Poptahof Press

Page 1

8 april 2008

POPTAHOF PRESS A2 casus

Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Duurzame oplossingen in het Delftse Poptahof:

Het gebruik van restwarmte als nieuwe trend voor het aanpakken van het klimaatprobleem? DELFT - 6 februari 2008

De wijk Poptahof is toe aan herstructurering. De buurt zoals deze nu is kent weinig variatie en in de loop der jaren is de goede reputatie die de wijk ooit had onder druk komen te staan. Het uitgangspunt voor de vernieuwde Poptahof is een schone en veilige buurt, met variatie in woningtypen1. Bij de herstructurering speelt duurzaamheid een grote rol; waar het mogelijk is worden maatregelen genomen om het milieu te ontzien. Hierbij kan gedacht worden aan CO2-reductie, energiebesparing en gebruik van duurzame energie. Dit met het oog op het Delftse Klimaatplan 2003-2012 2, waarin de gemeente Delft haar ambities aangaande duurzame ontwikkeling verwoordt. Toepassing restwarmte DSM Gist Voor het opstellen van het Klimaatplan in 2003 is door de gemeente Delft een onderzoek gedaan naar industriële warmte die ‘verloren gaat’, en gebruikt kan worden voor verwarming van woningen en kantoren2. Na een eerste inventarisatie bij de DSM Gistfabriek blijkt dat ca. 200 TJ restwarmte met een hoog temperatuurniveau en ca. 100 tot 200 TJ restwarmte met een laag temperatuurniveau (ca. 30-35°C) vrijgemaakt zou kunnen worden bij. De restwarmte kan middels een warmtenet getransporteerd worden naar de Spoorzone en Poptahof. Dit alles moet voor de gebruikers niet meer gaan kosten dan wat zij op dit moment voor hun energie betalen. Het is niet helemaal duidelijk wie de kosten op zich gaat nemen mochten die onverhoopt hoger uitvallen. Actoren en hun belangen Voor het verkrijgen van de restwarmte zijn allereerst producenten nodig, in dit geval de afvalwaterzuivering in Delft. De nodige installaties worden geleverd

door het bedrijf Ketelhuis. De warmtedistributie naar de gebruiker toe gaat via een warmtebedrijf dat nog opgezet moet worden. Dit wordt gedaan door het agentschap SenterNovem. Voor al deze producenten is het van belang dat ze geen financiële nadelen ondervinden van de warmteverdeling. De gebruikers van de restwarmte zullen bewoners, de basisschool en woningcorporatie Woonbron zijn. Zij willen geen extra geld kwijt zijn aan installaties en dure stroom en ze willen geen nadelen ondervinden aan het gebruiken van de restwarmte. De regelgevers zijn in dit geval de gemeente Delft en Woonbron. Zij hebben overeenkomstige belangen; zichzelf profileren als milieuvriendelijke gemeente, respectievelijk corporatie. Bovendien willen ze voorloper zijn op het gebied van oplossingen voor het verminderen van de CO2 uitstoot. Tenslotte zijn er de onderzoekers/ adviseurs. In dit geval zijn dat SESAC en gemeente Delft. Zij subsidiëren de herstructurering met twee redenen: De eerste is om aan te moedigen tot onderzoek naar innovatief en vernieuwend energiegebruik. Ten tweede om kennis te vergaren en dat in andere projecten toe te passen.

Huidige situatie

Toekomstige situatie

POPTAHOF Lees meer over deze casus

Klimaatplan Delft 2 Actorenbeschrijving 2 Interview met Ir. K. Kruijff 4 Kosten en baten 6 Is het wenselijk dat de Varianten en alternatieven 7 gemeente Delft het geTechniek en middelen 8 Debatbeschrijviing 9 bruik van restwarmte Concept en duurzaamheidscriteria 10 als alternatieve energieRestwarmte in de media 11 bron stimuleert in het Geschiedenis 12 herstructureringsgebied Invloed op de ruimte 14 Poptahof om de gestelde Invloed op de tijd 16 doelen aangaande de EXTRA KATERN : Toekomst 18 CO2-uitstoot te behalen? Literatuurlijst 28

(Lees hier meer over op pagina 2: ‘Wie is wie in het restwarmteproject in Poptahof?’)

1


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Problematiek Dit is een project dat veel geld gaat kosten. Het is maar de vraag of restwarmte wel de aangewezen energiebron is om al dit geld in te steken. Er is nog maar weinig geëxperimenteerd met dit soort projecten, dus het zal ook een tijdrovend bouwproces worden. De vraag is of dit het wel waard is, zouden er ook alternatieven zijn om de CO2-emissie terug te dringen? De partijen die hier tegenover elkaar staan zijn enerzijds de initiatiefnemers (onderzoekers, regelgevers en de producenten) die graag restwarmte willen gaan gebruiken/onderzoeken als alternatieve energiebron. Bronnen: 1. http://www.poptahof.nl/?id=110 2. Gemeente Delft, 3E: Klimaatplan Delft 20032012 (2006)

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Anderzijds staan de bewoners; welke nadelen zal het gebruik van restwarmte met zich meebrengen, en zijn er geen

Evelien van Winsen 1333887

andere alternatieve energiebronnen die geschikter zijn om de CO2-emissie terug te dringen?

Duurzaamheid: Klimaatplan Delft

De gemeente Delft wil met dit plan haar verantwoordelijkheid nemen in de aanpak van de klimaatproblematiek. Met 20 grotere en kleinere projecten, waarvan Poptahof er dus één is, wil de gemeente laten zien dat op lokale schaal een forse CO2-reductie mogelijk is. Delft zet hoog in, ze wil namelijk graag koploper zijn en blijven in Nederland. Delft krijgt ook nu al veel aandacht uit het buitenland en is trendsetter watbetreft innovatieve duurzame oplossingen.Het doel van het klimaatplan is trendombuiging in de CO2-emissie. Daarbij is rekening gehouden met het feit dat de uitstoot zal toenemen door nieuwe ontwikkelingen in de stad. Het specifieke doel van de toepassing van restwarmte is een CO2reductie van 16800 ton per jaar2.

Wie is wie in het restwarmteproject in Poptahof? DELFT - 12 februari 2008 In dit artikel komen alle actoren die een rol spelen in het Poptahof-project uitgebreid aan bod. Hun, vaak overeenkomende belangen komen naar voren en om een duidelijk beeld van alle onderlinge relaties te geven is op deze pagina een zogenaamd ‘actorenweb’ weergegeven. Producenten

Delfluent: Afvalwaterzuivering (AWZI) Harnaschpolder Het hoogheemraadschap Delfland zorgt samen met Delfluent voor de afvalwaterzuivering bij de Harnaschpolder. De vrijkomende restwamte van deze AWZI zal gebruikt worden voor de verwarming van de wijk Poptahof. Het bedrijf zal in dit geval de enige producent zijn van restwarmte, want AWZI produceert genoeg warmte voor dit project. Bij de levering van de warmte aan de huizen zal een Warmtebedrijf worden opgericht in samenwerking met ENECO. Delfluent zal door het leveren van restwarmte aan de kant zitten van ‘planet’. Het is een bedrijf zonder winstoogmerk, dus ze werken enkel mee voor hun imago: ze willen te naam staan als een duurzaam bedrijf 1.

Gebruikers

De groep ‘gebruikers’ binnen de actoren is onder te verdelen in 2 partijen. Deze partijen zijn de bewoners en de woningcorporatie Woonbron. Uiteindelijk is Woonbron eigenlijk de enige actor binnen de groep gebruikers, aangezien de bewoners geen stem hebben in het debat. De bewoners hebben niet erg veel invloed en zijn georganiseerd in flatcommissies2

2

(huidige bewoners), klantenpanels (huidige en toekomstige bewoners) en, nog op te richten, verenigingen van eigenaars (toekomstige bewoners) 3. Via deze organen worden de bewoners op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen en wordt ook naar hun mening gevraagd. De bewoners zitten echter niet om de tafel met de rest van de actoren, zij worden naar die andere actoren vertegenwoordigd door Woonbron 4. De bewoners hebben, evenals Woonbron, vooral belang bij het kostenverhaal, alhoewel dat al wel beschermd wordt door een overeenkomst. Deze overeenkomst zegt namelijk al dat de kosten voor

energie uit restwarmte voor de bewoners niet hoger mogen zijn dan de kosten voor reguliere energie5.

Al met al hebben de bewoners verder geen officiële stem in de het debat en daardoor ook geen middelen om hun belangen te behartigen. Woningcorporatie Woonbron, opgericht in 19076 is gefuseerd met Delftwonen in 20047. Destijds was Delftwonen al begonnen met de plannen voor de renovatie van de Poptahof. Woonbron is hiermee doorgegaan en is ook met verschillende partijen om de tafel gaan zitten om een zo klimaatvriendelijk mogelijk plan te maken voor de


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Poptahof. Binnen het restwarmteverhaal behartigt Woonbron voornamelijk de belangen van de bewoners. Verder hebben ze zelf baat bij een groen imago. Uit alles blijkt dat Woonbron zich wil profileren als een zeer klimaatbewuste woningcorporatie bij welke mensen graag huren. De macht van Woonbron ligt in het feit dat de Poptahof haar eigendom is en ze zich zou kunnen terugtrekken als het niet naar verwachting verloopt. Verder kan Woonbron de bewoners mobiliseren, mochten er plannen negatief voor hen uitpakken.

Regelgevers

De gemeente Delft speelt, voor een deel samen met Woonbron, de belangrijkste rol binnen het restwarmteproject en heeft dan ook directe contacten met andere actoren, zoals de SESAC-partners. Ingenieur Kees Kruijff is restwarmteprojectleider en elders in deze krant is een interview met hem beschreven. De gemeente heeft als belangrijkste doelstelling het behalen van de klimaatdoelstellingen zoals die worden beschreven in het Kyoto-protocol, dat door de Europese Unie is ondertekend 8. Verder streeft de gemeente Delft er ook naar om op het gebied van technologische vernieuwingen voorop te lopen in Nederland, zodat er echt een imago van Delft als technologiestad ontstaat. De gemeente Delft heeft het beste voor met haar inwoners, want er is namelijk toegezegd dat die niet meer voor duurzame energie hoeven te betalen dan voor een traditionele energievoorziening gebruikelijk zou zijn. De gemeente is bereid om

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

25 procent van de investeringskosten voor de herstructurering van de Poptahof op zich te nemen als er aantoonbaar

duurzame energiemaatregelen worden getroffen. De gemeente streeft er naar om de EPL- (Energie Prestatie op Locatie) en EPC-waarden (Energie Prestatie Coëfficiënt) in de geherstructureerde Poptahof 20 procent hoger te laten zijn dan de huidige bouwvoorschriften vereisen9. Dat kan bereikt worden door het restwarmteproject, maar indien dit onverhoopt niet lukt zijn er diverse andere scenario’s beschikbaar om toch zo dicht mogelijk bij een EPL van 6,0 uit te komen. Die worden ook elders in deze krant beschreven. De gemeente Delft ligt in de duurzaamheiddriehoek het dichtst bij de punt met ‘planet’, aangezien het behalen van de klimaatdoelstellingen het voornaamste doel is. Verder is ‘people’ ook heel belangrijk, omdat de gemeente er voor kiest om negatieve gevolgen voor bewoners volledig in te dekken. ‘Prosperity’ is veel minder van belang, omdat de nadruk niet op geld mag liggen, maar juist op het einddoel.

Adviseurs

Partners (in SESAC project) Omdat meer Europese steden in restwarmte een goede duurzame energiebron zagen hebben zes landen binnen Europa samen bij het SESAC project aangeklopt voor een subsidie. Hiernaast echter werden deze steden (Delft uit Holland; Grenoble uit Frankrijk; Växjö uit Zweden ; Kaunus uit Litouwen; Muscolc uit Hongarije en Vastseliini uit Estland) geacht hun informatie die ze inwonnen te delen met de andere steden waardoor ze als adviseurs voor el-

Evelien van Winsen 1333887

kaar optreden1. De EU heeft het Concerto-initiatief in het leven geroepen10. Deze heeft als doel het zoeken naar duurzame energiebronnen om aan de energiebehoefte in Europa te voldoen11. Een van de projecten die in de Concerto-initiatief zitten is het project SESAC (Sustaineble Energy Systems in Advanced City’s) Dit project heeft als doel om de innovatie van duurzame energiebronnen te vergroten. Verschillende steden uit Europa onder initiatief van Växjö zijn samen naar dit programma gegaan waardoor ze een subsidie kregen en ze zoals hieronder weergegeven ook als adviseurs van elkaar optreden. Als er bijvoorbeeld ergens bij een actor in Grenoble een onderzoek heeft gedaan wat gunstig is voor de casus dan krijgen de andere steden dit resultaat ook in de handen geschoven via de SESAC samenwerking. Het belang dat deze steden hebben bij de samenwerking is het uitwisselen van on-

derzoeksresultaten waardoor de ontwikkeling van restwarmte als energiebron sneller kan verlopen3.

Gemeente Delft Er zijn onderzoeken geweest naar technische aspecten van het verhaal als, Hoe tappen we de warmte bij AWZI af, Hoe kunnen we ons warmtenet op die uit TU wijk aansluiten (In dit netwerk wordt gewerkt met hogere temperaturen) en Hoe takken we af naar de overige uitbreidingswijken die worden aangesloten op het netwerk. Ook de het financiële plaatje is geanalyseerd en onderzoek naar gedaan. Dit alles kwam als opdracht van de Gemeente Delft af en zijn verstrekt aan ingenieurs die verder niet bij naam worden genoemd. Daarom hoort de Gemeente Delft ook bij onderzoekers/ adviseurs1.

Bronnen 1. Interview met dhr. Kruijff, 19 feb 2008 2. www.poptahof.nl 3. Gemeente Delft, Warmte voor Delft (augustus 2006) 4. http://www.kristal.org/cms/publish/content/ showpage.asp?pageid=106 5. Kruijff, K.; Delft e.o: Gebruik industriële warmte 6. Ruysbroek, M. e.a; ‘We hadden 32 woningen - dat was het begin’ 7. http://www.woonbron.nl/delft/woonbrondelft/ overwoonbrondelft.asp 8. http://nl.wikipedia.org/wiki/Kyoto-protocol 9. G3 Advies bv, Duurzaamheid bij herstructurering - De Praktijk: De Poptahof in Delft. Culemborg, 26-06-2005, Culemborg 10. http://concertoplus.eu/CMS/content/ view/135/421/ 11. http://www.concerto-sesac.eu/spip. php?rubrique7

3


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Interview met Ir. K. Kruijff

Evelien van Winsen 1333887

En hoe zit het met de samenwerking met DSM Gist? We hebben namelijk DELFT - 19 februari 2008 Om een duidelijker inzicht te geven in de stand van vernomen dat DSM zich teruggetrokzaken rond het restwarmteproject voor de Poptahof in Delft hebben wij een ken heeft. interview afgenomen met een persoon die relaties met meerdere betrokken DSM heeft zich niet teruggetrokken, actoren heeft. Bij het zoeken naar de juiste persoon zijn wij uitgekomen bij maar de gemeente Delft heeft de saingenieur Kees Kruijff, die werkzaam is bij de gemeente Delft. Hij vertegen- menwerking beëindigd, omdat het woordigd de gemeente en is ook contactpersoon voor het Europese SES- moeilijk is om in te schatten of zo’n saAC-project. Hij heeft dus ook kennis van subsidieregelingen en aanverwante menwerking lang stand zal houden. We zaken. Verder is hij co-auteur van het boek ‘Warmte voor Delft’, dat al eerder weten bijvoorbeeld niet of de DSM fageraadpleegd is voor ons onderzoek. briek er over twintig jaar nog zal staan. Het interview is afgenomen door Reinhard Prophitius en Eelko Kroon. De restwarmte voor de Poptahof zal Contactgegevens geïnterviewde: gramma subsidies beschikbaar voor pro- worden verstrekt door AWZI, de Afval Gemeente Delft jecten waarbij tenminste drie gemeenten Water Zuiverings Installatie ten noordIr. K. Kruijff uit verschillende lidstaten betrokken zijn. westen van Delft. Deze installatie Postbus 78 2600 ME Delft De gemeente Växjö in Zweden was heeft genoeg capaciteit om in Telefoon: (015) 260 2788 bezig met onderzoek naar en toepassing de toekomst zelfs heel Delft van E-mail: kkruijff@delft.nl van duurzame systemen voor stadsver- warmte te kunnen voorzien. warming. Deze gemeente wilde in aan- Een andere warmtebron zou de gasturHoelang is de gemeente Delft al betrok- merking komen voor een EU-subsidie binecentrale vlakbij de Kruithuisweg in ken bij het herstructureringsproject van en is gaan zoeken naar partners in an- Delft kunnen zijn. Deze centrale wordt De Poptahof? dere lidstaten. Daardoor ontstond een nu slechts ingezet bij pieklasten op het Al meer dan 10 jaar. Er wordt ook al van- samenwerking met de stad Grenoble energienet. In dit geval zou het dus niet af het begin van het herstructurerings- in Frankrijk en met de gemeente Delft. om restwarmte gaan, want daar wordt plan naar gestreefd om restwarmte toe Daarnaast zijn er ook drie steden uit de gas verstookt. te passen. nieuwe EU-landen bij de uitwisseling binnen dit project betrokken. Dat zijn Mis- Draagt het ketelhuis van de TU Delft Waarom is dit project opgezet? kolc in Hongarije, Vastseliina uit ook bij aan het warmtenet? Het restwarmteproject volgt uit het ‘3E: Estland en Kaunas uit Litouwen. Het ketelhuis zou bij kunnen dragen, Klimaatplan Delft 2003-2012’, dat opge- Deze verschillende steden wisselen er- maar het gaat daar om warmte met steld is door de gemeente Delft. Er wordt varing en kennis uit. heel hoge temperaturen. Toch moet het naar gestreefd om aan de eisen van het wel haalbaar zijn om deze energie ook door de EU ondertekende Kyoto-pro- Heeft de gemeente Delft binnen het aan het netwerk toe te voegen. tocol te voldoen. Toepassing van rest- Poptahof-project directe banden met het warmte voor de verwarming van wonin- ministerie van VROM of verloopt alles via Heeft de gemeente Delft directe congen draagt bij aan het terugbrengen van de Provincie Zuid-Holland? tacten met de (toekomstige) bewoners schadelijke uitstoot. Er zijn wat het restwarmteproject betreft van De Poptahof en zijn er georganihelemaal geen banden met VROM of seerde groepen binnen de bewoners Sinds wanneer bent u zelf bij het project met de Provincie. aan te wijzen? betrokken? Wat is uw functie binnen het Alle contacten met de bewoners lopen geheel? via GEM, een samenwerking tussen Sinds eind 2004. In mei 2005 ontstond woningcorporatie Woonbron en de gede samenwerking met SESAC. Ik ben meente Delft. Directe contacten van de projectleider namens de gemeente Delft. gemeente met bewoners zijn er heleMijn taken bestaan onder andere uit het maal niet op het gebied van het restbinnenhalen van subsidies en het conwarmteproject. tact houden met andere partijen binnen het project. Merken de bewoners dat zij in een woning met restwarmtetoepassing woHoe groot is de rol van SESAC (een pro- Op welke manier benut de gemeente nen? gramma van de EU) in dit project? Delft het door de Provincie Zuid-Holland Nee, want de verwarming van de flats in SESAC (Sustainable Energy Systems for ter beschikking gestelde ‘Investerings- de Poptahof gebeurde eerst al via een Advanced Cities) is een samenwerkings- budget Stedelijke Vernieuwing’ (ISV)? centraal gelegen warmtevoorziening in verband met meerdere landen binnen Dat geld wordt niet gebruikt voor het rest- de wijk. Door de al aanwezige leidingen de EU. SESAC is dus geen partij warmteproject, maar komt volledig ten zal nu dus nog steeds gewoon warm of actor in het restwarmteproject. goede aan andere zaken binnen de her- water stromen, dat alleen maar ergens Aan SESAC werken enkele gemeenten structurering. Daarmee worden bijvoor- anders vandaan komt. Het is wel zo dat uit andere landen mee. beeld de nieuwe gevels van de gestripte de woningen niet meer op gas kunnen flats betaald. Het komt ook ten goede koken. Alle gasgestookte geisers zulWie nam het initiatief voor de SESAC- aan de inrichting van de openbare ruimte len namelijk uit de woningen verwijderd samenwerking? worden. Er zal dus gebruikt gemaakt in de wijk. SESAC is een programma van de Eu- Welke (Delftse) bedrijven zullen meewer- moeten worden van elektronische forropese Unie. De EU stelt vanuit dat pro- ken aan de levering van de restwarmte? nuizen. Of dat in de praktijk tot klachten

‘DSM Gist heeft zich niet teruggetrokken, maar de gemeente Delft heeft de samenwerking beëindigd’

4


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

zal leiden is nog niet duidelijk. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat iemands pannen niet geschikt zijn voor elektrisch koken. Of de gemeente of Woonbron zulke pannen dan zal moeten vergoeden is nog niet duidelijk. Zulke zaken zullen pas in de praktijk aan het licht komen. Investeert Woonbron ook in dit project of heeft ze het enkel ‘beschikbaar’ gesteld? Woonbron investeert ook in het project. Dat geld overigens ook voor de drie andere grote woningcorporaties in Delft. Zij zien het nut van de toepassing van restwarmte in, omdat ook zij moeten voldoen aan klimaateisen. Ze zijn dus ook bereid om daaraan bij te dragen met financiële steun van het project. Krijgt de nieuwe school, die in de wijk gebouwd zal worden, ook energievoorziening door middel van restwarmte? Ja, in principe moet elk gebouw in de wijk voorzien worden van een aansluiting op het warmtenet, dus dat zal zeker ook voor de school gaan gelden. Zullen de leveranciers van restwarmte voordelen ondervinden van hun medewerking? We praten hier dus eigenlijk uitsluitend over de AWZI. AWZI is een instelling van het hoogheemraadschap. Dit is dus geen organisatie met een winstoogmerk. Het is wel zo dat het ter beschikking stellen van restwarmte hen een zeer goed imago geeft. Het zal het hoogheemraadschap zelf geen geld kosten. Alle aan te leggen leidingen en pompen en ook de huur van grond op hun terrein zal vergoed worden.

