Bruggeske
-
Driemaandelijkse uitgave van de Culturele Kring van Kapellen "Hogbesecte"vzsv.
" t Vruggeske " d riem aan d elijks t ijd sch rif t van d e eu lt u rele Krin g " Hoghescote " t e Kapellen. V e r a n t wo o r d e l i j k e uit gev er: 6 a l b a e r t Roger, P a r k we g 2 - 2 9 5 0 Kapellen - tel: (03) 6 6 4.57.22.
.30e jaarg an g - n u m m e r .3
1 sep t em b er1998.
In dit nummer... - Bladwifzer. - Over een geslaagde foto-tentoonstelling. - Oproep - Heraldiek voor een wandelaar in Kapellen. - Grenspaal 257 - ' t Ketje. - Steenbakkerij Gysen te Putte-Kapellen. - De story van een B.P.: Jos Peeters. - Graanstokerif en likeurfabriek De Posson. - Over namen gesproken. - Gezocht. - Bericht. - Hoghescote reist naar Frans-Vlaanderen. - Indrukken. - Puzzel.
73 74 75 76 - 81 82 - 84 85 - 88 89 - 91 92 - 97 98 - 102 102 - 104 104 105 106 - 107 108 - 109 110
Iedere auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van de door hem ondertekende bijdrage. Kaftontwerp: T. Hanssens, 1998 - Copyright "Hoghescote v.z.w" Kapellen. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, grerproduceerd entof openbaar gemaakt door middel van druk, fotocopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
De Culturele Kring "Hoghescote v.z.w" werd opgericht op 23 december 1968. Zetel - Parkweg 2 - 2950 Kapellen.
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - or 3.
73
OVER EEN 6ESLAA6DE FOTO-TENTOONSTELLIN6. Nogal wat bezoekers van het "Promenade winkelcentrum" keken begin mei nieuwsgierig naar een leegstaand pand aldaar, waar enige niet nader te beschrijven aktiviteiten plaatsvonden.Het raadsel werd vlug opgelost! Aangebrachte pamfletten vertelden de voorbijgangers dat er geen nieuwe winkel kwam, maar wel dat "HOGHESCOTE ", de heemkundige kring van Kapellen een fototentoonstelling zou inrichten ter gelegenheid van de dorpsdag. Op vrijdag 22 mei om 10.00u was het zover. De deuren werden geopend, 300 foto's en iets minder bestuursleden wachten op de eerste bezoekers. 1.800 bezoekers werden er geteld gedurende de 52 uren dat de tentoonstelling open was, uiteraard met een piekaantal van 850 op de dorpsdag zelf Zo'n massale belangstelling krijg je niet, dat moet ge verdienen en een beetje hulp is daarbij welgekomen. De direktie van de "PROMENADE" die ons het winkelpand ter beschikking stelde, de aantrekkelijke presentatie van de foto's mogelijk gemaakt door sponsering van de panelen door de firma "VALCKENBORCH", de verf voor het frisse kleurtje kwam van verfhandel "PLASTIEK SCHULER". Bovendien h e t evenement “DORPSDAG" zelf waren allemaal faktoren die het bezoekersaantal de hoogte induwden. En dan de foto's zelf. Netjes gerangschikt en met behulp van een katalogus maakte de bezoeker als het ware een reis door het verleden van Kapellen. Onze bezoekers ?? Velen kwamen een tweede maal terug omdat het tentoongestelde zo overweldigend was. De echten, de “frieken", hadden zelfs een vergrootglas bij om toch mar alle détails te kunnen waarnemen op de foto's, en toch maar niets te missen.Vanzelfsprekend maakt zo'n tentoonstelling ook de tongen los. Tussen de panelen werden dan ook nogal wat verhalen verteld over vroeger en kwam het af en toe tot discussies over wat bepaalde foto's voorstelden of waar ze juist genomen werden. De tentoonstelling had ook voor gevolg dat heel wat bezoekers zich terug herinnerden dat ze ook nog één en ander hadden liggen dat de heemkundige kring dienstig kon z ijn, waarna prompt hun adres werd genoteerd.Vastgesteld werd, dat méér mensen zich voor de geschiedenis van Kapellen interesseerden dan men op het eerste zicht zou denken. Een aantal interessante kontakten werden gelegd, bruikbaar voor later. Ook opmerkelijk waren de reacties dat het vroeger toch allemaal mooier was en dat de verstedelijking ook in Kapellen serieus zijn sporen heeft nagelaten. Niet minder dan 360 foto's werden bijbesteld door onze bezoekers; doel daarvan was veelal om in een fotoalbum geplaatst te worden, ten gevolge het herkennen van het ouderlijk of grootouderlijk huis het , nherkennen o g b van e oude t e familieleden. r Voor het bestuur van Hoghescote is het een riem onder het hart om te mogen ervaren dat inspanningen beloond worden en dat de belangstelling voor de geschiedenis van Kapellen niet dood is, zelfs meer leeft dan we zelf zouden vermoeden. Het is een stimulans om verder te werken en nog gelijkaardige aktiviteiten op te zetten. .1 \ M R
74
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
O P R O E P ! ! ! aan al de inwoners en de voormalige inwoners van de STATIO NSSTRAAT - G ASSTRAAT - O LMENDREEF - HO F ST RAAT - G YO T LEI - KO NING A L B E R T L E I - KO N. EL I SABET H L EI - SPOORSTRAAT KO N AST R I D L AAN - PRINSENDREEF - L.BEVERNAG EST RAAT . Tijdens de periode van 21 november tot 29 november organiseren wij in het RUSTHUIS P L A N T L I N Kon. Astridlaan, 5
eengrote T E N T O O N S T E L L I N G met als onderwerp HET S T A T I O N EN HAAR OMGEVING. Wij vragen aan al de inwoners van deze straten ons bij deze tentoonstelling behulpzaam te zijn. Wat willen wij doen? Zoveel als mogelijk zaken van vroeger - die met deze straten min of meer i n verband staan - tentoonstellen. Uiteraard zijn dat in eerste instantie foto's van de straat, van de huizen, van de inwoners, van bepaalde gebeurtenissen (een huwelijk bvb.). Bezorg ons deze foto's, graag met wat uitleg. Wij bezorgen ze u uiterlijk de week nadien terug. Maar wij vragen meer. U kent ongetwijfeld gekke, trieste, droevige, amusante, abnormale situaties en gebeurtenissen die zich in de loop van deze eeuw in uw wijk hebben voorgedaan. Schrijf ze ons, of laat het ons weten (wij komen u intervieuwen als het nodig is)! Er kan nog méér! Hebben jullie oude voorwerpen, eigenaardige materialen, oude vervoertuigen, geef ons een seintje. Wij zullen ze die dagen tentoonstellen. Kortom: dit wordt een tentoonstelling V A N - V O O R - D O O R de huidige én de vroegere bewoners van uw straat. Onze actie beperkt zich niet alleen tot een tentoonstelling. Wij voorzien tevens het samenstellen van een " h e r in n e r in g s Dit m akan p " echter niet zonder jullie daadwerkelijke medewerking. Het inleveren van de foto's en /of de artikelen z ogeschieden d a t kan bij de dagbladwinkel W I L T A in de Stationsstraat. h e t Met inzet kan het niet anders of onze actie zal een groot succes worden. w jullie e enthoesiaste l e n Onderstaanden, die u reeds bij voorbaat dankbaar zijn voor uw medewerking, kunt u raadplegen: w e CHRISTINE VAN LOOK K. Albertlei, 143 Kapellen - tel: 664.04.26 e TEE HERMAN Sparrenlaan, 19 Kapellen - tel 664.57.25 v a ROGER BALBAERT Parkweg, 2 Kapellen - tel 664.57.22 n t o e n é n't Bruggeske jg 30 - september 1998 v a n n
Hoghescote - Kapellen 1 september 1998.
n r 3.
75
HERALDIEK VOOR DE WANDELAAR TE KAPELLEN. In een vorig nummer van 't Bruggeske maakten we kennis met een heraldische grafsteen aan de buitenmuur van de St.-Jacobuskerk. 1. 6es c hr ijv ing van het gr afmonument. Achter het koor (thans moeilijk bereikbaar) bevinden zich nog enk ele dergelijke stenen die moeten herinneren aan vroegere adelijke grond of kasteeleigenaars te Kapellen. Een steen met dakvormig tympaan (1) vertoont aan de bovenkant van de overigens rechthoekige steen een fraai alliantie-wapen in een ronde omlijsting. Het inschrift maakt duidelijk dat het gaat om de nagedachtenis van Paul F r ans Moretus, overleden op 1 december 1825 en zijn e c h t genote C athar ina T her es ia J os epha v a n Colen die stierf op 17 april 1818. De s c hildvormen z ijn afgebeeld volgens de r egel d i t wil zeggen de gewone vorm voor de man en ovaal voor de vrouw.
MONUMENTUM 7 —
PRkN D O M M PAh.F.J.MORETUS (
UXORI (: 1 TEER C ADNPOSTEROMMSIJORUM E I UI : OSIIT L0SU vEE R o 7 P R H J 5 g 1 8 1 iLLA 5 IHC A 1 DT I \ EIA MM N R I P. , N 1E ( 8 O? . L5 E N
Het wapen Moretus is een van de best g e kende uit het Antwerpse, de naam is verbonden aan de vermaarde drukkerij aan de Vrijdagnriarkt. D e beschrijving g a a t a ls v olgt, want de uitvoering o p de steen is niet er g groot om alles goed te onderscheiden. Voor Moretus op goud e e n z warte adelaar met op de borst een r ood schildje beladen met een achtpuntige ster van goud met deartussen telkens een v lam van hetzelfde, h e t geheel op een terras geschaakt van zilver en azuur van drie rijen. De helm is gevoederd en bevestigd van azuur (meestal i s d a t rood), helmkleed en wrong goud en rood, helmteken een vlucht waarvan de rechtervleugel z w ar t en de linker rood daartussen d e ster uit het hartschildje van de adelaar (op te merken dat in heraldiek rechts en links het tegengestelde is voor de aanschouwer). Het vrouwelijk schild van Colen i s doors neden v an r ood e n blauw, op r ood t w ee in schuinkruis geplaatste gouden scepters, o p blauw twee gouden belletjes.
