De Wereldfietser 2 - 2007

Page 1

de wereldfietser

losse verkoop 7 3,40

no.2, zomer 2007

tijdschrift voor fietsreizigers

n

Thema - Fietsen bij de buren n IndonesiĂŤ n Japan n Spanje - AsturiĂŤ n Interview - Anton Wiegers n


agenda

meer informatie op: www.wereldfietser.nl en www.vakantiefietser.be of kijk op pagina 43-45 van het verenigingsnieuws

mei 12-13

9-10 Fietsreparatiecursus (basiscursus) in Kiel Windeweer 9-16 Groepsfietstocht van De Vakantiefietser in Neckarland en

17-20

16 15-17 Jongerenweekend De Wereldfietser. Speciaal voor

Voorjaarsweekend in Giethoorn, het VenetiĂŤ van het Odenwald. Info: www.vakantiefietser.be/groepsfietstocht2006.asp noorden. Met op zondagochtend de ledenvergadering. Informatie bij Jim van den Berg, JimvandenBerg@chello.nl Fietsherstelcursus van De Vakantiefietser in Antwerpen Hemelvaarttrektocht georganiseerd door De Vakantiefietser en De Wereldfietser. Verzamelen in Antwerpen jongeren. In Overijssel. Meer informatie en aanmelden: en via BelgiĂŤ en Nederland gaan we oostwaarts naar ismieke@hotmail.com Maastricht. Informatie: Dan Celis, DanCelis@hotmail.com Lentefietstocht De Wereldfietser. Verzamelen en Fietsherstelcursus van De Vakantiefietser in Antwerpen vertrek vanaf Alkmaar CS. Informatie en aanmelden: anitamathijssen@planet.nl Fietsreparatiecursus (basiscursus) in Kiel

19 19-20

15-17

Windeweer bij Marten Gerritsen. Informatie en aanmelden bij Roald Bonants, fietsreparatiecursus@wereldfietser.nl

16-17 Fietsreparatiecursus (gevorderden) in Kiel Windeweer

26-27 Fietsreparatiecursus (gevorderden) in Kiel Windeweer

augustus

juni

25-26 Nazomerweekend De Wereldfietser op de Harskamper-

8-17 Buitenlandtocht. Wie gaat er mee naar Engeland varen? Aanmelden en info bij Jim van den Berg, JimvandenBerg@chello.nl

2 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

dennen. Informatie en aanmelden: Harry.fietsenaar@chello.nl

september 14-16 Najaarstrektocht De Wereldfietser. Vertrek vanuit Amsterdam. Info: Yvette Heijnen, dolfijn200@zonnet.nl


inhoud

FOTO’S COVER MARGJE HEINZE, AGENDA EN INHOUD MARIANNE VINCKEN

19-29 THEMA: FIETSEN BIJ DE BUREN 6 Indonesië

14 Thailand

DE BRUILOFT VAN EEN NEEF WAS DE AANLEIDING VOOR BENNY EN NELE VAN BRUWAENE OM MET HUN VOUWFIETSEN TE GAAN EILANDHOPPEN IN INDONESIË.

VOOR HAROLD LANTERS LIEP HET IN THAILAND WAT MINDER GELUKKIG AF. HIJ WERD VIA DE ANWB-ALARMCENTRALE NAAR HUIS VERVOERD.

9 Japan

30 Interview: Anton Wiegers

PETER RODENBURG FIETSTE IN JAPAN, WAAR HIJ ONDANKS TAALPROBLEMEN UITEINDELIJKE TOCH IN HET JUISTE ZIEKENHUIS TERECHT KOMT. GELUKKIG VALLEN DE PROBLEMEN MEE.

ANTON WIEGERS IS VERMAARD LUTHIER, BOUWT LIGFIETSEN TANDEMS EN RIJDT ERMEE NAAR SANTIAGO DE COMPOSTELLA. PORTRET VAN EEN ‘VERNUFTELING’.

12 Spanje; Asturië

46 Retie

JULIAN RUIZ COROSTOLA ONDERVOND HET FIETSPLEZIER IN GENT EN GING PER FIETS TERUG NAAR ZIJN GEBOORTESTREEK, ASTURIË. TUSSEN VRIENDELIJKE MENSEN, TUSSEN ZEE EN BERGEN, DEED HIJ MET MIDDELMATIG GETRAINDE BENEN EN EENENTWINTIG VERSNELLINGEN EEN AANTAL ONTDEKKINGEN.

DE VLAAMSE VAKANTIEFIETSBEURS IN RETIE TROK OOK DIT JAAR VELE DUIZENDEN BELANGSTELLENDEN.

47 Wintertrektocht ONZE VASTE VERSLAGGEVER WIM VAN EEDEN MAAKTE WEER EEN LEVENDIG VERSLAG VAN DE WINTERTREKTOCHT.

EN VERDER 2 AGENDA 4 COLOFON EN REDACTIONEEL 5 OP KLEINE SCHAAL 9 COLUMN BRUNO LOOCKX 29 GECRANKT EN GESHIFT 33 TIPS EN KOOKPUNT 34 VAN FIETS TOT FIETS 37 HET MOMENT 38 UITGELEZEN 40 FIETSERS ONDERWEG 42 VERENIGINGSNIEUWS NEDERLAND 43 ACTIVITEITENOVERZICHT 44 VERENIGINGSNIEUWS BELGIË 51 ‘ELLEN DE VRIES, MAG IK JE IETS VRAGEN?’ TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

3


st e r b ma

pe

we

se cr

n ni n

e t a r is

g me e s t

d e r vo o r z i t t e

Marc Knapen

Frans Heylen

REDACTIE

Bruno Loockx

Steven Vincken

André Ramault

cr e t

a ri s

i v i t e i te n

se

act

st er bm a

we

pe

Marco de Wit

Freek Verbakel

Rena Wolf

Sander Onderstal

Guido van Oss

Eric Schuijt

Joke Smeets

Maarten Smit

ei

ho

REDACTIE

Perry Senders

re d acti e

o f d r e d ac t i e

Marjan Brouwer

nd

vo

or zit

t er

BESTUUR WERELDFIETSER

n ni ng ees te m

r

Helmut Riemenschneider

on

vo

or zi

tter

BESTUUR VAKANTIEFIETSER

er

r

{

Jos Morren

Marianne Vincken

Marc Peeters

UITGEVER

VORMGEVER

Maaike Pfann

Theo Jorna

van de redactie Vrijwilligers gezocht! Dit blad ziet er behoorlijk professioneel uit, als zeg ik het zelf. We doen er dan ook akelig ons best op. Maar dat kost wel een hoop tijd en een hoop gedoe. Dat hebben we er voor over, want we zijn stiekem best wel trots op ons blad, zoals (hopelijk) de hele vereniging dat is. Toch hebben we die tijd niet altijd, want de redactie bestaat uit vrijwilligers. Allemaal liefdewerk en oud papier, zoals geldt voor alle andere functies binnen de vereniging. Dat betekent dat het werk voor de vereniging er veel ‘bij’ wordt gedaan en dat lukt niet altijd natuurlijk. Daarom zijn we op zoek naar versterking van de redactie, onder het motto: vele handen maken licht werk. Was je altijd al bezig met schrijven en bladen maken, voor je werk of als ‘vaste gewoonte’ op school, overige clubs, of de personeelskrant op het werk? Of heb je nog maar weinig ervaring, maar lijkt het je gewoon heel leuk om met een blad bezig te zijn? Neem dan contact met ons op en kom eens naar een redactievergadering. De werkdruk valt (ondanks het alarmerende intro) best wel mee en heb je ook goeddeels zelf in de hand. Het gaat om vier keer per jaar een zondagmiddag redactievergadering en verder het redigeren van bijdragen van lezers en het zelf initiëren en schrijven van verhalen en artikelen. Leuk werk voor een leuke vereniging.

Denk er eens over en geef je op, via het mailadres redactie@wereldfietser.nl. Overigens geldt deze oproep nadrukkelijk voor Nederlandse én Vlaamse lezers (M/V). Misschien wel met een nadruk op Vlaamse bijdragen, want er kan nog best wel een schepje op het huidige aandeel. André Ramault en tegenwoordig ook Bruno Loockx doen erg hun best met een geweldig resultaat, maar ze zullen blij zijn met meer landgenoten in de redactie. Juist om meer Vlaamse redactieleden te trekken, overleggen we als redactie momenteel in Geldrop onder Eindhoven, om zo de reisafstanden voor iedereen binnen de perken te houden. Dat jullie in België het maar weten. Natuurlijk worden de reiskosten vergoed! Wanneer je absoluut geen tijd of gelegenheid mocht hebben om als redactielid aan te schuiven, maar je wilt zo nu en dan toch wel wat doen voor het blad, ben je ook van harte welkom. Specialisten op bijvoorbeel het gebied van fietstechniek zijn van harte welkom zo nu en dan flink uit te halen in het blad. Ook over het lichaam en gezondheid valt voldoende nuttigs te vertellen aan een wereld/vakantiefietser, dunkt me. Denk daar dan eens over en geef je op, via het mailadres redactie@wereldfietser.nl. Ik hoop van harte op veel reacties! JOS MORREN, HOOFDREDACTEUR

n Dit tijdschrift is het gezamenlijke verenigingsblad van De Wereldfietser in Nederland en De Vakantiefietser in Vlaanderen n Leden krijgen dit blad vier keer per jaar toegestuurd n Losse nummers kosten

5 3,40

n REACTIES, TIPS, VERSLAGEN met foto’s en evt. routekaartje naar: Redactie Wereldfietser, Postbus 94005, 1090 GA Amsterdam, redactie@wereldfietser.nl en Redactie Vakantiefietser, Kroonstraat 28/6, 8000

Brugge, redactie@vakantiefietser.be

n

SCHRIJFINSTRUCTIES zijn te vinden op www.wereldfietser.nl n ADVERTENTIES Theo Jorna, tel: 020 690 21 25, fax: 020 695 80 85

n LITHOGRAFIE Eddy Beems, Amsterdam n DRUKKERIJ Ton Mittelmeijer, Amsterdam n

Mele, Geert Dewit, Roger Cuypers, Jacob Vermeire, Reindert Vermeire, Ward van Loock, Maarten Smit, Sonja Edelaar, Wim van Eeden, Ellen de Vries. TINGSDATUM KOPIJ 14 mei 2007, voor schakeltjes en advertenties 27 mei.

4 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

tijdschrift@wereldfietser.nl

AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE Benny Van Bruwaene, Harold Lanters, Peter Rodenburg, Julian Ruiz Corostola, Veerle van n HET VOLGENDE NUMMER verschijnt op 29 juni 2007 n SLUI-


}

OP KLEINE SCHAAL FOTO BRUNO LOOCKX

OPROEP THEMA

Fietsen langs rivieren en kanalen ‘Welke fietsroute is jou het meest bevallen?’ Die vraag legde de Duitse fietsersbond ADFC onlangs voor aan haar leden. Dat de Donauradweg het haalde verbaast niemand, in de toptien staan maar liefst zeven routes langs waterwegen. Vind jij het fietsen op jaagpaden ook zo prachtig? Is het omdat je een broertje dood hebt aan klimmen of aan puzzelwerk naar veilige fietswegen? Of omdat je langs rivieren of kanalen zoveel aanbod hebt aan fietsvriendelijke overnachtingen, terrasjes, restaurantjes, romantische kastelen, historische abdijen,

Lek!

Licht op slot

De Batavus Adagio NuVinci is gekozen tot Fiets van het Jaar. Hierin zit een NuVinci-versnellingsnaaf die ontwikkeld is door het Amerikaanse Falbrook Technologies. Het bijzondere is dat je traploos kunt schakelen! Dus je rijdt niet in een bepaalde versnelling, maar je trapt gewoon iets lichter of zwaarder. Leuk op verjaardagsfeestjes: ‘Nou, ik heb oneindig veel versnellingen.’ De NuVinci naaf is nog niet geschikt voor vakantiefietsers; daarvoor is hij te zwaar en is het bereik te klein. Maar wie weet, over vijf jaar? www.fallbrooktech.com

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

TEKST ERIC SCHUIJT

Een cijferslot is voor een vakantiefietser handig, want je raakt nooit je sleutel kwijt. Het Abus Raydo spiraalslot is met zijn lengte van 185 cm precies lang genoeg om je fiets met beide wielen vast te zetten. Maar het bijzondere aan dit slot is de verlichting. Nu kun je in het donker je cijfercombinatie instellen. Raydo spiraalkabelslot, 185 cm: € 35,-.

Revolutionair schakelen

OP KLEINE SCHAAL

Doc Blue repareert gaatjes in binnenbanden. Je spuit de vloeistof in je binnenband en gedurende drie maanden heb je een goede lekpreventie. Je kunt het zelfs gebruiken als je al een lekke band hebt. Doc Blue is van Schwalbe, je weet wel, dat bandenmerk dat fietsbanden maakt met een zeer goede brekerlaag. Of toch niet? Flacon met 100 ml. € 9,95.

watertoerisme, contacten met andere fietsers of gewoon rust? Over Fietsen langs rivieren en kanalen gaat ons volgend thema! Maakte jij een onvergetelijke tocht langs het Canal de St-Quentin, langs de grillige Moldau of ontdekte jij een uniek watercircuit? Stuur je verhaal van 500 tot 1200 woorden naar: redactie@wereldfietser.nl of naar: redactie@vakantiefietser.be Foto's maken je verhaal nog aantrekkelijker. De deadline is 20 augustus 2007.

5


d

TEKST EN FOTO'S BENNY VAN BRUWAENE ROUTEKAARTJE ANDY

Eilandhoppen op vouwfietsen tussen Sumatra, Java en Bali

Groen Indonesië Neef Moses ging trouwen in Jakarta met Eta, een bruid van Chinese origine. Mijn vrouw Nele en ik waren uitgenodigd en we combineerden het trouwfeest met een Indonesisch avontuur op de fiets. Geen tsunami-waarschuwing of een nieuwe uitbarsting van de Merapi-vulkaan zou ons van dit voornemen afhouden. Een tocht van 3.000 km in twee weken! Om dit te realiseren combineren we het fietsen met verplaatsingen per trein, bus/busje, boot of vliegtuig. Gewone reisfietsen zorgen voor problemen in de bus en op de trein, daarom kochten we twee vouwfietsen 'Dahon Impulse', 24 versnellingen, opvouwbaar in 15 seconden. In 'El Bolso'-draagtassen gaan ze mee over de schouder. De achtertassen met een minimum aan bagage klikken we vast aan de verhoogde bagagedragers. We zullen ons redden met handwasjes 'Wipp should do it all' en dank zij de GSM-PDA blijft een papierberg thuis. Op een Zwitsers weekend klimmen we met de vouwfietsen naar 2.000 meter en suizen met een snelheid van 54 km/uur naar beneden. Test geslaagd!

