Astronomische klok Willem SMOLDERS Raymond Roelands
De Smoldersklok Inleiding Lier heeft zijn Zimmertoren met astronomisch uurwerk; in Wichelen is de Heirmanklok sinds 2016 te bezichtigen in jeneverstokerij Rubbens; ook Sint-Truiden heeft haar Festraetsklok; hier en daar in ons land zijn er vast nog meer bijzondere klokken: wateruurwerken, zandlopers en zonnewijzers. Sinds 1997 kan ook in Kapellen een bezoek gebracht worden aan een astronomische klok. En dat is het werk van Kapellenaar Willem Smolders. Experts bestempelen deze klok als een van de meest vernuftige astronomische klokken in de wereld, zowel op technisch als op wetenschappelijk vlak. Alleszins is het de meest geavanceerde astronomische klok van Vlaanderen.
De ontwerper Willem Smolders werd geboren in Putte-Kapellen op 11 januari 1923. Reeds in zijn jeugd legde hij een grote voorliefde aan de dag voor technische wetenschappen. In Antwerpen leerde hij het vak van uurwerkmaker. In 1939 begon hij een eigen "uurwerkmakersbedrijf" in Putte. In vrije momenten echter wijdde hij zich met enthousiasme aan zijn hobby's: elektriciteit en astronomie, die hij zich door zelfstudie eigen maakte. Op eigen houtje ontwierp hij in 1938 een secondenregulateur. Daarna kwamen een planetarium (een datumklok met 7 wijzerplaten) en een maandklokje met 5 wijzerplaten, waarvan er 4 in de slinger waren gemonteerd. Maar zijn grote droom was het ontwerpen van een astronomisch uurwerk. De berekeningen - toen nog zonder rekenmachine of computer - namen anderhalf jaar in beslag. Het eigenlijke werk begon in 1943 en duurde acht jaar. Willem tekende, berekende en ging aan het werk. Hij maakte ieder onderdeeltje zelf. In totaal ging het om meer dan 30.000 verschillende deeltjes! Ze werden gedraaid op een freesmachine die hij ook zelf had gemaakt. De klok werd uiteindelijk zo hoog dat Willem ze thuis niet kon opstellen. Daarom kreeg hij in 1951 de gelegenheid zijn kunstwerk tentoon te stellen in de gemeentelijke jongensschool te Putte Kapellen. Ze werd ook tentoongesteld in het VTB-VAB-gebouw te Antwerpen, in Ekeren en in Bree. Ondanks de belangstelling uit binnen- en buitenland werd ze nadien echter nooit meer aan het publiek getoond. HOBONIA - Volkskunde
1
Astronomische klok Willem Smolders
In 1996 schonk Willem Smolders zijn kunstwerk aan de gemeente Kapellen. Sindsdien staat het astronomisch uurwerk opnieuw in zijn volle glorie opgesteld; tot eind 2012 in het voormalige gemeentehuis - “Oud-Gemeentehuis” en sinds 17 januari 2012 in het nieuwe Erfgoedcentrum aan het Marktplein, waar het door iedereen kan worden bewonderd. De Brasschaatse horlogemaker Jan Bouten, die al acht jaar de klokken van de Zimmertoren onderhoudt en technicus Fons Dams, die Louis Zimmer nog persoonlijk gekend heeft, zijn onder de indruk van de Kapelse astronomische klok. “Ik heb alle uurwerken gedemonteerd en gereviseerd. Het is werkelijk een uniek werk. De klok verdient veel meer aandacht dan ze nu heeft”, zegt Jan Bouten.
Op 17 januari 2012 ging een lang gekoesterde droom in vervulling voor VZW Heemkring Hoghescote en voor de werkgroep Toerisme Kapellen, het nieuw “Erfgoedcentrum” in de oude hoeve Van Paesschen opende zijn deuren. Eindelijk een volwaardige plaats voor het kunstwerk van Willem Smolders, zijn astronomische klok.
Beknopte beschrijving van de SMOLDERSKLOK De Smoldersklok is een astronomisch uurwerk van 3,5 meter hoogte. Ze bestaat uit drie delen: * een eiken voetstuk; * een tussenverdieping met monorail, waarin elk uur een treintje rondrijdt, dat een tafereel van elke provincie meevoert; * de toren, met de astronomische aanduidingen. Verdeeld over vier zijden, bestaat het uurwerk uit 55 wijzerplaten met 132 aanduidingen. Eén van de zijden is opgebouwd uit allegorische elementen. Daarin heeft ook het slagwerk zijn plaats gekregen.
HOBONIA - Volkskunde
2
Astronomische klok Willem Smolders
A. Beschrijving van de voorzijde De voorkant telt 28 wijzerplaten met 75 gegevens. (De nummers voor de alinea's verwijzen naar de overeenstemmende wijzerplaten)
1. De Hoofdklok De hoofdklok of “moederklok” bevindt zich in het midden van de bovenste rij (wijzerplaat nr. 1). Ze wijst de officiële “Greenwich zonnetijd” aan, d.w.z. het officiële uur volgens de stand van de zon, door België in 1892 aangenomen. Greenwich is een oostelijke voorstad van Londen. In 1675 werd er een sterrenwacht gesticht met als opdracht de juiste posities van hemellichamen vast te stellen en zo lengtebepaling op zee mogelijk te maken. Dit "Royal Greenwich Observatory" is steeds nauw met de scheepvaart verbonden geweest. Zo werd er de beroemde "Nautical Almanac", thans "Astronomical Ephemeris" (Astronomisch Dagboek) genoemd, gesticht, chronometers werden er gecontroleerd en vanaf 1833 werd tijdseinen verzorgd, thans per radio in de vorm van de nog steeds bestaande "six pips" (op elk uur worden 6 tikken gegeven, waarbij de laatste tik het begin is van het nieuwe uur). Tijdens de internationale conferentie van Washington in 1884 werd met 22 stemmen voor, 1 stem tegen (San Domingo) en 2 onthoudingen (Frankrijk en Brazilië) de meridiaan van Greenwich algemeen als nulmeridiaan van de aarde aangenomen. Na 1945 is het observatorium overgebracht naar het afgelegen kasteel van Herstmonceux in Sussex, ver van het storende licht van steden. Het bevindt zich dus niet meer precies op de meridiaan van Greenwich. HOBONIA - Volkskunde
3
Astronomische klok Willem Smolders
Een meridiaan is een denkbeeldige lijn aan de hemel die noordpunt, zenit en zuidpunt van de waarnemer met elkaar verbindt. De meridiaan is de grote cirkel waarop de twee hemelpolen en het zenit en het nadir zich bevinden. Het noordpunt is het punt aan de horizon dat zich exact ten noorden van de waarnemer bevindt, d.w.z. het noordelijke snijpunt van de horizon met de plaatselijke meridiaan. Het noordpunt bevindt zich recht onder de noordelijke hemelpool. Het zenit is het punt aan de hemelbol dat zich recht boven de waarnemer bevindt. Het zuidpunt is het punt aan de horizon dat zich exact ten zuiden van de waarnemer bevindt. het zuidelijke snijpunt van de horizon met de plaatselijke meridiaan. Het nadir is het punt aan de hemelbol dat zich recht onder de waarnemer bevindt, diametraal tegenover het zenit. Zonnetijd is de tijd op de aarde die afgeleid kan worden uit de stand van de zon. Bereikt de zon haar hoogste stand aan de hemel dan is het 12 uur zonnetijd. Voor het bepalen van de andere tijdstippen kan men de cirkelboog die de zon (schijnbaar) langs de hemel aflegt, in 24 uur verdelen. Voor alle punten op dezelfde lengtemeridiaan geldt dezelfde zonnetijd. De hoofdklok geeft elke minuut een 3 seconden durende stroomimpuls. Hierdoor worden alle (54) wijzerplaten van de Smoldersklok één minuut vooruit gezet.
