Duurzaam Gebouwd Magazine 34

Page 1

Samenwerking met meerwaarde

ENERGIENEUTRALE WONINGBOUW-CONCEPTEN

+ Verwarming, koeling en warm tapwater tegen 500% rendement + Komt in aanmerking voor de ISDE-subsidie en EIA-2016 + Bewezen concept voor nul-op-de-meter + Geen gasaansluiting nodig + 100% koolmonoxide vrij + Compacte plug-and-play installatie + Forse EPC-verlaging

Opzoek naar een warmtepomp-oplossing? Bestel de brochure via:

WWW.ALKLIMA.NL

Duurzaam Gebouwd # 34 | juni 2016

ALL-ELECTRIC WARMTEPOMP-OPLOSSINGEN VOOR LAAG- EN HOOGBOUW

Marjan Minnesma en Roger Cox: ‘Het recht kan een uitstekend drukmiddel zijn.’ # 34 | juni 2016

Renovatie

Circulaire economie

Met onder meer de marktvisie van Wytze Kuijper ‘Maak jij het verschil?’ en de getransformeerde kantoorpanden in het centrum van ’s-Hertogenbosch.

Met onder meer een rondetafelgesprek met ‘C2C Bouwgroep’-leden, een reportage over de circulaire verf van Rigo Verffabriek en een interview met architect Frank Marcus.

‘Geef steden meer verantwoordelijkheid’ Eerste hotel met klimaatactieve gevel Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in De Bongerd


solid-air.nl

Innovatieve oplossingen voor lucht- en klimaattechniek

Kan een gebouw flexibel van bestemming veranderen? Jazeker!

Solid Air ontwikkelt en produceert innovatieve oplossingen voor een gezond en comfortabel binnenklimaat. Systemen die ruimtes voorzien van frisse lucht en de juiste temperatuur. Alles op het gebied van klimaatbeheersing en luchttechniek, van roosters en luchtbehandelingskasten tot en met koelconvectoren, klimaatplafonds en brandwerende producten. Producten van Solid Air onderscheiden zich door efficiënt warmte- en koudetransport, lage temperatuurverwarming, hoge lekdichtheidsklasses en het gebruik van duurzame materialen. U komt Solid Air producten tegen in utiliteits- en woningbouw, retail, industrie, zorginstellingen, ziekenhuizen en zwembaden, maar ook in de scheepsbouw. Zowel nationaal als internationaal.

Het moderne gebouw heeft niet meer tot in de eeuwigheid dezelfde functie. De wereld verandert snel en sterk. Bovendien is herbestemmen veelal duurzamer dan afbreken en herbouwen. Maar om bijvoorbeeld een leegstaand kantoor efficiënt te kunnen transformeren in woonruimte, publieksruimte of bijzondere bestemming, is een flexibele basis een vereiste. ABB realiseert geavanceerde installaties die eenvoudig naar wens zijn aan te passen. Met Clixys® als flexibel aftaksysteem voor verlichting, bediening en contactdozen. Met stekerbare contactpunten voor snelle en veilige installatie. En met slimme automatiseringsoplossingen voor maximale functionaliteit op maat. www.abb.nl/lowvoltage

De kracht van Solid Air

•Alle disciplines in huis: Luchtbehandeling, luchtverdeling klimaatplafonds en brandwerende producten Breed en bekend productenpakket met goede energieprestaties Zeer korte levertijden van zowel standaard producten als maatwerk

• •

•Eigen productontwikkeling en testfaciliteiten •Flexibel en snel bij specifieke klantwensen •Uitstekende documentatie van al onze producten •Gemotiveerde medewerkers

Solid Air® Climate Solutions maakt deel uit van de Nijburg Industry Group. De groep omvat een internationaal actieve organisatie die bestaat uit de bedrijven Solid Air® (luchtbehandeling, luchtverdeeltechniek, klimaatplafonds, brandwerende producten en koelconvectoren), Velu® Klimaattechnische Groothandel, Nijburg® Klimaattechniek (engineering, installatie en montage).

ABB b.v. Frankeneng 15, NL-6716 AA Ede Tel. +31 (0)318 66 93 00, Fax +31 (0)318 63 17 18 E-mail: info.lowvoltage@nl.abb.com Tel +31 20 696 69 95 mail@solid-air.nl


Duurzaam Gebouwd

Groot interview Marjan Minnesma en Roger Cox

10

Marjan Minnesma strijdt vanuit Urgenda voor een duurzamere wereld. Met advocaat Roger Cox stapte zij naar de rechter om de Nederlandse overheid te dwingen afgesproken CO2-reductiedoelen ook werkelijk te halen in 2020. Ze zijn vastbesloten om te slagen in hun missie.

Thema: Renovatie • Rondetafelgesprek: Momentum voor samenwerking tussen publiek en privaat • Marktvisie Wytze Kuijper: ‘Maak jij het verschil?’ • Project: Ingepakte gevel blaast publiekshal Haarlem nieuw leven in • Project: Transformatie voor leegstaande Bossche kantoorgebouwen • Interview: ‘Liftmodernisering is behoud van al het goede’ • Korte berichten uit de markt

21 Thema: Circulaire economie • Rondetafelgesprek: ‘Gezonde materialen hebben duidelijke impact op bedrijfsvoering’ • Reportage: ‘Wij kiezen bewust voor duurzaamheid’ • Achtergrond: Circulariteitsindicatoren voor gebouwen • Interview: ‘In mijn ontwerpen staan nut en

88

noodzaak centraal’ • Project: Lease-liften worden realiteit • Korte berichten uit de markt

duurzaam gebouwd | juni 2016

3


Duurzaam Gebouwd blijft uitbreiden Begin maart zijn Zohal Rezaie en Annemarijn Mutsaers aan de slag gegaan bij Duurzaam Gebouwd. Een maand later zijn Eva Vlas en Joey van Laere aan het team toegevoegd. Zohal Rezaie werkt op de afdeling Marketing & Events en heeft begin 2014 haar studie Communicatie en Multimedia Design afgerond aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). Direct daarna kreeg ze de vraag van deze onderwijsinstelling om aan de slag te gaan als communicatieen marketingmedewerker en eventcoördinator. “In twee jaar tijd heb ik daar ontzettend veel geleerd en veel verantwoordelijkheden gekregen”, vertelt ze. Organiseren zit haar in het bloed. “Ik ben een creatieve bij, die houdt van uitdagingen.” Voldoening haal ze uit succesvolle projecten in samenwerking met collega’s. In haar vrije tijd houdt ze van reizen en van lekker eten. “En vooral van lachen. Mijn levensmotto is dan ook: You’ve got 86.400 seconds today. Have you used at least one to smile?” Rezaie is te bereiken via rezaie@duurzaamgebouwd.nl en 06-25153835. Na haar studie Communicatie ging Annemarijn Mutsaers aan de slag bij Essent. Daar werkte zij onder andere als projectmedewerker aan een duurzaamheidscampagne op de communicatieafdeling Corporate Affairs. In deze functie heeft zij veel ervaring opgedaan over communicatie in brede zin. Vervolgens ging ze aan de slag als communicatiemedewerker bij VBI, leverancier van prefab kanaalplaatvloeren en founding partner van Duurzaam Gebouwd. In deze rol groeide Mutsaers uit tot allround communicatiespecialist met een sterke affiniteit voor de bouw. “Mijn werkzaamheden bij Duurzaam Gebouwd richten zich vooral op corporate communicatie en branding. Dit doe ik naast Duurzaam Gebouwd ook voor Building Holland. Ik start met veel energie aan deze uitdaging en kijk er naar uit om alle partners beter te leren kennen.” Mutsaers werkt op de afdeling Communicatie&PR en is te bereiken via mutsaers@duurzaamgebouwd.nl en 06-25153564.

Joey van Laere is aan de slag gegaan als adviseur Building Holland. Hij is altijd commercieel bezig geweest en heeft altijd in de sales gezeten, maar wel in een andere tak: glasvezel/ energie. “Als adviseur wil ik graag doorgroeien, zodat ik hier veel kan betekenen. Ik ben daarom ook milieubewust ingesteld. Daarnaast zie ik in deze functie veel groeimogelijkheden, wat dit een win-winsituatie maakt.” Hij hoopt van Duurzaam Gebouwd en Building Holland een groter netwerk te maken. “Samen met mijn collega’s Dave Refoealoe en Dirk van Gemert werk ik hard om dit te realiseren en Building Holland 2017 nog groter neer te zetten dan in 2016. Mijn motto is dan ook: ‘If you believe in yourself and have dedication and pride and never quit, you’ll be a winner. The price of victory is high, but so are the rewards’. Van Laere is bereikbaar via 085-2735970 en via vanlaere@buildingholland.nl. Eva Vlas werkt als relatiemanager voor Duurzaam Gebouwd. Ze werkte eerder als account- en projectmanager in zowel de bouw- als de vastgoedwereld en ze kijkt ernaar uit om deze werelden dichter bij elkaar te brengen, te bedienen en met elkaar in contact te brengen. “Mijn kracht ligt in het relatiebeheer, waarin ik voor het maximale resultaat ga met als pijlers kwaliteit en oprechtheid”, vertelt ze. “Ik krijg een kick van organiseren en optimaliseren van processen en zie hierin dan ook mijn kernkwaliteiten.” Bij Duurzaam Gebouwd komen haar interesses en kwaliteiten samen, zegt ze. “Als relatiemanager ondersteun ik enerzijds operationeel de explosieve groei van werknemers door het professionaliseren van de interne organisatie en bruggen te slaan tussen de diverse afdelingen. Daarnaast bouw ik graag het relatiemanagement verder uit, om ook hierin een kwaliteitsslag te slaan.” “Relaties kunnen mij onder meer tegenkomen op de diverse evenementen en kunnen bij mij terecht voor vragen over onze dienstverlening en contractafspraken. Daarnaast kunnen ze als sparringpartner contact opnemen om de mogelijkheden binnen onze dienstverlening te bespreken en zo mogelijk nog verder toe te spitsen op de wensen.” Vlas is te bereiken via het telefoonnummer 06-31992260 en via het e-mailadres vlas@duurzaamgebouwd.nl.

Duurzaam Gebouwd zoekt nog steeds naar nieuwe medewerkers. Kijk voor onze huidige vacatures op DuurzaamGebouwd.nl/vacatures.

4

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Duurzaam Gebouwd

Evenementen Duurzaam Gebouwd Ook de komende weken en in het najaar organiseert Duurzaam Gebouwd weer diverse evenementen. De seminarreeks Zorgvastgoed staat gepland voor 14, 16, 21 en 23 juni, iedere keer van 09.00 uur tot 13.00 uur. Tijdens deze seminars staan diverse projecten centraal, zoals de verduurzaming van Amstelring, de nieuwbouw van het Sint Antonius Ziekenhuis in Utrecht en de Chemotuin Tergooi Hilversum. De locaties van deze seminars zijn respectievelijk Bunnik, Zwolle, Heemstede en Mierlo. Kijk voor meer informatie op DuurzaamGebouwd.nl/ DGzorgvastgoed. De seminarreeks Scholen vindt op dezelfde locaties plaats, maar dan op 27 en 29 september en 4 en 6 oktober. Meer informatie over deze seminars staat op DuurzaamGebouwd.nl/DGscholen.

PEP en congres Tot slot zijn de data bekend voor de PEP-meeting en het Duurzaam Gebouwd Congres. Deze evenementen kunt u in uw agenda noteren op respectievelijk donderdag 22 september en medio november. Net als de afgelopen twee jaar vindt de avond voor het congres het congresdiner plaats. Zodra er meer informatie over het congres bekend is, kunt u dit lezen op DGcongres.nl.

De volledige agenda staat op DuurzaamGebouwd.nl/agenda. Daarnaast besteedt deze editie van Duurzaam Gebouwd Magazine aandacht aan Building Holland (vanaf pagina 118) en Duurzaam Gebouwd op Locatie (vanaf pagina 137).

Seminars Datum

Bijeenkomst

Duurzaam Gebouwd Zorgvastgoed Dinsdag 14 juni

Bovaghuis, Bunnik

Donderdag 16 juni

Windesheim, Zwolle

Dinsdag 21 juni

Het Oude Slot, Heemstede

Donderdag 23 juni

Carlton De Brug, Mierlo

Duurzaam Gebouwd Scholen Dinsdag 27 september

Bovaghuis, Bunnik

Donderdag 29 september

Windesheim, Zwolle

Dinsdag 4 oktober

Carlton De Brug, Mierlo

Donderdag 6 oktober

Het Oude Slot, Heemstede

Eindhovense Differ bovenaan in Happy Building Index Met een beoordeling van een 9,3 staat het labgebouw Differ (Dutch Institute For Fundamental Energy Research) bovenaan in de Happy Building Index. Dit kantoorgebouw in Eindhoven werd vorig jaar april opgeleverd en beschikt over het oplevercertificaat BREEAM-NL Excellent. Het hoofdkantoor van ASR in Utrecht met een 9 de tweede plaats in. De gedeelde derde plaats is voor het Nijmeegse Montessori College in Nijmegen en het Kantoor van Alliander in Duiven met een 8,9. Sinds dit jaar kunnen gebouwgebruikers op de reviewsite HappyBuildingIndex.nl hun mening geven over duurzame gebouwen. De database bevat meer dan 24.000 gebouwen in Nederland met een energielabel C. “Met deze site geven we gebruikers een stem om hun gebouw te reviewen”, vertelde mede-initiatiefnemer Marc Hopman van AT Osborne eerder dit jaar bij radiostation BNR. “In de huidige markt is de overheid bezig met labels in de vorm van energieverbruik van gebouwen. Ook beleggers en verhuurders richten zich op labels: BREEAM en LEED. Gebruikers kom je echter niet tegen.” In zijn ogen dient deze site als stimulans voor beleggers. “Iedereen kan zijn gebouw aan deze site toevoegen. Dan onderzoeken wij

hoe duurzaam het gebouw in kwestie is. Het kost niets, wij zijn een stichting. En via GezondeGebouwen.nu helpt een coalitie van vooraanstaande bedrijven ons om deze stichting draaiende te houden.” Happy Building Index is een initiatief van Stichting Happy Building Index. Naast Hopman zitten hierin ook Albert Hulshoff van AHB Consultancy en Duurzaam Gebouwd-directeur Wietse Walinga.

duurzaam gebouwd | juni 2016

5


DUCO at HOME

De totaaloplossing voor een gezond en comfortabel binnenklimaat

Een gezonde en comfortabele leefomgeving in combinatie met een laag energieverbruik dankzij een evenwichtige combinatie van basisventilatie, ventilatieve koeling en buitenzonwering. Dat is de succesformule voor Duco’s slimme woonconcepten. De Vraaggestuurde Natuurlijke Ventilatiesystemen (VNV) van Duco zetten de standaard voor ventilatie in collectieve woningen: het Duco CO2 System, het Duco Comfort (Plus) System en het DucoTronic (Plus) System.

We inspire at www.duco.eu


Inhoud 10

Groot interview: Marjan Minnesma en Roger Cox

Thema: Renovatie 20 24 27 30 33 36 41 46 50 54 58 62 67 70 74 76 80

Rondetafelgesprek Momentum voor samenwerking tussen publiek en privaat Marktvisie Wytze Kuijper: ‘Maak jij het verschil?’ Project Ingepakte gevel blaast publiekshal Haarlem nieuw leven in Project Leegstand in hartje ’s-Hertogenbosch krijgt nieuwe functie Interview ‘Liftmodernisering is behoud van al het goede’ Project Generator Amsterdam krijgt systeem van de toekomst Korte berichten uit de markt Partnerpagina’s RVO.nl biedt ondersteuning bij de verduurzaming van gebouwen Partnerpagina’s Energiesprong Aanbieders blijvend uitgedaagd binnen Stroomversnelling Partnerpagina’s Beton Bewust Gedragsregels verbeteren veiligheid betonmortellevering Partnerpagina’s GPR GPR Vastgoed zet duurzaamheid op de kaart Partner uitgelicht Gemeente Venlo: ‘We maken van Venlo een kennis- en inspiratielandschap’ Interview ‘Naar volledige integratie van BIM in projecten’ Project Eerste hotel met klimaatactieve gevel Achtergrond Voor energiezuinige bouw hoef je niet opnieuw het wiel uit te vinden Rondetafelgesprek Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in De Bongerd Interview Amsterdamse wethouder Duurzaamheid Choho: ‘Geef steden meer verantwoordelijkheid’

Thema: Circulaire economie 88

Rondetafelgesprek C2C Bouwgroep: ‘Gezonde materialen hebben duidelijk impact op bedrijfsvoering’ 92 Reportage Rigo Verffabriek: ‘Wij kiezen bewust voor duurzaamheid’ 97 Achtergrond Circulariteitsindicatoren voor gebouwen 102 Interview Architect Marcus: ‘In mijn ontwerpen staan nut en noodzaak centraal’ 107 Project Lease-liften worden realiteit 113 Korte berichten uit de markt 118 Building Holland 2016 129 Achtergrond ‘Regio Liemers gaat van peloton naar kopgroep’ 132 Achtergrond Versnelling van innovatie in de bouwsector 137 Duurzaam Gebouwd Op Locatie ‘Donorskeletten leiden naar een circulair Nederland’ 141 Korte berichten uit de markt

Editorial Building Holland meets Provada Tijdens Building Holland heb ik mijn ogen uitgekeken. Het circulair denken lijkt een hele vlucht te hebben genomen. Op de beursvloer ben ik in ieder geval veel interpretaties tegengekomen van het begrip ‘circulaire economie’ en vaak waren ze verpakt in spetterende oneliners. Maar het goed uitventen van het begrip ‘circulaire economie’ betekent niet automatisch dat het gedachtegoed ook volledig is doorleefd. Gelukkig waren er tussen de eendimensionale productpushes ook pareltjes te ontdekken: M-Use (Mitsubishi Liften), Trias Aqua (Mijn Waterfabriek), Mediagevel (Rollecate) en de enthousiaste 3D-printers en -printsters van Arxlabs. Niet zozeer de technische oplossing intrigeerde mij, maar vooral de juridische en financiële propositie. Waar een aantal toeleveranciers hiermee al goed bezig blijkt te zijn, blijf ik verbaasd over de gemiddelde vastgoedeigenaar. Een enkeling daargelaten zien zij nog onvoldoende de gevolgen in van de circulaire economie en de impact daarvan op hun vastgoedportefeuille. In de beleving van vastgoedeigenaren wordt kantoormeubilair soms circulair ingekocht, maar het inbouwpakket – laat staan het casco – wordt gewoon een traditioneel feest der herkenning. Maar erg feestelijk is dat eigenlijk helemaal niet. Daarom ben ik heel benieuwd in welke mate ik op de Provada dezelfde uitingen ga tegenkomen. De komende maanden ga ik zelf met een aantal circulaire projecten aan de slag. Op onderdelen of in zijn geheel moeten de toe te passen materialen een circulaire herkomst hebben of demontabel zijn in de toekomst. Het eigendom verschuift naar toeleveranciers en de gebruikers worden maximaal ontzorgd in het beheer en onderhoud en betalen een gebruiksvergoeding. Het integreren van alle pakketjes blijft uiteindelijk de kunst. Zeker wanneer dat in een gezonde verhouding moet plaatsvinden tussen kosten, kwaliteit en opbrengsten. De exploitatie staat centraal en investeringen zijn gericht op deze fase of de restwaarde. De rol van system integrator wordt steeds belangrijker. Circulair denken valt immers niet uit te voeren in een lineair proces. Het beste van twee werelden dient te worden gecombineerd. Technischinhoudelijke puzzels moeten worden ontrafeld en gekoppeld aan financieel-economische creativiteit om projecten te laten slagen. Ik zou haast zeggen: “Building Holland meets Provada.” Al met al heb ik goede hoop dat ik volgend jaar op Building Holland een aantal goede voorbeelden ga zien van ‘circulaire systeemintegraties’. Ter inspiratie staan in deze uitgave van Duurzaam Gebouwd Magazine diverse interessante voorbeelden van circulaire toepassingen. Tot slot daag ik u uit om mij te verrassen met interessante nieuwe proposities, visies en verdienmodellen! Jim Teunizen Partner Alba Concepts en expert bij Duurzaam Gebouwd

duurzaam gebouwd | juni 2016

7



MAKING THE BEST BETTER

Uitsluitend werken met de beste materialen. Jarenlange ervaring met passie voor het vak. Zó ontstaat een schitterend eindresultaat. Al meer dan 36 jaar garandeert Wédéflex de allerhoogste kwaliteit.

72

Dat kunnen we alleen door samen te werken met échte vakspecialisten: Onze Wédéflex Established Dealers. Want door elkaar steeds opnieuw te inspireren en te versterken, zijn we in staat het beste nog beter te maken.

Wédéflex Duurzame Daksystemen Zuid-Willemsvaart 14, Postbus 811, 5201 AV ’s-Hertogenbosch

februari 2015 |Telefoon: duurzaam073 gebouwd - 613 10 40, Fax: 073 - 614 62 46, E-mail: info@wedeflex.nl, Internet: www.wedeflex.nl


‘We moeten gewoon hard aan de slag met verduurzamen’

Marjan Minnesma en Roger Cox


Groot interview Minnesma en Cox vechten voor de klimaatzaak

Procederen om verduurzaming te versnellen Marjan Minnesma strijdt vanuit Urgenda voor een duurzamere wereld. Met advocaat Roger Cox stapte zij naar de rechter om de Nederlandse overheid te dwingen afgesproken CO2-reductiedoelen ook werkelijk te halen in 2020. Ze zijn vastbesloten om te slagen in hun missie. Tekst: Tom de Hoog. Fotografie: Robert Tjalondo

Voor Roger Cox was het zien van de documentaire van Al Gore een eyeopener. Wat was dat voor u? Minnesma (lacht): “Ik was altijd al bezig met beestjes en bijtjes en als kind vertaalde ik dat in dat ik dierenarts wilde worden. Als kind denk je niet in termen als ‘duurzaamheid’.

Bovendien heette dat toen nog ‘milieu’. Vanaf mijn eerste baan heb ik gewerkt in het domein van milieu en duurzaamheid. Het enige wat ik erover kan zeggen is dat hoe meer je weet, hoe ongeruster je wordt.”

U wordt steeds ongeruster? Minnesma: “Het wordt alleen maar erger. Op het moment dat je kinderen krijgt wordt het ook nog doorleefder, meer doorvoeld en meer dan cerebraal. Ik ben afgestudeerd op klimaatverdragen, dus dan weet je: hier hebben we een probleem. Maar ja, dan ben je begin twintig. Op het moment dat je ouder wordt en je gaat de beelden voor je zien en je gaat begrijpen wat jouw kinderen gaan meemaken, dan wordt het iets wat je tot in al je vezels gaat voelen. Het moet in Nederland nu gewoon binnen twintig jaar gebeuren en dus wordt dat gevoel voor urgentie steeds hoger. En ook de irritatie dat mensen gewoon maar blijven aanmodderen en niets doen.”

‘Urgenda bouwt mee aan een nieuwe samenleving en economie’ duurzaam gebouwd | juni 2016

11


U ziet zich als campagnevoerder voor de duurzaamheidszaak Minnesma: “Nee, niet als campagnevoerder, want dat klinkt erg Greenpeace-achtig. Bij Urgenda proberen we aan een nieuwe samenleving en een nieuwe economie te bouwen. Daarbij werken we vooral met het bedrijfsleven. Met energieneutrale huizen maken, door zonnepanelen naar Nederland te halen, met de import van de eerste elektrische auto’s en met gebiedsontwikkeling. Gewoon heel oplossingsgericht. Maar na een jaar of zeven vroeg ik me af of het zo wel snel genoeg ging. Het is leuk dat we 400 energiecoöperaties hebben, maar slaan die nou samen een deuk in een pakje boter? Hebben we nu een energievoorziening die direct honderd procent duurzaam is? Het antwoord is ‘nee’. Ik constateerde dat het niet voldoende is om alleen met die beweging van onderop aan de slag te gaan. Er moeten andere drukmiddelen komen. Je kunt niet zonder de overheid, wil je het nog binnen twintig jaar kunnen doen. We hebben niet tot 2050! Vanuit dat gevoel voor urgentie is de druk op de overheid erbij gekomen.”

De milieubeweging was daar toch voor? Minnesma: “De klassieke rol van druk op de overheid zetten lag bij de oude milieubeweging, maar ik merkte dat dat gewoon niet voldoende was. Het Energie-akkoord betekende natuurlijk ook het totale failliet van die kant van de milieubeweging, want ze gaan samen met de overheid

‘In elke discussie in Den Haag wordt nu verwezen naar onze rechtszaak’ lopen lobbyen en zijn blij met veel te weinig. Mede daardoor is de rol van Urgenda veranderd: van een organisatie die alleen maar bezig is met koplopers en met oplossingen, naar een partij die uiteindelijk een van de weinigen is die zegt: ‘Dit is niet genoeg.’ We moeten gewoon voor zowel de volgende generaties als onszelf hard aan de slag gaan, want klimaatverandering is al gaande en je ziet nu al overal om je heen hoe ernstig het is.”

Dan is procederen tegen de staat toch een soort uiterste middel om zaken voor elkaar te krijgen in een land waar vooral gepolderd wordt? Minnesma: “Ik zie procederen als een nieuwe methode, maar ik heb het niet voor niets een ‘rechtszaak uit liefde’ genoemd. Daarmee willen wij aangeven dat dit geen vechtzaak is. Het gaat ons ook niet om geld. Het gaat erom dat de overheid doet wat die zelf wil doen, maar niet doet. Procederen is dus een nieuwe manier om toch snelheid in verduurzaming te krijgen.”

Dat gevoel van urgentie heeft u ook in contact met Roger Cox gebracht? Kwam dat door zijn boek of kwam dat op een ander moment? Minnesma: “In de tijd dat ik samen met Jan Rotmans voor het instituut voor transities Drift werkte, sprak ik allerlei mensen die bezig waren met duurzaamheid. Binnen Drift hadden we een soort denktank, een platform van koplopers uit allerlei verschillende hoeken en gaten van de samenleving. Toen hebben we Roger gevraagd of hij ook in die denktank zou willen zitten. Dus we kenden elkaar al toen Roger op een gegeven moment zei dat hij dat jaar niet op zomervakantie ging, omdat hij een boek ging schrijven.” Cox: “Dat was in 2007, denk ik.”

Wat was voor u, Roger Cox, de reden om in die rechtszaak te stappen? Om te kunnen versnellen en de druk te verhogen? Cox: “In essentie is mijn verhaal hetzelfde. In die tijd dat ik me bezig hield met Cradle-to-Cradle, wat nu eigenlijk de

12

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Groot interview

‘De overheid is een veelkoppig monster’ circulaire economie is gaan heten, was ik erop gefocust de kansen van verduurzaming te laten zien. Ik nam de interactie tussen consument en producent als baken om verduurzaming te populariseren. Dus verduurzaming met mooie businessmodellen en voorbeelden. Ik heb dat weten te koppelen aan enkele grotere projecten, die ik vanuit mijn werkgebied deed. Zo is bij de aanbesteding van de ondertunneling van de A2 in Maastricht op een gegeven moment dat gedachtengoed van Cradle-toCradle geïntroduceerd. Maar de constatering dat iedereen eigenlijk om de overheid heen loopt en daar ook weinig van verwacht, heeft mij toen wel aan het denken gezet. Als de overheid niet doet wat we eigenlijk vinden dat er moet gebeuren, is er dan niet een middel om de overheid daartoe te dwingen? Dat idee heb ik toen in mijn boek ‘Revolutie met Recht’ verder uitgewerkt. Het recht kan een uitstekend middel zijn om de totstandkoming van een duurzame samenleving te versnellen en de overheid daarop aan te spreken, uitgaande van de zorgvuldigheidsnorm en mensenrechtenschending.”

Dan krijgen we de ‘rechtszaak uit liefde’. Wordt die liefde beantwoord? Minnesma: “Nou, de overheid is natuurlijk een veelkoppig monster. Ik zie veel gemeentes, provincies en ambtenaren die heel blij zijn met onze zaak. Alleen, er zijn politieke partijen, met name in het rechtse spectrum, die er niet zo blij mee zijn. Die menen dat de rechter te ver is gegaan of die geloven überhaupt niet in klimaatverandering, zoals de PVV. Maar het is niet heel Den Haag. Er zijn veel mensen die ons achter de schermen hebben gefeliciteerd en die er heel blij mee zijn.” Cox: “Ik denk dat de zaak ook een bepaald momentum gecreëerd heeft, waarop politieke partijen door zijn gaan borduren. Voorafgaand aan het vonnis was het toch ondenkbaar, denk ik, dat een meerderheid van het parlement de regering zou opdragen om met de energiesector in gesprek te gaan voor het snel uitfaseren van kolencentrales.”

De rechtszaak heeft z’n werk gedaan? Minnesma: “In elke discussie in Den Haag wordt nu verwezen naar die rechtszaak. Iedereen die iets wil, gebruikt het ook als drukmiddel. De mensen van het Energie-akkoord die ook vinden dat er niet voldoende gebeurt, gebruiken het om te zeggen dat we een tandje bij moeten zetten. Ook die extra maatregel die Kamp nu heeft genomen met subsidies voor zonneboilers, heeft daar iets mee te maken. Dus de beweging is er, al is die

duurzaam gebouwd | juni 2016

13


veel te weinig. Als we uiteindelijk zouden winnen, dan moet de overheid de gestelde doelen voor CO2-reductie gewoon halen in 2020. Nou, dat redden ze alleen als ze nu beginnen.”

Onbegrijpelijk die traagheid, want u en ook Jan Rotmans stelden toch al vast dat er in het verduurzamen van Nederland business zit? Minnesma: “Het is ook wonderlijk, maar dat is politiek, hè. De PVV gelooft er niet in. VVD wil dan niet ook nog eens rechts ingehaald worden, dus schurkt deze partij een beetje tegen het PVV-standpunt aan en durft gewoon nog steeds niet te zeggen dat dit ook een zaak is voor rechts. Ik bedoel: al onze kinderen gaan ermee te maken krijgen.”

Maar of je het nu Cradle-to-Cradle of circulaire economie noemt: het is toch een verdienmodel, als je dat goed inricht? Minnesma: “Dát roepen ze ook wel. Iedereen, inclusief Rutte, is nu heel erg pro circulaire economie. Maar men ziet het vooral als grondstoffen in de kringloop houden. Ze zien niet dat een circulaire economie per definitie draait op honderd procent duurzame energie, want ik denk dat ze het dan misschien niet zo hard zouden roepen op dit moment.”

De kern voor u is dat het energievraagstuk eerst opgelost moet zijn, want dan kan Nederland verder. Minnesma: “Nee, het moet allebei. Die circulaire economie moet ook en de grondstoffenkant moet ook vergroenen. In ieder geval moeten we binnen twintig jaar naar een honderd procent duurzaam energiesysteem zonder fossiele energiebronnen. En, dat kan, dat hebben we bij Urgenda allemaal becijferd en daar een boekje (Rapport 2030, red.) over gemaakt. Daarom zijn we ook zo druk met die energieneutrale huizen, omdat we tegelijkertijd bezig zijn met die oplossingen. Bedenk dat 95 procent van wat Urgenda doet nog steeds oplossingsgericht is. Dus duurzaam kan eenvoudig en voor de VVD zou het duidelijk moeten zijn dat je er heel veel banen mee schept. Toch zal het binnen nu en vijf jaar veranderen, want veel mensen schaffen zonnepanelen aan en overwegen een elektrische auto. Als de maatschappij gaat draaien, dan draait de VVD mee. De politiek hobbelt toch vaak achter de maatschappij aan.”

Profiel Marjan Minnesma Na het atheneum, het International College of Business Administration (BBA) en de Henley/Brunel Universtity in Londen (MBA) en een afstudeerproject bij Shell International startte Marjan Minnesma haar loopbaan in het bedrijfsleven. Na haar studie aan de Universiteit van Utrecht waar zij haar masters behaalde in Law en Philosophy gaf ze haar loopbaan verder richting. Zo was zij campagnedirecteur bij Greenpeace Nederland en programmamanager bij Novem. Sinds 2007 is Minnesma directeur van Urgenda. Deze organisatie voor duurzaamheid en innovatie richtte zij samen met Jan Rotmans op om Nederland sneller duurzaam maken en dat samen met bedrijven, overheden, maatschappelijke organisaties en particulieren.

Wat kan nog meer helpen? Minnesma: “Belasting kan enorm helpen. Het vieze duurder maken en het schone goedkoper. Dat kan met auto’s, maar dat kan ook met de kolentax en het kan ook met een CO2-prijs.”

Zijn elektrische auto’s met hun accusystemen dan niet het nieuwe probleem? Minnesma: “Die accu’s gaan tweede, derde, vierde levens krijgen en daar komt een hele industrie omheen. Maar voorlopig heb je elektrische auto’s nog niet eens tweedehands, dus dan kun je die industrie ook nog niet bouwen. Dat komt en de accusystemen worden steeds

‘Er is geen enkel vraagstuk, ook geen innovatievraag. Alles ligt al op de plank’ 14

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Groot interview

Wat is een voorbeeld dat helemaal past in datgene wat Urgenda wil zijn voor Nederland?

Profiel Roger Cox Roger Cox (48) is de auteur van het boek ‘Revolutie met Recht’ (Revolution Justified) waarmee hij wereldwijd aandacht kreeg. Zijn milieubewustzijn vertaalt hij als partner in het kantoor Paulussen Advocaten in een actieve juridische ondersteuning van onder meer Urgenda. Hij is senior fellow bij het Canadese Centre for International Governance Innovation (CIGI). Daarnaast zit hij in de adviesraad van bedrijvenvereniging De Groene Zaak en is hij lid van het Platform Duurzame Gebiedsontwikkeling. Ook was Cox mede-initiator van ‘The Planet Prosperity Foundation’ en is hij betrokken bij juridische klimaatprocedures in het buitenland. Tevens is hij promoter van de circulaire economie en een veelgevraagd spreker op het internationale platform.

beter, goedkoper en met andere grondstoffen. Voorwaarde is dat ze in die cirkel blijven en je het gewoon goed moet organiseren.”

En dan de opwekking van elektriciteit… Minnesma: “Die opwekking is helemaal geen vraagstuk. We moeten gewoon zorgen dat we heel veel zon en wind en een beetje aardwarmte en diepe geothermie gaan gebruiken. Er is geen enkel vraagstuk, ook geen innovatievraag. Alles ligt al op de plank. Het is vooral het doen.”

Dat is de reden voor de rechtszaak: zorgen dat duidelijk wordt dat men doet wat moet. Minnesma: “Wat wij nu gewonnen hebben, is volstrekt onvoldoende voor wat nodig is. Als we die anderhalve graad die we in Parijs hebben afgesproken serieus zouden nemen, dan moet het minstens die veertig procent reductie zijn die we hadden geëist. Dan moet je echt op honderd procent duurzame energie zitten in 2030.”

Minnesma: “We zijn bijvoorbeeld nu heel leuk bezig met de circulaire economie in Friesland. Het zijn vooral de ondernemers die de handen ineenslaan en samen de ketens gaan sluiten. Daarvoor hebben ze de vereniging Circulair Frieslân opgericht. Daarin zitten partijen die echt willen, zoals een woningcorporatie die in 2030 alle woningen energieneutraal wil hebben, maar ook dat het circulair gaat worden. Dus de bouwpartijen onderzoeken nu wat circulaire bouw is. Want energieneutraal, dat snappen ze wel, maar wat voor grondstoffen ga je dan gebruiken als je echt een circulaire woning wil neerzetten? Dat is een interessant vraagstuk. De afvalverwerker in die vereniging is bezig om plastic te scheiden met de modernste installatie van Europa. Die maakt plastic bolletjes en daar kun je bijvoorbeeld dan weer een koffiemachine van maken, dus die kringloop sluiten. En groen gas, daar rijden de vuilniswagens van die afvalverwerker al op. Zo is dat bedrijf al een heel eind met daadwerkelijk vorm te geven aan die circulaire economie.”

Van wie is de grondstof binnen zo’n circulair systeem? Minnesma: “Daar zijn dus verschillende sporen voor. Wij hebben een aantal partijen, die daarmee bezig zijn juridisch, geadviseerd. Dat is niet zo heel ingewikkeld, toch?” Cox: “Het idee is eigenlijk dat jouw afnemers, je consumenten, ook weer jouw grondstofleverancier zijn. Dan moet je die grondstoffen ook weer bij hen terug kunnen halen. Dus moet je de eigendom niet overdragen.” Minnesma: “Het businessmodel kan ingewikkeld zijn, maar juridisch is dat het niet. De producent behoudt het eigendom en maakt afspraken met afnemers over gebruik tegen betaling. Als leverende partij kun je echter met veel voorinvestering te maken krijgen. Neem bijvoorbeeld verlichting. Tien armaturen verhuren of in lease aanbieden kan ik als bedrijf aan, maar als ik er een miljoen doe? Welke bank gaat mijn miljoen armaturen twintig jaar voorinvesteren? Niemand, toch? Dus is het probleem is niet juridisch, het is wederom financieel.”

Aan Roger Cox een vraag over het winnen van ABN AMRO Duurzame 50. Wat wordt de besteding van de daarbij horende geldprijs? Cox: “Dat ga ik laten overmaken naar Our Children’s Trust. Dat is een stichting in Amerika, die klimaatprocedures voert tegen de Amerikaanse regering: zowel op federaal niveau als op statelijk niveau. Ze hebben tientallen zaken tegelijkertijd lopen, dus dat is een enorme inspanning die daar geleverd wordt. Bovendien, als er een gunstig vonnis in Amerika gewezen zou worden, dan gaat dat een enorme impact hebben. Dat ondersteunen lijkt me een passend doel.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

15


Mitsubishi Heavy Industries Q-ton Importeur van Nederland voor

CO2 Unieke efficiëntie Grote prestaties

Hoge efficiëntie

Milieuverantwoord

Eenvoudige bediening

Betrouwbaar op lange termijn

... de tapwateroplossing van de toekomst Q-ton is een lucht-waterwarmtepomp welke CO2 gebruikt als een natuurlijk

De Q-ton is uitermate

koudemiddel. Het behaalt een toonaangevende C.O.P. van 4.3* met een minimale

geschikt voor de (warm)

carbon footprint.

tapwatervoorziening van

De Q-ton is ideaal voor het opwarmen van water tot 90 °C, waardoor hij geschikt is

hotels, verzorgingstehuizen,

voor uiteenlopende toepassingen. Met een Global Warming Potential (GWP) van 1 en

fitnesscentra, campings, etc.

