Pit 3 - najaar 2016

Page 1

Pit

HERFST 2016 (OKT/NOV) | NR. 3 | ERKENNINGSNUMMER P3A9044 | AFGIFTEKANTOOR ANTWERPEN X

SAMEN OP DE SOFA BIJ DIRK DE WACHTER // 5 DOENERS VERANDEREN DE ZORGSECTOR VAN ONDERUIT // MANTELZORG: INGRID PIRA EN MOEDER ZORGEN VOOR VADER // BIE VANCRAEYNEST OVER ZORGEN EN TOEKOMSTDROMEN

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: MEYREM ALMACI, SERGEANT DE BRUYNESTRAAT 78-82, 1070 BRUSSEL

Zorgen voor morgen: van wieg tot rusthuis


INHOUD

In dit nummer 04 FOCUS Zorgen voor morgen: van wieg tot rusthuis 12 INTERVIEW Dirk De Wachter: ‘Zorg is een verantwoordelijheid van iedereen’ 16 KIJK 18 GESPOT 20 360° 22 CIJFER Tijd om te investeren, Vandeurzen 23 COULISSEN 24 DICHTBIJ 26 CRUSH Ode aan de onvermoeibare vrijwilliger 28 DUBBEL Mantelzorgers Ingrid Pira en moeder 31 U ZEGT

12

04

26

Pit is een gratis driemaandelijks tijdschrift voor leden en sympathisanten van Groen. Contact Pit@groen.be Werkten mee aan dit nummer Philippe Bossin, Benjamin Descamps, Jonas Dutordoir, Celine Lavrysen, Elke Van den Brandt, Wim Vandonck Concept Isabelle Geeraerts en Anneleen Godemont Lay-out Els Sallets

16

Verantwoordelijke uitgever Meyrem Almaci Sergeant De Bruynestraat 78-82 1070 Brussel Druk Pit wordt waterloos gedrukt bij Eco Print Center. Zo vermijden we een energieverslindende droogoven, sparen we liters water uit en werken de drukkers in een gezonde werkomgeving. Niets in deze uitgave mag worden vermenigvuldigd of openbaar gemaakt zonder toestemming van de uitgever.

2 // PIT

28

Verhuisd, nood aan een Pit-pauze of wil je lid worden van Groen? Houd ons op de hoogte via frontdesk@groen.be of 02 219 19 19. Of volg ons op Twitter, Facebook en www.groen.be. De Groene webtovenaars maken met plezier tijd vrij om je vragen zo goed en snel mogelijk te beantwoorden.


MEYREM

Mensen eerst Elke dag zetten duizenden welzijnswerkers, verpleegkundigen en mantelzorgers zich in om mensen de zorgen te bieden die ze nodig hebben. Soms lopen ze zich de voeten onder het lijf omdat er minder personeel is dan er zou moeten zijn. Soms zitten ze gesandwicht tussen zorgen voor de ouders en zorgen voor de kleinkinderen. Maar ze doen het wel. Te vaak laten de zorgstructuren ons nog in de steek. Afgelopen zomer was daar een tragisch voorbeeld van. Na zijn achttiende verjaardag viel Jordy tussen de plooien van de zorg. Hij stierf van ontbering in een tentje in Gent. Voor zijn begrafenis moest een crowdfunding opgezet worden. Jordy’s verhaal is geen alleenstaand geval. Een jaar eerder moesten twee meisjes van 13 en 14 jaar een nacht doorbrengen in een Antwerpse cel omdat er geen plaats was in de instelling. En nog maar enkele weken geleden kwamen talloze getuigenissen bovendrijven van wantoestanden in de ouderenzorg. Gewoon verder doen is geen optie. Minister Vandeurzen zegt te investeren en te hervormen, maar in werkelijkheid blijven we ter plaatse trappelen. Op zorg en welzijn bespaar je niet. We moeten mensen weer op de eerste plaats zetten, zodat iedereen de zorgen kan bieden die hij wil bieden en zodat iedereen de zorgen krijgt die hij nodig heeft. In dit nummer brengen we pakkende ervaringen en inspirerende plannen. Samen bouwen we aan een zorgzame samenleving waarin niemand uit de boot valt.

Veel leesgenot, Elke Van den Brandt Vlaams parlementslid

Meyrem Almaci Voorzitster Groen

Š ID/Geertje De Waegeneer

MEYREM // 3


FOCUS

Zorgen

VOOR MORGEN: VAN WIEG TOT RUSTHUIS 5 ervaringsdeskundigen

veranderen de zorg van onderuit Tekst Wim Vandonck en Tess Vonck

4 // PIT


Zorgen maak je je niet, maar doe je. We leven in een land met één van de best uitgebouwde zorgstelsels ter wereld. Toch blijven te veel mensen te lang in de kou staan. Van wieg tot rusthuis sta je op ellenlange wachtlijsten. Als je aan de beurt bent, schiet het aanbod soms schromelijk tekort. Het kan anders. Onder het motto ‘Jouw zorg, onze zorg’ breken we samen met jullie een lans voor een zorgzame samenleving. Van in de straat tot in het parlement. Eentje waarin zorg voor elkaar niet langer een hoofdpijndossier is maar een garantie voor iedereen. Haalbaar, betaalbaar, dichtbij en op maat. Hulpverleners lopen zich de voeten onder het lijf door besparingen. Ze moeten meer werk gedaan krijgen met minder. De regeringen denken er eenvoudig een mouw aan te passen door in te zetten op vrijwillige handen in de zorg: de mantelzorgers. Maar tegelijk moeten we met z’n allen ook langer en flexibeler werken. ‘De uitdagingen zijn niet mals’, weet Vlaams parlementslid voor Groen Elke Van den Brandt. ‘De mantelzorg komt onder druk te staan en nog meer instellingen bouwen is onhaalbaar, onbetaalbaar en onwenselijk.’ VAN WIEG TOT RUSTHUIS Het begint al in de kinderopvang. In Vlaanderen zijn er tegen 2020 liefst 20.000 nieuwe plaatsen nodig, in Brussel 1.500. ‘Het huidige beleid loopt hopeloos achter en doet weinig moeite om de administratieve rompslomp voor onthaalmoeders en crèches te vereenvoudigen’, vertelt Van den Brandt. ‘Daardoor zitten veel ouders met de handen in het haar. Sommigen kunnen terecht bij grootouders en vrienden, maar dat is niet voor iedereen een optie.’ Intussen wachten ook zo’n 7.500 kwetsbare jongeren op hulp. Kinderen met een beperking, zorgnood of in een verontrustende situatie verdienen onmiddellijk onze aandacht en zorg. ‘Een wachtlijst is geen oplossing’, zucht Van den Brandt. ‘Voor veel jongeren komt hulp hopeloos te laat. Problemen escaleren en zelfs dan blijven we veel jongeren het antwoord schuldig.’ Voor mensen met een beperking is het plaatje nog minder fraai. 14.000 van hen wachten, soms zelfs jaren, op intensieve ondersteuning. ‘Sommigen balanceren op het randje van de armoedegrens en moeten zorg ver van huis zoeken. De levenspartner, familie of vrienden springen met plezier bij, maar soms is het kunst en vliegwerk om alle ballen tegelijk in de lucht te houden.’

of kleinkinderen de dagelijkse mantelzorg niet meer kunnen opnemen.’ Meer dan honderdduizend ouderen staan op een wachtlijst voor een woonzorgcentrum. De factuur bedraagt tot 300 euro per maand méér dan een gemiddeld pensioen. En thuishulp en alternatieve woon- en zorgvormen? ‘Die initiatieven komen vaak niet van de grond omdat ze botsen op

werken we wachtlijsten en obstakels weg. ‘Iemand die zorg nodig heeft, krijgt die gegarandeerd. We laten iedereen opnieuw van de sociale welvaart genieten,’ besluit Van den Brandt.

‘De zorg van de toekomst is haalbaar, betaalbaar, dichtbij en op maat’ gebrekkige financiering, een rigide regelgeving en administratieve rompslomp’, weet Van den Brandt. SOCIALE WELVAART

Het grootste taboe? Dat ligt op psychische kwetsbaarheid. Eén op vier Belgen kampt minstens éénmaal in zijn leven met psychische problemen, maar slechts een derde van hen zoekt effectief hulp. ‘Zelfs voor dat kleine aandeel is er nu al te weinig aanbod, tijd en personeel’, zegt Van den Brandt. ‘Wachttijden bij de centra voor geestelijke gezondheidszorg lopen op tot gemiddeld 84 dagen en de Vlaamse regering maakt geen middelen vrij om het probleem aan te pakken.’

Lang genoeg gewacht: het kan anders. Zorg moet er zijn als je die nodig hebt en ondersteunt je zodat je zoveel mogelijk de regie van je leven zelf in handen hebt. Van een toegankelijke kinderopvang waar elke ouder en kind zich in thuis voelt tot een ambitieus beleid dat mantelzorg, thuishulp en alternatieve zorgvormen ondersteunt.

