Zondeoffers in het millennium - 2018

Page 1

Zondeoffers in het millennium - 2018

1

ZONDEOFFERS IN HET MILLENNIUM

Een van de tientallen illustraties die er op het net staan van die tempel in Ezechiël.

Nog een andere versie in 3D https://www.youtube.com/watch?v=M58fM2ae7Zw Leest u ook regelmatig literatuur van en over de leer van de bedelingen, beter gekend als de leer van het “dispensationalisme”? Dit zijn meestal 7 fasen (of zelfs negen volgens enkelen) waarin God op verschillende manieren met Zijn schepselen omgaat. Verschillende manieren om Zijn plannen en doel ten uitvoer te brengen. Dit is één van mijn kritische aantekeningen erbij. Het zullen er rond de zes of zeven worden, naargelang hoe het verder verloopt. Bedenk wel, we hebben geen enkel probleem met de scheiding Oud en Nieuw Verbond (Testament). Of dat er nog een verbond was met Adam en Eva of met Noah. Daar gaat het dus niet om, u zal wel merken waarover wel! Guido Biebaut 11/04/2018 Alle rechten voorbehouden


Zondeoffers in het millennium - 2018

2

ZONDEOFFERS IN HET MILLENIUM We schreven dit naar aanleiding van enkele opmerkingen. Wij geloven niet in de herstelling van Israël in een 1.000 jarig rijk. En ook niet in een mogelijkheid dat er ooit nog ergens met Gods goedkeuring dieren zullen geslacht worden als offer voor zonden van een mens of volk!

Citaat van J. Dwight Pentecost Things to Come: A Study in Biblical Eschatology (Archive editie) Iemand uit het kamp van de dispensationalisten en een komend duizendjarig rijk. “1. Er zijn bepaalde overeenkomsten tussen de Aaronische en duizendjarige systemen. In het duizendjarige stelsel vinden we de eredienstcentra in een altaar (Ezechiël 43:13-17) waarop bloed wordt gesprenkeld (43:18) en waarop brandoffers, zondoffers en schuldoffers worden aangeboden (40:39). Er is de herinstelling van een Levitische orde in die zin dat de zonen van Zadok worden gereserveerd voor een priesterlijke bediening (43:19). Het meeloffer is verwerkt in het ritueel (42:13). Er zijn voorgeschreven rituelen van reiniging voor het altaar (43:20-27), voor de Levieten die dienen (44: 25-27) en voor het heiligdom (45:18). Er zullen nieuwe maan- en sabbatdagen zijn (46: 1). Ochtendoffers worden dagelijks aangeboden (46:13). Erfelijk bezit worden herkend (46:16-18). Het Pascha-feest zal opnieuw worden waargenomen (45:21-25) en het Loofhuttenfeest wordt een jaarlijks evenement (45:25). Het jubileumjaar wordt nageleefd (46:17). Er is een overeenkomst in de regels die worden gegeven om de manier van leven, de kleding en het onderhoud van de priesterlijke orde te regeren (44: 15-31). Deze tempel, waarin deze bediening wordt uitgevoerd, wordt opnieuw de plaats waaruit de glorie van Jehovah wordt geopenbaard (43:4-5). Het kan dus worden gezien dat de vorm van aanbidding in het millennium een sterke gelijkenis vertoont met de oude Aaronische orde.” Citaat van J. Dwight Pentecost Things to Come: A Study in Biblical Eschatology (Archive editie) Iemand uit het kamp van de dispensationalisten en een komend duizendjarig rijk. “C. Enkele bezwaren overwogen. Er zijn bepaalde bezwaren tegen deze opvatting die moeten worden overwogen. 1. Sommigen houden vol dat offers die opnieuw worden ingesteld in tegenspraak zijn met Hebreeën. Het wordt benadrukt in passages als Hebreeën 9:26 / 7:27 en 9:12 dat Christus voor eens en voor altijd een aanvaardbaar offer aan God offerde, wat niet herhaald hoeft te worden. Zo'n vermeende tegenstrijdigheid kan alleen ontstaan als iemand het onderscheid tussen het programma van God voor de kerk en zijn programma voor Israël niet op een andere manier ziet. Unger heeft goed aangegeven welk onderscheid moet worden gemaakt: Met betrekking tot de ingebeelde botsing tussen de leer van de brief aan de Hebreeën en de profetie van Ezechiël, kan worden gezegd dat het hele conflict verdwijnt wanneer de grond en de positie van de persoon geheel anders zijn dan de grond en de positie van de ander. Men heeft leden van het Lichaam van Christus, de Kerk, in het vooruitzicht sinds hun verlossing terwijl Christus in de hemel is. De andere is betrokken bij het aardse Israël en omarmt de heerlijkheid van Jehovah die nog eenmaal in het land Kanaän woont. De ene heeft betrekking


Zondeoffers in het millennium - 2018

3

op het christendom, waar geen jood of heiden is, maar allen zijn één in Christus. De andere handelt over het herstelde jodendom, waar Israël direct gezegend wordt en de heidenen slechts met tussenpozen of ondergeschikt aan de joden - een staat van zaken in diametraal contrast met christelijkheid.” Ja het klopt hier is een goed verschil gegeven tussen wat de Bijbel zegt en wat iemand van de leer van de bedelingen er wil inleggen. Je moet echter één en ander kunnen laten verdwijnen om dat waar te maken. Wat is het getuigenis van Jezus hierover, de leer van de bedelingen even aan de kant latend! Jezus kwam als de door God gezonden Messias voornamelijk om Israël tot Zichzelf te verzamelen (Matthéüs 12:30). Laat dat echter niet het slot van het verhaal zijn. Want Zijn doel bleef niet beperkt tot het nationale Israël. Hij kondigde aan: "32 En Ik, als Ik van de aarde verhoogd ben, zal allen naar Mij toe trekken." (Johannes 12:32, HSV). Om deze wereldwijde missie te vervullen, koos Jezus twaalf apostelen, die in hun gekozen aantal. En dat getal twaalf, is duidelijk een aanwijzing naar de twaalf stammen van Israël. Die 12 apostelen zullen ze vertegenwoordigden. En als we verder nadenken zijn ze niet van alle stammen maar slechts van enkele wellicht maar drie: ze staan wel in de plaats van ALLE STAMMEN. Door de Twaalf als zijn apostelen uit te VER-kiezen (Marcus 3:14,15), vormde Christus een nieuw lichaam van Christusgelovige-belijdende Israëlieten. Aan dit Messiaanse Israël geeft Hij de naam "op deze petra (het getuigenis van Petrus) zal Ik Mijn gemeente bouwen" (Matthéüs 16:18, HSV). In deze voorafgaande wijding van de Twaalf sticht Christus zijn kerk als een Messiaans Israël, met zijn eigen structuur en autoriteit. Hij begiftigde ze met "de sleutels van het koninkrijk" = “aan u” = de gemeente (vers 19). Ze worden door Jezus geplaatst om als Zijn twaalf mede-rechters dienst te doen: "28c ook zult zitten op twaalf tronen en de twaalf stammen van Israël zult oordelen" in de toekomstige tijd te regeren (Matthéüs 19:28 / Lucas 22:30). Lees goed wat er vooraf dat gedeelte staat in “a en b”: “En Jezus zei tegen hen: Voorwaar, Ik zeg u dat u die Mij gevolgd bent, in de wedergeboorte, als de Zoon des mensen zal zitten op de troon van Zijn heerlijkheid.” Dat gaat in voege vanaf Pinksteren, loop daar niet aan voorbij en sleur dat niet naar de verre toekomst van een duizendjarige regering. Kijk eens naar Epheze 2:20: “20 gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is.” Vergelijk met: 1 Cor.3:9: “Want Gods medearbeiders zijn wíj. Gods akker en Gods bouwwerk bent ú.” 1 Cor.3:10: “Overeenkomstig de genade van God die mij gegeven is, heb ik als een wijs bouwmeester het fundament gelegd en een ander bouwt daarop. Ieder dient er echter op toe te zien hoe hij daarop bouwt.” De Joodse leiders hebben uiteindelijk de messiaanse beweringen van Jezus na drie jaar en meer prediken en “goed doen” Hem verworpen Toen deed Christus terecht een verklaring in plechtige bewoordingen: “43 daarom zeg Ik u dat het Koninkrijk van God van u weggenomen zal worden en aan een volk gegeven dat de vruchten ervan voortbrengt.” (Matthéüs 21:43, HSV). Bij deze uitspraak werd door Christus aangekondigd: dit is het einde van God-heerschappij over het


