DUIC Krant NR 279 - 28 juni

Page 1


NACHTEGAALSTRAAT HJ, 8 AA UTRECHT

Sipr weet precies wat jouw fans willen horen. En dat is te zien.

“Via Geld t ontdekte ik een regeling waardoor we eindelijk weer een dagje uit kunnen met het gezin”

De online marketingcampagnes van Sipr zetten aan tot verandering. We maken campagnes die jouw doelgroep waardeert én die jou verder helpen. Daar zijn we trots op. Kan jij wel een sterke campagne gebruiken?

030 - 2006 028 | sipr.online

Gemiddeld 0,42%

Sipr 1,78%

Change Marketing

Doorklikpercentage LinkedIn

Ontdek wat jij kan doen via geld t.nl

Geldzorgen kunnen iedereen overkomen. Bijvoorbeeld door het verliezen van je werk, ziekte in je gezin of door de gestegen prijzen van de boodschappen. Gelukkig sta je er niet alleen voor.

Via geld t.nl ontdek je wat jij kan doen. Zo kom je er met de potjes-check eenvoudig achter of je nog recht hebt op geld, zoals toeslagen en regelingen. Ook kun je anoniem een vraag stellen via telefoon en chat. Of vraag bij je gemeente naar een loket bij jou in de buurt.

Ga naar geld t.nl of bel 0800-8115

Geld t is partner van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

INHOUD

Nieuws

5 DUIC in Beeld

Project Domtoren

6 Cultuursubsidies

De de nitieve verdeling is bekend

8 Serie over restruimte

Ratjetoe aan de rand van de stad

9 Column Koos Marsman

Beste Wes

10 Napoleontische huisnummers

Historicus Bas van Doesburg ontdekte er twee

Cultuur / Uit

11 Uittips

Elke week de leukste tips

Stad / Leven

12 Verdwenen villa's

Het Moorse Huis aan de Abstederdijk

13 Straatnamen

Doctor M.A. Tellegenlaan

13 Stad in cijfers

Leerlingenprognose

13 In other news 'Rode levensaders

e kogel is door de culturele kerk. De ruim 18 miljoen euro die de gemeente Utrecht de komende vier jaar jaarlijks weggeeft aan culturele instellingen en festivals is verdeeld. DUIC schreef eerder al in de krant over het advies, waarin de verdeling stond, en dat advies is integraal overgenomen door de wethouder. De lobby die op gang was gekomen van partijen als het Nederlands Film Festival, Tweetakt, BAK en anderen heeft niet mogen baten. Subsidies voor cultuur leveren altijd de nodige discussies op, over salarissen voor directies, over nut en noodzaak, kwaliteit en smaak. Of er nu de juiste keuze is gemaakt? Dat valt moeilijk te voorspellen. Het zou zonde zijn als de culturele infrastructuur

die in decennia door sommige vaste spelers is opgebouwd nu verdwijnt. Daarentegen komt er ook ruimte voor vernieuwing. Er is nog genoeg te vieren. Want het geld wordt wél uitgekeerd, aan 67 culturele partijen die de komende jaren de verdeling qua disciplines. Utrecht lijkt er niet goed voor te staan op het gebied van digitale cultuur en beeldende kunst. Wellicht dat daar over vier jaar nog eens goed naar gekeken moet worden. Alvast verder lezen? Dat kan op pagina 6. Robert Oosterbroek

DE VERANDERENDE STAD IN BEELD

OUDEGRACHT

Utrecht is constant in beweging. Er wordt gebouwd en gesloopt. Hierdoor ziet de stad er op sommige plekken heel anders uit dan vroeger, terwijl andere straten en pleinen juist al decennia hetzelfde blijven. In deze rubriek laten we dat zien.

Ga naar DUIC.nl voor meer oude en nieuwe foto’s van de stad.

REDACTIE Robert Oosterbroek

CONTACT REDACTIE redactie@duic.nl

06 86 80 32 22

VRAGEN OVER DISTRIBUTIE?

Pierre Schoonhoven via pierre@duic.nl, 06 - 14 41 56 56 AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE

een afscheid precies zoals u het wilt

ART DIRECTION EN VORMGEVING

Arjan den Boer, Bas van Setten, Bo Steehouwer, Emily Hengeveld, Ilana Noot, Isis Bartels en Luuk Beckers ddk.nl en redactie DUIC

UITGEVERS Joris Daalhuisen en Martijn Rademakers

ADVERTEREN

Helling 13, 3523 CB Utrecht, adverteren@duic.nl Dave Vorstenbosch dave@duic.nl 06 43 03 58 73

U bent altijd welkom voor een open gesprek. Ook als u niet of elders verzekerd bent.

Bel 0800 - 023 05 50 of ga naar monuta.nl/utrecht

Advertentie
Utrecht
Johan Sienema

DUIC IN BEELD

Toen in 2019 de steiger rond de Domtoren werd gebouwd bleek dat het geheel te zwaar was om alleen op de grond te rusten. Daarom werden destijds op ongeveer veertig meter hoogte acht lange stalen balken aan de toren vastgemaakt, waar het bovenste deel van de steiger aan vastzat. Inmiddels is het bovenste deel van de steiger afgebroken, waardoor ook deze stalen pilaren niet meer nodig waren. Afgelopen week werden de balken daarom met

behulp van een grote kraan naar beneden gehaald. Inmiddels is de Domtoren vanaf veel plekken in Utrecht weer helemaal te zien. In augustus worden de stalen constructie op de grond, het veiligheidsplatform en de bouwplaats weggehaald rondom de Dom. De oplevering staat gepland op 9 november en op dat moment wordt ook de nieuwe verlichting van het icoon van de stad voor het eerst aangezet. Hoe dat er precies uit gaat zien, is nog een verrassing.

CULTUURSUBSIDIES

Het ‘bitterzoete’ besluit is genomen, deze partijen vormen vier jaar lang het gesubsidieerde cultuurlandschap

Het bitterzoete besluit is genomen; de gemeente Utrecht heeft bekendgemaakt welke culturele instellingen en festivals de komende vier jaar subsidie gaan krijgen. Zoals eigenlijk al verwacht, is het eerdere advies van een onafhankelijke commissie overgenomen. Dat betekent geen euro subsidie meer naar onder andere het Nederlands Filmfestival, Tweetakt en BAK basis voor actuele kunsten. Maar ook goed nieuws voor ruim zestig andere culturele instellingen die wel een positief advies hebben gekregen.

Tekst: Robert Oosterbroek / Fotogra e: Bas van Setten

Het besluit dat het college van B&W deze week heeft genomen is eigenlijk het sluitstuk van een proces dat al meer dan een jaar bezig is. Een belangrijke stap daarin was de zogenoemde Cultuurnota, waar de gemeenteraad in 2023 mee instemde. Dit is een plan voor het cultuurbeleid van de stad, een visie maar ook een soort handleiding voor culturele partijen waarmee er subsidie aangevraagd kan worden en hoe de gemeente deze verdeelt.

In de periode 2025-2028 zit in de pot met geld elk jaar ruim 18,46 miljoen euro. Instellingen waarvan de aanvraag wordt goedgekeurd, kunnen vier jaar lang rekenenstellingen dus erg belangrijk – soms van levensbelang. Er werden 105 aanvragen gedaan voor ruim 23 miljoen euro. Een onafhankelijke commissie beoordeelde alle aanvragen en bracht advies uit aan het college. Er viel dus iets te kiezen.

Uiteindelijk kan de champagne open bij 67 partijen, die hebben een positief advies gekregen. De andere culturele instellingen krijgen nul op het rekest. Dat was eigenlijk al zo goed als bekend, maar deze week heeft het college van B&W het advies ook formeel

overgenomen.

Toen het advies naar buiten kwam begon al snel een lobby richting de media, gemeenteraad en het college van B&W door partijen die buiten de boot vielen. Termen als ‘geschokt’, ‘verbijsterd’ en ‘niet te bevatten’ kwamen voorbij. Enkele grote namen die al decennia aan Utrecht zijn verbonden krijgen geen steun meer.

