Colofon
Inhoud
Groninger Studentenkrant St. Walburgstraat 22C 9712 HX GRONINGEN www.studentenkrant.org ISSN 09270237
Achtergrond
De Groninger Studentenkrant is een onafhankelijk blad gemaakt door en voor studenten van HBO- en WO-instellingen in Groningen. Het verschijnt tien maal per jaar in een oplage van 6000 exemplaren die gratis worden verspreid op de RUG, de Hanzehogeschool en andere locaties in Groningen.
Wedstrijd
Voorzitter: Mechteld Giesen (06- 48794318), Penningmeester: Ineke Berenpas (06-22732407), Acquisitie & PR: Jeroen van der Laan (06-26959465) en Joanne Wesselo (0641737982) bestuur@ studentenkrant.org
Apart'ja
Persis Bekkering, Ricardo Berentsen, Dieke de Boer, Iris Brookman, Carolien Bruil, Julia Gielingh, Emily Jacometti, Bart Melief, Maaike Piscaer, Anke van Ravensteijn, Simone Steenbeek, Herwin Thole, Jesper Verhoef, Wanda van der Zee, Merel Zeilstra
Door Jesper Verhoef
Redactie
Vormgeving Jan Luursema
Medewerkers
Opinie
Fotografie
Jan Luursema (www.janluursema.nl) Hanne van der Velde (www.hannev.nl) Ewoud Rooks (www.erooks.nl)
Relaties gaan uit, je haalt soms tentamens niet, de financiën zijn regelmatig een ramp. En daarbij slaap je dan ook nog eens te weinig en onregelmatig. Een dipje ligt op de loer tijdens je studietijd. Maar wanneer is er sprake van een depressie? En wat kunnen medicijnen op dat moment oplossen?
Pagina 4
Uitslag SK Sexy Schrijfwedstrijd Jullie hebben een maand lang mogen spelen met de gratis condooms uit de vorige editie. Wytske Greven schreef een mooi verhaal over haar belevenissen met de geribbelde Pleasuremax en won de 100 condooms. ‘”Was het lekker voor jou, zo’n rubbertje met uitslag?” vraagt hij me als we lichtelijk bezweet naast elkaar liggen en apathisch naar het plafond staren.’
Pagina 6/7
Je beklimt de trappen van het Academiegebouw, luistert naar de docent, bekijkt dromerig de powerpoint-presentatie op het scherm voor je. Activiteiten die opeens een stuk lastiger zijn wanneer je doof of blind bent, of slecht ter been bent. Studenten met een handicap vertellen over hun studentenleven.
Pagina 10
Clown Dimitri Hij mag zijn gezicht niet meer schminken, maar clown Dimitri staat nog altijd voor de Openbare Bibliotheek. Hij vertelt honderduit over zijn werk als scherpschutter en bij het Franse vreemdelingenlegioen. Hij belooft ons dat er een boek over zijn leven aankomt, maar tot die tijd kun je je vermaken met dit interview.
Hoofdredactie
Roza Freriks (06-16437744) en Jan Luursema (0625035306) hoofdredactie@ studentenkrant.org
Pagina 4
Antidepressiva
Studeren met een handicap
Uitgespreid Stichtingsbestuur
Groninger Studentenkrant Mei 2008
RITA AAN Enkele weken geleden is Rita Verdonks Trots op Nederland gepresenteerd. ‘Samen gaan we het dóén’, sprak ze vol overtuiging. Wat we dan gaan doen is nog onduidelijk, haar feitelijke programma is leger dan de Euroborg na een sfeeractie met wc-papier. Een kniesoor die daar om geeft: in de peilingen staat haar partij - sorry, ‘beweging’- rond de twintig zetels. Niet gek voor iemand die minder in de Tweede Kamer te vinden is dan een katholiek in de kerk - terwijl dat toch echt is waar ze voor betaald wordt. Liever probeert Verdonk de zogenaamde kloof tussen de politiek en de burgers in het land te dichten. Hoe ze dat doet? Door bijeenkomsten te organiseren, waar bezoekers kennis met haar kunnen maken. Dat ze Jan met de pet hier in het geheel niet mee bereikt - een avondje à enkele honderden euro’s is de gewone man toch te gortig - doet niet terzake. Er moet immers ook geld in het laatje komen, tien miljoen maar liefst. Met dit geld wil Verdonk campagne voeren bij de komende verkiezingen. Dat deze nog geruime tijd van ons af liggen komt haar
niet eens slecht uit, het geeft wat tijd om standpunten in te nemen. Beter gezegd: om haar achterban standpunten vóór haar in te laten nemen. Jaja, het is namelijk mogelijk als bevolking haar partijprogramma te bepalen op een internetforum.
Jammer dat mensen gelijk met ideeën voor gratis aambeienzalf komen Als dat geen ware democratie is. Jammer dan weer dat mensen gelijk met ideeën voor gratis aambeienzalf en aan te wijzen landingsplekken voor UFO’s komen. Snappen we dan niet dat e-democracy de toekomst heeft? Nee, Verdonk weet beter hoe het werkt. Praat je toekomstige achterban naar de mond, geef ze een stem via internet en je zit gebakken. Veertig zetels denkt Verdonk te kunnen halen, genoeg om premier mee te worden. Dat ze met dit zetelaantal nog steeds met andere partijen moet samenwerken voor een meerder-
heid lijkt langs haar heen te gaan. ‘Geen compromissen’, belooft Iron Rita. Het volk juicht: we mogen meepraten! Stel je voor, zestien miljoen mensen die samen de kieslijst van TON bepalen. Nick en Simon op nummers twee en drie en ook de nieuwe Uri Geller verdient een plekje in de Tweede Kamer. Iemand die lepeltjes buigt tijdens het vragenuurtje, als dát de kloof tussen het volk en de politiek niet dicht. Een kleine voorspelling. Na een zware werkdag loopt premier Verdonk terug naar het torentje, als ineens het Witte Huis belt. Amerika valt Iran binnen, of Nederland steun geeft. ‘Sorry Barack, don’t know yet, ik wacht op m’n achterban. De stemming op de site hierover sluit op vrijdagavond om 22.00u, bel me dan even terug, wil je?’ Voor het zover komt kan Verdonk echter onze (financiële) steun nog wel gebruiken, daarom wat reclame. Wil je na het lezen van dit stukje extra informatie over Trots op Nederland? Sms dan RITA AAN naar 3040. En als je de honderdste sms’er bent krijg je nog een gratis tube aambeienzalf ook!
Peter Valkema
Drukwerk
Grafische Industrie de Marne
Coverfoto Ewoud Rooks
Webmaster vacature
Door Peter Valkema
2 Groninger Studentenkrant
Entree
Rouvoet: optimist of moralist? ‘Kabinet grijpt in tot achter de voordeur’. ‘Samenleving weer maakbaar’. Dergelijke krantenkoppen verschenen in reactie op de Miljoenennota door kabinet Balkenende IV, vorig jaar september. Een gesprek over de politiek van dit kabinet met André Rouvoet. Door Persis Bekkering Foto: Hanne van der Velde ‘Kabinet grijpt in tot achter de voordeur’. ‘Samenleving weer maakbaar’. Dergelijke krantenkoppen verschenen in reactie op de Miljoenennota door kabinet Balkenende IV, vorig jaar september. Een gesprek over de politiek van dit kabinet met André Rouvoet.
kenmerkt draagt bij aan het wantrouwen in de politiek en aan de kloof tussen politiek en burger.’ Hij verwijst ook naar de lancering van Verdonks beweging ‘Trots op Nederland’, die in een Amerikaans aandoende setting onder begeleiding van het volkslied mooie beloften deed richting de Nederlanders. Rouvoet bekritiseert dit. ‘Populisme is niet het juiste antwoord. Bij populisten als Rita Verdonk is de verleiding nog veel groter om dingen te roepen die burgers graag horen, wat nog hogere verwachtingen wekt en op den duur tot nog grotere teleurstellingen en frustratie leidt.’ De minister roept op tot ‘nuchterheid en realisme’. ‘Deze coalitie belooft geen gouden bergen. Zij is daardoor het vertrouwen van de burgers waard.’ Dergelijke uitspraken zijn typerend voor het onverbloemde optimisme van de vicepremier over het huidige kabinet, vooral over de rol van de ChristenUnie (CU) daarin. Gedurende de hele avond straalde hij dit vertrouwen uit. Zo sprak hij meerdere malen over de ‘trendbreuk’ door dit kabinet: na jaren van individualisering staat sinds een jaar gezinsondersteuning in de wet. ‘Donner, Aboutaleb, ze voeren ChristenUnie-beleid uit. En zo moet het ook’. Betutteling Voor zijn eigen ministerie benadrukt hij dat de overheid
te vervangen als bevolking. De minister legt zijn werkelijke bedoeling uit: ‘Het gaat er mij om dat er een gat zit tussen het aantal kinderen dat vrouwen zeggen te willen krijgen, en het werkelijke geboortecijfer. Hoeveel kinderen mensen willen, daar gaan ze zelf over. Het gaat er om dat ouders hun eigen keuze kunnen realiseren.’ De gemoederen zijn inmiddels bedaard en er wordt serieuzer naar zijn opmerking gekeken. ‘Nu is deze discussie gestart en die ga ik hernemen in mijn gezinsnota aan het einde van dit jaar.’ Het ‘ivoren-torenverwijt’ kan de minister in ieder geval niet gemaakt worden. Om in contact te blijven met de samenleving, essentieel voor het goed kunnen volbrengen van zijn taak als minister, gaat hij heel veel het land in. Ook na die eerste honderd dagen. Na een lange opsomming van zijn activiteiten in den lande, besluit hij: ‘Ik ga in gesprek met mensen die met hun benen in de modder staan. Daar hoor je wat er speelt.’ Hoe staat zijn eigen gezin er eigenlijk voor, met zo’n drukke agenda? ‘Heel goed’, lacht hij. ‘Mijn gezin heeft er niet onnodig last van. De kinderen vinden het eigenlijk zeer interessant en ze profiteren er ook vaak van.’ Ze mogen namelijk vaak met hem mee op reis. Hoewel de minister altijd meer tijd met ze zou willen doorbrengen. ‘Dat lijdt geen twijfel.’
