HET REFERENTIEMAGAZINE VOOR ARCHITECTEN
Bergen
CULTURELE HOOFDSTAD VAN EUROPA ! Structuur
OPBLAASBARE WERELD
Materiaal
DE CONCEPTARCHITECT maar./apr./mei. 2015
Uw realisaties zijn maatwerk waardig !
Onze afdeling Berker Manufactuur maakt het mogelijk om alle producten van onze verschillende schakelaarprogramma’s te personaliseren. Deze kunnen dus voorzien worden van speciale markeringen (belettering, symbolen), speciale oppervlakbehandelingen krijgen of vervaardigd worden in hoogwaardig materiaal ‌ Het doel is om exclusieve producten te bekomen die uw realisaties in de kijker zullen zetten !
www.hager.be
EDITO Focus Archi wil deze keer opnieuw speciale concepten overbrengen en koos daarom voor het thema ‘van zichtbaar naar onzichtbaar en omgekeerd’. Sommige architecten-ontwerpers verkiezen om elementen die normaal verborgen zijn op de voorgrond te plaatsen, door leidingen, elektrische voorzieningen enz. duidelijk zichtbaar te maken. . De structuurelementen overheersen dan letterlijk het bouwwerk en omhullen het in een exoskelet. Andere architecten maken er dan weer een erezaak van om alle structuurelementen te verhullen om de suprematie van de vorm en de zuiverheid van de lijnen te verheerlijken. Zowel hier als elders, zoals blijkt uit de Europese bestemmingen die in dit nummer worden voorgesteld. In Pilsen werden in het kader van de titel van Culturele Hoofdstad van Europa 2015 vijf appartementsinterieurs van de Weense architect Adolf Loos gerestaureerd en werden de sporen van de tijd vervaagd. Omgekeerd wordt het postindustriële erfgoed geherwaardeerd en voor cultuurdoeleinden bestemd, zonder zijn ruwe uitzicht te verhullen. Ook in Bergen vond een reconversie van oude industrieterreinen plaats, met behoud van hun ziel, aan de zijden van hedendaagse projecten. Op het kleine grondgebied van de IJslandse hoofdstad Reykjavik vinden we een concentratie van gebouwen met weinig conventionele vormen terug, terwijl de havenzone wordt ingepalmd door de creatieve sector. Morgane Dupont
UITGEVER - PUBLICATION MANAGER Alain Lhoir 065 66 06 92 info@eurobest.be HOOFDREDACTIE Lionel Lhoir +32 (0)497 06 92 01 lionel.lhoir@focusarchi.be JOURNALISTEN Catherine Callico, Eduard Coddé, Pascal Dewulf, Mister Emma, Hugo Leblud, Philip Willaert
GRAFISCH BEHEER Eléonore Cucca eleonore@eurobest.be
VERTALING Gitracom 02 735 84 55
VERDELING Gratis via de post : 17.000 exemplaren
Marie-Charlotte Leriche mariecharlotte@eurobest.be
ADMINISTRATIE Sylviane Blondiaux 065 66 06 92 secretariat@eurobest.be
DRUKKERIJ Drukkerij Van der Poorten n.v. Diestsesteenweg 624 3010 Kessel-Lo België
PUBLICITEIT Lionel Lhoir +32 (0)497 06 92 01 lionel.lhoir@focusarchi.be Morgane Dupont +32 (0)474 69 89 04 morgane.dupont@focusarchi.be
VERSCHIJNING Februari Mei September December
MAART/APRIL/MEI 2015 #04
Onthulling: (on)zichtbaar.
4 INHOUD
HET REFERENTIEMAGAZINE VOOR ARCHITECTEN
ZOOM 6 Opblaasbare wereld 10 Keramiek: het keramiekcentrum 16 Bergen, Culturele Hoofdstad van Europa, we zijn vertrokken! 22 Pilsen 2015, culturele hoofdstad 32 Batibouw in 6 etappes 48 Brussel: een centrum in volle verandering
INSPIRATIE
#04
14 Must haves: licht als lucht 24 Fuck the concept
maart/april/mei 2015
D[ECO]
34 Nearly New Office Facilities (NNOF)
MATERIAAL 36 De conceptarchitect
PRIKKEL 42 Caleidoscope 44 Lezen !
TRAVEL 46 Reykjavik, veelheid aan architecturen
Fotomontage, gerealiseerd door Marie-Charlotte Leriche, waarin het conceptuele karakter van alle architecturale creaties wordt toegelicht.Wel of niet zichtbare structuur, van zichtbaar tot onzichtbaar, hetis een soms vaag begrip waarmee in architectuurprojecten wordt gespeeld.
Š Shutterstock Š alexmak - Fotolia.com
5
6 ZOOM
Opblaasbare wereld Opblaasbare structuren hebben altijd een bijzondere plek ingenomen binnen de wereld van de architectuur. De toepassingen ervan zijn legio en variëren van de alomgekende luchthallen (blaashallen) over de ‘Floating Bridge’ van Atelier Zündel Cristea tot ‘Aeropolis’ van het innovatief platform Plastique Fantastique. Kortom, lucht kan zo mooi zijn dat een mens er soms van naar adem moet happen.
© Atelier Zündel Cristea Image Courtesy Sergio Grazia - Floating Bridge
TEKST: PASCAL DEWULF
De Floating Bridge/Trampoline Bridge (concept) van het Parijse Atelier Zündel Cristea bestaat uit PVC structuren gevuld met drieduizend zevenhonderd kubieke meter lucht. De brug is opgebouwd uit drie donutvormige elementen waarvan het midden telkens bestaat uit een trampoline met een doormeter van dertig meter.
B
innen het domein van (interieur)architectuur vormen opblaasbare structuren al sinds hun ontstaan een soort van rebelse stroming. De toepasbaarheid van membranen in combinatie met lucht heeft doorheen de eeuwen kunstenaars, ingenieurs, ontwerpers maar vooral ook architecten doen dromen. Door hun tijdelijke karakter zorg(d)en ze echter steevast voor gemengde gevoelens bij zowel voor- als tegenstanders. Aan artistieke en architecturale inspiratie zal het alvast niet gelegen zijn: de ‘luchtige’ creaties die de laatste decennia werden bedacht, laten op dat vlak immers niets aan de verbeelding over.
Bubbelhuis De eerste (hybride) residentiële toepassingen van opblaasbare architectuur kwamen er in de jaren ‘40 van vorige eeuw toen Wallace Neff, de architecturale lieveling van de Hollywood-elite, zijn ‘Bubble House’ ontwierp. Neff was een starchitect en bouwde huizen voor Hollywood-iconen als Charlie Chaplin, Judy Garland of ook Groucho Marx. Wallace Neff was echter geen Hollywood socialite. Zelf leefde hij (letterlijk) in een bubbel. Neff noemde zijn woonst ‘The Bubble House’. Hij kwam op het idee toen hij op een morgen in zijn badkamer een kleine zeepbel bestudeerde. Toen hij de zeepbel met één van zijn vingertoppen aanraakte, barstte die niet maar bleef aan zijn vingertop kleven. Neff ging vervolgens achter de tekentafel zitten en ontwikkelde een prototype van ‘The Bubble House’. Zijn creaties was echter geen architecturale gimmick maar wel bedoeld als een oplossing voor het tekort aan huizen na WOII. Zijn ultieme doel was om op een industriële schaal een lagekost architectuur, die erg snel kon worden gebouwd, te ontwikkelen voor Amerika en de rest van de wereld.
uitnodigde om zijn ‘Bubble Houses’ te bewerken met een hakbijl. Ze gaven echter geen krimp onder dat geweld. Vandaag staan er over de hele wereld nog heel wat exemplaren van ‘The Bubble House’ overeind waarvan een groot aantal in Dakar (Senegal) waar er ooit twaalfhonderd werden neergepoot. Na een aantal omvangrijke projecten deemsterde het idee van ‘The Bubble House’ echter weg.
Architecturale speeltjes Het project inspireerde echter ook andere ontwerpers en architecten om de eigenschappen van opblaasbare structuren verder te onderzoeken. Ergens midden jaren vijftig toonde Frank Lloyd Wright eveneens interesse voor de materie met zijn ‘Fiberthin Air Houses’ project, opblaasbare sferische structuren in vinyl die door de U.S. Rubber Company werden gerealiseerd. Ook artiesten als Dali gingen aan de slag met dit soort efemere constructies. In 1959 schilderde hij één van zijn surrealistische meesterwerken op een gigantische, transparante luchtbel in het centrum van Manhattan. Die ‘luchtbel’ werd gerealiseerd door ASATI, één van de eerste bedrijven dat zich uitsluitend specialiseerde in opblaasbare structuren. Het bleef echter niet bij wat architecturale speeltjes. Begin jaren ‘60 bewees Victor Lundy definitief het architecturale en esthetisch potentieel van opblaasbare architectuur. Lundy liet zien hoe een flexibele structuur in combinatie met positieve luchtdruk toeliet om grote architecturale projecten te realiseren zonder traditionele steunelementen als pilaren, draagbalken en dies meer.
Droom wordt realiteit
© Atelier Zündel Cristea Image Courtesy Sergio Grazia - Floating Bridge
Neff creëerde zijn ‘Bubble House’ vanaf een opblaasbare constructie waar hij vervolgens een laag spuitbeton op aanbracht. Eens uitgehard werd er over de constructie een nieuwe laag gewapend beton aangebracht. Vervolgens werd de lucht uit de opblaasbare constructie aan de binnenzijde verwijderd waardoor ze langs de voordeur naar buiten kon worden getrokken, klaar om opnieuw te worden ingezet voor een volgende ‘Bubble House’. Neff was zo zeker van zijn stuk dat hij Hollywood-iconen
© Atelier Zündel Cristea Image Courtesy Sergio Grazia - Floating Bridge
De Floating Bridge/Trampoline Bridge (concept) van het Parijse Atelier Zündel Cristea is volgens de bedenkers een brug opgedragen aan het gelukzalige gevoel van los te komen van de zwaartekracht.
De Floating Bridge/Trampoline Bridge (concept) van het Parijse Atelier Zündel Cristea laat zien dat schijnbaar functionele oplossingen (in dit geval het oversteken van de Seine in Parijs) ook een hoog pleziergehalte kunnen hebben.
7
8 ZOOM
© Rendering Angewandte / Thomas Tschappeller - Neue Angewandte
© Image Courtesy Plastique Fantastique
Dit ontwerp van het Weense architectuurbureau Wolfgang Tschapeller bestaat uit een structuur met bovenaan twee opblaasbare sferische elementen die fungeren als evenementenlocatie en die tegelijkertijd ook een belangrijke symbolische functie hebben. Net als vlaggen die op en neer worden gelaten kunnen de sferische elementen in een al dan niet opgeblazen toestand zijn in functie van het feit of er al dan niet een evenement plaatsheeft, als een soort visuele indicator dus.
Pneumaniavirus In de golden 60’s was het hek definitief van de dam en ontstond één en al gekte rond opblaasbare structuren in architectuur maar ook daarbuiten denk maar aan interieurontwerp. Schoolvoorbeelden daarvan zijn onder andere de ‘Blow Chair’ van De Pas/D’Urbino/Lomazzi/Scolari voor Zanotta. Het vluchtige karakter paste alvast perfect in de nomadische leefwereld van hippies, Barbarella sci-fi en dies meer. Mei ‘68 zorgde er bovendien voor dat alle gevestigde waarden op losse schroeven kwamen te staan. Architectuur werd op dat moment gezien als té formalistisch en rigide, als een soort van hefboom voor sociale inertie. Het waren dan ook diezelfde jaren ‘60 die aan architecten een soort van Utopiaanse impuls gaven. Daaruit groeiden tal van futuristische concepten zoals bijvoorbeeld Dyodon, een experimenteel woonpod concept, een efemeer wooncomplex of ook ‘La Maison Pneumatique’ van de Utopie Group.
Fascinatie troef De belangrijkste, bruikbare exponent van opblaasbare architectuur blijft ook vandaag nog de zogenaamde blaashal of drukhal (de naam is afgeleid van het feit dat binnenin een positieve luchtdruk wordt opgebouwd ten overstaan van de luchtdruk aan de buitenzijde en de constructie zo overeind blijft). In de meeste gevallen doen ze dienst als een tijdelijke sport- of evenementenhal. Het voordeel is dat ze snel kunnen worden
De miniGAGARIN van het Berlijnse ontwerpbureau Plastique Fantastique is een schoolvoorbeeld van hoe in grote binnenruimtes toch privacy kan worden gecreëerd.
opgebouwd, dat het mogelijk is om ze op quasi elke ondergrond op te trekken maar dat ze ook snel kunnen worden gedemonteerd om ze vervolgens elders neer te zetten. Ze zijn daarentegen erg uitdagend op het vlak van klimaatbeheersing, akoestiek en blijven ondanks moderne materiaaltechnieken kwetsbaar. Bovendien moet een externe bron (drukturbine) er voortdurend voor zorgen dat de constructie overeind blijft. Dat staat uiteraard haaks op het aspect duurzaamheid waar ook binnen architecturale middens vandaag erg hard wordt op gehamerd. Toch worden blaashallen vandaag nog regelmatig ‘gebouwd’. Bovendien blijven dit soort structuren mensen fascineren. Een vrij recente exponent is ‘Ark Nova’ ontworpen door de Britse kunstenaar Anish Kapoor als antwoord op de aardbevingen in Japan.
Opblaasbare revolutie Toch is opblaasarchitectuur niet afgeschreven, integendeel. Dat komt onder andere omdat de niche een aantal cruciale omwentelingen heeft gekend. Denk maar aan de ontwikkeling van EFTE (Ethylene Tetrafluoroethylene), een op Teflon gelijkend materiaal met isolerende eigenschappen die hoger zijn dan pakweg dubbele beglazing, dat bestand is tegen corrosie en extreme temperaturen. De draagkracht ervan bedraagt tot vierhonderd keer het eigen gewicht en het heeft een levensduur van zowat vijftig jaar. Het is bovendien makkelijk transporteerbaar op rollen en kan op de bouwsite zelf omgevormd worden tot bijvoorbeeld opblaasbare kussens die fungeren als bouwstenen. Voorbeelden zijn het Beijing National Aquatic Center gebouwd voor de Olympische Spelen in 2008, gelijk de grootste en meest complexe EFTE-constructie ooit. Nog zo’n innovatie in het segment zijn de zogenaamde ‘tensairity’ constructies die pneumatische principes combineren met een systeem van kabelspanning. Bovendien is opblaasarchitectuur vanwege zijn esthetische mogelijkheden t.t.z. de grillige vormgeving die ermee kan worden bereikt, de laatste jaren weer erg in trek. Het kan bijvoorbeeld een aanvulling vormen op traditionele gebouwen zoals ‘Neue Angewandte’, een concept uitgewerkt in het
© Various Architects - Yorkshire Diamond
De ‘Yorkshire Diamond’ van het Noorse architectuuragentschap Various Architects bestaat uit een constructie van opblaasbare buizen in de vorm van de atomaire structuur van een diamant. De structuur bestaat binnenin uit een ruimte voor evenementen. Licht- en luchtkokers zorgen voor een natuurlijke lichtinval en luchtcirculatie. Tijdens de nacht zorgen diezelfde kokers dat het binnenlicht naar buiten straalt zodat de diamantvormige structuur extra in de kijker wordt gezet.
De ‘Office in a Bag’ (OIAB) van Inflate is een lichtgewicht ruimte die dienst kan doen als kantoor, vergader- of relaxruimte, evenementenlocatie, ... De ‘OIAB’ gaat gewoon in een draagtas over de schouder en kan in slechts enkele minuten worden opgeblazen.
