Traiteur Luc Van Walle
Verzorging van al uw feesten: Huwelijken, Communiefeesten, Recepties, Koffietafels, Diners, Jubilea, Avondfeesten, Banketten, Zakendiners, Personeelsfeesten, e.d. In feestzaal “De Jachthoorn” , bij u thuis of in een zaal naar keuze.
Specialiteit
Warm en koud buffet, Breugheltafel en Barbecue. All-in formule – onbeperkt in aantal personen.
Privé parking + tuin met speelhoek voor kinderen. Voor verdere inlichtingen en advies staan wij steeds voor u klaar. Feestzaal de Jachthoorn – Traiteur Luc Van Walle. Antwerpsesteenweg 153 - 2950 Kapellen. Tel. 03-665 20 38 * GSM. 0496 60 50 65 * FAX. 03-605 53 25 E-mail: info@jachthoorn.be * WWW.jachthoorn.be
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
‘t Bruggeske Driemaandelijks tijdschrift van Heemkring Hoghescote vzw. Zetel: Essenhoutstraat 59 - 2950 Kapellen. 44ste jaargang – nummer 4 -
december 2012
In dit nummer: - Beste vrienden van Hoghescote – lidgeld 2013 - Een stamboom opstellen - Ontdek de geheimen van het Mastenbos op zaterdag 12.01.13 - Enkele sfeerbeelden van onze reis naar Luik - De Smoldersklok - gedicht - Beeldschoon Kapellen - Aanhechting Hoogboom en Zilverenhoek bij Kapellen - Schenkingen - Onbekende foto - Ondergedoken tijdens de oorlog - De hond van de Brouwershoef - Villa Palmaro - De familie Lievens
2 3 4 5 6 7 11 22 23 26 29 30
Elke auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van zijn ingezonden artikel.
Verantwoordelijke uitgever: André De Vleeschouwer Berkenlaan 11 - 2950 Kapellen. Tel: 03.605.79.89. Redactie en Lay-out: Roger Van den Bleeken p/a Essenhoutstraat 59 – 2950 Kapellen. Tel: 03.664.63.22. Webstek www.heemkring-hoghescote.be Kaftontwerp: T. Hanssens. Copyright "Heemkring Hoghescote vzw" Kapellen. Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd, gereproduceerd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie of op een andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur en de uitgever. Ledenblad ’t Bruggeske verschijnt viermaal per jaar en wordt aan elk lid van Heemkring Hoghescote toegezonden. Het lidmaatschap bedraagt per jaar: 12 euro als gewoon lid en 25 euro als erelid. Dit bedrag kan worden overgemaakt op rekening: BE18 4137 2050 7165 BIC-code KREDBEBB op naam van: Heemkring Hoghescote vzw. Essenhoutstraat 59, 2950 Kapellen, met de vermelding "Lidgeld". Losse nummers van ’t Bruggeske, voor zover nog in voorraad, zijn te verkrijgen op het redactieadres tegen 3 euro per exemplaar.
1
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Beste vrienden van Hoghescote U hebt nu de 4de en laatste uitgave voor 2012 van " 't Bruggeske" in handen. Dus tijd om uw lidmaatschap voor 2013 te hernieuwen. Sinds 10 maart 2012 heeft Heemkring Hoghescote vzw een definitieve stek gevonden in de gerestaureerde Hoeve Van Paesschen. De installatie en uitbreiding van het archievenaanbod heeft echter een flinke hap uit ons budget genomen. Bovendien willen we ons nog meer inzetten voor het inwinnen en het behoud van gegevens die handelen over onze gemeente. Daarom zijn we zo vrij geweest het lidgeld licht te verhogen (trouwens sinds 2002 is het lidgeld steeds onveranderd gebleven): 12 euro als gewoon lid en 25 euro als erelid. Hiermee kunnen we u en de andere leden (460 ondertussen) een degelijke service aanbieden: viermaal per jaar een ledenblad met interessante artikelen over onze gemeente en haar inwoners, deelname tegen kostprijs aan onze activiteiten, de mogelijkheid om in een aangename omgeving opzoekingen te verrichten, de behulpzaamheid en de inzet van een gemotiveerde bestuursploeg om de archieven verder uit te breiden en beschikbaar te houden. Omdat onze openarchiefdagen steeds meer bezocht worden, hebben wij trouwens besloten deze nog uit te breiden, zie dagen en openingsuren in ’t Bruggeske. 1. U kan uw lidgeld overschrijven op rekening van Heemkring Hoghescote vzw bij KBC BE18 4137 2050 7165 (met de vermelding lidgeld 2013) waarvoor in bijlage een overschrijvingsformulier. 2. U kan tot 31 december 2012 uw huidige jacobuscheques in een omslag steken en deponeren in onze brievenbus van het studie- en documentatiecentrum: Essenhoutstraat 59 te 2950 Kapellen. 3. U kan na ontvangst van de nieuwe jacobuscheques deze op dezelfde manier aan ons bezorgen via onze brievenbus. 4. U kan het geld in een omslag steken en deze deponeren in onze brievenbus. Vergeet dan niet om uw naam en adres duidelijk te vermelden. Graag willen wij u nogmaals danken voor uw bijdrage en inzet voor Hoghescote en wij zijn er trouwens ten stelligste van overtuigd dat u dit in de toekomst zult blijven doen. Wij danken u bij voorbaat voor uw medewerking en willen tevens de eersten zijn om u en uw familie de beste wensen over te maken voor een voorspoedig, gezond en gelukkig nieuw jaar 2013. Voor het bestuur van Hoghescote Etienne Vermeulen - secretaris 2
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Een stamboom opstellen Het heeft de mensen steeds geïntrigeerd wie hun voorouders of andere familieleden waren. De veel bekeken televisieprogramma's als "All you need is love", "Vermist" of "Spoorloos" zijn daar een duidelijk voorbeeld van. De laatste tijd merken we eveneens een steeds grotere belangstelling voor de genealogie. Trouwens bij elke nieuwe geboorte is het opmaken van een stamboom tot een ware hype uitgegroeid. Bovendien is die zoektocht naar je eigen roots fascinerend en leerrijk. De Gezinsbond en Heemkring Hoghescote hebben daarom gezamenlijk het initiatief genomen om de belangstellenden bij die opmaak te helpen. Tijdens een inleidende avond worden vragen als: Hoe begin ik er aan? Wat houden we best bij? Hoe verzamelen we? Waar ga je best op zoek? behandeld. Een spreker van V.V.F. (Vlaams Verbond voor Familiekunde) gaat ons op weg helpen bij het nemen van die eerste stappen. Eventueel kunnen later bijkomende lessen geprogrammeerd worden. Belangstellenden worden verwacht op maandag, 28 januari 2013 om 19.30 u. in het erfgoedcentrum Hoeve Van Paesschen, Essenhoutstraat 59 te 2950 Kapellen. Deelname in de onkosten bedraagt 2 Euro (een koffie of thee is inbegrepen). Te storten op rek. nr. BE18 4137 2050 7165 van Heemkring Hoghescote, Essenhoutstraat 59 te 2950 Kapellen met vermelding “stamboom”. Maximum 25 deelnemers. Inschrijven is verplicht en kan bij: Bert Gysel, Koerspleindreef 48 te 2950 Kapellen tel: 03-605 71 38 of e-mail: bert.gysel@telenet.be Etienne Vermeulen, Palmstraat 87 te 2950 Kapellen tel: 03 664 69 06 of e-mail: eti.verm@scarlet.be
3
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Ontdek de geheimen van het Mastenbos op zaterdag 12 januari 2013 Op deze winterse namiddag maken wij een wandeling in het Mastenbos gelegen aan de Oude Galgenstraat te Kapellen voor een bezoek aan de Duitse bunkerlinie uit 1917. Nog onlangs werd deze linie uitgebreid besproken tijdens twee door de provincie georganiseerde infomomenten te Kapellen en te Stabroek. Ook ATV bracht hierover verslag uit. Een artikel in ’t Bruggeske van september gaf u reeds een beschrijving van het in Kapellen gelegen deel. U kan ze nu zelf bekijken tijdens deze winterwandeling in het prachtige Mastenbos, waar over een korte afstand bijna vijftig Duitse schuilplaatsen werden gebouwd, ingebed in een nog duidelijk zichtbaar loopgravenstelsel. Verder loopt de tocht langs een mooi stuk Antitankgracht, met een enorme en volledig intacte sluisbunker. Ook het pantserfort Ertbrand bevindt zich op de achtergrond, verborgen achter zijn vestinggracht. Over al deze constructies uit een dreigend verleden, hun aanleg en doel, krijgt u verhalen en anekdotes van de gids. De impact die dit had op de bewoners en de streek wordt hierbij niet vergeten. Soms werd heftig strijd geleverd in deze buurt. De mogelijke confrontaties werden jarenlang en met inzet van enorme middelen voorbereid rondom heel Antwerpen. Bij ons in het noorden van de stad liggen de sporen nog zichtbaar in de bossen. Uw gids Jan Ingelbrecht
!
!
! !
! !
Tot zover de uitleg van onze gids, nu praktisch: Wij komen samen op zaterdag 12 januari 2013, aan de ingang van het Mastenbos halverwege de Oude Galgenstraat te Kapellen om 13.30 uur. (voor de eerste bocht aan de rechterkant) Na de wandeling gaan we naar taverne De Bosduif om nog wat na te praten en ons op te warmen; ieder betaalt zijn consumpties; uiteraard is men niet verplicht om mee te gaan. Kostprijs 3 ! per persoon verzekering inbegrepen. Inschrijven enkel bij volgende personen: Chris Alen tel. 03-664.05.01 of e-mail chris.alen@skynet.be of François Groenewege tel. 03-665.00.87 of e-mail fgroenewege@gmail.com. Inschrijven tot 9 januari, opgepast er kunnen maar 25 personen mee. Na inschrijving betaling op rek. BE18 4137 2050 7165 BIC-code KREDBEBB van Heemkring Hoghescote vzw, Essenhoutstraat 59, 2950 Kapellen, met duidelijke vermelding van het aantal personen en “mastenbos”. Chris Alen en François Groenewege 4
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Jaarlijkse brunch. Ook het volgende jaar zitten we weer gezellig bij elkaar met onze leden. Noteer alvast de datum van onze brunch: 20 april 2013, en dus niet in de maand maart zoals gebruikelijk. Uitvoerige informatie in het volgende Bruggeske.
Enkele sfeerbeelden van onze reis naar Luik.
Op algemene aanvraag publiceren wij hierbij het recept van Luikse bouletten op eenvoudige wijze.
Voorbereiding: 10 min. - Bereiding: 25 min. Ingrediënten voor 4 personen: 4 uien - 800 gr. Varkens- en rundergehakt - 1 blokje vleesbouillon - 2 e.l. Luikse siroop - boter - zout en peper. 1. Pel de uien, snij ze in vieren en vervolgens in reepjes. Rol 8 ballen van het gehakt. 2. Stoof de uien in de boter in een kookpot. Haal de uien uit de pot en bak de gehaktballen in dezelfde pan, 5 min. aan elke kant. Voeg de uien weer toe, samen met 200 ml water, het bouillonblokje en de Luikse siroop. 3. Laat afgedekt nog 20 min. sudderen. Kruid met zout en peper. Smakelijk eten. Chris Alen en François Groenewege.
