Koos Marsman over de Chefeurs











Koos Marsman over de Chefeurs
&
Inloop 20.00 | start 20.30 uur
Deelname € 15,- p.p. inclusief:
• 1 x welkomstdrankje • 1 x zakje chips
1 x bingo dabber
DONDERDAG 13 FEBRUARI Reserveer via Ganspoort.nl
4 DUIC in Beeld
Hondenprotest
6 Achter gesloten deuren
Bij het Dierenlaboratorium
9 Utrechts talent
Bieke
9 Column Koos Marsman
Chefeurs
Cultuur / Uit
10 Uittips
Elke week de leukste tips
11 Op Bezoek Bij
Van der Vlist Kappers Stad / Leven
14 Straatnamen Manenburg
14 Op het voetstuk
Jan van Nassau
14 Tussen je oren
Wat luisteren de mensen op straat?
13 Verdwenen schoolgebouwen
Openbare Lagere School aan de ASW
14 Wat vinden de lezers? DUIC-lezers aan het woord
Sport
15 Puzzel
Zoek de verschillen
15 Pep & Frans
Zijn klaar met Taylor Booth
DIT NUMMER WERKTEN MEE
Arjan den Boer, Bas van Setten, Bo Steehouwer, Emily Hengeveld, Jasper Witte, Kamiel Visser, Robert Oosterbroek en Tamar Huijbregts
en redactie DUIC
UITGEVERS Joris Daalhuisen en Martijn Rademakers
CONTACT REDACTIE redactie@duic.nl 06 86 80 32 22
Utrecht is constant in beweging. Er wordt gebouwd en gesloopt. Hierdoor ziet de stad er op sommige plekken heel anders uit dan vroeger, terwijl andere straten en pleinen juist al decennia hetzelfde blijven. In deze rubriek laten we dat zien.
Ga naar DUIC.nl voor meer oude en nieuwe foto’s van de stad.
ADVERTEREN
Helling 13, 3523 CB Utrecht, adverteren@duic.nl Dave Vorstenbosch dave@duic.nl 06 43 03 58 73
VRAGEN OVER DISTRIBUTIE? Pierre Schoonhoven via pierre@duic.nl, 06 - 14 41 56 56
Bestel via duicshop.nl en ontvang een gratis setje ansichtkaarten
U bent altijd welkom voor een open gesprek. Bel 0800 - 023 05 50 of ga naar monuta.nl/utrecht.
Het leven van jacht- en windhonden in Spanje gaat niet over rozen. Velen zouden na het jachtseizoen worden gedumpt of simpelweg worden gedood. In tientallen Europese steden, waaronder Utrecht, gingen mensen begin deze maand de straat op om op te komen voor deze dieren. Veel demonstranten werden vergezeld door hun eigen jacht- of windhond, die in de meeste
Fotogra e: Bas van Setten
gevallen uit Spanje zijn geadopteerd. In Nederland werd de demonstratie georganiseerd door GalgoPodencoPlatform, vernoemd naar de Galgo en de Podenco, twee rassen die vaak worden gebruikt bij de jacht in Spanje. Deze honden zijn goed terechtgekomen; ze hebben een dekentje tegen de kou, doen hun behoefte in het groen en hebben een baasje die dat vervolgens ook nog eens opruimt. a
In ‘Achter gesloten deuren’ bezoekt DUIC locaties in de stad waar de meeste Utrechters niet kunnen of mogen komen. Deze week nemen we een kijkje in het Gemeenschappelijk Dierenlaboratorium, de plek waar de Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht een groot deel van hun dierproeven doen.
Tekst: Luuk Beckers / Fotogra e: Bas van Setten
In ‘Achter gesloten deuren’ bezoekt DUIC locaties in de stad waar de meeste Utrechters niet kunnen of mogen komen. Deze week nemen we een kijkje in het Gemeenschappelijk Dierenlaboratorium, de plek waar de Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht een groot deel van hun dierproeven doen. Het laboratorium is te vinden in een verouderd pand op het Utrecht Science Park. De inrichting is functioneel, sober en ietwat kil. Het beton overheerst. We maken er kennis met Pascalle van Loo, (55) zij kwam voor het eerst in het lab als student en deed er haar promotieonderzoek naar de huisvesting van proefdieren. Op dit moment is Van Loo hoofd van de Instantie voor Dierenwelzijn Utrecht. In deze rol voert ze controles uit en adviseert ze de universiteit en het UMC over het welzijn van de dieren.
Beperken dierenleed Van Loo leidt ons rond. In de gang staat een kast met geplastineerde organen, organen die zo bewerkt zijn dat ze meerdere malen voor onderzoek kunnen worden gebruikt. Het werken met geplastineerde organen is een van de methoden om het aantal proefdieren te beperken. Van Loo vertelt graag over het streven om het dierenleed in het laboratorium te verminderen. Dit doen ze op drie manieren; de eerste strategie is het zoeken naar alternatieve onderzoeksmethoden. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om geplastineerde of gekweekte organen en de inzet van virtual reality. Sinds kort biedt ook het gebruik van kunstmatige intelligentie nieuwe mogelijkheden, bijvoorbeeld bij het analyseren van grote datasets waardoor verborgen patronen
zichtbaar worden, of door de giftigheid van nieuwe stoffen te voorspellen met machine learning. Het tweede spoor richt zich op het beperken van het aantal dieren per proef. De derde strategie is het beperken van leed bij de proeven waarbij de inzet van dieren wel noodzakelijk is. Van Loo neemt ons mee naar een operatiekamer, waar twee wetenschappers bezig zijn een onderzoek voor te bereiden. Een dag later brengen ze een echosonde met glasvezel erop in bij een varken. Hiermee kunnen ze de lichaamstemperatuur heel precies meten, vertelt een van hen. De wetenschappers zijn niet de enige die aan de slag gaan met het varken. Voordat ze hun onderzoek uitvoeren, gaan chirurgen operatietechnieken oefenen op het dier. Het dier is gedurende alle ingrepen verdoofd en zal hiervan niet meer bijko-
men. Door het varken voor twee verschillende doelen te gebruiken, hoeft men slechts één in plaats van twee varkens te gebruiken. Dit draagt bij aan het beperken van het aantal proefdieren. Iets verderop is het konijnenverblijf. Op deze plek is klassieke muziek te horen door de speakers. Muziek als achtergrondgeluid zorgt ervoor dat dieren minder schrikken als er andere plotselinge geluiden te horen zijn, legt Van Loo uit. Het is hierbij niet zo dat het altijd klassieke muziek moet zijn. Van Loo legt uit dat er wettelijke eisen zijn voor de huisvesting van proefdieren. Zo moeten konijnen met meerdere dieren in een hok worden geplaatst en bestaan er normen voor de minimale grootte van de verblijven. Ook moeten de dieren speeltjes of nestmateriaal aangeboden krijgen.