g r , l de schilden d e leuz e v an Moretus' "LABORE ET CONSTANTIA". Onder ( s (1) Tympaan of timpaan of boogtrommel is in de klassieke bouwkunst het driehoekig gevelveld tussen de r kroonlijst en de schuinoplopende daklijsten van een bouwwerk. De term wordt ook als synoniem van fronton e gebruikt. Zie Grote Winkler Prins, 7de druk, deel 18 blz 464. q n ' 76 I 't Bmggeske igt 30 - september 1998 - nr 3. N r f u ,
2. Wie en w a t was d it ec htpaar te Kapellen? Paul Frans Moretus was een zoon van Paul Jacob en van Jeanne Marie de Man. Dit echtpaar bezat te Berchem een buitenverblijf genaamd 'Het Prieel'. In 1763 werd P. J . Moretus weduwnaar en enkele jaren later, namelijk in 1771 k oc ht hij te Kapellen gronden van een hoeve gelegen langs de baan Kapellen-Bergen op Zoom en bouwde hij aldaar een nieuw buitenverblijf dat 'Moretushof' of 'Hof van Cappellen' genoemd werd. De nieuwe kasteelheer van Kapellen had aan de universiteit van Douaai filosofie gestudeerd en behaalde te Leuven zijn licentiaat in de rechten in 1744. Vier jaar later, in 1748, was hij grootaalmoezenier van Antwerpen en in 1752 schepen. In 1774 erfde hij van zijn oom Paul Frans Schilder het 'Hof Ter Linden' te Merksem en bezat hij nog verschillende eigendommen i n d e s tad. Paul J ac ob Moretus s tierf in z ijn huis i n d e Keizerstraat te Antwerpen o p 1 3 maart 1776 en wer d begraven b ij z ijn v rouw in d e O.L. Vrouwkerk. De verdeling van zijn goederen gebeurde op 16 januari 1777 voor notaris Quertenmont te Antwerpen. Het hof te Cappellen beviel aan de oudste dochter, Maria Theresia, echtgenote van Karel Jozef Van Havre. De waarde was geschat op 10.300 gulden en omschreven als volgt: " een schoon nieuw opgebouwd hof met de pilasters daartoe gedestineerd door de heer aflijvigen op den grond der voorgemelde hoeve gebouwd genaemt het 'Het Hof van Cappellen'. Het huwelijk Van Havre-Moretus bleef kinderloos. In 1790 was Maria Theresia Moretus weduwe, het jaar daarop maakte zij haar testament en stierf in 1793. Het 'Hof van Cappellen' kwam bij de verdeling op 13 mei 1794 aan haar broeder Paul Frans Moretus, geboren in 1751 en in 1780 gehuwd met Catharina Theresia van Colen. Keuze van verblijf was er voor het echtpaar meer dan genoeg maar de voorkeur moet toch Kapellen gewees t zijn. I n e n rond Antwerpen bez at Paul Frans Moretus nog d e volgende goederen: in de Lombaardstraat in Antwerpen een groot herenhuis, toen gewoonlijk vernoemd als 'hotel', in 1778 geĂŤrfd van zijn vader. Van zijn broer, Jan Jacob, had hij in 1813 het hotel in de Keizerstraat nr 15 geĂŤrfd en het kasteel 'Scaldisburg' te Hoboken. In 1787 had hij een kasteel gekocht te Hemiksem e n v an z ijn kozijn Hendrik Moretus had hij aldaar het hof 'Herbeke' bekomen. I n 1806 k oc ht hij v an Corneel v an Spangen d e oude heerlijkheid 'T er Lis t' t e Antwerpen en in 1811 nog 34 bunder (1) gronden te Berchem. Dat hij zich wel degelijk te Kapellen vestigde blijkt uit het feit dat hij aan zijn hof aldaar in 1811 belangrijke vergrotingen liet aanbrengen door aankoop van verschillende hoeven. O p 17 april 1818 was zijn echtgenote overleden, hij overleefde haar nog v ijf jaar tot 1 december 1823 en zoals hun grafsteen aantoont, begraven te Kapellen. 3. W a t gebeurde er me t het "Hof tot eappellen" na Pa u l 7r ans Mor etus ? Uit het huwelijk Moretus-van Colen waren vier kinderen geboren, drie zonen en een dochter. Het was de jongste zoon Augustin die het goed te Kapellen bekwam ",..het Speelhof met batimenten tegen de Capelsche steenweg onder Eeckeren" , in de akte v an verdeling op 28 april 1825 vermeld met een waarde van 19.714 gulden. (1) een bunder varieerde in oppervlakte van streek tot streek en schommelde tussen 0,81 en 1,43 ha.
't Btvggeske jg 30 - september 1998 - nr
77
Augustin was geboren in 1791 en huwde in 1815 met Pauline della Faille, geboren op 25 juli 1795, dochter van Karel Antoon en van Isabella Carolina de Bosschaert. Buiten d e verschillende goederen d ie h ij reeds bez at k oc ht Augustin i n 1825 h e t kasteel Schoonselhof te Wilrijk. Het paar bleef niet bestendig op hun goed te Kapellen, zij hadden nog een woonst te Antwerpen in de Lange Gasthuisstraat, maar verbleven meestal op Schoonselhof. Tijdens enkele weken in de lente en in de herfst verbleven zij op het jachtpaviijoen van Moretushof te Kapellen.
'Pliian'ficAollapqn)Ao1 Jc'n'vr\()v 1 KU o r 0 Augustin schijnt gekend te zijn als weldoener, vooral voor de ouderen. Hij was o.a. de stichter ' 3 ,een 1 toevlucht voor ouderlingen. In 1871 droeg hij zijn 7 te Kapellen, van het 'Instituut Sint Joseph' Kapelse eigendom van 240 u5- ha \ i nover( 'aan ac \ozijnb dochter ZoĂŠ Moretus, geboren in 1816 en sinds 1836 echtgenote van Emiel Geelhand, geboren op 24 december 1812. o n oi j 5p ' x r kbouwen . Emiel Geelhand begon al0 spoedig van een nieuw kasteel op enige afstand van ( 5 metQhet het oude Moretushof en dat hij de naam gaf van 'Denneburg'. Tijdens de bouwwerken bewoonde ( " L ' I l ' hij het oude hof en gaf dit nadien in huur aan zijn jongste zoon Eduard. Van 1840 tot aan zijn r ( dood was hij lid van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad van Antwerpen. 7 1 Het echtpaar Geelhand-Moretus stierf te Kapellen, hij op 2 mei 1886 en zij in 1897. Hiermee ging a p Geelhand. c Denneburg over aan deKfamilie Misschien niet zonder belang om in een volgende bijdrage het verder verloop van dit kasteel en zijn adelijke eigenaars te kennen. , 1 1 ) 78
Bruggeske Jg 30 - september 1998 - nr 3
4. Even her aldis c h napr aten. Voor gebeurlijke belangstellenden geven we nog de wapen-beschrijvingen van de aangehuwde families die in de loop van dit overzicht ter sprake kwamen. Het wapen van Colen kennen we reeds van op de grafsteen. Deze familie was afkomstig uit Aken en vestigde zich in de 16de eeuw in Antwerpen. Een tak werd in 1630 geadeld door keizer Ferdinand Il en nadien gebeurden er nog verschillende adel-verleningen. Lange tijd heren van Boechout, mochten zij later de naam van deze heerlijkheid achter de hunne voegen. De familie zou nu uitgestorven zijn. Zoals we gezien hebben was de echtgenote van de eerste eigenaar van het latere Denneburg een dochter uit de familie de Man. Deze familie voerde oorspronkelijk op zilver een rode keper, vergezeld van drie morenkoppen, met bij uitzondering een rode hoofdband, want meestal is die van zilver. Een morenkop in de heraldiek is bijna altijd zwart (een uitzonderlijk geval dat spreekt van een morenkop in natuurkleur is gekend en toevallig ook in het wapen v an een vroegere eigenaar te Kapellen). Thans is de heraldische morenkop voorgesteld als neger, maar in de 15de-16de eeuw werd elke kleurling beschouwd als moor. Bij een volgende aangehuwde familie, meer bepaald Karel Jozef van Havre, echtgenoot van Maria Theresia Moretus, maken we kennis met een wapen van zuiver heraldische elementen. Deze familie is afkomstig uit het graafschap Vlaanderen, Gent en het Land van Waas, waar ze vooral als schepenen vermeld zijn. Het wapen is altijd hetzelfde gebleven, op azuur een keper van goud, vergezeld v an drie vijfbladbloempjes van hetzelfde, een schildhoofd v an hermelijn beladen met drie rode palen. In 1814 verkreeg een lid van de familie de titel van baron van het Keizerrijk, toegekend door Napoleon, maar zonder patentbrieven. In 1840 werd nogmaals de titel van baron verleend, eerst als persoonlijke titel voor Jan Michel en terzelfdertijd aan diens broeder Eugene, voortgaande op de mannelijke eerstgeborenen. Hierdoor mocht het wapen gehouwen worden door twee aanziende gouden leeuwen met banier en het schild getopt met een kroon van zeven parels, als helmteken een vlucht van azuur en goud met daartussen een ovaal van zilver beladen met een rode leeuw en een boord van goud. De familie van Havre is vooral goed vertegenwoordigd te Wijnegem en te Schoten. De familie van Havre is meermaals verwant met de familie della Faille die nu ter sprake komt. Voor een leek is het wapen van deze familie niet eenvoudig te noemen, niet zozeer door het uitzicht dan wel door de bijzonderheden aan de bijversierselen van de verschillende takken die genoemd werden naar de heerlijkheden die ze in hun bezit hadden. De oudste tak is deze van della Faille d'Huyse, de tweede tak della Faille de Waerloos (reeds vernoemd in onze vorige uitgave van 't Bruggeske van juni 1998 handelend over de grafsteen van h e t echtpaar d e Pret-della Faille d e Waerloos, t a k waartoe ook Pauline della Faille, echtgenote van Augustin Moretus, zou behoren). De derde tak, deze van della Faille de Leverghem, is samen met deze van de Waerloos, het best vertegenwoordigd in het Antwerpse. Er was een tijd dat er gezegd werd dat de helft van Wilrijk aan de Moretussen behoorde en de andere helft aan de della Failles. De familie is afkomstig uit het Kortrijkse en was daar oorspronkelijk van der Faelghe genoemd.
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
79
Bij het afbeelden van een volledig wapen della Faille moet wel rekening gehouden warden tot welke tak de voor te stellen persoon behoort. We herhalen nog even het oorspronkelijke wapen: een zwart schild met een keper van goud beladen met drie blauwe lelies en vergezeld van drie afgerukte leeuwenkoppen, de twee bovenste naar elkaar gericht en de onderste aanziende en met in de neus een zwarte ring, de leeuwenkoppen zijn goud. Het schild zelf blijft zo goed als hetzelfde, alleen voor de tak de Leverghem is de neusring van zilver en voor de tak de Waerloos is het schild zoals vroeger reeds gezegd, gevierendeeld met het wapen van de familie van de Werve.
Sommige leden verkregen de titel van baron, anderen werden graaf benoemd en hiermee komen de verschillen in de bijversiering. Voor ridders en baronnen zijn de helmkleden van goud en zwart (dit is een gewoonte waarbij het voornaamste metaal en de voornaamste kleur gebruikt worden, metaal voor de binnenkant en kleur aan de buitenkant, alhoewel men op oude wapens soms ook het omgekeerde ziet). Voor de graven zijn de helmkleden van goud en azuur, het helmteken op een gekroonde helm met wassenaar van goud met tussen de punten een blauwe lelie. Vanaf baron mag het schild gehouden worden door schildhouders, gewoonlijk met een banier die dan weer verschillen naar gelang welke tak of titel en ook de leuze of kenspreuk is niet voor iedereen dezelfde. Het zou echter te ver gaan om al die verschillen hier ter sprake te brengen. 80
't Bruggeske jg 30 - september 1998 n r
Blijft ten slotte nog het wapen van Emiel Gee!hand, echtgenoot van Zoé Moretus, een wapen dat in de heraldiek voor Kapellen zeker niet mag ontbreken want de familie is nog steeds hier vertegenwoordigd en leverde zelfs een burgemeester van Kapellen, nl. de zoon van Emiel en van Zoé Moretus van "Denneburg". De familie Geelhand zou afkomstig zijn uit Keulen en hebben zich in de 16de eeuw te Amsterdam en later in de 18de eeuw in Antwerpen gevestigd. Wanneer het juist gebeurde weten we niet, maar we hebben het wapen niet anders gekend als een gevierendeeld schild met vier verschillende kwartieren. Het 1 ste kwartier van azuur, een geopende linker hand van goud, de palm in aanzicht; het 2de kwartier van zilver, een zwarte beer, rechtopstaande tegen een groene boom op een grond van hetzelfde, het 3de kwartier van goud, drie groene klavers en het 4de kwartier op groen, een valk van zilver met over de kop een rode kap. Het eerste kwartier met de hand maakt het wapen tot de soort sprekende wapens, z o genoemd doordat de figuur op een of andere manier verband heeft met de naam. Het ontstaan van de naam zou voortkomen uit een historisch-legendarisch feit. In 1573 nam een Gerrit van Ceulen deel aan het beleg van Leiden. In een vlaag van overmoed wilde hij zich van de Spaanse vlag meester maken maar werd daarbij de gehele linker hand afgehouwen. Bijnamen werden toen gemakkelijk toegepast en de held werd Gerrit Geheelhand genoemd wat later in Geelhand veranderde en bleef. De hand werd ook in het helmteken geplaatst tussen een vlucht van azuur en goud. De familie Geelhand was gedurende drie generaties, van 1729 tot aan de Franse Revolutie van vader op zoon heer van Merksem, zij waren dus de laatste feodale heren en mochten de naam van die heerlijkheid achter de hunne voegen. J. Goolenaerts Bronnen: 1. R. Moretus Plantin de Bouchout: Demeures familales. Uitg. De Sikkel 1950. 2. Prof R. Van Passen: Geschiedenis van Wild *. Uitg. Gemeentebestuur 1982. 3. P. Arren: Kastelen in Kapellen. Uitg. Cultureel Centrum Kapellen t.g.v. de Openmonumentendag 13 september 1992. 4. Br. de Ryckman de Betz: Armorial General de la Noblesse Beige. Uitg. Dessain Luik 1941. 5. Alf. Goovaerts: La famille van Havre Histoire et Généalogie. Uitg. Antwerpen 1882. 6. Th. Kerwyn de Volkaersbeke: Histoire et héraldique de quelques familles de Flandre. Famille della Faille. Stadsbibliotheek Antwerpen, nr K. 15232. 7. Kan. Fl. Prims: Geschiedenis van Merksem. Uitg. Gemeentebestuur 1951. 8. Fortune Koller: Armorial Ancien et Morderne du Pays de Waes. Uitg. Le Blason 1948, 1949,1951.