2. Het Torenuur De grootste wijzerplaat boven de hoofdklok duidt het officiële uur in België aan, nl. de MiddenEuropese tijd (M.E.T.). De M.E.T. is de tijdrekening zoals die gehanteerd wordt in Midden- en West Europa, uitgezonderd Groot Brittanië en Portugal. Strikt genomen is de M.E.T. gelijk aan de plaatselijke zonnetijd van een waarnemingsplaats op 15° oosterlengte. De M.E.T. werd door de Duitsers in onze regio ingevoerd tijdens de 2de wereldoorlog. Na 1945 werd deze tijd gehandhaafd en werd de zomertijd afgeschaft. In 1977 werd de zomertijd in België, na enkele experimenten, opnieuw ingevoerd. Het officiële uur in België is: - in de winterperiode G.W.Z.T. + 1 uur - in de zomerperiode G.W.Z.T. + 2 uren De betreffende periode en het huidige jaartal zijn afleesbaar in het kijkraampje.
3. De Aardbol Alle plaatsen gelegen op dezelfde meridiaan (hier aangegeven met een koperen band) hebben hetzelfde uur. De aarde draait, in 24 uur, om een denkbeeldige as die het aardoppervlak snijdt van noord- naar zuidpool. Deze as noemt men de momentane rotatie-as of aardas. De aswenteling der aarde geschiedt in westoostelijke richting, van het noorden uit gezien HOBONIA - Volkskunde
4
Astronomische klok Willem Smolders
derhalve tegen de wijzers van de klok in. Deze aardrotatie vormt de oorzaak van de afwisseling van dag en nacht. De aarde volbrengt namelijk, gemeten aan de terugkeer van de culminatie van een vaste ster (d.w.z. de doorgang van een vaste ster door de plaatselijke meridiaan), één omwenteling in 23 uur 56 minuten en 4,09 seconden en gemeten aan de terugkeer van de zonne-culminatie, één in 24uur. De rotatie-as vormt met het vlak van de aardbaan om de zon een hoek van 66°33', daarmee samenhangend vormt het vlak van de aardbaan een hoek van 23°27' met het vlak van de equator. Deze scheve stand van de rotatie-as vormt de voorwaarde voor de wisseling der jaargetijden. De tijdsindeling op onze aarde In 1883 werd te Washington een internationaal congres bijeengeroepen met de bedoeling een algemene overeenkomst te sluiten over de keuze van de uurgordels op de aarde. De wereldbol werd verdeeld in 24 gelijke gordels van 15° of 1 uur (60 minuten) met de meridiaan van Greenwich als 0°. Rond de grote wijzerplaat duiden 11 kleinere platen de tijd aan in verschillende landen van de wereld. De wijzerplaten zijn deels geel en blauw: geel van 6 tot 18 uur, blauw van 18 tot 6 uur. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
San-Francisco-tijd (Pacific time) - 8 uur (achter) Midden-Amerika-tijd (Central time) - 6 uur (achter) New-York-tijd (Eastern standard time) - 5 uur (achter) Brazilië-tijd- Zuid-Amerika - 3 uur (achter) IJsland-tijd - 1 uur (achter) Midden-Europa-tijd + 1 uur (voor) Oost-Europa-tijd + 2 uur (voor) Indië-tijd + 5,30 uur (voor) China-tijd (Zuidkust) + 7 uur (voor) een eigenaardigheid: de wijzers draaien in tegenovergestelde richting! 13. Guan-tijd (Midden-Australië) + 9,30 uur (voor) 14. Nieuw-Zeeland-tijd + 11,30 uur (voor)
15. De Zonnedag De zonnedag is de tijd die verloopt tussen twee opeenvolgende doorgangen van de zon over dezelfde meridiaan, m.a.w. de tijd die verloopt tussen twee werkelijke middaguren. Hij duurt 3 minuten en 56 seconden langer dan een sterrendag. Sterrenkundigen en zeelieden berekenen de dag vanaf middag, omdat het vaststellen van de ware middag of hoogste stand van de zon gemakkelijk te controleren Dat geeft ook voordelen bij het berekenen van plaatsbepaling (bv. op zee).
HOBONIA - Volkskunde
5
de de is. de
Astronomische klok Willem Smolders
Dit is precies het tegenovergestelde van wat men op het vasteland doet: daar begint de burgerlijke dag met middernacht en is een etmaal verdeeld in twee perioden van 12 uur. De wijzers overlopen de 24-delige kring van de wijzerplaat in 24 uur of een zonnedag. De kleinste wijzer duidt de zomer- of wintertijd aan. Rekening houdend met de ligging van het centrum van Kapellen op 4° 25’ OL geeft de wijzerplaat van de zonnedag de zonnetijd voor Kapellen d.w.z. G.W.Z.T. + 17’. Voor het aflezen van het uur dient de grote wijzer geprojecteerd te worden op een normale wijzerplaat van 12 uren.
16. De Sterrendag De sterrendag, ook siderische dag genoemd, is het tijdsverschil tussen 2 opeenvolgende meridiaandoorgangen van een bepaalde ster, d.w.z. de werkelijke rotatieperiode van de aarde. De sterrendag duurt 23 uur, 56 minuten, 4,09 seconden. De sterrendag wordt evenals de zonnedag onderverdeeld in 24 uren van elk 60 minuten, ieder van 60 seconden. Deze eenheden zijn echter korter dan de overeenkomstige op de zonnedag gebaseerde eenheden, omdat de sterrendag 3 minuten en 5,81 seconden korter is dan de zonnedag.