Jungle in Sumatra Eind juli 2006 verwelkomt driver Sanil van 'Trijaya-Travel' (zaakvoerder Dirk Buiskool) ons op de luchthaven van Medan (Noord-Sumatra); Dirk reserveerde ook de tickets voor twee binnenlandse vluchten. We willen vanaf Perteguhan door de heuvelachtige jungle naar Berastagi fietsen, een tocht langs afgelegen Batak-dorpen. De Bataks zijn notoire kannibalen die hun slachtoffers levend

oppeuzelen. Gelukkig verliezen die na zeven minuten het bewustzijn. Omdat de vliegreis erg vermoeiend was en het te laat is om nog van start te gaan, schrappen we deze uitdaging. Op weg naar Berastagi met Sanil aan het stuur genieten we met volle teugen van het imposante regenwoud met zijn torenhoge palmen, bananenbomen, lianen en de geluiden van slangen, gevogelte en andere beesten. Na een nacht in het koloniale 'Hotel Berastagi Cottage' gaan we van start. We zijn gewaarschuwd: doorgangswegen met vrachtwagens, lawaai en stank ... zijn een hel voor fietsers. Met Mapsource, de GPS Worldmap van Garmin, en Nelles kaarten zoeken we alternatieve wegjes, vaak onverhard. We kruisen meermaals het pad van Saïdjah en Adinda met hun buffel (uit de roman Max Havelaar van Multatuli). Op zulke wegen lijkt Indonesië een fietsparadijs. Onze eerste fietsdag eindigt in Tonggin aan het majestueuze Toba-meer. De toeristische attractie, de Sipisiso-waterval, stelt weinig voor en toch verdringen er zich horden Indonesische toeristen. Daarentegen is beneden in het dorp niet één toerist en in 'Sibayak Hotel' met zijn heerlijke visgerechten zijn we de enige gasten. De volgende morgen gaat het in een bemo (busje) naar boven en we fietsen naar Haranggaol voor de overzet naar Samosir. Dit eiland is een parel tussen ongerepte bergen, temidden van het grote kratermeer. Fietsen langs de eilandoevers is puur genieten. In Tuk Tuk, op de punt van het eiland, ligt 'Hotel Carolina' met de voeten in het water. Vanaf het restaurantterras onder de palmbomen overzie je het hele meer. Een kraaknette kamer kost er amper zes euro!

Afgelegen leuke winkelstalletjes

Indonesisch regenwoud

6 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

Daarna nemen we de nachtbus richting Bukittingi, de hoofdstad van West Sumatra. De plasstop onderweg leidt naar een collectieve toiletplaats waar iedereen, enigszins afgescheiden door een laag muurtje, luidruchtig zijn ding doet. Geen WC-papier, afspoelen met een klak water! Mijn blaasafsluitspier weigert zich te ontspannen, ik ga elders plassen. De buschauffeur zet ons af op de GPS-aanduiding in the middle of nowhere. We nemen het wegje naar Palembayan en laten de Trans-Sumatran Highway achter ons. Tot onze verbazing komen we uit bij een klein winkelstalletje. We vragen de jonge vrouw thee te zetten, maar dat begrijpt ze niet. Ze haalt er Nanda bij, haar jongere broer die 'enviromental sciences' studeert aan de universiteit van Padang. Na het heerlijke ontbijt toont Nanda ons de rijstvelden en zijn viskwekerij. We begroeten ook zijn vader, de dorpsleraar. De weg wordt


d

Er zijn geen zitplaatsen meer beschikbaar, maar het zadel van onze vouwfietsen biedt meer comfort dan een plek in de gang.

Jakarta

onverhard en slingert zich doorheen groene bergen in een van leven gonzende natuur. Zowat 800 meter hoger komen we bij een café met fris bier en lekker eten! Dat is wel leuk aan Sumatra, ook op de meest afgelegen plaatsen vind je koeken, drank en fruit. Alleen is drank uit de koelkast een zeldzaamheid. We komen aan in Bukittingi. Deze universiteitstad met zijn koele en aangename ligging op een hoogte van 1.000 meter is een plek die ons prima bevalt. Na het grote Minanjau-kratermeer gaat het fors naar beneden door het 'Anai Reserve'-regenwoud, op een wegje haarfijn aangeduid op kaart. Hier voelen we ons in de jungle van Borneo. Het gaat naar Padang en van daar hoppen we met het vliegtuig naar Jakarta en naar het trouwfeest van Moses.

Trouwfeest en fietsersleed in Jakarta Daar verzinkt de Belgische delegatie in het niet bij de 800 Indonesisch-Chinese genodigden. Het is één groot spektakel met Moses en Eta in de hoofdrol. Soms wanen we ons op een feest van duizend-en-één-nacht met veel glitter, Balinese danseressen, muziek en eindeloze fotosessies. In Jakarta valt niet te fietsen en toch proberen we het, tegen beter weten in. Van het hotel fietsen we naar Jalan Jaksa, een toeristisch centrum met onder meer het nationaal monument. Wie het niet gedaan heeft gelooft het niet! Op een uur tijd krijgen we meer rotzooi binnen dan in vijf jaar fietsen door Brussel. Op de terugweg vinden we met de GPS kleinere en minder drukke straten. De doorgangswegen rijten de stad uiteen en daar is voor de zwakke weggebruiker geen doorkomen aan. Op de GPS zijn we niet meer dan 100 meter van ons hotel verwijderd, maar we bereiken het pas na een enorme omweg. Fietsen in Jakarta? Voor ons geen tweede keer!

mooie kratervallei. De onverharde weg eindigt in een woestijn van grijs zand en we duwen onze fietsen door het ‘Paris-Dakar’-zand. Na een tijdje ruiken we de solfer van de Bromo en zien we eindelijk weer levende wezens en weldra ook toeristen. Na een omwegje naar de rokende kratermond klauteren we moeizaam naar ons hotel 'Lava View'. Morgen willen we bij de vulkaan de wonderbaarlijke zonsopgang meemaken, maar niet gebracht in jeeps zoals de andere toeristen. Ik ga op zoek en spreek af met een lokale gids. De volgende morgen vertrekken we in het donker, om kwart over drie, wij op de fiets en Sugik op zijn brommer. Na een tijdje verstoppen we onze tweewielers en lopen bij volle maan over het steile pad naar de top. Samen met de vele aangevoerde toeristen genieten we van het uitzonderlijk spektakel. Maar we kijken zo mogelijk met nog meer voldoening terug op onze alternatieve nachttocht naar de populairste attractie van Oost-Java.

Toeristisch Bali Vanaf de Bromo fietsen we kilometers lang zalig de berg af naar Probolinggo. Daar staat de eivolle trein naar Bali al te wachten, een trein die vele oorlogen overleefde. Er zijn geen zitplaatsen meer beschikbaar, maar het zadel van onze vouwfietsen biedt meer comfort dan een plek in de gang. Bali is door toeristen platgelopen en hier eindigt dan ook het avontuurlijke aan onze tocht. Dat neemt niet weg dat we genieten van het snorkelen bij Menjangan-eiland, van het paradijselijk hotel Pondok Sari in Permuteran, de tempels, het raften in Sidemen, de rondleiding door de rijstvelden, de voorbereiding van een crematie langs de rivier en in het bijzonder van de altijd vriendelijke en hulpvaardige Balinezen. b

Java Van Jakarta vliegen we naar Malang (Oost-Java) en in een taxi gaat het naar Tumplang. Luid aangemoedigd door lokale supporters –zij weten perfect wat ons nog te wachten staat– begint de rit naar de actieve vulkaan 'Gunung Bromo' (2.392 m). De dag vordert maar niet de kilometers. Ondertussen zitten we toch al 1.500 meter hoog. Een bromfietser raadt ons aan te overnachten in Nadas, bij de familie Suyak. “’t Is niet ver meer en 't is altijd plat!" Van dat plat merken we weinig en na nog eens 500 meter hoogtewinst bereiken we Nadas in het donker. Moeder Suyak onthaalt ons vriendelijk. De familie warmt zich op rond een pot gloeiende kolen in het midden van de huiskamer. Wij zoeken warme kledij, zij zijn blootsvoets.

De actieve vulkaan Bromo 's Anderendaags overwinnen we de laatste hoogtemeters en komen bij een

Een landschap van vulkaankraters

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

7


c

C BRUNO LUMN LOOCKX

Voorjaar!

Voorjaar! Dat is door merg en been snijdende noordenwind, maartse buien en aprilse grillen. Voorjaar! Dat zijn ook poëtische landschappen met sluimerende kiemkracht onder groteske bloemkoolwolken, al lichtjes verstoord door de warmteprikken van een prille lentezon. Lentekriebels, reiskriebels, fietskriebels. Fietsers kijken uit naar nieuwe uitdagingen. Voor sommigen is het voorjaar nog een tijd van fantaseren over exotische bestemmingen, voor anderen een tijd om de komende fietsreis in een vaste vorm te gieten. Velen gaan inspiratie zoeken op een Vakantiesalon of op een Reisbeurs. Hier kijken ze mee over de schouder van meer ervaren reizigers. Misschien gingen ze wel naar de ‘Wandel- en Fietsreisbeurs’ op de RAI in Amsterdam of naar de ‘Fietsreisbeurs’ van De Vakantiefietser in Retie. Met zijn allen bezochten we weer heel wat beurzen, maar niet elke beursbezoeker blijkt ook naar het buitenland te reizen, laat staan met de fiets. Voor meer honkvaste mensen zijn beursbezoeken afstofmomenten van lang gekoesterde verre reizen, misschien is zo'n beursbezoek voor sommigen wel de boeiendste reis van het jaar! Ik heb het voorrecht om op enkele beurzen een stand van De Vakantiefietser te mogen bemannen. Er zijn periodes dat het razend druk is op die stand, maar zoals begin dit jaar op het Vakantiesalon van Antwerpen, zijn er ook heel wat rustige momenten. Een Vakantiesalon is niet de grote uitdaging voor fietsers! Tijdens zo'n kalmtemoment observeer ik graag de bezoekersstroom die in de gangen voorbij schuift. Ze vormen een allegaartje van jong tot vooral oud, dat niet onder één noemer te vangen is. Gewapend met plastic draagtassen gaan de 'foldermonstertjes' driftig op jacht naar de kleurrijkste folders, doorgaans weinig selectief, reisbrochures over ver of dichtbij maakt niet uit, met fiets of ander transport. Folders zijn indicaties van een 'gevuld' beursgebeuren. Straks nog een tweede, misschien een derde draagtas. Anderen bergen hun documentatie in de rugzak of in de boodschappencaddie. Dit zijn geen broekjes, die hebben beurservaring. Niettemin, met zo'n wagentje door propvolle gangen laveren is geen sinecure. Ik heb respect voor deze boetedoening voorafgaand aan de echte pelgrimstocht. Is er verband tussen reisbestemming en fysieke kenmerken van beursbezoekers? Ik weet het, ik weet het, 't is een foute vraag! Die kwam spontaan bij me op tijdens een bezoek aan de stand van Nepal Himalaya. Een koppel van meer dan gemiddeld Bourgondisch postuur vergaapte zich aan de folder van de trektocht naar het Makalu Basiskamp, zowat 5.000 meter hoog. Is het torsen van de folderlast een test om met rugzakken om te gaan? Sommigen willen de hele wereld mee naar huis nemen, een wereld van reisfolders in alle vormen en formaten. Blijft de grote vraag of al die uitgekiende reisfolders de keuze van mensen echt beïnvloeden? Ik twijfel aan het praktisch nut van veel van deze folders, nog afgezien van het feit dat minder folders minder CO2-uitstoot geven. Wij nuchtere mensen van de Lage Landen lijden aan het 'kat-in-een-zak-syndroom'. Van folders met idyllische landschappen of droomvilla's in een zuiders paradijs zegt mijn directe omgeving algauw: "Eerst zien en dan geloven, het papier is geduldig"! Wel geloven ze rotsvast in 'Hotel Alpenroos' in Oostenrijk, dat is het hotel waar de buren Jos en Annie verleden jaar zo enthousiast over deden. Daar willen ze naartoe, een kat-in-een-zak-hotel hoeft niet zonodig! Zo redeneren ook veel fietsreizigers! Ze komen vooral naar een Fietsreisbeurs om reisinformanten te ontmoeten. Zij willen contact met fietsreizigers die al eerder geweest zijn op de reisbestemming die ze plannen. Niet-gebonden informatie uit de eerste hand willen ze. Groot gelijk hebben ze!

8 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS


d

TEKST EN FOTO’S PETER RODENBURG

Van Tokio tot Sapporo

Lijden in het Land van de Rijzende Zon Natuurlijk moest het er een keer van komen: een reis door het land van mijn schoonzuster Hiromi, het Land van de Rijzende Zon. Ieder jaar bezoekt ze in de zomer haar ouders in de buurt van Sapporo op het eiland Hokkaido. En omdat het dan voor de hand lag ook mijn goede vriendin en oud-collega Eiko in Tokio op te zoeken, lagen begin en eindpunt van een nieuwe reis al snel vast.

Eenzame Torii aan de Japanse Kust

tijdschrift voor fietsreizigers

9

n


g

Na drie dagen infietsen over de vlakke wegen van de Kanto-vlakte ben ik in een grote boog om Tokio gefietst en heb de uitlopers van de Japanse Alpen bereikt. Hoewel ik erop gehoopt had, heb ik nog geen kimono gezien. In een dorpje sla ik tegen lunchtijd nog wat eten in: twee o-bento (‘eerbiedwaardige lunchpakketten’), een gekoeld flesje Japanse thee en een blikje Pocari Sweat, het vermaarde Japanse sportdrankje. Nadat ik die in mijn tassen heb opgeborgen, stap ik op. De regentijd, die allang afgelopen had moeten zijn, houdt om onduidelijke redenen nog aan, en in een druilerig regenbuitje begin ik aan de beklimming. De doorgaande weg gaat slechts langzaam omhoog. Overal langs de weg staan nog plukjes huizen en onduidelijke winkeltjes. In een eenvoudige werkplaats staat een oude man wat te prutsen bij een slijpsteen terwijl voor zijn werkplaats zeven goedkope tweedehands fietsjes en een Hondabrommer te koop staan. Ik vraag me af hoe die mensen daarvan kunnen leven.

Begraafplaats Na een uur gefietst te hebben kom ik bij een klein dorpje. Mijn Japanse kaart, vol onleesbare Kanji-tekens, toont een klein zijweggetje door de bergen. Bij de begraafplaats sla ik daarom links af. Al snel gaat het steil omhoog, langs een snelstromende beek het bos in. Dat is andere koek: mijn hellingshoekmeter geeft hier hele stukken 13 à 14 procent aan. Het is ploeteren in de druilerige regen en ik stijg maar langzaam. Wel is het hier mooi en rustig in het bos. De weg wordt steeds smaller en na een tijdje dringt het plotseling tot me door dat ik al tijden niemand

Peter voor een boedhistische tempel

meer gezien heb. Voor het eerst sinds vier dagen geleden ben ik echt alleen. Na anderhalf uur klimmen zie ik opeens ook waarom: een slagboom vol onleesbare Japanse opschriften verspert de weg. Ik kan er wel langs maar na de versperring houdt ook het asfalt op en verandert de weg in een glibberig pad vol plassen. Hoewel ik nog probeer verder te fietsen moet ik al snel toegeven dat dit te gek wordt. Het blubberpad lijkt nog steiler te lopen en op mijn kompas zie ik dat de weg eigenlijk de verkeerde kant op gaat. Ik zit duidelijk verkeerd en keer om. Beneden in het dorpje verneem ik van een paar Japanse motorrijders dat er zowaar een camping is bij de rivier en besluit om het er voor vandaag bij te laten. De camping is volkomen verlaten. Blijkbaar hebben Japanners wel wat beters te doen in hun schaar-

se vrije tijd dan op een camping te schuilen voor de regen. Haastig zet ik mijn tentje op. Als ik de volgende dag wakker wordt voel ik meteen dat het mis is. De pijn in mijn borst, waar ik al vier dagen last van heb, is nog erger geworden. De pijn trekt inmiddels door de hele linkerkant van mijn borst en ik kan alleen nog op mijn rechterzij liggen. Ik realiseer me dat het nu toch wel ernstig is en dat ik echt medische hulp moet zoeken. Ik baal. Al vijftien jaar lang ga ik ieder jaar zonder problemen op fietsvakantie en net nu ik aan de andere kant van de wereld zit, krijg ik problemen. Gelukkig is de Japanse gezondheidszorg van een hoog niveau. Alleen, hoe vind je een dokter die Engels spreekt in een land waar vrijwel niemand Engels spreekt? Om die reden heb ik al vier dagen de pijn genegeerd en gehoopt dat het vanzelf over zou gaan. Maar nu de nood het hoogst is zie ik opeens ook de oplossing. Ik besluit om direct naar een ziekenhuis te gaan en niet eerst naar een huisarts. Opgelucht over deze beslissing pak ik de kaart erbij. Er zijn twee middelgrote stadjes in de buurt, allebei op ongeveer 30 km afstand. Ik besluit het meest westelijke stadje te nemen: dat ligt het meest op mijn weg naar Nagano. In de stromende regen pak ik snel in en ga op weg.

