1
2
3
La Plaza – Een drieluik – work in progress
“Ik wilde het moment van het besef uitdrukken in mijn tekening” Daniela Ignacia Satander
4
Work In Progress een uitnodiging tot kijken, lezen, creĂŤren, uitwisselen en opnieuw creĂŤren.
5
In opdracht van deSingel verzorgt De Veerman elk seizoen vier participatieve projecten die telkens een voorstelling (dans, muziek, theater) of tentoonstelling (architectuur) als uitgangspunt neemt. Elk project kent zijn eigen methodiek die zich laat inspireren door de inhoud en thema van de voorstellingen. Elke keer nodigen we een andere groep deelnemers uit (jongeren, ouderen, van diverse leeftijden en achtergronden), want hoe diverser de groep, hoe sterker het proces. Ditmaal werkten we rond de voorstelling La Plaza van El Conde de Torrefiel, een gezelschap wiens werk zich situeert op het snijvlak van theater, choreografie, performance en beeldende kunst. La Plaza (https://desingel.be/nl/programma/theater/el-conde-de-torrefiel-la-plaza) speelt zich af in het hoofd van een toeschouwer die na een 365 dagendurende voorstelling de theaterzaal verlaat. We volgen deze toeschouwer op zijn mentale reis: van een fictieve ruimte (de theaterscène) naar de publieke ruimte (de stad) en tenslotte naar de private ruimte (thuis). De relaties tussen dit alles wordt in La Plaza meesterlijk in beeld gebracht. Het Zwitsers-Spaanse duo Tanya Beyeler en Pablo Gisbert, die de drijvende kracht vormt achter El Conde de Torrefiel, beschrijft La Plaza als een project dat niet is afgelopen. Het is geen afgewerkte voorstelling, maar eerder een denkpiste, een redenering die via improvisaties, beeld en beweging wordt neergezet. La Plaza is een afspiegeling van de steeds veranderende mens en samenleving. Met het participatieproject “La Plaza – een drieluik –“ wilden deSingel en de Veerman de dynamische vorm en creatiemethode van El Conde De Torrefiel verder verkennen en verdiepen. Hiervoor nodigde De Veerman een kleine groep geïnteresseerden uit die voor het eerst samenkwamen alvorens naar de voorstelling te gaan. Deze eerste bijeenkomst fungeerde als kennismakingsmoment: met elkaar, met het project en met onze methodiek.
6
We nodigden de deelnemers uit om na de voorstelling het denk- en creatieproces van El Conde de Torrefiel verder te zetten. Dat kon op allerlei manieren: met een foto, een tekening, een tekst, een gedicht, een collage, een schilderij … Tijdens onze tweede en derde samenkomsten werden deze creaties aan elkaar getoond. Ze lazen, keken en wisselden gedachten uit over elkaars werk. Ook de voorstelling kwam uitvoerig aan bod: wie had zich laten inspireren door welk onderdeel en waarom? Op het einde van elke samenkomst werden de deelnemers uitgenodigd om tijdens de twee daaropvolgende weken nieuwe werken te maken, geïnspireerd op de werken van de andere deelnemers en de gevoerde gesprekken. Gedurende deze uitwisselingsmomenten gingen we dieper in op verschillende aspecten: hoe de voorstelling een invloed had op de werken, maar ook de publieke ruimte, de stad, de kunstwerken van de andere deelnemers, de eigen gedachtenspinsels … De diversiteit in de creaties was uiterst rijk en waardevol. Naarmate de samenkomsten en uitwisselingen vorderden, kwamen er zeer specifieke thema’s uit de werken bovendrijven: tijd, publieke ruimte, dood, bevreemding, seksualiteit, de actieve rol van het individu, de passieve rol van de toeschouwer. Tot een vierde uitwisseling is het jammer genoeg niet kunnen komen vanwege de lockdown, waardoor we het project niet hebben kunnen afronden zoals we het voor ogen hadden. In deze publicatie kan u de werken bekijken: het resultaat van een intens en experimenteel creatieproces, getriggerd door de mentale reis van El Conde de Torrefiel, de anderen en zichzelf. Met dank aan Eva Lacres, Daniela Ignacia Satander, Christine Van den Branden, Griet Cleys, Yvonne Knevels, Sabine De Schutter voor hun deelname aan dit project en aan Carlos Dekeyrel voor het helpen waarmaken van deze uitgave. Kijk, lees, denk en … laat u triggeren.