NOG T E VERKRIJ G EN UIT G AVEN BIJ "HO G HESCO T E" v.z.w L E V E N EN WE RK V A N PASTOOR AL FONS V A NDE NHO UDT HE T OPENBAAR V E RV OE R IN K A P E L L E N EEN TO NE E L K RI NG - DE L O DE B A UWE NS K RI NG DE K A S TE L E N VAN K A P E L L E N B URGE RL IJK E OPENBARE GE B OUWE N IN K A P E L L E N KAPEL L ETJES IN K A P E L L E N MI L I T A I RE DO ME I NE N IN K A P E L L E N
450 Bef 100 Bef 250 Bef 100 Bef 100 Bef 100 Bef 100 Bef
Aan te vragen bij Roger BALBAERT, Parkweg 2 te 2950 - Kapellen - tel.: 664.57.22.
t Bruggeske jg 30 - september 1998 n r 3.
81
GRENSPAAL 257. Naar aanleiding van het optreden van onze Kapellenaar Vincent Maurice op 10 juli 1998 in de VIM-studio in Brussel publiceren wij hierna een artikel v an Georges Steyaert over een ec ht gebeurd verhaal zoals er maar alleen aan de grens een kan gebeuren. Artikel 106 bepaalt de "Limite entre la commune de Cappellen (Belgique) e t celle de Putte (Pays-Bas). I n artik el 2 wordt bepaald: "De cette borne (256), l a limite s uit dans la même direction, l'axe du chemin précité jusqu'è sa rencontre avec la route de Berg-op-Zoom à Anvers. sere planté une borne (257) au coin sud de la maison cotéé 252 B de Putte (Pays-Bas). Près de cette borne, au milieu de cette route précitée, le point de contact des trois communes de Putte (Pays-Bas), Cappellen en Stabroeck (Belgique)". Grenspaal 257 is het punt waar Putte, het dorp van drie gemeenten, twee provincies en twee landen worden verdeeld. Niet alleen om dit feit is onz e paal belangrijk. H ij is ook een brok douanegeschiedenis. Op 24 juli 1976 blokletterde Gazet van Antwerpen: "Grenspaal spuwt gas te Putte. Buurt bakt eieren in open lucht". Het was dan ook erg druk op de hoek van de A.C. Swinnestraat en de Antwerpsesteenweg. Een doodgewone grenspaal bleek een gas te spuwen dat brandbaar was. De warmtebron werd sterk genoeg bevonden om een eenvoudig omeletje te bakken. Vermits de paal een beetje als privé-eigendom van de douane werd beschouwd, werden de voorstellingen geleid door onze mensen. De vele toeschouwers die het spektakel kwamen aanschouwen wilden wel een souvenier voor in het foto-album, m e t ambtenaar liefst. Groot was dan ook de verwondering als enkele dagen later enkele van die "souveniers" in diverse dabladen verschenen Paal nummer 257 werd beklopt, gestreeld en geaaid. Iedereen wilde wel eens zijn neus steken in het gaatje bovenaan. Door de deskundigen v a n de Nederlandse Gasmaatschappij werd een halve straat opengebroken, maar nergens bleek een le k in de gasleidingen te zitten. Werk lieden v an d e Antwerpse Gasmaatschappij s tapten eveneens af. Na de nodige onderzoekingen kwamen ook zij niet tot de oplossing van het raadsel. Aardgas was het niet en rioolgas was het volgens de deskundigen evenmin.
Maurice VINCENT
Besloten werd de grenspaal van zijn voetstuk te lichten en onderaan af te sluiten. Nadat de paal terug op zijn plaats was gezet en straat en voetpad werden geherdalleerd brandde de paal niet meer. Iedereen achtte de lol gedaan. Tot twee uur later hij weer brandbaar gas spuwde.
Het zal de lezer waarschijnlijk opvallen dat vele verhalen zich afspelen rond of in café's, in het streekjargon ook wel eens ijzerwinkels geheten. D it is niet t e verwonderen. H e t kantoor is werkelijk omsloten door verkopers van de edele gele vochten. En wie zonder zonde is werpe de eerste steen. Meer, het was zelfs noodzakelijk om dez e oorden op te zoeken. Waar moet je immers een vrachtwagenchauffeur vinden om het begeerde volgbriefje te overhandigen ? Juist daar. 82
't Bru ggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
Foto Gazet van Antwerpen
Een omeletje werd gebakken onder het deskundig toeziende oog van een douanier.
Uit puur contentement om het zojuist verkregen "ge kunt het afbollen", verdween plots de vete tussen de baanrijder en de tollenaar. Het eindigde in de verbroederingswoorden: "en geft dien douwaan ook iet". Zeg nu zelf, wie kan zo'n vredespijp weigeren? Er zijn meer vredesconferenties doorgegaan in de Putse kroegen dan de Verenigde Naties ooit zal kunnen organiseren. De grote tegenstanders van deze Pax-missies waren de bazen (althans de meeste). Controleurs en luitenanten hadden nu een maal de slechte gewoonte meer aandacht te besteden aan de dienstuitvoering dan aan de toenaderingspogingen tussen de commerce en de tol. Op de meest ongepaste momenten doken z e dan ook op uit het duister om vervolgens t e zwaaien met formulieren 491 ofte 'een blad' waarop de zondaar zich in allerlei bochten kon wringen om toch maar een uitleg t e geven ov er zijn begane doodzonde. Vele pur e stukjes literatuur zijn z o ontstaan. Alle argumenten werden naast elkaar geplaatst, gaande van het achtervolgen van een smokkelaar (die dan een buurman bleek te zijn), over de aankoop van een pakje toebak (waar vindt je nog zo laat een winkel open) of over plotseling opkomende darmklachten (niet moeilijk na al dat bier). De oversten hadden ook de onhebbelijke gewoonte om die stukjes proza nooit te geloven. Zelfs al schreef de boosdoener een roman waarvoor de Nobelprijs een te geringe beloning zou zijn geweest, het werd opzij geschoven als was het een goedkoop stationromanetje. En de straf kwam, licht of zwaar, de zaak werd besloten en men ging gewoon verder. De aantekening op de individuele fiche bleef, ergens heel ver in Antwerpen, in de ivoren toren, maar wie ligt daar nog wakker van?
't Bruggeske jg 30 - september 1998 n r 3
83
Douanierszeggen "Adieu Putte" De grens t us s en Nederland en BelgiĂŤ in Put t e is de mees t bek ende t en Noorden v an Antwerpen. In de jaren vijftig en zestig werkten hier 25 douaniers in buitendienst en een zestal bedienden. Nu zijn er dat in totaal nog veertien. Gisteren namen de overblijvende douaniers afscheid v an hun pos t in Putte. Dat deden z e met de glimlac h. Zes gaan met pens ioen, waarvan een in pre-pensioen. Zeven douaniers of bedienden krijgen half februari een job in de nieuwe post in Zandvliet, enk elen worden tewerkgesteld in Ant werpen en Beveren. t>Foto Marc Wouters
Foto uit Gazet van Antwerpen van 18 december 1992.
Steyaert Georges.
Zoektocht doorheen Putte. Op zaterdag 6 juni, een bloedhete zomerdag, trokken de moedige Hoghescoters naar Putte om deel te nemen aan een grote zoektocht. D e niet al te moeilijke vragen, opgesteld door onze feestbestuurder Jack Vanummissen, werden besproken onder de bomen van het Ravenhof of op een terrasje onder een zonnescherm. Bovendien had Jack ook nog gezorgd voor een heleboel prijzen ...en natuurlijk werd de hoofdprijs weggekaapt door een geboren Puttenaar: Marcel Dondelinger. Een hartelijke dank aan Jack en een grote proficiat aan Marcel.
84 B u g s e
t r g e k j
't KET,TE Renaat 6rassin. De niet -meer-zo- jongeren herinneren zich ongetwijfeld nog de talrijke scetches die Renaat Grassin langs de radio op ons afvuurde. Dit allemaal in een sappig -maar goed verstaanbaar'Brussels'. Louter toevallig las ik in het weekblad 'DE POLDER' van 14 october 1964 een artikel bedoeld als 'In Memoriam' na het overlijden van Renaat Grassin in de Sint Lucas-Iliniek. Dit artikel wekte mijn belangstelling voor deze ongeëvenaarde artiest die destijds kleinkunst met een grote' K' bedreef. lk ben dan ook op zoek gegaan naar méér gegevens over Renaat en heb, gelukkig voor mij, een boek ' R enaat G ras s in - ' t K e t j e z i j n lev en z i j n paz eek es ' geschreven d o o r R ie Vanderheyden en uitgegeven door uitgeverij Danthe kunnen bemachtigen. Na lezing van het boek ben ik ervan overtuigd dat de schrijver een groot bewonderaar en een goede vriend van Renaat moet geweest zijn. Ik besloot dan ook -op basis van het boek- een artikelenreeks te schrijven voor de lezers van ons "Bruggeske". Jef BERMAN
zijn leven zijn pazeekes
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
85
Op 14 october 1964 schreef' De Polder het volgende: "KETJ E KWAM TE EKEREN STERVEN.
Het Keije, alias Renaat Grassin, kennen de meeste van ons cil van voor de oorlog. Ik bedoel niet persoonlijk o f van ziens want Renaat was niet van ons kanten. Maar gehoord hebben wij hem practisch allemaal. Langs de radio en meer bepaald langs de kabaretten en de bonte amnden drong z ij nZat er de laatste jaren misschien wat sleet op z ij a p van zijn brussels Ketje, ro l die hein op de huid gegoten was. HO creeerde ook het suitbeelding d volgens a n kenners uniek staat in de wereld van de kabaretiers. pn'Boelje'-type i rgo l , dat k re n d e h i j B Zijn laatste jaren bracht hij b us s u b l i e m e ihj evkon oo oaantreffen. or k ge u t rWijehebben p dikwijls u n een t boom opgezet over vroeger. dan werd hij weemoedig scafe en en was er niet veel meer uit hem te krijgen. Voortdurend aan z ile sstiln n iA nog ntot op t het w laatst en r mee p aan e het kabaret van Joris collet 'Kop en Staart' dat 's zaterdags avond ij a m de ether inging. d ot a l e n t et w i j f e l e n d rn w r ok t r e h i j ld l iseteoEkeren Hij komen sterven in de St. Lucas-kliniek. Vorige donderdag werd hij begraven op het a a ew n kerkhof van Ekeren Donk. (hier werd het kerkhof van EKEREN Centrum bedoeld. -N.v.d.sch.-) -rTalrijke vrienden uit de kleinkunstwereld en bewonderaars hebben eraan gehouden op de uitvaart e dm i aanwezig te zijn van iemand die eens een grote naam betekende in het kabaret." an l ehTotczover hete artikel uit De Polder. tm i van k RiewVanderheyden bevat ook veel Poézeekes'. ik wil dan ook mijn artikelenreeks tdHet boek starten met één van zijn -naar mijn mening- meest geslaagde gedichtjes. j oi Renaat schreef al zijn gedichtjes in 't 'Brussels'. Omwille van de duidelijkheid zal ik naast de s tloorspronkelijke tekst trachten een 'vertaling' naar het Nederlands te geven. Wel te verstaan dat oide oorspronkelijke schrijfwijze primeert en de "vertaling" dus als een hulpmiddel moet aanzien nnworden. ze ee hn Van een heel klein muisje uoVan e giel ldaa Moeëzeke fien van e Fleske Konjak en van een fleske cognac a n s Een heel klein en lief muisje kdE giel klaa een e gentee moazeke e 't spijle in 'n gardemangij; speelde eens in de eetkamer, arwas neki oen en het proefde van de macaroni en het preufdege van de macaroni m en van de resten van vlees en van de restant van ne roti e en dan weer van kaas ren den weej van 'nen ettekijs en van chocolade en een stuk pastei... en van e pak chicolat en van e tranche patij... set A. la fin van 'n aabakke keust. en op het einde van een oude korst d Mo toen k r ijg da' moazeke vriedigen deust, Maar toen kreeg 't muisje hevige dorst, o en het zag do e fleske stoen en het zag een flesje staan ovan vaaf steerre van vijf sterren rinè spinnewebbe rond en vol stof. met spinnewebben en vol stof . 86
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
En da' moeëzeke vond da' fleske tof. Mo seul'ment, het haa gienen tierbouchon veu' da' les k e te déboechonnijre... En toen paktege da' moeëzeke zaainen élan en 'et begost da' les k e te chargijre en 'et sproenk en 'et sproenk... en 'et sproenk da fleske-n-omveer et par terre.