De plannen van dit huidige kabinet, onder andere om ouders meer bij te staan in de opvoeding en activiteiten duurder te maken die schadelijk zijn voor milieu en gezondheid, worden gezien als kenmerken van een ‘controlestaat’ en een ‘maakbaarheidsgeloof’. André Rouvoet (ChristenUnie), vice-premier en minister van Jeugd en Gezin, ontkent dit geloof in de maakbare samenleving. Na een debat met de Leidse hoogleraar rechtsfilosofie en aartsconservatief Andreas Kinneging spreken wij de vice-premier. Maakbaarheidsgeloof De christelijk gereformeerde minister laat zich niet gemakkelijk iets verwijten. Hij wil duidelijk maken dat de reacties op de Miljoenennota voortkomen uit een misinterpretatie. Maakbaarheidsgeloof, de idee dat het leven afhangt van beheersbare beslissingen en daden, noemt de minister ‘utopisch denken’ Het is ‘geloven in een illusie’ en een overschatting van de menselijke macht, ‘gepraktiseerd door een preventiestaat’. Niet door dit huidige kabinet dus, aldus de vice-premier. Een preventiestaat is een honende term voor een overheid die zich overal mee wil bemoeien en alles in het werk stelt om de bevolking tegen zichzelf te beschermen. De politiek die Rouvoets partij in het kabinet bedrijft kenmerkt zich juist door realistische plannen en verwachtingen. ‘Christelijke politiek is wars van maakbaarheidsgeloof’. Dat is duidelijke taal. Waar komen de reacties vanuit de media dan vandaan? In het coalitieakkoord wordt gesproken over de ‘overheid als bondgenoot van de samenleving’ en het opnieuw grenzen stellen ten aanzien van bijvoorbeeld
‘Donner, Aboutaleb, ze voeren ChristenUnie-beleid uit. En zo moet het ook’ overlast, risicogedrag en uitwassen van islamitisch activisme. Rouvoet legt uit dat de kabinetsplannen een reactie zijn op een aantal zorgwekkende ontwikkelingen in de samenleving, waardoor normen en waarden onzeker zijn geworden. ‘Deze ontwikkelingen creëren een roep om houvast en identiteit, en zorgen tegelijkertijd voor een afnemend vertrouwen van burgers in de politiek. Dit kabinet reageert door in te zetten op versterking van de samenleving en sociale samenhang. We willen weer grenzen stellen.’ Deze aanpak is door velen aangezien voor maakbaarheidsgeloof. Wat doet Rouvoet eigenlijk om dit beeld te ontkrachten? ‘Door te doen wat ik aan het doen ben’, verklaart hij. Daden dus, in plaats van polemiek? ‘Ik laat me niet van de wijs brengen door onterechte verwijten, en het weerhoudt me er niet van om aan het werk te gaan als minister van Jeugd en Gezin. Ik weiger op mijn handen te gaan zitten zolang er bijvoorbeeld nog meer dan 100.000 kinderen in ons land slachtoffer zijn van kindermishandeling. Hyperigheid ‘Burgers hebben te hoge verwachtingen van wat de politiek werkelijk kan klaarspelen’, stelt de christensocialist. ‘Die verwachtingen zijn wellicht ook door politici zelf gewekt. De snelheid waarmee politici klaarstaan met nieuwe voorstellen op basis van krantenberichten en spoeddebatten over incidenten drijven deze verwachtingen steeds verder op. Als zaken vervolgens toch niet snel worden opgelost, leidt dat tot gevoelens van ongeduld en frustratie. Deze hijgerigheid, of ‘hyperigheid’, die het politieke klimaat de laatste jaren
Het gesprek
geen taken over wil nemen van gezinnen. Dit mag zij hooguit doen bij ontwrichting van de verbanden, waardoor een ‘individu in de knel komt’. ‘Er wordt ons vaak betutteling en moraalridderij verweten. Critici vinden eigenlijk dat de overheid terughoudender zou moeten zijn. Maar wanneer, zoals bij kindermishandeling, de veiligheid in het geding is, heeft de overheid niet alleen het recht, maar ook de plicht om in te grijpen.’ Hoe combineert de minister deze uitspraken met het kabinetsplan voor bijstandsmoeders? Volgens dit plan, dat rechtstreeks uit het verkiezingsprogramma van de CU komt, hebben alleenstaande moeders in de bijstand de eerste zes jaar van hun moederschap geen sollicitatieplicht meer. ‘Dit is een zeer sociale maatregel’, aldus Rouvoet. ‘We vinden dat bijstandsmoeders in staat moeten zijn om als de kinderen nog heel klein zijn zelf voor hun kinderen te zorgen, maar we laten dat wel gepaard gaan met een scholingsplicht. Als ze dan na maximaal zes jaar gaan solliciteren, hebben ze ook bagage erbij gekregen’. Met de benen in de modder En bevolkingspolitiek? Het feit dat de minister daar in februari, in een interview met dagblad De Pers, op zinspeelde, getuigt toch van een maakbaarheidsgeloof? ‘Nee, daarin ben ik verkeerd geïnterpreteerd.’ Volgens de media, die hem met hoon ontvingen, wilde Rouvoet het geboortecijfer verhogen als antwoord op de vergrijzing. Het Nederlandse geboortecijfer is momenteel 1,7 terwijl de Europese norm 2,1 is. Die norm is gebaseerd op het aantal dat nodig is om zichzelf
Groninger Studentenkrant 3
De prinses en de paroxetine Wat is er waar van het sprookje dat ‘antidepressiva’ heet? ‘Je hoeft niet altijd gelukkig te zijn,’ benadrukt psychiater Harm Jan Pot. Maar wanneer het zware weer maar aan blijft houden, kan het verstandig zijn hulp te zoeken om de depressie te lijf te gaan. Antidepressiva kunnen dan een uitkomst bieden, maar lossen niet alles op. ‘Door de paroxetine realiseerde ik me opeens dat het ook anders kon.’ Door Roza Freriks Foto: Jan Luursema
maar die pil, dan hoef ik dat beroerde verhaal ook niet meer te vertellen”.’ Ook psychologen adviseren soms wel erg gemakkelijk het middel te gaan slikken. Bianca (24, studente Engels) vertelt dat de psycholoog waar haar huisarts haar naar had verwezen al bij het intakegesprek zei dat ze maar antidepressiva moest nemen. ‘Ik schrok er nogal van, want ik had niet het idee dat het zo erg was allemaal.’ Uit angst verslaafd te raken, koos ze er voor het bij gesprekken te laten. ‘Het was heel oppervlakkig, ze vroeg totaal niet door naar de oorzaken. Echt geholpen heeft ze me niet.’
‘De psycholoog zei dat ik maar antidepressiva moest nemen’ De depressie waarmee een student bij de arts terecht komt, is dan ook vaak het gevolg van een niet zomaar te ontwarren kluwen problemen. ‘De studententijd is een levensfase waarin je heel veel zelf moet klaren. Als gevolg van stress, slaapgebrek en slechte eetgewoontes wordt door ontregeling van de biologische klok het risico op een depressie groter. Als je dan ook nog alleen bent, slaat de twijfel aan jezelf snel toe.’
‘Medicine is a delicate balance between science, art & communication,’ staat er op de wand van het kantoor van psychiater Harm Jan Pot. Dat hij deze boodschap ter harte neemt blijkt uit zijn genuanceerde visie op het gebruik van antidepressiva. Hij legt uit dat zowel gesprekken met een psycholoog of huisarts als medicatie de depressieve patiënt de kans geven weer meerdere hersencircuits te gebruiken in plaats van gevangen te blijven zitten in het ‘depressieve’ circuit. Antidepressiva doen dit door de prikkeloverdracht in het centrale zeuwstelsel te bevorderen, cognitieve gedragstherapie door de patiënt in te laten zien hoe hij zijn of haar gedachtegang zo kan veranderen dat de langdurige somberheid doorbroken wordt. Medicijnen schrijft de psychiater het liefst alleen voor als de somberheid langer dan drie maanden aanhoudt en gepaard gaat met lichamelijke klachten. In de praktijk worden antidepressiva door huisartsen vaak snel voorgeschreven en voor diverse klachten, waaronder angstklachten. Maar liefst 900.000 Nederlanders waren in 2007 aan het middel. Pot legt uit dat zowel arts als patiënt vaak te hoge verwachtingen hebben van de ‘wonderpil’. ‘Reclame door de farmaceutische industrie en de ideeën van sommige doktoren dragen er aan bij aan de verwachting dat een pil je echt in een soort sprookje brengt.’ In de huisartsenpraktijk komt het ook voor dat arts of patiënt geen tijd of zin hebben in langdurige zware gesprekken. ‘Het is voor de arts lastig erachter te komen wat er nou echt aan de hand is. Patiënten hebben daarbij soms zoiets van “geef me nou
meer goed kwam, dat ik nooit meer van mensen zou kunnen houden.’ Van haar twaalfde tot haar zestiende was ze al regelmatig in therapie geweest, maar dat richtte weinig uit. ‘Toen heb ik nog twee jaar doorgesukkeld, gedaan alsof het goed ging. Totdat ik mijn moeder opbelde dat er nu iets moest gebeuren omdat ik anders voor de trein sprong.’ Op dat punt gaf haar huisarts eerlijk toe dat hij het ook niet meer wist en schreef hij haar medicijnen voor. ‘Hij vroeg me nog drie keer of ik niet weer in therapie wilde, maar ik kon niet meer. Ik was zo dood, ben alleen maar in bed gaan liggen.’ Een vriendin van haar moeder nam haar in huis om daar bij te komen. In eerste instantie kreeg Lieke te maken met een flinke lading bijwerkingen van de paroxetine, zoals misselijkheid en vreemde tintelingen in haar hoofd. Op dat moment vielen die echter amper op, ze worstelde al veel langer met een heel scala aan lichamelijke problemen. Vrij snel daarna begon ze de werking ook in positieve zin te voelen. ‘Ik kreeg weer de neiging iets te gaan doen; wat te lopen, de vaatwasser in te ruimen. Ik was niet persé vrolijk, maar wel rustig. Ik wilde ook weer praten, eerst zat ik zo vast in mijn hoofd dat ik dat niet meer kon. Voor het eerst kreeg ik het idee dat het ook anders kon en dat maakt al dat je je beter voelt, ook al ben je nog niet echt blij. De echte problemen met ouders en eetgewoonten waren toen nog niet opgelost.’
‘Ik kon niet meer. Ik was zo dood, ben alleen maar in bed gaan liggen’ De studente ervaart het als een goede keuze dat ze aan de medicijnen is gegaan. ‘Op dat moment was het echt nodig. Het gaf me de moed om door te zetten, de rust om weer te slapen. Op een gegeven moment werd ik wakker en realiseerde ik me: ‘Ik kan wel weer proberen heel ongelukkig te worden, maar waarom eigenlijk?’ Het ging langzaamaan steeds beter; ze nam een baantje en zocht zelf contact met het ziekenhuis om alsnog in therapie te gaan. Ze is zich echter ook bewust van de schaduwzijde van het slikken. ‘Het is niet leuk. Één keer had ik geen pillen meer en werd ik zo ziek, alsof ik van harddrugs afkickte. Ik vind het erg dat die middelen zoveel invloed op je lichaam hebben.’ Nu ze weer met succes aan het studeren is, wil ze uiteindelijk van de medicijnen af. ‘Dat moet wel echt met begeleiding, mensen die lief voor je zijn. Die heb ik nu, als het fout gaat, zijn ze er.’ Ook student Lieke kwam op het punt dat ze echt niet meer wist waar ze het zoeken moest. ‘Ik dacht dat het nooit
(De namen van Bianca en Lieke zijn op verzoek van de geïnterviewden gefingeerd.)
UITSLAG SK SEXY SCHRIJFWEDSTRIJD Noppen en naaldhakken De SK Sexy Schrijfwedstrijd van vorige maand is gewonnen door studente Orthopedagogiek Wytske Greven. Met dit openhartige verhaal over de avonturen met het gratis geribbelde condoom dat bij de vorige krant zat wint zij nog eens honderd condooms, hopelijk goed voor nog veel meer spannende verhalen! Het verhaal dat hieronder is afgedrukt is ingekort, de volledige versie kan je lezen op www. studentenkrant.org. Sex met je ex is vertrouwd, je kunt het opscheppen over je te gekke persoonlijkheid en je daverende studieresultaten gewoon overslaan en je kunt ongeremd met elkaar neuken ook al heb je geen matching ondergoed aan. Dus inderdaad, tijdens het frunniken aan het pakketje uit de vorige Studentenkrant sms’te ik dan ook mijn ex. En hoe romantisch en charmant ik ook graag zou willen zijn, ik ben lomp en wind er geen doekjes om. ‘Hé lief, ik zit in de UB en ben ontzettend geil, zin om vanavond langs te komen?’ Lomper kan niet. Maar het werkt wel. Want al snel hebben we weer een seksdate gemaakt voor vanavond. Spannend, want ik heb ‘m al een tijdje niet gezien en gevoeld. En met condoom dit keer, want ik heb er één met noppen. Uit de SK. Niet mijn ware liefde, wel mijn ware lust. Snel eten ‘s avonds, absoluut niet teveel en ook zeker geen rode ui. En als hij dan niet veel later ook echt zijn handen op mijn billen legt en onze lippen samen feest vieren, voel ik dat het ook alleen
4 Groninger Studentenkrant
maar lust is, niets meer dan dat. Geen gesprekken meer, geen toekomstplannen. Alleen maar seks met je ex, de mooie herinneringen samen diep weggestopt. ‘Wat leuk schat, heb je wat nieuws?’ Zegt hij als hij de verpakking van het condoom open peutert. Hmm, rubbergeur...