5
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
DE "SMOLDERSKLOK" Proloog En daar verrees, uit hoogten schoot, een wijzerspel, een levensgroot, uit een verstand, een hart, bemand, in polderkempenzonnerood
(foto Herman De Meulenaere)
ooooooooo Als in kapel lijkt zij te staan, in lichtinvallenglanstezaam, onder gebint dat zich ontspint mooi is het om er rond te gaan Als wierook gaan gedachten op: wat gaat er om tot nok , tot top? dat houten huis een warme thuis voor al die raad'ren, klop, klop, klop Droom gevat tussen vier wanden. Opus, werk van brein en handen dat stralen zou in eigen gouw en verder.... andere landen En nog een heel speels onderdeel (als finishing touch aan het geheel?) tot/met treintje (haast een geintje) dat rondtuft: de provinciënrail Schijnt zij niet groots, zij is het wel, erkend door mensen, echt van tel; hij schiep een stuk van aards geluk op mensenmaat, voor ons bestel Als een heelal dat samenbalt (uit welk een iets ooit weggeknald?) zich in ons zet, ons grijpt, ons wet, met onze adem samenvalt
Het was of hij aan alles dacht, ook wat de aarde mensen bracht van "oogst” tot "hooi", van "slacht" tot "dooi", dus niet maar enkel "dag” en “nacht" Niet zomaar enkel "zon" en "maan" doch gans'lijk met de mens begaan tot wijn en rust, veel soorten lust, de cyclus leven, heel de baan En in de spiegel (ook voor ons!) bij 't onvermijdelijk gegons die kosmos klein - maar welk terrein! de geest van Smolders onder ons Als vijftien/zestienjaar'ge al doorploegde hij, zeg maar, 't heelal; en hij volhardt - een man apart! tienduizend uren werken zal! In de rij dan nu voor immer naast een Heyrman, Festraets, Zimmer.... gedenk hem maar een tijd van 't jaar sta op, geesten, wakker, slimmer! Aldus wegdromen kunt gij hier van tijd en wereld en bestier met al de rest van ons gewest en kennis, leerstof - met plezier! voor Hoghescote Louis Van Tricht 10 februari 2012
6
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Beeldschoon Kapellen !"#$%&#'%"()'%"**"(+",-".$"*(/00,(1""-2,%*3(4031"&50'" Kapellen, de groene long aan de rand van Antwerpen, heeft steeds een grote aantrekkingskracht uitgeoefend op de adellijke families, de rijkere industriëlen en de gegoede klasse uit de grootstad. Tijdens de 17de, de 18de en vooral de 19de eeuw werden imposante kastelen opgericht in uitgestrekte domeinen. De meeste van deze kastelen, omgeven door prachtig groen, zijn nog steeds te bewonderen; bovendien is het heerlijk vertoeven in de bossen en uitgestrekte natuurgebieden, die Kapellen rijk is.
Fietsen en dan genieten van die verademing.
prachtige natuur is een zalige
Dat heeft Hoghescote aangespoord om een fietsroute uit te stippelen die jou, fietser, voert langs bomen, bloemen, kastelen, mooie gebouwen en vooral langs kunstobjecten. Immers veel straten, pleinen en meer intieme plekken van Kapellen zijn getooid met kunstvoorwerpen die geïnspireerd zijn op de natuur of de tradities, op gebeurtenissen of illustere personen uit de streek. De kunstenaars gaven hun inspiratie vorm in steen, brons of hout en schiepen een eerder intimistisch object of een veeleer monumentaal kunstwerk.
67.*&'(%&(""*(&.8$%-#'%"(/#*(0*9"($"/"*&5.$'..,("*( /",:%"*'(:##,0-((#$(0*9"(##*:#51'("*(,"&;"5'<6(((( )<+<
7
â&#x20AC;&#x2122;t Bruggeske 44ste jaargang â&#x20AC;&#x201C; december 2012 â&#x20AC;&#x201C; nummer 4
Zo heeft Hoghescote een brochure (20 blz.) uitgewerkt waarmee je alle huidige kunstwerken van Kapellen uitvoerig kan bekijken terwijl je ook in die alles overheersende natuur ondergedompeld wordt. De grote tekstdruk van die brochure geeft de te volgen route weer en de verklaring van een gebouw of kunstwerk wordt in schuine druk aangeduid. De 30 km lange tocht voert je langs kunstwerken die je vroeger slechts herkende als "decoratiemateriaal" in het dorpsbeeld. Bij elke unieke sculptuur hou je even halt om aandachtig de informerende tekst in de brochure te lezen. Na afloop van deze beeldige fietstocht zul je allicht vaststellen dat de gemeente Kapellen je des te meer gecharmeerd heeft.
Het best vertrek je aan het erfgoedcentrum, de Hoeve Van Paesschen, aan het Marktplein van Kapellen gelegen. Op het plein is er voldoende (gratis) parkeergelegenheid voor wie met de auto komt. Omdat je in een lus rijdt, kan je even gemakkelijk op een ander punt van de route vertrekken, je hoeft alleen maar de lus rond te fietsen. Wil je de tocht inkorten, dan kun je, wanneer je aan het Dorpsplein gekomen bent, via de Essenhoutstraat of de Bevrijdingslei terug naar het Marktplein rijden; je hebt dan 19 km gefietst. Het tweede gedeelte bedraagt 11 km. De opgegeven afstanden zijn bij benadering te interpreteren. Kijk in alle geval goed uit: het verkeer kan dodend zijn en eerbiedig steeds het verkeersreglement. De brochure in kleurendruk is in A4-formaat uitgewerkt en is in een plastic map gevat. Er werd veel aandacht besteed aan de opbouw van de fietsroute: - een duidelijke overzichtskaart begeleidt je bij je tocht - de tekst van de brochure is in een eenvoudige taal opgesteld - telkens werd er een duidelijke foto van het kunstwerk bij geplaatst - er is voldoende uitleg bij elk beeld (kunstenaar, bedoeling, materiaal, aanleiding) - er worden duidelijke opdrachten meegegeven zoals: ga, fiets ... zodat je veilig door het verkeer geloodst wordt 8
â&#x20AC;&#x2122;t Bruggeske 44ste jaargang â&#x20AC;&#x201C; december 2012 â&#x20AC;&#x201C; nummer 4
- regelmatig wordt je aandacht op de natuur of het landschap gericht - er is op gelet dat de fietstocht voor iedereen (ook kinderen) geschikt is: je fietst in lusvorm; bovendien bestaat de mogelijkheid tot inkorten en om de tocht verder te zetten op een later tijdstip - het Erfgoedcentrum vormt de start- en aankomstplaats - onderweg is er ruimschoots gelegenheid tot rusten en het verbruik van een drankje.
Op een overzichtelijke kaart kun je duidelijk je weg volgen.
De fietsroute is duidelijk een product van Hoghescote: er wordt waar nodig verwezen naar historische achtergronden en bovendien stimuleert de route tot het ontdekken van verbanden zoals:
9
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
- in een mooie omgeving worden door rijke mensen kastelen gebouwd - rijke mensen doen aan mecenaat en zorgen zo voor de aanschaf van kunstwerken - door wijkwerking ontstaan kunstwerken - devotie geeft aanleiding tot de aanschaf van kunstwerken - er is een evolutie in kunstrichtingen vast te stellen - er zijn tegengestelden vast te stellen: rijk - gewoon; druk – kalm
voorbeeld: Frédéric Speth sponsorde verscheidene kunstenaars zoals: E. Wynants; waardoor er zoveel werken van deze laatste in Kapellen terug te vinden zijn.
6)"*(/",,#&&"*:"(0*':"22%*3&= '051'(;",(>%"'&(:00,(0*9"(-00%" ( 3"-""*'"<6 Deze brochure, die als leidraad bij je tocht dient, kun je bekomen in ons lokaal in de Hoeve Van Paesschen aan de prijs van 7 Euro.
10
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Aanhechting Hoogboom en Zilverenhoek bij Kapellen. (extract uit het studiewerk van R. Balbaert: “ Een woordje uitleg over het verleden van Kapellen”)
Roger Balbaert Dertig jaar geleden, op 1 januari 1983, werden de wijken Hoogboom en Zilverenhoek samengevoegd met het grondgebied van Kapellen. Voor- en tegenstanders waren het niet altijd eens. Een terugblik.
1° - Eerste actie voor aanhechting van Hoogboom bij Kapellen – 1924 Naar aanleiding van de verbreding van de toenmalige Yzerenweglaan (nu Koningin Astridlaan) werd op 30 augustus 1924 een actiecomité opgericht onder het voorzitterschap van notaris Deckers. Na diverse vergaderingen werd een schrijven verstuurd naar het schepencollege van Ekeren. Hun brief eindigde met de volgende woorden: “Wij zijn ten slotte van oordeel dat wij - verafgelegen gehuchtbewoners - sinds jaren geslachtofferd worden ten voordele van de kom-bewoners der gemeente, en wij wellicht zelf beter onze zaken zouden kunnen regelen door zelfstandigheid aan te vragen of ons bij Kapellen aan te sluiten waar we vlak naast liggen en waar ons station, ons post– en telegraafkantoor en onze winkels gelegen zijn” . Dit schrijven werd door het schepencollege van Ekeren natuurlijk onmiddellijk geklasseerd.