En het muisje vond dat fieske tof Maar alleen, het had geen kurketrekker om dat fleske te ontkurken En toen nam het muisje een besluit en begon het fieske aan te vallen en het sprong en sprong. en het sprong het fleske omver en op de grond.
Het leske was stukked en wat er in was was faaine konjak, leste kaleeter ne gielen alve teeter. En het moeëzeke lancijdege-n-m in daane plas en het lektege, het lektege... ge kun ni geluuve hoo good dat da' was; en het lektege nog et encore et toujours totdat het op ' t leste gin les nemi zag stoen en giene plas en gi plafon en giene vloor en het viel van alteroesse op zaa gat. Want da moeëzeke was in ieneld schijIkroemmenljlezat. Mo, dans un dernier effort tond het recht op zaain achterste puute en het Idoptege mé zaain vosjte-n-op zaain beust lek as ne gruute en het riep lek as Tarzan oeët de cinéma, geriejd tot de straaid: "Woe es daane smijrige koeter da'k 'm zaaine nek Mimait!"
Het flesje was stuk en de inhoud was fijne cognac, eerste keus een hele halve liter. En het muisje sprong in de plas en het likte, likte... niet te geloven hoe goed dat was; en het likte nog en opnieuw en altijd tot het op 't laatst geen fles meer zag geen plas, geen plafond noch vloer en 't viel van 't verschieten op z'n gat Want dat muisje was ineens poepeloerezat. Maar, in een laatste krachtinspanning stond het recht op z'n achterste poten en klopte met zijn vuist op de borst zoals een grote en het riep zoals Tarzan in de cinema, gereed tot de strijd: "Waar is die smerige kater da'k em zijne nek afbijt!"
Naa moojje nu paaze, beste meense, da'k aale da' pazeeke em zitte deldamijre allien veu alle 't amuzijre. Neineijje. Ik em aale wille demontrijre dat as er soemmigste zaain dee eule mé konvikse e stuk in eule-n-uur drinke dat da' ni is seul' ment en alien veu te kunne drinke, mo wel veu neki goo zat en gielegans doeffes te kunne zaain. Want dén vergijte z'eule miz ijre en vergijte z'eule paain; en noe zaaine veufde of tiende gueuze (dat angt af van aa konstituusse)
Nu moet ge niet denken beste mensen dat ik U dit gedichtje opzeg alleen om jullie te amuseren. Neenee. Ik heb jullie willen aantonen dat er enkele zijn die zich met plezier een stuk in de kraag drinken niet alleen om te kunnen drinken maar wel om eens goed zat en helemaal lazarus te kunnen zijn Want dan vergeten ze hun mizerie en vergeten ze hun pijn, en na zijn vijfde of tiende geueze (dat hangt af van zijn gestel)
Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
87
me zaajje loekes stopt in plolosj van op zaane paljasparteer
voelt de kleinste dwerg zich zoals een reus een arme vagebond als een miljonair en hij denkt dat hij in een zilveren bed met zijden lakens slaapt In plaats van op de grond
ne poeffer verget zaan poef en zaan schuld; 'tien boelt zaan mismokthaaid en zaainen hoeft; ne laffoed weud 'nen héros, ne loerik 'nen rappe en ne pij mé stem yen hout meej te kappe paast da 'm zingt lek as 'nen nachtegoel; ne zatte schacht es kappetaain ne zatte kappetaain es géneroel... En ik , het Ketsje zeulf fabr ik ijr den pazeekes en détail et en gros en ik veuf me nog straffer as Menier Vondel en as Vic tor Hugo
een poeffer vergeet zijn schuld; een bultenaar zijn mismaaktheid en bult; een lafaard wordt een held, een luiaard een rappe eneen man met een verroeste stem denkt te zingen als een nachtegaal ne zatte soldaat is kapitein een zatte kapitein is generaal... En ik, het Ketje zelf maak poeziekes in 't klein en 't groot en ik voel me nog beter dan Vondel en Victor Hugo
Aswanier ge done van aa lijv e ne zatlap zeet, respectijem en beezet'm mé takt: ge kun nuut ni wijte veu wee dat 'm z'n aaige pakt. En surtout, meense die no maa leuster, bekloegt 'm neet... het es maschien den lenigste moment in daane soekkelijr zaa lijv e dat 'm ni af 'n zeet.
Als ge dus ooit in uw leven een dronkaard ziet, respekteert hem en beziet hem taktvol: ge kunt nooit weten voor wie hij zich houdt. En vooral, mensen die naar mij luistert, beklaag hem niet... het is misschien het enige moment in het leven van deze sukkelaar dat hij niet afziet
voelt de klanjste pasjakroet 'm lek as 'tien reus; 'nen erme vaggebond lek as ne miljonneer en 'm paast dat 'm in 'n zilvere bedde
88
't Brugeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
STEENBAKKERIJ GYSEN TE PUTTE-KAPELLEN. In ons ledenblad 't Bruggeske van december 1996 bespraken wij reeds de Putse steenbakkerijen van Beeckman de Westmeerbeeck en deze van Philips. Een volgende steenbakkerij welke wij terugvinden in dit leemrijke gebied behoorde toe aan de heer Gysen Carolus. Deze man werd geboren in Hoevenen op 18 maart 1822. Na zijn huwelijk met Stevens Maria, geboren te Kalmthout op 12 oktober 1838, vestigde hij zich in de Ertbrandstraat nummer 13. Het gezin telde 4 kinderen, namelijk: • Gysen Maria Elisabeth, geboren te Kapellen op 7 januari 1865, • Gysen Pauline Maria, geboren te Kapellen op 25 februari 1866, • Gysen Maria Pauline Melanie, geboren te Kapellen op 23 februari 1868, • Gysen Anna Catharina Antoinette, geboren te Kapellen op 21 juli 1873. In d e bevolkingsboeken v oor d e per iode 1870 t o t 1880 g a f G y s en Carolus a ls ber oep "landbouwer" op. Op 29 september 1873 schreef hij een brief aan de Bestendige Deputatie van de Provincie Antwerpen met het verzoek om zijn bestaande ovens enkele meters te mogen verplaatsen. Het gemeentebestuur had echter nagelaten om het onderzoek commode en incommode op te starten en daarom stuurde het provinciebestuur op 19 januari 1874 een herinneringsbrief naar het schepencollege van de gemeente Kapellen. Tijdens de bijeenkomst van het schepencollege van 20 februari 1874 werd dan de vraag van de heer Gysen besproken. U it h e t verslag v an h e t c ollege ler en w ij d a t d e aanvrager z ijn steenbakkerij 15 meters achteruit wenste te plaatsen op hetzelfde perceel 297 b. D e steenbakkerij zou echter verkleind worden doordat de 3 bestaande ovens teruggebracht werden op 1 oven. Het gemeentebestuur wilde de vroegere nalatigheid nu goedmaken en gaf zonder enige ruchtbaarheid te maken aan de bestaande aanvraag onmiddellijk een positief advies. Buurman Charles Philips had echter lont geroken en in een brief van 23 februari 1874, gericht aan het schepencollege, reklameerde hij dat de steenbakkerij van Carolus Gysen nu zou komen op s lec hts 1 0 meters afs tand v a n z ijn eigendom, s lec hts ges c heiden d o o r e e n dr eef. Daarenboven kon hij zich niet akkoord verklaren met het feit dat er geen enkele ruchtbaarheid gegeven werd aan de aanvraag van zijn buurman en ook dat er geen onderzoek commode en incommode uitgevoerd werd door het schepencollege. Burgemeester Leopold Vouwe nam contact op met de arrondissementscommissaris en dez e antwoordde reeds op 25 februari 1874 dat een openbaar onderzoek niet nodig was gezien de geringe verplaatsing op hetzelfde perceel. Met dit schrijven werd de klacht van Charles Philips verworpen. En toch was de zaak nog niet opgelost. De Bestendige Deputatie besprak het rapport van de arrondissementescommissaris e n d e provinciegouverneur, Ridder Edward Py c k e d'Ideghem stuurde op 9 maart 1874 een brief naar de burgemeester van Kapellen waarin hij schreef dat de voorziene verplaatsing van de steenbakkerij toch tot gevolg "kon" hebben dat de uitbating van de steenbakkerij van de buurman aanzienlijk zou gewijzigd worden en bijgevolg gaf hij de opdracht aan het gemeentebestuur om een onderzoek commode en incommode te voorzien.
't Bru ggeske jg 30 - september 1998 n r 3.
89
C -
,
1
_
>
< ',_
.7 . ,( ;-., - / • K ; / ,' e „ _ . - - ' , , - , • - - - - ,- - ;;; , ,' -e-', , , ; , ' , ' , _ , / e 7 • / V A , _ _ , , , , , , 2 , _ , z ' , )
,.,
90
e2 , , . , 6 . , , 1 , „ , , , , , , , , -
1 ( 5 1 , 1 0 , 0 (... . , . e ' :' - z - ' - )1 ( : : / , - ' - K - Z - < , ' - -1 - ; ' ' ' , , / - .. / Z _
\
,
( - - ',
,
,
.. ,„ , ,- . . _ __ t • . .
-
(_---- / - -- , - 7
,
, ,,, -,s - ' ) ( ,
-
-
-
-,,,, ,,,,---s ,,,,,,,,,-,__,/, , ç i .-
-
-
,
Q_ --( : . , ) . .
-
1 1 2 C a l . Liggingsplan van / de ovens van de heer Gysen t.o.v , d e z e v a n d e L h e e rt P h i l 1i p s . 5 e o -
1
.
• . ?
, , ,
, _,..-_-, , , - , , , . . , . . , ,9 - - .7 , " ; , - ,? , , - ,, ., 1e ', ,, ., , „ , , , , , , , . . ,
,-7 -, , , , z . „ : „ ,
.
-
7
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
Foto van de huidige plaats waar de betrokken ovens stonden. (Foto Hoghescote)
Zoals t e verwachten w a s bleek u it h e t proces-verbaal, opges teld o p 3 apr il 1 8 7 4 door burgemeester Leopold Vouwe, dat alleen buurman Philips een klacht had ingediend. Charles Philips schreef dat hij geen bezwaar had tegen de verplaatsing van de oven indien deze opgebouwd zou worden op minstens 43 meter afstand van de dreef. Het schepencollege, samengesteld uit d e burgemeester Vouwe Leopold e n d e schepenen Cleiren Jos en Kennis beslisten dan op 3 april 1874 meteen dat Carolus Gysen zijn oven toch 15 meter mocht verplaatsen. Deze beslissing werd door de arrondissementscommissaris op 16 april 1874 bevestigd. In de boeken van de bevolking voor de periode 1880 tot 1890 vinden wij Carolus Gysen terug als landbouwer en steenbakkersmeester. Het huisnummer was nu veranderd in Ertbrandstraat 15. Op 11 september 1896 verhuisde de ganse familie Gysen naar Stabroek. De hoeve werd alsdan uitgebaat door de heer Van Linden Ludovicus samen met zijn echtgenote Van Beeck Maria en hun 8 kinderen. Niemand v an dez e familie w as i n d e bevolkingsboeken opgenomen a ls "steenbakker" zodat wij mogen veronderstellen dat de oven buiten dienst werd gesteld. Roger Balbaert.