Hitchi-haiku

Ontmoeting met collega-fietser Kawabe-san

10 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

Het fietsen valt me direct zwaar. Weliswaar is de weg niet erg steil maar mijn hele lijf doet pijn en aan alle kanten dringt regenwater mijn kleren binnen. Mijn oude regenjasje heeft zijn beste tijd gehad. Binnen een uur ben ik al drie of vier keer afgestapt om te pauzeren of te schuilen. Ik voel me beroerd en besluit het laatste stuk te lif-


g

Als ik de volgende dag wakker word voel ik meteen dat het mis is. ten. Na een kwartier stopt een kleine vrachtwagen met een open laadbak. Precies wat ik moet hebben. Nu moet ik alleen nog in het Japans om een lift vragen. Dat valt niet mee. De jonge chauffeur spreekt (uiteraard) geen woord Engels en het Japanse woord voor ‘liften’ staat niet in mijn taalgidsjes. (Wat je echt nodig hebt staat er nooit in; achteraf blijkt het ‘hitchi-haiku’ te zijn). Met handen en voeten maak ik de chauffeur duidelijk dat mijn fiets in de laadbak moet. Maar zelfs als we mijn fiets in de laadbak hebben getild lijkt de chauffeur het nog niet te begrijpen en kijkt hij mij glazig aan. Uiteindelijk klim ik brutaalweg in de cabine en na een korte rit komen we in een stadje terecht, dat Chichibu blijkt te zijn, het goede van de twee. Als de chauffeur mij heeft afgezet en wegrijdt vermoed ik dat hij blij is van mij af te zijn. Gaijin (westerlingen, letterlijk: ‘buitenpersonen’) zijn toch al vreemde snuiters en zij die in de regentijd in de bergen fietsen al helemaal.

Na een omweg –ik werd eerst werd doorverwezen naar wat een dermatologische kliniek bleek te zijn waar ik bij binnenkomst werd aangestaard door 25 hoogst verbaasde Japanse vrouwen– kom ik tegen het middaguur aan bij het kleine hoofdziekenhuis in het centrum van de stad. Na registratie wordt ik na vijf minuten binnengeroepen door twee Japanse artsen die amper Engels spreken en een verpleegster met het slechtste gebit dat ik tijdens mijn hele reis door Japan zou zien. Zonder te vragen wat me mankeert (de enige Engelssprekende verpleegster van de dermatologische kliniek had dit al doorgebeld) wordt er met de voor Japan zo kenmerkende voortvarendheid een scan en een röntgenfoto van mijn borst gemaakt. Als de hoofdarts de resultaten bekijkt concludeert hij dat alles prima in orde is met mij en dat ik een ernstige verkoudheid heb opgelopen. De inspanning, de jetlag, het slaapgebrek en de plotselinge klimaatsveran-

dering van de laatste dagen hebben hun tol geëist. In zijn beste Engels geeft de arts me advies en zegt: “Take a break”. Met enige tegenzin volg ik zijn advies op en neem mijn intrek in een ryokan (Japanse herberg) in het centrum van Chichibu. Van het gesprek in het Japans met de obasan (waardin, letterlijk: ‘tante’) versta ik alleen dat om vijf uur mijn bad gereed is. Als ik eindelijk in mijn kamer mijn drijfnatte kleren en schoenen heb uitgetrokken zie ik op de televisie de weinig geruststellende beelden van modderstromen, landverschuivingen, en snelstromende, aangezwollen rivieren, later nog gevolgd door een weerkaart vol met parapluutjes en regenbuien. De volgende ochtend zie ik in een supermarkt voor het eerst een Japanse vrouw in kimono en ’s middags wordt het gelukkig droog. ‘s Avonds stort ik me in het feestgedruis van Chichibu’s Nachtfestival. En daar zie ik wel duizend kimono’s. b

Japanse meisjes in zomerkimono tijdens het Nachtfestival van Chichibu

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

11


g

TEKST EN FOTO’S JULIAN RUIZ COROSTOLA * ROUTEKAARTJE ERIC SCHUIJT

Een groen koninkrijk tussen zee en bergen

Asturië Principado de Asturias (Prinsdom Asturië), in het hart van het ‘España verde’ (het groene Spanje), is zeer bekend bij berg- en trekkingliefhebbers. Het natuurpark Picos de Europa is de parel van het koninkrijk. Maar hoe staat het met het fietstoerisme? Hebben fietsliefhebbers er een kans? Mijn antwoord heb ik hieronder opgeschreven. dorpje ‘in the middle of nowhere‘. Tevreden over mijn extra inspanning, waan ik me echter in het centrum van de wereld. Xuan Bello, geboren in deze streek schrijft namelijk ‘Todo lo importante pasa en todas partes’. Dat wil zeggen: alle belangrijke dingen gebeuren overal. Genesteza, met slechts vier inwoners, is een mooie plaats om daarover na te denken.

Pelgrims en de Camino de Santiago

De volledige route telde meer dan 700 kilometers. Fietsen langs de kust is een fantastische ervaring: glooiende wegen langs kleine rustige stranden en gezellige dorpjes. Tussen de zee en de bergen verfraaien talrijke boerderijen en vooral groen het landschap. De Cantabrische bergen bakenen Asturië af. Het versterken van de innerlijke mens of het vinden van een plaats om te overnachten is nooit een probleem. De Asturiërs zijn bekend om hun gastvrijheid, en ze zijn altijd bereid tot een gesprek –in het Spaans. Tussen vriendelijke mensen, tussen zee en bergen, deed ik met middelmatig getrainde benen en eenentwintig versnellingen de volgende ontdekkingen.

Tijdens mijn fietsreis ontmoet ik verscheidene pelgrims op weg naar Santiago de Compostela. Mijn eindpunt vandaag ligt in Pola de Allande. Ik overnacht in een hotel in het centrum van de stad. Hier serveert men de Pelgrims-dagschotel. Een goede raad: probeer dit uitgebreid menu als avondeten. De eigenaar verklapt me dat dit menu de pelgrims helpt de volgende dag te overleven als ze de Puerto del Palo, 10 kilometer lang met 8 procent gemiddelde helling, over moeten in één van de meest maagdelijke streken van Asturië. De volgende dag ervaar ik dat deze weg naar Grandas de Salime zwaar is, maar de moeite loont. Soms waan ik me in de middeleeuwen. Kleine dorpjes zoals Lago en San Emiliano bevestigen dat beeld.

Castros: Romeinse nederzettingen Van de tocht van Pola de Allande naar Grandas de Salime onthoud ik dit: de wind die speelt met de nevel en de zon, maagdelijke landschappen zoals de vallei van Valledor, mooie wegen en nauwelijks mensen. De eenzaamheid van deze streek spreekt tot mijn verbeelding tijdens het fietsen: hoe was deze streek lang geleden? Van Grandas de Salime naar de kust is het landschap bezaaid met ‘castros’, nederzettingen daterend uit de periode van de achtste eeuw voor tot de tweede na Christus.

Horreos: typische graanschuren in pittoreske dorpjes Ik maak goedgeluimd mijn fietstassen vast, controleer remmen en bandendruk en klik mijn schoenen vast voor een tocht waar ik al lang naar uitkijk. Ik heb gelezen over Tuña, een dorpje dat in 2000 erkend werd als ‘het mooiste dorp van Asturië’. Daar bewonder ik de vele goedbewaarde horreos. Een ‘horreo’ is een vierkanten houten schuurtje op palen met daaromheen een gaanderij. Hier wordt het graan gedroogd en bewaard. Voor mij tonen de horreos de vindingrijkheid van plattelandsmensen: functioneel bouwen met materialen die beschikbaar zijn in de natuur, namelijk hout en steen. In Tuña reserveer ik een kamer voor één nacht in een rustiek huisje in het centrum van het dorp. Na een babbel met de eigenares laat ik mijn bagage achter en neem de fiets om naar Genestaza te rijden. Drie lange kilometers klimmen en de nodige suikers brengen me naar een onooglijk Puerto del Palo, 10 kilometer lang met 8 procent gemiddlede helling

12 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS


9

Stoor de kleine beer, die soms aan de rand van de weg speelt, niet!

Deze plaatsen stralen een mysterieuze sfeer uit

De meest bekende zijn Chao Samartín en Coaña. Deze plaatsen stralen een mysterieuze sfeer uit. Ik raad een overnachting aan in de kleine herberg in het dorp Castro. Voor het slapengaan begrijp ik dat mijn benen een niet te zware reis van vijftig kilometers hebben afgelegd, maar dat mijn hoofd een reis van 28 eeuwen terug in de tijd heeft gemaakt.

ervaren een explosie van kleuren, het geluid van watervallen en het grootse gevoel van vrijheid. Dit is een paradijs om te fietsen! Ik heb een leuke babbel met twee lokale bewoners. Ze geven me nog twee tips vooraleer ik opnieuw op de fiets spring: “Zorg ervoor dat je remmen goed werken en stoor de kleine beer, die soms aan de rand van de weg speelt, niet!” Behoedzaam genietend daal ik af naar Cangas de Narcea.

Vissersdorpjes, stranden en fietspaden De westkust van Asturië met zijn kleine dorpjes, rustige stranden en mooie kliffen heeft veel fietsmogelijkheden. Smalle wegen met weinig autoverkeer verbinden dorpjes en stranden langs de kust. Ik combineer twee fietsroutes : Viavelez-Vegadeo en Via Verde del Eo. Ik start in Viavelez, een smaakvol vissershaventje, en fiets zo’n vijftig kilometers evenwijdig aan de zee langs verlaten gele stranden en ik doorkruis daarbij regelmatig gezellige dorpjes, zoals Castropol. De Via Verde del Eo volgt een oude spoorweg en is twaalf kilometers lang. Dit pad start in Llano en loopt tot Villaodriz. El Llano is een rustiek dorpje bekend om zijn zalm.

Beschermde natuurgebieden De volgende dag opent met een stralend blauwe hemel. Vol verlangen heb ik uitgekeken naar deze dag. Vanuit San Antolin de Ibias fiets ik het Natuurpark van Muniellos in. Asturië is fier één van de regio’s te zijn met de best bewaarde gebieden in Spanje. Muniellos valt vanwege zijn natuurlijke rijkdommen onder de hoogste beschermingsgraad. De Puerto del Connio, met zijn 1.315 meter het hoogste punt van de trip, is het doel voor vandaag. Ik klim 9 kilometer, waarvan 300 m met meer dan 10%, midden in de bossen. Vervolgens ontspan ik mijn benen over tien glooiende kilometers op meer dan 1000 meter hoogte. Andere zintuigen

Fietsen naar El Dorado: Navelgas. Navelgas is een klein dorpje in de bedding van de rivier Navelgas. Deze rivier is een soort gouden fontein. Reeds lang hebben de inwoners van deze streek namelijk een eigenaardige hobby: goud schudden of de sport om kleine goudstukjes in de rivier zoeken. Deze plaats is aangesteld om in 2008 de ‘World Goldpanning Competition’ te organiseren met deelnemende teams van over de hele wereld. Ik bezoek dit ‘El Dorado’ tijdens de rit van Pola de Allande naar Luarca, het witte dorp, langs de kust. Dit is een prachtige tocht om mijn reis in Asturië af te sluiten. Het landschap is een mooie weerspiegeling van ‘España Verde’. Vooraleer Luarca te bereiken klim je naar Aristebano, bekend van de beroemde ‘boda vaqueira’ (huwelijk van Vaqueiros). Van Aristebano tot Luarca, het eindpunt van mijn reis, geniet ik van de laatste vijftien kilometers. Mijn benen zijn voldaan en mijn hoofd zit vol met meer dan 700 kilometers fietssensaties. * Ik ben 35 jaar geleden geboren in Aviles (Asturië, Spanje). Eind jaren negentig, tijdens mijn verblijf in Gent, ontdekte ik het fietsplezier. Mijn eerste grote tocht was de ‘Camino de Santiago-route’ vanuit Roncesvalles. Deze ervaring was zo positief dat ik al snel nieuwe plannen maakte. Vorig jaar besloot ik om, samen met een fietsmaat uit Gent, enkele onbekende plaatsen in mijn geboortestreek, Asturië, te verkennen. Voor meer informatie: julianruizcorostola@telefonica.net b

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

13


T

TEKST EN FOTO’S HAROLD LANTERS

Wat is ‘help’ in het Thais?

Pech in Thailand Samen met vriend Dikkie ben ik door Thailand en dan specifiek de Isan aan het fietsen. Een avond, na een fantastische fietsdag, heeft Dikkie overal pijn en komt er achter dat hij eigenlijk te weinig heeft getraind. En dan nog de Chang-biertjes. In zijn toestand hakken die er extra hard in bij hem. De volgende dag ga ik alleen ontbijten en tijdens het ontbijt kijk ik of er iets te doen is in de buurt. Dikkie kan zo mooi zijn roes uitslapen. In het dorp is niets spannends te beleven. Met Dikkie afgesproken elkaar ’s avonds in Mukdahan te zien. Ik ga fietsen en liften. Dikkie pakt de bus en wil rond één uur vertrekken. Degene die het eerste in Mukdahan komt, regelt het hotel. Om tien uur zit ik op de fiets, rijd de stad uit en heb de route snel gevonden. Lekkere weg, lekker weer, easy aan het genieten. Eerste lift gehad van familie in een pick-up, ik mag voorin zitten. De man heeft de irritante gewoonte om wanneer hij iets in het Thais zegt en ik aangeef dat ik hem niet begrijp, hetzelfde nog een keer te zeggen maar dan iets harder. Na een paar keer suizen mijn oren al. Ik kan niet goed achterhalen of ze nu agressief en kwaad zijn. Op een gegeven moment hoor ik de vrouw iets zeggen over fee en money en soi. Soi is twee dus dat zal wel tweehonderd zijn. Ik vraag of ze dan tweehonderd baht willen. De man valt eindelijk stil, gelukkig want anders waren de ramen er samen met mijn trommelvliezen uit gesprongen. Ze blijken tweeduizend te bedoelen. Ik geef aan dat ik een arme sloeber ben, dat ik daarom ook op de fiets ben want geen geld voor de bus en trein. Tja, ík ben niet met liegen begonnen! Ik geef aan dat ze maar moeten stoppen, de man knikt en begint steds harder papaja te roepen.

Schreeuwerd Gelukkig snel een papajastal gevonden. Als we zijn gestopt, pak ik mijn fiets en de schreuwerd mijn tas die hij naar een tafeltje een meter of twintig verderop sleept. Vreemd genoeg biedt hij mij papaja aan. Ik wrijf over

14 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

Een monnik in Mukhadahan op de grens van Thailand en Laos

mijn buik en geef aan dat ik net heel veel heb gegeten, er kan zelfs geen papajapitje meer bij. Of ik dan water wil, nee mijn bidons zijn net vol. Hij gelooft het niet en ik moet alle twee mijn bidons openmaken en laten zien dat er geen druppel meer bij kan. Dan pas krijg ik mijn tas terug. Ik gooi hem over mijn stuur en de hele familie blijft mij uitzwaaien totdat ik uit het zicht ben. Een echte Thaise Rivella-familie, beetje raar, maar wel leuk. Het is 150 kilometer naar Mukdahan. Ik ben laat vertrokken, dus moet ik flink liften. Fiets op de grond gelegd en flink met mijn arm gezwaaid. Er stopt een pick-up en een vrouw vraagt of ik pech heb. Ja, dat heb ik eigenlijk wel. Een prijs in de staatsloterij blijk ik niet te hebben gewonnen want mag maar tien kilo-

meter mee in de bak. Dat is wel heerlijk. Uitwaaien, in de zon en rondkijken, zonder schreeuwende Thais. Ik heb daarna nog twee liftjes gehad en bij alle twee achterin gezeten. Het liften lukt steeds beter. Ik leg mijn fiets op de grond en doe alsof ik pech heb. Gemeen hè, maar het werkt wel. In Mukdahan word ik bij de Mekong-rivier afgezet. Aan de overkant ligt Laos. Dikkie is er nog niet, het is ook pas vier uur. Ik fiets de Mekong af, zowel zuid als nord en verken het stadje, zoek een hotel uit en sms Dikkie de naam van het hotel.