Licht, matig en ernstig of terminaal
De mate waarin proefdieren lijden verschilt sterk. Verreweg het meeste onderzoek leidt tot wat de wet ‘licht’ of ‘matig ongerief’ noemt. ‘Licht ongerief’ ondervindt een dier bijvoorbeeld als het een injectie krijgt waarvan het nauwelijks last heeft. ‘Matig ongerief’ heeft een dier dat een operatie ondergaat waarvan het goed herstelt. Vijf procent van het onderzoek brengt ‘ernstig ongerief’ met zich mee. Een voorbeeld hiervan is een dier dat artritis krijgt en daar gedurende de studie last van houdt. Drie procent van de dierproeven valt in de categorie ‘terminaal’. In deze categorie overlijdt het dier onder verdoving tijdens de proef. Het varken waarbij de echosonde ingebracht zal worden is een voorbeeld van een dierproef in de categorie ‘terminaal’. Van Loo legt uit dat ernstiger vormen van dierenleed soms niet te voorkomen zijn. “Als we onderzoek doen naar pijn, kunnen we het dier niet zomaar een pijnstiller geven. We proberen een dier dan zo vroeg mogelijk uit z’n lijden te verlossen door het te euthanaseren.”
Euthanaseren
Hoewel de meeste proefdieren niet overlijden tijdens een proef, worden ze na afoop ervan meestal alsnog gedood. Onderzoekers doen dit om het effect van de proef op de organen te onderzoeken. Dieren die niet gedood worden, worden als het kan opnieuw ingezet bij een andere studie. Het is één van de manieren waarmee men probeert het aantal proefdieren te beperken. Het is niet toegestaan een dier dat ernstig ongerief heeft ervaren opnieuw in te zetten voor een andere proef.
Opvallend is dat de wet spreekt van ‘licht on-
gerief’ als een dier na afoop van een proef wordt gedood. “Onder ongerief wordt lijden verstaan”, legt Van Loo uit. “Een dood dier lijdt niet”. Er gelden regels voor de manier waarop dieren mogen worden gedood. Een van de toegestane methodes is het laten stikken van het dier door CO2 toe te dienen. Dit moet zo gebeuren dat een dier eerst het bewustzijn verliest voordat het het gevoel krijgt niet meer te kunnen ademen.
Honden
Om het hondenverblijf te bezoeken, moeten we een witte jas en schoenhoezen aan. De honden zitten buiten op het moment van ons bezoek. Ze begroeten ons enthousiast en springen tegen het hek. “We doen hier onderzoek naar rugklachten”, zegt Van Loo uit. “Het onderzoek is erop gericht om rugklachten bij mensen en honden in de toekomst beter te kunnen bestrijden. De honden hebben een operatie ondergaan waarvan ze inmiddels goed zijn hersteld. Ze waren een tot drie jaar oud toen ze bij ons kwamen. De studie die we met ze doen duurt acht maanden. Daarna worden ze gedood om te kunnen zien hoe hun rug eruitziet”, legt Van Loo uit. Hoewel de honden vrolijk zijn, speeltjes hebben en in groepsverband zijn gehuisvest, brengt het onderzoek ook beperkingen met zich mee. Zo mogen de honden het laboratorium niet verlaten en kunnen ze dus niet worden uitgelaten.
Van Loo vertelt dat er alleen onderzoek wordt gedaan met als doel de gezondheid van mens en dier te verbeteren. In het lab vindt geen onderzoek plaats voor de industrie of voor cosmeticaproducten. Dit laatste is al jarenlang verboden in Europa. Het onderzoek in het Utrechtse lab heeft concrete resultaten opgeleverd. Zo is er door
een combinatie van dierproeven en proefdiervrije methoden vooruitgang geboekt bij de behandeling van hersenschade bij baby’s . Ook is er vooruitgang geboekt op het terrein van immuuntherapie voor de behandeling van verschillende soorten kanker, vertelt Van Loo.
Het overgrote deel van de proefdieren (86%) zijn ratten en muizen. Om te voorkomen dat we ziektes mee naar binnen brengen, gelden er strenge hygiënevoorschriften voor het bezoeken van de muizen- en rattenverblijven. Naast een witte jas en nieuwe schoenhoezen, moeten we een muts en mondkapje op. Ook mogen we in de dagen voorafgaand aan ons bezoek niet in aanraking zijn geweest met knaagdieren. Van Loo wilde huisvesting van de ratten verbeteren. De meeste ratten zitten in kleinere kooien dan de ratten die op de foto zijn afgebeeld. De kleinere kooien voldoen aan de wettelijke eisen, maar de ratten kunnen er niet in rechtop staan waardoor ze minder spiermassa ontwikkelen. Het gebrek aan bewegingsruimte leidt bovendien vaak tot overgewicht. Het probleem is dat er geen geschikte kooien voor ratten op de markt zijn, zegt Van Loo. De volière, waarin de ratten op de foto zitten, is bedoeld voor vogels en is volgens Van Loo niet geschikt voor wetenschappelijk onderzoek op ratten. Om het probleem aan te pakken, ontwikkelt het lab samen met een fabrikant een grotere kooi. Ook zet het lab zich in voor een strengere Europese richtlijn voor de huisvesting van ratten.
Dierenwelzijnsorganisaties Het lab werkt samen met dierenwelzijnsorganisaties. Zo is met Proefdiervrij een project opgezet waarbij mensen hun overleden huisdier kunnen doneren, waardoor het tegenwoordig niet meer nodig is honden te doden voor het anatomieonderwijs bij Diergeneeskunde.
Een ander voorbeeld is het adoptieprogramma dat het lab samen met Animal Rights uitvoert. Proefdieren die na het onderzoek in leven blijven, krijgen hiermee een nieuw thuis. Sinds 2019 zijn met dit programma 2.300 dieren gered van een vroegtijdige dood. Er worden in Nederland steeds minder dierproeven gedaan. Het aantal nam af van 1.5 miljoen in 1978 tot 490.000 in 2022. Bij de Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht daalde het aantal van 51.900 in 2001 naar 14.192 in 2023.
Volgens Van Loo is er tegenwoordig meer aandacht voor de natuurlijke behoeftes en de intrinsieke waarde van het dier. “Vroeger was het bij wijze van spreken makkelijker om te zeggen ‘we trekken een blik ratten uit de kast’. Tegenwoordig wordt bij elk dier de afweging gemaakt of het echt nodig is”.
We vragen Van Loo wat er zou gebeuren als we morgen zouden stoppen met de dierproeven. “Dan verplaatst het onderzoek zich naar het buitenland. En als ze ook in het buitenland stoppen met dierproeven kunnen veel geneeswijzen niet meer worden doorontwikkeld. Dierproeven zijn nu nog een belangrijke stap op weg naar onderzoek bij de mens. Autoriteiten moeten voldoende vertrouwen hebben in een product voordat ze onderzoek bij mensen toestaan. Dit vertrouwen wordt nu nog opgebouwd met dierproeven.”
