Jaargang 25 - Februari 2009
SPIRITUALITEIT OP DE HANZE | VERSLAG EUROSONIC HET SUCCES VAN GEENSTIJL | OOK ZAT VAN DE UB?
Op volle snelheid naar Olympische Spelen
Apart’ja
‘Ik wou haar op mijn kloten, maar kreeg tieten’ De deur gaat open en een windvlaag laat haar haren naar achteren golven. Een lange leren jas zit strak om haar taille, waardoor de rondingen van haar heupen duidelijk te zien zijn. Met een enigszins mannelijke stem stelt ze zich voor. Tegenover ons zit Robin, tegelijkertijd een hij en een zij. Door Simone Steenbeek en Carolien Lindeman Fotografie: Nol Klis ‘Ik ben een hermafrodiet, geboren als man en vrouw tegelijk’, vertelt Robin. ‘Na mijn geboorte is er in mij gesneden om een mannetje van mij te maken, dusdanig bruut en grof: het is niet te herstellen.’ Robin neemt een slokje warme chocolademelk, haar enorm lange rozerood gelakte – en zelf gestylde – nagels kunstig om de mok heen gevouwen. ‘Ik heb nog wel eileiders en een baarmoeder, maar heb ook de mannelijke dingen’, zegt ze. ‘Man worden en mannelijk zijn, dat is er mijn hele leven ingestampt. Als puber wilde ik voor man doorgaan, want ik viel op meisjes. Ik wilde de baard in de keel, haar op mijn kin en haar op mijn kloten. Maar wat kreeg ik? Tieten en pijn in mijn buik. Daar schaamde ik me heel erg voor en toen ben ik testosteron gaan gebruiken.’ Robin was lange tijd tevreden met haar mannelijkheid. ‘Je hebt wat op je lip zitten’, zei haar oma eens. Ze begon er driftig op te poetsen
‘Ik heb eileiders, maar ook de mannelijke dingen’
Robin: ‘Als ik het terug kon draaien was ik nooit met hormonen begonnen.’
lacherig, giechelig of schreeuwerig te doen, dan kun je wel een antwoord krijgen. Ik leg mensen uit hoe het zit en dan houdt het gelach meestal op.’ Soms spreekt Robin zelf mensen aan, zoals laatst drie Antilliaanse meisjes. ‘Ik heb ze gezegd: “Als jullie mij uitlachen, vergeet dan niet dat ik zo ben geboren.” Sindsdien doen ze altijd vriendelijk tegen me.’ Lachend filosofeert ze: ‘Als er buitenaardse wezens op de aarde zouden landen, zoals in Star Trek, dan draait de mensheid helemaal door. We hebben nu al moeite met mensen met een andere kleur, religie of een ander gedachtepatroon.’ Mei vorig jaar moest ze haar woning uit en haar vele katten tijdelijk afstaan. ‘Ik moet zo snel mogelijk een huisje zien te krijgen, dan kan ik Door Peter Valkema
en riep: ‘Verrek. Dat is je snor!’ Robin: ‘Ik was daar trots op en heb hem niet afgeschoren. Baard en snor zag ik als symbool voor mannelijkheid. Toch zei iedereen altijd: “Je hebt vrouwelijke heupen, geen adamsappel en je mimiek is vrouwelijk.”’ Acht jaar geleden stopte Robin met mannelijke hormonen. ‘Ik kreeg antihormonen en dan vervrouwelijk je waar je bij staat.’ Met Gronings accent gaat ze snel verder: ‘Ik ging van 108 naar 79 kilo en van een platte voorkant naar een volle cup D.’ Haar vrouwelijke kant lijkt te worden omlijst door kleding. ‘Ik draag graag korsetten. Ik heb ze altijd mooi gevonden. Een jaar geleden had ik nog een taille van 87 centimeter omtrek, dat is nu nog 61 centimeter. Het streven is 50.’ De lichamelijke veranderingen die Robin doormaakte sinds 2000 stellen de maatschappij voor het probleem in welk hokje ‘hij/zij’ past. Robins uiterlijk roept verschillende reacties op. ‘Het is voor een groot deel het onbekende’, vertelt ze. ‘Een mannelijk gezicht met een vrouwelijk lichaam is moeilijk te plaatsen en heeft voor mannen vaak iets homoseksueels. Dat is dat hokjesdenken. Soms spreken mensen me aan op mijn nagels en zijn ze benieuwd hoe ik ermee om kan gaan, of ze echt zijn. Als je normaal met mij omgaat, zonder
weer beginnen met leven’, vertelt Robin. ‘Als ik iets van tachtig vierkante meter kan vinden, dan ben ik zo verschrikkelijk blij. En dan neem ik mijn poesjes weer bij me, tot ze van ouderdom doodgaan.’ Robin droomt van een eigen winkeltje in games, fantasy, nagelstyling en crèmepjes en heeft nog steeds het gevoel dat het wel goed komt, al weet ze ’niet hoe, waar en wanneer.’ Eén ding, waar ze nu zeker van is, is haar identiteit. Ze is blij met de bij haar passende naam Robin. ‘Als ik het terug kon draaien, was ik waarschijnlijk nooit met hormonen begonnen. Sommige dingen van mijn mannelijkheid doen me namelijk pijn, zoals mijn baardgroei. Toch ben ik dít nu en ik accepteer dat. Ik ben heel erg blij met zowel mijn mannelijke als mijn vrouwelijke kant.’
Surf ook naar www.studentenkrant.org voor meer nieuws over het Groningse studentenleven. Bekijk de laatste foto’s, berichten, columns en spannende recensies.
2 Groninger Studentenkrant
Apart'ja & Cartoon
‘Zullen we een tietenpoppenkast doen?’ Cabaretgroep Vrouw Holland op zoek naar nieuwe jas Tijdens het Noorderzon Festival in 1997 brak cabaretgroep Vrouw Holland door. Inmiddels staat het Groningse viertal al twaalf jaar op de planken. Wat is de sleutel tot hun succes? ‘Je moet lelijk durven zijn.’ Door Joost Knaap en Elske Woudstra Fotografie: Jan Luursema
plaatsen, zelfs voor henzelf. Ze omschrijven hun shows als ‘cabaretesk liedjesprogramma’, ‘muzikale theatershow’, of ‘kleinkunst’. Glasbeek: ‘Maar dat klinkt ook weer zo tuttig’. Vijf programma’s heeft het viertal inmiddels gemaakt, gevolgd door een programma met hoogtepunten uit tien jaar Vrouw Holland. Eerst alleen in het Noorden, maar ‘omdat het eigenlijk wel heel leuk werkte’ later ook in de rest van het land. Op de vraag wat ze zelf de hoogtepunten vinden in hun carrière volgt een woordenstroom die bijna niet te volgen is. Cameretten, de eigen cd’s en Noorderzon worden genoemd. Maar wat volgens Glasbeek vooral leuk is, is ‘dat je op hele maffe plekken komt’. Contacten met andere cabaretiers zijn er niet veel. ‘Cabaretmensen zijn niet heel erg van het contact. Ze maken toch een soort van statement van zichzelf, het duurt even voor je daar doorheen geprikt hebt.’
Tietenpoppenkast
Waar ligt het aan dat vrouwen niet zo snel succesvol zijn in het vooral door mannen gedomineerde cabaretwereldje? Noeken: ‘Je moet lelijk durven zijn, alle kanten van jezelf laten zien. Veel vrouwen die een poging doen tot cabaret durven dat niet aan.’ Vrouw Holland probeert dit juist wel. ‘Daardoor komen we er niet altijd even mooi uit, maar daar zit juist de humor. Wij zijn vier verschillende vrouwen en op vier verschillende manieren laten we iets van onszelf zien’, aldus Noeken. Volgens haar zijn vrouwen vaak niet zo rechtlijnig als mannen en werken ze meer vanuit een model om harmonie en eensgezindheid te bewaren. ‘De reden dat soms gezegd wordt dat vrouwelijke
‘Via de post komen uit het hele land BH’s’
Gabriëlle Glasbeek, Marieke Klooster, Karin Noeken en José Zwerink ontmoetten elkaar op het festival ‘A star is born’. De dames deden hier los van elkaar aan mee en bedachten ‘s avonds in de kroeg: ‘Hé, eigenlijk zijn we samen best wel leuk.’ Het eerste gezamenlijke optreden was op Vrouwendag en zo was een naam snel bedacht. De nieuw gevormde theatergroep besloot mee te doen aan het Noorderzon Festival en kreeg Pieter Bouwman toegewezen, de regisseur van Hans Teeuwen. Het was een succes. Noeken: ‘Mensen kregen zelfs ruzie om naar binnen te mogen.’ Hierdoor aangemoedigd beproefde het kwartet zijn geluk op Cameretten, een festival voor aanstormend talent. Erik van Sauers won, maar het viertal kon zich tevreden stellen met een derde plaats. De prijs was ‘een klein tourneetje’ door het land en zo ontstond het eerste avondvullende programma, onder muzikale begeleiding van Reinout Douma. Het is moeilijk om hun werk onder één noemer te
cabaretiers moeilijker te volgen of te geloven zijn, is dat ze wat minder duidelijke statements maken.’ Maar zelfs als vrouwelijke artiesten wel die statements maken is dat voor het publiek soms moeilijk te slikken. ‘Als wij de koningin zouden aflebberen zoals Hans Teeuwen zou daar anders naar worden gekeken als wanneer hij dat doet.’ Dat ze het al zo lang met elkaar volhouden vinden de dames ‘best wel knap’. Er heeft eigenlijk niemand op het punt gestaan solo verder te gaan, om alleen door te breken. Absurdisme, schaamteloosheid, energie en zelfspot zijn woorden die Vrouw Holland karakteriseren. Een voorbeeld van hun uitspattingen op het podium is de tietenpoppenkast. Glasbeek: ‘Dat begint gewoon als woord, omdat het grappig is. Zo van: zullen we een tietenpoppenkast doen? Toen gingen we dat uitproberen en kwamen we er achter dat het op zich helemaal niet shockeren om het shockeren is. Acht borsten op een rij zien
Column
De Kachel Toen ik met een half oor naar de inauguratiespeech van Obama luisterde, had ik niet het idee dat ik er iets van zou onthouden. De waarheid bleek anders. Want toen ik die avond stond te swingen in het cafeetje de Kachel klonk plots Obama’s donkere stem in mijn hoofd: ‘Know that your people will judge you on what you can build, not what you destroy.’ Gelijk heb je Obama, dacht ik toen ik in een waas van rook de verslagen café-eigenaar aan zijn toog zag hangen. Café de Kachel, ook wel bekend als the hottest place in town, moest namelijk 6 februari de gang naar de rechtbank maken omdat de kroeg het rookverbod overtreedt. De Kachel verkeert in goed gezelschap. Omdat hij tot haat zou hebben aangezet moet ook Geert Wilders voor de rechter verschijnen. Je hoeft geen groot licht te zijn om te zien dat hier sprake is van een tendens. Iedereen loopt elkaar te destroyen, om met Obama