2° - Toestand tijdens WO II Tijdens de 2de wereldoorlog werd Groot-Antwerpen opgericht. Hoewel de zuiver administratieve voorbereiding voor de eenmaking van Groot-Antwerpen al klaar was op het einde van 1940, zou het besluit pas verschijnen in het Belgisch Staatsblad van 15 september 1941. De laatste uitvoeringsbesluiten verschenen in het Belgisch Staatsblad van 31 december 1941 en vanaf 1 januari 1942 ging hiermede het grootste deel van de gemeente Ekeren naar Groot-Antwerpen. Het gehucht Hoogboom werd bij Kapellen gevoegd. De grens van Groot-Antwerpen liep langs de Zwarte Beek, de Essenhoutsebeek, de spoorweg Antwerpen-Essen, de Hoogboomsebeek (waterloop nummer 7), de staatsbaan AntwerpenBergen op Zoom in de richting van Sint-Mariaburg. Na de bevrijding op het einde van de oorlog verviel Groot–Antwerpen en de gemeente Ekeren kreeg haar zelfstandigheid en haar vroeger grondgebied weer, zodat op 1 januari 1945 Hoogboom terug bij Ekeren kwam. 11
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
3° - Nieuwe acties om het grondgebied van Kapellen aan te passen (1948-1980). Vanaf het jaar 1948 werd er in de wijken Hoogboom en Zilverenhoek opnieuw actie gevoerd om bij Kapellen ingelijfd te worden. In dat jaar stuurde het Ministerie van Binnenlandse Zaken een brief, via het provinciebestuur, naar alle burgemeesters, waarin geïnformeerd werd naar de juiste grens van hun gemeente. Tevens bevatte dit schrijven een nota waarin de burgemeesters gevraagd werd welke volgens hun opvatting “de juiste grens” van hun gemeente zou zijn. Natuurlijk gaf Kapellen op dat de Ekerse gehuchten Hoogboom en Zilverenhoek beter bij haar pasten. Het gemeentebestuur van Ekeren was uiteraard helemaal niet akkoord met voornoemd voorstel en vond dat hun gemeentelijk patrimonium niet mocht opgesplitst worden. In hun verweerschrift lezen wij in hun brief van 22 oktober 1948 aan de Gouverneur de volgende informatie over het gehucht Hoogboom (Zilverenhoek inbegrepen): " Aantal inwoners: 2.002, " Aantal kiezers: mannen: 590, vrouwen: 589, " Afstand van het gehucht naar het centrum: 3,50 km, " Uitgestrektheid van het gehucht: 663 ha 83 a en 96 ca, " Aantal woningen: 548 met een kadastraal inkomen van 1.478 BEF, " Oppervlakte akkergronden: 229 ha 56 a en 5 ca met een kadastraal inkomen van 121.516 BEF, " Oppervlakte weilanden: 116 ha 73 a en 98 ca met een kadastraal inkomen van 31.588 BEF, " Oppervlakte bosgronden: 160 ha 11 a 75 ca met een kadastraal inkomen van 7.945 BEF, " Opbrengsten van de belastingen op de nijverheid: 3.320 BEF, " Opbrengst van de belasting op de honden: 7.903 BEF, " Opbrengst van de belasting op de drijfkracht: 4.290 BEF, " Aandeel van de gevestigde schuld van het gehucht: 3.520.745 BEF, " Aandeel van de vorderbare schuld van het gehucht: 1.486.222 BEF, " Bedrag van de geraamde bestuurskosten voor Hoogboom na een gebeurlijke scheiding: 160.000 BEF, " Vermoedelijk bedrag voor de eredienst en het onderwijs in Hoogboom: 475.065 BEF. In “Het Handelsblad” van 2 maart 1949 werd een synthese gegeven van het probleem van een eventuele afscheiding van Hoogboom en Zilverenhoek. Verslaggever J. BR (Jan Bresseleers) schreef het volgende: “Heel in het begin noemden wij 4 namen, de heer Aertssens, burgemeester van Ekeren, de heer Craeybeckx, burgemeester van Antwerpen, de heer Stokmans, burgemeester van Kapellen en tenslotte de heer Godding, senator. Wij weten dat de heer Godding, die van Kapellen is, zich persoonlijk voor de wagen gespannen heeft, al dan niet op aanvraag van sommige Hoogbomenaars. 12
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Dat de heer Stokmans aan de zaak geïnteresseerd is zal niets of niemand verwonderen. Kapellen kan in dit probleem ook slechts veel winnen. Dat anderzijds de burgemeester van Ekeren voet bij stek houdt en met hem de ganse gemeenschap is evenmin verwonderbaar. Tenslotte is daar nog de burgemeester van Antwerpen. Kwatongen beweren inderdaad dat het een streven zou zijn van de heer Craeybeckx om eerst de gemeente Ekeren gevoelig te verkleinen door Hoogboom en Zilverenhoek langs de partij om aan Kapellen te schenken en dan Ekeren in te palmen bij “Groot -Antwerpen”. Wij zullen voornoemd plan verder het “plan Craeybeckx” noemen. Ook bij de inhuldiging van de Zilverenhoeklaan op 2 september 1951 drukte notaris Deckers zijn bekommernis uit voor het welzijn van de nieuwe wijk Zilverenhoek. In zijn toespraak deed hij de volgende oproep: “Gaat Ekeren Hoogboom niet beter bezetten? Is er in Hoogboom geen plaats voor gemeentebedienden, politie, pompiers, rustoorden en parken zoals in de andere gemeenten? En wat te zeggen over de vervoermiddelen? Naar Antwerpen is alles goed, naar Kapellen uitstekend, naar Ekeren wat??? De dag nadien, op 3 september 1951, haastte notaris Deckers zich om in een brief aan burgemeester Aertssens van Ekeren te schrijven dat hij eigenlijk alleen bedoeld had “dat de gemeente Ekeren meer aantrekkingskracht zou tonen voor Hoogboom”. Met dit schrijven werden alle plooien gladgestreken tussen het gemeentebestuur van Ekeren en de wijk Hoogboom. Burgemeester Aertssens bevestigde schriftelijk op 8 september 1951 dat hij in de toespraak van notaris Deckers geen kritiek had gehoord op het gevoerde gemeentebeleid. In het jaar 1955 dreigde Kapellen nu zelf haar grondgebied te moeten afstaan. De stad Antwerpen plande een aanhechting van de gemeenten Merksem, Brasschaat, Schoten, Wijnegem, Ekeren en Kapellen. Voor Kapellen zou er gewerkt worden in 2 fasen. Tijdens de eerste fase zou een oppervlakte van 170 ha met ongeveer 100 inwoners overgaan naar Antwerpen. Een strook grond ten westen van de baan naar Putte, zijnde de Frans De Peuterstraat en een gedeelte van de Essenhoutstraat en de Hoevensebaan zou van Kapellen overgeheveld worden naar Antwerpen. Schepen De Rooy (BSP) die de zieke burgemeester Van den Bergh (liberaal) verving verklaarde dat Kapellen zich tegen elke aanhechting zou verzetten. Dit stoutmoedige plan verdween gelukkig snel in de vergeethoek. Op 23 juli 1971 werd de wet gepubliceerd betreffende samenvoeging van gemeenten en de wijziging van hun grenzen.
de
13
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
In het kader van voornoemde wet werd een globale studie gemaakt aangaande “De gemeentelijke herstructurering in het gewest Kapellen” Uit deze studie lichten wij de volgende gegevens: " Kapellen werd beschouwd als een centrum met gewoonstedelijke allures behorende tot de gewoonstedelijke invloedssfeer van Antwerpen, " Het gewest Kapellen is een as- of randgewest dat onmiddellijk aansluit bij de Antwerpse agglomeratie, " Kapellen werd beschouwd als een typische woongemeente, " Voor de functionele uitrusting van de gemeente (commercieel, medische voorzieningen, socio-cultureel, overheidsdiensten, verkeer en tewerkstelling) mocht Kapellen best geplaatst worden naast andere Belgische klein- of gewoonstedelijke centra, " Functioneel werd besloten dat het gewest Kapellen 2 gemeenten bevat (Stabroek en Hoevenen) die omwille van hun functionele afhankelijkheid het voorwerp zouden kunnen uitmaken van een herstructurering, " Het gehucht Zilverenhoek (gemeente Ekeren) is functioneel volledig op Kapellen afgestemd. Deze wooneenheid is ten andere morfologisch vergroeid met Kapellen. Het gehucht Kapellenbos is echter aangewezen op de gemeente Kalmthout en hier lijkt een grensaanpassing gewenst, " Een eventuele samenvoeging van Stabroek en Hoevenen zonder Kapellen lijkt niet verantwoord op grond van het afhankelijkheidspatroon, " Op fiscaal gebied lijkt een fusie tussen Hoevenen en Stabroek minder gewenst. Een fusie met Kapellen biedt hier meer mogelijkheden en lijkt dus meer aangewezen. Op 29 september 1973 maakte “De Nieuwe Gazet” de oprichting bekend van een actiecomité met de naam: “Het Voorlopig Actiecomité voor fusie van Hoevenen met Kapellen”. Een eerste bijeenkomst werd gepland op 1 oktober 1973 in café “De Melkboer” op het Frans Oomsplein in Hoevenen. In hetzelfde jaar kwam “het plan Craeybeckx” opnieuw ter sprake, zij het ditmaal onder een lichtjes gewijzigde vorm: " De wijk Hoogboom zou bij Brasschaat gevoegd worden, " De wijk Zilverenhoek zou bij Kapellen gevoegd worden. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken vroeg aan het gemeentebestuur van Ekeren wat zij dachten van voornoemd voorstel. Ekeren was helemaal niet gelukkig met dit voorstel. Om die reden organiseerden zij een dubieuze volksraadpleging. Al de inwoners van Ekeren mochten zich voor of tegen voornoemd voorstel uitspreken. Zij ontvingen allemaal een petitielijst die zij op maandag 5 november 1973 of dinsdag 6 november 1973 tijdens de daguren mochten deponeren op verschillende plaatsen in de gemeente. Het niet afleveren van de petitielijst werd beschouwd als JA voor het behoud van het 14
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
grondgebied zoals het in 1973 was, d.w.z. men was dan voorstander om Hoogboom en Zilverenhoek bij Ekeren te laten. Op 18.806 kiesgerechtigden werden 4.560 (24%) stemmen uitgebracht. Hiervan antwoordden 3.095 JA, 1.401 NEEN en er waren 62 ongeldige stembrieven. Heel fier kon burgemeester Palinckx aan het Ministerie antwoorden dat, rekening houdend met het feit dat de afwezigen als ja-stemmers werden beschouwd, 93% ja en slechts 7% neen had gestemd. Hij drukte tijdens de gemeenteraad van november 1973 wel zijn bezorgdheid uit over het feit dat in de wijk Zilverenhoek op 675 uitgebrachte stemmen slechts 37% ja stemde en 63% neen. Door de Palinckx-redenering kon hij ook voor die wijk melden dat toch 79% ja had gestemd (afwezigen meegeteld) en slechts 21% neen. Burgemeester Palinckx besloot zijn uiteenzetting met de conclusie dat volgens hem Ekeren als prototype mocht beschouwd worden van een leefbare gemeente. Tijdens dezelfde maand november 1973 volgde nog een reactie van de inwoners van de Fortsteenweg en de Heidestraat. Zij wensten helemaal geen aansluiting noch bij Brasschaat, noch bij Ekeren, doch wel bij Kapellen. Begin februari 1975 hield het voorlopig actiecomité van Hoevenen in samenwerking met het “Polders Leefmilieu” opnieuw een vergadering in Hoevenen. Zij betreurden dat het gemeentebestuur geen actie ondernam om te komen tot een fusie van Hoevenen met Kapellen. De werkgroep “Klaveren Boer ” echter ijverde in maart 1975 voor het bekomen van een grote polderfusie, namelijk de samenvoeging van Stabroek, Kapellen, Hoevenen, Zandvliet en Berendrecht . Het voordeel van voornoemde fusie zou zijn dat de wijken PutteStabroek en Putte-Kapellen in één gemeente onderdak zouden vinden. Een tweede voordeel zou zijn dat de inwoners van Zandvliet en Berendrecht, die zich nog altijd geen Antwerpenaar voelden, zouden opgenomen worden in één grote poldergemeente. De Christen Democraten van Kapellen oordeelden op 10 april 1975 dan weer dat er beter zou gedacht worden aan de vorming van een groot Kapellen, namelijk de samenvoeging van Kapellen met Hoevenen, Stabroek en uiteraard Hoogboom en Zilverenhoek. Zij beseften dat Ekeren bij Antwerpen zou gevoegd worden en zij zouden dan toch Hoevenen en Stabroek redden van een annexatie bij de metropool . In de gemeenteraad van Kapellen stemde in april 1975 een meerderheid van SP en VU voor het behoud van de toen bestaande grenzen van de gemeente. De meerderheid wenste te behouden wat zij hadden en door geen aanspraak te maken op Hoogboom en Zilverenhoek hoopten zij zo Putte-Kapellen te behouden. Onmiddellijk na voornoemde stemming in de Kapelse gemeenteraad adviseerde de Bestendige Deputatie op 2 mei 1975 juist het omge15
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
keerde. Zij stelden aan de Minister van Binnenlandse Zaken voor om Putte-Kapellen bij een fusiegemeente Hoevenen-Stabroek te voegen. In Putte-Kapellen begon de bevolking zich te roeren. Een pas opgerichte werkgroep met de naam “Komitee Putte-Kapellen blijft bij Kapellen” hield een eerste voorlichtingsvergadering op 17 mei 1975 in lokaal “De Zwaan” (Cools), Ertbrandstraat 146 te Kapellen. Men wilde het gedacht kennen van de inwoners van Putte-Kapellen over de volgende onderwerpen: " Moet Putte-Kapellen naar Stabroek of dient het bij Kapellen te blijven? " Wat is voor de inwoners het voordeligst? " Wat is uw mening als Puttenaar? Er werden affiches verspreid met de tekst “Neen aan Stabroek - Putte bij Kapellen”. Het comité wilde met petitielijsten rondgaan, een betoging organiseren in Putte en een mars op Brussel om aan Minister Michel de petitielijsten te overhandigen. Op 4 juni 1975 trok een Kapelse delegatie naar Brussel. Zij kregen de gelegenheid om een pak met meer dan 1200 petitielijsten te overhandigen aan Minister Michel. De voorgestelde betoging op zaterdag 7 juni 1975 werd afgelast omdat de Puttenaren het niet bevestigde bericht vernomen hadden dat Putte-Stabroek bij Kapellen zou gevoegd worden. In Hoogboom en Zilverenhoek ontstond er heel wat deining toen op 25 september 1975 in het Staatsblad een verslag aan de koning werd gepubliceerd. In dit voorstel werd gemeld dat Ekeren in zijn totaliteit (Hoogboom en Zilverenhoek inbegrepen) best bij Antwerpen zou gevoegd worden. Het bleef daarna enkele maanden stil totdat bij ministeriële omzendbrief van 15 april 1976 een provinciale commissie werd opgericht tot wijziging van de gemeentegrenzen. De gemeenteraad van Kapellen vergaderde op 20 november 1976 en “omdat mensen belangrijk zijn” werden volgende voorstellen doorgestuurd naar de voornoemde commissie: " Het overhevelen van de gebiedsdelen van het Fortje van Kapellen, Hoogboom, Zilverenhoek en Leugenberg van Ekeren naar Kapellen, " Het overhevelen van Putte-Stabroek van Stabroek naar Kapellen. De hiernavermelde voorstellen die door verschillende gemeentebesturen doorgestuurd werden naar de provinciale commissie werden op 3 oktober 1977 door de Kapelse gemeenteraad verworpen: " De aanhechting bij Brasschaat van het Kapelse grondgebied gelegen aan weerszijden van de Essensteenweg voorbij het militaire domein, " De aanhechting van de wijk van het proefstation Hens door de gemeente Kalmthout, " De aanhechting van Putte-Kapellen door de gemeente Stabroek.