Opletten Bij het ontbijt geeft Dikkie aan dat hij een bus/trein naar Bangkok gaat regelen, ik ga naar het National Park, vijfentwintig kilome-


T

Er komt een gele pick-up aanrijden, de fiets wordt achterin gegooid, ik stap naast de bestuurder in en denk, verrek ik kan weer lopen. ter naar het zuiden in bergachtig terrein, lekker een beetje klimmen. Dikkie probeert morgen te vertrekken en laat een briefje achter als het hem lukt eerder weg te gaan, anders zwaait hij me uit als ik naar Laos ga. Ik verleng mijn kamer met een nacht en wil rond vier uur weer terug zijn, beetje zwemmen en lezen, zodat ik morgen uitgerust Laos in kan. Als ik de stad uitfiets, heerlijk trouwens zonder bagage, kom ik een buitenlander op een tandem tegen, met een Thaise dame achterop. Ik maak een praatje en hij blijkt ook uit Nederland te komen. Cees nodigt me uit voor een bakkie, we zijn vijfhonderd meter van zijn prachtige huis waar hij al zes jaar woont. Een paar uur praten we met elkaar onder het genot van een kopje koffie en een schaal vers fruit. We nemen afscheid. Een boeiende man. De weg naar het Nationaal Park is rustig en heuvelachtig, maar het is prettig fietsen zonder bagage. Onderweg nog een noodlesoepie gegeten, gek gedaan met de mensen daar door te doen alsof ik de hele pot Spaanse pepers wil leeglikken en het park ingereden. Ik ben de enige bezoeker en wil met mijn fiets het park in, dit mag en kan niet, maar ik fiets gewoon door en ze komen me niet achterna. Er zijn allemaal vreemde rotsformaties te zien, sommige stukken kan ik fietsen en som-

Een Thaise landarbeider onderweg

Phuphathoep, een van de Nationale Parken van Thailand

mige stukken moet ik met de fiets aan de hand lopen. Er is een waterval in het park. Na een half uurtje moet ik mijn fiets achterlaten en de rest lopen en over stenen springen. Even opletten dat ik straks mijn fiets nog kan terugvinden. De waterval is bijna helemaal

droog, maak nog wel een foto als ik er onder sta, alle drie de druppels krijg ik in beeld. Als ik naar beneden ga, stel ik mijn voorrem iets strakker af, want omlaag is het een beetje trial-rijden en moet ik regelmatig van de fiets af. Ik hussel mijzelf helemaal door elkaar, maar het is wel gaaf zo. Bij de uitgang aangegeven dat ik er vandoor ga en dat ik heelhuids het park uit ben. Ik maak nog een paar foto’s van de borden en zoef over het grintasfalt naar beneden. Drie kippen raken in paniek en willen oversteken, ze stoppen halverwege, ik kan dus verder. Maar ze draaien om en dreigen door mijn wiel en spaak te worden vermorzeld. Ik rem hard, maar bergaf, zonder bagage en een strak afgestelde voorrem word ik van mijn fiets gegooid. Ik duik voorover, nog een geluk dat ik niet in klikkers zit, maar dat bedacht ik later pas. Ik voelde mij redelijk verdoofd daar zo op het asfalt en voelde een warme vloeistof over mijn gezicht stromen. Ik zag redelijk veel bloed op mijn kleren en op de weg. Niemand te zien. Wat is ‘help’ in het Thais? Geen idee, dan maar in het Nederlands. Na een minuut komt er een Thaise man aanlopen, hij heeft een vrolijk gezicht, weet ik nog. Hij moet lachen en ik eigenlijk ook een beetje, maar ik n

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

15


T

CYCLING-TOURING-EQUIPMENT

< WWW.VLERICKFIETSEN.BE > >

Handgemaakte en op maat gebouwde trekkingfietsen en tandems, afgemonteerd naar wens van de klant

> >

Vouwfietsen Brompton specialist VLERICK DARWIN: ‘OP PAD WERELDFIETS’ Nieuwstraat 16, B-9840 De Pinte tel. 0032(0)9.282.47.09 e-mail: info@vlerickfietsen.be

Ons nieuwe telefoonnummer is 024-388 9065, faxnummer 024-360 8454

16 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS


2

Wenkbrauwwond, zeven hechtingen, dit komt goed. Oorwond, acht hechtingen, het topje is afgeschaafd, daar kan hij niets meer aan doen.

Ik had nog tegen mijn vrouw gezegd dat ze niet moest schrikken...

dan met iets meer kiespijn. Hij helpt mij overeind, maar ik kan niet staan, mijn benen zwabberen. Er is echter niets aan te zien, geen idee waarom ik er doorheen zak. Er komt een tweede man en samen helpen ze mij naar een soort terras met afdakje. Er komt een verschrikte vrouw aanlopen met een natte doek en ze maakt mijn gezicht schoon, over bacteriën maak ik me geen zorgen. Ik maak een stuurbeweging en geef aan dat ik naar het ziekenhuis wil, iedereen knikt. Ben toch wel benieuwd wat de schade is, maar een spiegel is nergens te bekennen. Ik maak een foto van mijzelf, kijk en denk valt wel mee, hechting erin en morgen weer op de fiets naar Laos. Er komt een gele pick-up aanrijden, de fiets wordt achterin gegooid, ik stap naast de bestuurder in en denk, verrek ik kan weer lopen.

Ziekenhuis Bij het ziekenhuis mag ik zo naar de Eerste hulp doorlopen en op bed gaan liggen. Meteen door naar de röntgenafdeling voor foto’s van mijn schedel en nek. Er is niets gebroken, gelukkig. Vier verpleegsters gaan met de wonden aan de slag. Ze vragen elke tien seconden of ik ‘chep’ heb, nee hoor geen pijn. Ik krijg tetanusinjecties en de dokter komt hechten, bij elke wond geeft hij commentaar. Wenkbrauwwond, zeven hechtingen, dit komt goed. Oorwond, acht hechtingen, het topje is

afgeschaafd, daar kan hij niets meer aan doen. De wond bij mijn oog is wel erg, geeft de dokter aan, hij kan niet hechten er is een stuk vel weg. Dit wordt, nadat het is genezen, plastisch chirurgie. Tja, dat is wel erg. Dokter geeft nog aan dat ik geluk heb gehad en ik word helemaal ingepakt in verband. Ik moet zeven dagen blijven! Sorry, zeven dagen, daar heb ik geen zin in.

Alarmcentrale Contact met de alarmcentrale gehad en na wat paperassen te hebben uitgewisseld, mag ik terug naar Nederland. Ze proberen mij terug te krijgen, maar dat is niet eenvoudig, ze kunnen dit vanuit Nederland niet geregeld krijgen en ik ga zelf aan de slag. Er gaat om acht uur een rechtstreekse VIP-bus naar Bangkok, die om vijf uur aankomt in Bangkok. Ik kan languit liggen. De alarmcentrale heeft een vlucht terug geregeld –om 23:45 met de KLM, business class– en een taxi om me naar huis te brengen. Ik heb ook gevraagd of er iemand wil helpen met de bagage als ik in Amsterdam ben, dat ze de fiets moeten aanmelden bij de KLM en of de taxi rekening houdt met een fietsdoos. Gaan ze allemaal doen. Ik had nog tegen mijn vrouw gezegd dat ze niet moest schrikken… b

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

17



FIETSEN BIJ DE BUREN

thema

SAMENGESTELD DOOR BRUNO LOOCKX EN GUIDO VAN OSS FOTO BRUNO LOOCKX

Dicht bij huis fietsen maar dan wel net even in een ander land is voor vele fietsers reden om de Belgisch-Nederlandse grens over te steken. Want zeg nu zelf, hoewel we dezelfde taal spreken zijn de gewoontes en cultuur toch anders. Komt dit misschien omdat de Nederlanders boven en de Belgen onder de grens wonen? Zijn het de kilometerslange fietsroutes zonder lintbebouwing die Vlamingen aanspreken in Nederland, en trekken de Hollanders over de grens om zich tegoed te doen aan heerlijke (streek)bieren en echte Vlaamse ‘fritten’? Hoe enkele leden hun tocht ‘over de grens’ beleefden lees je verder in dit thema.

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

19


thema TEKST VEERLE VAN MELE FOTO GEERT DEWIT

Dwars door Nederland, trektocht van noord naar zuid met kinderen

Dichtbij en toch ver weg Is Nederland dicht bevolkt? Bij het fietsen van de Nederlandse ‘Tien-provinciënroute’ is het ons deze zomer niet opgevallen. Grotendeels op rustige, onverharde wegen en door echte natuurgebieden deden we er negentien dagen over, met een daggemiddelde van vijftig kilometer. De jongens (acht en tien jaar) fietsten op hun eigen fietsjes, onze dochter van zes zat op de aanhangfiets. Langs rustige veldwegen fietsen we door het Groningse polderlandschap. We doorkruisen het Fochteloërveen, een uniek hoogveengebied. Het bijzonder ongure weer geeft ons een idee waarmee mensen hier vroeger te maken kregen bij storm en ontij. Daarna volgt het ene natuurgebied na het andere: de Lindevallei, de Weerribben, de Wieden... De rode draad is telkens water, water en nog eens water. Wij houden ons aan het ritme van drie dagen fietsen, één dag rusten. Op de eerste rustdag gaan we een stukje kanoën. Gelukkig schijnt af en toe de zon. De volgende dag staat opnieuw in het teken van het water: fietsen op dijken langs het water, in veerpontjes over het water en dretsen door regenwater. Dé stortbui van de dag komt tijdens de overzet met een veer. Langsheen een gespannen touw en op blote voeten trekt de veerman ons bootje –ongeveer 4 meter lang en 1,50 meter breed– van de ene oever naar de andere. Jammer dat het slechte weer ons belet dit ambachtelijk stukje overzetkunst te filmen.

Avontuurlijker Regenweer maakt moe, dat is de volgende dag aan de kinderen te merken. Tegenwind, een zware ondergrond en een minder vlak parcours, voldoende redenen om de dag erna voor een kortere rit te kiezen. Iedere avond selecteren we enkele mogelijke kampeerplaatsen voor de volgende dag. Zo is het makkelijker om onderweg in te spelen op wat voor de kinderen haalbaar is. Onderweg niet weten waar straks wordt overnacht, maakt het voor de kinderen avontuurlijker en spannender. Telkens wanneer we meer dan een dag op dezelfde camping blijven, komt de 'reiskok' in

20 tijdschrift voor fietsreizigers

Groepsfoto met de hele familie Dewit-Van Meele

ons boven. Sinds een paar jaar koken we weer met ons tweetjes. Jarenlang kon dit niet omdat een van ons zich de zorg voor de kinderen aantrok. Nu gaan ze pakweg alleen naar het toiletgebouw, en dat ervaren wij als een herwonnen vrijheid.

Schapen tellen En waarmee zijn onze kinderen onderweg zoal bezig? Wanneer we op dijken fietsen, dan lijkt het alsof Nederland een land van schapen is. Dus beginnen de kinderen vanzelf de schapen te tellen. Dat zijn er al snel teveel en dan gaat de aandacht naar het aantal boten, en nog later naar veeroosters (roosters van evenwijdige staven die het vee binnen de dijk houden). Je kan het zo gek niet bedenken of het wordt geteld. Verder hebben we een ruim liedjesrepertoire,

en spelletjes zoals ‘ik zie, ik zie wat jij niet ziet’ blijven leuk. Grappige anekdotes in de reisgids leggen we uit aan de kinderen en deze weetjes scherpen hun aandacht voor de streek. Na het rivierenland ging het laatste stuk van de Tien-provinciënroute door bosgebied in Nederlands Limburg. We hebben genoten van de pittige Limburgse heuvels en van de fraaie panorama’s. Nu weten onze jongens wat hen ‘in de bergen’ te wachten staat. Of ze de smaak voor klimwerk te pakken hebben, weten we pas volgend jaar … Met onze ervaring durven wij stellen dat niet op fietsvakantie gaan ‘omwille van de kinderen’, een misopvatting is. Mits de nodige uitrusting en voorbereiding kunnen kinderen er op elke leeftijd van genieten en voor de ouders is het een uitdaging. Doen dus! b


TEKST ROGER CUYPERS FOTO’S MARIANNE VINCKEN

Dwars door Nederland op de fiets, van noord naar zuid

Bovenste beste buur ‘We moesten hard stampen op onze vélo met dieje, felle wind op kop, in die schone, platte Veluwe…’ “Schrijf maar veel typisch Vlaamse woorden in het dagboek, nou da vinden we toch zo leuk, joh,” zei de mevrouw in Otterlo. De dag voordien hadden we in Utrecht gelogeerd en hadden besloten van onze route (de LF9, NAP-route) af te wijken om via de Utrechtse heuvelrug en de purperen Veluwe naar het noorden te fietsen. Het was begin september 2005. De Veluwe kenden we, we hadden er al dikwijls gefietst. Het is één van die Hollandse natuurgebieden, zo wijds en puur, waar wij Vlamingen gezond jaloers op zijn. Achteraf bekeken, bleken het de mooiste dagen van onze reis van thuis (Arendonk, provincie Antwerpen) tot Nieuweschans (provincie Groningen).

Prachtmadam Die mevrouw in Otterlo was trouwens een prachtmadam. Niet zo’n goedkope beauty, maar een ‘Black Beauty’. Ze vertelde honderduit over de Veluwe, haar overleden man (50 jaar, kanker), de loods vol prularia en antiek, waartussen wij als 50-plussers mochten ontbijten, koetjes en kalfjes. Kijk, dat vinden wij, Belgen, aangenaam. Dat ‘recht door zee’, dat directe, dat ‘to-the-point’. Die Hollanders kunnen het zo mooi gezegd krijgen. Ik heb het dan natuurlijk niet over dat ‘rond de pot draaien’, geëmmer, geouwehoer, want dat kunnen ze ook. Die vanzelfsprekendheid waarmee ze zich door het leven lullen. Neem nu die NAP-route; NAP = Normaal Amsterdams Peil. Het begeleidende route-

boekje is niet zo duidelijk, dus driehonderd kilometer lang vragen we aan Hollanders: “Wat is dat precies? NAP? Hoeveel centimeter boven of onder de zeespiegel situeert zich het NAP?” Alleman met de mond vol tanden (buiten het nodige geëmmer). Gans de wereld gebruikt de zeespiegel – nul meter – referentiepunt om hoogtes of laagtes aan te duiden en wie niet…? Juist, onze bovenste beste buur.

Liefdehaatverhouding Mijn kameraad Eric (58) en ik (52) fietsen al 15 jaar jaarlijks minstens één week door Nederland. We doorkruisten Oranje al van zuid naar noord, van oost naar west en omgekeerd.

Het is allemaal weinig spectaculair voor de buren. We hebben dan ook geen fototoestel bij ons, maar op onze harde schijf staan Drentse hunebedden, Zeeuwse Deltawerken, Limburgse heuvels, Noord-Hollandse duinen, NoordBrabantse bossen, Gelderse schaapskooien, Friese kanalen, … gebeiteld.

Haat

Donkere wolken dreigen

Waarom?

Knusse bruggetjes in Nederland

Omdat Nederland vaak mooi is, met zijn knusse dorpjes met poppenhuisjes en bruggetjes, zijn nette steden, zijn grootse natuur. Om zijn gemakkelijke en simpele logica. Bijvoorbeeld die woensdagnamiddag in dat dorpje op de Veluwe, waar alle winkels gesloten waren: het is woensdagnamiddag, dus vrijaf op school, kinderen en moeders thuis. Om het eten; meestal eten we goed en lekker in Hollandse eetcafés (brood bij de maaltijd kost dan wel enkele euro’s meer).