Zondeoffers in het millennium - 2018

4

vleselijke nationale Israël. Als God opnieuw zal beginnen zal het met een ander volk zijn! De theocratie van Israël zal een NIEUWE theocratie worden. Het moet toch beter kunnen na al die afvalligheid! Om die reden zegt Hij vroeger al tot zijn apostelen: "32 Wees niet bevreesd, kleine kudde, want het heeft uw Vader behaagd u het Koninkrijk te geven." (Lucas 12:32). Zijn discipelen zullen maar een klein deel zijn van het volk Israël dat op dat moment wel dat rijk van de hemelen verwacht, maar er niet toe komt om de koning aan te nemen! God regeerde steeds over alle mensen (denk maar aan enkele Psalmen die dat terecht bezingen) maar nu zal de Heer aan Zijn rechterhand gaan zitten en met de Vader regeren. YaHWeH en Jezus de Christus hebben samen het koninkrijk naar het WAARACHTIGE Messiaanse Israël overgebracht. Jezus kondigde reeds aan het begin van zijn prediking aan dat God Hem gezonden had met als doel zowel Joodse als heidense gelovigen bij Hem te verzamelen. Hij zou de ware Herder van een bekeerd Israël worden van en van bekeerde heidenen: "16 Ik heb nog andere schapen, die niet van deze schaapskooi zijn; ook die moet Ik binnenbrengen, en zij zullen Mijn stem horen en het zal worden één kudde en één Herder." (Johannes 10:16 HSV). Jezus verwijst hier naar belofte van Israëls herstel door de profeet Jesaja: “8 De Heere HEERE, Die de verdrevenen uit Israël bijeenbrengt, spreekt: Ik zal er tot Hem nog meer bijeenbrengen, naast hen die al tot Hem bijeengebracht zijn.” (Jesaja 56:8 HSV). En ook de New Scofield Reference Bible die het dispensationalisme predikt erkent dat Jesaja de bijeenkomst van heidenen voorspelde, personen die "niet van de Joodse vouw" zijn (op Johannes 10:16, noot 1: 1140). Wie nu aan een nationaal-politiek Israël zegt dat ze de nucleus zijn die het koninkrijk zal vormen in het 1.000 jarig rijk vervullen, dan zijn we ver van de waarheid afgedwaald! Wanneer we als christenen hen vragen om de koninkrijk beloften van God later te vervullen hebben we de gemeente van Christus op zij geschoven. Hoe durft men dat! Dat is alsof God nog eens achteruit gaat lopen om het vleselijke Israël opnieuw in Gods gunst te stellen. Dat alles terug met een letterlijke tempel en een letterlijke stad Jeruzalem! Hier passen de woorden bij van de parabel uit Matthéüs 21:34 HSV: "34 Toen de tijd van de vruchten naderde, stuurde hij zijn dienaren naar de landbouwers om zijn vruchten te ontvangen." In die dagen dat de clerus in Israël Jezus verwierp hadden ze geen vruchten die God goedkeurde. Waarom zou dat nu wel het geval zijn! Het Rijk Gods is geestelijk gezien in zijn volle bloei. Jezus erkende SLECHTS een getrouw overblijfsel van Israël. Die symbolische 7.000 die de Baäl in die dagen niet gediend hadden! Een kleine kudde dat in Hem geloofde als de door God gezonden Messias. Dat is ook nu de regel: al wie nu van joodse oorsprong is kan zich niet meer beroemen op zijn lichamelijke afkomst. De verplichting van God, sinds de dood aan het kruis van de Messias, om gered te worden is Hem als verlosser uitroepen. Hem belijden, en niet te trots zijn van Abraham af te stammen! Heeft Jezus ooit een aanleiding gegeven om te denken dat er tweewegen tot God zullen zijn: een weg van Israël naar God en een weg van de Gemeente van Christus naar God. Néén: absoluut niet! Heeft één van de schrijvers van het Nieuwe Testament het gedaan? Néén: ook hier absoluut niet! De visie van de leer van de bedelingen komt van de verkeerde interpretatie van profetie van God aan Israël. Iets dan in hun ogen niet werd vervuld zal dat nog worden in een tweed kans voor Israël. Ja, zo moeten we dat noemen: “een tweede kans.” Een theorie die nergens op slaat: nu is de tijd om zich te bekeren.