Ozone Depletion Potential (ODP) van 0 heeft de Q-ton zich bewezen voor de toekomst. Kennis van Koeling

*Bij aanvoer van 65 °C

Coolmark B.V. Postbus 393, 2990 AJ Barendrecht Tel: +31 (0)180 751 300 info@coolmark.nl, www.coolmark.nl


Management Advies Automatisering Bouw Huisvesting Vastgoed

Als je kunt delen, kun je ook vermenigvuldigen

foto: Herman Zonderland

De deskundigen in onze sector zijn het er met elkaar over eens: de vragen van morgen zijn wezenlijk anders dan die van gisteren en vandaag. En wat was komt voor het merendeel niet meer terug. Bedrijven en hun medewerkers zullen zich opnieuw moeten uitvinden en daar zit de innovatiekracht die ongekend groeit. Vele nieuwe initiatieven worden genomen en start-up’s ontstaan. Ook Brink Groep heeft daarin heel fors geïnvesteerd. We zijn er van overtuigd dat we, door onze kennis en ervaringen met onze stakeholders te delen, het meest van betekenis kunnen zijn voor onze (potentiële) opdrachtgevers en onze medewerkers en de wereld om ons heen. Hans de Jonge, directievoorzitter Brink Groep

brinkgroep.nl/duurzaam


Het keurmerk Beton Bewust van de Vereniging van Ondernemingen van Betonmortelfabrikanten in Nederland

Keurmerk voor beton

(VOBN) garandeert de duurzame productie en kwaliteit van beton. Betonfabrikanten mogen het keurmerk alleen voeren, als zij voldoen aan strenge eisen ten aanzien van betrouwbaarheid, deskundigheid, duurzaamheid en arbeidsveiligheid.

Meer lezen?

In Nederland hebben 108 betoncentrales het keurmerk Beton Bewust. Kiest u voor één van deze centrales dan weet u zeker dat beton op een verantwoorde wijze in uw project wordt toegepast. De zekerheden: ■

Vraag het brancheverslag aan of download het op

Advies over het milieuprofiel

Hoge kwaliteit betonmortel

van beton

Keurmerkhouder is een Duurzame Leverancier

Meetbare prestaties (lage CO2-uitstoot)

Veiligheid is topprioriteit

Verantwoorde herkomst van

A-leverancier m.b.t. de

grondstoffen

CO2-prestatieladder

www.betonbewust.nl

Duurzaam bouwen is Beton Bewust bouwen Opdrachtgevers, ontwerpers, voorschrijvers en afnemers van beton kunnen erop rekenen dat een keurmerkhouder meedenkt, adviseert en een hoogwaardige bijdrage levert aan de kwaliteit, duurzaamheid en veiligheid van de te realiseren projecten.

Betonkwaliteit Het laatste nieuws over beton, betonVOBN

technologie, betonkwaliteit en informatie

Postbus 383

over de bij VOBN aangesloten bedrijven

3900 AJ Veenendaal t 0318 55 74 74

vindt u op www.vobn-beton.nl en

www.vobn.nl

www.kwaliteitsdienstbeton.nl


Thema

Renovatie 20 Rondetafelgesprek Momentum voor samenwerking tussen publiek en privaat

24 Marktvisie Wytze Kuijper: ‘Maak jij het verschil?’

27 Project Ingepakte gevel blaast publiekshal Haarlem nieuw leven in

30 Project Transformatie voor leegstaande Bossche kantoorgebouwen

33 Interview ‘Liftmodernisering is behoud van al het goede’

36 Project Generator Amsterdam krijgt systeem van de toekomst

41 Korte berichten uit de markt


Duurtestopstelling bij Aquacentrum Malkander

Momentum voor samenwerking tussen publiek en privaat Out-of-the-boxdenken en vertrouwen. Deze twee aspecten kunnen zorgen voor de realisatie van mooie projecten. Neem het Aquacentrum Malkander in Apeldoorn. Daar levert de samenwerking tussen Remeha, Accres en de gemeente Apeldoorn een jaarlijkse reductie op van CO2-uitstoot van 720.000 kilogram. Tekst en beeld: Gerrit Tenkink

Het betreft de duurtestopstelling die Remeha plaatste bij Aquacenter Malkander in Apeldoorn. Dit vond plaats in samenwerking met zwembadexploitant en –beheerder Accres en gebouweigenaar gemeente Apeldoorn. We gaan om tafel met Piet Hein Kolff, algemeen directeur bij Accres, Jorn Huiskamp, adviseur verduurzaming bij de gemeente Apeldoorn, en Idse de Wit, manager Business Development Remeha. Ze zijn erover eens dat deze vorm van samenwerking op meerdere vlakken mogelijk is, mits partijen openstaan voor elkaar en elkaar vertrouwen. Volgens het driemanschap is de tijd rijp voor meer van dit soort samenwerkingsvormen.

Bewuster van energieverbruik De Wit legt uit wat de duurtestopstelling inhoudt. “Voordat we onze cv-installaties of nieuwe onderdelen op de markt brengen, testen we ze uitgebreid en onderwerpen we ze aan verschillende beproevingen. Een daarvan is het duurtesten in een regulier proces en in extreme omstandigheden. Maar ook als producten al op de markt zijn, voorafgaand aan het doorvoeren van modificaties, worden ze inclusief de modificaties intensief in de duurtest beproefd. Voor de echte introductie willen we dat deze installaties een aantal uren hebben gedraaid. In het verleden deden we niets met de warmte die deze testopstellingen opbrachten. Nu we bewuster zijn van ons energieverbruik, de CO2-uitstoot en de opwarming van de aarde, kijken we als bedrijf ook waar we die warmte efficiënt kunnen inzetten. Voor ons lag de keuze van Aquacentrum Malkander voor de hand. Het zwembad staat op korte afstand van ons bedrijfspand.” Aangezien de cv-installaties van het zwembad, een grote

20

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Piet-Hein Kolff: “Durf over je eigen systeemgrenzen heen te kijken en zoek andere partijen op om samen te werken.”

‘Het risico dat onze bezoekers in een koud zwembad terechtkomen, is nihil’ cv-ketel en een wkk aan vervanging toe waren, was de optelsom snel gemaakt. De gemeente Apeldoorn en het zwembad wilden naar een innovatieve, energiebesparende


Renovatie

De gemeente Apeldoorn klinkt deze samenwerking als muziek in de oren. “We hebben ons als doel gesteld om in 2030 energieneutraal te zijn. Als gemeente willen we graag het goede voorbeeld geven, dus beginnen we met onze eigen gebouwen”, zegt Huiskamp. Hij geeft aan dat de gemeente zich de komende jaren dwingender opstelt als het om het energievraagstuk gaat. “Om onze energiedoelstellingen te realiseren, kunnen we niet alleen afwachten wat de markt doet. Bedrijven die zich op een dergelijke proactieve manier opstellen, hebben een streepje voor als het gaat om het plaatsen van opdrachten.”

Laaghangend fruit

Jorn Huiskamp: “Om onze energiedoelstellingen te realiseren, kunnen we niet afwachten wat de markt doet.”

‘Ik zie het als een uitdaging om met Remeha in zee te gaan. Hier leren wij van’ oplossing. De ontwikkelaar van klimaat- en warmwateroplossingen kwam met de interessante optie om het zwembad deels met een bedrijfszekere opstelling – acht Quinta Ace-toestellen van ieder 150 kW – te verwarmen, aangevuld met een duurtestopstelling met tien verschillende toestellen met een maximaal vermogen van 400 kW.

Voor een commerciële partij als Remeha is de hele energietransitie dagelijkse praktijk. “De doelstelling van de Nederlandse overheid, een energieneutrale omgeving in 2050, komt voor ons snel dichterbij”, vertelt De Wit. “Onze cv-installaties zijn energiegerelateerd, dus wij hebben hiermee direct te maken en denken continu na over energiereductie. Een cv-installatie gaat circa vijftien jaar mee, dus binnen twee generaties ketel moet wij uitkomen bij die energieneutrale omgeving. Voor ons is er geen tijd meer om te wachten. Een oplossing zoals bij Malkander beschouwen wij als laaghangend fruit. Een eenvoudiger manier om het energieverbruik te reduceren. Daarnaast verbeteren we het rendement en minimaliseren we de CO2-uitstoot.”

Systeemgrens Een duurtestopstelling bij een klant neerzetten in plaats van in eigen huis, het klinkt eenvoudig en voor de hand liggend. In de praktijk blijkt het toch vrij uniek. Huiskamp: “Het gaat er ook om dat je met de juiste mensen aan tafel komt. De gemeente heeft meer ruimte voor dit soort oplossingen,

Bedrijfszekerheid Toen de mogelijkheid tot samenwerking zich voordeed, zag Accres-directeur Kolff direct de voordelen. “Wij hoefden niet te investeren in een nieuwe cv-installatie, we delen de energiekosten en de testopstelling zorgt voor een vermindering van de CO2-uitstoot.” Voor hem was de gegarandeerde bedrijfszekerheid van groot belang. “Indien een ketel in storing valt, is er altijd voldoende reservecapaciteit. Bovendien blijft het zwembadwater bij een storing in de installatie de eerste uren op temperatuur. Een storing heeft wel een direct effect op het douchewater, maar dit water is losgekoppeld van de duurtestopstelling. Het risico dat onze bezoekers in een koud zwembad terechtkomen, is dus nihil”, zegt Kolff. “Vergeet niet dat de installaties in onze fabriek al uitgebreid zijn getest en de kinderziektes er al uit zijn”, vult De Wit aan. “Het gaat hier vooral om draaiuren maken voordat we zo’n nieuw product op de markt willen brengen.”

Idse de Wit: “Wij denken continu na over energiereductie.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

21


BUVA realiseert de hoogste EPCreducties op ventilatie en verwarming in Nederland! De BUVA Q-Stream en SmartStream Lux woonhuisventilatoren en EcoHeat combiketel zijn de beste keuze.

• Schoon • Stil • Duurzaam

• Veilig • Hoogste wooncomfort voor de bewoners


Renovatie

‘Voor het bedrijfsleven is een koersvaste overheid van belang’

Als gemeente hebben we onszelf tot doel gesteld om, wat betreft onze eigen gebouwen, in 2030 energieneutraal te zijn. We kunnen daarbij niet lijdzaam afwachten tot de markt bij ons komt. We moeten ons dwingender opstellen richting de markt.” De dwingender opstelling van de gemeente is ook voor Accres een interessant gegeven. “Naast onze eigen doelstelling voor de energiereductie en de financiële voordelen zetten we als gebouwexploitant ons beste beentje voor”, vertelt Kolff. “Je laat zien dat je innovatief durft te denken en we helpen de gemeente Apeldoorn om de energiedoelstellingen te realiseren.”

CO2-uitstoot Van links naar rechts: Jorn Huiskamp, Idse de Wit en Piet-Hein Kolff hebben elkaar gevonden.

die komen van mensen uit de eigen organisatie en commerciële partijen. De verantwoordelijkheden worden lager in de organisatie gelegd. Dat zorgt voor oplossingen, veelal bedacht op de werkvloer door mensen die in de dagelijkse praktijk ervaring hebben, en in samenspraak met mensen uit het bedrijfsleven. Bovendien zijn het simpele, eenvoudig uit te leggen oplossingen. Dat is hier het geval.” “Je moet het ook leuk vinden en durven”, vult Kloff aan. “Ik zie het als een uitdaging om met Remeha in zee te gaan. Hier leren wij ook van.”

Vertrouwen van alle partijen Als het plan zo simpel is, waarom viel dan niet eerder de keuze voor deze constructie? “Er waren al eerder plannen voor een dergelijke samenwerking”, laat Huiskamp weten, “maar toen liepen de partijen tegen allerlei praktische problemen aan, die nu als sneeuw voor de zon zijn verdwenen. De tijd moet er rijp voor zijn. Dit soort samenwerking vraagt om vertrouwen van alle partijen. Het scheelt dat we hier met drie partijen uit onze eigen stad te maken hebben. Je weet dus wat je in huis hebt.” “Tien jaar geleden was dit niet gelukt”, denkt De Wit. “Het energieverbruik is nu een belangrijk issue geworden, waardoor alle partijen genoodzaakt zijn om innovatief te denken.” Huiskamp vult aan: “Voor de gemeente Apeldoorn spelen ook de kosten een belangrijke rol. Meer dan ooit moeten overheden op hun uitgavenpatroon letten.

Voor Huiskamp is de energiedoelstelling van de overheid niet waarom het werkelijk draait. “Het is belangijker om te praten over het minimaliseren van de CO2-uitstoot. Wij zien de doelstellingen graag wat breder. We nemen daar ook het Cradle-to-Cradleverhaal en de circulaire economie in mee. Marktpartijen die daarin meedenken, zijn meer dan welkom. Deze constructie waarin marktpartijen en overheid elkaar vinden, smaakt naar meer.” De Wit klinkt de overheidsdoelstellingen als muziek in de oren, al heeft hij nog wel wat bedenkingen. “Voor het bedrijfsleven is een koersvaste overheid van belang. Daar ontbreekt het nog wel eens aan. Zeker op nationaal niveau worden doelstellingen te vaak bijgesteld. Als bedrijf zet je stappen. Wij brengen nieuwe producten op de markt om de duurzaamheidsdoelstellingen te realiseren. Daarvoor investeren we in onderzoek en nieuwe technieken. Het is dan wel een voorwaarde dat de overheden een constructief beleid voeren, zodat wij als bedrijfsleven daarop kunnen inspelen en niet iedere vier jaar na nieuwe verkiezingen ons beleid weer moeten aanpassen.” Huiskamp is er echter van overtuigd dat overheden en het bedrijfsleven in de toekomst steeds vaker contact zoeken. “Partijen hebben meer wederzijds begrip. Ze hebben ook een bepaalde afhankelijkheid van elkaar om aan de gestelde doelstellingen te voldoen. Het begrip dat we het samen moeten doen groeit.” In dit verband spreekt Kolff over systeemgrenzen. “Vandaag kun je niets meer alleen. Durf over je eigen systeemgrenzen heen te kijken en andere partijen op te zoeken om samen te werken. We hebben alles doorgesproken en de afspraken staan op papier. Wat kan er mis gaan?”

duurzaam gebouwd | juni 2016

23


Maak jij het verschil? Tijdens mijn recente fieldtrip ‘Steden in Transitie’ met Pakhuis de Zwijger naar Parijs viel mijn oog op het boek ‘State of the World 1995’. Het Worldwatch Institute publiceerde deze uitgave als ‘Report on Progress Towards a Sustainable Society’. In de inhoudsopgave was ik gelijk gebiologeerd door het hoofdstuk: Making Better Buildings. Tekst: Wytze Kuijper, transitiestrateeg en programmamaker ZOOOW! | building formats

Wat zou er in 1995 aan inzichten aan het papier zijn toevertrouwd? ‘Many buildings do harm on the inside. They may subject their occupants to stale and unhealthy air, or alienating physical environments, making workers less productive or residents ill. Fundamental conclusion: modern buildings design takes place out of context. Designers are almost completely detached from the people and the ecosystem that their work affects.’ Als er gesproken wordt over de renovatieopgave van de bestaande gebouwde omgeving, neigt de discussie zich snel te bewegen naar energiebesparende, financiële maatregelen en daaraan gerelateerde oplossingen. Ik noem dit de ‘Coca Cola Life’-benadering [zie kader, red.]. Je onderneemt acties, maar vergeet of je initiatieven werkelijk het verschil maken. Het gevoel dringt zich op dat wederom met de aanwezige kennis en inzichten inzake het nu al kunnen realiseren van comfortabele, gezonden en energieneutrale gebouwen, we ons blijven vergrijpen aan schijnmaatregelen. Het leerproces dat de renovatieopgave in Nederland doorloopt, laat zich vrij simpel vertalen: we hebben ineens te maken met een eindgebruiker, een bewoner. Voor het eerst krijgt de ‘sector’ te maken met de mensen, waarvoor die het eigenlijk doet!

Wie zijn die gebruikers Generiek speelt die openbaring van het bestaan van de ‘bewoner’ zich af in alle segmenten: van woningbouw en kantorenmarkt, tot zorginstellingen en scholen. Initiatieven en aanjaagprogramma’s als Frisse Scholen, de ontwikkelingen vanuit Energiesprong naar Nul-opde-Meterrenovaties blijken als grote opgave gemeen te hebben: – Voor wie doe je het? – Hoe creëer je een betekenisvolle waardepropositie voor mensen zoals jij en ik, die wonen, werken, recreëren en voorzieningen nodig hebben.

24

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Wytze Kuijper: “Naast onze rol, in de vorm van een baan, hebben we ook een niet te vergeten verantwoordelijkheid in het vormgeven van onze eigen leefomgeving.”

Eigenlijk gaat het over onszelf als individu: naast onze rol, in de vorm van een baan, hebben we ook een niet te vergeten verantwoordelijkheid in het vormgeven van onze eigen leefomgeving.

Dit kan niet waar zijn Herkenbaar voor de bouwsector is dat deze, naast het moeten dealen met de eindgebruiker, bovenal systemisch en gefragmenteerd georganiseerd is en werkt vanuit risicomijdend gedrag. Dat betekent voldoen aan minimale

‘Coca Cola Life’-benadering “Coca Cola heeft een nieuw merk op de markt gezet: Coca Cola Life. Een slimme zet van deze firma, want hiermee hoopt ze een gezonder imago te krijgen. Gezoet met stevia en een groene verpakking staan beide voor gezonder. Mensen die niet beter weten, grijpen hier meteen naar. Een beetje beter dan de gewone cola met suiker of met kunstmatige zoetstoffen is het zeker, maar gezond zou ik het product allesbehalve noemen.”


Renovatie

eisen, minimale initiële kosten, maximale vergoedingen en deadlines. Daarnaast is er nog eens de misplaatste arrogantie dat de sector zou weten wat u ‘nodig’ heeft. Dan is er de overheid met permanent wisselende prikkels, door het maken van wetten en beleid. En dit proberen te handhaven naast de tijdelijke perverse subsidies, die de echte doorbraak niet aanjagen. En met conflicterende beleidsagenda’s die allemaal top-down in werking worden gesteld en in zijn geheel niet materialiseren. Helemaal de dood in de pot is de lineaire visie op te realiseren doelen in 2030 ten aanzien van besparen van energie, duurzame opwekking en CO2-reductie.

Betekenisvolle plekken In de renovatieopgave van bestaande gebouwen moeten juist zaken als sociale context, interactie met de omgeving, bijdragen aan vitaliteit, activeren van beweging en het bijdragen aan geluk meer worden meegenomen. Dit zijn allemaal menselijke aspecten en dat maakt dat de gebouwde omgeving iets toevoegt: sociaal, economisch en ecologisch. De magie van de omgevingspsychologie bepaalt of het een plek van betekenis is voor zijn gebruikers. Deze holistische benadering van waardecreatie maakt de renovatieopgave een kansrijke en haalbare opgave. Het boek ‘State of the World 1995’ refereert naar het ING-hoofdkantoor van ING, dat is opgeleverd in 1987, als striking example van hoe het ook kan. Energie-efficiëntie, well-being, natuurlijke materialen en aandacht voor de human spirit waren de uitgangspunten van de toenmalige directie. Werken vanuit ambitie, doen vanuit verantwoording en eigenaarschap. ‘This project brought engineers, architects, contractors, interior designers, scientists, building managers and occupants together in a working group, so that each could learn how the decisions he or she made affected others and the projects as a whole. An experience that can be suprisingly rewarding!’

Veranderen of veranderd worden Vanuit de neuropsychologie is bekend dat mensen wel willen veranderen, maar niet veranderd willen worden. De 2015-uitgave State of the World rept over het feit dat de ophanden zijnde bedreigingen niet worden gezien dan wel ondergewaardeerd worden. De werkelijkheid die zich de laatste twintig jaar openbaart, is dat de gevestigde orde zich hardnekkig in stand probeert te houden en zich niet durft open te stellen voor de kansen die dit kan bieden. ‘We¯i Jı¯’ betekent zowel crisis als kans in het Chinees. Tijdens de World Expo van 2010 in Shanghai werd hieraan dan ook op een passende wijze invulling gegeven, in de tijdgeest van toen, met als thema: better city, better life. Het durven benoemen en daarmee zichtbaar maken van de uitdagingen die we hebben, kan een hele andere beweging op gang brengen die bijdraagt aan places for people to flourish. Wie wil daaraan nu niet bijdragen?

Het hoofdkantoor van de ING in Amsterdam Zuidoost. Het door Alberts en Van Huut ontworpen gebouw is een icoon van de organische architectuur. Binnenkort wordt het pand getransformeerd in vijfhonderd huur- en koopwoningen.

Wij maken Nederland De werkelijke renovatieopgave is dan ook de verandering van cultuur, gedrag en menselijke waarden als burger, consument, werknemer en werkgever. Het mooiste dat we kunnen achterlaten op deze wereld zijn, naast comfortabele, gezonde en energieneutrale gebouwen, een nieuwe ethiek in de sector: een die oog heeft voor de relatie tussen de gebouwde omgeving en ons bestaansrecht als mens: een toekomstbestendige vitale leefomgeving. Is dat niet de werkelijke bedoeling? Het niet overgaan tot actie en het vooruitschuiven van ambities brengt ons veel meer op afstand en achterstand als land, als samenleving en als organisatie. Vooruitgang vraagt dan ook niet om meer beleid en wetgeving, maar om een gezonde mindset met een open houding en een moreel kompas. Niet veranderd worden, maar zelf willen veranderen. Jezelf anders willen organiseren.

Honderd dagen Morgen kun je besluiten het anders te gaan doen: stel één - externe - persoon aan als ‘Herr Director Grundsatzfragen’ [zie Kuijpers expertblog op DuurzaamGebouwd.nl, red.]. Geef deze persoon honderd dagen de tijd met iedereen te mogen spreken, alles te mogen bevragen, alles ter tafel te mogen brengen, alles te mogen observeren, overal aan te mogen schuiven. Met als resultaat: een inzicht in het eigen functioneren van mensen en daarmee de organisatie. Na honderd dagen wordt alles zichtbaar, ligt er een missie (WHY) klaar, een voorzet (HOW) van een multidisciplinair team en het ecosysteem, waarbinnen je aan de slag kan gaan voor de tweede honderd dagen. Deze werkwijze legt talenten bloot, maakt blokkades zichtbaar, en biedt kansen om je als mens en organisatie klaar te stomen om het verschil te gaan maken. Is dat spannend? Ja. Is de uitkomst onbekend? Ja. Gaat het je wat opleveren? Ja. Zeg hardop ‘Ja, ik wil’ en maak morgen het verschil.

duurzaam gebouwd | juni 2016

25



Renovatie

Ingepakte gevel blaast publiekshal Haarlem nieuw leven in Bij de renovatie van de leegstaande publiekshal nam de gemeente Haarlem ook de gevel ingrijpend onder handen. “Met deze ingreep heeft het gebouw een nieuw gezicht en een duurzame toekomst gekregen.” Tekst: Marvin van Kempen

Als specialist op het gebied van geveloplossingen was Facédo direct betrokken bij het plan om het pand aan de Zijlsingel aan te pakken. De organisatie werkt onder andere aan gebouwen die gedateerd zijn en een nieuwe bestemming verdienen. “Dat gold ook voor de publiekshal, waar we een verse nieuwe gevel verzorgden en het energielabel naar A tilden”, vertelt directeur Dennis Leijser.

Recept voor beste samenwerkingen Een samenwerkingsverband met Huib Bakker Bouw (HBB) uit Heemstede en Mulderblauw Architecten toverde het pand om naar de nieuwe huisvesting voor het UWV. “Vanaf het prille begin vonden we elkaar – spraken we dezelfde taal”, geeft HBB-projectleider Piet Wever aan. “We inventariseerden de mogelijkheden en alternatieven

De beste oplossing voor de publiekshal bleek het upgraden van de huidige gevel.

duurzaam gebouwd | juni 2016

27



Renovatie

Nieuwbouw en transformatie in portefeuille

Aan de buitenkant zijn aluminium composiet gevelpanelen gemaakt met een grote pur-isolatieplaat.

voor het pand. Hierbij stonden resultaat en bouw-efficiëntie voorop. Bij ieder project proberen we in zo’n vroeg stadium aan te haken, omdat zo de beste samenwerkingen ontstaan.” Aanvankelijk was onduidelijk hoe ze het pand moesten aanpakken. De slechte isolatie, ouderwetse gevel-

Facédo werkt vooral aan nieuwbouwprojecten, maar kent ook de kneepjes van transformeren. “Een voorbeeld daarvan is de transformatie van de Neudeflat in Utrecht. Deze kantoortoren is ouderwets en krijgt een nieuwe woonbestemming. Met een vernieuwing van de gevels garanderen we een eigentijdse look en een gezondere toekomst”, verduidelijkt Leijser. Op het gebied van nieuwbouw tipt hij het Polak Building in Rotterdam als paradepaardje. “Hier realiseerden we een zeer speciale gevel met ventilatieluiken en vinnen aan de gevel. Echt een eyecatcher. Het resultaat was een zeer lage u-waarde (warmtedoorgangscoëfficiënt) en de mogelijkheid om veel elementen te recyclen. Dit is een van de projecten waar we de invloed zien van Cradle to Cradle, een filosofie waarvan we verwachten dat het spoedig gemeengoed wordt in de markt.”

constructie en koudebruggen vormden stevige uitdagingen. “We besloten om de bestaande gevel in beeld te brengen en startten toen met berekeningen”, vertelt Leijser. De meest energie- en kostenefficiënte oplossing bleek het upgraden van de huidige gevel. “We besloten om de gevel in te pakken. Al het bestaande glas is vervangen door hoogwaardig isolerende H++ beglazing.”

Kroon op het werk Wie is Facédo? “We zijn een frisse, relatief nieuwe speler in de markt. Acht jaar geleden begonnen we met het aanbieden van gevelconcepten”, vertelt Leijser over zijn organisatie. “We vallen op doordat we vrije keuze hebben uit diverse oplossingen en kopen productie en montage in. We verwerken zowel aluminium, kunststof als staal, afhankelijk van de wensen. Daarnaast vormt een integrale samenwerking met bijvoorbeeld de architect en aannemer een belangrijk onderdeel van ons proces. Deze elementen samen maken dat we onze opdrachtgevers op diverse vlakken ondersteunen en ontzorgen.” De gevelexpert uit Arnhem is voornamelijk nationaal actief, met een aantal uitstapjes naar directe buren Belgïe en Duitsland. “Op dit moment is het westen van Nederland hot, vooral Amsterdam. We richten ons op middelgrote tot grote werken, die in onze regio minder vaak voorkomen.”

De afmetingen van het bestaande gevelsysteem vormden een uitdaging, want de vernieuwing moest in deze beperkte ruimte een plek krijgen. “We moesten rekening houden met de maximale afmetingen waarbinnen we de duurzaamheidsmaatregelen konden doorvoeren. We hebben de borstweringspanelen niet van binnenuit aangepakt. Aan de buitenkant maakten we aluminium composiet gevelpanelen, met een grote pur-isolatieplaat”, aldus Leijser. Dat betekende een winst op het gebied van Rc-waarde. De bedrijven rondden het werk binnen zes maanden af. “Die efficiëntie behaalden we door vanaf het begin hecht met elkaar samen te werken. We hebben natuurlijk wel als groot voordeel gehad dat het hier een renovatie betrof en het theoretisch een kwestie van glasherstel is.” Tegen het einde van het project zetten ze een kroon op het dak van het gebouw. “Dat is letterlijk de kroon op ons werk, maar het mooiste vind ik nog wel dat er een vertrouwensband is ontstaan tussen de ketenpartners. We werken nog lang door aan andere projecten met Huib Bakker Bouw en dat is de echte winst.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

29


Transformatie voor leegstaande Bossche kantoorgebouwen Het aangezicht van leegstaande kantoorgebouwen in de binnenstad kan frustreren, wanneer de zoektocht naar geschikte woonruimte op niets uitloopt. Gelukkig voltrekken zich steeds vaker transformaties, zodat functieloos vastgoed een nieuwe bestemming krijgt. Tekst: Marvin van Kempen

Zo ook in ’s-Hertogenbosch, waar drie gebouwen van Van Lanschot Bankiers leegstonden. Vlak na de zomer van 2015 startte de transformatie van de panden, die sinds de jaren ’80 in hartje centrum staan. “Het project bestaat uit drie panden. Een loopbrug verbond ze aan elkaar”,

Dit is het eindresultaat van de transformatie van de panden.

30

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Renovatie

vertelt Anne Wagenmakers van Van der Heijden bouw en ontwikkeling. “Voordat ze leeg kwamen te staan, golden de gebouwen als kantoor voor Van Lanschot Bankiers.” Deze bank bevindt zich nog steeds aan de voorzijde. “Belangrijke redenen om te transformeren waren onder andere om een oplossing te bieden voor de huisvestingsproblematiek in de stad en een positieve impuls te geven aan de leefbaarheid van de omgeving.” Bij de transformatie bleef het totale casco van twee van de drie gebouwen staan en is de constructie in veel gevallen in de oude staat gebleven. “We gebruiken metalstudwanden, waardoor we op een eenvoudige en financieel gunstige manier een nieuwe invulling geven aan de panden.” De wanden brengen een flexibiliteit voor de toekomst met zich mee, want deze elementen maken het mogelijk om snel in te spelen op nieuwe situaties. “Hierdoor kunnen we snel acteren op een mogelijke functieverandering.”

Midden in de binnenstad De transformatie had verschillende doelstellingen, waaronder procesefficiëntie, een integrale benadering en een korte doorlooptijd. “Zo wilden we overlast bij direct omwonenden en gebruikers van aangrenzende panden tot een minimum beperken”, legt Wagenmakers uit. “Dat was niet altijd eenvoudig, vanwege beperkte mogelijkheden bij de aan- en afvoer van materiaal. Je moet de locatie zien als een zeer drukke doorgang. Voetgangers en fietsers gaan door de winkelstraten naar het station en andersom.”

‘Dit is pas écht duurzaam getransformeerd vastgoed’ De aangrenzende panden zorgden voor een zeer beperkte bouwplaats. “Uitdagend”, vindt Wagenmakers. “We moeten de veiligheid van de gebruikers en omwonenden borgen, dat is vanzelfsprekend. Het was dan ook zaak om hen consequent en volledig te informeren over activiteiten die geluidsoverlast en andere hinder kunnen veroorzaken.” Ook op het vlak van verduurzaming waren er hindernissen, zoals de geluid- en brandvoorzieningen. “Er was sprake van een nieuwe eis op het gebied van brandveiligheid vanwege de functieverandering. Daarom hebben we verschillende brandtesten met brandwerend glas uitgevoerd. Daarnaast was er de wens om bestaande kozijnen zoveel mogelijk intact te laten.” Ook op het vlak van energie-efficiëntie zijn er stappen gezet. “We hebben een compleet nieuwe kap op een van de drie gebouwen gezet. Deze is direct volledig geïsoleerd, in tegenstelling tot de oude kap.” Het projectteam van Van der Heijden bouw en ontwikkeling bestond uit geselecteerde installateurs, constructeur,

De panden staan sinds de jaren ’80 in het centrum van ’s-Hertogenbosch.

opdrachtgever en architect. “Door onze aanpak, met onder andere een Lean-planning, was het mogelijk om de eerste 33 appartementen binnen negentig werkdagen gereed te hebben, van sloopwerkzaamheden tot en met het turn-key opleveren.”

Menukaart met alternatieven De organisatie presenteerde een open begroting aan de opdrachtgever en gaf hem de mogelijkheid deze door een onafhankelijke partij te toetsen op marktconformiteit. “Aan het werk lag geen bestek of Programma van Eisen ten grondslag. Samen met de directievoerder legden we een afwerkstaat vast, die als basis fungeerde. Daarnaast stelden we een menukaart op, samen met onze partners. Dat gaf een helder overzicht van alternatieven.” Op verschillende onderdelen werd uitgeschreven wat de consequenties waren per alternatief. Niet alleen op financieel niveau, ook de gevolgen in tijd en wooncomfort werden inzichtelijk gemaakt voor de opdrachtgever. “Het overzicht gaf zowel positieve als negatieve gevolgen per onderdeel weer. Dat zorgde ervoor dat er eenvoudig keuzes konden worden gemaakt, met per onderdeel direct inzicht in zowel kwaliteit als financiën.”

Werken aan echte duurzaamheid De oplevering van de getransformeerde historische panden (33 van de 61 woningen) volgde in het eerste kwartaal van 2016. “We hebben het project succesvol opgeleverd en ik denk dat we hier echt kunnen spreken van duurzaam getransformeerd vastgoed. Het historische karakter is gebleven, met een nieuwe functie. De bestaande kozijnen zijn hergebruikt, net als de bestaande gevels die intact zijn gebleven en de liften. We hebben een duurzame relatie opgebouwd met onze partners, zoals met Mitsubishi Elevator Europe die we op Building Holland hebben ontmoet.” Volgens Wagenmakers is de duurzame relatie met ketenpartners inherent aan het succes van deze en toekomstige projecten. “ Wanneer je met hen een integrale samenwerking opbouwt in een vroeg stadium van het proces, werk je aan echte duurzaamheid.

duurzaam gebouwd | juni 2016

31


D E S I G N I N G

I N N O V A T I V E

S O L U T I O N S

Our VISION is keeping the world COOL

Of het nu gaat om koelbehoefte of verwarmingsbehoefte, als wereldwijd marktleider in technisch hoogwaardige verwarmings-, ventilatie- en airconditioningsystemen is Carrier in staat om in iedere klimaatbehoefte te voorzien.

088 567 67 00 www.carrier.nl/klimaatoplossingen


Renovatie

‘Liftmodernisering is behoud van al het goede’ Het renoveren en transformeren van vastgoed komt steeds vaker voor. Hergebruik is, in een tijd waarin we duurzaam willen en moeten zijn, niet meer weg te denken. Toch wordt er bij transformatie en renovatie op het gebied van liftinstallaties regelmatig gekozen voor complete vervanging. Bij liftinstallaties is echter heel veel mogelijk als het gaat om duurzaam moderniseren, zo blijkt uit een interview met directeur Ewout Terpstra van Liftcentraal. Tekst: Marvin van Kempen

“We horen vaak van gebouweigenaren en beheerders dat vooral de correctieve onderhoudskosten van liften in de exploitatiefase opvallen”, vertelt Terpstra. “In vergelijking met andere elementen van het gebouw springt dit in het oog. Ook zijn de investeringen voor liftonderhoud niet altijd even transparant voor gebouweigenaren en beheerders. Daardoor zijn ze geregeld op zoek naar onderhoudspartners, bij wie transparantie wel gemeengoed is.” Liftcentraal specialiseert zich in het duurzaam onderhouden, repareren en moderniseren van liften. “Een lift wordt vanaf nieuwbouw direct met een onderhoudsovereenkomst afgeleverd. Vaak denkt een eigenaar dat de gehele levenscyclus van een lift hiermee is afgedekt, maar op detailniveau worden zaken pas helder als er gebreken komen.” Hij pleit daarom voor goed onderhoud vanaf het begin van de levenscyclus van een lift. “Voeg tijd en fysieke aandacht toe aan de periodieke onderhoudsbeurten. Daardoor minimaliseer je niet alleen het risico op ongeplande storingen en uitval, ook realiseer je een kostenverlaging op lange termijn en gaat de lift langer mee. Wij spelen hier op in door dit zichtbaar te maken voor gebouweigenaren en beheerders, zodat zij een bewuste keuze kunnen maken voor transparantie en duurzaamheid.”

Vervanging of modernisering “Er wordt gezegd dat een lift gemiddeld twintig tot vijfentwintig jaar mee gaat, waarna vervanging of modernisering in de prognose wordt opgenomen. Tijdens de levenscyclus van een lift worden de reguliere onderhoudsbeurten uitgevoerd en worden kleinere liftcomponenten tussentijds vervangen om ervoor te zorgen dat je die vijfentwintig jaar ook echt haalt. Daarna gaat vervanging of modernisering spelen. Bij een duurzame modernisering blijft de constructie van de lift intact en vervang je alleen

De exacte energiebesparing wordt alleen duidelijk bij een meting voor en na de aanpassingen.

de hoofdcomponenten. De lift gaat hierdoor weer decennia lang mee. Als je de hele lift vervangt, gooi je duizenden kilo’s goed staal weg om er vervolgens duizenden kilo’s nieuw staal voor terug te plaatsen. Bij laatstgenoemde gaat de boodschap ‘met behoud van al het goede’ natuurlijk niet op.” Bij transformatie en renovatie van vastgoed ziet Terpstra vaak de keuze voor complete vervanging van liften.

De sleutel tot duurzame liften 1. 2.

Bespaar niet op reguliere onderhoudsbeurten. De lift gaat dan langer mee. Onderzoek bij transformatie en renovatie altijd of de delen van de lift nog bruikbaar zijn. Hierdoor gooi je niets onnodig weg.

duurzaam gebouwd | juni 2016

33


CRH Structural gaat verder als De RuwBouw Groep

We hebben naar u geluisterd ...