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Op welke manier denkt de gemeente Delft zelf beter te worden van het restwarmteproject? Voor Delft is het voor een deel ook een imagokwestie. Het voornaamste doel van de gemeente is echter om te voldoen aan de klimaatdoelstellingen van het Kyoto-verdrag. Delft móet aan die eisen voldoen.

‘Het doel van dit project is het voldoen aan de klimaateisen door het reduceren van de CO2 -emissie’

In ons onderzoek wordt onderscheid gemaakt tussen people, planet en prosperity. Op welke van deze drie zaken legt de gemeente Delft de nadruk?

In dit project ligt de nadruk echt op ‘planet’.

Het is zoals ik al zei namelijk noodzakelijk dat aan de klimaatdoelstellingen wordt voldaan. Verder ligt de nadruk dan meer in de richting van ‘people’, omdat de gemeente haar inwoners niet wil benadelen. Er wordt geld beschikbaar gesteld om de bewoners te kunnen garanderen dat hun energie niet meer kost dan bij ‘normale’ energie het geval zou zijn. Stel dat het restwarmteproject onverhoopt (technisch, economisch of organisatorisch) niet haalbaar zou zijn. Welke andere mogelijkheden zouden er dan nog beschikbaar zijn om zeer gunstige EPC- en EPL-waarden te kunnen

Evelien van Winsen 1333887

realiseren? (EPC = Energie Prestatie Coëfficiënt, EPL = Energie Prestatie op Locatie).

Technisch is alles sowieso wel haalbaar. Op dit ogenblik verkeert het

project echter wel in zwaar weer, want er zijn financiële problemen. Het realiseren van de restwarmtetoepassing brengt namelijk enorme kosten met zich mee. Alternatieven om de doelstelling, het voldoen aan de klimaateisen, te behalen, zijn er wel. Het extra goed isoleren van de te renoveren flats zou bijvoorbeeld een oplossing kunnen zijn. Dan zou het restwarmteproject dus helemaal van de kaart geveegd moeten worden. De flats zouden dan ook totaal andere gevels moeten krijgen, met een heel dik gevelpakket, om echt zo min mogelijk warmteverlies te hebben. Een andere mogelijkheid is om geothermie, aardwarmte, toe te passen voor de verwarming. Dan gaat het dus nog wel over gebruik van het al aanwezige warmtenetwerk in de Poptahof. Verder kunnen er uiteraard ook oplossingen gevonden worden in de toepassing van zonne-energie. Dit is echter ook heel prijzig. Als het restwarmteproject zou mislukken heeft dat negatieve gevolgen voor de gemeente. Welke gevolgen zijn dat? Het zou allereerst gezichtsverlies voor wethouder Lian Merkx betekenen. Zij promoot het project, en een mislukking betekent dus dat zij onderuit gaat, omdat gemaakte plannen niet tot uitgevoerd worden. Verder zou een mislukking een enorm geldverlies met zich meebrengen. Op dit moment is er namelijk al meer dan 1,5 miljoen euro in het project geïnvesteerd. Als daar niets mee gedaan wordt zou dat dus weggegooid geld zijn. De totale investering, die wel uitgesmeerd kan worden over meerdere jaren, zal echter zo’n 60 miljoen euro bedragen. Dat bedrag bestaat dan voor een kwart uit subsidies, onder andere vanuit het SESAC-project. Een ander deel, iets meer dan een kwart, zal uit eigen vermogen van de gemeente Delft en van de Delftse woningcorporaties bestaan. Het overige deel, ongeveer de helft, zal vreemd vermogen, dus geleend geld van de bank, zijn.

Dat gaat dan dus over een slordige 30 miljoen euro die geleend moet worden. 5


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Wanneer weet u of het project zal slagen of niet? Het project móet gewoon slagen, omdat de gemeente anders de klimaatdoelstellingen niet haalt! Welke tegenslagen heeft u tot nu toe gehad tijdens het proces? Alleen financiële. Op dit moment

zijn er bijvoorbeeld veel besprekingen in de gemeenteraad over de vraag of het project nog wel door moet gaan. Daarbij worden

ook alleen financiële argumenten gebruikt.

Stel dat het project wel een succes wordt. Zijn er dan al uitbreidingsplannen? Ja. Binnen Delft gaat het dan onder andere over de nieuwbouwwijk in de Harnaschpolder. Ook nieuw te bouwen studentenwoningen in de TU-wijk kunnen aangesloten worden

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

op het warmtenet. Eigenlijk wordt er bij elk nieuwbouwproject dat vanaf nu gerealiseerd wordt naar gestreefd om het restwarmtesysteem toe te passen. Ook het Reinier de Graaf Ziekenhuis in Delft wordt aangesloten op het warmtenet. Verder zijn er misschien mogelijkheden in Rijswijk. Daarna kan het restwarmte netwerk aangesloten worden op het restwarmte netwerk dat in Rotterdam wordt aangelegd waardoor de hele zuid kant en de oostkant van de randstad van warmte kan worden voorzien. Brengt de toepassing van restwarmte in ziekenhuizen dan geen hogere storingsgevoeligheid met zich mee? Nee, het gaat om beproefde techniek. Bovendien werkte het al bestaande gasgestookte systeem al jaren probreemloos. Bij toepassing van restwarmte stroomt er gewoon nog steeds warm water door leidingen, dus dat

Wie gaat dat financieren? DELFT - 25 februari 2008 Het gro-

De gemeente denkt hier echter anders over omdat deze ten eerste al 1,5 miljoen euro

te, enige struikelblok van dit project is de financiering 1. De leiding die de warmte van de AWZI naar het ketelhuis in de TU wijk moet gaan voeren kost om aan te leggen rond de 60 miljoen euro.

in onderzoek en inventarisatie heeft gestoken en omdat dit hen het beste middel

lijkt om hun klimaatrapport te bewerkstelligen. De gemeente is verdeeld over het wel of niet meer geld in het project pompen, maar het lijkt de kant van het wel pompen op te gaan. Hiernaast zijn hun grootste partner Woonbron en de andere woningcorporaties benaderd om mee te betalen aan dit project.

Een klein deel hiervan komt uit subsidies. Het andere deel moet met eigen vermogen en vreemd vermogen worden neergeteld. Uit de media blijkt al dat het niet meer rendabel zou zijn. Reeds geïnvesteerd: €1.500.000

Gemeente Delft

Woonbron

Lening €30.000.000 Andere corporaties

Subsidies

TOTALE KOSTEN €60.000.000 6

Als we het over corporaties hebben moeten we denken aan andere huisvestingsinstellingen en (zoals bijvoorbeeld Hippolytus of DUWO) en ook andere bedrijven die wat zien in het restwarmteproject. Veel van deze corporaties lijken interesse te hebben, waardoor een financiering zoals in nevenstaande figuur te zien is ontstaat, waarin hoogst waarschijnlijk nog het grootste deel van de banken als vreemd vermogen gaat komen. Dit vreemd vermogen is een lening die de gemeente Delft aangaat. Bovendien is het een mogelijkheid voor de gemeente om hun CO2-emissierechten te verkopen aan

Evelien van Winsen 1333887

moet gewoon mogelijk zijn. Bovendien is er altijd een back-upcentrale, zoals de al eerder genoemde gasturbinecentrale. Waarschijnlijk zal het warmtenet ook altijd twee aanvoerbronnen hebben, omdat de warmtecentrale van de TU Delft ook in verbinding staat met de leidingen. Dat voorkomt dus ook totale uitval van het systeem. Hoe ziet uw planning er voor de komende tijd uit met betrekking tot het project? Druk. Er is nog heel veel dat besproken en geregeld moet worden. Er moeten voldoende financiële middelen ter beschikking worden gesteld.

De gemeente Delft zal zich in de komende tijd in ieder geval volop inzetten om de CO2-uitstoot terug te dringen en om aan de klimaatdoelstellingen te voldoen!

andere steden die deze nodig hebben 2. Dit doordat wanneer dit project goed werkt het een grote CO2 reductie op zal opleveren zoals Delft nastreeft in hun klimaatplan. Dit heeft een positief effect op het klimaat. Doordat Delft uiteindelijk rond de 20000 huishoudens wil gaan aansluiten op het restwarmtenetwerk zal dit bedrag van redelijke omvang zijn. Ze kunnen deze rechten echte pas na oplevering van het project incasseren. Ook de gratis informatie van DSM Gist is een factor die meegenomen mag worden omdat dit weer kosten bespaart in onderzoek. Dat het bestaande netwerk, dat onder de Poptahof ligt, gebuikt kan worden is de volgende meevaller. Het is namelijk een grote investering voor een gemeente wanneer deze in een bestaande wijk een stelsel voor stadsverwarming aan moet leggen. Dat men voor dit project gebruik kan maken van kennis van hun partnersteden uit het SESAC project 3 en vice versa scheelt kosten in dit project.

Bronnen 1. Interview met dhr. Kruijff, 19 feb 2008 2. http://www.vrom.nl/pagina.html?id=22898 3. http://www.concerto-sesac.eu/spip. php?rubrique25


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Zijn er varianten en alternatieven voor restwarmte? DELFT - 25 februari 2008

‘Varianten zijn kleine variaties binnen de techniek … van het centrale concept.’1 Binnen de techniek, restwarmte in ons geval, is een aantal variaties binnen het centrale concept te bedenken. Restwarmte van andere bedrijven De gemeente Delft heeft bepaald dat DSM Gist niet geschikt is als leverancier van restwarmte. De afvalwaterzuiveringsinstallatie AWZI gaat het overnemen. Het is denkbaar dat zich later een bedrijf dat veel meer restwarmte heeft in het project gaat mengen. De kans bestaat dan dat er veel meer energie beschikbaar zal zijn dan nu het geval is. Gasgestookte stadsverwarming Wanneer het project faalt of te weinig rendement op levert kan men besluiten over te gaan op andere bronnen van energie. Hierbij valt te denken aan gasgestookte energie zoals die zich nu nog voor doet. Deze kan verkregen worden bij de reeds bestaande Gasturbinecentrale bij de Kruithuisweg in Delft. Deze installatie wordt momenteel alleen ingezet bij pieklasten op het elektriciteitsnetwerk van Delft. Ook het ketelhuis van de TU Delft kan gebruikt worden als warmtebron voor stadsverwarming. Voor deze varianten zal echter niet zo snel gekozen worden, aangezien zij geen vorm van duurzame energie leveren. Dat heeft dan dus ook tot gevolg dat de gemeente Delft de klimaatdoelstellingen niet kan halen. Bovendien zou de 1,5 miljoen euro die nu al in het project geïnvesteerd is dan weggegooid geld zijn…

Rioolwater als warmtebron Het is mogelijk om warmte te onttrekken uit rioolwater. In Zwitserland wordt dit al gedaan en uit onderzoek is gebleken dat dit rendabel wordt vanaf 50 woningen per warmtecentrale 2. In de Poptahof zijn zo’n 1300 woningen, dus het zou zeker rendabel kunnen zijn. Het nadeel van dit systeem is dat er een warmtecentrale gebouwd moet worden en dat zou betekenen dat de Poptahof nog dichter bebouwd wordt. Restwarmte uit kassen Theoretisch is het mogelijk om de restwarmte uit kassen te gebruiken om woningen te verwarmen 3. Aangezien Delft midden in een kassengebied ligt zijn de bronnen redelijk in de buurt. Ondanks dit is de afstand van de

Varianten

Restwarmte van andere bedrijven Gasgestookte stadsverwarming Rioolwater Restwarmte uit kassen Restwarmte van energieopwekking

Alternatieven zijn technieken die gebruikt kunnen worden om hetzelfde doel te bereiken. Het doel in onze casus is de wens van de gemeente Delft

om de klimaatdoelstellingen te behalen die volgen uit het Kyoto-protocol. Om dit te bereiken zijn de volgende alternatieven mogelijk. Fotovoltaïsche zonne-energie kan de zonneboiler met de CV-ketel worden Met het gebruik maken van fotovoltaïsche geïntegreerd, waardoor zonne-energie ook zonnepanelen, zogenaamde PV-panelen, bijdraagt aan verwarming van de ruimte binheeft Woonbron al ervaring 5. Dit zou een nenshuis.’ 7 Het voordeel van dit alternatief voordeel kunnen hebben bij de toepassing is dat er warmte wordt geproduceerd, die van dit alternatief. Het nadeel is dat de zon eventueel in het warmtenet dat voor de restniet altijd schijnt en dat het dus geen constan- warmte bedoelt was, gebruikt zou kunnen te energiebron is. Daarnaast is het rendement worden. Dit is wellicht mogelijk, omdat bij het van deze panelen, onder andere doordat de restwarmte-systeem ook warmte wordt gezonne-energie omgezet wordt in elektriciteit, transporteerd in de vorm van water. Het nanogal laag, waardoor het dus minder interes- deel is, zoals hierboven ook al beschreven, sant en duurzaam is 6. dat de zon niet altijd schijnt en dat het dus geen constante betrouwbare energiebron is. Thermische zonne-energie Warmte kan echter wel opgeslagen worden ‘Bij zonthermische energie (zon-TH) wordt voor later gebruik. geen elektriciteit opgewekt, maar warmte. Voor het opwekken van warmte wordt ge- Biomassa bruik gemaakt van een medium (bijvoorbeeld Misschien is het mogelijk om gebruik te mawater of lucht), dat de zonnewarmte vast ken van een gesloten afvalsysteem binnen kan houden. We onderscheiden actieve en Poptahof. Hiervoor zal het afval gescheiden passieve zon-TH. Bij actieve zon-TH wordt moeten worden. Het organische afval wordt een toestel gebruikt om de omzetting te be- apart verzameld. Bij het rottingsproces van werkstelligen. Het bekendste voorbeeld is afval komt gas vrij, dat weer gebruikt kan de zonneboiler: water wordt in een boiler worden voor bijvoorbeeld verwarming van de gepompt en door de zon verwarmd. Met dit flats in de Poptahof. Johan Wempe, voorzitwarme water kan vervolgens de tempera- ter van de werkgroep Groen Gas: “In Nedertuur van het tapwater worden verhoogd. Ook land hebben we heel veel groene restmateri-

kassen naar de Poptahof nog best groot, waardoor het waarschijnlijk erg duur is om aan te leggen. Het voordeel is wel dat er in De Lier over nagedacht wordt om een woonwijk op deze manier te verwarmen, dus de kennis is binnen handbereik.

Restwarmte van energieopwekking Energiecentrales, en zeker kerncentrales, hebben veel warm afvalwater. Dit wordt normaalgesproken in rivieren of in de zee geloosd. De TU Delft heeft ook een kerncentrale en misschien is het mogelijk om de warmte van deze centrale te gebruiken in de Poptahof 4. Ook hier heb je te maken met een bepaalde afstand die overbrugd moet worden, maar dat was in het oorspronkelijke plan ook al en de afstand is ongeveer gelijk. Wel moet er gekeken worden of het afvalwater van de kerncentrale genoeg energie oplevert en of het niet al voor de verwarming van bijvoorbeeld faculteitsgebouwen van de universiteit wordt gebruikt.

Alternatieven

Fotovoltaïsche zonne-energie Thermische zonne-energie Biomassa Aardwarmte Windmolens Extra geïsoleerde gevels

alen die goed als grondstof voor groen gas kunnen dienen. Denk aan rioolslib, mest en afvalstoffen uit de voedingsindustrie.” 8 Aardwarmte Aardwarmte of geothermie is de energie die in de aardkorst is opgeslagen in de vorm van warmte. In Nederland wordt hier nog nauwelijks gebruik van gemaakt, omdat de bodemopbouw per gebied sterk verschilt. Daardoor is het altijd nodig om een dure proefboring te doen. Verder moet er een diepgelegen buizennetwerk in de grond aangebracht worden. Er is in de Nederlandse bodem echter ruim voldoende energie aanwezig voor de totale energiebehoefte. “Uit onderzoek blijkt dat in Nederland theoretisch een potentiële energiebron van 90.000 PJ (PetaJoule) beschikbaar is. Ter vergelijking: in heel Nederland werd in 2005 ruim 3300 PJ gebruikt.” 9 Windmolens Ook windmolens kunnen gebruikt worden als duurzame energiebron maar net als bij zonnepanelen is het rendement van een windmolen lang niet groot waardoor er meerdere windmolens nodig zijn. Het is maar de vraag of deze windmolens goed kunnen fungeren in Delft of omgeving omdat deze een open vlakte voor hen nodig hebben om goed te werken. Ook zijn wind-

7


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

molens esthetisch niet fraai. Een oplossing hiervoor is echter het plaatsen van windmolens met een verticale as op de daken van de flats. Hierdoor zijn ze grotendeels aan het zicht ontrokken en ze zijn ook stiller. 10 Extra geïsoleerde gevels Voorgaande alternatieven zijn allemaal middelen om bestaande energie op een andere wijze te benutten of om energie op te wekken. Een ander middel om aan de gestelde klimaateisen te voldoen is het besparen van energie. Dit kan gerealiseerd worden door alle gevels van de flats in de Poptahof extra goed te isoleren 11. Dat is dan dus een maatregel die totaal buiten de restwarmte-casus valt, maar wel degelijk betrekking heeft op de herstructurering als geheel. Extra goed geïsoleerde gevels zorgen ervoor dat bewoners veel minder hoeven te stoken, omdat warmte de woning nauwelijks kan verlaten. In het begin van de winter zal er zich nog veel zomerwarmte in de woningen bevinden, waardoor de verwarming later dan gebruikelijk aan gezet kan worden. Het voordeel is dus dat er veel energie bespaard kan worden. Het grootste nadeel is echter dat voor extra goed geïsoleerde wanden enorm dikke gevels nodig zijn. Dit kan leiden tot een esthetisch onaantrekkelijke gevel, maar zorgt ook voor meer ruimtebeslag. Extra isoleren leidt tevens tot minder goede ventilatiemogelijkheden, wat een ongunstige werking kan hebben op de hoeveelheid frisse lucht in het binnenklimaat van de woningen.