Het gesprek & Column
te spreken. De overheid met zijn technocratische regeltjes, Wilders met zijn gevloek en getier, maar ook de internetmalloten met hun simpele meninkjes. Worden er nog wel dingen opgebouwd? Ja. Kijk maar naar de Duitse schrijfster Juli Zeh. In haar toneelstuk Corpus Delicti staat in het jaar 2057 een vrouw terecht vanwege het feit dat ze rookt en tegendraadse
Iedereen loopt elkaar te destroyen ideeën heeft. Zeh neemt zo de fantasieloosheid van de regelgrage overheid op de hak en stelt dat democratie berust op vrijwilligheid en dat als je de fundamenten onder de democratie vandaan haalt, die vrijwilligheid in de kiem wordt gesmoord. Laat de juristen naar dit toneelstuk kijken en ze zullen zien dat regels niet zaligmakend zijn. Laat Wilders ernaar kijken en hij zal, net als de juristen, zien dat de waarde van de democratie niet in haar uitersten ligt. Laat de internetmalloten ernaar kijken en ze
er namelijk echt uit als een soort wezentjes, helemaal niet als: we gaan nu een partij erotisch lopen doen met onze borsten.’ Op het podium is er voor schaamte geen plaats, dus ook niet tijdens de tietenpoppenkast. ‘Het voelt helemaal niet naakt’, zegt Glasbeek. ‘Dat is wel grappig, want als er dan een techneut aan de zijkant staat die ziet dat wij ons omkleden, dan zit iedereen een poosje zo’, merkt Noeken op terwijl ze haar handen voor haar borsten houdt. Ideeën voor een nieuwe voorstelling halen de dames overal uit: ‘Wat je ziet, wat je hoort, voelt en leest’. ‘Iedereen heeft altijd boekjes bij zich en daar schrijf je dingen in op.’ Ook andere artiesten kunnen een inspiratie vormen en Engelse comedies zoals Little Britain en Smack the pony. ‘Eén keer in de zoveel tijd komen we bij elkaar en dan praten we dingen door. Dan is het mijn hoofdtaak om van alle ideeën een soort gestructureerd voorzetje te maken, een soort tekst in wording’, vertelt Glasbeek, die ook de teksten voor het gezelschap verzorgt. De pianist levert zijn bijdrage op muzikaal gebied. Hij verzorgt de melodieën bij de teksten en ideeën die hem worden aangeleverd. Iedereen brengt dus wel iets in, waardoor er niet echt rode draad in de voorstellingen zit. ‘Het is meer een zapvoorstelling.’ Natuurlijk gaat er bij een voorstelling ook wel eens iets mis. Het gebeurt regelmatig dat de dames spullen vergeten voor of na de voorstelling. Zo komen vanuit het hele land BH’s en andere kledingstukken via de post naar Groningen. Als de make-up weer eens vergeten is bieden de kassadames gelukkig meestal uitkomst, zodat Vrouw Holland tenslotte toch in de make-up kan.
Sabbatical
De groep zit op dit moment in een bezinningsjaar. Na bijna twaalf jaar is het nodig over de toekomst na te denken. Er staat nog niets vast: ‘We doen de oude jas uit en zijn op zoek naar een nieuwe.’ Dat gaat natuurlijk in overleg met alle leden. ‘Iedereen moet het eens zijn over de kleur van de jas en hij moet ook niet te strak zitten.’ Tijdens de sabbatical kan iedereen individueel nieuwe inspiratie opdoen. De dames hebben naast Vrouw Holland allemaal nog een andere baan. Niet omdat het noodzakelijk is, maar omdat ze het leuk vinden er dingen naast te doen. Ook hun andere werk heeft echter allemaal met theater en muziek te maken. Zo werkt Noeken bij het jeugdtheater en is Glasbeek dramatherapeute. Op de vraag of Vrouw Holland dan niet meer een hobby is antwoorden ze: ‘Het theaterwerk is geen hobby, daarvoor kost het te veel tijd. Maar het is mooi om je geld te verdienen met wat je wilt maken. Je bent eigen baas en je kunt je eigen wereldje scheppen.’ zullen zien wat kunst is. En als ze dat niet zien heeft de buitenlucht op weg ernaar toe ze vast goed gedaan. Het wordt een drukke en broeierige avond in het theater. Als iedereen de zaal verlaat voor een drankje in de foyer staat daar de eigenaar van De Kachel achter de bar. ‘En? Wat vond u er van?’ vraagt hij terwijl hij een biertje voor een jurist tapt. ‘Tja, de facto zijn we misschien iets te ver gegaan.’ ‘Ik ook, ik ook’, roept een blonde man met een Limburgs accent. ‘Bier?’ vraagt de barman. ‘Nee, toegeven! Ik ben ook te ver gegaan’, zegt Geert Wilders. Dan komt er een klein puisterig ventje bij staan. ‘Ik heb me mijn hele jonge leven achter een nickname verscholen, maar halverwege de slotscène wist ik het: ik wil minister-president worden!’ Ik zat aan de andere kant van de bar en zag hoe Juli Zeh naar de barman knipoogde terwijl ze elegant een sigaret opstak. Begrepen maar meer mensen dat problemen ook in de kroeg kunnen worden opgelost. Lise Evers
Groninger Studentenkrant 3
Succesblog GeenStijl op weg naar televisie of een dwarse schoolkrant gerund hebben’, vult hij aan. De invloed van deze uit de kluiten gewassen ‘dwarse schoolkrant’ is echter moeilijk te overschatten. Zo ‘kapen’ bezoekers van GeenStijl op verzoek van de redactie soms een internetverkiezing. Naar aanleiding van zulke verkiezingen lagen er al ‘GeenStijl-dorito’s’ in de supermarkten, en werd ‘swaffelen’ het woord van 2008. Verder moeten politici ervoor zorgen dat ze niet te vaak de frontpage van de blog halen. Zowel parlementariër Wijnand Duyvendak als minister Ella Vogelaar moesten het ontgelden op de website, waarna hun positie onhoudbaar werd geacht. En zelfs jongeren en scholieren blijken geen
Als het aan het groeiende aantal leden ligt, wordt het enfant terrible van de blogosphere GeenStijl.nl in 2010 onderdeel van de publieke omroep. Saai zal het in ieder geval niet worden. ‘Mensen die geen relativeringsvermogen hebben zijn per definitie GeenStijl-haters.’
‘Liever tien keer rectificeren dan één keer censureren’
Door Thomas van den Oever ‘Zeer goed’, noemt Peter van Buren, student Recht en ICT, het voornemen van GeenStijl om de stap naar ‘echte’ televisie te maken. Als student behoort hij tot de doelgroep van jonge, hoogopgeleide mannen waar GeenStijl voornamelijk op mikt. Voor hem is de blog zowel een bron van entertainment als nieuws. ‘De spitse toon in de verslaggeving zorgt ervoor dat je gedwongen wordt om over zaken na te denken en om je relativeringsvermogen te gebruiken’, meent hij. Matthijs Beemstra, ook student Recht en ICT, neemt de website als nieuwsbron daarentegen niet serieus. ‘Als nieuwsbron zou ik het niet willen gebruiken, aangezien GeenStijl niet echt objectief verslag doet.’ GeenStijl is voor hem dan ook meer een bron van vermaak. Terwijl de oplages van de meeste kranten dalen en de actualiteiten- en achtergrondprogramma’s op televisie naar de late uurtjes worden verbannen, bewijst de controversiële weblog GeenStijl in ieder geval één ding: nieuws is niet saai. Met het bewuste streven tendentieus, ongefundeerd en nodeloos kwetsend verslag te doen van al dan niet actuele zaken weet de blog inmiddels dagelijks ruim 120.000 bezoekers te trekken. Op journalistiek gebied wordt het wereldnieuws afgewisseld met lokale relletjes en primeurtjes, maar bezoekers kunnen zich ter vermaak ook richten op een ruim aanbod van foto- en videomateriaal dat reikt van het geestige tot het pornografische. En op alles
GeenStijl.nl heeft meer dan 120.000 bezoekers per dag.
kan door gebruikers natuurlijk direct gereageerd worden. Een echt journalistiek medium kunnen we GeenStijl echter niet noemen, meent dr. Titus Ensink, als universitair docent verbonden aan de faculteit Letteren. ‘Het doel van GeenStijl is niet serieuze informatieverschaffing, maar entertainen, aandacht trekken, ironiseren en jennen’, laat hij weten. Die houding lijkt volgens Ensink meer op de houding van een columnist dan op die van een journalist. ‘GeenStijl wordt geleid door mensen die handig zijn met internet, niet terughoudend zijn en stilistisch talent hebben. Vroeger zouden ze een studentenblaadje
beschermde status te hebben voor de ‘stijlloze redactie’: een scholier van het particuliere EuroCollege te Rotterdam werd van school gestuurd nadat een filmpje waarop hij de Taj Mahal ‘swaffelde’ op GeenStijl werd gepubliceerd. Invloed of geen invloed, verbieden is onwenselijk en bovendien waarschijnlijk ook onmogelijk. ‘Liever tien keer rectificeren dan één keer censureren’, stelt Van Buren. Beemstra is het daar mee eens: ‘Vrijheid van meningsuiting is een groot goed en censuur zou dan ook nooit toegepast mogen worden.’ Ook Ensink lijkt het verbieden van de site geen optie. ‘De rechter is er voor alles en iedereen, maar ik heb niet de indruk dat GeenStijl de wet overtreedt; daarvoor zijn ze ook te slim.’ Maar wat dan te doen als je als bekende of onbekende Nederlander al dan niet per ongeluk ‘de Dumpert’ haalt? ‘Als wat GeenStijl doet je niet bevalt moet je eendere of slimmere middelen vinden om ze te neutraliseren, of om terug te slaan’, stelt Ensink. De tijd zal leren of GeenStijl het benodigde aantal leden voor een omroepvergunning haalt. Zelfs als dat niet het geval is, zal het fenomeen ‘GeenStijl’ echter niet zo maar een zachte dood sterven. Met de brutale stijl, de herkenbare humor en het eigen taaltje heeft de blog zich volgens Ensink inmiddels tot een subcultuur weten te ontwikkelen. En wel eentje waarvoor je ‘niet eens meer de deur uit hoeft’. Op hun verzoek zijn de namen van Van Buren en Beemstra gefingeerd.
Hanzehogeschool opent stilteruimte Het is zover, de spiritualiteithype heeft het nuchtere Groningen bereikt. En dat, stelt burgemeester Wallage, in tijden waarin het luidruchtig van mening verschillen de drijvende maatschappelijke kracht is. De Hanzehogeschool heeft een stilteruimte geopend. ’Je moet wel een onverbeterlijke optimist zijn’, aldus Wallage. Door Mariet van Hasselt Fotografie: Jan Luursema Spiritualiteit, je kunt er niet meer omheen. Zo geeft men tegenwoordig de voorkeur aan yoga in plaats van een rondje joggen en is India dé plek om naar toe te gaan als je op zoek bent naar jezelf. Zo is de Amerikaanse schrijfster Elizabeth Gilbert een zoektocht naar haar zelf begonnen, waarvoor ze naar India reist om daar enkele maanden in een ashram (een meditatiecentrum) te verblijven. Deze ervaring heeft voor Gilbert geleid tot het vinden van haar innerlijke
In de stilteruimte kan overdag gebeden worden ziel én een wereldwijde bestseller. Dankzij deze reis heeft zij haar geluk, en haar inkomen, volop terugverdiend. Heb je geen geld voor een ticket naar India? De oplossing voor je problemen is ook dichterbij te vinden. In elke boekhandel vind je genoeg boeken over mediteren, je innerlijke ziel en over hoe te leven in het nu. De populaire maandbladen zoals Happinez, Yoga en Ode
4 Groninger Studentenkrant
gaan als warme broodjes over de toonbank. Maar niet alleen Happinez vertelt ons hoe wij moeten ontsnappen aan de hedendaagse chaos, ook de Hanzehogeschool speelt perfect in op de behoeftes van de student. Sinds vorige maand is de Hanzehogeschool een nieuwe ruimte rijker. Geen studieruimte of kantine, maar een stilteruimte. Vanaf nu hebben studenten de mogelijkheid te ontsnappen aan de drukte van het studentenleven en zich terug te trekken om te bidden, na te denken of te rusten. De ruimte is een initiatief van moslima Nadie Medyagustia die een brief heeft geschreven Burgemeester Wallage (zittend, links) opent de stiltreruimte in de Hanzehogeschool. aan Henk Pijlman, collegevoorzitter van de Hanzehogeschool. In deze Zo haalt hij het verzet tegen de katholieke staatsgodsdienst brief vertelt zij dat haar vriendenkring, voornamelijk van de Spaanse overheersers naar voren, zijn jeugd in de Gromiesten (Groninger Moslimstudenten Indonesië), synagoge en de balans van grondwetten. Ook heeft hij kritiek behoefte heeft aan een rustige ruimte op Zernike. Een op de mensen die het recht opeisen mensen te kwetsen in hun ruimte waar overdag gebeden kan worden. Het idee is dan religieuze gevoelens. Hij zou graag willen dat deze mensen wel afkomstig van een moslima, deze ruimte is bedoeld zichzelf eens de vraag stellen ‘waarom het ene grondrecht, voor iedereen ongeacht je geloof, afkomst of cultuur. namelijk de vrijheid van meningsuiting, per definitie Wallage opent de ruimte in de Toren van zwaarder zou moeten wegen dan het andere, bijvoorbeeld de Hanzehogeschool. Een dertigtal mensen is hierbij de vrijheid van godsdienst. Als de grondwetgever aanwezig, waaronder leden van Culturele Activiteiten dat had bedoeld, dan had hij dat wel opgeschreven.’ Na de speech van Wallage worden de aanwezigen, in voor Studenten (CAST). CAST is het culturele centrum van de Hanzehogeschool en ook zij hebben een eigen stilte, naar de stilteruimte geleid. Hier staan we schouder tegen ruimte, inclusief comfortabele banken, kunstwerken schouder – de ruimte is bedoeld voor een handjevol studenten en een boekenkast vol met spirituele boeken. – te luisteren naar twee (spirituele) gedichten die verzonnen Dit evenement, net als de ruimte, wordt officieel zijn en voorgelezen worden door twee CAST-studenten. De ruimte is toegankelijk voor iedereen. Dus geopend door burgemeester Wallage, die onder andere zegt dat de Hanze ‘een hogeschool naar zijn hart’ is. Hij geeft studeer je aan de Hanzehogeschool en wil je wat tijd voor een diepzinnige speech over de geschiedenis van de strijd jezelf, bijkomen van je intensieve studie of vluchten van der geloven, de huidige samenleving en het gevecht tussen je projectgenoten, ga naar de stilteruimte. Hij is gevestigd de vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst. op de eerste verdieping van de Toren in het E-gebouw.
Achtergrond
Gevarieerd EuroSonic werkt als magneet Groningen werd 15 en 16 januari bedolven onder muzikanten uit heel Europa. Tijdens muziekfestival EuroSonic heerst er een gemoedelijke sfeer in de stad. De verbondenheid onder het publiek was zelfs op straat te merken. ‘Oh, ik ben verliefd!’ Door Wanda van der Zee en Mariska van der Zee Fotografie: Hanne van der Velde EuroSonic is een muziekfestival voor nieuw, veelbelovend talent uit heel Europa. Ze komen naar Groningen om zich aan het publiek te laten horen en aan scouts van de Europese muziekindustrie. De gelukkigen met een EuroSonic-polsbandje kunnen in allerlei kroegen genieten van livemuziek, de mensen zonder bandje kunnen het stappen deze dagen praktisch vergeten.
Onderbroek en witte sportsokken
De bekende Belgische band Zita Swoon zorgt voor een knallende opening van het festival. Ze staan in het midden van de zaal op een eiland van snoeren, boxen en muziekinstrumenten. Links dansen twee mooie achtergrondzangeressen met afrokapsels en glamourjurkjes. Rechts zien we twee behaarde hippies op gitaar die door de tweedehands-winkel heen gewerveld lijken te zijn. Ook de muziek kent grote tegenstellingen: aan de ene kant is het dromerig en melancholisch, maar tegelijkertijd ritmisch en rauw. Ondanks de verschillende stijlen is het één geheel. De muziek begint ingetogen, maar op een gegeven moment lijkt het pilletje van leadzanger Stef Kamil Carlins te gaan werken. Hij begint al dansend wild met zijn armen te maaien en ook het maaien op de gitaar wordt heftiger. In het Grand Theatre aan de Grote Markt treden daarna Duitsers in witte pakken op. Polarkreis 18, bekend
‘Ze straalt totaal geen seks uit’ van de hit Allein Allein, speelt melancholische, doch dansbare synthpop. Precies zoals het programmaboekje doet vermoeden, ‘the most over the top synthesizerpiece in ten editions of EuroSonic’, gaat het hier om een typisch jaren tachtig geluid. Toeschouwer Dick Bol merkt op: ‘De muzikanten gaan helemaal in hun muziek op, maar ze lijken de zaal niet echt mee te krijgen.’ Het is tijd voor wat rustigs en zweverigs. Zeigeist heet de Zweedse formatie die met lange glow-in-the-dark wimpers, rare jurken en korte sportbroekjes de aandacht van hun muziek afleidt. Gelukkig maar, want deze eentonige electro lijkt op The Knife maar is het net niet. De jurk van de zangeres doet weer denken aan Roisin Murphy, maar is het net niet. De hele show is het eigenlijk net niet, ze proberen te hard op expressieve wijze het publiek te overtuigen van hun kunstzinnigheid. Daarbij speelt de man met enkel een onderbroek en witte sportsokken aan als enige live op zijn drumstel, de rest wordt afgedraaid en geplaybackt. Een student uit het publiek roept: ‘Ik moet
Groningen genoot twee dagen lang van live-muziek.
hier nú weg. Nu!’ Maar er zijn ook mensen die de show wel waarderen. Een man met eyeliner zegt theatraal: ‘Die zangeres, ik wil haar een schilderij geven. Prachtige vrouw.’
Muziekles van Sting
De vrijdagavond begint met wat prettige luisterliedjes in de kleinere zalen. In de USVA speelt Lucky Fonz III. Deze Bob Dylan II weet het publiek te ontroeren met zijn pianoen gitaargepingel. Bij valse uithalen gniffelen wat mensen maar hij lijkt zich er niet aan te storen en gaat rustig door met het zingen van zijn originele teksten. Studente Joselien Eijkelenboom heeft al een aantal keer een optreden van hem bezocht. Ze vindt de muziek mooi en ingetogen. ‘Met simpele middelen worden leuke nummers neergezet.’ Tussen al die bescheidenheid door is er nog genoeg plaats voor grappen en interactie met het publiek. Abel, een studente die vooraan staat, wordt het podium op gevraagd om het refrein van het nummer Oh my poor Carolina te ondersteunen. De kans om even op het podium te staan wint het van haar verlegenheid. Ze zingt uit volle borst mee. In de hal van kunstacademie Minerva treedt de dochter van wereldster Sting op met haar band I Blame Coco. Met haar zeventienjarige spillebeentjes en niet erg originele muziek, heeft het geheel wat van de talentenjacht voor jongeren Kunstbende. Toeschouwer Maurits van Putten beaamt dit: ‘Het is een potentieeltje maar ze is er nog lang niet.’ Toch is de reggaemuziek die ze met haar band maakt lekker om naar te luisteren. Wel is het duidelijk van wie ze muziekles heeft gehad. Bij sommige uithalen klinkt ze precies als haar vader en ook de muziek toont veel overeenkomsten. Hoor ik nou Englishman in New York? The Tallest Man On Earth uit Zweden blijkt een heel klein mannetje te zijn. Hij compenseert veel met zijn diepe en rouwe stem die door de sfeervolle zaal van de USVA heen dondert. Dit luide karakteristieke stemgeluid vormt een prachtig contrast met zijn melodieuze gitaarspel.
Niet iedereen kan zijn gespleten stem waarderen. Efraim Smeding: ‘Ik vind zijn stem irritant, maar hij is wel lief.’ Iets te lief, hij wacht geduldig als iemands telefoon afgaat en verontschuldigt zich meerdere malen als hij zijn gitaar even moet stemmen. Wat opvalt, is dat het hele publiek bloedserieus en stoïcijns voor zich uit staart, terwijl het kleine mannetje bedoeld en onbedoeld voor de nodige hilariteit zorgt. Toeschouwer Anna Wolffensperger: ‘Het was wel even lekker rustig na al die electro en rock, een mooi intermezzo’.
Straatconcert
Over intermezzo’s gesproken, om de nachtelijke honger te stillen, blijft menigeen even steken bij de Febo op weg van het ene podium naar het andere. Opeens begint aan de overkant een groepje straatmuzikanten een funky show weg te geven. Het werkt als een magneet: voor het eerste nummer is afgelopen, staat er al een hele groep voorbijgangers midden op straat te dansen op hun aanstekelijke swingmuziek. Terug in de hal van Academie Minerva gekomen, zien we de show van groot Nederlands talent Room Eleven. Met een mix van pop en jazz weten ze het publiek gemakkelijk mee te krijgen. Zelf waren ze ook tevreden over hun optreden. Toetsenist Tony Roe: ‘Het is wel even wennen, we zijn op theatertour en daar speel ik op een mooie vleugel. Ik zat al te vloeken omdat het pedaal van het reservekeyboard het niet deed.’ Succesvolle band, maar de meningen over zangeres Janne Schra zijn verdeeld van ‘Oh, ik ben verliefd’ tot ‘ze straalt totaal geen seks uit’. Compleet onverwacht treffen we in het stampvolle zweterige zaaltje van Jazzcafé de Spieghel Guus Meeuwis aan. Verbaasd kijkende Denen en Engelsen worden omringd door hossende Nederlanders met zwaaiende armen. Hoeveel groot buitenlands talent er ook in Groningen mag zijn, hier eindigt het festival met: ‘Het dondert en het bliksemt en het regent meters bier!’
(advertenties)
Achtergrond
Groninger Studentenkrant 5
Bibliotheek Sociale Wetenschappen Op de eerste verdieping van het Heymansge bouw aan de Grote Kruisstraat bevindt zich de biblio theek van Sociale Wetenschappen. Hier zijn tussen de boekenkasten zo’n 140 studieplaatsen verstopt, verdeeld over twee verdiepingen. Ook is er een computerzaaltje met zo’n 25 computers. Als deze vol is kan de student nog uitwijken naar de vierde verdieping, waar nog vier computerlokalen zijn. ‘Het is hier nu elke dag druk, vooral in de computerzaal’, vertelt een medewerker. Toch is in deze bibliotheek van drukte nauwelijks te spreken. Pas rond een uur of twee zijn de mees te studieplekken gevuld en zelfs om drie uur is het mogelijk om een computer te bemachtigen in het computerzaaltje. Iets wat tijdens de drukke dagen in de UB ondenkbaar lijkt. In de grote kanti ne op de begane grond is het ook verdacht leeg. De studenten die deze rustige studieplaats ontdekt hebben zijn erg tevreden. Anna, eerste jaars Psychologie, vertelt dat ze het hier veel pretti ger studeren vindt dan in de UB. ‘Het is veel rustig er en er hangt een ontspannen sfeertje.’ Deze pretti ge studiesfeer wordt niet alleen door studenten
De theologiebibliotheek Achter één van de zware houten deuren aan de Oude Boteringestraat bevindt zich de theologiefaculteit. In dit monumentale pand dat respectievelijk adellijke woning en rechtbank is geweest, hangen kandelaars aan de hoge muren en de kachels verspreiden een aangename warmte door de ruimte. Kortom, een plaats waar je je meteen thuis voelt. Vervolgens blijken de toiletten zwart en wit geblokte tegeltjes te hebben en altijd naar bloemetjes te ruiken. Dit is nog veel beter dan thuis! Een paar smalle trappetjes en gangen leiden je naar een kleine computerzaal met veertien computers. Dit lijkt weinig, maar wanneer er bijna nooit iemand zit is het ineens veel. Even verderop vindt men de studiezaal. Tussen de boekenstellages zijn een aantal studieplaatsen met op elke tafel een grote lamp. Sfeervol én praktisch! Dit blijkt niet alles te zijn, want op de twee verdiepingen hierboven zijn nog meer plaatsen, in totaal 21. Net toen ik begon te denken dat deze oase van rust wel een erg goed bewaard geheim moest zijn,
Foto: Hanne van der Velde
De Openbare Bibliotheek De Openbare Bibliotheek (OB) aan de Oude Boteringestraat 18 is een prima plek om te studeren. Bij binnenkomst oogt het vrij druk en wat rumoerig, maar als je doorloopt naar het trappenhuis achterin en vervolgens op de eerste verdieping komt, is het er in een klap heel rustig en hangt er een aangename (studie)sfeer.
Foto: Jan Luursema
van deze faculteit, maar ook door die van andere faculteiten benut. Ewoud, student International Business & Economics, zit hier omdat het te druk is in de UB. ‘Het is hier echt prima studeren en de kantine is ook veel beter dan die van de UB’. Een groot verschil met de UB is dat je hier je jas en tas mag meenemen naar de studiezaal. Hoewel het handig is om alles bij de hand te hebben zorgt dit voor erg veel geritsel en gerommel. Toch is het in deze bieb over het algemeen erg stil en rustig en is het dus een goed alternatief voor de stampvolle UB. | SV
begint er een jongen van achter zijn computer luidkeels te telefoneren ‘Jo, zit hier chill op de theologie, want de UB is focking vol!’ Toegegeven, dit is inderdaad een geweldige plek, maar houd het stil! | LE
Foto: Jan Luursema
Er zijn tafeltjes waar je kunt zitten en er zijn ook een paar kamertjes die je kunt huren voor ultieme rust en opperste concentratie. Ook zijn er computers met internet te vinden waar je dus ook je mail op kan checken of een opdracht kunt maken. Evelien de Waardt, studente Spaans, vindt het in de OB prima studeren. ‘Ik vind het hier lekker rustig en eigenlijk wel gezellig om een keer met de locals van Groningen hier te zitten. Jong en oud komt hier heen dus je hebt ook wat om naar te kijken.’ Waar het op de UB gezellig druk is en iedereen elkaar kent, is het op de OB rustig en zul je weinig bekende gezichten tegenkomen. Dat dit af en toe ook fijn is kan Pieter van Hoven, student Economie, beamen. ‘Als ik me echt moet concentreren en hard aan de slag moet, dan ga ik naar de OB toe. Hier heb ik weinig afleiding van mensen die even willen koffie drinken of gewoon willen high fiven. Er is hier ook genoeg plaats zodat je altijd een goede plek kunt uitzoeken.’ Dat het in het weekend druk kan zijn op de UB komt omdat de overige studeerplekken van de faculteiten niet open zijn. De OB is net als de UB ook in het weekend open. Zaterdag van 11:00 tot 16:00 en zondag van 13:00 tot 17:00. | AB
Zes te ti voo
U
s alernaieven or de
Zoals het klokje thuis tikt... Soms kan het behoorlijk moeilijk zijn om een rustig plekje in de UB te vinden als het volop studietijd is. Er staan lange rijen van de ingang tot aan de pinautomaat voordat de bieb vroeg in de ochtend opengaat. Menig persoon die besloten heeft niet mee te doen aan dit circus, draait zich dan nog eens lekker om in bed om vervolgens in eigen tempo zijn of haar bureautje op te zoeken. Thuis kun je het zo comfortabel mogelijk maken als je wilt. In de winter zijn de openbare studieruimtes vaak koud. In de eigen kamer kan de verwarming vol aan, een plaid over de benen gedrapeerd worden, kan men een lekker kopje thee zetten en kunnen zakjes chips, appels en ander gevoelig kraak materiaal gewoon genuttigd worden zonder dat er boze blikken worden uitgewisseld. Guusje Teeuwen, student medicijnen, vindt thuis studeren heerlijk. ‘Bij mij thuis zijn er meerdere huisgenootjes die ook thuis studeren, waarmee we zo elkaar stimuleren en tijden afspreken waarneer we pauzes houden. Dit maakt mijn eigen kamer een goede plek om te kunnen studeren.’ Ook hoeft men niet te sjouwen met boeken, is er geen kans op een onverwachte regenbui op weg naar de UB en volstaat een ‘chill-pak’ in plaats van een hip pak wat door het uitzoeken ook nog wel eens wat tijd in beslag kan nemen. Kortom: ideaal! Toch heeft thuis studeren ook nadelen, zo verzekert Anne-Lotte Wilkens. ‘In de UB studeert iedereen die ik ken en dat maakt het er ook erg
UB
Foto: Nol Klis
Juridische Bibliotheek Wie niet bekend is met het Harmonie-complex en in de Juridische Bibliotheek (JB) wil studeren moet even goed zoeken. Als je binnenkomt in het Harmonie-gebouw moet je de lange gang helemaal
Foto: Hanne van der Velde
gezellig. Er hangt een goede studiesfeer. Als ik te lang thuis studeer voel ik me net zo’n kluizenaar, dan voelt het alsof ik in een soort sociaal isolement kom.’ Wellicht is het afwisselen van thuis en buitenshuis studeren de ideale combinatie om zo verveling en eentonigheid tegen te gaan. | AB
uit lopen, de trap op en dan naar rechts. Links hiervan zit de Letteren Bibliotheek die iets groter is dan de JB. Als je dan toch moet kiezen prefereert menig persoon de JB want bij die van letteren wordt er streng gecontroleerd op flesjes water die niet mee naar binnen mogen worden genomen. De JB is een erg knusse plek, waar men een aantal mogelijkheden heeft om een lekkere studieplek uit te zoeken. Bij binnenkomst kun je aan je rechterhand boven zitten of helemaal doorlopen naar achter en in de ‘voorkamer’ gaan zitten. Marjan de Boer, studente aan de rechtenfaculteit, vindt wel dat het vrij gehorig is in de voorkamer. ‘Je hoort hier wel auto’s en mensen die buiten praten, maar toch vind ik het hier erg prettig om te studeren. Ik zit dan wel liever in het begin dan hier achterin. Er wordt verder ook niet moeilijk gedaan over tassen en jassen wat wel zo is bij de letterenbieb.’ Verder beschikt de Harmonie over een grote kantine met uitgebreide keuzes voor broodjes, drankjes en veel lekkere versnaperingen wat een zware studiedag toch weer iets lichter kan maken. | AB
De letterenbieb Je moet er een stuk voor omlopen, maa r dan heb je ook wat: de letterenbieb. Is dat tentamen plotseling wel heel dichtbij gekomen en wil je nu écht studeren? Dan is dit de plek. Op de deur van de ingang naar de studiezaal hangt een A4 bedrukt met ‘STILTE’. Hier krijg je niets mee van wie er met wie heef t geregeld de avond ervoor, als de deur naar de hal openzwaait. De uitleenbalie grenst meteen aan de stud iezaal, dus mocht je toch pogen je sociale leven hier te besp reken wordt je al gauw verwezen naar de kantine. De locatie van de balie buiten de zaal heeft zo nog mee r voordelen: geen irritante piepjes van boeken die via de lift de juiste etage hebben bereikt, en ook semi -fluisterende bibliotheekmedewerkers worden je besp aard. De studiezaal zelf heeft talrijke studieple kken, velen verstopt tussen boekenstellages waar door niets je kan afleiden van te bestuderen stof. Ook de trappenhuizen achter in de bieb zijn voorzien van een A4 met de instructie niet te bellen in het trappenh uis. Er wordt hier overduidelijk alles aan gedaan om een zo goed mogelijk
Foto: Nol Klis
leerklimaat te creëren. Toch zijn er ook een paar minpuntjes: vele kluisjes zijn defect, bovendien heb je een muntstuk van twee euro nodig om er een te gebruiken. Ook mag er geen flesje water mee naar binnen genomen worden, terwijl drinken toch wel fijn is tijdens het studeren. Al is dit natuurlijk wel een goed excuus om wat vaker een pauze in te lassen. | RS
Door Aemilia Brok, Lise Evers, Rosanne Schepers en Sarah Venema
Poëziemarathon tegen stoffig imago Op 28 en 29 januari was Groningen 24 uur lang gehuld in een nevel van poëzie. Op de slotmanifestatie van deze poëziemarathon, die alweer voor de tiende keer werd gehouden, is de naam van Groningens nieuwe stadsdichter onthuld. Door Lise Evers Fotografie: Jan Luursema Tijdens de marathon rukken Groningse dichters op met als belangrijkste doel hun stad kennis te laten maken met poëzie. In het Groninger Museum worden poëtische rondleidingen gegeven door verschillende dichters, in eetcafé Ugly Duck wordt geprobeerd zoveel mogelijk dichters te laten optreden en in de Selexyz wordt Driek van Wissen uitgeluid als Dichter des Vaderlands. Ondanks het feit dat Driek van Wissen Groninger is en Dichter des Vaderlands was, komt er een maar klein groepje mensen op zijn uitluiding af. Hiervan heeft het leeuwendeel ook nog eens grijze lokken. Dit lijkt de Selexyz niet te verbazen want de boekhandel speelt hier feilloos op in door met dienbladen jenever rond te gaan. Zegt dit schouwspel iets over het imago van poëzie? Voor het gros van het Nederlandse volk heeft poëzie wellicht nog
Er hangt een gemoedelijk sfeertje steeds een stoffig en elitair imago. Een poëziemarathon is dan ook geen overbodige luxe. En het door de strot drukken van poëzie door achter boekenkasten verscholen dichters gedichten te laten voordragen aan argeloos winkelend publiek is misschien wel pure noodzaak. Groningen heeft inmiddels een aardige naam opgebouwd als het gaat om poëzie. Na Dordrecht was Groningen de tweede stad met een stadsdichter en ook de jaarlijks terugkomende poëziemarathon trekt altijd grote namen. Onder andere Koos van Zomeren, H.H. ter Balkt, Laura Demelza Bosma en Judith Herzberg (‘Het is straks weer fuchsiatijd en ik haat fuchsia’s, daarom gaat
Anneke Claus, de nieuwe stadsdichter van Groningen.
dit gedicht over fuchsia’s’) droegen op de slotmanifestatie hun gedichten voor. Om de toch vrij serieuze avond wat meer schwung te geven was zangeres Leine uitgenodigd. Een aanstormend talent met zwoele melodietjes en jawel, poëtische teksten. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Leine op dit moment samen met dichter Ingmar Heytze werkt aan de voorstelling Elders in de Wereld. In tegenstelling tot de haat en nijd die zich tijdens de verkiezing van de Dichter des Vaderlands manifesteerde, houdt Groningen het chique. Er hangt een gemoedelijk, maar misschien ook een beetje ingedut sfeertje in het Grande Theater. Dan breekt uiteindelijk het moment aan waar deze avond om draait. Na twee jaar wordt er afscheid genomen van stadsdichter Rense Sinkgraven en zijn opvolger wordt bekend gemaakt. Burgemeester Jacques Wallage houdt de spanning er in en doet uitgebreid kond
van de overwegingen en overpeinzingen van de jury. De jury heeft de veertien aanmeldingen blind beoordeeld op onder andere toegankelijkheid, Groningse actualiteit en bovenindividuele emoties. Wat er precies mis is met individuele emoties was voor de burgemeester zelf ook een raadsel. Met als begeleidend commentaar dat ze de lezer eerst laat lachen maar vervolgens toch laat twijfelen komt de dertigjarige Anneke Claus als winnares uit de bus. Ze heeft al twee dichtbundels gepubliceerd en lijkt vastberaden Groningen de komende tijd van haar stadsdichterschap op de hoogte te stellen. Met de jonge en aantrekkelijke nieuwe Dichter des Vaderlands Ramsey Nasr en de nieuwe, eerste vrouwelijke stadsdichter van Groningen staat ons een aantal poëtische jaren te wachten waar zij er hopelijk in slagen met mooie woorden de dikke laag stof van het poëzie-imago af te blazen.
Gluren bij..
Georganiseerde gekte in studentenkamers Sokken ophangen rond het Academie-gebouw, stickers op elke paal van de UB. Op 26 februari vindt de derde editie van het Studentenkamerfestival plaats in Groningen en de promotieacties zijn in volle gang. Voorzitster Marieke de Jonge ‘ademt Stukafest’. Door Marinke Kerkhoff Foto: Hanne van der Velde Stukafest begon in 2001 als een Nijmeegs festival, met als doel cultuur dichterbij studenten te brengen. Studentenkamers bleken erg geschikt te zijn als kleine theaters en al gauw werd het concept zo succesvol dat het in meer steden ging plaatsvinden, met elk een eigen lokaal bestuur. We volgen voorzitster Marieke de Jonge een dag en zien hoe Stukafest het leven van deze studente Kunsten, Cultuur en Media beheerst. Om elf uur verzamelt zich een opvallend groepje mensen in de UB: ze zijn gekleed in felrode shirtjes en proberen een groot spandoek te verbergen.
‘Een beetje gek doen hoort bij Stukafest’ De Jonge en medebestuursgenoten Albert, Laura en Nina staan op het punt om een ‘ludieke actie’ uit te
8 Groninger Studentenkrant
De Jonge promoot Stukafest actief.
voeren. Na een korte tactiekbespreking proppen we ons in de lift naar de kantine, waar een stel Stukafest-flyers uitgedeeld wordt. Daarna volgt een bijzondere vertoning: zwijgend lopen De Jonge en de drie medebestuursleden met het spandoek door alle zalen van de UB, waar ze ondanks hun stilte genoeg nieuwsgierige blikken krijgen van de vele studenten. ‘Dit geeft wel een kick hoor!’ zegt het viertal als ze weer op de gang zijn. Even later wordt het groepje echter op norse wijze verzocht om ‘onmiddellijk het pand te verlaten’ vanwege hun actie. Er wordt besloten om de UB maar even te mijden. ‘Flyeren doen we wel in het Harmonie-gebouw vandaag,’ lacht De Jonge. Een typische Stukafest-actie, volgens De Jonge. ‘Een beetje gek doen hoort bij Stukafest. Tijdens
onze vorige actie hebben we ’s nachts overal rond de universiteit sokken met onze stickers erop opgehangen.’ Het logo van Stukafest is een paar stinksokken. Wie goed kijkt ziet ze nog wel hangen in de bomen tegenover de UB. De kaartverkoop van Stukafest vindt plaats in de Australian. Gewapend met het spandoek begeven we ons in die richting om te kijken hoe de zaken ervoor staan. Op straat komen we vooral oudere mensen tegen. ‘Jammer, niet echt onze doelgroep. Bejaarden vinden onze stickers vaak wel erg leuk trouwens, voor op hun wasmachine!’ Nadat ze de cijfers van de kaartverkoop heeft bekeken kijkt De Jonge opgelucht. ‘Vorig jaar was het uitverkocht, dus de lat ligt hoog. Maar het gaat goed, een aantal dingen zijn al bijna uitverkocht.’ Na een cappucino in de Australian is het tijd om naar het Harmonie-gebouw te gaan, waar vandaag geflyerd wordt. Ook daar gaat Marieke even helpen. ‘Als voorzitter heb ik niet echt vaste taken, ik leid het geheel vooral in goede banen en houd overzicht op eenieders bezigheden.’ In de praktijk helpt ze mee waar ze kan en daar is deze dag duidelijk geen uitzondering op. Nadat er een flinke stapel flyers is uitgedeeld en iedereen écht voorzien is, begeeft ze zich naar de USVA om het spandoek terug te brengen. ‘Daarna even ergens lunchen en vervolgens gaan we bezig met de voorbereiding van de volgende ludieke actie.’ De KCM-studente heeft al eerder bestuurswerk gedaan: vorig jaar was ze actief als commissaris extern in haar studievereniging. Dit ervaart ze echter als iets heel anders. Met Stukafest werk je toe naar één avond, maar er komt een maandenlange voorbereiding bij kijken. Na de avond zelf is het voor De Jonge nog niet helemaal afgelopen: aan haar en de rest van het bestuur is dan de taak om nieuwe bestuursleden te benoemen. Iedereen kan solliciteren, maar weet waar je aan begint. ‘Je verliest je hart aan dit festival’, zegt De Jonge gepassioneerd. ‘Na een tijdje ga je Stukafest ademen. Ik praat inmiddels zelfs Stukafest, ik zeg overal stuka voor, haha.’
Cultuur & Gluren bij..
Met vallen en opstaan richting Vancouver 2010 ‘Je moet best wel lef hebben om iedere keer weer opnieuw in te stappen, ook al krijg je hier en daar een tik’, zegt Jannicke IJdens. Naast haar studie aan de Hanzehogeschool maakt ze deel uit van Bobteam Kamphuis. Een harde crash zorgde er echter voor dat haar seizoen in het water viel. Door Elske Woudstra Fotografie: Jan Luursema Bobsleeën is geen bekende sport en ook zeker geen sport die overal in Nederland beoefend kan worden. Hoe is de twintigjarige IJdens bij het bobsleeteam terecht gekomen? ‘Ik heb altijd atletiek op hoog niveau gedaan’, vertelt ze. ‘Via atletiek ben ik gescout door Arend Glas, oudOlympisch bobsleeër.’ Glas was van mening dat IJdens het bobsleeën maar een keer moest gaan proberen. Dat heeft ze vorig jaar in de zomer gedaan en het beviel meteen zo goed dat ze werd opgenomen in het team. Het enige damesbobsleeteam van Nederland doet hard zijn best zich te plaatsen voor de Olympische Spelen van Vancouver in 2010. Om hun Olympische droom waarheid te laten worden moet er nog wel beter gepresteerd worden, al is er een stijgende lijn zichtbaar. IJdens: ‘We hebben de nominatie nog niet, daarvoor moet je bij de top acht eindigen in de World Cup. Afgelopen wedstrijden waren we dertiende, elfde, tiende, tiende en negende. Dan zit je er nog net niet bij. Hopelijk gebeurt het nog dit jaar en anders volgend jaar.’ Bobteam Kamphuis bestaat uit vier vrouwen. Esme Kamphuis is de pilote van het team. Naast de pilote bestaat het team uit drie remmers, waaronder IJdens. Tijdens een
‘Ik besef dat je er letsel aan kunt overhouden’ afdaling wordt de slee bemand door twee dames: een pilote en een remmer. IJdens legt uit wat ze tijdens een afdaling moet doen. ‘De functie van de remmer is gewoon om domweg keihard te beuken bovenaan de start, om zo snel mogelijk de veertig à vijftig meter af te leggen. Op het eind naar de finish toe moet je dus remmen.’ Het remmen gebeurt door een soort pin aan te trekken die zich in het ijs boort. Bij het aanduwen van de slee is het belangrijk
is ze vaak van huis voor internationale wedstrijden. Houdt ze nog wel tijd over om te studeren? ‘Op zich gaat het heel goed. Ik heb altijd een topsportregeling gehad. Toetsen mocht ik later maken, opdrachten later of vroeger inleveren. De combinatie was altijd prima mogelijk.’ Dat bobsleeën ook gevaarlijk kan zijn, is IJdens afgelopen jaar op een harde manier duidelijk geworden. In Winterberg vliegt ze met ongeveer 120 kilometer per uur uit de bocht en maakt ze een harde crash. ‘Het was echt verschrikkelijk, op dat moment ga je beseffen dat het echt risicovol is. Ik lag te schreeuwen van de pijn en iedereen kwam meteen aanrennen. Ik ben met de ambulance afgevoerd naar het ziekenhuis van Winterberg.’ Daar blijkt dat ze verschillende botkneuzingen heeft opgelopen. Bovendien staat haar bekken verkeerd. Twee weken lang ligt IJdens de hele dag plat. ‘Ik kon gewoon helemaal niks, alleen liggen. Als ik naar de wc moest, deed m’n moeder een po onder m’n heupen.’ Na die twee weken is IJdens met een fysiotherapeut hard gaan werken aan haar herstel. Hoewel ze snel vooruit gaat, is ze nog niet helemaal pijnvrij. Het seizoen was voor haar na de crash voorbij. ‘Het is flink zuur. Als dit niet was gebeurd was ik vier à vijf maanden weggeweest om te sleeën.’ Durft IJdens wel weer in de slee te stappen? ‘Ik zeg nu wel heel dapper ja, maar ik ben wel gaan beseffen dat je er ook echt wel letsel aan kunt overhouden.’ Wat ook Jannicke IJdens: ‘De combinatie topsport en studie was altijd prima mogelijk.’ één van de redenen is dat niet sterk, explosief en snel te zijn. Precies de eigenschappen veel vrouwen het bobsleeën waar IJdens door haar atletiekervaring over beschikt. volhouden. Toch lijkt de liefde voor de sport bij IJdens groot De vierdejaars studente Sport, Gezondheid en genoeg om haar angst opzij te zetten. ‘Naast het bobsleeën heb Management heeft een druk bestaan. In de zomer traint ze ik zoveel van de wereld gezien, dat is ook een hele ervaring. twee keer per dag en dat zes dagen in de week. ’s Winters De afgelopen jaren was ik zo gelukkig en gaf het me zo’n kick.’ (Advertenties)
Sport
Groninger Studentenkrant 9
v
Recensies
DVD
Battle in Seattle Door Rosanne Schepers Een democratie geeft mensen het recht om in opstand te komen tegen de overheid. Maar wat als vreedzaam protest met geweld wordt beantwoord? Dit thema staat centraal in het op waarheid gebaseerde regiedebuut van acteur Stuart Townsend, Battle in Seattle. We volgen een groep demonstranten die op het punt staat een grootschalig vreedzaam protest uit te voeren tegen het ministeriële congres van de World Trade Organization (WTO) van 1999 in Seattle. De demonstranten voeren protest tegen de globalisering en willen de mogelijkheid tot vrije handel weer terug winnen. Door kringen van mensen te vormen op grote kruispunten, blokkeren ze de weg naar het congrescentrum zodat de afgevaardigden het niet kunnen bereiken. Steeds meer mensen sluiten zich aan bij het protest waardoor het stadhuis in paniek raakt. Er wordt overgegaan op geweld om de demonstratie de kop in te drukken. De situatie escaleert en mondt uit in complete chaos. De film doet documentaire-achtig aan, mede door de afwisseling van filmbeelden met nieuwsmateriaal van de echte demonstratie. De gebeurtenissen worden zeer gedetailleerd beschreven en de tijd gaat traag, maar toch wordt de film niet saai. Het emotionele proces van de demonstranten maar ook van de politiemannen die de demonstratie moeten verhelpen maakt de film aangrijpend. Een scène waarin de demonstranten en politiemannen recht tegenover elkaar staan geeft een treffende sfeerimpressie: door megafoons roepen de groepen kreten naar elkaar, maar er wordt door beide kanten niet naar de opponent geluisterd. Uiteindelijk wordt de WTO-top afgelast. De overwinning van de demonstranten geeft de film geen matig ‘eind goed, al goed’-einde, maar laat zien dat vreedzaam protest nog steeds een succesvolle manier is om de democratie te verdedigen. Battle in Seattle is perfect voor een avond politiek geëngageerd amusement.
BOEK Het Diner - Herman Koch Door Lise Evers Wat doe je als je bloedeigen kind een moord op zijn geweten heeft? Deze vraag zal de lezer van Het Diner zichzelf onherroepelijk en onmiddellijk stellen. Het boek speelt zich af in en om een chique Amsterdams restaurant waar de hoofdpersoon Serge Lohman met zijn vrouw, broer en schoonzus dineert. De broer van Serge, Paul Lohman, is de gedoodverfde aankomend minister-president en van het onuitstaanbare soort. Zij zijn tezamen gekomen omdat er een voorval heeft plaatsgevonden waar hun beider puberkinderen bij betrokken zijn. De neefjes hebben half per ongeluk, half met opzet een zwerfster in de brand gezet omdat ze in de weg lag bij het pinnen. De vrouw is dood en de jongens zijn, weliswaar onherkenbaar, vastgelegd op de bewakingscamera. Wat te doen? Het in de doofpot stoppen en je kind beschermen tegen jaren van gevangenisstraf of voldoen aan je burgerlijke plicht en hen aangeven? Aanvankelijk word je meegesleept in de aannemelijke argumentatie van Serge maar langzaam verschuift je sympathie van de hoofdpersoon naar zijn broer, die uiteindelijk nog de meest fatsoenlijke figuur van het stel blijkt te zijn. Dat Koch een van de makers van Jisketfet is zal tijdens het lezen geen verbazing wekken. Hij typeert mensen en situaties op een pijnlijk herkenbare manier en weet hierbij steeds weer de vinger op de zere plek te leggen. Hij brengt onder andere het bespottelijke gedrag van Nederlandse obers en mensen met een tweede huisje in Frankrijk die daar bloedserieus ‘Frankrijk spelen’ te berde. Dit boek vereist een oplettende lezer. Het plot is op een meesterlijke manier geconstrueerd en de terloopse en futiel lijkende opmerkingen blijken tijdens de ontknoping van groot belang te zijn. De onnavolgbaar scherpe humor van Koch in combinatie met de interessante morele vraagstukken die hij opwerpt maakt dit boek zeer de moeite waard om te lezen.
10 Groninger Studentenkrant
BOEK A joy forever. De mooiste liefdesgedichten uit de wereldliteratuur – Menno Wigman en Rob Schouten (red.) Door Persis Bekkering De vorige bloemlezing met poëzie van Menno Wigman en Rob Schouten, A thing of beauty was een fijne aanwinst voor de boekenkast. In één bundel had je alle gedichten die je sowieso zou moeten kennen om intellectueel mee te tellen. Hun nieuwe bundel, A joy forever, is al helemaal een juweeltje. Uit de prachtige verzen van Shakespeare, de uitzichtloosheid van Philip Larkin (‘Love again: (…) something to do with violence’) of de amuserende betutteling van Ovidius’ Ars Amatoria (liefdeskunst) wordt de veelzijdigheid en nuance van het onderwerp liefde duidelijk. Dat blijkt ook uit de opbouw. Deze is chronologisch en thematisch, in drie delen die ook een zekere chronologie kennen: ‘verlangen’, ‘vervulling’ en ‘verlaten’. Hadden de samenstellers dit niet gedaan, dan zouden de gedichten nogal plompverloren naast elkaar staan: eerst het hete gedicht van Silentarius (‘Weg met die kleren, mijn schone geliefde! Doe weg en kom bij me!’), dan de droeve Comtesse de Dia. Nu blader je voor zinderende en soms hilarische erotiek naar het midden en voor troost in voyeurisme naar het einde. Dat deze categorisering van liefdespoëzie noodzakelijk was, laat zien dat liefde helemaal niet zo’n simpel thema is. En dat maakt deze bundel waardevol. Er ontbreekt helaas een goede verantwoording van de samenstellers over de criteria voor de selectie. Alle gedichten staan in grondtekst en in een vertaling, van uiteenlopende vertalers. Wie heeft deze vertaling geselecteerd en waarom? Ook de keuze voor de inhoud wordt niet besproken, en dat is jammer. Want wie bepaalt wat de mooiste gedichten zijn? Over een aantal is men het wel eens, die zijn dan ook overbekend. Maar met name de recentste gedichten uit het deel ‘Verlaten’ zullen niet bij iedereen herkenning oproepen. Hier zou een goede inleiding niet misstaan. Desalniettemin is A joy forever een toegankelijke samenstelling, met bekende en minder bekende dichters. Een goede cadeautip.
BOEK Pijn - Beau van Erven Dorens Door Jesper Verhoef Beau van Erven Dorens’ boek Pijn kreeg van meet af aan veel publiciteit: vooral de sprong van de nieuwbakken auteur, vooral bekend als tv-presentator, in een Amsterdamse gracht trok de aandacht. Precies zulke impulsieve acties kenmerken ook hoofdpersoon Werner uit Pijn. De snelle reclamejongen maakt in twee dagen mee wat een normaal mens in geen leven overkomt. Onder druk van een deadline stort hij zich in het nachtleven, op zoek naar inspiratie. Natuurlijk pas na eerst wat ‘cokelacoka’ gesnoven te hebben. Werners vrouwonvriendelijke praat en zijn vermogen overal een gevat antwoord op te hebben (‘Heb je condooms?’ – Did Schindler have a list?) passen in dat plaatje. Werner voelt zich de ‘koning. De fokking koning van reclameland.’ De gelijkenis met Kluuns Komt een vrouw bij de dokter is groot: ook hier draait het verhaal om een patserige bedrieger in de reclamebranche. Werners haantjesgedrag werkt in het begin van het boek een lach op. Vooral omdat hij tussen alle drank en drugs door zichzelf en zijn theorietjes maar wát serieus neemt. Zo ziet hij de beschaving als ‘een samenraapsel van illusies’. Aan de illusie dat het boek zelf enige kwaliteit bezit komt echter snel een einde. De slappe dialogen en het pathetische gedrag van de personages maken het boek lachwekkend. Als Werners neef zijn intrede doet neemt het verhaal de ene na de andere ongeloofwaardige wending. De auteur laat zijn fantasie de vrije loop: een terroristische aanslag, drijfzand, afgehakte ledematen, alles komt voorbij. Held Werner slaat zich, hoe voorspelbaar, overal dapper doorheen. Als hij na een soort Jumanji in hartje Amsterdam kort erop overlijdt is het koningsdrama eindelijk voorbij. De conclusie na het lezen: had de schrijver niet Beau van Erven Dorens geheten dan was dit verhaal nooit uitgegeven. Kopen? No deal.
FILM Transporter 3 Door Eva Paré Voor alle liefhebbers van deel 1 en 2 is Transporter 3 een zeer waardige opvolger. Jason Statham vertolkt wederom transporter Frank Martin met een 100% afleveringsgarantie. Uiteraard komt hij in onmogelijke situaties terecht om zijn pakketje af te leveren. Ditmaal is zijn pakketje een zeer opstandige en lastige jongedame. De jongedame is de dochter van een Oekraïense minister die wordt gechanteerd door een organisatie die giftig afval wil dumpen in Oekraïne. Hiervoor hebben zij een handtekening nodig wat hen brengt tot de ontvoering van zijn dochter. De bad guy wordt vertolkt door niemand minder dan Robert Knepper, welbekend als Theodore ‘T-Bag’ Bagwell uit de serie Prison Break. Via allerlei technologische hoogstandjes probeert hij Martin in het gareel te houden. Valentina, de dochter van de minister, is ontvoerd vanaf Ibiza en wordt door Martin naar een andere bestemming gebracht. Deze bestemming verandert nogal eens tijdens de film. Om te zorgen dat beiden er niet vandoor gaan hebben zij om hun polsen een magnetische armband gekregen met explosieve vloeistoffen die afgaan zodra zij te ver van de auto verwijdert zijn. In het begin verloopt de communicatie tussen Martin en Valentina erg moeizaam. Langzaamaan krijgt ze in de gaten dat hij te vertrouwen is en komt ze los. Valentina blijkt een wilde te zijn en Martin krijgt haar maar moeilijk rustig wat zorgt voor enkele hilarische situaties. Natuurlijk is uiteindelijk een romance tussen de twee onvermijdelijk. Het plot ontwikkelt zich dan ook verder op een manier die niet heel verrassend is, maar dat mag je ook niet verwachten van een film als Transporter. Uiteraard zijn er genoeg vechtscènes in de film die voldoen aan het typische Transporter-imago dat we gewend zijn uit de voorgaande delen. Met gemak knokt Martin een heel legioen aan gangsters tegen de grond op zeer vermakelijke wijze. De beroemde droge humor ontbreekt dan ook zeker niet in dit deel van de film en de zaal barst dus ook regelmatig in lachen uit. Grappig feit is dat de Nederlandse meervoudig K1-winnaar Sem Schilt een klein rolletje vertolkt als ‘the big one’ en zijn eigen vechtscène met Statham heeft gekregen in de film. Fans van Statham en de Transporter-films zullen zich zeker vermaken bij dit derde deel. Er zit veel actie in en natuurlijk de onmisbare spectaculaire ontploffingen. Voor humor zit je bij deze film ook goed, hoewel het af en toe te voorspelbaar en flauw is. Iedereen die ooit een film uit de reeks heeft gezien weet dat je niet te veel moet verwachten qua spanning en een goed plot, maar je wordt wel op je wenken bediend met ontploffingen, gevechten, snelle auto’s en droge humor. En dat is natuurlijk echt de charme van Jason Statham als de Transporter.
Recensies
Het laatste woord Doet de RUG er goed aan een numerus fixus in te stellen voor snel groeiende opleidingen als Psychologie, zoals deze nu al bestaat bij bijvoorbeeld IB/IO?
Invoering numerus fixus slecht idee De numerus fixus bij IB/IO, is dat een goed idee? Calimero vindt van niet. Van een nieuwe fixus bij Psychologie moet helemaal geen sprake zijn! Een numerus fixus, waarbij een opleiding een vooraf vastgelegd aantal studenten toelaat, kan verschillende oorzaken hebben: de arbeidsmarkt biedt niet voldoende werk voor alle afgestudeerden óf de opleiding kan de vraag van studenten niet aan. Er zijn dan niet voldoende docenten of faciliteiten om iedereen toe te laten. De RUG heeft momenteel een numerus fixus bij drie opleidingen: Geneeskunde (410 plaatsen), Tandheelkunde (48) en Internationale Betrekkingen en Internationale Organisatie (IB/IO, 220). De eerste twee opleidingen kennen deze fixus vanwege de arbeidsmarkt. Deze fixus wordt dan ook landelijk opgelegd aan alle opleidingen Geneeskunde en Tandheelkunde. Daarnaast is er dus al een numerus fixus bij IB/IO. De RUG heeft die fixus ingesteld nadat er in 2004-2005 290 eerstejaars waren. Dat was meer dan de opleiding had verwacht, waardoor de kwaliteit niet gegarandeerd kon worden. Ook voor Calimero staat de kwaliteit van de opleiding altijd voorop, waardoor een fixus op dat moment een goed idee was. Inmiddels zijn we vier jaar verder. De opleiding is nu gewend aan de toestroom: er zijn voldoende docenten en faciliteiten voor 220 studenten. Lijst Calimero vindt het daarom tijd voor de volgende stap: een ophoging van de fixus. Hiervoor zullen nieuwe docenten aangetrokken moeten worden, maar dat kan nu ook. De faculteit der Letteren heeft haar financiële problemen opgelost en kan dus geld vrijmaken voor goede docenten. De opleiding IB/IO is nog steeds populair. Studenten uit het hele land komen naar de Groningen omdat deze opleiding uniek is in Nederland. De fixus schrikt studenten echter af: worden ze wel ingeloot? Kunnen ze niet beter een andere studie gaan doen? De populariteit van de opleiding én het feit dat de capaciteitsproblemen aangepakt kunnen worden, vindt Lijst Calimero het de hoogste tijd dat de numerus fixus bij IB/IO geleidelijk wordt opgehoogd! Dit hebben we in de Universiteitsraad
Colofon De Groninger Studentenkrant is een onafhankelijk blad gemaakt door en voor studenten van HBO- en WOinstellingen in Groningen. Het verschijnt tien maal per jaar in een oplage van circa vijfduizend exemplaren die gratis worden verspreid op de RUG, de Hanzehogeschool en andere locaties in Groningen.
onlangs ook aangegeven. Bij psychologie is al veel geëxperimenteerd met een fixus. In 2005-2006 werd de numerus fixus ingevoerd, maar twee jaar later al weer afgeschaft. Daarna zijn er massaal studenten toegestroomd uit binnen- en buitenland. De keuze om de fixus af te schaffen is echter bewust gemaakt en je mag dus verwachten dat de opleiding voorbereid was op al deze studenten. Hogere studentenaantallen gaan dan niet ten koste van de kwaliteit. Een nadeel van de grote toestroom is natuurlijk wel dat studenten massacolleges volgen. Echter, de fixus lost dat niet op. Bij een fixus van 500 studenten blijven die grote colleges in Pathé bestaan. Of er nu 500 of 600 studenten zijn, dat valt voor studenten niet op. De opleiding merkt daar natuurlijk wel iets van. Er zijn misschien te weinig docenten en ruimtes voor werkcollege- en prakticumgroepen. Dat zou echter niet de zorg van studenten moeten zijn, maar van de opleiding Psychologie, de faculteit en de universiteit. Meer dan bij IB/IO, waar weinig gespecialiseerde docenten te vinden zijn, zou het geen probleem moeten zijn om goede docenten aan te trekken voor Psychologie. Voor het gebrek aan ruimte kan geld beschikbaar worden gesteld. Bovendien vinden afgestudeerde studenten eenvoudig een plek op de arbeidsmarkt. Niet iedereen wordt psycholoog, in het bedrijfsleven zijn afgestudeerde psychologen ook gewild. Dat is dus ook geen probleem. Kortom, Lijst Calimero ziet geen enkele reden om een fixus bij Psychologie in te voeren. Wij hopen ook dat de fixus bij IB/IO snel wordt opgehoogd! Daniëlle Fictorie is lid van de fractie van Lijst Calimero in de Universiteitsraad.