Zondeoffers in het millennium - 2018

5

Ja er is verschil in het Nieuwe Testament tussen Israël en de kerk maar raak de weg niet kwijt! Leert het Nieuwe Testament dat God twee verschillende bedoelingen heeft met twee volkeren en twee bestemmingen één voor een nationaal Israël en één voor de kerk? De ene opgenomen in de hemel terwijl de andere op aarde blijft om er te regeren en offers te brengen? Dit is dan ook de moeilijke vraag: heeft Christus Zich werkelijk aan de natie Israël aangeboden als de Messiaanse Koning om het aardse koninkrijk te vestigen? Was datgene dat aan David was beloofd niet vervuld in de gemeente? Heeft Hij, samen met de Vader en de Heilige Geest ooit gezegd of geopperd dat Zijn koninkrijk voor ongeveer tweeduizend jaar uitgesteld zou worden. Omwille van Zijn eigen vleselijke broeders? Was Zijn koninkrijk afhankelijk van de acceptatie door het gros van het Joodse volk? Waar is er een hint in het Nieuwe Testament of het Boek Openbaring dat dierlijke offers opnieuw zullen worden ingesteld in "herdenking" van de dood van Christus? Luister goed: Gods verbond met Israël is echt opgericht, toen eerst de 12 apostelen met Hem meegingen, later een menigte van honderden en tegen een jaar of drie na Pinksteren al tienduizend zegt het boek Handelingen. Met hen is het Rijk van God opgericht = allen oprechte Messias belijden Joden, zelfs een groot aantal priesters van het Mozaïsche systeem! Als de door God gezonden Messias kwam Jezus hoofdzakelijk om Israël bij Zichzelf te verzamelen. Matthéüs 15:24: “24 Hij antwoordde en zei: Ik ben alleen maar gezonden naar de verloren schapen van het huis van Israël.” Maar Zijn doel bleef niet beperkt tot het nationale Israël. Hij kondigde al een UITBREIDING aan: “32 En Ik, als Ik van de aarde verhoogd ben, zal allen naar Mij toe trekken.” (Johannes 12:32 HSV). Om deze missie op aarde te vervullen, koos Jezus er nog twaalf apostelen bij. “14 En Hij stelde er twaalf aan om bij Hem te zijn, en om hen uit te zenden om te prediken, 15 en macht te hebben om de ziekten te genezen en de demonen uit te drijven.” (Marcus 3:14,15). Die twaalf, duidelijk vertegenwoordigers van de twaalf stammen van Israël zijn cruciaal in het verstaan van wat er zal gebeuren in de toekomst. Met de Twaalf als zijn apostelen te verkiezen vormde Christus een nieuw lichaam van Christus-gelovige Israëlieten. Met “ongelovige joden” kan Jezus geen nieuwe Israël maken! Dit Messias belijdende Israël heeft Hij "mijn kerk" genoemd. “18 En Ik zeg u ook dat u Petrus bent, en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten van de hel zullen haar niet overweldigen.” (Mattheüs 16:18 HSV). Zijn kerk, en de kerk = gemeente = quahal van Israël laat Hij links liggen. Ze willen Hem toch niet. Het spreekt over de toekomst maar die zal er vlug zijn: met Pinksteren zoals beschreven in het boek Handelingen. Met de komst van de Heilige Geest hebben we de wijding van de Twaalf. Gesticht door Christus en het is op dat moment = zijn kerk van een groep Messiaanse Israëlieten. En Hij heeft ze Zijn eigen structuur en autoriteit gegeven met die Heilige Geest. De wet van Mozes wordt vervangen! Het zijn “heiligen” in de volle zin zoals de Bijbel in het Nieuw Testament dat woord gebruikt. Ze ontvangen van Hem de "de sleutels van het koninkrijk" (Mattheüs 16:19). En ze zullen geplaatst worden als rechters te zijn over "de twaalf stammen van Israël" in het toekomstige tijdperk (Matthéüs 19:28/ Lucas 22:30). Zelfs zijn twaalf apostelen, de mederechters van Christus hebben geen goede woorden voor Israël, er komt geen enkel herstel tenzij jullie allen belijden dat de Vader Jezus gezonden heeft als de Messias! Er komt geen andere dan deze Jezus! Dit komt van een site waar de bedelingen geleerd worden.


Zondeoffers in het millennium - 2018

6

http://www.israelendebijbel.nl/bijbelonderwijs/digitale-bijbelstudie/Waarom-offerdienst-inde-nieuwe-tempel/36 Profetisch Woord | Feesten en offers Tekst, Ton Stier “De toekomstige tempeldienst Zowel de Levitische offers onder het oude verbond, als de toekomstige offers in het Messiaanse vrederijk, zijn slechts schaduwbeelden. De eerste waren ‘een schaduw van toekomstige heilsgoederen’ (Hebr. 10:1), de tweede zijn een schaduw van voltooide heilsgoederen. Vergelijk de ochtend- en de avondzon die achtereenvolgens aan de voor- en aan de achterzijde van een object haar schaduw werpt. Het feit dat in de nieuwe tempel Christus’ troon zal staan en Hij daar in Zijn volle heerlijkheid onder Zijn volk zal wonen (Ezech. 43:4-7 / 44:4), vereist een grondig onderricht over Zijn heiligheid. Ook zullen Israël en de volken (dan nog nauwelijks bekend met het evangelie) zich gaandeweg een begrip kunnen vormen van de prijs die Christus betaalde om hen het zegenrijke vrederijk te kunnen doen binnengaan. Verder zal ook het verband duidelijk worden tussen de Levitische offerdienst en de vervulling in het volbrachte werk van Israëls Messias op Golgotha. Een verband dat tenminste 2000 jaar lang door Israël is ontkend geweest en daarom alsnog door de Heere verklaard zal worden. De offers zullen daarbij als een soort ‘objectles’ fungeren. Er zal verband zijn tussen wat men ziet (evenals de hele Tabernakel van Christus getuigt) en de inzettingen die onderhouden moeten worden.” Daar IS MAAR één BIJBELWOORD GENOEG VOOR 2 Cor.5:7: “7 want wij wandelen door geloof, niet door aanschouwen.” En als ze dan toch iets tastbaar moeten hebben dan is er nog steeds de viering van Het Avondmaal. Waarom aan Israël andere regelingen voorschrijven als Jezus er al andere gegeven heeft. De wet van Mozes op een sluikse manier weer invoegen waar komt dat op neer? De schrijver heeft het ook over: “zich gaandeweg een begrip kunnen vormen van de prijs die Christus betaalde” een andere inlegkunde. In de dagen na Jezus ging dat men niet meer doen. Kan God dat niet meer zo laten? Zou God zijn wet nog niet in hun harten geschreven hebben? Dan zijn ze nog als de heidenen? Gods soevereiniteit is zo aan banden gelegd! Zitten ze nog in het Oude Verbond? Hier een beroemde theoloog van de bedelingen Walvoord, citaten uit zijn boek. Op deze site enkel aanhalingen eruit: http://walvoord.com/book/export/html/333 “Bezwaren tegen offers in het millennium vloeien meestal voort uit bevestigingen van het Nieuwe Testament betreffende het ene offer van Christus. Volgens Hebreeën 7:27 heeft Christus het niet dagelijks, zoals de hogepriesters, nodig om offers te brengen, eerst voor zijn eigen zonden, en vervolgens voor de zonden van het volk te offeren: dat deed Hij eens en voor altijd, toen hij zichzelf had aangeboden. Volgens Hebreeën 9:12 Christus “12 Hij is niet door bloed van bokken en kalveren, maar door Zijn eigen bloed eens en voor altijd binnengegaan in het heiligdom en heeft daardoor een eeuwige verlossing teweeggebracht.” (HSV) Een soortgelijke uitdrukking wordt gevonden in Hebreeën 9:26 waar het bevestigt: “Nu eenmaal aan het einde van de tijd is hij gemanifesteerd om de zonde weg


