablast. Onlangs verscheen 16 F**king Years Of G-Stone Recordings, een dubbelalbum met exclusieve tracks (cd1) en hoogtepunten uit de catalogus (cd2). Daarop zijn alle G-Stone acts vertegenwoordigd.
pagina
40
feature
tekst
mariska gunsing
You’re Here Antwerp All Stars, skinnyjeans, surrealistische kapsels en John Lennon like brilletjes.
DJBroadcast was there. Geniet op deze pagina mee van onze avonturen tijdens You’re Here Antwerp, een bijeenkomst van Converse voor alle ondergrondse kunst- en muziekaanbidders om datgene te delen waar zij gelukkig van worden. Spuitbussen, verfkwasten, polaroids, vitaminewater, industriële indie geluiden en dikke Vlaamse fritten bij ’t Hoekske. Celebrate creativity op Het Eilandje in Antwerpen. Proost! Vanaf het Victoria Hotel in Amsterdam vertrekken we met een bus vol opgewekte fotografen, schrijvers en andere creatieven en niet te vergeten een aardige voorraad bier en prosecco naar Antwerpen. De bus stopt tussen een aantal leegstaande loodsen in de oude haven. Graffitidampen komen ons tegemoet als we het grote ronde, ruw industriële gebouw inlopen. Overal
voorzien mensen de muren op de begane grond van kreten, merken, namen, fantasiewezens en andere uitspattingen. We lopen de trap op om de verfdampen te verruilen voor de oorverdovende elektroclash van de Vermin Twins. Een meisje en een jongen, beiden in wit gehuld, gezichten verscholen onder een grote capuchon met het teken van hun band erop, maken van de zaal een vlooiencircus. Een andere zeer bijzondere live-act is Tex Taiwan. Een meisje in een korte tuinbroek met daaronder alleen een doorzichtige kanten BH, die rondjes over het podium rent, terwijl ze op de live elektropunkbeats van de headbangende jongen achter de knoppen in een stemvervormer gilt. Terug in de bus laat iedereen vol trots elkaars met graffiti volgespoten tasjes zien. Zo luidruchtig als het was op de heenweg, zo hard klinkt het gesnurk op de terugweg.
pagina
42
feature
tekst
eric van den bogaard
Swatch Londen Kleurrijke underground
Een hele grote man staat voor een heel klein deurtje van het London Bridge metrostation. Hij lacht vriendelijk en laat ons binnen. De kenmerkende geur van oude gewelven komt ons tegemoet, maar die wordt al snel naar de achtergrond verdrongen door het frisse bouquet van champagne. We zijn hier namelijk om iets te vieren: de lancering van de 2010 Swatch & Art Collection, een collectie die wordt ontworpen in samenwerking met uiteenlopende kunstenaars. In het verleden waren namen als Keith Haring, Kiki Picasso, Pedro Almodovar en David LaChapelle al verantwoordelijk voor de designs van deze horlogelijn. Deze keer valt de eer te beurt aan fashion label Cassette Playa (alias Carri Munden) uit London, en de artiesten Ivan Navarro (New York), Enki Bilal (Frankrijk) en Manish Arora (India). Elke artiest heeft zijn eigen ruimte gekregen, waar je kunt zien hoe het proces van het design in zijn werk is gegaan en waar je meer te weten komt over het werk van de vier. Tijdens de persconferentie met een tribune vol internationale media is er gelegenheid om vragen te stellen. ’s Avonds barst het feest los in het oude metrostation met doeltreffende optredens van Urban Knights en Semtex. Diep in de nacht, tijdens de wandeling terug naar het hotel steken we de Towerbridge over. Hier lijkt een oorverdovende stilte te hangen, maar dat zal wel aan ons liggen. We vallen direct als een blok in slaap na een mooie avond. www.swatch.com/london www.facebook.com/swatch www.twitter.com/swatch
pagina
44
design special
Snap! Back to start! Iedereen heeft wel iets, een design, een ontwerp, een icoon, dat altijd blijft hangen. De eerste Nintendo controller, Tron, A Clockwork Orange, de Rietveld stoel, de Kever, een Volvo stationwagen of gewoon de Nachtwacht. Design dat je bij blijft, design dat je inspireert, design dat een onuitwisbare indruk op je heeft achtergelaten, en misschien zelfs wel een kickstart heeft gegeven aan je aanhoudende interesse voor design. Nu, de opdracht die een zevental ontwerpers en kunstenaars heeft gekregen is om een ode te brengen aan het ontwerp waardoor zij een interesse hebben gekregen in design. Het ontwerp dat het vuur aangestoken heeft. De designers zijn gekozen door Niels “Shoe” Meulmans, Oscar van der Voorn (Go Gallery) en Delta. Niels koos voor ons Adele Renault, Lil Shy en Motel Seven. Delta koos Michiel Schuurman en Oscar’s keuze viel op Michan, Ives.one en Sit, die overigens allemaal binnenkort zullen exposeren in Go Gallery. Op pagina 45 vind je de ode van Adele Renault aan de legendarische Volkswagen Kever reclame uit de jaren “60 die ze gecombineerd heeft met haar favoriete auto: de Ford Mustang. Op pagina 46 zie je de ode die Motelseven bracht aan de oude game Mario. Ze is altijd al fan geweest van het spel, de felle kleuren en de humor. Het is allemaal van invloed geweest op haar werk. “Ik heb gekozen voor Princess Peach, met een verontrustend randje” De pagina daarnaast is onder handen genomen door Lil Shy, die een ode brengt aan de cover van Larry Youngs album Unity, ooit ontworpen door Reid Miles. “Zijn designs zijn zo inspirerend. Zo modern en klassiek tegelijk. Ik hou van jazz en typografie, dus dit is de perfecte combinatie.” Op pagina 48 laat Michiel Schuurman zijn respect voor het letertype Futura van Paul Renner zien. “De letter staat aan de basis van bijna al mijn werk. Waarom? Ik werk bijna alleen met typografie en vervorm die op zo een manier dat het bijna onleesbaar wordt. Ik houd van de verhoudingen van de Futura.” Een pagina later zie je een figuur die je waarschijnlijk wel herkent. De tekening is gemaakt door SIT. “Mike Mignola’s Batman bezit een essentie van wat meesterschap kan zijn. Niet alleen zie ik hierin de perfecte vertoning van Batman, ik ben bovendien ondersteboven van de simpele en professionele schetsstreken van zijn fineliner, samen met zijn juiste inzicht van lichtval in de zwart-witte vlakverdeling. De kracht van het tonen zit hem in het weglaten. Daar teken ik nog steeds voor.” Pagina 50 is Bokito door Ives.One, die zich door problemen met zijn computer helaas niet aan de opdracht heeft weten te houden. Het is een handgemaakte tekening van Bokito, die hij voor een expositie in Rotterdam heeft gemaakt, nadat hij de arme vrouw heeft aangevallen. De laatste pagina wordt gevuld door de wasmachine van Michan. “Ik heb voor een wasmachine gekozen, omdat het je sokken op een mysterieuse wijzen laat verdwijnen, het is een dagelijks product met een geheim. Misschien is het wel portaal naar een andere wereld! Maar dat zullen we nooit weten.”
djb shortcast
pagina
52
Onra Uit Frankrijk afkomstig is Arnaud Bernard, beter bekend als hiphop producer Onra. Zijn eerste release stamt uit 2006, en dat was meteen een album, gemaakt samen met bevriende producer Quetzal. Daarna volgde in 2007 wederom een album, Chinoiseries. Daarop samplet hij een heel stel aziatische platen die hij mee heeft genomen na een bezoek aan zijn grootouders in Vietnam. Daarna volgt een serie EP’s, waaronder weer één met Quetzal. Vervolgens volgt ook in 2009 weer een album: 1.0.8. Lange tracks zijn niet besteed aan de Fransman: de langste track op 1.0.8 duur 2.41 minuut. Alsof drie albums in vier jaar tijd nog niet genoeg is komt hij ook in 2010 weer met een album: Long Distance. Deze keer erg funky, soulful, met gastvocalisten en al. Dat maakt Long Distance het album dat vergeleken met eerder werk het verst weg staat van hiphop. Fijn album, en een producer om in de gaten te blijven houden. www.myspace.com/onra
Roberto Auser Deze man is één van de artiesten die wereldberoemd in de underground is geworden door het CBS slash Intergalactic FM conglomeraat. De Rotterdammer begeeft zich op het snijvlak van house, techno, ambient, disco en electro. En jawel, dat is absoluut mogelijk. Zijn track Crossroads verscheen op de Innervisions Secret Weapons part two compilatie uit 2008. Daarnaast verschenen op zowel Nature Records als op Bear Funk twelve inches van de man, waaronder één samen met Alden Tyrell. Op het laatste van de twee labels verscheen eerder dit jaar ook zijn debuutalbum Secret Carnaval, dat meteen ook een dubbelaar is met maarliefst tweeëntwintig tracks. Inspiratie voor dit album lijkt vooral te komen uit de jaren zeventig en tachtig en uit de aller diepste krochten van de ruimte. Binnenkort volgt het album Sky of Mirrors op Das Drehmoment, dat hij samen met Ian Martin onder de naam Kaval maakt. Zoals hij zelf zegt: “Verwacht diepe occulte soundtrack muziek gemastered in cinemastyle, denk aan Terminator meets Colonel Kurtz en Rambo op het vliegdekschip van Seagal in de Zwarte Zee gehuld in een grote mist van opium. Ondergrondse marinebases, occulte rituelen met monniken en helikoptergeluiden op de achtergrond.” www.myspace.com/robertoauser
pagina
53
Caribou Veel mensen lopen ineens weg met Caribou, zonder te weten dat Dan Snaith voorheen ook al actief was onder de naam Manitoba – die hij na een rechtszaak door Richard Manitoba van The Dictators moest veranderen. De in London wonende Canadees is bevriend met Kieran Hebden, en in dat zelfde muzikale straatje kun je hem plaatsen. Althans, voor wat betreft zijn huidige album Swim, waar onder meer het prachtige Sun en een opgewekte Odessa staan. Zijn vorige album, Andorra, had meer folk en rock invloeden. Als Manitoba heeft de man twee albums op zijn naam staan en als Caribou nog eens drie, met als laatste dus het dit jaar verschenen Swim. Fraaie muziek voor iedereen die per se altijd maar four to the floor wilt gaan. www.caribou.fm
Disco Nihilist Nieuwkomer Disco Nihilist verrast ons verdorie vanaf het begin van zijn carrière al met een paar ijzersterke releases. De eerste release dateert van juni 2009 en onlangs kwam zijn derde release uit op Construction Paper (zie Vinyl 25). Als je de naam die Mike Taylor voor zijn project heeft gekozen niet even op je in laat werken verwacht je misschien getrakteerd te worden op disco, maar niets is minder waar. Een disco nihilist gelooft dat eer geen doel is voor het bestaan van disco. Wat je dan wel krijgt voorgeschoteld? House, techno en acid. Met een flinke authentieke saus eroverheen. De boel is dan ook op analoge wijze tot stand gekomen, in Texas nog wel. Thomas Cox van Infinatestatemachine ontdekte hem via MySpace, en bood hem een eerste release aan op Love What You Feel. Daarna volgde afgelopen jaar een release op het verse label Construction Paper, samen met Daetron Vargas. Allemaal gestripte house tracks, hoorbaar gemaakt met beperkte middelen. Gelukkig is het resultaat niet te plaatsen onder het kopje “beperkt”. Alle platen zijn nog direct van Mike te koop op Discogs. Jammer genoeg verzendt hij niet overzees. www.myspace.com/thedisconihilist
pagina
54
djb2b DJB2B Bij deze introduceren we een nieuwe rubriek: DJB2B. De naam verraad min of meer al waar het om draait. Nieuws, maar dan de wat meer zakelijk gerichte variant. We hebben gemerkt dat er vraag is naar een communicatie platform tussen verschillende bedrijven, en deze rubriek lijkt ons daar uitermate geschikt voor. Wil je met je nieuwsbericht op deze pagina’s komen stuur dan een mail naar minggus@djbroadcast.nl.
20 t/m 23 oktober: Amsterdam Dance Event Dit jaar vindt voor de vijftiende keer het Amsterdam Dance Event plaats. Vier dagen lang zal de Keizersgracht tussen Felix Meritis en het Dylan Hotel in het teken staan van één van de grootste conferenties op het gebied van dance die deze aarde je te bieden heeft. Zowel het dag- als het nachtprogramma bieden je uitgesproken mogelijkheden om te netwerken binnen de scene. Artiesten, boekers, journalisten en smaakmakers zullen zich tijdens de conferentie ophouden in en om de sfeervolle locaties in hartje Amsterdam. Aangezien ze ook ’s nachts vermaakt willen worden is er ook een dikke kans dat je deze hotshots in één van de deelnemende clubs tegen het lijf kunt lopen. Op de ADE website kun je je inschrijven voor de conferentie. Hoe langer je wacht, hoe duurder een pas wordt. www.amsterdam-dance-event.nl
No Risk helpt ook als de gemeente of ’t weer niet meewerkt No Risk Events is dé partner om je te verzekeren tegen onvoorziene zaken. Als we even terug kijken naar de afgelopen tijd kunnen we twee praktijkvoorbeelden aanhalen waarbij No Risk Events de schade had kunnen of heeft gedekt. 1. Doordat de gemeente Velsen te veel mensen verwacht had bij het Magneetfestival hebben ze uiteindelijk de vergunning ingetrokken. Hoewel No Risk Events de teleurstelling niet had kunnen voorkomen, zou de financiele tegenslag wel gedekt kunnen zijn. 2. Vanwege slecht weer heeft Source Festival de boel vroeger dan verwacht stil moeten leggen, en is de tweede dag in zijn geheel komen te vervallen. Als organisatie van een festival kun je je voor dit soort tegenslagen bij No Risk Events verzekeren. Het komende bijzondere project dat No Risk Events zal verzekeren zijn de radiografische helicopters waarmee Aerial Takes opnames zal maken van het publiek van A Day At The Park. www.noriskevents.com
Veeel koppelt klant en ontwerper Waar begin je met zoeken als je een ontwerper zoekt? Of andersom: waar begint een ontwerper te zoeken als hij een opdrachtgever zoekt? Bij Veeel, het bedrijf van Jelmer Riemersma en Peter Veldhoven, die beiden Industrieel Ontwerpen gestudeerd hebben aan de TU in Delft. Met die reden is productdesign ook hun core business. Maar ze ontwerpen doorgaans niet zelf. Peter Veldhoven vergelijkt Veeel graag met een modellenbureau: Veeel matched uit het bestand van zo’’n 1000 ontwerpers met bijbehorend portfolio die ene die het best aansluit bij de opdracht en Veeel zorgt ervoor dat de ontwerper de klus binnen de afgesproken tijd heeft geklaard. Op die manier ontstaat er een perfecte samenwerking, en worden opdrachtgever en ontwerper snel en efficiënt aan elkaar gekoppeld. www.veeel.com
pagina
fotografie/styling/productie
56
lianne van de laar
It’s a designers world Design is overal, ook al zie je het niet. De wereld is design. Zonder designers geen design. En zij, zij krijgen op deze pagina’s de ruimte om te laten zien hoe hun wereld er uit ziet.