17. De Week De wijzer heeft een week nodig om zijn rondgang te doen. Hij duidt de zeven dagen van de week aan met het wetenschappelijk teken van de goden uit de oudheid. Zondag is de eerste dag van de week. Soms wordt de zondag ook beschouwd als de zevende dag. De dagen van de week, het dagnummer, het symbool en de betekenis: zondag maandag
1 2
Appolo Diana
(zon) (maangodin)
dinsdag woensdag
3 4
Mars Mercurius
(lans) (gouden staf)
Jupiter Venus Saturnus
(bliksemschicht) (spiegel) (sikkel, zeis)
donderdag 5 vrijdag 6 zaterdag 7
Griekse God van de kunst, de zon en de dag tweelingzuster van Appolo, later godin van de jacht God van de oorlog bode van de goden, god van fortuin, handel en welsprekendheid god van de donder en de bliksem godin van de schoonheid en de liefde god van de tijd en de landbouw
De oorsprong ervan is Babylonisch zondag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag
dies solis dies lunae dies martis dies mercurii dies jovis dies veneris dies saturni
HOBONIA - Volkskunde
ZON MAAN MARS MERCURIUS JUPITER VENUS SATURNUS
6
Astronomische klok Willem Smolders
De Nederlandse namen van de dagen van de week zijn overwegend van Germaanse oorsprong zondag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag
dag van de zon dag van de maan dag van Tiwaz, oorlogsgod dag van Wodan (odin), oppergod dag van Donar, dondergod dag van Freia, godin van de liefde dag van Saturnus, Romeinse god van de vruchtbaarheid
18. De datum 7 maanden tellen 31 dagen: januari, maart, mei, juli, augustus, oktober en december; 4 maanden tellen 30 dagen: april, juni, september en november; De wijzer op deze plaat springt automatisch naar de juiste dag. Elke dag verplaatst hij zich 1/31ste van de wijzerplaatkring. Door een pallen- en verensysteem wordt hij vanzelf van 30 op 1 gebracht (bv. wanneer het een maand van 30 dagen betreft). Februari heeft echter 28 dagen; Bij het einde van deze maand zorgt het mechanisme ervoor dat de wijzer op 1 maart wordt gezet. Om de 4 jaar telt februari 29 dagen (schrikkeljaar). Ook dit is in de berekening voorzien en het mechanisme doet de rest. Voor deze aanpassing zorgt een gewichtje, dat slechts om de 5 jaar dient opgetrokken te worden. 19. De Maanden Na een jaar, of 12 maanden, is de wijzer rond. Hij wijst aan in welke maand wij zijn, de hoeveelste van het jaar en het aantal dagen. v
Maand rrangorde
aantal dagen
januari
1
februari
2
maart april
3 4
31 30
mei
5
31
juni
6
30
HOBONIA - Volkskunde
31 28 of 29
oorsprong van de naam Maand bij de Romeinen toegewijd aan Janus, god met 2 gezichten, kijkend naar verleden en toekomst. Bij de Romeinen Februarius genaamd, d.i. reinigingsmaand. Genaamd naar Mars, Romeinse oorlogsgod. Genaamd naar aprilis, grasmaand bij de Romeinen. Genaamd naar de Indische godin Maja, d.i. scheppende godheid. Genaamd naar Juno, zomergod bij de Romeinen. 7
Astronomische klok Willem Smolders
juli
7
31
augustus
8
31
september
9
30
oktober november
10 11
31 30
december
12
31
Genaamd naar keizer Julius Caesar, (-100 tot -44 v. Chr.) Genaamd naar keizer Augustus (-63 v. tot +14 na Chr.) Zevende (d.i. septem) maand in de Romeinse kalender. Achtste (d.i. octo) maand in de Romeinse kalender. Negende (d.i. novem) maand in de Romeinse kalender. Tiende (d.i. decem) maand in de Romeinse kalender.
20. De Maanden volgens de landbouwer Ook hier heeft de wijzer ĂŠĂŠn omwenteling per jaar nodig om rond te gaan. januari februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december
IJsmaand Sprokkelmaand Vismaand Grasmaand Bloemenmaand Scheermaand Hooimaand Oogstmaand Fruitmaand Wijnmaand Slachtmaand Rustmaand
21. De tijdvereffening Is het verschil tussen de ware zonnetijd en de middelbare zonnetijd. De ware zonnetijd is die tijd die aangegeven wordt door een zonnewijzer. Het is 12 uur 0 minuten 0 seconden op het moment dat de zon zich in de meridiaan van de waarnemer bevindt. De middelbare zonnetijd is de tijd die aangegeven wordt door de middelbare zon, d.w.z. de denkbeeldige zon die zich in de loop van een jaar met een eenparige snelheid over de hemelequator verplaatst. De ware zon beweegt over de ecliptica, die een hoek met de hemelequator maakt, en heeft bovendien geen constante snelheid omdat de aarde in een ellipsvormige baan rond de zon beweegt. De hemelequator is de snijcirkel van het vlak door de evenaar van de aarde met de hemelbol. De hemelequator verdeelt de hemelbol in een noordelijk en een zuidelijk halfrond. Soms beweegt de zon dus wat sneller dan gemiddeld. De wijzerplaat duidt voor elke dag het verschil in minuten aan.
HOBONIA - Volkskunde
8
Astronomische klok Willem Smolders
Op of rond 16 april, 13 juni, 1 september en 25 december is de tijdvereffening gelijk aan nul. De maximale positieve en negatieve waarden zijn -14 minuten op 11 februari en +16 minuten op 3 november.
22. De Dierenriem De weg die de zon elk jaar schijnbaar aflegt rond de aarde noemen we de dierenriem of Zodiac. Hij bestaat uit 12 sterrenbeelden zichtbaar op 20° boven de ecliptica, die meestal de naam van een dier dragen. In de pseudo-wetenschappelijke astrologie en waarzeggerij wordt zij gebruikt voor het opstellen van horoscopen. De dierenriem is verdeeld in 12 vakken, elk 30° lang beginnende bij het lentepunt (d.w.z. het punt dat de zon op 21 maart passeert). Door het verschuiven van de ecliptica ten opzichte van vaste sterren (1 volledige rondgang in 26.000 jaar) komen de tekens niet meer overeen met de sterrenbeelden (1 sterrenbeeld of 30° verder). De wijzer duidt het beeld van de dierenriem aan en is na één jaar rond. De dierenriem wordt in vier groepen verdeeld: de tekens komen niet meer overeen met de sterrenbeelden. (zie blz. 14 nr. 7) De wetenschappelijke benaming wordt in hoofdletters weergegeven. 1 Lentetekens 1 ARIES - Ram 21/3 tot 20/4 2 TAURUS - Stier 20/4 tot 21/5 3 GEMINI - Tweelingen 21/5 tot 22/6 begin van de zomer 2 Zomertekens 4 CANCER - Kreeft 5 LEO - Leeuw 6 VIRGO - Maagd begin van de herfst
22/6 tot 23/7 23/7 tot 23/8 23/8 tot 23/9
3 Herfsttekens 7 LIBRA - Weegschaal 8 SCORPIO - Schorpioen 9 SAGITTARIUS-Boogschutter begin van de winter
23/9 tot 23/10 23/10 tot 22/11 22/11 tot 22/12
4 Wintertekens 10 CAPRICORNUS - Steenbok 11 AQUARIUS - Waterman 12 PISCES - Vissen begin van de lente
22/12 tot 20/1 20/1 tot 18/2 18/2 tot 21/3
23. De Jaargetijden Een jaargetijde is de tijdsduur tussen een zonnewende (solstitium) en een dag- en nachtevening (equinox). Een solstitium of zonnestilstand is het punt aan de hemel waar de zon het verst van de hemelequator verwijderd is. HOBONIA - Volkskunde
9
Astronomische klok Willem Smolders
Tijdens het zomersolstitium, rond 22 juni, staat de zon pal boven de kreeftskeerkring en duurt de dag op het noordelijk halfrond het langst. Tijdens het wintersolstitium, rond 22 december, staat de zon pal boven de steenbokskeerkring en duurt de dag op het zuidelijk halfrond het langst. De kreeftskeerkring is een cirkel op de aardbol evenwijdig aan de evenaar op 23° 27' noorderbreedte. De tegenhanger, de steenbokskeerkring ligt op 23° 27' zuiderbreedte. De lente is het jaargetijde tussen het ogenblik waarop de zon de evenaar van zuid naar noord passeert (20 of 21 maart) en dat waarop zij haar hoogste declinatie bereikt (21 of 22 juni). De duur van de lente bedraagt 92 dagen en 20 uur. De declinatie van de zon is de boogafstand van de zon tot de hemelequator uitgedrukt in graden, en wordt positief gerekend ten noorden van de hemelequator en negatief ten zuiden ervan. De zomer is op het noordelijk halfrond het jaargetijde tussen het ogenblik waarop de zon het zomerpunt passeert (21 of 22 juni) en dat waarop zij in het herfstpunt komt (22 of 23 september). De duur van de zomer is 93 dagen en 15 uur. De herfst is het jaargetijde tussen het ogenblik waarop de zon de evenaar van noord naar zuid passeert (22 of 23 september) en dat waarop zij haar laagste declinatie bereikt (21 of 22 december). De duur van de herfst bedraagt 89 dagen en 19 uur. De winter in het noordelijk halfrond is het jaargetijde tussen het ogenblik waarop de zon haar winterpunt passeert (21 of 22 december) en dat waarop zij in het lentepunt komt (20 of 21 maart). De duur van de winter is 89 dagen. Op de wijzerplaat is ook de stand van de aarde te zien bij het begin van elk jaargetijde. Na 1 jaar is de wijzer rond. Deze wijzerplaat is in vier vakken verdeeld: de vier jaargetijden. 1 2 3 4
lente zomer herfst winter
duur: 92 dagen en 11 uur duur: 93 dagen en 8 uur duur: 89 dagen en 10 uur duur: 90 dagen
Ook de stand van de aarde bij het begin van elk jaargetijde is te zien. Na 1 jaar is de wijzer rond.