Zondeoffers in het millennium - 2018

7

te doen door het offer van zichzelf." Soortgelijke uitdrukkingen worden elders gevonden. De vraag is natuurlijk gerezen waarom de offers moeten worden waargenomen in het millennium als het offer van Christus eens en voor altijd voldeed aan de typische verwachting van het offer van het Oude Testament. Hoewel andere bezwaren ook van een minder groot karakter zijn gemaakt, is het duidelijk dat dit het belangrijkste obstakel vormt, niet alleen om het offeringssysteem te accepteren, maar ook de mogelijkheid van de toekomstige tempel in het millennium. Degenen die de duizendjarige offers beschouwen als een ritueel dat letterlijk in het millennium zal worden waargenomen, begrijpen de offers met de centrale betekenis van een gedenkteken dat terugkijkt naar het ene offer van Christus. De duizendjarige offeranden zijn niet meer verzoenend dan de Mozaïsche offers die aan het kruis voorafgingen. Als het passend is geweest voor de kerk in het huidige tijdperk om een gedenkteken te hebben van de dood van Christus in het Heilig Avondmaal, wordt gesuggereerd dat het ook geschikt zou zijn een gedenkteken te hebben van een ander karakter in het millennium in overeenstemming met de Joodse kenmerken van de periode. C. Gaebelein schrijft ter ondersteuning van deze visie: "Maar wat is de betekenis en het doel van deze dierenoffers? Het antwoord is vrij eenvoudig. Terwijl de offers die Israël ooit bracht een vooruitziende betekenis hadden, hebben de offers gebracht in de duizendjarige tempel een retrospectieve betekenis. Wanneer in deze tijd het volk van God aanbidt op de aangewezen manier aan Zijn tafel, met het brood en de wijn als het gedenkteken van Zijn liefde, is het een terugblik. We kijken terug naar het kruis. We laten zijn dood zien. Het is 'totdat Hij komt.' Dan eindigt dit herdenkingsfeest voor altijd. Nooit meer zal het avondmaal worden gehouden nadat de heiligen van God de aarde hebben verlaten om met de Heer in heerlijkheid te zijn. De offers die gebracht worden zullen het gedenkteken zijn van het kruis en het hele prachtige verhaal van de verlossing voor Israël en de naties van de aarde, tijdens de koninkrijksregering van Christus. En wat een herdenking zal het zijn! Wat een betekenis zullen deze offers hebben! Ze zullen alles van het verleden tot levende herinnering brengen. De terugblik zal de grootste scène van aanbidding, van lof en aanbidding zijn die deze aarde ooit heeft gezien. Alles wat het Kruis betekende en het kruis heeft volbracht, zal in herinnering worden gebracht en een machtig 'halleluja koor' zal de aarde en de hemel vullen. De offers zullen de volken van de aarde voortdurend herinneren aan Hem die stierf voor Israël, die de prijs van de verlossing betaalde voor de hele schepping en wiens glorie nu de aarde bedekt zoals de wateren de diepte bedekken (AC Gaebelein, The Prophet Ezekiel, pp. 312- 13).”

Waarom brengen wij thans geen dierenoffers meer? Je mag namelijk diezelfde vraag stellen over hoe we het nu doen, want wat verschil is er dan met offers in de 1.000 jarige regering. Er is een absoluut en totaal einde gekomen aan de dierenoffers, omdat Jezus Christus het hoogst mogelijke offer was. Aan het offer van een “volmaakte mens” kan niets vergeleken worden! Johannes de Doper begreep dit toen hij Jezus de eerste keer zag:


Zondeoffers in het millennium - 2018

8

Johannes 1:29: “29 De volgende dag zag Johannes Jezus naar zich toe komen en hij zei: Zie het Lam van God, Dat de zonde van de wereld wegneemt!” Johannes 1 :36: “En toen hij Jezus zag lopen, zei hij: Zie, het Lam van God!” Vragen we ons misschien af: waarom dieren? Wat hebben die dieren dan misdaan, dat ze moeten sterven? Wellicht als een aanwijzing naar het grote offer! Als die dieren niets misdaan hebben, sterven zij in de plaats van degene die het offer bracht. Zo beschreef de wet van Mozes het. Jezus de enige echte Christus – want er zijn velen geweest die zich zo noemden - was ook zondeloos. Hij was door de Vader bereid om Zijn eigen leven op te geven door te sterven voor de zonden van de mensheid. 1 Timotheüs 2:6: “6 Hij heeft Zich gegeven als een losprijs voor allen. Dit is het getuigenis op de door God bestemde tijd.” Matt. 20:28: “28 zoals ook de Zoon des mensen niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te geven tot een losprijs voor velen.” Eph.1:7: “17 In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, namelijk de vergeving van de overtredingen, overeenkomstig de rijkdom van Zijn genade.” Col.1:14: “14 In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, namelijk de vergeving van de zonden.” WE mogen dat beschouwen als het idee van een plaatsvervanging. Jezus Christus nam onze zonden op zich en stierf in onze plaats. Zoals 2 Corinthiërs 5:21 zegt: “21 Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem.” Dus kan men door te geloven in wat Jezus aan het kruis gedaan heeft, vergeving ontvangen. Samengevat: de dierenoffers die door God geboden werden in het Oude Testament, was het beeld zodat “zondige” mensen, individuele vergeving van hun zonden konden ontvangen. Het dier diende als hun plaatsvervanger. Er kwam een absoluut einde aan de dierenoffers toen Jezus Christus stierf. Hijzelf was het ultieme plaatsvervangende offer. En in die zin is “Hij” vanaf Zijn dood en voor eeuwig “de enige middelaar tussen God en de mensen” (1 Timotheüs 2:5). Die dierenoffers waren een vooraf-schaduwing van het offer van Christus. Vanuit het Nieuwe Testament bekeken is de enige basis voor het feit dat dierenoffers vergeving voor zondaars konden bieden, het feit dat Christus Zichzelf later voor onze zonden zou offeren. Nog zo een vergeving aanbieden door de dierenoffers in de 1.000 jarige regering is het beeld van de voorafschaduwing verkeerd interpreteren. Het is als een slag in het gelaat van Jezus: Je afbeelding is niet goed genoeg geweest! Dispensationalisten begrijpen de grond niet van wat de apostelen gepredikt hebben. Hier staan de uitspraken van twee van hen: 1 Pet.2:22: “Hij, Die geen zonde gedaan heeft en in Wiens mond geen bedrog gevonden is.” 1 Joh.3:5: “En u weet dat Hij geopenbaard is om onze zonden weg te nemen; en zonde is er in Hem niet.”