16
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Tijdens dezelfde gemeenteraad werd nogmaals goedgekeurd om de wijken Fortje, Hoogboom, Leugenberg en Putte-Stabroek bij Kapellen te voegen.
het voorstel Zilverenhoek,
Tijdens de lente van 1977 werd in Putte een “Raad van het Dorp” opgericht o. l .v. Jos Hendrikx. Het werkcomité bestond uit 10 leden en had als doelstelling om te komen tot één grote poldergemeente die ook gans Putte zou omvatten. Dit voorstel viel niet overal in goede aarde. De gemeenteraad van Stabroek stelde in oktober 1977 dat de bevolking van gans Putte zich via Stabroek richt naar de Antwerpse haven. Volgens hen zou PutteKapellen best bij Stabroek gevoegd worden. Men besefte immers dat de vorming van één grote poldergemeente niet haalbaar zou zijn. Men was ervan overtuigd dat Antwerpen nooit de in 1958 geannexeerde polderdorpen Zandvliet, Berendrecht en Lillo zou afstaan. De gemeenteraad van Ekeren op haar beurt besliste op 20 oktober 1977 eenparig om de Kapelse voorstellen te verwerpen. De raad stelde voor om het grondgebied van Ekeren integraal te behouden. In de loop van november 1977 werd in de wijk Leugenberg en in een deel van het Klein Heiken een petitielijst ingevuld door 841 inwoners. Zij wensten in geen geval noch bij Stabroek, noch bij Antwerpen, doch wel bij Kapellen gevoegd te worden. Omdat de vorming van één grote poldergemeente een utopie leek organiseerde “De Raad van het Dorp” op 18 december 1977 een volksraadpleging in Putte-Stabroek en Putte-Kapellen. Alle stemgerechtigde bewoners van die wijken zouden een stembrief ontvangen met dewelke zij hun voorkeur voor Stabroek of Kapellen zouden kunnen uitdrukken. De stemming was uiteraard niet verplicht maar wie thuisbleef werd bij de onthouders gerekend. Het gemeentebestuur van Kapellen werkte actief mee om de verkiezingen optimaal te laten verlopen. Stabroek voelde meer voor een boycot en weigerde om de kiezerslijsten en de stemhokjes ter beschikking te stellen van “De Raad van het Dorp”. De kiesverrichtingen hadden plaats op 18 december 1977 tussen 8 en 13 uur in de gemeentelijke jongensschool in de Ertbrandstraat en stonden onder het toezicht van gerechtsdeurwaarder Frans Jennes. Van de 2852 kiezers brachten er 1442 hun stem uit: 1029 stemden voor Kapellen en slechts 381 verkozen Stabroek. De resultaten van de verkiezingen werden doorgestuurd naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken, de Gouverneur, de provinciale commissie voor grenscorrecties en aan de burgemeesters van Stabroek en Kapellen. De CVP van Stabroek nam afstand van de volksraadpleging. Volgens hen was de hele operatie ongeldig. Zij hadden trouwens een week voor de verkiezingen in Putte kenbaar gemaakt dat volgens hen Putte-Kapellen bij Stabroek diende gevoegd te worden.
17
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Zeer belangrijk bij de besluitvorming en zeker bij de sensibilisering van de bevolking was de werking van AAK (Aktie Aanhechting Kapellen) . Om die reden zullen wij nu de activiteiten van deze actiegroep nader bekijken. Ten huize van Frans Janssens, Helmstraat, had op 9 september 1980 een eerste vergadering plaats die bijgewoond werd door de volgende personen: " Janssens Frans, Helmstraat , 8, " Aendenboom Luc, Gardenialaan, 8, " Pissierssens H., Heggemuslaan, 15, " Verlinden Steven, Zwarte Beeklaan, 30, " Geerts Ludo, Vredelaan, 50, " Huygelen Jos, Ruyseveltslei , 20, " Donckers Etienne, Lijsterlaan, 25, " Roelands Raymond, Vredelaan, 24. De werkgroep vertrok vanuit de volgende vaststellingen: 1. De fusie Groot-Antwerpen zal zeker doorgaan omdat er geen politieke meerderheid te vinden is om deze tegen te houden, 2. Ekeren zal integraal opgaan in Antwerpen, 3. Mits het uitoefenen van voldoende druk moet het haalbaar zijn om Hoogboom en Zilverenhoek los te maken van Ekeren en deze wijken te voegen bij Kapellen, 4. De partijpolitiek dient buiten de werking van de actiegroep gehouden te worden. Op 30 september 1980 besliste de groep om een sensibiliseringscampagne op te starten. Er zouden 2.500 uitnodigingen gebust worden in de wijken Hoogboom en Zilverenhoek om de inwoners uit te nodigen op een informatieavond. Deze vergadering had plaats op 5 november 1980 in zaal Den Haasdam in Hoogboom en op 14 november 1980 in zaal Zilverheem in de wijk Zilverenhoek. Tijdens deze volksvergaderingen werden de leden van de werkgroep voorgesteld en werd de aanwezigen meegedeeld dat de bedoeling van de actiegroep niet was om de fusie tegen te houden doch wel om een grenscorrectie te verkrijgen.
18
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Niettegenstaande opkomst tijdens ontving heel wat meldden zich om lukken.