‘Hé lief, ik zit in de UB en ben ontzettend geil, zin om vanavond langs te komen?’ Omdat het fysieke tussen hem en mij altijd vlekkeloos verliep, danst ook het condoom moeiteloos om zijn penis met één sierlijke beweging van hem. Hij lijkt wel geoefend… Dat een vrouw van binnen geribbeld is, maakt dat nopjes op een condoom een ontzettend ergonomisch verantwoorde keuze is. Met mijn nagels in zijn rug en mijn naaldhakken in zijn dijen geplant, doen we waar we goed in zijn. Intens, ongeremd maar vooral hard en ruig proberen we samen de noppen van het condoom af te schuren. ‘Was het lekker voor jou, zo’n rubbertje met uitslag?’ vraagt hij me als we lichtelijk bezweet naast elkaar liggen en apathisch naar het plafond staren. Als ik dan toch zo’n ding moet gebruiken, dan liever dit gepukkelde exemplaar is mijn bevinding. Alhoewel ik er
ook over heb nagedacht dat er wellicht zo’n nopje niet goed vast zou kunnen zitten op het condoom. En dat er tijdens de daad zo’n nopje afspringt in mijn vagina. Dat het dan zou kunnen nestelen en uitgroeien tot iets wanstaltigs. Of dat het één van mijn eitjes vindt tijdens de sprong… Wat dan? Omdat ik daar verder niet over wil nadenken vraag ik hem: ‘Nou, volgende week weer een keertje ofzo?’ Als hij té lang moet nadenken gooi ik een cliché naar zijn hoofd; ‘Schat, ís er iets?’ ‘Meisje, je bent prachtig, heerlijk én supersexy.’ Ik lach, verlegen en gespeeld omdat dat vanavond bij m’n ‘look’ past. ‘Maar jij wilt niks meer met ons en ik wil méér dan alleen jouw vliegende keep zijn’, zegt hij. Terwijl ik dacht dat dit ons spel was, speelde ik het eigenlijk alleen, bedenk ik me. Hij pakt zijn kleren bij elkaar en kijkt me stilzwijgend aan. Zijn prachtige blauwe ogen waar ik altijd zo gek op was, zeggen me genoeg. Het is geen spel en hij geen testpersoon. Sex met m’n ex is leuk, lekker en bijna net zo makkelijk verkrijgbaar als het gratis Durexje uit de SK. Een condoom, met of zonder noppen, beschermt me tegen moeilijk uitspreekbare ziektes, of ongewenste bevruchting van m’n zojuist op de hort geslagen eitje. Maar ’t beschermde mij noch hem voor deze laatste blikken naar elkaar. Hij draait zich om en ik zie de krassen van m’n naaldhakken nog in z’n dijen staan. Hij en z’n noppen deden me mijn nagels in zijn rug begraven en zeggen ‘Ik was hier, met nadruk op wás.’ Door Wytske Greven
Nieuws & Achtergrond
‘De Oosterpark wordt de rijkste buurt van Groningen’ Ruim twee jaar geleden speelde FC Groningen de laatste wedstrijd in het Stadion Oosterpark. Het vertrek naar de Euroborg is tekenend voor de leegloop van de Oosterpark. ‘Woningen zijn voor de gewone arbeider niet meer te betalen.’
geen hond op het feest af kwam.’ Volgens De Groot vinden veel Oosterparkers de sloop van het stadion symbolisch voor de leegloop van de wijk. ‘Steeds meer middenstand vertrekt. Kleine winkels gaan dicht om-
Johan van der Klok, eigenaar/ uitbater van de Gorechtbar, deelt De Groots visie, maar denkt dat het vertrek van het stadion geen grote invloed heeft gehad. ‘De wedstrijden waren immers maar één keer in de twee weken. Supporters komen tegenwoordig nog steeds hier een biertje drinken voor en na de wedstrijd. Ze gaan gewoon met een busje heen en weer naar de Euroborg. Nee, de verandering van de wijk is iets dat al twintig jaar aan de gang is.’ Van der Klok, opgegroeid in de Oosterpark, ziet dat de wijk haar identiteit als volksbuurt verliest. ‘Er worden steeds meer koopwoningen gebouwd. De gewone arbeider kan die niet betalen en kiest voor een woning in Lewenborg of Beijum. Verder worden steeds meer woningen gekocht door mensen die het vervolgens verhuren aan studenten. Dat is hun goed recht, maar het gaat wel weer ten koste van de arbeiders.’
Door Herwin Thole Foto: Hanne van der Velde ‘Ik mis de stadiongeluiden op zondag’, zegt Loes Venema, studente logopedie en wonend aan de Begoniastraat. ‘Ik kon horen wanneer FC Groningen gescoord had. Volgens mij missen veel mensen de gezelligheid op zondag. Het is zo leeg nu in de wijk.’
De nieuwe buurt De Velden die op de plek van het stadion moet verrijzen bestaat merendeels uit koopwoningen. De Groot bespeurt gemende gevoelens onder de Oosterparkers. ‘Veel mensen vinden het goed dat er een nieuwe impuls komt door de nieuwe gezinnen. Maar vooral de ouderen zijn bezorgd om de identiteit van de wijk. De Velden is voor de mensen met geld en daar herkennen ze zich niet in.’
De leegte is kenmerkend voor het hart van de Oosterparkwijk. Het stadion is met de grond gelijk gemaakt. Wat rest is een groot stuk braakliggend land omheind door vele meters hekwerk. Niets verraadt meer dat er eens een voetbaltempel stond midden in de volksbuurt. Het voetbal is er echter niet vergeten. Bij de C1000 aan het Wielewaalplein zijn nog steeds shirts van FC Groningen verkrijgbaar. ‘Er is ontzettend veel voetbalbeleving onder de Oosterparkers’, zegt Theo de Groot, opbouwwerker in de wijk. ‘Op de eerste open dag in de Euroborg was per ongeluk ook het wijkfeest in de Oosterpark gepland. Iedereen ging met pendelbussen naar het nieuwe stadion zodat er
dat ze niet meer kunnen concurreren met de supermarkten. En nu is de FC ook nog eens weg.’
Het braakliggende terrein waar ooit het Oosterparkstadion stond.
Van der Klok, die zelf naar Lewenborg is verhuisd vanwege de lagere woningprijzen, heeft een verklaring voor de toename van koopwoningen. ‘De Oosterpark is gewilde grond omdat het een groene wijk is die dichtbij het ziekenhuis en het centrum ligt. Mensen willen graag iets meer betalen om hier te wonen. Let op mijn woorden: over twintig jaar is de Oosterpark de rijkste buurt van Groningen.’
Vrijwilliger bij de Kindertelefoon
Benoemen is het toverwoord Smoorverliefd? Ruzie thuis? Mega verlegen? Vriend te lang? De Kindertelefoon adverteert al jaren met stickers met daarop deze noodgevallen. Tijdens jouw jeugd was de lijn al iedere dag voor deze problemen bereikbaar en als je er niet naar belde, dan hield je er vast een spreekbeurt over. Nu mag je zelf aan de andere kant van de lijn kruipen. Hoe gaat het er daar aan toe? Door Dieke de Boer Foto: Jan Luursema In de gezellig knusse ruimte van de Kindertelefoon spreken we met Mirjam (22, studente Psychologie) en Charlotte (28, studente Economie). Binnen deze muren worden al sinds 1979 geheimen van vele kinderen bewaard. De ruimte is zo gezellig ingericht door de fleurige banken en de grote kast vol kinderboeken, dat je niet zou denken dat al het contact via de telefoon en chat verloopt. Mirjam werkt hier nu twee jaar. Charlotte begon een half jaar later, nadat ze een advertentie in de Gezinsbode had gelezen - er zijn dus toch nog studenten die dit weekblad lezen. Via haar moeder, die ook werkzaam is bij een telefonische hulpdienst, wist ze er al het nodige van. ´Zij werkt namelijk bij de “volwassen kindertelefoon”.’ Charlotte heeft zelf nooit naar de Kindertelefoon gebeld in haar jeugd. ‘Ik dacht dat je heel grote problemen moest hebben, daarom deed ik dat nooit.’ Dat dat niet hoeft, bleek al snel bij haar basistraining, waar iedere vrijwilliger zijn carrière bij de Kindertelefoon mee moet beginnen. In een intensieve maand word je klaargestoomd voor ‘de echte kinderen’ en leer je bijvoorbeeld de fasen in een gesprek, maar ook de vaardigheid om uitgebreid over seks te praten met kinderen uit de brugklas. Inmiddels is er een team van vrijwilligers van 25 à 30 mensen
Nieuws & Achtergrond
opgebouwd, waarvan tachtig procent studeert. Er lopen ook nog enkele veertigers en vijftigers rond, die naast hun baan nog graag een luisterend oor bieden aan de nieuwe generatie. Iedere vrijwilliger draait eens per week samen met een collega een dienst van drie uur. Binnen die drie uur moet je rekenen op zo’n twaalf telefoontjes, die gemiddeld nog geen minuut duren. ‘Vragen als “Wat betekent dit Franse woord?” kunnen natuurlijk snel beantwoord worden’, vertelt Annet Cupedo, coördinator van de Kindertelefoon Groningen. ‘Daarbij bellen er geregeld kinderen die niets durven te zeggen of de lijn alleen maar willen uitproberen.’ De Kindertelefoon is echter niet meer beperkt tot de telefoon. De Kinderchat zou inmiddels een betere naam zijn, want tegenwoordig is tachtig procent van de oproepen via de chat. Opvallend is dat deze gesprekken gemiddeld veel langer duren (achttien minuten), wat deels te verklaren is door de zwaardere problematiek die via de chat aan de orde komt. ‘Zware problematiek is dan wel echt zware problematiek,
bijvoorbeeld lichamelijke mishandeling en zelfmoordgedachten,’ voegt Mirjam toe. Bij deze lastige gevallen is ‘benoemen’ het toverwoord. Als je het even niet meer weet of je hoort het kind huilen; benoem het en het is bespreekbaar geworden. Het komt voor dat de bellers persoonlijke vragen aan de vrijwilliger stellen. Indirect gebeurt dat als jongens, die net voor het eerst verkering hebben, bellen met de vraag wat hun grote liefde lekker zou vinden. ‘Het Groningse team bestaat grotendeels uit vrouwen, maar zij mogen natuurlijk niet hun eigen seksuele gevoelens verkondigen’, verduidelijkt Cupedo. ‘Tijdens de training leer je daarom wat de gemiddelde vrouw lekker vindt en hiermee kun je deze wanhopige tieners weer even verder helpen.’ Zelf ook een gezellige en leerzame tijd bij de Kindertelefoon meemaken? Neem contact op via 050-5239324 of Groningen@kindertelefoon.nl.