Zondeoffers in het millennium - 2018

9

Zal er tijdens het komende Millennium een tempel in Jeruzalem zijn met Levitische priesters die dierenoffers brengen om de zonden te verzoenen? Daar zeggen het grote deel van de dispensationalisten volmondig ja op. En de dispensationalisten die nog steeds geloven in offers in het millennium trachten het probleem te omzeilen door te beweren dat de dierenoffers een “herdenkingskarakter” hebben. Volgens hen wijzen de dierenoffers simpelweg naar de dood van Christus. Ongeveer op dezelfde manier waarop het Heilig Avondmaal als wij het vieren naar Christus verwijst. Maar, de teksten van Ezechiël 40-48 logenstraffen deze bewering, het is een uitvlucht met het geven van een betekenis geven aan het Hebreeuwse woord dat niet klopt. Het is duidelijk het zijn niet louter

In veertien teksten spreekt men over een "zondoffer": Ezechiël 40:39 / 42:13 / 43:19,21,22,25 / 44:27,29 / 45:17,19,22,23,25 / 46:20. Leviticus beschrijft het zondoffer als "verzoening doen" herdenkingen van dierenoffers.

(Leviticus 4:20,26, 31 35, etc.). Steeds datzelfde woord! Dus zonder twijfel in Leviticus zijn het dierenoffers om voor de zonde(n) te boeten. Zo ok hier en dan gaat men over de schreef: men komt in het kamp van de Roomse kerk terecht, waar ook iets in dien aard geleerd is.

Dierlijke offers hebben de zonde echter nooit in de volle zin van het woord weggenomen. Dat weten we ook en ook Paulus wist dat! Hebreeën 10: 4 zegt namelijk: 4

Want het is onmogelijk dat het bloed van stieren en bokken de zonden wegneemt. Lev. 16:14 Hij moet dan een deel van het bloed van de jonge stier nemen, en met zijn vinger op het verzoendeksel sprenkelen, aan de kant naar het oosten toe. En vóór het verzoendeksel moet hij zeven keer met zijn vinger van dat bloed sprenkelen. Num. 19:4 En de priester Eleazar moet met zijn vinger een deel van haar bloed nemen, en hij moet een deel van haar bloed zeven keer in de richting van de voorkant


Zondeoffers in het millennium - 2018

10

van de tent van ontmoeting sprenkelen. Hebr. 9:13 Want als het bloed van stieren en bokken en de as van de jonge koe, op de verontreinigden gesprenkeld, hen heiligt tot reinheid van het vlees, Een paar verzen verder lezen we in vers 11en 12 en zien we de grote verschillen tussen priesters toen en Jezus als priester: “11 En iedere priester stond wel dagelijks te dienen en bracht vaak dezelfde slachtoffers, die de zonden toch nooit zouden kunnen wegnemen, 12 maar deze Priester is, nadat Hij één slachtoffer voor de zonden geofferd had, tot in eeuwigheid gezeten aan de rechterhand van God.” De dierenoffers hebben een ander doel dan de eens-en-voor alle dood van Christus. Die offers keken uit naar wat Jezus zou doen. De betekenis van de dood van Christus man niet worden geminimaliseerd door de dierenoffers in een Duizendjarige Tempel. Het heeft geen zin als ze zeggen dat zulke offers niet bedoeld zijn om de zonde weg te nemen. Dat is niet wat er in de tekst staat: men wil ze aanhouden maar een andere betekenis geven aan het begrip dat er achterstaat. De dierenoffers waren, in het OT, testen van gehoorzaamheid: het was de wet die God zelf had gegeven. De wet die God nu geeft is een andere: het verzoeningswerk is totale vergeving met de dood van Jezus, voor de gelovigen. Willen we nu aan dat feit denken dan doen we dat in onze dagelijkse geloofsuiting. En het Avondmaal er de goede en ook enige plaats voor dat zichtbaat te maken: een gedenkenis zonder dat er één druppel bloed moet vloeien. Wat men doet in de leer van de bedelingen is iets als in de aard van de Roomse keek waar de “mis” ook een letterlijk offer is van Christus: het opnieuw opvoeren van dat offer! Het dispensationalisme ontkent grotendeels het organisch verband tussen oudtestamentische profetie en de kerk van Jezus Christus. De kerk van Christus is de onmiddellijke opvolger van Mozes, en Zijn wetten tellen nu. Een Davidische koninkrijk waar de beloften betrekking hebben op de geestelijke heerschappij van Christus over zijn kerk kan volgens hen niet. En dan gaat men in een vrij symbolisch boek profetie – de openbaring van Johannes - uitleggen in letterlijke zin. Maar de allegorische uitleg (geestelijke) daarom niet onrechtmatig. Veel zaken die over Israël gezegd zijn worden in het NT over en opnieuw gezegd van/over de gemeente van Jezus. Als we de Schriften geen geweld willen aandoen, en de verlossing van Jezus laten staan als een middelpunt dan moet onze visie anders zijn! Dan kan er in het duizendjarige rijk geen sprake zijn van offers in verband met zonde(n) die begaan zijn: Jezus heeft ze gedelgd. Dat blijkt toch moeilijk te zijn: fout en zonde bekenen zoals uit Paalus aan de Corinthiërs blijkt: 1 Corinthe1: 18-24: “18 Want het woord van het kruis is voor hen die verloren gaan wel dwaasheid, maar voor ons die behouden worden, is het een kracht van God. 19 Want er staat geschreven: Ik zal de wijsheid van de wijzen verloren doen gaan en het verstand van de verstandigen zal Ik tenietdoen. 20 Waar is de wijze? Waar de schriftgeleerde? Waar de redetwister van deze wereld? Heeft God niet de wijsheid van deze wereld dwaas gemaakt? 21 Want omdat, in de wijsheid van God, de wereld door haar wijsheid God niet heeft leren kennen, heeft het God behaagd door de dwaasheid van de prediking zalig te maken hen die geloven. 22


Zondeoffers in het millennium - 2018

11

Immers, de Joden vragen om een teken en de Grieken zoeken wijsheid; 23 wij echter prediken Christus, de gekruisigde, voor de Joden een struikelblok en voor de Grieken een dwaasheid. 24 Maar voor hen die geroepen zijn, zowel Joden als Grieken, prediken wij Christus, de kracht van God en de wijsheid van God.”