Louis vest: WeSC tee: WeSC
met dank aan
WeSC www.wesc.com
pagina
57
Clelia (Lilshy) hemd & knitted sweater: WeSC
Jordy ( Superoboturbo) jack: WeSC sneakers: Gravis
Pieter Frank (PFFF) sweater & jack: WeSC sneakers: Gravis
tekst
michael oudman
fotografie
krijn van noordwijk
In memoriam Roy Avni
Het is niet de bedoeling om clichés uit de kast te trekken, maar in dit geval is er geen woord aan gelogen. De hardst werkende man uit de dancescene heeft ons verlaten. Hij was de oprichter van Electronation, maakte radio, gaf feesten, bracht muziek uit en was vooral overal. Altijd. En dat was wat hem zo kenmerkte. Een oprechte passie, gedrevenheid, voor alles wat maar een beetje met muziek te maken had. Op 13 juni overleed Roy aan de gevolgen van kanker. Voor veel mensen onverwacht; het was niet iets waar hij het vaak over had. Het was niet iets wat je aan hem zag. En bovenal was het niet iets waardoor hij zich liet afremmen. Hij dook vaak op op feesten van anderen, maar was ook altijd aanwezig op zijn eigen feesten. Tot op het laatste moment. Onvermoeibaar. Dat bleek ook uit zijn sportschool bezoeken. Het verhaal ging dat hij na het uitgaan of een feest niet ging slapen, maar eerst nog even een sportschool bezoek bracht. Het hield hem op de been, het gaf hem kracht. En natuurlijk ook zijn kenmerkende uiterlijk. De mensen die hem “Big Guy” noemden zijn zeker niet op slechts twee handen te tellen. In 2002 startte hij Electronation. Het was eerst een naam waaronder feesten georganiseerd werden, maar groeide uit tot een concept met een radioshow op Kink.fm en een platenlabel: Echoism. Wat betreft muziek hield hij zich niet krampachtig vast aan één stijl. Er was zowel ruimte voor de meer commerciële kant, maar ook uitstapjes naar meer obscure stijlen werden niet geschuwd. Op feesten van Roy kon je bijvoorbeeld een Mason en een Anthony Rother zien en horen, maar ook een Nacho Patrol of een Alden Tyrell. Muziek was – naast de sportschool – een belangrijke drijfveer in het leven. Van new wave tot electro tot techno. Wat hem zo geliefd maakte in de scene is zijn oprechtheid. Als hij aan je vroeg hoe het ging was hij daadwerkelijk geïnteresseerd. Daarnaast was hij ook bereid om zijn nek flink uit te steken voor anderen. Uit liefde voor de scene, uit liefde voor muziek. Eens per jaar organiseerde hij in samenwerking met de Sugar Factory een oordoppendag, waar iedereen die nog opzoek was naar een set goede oordoppen een paar op maat kon laten maken. Gewoon, omdat hij dat belangrijk vond. Daar hield het niet op. Afgelopen jaar stelde hij zich tweemaal uitermate sociaal op. Toen de bemanning van de tot culturele broedplaats omgebouwde oude vistrawler M.S. Stubnitz zonder geld zat en noodgedwongen een aantal weken in de Amsterdamse haven moest blijven liggen organiseerde hij een benefiet. Zodat de bemanning eten en diesel kon kopen. En herinnert u zich de aswolk en de gestrande reizigers nog? Roy gaf mensen die een ticket van een geannuleerde vlucht konden laten zien gratis toegang tot een feest dat toen in de Melkweg aan de gang was. Daarnaast stond hij altijd open voor nieuw talent. Hij ging graag om de tafel zitten met jonge organisatoren om een concept te bedenken, om ze te helpen bij het veroveren van een plaats in de scene. Daarmee heeft ’s Lands dancescene een groot man verloren, zowel letterlijk als figuurlijk. Op 24 juli staat de Amsterdamse Paradiso in het teken van acht jaar Electronation en Fight Cancer, maar ook het leven van Roy wordt gevierd. Vanaf 20:00 uur zullen veel dj’s hun eerbetoon geven aan Roy. Onder meer Anthony Rother, Benny Rodrigues, Bart Skils, Orgue Electronique, David Vunk en Terry Toner vs. Herr Arter. www.electronation.nl
pagina
65
pagina
66
feature
tekst
michael oudman
fotografie
lianne van de laar
He’s Dimitri, he’s from Amsterdam, and he’s back
Of althans, dat is wat het Facebook filmpje dat zijn herintrede aankondigde vermeldde. Hij plaatste het eind mei op zijn Facebook, en voordat hij er erg in had gaf zijn vriendenteller aantallen met drie cijfers weer en gonsde het over het hele internet. En dat is groot, schijnt. Reden voor ons om richting Dimitri te gaan, die stiekem helemaal niet in Amsterdam woont of werkt. We spreken af in Bergen, waar hij zijn studio heeft en momenteel een groot deel van zijn tijd doorbrengt. Voor iedereen die nog geen idee heeft wie die Dimitri in vredesnaam is volgt hier een korte introductie. Eind jaren ‘80 begint Dimitri Kneppers te draaien in Club Richter en de RoXY. Bekendheid groeit snel. Niet vreemd, want binnen de kortste keren staat de man bekend om zijn mixtechnieken en platenkeuze, die op dat moment nog behoorlijk voor opschudding zorgen in dansland. Begin jaren ‘90 reist hij al door heel Europa om ook buiten onze hoofdstad te laten horen waar hij zo goed in is. Ondertussen heeft hij ook zijn eigen avond in de RoXY - Hitech Soul Movement – en een eigen label slash platenzaak – Outland. Op dat label heeft hij twee series – dat mag gezegd - fenomenale mix cd’s uitgebracht: Static Tracks en Spiritual Tracks. Uiteraard kwamen in die tijd uit zijn brein nog een aantal EP’s. Fast forward naar 2007, het jaar waarin hij – totaal onverwacht – aankondigt zijn koptelefoon aan de wilgen te hangen. Hij zegt als producer nog wel terug te willen komen, maar ziet het niet meer zitten om ooit nog als dj het podium op te stappen. Bang om een gimmick te worden trekt hij zich terug en steekt zijn tijd in het verzorgen van verstandelijk beperkte kinderen. Iets waarmee hij overigens nog steeds niet helemaal gestopt is. En toen, we spreken mei 2010, kondigde hij ineens zijn terugkeer aan. Als producer, maar ook als dj. “Na 23 jaar had ik er niet zoveel zin meer in, de muziek deed me niet zoveel meer. In drie jaar tijd heb ik even rust in mijn hoofd gekregen en dingen op een rijtje gezet. Ik ben wel door gegaan met het verzamelen van muziek, dus ik ben gewoon op de hoogte gebleven. Ondertussen had ik zo’n mooie collectie muziek verzameld dat het weer begon te kriebelen. Ik wilde het weer aan de man brengen, een verhaal vertellen. Een paar maanden geleden heb ik de knoop doorgehakt en bekeken wat de beste manier zou zijn om terug te komen, de beste plek. Ik heb toen voor Trouw gekozen, omdat dat op dit moment de best club van Amsterdam
is. Ik heb daar gekeken en rondgelopen en toen wist ik meteen dat het een club is waar ik wel een lekkere zes uur durende set zou kunnen draaien.” Na de officiële aftrap van Dimitri’s terugkomst zitten we midden in het festivalseizoen. Wat dat betekent? Een goed gevuld schema, maar zonder ouwe-jongens-krentenbrood te worden. “Ik mik echt op een nieuwe generatie, het nieuwe publiek, dat mij misschien wel van naam kent, maar mij nooit heeft horen draaien. Het is leuk als de oude fans er zijn, maar ik ga me niet meer concentreren op de classic feesten. Die feesten waren ook de redenen dat ik er mee gestopt ben. Ik had vlak achter elkaar twee classic cd’s uitgebracht en daardoor duwde ik mezelf in een hoek waar ik niet in wilde zitten. Dat brak me op.” Nieuwe platen, geen classics, nieuwe generatie clubbers. Alles duidt op een volledig vernieuwde Dimitri. Betekent dat dat hij bepaalde platen niet meer zal draaien? “Ja, er zijn een aantal nummers die ik zou laten liggen, waar ik over twijfel. Maar van de andere kant ook weer niet, ik wil alle kanten laten horen van de muziek die ik mooi vind. Dat kan alle kanten op gaan, ook richting de trance – niet richting de Tiesto trance, of Armin van Buuren, dat is absoluut niet mijn ding – maar zoals Eric Nouhan ofzo, dat is hele mooie muziek, trance en housey tegelijk. Heel hi-tech, hele mooie akkoorden. Door alle kanten op te gaan creëer je diepgang, en kun je je verhaal goed vertellen.” In de drie jaar die Dimitri er tussenuit is geweest is er veel veranderd. “Toen duidelijk was dat ik weer zou beginnen heb ik meteen een Facebook pagina aangemaakt, dat soort dingen is nu veel belangrijker dan vroeger. Ik ben elke dag wel een paar uur bezig met dat soort dingen. We gaan binnenkort ook online met een nieuwe website, met sets van nu, maar ook van vroeger, en filmpjes van optredens.” Ook muzikaal gezien zijn dingen veranderd. Waar vinyl nog de standaard was toen Dimitri ons vaarwel zwaaide, is dat nu allang niet meer zo. “Ik draai niet meer met vinyl, ik ben helemaal digitaal gegaan. Nou ja, wel gewoon met cd’s hoor, met op elke cd één nummer, dan heb ik nog een beetje dat maxi-single gevoel weet je wel. Ik sluit niet uit dat ik op een gegeven moment over stap op een laptop – alhoewel dat er een beetje uitziet alsof je je boekhouding aan het doen bent. Dat zal dan dus wel zijn met een midicontroller, zodat ik niet alleen maar met een muis aan het klikken ben. Het overzicht met mappen is gewoon wel fijn. Ik zwoor ooit
pagina
67
bij vinyl, maar ik ben daar vanaf gestapt omdat ik zoveel goede muziek digitaal toegestuurd krijg. Daarom draai ik nu met cd’s, dan kan ik het meteen draaien, zonder te hoeven wachten op een vinyl release.” Vanzelfsprekend is er ook een het een en ander gebeurd in Dimitri’s hoofd. “Ik ben veel meer tot rust gekomen. Ik zie het nu allemaal veel zakelijker. Niet dat ik zakelijk ga draaien of zo, maar ook met alles eromheen.” Hij refereert nog even aan een handboek dat hij me eerder heeft laten zien, getiteld How to promote your music digitally. “Ik vind het heel erg leuk om daar mee bezig te zijn en voorheen had ik dat helemaal niet. Toen was ik alleen lekker muziek aan het draaien. Ik denk dat dat voor mij persoonlijk de grootste verandering is. De boerderij heeft me gewoon veel goed gedaan, ik heb alles op een rijtje kunnen zetten, nadenken over wat ik precies wil met mijn carrière.”
”Ik ben tot rust gekomen, en zie alles nu veel zakelijker” Dat blijkt uit de doordachtheid waarmee Dimitri zijn rentree maakt. Waaronder een stiekeme preview van zijn nieuwe tracks, die op het moment waarop dit artikel geschreven wordt slechts een paar uur op Soundcloud hebben gestaan. Uw redacteur was er als de kippen bij en hoorde daar – hoe toepasselijk – Kick Off. Een op de Detroitse school geïnspireerde houseplaat, met een vrij aanstekelijke doch – bewust – ietwat valse pianoloop. Het is slechts het begin van een rij nieuwe tracks. “Kick Off wordt ook geremixed door andere producers. Sowieso gaat Orlando Voorn hem doen. Daarmee gaan we beginnen. Ik heb nog drie tracks klaar liggen, waarvan ik er eentje wel echt een Carl Craig ding vind. Ik heb ‘m ook al naar hem opgestuurd. Kick Off ook trouwens. Het lijkt me erg leuk als hij iets wil doen met die tracks! Ik heb ook wat dingen naar Derrick May gestuurd, maar die is niet zo vlot met antwoorden. Dat was hij nooit trouwens!” Dimitri’s officiële terugkeer vindt plaats op 16 juli in TrouwAmsterdam. Daarnaast zal Dimitri optreden op onder meer Mysteryland, Loveland, en Rockit Open Air. Op 28 augustus staat hij samen met Juan Atkins op Planet Rose. www.dimitrikneppers.com
pagina
68
feature
DJ Gregory: “Het doel van samenwerken is delen” Hij zit op een terrasje in de Amsterdamse binnenstad te genieten van de zomer. DJ Gregory, Grégory Darsa voor zijn familie, verruilde in oktober 2008 Parijs voor Mokum. En dat bevalt hem uitstekend. Hij werkt met Nederlandse producers als Gregor Salto en Sidney Samson. “Hier zeggen de mensen wat ze denken, dat is heel verfrissend.” DJ Gregory is, samen met Bob Sinclar, de man achter de vermaarde reeks Africanism releases, die begin deze eeuw uitkwamen via Yellow Productions uit Parijs. De muziekfan, die later dit jaar 38 wordt, zette zijn eerste schreden in de muziekindustrie aan de hand van DJ Deep. Eerst als radiojock voor Deeps programma op het Parijse station Radio FG, vervolgens ook als clubjock. Zijn eerste producties maakte DJ Gregory in 1998, maar hij werd een internationale naam via twee klappers uit de Africanism serie: Tropical Soundclash en Elle, beide verschenen via zijn eigen label Faya Combo en verder de wereld ingeholpen door het Britse instituut Defected. Dat bracht in 2008 het driedubbelalbum DJ Gregory: Defected presents Faya Combo Sessions uit. Die release vangt Gregory’s loopbaan in een mix, een cd met ongemixte klassiekers en een schijf vol remixen door derden van Gregory tracks. Kersvers is de mixdubbelaar Defected In The House: Bali ’10, waarvoor DJ Gregory de eerste schijf heeft aangeleverd. DJB: Je woont tegenwoordig in Amsterdam. Waarom ben je naar Nederland verkast? “Ik ben in oktober 2008 naar Amsterdam gekomen, ik zit er nu dus een kleine twee jaar. Ik ben vaker verhuisd. Van 1998 tot 2000 heb ik in New York gewoond. Daarna ben ik weer naar Parijs gegaan, waar ik een studio heb gebouwd. Dat was met twee vrienden, een daarvan produceerde met Bob Sinclar. Die verdiende zo goed dat hij bij hem thuis zijn eigen studio opzette. De andere vriend verhuisde naar Londen. Toen zat ik dus alleen in mijn studio. Ik besloot dat het tijd was geworden voor iets anders. Ik heb de studio verkocht en ben naar Amsterdam gekomen. In 2007 sprak iedereen over het nieuwe geluid uit Amsterdam, dat op dat moment internationaal opkwam. In Nederland kende men dat eigen geluid, met zijn eigen codes, natuurlijk al wat langer, maar voor buitenlanders was het nieuw. Ik vond het een opwindende ontwikkeling en ik had de keus tussen verhuizen naar Berlijn of verhuizen naar Amsterdam. Ik heb voor Amsterdam gekozen.” DJB: Wat viel je mee aan Amsterdam? Wat is je indruk? “Ik ben een Fransman en Fransen hebben, net als andere mensen uit de mediterrane
tekst
pagina
69
alfred bos
“Qua dansaanbod is Nederland wereldkampioen” cultuur, een voorkeur voor taal en dubbelzinnigheid. Ze spelen graag met woorden, willen vier dingen met twee woorden zeggen. Wat me ontzettend goed beviel toen ik in Amsterdam kwam, was dat de mensen zeggen wat ze denken. Dat is een verademing, heel verfrissend. Het maakt het leven ook eenvoudiger. Ze zijn niet bang om je te beledigen wanneer ze ‘nee’ zeggen. In Nederland en Amsterdam zijn veel mensen met muziek bezig, en men werkt ook vaak samen. Daar doet men niet moeilijk over. In Frankrijk ligt dat anders. Daar kan het gebeuren dat er meer gepraat dan gewerkt wordt.” DJB: Heeft de verhuizing naar Amsterdam je muziek beïnvloed? “Uiteraard! Ik ben een langzame werker. Ik denk veel na, ik ben een intellectueel, ik praat veel. Wat ik zo leuk vind aan Nederland is dat het studiowerk altijd productief is. De mentaliteit hier is: Als we dan toch de moeite nemen om naar de studio te komen, laten we dan ook iets maken. En aan het eind van de dag is er iets uitgerold, daar kun je je niet aan onttrekken. Dat heb ik in Nederland geleerd. Men is ook spontaan met muziek. Ikzelf ben van de oude garde, ik heb het produceren op de traditionele manier geleerd, stapje voor stapje. Hier kom ik mensen tegen die verbazingwekkende dingen kunnen met een laptop en een hoofdtelefoon. En die draaien ook nog eens elk weekend! Nederland heeft een enorm aanbod aan clubavonden en festivals, meer dan enig ander land en zeker meer dan Frankrijk. Wat dat betreft is Nederland wereldkampioen. En het muzikale aanbod is ook heel breed. Je hebt mensen die commerciële dansmuziek maken en je hebt mensen die meer op de underground zijn gericht. En zelfs mensen die het allebei doen! En nog goed ook. Je zou eens moeten horen hoe mijn vrienden in Parijs over Nederlandse dansmuziek denken. Respect.” DJB: Laten we teruggaan naar het begin. Hoe is jouw belangstelling voor dance begonnen? “Ik ben begin jaren ’70 geboren en ik ben net als iedereen opgegroeid met rock en muziek uit de jaren ’70: King Crimson, The Doors, David Bowie. De oudere broer van mijn beste vriend verhuisde in de late jaren ’80 naar New York. Na zes maanden kwam hij weer terug omdat zijn visum was afgelopen en hij bracht een cassette met vroege hip hop mee: het eerste album van Public Enemy, het eerste album van Run DMC, LL Cool J, dat werk. Voor mij was dat een openbaring: nieuwe muziek, een nieuwe start. In Parijs hoorde je dat op dat moment nog niet. Ik ging vanaf mijn zestiende naar clubs. In 1988 hoorde ik de eerste house platen, zoals Can U Party van Royal House en Can You Feel It van Mr. Fingers. Die bliezen me omver. Een jaar later verhuisde mijn beste
vriend naar New York, om zich bij zijn oudere broer te voegen. Dus ik ben elk jaar wel een keer naar New York geweest, tot ik er in 1998 zelf ging wonen. Toen heb ik me vol-le-dig ondergedompeld in de muziek en de clubs. Vooral house sprak me aan, nog veel meer dan techno en breakbeat.” DJB: Veel van je house producties hebben een zekere latin of afro invloed. Waar komt dat vandaan? “Alors, ik woonde in New York. Ik had in Frankrijk al een paar platen gemaakt, maar ik zat nog steeds in een leerproces. Toen ik in 2000 naar Parijs terugging, heb ik lange gesprekken gehad met Bob Sinclar. Daaruit leerde ik dat ik vooral viel voor muziek uit New York, Chicago en Detroit. En de muziek die ik zelfde maakte, was daar een kopie van. Daar moest ik mee ophouden, anders zou er geen toekomst voor me zijn in de muziek. Ik zou de originelen nooit kunnen overtreffen, want het is hún muziek. Ik zou dus iets van mezelf moeten verzinnen. Aanvankelijk wist ik niet hoe. Eind jaren ’90 kon je steeds meer platen met percussie horen, dat zat in de lucht. Dat heb ik toen ook toegepast, waardoor mijn muziekstijl een klein beetje opschoof – maar net genoeg. De kenners realiseerden zich dat ik niet alleen platen met veel percussie maak, maar ook in andere stijlen actief ben.” DJB: Die lichte koerswijziging heeft wel gewerkt, want je reeks Africanism releases voegde iets toe en was ook behoorlijk populair, bij een brede groep van dj’s. “Precies en het goede was dat we er ook niet ingewikkeld over deden. Dit vinden we leuk. Dit maken we. En dat werd opgepikt. De vinylreleases van Africanism verschenen zonder enige vorm van promotie en verkochten uitstekend. Toen de reeks klaar was, kwam de cd en daar zijn er zo’n vierhonderdduizend van verkocht. Eigenlijk is dat gekkenwerk.” DJB: Een interessant aspect van je loopbaan is dat je graag met anderen samenwerkt, o.a. met DJ Deep, Julien Jabre, Bob Sinclar en onlangs nog Gregor Salto. Wat zoek je in zo’n samenwerking? “Ik zoek het plezier! Zo simpel is het. Ik maak ook veel tracks alleen en die vragen meer tijd. De meeste tracks die ik heb gemaakt voor mijn label Faya Combo vroegen veel tijd. Als ik met anderen samenwerk, gaat het veel sneller. Het doel van de samenwerking is ook om je nederig op te stellen en je te laten beïnvloeden door de stemming van je studiopartner. Dat vind ik er leuk aan. Als ik een nummer maak met Julien Jabre of Gregor Salto is het resultaat geen Julien track of een Gregor track, maar iets anders. Het doel van samenwerken is delen. Soms is het resultaat goed, soms niet.”