“We moeten dus hard werken aan alternatieven voor dierproeven waarmee we dit vertrouwen kunnen opbouwen”, stelt Van Loo. “Dit gebeurt ook. Op het Utrecht Science Park is een nieuw centrum gevestigd dat zich toelegt op de ontwikkeling van proefdiervrije methoden. De Universiteit Utrecht en het UMC zijn ketenpartners van dit centrum.”
Of Van Loo denkt of we ooit helemaal afkomen van proefdieren? “Dat vind ik een lastige vraag. Ik hoop het wel. Ik denk alleen niet dat ik het zelf ga meemaken.” a
Orthopedisch chirurg: Maurice Anderson
KOM KENNISMAKEN MET WDK op een van onze chauffeursbijeenkomsten! DI. 11 FEB van 10 tot 13 uur Sterrenzicht. Keerkringplein 40, 3582 PM Utrecht
Ervaart u al langere tijd pijn of stijfheid aan uw heup of knie? Dit kan een gevolg zijn van een versleten gewricht (artrose).
Kom op 11 februari naar onze gratis informatieavond ‘Artrose aan de heup of knie’ en ontmoet onze orthopedisch chirurg Maurice Anderson. Tijdens deze voorlichtingsavond vertelt hij u alles over de oorzaak van uw klachten en hoe u verergering kunt voorkomen. Ook licht onze specialist mogelijke behandelingen toe, zowel operatief als niet-operatief.
Uiteraard kunt u ook vragen stellen en krijgt u een kijkje in onze kliniek.
Xpert Clinics is volledig gespecialiseerd in de behandeling van klachten aan de heup, knie, enkel, voet en schouder. De zorg die u krijgt wordt volledig door uw zorgverzekeraar vergoed.
orthopedie.xpertclinics.nl
Aanmelden? Scan de QR-code of ga naar: xpertclinics.nl/infoavond
Artrose aan de heup of knie
Dinsdag 11 februari van 19:00 - 21:00 uur
Xpert Clinics Orthopedie | Janssoniuslaan 71, Utrecht
• 4 vergaderruimtes, van 2 tot 60 personen
• Op een unieke locatie in Utrechts nieuwstehotspot Rotsoord
• Altijd goed bereikbaar met trein, bus, boot, ets of auto
• Flexibele catering, van drankjes tot diners
“ Het zijn geen gewone ritjes. je brengt die kids écht verder”
Geen Taxipas? GRATIS OPLEIDING Wel een Taxipas?
€ 250,- STARTBONUS
WERKENBIJWDK.NL
Word ook WdK chauffeur!
• Parttime chauffeur groepsvervoer
• 3 tot 5 dagen per week
• Mail naar: vacature@wdkgroep.nl
• Of bel: 026 - 365 31 53
Vragen? Stuur een bericht! 06 132 705 39
• Volledig gefaciliteerd met o.a. led-scherm, supersnelle WiFi en whiteboard
• Standaard gratis zwarte ko e, thee en water
• Mooi uitzicht op de Vaartsche Rijn
• 365 dagen per jaar, ook in de avond
DIRECT RESERVEREN?
Dat kan eenvoudig online met het contactformulier op onze website of mail je wensen naar vergaderen@ganspoort.nl
Liever bellen? We zijn te bereiken via 06-14415656
Kijk voor een indruk van alle zalen en mogelijkheden op
WWW.CAMPINGGANSPOORT.NL
UTRECHTS TALENT
Bieke Jongejan, artiestennaam Bieke, debuteert met haar EP RUMENS, waarop ze het gesprek aangaat met zowel haar oude als hervonden zelf. Als ze tijdens de presentatie opgewekt en energiek een volle werfkelder naar haar hand zet, is het moeilijk om te bedenken dat het ooit minder is gegaan. Voordat ze het roer omgooide om de muziek na te jagen, werkte ze als verpleegkundige in de specialistische GGZ. In het gedrag van haar cliënten herkende ze zichzelf. “Oh hey, dit doe ik ook! Oh kut … misschien moet ik daar wat mee.”
“Ik had mijn hele leven al nachtmerries en gespannen spieren”, zegt Bieke. Vanuit haar werkervaring ging ze zichzelf vragen stellen. Het muntje toen er in een serie een bepaalde scène voorbij kwam. “Ik herkende het, en begon me heel raar te voelen. Er kwamen allemaal beelden en trauma’s naar boven. Die had ik weggestopt, ik was ze vergeten. Er viel veel, heel veel op zijn plek.” Ze zocht hulp, en snel bleek dat ze een posttraumatische stressstoornis (PTSS) heeft. Dat kan ontstaan tijdens schokkende, traumatische ervaringen. Vertellen wat voor haar die ervaring was doet ze nog niet, maar er was in ieder geval drie jaar therapie voor nodig om er overheen te komen. “RUMENS gaat niet over de oorzaak, want die is voor iedereen anders. Het gaat over het leven met PTSS, en over het helingsproces. Daar kunnen anderen zich in herkennen. ” Nu zijn de nachtmerries bijna verdwenen en zijn de dagen ‘heel kleurrijk’ geworden. Bieke ontdekte wat ze eigenlijk wilde doen - Muziek maken. Ze stopte als verpleegkundige en ging werken in de vloerisolatie, want dat was beter te combineren met de muzikale ambities. “Daar kon ik zeggen: ik heb een interview, doei!”
COLUMN
Chefeurs
Gevraagd waarom ze muziek maakt, valt de anders energieke Bieke even stil. “Wat een rare vraag. Ik weet het niet. Het is er gewoon. Het is er altijd geweest”, zegt ze nadenkend. “Toen ik vijf was haalden mijn ouders een platenspeler uit de kelder, met een plaat van Doe Maar.” De Nederlandse LP was voor de jonge Bieke de muziek die ze kon verstaan. “De platenspeler ging naar mijn kamer, en ik elke dag die plaat luisteren.”
Een kwart eeuw later kan ze vertellen over een plaat die ze zelf gemaakt heeft. Na wat wikken wegen kwam ze uit bij het cinematische-pop genre, muziek met het grote gevoel van een orkest en een serieus, dramatisch geluid, dat niet zou misstaan in een flm.
Vier nummers
In 'Ik Projecteer' refecteert ze op hoe de stoornis haar omgang met de mensen om haar heen beïnvloedde. “Ik interpreteerde hun gedrag vanuit de dingen die ik heb meegemaakt en plakte mijn ervaringen op de ander”, aldus de oud GGZ-medewerker. Met het nummer hoopt ze de luisteraar bewust te maken dat iedereen dit doet. “Ook mensen zonder stoornis en trauma’s. Het is een universeel proces.”