6

7 8 9

10

Een wolf zal bij een lam verblijven, een luipaard bij een geitenbok neerliggen, een kalf, een jonge leeuw en gemest vee zullen bij elkaar zijn, een kleine jongen zal ze drijven. Koe en berin zullen samen weiden, hun jongen zullen bij elkaar neerliggen. Een leeuw zal stro eten als het rund. Een zuigeling zal zich vermaken bij het hol van een adder, en in het nest van een gifslang zal een peuter zijn hand steken. Men zal nergens kwaad doen of verderf aanrichten op heel Mijn heilige berg, want de aarde zal vol zijn van de kennis van de HEERE, zoals het water de bodem van de zee bedekt. Want op die dag zal de Wortel van Isaï er zijn, Die zal staan als banier voor de volken. Naar Hém zullen de heidenvolken vragen. Zijn rustplaats zal heerlijk zijn.

Dit gedeelte van Jesaja 11 plakt men in het boek Openbaring 20, alhoewel het er niet staat beschreven in dat gedeelte. Het zou daar in


Zondeoffers in het millennium - 2018

12

vervulling gaan. We stellen er deze vraag bij: als dieren geofferd worden in dat rijk waar is de vrede tussen mens en dier? Herziene Statenvertaling zoekfunctie “zondoffer.” Ezechiël 40:39 In de voorhal van de poort waren twee tafels aan de ene kant en twee tafels aan de andere kant, om het brandoffer, het zondoffer en het schuldoffer daarop te slachten. Ezechiël 42:13 Toen zei Hij tegen mij: De kamers van het noorden en de kamers van het zuiden, die vóór het afgezette gedeelte liggen, dat zijn heilige kamers, waar de priesters die tot de HEERE naderen, de allerheiligste offergaven zullen eten. Daar moeten zij de allerheiligste offergaven neerleggen, het graanoffer, het zondoffer en het schuldoffer, want die plaats is heilig. Ezechiël 43:19 moet u de Levitische priesters die van het nageslacht van Zadok zijn en die tot Mij naderen – spreekt de Heere HEERE – om Mij te dienen, een jonge stier – het jong van een rund – als zondoffer geven. Ezechiël 43:21 Vervolgens moet u de jonge stier, het zondoffer r, nemen. Dan moet men hem verbranden op de daartoe bestemde plaats van het huis, buiten het heiligdom. Ezechiël 43:22 Op de tweede dag moet u een geitenbok zonder enig gebrek als zondoffer brengen. Zo moet men het altaar ontzondigen, zoals zij het ontzondigd hebben met de jonge stier. Ezechiël 43:25 Zeven dagen lang moet u elke dag een bok als zondoffer bereiden. Verder moet men een jonge stier – het jong van een rund – en een ram uit het kleinvee bereiden, zonder enig gebrek. Ezechiël 44:27 en op de dag dat hij het heilige binnengaat in de binnenste voorhof om in het heilige te dienen, moet hij zijn zondoffer aanbieden, spreekt de Heere HEERE. Ezechiël 44:29 Het graanoffer, het zondoffer en het schuldoffer, dat mogen zíj eten. Alles waarop de ban rust in Israël, is voor hen bestemd. Ezechiël 45:17 Op de vorst rust de taak te zorgen voor de brandoffers, het graanoffer en het plengoffer op de feesten, op nieuwemaans dagen en op de sabbatten: op alle feestdagen van het huis van Israël. Hij moet zorgen voor het zondoffer, het graanoffer, het brandoffer en de dankoffers om verzoening te doen voor het huis van Israël. Ezechiël 45:19 Dan moet de priester een deel van het bloed van het zondoffer nemen en het op de deurposten van het huis strijken, op de vier hoeken van de omgang van het altaar en op de deurposten van de poorten van de binnenste voorhof.


Zondeoffers in het millennium - 2018

13

Ezechiël 45:22 Dan moet de vorst op die dag voor zichzelf en voor de hele bevolking van het land voor een jonge stier als zondoffer zorgen. Ezechiël 45:23 En op de zeven dagen van het feest moet hij elke dag gedurende de zeven dagen voor een brandoffer voor de HEERE zorgen, van zeven jonge stieren en zeven rammen, zonder enig gebrek, en elke dag een zondoffer van een geitenbok. Ezechiël 45:25 In de zevende maand, op de vijftiende dag van de maand, moet hij op het feest gedurende zeven dagen hetzelfde doen, zoals het zondoffer, zoals het brandoffer, zoals het graanoffer en zoals de olie. Ezechiël 46:20 Hij zei tegen mij: Dit is de plaats waar de priesters het schuldoffer en het zondoffer moeten koken, waar zij het graanoffer moeten bakken, zodat zij het niet naar buiten hoeven te brengen naar de buitenste voorhof, waardoor zij het volk zouden heiligen.

Herziene Statenvertaling zoekfunctie “schuldoffer.” Ezechiël 40:39In de voorhal van de poort waren twee tafels aan de ene kant en twee tafels aan de andere kant, om het brandoffer, het zondoffer en het schuldoffer daarop te slachten. Ezechiël 42:13Toen zei Hij tegen mij: De kamers van het noorden en de kamers van het zuiden, die vóór het afgezette gedeelte liggen, dat zijn heilige kamers, waar de priesters die tot de HEERE naderen, de allerheiligste offergaven zullen eten. Daar moeten zij de allerheiligste offergaven neerleggen, het graanoffer, het zondoffer en het schuldoffer, want die plaats is heilig. Ezechiël 44:29Het graanoffer, het zondoffer en het schuldoffer, dat mogen zíj eten. Alles waarop de ban rust in Israël, is voor hen bestemd. Ezechiël 46:20Hij zei tegen mij: Dit is de plaats waar de priesters het schuldoffer en het zondoffer moeten koken, waar zij het graanoffer moeten bakken, zodat zij het niet naar buiten hoeven te brengen naar de buitenste voorhof, waardoor zij het volk zouden heiligen. *********

Herziene Statenvertaling zoekfunctie “rein, onrein.”