© Inflate
kader van een internationale wedstrijd voor de uitbreiding van de Universiteit van Toegepaste Kunsten in Wenen, door het Weense architectuurbureau Wolfgang Tschapeller. Het ontwerp dat werd ingediend, bestaat uit een structuur met bovenaan twee opblaasbare sferische elementen die fungeren als evenementenlocatie maar die tegelijkertijd ook een belangrijke symbolische functie hebben. Net als vlaggen die op en neer worden gelaten kunnen de sferische elementen in een al dan niet opgeblazen toestand zijn in functie van het feit of er al dan niet een evenement plaatsheeft, als een soort visuele indicator dus.
© Photography Jan Erik Lagnes & Robert Sannes - Tubaloon
Het Noorse architectuuragentschap Snøhetta ontwierp de ‘Tuballoon’ als hoofdpodium van het Kongsberg Jazz Festival in Noorwegen.
9
10 ZOOM
Keramiek
Het keramiekcentrum Keramis opent begin mei zijn deuren in La Louvière Een unieke exporuimte in BelgiÍ die de keramiekproductie zal tonen van de beroemde Manufacture Royal Boch/Keramis, de nog te weinig gekende hedendaagse keramiekcreaties maar ook de materialen en technieken van het fabricageproces dat tot stand komt door de magische alliantie van klei en vuur. TEKST: HUGO LEBLUD
Partner van « Mons 2015 »
H
et vroegere fabriekscomplex van Boch naast het station van La Louvière, hoofdstad van Le Centre, is momenteel in volle transformatie. In 1841 – La Louvière was in die tijd slechts een gehucht van de gemeente Saint-Vaast – vestigden de uit Luxemburg afkomstige vader en zoon Jean-François en Eugène Boch hier een manufactuur voor de fabricage van geglazuurd aardewerk. De keuze voor deze locatie was niet toevallig: in dit deel van Henegouwen, tussen de grote mijnbekkens van Mons-Borinage en Charleroi, dat daarom ‘Le Centre’ werd genoemd, lagen immers rijke steenkoollagen. Om een industriële productie van keramisch gebruiksgoed mogelijk te maken werd een tiental indrukwekkende ovens van 8 meter diameter gebouwd, ‘flesovens’ genaamd vanwege hun vorm. Drie ovens van dit type, die overal elders in België verdwenen zijn, bleven gelukkig in La Louvière bewaard. Het gebouw waarin de ovens staan werd overigens in 2003 als monument beschermd. Deze ‘flesovens’, die op het einde van de jaren ‘90 gerestaureerd werden, vormen de erfgoedkern van het museumcomplex Keramis waaraan sinds oktober 2012 wordt gewerkt.
De bouwplaats van het nieuwe museum in La Louvière, die op 4 oktober 2012 van start ging, zal dit voorjaar worden voltooid, ten laatste op het einde van de eerste week van mei. Op dat ogenblik gaat immers de eerste tijdelijke tentoonstelling op de nieuwe museumsite open in het kader van een partnership met «Mons, culturele hoofdstad van Europa 2015». Deze tentoonstelling met als thema «On Fire. Arts et symboles du feu» zal toegankelijk zijn vanaf 9 mei.
Verrassende doorkijken Een ambitieus programma gehuisvest in het bewaard gebleven deel van de oude industriële site dat harmonisch geïntegreerd is in een hedendaagse uitbreiding bestaande uit een doordacht spel van krommen en tegenkrommen. «Deze vormen doen onwillekeurig denken aan de vormbaarheid van keramiek», zegt Ludovic Recchia, toekomstig directeur van het nieuwe museum en tevens conservator van de afdeling Europese keramiek in het Koninklijk Museum van Mariemont. Dit nieuwe museale centrum zal een totale oppervlakte hebben van 3.400 m2 gespreid over drie niveaus. Het geheel is gestructureerd volgens verschillende assen die, samen met soms misleidende optische effecten, voor verrassende doorkijken zorgen.
Projectdeelnemers Onder leiding van het Institut du Patrimoine Wallon (IPW), dat hier als bouwheer optreedt, zijn de projectauteurs die na een breed opgezette aanbesteding geselecteerd werden, verenigd in een tijdelijke vereniging rond vijf Brusselse architecten die voor dit programma in La Louvière samenwerken : Coton, De Visscher, Lelion, Nottebaert en Vincentelli. De stabiliteitsstudies werden toevertrouwd aan JZH & Partners. De werkzaamheden op de bouwplaats verlopen onder de verantwoordelijkheid van de algemene aannemingsbedrijven Duchêne en Valens. De scenografie van het museum ten slotte is ontworpen en uitgevoerd door het bedrijf Potteau Labo uit Kortrijk.
dat een origineel stempel zou drukken op de hedendaagse uitbreiding», zegt architect Michel De Visscher die spreekt in naam van het consortium. In overleg met alle projectdeelnemers stelde Jean Glibert voor om op de gevels een monochrome pleisterlaag aan te brengen die het visuele effect zou geven van een uitvergroot craquelé zoals bij een keramisch object. Deze sobere artistieke ingreep zorgt voor een prachtig contrasteffect en roept tegelijk het beeld op van het keramische materiaal tijdens zijn ontstaan.
Craquelé In contrast met het historische industriële gebouw dat opgetrokken is in traditionele baksteen, heeft het hedendaagse gedeelte van het keramiekmuseum zich bewust willen onderscheiden door de gebruikte materialen. Voor de gevel, de vloer en de binnenmuren is daarom gekozen voor beton met een glad of ruw uitzicht. De gevels hebben echter een zeer originele behandeling gekregen van kunstenaar Jean Glibert. «Plastisch kunstenaar Jean Glibert is van meet af aan nauw betrokken geweest bij het architecturale ontwerp om mee na te denken over een ‘gebaar’
Een investering van 11 miljoen €
De investering voor dit nieuwe Centre de la Céramique, die bijna uitsluitend uit openbare middelen komt, is binnen het oorspronkelijk geplande budget gehouden van 10,7 miljoen euro (incl. btw), waarvan 9,1 miljoen euro voor de eigenlijke werken. Meerdere overheden hebben bijgedragen tot de financiering: ➔ 7 miljoen € cofinanciering van het Fonds FEDER (40% Europese Unie en 60% Waals Gewest); ➔ 1,7 miljoen € van het Waals Gewest via de programma’s «oude industriële sites en herbestemming»; ➔ 1 miljoen € van de Federatie Wallonië-Brussel (Franse Gemeenschap); ➔ 300.000 € van het departement Toerisme van het Waals Gewest; ➔ 250.000 € van de stad La Louvière; ➔ Het saldo werd gefinancierd door het Institut du Patrimoine Wallon (Waals Gewest).
11
12 REPORTAGE
Batibouw 2015 Van donderdag 26 februari tot zondag 8 maart 2015 vindt de 56ste editie van BATIBOUW plaats, de grootste en belangrijkste Belgische beurs voor Bouwen, Renovatie en Woninginrichting.
D
rie thema’s zullen als rode draad dienen van heel deze nieuwe editie: «start to renovate», optimalisatie van de bouwkosten en het digitale huis. Een van de belangrijkste ontwikkelingen in de Belgische bouwsector is ongetwijfeld de wijziging van de verhouding tussen nieuwbouw en renovatie, waarbij renovatie steeds meer terrein wint. Een van de grootste voordelen van renoveren is dat de werken in de tijd kunnen worden gespreid, zodat de meest essentiële ingrepen onmiddellijk kunnen worden aangepakt, zelfs met een beperkt budget. Alles moet dus niet in één ruk gebeuren, het volstaat om gewoon te beginnen! De trend naar renoveren is bijzonder interessant in het kader van de Europese, federale en gewestelijke doelstellingen om het energieverbruik van woningen drastisch in te perken. De grootste energiebesparingen zijn immers mogelijk in bestaande huizen. Het tweede thema, optimalisatie van de bouwkosten, ligt in het verlengde van het eerste. De investeringen in energiebesparing zijn inderdaad efficiënt gebleken, maar hoe kan men zijn budget zo goed mogelijk gebruiken? Om goede beslissingen te nemen is een kosten-batenanalyse absoluut noodzakelijk. Aan de hand van een dergelijke analyse kan immers de meest voordelige oplossing worden gekozen. Kostenoptimalisatie betekent gewoonweg zo veel mogelijk bereiken met het beschikbare budget door beslissingen met gezond verstand te nemen. De uitdaging bestaat er dus in de juiste balans te BATIBOUW 56ste Internationale vinden tussen isolatie, luchtdichtheid, ventilatie en Beurs voor Bouwen, Renovatie verwarming. Bijvoorbeeld: hoe meer men isoleert, en Woninginrichting. hoe meer het energieverbruik daalt. Dit kan echter slechts tot een gegeven punt, waar de daling van Brussels Expo, Belgiëplein 1, het energieverbruik niet meer opweegt tegen de 1020 Brussel. www.batibouw.com meerkosten van de isolatie. Aangezien dit punt voor elke woning verschilt, spelen de architect en Van 28/02 tot 08/03 van 10 de aannemer een cruciale rol op dit vlak. tot 18.30 u, op 05/03 van Het laatste thema van BATIBOUW 2015 is het di10 tot 23 u (nocturne). gitale huis. Dankzij de technologie zijn onze huizen Professionele dagen op 26/02 sinds lang tot mini-netwerken omgevormd. Maar van 10 tot 18.30 u en 27/02 we hebben nog niets gezien! In een zeer nabije van 10 tot 21 u (nocturne). toekomst, veel eerder dan men zou denken, zullen
Praktisch
onze woningen steeds intelligenter worden dankzij digitale applicaties en apparaten. Die nieuwe applicaties zullen integraal deel uitmaken van onze dagelijkse levensstijl, iets waarin de domotica nog niet was geslaagd. Denk maar aan het concept van de intelligente koelkast of thermostaat.
Eco, Innovation en Design Parcours
BATIBOUW presenteert de laatste trends van de bouwsector en profileert zich daardoor als een ontmoetingsplatform tussen professionals en particulieren. Door de ECO, Design en Innovation Parcours te volgen, zal de bezoeker snel alle nieuwigheden ontdekken die sinds BATIBOUW 2014 op de markt zijn gekomen. De technische en technologische vernieuwingen worden geselecteerd en beoordeeld door een professionele jury samengesteld uit vertegenwoordigers van de Confederatie Bouw en de bouwsector. Naast de Innovation Award zullen op woensdag 4 maart 2015 tijdens de Belgian Building Awards verschillende prijzen worden uitgereikt aan deelnemende exposanten van wie projecten zijn geselecteerd: Design, Architectuur, BouwGazellen, Internationaal.
De firma Poulet Moulures
is sinds 1953 actief in de sector van de geschaafde houtproducten
en ZOEKT DISTRIBUTEURS
van materialen, hout en derivaten voor heel België voor: Sierlijsten
Plinten
Rechthoekige en vierkante latten en balken
Panlatten
Vensterbladen Parket Schroten
Gevelbekleding Terraslatten
Terrasassortiment in composiet
Assortiment plinten in MDF Prestaties Vernissen normaal of M1
Brandwerende behandeling
Voorbeschildering Vingerlassen en lagenlijmen
Houtsoorten: zeeden, Amerikaanse eik, beuk, magnolia, notelaar... Exotische soorten: ayous, sapelli… Slijpstation om eender welk profiel in hout te ontwerpen|Vernis- (ook M1-vernis) en verfstation voor hout en MDF |Station voor brandwerende behandeling type M1 |Volledig assortiment sierlijsten, plinten en derivaten |grootste Franse keten voor vingerlassen en D4 verlijming.
www.pouletmoulures.com Fabriek en maatschappelijke zetel | 12200 Martiel (Aveyron) |+33 (0)5 65 29 42 73 | Scierie St Symphorien (Landes) Handelskantoren Saint Cloud (Parijs) | +33 (0)6 08 27 43 14 | Jérome Demarche contact@pouletmoulures.com
14 MUST HAVES
Sara en Bob Deze staanlampen van Dan Yeffet Design Studio kregen de naam 'Sara en Bob' mee. Ze bestaan uit twee overlappende gedeeltes waarbij ĂŠĂŠn deel dienst doet als body en het andere deel als diffuser.
www.bensimon.fr
Powernap Een dutje doen, is niet altijd even evident. Zeker niet op een landschapskantoor. Met de Ostrich Pillow is dit euvel alvast van de baan. Afgesloten van collega's en de rest van de wereld kan u weer even op kracht komen.
www.connectionstravelstore.be
Licht als lucht Opblaasbare items trekken met hun eigenzinnige karakter en schaalbaarheid gelijk de aandacht. Met een opblaasbare lamp of, jawel, vergaderruimte tovert u een dosis lucht zo om tot een absolute eyecatcher op uw werkplek. Deze en andere hebbedingen maken het leven op kantoor zo weer een stukje mooier. TEKST & SAMENSTELLING: PASCAL DEWULF
Funky flessen voor een betere wereld Jaarlijks belanden zowat veertig miljard PET flessen op het vuilstort. Hoog tijd om daar verandering in te brengen. Dat kan met deze leuke flessen van Mizu in roestvrij staal. Via de website van het merk kan u bovendien een gepersonaliseerd exemplaar aanmaken.
www.mizulife.com
Designklassiekers De BoConcept 'Boston' fauteuil, uitgerust met draai- en kantelfunctie, vormt een stevige knipoog naar de grote designklassiekers.
www.boconcept.com
Aandachtstrekker De ORCA lamp van Puff Buff met opblaasbare lampenkap en voet uit roestvrij staal trekt gegarandeerd de aandacht in elk karaktervol interieur.
www.puff-buff.com
Buitengewoon De 'Diva Lucia' van het Franse Ibride is een op z'n zachtst uitgedrukt buitengewone wandtafel. Deze nieuwe versie van het origineel kreeg een leuke lamp mee.
www.mamzel.eu
Lichtgevend Wanneer de 'Globlow' hanglamp van het Zweedse David Design wordt aangeknipt, zal ze zich opblazen tot een knus, lichtgevend kussen. Wordt ze uitgeknipt, dan zakt ze terug in mekaar. Ook beschikbaar als staanlamp.
www.daviddesign.se
Van recht naar rond De '4-seconds' tafel van MMood laat qua naam niets aan de verbeelding over. Deze tafel kan u immers in nauwelijks vier seconden omtoveren van een rechthoekige tot een ronde vorm.
www.mmood.be
Luchtige donut Snel een extra vergadertafel in mekaar zetten? Met de opblaasbare Blofield Donut wordt het een makkie.
www.blofield.com
Betoverend Het Belgische Tamawa zocht en vond inspiratie bij de biljartbal in bakeliet en toverde die om tot een gamma verleidelijke items zoals deze origineel vormgegeven kapstok.
www.tamawa.com
Luchtige conceptcar De CitroĂŤn concept car C4 Cactus AIRFLOW 2L is de volgende stap in de zoektocht naar nog meer energie-efficiĂŤntere hybride automodellen. Met een verbruik van minder dan twee liter combineert de AIRFLOW 2L een driecilinder benzinemotor met een opslagsysteem voor energie in de vorm van perslucht. Wordt vervolgd.
www.citroen.be
15
16 TETIERE 16 ZOOM
Bergen, Culturele Hoofdstad van Europa, we zijn vertrokken! Voor deze middelgrote stad, maar ook voor de hele regio, is dit een buitengewone gelegenheid om in 2015 (opnieuw) een plaats te bemachtigen op de kaart van Europa.