‘Grote verantwoordelijkheid’ De rol die wethouder van cultuur Eva Oosters nog had na het uitkomen van het advies was belangrijk, maar wel vrij beperkt: “We hebben in aanloop samen met de gemeenteraad een bepalende rol gehad, door de kaders op te stellen en aan te geven wat we belangrijk vinden. Zaken als pluriformiteit, diversiteit, het stimuleren van talent en de ruimte voor ontwikkeling. Daarna was het aan de adviescommissie om alle aanvragen te beoordelen aan de hand van de kaders die we met elkaar hadden vastgesteld. Mijn laatste rol was om te checken of dit ook allemaal gebeurd is, wat natuurlijk ook een grote verantwoordelijkheid met zich meebrengt.”

Maar als partijen die al vele jaren aan de stad verbonden zijn en ook een hoop bete-

kend hebben, ineens geen steun meer krijgen, ging het om een ‘degelijk proces’. “Uiteindelijk werd iedereen op dezelfde waarden beoordeeld. Op bijvoorbeeld uitvoerbaarheid, betekenis voor de stad, het belang voor het culturele ecosysteem. Partijen die al heel lang in de stad zijn, kunnen waarschijnlijk ook op op deze punten. Maar uiteindelijk gaat het om een gelijk speelveld. Iedereen maakte evenveel kans op basis van de plannen, nieuwkomers en instellingen die er al heel lang zijn.”

Maar is het dan honderd procent objectief? Dat is ook weer niet zo, beaamt ook Oosters. Het is geen wiskundige toets. “Door de manier waarop we het proces hebben ingericht, met subcommissies en een kerncommissie waarbij dus steeds meerdere ogen uit verschillende disciplines vanuit verschillende hoeken naar de plannen keken en naar het geheel kan ik zeker spreken van een degelijke werkwijze.”

Op basis van de plannen heeft de adviescommissie uiteindelijk een ranglijst gemaakt. 67 partijen krijgen de komende vier jaar elk jaar subsidie. Daar zitten ook tal van nieuwe organisaties bij, die niet eerder al een vierjarige subsidie kregen, waaronder Common-

free-DOM en De Nijverheid. Wethouder Oosters is tevreden met het resultaat: “Het geeft echt een mooi beeld van wat Utrecht te bieden heeft, kleine en grote organisaties, partijen met vele jaren ervaring en nieuwkomers. Echt complimenten naar iedereen die de plannen heeft geschreven.” Ook is te zien dat er culturele instellingen zijn, die zijn ‘doorgegroeid’ van de tweejarige subsidieregeling naar de vierjarige. Een trapsgewijs systeem dat bewust zo is opgezet, aldus Oosters. Oosters benadrukt ook de waarde van culturele instellingen die ‘solidair zijn richting de sector en de stad’, plekken die ruimte bieden aan andere partijen en individuele makers om gezamenlijk te werken. Ook het

‘bewustzijn’ binnen de sector over wat er in de wereld allemaal gebeurt roemt Oosters, evenals de mate van vernieuwing binnen de plannen.

Bitterzoet

Hoewel tevreden over alle positieve adviezen en het geheel van het culturele aanbod dat vertegenwoordig is, spreekt wethouder Oosters ook van ‘pijnlijke keuzes’ en een ‘bitterzoet’ besluit. Tientallen partijen krijgen geen subsidie, waaronder Het Nederlands Film Festival, Tweetakt, Het Huis Utrecht, De Co-len. Er is in het verleden gesproken over de mogelijkheid om de bedragen die instellingen aanvragen niet geheel uit te keren, maar een kleiner bedrag per aanvrager, waardoor er meer geld overblijft om te verdelen en dus meer partijen in aanmerking komen. Hier is nu bewust niet voor gekozen, omdat het op gespannen voet zou staan met ‘fair pay’, de eerlijke betaling van mensen die werken in de culturele en creatieve sector.

te maken dat in het culturele landschap van Utrecht sommige disciplines sterk aanwezig zijn, waaronder theater, dans en muziek. Terwijl er veel minder partijen zijn die aanvragen hebben gedaan in de disciplines digitale Oosters is dit ook opgevallen, al geeft ze aan juist wel steeds meer discipline-overstijgende instellingen te zien wat volgens haar een mooie ontwikkeling is.

waaien in de stad, en nu het besluit is gevallen waarschijnlijk ook blijft doen. Wethouder Oosters zegt dit ook te begrijpen, maar zegt ook achter het verhaal van de cultuurnota te staan en het recente advies. In een brief aan de gemeenteraad schrijft ze dan ook: “We kijken dan ook uit naar de periode 2025-2028, waar we de plannen van de culturele makers, podia, gezelschappen, festivals en presentatieplekken live mogen aanschouwen.”

REACTIES

Hoe valt het nieuws bij de culturele instellingen?

Zakelijk directeur van het NFF, Marjolein Bronkhuyzen

Bronkhuyzen noemt het een zeer teleurstellende uitkomst: “Ook als je kijkt naar alle steunbetuigingen die het NFF de afgelopen weken heeft ontvangen, waarin duidelijk wordt hoeveel mensen, maar ook instellingen, partners, opleidingen, scholen, ondernemers uit allerlei sectoren zich hebben uitgesproken hoe ondenkbaar het is dat Utrecht het NFF niet meer steunt. We leggen ons niet neer bij het genomen besluit en beraden ons op onze vervolgstappen. Ons uitgangspunt blijft dat Utrecht en het NFF onlosmakelijk verbonden zijn en dat we naast een festival met landelijke impact ook echt een festival voor Utrechters zijn.”

Artistiek directeur Paul Feld van Sint Maarten Parade

Directeur van Museum Zuilen, Wim van Scharenburg

‘Zuur’, noemt Van Scharenburg het gegeven dat ze geen subsidie meer krijgen. “Maar we hebben zelf ook steken laten vallen in de aanvraag. We hadden een aanvraag van tachtig pagina’s ingeleverd, maar dat mochten er maar twintig zijn. Dan wordt het schrappen en daardoor hebben we er ook dingen moeten uithalen die juist erg waardevol zijn.” Van Scharenburg vindt het wel jammer dat de adviescommissie schrijft dat het museum waardevol is voor ouderen in Zuilen: “Er komen hier ook veel jonge mensen die net in de wijk zijn komen wonen.” Museum Zuilen is nu druk bezig om een aanvraag te doen voor de tweejarige subsidie.

De Sint Maarten Parade is al jaren écht Utrecht, maar viel niet eerder onder de cultuursubsidie maar tussen allerlei andere regelingen. De reden daarvoor is het snijvlak van cultuur, kunst, verbinding en welzijn waar de parade en de randactiviteiten zich op bevinden. Nu heeft de stichting wel een vierjarige cultuursubsidie. “Goed voor de continuering”, vertelt Paul Feld. “Mooi nieuws voor ons, maar natuurlijk ook voor de stad.” Met de ‘ontmanteling van de Domtoren’ in aantocht wordt de volgende Sint Maarten Parade weer een bijzondere.

Advertentie

Directeur van Free-Dom, Raymond Ramdihal

Utrecht de hiphop-hoofdstad van Nederland maken, het zijn grote ambities, waar de organisatie ook een positief advies voor krijgt. Free-Dom is een van de nieuwkomers in de vierjarige regeling. “Hierdoor kunnen we impact die we maken continueren en de groei verder mogelijk maken”, vertelt Raymond Ramdihal. Naast een groot jaarlijks festival, waarbij hiphop-muziek en -dans naar bekende podia gebracht worden doet Free-Dom aan talentontwikkeling. “Verder hebben we nauwe banden met collectieven, artiesten, ondernemers en makers om ze bij elkaar te brengen voor verschillende projecten. We willen mensen bewapenen met kennis, en internationaal ideeën aantrekken om zo mensen naar Utrecht te brengen.”

Eindelijk een

Buurtbierwinkel in Utrecht!

Amsterdamsestraatweg 116 in Utrecht

Bezoek onze nieuwe winkel voor alle speciale bieren.

We zijn open op:

Woensdag t/m vrijdag: 14.00 - 19.00u

Zaterdag: 11.00 - 17.00u

Je vindt ons schuin tegenover Gijs, aan de kant van de Albert Heijn.