DJB: Hoe ben je Gregor Salto tegen het lijf gelopen? “Ik werd enkele jaren geleden geboekt voor de eerste of de tweede editie van Latin Village, ik zat toen nog in Parijs. Eerst snapte ik dat niet zo goed, want ik kende het concept niet. Daar hoorde ik Gregor draaien met zijn uplifting platen met afro sound. Ik had zoiets van: Wat is dit? Het was alsof ik een aflevering van mijn favoriete tv-serie had gemist. Ik had die reeks Africanism releases gemaakt en opeens sta ik voor een jonge gast die zondere gêne afro en latin beats in zijn producties verwerkt. Ik dacht: Heb ik iets gemist? Ik draaide mijn set en toen pas werd me duidelijk dat ze me hadden geboekt omdat ik een van de inspiratiebronnen van het Latin Village geluid was geweest. Voor mij was dat geheel nieuw. Ik vroeg me af: Op welke planeet ben ik? Ik realiseerde me dat ik welkom was in Nederland. En zo ben ik Gregor tegengekomen. We zijn gaan emailen en nummers uitwisselen. En langzamerhand raakten we bevriend. Zo is de samenwerking begonnen.” DJB: Je werkt nu acht jaar met Defected. Binnenkort verschijnt Defected In The House: Bali ’10, waarvoor jij de eerste cd hebt gemixed. Wat waren de instructies van Defected? “Op Bali heb je jaarlijks een festival genaamd Junction. Dat bestaat nu een paar jaar en Defected doet daar één of twee avonden. Ik heb daar de eerste drie edities gedraaid, ik kom regelmatig op Bali. Dit jaar belde Simon en hij nodigde uit om te draaien op de Defected avond. En hij stelde ook voor om een mix te doen.” DJB: Je hebt ook verschillende keren opgenomen in Brazilië en Angola. Doe je dat nog steeds? “Nee, dat is te gevaarlijk geworden. En ik heb ook meer dan genoeg materiaal. We hebben opgenomen in de favelas en hun tegenhangers in Angola. Dat zijn lastige omstandigheden. We zijn wel eens beroofd. En je ziet ook steeds meer dat mensen die willen opnemen met Braziliaanse muzikanten, dat doen in Portugal, in Lissabon. Prettiger en minder gevaarlijk. Het is een nachtmerrie om op te nemen in Angola. Daar gaan ook geen toeristen naar toe. Als ik volgend jaar verhuis – met de nadruk op als – dan ga ik naar midden-Amerika. Niet Colombia, maar ergens in die regio.” Canoa, van DJ Gregory & Gregor Salto, is eind juni uitgekomen via Faya Combo/Defected. Hun eerdere co-producties Push In The Bush en Con Alegria zijn nog steeds leverbaar via Faya Combo. Op 9 augustus verschijnt Defected In The House: Bali ’10, met mixen van DJ Gregory en Anton Wirjono. www.myspace.com/djgregoryfayacombo www.fayacombo.com
feature
tekst
michael oudman
pagina
71
Echospace: Geluid, geen muziek
Het aanstaande Voltt Loves Summer festival gaat flink de diepte in, onder meer met hun boeking van Echospace. De twee mannen, Rod Modell en Stephen Hitchell, hebben ook net een nieuw album uit. Die twee dingen bij elkaar opgeteld geven me genoeg reden om eens te bellen met Rod, om daarna anderhalf uur aan de telefoon gekluisterd te zitten. Helaas heb ik maar een pagina de ruimte om zijn woorden neer te kalken. Het begon allemaal eind jaren ‘90, ontstaan door Stephens liefde voor het label van Rod: Deepchord. Stephen werkte ooit voor Force – dat ook het eerste album van Luomo uitbracht – had zijn eigen project Soultek, maar stuurde ook demo’s naar Rod. “Het waren de beste demo’s die ik toen ontving. Ik heb dit nooit verteld, en ik zal ook niet exact vertellen over welk project het ging, maar een label wilde dat ik een herziene versie maakte van een oud ambient album van mij. Ik had het er met Steve over en hij wilde het wel remixen. Ik stuurde wat sporen, en hij begon er aan te werken. Toen hij halverwege was besloten we er geen remixversie van te maken, maar het gewoon een heel nieuw leven te schenken. En dat is uiteindelijk The Coldest Season geworden, en vanaf dat moment werken we samen.” Stephen haalt zijn inspiratie – volgens Rod – vooral uit dub, Chicago en haar housescene, terwijl Rod sterk beïnvloed is door bands als Cabaret Voltaire, Nitzer Ebb en Throbbing Gristle, en een passie heeft voor kunst en fotografie. “Het is stuivertje wisselen. Dan weer ben ik bezig met muziek, dan weer met kunst, dan weer met fotografie. Soms ben ik even verveeld door muziek, na een toer bijvoorbeeld, en dan wil ik gewoon wat anders doen. Als ik te lang met muziek bezig ben gaat het allemaal hetzelfde klinken. Na een pauze van een maand of drie heb ik weer nieuwe inspiratie en een nieuw geluid.” En dat nieuwe geluid is dus duidelijk te horen op het nieuwe album Liumin, dat eerder clubby dan dubby is, alsof je door een gipsplaten muur meegeniet van het feestje van je buren. Zonder negatieve bijklank overigens. Dub werd club,
zonder diepte, white noise en space echo te verliezen: de handtekening van Rod. Met Stephen als meer muzikale van de twee, ziet Rod zichzelf meer als geluidskunstenaar. “Ik ben altijd op zoek naar achtergrondgeluiden, er moet echt een muzikale atmosfeer zijn. Steve is eerder een lopende dance encyclopedie, terwijl ik zelden iets onthoud.” Het nieuwe album dankt zijn titel aan een klein café in Tokyo. “We zijn de laatste maanden veel in Tokyo geweest en ik kwam daar in een bar die Liumin heet. Ik was er erg door gefascineerd, heb er twee dagen foto’s genomen – die overigens ook op het album artwork terecht zijn gekomen. Ik sprak met een Japanner – eerst dacht ik net als jij dat het te maken had met lichtsterkte – die me vertelde dat het ‘wortelloos persoon’ betekent, zigeuner, iemand die altijd maar op reis is. Ik heb het nog niet gechecked, maar ik vind het gewoon een toffe naam omdat die bar zo heette. Maar goed, de muziek is anders dan The Coldest Season. Veel mensen maken een vervolg op een eerste album, maar dat is saai, we hebben dus specifiek besloten geen vervolg op The Coldest Season te maken.
Ik heb liever dat mensen het haten dan dat ze zeggen ‘hey, nog een Coldest Season’. Het nieuwe album is wat sneller, dansbaarder.” De eerste exemplaren van het nieuwe album zijn dubbelaars, waarin Rod’s liefde voor geluid naar boven komt. De tweede cd is namelijk gevuld met field recordings die gebruikt zijn in de originele tracks. “Als ik reis neem ik altijd microfoontjes mee om geluiden op te nemen. Ik heb dus ook opnames van Japan. Ik vind geluid opnemen bijna leuker dan een album maken – even tussendoor: ik heb in en om mijn huis een achtkanaals audioinstallatie, met geloopt geluid uit de bomen, uit de grond, maar het is nooit hetzelfde, het veranderd de hele tijd – dus ik heb onder het hele album van die field recordings uit Japan gezet. Het is uniek, mijn reis door Japan.” Deepchord presents: Echospace staat op 28 augustus op Voltt Loves Summer op de Amsterdamse NDSM Werf. Het album is eind juni uitgekomen via Modern Love. www.echospacedetroit.com
tekst
alfred bos
Sleuteljaar voor Todd Terje Voor Todd Terje is 2010 een spannend jaar. Zijn eerste album, Remaster Of The Universe, ligt in de winkel. De Noorse producer gaat deze zomer voor het eerst optreden met een band. Hij start dit najaar een eigen label. En zijn space disco sound, zo belooft hij, zal van kleur veranderen. “Minder disco en meer Balearisch.” Remaster Of The Universe is een verzameling van speciale edits van eigen producties en tracks van anderen (waaronder Popmuzik van M en Jose Gonzalez’s Killing For Love). De dubbelaar biedt een mix en een aantal losse tracks op de bonusschijf. Het album was een verzoek van het Duitse label Permanent Vacation, waar eerder dit jaar Terje’s meest bekende nummer, Eurodans uit 2004, in een nieuwe versie opnieuw uitbracht. Daarop heeft Terje het nummer anders gearrangeerd, ditmaal is het niet gemaakt met computer maar live ingespeeld door een aantal studiomuzikanten. Daarmee zal hij deze zomer voor het eerst ook optreden, op een groot Noors openluchtfestiuval in augustus. Maar wie de Todd Terje live ervaring persoonlijk wil meemaken zal naar het noorden moeten afreizen. “Het is een dure grap om je studio en alle apparatuur op het vliegtuig te zetten om in andere landen op te treden. Voorlopig ben ik dus alleen in Noorwegen te zien. Maar als ik ergens met de auto kan komen, zal ik daar ook optreden.” We bellen Todd Terje (echte naam: Terje Olsen) in zijn studio in Noorwegen, die hij deelt met Prins Thomas en Hans-Peter Lindstrøm. “Ik heb de sleutels”, roept hij schalks. De studio was de afgelopen jaren zijn thuis, het produceren heeft hij zichzelf geleerd. “Ik ging naar de universiteit om muziek et studeren. Maar ik realiseerde me al snel dat die opleiding om te lachen was. Ik ben toen overgestapt naar astrofysica.” Een half jaar voor zijn bachelor examen haakte Terje af, de muziek vroeg teveel tijd. DJB: Wanneer daagde het besef dat muziek een loopbaan kon zijn, dat je er genoeg geld mee kon verdienen om jezelf te onderhouden? Todd Terje: “Dat was zo’n vier jaar geleden. Ik gaf mezelf twee jaar om aan de muziek te besteden. Dat zijn er nu vier en ik ben tevreden met mijn huidige plek. Een eigen album – met eigen muziek, dus niet met remixen of edits - is een echte pijlpaal, iets om naar toe te werken. Als ik dat heb bereikt, stop ik wellicht. Dan heb ik alles gedaan wat ik wilde bereiken.” DJB: Je hebt iets met disco. Zie jij jezelf als een disco mens? “Dat hangt ervan af wie het vraagt. Voor een Duitser ben ik welicht erg op disco gericht,
mijn draaistijl is veel meer disco dan de gemiddelde minimal dj uit Duitsland. Maar tegen een Engelse journalist zou ik ‘nee’ antwoorden. Binnen de kring Engelse en Amerikaanse disco producers ben ik natuurlijk een buitenstaander. Drie jaar terug begon ik edits te maken. Daarmee kon ik iets toevoegen, dat werd nog weinig gedaan. Nu ben ik meer met studio apparatuur bezig.” DJB: Dus je album Remasters Of The Universe sluit een periode af? “Met remixen verdien je niet zoveel. Het is niet jouw muziek, maar jouw interpretatie. Met eigen muziek krijg je meer aandacht en je hebt ook auteursrechten waar je iets aan kunt verdienen. Ik denk dat de mijn muziek ook anders zal gaan klinken. Minder disco en meer jaren ’80, een beetje Balearisch ook. Ik hou van marimba geluiden.” DJB: Je eerste release verscheen in 2004, in zes jaar heb je twee of drie platen uitgebracht. Ben je zo kritisch? “Het is voor mij erg lastig om aan een nieuw project te beginnen. Daarom heb ik de afgelopen jaren zoveel remixes gemaakt. Dan heb je materiaal om mee te werken, er is al een begin. Als ik met een leeg scherm begin, weet ik niet wat ik moet doen. In een vol scherm weet ik mijn weg. Ik ben meer muzikant dan dj. Het probleem is dat ik zoveel ideeën heb dat ik nauwelijks kan kiezen.” DJB: Helpt het dan dat je Prins Thomas of Lindstrøm om advies kunt vragen? “Lindstrøm heeft hetzelfde probleem als ik. Hij heeft veertig ideeën per uur. Hij is hyperactief. Hij maakt veel schetsen. En hij doet zo’n twintig remixen per week.” DJB: Ben jij ook zo productief? “Nee, ik ben het tegendeel. Ik doe één remix per jaar. Deejayen vraagt veel tijd. En ik ben heel goed in het verzinnen van excuses om het studiowerk uit te stellen. Als ik eenmaal een idee heb, ben ik zo klaar met de track. Dan werk ik heel snel.” DJB: Laatste vraag, wat hebben Noren met snorren? “Ze apen me allemaal na! Maar er is wel degelijk zoiets als een Noorse manier van kleden. Baarden en houthakkershemden die uit de broek worden gedragen. Op zijn NewYorks, maar dan met baarden. Als ik van een dj gig terugvlieg naar Noorwegen kan ik de Noorse passagiers er zo uitpikken.” Remaster Of The Universe is uit via Permanent Vacation. www.myspace.com/toddterjemusic
feature
pagina
73
pagina
74
feature
tekst
mariska gunsing
Green Velvet Houdt zijn muziek jong
Green ‘do the percolator’ Velvet mag zich ondertussen tot het rijtje producers rekenen dat kan en mogen zeggen: “in mijn tijd…”. Er zullen weinig mensen zijn die geen mooie herinneringen ophalen bij het horen van zijn eerste hit Coffee Pot (It’s Time for the Percolator) uit 1992, welke hij produceerde onder zijn eerste artiestennaam Cajmere. Vanaf toen presteerde hij het elke keer weer met hits als Brighter Days, Preacher Man, Answering Machine, Flash en La La Land.
dat het haar ooit terugkomt.”
Stil zit de in Chicago geboren Curtis Alan Jones echter nog lang niet. Tegenwoordig doet hij vocalen voor projecten van Joris Voorn en onze eigen Fedde Le Grand, maakt hij remixes van Felix Cartal’s ‘Love’, Carte Blanche’s ‘Gare Du Nord’, Phil Kieran’s ‘Skyhook’ en van zijn eigen ‘La La Land’ and ‘Percolator’. Voor deze laatste twee hoeven we nog slechts geduld te hebben tot augustus. DJBroadcast vroeg de vroege househeld naar het begin van zijn ‘Velvet periode’, over jong blijven en over zijn nieuwe producties en aankomende album.
DJB: Geniet je nog net zoveel van het leven als artiest als tien jaar terug? “Ik realiseer me elke dag dat ik gezegend ben met het leven dat ik nu leid. Er bestaat op de wereld geen beter gevoel dan muziek maken waarvan mensen een glimlach op hun gezicht krijgen. Muziek doet leven.”
DJB: In een oud interview door DJ Mag zei je: ‘Ik was vroeger nogal verlegen en introvert. Daarom vond ik het in het begin best eng om live m’n ding te doen als Green Velvet.” Wat haalde je over het toch te doen? “Steeds meer mensen wilden me graag live bezig zien. Dus ik dacht: als ik mensen gelukkig kan maken met een live-set, waarom niet?” DJB: Het is alweer een hele tijd geleden dat je begon als Green Velvet. Je bent ook je typerende groene haar kwijt. Betekent dat dat je nu gewend bent aan ‘the Velvet thing’ of dat je een andere fase in het produceren van muziek hebt bereikt? “Op het moment ben ik erg gelukkig met alles wat ik bereikt heb en mensen waarderen me nu ook zonder ‘het haar’. Maar ik sluit niet uit
DJB: Je bent een legende in de ogen van veel electronische muziek liefhebbers. Hoe zorg je ervoor dat je muziek innovatief blijft? “Ik werk de laatste tijd veel samen met jonge, creatieve en zeer getalenteerde artiesten als Felix Cartal, Harvard Bass, Santiago & Bushido, Fedde Le Grand, Chuckie, Afrojack, Phil Kieran en Carte Blanche. Zij inspireren me en zorgen ervoor dat mijn muziek jong blijft.”