7
Eva Lacres, The past: A scream to help us or connect us with the future. We want to go further, work in progress 2020, 40x40 cm, transfergel, papier op canvas, foto
8
Eva Lacres, Let’s find peace in the usual things like love, nature, accepting each other, work in progress, 2020, 60x60 cm, transfergel, papier op canvas, foto
9
Eva Lacres, The Future: With healing and spirituality we can save the world, work in progress, 2020, waterverf op canvas, foto
10
Rone Fillet, Vriendschap, 2020, grafiet op craftpapier
Daniela Ignacia S
atander, Iphone, 2020, digitale tekening
11
Er zijn miljoenen momenten geweest in de geschiedenis waarop het opschrijven van deze gedachte onmogelijk zou zijn geweest. Omdat ik niet bestond. Omdat mijn taal niet bestond. Omdat papier niet bestond. Omdat deze stad niet bestond. Dit huis niet bestond. Omdat de gedachte zelf niet bestond. Omdat niemand bestond.
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, foto
Sabine De Schutter, zonder titel, 2020
12
Rone Fillet, spot, 2020, grafiet op craftpapier
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, olieverf op canvas leaf oil painting paper
13
Het woord school is afkomstig van het Griekse scholè wat vrije tijd betekent. Ik hoor mijn moeder in gedachten een betoog beginnen. Zonder enige hapering kan ik haar zinnen afmaken. Scholè verwijst naar de concrete tijd en ruimte buiten de productieve orde van economie en politiek. Vrije tijd als vrij van of losgemaakt van de productieve tijd en ruimte, maar ook in de betekenis van vrij voor en dus in de gelegenheid om te studeren en te oefenen en meer bepaald ‘aan de eigen vorm’ of het ‘eigen in-vorm-zijn’ te werken. De stem van mijn moeder raast verder in mijn hoofd terwijl de aula zich vult met mensen. Ik groet mensen van nu, mensen van vroeger, onbekenden ook. In hun handdruk en gezichtsuitdrukking lees ik hun temperament. Ik bouw een muur rond mijn verdriet. Mijn blik dwaalt over de menigte. Wie was zij voor hen? Wie was zij voor mij? Wie was ik voor haar? Vragen botsen tegen elkaar op. Vragen waarop ik het antwoord niet weet. Vragen die tot vorige week onbelangrijk leken. Ik krijg het benauwd. Terwijl de stoet van mensen aan mij voorbijgaat hoor ik mijn moeder vol vuur verder praten. De school schakelt tijdelijk de gewone tijd uit. Ze heft het verleden en de toekomst tijdelijk op en daarmee vormt ze een bres die de lineaire tijd doorbreekt. De lineaire tijd is de tijd van oorzaken en gevolgen: ‘je bent dit, dus moet je dat’, ‘je kan dit, dus je hoort daar’, ‘dit is later levensnoodzakelijk, dus dit is de juiste keuze en dat de geschikte leerstof ’. Door het doorbreken van de lineaire tijd trekt de school jonge mensen in de tegenwoordige tijd waardoor ze hen bevrijdt van de mogelijke last van hun verleden en de mogelijke druk van een uitgestippelde, bestemde toekomst. Mijn moeder sprak zelden in volzinnen, behalve als het over de school ging en vooral over de plaats van de school in de samenleving, dan was ze niet te stuiten. Iets in haar houding dwong tot luisteren, tot aandacht. Haar handen beklemtoonden, onderstreepten haar betoog. Handen die na 93 jaar vol leven nu bewegingloos zijn. Een ogenblik word ik mijn rechterhand in de hand van de vrouw tegenover mij. Mijn hand voelt ongewoon klam. In mijn hoofd loopt de tijd vooruit en achteruit, raakt de tijd in de knoop. Terwijl het uur van haar afscheid daagt, lijkt de tijd te stollen. Ik ben voor eeuwig kind, voor altijd ouder. Terwijl het strijkersensemble Vivaldi’s aria ‘Sovente, il sole’ inzet en ik achter de kist de aula inloop, klopt in mijn bloed de vraag: hoe leef je zonder moeder? Welk deel van jezelf begraaf je met je moeder mee? Welk deel van je moeder neem je in je leven mee? Een koude rilling loopt van onderaan mijn rug langs mijn ruggengraat omhoog. Mijn bovenlichaam schokt. Ik heb het koud, ijskoud. Haar kist wordt vooraan in het midden neergezet. Voor de laatste keer ga ik naast haar zitten. Onwezenlijk. De klok tikt voor altijd anders. In elke seconde klinkt de echo van het verleden. Geen nu meer, noch een later. Voor altijd op de tocht.