Groninger Studentenkrant 5
Uitgespreid
‘Ik mis begrip van horenden’ Bart Koolen (23) is student Man and Communication aan de Design Academy in Eindhoven. Koolen is in zijn eerste levensjaar doof geworden als gevolg van een hersenvliesontsteking (meningitis). Hij is momenteel druk bezig een goed concept te bedenken om mee af te studeren aan de Design Academy. Over de omgang met zijn medestudenten: ‘De communicatie gaat heel natuurlijk, omdat ze me inmiddels lang genoeg kennen om te weten hoe ze mij moeten benaderen. Als ik merk dat er een gebrek in de communicatie is, dan probeer ik verschillende manieren uit om toch duidelijk over te komen. Soms lukt dat niet goed en op
nicatie makkelijker verloopt. Zij beheersen de gebarentaal. De omgang met horenden moet via een tolk of door te praten en te schrijven. Dat is iets lastiger, maar het houdt mij niet tegen om met ze in gesprek te gaan. Ik MSN bijvoorbeeld veel met mijn klasgenoten, dit is een handig communicatiemiddel om wat diepgaandere gesprekken aan te gaan.’ Ook op de studie voelt Kreeft zich niet beperkt: ‘Mijn school heeft goede regelingen voor mensen met een functiebeperking. Zo mag ik bijvoorbeeld een half uur langer tentamen afleggen, krijg ik ambulante begeleiding voor eventuele problemen en kan ik terecht bij een studentendecaan.’ Al met al wordt Kreeft niet vaak geconfronteerd met haar doofheid: ‘dit komt vooral omdat ik het geaccepteerd heb. Als andere mensen moeilijk gaan doen, dan moeten ze het maar zelf weten!’ Frouke Van Winsum (25) studeert HBO-Rechten aan de Hanzehogeschool. Zij heeft twee dove ouders en is zelf ook doof geboren. ‘Ik ben tweetalig opgevoed, zowel met de Nederlandse Gebarentaal als met het geschreven Algemeen Beschaafd Nederlands.’ Veel last van haar beperking heeft ze niet: ‘Ik ben tevreden met wie ik ben en met de hulpmiddelen die er zijn. Als het allemaal niet lukt, hebben we nog papier en pen! Deze hulpmiddelen maken het voor doven mogelijk volledig te participeren in de samenleving.’ Alleen de onwetendheid van de horenden wil voor Van Winsum nog wel eens frustrerend zijn: ‘Ik mis begrip van de horenden.
zo’n moment voel ik mij ‘anders’. Dit kan je zien als een beperking, die mijn doofheid met zich meebrengt.’ Bij de omgang met horenden maakt Koolen daarom graag gebruik van een tolk: ‘ik kan dan in mijn eigen moedertaal, de gebarentaal, communiceren.’
‘Het voelt aan als een onderdeel van mijn persoonlijkheid. Ik ben Frouke en doof, en ben trots op mezelf!’
Studeren met een handcicap
De creatieve student prefereert de omgang met dove mensen. ‘Ik kan bij doven volledig mezelf zijn, alles wordt over en weer veel sneller begrepen. Ik heb veel dove vrienden en een dove vriendin. Als ik ruzie heb met mijn vriendin, dan is het erg gemakkelijk om weg te kijken omdat onze taal vraagt om oogcontact en lichaamstaal. Maar dan draaien we elkaars schouders gewoon weer om!’
Gerda Kreeft (22) is een eerstejaars studente aan de School of Social Work op het Windesheim in Zwolle. Ze is doof door erfelijkheid. ‘Mijn moeder heeft een dove broer en zus en heeft mij de gebarentaal als eerste geleerd. Mijn vrienden, familie en kennissen hebben de gebarentaal ook onder de knie. Er is best veel belangstelling voor de gebarentaal door horenden, vannacht
waren er toevallig nog studenten die het handalfabet en een paar gebaren wilden leren.’ Toch gaat Kreeft het grootste gedeelte van haar leven met doven om. Naast haar studie onderneemt ze veel bij het dovenclubhuis voor jongeren: ‘Daar zijn er allerlei activiteiten, zoals voetballen en vaste instuifavonden. De reden dat ik veel met doven omga is dat de commu-
Groninger Erv Leven met een beperking; hoe is dat? Het cliché luidt dat je dat alleen kan weten, als je het zelf hebt meegemaakt. Studenten Geneeskunde zullen in hun toekomst aan de lopende band met patiënten met een beperking werken en krijgen daarom in hun tweede jaar in het kader van de beroepsvoorbereiding de opdracht dit zelf eens te ervaren. Met hun coachgroep worden zij een dag verplicht om de opdracht van het Groninger ErvaringsModel uit te voeren. Binnen de groep variëren de rollen van arts tot bezorgde buurvrouw, maar het draait natuurlijk om de patiënt die vierentwintig uur tot aan zijn lies in het gips zit of vrijwel doof moet functioneren. Marjolein Rooden is woensdag in alle vroegte op de poli om haar ‘acute eenzijdige visuele beperking’ op te halen. Ze mag zelf haar beschadigde oog uitkiezen en dat doet natuurlijk wat raar aan tussen alle echte oogpatiënten. Terwijl je vroeger bij een lui oog nog een fleurige pleister kreeg, krijgt Marjolein op haar linkeroog alleen een verbandje goed vastgeplakt. Als de verpleger haar de tape wil aanreiken, wordt de handicap voor die dag duidelijk: geen diepte zien. Plus natuurlijk veel bekijks krijgen. ´Als ik nu een leuke jongen zie, moet ik er wel aan denken dat ik iets raars op mijn oog heb.’ Marjolein is het ziekenhuis nog niet uit, of ze heeft het verbandje van haar oog. ’s Middags met de tutorgroep doet ze haar handicap nog even op, maar verder ziet ze het niet zo zitten de hele dag ‘voor schut te lopen’. Eske Gertje is diezelfde dag 24 uur lang doof en voert het project met meer enthousiasme uit. Oordopjes en een grote Eske Gertje bij koptelefoon maken haar slechthorend, want geheel doof maken is niet haalbaar. ‘Ik kan me nu in ieder geval goed inleven in hoe mijn opa met gehoorapparaat zich voelt.’
Koolen heeft een sterke mentaliteit, die onder andere blijkt uit de houding die hij heeft tegenover het vinden van een baan: ‘Op zich ben ik wel bewust dat het vinden van een baan niet altijd gemakkelijk kan zijn met mijn doofheid, maar ik weet dat ik er met mijn doorzettingsvermogen kom. Ik heb heel wat stootjes gehad en heb een stevig schild gebouwd. Ik zie mezelf in geen enkel opzicht als een minderwaardig persoon.’ In zijn vrije tijd doet hij aan snowboarden ,wakeboarden en longboarden. Ook is Koolen bezig met het behalen van een motorrijbewijs. ‘Omdat de meeste rijscholen geen ervaring hebben met doven, heb ik een helpende hand toegestoken door ze te informeren hoe ze het beste een dove kunnen lesgeven. Zo heb ik niks aan een intercom in de helm. We plannen de route daarom van tevoren en nemen achteraf door hoe ik heb gereden en wat ik kan verbeteren. Dat werkt prima!’
Leven met een handicap is niet altijd even mak beperking een extra barrière opwerpen. Dat d ten bewijzen de vijf studenten die de Studen invloed heeft de functionele beperking op hu worden hen door de universiteit en hogeschoo denten om? Ook keken we mee over de schouders van Ge vonden dat het hebben van een handicap niet Groninger ErvaringsModel) vierentwintig uur
De hele dag krijgt Gertje van alle kanten veel bekijks. De universiteit heeft namelijk geen trendy koptelefoon uitgekozen, maar een simpel en groot gevaarte. ‘Dat is natuurlijk wel een beetje raar, want doven zijn normaal niet herkenbaar aan zo’n ding.’
Frouke van Winsum.
Foto: Wanda van der Zee
Ik zou willen dat zij zich eens meer aan doven aanpassen en meer geduld hebben. We leven nou eenmaal in een hele andere cultuur en dat beseffen zij vaak niet. Mensen die weigeren om begrip te tonen, kunnen van mij gewoon de pot op!’ Van Winsum ervaart haar doofheid als een onderdeel van zichzelf: ‘Objectief gezien is het enkel een functiebeperking, maar voor mij voelt het aan als een onderdeel van mijn persoonlijkheid. Ik ben Frouke en doof, en ben trots op mezelf!’ Op de Hanzehogeschool wordt er voldoende rekening gehouden met haar beperking: ‘Van de hoorcolleges die ik moet missen bekijk ik meestal de sheets op Blackboard (digitale leeromgeving) of ik vraag de aantekeningen van een medestudent of de docent. Verder maak ik mijn tentamens in een aparte ruimte. Doven hebben namelijk veel last van visueel lawaai, dus als er iemand in het tentamenlokaal zwaait met zijn been, kan dat zeer irritant zijn. Het is dan alsof iemand jou roept. Doven roepen elkaar namelijk onder andere door te zwaaien.’ Naast de rechtenstudie is Van Winsum voorzitter van de werkgroep Signo Ergo Sum die de belangen van de dove studenten in Nederland behartigt en speelt zij futsal bij een futsalclub voor doven, GDVV Martinistad. Zij is daar tevens bestuurslid. Ook voetbalt ze bij GSVV The Knickerbockers. Op de vraag of zij ook last heeft van haar doofheid bij het voetballen bij een reguliere vereniging, antwoordt zij: ‘voetballen doe je met je benen.’ Door Wanda van der Zee
Wat doet Saskia Plass is studentendecaan en betrokken bij het beleid voor studenten met een functiebeperking. Bij het studentendecanaat zijn zo’n 500 studenten bekend die op de een of andere manier aanpassingen nodig hebben om te kunnen studeren. Dit varieert van het langer de tijd krijgen voor een tentamen, het digitaliseren van complete studieboeken tot extra studiefinanciering. Niet alle studenten met een functiebeperking vragen om extra voorzieningen. Er is bijvoorbeeld een groep die niet weet wat de mogelijkheden zijn. ‘Dat proberen we door middel van voorlichting zoveel mogelijk te voorkomen en dat wordt steeds beter’, legt Plass uit. Op de site www.rug.nl/hoehetanderskan is bijvoorbeeld een filmpje beschikbaar waarin zes studenten met een functiebeperking wat van hun studentenleven laten zien. ‘Iedere student die denkt extra voorzieningen nodig te hebben kan een afspraak maken met de studieadviseur om te bespreken wat de mogelijkheden zijn’, vertelt Plass. ‘Alles is in principe bespreekbaar, maar het moet wel noodzakelijk zijn voor het studeren.’ Uiteindelijk beslist de examencommissie van de eigen opleiding of een verzoek tot aanpassing ingewilligd wordt. Mocht een verzoek worden afgewezen, dan tekenen in de praktijk maar weinig studenten bezwaar aan. ‘Ze zitten al in een uitzonderingspositie en ze vinden het een belastende procedure’, vertelt Plass. ‘Bovendien hebben die
eneeskundestudenten die aan den lijve ondert meevalt, toen zij voor een studieproject (het r een handicap moesten simuleren.
varingsModel De handicap heeft zeker invloed op het functioneren van Gertje. Alle belletjes moeten vandaag via SMS gebeuren. Tijdens het college kan ze de docent alleen volgen als ze zich goed concentreert, maar zo gauw er medestudenten gaan kletsen, raakt ze de draad kwijt. Ook het verkeer is geen eitje met zo’n gevaarte op je hoofd, want je hoort niets en moet alle informatie via je ogen binnenkrijgen. Alleen al het kopen van een lunch bij de supermarkt brengt moeilijkheden met zich mee. Aan de kassa vragen ze of Gertje misschien ook kleiner heeft, maar
‘Twintig jaar geleden had ik niet kunnen studeren’ Vanaf zijn vijfde is Bram Schultinge blind, als gevolg van een operatie waarbij een hersentumor werd verwijderd. Ondanks zijn handicap weet hij zich goed te redden en sinds een jaar woont hij op kamers in Groningen. ‘Soms denk ik wel: kijk mij eens.’ Al enkele jaren volgt Schultinge (25) de studie Rechten. Zijn handicap is hierbij overkomelijk: doordat de teksten tegenwoordig veelal gedigitaliseerd zijn, kan hij deze lezen via de speciale braille-regel op zijn toetsenbord. Schultinge erkent: ‘Twintig jaar geleden had ik waarschijnlijk niet kunnen studeren.’