DJB: Vorig jaar bracht je ‘schatten uit de kelder’ naar boven met je Lost and Found album via Relief Records. Heb je al ideeën voor een volgend album? “Mijn volgende album wordt zeker bijzonder. Ik ben een paar samenwerkingen aangegaan en ben bezig met een paar innovatieve dingen. Voor de rest blijf ik nog mysterieus.” DJB: Kun je ons wat meer vertellen over je nieuwe track Harmageddon, welke eind juni uitkwam? “Het is een heel melodieuze en analoge synth track. Een nummer wat landen zullen spelen als ze ten strijde trekken.” Green Velvet doet een dj-set op de afterparty van de Axe City Parade in Brussel op zaterdag 21 augustus, samen met Paul Oakenfold, Fedde Le Grand, Dada Life, Dr Lektroluv, Dimitri Vegas & Like Mike. www.axecityparade.be
Wil je kans maken op een plaats achter de draaitafels tijdens de Axe City Parade? Maak een mix van drie kwartier tot een uur, upload deze voor 1 augustus op Soundcloud en stuur de link naar michael@djbroadcast.nl.
tekst
michael oudman
fotografie
lianne van de laar
pagina
Mount Kimbie: Nog met wilde haren
Ondanks stonden de jongens – jochies zou ik zeggen als ik wat ouder was geweest – van Mount Kimbie op het Off Centre festival. Eerdere interviewpogingen hadden tot dan toe nog geen vruchten opgeleverd, maar deze keer zou het lukken. Kai en Dom waren in dezelfde stad als ik, speelden op een festival waar DJB ook aanwezig was, en ze hebben een album op komst. Als het nu niet zo lukken, zou er een vloek op het interview rusten. En toen, toen kwam alleen Kai uit de lift stappen. Verontrustte – en ietwat slaperige blik – op het gezicht. Het zal toch niet… Voor iedereen die Mount Kimbie nog niet kent: twee jonge gasten die elkaar kennen omdat ze in hetzelfde universiteitsgebouw leefden, en zo over muziek aan de praat raakten. In 2009 brachten ze hun eerste EP uit, en wel meteen op het Hotflush label, dat bekend staat als gespecialiseerd dubstep label. Maar denk niet dat de heren dubstep maken, neen, het gaat verder. Interessant genoeg om beide heren te spreken dus. Tijd om terug te gaan naar het verontrustte gezicht van Kai. Dom blijkt niet wakker te worden. Hij reageert niet op zijn telefoon en niet op het gebons op de deur. De enige oplossing blijkt de hotelmanager te vragen zijn kamer open te doen. Behalve een gigantische kater blijkt er niets te zijn om ons zorgen om te maken. Ik doe mijn best om wat informatie uit de duidelijk vermoeide jongens te peuteren. Drie jaar geleden begonnen de heren als Mount Kimbie te werken. Na hun ontmoeting besloot Dom een studio in zijn huis te gaan bouwen. “We proberen allebei hetzelfde soort geluid te maken. We werken dus apart en sturen dingen naar elkaar door.” Een geluid dat erg gitaar-georiënteerd is. Dom: “Clubmuziek en gitaarmuziek zijn eigenlijk contrasten. Met een gitaar op het podium is eigenlijk meteen het clubgevoel weg, maar we proberen het atmosferische geluid en het clubgevoel toch samen te kneden.” Kai vult aan: “Dom zijn invloeden zijn sowieso minder dansmuziek-georiënteerd. Wat er gebeurde in Londen is dat we allebei opgewonden raakten van dubstep muziek. We hebben dat gecombineerd met de muziek waarmee we opgroeiden, iets persoonlijks dus.” Doelloos als doel Wat mij vooral verbaasde is dat de jongens hun eerste release op een vrij groot label hadden. Kai: “Dat was Dom!” Die reageert: “Ja, klopt, het was het enige label dat reageerde op de demo’s die ik had rondgestuurd. Paul, de eigenaar van Hotflush, zei dat hij geïnteresseerd was. Ik wist toen nog helemaal niet wat Hotflush was, ik was al lang blij dat iemand interesse had. Vanaf dat moment vroeg hij me alles te sturen wat we maakten.” En blijkbaar is Paul erg blij met het duo. Kai: “Elke keer dat we een track stuurden, zei hij ‘we hebben een single!’ en toen ‘we doen een EP!’ en daarna ‘laten we een album doen!’ Ik dacht eigenlijk dat hij er gewoon niet naar luisterde, hij liet ons nooit iets opnieuw doen namelijk. Maar toen ik iemand ander sprak die ook op Hotflush released hoorde ik dat hij wel af en toe iets moest aanpassen!”
feature
Het album, Crooks ’n Lovers, ligt vanaf deze maand in de winkels.“Ik kan moeilijk vertellen hoe het klinkt”, zegt Kai. “Ik vond het zelf wat meer uptempo, terwijl anderen het langzamer vinden klinken.” Dom: “Het combineert de verschillende geluiden van de twee EP’s, maar we hebben ook wat nieuwe dingen geprobeerd.” De tijd na het album beloofd rust te brengen. Kai: “We gaan kijken of we wat nieuwe gear kunnen kopen om de collectie uit te breiden, voor de liveshow ook. En voor de rest hebben we nog geen plannen! Het is fijn om ook gewoon doelloos muziek te kunnen maken.” www.myspace.com/mountkimbie
75
tekst
mariska gunsing
feature
pagina
77
Layo & Bushwacka: “Jammer van die wegwerpmuziekcultuur”
Matthew Benjamin, voormalig percussionist bij de London School Symphony Orchestra die zich bekeerde tot lid van het beruchte Rat Pack na een magazijnrave eind jaren ’80. Layo Paskin, voormalig acid house raver en medeoprichter van de wereldberoemde Londense club The End. Samen vormen zij sinds het midden van de jaren ’90 Layo & Bushwacka! DJBroadcast sprak een enthousiaste Layo over de electronische muziekwereld, hun eigen label Olmeto Records en hun laatste en aankomende releases. DJB: Jullie draaien al aardig wat jaartjes mee in de electronische muziekwereld. Wat vinden jullie het aantrekkelijkst aan werken in deze wereld? “Het creëren van onze eigen muziek en verspreiden over de hele wereld. Als iets begint met een idee van twee mensen in een kamer en uitgroeit tot iets wat door een enorme hoeveelheid mensen over de hele wereld wordt gewaardeerd.” DJB: En wat vinden jullie absoluut niet aantrekkelijk aan de electronische muziekwereld? “De wegwerpcultuur die sinds een paar jaar aan de muziek hangt. Door internet gaat het delen van muziek zo snel dat mensen niet genoeg tijd meer nemen om van muziek te genieten. Albums komen, albums gaan. Producers komen, producers gaan. Muziek krijgt
te weinig tijd zich goed te ontwikkelen. En wie bepaalt wat er goed of slecht is? Veel muziek wordt tegenwoordig bepaald door promotie. Maar zo is het nu eenmaal. Daarentegen genieten we met volle teugen van alles wat we doen en meemaken.” DJB: Jullie hebben in maart en mei twee nieuwe tracks uitgebracht op jullie eigen label Olmeto Records. Femme Fatal klinkt heel ‘80s en The Longest Day zal vast heel wat in Ibiza gedraaid worden deze zomer. Waarom varieert jullie sound zo? “Als het werk van anderen ons aanspreekt proberen we invloeden daarvan in onze eigen muziek te verwerken. Toch verbaasden we ons vanochtend in de studio er nog over dat iedere keer als we iets met invloeden proberen te maken, het altijd weer onze eigen sound meekrijgt. We kunnen niet vluchten van wie we zijn. Vaak produceer ik muziek met het beeld van The End in mijn hoofd. Maar soms zie ik ook een beeld van een andere club waar we hebben gestaan. Alleen al dat beeld bepaalt hoe de muziek klinkt die uit mijn handen komt. Ons humeur in de studio bepaalt ook veel en dat verschilt elke dag. Daarbij willen we als we aan het draaien zijn niet twee en een half uur hetzelfde draaien. Als wij naar een club gaan, vinden we het relaxed als een dj gevarieerd draait. Daar denken we ook bij na als we aan het produceren zijn.”
DJB: Waar zijn jullie nu mee bezig? “Op het moment maken we een remix voor de band Spectrum. Het wordt een rockmix met een DFA-achtige vibe en punky vocalen. Daarnaast zijn we nog aan het sleutelen aan een eigen zomerse productie met veel tribal drums.” DJB: In 2005 startten jullie je eigen label Olmeto Records. Waarom kozen jullie ervoor om een label te starten voor alleen jullie eigen releases? “Omdat het zoveel werk is om een label te onderhouden waarop andere artiesten ook releasen. We willen gewoon muziek maken, geen bedrijf runnen.” DJB: Jullie meest recente mixalbum is Global Underground 33: Rio, wat hebben jullie met Brazilië? “Brazilië heeft een zeer rijke muziekcultuur en niet te vergeten heerlijk eten. We voelen ons ook goed bij de manier waarop de mensen er leven. Europa heeft zoveel regels. Brazilië is meer open en vrij.”
Layo & Bushwacka staan zaterdag 31 juli van 19.45 tot 21.30 op de TWSTd stage van Rockit Open Air. www.rockit.nl
pagina
78
essential album
tekst
enrico riva
TJ Kong & Nuno dos Santos After Dark, My Sweet (Compost)
Witte raaf in het donker Het is een mooi stel, TJ Kong & Nuno dos Santos. De eerste is een veteraan die al in de jaren ’90, vanuit Eindhoven, de Nederlandse techno een goede naam gaf met internationaal gewaardeerde producties onder het alias Max 404. Erwin van Moll, zoals zijn echte naam luidt, is ook een man van de samenwerking; zo vormt hij met Jan Vanderlest het duo Clashing Egos. Nuno dos Santos, uit Utrecht, draait al jaren mee als dj. Met Patrice Bäumel vormt hij het team achter de 360 avonden in Trouw Amsterdam. In 2006 troffen Kong en Santos elkaar voor het eerst in de studio. En daar is wat moois uitgegroeid. Hun debuutsingle Circus Bells was een transparant geproduceerde tech-house track die het midden hield tussen deephouse uit de Berlijnse school van Dixon en het Innervisions label en de meer traditionele jaren ’90 techno van labels als Soma en Klang. Sophisticated clubmuziek met een transatlantische vibe, eigentijds maar ook met een vleugje retro, geen hype plaat – eerder een sleeper. Dat hij uitkwam via Compost gaf Circus Bells extra cachet. Circus Bells is geen eenmalig uitstapje gebleken, maar het begin van een bloeiende samenwerking. Er kwamen meer singles, alle via Compost, en inmiddels ligt het eerste album van het Nederlandse duo in de winkel. After Dark, My Sweet is zo’n witte raaf: een house album. Langspelers in deze stijl kom je zelden tegen en hij voelt niet als een willekeurige collectie singles, maar als een heus album, met opbouw, flow en climax. Achter After Dark, My Dear schuilt visie. De tracks zijn zorgvuldig gerangschikt – laat dat maar aan dj
Santos over – en vormen met elkaar een sluitend verhaal. Typerend is dat niet alle singles het album hebben gehaald, alleen de tracks die in de flow pasten. Zo ontbreekt Circus Bells. Wel horen we Merging (uit 2007) en Tranentrekker (uit 2008) in een nieuwe versie terug. De overige negen tracks zijn nieuw. Bovendien zijn de instrumentale tracks (vijf in getal) goed gemengd met de vocale bijdragen (zes stuks), wat het album alleen maar beluisterbaarder maakt. Raffinement Die vocale bijdragen komen niet van de minsten. Veteraan Robert Owens is te horen op Where Were You en de Britse Nicolette (die in de jaren ’90 een sterk solo album maakte en meezong bij Massive Attack) doet mee op twee nummers, Something Happened en Birthday. Daartussen bevindt zich de instrumental The Deep End, die een klassiek house loopje aankleedt met een filmisch arrangement. Het is typerend voor het raffinement waarmee Van Moll (Kong dus) zijn producties benadert. Valt er dan helemaal niets te vitten aan After Dark, My Sweet? Nee, niet echt. Tenzij je meent dat vernieuwingsdrang belangrijker is dan kwaliteit of traditie. Want al komen TJ Kong & Nuno dos Santos via After Dark, My Sweet in aanmerking voor de titel ‘debutanten van het jaar’, ze opereren in een bekend segment. Alleen, producties van deze verfijning zijn in dat segment nagenoeg onbekend. En albums in deze stijl ook. Prachtig luisteralbum dat, mits goed getimed, ook een dansvloer aan de gang houdt. 4/5 (Enrico Riva) After Dark, My Sweet is uit via Compost.