In onze winkel kan je uitsluitend pinnen.

www.buurtbier.nl

HUB Utrecht is het nieuwe mediacentrum van de stad Utrecht met RTVU en DUIC als initiatiefnemers. Wil jij een vergaderruimte of studioruimte huren bij HUB Utrecht? Dat kan. Boek nu en reserveer via de QR-code.

Locatie: Achter Clarenburg 23-25

Vanaf € 75,-

gefaciliteerd met o.a. led-scherm, WiFi en whiteboard en natuurlijk gratis ko e en thee

Volledig
Studio
Grote zaal
Vergaderzaal

RESTRUIMTE ONGEPLAND WAARDEVOL

Dit verhaal is onderdeel van een serie over restruimte in Utrecht. Deze publicatiereeks is mogelijk gemaakt door een bijdrage van het Mediafonds Provincie Utrecht

Ratjetoe aan de rand van de stad

Utrecht is een dichtbebouwde stad. De ontwikkeling van ‘ons stadsie’ verloopt op z’n Nederlands. Alles gaat planmatig, wordt doordacht en uitgetekend. Toch zijn er ook in Utrecht plekken die min of meer over het hoofd lijken te zijn gezien. Plekken die zijn overgebleven, geen functie lijken te hebben of niet beheerd worden met het oog op een bepaald doel. Het is de ruimte die experts restruimte noemen. Speci eke plekken waar deskundigen, landschapsarchitecten en overheden naar kijken zijn de randen van de stad. Hier is het landschap vaak verrommeld. Je zou kunnen zeggen dat het eigenlijk een soort van restruimte op grotere schaal is.

Tekst: Luuk Beckers / Fotogra e: Isis Bartels

Als we de Utrechtse stadsranden bekijken vallen de grote verschillen op. Zo vormen de Gageldijk aan de noordkant van Overvecht en de A2 aan de zuidkant van De Meern strakke lijnen tussen stad en platteland. Aan de ene kant vinden we de bebouwde stad en aan de andere kant akkers, weilanden en bos. Op andere plekken is de situatie veel rommeliger. Zo zien we ten zuiden van Kanaleneiland en Lunetten een wirwar van functies. Uiteenlopend van een natuurplas, een tuincentrum, een tankopslag, een autoverhuurbedrijf, hotels, kantoren, historische forten, spoorlijnen, de A12 en weilanden. Tussen dit alles liggen grote stukken restruimte, zoals het woekerend groen langs de A12 dat nauwelijks wordt bijgehouden. Ook is er veel loze ruimte. In tegenstelling tot restruimte worden deze stukken grond weliswaar bijgehouden, maar voegen ze weinig toe. Denk aan de betonnen vloeren tussen de tanks van de tankopslag of de gemaaide berm langs het tramspoor.

De grote U Juist omdat de ruimte in de stadsrand niet optimaal wordt gebruikt, zien gemeenten, provincie en Rijk deze gebieden als ideale plek om toekomstige plannen te realiseren. Op dit moment wordt veel gebouwd in de bestaande stad, maar op de wat langere termijn worden deze locaties zeldzamer en zullen

nieuwe bouwprojecten vaker plaatsvinden aan de rand. Het gaat om gebieden die liggen tussen Utrecht en aangrenzende dorpen en steden, zoals Nieuwegein. De grond wordt hier niet altijd even intensief gebruikt en er is relatief veel restruimte. Dit komt mede door milieubeperkingen die het gevolg zijn van bepaalde bedrijven. Ook is er geluidsoverlast van snelwegen. In het ontwikkelperspectief dat Rijk, provincie en gemeenten opstelden, wordt gesproken van de ‘grote U’. Het is een aaneenschakeling van gebiedjes aan de west-, zuid- en oostkant van de stad, waar de overheden kansen zien om de groei van de stad op te vangen. Zo kunnen op Lage Weide en in het Werkspoorkwartier meer bedrijven worden gevestigd en is er op Papendorp ruimte voor woningen. Er zijn plannen voor drie metropoolpoorten waar hoogbouw kan worden gerealiseerd. Het zijn plekken bij (toekomstige) OV-knooppunten die Utrecht Centraal moeten ontlasten. In de metropoolpoort Lunetten, Koningsweg, Utrecht Science Park wil men 7.000 tot 19.000 woningen bouwen. Onder andere bij de Galgenwaard en bij Station Lunetten; plekken waar veel restruimte te vinden is. De restruimte bij station Lunetten wil de gemeente binnenkort al gaan gebruiken. Vooruitlopend op de plannen voor de lange termijn wil de gemeente er in 2025 450 tijde-

lijke woningen hebben geplaatst. Daarnaast moeten er duizenden nieuwe arbeidsplekken komen in de oostelijke metropoolpoort. De sportfaciliteiten in het gebied moeten geschikt worden gemaakt voor intensiever gebruik. En er zijn ideeën om de verbinding tussen de stad en het landschap en het erfgoed van de Hollandse Waterlinie te versterken. De tweede metropoolpoort ligt aan de westkant van de stad. Hier is en wordt al volop gebouwd. Denk aan Leidsche Rijn Centrum en de Cartesiusdriehoek. Op andere plekken in het gebied zijn er echter beperkingen om woningen te ontwikkelen als gevolg van de aanwezige bedrijven. Er moet daarom een afweging worden gemaakt tussen bedrijvigheid en een verdere ontwikkeling van het gebied als woonlocatie. Afhankelijk hiervan kunnen 600 tot 13.000 woningen worden gebouwd en duizenden arbeidsplaatsen worden gecreëerd.

De A12-zone Misschien wel de interessantste metropoolpoort is de A12-zone, het gebied tussen Utrecht, Nieuwegein en Houten. Vanuit de lucht zien we enorme groene stukken restruimte naast de snelweg. De A12-zone is in de Omgevingsvisie Provincie Utrecht aangemerkt als ‘zoekrichting voor grootschalige integrale ontwikkeling wonen-werken-bereikbaarheid’. De regio en het Rijk hebben afgesproken in de A12-zone 15.250 tot 26.800 woningen te bouwen. Ook kunnen er maximaal 26.000 arbeidsplaatsen worden gerealiseerd. Net als andere plekken in de stadsrand is ook de ontwikkeling van de A12-zone niet

van de A12. We praten erover met Frits Erdmann, directielid en stedenbouwkundige bij stedenbouwkundig ontwerpbureau Urhahn. Hij heeft in het verleden onderzoek gedaan naar de mogelijke invulling van de A12-zone. Als we vragen of je prettig kunt wonen naast de A12, begint Erdmann over de geluidsnormen. Volgens hem moet je hier iets op verzinnen Het zou een oplossing kunnen zijn om de A12 in te pakken met bebouwing met goede geluidswerende gevels. De aanwezigheid van sommige bedrijven is eveneens een probleem om er woningen te bouwen. Zo zit er bijvoorbeeld een tankopslag. Daar zitten milieucon-

touren omheen, waardoor er beperkingen zijn aan wat je met het gebied kan doen, legt Erdmann uit.

Aansluiten bij kwaliteiten

Om te komen tot een toekomstige invulling kijkt Erdmann nadrukkelijk naar de kwaliteiten van het gebied. Volgens Erdmann is er bij stedelijke ontwikkelingen, zoals de A12-zone, terecht veel aandacht voor de woningbouwopgave, maar het gebied is volgens Erdmann ook heel geschikt als werklocatie. Al decennialang wordt werken naar de rand van de stad verplaatst zodra de stad groeit. Erdmann vindt dat er ruimte moet zijn om te werken in de stad. Volgens Erdmann hoort werken bij de stad om economisch vitaal te blijven: “Het zorgt voor reuring, levendigheid en kortere woon-werkafstanden.”