24. Opkomst en ondergang van de zon. Hier geen wijzerplaat, maar een landschap, waarop te zien is hoelang de zon boven de horizon zichtbaar is. Die duur hangt af van de seizoenen. Achter de uitgesneden gleuf ziet men de zon die opkomt en ondergaat op de juiste tijd. HOBONIA - Volkskunde
10
Astronomische klok Willem Smolders
's Middags staat de zon op haar hoogste punt. Ze is dan ook volledig te zien in het onderste kijkraampje. De twee beweegbare schijfjes verlengen of verkorten de gleuf volgens het dagelijks op- en ondergaan van de zon tijdens de opeenvolging der seizoenen.
25. Schijnbare beweging van het sterrenbeeld de Grote Beer (Noordelijk Halfrond) om de Poolster De wijzer is hier vervangen door de vorm van het sterrenbeeld de Grote Beer. Voor zijn omwenteling heeft hij ĂŠĂŠn sterrendag nodig. De Grote Beer draait in tegengestelde richting rond de poolster en om die reden zijn op de buitenrand de beginletters van de maanden in omgekeerde volgorde aangebracht. De Grote Beer is een opvallende groep van 7 heldere sterren, alle ongeveer van de 2de grootte. De wetenschappelijke naam is Ursa Major.
26. Schijngestalten van de maan Ook hier geen wijzerplaat, maar een landschap. De koperen schijf toont ons de schijngestalten van de maan. De maan maakt 2 bewegingen in de ruimte: (1) zij draait om haar as en (2) zij draait rond de aarde. Zij heeft 27 dagen 7 uren 43 minuten en 11,52 seconden nodig om rond haar as te draaien en dezelfde periode (d.i. een siderische maand) om t.o.v. de sterren eenmaal rond de aarde te draaien. Omdat deze twee perioden gelijk zijn toont de maan ons altijd dezelfde kant. Deze veranderende aspecten van de maan worden fasen genoemd. Als de maan in de richting van de zon staat, draait zij de donkere oppervlakte naar ons toe (Nieuwe Maan). Geleidelijk verschijnt een smalle maansikkel, die in ongeveer een week aangroeit tot een halve maan (Eerste Kwartier). Een week later is de gehele oppervlakte verlicht (Volle Maan). Dan neemt het verlichte deel langzaam af tot een halve maan (Laatste Kwartier) tot zij uiteindelijk verdwijnt bij de volgende Nieuwe Maan. In het kijkraampje kan men de juiste dag van de kwartiermanen aflezen. HOBONIA - Volkskunde
11
Astronomische klok Willem Smolders
Hulpmiddel voor het herkennen van de “kwartiermaanstand” NM EK VM LK
Nieuwe maan Eerste kwartier Volle maan Laatste kwartier
Wassende maan Afnemende maan
27. De ouderdom van de maan De maan draait om haar as en tegelijk om de aarde en wel in dezelfde tijd waardoor ze steeds dezelfde kant naar ons richt. De ons vertrouwde maand is de cyclus van maangestalten die “Synodische omlooptijd” wordt genoemd. Het is de terugkeer tot eenzelfde stand ten opzichte van de zon. Hij bedraagt 29 dagen 12 uren, 44 minuten en 2,87 seconden. De wijzer duidt aan hoeveel dagen er verlopen zijn sedert de laatste nieuwe maan of hoe oud de maan is op deze dag, (evenals de ouderdom bij de vier kwartierstanden).
28. Opkomst en ondergang van de maan Opkomst en ondergang worden voorgesteld via een landschap. Het bolletje (de maan) komt op (opkomst), passeert de meridiaan (M) en gaat onder (ondergang). Het maanbolletje heeft een licht- en schaduwzijde en laat tevens de schijngestalten van de maan zien.
HOBONIA - Volkskunde
12
Astronomische klok Willem Smolders
B. Beschrijving van de rechterzijde De rechter zijkant bestaat uit 13 wijzerplaten.
(De nummers voor de alinea's verwijzen naar de overeenstemmende wijzerplaten.)
1. Tellurium Het tellurium is een toestel om de beweging van maan en aarde aanschouwelijk voor te stellen. Men ziet de schijngestalten van de maan en de watergetijden. Bij deze voorstelling staat de zon aan de rechterkant. De zonnestralen vallen rechts op de aardbol en de maan (aangegeven door pijltjes). De aarde draait om haar as in 24 uur en is geplaatst in de stand die de aarde aanneemt op het ogenblik dat de lente begint (21 maart). a. De zon belicht de maan slechts voor de helft (verguld gedeelte), de andere helft blijft in het duister (zwart gedeelte). De maan blijft altijd met dezelfde zijde naar ons gekeerd. De vorm die het verlicht gedeelte van de maan aan ons toont hangt af van de onderlinge stand van zon, aarde en maan. Staat de maan op een horizontale lijn tussen aarde en zon, dan is het Nieuwe Maan (NM). Staat ze boven de verticale lijn, dan is het Eerste Kwartier (EK). Bevindt de aarde zich tussen maan en zon dan is het Volle Maan (VM). Is de maan onder de aarde op de verticale lijn te zien, dan is het Laatste Kwartier (LK). HOBONIA - Volkskunde
13
Astronomische klok Willem Smolders
b. Op het tellurium zijn ook de getijden te zien: De getijden zijn de min of meer regelmatig weerkerende stijging en daling van het zeewater. Dit gebeurt in een periode van 12 uur en 25 minuten. In die periode kent men vloed (hoogwatertand) en eb (laagwaterstand). De getijden worden veroorzaakt door de aantrekkingskracht van de maan en de zon op de watermassa's, die 71% van het aardoppervlak bedekken. Eb en vloed worden hier voorgesteld door de ellipsvormige blauwe schijf die gelijktijdig met de maan ronddraait om de aarde in 29 dagen 12 uur, 44 minuten en 2.87 seconden. Werken zon en maan samen, dan hebben we een groot verschil tussen hoog en laag water. We spreken dan van springtij. Werken ze elkander tegen, dan noemt men dat dode tij. Tijdens één omwenteling van de maan om de aarde hebben we tweemaal springtij en tweemaal dode tij. Een factor die de getijden in onze streken beïnvloedt, zijn de noorden- en westenwinden die door hun sterkte het zeewater te Vlissingen met kracht de Schelde instuwen.