As ‘k dinsdagochend door de Nobelstraot ga op me !ets wor twee keer ’t !etspad belemmert door bestelwaoges die daor parkere op ’t !etspad en ’t trottoir. Bij de eerste moe’k de weg op waor ’n !le auto’s staot. Op de weg ken’k nie blijve en gaot weer ’t !etspad op, maor verderop staot dus nog ’n bestelwaoge. Daor ken’k net langs maor enkel door op ‘n gladde richel te rijje en ’t voel as of ‘k an ’n circusact bezig ben. De chefeur van de bestelwaoge zit achter ze stuur en heul e e ken’k ‘m ankijke en zet me kwaoiste gezich op. Wa’k wil zegge is da in !etsstad Utreg de !etser verdomde goe op ze telle mot passe. D’r is heul veul plaots voor ze gemaok, maor daor maoke veul autobestuurders ook graog gebruik van. Soms dus door ’t as tijdelijke parkeerplek te gebruike. In de zogehete !etsstraote zie je da vaok gebeure. De Burregemeester Reigerstraot, Nâchtegaolstraat en de Maliesingel zijn d’r nie zoveul !etsvriendelijker door geworre. Ook omda veul auto’s in die straote veul te hard rijje en per se d’r alles an doen om !etsers in te haole. Gelukkig zijn d’r ook chefeurs die wel respek voor !etsers hebbe en rekening mè ze houwe, maor d’r zijn d’r veul die ’t gin zier doet, die voor d’r werrek pakkies motte a evere en die waoge van ze dus overal neerzette zolâng ze maor nie te ver hoeve te lope. Dazze voetgangers en !etsers dwarszitte ken ze blijkbaor nie zoveul schele. Wie ’t ook nie zoveul ken schele da d’r !etsers zijn, zijn sommige taxichefeurs. De foute die de straot as reesbaon zien en die dan gaon inhaole. Inhaole ja. Die de auto voor hun gaon inhaole. In de stad! En dan komme ze op de and’re kant van de weg, zo as afgelope vrijdagnach bij de Draoiweg en daor rij ’n mesjie van 24 op haor !ets. Ze is dood. En da maok me kwaod. As ’t zo is gegaon, dan heef hij bewus risico genome. Da maok ‘m dan ’n moordenaor. a
In de rubriek Utrechts Talent gaat DUIC op zoek naar Utrechters die de stad kleur gaan geven. De enige eis is dat ze aan het begin staan van een nieuw pad in het leven.
Maar echt een recht-voor-zijn-raap-popnummer is het dus niet. “Daar hou ik wel van. Een leuke eerste indruk, maar als je het nog eens luistert, ontdek je weer meer. Je kunt kadootjes blijven uitpakken.”
Om het toch behapbaar te maken, vertelt ze het aan de hand van een relatie waar ze tegelijkertijd afscheid van neemt. “Sinds de PTSS is ontdekt en behandeld is, ben ik als persoon gaan groeien”, zegt ze. “Maar terwijl ik mezelf aan het worden ben, denkt mijn partner ‘hé, je bent wel heel erg veranderd.’ Het is heel vervelend geweest.”
Ook 'Groei van je weg' is een afscheid, maar dan van wie Bieke zelf ooit was. “Daarbij moest ik mijzelf respecteren en aanmoedigen in mijn keuze voor muziek: ‘Ga maar vliegen, ga maar leven zonder dat je weet wat je ervoor terugkrijgt.'" Ook haar lange lokken gingen eraf. “Dat is voornamelijk heel praktisch. Maar mensen vinden me ook helemaal een artiest”, lacht ze.
Vooruitgang
Sinds de knoop is doorgehakt, is er haast bij. Dat begon al in de behandelkamer, tegenover de psycholoog. “Als je weet dat er iets mis is, wil je er eigenlijk gelijk vanaf zijn”, geeft ze
toe. In haar werk als verpleegkundige zag ze bovendien hoe cliënten op kunnen knappen. "Dus dacht ik ‘nou, schiet maar op’. Als we voor mijn gevoel geen vooruitgang boekte, was het heel moeilijk om te verdragen.” Nu ze erop terugblikt in 'Ik wil snel', waarin ook het muzikale tempo omhoog gaat, ziet ze dat de haast ook een manier was om haar angstige, chaotische gevoelens te vermijden. Hoewel die gevoelens ook nu nog niet helemaal zijn verdwenen, liggen de ergste dagen achter haar. “Die dagen waren zo raar, zo lang. Helemaal zonder woorden, grauw en grijs. Dan wilde ik gewoon echt dat het voorbij was.” Over dat verlangen schreef ze 'Wereld slok me op'. “Dat was niet makkelijk. Het was echt mijn leven en dan is het heel uitzichtloos.”
“Ik heb heel af en toe nog zo’n dag.” Maar nu ze het herkent, kan ze het in perspectief plaatsen. “Nu is het gewoon ‘zo’n’ dag, Boeien. Ik zorg dat ik eet, bel een vrienden en ga optijd naar bed. Ik kan er mee om gaan omdat ik weet dat het beter wordt." a
Koos Marsman is ambesedeur vollekstaol en commetator. Hij schrijf tweewekelijks voor DUIC, natuurlijk in de Uterechse vollekstaol
De strijd om het feit
Waar: Academiegebouw
Wanneer: 10 februari
Prijs: Gratis
Politici, journalisten en wetenschappers strooien graag met feiten. Maar wetenschapshistoricus dr. Sjang ten Hagen plaatst kanttekeningen bij de onaantastbare status van het feit. Zijn onderzoek toont aan dat feiten vaak eerder voor verwarring zorgen dan voor helderheid. Wat bedoelen we eigenlijk met een feit? En hoe zou onze kijk op de wereld veranderen als we minder op feiten vertrouwen? Het wordt 10 februari besproken in het Academiegebouw!
Casa Mia
Waar: Stadsschouwburg
Wanneer: 7 februari
Prijs: vanaf 22 euro
Je mag ook niks meer zeggen is een actuele cabaretvoorstelling die gaat over de verschuivende grenzen van taal en cultuur. Jonata en Eran, twee mannen van verschillende generaties en achtergronden, gaan samen op zoek naar een veilige route door het moderne mijnenveld van nieuwe woorden en oude gewoontes.
De HavermelkElite
Waar: Parnassos Cultuurcentrum
Wanneer: 7 februari
Prijs: Vanaf 6,- euro
Een decaf cappuccino met havermelk, alsjeblieft! Geniet van volledig geïmproviseerde scènes over de gewoonten van de HavermelkElite samen met vier Havermelk-Amsterdammers van Improvisatieteam Placebo in Parnassos Cultuurcentrum!
Circa Waves
Waar: TivoliVredenburg
Wanneer: 11 februari
Prijs: 27,85 euro
Circa Waves brak in 2015 door met de indiehit T-Shirt Weather en bracht sindsdien zes albums uit. Muziekliefhebbers die houden van Arctic Monkeys, The Vaccines en The Strokes, zijn 11 februari bij TivoliVredenburg aan het goede adres!