Juist de A12-zone is volgens Erdmann geschikt om werkfuncties te behouden: “De snelwegaansluitingen en een tramlijn maken het gebied goed bereikbaar. Daarnaast zijn er verschillende soorten, goed functionerende, werkfuncties aanwezig. Deze kunnen, in al dan niet aangepaste vorm, goed worden gecombineerd met woningbouw.” Er is al een plek in de A12-zone waar wonen en werken wordt gecombineerd: Bedrijventerrein Kanaleneiland. Dat is het gebiedje net ten noorden van de A12, waar Holland Casino zit. Je hebt daar oude kantoorpanden waarin startups zijn gevestigd, andere kantoorpanden zijn omgebouwd tot woningen. Op sommige plekken zijn oude functies verdwenen waardoor restruimte is ontstaan. Restruimte die soms ook weer opnieuw in gebruik is genomen. Zo zijn er padelbanen aangelegd, op een plek waar Google Streetview nog een voormalig stukje verwilderd groen en ongebruikte parkeerplaats toont. “Een interessant ratjetoe van allerlei functies”, zo vat Erdmann het gebied samen. Als het over restruimte gaat, vindt Erdmann het waardevol om de kwaliteiten van de restruimte te behouden. Volgens hem hebben plekken soms een soort betekenis voor de stad. “Je vindt zo’n plek bijvoorbeeld onder de A12 richting het kantoor van Rijkswaterstaat. De plek heeft iets mysterieus, iets unheimisch. Tegelijkertijd zijn het vaak plaatmisschien een interessante hangplek maakt voor de jeugd,” legt Erdmann uit.

Ruimte is schaars, en wordt alleen maar schaarser. Utrecht is een van de snelst groeiende gemeentes van Nederland. Alles draait om ruimte, en hoe die gebruikt gaat worden. Over elke centimeter in de stad lijkt soms nagedacht te zijn. Wie goed kijkt ziet echter ook nog genoeg ‘restruimte’. DUIC start een zoektocht naar overgebleven ruimte en roept de hulp in van de lezers!

Wat is restruimte?

Restruimte is een term die regelmatig gebruikt wordt door stedenbouwkundigen, is er niet. Het kunnen enkele vierkante meters ruimte zijn zonder echte functie, overgebleven op plekken waar de stad al is volgebouwd. Vaak ligt er alleen bestrating of is het een groot stuk berm. Restruimte kan ook een iets groter stuk ruimte zijn, terrein dat braak ligt. Of waar slechts gras ligt maar wat geen parkfunctie heeft en waar de natuur ook geen vrij spel krijgt. Soms wordt restruimte juist

geclaimd, door omwonenden die er zelf ietskeren. Restruimte is te vinden midden in de stad, in de wijken en ook aan de randen van de gemeente. Plekken waar totaal nog geen stedelijke ontwikkeling heeft plaatsgevonden of juist de stukken die men ‘vergeten’ is.

Oproep: weet jij nog plekken met ‘restruimte’? Klein of groot? Stuur ons de locatie door, als het even kan met een foto! Mailen kan naar redactie@duic.nl met onderwerp Restruimte

Koos Marsman is ambesedeur vollekstaol en commetator. Hij schrijf tweewekelijks voor DUIC, natuurlijk in de Uterechse vollekstaol

Beste Wes,

Ma’k Wes zegge? We kenne mekaor nie pesoanlijk maor we zijn allebei geboare in Ondiep en da schep ’n band, dach ik. En ‘k zag je toen je je ouwe school in ’t wijk kwam bezoeke. D’r is ’n foto waorop jij staot bij die gelegeheid en ik staot er erreges âchter. Meer belangrijk is da’k er bij was toen ze in 2019 ’t sportparrek an de Thorbeckelaon naor jou vernoemde. Daor was ‘k heul blij mee, da ’t jochie uit ‘t Ondiep ze naom moch geve an ’n sportparrek waor we allebei zoveul herinneringe hebbe ligge; waor Meeuwsen vroeger mè ze patatwaoge voor ’t hek stond en waor de amateurs van DOS en Holland topwedstrije speulde. Jij ben bij DOS ook begonne en je wer eén van die top-Uterechse voeballers. Daj’ bij Ajax ging speule hebbe we je vergeve wan je kon d’r verder komme dan bij ons eige kluppie en je maokte ons wijk trots toen je in ’t Nederlands elleftal lie zien daj’ bij de beste hoorde. En dan die goal mej’ hoof, da was groats. En daj’ daorna op je koppie tikte was zo mooi, zo mooi dazze da gebaor hadde verwerrek in ’t logo naos de teks: Sportpark Wesley Sneijder. Bij die onthulling door jou en burregemeester Jan van Zaonen was ied’reén trots en blij en in de bestuurskaomer ginge heerlijke broadsjies rond, ’t was top en alles leek ’n droom. En nu Wes, is ‘t ’n nachmerrie. Vandaole, tuig zou’k zegge, hebbe je naom en dat mooie logo gesloop. En da omda ze ’t blijkbaor nie kenne verzette daj’ heb besloate je geld nie meer in de boajemloze put van de voebalklup DHSC te stoppe. Wa’k je zou kenne verwijte is daj’ meschien die klup teveul heb verwend, maor ’t was geweldig waj’ deed. En je deed nog meer zo as je bijdraoges an de voedselbank in Ondiep. Daorom verdien je ’t nie wa da tuig heb gedaon. Wes, weet da de meeste Ondiepers âchter je staon en da ’t sportparrek voar altijd jouw naom zal draoge. Naomes die mense: dankjewel Wes!

COLUMN

OUDE HUISNUMMERS

Napoleotische huisnummers brengen de geschiedenis van Utrecht tot leven

Utrecht kende twee eeuwen geleden nog geen huisnummers. Blijdestein, Ruitenberg of Zoudenbalch, huizen werden gewoonlijk aangeduid met een naam. Dit veranderde toen de Fransen op 17 januari 1795 Utrecht binnen marcheerden en de stad volledig reorganiseerden. Vanaf dat moment kregen huizen een aanduiding met letters en cijfers, waarvan sommige nog steeds bestaan. Historisch onderzoeker Bas van Doesburg ontdekte recent nog twee napoleontische huisnummers.

Tekst: Emily Hengeveld / Fotogra e: Isis Bartels

Het is begin juni als Bas van Doesburg de redactie binnenloopt. Hij legt een papier op tafel. “Huisnummers in Utrecht uit de tijd van Napoleon”, staat in dikke letters bovenaan het document. Een onderwerp waar archivist Jellie van der Meulen in 1993 al onderzoek naar heeft gedaan voor OudUtrecht. Dan nog onbekend zijn twee napoleontische huisnummers die Van Doesburg onlangs heeft ontdekt. Hij is als historisch onderzoeker verbonden aan de nationale universiteit van Mexico.

Utrecht dankt het begin van de huisnummering aan de Franse bezetting. Bij de Tolsteegpoort kwamen de Franse troepen op 17 januari 1795 de stad binnen gemarcheerd. Duizenden militairen moesten in korte tijd worden ingekwartierd. Om dit goed te kunnen organiseren, was het nodig alle huizen in de stad te registreren en te nummeren. De Fransen lieten er geen gras over groeien. Nog op dezelfde dag van het besluit, om drie uur ‘s middags, gingen twee leden van het stads-

‘Voor eeuwig verbannen’ De Fransen konden de oude wijknamen, zoals Zwarte Knechten en Bloedkuil, niet uitspreken. De namen van de acht wijken die Utrecht rijk was, werden daarom vervangen door letters. Nog steeds spreken we bijvoorbeeld van Wijk C. Maar deze wijk droeg eerder de naam Handvoetboog. De nieuwe huisnummers bestonden in de tijd van de Franse bezetting dus uit een letter en een nummer. Waarschijnlijk kregen de bovenwoningen toen ook de aanduiding ‘bis’ – dat wil zeggen ‘nog eens’. Dat was voor de Fransen een bekend woord. De soldaten die ingekwartierd moesten worden, konden deze nieuwe adressen, die op hun inkwartieringsbiljet vermeld stonden, zo een-

voudig vinden. De bewoners waren verplicht deze mannen in huis te nemen.

De Utrechtse apotheker Hendrik Keetell schreef in zijn dagboek over deze gebeurtenis. Hij betreurde de verdwijning van de vertrouwde wijknamen, die “voor eeuwig verbannen” werden. Toch bleven Utrechters de oude namen nog wel gebruiken.