Ook rustig genieten van je oude dag zit er voor velen niet in. Van den Brandt: ‘De verhuis naar een woonzorgcentrum is voor veel ouderen vaak de allerlaatste optie, als de zorgnood te zwaar wordt en de kinderen, buren

Met meer middelen, een buurtgebonden zorgaanbod en zuurstof voor sociale innovatie

ELKE VAN DEN BRANDT @elkevdbrandt

Stappen gezet, maar nog weg te gaan voor #kinderopvang: plaatstekort, betaalbaarheid, regulitis. Sector kreunt en ouders zoeken. 22:32 – 10 mei 2016

MIKO FLOHR @mikofLohr

Mijn vrouw zit nu thuis, met twee kinderen. Wil graag aan het werk, maar we hebben geen geld voor kinderopvang. Dat compliceert werk zoeken. 02:20 – 10 feb. 2016

FOCUS // 5


Nina Vincx

WERKLOOS OP ZOEK NAAR KINDEROPVANG

1

‘Soms heb ik het gevoel dat mijn leven gegijzeld wordt door het plaatstekort in de kinderopvang’

© ID/ Wouter Van Vooren

Het plaatstekort in de kinderopvang hield Nina Vincx (35) maandenlang aan huis gekluisterd. Met een kind op de arm verliep haar zoektocht naar werk allesbehalve van een leien dakje. ‘Net op tijd vond ik een crèche. Ik raakte helemaal geïsoleerd.’

tot 16 uur. Niet ideaal als je zelf wil werken. Toen ik mij er al bij neergelegd had om voltijds huismoeder te worden, kon de baby gelukkig terecht in een uitstekende crèche vlakbij. Net op tijd, want ik heb sociaal contact en een werkomgeving nodig om gelukkig te zijn en te functioneren.’

Hoogzwanger van haar eerste zoon verhuisde Nina naar een kleine gemeente. Weg van Antwerpen waar kinderopvang moeilijk te vinden is. ‘Maar ook hier liepen de wachttijden voor een crèche op tot twee jaar’, vertelt Nina. ‘Na mijn zwangerschapsverlof was ik werkloos en solliciteren met een baby op de arm is niet makkelijk. Door het gebrek aan opvang bleef ik zeven maanden thuis met de baby. Het was een heel eenzame periode waarin ik mij geïsoleerd voelde.’

‘Vandaag ben ik terug aan de slag. Mijn zoontjes (2,5 jaar en 8 maanden) gaan vijf dagen per week naar de crèche. Onlangs deden we een bod op een huis vlakbij Brussel. Terug van nul beginnen dus. Diezelfde dag nog belde ik crèches en scholen in de buurt. Omdat de twee kleuterscholen in de buurt volzet waren, is onze oudste zoon ingeschreven in een school in een ander dorp. De jongste staat opnieuw op een wachtlijst. Hij kan pas ten vroegste binnen anderhalf jaar terecht in de crèche naast de school. Soms heb ik het gevoel dat mijn leven gegijzeld wordt door het schrijnende plaatsgebrek in de kinderopvang.’

Via het OCMW vond Nina uiteindelijk een onthaalmoeder. ‘Die werkte maar 6 // PIT


Hilde Willems

VRIENDEN MET EEN BEPERKINHG HUIZEN SAMEN

2

‘We bouwen aan een veilige haven voor onze kinderen’

Dertien vrienden met een beperking zijn binnenkort klaar met school. Omdat de wachtlijsten stilaan eindeloos zijn, sloegen hun ouders de handen in elkaar om een woonplaats te vinden waar de vrienden samen kunnen wonen en zich overdag zinvol kunnen inzetten. Hilde Willems (47), moeder van Simon (18), getuigt hoe Honk het huis, de thuis en de toekomst van haar zoon en zijn vrienden werd. ‘We bouwen aan een plek waar onze kinderen zich thuis voelen’, vertelt Hilde. ‘Een veilige haven van waar elk zijn eigen ding kan doen: de één werken op de boerderij, de ander in een warenhuis, bij de gemeente of in de kleuterschool.’ Naar een instelling kan Simon niet, want die geven voorrang aan mensen met een assistentiebudget. ‘Ironisch genoeg hebben we pas recht op een assistentiebudget als Simon, ik of zijn papa ziek worden. Is dat niet wreed?’ ‘Vier bewoners hebben wel een assistentiebudget. Dat verdelen we onder alle dertien Honkers’, vertelt Hilde.

© ID/ Wouter Van Vooren

Honk is ontstaan uit noodzaak, maar al snel zagen de Honkers de voordelen. ‘Als groep sta je veel sterker dan alleen. Omdat de vrienden elkaar helpen, is er minder begeleiding nodig. Natuurlijk kunnen we niet zonder de zorginstellingen, maar we werken er op een andere manier mee samen. Dat is een win-win voor de ouders, de zorgsector én onze kinderen.’ FOCUS // 7


Geert Van Isterdael PENNINGMEESTER BIJ UILENSPIEGEL

3

‘Omdat er niet genoeg personeel was, werd ik in een dwangbuis gestopt’

‘Je wordt ‘s ochtends wakker en je weet totaal niet waar je bent. Zo voelt het om in een dwangbuis te liggen.’ Het overkwam Geert Van Isterdael (49) meermaals. Hij hield er angststoornissen aan over, maar het personeel neemt hij niets kwalijk. ‘Wél het systeem dat hen te weinig middelen geeft.’ Geert werkt als penningmeester bij UilenSpiegel, een belangenorganisatie voor en door mensen die psychisch kwetsbaar zijn. Denk aan mensen met borderline, depressie of psychose. ‘We werken met mensen die zelf ervaringsdeskundige zijn’, vertelt Geert. ‘We organiseren cursussen rond patiëntenvertegenwoordiging en ontmoetingen tussen lotgenoten.’ Zelf is Geert verschillende keren opgenomen voor psychoses. ‘De eerste psychiater die ik toegewezen kreeg tijdens de ambulante zorg was altijd bezet. De tweede had gelukkig meer tijd en sindsdien ben ik altijd blijven teruggaan. Die vaste contactpersoon betekent heel veel.’ Omdat er niet genoeg helpende handen waren om hem op te vangen, werd Geert meermaals in een dwangbuis gestopt tijdens noodopnames. ‘Dat waren traumatische ervaringen’, getuigt hij. ‘Maar ik neem het personeel niets kwalijk. Ze zijn met zo weinig dat ze geen tijd hebben om alles te laten vallen voor één cliënt in nood. Ze doen wat ze kunnen met de middelen die beschikbaar zijn.’ Gelukkig beweegt er ook veel goeds binnen de geestelijke gezondheidszorg. ‘Er zijn enorm veel initiatieven op het vlak van geestelijke gezondheidszorg’, weet Geert. ‘Het probleem is dat je als cliënt moeilijk de bomen door het bos ziet. Netwerkorganisaties die al die initiatieven verbinden, zijn essentieel om de versnipperde hulp te overbruggen. Dankzij hen raak je niet helemaal verdwaald.’ 8 // PIT

© ID/ Wouter Van Vooren


Xenia Langen

DEELT HAAR JEUGDZORGVERHAAL

4 Xenia Langen (26) woont sinds haar zeventiende alleen. ‘Het liep thuis altijd moeilijk. Na twee jaar op een wachtlijst staan, was thuis wonen geen optie meer. Ik trok aan de alarmbel door weg te lopen. En plots werd ik wel gehoord. Gelukkig maar.’ Xenia kent de mallemolen van de jeugdzorg intussen door en door. ‘Toen ik wegliep, kwam ik terecht in een onthaal-, observatieen oriëntatiecentrum. Daar kon ik een aantal weken blijven en werd er gekeken waar ik naartoe kon. Terug naar huis? Naar een instelling? Uiteindelijk werd ik in een leefgroep geplaatst, maar ik had niet het gevoel dat daar echt werd gewerkt aan de problematiek van ons gezin.’ Xenia kreeg vanaf haar zestiende kamertraining. Op haar zeventiende ging ze begeleid zelfstandig wonen en op haar achttiende woonde ze helemaal zelfstandig met een leefloon.