Nederlied Ensemble: Ik ben blij dat ik je niet vergeten ben
Waar: Werftheater
Wanneer: 7 en 8 februari
Prijs: 19,50 euro
Na het succes van Liedjes die niet mochten komt het Nederlied Ensemble uit Amsterdam met een nieuwe, verrassende voorstelling. Ditmaal brengen ze de mooiste nummers van iconische artiesten die nooit vergeten mogen worden. Verwacht liedjes van onder anderen Youp van ’t Hek, Stef Bos, Karin Bloemen en Ivo de Wijs.
Utrecht board game design XL
Waar: Bibliotheek Neude
Wanneer: 8 februari
Prijs: gratis
Utrecht zit vol met bordspelmakers die hun creaties graag aan een groter publiek tonen. Tijdens deze dag kun je aanschuiven bij tientallen spellen, terwijl de makers met enthousiasme uitleg geven. Ontdek nieuwe spellen, deel je ideeën en help misschien zelfs mee om ze nog leuker te maken!
90's NOW
Waar: TivoliVredenburg
Wanneer: 8 februari
Prijs: 16,50 euro
90’S NOW is terug! Herbeleef de tijd van de Backstreet Boys of Spice Girls en van hakken tot schuifelen. Het beloofd een feestelijke nacht te worden!
Hoe hij het 100-jarig jubileum zal vieren, weet Raymond van der Vlist nog niet precies. Maar dát het gevierd wordt, staat vast. Zijn opa en oma opende in de jaren 20 hun eerste kapsalon in Utrecht. Daarna is familie Van der Vlist altijd een kappersfamilie gebleven. Raymond en zijn vrouw Yvonne stoppen al tientallen jaren hun hele ziel en zaligheid in het hoekpand op de Croeselaan. De hoogste tijd voor DUIC om eens langs te gaan.
Tuurlijk vindt Raymond het werk als kapper leuk, maar nog leuker vindt hij “alles eromheen”. Ofwel: de mensen en hun verhalen. “Mensen die zwetend van het rennen binnenkomen, euforisch in de stoel zitten of juist huilend. Ze vragen me hulp of we bespreken levensvragen. Ik spreek iedere week wel honderd mensen. Ik weet wat er speelt.”
Het begon allemaal eind jaren 30. Toen opende de opa van Raymond voor de derde keer een kapsalon in Utrecht. Het waren roerige jaren. Ze verloren een kindje door een verkeersongeluk voor de deur en slechts een paar jaar later was het oorlog. Voor de opa en oma van Raymond bestond er geen twijfel: ze gingen in het verzet. In het pand op de Croeselaan, met daarin zowel hun kapperszaak als woonhuis, hebben uiteindelijk tien Joodse gezinnen ondergedoken.
Voor zijn opa liep de oorlog niet goed af: hij werd gearresteerd in 1943 en overleed in de gevangenis. Zijn oma zette desondanks de kapperszaak en het verzetswerk voort. Na de oorlog kreeg zij een Yad Vashem-onderscheiding: de hoogste onderscheiding die Israël aan niet-Joden toekent. Raymond zit aan de ronde tafel in zijn kapperszaak. Het is een plek vol geschiedenis en daar vertelt hij trots over. Het liefst zou hij een biografe over zijn familie laten maken.
Vroeger hoorde het gedeelte op de hoek er nog niet bij: dat was een sigarenboer. Ook
was de zaak een stuk kleiner. De kappersstoelen stonden bij de ramen en zijn opa en oma woonden in het achterste gedeelte. Raymond wijst naar de hoekige spiegel: “Daar zat vroeger de schoorsteen en stond de kachel van oma. Ik heb wel eens spirituele mensen als klant. Als zij toevallig op die plek zitten en die omschrijven als warm en geborgen, kan ik dat alleen maar beamen.”
Raymonds vader, Cock van der Vlist, is in het pand geboren. Ook Raymond zelf groeide boven de zaak op. Cock was 25 toen hij de kostwinner van het gezin werd. Hij ontmoette zijn vrouw Corry, die toen als kapster in Eindhoven werkte, en samen gingen ze aan de slag in op de Croeselaan.
Met zeven man personeel en twaalf droogkappen stonden de medewerkers “met de konten tegen elkaar”, vertelt Raymond lachend. Ook was het er door alle droogkappen altijd warm. Hij laat oude foto’s zien van de kapsalon uit de jaren 60 en 70. Het zijn onder andere beelden van zijn vader met een grote snor, de medewerksters in hun kappersschortjes en het retro-interieur met natuurlijk veel oranje. Verder hingen er nog olielampjes aan de muur. “En vergeet niet dat er toen nog gerookt werd, ook onder de droogkap.”
Televisiewereld
In de jaren 80 kwam ook Raymond in de zaak van zijn ouders werken. Na de militaire dienst
ging hij naar de kappersschool. Hij kreeg verkering met Yvonne en ook zij liet zich omscholen tot kapper. “Tien jaar lang werkten we met zijn vieren”, zegt Raymond. “Dat ging hartstikke goed. De gemiddelde leeftijd van de klanten was destijds ongeveer 75 jaar. Doordat ik er als jonge man werkte, kwamen er al gauw jongere mensen.” Nu komt er nog maar een handjevol ouderen langs. “Dat zijn allemaal dames”, zegt Raymond. “Ze komen elke vrijdag. Ik boek ze altijd tegelijk. Dat vinden ze ook gezellig, want dan kunnen ze lekker kletsen.”
Cock overleed in 1996. Ze bleven nog met zijn drieën over. In de jaren erna breidde het team wederom uit naar zeven man. In die tijd kregen ze ook het hoekpand erbij. Dat begon als kindersalon, maar veranderde uiteindelijk in de entree en de balie waar mensen terecht konden voor allerlei haarproducten. Tegenwoordig verhuurd Raymond de salon aan een zelfstandig barbier. Via klanten belandde Raymond ook een tijdje in de televisiewereld. Zo deed hij in 2001 mee aan de realityshow De TV Kapper van de TROS en eindigde als winnaar. Ook had hij een roddelitem in het programma van Catherine Keyl. Hij vond dat hartstikke leuk, maar onder meer sommige klanten waren er minder enthousiast over. Zijn klanten en zijn familie zorgden er in ieder geval voor dat hij met beide voeten op de grond bleef staan.
‘We redden het wel’ Raymond denkt dat het ‘naar de kapper gaan’, zoals dat nog bij hem gebeurt, langzaam zal verdwijnen. “Salons als de onze zijn in Utrecht nog op een hand te tellen. We zijn een midden- en kleinbedrijf en werken als eigenaren mee. Er zijn steeds meer grote ketens, waar personeelstekort niet zo’n belangrijke rol speelt. Daar zitten bijvoorbeeld grote educatiecentra achter.”
Met zijn 60 jaar heeft hij de opkomst van het online shoppen meegemaakt, maar bijvoorbeeld ook de coronaperiode. Daarnaast merkt hij onder andere hoe de rol van social media steeds belangrijker wordt om de jongere generatie te bereiken. “Er dient zich een nieuwe maatschappij aan.” Hij ziet zichzelf dan ook niet als ondernemer, maar als overlever.