De bouw moet efficiënter, slimmer en goedkoper. Met De RuwBouw Groep willen we aan de basis staan van een betere bouw en willen we de samenwerking met onze relaties versterken. Vraaggestuurd en gericht op een duurzame en gezonde toekomst voor de sector. Nog steeds gefundeerd op de kennis en ervaring van Calduran kalkzandsteen, Heembeton wanden en Dycore vloeren zorgen we voortaan als De RuwBouw Groep voor een efficiënt en voorspelbaar ruwbouwproces.

aan de basis van beter bouwen De RuwBouw Groep Einsteinstraat 5, 3846 BH Harderwijk • Postbus 97, 3840 AB Harderwijk T +31 (0) 341 464 000 • E info@drbg.nl • I www.drbg.nl

Constructieve oplossingen met:


Renovatie

“Fysiek liftonderhoud is cruciaal voor een zorgeloze werking. De lift gaat dan langer mee.”

“Daarom komen wij graag in contact met projectontwikkelaars en gebouweigenaren om in de beginfase van een project mee te denken. Een technische schouwing in deze fase geeft snel antwoord op de vraag wat de meest duurzame oplossing voor de liften is. Uiteraard zullen de kosten voor een eigenaar hierin ook van belang zijn. Feit is dat een goed gemoderniseerde lift de degelijke constructie van vroeger blijft houden en dat deze lift op het gebied van techniek, esthetica én energieverbruik gelijkwaardig of beter kan worden opgeleverd dan een compleet nieuwe lift!”

‘Op detailniveau worden zaken pas helder als er gebreken komen’

Vijftig procent energiebesparing mogelijk Een duurzame modernisering kan een energiebesparing van wel vijftig procent opleveren. “Het is mogelijk om met een dergelijke modernisering van energielabel G naar energielabel A te gaan. Hier ligt wel een energiemeting volgens richtlijn VDI 4707-1 aan ten grondslag. Die energiebesparing is niet alleen belangrijk voor de portemonnee van de gebouweigenaar, ook als het gaat om de circulaire economie zijn er in Nederland nog grote stappen te zetten. Er zijn in Nederland ongeveer 90.000 werkende liften, waarbij iedere lift gemiddeld 6.800 kWh per jaar gebruikt. “Alle liften bij elkaar gebruiken zo’n 612.000 MWh per jaar en de totale elektriciteitsconsumptie in Nederland is 1.218.014 GWh.” 0,05 procent van alle verbruikte elektriciteit in Nederland gaat dus naar de liften. “Dat is een relatief hoog percentage, vooral als je weet dat er duizenden energieverbruikers zijn. Daarom pleiten we ervoor om, als je aan de vooravond staat van een upgrade van je gebouw en je liften, dit met gezond verstand te doen. Als je het doet, doe het dan goed.”

Bij een transformatieproject in Den Haag kon een aantal liften behouden worden.

duurzaam gebouwd | juni 2016

35


Generator Amsterdam krijgt systeem van de toekomst Een design hostel, gericht op betaalbare luxe en onvergetelijke sociale ervaringen. Dat is de beste omschrijving voor het Generator Hostel aan de Mauritskade in Amsterdam. Open sinds 16 maart, met 168 kamers en 564 bedden en voorzien van tal van duurzame elementen. De hotelkamers worden als eerste in Europa verwarmd en gekoeld met een Hybride VRF installatie van Mitsubishi Electric. “Dit is een vijfsterreninstallatie in een hostel”, stelt Martijn van Leerdam van importeur Alklima met gepaste trots. Tekst: Ton de Kort. Beeld: Mitsubishi Electric

Het streven was om een zo hoog mogelijk BREEAM-label te behalen. Dat werd ‘Very Good’.

36

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Renovatie

De hotelkamers van The Generator worden als eerste in Europa verwarmd en gekoeld met een hybride VRF-installatie van Mitsubishi Electric.

Het Generator Hostel huist in het gebouw van de voormalige zoölogische universiteit en kijkt uit op het Oosterpark. De hoofdstad is de negende Europese stad met een Generator Hostel. “De stad past bij de filosofie en de cultuur van Generator”, vertelt Business Development Manager William van den Berg. “De vibe van de stad spreekt ons aan. Amsterdam is bovendien een top-4-bestemming voor jongeren in Europa.” Dat is een belangrijke doelgroep voor de nieuwe generatie hostels van Generator, veelal herbestemmingen van bestaande gebouwen.

Allesbehalve standaard In Amsterdam was sprake van een complex gebouw, onderkennen Eric Priester en Michael Nijdam van IDEA Ontwerp BV, dat voor zowel het bouwkundige als installatietechnische ontwerp tekende. “Het was geen gemakkelijk pand: een monument en deels nieuwbouw. We hebben speciale oplossingen moeten bedenken, bijvoorbeeld voor de installaties op het dak. En er zijn veel gesprekken gevoerd met Generator-interieurarchitect TDA uit Toronto, over de raakvlakken met de techniek. Het ombouwen van een voormalig schoolgebouw tot

‘Internationale gasten hebben allemaal hun eigen voorkeuren qua klimaat’

een hotel was ook voor ons allesbehalve een standaard klus.” Daarbij moest bovendien naar een BREEAM-label worden gewerkt. Nijdam: “Generator mikt op een jonger publiek. Dat doen ze onder meer met duurzaamheid en hergebruik van gebouwen. Streven was een zo hoog mogelijk label te behalen. Dat werd Very Good. Excellent gaf veel beperkingen, op het gebied van buitenverlichting bijvoorbeeld. Het pand moest wel uitstraling hebben.” Voor het binnenklimaat klopte IDEA aan bij Alklima, de exclusieve importeur van de klimaatsystemen van marktleider Mitsubishi Electric. “Wij wisten dat de HVRF [Hybrid Variable Refrigerant Flow, red.]-installatie eraan zat te komen en dat men daarvoor een pilot zocht. Vanaf het begin was duidelijk dat het HVRF-systeem voor dit gebouw een passende oplossing was. De uitdaging was om dit duurzame concept binnen het budget van de opdrachtgever te realiseren. De complexiteit van het pand vergde van alle betrokken partijen extra investering en tijd. Ook de installateur heeft zijn nek uitgestoken om er een prachtige installatie van te maken. Maar je weet waar je aan begint, met een nieuw klimaatsysteem in een karaktervol gebouw”, aldus Nijdam. Alklima-adviseur Martijn van Leerdam verklaart waarom juist in een hotel een goede klimaatinstallatie belangrijk is: “Daar zie je heel veel verschillen in de koel- en warmtevraag. Je hebt internationale gasten. Die hebben allemaal hun eigen voorkeuren qua klimaat.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

37


FALK Bouwsystemen BV Neonstraat 23 6718 WX EDE info@falkbouwsystemen.nl www.falkbouwsystemen.nl Tel: + 31 (0)318 670 670

Duurzaamheid vraagt om een gedegen basis 100% MADE IN HOLLAND

FALK Bouwsystemen is producent van sandwichpanelen. Perfect om daken of gevels mee te maken, wat ook het fundament vormt van een renovatie. Wij denken mee in oplossingen. Zo vormen wij in samenwerking met andere partijen een perfect team en komen we samen tot een uitstekend resultaat !


Renovatie

Eén opwekker Voor Generator Amsterdam was er behoefte aan een systeem, waarmee je een ruimte onafhankelijk kon koelen en een andere ruimte onafhankelijk kon verwarmen. “Een traditionele installatie werkt met gescheiden opwekkers”, vertelt Van Leerdam. “Een ketel voor de verwarming en een koudwatersysteem voor de koeling. Die functioneren naast elkaar. De HVRF-installatie is een warmtepompinstallatie die bestaat uit één opwekker, waarmee zowel in de koel- als de verwarmingsvraag van een pand kan worden voorzien. Wanneer je een kamer koelt, onttrek je daar energie uit. Die energie kun je via een hybride HBC-controller gebruiken om een andere kamer te verwarmen. Door voor dit systeem te kiezen, kan een hotel tot wel veertig procent besparen op de energiekosten ten opzichte van een traditionele installatie.” Bij een HVRFinstallatie vindt de energie-uitwisseling plaats middels een warmtepomp, gebaseerd op de City Mult VRF R2 techniek van Mitsubishi Electric. Het transport van energie naar de kamers wordt gerealiseerd met een watergevoerd systeem tussen de HBC Controller en de binnenunits. Van Leerdam: “De HBC Controller kan bijvoorbeeld in een linnenkamer geplaatst worden. De Controller is met twee leidingen verbonden met het warmtepomp-buitendeel, op het dak.” Generator Amsterdam betekende voor Mitsubishi Electric de Europese primeur voor toepassing van de HVRFinstallatie. Volgens Van Leerdam is het niet vreemd dat dit juist een hotel betreft. “De hotelmarkt groeit nog steeds. IDEA was meteen enthousiast over dit concept. HVRF past perfect in het duurzaamheidsplaatje en biedt een

heel hoog comfort. Dit is een vijfsterreninstallatie in een hostel.” De Alklima-adviseur is ervan overtuigd dat het voor HVRF niet bij één hotel blijft: “Dit is de eerste druppel van een golf, die over de hotelmarkt gaat komen. Inmiddels zijn er in Nederland ook al meerdere kantoorgebouwen uitgerust met het HVRF-systeem.” Hij benadrukt dat HVRF geen vervanger van de traditionele VRF-installatie is. “Beide concepten verbruiken geen fossiele brandstoffen en passen perfect in de duurzame doelstellingen en de all-electric-gedachte die in het klimaatverdrag in Parijs door 195 landen is afgesproken. Dat is het systeem van de toekomst.”

Gastbeleving De Generator-gast heeft de beschikking over een speciaal voor de hotelsector ontworpen bediening. “Die bediening moet duidelijk zijn. Ons grootste compliment is wanneer een hotelgast niet eens door heeft dat er zo’n geweldige klimaatinstallatie in de kamer aanwezig is. Het comfort wordt vaak pas ervaren wanneer de gast weer buiten het hotel komt.” Namens de eindgebruiker sluit William van den Berg zich daarbij aan: “Iedereen heeft een andere perceptie van de optimale temperatuur. Wanneer je die individueel kunt regelen, komt dat ten goede aan de gastbeleving. Dat betekent voor ons ook een onderscheidend vermogen, zeker binnen het hostelsegment.” De reviews die Generator Amsterdam online krijgt, laten hoge cijfers zien. “Wanneer gasten geen klachten hebben over het binnenklimaat, hoor je dat ook niet terug. We scoren onder andere zeer goed op comfort. De temperatuur is daar een belangrijk aspect van. Wij gaan dus met vertrouwen de zomer tegemoet.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

39


SWITCH TO THE FUTURE

Serie 12

Serie 15 Master & Slave dimmers

Tijdschakelklokken

Serie 18 Bewegingsmelders

Ɣ Serie 12 Tijdschakelklokken met NFC-technologie Programmeerbaar met een Android smartphone voorzien van NFC-chip en de App Finder Toolbox. x 1- en 2-kanaals, vaste tijden en Astro tijden. Ɣ Serie 15 Master & Slave dimmers De Master dimmer wordt bediend met een drukknop en kan tot 32 Slave dimmers aansturen met 0 - 10 V signaal. Voor diverse soorten verlichting. Ɣ Serie 18 Bewegings- en aanwezigheidsmelders Type 18.41 speciaal voor gangen in bedrijven, hotels en scholen, FINDER R RELAIS R detectiebereik: 30 meter x 4 meter B.V. NEDERLAND ERLAND B V Dukdalfweg 51 1041 BC AMSTERDAM FINDER B.V. Tel.: +31RELAIS 20 615NEDERLAND 65 57 Dukdalfweg 51 / 1041 BC AMSTERDAM Fax: +31 20 617 89 92 Tel.: +31 20 615 65 57 finder.nl@findernet.com E-mail: finder.nl@findernet.com

www.findernet.com


Korte berichten uit de markt

Designprijs voor platdakraam Het elektrische platdakraam DEF heeft de Red Dot Design Award 2016 gewonnen. Dit raam van Fakro bevat innovatieve technische oplossingen, die zijn gecombineerd met een modern design. De ramen kunnen op afstand bediend worden door middel van het draadloze Z-Wave communicatieprotocol. Daarnaast zorgt het grote glasoppervlak voor meer lichtinval. De energiebesparende, drievoudige DU6-beglazing zorgt voor een isolatiewaarde van 0,88 W/m2K. Het dakraam is ook leverbaar in viervoudig glas, dat een isolatiewaarde behaalt van 0,76 W/m2K. “Wij geloven dat deze award onze theorie bevestigt: de hoogste kwaliteit gecombineerd met een schitterend design brengt het verwachte succes”, vertelt Slawomir Gawlik, FAKRO Group Marketing Director. De Red Dot Design Award is een internationale prijs voor design, die het Essense Design Zentrum Nordrhein Westfalen sinds 1955 uitreikt.

Digitalisering in de bouw zet door FME-voorzitter Ineke Dezentjé, voorzitter Titia Siertsema van Uneto-VNI, 2BA-directeur Martin Kreijenbroek en directeur Rien Wabeke van Ketenstandaard Bouw en Installatie hebben begin mei een overeenkomst gesloten om samenwerking en digitalisering in de bouw gezamenlijk vorm te geven. Dankzij een nauwe samenwerking tussen alle ketenpartners willen de partijen de efficiency sterk

verbeteren en een forse kostenbesparing realiseren. Deze overeenkomst zorgt ervoor dat installatiebedrijven gebruik kunnen maken van één uniform informatiemodel, waarmee ze data kunnen uitwisselen in elke fase van het bouwen het BIM-proces. Dit model is de Uniforme Objecten Bibliotheek, die het straks mogelijk maakt om uniforme en uitwisselbare objecten te genereren in CAD-systemen van installatiebedrijven. Hiervoor leveren de toeleveranciers van de installatiebranche de benodigde productdata aan.

BREEAM ‘Very Good’ voor hoofdkantoor ingenieursbureau Het hoofdkantoor van het internationale advies-, ingenieurs- en projectmanagementbureau Royal HaskoningDHV in Amersfoort is een van de meest duurzame kantoren van Nederland. Hiervoor heeft het bedrijf het BREEAM-NL In-Use certificaat ‘Very Good’ van de Dutch Green Building Council ontvangen. Met de toekenning van dit certificaat voldoet het ruim veertig jaar oude hoofdkantoor aan hoge duurzaamheidseisen. Het kantoor is beoordeeld op negen duurzaamheidscategorieën: management, gezondheid, energie, transport, water, materialen, afval, landgebruik & ecologie en vervuiling. Als één van de weinige kantoorgebouwen in Nederland scoort het op alle drie de onderdelen, gebouwprestaties, -beheer en -gebruik, drie sterren. Daarmee verdient het de score ‘Very Good’. “In 2011 besloten we ons hoofdkantoor duurzaam te renoveren met daarbij een aantal harde uitgangspunten,

Foto: I See For You © Föllmi Photography

zoals forse energiebesparing, behoud van gebruikerstevredenheid en toepassing van milieuvriendelijke materialen”, vertelt directeur Procurement & Facility management Frits Smedts van Royal HaskoningDHV. “De renovatie was een aftrap voor de verduurzaming van ons vastgoed en gebruiksprocessen en dit is nu beloond met dit BREEAM-certificaat. Ik ben enorm trots op het resultaat en verwacht dat het gebouw weer tientallen jaren mee kan.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

41



Korte berichten uit de markt

Eerste gemeente bij Stroomversnelling Als eerste gemeente is Apeldoorn lid geworden van Stroomversnelling.

“Alle energie die we besparen door bestaande gebouwen energiezuiniger te maken, hoeven we niet meer op te wekken”, vertelt wethouder Mark Sandmann. “Dat helpt in het duurzaam maken van Apeldoorn.” Het doel is om bij alle gebouwen, bedrijven en woningen Nul-op-de-Meter te realiseren. “Het lidmaatschap bij Stroomversnelling biedt ons de kans expertise op te halen bij andere organisaties. Ook kunnen wij onze ervaringen weer met hen delen. Want het duurzaam maken van Apeldoorn doen we samen. Daarom ben ik heel blij met dit lidmaatschap. Het is een goede stap in de richting van een duurzaam en energiezuinig Apeldoorn.” De combinatie van duurzame energie en het terugdringen van het energiegebruik zorgt er voor dat Apeldoorn weer een stap dichterbij is bij haar ambitie om in 2020 energieneutraal te zijn.

‘Tempo en ambitie verduurzaming liggen te laag’ Volgens Bouwend Nederland-voorzitter Maxime Verhagen moeten huurwoningen in een hoger tempo energiezuiniger worden gemaakt. Nog 1,8 miljoen huurwoningen moeten voor eind 2020 gemiddeld op energielabel B komen, volgens de afspraken in 2012”, zegt hij. “In september 2013 kwam daar het Energieakkoord overheen. Toen werd ook € 400 miljoen vrijgemaakt voor verduurzaming. Maar bijna al dat geld ligt nu nog steeds op de plank! Er gebeurt veel te weinig.” Reden voor zijn ongerustheid is dat 32 procent van de verhuurders aangeeft dat huurwoningen in 2020 niet het gemiddelde energielabel B hebben. Dit komt naar voren in het onderzoek ‘Verduurzaming huursector’, dat het bureau Team Vier in opdracht van Bouwend Nederland en UnetoVNI heeft uitgevoerd. “Het tempo van verduurzaming moet dus stevig omhoog”, vindt Verhagen. “Er is te weinig ambitie, want het geld is er.

Corporaties staan er alweer beter voor dan een paar jaar geleden en die € 400 miljoen ligt te verstoffen. Daarmee kunnen verhuurders een deel van de investeringen krijgen: de Stimuleringsregeling energieprestatie huursector, ofwel de STEP-regeling.” Het volledige artikel staat op DuurzaamGebouwd.nl.

Renovatie zorginstelling Amstelring Afgelopen april zijn Eneco, Dura Vermeer en installatiebedrijf Roodenburg gestart met de renovatie van de drie locaties van zorginstelling Amstelring. Ze beginnen met zorglocatie Bornholm in Hoofddorp, daarna volgen de locaties Vreugdehof in Amsterdam en Groenelaan in Amstelveen. Bij alle locaties dringen de drie bedrijven het energieverbruik terug, werken ze het achterstallig onderhoud weg en maken ze de gebouwen toekomstbestendig.

De bedoeling is dat in Bornholm het energieverbruik met 33 procent wordt teruggebracht, de locatie Groenelaan 59 procent minder gaat gas gebruiken en dat het warmteverbruik in Vreugdehof 38 procent daalt. “Dit garanderen we voor de komende vijftien jaar. Een stap naar Nul-op-deMeter bleek te groot: dat verdien je over die periode niet terug.” Deze renovatie komt ook aan bod tijdens de seminars Duurzaam Gebouwd Zorgvastgoed, die in juni plaatsvinden.

duurzaam gebouwd | juni 2016

43


Pioneering for You

Wilo BIM ready Wilo is de eerste fabrikant van pompinstallaties ter wereld die zijn BIMcontent op een eenvoudige wijze beschikbaar stelt voor uw BIM projecten! Middels de Wilo-Revit Plugin kunt u onze intelligente Revit Families met ETIM productinformatie direct toepassen in uw BIM-projecten. Deze ‘Wilo button’ installeert u direct in Revit zelf en werkt onafhankelijk van uw toegepast BIM-teken-applicatie. BIM - Building Information Modelling – is de oplossing die maakt dat alle relevante informatie gedurende het hele bouwproces wordt opgeslagen, gebruikt en beheerd in een 3D model.

“Niet alleen de techniek JT IPPHFGÜDJ OU PPL EF ondersteuning in de ontwerpfase”

112

februari 2015 | duurzaam gebouwd

Wilo Nederland bv Rak 18 1551 NA Westzaan T. +31 (0)889456000 F. +31 (0)889456199 www.wilo.nl info@wilo.nl


Met WoonConnect kunt u digitaal nieuwe woningen samenstellen en bestaande woningen aanpassen aan individuele wensen. De interactieve ' FRQČ´JXUDWRU ZRUGW JHEUXLNW GRRU SURMHFWRQWZLNNHODDUV ERXZEHGULMYHQ NRSHUV KXXUGHUV IDEULNDQWHQ HQ OHYHUDQFLHUV JHPHHQWHQ FRUSRUDWLHV architecten en aanbieders van bouwconcepten. www.woonconnect.nl


RVO.nl biedt ondersteuning bij de verduurzaming van gebouwen

Frisse Scholen Top 15 in 2016 Ten opzichte van de eerste editie van 2014 laat de nieuwe Frisse Scholen Top 15 een opmerkelijke kwaliteitssprong zien. Zo zijn alle scholen van de Top 15 vrijwel energieneutraal.

De top drie bestaat zelfs uit energieleverende schoolgebouwen. Alle scholen hebben een uitgekiend pakket energiebesparende maatregelen in combinatie met zeer efficiënte installaties. Voor verlichting maakt led een snelle opmars, vrijwel altijd in combinatie met een goede afstemming op aanwezigheid en daglicht. In de scholen is veel aandacht besteed aan het realiseren van een gezond binnenklimaat. Meestal valt daarbij de keuze op klasse B: goed.

De nummer 1 dankt zijn toppositie aan de verwarming door biomassa en een grote hoeveelheid pv-panelen voor elektriciteit. Per saldo wekt de multifunctionele accommodatie meer energie op dan het gebouw zelf nodig heeft. Dit wordt inmiddels door RVO.nl uitgebreid gemonitord. Kijk voor meer informatie op www.rvo.nl/ onderwerpen/duurzaam-ondernemen/gebouwen/frissescholen/programma-van-eisen.

Frisse Scholen Top 15 van 2014 en 2016

Top 15 van 2016 voldoet (vrijwel) aan hoge eisen 2020

Gebouw levert energie

energieprestatie

Label A++++

Top 15 van 2014 voldoet (vrijwel) aan hoge eisen 2015

Label A+++

Label A++

Sterke aanscherping van de eisen in 2015 en 2020

Label A+ Label A

2025

2024

2023

2022

2021

2020

2019

2018

2017

2016

2015

2014

2013

2012

2011

2010

2009

2008

2007

2006

2005

2004

2003

2002

2001

2000

1999

1998

1997

1996

1995

Label B

Duurzame bedrijfshallen nu in de Groenregeling Bedrijfshallen maken een spectaculaire ontwikkeling door: van energieverslindend naar energieleverend. Om deze ontwikkeling financieel te ondersteunen, is de nieuwbouw en renovatie van energieneutrale bedrijfshallen dit voorjaar opgenomen in de Groenregeling van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Voor het verkrijgen van een Groenverklaring toetst RVO.nl de plannen op vier eisen: • EPC = 0 • Geen fout hout • Geen lozing van regenwater op het riool • Flexibel gebouwd

46

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Per vierkante meter gebouw komt € 400 (nieuwbouw) of € 300 (renovatie) in aanmerking voor groenfinanciering bij een van de Nederlandse Groenbanken. Groenfinanciering is vaak te combineren met MIA of de SDE+. Kijk voor meer informatie op www.rvo.nl/subsidies-regelingen/regelinggroenprojecten.


Frisse Scholen Tools De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) heeft een scala aan instrumenten beschikbaar om schoolbesturen, gemeenten, adviseurs, installateurs en andere marktpartijen te ondersteunen bij het verduurzamen van onderwijsgebouwen in het primair en voortgezet onderwijs. • Het Programma van Eisen Frisse Scholen 2015 helpt bij het opstellen van ambities en eisen voor nieuw- en verbouw van Frisse Scholen. Het gaat uit van drie ambitieniveaus voor energie en vijf binnenmilieuthema’s. • Met de Frisse Scholen Toets kunnen opdrachtgevers en adviseurs tijdens het ontwerp- en bouwproces controleren of de overeengekomen prestaties zijn geleverd. De Frisse Scholen Toets bestaat uit een handleiding en twee scorekaarten. • De Leidraad Verduurzamen van basisscholen is een handreiking voor gemeenten en schoolbesturen om te komen tot een duurzaam huisvestingsplan en/of een duurzaam meerjaren onderhoudsplan. • De Tool Zonnestroom voor scholen helpt scholen bij de keuze voor zonnepanelen. Met informatie over terugverdientijden, aandachtspunten bij het plaatsen, investeringsvarianten en juridische aspecten. • De Installatiescan Scholen voor installateurs en onderhoudsmonteurs bestaat uit een Handleiding en een Rapportageformulier ten behoeve van het functioneren en het (her)inregelen van klimaatinstallaties in uw schoolgebouw.

• De Lijst Verduurzamingsmaatregelen bestaande scholen bevat de Erkende Maatregelenlijst voor onderwijsgebouwen conform de Wet Milieubeheer, aangevuld met maatregelen gericht op binnenmilieu, gedrag en beheer, en met energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd groter dan vijf jaar. • Er is ook een infographic beschikbaar met alle Erkende Maatregelen. • De Leidraad Uitbesteding Energie Besparing Advies (EBA) is bedoeld voor opdrachtgevers. Met vele handige bijlagen en met bijbehorend Rekenmodel voor adviseurs. • De RVO Projectendatabase bevat meer dan 500 voorbeelden van gebouwen met een zeer lage EPC, waaronder zo’n veertig scholen. Alle tools met achtergrondinformatie en praktijkvoorbeelden vindt u op www.rvo.nl/frissescholen. Ook vindt u informatie over gezonde, duurzame en betaalbare scholen op de website van de Green Deal Scholen: www.greendealscholen.nl.

Voor integrale en transparante kennis over de duurzaam gebouwde omgeving kunt u terecht bij RVO.nl. Hiermee vervullen we een gidsfunctie voor ondernemend Nederland, waarmee we het verduurzamen van de gebouwde omgeving bevorderen. Meer informatie? Website: www.rvo.nl/gebouwen | Telefoon: 088-0424242 Kijk voor voorbeelden van energiezuinig bouwen op www.rvo. nl/energiezuiniggebouwd.

duurzaam gebouwd | juni 2016

47


BIM

Software Plug-In BIM maakt bouwen en engineeren eenvoudiger en overzichtelijker. Technische Unie helpt hierbij met de BIM Software Plug-In. Nu kan ook de installateur tegelijkertijd aan hetzelfde bouwproject werken als de projectontwikkelaar en ingenieur. Daarnaast kan ons assortiment met één druk op de knop gekoppeld worden aan de ontwerptekening. Wel zo makkelijk!

Download de gratis BIM Software Plug-In van Technische Unie via tu.nl/BIM


Air Excellent koppelt uw woning moeiteloos aan een gezond binnenklimaat!

Optimaal binnenklimaat met Air Excellent! Het Ubbink Air Excellent luchtverdeelsysteem is een modulair systeem, dat geschikt is voor alle mechanische ventilatiesystemen met of zonder warmteterugwinning. Voordelen: • Verlaging energieverbruik en geluidsniveau door lagere drukverliezen • Beperkte geluidsoverdracht, geluidsarm, geen kanaalaftakkingen • Professionele inregeling, bewoners kunnen dit niet aanpassen • Anti-statisch en anti-bacterieel • Ontwerpvrijheid door combinatiemogelijkheden ronde en halfronde kanalen • Hoeft niet ingestort, maar kan wel; flexibele huisvesting • Past op iedere ventilatie-unit, ongeacht het merk • TÜV SÜD gecertificeerd • Geschikt voor nieuwbouw en renovatie

Halfrond kanaal

Rond kanaal

Ubbink, voor uw gemak! www.airexcellent.nl

Koppelstuk rond/halfrond


Aanbieders blijvend uitgedaagd binnen Stroomversnelling “Energie-ambitieus renoveren kunnen alle bouwende leden prima: de meesten hebben ervaring opgedaan met passief huis, beter op de meter, BENG of energieneutraal. Wat Nul op de Meter op het niveau van Stroomversnelling uitdagend maakt, is de prestatiegarantie en het prijsniveau”, zegt Claudia Laumans. Tekst: Stroomversnelling

Namens Stroomversnelling begeleidt Laumans aanbiedende bouwers met product-doorontwikkeling en -matching met corporaties. Ze vertelt over de ontwikkelslagen die de aanbieders in 2016 nog voor de boeg hebben.

Wat zijn de grootste uitdagingen? “De eerste is een goed gewild product met garantie. Dit is een vereiste om de cashflow van de energie-uitgaven te innen. De garantie van een Nul op de Meter-woning gaat namelijk hand in hand met de Energieprestatievergoeding (zie kader, red.), die de woningcorporatie aan de huurder mag vragen. De prestatiegarantie daagt bouwpartijen uit om tot ver in de keten afspraken te maken over de prestaties en over de verantwoordelijkheid met betrekking tot het waarmaken van de garanties en de langdurige kwaliteitsborging. Het moet duidelijk zijn wie waarvoor verantwoordelijk is. Dit is een nieuw gebied in de sector: er zijn pas enkele stappen gezet. Ook de monitoring in relatie tot die prestaties is nieuw. Welke gegevens heeft de aanbieder exact nodig om verantwoorde risico’s te nemen, welke kosten komen daarbij kijken en hoe analyseer je straks de data van al die honderden woningen? Deze vragen rondom monitoring worden binnen Stroomversnelling doorontwikkeld en er wordt naar oplossingen gewerkt.” “De prijs is de tweede grote uitdaging. De prijsindicatie komt tot stand door te kijken naar de businesscase van corporaties. Je moet dan denken aan een prijs voor een eengezinswoning van zo’n € 65.000. Dat is nu de vanaf-prijs, zonder bijvoorbeeld Zelf Aaangebrachte Veranderingen (ZAV’s), asbestsanering en interieur. Dit prijsniveau is onhaalbaar zonder de stevige integratie van deelproducten. Ook zonder de stevige optimalisatie van het productieproces kom je er niet. Hiervoor zijn de eerste

50

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Energieprestatievergoeding De Energieprestatievergoeding (EPV) creëert een nieuwe geldstroom door het geld van de oude energierekening te gebruiken voor de renovatie. De Eerste Kamer heeft op 17 mei gestemd over de EPV, inclusief een motie over een verplichte woonlastenwaarborg. Deze editie van Duurzaam Gebouwd Magazine was toen al naar de drukker. Kijk voor meer informatie op Stroomversnelling.nl/themas/energieprestatievergoeding.

ontwikkelingen gedaan, maar de aanbieders hebben nog veel meer wensen en ideeën. Uiteindelijk denken we met een flinke industrialisatieslag de prijs en de kwaliteit nog fors te verbeteren. Maar daar zijn we nu nog niet aan toe.”

Behoefte aan kwaliteitsborging Tijdens Building Holland leverden de leden van Stroomversnelling de eerste stap van het Nul op de Meter Keurmerk, namelijk het NOM-Keur op het concept. Later dit jaar zullen het Keur op realisatie en op bewoning volgen. Het NOM-Keur wordt gezien als een belangrijk instrument voor de belangrijke kwaliteitsborging waar alle leden van Stroomversnelling veel behoefte aan hebben. Dit keurmerk bepaalt de standaard: deze is afgestemd op de vereisten voor een Energieprestatievergoeding. “De maatlat van NOM-Keur is een van de drivers voor doorontwikkeling van de NOM-producten. Partijen die het NOM-Keur aanvragen (dit is gratis voor leden), krijgen feedback over hun aanpak van experts. Deze feedback en de eigen wensen van de aanbieders vormen input voor doorontwikkeling. Ik zie vrijwel iedereen naarstig op zoek gaan naar integratie van alle installatiecomponenten in combinatie met een forse prijsdaling en naar integratie van installatie en gevel. Hier gaat een vervolgslag geslagen


Verduurzaamde woningen in het Zeeuwse Grijpskerke. (Foto: Frank Hanswijk)

‘Ik zie dat corporaties en aanbieders meer oog krijgen voor elkaars belangen. Dat is hét vertrekpunt voor transparant en snel zaken doen’ worden. Een ander veelgehoord technisch issue betreft energie: voldoende opwekking is niet altijd eenvoudig en dat dwingt tot onderzoek naar opslagmogelijkheden. Dat zijn slechts twee van de thema’s, die onderwerp van gesprek zijn tussen de leden.”

Matching “De inmiddels ruime praktijkervaring die bouwpartijen en corporaties hebben opgedaan in de deal Stroomversnelling Huur uit 2013 moet nu als een olievlek over de vereniging uitspreiden”, vervolgt ze. “Op Samenwerkdagen van Stroomversnelling is een dialoog gestart tussen aanbieders en corporaties om gezamenlijk te komen tot een standaardisatie van het uitvraag/aanbod-proces. Denk hierbij aan een standaard uitvraagdocument, een standaardprijs of standaardcontracten. Zo’n standaardprijs

geeft bijvoorbeeld aan wat wel en niet in de NOM-prijs zit. Veel corporaties hebben iets gehoord over € 60.000 of zelfs € 45.000 en denken dat álles in die prijs zit. Met Stroomversnelling koersen we op een standaardprijs waar uiteraard alles in zit: een complete renovatie met Nul op de Meter-prestatie voor wat betreft de energieambitie. Maar als een woning een grote onderhoudsachterstand heeft en als er funderings-, asbest-, zachtboard-issues zijn, dan moeten daarover aparte afspraken worden gemaakt. De winst door het gezamenlijk maken van afspraken is een snellere doorloop van matching bij een beoogde NOMrenovatie. Het NOM-Keur kan daarbij ook een handig hulpmiddel zijn. Ik zie dat corporaties en aanbieders meer oog krijgen voor elkaars belangen en dat is hét vertrekpunt om transparant en snel zaken te kunnen doen. Iets waar ook niet-leden de vruchten van plukken overigens.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

51



SMART BUILDING

INTEG RATI DOMO E VAN: TICA, DEURC O M M U 72(*$ 1*6& NICATIE, BEVEIL 21752/( b CENTR IGING EN AAL BE HEER

Elbo Technology heeft zich in 30 jaar ontwikkeld tot specialist en toonaangevende speler op de markt van communicatie(techniek) in en rond gebouwen. Deurcommunicatie, toegangscontrole, (camera)beveiliging en domotica: wij combineren de verschillende systemen tot integrale oplossingen. GeĂŻntegreerde techniek voor woongebouwen en -complexen, centraal te beheren, op afstand toegankelijk via mobiele devices en toekomstbestendig.

Wij bouwen verder aan de toekomst. Bouwt u met ons mee?

T +31 (0)40 26 79 888, info@elbotechnology.nl www.elbotechnology.nl | www.elbolive.nl


Gedragsregels verbeteren veiligheid betonmortellevering Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen staat voor velen synoniem aan het duurzaam inzetten van materialen, het besparen van energie en goed omgaan met milieu. Veiligheid is nog te vaak een nagedachte, terwijl het een zeer belangrijke pijler is om gezond te ondernemen. De bouw- en vastgoedsector kent relatief veel arbeidsongevallen en dat maakt grotere inzet op veiligheid logisch. Toch kennen sommige takken van de bouw nog geen concrete afspraken of wetgeving op dit vlak. Zo ook de betonmortelindustrie, waar nog geen reglementen over veiligheid in logistiek zijn opgesteld. Tekst: Marvin van Kempen

“Daar komt nu verandering in”, vertelt adviseur bouwtechnologie Jan Heuveling van betonbrancheorganisatie VOBN. “Toen we startten met het keurmerk Beton Bewust hebben we in eerste instantie vooral de nadruk gelegd op milieu. Veiligheid vinden we echter een onlosmakelijk onderdeel van MVO en is onze volgende stap om een zogeheten Code of Conduct te introduceren.” Deze Code of Conduct, een gedragscode, bevat regels en voorschriften voor de veiligheid en het afleveren van betonmortel. “Uit onze ervaring blijkt dat er met regelmaat sprake is van onveilige situaties op de bouwplaats. Met de gedragsregels moet het logistieke proces, het afleveren van betonmortel, veiliger worden.” De gedragsregels zijn opgesteld door leden van VOBN, die vanuit de praktijk hun bevindingen verwerkten in de code. “Natuurlijk is communicatie over deze gedragsregels een belangrijk element. Om dat in goede banen te leiden ontwikkelen we posters en een informatieblad, die houvast geven.”

Losplaats-risico-analyse Daarnaast wordt er een checklist opgesteld voor chauffeurs, die dient als inventarisatie. “Deze betonlosplaats-risico-analyse dient niet als afsprakenlijst. Want die moeten aan de voorkant van een samenwerking worden

Download informatieblad en meer informatie Download het informatieblad op de website van VOBN. Klik op ‘Nieuws’ en selecteer het nieuwsbericht ‘Nieuw informatieblad beton veilig afleveren op de bouwplaats’.

54

juni 2016 | duurzaam gebouwd

De betonmortelindustrie had tot dusver geen regelementen over veiligheid in logistiek. Daar komt verandering in.

vastgesteld. Het is een laatste controle voor veilig transport en aflevering van zijn lading. Hiermee checkt de chauffeur of alles verloopt zoals het is afgesproken. Daardoor kan hij met een gerust hart aan de slag”, aldus Heuveling. Het uiteindelijke doel van de Code of Conduct is een duidelijkere structuur omtrent veiligheid bij transport van betonmortel. “Daarnaast willen we dit onderwerp top of mind maken, niet alleen bij onze leden en de aannemers die Nederland rijk is, maar ook bij de uitvoerende partijen. Er is op dit moment geen ondergrens voor veiligheid bij aflevering van betonmortel. Er zijn wel documenten gepubliceerd met richtlijnen waarop we kunnen terugvallen, zoals een brancheorganisatie als Aboma publiceert.” Toch ontbreekt een echte ondergrens als het gaat om wet- en regelgeving. “Dat maakt het des te zinvoller om hieraan aandacht te besteden vanuit VOBN.”


Posters en losplaats-risico-analyse Bij het nieuwe informatieblad hoort een betonlosplaats-risico-analyse en drie nieuwe veiligheidsposters voor bouwplaats-medewerkers. Hierboven ziet u een voorbeeld van een van de posters.

Het doel van de Code of Conduct is een duidelijkere structuur omtrent veiligheid bij transport van betonmortel.