Bru ggeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
91
be story van een B. P.: Jos PEETERS. Volgende in de rij is een bekend Puttenaar. Josephus PEETERS werd geboren te Putte op 2 8 me i 1921. Zi j n ouders - Joannes Peeters e n Mari a Vainqueur - kwamen oorspronkelijk uit Zandvliet. Vader was douanier. Het echtpaar bouwde een huis in de Moretuslei. Toen Jos het levenslicht zag - de oorlog zat ieder nog vers in het geheugen en zeker vader die oudstrijder was - was d e eerste opmerking va n vader, eerder schamper, "weeral kanonnenvlees !" In India denken ze er nu wel enigszins anders over... ct Was misschien wel de reden waarom Jos enig kind bleef.
Douaneschool: verrificateur Van Cauwelaert, Brigadier Dubos, d ire cte u r der school Moeneclaey, verrificateur Borgonjon, barman Slegers en onderbrigadier Peeters tevens vaandrig en barman.
Wat niet zoveel voorkomt: de Jos mocht van vader zeggen wat hij later wilde warden, en mocht er ook voor gaan studeren. Niet zo alledaags, zeker toen niet. Zijn keuze: i k wil architect worden. Geen probleem en dus naar de academie te Antwerpen, o m te leren tekenen. W e schrijven 1937. Alleen...het openbaar vervoer was duur (toen al !) en een douane-pree stelde niet zo veel voor (toen al !). Dus reed Jos dagelijks van Putte naar Antwerpen met de fiets. Geen enkel probleem want hij fietst nog steeds even graag. In d e kunstmiddens kreeg onze Jos onderricht van beeldhouwer Kreitz e n directeur Opsomer. Op het einde van het jaar werden de beste werken telkens tentoongesteld in de stadsfeestzaal op de Meir. Peeters was er steeds bij.
92
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3_
Maar... er kwamen donkere tijden, en er bleef geen mogelijkheid meer om zich verder te bekwamen. De handen moesten uit de mouwen warden gestoken. Dus maar gaan helpen als bakkersgast bij bakker Scheurweghs, ondertussen d e bakkerijschool gevolgd i n Antwerpen, en verder gedurende de ganse oorlogsjaren hard gewerkt bij bakker Jacobs (U weet wel: nog steeds de specialist van de Putse Janhagel). Dit moest wel ondergedoken gebeuren want de Gestapo lag op de loer en er dreigde een verplichte tewerkstelling in Duitsland. Na de bevrijding, meer bepaald op 15 mei 1945, werd hij ingelijfd bij de genie. Hij werd er tekenaar - o f wat had U gedacht - e n later zelfs kok. N a d e luisterrijke afzwaai, w e schrijven mei 1946, ging hij werken bij de firma Gevaert te Mortsel, als letterschilder. Maar intussentijd had onze brave man examen gedaan bij de douanen en kon hij op 1 oktober 1947 in dienst treden. Hij werd ingedeeld bij de fietsbrigade van Kapellen.Bij het opdoeken van de controle Kapellen, bleef hij tewerkgesteld onder de controle per motor te Brasschaat, waar hij bureelwerk verrichtte.
Controle aan de grens te Putte.
Ondertussen was de Jos in 1951 gehuwd met Germaine Gelens, een dochter uit het Geelse gehucht Te n Aa rt. W i e nu nog weet dat Germaine werkzaam was bij bakker Jacobs, waar ze zelfs inwoonde, kan meteen veronderstellen h o e alles in zijn werk is gegaan, nou ja.. alles... Later zelfs maakte zij zich nuttig in de douaneschool tussen de jaren 1960 e n 1972. E n w a t dacht U ? Juist ! J o s stond to e n ook in diezelfde school, niet alleen als barman, maar ook als vaandrig. Toen de school in 1972 gesloten werd, w e r d Jos overgeplaatst naar de entrepot te Antwerpen, en vervolgens op eigen verzoek naar Putte. Sedert 1985 geniet hij me t voile teugen van zijn welverdiende rust. Maar echt veel rust is er niet bij, want...
Hij is medestichter van I.K.I.M. (Internationaal Kunst initiatief Moretus) lid van T.A.K.A. (Tol en Accijnzen Kunstkring Antwerpen) lid van P.C. (Polderse Cultuurkring Zandvliet) en vanzelfsprekend lid van HOGHESCOTE. Hij nam deel aan meerdere tekenwedstrijden, salons e n tentoonstellingen , zowel i n binnen- als buitenland. Alhoewel hij heel vaardig bleek in het borstelen met olieverf, bleef zijn voorkeur uitgaan naar de pentekening, vooral dan me t als onderwerp het plattelandsleven en pittoreske dorpszichtjes, liefst uit eigen streek. In 1996 behaalde hij de prijs van het Vlaamse Gewest en de prijs van de provincie Limburg op het salon van Simone de Nave. ''t Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
93
Tijdens ons geanimeerd gesprek ging het even als volgt: "Jos, hedde de Maurice Vincent als douaan in Putte op den T.V. gezien bij Luc Appermont ?" "Mor joeng, ik kwam al veel vruger op den T.V. 't Was nog met 't manneke. Ge wet wel: Cois Cassiers. H i j zou van 0/land de grens oversteken met een geit. ik moest hem tegenhouden. Mor toen bleek dat er in g l a n d mond- en klauwzeer heerste. Dan mor bij ons een geit gezocht en gevonden grens . B lover. e eIkksteek mijn hand op en zeg: "Hela, Waar ga de gij met die geit naar toe ? En 't manneke: "Da's geen geit, da's nen hond I" w e l "t Stukske i s nooit uitgezonden, t o t Amerika d e serie ko ch t e n h e t ginder werd n e Ge fuitgezonden. e r m ziet dus hĂŠ." e n b o k t e z i j n . ' t M a n n e k e m e t d i e n b o k d e
Jos en Germaine, zoals u ze nu ongetwijfeld kent.
Jos, Is 't waar da ze nen douaan in onze streken ne kantschijter noemen ? "A wel, z a l is wa vertellen... W 'hadden de nacht en we moesten puntjes/open (va n 't een punt naar 't ander, mor dan met de velo). We rejen van 't Keienhof naar den Drijhoek - de zon kwam al op - en plots besefte ik dat ik dringend moest. Mijne velo tegen nen boom en ik in de boskes, broek af en mor just op tijd.
94
Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
As ik het wilde aftrappen, voelde ik dat ik vastzat.. andere , m e plezante t m i stroper. j n e Ko mtv dato tegen e It Stro pke los gedaan, e n voorzichtig de strop gelegd imooi rond n de verse taart e e n wat hij die nacht gevangen had M a a r hij zal mij wel voor kantschijter verweten hebben!" sr t r oo p ep r s. D et Tot a Jos vz daar al Peeters n aan het woord. Slechts één probleem: hem doen stoppen ! Maar gezellig was het wel e e en n a r f e or Jack VANUMMISSEN s n u i t g e foto'st en tekeningen r o geplaatst k bij deze" Story" zijn van J. Peeters. Alle k e n h e b b e n a l s h i j z a g
Werf en café bij Van de Wij ngaert in Hollands Putte (Antwerpsestraat), me t zicht o p d e houten molen.
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
95
A.C. Swinnesstraat, richting Ravenhot.
De douanenschool, thans Dennenburg.
96
Bruggeske jg 30 - september 1998 - ar 3.
Ertbrandstraat richting grens. Op de achergrond de kerk van Hollands Putte.
Jos als ollevertschilder op de heide.
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
97
6raanstokerij en likeurfabriek be Posson. De familie de Posson woonde in de Heidestraat ni 9, nu Christiaan Pallemansstraat ni 71, in het kasteel Beukenhof, door de heer Van Haeften herbouwd in 1827_ Het gezin was samengesteld uit de heer Nicolas Guillaume Emmanuel Henri de Posson, geboren te Gosselies op 6 augustus 1823, diens echtgenote en hun 6 kinderen. Hij oefende het beroep uit van jeneverstoker, grondeigenaar en advocaat. Na F. De Schutter bezat hij ook nog de 2de grootste boerderij van onze gemeente. Pachter Jan Van Cappellen schreef dat hij 80 mestossen, 600 varkens en 9 paarden bezat. In Kapellen zetelde hij ook nog in de gemeenteraad als lid van de Liberale Partij. Het hoofd van het gezin, gekend onder zijn roepnaam Emmanuel, was gehuwd met De Brouwer Caroline Marie Anne Elisabeth Hubertine, geboren te Rotterdam op 1 juni 1825 en overleden te Kapellen op 7 januari 1869. Het gezin telde 6 kinderen, namelijk: * de Posson Emmanuel Henri Charles Piere Marie Ghislaine, ' te Elsene op 29 mei 1855, * de Posson Philippe Emmanuel Charles Gaston, t e Elsene op 27 september 1856, * de Posson Caroline Marie Therese Elisabeth Ghislaine, ' te Elsene op 11 februari 1858, * de Posson Marie Gabrielle Caroline Henriette Jeanne, 0 te Elsene op 27 septemberl 859 * de Posson Pauline Marie Caroline Gabrielle, ° te Elsene op 10 december 1862, * de Posson Leonardie Eugene Caroline Ghislaine, ' te Elsene op 18 februari 1866. Als inwonend personeel op het kasteel hadden zij 4 meiden en 1 koetsier. Op 17 juni 1861 schreef Emmanuel de Posson een brief naar de Bestendige Deputatie van de Provincie Antwerpen, waarin hij verwees naar de basiswetgeving betreffende de gevaarlijke en hinderlijke inrichtingen, namelijk het koninklijk besluit van 12 november 1849, met het verzoek om toelating te bekomen voor het inrichten van een graan- en bieten-stokerij op zijn eigendom te Kapellen, perceel ni E 352. Om gebeurlijke problemen met de buren te voorkomen vermeldde hij dat het dichtst-bijgelegen huis, bewoond door zijn hovenier P. Nagels, zich bevindt op een afstand van meer dan 200 meter en het centrum van de gemeente op meer dan 335 meter. Om deze gegevens te staven voegde hij bij zijn aanvraag een plan in 2 eksemplaren, opgemaakt door de gezworen landmeter Verhoeven uit Ekeren. Hij verwachtte een jaarlijke productie van ongeveer 1.200 hectoliter. Ook met het ministerie van financiÍn wilde hij geen problemen hebben en daarom had hij ook die diensten van zijn plannen op de hoogte gebracht volgens de vigerende voorschriften van de wet van 26 augustus 1822, gezien zijn eigendom gelegen was binnen de douanezone.
98
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
Burgemeester Joannes Franciscus Feyen stelde op 25 juli 1861 te 9uur 's morgens zijn verslag commode en incommode op. Hierin vermeldde hij dat de aanvraag v an d e heer de Posson bekend gemaakt was geworden door omroeping bij het einde van de missen op de zondagen 23 juni 1861en 21 jul 1861. Daarenboven noteerde hij dat de plannen op het gemeentehuis ter inzage gelegen hebben van 24 juni 1861 tot 24 juli 1861. Onze burgervader wachtte tot 12uur en stelde dan vast dat er niemand zich had aangeboden om klacht in te dienen tegen d e aanvraag v an d e heer de Posson. De dag nadien, op 26 juli 1861, riep hij het schepencollege samen en dit bestuursorgaan gaf een positief advies aan de gouverneur, de heer Jan Theodoor Teichmann, welke dan op zijn beurt nog het advies inwon van de arrondissementscommissaris. Ook deze man was vlug klaar met zijn onderzoek want op 29 juli 1861 g a f hij reeds zijn fi at schriftelijk door aan zijn opdrachtgever.
De administratieve molen draaide lustig verder en de aanvraag van de heer Posson werd dan grondig besproken tijdens de bijeenkomst van de Bestendige Deputatie op 30 augustus 1861. Dit bestuursorgaan gaf een uitbatingsvergunning en stelde tevens de voorwaarden op waaraan de heer de Posson zich diende te houden, namelijk: 1. d e graan- en bietenstokerij moes t voorzien worden v an een schouw met een voldoende hoogte, zodat de rook geen hinder kon vormen voor de buren. De hoogte van de constructie diende minstens 2 meter boven de gebouwen uit te komen, 2. het bovenste deel van de schouw moest voorzien zijn v an een rooster in metaalgaas met dusdanige kleine openingen dat de verspreiding van rook en roet te voorkomen, 3. aan de onderkant van de schouw diende een opening voorzien te worden om zonodig de neerslag van afvalrestanten te kunnen verwijderen, 4. de schouw diende opgebouwd te worden in onbrandbare materialen, 5. de kanalen en de reservoir van de schouw moesten minstens 2 maal per maand gereinigd te worden, 6. in de werkhuizen dienden de doorgangen voldoende breed te zijn zodat de arbeiders zich niet zouden kunnen kwetsen aan de machines, 7. het vervuilde water en de afvalstoffen mochten niet geloosd worden in de openbare gracht in de Heidestraat (nu Chr. Pallemansstraat).