Ezechiël 43:7en Hij zei tegen mij: Mensenkind, dit is de plaats van Mijn troon en de plaats van Mijn voetzolen, waar Ik voor eeuwig wonen zal onder de Israëlieten. Zij die van het huis van Israël


Zondeoffers in het millennium - 2018

14

zijn, zullen Mijn heilige Naam niet meer verontreinigen, zij en hun koningen, met hun hoererij en met de dode lichamen van hun koningen op hun offerhoogten. Ezechiël 43:8Terwijl zij hun drempel bij Mijn drempel plaatsten en hun deurpost naast Mijn deurpost, zodat er alleen een muur tussen Mij en hen was, verontreinigden zij Mijn heilige Naam met hun gruweldaden, die zij deden, zodat Ik hen ombracht in Mijn toorn. Ezechiël 43:26Zeven dagen moet men voor het altaar verzoening doen, het reinigen en inwijden. Ezechiël 44:23Zij moeten Mijn volk het onderscheid leren tussen heilig en onheilig, en hun het onderscheid laten weten tussen onrein en rein. Ezechiël 44:25Geen van hen mag bij een dood mens komen, waardoor hij onrein zou worden. Maar alleen in geval van een vader, in geval van een moeder, in geval van een zoon, in geval van een dochter, in geval van een broer of in geval van een zuster die niet aan een man heeft toebehoord, mogen zij zich verontreinigen. Ezechiël 44:26Na zijn reiniging moeten zij voor hem zeven dagen aftellen, Ezechiël 45:18Zo zegt de Heere HEERE: In de eerste maand, op de eerste van de maand, moet u een jonge stier zonder enig gebrek – het jong van een rund – nemen. Zo moet u het heiligdom van zonde reinigen. Voor het hebreeuwse begrip “chatta’ah” = “zonde”(offer) zie Strong nummer hier: http://biblehub.com/hebrew/2403.htm

Bible Dictionaries Easton's Bible Dictionary (Hebrews hattath), the law of, is given in detail in Leviticus 4-6:13; 9:7-11, 22-24; 12:6-8; 15:2, 14, 25-30; 14:19, 31; Numbers 6:10-14. On the day of Atonement it was made with special solemnity (Leviticus 16:5, 11, 15). The blood was then carried into the holy of holies and sprinkled on the mercy-seat. Sin-offerings were also presented at the five annual festivals (Numbers 28, 29), and on the occasion of the consecration of the priests (Exodus 29:10-14, 36). As each individual, even the most private member of the congregation, as well as the congregation at large, and the high priest, was obliged, on being convicted by his conscience of any particular sin, to come with a sin-offering, we see thus impressively disclosed the need in which every sinner stands of the salvation of Christ, and the necessity of making application to it as often as the guilt of sin renews itself upon his conscience. This resort of faith to the perfect sacrifice of Christ is the one way that lies open for the sinner's attainment of pardon and restoration to peace. And then in the sacrifice itself there is the reality of that incomparable worth and preciousness which were so significantly represented in the sin-


Zondeoffers in het millennium - 2018

15

offering by the sacredness of its blood and the hallowed destination of its flesh. With reference to this the blood of Christ is called emphatically "the precious blood," and the blood that "cleanseth from all sin" (1 John 1:7). ^^^^^^^

Fausset's Bible Dictionary (See SACRIFICE; ATONEMENT; LEPROSY.) As chatteth , hamartia , is the "sin offering", so asham (implying "negligence"), lutron , is the "trespass offering". (See SIN.) The trespass offering was a forfeit for the violated rights of others, whether of Jehovah as head of the nation or of a fellow man. It related to the consequence of sin more immediately than to sin itself in the sinner's heart. Its connection with the consecration of the leper, and reconsecration of the Nazarite, expressed the share each has in sin's consequences, disease, death, and consequent defilement (Leviticus 5:14; Leviticus 5:14; Leviticus 5:15). It was less connected with the conscience than the sin offering (Leviticus 4:3). There was no graduation of offerings according to the worshipper's circumstances. It was accompanied with pecuniary fine, one fifth besides the value of the injury done, in fact "fine offerings" (Numbers 5:5­8). None of the blood was put on the altar horns, as in the sin offering. The victim was a ram instead of a female sheep or goat. In Isaiah 53:10 translated "when His soul shall have made an offering for sin" ( asham , a "trespass offering", Matthew 20:28, "a ransom for many," lutron anti polloon ), He voluntarily laying down His life (John 10:17­18; Ephesians 5:2; Hebrews 9:14). (On the ceremonies of the Day of Atonement. see DAY OF ATONEMENT.) The later Jews, instead of setting the scape­goat free in the wilderness, led it to a high precipice called Sook("narrow") and dashed it down. This was done to avoid the recurrence of what once occurred, namely, the scape­goat came back to Jerusalem, which was thought a bad omen. Lieut. Conder has discovered the spot, the hill el Muntar, half a mile beyond the well of Suk beside the ancient road from Jerusalem. The ridge still is named Ηadeidun , answering to the Hebrew name of the district, Ηidoodin ("sharp"). A tabernacle was erected at every space of 2,000 cubits, to evade the law of the Sabbath day's journey, for they led the scape­goat out on the Sabbath; after eating bread and drinking water the conductor of the goat could go on to the next tabernacle; ten stages were thus made between Seek and Jerusalem, in all six and a half miles to el Muntar, from whence the conductor caught the first sight of the great desert. Beside the well probably was the tenth tabernacle, to which he returned after precipitating the goat, and where he sat until sundown, when he might return to Jerusalem. (Palestine Exploration Quarterly Statement, July 1878, p. 118). Sins of ignorance, rather of inadvertence. Ecclesiastes 5:6; Ecclesiastes 10:5; Hebrews 9:7, "errors," Greek "sins of ignorance." Leviticus 4:2, in contrast to presumptuous sins entailing (ipso facto, whether the crime incurred civil punishment or not) the being cut off (Numbers 15:22­30; Psalms 19:12­ 13; Hebrews 10:26­27; Proverbs 2:13­15; Exodus 31:14; Leviticus 7:20; Matthew 12:31; 1 John 5:16; Acts 3:17; Ephesians 4:18; 1 Peter 1:14; Luke 12:48).

^^^^^^^ Detail: Baker's Evangelical Dictionary of Biblical Theology The sin (or purification) offering . The sin offering was the primary blood atonement offering in the sanctuary system of offerings through which worshipers could receive forgiveness for their sin and deal with the degree to which they might have contaminated the tabernacle. Very detailed rules of blood manipulation were the focal point of this ritual procedure. Leviticus 4:1­2 a sets the sin offering pericope off from Leviticus 1­3 . Unlike the previous sections virtually every paragraph in Leviticus 4:1­5:13 either begins or ends with a statement of sin committed and its associated guilt. Leviticus 4:2 states: "Say to the Israelites: When anyone sins unintentionally and does what is forbidden in any of the Lord's commands'" Leviticus 4:3 then begins the first of the four major