Het recent afgesloten doe-convenant met verschillende grote aannemers in Nederland stond in de vorige editie van Duurzaam Gebouwd Magazine in de schijnwerpers. Deze partijen zeggen toe om optimaal te bouwen met duurzaam beton en laten dit zien. “We hopen dat ze zich net zo enthousiast committeren aan een veiligere aflevering van betonmortel”, vertelt Heuveling.

De losplaats-risico-analyse dient als laatste controle voor veilig transport en aflevering van de lading.

Informatieblad ‘Afleveren en lossen op de bouwplaats’

Ook gedragsregels voor betonpompenbranche

Het informatieblad bevat zeven pijlers die input geven voor een veilige werksituatie op de bouwplaats. Aan bod komen onder andere de onderwerpen ‘Stabiele ondergrond’, ‘Begeleiding naar de bouwplaats’, ‘Stroomvoerende kabels en/of leidingen’. Medewerkers krijgen concrete handvatten hoe ze met praktische situaties op de bouwplaats om moeten gaan. Zo komt aan bod wat een veilige opstelplaats is, hoe moet worden gelost op de openbare Het informatieblad geeft uitleg over de opgestelde weg en waarom de checklist van belang is voor een goed verloop van gedragsregels. het losproces.

Naast de Code of Conduct voor betonmortel is er ook een in de maak voor de betonpompenbranche, vervolgt Heuveling. “Het pakket dat we in het leven roepen speciaal voor uitvoeringswerkzaamheden met betonpompen bevat dezelfde elementen als die voor betonmortel. Ook hier leveren we een informatieblad en een risicoanalyse in de vorm van een checklist. Het belangrijkste verschil met betonmortellevering is dat het daar gaat om transport en verkeersbewegingen. Bij betonpompen gaat het om het afstempelen: er moet voldoende ruimte zijn om de stempels neer te zetten, de schotten moeten van afdoende kwaliteit zijn en het moet veilig zijn voor onze betontruckmixers om voor die pomp te staan. We verwachten deze gedragsregels na de Code of Conduct voor betonmortel op te leveren.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

55


en daardoor nog beter bestand tegen vervuiling sneldrogend, dus minder mosvorming

Nooit eerder had duurzaam zo’n strak design Beton is eerste keus als het gaat om duurzame dakdekking voor hellende daken. De lage milieubelasting bij productie, de lange levensduur en de recyclingsmogelijkheden vormen een onverslaanbare optelsom. Bij Monier zijn we de uitdaging aangegaan om dit duurzame topproduct een ultrastrak design te geven. Met succes! Een Innoslate-dak vormt optisch vrijwel één naadloos vlak. Daarmee is de Innoslate perfect voor iedereen die niet kan kiezen tussen duurzaamheid en esthetiek.


GEVEL ISOLATIE SYSTEMEN In ruim 35 jaar hebben onze adviseurs talloze adviezen op het gebied van gevelisolatiesystemen uitgebracht bij nieuwbouw- en renovatieprojecten. We vinden het geweldig om u hierin te kunnen ondersteunen: van inspiratiefase tot aan de daadwerkelijke realisatie van het gevelisolatiesysteem. Samen laten we zien hoe mooi duurzaam kan zijn! Laat u inspireren op www.strikotherm.nl!


GPR Vastgoed zet duurzaamheid op de kaart GPR breidt uit met een innovatieve nieuwe applicatie die de duurzaamheid van alle gebouwen in Nederland in kaart brengt: GPR Vastgoed. Tekst: Johanna Quelle-Dreuning, W/E Adviseurs

Duurzaamheid op de kaart met GPR Vastgoed.

Op Building Holland vond de presentatie van het eerste prototype plaats. Verschillende commerciĂŤle vastgoedbeleggers, corporaties en gemeenten hebben al enthousiast gereageerd op dit nieuwe hulpmiddel voor verduurzaming. W/E Adviseurs biedt ambitieuze organisaties de mogelijkheid een actieve rol te spelen bij de verdere ontwikkeling. Inhoudelijk meedenken vanuit de eigen situatie, zodat u straks krijgt wat u nodig heeft om een grote slag te maken met verduurzaming van uw vastgoed.

Behoefte uit de markt Hoe kan ik aan de slag met duurzaamheid voor mijn gebouwenportefeuille? GPR Vastgoed is het antwoord op deze vraag van veel gebruikers van GPR

58

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Gebouw. Waar GPR als hulpmiddel inzicht geeft in de duurzaamheidseigenschappen van een gebouw, ontbrak het nog aan een manier om de duurzaamheid van meerdere gebouwen of zelfs een heel gebied integraal inzichtelijk te maken. Voor vastgoedsturing, prestatieafspraken of investeringsbeslissingen is dit voor veel stakeholders echter een cruciale schakel. GPR Vastgoed zet de gebouwde omgeving van heel Nederland letterlijk en figuurlijk op de kaart. De duurzaamheid van het vastgoed wordt inzichtelijk volgens de breed geaccepteerde en eenvoudig te begrijpen taal van GPR Gebouw. Naast de energieprestatie geeft GPR Vastgoed ook rapportcijfers voor milieuprestatie, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde van de gebouwen. Zo is het mogelijk de duurzaamheid


van hele gebieden in een oogopslag te zien. Voor de vastgoedorganisatie is het mogelijk om de duurzaamheid van de eigen portefeuille in beeld te krijgen. Inzicht waarmee u bewuste strategische en operationele keuzes kunt maken om te verduurzamen.

Hoe werkt het? De vastgoedinformatie in GPR Vastgoed is opgebouwd uit openbare databronnen en combineert dit met data uit GPR Gebouw. Door deze gegevens te combineren zijn per gebouw GPR-scores bepaald. De kleur die het gebouw

De visie achter de GPR software GPR software is dé duurzaamheidssoftware voor de Nederlandse vastgoedmarkt. De software wordt geheel in eigen beheer ontwikkeld door W/E adviseurs, een ingenieursbureau op het gebied van duurzaamheid in de gebouwde omgeving met meer dan dertig jaar ervaring in het vak. De GPR-software is ontwikkeld in nauwe samenwerking met gemeenten, corporaties, ontwerpers, ontwikkelaars en andere vastgoedpartijen. Daaraan ligt een gedeelde en uitgesproken visie op duurzaamheid ten grondslag. Duurzaamheid is voor W/E adviseurs het creëren van een gebouwde omgeving volgens het TripleP-concept: met een zo hoog mogelijke kwaliteit en zo laag mogelijke milieubelasting. Het maximaliseren van die kwaliteit betreft de gezondheid, de gebruikswaarde en de omgeving (people). Tegelijkertijd wordt een bijdrage geleverd aan het minimaliseren van problemen als het broeikaseffect, de uitputting van voorraden en het verlies aan biodiversiteit (planet). Nu en in de toekomst levert dat waarde op (profit).

op de basiskaart krijgt, staat voor de gemiddelde GPRscore, opgebouwd uit de vijf thema’s: Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde. Groen staat voor een gemiddelde score van 6,5 of hoger; geel voor 5 tot 6,5; oranje voor 4 tot 5; en rood voor 3 tot 4. De gebruiker kan ook zien hoe het gebouw scoort per thema en dit resultaat vergelijken met de buurt, de wijk, de gemeente of heel Nederland.

Analyseren, benchmarken en monitoren Met GPR Vastgoed wordt het mogelijk Nederlands vastgoed te analyseren, te benchmarken en te monitoren. Naast visueel inzicht op de kaart ondersteunt GPR Vastgoed analyses van portefeuilles met tabellen en grafieken. In zijn uitontwikkelde vorm ondersteunt GPR Vastgoed bij het stellen van de juiste uitvraag voor het maken van een verduurzamingsslag. Met de conceptenbibliotheek kunt u vastgoedsturingsscenario’s doorrekenen en de voor u geschikte route naar een energieneutrale en duurzaam gebouwde omgeving uitstippelen!

Marktrelevante input Momenteel is GPR Vastgoed volop in ontwikkeling richting een eerste volwaardige releaseversie. W/E adviseurs krijgt daarbij input van professionals vanuit verschillende gebruikersperspectieven. Mocht u hierin interesse hebben dan kunt u dat bij W/E laten weten. We willen door de actieve betrokkenheid van gebruikers een product bieden dat perfect aansluit bij de behoeften. GPR Vastgoed is in zijn prototype al te ervaren. Ga naar GPRvastgoed.com om een indruk te krijgen.

duurzaam gebouwd | juni 2016

59


Alcoa | Kawneer

telefoon: +31 (0)341 464 611 fax: +31 (0)341 467 350

Archimedesstraat 9, 3846 CT Harderw캐k

e-mail: aas@alcoa.com

Postbus 391, 3840 AJ Harderw캐k

www.alcoa-architectuursystemen.nl


Hello New View. Maak kennis met een nieuw perspectief en een nieuwe kijk op de wereld door onze producten die comfort en transparantie geven aan onze eindgebruikers. Onze producten die bijvoorbeeld zijn toegepast in het nieuwe Stadskantoor Venlo of het befaamde kantoorgebouw van Deloitte en AKD aan de Zuidas in Amsterdam genaamd The Edge. Maar ook ons eigen gloednieuwe hoofdkantoor in Harderwijk. Transparantie en comfort is niet het enige wat deze projecten met elkaar gemeen hebben. Duurzaamheid en toekomstbestendigheid liggen ten grondslag aan deze gebouwen. Onze bijdrage aan het leefcomfort van deze gebouwen zit niet alleen in de hoge isolatiewaarde van de ramen, deuren en gevels of in de veiligheid maar ook in de daglichttoetreding, waardoor de kantoormedewerker ’s nachts gemiddeld 46 minuten langer slaapt.1

Kijk voor meer informatie over onze producten en diensten op onze website, neem contact op met een van onze medewerkers of kom naar ons nieuwe kantoor in Harderwijk.

www.alcoa-architectuursystemen.nl

1

WGBC report Health, Wellbeing & Productivity in Offices: Chueng I. (2013) Impact of workplace daylight exposure on sleep, physical activity, and quality of life. American Academy of Sleep Medicine 36

STADSKANTOOR VENLO

STADSKANTOOR VENLO

STADSKANTOOR VENLO

STADSKANTOOR VENLO

VLIESGEVEL AA 100Q HI+

THE EDGE AMSTERDAM

THE EDGE AMSTERDAM

ALCOA | KAWNEER HARDERWIJK

THE EDGE AMSTERDAM

ELEMENTENGEVEL AA 9562

ALCOA | KAWNEER HARDERWIJK


‘ We maken van Venlo een kennis- en inspiratielandschap’ De uitzending ‘Afval is voedsel’ van het televisieprogramma VPRO Tegenlicht zorgde acht jaar geleden voor inspiratie bij velen. Zo ook bij gemeente Venlo. “Het was voor ons een signaal dat het anders kan en moet in de bouw- en vastgoedsector. Grondstoffen zijn eindig, dus dat was voor ons het moment om een andere koers in te slaan.” Inmiddels draagt de gemeente de titel ‘Internationale Cradle to Cradle Hoofdstad’. Tekst: Marvin van Kempen

“De doelstelling was en is om een kennis- en inspiratielandschap in te richten”, vertelt wethouder Wim van den Beucken, die sinds april 2014 duurzaamheid in zijn portefeuille heeft. Dat doen we enerzijds door goede voorbeelden te tonen in de vorm van projecten en anderzijds door organisaties in de integrale bouwen vastgoedsector te ondersteunen om de circulaire economie in hun bedrijfsvoering toe te passen.”

ketenpartners die een bouwopgave aanvaarden. Gezamenlijk vullen zij de Cradle-to-Cradleopgave in.”

In het oog springende circulaire gebouwen in Venlo zijn de afgelopen tijd veelvuldig in de pers belicht. Stadskantoor Venlo is het meest recente voorbeeld, een gebouw dat beschouwd wordt als grondstoffendepot en een actieve bijdrage levert aan het schoner maken van de omgeving. “We realiseren in dit gebouw een gezond binnenklimaat, gezuiverd afvalwater, energieneutraliteit en tonen tevens aan dat People, Planet, Profit realiseerbaar is.”

Ook bij scholenkoepels en zorginstellingen lijkt de interesse voor de circulaire economie toe te nemen. Hierbij is het zaak om te verleiden met zorgvuldige onderbouwing van geldelijke winst. “We merken dat zachte waarden belangrijker worden bij doelgroepen als scholen en ziekenhuizen. Met een gezonder gebouw bereik je een verlaging van ziekteverzuim en verhoog je de arbeidsproductiviteit. Je hebt al een zeer interessante businesscase wanneer je 1% reductie op ziekteverzuim realiseert.”

Van den Beucken legt de nadruk op de laatste P, van Profit. “De komende veertig jaar gaan we € 17 miljoen besparen.” De best practices van de gemeente trekken wereldwijd de aandacht. “We willen gebouweigenaren de meerwaarde van Cradle to Cradle laten zien en blijven vernieuwen en uitbreiden op dit vlak.”

Beter en gezonder gebouw

Vroegtijdig aanhaken Naast dit paradepaadje inspireert Venlo ondernemers en organisaties om de Cradle to Cradle-principes toe te passen en te gaan voor echte toekomstbestendigheid. Het C2C ExpoLab, tevens partner van Duurzaam Gebouwd, is daar volgens Van den Beucken een mooi voorbeeld van. “Het is opgericht om informatie te geven over circulariteit en om de toepassing ervan te concretiseren. De kracht van het ExpoLab zit in het vroegtijdig laten aanhaken van de verschillende

62

juni 2016 | duurzaam gebouwd

‘De komende veertig jaar gaan we €17 miljoen besparen’

De Cradle-to-Cradleprincipes sluiten volgens Van den Beucken goed aan op een gezond gebouw. “Daar dragen de duurzame materialen aan bij. Denk aan een tapijt dat fijnstof reduceert, een wand die de akoestiek in klaslokalen verbetert of goede ventilatie die het binnenklimaat aangenaam maakt. We hebben het daarom steeds vaker over gezonde gebouwen en niet meer alleen over duurzaamheid.” Ook beleidsmedewerker Milène Bekkers beaamt de verregaande inzet op gezonde gebouwen. “We leggen de nadruk op een gezond binnenklimaat. Aangenaam wonen, werken en verblijven zijn de kernpunten van een gezond gebouw. Belangrijk bij het ontwerp is om te kijken naar gezonde materialen die bijdragen aan het welbevinden van de mens.”


Partner uitgelicht

‘Je hebt al een zeer interessante businesscase wanneer je één procent reductie op ziekteverzuim realiseert’

Om de strategische doelstellingen voor de toekomst te halen, is er een duidelijke communicatieopgave voor Venlo. “We willen een innovatieve regio zijn en dat willen we ook verkondigen. Dat móet, als je wilt dat organisaties en burgers je kunnen vinden en begrijpen dat je ze kunt ondersteunen bij verduurzaming.”

Cradle-to-Cradleproeftuin

Bijdragen aan kennisdeling

De komende jaren zet gemeente Venlo onder andere in op een Cradle to Cradle Valley, een innovatieve proeftuin waarin organisaties met Cradle to Cradle-initiatieven aan de slag kunnen. “Dat is een van de doelstellingen die we ons de komende tijd stellen. De proeftuin en andere initiatieven die we omtrent verduurzaming opzetten, staan in dienst van het voorzien van kennis op regionaal niveau over duurzaam bouwen”, aldus Bekkers.

Een belangrijk onderdeel voor het invullen van die communicatieopgave ziet Bekkers in het onlangs aangegane partnership met Duurzaam Gebouwd. “Duurzaam Gebouwd biedt voor ons een platform om ons te profileren en te positioneren. Daarnaast vinden we het belangrijk dat er actieve kennisdeling plaatsvindt en we dragen hier graag aan bij. Verder is het interessant om gebruik te kunnen maken van het uitgebreide netwerk.” Vooral

duurzaam gebouwd | juni 2016

63


Samen werken aan een duurzame wereld met energiebesparende oplossingen

www.thermaflex.com

nederland@thermaflex.com

tel. 0416 567 777


Partner uitgelicht

laatstgenoemde is essentieel bij de invulling van een verduurzamingsopgave. “We hebben de krachten in Nederland en we moeten die bundelen”, vertelt Van den Beucken. “Als we de kennis bundelen, hoeven we het wiel niet uit te vinden.” Naast winst uit een meer integrale samenwerking vormt het dichter bij elkaar brengen van wensen van investeerders en beleggers een kans voor de toekomst. “Daar zit nu vaak een discrepantie tussen wat beide partijen willen. Investeerders kijken eerder naar de korte termijn, bouwen en verkopen snel”, licht Van den Beucken toe. “Toch wil

‘Als we de kennis bundelen, hoeven we het wiel niet uit te vinden’ de gebruiker voor veertig jaar blijven zitten en hij is gebaat bij de laagst mogelijke exploitatiekosten per jaar. Een mooi vooruitzicht is een sector die met andere maatregelen en investering een terugverdientraject laat ontstaan. De winst is dan voor alle partijen.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

65



Interview

‘Naar volledige integratie van BIM in projecten’ De doeleinden bij een Bouw Informatie Model (BIM) kunnen heel divers zijn. Tijdens een ontwerpfase worden elementen ingetekend en gevisualiseerd, terwijl in de exploitatiefase onderhoudsplannen worden gemaakt of bijgesteld, gebruikmakend van data uit het BIM. Wanneer behalen de verschillende stakeholders eigenlijk de maximale potentie van een BIM? Tekst: Marvin van Kempen

Toegevoegde waarde van BIM

Toine Bullens.

“Terwijl informatie uit het BIM op grote schaal wordt toegepast in de ontwerp- en realisatiefase, blijft de exploitatiefase vaak onderbelicht”, vertelt BIM-manager Toine Bullens van Brink Groep. De kersverse Duurzaam Gebouwd-expert ziet dat het gebruik van BIM stopt bij de oplevering van een gebouw. “Deze loopt niet door in de exploitatiefase, terwijl hier juist winst te behalen valt. Informatie voor deze fase is overigens erg specifiek per organisatie, dus een ziekenhuis heeft een andere behoefte dan een woningcorporatie of een museum. Om te zorgen dat informatie uit het BIM toegepast kan worden in de exploitatiefase is een inventarisatie nodig.

‘Een BIM-protocol als contractonderdeel helpt bij kwaliteitsborging van informatie’

Brink Groep is het fundament waarop vier bedrijven groeien: innvire, Brink Management / Advies, Kontek en Ibis. Allemaal gespecialiseerde bedrijven in management, advies en automatisering, die klanten ondersteunen bij bouw, huisvesting en vastgoed opgaven. Op het gebied van BIM betekent dit dat in alle fases van de levenscyclus van gebouwen ondersteuning geboden kan worden, door een van de bedrijven. Zo adviseert Brink Management / Advies over de integratie en specificatie van BIM in projecten en het toetsen en sturen van het proces en de kwaliteit van de informatie. Kontek is op haar beurt gespecialiseerd bestaand vastgoed, daar wordt BIM gebruikt voor het verzamelen en vastleggen van vastgoedinformatie waarna deze wordt gebruikt als input voor bijvoorbeeld meerjarenonderhoudsplannen (MJOP).

“Hierbij bepaal je de relevante informatie en zoek je naar oplossingen, waarbij BIM mogelijk input kan genereren. Beheer en onderhoudsactiviteiten hoeven niet te veranderen, maar worden efficiënter door gebruik te maken van informatie uit een BIM.”

Integratie van BIM in een project De bouw- en vastgoedsector gaat naar volledige integratie van BIM in projecten. “Het duurt niet lang meer of we zien dit als gemeengoed. Hierbij is BIM geen doel op zich, maar een middel om tot betere samenwerking en informatiemanagement te komen.” Volgens Bullens zouden opdrachtgevers moeten nadenken over randvoorwaarden die aan de ontwikkeling van een BIM gesteld worden. “In een BIM protocol kunnen opdrachtgevers de inhoud van

duurzaam gebouwd | juni 2016

67



Interview

Opdrachtgever aan het woord over BIM International Criminal Court (ICC): “Het BIM bevat as-built informatie en wordt gebruikt als centrale informatiebron voor activiteiten ten behoeve van het beheer- en onderhoud van het gebouw. Door vast te stellen wat de informatiebehoefte is voor deze activiteiten kon het model zo ingericht worden dat alleen relevante informatie wordt aangeboden aan de gebruiker. Kostbare zoektochten naar de juiste informatie zijn niet nodig omdat het model geen overbodige ballast bevat.” Rijnstate Ziekenhuis: “Bij renovatie- of nieuwbouwprojecten wordt in de ontwerpfase een BIM gebruikt om de energieprestatie van gebouwen te voorspellen. Het doel is de ontwikkeling van een ontwerpmethodologie voor de verduurzaming van ziekenhuizen. Daarnaast wil Rijnstate met de verkregen actuele informatie een goed werkend onderhoudsmodel opzetten voor de beheerfase.”

‘Maak een database onderdeel van het contract’ het BIM specificeren en de beoogde toepassing van de informatie in het BIM beschrijven. Hierbij is de vraag ‘Wie heeft op welk moment welke informatie nodig en waar is deze opgeslagen’ leidend. Een BIM protocol als onderdeel van het contract helpt bij het borgen van de kwaliteit van de informatie in een BIM.“ Dit is slechts een verbeterpunt om tot volledige integratie van BIM in projecten te komen. “Het model wordt vaak nog als ondersteuning gebruikt bij het realiseren van traditionele contractstukken. Dit zijn afgeleiden uit het BIM.

Waarom wordt daarvoor het volledige BIM niet gebruikt? Voorwaarde hiervoor is dat het eerder genoemde BIMprotocol daadwerkelijk onderdeel is van de overeenkomst tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De kwaliteit van de informatie in het BIM kan getoetst worden en het proces kan beter worden gestuurd.”

BIM ten behoeve van de uitvraag “Een voorbeeld van kwaliteitstoetsing is een database die wordt opengesteld door de opdrachtgever voor de diverse stakeholders. Zij kunnen hier projectinformatie uit halen en toevoegen. In de meeste gevallen is de opdrachtnemer verantwoordelijk voor de ontwikkeling van een BIM. Als dit contractueel is vastgelegd en gespecificeerd, is dit een goede stap naar integratie van BIM in het project. Een volgende stap is een BIM als onderdeel van de uitvraag. We zien dit bijvoorbeeld gebeuren bij Rijkswaterstaat. Daar wordt een database gebruikt met daarin projectinformatie die wordt opengesteld voor diverse stakeholders. Belanghebbenden krijgen toegang tot deze digitale omgeving, waar zij ook aanpassingen in kunnen verwerken. Het gebruik van deze database voor het informatiemanagement is contractueel vastgelegd. Wanneer je zo’n database gebruikt voor een uitvraag, is het des te belangrijker dat je bij al je projecten de informatie op een gestructureerde manier uitvraagt.”

BIM-reeks op DuurzaamGebouwd.nl. Duurzaam Gebouwd-expert Toine Bullens publiceert op DuurzaamGebouwd.nl een BIMreeks, waarin hij onder andere de onderwerpen ‘Verwachtingsmanagement’, ‘Data als contractstuk’ en ‘Beheer van gebouwinformatie’ behandelt. Daarnaast spreekt Bullens tijdens de BIM-editie van Duurzaam Gebouwd Op Locatie op dinsdag 5 juli.

De International Criminal Court (ICC).

duurzaam gebouwd | juni 2016

69


Een van Europa’s duurzaamste hotels komt in Amsterdam

De ligging van het nieuwe viersterrenhotel in het Amsterdamse Amstelkwartier.

Eerste hotel met klimaatactieve gevel Zo’n vijf minuten lopen van het Amsterdamse metrostation Spaklerweg, in de wijk Amstelkwartier, verrijst een gebouw van 76 meter hoog: een viersterrenhotel. Met het duurzaamheidscertificaat LEED Platinum moet dit een van de duurzaamste hotels van Europa worden. “De gevel organiseert en controleert het binnenklimaat.” Tekst: Tim van Dorsten

Tijdens het interview volgt ook een rondleiding door het hotel in aanbouw, samen met architect Paul de Ruiter en manager Techniek en Innovatie Stefan Meegdes van TBIonderneming J.P. van Eesteren. Op de tweede verdieping laat de laatstgenoemde de twee modelkamers zien. De Ruiter snelt naar de ramen en begint fanatiek op een schakelaar te drukken. Buiten schuiven langzaam twee aluminium platen voor het raam. “Dit heb ik 24 jaar geleden bedacht”, vertelt de architect van het gelijknamige bureau. “Dit was namelijk het

70

juni 2016 | duurzaam gebouwd

onderwerp van mijn promotieonderzoek naar klimaatactieve gevels: The Chameleon Skin. Als de gast weg is, dan houdt deze gevel op zomerse dagen de kamer koel. In de winter blijft de kamer hiermee warm.”

Gevel organiseert binnenklimaat Samen met Mulderblauw Architecten heeft Paul de Ruiter Architects voor het ontwerp van Hotel Amstelkwartier gezorgd. “Samen met ingenieurs- en adviesbureau Arup zijn wij verantwoordelijk voor het ontwikkelen en


Project

doorvertalen van het duurzaamheidsconcept in het gebouwontwerp, dat we samen met Mulderblauw hebben getekend”, legt hij uit. De gevel speelt dan ook een belangrijke rol bij de duurzaamheid. “Die organiseert het binnenklimaat”, vertelt hij. “Deze Chameleon Skin is aangesloten op het gebouwbeheersysteem, dat op zijn beurt weer verbonden is met het hotelmanagementsysteem. Zo kan de gevel direct reageren als een gast zijn kamer verlaat.” Dankzij de gevel bespaart het hotel naar verwachting 65 procent op de warmtevoorziening, tot 90 procent op de koeling en 50 procent op ventilatie.

Vier gesloten cirkels In samenwerking met de betrokken TBI-ondernemingen J.P. van Eesteren en Croonwolter & Dros hebben de architecten ook ervoor gezorgd dat alle cirkels – CO2, afval, water en energie – gesloten zijn, naar een installatieontwerp van Arup. “Hiervoor hebben we een wko, een bio-wkk en een warmtepomp geïnstalleerd”, laat Meegdes weten. “Daarnaast is het hotel verplicht aangesloten op de stadsverwarming. Dat hadden we liever niet, maar dat het moest. We maken namelijk een zelfvoorzienend hotel.” Bij deze gesloten cirkels speelt de stadskas in de bovenste etage van het hotel een belangrijke rol. Zo nemen planten in deze kas CO2 op uit de lucht en dient groen keukenafval uit het restaurant als compost. “De kas maakt gebruik van nieuwe technologieën om groente en fruit te verbouwen en vissen te kweken. Denk hierbij aan het gelaagde, ijzervrije glazen dak, dat beschikt over een folie dat een kleurenspectrum en UV doorlaat. Deze aspecten zijn noodzakelijk voor de groei van planten”, legt hij uit.

Groene bouwplaats Naast duurzaamheid in het hotel in het Amstelkwartier hebben de TBI-ondernemingen ook gezorgd voor duurzaamheid op de bouwplaats. “De buitengevel, vloer, het plafond en het dak van onze keet zijn gemaakt van materiaal met een hogere warmteweerstand en de ramen zijn van dubbelglas”, vertelt Meegdes. “Daarnaast is de verlichting duurzaam: bewegingssensoren zorgen voor aanen uitschakeling. Daarnaast hebben we de energieverslindende kleding-drooginstallatie vervangen door een duurzame variant. Hiermee besparen we 60 procent op elektriciteit.” Om in de veertig resterende procent te voorzien, wordt een waterstofaggregaat ontwikkeld. Een zonnepaneel functioneert als zonnescherm om oververhitting te voorkomen en dit paneel levert ook een beetje energie op.” De bouwkeet is modulair plug&play geïnstalleerd. “Op het plafond hebben we om de prefab bekabelde draaggoten connectieboxen geïnstalleerd om hierin de werkplekaansluitingen te pluggen. Iedere box voorziet vier of vijf werkplekken van een betere connectiviteit, meer gemak en meer veiligheid. Aan het eind kunnen we de installatie weer compleet hergebruiken.” Verder levert een grijswaterunit met waterloze en besparende reservoirs een drinkwaterbesparing van 500 m3 op.

Met de Multifloorbox hebben de J.P van Eesteren, Croon en Wolter & Dros in 2015 de TBI Innovatieprijs gewonnen.

‘De kas speelt een cruciale rol in het zelfvoorzienend maken van het hotel’ “Het restaurant verwerkt deze producten in zijn gerechten.” In de toekomst kan een biovergister het organisch afval van de kas en het hotel tot biogas verwerken. “Dit gas kan dan voor de verwarming van het hotel dienen”, verklaart De Ruiter. “Daarnaast kunnen we toilet-, huishoud- en douchewater gebruiken, via een biovergister. Zo speelt de kas een cruciale rol in het zelfvoorzienend maken van het hotel.”

Gerecycled beton Daarnaast hebben de drie betrokken ondernemingen hun noviteit Multifloorbox in het hotel toegepast. “Dit is een prefab installatieschacht, die we hebben meegestort bij het afwerken van de breedplaatvloeren op iedere verdieping. Dit levert kwaliteits- en tijdwinst op voor het doorvoeren van leidingwerk in gebouwen”, zegt Meegdes. “Zo beschikt de binnenzijde van dit frame over rails, om al het leidingwerk netjes te beugelen. Daarnaast heeft de installateur voor een prefab element gezorgd, dat het aantal montage-uren en de kans op faalkosten aanzienlijk reduceert. Hierdoor hebben we het skelet tien weken sneller opgeleverd.” Het verticale prefabbeton bestaat voor 26 procent uit gerecycled beton, voor de vloeren ligt dit percentage op 43. “Vorig jaar maart werkten we negen kilometer verderop in Amsterdam-Noord aan de transformatie van de oude Shell-kantoortoren, die inmiddels A’DAM Toren heet”, vertelt hij. “Bij de sloop hiervan hebben we 5.000 ton

duurzaam gebouwd | juni 2016

71


Bouwkundig Versterken is beloond met de Design Award 2015.

Bouwkundig Versterken:

een winnend concept > Muren versterken en afwerken >

> Wand-vloer en wand-dak verbindingen versterken >

> Houten vloeren en daken verstijven >

De aarde trilt. Maak uw woning of bedrijfspand aardbevingsbestendig. Maak die stijf met Bouwkundig Versterken. Met Bouwkundig Versterken wordt uw gebouw met behulp van spiraalankers, epoxyhars, kunststof matten en vezelversterkte mortels voldoende taai om de krachten van aardschokken op te vangen.

Pieters Bouwtechniek is een ingenieursbureau voor bouwconstructies.

www.pietersbouwtechniek.nl

Bouwkundig versterken wordt uitgevoerd door speciaal opgeleide en gecertificeerde bouwbedrijven. Meer weten? Bel of mail Jan Zuidema, 06 51082639, j.zuidema@remmersbouwchemie.nl

Remmers Bouwchemie produceert hout- en bouwbeschermingsmiddelen.

www.remmersbouwchemie.nl

Thor Helical levert vloer-, spouw- en muurankers.

www.thorhelical.nl


Project

LEED of BREEAM? Opdrachtgever Amstelside BV streeft ernaar om dit nieuwe viersterrenhotel in het Amstelkwartier te voorzien van het Amerikaanse duurzaamheidscertificaat LEED Platinum. Beide heren vinden dit logisch. “Waar BREEAM met name in Europa bekend is, geldt dit in de Verenigde Staten en Azië voor LEED”, legt De Ruiter uit. “Voor een hotel is deze keuze begrijpelijk: mocht de huidige eigenaar dit pand willen verkopen, dan maakt dit duurzaamheidscertificaat dit hotelgebouw aantrekkelijk.” Meegdes spreekt zijn voorkeur uit voor het Amerikaanse duurzaamheidscertificaat. “Waar BREEAM zich richt op het scheiden van afval, draait het bij LEED om het voorkomen hiervan. Daarnaast merk je bij LEED direct je invloed op het duurzaamheidsniveau. Daarom staat dit certificaat dichter bij de duurzaamheid. Verder speelt gezondheid bij LEED een grotere rol dan bij BREEAM.” Hieraan voegt De Ruiter toe: “LEED Platinum staat op een hoger duurzaamheidsniveau dan BREEAM Outstanding.”

‘Als we de vraag ‘Waarom niet?’ een tweede keer stellen, komt de bouwketen los’ beton bij twee Amsterdamse bedrijven laten recyclen en vermalen tot een grondstof voor nieuw beton. Dit hebben we gebruikt in het skelet van dit hotel.”

Zo weinig mogelijk bouwafval De TBI-ondernemingen streven naar een minimale hoeveelheid bouwafval. Dit blijkt ook tijdens de rondleiding: alles ziet er opgeruimd uit. “We laten zo veel mogelijk prefab maken”, verklaart Meegdes. “Minder bouwvracht betekent minder CO2-uitstoot, minder overlast en minder afval.” De Ruiter is enthousiast hierover: “Dit is de nieuwe manier van bouwen.” Zo kijken de bouwvakkers hier ook naar, laat Meegdes weten. “Ze ervaren hun werk als minder zwaar en zien dat als een groot voordeel.” Toch verliep dit niet eenvoudig. “Onze gipsplatenfabrikant vond het in het begin lastig om voor platen op maat te zorgen”, vertelt hij. “Dat het om een enorme hoeveelheid platen van dezelfde maat ging, maakte voor hem geen verschil. Dat hij ons concept nu ook heeft uitgewerkt voor de seriematige woningbouw, bewijst dat deze fabrikant om is.” Volgens hem is dit symptomatisch voor de bouwsector. “Als bedrijven zeggen dat iets niet kan, vragen wij ‘Waarom niet?’. Op die vraag blokkeren ze. Als we die vraag een tweede keer stellen, komt de keten los.” Naar verwachting opent het hotel in het Amstelkwartier komend najaar zijn deuren.

Betrokken partijen • Opdrachtgever: Amstelside BV • Projectmanagement: 4Building • Bouw- en installatiecombinatie: TBIondernemingen J.P. van Eesteren en Croon Elektrotechniek en Wolter & Dros (inmiddels gefuseerd tot Croonwolter & Dros) • Architecten: Mulderblauw Architecten en Paul de Ruiter Architects • Installatie- en duurzaamheidsontwerp: Arup • LEED-traject: BN&R John Bergs • IT: Nick Price • Lichtontwerp: Rogier van der Heijde in samenwerking met Beers Nielsen • Circulariteit: Copper8 • Interieurontwerp: Mulderblauw Architecten en The Invisible Party • Adviseur constructie: Van Rossum BV

duurzaam gebouwd | juni 2016

73


Voor energieneutrale bouw hoef je Vanaf 2020 moeten alle nieuwe gebouwen BENG zijn, oftewel bijna-energieneutraal. Hoe krijg je bouwers zo ver dat ze energiezuinig gaan bouwen en hoe zorg je ervoor dat huiszoekenden een energiezuinig huis aanschaffen? Met andere woorden, hoe maak je de BENG-ambitie waar? Door niet het wiel opnieuw uit te vinden, maar door te kijken naar geslaagde nieuwbouwprojecten. Een aantal Excellente Gebieden biedt mooi voorbeeldmateriaal. Tekst: Petri Benschop, Beeld: Hans Roggen

De afgelopen jaren is op verschillende plekken in het land geëxperimenteerd met energiezuinige bouw. Dit gebeurde binnen het ‘Excellente Gebieden’-programma, onderdeel van het Lenteakkoord. De 19 nieuwbouwprojecten die dit stempel kregen, moesten nieuwbouw realiseren met minimaal een 25 procent scherpere energieprestatiecoëfficiënt (EPC) dan het Bouwbesluit op dat moment voorschreef. “Binnen de Excellente Gebieden kon de markt experimenteren met de strengere eisen en energiezuinige concepten”, zegt Jos van Dalen, afdelingshoofd Energiebeleid Gebouwde Omgeving bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). “Dit heeft veel kennis opgeleverd. Die kennis kunnen we gebruiken om vanaf 2020 bijna-energieneutraal te bouwen.”

Voorbeelden energiezuinig bouwen RVO.nl biedt integrale en transparante kennis over de duurzaam gebouwde omgeving en vervult hiermee een gidsfunctie voor ondernemend Nederland om de verduurzaming te bevorderen. Voorbeelden van energiezuinig bouwen? Kijk ter inspiratie in de database: www.rvo.nl/energiezuiniggebouwd. Meer informatie over de Excellente Gebieden? www.excellentegebieden.nl.

74

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Economische crisis Er was in de bouwwereld veel animo om mee te doen aan het programma, maar onder meer door de economische crisis kwam niet elk project direct van de grond. Van Dalen: “De nieuwbouw viel stil en er werd meer gelet op de financiële risico’s bij innovatief bouwen. Gelukkig kon het merendeel van de projectteams wél van start. Daarvan zijn nu mooie resultaten zichtbaar. Zo realiseerden de bouwpartijen in Zuidhorn (Groningen) betaalbare energiezuinige starterswoningen met een EPC van 0,4. En in de Amsterdamse Houthaven werd zelfs een EPC van 0,15 gerealiseerd.” In de geslaagde projecten hadden alle betrokkenen de drive om aan de slag te gaan, vervolgt Van Dalen. “Er moest voor iedereen iets te halen zijn, anders kwam het project niet van de grond. Zo wilde de bouwer eraan verdienen en was de gemeente op zoek naar een mooi project voor haar inwoners. En die wilden op hun beurt een fijn, leefbaar huis.”

Samen aan de slag Voor het succes van een Excellent Gebied bleek een goede samenwerking binnen het bouwteam een belangrijke voorwaarde. Dat was ook het geval bij de realisatie van de Koloniewoningen in Frederiksoord, ontworpen naar de voor ‘paupers’ gestichte Koloniewoningen uit de 19e eeuw.