De heer de Posson kon zich akkoord verklaren met voornoemde voorschriften en op 11 oktober 1861 meldde hij aan de gouverneur dat de installaties volledig klaar waren zodat eventueel de nodige controles konden uitgevoerd worden. Reeds op 24 oktober 1861 kwam de inspectie van de stoomtuigen ter plaatse. Alle toestellen werden in goede staat bevonden zodat de uitbating mocht beginnen. Uit dit inspectieverslag, opgesteld door de heer conducteur Heymans van het Ministerie van Openbare Werken, Directie Antwerpen, kennen wij de door de heer de Posson geplaatste stoomachine.
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - tir 3.
99
-,,
,
U
!
)1 •
----„
'
---, \
I
•-',
\
-
• —' N N N \ 'N
.
\
)
-
1
\' s " \ • • N ' _
'
' •
\
• ) -•,', ,,,' ,.
,,
.\ ' • N
,.:
k i
N
, , •, • ,,,-,-,,,
N
\
,...-
'\• ʻ ••,, 't,
i
•
\
\
N
\ kk \ \ . • -'
-.
i k \ \ 3ʻ, \
'
• • , „ \',.• ,
\
'.\
N
)
----'' _—• - - -
•-,.
\•\ N (-,-z • \ ; ' ,\\ J ,.
• N \ • ' \N ' \ N N ) \ L •'N , ' ! \ —N A ' V • , ). , • 'ʻ' ' ' ,
.' N
)••,
N N
\ ,
.
• '
,
-A\ N
,
—
',
,, s ' ':\•','ʻ- ','.
N
\
\ N N •
!
•
N
' \
,
'
Het liggingsplan van de installaties van de heer de Posson.
100
't Bniggeske jg 30 - september 1998 - nr 3.
Deze werd gebouwd door de fi rma Cons tant Van G oethem u it St.- J ans Molenbeek. H e t toegepaste systeem was horizontaal met hoge druk zonder expansie. D e doormeter van d e cylinder bedroeg 0,20 m en deze van de zuigers 0,36 m. Het aantal omwentelingen per minuut was 80 en de ontwikkelde kracht bedroeg 5 P.K. De heer de Posson was een eigenaardig man. Door de grote productie van zijn graanstokerij had hij uiteraard ook veel spoeling. Dit nevenproduct gebruikte hij voor de kweek van zijn varkens. Het restant van de spoeling verkocht hij als krachtvoeder aan de Kapelse landbouwers. Deze konden bij de Posson gratis een varkentje krijgen op voorwaarde dat zij wekelijks 1 BEF meer betaalden voor de afgenomen spoeling. Na 15 weken was het biggetje hun eigendom. Jaarlijks richtte hij een grote veeprijskamp in v oor al z ijn klanten. H e t vetste varken wer d bekroond m e t een zilveren medaille e n d e eigenaars v an d e v olgende bekroonde dieren ontvingen 40, 25 en 10 BEF. De zaken liepen waarschijnlijk opperbest want op 22 september 1877 schreef de heer de Posson opnieuw een brief, ditmaal naar de burgemeester, met het verzoek om toelating te bekomen voor het oprichten van een productie-eenheid voor parfumerie en zeep in hetzelfde gebouw waar ook de graan- en bietenstokerij ondergebracht waren. Hij voorzag geen uitbreiding van de bestaande gebouwen noch van de gebruikte machines. De aanvraag werd op de gebruikelijke manier bekend gemaakt op de zondagen 25 september 1877 en 2 oktober 1877. De heer Bresseleers stuurde op 23 oktober 1877 een brief naar de gouverneur om zijn vrees te uiten voor de bevuiling van de openbare waterloop. In het proces-verbaal, opgesteld op 10 december 1877, vermeldde burgemeester Leopold Vouwe laconiek dat er geen verzet was genoteerd tegen de aanvraag van de heer de Posson. Hij wachtte evenwel om het schepencollege samen te roepen om advies terzake te formuleren. Het gemeentebestuur was niet gerust in de zaak en vroeg bijkomende inlichtingen aan de heer de Posson. Deze stuurde op 23 januari 1878 een uitgebreid antwoord aan het schepencollege waarin hij vermeldde dat de zeepproductie alleen vaste afvalstoffen achterlaat welke echter kunnen hergebruikt worden. De waterloop liep geen enkel risico. In verband met de fabricatie van parfumerie vermeldde hij terloops dat in het centrum van de gemeente Kapellen reeds 3 jaar een gelijkaardige productie lopende is zonder dat hiertegen ooit een klacht werd ingediend. Uit zijn brief kunnen wij niet afleiden waar en door wie in Kapellen parfumerie vervaardigd werd. De bijkomende aanvraag van de heer de Posson werd bekend gemaakt op de zondagen 25 september en 2 oktober 1877. Gez ien e r geen enk ele k lac ht binnengekomen was gaf het schepencollege uiteindelijk op 24 januari 1878 een positief advies. Na onderzoek ter plaatse kon ook de arrondissementscommissaris zich op 25 februari 1878 akkoord verklaren met de aangevraagde bijkomende productie-eenheden. De "Parfumerie de la Société Beige d'Hygiène Usine à vapeur à Cappellen près d'Anvers" kon van start gaan als uitbreiding van de reeds bestaande "Genièvrerie de Mastbeek". De heer de Posson lanceerde een uitgebreid gamma parfumerieproducten, nl.: Eau de Lavande, Eau des trois Vertus, Eau Dentifrice, Gold Cream, Bouquet des Ardennes, Rosée des Bruyères, Vinaigre de Toilette, Huile Antique, Poudre Dent, Velours végétale, Hygiène de la Peau, enz., enz. En toch liepen de zaken niet te best. In 1879 werd de heer de Posson, practisch failliet, door de liberale regering tot consul benoemd in Alexandrië (Egypte).
't Bruggeske fg 30 - september 1998 - nr 3.
101
De heer de Posson is gans zijn leven een eentalige waal gebleven. Met veel moeite kon hij enkele woordjes nederlands stamelen. Zijn wens was dat alle Belgen tweetalig zouden zijn. Om de studie van de Franse taal aan te moedigen gaf hij jaarlijks een zilveren medaille aan de beste leerlingen van de drie gemeentescholen voor hun kennis van het Frans. Enkele jaren later, ni. op 28 oktober 1887 verhuisde het ganse gezin de Posson naar St.-Joost ten Node. Het Beukenhof werd verkocht aan de heer Antoine Berré, welke noch de jeneverstokerij, noch de zeepziederij, noch de parfumeriefabriek verder uitbaatte.
Over namen gesproken... In 1968 verscheen e r v an d e hand v an Maarten v a n Nierop, befaamd taalgeleerde e n "taaltuinier", een werkje met de sprekende titel: "Wat schuilt er in een naam?" Velen voor hem en velen na hem, zowel in Vlaanderen, Nederland, Duitsland, Engeland en de VS hadden over dit onderwerp onderzoek verricht, z ij het zeer dikwijls met diverse motieven of doelstellingen. Hun bevindingen werden geformuleerd en gepubliceerd in boeken en tijdschriften, dit ten gerieve van belangstellenden. Het is niet mijn bedoeling in te gaan op de psychische, fysische, ethische of zelfs morele invloeden van geboorte en naamverwerving. Daarvoor zijn veel conclusies te ver uiteenlopend en althans voor wat aangaat de genealogie,weinig afdoend ter zake. Wat mij interesseert is het etymologisch, historisch verhaal, dat schuilgaat achter een naam. Daarom wil ik proberen, in een notedop, een overzicht te schetsen van het ontstaan v an de naamgeving, de groei van "eennamigheid" naar "meernamigheid", die uiteindelijk leidde tot de wettige verplichting van het dragen van een naam. Van bij het ontstaan v an d e menselijke samenleving (nadruk op "samen"), is de noodzaak gerezen om de ene mens van de andere te kunnen onderscheiden. Zulks was enkel mogelijk bij het communiceren door het vermelden v an een zeker kenteken om een bepaald individu te kunnen specifieren. Veel later, om de mensen van een bepaalde groep (familie of vestigingsplaats) aan te duiden. Nog later om de identiteit te kunnen vaststellen. Dit kenteken kon enkel zijn: een naam, een familienaam, een bijnaam , een herkomstnaam. De Grieken droegen slechts één naam. W i e herinnert z ic h n ie t Pythagoras, Archimedes, Homerus, Socrates enz.? Het Griekse tijdperk is dan ook gekenmerkt door "eennamigheid". Alhoewel ook bij hen reeds toevoegingen gebeurden als "..zoon van..". De Romeinen droegen ofwel een naam, soms daarbij een tweede familienaam en soms daarbij zelfs een derde bijnaam. Voorbeelden: Eé n naam : Nero, Tiberius, Octavianus enz. Twee namen: Pontius Pilatus; Marcus Antonius; Marcus Aurelius. Drie namen : Cornelius Scipio Africanus (overwinnaar van Carthago in Africa) Hierbij was de eerste naam de praenomen, gegeven bij de geboorte; de tweede naam was de nomen gentilicum of familienaam en duidde de afkomst aan. De derde naam werd dikwijls later verkregen en heette de cognomen of bijnaam. Deze bijnaam kon later effectief deel uitmaken van de volledige naam. Tijdens de Germaanse periode (tot ca 500 na Christus) was weer de "eennamigheid" troef. De naam bij de Germanen was meer een voorloper van de voornaam dan v an de familienaam. Kenmerkend bij de Germanen was het gebruik van "naamstammen". Fried=vrede.
102
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
Aldus : Siegfried , Wilfried , Winfried enz. Trud=macht. Aldus : Gertrud , Waltrud , Thrudger (Rutger) enz. Hilde: Aldus : Grimhilde , Brunhilde Bald: Aldus : idesbald ; Archibald Ic of ich: Aldus: Hodwic (Lodewijk); Diederic; Heinric (Hendrik); Friedric, (Frederik) Brand: Aldus : Eilbrand Engebr and ; Hildebrand ; Heribrand enz. Het is dus geenszins onmogelijk dat "Ertbrand" ontstaan is uit de Frankische naam "Heribrand" zodat Putte wel eens veel ouder zou kunnen zijn dan men veronderstelt. Feit is dat de Franken zeker in de streek verbleven hebben bij hun tocht naar het Zuiden. Zij dienden immers hun weg te zoeken tussen het waterland van de Schelde en het moerasgebied van de Kempen. Misschien heeft een zekere Heribrand er zich blijvend gevestigd en is daarrond een nederzetting ontstaan. Vanaf de kerstening (ca 600 na Christus) kwam men meer tot het gebruik van heiligennamen. En vanaf de jaren 1000 na Christus begon men aan de heiligennamen bepaalde kenmerken toe te voegen. Grote oorzaken van dit laatste fenomeen waren eerst en vooral de toename van de bevolking en vervolgens de grotere concentratie van de bevolking door het ontstaan v an de steden. Aangezien meerdere personen dezelfde heiligennaam droegen, werd verdere specificatie noodzakelijk en dus werden aan de naam bepaalde bijzonderheden toegevoegd over uitzicht, herkomst of andere herkenningstekens. Daarbij kwam nog dat de adellijke families dikwijls, naar het gebruik v an d ie tijd, verwezen naar familiebezittingen o m hun status t e onderstrepen. Voorbeeld: Gilles d' Attincourt (Ettenhoven). Na het Concilie van Trente (1545 - 1563) werd door de clerus bepaald dat kinderen nog enkel de naam mochten dragen van een heilige. En dat die naam diende genoteerd in de D.-T.-B.-boeken. (parochieregisters). In tegenstelling met deze onderrichting, vaardigde Calvijn een voorschrift uit, waarbij men voor boorlingen slechts een naam uit de bijbel mocht kiezen en dat niet-bijbelse voornamen niet mochten gegeven worden. Vandaar het merkbare verschil tussen de Vlaamse en de Noord-Nederlandse voornamen. Aileen de Friezen behielden hun Friese naamgeving. Dat uit de toenaam later de achternaam o f beter de familienaam groeide is niet moeilijk t e begrijpen. Evenmin dat Vlaanderen sneller het gebruik v an achternamen k ende dan NoordNederland. Het was immers zo, dat de Vlaamse steden (Gent; Brugge; leper) veel omvang- rijker in bevolking waren dan de Noord-Nederlandse, doordat hun " Gouden Eeuw " v eel vroeger kwam. En dat de registratie van personen hierdoor een grotere noodzaak werd. Later, wanneer de welvaart zich verplaatste, eerst naar Brabant en nog later naar het Noorden, geraakte ook daar het gebruik van achternamen in zwang. De officiele vastlegging van de achternaam met "vaste" (??) schrijfwijze kwam er slechts na de invoering van de Burgerlijke Stand. In Vlaanderen tijdens het Frans Bewind tussen 1790 en 1800. In Nederland tussen 1811 en 1824 en dan slechts na een 4-tal oproepen, omdat de Nederlanders meenden, dat het slechts een tijdelijke maatregel betrof, ingevoerd door de Fransen. N o g enk ele wetens waar digheden ov er naamgev ing. Het "...zoon..." effec t b ij familienamen: D e meestvoorkomende naamtoevoeging i s s teeds gebleven "zoon". Janszoon is geworden Janssen; Peeters k omt v an Petruszoon. Hetzelfde gebeurde in bijna alle vreemde talen: Hebreeuws: Ben Goerion ; Ben David; Ben = zoon. Iers: O'Hara; O'Brien; O'Grady; 0 ' staat voor zoon (Keltisch)) Schots: Mac Arthur; Mac Gregor; Mac staat voor zoon. Scandinavisch: Johanson; Fredericson; son staat voor zoon.