Foto’s of the article: www.flickr.com/photos/mons_2015
TEKST: HUGO LEBLUD
17
Š David Bormans
© D.R
© David Bormans
18 TETIERE 18 ZOOM
© Quentin Top
© D.R
Technologie en cultuur Sinds het ontstaan van het concept ‘Culturele Hoofdstad van Europa’ in 1985, zal Bergen dus als eerste stad uit het zuidelijke landsdeel met deze titel worden geëerd. Yves Vasseur, sinds 2007 commissaris-generaal van deze gigantische organisatie, herhaalt het maar al te graag: «Wij zijn ervan overtuigd dat deze twee hefbomen, technologie en cultuur, de economische ontwikkeling van de stad in een stroomversnelling zullen brengen.» Om een programmatie op te zetten die dit evenement waardig is, werden aanzienlijke publieke en privémiddelen voor een bedrag van zo’n 70 miljoen euro uitgetrokken.
© Icarus Projects
Vier jaargetijden Reeds lang op voorhand, nu al meer dan twee jaar geleden, werd de actie ‘J’aurai 20 ans en 2015’ (In 2015 zal ik 20 jaar zijn) opgezet om specifiek de Bergense studenten bij de artistieke projecten te betrekken. De club ‘Mons 2015 Entreprises’, onder leiding van Eric Domb,
© David Bormans
W
anneer Elio Di Rupo, voormalig eerste minister en nu parlementslid en burgemeester van Bergen, het over ‘Bergen, Culturele Hoofdstad van Europa’ heeft, aarzelt hij niet om te zeggen dat dit «een nieuw tijdperk inluidt voor onze stad en een enorme impuls betekent voor de reconversie van een hele regio.» Meer dan tien jaar geleden stelde de hoofdplaats van de provincie Henegouwen – die in 2002 ook officieel als ‘Waalse cultuurhoofdstad’ werd erkend – zich officieel kandidaat voor de titel van Culturele Hoofdstad van Europa, na Antwerpen (1993), Brussel (2000) en Brugge (2002). Op dinsdag 9 februari 2010 werd Bergen, met de unanieme steun van alle Belgische regeringen van dat ogenblik, samen met de Tsjechische stad Pilsen door de Europese jury met het groot lot bekroond, onder de verenigende slogan ‘When technology meets culture’.
eigenaar en oprichter van Pairi Daiza, beoogt gelijkaardige doelstellingen op het niveau van kmo’s. Op 24 januari vindt de officiële aftrap plaats van een jaar dat van Bergen DE Europese afspraak zal maken voor cultuur in haar meest uiteenlopende expressievormen. Dit jaar worden in de schaduw van het beroemde Belfort van Bergen meer dan twee miljoen bezoekers verwacht. Zij zullen er niet minder dan 5 nieuwe musea, 45 tentoonstellingen, 36 artistieke creaties en meer dan 300 belangrijke evenementen kunnen ontdekken. De organisatoren hebben veelvuldig de wens geuit dat de programmatie «zou uitnodigen om in alle vrijheid te gaan nadenken over onze identiteit, onze band met de anderen en over de nieuwe wegen die de wereld wil inslaan.» Het jaar 2015 zal in Bergen in vier jaargetijden worden onderverdeeld: de betovering, het groot vertoon, de vurige zomer en de heropleving. Tijdens het enorme openingsfeest vormden eerst tienduizenden bezoekers verkleed als discobal een ketting van 10 km op de stadsmuren. Ook de tentoonstellingen Van Gogh en Mons Superstar, het verbonden Café Europa en het VIA festival maakten de betovering compleet!
Grande clameur In de lente wordt eind april feestelijk uitgepakt met de opening van de nieuwe musea, de concertzaal Arsonic en de lang geanticipeerde ‘literaire Guinguette’ in de gerenoveerde tuinen van het prachtige Maison Losseau, dat eigendom is van de provincie Henegouwen. In de zomer wordt op initiatief van kunstenares en modeontwerpster Fanny Bouyagui uit Roubaix, op de Grand-Place een labyrint opgezet met zo’n 10.000 echte zonnebloemen – een knipoogje
➔ Waarom Bergen en waarom u, Yves Vasseur? De stad staat al sinds 2004 geplaatst voor de titel van «Culturele Hoofdstad van Europa» voor het jaar 2015. Drie jaar later werd rondom mij een team opgericht toen ik directeurgeneraal was van ‘Manège.mons’ om het kandidaatsdossier op te stellen en vorm te geven. De stad Bergen wilde vanaf het begin inzetten op een drievoudige dynamiek rondom nieuwe technologieën, cultuur en toerisme. ➔ Welke artistieke projecten werden als eerste opgezet? In de eerste plaats de grote exposities die veel voorbereidend werk vereisen. Vooral die over Van Gogh en Verlaine, maar ook het grondige werk met de jongeren in het kader van ‘J’aurai 20 ans en 2015’. ➔ Over welke aspecten van de programmatie bent u het meest trots?
Dat wij erin geslaagd zijn om de brieven die Van Gogh in Bergen schreef hierheen te laten overkomen! Meer in het algemeen, dat wij de belangrijkste culturele instellingen van de regio rondom het project hebben kunnen verenigen, alsook de steden en gemeenten van het arrondissement Bergen. We zijn ook trots dat we een echt gevoel van eigenaarschap hebben kunnen opwekken bij een brede laag van de bevolking.
Na een zeer opgemerkte betrokkenheid bij de programmatie van Marseille, culturele hoofdstad van Europa in 2014, kon Frédéric Flamand onder geen beding afwezig zijn op ‘Mons 2015’. Na negen jaar aan het hoofd van het nationaal ballet van Marseille koos de Belgische choreograaf om te profiteren van de heropening
➔ Wat zullen we ons nog herinneren van ‘Mons 2015’ in ... 2025? De metamorfose, die dan helemaal voltooid zal zijn, van een prachtige, vrijgevige stad die openstaat voor Europa en de wereld. ➔ Wat geeft u het meeste vreugde? Dat een burgemeester uit onze regio verklaarde dat, waar economische, sociale en sportinitiatieven hebben gefaald, dankzij Mons 2015 de cultuur erin is geslaagd om de dynamische krachten van dit grondgebied te verenigen achter hetzelfde doel: culturele en sociaal economische herwaardering.
➔ Een programmatie voor alle leeftijden, alle doelgroepen? Absoluut. Vanaf het begin wilden wij een zo breed mogelijk publiek aantrekken, met bijzondere aandacht voor de gezinnen. En dit met een eclectische en gevarieerde programmatie, een zeer democratische prijszetting en een aanbod van grote kosteloze stadsevenementen. Op de openingsavond van 24 januari worden meer dan 100.000 bezoekers verwacht.
➔ Hoe kan de dynamiek van Mons 2015 ook in de volgende jaren worden voortgezet? Het antwoord ligt in handen van de gemeentelijke en gewestelijke overheden. Zij moeten de nalatenschap vruchten laten afwerpen, erop voortbouwen.
➔ Wat was het moeilijkste om te doen slagen? Zonder twijfel om een coherent geheel te maken van duizend ideeën, duizend
© Olivier Donnet
naar Van Gogh! – terwijl op het Festival au Carré de stem van Bertrand Cantat zal weerklinken in de 7 tragediën van Sophocles. Een goed moment ook om de diverse creaties van hedendaagse kunstenaars te ontdekken die verenigd zijn in ‘Atopolis’, op de prachtig opgewaardeerde site van de oude Manège de Sury in het hartje van de stad. Tot slot keren we terug naar het gouden tijdperk van de heropleving met componist Roland de Lassus, die op veel bijval (een koor van 700 amateurs!) zal worden onthaald, en de wereldberoemde architect Jacques Du Broeucq. In de zalen van het Museum voor Hedendaagse Kunsten (Mac’s) in Grand Hornu zullen vier hedendaagse kunstenaars, waaronder de Italiaan Giuseppe Penone, de mythe van Saint-Georges doen wankelen voordat het jaar wordt afgesloten met ‘Mon(s) Idéal’. Voor de scenografie staan Daphné Cornez en Fabrice Bollen in, de twee Belgen die het openingsfeest van het WK voetbal 2014 in Sao Paulo hebben georganiseerd!
Ontmoeting met Frédéric Flamand choreograaf, regisseur, oprichter van Charleroi-Danses en betrokken kunstenaar
projecten, duizend dromen en ze werkelijkheid te maken zonder ze geweld aan te doen.
© Quentin Top
© Olivier Donnet
Ontmoeting met Yves VASSEUR, commissarisgeneraal van Mons 2015
van het bijna voltooide Mundameum (rue de Nimy) – een soort ‘Google op papier’ die begin vorige eeuw werd bedacht door Oscar en Lafontaine – om zijn publiek een nieuwe creatie aan te bieden ‘die de meest uiteenlopende facetten van de plaats van het lichaam in onze digitale wereld verkent’. Voor deze creatie werkte hij samen met de Nederlandse ontwerpster Maria Blaisse. «De vertoning wordt gepresenteerd in de vorm van een toren van Babel met meer dan honderd semiprofessionele en amateurdansers. De première vindt plaats
in november 2015 in Bergen, waarna het spektakel verhuist naar Luik en later naar Zagreb», zegt Frédéric Flamand enthousiast. «Cité Miroir, tussen dans en video, zal vraagtekens plaatsen bij onze utopieën, deze tegelijk transparante en controlerende wereld, in een explosie van beelden en technologieën», belooft de kunstenaar. Mis op Lotto Mons Expo de afspraak niet met deze grote choreograaf, die het jaar 2015 aangrijpt om meerdere tientallen dansers uit Bergen te betrekken bij een ‘participatieve’ creatie van Europees formaat.
19
Ontmoeting met JeanPaul Lespagnard stylist en betrokken kunstenaar van Mons 2015 «In 2015 maak ik van Bergen mijn grondstof en worden de Bergenaars mijn naaste medewerkers», lacht Jean-Paul Lespagnard, de stylist en modeontwerper die bijna vier jaar geleden met zijn eigen collecties Parijs is gaan veroveren. Een schepper, maar ook een volleerd kunstenaar met grenzeloze ambities! Deze Luikenaar, die zijn ateliers in Brussel heeft ondergebracht, zal in 2015 dus zeer dikwijls naar Bergen komen... «Weggaan, terugkomen, meenemen... ik maak van mijn werk graag een feestelijk gebeuren, of het nu gaat om haute couture of workshops. Ongeacht het publiek wil ik de mafste ervaringen met hen delen...» Midden in de zomer 2015 zal JeanPaul Lespagnard in de vertoningtentoonstelling ‘Till we drop’, waarvan hij alleen hetgeheim kent, zijn scheppingsproces prijsgeven via zijn gelijknamige collectie van 2014. «Verkleed als bij zal ik de toeschouwers onderdompelen in de rituelen, zeden en gewoonten van de impulsieve toerist die de Mexicaanse Riviera Maya bezoekt.» Een heel programma! In het Dynamuseum, de educatieve dienst van de museumpool van Bergen, worden meer dan 2.000 kinderen verwacht «om honderden sjaaltjes ‘in de stijl van ...’ te creëren rond het thema van de Doudou». Die sjaaltjes zullen heel de zomer in het Maison Folie te zien zijn. «Ik zal voor de Bergense inwoners van 7 tot 77 jaar ook een naaiatelier leiden waar wij met enkele knippen uw (oude) kledingstukken zullen omvormen om ze een tweede leven te geven», gniffelt de stylist.
E
en opmerkelijk station in de vorm van een loopbrug, getekend door de Catalaanse architect Santiago Calatrava, verbindt het historisch centrum met de nieuwe wijk GrandsPrés. Tegenover deze gigantische spoorwerf, die in 2018 voltooid zal zijn, een flamboyant congrescentrum, MICX (Mons International CongressXperience) gedoopt, getekend door de Amerikaan Daniel Libeskind. Dit voorjaar is de opening van niet minder dan vijf nieuwe museagepland. Twee nieuwe concertzalen in het stadscentrum (Arsonic en Alhambra)... De vierde grootste stad van Wallonië, met iets minder dan 100.000 inwoners, ondergaat een ongelooflijke metamorfose. En dan hebben we nog niets gezegd over de ‘opwaardering-restauratie-reconversie’ van meerdere historische gebouwen in het stadscentrum, zoals de oude militaire ManègedeSury (1850), eigendom van de intercommunale IDEA, die dit jaar het toneel wordt van het hedendaags kunstevenement van Mons 2015 met de tentoonstelling ‘Atopolis, villemétissée’ aangeboden door Wiels. In 2016 wordt de vroegere militaire site omgevormd in een doorgangsgebouw voor multimedia start-ups. En dan is er nog de verrassende herwaardering van rue de Nimy nr. «106», de vroegere academie voor schone kunsten die nu fungeert als
MICX Daniel Libeskind tekende in samenwerking met het Bergens architectenbureau H2a het eerste openbare gebouw met Valideocertificatie aan de rand van de site van GrandsPrés.
hoofdkwartier van de Fondation Mons 2015, een ontmoetingsplaats voor artiesten, journalisten en bezoekers vlakbij het Théâtre du Manège, het Maison Folie en het Mundaneum. De provincie Henegouwen is eigenaar van het Maison Losseau (genaamd naar zijn eigenaar), een Bergens art-nouveaumeesterwerk van architect Paul Saintenoy. Het gebouw wordt in het kader van een ambitieus herwaarderingsproject uitgebreid tot een geheel van twee gebouwen waarin op termijn HET centrum van de Henegouwse literatuur zal worden gehuisvest. In 2015 zal in de tuinen van het Maison Losseauals voorproefje een ‘literaire guingette’ worden georganiseerd. Een echte transformatie, een stad in de steigers, zoals we zelden in Europa hebben gezien... Een fysieke metamorfose «die werkelijk centraal staat in de programmatie van onze feestelijkheden» preciseert Yves Vasseur, commissaris-generaal van Mons 2015. Er zal dus wel degelijk een ‘voor’ en een ‘na’ Mons 2015 zijn... Naast de nieuwe infrastructuur die overal in de stad wordt ontwikkeld, zal het hoofdstuk ‘erna’ nog moeten worden ... gebouwd!
©Georges De Kinder © Archimation for Studio Daniel Libeskind
«Het medium ‘mode’ dekt zeer uiteenlopende expressievormen en ik ben vast van plan om in Bergen de meest vreugdevolle en schitterende tot uiting te brengen», besluit de kunstenaar.
© Holoffe Vermeerschrava
20 TETIERE 20 ZOOM
Architectuurwandeling...
ARSONIC Arsonic (ook wel ‘Maison de l’Ecoute’ genoemd) is ondergebracht in de lokalen van de brandweer van de stad. Het project beslaat een oppervlakte van 2.500 m² en werd toevertrouwd aan de architecten Holoffe& Vermeersch, en niet te vergeten de akoestiekspecialist EckhardKahle. Het is een toonaangevende plaats in Europa voor de meest uiteenlopende geluidsbelevingen.
© Atelier d’architecture Pierre Hebbelinck
MMM Het Mons Memorial Museum, een project van architectenbureau Pierre Hebbelinck en Pierre de Wit op de site van de oude Watermachine, zal een oppervlakte van 3.000 m² beslaan.
Op ontdekking van een ‘nieuw’ Bergen LOOPBRUGSTATION Het nieuwe loopbrugstation van Bergen, getekend door Santiago Calatrava, zal het historisch centrum toegankelijk maken vanaf de wijk GrandsPrés in volle ontwikkeling.
SILEX’S Het spectaculair archeologisch centrum van Spiennes is ondergebracht in een cirkelvormige constructie van 800m² middenin een oase van groen. Het is ontworpen door het Bureau Holoffe et Vermeersch (Bergen) en zal vanaf april 2015 getuigen van een mijnbouwactiviteit van wel ... 6.400 jaar oud!
© K2A
© D.R © D.R
© L’Escaut-Gigogne
ARTOTHEEK De Artotheek, gehuisvest in de kapel van het voormalige Ursulinenklooster (18de eeuw), wordt een centrum voor zowel behoud, onderzoek, restauratie als studie van het erfgoed. Het project werd toevertrouwd aan de tijdelijke vereniging L’Escaut-Gigogne.