Griet Cleys, zonder titel, 2020
14
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, olieverf op canvas leaf oil painting paper
15
Rone Fillet & Eva Lacres, co-creatie tijd, 2020, waterverf en acryl op craftpapier
16
Daniela Ignacia Satander, tijd, 2020, digitale tekening
17
Griet Cleys, Yvonne Knevels & Christine Van den Branden, time shifts, 2020, waterverf, textiel en laminaat op karton
18
Rone Fillet, la place BXL, 2020, grafiet op craftpapier
Sabine De Schutter, zonder titel, 2020, krijt op karton
19
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, foto
20
Yvonne Knevels, transgression square, 2020, afdruk op papier
21
Yvonne Knevels, Urban square, 2020, afdruk op papier
22
Sabine De Schutter, zonder titel, 2020, foto
23
‘Mensen zijn misschien werkelijk wat we eerst van hen dachten en als ze tenslotte tegenvallen is dat de fout van onze afgevlakte zintuigen. De teleurstelling is te wijten aan een gebrek van onze gevoeligheid, die de kracht miste zich te handhaven met de scherpte van het begin.’ (dagboekfragment van W.H. Auden) Bloemen... Je ziet overal bloemen in helle, schreeuwerige kleuren. Zover het oog reikt, zijn er bloemen. Bloemen die niet kunnen ademhalen zo dicht zitten ze op elkaar gepakt. Je denkt: misschien hebben ze daarom zo’n schreeuwerige kleuren. Door hun kleuren schreeuwen ze om aandacht. Ze hopen dat iemand hen zal opmerken, hen wat verder uit elkaar zal zetten zodat ze wat ruimte krijgen, dat ze op zijn minst de kans krijgen in elkaars schaduw te staan. Terwijl je dat denkt, voel je de zon op je schouders branden. Je krijgt spijt dat je vanmorgen toch niet die licht katoenen blouse aantrok met lange mouwen die losjes over je armen vallen in plaats van de zwartlinnen top die je schouders en een groot deel van je rug bloot achterlaat. Je denkt aan zonnecrème factor 50 die je niet smeerde en aan je huid die na de winter nog niet veel zonlicht zag. Je denkt aan een vakantie aan zee. Je was een jaar of negen. Je deelde het bed met je zus die twee jaar ouder was. Hoe zij ’s nachts in dat bed lag te huilen van de pijn omdat ze brandblaren op schouders en rug had na een dag spelen in badpak op het strand. Zelf ben je nog nooit echt verbrand, maar de schrik om te verbranden zit er sinds die vakantie ingebakken. Je oog valt op een feloranje bloem in het midden van de bloemenzee. Is het een gerbera? Je staat te ver af en de zon ontneemt je het zicht. Door het oranje van die bloem denk je aan de afrikaantjes of stinkertjes die je grootmoeder ieder jaar plantte in de borders langs haar keurig, vlak gazon. Zij vond ze mooi en jij begreep niet waarom. Je ziet je grootmoeder voorovergebogen staan langs die borders met keurig symmetrisch geplante afrikaantjes. Evenveel afstand tussen de bloem en de border. Evenveel afstand tussen de opeenvolgende bloemen. Je ziet haar handen opkomende sprietjes van wat onkruid zal worden, uittrekken. Terwijl je jouw grootmoeder voorovergebogen bij de afrikaantjes ziet staan, denk je aan hoe zij zich door het leven beweegt. Je denkt aan hoe ze in haar woonkamer steeds maar weer het tafellaken gladstrijkt dat nooit enige rimpeling vertoont, hoe ze opstaat en weer gaat zitten, hoe ze de kranten schikt en herschikt, hoe ze stofdeeltjes wegslaat die nooit een kans krijgen zich ergens te nestelen. De rusteloosheid in haar bewegingen staat in schril contrast met de symmetrie in haar tuin.
24
Sabine De Schutter, zonder titel, 2020, foto
25
In al haar bewegingen zie je vooral haar voeten, steeds gehuld in beige comfortschoenen met veters. Voeten die uitlopen in stevige benen. Benen en voeten die met hun zwaarte een geaardheid bevroeden. Voeten die schuifelen van links naar rechts, van voren naar achteren, twijfelend welke richting ze zullen uitgaan, waardoor ze uiteindelijk nooit verder komen dan het punt waar ze reeds waren. En plots zie je in het beeld van jouw grootmoeders schuifelende, weifelende voeten een weerspiegeling van jouw gemoedstoestand. Je denkt: wat sta ik hier voor die opdringerige bloemenzee te doen. Je weet niet of je hier wilt zijn. De bloemen dansen als bonte vlekjes over je netvlies. Je wend je blik af en ziet je voeten. Je denkt: het zijn niet mijn voeten maar haar voeten ook al zullen ze nooit beige comfortschoenen dragen. Jullie delen dezelfde voeten. Je weet niet wat je ondraaglijker vindt: de aanblik van die eindeloze bloemenmassa of de idee dat je in haar voetsporen loopt. Je kijkt van je voeten terug naar de bloemen. Bloemen… overal die bloemen. Je denkt aan het enige moment uit je leven dat je te veel bloemen kreeg. Zoveel bloemen dat je geen enkel plekje meer aan tafel vond om een bord met eten neer te zetten. Zelfs de vloer stond vol met vazen en tot vazen gerecycleerde confituurbokalen. Zolang de bloemen niet waren uitgebloeid slalomde je tussen de vazen door richting jouw stadstuin waar je los van de bloemengeur vrij kon ademen. Je weet nog dat je boos werd van al die bloemen. Witte bloemen waren het. Een eindeloze variatie op een boeket met witte bloemen. Je kreeg ze na de dood van je dochter. Iedereen, bekenden en minder bekenden, stuurde je via alle mogelijke koerierdiensten bloemen. Niemand die eraan dacht om gewoon naast je te komen zitten en te vragen: hoe is ‘t? Het liefst van al had je de boeketten bij afgifte onmiddellijk in je GFT-bak gekieperd, maar dat deed je niet. In plaats daarvan ging je op zoek naar alweer een vaas of iets wat daarvoor kon doorgaan. Terwijl je de witte bloemen schikte, bekroop je het verstikkende gevoel dat je de afzenders van de bloemen ook nog dankbaar moest zijn. Cynisch sprak je de pauselijke woorden: ‘Dank voor de bloemen’, terwijl je alleen stond aan het aanrecht en alles in je schreeuwde, zo luid schreeuwde. Je schreeuwde nog harder dan deze krijsende bloemenzee, maar het bleef oorverdovend stil.