Bronnen: 1 Faculteit Bouwkunde, Vakwijzer Duurzame Ontwikkeling 2 http://www.energietech.info/restwarmte/ pr_winterthur.htm 3 http://www.agf.nl/nieuwsbericht_detail. asp?id=27216 4 http://www.senternovem.nl/ warmtelevering/20_techniek/30_warmtebronnen/index.asp 5 Woonbron Delft, Duurzame energie in torenflat 6 http://www.milieuloket.nl/9292000/modulesf/ vg0ul1sst000 7 http://www.milieuloket.nl/9292000/modulesf/ vg0ul1sst000 8 http://www.landvanenergie.nl/index. php?type=news&id=58 9 http://www.milieucentraal.nl/ pagina?onderwerp=Aardwarmte 10 http://www.set.nl/ 11 Interview met Dhr. Kruijff, 19 februari 2008

8

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

De technische kant van het verhaal

Wat moet er allemaal gebeuren voordat er restwarmte gebruikt kan worden in de woningen? DELFT - 12 februari 2008 Bij het gebruiken van restwarmte zorg je er eigenlijk voor dat warmte die anders niet benut wordt een functie krijgt, namelijk het verwarmen van een woonwijk. Zo hebben de bewoners gegarandeerd minder energiekosten (vastgesteld door Woonbron en gemeente Delft). Dit lijkt een ‘win-win’situatie, maar het kan weldegelijk anders uitpakken. Om de problemen die dit kan veroorzaken te voorzien, moeten we eerst wat dieper duiken in het realiseren van het gebruik van restwarmte, specifiek op de situatie zoals deze in Delft is.

Warmtelevering gebruik makend van laagtemperatuurwarmte (LT-warmte) vanuit het proces van DSM Gist kan op twee manieren, namelijk levering op woningniveau of op blokniveau1. Deze kun je ten eerste vergelijken op hun Energieprestatie op Locatie. De variant met levering op woningniveau scoort het hoogst met een EPL van 7,8, en de variant met levering op blokniveau zou een EPL kunnen halen van 7,5. Als je dit vergelijkt met levering van hogetemperatuurwarmte (HT-warmte), waarvan de energie-infrastructuur een stuk minder geld kost, wordt hiermee een veel lagere EPL bereikt, namelijk 6,4. Door restwarmte gerealiseerde CO2 reductie maakt onderdeel uit van de methodiek van berekening van de energieprestatie op locatie. Het blijkt dat de CO2 reductie van de LT-varianten 50 tot 52% is. De variant HT-warmtelevering scoort met 17% veel geringer. Hierdoor zijn de vermeden kosten per ton CO2 per jaar bij de laagtemperatuur varianten beduidend lager dan bij de hoogtemperatuur variant. LT-warmte is energetisch en milieutechnisch dus een betere optie.

Wat gaat er veranderen, en wat zijn daar de voor/ en nadelen van? DSM Gist: Op het terrein van DSM Gist wordt warmte onttrokken uit de processen. Deze warmte wordt door warmtepompen op het juiste temperatuurniveau gebracht en getransporteerd naar de rand van het DSM terrein.

Daar wordt de energie ingekocht door een energieleverancier. Per jaar wordt ongeveer 250.000 GJ geleverd. DSM zal € 3 à 3,5 miljoen moeten investeren. Deze investeringen kunnen worden terugverdiend uit de verkoop van energie en de vermindering van lozing van thermisch verontreinigd afvalwater naar de grachten en de Noordzee. Behalve deze vermindering van afval zullen er ook aan de kant van DSM minder installaties nodig zijn voor de verwerking van koelwater.

Woning: In de woning is geen gasaansluiting meer nodig (en ook geen verwarmingsketel en rookgasafvoer). Daartegenover staat dat er wel een warmteaansluiting moet zijn, en de aansluiting op de energie-infrastructuur is duurder. Omdat de levering van warmte energetisch gunstig is, zijn er op woningniveau minder maatregelen nodig om een gelijke energieprestatie te realiseren dan bij gas. De LT-variant is wel duur omdat er een uitgebreider distributienet nodig is, of in het geval van de tapwaterbereiding bij de woning een warmtepompboiler. Ook zitten er meerkosten in de vloerverwarming die bij de LT-variant gebruikelijk is. Bij de bestaande bouw van de Poptahof wordt de collectieve warmteaansluiting gehandhaafd. Hier wordt een aansluiting op het collectieve tapwaternet toegevoegd. De voordelen: geen keukengeiser nodig, verbetering van het comfort en binnenklimaat. Kosten worden echter gemaakt bij het verbeteren van de gebouwschil. Energie-exploitant: De energie-

infrastructuur die buiten het industrie terrein aangelegd moet worden kan worden uitbesteedt aan een energieleverancier. Deze kan de investering in principe direct terugverdienen met de aansluitbijdragen van de bewoners. De exploitant kan de voorfinanciering, de risico’s en de reservering voor de vervangingsinvesteringen ruimschoots terugverdienen uit de netto inkomsten uit de energieverkoop. Risico’s zijn er ook; ten eerste het risico van een langere ontwikkeltijd van de locatie. Dit betekent hogere investeringen tbv de


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

voorfinanciering. Ten tweede kan door het verkleinen van het bouwvolume en/ of de versnelde verlaging van het landelijke EPC-eis de warmtevraag afnemen. Dit kan ondervangen worden door buiten de in de studie betrokken wijken ook andere wijken of complexen aan te sluiten. Als laatste is er nog het risico van het wegvallen van het proces van DSM Gist. Dan kan warmte zeker gesteld worden door zowel op het terrein van DSM als in de wijk extra opwekkingscapaciteit te realiseren. Realisatie Er zijn geen problemen met betrekking tot ruimte voor het aanleggen van de energie-infrastructuur of benodigde installaties. Het bestaande energienet van de Poptahof kan ingepast worden, en kan uitgebreid worden voor de nieuwbouw. Binnen de wijk is het huidige ketelhuis geschikt als technische

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

opstellingsruimte voor de warmtepomp en ketels. Onderdeel van het bereiken van de gewenste EPL is de realisatie van een EPC van 0,8 voor de nieuwbouwwoningen. Het blijkt mogelijk om met het gebruik van restwarmte lagere kosten te maken dan via de traditionele isolatiemaatregelen. Darnaast zijn een goed comfort (vloerverwarming) en korte wachttijden bij warm tapwaterlevering extra kwaliteiten voor de bewoners. Bovendien zorgt de vloerverwarming ook voor een efficiĂŤntere koeling van de woning; wat de marktwaarde van de woningen vergroot. Voor de bewoners wordt uitgegaan van een tariefstelling volgens het Niet Meer Dan Anders principe (NMDA). Dit betekent dat zij een gelijke, of lagere, energierekening hebben dan de bewoner van de referentiewoning. De vermeden kosten voor de warmteopwekking

Evelien van Winsen 1333887

in de woning, alsmede de vermeden kosten om de EPC-verlaging te realiseren kunnen hiermee in de aansluitkosten van de woning op het warmtenet worden opgenomen. Deze kan daarom hoger zijn dan bij een aansluiting op het gasdistributienet. Toekomst Verwacht mag worden dat verdere optimalisatie van de LT-variant mogelijk is, oa door hogere temperaturen uit het proces te genereren. Bij een iets hogere aanvoertemperatuur kan bespaard worden op de bijstook, hetgeen zowel milieutechnisch als financieel interessant is.

In relatie tot de verschillende actoren kan, nu de technieken bekend zijn, een samenvattende tabel opgesteld worden. Wat zijn de verschillende belangen en doelen van de actoren, over welke middelen beschikken ze en welke technieken gaan ze gebruiken?

ACTOR Algemeen AWZI Woonbron Gemeente Delft SESAC partners

BELANG

DOEL

MIDDEL

TECHNIEK

Klimaat verbeteren Broeikaseffect tegengaan

Restwarmte toepassen in woningen

Beschreven in bovenstaand artikel

Imago verbeteren

Restwarmte beschikbaar stellen

Transporteren restwarmte naar Poptahof

Een betere omgev- Meer mensen huisvesten ing voor bewoners en daardoor winst maken

Restwarmte toepassen

Woningen voorzien van de juiste apparatuur, communicatie met bewoners

Klimaatdoelstellingen halen

Geld

Investeren in dit project

Poptahof voorzien van restwarmte

CO2-emissie verlagen

Minder geld kwijt Versnelling van onKennis uitwisselen Communicatie aan ontwikkelen twikkeling van restwarmte restwarmte Voor deze tabel is informatie gebruikt uit de actorenbeschrijvingen uit deze krant (pag 2 en 3) en bovenstaand artikel.

Dus.. is er eigenlijk wel sprake van een debat tussen de betrokken actoren?

De hierboven beschreven ingrepen op de stedelijke infrastructuur en in de gebouwen zelf hoeven geen problemen op te leveren zolang de financiering rond komt2. Hiervoor zijn de beno-digde actoren al voor benaderd en dit zal vermoedelijk weinig problemen opleveren. In het geval van economische tegenvallers zullen er vermoedelijk wel lastige situaties ontstaan. In het geval van prijsstijgingen van de energie zal bijvoorbeeld Woonbron geen sluitende begroting meer kunnen maken en zich wellicht terugtrekken uit het project. In dat geval zal er een interessante discussie gaan ontstaan over het nut en de bruikbaarheid van restwarmte. Tot nu toe* gaat alles echter nog van een leien dakje en alle actoren beamen dat het gebruiken van restwarmte in woningen een nuttig en duurzaam initiatief is. Bronnen 1. W/E adviseurs 6052 (in opdracht van Gemeente Delft), Haalbaarheidsstudie restwarmtelevering DSM Gist, 2003 2. Interview met dhr. K.Kruijf, 19 februari 2008. * 12 februari 2008

9


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Zijn de beschreven varianten en alternatieven echt duurzaam? veel varianten en alternatieven wat

Het eerste dat opvalt wanneer een blik op de matrix wordt geworpen is dat er zeer veel nullen vermeld worden. Dat betekent dus dat

Toetsing van het centrale concept aan de duurzaamheidscriteria

DELFT - 26 februari 2008 Deze krant staat volledig in het teken van duurzame ontwikkeling. Maar passen de al eerder beschreven varianten en alternatieven voor de casus van de restwarmte in de Poptahof daar ook echt bij? Wanneer is iets nu werkelijk duurzaam? En dan niet alleen in technische zin, maar ook op andere gebieden? Om dat te toetsen worden er criteria waar een casus aan moet voldoen geformuleerd.

Die criteria omvatten de maatschappelijke context (people), de welvaart (prosperity) en uiteraard de relatie tot de natuur en het milieu (planet).

Wat betreft de maatschappelijke context wordt de nadruk gelegd op de betrouwbaarheid van de techniek, aangezien het essentieel is dat bewoners niet de dupe worden van eventuele storingen in een energiesysteem. Verder is het uiteraard ook van belang dat de techniek niet schadelijk voor de mens is. Een ander criterium is dan ook veiligheid.

Welvaart omvat veel meer dan alleen

geld. Zaken als winstbejag en betaalbaarheid zijn uiteraard criteria waar het eerst aan gedacht zal worden. Een ander belangrijk criterium is transparantie. Is het voor gebruikers van energie duidelijk hoe deze ontstaat, en waar zij nu werkelijk voor betalen? Bij het woord duurzaamheid wordt vaak als eerste gedacht aan het milieu. Dat is dan ook het belangrijkste doel binnen de restwarmtecasus: de klimaatdoelstellingen behalen. De natuur en het milieu mogen niet of nauwelijks leiden onder ingrepen om duurzaamheid te realiseren, aangezien duurzaamheid er juist voor moet zorgen dat het milieu ontzien wordt. De criteria die hier opgesteld en getoetst zullen worden zijn de manier van produceren van energiebronnen zelf (hoe wordt een windmolen bijvoorbeeld vervaardigd?), het voldoen aan de cradle-to-cradle-filosofie1 (het hergebruiken van afval, zodat er een kringloop van materiaalgebruik ontstaat) en de mate waarin bodemaantasting plaatsvindt (bij de aanleg van buizen kan de grondwaterdoorstroming bijvoorbeeld aangetast worden).

De eerder beschreven varianten en alternatieven worden nu getoetst aan de genoemde criteria. Om een duidelijk overzicht te geven zijn al deze zaken in onderstaande matrix aangegeven.

bodemaantasting

cradle-to-cradle

manier van produceren

transparantie

winstbejag

betaalbaarheid

veiligheid

betrouwbaarheid

Criteria

Restwarmte van andere bedrijven

0

-

--

-

-

0

0

0

Gasgestookte stadsverwarming

+

0

-

--

-

--

--

0

Rioolwater als warmtebron

-

0

0

0

0

0

-

0

Centraal concept = klimaatdoelstellingen halen Varianten

Restwarmte uit kassen

-

0

-

-

-

0

0

0

Restwarmte van energieopwekking

0

0

0

0

0

-

0

0

Fotovoltaïsche zonne-energie

-

0

0

-

0

-

-

+

Thermische zonne-energie

-

0

0

-

0

0

-

+

Biomassa

-

-

0

0

0

+

++

0

Aardwarmte

+

0

0

0

0

-

0

++

Windmolens

-

-

0

0

0

-

0

++

++

-

0

+

+

0

-

++

Alternatieven

Legenda: ++ = veel beter + = beter 0 = gelijk - = minder -- = veel minder

10

Extra geïsoleerde gevels

de vermelde criteria betreft weinig afwijken van het restwarmteconcept.

Bij de varianten is vooral de bovenste, de restwarmte van andere bedrijven, een variant die beter niet overwogen kan worden. Het bedrijf DSM is al afgekeurd door de gemeente in verband met het gebrek aan vertrouwen in een duurzame samenwerking. Het is namelijk niet zeker dat zo’n bedrijf over twintig jaar nog steeds bestaat en warmte ter beschikking kan stellen2. Datzelfde zou dus ook voor andere bedrijven gelden. Bij een gasgestookte stadsverwarming is het duidelijk dat dit geen duurzame oplossing is, omdat nieuw gas verstookt zou worden met als enige doel het produceren van warmte. De overige alternatieven wijken niet zo erg veel af van het basisrestwarmteconcept, maar bij restwarmte uit kassen dient er wel rekening mee gehouden worden dat dit gelijkgesteld

kan worden aan restwarmte van andere bedrijven. Eigenaren van kassen kunnen immers ook geld gaan vragen voor het ter beschikking stellen.

Bij de alternatieven wordt er niet of nauwelijks schade toegebracht aan de bodem, aangezien het hier, uitgezonderd biomassa, niet gaat over warmtetransport door ondergrondse leidingen. Biomassa scoort echter wel

veel punten als het om het cradle-tocradle principe gaat. Het benut namelijk

op een optimale manier afval, door de gassen die bij het rottingsproces vrijkomen te gebruiken voor energieopwekking.

Het alternatief dat er het meest uitspringt in positieve zin is de toepassing van extra geïsoleerde gevels, aangezien dat totaal geen schade aanbrengt aan de bodem. Bovendien is het veel goedkoper, omdat het meegenomen kan worden in de herstructurering van de flatgebouwen in de Poptahof. Ook is het uiteraard een heel betrouwbaar systeem, aangezien het geen proces is. De gevels worden voor oplevering van de woningen geïsoleerd en zullen nog jaren meehelpen met het besparen van energie. Wanneer het restwarmteproject onverhoopt niet zal slagen, kan het beste gekozen

worden voor het toepassen voor betere isolatie, ondanks de negatieve aspecten die daar uiteraard ook aan kleven 3.

Bronnen: 1 http://www.duurzaamheid.nl/c2c/Het_boek-oud/ C2C_in_vogelvlucht.asp 2 Interview met dhr. K.Kruijff, (19 februari 2008) 3 Artikel op pag 7-8: ‘Zijn er varianten en alternatieven voor restwarmte?’ (18 februari 2008)


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Restwarmte in de media DELFT - 25 februari 2008 In de media verschijnen steeds meer berichten over het Warmtebedrijf dat

opgericht zou worden door gemeente Delft, ter levering van de restwarmte. De wethouder is altijd positief geble-

ven over het project, maar nu wordt plotseling duidelijk dat de gemeente geen toekomst in het plan ziet.

‘Warmtebedrijf is niet haalbaar’

http://www.ad.nl/denhaag/delft/article2050493.ece: 13 februari 2008

In een brief heeft de gemeenteraad laten weten dat het gebruik van restwarmte niet rendabel te exploiteren is. De gemeente Delft geeft het nu uit handen aan de nog steeds enthousiaste partner ENECO, zij denken dat zij het wel rendabel kunnen maken. Het bedrijf onderzoekt nog alternatieve methoden voor het AWZI-systeem zoals een warmtecentrale in de wijken of geothermie.

‘Ambitieus restwarmtebedrijf is totaal mislukt’ http://www.jpdewit.nl/warmtebedrijf3.htm: 15 februari 2008

Alhoewel grote leveranciers als Shell en AfvalVerwerkingRijnmond al hadden afgehaakt, ging Wethouder Merkx gewoon door met de aanbesteding van het Delftse Warmtebedrijf. Recent stuurde ze nog een persbericht de wereld in dat Delft kon rekenen op een subsidie van €4 miljoen van het Europese SESAC project voor dit demonstratieproject van duurzame energie. Ook liet Merkx gisteren nog een persbericht uitgaan1 over de ondertekening van de distributieovereenkomsten tussen de gemeente Delft en o.a. Woonbron Delft, Vestia Delft en ENECO Milieu. Nu wordt er een ‘gewoon’ stadsverwarmingsbedrijf aangelegd door Eneco, dat bij verre niet tegemoet aan de nota Klimaatdoelstellingen om een forse CO2-reductie te realiseren. Vele gerenommeerde bedrijven hebben al fors geld uitgegeven voor de aanbesteding van het Delftse Warmtebedrijf. ‘ Allemaal weggegooid geld blijkt nu ineens na twee jaar.’

‘Alternatief voorWarmtebedrijf gezocht’ Stadskrant Delft , 17 februari 2008

Uit onderzoek blijkt dat de huidge plannen voor het Warmtebedrijf niet rendabel zijn. Het college van burgemeester en Wethouders zoekt naar alternatieven om de doelstellingen voor CO2-reductie te verwezenlijken.

‘Warmtebedrijf niet haalbaar’

http://www.deondernemer.nl/artikel/248192/Warmtebedrijf_niet_haalbaar: 14 februari 2008 Het Delftse college van burgemeester en wethouders ziet af van het idee van het gebruik van restwarmte in de woonwijken Harnaschpolder, Poptahof, TU-Noord en de Spoorzone. In een brief heeft zij laten weten dat het systeem niet rendabel is.

Wat nu? Zoals hierboven al staat, zal ENECO Milieu het project overnemen. Zij maken gebruik van de innovaties die

er al gedaan zijn en de ontwikkelde technieken om het project toch door te kunnen laten gaan. Er wordt nog

meer onderzoek gedaan naar de alternatieven, en of die rendabeler zullen zijn.

Bronnen: 1. http://www.wonentussendeschatten.nl/UserFiles/File/Persbericht%20ondertekening%20warmtelevering%20harnaschpolder%204.doc

11


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Oude koeien uit de Poptahof halen

Geschiedenis van de herstructurering

Evelien van Winsen 1333887

Wanneer bedachten ze zoiets nu voor het eerst? Geschiedenis van de restwarmtetechniek

DELFT - 10 maart 2008 De ideeĂŤn over restwarmte zijn al meer dan een eeuw oud. Om in het volgende artikel de link te kunnen leggen tussen de techniek binnen het herstructureringsproject wordt hier puntsgewijs de geschiedenis van de totstandkoming van de techniek beschreven.