Liefde. Omdat Holland plat is. Omdat er goeie fietspaden en goeie bewegwijzering zijn. Om de Hollanders die we zo gezellig vinden, zo gastvrij en zo behulpzaam. Bijvoorbeeld die Noord-Hollander aan het Amstelmeer die vond dat we de Belgische lucht kwamen promoten, omdat we die nog in onze banden hadden zitten. Om de comfortabele campings bij de boeren en die fantastische Stichting Vrienden op de Fiets (met hun chique badkamers).

Die hebben we eigenlijk niet tegenover Hollanders in Holland, behalve die ene keer … (met die extremisten, dus zeker niet de doorsnee Hollander). Die zondagnamiddag fietsen wij de LF1-route met onze kinderen. Alledrie waren ze moe en dreigende donkere wolken kwamen onze richting uit. De campinguitbaters kwamen thuis nadat we onze bagage hadden afgeladen. Het grondzeil van onze tent lag uitgespreid. We moesten ophoepelen: “Op zondag mag er niet gewerkt worden of geld verdiend worden.” Ik schrok van die starheid, dat fundamentalisme. Maar het was menens, dus wij inpakken, wegwezen en kwaad zijn, de pilaarbijters! We fietsen meestal bewegwijzerde routes en reden zo toch al 80% van de bestaande LF-routes. We zouden nog graag terugkomen. Onze volgende fietstocht wordt allicht het ‘Pieterpad’, maar dan moet ie wel bewegwijzerd worden! Hoe staat het daarmee? b tijdschrift voor fietsreizigers

21


thema TEKST EN FOTO’S GUIDO VAN OSS

Vlaamse jaagpaden Inspiratie door ligfietsen bij nacht (en soms ontij) Tradities en rituelen zijn er jaarlijks, maandelijks, wekelijks en soms dagelijks. Mijn definitie van een traditie of ritueel is eenvoudig: wanneer eenmaal iets bedacht is dat aanslaat en de verleiding om het opnieuw te doen moeilijk te weerstaan is! Of zoals Wim T. Schippers, ooit bekend van het radioprogramma Ronflonflon met Jacques Plafond, het verwoordde: ‘muziek is het feest der herkenning’. Mijn ritueel heeft uiteraard met fietsen te maken: wanneer de tijd het een beetje toelaat ga ik meer dan wekelijks, maar als de tijd het minder toelaat soms slechts meer dan maandelijks, ligfietsen langs Vlaamse kanalen op de zogenoemde jaagpaden. De reden van al dat fietsen op deze jaagpaden is simpel: het bevalt me! Waarom spreekt het me zo aan?

Dat zit hem in de sfeer, de rust, het comfortabele gevoel alsof je terugkeert naar de baarmoeder, zoals psychologen dat ooit hebben genoemd. Al zou ik van dit laatste natuurlijk niet weten hoe of dat dit precies voelt... Het is een Belgische weelde die mij bij dit ligfietsen over jaagpaden telkenmale opnieuw overvalt en waar ik mij iedere keer weer te goed aan kan doen.

Vertrouwde legende Het landschap ontrolt zich hier als dat van een vertrouwde legende: oude boerderijtjes met kleinschalig verkavelde weilanden en akkerlanden geven het landschap een aangezicht zoals dat bij ons in Nederland twintig tot dertig jaar geleden bestond. Geen noemenswaardige bio-industrie hier, een aanhanger van de partij voor de dieren zou er zowaar zijn hart kun-

nen ophalen! Vooral ook geen opeenstapeling van mensen hier. Het grensgebied met Nederland is voor de meeste Belgen de ware periferie van hun land, ver verwijderd van Brussel en zelfs van ‘d’n Antwerp’. Fietsen op een jaagpad is eigenlijk fietsen op een verhoging van, zo schat ik, twee tot drie meter, de dijk die het kanaal omzoomt, wat een riant overzicht op de omgeving oplevert. Langs die dijk vind je prachtig, statig ‘laangroen’: hoge, meestal brede bomen, vaak twee rijen dik, in dat geval op zo’n vijf tot tien meter afstand van elkaar. Dan weer eens een lange rij eiken, dan rode beuken, dan Canadese populieren oftewel canidassen, maar ook kastanjebomen en linden. Er passeren heel af en toe vrachtschepen, of ik passeer ze, want in de kleine havens liggen er ook een tiental aan de wal verankerd. Deze oude, logge ‘monsters’ dragen bij aan het je terugwanen in de tijd.

Fleecedeken Vooral het fietsen zelf is een genot. Om te beginnen heb ik daar zelf voor gezorgd: mijn ligfiets is niet alleen voorzien van een ligfietsmatje, daarbovenop komt nog een extra fleecedeken, viermaal dubbelgevouwen, dat maakt het Jaagpaden: het bevalt me!

22 tijdschrift voor fietsreizigers


zitje werkelijk riant. De jaagpaden bestaan uit een uitstekend bitumen verharding en behalve het personeel van de Waterstaat mag er geen autoverkeer op... Perfect dus om te fietsen! Dan selecteer ik mijn tijden zo dat ik nagenoeg geen fietsers tegenkom, al betekent dat soms dat soms dat ik bij nacht en ontij fiets. Het maakt mij niet uit. Het geeft een optimale rust, waardoor ik regelmatig in een soort trance raak. Een trance die, om alle vooroordelen over ligfietsers maar weer eens weg te nemen, nog niet betekent dat ik in slaap val. Maar ongetwijfeld zie ik soms dingen over het hoofd: zoals

die ene keer dat ik met een los vaartje in het donker zonder licht op mijn fiets, tegen een gewone fietser, ook zonder licht op zijn fiets, op knalde: even pijnlijk, dat duurde overigens wel een halve fietstocht, en wie fietste er ook alweer aan de verkeerde helft van het fietspad? Ik zou het niet meer weten en het doet er ook weinig toe! Mijn afreizen naar het Belgische kanaal begint altijd volgens hetzelfde ritueel: mijn ligfiets splits ik in twee delen en stapel ik op in de koffer van de auto. Ik rijd in ruim twintig minuten naar het Belgische Lozen vlak over de grens. Daar kan de ligfietstocht beginnen. Ik fiets ‘op mijn gemakske’ in zo'n drie kwartier naar Tongerlo. Daar bezoek ik meestal café De Kieper, een deftig hoog, oud,

Bij het vallen van de nacht zijn de fietspaden op zijn ruistigst

geheel wit geverfd gebouw, dat ’s avonds in fel wit licht de naam ‘De Kieper’ uitstraalt. Wanneer het café geen dienst doet, bezoek ik soms een van de cafés in het dorp Tongerlo of in het over het kanaal gelegen Opitter. Als ik veel tijd

heb fiets ik soms door naar Voorshoven, want in café ‘De Koster’ staat een monument van gastvrijheid, een vrouw die de pensioengerechtigde leeftijd allang heeft bereikt, maar voor de gezelligheid na veertig jaar trouwe dienst nog steeds achter de toog staat. Wanneer ik honger heb en niets te eten bij me, bezoek ik het onvermijdelijke Belgische frietkot waarvan er in deze streek in bijna elk dorp wel een te vinden is, Tongerlo zelf overigens uitgezonderd. Dan wordt het een hamburger of friet met uiteraard de bijpassende tartaarsaus. In Vlaanderen heb je ten slotte pas echt Vlaamse frieten.

Nederland. Oftewel onthaasten, mijn gedachten verzetten om ondertussen om de zoveel tijd even ook een aantal gedachten op papier te zetten. Wat die gedachten betreft, gaat het dan vaak vooral om zeer gericht redactiewerk, in die zin onthaast ik niet (!): de moeilijkste redigeerproblemen in artikelen neem ik hiermee naartoe, of dat het nu over een ligfiets, wereldfiets- of China Nu-artikel gaat. In een Vlaams café, of als het weer het toelaat en ik toevallig al vroeg op pad ben, op een van de diverse bankjes langs het kanaal, vind ik de rust om te knutselen en puzzelen aan mijn artikelen. Soms wil ik mij in de kroeg nog beter kunnen afsluiten van alle herrie en de sporadisch luidruchtige gasten. Dan doe ik als dat zo uitkomt, en hopelijk niemand het opvalt (!), soms zelfs even oordopjes in om mij echt op het schrijven te kunnen concentreren. Ik geef toe een erg sociaal cafébezoek is het daarmee niet. Stamgasten hebben de moed al opgegeven om

een gesprek met die rare 'Ollander' aan te knopen. Maar met de waardinnen van zowel De Kieper als De Koster wissel ik af en toe wat nieuwtjes uit. Zowat jaar in jaar uit maak ik de seizoenen op dit jaagpad mee. Ik heb er gefietst bij een dikke laag sneeuw, wanneer dat eigenlijk niet meer verantwoord was, omdat het pad zo glad was dat ik, op mijn toch al iets minder stabiele ligfiets, in het kanaal kon afglijden. Maar mijn wens om te ligfietsen overwon het ook dan van de angst. Tijdens heet zomers weer fietste ik langs de andere kant van het kanaal, op een deels onverhard jaagpad, om door de schaduwwerking van de bomen het fietsen aangenamer te maken. Een enkele keer heb ik op het jaagpad onbedoeld ook stortregens getrotseerd. Rood-oranje-gele zonsondergangen maar ook diep donkerblauwe en grijsdonkere luchten zag ik er, alles in dit Vlaamse boerenland dat me ‘één generatie’ terugbrengt in de tijd, en me soms ‘zeker en vast’ doet terugverlangen naar die vervlogen tijden. Nee, het fietsen op Belgische jaagpaden doet zijn naam bij mij geen eer aan. Het is juist het ontvluchten aan het jachtige bestaan dat ik hier zoek, stilte en rust leiden er tot creativiteit en inzicht: de ware schrijversinspiratie, ook voor dit artikel! b

Rare ‘Ollander’ Fietsen via jaagpaden betekent voor mij vooral tot rust komen van het onrustige, drukke leven in

Bij nacht en ontij

tijdschrift voor fietsreizigers

23


thema TEKST EN FOTO’S BRUNO LOOCKX

Glijdend over een biljartlaken

Langs oude smokkelroutes Aan de Belgisch-Nederlandse grens tussen Sas Van Gent en Sint-Laureins fiets ik talloze keren over of langs een kreek. Midden in het ‘Krekengebied’ gaat het fietsen als vanzelf, zonder veel inspanning glijd ik als het ware over een ‘biljartlaken’, zo vlak is deze streek. als een bejaarde fietser mij aanspreekt en een blik werpt hij op mijn kaart. "Gij neemt precies de smokkelwegeltjes," begint hij, waaruit ik besluit dat hij de smokkelroutes goed kent. We fietsen naast elkaar verder. Hij kent een pak smokkelverhalen en weet daarover zoveel haarfijne bijzonderheden dat ik hem de vraag stel of hij ooit zelf gesmokkeld heeft. Sommige beschrijvingen zijn zo levendig en gedetailleerd dat alles in die richting wijst.

Brede rokken

Smokkelwegeltjes In het natuurgebied 'Hollands Gat' lijkt het alsof ik moet peddelen door plassen. Ter hoogte van grenspaal 328 knijp ik de remmen dicht en vlij me neer op het terras van het Moes(ch)tuintje . Moesch heeft haar landelijke verzameltuin opengesteld voor al wie hier passeert, hoofdzakelijk fietsers. In de achtertuin wandel ik tussen de biologische moestuin en de miniboerderij van

24 tijdschrift voor fietsreizigers

zoon Sander. Hier zie ik Shetland pony's, dwerggeiten, eenden, kippen en konijnen allemaal door elkaar. Van 25 mei tot september kan je hier op zondag tot en met donderdag in de namiddag je fiets in het ‘fietsenkotje’ stallen of later indien de weersvoorspellingen gunstig zijn. 'Boterhameters welkom' zie ik, maar ik heb meer interesse in de huisbereide perentaart. Voldaan zoek ik mijn ijzeren ros op

Hij heeft het over ’t Mollekot, de Rovershoek en Hontseinde, allemaal oude smokkelroutes die we passeren op weg naar Sint-Laureins. Na de oorlog smokkelde hier bijna iedereen, om aan armoede en hongersnood te ontkomen. Boter en alcohol waren het populairst, maar ook vee werd stiekem over de grens gebracht. Het waren de ‘amateurs’ die ’s nachts te voet de grens overstaken met 30 à 40 kilogram boter, verdeeld over borst en rug. Zij trokken langs kreken en over polderdijken. Overdag deden de vrouwen hun smokkelwerk omdat zij minder argwaan wekten. Onder hun brede rokken verstopten zij de boter in pakken van 5 à 10 kilogram. En wie zou nu denken dat ook nonnetjes en zelfs mijnheer pastoor daar aan meedeed? Ook zij verstopten de buit onder hun brede kleren. En liep er al eens een nonnetje tegen de lamp, dan was er nog de invloedrijke Kerk die ze een hand boven het hoofd hield. ‘Professio-

nelen’ –georganiseerde bendes– gebruikten zware Amerikaanse wagens, zoals Buicks, Chryslers of Chevy’s. Ruime auto’s met veel geheime bergplaatsen en bijzonder snel voor die tijd. De douane stond meestal machteloos tegenover zoveel kracht en snelheid. De koning van de smokkelaars bleek de Nederlander Roman Hemelsoet. Zijn geduchte ‘rode neushoorns’ waren gepantserde vrachtwagens met enkel kijkgaten voor de chauffeur. Vooraan was een sneeuwruimer gemonteerd om Friese ruiters te ruimen en staaldraad door te klieven. Al Capone op zijn best in Zeeuws-Vlaanderen!

'De Roste muis' Terwijl we Sint-Laureins naderen vertelt mijn levende informatiebron nog een laatste pittig verhaal. Over het café 'De Roste Muis' in Waterland-Oudeman, een plaats die ik al gepasseerd ben. In de negentiende eeuw was dit een clandestien café uitgebaat door de flamboyante waardin Virginie. Na het Angelus van elf uur kwamen de boerenknechten hier voor hun 'noene'. Dit geestrijk drankje ging er na de boterhammen vlot in. Terwijl de vurige, roodharige Virginie met zwaaiende rokken boven op de tafel danste, zag naar verluidt een enthousiaste boerenknecht haar muisje. Sindsdien en tot op heden heeft iedereen het over 'De Roste muis'. Na het afscheid pedaleer ik verder door het land van de smokkelaars. b


TEKST EN FOTO’S MARIANNE VINCKEN

Over oude spoorbanen, jaagpaden en landbouwweggetjes

Fietsrouteknooppunten Lance Amstrong zou de Tour toch wel winnen en thuis in Geldrop zou het ook wel warm zijn, het laatste weekend van juli 2001. Dus bedachten we zaterdagmorgen dat we een stukje gingen fietsen. Kostte het vroeger een avond om een leuke route uit te stippelen, nu kan dat in vijf minuten op de achterkant van een giro-envelop. Dankzij het fietsrouteknooppuntensysteem. 50-52-53-54-56-36-217 De gebruikelijke start. De weg is bekend en we komen bijna geen auto tegen. Dit stuk maakt ook deel uit van ons avondrondje, maar het stuk tussen knooppunt 53 en 56 kennen we pas sinds kort. Zelfs dicht bij huis is er nog veel nieuws te beleven. Er zijn nog weinig andere fietsers op weg en zo vroeg is het niet. Wel is het benauwd en dat is er misschien debet aan. De smalle fietspaden liggen er nog verlaten bij en dat is gunstig als je met bagage fietst. Zelfs bij de Achelse Kluis is nog weinig leven te ontdekken.