MUSÉE DU DOUDOU De oude Berg van Barmhartigheid, die in 1625 door de Antwerpse architect Coebergher werd opgetrokken, zal dit jaar onder leiding van Sofateliers Architectes (Bergen) worden omgevormd tot een interpretatiecentrum gewijd aan de rituele Ducasse van Bergen. Deze viering, die alle zondagen van de Heilige Drie-Eenheid plaatsvindt, staat op de lijst van het werelderfgoed van de UNESCO.
© WBT JP REMY
© Tempora
© Santiago Calatrava
MAISON LOSSEAU De architecten van de provincie Henegouwen hebben een grootscheeps rehabilitatieprogramma opgezet om dit emblematisch art-nouveaugebouw in het hartje van Bergen om te vormen tot HET toekomstig centrum van de Henegouwse literatuur.
‘NUMMER 106’ In de prachtig gerenoveerde vroegere academie voor schone kunsten, eigendom van de Federatie Wallonië-Brussel, is sinds bijna anderhalf jaar het operationeel hoofdkwartier voor de productie en promotie van ‘Mons 2015’ gevestigd.
OUDE MANEGE VAN SURY De architecten van het studiebureau van de intercommunale IDEA hebben deze oude militaire site, die tot midden de jaren ‘90 door de civiele bescherming werd gebruikt, vakkundig geherwaardeerd. In 2015 zal het gebouw fungeren als tentoonstellingsruimte, waarna het vanaf 2016 zal dienstdoen als doorgangsgebouw van meer dan 1.000 m².
21
22 ZOOM
Pilsen 2015, culturele hoofdstad
De nieuwe schouwburg DivadloNove, die in juni jl. werd ingehuldigd.
De Tsjechische stad Pilsen (Plzeň) deelt in 2015 de titel van Europese cultuurhoofdstad met Mons (Bergen). Een uitgelezen kans om uit te pakken met haar rijke industriële erfgoed, van de vroegere Škoda-fabrieken tot de brouwerij Pilsner Urquell. Meerdere gebouwen hebben een nieuwe culturele bestemming gekregen. Aan architecturaal erfgoed zijn er vooral de door Adolf Loos ontworpen interieurs. TEKST: CATHERINE CALLICO
buitenland (o.a. coproducties met het Théâtre Le Manège van Mons). Een van de blikvangers van het programma is de tentoonstelling Domus in april in het DEPO. Deze ruimtelijke installatie, ontworpen door vijf grote Europese designers – Werner Aisslinger, Jiří Příhoda, Henry Wielgus, Jan Plecháč en Maxim Velcovsky – zal te zien zijn in de magische ruimte van de hal met zijn glazen muren (waar vroeger zware machines werden hersteld) die door elke ontwerper volgens zijn verbeelding is ingericht: gesloten meditatieruimte, verandering van perspectieven, ... Ook het ontdekken waard is de site van de papierfabriek Pap–rna, herkenbaar aan de vijftig meter hoge schoorsteen op de oevers van de rivier Radbuza. Sinds drie jaar is deze plek nieuw leven ingeblazen door een groep jonge grafische kunstenaars. De site bevat vijf repetitieruimtes, een concertzaal, een zwarte toneelbox en een fotostudio. In 2015 presenteert Pap-rna de tentoonstelling «Mud, Misery and Bohemians» over het lot van de inwoners van de stad Stod en hun vertrek naar Nieuw-Zeeland. Sinds 1989 zijn immers vele Tsjechen, vooral studenten, naar ginder geëmigreerd.
Imagination Factories Onder die benaming worden vijf industriezones van Pilsen, waarvan sommige speciaal voor dit cultuurjaar gerenoveerd zijn, opengesteld voor het publiek, gekoppeld aan culturele activiteiten. De Pilsner Urquell Brewery, waaraan het pilsbier zijn naam ontleent, biedt rondleidingen rond het bierbrouwen en concerten aan. De gebouwen van Škoda Plzeň huisvesten voortaan een wetenschappelijk centrum en een planetarium. De vroegere papierfabriek Pap–rna is een culturele hot spot geworden. Het niet meer gebruikte stapelhuis van Pilsen City Transport is onder de naam DEPO 2015 veranderd in een creatieve broedmachine. De vroegere brouwerij Světovar ten slotte moet een Europees cultuurcentrum worden, gericht op de kunstscène in Centraal-Europa en uitwisselingen met het
Interieurs van Adolf Loos Vijf appartementen waarvan de interieurs op het einde van de jaren 1920 ontworpen zijn door de beroemde architect Adolf Loos voor leden van de lokale joodse gemeenschap, zijn of worden nu gerestaureerd. Ze worden beschouwd als een uniek stuk architecturaal erfgoed van de metropool van West-Bohemen. Het gaat om een van de belangrijkste initiatieven in het kader van Pilsen 2015. Drie appartementen zullen in april voor het publiek opengaan, met rondleidingen, en in mei vindt er een Nacht van de Literatuur plaats. Een van de appartementen ligt aan de Klatovskálaan 12 en werd gebouwd voor dokter Josef Vogel en zijn gezin in 1928. De
1 2
4 3
salon en de eetkamer zijn bewaard en replica’s van de originele meubels werden gemaakt op basis van foto’s uit die tijd. De stad is eigenaar van een ander gebouw van Loos in de Bendovastraat, dat kostbare marmeren muurbekledingen en eindeloos spiegelende glaswanden bevat in de woonkamer. Twee kamers zijn volledig gerenoveerd en het meubilair is identiek nagemaakt. Ook te bezoeken is de woning van Jan en Jana Brummels in de Husovastraat 58, waar een etage volledig is ingericht door Adolf Loos in een zeer luxueuze stijl. Twee andere ontwerpen van de architect worden nog gerenoveerd in de Klatovskálaan. Een andere architecturale parel van Pilsen is het Peklo Culture House, een complex van drie opmerkelijke gebouwen in de Pobřežnístraat, opgetrokken in 1905-1907 onder leiding van de architecten Hula en Auster. Er worden regelmatig lezingen, seminaries en cursussen georganiseerd, evenals toneelvoorstellingen. Sinds 2014 bevindt zich hier ook Café & Bar Nebe. Op de benedenverdieping is het Patton Memorial Pilsen gevestigd, het enige museum van Bohemen gewijd aan het Amerikaanse leger. Op 7 maart zal hier de première plaatsvinden van de marionettenproductie van de Toverfluit, de opera van Mozart, in de stijl van het barokke marionettentheater, naar een origineel scenario van Petr Vacek en Milan Hugo Forman.
De nieuwe schouwburg Ook hedendaagse architectuur is aanwezig in Pilsen, met de nieuwe schouwburg Divadlo Nove, die sinds september in gebruik is. De internationale wedstrijd die hiervoor werd uitgeschreven, koos voor het gedurfde ontwerp van het Portugese architectenbureau Contemporãnea. Wegens het beperkte budget werd dit ontwerp herwerkt door het architectuur- en designstudio Helika, geleid door architect Vladimir Kružík. Het nieuwe theatergebouw bestaat uit twee delen die door loopbruggen met elkaar verbonden zijn: de schouwburg – twee zalen, de hoofdzaal en een zwarte kubus die plaats bieden voor respectievelijk 500 en 150 toeschouwers – en een operationeel gebouw. De lengteas van het gebouw loopt evenwijdig met het straatverkeer en fungeert als geluidsbarrière. In de gevel doen ovalen openingen in geperforeerd beton denken aan de spleten tussen toneelgordijnen. Een evenement dat u zeker niet mag missen dit jaar is het Tsjechische theaterfestival in september.
1
In de programmatie van Pilsen 2015 is ruime aandacht voor de hedendaagse circuskunsten.
2
De site van de voormalige Škoda-fabriek huisvest nu een geavanceerd wetenschappelijk centrum en een planetarium.
3
De brouwerij PilsnerUrquell is een lokaal pronkstuk dat in 2015 kan worden ontdekt ter gelegenheid van rondleidingen en concerten.
4
Vijf appartementen, waarvan het interieur eind de jaren 1920 is ontworpen door Adolf Loos, zijn dit jaar voor het publiek toegankelijk.
Meer informatie over het programma van Pilsen 2015 vindt u op www.plzen2015.cz/en/
23
24 INSPIRATIE
t p e c n o c e h t k Fuc In onze rubriek Inspiratie haken we in op de zichtbare en onzichtbare aspecten delen van de architectuur. De uiterlijke verschijning verbergt vaak ingenieuze structuren, systemen en culturele gelaagdheden. Maar ook laten deze architectuur zien hoezeer architecten bedenkers zijn geworden van concepten. Een evolutie die zich vooral begon te manifesteren in tijden waarin de bouwmarkt uit zijn voegen barstte. De concept architect is een relatief recent verschijnsel. Volgens sommigen zijn concepten instrumenten waarmee men afzonderlijke aspecten van architectuur benadrukt. Hiermee wordt het mogelijk in te spelen op de meer oppervlakkige verwachtingen van samenleving, kunstwereld, subsidieverstrekking en politiek. Concepten zouden volgens die critici iedere complexe, ge誰ntegreerde en uitgebalanceerde visie op architectuur teniet doen. Zij zeggen: fuck the concept. TEKST: PHILIP WILLAERT
25
26 INSPIRATIE
RESIDENTIE BLUE FLAME: MEERGEZINSWONING MET HANDELSRUIMTE EUPHROSINABEERNAERTSTRAAT 50-52, OOSTENDE
De ongunstige oriëntatie van de voorgevel (noord gericht) maar het fantastische uitzicht op het Leopoldpark vertaalt zich in de opbouw van de glazen gevel voor een betonskeletbouw. Kleine terrassen wisselen elkaar zowel horizontaal als verticaal af met facetvormige uitbouwen. Deze verspringing verhoogt de privacy van
de appartementen ten opzichte van elkaar en verhoogt het zicht op de omgeving. De opbouw van de gevel zorgt voor een dramatisch volumespel, maar de uniforme materiaalkeuze maakt er toch een harmonisch geheel van.
ARCHITECTENBUREAU: KRIS VANDECASTEELE WWW.KRISVANDECASTEELE.EBE BELGIË 2013
27
28 INSPIRATIE
EEN KATHEDRAAL VAN DE INDUSTRIE IEPER De reconversie van de oude site ging gepaard met een sterke voorafgaandelijk historisch onderzoek. Daarmee kwam de onzichtbare geschiedenis boven water en kreeg de site daardoor een nieuwe functionele en dus ook ruimtelijke insteek.
kathedraal van de industrie - in een vorig leven bevond zich hier de montagehal - als kunstacademie.
De betonnen structuur van de oude montagehal is aan de buitenkant van de site aan het oog onttrokken. Binnen fungeert deze gewezen
WWW.B2AI.COM
ARCHITECTENBUREAU: BURO II & ARCHI+1 BELGIË 2009 - AWARDS EN NOMINATIES PRIJS BOUWMEESTER 2009 - CATEGORIE
HERBESTEMMING, GEORGANISEERD DOOR DE VLAAMS BOUWMEESTER © STIJN BOLLAERT
De nieuwe hoofdzetel voor ROB (Louage & Wisselinck) combineert kantoren, een showroom met bar en een productiehal. Het hoofdgebouw wordt benaderd langs een waterpartij, waarna een zachte helling bezoekers naar de toegang onder de uitkraging leidt. De receptie vormt het kruispunt tussen de kantoren en commerciële functies, de vergaderruimtes en burelen liggen er voorbij en erboven, en via een binnenhelling langs een interne patio kan naar de showroom afgedaald worden. Voorbij de showroom ligt de productiehal.
GEFILTERD LICHT ARDOOIE
Het gebouw zweeft iets boven de grond. Een lange betonnen zijwand sluit het gebouw af naar de omliggende industrie, en opent het gebouw naar het landbouwgebied in het zuiden. Het ontwerp is opgebouwd uit elementaire volumes en industriële materialen. Beton voor wanden en vloeren, glas voor de gevels en scheidingswanden, metalen beplating voor gevels en plafonds, en in aluminium strekmetaal als zonnewering. Deze materialen worden gecontrasteerd door het eiken maatmeubilair binnen en de bomen op het terrein. De materialen hebben ook een patine, waardoor ze zowel het gebouw als de kleuren van de lucht en omgeving reflecteren.
ARCHITECTENBUREAU: GOVAERT & VANHOUTTE WWW.GOVAERT-VANHOUTTE.BE BELGIË 2014
29
30 INSPIRATIE
CARWASH BEVEREN
Een ongewoon programma bepaalt het uitzicht. Een carwash installatie vraagt immers een lege doos, doch de uitstraling als commercieel gegeven is zeker belangrijk. Gezien de functie diende er ook rekening gehouden met veel vocht en corrosie. Een kleurrijke kunststof gevelbekleding werd aangewend om deze randvoorwaarden te verzoenen. Bovendien, door een eenvoudige en willekeurige menging van kleuren, kreeg het gebouw een eigen en zeer herkenbaar karakter. Grote ramen in de voor- en zijgevel zorgen dat de functie buiten zichtbaar wordt, als een filmisch gegeven. Van binnenuit biedt dit tegelijkertijd ook een kijk op de omgeving. Een technische rode doos in de hal bevat alle technische uitrustingen. Voorts is de hal leeg, buiten het voortdurend in- en uitrijden. Het gebouw is mee machine geworden.
ARCHITECTENBUREAU: HANS VERSTUYFT ARCHITECTEN WWW.HANSVERSTUYFTARCHITECTEN.BE BELGIĂ‹ 2008
ProjectoProeP
Zin om uw reacties te delen? Focus Archi geeft u het woord!
© Sergey Nivens - Fotolia.com
Stuur uw gerealiseerde projecten op samen met de volgende informatie: • een beknopte presentatie van uw bureau • expliciete foto’s van het project • teoelichting bij het architecturaal gedeelte van het project dat u wilt voorstellen • uitleg over de moeilijkheden waarmee u tijdens de realisatie van het project werd geconfronteerd.
AArZel niet om contAct met ons op te nemen. dit is een grAtis service voor Architecten!
LioneL Lhoir
Morgane DuponT
Architect redActie & publiciteit
Architect redActie & publiciteit
T.+32 (0)497 06 92 01 lionel.lhoir@focusarchi.be
T.+32 (0)474 69 89 04 morgane.dupont@focusarchi.be
32 TETIERE 32 ZOOM
Batibouw in 6 etappes
Batibouw, de Belgische beurs voor Bouwen, Renovatie en Woninginrichting, gaat op 26 en 27 februari van start met twee dagen voor professionele bezoekers. Andere initiatieven kunnen interessant zijn voor iedereen: diverse parcours, infosessies en awards. TEKST: CATHERINE CALLICO
Praktisch
1
Build-IT. Tijdens de twee dagen voor professionals vindt de 7de editie van Build-IT plaats, een platform voor informaticaen ICT-diensten dat speciaal is afgestemd op de bouwsector. Bouwen wordt alsmaar intelligenter, efficiënter en duurzamer. De sector moet ook rekening houden met de evolutie van de regelgeving en de marktvoorwaarden. Build-IT zal nieuwe technologieën in die zin presenteren. Een van de exposanten is Kresoft Systems, dat software en hardware voor de bouwsector aanbiedt. Dit bedrijf heeft een planningmodule ontwikkeld die de registratie van het werk op de bouwplaats en van de kosten vergemakkelijkt. Viloc vereenvoudigt dan weer het materiaalbeheer in de bedrijven door het gebruik van zendertjes die eraan bevestigd zijn. Dit zijn maar enkele voorbeelden.