pagina
79
Geintje? Nuno dos Santos en Erwin van Moll (TJ Kong) vertellen Alfred Bos dat het After Dark, My Sweet album spontaan is ontstaan. DJB: Hoe ben jij, Erwin, Nuno tegengekomen? Erwin van Moll: “Ik draaide wel eens in [de Amsterdamse club] 11, net als Nuno. Ik had aan Olaf Boswijk [programmeur 11] gevraagd of hij iemand wist die zou kunnen draaien op mijn eigen avond in Eindhoven. Nuno heeft daar vervolgens gedraaid en het was gezellig. De volgende dag draaide hij met James Holden in Doornroosje en daar ben ik langs gegaa. Na afloop hebben we uren zitten praten. Daaruit kwam de suggestie: Waarom gaan we niet samen de studio in? Voor de gein hebben we een bewerking gemaakt van Circus Bells [van Robert Armani] en die opgestuurd naar Compost en Moodmusic. Sasse van Moodmusic vond het maar niks, doch twee uur later had hij zich bedacht. In die tussentijd had Michael Reinboth van Compost al gemailed en wij toegehapt.” DJB: Wanneer had jullie door dat er in de samenwerking meer zat dan een geintje? Nuno dos Santos: “Compost vroeg direct om een B-kant en daar hebben we een emotechno nummer voor gemaakt. Die release werd goed ontvangen en we zijn vaker samen gaan produceren. Ik ging wekelijks naar Eindhoven voor een dag studiowerk bij Erwin. Het album is spontaan ontstaan. Op een gegeven moment hadden we zoveel tracks dat Michael Reinboth voorstelde om een album te doen.” DJB: De volgorde van de nummers op de plaat lijkt zorgvuldig gekozen. Jouw inbreng, Erwin? Erwin van Moll: “Daar hebben we inderdaad veel aandacht aan besteed. Daarom lopen sommige nummers in elkaar over, het moest een album zijn dat je van begin tot eind kan beluisteren, in één ruk. Op het album staan ook nummers die eerder op vinyl waren verschenen, maar in een andere versie.” DJB: Wat gaat er na dit album gebeuren? Nuno dos Santos: “We zijn bezig met een clip voor This Time, samen met Arnout Hulskamp; er is een subsidieaanvraag ingediend. Na de zomer verschijnen er een vracht remixen, van ondermeer Chymera, Pitto, Meloen en Art Of Tones. Daarna is het open. Erwin wil graag nog een ambient album maken en het nieuwe Clashing Egos album komt binnenkort. Er liggen ook releases van hem klaar, gemaakt met Russ Gabriel. Ikzelf wil met Pien Feith, een zangeres uit Utrecht, een EP maken en ik ben bezig met een release voor het Trouw label. Maar uiteindelijk komen Erwin en ik weer bij elkaar. We willen het album ook live gaan brengen.” www.nunodossantos.nl www.tjkong.com
reviews Electric Wire Hustle Electric Wire Hustle (BBE/PIAS) verschijnt 20 juli
Zonder twijfel de muzikale verrassing van deze zomer, het debuutalbum van de volkomen onbekende act Electric Wire Hustle, afkomstig uit Wellington, de hoofdstad van Nieuw-Zeeland. Is dat niet de thuishaven van Nieuw-Zeelands meest succesvolle muziekexportproduct, Fat Freddy’s Drop? Ja, het is en wie overeenkomsten hoort tussen het gezelschap rond Joe Dukie en dit trio is allesbehalve gek. Dezelfde lome soul vibe, dezelfde eigentijdse productie, hetzelfde eclecticisme, dezelfde voortreffelijke zang. Maar Electric Wire Hustle is geen ‘me too’ band. Integendeel, het is een opvallende groep met een oorspronkelijk geluid. De grote grap van Electric Wire Hustle’s debuutalbum is dat het de tijdgeest perfect weergeeft. Het album is retro-futuro: het doet twee stappen terug om er drie vooruit te kunnen zetten. De muzikale mal is gesneden door de grote soulzangers uit de vroege jaren ’70 en wel van de sub-afdeling honingstemmen, denk aan Marvin Gaye, Al Green en Donny Hathaway. Zingende verleiders met een flinke portie gospel in hun muzikale rugzakje. Maar dit is allesbehalve een retro-plaat, want de productie sluit aan op wat J Dilla en Mad Lid de afgelopen jaren uit de digitale apparatuur klopten. Het resultaat is een soort geupdate variant van de nu soul waarmee D’Angelo in de jaren ’90 bekend werd. Zelfde soort muziek, alleen nog futuristischer. Deze muziek had alleen in de 21ste eeuw gemaakt kunnen zijn en dan eigenlijk ook alleen op een locatie die ver van de waan van alledag afstaat. Electric Wire Hustle past dus in geen enkel vakje, maar klinkt niettemin erg toegankelijk en maakt bij de eerste beluistering direct contact met de luisteraar. Dat is op zich al knap. Helemaal leuk wordt het als blijkt dat het drietal niet alleen vibes en grooves, maar ook songs uit de mouw te kunnen schudden. De arrangementen zijn doorgaans gestript van overbodige extra’s, al worden enkele nummers opgesausd met blazers. Als je ze zo hoort stoeien met synths en samplers vermoed je geen compacte live band, maar dat is Electric Wire Hustle ook. Op 19 juli staan ze in Wijk aan Zee. ***** (Enrico Riva)
Mr. G Still Here
Reboot Shunyata
Ratatat LP4
(Rekids)
(Cadenza)
(XL Recordings)
Als er een technohemel is, dan verdient Colin McBean er later beslist een standbeeld. De zwarte Brit takelde techno vijftien jaar terug naar een hoger plan. Dat deed hij niet alleen, maar met Cisco Ferreira met wie hij jarenlang The Advent vormde. Na indrukwekkende optredens, een stortvloed aan singles en het album Elements of Life verlaat Mr. G (zoals McBean zich toen al noemde) in 1999 The Advent en gaat solo verder. Daarom is het verbazingwekkend dat Still Here zijn solodebuut is. Hij is er blijkbaar nooit eens goed voor gaan zitten. Als Mr. G maakt de veteraan house waarop met vette rode letters Old School gekliederd staat. House met baslijnen waarop labels als Murk, Trax en Strictly vroeger het patent hadden. Tegelijkertijd heeft Still Here de stoerheid van techno, dankzij de robuuste productie. Het album is essentieel dj-voer. Fijn dat Mr. G er nog is. ***** (René Passet)
Reboot is de werknaam van Frank Heinrich, waaronder hij de afgelopen jaren muziek uitbracht via labels als Cocoon, Below en Cadenza. Shunyata is Reboots eerste langspeler, het album bevat vooral diepe, percussieve tech-house bijdragen met zo nu en dan een (dubbed out) soundscape/thema, die ietwat verborgen en vooral gedoseerd langskomen. Openingstrack Uruana is een beatloos startschot, dat percussie-rijke latintechno combineert met Detroit keys en dub-invloeden. Opvallend is de track Save Me, dat een onrustig, verknipt thema bevat, welke zorgvuldig tussen de beats en percussie geprogrammeerd is. Sterk staaltje productie-technisch vakmanschap. Temidden van alle diepe ‘tech’ tracks vinden we ook een zomers uitstapje in de vorm van Hermano, dat met zijn piano’s en ritmiek weinig subtiel flirt met het muzikale idioom uit ZuidAmerika. Shunyata is in de breedte een aardig album geworden, maar doet bij ons geen potten en pannen breken. ***** (Art-D-Fact)
Met LP4, toevallig ook de vierde LP, voegt Ratatat een nieuw hoofdstuk aan de kaleidoscopische electrorock die zo kenmerkend is voor het duo uit Brooklyn, New-York. Snerpende, synth-achtige gitaarakkoorden, breakbeats en een exotisch spectrum aan leipe geluidjes. Mike Stroud en Evan Mast zijn herkenbaar vanaf de eerste toon en avontuurlijk tot de laatste track. Het vierde album is anders dan zijn voorgangers. Of toch niet? Het introduceert een scala aan nieuwe samples, live-instrumenten en een, voor hun doen, grootverbruik van vocale snippers, en toch klinkt elk nummer als onderdeel van een grote familie. Pure electronische incest. Er zijn huilende gitaren en opzwepende drums; orchestrale robotrock en Oosterse invloeden. Net als Air zijn lome sexy sound heeft en Daft Punk zijn opgevoerde tetris-rock, heeft ook Ratatat een onmiskenbaar eigen geluid. Bijna zonder vocalen weten ze je mee te voeren door het electronische sprookjesbos. LP4 zal twijfelaars overtuigen en trouwe fans behagen. ***** (Soe Rafeek)
Pezzner The Tracks Are Alive
V/A Curle 25 - So Far (So Good)
Penner + Muder Same Monkeys Different Zoo
(Freerange)
(Curle Recordings)
(Moodmusic)
Wat een groei heeft de Amerikaanse houseproducer Dave Pezner doorgemaakt; de man uit Seattle heeft zijn geluid gevonden. Dat zit in de househoek, maar dan wel aan de eigenwijze kant, waar vierkwartsmaten tegen elkaar opbotsen of complexe akkoorden elkaar plagerig in de staart bijten. Pezzner zet weliswaar de groove voorop, maar vergeet niet te experimenteren. Het resultaat klinkt de ene keer als het vernieuwende Prescription Records twintig jaar later, terwijl twee nummers later referenties als The Field, Steve Reich (!) en The Tom Tom Club opduiken. Van die laatste groep leende Pezzner het markantste element van hitsingle Wordy Rappinghood, om er vervolgens een hypnotiserende housetrack van te boetseren. The Tracks Are Alive is geen loze kreet. De dertien nummers zitten inderdaad vol gedetailleerd leven en wekken een prettig soort trance op, zonder trance te zijn. Een knap en veelzijdig album van iemand die zijn brood tot nu toe vooral verdiende met reclamemuziekjes. Dat gaat veranderen. ***** (René Passet)
Curle is een relatief klein, maar daarom niet minder fijn label dat sinds haar eerste release in 2006 stukje bij beetje aan respect heeft gewonnen. Het Belgische label heeft ter ere van de 25ste release een compilatie in twee delen opgehoest. Op de eerste schijf horen we een twaalftal ongemixte bijdragen uit de catalogus, aangevuld met een mp3 schijf die drie verschillende mixen bevat – door Anthony Collins, Peter van Hoesen en Fader. Slim concept! En als dan ook nog de gemiddelde kwaliteit van de ‘tech’ tunes dik in orde blijkt, kunnen we concluderen dat dit een aantrekkelijke dubbelaar is voor zowel de house als technoliefhebber. Met namen als Efdemin (eigen werk, maar ook geremixt door Martyn en John Beltran), CRC, Mark August, Anthony Collins en Thomas Brinkmann weet je min of meer wat je kunt verwachten. Kenners weten sowieso dat men bij Curle geen troep voorschotelt. ***** (Art-D-Fact)
Labelbaas Sasse moet behoorlijk vertrouwen hebben in de kwaliteiten van John Muder en Nils Penner. Na slechts twee 12 inches van de nieuwelingen te hebben uitgebracht laat Moodmusic het debuutalbum van Penner + Muder op de wereld los. Opluchting, Same Monkeys Different Zoo haalt het niveau van de gemiddelde Moodmusic langspeler. Een sophisticated geluid, smaakvol geproduceerd, deephouse die net iets electronischer en net iets minder jazzy klinkt dan wat Jamie O’Dells Freerange label er doorgaans van bakt. Tien lange tracks, ingeleid en afgesloten met een kort in/outro. Hier en daar een vocale bijdrage, van John Muder zelf.. Omdat de arrangementen zijn gestript van overbodige liflafjes krijgt de groove alle ruimte. En het album heeft meer soul dan de doorsnee minimal release. Nadeel is evenwel dat Same Monkeys Different Zoo ook nauwelijks uitschieters naar boven telt. Conclusie: Adequaat debuutalbum dat in de smaak zal vallen bij liefhebbers van deephouse en daarbuiten geen potten zal breken. ***** (Enrico Riva)
pagina
81
pagina
82
reviews
Ost & Kjex Cajun Lunch (Diynamic)
Noorwegen heeft natuurlijk meer te bieden dan space disco en eindeloze winters. Neem nu het duo Ost & Kjex, twee producers uit Oslo (Petter Haavik en Tore Gjedrem) die zweren bij kaas. Muzikale kaas, dus niet hip, niet trendy; eerder om verveeld je neus over op te halen. Maar in hun geval maken ze van kazigheid juist übercoole clubmuziek die verrast en een lange houdsbaarheidsdatum heeft. Kaas boven kaas. Ze zijn al een tijdje actief en Cajun Lunch is de opvolger van hun debuutlangspeler, Some, But Not All Cheese, Comes From The Moon (Planet Noise, 2004). Twee jaar terug liepen ze de producer Solomun uit Hamburg tegen het lijf en gezamenlijk maakten ze de track Federlicht (uit op de Nordisch By Nature EP via Solomuns Diynamic label). Die krijgt nu een vervolg met Cajun Lunch. Het eerste wat aan het album opvalt zijn de falsetto vocalen van Mr. Ost. Vocale house is doorgaans of gospel jubel of gay gekreun. Cajun Lunch daarentegen biedt glimmende club grooves met radio potentie, want met een paar edits zijn de tracks in te korten tot liedjes met kop, staart en herkenbare refreinen. De feel is onmiskenbaar house, maar dan wel met een Prince twist. Dat komt door die kopzang, ook vaak door Prince gebezigd. Het zal niemand verwonderen dat Ost & Kjex het afgelopen jaar nog Prince’s Dirty Mind coverden. Wie om een goeie baspartij verlegen zit, kan inspiratie halen uit dit album want het telt er meerdere. Die bassen klinken vol en diep, beter geproduceerd dan gebruikelijk, en zijn zonder uitzondering ongemeen funky. Het tweede wat aan Cajun Lunch opvalt is de kwaliteit van de composities en productie. De mannen hebben overduidelijk affiniteit met de clubcultuur, maar ook een voorkeur voor muzikaal vlees op de minimal beats botten. Dat levert tracks op die ook buiten de dansvloer overeind blijven. Ik zou zeggen: trommel ze op voor de zomerfestivals. Ze krijgen zelfs de drugshonden aan het swingen. ***** (Enrico Riva)
Actress Splazsh
V/A Next Stop … Soweto vol. 3: Jazz In South Africa 1963-1984
V/A Strictly Ibiza
(Honest Jons/Konkurrent)
(Strut/PIAS)
(Strictly Rhythm/Defected)
Journalisten die van hokjes houden hebben aan Splazsh een zware dobber. Probeer het tweede album van Actress maar eens in een hokje te duwen. Lukt je niet. Kansloos. Hooguit kom je in de buurt door de muzikale stamboom van Darren J. Cunningham na te trekken. Die loopt van Anthony Shakir via Underground Resistance langs Prince en de vroege The Human League, toen die nog kamers vol synths hadden staan. Maar het kan niet anders of Actress is na zijn debuutalbum Hazyville (1998) ontvoerd door aliens. Zo buitenaards klinkt Cunninghams idioom op Splazsh. Dat begint al op de meditatieve openingstrack Hubble, waarop je de beroemde ruimtetelescoop traag en gestaag rondjes ‘hoort’ draaien rond de planeet, speurend naar het suboceanische rijk van Drexicya. Dat alles met speels gemak in een fabelachtige science fiction-achtige productie waarin geluiden worden afgeknepen, bassdrums gemoffeld klinken en hi-hats met chloor lijken gebleekt. Zo klonk dansmuziek nog niet eerder. ***** (René Passet)
De onvolprezen serie Next Stop … Soweto besluit met een laatste aflevering. Na twee delen met de dansmuziek van de jaren ’60 en ’70 uit Zuid-Afrika is deel drie een dubbelaar, gewijd aan de niet kinderachtige jazz scene van het meest ontwikkelde land in Afrika. Ondanks een onmenselijk apartheidregime en draconische wetten bloeide er een levendige jazz wereld. Sommigen trokken naar het buitenland en groeiden uit tot wereldsterren, zoals Hugh Masekela en Miriam Makeba. Die staan dus niet op deze dubbelaar. Anderen – zoals Dudu Pukwana en Chris McGregor - trokken in een iets later stadium naar Engeland en leidden, ondanks hun kwaliteiten, een marginaal bestaan in de progressive scene van rond 1970. De thuisblijvers lieten zich niet intimideren en speelden de sterren van de hemel. Bebop en modale jazz uit de States is het voorbeeld, aangevuld met lokale ritmes. De twintig tracks zijn bijna zonder uitzondering top jazz en kunnen zich meten met het beste op Blue Note of Impulse. ***** (Enrico Riva)
Ibiza is het toverwoord waarmee duizend en één mixverzamelaars aan de man worden gebracht. Doorgaans van bedenkelijke kwaliteit, soms verrassend goed. In die laatste categorie valt de dubbelaar die Osunlade samenstelde voor het vermaarde Strictly Rhuthm label. Naast een aantal eigen producties koos hij geschikt materiaal uit de ruime Strictly catalogus en vulde die selectie aan met prettige tracks uit de bak house/ deephouse. Met bijdragen van Phil Asher, Ripperton, Nick Chacona en The Timewriter weet de liefhebber ogenblikkelijk dat Osunlade kiest voor kwaliteit boven populariteit. Hij staat voor house van het verzorgde soort, soms gekruld met een spiritueel randje, maar nooit snobistisch of nuffig. Waar Roger Sanchez gaat voor de handen in de lucht, is Osunlade meer de man van de brede glimlach. De twee mixen zijn uit hetzelfde tropische hardhout gesneden en vormen het ideale geluidsdecor van de lome avonden die voorafgaan aan zwoele nachten. Wie valt op voorspel, hoeft niet verder te zoeken. ***** (Enrico Riva)
Mount Kimbie Crooks & Lovers
V/A Soma Coma vol. 4
V/A Some Tunes 4
(Hotflush)
(Soma)
(Basserk)
Samen met Joy Orbison, James Blake en Deadboy behoort Mount Kimbie tot de smaakmakers van alles wat scheef loopt op het Britse eiland. Na twee singles is het duo Dominic Maker en Kai Campos klaar voor een groter avontuur. Hoewel, hun debuutalbum klokt amper een half uur. Als het niet uit de breedte komt dan maar uit de diepte, en wat dat betreft stelt Crooks & Lovers niet teleur. Het duo monteert met speels gemak onderdelen uit techno, soul en hiphop op hun bontgekleurde voertuig, waarbij het chassis overduidelijk gemaakt is in de dubstep fabriek. Hun samples van voorzichtige gitaarakkoorden, baslijntjes en beats klinken prettig nonchalant en zijn allesbehalve volmaakt, hetgeen de warmte van Mount Kimbie’s beats alleen maar ten goede komt. Voeg daarbij de in stukjes gehakte en versnelde of vertraagde vocalen en je hebt een sympathiek debuut bij de kladden. Crooks & Lovers zet beslist de toon voor de post-dubstep generatie. *****(René Passet)
Op Soma Coma vol. 4 laten door de wol geverfde techno artiesten – uitsluitend uit de stal van het Schotse Soma label – horen dat ze ook prima uit de voeten kunnen met sfeervolle ambient, elektronica collages en andere, vaak beatloze geluidstapijten. Deze compilatie sluit dan ook feilloos aan op het nieuwste album van The Black Dog. Uiteraard staat dit herboren trio ook meerdere malen op de tracklist. Daarnaast vinden we op Soma Coma vol. 4 bijdragen van Slam, Silicone Soul, Alex Smoke, Funk D’Void, Vector Lovers, Let’s Go Outside en Pablo. Alle genoemde namen komen meerdere malen aan het muzikale woord en maken indruk met producties die nogal afwijken van het bekende technopad van het uit Glasgow afkomstige label. Deze release zou je dan ook eerder linken aan een label als Warp, maar dat is eigenlijk complete bijzaak. Helemaal goed, deze collectie sfeertracks. ***** (Art-D-Fact)
Het Basserk label ligt op stoom. Nog geen drie maanden na de vorige labelverzamelaar ligt er alweer een nieuwe editie van Some Tunes in de winkel. De reeks fungeert als platform voor c.q. vergaarbak van anarchistsche electro uit eigen stal dan wel ingelicenseerde tracks van vergelijkbare labels uit het buitenland. Basserik is punk qua mentaliteit en electro qua muziek. Dat levert scheur electro op, stekelig als een egeltje en maf als een hondsdolle vleermuis. En ook op Some Tunes 4 is het raak en beuken de conussen zestien tracks lang tegen het frame van de baskasten. Je zou er een tikje metaalmoe van kunnen worden, ware het niet dat er verrassingen tussen het bekende – en dus redelijk voorspelbare – Basserk geluid zitten. Zoals de tropische beats die Portugees Klipar over zijn rave monster Up Da Bamba uitstrooit. Wat na vier aflveringen begint op te vallen is, dat een flink deel van de bijdragen weliswaar keurig (hoewel?) zijn werk doet maar ook onderling verwisselbaar is. ***** (Enrico Riva)
reviews The Chemical Brothers Further (Parlophone/EMI)
Wat je verder ook over ze denkt, The Chemical Brothers zijn erg standvastig. Elke twee, soms drie jaar een album en zo presenteren Ed Simons en Tom Rowlands de zevende langspeler sinds hun debuut Exit Planet Dust uit 1995. En ook al variëren ze hun geluid desgewenst – meer of minder breakbeats, meer of minder electro, meer of minder rock gasten – ze zijn ook betrouwbare leveranciers van een breed toegankelijk, prachtig geproduceerd en doorgaans stevig geluid dat zowel de popradio als de rockstadions als de dansclubs weet te bekoren. Voorwaar, geen kattepis en het tweetal is een vaste waarde in clubland. Waardoor ook na zes langspelers nog steeds halsreikend wordt uitgekeken naar nieuw werk van de mannen. Al hebben de albums de neiging om vanaf nummer vier, Come With Us uit 2002, telkens niet iets minder spannend te zijn dan hun voorgangter. Het slechte nieuws is dat Further die trend – de titel indachtig – voortzet. Het goede nieuws is dat er ondanks die naar beneden hellende curve nog steeds voldoende valt te genieten. Wat direct aan Further opvalt, is het ontbreken van gastzangers. En dat is een primeur voor Simons en Rowlands. Furthers is dus direct meer clubby en minder rock dan al zijn voorgangers. De focus ligt derhalve minder op songs en meer op tracks voor de dansvloer, waarbij het talent van het duo voor kamerbrede, epische producties hen goed uitkomt. Die epische kraker is ditmaal Escape Velocity, bijna twaalf minuten lang, en hij wil maar niet tot ontbranding komen. Voor de rest: business as usual, maar dan zonder studiogasten. Swoon heeft iets jaren ‘80s, zoals wel meer tracks op voorganger We Are The Night. Another World is weer stevige kost, zoals de dat van de chemische gebroeders gewend zijn. En Horse Power is muzikale meligheid met de turbo erop. Wie nog nooit muziek van The Chemical Brothers zal van Further ongetwijfeld plat gaan, de plaat klinkt ala een klok. En wie het duo als vijftien jaar volgt, zet het album met een licht schouderophalen achteraan de rij. En weet je wat, ze hebben allebei gelijk. ***** (Enrico Riva)
DeepChord presents Echospace Liumin
Diskjokke En Fin Tid
V/A Watergate 06: dOP
(Modern Love)
(Smalltime Supersound)
(Watergate)
Vaak vergeleken met de producties van Maurizio, maar toch ook met een totaal eigen touch. Die omschrijving is van toepassing op het Echospace project van Rod Modell (DeepChord) en Stephen Hitchell (Soultek). Echospace wordt op Discogs treffend omschreven als een ‘deep dubbed out minimal project’. Geen speld tussen te krijgen, want ook Echospace’s nieuwste werkstuk Liumin is één lange zwerm van geluidsbewegingen die tot in de diepste diepten worden vermenigvuldigd, vertraagd enzovoorts. Dit is dub-techno zoals het ooit bedoeld is: waanzinnig mooi, hypnotiserend en onwaarschijnlijk diep. Liumin blijkt het ‘warme’ antwoord op het eerder verschenen The Coldest Season (2007). Het knappe is dat het lijkt alsof je naar een dj sessie luistert, maar in werkelijkheid schuift het duo sferen en thema’s in en over elkaar, zonder dat het storend werkt. Liumin is, met bijna 80 minuten speelduur, zonder enige twijfel het beste dub-techno album dat we in tijden gehoord hebben. ***** (Art-D-Fact)
De naam Diskjokke (de artiestennaam van Joachim Dyrdahl) doet ten zuiden van zijn woonplaats Oslo wellicht minder bellen rinkelen, maar als dj draait hij toch al jaren zijn rondjes onder de discobol. Dyrdahl maakt deel uit van de Noorse discotrein, met Prins Thomas als stoker en Todd Terje als machinist. Na zijn debuutalbum Staying In (2007) kreeg Dyrdahl telefoontjes van onder meer Charlotte Gainsbour, The XX en Bloc Party en besloot muziek te verkizen boven zijn baan als mathematicus. Dat betaalt zich uit op En Fin Tid, Noors voor ‘een wereldtijd’. Daarop perfectioneert Diskjokke zijn dubby discosound. Die heeft meer gemeen met synthesizergoden uit de jaren ’80 als Vangelis, Tangerine Dream en Alan Parsons Project dan met discoproducers als Giorgio Moroder of Bobby Orlando. De melodieuze grooves van Diskjokke zijn psychedelisch en wollig. En Fin Tid is meer bedoeld voor het hoofd en de onderbuik dan voor onrustige voeten. ***** (René Passet)
De mixcompilaties van Watergate, de club en het abel, volgen elkaar in tamelijk hoog tempo op. dOP bestaat uit Clement Zemstov, Damien Vandesande en Jonathan Illel. In een drie jaar tijd bracht het trio releases uit via labels als Circus Company, Milnor Modern en Dirt Crew Recordings. Kortom, de carrière van het trio zit nog altijd in de lift. De mix dan: gedurende deze sessie komen vrijwel uitsluitend eigen bijdragen voorbij, vaak in samenwerking met anderen. Denk hierbij aan namen als Nôze, Aquarius Heaven, Wareika en Seuil. Beetje ijdele aanpak dus, maar dat is in dit geval geen enkel probleem. Luister bijvoorbeeld eens naar het bijzondere Les Fils Du Calvaire, dat dOP samen met Nôze bakte. En zo heeft deze mix nog vele uitstekende tracks te bieden, waarbij (tech) house en techno de gemeenschappelijke deler zijn. Geen bijzondere mix, maar gewoon degelijk, gevarieerd en leuk om te beluisteren. ***** (Art-D-Fact)
Hrdvsion Where Did You Just Go?