Omdat we willen fietsen, en niet bij elk kruispunt de kaart willen raadplegen, kiezen we vaak voor doorgaande wegen met veel verkeer. Of de beproefde jaagpaden dus. Maar dat hoeft nu niet meer. Het is wel even zoeken om bij Neerpelt het kanaal over te kunnen, maar daarna fietsen we over een fietspad, een oude spoorlijn: kaarsrecht mooi glad asfalt. Dat schiet lekker op, ook al omdat het breed genoeg is om met bagage langs twee tegenliggers tegelijk te komen. Want die zijn er inmiddels wel, andere fietsers. Het is dan ook al bij elven, koffietijd dus. Daarvoor moet je even van het parcours af, maar gelukkig staan er af en toe bordjes die verwijzen naar uitspanningen.

309-centrum-75-74-73-30

218-220-240-245-247-248-05 Het eerste stuk in België. Een aangename route vinden in België was voorheen lastig. Vaak fietsten we over de jaagpaden langs de kanalen. Er zijn veel wegen in België, wat op zich gunstig is, want je hebt veel keuze. Maar een kaart waar ze allemaal op staan...?

We rijden nu van de kaart af. De Brabantse en Limburgse Kempen wordt vervangen door Grensoverschrijdend Fietsroute-netwerk. VVV-kantoren hebben vaak alleen de kaarten van de directe omgeving, dus moet je die onderweg kopen. Het eerste stuk gaat nog over de oude spoorbaan, dan moeten we even de bordjes ‘Centrum’ volgen. Het lijkt wat lastig, en zonder kaart weet je ook niet welk centrum je benadert, maar dat is het niet. In het centrum gaat de route vanzelf weer naar het dichtstbijzijnde knooppunt aan de andere

kant van de plaats. Dit was het centrum van Houthalen-Helchteren. Daarna fietsen we verder afwisselend over vrijliggende fietspaden (donkergroen op de kaart) en rustige wegen (lichtgroen) door bosrijk gebied, zonder noemenswaardige aantallen auto’s tegen te komen. Zelfs niet in Genk, waar we toch een groot stuk door de bebouwde kom fietsen.

69-67-68-89-86-87 Over het Albertkanaal verlaten we de Kempen en het Maasland en rijden de Haspengouw in. Hier zijn veel minder bossen, wel heuvelend cultuurlandschap, wat zeker ook zijn charme heeft. De smalle autovrije weggetjes die heuvel-op en heuvel-af gaan, maken het fietsen op deze zaterdagmiddag weer een feest.

Heerlijk koel onderweg

Helaas houdt de kaart na 87 op en we willen naar Tongeren. Dat doen we op het gevoel. We zijn nu zo gewend aan het rustige fietsen dat we zelfs zonder kaart een vrijliggend fietspad ontdekken! We doen

Fietsknooppuntenroutebord

boodschappen en gaan naar de camping. Mooie grasveldjes, een goede douche en het is er niet druk. Er zijn veel fietsende kampeerders en dat snappen we! De volgende dag gaan we terug, vanzelfsprekend via een andere route. Welke? 87-88-59-54-58-6361-60-41-40-38-37-35-36-12-11-0708-212-213-216-38-59-54-53-52-50thuis. Op een klein minpuntje na, ‘lege’ palen tussen 54 en 58, gaat dat voorspoedig. Ondanks dat ben ik een nog grotere fan geworden van dit fietsknooppuntenysteem en kan ik nauwelijks wachten tot heel Nederland zo bewegwijzerd is. We zijn al om vier uur thuis en zien Lance de Tour nog winnen. En inderdaad, thuis is het warm, veel warmer dan onderweg. b

tijdschrift voor fietsreizigers

25


thema TEKST EN FOTO'S JACOB EN REINDERT VERMEIRE

Vlaams fietstalent verkent Zeeuws-Vlaanderen

Op bezoek bij de noorderburen Onder het mom van ‘ook een tienerstudent wil er soms wel eens tussenuit,’ gaan mijn broer Reindert -ornitholoog in spe- en ik in de Paasvakantie van 2006 een rondje fietsen bij ‘de noorderburen’ in Zeeuws-Vlaanderen. 23.00 uur: de avond voor vertrek. We zijn druk bezig onze fietstassen te vullen, wanneer we door onze ouders bestookt worden met de meest onzinnige vragen: “Waar precies gaan jullie nu naartoe? Kennen jullie het noodnummer van Nederland? Waar gaan jullie slapen? Wat gaan jullie doen als er iemand op zijn hoofd valt? …” We morren natuurlijk, want wij, doorwinterde fietstrekkers zoals we onszelf graag noemen, zijn tuk op onzekerheden. Toegegeven, door Holland trekken klinkt niet echt als het grote avontuur, maar het gevoel helemaal vrij te zijn is mogelijk in élk land. De volgende ochtend is het zover: grote broer mept de jongste wakker en met een licht-overslapencadans vertrekken we richting station Gent-Sint-Pieters. Daar nemen we de trein naar Knokke. Het natuurpark 'Het Zwin' bezorgt ons de eerste opwinding wanneer we er onder meer ooievaar, kluut, scholekster, tureluur en wulp observeren. Op de ooievaar na blijkt dit allegaartje van waadvogels toch niet zo bijzonder. Op weg naar Breskens krijgen we te maken met onze eerste, maar ook laatste fietspech. Wij, ware doehet-zelvers, krijgen die versnellingsbak maar niet aan de praat; later blijkt dat het voor de plaatselijke fietsenmaker een koud kunstje is. Met de ‘Fast Ferry’ veerboot Breskens-Vlissingen steken we de Westerschelde over naar Walche-

26 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

Jacob langs het oude spoorwegpad in Wachtebeke

ren. We volgen de knappe bewegwijzering en fietsen om Walcheren heen tot over de bruggen van Neeltje Jans. Op een verlaten minicamping genieten we van de verdiende nachtrust … Het is meteen ook de eerste confrontatie met de vrieskou.

Een bende rotganzen Snikverkouden worden we gewekt door een concert van de kleine fitis. Gelukkig staat er zon en die doet ons goed, weldra kunnen we weer vrij ademen. Schouwen-Duiveland heeft erg veel moois te bieden. Met zijn slikken en schorren worden we

herhaaldelijk uitgenodigd voet aan de grond te zetten om telkens weer andere waadvogels te observeren. Tapuit, steenloper, rosse grutto en een bende rotganzen zijn er niet ongewoon. Het pittoreske Zierikzee lijkt ons een geschikte stop om proviand in te slaan en te picknicken. Zierikzee is dan wel een gezellig stadje, toch verstoort de regenbui het humeur van Jacob. Naar verluidt heeft ie het koud en voelt hij nattigheid. Ook Reindert kent de nodige tegenslagen: de jongen die anders zo dol is op stroperigheden vindt de Zeeuwse snoepjes maar niks.

We besluiten even voor Rotterdam af te zwenken omdat er volgens de kaart, behalve de indrukwekkende haven, niet veel soeps meer te zien is. In Tholen weet een mondige Hollander ons te vertellen dat je beter wegblijft uit Rotterdam: “Ze hebben er lange vingers,” zegt ie, “en hoe zuidelijker hoe vriendelijker de mensen.” We volgen zijn raad op en fietsen verder langs de Plaat van Oude Tonge en langs, zoals de kaart het beschrijft, een Zweeds merenlandschap met lepelaars. Daarvan hebben we echter niets gezien. Het is meteen raak wanneer we een


Zicht vanaf de dijk in Koudekerke, deelgemeente van Veere op Walcheren

Een geintje van Reindert met uitzicht op het natuurgebied het Zwin

kampeerplekje zoeken! Een oudere boer uit Halsteren heeft geen bezwaar en we mogen zelfs ons tentje opzetten in zijn serre. Die deugniet weet maar al te goed dat in zijn serre geen plaats meer is. Om het goed te maken komt hij ons de volgende ochtend wekken met de intussen legendarische woorden: “Hallooo, halloooo, … slapen jullie nog … van mij mogen jullie blijven liggen.”

'Ode an die Freude' Ondanks dit aantrekkelijke voorstel, vinden we al gauw onze weg naar de bossen van Bergen-opZoom. Niet dat we die heerlijke verkeersvrije dijken langs de Zeeuwse eilanden al moe zijn, maar we willen wel eens wat anders spotten dan die dekselse scholekster. Met de waarneming van welgeteld één

eekhoorn, enkele tamme paarden en ook één open plek midden in het bos, blijven we echter op onze honger zitten. Het getokkel van ‘den grote bonte’ en de roep van de nochtans zo mooie boomklever, kan ons door plotselinge hagel, regen en wind niet echt bekoren. Gelukkig breekt de zon net op tijd door het wolkendek en tijdens onze middagstop bij de kerk van Ossendrecht worden we getrakteerd op een heus klokkenconcert. We zijn werkelijk ontroerd door de 'Ode an die Freude' van Beethoven. De grensoversteek gaat niet onopgemerkt voorbij, er zijn geen fietspaden, er is geen bewegwijzering, maar er is wel veel hilariteit! Een man met berenmuts heeft het in zijn wegbeschrijving eigenaardig genoeg over ‘een spie’ en ‘een tunnèl.’ Wanneer hij na een uitleg van

tien minuten aandringt om de te volgen weg naar Lillobrug nog eens te herhalen, houden we het voor bekeken en vertrouwen op ons kompas. Met het ‘Verdronken Land van Saefthinge’ in het vooruitzicht haasten we ons naar de veerpont in Lillo. Die zal ons naar het ondertussen door krakers bezette Doel brengen. Maar is me dat daar verdraaid helemaal anders gelopen. We zijn nooit overgezet geweest man! Een uur hebben we in kou en wind gewacht vooraleer we door hadden dat de veerdienst in deze tijd van het jaar niet operationeel is. Omrijden is de boodschap. Na 20 kilometer Antwerpse havenindustrie wordt een mens al gauw vrolijk wanneer hij een minicamping kan binnenrijden: 'Molenzicht'.

Mediterraan tintje 6 april 2006, Reindert wordt 16 en soest nog even na, terwijl grote broer lekkere crèmekoeken voor hem haalt. Daarna trotseren we

met volle moed de tegenwind. Onderweg kruisen het goudhaantje en een verdwaalde strandloper ons pad. Langs het oude spoorwegpad fietsen we naar Wachtebeke, en vandaar komen we met een gelukje op de Moerse vaart uit. ‘Rijk aan fauna en flora’, zo meldt het zwaar gesponsorde infobord. ‘De rietgors, de blauwborst en de jagende bruine kiekendief die voortdurend over de rietvelden scheert.’ Behalve die rietvelden hebben we van al dat fraais weinig gezien. Zon en felle wind hebben ons een mediterraan tintje bezorgd en dat jaagt onze stemming een beetje de hoogte in. De prachtige omgeving krikt die verder op. We keren terug langs het kanaal Gent-Terneuzen, een weg die we fietsers niet kunnen aanbevelen. Een bezoekje aan de stad Gent daarentegen is mooi meegenomen. Daar sluiten we onze fietstocht af met een coup 'Dame Blanche' en een ‘potje café’. Het is meteen ook ons duurste tafelen. b

De tent opstellen op het boerenhof in Halsteren, grensstadje in Noord-Brabant

tijdschrift voor fietsreizigers

27


u

28 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS


d

TEKST ANDRÉ RAMAULT ILLUSTRATIE FRANS VAN ACKER

Heeft u het ook gemerkt? De weergoden zijn de pedalen kwijt, het hele systeem is uit balans: 2006 het warmste jaar sinds de waarnemingen, januari 2007 de warmste januarimaand ooit. ‘Komt door de CO2-uitstoot’, zeggen weerexperts. Na jarenlang onderzoek naar het broeikaseffect, ligt volgens het vierde VN-rapport (februari 2007) de schuld bij de mens. ‘Kruipt wat minder achter het stuur’ is een van de vele aanbevelingen waarmee wij fietsers geen moeite hebben! Voor de ijsberen onder ons is deze winter een lachertje. Al in december zat de natuur op lentekoers. Ook voor ons geen winterslaap, wij gaan door met fietsen, elke woensdag en elke zaterdag. Wij, dat zijn een zestal collega’s die het therapeutische aan het aangename van fietsen

Fietscafé met assistentie koppelen: een frisse neus halen en de hersenpan defragmenteren. Heen tegen de wind in, pitsstop in ons stamcafé en terug met de wind in de zeilen. Het klimaat doet wel gek maar de dagen worden niet langer, in december is het vroeg donker. Daarom maken wij kortere ritten, hooguit 80 km, en toch komen wij niet voor donker thuis! Houd het stil voor onze vrouwen, wij zitten langer in 't café. Eind december fietsten wij naar Houthulst, twee eeuwen terug een armeluisdorp met een kwalijke reputatie als schuilplaats van Baekeland en zijn roversbende. Generaties lang torste Houthulst het stigma 'Baekelands roversnest'. Een universitair onderzoeksteam kwam begin 2007 tot de bevinding: ‘Houthulst is het Vlaamse dorp met in verhouding het hoogste aantal mensen dat zich niet lekker voelt.’ Wij kunnen deze vaststelling helaas niet tegenspreken... In het goed beklante dorpscafé en bij een abdijbier St-Bernardus 12%, discussiëren we over de kleine dingen van elke dag. Ook over het opzienbarend journaal van de Waalse openbare zender met live-beelden van de Vlaamse staatsgreep en

het opdoeken van België. Het gesprek stokt wanneer een opvallend zwart geklede man het café binnenvalt. Op weg naar de toog wil hij aan elkeen zijn waarheid kwijt. ‘Een glaasje te veel ’, is onze inschatting. Stemvolume en gesticulatie gaan crescendo, hij klinkt almaar fanatieker en bedreigender. Enkele oudjes verkrampen. Met de nodige schouderklopjes en een warme aai wordt hij verwelkomd door Lydia, de jonge serveuse. Het effect is verbazingwekkend, de man krijgt weer contact met deze planeet en is opnieuw aanspreekbaar. De vlotte meid heeft de handen meer dan vol met de bediening, maar trakteert hem geregeld op een attentie. Als een ander mens verlaat hij een tijdje later het café. De man kampt onmiskenbaar met mentale problemen, maar de fijnbesnaarde Lydia kent de eigenaardigheden van haar cliënteel. Wat zielenknijpers niet altijd voor mekaar krijgen is haar op het lijf geschreven. Niet zonder eigenbelang is café 'De Zilverberk' de favoriet van onze stamcafés. Zet zich binnen afzienbare tijd ons mentaal verval nog verder door, dan zoeken wij assistentie bij Lydia.

gecrankt en geshift

tijdschrift voor fietsreizigers

29


d

TEKST EN FOTO’S MAAIKE PFANN

Anton Wiegers; van luthier tot ligfietstandembouwer

Vernufteling* Anton Wiegers is een vriend van mijn vader. Als tieners vlogen ze de sterren van de hemel op de Hilversumse heide met hun zelfgebouwde modelvliegtuigen en schopten het tot de Europese Kampioenschappen in '66. Later studeert hij vliegtuigbouwkunde, ontwerpt drukpersen, is vermaard luthier (bouwer van snaarinstrumenten) en sinds 1998 ook (lig)fietsontwerper en -bouwer. Een homo universalis.