1882

DELFT - 10 maart 2008 Om het project beter te kunnen begrijpen kijken we naar het verloop van de gebeurtenissen tegen te tijd. Als eerste is het belangrijk om te kijken naar het hele verloop van de herstructurering van de Poptahof. Op de volgende pagina’s zullen we verder inzoomen op de geschiedenis van de techniek van restwarmte in het algemeen, en op de geschiedenis van de toepassing daarvan in de Poptahof. Alle ontwikkelingen worden weergegeven in een tijdlijn.

1964

Poptahof wordt gebouwd in opdracht van Algemene Woningbouwvereniging Volkshuisvesting, Delft. 1

1985

Woningen Poptahof worden grondig opgeknapt. 1

2003

De gemeente komt samen met Woonbron met het masterplan voor de herstructurering van de Poptahof. 4

2004

Het stedenbouwkundig plan wordt voor bewoners en nieuwsgierigen ter inzage gesteld en de verhuisplannen worden meegedeeld in twee wijkbijeenkomsten. 4

2006

Begin van herstructurering Poptahof. De herstructurering zal in de planning lopen tot 2015 en het begint met parkaanleg. 5

2007

De eerste paal wordt de grond ingeslagen en luidt het begin van de herstructurering van de flats uit Poptahof in. 6

2008

Het park in de Poptahof is aangelegd. 5

1996

begin van de planning om Poptahof te herstructureren. 2

1998

Wijkaanpak van start in de Poptahof met als doel leefbaarheid en veiligheid te vergroten. Na vijf jaar was er al veel ten goede veranderd in de Poptahof. 3

12

Bronnen: 1 http://www.iisg.nl/volkshuisvesting/p31.html 2 http://www.demetamorfosen.nl/?menuid=396 3 College van B&W Delft, De oogst van vijf jaar wijkaanpak ,Delft 2003, gemeente delft 4 http://raad.delft.nl/raad/agenda/2004/stukken/ st204dec.html 5 http://www.scheepskwartier.nl/cms/publish/ content/showpage.asp?pageid=106 6 http://www.erabouw.nl/single.asp?item=1286

De restwarmte van de eerste energiecentrale in Amerika, gemaakt door Thomas Edison, werd met behulp van een warmtewisselaar gebruikt voor de verwarming van woningen. Hierdoor werd een rendement van 50 procent gehaald. 1

1973

Eerste oliecrisis, reden om na te denken over alternatieven voor fossiele brandstoffen. 2 Er worden onderzoeken gestart naar toepassing van warmtewisselaars, omdat deze leiden tot een beter rendement (en dus energiebesparing). 3

1978

Public Utility Regulatory Policies Act (PURPA) wordt aangenomen in de VS. Deze wet zorgt voor een aanmoediging voor het bouwen van elektriciteitscentrales die ook warmte leveren. Inmiddels is deze wet achterhaald aan het worden, omdat de meeste contracten, die onder de wet zijn gemaakt, aan het aflopen zijn. 4

1985

Sterke daling energieprijzen, waardoor onderzoeken naar de toepassing van warmtewisselaars en warmtepompen worden stopgezet. 3

1990

Politici beginnen in te zien dat het probleem niet zozeer ligt bij het opraken van fossiele brandstoffen, als wel bij de vervuiling van het milieu. Door dit inzicht worden oude onderzoeken naar toepassing van warmtewisselaars en warmtepompen weer heropend en er worden nieuwe onderzoeken gestart.


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

De stijging van de energieprijzen zorgt voor een extra stimulans. 3

1992

Het klimaatverdrag van Rio de Janeiro was het gevolg van de bewustwording van de versterking van het broeikaseffect door menselijk handelen in de jaren ’80. In het verdrag werd vastgelegd dat ecosystemen beschermd moesten worden, zonder dat de voedselvoorziening in gevaar kwam, ook werd besloten dat de rijke industrielanden hun CO2-uitstoot drastisch moesten verlagen. 5

Patrick Stijger 1269119

GESCHIEDENIS

Bouw Poptahof

1997

Kyoto -protocol wordt opgesteld als aanvulling op het Klimaatverdrag. Het stelt doelen aangaande de uitstoot van CO2 en de terugdringing van vervuiling. Het is een aanleiding tot meer milieubewust denken. 7

2003

Door energieprojecten.com worden er in Nederland workshops en lezingen gehouden over het gebruik van restwarmte voor verwarming. 8 Het gebruik van restwarmte wordt hierdoor steeds meer toegepast en raakt ingeburgerd.

2005

Volgens het CBS staan er in Nederland 30.839 warmtepompen opgesteld met een gezamenlijk thermisch vermogen van 376 MW. De besparing op fossiele brandstoffen wordt geschat op 1212 TJ per jaar, dat is gelijk aan het gasverbruik van 22.000 huishoudens. 9

2020

De overheid streeft ernaar om nu met warmtepompen 65 PJ op fossiele brandstoffen te besparen. Warmtepompen moeten een kwart van de totale doelstelling voor duurzame energie realiseren. 9 Bronnen: 1 http://www.cogeneration.net/ThomasEdisonsCogenPlant.htm 2 http://nl.wikipedia.org/wiki/Oliecrisis 3 http://nl.wikipedia.org/wiki/Warmtepomp 4 http://en.wikipedia.org/wiki/Public_Utility_Regulatory_Policies_Act 5 http://www.milieuloket.nl/9292000/modulesf/ vfxfd3r00001 6 http://www.energie.nl/index2.html?evn/1996/ evn96t023.html 7 http://nl.wikipedia.org/wiki/Kyoto_protocol 8 http://www.restwarmte.nl/ 9 http://www.milieucentraal.nl/ pagina?onderwerp=Verwarmen%20met%20 warmtepomp

Specifiek

1882

Edison gebruikt voor het eerst restwarmte

PURPA aangenomen in de VS Daling energieprijzen

1985

Stijging energieprijzen en milieuvervuiling in politiek belangrijker

1990 1992 Planning herstructurering begint

TECHNIEK

Oliecrisis

1978 Poptahof opgeknapt

Evelien van Winsen 1333887

1964 1973

1996

‘Ingenieursbureau HoST uit Hengelo voert in 1996 in opdracht van Novem een studie uit naar de haalbaarheid van Organic Rankine Cycle (ORC) in de Nederlandse industrie.’ Een ORC-installatie helpt bij het benutten van restwarmte. 6

Ruben Smits 1324276

Klimaatverdrag Rio de Janeiro

1996

ORC-installatie onderzocht

1997

Kyoto-protocol

Wijkaanpak van start

1998

Masterplan klaar

2003

Stedenbouwkundig plan ter inzage

2004

ROM rijnmond - gemeente Delft AWZI: ook leverancier

2005

Businessplan voor Warmtebedrijf Subsidie EC: 2,86 mln

Begin herstructurering

2006

Eerste paal de grond in geslagen

2007

Park aangelegd

2008

Klimaatplan Delft 2003-2012 SESAC partners Gemeente Delft & Woonbron: warmtebedrijf oprichten DSM als leverancier

Overheid streeft naar besparing van 65 PJ op fossiele branstoffen

ENECO legt warmtenet aan onder Poptahof, Warmtebedrijf niet haalbaar

2020

30.839 wamtepompen in Nederland

Restwarmte in de Poptahof door de jaren heen

Integratie van de techniek in de herstructeriring

DELFT - 10 maart 2008 Nadat we de algemene geschiedenissen hebben beschreven, laten we nu de integratie van de techniek binnen de herstructurering te zien door een totaalbeeld te geven van alle toepassingen die in de loop van de tijd hebben plaatsgevonden in de Poptahof.

1997

Verdrag van Kyoto, dit zal een aanleiding vormen voor de gemeente Delft om haar eigen klimaatplan op te stellen.

2003

Klimaatplan Delft 2003-2012, hierin wordt beschreven hoe Delft in de komende tijd wil bijdragen aan het terugdringen van de CO2-uitstoot. De kern hiervan is: effectief, efficiënt energieverbruik 1. SESAC: Sustainable Energy Systems in

13


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Advanced Cities steunt het project van restwarmtevoorziening in de gemeente Delft. Er wordt subsidieaanvraag gedaan bij de EU. Er ontstaat een samenwerking (GEM) van Gemeente Delft en Woonbron om dit project op te zetten. ENECO zal het warmtenetwerk gaan beheren. De bewoners krijgen, ook al zijn ze gebruiker, geen inspraak in deze casus 2. DSM gist wordt gekozen als warmteleverancier.

2004

Er ontstaat een samenwerking met ROMRijnmond R3 en Delft voor de verwarming van hele zuidvleugel van de Randstad 1. AWZI afvalwaterzuivering is het tweede bedrijf dat als warmteleverancier zal functioneren voor het restwarmteproject in de Poptahof.

2005

Op grond van de haalbaarheidsstudie besluit de gemeente Delft een businessplan te maken voor de ontwikkeling van een warmtebedrijf en de aanleg van een warmtetransportnet 2. De Europese Commissie ondersteunt het project met een subsidie van €2,86 miljoen euro (niet alleen voor de restwarmte voor Poptahof) 1.

2007

DSM lijkt eerste producent maar omdat het niet zeker is hoe lang dit bedrijf in Delft blijft worden ze uiteindelijk niet de producent van de restwarmte, maar AWZI zal deze taak vervullen. AWZI is aantrekkelijk vanwege haar permanente karakter, zolang er bewoners zijn van de Poptahof zal ook het afvalwater worden gezuiverd 1.

2008

Onderzoek wijst uit dat dit project technisch mogelijk is, maar de financiën zijn nog een grote zorg voor GEM. Ook al is er nog geen begin aan het project. ENECO legt onder de Harnaschpolder al een stadsverwarmingsent aan die ook aangesloten gaat worden op het restwarmte netwerk 3. Het project gaat niet door omdat het warmtebedrijf niet haalbaar blijkt te zijn. De gemeente Delft gaat uitzoeken of er een alternatief of variant in de aanmerking komt en ENECO denkt erover het hele project over te nemen 4. Bronnen: 1 Kaiser, M. e.a., Warmte voor Delft, Delft 2006, gemeente Delft. 2 Brouwer, G e.a., Grand Design (februari 2006), drukkerij Scheffer, Dordrecht. 3 Interview met Dhr. K. Kruijff, 19 februari 2008. 4 http://www.ad.nl/denhaag/delft/article2050493. ece

14

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Invloed op de ruimte

Wat zou er veranderen als er voor een variant of alternatief wordt gekozen?

DELFT - 10 maart 2008 Als het restwarmteproject niet doorgaat, wat zeer waarschijnlijk is, zal er daadwerkelijk een keuze gemaakt moeten worden uit de op pagina 7 beschreven varianten en alternatieven. Daarom wordt er in dit artikel dieper ingegaan op deze varianten en alternatieven. Wat zouden deze toevoegen of tekortdoen aan de ruimtelijke kwaliteit van de Poptahof?

Varianten

Restwarmte van andere bedrijven Zodra er andere bedrijven een rol gaan spelen in het verwarmen van het Poptahof kan dit verschillende effecten hebben op de omgeving. Het meest directe effect is de aanleg van nieuwe leidingen. De locatie van het bedrijf speelt daarin een grote rol, hoe verder het bedrijf van de te verwarmen wijk ligt hoe groter de effecten op dit gebied zijn, er moet immers een grotere afstand overbrugd worden. Dit heeft weer gevolgen voor de leidingen zelf, want hoe langer de restwarmte onderweg is, des te meer het onderweg af kan koelen, en dus zullen de leidingen beter geïsoleerd moeten zijn dan de leidingen die op dit moment gebruikt worden. Gasgestookte stadsverwarming De directe omgeving zal niet erg veel merken van het gebruik van gasgestookte stadsverwarming t.o.v. de restwarmte verwarming. De benodigde installaties hiervoor zijn al aanwezig in Delft (gasturbinecentrale bij de Kruithuisweg). Slechts aansluiting op het leidingnetwerk zal opgemerkt worden, maar dit is niet een dusdanige ingreep dat de buurt of de stad hier veel, en lang, last van zal hebben. Het gebruik van de gasturbinecentrale zorgt wel voor verandering. Deze wordt namelijk op dit moment alleen gebruikt bij pieklasten op het electriciteitsnetwerk van Delft. Als de centrale constant moet draaien om de wijk te verwarmen heeft dit dus een impact het electriciteitsverbruik van de gemeente. Rioolwater als warmtebron Deze variant van warmtelevering zal met name de wijk zelf beïnvloeden. 1 Voor een rendabele toepassing van het rioolwater zal namelijk een warmtecentrale gebouwd moeten worden. Dit gebouw neemt extra ruimte in in het plan en zal dus voor de architect al een rol gaan spelen, maar met name de bewoners in de directe omgeving

hebben te maken met deze extra bebouwing, en de vraag is of dit wenselijk is. Restwarmte uit kassen Eigenlijk zou je de kassen in dit geval ook kunnen zien als een bedrijf, de effecten op de ruimte komen dus eigenlijk overeen met de voorheen besproken effecten van andere bedrijven. Er zullen nieuwe, duurdere leidingen aangelegd moeten worden, hier zal alleen de directe omgeving tijdelijk last van hebben, na de aanleg zal niemand er veel van merken. De kassen zelf hoeven zich verder niet veel aan te passen, alleen de benodigde installaties moeten aangesloten worden 2.

Restwarmte van energieopwekking De kerncentrale van de TU Delft kan wederom gezien worden als een ‘ander’ bedrijf dat warmte kan leveren 3. Omdat we het in onze casus hebben over het gebruiken van restwarmte, iets dat al aanwezig is maar voorheen nooit gebruikt werd, zal er wederom weinig te merken zijn in de omgeving als de kerncentrale energie zou leveren aan de woonwijk.

Alternatieven

Fotovoltaische zonne-energie Het gebruiken van zonne-energie als een energiebron voor de woonwijk kan een wenselijk alternatief zijn. De zonnepanelen op de daken heeft estetisch echter zijn effecten op de buurt. Niet iedereen zal er blij mee zijn. Daarbij komt dat de zon in Nederland niet altijd op de panelen schijnt en het kan dus niet een compleet plaatsvervangend systeem zijn. Een extra energiebron zal noodzakelijk zijn. De vraag is dus of de estetische voor-/nadelen opwegen tegen het beetje extra rendement dat de panelen opleveren 4. Thermische zonne-energie Warmte opwekken d.m.v. de zon is een mogelijk alternatief. Ook deze manier van energie opwekken heeft met name invloed op een kleinere schaal, die van het gebouw of de buurt zelf 5. De panelen die benodigd zijn om de warmte van de zon vast te houden in een medium als bijvoorbeeld water of lucht, hebben een heel specifiek beeld voor de omgeving. Ook moet er rekening gehouden worden met het feit dat Nederland niet altijd zonnig en warm is en er dus misschien wel gebruik gemaakt moet worden van een extra warmtebron. Biomassa Het gebruik van biomassa benodigd ook extra bebouwing in de directe omgeving van de wijk. Wat op grotere schaal zou kunnen gebeuren is dat het afval stricter


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

(gescheiden) verzameld wordt om te kunnen gebruiken voor het opwekken van energie. De bewoners in de omgeving worden op deze manier dus beïnvloed. Aardwarmte Het gebruik van aardwarmte kan erg ingrijpend zijn, met name op een wat grotere schaal. Het gaat hier immers om warmte dat zit opgeslagen in de aarde, als we deze warmte gaan gebruiken voor het verwarmen van woningen kan dit allerei gevolgen met zich meebrengen, misschien zelfs wel gevolgen die we absoluut niet hadden voorzien. Want welke effecten zal het afkoelen van de aarde, want dat is wat er eigenlijk gebeurt, hebben op het milieu? Waarschijnlijk zullen we weinig merken als het alleen plaatselijk gedaan wordt voor het verwarmen van een relatief kleine wijk. Maar als we hier tevreden mee zijn en het vervolgens gaan toepassen op veel grotere schaal kan dit veel grotere gevolgen hebben 6. Het afkoelen van het aardoppervlak ter grote van Nederland kan vele gevolgen hebben, zelfs wereldwijd. Aan de andere kant zou het ook positief kunnen zijn. We hebben de laatste tijd immers te maken met het opwarmen van de aarde, misschien is het zelfs heel nuttig om het op deze manier tegen te gaan. Windmolens De meeste mensen zijn inmiddels als bekend met windmolens. Het gebruik ervan voor het voorzien van energie aan het poptahof stimuleert het milieu en dus de beoogde eisen van de gemeente Delft (milieuplan). De windmolens nemen echter veel ruimte in en zijn dankzij hun omvang zichtbaar vanaf een grote afstand, veel mensen in de omgeving zullen het gebruik van windmolens dus duidelijk opmerken en in vele gevallen worden ze niet als prettig ervaren 7. Extra geïsoleerde gevels Dit alternatief heeft alleen effecten op de zeer directe omgeving. De gevels zijn duurder, dus de woningen worden dat waarschijnlijk ook. De gevels zijn dikker 8, hier moet de architect rekening mee houden, en de bewoners moeten ermee leven.

Bronnen: 1 http://www.energietech.info/restwarmte/ pr_winterthur.htm 2 http://www.agf.nl/nieuwsbericht_detail. asp?id=27216 3 http://www.senternovem.nl/warmtelevering/20_techniek/30_warmtebronnen/index.asp

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Conclusie: algemeen effect op de ruimte De verschillende varianten en alternatieven wijken niet ontzettend veel van elkaar af als het aankomt op de zichtbare, effecten voor de omgeving. Allen hebben ze echter het doel om positief bij te dragen aan het milieu in de vorm van CO2-reductie. Als er, op welke manier dan ook, voldaan kan worden aan deze doelstelling (CO2-reductie 9), welke effecten zal dit dan hebben op de ruimte? Op een kleine schaal is er natuurlijk niet direct te merken dat het CO2-gehalte gereduceerd wordt, het zit in de lucht en de lucht verspreidt zich wereldwijd, het ontstane verschil is daardoor te klein om direct waar te kunnen nemen. Op grotere schaal heeft het echter wel duidelijk effect. Ten eerste zal de gemeente Delft een stap verder in de richting komen van hun Klimaatplan9 en zodoende Nederland helpen om de gemaakte afspraken van het Kyotoprotocol10 te kunnen behalen. Als we verder gaan met het uitzoomen op dit gebied, en er vanuit gaan dat Nederland niet het enige land is dat het protocol naleeft, dan zal het klimaat op grote schaal kunnen veranderen. Dat dit belangrijk is wordt duidelijk in de film van Al Gore, ‘An Inconvenient Truth’11. Het CO2-gehalte stijgt de laatste jaren ontzettend hard en veroorzaakt hierdoor aanzienlijke temparatuursverhoging op mondiaal niveau, wat weer grote impact heeft op het ecosysteem van deze wereld. Naast deze stap in de goede richting, met het oog op klimaatverandering, zorgt het project in de Poptahof ook

voor de nodige kennis op het gebied van energiezuinig verwarmen. Slaagt Delft er namelijk in om op deze

manier minder CO2 te produceren dan zal het project als voorbeeld gebruikt kunnen worden op vele andere plaatsen en projecten. Wat weer kan zorgen voor een nog snellere afname van het CO2-gehalte en dus een grotere impact zal hebben op het mondiale milieu. Al met al mag duidelijk zijn dat dit project, mits het de gewenste CO2-reductie behaalt, zeker een groot effect kan hebben. In eerste instantie een effect dat op papier belangrijk is (eisen Kyoto-protocol10) maar wat mede verantwoordelijk kan zijn voor een merkbare verandering van het milieu, zowel mondiaal als op de locatie zelf. 4 http://www.milieuloket.nl/9292000/modulesf/ vg0ul1sst000 5 http://www.landvanenergie.nl/index. php?type=news&id=58 6 http://www.milieucentraal.nl/ pagina?onderwerp=Aardwarmte 7 http://www.set.nl/

8 Interview met Dhr. Kruijff, 19 februari 2008 9 Gemeente Delft, 3E: Klimaatplan Delft 2003-2012, 2006 10 http://unfccc.int/essential_background/kyoto_ protocol/items/1678.php (tekst kyoto protocol) 11 Al Gore, ‘An Inconvenient Truth’, 2006

15


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Invloed op de tijd

Wat verandert er in de toekomst als gevolg van de keuze voor een variant of alternatief? DELFT - 10 maart 2008 Stel, er wordt gekozen voor een variant of alternatief in plaats van het gebruiken van restwarmte van AWZI. Wat zijn dan de directe effecten, en wat zijn de invloeden van deze keuze voor de toekomst? Op deze pagina’s staan tevens overzichtstabellen voor de varianten en de alternatieven.