‘Ik wil jongeren in de jeugdzorg hun stem teruggeven’ ‘Op de hogeschool praatte ik niet over mijn verleden met jeugdzorg’, vertelt ze. ‘Totdat ik op een trouwfeest iemand van Cachet tegenkwam. Dat is een belangenorganisatie voor jongeren in de jeugdzorg. Voor het eerst was mijn verhaal geen geheim meer maar een ervaring die lotgenoten kan helpen.’ Xenia ging als vrijwilliger aan de slag bij Cachet en werkt er nu al een paar jaar. ‘Het gaat niet om mijn individuele verhaal, maar om al onze verhalen die samen anderen kunnen inspireren en verandering kunnen brengen.’ ‘Een voorbeeld: omdat ik een leefloon kreeg, mocht ik niet samenwonen of op kot gaan. Ik moest een woonst zoeken op de privémarkt, wat natuurlijk heel duur was. Dankzij zulke ervaringen weet ik met welke problemen jongeren te maken krijgen. Samen met hen wil ik de jeugdhulp van morgen vormgeven.’ FOCUS // 9


Evelyne Van Nuffel OUDERENZORG, NET ALS THUIS

5

Gestresseerd personeel, onhygiënische verzorging en slecht eten: het beeld van ouderenzorg is niet altijd even fraai. Bij woonzorgcentrum Floordam in Melsbroek gaat het er anders aan toe. Adjunct-woningverantwoordelijke Evelyne Van Nuffel (30): ‘Ik vind het belangrijk om te tonen dat het ook anders kan.’ Evelyne werkt nu drie jaar in Floordam. ‘Er aan de slag gaan was een bewuste keuze. Ik sta helemaal achter de visie van ons centrum en daardoor doe ik mijn werk ook heel graag.’ Die visie is wonen in kleine groepen met een aanpak op maat van de bewoners. Geen ziekenhuissfeer, maar een echt thuisgevoel. ‘Ook details zijn belangrijk’, weet Evelyne. ‘Personeel draagt bijvoorbeeld gewone kledij, behalve voor verpleegkundige taken.’ Floordam telt elf woningen van telkens zestien bewoners. Elke woning heeft zijn verantwoordelijke. Evelyne: ‘De flats zijn vrij ruim en hebben alle nodige voorzieningen, maar een belangrijk deel van het leven speelt zich af in de gedeelde leefruimte.’ Die leefruimte heeft een open keuken zodat bewoners betrokken kunnen worden bij huishoudelijke taken. Maar ook dat gebeurt op maat van de bewoners. ‘Sommige mensen kunnen of willen bijvoorbeeld geen aardappelen meer schillen en daar houden we natuurlijk rekening mee.’ Het menu wordt samengesteld door een professionele kok. Die zorgt er voor dat er regelmatig een lading verse ingrediënten wordt geleverd door de supermarkt. Geen grootkeuken dus, maar vers gekookte maaltijden. Net als thuis. Alle huizen beschikken ook over een terras en tuin. ‘Dat is voor veel mensen een belangrijke reden om naar hier te komen’, vertelt Evelyne. ‘Dankzij de buitenruimtes kan de familie op bezoek komen met huisdieren. De bewoners fleuren dan echt helemaal op.’ Het geheim van Floordam? ‘We schaven onze visie voortdurend bij. Elke maand houden we een dienstvergadering rond een bepaald thema. Zo wisselen we ideeën uit over hoe we omgaan met bepaalde uitdagingen. We zoeken altijd naar een balans tussen een aanpak op maat en wat er haalbaar is voor onze werking.’ 10 // PIT

© ID/Lieven Van Assche


‘De bewoners fleuren helemaal op als er familie op bezoek komt met huisdieren’

JONNE @noej

Mocht iemand van jullie zin en tijd hebben een app te ontwikkelen: een goeie mantelzorg-app, waar zorg & familie op in kan loggen.. 04:06 - 9 sep. 2016

KARIN VAN GRINSVEN @karinvgrinsven

Ik heb veel geleerd van mijn moeder; en misschien nog wel het meeste toen ze dement was en wij voor haar zorgden. #mantelzorg #leermoment 02:00 – 23 jul. 2016

CHADIA @ChadiaBoussaert

2000 euro per maand mogen betalen in uw oude dag in een rusthuis, schandalig veel geld! 10:17 – 22 jul. 2016

FOCUS // 11


INTERVIEW

Bio

Dirk De Wachter Dirk De Wachter (56) is psychiaterpsychotherapeut en diensthoofd systeem- en gezinstherapie aan het psychiatrisch centrum van KU Leuven. In 2012 hield hij de samenleving een spiegel voor met zijn eerste boek ‘Borderline Times’. De Wachter is een vaak gevraagd spreker. Kritisch, maar altijd verbindend en hoopvol.

‘ZORG IS EEN VERANTWOORDELIJKHEID VAN IEDEREEN’ Vier jaar na het verschijnen van zijn boek ‘Borderline Times’, staat de boodschap van psychiater Dirk De Wachter meer dan ooit als een paal boven water. We leven in tumultueuze tijden, maar het kantelpunt – met liefde, engagement, solidariteit en gemeenschapszin als katalysators – is stilaan bereikt. Mensen verbinden in de onderstroom, daar komt het volgens De Wachter op aan. ‘Er is geen alternatief, om het met de woorden van de vijand te zeggen.’ Tekst Wim Vandonck  Foto’s ID/Fred Debrock

12 // PIT


Intro

INTERVIEW// 13


De Wachter kiest zijn woorden zorgvuldig. Hij nuanceert en staaft zijn stellingen met veel voorbeelden. Slechts één keer hoeft hij geen seconde na te denken. Gevraagd wat hij zou doen als hij carte blanche kreeg voor de zorgsector, antwoordt de psychiater kort en krachtig. ‘Het budget voor geestelijke gezondheidszorg verdubbelen!’ HOEVEEL GELD IS ER MOMENTEEL VOORZIEN? De Wachter: ‘Het budget voor geestelijke gezondheidszorg bedraagt zes procent van het gezondheidszorgbudget. Dat is absurd! Zo’n visie dateert uit een tijd waarin mensen stierven aan tuberculose en geamputeerd moesten worden om te overleven. De lichamelijke zorg was toen veel zwaarder. Vandaag is psychische zorg zo cruciaal geworden, dat ik het budget er voor meteen zou verdubbelen.’ ZIJN WE OOK NIET WAT OVERBEZORGD? ‘Integendeel: we moeten allemaal wat beter voor elkaar beginnen zorgen. Het probleem is dat de wereld aan het psychiatriseren is. Maak morgen dubbel zo veel psychiaters en overmorgen hebben ze dubbel zo lange wachtlijsten. De eerste preventie ligt bij mensen zelf. In elkaar ontmoeten en met elkaar praten. Niet alleen over leukigheden maar ook over wat er niet goed gaat. Natuurlijk is het moeilijk om te praten met iemand met verdriet. Toch is het niet alleen de taak van psychologen en psychiaters. Zorg is een verantwoordelijkheid van iedereen. Waar we wél te veel mee bezig zijn, is labels geven. Vaak krijg je pas zorg nadat je een label hebt opgeplakt gekregen. Gewoon met iemand gaan praten kan niet meer. Labels zijn werkhypothesen die te vaak dreigen identiteiten te worden, als virtuele tatoeages op het voorhoofd van de patiënt.’ EN ZO WORDT ER OOK VLOTJES MEDICATIE VOORGESCHREVEN. ‘Dat klopt. Sommige mensen hebben natuurlijk echt medicatie nodig. Het kan zelfs levensreddend zijn. Maar een miljoen verpakkingen antidepressiva per jaar, dat is gigantisch veel. Dat moet ons doen nadenken. De geneeskundeopleiding moet zijn curriculum aanpassen en meer inzetten op psychologische problemen en communicatie. Bovendien mogen we niet alleen vingerwijzen naar de dokters. Mensen vragen ook te veel naar medicatie. Ze komen bij ons met gezinsproblemen en vragen niet om te praten en na te denken, maar willen een pil zodat ze zich niet meer slecht voelen en weer opnieuw kunnen doordrammen.’ WE MOETEN DUS BETER VOOR ELKAAR ZORGEN, MAAR TEGELIJK MOETEN WE STEEDS FLEXIBELER EN HARDER GAAN WERKEN. HOE VALT DAT TE RIJMEN? ‘De samenleving heeft nood aan arbeid die flexibeler kan ingevuld worden. Zo kunnen mensen deeltijds werken en ernaast mantelzorg opnemen voor een naaste. Of zo kunnen ze na een periode van ziekte terug starten aan 20, 30 of 40 procent. En wie weet is 50 procent wel hun maximum. Ik zie immers vaak mensen die eigenlijk hersteld zijn, maar niet terug kunnen naar dezelfde job. Daarom hou ik ze werkonbekwaam. Want willen ze een menswaardig leven, dan hebben ze hun vervangingsinkomen nodig. Dat zorgt er voor dat mensen blijven vastzitten in hun stigma. 14 // PIT

We moeten nadenken over een systeem waarbij we mensen de touwtjes in handen geven, zonder te zeggen: trek je plan. Een deel van die problematiek zou kunnen opgelost worden met een vorm van een basisinkomen. Zo hebben mensen niet langer het ziekte­statuut nodig om een menswaardig inkomen te krijgen.

HET VALT OP DAT JE EEN DEEL VAN DE VERANTWOORDELIJKHEID BIJ DE MAATSCHAPPIJ LEGT. ‘Ja, maar daarmee doel ik op iedereen. Het gaat niet over de bankiers, de migranten, de werkgevers, de vakbonden of de politici … Nee, iederéén is een deeltje van de maatschappij en moet een klein stukje bijdragen.

Natuurlijk zijn de economische uitdagingen van zo’n basisinkomen groot. Ook uit de armoedebeweging klinken er kritische stemmen. Maar het gaat er om dat we dingen in vraag blijven stellen. Op het moment dat er over een hervorming van de sociale zekerheid beslist wordt, is ze eigenlijk al achterhaald. Hoe zorgen we voor mensen die niet meer mee kunnen? Hoe gaan we die massale hoeveelheid bejaarden in het maatschappelijk weefsel houden? Hoe houden we sociale zekerheid betaalbaar als we iedereen die niet top presteert willen weg steken? Daar moeten we continu over blijven nadenken.’

De overheid kan wel een kader creëren door een samenleving te faciliteren waar solidariteit wordt versterkt en egocentrisme getemperd. We gaan nooit Utopia realiseren. Nee, de grootste afschuwelijkheden uit de geschiedenis zijn gebeurd door mensen die van de wereld een zogezegd paradijs wilden maken. Het gaat om de kleine initiatieven die altijd opnieuw proberen iets goed te realiseren. Die mag je niet versmoren van bovenaf.’


‘We moeten mensen de touwtjes in handen geven, zonder te zeggen: trek je plan’ Terreur wortelt in volstrekte uitval. De ideeën van terroristen worden niet meer gecounterd door een context die hen in de samenleving houdt. En dat kan enorm snel gaan. De aanslagen maken onze borderline times zo mogelijk nog ingewikkelder. Het is allemaal zo nieuw. We moeten er op een verstandige manier mee leren omgaan. Maar we moeten ook niet naïef zijn – laten we alstublieft de veiligheid maar goed bewaken!

GAAT EEN BUURTBARBECUE ECHT HET VERSCHIL MAKEN? ‘De psychiatrie weerspiegelt vaak de samenleving. Ziekenhuizen zijn om economische redenen gefuseerd en anonieme managementstructuren geworden die alle verbinding met de bodem verloren hebben. En dat terwijl we mensen enkel kunnen genezen door hen een plaats in de samenleving te geven en hen niet achter een muur te zetten, weg van de wereld en vol pillen. Voor de samenleving geldt net hetzelfde. Natuurlijk gaat een barbecue niet alles oplossen, maar toch moeten we blijven investeren in bottom-up initiatieven en moeten we mensen blijven verbinden. Om de woorden van de vijand te gebruiken: er is geen alternatief. Alleen zo houden we iedereen in de boot. Alleen zo laat je mensen niet radicaliseren. En dat gaat niet alleen over moslims. Iedereen radicaliseert als hij angstig wordt en zijn waarde dreigt verloren te gaan.’ DE MOSLIMGEMEENSCHAP IS NET EEN ERG VERBONDEN GEMEENSCHAP. HOE KOMT HET DAT PRECIES MOSLIMJONGEREN VATBAAR ZIJN VOOR RADICALISERING? ‘Ze vallen tussen twee stoelen. Tussen de westerse wereld en de traditionele moslimcultuur. Ze maken een cultuurclash mee die heel zwaar is. Ik las een interview met een Franse psychiater die na lang studiewerk concludeerde dat alle mensen die naar terreur grijpen, volledig geïsoleerd zijn uit het sociale weefsel. Dat geldt voor Abdeslam, maar ook voor De Gelder en Breivik.

Ik probeer heel genuanceerd te zijn over dit onderwerp, want de discussie wordt vaak een discours van links tegen rechts. Links die vindt dat we mekaar een kus moeten geven en dat alles dan is opgelost. Ik hoor links dat niet zeggen, maar zo wordt dat wel verkocht. En rechts die zegt: we schieten ze allemaal af! Ik hoor rechts dat ook niet zeggen, behoudens enkele onnozelaars.’ VERHARDT DE TOON IN HET DEBAT? ‘Dat merkt iedereen, daar kan je niet om heen. Minder harde taal wordt weggezet als wollig en belachelijk. Nee, we moeten hard zijn, want het moet maar eens gedaan zijn. Er wordt trouwens niet alleen harder gesproken, maar ook harder opgetreden. Daar moet men heel voorzichtig mee zijn. Taal en media zijn ontzettend belangrijk in het bepalen van ons mensbeeld en onze cultuur. Onze communicatie bepaalt hoe we met elkaar omgaan. Hele bevolkingsgroepen stigmatiseren is zeker geen

deel van de oplossing. De enige manier is samenleven, verschillen begrijpen, luisteren en op één of andere manier verbinding zoeken. Vluchtelingen gaan blijven komen omdat de wereld zo onrechtvaardig is. Je hoort dan vaak dat we het hier zo goed hebben omdat onze ouders, grootouders en voorouders er zo hard voor gewerkt hebben. Komaan zeg, wij hebben meestal niet harder gewerkt dan een arbeider in een Zuid-Afrikaanse mijn. De welvaart is enorm onevenwichtig verdeeld en dat zal kantelen. Soms ben ik pessimistisch, maar dan raap ik me snel weer bij elkaar en word ik weer hoopvol. Hoopvol dat we voor één keer, voor de eerste keer in de geschiedenis, deze verschuiving zonder grote destructie kunnen laten verlopen.’ JE OOGST VEEL SUCCES MET JE ANALYSES. HOE GA JE DAAR MEE OM? ‘Ik krijg heel veel applaus in de zorgsector, waarna men overgaat tot de orde van de dag. Tot vandaag verandert er bitter weinig en gaat alles erg traag vooruit. Da’s één van mijn grote frustraties. Maar ik durf ook naar mezelf kijken: ik werk veel te hard. In dat opzicht ben ik zelf een bewijs van mijn eigen bedenkingen. Ik ben niet beter dan de mensen op wie ik commentaar heb. Ook over mijn boek zeg ik vaak dat het over mezelf gaat. Over hoe ik ook zelf doordram en maar niet stop. Over hoe ik altijd bezig ben en tot diep in de nacht aan een boek zit te schrijven. Dan denk ik: laat dat toch eens los!’ INTERVIEW// 15


KIJK 1

1

2

Het negentiende Groen Europees Zomerweekend was een schot in de roos. Vijfhonderd enthousiaste Groen-leden stortten zich als hongerige wolven op de talloze debatten en lezingen. Er werd gediscussieerd over van alles en nog wat, van democratie tot bijen. Natuurlijk was er ook voldoende ontspanning. Op het prachtige strand van Nieuwpoort haalden de strandkastelenbouwers hun beste architecturale kunsten boven in de strijd naar de trofee. Even later ruimden ze plaats voor een stevige yogasessie. Ideaal om de spieren los te gooien en de kop leeg te maken.

©Lien Arits

3

3

De negende Antwerp Pride was de grootste editie ooit. 90.000 mensen stapten mee in de kleurrijke parade die dit jaar speciale aandacht vroeg voor LGBT-vluchtelingen. Ook Groen toonde haar strijdkleuren. Met een prachtige wagen, goede muziek en een stevige delegatie zetten we de strijd voor LGBT-rechten onverminderd verder, zowel op straat als in het parlement. Onze hoofdeis is duidelijk: mensen moeten zelf kunnen beslissen over hun genderidentiteit.

© Lien Arits

© Bob Reijnders

16 // PIT

© Rembert Debergh


2

4

©Lien Arits

4

6

Peter Bruno De Lille en meter Petra De Sutter organiseerden op het Zomerweekend een heuse babyborrel voor hun jongste spruit de Roze Groenen. Dat is de kersverse holebi- en transgenderwerkgroep van Groen. De Roze Groenen voeren het hele jaar door actie voor betere LGBT-rechten en zoeken daarbij aansluiting bij koepelorganisatie çavaria. Ze nemen deel aan prides in binnen- en buitenland en organiseren debatten en lezingen. Kriebelt het om ook je strijdkleuren te tonen? Sluit je aan bij de Roze Groenen en maak het verschil voor holebi’s en transgenders in binnen- en buitenland. 5 6

Eind september sprongen liefst 15.000 betogers op de barricades tegen TTIP en CETA. Dat zijn handelsakkoorden met verregaande gevolgen voor onze gezondheid en economie. Dankzij de akkoorden zwaaien multinationals nog meer de plak dan vandaag het geval al is. Ze worden immuun voor regelgeving van de overheid die hun winst in het gedrang brengt en krijgen nog meer voorsprong op kmo’s. Europese en Amerikaanse standaarden gaan naar beneden en de deur wordt wijd opengezet voor voeding van slechte kwaliteit. Akkoorden op maat van multinationals en lobbyisten dus. Gelukkig duiken er in binnen- en buitenland steeds meer kritische stemmen op, waardoor het hopelijk niet zo ver hoeft te komen.

5

©Herman Sleebus

KIJK // 17


GESPOT

Wat is JOUW VERHAAL? In het voorjaar lanceerden we de website ‘Jouw zorg, onze zorg’. We verzamelen er jouw verhalen en ideeën rond welzijn en zorg. Talloze reacties leggen de pijnpunten in de sector bloot en tonen dat het anders kan en moet.

‘Mijn ouders (93 en 94 jaar) wonen nog steeds zelfstandig. Hun gezondheid is wankel maar dankzij de uitgebreide ondersteuning en de inzet van de kinderen slagen we er in hen het thuisgevoel te blijven geven. We krijgen hulp van een goede huisdokter, gezinszorg, een poetshulp, ouderenzorg en een zorgcentrum. We zorgen ook voor mijn schoonmoeder en mijn tante, die in een rusthuis en serviceflat wonen. Bovendien vangen we in noodgevallen onze kleinkinderen op. Dat is wat ze bedoelen met de sandwichgeneratie, denk ik. We doen dit met veel liefde en we ondervinden regelmatig dat er veel goede systemen zijn om ouderen zo lang mogelijk thuis te houden en kinderen op te vangen. Zo nam ik loopbaanonderbreking, zodat ik mijn steentje kan bijdragen. Ik lever hier ongeveer 500 euro loon voor in. Mijn man is op brugpensioen. Wat gaat er gebeuren nu men tijdskrediet wil afbouwen, mensen langer moeten werken en ouderen steeds ouder worden? Wat zou er gebeuren als wij niet meer zouden kunnen zorgen?’ Bea Van Garsse

18 // PIT

Wat maakte jij mee? Heb je ideeën over hoe het beter kan? Deel jouw verhaal. Wij brengen het naar het parlement en gaan ermee aan de slag. Want diverse stemmen en goede ideeën verdienen een megafoon in de politiek.