Ik zoek hem op in Dussen in het Land van Altena. Waar hij woont in een dijkwoning, omringd door groen, vogels en grazende schapen, met zijn vrouw Jeanne. Naast het huis staat een grote schuur en iets verder zie ik twee containers. In elk van de containers staan gereedschap en materiaal voor het maken van fietsen en ook machines voor het bewerken van hout

30 tijdschrift voor fietsreizigers

en instrumenten. De schuur is een mix van atelier en werkplaats, je voelt meteen dat hier hard gewerkt wordt, zowel fysiek als mentaal. Het 'borrelt' er. Naast de mal voor gitaren staan stapels velgen te wachten om gespaakt te worden, alles bedekt door een dikke laag houtstof. Overal hangen persoonlijke foto's, teksten en inspirerende plaatjes.


d

Als je lol hebt in het creatieve proces van het bedenken en maken, dan maakt het niet zoveel uit wat je precies maakt. “Als zevenjarige speelde ik al mandoline in een orkestje voor de radio. In mijn pubertijd pakte ik de gitaar om nummers van de Beatles en Bob Dylan te spelen. Ik emigreerde naar Australië en begon daar serieus klassieke gitaar te studeren. Al gauw ontdekte ik 16e en 17e eeuwse muziek die ik wilde spelen en dan het liefst niet in gitaar-transcriptie, maar op het instrument waarvoor het geschreven was, de luit. Stad en land zocht ik af naar een luit. Nergens te vinden. Toen besloot ik er zelf een te bouwen. De mensen waarmee ik speelde ontdekten m'n bouwtalent en al snel werd het bouwen belangrijker dan het spelen. Bouwen vind ik eigenlijk ook leuker dan spelen. Dat vond ik als kind al. Urenlang zaten we te knutselen om de vliegtuigjes zo goed mogelijk te laten vliegen. Het kon gebeuren dat alles na één vlucht alweer kapot was. Daar gaf ik niets om. Ik vind het heerlijk om bezig zijn met mijn handen. En als je lol hebt in het creatieve proces van het bedenken en maken, dan maakt het niet zoveel uit wat je precies maakt. Als iemand mij vraagt om iets moois te maken, dan doe ik dat graag en met veel plezier. Of dat nu een armandolino, luit, vliegtuigje, orgelpijp, voordrager voor een scootmobiel of een ligfietstandem is.”

geschiedde. Met dezelfde uitgangspunten als voor de eenpersoons versie werd de ligfietstandem ontwikkeld. Opent een ligfiets voor mensen met pijnlijke polsen, schouders, nek en billen of prostaat een deur naar fietsplezier, een ligfietstandem biedt nog veel meer mensen met beperkingen plezier. Maar ook voor validen is de ligfietstandem een heel gezellige en bovenal comfortabele manier van fietsreizen. “Ik wil nog zoveel. Er is nog zoveel te doen, bedenken en maken. Er ligt nog voor zeker 100 instrumenten hout in mijn werkplaats. Die wil ik maken. Doordat ik bekend word met de bouw van ligfietsen en ligfietstandems, komen er behalve specifieke vragen –de lagere instap voor de ligfietstandem bijvoorbeeld– ook aanverwante vragen op mijn pad. Zo ontwikkelde ik Opus3, een losse module, om een gewone fiets snel, goedkoop en eventueel tijdelijk te kunnen ombouwen naar een veilige en stabiele driewieler. En ik maakte voor een jonge moeder met MS een houder voor de maxi-cosi die voorop haar scootmobiel past, terwijl haar oudste dochter achterop zit. Het is fijn te weten dat er iemand op me zit te wachten voor wie ik iets kan betekenen. Dat ik daar financieel niet altijd wijzer van word is bijzaak.

Conservatoria uit heel Europa wisten het atelier te vinden. Ruim 850 tokkelinstrumenten heeft hij inmiddels gebouwd, van studie- tot barokgitaren en ook luiten. Met Jeanne reist hij jaarlijks naar Spanje om vakantie te vieren. Op die reizen kruist regelmatig de Camino Santiago hun pad en het idee ontstaat om ‘dat ooit ook een keer te gaan doen’. Maar hoe? Wandelen of op de fiets? Vanwege de beschikbare tijd wordt het de fiets, maar liefst dan wel op een fiets zonder de ongemakken van zadelpijn en een stijve nek. Het wordt een ligfiets en omdat er geen ligfiets te vinden is die aan alle eisen voldoet die Anton en Jeanne stellen, besluit Anton er zelf twee te bouwen. Met deze eerste prototypes die grotendeels uit bestaande onderdelen worden samengesteld werd een rondje IJsselmeer gereden. Dat smaakte naar meer. ‘“Als ik dan toch zo'n heel eind naar Santiago ga fietsen, moet ik dan elke dag pijn in m'n kont hebben?’ vroeg ik me af. Bovendien heb ik geen beste rug en na een ritje van een paar uur op een gewone fiets voelde ik steevast mijn rug. Ik zat tijdens onze proefrit rond het IJsselmeer best wel lekker op die ligfiets, dus waarom niet? Ik besloot zelf twee ligfietsen te ontwerpen en bouwen die beantwoordden aan al onze eisen. Comfort en veiligheid vind ik belangrijker dan snelheid, dus zowel de voorvork als achterbrug wilde ik geveerd hebben. En een zithoogte zodanig dat ook stadsverkeer geen gevaarlijke situaties zal opleveren. Een zithoek met optimaal zicht op de omgeving. Een versnellingssysteem met tenminste 24 versnellingen. Hydraulische remmen voor en achter. En de mogelijkheid om veel bagage mee te kunnen nemen. Met deze fietsen zijn Jeanne en ik naar Santiago gereden. En dat ging heel goed. Ergens in Zuid-Frankrijk dacht ik: ‘Wat ik lekker vind, vinden andere mensen misschien ook wel lekker.’ Terug in Nederland heb ik de fiets nog op een aantal punten verbeterd en ben ik gaan kijken of ik de fiets kon verkopen. En dat lukte.” Een van zijn eerste klanten was een Belg. Hij was wildenthousiast over de ligfiets van Anton: ‘Ik zie nu den ganzen wereld in breedbeeld’ waren zijn eerste woorden toen hij terugkwam van een proefrit. Later in Dussen aan de keukentafel stelde hij Anton de markante vraag: ‘Als gij enen enkele ligfiets kunt bouwen, dan kunt gij toch ook enen dubbele bouwen?’ Aldus

Ik ben van de generatie pen, papier en scheermesje. Waar ik voorheen mijn ontwerp op een bierfiltje schetste, werk ik mijn ideeen nu in 2D uit op de computer. Ik kan met dat digitale ontwerp direct een machine aansturen die het onderdeel precies zo maakt als ik het getekend heb. CNC heet dat. Ik maak gebruik van technieken die 10 jaar geleden nog niet bestonden. Dolgraag wil ik het komend jaar leren in 3D te ontwerpen. Zodat ik direct kan zien hoe het zal worden. Steekwoorden in mijn leven zijn nieuwsgierigheid en eigenwijzigheid, het willen weten en het altijd beter weten. En als ik iets niet kan vinden, dan maak ik het zelf. Het is niet altijd de makkelijkste manier, maar wel de leukste.” * een ingenieur heet in het vlaams een 'vernufteling' b tijdschrift voor fietsreizigers

31


c

32 tijdschrift voor fietsreizigers


d

Tubetje SeamGrip mee?

TEKST MAARTEN SMIT

tips

Op de zelfde manier kun je ook je grondzeil, kleding en fietstassen oersterk repareren, zelfs schoenzolen. Maar ook een lek in je matrasje is te dichten met een druppeltje SeamGrip. En natuurlijk een platte binnenband (plakkertjes zijn niet nodig) of slijtplekken op een buitenband. Opgedroogd voelt het spul nogal stroef en rubberachtig aan. Er zijn verhalen bekend van fietsers die met een paar druppeltjes SeamGrip hun zadel of matrasje wat minder glad hebben gemaakt.

Iedereen heeft wel iets wat altijd mee op reis gaat. Bij mij is dat al een tijdje een tubetje SeamGrip, een reparatiemiddel dat naden, scheuren en gaten waterdicht en elastisch afdicht en herstelt. Bij welke spullen komt dit wondermiddel dan het best tot zijn recht?

Een tube SeamGrip is na opening beperkt houdbaar. SeamGrip wordt daarom in kleine verpakkingen van 28 gram geleverd, met kwastje. Verder zijn er ook patches te krijgen voor bijvoorbeeld zeer dunne stof zoals slaapzaktijk of binnententdoek. Voor meer informatie kijk op: www.mcnett.com

In eerste plaats is er natuurlijk de tent. Veel tenten hebben tegenwoordig een siliconen coating waar niets op hecht. Een scheur of gaatje met tape afplakken werkt dus niet. SeamGrip doet dat wel. Lekkende naden maar ook scheuren zijn zo perfect te dichten. Leg onder de scheur wel een los stukje plastic- of tentdoek om te voorkomen dat het tentdoek met lijm vastplakt aan de ondergrond. Zo kun je ook grotere gaten dicht krijgen. Leg een uitgeknipt stuk doek over het gat en lijm het langs de randen vast.

Het lijkt dus een ideaal middel voor onderweg. Zijn er dan helemaal geen nadelen? Jawel, de droogtijd is namelijk 12 tot 24 uur en dat is erg onhandig als je elke dag alles weer wilt inpakken. Voor sommige reparaties zul je wellicht een rustdag moeten plannen. En verder? Om een grote reparatie onderweg netjes uit te voeren is wel wat ervaring voor nodig. Bij mij loopt dat altijd uit op een geweldige knoeipartij. Gezien het regelmatige commentaar dat ik krijg, lijkt de gelijmde scheur in mijn fietsjas meer op een voltreffer door een vogel…

kookpunt Soms weet je van te voren dat je een aantal dagen geen winkel zult tegenkomen. Wat neem je dan mee om te eten? Meer dan een dag uit een pakje eten is niet lekker. En het is toch vakantie nietwaar? Bovendien wil je aan je 400 gram groenten en fruit komen. Pompoen is een goede keuze, want deze groente blijft lang goed in je fietstas en bevat ook nog eens veel vitaminen. En niet te vergeten, pompoen is heerlijk van smaak. Als je ook nog eens kiest voor sojaroom in plaats van slagroom, kan je de ingrediënten van dit gerecht gemakkelijk een tijdje goed houden in je (warme) tassen.

TEKST SONJA EDELAAR, NATUURVOEDINGSCONSULENTE FOTO MAAIKE PFANN

Pompoenprutje

Wat heb je nodig?

Wat moet je doen?

Voor twee personen: • 1 kilo pompoen • 1 grote ui • 2 tenen knoflook • 2 eetlepels olijfolie • 1 eetlepel bouillonpoeder • 2,5 deciliter (soja) room • 100 gram pijnboompitten • 100 gram smaakvolle geraspte kaas als Parmeggiano of Grana Padano • 150 gram pasta

Breng een pan water met een snuf zout aan de kook. Doe hier de pasta bij. Maak ondertussen de groenten schoon. Was de pompoen. Je kunt de schil meestal gewoon opeten. Snij de pompoen door de helft, verwijder de zaden en schraap de binnenkant schoon. Je houdt ongeveer 750 gram pompoen over. Snij de pompoen in blokjes met zijdes van 1,5 centimeter. Pel de ui en snipper de ui fijn. Pel de knoflook en pers of snij deze fijn. Verhit twee eetlepels olijfolie en bak daarin de ui tot deze goudbruin ziet. Fruit de knoflook één minuut mee. Voeg wat water en een eetlepel bouillonpoeder toe. Breng de pompoenblokjes aan de kook. Zet om de paar minuten de pompoen en de pasta op het vuur tot beide na een minuut of tien gaar zijn.

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

33


d

VanFietstotFiets Elke wereldfietser heeft een fiets. Zoals alle wereldfietsers van elkaar verschillen, zo zijn ook hun fietsen anders. De één wil het nieuwste van het nieuwste en het lichtste van het lichtste, terwijl de ander gelukkig wordt van een twintig jaar oud, degelijk stalen frame. De fiets zegt iets over het baasje. Op de laatste redactievergadering vertelt Jos Morren razend enthousiast over zijn nieuwe fiets. Bij het kiezen van een fietser voor de rubriek ‘van fiets tot fiets’ konden we dan ook niet om hem heen. TEKST ERIC SCHUIJT FOTO ANNETTE RIJKS

“Het is voor mij een nieuwe fiets, maar hij is niet nieuw. Ik ben namelijk gaan zoeken op Marktplaats en toen zag ik een fiets die beantwoorde aan mijn doeleinden. Ik had geluk, want het was een fiets van anderhalf jaar oud. De eigenaar had een schouderblessure en had er amper op gereden. Hij was dus ‘brandnew’ en ik heb er enorm op afgedongen. Eerst telefonisch, toen ging er honderd vanaf. De volgende dag ben ik gaan kijken. Het achterwiel zat een beetje los en toen is hij nog wat verder naar beneden gegaan. De snelspanner zat gewoon niet goed dicht, dus dat was makkelijk verdiend. Hij wilde er € 550,- voor hebben, ik heb er € 425,- voor betaald.” “Het is een Focus MTB met een grote framemaat. Kijk, ik ben 1,94 meter en heb dus een 22inch-frame nodig. Die zijn nogal schaars. Het is geen vakantiefiets en het wordt er ook geen. Ik heb een Koga en dat blijft gewoon mijn vakantiefiets. Dit is een fiets om mee te spelen. Ik vond de kleur blauw erg mooi. Dezelfde kleur als de ogen van mijn nieuwe vriendin. En dat is de parallel. Zij heeft ook een MTB en we zochten iets om samen spor-

34 tijdschrift voor fietsreizigers

tief te doen. Zij woont in Soest en ik woon in Zeist. Daartussen zit een bos, dus toen dacht ik, ach leuk om ook een MTB te kopen.“ ”Haar Raleigh is een fully, dus volledig geveerd. Ikzelf heb een hardtail en ik moet er niet aan denken om een fully te kopen, mij te veel vering. Mijn Focus is afgemonteerd met Deore en dat is goed genoeg. Als voorbereiding heb ik avonden achter elkaar op het forum van mountainbike.nl gestudeerd. Het is een ongelofelijk gedoe, want die MTB’s moeten met de meest bijzondere groep worden uitgerust. Een Deore-groep kan dan eigenlijk

maar net, maar het houdt niet over. Toch ben ik erg tevreden over deze groep, want mijn Koga, die ook met een Deore-groep is uitgerust, heeft al tegen de 40.000 kilometer gereden. Nu had ik laatst ietsepietsie speling op het voorwiel, maar dat is voor het eerst. Ik zet hem altijd binnen, zodat alles goed kan opdrogen. En dat is natuurlijk het grote geheim.” “Als je op marktplaats een tweedehands fiets wilt kopen, moet je wel heel veel verstand van fietsen hebben. Je moet weten wat je doet. Vroeger liet ik mijn fietsen zelf bouwen dus ik heb geïnvesteerd in

Jos Morren houdt trots zijn ‘nieuwe’ Focus MTB in de lucht

kennis van fietsen. Je ziet vaak of een fiets is afgeragd. Bij een tweedehands fiets moet je letten op speling. Als je de wielen neemt en je controleert de naven, dan mag er echt nul speling in zitten. Dat geldt ook voor het crankstel en het balhoofd. De maat is ook erg belangrijk, ik heb echt wat flink nagemeten en weet dat 22 inch voor mij de goede maat is. Als ik niet goed zit, krijg ik rugpijn. Ik vind het grappig dat al die groepen heel erg ‘hot’ zijn in de mountainbikewereld. In de wereldfietserwereld zie ik dat niet terug. Wereldfietsers vinden groepen niet zo heel erg belangrijk.“ b


d

Ik heb een groot vertrouwen dat het altijd wel weer goed komt.