2. De “Terminator” of “grenslijn” van de maan Als de maan door de verschillende fasen van de maancyclus heengaat schuift de terminator over het maanoppervlak. De naald geeft dus de lengtegraad (d.i. een graad op een breedtecirkel of een cirkel die evenwijdig loopt met de evenaar) van het punt op waar de grenslijn de maanevenaar op middernacht ontmoet. De wijzer duidt het punt aan op de maancirkel waar het verlicht gedeelte gescheiden wordt van het beschaduwd gedeelte. Hier wordt dus het punt van de lengtegraad aangegeven waar de grenslijn de maanevenaar ontmoet. De lengte is positief (+) of westelijk gesteld van het middelpunt naar de westelijke maanboord; of negatief (-) of oostelijk gesteld van het middelpunt naar de oostelijke maanboord. De grenslijn verplaatst zich ongeveer 30'5" per uur. Hier wordt de grenslijn van de maan getoond om middernacht. Staat de wijzer op: + 90° Oost, 0° Zuid, - 90° West, 0° Noord,
dan is het nieuwe maan (NM) dan is het eerste kwartier (EK) dan is het volle maan (VM) dan is het laatste kwartier (LK)
3. Het tiendelig of decimaal uur Op voorstel van Charles-Gilbert Romme, een Frans wiskundige, voerde de Franse Nationale Conventie op 20 september 1793 de republikeinse kalender in. De nieuwe tijdsindeling werd met terugwerkende kracht ingevoerd vanaf 22 september 1792, de dag waarop de republiek werd uitgeroepen en die toevallig samenviel met de herfstevening. Het jaar werd onderverdeeld in 12 gelijke maanden van elk 30 dagen. Vijf toegevoegde dagen die elkaar opvolgden op het einde van het jaar vervolledigden het jaar tot 365 dagen. HOBONIA - Volkskunde
14
Astronomische klok Willem Smolders
Bij die gelegenheid werd voorgesteld de dag in te delen in 10 uren en één uur in 100 minuten. Middernacht zou dan om 10 uur vallen, middag om 5 uur. Vergeleken met onze vierentwintigdelige tijdaanwijzing is één decimaal uur gelijk aan 2 uur en 24 minuten. Hij bleef gedurende 13 jaar (tot 1 januari 1806) in voege. Bij keizerlijk decreet van Napoleon op 9 september 1805 werd beslist om de tiendelige tijdsindeling af te schaffen met ingang van 1 januari 1806. Er bestaan nog slechts een viertal uurwerken die de tijdaanwijzing weergeven volgens het decimaal stelsel.
4. De sterrenhemel aan het zuidelijk halfrond De schijf met de sterrenbeelden van het zuidelijk halfrond volgt de schijnbare beweging van de sterrenbeelden op een sterrendag. De schijf draait in tegenovergestelde richting dan die van het noordelijk halfrond.
5. De Zonnewijzer Hier mechanisch uitgewerkt. Een lampje vervangt het zonnelicht. De Hoofdklok (op de voorzijde van de klok) zorgt voor de vooruitgang van de schaduw. De schaduw wijst het zonnedaguur aan. De lengte van de schaduw verschilt naargelang de jaargetijden. Een en ander wordt op de klok verduidelijkt door de tekening van een boom.
6. Vallende sterren of sterrenregens Dit zijn nietige stofdeeltjes uit de ruimte die zweven in een baan rond de zon. Wanneer ze de aardse dampkring binnenkomen worden ze door wrijving met de lucht verhit. Wanneer ze het aardoppervlak tot op ongeveer 110 km zijn genaderd begint een lichtflits die men meteoor of vallende ster noemt. Op een hoogte van ongeveer 80 km zijn de meeste meteoren volledig verbrand en eindigt hun lichtspoor. Elke nacht kan men meteoren zien, maar op sommige tijdstippen van het jaar komen ze in grote getallen voor en spreekt men van meteoorzwermen of sterrenregens. De wijzerplaat geeft de voornaamste meteoorzwermen aan. We zetten ze even op een rijtje: Werkzaam
Periode van zichtbaarheid
Grootste activiteit
Lyriden
19-25 april
22 april
HOBONIA - Volkskunde
15
Astronomische klok Willem Smolders
η-Aquariden δ-Aquariden Perseïden Draconiden Leoniden Geminiden
24 april - 20 mei 15 juli - 20 augustus 23 juli - 20 augustus 9 oktober 15 - 20 november 7 - 15 december
4 mei 28 juli 12 augustus 17 november 14 december
7. De tekens van de Zodiac Om zo weinig mogelijk aan de oude overeenkomsten te veranderen, besloot men de Zodiac te verdelen in twaalf gelijke delen van 30 graden, beginnende aan het lentepunt en de naam te bewaren van het sterrenbeeld dat in de oudheid door de zon werd doorlopen in een bepaalde maand. Die delen noemt men de tekens van de Zodiac. Als gevolg van de precessie van de aardas, verplaatst het lentepunt zich echter elke 70 jaar over ongeveer 1° langs de ecliptica. Dit heeft tot gevolg dat de tekens van de Zodiak tegenwoordig niet meer samenvallen met de gelijknamige sterrenbeelden van de dierenriem. Sinds de tijd van de Babylonische beschaving, toen de namen van de dierenriem ingevoerd werden, is het lentepunt ongeveer 40° verschoven, namelijk van de Ram tot de grens tussen de Vissen en de Waterman. De precessie is de langzame verandering van de stand van de aardas in de ruimte tengevolge van de aantrekkingskracht van de zon en de maan op de hellende, afgeplatte aarde. De draaiingsas van de aarde beschrijft hierdoor een tolbeweging rond de loodlijn op het baanvlak van de aarde. De precessieperiode bedraagt ongeveer 25.800 jaar. Vermelden wij ook nog dat de 12 sterrenbeelden niet allemaal even groot zijn. De zon verblijft daardoor in sommige sterrenbeelden van de Zodiak veel langer dan in andere.
8. De Saros De Saros is de cyclus van de zons- en maansverduisteringen. Gedurende een periode van 18 jaar, 11 en 1/3de dag hebben we 71 verduisteringen: 28 maans- en 43 zonsverduisteringen. Een maansverduistering kan zich slechts voordoen wanneer de maan door de schaduw van de aarde beweegt. Een maansverduistering vindt plaats wanneer de volle maan zich in of nabij de ecliptica bevindt, zodat zon, aarde en maan vrijwel exact op één rechte lijn staan. De wijzer duidt het jaar van de Saros aan waarin we ons bevinden. De Saros wordt gebruikt voor het opstellen van de tafels van de maan- en zonneverduisteringen.
HOBONIA - Volkskunde
16
Astronomische klok Willem Smolders
9. De Romeinse Indictie De indictie-cyclus of cyclus der Romeinse belastinggetallen staat niet in verband met de bewegingen van hemellichamen. Deze cyclus omvat een periode van 15 jaar en is een uitvinding en hulpmiddel van de antieke belastingwetgeving. Het Romeinse belastinggetal geeft aan het hoeveelste jaar we zijn in de periode van 15 jaar. Men onderscheidt: a. de Griekse of Byzantijnse indictie, die op 1 september begint; b. de BedoviĂŤr indictie, ook keizerlijke of Constantijnse indictie genoemd, die op 24 september begint; c. de Romeinse indictie, ook de Pauselijke genoemd, die op 25 december of 1 januari begint; (de wijzerplaat geeft de Romeinse indictie). De indictie van een bepaald jaar wordt bekomen door bij dat jaartal 3 bij te tellen en dit getal vervolgens te delen door 15. De rest van deze deling is de indictie. Vb. 2000 + 3 = 2003 : 15 = 133, overschot 8. Indictie van 2000 is dus 8. 2017 + 3 = 2020 : 15 = 134, overschot 10. Indictie van 2017 is dus 10.
10. Hoog- en laagwater te Antwerpen In onze gewesten komen ebbe en vloed tweemaal voor in ongeveer 24 uur en 50 minuten. Daaruit volgt dat de getijden alle dagen verspringen met ons gemiddeld uur. Het scheepje gaat op en af met hoog en laag water te Antwerpen. Het wijzertje boven het scheepje laat zien of het vloed of ebbe wordt. Achter de uitgesneden gleuf komt de maan op of gaat ze onder.
11. Hoog- en laagwater te Oostende Idem zoals in Antwerpen. Oostende heeft 3 u.30’ vroeger hoogwater dan Antwerpen.
12. Hoog- en laagwater te Brest (FR) Brest heeft 8 u 21' vroeger hoogwater dan Oostende. De grote scheepjes geven hoog-, de kleine scheepjes laagwater aan. Het scheepje op de wijzer blijft in evenwicht. De wijzerplaat is in uren verdeeld.
13. Hoog- en laagwater te Dover (UK) Dover heeft 1u 10' vroeger hoogwater dan Oostende. Voor het overige zie Brest, nr. 12.
HOBONIA - Volkskunde
17
Astronomische klok Willem Smolders
C. Beschrijving van de linkerzijde De linkerzijde bestaat eveneens uit 13 wijzerplaten. (
(De nummers voor de alinea's verwijzen naar de overeenstemmende wijzerplaten.)
1. De sterrenhemel aan het Noordelijk halfrond De blauwe schijf met de verschillende sterren, sterrenbeelden en melkweg beweegt zich schijnbaar rond de Poolster in ĂŠĂŠn sterrendag. De grootte van de sterren kan men onderscheiden door de aangebrachte verlichting. Volgens de grootte (of de helderheid) van de sterren worden deze onderverdeeld in 6 categorieĂŤn, aangeduid als 1 ste , 2 de , 3 de , 4 de , 5 de en 6 de. magnitude. De helderste sterren aan de hemel zijn deze van de 1ste magnitude, deze die juist zichtbaar zijn van de 6de magnitude. Voor uitzonderlijke sterren wordt deze schaal uitgebreid tot negatieve waarden. Zo wordt de helderste ster, Sirius, aangeduid met een magnitude van -1,45. Uiteraard wordt de schaal ook verder uitgebreid na de 6de magnitude voor de sterren die niet zichtbaar zijn met het blote oog. HOBONIA - Volkskunde
18
Astronomische klok Willem Smolders
Voor ons is slechts een deel van de sterrenbeelden altijd zichtbaar, nl. die rond de Poolster. Sommige sterren zien we slechts tijdelijk. Andere sterrenbeelden zien we nooit, omdat ze tot het zuidelijk halfrond behoren.
2. Afwijking van de zon (declinatie van de zon) De ecliptica ligt niet in de verlenging van het evenaarsvlak. Jaarlijks kruist de zon de evenaar en de keerkringen in 2 punten. De wijzer van deze plaat laat ons zien hoeveel graden de zon boven of onder de evenaar afwijkt, op de Greenwich middag berekend. De declinatie is: 0° bij de nachtevening van de lente, 1ste kruispunt van de ecliptica met de evenaar; + 23°27' bij het begin van de zomer, positieve of noordelijke afwijking geheten; de zon raakt de Kreeftskeerkring (langste dag en kortste nacht) 0° bij de nachtevening van de herfst, 2de kruispunt met evenaar; - 23°27' bij het begin van de winter, de negatieve of zuidelijke afwijking geheten; de zon raakt de Steenbokskeerkring. (De nachtevening is de tijd wanneer dag en nacht elk 12 uren lang en dus aan elkaar gelijk zijn. Dit gebeurt tweemaal in het jaar: 21 maart en 23 september.)
3. Lengtebepaling van de zon Deze wijzerplaat geeft aan op welke meridiaan wij momenteel de ware middag van de zon kunnen terugvinden. De plaat bestaat uit een dubbele getallenring: -
de buitenring gaat van 0° (Greenwich middag) tot 180° oosterlengte of westerlengte met sprongen van 15°;
-
het getal van de kleine wijzer telt men bij of trekt men af van het aantal graden van de grote wijzer.
Dit getal geeft ons het aantal graden OL of WL volgens de richting aangewezen door de grote wijzer. Staan de beide wijzers op 0, dan staat de zon loodrecht op de meridiaan van Greenwich en hebben we dus Greenwich middag.
HOBONIA - Volkskunde
19
Astronomische klok Willem Smolders
4. Lengtegraadafstand van de zon De wijzer duidt voor elke dag van het jaar de zonnestand in graden op de ecliptica aan. (De ecliptica is de cirkel aan de hemel die de zon in één jaar schijnt te doorlopen. Eigenlijk is het de aarde die rond de zon draait.) De zon overspant ten opzichte van het lentepunt een boog van 0° 90° 180° 270°
rond 21 maart, bij het begin van de lente; rond 21 juni, bij het begin van de zomer; rond 21 september, bij het begin van de herfst; rond 21 december, bij het begin van de winter.
5. Afstand van de aarde tot de zon in km In de loop van een jaar, d.w.z. in 365 dagen 5 uren 48 minuten en 45,1814 seconden beschrijft de aarde een ellipsvormige baan rond de zon. Deze beweging van de aarde leidt tot de schijnbare beweging van de zon langs de hemelbol. Deze ellipsvormige baan heeft een baanexcentriciteit van 0,016713 en dit volgens de formule: excentriciteit (e) = 1 q/a, waar q de periheliumafstand van de aard tot de zon is (namelijk147.000.000 km) en a de halve lange as (of de gemiddelde afstand van de aarde tot de zon, namelijk 149.597.870 km). De wijzer geeft de afstand aan van de aarde tot de zon (in miljoen km). Gedurende de jaarlijkse omloop verandert die gestadig. Op 2 januari bevindt de aarde zich het dichtst bij de zon: 147.000.000 km. (het Perihelium); op 3 juli het verst: 152.000.000 km., (het Aphelium). De plaatsing van de getallen geeft de ellipsvormige baan weer, door de aarde om de zon beschreven.
6. Opkomst en ondergang van de zon Hier ziet men in welke windstreek de zon opkomt en ondergaat. De lengte van de dagboog bij het begin van de jaargetijden is eveneens te zien. De dagboog is de boog die de zon tijdens haar schijnbare beweging langs de hemel beschrijft. De lengte van de dagboog hangt af van de declinatie van de zon en van de plaats op de aarde. HOBONIA - Volkskunde
20
Astronomische klok Willem Smolders
Deze zonnedagboog is tijdens de zomer, wanneer de declinatie van de zon positief is, veel langer dan tijdens de winter wanneer deze declinatie negatief is. Het temperatuurverschil tussen winter en zomer is niet afhankelijk van de afstand van de aarde tot de zon, maar wel van de stand van de zon ten opzichte van de evenaar.
7. Aardbelichting Bij middel van een traag bewegende zwarte schijf wordt op deze wijzerplaat de aardbelichting voorgesteld. De aarde draait om haar as in 24 uur en de zwarte schijf voor de aarde toont ons het gedeelte dat dagelijks beschaduwd wordt. Wanneer de schijf de twee polen langsheen de aardas snijdt, dan is het evening van lente of herfst. Raakt de schijf de twee tegenoverstaande uiteinden van de poolcirkel dan hebben we zomer- of winterzonnestand. Men merkt duidelijk dat de poollanden zes maanden licht hebben en zes maanden in het donker gehuld zijn.