The Herbaliser Herbal Tonic (Best Of)
Aardvarck Choice
(Wagon Repair / V2)
(Ninja Tune)
(Eat Concrete)
Zou Nathan Jonson aan het Axel Merckx-syndroom lijden? Als jongere broer van Mathew Jonson lijkt het me lastig om onder die enorme schaduw vandaan te kruipen. Muzikaal zijn de overeenkomsten in ieder geval beperkt. Vergeleken met de melodieuze, vloeiende en met mdma doordrenkte technobeats van zijn broer klinken de producties van Nathan onder de noemer Hrdvsion een stuk hoekiger. Komt door zijn moeder, die hem als puber ooit een album van Squarepusher cadeau gaf. Wat een vrouw. Bovendien zoekt Nathan het eerder in beperking, waar Mathew het qua keyboards en machines niet gek genoeg kan zijn. Het maakt zijn tweede langspeler Where Did You Just Go (opvolger van het in 2002 verschenen 25 Cents) tot een experimenteel, avontuurlijk en enigszins fragmentarisch album. Stekelige Rephlex-achtige ritmes spelen tikkertje-met-verlos in een half geverfd huis ergens in de Border Community. Soms leiden de kale trappen naar nergens, maar even zo vaak stuit je op iets moois, iets onverwachts. ***** (René Passet)
The Herbaliser, het bekende hip-hop/funk duo Jake Wherry en Ollie Teeba, heeft sinds 1995 een waslijst aan singles en albums uitgebracht – vrijwel uitsluitend voor het experimentele Ninja Tune label. Tijd voor een ‘Best Of’, moet men gedacht hebben bij het uit Londen afkomstige label. Herbal Tonic (Best Of) geeft een showcase van het avontuurlijke geluid van The Herbalise; kortweg een fusie van funk, jazz, hip hop, latin en ‘60s soundtracks. Op dit verzamelalbum zijn er gastrollen voor Jean Grae (3x), Roots Manuva en MF Doom. Gelukkig ontbreken klassiekers als Something Wicked (met Seaming To) en The Sensual Woman (ooit door Monte La Rue geselecteerd voor zijn eerste Lounge Deluxe compilatie uit 2000) niet, wat ook binnen deze selectie ware hoogvliegers blijken. Herbal Tonic is een verdraaid lekkere plaat, maar is eigenlijk alleen echt interessant voor de mensen die zich nooit eerder in de muziek van The Herbaliser hebben verdiept. ***** (Art-D-Fact)
Nee, hij is geen dier maar een mens, mompelt Gaslamp Killer over Aardvarck in het openingsnummer. Dat die twee het met elkaar kunnen vinden, is nauwelijks een verrassing. Allebei prettig chaotisch, allebei alleskunners op muzikaal gebied. De excentrieke Amsterdammer draaide de afgelopen jaren zijn hand niet om voor dubstep, reggae, techno of hiphop en vond als dj aansluiting bij de dubstep-scene die viel voor zijn scheve beats. Aardvarck producties zijn lekker gruizig en lo-fi, waarbij orde en structuur ondergeschikt zijn aan de vibe. Op Choice, opvolger van het vorig jaar verschenen en nogal fragmentarische Titi, houdt Aardvarck het tempo laag en de bas dik. Heel dik soms, zoals op Dik of Snoeiharde Tekkno Met Stoere Biet. Alleen al om de titels houden we van dit varkentje. Maar serieus, Choice kan zich meten met het beste van collega beatmakers als Dimlite, Mike Slott of Illum Sphere. ***** (René Passet)
pagina
83
reviews Kele Okereke The Boxer (Wichita / V2)
Moeten we vrezen voor de toekomst van Bloc Party? Na drie groepsalbums komt Kele Okerere, de zanger en gitarist van het Londense kwartet artpunks, met een soloplaat. The Boxer trekt de lijn door die al was ingezet op het derde en meeste recente Bloc Party album, Intimacy van twee jaar terug. Dat betekent minder alternatieve rock en meer clubgerichte tracks. Zijn talent voor sterke hooks is Okereke gelukkig nog niet kwijt. Voor alle duidelijkheid, The Boxer mag zwaar leunen op electronica, het album draait om liedjes en niet om grooves. Kele Okereke is en blijft in de eerste plaats een singer-songwriter, zoals goed blijkt uit de eerste single van het album, Tenderoni. Het is representatief voor de plaat. Al zijn de beats potig en scheuren de synths als boze bijen, The Boxer maakt niettemin een ontspannen indruk. Alsof de maker van een keurslijf is verlost en zonder verwachtingen aan de slag is gegaan. Aan zijn zijde staat de New-Yorkse producer Alex Epton, die ook produceert onder het alias XXXchange. Hij geeft het album, ondanks de zwaar bewerkte sounds en effecten, een luchtig geluid mee. The Boxer ademt, tien ronden lang. Als je enkel naar de teksten luistert is The Boxer een wave album met een donkere ziel, het had pak ‘m beet The Sound of Comsat Angels uit 1981 kunnen zijn. Maar de muziek is helemaal nu: zwaar eclectisch, electronisch, en schitterend geproduceerd. Wat ook helpt om van The Boxer een plaat te maken waar je vaker naar teruggrijpt, zijn de songs. De tien compacte tracks, liedjes met kop en staart, zijn origineel en gevarieerd. En voor je het weet zitten ze in je kop. Het is een boeiende botsing, deze clash van alternatieve rock en clubcultuur. Remixers kunnen er hun hart aan ophalen en avontuurlijke songs als On The Lam of Rise ombouwen tot monsters voor de dansvloer. Justice zou er jaloers van worden. En Bloc Party wellicht ook. ***** (Enrico Riva)
Diesler Tie Breakers
V/A 20 Years of Joey Negro
Delorean Subiza
(Social Beats/Unique)
(Z-Records)
(True Panther /M atador)
Diesler is de werknaam van Jonathan Radford, een producer die we vooral van zijn geweldige albums voor Tru Thoughts kennen. Vooral het uit 2006 stammende Keepie Uppies is nog altijd een aanbeveling waard. Na zijn Tru Thoughts periode verscheen via het Freestyle label de langspeler The Rhythm Station (van najaar 2007), een plaat die we eerlijk gezegd gemist hebben. Tie Breakers is een nieuw stekje in de altijd swingende kruidentuin van Diesler, wie altijd garant staat voor funky beats en breaks met kruiden die grotendeels uit Zuid-Amerika afskomstig zijn. Op Tie Breakers doet Diesler een beroep op de vocale kwaliteiten van oudgediende Laura Vane, Stee Downes (bekend van het Sonar Kollektiv label), Linda Bloemhard (AIFF en The Jazzinvaders) en Caroline Ekstöm. De resultaten zijn zonder uitzondering goed, maar soms missen we de gepeperde werking van Diesler’ eerdere werk. Samenvattend: Tie Breakers biedt een kleine veertig minuten aan tropische funk vibes binnen wisselende ritmes. ***** (Art-D-Fact)
Hij wordt wel eens onderschat, de rol die Dave Russell Lee heeft gespeeld in de Britse house scene. Twintig jaar draait de man - die zich Joey Negro noemt, maar ook achter Akabu, Dough Willis of The Sunburst Band zit - al mee. Op zijn eigen label Republic bracht hij in ’88 de allereerste houseplaten naar het Verenigd Koninkrijk. Later stichtte hij Z-Records, dan nog altijd bestaat en waarop hij tientallen singles uitbracht vol gelikte vocale house en neo-disco. Grotendeels genegeerd door de serieuze muziekpers maar geliefd door dj’s die grote clubs in Zuid-Europa in beweging moeten zien te houden. Toch zou je Joey Negro ernstig tekort doen door hem als handbag-producer weg te zetten. Dat bewijst de veelzijdige mix die DJ Spinna deed op deze driedubbeldikke verzamelaar. Via downtempo soul naar Roy Ayers-achtige boogie en extatische disco; allerminst vernieuwend maar met een kwaliteit die veel andere producers zelden halen. ***** (René Passet)
Dit is het debuutalbum van een opmerkelijk gezelschap. Het kwartet Delorean woont en werkt vanuit Barcelona. Van oorsprong zijn het punkrockers (emocore, om precies te zijn) uit Baskenland, die in 2008 het licht zagen, naar Barça verkasten en zich in de etalage zetten als remixers. Hun vorig jaar verschenen Ayrton Senna EP werd door de internationale muziekbladen en websites opvallend goed ontvangen en nu is er dan Subiza, het eerste lange werkstuk. Het is een opvallend verhaal, maar daaraan dank Delorean alle bijval niet. Die is voor de muziek: een luchtige, zomerse cocktail van pop en trance-achtige dansmuziek. En dan moet je eerder denken aan Phoenix dan aan Tijs Verwest. Niet dat het super-origineel of van uitzonderlijke kwaliteit is. Subiza telt negen catchy, melodieuze en opbeurende tracks – een stuk spannender dan wat b.v. Empire Of The Sun ervan bakt. Check opener Stay Close of Endless Sunset (track 3) en je concludeert: dit is de ideale zomerplaat. ***** (Enrico Riva)
Morcheeba Blood Like Lemonade
Gideon van Gelder Perpetual
Pendulum Immersion
(PIAS)
(Kindred Spirits)
(Warner Music)
Dive Deep uit 2007 was Morcheeba’s laatste wapenfeit, waarop onder andere het schitterende Blue Chair te vinden was. Grote afwezige op Dive Deep (2007) en ook The Antidote”(2005) was zangeres Skye, waarmee Morcheeba midden jaren ’90 de basis voor het succes legde. Op Blood Like Lemonade is Skye terug van nooit weggeweest. Haar typerende, loepzuivere stemgeluid sluit nog altijd naadloos aan op de ‘trippy’ moods die Morcheeba brengt. Het zevende album is geen vernieuwende of opvallende plaat geworden, maar biedt muziek die opgebouwd is uit elementen van triphop, downtempo en pop. Liefhebbers en fans weten wat ze kunnen verwachten en worden absoluut niet teleurgesteld. Echter, Blood Like Lemonade is zeker niet het beste werk dat Morcheeba de laatste jaren uitbracht. De beste bijdrage van het album wordt tot het laatste bewaard. Beat Of The Drum, de voorlaatste track, is Morcheeba ten voeten uit en knipoogt subtiel met de sound van de eerste albums. ***** (Art-D-Fact)
Hij komt uit Amsterdam maar woont sinds drie jaar in New York,waar hij jazz-zanger José James tegen het lijf liep. Dat klikte, want sindsdien is de Nederlander de vaste pianist van de snel-rijzende ster. Zelf is Van Gelder ook geen beginnner. Op zijn zeventiende speelde hij al samen met het jazzorkest van het Koninklijk Concertgebouw. Op zijn debuutalbum Perpetual staan zeven lange tracks waarop het woord Dynamiek met hoofdletters geschreven wordt. Zo bollen de zeilen op het openingsnummer Wave direct vervaarlijk op, om daarna sierlijk slap te vallen in het windstille vervolgnummer Glow, waarop Van Gelder het grotendeels alleen moet klaren. Elders krijgt hij hulp van zangeres Becca Stevens en tenorsaxofonist Lucas Pino, terwijl drums en bas bescheiden in de schaduw blijven. Het is pure jazz, vol vrijheid en improvisatie en daarom ook een dappere release voor het Amsterdamse Kindred Spirits label. Dat zich met dit sterke album buiten de voor hen bekende paden begeeft. ***** (René Passet)
Pendulum is eigenlijk niets meer of minder dan het ruigere broertje van The Prodigy. Het gezelschapuit Australië mag je min of meer inschalen als het muzikale evenbeeld van Nederlands drum ‘n bass trots Noisia, maar dan met een alternatief rockgevoel. Het is muziek die zich uitstekend leent voor op de festivalpodia. Op Immersion, hun derde album, is het niet alleen drum & bass wat de klok slaat, maar het tempo gaat hier en daar tijdelijk omlaag om midtempo breakbeats en dubstep invloeden de kans te gunnen. Pendulum blijft nog altijd een onnavolgbare band die ruige en ongepolijste herrie combineert met meer geraffineerde geluiden en zang. Hun populariteit is dan ook logisch. Ook Immersion, dat onder andere een gastrol voor The Prodigy’s Liam Howlett bevat, zal als zoete broodjes over de (digitale) toonbank gaan, is onze inschatting. Liefhebbers van The Prodigy’s laatste werk zullen in de handen wrijven. ***** (Art-D-Fact)
pagina
85
vinyl top 25 01.
Space Dimension Controller Journey To The Core Of The Unknown Sphere (Kyle Hall remix) (Royal Oak) house Dat de Space Dimension Controller zijn naam letterlijk keihard waar maakt is inmiddels geen verrassing meer, en Kyle’s stijlvolle neo-Detroit jasje evenmin. Super-subtiel dus, magische synths. (Hans Verhaag)
Brabander levert met Miniluv een heerlijkte technostomper. Helemaal wanneer richting het einde de synths erin komen. ( Tommy Rocks)
album van Actress vol dub, techno, dubstep en house invloeden die niet allemaal even dj vriendelijk zijn. De deephouse knaller Always Human is dat wel en zou niet misstaan in de platenkoffer van Linkwood of Wolf + Lamb. (Tommy Rocks)
17.
02.