Varianten

Restwarmte van andere bedrijven Het verschil met de in deze casus beschreven manier van energiegebruik is enkel de bron van energie; verschoven van AWZI naar een ander bedrijf. In het heden zal dus de energie getransporteerd worden van deze bedrijven naar het warmtebedrijf, van waaruit de warmte wordt getransporteerd naar de woongebieden en andere afnemers. Daarvoor is op korte termijn een warmtenet nodig en een warmtebedrijf. Het leidingensysteem dat hiervoor gebruikt wordt, zal in de toekomst wellicht niet meer nodig zijn. Bij deze variant is sprake van bodemaantasting, namelijk door het aanleggen van dit leidingsysteem. Hiermee zit de toekomstige generatie opgescheept wanneer ze overstappen op een andere energiebron. Op de langere termijn zal deze bodemaantasting leiden tot het afnemen van de biodiversiteit in het gebied en tot problemen met grondwaterstand en –af-

voer. Aan de andere kant is deze variant van invloed op de CO2 uitstoot, deze zal in de toekomst verminderen bij het gebruik van deze duurzame energievoorziening. Hierdoor wordt opwarming van de aarde tegengegaan, of in elk geval beperkt. Bovendien vergaren we kennis over deze manier van energiewinning en energiegebruik die we naar de toekomstige generatie kunnen overdragen, dit is een effect op de redelijk korte termijn.

deze warmtecentrale wellicht afval wordt; onnodig geworden door nieuwe innovaties. Rioolwater is echter geen bron die uitgeput zal raken, en het is een duurzame variant. Hierdoor kan waarschijnlijk worden gewerkt aan reductie van de CO2 uitstoot, waardoor het klimaatprobleem wordt aangepakt. Ook zal kennis worden verworven over de haalbaarheid en efficiëntie van deze manier van energiewinning, waarbij de toekomstige generatie gebaat is.

Gasgestookte stadsverwarming De gebruikelijke manier van verwarmen, namelijk de gasgestookte stadsverwarming, is geen duurzame variant. Hiermee wordt de CO2-emissie niet verminderd en de gemeente zal haar klimaatdoelstellingen niet kunnen halen. Op de korte termijn betekent dit kostenbesparing; het huidige systeem wordt gehandhaafd en er hoeft niet geïnvesteerd te worden in een ander warmtenet. Op de lange termijn betekent dit het instandhouden van het klimaatprobleem. Dit is afwenteling van ons milieuprobleem op toekomstige generaties. Bovendien wordt op deze manier de fossiele brandstof aardgas gebruikt, op de lange termijn zal deze bron uitgeput raken.

Restwarmte uit kassen Net als bij de eerder genoemde variant ‘restwarmte van andere bedrijven’ moet voor deze variant een leidingsysteem worden aangelegd. Nog uitgebreider dan bij de eerdergenoemde variant, aangezien de leverancier verder weg zit. De rest van de afwegingen zijn hetzelfde; er wordt kennis vergaard over het gebruik van restwarmte uit kassen die waardevol is voor latere generaties. Bovendien is deze variant duurzaam, de CO2 emissie wordt teruggedrongen.

Rioolwater als warmtebron Voor het overstappen op deze manier van verwarmen is de bouw van een warmtecentrale nodig. In de toekomst betekent dit dat

Varianten

Restwarmte van energieopwekking Het verschil van het gebruik van deze variant van restwarmte is dat er relatief weinig over bekend is. Er moet dus nog onderzoek worden gedaan (dat kost geld en tijd), en het is wellicht niet rendabel. Ook is hiervoor een leidingsysteem nodig, wat leidt tot bodemaantasting.

Variant

Invloeden op korte termijn

Restwarmte van andere bedrijven

- Bodemaantasting door leidingsysteem + Gebruik duurzame energie

- Leidingsysteem wordt overbodig: niet-recyclebaar afval - Gevolgen van bodemaantasting: grondwaterproble men en afname biodiversiteit. + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over het gebruik van restwarmte + Geen uitputting fossiele bronnen

Gasgestookte stadsverwarming

+ Kostenbesparing

- Instandhouden broeikaseffect - Uitputten fossiele bronnen

Rioolwater als warmtebron

- Bouw warmtecentrale + Gebruik duurzame energie

- Warmtecentrale wordt overbodig: niet-recyclebaar afval + Bijdrage aan kennis + Vermindering CO2 uitstoot + Geen uitputting fossiele bronnen

Restwarmte uit kassen

- Bodemaantasting door leidingsysteem + Gebruik duurzame energie

- Leidingsysteem wordt overbodig: niet-recyclebaar afval - Gevolgen van bodemaantasting: grondwaterproblemen en afname biodiversiteit. + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over het gebruik van restwarmte + Geen uitputting fossiele bronnen

Restwarmte van energieopwekking

- Bodemaantasting door leidingsysteem - Onderzoek kost geld en tijd + Gebruik duurzame energie

- Leidingsysteem wordt overbodig: niet-recyclebaar afval - Gevolgen van bodemaantasting: grondwaterproblemen en afname biodiversiteit. + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over het gebruik van restwarmte + Geen uitputting fossiele bronnen

16

Invloeden op lange termijn


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Alternatieven

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Alternatief

Invloeden op korte termijn

Fotovoltaïsche zonneenergie

- Produceren en monteren zonnecellen + Gebruik duurzame energie

- Zonnecel gaat beperkt mee: niet-recyclebaar afval - Afvalprobleem: giftige stoffen in zonnecel + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over zonnecellen + Geen uitputting fossiele bronnen

Thermische zonneenergie

- Produceren en monteren twee soorten boilers + Gebruik duurzame energie

- Boiler gaat beperkt mee: niet-recyclebaar afval - Uitputting fossiele bronnen + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over zonnecellen

Biomassa

- Turbines bouwen - Systeem ontwerpen voor afvalopslag + Gebruik duurzame energie

- Turbine gaat beperkt mee: niet-recyclebaar afval - Uitputting fossiele brandstoffen + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over energie uit biomassa + Milieubewuster gedrag van bewoners

Aardwarmte

- Dure proefboring - Leidingsysteem aanleggen

- Leidingsysteem wordt overbodig: niet-recyclebaar afval - Uitputting fossiele brandstoffen - Gevolgen van bodemaantasting: grondwaterproblemen en afname biodiversiteit + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over aardwarmte

Windmolens

- Windmolens produceren - Landschapvervuiling - Dieronvriendelijk + Gebruik duurzame energie

- Windmolens gaan beperkt mee - Niet-recyclebaar afval - Uitputting fossiele brandstoffen + Vermindering CO2 uitstoot + Bijdrage aan kennis over het gebruik van windmolens

Extra geïsoleerde gevels

- Materiaal nodig voor gevels + Minder aardgas nodig

- Gevels worden uiteindelijk niet-recyclebaar afval - Uitputting fossiele brandstoffen + Verlaging CO2 uitstoot

Alternatieven

Fotovoltaïsche zonne-energie Voor dit eerste alternatief moeten zonnecellen worden geproduceerd en op daken worden gemonteerd. Als ze er eenmaal zitten dan gaan ze lang mee; ongeveer 30 tot 40 jaar. 1 Aan het einde van de levensloop is een speciale verwerking vereist omdat er giftige stoffen gebruikt worden tijdens het productieproces. Dat is afval in de toekomst. Er moet nog veel onderzoek worden gedaan naar de optimale samenstelling van zonnecellen, wanneer wordt gekozen voor dit alternatief wordt wel bijgedragen aan de kennis over dit onderwerp. Dit is positief voor de toekomstige generatie, net als het feit dat er door dit alternatief geen fossiele bronnen meer nodig zijn en dat de CO2 uitstoot verminderd wordt. Thermische zonne-energie Hiervoor is een zonne-boiler nodig. In Nederland schijnt de zon niet vaak genoeg voor dit alternatief, dus er zal ook een ‘normale’ boiler in de huizen aanwezig moeten zijn. Er moet dus veel materiaal worden aangeschaft voor dit alternatief. Bovendien gaan boilers niet lang mee; ze moeten na 15 jaar vervangen worden. 2 Er is dus al na 15 jaar sprake van afval. Omdat dit systeem niet volledig duurzaam kan zijn; er is nog steeds een reguliere boiler nodig; is er nog steeds aardgas nodig. Hierdoor zullen op de lange termijn de aardgasreserves opraken.De keuze voor thermische zonneenergie kan wel bijdragen aan de kennis over deze manier van energiegebruik en aan vermindering van de CO2 uitstoot.

Invloeden op lange termijn

Biomassa Hiervoor moet een systeem ontworpen worden waarbij de bewoners van Poptahof hun afval efficiënt kunnen scheiden en opslaan. Er zal een ruimte gereserveerd moeten worden voor het bioafval waaruit biogas opgevangen kan worden. Dit biogas wordt verbrand in turbines 3, die nog gebouwd moeten worden. Bij dit alternatief is wellicht nog aardgas nodig om de hoeveelheden biogas aan te vullen, dus er is sprake van gebruik van fossiele brandstoffen. Dit betekent voor volgende generaties dat de voorraden aardgas kleiner zullen worden. Aan de andere kant is er wel bijdrage aan kennis over deze duurzame manier van energiegebruik, en kan dit systeem wellicht in de toekomst geoptimaliseerd worden zodat er geen aardgas meer nodig is. Te verwachten is ook dat de bewoner bewuster met zijn/haar afval omgaat, waardoor recyclen gemakkelijker wordt. Aardwarmte Hiervoor moet een proefboring worden gedaan en een diepgelegen buizennetwerk worden aangelegd. Bovendien is deze voorraad eindig 4, dat betekent dat er over een x-aantal jaren geen aardwarmte meer is en dan ligt dat buizennetwerk er voor niets; afval. Het zal wel een positief effect hebben op de CO2 uitstoot, waardoor klimaatdoelstellingen gehaald kunnen worden. Bovendien zal ook bij dit alternatief kennis kunnen verworven over het gebruik van deze bron, waar de toekomstige generatie bij gebaat is.

Windmolens Voor het opvangen van windenergie zijn windmolens nodig. Deze moeten gebouwd worden en de materialen waaruit ze bestaat bevatten onder andere aardolie en plastic. Na een levensduur van ongeveer 20 jaar 5, zijn deze windmolens niet-recyclebaar afval. Op korte termijn betekent het aanleggen van windmolenparken landschapvervuiling (dit is wel een subjectief argument, sommige mensen vinden windmolens niet storend). Voor vogels is het in aanraking komen met een windmolen vaak fataal. Hoe meer windmolens er komen, hoe meer er over bekend wordt. Dit is positief voor de toekomstige generatie, die door kan gaan met optimalisatie van windmolens. Bovendien draagt het bij aan vermindering van de CO2-uitstoot, waardoor het broeikaseffect kan worden tegengegaan. Extra geïsoleerde gevels Hiervoor is wederom veel materiaal nodig; dat wordt uiteindelijk allemaal afval. Wanneer gevelmaterialen worden gekozen die niet-recyclebaar zijn dan is dit een grote milieubelasting voor de toekomstige generatie. Dit alternatief draag wel bij aan verlaging van de CO2 uitstoot, omdat er minder aardgas gestookt hoeft te worden. Op de lange termijn raakt dit aardgas wel op, het duurt nu alleen iets langer. Bronnen: 1 http://nl.wikipedia.org/wiki/Zonnepaneel 2 http://www.altijddegoedkoopste.nl/?page=shop/ faq#levensduur 3 http://nl.wikipedia.org/wiki/Bio-energie 4 http://nl.wikipedia.org/wiki/Aardwarmte 5 http://www.technopolis.be/nl/watkunjedoen/indekijker/ exhibits%20vd%20week/energieke%20windmolens.htm

17


EXTRA katern casus A2

8 april 2008

POPTAHOF PRESS

Duurzame energie voor Poptahof: vijf verschillende visionaire visies Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Energie besparen of geld verspillen? Kortetermijnoplossing met potentie: Toepassing van extra goed geïsoleerde gevels in de Delftse Poptahof

In de Delftse wijk Poptahof vinden grote veranderingen plaats. De Gemeente Delft is namelijk in samenwerking met de woningcorporatie Woonbron overgegaan tot een grondige herstructurering van de aanwezige flatgebouwen en openbare ruimtes. Met het oog op het ‘Klimaatplan Delft’, dat voor de periode 2003 – 2012 werd opgesteld1, wil de gemeente bij de vernieuwing duurzame technieken integreren. Eén van die technieken betreft het toepassen van een duurzaam energiesysteem, zodat aan de klimaateisen van het Kyoto-protocol2 wordt voldaan. In verband met de financiële onhaalbaarheid van het gekozen warmtesysteem in de wijk, kan de gemeente echter veel beter kiezen voor een eenvoudigere oplossing, namelijk het voldoen aan de klimaateisen door extra goed geïsoleerde gevels toe te passen bij de te herstructureren woningen.

Restwarmte Het oorspronkelijke plan dat de Gemeente Delft en Woonbron hadden opgesteld, was om restwarmte, afkomstig van de Afval Water Zuiverings Installatie (AWZI) bij de Delftse Harnaschpolder te benutten voor het verwarmen van de woningen in de Poptahof. In verband met de enorm hoge kosten van het daarvoor benodigde systeem, dat beheerd zou moeten worden door het nog op te richten Warmtebedrijf, is geconcludeerd dat het plan financieel niet rendabel is.3 Daarom dient uitgeweken te worden naar een andere oplossing, om alsnog aan de klimaateisen te kunnen voldoen. Varianten en alternatieve technieken Er zijn meerdere varianten en alternatieven te bedenken die toegepast zouden kunnen worden in de Poptahof. Voorbeelden zijn de toepassing van restwarmte uit andere bronnen, zoals uit kassen of van energiecentrales. Verder kan gedacht worden aan aardwarmte of rioolwater als warmtebron. Er kan ook aan heel andere technieken gedacht worden, zoals alternatieve energiebronnen. Denk bijvoorbeeld aan zonne- of windenergie. Op al deze varianten en alternatieven zal hier niet verder in worden gegaan, aangezien het doel van dit essay is om een andere oplossing te promoten: de al genoemde toepassing van extra goed geïsoleerde gevels in de Poptahof.

Nieuw gevelpakket Aangezien de flats in de Poptahof allemaal gestript worden, zullen ze tijdens de herstructurering voorzien worden van totaal vernieuwde gevels die aan de oude, te handhaven, casco’s gemonteerd worden. Het is dan dus zeer goed mogelijk om de nieuwe gevelpakFiguur 1 - Referentieproject met gevels met diepe neggen (diep geplaatste ramen). 14 appartementen aan de Lege Hearewei, Stiens, Friesland. Bron: KAW architecten en adviseurs, http://www.kaw.nl/

18

Evelien van Winsen 1333887

ketten zo samen te stellen dat er veel minder energieverlies op zal treden. Om dit mogelijk te maken zullen de gevels echter wel uit meer materiaal bestaan, aangezien het extra isolatiepakket dikker zal zijn dan een isolatiepakket bij de normale manier van isoleren. Om dat extra materiaal te fabriceren, zal weer energie gebruikt worden. Dan rijst de vraag op of dit dan wel een duurzame oplossing is. Hierbij dient echter in het achterhoofd gehouden te worden dat de toevoeging van extra materiaal slechts een eenmalige investering is, voor gevels die nog minstens dertig jaar4 mee zullen gaan. Door nu in korte tijd extra energie te gebruiken, zal er in de loop van de jaren veel energie bespaart worden doordat veel minder warmteverlies uit de woningen op zal treden. Cradle to cradle De toe te passen gevelmaterialen zullen tevens getoetst moeten worden aan het vernieuwende cradle to cradle-principe, dat op werd gesteld door de Amerikaanse architect William McDonough en de chemicus Michael Braungart.5 Zij schrijven voor om ervoor te zorgen dat alle materialen zo zijn ontworpen dat ze na gebruik op een hoogwaardige manier kunnen worden hergebruikt in een nieuw product of een functie als milieuvriendelijke brandstof voor energieopwekking kunnen hebben. Dat betekent dan dus dat het isolatiemateriaal, waar het in dit essay dus vooral over gaat, zo samengesteld moet zijn dat het biologisch afbreekbaar is of anders geschikt is voor hergebruik. Er zijn al diverse producenten wereldwijd bezig met ontwikkelingen op het gebied van biologisch afbreekbaar isolatiemateriaal.6 Door zulke innoverende technieken toe te passen, presenteert de Gemeente Delft zich toch nog als een technologiestad. Dat imago dreigde verloren te gaan doordat het restwarmteproject niet reëel bleek te zijn. Architectuur De genoemde extra dikte van het totale gevelpakket zou een storende factor kunnen zijn en verkleint bovendien de netto vloeroppervlakte van de woningen. Een slimme aanpak zou kunnen zijn om de gevels zo te positioneren dat ze een klein


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

deel van de vloeroppervlakte en een klein deel van de gallerijoppervlakte innemen. Dat leidt tot een bepaald optimum. Een creatieve architect is ook in staat om de extra dikke wanden op een aantrekkelijke manier vorm te geven, door bijvoorbeeld diepe neggen toe te passen. De negge is de afstand van de raam- en deurkozijnen tot aan de oppervlakte van de buitengevel. Bij een gevel met diepe vensterbanken ontstaat een speels karakter.7 Een voorbeeld van een dergelijke gevel is te zien in Figuur 1. Trias Energetica Door deze maatregel toe te passen wordt er voldaan aan de eerste en de derde stap van de zogenaamde ‘Trias Energetica’8. Deze door SenterNovem opgestelde stappen beschrijven namelijk het beperken van de energievraag (door goed te isoleren) en het efficiënt gebruiken van eindige energiebronnen. Daaruit volgt dus dat het beter is om minder energie te gebruiken dan duurzame energie toe te passen op een minder efficiënte manier. De tweede stap van de Trias Energetica schrijft echter het gebruik van duurzame energie ook voor. Deze stap, waar eerst al aan gewerkt werd in de vorm van het restwarmteproject, kan uiteraard altijd nog toegevoegd worden aan de andere twee stappen, zodat er een optimaal klimaatneutraal systeem wordt gerealiseerd. Kortetermijnoplossing In dit essay worden alternatieve energietechnieken dus absoluut niet afgewezen, maar er wordt gepleit voor een kortetermijnoplossing. Het is nu het juiste moment om extra isolatiemateriaal toe te passen, aangezien er binnen korte tijd nieuwe gevels voor de woningen geproduceerd zullen worden. Daardoor wordt er dus al een heel effectieve stap in de richting van energiebesparing gezet. Dat is ook hard nodig, want het Klimaatplan van de Gemeente Delft1 schrijft voor dat er voor 2012 aan alle beschreven eisen wordt voldaan. In de Poptahof zijn al ondergrondse warmteleidingen aanwezig, omdat er in het verleden gebruik gemaakt werd van een gasgestookte stadsverwarming. Aangezien het op korte termijn nog niet mogelijk is om restwarmte te gaan gebruiken, kan het oude stadsverwarmingssysteem nog gebruikt worden voor de verwarming van de flats. Het onderzoek naar de haalbaarheid van het Warmtebedrijf en de restwarmtetechniek kan gewoon doorgaan, en wanneer het in de toekomst wel financieel rendabel