het gure winterweer was het enthousiasme en de de infovergaderingen zeer groot. De actiegroep financiële giften en ook verschillende aanwezigen zich mee in te zetten om de grenscorrectie te doen
De actiegroep probeerde de aanwezigen te overtuigen met de volgende argumenten: " Argumenten van praktische aard: brandweer, politie, dienstverlening, " Argumenten van financiële en fiscale aard: opcentiemen, gemeentelijke schuldenlast, " Argumenten van persoonlijke aard: Kapellen is het commerciële en culturele centrum voor Hoogboom en Zilverenhoek, " Argumenten van algemene aard: de wijken waren tijdens de oorlog al bij Kapellen gevoegd en de gemeenteraad van Kapellen was unaniem akkoord om de Ekerse wijken op te nemen in hun grondgebied. Daarenboven passen de wijken beter bij het landelijke karakter van Kapellen dan bij het stedelijke karakter van Antwerpen. De actiegroep wilde nog verder gaan. Er werd besloten om huis aan huis een stembrief af te geven waarmee de bewoners van Hoogboom en Zilverenhoek, ouder dan 18 jaar, konden kenbaar maken of zij voor of tegen de voorgestelde grenscorrectie waren. Op 22 januari 1981 werd voornoemde kiezing afgesloten met de volgende resultaten: 4.562 inwoners waren voor de grenscorrectie, 122 inwoners waren tegen, 14 inwoners stemden ongeldig, en 826 inwoners leverden hun stembrief niet binnen. Een proces-verbaal van vaststelling werd dienaangaande opgesteld op 2 maart 1981 door J. Royer, gerechtsdeurwaarder, Verbondstraat 24 te Antwerpen. Omdat de werkgroep zich gerugsteund voelde door de bewoners van Hoogboom en Zilverenhoek werd vanaf februari 1981 contact opgenomen met de volgende politieke leiders: " Senator De Baere, SP, " Volksvertegenwoordiger Buchmann, PVV, " Volksvertegenwoordiger Suykerbuyk, CVP, " Burgemeester Louis De Rooy, SP, " Donald De Wispelaere, VU, met de vraag om volksvertegenwoordiger De Beul op de hoogte te brengen, en ook met de verschillende regionale kranten die uitgenodigd werden op een persconferentie op 28 maart 1981 in het restaurant “De Bellefleur”, Kapelsesteenweg, 768 te Ekeren. Tevens werd beslist om de Gouverneur en de Minister van Binnenlandse Zaken op de hoogte te brengen van de werking van de actiegroep. 19
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Ook in de wijk Leugenberg werd op 2 april 1981 een werkgroep opgericht om te ijveren voor een aanhechting bij Kapellen. De actie ging uit van de volgende bewoners: " Maria Snelders, Plasstraat , 46, " Jos Van Sande, Leugenberg, 98, " Luc Van Rompaay, Klein Heiken, 129, " Luc Van Reusel , Klein Heiken, 133. De actievoerders baseerden hun werking op de volgende elementen: " Wij zijn geen “stadswijk”, " Wij hebben geen stadsmentaliteit, " Wij zijn nu al meer verbonden met Kapellen dan met Ekeren (winkelen, kontakten, diensten) In een pamflet van 8 mei 1981 verklaarde de werkgroep dat zij zich niet akkoord konden verklaren met AAK omdat deze slechts ijverde voor aanhechting bij Kapellen van: Puihoek, Vloeiende, Heiveldlaan, Hoenderhoflaan, Palmstraat en een deel van het Klein Heiken. Zij wilden dat ook de ganse wijk Leugenberg mee in de actie zou opgenomen worden. De werkgroep AAK liet op 14 mei 1981 al weten dat zij wel wilden samenwerken met Leugenberg indien de bevolking zich via een volksraadpleging onder deurwaarderstoezicht massaal zou uitspreken voor een aanhechting bij Kapellen. Zij waren echter geen voorstander om de beide dossiers in één bundel te groeperen. Op 19 mei 1981 bevestigde de Vlaamse Executieve dat zij konden instemmen met het wetsvoorstel Suykerbuyk om een grenscorrectie door te voeren tussen Ekeren en Kapellen in casu Hoogboom en Zilverenhoek. Het gemeenschappelijke front tussen de politieke partijen dreigde even schipbreuk te lijden toen einde mei 1981 Bob Cools van de SP bezwaren bleef uiten tegen de voorstellen van AAK. Door de grenscorrectie zou het aantal inwoners van Antwerpen dalen onder de 500.000 waardoor de stad een drietal zetels zou verliezen wat partijpolitiek voor de SP zeer moeilijk lag. Om de mensen van het stadhuis in Antwerpen toch nog te overtuigen werd door AAK besloten om een grote autokaravaantocht in te richten op zaterdag 28 november 1981 vanaf 13 uur. De karavaan zou volgend parcours gebruiken: Heidestraat, Chr. Pallemansstraat (met halte aan het gemeentehuis van Kapellen), Antwerpsesteenweg, Kapelsesteenweg, Veltwijcklaan (met halte aan het gemeentehuis van Ekeren), Markt, Steenstraat, Ekersesteenweg, Noorderlaan, Noorderplaats, Italiëlei (zijrijbaan), Frankrijklei (zijrijbaan), Teniersplaats, Leysstraat, Meir, Meirbrug, Eiermarkt, Melkmarkt, Kaasrui en zo naar de Grote Markt waar een petitie zou afgegeven worden aan de Antwerpse burgemeester. 20
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Op 4 november 1981 liet de heer J. Marissen, directeur, aan AAK weten dat de burgemeester, mevrouw Schroyens, op 28 november 1981 niet beschikbaar zou zijn om in aanwezigheid van de pers een petitie van AAK in ontvangst te nemen. Op 5 november 1981 liet de burgemeester van Ekeren weten dat de autokaravaan geen halte mocht houden aan het gemeentehuis omdat daardoor een grote verkeersopstopping zou ontstaan. Niettegenstaande de tegenwerking van Antwerpen en Ekeren werd de autokaravaan een groot succes en haalde een ruime pers. De stem van AAK weerklonk zelfs tot in de BRT-uitzendingen. De petitie werd, bij afwezigheid van burgemeester Schroyens, overhandigd aan de politieagent die belast was met de bewaking van het stadhuis. De afwezigheid van de burgemeester lokte een oorverdovend autogetoeter uit, hoorbaar, zeker in alle lokalen van het stadhuis en tot ver buiten de Grote Markt. De heer Jos Mees, gemeenteraadslid, interpelleerde de burgemeester tijdens de zitting van 21 december 1981. Hij vroeg wat er gedaan werd met de petitie en welk gevolg het stadsbestuur aan de petitie zou geven. Zijn tussenkomst lokte echter een negatieve reactie uit bij de CVP en werd als niet opportuun beschouwd. Op 4 februari 1982 had te Antwerpen een eerste vergadering plaats met De Baere (SP), Buchmann (PVV), De Beul (VU) en Suykerbuyk (CVP) en de Inspecteur-Generaal van Binnenlandse Zaken met de bedoeling om de mogelijkheden te onderzoeken om de gevraagde grenscorrectie alsnog te doen lukken. Voornoemde bijeenkomst resulteerde in het indienen van een wetsvoorstel in de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Dit voorstel, ingediend tijdens de zitting van 30 maart 1982, werd ondertekend door Suykerbuyk, Grootjans, De Beul en Mangelschots. Het voorstel werd op 29 april 1982 in overweging genomen en doorgestuurd naar de kamercommissie van binnenlandse zaken voor verder onderzoek. Op 24 en 25 mei 1982 werden door de heer Suykerbuyk enkele technische amendementen voorgesteld om het ingediende wetsvoorstel betreffende de grenscorrectie aan te passen. Het aangepaste wetsvoorstel werd op 3 juni 1982 met 15 stemmen en 1 onthouding goedgekeurd in de commissie voor binnenlandse zaken. Uiteindelijk werd het wetsvoorstel op 12 juni 1982 goedgekeurd met 146 ja-stemmen en 8 onthoudingen door de Kamer van Volksvertegenwoordigers en op dezelfde dag overgezonden naar de Senaat. Al op 17 juni 1982 mocht de heer De Baere verslag uitbrengen in de commissie voor binnenlandse aangelegenheden van de Senaat. Zijn verslag werd eenparig door de 14 commissieleden goedgekeurd. Op 21
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
23 juni 1982 gaf ook de Senaat zijn fiat en was de grenscorrectie officieel wettelijk bekrachtigd. Op 24 juni 1982 kwamen de leden van AAK samen bij Raymond Roelands om hun actiegroep “Aanhechting bij Kapellen” te ontbinden. AAK zou voortaan verderwerken onder de leuze “AAK of Alle Aandacht Kapellen”. Op 1 januari 1983 werden de wijken Hoogboom en Zilverenhoek uiteindelijk opgenomen in het grondgebied van Kapellen.
Wij ontvingen met dank de volgende schenkingen van: 1. de heer Gert Celen, Rodeweg 34 te 2920 Kalmthout: boeken over molens in de provincie Antwerpen, 2. mevrouw Wildiers: mapje met gegevens over Hoeve Wildiers 3. de heer E. Van Tilburg, Ph. Spethstraat: film over de Chiro
Wie kan ons vertellen wie er op deze foto te zien zijn? Wanneer werd hij genomen en alle informatie hieromtrent is welkom. Redactie Roger Van den Bleeken – tel: 03-664 63 22 of e-mail: rvdbleeken@skynet.be
22
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Ondergedoken tijdens de oorlog Petrus Verbelen – september 2011 Petrus Verbelen, de oudste zoon van de suisse in de Sint-Jacobuskerk te Kapellen, werd tijdens de oorlogsjaren verplicht tewerkgesteld in Duitsland. Zoals hij vertelde in ‘t Bruggeske van juni 2011 in “Een relaas over de familie Verbelen”, koos hij er tijdens zijn verlof voor om niet meer naar Duitsland terug te keren en dook onder bij zijn familie in Zele. Hij vertelt: De landbouwersjeugd speelde zeer goed toneel in Zele maar toch mocht ik van mijn tante niet naar hun volgende stuk gaan kijken. Er was te veel gevaar dat er passencontrole zou zijn. Mijn beste vriend Octaaf, die later mijn kozijn is geworden, was ook voortvluchtig. Die vroeg of ik met hem naar het toneel wou. Er was al zo weinig te beleven en de goesting van ons beiden was groot en wij daar naartoe. Toen het toneelspel goed bezig was, ineens zeer groot tumult in de zaal. Ik vroeg aan Octaaf: “Wie is dat daar aan die deur?” “Oei,” zegde hij, “we hangen eraan. We zullen opgepakt worden.” Iemand sprong op het podium en riep met donderende stem: “Er is passencontrole. Vrouwen links van de zaal en mannen rechts.” De vrouwen waren het minst in aantal. Octaaf keek mij aan. Wat nu? Er was veel kabaal. Ik zei: “Kom, we kruipen tussen de vrouwen, dicht tegen de muur.” De deken, die op de voorste rij zat, bleef die man op het podium maar aankijken. Hij was één van de vroegere leiders van de boerenjeugd en wist niet goed meer waar kijken. Ineens stond Octaaf zijn oudere zuster bij ons. “Kom maar stilletjes mee, we kunnen jullie verstoppen onder het podium.” De aanwezige priesters stonden voor het deurtje waar wij naartoe moesten kruipen en daar waren we misschien veilig. En de deken bleef die man maar in het oog houden. Deurtje toe. Veilig??? Na veel minuten van onrust ineens gestommel op het podium. Laarzengekletter. Het onderzoek was gedaan. Wij zaten onder dat voorpodium met vier man. Het was er stikdonker en plots begint iemand van ons de Vlaamse Leeuw te zingen. De zaal was muisstil. Het laarzengekletter kwam terug. Het angstzweet stond op mijn gezicht. De Gestapomannen keken nog eens rond waarna ze vertrokken. Na een tijdje ging het deurtje open en konden we tevoorschijn komen. Mijn familie was blij mij gezond en wel terug te zien. Maar ik kreeg heel wat op mijn donder en moest beloven niet meer naar het dorp of het toneel te gaan. Belofte maakt schuld en ik heb er mij ook aan gehouden. Een van de laatste dagen van de oorlog stond ik op het land te werken in Zele. Plots stond daar iemand voor mij waarvoor ze mij gewaarschuwd hadden. Ik kon niet weg. Hij was heel wat groter dan 23
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
ik en kloek gebouwd. Hij zag mijn vertwijfeling. “Hei maat,” zegde hij, “Ge moet niet bang zijn van mij. Laat het ons maar rustig houden.” Hij vroeg of ik aan de familie wou vertellen dat hij hier was geweest en stapte op. Het was dezelfde man die ik negen maanden vroeger had bezig gezien in de toneelzaal van de boeren. Ik wil ook nog iets vertellen hoe ze in den Heikant, een afgelegen parochie van Zele, hun plan trokken wanneer er passencontrole was. Die controle was voor de jongens die niet naar Duitsland waren gaan werken. Wanneer de Gestapo op het gemeentehuis aankwam om iemand op te eisen om de weg te wijzen naar bepaalde adressen, werd dat snel doorgeseind. Een kind op een fietsje wist onmiddellijk wat het moest doen. Gewoonlijk stond een hoeve een eind van de weg. Vanaf de straat werd dan een dun draadje gespannen tot aan het huis. Daar hing een potscheel aan het draadje. Het kindje sneed al rijdend het draadje door, het scheel viel op een ander scheel en door dit geluid waren de mensen die zich moesten verstoppen, gewaarschuwd. Het jongetje met het fietsje had op een mum van tijd heel de heikant verwittigd. Slim boerenverstand, hé. Onze Jef vertelde mij later dat hij tweemaal benaderd was geweest door twee mannen die hij niet kende. Die vroegen: “Zijt gij een Verbelen?” Zijn antwoord was “ja”. “Hoe is het met uw broer Petrus? Ik heb er nog mee gewerkt op de Ford.” “Die is in Duitsland,” antwoordde mijn broer. Jacques, de cafébaas, was weerstander en die wist wel wat die man nen wilden weten. Dus met een verzinsel probeerden ze van een kind van vier jaar te weten te komen waar ik was. Een andere keer was het dat hij met mij in de vakschool had gezeten. Mijn ouders hebben aan mijn broers en zussen steeds gezegd dat ik in Duitsland was. Ja, ’t zijn droeve tijden als de oorlog woedt. Een gedicht dat we in de school geleerd hebben en waarvan men later de tekst pas echt begreep.