‘Als je iets wilt moet je op tijd aan de bel trekken. Sommigen doen dat niet of durven niet.’ Zelf zit hij in een commissie die advies geeft aan het college van bestuur over hoe (nog beter) om te gaan met mensen met functiebeperkingen. Vooral wat betreft communicatie tussen student en personeel valt op dit gebied nog een wereld te winnen, aldus Schultinge. Dat Schultinge volop in het leven staat blijkt voorts uit zijn drukke sociale leven. Zo werd hij aan het begin van het huidige collegejaar lid van studentenvereniging Cleopatra. ‘De sfeer is er relaxed, maar mensen zijn er ook eerlijk. Ik word niet ontzien, als ik iets stoms doe hoor ik ‘t ook.’ Naast zijn bezoekjes aan Cleopatra is de student ook regelmatig in de stad te vinden. Zijn handicap lijkt hem daarbij niet in de weg te staan, sterker nog: hij kan er grappen over maken. ‘Soms kom ik een kennis in een rolstoel tegen in de Shadrak, die tegen mij zegt: “Wel uitkijken hoor”. Dan zeg ik: “Roll on, dude”.’
Dat de Fries, die tot begin dit jaar in Leeuwarden woonde, überhaupt ging studeren was al een uitzondering. Toen hij instroomde op de basisschool voor blinden- en slechtzienden leerde hij weliswaar razendsnel braille lezen, maar de school was té beschermend. ‘Het was goed bedoeld, dat wel. Tegen mij zeiden Het moge duidelijk zijn, ze: “Ga maar naar de Schultinge vermaakt zich Mavo, dan red je het prima in Groningen. Is er sowieso.” Gelukkig dan helemaal geen negawas er één docent die tieve noot? ‘Jawel, pas ben zei dat ik veel meer ik voor m’n deur overvalkon. Daarop deed ik len. Ik moest m’n telefoon een test die uitwees afgeven.’ Zou dit komen Schultinge met Barry, zijn blindegeleidehond. Foto: Jan Luursema dat ik VWO kon.’ Teomdat de dief zag dat hij rugblikkend zegt Schultinge niet zonder trots: ‘Nu denk te maken had met een blinde? Schultinge relativeert: ik wel: kijk mij eens.’ ‘Misschien, maar later hoorde ik van anderen dat ze al wel drie keer zijn overvallen, toen vond ik het al minder Over de universiteit is Schultinge positief: ‘De RUG is schokkend.’ Hij besluit dan ook positief: ‘Ik ga er zeker één van de beste van Nederland: ze hebben goed beleid niet minder de stad door in.’ ten aanzien van gehandicapte studenten.’ Als er al iets misgaat komt dit door slechte communicatie. Schultinge: Door Jesper Verhoef
Studeren met een handicap
kkelijk. Zeker bij het studeren kan een fysieke dit geen reden is om bij de pakken neer te zitntenkrant voor deze Uitgespreid sprak. Welke un studie en vrije tijd? Welke hulpmiddelen ol geboden en hoe gaan zij met hun medestu-
‘Je moet kijken wat je wel kunt’ de kassa van de Albert Heijn.
Foto: Hanne van der Velde
ze verstaat er niets van. Je ziet het de cassière denken: ‘doe die idiote koptelefoon dan ook af.’ De volgende ochtend mag ze haar handicap weer inleveren bij de KNO-poli. ‘Ik hoop maar dat ik me niet verslaap nu ik de wekker niet kan horen.’ Door Dieke de Boer (De naam van Marjolein Rooden is gefingeerd.)
de RUG? studenten hun energie vaak hard nodig voor andere dingen.’ De studentendecaan is van mening dat opleidingen en docenten zorgvuldig moeten omgaan met de behoeften van functiebeperkte studenten. ‘Het is ontzettend belangrijk dat elk talent de kans krijgt om zich te ontplooien.’
Op www.keuzegids.org is de tevredenheid van studenten met een functiebeperking over hun onderwijsinstelling in kaart gebracht. De RUG zit met een 6,5 net boven het landelijk gemiddelde van 6,3. Plass heeft ondanks de niet onaardige score haar bedenkingen bij de waarde van dit soort cijfers: ‘Wageningen scoorde bijvoorbeeld heel hoog, maar later bleek dat slechts een handjevol studenten aan het onderzoek had meegewerkt.’ Door Bart Melief
Omdat Groeneveld drie maanden te vroeg is geboren, hebben zijn hersenen een zuurstoftekort gehad. Dit heeft geresulteerd in een slechte spierontwikkeling, waardoor lopen heel moeizaam gaat. Ook staat er een bepaalde spanning op de spieren in zijn handen; ‘als ik twee vingers beweeg dan gaan de andere mee.’
currentie.’ Bij de RUG kan Groeneveld gebruik maken van een aangepaste tentamenregeling. ‘Ik krijg tien minuutjes per uur extra tijd en kan rustig in een kamertje mijn tentamen maken. Dit doe ik op een laptop om onduidelijk schrijven te voorkomen.’ Ook de lokalen zijn gemakkelijk toegankelijk, behalve die in het bijgebouw van het Academiegebouw. `Dan hoop ik altijd maar dat ik daar geen college heb.`
Groeneveld maakt gebruik van een stok ter ondersteuning bij het lopen en heeft een aangepaste driewielfiets ter vervoer. Zijn lichamelijke beperking weerhoudt Groeneveld er niet van om alles te blijven doen wat hij wil. ‘Mijn beperking heeft geen invloed op de bestuursfunctie die ik vervul bij mijn studievereniging Frederik van der Marck en mijn actieve lidmaatschap bij de politieke vereniging Ten Behoeve van Rechtenstudenten (TBR). Ik kan daarnaast nog genoeg leuke dingen doen!’ zegt Groeneveld enthousiast. ‘Uitgaan is wat lastiger met al die trappen overal, maar ik vind het erg leuk om met vrienden naar de kroeg te gaan. Daarnaast verdiep ik me in zowel de Nederlandse als de Belgische politiek en ben ik een regelrechte nieuwsjunk.’ Vanwege deze interesses had Groeneveld ook wel nieuwscorrespondent in het buitenland willen worden, ‘maar ik ben nu eenmaal niet mobiel genoeg, ik heb bijvoorbeeld geen rijbewijs. Ik denk altijd maar: Je moet kijken wat je wel kunt.’ Deze actieveling is ook nog van plan volgend jaar stage te lopen. ‘Het is belangrijk dat ik ervaar hoe het is om veel uren per dag te werken, ik wil weten wat ik aankan. Omdat bewegen mij veel moeite kost, ben ik sneller door mijn energie heen dan andere mensen.’ Over zijn kansen op de arbeidsmarkt is Groeneveld optimistisch. ‘Ik moet me bij een sollicitatie niet focussen op mijn lichamelijke beperking. Het is maar een klein onderdeeltje van jezelf. Ik moet mij richten op de kwaliteiten die ik heb en daarna pas mijn beperking benoemen. Wanneer en hoe ik dit het beste kan doen, heb ik geleerd op een speciale training voor studenten met een functiebeperking.’ Het gaat om het pilot-project ‘Aan Het Werk’ van de organisatie Handicap & Studie. ‘Ik doe aan dit project mee, omdat ik behoor tot een groep in de maatschappij die misschien moeilijker aan werk komen. Er zijn bovendien al heel veel juristen, dus er is veel con-
Groeneveld heeft weinig problemen met de aandacht die zijn beperking oproept; ‘Ik heb geen moeite met kijkende mensen.’ Daarnaast zijn de medestudenten, ondanks onze steeds meer op het individu gerichte maatschappij, volgens Groeneveld altijd bereid te helpen. ‘Ik hoef niets te zeggen of er komen allerlei mensen op me af om de deur even open te doen of die even voor je vragen of er een lift is. Ik voel me nooit betutteld.’ Aan het eind van het gesprek komen er twee mooie vrouwen op Frits af. ‘Heb je bodyguards nodig? Wij brengen je wel even.’ Tekst en foto: Wanda van der Zee
Uitgespreid
Naast studentendecaan is Plass is toehoorder van de Universitaire Commissie Functiebeperkte Studenten, die de Universiteitsraad op dit terrein adviseert. Op dit moment worden op de universiteit drie projecten uitgevoerd. De RUG wil op die manier het personeel beter bij het beleid betrekken, studenten met psychische problemen ondersteunen en voorkomen dat buitenlandse studenten te maken krijgen met gezondheidsproblemen. Deze activiteiten zijn gefinancierd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, dat met deze injectie goed beleid op dit gebied ‘ernstig wil stimuleren’.
Frits Groeneveld (23), student Staats- en Bestuursrecht, heeft sinds zijn geboorte te kampen met een beperkte functie van zijn benen en handen. ‘Ik denk altijd maar zo: je moet kijken wat je wel kan.’
SO3P MET BALLEN Of je nu straalbezopen strompelend de kroeg uitkruipt of je ’s ochtends naar je werk of naar een oersaai college haast, als passant werp je al snel even een blik naar binnen. In het gebouw tegenover het voormalig Kantongerecht heb je 24/7 zicht op een ruimte waar gratis de meest uiteenlopende kunstwerken tentoongesteld worden.
Project SO3P begon met drie paspoppen getooid in bizarre jurken. Bij de tweede keer kijken valt pas op dat de aparte haute couture het thema Horen, zien en schreeuwen uitbeeldt. De schoudervullingen van de witte jurk zijn eigenlijk ogen, de gele jurk heeft de vorm van een mond en aan de bruine jurk zijn grote oren bevestigd. Dit werk van Femke Agema is op 17 en 18 april weer veranderd doordat Jaqueline Floor haar deel heeft toegevoegd. De twee stijlen die weer één geheel vormen doen futuristisch en bevreemdend aan.
‘Ik zie SO3P echt als een tussendoortje’ Michiel Schuurman, grafisch vormgever, gaat op 8 en 9 mei de uitdaging aan. ‘Ik ben benaderd door NP3 om aan het project mee te doen. Normaal werk ik in opdracht, dus dit is weer eens wat anders. Ik zie het echt als een tussendoortje.’ Wat denkt Schuurman van de werkwijze waarin vijf mensen na elkaar aan een tentoonstelling werken?