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

wordt, kan het gecombineerd worden met de dan dus al aanwezige goed geïsoleerde gevels. Er is overigens al bekend dat energieproducent Eneco overweegt om het restwarmteproject van de Gemeente Delft en Woonbron over te nemen.9 De kortetermijnoplossing van de extra geïsoleerde gevels betekent dus niet dat al het gedane onderzoek en de investering in restwarmte van anderhalf miljoen euro voor niets is geweest. Kennis Op het gebied van isolatiematerialen is er al veel kennis beschikbaar.10 Dat betekent dus dat deze oplossing veel goedkoper is dan het onderzoeken van nieuwe technieken. Dat betekent tevens dat er geld beschikbaar kan blijven voor onderzoek en ontwikkeling. Verantwoordelijkheden van de bewoners Aan het extra goed isoleren van gevels kleven echter ook nadelen. De toepassing van meer isolatiemateriaal is alleen effectief als de bewoners goed met hun woningen en hun energie om gaan. Wanneer iemand een paar uur per dag een raam open laat staan, heeft het geen enkele zin dat de gevel geïsoleerd is. Bewoners moeten dan ook op hun verantwoordelijkheden gewezen worden. Er zijn ook maatregelen nodig om te voorkomen dat bewoners heel lang hun ramen open laten staan. Er dienen goede ventilatietechnieken aanwezig te zijn in de woningen. Bij voorkeur zijn dit wel natuurlijke ventilatiemethoden, aangezien er voor mechanische ventilatie energie nodig is. Vierentwintig uur per dag isoleren heeft gunstige invloeden op het binnenklimaat van de woningen, want het maakt de lucht droger. Droge lucht verwarmt een stuk gemakkelijker dan vochtige lucht.11 Dat is dus een aanvullende techniek om energie te besparen. Energierekening Een deel van het probleem zal zichzelf

Evelien van Winsen 1333887

oplossen. Wanneer bewoners energie verspillen, door bijvoorbeeld met geopende ramen en deuren nog steeds de verwarming aan te laten staan, zal dat betekenen dat zij daar zelf de dupe van worden, aangezien hun eigen energierekening dan hoger wordt. Dit besef dient de bewoners echter wel bijgebracht te worden, bijvoorbeeld tijdens het tekenen van de huur- of koopovereenkomst. Besparingstips kunnen in het contract opgenomen worden. Verder kunnen ze vermeld worden in de meterruimtes van de woningen. Tijd voor actie Nederland is een land van regels en wetten. Nederland is ook een land met een zeer sterk aanwezige overlegcultuur. Denk maar eens aan het (beruchte?) poldermodel. Daarnaast bevat Nederland veel wetenschappers en technici, die veelal op zoek zijn naar innoverende technieken die ons leven beter kunnen maken, maar ook, wat in dit kader veel belangrijker is, een positieve, duurzame bijdrage aan het terugdringen van milieuproblemen kunnen leveren. Doordat technici zich bij de Delftse wijk Poptahof op de vernieuwende restwarmtetechniek gestort hebben, dreigen zij de noodzaak om op korte termijn aan de klimaateisen te voldoen uit het oog te verliezen. Het is nu echter tijd voor actie, want er dient al in 2012 bereikt te worden wat in het Klimaatplan wordt voorgeschreven.1 De meest eenvoudige en doeltreffende manier daarvoor is de toepassing van extra goed geïsoleerde gevels bij de te herstructureren flats in de Poptahof. Deze methode leidt niet tot een innoverende energiebron, maar zorgt voor energiebesparing. De techniek is simpel en goedkoop, zodat er nog geld voor onderzoeksmethoden op langere termijn over blijft. Een duurzaam energiesysteem kan naadloos geïntegreerd worden in de woningen van de Poptahof en zou een welkome aanvulling zijn om de drie stappen van de Trias Energetica8 te vervullen.

Voetnoten: 1. Grashof, R. e.a., 3E: Klimaatplan Delft 2003-2012, Delft, 25 juni 2005: Gemeente Delft. 2. United Nations, Kyoto Protocol to the United Nations framework convention on climate change, Kyoto, 1998: United Nations. 3. Alternatief voor Warmtebedrijf gezocht, In: Stadskrant Delft, 17 februari 2008, blz. 2. 4. Projectnummer 6. Duurzame herstructurering Poptahof, http://raad.delft.nl/commissies/duurzaamheid/1999/bijlage_nota/D_1999_024_b.html, geraadpleegd 4 april 2008. 5. Cradle to cradle (C2C), http://duurzaambouwen.senternovem.nl/begrippen/cradle_to_cradle_(c2c)/, geraadpleegd 4 april 2008. 6. IdEe, http://www.molgreen.be/, geraadpleegd 4 april 2008. 7. 14 appartementen aan de Lege Hearewei, http://www.kaw.nl/projecten/lege_hearewei.html, geraadpleegd 4 april 2008. 8. Trias Energetica, http://duurzaambouwen.senternovem.nl/begrippen/trias_energetica/, geraadpleegd 4 april 2008. 9. Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad, http://raad.delft.nl/commissies/economie,%20milieu,%20cultuur%20en%20 recreatie/2008/raadsstukken/e_2008_58_r.html, geraadpleegd 4 april 2008. 10. Bespaar tot wel 70% op uw gasrekening, http://www.koston.nl/load.htm?isolatiealgemeen.html, geraadpleegd 18 maart 2008. 11. Besparingsadviezen, http://www.vrom.nl/pagina.html?id=34310, geraadpleegd 18 maart 2008.

19


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Technisch gezien is verminderen van CO2 uitstoot mogelijk!! Een gezonder milieu door het gebruik van restwarmte wordt verhinderd door geld.

De uit 1964 stammende wijk Poptahof in Delft is onderhevig aan herstructurering. In deze wijk wilde de gemeente Delft al vanaf het begin door middel van duurzame technieken aan hun klimaatplan uit 2003 werken1. Samen met de Europese steden Växjö, Grenoble, Kaunus, Mulscolc en Vastseliini hebben ze het restwarmteproject via het EU-samenwerkingsprogramma SESAC gestart2. Zodoende wilde de gemeente Delft een restwarmtenetwerk aan sluiten op het al liggende warmtenetwerk onder de wijk Poptahof. De waterzuiveringsinstallatie AWZI zou de warmte gaan leveren en een nog op te richten Warmtebedrijf zou het beheer van het restwarmtenetwerk op zich nemen3. Naast de Poptahof zou ook de Harnaschpolder aangesloten worden op dit netwerk. Wanneer dit project rendabel zou zijn, was de planning om de helft van alle huishoudens in Delft aan te sluiten op dit netwerk4. Na dat technisch alles mogelijk bleek, is het project toch niet doorgegaan doordat het hoofdleidingwerk tussen de AWZI en het ketelhuis van de TU een te grote kostenpost was. Hierdoor was het warmtebedrijf niet rendabel en ging er een grote kans op verbetering van het milieu verloren4,5. Het ministerie van VROM moet de aanleg van het restwarmtenetwerk van de AWZI naar het TU-ketelhuis financieren om de CO2 uitstoot te reduceren.

20

Om Nederland in haar warmtebehoefte te voorzien zijn er warmtecentrales nodig. Deze maken hun warmte door middel van het verbranden van fossiele brandstoffen die de duurzaamheid van ons land op twee plaatsen aantast. Ten eerste verarmd deze de Nederlandse of buitenlandse bodem door de fossiele brandstoffen uit te putten. Daarnaast produceren deze centrales 747 gram CO2 voor elke kWh die gebruikt wordt.6 Naast de CO2 worden grote hoeveelheden NOx uitgestoten.3 Deze stoffen zijn niet alleen schadelijk wanneer de mens deze inademt, maar zijn ook een grote veroorzaker van het gat in de ozonlaag en het steeds meer opwarmen van de aarde. Wanneer Delft deze uitstoot van CO2 en NOx kan reduceren door middel van restwarmte, kan er een grote stap gezet worden om de klimaatdoelstellingen te halen. Daarbij kan Delft ook als voorbeeld dienen voor andere steden en landen, zodat zij ook inzicht in de mogelijkheden van restwarmte krijgen. Niet alleen in Delft maar ook in Rotterdam wordt gewerkt aan een restwarmtenetwerk. Dit netwerk kan met haar restwarmte veel meer woningen verwarmen dan het project in Delft. Hierdoor kan Nederland als land aan de ondertekening van het Kyoto-protocol tegemoet komen.7 In de wetenschap dat er ook andere landen bezig zijn met restwarmte onderzoeken en het aanleggen van restwarmtenetwerken, kan het een wereldwijde oplossing zijn om CO2-uitstoot te reduceren.2 Restwarmte is er in overvloed in Nederland. Ook in Delft is er restwarmte. Dit wordt vaak als afvalwarmte afgegeven aan de lucht. Wanneer dit gebruikt kan worden om woningen te verwarmen hebben we een duurzame energiebron die in efficiëntie en geld de andere duurzame energiebronnen verslaat. En technisch is het mogelijk!4 Uiteraard zijn er ook andere goede duurzame energiebronnen, maar deze

Evelien van Winsen 1333887

zijn niet zo efficiënt als of financieel minder aantrekkelijk dan restwarmte. Voor zonne-energie, windenergie of waterenergie is veel ruimte nodig om energie en daarmee warmte op te wekken. Hiernaast is het rendement van deze bronnen qua oppervlak laag.8,9 Hier is in de Randstad al zeker geen ruimte voor. Ook wanneer deze bronnen naar zee verplaatst worden, zoals de plannen voor windmolenparken, zijn er heel ingewikkelde en dure leidingnetwerken nodig. Aardwarmte is een duurzame energiebron die veel geld kost, omdat dit veel bodemonderzoek vereist.10 En ook bij deze vorm van warmtewinning moeten leidingwerken aangelegd worden. Uiteraard is doorgaan met fossiele brandstoffen ook een optie, maar dit is zoals eerder vermeld zeer vervuilend. Naast deze bronnen kan ook de isolatie verbeterd worden, waardoor er minder energieverlies optreedt. Dit is echter al een eis vanuit het Bouwbesluit en wordt al toegepast in de herstructurering in de Poptahof. Daarnaast hebben de mensen nog wel warmte nodig. Deze warmte moet opgewekt worden en daarvoor is dan een warmtebron nodig. Het verbeteren van het isolatiepakket is een goede maatregel, maar dient dan wel als extra maatregel beschouwd te worden. Het grote nadeel van het restwarmteproject betreft de hoge kosten. Vooral die van het aanleggen van de leidingwerken. De kosten die het leggen van de hoofdleiding van AWZI naar het ketelhuis TU met zich meebrengen vormen de directe aanleiding dat het project is gestopt. Het gaat om een bedrag van rond de 60 miljoen euro.4 De gemeente was eerst van plan dit samen met Woonbron en andere bedrijven te financieren. Dit bleek toch te veel geld te kosten. Het vreemd vermogen dat van de bank geleend zou moeten worden, was te veel. Hierdoor is het project, waar alleen door de gemeente al 1,5 miljoen ingestoken is, als niet rendabel verklaard.5 Wanneer we dan in gedachten nemen welke voordelen restwarmte heeft, zou het niet meer dan logisch zijn dat de landelijke overheid, of specifieker, het ministerie van VROM er voor kiest om dit project op zich te nemen en het dus geheel financiert. Het gaat om een groot geldbedrag dat de gemeente Delft zelf niet op kan brengen. Wanneer we het in groter perspectief zien en het restwarmte project van Rotterdam bij dat van Delft


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

trekken, zien we dat hierdoor de hele zuid- en oostkant van de Randstad door restwarmte verwarmd kan worden. Deze kosten zullen vele malen hoger liggen dan in Delft, zodat het ook een te groot bedrag wordt voor de provinciale overheid. Wanneer de overheid dit project gaat bekostigen, moet er een groot pakket met geld op tafel worden gelegd. De vraag is dan of Nederland dit zou willen betalen. Wanneer we het effect van het gebruik van restwarmte er nog eens bijpakken zien we dat dit de uitstoot van CO2 en Nox vermindert. Deze stoffen zijn beide schadelijk voor de gezondheid. De lucht in heel Nederland zal door het gebruik van restwarmte minder CO2 en NOx bevatten en het aandeel van Nederland in het broeikaseffect wordt verminderd. Hierdoor werkt Nederland aan de Kyoto-richtlijnen en zijn wij als Nederlanders bezig om aan een gezond milieu te werken door onze warmte uit het afvalwarmte van bedrijven te halen. Daarbij zijn er door het SESAC-project nog meer partners die de door ons opgedane kennis ook in hun land toe kunnen passen. Hierdoor wordt weer een vermindering van de CO2-uitstoot en het NOx-gehalte gerealiseerd. Ook moeten we de stijging van de kosten van de fossiele brandstoffen niet vergeten. Deze worden steeds hoger omdat ze uitgeput raken. Wanneer we overstappen op restwarmte besparen we geld op het kopen van fossiele brandstoffen, die nu nog gebruikt worden als brandstof voor onze verwarmings- en energiebronnen. Daarnaast hebben we ook CO2-emissierechten, die we door het reduceren van de CO2uitstoot, kunnen verkopen aan andere landen waardoor we geld binnenhalen.11 Als nadeel kan ook gezien worden dat de bedrijven die hun restwarmte gaan afstaan geld voor hun warmte willen hebben of dat ze extra warmte gaan produceren. Hierdoor is het ministerie van VROM de aangewezen instantie die dit project op zich moet nemen. Door de Trias Politica heeft de regering de wetgevende macht in Nederland.12 Het ministerie van VROM is een ministerie uit de regering en kan in dit geval regels op stellen waardoor misbruik door welke instantie ook kan worden voorkomen.

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Er zijn ook voorbeelden van overheidsinstanties die geprivatiseerd zijn. Hierbij denken we aan TPG post (inmiddels opgegaan in TNT-post) en de Nederlandse Spoorwegen. Er is echter een groot verschil in hetgeen deze instanties aanbieden tegenover wat het (rest) warmtebedrijf aanbiedt. De TPG en de NS zijn namelijk instanties die goederen leveren waar iemand gebruik van kan maken. Je kan er eenvoudigweg voor kiezen om geen brief te versturen maar te bellen of te mailen. Ook kan je in plaats van met de trein gewoon met de auto of fiets gaan om van punt A naar B te komen. Met warmte ligt dit anders. Iedereen heeft het nodig en het wordt dagelijks gebruik. Hierdoor heb je het gevaar dat, wanneer het geprivatiseerd wordt, er toch misbruik van gemaakt wordt door meer geld te vragen voor deze warmte dan van een andere bron. Het geld dat geĂŻnvesteerd wordt in het leidingenwerk moet namelijk wel weer terugverdiend worden. Ook heb je kans dat door deze reden restwarmte weggeconcurreerd wordt door milieuvervuilende warmte. Hierdoor is het Ministerie van VROM de aangewezen instantie om dit project op zich te nemen. Zij heeft geen winstoogmerk en kan zorgen dat het gebruik van restwarmte net zo aantrekkelijk wordt of nog aantrekkelijker dan warmte die CO2 uitstotend zijn. Tijd om alles op een rijtje te zetten. De wereld van vandaag zoekt naar duurzame oplossingen. Ook in Nederland en ook in Delft. Er ligt nu een enorme kans in Nederland om met het restwarmte van bedrijven woningen te gaan verwarmen met Poptahof als proefproject. Het zal voor Delft de klimaatdoelstelling dichterbij brengen en Nederland gaat het Kyoto-protocol nastreven. De CO2 en NOx uitstoot in Nederland wordt gereduceerd waardoor het milieu op vier fronten minder wordt aangetast, namelijk:

- wegnemen van fossiele brandstoffen waardoor deze uitgeput raken - verwarmen van de aarde door de uitstoot van restproducten naar verbranding - vergroten van het gat in onze ozonlaag - vervuilen van de lucht die mens en dier inademen

Evelien van Winsen 1333887

Met de reductie kan geld verkregen worden door het besparen op fossiele brandstoffen en het verkopen van CO2-emissierechten. Geen andere duurzame bron is zo efficiĂŤnt als restwarmte. Bovendien neemt restwarmte op het leidingwerk in de grond na geen ruimte in beslag. Technisch is alles mogelijk!! Het ministerie van VROM kan dit project zo regel geven dat er van geen enkele kant misbruik gemaakt kan worden van het leveren of produceren van restwarmte. Redenen genoeg om het restwarmteproject in Poptahof Delft door te laten gaan. Dit zal een voorbeeld en een uitnodiging zijn om de milieuproblematiek op een veel grootsere schaal aan te pakken, door niet alleen in de stad Delft, maar in de hele Randstad of zelfs in heel Nederland gebruik te gaan maken van deze duurzame techniek.

Voetnoten: 1. Gemeente Delft, 3E: Klimaatplan Delft 2003-2012 (2006) 2. http://www.concerto-sesac.eu/spip. php?rubrique7 geraadpleegd 3-3-2008 3. Gemeente Delft, Warmte voor Delft (augustus2006) 4. Interview met Ir. K. Kruijff, 19 februari 2008. (zie blz. 4-6). 5. http://www.deondernemer.nl/artikel/248192/ Warmtebedrijf_niet_haalbaar: 14 februari 2008 geraadpleegd 21-3-2008 6. http://www.e-ster.be/overOns/index. cfm?id=26&newsNr=56 geraadpleegd 5-4-2008 7. United Nations, Kyoto Protocol to the United Nations framework convention on climate change, Kyoto, 1998: United Nations. 8. http://nl.wikipedia.org/wiki/Windenergie geraadpleefd 5-4-2008 9. http://nl.wikipedia.org/wiki/Zonne-energie geraadpleefd 5-4-2008 10. http://www.milieucentraal.nl/ pagina?onderwerp=Aardwarmte Geraadpleegd 12-3-2008 11. http://www.vrom.nl/pagina.html?id=22898 Geraadpleegd 20-3-2008 12. http://nl.wikipedia.org/wiki/Trias_politica Geraadpleegd 5-4-2008

21


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Financiële tekortkoming Restwarmteproject Poptahof

De Poptahof in Delft – In januari van 2005 is de gemeente Delft begonnen met de herstructurering1 voor deze wijk net buiten het centrum van de stad. Een groot deel van de aandacht in dit project ging uit naar duurzame ontwikkelingen die een grote bijdrage zouden moeten leveren aan het behalen van de doelstellingen van het Delftse Klimaatplan2 voor 2003 tot 2012. Het gebruik van restwarmte als alternatieve energiebron zou één van de grote innovaties van Delft moeten worden, maar heeft op dit moment te maken met financiële tegenslagen. Het is nog maar de vraag of het restwarmteproject überhaupt nog van de grond komt. Het Delftse Klimaatplan, dat een grote rol heeft gespeeld voor de start van het project, is ontstaan na de ondertekening van het Kyoto-protocol3 door de Europese Unie. In dit protocol zijn voorschriften opgenomen die o.a. de CO2 uitstoot wereldwijd moeten gaan terugdringen. Om dit te kunnen verwezenlijken heeft de gemeente Delft haar eigen doelstelling opgesteld omtrent de reducering van deze schadelijke uitstoot. Om aan de verschillende eisen te gaan voldoen voor het jaar 2012, wanneer de deadline van het Delftse Klimaatplan verloopt, heeft Delft verscheidene duurzame ontwikkelingen nodig in de toekomst. Het Poptahof zou hierbij een grote stap in de goede richting gaan worden. Het gebruik van restwarmte, voor de verwarming van de woningen in het Poptahof, werd aangenomen als de duurzame ontwikkeling die ervoor moest gaan zorgen dat de gemeente Delft haar doelstellingen uit het opgestelde klimaatplan zou gaan halen. Deze innovatieve manier van verwarmen kon echter nog niet direct toegepast worden. Zo moest er nog veel onderzoek naar deze ontwikkeling gedaan worden, en het nieuw aan te leggen systeem moest ook bekostigd worden4.