“Wij hebben geen vangnet en zijn aan onszelf overgeleverd. Ook op verzekeringen kan je niet altijd rekenen, hebben we helaas geleerd.” De afgelopen tijd proberen Raymond en Yvonne het eens uit hoe het is om een stoel in hun zaak te verhuren aan een zzp’er. Tot nu bevalt dat goed. Hij heeft vertrouwen in de toekomst. “Ik accepteer de situatie hoe die is. We gaan het wel weer redden. Dat is ons tot nu toe iedere keer weer gelukt.” a
straatnamen
In deze rubriek vertellen we het verhaal achter de straatnamen in de stad. Sommige namen zijn voor iedereen bekend, andere juist helemaal niet. Voor alle namen geldt dat ze niet zomaar gekozen zijn. Maar wat is eigenlijk de herkomst van de namen? Dat proberen we te achterhalen.
Wie vanaf het Ledig Erf langs de Catharijnesingel richting Sonneborgh loopt komt ook langs een van die andere historische bolwerken: Manenburg. Wellicht bij veel mensen onbekend, want in tegenstelling tot Sonneborgh – waar de sterrenwacht gevestigd is - is Manenburg niet meer zo groots aanwezig. De straatnaam is echter niet het enige wat er nog over is van het oude bastion.
Eerst een lesje geschiedenis. Utrecht kreeg in de 16e eeuw vier grote bastions om de stad beter te beschermen tegen nieuwe militaire dreigingen. Naast Manenburg (Manenborgh) waren dat Zonnenburg (Sonnenborgh), Sterrenburg en Morgenster. Deze verdedigingswerken waren ontworpen door Utrechter Willem van Noort
volgens de nieuwste inzichten in de vestingbouw en moesten helpen om de stad beter te beschermen. Een bolwerk, of bastion, steekt buiten de verdedigingsmuren uit, zodat vijanden vanuit meerdere richtingen beschoten konden worden. Niet veel later werden er nog eens vijf bolwerken gebouwd; de Wolvenburg, het Lucasbolwerk, het Mariabolwerk, het Begijnebolwerk en de Lepelenburg. Hoewel lang niet allemaal meer zichtbaar op straatniveau, zijn deze locaties en de functies nog altijd herkenbaar aanwezig op een stadsplattegrond. Van boven is aan de uitstulpingen duidelijk te zien dat op deze plekken een bolwerk heeft gestaan.
Bastion Sonnenborgh is vandaag de dag nog wel grotendeels intact en huisvest het Museum en Sterrenwacht Sonnenborgh. Bastion
Manenburg is daarentegen grotendeels verdwenen, maar de naam leeft nog voort in de straatnaam Manenburg. Toch is er meer te zien van Manenburg. Monumentendeskundige Arjan den Boer noemde het eens ‘ongetwijfeld het best verstopte monument’ van Utrecht. “Van buiten zie je alleen een begroeide heuvel en de ingang aan de Doelenstraat moet je echt weten te vinden. Wat zich binnen openbaart is echter spectaculair.” Daarbinnen zijn de 16e-eeuwse gewelven nog prachtig zichtbaar. Soms is Manenburg open voor publiek, maar niet heel vaak. Wie nog iets wil meemaken van Manenburg kan over het gelijknamige pad lopen aan de Catharijnesingel a
Naam: Pedro
Leeftijd: 25
Werk: Bassist, derdejaarsstudent Jazz & Pop aan het conservatorium
Luistert: Stella by starlight - Keith Jarret
Dit is mijn favoriete nummer op dit moment. Het is een live-opname van pianist Keith Jarret, samen met bassist Gary Peacock en drummer Jack DeJohnette. De video van dit trio staat op YouTube. Ze spelen het nummer ergens in de jaren 90. Het is echt geweldig en extreem mooi. Als ik dit nummer hoor, vind ik het pure magie.
Naam: Jerónimo
Leeftijd: 23
Studie: Bassist, derdejaarsstudent Jazz & Pop aan het conservatorium
Luistert: Chorrillos - MAYLO
Deze artiest komt uit het land waar ik ook vandaan kom: Peru. Hij mixt reggaeton met jazz en is een hele goede pianospeler. Dit nummer gaat over hoe niemand met hem wil afspreken, omdat hij ver weg van iedereen woont. Die plek heet Chorrillos. Het is een nummer dat heel erg goed is gearrangeerd en met een mooie en grappige tekst. Daarnaast is het goed geproduceerd. Ook pure magie.
Stand beelden
Jan van Nassau (1536-1606) speelde een belangrijke rol bij de realisatie van de Unie van Utrecht. Met dit verdrag sloten verschillende Nederlandse gewesten, waaronder het gewest Utrecht, een bondgenootschap en de unie wordt door velen gezien als begin van de huidige Nederlandse staat. Het document werd ondertekend in de Kapittelzaal van de Dom, op steenworp afstand van de plek van het standbeeld. Daarnaast was Jan graaf van het huis Nassau-Dillenburg en broer van Willem van Oranje.
Op het standbeeld op het Domplein wordt Jan afgebeeld als initiatiefnemer van de Unie van Utrecht. Dat is onder meer te zien aan het document waar hij met zijn linkerhand op leunt. Daarop is namelijk de datum ‘1579’ te lezen, het jaar waarin het verdrag werd ondertekend. Eind negentiende eeuw werd besloten dat er in Utrecht een standbeeld van Jan van Nassau moest komen. Er werd een prijsvraag uitgeschreven en het ontwerp van kunstenaar Jean Theodore Stracké werd in 1880 als winnaar gekozen. In 1883 werd het standbeeld, in aanwezigheid van onder meer koning Emma, onthuld op het Domplein.
In 2017 werd tijdens de herinrichting van het plein overwogen het beeld te verplaatsen naar een andere plek op het Domplein, maar daar werd na veel verzet van afgezien. Inmiddels is het bestempeld als gemeentelijk monument, waardoor Jan voorlopig op het voetstuk blijft staan a
In het jaar 1900 ging de Wet op de Leerplicht in en dat leidde ook in Utrecht tot een toestroom van nieuwe leerlingen. Op de bestaande scholen ontstonden wachtlijsten. Dat gebeurde vooral op scholen van de '1e soort' (zonder schoolgeld), want welgestelde kinderen gingen toch al naar school. De openbare lagere school aan de Vlijtstraat (Daalsebuurt) kreeg een wachtlijst van 143 leerlingen. De gemeente besloot daarom enkele scholen bij te bouwen, vooral aan de westkant van de stad. Ter ontlasting van de Vlijtstraatschool verrees er een nieuwe aan de Amsterdamsestraatweg, of eigenlijk op een terrein aan het uiteinde van de 1e Daalsedijk.