Deel jouw verhaal

www.groen.be/jouwzorgonzezorg


ZORG ZONDER NAAM In ons land zorgen honderd­ duizenden mensen voor een zieke ouder, partner, kind of iemand uit de naaste omgeving. Mantelzorgers vormen een onmisbare schakel in onze zorgketen, maar ze geven ook veel van zichzelf. Groen-Kamerlid Anne Dedry steekt hen een hart onder de riem. Al jaren ijvert ze als directeur van Ons Zorgnetwerk voor een betere ondersteuning van mantelzorgers. En sinds kort ligt haar boek ‘Zorg zonder naam’ in de winkelrekken.

‘Ik schreef het boek in de eerste plaats voor mantelzorgers om hen wegwijs te maken in het labyrint van de zorg, maar ook omdat het belang van mantelzorg maatschappelijk onderbelicht blijft’, vertelt Dedry. ‘Zonder deze gratis handen is onze professionele zorg onbetaalbaar. Mantelzorgers vertegenwoordigen een economische waarde van 22 miljard in België. Tijd dat beleidsmakers dit beseffen en wakker geschud worden. Mantelzorgers verdienen een betere ondersteuning!’ ‘Zorg zonder naam’ biedt een unieke kijk op wat het betekent

om mantelzorger te zijn. Dedry geeft tips hoe je als mantelzorger veerkrachtig blijft en een goede balans behoudt tussen zorgen voor anderen en zorgen voor jezelf. Je leest waar je terecht kan voor ondersteuning en ook het papierwerk wordt niet vergeten. Voor familie en vrienden van mantelzorgers kan ‘Zorg zonder naam’ van onschatbare waarde zijn. Zij hebben soms het gevoel dat ze niet meer kunnen doen dan een bemoedigende schouderklop geven. Niets is minder waar. Dedry’s boek helpt je een ondersteunende omgeving te creëren voor mantelzorgers.

Promo

15 euro in de boekhandel, nu 12 euro voor Pit-lezers ! Bestel jouw exemplaar op www.groen.be/zorgzondernaam

Bio Anne Dedry is federaal Kamerlid voor Groen, gezinssociologe en directeur van Ons Zorgnetwerk, een vereniging die de belangen van mantelzorgers behartigt.

Sociale coöperaties: zorg voor en door mensen 24 OKTOBER 2016 20:00 STUK NAAMSESTRAAT 96 – LEUVEN INFO WWW.OIKOS.BE

Zorginstellingen dreigen soms anonieme structuren te worden. Nochtans moet zorg net dichtbij en menselijk zijn. Dat verlaagt de drempel en bevordert het herstelproces. Een mogelijke oplossing? Inzetten op sociale coöperaties, zegt auteur John Restakis. Zo wordt zorg weer door en voor mensen georganiseerd.

Oikos is een onafhankelijke denktank die werkt aan sociaalecologische verandering door het maatschappelijk debat te voeden vanuit ecologisch perspectief.

Denktank Oikos nodigt op maandag 24 oktober Restakis uit in het STUK in Leuven. De auteur van ‘Humanizing the Economy. Co-operatives in the Age of Capital’ brengt een vurig pleidooi voor coöperatief ondernemen.

GESPOT // 19


360°

JOUW ZORG, ONZE ZORG

Iedereen heeft vroeg of laat zorg nodig. Toch zetten de huidige regeringen de zorgsector meer dan ooit onder druk. Wachtlijsten worden eindeloos en hulpverleners zwoegen zich te pletter. Voor Groen kan het anders. Met een overkoepelende aanpak geven we zuurstof aan de zorgsector zodat niemand meer uit de boot valt.

1

2

3

ZORG VOOR IEDEREEN

MANTELZORG

ZORG OP MAAT

Als je je been breekt, moet je geen maanden wachten op een gips. Voor psychische hulp beland je echter op een lange wachtlijst. Wat voor gezondheidszorg kan, moet ook voor welzijnszorg.

Een omvattend mantelzorgbeleid verhoogt de capaciteit en ondersteunt mensen die zorg opnemen én hun omgeving. Draagkracht en draaglast zijn in evenwicht. Zo krijgt iedereen de zorg die hij nodig heeft en geeft iedereen de zorg die hij kan geven. Mantelzorg mag echter geen gedwongen keuze worden bij een gebrek aan andere opties.

Zorg moet er zijn waar en wanneer je die nodig hebt. Het ondersteunt je zodat je zo autonoom, vrij en onafhankelijk mogelijk bent. Bovendien heeft niet iedereen dezelfde zorg nodig. Daarom gaan we volop voor zorg op maat. Iedereen houdt de regie van zijn leven in eigen handen, vrij en verbonden.

4

5 RUIMTE VOOR INNOVATIE De welzijnssector verlangt creativiteit en maatwerk. Innovatie botst te vaak op gebrek aan middelen, bergen papierwerk en absurde voorwaarden. Kwaliteitseisen zijn nodig, maar doorgeslagen regeldrift blokkeert sociale innovatie en vernieuwende projecten. We maken komaf met nodeloze bureaucratie en geven ruimte aan ideeën voor morgen.

20 // PIT

ZORG ZONDER DREMPELS De lokale besturen houden de pen vast van een sociaal beleidsplan dat vertrekt vanuit de noden van de inwoners. Het lokaal dienstencentrum is een laagdrempelig aanspreekpunt dat zorgt voor meer nabijheid en betrokkenheid. We hebben speciale aandacht voor mensen in armoede, mensen met een andere etnischculturele achtergrond, vluchtelingen en daklozen.

6 ZORGZAME SAMENLEVING Ons welzijn staat niet los van de manier waarop we leven en samenleven. Werken, wonen, eten en verplaatsen we ons gezond? We stimuleren mensen om meer en beter zorg voor elkaar te dragen. Preventie, vroegdetectie en eerstelijnhulp bouwen we verder uit.


Het zorgaanbod is uitgebreid, maar vaak lopen mensen verloren of is de drempel te hoog. In Utrecht pakken ze dat probleem aan met buurtteams voor en door mensen uit de buurt. Gedaan met van het kastje naar de muur gestuurd te worden. Bij de buurtteams krijg je één contactpersoon die al je vragen rond zorg en welzijn beantwoordt. Als je verdere zorg nodig hebt, brengt het team je in contact met de juiste organisaties. Het initiatief slaagt er in een heel divers publiek te bereiken en problemen in een vroeg stadium aan te pakken.

In het Nederlandse Zeeland richtte een familievereniging samen met enkele hulpverleners het woonproject ‘Zeeuwse Gronden’ op. Het project biedt een thuis aan mensen die anders een leven lang in een psychiatrisch ziekenhuis zouden verblijven. Ze werken daarvoor samen met gemeentes en woningbouwverenigingen. Bewoners krijgen hun eigen stekje maar ontmoeten ook lotgenoten in de gemeenschappelijke ruimtes. Zo blijven ze de regisseur van hun eigen leven en zorgen ze ook voor elkaar. En dat in de eigen buurt.

In 2030 zal ruim dertig procent van de Zweden ouder zijn dan 65 jaar. Toch gaat het land goed om met de vergrijzing. In elke gemeente zijn er aangepaste woningen voor ouderen en ruimtes waar ze samen kunnen koken en eten. Ouderen die intensieve zorg nodig hebben, kunnen 24 uur per dag zorg aan huis krijgen. De kosten daarvan worden voor het grootste deel betaald door de gemeentes. De eigen bijdrage

Jongeren moeten er goed uit zien, veel vrienden hebben, een succesvolle (school)carrière uitbouwen, een leuke hobby uitoefenen en zich maatschappelijk engageren. Steeds vaker krijgen ze onder die hoge verwachtingen

te kampen met een burn-out. Jong Groen Antwerpen maakte van geestelijke gezondheid bij jongeren een kernthema en ging tijdens een discussieavond het gesprek aan met praktijk- en ervaringsdeskundigen. Wat blijkt? Er hangt een groot taboe rond burn-outs en de drempel naar hulpverlening is erg hoog. Het is tijd voor gezonde, politieke maatregelen.

is gelinkt aan het inkomen en bedraagt nooit meer dan 190 euro per maand. Op die manier kunnen oudere Zweden langer zelfstandig blijven wonen.

Denemarken heeft een sterk uitgebouwde welzijnszorg. Kinderopvang is een mooi voorbeeld. Meer dan 85 procent van de Deense peuters gaan naar de opvang. De kinderen spelen vaak buiten. Alles vindt plaats in kleine groepjes. Dat vertaalt zich ook in de statistieken: per vier kinderen is er één begeleider. In Vlaanderen moet elke begeleider gemiddeld acht kinderen onder zijn hoede nemen.