De oude wijknamen vinden hun oorsprong in de Tachtigjarige Oorlog. Elke wijk in Utrecht moest aan het eind van de zestiende eeuw een burgermilitie leveren. Die moesten de stad beschermen en verdedigen tegen de Spanjaarden. Elke burgermilitie had een eigen vaandel, met daarop een teken dat te maken had met de opstand tegen Spanje of de wapens waarmee de militairen uitgerust waren. De namen van deze tekens koppelde men in de loop van de zeventiende eeuw aan de wijken.

Met de verfkwast

Er zijn nog een aantal oude napoleontische huisnummers te vinden in de stad, die bestaan uit een wijkletter en huisnummer. Boven de deur van het huis aan Oudekamp 5 valt nog net ‘A 1191’ te lezen. “Dit is het enige voorbeeld dat nog over is van het type huisnummers dat op een deurpost geschilderd is”, zegt Van Doesburg.

Doorgaans werden de letters en nummers in de Franse tijd op een snelle en eenvoudige manier op de deurposten geschilderd. Maar dat vervaagde snel. Er ontstond in de loop van de tijd dan ook verwarring door het ontbreken van wijkletters en -nummers op sommige huizen. Volgens het stadsbestuur waren bewoners verantwoordelijk voor het onderhoud van de nummers, maar die voelden daar weinig voor. Huisnummers werden volgens hen vooral gebruikt voor het

innen van belastingen door het stadsbestuur. Een paar maanden voor het overlijden van zijn broer Pepijn, die een grote liefde had voor de stad Utrecht, maakte hij Van Doesburg attent op nog een napoleontische erfenis. Het nummer A 523 op de brievenbusklep van Lange Nieuwstraat 11. “De brievenbus maakt deel uit van een stel fraaie metalen handvatten. In het linkerhandvat zit het plaatje met het huisnummer, terwijl het rechterhandvat de brievenbus, met het woord ‘brieven’ bevat”, zegt Van Doesburg. “Het thema van de huisnummers was vooral naar aanleiding van het overlijden van mijn broer, anders zou ik er niet zo’n aandacht aan besteed hebben.”

Nummering per straat Utrecht groeide snel in de negentiende eeuw. Het systeem van huisnummers per wijk werd al snel chaotisch. Met name bij nieuwbouw buiten de binnenstad kwam de gemeente in de knoop. De huisnummers moesten ingepast worden bij de nummering van de wijk, waardoor letters en subnummers ontstonden. In deze tijd kon huisnummer 66a4 ,7871 of 224ddd boven een onderdeel van een adres zijn. Een voorstel in de gemeenteraad om een nummering per straat in te voeren werd in 1859 nog verworpen. Een slecht voorbeeld was immers Amsterdam, waar de huizen volgeschreven stonden met allerlei nummers. Pas in 1879 werd een eerste wijziging doorgevoerd: in de binnenstad werden huizen nog per wijk genummerd, maar in de buitenwijken koos men voor nummering per straat. Door de nieuwe nummering per straat werden de problemen grotendeels opgelost.

Met ingang van 1 januari 1891 werd voor de hele gemeente, dus ook voor de binnenstad, een nummering per straat ingevoerd. Daarbij werd bepaald dat de even nummers aan de linkerzijde en de oneven nummers aan de rechterzijde moesten komen, met het beginpunt zo dicht mogelijk bij de Stadhuisbrug. Dit systeem van straatnummering geldt nog steeds in Utrecht.

Lessen uit het verleden Slechts vier dagen na het overlijden van zijn broer ontdekte Van Doesburg nog een nummer. Het gaat opnieuw om de klep van een brievenbus, dit keer van een pand aan de Hamburgerstraat 21. Wederom staat links het nummer en rechts de klep met daarop “brieven.” Volgens van Doesburg gaat het hier waarschijnlijk om dezelfde maker als die op de deur aan de Lange Nieuwstraat. “Het nummer is helaas wel bijna weg geschilderd, maar met de juiste lichtinval is er nog ‘A 540’ te lezen.”

De ontdekking van deze napoleontische huisnummers werpt een fascinerend licht op de geschiedenis van Utrecht. Ze getuigen niet alleen van een tijd waarin huisnummering een nieuwe orde brachten in de stad, maar ook van een periode waarin Utrechters hun stad moesten delen met Franse soldaten. Met uitzondering van Wijk C zijn alle oude namen van wijken vervaagd. Enkele nummers, verstopt in deurposten en brievenbussen in Utrecht, blijven achter. Ze herinneren ons eraan hoe zelfs kleine details uit het verleden ons kunnen helpen begrijpen hoe onze steden zijn gevormd en georganiseerd.

Oude naam Letter In de omgeving van Oranjestam of Eikenstam

Pekstokken

Handvoetboog

Turkije

Zwarte Knechten

Papenvaandel of Vrijheidsvaandel

Fortuin

Bloedkuil

Wijk A

Wijk B

Wijk C

Wijk D

Wijk E

Wijk F

Wijk G

Wijk H

Nieuwegracht, Lange Nieuwstraat

Springweg zuid, Twijnstraat

Sint Jacobsstraat

Steenweg, Achter Clarenburg

Lijnmarkt, Springweg Noord

Domkerk, Pieterskerk

Nobelstraat, Potterstraat

Wittevrouwenstraat, Voorstraat

Op de brievenbusklep van Lange Nieuwstraat 11 is het nummer A 523 te zien
Boven de deur van het huis aan Oudekamp 5 valt nog net ‘A 1191’ te lezen

Kerken Kijken Utrecht

Waar: diverse locaties

Wanneer: 28 juni tot en met 14 september Prijs: gratis

De Domkerk, Augustinuskerk en Pieterskerk. Een greep uit de twaalf kerken die vanaf 29 juni bijna elke dag voor publiek open zijn. Het nieuwe seizoen van Kerken Kijken Utrecht staat voor de deur. Bezoekers kunnen dan meer leren over de kerken in de binnenstad, via georganiseerde rondleidingen. De feestelijke opening vindt plaats op 28 juni om 16.00 uur in de Geertekerk. Wethouder Erfgoed Rachel Stree and is daarbij aanwezig.

I love (and hate) you, Iran

Waar: Theater Kikker

Wanneer: 29 juni, 19.00 uur Prijs: vanaf 11,95 euro

Noodgedwongen moest hij Iran verlaten. Dariush Omidi groeide op in Turnhout, België. In een monoloog zoekt de acteur naar wat het betekent om Iraniër, Belg, maar vooral zichzelf te zijn. Een haat-liefdesverklaring, deels gebaseerd op zijn eigen verhaal, komt naar voren in I love (and hate) you, Iran. De voorstelling is onderdeel van theaterfestival Tweetakt.

Open Tuinendag Utrecht 2024

Waar: diverse locaties

Wanneer: 29 juni, 10.00 tot 17.00 uur

Prijs: 15 euro

Verborgen achter middeleeuwse muren en schilderachtige poorten in de binnenstad, liggen de Utrechtse stads- en binnentuinen. Deze groene oases van rust bieden vaak verrassende tuinarchitectuur. Bezoekers kunnen genieten van deze schoonheid op zaterdag 29 juni, tijdens Open Tuinendag Utrecht. Meer dan vijftig tuinen doen mee met de dertiende editie. Nieuw dit jaar zijn de stadstuin van Nieuwegracht 45 en de tuin van Springweg 107, die vooral opvalt door de bijzondere beplanting. Kaarten zijn te koop bij VVV Utrecht, online of in de winkel.

Internationaal auteur Tatiana de Rosnay over haar nieuwe boek Sterrenstof

Waar: Bibliotheek Neude

Wanneer: 1 juli, 19.00 uur Prijs: vanaf 2,50 euro

‘Haar naam was Sarah’, wie kent de titel niet. Auteur Tatiana de Rosnay komt naar Utrecht om haar nieuwe boek ‘Sterrenstof’ te presenteren (in het Engels), over de groeiende vriendschap tussen Marilyn Monroe en kamermeisje Pauline tijdens de opnames van de lm ‘The Mis ts.’ Deze lm wordt na de lezing en signeersessie, om 20.00 uur vertoond.