2
Het Adviezenpaleis. U begint een bouw- of renovatieproject? Het Adviezenpaleis (Patio) in Paleis 5 centraliseert alle informatie over bouwen van verschillende instellingen, beroepsverenigingen en gewestelijke en nationale onderzoekscentra, maar ook over de voornaamste fiscale voordelen en premies. Daarnaast worden er in de Conference Room vijf gratis informatiesessies georganiseerd rond het thema «Betaalbaar bouwen of renoveren, een utopie?» voor zowel het grote publiek als vakmensen. Dit jaar verwelkomt de patio bovendien een «Innovation Gallery», met een selectie van de voornaamste nieuwigheden die op Batibouw te zien zijn.
BATIBOUW, 56ste Internationale Beurs voor Bouwen, Renovatie en Woninginrichting. Brussels Expo, Belgiëplein 1, 1020 Brussel. www.batibouw.com Van 28/02 tot 08/03 van 10 tot 18.30 u, op 05/03 van 10 tot 23 u (nocturne). Professionele dagen op 26/02 van 10 tot 18.30 u en 27/02 van 10 tot 21 u (nocturne). ➔ Build-IT : 26 en 27/02
Waar? Prinses Astridhal (directe toegang vanaf parking C) www.build-it.be ➔ Inschrijvingen voor de infosessies rond het thema «Betaalbaar bouwen of renoveren, een utopie?» – in het Nederlands of het Frans – via de website www.livios.be/batibouw; NL: 01-03/03, 05/03, 07/03 van 11 tot 12 u FR: 28/02, 04/03, 06/03 en 08/03 van 11 tot 12 u
Waar? Conference Room, vooraan in Paleis 5 Contactpersoon: Erwin Vanherle T.011 85 80 50, erwin@livios.be
3
Designparcours. Op dit jaarlijkse parcours presenteren de exposanten functionele producten (meubels, meer technische bouwmaterialen, ...), met een innoverend en mooi design, die geselecteerd en beoordeeld zijn door een vakjury samengesteld uit leden van de Orde van Architecten en de Vereniging van Binnenhuisarchitecten. Het meest creatieve designproduct wordt bekroond met een Design Award.
4
ECO-parcours. Om particulieren en ondernemingen aan te moedigen om milieubewust en duurzaam te bouwen, groepeert het ECO-parcours exposanten die milieuvriendelijke of energiebesparende producten aanbieden of fabriceren. Het product dat of de dienst die op dit vlak het beste scoort, ontvangt een ECO Award.
➔ Parcours Design, ECO, Innovatie: de deelnemende stands zijn verspreid over de Paleizen en herkenbaar aan een specifiek logo. Info (namen van de deelnemers, logo en plan van de parcours) op www.batibouw.com Contactpersoon: Tamara Pille, T.02 663 14 17, t.pille@batibouw.com ➔ De Belgian Building Awards vinden plaats op 04/03 van 18.30 tot 23.30 u.
Waar? Auditorium 2000 www.belgianbuildingawards.com
5
Innovatieparcours. Dit bewegwijzerde parcours laat u alle nieuwigheden ontdekken die sinds Batibouw 2014 op de markt gekomen zijn. Het gaat om producten en oplossingen die technisch of technologisch vernieuwend zijn (nieuwe methodes voor het werken met en gebruiken van processen en materialen, ...), of beter aangepast aan de evolutie van de behoeften van particulieren en professionals. De Innovation Award wordt toegekend aan de beste technische innovatie in de bouwsector.
6
Belgian Building Awards. Op de ceremonie van de Belgian Building Awards, een initiatief van Batibouw in samenwerking met de Confederatie Bouw, de Orde van Architecten, Ik Ga Bouwen en Renoveren en architectura.be, worden verschillende prijzen uitgereikt waaronder de drie bovenvermelde. De Architecture Awards bekroont twee categorieën: niet-residentiële en residentiële gebouwen (nieuw of gerenoveerd, individueel of gegroepeerd). Parallel met de Innovation Award legt de Safe4Zero Award de klemtoon op veiligheid in de bouw. De trofees van de Bouwgazellen zijn gebaseerd
op het gemiddelde van drie criteria: omzet, toename van het aantal werknemers en evolutie van de cashflow van de onderneming. De International Award ten slotte brengt hulde aan de beste projecten gerealiseerd door buitenlandse architecten in België en aan projecten van Belgische architectenbureaus en bouwondernemingen buiten onze grenzen.
Wat als elke CENTIMETER zou tellen? Ontdek N70.
Met zijn exclusieve lengte van 24 cm en dikte van 7 cm is hij langer en slanker dan zijn vriendjes. En dat telt! Ontmoet hem op www.nelissen.be/N70 meer architecturale vrijheid meer karakter meer isolatie minder mortel minder ruimteverlies minder milieubelastend
Kiezelweg 460 | B-3620 Kesselt (Lanaken) | +32 (0)12 44 02 44 | info@nelissen.be | www.nelissen.be
33
34 D(ECO)
Nearly New Office Facilities (NNOF) Uitgediend kantoormeubilair wordt grondstof voor nieuw interieurdesign Het begon allemaal vanuit een diepe bewustwording van de impact van ons handelen op het milieu en de daaruit voortvloeiende eindigheid van de grondstoffenvoorraden. Didier Pierre, voorzitter van de PMC Holding, wou concreet verbetering aanbrengen in de ecologische voetafdruk die zijn bedrijven achterlaten. Wat begon met het verminderen van de CO2-uitstoot ging veel verder en liet een nieuwe bedrijfstak ontstaan waar uitgediend kantoormeubilair grondstof wordt voor nieuwe, creatieve en toekomstgerichte kantoorinrichting. TEKST: EDUARD CODDÉ
Didier Pierre, voorzitter van de PMC Holding
D
idier Pierre is zich sinds de eeuwwisseling grondig gaan informeren over de klimaatverandering en concludeerde dat hij er zelf actief wat moest aan doen. Hij had contact met de transitiebeweging, wat staat voor ruileconomie en lokaal inkopen, maar zich vrij marginaal afspeelt. Als bedrijfsleider wou hij echter maatschappelijk verantwoord ondernemen, het ecologisch denken integreren in een maatschappelijk leefbaar business model. In de periode 2004 – 2005 kwam hij via VOKA in aanraking met RDC, en hun Bilan Carbonberekeningsmethode, die toelaat de totale CO2uitstoot van een bedrijf heel precies te berekenen en zo een positieve verandering van de milieu-impact effectief laat aansturen. Didier Pierre: “Door de impact van zoveel mogelijk factoren te kennen, kan men veel preciezer keuzes maken en resultaten boeken. We hebben dan ook een ambitieus plan opgemaakt, wat bekroond werd door de EMAS-certificatie in 2007 – 2008. EMAS is een Europees milieuzorgsysteem, waarbij iedereen binnen de onderneming dagelijks persoonlijke milieu gerelateerde doelstellingen krijgt opgelegd. Het vernieuwen en behouden van de EMAS-certificatie is een nooit eindigende uitdaging”.
Nieuw leven inblazen Het oudste bedrijf binnen de PMC Holding is Your Mover, gespecialiseerd in verhuisopdrachten voor kantoren. Later volgden Your Mover Logistics, dat montagediensten voor nieuw meubilair aanbiedt alsook het centraal beheer verzekert van meubelopslag voor klanten, en D&C Services, dat zich met een team van 25 man - waaronder verschillende architecten en interieurarchitecten - concentreert op change management en het nieuwe werken. NNOF (Nearly New Office Facilities) is de jongste en meest verbazende tak. Didier Pierre: “Toen in 2009 de crisis toesloeg, was dat meteen te voelen in de sector van kantoorinrichting. Onze vrachtwagens reden leeg of in het beste geval half leeg, wat een ongunstige weerslag had op de CO2-uitstoot. Ik leerde in die periode het Franse ‘Bilan Carbon’ kennen, dat niet alleen rekening houdt met de CO2-uitstoot, maar evenzeer met de uitgespaarde CO2-uitstoot als gevolg van een bepaalde werkwijze of handelen, waaronder de impact van zorgvuldige afvalscheiding binnen een organisatie”. De logistieke tak van de PMC Holding was al jarenlang vertrouwd met de levering en montage van nieuwe kantoormeubelen, evenals de opslag en het herstellen van kantoormeubelen voor grote klanten (= meubelbeheer voor o.a. banken). Didier Pierre: “Zo groeide het idee om de bestaande, in onze magazijnen bewaarde voorraden, te laten herleven.
Hoewel de vraag vanwege de klanten om de opgeslagen meubelen te herstellen vrij beperkt was, berekenden we dat dit nochtans een zeer positief effect zou hebben op de uitgespaarde CO2-uitstoot. Met het verlengen van de levensduur van de kantoormeubelen kan immers nieuwe productie worden vermeden”.
gerecupereerde grondstoffen om te toveren in ethische, esthetische, functionele en financieel aantrekkelijke oplossingen. Een creatief recyclageproces waarbij de oorspronkelijke functie van het kantoormeubel verdwijnt en de nog bruikbare samenstellende delen grondstof worden voor een nieuw meubel of inrichtingselement.
Herstellen - hergebruiken recycleren
Voorbeeldbedrijf voor circulaire economie
Didier Pierre: “Wij stelden vast dat wat aan nieuwe kantoorinrichting via onze diensten werd aangeleverd en gemonteerd, vrijwel identiek werd afgevoerd als uitgediende elementen. In de meeste gevallen nemen bedrijven afstand van hun bestaande kantoorinrichting omdat ze een andere kleur wensen of een detail wensen aan te passen in het kader van een nieuwe huisstijl, terwijl de meubelen eigenlijk nog in goede staat verkeren. Dit heeft ons geïnspireerd en aan het doordenken gezet. We hebben eerst een testfase ingeleid om de juiste mensen en leveranciers te zoeken die in dit opzet konden meestappen. Al snel bleek echter dat niemand echt ervaring had op dit gebied, en/of bereid was enig risico te nemen om in dit traject mee te gaan”. NNOF (Nearly New Office Facilities) gaat ervan uit dat een nieuwe kantoorinrichting dikwijls mogelijk is door de bestaande elementen duurzaam te ‘restylen’ en tegelijk aan te passen aan het nieuwe werken in een drastisch gewijzigde kantooromgeving. “We bepaalden een drieledige aanpak: herstellen, opnieuw gebruiken met behoud van de functie van het meubel, recycleren tot onderdelen waaruit nieuwe meubelcreaties kunnen ontstaan” , verduidelijkt Didier Pierre. “Het design voor hergebruik in een totaalinrichting gebeurt in samenwerking met architecten en/of D&C Services dat deel uitmaakt van onze holding”. Om te beantwoorden aan de verwachtingen van de klanten - die vergelijken met de betere meubelmerken - wordt hierbij de lat kwalitatief steeds hoger gelegd. De grote uitdaging voor NNOF bestaat erin niet-gestandaardiseerde
De NNOF-filosofie speelt in op het dreigende tekort aan grondstoffen en gaat daardoor veel verder dan het terugdringen van de CO2-uitstoot. “Cradle to Cradle gold lange tijd als het credo inzake verantwoord omgaan met grondstoffen, maar blijkt slechts een laatste optie omdat er te veel energie nodig is om uit het afval nieuwe grondstoffen aan te maken”, benadrukt Didier Pierre. “Een goed onderhoud, herstellen, hergebruiken of restylen vallen veel voordeliger uit voor het milieu”. Naast maatwerkprojecten heeft NNOF sinds medio 2014 ook een catalogus kantoormeubilair ontwikkeld. Alle producten hebben het uitzicht van hedendaags meubilair en beschikken over uitstekende kwalitatieve en ergonomische eigenschappen. Bovendien houden de ontwerpen rekening met de vereisten van het ‘nieuwe werken’, waar modulariteit en flexibiliteit essentiële eigenschappen zijn. “De kantoormeubelsector zag aanvankelijk het potentieel niet en keek eerder smalend naar waar we aan begonnen” reageert Didier Pierre op onze vraag naar de perceptie in de markt. “Vandaag zien sommigen ons als concurrent, anderen staan open voor een partnership. Klanten kijken vaak kritischer naar onze producten dan deze van de klassieke leveranciers, maar zijn uiteindelijk tevreden, waardoor we ons mogen verheugen op een toenemende vraag uit de kantoormarkt. Het is alleen jammer dat wij de enigen zijn die deze aanpak promoten!”.
Referenties
In 2014 werd het Vlaams Administratief Centrum Gent, ontworpen door Polo Architects, aan de referentielijst toegevoegd. Het VAC Gent is het vijfde en grootste provinciaal gecentraliseerde gebouw waarin de Vlaamse ambtenaren worden samengebracht en centraliseert 29 entiteiten. Voor de inrichting volgde de Vlaamse Overheid voor het eerst het VRN-principe. Dat betekent dat er vooraf wordt onderzocht welke inrichtingselementen uit de te ontruimen locaties nog de moeite lonen om mee te verhuizen, wat herbruikbaar is onder dezelfde of andere vorm en waar nieuwe meubelen moeten aangekocht worden. NNOF won de aanbesteding voor het lot te recycleren bemeubelingselementen uit de 29 in Gent gecentraliseerde entiteiten. De restyling volgde de nieuwe huisstijl van de Vlaamse Overheid. Alle voorwerpen moesten op de locaties opgehaald worden, gedemonteerd om de onderdelen te bewerken, waarna assemblage en levering in het VAC Gent volgde. De opdracht moest een strikte timing respecteren in functie tot de inhuizing in het nieuwe gebouw en gesynchroniseerd verlopen met de levering van de nieuwe en verhuisde meubelen. Gispen won de uitgeschreven tender voor de levering van de nieuwe kantoormeubelen.
35
36 TETIERE 36 MATERIAAL
DE CONCEPTARCHITECT Architectuur is een zichtbaar gegeven waar toch heel wat denkwerk aan voorafgaat. De uiteindelijke visualisering ervan heeft iets vanzelfsprekends, alsof het allemaal vanzelf gaat. Elke vorm die we vandaag maar bedenken zoals de vloeiende lijnen van Zaha Hadid tonen aan dat elke vorm die we bedenken vandaag ook daadwerkelijk kan worden gebouwd. Het Volgelnest van Herzog & Demeuron of de Gherkin (augurk), van Norman Forster in London zijn daar een mooie illustratie van. Of het hightech of Blob Architectuur betreft, eigenlijk doet het er niet zoveel toe. De nieuwe architectonische concepten lijken op pure fantasieën te berusten die vanuit het onzichtbare stukje papier of beeldscherm de realiteit betreden. Hoe voor de hand liggend deze architectuur ook lijkt, de onzichtbare staalstructuur van de Augurk moet menig constructeur grijze haren hebben bezorgd. De architect – in het voornoemde geval gaat het om sterarchitecten – is de bedenker van het architectonische concepten, daarnaast spelen ook andere partners een rol in de uitvoering van het concept. Heeft de architect voldoende grip op zijn creatie? Is hij nog voldoende zichtbaar in de hedendaagse complexe figuratie. Dat is de vraag die wat verder in dit artikel wordt opgegooid met name met een knipoog naar Rem Koolhaas’ tentoonstelling Fundamentals op de Biënnale in Venetië. TEKST: PHILIP WILLAERT
De voorstelling van Pieter Appelmans (+1443) , een van de architecten van de kathedraal van Antwerpen, verschilt van het beeld van zijn tijdgenoot Filippo Brunelleschi (1377-1446). Terwijl Appelmans en zijn ‘ambachtsgezellen’ worden geëerd, wordt de Florentijn zittend is weergegeven al starend naar de hemel in de richting van de Dom en met zijn passer de overwelving van de koepel ontwerpt. De Antwerpse voorstelling toont een architect die actief betrokken was bij de bouw, het Florentijnse beeld legt het moment van inspiratie vast. Het verschik in voorstelling illustreert treffend de uiteenlopende opvattingen over de rol van de architect in het verleden, zoals die zich in de negentiende en het begin van de twintigste eeuw zou ontwikkelen. Deze ontwikkeling zou vooral te maken hebben met de opkomst van de bouwmarkt waarover kunsthistoricus Merlijn Hurx uitvoerig in gaat in zijn 2013 verschenen studie Architect en Aannemer. De opkomst van de bouwmarkt in de Nederlanden. De hiervoor aangehaalde verschillen vatte architectuurhistoricus Nikolaus Pevsner samen in 1931-1932 in twee termen: ’handwerkarchitect’ en ‘kunstenaararchitect’. De eerste was betrokken bij het bouwproces, terwijl de tweede zich als theoreticus en kunstenaar zich alleen met het concept bezighield. Deze kunstenaarsemancipatie zou voor het eerst tijdens de renaissance hebben plaatsgevonden onder invloed van het humanisme en het groeiende individualisme. Zo werd er een breuk verondersteld die in de huidige terminologie voortleeft in het onderscheid tussen bouwmeester (middeleeuwen) en architect (renaissance).