In Sasso Marconi, een stadje bij Bologna, traint CopAps mensen met een beperking in levensvaardigheden. Zo bereiden ze hen voor op de arbeidsmarkt. Zorgverleners, cliënten en

familieleden beslissen mee over de organisatie. CopAps was één van de eerste sociale coöperaties in Italië. Intussen wordt in Bologna 87 procent van de sociale diensten van de stad georganiseerd door sociale coöperaties. Coöperaties zijn niet meer weg te denken uit de Italiaanse sociale dienstverlening.

Digitale gezondheidstoepassingen – denk aan een hartslagmeter in je smartphone of een bluetoothweegschaal – zullen een steeds belangrijkere plek innemen in de gezondheidszorg. Toch zijn er ook bedenkingen. Technologie mag menselijke interactie immers niet vervangen. En wat met je privacy? In Estland zijn digitale gezondheidstoepassingen een volwaardig onderdeel van het zorgsysteem. De overheid stimuleert er de ontwikkeling van gezondheidsapps en bewaakt de kwaliteit. In België ontbreekt een wetgevend kader. Senator Petra De Sutter broedt op ideeën en voorstellen.

Congres GroenPlus Gezondheid gaat niet alleen over fysiek en mentaal welbevinden, maar net zo goed over een gezonde leefomgeving en over bijdragen aan de samenleving. Hoe zorgen we er voor dat ouderen gezond en gelukkig blijven en de regie van hun leven in handen houden? Het wordt één van de gespreksthema’s op het eerste GroenPlus Congres ‘Leeftijdsvriendelijke gemeente’ op 26 november. www.groenpluscongres.be

360° // 21


CIJFER

TIJD OM TE INVESTEREN, VANDEURZEN Investeringen in zorg en welzijn worden teniet gedaan door besparingen. De wachtlijsten worden langer in plaats van korter.

- 182 1

DE INVESTERINGEN VAN VANDEURZEN ZIJN EEN DRUPPEL OP EEN HETE PLAAT

Minister Vandeurzen investeerde in 2015 65 miljoen euro in zorg. Tegelijk snoeide hij dat jaar in welzijn voor een bedrag van 247 miljoen euro. Optelsom: 182 miljoen euro onder nul. Zijn voorzichtige investeringen schieten schromelijk tekort voor de hoge noden in alle sectoren van de zorg.

3

ijn

nog

7 7.3ac4hteonrduen w vo

2

Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen wil dat mensen meer voor elkaar zorgen, in de eigen, vertrouwde omgeving. Vermaatschappelijking van de zorg, heet dat. Op zich een goed idee maar daarvoor is ondersteuning nodig. Thuishulp, ruimte voor mantelzorg en lokale voorzieningen. In realiteit bespaart de Vlaamse regering en zegt ze onomwonden: trek je plan.

Liefst 14.549 mensen met een handicap stonden eind 2015 op een wachtlijst voor zorg. Dat zijn er 661 meer dan twee jaar geleden.

4

Er z

ZUURSTOF VOOR ZORG

WACHTLIJSTEN VOOR MENSEN MET EEN HANDICAP GROEIEN

Mantelzorg is bovendien geen kant-enklare oplossing. Niet iedereen beschikt over een sociaal netwerk en er moet altijd een sterke professionele zorg blijven om op terug te vallen.

PLAATSTEKORT IN KINDEROPVANG SLEEPT AAN

De Vlaamse regering belooft 17.500 extra plaatsen in de kinderopvang. Eind 2015 waren er slechts 2.376 nieuwe plaatsen gecreëerd. Voor 2016 is er geen budget om extra plaatsen te creëren. De weg is nog lang.

Groen stelde een zuurstof­begroting op waarin de zorgsector een boost krijgt. »» We werken de wachtlijsten in de zorg weg met investeringen van 600 miljoen in 2016 oplopend tot 1,2 miljard in 2019. Iedereen in de kinderopvang, gehandicaptenzorg, jeugdzorg, ouderenzorg en geestelijke gezondheidszorg krijgt de zorg die hij nodig heeft.

EIND 2015 WACHTEN 7.347 KINDEREN EN JONGEREN OP GEPASTE HULP

Het gaat om kinderen met een handicap, een zorgnood of in een verontrustende thuissituatie. Door deze kinderen en jongeren niet snel de zorg te geven die ze nodig hebben, lopen situaties uit de hand.

22 // PIT

Zorg nodig? Neem hier je volgnummer.

»» De bijdragen voor de zorgverzekering maken we inkomensafhankelijk. Zo creëren we ruimte om de tegemoetkomingen op te trekken in functie van de zorgnood, van 190 miljoen oplopend tot 238 miljoen in 2019.


COULISSEN

Gewapend met een camera trekken we op jacht naar de pittigste glimp van het leven achter de schermen van Groen.

Na een Zomerweekend vol inspirerende lezingen, interessante debatten, ontroerende films en groenwijs entertainment, legde Meyrem de Groen-leden in de watten met een stapel dampende pannenkoeken. Een welgekomen energieboost om er opnieuw een heel jaar tegenaan te gaan.

Š

COULISSEN // 23


DICHTBIJ

GENT

SINT-NIKLAAS

Senioren met een migratieachtergrond zijn een moeilijk te bereiken doelgroep. In Gent willen ze daar verandering in brengen. OCMW-raadslid Cengiz Cetinkaya (Groen) trekt aan de kar van een proefproject. Voortaan gaat het OCMW zelf naar de ouderen.

De stad Sint-Niklaas en het Sint-Niklase OCMW gaan samenwerken met het Centrum Geestelijke Gezondheidszorg (CGG) Waas en Dender. Samen willen ze de wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg in de regio terugdringen. ‘Het CGG werkt een groepsaanbod uit zodat mensen op een wachtlijst sneller gehoord worden’, weet schepen van welzijn Sofie Heyrman. ‘De tijd tussen het eerste gesprek en de behandeling zal zo een stuk korter worden. Mensen met minder financiële middelen krijgen voorrang.’ ‘De samenwerking was al een tijdje in de maak’, vertelt Heyrman. ‘Het project kadert in ons lokaal armoedeplan. Daarin beloofden we eerstelijnswerkers en hulpverleners ondersteuning in hun werk met mensen met een psychische problematiek.’ De wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg zijn geen lokaal probleem, maar met de toelage van 30.500 euro hoopt de stad Sint-Niklaas bij te dragen aan de oplossing. Als het project goed loopt, kan de samenwerking jaarlijks verlengd worden tot 2018. 24 // PIT

EDEGEM Stilaan wordt het Zwaluwnest in Edegem een verzamelplek voor alles wat met kinderen en opvoeden te maken heeft. Naast een buitenschoolse kinderopvang, Kind en Gezin, een opvoedingswinkel en het Huis van het Kind herbergt het Zwaluwnest nu ook een peuterspeelpunt. In ’t Speelnestje leven kinderen van nul tot drie jaar zich uit. Terwijl nemen ouders, grootouders, tantes, nonkels, onthaalouders de tijd om te keuvelen en een kopje koffie te drinken. Het peuterspeelpunt is dus meer dan een kinderopvang. ‘Met ’t Speelnestje creëren we in het Zwaluwnest een unieke ontmoetingsplaats, iets tussen een gezellig oudercafé en een speeltuin voor peuters’, vertelt schepen voor gezin en kinderopvang Jeroen Van Laer (Groen). ‘Het opzetten van het peuterspeelpunt kwam in een stroomversnelling dankzij enkele enthousiaste Edegemse mama’s die er mee hun schouders onder wilden zetten. Eind 2015 kwamen we een eerste keer samen om de ideeën bijeen te brengen. Midden mei konden we ’t Speelnestje openen.’ Samen spelen bevordert de sociale ontwikkeling van de peuters. Het is een uitstekende voorbereiding op de kleuterschool, zeker voor de kinderen die niet naar de kinderopvang gaan. Ook het contact tussen (groot)ouders werkt stimulerend. Ideeën over opvoeding wisselen ze graag met elkaar uit. Ook in andere gemeenten zijn de peuterspeeltuinen een succes. Spelenderwijs leren: het werkt voor jong en oud!

‘In het verleden leken senioren met een migratieachtergrond wel een vergeten doelgroep in Gent’, vertelt Cetinkaya. ‘Te moeilijk, niet bereikbaar of geen interesse, klonk het. Wij moeten in eerste instantie zelf naar hen toegaan, tot ze zelf de weg naar ons vinden.’ Het OCMW trekt daarom voortaan zelf naar de ouderen. Ze houden zitdagen in de vertrouwde omgeving van de senioren, zoals organisaties voor inwoners met een migratieachtergrond, vrouwenorganisaties en moskeeën. De vernieuwde aanpak werkt. Sinds de start van het proefproject bereikte het OCMW 280 extra Gentenaren met een migratieachtergrond. Daarom gaan ze er mee door. Het aantal zitdagen wordt uitgebreid, er wordt een medewerker aangeworven en vrijwilligers kunnen voortaan meewerken aan het project. De personeelsleden krijgen extra vorming in cultuursensitieve zorg.