8. Lengte van de zonnedag Op de buitenste ring wordt het aantal uren van de zonnedag voorgesteld, namelijk het aantal uren dat verloopt tussen het opkomen en het ondergaan van de zon. De cijfers in de binnenring geven de duur aan van de burgerlijke dag, d.w.z. de zonnedag verhoogd met de burgerlijke schemering van de ochtend en de avond. De burgerlijke schemering is de periode waarin de zon minder dan 6° onder de horizon staat. Door de weerkaatsing van het zonnelicht op de hogere luchtlagen is het dan nog niet echt donker en zijn er geen sterren zichtbaar. In ons land bedraagt de burgerlijke schemering gemiddeld 3 kwartier. Op de trommel kan men eveneens aflezen hoeveel de dagen langer of korter worden voor de aangegeven periode.
9. Lengte van de zonnenacht Deze wijzerplaat is berekend op de breedteligging van BelgiĂŤ. De wijzer geeft de duur aan in uren tussen zonsondergang en zonsopkomst. Op de tekening (op de wijzerplaat) kan men zien hoelang de langste nacht duurt in de verschillende streken. HOBONIA - Volkskunde
21
Astronomische klok Willem Smolders
10. Maancirkel met Gulden Getal en Epacta Na 19 jaar vallen de verschillende schijngestalten van de maan weer op dezelfde tijdstippen van het jaar. Het getal dat de wijzer aanduidt heet gulden getal. De wijzer op de binnenring wijst eveneens aan hoeveel dagen de maan oud is op 1 januari van het huidige jaar. Dit getal noemt men het Epacta. De wijzer is na 19 jaar rond. Het Paasfeest en alle andere kerkelijke feestdagen worden bepaald door de Epacta. Ingevolge het concilie van Nicea (325 jaar na Chr.) en de regeling van Paus Gregorius VIII (1582) moet het Paasfeest gevierd worden de zondag volgend op de eerste volle maan, die op de 21ste maart of na deze datum valt. Daaruit volgt dat Pasen nooit voor de 22ste maart en nooit na de 25ste april kan vallen. (De Griekse astronoom Meton heeft dit natuurverschijnsel in 432 voor Chr. bewezen en daarom wordt de maancirkel ook de cyclus van Meton genoemd.)
11. De zonnecirkel en Zondagsletter De zonnecirkel is een tijdsruimte van 28 jaar - buitencirkel. De dagen van de week komen dan op dezelfde datum terug. Op de binnenring wordt de “Zondagsletter” aangegeven, m.a.w. de letter die zegt op welke datum in januari de eerste zondag valt. Omdat elke week 7 dagen telt zijn er 7 letters - A tot G - voorzien. A is 1 januari en G is 7 januari. Elk jaar verschuiven de dagen van de week 1 datum. Dit komt omdat elk jaar 52 weken plus ¼ dag telt. Dit wordt om de 4 jaar gecompenseerd door invoering van een schrikkeldag; hierdoor verschuiven de dagen van de week dan 2 datums.
12. Komeet van Encke Kometen zijn relatief kleine hemellichamen die uit een kop en een staart bestaan. Ze zijn samengesteld uit donker stof, ijs en gas en doorlopen vaak een elliptische baan rond de zon. Wanneer een komeet dicht genoeg bij de zon komt en warmer wordt, sublimeert een deel van de materie waaruit ze bestaat om een zogenaamde coma en/of een komeetstaart te vormen. Het vaste deel van een komeet is de komeetkern en kan een doorsnede hebben van 1 tot 50 kilometer. De lengte van de gaswolk (coma) daaromheen kan sterk variëren: van 100 000 tot 1 000 000 kilometer lang (tot meer dan 150 miljoen kilometer lang). HOBONIA - Volkskunde
22
Astronomische klok Willem Smolders
De omlooptijd rond de zon kan een paar jaar tot vele duizenden jaren bedragen. In zijn tocht om de zon verliest de komeet veel stofdeeltjes. Doorloopt de aarde toevallig dit gebied, dan vangt de atmosfeer deze stofdeeltjes op en laat ze verbranden. Dit proces nemen wij waar als een vallende ster. Van alle periodieke kometen heeft de komeet van Encke de kortste omlooptijd, 3 jaar en 115 dagen. Op 17 november 2003 stond deze komeet op een afstand van 39 miljoen kilometer van de aarde. De komeet is normaliter niet te zien met het blote oog. In 2017 werd de laatste doortocht waargenomen.
13. Komeet van Halley Ontdekt door Edmund Halley (1656 - 1742). Halley was een Brits astronoom en directeur van de sterrenwacht van Greenwich. Hij werd beschouwd als de geleerdste mens van zijn tijd, na Newton. Hij berekende de baan van verschillende kometen en schreef ook een werk ‘Principia’ over astronomie. De komeet van Halley beschrijft een ellipsvormige baan rond de aarde. Die omgang duurt ongeveer 76 jaar. De laatste doorgang van de komeet was in november 1986. Toen maakte de ruimtesonde Giotto foto’s van de kern van de komeet. Vanop aarde was de komeet moeilijk te zien, maar ze is normaal gezien wel met het blote oog waar te nemen. Halley was al eerder te zien in 1835, 1910 en 1986. De volgende doortocht van de komeet van Halley is 2061
HOBONIA - Volkskunde
23
Astronomische klok Willem Smolders
D. Beschrijving van de achterzijde en het onderstel De achterkant van de astronomische klok is het meest spectaculair. Hij omvat het slagwerk en het allegorisch gedeelte, verwerkt in acht afbeeldingen.
(illustratie van deze zijde met nummering van de verschillende onderdelen)
1. De wijzerplaat De wijzerplaat duidt het juiste uur aan voor BelgiĂŤ, d.w.z. de Midden-Europese tijd. Deze klok geeft ook de Westminsterslag.
HOBONIA - Volkskunde
24
Astronomische klok Willem Smolders
2. Kunst is eeuwig Vier automaten doen een armbeweging gedurende het eerste, het tweede, het derde en het vierde kwartier. Zij stellen voor:
2a. kunstschilder
2b. beeldhouwer
2c. kunstsmid
2d. dirigent
3. De uurslag Voor de uurslag geeft de pastoor het teken, terwijl de koster de klokken luidt.
4. Het leven is niet eeuwig De klok regelt de verlichting van de verschillende afdelingen. Enkel de verlichte afdeling werkt. Twee minuten na het slagwerk start de speeldoos en treden de afbeeldingen van het allegorisch gedeelte in werking. Het symbool van leven en dood: de deurtjes in HOBONIA - Volkskunde
25
Astronomische klok Willem Smolders
het bovenvak gaan open en de “dood� maait terwijl de vier levensfasen van de mens voorbijkomen:
b. knaapje met hoepel c. volwassen man a. Verpleegster met baby
d. grijsaard
5A. De barometer meet de luchtdruk Een wijzer geeft de actuele luchtdruk weer. De weersomstandigheden kunnen afgelezen worden volgens de hierna vermelde luchtdruk Bestendig weer Schoon weer Veranderlijk weer Wind of regenweer Veel regenweer Stormweer
op 780 mm op 770 mm op 760 mm op 750 mm op 740 mm op 730 mm en lager
5B. De thermometer en de hygro- of vochtmeter Zeer droog Droog Middelmatig Vochtig Nat
0% tot 20% 20% tot 40% 40% tot 60% (normaal) 60% tot 80% 80% tot 100%
6. De geschiedenis van het uurwerk en het symbool van de tijd
6a HOBONIA - Volkskunde
6b
6c 26
6d
Astronomische klok Willem Smolders
(6a) Zonnewijzer: de schaduw gaat mechanisch vooruit (6b) Zandloper: wordt omgekeerd
(6c) Wateruurwerk (Clepsydra): het water stijgt. Elk streepje is ĂŠĂŠn uur. Na 12 uur daalt het water en kan het opnieuw stijgen. (6d) Het aardbolletje draait om zijn as. Er is een engeltje met vier vleugeltjes aan bevestigd. De engel vliegt met twee vleugels doch de tijd met vier, waarmee bedoeld wordt: "De tijd vliegt snel".