Ontwerppraktijk Brunelleschi is in dit beeld de stamvader van de moderne architect. Zijn pioniersrol kreeg hij toebedeeld, omdat hij als een van de eersten de antieke vormentaal en proportiesysteem deed herleven, maar eveneens vanwege zijn opleiding buiten de bouwvakken en zijn uitvinding van het wetenschappelijk perspectief. Deze kwaliteiten zouden hem een nieuwe, meer autonome positie als kunstenaar hebben opgeleverd. De nadruk van Pevsner op de theoretische achtergrond van de architect in de renaissance moet begrepen worden in de onstuimige ontwikkeling van het architectenberoep in zijn eigen tijd. Vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw maakte de ontwerppraktijk een ongekende snelle ontwikkeling door de industrialisatie. Er werd in vergelijking met voorgaande eeuwen veel meer gebouwd en ook de bouwopgave werd steeds complexer. Ontwerpers dienden rekening te houden met een snel veranderende maatschappij,
Intellectuele arbeid
© Mc Xas - Fotolia.com © Mc Xas - Fotolia.com
Opkomst van de bouwmarkt
nieuwe gebouwtypen, nieuwe bouwmaterialen en nieuwe transportsystemen. Het bouwproces veranderde door de afschaffing van de bouwgilden. Gevolg: steeds vaker werd de bouw aan een aannemer uitbesteed door middel van openbare aanbesteding. De architect kreeg hierbij een bemiddelende rol tussen opdrachtgever en aannemer. De architect speelde in deze configuratie een bemiddelende rol tussen opdrachtgever en aannemer. Er ontstond nu een aparte beroepsgroep van architectonisch ontwerper met een eigen professional belief system.
Filippo Brunelleschi
Omstreeks 1900 was het nog niet vanzelfsprekend wie als architect beschouwd mocht worden en wat een architect deed zoals blijkt uit studies die in verschillende landen werden ondernomen. Daarin vroeg men zich af of de architect alleen een ontwerper was of ook een aannemer en welke wettelijke verantwoordelijkheden hij behoorde te dragen. De wetgeving hinkte achter op de praktijk en maakte nog geen onderscheid tussen beide beroepen. Architecten wezen erop dat zij, in tegenstelling tot de ontwerpende aannemers en ingenieurs, alleen intellectuele arbeid leverden en dat hun vakgebied behoorde tot de Schone Kunsten. In deze situatie legde men sterk de nadruk op het ontstaan van het architectenvak in de renaissance. Immers werd het nieuwe beroepsbeeld gelegitimeerd aan de hand van belangrijke voorbeelden uit het verleden. Veel aandacht is sindsdien uitgegaan naar de scheiding tussen ontwerp en uitvoering. Tussen het denken en de visualisering.
De architectura Een belangrijke bron voor de nieuwe status van de architect was het traktaat De architectura van de Romeinse architect Vitruvius (herontdekt in 1416), waarin werd aangegeven dat een architect niet alleen kennis behoorde te hebben van het ambacht, maar eveneens geschoold moest zijn in een veelvoud van ‘wetenschappen’. De vakgebieden die hij noemde waren: taalvaardigheid, tekenkunst, meetkunde, geschiedenis, filosofie, muziek, geneeskunst, recht en astronomie. Aan het begin van zijn De re aedificatoria (1450) lichtte Leon Battista Alberti (1400-1472) toe dat de architect geen ambachtsman was, aangezien een ambachtsman slechts een instrument vormt voor de architect.
Pieter Appelmans, een van de architecten van de kathedraal van Antwerpen
© D.R
D
at alles lijkt op zijn minst doodnormaal, maar doet ons tegelijkertijd de vraag stellen naar de precieze rol van de architect. Wat is zijn functie? Staat hij met beide benen in het hedendaagse architectuurdebat. Het doet ons even teruggrijpen naar de rol van de architect in het verleden en het tijdstip waarop hij zijn autonome positie als ‘kunstenaar’ verwierf. De opvattingen hieromtrent zijn op het Europese continent nooit eenduidig geweest, maar het is een feit dat deze kwestie nog altijd brandend actueel is. Immers dreigen, technieken, normen en financiering de eigenlijke rol van de architect, als bedenker van concepten, te overschaduwen.
37
38 TETIERE 38 MATERIAAL Brandend actueel De vraagstelling omtrent de rol, betekenis en profiel van de architect is nog altijd niet uitgedoofd en blijft dus brandend actueel. Ook vandaag speelt de complexiteit en druk als maar meer mee in de beroepensfeer. Het lijkt er op dat die toenemende complexiteit de architectuur de weg verspert en architectuur nauwelijks mogelijk maakt. In een recente nota van Architects in Motion uit Turnhout lezen we dat het beroep van architect anno 2015 onder enorme druk staat. De socio-economische, maatschappelijke en culturele wijzigingen evenals het tegen hoog tempo wijzigend wettelijk kader zijn bijna niet meer te volgen voor kleine bureaus. Ze dreigen, als we tussen de regels lezen, de architect te verpletteren.
Zone van andere beroepen Architecten die niet worden omringd door een multidisciplinair team, kunnen het tempo niet meer volgen. Ze dreigen het ontwerp- en bouwproces in de toekomst te
ondergaan en af te glijden tot het vijfde wiel aan de wagen. Hun regierol wordt op die manier ondergraven waardoor projecten ‘en cours de projet’ dreigen te ontsporen. De nota van AIM klinkt als een noodkreet en verwijst naar de opmerkelijke installatie van Rem Koolhaas tijdens de afgelopen architectuurbiënnale in Venetië. De controle en grip op de architectuur dreigen we meer en meer te verliezen, zo spreekt overduidelijk uit zijn installatie. In elke ruimte werkte Koolhaas één element uit, vaak verrassend scenografisch voorgesteld. Zo plaatste hij in de eerste achthoekige met fresco in de koepel gedeeltelijk een vals plafond. Een tekening maakt duidelijk dat in de 20ste eeuw het interieur in hoogte werd verlaagd terwijl wij allen veel groter zijn geworden. Maar door de verborgen technieken open bloot te tonen maakt Koolhaas wel duidelijk dat normeringen van buitenaf de architectuur dicteren. De buizen en ventilatieleidingen nemen een deel van de architectuur, het is volgens Koolhaas een zone geworden van andere beroepen.
Architect moet zijn plaats opeisen en kennis delen Door de switch van het voormalige ‘Atelier Vanhout – Schellekens & Ass.’ naar ‘Architects in Motion’ een aantal jaren geleden kwamen de doelstellingen van het Turnhoutse bureau beter uit de verf en kreeg het kantoor met de komst van medevennoot en ‘sparringpartner’ Bart Janssens een jonge frisse drive. De architecten Luc Vanhout en Bart Janssens vormen tegenwoordig elkaar vruchtbare antipode en zijn niet bang om elkaars kritiek te aanhoren. Conceptuele insteek Bart Janssens: “Met de nieuwe naamvoering gaven we in 2008 duidelijk aan dat we ons als architecten heroriënteerden. We zagen AIM als een begrip met een sterke conceptuele insteek. In de eerste plaats verlangden we meer dynamiek, wij beschouwen ons vandaag als een stroming waar jonge creatieve mensen zich kunnen bij aansluiten.” Derderangspositie Het bureau kende een gestage groei. Luc Vanhout: “Om te groeien is het nodig de kennis vast te houden om de nodige expertise op te bouwen. Die kennis hebben wij op alle domeinen van de architectuur.” Als het over kennis gaat, dan zijn de meeste bureaus vrij terughoudend. Luc Vanhout: “Dat is misschien zo, maar wij zoeken de
MATERIAALKEUZE: Een nuchtere kijk Dat een architectuurconcept uiteindelijk uitmondt in een realisatie is de wens en de droom van elke architect. Projecten die blijven hangen in de touwen zijn als een doodgeboren kind. Maar het welslagen van een project ligt voor een groot deel besloten in de visualisering van vorm en inhoud. Materialen hebben hun connotaties, zijn drager van betekenissen en geven architectuur de nodige ampleur. Hoe gaan architecten daarmee om? We vroegen het aan architect Annelies Vancraeyveldt van AR-TUUR architectenbureau in Waregem.
“De materiaalkeuze vanuit een concept bepalen, dat is misschien wel de meest idealistische gedachte die je als architect kan koesteren”, licht architect Annelies Vancraeyveldt toe. “Je ontwerpt een gebouw en de materialen vloeien er conceptmatig uit voort. Echter is de realiteit vaak doorkruist door beperkingen van technische of budgettaire aard of gewoonweg de bouwheer die het anders ziet en wil. ” “Bij deze woning was het initieel de bedoeling om de dakpannen door te trekken in de gevel om het monolithisch effect ervan nog sterker vorm te geven. De bouwheer wilde echter een bakstenen gevel. Wij zijn dan op zoek gegaan naar een gevelsteen die zo goed mogelijk bij de dakpan aansloot. Uiteindelijk slaagden we erin om het massieve effect te behouden, mede door de op voorhand goed uitgewerkte detaillering van de onopvallende dakgoot.” Omgekeerde weg “Een bepaalde materiaalkeuze kan ook conceptversterkend werken”, oordeelt architect Annelies Vancraeyveldt. Het
kennis en de netwerkverbanden juist op. Wij zien nog altijd een rol in samenwerkingsverbanden, verbreden is een van onze adagio’s.” De architect moet zijn plek opeisen en dichter bij zijn opdrachtgever staan, luidt het bij AIM. Bart Janssens: “Wat je ziet is dat meer en meer architecten een derderangspositie innemen in het bouwproces. Wij handhaven nog een heel traditioneel proces van ontwerp naar aanbesteding tot opvolging van de realisatie.” En dat biedt voordelen? Bart Janssens: “Absoluut. Ontwerpen is het uitzetten van ambities, architecturale waarde zit hem ook in de details. Volg je de realisatie en de haalbaarheid ervan niet op, als architect verlies je voeling en nodige feedback met het ontwerp en is er de ‘noodlottige’ verwijdering. “
gekozen materiaal blijkt pas in een latere fase dan de conceptfase onverwacht het concept te versterken.” Materialen worden vaak vanuit een bepaalde context gekozen tenminste als de architectuur daar gewild op ingaat en een dialoog aangaat met de gebouwde en culturele omgeving. Architect Annelies Vancraeyveldt: “Dit is een bewuste keuze wanneer het gebouw zich ‘leesbaar’ opstelt en zich niet autonoom gedraagt t.o.v. zijn omgeving. Een voorbeeld: voor een sociaal woningbouwproject in Waregem, bestaande uit vier identieke gebouwen met elk zes woongelegenheden kozen we voor een vrije ‘alledaagse’ maar toch karaktervolle baksteen en dakpan. Weloverwogen argumenten Deze keuze is volgens de architect gestoeld op weloverwogen argumenten. Annelies Vancraeyveldt: “Het project is opgetrokken midden in een modale, typische Belgische verkaveling, met bescheiden alleenstaande en halfopen woningen op kleine kavels, meestal met gelijkvloers en kamers onder dak. De vier gebouwen hebben echter een prominente aanwezigheid in de verkaveling door hun groter volume, en hun markant profiel door het gebruik van de dubbele hellende dakvorm. In combinatie met een traditionele dakpan en een roodbruin genuanceerde gevelsteen integreren de aparte vormen van de volumes zich bijzonder goed. De gebouwen profileren zich op deze wijze meer down to earth en zijn daardoor meer leesbaar bij een groot publiek.”
39
40 TETIERE 40 MATERIAAL
KRAANSPOOR AMSTERDAM Kantelende lamellen Hoog boven het IJ zweeft het langgerekte kantoor op het oude Kraanspoor van de inmiddels verlaten NDSM-scheepswerf (Nederlandsche Dok en Scheepsbouw Maatschappij). Zware Hollandse luchten, afgewisseld met zonneschijn toveren hier moeiteloos 17de-eeuwse schilderstaferelen in het geheugen. De ‘dunne’ en kwetsbare architectuur is bewust terughoudend vormgegeven en laat het overgebleven industriële artefact goed tot zijn recht komen. Zeer bijzonder is de glazen gevel. Omdat bij een dergelijk transparant gebouw de warmtelast zeer hoog kan worden, is de gevel voorzien van een tweede huidfaçade. Hiervoor is een nieuw systeem ontwikkeld met kantelbare glazen lamellen. Door de lamellen te kantelen kan men de werking van de gevel reguleren; het uiterlijk van het gebouw verandert dan ook steeds. Zo ontstaat een zeer dynamisch beeld. Aan de zonbelaste zijde zijn de lamellen voorzien van een dotvormige screening als zonwering. Voor de binnengevel koos architect Julian Wolse van het architectenbureu OTH, een basisstructuur van grenenhout. Door een afwerking met een licht witte toeslag krijgt het hout een matte uitstraling. Op regelmatige afstanden zijn kamerhoge ramen aangebracht die van binnenuit geopend kunnen worden. De binnengevel is voorzien van neutraal gekleurde, zonwerende beglazing.
Innovatieve spouwmuur biedt ontwerpvrijheid Spouwen vormen een belangrijk aandeel in het wooncomfort van de woning. Ze beschermen de woning tegen weer en wind en zorgen voor thermisch comfort. Het bouwen van een spouw vergt de nodige stielkennis. Voor wie bouwt is het zeker een punt van aandacht. Maar of de spouw het nog lang zal uitzingen is nog niet zo zeker. Innovatieve materialen verdringen het klassieke buitenblad en scheppen ruimte voor heel wat creativiteit. Aan het oog onttrokken Voor het isoleren van spouwmuren in de nieuwbouw worden isolatieplaten en folies toegepast. Materialen die aan het oog zijn onttrokken. De volgende isolatiematerialen worden gebruikt: steenwol, glaswol, geëxpandeerd polystyreen (EPS), geëxtrudeerd polystyreen (XPS), polyurethaan (PUR), resolhardschuim (PF), polyisocyanuraat (PIR). Ook folies kunnen in de spouw worden geplaatst, die werken op basis van reflectie. Er zijn daarnaast isolatieplaten die standaard voorzien zijn van folies waardoor de werking van plaat en folie worden gecombineerd. Omdat de vraag naar energiebesparende maatregelen in de woningbouw in de afgelopen decennia is toegenomen, zijn veel bestaande spouwmuren inmiddels nagevuld met isolatiemateriaal. Het vullen van de spouw is een typisch voorbeeld van wat men noemt een ‘optelinnovatie’. Vandaar de vraag of de spouw nog toekomst heeft. Het buitenblad is immers een losse schil om de woning heen en is dus relatief gemakkelijk te verwijderen. Dit schept ruimte op de fundering voor een nieuw buitenblad dat beter isoleert en bovendien een betere kierdichting heeft. Muren hoeven niet meer onnodig dik te worden en kunnen toch voldoende isoleren. Omdat de massa van het buitenblad van de fundering is verdwenen kan het nieuwe buitenblad zelfdragend zijn en hoeft er niet uitsluitend gebruik gemaakt te worden van zeer lichte isolatiepakketten om de impact op de fundering te beperken. Ieder gevelmateriaal Het grootste voordeel van een nieuw buitenblad is de enorme ontwerpvrijheid die een nieuw buitenblad kan bieden. Vrijwel ieder gevelmateriaal kan worden toegepast, mits het niet te zwaar is. Liefhebbers van een traditionele uitstraling kiezen voor een baksteenuitstraling, maar ook keramische tegels, metaalbeplating, stucwerk en/ of houten delen zijn mogelijk.