Door Emily Jacometti en Simone Steenbeek Op een steenworp afstand van de Grote Markt staat het NP3-gebouw. Sinds 2003 zet deze organisatie zich in voor het stimuleren van (jonge) kunstenaars. Niet Parkeren tot in de 3e macht is waar NP3 voor staat, want kunst moet in beweging zijn. Concreet vertaalt dit zich in zeer uiteenlopende kunstprojecten, waarvan SO3P momenteel te zien is vanaf de Sint Walburgstraat. SO3P is een langlopende tentoonstelling waar vijf kunstenaars van maart tot juni na elkaar aan werken. De kunstenaars zijn aan een aantal regels gebonden. Ieder krijgt een bepaald budget toegewezen en alles is geoorloofd, behalve het bewerken van de vloer of het plafond. Er mag maar twee dagen gewerkt worden om de tentoonstelling naar eigen inzicht in te richten, maar ze zijn allemaal verplicht het al aanwezige materiaal van hun voorgangers te (her) gebruiken. Doordat elke kunstenaar er nieuw materiaal aan toevoegt, blijft de tentoonstelling in beweging.
(Advertenties)
‘Ik zie het als een experiment. Het doet me denken aan mijn opleiding, samen projectwerken. Dat liep niet altijd goed af. Het idee is natuurlijk dat vijf kunstenaars helemaal los gaan en dat daar mooie dingen uitkomen, maar ik zie mezelf nog niet zomaar de schaar in het werk van een ander te zetten.’ Wat is Schuurman van plan? ‘Ik weet nog niet hoe de tentoonstelling nu is, maar ik wil iets doen waardoor mensen twee keer moeten kijken. In de trant van Escher. Misschien dat ik iets ga doen met rook. Ik wil de toeschouwer het idee geven dat er iets mysterieus gaande is.’ Wat dat inhoudt kun je zelf gaan bekijken. De totale tentoonstelling belooft uiteindelijk een bizar en gekleurd geheel te worden. Dat is ook het doel van NP3, want je hebt immers verschillende ingrediënten nodig om een stevige soep met ballen te kunnen maken. Project: 27 maart t/m 29 juni 2008 Open: do. - zo. 14.00-18.00 uur Presentaties: 23 mei en 27 juni 21.00 uur De ‘etalage’ van het NP3-gebouw op de hoek van de Hofstraat en de Sint Walburgstraat.
Foto: Hanne van der Velde
De Groninger Studentenkrant zoekt voor haar site (www.studentenkrant.org) een enthousiaste nieuwe
WEBMASTER. Lijkt het jou leuk om een nieuwssite gericht op studenten te bouwen en vorm te geven, reageer dan snel. Voor meer informatie kan je natuurlijk ook altijd contact met ons opnemen. Mail naar hoofdredactie@studentenkrant.org, of bel 06-25035306 (Jan Luursema)
8 Groninger Studentenkrant
Cultuur
Studenten sporten voor ontwikkeling In Groningen is sinds 2003 de stichting Internationale Studenten Ontwikkelingsprojecten (ISOP) actief. Deze stichting geeft studenten de mogelijkheid de kinderen in achterstandswijken met behulp van sport en bewegen te helpen ontwikkelen.
Ondertussen heeft het ISOP het project uitgebreid en op dit moment lopen er vier verschillende projecten in Costa Rica, Nicaragua, Tanzania en Zambia. Deze projecten hebben als doel kinderen in achterstandswijken met hun persoonlijke ontwikkeling te helpen en een toegankelijker sportaanbod
Costa Rica mee heeft gewerkt aan het project van de ISOP. Na haar afstuderen aan de ALO en een jaar gewerkt te hebben wilde ze toch wat anders en besloot aan het project mee te werken. Het half jaar in het buitenland is haar goed bevallen. ‘Het is erg leuk om met de kinderen daar te werken, ze zijn echt heel erg enthousiast en vinden de sportmiddagen super leuk. Daarnaast waren de weekendjes weg ook erg gezellig.’ Het werk van Wietske bestond uit drie dagen lesgeven aan middelbare school kinderen en twee keer in de week een sportmiddag organiseren. Daarnaast is een belangrijk doel van het project de leraren daar op te leiden tot sportleraar zodat zij sportlessen kunnen geven. ‘Dit viel alleen een beetje tegen en het is ook niet zo gelukt’, aldus Wietske. ‘De leraren op de scholen houden zich alleen bezig met hun eigen lessen en willen niet graag meewerken. Dat is erg jammer en daar moet nog veel aan gewerkt worden.’ ‘Wat wel erg leuk is om te zien is dat de middelbare scholieren die we les geven na school onze lessen weer doorgeven aan de kleuters waar ze mee in de naschoolse opvang zitten. Zo merk je wel dat het werk dat je daar doet de kinderen echt helpt met sporten.’
Door Iris Brookman Sport en bewegen spelen een belangrijke rol bij de ontwikkeling van de samenleving en van het individu. Met deze visie zijn vier studenten van het Hanze Instituut voor Sportstudies (HIS) in 2003 van start gegaan met een project in Costa Rica. Hier verzorgden zij bij twee basisscholen de lessen lichamelijke opvoeding en werkten zij samen met de sportcomités van verschillende wijken om zo een belangrijke bijdrage te leveren aan de sportinfrastructuur in Costa Rica. Om dit project voort te zetten is in september 2003 de stichting ISOP opgericht. Deze stichting wordt voor een groot deel bestuurd door studenten van de Hanzehogeschool en de Rijksuniversiteit Groningen. Zij zorgen ervoor dat studenten aan het HIS sportontwikkelingswerk kunnen doen of een afstudeerstage kunnen lopen in het buitenland.
te creëren binnen de achterstandsgemeenschappen. Zo wil de stichting een bijdrage te leveren aan de vermindering van sociaal-maatschappelijke problemen. Daarnaast brengt sport mensen van verschillende achtergronden samen waardoor ze elkaar meer gaan accepteren. Wietske Bos is één van de mensen die als vrijwilliger in
Voor de aanstaande projecten heeft de ISOP weer vrijwilligers nodig. De aanmeldingsprocedure voor de projecten die in juli van start gaan is in volle gang, dus doe je een beweging- of sportgerelateerde opleiding en lijkt sportontwikkelingswerk of een afstudeerstage met een vergoeding je leuk, meld je dan aan via www.isop.nl.
Gluren bij..
Feestelijke stress bij de JFV Annelies Kannekens is de voorzittter van de lustrumcommissie van de Juridische Faculteitsvereniging (JFV), die dit jaar 100 jaar bestaat. De commissie organiseert dit jaar een groot negen dagen durend feest. Wij volgen haar tijdens de derde dag van het lustrum.
college hadden maar dat ze het zó gezellig vonden dat ze bleven’, brult één van de commissieleden door het interview heen. De voltallige commissie zit in Huize Maas pizza’s weg te werken in afwachting van de activiteiten van de komende avond.
Jan van de Groningse Hyena’s. Ronald Smink, winnaar van het laatste Groninger Studenten Cabaret Festival, geeft een showtje weg en ook oud-Lama Martijn Oosterhuis maakt zijn opwachting. In de pauze krijgen alle gasten een collectebus onder hun neus geduwd
‘Vanavond hebben we een goede doelen-avond’, legt de voorzitster uit. ‘We hebben verschillende comedians die gratis komen optreden en verder hebben we een veiling van gedoneerde goederen waaronder een felbegeerde Nintendo Wii. Alle opbrengsten, inclusief die van de kaartverkoop van vanavond gaan regelrecht naar One Men.’ En inderdaad, de comedians hebben allemaal het welbekende rode T-shirt met het gezicht van Tom Kamara aan. De avond zelf wordt aan elkaar gepraat door MC Ebel
en levert het barpersoneel van Huize Maas netjes zijn fooien in. Het slaapverwekkende praatje van de vertegenwoordiger van One Men mag de pret niet drukken en uiteindelijk wordt er met de veiling 2250 euro binnengehaald.
Door Emily Jacometti Foto: Hanne van der Velde ‘Als je deze commissie alleen voor je CV doet dan heb je een verkeerde keuze gemaakt’, lacht Kannekens (23) gelijk bij binnenkomst. ‘Daarvoor moet je te veel doen.’ Ze combineert het drukke commissieleven met een bachelor Nederlands Recht en hoopt dit jaar toch nog het indrukwekkende puntenaantal van 31 ECTS bij elkaar te schrapen. ‘Er gaat heel veel tijd in zo’n commissie zitten’, vertelt ze. ‘Elke maandag ben je sowieso aan het werk en de laatste vier weken zijn we fulltime bezig met het organiseren van het lustrum.’ In de hectiek dan kan er nog wel eens iets mis gaan. ‘Voor het grote openingsfeest hadden we een zaal in de Oosterpoort geboekt. Voor die specifieke zaal hadden we alles geregeld; lampen, DJ, muziek, techniek en ga zo maar door. Belt de Oosterpoort een dag van tevoren dat we op bevel van de brandweer van zaal moeten verhuizen. Uiteindelijk kregen we voor dezelfde prijs de grote zaal tot onze beschikking, maar op zo’n korte termijn is het nog best stressen om dat allemaal te regelen’, zucht Kannekens. Het feest was echter een groot succes. ‘Het was echt supermooi; mensen kwamen om half vijf zeggen dat ze eigenlijk om negen uur
Sport & Gluren bij
Annelies lijkt er tevreden mee te zijn, maar de vermoeidheid begint er al zichtbaar in te hakken. ‘De Stand-up for One Men-avond was een groot succes’, lacht ze.
Groninger Studentenkrant 9
Apart’ja Door Simone Steenbeek en Merel Zeilstra Foto: Ewoud Rooks
Biblioclown doet een boekje open Het is even wennen, want Clown Dimitri is niet meer helemaal de oude. Hij zegt zich van de politie niet langer te mogen schminken. Het boerkaverbod bestaat nog niet eens, maar een schminkverbod was ons al helemaal vreemd.
de maand krijg ik mijn uitkering en als het nodig is, koop ik nieuwe schoenen of kleding. Laatst lag heel het Groningse waternet plat en waren er rellen om water bij de Albert Heijn. Ik heb een handwaterpomp en filterde mijn eigen water uit het van Starkenborgkanaal schoon.’ Scheerman zegt zijn overlevingstech-
nieken onder meer opgedaan te hebben als scherpschutter bij de Marine, maar ging daar weg omdat hij gewetenswroeging kreeg. ‘Na mijn tijd bij de Marine kon ik niet zoveel, behalve schieten’, vertelt Scheerman. ‘Daarna verdiende ik een tijd goed als ijzergieter. Met een zak geld en mijn toenmalige vriendin ben ik naar Frankrijk gegaan. Toen het geld
opwas, ging zij er vandoor. Een affiche met de tekst “Een draai in je leven” trok mijn aandacht. Het bleek een wervingscampagne van het Franse vreemdelingenlegioen. Binnen vijf minuten had ik getekend en zat ik erbij, ik had toch niets te verliezen.’ Hij beweert de meest heftige dingen meegemaakt te hebben, later ook als huurling. ‘Ik schrijf daar op dit moment een boek over, samen met een ghostwriter. Het begon als een oefening om van mijn posttraumatische stressstoornis af te komen, overgehouden aan het leven als scherpschutter. “Schrijf het maar van je af”, zei mijn psycholoog. Volgend jaar maart komt het boek uit. Als ik eenmaal binnen ben, wil ik in Liechtenstein gaan wonen’, vertelt hij optimistisch.
‘Ach, volgens mij hebben studenten ook een heel zwaar bestaan’
‘Zonder schmink ben ik geen clown, maar gewoon een vent in een gek pak’, vertelt Hans Scheerman, alias Clown Dimitri. De politie kan hem toch niet verbieden zich te schminken? ‘Ach, ze hebben nog een appeltje met me te schillen, dus ik neem liever het zekere voor het onzekere’, antwoordt hij zittend in de zon. In zijn clownspak is hij een bekende verschijning. Op doordeweekse dagen begroet hij passanten en bezoekers van de Openbare Bibliotheek. ‘Door een akkefietje mag ik niet langer gebruik maken van het slaaphuis en ik mag De Riepe niet meer verkopen. Daarom vermaak ik mensen als clown. Zo houd ik ook affiniteit met mijn opleiding, want ik ben gediplomeerd Docent Drama.’
‘Ik ben nu al twaalf jaar dakloos. Na een burenruzie en het niet betalen van schulden koos ik eieren voor mijn geld en in 1996 kwam ik in Groningen. Ik heb me meteen ingeschreven als dakloze. Dat is niet comfortabel, maar je hebt wel vrijheid en je hoeft aan niemand verantwoording af te leggen’, vertelt Scheerman. Er wordt verschillend gereageerd op Clown Dimitri. ‘Veel mensen ontwijken je en soms word ik bespuugd. Kleine kinderen vind ik het leukst. Laatst had eentje wat voor me geknutseld, dat vind ik mooi.’ Wat vindt hij van studenten? ‘Van sommigen krijg ik altijd wat geld en anderen kijken weg. Ach, volgens mij hebben studenten ook een heel zwaar bestaan. Van zo’n studiebeurs is ook maar moeilijk rond te komen.’
‘Ik slaap in een tentje vlakbij Zernike. Die staat in de bosjes, dat ziet niemand, zelfs niet op een meter afstand. Ik heb het gemeld bij de wijkagent. Zolang hij geen klachten krijgt, mag ik blijven staan.’ Scheerman vindt een goede uitrusting belangrijk en zegt van camoufleren verstand te hebben. ‘Eén keer in
(advertentie)
TOW (the other woman)
Emily
De jacht op bezette mannen is geopend. Wanneer een kerel geen vriendin heeft, dan móet er wel iets mis zijn met hem, toch? Met die gedachte in het achterhoofd is er een nieuw type vrouw ontstaan, the other woman, oftewel TOW. Met een TOW bedoel ik niet de zestienjarige breezersletjes met grote oorbellen en kleine rokjes die tegen jouw kerel aan staan te schuren, maar slimme studentes die bewust bezette kerels proberen te verleiden. Mijn lief heeft sinds anderhalf jaar zijn eigen TOW. Een collegaatje volgt hem als een verliefd schoolmeisje met haar tong op haar knieën en met knipperende wimpers. Ze lacht nét iets te hard om zijn grappen die, laten we eerlijk zijn, niet zó grappig zijn. Haar hand moet binnenkort operatief van zijn arm worden verwijderd. Bij de wekelijkse borrel in de kroeg kan ik er donder op zeggen dat wanneer ik later binnenkom, zíj alweer over hem heen gedrapeerd ligt. Elke gelegenheid grijpt ze aan om mijn vriend een donker hoekje in te trekken in een poging hem te versieren. Helaas eindigt haar stalkerige gedrag niet bij de kroegdeur. Want wanneer we richting huis kruipen krijgt hij een paar uur later hét wekelijkse dronken sms’je van TOW. Of hij niet mij, zijn vriendin, wil dumpen om nog een ‘drankje’ met haar te drinken in de stad. Vermoeiend! Niet verbazend dan ook dat ik dit type vrouw graag bestempel als sloerie. En het liefst zou ik haar op een fysieke manier eens de waarheid vertellen. Mijn moordneigingen zijn de laatste tijd echter verdwenen, want ik heb ook een TOW in mijn vriendengroep. Deze TOW is halsoverkop verliefd geworden
10 Groninger Studentenkrant
op een man die getrouwd bleek te zijn. De amateur-casanova in kwestie is ook voor haar gevallen en ze hebben nu, buiten zijn huwelijk om, al vier jaar een affaire. ’s Avonds zit mijn vriendinnetje opgetut bij de telefoon te wachten of haar Don Juan misschien belt. Haar sociale leven heeft ze aan de kant gezet zodat ze vrij heeft wanneer hij ineens zin heeft om een potje te neuken. Hoewel de zogenaamde relatie niet voorbij de voordeur van haar huis komt, houdt ze hoop. Hoop dat hij zich aan zijn woord zal houden. Naïef gelooft ze hem wanneer hij belooft zijn vrouw te dumpen voor een toekomst met haar. Alle redelijkheid is het raam uit en al vier jaar zit mijn vriendin op een geïsoleerde roze wolk der goedgelovigheid, terwijl ze alle leuke beschikbare mannen afwijst. Dat was een eye-opener voor mij. Blijkbaar is de TOW niet alleen maar een dartelende del voor wie je moet opletten en waar je je vriendje bij uit de buurt moet houden. De TOW blijkt ook een vrouw waar we medelijden mee moeten hebben! Medelijden omdat ze ogenschijnlijk niet genoeg kracht heeft om voor zichzelf te kiezen. Mijn vriend blijkt engelengeduld te bezitten en blijft onvermoeid vriendelijk tegen zijn persoonlijke schoothondje. Het is echt een leuke meid, maar gelukkig vindt hij mij nog altijd met stip léuker. Samen lachen we hartelijk om het doorzichtige gestuntel van onze wannabe-TOW. En het wekelijkse nachtelijke sms’je? Dat gebruiken we tegenwoordig gewoon als startschot voor een sessie hete-slaperige-half-dronkenmidden-in-de-nacht-sex. Door Emily Jacometti
Apart'ja & Column
v
Recensies DVD
Website
Film
www.wiseline.nl Door Carolien Bruil
Die Fälscher Door Merel Zeilstra
El Orfanato Door Ricardo Berentsen
Altijd al wereldkundig willen maken dat je voor je derde verjaardag een konijn kreeg van je ouders, dat de plaatselijke kapper je vreselijk verknipte toen je een puber was en dat je op je negentiende na vier pogingen eindelijk bent geslaagd voor je rijbewijs? Dan is daar nu een mooie website voor: wiseline.nl. Op deze site creëer je je eigen levensgrafiek, die je vervolgens ook op je Hyves of MySpace kunt zetten. Nadat je een profiel hebt aangemaakt, kun je belangrijke hoogte- en dieptepunten in je leven op de levenslijn markeren. Eerst klik je een van de vele categorieën aan waarbinnen de
Die Fälscher is een Duitse film waarin het waargebeurde verhaal van geldvervalser Salomon Sorowitsch wordt verteld. Wanneer hij in de Tweede Wereldoorlog door de Nazi’s wordt opgepakt, krijgt hij als opdracht in concentratiekamp Sachsenhausen Dollars en Ponden op grote schaal te vervalsen om op die manier de geallieerde economieën te verzwakken. Zolang hij en zijn team goed werk afleveren worden ze ook erg goed behandeld. Naast normaal eten en slapen, mogen de vervalsers bijvoorbeeld ook pingpongen, terwijl er tegelijkertijd in hetzelfde kamp Joden vermoord worden. Door zijn meestervervalsingen helpt Sorowitsch de Duitsers natuurlijk in de oorlog, maar wanneer hij zou tegenwerken, riskeert hij zijn eigen leven. Hij lijkt vooral uit eigenbelang te handelen, en zich in te likken bij de Nazi’s om het zelf makkelijk te hebben. Dit wekt irritatie op bij zijn medegevangenen maar ook bij de kijker. Ook vraag je je thuis op de bank af: Wat is nou reëel in een dergelijke situatie, kies je voor jezelf of verzet je je tegen de vijand als je eigen leven op het spel staat? Karl Markovics speelt de hoofdrol en ondanks zijn uitermate onsympathieke voorkomen, leef je als kijker erg mee met zijn innerlijke tweestrijd, en begin je hem naarmate het verhaal vordert steeds meer te waarderen. Die Fälscher is een sterke oorlogsfilm, waarin de gruwelen van de concentratiekampen nauwelijks aan bod komen, maar juist enorme persoonlijke dilemma’s en gewetenskwesties centraal staan. Die Fälscher van regisseur Stefan Ruzowitzky heeft naar mijn mening terecht de Oscar voor de beste buitenlandse film ontvangen. Verwacht geen actie of humor, maar wanneer je zin hebt in een serieuze, interessante en ook spannende avond op de bank is die Fälscher zeker een aanrader.
Spaanstalige fantasy- en horrorfilms doen het goed de laatste jaren. Eerst werd El Laberinto del Fauno een groot succes, zowel bij de critici als bij het publiek, daarna werd de veelgeprezen film [REC] uitgebracht en nu komt dan eindelijk El Orfanato ook in Nederland uit. De makers weten van een oud concept een verfrissend spannende film te maken, die, ondanks dat de spanning af en toe inzakt, enkele aardige schrikmomenten heeft. Wanneer Laura samen met haar man Carlos en haar zoontje Simón verhuist naar het nu leegstaande weeshuis waar ze haar jeugd heeft doorgebracht, om daar een tehuis voor gehandicapte kinderen te beginnen, lijkt alles koek en ei. Het gezinnetje vermaakt zich prima. Totdat Simon onzichtbare vriendjes maakt, zes in totaal. In eerste instantie letten Laura en Carlos er niet op; Simón heeft wel vaker onzichtbare vriendjes gehad.
gebeurtenis past, zoals opleiding, carrière, relatie, leugens, fouten, overlijden en nog veel meer. Vervolgens markeer je wanneer het plaatsvond, waardeer je het met een cijfer tussen de -5 en +5 en voeg je foto’s en video’s toe. Dat laatste is vooral handig om je mislukte kapsel te illustreren. Tenslotte voeg je nog even een leuk achtergrondje toe en tadaa: daar is je levenslijn. Naast grappige anekdotes kun je er natuurlijk ook voor kiezen om de levenslijn serieuzer te maken door vooral gevolgde opleidingen en carrièremoves toe te voegen. De website is gebruiksvriendelijk; na het lezen van de korte uitleg kun je zelf aan de slag. Je bent alleen wel even bezig met het invullen van de levenslijn en het uploaden van fotomateriaal. Het is resultaat is vrij persoonlijk en dat is ook direct een minpunt van dit fenomeen: hoever wil je gaan met het online zetten van persoonlijke informatie? Maar als je daar een beetje handig mee omgaat, is het een leuke gadget op internet.
Beef - The Original Door Julia Gielingh Met het vierde album alweer is de Eindhovense band Beef, die al 10 jaar actief aan het musiceren is, van plan om swingend de zomer in te gaan. Deze keer krijgen ze daarbij hulp van muzikale vrienden zoals Jaqueline Govaert (Krezip), reggae- & dancehall-koning Kenny B en de Nederlandse soulzangeres Leona. Dat zorgt voor veel variatie en creatieve input. Het album heet niet voor niets ‘The Original’, ze gaan terug naar hun roots. Ze hebben het album weer zelf geproduceerd en dat hoor je. Maar persoonlijk vind ik het nieuwe album niet zo spannend. Wat opvalt, is dat er veel meer aandacht naar alle verschillende instrumenten gaat. Piano, gitaar en blaasinstrumenten worden nu beter uitgelicht en krijgen meer solo’s. Toen ze in 1999 doorbraken met het album ‘Flexodus’ kregen veel mensen zin om in het zonnetje te zitten, te chillen en zich vooral nergens zorgen over te maken Helaas zijn ze na het vrolijke album ‘ Flexodus’ wel een stuk serieuzer geworden. Zo heeft de band het nummer ‘Rich man’ in een nieuw jasje gestoken. Misschien wel om te laten zien: ‘Kijk, we zijn persoonlijk gegroeid.’ Mijn conclusie: niet veel nieuws onder de zon maar wel heerlijke zomerse klanken. Reggae on and enjoy.
Recensies
BOEK Esther Verhoef - Close-up Door Maaike Piscaer Close-up is opgebouwd uit twee verhaallijnen. De grootste verhaallijn is vanuit de ik-persoon van Margot geschreven. Margot leidt een burgerlijk en stabiel leven, totdat haar vriend haar plotseling verlaat voor een ander. Om haar zinnen te verzetten boekt Margot een reisje naar Londen. Daar ontmoet ze de knappe Nederlandse kunstfotograaf Leon Wagner, die haar wereld totaal op zijn kop zet. Door Leon leert Margot een andere kant van zichzelf kennen en gaat ze op ieder gebied van haar leven haar grenzen verleggen. De andere verhaallijn is vanuit een nog onbekende ik-persoon met moorddadige gevoelens geschreven. Dit zorgt ervoor dat je het verhaal met een onderhuidse spanning leest, je weet immers dat er iets staat te gebeuren en dat er een moord wordt beraamt, maar wanneer en hoe is de vraag. Close-up is de tweede triller van Esther Verhoef. Hoewel ook dit boek net als Rendez-Vous binnen het subgenre ‘damesthrillers’ (door criticasters ook wel ‘oestrogeenthrillers’ genoemd) valt, is het thema harder, zijn de personages gecompliceerder en het geweld en de seks brutaler. Close-up bevat die broeierige spanning die je van het begin tot het eind op het puntje van je stoel laat zitten en je hartslag sneller doet kloppen. Het is daarom de perfecte triller: boeiend, origineel, goed geschreven en met een totaal onverwacht einde. Door het verhaal heen wordt je meegesleept in de wereld van een onzekere hoofdpersoon die zich ontwikkelt tot een zelfbewuste vrouw. Een herkenbaar, gewoon thema, deels ongewoon uitgewerkt.
Maar deze keer is het anders. Er verwijnen plots spullen uit het huis en Simón tekent dingen die niet te verklaren zijn. Als Simón wil dat Laura meegaat naar de kamer van z’n onzichtbare vriendje Tomás en zij weigert, verdwijnt hij. Laura is ontroostbaar, maar is er van overtuigd dat Tomás met zijn vriendjes Simón heeft meegenomen en gaat op onderzoek uit in het oude weeshuis. Van het verhaal moet de film het niet hebben; dat is vrij simpel en recht toe recht aan. Dat de film toch erg eng blijft is voornamelijk te danken aan de sfeer. Een oud, afgelegen Victoriaans huis is een ideale setting voor een horrorfilm, al eerder bewezen in The Shining. In dit geval voegt zelfs de clichématige regen nog iets toe aan de sfeer. Ook het cameragebruik werkt de spanning goed in de hand, met als hoogtepunt het gebruik van beveiligingscamera’s in een scene waar Laura een medium inhuurt, om er achter te komen hoe ze Simón terug kan krijgen. Het belangrijkste natuurlijk aan een horrorfilm is de spanning. Ondanks dat er enkele zeer goed opgebouwde en onverwachte schrikmomenten in zitten, is het verhaal toch iets te langdradig. De momenten wanneer er dieper wordt ingegaan op Laura’s acceptatie van de verdwijning van haar zoontje voegen zeker een extra dimensie toe aan de film, maar zouden wat minder prominent mogen zijn. Het einde, had, ook al is het bevredigend, wat mij betreft eerder mogen komen. Er lijkt bijna plichtmatig nog een ‘happy ending’ aan te moeten worden toegevoegd; iets wat deels de spanning uit de rest van de film haalt. De film is een bijzonder sterk debuut, dat het vooral van zijn geweldige sfeer en de goede schrikmomenten moet hebben. Voor een goede, spannende horror moeten we blijkbaar tegenwoordig bij de Spanjaarden zijn, die prima in staat zijn een oud concept te laten herleven; in ieder geval beter dan Hollywood het doet.
Groninger Studentenkrant 11
Uitladder
Door Suzanne IJntema
Student Korrespondent
Parijs Studeren in Parijs: dé natte droom van eenieder die van mode, kunst, romantiek of mooie architectuur houdt. Omdat ik van al deze dingen minstens een beetje houd, was mijn keus snel gemaakt toen ik besloot in het buitenland te gaan studeren. Geenszins werd ik teleur gesteld. Mode is er in overvloed te vinden op de vele marktjes, kleine winkeltjes en natuurlijk de designwinkels. Loop over de Champs-Elysees (de Parijse PC Hooft) en je wilt nooit meer weg. Is het niet om de vele winkels, dan is het wel om het straatbeeld; goed gekleed tot uniek zijn is de regel. De vele terrasjes bieden je een uitstekende plek om de hele dag mensen te kijken. Een fles wijn kost er ongeveer 26 euro, dus een flesje op het terras kan er ook wel vanaf. Dan de kunst. Hier kan ik kort over zijn: véél. Al ben je geen liefhebber, je komt er niet onderuit. En terecht. Eenieder die in Parijs komt studeren moet toch minstens het Louvre bezoeken. Niet alleen de kunst is daar indrukwekkend, maar tevens het gebouw zelf en de grootte ervan. Het is echter ook zeker de moeite waard andere musea te bezoeken. Het Musée d’Orsay biedt moderne kunst en is zeker net zo mooi. Natuurlijk zijn er nog veel meer musea, maar laten we niet overdrijven. De romantiek. In het begin verbaasde ik me over de
Lief dagboek,
Dagboek,van een maagd
Donderdag 3 april 2008 Het is tentamenperiode en ik sluit mezelf dagelijks hermetisch op in mijn kamer, met de computer uit, mijn telefoon onder een stapel truien in de kast en de gordijnen dicht. Terwijl mijn studieboeken heel ergens anders over lijken te gaan dan de vorige keer dat ik ze inkeek, beginnen mijn gedachten af te dwalen. Waarom doe ik mezelf dit aan? Is dit wel wat ik had verwacht, wil ik zo leven? De is-dit-alles-blues slaat toe en daarmee ook de eenzaamheid. Waarom is er geen lieve jongen die me komt bijstaan en een kopje thee voor me zet als ik in slaap val boven mijn boeken, of desnoods met me mee stresst over de naderende deadlines? Ik kijk op van mijn boek en besef hoe stil het is in mijn kamer, ik hoor alleen het tikken van de klok. Een toekomstvisioen dringt zich aan mij op. Ik zit op de bank
door Carolien Bruil
hoffelijkheid van alle jongens hier; alle deuren werden voor me open gehouden, stoelen werden aangeschoven en ik heb nog nooit zoveel (beleefde) aandacht van mannen gekregen. Maar was die hoffelijkheid nou genoeg om Parijs een romantische stad te noemen? Ik vond van niet. Wat me heeft doen overtuigen dat Parijs haar titel toch verdient, is dat ik een liefdesbrief heb gekregen van een Fransoos! Na een avond twee minuten met de beste man gekletst te hebben, vond ik de volgende dag een liefdesbrief in mijn email. Voor mij hét ultieme bewijs dat Parijs de stad van de liefde is. En tenslotte de architectuur. Vaktermen zijn helaas niet aan mij besteed, maar ik kan wel zeggen dat de architectuur hier fantastisch is. De huizen zijn stuk voor stuk kunstwerken en als je de moeite neemt verschillende kleine (onbekende) straatjes te nemen, zul je meer en meer van dit moois zien. Enkel daarom al is het een genot om in Parijs te studeren! Om af te sluiten nog even snel wat informatieve zaken. De universiteit is enkel moeilijk door de taal, het onderwijsniveau is vergelijkbaar of zelfs iets lager. De taal blijft toch moeilijk. Neem vooral genoegen met jezelf als je het een beetje kan spreken. Ga niet ook nog eens je hoofd breken over de Franse grammatica. Er zijn belangrijker dingen in het leven. Verder, bedenk in de metro niet opeens dat het heel verstandig zou zijn om je beide bankpassen in je achterzak te doen. Dat is het niet. Tip: wil je toch graag je bankpassen in je achterzak houden, machtig dan iemand in Nederland in geval van diefstal. Suzanne IJntema studeert Bedrijfskunde aan de RUG.
met een kleedje op schoot en streel met een gerimpelde hand een spinnende kat. De televisie staat op belspelletjes en door het raam kijk ik met een licht verbitterd gevoel naar voorbijgangers die nog ergens naar op weg zijn. Help!
- Vrijdag 9 mei: Doe Maar Normaal Popquiz, BNN. De Puddingfabriek, 20.00 uur - Zaterdag 10 mei: Stevie & Wouter, muziek O’Ceallaigh Irish Pub, 22.00 uur - Zondag 11 mei: Jazzsessie door mensen van het conservatorium. Muziekcafé De Hartog, 16.00 uur - Dinsdag 13 mei: Kouwe voeten, theater. Schip De Verwondering, Hoge der Aa, 20.30 uur - Woensdag 14 mei: Explosions in the sky + Eluvium. Vera - Donderdag 15 mei: Kalme Chaos, lezing door Els Jongeneel. Academiegebouw, 20.00 uur - Vrijdag 16 mei: Eddie Palmieri & La Perfecta II. Salsa. De Oosterpoort, 20.30 uur, met afterparty bij Plaza Danza - Zaterdag 17 mei: Technootjes meets André Galluzzi. Vera, 24.00 uur - Zondag 18 mei: Strings Ahead, Jazz blues. Café Buckshot, 16.30 uur - Maandag 19 mei: Oversixties, popsongs. Usva theater, 20.30 uur - Dinsdag 20 mei: Stoomcursus Jazz, Dedermeyer & Van Gelder. Economiegebouw Hanzehogeschool - Donderdag 22 mei: Voorronde DJ Contest. Pand 48 - Vrijdag 23 mei: Murphy’s Quiz Night. Café Flip, 21.00 uur - Zaterdag 24 mei: Winterkoorts, muziektheater. Kruithuis, 20.30 uur - Zondag 25 mei: Copacabana, musical. De Oosterpoort, 20.15 uur - Woensdag 28 mei: Bishop Allen, popmuziek. Vera - Donderdag 29 mei: Perron PopRock. Simplon, 21.00 uur - Vrijdag 30 mei: Het toneel speelt: Avenier, Maria Goos. Stadsschouwburg, 19.00 uur - Zaterdag 31 mei: Nacht van de Fooi, bijna alle kroegen in de binnenstad, de hele nacht
(advertentie)
Dinsdag 22 april 2008 Na twee weken sociaal isolement, lijkt het wel of mijn vrienden mij vergeten zijn. Gewoonlijk zijn er niet genoeg avonden om iedereen te zien, nu moet ik actief een belrondje houden om mensen aan mijn bestaan te herinneren. De eenzaamheid is schrijnend, mijn ego schreeuwt om aandacht, van wie dan ook! Er is toch iemand die aan me gedacht heeft. Tijdens toneelles laat hij merken dat hij blij is me weer te zien. Arme Marcel, door jou voel ik me weer gewenst maar als je zo dicht bij me komt staan kan ik een gevoel van walging niet onderdrukken. Ik hoop dat je het begrijpt. (advertenties)
12 Groninger Studentenkrant
Nadruk