Gluren bij de buren

Waar: diverse locaties

Wanneer: 30 juni, 13.00 uur

Prijs: gratis

Ontdek jazzbands rond de vijver, ontdek improvisatietheater met potten en planten als props of ontdek dansers tussen de hortensia’s. Het amateurkunstfestival Gluren bij de Buren komt weer naar Utrecht. Ruim 165 tuinen veranderen dan tijdelijk in buurttheaters, waar lokale podiumkunstenaars een act opvoeren. Stippel jouw route uit en wandel van optreden naar optreden, onder het genot van een drankje. Alle optredens duren 30 minuten en vinden plaats tussen 13 en 18 uur in de verschillende wijken van Utrecht.

Nick Mason’s Saucerful of Secrets

Waar: TivoliVredenburg

Wanneer: 2 juli, 20.15 uur

Prijs: 82 euro

De drummer en medeoprichter van Pink Floyd komt met zijn eigen band naar TivoliVredenburg! Met Nick Mason's Saucerful Of Secrets, brengt hij een selectie uit het vroege werk van Pink Floyd. Van de zeven albums van The Piper At The Gates Of Dawn (1967), tot en met Obscured By Clouds (1972). Mason is het enige bandlid dat op alle albums van Pink Floyd heeft gespeeld.

BUWAR 2024

Waar: Buiten bij de Sluis, Oude Vleutenseweg 2

Wanneer: 30 juni, 14.00 uur

Prijs: gratis

In het parkje onder de bomen langs het AmsterdamRijnkanaal, genieten van Maximus blond. BUWAR is een lokaal bier-, wijn- en foodfestival, georganiseerd door diverse ondernemers uit Leidsche Rijn. Er zijn liveoptredens en een vintage markt. Kortom, alle ingrediënten voor een bruisende zondag.

VERDWENEN VILLA'S IN UTRECHT

Het Moorse Huis aan de Abstederdijk

Waar nu de drukke Venuslaan begint, stonden tot 1970 de eerste huizen van de Abstederdijk. Op de hoek met de Kromme Rijn had sinds 1908 een exotisch landhuis gestaan dat wel uit de sprookjes van Duizend-en-één-nacht leek te komen. Het witgepleisterde bouwwerk was voorzien van zuilen en hoe jzervormige bogen. Dit zogenaamde Moorse Huis was niet alleen een imitatie van een (vermeend) paleisje uit de Arabische wereld, maar ook een kopie van een landhuis in Vreeland dat een jaar eerder was gebouwd.

Aan een oude Vecht-arm bij het dorp Vreeland staat nog altijd een wit huis met oosterse bogen en een blauwgroen koepeltje. Dit Plantagehuis is niet genoemd naar koloniaal bezit, maar naar het parkbos ('plantage') van de familie Hooft, ambachtsheren van Vreeland. Een eenvoudige versie met rieten dak verrees hier in de negentiende eeuw als zomerverblijf. Later kreeg het een houten aanbouw in oriëntaalse stijl. Toen Gerrit Hendrik Hooft het huis in 1907 erfde, liet hij het helemaal vernieuwen. Geïnspireerd door de houten aanbouw kreeg dit nieuwe Plantagehuis opnieuw een oosterse stijl, nu met bogen van witgepleisterde steen en voorzien van een platte verdieping. Maar hoe kwam er een kopie in Utrecht terecht? Vlakbij het Plantagehuis woonde de landbouwer Johannes van Beusekom (18491944). Hij kwam uit een hoveniersfamilie in Abstede, maar had zich rond 1875 met zijn vrouw op een boerderij in Vreeland gevestigd, waar hun meeste kinderen geboren werden. Johannes was een soort herenboer: het werk op de boerderij liet hij door een meesterknecht organiseren en daarnaast handelde hij in onroerend goed. Zo kocht en verkocht hij de buitenplaats Brugzicht in Vreeland.

Johannes' vader was al in 1866 overleden,

maar zijn broers en zussen woonden en werkten nog aan het begin van de Abstederdijk. Ook hun moeder Hermina van Beusekom-de Groot (1817-1906) stond daar vermeld als 'Hovenierster'. Toen zij in 1906 overleed, gingen de grond en gebouwen aan de Abstederdijk naar haar kinderen. Johannes besloot toen Vreeland te verlaten en terug keren naar de Abstederdijk, om daar samen met zijn broer Govert van Beusekom (1855-1926) nieuwe huizen te bouwen.

De broers schakelden architect Arnoldus Wilhelmus Reijnders (1845-1917) uit Zeist in. Hij was ooit begonnen als amanuensis aan de Veeartsenijschool in Utrecht, daarna opzichter geworden in Den Bosch en gemeente-architect van Edam. Gedurende het jaar 1908 werden de bouwplannen aan de Abstederdijk steeds ambitieuzer: in januari lag er een 'Plan voor twee Burgerwoningen', in juni een 'Plan voor twee Heerenhuizen' en in augustus een 'Ontwerp voor twee Landhuizen'. Die zomer moet Johannes van Beusekom het idee hebben gekregen om het nieuwe Plantagehuis uit zijn geliefde Vreeland na te bouwen, want de twee geschakelde 'landhuizen' kregen dezelfde stijl. Herkenbare elementen uit Vreelmet ajourwerk en uitgebouwde ramen. Alleen de vierkante toren kreeg geen koepeltje maar een puntdak. Of Reijnders een jaar eerder ook de architect van het Plantagehuis was, moet

nog uitgezocht worden. Het Moorse Huis had twee voordeuren en adressen: Abstederdijk 1 en 3. Johannes van Beusekom woonde met zijn gezin op 1 en bleef vermeld staan als 'landbouwer'. Nummer 3 werd eerst verhuurd aan de directeur

van Beusekom woonde toen nog verderop aan de Abstederdijk, maar betrok in 1914 het Moorse Huis. Hij bleef als hovenier in de adresboeken staan. De (nog) vrijgezelle kinderen van Johannes woonden er ook. Twee van hen maakten carrière: oudste zoon Hermanus Gratianus van Beusekom (1878-1960) werd directeur van de Stichtse Olie- en Lijnkoekenfabriek (SOL). Jongste telg Godefriedus van Beusekom (1897-1985) studeerde in Delft voor ingenieur en werd hoofd van het 'Radiobuizen Lab 2' bij Philips.

Zoals veel hoveniers waren de Van Beusekoms katholiek. Een neef schreef later over het Moorse Huis: 'Wie wel eens, net als ik vroeger in dit huis is geweest, kwam onder de bekoring van de halfdonkere kamers met de levensgrote heiligenbeelden, fraaie antieke kasten en tafels en de zeldzame tuin, waarover oom Giel de scepter zwaaide. De groenten en stekjes uit de tuin waren een gevraagd artikel in de familie.' Dat ging over Machiel

van Beusekom (1885-1966), die tot zijn dood op 81-jarige leeftijd in het huis bleef. Ook zijn broer Johannes, die 94 werd, had er tot het einde van zijn leven gewoond. Govert van Beusekom was in 1926 overleden. Op Abstederdijk 3 vestigde zich eind jaren vijftig Rijk Kamerbeek met zijn reisbureau OTO. Voor deze vertegenwoordiger van Jordanian Airways was het Moorse Huis een toepasselijke plek, en dat gold zeker voor bijeenkomsten van de afdeling Utrecht van de Nederlands-Arabische Kring, waarvan Kamerbeek lid was. Daarnaast organiseerde hij reizen naar Rome 'voor boer en tuinder', waarmee de agrarische en katholieke afkomst in ere bleef. In 1966 besloot de gemeente de Venuslaan aan te leggen om de Uithof te ontsluiten. Het Moorse Huis stond nog enkele jaren leeg, wat tot vernielingen leidde. Het Utrechtsch Nieuwsblad kopte in juni 1969: 'Buurt sloopt en vernielt Moorse huis'. Kort na de daadwerkelijke afbraak herinnerde schrijver-kunstenaar Dirkje Kuik zich over de Kromme Rijn: 'Zo stond er aan de monding het witte Moorse huis, een bizarre broodtrommel, onwerkelijk gevangen in de zachte groenpartij van een reusachtige treurwilg, kon het poëtischer in een stad waar manierisme niet vreemd is; melancholia opende de dans.'