7. Wapens van Kapellen en het voormalige Ekeren
Kapellen was tot 1795 een wijk van de heerlijkheid Ekeren. De historische band tussen de beide gemeenten is terug te vinden in hun wapenschild (7a) Wapen van Kapellen Het wapenschild van de gemeente Kapellen werd ontworpen door de kunstenaar Pol Van Houtte uit Brussel. Bij K.B. van 29 juli 1963 werd dit gemeentewapen goedgekeurd als volgt:
HOBONIA - Volkskunde
27
Astronomische klok Willem Smolders
"In lazuur 3 akers van goud. Het schild geplaatst voor een Sint-Jacobus de Meerdere als pelgrim, houdend een kapel in de linkerhand, alles van goud". Ook de gemeentekleuren, geel en blauw, zijn gemeenschappelijk voor al de vroegere gemeenten van de heerlijkheid Ekeren, nl. Ekeren, Kapellen, Hoevenen, Stabroek en Brasschaat. (7b) Wapen van Ekeren
8. Bekende gebouwen van Kapellen
8a
8b
8c
8d
(8a) Kapellen-Putte: Sint-Dionysiuskerk Dicht bij de grens stond er reeds in 1585 een kerk. Deze brandde volledig uit in 1894. In 1897 werd een nieuw gebouw opgericht op de huidige plaats. Ook dit gebouw werd om strategische redenen op 13 mei 1940 vernield door het Belgisch leger. Na wereldoorlog II werd het huidige gebouw opgericht. (8b) Kapellen: Monument van de gesneuvelden Is een kunstwerk van de Mechelse beeldhouwer Theo Blickx, directeur van de Stedelijke Academie en laureaat van de Prijs van Rome. (8c) Kapellen: Oude Pastorij Werd in 1775 opgericht door toedoen van de toenmalige pastoor Guido Knopff. Op 30 december 1985 werd het gebouw aangekocht door het gemeentebestuur van Kapellen om ingericht te worden als cultureel centrum (8d) Kapellen: Sint-Jacobuskerk De kerk van Sint-Jacobus. Het koor en de kruisbeuk dateren uit de 15de eeuw. De zijbeuken werden bijgeplaatst in 1855 en in 1890 werd de kerktoren op de huidige plaats heropgebouwd.
HOBONIA - Volkskunde
28
Astronomische klok Willem Smolders
9. Het Voetstuk Het onderstel bestaat uit een vitrinekast, waarin een monorail is gebouwd. Men bemerkt er ook een speeldoos met 8 melodieĂŤn. De monorail toont een tafereel van elk van de negen provincies van BelgiĂŤ. Hij maakt een ommegang rond de klok. Iedere provincie wordt voorgesteld door gebouwen, een landschap of nijverheid. Van de tiende provincie was in 1943 nog geen sprake.
De ommegang van het treintje duurt 3' 30". Het licht gaat automatisch aan bij het vertrek en dooft bij het einde van de ommegang.
De locomotief stelt de landkaart van BelgiĂŤ voor met het wapen van het land en het wapen van iedere provincie.
HOBONIA - Volkskunde
a. Antwerpen: met de Schelde, de haven, de Onze-Lieve-Vrouwetoren en de Boerentoren.
29
Astronomische klok Willem Smolders
b. Limburg: fruitteelt en een Kempisch dorpszicht.
c. Oost-Vlaanderen: een bloemenserre (FloraliĂŤn, begonia's), een polderweide en Gent met het Gravenkasteel en Belfort.
d. West-Vlaanderen: een typisch Vlaams binnenhuisje met spinnenwiel en kantkussen, terwijl men door de raampjes een zicht heeft op Brugge en de zee.
e. Brabant: de hoofdstad met het Justitiepaleis, de Heizel, het Eeuwfeestpaleis en de "oudste burger" van Brussel.
f. Namen: toerisme met o.a. de citadel van Dinant
g. Luik: metaalnijverheid, mechaniek, de mijnen en de elektriciteit. Ook de afdamming van de Gileppe en het perron van de stad Luik zijn te zien.
HOBONIA - Volkskunde
30
Astronomische klok Willem Smolders
h. Luxemburg: toerisme, tabak en jacht. Het hert van Aarlen en Marcasson van Bastogne.
i. Henegouwen: koolmijnen en de vijf torens van Doornik.
Technische bijzonderheden van de klok De klok is 3,5 meter hoog en heeft een voetstuk van 3,2 op 3 meter. Het totale gewicht bedraagt ongeveer 1.500 kilogram. Aan de afwerking werden circa 9.600 werkuren besteed. Dit waren in hoofdzaak avond- en nachturen, vermits de ontwerper overdag een uurwerkwinkel openhield. Alle onderdelen (van het kleinste tot het grootste) werden in eigen werkhuis vervaardigd en afgewerkt. Ook de wijzers en wijzerplaten zijn eigen werk. De gegevens op de wijzerplaten zijn in bladgoud. De klok bestaat uit meer dan 30.000 verschillende onderdelen. Alleen al het tekenen hiervan vergde anderhalf jaar. In totaal werden 140 technische tekeningen gemaakt. Zo werden er 584 raderen gefreesd, de rondsels niet meegerekend. De hoofdklok is uitgerust met een pennengang (rustende gang) en een secondenslinger. Alle minuten geeft de hoofdklok een drie seconden durende impuls, waardoor de overige 54 wijzerplatenmechanismen elektrisch worden uitgelicht en een minuut mechanisch worden vooruitgezet. De negen gewichten die als drijfkracht HOBONIA - Volkskunde
31
Astronomische klok Willem Smolders
dienst doen, wegen samen 25 kg. Zes gewichten worden elektrisch opgetrokken; de overige jaarlijks met de hand. In de voet bemerkt men drie schakelborden: één voor het transformeren van wisselstroom 220/110 Volt naar 24 18 - 12 Volt gelijkstroom. Eén voor de verlichting, waarvoor 35 lampen met automatische schakelaar gebruikt werden. Een tijdklok laat toe de verlichting te regelen volgens de bezoekuren. Een derde schakelbord zit aan de voorkant en dient enkel om de klok gelijk te zetten. Een spiegel, onderaan de voorkant bevestigd, laat de toeschouwers toe een gedeelte van het raderwerk te bekijken. In de installatie komen verder nog voor: 9 13 44 6 44
bobijnen; motoren van elk 50 watt; schakelaars; drukknoppen; kwikcontacten die de verschillende stroomimpulsen geven; 23 controlelampjes staan borg voor de goede werking van de klok.
Tekst: Wim Smolders Herman De Meulenaere Roger Balbaert Raymond Roelands Foto’s: Luc Jaspers Herman De Meulenaere Raymond Roelands
HOBONIA - Volkskunde
32
Astronomische klok Willem Smolders