Achtergrond

Verwarmd met aardwarmte en voorzien van goede isolatie, drielaags glas en energiezuinige ledverlichting, voldoen de Kolonie-woningen al helemaal aan de toekomstige duurzaamheidseisen.

niet opnieuw het wiel uit te vinden Verwarmd met aardwarmte en voorzien van goede isolatie, drielaags glas en energiezuinige led-verlichting, voldoen de woningen al helemaal aan de toekomstige duurzaamheidseisen. “De leden van het bouwteam kenden elkaar van eerdere duurzame bouwprojecten en wisten daarom wat ze aan elkaar hadden,” vertelt Manuel Schoonveld van Cleanfield Duurzaam Advies, die als duurzaamheidsadviseur nauw betrokken was bij het project. “Bij een probleem gingen we direct met elkaar om de tafel om samen op zoek te gaan naar een werkbare oplossing. Een van die knelpunten was het plaatsen van zonnepanelen. In eerste instantie wilden we de panelen op het dak plaatsen, maar dat bleek niet te kunnen in verband met het historische karakter van het gebied. Toen hebben we gezamenlijk gekozen voor zonnepanelen in een ‘zonnetuin’.”

Gedeelde grondexploitatie Ook in Excellent Gebied Geerpark in Heusden was samenwerken het sleutelwoord. In dit project legden de wooncorporatie Woonveste en de gemeente Heusden hun gezamenlijke ambitie vast in een overeenkomst. Mede door de gedeelde grondexploitatie wisten zij samen een van de duurzaamste wijken van Nederland te realiseren met vooruitstrevende resultaten, waaronder de realisatie van woningen met een EPC van -0,36. Dat Geerpark de stempel ‘Excellent Gebied’ kreeg, was volgens Daniël Duijvestijn, teamleider Vastgoed bij Woonveste, belangrijk voor het slagen van het project. “Het zorgde onder meer voor afdwingbare afspraken in de AMvB. Die fungeerde als stok achter de deur: we móesten wel energiezuinig gaan bouwen. Ook zorgde het voor het benodigde bestuurlijke draagvlak.”

Kennis gedeeld Het Excellente Gebieden-programma is inmiddels afgelopen; vanaf 2020 moet alle nieuwbouw BENG zijn. Hebben de Excellente Gebieden de bouwwereld wakker

geschud? “Ik denk het wel”, zegt Van Dalen. “De kennis die is opgedaan, is breed gedeeld. Ook zien we dat de markt in beweging is. Aan het begin van het programma werd nog nauwelijks duurzaam gebouwd, nu zie je overal initiatieven ontstaan voor energiezuinige en energieneutrale bouw. Verduurzaming is gemeengoed geworden.” Ook Cees Groot, als adviseur duurzame stedenbouw en klimaat betrokken bij Excellent Gebied Houthaven in Amsterdam, merkt dat de markt vaker zelf aan de slag gaat met energiezuinig bouwen. “De Excellente Gebieden tonen aan dat de norm voor 2020 haalbaar is. In Amsterdam is duurzame nieuwbouw volop in ontwikkeling, zoals bijvoorbeeld in de wijken Amstelkwartier en Buiksloterham.”

Tussentijdse aanscherping Volgens Groot kunnen gemeenten energiezuinig bouwen stimuleren door duurzaamheid mee te nemen in de gunning bij de uitgifte van kavels. “In Amsterdam gebeurt dit al”, zegt hij. “Hierdoor kan de gemeente bij een aanbesteding de partij selecteren met de hoogste ambitie wat betreft de energieprestatie.” Groot pleit verder voor een tussentijdse aanscherping van de bouwnorm, om zo de periode tot 2020 te overbruggen. “Stel bijvoorbeeld een EPC van 0,2 in 2017 of 2018 als eis. Het stellen van zo’n tussentijdse eis kan een stimulans zijn om eerder te beginnen met energieneutraal bouwen. De markt en de gemeente zijn er klaar voor.”

Nul-op-de-meter, energieneutraal, EPC-0? Er zijn veel begrippen rond energieambities voor zeer zuinige nieuwbouw. Is er verschil en wát is het verschil? Deze begrippenlijst van RVO.nl geeft een overzicht en definities: www.rvo.nl/begrippenlijst-gebouwen.

duurzaam gebouwd | juni 2016

75


Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in De Bongerd Een voormalige boomgaard in het West-Brabantse Steenbergen werd omgetoverd tot een woonwijk met 34 energieneutrale woningen. Dat was voor de opdrachtgevende corporatie een nieuwe stap. Ruim twee jaar na de oplevering is iedereen overtuigd van het concept. De cijfers bewijzen het ondubbelzinnig: zuinigheid loont. Tekst: Ton de Kort, Beeld: Peer Odekerken

Woningcorporatie Stadlander, die kantoor houdt in Bergen op Zoom, is actief in West-Brabant en op het Zeeuwse Tholen. Het project de Bongerd (waar vroeger ook een school stond) ligt in de gemeente Steenbergen. Stefan van Loon was namens Stadlander als ontwikkelaar en projectmanager nauw bij het project betrokken. “We zochten voor die specifieke locatie een duurzaam concept: een woonproduct met lage woonlasten voor de klant”, blikt hij terug. “Daarvoor zijn we op zoek gegaan

naar een ontwikkelpartner die ons kon ontzorgen. Het was voor ons een vernieuwend concept, waarin we een stapje verder gingen dan alleen ontwikkelen. We wilden dat onze ontwikkelpartner ook meedacht over de exploitatieperiode.” Er werd dus een brede uitvraag gedaan. “We wisten dat alle concepten er waren”, stelt Van Loon. “We wilden partijen verbinden, al in het proces van uitvraag.

Stefan van Loon en Edward van Dongen, van respectievelijk Stadlander en ERA Contour.

76

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Rondetafelgesprek

was”, valt Den Dekker hem bij. “Niet alleen de bouw is energieneutraal, maar ook het gebruik. De wasmachine, televisie, computers: ál het verbruik.” Ook Edward van Dongen is vol lof over het project. “Er is echt een bijzonder project gerealiseerd. Daarbij is ook een toekomstvisie gehanteerd. Er is gekeken naar de ruimtelijke kwaliteit, nagedacht over de context van de plek. En er zijn state of the art technieken gebruikt.” Van Loon vertelt dat zijn corporatie veel opstak van ERA Contour. “Die hebben ons mee op sleeptouw genomen. We hebben bijvoorbeeld bij het verhuren van de sociale woningen gebruik gemaakt van hun expertise op het gebied van klantcontracten bij verkoopwoningen. Dat was toch een heel specifiek product. Die zijn we tijdens het proces al gaan verhuren, met gemeenschappelijke binnentuin. De overtuiging was er dat ze allemaal verhuurd konden worden.” Lambert van Dekker, DWA.

Doelstelling was om te optimaliseren, het beste product op alle vlakken te realiseren.” Eén van de partijen die mee instapte was ontwikkelende bouwer ERA Contour. Hoofd initiatief & concept Edward van Dongen tekende mede voor de uiteindelijke architectuur. “Dit was bij aanvang al wel een bijzonder project”, zo kijkt hij terug. “Wij hadden al wel ervaring op dit gebied opgedaan, samen met DWA installatie- en energieadvies. Wij trekken bij dit soort uitvragen graag samen op.” Uiteindelijk mochten drie concurrerende partijen eind 2012 hun plannen presenteren. Daarbij werd ter plekke een keus gemaakt.

Beste oplossing “De vraag was: wat is de beste oplossing voor Stadlander? Wij waren ook benieuwd of de partijen bereid waren om risico’s te delen”, vertelt Van Loon. “De selectiecommissie keek met zijn eigen invalshoek en expertise naar de presentaties en gaf daar scores voor. Wij wisten bij de bekendmaking van de winnaar zélf niet wat de uitslag was.” Kleine nuances bleken de doorslag te geven bij de keus voor een doordacht product. “Onze ervaring heeft denk ik wel meegespeeld”, veronderstelt Van Dongen. “Het klinkt tegenstrijdig maar we moesten in concurrentie samenwerken. De energieconcepten waren volstrekt verschillend.” Namens DWA was consultant Lambert den Dekker continu bij het proces betrokken. Hij kwam nieuwe elementen tegen. “Zo werd er volgens een veel breder perspectief gewerkt. Vaak krijg je alleen de opgave: nu werkten we integraal aan het product. Volledig energieneutraal was een uitgangspunt, bepalend voor het ontwerp.” Stadlander stak de hoge duurzaamheidsambitie niet onder stoelen of banken. Stefan van Loon: “Dit was voor ons het eerste project, waarbij we het stokje zo ver hebben gestoken: op energieneutraal.” “Dit was één van de eerste projecten dat ook écht energieneutraal

Huurders ERA Contour bracht vroegtijdig een klantenpanel van toekomstige huurders bijeen. “Dat doen we ook bij koopprojecten”, verduidelijkt Van Dongen. “Dat werkt prima, ook voor Stadlander. Die zijn immers ook belegger in het vastgoed. Dan is het goed om meer van je doelgroep te weten.” Net voor de bouwvak van 2013 kwamen de modelwoningen gereed. “Vanaf dat moment konden we toekomstige huurders gaan ontvangen en hun keuzes in kaart gaan brengen, van de kleur van de tegels tot en met de badkamer op de verdieping.” De huurders werden in dat stadium ook al meegenomen in de achtergronden van het energieconcept. “Dat was onderdeel van de begeleiding”, vertelt Den Dekker. “Wij hoorden zo ook meteen wat er leefde op dat gebied.” Daarbij werden de voordelen goed uitgelegd maar werd ook onderstreept hoe belangrijk het gedrag van de bewoners is. “Mensen die op zoek zijn naar een goed woonproduct moet je leren om hun woning zo goed mogelijk te gebruiken”, stelt Van Loon.

‘Mensen moet je leren om hun woning zo goed mogelijk te gebruiken’ Uitgangspunt daarbij was om het niet nodeloos moeilijk te maken. Lambert den Dekker: “Zo staat de hele verwarmingsinstallatie centraal, in een aparte ruimte in de wijk. Daar vallen we de bewoners niet mee lastig. Er is collectief gezegd dat we in de basis gebruiken zouden gaan maken van omgevingswarmte. De warmtepompen die je daarvoor gebruikt vragen elektriciteit. Die wekken we zelf op, met twee kleine gasmotoren. De warmte die daarbij vrijkomt wordt óók weer gebruikt bij de verwarming van de huizen. Er is sprake van een gesloten WKO-bodemwarmteinstallatie. De combinatie met die gasmotoren maakt het

duurzaam gebouwd | juni 2016

77


EĂŠn systeem voor elke woning Stil, energiezuinig en schoon

NIEUW 235 mm

DYKA AIR vergroot toepassingsbereik DYKA AIR breidt uit! Met nieuwe hulpstukken en diameters tot

en goed toepasbaar bij kleine en grote woningen, ats en

235 mm heeft DYKA AIR een nog groter toepassingsbereik.

appartementen. Iedere ontwerper en installateur kan aan

Ideaal bij mechanische en/of balansventilatie. De kunststof

de slag met DYKA AIR: uitgebreide prefab mogelijkheden,

kanalen en hulpstukken hebben grotere debieten bij lagere

makkelijk te installeren, en een lage Total Cost of installation.

luchtsnelheden. Dankzij het innovatieve ontwerp heeft DYKA AIR een zeer geringe luchtweerstand. Bovendien zijn

Wilt u zelf een 3D ontwerp maken? DYKA AIR product-

de ovale kanalen perfect instortbaar door de geringe hoogte

bibliotheken vindt u op onze website.

DYKA | +31(0)521 - 53 49 11 | info@dyka.nl | www.dyka.nl


Rondetafelgesprek

Van Loon: “Dit was voor ons het eerste project, waarbij we het stokje zo ver hebben gestoken: op energieneutraal.”

De zonnepanelen op de daken van de woningen (gemiddeld 35 vierkante meter per woning) zijn gekoppeld aan het eigen gebruik.

nieuw.” Ook Van Dongen onderstreept dat het technisch allemaal begrijpelijk moest blijven. “Toen de bewoners bekend waren hebben we, voor de oplevering, in jip-enjanneketaal verteld over de installaties. Er waren mensen die bij wijze van spreken dachten dat ze de hele dag het licht aan konden laten, en de deuren open.” Van Loon vat het kernachtig samen: “Bij normaal gedrag wek je net zoveel op als je gebruikt.”

Dekker verder. “We hebben de bewoners ook gevraagd om hun oude energierekening mee te nemen en deze afgezet tegen het te verwachten verbruik in de Bongerd.” Daar werden de laatste woningen in januari 2014 opgeleverd. “Meestal duurt het dan een tijd voordat zo’n wijk af is”, weet Van Dongen uit ervaring. “Daarvan was hier echter geen sprake. In het voorjaar was alles al lang klaar, was ook de collectieve tuin aangepakt.” Van Loon staat daar nog wat nader bij stil: “Wanneer je er voor kiest om in een wijk als deze te gaan wonen, dan moet je openstaan voor het wij-gevoel. Vandaar ook die collectieve achtertuin.”

Zonnepanelen “De zonnepanelen op de daken van de woningen (gemiddeld 35 vierkante meter per woning) zijn gekoppeld aan het eigen gebruik. Zuinigheid loont in dit concept”, gaat Den

De belangrijkste kengetallen voor de 34 energieneutrale woningen in de Bongerd: 2014 • Primair energiegebruik warmteopwekking: 794 GJ primair (665 m3 aardgasequivalent per woning) • Primair energiegebruik elektra in de woningen: 632 GJ primair (2012 kWh elektra per woning) • Besparing primair energiegebruik door elektraopwekking met PV-panelen: 1480 GJ (4716 kWh elektra per woning) • Netto primair energiegebruik: -54 GJ (4 procent extra compensatie; energieleverend dus!) 2015 • Primair energiegebruik warmteopwekking: 793 GJ primair (664 m3 aardgasequivalent per woning) • Primair energiegebruik elektra in de woningen: 676 GJ primair (2156 kWh elektra per woning) • Besparing primair energiegebruik door elektraopwekking met PV-panelen: 1687 GJ (5374 kWh elektra per woning) • Netto primair energiegebruik: -218 GJ (15 procent extra compensatie; energieleverend dus!) (bron: DWA)

Stadlander was uiteraard benieuwd in hoeverre de energie neutrale woningen de hoge verwachtingen waarmaakten. Van Loon: “Daarom wilden we graag monitoring gedurende het jaar, ook om verrassingen te voorkomen.” Lambert den Dekker volgde de monitoring het eerst jaar nauwkeurig, elke maand. “Op het totale wijkniveau is energieneutraal ruimschoots gehaald”, kan hij melden. “Er is uiteindelijk negen procent méér gecompenseerd dan we nodig hadden. De zonnepanelen hebben het erg goed gedaan. Die zorgen voor een heel groot deel van de prestatie. Het warmteconcept functioneert ook prima. De monitoring is op verschillende niveaus over het energiesysteem gelegd. De hoeveelheid warmte die de bewoners afnemen wordt in kaart gebracht. Daarnaast wordt gekeken naar de elektriciteitsopwekking van de zonnepanelen. Verder wordt de collectieve installatie op onderdelen gemonitord: zowel op technisch functioneren als op energetische prestatie.”

Blij verrast Volgens Van Loon zitten nagenoeg alle bewoners van het eerste uur nog altijd op hun plek. “Wij horen geen klachten”, onderstreept hij nog maar eens. Van Dongen weet nog dat de bewoners blij verrast waren, toen de eerste energieafrekening in de bus viel. Dat maakt het in alle opzichten prettig wonen. “De wijk past prima in zijn omgeving. Het zijn geen rijtjes, maar meer een soort tweekappers, met een kleine korrel. Er is bij de setting van de wijk integraal nagedacht over zowel de energetische als de ruimtelijke kwaliteit.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

79


Amsterdamse wethouder Choho zet duurzaamheid in de hoofdstad op de kaart

‘Geef steden meer verantwoordelijkheid’ Na de gemeenteraadverkiezingen in 2014 besloot de Amsterdamse coalitie van D66, VVD en SP dat de hoofdstad een inhaalslag moest maken op het gebied van duurzaamheid. Om hiervoor te zorgen werd D66’er Abdeluheb Choho aangesteld als wethouder Duurzaamheid. Zijn voornaamste doel is om duurzaamheid als onderwerp groot maken, zodat mensen bewustere keuzes maken. Tekst: Tim van Dorsten. Beeld: Gemeente Amsterdam

Amsterdamse wethouder Duurzaamheid Abdeluheb Choho: “Als gemeente willen we ondernemers veel vrijheid geven en hulp bieden om tot nieuwe duurzame ontwikkelingen te komen.”

80

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Interview

Waarom bent u wethouder Duurzaamheid geworden? “Voor 2014 was duurzaamheid als onderwerp verdeeld over de verschillende portefeuilles. Als hoofdstad vonden we dat Amsterdam een inhaalslag op dit gebied moest maken. Hiervoor dien ik als wethouder Duurzaamheid te zorgen. Dit betekent overigens niet dat ik me als enige binnen de coalitie bezig hou met duurzaamheid: dit onderwerp wordt coalitiebreed gedragen. Waarom ik? Mede omdat ik uit het bedrijfsleven kom. Toen heb ik geleerd om resultaten te tonen. Hierbij speelde duurzaamheid een belangrijke rol: niet alleen wat betreft de materialen, maar ook hoe ze tot stand zijn gekomen: people, planet en profit. Ook als wethouder wil ik resultaten laten zien.”

‘In mijn ogen is een visie pas een visie als hieruit blijkt wat de acties voor morgen zijn’ Dat lijkt me als wethouder niet eenvoudig. U oefent dit beroep wellicht slechts tot de volgende gemeenteraadsverkiezingen in 2018 uit. “Daarom heb ik met de agenda Duurzaam Amsterdam mijn nek uitgestoken. In mijn ogen is een visie pas een visie als hieruit blijkt wat de acties voor morgen of komende maandag zijn. Daarom heb ik voor mezelf kortetermijndoelen gesteld. Zo hebben we inmiddels als beleid om duurzaamheid voor dertig procent te laten meewegen in de criteria bij de selectie van ontwikkelplannen en ontwikkelende partijen. Daarnaast wil ik – met toestemming van de gemeenteraad – vanaf 2017 milieuzones instellen voor bestelvoertuigen en uiterlijk vanaf 2018 voor taxi’s en touringcars.

Vindt u dat Amsterdam een voortrekkersrol moet spelen in de duurzaamheid? “Ja, als gemeente beschouwen we ons als een verantwoordelijke hoofdstad. Daar waar we kunnen helpen we en dragen we zaken uit. We zijn ons ook bewust van het podium dat we als hoofdstad hebben. De ene keer staan we hier zelf op, de andere keer motiveren we een lokale ondernemer om dit te doen. Ik vind hen enorm bijzonder. Als gemeente willen we hen veel vrijheid geven en hulp bieden om tot nieuwe duurzame ontwikkelingen te komen.”

‘We zeggen regelmatig tegen het Rijk: ‘Zoek je een testgebied? Kom dan maar naar ons toe!’

Nederland doet het niet goed op het gebied van duurzaamheid. Als land nemen we de onderste regionen in, op basis van de criteria die alle EU-landen gezamenlijk met elkaar in Brussel hebben afgesproken. Hoe kijkt u hier tegenaan? “Hiermee ben ik het helemaal eens: we doen het niet goed en we hebben nog genoeg stappen te zetten. Ik ben het er echter niet mee eens dat die afspraken op het klassieke centrale niveau zijn gemaakt, onderling tussen de EU-landen. Zij leggen die afspraken top-down op als eisen aan alle steden en gemeenten. In mijn ogen werkt het op het gebied van duurzaamheid beter om dit op decentraal niveau vorm te geven. Juist steden kunnen tempo maken. Daarom pleit ik bij het Rijk regelmatig ervoor om steden meer verantwoordelijkheid te geven. Zo zijn veel beleidsregels gericht op eengezinswoningen, terwijl het merendeel van de woningen in Amsterdam bestaat uit flats en appartementencomplexen.”

Over woningen gesproken: in de agenda Duurzaam Amsterdam staat als doel dat er 1.000 woningen zonder energierekening moeten komen. Dat kan bijvoorbeeld met het initiatief Stroomversnelling, maar hierbij is geen Amsterdamse woningcorporatie aangesloten. Alleen Eigen Haard heeft een keer een proefproject uitgevoerd. Hoe ziet u dit voor zich? “Ik snap wel dat Amsterdamse woningcorporaties zich niet hebben aangesloten bij Stroomversnelling. Dit richt zich namelijk enkel op grondgebonden woningen en de betrokken partijen doen daar een schil omheen. Afgezien van een project in Groningen heeft dit initiatief weinig ervaring met gestapelde bouw en dat is juist kenmerkend voor grote steden als Amsterdam. De opgedane kennis en ervaringen van Stroomversnelling zijn nauwelijks nuttig voor ons, vandaar dat we een subsidie van € 8 miljoen beschikbaar hebben gesteld voor woningcorporaties om de eerste 1.000 woningen te verduurzamen. Eigen Haard maakt hiervan gebruik voor 157 woningen en andere woningcorporaties wachten die ervaringen af. Onze bedoeling hiermee is om zo voor opschaling te zorgen, zodat meer van dit soort projecten plaatsvinden. We zeggen ook regelmatig tegen het Rijk: ‘Zoek je een testgebied? Kom dan maar naar ons toe!’”

Wat zijn nog meer van dit soort proefprojecten? “In Amsterdam-Noord, op voormalig industriegebied Buiksloterham, zijn we met zo’n dertig andere partijen bezig om een circulaire wijk te ontwikkelen. Het is de bedoeling dat hier zo’n 3.500 woningen en 200.00 m2 aan werkruimte komt. We willen namelijk de aantrekkelijkheid van AmsterdamNoord vergroten. Ons doel met deze nieuwe wijk met

duurzaam gebouwd | juni 2016

81


Waterdichte duurzame dakoplossingen waarmee u het verschil kunt maken!

30 jaar geen omkijken naar het dak met Icopal Universal Voor elk dak heeft Icopal een oplossing voorhanden die mĂŠĂŠr dan waterdicht is. Dakbedekking die zijn gelijke niet kent op het gebied van milieuvriendelijkheid en duurzaam bouwen. Met Icopal Universal heeft u zeker 30 jaar geen omkijken naar het dak. Deze dakbedekking heeft de hoogste DuBo milieuscore en is ook ideaal voor groendaken en leefdaken. De lage levensduurkosten en waardestijging van het gebouw maken de investering meer dan waard. Duurzaamheid loont! Daarom onderbouwen we uw investering graag met een exploitatiebegroting. Wat houdt u nog tegen? Bel 050-5516333 of kijk op onze website.

www.icopal.nl


Interview

huur- en koopwoningen is om de stedelijke ontwikkeling te herdefiniëren. We hebben deze wens bij partijen neergelegd en gezamenlijk onderzoeken we de potentie om van Buiksloterham een circulaire wijk te maken. De ontwikkeling van deze wijk beschouwen we als een proefgebied, waarin we flexibeler omgaan met de wet- en regelgeving. Zo komt er onder meer bioraffinaderij, die wordt gevoed met zwart afvalwater [afkomstig van wc’s, red.] en biomassa. Vergisting levert biogas op en de restproducten zijn bruikbaar in de stadslandbouw.”

Bij dit project gaat het om circulaire woningen. In de agenda Duurzaam Amsterdam staat dat u 75 procent van de nieuwbouw energieneutraal wil. Waarom niet 100 procent? “Als gemeente mogen we in onze eisen niet verder gaan dan het bouwbesluit. Dit is namelijk vastgelegd door de regering. Had dit wel gekund, dan hadden we dit ook zeker nagestreefd. Via tenders proberen we opdrachtgevers uit te dagen om beter te presteren. Onze grootste opgave ligt echter niet in de nieuwbouw, maar in de gebouwde omgeving. Daarom helpen we niet alleen corporaties in de vorm van subsidie, dit doen we ook bij Vereniging van Eigenaren (VvE): aan de hand van gratis advies krijgen ze inzicht in mogelijke isolatiemaatregelen en een indicatie van de investeringskosten en de terugverdientijden. Daarbij maken we soms uitzonderingen op regels, als ze belemmerend werken.”

‘Onze grootste opgave ligt niet in de nieuwbouw, maar in de gebouwde omgeving’ Hoe staat het met verduurzaming van de gebouwen van de gemeente Amsterdam? “Wij vinden dat we een voorbeeldfunctie hebben, maar daarmee zijn we nog lang niet ver genoeg. Als grote gemeente hebben we het nadeel dat we over veel panden beschikken, die we allemaal moeten en willen verduurzamen. Op het dak van dit pand aan de Amstel liggen bijvoorbeeld zonnepanelen op een klein deel van het dak. Toen ik hier wethouder werd, had ik verwacht dat het hele dak vol zou liggen. Daarmee zijn we nu bezig. Daarbij kijken we ook naar de mogelijkheden om de bewoners van de omliggende panden hiervan te laten meeprofiteren. Zij wonen veelal in een appartement en kunnen niet altijd een zonnepaneel op hun eigen woning plaatsen.

Die voorbeeldfunctie kleden we overigens wel op andere manieren in, bijvoorbeeld in de vorm van financieringsfondsen. Zo bieden we onder meer Amsterdamse buitensportverenigingen een gratis duurzaamheidsscan aan, waarmee ze snel zien hoe ze hun accommodaties kunnen verduurzamen. Inmiddels hebben tachtig van de 176 verenigingen hiervan gebruik gemaakt en hebben 35 verenigingen maatregelen getroffen om hun energieverbruik te verlagen.”

Niet alleen de gemeente, maar ook u als wethouder heeft een voorbeeldfunctie. Hoe duurzaam bent u zelf? “Ik probeer zo duurzaam mogelijk te zijn: ik fiets alles en scheid al mijn afval, behalve gft. Daarnaast woon ik in een woning met het energielabel A++ en maak ik gebruik van duurzame energie. Dit deed ik al voordat ik wethouder werd. Inmiddels scheid ik ook plastic.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

83


Droomwoningen in De Driesprong in Breda 5 energie 0 woningen

ECOLUTION De oplossing voor All Electric concepten in bestaande bouw en nieuwbouw

De Driesprong Hoge mate van comfort, waarbij neutraliteit voor de gebouwgebonden energie is gerealiseerd. All Electric Ecolution ventilatiewarmtepomp Zonnepanelen op dak Elektrische radiatoren De Driesprong in Breda is een samenwerking van Inventum, Okko Project en Hoedemakers Bouw en Ontwikkeling

www.inventum.com


HeVg` ndjg ^bV\^cVi^dc >che^gVi^Z aZ^Yi idi XgZVi^k^iZ^i# AVVi j ^c >che^gVi^Z aZ^Yi idi XgZVi^k^iZ^i# AVVi j ^che^gZgZc Yddg ]Zi c^ZjlZ GD8@E6C:A 7g^aa^Vci Vhhdgi^bZci# OZhi^Zc hX]^iiZgZcYZ YZh^\ch bZi GD8@E6C:A 7g^aa^Vci Vhhdgi^bZci# OZhi^Z ZZc kZgWaj[[ZcY `aZjgZcheZa \ZkZc jl \ZkZa ZZc \aVcoZcYZ j^ihigVa^c\# ZZc kZgWaj[[ZcY `aZjgZcheZa \ZkZc jl \ZkZ Odca^X]i d[ \Zg^X]iZ a^X]ihedih kZghiZg`Zc YZ j^ihigVa^c\ kVc jl \ZWdjl# Odca^X]i d[ \Zg^X]iZ a^X]ihedih kZghiZg`Zc YZ 9Z c^ZjlZ YZh^\chZg^Z W^ZYi j dcWZ\gZchYZ dcilZgekg^_]Z^Y# 8gZ Zg 9Z c^ZjlZ YZh^\chZg^Z W^ZYi j dcWZ\gZch ZZc jc^Z`Z h^\cVijjg kddg jl \ZWdjl bZi GD8@E6C:A 7g^aa^Vci# ZZc jc^Z`Z h^\cVijjg kddg jl \ZWdjl bZi Kddg bZZg ^c[dgbVi^Z Zc ZZc ^che^gZgZcYZ Kddg bZZg ^c[dgbVi^Z Zc ZZc ^che^gZgZcYZ k^YZd! \V cVVg mmm$heYafWd[b$db%Xh_bb_Wdj$

7Z`^_` YZ ^che^gZgZcYZ k^YZd



Circulaire economie 88 Rondetafelgesprek C2C Bouwgroep: ‘Gezonde materialen hebben duidelijke impact op bedrijfsvoering’

92 Reportage Rigo Verffabriek: ‘Wij kiezen bewust voor duurzaamheid’

97 Achtergrond Circulariteitsindicatoren voor gebouwen

102 Interview Architect Frank Marcus: ‘In mijn ontwerpen staan nut en noodzaak centraal’

107 Project Lease-liften worden realiteit

113 Korte berichten uit de markt

Het stadskantoor Venlo


Integrale C2C Bouwgroep strijdt voor circulaire en gezonde gebouwen

‘Gezonde materialen hebben duidelijke impact op bedrijfsvoering’ De behoefte aan begeleiding in trajecten van Cradle-to-Cradleprojecten neemt ras toe, nu ontwikkelaars en gemeenten het principe steeds vaker actief uitdragen en uitvragen. Circulaire ambities krijgen vorm door een integrale bouwgroep die kennis deelt, adviseert en realiseert. “Het doel van de C2C Bouwgroep is om de keuze voor betere en gezondere materialen vanzelfsprekend te maken.” Tekst: Marvin van Kempen

Het stadskantoor Venlo, waarin velerlei Cradle-to-Cradle-oplossingen zijn verwerkt.

88

juni 2016 | duurzaam gebouwd


Circulaire economie

Samenstelling van de C2C Bouwgroep De C2C Bouwgroep bestaat uit verschillende disciplines, waaronder consultancy aan de voorkant van het bouwproces. Hierbij valt te denken aan inspiratie op het gebied van ambitieformulering en het daadwerkelijk concretiseren van deze ambities. “Daar valt bijvoorbeeld ook het C2C-certificeren van producten onder”, vertelt Kanselaar. Ook de leveranciers zijn vertegenwoordigd. Zij worden op hun beurt weer begeleid door SGS Search en EPEA Nederland. “Het mooie aan de diversiteit aan disciplines is de mogelijkheid tot ontzorging van opdrachtgevers. Immers, je hebt alle kwaliteiten en kennis in huis om ze van dienst te zijn om hun gebouwen klaar te stomen voor de toekomst”, licht Weijers toe. C2C ExpoLAB en SGS Search adviseren vervolgens opdrachtgevers en opdrachtnemers om gezonde gebouwen te maken met de juiste producten.

Het gebouw is geen doel, maar een middel voor je primaire processen’ “Nu is het gebruik van dergelijke materialen nog geen gemeengoed, maar die kant gaan we wel op”, zegt directeur Michel Weijers van C2C ExpoLAB. Om in te spelen op die ontwikkeling werd een praktijkgerichte groep opgericht die vraag- en aanbodzijde met elkaar verbindt en zowel adviserend als uitvoerend op kan treden. “Een jaar geleden startten we om die reden met de C2C Bouwgroep”, vertelt aanjager en voorzitter Kees Verweel, sales & marketing manager bij Deventer Profielen. Zijn bedrijf is een van de leveranciers die aan het initiatief is verbonden, net als Holonite en Daas Baksteen. “Ons doel is om integraal te adviseren over het gebruik van duurzame materialen in projecten, als vraagbaak en ondersteuning voor opdrachtgevers”, verduidelijkt directeur Paul Konings van Holonite. “Het is relatief eenvoudig om te vertellen wat Cradle to Cradle (C2C) inhoudt en waarom je het als fabrikant toepast, maar de daadwerkelijke realisatie is minder makkelijk”, vult directeur Arie Zadelhoff van Daas Baksteen aan. De groep bestaat naast leveranciers ook uit adviseurs en kennisinstituten, waaronder SGS Search, Cradle to Cradle Products Innovation Institute en EPEA Nederland. “Het uiteindelijke doel is om circulariteit gemeengoed te maken in de markt”, vindt senior consultant Jeroen Kanselaar van SGS Search. “Het is niet meer een kwestie van óf opdrachtgevers vragen om C2C-oplossingen, maar in welke mate zij dat doen.” Voordat dit deel van de markt gewend is aan de toepassing hiervan moet er nog een en ander gebeuren. “Daarbij is een verandering van mindset van belang. Het gaat om verantwoordelijkheid nemen. Dit geldt ook voor ondernemers, die certificaten voor hun producten laten afgeven”, nuanceert Verweel.

Het rondetafelgesprek vond plaats in het kantoor van Duurzaam Gebouwd-partner C2C ExpoLAB.

Vooroordeel de wereld uit Een omslag in denken wordt niet bereikt tot er een vooroordeel de wereld uit is. In bouw- en vastgoedland zien sommige partijen C2C als ‘weer een extra certificaat’. “Volledig onterecht”, vindt adviseur Eva Starmans van C2C ExpoLAB. “Het C2C-certificaat is het enige label dat mij kan vertellen of producten een verantwoorde samenstelling hebben, voordat ze in gebouwen worden toegepast. Daarin is het uniek in de markt.” Konings sluit zich daarbij aan: “Het label past perfect in de bouw. Het is voor velen een interessant verdienmodel, omdat zij hiermee aantonen dat hun product een verantwoorde samenstelling heeft.” Het label lijkt niet alleen voor externe communicatie

duurzaam gebouwd | juni 2016

89


www ww w.ki .kings .k ngss pan n panins iins n ula u atio tii n. tio n.n n . l/K / 1 /K 10p 0p lus u us


Circulaire economie

‘Het mooie aan de C2C Bouwgroep en de diversiteit aan disciplines is de mogelijkheid tot ontzorging van opdrachtgevers’ interessant. Ook binnen de eigen organisatie brengt het de nodige verandering. “Het heeft bij ons gezorgd voor enthousiasme en kostenbesparing”, vertelt Zadelhoff over de impact van de certificering in de interne organisatie. “Daarnaast ben ik ervan overtuigd dat bedrijven die hier niet tijdig op inzetten het niet gaan redden.” Het label onderscheidt zich verder door te distantiëren van collegacertificaten die door regels worden opgelegd. “Bijna alle andere certificaten worden door regelgeving opgelegd en dat worden er steeds meer. Gelukkig werkt C2C andersom: een bedrijf kiest voor de certificering doordat het intrinsiek gemotiveerd is. Die motivatie proeven we ook steeds vaker bij de vraagzijde van de markt en daarom kiezen zij voor oplossingen die echt toekomstbestendig zijn”, vertelt Verweel.

Excelleren door gezond gebouw De volgende stap voor de C2C Bouwgroep is om de impact van materialen op de gezondheid van gebouwen te benadrukken. “Jammer genoeg ervaren gebouweigenaren en ontwikkelaars dit nog niet als belangrijk, terwijl dit zonder twijfel een zeer belangrijk onderdeel is om je bedrijfsvoering soepel te laten lopen”, vindt Weijers. “Het gebouw is geen doel, maar een middel voor je primaire processen. Dan is het toch logisch om ervoor te zorgen dat het werkklimaat optimaal is, zodat personeel excelleert in zijn werkzaamheden?” Een belangrijk pijnpunt dat opdrachtgevers ervaren is de gebrekkige informatie over vergelijkende metingen als het gaat om ziekteverzuim en arbeidsproductiviteit. “Het is lastig te bepalen wat nieuwbouw of renovatie van een gebouw op deze vlakken heeft opgeleverd. Om dit helder te krijgen heb je allereerst gegevens nodig van een aantal jaar voorafgaand aan de verduurzaming”, verduidelijkt Kanselaar. Pas daarna is het volgens hem haalbaar om iets te zeggen over de veranderde omstandigheden, eventuele klachtenvermindering en productiviteitsverbetering.

Enkele dagen voor het rondetafelgesprek gaf Michel Weijers (foto) een presentatie op Building Holland 2016 over het stadskantoor Venlo. Bekijk zijn presentatie op het YouTube-kanaal van Building Holland: http://bit.ly/1YEVFig.

Die bewijslast kan volgens Zadelhoff versnellen dat de focus op installatietechnische en energie-gerelateerde oplossingen naar de achtergrond verdwijnt. “Over deze elementen moeten we het bij projectrealisatie zonder meer hebben, maar ik heb het gevoel dat sommige partijen hierin doorslaan. Er zijn nog andere aspecten die naar mijn mening een belangrijkere lading hebben, namelijk de toepassing van gezonde, duurzame materialen.” Om dit sneller over het voetlicht te krijgen is een rol voor de overheid weggelegd, die dit niet alleen met geld kan aanwakkeren. “Naar analogie met FSC-keurmerk, kunnen overheden in ieder geval hun voorkeur uitspreken voor C2C. We zien nu al verschillende gemeenten die deze rol op zich nemen en de praktijk wijst uit dat dit werkt”, vertelt Konings. “Zonder subsidie kan een gemeente laten zien wat een gezond gebouw betekent voor de mensen die erin verblijven. Door eigen vastgoed op deze manier in te richten kan veel enthousiasme over worden gebracht.” Starmans stemt hiermee in en denkt dat dit de volgende stap moet zijn. “Ongeacht of er een geldelijke vergoeding komt, kunnen gemeenten het goede voorbeeld geven. Dat inspireert en garandeert op den duur een verandering van mindset. Dat is nog steeds de belangrijkste voorwaarde om de cirkel helemaal rond te maken.”

Bewijslast versnelt bewustwording Praktische voorbeelden hiervan zijn zeldzaam of zelfs onvindbaar. “Terwijl de behoefte hiervoor sterk aanwezig is. Het helpt als je een gebouw als het stadskantoor Venlo hebt, waaraan je kunt refereren en informatie uit kunt putten. Om te voorkomen dat het enthousiasme voor C2C wegebt, moeten we met bewijslast komen over zowel harde als zachte waarden”, licht Weijers toe.