Amsterdamsestraatweg
De gemeente-architect die de nieuwe schoolgebouwen ontwierp was Ferdinand Jacob Nieuwenhuis (1848-1919). Hij had gestudeerd aan de Polytechnische School in Delft en aan de Bauakademie in Berlijn. In 1875 begon hij zijn architectenbureau in Utrecht. Hij werkte aan de restauratie van de Dom en ontwierp, samen met zijn Delftse hoogleraar Eugen Gugel, het Academiegebouw. Daarnaast was Nieuwenhuis gemeenteraadslid. In 1890 volgde hij Cornelis Vermeijs op als directeur Gemeentewerken. In die functie was hij verantwoordelijk voor nieuwe bruggen, openbare gebouwen en scholen in de stad. Hij ontwierp lagere scholen aan het Pieterskerkhof, Koekoeksplein en Hiëronymusplantsoen (nu Vrije School).
Hoekschool
Ook de school aan de Amsterdamsestraatweg 136 kwam in 1900 uit de koker van Nieuwenhuis. Het werd een hoekschool zoals hij er meerdere bouwde. Aan de Boorstraat, Havikstraat en Poortstraat stond zo'n school
met de twee vleugels op de hoek van twee straten, de ingang op de straathoek en het schoolplein achter het gebouw. Aan het Hieronymusplantsoen en de Amsterdamsestraatweg deed Nieuwenhuis het precies andersom. Daar omarmden de vleugels juist een voorplein. Om het plein kwam een muur met poortje.
De school verrees op een driehoekig stuk grond tussen de spoorlijn, de Amsterdamsestraatweg en de Boorstraat. De 1e Daalsedijk liep daar dood, althans sinds de aanleg van de spoorlijn in 1863. Door de hoekvorm kreeg de school een bijzondere plattegrond. In de beide vleugels van twee verdiepingen waren in totaal twaalf lokalen die versprongen ten opzichte van elkaar. Achter de vestibule lag een gang die de vleugels verbond. Aan de achterkant was de gymzaal, met aan weerszijden trappenhuizen naar de lokalen op de verdieping. Boven de entree lag de achthoekige 'Kamer voor het Hoofd der School'. Die was een stuk groter dan de 'Kamer voor de Onderwijzers'.
De entree in het midden van de hoek werd gemarkeerd door een tuitgevel met siersmeedwerk. De windvaan droeg het gemeentewapen. De gevels van het schoolgebouw waren uitgevoerd in een eenvoudige neorenaissancestijl met boogjes boven de ramen. Aan het Hiëronymusplantsoen liet Nieuwenhuis het gebouw veel rijker decoreren. Dat was dan ook een school van de 3e soort met hoger schoolgeld, bedoeld voor betergesitueerde ouders. Aan de Amsterdamsestraatweg was de school 'slechts' van de 1e soort. De bouwsom bedroeg 48.000 gulden (exclusief onderwijzerswoning), terwijl aan het Hiëronymusplantsoen 5.000 meer werd uitgegeven. 'Het maken, leveren en stellen van Schoolmeubelen, Leermiddelen, enz. ten dienste der school aan den Amsterdamschen Straatweg' werd overigens nog apart aanbesteed à 9.000 gulden.
Het eerste jaar van de nieuwe school verliep moeizaam met een opstartklas, tijdelijk personeel en een waarnemend hoofdonderwijzer. Er werd zelfs 'iemand aangesteld,
waarvan de autoriteiten niet eens wisten of de persoon in kwestie een hoofdacte bezat'. In 1902 bracht de benoeming van Pieter Mattheus van Leeuwen (1855-1920), tot dan toe hoofd van de openbare lagere school in De Bilt, rust in de tent. Bij zijn afscheid in De Bilt sprak de burgemeester van een 'modelschool' die Van Leeuwen achterliet. Hij zou schoolhoofd aan de Amsterdamsestraatweg blijven tot aan zijn overlijden op 65-jarige leeftijd. Daarna was Jan Vermaas (1882-1971) hoofd, van wie nog klassenfoto's bewaard zijn.
De Cockschool en Emmaschool Oorspronkelijk was het dus een openbare school, maar dat veranderde in de jaren dertig. Al in 1929 kwam de Hendrik de Cockschool in de linkervleugel, die met tussenwanden werd afgescheiden en een eigen ingang kreeg aan de achterzijde. Deze bijzondere school was van de Christelijk Gereformeerde Schoolvereeniging en bood zowel lager als middelbaar onderwijs. De overgebleven openbare school verhuisde in 1932 naar de nabije Boorstraat en in de rechtervleugel kwam toen de protestants-christelijke Koningin Emmaschool voor Buitengewoon Lager Onderwijs. Na de Tweede Wereldoorlog kreeg deze school voor moeilijk lerende kinderen — destijds nog aangeduid met het latere scheldwoord 'debielen' — het hele gebouw tot haar beschikking. 'Dit onderwijs omvat voornamelijk handenarbeid', schreef in 1953 een journalist die 'jongens en meisjes bezig zag met het vervaardigen van allerlei artikelen en het verrichten van eenvoudige huishoudelijke bezigheden'.
De Emmaschool fuseerde uiteindelijk in 1984 met de school voor speciaal onderwijs aan de Thorbeckelaan. In het oude schoolgebouw aan de Amsterdamsestraatweg 136 werden tijdelijke wooneenheden gemaakt. De rechtervleugel huisvestte gedurende enige jaren het Bouwburo Daalsebuurt. De Nederlandse Spoorwegen lieten ondertussen weten ruimte nodig te hebben voor spoorverbreding. De gemeenteraad deed nog een poging het voormalige schoolgebouw te behouden. 'Wethouder gaat praten met Spoorwegen', berichtte het Utrechts Nieuwsblad in november 1988. Tevergeefs, want kort daarna werd het gebouw gesloopt voor drie nieuwe opstelsporen langs de Spijkerstraat. De overgebleven ruimte werd ingericht als een klein parkje. De oude onderwijzerswoning aan de 1e Daalsedijk 296 staat er nog. a
Elke week reageren DUIC-lezers honderden keren op de artikelen die op de website verschijnen. Wat vinden de lezers van DUIC van onderwerpen die spelen in de stad? Je leest het in deze rubriek.
Met welke tram moeten bewoners straks naar de 75.000 nieuwe woningen in Utrecht?
De bomen en struiken groeiden op plekken waar dat eigenlijk niet kon. Om te voorkomen dat ze worden gesnoeid en bij het groenafval belandden, heeft de beweging Meer Bomen Nu deze zaailingen uitgegraven.
Binnenstadbewoner:
Je kunt je afvragen wie tegenwoordig nog ruimte heeft voor een boom in de tuin of überhaupt een tuin heeft... Dat zijn er maar heel weinig. De bomen die er zijn, staan bijna allemaal op gemeentegrond. Goede kans dat die zaailingen weer ergens in gemeentegrond worden geplant.
Mark:
“ “ “ “ “ “ “
Er ligt een wens om 75.000 extra woningen te bouwen in Utrecht, een enorm aantal, maar die moeten ook allemaal bereikbaar zijn. Een van de oplossingen is de nieuwe tram- en metroverbinding, de Merwedelijn.