Griet Cleys, Bloemen, 2020
26
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, foto
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, foto
27
Yvonne Knevels, void constructions, 2020, grafiet op papier
28
Sabine De Schutter, zonder titel, 2020, foto
29
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, olieverf op canvas leaf oil painting paper
30
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, foto
31
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, collage papier op papier
32
Sabine De Schutter, zonder titel, 2020, grafiet op papier
33
Rone Fillet, zijn we veilig, 2020, inkt op papier Rone Fillet, treinstation 1, 2020, inkt op papier
Rone Fillet, treinstation 2, 2020, inkt op papier
34
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, foto
35
Christine Van den Branden, zonder titel, 2020, olieverf op canvas leaf oil painting paper
36
Rone Fillet, de long, 2020, inkt op craftpapier
37
Voorstelling “De Singel” Bloemenzee waar je lang naar kijkt. Ik vind de op elkaar gepakte bloemen mooi. De scène duurt langer dan het esthetische genot. Het doet denken aan een plek waar een slachtoffer herdacht wordt. Een tijdelijk monument dat er vandaag nog vers uitziet, maar volgende week verslenst zal zijn met verslapte stelen en met bruine randen aan de gekleurde bloemblaadjes. De kleurrijke bloemenzee impliceert de dood, misschien geweld, catastrofe, … het onvoorstelbare is gebeurd en heeft veel mensen beroerd. Een gek heeft misschien toegeslagen, … met een mes ergens binnengedrongen, of in de openbare ruimte op anderen geschoten, of iemand verkracht en in stukjes gehakt, of met een auto op een stoet ingereden. Of de bloemen liggen hier samen om de talrijke slachtoffers van een pandemie te eren. Een massa mensen hebben impulsief bloemen samengebracht. Zouden zij het aangrijpend delict zo kunnen verzachten? De marktscène is een sociaal moment in de stad. Boodschappen doen en een babbeltje op straat. Verse groenten voor geurende gerechten in de huiselijke keuken. Op ’t Laar gebeurt dit iedere vrijdagvoormiddag dat mensen met hun dagelijkse besognes bezig zijn. Hun gezichten en kleding lijken sterk op elkaar. Ze conformeren zich. Het zijn moslimvrouwen, huismoeders, niets kwaads in de zin. Ik word zo goed als helemaal gerustgesteld door dit straatbeeld zonder delict dat bij mij het beeld oproept van de ontmoeting tussen de zwangere Maria en Anna in de video van Bill Viola.
38
Concept La Plaza –Een drieluik– en publicatie: De Veerman 2020 In coproductie met: deSingel Internationale Kunstcampus Teksten en beelden van: Eva Lacres Daniela Ignacia Satander Christine Van den Branden Griet Cleys Yvonne Knevels Sabine De Schutter Rone Fillet Grafische vormgeving: Carlos Dekeyrel & Rone Fillet Deze publicatie valt onder Creative Commons Licentie 4.0 (CC BY-NC-SA 4.0). Het materiaal mag op alle mogelijke dragers, worden gebruikt voor niet-commerciële toepassingen. Het materiaal mag worden aangepast, verbeterd en herwerkt. Een bronvermelding is wel verplicht, ook wanneer het materiaal ter inspiratie dient voor een nieuwe publicatie, workshops of werkvormen. Het resultaat van bewerkingen moet onder dezelfde licentie van Creative Commons worden verdeeld. www.veerman.be
De Veerman
39
40