41
42 PRIKKEL
JÜRG CONZETT 09/03 van 20 tot 21.30 u Paleis voor Schone Kunsten / Zaal M www.bozar.be Ingenieur Jürg Conzett werkte eerst zeven jaar voor Peter Zumthor alvorens in 1988 zijn eigen bureau op te richten. Sindsdien ontwerpt hij vooral infrastructuren, in het bijzonder opmerkelijke bruggen. Voorbeelden zijn de voetgangersbrug van Traversina en de draaibrug Milchbrücke in Vals (beide in Zwitserland) en de brug over de Coupure in Brugge. Jürg Conzett werkt samen met diverse architectenbureaus: Miller & Maranta, Bearth & Deplazes, Markus Peter, ...
Caleidoscoop Een nieuwe kijk op archaïsche objecten in het CIDGrand Hornu, de nieuwe museacluster voor Mons 2015, buitenwijken waar het goed wonen is in De Singel en andere schatten van design en architectuur. TEKST & SAMENSTELLING: CATHERINE CALLICO
NIEUWE MUSEACLUSTER Mons 2015 www.mons2015.eu
STADBUITENSTAD Van 27/02 tot 07/06 De Singel www.desingel.be/fr Deze tentoonstelling onderstreept aan de hand van studies en ontwerpen het potentieel van de stadsbuitenwijken en hoe de ruimtelijke diversiteit van de groene ruimtes en de woonwijken nog beter kan worden ontwikkeld. Er wordt ingezoomd op stadsranden, oude domeinen, tuinwijken, winkelcentra en industrieterreinen in Europa en elders. De leidraad is een zoektocht naar een nieuwe identiteit voor de buitenwijk, gezellig en stedelijk.
In april 2015 openen vijf musea hun deuren in Mons, gevestigd in een nieuw of herbestemd gebouw. Op een rijtje: de artotheek, plek voor de bewaring van het gemeentelijke erfgoed van de stad in de kapel van het Ursulinenklooster; het Musée du Doudou, verbonden met het lokale feest van La Ducasse, in 2005 erkend als werelderfgoed door de Unesco; het Mons Memorial Museum, een nieuwe museale ruimte die een plek van uitwisseling tussen de generaties wil zijn rond de twee wereldoorlogen, het 17de-eeuwse belfort dat in 2015 een apart interpretatiecentrum over zijn geschiedenis krijgt; en Silex’S – Spiennes, interpretatiecentrum van de neolithische mijnbouw in Spiennes.
FUTUR ARCHAÏQUE Tot 19/04 CID Grand-Hornu www.cid-grand-hornu.be De tentoonstelling Futur Archaïque brengt met design als medium de actuele link in beeld tussen de nabije of verre toekomst en het archaïsche verleden, in de zin van een terugkeer naar de fundamenten. Ook de manier waarop architecten, designers en kunstenaars zich deze begrippen opnieuw toe-eigenen wordt getoond, via objecten die verhelderend zijn voor onze door de moderniteit door elkaar geschudde wortels. Zoals de zak gemaakt van koeienpens van het designerduo Formafantasma of de stoelen met hun holle vormen van Atelier Van Lieshout.
ARCHITECT@WORK Kortrijk Xpo 23 en 24/04 In Kortrijk; 28 en 29/05 in Luik www.architectatwork.be Dit salon wil de rechtstreekse contacten bevorderen tussen de exposerende bedrijven – Belgische fabrikanten, importeurs en distributeurs uit de bouwsector – en de bezoekers door een vrije circulatie in de tentoonstellingsruimtes en individuele gesprekken in rustige lounges. Een ideale gelegenheid om zich te informeren over de laatste nieuwigheden.
Elders... ➔ Tentoonstellingen TRÉSORS D’ARCHITECTURE : DE L’ART NOUVEAU À L’EXPO 58 Van 28/01 tot 19/04 CIVA, Archives d'Architecture Moderne www.civa.be Deze didactische tentoonstelling presenteert zeldzame tot niet eerder getoonde stukken uit deze periode (plannen van Horta, ontwerpen van van de Velde, een indrukwekkende reeks watertorens, …). Dat gebeurt via grote thema's zoals "de overgang van de burgerwoning naar het appartementsgebouw", "de stad van de toekomst: utopie en realiteit", "grote infrastructuren: bioscopen, warenhuizen, sportstadions, ziekenhuizen, garages …". Ter gelegenheid van het 50ste sterfjaar van Le Corbusier worden ook de standaardkeuken van Charlotte Perriand voor La Cité radieuse (1945) in Marseille getoond en de Cubex-keuken (1930) van Louis-Herman De Koninck.
Architecture of independance. African Modernism
Van 20/02 tot 31/05, Vitra Design Museum, Weil am Rhein (Bâle), www.design-museum.de
Il design italiano oltre le crisi. Autarchia, austerità, autoproduzione, Triennale di Milano, Tot 22/02, Milaan www.triennale.it
The Factory Set. Ron van der Ende Tot 01/03, Kunsthal Rotterdam, www.kunsthal.nl
Ars Architectonica. Caroline Challan Belval Tot 09/03/2015, Cité Chaillot, Parijs, www.citechaillot.fr
Viollet-le-Duc, les visions d'un architecte Tot 09/03, Cité Chaillot, Parijs, www.citechaillot.fr
Russian avant-garde theatre: war, revolution and design 1913-1933
LEZINGENCYCLUS ARCHITECTURE & CULTURE/ BEARTH & DEPLAZES ARCHITECTS (CH): THE BATTELFIELD OF ARCHITECTURE - STRATEGIES FOR RESISTANCE
Tot 15/03, V&A Museum, Londen www.vam.ac.uk
Franck Gehry
Fondation Louis Vuitton, tot 16/03/2015, www.fondationlouisvuitton.fr
Une histoire. Art, architecture et design des années 1980 à nos jours
Op 23/02 Théâtre de Liège www.emulation-liege.be
Tot 16/03, Centre Pompidou, Parijs, www.centrepompidou.fr
Deze zevende editie van de lezingencyclus Architecture & Culture georganiseerd door de Faculteit Architectuur van de Universiteit van Luik en de Société libre d’Émulation de Liège verwelkomt Andrea Deplazes van Bearth & Deplazes Architects (CH). Dit in 1988 opgerichte bureau is toonaangevend voor de hedendaagse architectuur in Zwitserland dankzij een onafhankelijk oeuvre in de domeinen typologische studies en bouwpraktijken in het kanton Graubünden.
New Territories Tot 06/04/2015,
Museum of Arts and Design,New York, www.newterritorieslab.org
Nederland bouwt in baksteen
Tot 06/04, Het Nieuwe Instituut, Rotterdam www.hetnieuweinstituut.nl
Diseño para la vida
Tot 16/05, Musée du design de Barcelone, www.museudeldisseny.cat
System Design. Über 100 Jahre Chaos im Alltag BOIS & HABITAT Van 20 tot 23/03 Namur Expo www.bois-habitat.be/ De 16de editie van Bois & Habitat staat in het teken van "hout en materialen". Zowel in design als in architectuur laat hout zich harmonisch combineren met tal van materialen. Klassieke combinaties zoals hout en steen, hout en beton, hout en metaal, maar ook meer experimentele zoals hout en textiel (vilt of wol) of hout en stro. Dat alles wordt gepresenteerd aan de hand van houtconstructies die weinig conventionele, maar esthetische en efficiënte oplossingen bieden.
Tot 07/06, Musée des arts appliqués de Cologne, www.museenkoeln.de
From the World to the Museum
Product Design, Cultural Heritage, Designmuseum van Barcelona, de tentoonstelling gaat van start samen met de opening van het nieuwe museum in december en loopt gedurende 5 jaar, www.museudeldisseny.cat
➔ Evenementen Loos´s interiors
Rondleidingen ter gelegenheid van Pilsen 2015, www.pilsen.eu
43
44 PRIKKEL
Lezen Een terugkeer naar de grondslagen van de hedendaagse architectuur, een nieuwe kijk op de verhouding menswonen, de herwaardering van baksteen als materiaal, de aanleg van groenmuren. En andere vernieuwende inzichten rond bouwen en architectuur. TEKST & SAMENSTELLING: CATHERINE CALLICO
REPROGRAMMES ET MANIFESTES DE L'ARCHITECTURE DU XXÈME SIÈCLE Ulrich Conrads La villette Editions, 27€ Een selectie van 70 theoretische teksten over nieuwe schoonheidsidealen of architecturale stromingen. Manifesten van Henry van de Velde, Adolf Loos, Bruno Taut of Walter Gropius, geschriften van architecten als Louis I. Kahn en groepen of bewegingen uit de tweede helft van de 20ste eeuw. Deze bloemlezing, die voor het eerst in het Frans verschijnt, bevat een aantal essentiële teksten over kunst en architectuur van 1903 tot 1963, en over de grondslagen van de hedendaagse architectuur.
TEMPORARY ARCHITECTURE Lisa Baker Braun publishing, 44,90€ Tijdelijke gebouwen die voor een bepaalde duur een ruimte bezetten, dienen als in de tijd beperkte oplossingen in diverse contexten: woning, crèche, pop-up, cultureel evenement, paviljoen, enz. Dit type architectuur heeft vaak een experimenteel karakter, zowel naar de vorm als naar de functies en het potentieel van de gebouwen. Dit boek presenteert hedendaagse projecten die voor het merendeel de grenzen van architectuur, design en kunst overschrijden in een grote creatieve vrijheid.
HOT TO COLD. AN ODYSSEY OF ARCHITECTURAL ADAPTATION BIG – Bjarke Ingels Group Taschen, in het Engels, 29,99€ Dit boek gaat over aangepaste architectuur in moeilijke klimatologische omstandigheden aan de hand van 60 case study's, van de Arabische woestijn tot de Finse toendra. Hoe harder het klimaat, hoe groter uiteraard zijn invloed op de architectuur. In een pragmatische utopie bestaat de voornaamste uitdaging volgens dit architectencollectief in de regulering van deze klimaatextremen en het vinden van oplossingen die zowel economisch haalbaar zijn als rendabel vanuit milieuoogpunt. Het is een manier om vorm te geven aan het soort wereld waarin we willen wonen.
LE BIM. LA MAISON INDIVIDUELLE ET LE LOGEMENT COLLECTIF EN ZONE URBAINE ET PÉRIURBAINE AVEC LA MAQUETTE NUMÉRIQUE. Fabrice d'Orso Editions PC, 35€ BIM (Building Information Modeling) is een methode voor de modellering van gebouwengegevens. Zullen architecten dankzij deze methode meer, sneller, goedkoper en groener kunnen bouwen? BIM is meer dan louter een technische evolutie, maar bevordert samenwerkingspraktijken en een globale aanpak, van het ontwerp tot het beheer van gebouwen. De auteur onderzoekt het potentieel van dit digitale schaalmodel voor het bouwen van morgen en richt zich tot de verschillende spelers van de bouwsector: aannemers van eengezinswoningen, bouwpromotoren en verkavelaars.
REPENSER L'HABITAT, DONNER DU SENS AU LOGEMENT Roderick Lawrence, Gilles Barbey Infolio, Coll. Archigraphy, 32€ Architecten en stedenbouwkundigen kijken vandaag met nieuwe ogen naar de complexe verhouding tussen mensen en hun woning. De tien bijdragen in deze bundel onderzoeken de relaties tussen het individu en zijn omgeving in een interdisciplinaire benadering. Tegelijk verdedigen ze innoverende en essentiële programma's in naam van een betere levenskwaliteit.
MURS VÉGÉTALISÉS, CONCEPTION, MISE EN ŒUVRE, ENTRETIEN Claude Guinaudeau Cstb, Coll. Guides Pratiques, 22€ Deze gids presenteert de verschillende procedés voor de aanleg van groene buitenmuren met dragers voor inerte of vruchtbare culturen. Alle uitvoeringsfases komen aan bod: componenten (dragers, begroeiingsdikte, substraat, plantenmix, installatie van het irrigatie- en bemestingssysteem), soorten muurbevestiging, haalbaarheidsvoorwaarden (reglementering, toegankelijkheid, kosten), budgettaire aspecten, onderhoud, enz.
En ook... Patrick Berger, Animal ? (manifeste pour une architecture organique), Les Presses du Réel www.lespressesdureel.com, 30€
Frédérique de Gravelaine, L’ Atelier des Batignolles. Une nouvelle fabrique de la ville, Editions Alternatives www.editionsalternatives.com, 24€
BRICK William Hall Phaidon Press Limited, in het Engels, 39,95€ Een eerbetoon aan de baksteen, een van de meest veelzijdige en populairste bouwmaterialen ter wereld, aan de hand van 180 baksteenconstructies van 3000 v.Chr. tot nu. Antieke overblijfselen van de Sialk-ziggurat in Iran, de elektriciteitscentrales van Battersea en Bankside in Londen, inheemse structuren zoals de conische graansilo's uit Centraal-Mexico, de Bagan Temples in Myanmar en de Grote Muur in China die onder meer de sculpturale kwaliteiten van baksteen onderstrepen. Maar ook projecten van Alvar Aalto, Antoni Gaudí, Eero Saarinen, Frank Lloyd Wright, Frank Gehry, Jørn Utzon, Louis Kahn en Ludwig Mies van der Rohe. Voorbeelden uit Europa, Noord-Amerika en landen als Afghanistan, Oezbekistan, Iran, lrak, Mali, Uruguay, Jemen, Bangladesh, Myanmar, China, India, Korea en Sri Lanka.