Tekst: Arjan den Boer / Beeld: Het Utrechts Archief
Het Moorse Huis aan de Abstederdijk in 1962
Het Moorse Huis stond met een zijkant aan de Kromme Rijn

Straatnamen

In Transwijk, tussen de Beneluxlaan en de Croeselaan, ligt de Doctor M.A. Tellegenlaan, vernoemd naar Marie Anne Tellegen. Wie was Marie Anne Tellegen?

Feminist, verzetsstrijder en directeur van het Kabinet der Koningin. Marie Anne Tellegen zette zich in voor de maatschappij. Ze werd geboren in 1893, als vierde kind in een welgestelde familie en groeide op in een democratisch milieu waar studeren vanzelfsprekend was.

Tellegen begon haar rechtenstudie aan de Rijksuniversiteit Utrecht in 1914 en was actief bij de Utrechtse Vrouwelijke Studenten Vereeniging (U.V.S.V.). Ze ontwikkelde een grote interesse voor literatuur en raakte bevriend met schrijver Frans Coenen, met wie zij een langdurige relatie had. Tellegen werd redactielid van studentenblad Vox Studiosorum, waar ze in 1918 opriep tot sociale hervormingen. Tot dan hadden vrouwen alleen passief kiesrecht. Met haar proefschrift over crèches in fabrieken promoveerde ze in 1920. Hoewel ze zichzelf geen feministe noemde, wijdde ze haar volwassen leven aan de vrijheid van de vrouw. Tellegen was tussen 1932 en 1942 voorzitter van de Nederland-

sche Vereeniging voor Vrouwen met een Academische Opleiding (V.V.A.O.). In 1935 richtte ze het Comité tot Verdediging van de Vrijheid van Arbeid voor de Vrouw op en verzette zich in 1938 tegen een wetsvoorstel van minister Romme om gehuwde vrouwen buitenshuis werken te verbieden.

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, besloot Marie Anne de V.V.A.O. op te heffen, vanwege maatregelen tegen Joodse leden. Ze raakte betrokken bij het verzet, hielp Joden onderduiken en verspreidde het illegale blad Vrij Nederland. Onder de schuilnamen "Dr. Max" en "Judith" werd ze een belangrijke verzetsstrijder en trad in 1944 toe tot de leiding van het Nationaal Comité van Verzet.

Na de oorlog werd Tellegen benoemd tot directeur van het Kabinet der Koningin, als eerste vrouw en niet-adellijke in deze functie. Ze stond bekend om haar krachtige persoonlijkheid en had een goede relatie met leden van de koninklijke familie. In het bijzonder met prinses Beatrix, bij wie zij regelmatig logeerde op Drakenstein. Uiteindelijk overleed Marie Anne Tellegen op 23 april 1976 in Amsterdam.

In deze rubriek vertellen we het verhaal achter de straatnamen in de stad. Sommige namen zijn voor iedereen bekend, andere juist helemaal niet. Voor alle namen geldt dat ze niet zomaar gekozen zijn. Maar wat is eigenlijk de herkomst van de namen? Dat proberen we te achterhalen.

De stad in cijfers

In other news

'Rode levensaders door het centrum van Utrecht'

Eens in de zoveel tijd brengt een buitenlandse krant een bezoek aan Utrecht om prijzen.

Dit keer was het de beurt aan het Zwitserse medium Republik. Wellicht opvallend is dat het ‘zwakke openbaar vervoer’ in Utrecht als een van de redenen wordt genoemd dat Utrecht staat vaak hoog in de ranglijsten Soms op nummer één, afwisselend met onder meer Kopenhagen of Amsterdam. Dat de in Utrecht mag ondertussen wel bekend zijn. Het is ook de strekking van een lang verhaal van het Zwitserse Republik dat een bezoek bracht aan Utrecht. “Zelfs voor Nebovengemiddeld”, schrijft het blad. “De rode levensaders lopen door het centrum van

Utrecht en verbinden het met de buitenwijken.”

Het nieuwsplatform gaat verder in op de geschiedenis van de Catharijnesingel, dat van water veranderde in een snelweg en vervolgend weer water werd. Ook benoemt Republik de nadelige gevolgen voor automobilisten, zoals het betaald parkeren en het opheffen van parkeerplaatsen. “De stad wordt minder aantrekkelijk voor automobilisten.” De botsing tussen belangen van auvervoersmiddel worden dan ook benoemd in het artikel.

Een opvallende vergelijking die wordt gemaakt tussen Zwitserland en Utrecht gaat over het openbaar vervoer. Het ov zou in Utrecht zwak ontwikkeld zijn, in vergelijking aanjaagt. In Zwitserland zou juist veel geïnvesteerd zijn in het ov.

In de rubriek Stad in Cijfers gaan we in op data over de stad. De gemeente Utrecht houdt van honderden onderwerpen bij hoe het er in de stad voorstaat, van aantal Utrechters dat een ets heeft tot hoeveel procent van de Utrechters last heeft van lawaai door verkeer of bedrijven in de stad. Elke week lichten we een van de onderwerpen uit.

Utrecht telt dit schooljaar 50.618 scholieren en daar blijft het niet bij. De verwachting is dat het leerlingenaantal in Utrecht blijft groeien, tot 53.596 leerlingen in 2040. De totale verwachte groei is minder dan de gemeente vorig jaar dacht, maar er komen nog altijd bijna 3.000 leerlingen bij de komende jaren. En dat vraagt ook om ruimte. Zijn er wel genoeg scholen in Utrecht?

De gemeente kwam deze week met een ‘leerlingenprognose’, waarin gekeken wordt naar de verwachte groei van het aantal leerlingen en het eventuele tekort of overschot aan huisvesting voor scholen. In het basisonderwijs is in de meeste wijken voorlopig voldoende capaciteit. In het voortgezet onderwijs is minder speling, al is die volgens de gemeente wel nog steeds voldoende.

Op scholen voor voortgezet onderwijs worden in 2040 19.576 leerlingen verwacht,

1.000 leerlingen meer dan er op 1 oktober 2023 waren. Stadsbreed is er genoeg huisvesting voor al deze scholieren, maar er zijn wel verschillen tussen scholen. Waar de ene school ruimte te veel heeft, komt de andere school dit juist tekort.

De gemeente verwacht bij het Amadeus Lyceum bijvoorbeeld vanaf 2027 overcapaciteit, terwijl ISK vanaf 2025 juist kampt met ruimtetekort. Naar verwachting hebben zeven van de negentien scholen nog voor 2026 ruimtetekort. Acht scholen hebben te maken met overschot.

De capaciteitsnorm voor het voortgezet onderwijs is 110 procent. Die norm wordt gehaald, maar staat wel onder spanning. In de teitsnorm de komende jaren is. Hoe lager het getal, hoe meer de capaciteit onder druk staat.

WAT VINDEN DE LEZERS?

DUIC-lezers aan het woord

Tekort studentenhuisvesting in Utrecht opgelopen tot ruim

6000 woningen

Het tekort aan studentenhuisvesting is vorig jaar opgelopen tot 6000 woningen. Het jaar ervoor was dit nog 5300. Een oplossing is ook niet snel gevonden, want het tekort kan nog oplopen tot 10.000 studentenwoningen in 2030. Dat laat de gemeente Utrecht weten.

Teun H.:

“Misschien toch maar eens ophouden met die enorme aantallen internationale studenten. Dan is vrijwel het hele woonprobleem opgelost en kunnen we ook weer gewoon colleges volgen in het Nederlands.”

Hadjememaar:

“Op en rond de Uithof is plek zat. Maak UU, UMCU en HU verantwoordelijk voor (een deel van) de studentenhuisvesting. “minder studenten” is de oplossing niet.”

Oud-Lombokker:

“Misschien een deel van de UU verplaatsen naar buiten Utrecht zoals Amersfoort? Daar kunnen we nog wel wat levendigheid gebruiken…win-win.” “

Elke week reageren DUIC-lezers honderden keren op de artikelen die op de website verschijnen. Wat vinden de lezers van DUIC van onderwerpen die spelen in de stad? Je leest het in deze rubriek.