Voorwaarden voor toetreding Om toe te treden tot de C2C Bouwgroep moeten circulariteitsambities concreet zijn. Dat betekent dat een organisatie die is gestart met een certificeringstraject, zich kan aanmelden voor de bouwgroep.

duurzaam gebouwd | juni 2016

91


Noord-Hollandse verffabrikant maakt milieuvriendelijke verf op basis van Hollandse lijnolie

‘ Wij kiezen bewust voor duurzaamheid’ Rigo Verffabriek produceert al veertig jaar milieuvriendelijke verfproducten. Dit heeft geresulteerd in Aquamaryn: een professionele lijn schildersverven met een technische duurzaamheid, die past binnen het regulier onderhoudsschema van vastgoedbeheerders. De nieuwste ontwikkeling is verf op basis van Hollandse lijnolie. Tekst: Ingrid Rompa

“Wij doen de dingen vanuit een intrinsieke drive”, vertelt Henriette van Westerhoven van Rigo Verffabriek in IJmuiden. “Wij kiezen bewust voor duurzaamheid. Vanuit dat idee hebben we onderzocht of we in Nederland weer olievlas kon verbouwen voor lijnolie. Tot die tijd importeerden we de olie uit Canada.”

Via het vlasmuseum in het Friese Dokkum en een artikel in een Agrarisch Weekblad kwam het Noord-Hollandse bedrijf in contact gekomen met een aantal boeren, dat bereid was een paar hectare vlas in te zaaien. “Daar staat-ie”, wijst Henriette trots. “Dit is het allereerste blik verf dat is geproduceerd van een akker vlas in Nederland.” De teelt van het vlas vindt plaats op braakliggende terreinen rondom Schiphol. Het gewas heeft niet alleen een ganzenwerende werking, de bloemen trekken ook insecten aan. En dat voegt weer iets toe aan het ecosysteem. Historische oliemolens slaan vervolgens dit zaad met de hulp van windkracht (zie kader).

Milieuvriendelijk Deze milieuvriendelijke gedachtegang van Rigo stamt uit de jaren zeventig. “Mijn schoonvader Arnold van Westerhoven was daar toen al heel erg mee bezig. Via een verftechnische opleiding in Duitsland maakte hij kennis met watergedragen producten. Die waren in Nederland nog helemaal niet gangbaar. Daarbij heeft ook de Club van Rome hem enorm geïnspireerd. Deze club wetenschappers maakte de wereld kenbaar dat fossiele grondstoffen eindig zijn en dat we daarmee zuinig moeten omgaan. Mijn schoonvader heeft zich dat zeer aangetrokken en is gaan kijken wat hij in zijn vak en bedrijfsvoering anders kon doen.” Honderd jaar geleden werd verf altijd gemaakt van grondstoffen uit de (levende) natuur, weet ze. “Er was niets anders. Pas na de Tweede Wereldoorlog maakten

Henriëtte van Westerhoven in de verffabriek van Rigo in IJmuiden.

92

juni 2016 | duurzaam gebouwd

‘Toon en Machiel van Westerhoven proberen de duurzame kant van Rigo nog meer uit te bouwen’


Circulaire economie

Westpoort is een van de terreinen waar de teelt van het vlas plaatsvindt.

synthetische producten opgang. Arnold verdiepte zich in een verdere technologische verfijning van verf op lijnoliebasis, waaronder lak- en muurverven. Hierbij is de lijnolie geëmulgeerd in water en vormt zodoende een bindmiddel vrij van acrylaten.”

Zoveel mogelijk natuurlijk Het familiebedrijf bestaat sinds 1938. Twee jaar geleden hebben Arnolds zonen Toon en Machiel van Westerhoven het overgenomen. “Zij proberen de duurzame kant nog meer uit te bouwen. We hebben inmiddels een volledig professionele schilderlijn van verven voor buiten en voor binnen. De verven voor buiten zijn oplosmiddelhoudend, maar deze oplosmiddelen zijn zoveel mogelijk natuurlijk. In plaats van terpentine gebruiken we onder andere gomterpentijn, afkomstig van naaldbomen. De Aquamarynmuurverf en -interieurlakken zijn op basis van een lijnolie-wateremulsie. Daarnaast kunnen we als enige fabrikant in Nederland watergedragen blanke vloerlakken maken. Ook die hebben we zelf ontwikkeld.”

Geen verflucht “Dit is ons atelier”, wijst Henriette, terwijl we door de verffabriek lopen. “Hier maken we creatieve kleurconcepten voor al onze producten, al dan niet samen met de klant. We leveren met name aan groothandels.”

‘Het is net zoals koken: je hebt een recept en het moet in de juiste volgorde onder de juiste temperatuur gebeuren’ Een stuk verderop zien we grote ketels hangen. “Ja, hier gebeurt het allemaal. Aan de bovenkant worden ze gevuld met grondstoffen. Het is eigenlijk net zoals met koken: je hebt een recept en het moet in de juiste volgorde onder de juiste temperatuur gebeuren.” Opvallend, er hangt geen verflucht in de fabriekshal. “Negentig procent van wat we produceren, is watergedragen. De scherpe geur van verf zit vaak in het oplosmiddel. Het uiteindelijke doel is dat al onze producten op die basis worden gemaakt. Op dit moment kan dat nog niet.” De eigenaren van Rigo Verffabriek zijn niet alleen in hun bedrijf bezig met duurzaamheid, ook in het dagelijks leven speelt dit een belangrijke rol. “Mijn man Toon en zijn broer Machiel zijn er echt mee opgegroeid. Bij mijzelf zijn de geboorte van mijn zoontje en een wereldreis belangrijke

duurzaam gebouwd | juni 2016

93


MARKTLEIDER IN DUURZAME EPDM DAKSYSTEMEN Nieuwbouw VNN Vossenloo Eelde: 2.800 m2 hertalan® easy cover en hertalan® easy weld

WWW.CCM-EUROPE.COM

‘Wij maken duurzaamheid werkend!’ Wij praten niet alleen vrijblijvend over duurzaamheid, maar wij zorgen er voor dat daadwerkelijk aantoonbaar duurzame oplossingen gerealiseerd worden op het gebied YDQ HQHUJLH HIĀFL­QWLH HQ ]RUJ YRRU KHW PLOLHX 'LW LV ]RZHO HHQ EHORIWH DOV HHQ XLWGDJLQJ Met ‘werkend’ bedoelen we dat wij staan voor HHQ G\QDPLVFKH EHQDGHULQJ YDQ GXXU]DDPKHLGVvraagstukken, waarbij we 24/7 ontwikkelingen PRQLWRUHQ HQ UHVXOWDWHQ NXQQHQ DDQWRQHQ


Circulaire economie

Zaanse molens slaan olie Molenaar Willem Klut is maalploeglid sinds 1999. “Ik doe dit werk als vrijwilliger bij vereniging De Zaansche Molen”, vertelt hij enthousiast. “Het is niet mijn hoofdberoep. Ik heb een eigen bedrijf.” Samen met een aantal collega’s slaat hij het lijnzaad tot lijnolie. Dat gebeurt door molen De Zoeker en oliemolen de Bonte Hen in de Zaanse Schans. “Wij werken sinds vorig jaar in opdracht van Rigo Verffabriek. We sloegen al lijnolie, maar dat deden we op heel bescheiden schaal op zaterdag. Zo’n 300 liter per jaar. Nu slaan we circa 6.000 liter olie per jaar en de molens draaien zes dagen in de week.” De lijnolie is alleen geschikt voor industriële toepassing, niet voor particuliere verwerking, vertelt Klut. “Het is echt een nicheproduct, want wij kunnen Rigo Verffabriek niet garanderen dat we iedere maand 500 liter lijnolie produceren. Wij zijn uiteraard sterk afhankelijk van de wind. Als er geen wind is, kunnen we niks doen. Rigo heeft daar gelukkig geen problemen mee. Normaal gesproken gebeurt het persen met industriële machines, dus deze manier is ook winst voor het milieu.” Het maalproces Ondertussen vertelt hij hoe het maalproces verloopt: “We krijgen de lijnzaad aangeleverd via loonbedrijf RVR uit Hoofddorp. Dat zorgt voor het inzaaien, het oogsten en het schonen van het zaad. Kijk, deze kleine bruine zaadjes gooien we onder de ‘kantstenen’. Dat zijn grote ronddraaiende stenen van 2,5 ton, die het lijnzaad fijnmalen tot lijnmeel. Vervolgens gooien we drie kilo lijnmeel per keer op een vuister, een metalen plaat waarop een pan staat zonder bodem. Daar brandt een houtvuur onder.” Het lijnmeel wordt opgewarmd tot 300C. “Als dat klaar is, laten we het lijnzaad in twee zakken vallen. Die twee bulen [filterzakken, red.] gaan in een haar, een leren omslag die de zakken beschermt tegen het stukslaan. Vervolgens gaan ze in de pers, de laat. En pas daarna ga je olie slaan.” Het olieslaan gebeurt doordat de molen een heel grote wentelas aandrijft, vertelt Willem. “Die as zorgt ervoor dat de heien een houten wig in de pers slaan. En die knijpt de olie uit de bulen. Dit wordt opgevangen in roestvrijstalen bakjes. Rigo ontvang vervolgens de lijnolie vervolgens in vaten.”

In Molen de Zoeker wordt lijnzaad tot lijnolie geslagen.

Lijnolieverf op molens Het verhaal is binnenkort helemaal rond, want er zijn plannen om de molens te schilderen met Rigo’s Aquamaryn-verven. “En dat zou natuurlijk prachtig zijn”, glimlacht Klut. “Deze molens zijn gebouwd in de zeventiende eeuw. In die tijd werden de molens geteerd, maar voor de kleurrijke delen werd lijnolieverf gebruikt. De overheid en Monumentenzorg stimuleren steeds meer om zo authentiek mogelijk te bouwen én te kiezen voor zo authentiek mogelijke bescherming. In dit geval is lijnolieverf van Aquamaryn dus de perfecte keuze.”

gebeurtenissen die mijn visie hebben veranderd. Ik wil de wereld net zo mooi – zo niet mooier – achterlaten voor de generatie na mij. Daarom zet ik me in voor een beter milieu.” Tijdens de wereldreis zag Henriette hoe mooi de wereld is en wat de mens allemaal teweeg brengt. “En ik besefte dat je eigenlijk zo ontzettend weinig nodig hebt. Wij hebben anderhalf jaar geleefd vanuit een rugzak en we sliepen in een tent. Dat is echt voldoende. Het is dan zo bizar dat je daarna je huis weer vult met dingen die je anderhalf jaar niet gemist hebt. Ik vind het een heel angstig idee dat we naar een maatschappij gaan waarin voornamelijk goedkope consumptiegoederen worden gemaakt op basis van fossiele grondstoffen. Vervolgens gebruiken we

‘Wij zijn afhankelijk van de wind. Als er geen wind is, kunnen we niks doen’ het even en we gooien het weer weg. Dat moet stoppen. Ik vind het belangrijk om hier een gezonde balans in te vinden. Ik kan niet in mijn eentje de wereld veranderen. Dat weet ik wel. Maar het is wel een uitdaging. Daar krijg ik energie van.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

95


Lucht kan meer met Brink Gezonde lucht maakt je leven ďŹ jner. Het draagt bij aan de kwaliteit van leven. Aan je gezondheid en je leefcomfort. Brink weet alles van lucht en zorgt voor kwaliteit wat betreft verwarmen, koelen en ventileren van woningen en gebouwen. Dankzij de lucht en kwaliteit van Brink woon en werk je een leven lang gezond, comfortabel en duurzaam. Dat is Air for Life.

Snel en eenvoudig installatievoorschriften en BIM-bestanden downloaden? Bekijk nu de geheel vernieuwde website!

www.BRINKclimatesystems.nl


Circulaire economie

Circulariteitsindicatoren voor gebouwen Kreten als ‘van lineair naar circulair’, ‘van bezit naar gebruik’ en ‘van afval naar grondstof’ worden inmiddels te pas en te onpas gekoppeld aan de term ‘circulaire economie’. Hoe levert dit voor organisaties voordelen op en welke impact heeft de circulaire economie op de grondstoffenuitputting op aarde? Tekst: Jeroen Verberne, Consultant Circulaire Economie bij Alba Concepts

Sinds het rapport ‘The Limits to Growth: a global challenge’ van de Club van Rome uit 1972 is de wereld zich steeds meer bewust geworden van het feit dat de huidige economische groei leidt tot uitputting van de grondstoffenvoorraad. De circulaire economie is een systeemverandering, waarbij verschillende stromingen elkaar lijken te vinden en versterken: Sharing Economy, Performance Economy, Cradle to

Cradle, Industrial Ecology, Biomimicry en Blue/Green Economy. Deze ingezette transitie moet leiden tot een balans tussen mens en natuur met een efficiënter en eerlijker gebruik van natuurlijke bronnen. Door grondstoffenschaarste, de bijbehorende prijsfluctuaties, het groeiende maatschappelijke besef en de geopolitieke omstandigheden neemt de waarde van ‘bestaande’ materialen toe.

Containerbegrip Het probleem is dat er nog geen sluitende definitie, meetinstrument of een (wetenschappelijke) theorie bestaat, die het circulaire gedachtegoed ondersteunt. De bouw- en vastgoedsector gebruikt de term ‘circulaire economie’ dan ook als een containerbegrip. Als afsluiting van de Master-studie ‘Construction Management and Engineering’ heb ik onderzoek gedaan naar ‘Circulariteitindicatoren voor gebouwen: een manier om circulariteit van een gebouw te meten’. In opdracht van de Technische Universiteit Eindhoven en in samenwerking met Woud Jansen (Alba Concepts) en Tristan Kunen (Brink Management en Advies) heb ik een beoordelingsmodel ontwikkeld om het circulariteitsniveau van gebouwen te bepalen.

Circulariteitsniveau beoordelen

Jeroen Verberne

Het doel van het onderzoek is geweest om een bijdrage te leveren aan de beoordeling van het circulariteitsniveau van gebouwen, waarmee circulariteit daadwerkelijk kan worden meegenomen in het ontwerp van een nieuw product of gebouw. Op basis van een literatuurstudie, aangevuld met expertinterviews en een expertpanel is een concept beoordelingsmodel ontwikkeld dat onderscheid maakt tussen Kritische Prestatie Indicatoren (KPI’s), randvoorwaarden en drivers die betrekking hebben op de kwantitatieve beoordeling van de circulaire economie. De term ‘circulaire economie’ is een verbastering van de woorden ‘economie’ (eindig) en ‘circulair’ (oneindig). Hierbij staat circulariteit voor het sluiten van zowel de

duurzaam gebouwd | juni 2016

97


!

NIEUW

Slim en duurzaam Luchtdicht Bouwen BOSTIK AEROSTOP BUILDING SYSTEMS Bostik is een wereldwijde en toonaangevende fabrikant van lijmen, kitten en afdichtingsmiddelen. Op het gebied van luchtdicht bouwen heeft Bostik een compleet assortiment ontwikkeld met folies, tapes, butylbanden, primers, lijm, kit, een vloeibaar rubber membraan en een flexibel PU-schuim. Hiermee kunnen kieren, voegen, e.d. luchtdicht, slagregendicht en warmte isolerend gemaakt worden. www.bostik.nl

facebook.com/bostikbenelux

MINDER ENERGIEVERBRUIK, MINDER CO2-UITSTOOT MEER COMFORT, GEEN TOCHT EN EEN BETER BINNENKLIMAAT BETERE GELUIDSWERING EN THERMISCHE ISOLATIE


Circulaire economie

Figuur 1: Circulariteit bestaat uit herkomst en toepassing van een materiaal.

technische als de biologische kringlopen. Economie gaat over de financiële impact van hergebruik, denk aan de financierings- en eigendomsconstructies.

Herkomst en toepassing Op basis van mijn onderzoek heb ik vastgesteld dat circulariteit bestaat uit twee componenten: de herkomst en de toepassing van een materiaal. Alle overige indicatoren zoals de toxiciteit van een materiaal en CO2-emmissies zijn enkel randvoorwaardelijk bij het maken van beslissingen, maar dragen niet bij aan de circulariteit. Daarnaast zijn prestatie-indicatoren zoals ‘materiaalschaarste’ en ‘waardepotentie’ slechts drivers om circulariteit te

versnellen. Kortom, randvoorwaarden en drivers hebben geen invloed op de mate van circulariteit (zie Figuur 1). De Ellen MacArthur Foundation & Granta hebben met het rapport ‘Circularity Indicators; an approach of measuring circularity’ in 2015 het eerste beoordelingsmodel ontwikkeld. Een kwantitatieve beoordeling om de mate van circulariteit van een organisatie te bepalen. Juist omdat er behoefte is naar een beoordelingsmodel, waarmee het mogelijk is om de mate van circulariteit van gebouwen te bepalen, is er een vervolgonderzoek gedaan. Een belangrijk uitgangspunt in mijn onderzoek is geweest, dat een gebouw niets meer is dan een verzameling van materialen die hiërarchisch aan elkaar gekoppeld zijn.

Figuur 2: Het concept model van de Building Circularity Indicator (BCI).

duurzaam gebouwd | juni 2016

99


prestatiegarantie waardevermeerdering

lastenverlichting

regelgeving

comfort

hybride

binnenklimaat

nul-op-de-meter

TCO

all-electric

ISDE/STEP-subsidie

Op weg naar verduurzaming

Samen ‘meters maken’: omdat het moet én juist omdat het kan! Consumenten en opdrachtgevers gaan meer

Met slimme installatieconcepten leveren wij

en meer verduurzamen. Energiezuinige

een bijdrage aan een comfortabel, gezond en

installaties, duurzame integrale concepten

energiezuinig binnenklimaat. Samen maken onze

en het levensloopbestendig maken van onze

producten en systemen energieneutraal wonen

woningvoorraad komen hierdoor in een

vandaag al mogelijk. Wij ondersteunen daarnaast

versnelling. Waarbij we prestaties op de lange

bij het beheersen van de risico’s en daarmee de

termijn én comfort gegarandeerd willen zien.

kosten. Dat betekent volledige zekerheid, met meerjarige afspraken voor onderhoud en service,

Het schoolvoorbeeld hiervan is het Zero Energy

energieprestatiegarantie en zelfs financiering van

Concept; een modulaire all-electric oplossing voor

binnenklimaatoplossingen.

woningen en appartementen. De prefab module bevat een water/water warmtepomp, voorraadvat,

Wij maken dus volop meters! U ook?

WTW- en regeneratie-unit en is dé oplossing voor

Heeft u een project waarmee wij uw ambitie

uw ambitie naar nul-op-de-meter.

kunnen realiseren? Laat het ons weten!

www.ithodaalderop.nl


Circulaire economie

Figuur 3: Disassembly Determining Factors (DDF).

Materialen vormen producten, producten vormen systemen en systemen, in combinatie met de lucht ertussen, vormen een gebouw. Daaruit volgt dat dat een Building Circularity Indicator (BCI) is opgebouwd uit een Material Circularity Indicator (MCI), Product Circularity Indicator (PCI) en een System Circularity Indicator (SCI). Door deze te combineren en de variabele te specificeren, ontstaat een ‘Concept Model’ zoals weergegeven in Figuur 2.

Input, gebruik en output De beoordeling van circulariteit begint bij de toetsing van de materiaal-input, het materiaalgebruik en de materiaaloutput, vertaald in een MCI. Uitgangspunt hierbij is dat een materiaal 100 % circulair is als het toegepaste materiaal een ‘verleden’ heeft (dus een non-virgin material) én na gebruik weer een ‘nieuw’ leven krijgt. De MCI beoordeelt een product enkel op de individuele circulariteit, zonder dat het onderdeel uitmaakt van een systeem. Door de MCI te vermenigvuldigen met Disassembly Determining Factors (DDF) (zie figuur 3), ontstaat een Product Circularity Indicator (PCI). De PCI is opgezet op basis van een ‘strafpuntenprincipe’, waarbij de invloed op het gebied van technische, fysische als functionele aspecten impact hebben op de totaalscore. Als bijvoorbeeld een volledig hergebruikt materiaal wordt vastgelijmd op een ondergrond en daarmee niet geschikt is voor demontage, is dat materiaal daardoor minder circulair of uiteindelijk niet circulair.

Totaalscore van het gebouw Om vervolgens vanuit de som van alle producten de SCI te bepalen, heb ik binnen een systeem gewichtsvariabele toegekend. Hierbij heb ik gebruik gemaakt van de ‘Shearing Layers’ van Stewart Brand uit 1994. Onder-

scheid maken tussen de verschillende systemen voorkomt dat het aandeel van bijvoorbeeld de constructie wordt opgeteld bij vloerafwerking. De verschillende systemen zijn op basis van de gemiddelde technische levensduur achtereenvolgens onderverdeeld in omgeving, constructie, gebouwenvelop, installaties, inbouwpakket en interieur. Door de SCI te vermenigvuldigen met een ‘variabele’ waarde, ontstaat een totaalscore van het gebouw: de Building Circularity Indicator (BCI). Deze variabele waarde biedt opdrachtgevers de mogelijkheid om de impact per systeem op projectniveau aan te passen. Dit betekent dat een hogere waarde kan worden toegekend aan het systeem ‘interieur’ en een lagere waarde aan het systeem ‘constructie’.

Kwantitatieve beoordeling Mijn beoordelingsmodel is niet bedoeld als certificaat of label. Het is een managementtool die tijdens de gehele levenscyclus van een gebouw kan worden ingezet. Door van een ontwerp of gebouw de SCI te bepalen, is het mogelijk om een kwantitatieve beoordeling te maken van de mate van circulariteit. Dit van de samengestelde systemen, de producten en de toegepaste materialen. Hiermee geeft dit beoordelingsmodel houvast voor de verschillende actoren in het besluitvormingsproces rondom het thema circulariteit. Het ondersteunt opdrachtgevers doordat het mogelijk is om een heldere definitie en een kwantitatieve formulering van circulariteit op te nemen in bijvoorbeeld een Programma van Eisen. Daarnaast biedt het opdrachtnemers de mogelijkheid om daadwerkelijk onderscheidend te zijn in een ontwerptraject. Vanaf nu is het mogelijk om verschillende ontwerpen objectief te kunnen vergelijken. Meten is weten! Alleen zo wordt circulariteit écht rond.

duurzaam gebouwd | juni 2016

101


Architect Frank Marcus heeft voorliefde voor barok en natuur

‘In mijn ontwerpen staan nut en noodzaak centraal’ Voor projecten als het Nijmeegs Bijenpaviljoen en het Paviljoen voor de Reddingsbrigade en EHBO in Breda heeft architect Frank Marcus zich laten inspireren door de natuur. “Net als in de evolutie staan in mijn ontwerpen nut en noodzaak centraal. Bewust en onbewust ontstaan natuurlijke vormen in mijn ontwerpen.” Tekst: Tim van Dorsten. Beeld: Marcus Architecten

“Ik ben nu zo’n tien jaar architect. Ik zie het als mijn doel om stad en land als een landschap te dienen. Uiteraard in de landelijke ruimte, maar ook de stad – als biotoop van de intensieve menshouderij – hoort hier natuurlijk bij. Mede dankzij mijn reizen heb ik onze natuur, het landschap en de stad beter leren kennen. Met name Afrika staat nog erg dicht bij de natuur en beschikt duidelijk over natuurlijke vormen. Zonder hiernaar op zoek te gaan, keren dit soort vormen terug in mijn ontwerpen. Het ontstaat.”

Natuurlijke vormen “Tijdens mijn studie en reizen heb ik een grote interesse voor de barok ontwikkeld: in mijn ogen is dit de mooiste architectuurstijl uit de geschiedenis. Met een overdaad aan ambacht en kunstnijverheid toont de barok een imponerende voorstelling van verhalen. Het gebruik van de

De stad in 2050 “Samen met mijn team heb ik in 2012 de prijsvraag Energetic City gewonnen, met ons concept over de stad in 2050. Hiervoor hebben we Innergy bedacht: een nieuw energetisch panorama voor de stad van de toekomst. De menselijke interactie bepaalt waar, wanneer en in welke vorm de stad verschijnt. De stad wordt een variërende set van habitats. Hierbij heb ik me laten inspireren door een zwerm van spreeuwen, die ook continu van vorm en locatie verandert. De stad van de toekomst kenmerkt zich door verschillen van hoog- en laagdynamische gebruikers en gebouwen. Wij verwachten dat de middelen tot sociale interactie en connectiviteit hypermobiel en vrij toegankelijk zijn geworden. Het kan zijn dat de stad in 2050 zich snel verplaatst. De mens is de stad.” Op DuurzaamGebouwd.nl gaat Marcus uitgebreid in op Innergy.

102

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Architect Frank Marcus.

‘In plaats van een gebouw goed te isoleren, kijk ik goed naar de mogelijkheden van de natuur’ uiterlijke verschijning van natuurlijke vormen of spirituele perspectieven kent een geometrische basisvorm, net als in de evolutie. Zo ontstaat een organisch geheel van dienende en bediende ruimte, net als in de natuur: alles


Circulaire economie

Bijenpaviljoen geïnspireerd op bijenlichaam “In het nieuwe Bijenpaviljoen in het Nijmeegse park ‘De Goffert’ nemen de natuur en het biobased denken een belangrijke rol in. De oriëntatie, het ontwerp van het gebouw en het materiaal ontlenen hun oorsprong aan het leven van en met de natuur. In mijn architectuur kies ik voor circulaire gebouwen. De toegepaste materialisering, de instrumentele materie van het gebouw, heb ik ontworpen vanuit een gesloten cirkel: circulair en biobased. Voor het ontwerp heb ik vorm en functie ten opzichte van de zon een bepalende rol gegeven. Tijdens het ontwerpproces kwam de vorm van het bijenlichaam naar voren. Deze vorm dient de geleding van functies. Voor de oriëntatie van het gebouw en zijn vorm was de stand van de zon bepalend. Ik heb vorm, functie en schoonheid ingezet om de energie van de zon – licht en warmte als nut en noodzaak – maximaal te gebruiken. Dit is voor het ontwerp bepalend geweest. Vanuit de spanning van een maximaal toegestane aantal vierkante meters voor dit gebouw hebben we een dienende vorm als antwoord op de vragen gevonden. Vorm en functie zijn ‘geometrisch’ gereduceerd tot ruimten, waarmee het gebouw het park dient met aandacht voor de bij. En de stalling en het leslokaal

bedienen de gebruikers: de imkers en zo’n 500.000 bijen. De stand van de zon en het verloop van de seizoenen bepaalt de tijd van de bijen. Ze leven ernaar en baseren hun dag- en jaarritme erop. Zodra de zon de luchttemperatuur op 12 ºC brengt, komen ze uit hun kast. Vanuit die plek en de zon vindt hun oriëntatie plaats. De vruchtdragende tuin maakt voor de mens en de bij een veilige aanvliegroute. Een zonnewijzer in de bijentuin toont het verschil tussen de klok- en de natuurtijd. De kwetsbare detaillering van de open houten gevel aan het maaiveld en de dakrand is een metafoor voor de kwetsbaarheid van de bij. Ik kwam toevallig met deze opdracht in aanraking. Ik woon nu een kleine tien jaar in Leeuwen, in het Land van Maas en Waal. Vanwege de vele appel- en perenbomen die om mijn huis staan, ben ik fruitteler geworden. Ieder seizoen ben ik veel hiermee bezig. Om hierover meer te weten te komen, volgde ik een imkercursus bij de vereniging die in het oude Nijmeegse bijenpaviljoen zat. Door mijn kennis over bijen heeft de gemeente Nijmegen ervoor gekozen mijn architectenbureau het ontwerp in opdracht te geven.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

103


Duurzaam renoveren Milieubewust gebruik van gebouwen is geen modetrend, maar een must. Groen gebruik vertalen wij in verantwoorde na-isolatie. In een nieuwe interieurindeling met hergebruik van bestaande elementen. In slimme prefab-oplossingen voor sanitair en keukens. En meer. Bij Faay Vianen vindt u dĂŠ oplossing voor elke renovatie. Voor droge, natte en hygiĂŤnische ruimten. Voor retail, utiliteitsbouw en woningen. Met doordachte wandsystemen en plafonds. Gemaakt van hernieuwbare grondstoffen. En duurzaam geproduceerd natuurlijk. Kijk op faay.nl. Of bel (0347) 37 66 24.

onuitputtelijke grondstoffen

brandwerend

snel te monteren

geluidwerend

schroefvast

thermisch isolerend

dubo


Circulaire economie

Paviljoen van zelfherstellend beton “Voor het ontwerp van het Paviljoen voor de Reddingsbrigade en EHBO in Breda heb ik me laten inspireren door een slakkenhuis. In een landelijke setting met veel stedelijke dynamiek moest een hufterproof gebouw komen. Door de beperking van middelen en het organiseren van functies draaien plattegrond en vorm in elkaar. Daarnaast heb ik gebruikgemaakt van zelfherstellend beton. Alkalifiele [baseminnende, red.] bacteriën produceren calciumcarbonaat, dat bijdraagt aan het herstel van scheuren in beton. Zo kan beton dunner worden uitgevoerd, wat zorgt voor een enorme CO2-reductie. Daarnaast is minder betonmengsel en

staat in dienst van elkaar. Het gecreëerde dient vorm, functie en schoonheid. Natuurlijke vormen spelen altijd een belangrijke rol in mijn ontwerpen. Voor mijn architectuur geldt hetzelfde als voor de natuur en de evolutie: nut en noodzaak staan centraal. In plaats van een gebouw goed te isoleren, kijk ik bijvoorbeeld goed naar de natuur. Door de oriëntatie ten opzichte van de zon juist te gebruiken als ontwerptool, als verwarming of verlichting, heb je minder isolatie of installatie nodig.”

‘In de natuur staat alles in dienst van elkaar. Het gecreëerde dient vorm, functie en schoonheid’

geen onderhoud nodig. De ontwikkeling van dit beton voor het dak en de gevel heb ik in samenwerking met TU Delft uitgevoerd. Normaal beton bevat veel fossiele toeslag- of herstelproducten, zelfherstellend beton bevat veel bacteriën. Het verbazingwekkende is dat deze techniek met bacteriën gebaseerd is op oude natuurkundige principes. Volgens ditzelfde principe staat het Colosseum in Rome er nog. Beton scheurt namelijk en door die scheur komen lucht en water in de constructie. Hierdoor worden de bacteriën in het beton actief. Hun ontlasting is kalk, die de scheur dicht.”

Klavertje vier “Ik merk dat ik niet probeer om natuurlijke vormen na te maken; ze ontstaan uit zichzelf. Zo kwam ik bij de herontwikkeling van een voormalige Rotterdamse gemeentewerf door de ordening van functies uit op de plattegrondvorm van het lichaam van een vis. En in mijn voorgestelde visie op de ontwikkeling van het Arnhemse Schuytgraaf, Veld 3 zie ik in mijn ontwerp voor meergeneratiewonen vanuit een strenge geometrie klavertjes vier als gebouw ontstaan. Arnhem-Zuid met zijn dijk en uiterwaarden zijn landschappelijk onderdeel van de Betuwe. En ik vind dat een mooie plek in het nieuwe Arnhem om te wonen, daarvoor moet je geluk hebben. Vanuit het schetsen wordt het verhaal voor mij als ontwerper: ‘Hoe geef je geluk in een weiland vorm? Met een klavertje vier.’ Vanuit geometrie weer een natuurlijke vorm.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

105


Bedrijfswagen inrichten? Kies voor Sortimo.

Sterk, duurzaam, exibel Ên kostenbesparend!

Sortimo Nederland B.V. B V // Nijverheidstraat 11 // 2861 GX Bergambacht sortimo.nl // tel. 0182-356060 // info@sortimo.nl


Circulaire economie

Lease-liften worden realiteit Een nieuw leaseconcept combineert de voordelen van liften in een DBFMOconstructie met die van Product of Service. Bij laatstgenoemde model blijft het product eigendom van de organisatie die het aanbiedt. “Met M-Use kunnen we langdurig betrokken blijven bij de verduurzaming van gebouwen.�

Tijdens Building Holland ondertekenden Evert Visser (Mitsubishi Elevator Europe, midden) en Coert Zachariasse (Delta Ontwikkeling, rechts) de intentieverklaring voor ongeveer 35 liften volgens het M-Use concept.

duurzaam gebouwd | juni 2016

107


Uit iets negatiefs ontstaat iets positiefs. 50% van het materiaal dat we gebruiken voor onze tapijttegels is gerecycled of biobased, en draagt zo bij aan een milieuvriendelijkere en duurzamere toeleveringsketen. In 2020 verwachten we een aandeel van 90%. We doen dit om de wereld mooier te maken, zowel binnen als buiten. Doe mee en oefen een positieve invloed uit via interface.com.


Circulaire economie

Langetermijn verdienmodel voor langetermijn waardecreatie We realiseren ons vaak niet dat de gebouwde omgeving een enorme impact op onze ecologische en sociale footprint heeft. Daarom is een breder waardebegrip nodig waarin ecologische en sociale waarde ook een plaats heeft. Leiderschap is een belangrijke voorwaarde om het kortetermijndenken te doorbreken maar de realiteit is dat de korte termijn verdienmodellen lastig worden doorbroken. Er is echter een methode om dit wel te doen. We zien dit bijvoorbeeld bij DBFMO (design, built, finance, maintain en operate) contracten waarbij aannemers een dienst in plaats van een gebouw gaan leveren. Wanneer de realiserende partij tevens verantwoordelijk wordt voor het onderhoud en de exploitatie van een gebouw en daar een vaste vergoeding voor krijgt, ontstaat de incentive om de kwaliteit over de gehele periode te bezien en zo de laagste ‘total cost of usage’ te creëren, omdat dit leidt tot winstmaximalisatie en risicoverlaging.

Optimalisatie van restwaarde Wanneer deze gedachte wordt doorgezet in een circulair economisch model, praten we over een ‘product of service’. Door het eigendom bij de fabrikant te laten wordt dan tevens circulariteit en optimalisatie van restwaarde bereikt. Immers, het is de fabrikant en niet de eigenaar die deze optimalisatie kan bereiken. Dit wordt bereikt door hergebruik van materialen, onderdelen en componenten in een volgend productie proces. Dit wordt natuurlijk versterkt wanneer het product ook als Cradle to Cradle-product wordt ontworpen, waarmee vanaf het ontwerp al circulariteit wordt ingebouwd. Een toenemend aantal fabrikanten en leveranciers is inmiddels bereid hun product als dienst aan te bieden. Initiatieven als Turn2 of Philips LED lease zijn hiervan bekende voorbeelden. Echter, de stap naar zaken die aard- en nagelvast in een gebouw zitten is tot op heden nog niet gezet. Het is daarom verheugend te zien dat Mitsubishi, samen met KPMG, Houthoff Buruma en Delta Development Group, het leasen van verticaal transport heeft opgezet. Dit innovatieve M-Use concept

Mitsubishi Elevator Europe-directeur Evert Visser vertelt meer over het unieke concept tijdens een presentatie op Building Holland 2016. Op het podium ondertekent hij een intentieverklaring met Delta Ontwikkeling-directeur Coert Zachariasse. Het betreft twee liften voor Project NOW op Park 2020 in Hoofddorp en circa 35 liften voor The Valley

combineert de voordelen van een DBFMO contract met die van een ‘Product of Service’ . Het is interessant dat met KPMG’s True Value methodologie het concept niet alleen is doorgerekend op financiële waarde, maar ook op sociale en ecologische waarde. De uitkomsten geven overduidelijk weer dat wanneer de kosten van gebruik over de gehele verwachte gebruiksduur in ogenschouw worden genomen, alle partijen in de keten kunnen profiteren. Duurzaam Gebouwd publiceerde een blog van expert Coert Zachariasse van Delta Ontwikkeling op DuurzaamGebouwd.nl. Hierboven leest u een korte versie van deze blog. Lees de volledige blog op DuurzaamGebouwd.nl. Zoek hiervoor naar ‘Coert Zachariasse’ en selecteer de blogtitel ‘Langetermijn verdienmodel leidt tot langetermijn waardecreatie’.

bij Schiphol. “Op een aantal vlakken en type producten gaan we al van bezit naar gebruik, maar dat was nog niet het geval op het gebied van liften”, laat Zachariasse weten. De nieuwe ontwikkeling vormt een belangrijke stap om gebouwen compleet ‘product of service’ in te richten. “Het is een mooi voorbeeld van hoe je circulaire economie

duurzaam gebouwd | juni 2016

109


[ L I F T E N & R O LT R A P P E N ]

Duurzaamheid? Het moeet wel hout snijden! Liftcentraal al is gesp sp pec ecia iali liseerd in onderhoud,, repa p raties en n mo m de dern rniisserin rni inge gen n va van n aallle le merken en n typen liften.

In nte tern net et: www ww w ww.li liffttce tcce ent en nttra raal al.n nl E--ma E maiilll:: in mail inffo o@ @lliftc tce cen entr traa aal. l.n nll Tele Te lef efo foon on: 00771 711-33442 100 15


Circulaire economie

Van TCO naar TCU Samen met Delta Development en KPMG hebben wij, volgens de gecertificeerde True Value methodiek van KPMG, een uitgebreide studie gedaan naar de echte waarde van onze liften en bijbehorende diensten over een periode van dertig jaar. Deze waarde is bepaald langs de impact op financieel, maatschappelijk en milieugebied. Zeker in een sector waarin we klassiek geneigd zijn alleen naar eerstgenoemde te kijken, is het in het kader van circulariteit zaak met z’n allen eens breder te kijken naar waarde. True TCU Aansluitend op bovengenoemde en een aantal bijpassende innovaties van onze zijde hebben wij het in onze studie dan ook niet meer over TCO (Total Cost of Ownership) – dit is immers alweer oude denken – maar juist over True TCU. Kortom Total Cost of Usage, uitgedrukt in euro’s. Waar grote concerns uit andere industrieën ons al voor gingen met deze manier van waardebepaling van hun bedrijf en diensten, is dit in de bouw echter nog geen gemeengoed. Ik pleit voor het inzichtelijk maken van deze aspecten en dan ook de besluitvorming hierop te baseren. En inderdaad: duurzaamheid is alles wat je lang kan volhouden. Een circulaire economie, een economie die wij met elkaar aan het draaien houden, maar dan wel in het bredere perspectief.