Redactie
Persis Bekkering, Aemilia Brok, Laura van Dam, Lise Evers, Roza Freriks, Mariet van Hasselt, Marinke Kerkhoff, Joost Knaap, Carolien Lindeman, Thomas van den Oever, Eva Paré, Rosanne Schepers, Sarah Venema, Elske Woudstra, Wanda van der Zee
Fotografie
Voorzitter: Wanda van der Zee (0614278523), Penningmeester: Daniël Smeding, Acquisitie en PR: Romée Gramende. bestuur@studentenkrant.org
Hoofdredactie
Vormgeving
Jesper Verhoef (06-42362986) en Herwin Thole (06-50817155) hoofdredactie@studentenkrant.org
Het laatste woord
De universiteitsraadsfractie van Lijst Calimero pleit voor een ophoging van de numerus fixus voor de opleiding IB/IO en is tegen een hernieuwde invoering van een fixus voor psychologie. Ik ben ook van mening dat een numerus fixus niet gewenst is, omdat je studenten niet in hun keuzevrijheid moet beperken. Toch zitten er aan het standpunt dat Calimero inneemt nog behoorlijk wat haken en ogen. Calimero wil de fixus bij IB/IO geleidelijk ophogen. Dit is inderdaad geen slecht plan, maar ‘geleidelijk’ dient hier het sleutelwoord te zijn, zodat de opleiding voldoende tijd heeft zich aan te passen aan hogere studentenaantallen. Bij Psychologie is van geleidelijke stijging van het aantal studenten allang geen sprake meer. Na een kleine inzakking van de studentenaantallen in het studiejaar 2005-2006, als gevolg van de toen ingestelde fixus, waren de studentenaantallen een jaar later alweer op het oude niveau (500). Dit jaar werd er een record neergezet met 800 aanmeldingen (600 voor het Nederlandse en 200 voor het Engelstalige programma). Dat valt met geen goede wil meer ‘geleidelijk’ te noemen. Wat als de explosieve groei zich doorzet en er volgend jaar weer honderden studenten meer zich inschrijven? Kan de opleiding dat nog wel aan? Volgens Calimero was Psychologie kennelijk voorbereid op de enorme studentengroei. Ook de opleiding zelf zegt er geen problemen van te ondervinden en voert het argument aan dat ‘meer studenten ook betekent dat we meer geld krijgen’, waardoor er onder andere meer docenten aangetrokken kunnen worden. Ik zet hier mijn vraagtekens bij. Zoals Calimero aanvoert is het bij een opleiding als Psychologie niet moeilijk om gespecialiseerde docenten te vinden in tegenstelling tot een betrekkelijk nieuwe opleiding zoals IO/IB, maar als de opleiding niet weet hoeveel studenten ze kan verwachten, hoe kan ze dan het aantal docenten hier op afstemmen? De tijd die het kost op het extra personeel te werven moet ook in ogenschouw genomen worden: dat kan niet op stel en sprong gebeuren. Ruimtegebrek is ook een probleem waarmee de faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen te maken zal krijgen bij verdere groei. Het is een
structureel probleem, dat niet binnen een jaar opgelost kan worden. De nieuwbouw van de faculteit aan de Grote Kruisstraat is dit jaar opgeleverd, maar als er nogmaals honderden studenten meer bij komen, zal het gebouw dat nu al bijna uit zijn voegen barst toch echt al snel te klein blijken. Volgens Calimero is dit geen zorg voor de studenten, maar voor de opleiding, faculteit en universiteit. Maar hoe kan het géén zorg van studenten zijn? Het feit dat studenten recht hebben op kwalitatief hoogstaand onderwijs, waar door ruimtegebrek aan ondergedaan wordt, maakt het een probleem van studenten. Calimero verklaart dat door geld beschikbaar te stellen iets aan het ruimtegebrek gedaan kan worden. Hoe zij dit voor zich zien is mij onduidelijk. Verdere uitbreiding van het GMW-gebouw is bijna onmogelijk op de locatie waar het nu staat, laat staan de tijd die dat zou kosten. Het uitwijken naar andere faculteiten of gebruik maken van bioscoopzalen, zoals nu al gebeurt, zijn slechts oplossingen van tijdelijke aard en werken alleen voor hoorcolleges. Werkcolleges worden doorgaans niet gegeven in bioscoopzalen en andere faculteiten hebben de voorzieningen voor kleine onderwijsruimten zelf nodig. Juist het contact tussen docent en student in een werkcollege is iets dat niet verloren moet gaan. Het zou jammer zijn dat door het steeds grootschaliger worden van de opleiding de nadruk meer en meer op hoorcolleges zou komen te liggen. Een ander nadeel van het grootschaliger worden van een opleiding, is de tentaminering, die eigenlijk uitsluitend gedaan kan worden via meerkeuzetentamens. Deze zijn goed te gebruiken om kennis te toetsen, maar de schrijfvaardigheid van studenten wordt hiermee niet geholpen. Bij grote studentenaantallen zullen de schrijfopdrachten steeds meer achterwege gelaten worden, omdat de nakijkdruk voor de docenten anders te groot wordt. Kortom, de opleiding psychologie moet goed kijken of ze niet te hard van stapel loopt en ook de belangen van studenten èn medewerkers meewegen in haar ambitie ‘de grootste’ te worden en pas meer studenten toelaten als ze daar ook echt klaar voor is. Joost Knaap is student Geschiedenis en Psychologie en redacteur van de Studentkrant
Reageren? Mail naar hoofdredactie@studentenkrant.org
Nol Klis Jan Luursema (www.janluursema.nl) Ewoud Rooks (www.erooks.nl) Hanne van der Velde (www.hannev.nl)
Stichtingsbestuur
Psychologie moet niet te snel te groot willen worden
Herwin Thole
Medewerkers
Simone Steenbeek, Peter Valkema, Mariska van der Zee
Drukwerk
Grafische Industrie de Marne
De Groninger Studentenkrant
Coverfoto
zoekt voor haar site een enthousiaste nieuwe WEBMASTER.
Webmaster
Lijkt het jou leuk om een nieuwssite gericht op studenten te bouwen en vorm te geven, reageer dan snel.
Jan Luursema
vacature
Groninger Studentenkrant St. Walburgstraat 22C 9712 HX Groningen www.studentenkrant.org ISSN 09270237
Voor meer informatie kan je na-tuurlijk ook altijd contact met ons opnemen. Mail naar hoofdredactie@studentenkrant.org, of bel 06-50817155 (Herwin Thole) www.studentenkrant.org
Groninger Studentenkrant 11
Culinaire SK-pade
Volle buik en portefeuille
In de donkere dagen van januari is het heerlijk om buiten de deur te eten. Je hoeft zelf niet te koken en je sociale leven krijgt ook weer een boost. Na een dag hard leren hebben wij geen zin in het ontcijferen van ingewikkelde menukaarten en dus gaan we naar eetcafé Kaap Noord. Zonder reservering lopen wij vanuit de regen dit eetcafé aan de Noorderhaven binnen. Er brandt een grote openhaard en er is ruimte voor zo’n 65 eetgasten, waardoor wij zo kunnen aanschuiven. Het interieur bestaat voornamelijk uit hout. Er is een houten vloer, en ook de stoelen, tafels en bekleding van de muur zijn van hout. Dit geeft het eetcafé een eenvoudige maar gezellige uitstraling. De menukaart van Kaap Noord is al even eenvoudig. Er is keuze uit vier voorgerechten waaronder nachochips, stokbrood en preisoep. De nachochips smaken zoals nachochips horen te smaken, al zou men in de keuken wat scheutiger mogen zijn met de chilisaus. De preisoep is helaas niet zo romig als beloofd. Als hoofdmenu kunnen we kiezen uit acht gerechten, waaronder victoriabaars, rundersteak, een stoofpotje en een vegetarisch gerecht. Op het schoolbord aan de muur is te lezen dat de pot vanavond ook zuurkool en forel schaft. De gerechten worden opgediend met een vierkanten bakje met salade ernaast en de forel en victoriabaars zijn in aluminiumfolie verpakt. Vooral de forel is mals en zacht van smaak, met een heerlijk sausje. Het runderstoofpotje smaakt goed, al zijn de aardappels niet goed geprakt en is de smaak lichtelijk flauw.
Dagboek van een maagd
Lief dagboek, Woensdag 14 januari De winterslaap waar mijn liefdesleven zich in bevond afgelopen maand is eindelijk voorbij! Ik was op een saaie borrel waar ik bij moest zijn, maar helemaal geen zin in had. Het was een gelegenheid waar de genodigden een pak aantrekken maar zich nog steeds als losbandige studenten gedragen. Ik was dus van plan om mijn neus te laten zien en dan weer snel weer weg te glippen. Vraag me ook niet hoe het gebeurde maar ineens was het diep in de nacht en zat ik naast een jongen en waren we elkaar hard aan het versieren. Een verklaring kan zijn dat ik uit ongemak ietsje teveel had gedronken van het gratis bier. Ik ken de jongen in kwestie al wel langer maar hij was me nooit opgevallen als een potentiële versierder. Toch gek wat drank met je kan doen.
Terug naar gisteren.We werden steeds intiemer en de bar werd steeds leger waardoor we nogal in het zicht zaten. Op een gegeven moment leek me dat niet echt verstandig dus ik maakte aanstalten om naar huis te gaan. Hij volgde me naar buiten en we eindigden smerig zoenend in een donker steegje. Een beetje walg ik er wel van als ik er nu aan denk. Hij wilde me graag mee naar huis nemen, maar ik ben nu eenmaal niet zo makkelijk te nemen. Ik wist me los te worstelen uit zijn puppyogen-blik en fietste zigzaggend en met een grote boost zelfvertrouwen naar huis. Toen ik in bed lag hoorde ik ineens mijn telefoon. Ik klom met moeite weer uit mijn hoogslaper en zag dat de jongen begonnen was met een sms-offensief. Of ik nu echt al naar huis was gegaan en of ik niet alsnog naar zijn huis wilde komen. Ik viel lekker in slaap. Het is best leuk om een keer de player te zijn.
De rundersteak is erg klein. Het gerecht van de dag, zuurkool, mist een zoete tegenhanger, zoals rozijnen of appel. We worden bediend door een vriendelijk lachend meisje, dat erg afwezig is. Een aantal keren weten wij pas na wild armgezwaai haar aandacht te winnen. Als bijgerecht serveert zij ons franse frites en rode kool. De frites lijken op die van de McDonalds en smaken flauw. De rode kool smaakt prima. In Kaap Noord wisselen de nagerechten per dag. Vandaag kan gekozen worden uit een ijscoupe, vanille ijs met bosbessensaus en een brownie met hazelnotenijs. Het vanilleijs met bosbessensaus smaakt uitstekend. Ook de ijscoupe is prima, al komt de slagroom overduidelijk uit een spuitbus. De brownie is echt een teleurstelling. Hij heeft de structuur van een spons en smaakt naar niks. De vrolijke serveerster brengt ons een rekening waar je zelf ook vrolijk van wordt. Voor twintig euro eet je hier een eenvoudig driegangen menu, inclusief drank. Kortom: Kaap Noord is een prima eetcafé waar je met een volle buik en niet al te lege portemonnee vandaan komt. Eetcafé Kaap Noord Noorderhaven 63, Groningen www.kaapnoord.nu Door Sarah Venema Fotografie: Jan Luursema
selexyz studieboeken Bestel met een paar simpele muisklikken al je studieboeken op selexyz.nl. Daar vind je namelijk altijd de complete en up-to-date boekenlijsten van de meeste studies in Nederland. Ga snel naar selexyz.nl voor meer info. En voor het bestellen van je studieboeken, natuurlijk.
al je studieboeken compleet en up-to-date op selexyz.nl