Âme Rrose Sélavy EP (Innervisions) house Kunnen die twee Duitsers dan echt niets slechts doen? Blijkbaar niet, want hun nieuwe single is wederom 28 karaats. Twee onwaarschijnlijk diepe housetracks waarin vrijwel alle geluiden om elkaar heen cirkelen en langzaam van kleur veranderen. Essentieel. (René Passet)
zowel technoheads als houseboys weet te bekoren. De EP bevat naast de titeltrack de nummers Grandes Orgues en Bionic Ears waarbij vooral de laatste mijn hart heeft veroverd. (Tommy Rocks)
07.
TJ Kong & Nuno dos Santos feat Robert Owens Where were you (Compost) deephouse Where Were You, één van de 12 inches van het debuutalbum van TJ Kong en Nuno dos Santos komt uit in twee smaken: de Kirk Degiorgio remix, die wat weg heeft van Robert Owens’ I Go Back, en de Techno dub, een peaktime old skool vibe house knaller. (Didiér Stijn)
04.
Skudge Melodrama / Ontic (Skudge) techno, dub Knoop het goed in je oren en laat het een wijze les zijn: ‘Melodrama was a technique of combining spoken recitation with short pieces of accompanying music.’ Zo, en nu rap draaien die plaat. Beide kanten! En houd ook de opvolger in de smiezen trouwens. (Kennedy)
05.
Coyote Moving EP (International Feel) house Deze EP is er eentje om in te lijsten. Alle nummers zijn raak. Moving is een fantastische house track, die in de remix van Still Going, nog meer euforie met zich meebrengt. De remix die Coyote zelf heeft gemaakt voor International Peoples Gang is ook een regelrechte tranentrekker. (Reza Athar)
08.
Tom Demac In Your Eyes (Wolf + Lamb) (Murmur) house Ze zijn het nog niet verleerd, de mannen uit Brooklyn. De remix die Wolf + Lamb maakte voor Tom Demac is stroperig en zoet als honing. De Brit Luke “Freaks” Solomon zoekt het in old school sampling maar vergeet niet om een hook te gebruiken waaraan de hele dansvloer blijft haken. (René Passet)
09.
Larry Heard Missing You (alleviated) deepehouse Voordat deze re-release in het schap lag zong er al wat spanning door de atmosfeer. Nu ik dit house-momument heb geluisterd begrijp ik dat. Zacht van buiten, hard van binnen zullen we maar zeggen, en dat geldt zeker voor deze fenomenale Larry Heard. Vocaal én instrumentaal, dat ook nog eens. (Hans Verhaag)
10.
Conforce Grace EP (Delsin) techno Het hoge noorden heeft zich inmiddels ontpopt tot ‘the “deep” capital city of Holland’. Daar waar mensen ver weg van drukte hun leventje leiden, vloeit er melancholiek. En al helemaal wanneer Conforce in zee gaat met Delsin. Winnende nummer van de EP is de titeltrack Grace. (Reza Athar)
06.
Actress Always Human (Honest Jons) dubtechno Een van spraakmakendste techno releases van het dit jaar is het Splazsh
11.
I:Cube Merovingiennie EP (Versalite Records) tech-house De Fransoos I:Cube die we tevens kennen als helft van Chateau Flight levert een puike release af die
daar het vergeten nakomelingetje van. Opnieuw gemastered, en opnieuw beschikbaar dus. Ghettodisco is een absolute zomerknallert. Ghettoblues heeft dezelfde vibe, maar een nét iets andere energie, minder zomers. Hoe dan ook erg dope. (Michael Oudman)
22.
Vladislav Delay as Sistol Sistol (Remakes) (Halo Cyan/Phthalo) tech-house Aan alter ego’s geen gebrek bij de Fin Sasu Ripatti. Aan vrienden ook niet. Alva Noto, Falty DL en John Tejada wilden best even met hun tengels aan Sistols tien jaar oude werk zitten. Hun remixes houden het sonisch avontuur vol blieps en pieps intact maar bij Tejada en [a]pendics. shuffle komt zowaar de dansvloer in zicht. (René Passet)
Glimpse Remixes EP (Crosstown Rebels) tech-house Christopher Spero alias Glimpse wist naast Guti en Maceo Plex ook Marcel Dettmann te strikken voor remixes van z’n onlangs verschenen debuutalbum Runner. Die laatste is de enige die over de brug komt met iets goeds. Inktzwarte genadeloze techno met desondanks verrassend veel ruimte om te ademen tussen de heipalen. (René Passet)
13.
03.
87
12.
Gerd 1 In The Morning EP (Philpot) deephouse Het debuut van de Rotterdamse techno/deep-house pionier Gert-Jan Bijl op het wereldwijd geliefde Philpot. Echt nieuw is het nummer niet, hij is namelijk al eens op zijn eigen label 4Lux uitgekomen. Nieuw is wel de remix van de immer freaky Stefan Kozalla aka DJ Koze. Al laat Koze een scheet, dan is dat alsnog een release waard. (Reza Athar)
Disco Nihilist From One Place To Another (Construction Paper) house Alles op deze EP ademt oprechtheid en authenticiteit. Van het mooie melodieuze Easy, tot het duistere Gallop. Draai de plaat om en de claps bitchslappen je in het gezicht op Bull Creek. Blijft over SH101 acid. En de naam verraad de stijl al. Ongecompliceerde acid. Mooi ding. (Michael Oudman)
Appleblim & Al Tourettes Lipsmacker (Aus Music) UK funky Alleen al dankzij de remixes van Linkwood en ‘man of the moment’ Deadboy redelijk onmisbaar, deze verrassende fusie van UK bass, techno en house. Bristol boys Appleblim & Al Tourettes stappen op Lipsmacker uit de comfortzone die dubstep heet. Deadboy trekt ze uiteindelijk weer terug in een kuil vol ronde, krioelende bassen. (René Passet)
pagina
18.
IAMTHATIAM The Invisible Children EP (Fit) electronic And he sure is. Deze plaat maakt wel indruk zeg, in een heel letterlijke zin. Het knettert en het kraakt maar het is wel de moeite waard, zo gemakkelijk kruipt deze EP onder je huid. En de pads en stabs en de vermoorde claps zijn gewoon perfect. (Hans Verhaag)
19.
Boze Man Joe & Tina (Doppelschall) tech-house Na Dollkraut’s underground hit Loot komt Doppelschall met nieuw Nederlands talent op de proppen. Ditmaal is het Rob Rolefes die zijn werk in de groeven van het Duitse imprint terug vindt. Joe & Tina is een spannende house track met een dreigende ambiance. (Tommy Rocks)
23.
A Made Up Sound Alarm/Crisis (A Made Up Sound) dubtechno Uiteraard ben ik fan van A Made Up Sound maar deze heb ik wat beter moet beluisteren. De titel spreekt natuurlijk boekdelen, maar deze catastrofe (in positieve zin) heeft een incubatietijd zeg maar. Evenwel de soundtrack voor lange hete zomernachten, en A Made Up Sound heeft nu eenmaal de mooiste drumgeluiden van de wereld. (Hans Verhaag)
14.
Harmony Funk Can’t Let You Go (Clone Jack For Daze) house Al noem ik uit hokjesangst bijna alles house, dit is een échte! De mierzoete vocal van de originele mix kan niemand koud laten. De rauwgerande groove al helemaal niet. De Ovatow mix beziet tenslotte deze sex in een knap weids en atmosferisch perspectief. ik word er wel blij van eigenlijk. (Hans Verhaag)
15.
Skudge Overture / Mirage (Skudge) techno, dub Over een opvolger gesproken. De derde release op en van het Zweedse Skudge is er net als de eerste en tweede een om te omhelzen met duizend armen. Wederom diepe, kale, dubby, warme techno van hebben we jullie daar! (Kennedy)
16.
Various Artists Berhain 04 Part 01 (Ostgut Ton) techno Ostgut Ton komt met de eerste sampler van de Ben Klock mix voor de Berlijnse club met bijdragen van Roman Lindau en Martyn. De
24. 20.
Motorcycle Boy Wrong Era EP (Slow Motion) cosmic Het is alweer een tijdje terug dat ik iets van Motorcycle Boy vernomen heb; zijn laatste release dateert alweer van twee jaar geleden, tijd voor iets nieuws dus. “Try” en “Easy On Yourself” jacken beiden op een laag tempo voort en de electroinvloeden maken de beide tracks helemaal af. De bijkomende remixen zijn wat mij betreft overbodig. (Reza Athar)
21.
Ghetto Brothers Ghetto Disco (Royal Oak) house Blake Baxter en Orlando Voorn hebben ooit samengewerkt als Ghetto Brothers. Jawel. En deze release is
Kyle Hall Must See EP (Third Ear) Detroit, house Heeft de Must See EP van Kyle ‘MF’ Hall al bij de reviews gestaan? Nee? Wel dat moet nu maar eens gebeuren dan. Meneer is namelijk op dreef en hoewel er nu behoorlijk veel van ‘m uitkomt zijn alle tracks op deze plak diamantjes. Een EP om naar te luisteren en op te dansen. Ghosten misschien nu al een klassieker? (Kennedy)
25.
(Sotu The Traveller) beats Dikke beats uit de polder. De Nederlands/ Turkse producer Sotu The Traveller komt met het solo album Left op de proppen. Van de eerste single HourGlass komt een EP uit met remixen van ondermeer Daisuke Tanabe, Dynooo, Portformat en Louis Bordeaux. (Tommy Rocks)
charts Glimpse Crosstown Rebels | UK
01. Glimpse - Runner(LP) (Crosstown Rebels) 02. Koop - Glömd (Cari Lekabush) (Colombe) 03. Black Coffee feat Zonke - The Garden Of Eden (GOGO Music) 04. Glimpse & Martin Dawson - Flying Scotsman (Cocoon) 05. Aux88 Pres. Black Tokyo - Dragon Fly (Puzzle Box) 06. Robert Hood - Internal Empire (Tresor) 07. Norm Talley - Cosmic Waves (Pariter) 08. Bengoa feat. Brothers’ Vibe - Make This Happen (Moscow) 09. Ricardo Miranda - Black Acid (Hour House Is Your Rush) 10. Jean Michel Jarre - Oxygen 1V (EMI)
The Black Dog Soma | UK
01. Machinagraph - The Process Church Ov Final Judgement 02. The Black Dog - Music For Real Airports (Soma) 03. Johnny Cash - Folsom Prison Blues (Colombia) 04. Kraftwerk - Kometenmelodie 1(EMI) 05. Heaven 17 - Temptation (Virgin) 06. Soft Cell - Say Hello, Wave Goodbye (Some Bizzare) 07. Claro Intelecto - Operation (Modern Love) 08. Manic Street Preachers - Methadone Pretty (Sony) 09. The Smiths - Stop Me If You Think You’ve Heard This One Before (Rough Trade) 10. Autechre - 5093.rhk
Beautiful Swimmers Future Times - USA
01. Beautiful Swimmers - Big Coast 02. California Flight Project - California Flight 03. Steve Summers - Lucid Finger EP 04. Boo Williams - Residual EP 05. Mandre - 4 06. Ned Doheny/ Hawk & Co - To Prove My Love/ Nite-Life 07. Snowy Red - The Right To Die 08. V/A - Tri-Fire Volume 2 1983 - 1986 09. Hieroglyphic Being - Box Muzic (House Not House) Vol. 1 10. Funkineven - She’s Acid
Bart Skils VOLTT| NL
01. Mihai Popoviciu - Hango N (Time has changed) 02. Kollektiv Turmstrasse - Grillen Im Park (Bart Skils rmx) 03. Deepchord presents Echospace - Liumin (Modern Love) 04. Olene Kadar feat D-Low - Baby Keep It Up (Clap your hands) 05. TJ Kong & Nuno dos Santos - Where Were You (Techno dub instrumental) (Compost black) 06. Kaiserdisco - Carambolo (MBF) 07. Marshall Jefferson - The Cow (Bart Skils bunker edit) (CDr) 08. Jay Shepheard - Add Arp (Retrofill) 09. ONNO - Bombay Palace (Souvenir) 10. Ron Costa - Solass (Potobolo)
Joey Daniel We Are E | NL
01. Leon - Corner Of Love (International Freakshow ) 02. Chris Carrier - Cabaret Des Belles Lettres (Robsoul) 03. Sascha Dive and Christian Burkhardt - Combination (Raum) 04. Phil Weeks - We The Brand (Robsoul) 05. Kenny Larking - Glob (Ben Klock Remix) (Planet E) 06. Luna City Express - Time Space_(Martinez Remix) (Moonharbour) 07. Andre Crom & Martin Dawson - Gonna Be Alright (OFF) 08. Christopher Sylvester - Reality (Murmur) 09. Maetrik - Vox Shaker (Dum Unit) 10. Olene Kadar - Baby keep it up ft D-Low
Instra:mental Naked Lunch - UK
01. Marcelluss Pittman - Loneliness Leave Me Alone/ Razz09 (Unirhythm) 02. Larry Heard - Missing You (Alleviated) 03. Instra:mental - Let’s Talk (Naked Lunch) 04. Kassem Mosse - High Res (Nonplus+) 05. Girl Unit - IRL (Night Slugs) 06. Instra:mental - End Credits (NonPlus+) 07. Autechre - Move Of Ten ( Warp) 08. DBridge - ZX81 Remixes (Shed/ Ramadanman) (Fat City) 09. Drexciya - Neptune’s Lair (Tresor) 10. Dexter - Redbox/1992 (Dolly)
pagina
89
Agoria Infine Music | FR
01. Agoria - Grande Torino (Infine Music) 02. Instra:mental - End Credits (NonPlus+) 03. Manvoy de St Sadrill - Sohehonia (EQ) 04. Ariel Pink’s Haunted Graffiti - Menopause Man(4AD) 05. Arandel - In D#5 - Infine Music 06. No Boundaries - 1 & 2 (Planet E) 07. Neurotic Drum Band - Robotic Hypnotic Adventure (Harkin & Raney remix) (The Wurst Music Co.) 08. Sandra Electronics - It Slipped Her Mind (Downwards) 09. Nick Harris - Bang The Box (NRK Music) 10. The Creatures - You - (Boomerang)
Ripperton Green | SW
01. Simon Hinter - Nightlights (TEAM Records) 02. Chaton - +92 Ahead Session 4 (Quarion/ Se-Te-Ve remixes) (Plak Records) 03. Mickey Moonlight - Love Pattern ( Isolée remix) (Ed Banger) 04. ? - Ooops (Caravan) 05. Lawrence - Divided (Kassem Mosse remix) (Spectral Sound) 06. Agnès - Goooode Grooove LONG SC Rippa Mixx L8 comp-M 07. Aleke Kanomu - Mother’s Day (Argana) 08. Lightness - Burning Mercury (Steadfast) 09. Actress - Always Human (Honest Jon’s Records) 10. Lovebirds - My Man ( Freerange Records)
Johanna Mercker We Are E | NL
01. Efde - U got me (Bla Bla) 02. Alex Dee - Fat Bastard (Be Real) 03. Martinez - Througt Patterns (Moon Harbour) 04. Naald & Draad - From Blossom till Dawn (Bla Bla) 05. Seth Troxler & Deetron - Each Step (Circus Company) 06. Tom Ruig - All I Want (Thirtyonetwenty) 07. Lewis Boardman - Mist (Chris Lattner Rmx) (NRK) 08. Alex Celler - Isolde (Air London) 09. Dj W!ld - Just can stand it (Oslo) 10. Martin Buttrich - Back it up (Desolat)
dj gear
tekst
hans verhaag
Native Instruments Maschine
Hij is er al een poosje, maar het was al vrij lang wachten op de eerste usb-controller die de kloof tussen mpc-style productie en je sequencerprogramma écht slechtte. Zo belooft Native Instruments althans met hun controller, de Maschine. Nu horen producers nou eenmaal een beetje verknocht te zijn aan hun eigen manier van werken, toch is dit misschien wel een controller die daar iets aan kan veranderen. In het licht van het enorme scala aan midi- en usb-apparaten op de markt, is voor de term controller voor deze Maschine eigenlijk wat karig. Namelijk, het is niet een alleen een padcontroller voor in je DAW zoals je die misschien kent van andere merken, niet alleen een semistandalone (daar kom ik zo op terug) sequencer, en niet alleen een sampler/slicer/drummachine. De Maschine is dat allemaal tegelijkertijd. Een ideale uitkomst zo lijkt het, voor de aan z’n mpc verslaafde beatmaker, en ook de pure abletonner die maar niet onder de knie krijgt hoe die rare hardware nou eigenlijk werkt. Om door de bomen het bos te blijven zien is het misschien handig om eens te bekijken hoe dat nou precies werkt. In eerste instantie dachten wij een geheel standalone apparaat, met een eigen schijf en audio-interface, waarop je bijvoorbeeld je plugins en soft-synths kan draaien zonder dat je je computer nodig hebt. Dat blijkt echter niet helemaal het geval, de Maschine is namelijk min of meer hybride, een hardware-workstation, geïntegreerd met sampler- en sequencersoftware die je draait naast of als plug-in binnen je DAW. Voor mensen die gewend zijn te werken met hardware sequencers lijkt dit prima te werken. Door de doordachte gebruikers-interface van de hardware, inclusief twee goedverlichte displays, hoef je op het sofware deel van het verhaal eigenlijk totaal geen acht te slaan. Pattern-based bouw je op de Maschine je arrangement of partij, als ware het een MPC, Electribe of blitse Roland. De echte kracht van dit systeem is dat je vervolgens je sequence in z’n geheel of in aparte audio- én midi-sporen exporteert naar Cubase, Ableton, Logic en noem maar op, en dat met niet meer dan twee klikken! En zelfs ook zonder te exporteren is Maschine als virtual instrument in de bekende hostsequencers te gebruiken. Als je altijd hebt gewerkt met alleen je computer, dan biedt de Maschine eigenlijk een geheel ander voordeel. Als DAW-gebruiker lijkt een pure hardware-sequencer soms wat ontoegankelijk,
je bent immers gewend heel goed “te zien wat je doet”. Zeker wanneer je werkt aan completere nummers of grotere arrangementen is het moeilijk om met alleen een sequencer/sampler het overzicht te bewaren. De software van Maschine maakt in dit geval echter heel inzichtelijk hoe je sequences zijn opgebouwd, en heb je tal van editmogelijkheden (alvorens te exporteren).
heeft z’n zaakjes wat dat betreft altijd prima op orde! Net als z’n dj-broertje Kontrol X1 zit het allemaal hardstikke strak in elkaar: het gewicht blijft handzaam maar Maschine lijkt niet stuk te krijgen. Ook al worden deze spullen in China vervaardigd, het ontwerp is van onze oosterburen, dus spatten de Duitse degelijkheid en het doordachte design er vanaf.