Droeve Tijden ’t Zijn droeve tijden als de oo rlog woedt, Als menschen men slacht ‘lijk dieren, Als menschenbloed bij beken vloeit. Als vrede en liefde liggen geboeid Als haat En kwaad Als nood En dood Grijnzen en vloeken en tieren. “Waar is nu toch mijn arme man? ‘k Verga van angst! ik sterf ervan! Ach! wat verschil bij’t voor’ge jaar!
We zaten hier zoo blij te g aâr Bij ’t wiegsken van ons jongste kind. En nu zoover door sneeuw en wind En vorst…en dan!…Och God! och God! Heb meêlij met mijn bitter lot!” “Ju!” roept het jongentje, “paardeken ju! he! moeder, waar is vader nu? Als vader komt, dan krijg ik een paard, Een levende paard en een blinkende zwaard,
24
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Een helm met pluim en een groote banier; Dan gaan we rijden verre van hier; Dan maken wij oorlog en nog, en meer…; Zeg, moeder, wanneer komt vader weer?” “Hoor” zegt het dochterken, “moederlief, ‘k Heb vader geschreven eenen schoonen brief En dat wij bidden op beide kniên Voor hem… en hem zoo gaarne zien; En dat gij toch zoo droeve zijt; En dat ik ook dan dikwijls krijt; En dat ons broerken vlijtig leert; En…of hij toch niet wederkeert!” De moeder aanhoort ’t eenvoudige schrift, En keert zich om met koortsige drift, En grijpt uit de wieg ’t onnoozele
wicht, En houdt het naar den hemel gericht; En roept en snikt : o Heer! o Heer! Geef ons den gade en den Vader weer! Terwijl de moeder aan ’t bidden was, Terwijl het meisje haar briefken las, Terwijl het jongentje reed en liep, Terwijl het wicht in zijn wiegsken sliep, Daar verre, in ’t vreemde verwoeste land, Verlaten, langs een eenzamen kant, Met doorboorde borst En hijgend van dorst En de nagels geprent in ’t bevrozene veld, Daar lag de vader, de dappere held, Te sterven.
Dit gedicht van Gentil Theodoor Antheunis werd geschreven op 1 januari 1871 en was opgedragen aan zijn schoonvader, Hendrik Conscience. Gentil Theodoor Antheunis werd in 1840 in Oudenaarde geboren. Hij studeerde van 1862 tot 1866 rechten in Gent. Daarna was hij achtereenvolgens leraar en vrederechter in een aantal Vlaamse gemeenten: van 1877 tot 1882 in Halle en later in Brussel. In 1870 huwde hij met Maria, de enige dochter van Hendrik Conscience. Hij overleed in 1907 in Elsene. Bewerkt door R. Van den Bleeken
Archiefdagen Heemkring Hoghescote ERFGOEDCENTRUM HOEVE VAN PAESSCHEN ESSENHOUTSTRAAT 59 - KAPELLEN Elke eerste dinsdag van de maand van 14.00 tot 17.00 uur, elke tweede donderdag van de maand van 19.00 tot 22.00 uur, elke derde donderdag van de maand van 09.00 uur tot 12.00 uur. IEDEREEN GRATIS WELKOM.
25
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
De Hond van de Brouwershoef Jos Lathouwers Zaterdagavond voor carnaval in de maand februari van het jaar 1902. In het estaminet “In de Pelgrim” bij Trien van Laezen in de Kapelsestraat te Kapellen was het die avond “scheerschool”. Dit wilde zeggen dat er in een hoek van de staminee zich een scheerder had geïnstalleerd bij wie de mannen uit de “geburen” zich konden laten scheren. En er was veel volk opgekomen in het vooruitzicht van de vastenavondfeesten met haanrijden: de zondag aan staminee “In Transvaal” bij Jef Kruipin en de dinsdag aan “Huis ten halven”. In een wijde kring rond de gietijzeren stoof zaten de mannen van de “straat” hun beurt af te wachten: Sjarel De Wit, Lowieke Brouwers, Kred den Bout (Van Cleef), Pjeer en Lewie Van den Bleeken, Pjeer Lathouwers, Neel Van Leuven, Lijs en Jaak Nagels, Mus Somers, Franske Van Hooydonck, den “ouwe” Frans Van Dooren en Bart Petaat (Dingemans). Het was deze laatste die het woord voerde en op enigszins nijdige toon aan het vertellen was wat hem de vorige week met zijn hond Rex was overkomen. Bart, die bij de familie Geelhand boswachter was voor het domein Dennenburg, was na zijn ronde in het bos gemaakt te hebben in de staminee “In den Nieuwen Buiten” bij Fons Van Dooren, die op zijn weg naar huis gelegen was, (onlangs nog restaurant l’ Eau rouge) binnengelopen. Aan de toog had hij daar Van Alsenoy getroffen, een kennis waarmee hij wel eens ging jagen in de polder. Ze hadden samen enkele borrels gedronken en van de jacht was het gesprek allengs overgesprongen op het onderwerp honden. Van Alsenoy had beweerd macht te hebben over iedere hond, wat Bart en dan vooral doelend op zijn hond Rex, met klem betwist had. Verder doorgaand met jenever drinken was de betwisting of Van Alsenoy al dan niet honden kon bedwingen uiteindelijk uitgedraaid op een weddenschap voor een “driekapperse fles jenever”. En Bart had de weddenschap verloren want op bevel van Van Alsenoy was Rex onmiddellijk in een hoek van de staminee gaan liggen. Maar het ergste was echter dat de hond sedertdien niets meer waard was zodat Bart zinnens was hem weg te doen. “Dat is straf”, zei Lowieke Brouwers, “maar dat zou hij toch niet gedaan krijgen met onze hond, die steeds aan de ketting ligt en veel minder met mensen in aanraking komt.” “Awel”, wedervoer Pjeer Nagels, die juist uit de handen van de scheerder kwam en zich bij het gezelschap voegde, “ik wil wedden dat ik uw hond zonder geweld uit zijn hok kan krijgen en er daarna zelf inkruip.” 26
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
(Pjeer was de broer van Jaak en Lijs Nagels, beiden eveneens aanwezig, hij boerde destijds op de hoeve gelegen achter de woning waar later bierhandelaar Dré Theunis zijn zaak zou uitbaten. Na Pjeer zou Kaike Hooydonck de laatste zijn die deze boerderij bewoonde.) Dat was stoute taal en tevens een uitdaging die Lowieke Brouwers, om geen gezichtsverlies te lijden, niet onbeantwoord kon laten. De reeds gedronken borrels zullen hem zeker ook wat moed gegeven hebben en hij zei: “Ik durf te wedden voor drie flessen jenever, nog deze avond uit te drinken, dat onze hond zich niet laat doen door een vreemde.” Nu kon Pjeer niet meer terug en de wedding was afgesloten. Het gevolg was dat Trien alleen achterbleef in haar staminee want iedereen, ook de scheerder, was nieuwsgierig en vergezelde de wedder naar de Brouwershoef, de woning van Lowieke. Deze hoeve was en is nog steeds gelegen juist voorbij Home Ph. Speth en was lange tijd bewoond door de familie Van Linden, maar ligt er nu totaal verwaarloosd bij.
De vervallen Brouwershoef anno februari 2012 – (foto’s Hoghescote)
Bij het betreden van het erf begon de hond onmiddellijk te blaffen en grimmig grommend aan zijn ketting te rukken. Volledigheidshalve moeten we hier nog aan toevoegen dat het hok waaraan de hond was vastgehecht op een draaibaar wiel was bevestigd. Hierdoor had het beest de mogelijkheid de ingang van zijn hok te verdraaien zodat hij steeds uit de wind en de regen lag. Daar het donker was, werd er de nodige stallantaarn bijgehaald waarna Pjeer traag maar vastberaden naar de hond schreed. Bij het naderen van Pjeer werd de hond rustiger, liep enkele malen zenuwachtig in en uit zijn hok om zich uiteindelijk voor zijn hok neer te vlijen, de kop op beide voorpoten rustend. Bij de hond gekomen, liet het beest zich schijnbaar met welgevallen door Pjeer over de kop strelen zodat hij zonder de minste moeite in het hok kon kruipen. Om aan de omstanders zijn voldoening te uiten over zijn overwinning stak Pjeer zijn hoofd buiten het hok en deed: “Woef, woef”. Dit geluid verschrikte dermate de hond dat het beest opsprong en plots angstig en door zijn ketting bedwongen in het rond 27
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
begon te lopen. In zijn dolle rondedans sleurde de hond het wiel en het hok mee. Door het snelle ronddraaien zat Pjeer als een gevangene opgesloten in het hondenhok terwijl hij in zijn maag een misselijk gevoel voelde opkomen. Hoe meer Pjeer trachtte de hond tot stilstand te brengen, hoe sneller het dier begon te lopen. Uiteindelijk kon Lowieke Brouwers, geholpen door enkele onvervaarde omstanders, het beest in bedwang houden en Pjeer uit zijn benauwde positie verlossen.
Dit is geen foto van de hond van de Brouwershoef. Het geeft wel een beeld van de dieronvriendelijke omstandigheden waaronder honden toen hun leven sleten. Terug bij Trien in de herberg, brachten enkele borrels Pjeer weer snel in de goede plooi. Het is die dag trouwens voor vele mannen nog een gezellige maar late scheerschool geworden. Het was zelfs zover gekomen dat, toen Trien op zeker ogenblik een nieuwe fles jenever moest gaan halen uit de kelder, “den ouwe” Frans Van Dooren zijn lijflied begon te zingen: “Turnhout, Oud Turnhout, de pastoor van Turnhout hij kust de meisjes jong en oud.” Verder geraakte Frans niet want hij hoorde Trien terug de keldertrap komen opklefferen en destijds wist iedereen dat Trien niet duldde dat er “slechte liekens” in haar staminee werden gezongen. En om Trien te overtuigen dat men serieuze liekens aan het zingen was, ging Lijske Nagels verder met het lied van de volgende dag: “Bij Jef Kruipin rijden wij de haan, aan zijnen kop kan iedereen aan.” En zo begonnen in 1902 de vastenavondfeesten in de straat te Kapellen al op zaterdagavond. Bewerkt door R. Van den Bleeken
28
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Villa Palmaro We zijn op zoek naar informatie over een woning met de naam “Villa Palmaro”. Deze werd afgebroken rond 1990 en lag op een groot domein tussen de Philippe Spethstraat en de spoorweg (in het tweede stuk van deze straat naar de spoorweg toe). Vroeger was ze te bereiken via een hek in de Philippe Spethstraat en rond 1988 via een hek op het einde van de Haagdoornlaan. In de jaren ’80 en ’90 werd het domein verkaveld en bebouwd. Voor veel Kapellenaren waarschijnlijk een spannend speelterrein maar in zijn tijd een prachtige woning en schitterend voorbeeld van moderne architectuur van de jaren dertig. We zijn vooral op zoek naar oude foto’s van deze villa en alle info aangaande de vroegere bewoners en/of architect (Marcel Van Ginneken?). Wie heeft de villa bewoond? Hoe was het leven op de villa en het domein? Woonde er ook iemand in het andere gebouw op de uithoek van het domein? Wanneer en waarom werd de villa verlaten? Hoe zag de villa eruit in haar volle glorie? Natuurlijk zijn ook alle kleine en grote lokale weetjes welkom. Info te zenden naar de redactie van ’t Bruggeske: Roger Van den Bleeken – e-mail: rvdb le eken@skynet.be of tel. 03664 63 22 waarvoor dank. Bijgevoegd enkele foto’s van de vervallen toestand omstreeks 1988.