Er ligt een wens om 75.000 extra woningen te bouwen in Utrecht, een enorm aantal, maar die moeten ook allemaal bereikbaar zijn. Een van de oplossingen is de nieuwe tram- en metroverbinding, de Merwedelijn.
Fred:
Om deze hoeveelheden woningen mogelijk te maken is een tram hoe dan ook noodzakelijk, wellicht moet je zelfs aan 2 lijnen denken. Waar nodig/mogelijk ondergronds. Bij voorkeur ook doortrekken naar LR en daar aanhaken op een treinstation zodat je vanaf Rijnenburg ook direct naar LR kan, of vanaf daar met de trein richting het westen, en dan dus niet via CS hoeft.
Jos Huibers:
Weer zo’n geld slurpend projekt. Een paar busbanen aanleggen is veel goedkoper en werkt net zo goed.
De mens bemoeid zich nog steeds te veel met de natuur. Ik snap dat er in bewoonde gebieden een goede controle op grote bomen moet plaatsvinden, maar deze kleine boompjes zijn onterecht weggehaald. Ook in de bossen van Zeist worden onterecht bomen gekapt om zogenaamd meer ruimte te geven aan lagere boompjes. Kom op, laat de natuur zijn gang gaan en afblijven!
R.W.:
Dat mensen hier iets negatiefs over te zeggen hebben vind ik bizar. Ipv weggooien, worden ze ergens geplaatst waar ze wel gewild zijn, dat kan je toch alleen maar toejuichen?
Gemeente uit zorgen om vierde aanvliegroute Schiphol
De provincie Utrecht en twintig gemeenten deden dat in een brief aan minister Madlener van Infrastructuur en Waterstaat. Ze vrezen voor meer overlast door vliegverkeer voor de inwoners en natuur- en stiltegebieden.
Gerard vd Vecht:
De burgemeester heeft bij een eerdere opening van de vakantiebeurs de wens uitgesproken dat er een miljoen bezoekers, al of niet met de auto, naar de vakantiebeurs zouden komen. Op de beurs worden vooral verre en exotische reizen aangeboden en als de vliegtuigen vervolgens over Utrecht vliegen dan gaan de Utrechters zeuren. Dan moet je de vakantiebeurs stoppen.
Rob H.:
De Nederlandse economie verdient nauwelijks aan de overstappers op Schiphol. De milieuschade en andere overlast is veel groter. Begin er eens mee om Schiphol niet meer als overstap hub te gebruiken/promoten en alleen voor inkomende en vertrekkende vluchten. Dan is die vierde aanvliegroute helemaal niet nodig.
Jaap:
Klagen over vliegen en vliegtuig lawaai in Utrecht ? Er was ooit een vliegbasis van waar af dagelijks gevlogen werd en nog steeds elke week komen de helikopters laag over Doorn heen . Het hoort er bij en met de uitbreiding van de luchtmacht zal dat alleen maar meer worden. Mensen klagen maar gaan wel 2 a 3 x per jaar op vakantie met ja je raad het al. Vliegtuig.
ZOEKPLAAT
Zoek de zeven verschillen
PEP EN FRANS
Het was weer een hectisch weekje voor de FC Utrecht-supporters. Afgelopen zaterdag speelden de Domstedelingen in een doelpuntrijke wedstrijd met 3-3 gelijk tegen PEC Zwolle. Pep en Frans zagen dat hun ploeg weer kostbare punten liet liggen, benoemen de pijnpunten van het elftal en geven hun ongezouten mening over het vertrek van vleugelaanvaller Taylor Booth.
“Dit resultaat lag in de lijn der verwachting. FC Utrecht zit helaas in een mindere fase, terwijl PEC Zwolle veel punten pakt”, zo begint Frans. “Vooral in de eerste helft was het allemaal heel mager en bij vlagen wandelden PEC Zwolle-spelers door onze defensie heen. Ron Jans had zichzelf maanden geleden al ingedekt voor deze resultaten door te vertellen dat FC Utrecht nog wel wat plekjes ging zakken. Toch is het enorm zonde dat het team punten verspeelt tegen clubs als Heracles, Go Ahead Eagles en PEC Zwolle.”
Het resultaat valt de broers dus tegen. Pep zag vooral dat Sébastien Haller wederom niet in vorm kwam. “Het is wonderbaarlijk dat het FC Utrecht niet lukt om een goe-
de spits zoals Haller te gebruiken als een kapstok. Die jongen kan met zijn sterke lichaam zonder moeite een bal aannemen in de dekking, nog een kopje koffe drinken en dan de bal doorspelen. Het probleem is dat hij amper ballen krijgt toegespeeld. Op deze manier wordt hij een dure jongen en loopt hij aan het einde van het seizoen met zijn ziel onder zijn arm de Galgenwaard uit.”
Slechte aanvoer
Voor Frans is dit de bevestiging van een lange termijn probleem waar de club mee te maken heeft. “In het recente verleden hebben alleen Tasos Douvikas en Sam Lammers bewezen structureel doelpunten te kunnen maken. Bas Dost, Moussa Sylla, Isac Lidberg,
OPLOSSING ZOEK DE VERSCHILLEN LOCATIE
Pep en Frans, twee broers die al sinds jaar en dag iedere wedstrijd van FC Utrecht in het stadion volgen, maken een column voor DUIC. In de column wordt de week van FC Utrecht doorgenomen. Martijn Kramer schrijft het verhaal vervolgens op.
Noah Ohio, David Min en Anthony Descotte hebben hier amper goals gemaakt. Inmiddels loopt er een man in de punt die vorig jaar de Champions League fnale heeft gespeeld. Ook hij kan moeilijk het net vinden. Daarmee is hij toch het levende bewijs dat de spitsen in Utrecht het moeten doen zonder goede aanvoer van medespelers.”
Vliegles voor Booth
Inmiddels is de maand februari begonnen en dat betekent dat de transfermarkt zijn einde nadert. Op de valreep maakte Taylor Booth de overstap naar FC Twente. Pep heeft harde woorden voor die overstap. “Booth is een ongelofelijke jankerd. Deze winter was er interesse vanuit de Verenigde Staten. Er
was een ploeg die zes miljoen euro wilde aftikken. Dat wilde meneer niet omdat zijn broertje ook in Nederland voetbalt. Hij heeft keihard een transfer naar directe concurrent FC Twente geforceerd, waardoor FC Utrecht ruim vier miljoen euro misloopt. Booth heeft bij ons alle kansen gehad en zelfs tijdens zijn langdurige blessures heeft de club vertrouwen in hem gehouden. Het is echt stank voor dank dat die jongen uiteindelijk op deze manier vertrekt. Gelukkig gaan we nog op bezoek bij die gasten uit Enschede. Het is te hopen dat iedereen dan op scherp staat. Van dit soort geintjes zijn we in Utrecht niet gediend en het wordt tijd dat Booth een ouderwets vlieglesje krijgt.” a