22

Omdat de gemeente Delft en andere betrokken partijen van het project, zoals ENECO en Delfluent (beheerder van de Afvalwaterzuiveringsinstallatie (AWZI) in de Harnaschpolder, die de restwarmte zou moeten gaan leveren), een budget hadden dat niet toereikend was om deze onderzoeken te kunnen bekostigen werd er gezocht naar subsidiëring voor het project. Deze subsidie werd gevonden bij SESAC, een project van een door de EU opgezet initiatief dat zoekt naar duurzame ontwikkelingen, het zogenaamde Concerto-initiatief5. SESAC, dat staat voor ‘Sustainable Energy Systems in Advanced Cities’, looft subsidies uit aan projecten die bezig zijn met het ontwikkelen van nieuwe, duurzame energiebronnen6. De subsidie kon verkregen worden omdat er elders in Europa nog twee projecten opgestart waren die zich ook bezighielden met restwarmte als energiebron. Dit is een eis die SESAC stelt voordat er uberhaupt gesproken wordt over subsidiëring. Dit doen ze omdat de kennis die onstaat bij een dergelijk project zo efficiënter gebruikt kan worden. SESAC zorgt er namelijk voor dat de ontwikkelingen die elk afzonderlijk project maakt ook bekend worden bij de andere projecten. Een tweede geldschieter was SenterNovem, een agentschap van het Ministerie van Economische zaken dat zich binnen Nederland bezig houd met het bevorderen van duurzaamheid en innovatie door middel van adviseren, informeren en ook subsidiëren7. Ook SenterNovem heeft geld aangeboden aan het project, maar niet specifiek aan het restwarmteproject. “Het geld van SenterNovem is gegeven voor het herstructureringsplan van het Poptahof, en uiteindelijk niet gebruikt voor de ontwikkeling van restwarmte als duurzame energiebron”, aldus de heer Kruijff, projectleider namens de gemeente Delft8.

Begin dit jaar is bekend gemaakt door de gemeente Delft dat omwille van financiële redenen het voor hen niet haalbaar is om een warmtebedrijf op te zetten dat het Poptahof zou moeten gaan voorzien van warmte van deze

nieuwe duurzame energiebron9. De gemeente Delft heeft zich dan ook teruggetrokken en laat de ontwikkelingen nu over aan het bedrijf ENECO. Zij denken nog wel een rendabel verwarmingssysteem op te kunnen zetten, maar ze zijn al opzoek naar alternatieven, dus of het Poptahof verwamd zal gaan worden met restwarmte zoals oorspronkelijk de bedoeling was is nog maar de vraag. De kans dat het Poptahof dus geen gebruik zal gaan maken van restwarmte is op dit moment zeker aanwezig. De grootste reden hiervoor is in mijn ogen de tekortkoming op het gebied van juiste financiering/subsidiëring. Naar mijn idee had dit voorkomen kunnen worden als er een Nederlandse instantie was geweest, gelijk aan SESAC en SenterNovem, die zich specifiek richt op de ontwikkeling van duurzame energiebronnen en het project had kunnen stimuleren door middel van subsidies die specifiek voor het restwamteproject zouden worden uitgekeerd.

Waarom is het nodig om een nieuwe instelling op te zetten die duurzame ontwikkelingen veel specifieker subsidieert?

Het feit dat het restwarmteproject van het Poptahof nu al bijna afgeblazen wordt vanwege een tekort aan liquide middelen, terwijl er vanuit de richting van de overheid en de EU wel gesubsidieerd is, geeft al aan dat er iets verbeterd zou moeten worden. De totale kosten voor het aanleggen van de benodigde leidingen van het project zijn geschat op 60 miljoen euro8. Een deel van deze kosten wordt opgevangen door subsidies, en een deel ervan wordt gedragen door de gemeente zelf. De gemeente heeft aangegeven dat ze het financiëel niet aandurven en zich terugtrekken uit het project. Met meer subsidie voor het project had de gemeente minder van de kosten hoeven dragen en zou ze zich waarschijnlijk niet teruggetrokken hebben omwille van financiële redenen8. Een instelling die ervoor zorgt dat de subsidies voor de juiste doeleinden gebruikt worden, had kunnen, en kan misschien nog steeds, zorgen voor de slaging van het restwarmteproject.


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Een tweede belangrijke taak die de nieuwe instelling op zich zou moeten nemen, maar weinig tot geen directe invloed meer zal hebben op het project in het Poptahof, is het beheren en verspreiden van de kennis die opgedaan wordt op het gebied van duurzame ontwikkelingen. SESAC is hiervoor het voorbeeld6, maar zij doet dit alleen op Europees niveau. Om de ontwikkelingen in ons eigen land te bevorderen zou het dus goed zijn om de kennis snel en adequaat te verspreiden. Op dit moment heeft het agentschap van het Ministerie van Economische Zaken, SenterNovem, deze taak op zich genomen. Maar met het Poptahof als voorbeeld is al gebleken dat de aandacht voor een echte innovatie op het gebied van duurzame ontwikkelingen nog niet voldoende wordt gestimuleerd door deze organisatie. Het is daarom belangrijk dat de nieuwe instelling zich voor honderd procent inzet als het gaat om de verwezenlijking van een nieuwe duurzame ontwikkeling, en niet slechts een subsidie uitloont en zich verder weinig met de ontwikkeling ervan bemoeit. Als er een dergelijke instelling opgezet wordt zal er in de nabije toekomst door Nederland veel efficiënter geïnvesteerd kunnen worden in de totstandkoming van duurzame ontwikkelingen. Met een efficiënter systeem wordt er ook sneller voldaan aan de eisen van het Kyoto-protocol, wat natuurlijk goed is voor niet alleen ons eigen maar ook voor het wereldwijde milieu.

Waarom zou een dergelijke instelling niet opgezet moeten worden? Dat het positieve invloeden zal hebben op de toekomst van Nederland, en op de langere termijn ook voor de rest van de wereld is te begrijpen. Maar is het de investering waard voor Nederland? SESAC bestaat al, en ook in Nederland zelf is al een instantie bezig met duurzame ontwikkeling, SenterNovem. Is het dan wel nodig om een extra initiatief op te richten dat zich met dezelfde zaken bemoeit?

SESAC is een organisatie die nog moet groeien. Op het moment zijn er slechts 6 landen aangesloten bij de organisatie, waarvan er slechts 3 ook daadwerkelijk werken aan één of meerdere duurzaam projecten10. Daarbij komt ook nog dat het een Europese instantie is en dus op een hele grote schaal werkt. Hierdoor zijn ze minder nauw betrokken bij de

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

projecten en is het voornaamste hulpmiddel dat zij inzetten, subsidiëring. Advies en nauwe betrokkenheid gaan daarbij verloren. SenterNovem heeft al veel meer direct contact met duurzame ontwikkelingsprojecten omdat zij alleen nationaal opereren. Zij zijn echter op een heel breed vlak bezig met duurzame ontwikkeling. Dit blijkt ook uit het aantal projecten dat ze hebben. Zo hadden ze in het jaar 2007 al ruim 150 verschillende projecten waar ze zich mee bezig hielden11. Door dit grote aantal is het ook moeilijk om heel specifiek behulpzaam en betrokken te zijn bij een project. De gevolgen voor het Poptahof waren in dit geval dat de subsidie niet gebruikt is voor het restwarmteproject8. SenterNovem heeft dus een minder goed toezicht op hun subsidies dan SESAC. De conclusie hieruit is dat het Europese SESAC nog relatief klein is, en omdat het een organisatie van de EU is en niet van Nederland, is het minder nauw betrokken bij het project in Delft. SenterNovem, dat al wel een stuk groter is, heeft inmiddels zoveel verschillende projecten verspreid over vele gebieden van duurzame ontwikkeling, waardoor zij ook minder nauw betrokken zijn bij innovatieve projecten omtrent duurzame ontwikkeling. Een nieuwe organisatie, die zich in Nederland bezig gaat houden met projecten als die van de restwarmte in het Poptahof, en zichzelf daar actief bij betrekt, waardoor subsidies en adviesen snel op de juiste plek ingezet kunnen worden, zal de groei van duurzame ontwikkelingen in Nederland bevorderen. Mits zij zich op specifieke onderdelen richten zoals enkel het restwarmteproject en niet het hele herstructureringsplan. Op deze manier kan het overzicht bewaard blijven en kan het doel, het realiseren van duurzame ontwikkelingen, bereikt worden.

Hoe moet het in de toekomst? De op te richten instelling zal in de toekomst van groot belang kunnen zijn voor een betere ontwikkeling in Nederland op het gebied van duurzaamheid. De organisatie moet zich beperken tot hele specifieke ontwikkelingen die de potentie hebben om het milieu te verbeteren. Erg groot worden en daardoor teveel projecten moeten begeleiden mag eigenlijk niet gebeuren. De instelling moet dan ook niet gezien worden als een nieuw SenterNovem, maar als

Evelien van Winsen 1333887

een aftakking daarvan. Of misschien zelfs een nieuw branche binnen SenterNovem zelf. Zolang de instelling maar een eigen budget krijgt dat gebruikt mag worden voor subsidiëring van duurzame ontwikkelingen. Om voor het restwarmteproject in het Poptahof nog een bijdrage te kunnen leveren zal de instelling snel opgezet moeten worden. Als er tegen het einde van dit jaar nog een dergelijke instantie opgezet kan worden dan zou dit betekenen dat er nog bijna drie jaar overblijft om het project af te ronden. Dit moet voldoende zijn omdat er al een heleboel voorbereiding in dit project zit. In het daaropvolgende jaar zal dan blijken of het nieuwe energiesysteem ook daadwerkelijk de gewenste resultaten heeft geboekt, en of de eisen van het Delftse Klimaatplan daarmee bereikt zijn.

Voetnoten: 1. Herstructurering Poptahof http://www.poptahof.nl/?id=39 laatst geraadpleegd: 5 april 2008 2. Grashof, R. e.a., 3E: Klimaatplan Delft 2003-2012, Delft, 25 juni 2005: Gemeente Delft. 3. United Nations, Kyoto Protocol to the United Nations framework convention on climate change, Kyoto, 1998: United Nations. 4. Kaiser, M. e.a., Warmte voor Delft, Delft, 28 juni 2005, Gemeente Delft. 5. Het Concerto initiatief http://concertoplus.eu/ CMS/content/view/135/421/ laatst geraadpleegd 5 april 2008 6. SESAC http://www.concerto-sesac.eu/spip. php?rubrique25 laatst geraadpleegd: 5 april 2008 7. SenterNovem http://www.senternovem.nl/ senternovem/over_senternovem/index.asp laatst geraadpleegd: 5 april 2008 8. Interview met Ir. K. Kruijff, 19 februari 2008. (zie blz. 4-6). 9.Delft trekt zich terug http://www.ad.nl/denhaag/ delft/article2050493.ece: laatst geraadpleegd: 5 april 2008 10. Deelnemers SESAC http://www.concertosesac.eu/ laatst geraadpleegd: 5 april 2008 11. SN projecten http://www.senternovem.nl/ senternovem/publicaties/index.asp laatst geraadpleegd: 5 april 2008

23


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Gratis warmte uit de aarde De Poptahof verwarmd met aardwarmte

De wijk Poptahof in Delft wordt geherstructureerd. Onder leiding van de gemeente Delft en woningcorporatie Woonbron worden de woningen in de wijk gestript en komen er nieuwe woningen bij. Aangezien de gemeente Delft zich als klimaatbewuste technologiestad wil profileren, is er door het gemeentebestuur het ‘Klimaatplan Delft 2003-2012’1 opgesteld. In dit klimaatplan staan richtlijnen en doelen die de gemeente Delft voor 2012 gerealiseerd wil hebben met het oog op de klimaatverandering. De Poptahof zou een voorbeeldproject moeten zijn door het gebruik van restwarmte voor de verwarming van de gebouwen. Door financiële problemen blijkt dit echter niet haalbaar. Om nu toch aan de richtlijnen van het klimaatplan te voldoen moet er een alternatief gezocht worden. Dit kan het beste bereikt worden als de gemeente Delft het financieel en juridisch mogelijk maakt dat het ketelhuis van de stadsverwarming van de Poptahof over kan stappen op aardwarmte. Poptahof De Poptahof is een wijk uit de jaren zestig, die bestaat uit 8 flats van 12 verdiepingen met daaromheen nog een aantal lagere woonblokken en veel openbaar groen2. De woningen in de wijk zijn te klein naar de huidige maatstaven waardoor is besloten om de wijk te herstructureren. Bij deze herstructurering zou ook een restwarmtenet aangelegd worden van de afvalwaterzuiverings-installatie naar de wijk, om de wijk met restwarmte te verwarmen. Voorheen werd de wijk ook al centraal verwarmd, maar nog wel door een gasgestookte centrale in het ketelhuis2. Door deze bestaande stadsverwarming is het benodigde leidingennet in de gebouwen zelf al aanwezig, er moesten echter nog leidingen van en naar de afvalwaterzuivering gelegd worden. De aanleg van deze leidingen zou in totaal zo’n 60 miljoen euro gaan kosten, waarvan nu blijkt dat dat niet haalbaar is3. De gemeente Delft wil echter toch dat het project voldoet aan het ‘Klimaatplan Delft 2003-2012’1.

24

Het klimaatplan De gemeente Delft heeft het ‘Klimaatplan Delft 2003-2012’1 opgesteld om zo te kunnen voldoen aan de eisen die gesteld zijn in het ‘Kyoto-protocol’4en om zichzelf te profileren als een klimaatbewuste technologiestad. Met het gebruik van restwarmte in de Poptahof wilde de gemeente Delft laten zien dat zij zeer vooruitstrevend is in het gebruik van nieuwe technieken om de uitstoot van koolstofdioxide te beperken. Aangezien gebleken is dat er te weinig geld is voor het aanleggen van een restwarmtenet5, zal er naar alternatieven gekeken moeten worden. Alternatieven Voor het beperken van de uitstoot van koolstofdioxide zijn vele alternatieven. Er kan gedacht worden aan het gebruik van alternatieve energiebronnen zoals zonne-energie en windenergie. Ook zou een besparing op energieverlies met behulp van bijvoorbeeld extra geïsoleerde gevels toegepast kunnen worden6. Verder zouden er varianten bedacht kunnen worden op het gebruik van restwarmte, zo zou de restwarmte van een andere bron gehaald kunnen worden, bijvoorbeeld kassen of rioolwater. Het gebruik van aardwarmte is eigenlijk een combinatie van een alternatieve energiebron met een variant op het restwarmtegebruik, de aardwarmte zelf is immers een alternatieve energiebron, maar de manier waarop zij benut wordt lijkt op die van een restwarmtesysteem. Aardwarmte In de aardkern vindt een ingewikkeld proces plaats waarbij warmte vrijkomt. Dit proces is in gang gezet bij het ontstaan van de aarde. Heel langzaam koelt de aarde hierdoor af, waardoor de aardkorst is gevormd en waardoor ooit, over miljoenen jaren, de aarde een koud rotsblok zal zijn. Dit duurt echter zo lang dat het als een oneindige energiebron gezien kan worden7. Door dit proces is de aarde warmer naarmate je dieper in de aardkorst komt. Behalve de diepte is de temperatuur ook afhankelijk van de samenstelling van de aardkorst. Afhankelijk van de temperatuur en de diepte waarop deze temperatuur heerst, kan zij benut worden voor

energieopwekking en verwarming8. Deze warmte wordt aardwarmte genoemd. Met behulp van een buizenstelsel kan koud water in de aarde gepompt worden en warm water eruit. In de zomer kan het omgekeerde proces plaatsvinden, waarbij warm water in de aarde gepompt wordt en koud water eruit, om gebouwen te koelen8. Bij hele hoge temperaturen van de aarde kan het water gebruikt worden om energie uit op te wekken, maar in Nederland zit die temperatuur te diep. Over het algemeen is de temperatuur op 2000 meter diepte in Nederland tussen de 60 en 100 graden Celsius, deze diepte is goed haalbaar voor warmtewinning8. In Figuur 2 is een overzicht te zien van de temperatuurverdeling in Nederland op 2000 meter diepte. Doordat van zo’n grote diepte warmte wordt gehaald, heeft het tot op heden nog geen problemen voor het ecosysteem opgeleverd7. Ondanks dat het gebruik van aardwarmte nog niet zoveel in Nederland toegepast wordt, is het al rendabel op een kleine schaal9. Daarbij is de Poptahof met 2800 bewoners niet echt een klein project2.

Figuur 2: Temperatuurverdeling in de Nederlandse ondergrond op 2000 meter diepte © TNO-NIT. 8


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Behalve deze manier van aardwarmte benutten, bestaat er ook een andere methode, die vaak als aardwarmte wordt aangeduid. Hierbij worden buizen vlak onder het aardoppervlak aangebracht, in deze buizen zit water en dat water warmt op als de aarde wordt verwarmd door de zon. In dit artikel wordt met aardwarmte echter de hiervoor beschreven methode bedoelt7. Voordelen Er zitten een aantal belangrijke voordelen aan het toepassen van aardwarmte in de Poptahof. Ten eerste ligt een groot deel van het benodigde leidingennet er al, omdat de Poptahof al door middel van een (gasgestookte) stadsverwarming wordt verwarmd2. De enige leidingen die nog aangelegd zouden moeten worden, zijn de leidingen die de aarde in gaan om water in en uit de aarde te pompen. Daarnaast zouden er natuurlijk leidingen naar andere wijken aangelegd moeten worden in het geval van een uitbreiding. Ten tweede is de Poptahof op deze manier niet meer afhankelijk van een externe energieleverancier, die failliet kan gaan of door omstandigheden minder restwarmte gaat produceren. In het restwarmteproject was in eerste instantie sprake van DSM als restwarmteleverancier, maar deze is echter uit het project gezet omdat onzeker was of dit bedrijf over tien of twintig jaar nog steeds zou bestaan en genoeg restwarmte zou leveren6. Ten derde hoeven er geen aanpassingen in de ontwerpen voor de gebouwen gemaakt te worden, zoals bij geïsoleerde gevels wel het geval is. Omdat het proces al redelijk ver gevorderd is, zou dit een vertraging op kunnen leveren in het bouwproces10. De aanleg van de leidingen in de aarde hebben geen invloed op de gebouwen en dus ook niet op het ontwerp. Ten slotte is aardwarmte te verkiezen boven een alternatieve energiebron als zonne- en windenergie, omdat het een constante energiebron is7. Je hebt dus niet te maken met pieken en dalen in het energieaanbod. Als er plotseling heel veel warmte nodig is, hoeft er alleen maar meer warm water opgepompt te worden. Nadelen Natuurlijk zitten er ook nadelen aan het gebruik van aardwarmte, zoals er ook nadelen zitten aan het gebruik van gasgestookte centrales, restwarmte en