Utrecht moet 1.000 extra elektriciteitshuisjes plaatsen

Er moeten zo’n 1.000 extra elektriciteitshuisjes geplaatst worden in Utrecht om de stroomvoorziening in de stad op peil te houden. Om die huisjes allemaal aan te sluiten moet er ook nog eens honderden kilometers aan kabel worden gelegd.

De Haas:

“Elektriciteitshuisjes, Flexwoningen, alles wordt vloeibaar bij hoge nood en urgentie. Waar dan niet bij hele woonwijken? Zou een stuk schelen in de procedure en aanleg tijd” “

RABE:

“We moeten toch van het gas af. Dit hoort bij de gevolgen.”

Rietje:

“Er was een tijd dat we aangemoedigd werden minder elektriciteit te gebruiken. Die tijd is blijkbaar voorbij.”

Honderden mensen bij demonstratie in Utrecht tegen langstudeerboete

De Landelijke Studentenvakbond (LSVB) organiseerde zaterdag in Utrecht een landelijke demonstratie tegen de zogenoemde langstudeerboete. Een paar honderd mensen deed mee aan het protest.

Vincent:

“Het is helemaal geen boete – het is eigenlijk gewoon een terugbetaling van de subsidie die alle studenten van de overheid krijgen om te zo goedkoop te kunnen studeren. Als de overheid je een subsidie geeft om iets te doen, en dan doe je het niet, dan moet je het terugbetalen – heel eenvoudig en eerlijk.”

JdV:

“Iedereen mag wat mij betreft zijn of haar hele leven studeren. De 1e 5 jaar op kosten van de maatschappij. Daarna op eigen kosten. Klaar.”

Sj:

“3.000 euro, waar hebben we het over? 1 maandsalarisje van je eerste baan na je studie. Peanuts”

SPORTUTRECHT

O the Tracks het nieuwe festival in Utrecht

Superlatieven schieten tekort. Het nieuwe festival op zaterdag 13 juli belooft een van de grootste evenementen te worden die Utrecht rijk is. Op en rondom het Jaarbeursplein wordt het tussen 11.00 en 23.00 uur volgens insiders een ‘waanzinnig gekkenhuis’. En als de voortekenen niet bedriegen, krijgen de initiatiefnemers Ingmar Creuzburg, Mattijn Boerkamp van Stichting Utrecht AAN, Hein Bal (alias PAX the Humanoid), en Henno Oldenbeuving hierin gelijk.

Tekst: Marina van Huissteden-Kaspers

Off the Tracks wordt een bijzondere samenwerking tussen Urban Sport en Street Culture. De initiatiefnemers komen uit totaal verschillende werelden, maar vonden elkaar eigenlijk op een redelijk simpele manier. Ze zijn allemaal bezig om Utrecht een stukje mooier te maken en delen de mening dat de gemeente Utrecht meer ruimte moet geven aan de vele communities in de stad, waarvoor nu onvoldoende plek is. Om Utrechters en bezoekers een kijkje te geven in deze wereld, waar naar schatting duizenden jongeren bij betrokken zijn, wordt het stationsgebied voor het eerst een echte festivallocatie.

PAX the Humanoid, bekend uit de muziekscene onder andere als frontman van The Kyteman Orchestra, vertelt: “Mensen kennen mij waarschijnlijk nog wel van onder andere Lowlands. Dat waren mooie tijden zo’n tien jaar geleden. Toen waren we ook bezig om dit soort initiatieven naar de stad te brengen, maar vandaag de dag is er zoveel meer dat we de mensen kunnen laten zien. We brengen al die verschillende smaakjes bij elkaar

in een cypher, zeg maar een rondje. Ik weet zeker dat de mensen hun ogen uit gaan kijken. Overal is er beweging, is er iets te doen of iets om naar te kijken. De mensen die hieraan bijdragen, zijn allemaal gepassioneerde individuen met een grote liefde voor de stad.”

Naast het Jaarbeursplein en het Stadsplateau worden ook hal 7 van de Jaarbeurs en een stukje van het Beatrixgebouw gebruikt voor allerlei talenten uit de stad, evenals enkele (Olympische) sporters die hun skills komen laten zien. Van live hiphopacts en streetdance tot skateboarden, inline skaten, freestyle-

Henno Oldenbeuving, die zich met name bezighoudt met het sportgedeelte en de spohoeveel mensen we in korte tijd op de been hebben kunnen brengen. Het wordt echt een groot spektakel. Ik ben nog bezig met wat Olympische sporters naar Utrecht te krijgen. Een aantal van hen is nog bezig met kwali-

deelname van Matias Dell Olio, een van oor-

ZOEKPLAAT

Zoek de zeven verschillen

OPLOSSING ZOEK DE VERSCHILLEN LOCATIE HOOGRAVENSEWEG

Een gezond stedelijk leven betekent voor ons een stad waarin iedere Utrechter sport en beweegt met een aanbod dat aansluit op persoonlijke wensen en behoeften. Naast de traditionele, vitale sportclubs en hun sportparken, vormt sporten en bewegen in de openbare ruimte een steeds groter aandeel van het Utrechtse sportlandschap. Vanuit deze nieuwe inzichten zijn er veel contacten gelegd met diverse communities in de stad, die zich misschien niet bezighouden met ‘traditionele sport’, maar wel degelijk met bewegen. Of dit nu komt uit de dans- of muziekscene, de beweging groeit en bloeit.

Naast demo’s, paneltalks waar men ook de wethouder sport Eva Oosters hoopt de begroeten, liveshows en workshops voor jong en oud is er ook een food aanbod en zijn er non-alcoholische drankjes beschikbaar

sprong Argentijnse skater die nu in Nederland woont. Ik hoop natuurlijk op de deelname van mijn eigen dochter Kate. Daarnaast werken we aan de komst van Team NL Breakers, bestaande uit vier mannen en drie vrouwen, die meedoen in Parijs, waar breakdance voor de eerste keer op het Olympische programma staat. Voormalig wereldkampioen Sietse van Berkel is een van de deelnemers. Samen met celliste Maya Fridman laat hij zien hoe verschillende werelden samen kunnen komen.

Jonathan de Bruin, een van de voorvechters van street sport in Utrecht, doet mee, zowel als skater als met een rolschaatsgroep.”

SportUtrecht brengt Utrecht in beweging SportUtrecht maakt zich hard om urban sporten in alle Utrechtse wijken toegankelijk te maken. Daarom zijn wij ook aanwezig bij Off the Tracks om de jeugd kennis te laten maken met het sportaanbod in hun eigen wijk.

SFEERVOL VERGADEREN

OP DE CAMPING

• 4 vergaderruimtes, van 2 tot 60 personen

• Op een unieke locatie in Utrechts nieuwste hotspot Rotsoord

• Altijd goed bereikbaar met trein, bus, boot, ets of auto

• Flexibele catering, van drankjes tot diners

AL VANAF € 100,PER DAGDEEL

• Volledig gefaciliteerd met o.a. led-scherm, supersnelle WiFi en whiteboard

• Standaard gratis zwarte ko e, thee en water

• Mooi uitzicht op de Vaartsche Rijn

• 365 dagen per jaar, ook in de avond

DIRECT RESERVEREN?

Dat kan eenvoudig online met het contactformulier op onze website of mail je wensen naar vergaderen@ganspoort.nl

Liever bellen/appen? Pierre is te bereiken via 06-14415656

Kijk voor een indruk van alle zalen en mogelijkheden op WWW.CAMPINGGANSPOORT.NL

HUB Utrecht is het nieuwe mediacentrum van de stad Utrecht met RTVU en DUIC als initiatiefnemers. Wil jij een vergaderruimte of studioruimte huren bij HUB Utrecht? Dat kan.

Boek nu en reserveer via deze QR-code:

Locatie: Achter Clarenburg 23-25

Vanaf € 75,-

In het centrum, dus makkelijk bereikbaar vanuit het station.

Organiseer je een debat of grote vergadering in de avond?

Volledig gefaciliteerd met o.a. led-scherm, WiFi en whiteboard en natuurlijk gratis ko e en thee

Boek de Vergaderzaal tot max. tien personen
Boek de Studio voor opnames of een vergadering
Boek dan onze Grote Zaal

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.