Redactie Roger Van den Bleeken
29
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
DE FAMILIE LIEVENS. (eerste deel)
Roger Balbaert Tijdens de laatste opruimbeurt op de gemeentelijke begraafplaats werd het prachtige grafmonument van de familie Lievens verwijderd. Omdat de familie Lievens toch wel een belangrijke rol heeft gespeeld in onze gemeente, en ook ver daar buiten, dachten wij dat het wel eens interessant zou kunnen zijn om een beetje toelichting te geven.
A. Lievens Leonardus Josephus. Omstreeks het jaar 1804 kwam Lievens Leonardus Josephus samen met zijn echtgenote Sacré Catharina Petronella Maria en dochter Lievens Maria Josepha vanuit Antwerpen naar onze streek om zich te vestigen op de Koude Heide nummer 41. Dit gebied behoorde toen nog tot de gemeente Ekeren.
Op deze Ferrariskaart, opgesteld in 1777, zien wij de Koude Heide waar de woning van de familie Lievens werd gebouwd. 30
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Wij weten alleszins dat hun eerste kindje Lievens Maria Josepha in 1804 in Antwerpen geboren werd. Zij overleed te Kapellen op 20 januari 1862 als ongehuwde dochter in de leeftijd van 58 jaar.
Lievens Leonardus was in Antwerpen geboren omstreeks het jaar 1767. Hij overleed in Ekeren op de Koude Heide op 31 maart 1821. Sacré Catharina was in Antwerpen geboren in het jaar 1780 en zij overleed te Kapellen op de Koude Heide op 12 april 1847.
Het gezin Lievens-Sacré telde 8 kinderen: 1. De al vernoemde Lievens Maria Josepha, 2. Lievens Anna Maria Begga, geboren te Ekeren, Koude Heide op 5 februari 1805, 3. Lievens Joseph Bellarminus, geboren te Ekeren, Koude Heide op 13 mei 1807. Hij trad in het huwelijk met Maria Theresia Verschaeren uit Antwerpen. Het gezin telde 6 kinderen: a. Alexander Joes Lievens, geboren in Kapellen op 2 augustus 1840, b. Victor Joes Lievens, geboren te Kapellen op 21 juli 1842, c. Mathildis Lievens, geboren te Kapellen op 5 november 1843, d. Constantin Joes Lievens, geboren te Kapellen op 5 mei 1845, e. Maria Paul Lievens, geboren te Kapellen op 15 januari 1847, f. Clementina Lievens, geboren te Kapellen op 20 augustus 1848. Vermelden wij hier nog dat Bellarminus Lievens tijdens de tussentijdse gemeenteraadsverkiezingen van 28 oktober 1845 verkozen werd tot gemeenteraadslid. Bij koninklijk besluit van 16 februari 1846 werd hij aangesteld tot schepen van de gemeente Kapellen. Hij legde de eed af op 29 maart 1846.
31
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 22 augustus 1848 en 28 oktober 1851 werd hij telkens opnieuw verkozen. 4. Lievens Zelia Catharina Sophia, geboren te Ekeren, Koude Heide op 1 juli 1809 en overleden te Kapellen op 6 oktober 1878. Zij trad in het huwelijk met Petrus Franciscus Michielsen uit Oorderen. Na het overlijden van haar echtgenoot oefende zij het beroep uit van winkelierster in de wijk Dorp A28. Het gezin telde 8 kinderen: a. Theresia Michielsen, geboren te Kapellen op 7 december 1830, b. Franciscus Michielsen, geboren te Kapellen op 28 februari 1833, c. Philomenia Michielsen, geboren te Kapellen op 19 juli 1835, d. Michael Michielsen, geboren te Kapellen op 14 november 1837, studeerde geneeskunde, e. Joes Amilius Michielsen, geboren te Kapellen op 29 december 1839, f. Amilius Joes Michielsen, geboren te Kapellen op 22 maart 1841, oefende het beroep van koopmansklerk uit, g. Josephus Ludovicus Michielsen, geboren te Kapellen op 16 juni 1843, h. Maria Hubertina Michielsen, geboren te Kapellen op 26 oktober 1850, maakte haar studies af in de internaten van Oosterloo. 5. Lievens Joanna Maria Theresia, geboren te Ekeren, Koude Heide op 12 november 1811, 6. Lievens Theresia Maria Francisca, geboren te Ekeren, Koude Heide op 16 oktober 1814, 7. Lievens Franciscus Hiëronymus, geboren te Ekeren, Koude Heide op 2 mei 1817. Omdat deze persoon en zijn nazaten een grote rol gespeeld hebben in Kapellen zullen wij hem hierna verder bespreken. 8. Lievens Paulina Joanna, geboren te Ekeren, Koude Heide op 28 april 1819. Zij trad op 31 augustus 1847 te Kapellen in het huwelijk met Frederic Van Marcke uit Dadizele. Het gezin telde 3 kinderen: a. Julius Antonius Van Marcke, geboren te Kapellen op 14 juli 1848 en hier overleden op 7 februari 1849, b. Eugeen Antonius Van Marcke, geboren te Kapellen op 1 november 1849, c. Julianus Antonius Van Marcke, geboren te Kapellen op 17 juli 1852. Paulina Joanna Lievens trad op 10 januari 1854 opnieuw in het huwelijk met Donus Ludovicus Spijschaert uit Anzegem.
32
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
B. Franciscus Hiëronymus Lievens. In de akte nummer 66 van de burgerlijke stand van de gemeente Ekeren van het jaar 1817 lezen wij dat op 2 mei 1817 Franciscus Hiëronymus Lievens geboren werd. De jonge telg was slechts 4 jaar oud toen zijn vader op 31 maart 1821 overleed. Zijn moeder zette met de hulp van enkele knechten de boomkwekerij verder doch de jonge Frans Lievens was genoodzaakt om zo vlug mogelijk de handen uit de mouwen te steken. Op 16 februari 1848 trad Frans Lievens te Kalmthout in het huwelijk met Elisabeth Seehan. Zijn bruid werd daar geboren op 10 mei 1810 en zou te Kapellen overlijden op 1 november 1884. In het parochieregister van de Sint-Jacobuskerk staat vermeld dat zij een 1 ste klas begrafenis kreeg.
Vader en moeder Frans Lievens - Elisabeth Seehan. Het echtpaar Lievens-Seehan kreeg 5 kinderen: 1. Lievens Edmondus Petrus Franciscus, geboren te Kapellen op 7 april 1849. Hij bleef ongehuwd en hielp zijn vader Frans levenslang in de boomkwekerij. Hij overleed te Kapellen op 5 maart 1911 en kreeg ook een 1ste klas begrafenis. 2. Lievens Stanislas Maria Hubert. Vermits deze de enige was die de naam van de familie voortzette, zullen wij hem later meer in detail bespreken.
33
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
3. Lievens Eugenius. Dit kindje werd geboren te Kapellen op 15 april 1852 en overleed amper 1 maand later op 23 mei 1852, 4. Lievens Leonard. Ook dit kindje was geen lang leven beschoren. Hij werd geboren te Kapellen op 17 mei 1853 en overleed daar op 4 juli 1853. 5. Lievens Alfons Maria Hubert. Deze man beleefde heel wat avonturen en daarom zullen wij ook hem in een volgend hoofdstuk nader toelichten. Vader Frans Lievens was er in geslaagd om samen met zijn zoon Edmond de boomkwekerij tot een grote bloei te brengen. Uitgestrekte percelen bosgrond werden eerst door Leonard Lievens en nadien door Frans Lievens aangekocht van de heer Frederik Gustaaf Alexander Von Haeften wonende op het Beukenhof in de huidige Chr. Pallemansstraat. Deze gronden strekten zich uit over de zone vanaf de gemeentelijke begraafplaats tot voorbij de huidige Wolvenbosdreef. Op 22 juni 1853 schreef Frans Lievens aan de burgemeester van Kapellen dat hij een eigendom bezat op de Koude Heide met een totale oppervlakte van ongeveer 44 ha, bestaande uit ongeveer 19 ha bouwland en weiden en ongeveer 25 ha mastbos. In hetzelfde schrijven geeft hij de namen en functies door van zijn personeel: " Een kardrijver, genaamd Petrus De Moor, " Een koewachter, oud 14 jaar, genaamd F. Loopmans, " Een koemeid, genaamd Joanna Hertogs, " Twee meisjes, Carolina Daems en Cornelia Proppe, beiden ongeveer 16 jaar, hielpen in de stal, op het veld en in het huishouden. " In een PS onderaan de brief vermeldde hij dat er soms ook nog 2 werklieden hem hielpen in de bossen. Op onderliggend plan zien wij de woning van de familie Lievens. De aanduiding “kasteel van Lievens” verwijst naar een grote woning die pas in 1906 afgebroken werd. Frans Lievens moet een hevige jachtliefhebber geweest zijn. In onze archieven vonden wij een attest van de burgemeester van Kapellen waarin verklaard werd dat voornoemde grondeigenaar het jachtrecht bezat op de eigendommen van 7 Kapellenaren met een totale oppervlakte van meer dan 130 ha. Frans Lievens zal vooral bekend blijven omdat het dankzij hem is dat onze gemeente beschikt over een bedevaartsoord, namelijk de kapel van Onze Lieve Vrouw van La Salette, beter bekend onder de naam van heidekapel of Lievenskapel.