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - nr 3
103
g e b r u ik van tus s enletter s : In Nederland heeft men wel eens de gewoonte , wanneer men meerdere voornamen heeft, deze te vervangen door hoofdletters. Voorbeeld : A.C.J. van Kaam. Soms schrijft men de gebruikelijke voornaam voluit en de volgende met hoofdletters; Voorbeeld: Annie M.G. Schmidt. In Amerika echter staat de middenletter veelal voor de familienaam van de moeder: Voorbeeld: John F. Kennedy; F = Fitzpatrick (naam v an de moeder) Franklin D. Roosevelt; D = Delano (naam van de moeder) T op- 10 der familienamen in Vlaander en en N eder land ( 1987) Nederland 1 - De Jong 2 - De Vries 3 - Jansen Van de Berg 5 - Bakker 6 - Van Dijk Visser 8 - Janssen 9 - Smit 10 - Meier of Meyer
Vlaanderen 1 - Peeters 2 - Janssens 3 - Maes 4 - Jacobs 5 - Mertens 6 - Willems 7 - Claes 8 - Goossens 9 - Wouters 10 - De Smet
In Vlaanderen zijn 9 op 10 patroniemen; (namen van mannelijke patroonheiligen) Merk de meer moderne spelling van de Nederlandse namen. Oorzaak: Tussen 1790 e n 1800 bestonden er in Vlaanderen geen vaste spellingsregels. I n Nederland was sinds 1804 de "Spelling Siegenbeek" algemeen aanvaard en dus waren er wel vaste spellingsregels, ook voor de familienamen. A.M. Jennes. Bron: Woordenboek van de familienamen in Romaans BelgiĂŤ. Uitgave: Gemeentekrediet.
- GEZ OCHT - GEZ OCHT - GEZ OCHT - GEZ OCHT Naar aanleiding van een project waar het bestuur van"Hoghescote" naarstig aan werkt; zijn wij op zoek naar de kiezerslijsten van Kapellen van v66r de 2e wereidoorlog! Gezien onze gemeente niet meer beschikt over deze lijsten, doen wij hiermede een oproep naar onze geachte lezers en lezeressen. Misschien kan iemand van u ons de goede tip bezorgen! Voor eventuele reacties kan u terecht bij Roger Balbaert, - tel 664.57.22.
104
't Bruggeske jg 30 - september 1998 n r 3
BERICHT!!! ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1998 plannen wij een T O CHT DOORHE E N DE L I ZE RV L A K TE
met - in de voormiddag een bezoek aan het eerste interactieve museum in BelgiĂŤ:
"ONTDET_CDEGROlLMETANDEIE
N _ E "
te Ieper en dit onder de leiding van een ervaren gids. Na het middagmaal rijden wij door de LIZ ER VILAKT E en bezoeken er enkele dorpen en plaatsen die als gevolg van de eerste wereldoorlog bekendheid hebben verworven. De prijs hangt af van het aantal deelnemers doch wij ramen deze op +/- 1.000,- Bef. per persoon. Inschrijven is nu reeds mogelijk bij de bestuursleden van HOGHESCOTE.
Verz ameling van dok urnentatie v oor het arc hief van de heemk ring Hoghescoteill Alle dok umenta tie ov er Kapellen is welk om! Wij denk en aan foto's, doods pr entjes , doods br iev en, pos tk aar ten, k r antenk nips els ,oude menuk aar ten, geboor tek aar tjes , oude tr ouwboek jes , oude notar is ak ten, huwelijk s aank ondigingen, oude r ek eningen v an Kapels e fi r ma's enz, enz... g e e f ons een s eintje en we k omen even langs. 6 Dank ziji uw medewer k ing en s teun k unnen wij ons ar cj hief over Kapellen v er der uitbr eiden. v o o r b a a t h a 't Bruggeske jg 30 - septem ber 1998 - ar 3. r 1 0 t e l i j
5
Hoghescote reist naar FRANS- VLAANDEREN. Zaterdag 2 9 augustus was hét dan zover: een bomvolle autobus me t 5 4 leden van Hoghescote vertrok op reis. Naar F R A N S diegenen die niet mee konden als gevolg van de grote belangstelling voor deze reis). De verliep vlot ook dankzij de goede stemming in de bus. V Lheenreis A A N Dtot E HEUVELLAND R EN Roger "Daarenboven o v e bezorgde r d Balbaert e de deelnemers een volledig uitgewerkt programma zodat niets aan het toeval werd overgelaten. s c h r e v e " . ( S p i j t i g De eerste stopplaats was WESTOUTER waar 24 moedigen onder ons de zetellift namen v o o r om van een enig mooi panorama tussen de Rode en Zwarte Berg te kunnen genieten. Een tas koffie en een korte wandeling in de mooie omgeving -"om de benen te strekken"werden door iedereen met dank aanvaard. Dan verder met d e bus door het soms heuvelend, so ms vlakke Vlaanderenland. H e t volgende doel was CASSEL, een mooi stadje dat ons een prachtig panoramisch uitzicht bezorgde op de vlakte van Frans Vlaanderen. Iets l a te r bereikten w i j d e uiteindelijke bestemming v a n o n z e re i s: BER GU ES. (Sint-Winoksbergen) Een aangenaam stadje met een belfort, een stadhuis en vooral de vestingen rond de stad. Maar eerst moest de inwendige mens versterkt warden in het restaurant "Aux vieux Remparts". De "Assiette des flandres", de "Pomme au four" met "les petis Pois", e e n "tarte tiède glacée - chocolat chaud" e n "l e café" d i t alles i n een aangenaam kader opgediend, vielen bij iedereen in de smaak. Mooi op tijd kwamen wij aan het belfort waar enerzijds een Nederlands-sprekende gids en anderzijds een treintje ons opwachtten. De meest moedigen onder ons namen het treintje. Met z'n 28 werden wij in kleine aangename open wagentjes door de stad gevoerd. Via de luidsprekers -op vakkundige wijze in d e wagentjes verborgen- werd ons o p duidelijke wijze uitgelegd langs welke spraakmakende straten o f gebouwen wij reden. Dezelfde luidsprekers zorgden ook voor een zacht klinkend muziekje dat de inzittenden in een aangename sfeer begeleidde. Dankzij de goed onderhouden wegen en de zachte banden hadden wij de indruk op een luchtkussen te rijden. De ruime zitplaatsen verhoogden nog dit rijgenot. Wat i k persoonlijk niet verstand was dat de reizigers min o f meer geradbraakt op het einde van de rit uit de wagentjes stapten. Zou ik dan toch in een ander treintje gezeten hebben? De gids begeleidde op een deskundige manier de groep door het stadje. Alleen op een "ambetante" vraag van voorzitter Roger (Hoe oud is deze kerk?) bleef hij het antwoord schuldig. (Mijn hoofd eraf dat voorzitter Roger het antwoord van deze vraag reeds van tevoren kende, en nogmaals mijn hoofd eraf dat hij WIST dat de gids het antwoord niet kende!!) 106
1
Bruggeske jg 30 - september 1998 n r 3.
Toch even een kleine -persoonlijke- bemerking formuleren. Samen met Roger heb ik de "scouting" voor deze reis meegemaakt. (Jack kon zich onmogelijk vrijmaken). Persoonlijk was ik nog nooit in Frans-Vlaanderen geweest. ik had echter wel het idee dat de meeste van deze mensen nog een woordje nederlands of "vlaams" zouden spreken. Wij zijn in drie "Diensten voor Toerisme" van drie verschillende steden geweest. Telkens vroegen wij o f zij ons in de Nederlandse taal konden tewoord staan. Telkens viel hun mond open van verbazing over onze (in hun ogen) domme vraag. Niemand van hen verstond noch sprak vlaams. Daarenboven vroegen wij telkens of een Nederlands-talige gids beschikbaar was. En ook op d e ze vraag w a s steeds e e n verbazend "Neen" h e t antwoord. To e n w i j o n ze verwondering daarover uitten antwoordde een verantwoordelijke van een toeris- tische dienst h e t volgende: "Wij gaan veel meer naar jullie dan jullie naar ons komen! Waarom zouden wij dan nederlands leren spreken." ik geef eerlijk toe dat wij daarop geen passend antwoord konden geven. Dit terzijde. Nu het vervolg van het reisverslag. Onze volgende stad was VEURNE. (FURNES in d e Franse taal). Terug in ons eigen Viaanderenland. Wij werden o p d e Gro te Ma rkt i n Veurne opgewacht d o o r e e n prachtige fanfare voorafgegaan door een korps mooi uitgedoste majorettes. EĂŠn van ons kon zich niet meer bedwingen en toen de meisjes - majorettes voorbij defileerden begon hij hartstochtelijk in de handen te klappen. En dan nog wel hij helemaal alleen! Hoe durft iemand die lid is van een hoogwaardige vereniging zoals Hoghescote zoiets doen? En fin , zand erover! Elk dorp moet nu eenmaal zijn clown hebben! Bij het etablissement van Geert en Marteen VERDONCK op de Grote Markt nummer 11, wachtte ons een uiterst verzorgd avondmaal. Zowel h e t "Boerebrood Verdonck" a l s andere keuzes vielen bij iedereen in de smaak. Dan de bus in om precies op tijd 21 u. 30 in ons eigen Kapellen aan te komen. Een allerlaatste opmerking. D e ZON was nooit ver weg. Maar dat ligt aan d e goeie connecties van Hoghescote met de weermannen. Goede reis, uitstekend voorbereid d o o r voorzitter Roger BALBAERT e n zijn medewerkers. Op deze "elan" verder gaan is de boodschap. Jef Herman
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - ar 3.
107
INDRUKKEN 6ecftchten van Frédéric ate Clippelé Fotografie van Roger Coenen. Van 6 tot en met 16 november 1998 stellen in het Cultureel Centrum De Oude Pastorij te Kapellen twee leden van Hoghescote hun recente werk tentoon. Frederic e n Roger kennen elkaar al geruime tijd, want ze zijn beiden natuurgids en aktief in natuur- en milieueducatie. Voor enkele maanden kwamen ze tot de vaststelling dat ze beiden ook creatief bezig waren, zij het op totaal andere vlakken. Frederic schrijft gedichten, waarvan hij eerder bij toeval ontdekte dat anderen ze ook wisten te waarderen omwille van hun eenvoud, kracht of verwondering. Roger werkt met een ongewone, historische fotografische techniek, gomdruk, die een bijzondere picturale uitdrukkingskracht bezit. Het klikte meteen, e n dat was niet zo verwonderlijk. Taal (zeker poëzie) en fotografie (vooral interpretatietechnieken) hebben immers met elkaar gemeen dat ze beide de werkelijkheid benaderen o p een abstracte wijze. Z e verwijzen weliswaar naar concrete begrippen, indrukken en emoties, maar verwerken die tot een imaginaire wereld. Daarin vervaagt de realiteit die aan de basis ervan ligt. Dat nodigt de toeschouwer uit om zijn creatieve verbeelding aan het werk te zetten, en zwervend door het kunstwerk een eigen, persoonlijke wereld te scheppen.