Zondeoffers in het millennium - 2018

16

divisions: the sin offering of the priest (4:3­12), the whole congregation (4:13­21), the leader (4:22­26), and the common person (4:27­5:13). Sin offerings were used on several unique occasions (see, e.g., the consecration of the priests, Exodus 29:14,36 ; Leviticus 8:2,14 ; the inauguration of altar worship, Leviticus 9:2­7,8­11,15­17 ). They were also called for on regular occasions monthly (Numbers 28:15 ), at various annual festivals, and especially on the annual Day of Atonement (Exodus 30:10 ; Leviticus 16 ; Numbers 29:11 ). Other specific situations that occurred throughout the year would also require a sin offering (e.g., the cleansing of the woman after childbirth, Leviticus 12:6­8 ; the cleansing of irregular unclean discharges, Leviticus 15:15,30 ; in our age the term "sin offering" could be construed to mean that this offering focused on the problem of moral and social sin. In the Old Testament such sins were included as part of the purpose for sin offerings, but the sin offering could also be brought for physical impurities that had nothing to do with moral failure ). The focal point of the sin offering ritual was blood manipulation and the way it was done was different when it was brought for the priest and whole congregation as opposed to the leader and the common people. For the priests and the whole congregation the priest sprinkled the blood with his finger seven times in front of the veil of the sanctuary (i.e., the tent of meeting inside the tabernacle complex), put some of the blood on the horns of the incense altar inside the Holy Place, and simply poured out the remainder of the blood at the base of the burnt offering altar near the gate of the tabernacle complex (Leviticus 4:6­7,17­18 ). In other words, the blood penetrated the tabernacle complex as far as the contamination did (i.e., the "priest" could enter the Holy Place, and the "congregation" included the priests). The blood of the leader and the common Israelite was applied only to the horns of the burnt offering altar (Leviticus 4:30,34 ; 5:9 ), which was the boundary of penetration for the nonpriestly Israelite into the tabernacle. The principle is that the blood went as far as the particular person or collective group of persons could go and, therefore, decontaminated the tabernacle to that point. Leviticus 16:29­34 is a summary of the intended effect of the three sin offerings on the Day of Atonement: the scapegoat sin offering cleansed the people from their sins (vv. 29­31), and the slaughtered sin offerings for the priests and the people cleansed the tabernacle from the impurity of their sins (vv. 32­33). Some scholars have argued that the cultic regulations dealt with only cultic infringements, and that the cultic system and the larger everyday community life of the nation were disconnected. However, the scapegoat ritual suggests that this was not the case. On the contrary, the Day of Atonement cleansed both the cultic impurities and the various kinds of iniquities of the people that could defile the tabernacle. The tabernacle holiness and purity emphasized in Leviticus 1­16 and the national holiness and purity which is the primary concern of Leviticus 17­27 were viewed in close relationship to each otherso close that both were dealt with on the Day of Atonement.

^^^^^^^ Smith's Bible Dictionary

Sin Offering The sin offering among the Jews was the sacrifice in which the ideas of propitiation and of atonement for sin were most distinctly marked. The ceremonial of the sin offering is described in Levi 4,6. The trespass offering is closely connected with the sin offering in Leviticus, but at the same time clearly distinguished from it, being in some cases offered with it as a distinct part of the same sacrifice; as, for example, in the cleansing of the leper. Levi 14. The distinction of ceremonial clearly indicates a difference in the idea of the two sacrifices. The nature of that difference is still a subject of great controversy. We find that the sin offerings were ­­ 1. Regular . (a) For the whole people, at the New Moon, Passover, Pentecost, Feast of Trumpets and Feast of Tabernacles, ( Numbers 28:15­29 ; 38:1 ) ... besides the solemn offering of the two goats on the Great Day of Atonement. Levi 16 (B) For the priests and Levites at their consecration, (Exodus 29:10­14,36 ) besides the yearly sin offering (a, bullock) for the high priest on the Great Day of Atonement. (Leviticus 16:2 ) Special . For any sin of "ignorance" and the like recorded in Levi 4,5. It is seen that in the law most of the sins which are not purely ceremonial are called sins of "ignorance," see ( Hebrews 9:7 ) and in Numb 15:30 It is expressly said that while such sins call be atoned for by offerings, "the soul that doeth aught presumptuously " (Heb. with a high hand ) "shall be cut off from among his people." "His iniquity shall he upon him." Comp. (Hebrews 10:20 ) But here are sufficient indications that the sins here called "of ignorance" are more strictly those of


Zondeoffers in het millennium - 2018

17

"negligence" or "frailty" repented of by the unpunished offender, as opposed to those of deliberate and unrepentant sin. It is clear that two classes of sacrifices, although distinct, touch closely upon each other. It is also evident that the sin offering was the only regular and general recognition of sin in the abstract and accordingly was for more solemn and symbolical in it's ceremonial; the trespass offering was confined to special cases, most of which related to the doing of some material damage, either to the holy things or to man. Josephus declares that the sin offering is presented by those "who fall into sin in ignorance." and the trespass offering by "one who has sinned and is conscious of his sin. But has no one to convict him thereof." Without attempting to decide so difficult and so controverted a question, we may draw the following conclusions. First, that the sin offering was for the more solemn and comprehensive of the two sacrifices. Secondly, that the sin offering looked more to the guilt of the sin done, irrespective of its consequences, while the trespass offering looked to the evil consequences of sin, either against the service of God or against man, and to the duty of atonement, as far as atonement was possible. Thirdly, that in the sin offering especially we find symbolized the acknowledgment of sinfulness as inherent in man, and of the need of expiation by sacrifice to renew the broken covenant between man and God. In considering this subject, it must he remembered that the sacrifices of the law had a temporal as well as a spiritual significance and effect. They restored sin offender to his place in the commonwealth of Israel; they were therefore an atonement to the King of Israel for the infringement of his low.

^^^^^^^

Detail: Holman Bible Dictionary 4. Sin offering (chatta't ; “purification” in REB). This was designed to deal with sin that was committed unintentionally. The sacrifice varied according to who committed the sin. If the priest or the congregation of Israel sinned, then a bull was required. A leader of the people had to bring a male goat, while anyone else sacrificed a female goat or a lamb. The poor were allowed to bring two turtledoves or two young pigeons. The one bringing the offering placed a hand on the animal and then slaughtered it. When the priest or the congregation sinned, the blood was sprinkled seven times before the veil in the sanctuary, and some of it was placed on the horns of the incense altar. The rest of the blood was poured out at the base of the sacrificial altar. For others who sinned, the sprinkling of the blood before the veil was omitted. The same internal organs that were designated for burning in the peace offering were likewise designated in this sacrifice. The rest of the animal was taken outside of the camp to the place where the ashes of the sacrifices were disposed, and there it was burned. These disposal procedures were not followed when the sin offering was made on behalf of a nonpriestly person (Leviticus 6:24­30 ). In this case, the priest was allowed to eat some of the meat.

^^^^^^^


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.