ROESELARE Elke stad kent wel enkele dakloze mensen met een vast bankje of dorpel. Ze zijn vertrouwde gezichten in het straatbeeld. Niet zelden kennen we hun naam of bijnaam. Soms stellen we bezorgde vragen over hun persoonlijke situatie, maar vaak lopen we met een boog om hen heen. Uit schaamte? Of uit ergernis? Waarom willen deze mensen geen professionele hulp en mijden ze zorg? Stad Roeselare zoekt een oplossing voor haar ‘zorgwekkende zorgvermijders’. Niet door repressief op te treden, maar door in te zetten op structurele steun. Gemeenteraadslid Leen Sercu (Groen): ‘Het zijn heel kwetsbare mensen. Ze verdienen gerichte ondersteuning. Bestraffing helpt hen niet vooruit, integendeel.’ Een straathoekwerker gaat doelgericht naar deze mensen toe. Hij begeleidt hen richting professionele hulpverlening, daklozenopvang of ontwenningskliniek. Dat blijkt een proces van vallen en opstaan. ‘Voor sommige mensen is de drempel naar de hulpverlening te hoog. Door zelf naar hen toe te stappen, voelen we aan wat hun noden zijn. Het is een krachtig en duidelijk signaal. We tonen dat Roeselare het meent als ze zegt dat iedereen meetelt’, stelt Sercu overtuigd.

TURNHOUT Stad Turnhout biedt voortaan EHBD-rugzakken aan. EHBD staat voor Eerste Hulp Bij Dementie. Mensen bij wie dementie is vastgesteld of wordt vermoed, maken zich grote zorgen. Ook hun omgeving heeft veel vragen. Het negatieve beeld over het verdere verloop van de ziekte maakt hen ongerust. ‘De EHBD-rugzak biedt de kans om het thema op een rustige manier thuis te verkennen. Na de begrijpelijke schokreactie is er een sterke nood aan informatie. Mensen kunnen een rugzak in de bibliotheek of in het dienstencentrum Albert Van Dyck ontlenen’, legt schepen voor bibliotheek en socio-culturele vorming Marc Boogers (Groen) uit. De rugzak bevat een selectie van materialen. Zowel (jonge) kinderen, tieners als volwassenen en senioren vinden er informatieve boeken, romans, stripverhalen, muziek en DVD’s. ‘Dementie heeft een grote impact op alle betrokkenen. Wij reiken mensen de kennis aan die hen steunt in het verwerkingsproces. Tegelijk vertellen we hen waar ze met hun (toekomstige) zorgvragen terecht kunnen. Informatie is van cruciaal belang. De sleutel tot begrip bieden wij iedereen aan.’

MOLENBEEK In rusthuis Le Scheutbos in Molenbeek ontvangen de bewoners opmerkelijk bezoek. Tien weken lang vergezellen zachte ‘aaihonden’ de senioren bij hun uitstapjes. ‘Ik was altijd al een hondenliefhebber, dus is het heel leuk dat ik nu opnieuw met eentje op stap kan’, merkt een bewoner vrolijk op. Groen-schepen en initiatiefneemster Annalisa Gadaleta legt uit hoe het idee is ontstaan. ‘Contact met honden heeft een positief effect op oudere mensen hun welzijn en gezondheid. Bovendien is het een heel laagdrempelige activiteit om mensen aan het bewegen te zetten.’ De honden maken spontaan nieuwsgierigheid en mooie herinneringen los. Meer gesloten senioren fleuren op als ze hun wandeltochtje met de hond maken. ‘Hopelijk krijgt dit pilootproject navolging. Het is fantastisch om te zien wat dit voor sommige ouderen betekent. Een kleine moeite voor ons maakt voor hen soms een wereld van verschil,’ besluit Gadaleta. DICHTBIJ // 25


CRUSH CRUSH brengt een ode aan de doeners, kleine helden die grootse dingen doen: mensen verbinden, de handen uit de mouwen steken en creatieve oplossingen bedenken, tegen het boegeroep in. Elke nieuwe Pit geven we één van hen een papieren podium. Lees dit als een liefdes­verklaring van Groen.

‘Ik ben bang dat er heel wat kostbaar talent verloren gaat’

26 // PIT


Khalid Al-Aubuqy

HELPT VLUCHTELINGEN MET EEN MEDISCH DIPLOMA INTEGREREN

Tekst Wim Vandonck Foto ID/Franky Verdickt

‘In Baquba in Irak was ik pediatrisch chirurg, de enige in heel het ziekenhuis. Ik had er ook mijn eigen praktijk. Na mijn consultaties moest ik vaak terugkeren naar het ziekenhuis voor noodoperaties. De regio kampt met veel geweld. Dokters worden ontvoerd en vermoord. Tien collega-dokters verdwenen en vele anderen zijn gevlucht. Ik moest er weg. In mei 2015 kwam ik naar een medische conferentie in België. Ik wilde het land beter leren kennen. Ik voelde me goed hier, dus ik besloot te proberen hier een toekomst op te bouwen. Dat was geen gemakkelijke beslissing. Ik was succesvol in Irak en mijn afdeling was als mijn kind. In België kan ik niet eens mijn beroep uitoefenen omdat mijn diploma niet erkend is. Bovendien konden mijn vrouw en vier kinderen niet meteen meekomen. Toen het tentenkamp in het Brusselse Maximiliaanpark werd opgericht, ging ik meteen naar daar om mijn hulp aan te bieden als dokter. Ik kwam terecht bij Dokters van de Wereld en hielp hen met vertalingen, assistentie en medisch advies. Ik werkte dag en nacht maar ik genoot want ik kon mensen helpen. De medewerkers van Dokters van de Wereld vertelden me dat ze werkten aan een project waarbij erkende vluchtelingen met een medisch diploma een soort van stage kunnen lopen bij Belgische dokters. Zo kunnen ze de gezondheidssector beter leren kennen, de taal oefenen en ervaringen uitwisselen. Het project werd Refugee Skills Matter gedoopt en ik werd coördinator ervan. Ik hoop de instroom van nieuwe dokters, verplegers, tandartsen en laboranten te vergemakkelijken. Nu beslist men aan de hand van een checklist welke vaardigheden erkend worden en welke niet. Er is geen gesprek en er wordt geen rekening gehouden met ervaring. Ik wil de overheid niet bekritiseren, maar ik ben bang dat er zo heel wat kostbaar talent verloren gaat. Veel dokters en verplegers belanden in een kantoorjob. Ze raken teleurgesteld en depressief. Belgische dokters reageren vaak erg enthousiast wanneer we hen vertellen over Refugee Skills Matter. Meer zelfs: twintig erkende vluchtelingen hebben al een stageplaats gevonden. Zelf hoop ik ook binnenkort aan de slag te kunnen als assistent. Ik heb gesolliciteerd bij het UZ Brussel en wacht nu op nieuws. Ik hoop dat mijn diploma deels gelijkgesteld wordt zodat ik na een bijkomende opleiding ooit terug op hetzelfde niveau kan werken als in Irak. En het allerbelangrijkste: ik hoop op goed nieuws van de ambassade. Zij moeten beslissen over onze familiereünie. Mijn vrouw en kinderen zijn nog steeds in Irak en we missen elkaar ontzettend.’ CRUSH // 27


DUBBEL

‘De kring van mensen rond de mantelzorger geeft rust en ondersteuning’ ‘Urbi et Orbi. De paus sprak zijn jaarlijkse zegen uit toen mijn man een aanval kreeg. Ik bleef kalm, hoor. Ondertussen weet ik heel goed hoe ik met zo’n situatie moet omgaan.’ Aan het woord is Lea Van Gerven. Tachtig jaar en mantelzorgster. Ze vertelt de anekdote met een fijn gevoel voor humor. Ingrid Pira kijkt haar moeder trots aan. ‘We zijn er voor haar als ze ons nodig heeft. Die nabijheid stelt iedereen gerust.’ Ingrid denkt na over een betere ondersteuning voor mantelzorgers. ‘Met enkele kleine maatregelen kunnen we al heel veel bereiken.’ Een dubbelgesprek over mantelzorg, nieuwe woonvormen en de betaalbaarheid van de zorg. Tekst Benjamin Descamps Foto’s ID / Wouter Van Vooren

28 // PIT


Het is donderdagnamiddag, klokslag vier uur. De trein houdt halt in station Mortsel Oude God. Een gezellige bedrijvigheid ontvouwt zich. Het lokale feestcomité bereidt haar volgende evenement tot in de puntjes voor. Op een boogscheut daarvandaan wonen Lea Van Gerven (80) en Marcel Pira (86). Door het raam van hun huiskamer zie ik hoe de tuinwanden versierd zijn met poëzie. Ingrid: ‘Mijn vader schreef ontzettend veel gedichten en was de informele stadsdichter van Mortsel. Hij heeft een groot hart voor de letteren. Nu hij geen gedichten meer kan schrijven, herleest hij zijn eigen werk. Dat is een tijdje geleden wel anders geweest.’