De fotografische techniek die gebruikt wordt vraagt enige nadere uitleg. Go md ru k behoort wel degelijk to t d e fotografie, alhoewel o p h e t eerste zicht niet z o duidelijk herkenbaar. Het procédé is reeds bekend van 1855 en was rond 1900 bijzonder geliefd bij fotografen die méér artistieke expressie nastreefden. De techniek liet dan ook volkomen vrijheid toe wat betreft papierkeuze, kleur en benvloeding van het beeld. Daarom wordt het ook een edelprocédé genoemd. Scheikundig valt het onder de noemer chromaatfotogratie. Zoek het niet kant en klaar in de handel: heel de zaak valt zelf samen te stellen en vraagt enige kennis van fotografische scheikunde. De resultaten zijn ook zelden helemaal gelijk, en daardoor is elk beeld uniek. Geinteresseerden in de werkwijze kunnen zich steeds tot Roger Coenen wenden.
Frédéric de Clippele (1975), Vijfdedreef 5, Kapellen, tel. 03.6664857. Student verpleegkunde. Lid van CIAN (Cercle International des Artistes Nomades). Publiceerde de dichtbundels "kersenrood" en "zwaluw", en het avonturenverhaal "in groene ogen weerkaatsend" uit West-Ierland. Een eerste Engelse dichtbundel "raspberries" is in voorbereiding. 108
't Bruggeske jg 30 - september 1998 - ar 3.
Roger Coenen (1945), Scheidreef 2A, Kapellen, tel. 03.6663170. Licentiaat letteren en wijsbegeerte, geschiedenis. Jarenlang aktief als ambtenaar en docent in verband met de technische en creatieve geschiedenis van de fotografie. Vandaag op rust gesteld en ondermeer met hetzelfde onderwerp bezig. verloren versnipper alle letters alle gedichten die ik voor je heb geschreven versnipper ze tot de wind ze wegblaast naar de waterkant een sneeuwtapijt op it water van witte en blauwe stippen langzaam vloeit alles weg alles Frederic. Uit: zwaluw, 1998.
Berry I, Gomdruk. Roger Coenen, 1998. (Het werk is als Kunstwerk van de maand gedurende de maand september te kijk in het Administratief Centrum).
Bruggeske Jg 30 - september 1998 - nr 3,
109
Puzzel 11 De puzzel ni 10 verschenen in 't Bruggeske was ec ht iets v oor de vacantie: niet te moeilijk, sportief gericht naar de Ronde van Frankrijk en zeer verfrissend want het goede antwoord was: De man was Belg, hij was wielrenner e n drinkt cola. Wij ontvingen 7 juiste en 1 foutief ingevuld antwoord e n d e onschuldige k inderhand g a f als winnaar: J ac queline V a n Regemor ter , Kapelsestraat n r 41. Hartelijk proficiat. D e winnares z al eerstdaags haar verdiende beloning ontvangen.
A
B
1
3
C
E
F
G
H
K
September, heropening v an de scholen. Onze kinderen en/of kleinkinderen gaan leren rekenen en ook willen een kleine inspanning doen om het hiernavolgend cijfer-letter- raadsel op te lossen. De letters A tot en met K vertegenwoordigen de cijfers 0 tot en met 9 (maar niet in die volgorde). Elk cijfer komt voor en om te starten hebben wij al twee waarden gegeven. Kunt u nu: 1. aan de hand van de horizontale en verticale totalen, ontdekken welke cijfers door de andere letters worden voorgesteld. 2. opgeven welke de ontbrekende letter is op de plaats van het vraagteken. Puzzel n i 11 is binnen te brengen bij Roger Balbaert, Parkweg, 2, 2950 Kapellen en dit v Ă´Ă´r 1 november 1998. De winnaar of winnares ontvangt zoals gewoonlijk een prijs als beloning voor de geleverde inspanningen. Uw naam â&#x20AC;˘ Uw adres' 110
't Bruggeske jg 30 sepem ber 1998 - nr 3
BIJLAGE: nagekomen b richten.
KAPELLE...BLOESEM VAN ZEELAND;
Binnen het kader van een culturele uitwisseling tussen Kapelle Zeeland en onze gemeente werd Hoghescote uitgenodigd om een kunsftentoonstelling te verzorgen in het gemeentehuis en in het fruitteeltmusem van voomoemde prachtige Nederlandse gemeente. Wij hebben het genoegen om U kennis te laten maken met:: 1. De kunstwerken van onze Hoghescote-leden: Roger Coenen Lydia Sandee Nini Van Doom-Vaerien Els Van Doorselaer Rita Van Herck Jack Vanummissen
gom-dichromaatfotografie, pastel - olieverf - aquarel, olieverf op paneel en op doek, aquarel, aquarel, lino-ets, olieverf- pentekening - pastel - aquarel.
De kunstwerken kunt U bewonderen: * in het gemeentehuis van Kapelle tijdens de periode van 8 september 1998 tot 2 oktober 1998, tijdens de werkdagen van 8u15 tot 12u en van 13u tot 16u. * in het fruitteeltmuseum op 23-24 en 25 september tussen 13u en 17u en op zaterdag 26 september tussen 10u en 17u.
2. de uitgebreide ontspanningsmogelijkheden van Kapelle: * het recreatiepark Stormezandepolder met jachthaven, * uitgebreide wandel- en fietsroutes, * een uniek cultureel centrum De Vroone gekend voor de vele theatervoorstellingen, tentoonstellingen, concerten en commerciele evenementen. * het fruitteeltmuseum geeft U een zeer goed beeld van de deze voorname bron van inkomen voor de inwoners van Kapelle en omgeving . En vergeet het niet Kapelle ligt slechts op 48 km van onze gemeente, Goes, Middelburg en Vlissingen zijn buurgemeenten.
Beslist een aanrader voor een uitstapje tijdens de nazomer 1998.
KAMP V A N B R A S S C H A A T .
EEN U N I E K E KAN S HU
EEN BEZ O EK AAN HET GROOTS IE MILIT AIR E K A M P VAN BELG IE!
HET A R T I L L E R I E - M U S E U M .
ZATERDAG 17 OCTOBER 1998 O M 1 3 UUR
Bijeenkomst K E R K Kapellen om 1.2 u. 30.
Duurtijd van de rondleiding: + / - 3 uur.
Inschrijven voor :13 october 1998 bij: Roger BALBAERT - Tel. 664.57.22 lnkom: 60 Bef.
Het museum bevindt zich deels in de openlucht, deels overdekt.
MI S DEZE U N I EKE KANS NIET 11!!
Het aantal bezoekers is bepella tot 2 5 personen. Vlugge insehrijvers hebben de meeste kans om mee te gaan,
t i N O VEMBER 1918 - 11 N O VEMBER 199'6 JAAR N A D E W A P E N S T.1 ' , S T A N D .
3 O C T O B I N 199N - B E Z O E K AAN I F i E R ' E N AAN LIZERVLAI( 'I'K,
VO O RIHDRIG ; bezoek aan het nieuwe W O . 1 - museum: " I N F L AN D R ES F I EL D S" . DE G EWO NE MENS ST AAT C EN T R AAL - peen traditioneel oorlogsmuseum, accent op ervaringen van mensen - itieus Op soldaten. verpleegsters, vluchtelingen... EEN V'Eff:LAMELING VAN VER H ALEN objecten getuigen van het verleden -elk v o o rw e r de p bezoeker overgebracht me de modernste technieken voor -v gee d e e lt e n die telkens een facet bellenieo. r t o.m.de loopgraven, de nieuwe wapensimemen e : d e m e d i s c h e HET EERSTE lt v INeT ER r zACoT IEVE r g i MU n SEU g . M. . e e - geavanceerd e technieken: computers, videobeelden, geluidseffeeten -nauthentiek film- en fotomateriaal 6 -- uitzonderlijk voor onze groep: begeleiding van onze gids. t MIDDAG : L ut e l i in Restaurant O L D T O M Grote Markt. e n v e r n a d t
hot el** - restaurant taverne grote markt 8 8900 ieper tel. (057) 20 15 41
fax (057) 21 91 20 E- m ai l :
Co r n e t R o b e r t @ P l a n e t i n t e r n e t . b e
NAMIDDAG: Op bezoek met de autocar en begeleid door onze Gids HILL 62 : gelegen aan Maple Avenue (Canadalaan). Deze laan vormde in'.1916 de Canadese tiontlinie. Om de heuveltop werd in juni 1916 verbeten gevochten. Nu genieten wij er van een prachtig panorama. TYNE COT CEN1ETRY : de grootste Britse militaire begraafplaats van het vasteland. De begraafnlaats hgt bij PAS,-;;TASDA1 -tijdens de derde slag bij leper op 31 juli 1917. ,E, b e t v e r s t e de rand p u HOUTHULST: n t d Aan a t a n het bos staan 1.855 grafstenen van Belgische d o o r soldaten waarvan denderde met de vermelding " o n b e k e n d d e -Bi n c or n n u e H lw sikp tb d n vo rg oorlotgsmunittiewordt i a e v en r n i e t i g d : DIKSMUIDE : met een w e r d bezoek aan de dodengang: v e r o v e STEENSTRAETE: met een bezoek aan het monument van de r d Gebr. VAN RAElvIDONCK. Aan de brug over net kanaal hernmeren verscheidene gedenktekens aan.de eerste gasaanval op 22 april 1915. ESSEX FARM: Hier kregen de gewonden de eerste verzorging. Op 3 mei.1.91.5 schreef' de Canadese arts John Mc. Crac hier het beroemde gedicht i n filandres Fields".
SOOยง ยง 0 0 ; ยง!ii; ยงSยงS Omstreeks 17 uur zijn wij terug in leper vanwaar wij met de bus huiswaarts keren. ' t h Enkele praktische atSpraken: u - Inscluijven voor 30 september bij ROGER BALBAER1"Tel. 664.57.22. - Deeinamekosten: LOnti Bef, H i e r zijn inbegrepen: i hlkoin ivIuscum s Diner k Gids o Autobusvervoel. m \โ ขTertrek autolins 7 te 30 aan de Kerk s Skeins 50 personen zijn toegelaten. t Daarom is vlug inschrijven de boodschap. v o o r z i e n r o n d 1 9 u
COPY SERVICE CENTER Dorpsstraat 46 - 2950 Kapellen Tel: (03) 605.42.67 * Al u w copijen aan een snelheid van meer dan 5000 copijen per uur * Copijkaarten verkrijgbaar vanaf 1000 copijen * Sorteren, bundelen en meten automatisch * Kwaliteit is onze grootste troef * Verkoop en bijmaken van stempels * Verkoop van faxen, rekenmachines, draadloze telefoons * Verkoop van bureelbenodigdheden - Linten voor schrijfmachines - Rookwaren - Frisdranken - Snoep
Open : alle dagen van 8 tot 12.30 & 13.30 tot 18 u. Zaterdag van 9 u. tot 18 u.
- A LGE ME NE A A NNE MI NGE N - RUWB OUWWE RK E N SCHRIJ NWERKERIJ - M E UB E LM A K E RI J K E UK E NI NRI CHTI NGE N -
ST ARRENHO PLAAN 5 - 2950 KAPEL L EN T e l : (03) 660.14.20
Wat cultuur doet voor Vlaanderen, doet de Kredietbank voor cultuur.
Grote kunstenaars hebben door de eeuwen heen aan Vlaanderen internationale bekendheid gegeven. Op haar beurt wil de Kredietbank meehelpen om onze kunstenaars de bekendheid te geven die ze verdienen. Daaromsteunen wij de cultuur in de ruimste zin van het woord. Dat kan gaan van het sponsoren van kleinschalige projecten tot het optreden als volwaardige partner bij belangrijke initiatieven. Zo steunt de Kredietbank onder meer het Kaaitheater, het Festival van Vlaanderen, de Vlaamse Opera en Radio 3. Onze cultuur heeft die steun nodig.
P A RTNE RS I N C U L T U U R