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

windenergie. Deze nadelen zijn echter te verwaarlozen als ze in hun context geplaatst worden. Ten eerste is het een nadeel ten opzichte van het plan dat op tafel lag, waarbij restwarmte van de afvalwaterzuivering (AWZI) gebruikt zou worden11, dat de restwarmte van AWZI weggegooide energie blijft. Dit is natuurlijk waar, aangezien de aanleg van het leidinggennet echter financieel niet haalbaar is, is het beter om na te denken over een andere toekomst voor deze restwarmte. De Poptahof zal deze in elk geval niet kunnen gebruiken, tenzij er plotseling een hoop geld beschikbaar komt. Dit was ook al te lezen in verschillende kranten, zoals het AD5 en de Stadskrant Delft3. Een tweede nadeel van het gebruik van aardwarmte is dat er duur bodemonderzoek moet plaatsvinden en dat de boringen voor de buizen duur zijn. Dit is echter niet zo duur als de kosten voor het restwarmtenet en de onderhoudskosten van een aardwarmtesysteem zijn zeer laag8. Daarbij is de bodem van Nederland goed in kaart gebracht en zijn ook de temperaturen op de verschillende plaatsen bekend, zoals uit afbeelding 1 blijkt. Uit deze afbeelding blijkt ook dat de bodem rond Delft geschikt is voor een dergelijk systeem. Ten slotte moet er rekening gehouden worden met het feit dat het water weer omhoog gepompt moet worden, wat energie kost. Bij een restwarmtesysteem moet het water echter ook naar een andere plek gepompt worden, dus ten opzichte van dat systeem is het geen nadeel. Daarbij is de uitstoot van koolstofdioxide door het pompen verwaarloosbaar vergeleken met de verlaging die wordt bereikt door alle gebouwen te verwarmen met aardwarmte. Risico’s Aan het gebruik van aardwarmte zitten minder risico’s dan aan verwarming met behulp van een gasgestookte centrale en evenveel risico’s als aan het gebruik van restwarmte. Bij een gasgestookte centrale, zoals nu het geval is, is er namelijk altijd het gevaar van brand of een explosie. Dit gevaar is er niet bij een aardwarmte- of restwarmtesysteem. Het ergste wat er in bij deze systemen kan gebeuren is dat er ergens een leiding knapt, waardoor er tijdelijk sprake is van wateroverlast en energie-uitval. Dit is gelukkig geen levensbedreigend risico. Een ander risico zou kunnen liggen in zwavelverbindingen in de bodem, die tot stankoverlast zouden kunnen leiden7. De kans dat deze ver-

Evelien van Winsen 1333887

bindingen zich in de Nederlandse bodem op 2000 meter diepte bevinden is echter zeer klein, omdat ze voornamelijk voorkomen in vulkanische gebieden7. Daarbij kan dit risico vermeden worden door het gebruik van een gescheiden watersysteem, waardoor het zwavelhoudend water niet in de woningen komt7. Aardwarmte in de Poptahof Zoals hiervoor beschreven is levert de toepassingen van aardwarmte als verwarming van de Poptahof de nodige voordelen op. In principe kan de verdeling van deze warmte en de aanleg van de aardwarmte-installatie gedaan worden door het ketelhuis, deze is al toegespitst op het verdelen van warmte en verliest op deze manier haar functie niet. Verder kost het aanleggen van een aardwarmteinstallatie een stuk minder dan de aanleg van het restwarmtenet, waardoor de doelen die gesteld worden in het ‘Klimaatplan Delft 2003-2012’1 gehaald kunnen worden. Verder levert deze toepassing de gemeente Delft ook een naam op als innovatieve milieubewuste gemeente, omdat het nog niet veel in Nederland wordt toegepast. Als het project een succes blijkt te zijn kan de kennis die vergaard is gebruikt worden in andere wijken of kunnen andere wijken misschien zelfs aangesloten worden op de installatie van de Poptahof. Al met al kan hieruit geconcludeerd worden dat de gemeente Delft het financieel en juridisch mogelijk moet maken dat het ketelhuis van de stadsverwarming van de Poptahof over kan stappen op aardwarmte voor de verwarming om aan het ‘Klimaatplan Delft 2003-2012’1 te voldoen. Voetnoten: 1.Grashof, R. e.a., 3E: Klimaatplan Delft 2003-2012, Delft, 25 juni 2005: Gemeente Delft. 2. De poptahof, http://www.iisg.nl/volkshuisvesting/p31.html, geraadpleegd 5 april 2008. 3. Alternatief voor Warmtebedrijf gezocht, In: Stadskrant Delft, 17 februari 2008, blz. 2. 4. United Nations, Kyoto Protocol to the United Nations framework convention on climate change, Kyoto, 1998: United Nations. 5. Broos, Julia, Warmtebedrijf is niet haalbaar,In: Algemeen Dagblad, 13 februari 2008. 6. Interview met Ir. K. Kruijff, 19 februari 2008. (zie blz. 4-6). 7. Aardwarmte, http://www.climatequest.org/ page/reference.php?full=8, geraadpleegd 5 april 2008. 8. Aardwarmte TNO, http://www.natuurinformatie. nl/ndb.mcp/natuurdatabase.nl/i000327.html, geraadpleegd 5 april 2008 9. De grondwaterspecialist, http://www.aardwarmtesystemen.nl/, geraadpleegd 5 april 2008 10. Bouwen in de Poptahof, http://www.poptahof. nl/?id=131, geraadpleegd 5 april 2008 11. Masterplan, http://www.poptahof.nl/?id=50, geraadpleegd 5 april 2008

25


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Evelien van Winsen 1333887

Poepen om de wasmachine te laten draaien Energie uit biomassa als oplossing voor het spaakgelopen restwarmte project De wijk Poptahof in Delft wordt flink onder handen genomen. Door de verouderde woningen en de slechte reputatie was het geen geliefde plek om te wonen maar dat moet gaan veranderen. In de nieuwe wijk zal een gevarieerd woningaanbod zijn, nieuwe voorzieningen en er is aandacht voor groen en water voor een prettige woonomgeving. Met het oog op het Klimaatplan Delft 2003-2012 en de daarvoor te bereiken CO2reductie zullen de bewoners ook voorzien worden van duurzame energie. Oorspronkelijk wilde men deze energie uit industriële restwarmte gaan halen, maar dit blijkt niet haalbaar. Omdat de gemeente toch aan haar klimaatdoelstellingen wil voldoen moet nu gezocht worden naar een geschikt alternatief, om toch de CO2uitstoot te kunnen terugdringen. Energie uit afval lijkt hiervoor de uitgelezen oplossing. Klimaatplan Delft In 2003 kwam Gemeente Delft met een ambitieus plan waarin de klimaatdoelstellingen van de gemeente voor de periode 2003-2012 waren vastgelegd. Wethouder Grashoff (wethouder duurzaamheid 1998-2006) schreef in de inleiding van het plan:

‘Delft neemt met het voorliggende Klimaatplan haar verantwoordelijkheid in de aanpak van de klimaatproblematiek. Met 20 realistische, uitvoerbare projecten laat de gemeente zien dat op lokale schaal een forse CO2-reductie mogelijk is van 33.500 ton per jaar ten opzichte van 1999. Daarmee zet Delft hoog in. We willen namelijk graag koploper zijn en blijven in Nederland en innovatief waar het kan.’ Eén van de 20 projecten waarover hierboven wordt gesproken is de eerdergenoemde herstructurering van de Poptahof. In deze wijk wordt op ver-

26

schillende manieren geprobeerd om de CO2 reductie te realiseren, onder andere door het gebruik van industriële restwarmte. Industriële restwarmte niet haalbaar Het oorspronkelijke plan voor het toepassen van restwarmte wordt beschreven in Warmte voor Delft (2006) door de nieuwe wethouder Duurzaamheid; Lian Merkx. De hele wijk kan worden voorzien van duurzame energie uit de restwarmte van de afvalwaterzuiveringsinstallatie (AWZI). De tussenkomende schakel zou een nog op te richten warmtebedrijf zijn, die verantwoordelijk zou worden voor het distribueren en beheren van de energie naar huishoudens. De financiering van dit warmtebedrijf heeft het project de das omgedaan; ondanks een SESAC subsidie van de EU en het geld vanuit de gemeente is begin 2008 gebleken dat de oprichting van het warmtebedrijf niet rendabel zou zijn. Het Algemeen Dagblad meldt op 13 februari: ‘Warmtebedrijf is niet haalbaar’ en Stadskrant Delft schrijft op 17 februari: ‘Alternatief voor Warmtebedrijf gezocht’. Er moet nu een beslissing gemaakt worden; óf de gemeente besluit om het restwarmte-project toch door te zetten, óf er wordt gekozen voor een alternatief voor restwarmte. Het is niet logisch om te kiezen voor de eerste optie. De investeerders zijn al afgehaakt, terwijl er nog veel geld nodig is om dit project van de grond te krijgen. Alternatieven voor restwarmte zijn het gebruiken van zonne- of windenergie, het gebruik van aardwarmte en het gebruik van energie uit biomassa. Wanneer de verschillende alternatieven met elkaar worden vergeleken, zijn er verschillende voor- en nadelen te benoemen. Vanuit het cradle-to-cradle oogpunt is het gebruik van energie uit biomassa de geschiktste oplossing. Deze denkwijze, beschreven in het boek ‘Cradle to cradle’ van William McDonough en Michael Braungart, gaat uit van gesloten kringlopen. Dit

geldt ook voor de energiekringloop; dus streven naar afvalloze een situatie. ‘Afval is voedsel’ geldt als motto van cradle to cradle. Het onttrekken van energie uit biomassa sluit aan bij deze overtuiging, en is hiermee het meest duurzame alternatief uit het eerdergenoemde rijtje. Energie uit afval Er moet dus gekozen worden voor het toepassen van een biogassysteem in de Poptahof, waarmee uit o.a. GFT-afval en uitwerpselen energie onttrokken kan worden. Er zal dan een gesloten afvalsysteem komen waar deze ‘input’ vanaf de bewoners een biogasinstallatie bereikt. Hier wordt het omgezet in biogas, dat in toepassing nagenoeg hetzelfde is als aardgas. Hiermee kan elektriciteit worden opgewekt wat weer naar de huizen wordt teruggeleid via een elektriciteitsnet. Dit duurzame energiesysteem is zowel doeltreffend als toepasbaar en er zitten veel voordelen aan dit systeem ten opzichte van het gebruik van energie uit restwarmte. Doeltreffend Een energiesysteem dat gebruik maakt van biomassa zal net als een restwarmtesysteem zorgen voor een daling van de CO2-uitstoot. Als je kijkt naar de manier van produceren is het gebruik van biomassa milieuvriendelijker; met dit systeem pak je meteen het afvalprobleem aan. Voor de input van het systeem kunnen GFT-afval, slachtafval, stortplaatsafval en zelfs uitwerpselen kunnen gebruikt. Zolang er mensen in de Poptahof wonen zal de aanwezigheid van ‘input’ voor de biogasinstallatie dus geen probleem zijn. Het systeem kan dus blijven functioneren, en is daarmee betrouwbaarder dan een restwarmtesysteem. Er is altijd een leverancier in het proces betrokken die haar restwarmte afstaat. Hierdoor bestaat er altijd een kans dat het bedrijf (in dit geval de AWZI) in de toekomst verhuisd of sluit, waardoor de energieleverancier weg zou vallen. Toepasbaar Voordat er gebruik gemaakt kan worden van duurzame energie uit afval moet er


Eelko Kroon 1303031

Reinhard Prophitius 1311689

nog wel wat gebeuren in de Poptahof: er moet een biogasinstallatie komen en de afvalstromen moeten goed georganiseerd worden. Voor de distributie van de energie zijn geen extra maatregelen nodig, hiervoor kunnen gewoon de bestaande voorzieningen gebruikt worden. Al deze aanpassingen zijn is allemaal uitvoerbaar, er zijn op de site van SenterNovem allerlei voorbeelden te vinden van projecten waarbij het gebruik van energie uit biomassa al gelukt is. In Sittard is in 2005 een biogasinstallatie bij een hoveniersbedrijf gerealiseerd, waarvan de stroom naar een nabijgelegen bedrijf en woonwijk gaat. Volgens de energiecoördinator van de gemeente Sittard-Geleen, Rogier van Dieteren, haalt de gemeente nu 10% van de totale energie uit vernieuwbare bronnen. Zitten er geen nadelen aan? Allereerst kijken we naar de kosten; er is al 1,5 miljoen euro geïnvesteerd in het restwarmteproject. Het zou wel zonde zijn om nu over te stappen op een alternatief. Dat is echter maar gedeeltelijk waar; het geld krijgt men natuurlijk niet meer terug, maar door deze investering is er wel een hoop kennis op tafel gekomen. Men is tot de conclusie gekomen dat het gebruik van restwarmte in dit geval voor het warmtebedrijf niet rendabel zal zijn, en daardoor moet er een keuze voor een alternatief worden gemaakt. Bovendien is de aanleg van het nog niet gerealiseerde deel van het restwarmtesysteem volgens dhr. Kruijff (geïnterviewd op 19 februari 2008) duurder dan de aanleg van een systeem op basis van biomassa. Dhr. Kruijff vertelde dat het restwarmteproject in totaal zo’n 60 miljoen euro zal gaan kosten, terwijl een vergelijkbaar project volgens de site van SenterNovem veel goedkoper uitvalt: zo’n zeven tot vijftien miljoen euro. Ten tweede roept het gebruik van biogas bij de bewoners niet meteen een positief beeld op; stinkt dat niet? Is de opslag van afval niet erg vies? Volgens de website van Biogas-E (leverancier van biogasinstallaties) kunnen de emissies beperkt worden door afzuiging van ammoniak, hierna kan de lucht gezuiverd worden met een biofilter. Zo zullen de bewoners geen last hebben van eventuele ammoniakemissie.

Patrick Stijger 1269119

Ruben Smits 1324276

Diezelfde site noemt nog een derde nadeel, namelijk dat er strenge eisen worden gesteld aan de gezondheid, veiligheid en hygiëne. Er bestaat namelijk een gevaar vrijkomen van hoge concentraties schadelijke gassen die in de biogasinstallatie vrijkomen. De oplossing hiervan is het simpelweg omzetten van de schadelijke gassen in andere gassen met scheikundige processen. Op hygiënisch vlak moet gezorgd worden dat geen kruisbesmetting kan ontstaan van ziektekiemen en virussen. In de installatie is hierbij al rekening gehouden door gescheiden aan- en afvoer en pasteurisatieprocessen waarbij de ziektekiemen worden gedood.

Evelien van Winsen 1333887

van de biogasinstallatie, er komt geen storende stank vrij. Ten derde zijn er maatregelen getroffen om de veiligheid, gezondheid en hygiëne te waarborgen. Dus om de woningen van de Poptahof te voorzien van duurzame energie is biogas de beste oplossing.

Afval heeft potentie Kortom, wethouder Merkx van Gemeente Delft moet nu kiezen voor het gebruik van energiewinning uit biomassa in Poptahof, om ervoor te zorgen dat de Klimaatdoelstellingen 2003-2012 worden gehaald. Het gebruik van energie uit biomassa is doeltreffend; de CO2 uitstoot van Poptahof zal dalen en hiermee zal het bijdragen aan het behalen van de klimaatdoelstellingen. Het zal zelfs, als groot voordeel boven het restwarmtesysteem, een oplossing zijn voor het afvalprobleem waar we over de hele wereld mee te maken hebben. Door dit afval te gebruiken voor een nuttig doel worden kringlopen gesloten en zadelen we toekomstige generaties niet op met de nadelen van onze consumptiepatronen. Het voorgestelde plan is haalbaar voor de Poptahof; er zijn verschillende vergelijkbare projecten binnen Nederland waar al energie wordt gewonnen uit afval. Het is gebleken dat dit bijdraagt bij aan een CO2 reductie, en het spaart onze eindige voorraden fossiele brandstoffen. De voordelen wegen zwaarder dan de nadelen; qua kosten zal er een investering gemaakt moeten worden, en de investering in het restwarmteplan gaat verloren, maar uiteindelijk heeft dit toch nuttige kennis opgeleverd. De investering zal niet hoger uitvallen dan het bedrag dat er nog nodig is voor het werkend krijgen van het restwarmtesysteem. De bewoners zullen geen last hebben

BRONNEN Grashoff, Rick e.a., 3 E: Klimaatplan Delft 2003-2012, Delft 2003: Gemeente Delft, sector duurzaamheid, vakteam Milieu McDonough, W, en Braungart, M, cradle to cradle – remaking the way we make things, North Point Press, New York, 2002 Merkx, Lian e.a., Warmte voor Delft – partner in Europees demonstratieproject SESAC, Delft 2006: SESAC Partners, Woonbron, Gemeente Delft. http://www.peopleplanetprofit.be/artikel. php?IK=1013 (laatst geraadpleegd 6 april 2008) http://senternovem.nl/mmfiles/2DEN0607%20 Regio%20Biomassacentrale%20voor%20Sittard_tcm24-201885.pdf (laatst geraadpleegd 6 april 2008) http://www.ad.nl/denhaag/delft/article2050493. ece: 13 februari 2008

27


Boeken

Waar halen ze het toch vandaan? Literatuur

-Brouwer, G. e.a., Grand Design, februari 2006, drukkerij Scheffer, Dordrecht -Faculteit Bouwkunde, Vakwijzer Duurzame Ontwikkeling. Delft, januari 2007, TU Delft -G3 Advies bv, Duurzaamheid bij herstructurering - De Praktijk: De Poptahof in Delft. Culemborg, 26-06-2005, Culemborg -Gehrel, H. e.a., Eindrapport Quick-scan DSM-spoorzone. Delft, 27-06-2005, TNO -Grashof, R. e.a., 3E: Klimaatplan Delft 2003-2012. Delft, 25-06-2005, Gemeente Delft -Kaiser, M. e.a., Warmte voor Delft. Delft, 28-06-2005, Gemeente Delft -McDonough, W. en Braungart, M., Cradle to cradle - remaking the way we make things, North Point Press, New York, 2002. -Merkx, Lian e.a., Warmte voor Delft – partner in Europees demonstratieproject SESAC, Delft 2006: SESAC Partners, Woonbron, Gemeente Delft. -United Nations, Kyoto Protocol to the United Nations framework convention on climate change, Kyoto, 1998: United Nations. -W/E Adviseurs 6052, Haalbaarheidsstudie restwarmtelevering DSM Gist, 2003, Gemeente Delft

Tijdschriftartikelen

-Alternatief voor Warmtebedrijf gezocht. In: Stadskrant Delft, 17 februari 2008, 2 -Broos, Julia, Warmtebedrijf is niet haalbaar. In: Algemeen Dagblad, 13 februari 2008, 9 -Bureau Lorient, Restwarmte DSM Gist ongeschikt voor stadsverwarming. In: Gist info december 2006, december 2006, 2 -Kruijff, Kees, Delft e.o: Gebruik industriële warmte. In: SenterNovem, 03-08-2007, 1 28

-Ruysbroek, M. e.a., ‘We hadden 32 woningen - dat was het begin’. In: Wonen, februari 2007, 6-8 -SenterNovem, Delft neemt stappen om klimaatverandering een halt toe te roepen. In: SenterNovem, 9 maart 2004, 1 -Woonbron Delft, Duurzame energie in torenflat Bieslandsekade. In: Duurzame energie in torenflat Bieslandsekade, maart 2005, 1-4

Websites

-www.aardwarmtesystemen.nl -www.ad.nl/denhaag/delft -www.agf.nl -www.altijddegoedkoopste.nl -www.climatequest.org -www.concerto-sesac.eu -concertoplus.eu -www.delfluent.nl -www.deondernemer.nl -www.dsm.com -duurzaambouwen.senternovem.nl -www.energietech.info -www.e-ster.be -www.gemeentedelft.info -www.iisg.nl -www.kaw.nl -www.koston.nl -www.kristal.org -www.landvanenergie.nl

-www.milieucentraal.nl -www.milieuloket.nl -www.molgreen.be -www.museum.tudelft.nl -www.natuurinformatie.nl -www.peopleplanetprofit.be -www.poptahof.nl -raad.delft.nl -www.sciencedirect.com -www.senternovem.nl -www.set.nl -www.technopolis.be -www.unfccc.int/\ -www.vrom.nl -nl.wikipedia.org -www.woonbron.nl

Wetenschappelijke rapporten -Batty, prof. M. e.a., Sustainable Neighborhood Transformation. Delft, 28-06-2005, TU Delft -Dijk, Ir. E. van, Energy Use and Overheating Risk in Zero-Energy Renovation. Delft, 26-06-2005, TU Delft

Overige

-Interview met Ir. K. Kruijff, 19 februari 2008. -Film: An Inconvenient Truth, Al Gore, 2006.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.