Indien u interesse heeft in het True Value rapport, kunt u dit aanvragen op de website van Mitsubishi Elevator Europe: http://www.mitsubishi-liften.nl/ m-use/

in de praktijk brengt”, zei Zachariasse. “We moeten het nu laten zien en dit soort projecten uitvoeren. De doecomponent komt nu echt in beeld”, voegde Visser toe over het initiatief, waarbij de partijen langdurige verantwoordelijkheid dragen. Met M-Use is het nu mogelijk om positieve impact uit te drukken in meetbare waardes. Een langgekoesterde wens, stelt KPMG-partner Bernd Hendriksen. “Vanzelfsprekend willen we tegenwoordig weten waar de positieve en negatieve effecten van een gebouw zitten en dit in concrete getallen uitdrukken.” Mitsubishi Elevator Europe stemt het onderhoud precies af op het daadwerkelijk gebruik van de betreffende

Duurzaam Gebouwd publiceerde een blog van expert Evert Visser op DuurzaamGebouwd.nl. Hierboven leest u een verkorte versie van deze blog. Lees de volledige blog op DuurzaamGebouwd.nl. Zoek hiervoor naar ‘Evert Visser’ en selecteer de blogtitel ‘Van TCO naar TCU’.

liftinstallatie, door intelligente monitoring. “We optimaliseren de levensduur door onderhoud op maat. Een Mitsubishi-lift die wij onderhouden, gaat minimaal 25 jaar probleemloos mee”, vertelt Visser. Voor de fabrikant betekent Product of Service vooral langdurige commitment. “Onze langdurige betrokkenheid betekent een investering in kwaliteit. Dat staat een margeverlaging toe”, somde Visser op over de voordelen. Ook Zachariasse is te spreken over deze filosofie en contractvorm. “Ik kan op deze manier twintig jaar kwaliteit garanderen en dat is natuurlijk veel waard.”

Meer informatie over M-Use leest u op de website van Mitsubishi Elevator Europe, op Mitsubishi-liften.nl/m-use/.

duurzaam gebouwd | juni 2016

111


9 Transformeren 9 Isoleren 9 Opwaarderen

Sterk gerenoveerd en opgewaardeerd In eerste instantie wilde Volkshuisvesting Arnhem CD ONQSHDJ× @SR THS HM de wijk Presikhaaf slopen. Toch besloot men de woningen te handhaven en te upgraden naar energielabel B. Tótdat men hoorde over de mogelijkheid van renovatie tot passiefhuisniveau. Een nieuwe prefabschil van 27 cm dikte tegen de bestaande buitengevel, driedubbel isolatieglas en een warmte terugwinsysteem geven de bewoners meer wooncomfort en lagere energielasten.

Meer toonaangevende renovatieprojecten van Sto vindt u in de themabrochure Waardebehoud, te vinden op www.sto.nl.


Korte berichten uit de markt

Eerste cementloze kanaalplaat voor kantoorgebouw Hengelo De bouw van een fris en gezond kantoorgebouw in Hengelo nadert het hoogste punt. Het gebouw met een BREEAM-NL Outstanding ambitie moet in de top 3 belanden van gebouwen met deze certificering. Het gebouw is ontworpen op basis van ‘Design for Disassembly’ en er is cementloos beton toegepast in een gedeelte van de dakvloeren. Duurzaam Gebouwd-partners VBI en Schröder Vastgoed zijn bij de ontwikkeling betrokken, in opdracht van Sensata Technologies Holland. Directeur Gerard Schröder van Schröder Vastgoed daagde vertegenwoordigers uit de betonbranche in een vroeg stadium uit om tot het uiterste te gaan op het gebied van duurzame betontoepassingen. Het gebouw werd ontworpen op basis van ‘Design for Disassembly’, dat het mogelijk maakt om componenten na

gebruik van het casco en na demontage van het gebouw opnieuw te gebruiken. De elementen fungeren eventueel als grondstoffenbank om hoogwaardig hergebruik van grondstoffen mogelijk te maken. VBI past in dit project minimaal 30 volumeprocenten secundaire grondstoffen toe en biedt garantie op retourname van de kanaalplaatvloeren. Bijzonder is dat er cementloos beton wordt toegepast in een gedeelte van de dakvloeren. De CO2-arme kanaalplaatvloeren worden voor dit project geproduceerd met geopolymeren als bindmiddel. Gedurende de gebruiksfase van het gebouw wordt langetermijngedrag van de betonvloeren gemonitord. Het grondstoffenpaspoort krijgt een fysieke plaats in het gebouw. Bij herbestemming of sloop is direct duidelijk hoe het gebruikte bouwmateriaal weer optimaal ingezet kan worden voor een nieuwe gebruiksfase.

Minister Kamp opent eerste te vermarkten biobased huis Minister Henk Kamp van Economische Zaken heeft donderdag 14 april het eerste, te vermarkten biobased huis geopend. Dat gebeurde tijdens de Innovation Expo in Amsterdam.

Volgens de Rijksoverheid hebben ruim dertig verschillende Nederlandse ondernemers dit huis gerealiseerd volgens een geheel nieuw concept. De innovatie zit in dit geval niet in de toegepaste materialen en de installaties, maar in het totaalconcept, specifiek in de samenwerking. Orga Bouw heeft dit biobased huis ontwikkeld samen met andere partijen, waaronder Faay, Forbo, Interface, Koenen en Villeroy&Boch. “We willen laten zien dat je met hout en andere natuurlijke materialen ook eigentijds kunt bouwen”, liet Patrick Schreven van Orga Bouw weten. Zo zijn de wanden afgewerkt met krijtverf en is het tapijt gemaakt van oude visnetten. Een van de voorwaarden bij de bouw was dat dit huis klaar voor de markt is. Dat is gelukt, want het huis staat te koop voor € 65.000, afhankelijk van gekozen materiaal en grootte. Hiermee past de bouw van dit huis in de ambities van de Nederlandse overheid: bouwmateriaal uit biomassa is een duurzame vervanger van bouwmateriaal, vervaardigd uit fossiele grondstoffen. Lees meer over het eerste te vermarkten biobased huis op DuurzaamGebouwd.nl, waar we onder andere aandacht besteden aan andere duurzame initiatieven gedurende de Innovation Expo zoals de Powerwindow en Upfall Shower.

Minister Kamp knipt samen met Patrick Schreven het lintje door van het eerste te vermarkten biobased huis.

duurzaam gebouwd | juni 2016

113


Optimale veiligheid

Minimale kosten

De Ei166e 230v rookmelder is uitgerust met een tien-jaars

wordt is uw klant verzekerd van de hoogste betrouwbaar-

lithium back-up batterij. De batterij hoeft dus niet ieder jaar

heid en kwaliteit. Voor optimale veiligheid kunnen alle mel-

vervangen te worden - dat scheelt in de portemonnee, is

ders in de woning bedraad of draadloos aan elkaar gekop-

goed voor het milieu en bespaart een hoop ergernis. Doordat

peld worden. De Ei 166e heeft een technische levensduur

iedere melder tot drie keer elektronisch en met rook getest

van tien jaar en wordt geleverd met 5 jaar productgarantie.

T 038-4698200 | info@hemmink.nl

Ei Electronics voldoet aan de Europese productnorm NEN-EN 14604 en de Nederlandse norm voor (230V) huisrookmelders NEN 2555


Korte berichten uit de markt

Circulair bouwen kan nóg ambitieuzer De circulaire economie is allang geen stip meer aan de horizon. Sterker nog, grote projecten worden opgeleverd waarbij circulair denken en doen al jaren in praktijk wordt gebracht. Neem bijvoorbeeld het nieuwbouwproject Stadstuin Overtoom, gestart in 2009.

Het circulaire project bestaat uit 470 woningen met een EPC 0,18 en het BREEAM-label ‘Very Good’.

Dit project bestaat uit 470 woningen en is een initiatief van woningstichting Eigen Haard, ontwikkelaar ERA Contour, architect KOW en amoveerder Oranje. Het thema van het project is ‘Duurzaam slopen, bouwen en wonen’ en voldoet aan de gemeentelijke klimaatneutraaleisen. Het zit op het niveau van de landelijk energetisch verwachte eisen van 2018 á 2020, de EPC is 0,18 en het BREEAM-label ‘Very Good’. Voor aanvang zijn 352 sociale huurwoningen gesloopt. Meer dan 95 procent van het gesloopte materiaal uit de oude bebouwing wordt gerecycled en 38 procent is opnieuw gebruikt in de nieuwbouw en infrastructuur. Ook voor hout is een bijzondere rol weggelegd. “Het gebruik van hout in de bouw is natuurlijk prachtig en bovendien is het heel milieuvriendelijk als biobased materiaal”, vindt senior adviseur strategie/duurzaamheid van Wybrand Pieksma van Eigen Haard. “Daarmee voorkom je milieuproblemen die je met circulair bouwen probeert op te lossen. Dan is wel belangrijk dat de herkomst van het hout klopt. Daarom zijn we partner geworden van FSC Nederland. Daarna hebben we stappen gezet om toepassing van duurzaam hout niet alleen voor te schrijven, maar ook de controle op daadwerkelijke toepassing goed te regelen, bijvoorbeeld door alleen te werken met gecertificeerde aannemers en leveranciers.”

C2C-wereldprimeur voor bouwbeslagproducent Familiebedrijf AMI uit Lomm startte zestig jaar geleden met de productie en levering van hoogwaardig aluminium bouwbeslag aan onder andere ijzerwarengroothandels. De bij Venlo gevestigde organisatie viert een nieuwe mijlpaal met het behalen van een Cradle-to-Cradle-Bronze-certificaat. De certificering vormt de finishlijn voor een onderzoek dat Fontys-student en AMI-stagiair Jop Verbruggen een half jaar geleden startte. Hij bekeek hoe de leverancier van aluminium bouwbeslag zich beter kon profileren

Het Cradle-to-Cradle-Bronze-certificaat is van toepassing op 85 procent van het assortiment.

op het vlak van duurzaamheid en circulariteit. “Ik wilde erachter komen wat de meerwaarde zou zijn van een Cradle-to-Cradle-certificering. Daarom onderzochten we onder andere wat zo’n certificering zou betekenen voor de organisatie en de concurrentiepositie.” Een koploperspositie bleek binnen handbereik. “Niemand had nog een certificaat voor het type product dat wij leveren”, vertelt commercieel directeur Arthur de Ruiter. “Als mooie bijkomstigheid hoefden we niets aan ons assortiment te veranderen. De certificering heeft geen negatieve consequenties voor de buitenwereld, zoals een hogere prijs. We tonen enkel hiermee aan dat onze producten bruikbaar zijn in circulaire en duurzame gebouwen.” Het certificaat is van toepassing op 85 procent van het assortiment, dat varieert van deurkrukken tot deurgrepen en raamsluitingen. “Dat passen we vooral toe op woningbouw, maar utiliteit is een steeds belangrijkere doelgroep”, verduidelijkt kwaliteitsmanager Pascal Titulaer van AMI. “Door met Cradle to Cradle aan de slag te gaan, openen deuren voor ons.” Meer informatie over de Cradle-to-Cradle-certificering van AMI leest u op de website van Duurzaamgebouwd.nl.

duurzaam gebouwd | juni 2016

115


- advertorial -

Bouwcenter Praktijkcase: duurzame nieuwbouw Kellebeek College in Roosendaal

‘Een mooi, doordacht werk. Echt iets voor Bouwcenter!’

Het Kellebeek College in Roosendaal is een ROC met opleidingen voor Zorg en Welzijn. De multifunctionele accommodatie van 15.000 m² bestaat uit les- en praktijklokalen, een theater, een kantine en een prachtige daktuin. Vanuit de behoefte naar huisvesting die beter aansloot bij de wensen en groei van het ROC, is het door architect Jeanne Dekkers ontworpen nieuwe pand gerealiseerd door Slokker Bouwgroep. Dit alles in nauwe samenwerking met bouwmaterialengroothandel Bouwcenter Nelemans. Niels Verhoeks Werkvoorbereider bij Slokker Bouwgroep, Breda.

Twan Bastiaansen Bedrijfsleider bij Bouwcenter Nelemans Kozijnen, Etten-Leur

Wat waren de uitdagingen binnen dit project? De nieuwbouw kreeg ronde vormen. Deze rondingen maakten de engineering en uitvoering van het bouwwerk complex. De kozijnen moesten eveneens in een ronding lopen, en ook nog eens goed op elkaar aansluiten. Verder waren het grote aantal details en het hoge bouwtempo ook een enorme uitdaging. Bouwcenter Nelemans heeft hier heel goed op ingespeeld.

Hoe zijn jullie bij dit project betrokken geraakt? Slokker Bouwgroep zocht een samenwerkingspartner voor dit bijzondere project. Uiteraard hebben zij offertes vergeleken, maar naast de prijs ook gekeken wie hen het beste kon helpen bij het stuk engineering. Toen is Bouwcenter Nelemans in beeld gekomen. Wij werken nauw samen met Slokker Bouwgroep, met name op het gebied van projecten met FSC®-gecertificeerd hout.

Waarin heeft zich dat geuit? We hebben het pand opgedeeld in secties van de bouwrouting. Bouwcenter Nelemans heeft steeds aangeleverd wat wij op dat moment nodig hadden. Zij dachten actief mee, waardoor de aanlevering soepel verliep. Ook hebben zij ons goed geadviseerd wat betreft de keuze voor duurzame Europese hardhoutsoorten. Uiteraard FSC®-gecertificeerd; dat is ons beleid.

Wat waren de uitdagingen binnen dit project? Dit project was speciaal vanwege zijn ronde vormen. Alle kozijnen hadden rondingen en al die elementen moesten exact in elkaar vallen. De metingen in de rondingen hebben wij in BIM gedaan in een speciale AutoCAD-versie. We hebben geprobeerd om die rondingen elke keer na te bootsen om zo de definitieve afmetingen te bepalen. Op het hele gebouw hadden we een minimale speling van 8 – 14 millimeter. Uiteindelijk hebben we van slechts 2 van de 496 geleverde buitenkozijnen de maatvoering iets moeten aanpassen. Dat kon heel snel in onze eigen timmerfabriek.

Hoe is de samenwerking tussen Slokker Bouwgroep en Bouwcenter Nelemans tot stand gekomen? Het werk ROC Kellebeek hebben wij verworven middels een aanbestedingsprocedure op basis van bestek en tekeningen met als gunningscriterium laagste prijs. Bouwcenter Nelemans heeft tijdens de prijsvorming slimme oplossingen bedacht. Mede hierdoor hebben wij ons kunnen onderscheiden op prijs. Wij hebben meerdere projecten met hen gedaan en zijn daar zeer tevreden over. De nieuwbouw van het Kellebeek College was een gaaf project om aan te werken en het is bovendien een prachtig referentieproject waar wij met veel plezier op terugkijken.

Hoe is de samenwerking verlopen? Een complex project als de nieuwbouw van het Kellebeek College vraagt om een nauwe samenwerking tussen architect, aannemer en leverancier. Door proactief mee te denken is Bouwcenter Nelemans erin geslaagd om de detaillering, productie en levering van de kozijnen, ramen, deuren en gevelelementen naar tevredenheid gerealiseerd. Het is écht een enorme bouwprestatie die Slokker Bouwgroep heeft geleverd!


Slimme en efficiënte constructies voor nieuwbouw en hergebruik

GRAVENSTRAAT | AMSTERDAM

DE KAMPANJE | DEN HELDER

TIJDELIJKE RECHTBANK | AMSTERDAM

HET PLATFORM | UTRECHT

AMSTELTOREN | AMSTERDAM

ENTREEGEBOUW KEUKENHOF | LISSE

MUSEUM BOIJMANS VAN BEUNINGEN | ROTTERDAM

STUDENTENHUISVESTING STIELTJESWEG | DELFT

ENERGIEHUIS | DORDRECHT

Piekstraat 77 3071 EL Rotterdam T E

010 201 23 60 imd@imdbv.nl

www.imdbv.nl


HĂŠt integrale event voor de bouw en vastgoed

Twitter.com/ BuildingH16

Linkedin.com/ company/ building-holland

Facebook.com/ BuildingHolland

Van 22 tot en met 24 maart 2016 in RAI Amsterdam

118

juni 2016 | building holland

Flickr.com/ photos/ duurzaam-gebouwd

Building Holland



Passion.Technology. Design.

Veiligheid en verbondenheid z議n basisbehoeften. Zeker als het uw huis betreft. De Italiaanse fabrikant Comelit begr議pt dit en introduceert Icona Manager: een driedimensionaal smarthome veiligheidssysteem dat u 24/7 verbindt met uw huis en drie functies voor woningveiligheid combineert: video-deurintercom, camerabewaking en inbraakbeveiliging.

Veilig en duurzaam wonen, altijd verbonden met thuis door Icona Manager

Uw huis veilig, comfortabel en energiezuinig Naast de drie veiligheidsfuncties kunt u talloze andere smarthome functies integreren in Icona Manager. Denk aan verlichtingsbeheer, klimaatregeling, rolluik- en zonweringbediening, energiebeheer, senioren-persoonsalarm en brandpreventie. Het Icona Manager veiligheidssysteem is dan ook een perfecte opstap naar een totale smarthome omgeving die uw huis veilig, comfortabel en energiezuinig maakt. Vr議wel alle smarthome functies, van verschillende merken en systemen, kunnen worden ge簿ntegreerd in het Icona Manager systeem.

www.comelit.nl - info@comelit.nl


Meer dan 125 sprekers op Building Holland 2016

Bekijk Building Holland presentaties op YouTube Actuele thema's als Duurzame Woningbouw, Renovatie & Transformatie en Duurzame Scholen stonden in de schijnwerpers gedurende Building Holland-presentaties. Zo kwam de transitie van fossiele brandstoffen onder de aandacht tijdens de presentatie ‘Let’s go electric!’ van adviseur Rudy Grevers van Alklima. “Geleidelijk zien we een afbouw van gasproductie in Nederland. In 2037 hebben we nog maar twintig procent van de gaswinning die we gewend zijn.” De belangrijkste reden is de eindigheid van de grondstof. De klimaattop in Parijs was volgens Grevers duidelijk: “Er moet geleidelijk een eind komen aan gebruik van fossiele brandstoffen, we gaan naar een all electric maatschappij.” De techniek is volgens hem al klaar voor deze omwenteling. “We realiseren nu al NOM-woningen die meer opwekken dan ze aan energie gebruiken.” Ook Gezonde Gebouwen was dit jaar een belangrijk onderwerp, getuige de vele presentaties over dit onderwerp. “Het is voor ons allen een opgave om te komen van sick buildings naar healthy buildings”, trapt hoofd verkoop Dennis Duffels van VBI af. Maar wat is nu een gezond gebouw? “Wat is de invloed van een gebouw op de mens in dat gebouw”, vraagt adviseur bouwconcepten Peter Musters van VBI zich af. “Licht, temperatuur, de mate waarin de omgeving rust geeft of juist activeert. De beleving van het gebouw. De zachte criteria over het ontwerp van het gebouw krijgen steeds meer aandacht, daar kunnen wij als vloerleverancier invloed op hebben. Bijvoorbeeld door ruimte te bieden.”

Building Holland stond drie dagen lang in het teken van presentaties van topsprekers. Onder anderen Bouwend Nederland-voorzitter Maxime Verhagen, UNStudio-oprichter Ben van Berkel en ARXlabs-oprichter en innovator Jan Willem van de Groep stonden op het podium. Ook hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans en Thomas Rau van RAU architecten gaven hun visie op het thema (Re)Building the Future. Iedere dag publiceerde de redactie tijdens het event artikelen over de belangrijkste gebeurtenissen. Bekijk Buildingholland.nl en ontdek in deze artikelen hoe de toekomst er volgens deze prominenten uitziet. Het is ook mogelijk om presentaties terug te kijken van sprekers die u gemist heeft. Neem hiervoor een kijkje op het YouTube-kanaal van Building Holland en abonneer u om op de hoogte te blijven van nieuwe video’s die wij publiceren. Ga hiervoor naar http://bit.ly/1YEVFig.

De video’s van deze presentaties zijn terug te vinden op het YouTube-kanaal van Building Holland. Abonneer u om op de hoogte te blijven van onze wekelijkse update.

building holland | 2016

121


‘De drie lessen bij innovatie’ Avonturier en bergbeklimmer Wilco van Rooijen heeft belangrijke lessen geleerd over innovatie tijdens zijn expedities. “Je moet het durven, je moet het delen en de uitdaging samen met je partners aangaan. Innoveer op gevaren en risico’s.” In het verleden heeft Van Rooijen enkele uitdagende expedities meegemaakt, waarin hij ondervond dat teamwork en het juiste team essentieel zijn. “We hebben Mount Everest beklommen zonder extra zuurstof”, licht hij toe over een van de expedities. “Bij iedere trip krijg ik nieuwe energie. Zo ook bij onze nieuwste uitdaging, die ik samen met pionier Edwin ter Velde op me neem.” Het tweetal vertrekt namelijk naar het koudste, meest ontoegankelijke gebied ter wereld: Antarctica. Ze zijn van plan om met een terreinwagen die deels bestaat uit afvalplastic naar de zuidpool te gaan. “Het wordt de schoonste expeditie ooit en iedereen kan hieraan meedoen”, vertelt Van Rooijen. De auto wordt volledig aangedreven door zonne-energie. “Dat is innovatie. Maar waar gaat innovatie nu eigenlijk om? Is dat een technisch proces?”, vraagt Van Rooijen. “We hebben het over meerdere niveaus. Allereerst het fysieke niveau, oftewel de harde getallen. Daarnaast gaat het om een stuk emotie, hoe mensen omgaan met lastige situaties.” Volgens hem zijn er paralellen met

de bouw. “Innovatie moet je durven, delen en vooral met elkaar doen”, raadt hij de aanwezige bouwers aan.

Geef nooit op De laatste les die het tweetal aan de bezoekers wil meegeven is dat ze nooit moeten opgeven. “Opgeven is geen optie. Je bent als mens tot veel meer in staat dan je zelf voor mogelijk houdt. Techniek is fantastisch, maar we zullen onze doelen als mensen moeten behalen. We moeten op elkaar durven vertrouwen en op die manier slimme partnerships met elkaar sluiten om de wereld mooier te maken”, vertelt Van Rooijen. Hij sluit af met lessons learned. “Dit begint met TEAMing: stel het doel en zie het als een berg. Verbeter continu en probeer het succes te vieren. Ben ook niet bang om hulp te vragen. Ook wij kunnen jullie hulp goed gebruiken bij verschillende teams: kom met ons in contact door te kijken op de officiële website van Clean 2 Antarctica. Het wordt de schoonste expeditie ooit en iedereen kan eraan meedoen”, zegt Wilco van Rooijen over de Zero Waste Expeditie.

Gezien op Building Holland 2016 Nieuw deze editie waren de Concept Area’s die inspeelden op actuele thema’s zoals Duurzame Scholen (zie foto links), Duurzame Woningbouw en Renovatie en Transformatie.

Met een VR-bril konden bezoekers onder andere een bezoek brengen aan de duurzaamste gebouwen van Nederland.

Ook het thema Smart Buildings werd uitgebreid belicht, met onder andere slimme domoticaoplossingen.

122

In de foyer van RAI Amsterdam plaatste Studio RAP en UNStudio een spektakelstuk, door robots gefabriceerd.

2016 | building holland

Material Xperience had onder andere een uitbeelding van een Cradle to Cradle productproces.

De ‘Oxygen Bar’ had voor belangstellenden verschillende geuren in petto.


Awards, innovaties en side events De winnaars van de Duurzaam Bouwen Awards 2016 werden bekendgemaakt onder grote belangstelling van bezoekers. Onder andere gemeente Amersfoort, Oost Flevoland Woondiensten (OFW) en Dura Vermeer gingen aan de haal met de prijzen. De Duurzaam Bouwen Awards worden uitgereikt aan koplopers die een duidelijke visie hebben op duurzame renovatie van bestaande voorraad en dit kunnen onderbouwen met meetbare resultaten. Bekijk op Duurzaambouwenawards.nl de volledige uitslag en de terugblik. Lees op Buildingholland.nl meer over de uitreiking en bekijk op het YouTube-kanaal van Building Holland onder andere de keynote van Robert Koolen. Faay Vianen, Promat en Sira Brandpreventie wonnen de Bouwster 2016 met 2Resist. Dit plafondsysteem is 60 of 120 minuten brandveilig en bestaat uit twee componenten: brandwerende Promatpanelen en Faay-bevestigingsprofielen. Sira zorgt voor de montage. De Bouwster-prijs gaat naar een partij die zich heeft ingezet om de bouwkwaliteit en brandveiligheid naar een hoger niveau te tillen. De andere genomineerden Joric Witlox’ Stichting Register Expert Brandveiligheid (MEB register) en Bluedec isolatiedeken op basis van aerogel werden respectievelijk tweede en derde.

Durf los te laten en te vertrouwen op intuïtie. Deze rode draad gaven keynote speakers mee op Green Buildings Congres 2016, een side event van Building Holland (zie bovenstaande foto met gastheer Bram Adema van organisator CFP). Die ruimte om los te laten is nodig om met innovaties de Nederlandse gebouwde omgeving te verduurzamen. De dag werd afgesloten op het hoofdpodium van Building Holland, met de uitreiking van de ABN AMRO Innovation Award 2016, ter waarde van € 10.000. Hydrowashr wist met de meest duurzame oplossing voor handenwassen en –drogen de hoofdprijs in de wacht te slepen. Runnersup waren Bronsema Consult met Earth, Wind & Fire, CATE met de verwerking van industriële rest- en bijproducten tot hoogwaardige CO2-negatieve producten en Bringme, met het slimme managen van pakketbezorging met de zelf ontwikkelde ‘Bringme Box’.

Naast het Green Buildings Congres waren er verschillende side events. Bijvoorbeeld het side event 'Ventilatie in Scholen' (zie bovenstaande foto) waaruit bleek dat de upgrade van schoolinstallaties een integrale inzet vergt. “9000 scholen in Nederland zijn gemiddeld veertig jaar oud en nemen 10 miljoen m2 in beslag. Om deze gebouwen weer op het noodzakelijke kwaliteitsniveau te krijgen is goed beheer en onderhoud van groot belang”, vertelde senior adviseur Irma Thijssen van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Naast dit side event waren er nog verschillende andere seminars, zoals de bijeenkomsten van Holland Contech, de NeZeR Kennisverdiepingssessie en de algemene ledenvergadering TVVL. Laatstgenoemde Building Holland-partner organiseerde dit jaar een nieuw concept van de Algemene Ledenvergadering. Het programma bestond onder andere uit sessies van Peter Luscuere van Beyond Sustainability, Michiel Schoemaker van TVVL Community en een discussieronde. Ook stond de huishoudelijke vergadering op het programma. Aansluitend stond een netwerkborrel op de planning met een afsluiting op het hoofpodium, met een spreker van architectenbureau OMA.

building holland | 2016

123


“Nieuwbouw Sensata krijgt wereldprimeur duurzaam beton” duurzaambedrijfsleven.nl De CO2-arme kanaalplaatvloer van VBI, geproduceerd met geopolymeren.

Toekomstvast rendement ontstaat door toekomstvast gebruik. VBI bouwt daarom mee aan duurzame, flexibele en comfortabele woon- en werkomgevingen die steeds aan te passen zijn aan de wensen van de eindgebruiker. Flexibel comfort noemen we dat. Meer weten? Bel +31 (0)26 379 79 79 of volg ons via @flexibelcomfort

www.vbi.nl


Netwerken tijdens Green Tie Gala, Expertlunches en Business Meetings

Tijdens het Green Tie Gala, een exclusief event voor de top van de bouw- en vastgoedsector, trok een fotowand van ABN AMRO/Building Holland veel bekijks. Enthousiaste bezoekers poseerden en werden vastgelegd op de gevoelige plaat.

De foto's rechts tonen twee van de businessmeetings, waarin werd gediscussieerd over actuele onderwerpen als gezonde gebouwen.

De meer dan 150 standhouders ontvingen nieuwe en bestaande relaties.

Advocaat Roger Cox (foto links, midden met cheque) won de ABN AMRO Duurzame 50. Tijdens het Green Tie Gala tijdens Building Holland ontving hij de trofee van juryvoorzitter Jan Willem van de Groep (links op de foto), die deze prijs vorig jaar won.

building holland | 2016

125


Verosol high performance binnenzonwering, voor projecten & consumenten.

official dealer Benieuwd of u een Official Verosol Dealer kunt worden? Informeer via marketing@verosol.com

‘Verosol is winnaar van de Z&R vakprijs beste projectleverancier 2015!’

Voor meer informatie kijk op www.verosol.nl


Altijd het beste klimaat met Zehnder

Zehnder ComfoAir Q De eerste modulerende WTW Stiller, energiezuiniger en nóg intelligenter De Zehnder ComfoAir Q is het startpunt van een nieuwe generatie ventilatie-units. Aan de ontwikkeling liggen de nieuwste inzichten en actuele eisen ten grondslag, alsmede 75 jaar ervaring van Zehnder op het gebied van comfortabele ventilatie. Het design en de onderlinge afstemming van de componenten in de ventilatie-unit zijn geoptimaliseerd: daardoor zijn de best mogelijke geluidsisolatiewaarden, een nog betere warmteterugwinning en een bijzonder laag energieverbruik bereikt. Bovendien zijn significante verbeteringen bij de installatie en inbedrijfstelling gerealiseerd. Voor u en uw klanten leidt dat tot een nog hogere energie-efficiëntie en nog meer comfort.

Zehnder Group Nederland • Lingenstraat 2 • 8028 PM Zwolle • T 038 429 69 11 www.zehnder.nl


Advertorial

Luchtbehandelingskast.

Alles voor een gezond binnenklimaat De voordelen van een optimaal binnenklimaat zijn steeds belangrijker voor bedrijven en particulieren. “Gebouwen worden steeds beter geïsoleerd”, vertelt Henk Bannink, Business Unit Manager bij Solid Air Climate Solutions. “De natuurlijke ventilatie verdwijnt hierdoor.” Volgens Bannink zijn ventilatiesystemen op maat onmisbaar om voldoende frisse lucht in een ruimte te krijgen. “Wij bieden oplossingen voor beter binnenklimaat en ontwerpen, engineeren, leveren en monteren deze systemen. Daarnaast spelen systemen voor verwarming en koeling een belangrijke rol bij een optimaal binnenklimaat.” Van de kleinste woning tot en met het grootste utiliteitsof industriegebouw: Solid Air Climate Solutions levert klimaat- en luchttechniek op maat. “Wij zijn actief vanuit verschillende productgroepen, namelijk luchtverdeeltechniek, luchtbehandeling, klimaatplafonds en koelconvectoren”, vertelt hij. “Daarnaast leveren wij in samenwerking met toonaangevende Europese fabrikanten hoogwaardige, gecertificeerde brandveiligheidsproducten.”

Oplossingsgericht Van roosters en luchtbehandelingskasten tot en met instelkleppen, volumeregelaars en geluiddempers: het productgamma van Solid Air Climate Solutions is groot. “Met onze producten bedient Solid Air Climate Solutions een breed scala aan klanten, onder andere in de utiliteits- en woningbouw, retail en industrie. Maar ook in kantoorgebouwen, zorginstellingen, scholen en multifunctionele centra en zélfs in de scheepvaart zijn onze producten te vinden.” Bannink benadrukt dat het bedrijf niet alleen hoogwaardige producten levert, maar ook innovatieve oplossingen op het gebied van lucht- en klimaattechniek bedenkt. Zowel in nieuwbouw- als in renovatieprojecten. “Wij denken actief mee met de opdrachtgever over de best passende oplossing om te streven naar een optimaal binnenklimaat tegen minimale energiekosten. Vanaf het moment dat verse lucht een gebouw binnenkomt tot het moment dat vervuilde lucht het pand verlaat: alle elementen en componenten nemen wij hierin mee. Doordat onze

128

juni 2016 | duurzaam gebouwd

fabrieken beschikken over eigen engineeringafdelingen, ontwikkelen wij in nauw overleg met onze opdrachtgevers ook maatwerk, klantspecifieke oplossingen en producten. Hoe complex een vraag ook is, wij bedenken én maken het antwoord.”

Klimaatplafonds Nu het binnenklimaat steeds belangrijker wordt, ziet Bannink een groeiende vraag naar klimaatplafonds. Niet verwonderlijk, vindt hij. “Klimaatplafonds bieden een zeer hoge comfortklasse. In ons assortiment vind je dan ook een breed gamma aan klimaatplafonds in metaal en gips, met een koperen of kunststof activering. Hiermee wordt energiezuinig verwarmd en gekoeld in iedere gewenste ruimte.” Om nog beter aan de vraag uit de markt te kunnen voldoen, werkt Solid Air Climate Solutions continu aan nieuwe technieken en toepassingen om nog energetischer en comfortabeler te klimatiseren. Op dit moment onderzoekt het bedrijf bijvoorbeeld de mogelijkheid van hybride klimaatplafonds.

Solid Air Climate Solutions Solid Air Climate Solutions maakt deel uit van de Nijburg Industry Group. De zusterbedrijven binnen deze groep zijn Velu (klimaattechnische groothandel), Nijburg Klimaattechniek (engineering, montage/ installatie) en Nijburg Products (productie/fabricage). Het hoofdkantoor van Solid Air Climate Solutions zetelt in Westerbroek bij Groningen. Daarnaast heeft het bedrijf een vestiging in Amsterdam en internationaal in Duitsland, Frankrijk en Engeland. Kijk voor meer informatie op Solid-air.nl.


Achtergrond

‘Regio Liemers gaat van peloton naar kopgroep’ De verduurzaming in de Gelderse regio Liemers (waaronder Zevenaar) moet vóór 2029 stevig versnellen. Hoewel de regio op dit moment nog achterloopt, gaat het initiatief Duurzaamheid Expertise Centrum (DEC) Liemers zorgen voor grote stappen op het vlak van energiebesparing, integrale samenwerking en circulariteit. Tekst: Marvin van Kempen

“Het is nog niet te laat voor de regio”, vertelt DECcoördinator Wim Nabbe over het achterlopen van de verschillende gemeenten op de nationale en Europese duurzaamheidsambities. “Het gaat er vooral om dat we snel en effectief handelen om deze doelstellingen te halen. Daarom hebben we met verschillende marktpartijen een integrale benadering opgezet om ondernemers, gemeenten en corporaties te helpen bij projecten met een duurzaam karakter.” De projecten zijn even divers als de marktpartijen die zijn aangesloten bij dit initiatief. “Met partners als ondernemersvereniging Lindus, ingenieurs- en architectenbureau IA groep en totaalinstallateur Van Dorp werken we aan onder meer een woonconfigurator-app, scholing op het gebied van duurzaamheid en het opzetten van een lokale circulaire economie”, laat Nabbe weten. In nauwe samenspraak met gemeentes, corporaties en scholen worden de projecten vormgegeven. “We willen meer zijn dan alleen een expertisecentrum en met een integrale benadering aan de slag gaan. Juist omdat we de handschoen willen oppakken, hebben we een tamelijk grootse ambitie moeten uitspreken: de meest duurzame regio van Nederland te worden in 2029.”

Elkaars reststromen hergebruiken Net voor het einde van 2015 haalde DEC bij de eigen ondernemers, lokale gemeenten en woningcorporaties € 255.000 op, dat het initiatief wil inzetten in verschillende thema’s, waaronder circulaire economie, energieopwekking, scholing en water. “Zo werken we met een breed consortium waaronder de gemeente Zevenaar aan een mindset-verandering op het gebied van circulariteit, om met ondernemers een plan op te zetten om bijvoorbeeld reststromen te hergebruiken”, vertelt commercieel verantwoordelijke Martin Maatkamp van Van Dorp Installaties. “Wageningen University voerde een onderzoek uit over de afvalstoffen in ons gebied: wat voor

DEC-coördinator Wim Nabbe.

soort stromen, de hoeveelheid en wie ze veroorzaken. De volgende stap is om samenwerkingen te organiseren om met elkaar, met ondernemers die actief zijn in de regio, afvalstoffenhergebruik op te zetten.” Een andere pijler is die van energiebesparing, waarvoor DEC een samenwerking opstartte met accountancykantoor Stolwijk & Kelderman. “We laten hen een objectief oordeel vellen over de energierekening van bedrijven”, vertelt Maatkamp. “De uitdaging zit in het afwegen van de alternatieven om bedrijfsprocessen duurzamer in te richten en hiermee energiebesparing in de hand te werken. De informatie over de mogelijkheden voor energiebesparing

duurzaam gebouwd | juni 2016

129


Cradle-2-cradle bouwen = duurzaam bouwen Ballast Nedam realiseert het grootste cradle-2-cradle volume van Nederland. Stadskantoor Venlo laat zien dat het maken, gebruiken en in de toekomst weer afbreken van een gebouw positieve impact op de leefomgeving kan hebben. Wij hebben heel veel geleerd van dit bijzondere project. Over de afkomst van materialen, over de mogelijkheden van hergebruik maar ook dat een gebouw lucht gezonder kan maken. Voor ons is dit een nieuwe dimensie van blijvende kwaliteit!

www.ballast-nedam.nl


Achtergrond

DEC Liemers voerde een energiescan-pilot uit bij Vink Kunststoffen in Didam. Op de foto: Pieter van Nispen, lid van bouwteam Energie, en Hans Dooper, logistiek manager bij Vink Kunststoffen.

moeten ervoor zorgen dat een bedrijf bijvoorbeeld kiest voor zonne-energie of installaties met hoger rendement. Dat maakt het noodzakelijk dat we deze maatregelen met onze partners integraal kunnen oppakken.”