HOE KWAM DAT? Lea: ‘Vier jaar geleden liep het grondig mis. De dag na de gemeenteraadsverkiezingen in Mortsel trof ik mijn man ’s avonds laat thuis op de grond aan. Na een epilepsieaanval was hij zwaar gevallen. Ik wist meteen hoe laat het was. Zijn gezondheid kwakkelde al een paar jaar. Ik herinner me dat ik voor zijn val eigenlijk al veel voor hem zorgde. Hij was kortademig en niet goed te been maar wel nog zeer helder van geest.’ Ingrid: ‘In het ziekenhuis had men een hersenbloeding vastgesteld. Ze gaven ons in bedekte termen te kennen dat het niet goed zou aflopen. We moesten een formulier invullen waarvan ik niet eens wist dat het bestond.’ Lea: ‘DNR code 2. Do not reanimate. Plots moet je beslissen over leven en dood.’

‘Voor mij was het vanzelfsprekend dat ik thuis voor mijn man zou zorgen’ Ingrid: ‘Wij waren ontredderd. Eigenlijk vragen ze: geef je hem op? Euthanasie is in ons land goed omkaderd, maar van dit soort formulieren zouden mensen toch meer op de hoogte kunnen gebracht worden. Zo geef je ze de tijd om er op voorhand goed over na te denken.’ Lea: ‘Hoewel hij die nacht overleefde, ging het nadien snel bergafwaarts. Na de ziekenhuisopname moest mijn man naar een revalidatiecentrum waar zijn toestand zienderogen DUBBEL // 29


verslechterde. Het verplegend personeel treft geen schuld. Ze krijgen instructies en kampen met een personeelstekort.’ Ingrid: ‘Een zus van mij besloot om na te gaan welke en hoeveel medicatie onze vader kreeg: zestien verschillende soorten. In overleg met de huisarts hebben we uitgezocht hoe we dat konden afbouwen.’ Lea: ‘Mijn man werd stilaan een plantje. Ze zeiden ons dat het door de hersenbloeding kwam, maar het was de medicatie die het herstelproces blokkeerde. Bovendien worden mensen in ziekenhuizen of revalidatiecentra veelal incontinent. Dit soort zaken verhoogt de drempel voor thuis- of mantelzorg. Het is een vicieuze cirkel. Daarom wist ik: alleen als ik thuis voor hem kan zorgen zal hij herstellen. En dat gebeurde. Zie hem hier zitten, vier jaar later.’ MOEDIGDEN ZE IN HET REVALIDATIECENTRUM JOUW KEUZE VOOR MANTELZORG AAN? Lea: ‘De dokters en verpleegkundigen reageerden eerst bezorgd. Ze vroegen zich af of het wel haalbaar

30 // PIT

zou zijn. Met mijn leeftijd, weet je wel. Maar ze beseften vlug dat ik nogal koppig kan zijn.’ (lacht) Ingrid: ‘Die opmerking krijg ik soms ook te horen. Dat werkt toch een beetje ontmoedigend. Ik zeg hen altijd dat ik ervan versteld sta hoeveel onze mama aankan. Zorgverleners mogen mantelzorg – in ons geval gecombineerd met

ONDERSTEUNENDE OMGEVING VOOR DE MANTELZORGER. Lea: ‘Het stelt me gerust dat ik dochters heb die vlakbij wonen. Nu ben ik wel een plantrekker, maar als er iets is weet ik dat ze hier snel zullen staan. Dat doet deugd. Ik kan de zorg voor mijn man wel moeilijk loslaten. Als ik eens wegga, maak ik me zorgen over hoe het met hem gaat. Mijn dochters stellen vaak

‘Een betaalbaar zorgmodel omvat ook een nieuw woonmodel’ thuiszorg – best wat meer aanmoedigen en ondersteunen. De overheid moet daarbij helpen. Waarom geen gemeentelijk steunpunt waar mantelzorgers terecht kunnen voor informatie of ontmoeting? Daarmee steken ze mensen een hart onder de riem.’ IN HAAR BOEK ‘ZORG ZONDER NAAM’ STIPT INGRIDS COLLEGA BIJ GROEN, ANNE DEDRY, HET BELANG AAN VAN EEN

voor om eens een aantal zorgtaken over te nemen, maar ik geef het niet graag uit handen. Dat heeft zeker en vast te maken met het feit dat ik een oorlogskind ben. Onze generatie heeft barre tijden meegemaakt. Dan leer je spontaan zorg dragen voor elkaar. Het zit er in gebakken. Hoewel ik denk dat de volgende

generaties op hun manier ook wel zorg zullen dragen voor elkaar.’ Ingrid: ‘Daar ben ik rotsvast van overtuigd. Akkoord, de samenleving is individualistischer geworden, maar jonge generaties zijn ontzettend creatief in het vinden van oplossingen. Ze anticiperen op wat komt. Zo stelde mijn oudste dochter zelf voor om in ons huis te wonen, terwijl wij ernaast een aangepast appartement bouwen. Een soort kangoeroewonen dus. In de onmiddellijke buurt zien we trouwens een vijftal gelijkaardige initiatieven van ouders die boven of naast hun kinderen wonen. Met enkele weldoordachte aanpassingen creëer je een kleine zorggelegenheid in je vertrouwde omgeving. Denk aan de installatie van een interfoon, vloerbekleding die niet voor struikelgevaar zorgt of aanpassingen van het sanitair. De overheid zou dat meer mogen stimuleren. Volgens mij kan je daar al een aanzienlijk deel van de budgettaire meerkost van de vergrijzing en de verwitting mee opvangen.’


U ZEGT

Bie Vancraeynest

JEUGDWERKER

Mijn grootste pekelzonde? Vol-au-vent van Hector’s Halal Chicken. Ik ga er steeds incognito eten, want ik heb een reputatie hoog te houden als foodie. ‘Hey Bie’, roept iemand wanneer ik sta aan te schuiven. Nadat ik een tweede keer mijn naam hoor, kan ik hem niet meer negeren. Ik kijk op in de blije bruine ogen van een mooie jongeman. Ik heb hem al even niet gezien. Hij lijkt alweer gegroeid. De mouwen van zijn werkshirt heeft hij een beetje opgerold zodat je zijn biceps kan zien. Hij brengt veel tijd door in het fitnesscentrum, zie ik later op Instagram. Flashback naar 2008. Hij is het verlegen buurjongetje van het jeugdhuis waar ik werk. Tienerjongens zijn altijd uitgehongerd maar de gretigheid waarmee hij een kommetje cornflakes verorbert, doet toch een andere oorzaak vermoeden. Hij komt dagelijks langs, ook als er geen activiteiten zijn. Gewoon een beetje hangen. Het lijkt de aanlooptijd te zijn die hij nodig heeft. Langzaam komt hij bij ons op verhaal. Het is moeilijk leven met een labiele moeder die de taal niet machtig is en de zorg voor kleinere broers en zusje op hem afschuift als het haar te veel wordt. En het wordt haar vaak te veel. Ze stelt zijn broodnodige tandartsbezoek telkens weer uit. Hij is zo beschaamd over zijn gebit, dat hij zijn best doet om niet te lachen.

© ID/Bart Dewaele

‘Je wordt niet slap als er voor je gezorgd wordt’

Het is Michael Jackson die hem redt. Hij is grote fan en oefent elke dag de danspasjes van de King Of Pop. Een jeugdwerker schrijft hem in om auditie te doen bij de stad. Hij slaagt en hij mag nu dansen in de publieke ruimte. We lenen hem een boombox en zijn eerste doortocht in een drukbezette winkelstraat legt hem geen windeieren: zestig euro, op een uurtje! Vanaf dan is hij vertrokken. Het geld in zijn zakken, dat is echt van hem. Het applaus van de omstaanders geeft hem vleugels. Hij transformeert. We doen er doorgaans alles aan om iemand niet uit huis te laten plaatsen, maar nu helpen we hem vroegtijdig het ouderlijk huis te verlaten. Op zijn zestiende kan hij eindelijk alleen gaan wonen. Hij is er nog steeds om zijn moeder te helpen, maar wanneer het hem past en op zijn voorwaarden. Op Michael danst hij nog in zijn eigen kleine living, maar zijn nieuwe passie is koken. Hij had als kind al een bijzondere levenskracht, een vuur dat met verouderen alleen maar lijkt aan te wakkeren. Niemand wordt sterker als hij het altijd allemaal alleen moet doen, alleen maar eenzaam. Je wordt niet slap als er voor je gezorgd wordt. Een jeugdwerker die tijd maakt en een veilige plek om even te landen en waar niets moet, kunnen het verschil maken. En Michael Jackson natuurlijk. ‘Ik werk hier de hele zomer’, grijnst hij. Hij lacht zijn mooie tanden bloot, terwijl hij mijn tafeltje extra schoon maakt. ‘Ik spaar voor een reis naar New York! Heb je tips?’ U ZEGT // 31


NIEUWE HOOP Groen-voorzitster Meyrem Almaci bracht op het Zomerweekend in Nieuwpoort een boodschap van nieuwe hoop. We staan voor een fundamenteel jaar over wie we zijn en hoe onze samenleving er uit ziet. Want wat we de laatste tijd van veel politici horen, van rechts ĂŠn links, is een pessimistische visie. Maar dat is niet het land dat ik ken. We gaan voor een samenleving met meer menselijkheid en meer verbondenheid. Het is tijd voor nieuwe hoop. Herbekijk de speech van voorzitster Meyrem Almaci op het Groen Europees Zomerweekend: www.groen.be/nieuwehoop

Š Lien Arits


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.