34
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Het Popp-plan van de gemeente Kapellen opgesteld door Philippe Christian Popp tijdens de periode 1854-1879. Op 13 december 1840 verschenen ten huize van de heer Petrus Josephus Ludovicus Van Sulper notaris te Kapellen: " Mevrouw Jeannette Marie Caroline Vermoelen, " Haar echtgenoot Frederic Gustave Alexander Von Haeften, grondeigenaar te Kapellen; (later vernederlandste hij zijn naam tot Van Haeften) " Franciscus Hiëronymus Hubertus Lievens, grondeigenaar te Kapellen. De echtgenoten Van Haeften-Vermoelen verkochten aan de heer Lievens een perceel mastbos en heide, gekend onder het kadastrale nummer C135, groot 87 aren en 90 centiaren of circa 2 gemeten. Voornoemd perceel grensde oost aan de weduwe en kinderen Lievens, zuid de weg naar Kalmthout, west de baan van Antwerpen naar Kalmthout en noord notaris Blockx Joseph en de Heidestraat. Op een gedeelte van circa 9 aren van de verkochte eigendom stond een kleine woning die bij eenvoudig gedoog bewoond werd door Christianus Huybrechts en tijdens de zomer van 1856 afgebroken werd. Voor zijn aankoop diende de heer Lievens de ronde som van 500 BEF te betalen.
35
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Frans Lievens had op zijn nieuwe eigendom enkele epicea’s geplant. Om de een of andere reden wilden deze bomen niet groeien, behalve één prachtig exemplaar. Verheugd hing Frans Lievens een klein houten kapelletje op aan deze boom. Meer en meer voorbijgangers hielden halt aan dit kapelletje en om deze mensen ter wille te zijn, werd door Frans Lievens aan de voet van de boom een rustbank geplaatst. Een van de meest getrouwe bezoeksters was juffrouw Joanna Bastiaensens, bijgenaamd Jo De Ram. Betrokken persoon was inderdaad de meid van dokter De Ram die zijn praktijk had op de Antwerpsesteenweg waar later dokter Janssens woonde. Joanna Bastiaensens wilde een bijzondere inspanning doen om een grote stenen kapel te laten bouwen op de plaats waar zij regelmatig kwam bidden. Om dat doel te bereiken begon zij een inzameling bij de godvruchtige zielen van Kapellen. Volgens de overlevering volstond het kleine O.L.Vrouwbeeld niet meer. Joanna Bastiaensens beweerde dat zij op zekere dag in de kathedraal van Antwerpen was waar zij smeekte om een nieuw beeld te bekomen. Bij de uitgang van de kathedraal ontmoette zij een kasteeldame uit Kapellen en samen gingen zij naar een beeldhouwer in de Kammenstraat om een nieuw beeld te kopen. Het kunstwerk werd naar Kapellen gevoerd en gewijd door pastoor Bausart.
Foto van de Lievenskapel. De kaart werd verstuurd in augustus 1903. Door toedoen van juffrouw Theresia De Breuker, dienstmeid van de heer Frans Lievens en wonende te Wuustwezel, werd een kapel 36
â&#x20AC;&#x2122;t Bruggeske 44ste jaargang â&#x20AC;&#x201C; december 2012 â&#x20AC;&#x201C; nummer 4
opgericht op de plaats waar vroeger het kleine beeldje aan de boom hing. Het bouwwerk werd uitgevoerd door Jef Marien en dit bij gedoog en eenvoudige toestemming van Frans Lievens. De heer Henri Gabriel Verhoeven, landmeter te Ekeren, maakte op 10 april 1880 een plan op en gaf als afmetingen voor de kapel: 3,50 meter x 2 meter. Op 5 mei 1880 werd de grond en de daarop staande kapel bij schenkingsakte, opgemaakt door Prudentius Albinus Jacobus Kennis, notaris te Kapellen, door Frans Lievens overgemaakt aan de kerkfabriek van Sint-Jacobus. De gift werd gedaan onder de volgende voorwaarden: 1. De eerwaarde heer pastoor van Kapellen, en zo hij belet is de eerwaarde heer onderpastoor, zal jaarlijks op 19 september, of zo die dag een beletsel bijbrengt op de eerste gepaste dag, een bedevaart inrichten naar gezegde kapel en er een sermoen of onderwijzing doen, een akte van ereboete tegen het vloeken en het zondagwerk, alsook, indien de aartsbisschop het toelaat, een mis lezen of zingen tot bekering van de vloekers en de zondagwerkers, 2. In de maand september van elk jaar en dit ten eeuwigen dage zal er in de kerk van Kapellen: a. na haar dood een jaargetijde gezongen worden ter nagedachtenis van de geefster Theresia De Breuker, en b. van nu af een jaargetijde voor de afgestorven weldoeners van de kapel. 3. Dat er na hun dood jaarlijks en ten eeuwigen dage een jaargetijde gezongen zal worden ter zielelafenis van de gever Frans Lievens en een ter zielelafenis van zijn echtgenote Elisabeth Seehan. Om deze 4 jaargetijden en de diensten vermeld onder nummer 1 aangeduid te betalen zal de opbrengst van het offerblok aan de kapel gebruikt worden. Het eventuele overtollige geld zou gebruikt worden voor het onderhoud van de kapel, de versiering ervan en een mogelijke vergroting. Hier kan vermeld worden dat de kapel al in mei 1883 vergroot werd door aannemer Jef Marien en dit voor de prijs van 450 BEF. In oktober 1887 werd de kerkfabriek van Sint-Jacobus in het bezit gesteld van een perceel bosgrond van 1032 m#. Deze nieuwe schenking werd gedaan door Frans Lievens en zijn 3 kinderen namens de overleden moeder onder de vorm van een gift onder levenden, onwederroepelijk overgedragen en afgestaan aan voornoemde kerkfabriek en dit bij akte opgesteld op 19 oktober 1887 door notaris Kennis te Kapellen.
37
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Het schenken van deze grond was een idee van Eduard Geelhand en werd doorgevoerd op aandringen van juffrouw Justien De Ridder die met het plan rondliep om een beeweg van de 7 weeën van Onze Lieve Vrouw op te richten. In 1901 liet pastoor Bausart een kruis oprichten voor de kapel ter gelegenheid van zijn 24 ste pastoorsambtsviering. In hetzelfde jaar 1901 overleed Frans Lievens te Kapellen op 14 oktober. Uiteraard kreeg ook hij een 1 ste klas begrafenis in de kerk van Kapellen.
C. Lievens Stanislas Maria Hubert senior. De naam Lievens werd verdergezet door Stanislas senior. Deze werd geboren te Kapellen op 6 maart 1851. In de archieven vonden wij dat hij op 18 augustus 1883 in het huwelijk trad met Taeymans Virginia Rosalia (°Massenhoven 18 oktober 1849, + Antwerpen 10 september 1932). Lievens Stanislas was beroepshalve drogist. Eerst vinden wij hem terug in Borgerhout, Turnhoutsebaan 44 en later in Antwerpen, Kerkstraat 127. Na zijn overlijden te Kapellen op 26 oktober 1921 werd hij na een 2 de klas begrafenis bijgezet in de familiekelder op de gemeentelijke begraafplaats in de Heidestraat.
Lievens Stanislas senior en zijn echtgenote Taeymans Virginia. 38
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
Het echtpaar Lievens-Taeymans had 2 kinderen, die beiden ongehuwd bleven: 1. Lievens Stanislas junior. Hij werd geboren te Borgerhout op 30 juni 1884. In september 1893 werd hij ingeschreven in het Sint-Jozefcollege, Kon. Astridlaan, 33, 2300 Turnhout. Hij heeft zijn einddiploma niet behaald en op zijn schoolfiche staat geen uitschrijvingsdatum vermeld. Wij weten dat hij later de zaak van zijn vader verderzette: drogist op de Turnhoutsebaan, 44 in Borgerhout. Hij overleed te Kapellen op 9 mei 1921 en werd daar na een 2de klas begrafenis bijgezet in de familiekelder op de begraafplaats in de Heidestraat. 2. Lievens Alfons Maria Edmond. Hij werd geboren te Borgerhout op 12 augustus 1885 en overleed te Berchem op 2 juli 1969. Evenals zijn broer deed hij zijn studies in Turnhout. Hij werd in het Sint-Jozefcollege op 5 september 1894 ingeschreven en verliet de school in augustus 1903 met vrucht.
Hij slaagde in zijn examens in Leuven en behaalde het diploma van apotheker. Op de fiche van zijn middelbare school werd ook nog vermeld dat hij tijdens de Eerste Wereldoorlog naar Nederland was gevlucht, zonder echter een opgave van plaats of periode. In de praktijk was hij echter apotheker-rentenier. Hij woonde in Antwerpen, Kerkstraat 127, doch werd ook begraven in de familiekelder op de begraafplaats van Kapellen.
Foto van Lievens Alfons.
39
’t Bruggeske 44ste jaargang – december 2012 – nummer 4
De naam van Lievens Stanislas zal voor altijd verbonden blijven met de gemeentelijke begraafplaats van Kapellen. Omdat het kerkhof rond de Sint-Jacobuskerk van Kapellen-Centrum te klein werd had burgemeester Geelhand aan de heer Lucas, gezworen landmeter te Kapellen, gevraagd om te onderhandelen om eventueel een perceel grond aan te kopen voor de aanleg van een gemeentelijke begraafplaats. Dit perceel grond lag in de Heidestraat sectie H en bestond uit de volgende delen: " H131: met een oppervlakte van 91 a, 20 ca, " H132 deel 1: met een oppervlakte van 1 ha 24 a 70 ca, " H132 deel 2: met een oppervlakte van 14 a 10 ca of een totale oppervlakte van 2 ha 30 a. Op 19 september 1911 werd het hiernavermelde voorstel uitgewerkt: 1. De verkoopprijs bedroeg 6.000 BEF per ha, alle houtgewas inbegrepen, 2. Alle onkosten voor het opmeten van het perceel, het opstellen van plannen en notariële akten waren ten laste van de kopers (d.w.z. het gemeentebestuur van Kapellen), 3. De verkopers (d.w.z. de familie Lievens) kregen gratis een grondconcessie van 25 m# op de nieuwe begraafplaats in de zone voorzien voor grondconcessies. 4. De publieke weg (thans Oude Heidestraat) die het te verkopen perceel doorsneed zou oostwaarts verlegd worden zodat deze landweg een publieke weg zou blijven voor de andere eigendommen van de heer Lievens. Het gemeentebestuur diende de nodige gronden aan te kopen om voornoemde weg te verleggen en dit eveneens aan de prijs van 6.000 BEF per ha, bomen inbegrepen. Hiervoor werd een oppervlakte van 15 a 10 ca voorzien. De aankoop volgens de afgesproken voorwaarden werd door de gemeenteraad goedgekeurd op 4 november 1911. De minister van oorlog liet het gemeentebestuur in een niet gedateerde brief weten dat hij het oprichten van kapellen, praalgraven en kruisen welwillend zou onderzoeken omdat dergelijke bouwwerken een aanzienlijk inkomen uitmaken voor het gemeentebestuur.
Wordt vervolgd.
40
DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT ’T BRUGGESKE HEEMKRING HOGHESCOTE VZW. ESSENHOUTSTRAAT 59 2950 KAPELLEN AFGIFTEKANTOOR: KAPELLEN 1 P 806083
COPY SERVICE CENTER KOPIES Inbinden Plastificeren Printen Kleurkopieën DORPSSTRAAT 50 - KAPELLEN 2950 TEL: 03.605.42.67 e-mail: copyservicecenter@skynet.be
BELGIË BELGIQUE P.B. 2950 KAPELLEN 1
BC 30832