Maurits van der Heijde op zijn ‘opknapper’ samen met vrouw en kinderen op weg naar Warschau

In de Schakeltjes van nummer 4 stonden twee fietswrakken gratis aangeboden. Maurits van de Heijde komt de fietsen halen en vertelt en passant over de opvallende manier waarop hij per fiets reist. TEKST MAAIKE PFANN FOTO MAURITS VAN DER HEIJDE

“Verbazingwekkend vind ik het dat mensen zoveel geld kunnen uitgeven aan een vakantiefiets. Zelf vind ik mijn vakantiefiets meestal ergens bij het grofvuil of de oud ijzerboer. Dan knap ik die op, vaak is het niet meer dan een ander wiel plaatsen, een nieuwe ketting en wat kabels vervangen en ik ga ermee op pad. Belangrijk vind ik de remmen. Die moeten goed zijn. En voldoende versnellingen. Zesof zeven-speed ofzo. Dan fiets ik er even mee met losse handen. Als dat niet gaat klopt er toch iets niet helemaal met het frame. Verder neem ik een aantal reserveonderdelen en goed gereedschap mee. Trappers bijvoorbeeld en een pionafnemer.” “Het helpt natuurlijk wel dat ik aardig handig ben met fietsen. Samen met mijn vrouw ben ik, toen onze kinderen nog klein waren –te klein om te protesteren,

zeg maar– naar Warschau gefietst. De laatste jaren willen de kinderen niet meer mee fietsen en ga ik alleen op avontuur. Afgelopen jaar fietste ik naar de Zwarte Zee. In Servië ging mijn freewheel kapot en vond ik na een tijdje zoeken een fietsenzaak. Nergens een bordje met 'fietsenzaak' erop te vinden natuurlijk. Wat mensen gevraagd, want dan sta je er bij wijze van spreke voor en dan zie je nog niet dat het 'de' fietsenwinkel is. Het kost ook bijna niets om de fiets te laten repareren, arbeidsloon is in dat soort landen zo laag. Oost Europa trekt me. De wegen zijn niet heel goed, maar wel rustig met weinig verkeer. Je kunt er ongeveer zo hard naar beneden als je naar boven gaat. Anders verniel je je materiaal. Soms zijn de putdeksels verwijderd en ontstaan er enorme gaten, dat is wel erg spannend. In het donker rijden is daar uit den boze.” “Omdat het vaak meer kost om de fiets mee terug te nemen dan de fiets waard is, laten we de fietsen achter of we geven ze weg op de plek waar we op de bus of het vliegveld stappen terug naar huis. Daar heb ik geen probleem mee

want ik heb geen speciale band met mijn fiets. Dat komt denk ik omdat ik vroeger als wielrenner zoveel verschillende fietsen kreeg van de sponsor. Fietsen zat. Bovendien levert het een hoop stress en geregel op om je fiets heen en terug te vervoeren. Als je geen rekening hoeft te houden met hoe je de fiets mee terug kunt nemen, ben je op reis ook veel vrijer. Ik heb wel een slot bij me, maar meer omdat het gewoon onhandig is als je fiets gestolen wordt terwijl je erop onderweg bent. Alhoewel, mocht het gebeuren, dan kun je

Fietstocht naar de Zwarte zee

vaak onderweg wel een andere kopen. Ik hoef maar door Delft te lopen, dan zie ik al ergens een fiets staan met zo'n sticker. Dat ie binnenkort verwijderd zal worden. Die knip ik dan weg vlak voor de politie komt. Ik moet me echt inhouden want anders staat de hele schuur vol. Ik heb thuis meer fietsen, een oude om mee naar mijn werk te fietsen en een aantal racefietsen om lekker te wielrennen. En meestal twee fietsen die ik aan het opknappen ben voor onze volgende fietsreis. Soms koop ik op koninginnendag een oude tent en slaapzak voor een paar euro. Die laat ik dan ook achter. Dat scheelt een hoop gedoe en gesleep op de terugweg en meestal maak ik er ook nog iemand blij mee.” “Het enige dat ik van mijn fiets afhaal is de Blackburn-drager, daar ben ik erg tevreden over, die neem ik weer mee. Het karretje kan ik inklappen en kan meestal zonder problemen mee in de bus of trein. Tuurlijk hoor ik wel eens een rateltje, en denk ik: 'Hij gaat toch niet kapot he?' maar ik heb een groot vertrouwen dat het altijd wel weer goed komt.” b tijdschrift voor fietsreizigers

35


c

36 tijdschrift voor fietsreizigers


h

TEKST EN FOTO WARD VAN LOOCK

Belgische koekjes in Holland Vanaf de hoge dijk krijg ik in de verte een hoog schip in het vizier dat zich losmaakt van de veerkade. Vanuit de rust van de dijk kom ik zonder overgang terecht op een brede vierbaansweg die naar de veerboot leidt. Grote panelen geven aan hoe motorvoertuigen moeten voorsorteren. Ik zoek tevergeefs naar het tolstation voor fietsers. Terwijl ik de dienstgebouwen nader, schijnt niets of niemand mij tegen te houden. Zonder voorsorteren of controle presenteer ik me dan maar op goed geluk voor de overtocht. Daar zie ik toch een blauw fietslogo. De blauwe kleur stelt me gerust en ik begin te beseffen dat fietsers gratis meekunnen. Ook dit is Holland. In de wachthal staan enkele zitbanken. In de dienstregeling lees ik dat op zondag slechts om het uur een overtocht is. Met dit zonnige weertje zijn veel mensen naar buiten getrokken en hebben zich op het grasperk neergevlijd. Ook zij wachten op de volgende veerboot. Ondertussen kunnen ze genieten van de mooie vergezichten over de stroom. Het gras voelt heerlijk koel aan. Ik ben net bezig om het folie van mijn namiddagkoekjes te wikkelen wanneer drie jongetjes komen meekijken hoe dat in zijn werk gaat. Ze zien er zó onschuldig (maar ook zó gretig) uit dat ik de koekjes met hen deel. Mijn fiets blijken ze ook al grondig bestudeerd te hebben en ze vragen vol bewondering waar ik naartoe fiets. Zierikzee? Dat moet wel heel ver liggen want daar hebben ze nog nooit van gehoord.

het moment Op de boot wemelt het van veiligheidsbeambten die auto’s en bussen rangeren op het platform. Fietsen moeten gewoon aan de zijkant gestald worden. Boven op de zijdekken leunen veel mensen over de leuning, kijkend naar de boeggolven of naar een schip in de verte. Er is een cafetaria waar je blikjes frisdrank en allerlei lekkere koekjes kunt kopen. Plots zie ik mijn drie jongentjes rondlopen. Ze zijn op zoek naar iets of iemand. Tot ze mij in het oog krijgen en wild naar me beginnen te zwaaien. “Meneer, meneer!” schreeuwen ze in koor, “er zit iemand aan uw fiets te prutsen. Kom vlug!” Lichtelijk in paniek volg ik hen over de trappen naar het benedendek. Oef! Hij staat er nog. Zou de dief gevlogen zijn? Voor alle zekerheid kijk ik de fietstassen na en haal er alles uit voor een check-up. Zelfs mijn reservekoekjes zijn onaangeroerd gebleven. Ik haal opgelucht adem en bedank de drie jongetjes uitgebreid. “Niks te danken, meneer”, hoor ik ze hoopvol uit één mond zeggen, “mogen we nu asjeblief nog eens van die lekkere koekjes proeven?”

Het Moment is een toevallige, bijzondere ontmoeting, een bizarre reiservaring, een duizelingwekkende cultuurschok: Het Moment kan werkelijk van alles zijn. De redactie nodigt je uit jouw Moment te sturen naar: redactie@wereldfietser.nl of postbus 94005, 1090 GA Amsterdam. Maximaal 500 woorden, graag met bijpassende foto.

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

37


uitgelezen

“Met de westenwind in de rug; een fietsreis van Nederland naar Moskou”, Paul Spapens, uitgeverij Nieuwland 2007, paperback, 208 bladzijden, € 16,90. ISBN 978-90-8645-016-9. Journalist (Brabants Dagblad) en schrijver Paul Spapens fietste met zijn vrouw Hennie van Schooten in twee en een halve maand van Brabant naar Moskou. Na een avon-

38 tijdschrift voor fietsreizigers

tuurlijke fietsreis door Duitsland, Polen, Kaliningrad, Litouwen, Letland, Estland, Finland en Rusland stond er bij aankomst in de Russische hoofdstad 4300 kilometer op de teller. Paul Spapens schreef er zijn (tweede) reisboek over: ‘Met de westenwind in de rug.’ Spapens is duidelijk een professioneel schrijver die weet hoe je de lezer moet boeien. Het boek is feitelijk een bundel korte verhalen in

chronologische volgorde. In elk verhaal wordt een beeld, gebeurtenis of karakter in korte krachtige zinnen neergezet. De veel gemaakte fout van veel schrijvende fietsreizigers is om alles te willen vertellen. Dat maakt een reisboek meestal onleesbaar, een maar moeizaam te verteren woordenbrij die uiteindelijk terzijde wordt gelegd. Spapens steekt ver uit boven dat niveau. Op levendige wijze beschrijft hij de mensen onderweg en vertelt hij over de bewogen geschiedenis van onze Oost-Europese buurlanden. In aparte kaders komen op anekdotische wijze achtergronden en details over plaatsen en gebruiken aan de orde. Alleen jammer dat de tekst in deze kaders bronsgroen is en in avondlicht slecht leesbaar. Naast een boeiend fietsverslag is dit boek een leidraad voor mensen die interesse hebben in het fietsen van (een deel van) dit traject. Achterin staat een overzichtelijke opsomming van afstanden, fietsdagen en

gebruikte kaarten en gidsen. Al met al een geslaagd boek dat thuishoort bij de betere fietsliteratuur. THEO JORNA

“Dumela, Op de fiets door Lesotho”, Eric Schuijt, uitgeversmaatschappij Holland 2006, paperback 192 bladzijden, € 14,95, ISBN 90-251-1008-8. Op vlotte, goed geschreven wijze vertelt Eric Schuijt in dit boek over zijn fietsreis door Lesotho samen met zijn toenmalige partner. Lesotho is een land dat wordt geteisterd door armoede en aids. En als fietser die zich maar langzaam verplaatst door het land, kom je dat allemaal tegen. Talrijk zijn dan ook de ontmoetingen onderweg. En hoe verlost te raken van bedelende kinderen is een vraag die Eric al fietsend probeert te beantwoorden. Zijn oplossingen zijn niet altijd even mensvriendelijk.


Afrika roept meestal een beeld op van een landschap zinderend van de hitte. Maar in Lesotho kan het flink koud zijn en is bevriezingsgevaar niet ondenkbeeldig. Veel aandacht is er voor het landschap, de steile beklimmingen en de mensen onderweg; hoe ze leven, hoe ze wonen en vooral hoe ze reageren op de passerende fietsers. De tegenstelling tussen arm en rijk wordt soms extra zichtbaar als Eric beschrijft hoe hij behaaglijk wegkruipt in zijn thermische slaapzak, gekleed gaat in comfortabele kleding en onderweg zijn hoogtemeter afstelt; in een land dat gebukt gaat onder schrikbarende armoede en verslaafd is aan ontwikkelingshulp. Als fietser zie je het om je heen, het is heel dichtbij, en tegelijkertijd ver weg en van een andere wereld. Eric heeft er veel aandacht voor en dat komt het verhaal ten goede. Prettig leesbaar boek en zeker aanbevolen voor wie ook in Lesotho wil fietsen. THEO JORNA

“De sleutel van Tsjechov; Op de fiets langs de Mississippi, naar de heilige Tài shun, om de Oostzee, over de Krim naar Astrachan, door de Baltische staten en van Peking naar de Armoer”, Jan Postema, uitgave in eigen beheer, 50 zwartwitfoto's, oktober 2006, ISBN: 90-7434-423-2, 126 pagina's, € 16,- (verzending incl.) - janpostema@gerla.nl Tel. +31 (0)35 601.06.45 Het boek gaat over de zes fietstochten, ieder van een paar maanden, die Postema van 2001 tot 2006 ondernam in de Verenigde Staten, China, het Balticum, Scandinavië, Oekraïne en Zuid-Rusland. De basis ervan vormen de reisverslagen die hij wekelijks naar de ‘Soester Courant’ mailde. Het is geen reisgids met routebeschrijvingen of praktische tips. Postema onderhoudt ons op een vlotte manier over plaatsen waar hij langskomt en die hij vaak in een

historisch kader plaatst, over zijn ontmoetingen met mensen onderweg en zijn contacten daarna, over graf, woonstede of museum van historische figuren. Maar eigenlijk gaat het over alles wat onderweg zijn aandacht trekt. Zijn interesseveld is heel breed en betreft niet zelden zaken waar een doorsnee toerist achteloos aan voorbijgaat. Het laatste verhaal 'Naar de Zwarte Draak' in Noordoost-China (2006) springt er uit. Met zes leden van een Chinese fietsclub –de jongste spreekt Engels– fietst hij drie weken samen. Hij maakt kennis met een ander China, met andere overnachtingen en een ander tijdskader dat al om vier uur 's morgens begint. Opmerkelijk is de eigenzinnige keuze van een aantal reisdoelen. Zo fietst hij in 2005 naar Piippola (Centraal-Finland) voor de tentoonstelling over de schrijver Pentti Haanpää (1905-1955). Wie helemaal naar het Noorden fietst om zich in een Finse schrijver te verdiepen, heeft iets met ‘taal’ en dat geldt zeker voor Postema! Toevallig ontmoette ik hem op weg naar Finland in een Ests caférestaurant. We trokken een week samen op en daarmee deed ik mijn voordeel: hij converseert in het Ests, Russisch en Fins. Dit opende poorten naar de nogal stugge Esten en volgens het boek niet alleen naar hen. Met zijn aanstekelijke nieuwsgierigheid en zijn taal- en contactvaardigheid krijgt hij mensen aan de praat. Het boek van Postema illustreert dat om het even wat een motief kan zijn voor een fietstocht. De simpele logica achter zijn tochten is kernachtig op de achterflap verwoord: ‘Je fietst wat en je beleeft wat’.

De erudiete Postema schildert boeiende anekdotes, soms luchtig, soms diepgravend, vaak ironisch. Hij hanteert een schrijfstijl die afsteekt van het cleane en afgemeten journalistieke geschrijf. Bij hem ronde volzinnen met inventieve en creatieve wendingen die blijven boeien. Voor zo'n schrijfstijl kruip ik op de punt van mijn stoel! ANDRÉ RAMAULT

TIJDSCHRIFTEN Het is voorjaar en de fietsseizoen begint weer. Dat blijkt ook uit het aanbod van de diverse tijdschriften. In Op Weg nummer 1 van 2007 (maart) is veel aandacht voor fietsen in Europa. De EuroVelo route nummer 6 wordt uitgebreid beschreven. Deze route van 3600 km loopt dwars door Europa van Nantes aan de Franse westkust naar het Roemeense Constana aan de Zwarte Zee. Ook wordt in een speciaal dossier ‘het Europese Fietsweb’ een overzicht gegeven van de talrijke fietsroutes door Europa. Op Pad heeft weer gekozen voor een nieuwe vormgeving; de vertrouwde inhoud in een nieuw jasje. In nummer 1 een lang artikel over fietsen in Polen. Nummer 2 pakt uit over fietsen in Cuba. De Vogelvrije Fietser nummer 1 is een fietsvakantiespeciaal. Onder andere met een interview met voormalig bestuurslid van de Wereldfietser Bernadette Speet, die inmiddels weer is vertrokken naar haar grote liefde Cambodja. Ook Fietssport magazine nummer 1 heeft volop aandacht voor fietsvakanties met artikelen over ‘Fietsen rond het Balatonmeer’, en ‘Afzien en genieten op IJsland.’ THEO JORNA

tijdschrift voor fietsreizigers

39


d d

In 2006 volgden we een paar tientallen fietsreizigers, via een link naar hun website. De meesten zijn weer thuis maar hun websites blijven inspireren. De uitgebreide reisverhalen van de onderstaande fietsreizigers vind je na het aanklikken van de links op: www.vakantiefietser.be/onderweg.asp

fietsers onderweg

Caroline en Rutger vertrokken begin maart om tien maanden in Zuid-Amerika te gaan fietsen. Na Ecuador fietsen ze in zuidelijke richting. Met sponsorgeld willen ze een Peruaans schooltje financieel ondersteunen.

SAMENGESTELD DOOR ANDRÉ RAMAULT EN MARIANNE VINCKEN

Peter Mak en Karin van Toor zijn in Kathmandu, hun thuisbasis voor een aantal maanden. Ze zijn al helemaal ingeburgerd en vervelen zich geen moment: ze schrijven een boek en willen Engelse les gaan geven. www.cycletheworld.nl.

Els Schaap en Dick Verschuur hebben hun Australiëreis nu echt definiteif afgerond. In een evaluatiegesprek komen ze tot de conclusie dat het niet hun favoriete fietsland is. Ze vliegen vervolgens naar Istanboel, waar ze tien jaar geleden ook al waren. