Inhoud HOOFDSTUK 1 Tweede Kamerverkiezingen 2021 ................................................................................................................................. 2 HOOFDSTUK 2 Eindopdracht ......................................................................................................................................................................... 6
HOOFDSTUK 1
Tweede Kamerverkiezingen 2021 OPDRACHT 2 Wat is het tegenovergestelde van een minderheid? Een meerderheid.
Wat betekent het dat de meerderheid beslist? De meeste stemmen gelden.
Bedenk 1 situatie waarbij jullie als klas een meerderheidsbesluit kunnen nemen. Of hebben genomen. Eigen antwoord.
Wat is een nadeel van een meerderheidsbesluit? Als veel mensen tegenstemmen, maar ze zijn net niet de meerderheid, krijgen ze wel met het plan te maken
Hoe kun je met dat nadeel omgaan? Probeer altijd rekening te houden met de minderheid.
OPDRACHT 3 Wat past bij jou? Ik ben ouder dan 18 jaar. Ik heb de Nederlandse nationaliteit. Zet een kruisje bij de zinnen die bij jou horen. Ik ben ouder dan 18 jaar. Ik heb de Nederlandse nationaliteit. Ik woon langer dan 5 jaar in Nederland. Ik heb de nationaliteit van een Europees land. Mag jij stemmen voor de Tweede Kamer? ja / nee
OPDRACHT 4 Vind jij het belangrijk om te stemmen? Leg uit waarom je dat vindt. Eigen antwoord.
Overleg met de klas. Vinden jouw klasgenoten het belangrijk om te stemmen? Schrijf 3 redenen op waarom klasgenoten het wel of iet belangrijk vinden. Eigen antwoord.
OPDRACHT 6 Wie zitten er in de regering? De koning, de minister-president en de ministers.
Wie bedenken nieuwe wetten voor het land? De ministers.
2
Tweede Kamerverkiezingen 2021
Wie is de voorzitter van de regering? De grootste politieke partij na de verkiezingen.
Wie kiest de minister-president? De grootste politieke partij na de verkiezingen.
OPDRACHT 7 Vul de goede woorden in. Kies uit: - Tweede - parlement - regering - Eerste - leden Het parlement moet de plannen van de regering goedkeuren. Het parlement bestaat uit de Eerste Kamer en de Tweede Kamer. De Tweede Kamer heeft 150 leden Wie kiezen de Tweede Kamer? Alle Nederlandse kiezers.
Hoe vaak kun je kiezen voor de Tweede Kamer? Elke 4 jaar.
Stem je op een politieke partij of op een persoon? op een politieke partij op een persoon die hoort bij een politieke partij Hoe worden de leden verdeeld in de Tweede Kamer na de verkiezingen? Een partij die veel stemmen kreeg, krijgt veel leden. Een partij die weinig stemmen kreeg, krijgt weinig leden.
OPDRACHT 8 Doe deze opdracht met een klasgenoot. Welke politieke partijen kennen jullie? Welke partijleider hoort erbij? Schrijf dat erachter. 1. Partij 2. Partij 3. Partij 4. Partij 5. Partij 6. Partij 7. Partij 8. Partij 9. Partij 10. Partij 11. Partij 12. Partij
OPDRACHT 9 Welke partij komt bij jou als eerste op de lijst? Partij. Past deze partij ook echt goed bij jou? Eigen antwoord.
3
Zijn er klasgenoten die dezelfde partij als eerste hebben staan? ja / nee Wat vindt de partij het allerbelangrijkste? Eigen antwoord.
Vind jij dat ook belangrijk? ja / nee Leg je antwoord uit. Eigen antwoord.
Ben je het eens met de ideeën van deze partij? ja / nee Leg je antwoord uit. Eigen antwoord.
Wie is de leider van deze partij? Naam.
Zoek een foto van de leider en plak die hier op.
Zoek op internet een filmpje van de partijleider. Gebruik de zoekwoorden partijleider en de naam van de partij. Wat was het belangrijkste dat je hoorde in het filmpje? Eigen antwoord.
Wil je op deze partij stemmen? ja / nee Leg je antwoord uit. Eigen antwoord.
Welke partij wil je dan onderzoeken? Eigen antwoord.
4
Tweede Kamerverkiezingen 2021
OPDRACHT 10 Wat is een stempas? Een uitnodiging om te stemmen.
Wat staat er op de kieslijst? De partijen en de namen van mensen waarop je kunt stemmen.
Noem drie verschillende identiteitsbewijzen. 1. paspoort 2. identiteitskaart 3. rijbewijs Waar kun je stemmen? Op een stembureau in je gemeente.
OPDRACHT 11 Lees de tekst. Zoek de goede foto bij de tekst. Schrijf het nummer van de goede foto naast de tekst. Een stembureau is dicht bij je huis. Vaak in een school, bejaardenhuis of buurthuis. 8
Zorg je dat je alle papieren bij je hebt.
1
In het stembureau geef je de stempas en je identiteitsbewijs aan de mensen die achter een tafel zitten.
6
Gebruik alleen het rode potlood.
2
Op het stembiljet staan rijen met namen van de personen op wie je kunt stemmen. 4 Boven elke rij staat de naam van de partij. Vouw in het stemhokje het stembiljet open.
5
Zoek de naam van de partij en de naam van de persoon op wie je wilt stemmen. Maak met het rode potlood het vakje voor de naam rood.
3
Vouw het stembiljet dicht. Ga het stemhokje uit. Stop het stembiljet in de stembus. 7
5
HOOFDSTUK 2
Eindopdracht OPDRACHT 1 Ik kies de partij: Zoek de andere klasgenoten op die bij dezelfde partij willen horen. Jullie zijn een groep. Leerling 1 = Naam Leerling 2 = Naam Leerling 3 = Naam Leerling 4 = Naam Schrijf 5 standpunten op. 1. Standpunt. 2. Standpunt. 3. Standpunt. 4. Standpunt. 5. Standpunt. Bedenk een leus. Daarmee maak je duidelijk wat jullie partij belangrijk vindt. Jullie eigen leus.
Bespreek samen wat jullie belangrijk vinden op de poster. Eigen antwoord.
Welke taak/ taken heb jij gedaan? Ik stond op de kieslijst van mijn partij. Ik heb meegewerkt aan de toespraak voor de lijsttrekker. Ik was lid van de stemcommissie. Ik heb stempassen gemaakt. Ik heb het stemhokje gemaakt. Ik heb de kieslijst gemaakt. Ik heb voor een stembus gezorgd. Ik heb campagne gevoerd. Ik heb een toespraak gehouden. Ik heb gestemd. Ik was de winnaar van de verkiezingen. Ben je tevreden over de manier waarop jij jouw taak/taken hebt gedaan? ja / nee Leg je antwoord uit.
6
Eindopdracht
Eigen antwoord.
In deze opdracht moest je samenwerken. Bedenk hoe jij de tabel invult voor jezelf. Bespreek dat met je klasgenoten en docent. Vraag hen om tops en tips. Tops zijn dingen die heel goed gaan. Tips zijn dingen die beter kunnen. Vul daarna de tabel in.
Ik houd me aan mijn afspraken. Ik draag bij aan een goede sfeer in de groep. Ik heb respect voor de mening van anderen. Ik doe mee met de groep. Ook als ik iets niet zo leuk vind. We verdelen samen de taken. Tops:
Tips:
Beoordeling docent:
7