Ondersteuning van lokale ondernemers Naast ondernemers vormen bewoners en corporaties belangrijke doelgroepen om mee te krijgen in de verduurzaming van de regio. “Daarom zijn we in 2015 gestart met een aantal werkgroepen, bestaande uit onder andere woningcorporaties en gemeenten. Zij zorgen bijvoorbeeld voor betaalbare zonne-energie voor bewoners met een kleinere portemonnee”, licht Nabbe toe. Een ander doel is informatievoorziening voor bewoners op het gebied van duurzaamheidsmaatregelen. “In Doesburg organiseerden we informatieavonden voor particulieren waarop we energiebesparende maatregelen over het voetlicht brachten. En lokale ondernemers kunnen deze verduurzaming ondersteunen”, aldus Maatkamp. Even belangrijk als de huidige bewoners is de jongere generatie. “We proberen die actief te prikkelen, bijvoorbeeld door met jongeren te werken aan een woonconfigurator-app, met de titel ‘Stroomlijners’ te ontwikkelen. De app moet laten zien op welke manieren een huishouden energie kan besparen. Ook hier is de integrale verbinding met lokale ondernemers een belangrijk

element”, luidt de uitleg van Nabbe. “Ook bij de jongere generatie willen we de mindset-verandering. Alle initiatieven bij elkaar moeten ervoor zorgen dat we in korte tijd grote stappen zetten. Daarbij zijn we altijd op zoek naar nieuwe partners en goede ideeën om onze doelstellingen te halen. Want de stip op de horizon blijft staan: Liemers als meest duurzame regio van Nederland.”

Martin Maatkamp, commercieel verantwoordelijke bij Van Dorp Installaties.

duurzaam gebouwd | juni 2016

131


ARXlabs en Duurzaam Gebouwd richten Duurzaam Gebouwd Labs op

Versnelling van innovatie in de bouwsector De bouwsector kent sinds kort een nieuw initiatief, gericht op innovatie en duurzaamheid. Duurzaam Gebouwd lanceert in nauwe samenwerking met ARXLabs de zogenoemde ‘Duurzaam Gebouwd Labs’. Wietse Walinga, directeur bij Duurzaam Gebouwd, en Jan Willem van de Groep en Alfonso Wolbert van ARXLabs geven uitleg over dit bijzondere initiatief. Tekst: Henk-Jan Hoekjen

In april heeft Jan Willem van de Groep (midden) zestig mbo-studenten meegeholpen om een kleine werkplaats duurzaam te verbouwen, onder de noemer 'De Duurzame Werkplaats'.

De bouwsector bevindt zich in een turbulente periode. Door de introductie van nieuwe technologieën en ontwikkelingen op het gebied van energievoorziening, klimaat en grondstoffen verandert het speelveld razendsnel. “Dit vraagt om verregaande integratie van alle spelers binnen de sector”, zeggen Jan Willem van de Groep en Alfonso Wolbert van ARXlabs en Wietse Walinga van Duurzaam Gebouwd. Met de recent opgerichte Duurzaam Gebouwd Labs willen zij gezamenlijk de versnippering in de bouwsector tegengaan om de innovatie in de branche te versnellen.

132

juni 2016 | duurzaam gebouwd

System integrator “Ik was laatst bij een lezing, verzorgd door een vereniging van leveranciers van warmtepompen in de bouw”, zegt Wolbert, tevens architect bij ARX architecten. “Denk je dat er in de auto-industrie zoiets bestaat? Een aparte vereniging voor elk onderdeel van de auto?” Het punt is duidelijk: waar in de auto-industrie het geïntegreerde eindproduct – de auto – leidend is in het productieproces, daar is in de huidige bouwwereld elk deel van de keten nog vooral gericht op het eigen onderdeel, zonder al te veel oog te hebben voor de manier waarop dit


Achtergrond

‘De bouwsector moet gebruikmaken van technologie om een antwoord te hebben op grote maatschappelijke vraagstukken’

Jan Willem van de Groep, op de foto tijdens Green Tie Gala: “De bouw mist een system integrator.” (Foto: Robert Tjalondo)

antwoord te hebben voor de grote maatschappelijke vraagstukken waarmee we kampen”, stelt Van de Groep onomwonden. “Nieuwe technologieën bieden de bouwsector de gelegenheid om een cruciale rol te spelen en significant bij te dragen aan de gevraagde oplossingen. Door bestaande en nieuwe technologieën intelligent met elkaar te verbinden, zijn we bijvoorbeeld in staat om slimme en energiezuinige gebouwen te realiseren tegen de juiste kosten. Maar daarvoor moeten we wel over de schutting leren kijken. Echte innovatie is alleen mogelijk wanneer we samenwerking zoeken: niet alleen met andere partijen binnen de bouwsector, maar ook met partijen uit andere sectoren.” Hij geeft hierbij een opmerkelijk voorbeeld. “Een voordeur is altijd een problematisch punt in een huis: de voordeur sluit relatief slecht, waardoor veel temperatuur verloren gaat. Maar in de koelkastindustrie is dit probleem allang opgelost. Waarom is de oplossing uit de koelkastindustrie nog niet in de bouwsector toegepast?”

onderdeel uiteindelijk een geïntegreerd deel uitmaakt van het eindproduct en dus onderdeel wordt van een totaal systeem. “Hierdoor worden kansen gemist om tot werkelijk innovatieve oplossingen te komen”, zegt Wolbert. ARXlabs en Duurzaam Gebouwd willen verandering brengen in deze situatie. “De bouw mist een system integrator”, vindt Van de Groep. “Alleen wanneer je denkt vanuit het eindproduct, lukt het om de innovatiegraad te bereiken die andere industrieën ook hebben bereikt. Met onze labs willen we onder meer die functie van system integrator invullen. Zo kunnen we de innovatie in de bouwsector effectiever maken en fors versnellen.”

Technologie als antwoord Volgens de initiatiefnemers van de Duurzaam Gebouwd Labs zitten we momenteel midden in de nieuwste industriële revolutie, waarbij technologie een steeds groter deel uitmaakt van elk facet van onze samenleving. “Daarvan moet de bouwsector gebruikmaken om

‘Waarom is de oplossing uit de koelkastindustrie nog niet in de bouwsector toegepast?’

Alfonso Wolbert: “De labs kunnen de manier van denken in de sector veranderen.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

133


Composiet Gevels

Composites Eigenschappen van composieten •

Kleur vrijheid

Hoge sterkte

Laag gewicht

Vrije vormgeving

Onderhoudsarm

Lage milieubelasting

Lange levensduur

Meer informatie, voordelen, toepassingen en gerealiseerde projecten kunt u vinden op onze vernieuwde website ZZZ ÀH[LSRO QO


Achtergrond

tussen de verschillende belanghebbenden. “In het verleden gebeurde het te vaak dat partijen een uitstekend idee lanceerden. Dit idee kwam echter nooit tot uitvoering. Wij zorgen ervoor dat de concepten die ontwikkeld worden in de Duurzaam Gebouwd Labs ook echt vermarkt worden, door bijvoorbeeld de communicatie richting architecten of bouwaannemers te verzorgen. Samen met ARXlabs kijken wij of de concepten haalbaar zijn, maar communicatie is onze corebusiness, dus daar richten we ons vooral op.”

Multidisciplinair

Wietse Walinga: “De toekomst van de bouwsector moet een duurzame zijn.”

‘Dankzij de intensieve samenwerking tussen gemotiveerde partijen ontstaat waardecreatie over en weer’ Innovatie versnellen Om branche-overstijgende samenwerking te forceren, werkt ARXlabs samen met tal van bedrijven, onderzoeksinstituten en onderwijsinstellingen. “En sinds kort hebben we daarom de handen ineengeslagen met Duurzaam Gebouwd”, zegt Wolbert. “Duurzaam Gebouwd heeft een uitgebreid netwerk van gespecialiseerde partijen. Door met deze specialisten samen te werken en ze te verbinden rondom de ontwikkeling van betekenisvolle marktrijpe proposities, denken we de innovatie in de bouwsector verder te versnellen.” “We hebben 250 partners die in alle segmenten van de bouw actief zijn”, vertelt Walinga. “Ons streven is om partijen bij elkaar te brengen.” Duurzaam Gebouwd draagt overigens niet alleen zorg voor het samenbrengen van allerlei relevante partijen. Volgens Walinga ligt er voor Duurzaam Gebouwd binnen het nieuwe initiatief ook een belangrijke taak op het gebied van de communicatie

De zogeheten ‘lab-formule’ van ARXlabs realiseert deze innovatieve concepten: gespecialiseerde projectteams samengesteld uit deelnemers met verschillende achtergronden, die zich op een bepaald vooraf gedefinieerd probleem concentreren. Ieder ‘lab’ formuleert een businessplan op basis waarvan alle deelnemende partijen hun innovatieve input kunnen leveren. “Zo werken we al binnen ARXlabs ”, legt Van de Groep uit. “De kracht van die aanpak ligt in de multidisciplinaire karakter. Dankzij de intensieve samenwerking tussen gemotiveerde partijen ontstaat waardecreatie over en weer. Door de handen ineen te slaan met Duurzaam Gebouwd denken we dat we de noodzakelijk innovatie nog breder kunnen bevorderen.” Duurzaam Gebouwd is hierbij een voor de hand liggende partner. Het platform verenigt een groot aantal vooruitstrevende partijen, die alle vanuit een specifieke expertise een bijdrage kunnen leveren aan verdere innovatie van de bouwsector. Partners van Duurzaam Gebouwd kunnen hun ideeën poneren bij ARXLabs en Duurzaam Gebouwd. Beide partijen kijken vervolgens of het concept in hun ogen levensvatbaar is. “We komen ook zelf met ideeën voor mogelijke innovaties”, vult Walinga aan. Als voorbeeld noemt hij een concept waarbij is gekeken hoe in heel korte tijd een bestaand schoolgebouw duurzaam gerenoveerd kan worden. “We hebben enkele weken geleden met veertien partners om tafel gezeten om te kijken naar de haalbaarheid van zo’n concept. We hopen binnen korte tijd de resultaten van deze brainstormsessie te presenteren.”

Slimme combinaties Naar verwachting gaat Duurzaam Gebouw Labs uiteenlopende resultaten opleveren. Van de Groep: “Daarbij valt te denken aan nieuwe producten, maar bijvoorbeeld ook het realiseren van nieuwe product-marktcombinaties of het opzetten van startups.” Wolbert knikt. “Die labs kunnen de manier van denken in de sector veranderen. Momenteel redeneren veel aanbieders nog vanuit hun eigen product. Maar als je gaat nadenken over hoe je jouw product kunt combineren met de slimme oplossing van branchegenoten, kun je tot hele slimme combinaties komen, die ook nog eens goedkoper zijn.” En duurzamer, vullen Van de Groep en Walinga aan. Want dat de toekomst van de bouwsector een duurzame moet zijn: dat staat voor de initiatiefnemers van Duurzaam Gebouwd Labs als een paal boven water.

duurzaam gebouwd | juni 2016

135


ELKE WONING EEN SMARTHOME. ENERGIEMETING KLIMAAT LICHT MUZIEK VEILIGHEID

Nieuwbouw, verbouwing, bestaande woning? ONE Smart Control tovert klassieke elektriciteit om in een slim netwerk. Alle drukknoppen en stopcontacten worden veelzijdiger dan ooit èn je kan alles bedienen met een smartphone. Lichten gegroepeerd in- en uitschakelen, sferen creÍren, verwarming aanzetten vanop afstand, muziek bedienen ... Een waaier aan mogelijkheden, waaruit je kiest enkel wat voor jouw project past. ONE Smart Control geeft ook het energieverbruik weer, zodat men kan ingrijpen waar nodig om energie te besparen. Bovendien is het systeem gemakkelijk installeerbaar, zonder specifieke bekabeling of breekwerk.

www.onesmartcontrol.com


Duurzaam Gebouwd

‘Donorskeletten leiden naar een circulair Nederland’ Circulair bouwen begint bij de constructie, waarin meer dan de helft van het materiaal zit. Toch is zo’n tijdelijke constructie nog geen gemeengoed, ook al zijn de middelen voorhanden. Tijdens een Duurzaam Gebouwd Op Locatie-bijeenkomst met organisatiepartners IMd en VOBN blijkt dat circulair construeren vooral een kwestie van doen is. Tekst: Marvin van Kempen

“Ver voor de crisis bouwden we al circulair”, vertelde directeur Pim Peters van ingenieursbureau IMd afgelopen februari in zijn eigen kantoor in Rotterdam, dat diende als bijeenkomstlocatie. “Het is nog niet zo mainstream, dat overal in Nederland volledige herbruikbare gebouwen uit de grond worden gestampt. Een groot deel van de voorraad heeft wel potentie op dit gebied.”

Hergebruik en verticale uitbreiding “Om echt stappen te maken in de circulaire economie, moeten we ontwerpen aanpassen om opnieuw als element in te zetten”, liet hij weten. Hij belichtte in zijn presentatie een thesis van Maria Papageorgiou over de kosten en

milieu-impact van gebouwuitbreiding versus sloop en het aanbrengen van nieuwe structuur. Vier scenario’s tonen wat goedkoper is: hergebruik en verticale uitbreiding of sloop en het aanbrengen van nieuwe structuur. “Dat eerste is het geval. In één scenario is de besparing, die met hergebruik wordt bereikt ten opzichte van sloop en herstructurering, zelfs 84 procent.” Oude gebouwen kunnen gelden als donorskelet. Hierbij wordt de draagstructuur uit elkaar gehaald, zonder het tot puin te verwerken. Gebouwonderdelen zijn hierdoor opnieuw inzetbaar met minimale milieukosten. “Wanneer je naar reguliere kosten én milieukosten kijkt van sloop en nieuwbouw, kom je tot de conclusie dat opnieuw beginnen in veel gevallen duurder is. Een donorskelet beperkt het gebruik van primaire grondstoffen en brengt een circulaire economie dichterbij”, stelde Peters.

Circulariteit voor nieuwbouw

Dagvoorzitter Flip Verwaaijen liet aanwezigen aan het woord.

Om overal in Nederland donorskeletten te laten verschijnen, is het essentieel de circulaire toepassing van het gebouw in de ontwerpfase uit te werken. Fokke van Dijk van Rijksvastgoedbedrijf presenteerde een casus waarin tijdelijkheid als leidraad geldt. “Uitgangspunt bij een rechtbank in Amsterdam is om circulariteit in te zetten om nieuwbouw mogelijk te maken. De uitvoering gebeurt in fases, zodat de primaire processen door kunnen gaan.” Op de plattegrond was te zien dat drie bouwdelen samen een tijdelijke rechtbank vormen. Ook komt er een tijdelijke parkeervoorziening. “Essentieel voor het succes van dit project is de continuïteit van het primaire proces en geen verspilling van geld en materiaal”, verduidelijkt Van Dijk. “Na gebruik moet er een minimale hoeveelheid afval zijn. Er zijn drie manieren om dat te bereiken. Aan de voorkant gebruiken we gerecyclede elementen of elementen uit demontage van andere gebouwen. Daarnaast werken we

duurzaam gebouwd | juni 2016

137


Exploitatiekosten verlagen en binnenklimaat verbeteren?

Met vraaggestuurde ventilatiesystemen OxyGreen Collectief op basis van CO2 Regelklep

Vochtsensor

Regelunit

Handbediening

CO2-sensor

Energiezuinig Voor collectieve ventilatiesystemen CO2- en vochtregeling per appartement Voor nieuwbouw en renovatie (gebruik bestaande schachten) Gebruiksvriendelijk voor bewoners Laag geluidsniveau

Aralco NVS

T +32 56 52 80 60

E info@aralco.nl

I www.aralco.nl


Duurzaam Gebouwd

Fokke van Dijk van Rijksvastgoedbedrijf: “Uitgangspunt bij een rechtbank in Amsterdam is om circulariteit in te zetten om nieuwbouw mogelijk te maken.”

met biobased materialen, die we na afloop weer kunnen hergebruiken of aan de natuur teruggeven. Ten slotte borgen we het aan de achterkant van het proces, door bouwdelen opnieuw te gebruiken in een andere toepassing op een andere locatie.”

Goede en meetbare prestatie-eisen De aannemer blijft eigenaar van het gebouw en dat levert een financiële prikkel op. “Hoe hoger de restwaarde, hoe beter voor de eigenaar. Daarnaast sturen we bij de aanbesteding op het voorkomen van verspilling en de biedende partij krijgt hier extra punten voor”, lichtte Van Dijk het aanbestedingsproces toe. “Ik adviseer om het simpel

Meer Op Locatie-bijeenkomsten Komende maand organiseert Duurzaam Gebouwd nog meer Op Locatie-bijeenkomsten. Op dinsdag 28 juni is het Noord-Limburgse Kasteel De Keverberg de locatie voor Duurzaam Gebouwd Op Locatie: Duurzame Energie. Enkele dagen later, op dinsdag 5 juli, staat BIM centraal. Verder vond 26 mei op het hoofdkantoor van Ahrend in het Brabantse Sint Oedenrode de editie over Circulaire Economie: Inrichting plaats. Dit verslag is te lezen op DuurzaamGebouwd.nl/Duurzaam-Gebouwd-Op-Locatie. Hier staat ook aanvullende informatie over bovenstaande bijeenkomsten.

‘Het tussentijds opslaan van materiaal is sterk prijsverhogend’ te houden en alleen het casco en de gevel te meten: dit is zeventig procent van de milieulast.” Ook productmanager Nederland Walter Speelman van Mebin pleitte voor kwalitatief goede en meetbare prestatieeisen in het bestek. “Toch zijn de financiële middelen vaak bepalend en er mag wat ons betreft vaker worden gevraagd naar beton met gerecycled materiaal. De toepassing van betongranulaat, een onderdeel van het keurmerk Beton Bewust, is absoluut mogelijk. Mits de vraagzijde bereid is om te investeren in circulariteit.” In de toekomst is er een directe circulaire stroom, van slopen naar bouwen. “Daar werken we nu naartoe. Op dit moment is de tijd tussen slopen de start van de bouw vaak te lang. Het tussentijds opslaan van materiaal is sterk prijsverhogend.” Toch laten al enkele koplopers zien wat bouwen met duurzaam beton kan doen. “Neem het zwembad De Geusselt te Maastricht, waar honderd procent betongranulaat is toegepast. Het heeft uiteindelijk allemaal te maken met het durven investeren in circulair bouwen, want in technisch opzicht zijn er echt geen belemmeringen.”

duurzaam gebouwd | juni 2016

139


TVVL PILOT


Korte berichten uit de markt

Gezonde gebouwen: ‘Back to nature!’ Bij het bevorderen van productiviteit en gezondheid in de werkomgeving, draait alles om stress. Of liever gezegd: het wegnemen ervan. Je functioneren en gemoedstoestand is onder andere afhankelijk van je cortisolniveau. We leven tegenwoordig in een stressvolle omgeving en hier zijn we ons vaak niet eens van bewust. Gelukkig valt het cortisolniveau op allerlei manieren te verlagen. Goed voor de mens en de portemonnee. Voordat we deze maatregelen invoeren, is het interessant eens te kijken naar de achtergrond en context van het onderwerp gezonde omgevingen. Wat proberen we eigenlijk na te bootsen bij het creëren van een gezonde werkomgeving? Met verse lucht, goede akoestiek, natuurlijke materialen, voldoende daglicht, planten en rust? Het antwoord is... buiten! Onze natuurlijke omgeving. De natuur is onze oorspronkelijke habitat. Daar hebben we miljoenen jaren in geleefd, vrij succesvol ook. Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat veel zaken die we in de natuur terugvinden, het stressniveau verlagen. Focus op stressverlagende elementen is dan ook de basis van een Healing Environment. Dit werkt niet alleen in een ziekenhuisomgeving, maar ook op de werkplek. In de architectuur is een nieuwe stroming ontstaan: ‘Biophilic architecture’. Biofilie betekent vrij vertaald: liefde voor de natuur. Ieder mens, enkele uitzonderingen daar gelaten, is bewust of onbewust biofiel. Dat houdt in dat we ons aangetrokken voelen tot natuur en andere levende wezens. Daarom hebben we huisdieren en planten in huis, en gaan we op vakantie naar mooie oorden.

Begin maart publiceerde Jet Prevosth, Consultant Industry & Buildings bij Royal HaskoningDHV, de blog ‘Gezonde gebouwen: Back to nature!’. De blog werd zeer goed ontvangen en is veelvuldig op social media gedeeld. De volledige blog, met onder andere meer informatie over hoe de mens balans kan houden tussen technologie en natuur, leest u op DuurzaamGebouwd.nl. Zoek simpelweg naar ‘Back to nature’ en klik het artikel aan om de volledige blog te lezen.

Bewonersgedrag veranderen met gebruiksvriendelijke technologie Bewoners zijn in staat en bereid om hun energieverbruik blijvend te veranderen mits zij worden ondersteund door goed ontworpen, gebruiksvriendelijke technologie. Dit blijkt uit het onderzoek waarop Charlotte Kobus afgelopen vrijdag 29 april 2016 aan de Faculteit Industrieel Ontwerpen aan de TU Delft promoveerde. Een van de conclusies is dat bewoners die het feedbacksysteem op lange termijn blijven gebruiken, degenen zijn die energie besparen. Naast energiebesparing moeten huishoudens ook de elektriciteitsvraag beter aanpassen op het aanbod, nu er meer duurzame energie komt. Hierdoor kan er beter gebruik gemaakt worden van de beschikbare hernieuwbare energie van de bestaande elektriciteitinfrastructuur.

Lees meer over de conclusies uit het onderzoek op DuurzaamGebouwd.nl.

duurzaam gebouwd | juni 2016

141


Elke vakman kent de bitumineuze dakrollen van Troelstra & de Vries. Maar de tijd en de ontwikkelingen staan niet stil. Deeluitmakend van de Soprema Group kan Troelstra & de Vries u een wereld aan mogelijkheden aanbieden.

Zoals TPO dakbedekking, PMMA kunststof harsen, isolatie en zonne-energie. Met het advies van onze project adviseurs maakt u de juiste keuze.

BITUMEN I S O L AT I E

V LO E I B A A R

KUNSTSTOF

De beste oplossingen onder de zon.

ENERGIE

Neem contact op met onze project adviseurs voor een passend advies voor uw project. Bel (0)515 53 30 00 of mail naar info@troelstra-devries.nl


Korte berichten uit de markt

Totaalconcepten maken aangenaam binnenklimaat mogelijk Met gezondheid van de mens als uitgangspunt biedt Duurzaam Gebouwd-partner Duco vier totaalconcepten, waardoor gebruikers in uiteenlopende verblijfsomgevingen op een natuurlijke manier genieten van een gezond binnenklimaat. Een van die concepten is ‘DUCO at SCHOOL’, dat specifiek in scholen voor een aangenaam binnenklimaat zorgt. “Eén oplossing, vijf pijlers”, vat verkoopleider Nederland Richard Geraerts van Duco samen. “De kracht van het concept komt het best tot zijn recht in een nieuwbouwproject. In een bestaande situatie ben je erg afhankelijk van technische mogelijkheden en vooral onmogelijkheden.” Volgens hem is het de kunst om in een zo vroeg mogelijk stadium rond de tafel te zitten met de betrokken partijen. “Op die manier creëer je samen een oplossing die naadloos aansluit bij de wensen en behoeften van opdrachtgever en gebruikers. Tijdens het gehele proces zorgt Duco

voor een deskundig, alomvattend advies en een solide ondersteuning”, aldus de verkoopleider. De Duurzaam Gebouwd-partner bewees het succes van de aanpak tijdens verschillende schoolprojecten, waaronder Brede School ‘De Schakel’ in Ammerzoden en basisschool Neel in Maasniel. Doordachte toepassing van vijf basispijlers – basisventilatie, doorvoerventilatie, luchtafvoer, (nacht) koeling en buitenzonwering – zorgden voor een op maat gemaakte klimaatoplossing, steeds in nauwe samenwerking met onder meer architect en installateur. “Een aangenaam klimaat is één element van een duurzaam gebouw. Een efficiënt energieverbruik is minstens zo belangrijk en daarin voorzien we ook. Bijvoorbeeld met onze energiezuinige afvoerventilator, de DucoBox”, legt Geraerts uit. De oplossing zorgt voor een efficiënte luchtafvoer op plekken waar dat nodig is. “Daarnaast hebben we de technieken op het gebied van ventilatieve nachtkoeling. Een breed assortiment van zonweringsystemen vormt het sluitstuk van ons pijlerconcept. Daarnaast laten we onze totaalconcepten periodiek testen door onafhankelijke onderzoeksbureaus en worden de ervaringen van eindgebruikers steevast in kaart gebracht. De inzichten daaruit verkregen zetten we in om onze performance nog verder te verbeteren.”

Meer informatie over het concept en andere oplossingen vindt u op de website van Duco: Duco.eu. Het succes van de aanpak werd bewezen bij basisschool Neel te Maasniel.

Meer dan 3000 aanvragen voor SDE+ in voorjaar 2016 Tijdens de SDE+ voorjaarsronde 2016 zijn in totaal 3.354 projecten ingediend, met een totaal aangevraagd subsidiebudget van ruim € 8 miljard. De voorjaarsronde was van 22 maart tot en met 28 april 2016 geopend. Met de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE+) wil het ministerie van Economische Zaken de productie van duurzame energie stimuleren. Er is een budget van € 4 miljard beschikbaar om projecten te ondersteunen. Er zijn ruim voldoende projecten om het budget volledig te beschikken. De minister van Economische Zaken zal voor het zomerreces informatie geven over een tweede openstelling en de stand van zaken van de behandeling van de aanvragen. Een gedetailleerd overzicht van de stand van zaken van de SDE+ voorjaarsronde vindt u op de website van RVO, op RVO.nl.

duurzaam gebouwd | juni 2016

143


E

ALI PL AS

S

T

INIUM SYS UM TE AL M

R E C YC L A B

L

Verborgen vleugel gesc ge esc schiikt kt voo oor la age ge energ nergie ne rg gie e geb ebou bo ou uwe wen • isol is sol olat la atttiie iewa waarde arde ar de van an Uw 0. 0..95 95W/ 95 W/m m22K* K* • ove ov erral ral al he ettze elffde de aa an n nzi zich zi ch c ht •

Vlakke dorpel • iissol olat atiewa aar arde de va an n Uw 1. 1.01 0W W//m2 m2K K*** • ho hoog ogte tev ve ers r chil minde der da de dan 2 dan 2c cm • ge geen n wat ater erka kapj pjes jes e

Waasla Waa sla la andl nd n d aan n 15 5, B B-91 -91160 0 Loke Lok Lo okere ok errre e en T: +32 +3 9 340 40 0 55 55 55 E in E: inf nfo@a nf nfo@a o@ o @ @alip lipla liplas last.c las t.c .c com m *g *ge *getes getesst mett Ug 0.6 0 6 af afmet m in in ing ngen b1. b1 23x 23xh1 h1. 1 48 4 **g gete etest st met me Ug g 0. 0.6 afmetin fm tin fme ingen gen n b4 4.60 60xh3 60 xh3 h3 3.00 00 0


Smart Home Controls (Domotica in de volksmond)

AMERSFOORT - Energiezuinig zijn, de woning

fluitje van een cent, de elementen zijn altijd

beveiligen, het klimaat moeiteloos beheersen

te verplaatsen, zonder dat dit schade aan de

in huis; veel consumenten streven hiernaar,

woning oplevert. Uitbreiden van de elementen

maar weten eigenlijk niet precies hoe ze dit

kan op ieder gewenst moment, dus ook

kunnen bereiken. iNELS weet dit wel, en biedt

achteraf. Uiteraard wordt het systeem snel en

een heel gemakkelijke manier om dit alles te

vakkundig door professionals geïnstalleerd.

bereiken met slechts één druk op de knop!

Daarbij is het systeem ook nog eens een stuk goedkoper dan veel van de concurrenten!

Wat is iNELS?

iNELS is er voor iedereen!

iNELS is een systeem waarmee consumenten, volledig draadloos via een app (Android of

Meer weten?

iOS) op smartphone of tablet, binnenshuis of

Kijk op onze website www.ktc-nederland.nl

vanaf afstand, alle apparaten in hun woning kunnen bedienen. Dat betekent dat men met slechts één druk op de knop rolluiken kan bedienen, apparaten aan of uit kan zetten, lichten kan dimmen of de verwarming omlaag kan draaien. De mogelijkheden zijn eindeloos en het systeem kan op iedere woning perfect worden afgestemd.

Haarlerberg 12 3825 CD Amersfoort

Voordelig en eenvoudig

T: 033-888 67 99

Het installeren van het iNELS systeem is een

E: info@ktc-nederland.com


Recyclen is geen keuze, het is noodzaak. Schaarste van grondstoffen is een groeiend probleem; de vraag naar grondstoffen en energie neemt toe, de beschikbaarheid neemt af. Afval is geen afval meer, maar een grondstof die na recycling als nieuw product teruggebracht wordt in de kringloop. Zo ook vlakglasafval.

Zonder kwaliteitsverlies kan glas steeds opnieuw gebruikt worden als grondstof voor nieuw glas. Door hergebruik levert één kilo glasscherven een besparing van 1,2 kilo op aan primaire grondstoffen zoals zand en soda. Het versmelten van glasscherven tot nieuw glas bespaart energie en beperkt de uitstoot van rookgassen zoals CO2 . Stichting Vlakglas Recycling Nederland zamelt alle soorten vlakglasafval in om het vervolgens te laten recyclen. Vlakglas wordt gebruikt in de woning- en utiliteitsbouw.

Wij bieden: • een landelijk dekkend netwerk waar vlakglas gratis gestort kan worden; • containers op renovatie- en sloopprojecten (gratis boven 10 ton per jaar); • lage huurtarieven; • ruime acceptatievoorwaarden; • alle vlakglassoorten mogen bij elkaar; • een platform voor innovatie; holglas • een inspirerend voorbeeld voor andere industrieën, nationaal en internationaal; • een door het ministerie geaccepteerde isolatie wijze van verantwoorde inzameling.

vlakglas

Vlakglaskringloop

In het Bouwbesluit is in 2014 de verplichting opgenomen dat vlakglas, al dan niet met kozijn, bij het slopen aan de bron gescheiden moet worden. De regeling geldt voor hoeveelheden groter dan 1 m3. Vlakglas Recycling Nederland neemt deel aan het Life+ project ‘Flat to Flat’ van AGC. Dit project ontvangt een Life+ subsidie van de Europese Unie. Doel is het ontwikkelen van een innovatieve methode voor recyclen en upcyclen van (vlak)glasafval binnen de vlakglasproductie (www.agc-flattoflat.eu) Postbus 340

270 0 AH Zoetermeer

088 567 88 20

w w w.vlakglasrecycling.nl

Duurzaam Gebouwd Colofon

Partnerships en Commercie

Marketing & Events

Duurzaam Gebouwd is een uitgave van DGB BV en verschijnt in een oplage van 12.500 exemplaren.

Pieter Fritz, Platformmanager E: fritz@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 25 13 91 55

Nicol Levers Medewerker Marketing & Events E: levers@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70

Uitgeverij / redactieadres DGB BV, Beekhuizenseweg 11, 6881 AA Velp T: +31 (0)85 273 59 70

Redactie Tijdo van der Zee, eindredactie Tim van Dorsten, Redactie E: vandorsten@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70 Marvin van Kempen, Redactie E: vankempen@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70 Aan Duurzaam Gebouwd nr. 34 werkten mee: Petri Benschop, Marieke Buijs, Henk-Jan Hoekjen, Tom de Hoog, Peer Odekerken, Johanna Quelle-Dreuning, Hans Roggen, Ingrid Rompa, Ton de Kort, Wytze Kuijper, Liobe Stelloo, Gerrit Tenkink, Jim Teunizen, Robert Tjalondo, Jeroen Verberne Alle advertentieplaatsingen worden afgesloten conform de Regelen voor het Advertentiewezen, gedeponeerd bij de rechtbanken in Nederland. Vrijwaring Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld. Evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook. © DGB BV Het verlenen van toestemming tot publicatie in Duurzaam Gebouwd houdt in dat de uitgever met uitsluiting van ieder ander onherroepelijk door de auteur gemachtigd is de door derden verschuldigde vergoedingen voor kopiëren, als bedoeld in art. 17 lid 2 van de Auteurswet 1912 en in het Koninklijk Besluit van 20 juni 1974 (Stb. 35) ex en art. 16b van de Auteurswet 1912; te innen en/of daartoe in een buiten rechte op te treden. ISSN 2210-5689

146

juni 2016 | duurzaam gebouwd

Jeroen Titalepta, Projectmanager E: titalepta@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 50 71 29 32 Eva Vlas, Relatiemanager E: vlas@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 31 99 22 60 Dave Refoealoe, Eventmanager E: refoealoe@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 46 13 36 65 Jaap Kries, Adviseur E: kries@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 46 02 12 05 Joey van Laere, Adviseur E: vanlaere@buildingholland.nl T: +31 (0)85 273 59 70 Dirk van Gemert, Projectmanager E: vangemert@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 46 02 12 06

Bibianne Kerkhoff Campagnemanager E: kerkhoff@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 15 36 24 10 Kirsten van Trooijen, Campagnemanager E: vantrooijen@duurzaamgebouwd.nl T: +31 (0)85 273 59 70 Zohal Rezaie, Medewerker Marketing & Events E: rezaie@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 25 15 38 35 Barbara Berkelaar Medewerker Marketing & Events E: berkelaar@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 21 18 26 18

Website www.duurzaamgebouwd.nl

Directie

Verspreiding

Richard Klein MBA E: klein@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 21 84 68 78

DGB BV, info@duurzaamgebouwd.nl

Wietse Walinga E: walinga@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 21 84 69 06

Communicatie & PR Annemarijn Mutsaers E: mutsaers@duurzaamgebouwd.nl M: +31 (0)6 25 15 35 64

Opmaak en druk Real Concepts BV, Velp


solid-air.nl

Innovatieve oplossingen voor lucht- en klimaattechniek

Kan een gebouw flexibel van bestemming veranderen? Jazeker!

Solid Air ontwikkelt en produceert innovatieve oplossingen voor een gezond en comfortabel binnenklimaat. Systemen die ruimtes voorzien van frisse lucht en de juiste temperatuur. Alles op het gebied van klimaatbeheersing en luchttechniek, van roosters en luchtbehandelingskasten tot en met koelconvectoren, klimaatplafonds en brandwerende producten. Producten van Solid Air onderscheiden zich door efficiënt warmte- en koudetransport, lage temperatuurverwarming, hoge lekdichtheidsklasses en het gebruik van duurzame materialen. U komt Solid Air producten tegen in utiliteits- en woningbouw, retail, industrie, zorginstellingen, ziekenhuizen en zwembaden, maar ook in de scheepsbouw. Zowel nationaal als internationaal.

Het moderne gebouw heeft niet meer tot in de eeuwigheid dezelfde functie. De wereld verandert snel en sterk. Bovendien is herbestemmen veelal duurzamer dan afbreken en herbouwen. Maar om bijvoorbeeld een leegstaand kantoor efficiënt te kunnen transformeren in woonruimte, publieksruimte of bijzondere bestemming, is een flexibele basis een vereiste. ABB realiseert geavanceerde installaties die eenvoudig naar wens zijn aan te passen. Met Clixys® als flexibel aftaksysteem voor verlichting, bediening en contactdozen. Met stekerbare contactpunten voor snelle en veilige installatie. En met slimme automatiseringsoplossingen voor maximale functionaliteit op maat. www.abb.nl/lowvoltage

De kracht van Solid Air

•Alle disciplines in huis: Luchtbehandeling, luchtverdeling klimaatplafonds en brandwerende producten Breed en bekend productenpakket met goede energieprestaties Zeer korte levertijden van zowel standaard producten als maatwerk

• •

•Eigen productontwikkeling en testfaciliteiten •Flexibel en snel bij specifieke klantwensen •Uitstekende documentatie van al onze producten •Gemotiveerde medewerkers

Solid Air® Climate Solutions maakt deel uit van de Nijburg Industry Group. De groep omvat een internationaal actieve organisatie die bestaat uit de bedrijven Solid Air® (luchtbehandeling, luchtverdeeltechniek, klimaatplafonds, brandwerende producten en koelconvectoren), Velu® Klimaattechnische Groothandel, Nijburg® Klimaattechniek (engineering, installatie en montage).

ABB b.v. Frankeneng 15, NL-6716 AA Ede Tel. +31 (0)318 66 93 00, Fax +31 (0)318 63 17 18 E-mail: info.lowvoltage@nl.abb.com Tel +31 20 696 69 95 mail@solid-air.nl


Samenwerking met meerwaarde

ENERGIENEUTRALE WONINGBOUW-CONCEPTEN

+ Verwarming, koeling en warm tapwater tegen 500% rendement + Komt in aanmerking voor de ISDE-subsidie en EIA-2016 + Bewezen concept voor nul-op-de-meter + Geen gasaansluiting nodig + 100% koolmonoxide vrij + Compacte plug-and-play installatie + Forse EPC-verlaging

Opzoek naar een warmtepomp-oplossing? Bestel de brochure via:

WWW.ALKLIMA.NL

Duurzaam Gebouwd # 34 | juni 2016

ALL-ELECTRIC WARMTEPOMP-OPLOSSINGEN VOOR LAAG- EN HOOGBOUW

Marjan Minnesma en Roger Cox: ‘Het recht kan een uitstekend drukmiddel zijn.’ # 34 | juni 2016

Renovatie

Circulaire economie

Met onder meer de marktvisie van Wytze Kuijper ‘Maak jij het verschil?’ en de getransformeerde kantoorpanden in het centrum van ’s-Hertogenbosch.

Met onder meer een rondetafelgesprek met ‘C2C Bouwgroep’-leden, een reportage over de circulaire verf van Rigo Verffabriek en een interview met architect Frank Marcus.

‘Geef steden meer verantwoordelijkheid’ Eerste hotel met klimaatactieve gevel Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in De Bongerd


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.