Kenneth Frampton, Genealogy of Modern Architecture, Lars Müller Publishers www.lars-mueller-publishers.com, 36€
Campo Baeza. Complete Works, Thames & Hudson Publishers www.thamesandhudson.com, 64€
Stephanie von Pfuel, Living in Style Munich, textes en français, anglais et allemand, teNeues www.teneues.com, 49,90€
Carson Chan, Hal Foster, Brett Steele, Sarah Whiting, Barkow Leibinger | Spielraum, Hatje Kantz www.hatjecantz.de, 58€
Chris Van Uffelen, Pedestrian zones, Car free urban spaces, Braun Fr www.braun-publishing.ch, 49,90€
45
46 46TETIERE TRAVEL
Reykjavik
Veelheid aan architecturen
Reykjavik wordt wel eens een uitgespreide stad genoemd omdat ze zich tussen twee havens uitstrekt.Daar heeft ze ook gedeeltelijk haar charme aan te danken.De IJslandsehoofdstad ligt ten zuiden van de Noordpoolcirkel en telt een groot aantal attracties en gedurfde bouwwerken. TEKST: CATHERINE CALLICO
V
ooral de havenzone ten westen van de stad kent sinds een tiental jaren een diepgaande heropleving in een poging om deze zone meer bij het stadscentrum aan te sluiten. In heel wat havenloodsen zijn vandaag de studio's van architecten, designers, grafische ontwerpers en audiovisuele productiehuizen ondergebracht. Het paradepaardje van de laatste jaren is natuurlijk het nationaal concert- en conferentiecentrum Harpa, dat in 2013 de Mies van der Rohe prijs binnenhaalde. Dit sculpturaal bouwwerk tussen land en zee werd getekend door de bureaus Henning Larsen Architects et Batteríið Architects, in samenwerking met Studio Olafur Eliasson. De gevel lijkt op een stalen bijenraat met glasplaten van verschillende kleuren, die veranderen met de activiteiten van de stad en de haven. Het multifunctionele interieur van het gebouw omvat vier concertzalen, een café en een boetiek. Vlakbij is in een oud havengebouw van de jaren 1930 een deel van het Reykjavik Art Museum ondergebracht, het grootste museum voor visuele kunst van IJsland dat in 2000 werd geopend. Het project werd toevertrouwd aan het IJslands bureau Studio Granda, dat de benedenverdieping en de eerste verdieping heeft omgevormd tot een onthaalruimte-boekenwinkel met tentoonstellingsruimten. Op een oppervlakte van meer dan 3000 m² presenteert het museum een twintigtal exposities per jaar uit zijn eigen collecties (met werken van toonaangevende IJslandse kunstenaars, zoals Erró, Kjarval of Ásmundur Sveinsson) of internationale collecties en conceptuele inrichtingen. Studio Granda tekende nog meerdere andere projecten van de stad, zoals The City Hall, samengesteld uit twee gebouwen overkapt met een gebogen aluminium dak. Een van de ingangen is toegankelijk via een voetgangersbrug over het water. Naast het administratieve gedeelte zijn op de benedenverdieping ook een expositieruimte en een cafetaria gehuisvest. Nabij de haven is Fish & Chips een ideale tussenstop op weg naar het westen van de stad en andere emblematische gebouwen. Dit organisch restaurant met zijn uitgepuurde design straalt dezelfde natuurlijkheid en inventiviteit uit als zijn keuken. Men kan er zelf zijn bord samenstellen met keuze uit meerdere soorten vis, salades en sausjes, vergezeld van in wat olijfolie gebakken chips.
(A)typische architectuur Een van de meest intrigerende gebouwen van de streek van Reykjavik is het Höfði-huis, in traditionele Noorse stijl, uit 1909. Dit huis, dat losstaat van het stadslandschap langs de zee, is niet voor het publiek toegankelijk, maar kan van buitenaf worden bewonderd. Het bezit niet alleen esthetische kwaliteiten, maar dankt zijn aura ook aan de historische topontmoeting tussen de presidenten Ronald Reagan en Michail Gorbatsjov in 1986, waar het einde van de koude oorlog werd bezegeld. Ook tal van andere prominenten, zoals Winston Churchill en Marlene Dietrich, hebben er verbleven. Tot de andere bezienswaardigheden van het centrum van Reykjavik behoren ook twee lutherse kerken. De kerk Hallgrímskirkja in wit beton met haar mythische, spits uitlopende silhouet domineert de horizon van het stadscentrum. De kerk met haar fraaie gevel valt op door haar uiterst sober interieur en een groot orgel met 5275 pijpen.De omvang en het radicale ontwerp van het bouwwerk, dat in 1945 werd aangevat en pas in 1986 werd voltooid, waren lange tijd een twistpunt binnen de Kerk. De architect, Guðjón Samuelsson (1887-1950), heeft zelf nooit het afgewerkte project kunnen zien. De zuilen aan weerszijden van de toren vertegenwoordigen het vulkanisch basalt en doen denken aan de wens van Samuelsson om een inheemse architectuurstijl te creëren, die op de natuur geïnspireerd is en aan het IJslands klimaat is aangepast. Samuelsson ontwierp ook de nationale
schouwburg van de stad en de Universiteit van IJsland. Voor de kerk staat een standbeeld van de trots in de verte turende Viking Leifur Eiriksson, de eerste Europeaan die Amerika ontdekte, getekend door Alexander Stirling Calder.Een lift brengt de bezoeker naar de top van de 74,5 meter hoge toren, van waaruit hij een schitterend panorama van de stad kan bewonderen. De even opmerkelijke kerk Neskirkja van Agust Palsson, in zuivere modernistische stijl, werd in 1957 voltooid. Ook dit gebouw, dat destijds als avantgardistisch werd beschouwd, breekt met de kerkelijke voorschriften. Een plat dak stijgt trapsgewijs van de hoofdingang naar het koor en op het hoogste punt staat een kruis in de plaats van een klokkentoren. Het asymmetrisch interieur is speciaal voorzien om zones met goede akoestiek te creëren.
De stempel van Alvar Aalto Een andere modernistische parel werd drie jaar later ingehuldigd: het Nordic House, van de hand van Alvar Aalto, die ook het meubilair bedacht. Dit huis staat in het teken van de uitwisselingen tussen IJsland
en de overige Scandinavische landen. Het Nordic House versmelt in de omringende natuur, weerspiegeld in de tegenoverliggende vijver, en ademt een en al soberheid in lijnen en krommen, kleuren en materialen. De onderste helft is opgetrokken in witte baksteen. Het bovenste deel is bekleed met grijsgrauwe keramische tegels en volgt de glooiing van de berg Esja. In 2008 werd een zomerpaviljoen toegevoegd.In deze IJslandse cultuurtrekpleister vinden onder meer het internationaal filmfestival van Reykjavík en de Biënnale van de Scandinavische mode plaats. Het centrum huisvest voorts een bibliotheek, een designboetiek met Scandinavische eetwaren en een gastronomisch restaurant. Kortom, een plek waar je al je zintuigen kan laten genieten.
www.visitreykjavik.is Fish & Chips : www.fishandchips.is Nordic House: www.norraenahusid.is
47
48 ZOOM Herinrichtingsplan voor de Nieuwstraat / BUUR
Brussel: een centrum in volle verandering Op 5 november 2014 nam ik mijn intrek in de oude winkelruimte van Damart in het Muntcentrum om er het tienjarig bestaan van mijn people website misteremma.com te vieren. Twee maanden van feesten, ontmoetingen, artistieke en culturele happenings die afliepen op 4 januari jl. TEKST: MISTER EMMA
Renovatieproject The Mint / DDS & Partners
D
oor mij op deze centrale plek in Brussel te installeren, kreeg ik belangstelling voor het gebouw en zijn toekomst. Hoe kon het ook anders? Het Muntcentrum staat centraal in een groot aantal architecturale en stedenbouwkundige projecten: de renovatie van het Muntplein, de Nieuwstraat en de grote boulevards. Het Muntcentrum staat ook voor een grootscheepse renovatie die de komende maanden zal worden uitgevoerd door het bureau DDS & Partners voor rekening van vastgoedontwikkelaar AG Real Estate. In 2017 zal een nieuw winkelcentrum, The Mint, er zijn deuren openen. De toren zelf is niet betrokken in de renovatiewerken. Alleen de sokkel zal een facelift ondergaan. Het gebouw is in handen van 4 verschillende eigenaars: de kelderverdiepingen behoren toe aan Interparking, de winkelruimtes op de benedenverdieping zijn van AG Real Estate en de kruisvormige toren
Muntplein
is verticaal opgesplitst tussen BPost en de stad Brussel. De uitdaging voor DDS & Partners was om een nieuw imago en een nieuwe identiteit voor te stellen. Om dat te bereiken stelt het bureau voor om de binnengalerij te sluiten en de winkels naar buiten te openen zodat opnieuw een dialoog ontstaat met het Muntplein en de Anspachlaan. Dominique Delbrouck legt uit dat de gebruikte architecturale grammatica een antwoord biedt op de omvang van de toren en de zwaarte en logheid van de huidige sokkel wegneemt. Het architectenbureau stelt met andere woorden niet meer of niet minder voor dan komaf te maken met de overbelaste indruk die de huidige sokkel oproept. Het geheel krijgt dus een nieuwe en eigentijdse aanblik. Het mag de voetgangers ook niet opvallen dat de toren (nog) niet gerenoveerd en gemoderniseerd is. Niettemin belooft Dominique Delbrouck dat een grondige renovatie van de bovenste verdiepingen mogelijk is zonder de commerciële activiteiten van het nieuwe centrum The Mint te verstoren.
Muntplein
zeer minerale inrichting, zodat er diverse activiteiten kunnen worden georganiseerd, zoals de plaatsing van de Winterpret ijsschaatsbaan. Niettemin werden waar mogelijk nog bomen in de volle grond geplant. Ze zijn nu nog klein, maar over 5 à 10 jaar zullen ze er hetzelfde uitzien als de bomen van de Nieuwe Graanmarkt. Nog even geduld dus! De tijd moet nog zijn werk doen. Qua stadsinrichting is het plein opgesmukt met vele banken in wit beton
Plattegrond– stadsinrichting / BUUR
Zoals ik in het begin reeds zei, zijn er tal van renovaties en andere stedenbouwkundige transformaties aan de gang rondom de toren, te beginnen met het Muntplein. Dit plein werd grondig gerenoveerd door MS-A in samenwerking met het bureau Technoum. Maar er vinden ook vele andere transformaties plaats, zoals het project in het MuntPunt van het bureau B-Architecten, of nog het huizenblok van het Princess Résidence, dat zich uitstrekt tot aan de Wolvengrachtstraat, waar Synergy International aan het werk is. Ik herinner me nog mijn Facebookpost over het profiel van Archi Urbain, waarin ik de mening van de websurfers vroeg over de herinrichting van het Muntplein. De meeste reacties gingen over het ontbreken van groen. «Te veel grijs en te weinig groen!», luidde het. Ik polste daarover de opinie van stadsplanner Benoît Moritz tijdens een ontmoeting. In 2005-2006 gaf Henri Simons, toenmalig schepen van Stedenbouw van de stad Brussel, de opdracht om het Muntplein grondig te herdenken. De toverformule was de plantenbakken te verwijderen en de leesbaarheid van het plein te vereenvoudigen. Er werd gekozen voor een
49
50 ZOOM
Perspectief INNO / Toegang tot het dakterras – Nieuwstraat / BUUR
die het kleurenpalet van de Muntschouwburg overnemen en is er eindelijk een monumentaal element: een bank in zwarte steen op de plaats waar de voetgangers in de zon kunnen uitrusten. Ik herinner me ook de opname van een uitzending van Archi Urbain met de dochter van kunstenaar Jacques Moeschal. Deze laatste was op het idee gekomen van de vierkante fontein die zich in het midden van het plein bevond, recht tegenover de Koninklijke Opera. Deze fontein is nu verdwenen, hoewel Benoît Moritz mij had verzekerd dat ze was voorzien in de eerste plannen van de herinrichting... Het lijkt erop dat het stadsbestuur bij de verandering van meerderheid is vergeten om dit werk te behouden; wie weet waar het is terechtgekomen... Toen MS-A de renovatiewerken van het plein startte, begon het bureau Synergy International met zijn denkwerk over de renovatie/bouw van het Princess Résidence. Na overleg tussen beide bureaus werd voor een eenvoudige en sobere aanpak gekozen om het gebouw met het plein te laten versmelten. Men opteerde voor het gebruik van een gevelsteen die een zekere continuïteit verleent en het geheel werd in koperkleuren herwerkt omdat er zeer fraaie koperen accenten in de vloer van het plein zijn verwerkt.
De Nieuwstraat en de grote boulevards Het stadscentrum is volop in ontwikkeling, maar dat is al vanaf de 19de eeuw doorlopend het geval, zou Geoffroy Coomans de Brachène, de huidige schepen van Stedenbouw van de stad Brussel, zeggen. «Er is vandaag een wil om de zaken te doen evolueren, een echte politieke wil, met de nodige budgetten en de steun van een groot aantal schepenen, die in hun vele bevoegdheden werk willen maken van de problematiek van de boulevards van het centrum. Hopelijk wordt dit een echte uitdaging voor de stad voor de komende jaren. Het is belangrijk dat de Brusselaars zich hun omgeving opnieuw toe-eigenen. De transformatie is eind 2012 begonnen met de nieuwe gewestelijke meerderheid, met een vrij strikte agenda om een daadwerkelijke verandering van de binnenstad tegen 2018 mogelijk te maken.» Ook al werd unaniem beslist om de boulevards autovrij te maken, toch doet de meerderheid vandaag haar uiterste best om haar doelstelling te kunnen behouden: «Deze transformatie voor de volgende verkiezingen voorstellen. Dat wordt zeker niet eenvoudig. «Alles zal misschien niet vanaf het begin perfect zijn,» merkt de schepen op, «maar wij geven onszelf in ieder geval de middelen om te proberen, om het project te voltooien, en daarna eventueel bij te sturen wanneer we aan het einde vaststellen dat we de mist ingaan».
Jens Aerts van het bureau BUUR heeft van zijn kant helemaal niet de indruk dat hij de mist ingaat met zijn project voor de herinrichting van de openbare ruimte van de Nieuwstraat, waarin eindelijk ook aandacht is voor de kleine zijstraatjes. Voor de architect is de wijk volop aan het veranderen en moeten ruimten zoals het dak van de INNO, dat een openbare functie kan krijgen, worden herdacht. Er bestaan ambitieuze plannen om er het mooiste terras van Brussel van te maken! Het bureau BUUR beperkt zich niet tot het herdenken van de ruimte, maar werkt ook aan de verdiepingen boven de winkels. Ook hier spreekt Geoffroy Coomans de Brachène van fine-tuning, vernieuwingen die geval per geval zullen worden aangepakt. De verandering en modernisering van de Brusselse binnenstad is dus duidelijk nog lang niet klaar. Indien u meer informatie wenst over deze verschillende projecten, nodig ik u uit om de uitzendingen van Archi Urbain over deze thema’s (opnieuw) te bekijken op de website www.archiurbain.be.
Slechts 5 mm dik
DE SUBTIELE KUNST VAN DE PERFECTIE ME T EEN DIK TE VA N MINDER DA N 5 MM EN EEN V ERFIJNDE EN E XCLUSIE V E SELECTIE VA N A F W ERK INGEN EN M ATERI A LEN BEHOORT LI V INGLIGHT A IR TOT DE TOP VA N HE T DE SIGN EN VA N DE E S THE TISCHE LI V INGLIGHT-INNOVATIE.
ONTDEK AL ONZE OPLOSSINGEN
CONCEPT STORE
S t e e n ko o l k a a i 10 B -10 0 0 B r u s s e l T. + 3 2 ( 0 ) 2 .719. 5 4 . 81
w w w.bticino.be w w w.concept s tore.be
architect meets innovations
TOTAALEVENEMENT MET FOCUS OP PRODUCTINNOVATIES VOOR A R CH ITEC TEN , INTERIEURARCHITECTEN EN VOORSCHRIJVERS
ARCHITECT @WORK BELGIUM
Kortrijk Xpo 23 - 24 april 2015 7° editie - 10:00-20:00
Liège Expo 28 - 29 mei 2015
4° editie - 13:00-20:00 THEMA: ARCHITECTUUR & WATER < SEMINARS - BVA: 23 april - 10:30 - NAV / AiNB: 24 april - 10:30 - Rudy Ricciotti: 28 mei - 16:00 < EXHIBIT < IMAGES by DAPh < EXPO PHOTO RE•ARCHITECTURE, re•cycler, ré•utiliser, ré•investir, re•construire by le Pavillon de l’Arsenal (Paris)
Organisatie
T +32 (0)56 24 11 11 belgium@architectatwork.eu
@ATW_INTL #ATWBE WWW.ARCHITECTATWORK.BE
BELGIUM
ARCHITECT @WORK
THE NETHERLANDS
ARCHITECT @WORK
ARCHITECT @WORK
ARCHITECT @WORK
ARCHITECT @WORK
ARCHITECT @WORK
GERMANY
AUSTRIA
LUXEMBOURG
SWITZERLAND
Mediapartner
In samenwerking met
ARCHITECT @WORK
ARCHITECT @WORK
ARCHITECT @WORK
ARCHITECT @WORK
FRANCE
ITALY
UNITED KINGDOM
DENMARK