Het belangrijkste voordeel dat je normaal zou nastreven wanneer je een sampler of sequencer naast je DAW gaat gebruiken, is dikwijls de drumsectie. Denk aan de Roland SP’s, de MPC’s van Akai en de legendarische EMU SP1200. Daar hebben ze bij Native Instruments ook aan gedacht, en niet eens zijdelings. De bijgeleverde software is voorzien van een 6GB bibliotheek aan drumkits waar veel van de drumsounds van naam en faam in terugkomen. In combinatie met de plezierige pads staat dat garant voor vele plezierige uurtjes je drums programmeren.
Dat maakt het plaatje eigenlijk rond, de Maschine is een compleet product waarmee je als beatmaker of producer zo aan de slag kunt. Zeker als je veel met samples werkt heb je eigenlijk niet veel meer nodig, en zul je je DAW misschien zelfs vrijwel onbenut laten. In alle andere situaties integreert Maschine eigenlijk zo lekker binnen je sequencer-sofware dat hij continu van toegevoegde waarde is, of je nou een beat wil tikken, je sample wil slicen, of je arrangement opbouwt. Check it dus!
Voor wat betreft die pads, en eigenlijk de bouwkwaliteit van de Maschine in z’n geheel vallen we wellicht wat in herhaling: Native Instruments
De Native Instruments Maschine heeft een adviesprijs van € 599,www.native-instruments.com/maschine
pagina
91
dj gear
tekst
hans verhaag
Allen & Heath Xone:DX
In dj-controller-land is het op het ogenblik het tijdperk van de alleskunners. Er zijn inmiddels teveel mogelijkheden om die zo maar even voor de hand weg te omvatten. Dat moet ook wel, want ook op het gebied van de standalone apparatuur timmert bijvoorbeeld Pioneer nog steeds hard aan de weg. De nieuwe CDJ is immers al weer hard op weg zich de status van de standaard toe te eigenen. Het is er dus met name de ontwikkelaars van dj-software veel aan gelegen om continu te innoveren. De makers van het Serato-pakket hebben daarom partij gekozen voor de mixer-bouwers van Allen & Heath, om samen hun Itch van een uitgebalanceerde interface te voorzien. Het Britse Allen & Heath had toch al een bijna magische reputatie op het gebied van met name mengpanelen, waarna het met de Xone serie over het algemeen hoge ogen scoorde op het gebied van dj-controllers en -mixers. Deze alliantie is daarom niet zomaar uit de lucht gegrepen. De opgave is, om naast het op timecode-vinyl gebaseerde Serato Scratch Live, met Serato Itch een totaaloplossing te bieden. Oftewel: meer dan je laptop en één Xone:DX heb je niet nodig. Het is dan ook geen kinderachtig apparaat deze DX, de hoeveelheid knopjes en switches is in
eerste instantie gewoon overdonderend. Deze Xone is gemaakt om hands-on intuïtiviteit te bieden voor niet minder dan vier decks, waarbij het lijkt alsof men al te veel shit-functies heeft willen vermijden. Dit lijkt een logische keuze: van alle andere controllers met veel minder knoppen slaagt alleen de X1 van Native Instruments erin continu overzicht te bieden. Verdere bestudering van de Xone en enig oefenwerk leidt overigens al gauw tot een gelijksoortig overzichtelijk gevoel, mede omdat er gebruik is gemaakt van een groot aantal verschillen typen controls. Zo vind je drukknoppen, pots en switches in talloze verschillende maten en uitvoeringen, een viersporen mixer met prima faders en de bijna onvermijdelijke jog-dials. De twee control-secties (één voor deck 1/2 en één voor deck 3/4) zijn, het kan bijna ook niet anders, voorzien van alle functies die je zou verwachten. Looping, pitch, hotcue’s, er ontbreekt niets, en wij vragen ons eigenlijk af welke meerwaarde de jog-dial eigenlijk nog biedt. Zo onmisbaar zijn de effecten in een dergelijke setup echter niet, wat dat betreft zijn er twee afzonderlijke units met 4 pots, prima! De kracht van de Xone:DX zit ‘m in z’n complete uitrusting. Naar eerder genoemde controls is de geïntegreerde mixer dat ook: compleet. Met vier stereo-kanalen met ieder een driebands eq, een crossfader en een handig scroll-knopje
voor het zoeken tussen je mp3’s kun je met deze Xone supersnel aan de slag. Zeker gezien deze controller zelf ook de geluidskaart in huis heeft, in dit geval met maar liefst twaalf kanalen. Zo biedt de DX niet alleen een totaaloplossing, maar staat ook open voor een nog meer totale oplossing. De extra kanalen zorgen er namelijk voor dat je ook gewoon je platenspelers of cdj´s kunt aansluiten. Over de software wordt inmiddels als voldoende gedebatteerd. De meningen zijn in die zin verdeelt dat kunt spreken van een Serato-kamp en een Traktor-kamp, of dat je kunt kiezen tussen totaal verschillende systemen, met platenspelers of controllers. Feit is in ieder geval wel dat deze pakketten inmiddels allemaal datgene doen wat ze beloven. Met Xone:DX kies je dus voor een complete setup, waarbij je direct hands-on kunt werken met vier kanalen. Aangezien Allen & Heath daarbij voor wat betreft bouwkwaliteit en afwerkingsgraad haar reputatie maar weer eens waarmaakt kunnen we gerust stellen dat deze missie is geslaagd. Mocht je als digitale dj toch voor de andere partij willen kiezen, dan alleen op basis van smaak. De Allen & Heath Xone:DX heeft een adviesprijs van € 1494,www.xone.co.uk
pagina
93
dj gear
WeSC Bag Pipe
pagina
95
Elke dj die “zichzelf nog eens vergeet” wordt van tijd tot tijd zonder mededogen met z’n neus op de feiten gedrukt: de hoofdtelefoon is zo ongeveer het meest onmisbare dat je je kunt voorstellen tijdens een set. Gelukkig hebben verschillende fabrikanten zich dat aangetrokken en kun je kiezen uit een ruim aanbod: de keuze voor je hoofdtelefoon is zeker daar waar het gaat om de “serieuzere” merken vooral een kwestie van smaak en persoonlijkheid. En voor persoonlijkheid zit je bij WeSC goed, zo wisten we al, dus ze stuurden ons toen er nog hoop was hun Bag Pipe toe, in een geheel oranje uitvoering! Nu zullen puristen erop wijzen dat het bij hoofdtelefoons met name gaat om geluidskwaliteit en volume. Drivergrootte is daarbij het toverwoord, de omvang van de daadwerkelijke speaker dus, die ervoor zorgt dat je ook in een volle pompende club ongestoord kunt mixen. Als je je hierdoor afvraagt waarom je juist een hoofdtelefoon van een mode-merk als WeSC moet hebben: de driver van de Bag Pipe is met z’n 57mm zo ongeveer de grootste die je kunt krijgen. Verder doet het er natuulijk toe hoe je hooftelefoon past, en hoe hij tegen je lompheid is opgewassen. Ook wat dat betreft is de Bag Pipe niet mis. Ok, hij is aardig uit de kluiten gewassen, daar moet je van houden. Voordeel is wel dat deze WeSC daardoor, ongeacht de flexibilteit van z’n schelpen, erg stevig is. Wellicht hebben veel mensen het met de kleur oranje voorlopig even gehad: gelukkig is de Bag Pipe ook in het wit verkrijgbaar. Als we WeSC overigens een beetje kennen zullen er nog Bag Pipes in veel meer verschillende uitvoeringen verschijnen. Goed nieuws voor iedereen die klaar is met de Sony’s en Pioneers van deze wereld, want daarvoor doet de Bag Pipe eigenlijk niet onder. De WeSC Bag Pipe heeft een adviesprijs van € 179,95. www.wesc.com
pagina
96
in de studio met... SAE Audiobot Competition Steve Rachmad
tekst
michael oudman
fotografie
lianne van de laar
pagina
97
Voor een nieuwe sessie van de SAE Audiobot Competition begeven we ons naar de studio’s in Amsterdam Noord, waar we ons de vorige keer nog vonden in gezelschap van Patrice Bäumel. Deze keer pakken we het aan vanuit een heel andere hoek. Geen melodieuze house producer, maar een rasechte technoproducer. Steve Rachmad is zijn naam, waarschijnlijk heb je wel eens van hem gehoord. Het laatste beeld dat ons van de vorige sessie in de studio’s in Noord is blijven hangen is een Patrice Bäumel die glibberend en glijdend op zijn fiets een weg zocht naar de pont die hem weer aan de – vergeef mij – goede kant van het IJ moest brengen. Hoe anders is het nu, bomen zijn groen, roze en wit, en de slippers zijn weer onder de bank vandaan gehaald. Niet dat het veel invloed zal hebben op de sessie, die grotendeels ’s avonds plaats vindt, afgesloten van alle daglicht. Eigenlijk bestond de sessie uit twee delen. Iets dat niets te maken had met de kwaliteit van de muziek, maar met het overzetten van de bestanden van de computer met cubase van de winnaar – Roel Mol – naar de SAE computer, waarop protools geïnstalleerd is. Ondertussen valt het Steve op dat de Genelec monitors op hun kop staan in de studio. Marco Antonio Spaventi – studio engineer – legt uit: “dat is vanwege de stand ten opzichte van je oren. In deze studio is dat optimaal als we ze verkeerdom plaatsen”. De track die Steve onder de loop gaat nemen is Emmanuelle van Roel Mol – artiestennaam Ruly Moll. Als Roel aan Steve vraagt hoe hij normaal te werk gaat, heeft Steve een duidelijk antwoord. “Ik houd me niet aan bepaalde regels. Als ik iets doe, en het goed klinkt, dan is het goed. Ik doe alles op gehoor en gevoel.” Uiteraard volgen er onvermijdelijke discussies over hardware en software, en de verschillende merken. Volgens Marco is Protools een legende, omdat het er al is sinds de overgangstijd van DAT naar harddisk. Een dikke twintig jaar geleden. Als Roel verteld dat hij veel geluiden eerst door een mixer haalt, vraagt Steve wat voor mixer. Dat blijkt een Behringer te zijn. Niet goed, volgens Steve. “Oh nee! Geen Behringer gebruiken! Soms draai je een kwartslag aan de knoppen, maar dan gebeurt er helemaal niets! Hij lijkt misschien qua uiterlijk op een Mackie, maar daar houdt elke vergelijking op!” Wanneer eindelijk alle sporen zijn ingeladen, gaat het al snel over de schier oneindige hoeveelheid sporen die Roel gebruikt heeft voor de track. “Ik gebruik altijd meerdere lagen drumkicks omdat ik het anders niet goed genoeg vind klinken.” Steve kan het niet na laten om ten gunste van analoge apparatuur nog een opmerking te plaatsen. “Ha, met een 909 is dat wel anders. Die gaat qua dynamiek
pagina
98
lekker overal overheen!” Pas na het benoemen van alle sporen is eigenlijk pas duidelijk dat er veel te veel sporen zijn gebruikt. Steve: “Ik heb helemaal niet gehoord dat er zoveel geluiden in zitten. Het zou goed kunnen dat al de sporen elkaar weg hebben gedrukt.” Daarnaast valt het Steve op dat sommige dingen niet helemaal recht in de mix zitten, waardoor een dj het tijdens het mixen erg lastig zal krijgen om de boel gelijk te laten lopen. Marco wil knopen doorhakken, en zegt “we moeten nu gaan bekijken wat we willen houden. In plaats van meerdere sporen te gebruiken, kunnen we beter met reverbs gaan werken.” Steve is het er niet helemaal mee eens. “Meestal is de goedkoopste fysieke reverb al beter dan de duurste software. Dat laat je slechts denken dat er een ruimtelijk gevoel is, maar dat is er helemaal niet.” “Mee eens,” zegt Marco. “Maar deze reverb krijg je alleen als je deze enorme mengtafel koopt, en deze is echt heel goed.”
Steve: “Ik doe alles op gehoor en gevoel”
Het einde van de eerste sessie komt in zicht, en de heren beginnen vast wat met EQ-en. Roel vindt het erg lastig omdat het vooral een kwestie is van heel veel luisteren. Steve doet dit soort dingen liever op hardware dan met software. Uiteindelijk, als de avond afgesloten wordt zijn van de drie initiële kicks nog maar anderhalve kick over, en heeft de 909 het veld moeten ruimen voor een 808 hi-hat. Net wat meer swing, net wat meer funk. De overall conclusie is in elk geval dat er veel te veel sporen waren. Dag 2 Als de tweede dag begint, en we met zijn allen aan een flesje cola staan te lurken zegt Roel enthousiast dat hij de track wel ongeveer 1000 keer geluisterd heeft. “Daarna heb ik geprobeerd om de trucjes ook op andere tracks toe te passen, maar het gaat nog steeds niet zoals ik zou willen.” Geen tijd te verliezen dus, en snel aan de slag met de track. Om te beginnen luisteren we nog een keer helemaal naar de track zoals die na dag één geëindigd is, en Marco heeft meteen een oordeel klaar. “Je mist iets bruisends, we gaan werken aan de klankkleur en aan de reverb.” Maar die reverb wordt door Marco niet zomaar gebruikt. Door het gebruik van een compressor blijft de reverb consistenter klinken, waardoor het ook wat natuurlijker klinkt. Terwijl er geëxperimenteerd wordt met reverbs, komt het gesprek onwillekeurig toch weer terug op analoge gear. Marco heeft namelijk een prangende vraag voor Steve. “Heb je het wel eens gehad dat wanneer je aan een paar knoppen draait, je een geluid krijgt waar je niet meer mee kunt stoppen? Ik had het gisteren, zo’n soort geluid waardoor je je voelt als een astronaut in de diepste krochten van de ruimte!” Steve knikt instemmend. “Ik was ooit eens bezig met filters, die ineens een soort diep FM geluid voortbrachten. Ik kreeg kippevel, zo onverwacht, zo diep!” Terwijl bediscussieerd wordt of een element dat in de eerste sessie het veld heeft moeten ruimen toch niet terugkomt in de mix, zegt Steve dat elke keer dat je een track luistert, je een andere mening kan hebben over de track. “Als dit één van mijn tracks was, had ik hem nu trouwens al opgedeeld in twee tracks. Eén meer orgelgedreven, één meer bass gedreven. En damn, dat meen je niet! Nu hoor ik ook nog
Throw van Paperclip People er doorheen!” Ik hoor het inderdaad ook, maar pas als Marco één voor één wat sporen uitzet. “We kunnen er ook een dub versie van maken” vindt Marco. Het grootste knelpunt van de dag blijkt een effect te zijn, dat maar niet uit wil gaan. Volgens Roel is alles uit, maar Marco en Steve zijn er van overtuigd dat er ergens nog wat aan staat. Als ze met zijn drieën in Roel’s laptop duiken blijkt dat er nog 5 effecten aan te staan. Voor Steve lijkt het daardoor alsof er twee dingen over elkaar lopen. Marco vindt het een knap staaltje effect design. “Je hoort niet waar de loop ingezet wordt! Erg fraai!” Steve kan het niet na laten om nog eens te benadrukken dat het belangrijk is om overzicht te houden, en dus niet te veel sporen te gebruiken. Als er een keuze in baslijnen gemaakt gaat worden, legt Steve uit dat kanalen met elkaar communiceren. “Als je een kanaal naar beneden
haalt, terwijl het met een ander communiceert is de synergie weg, dan stoppen ze met praten.” Terwijl Marco bezig is met finetunen van delays vraagt Roel aan Steve hoe hij dit soort dingen met hardware doet. “Gewoon, live in één take opnemen. Daardoor kun je soms, als iets fout gaat, ook niet exact de track zo naspelen als je de eerste keer deed.” Ondertussen slaat bij alle aanwezigheid de vermoeidheid genadeloos toe. Steve heeft een jetlag, en de rest van de aanwezigen heeft allemaal al een hele dag hard werken achter de rug. Na nog wat laatste punten op de “i”, wordt de boel nog eenmaal gecompressed voordat we er een eind aan brijen. Zowel Steve als Roel hebben een hoop nieuws geleerd, en ook uw redacteur kan weer wat vaker meepraten tijdens technische verhalen. www.sae.edu www.steverachmad.com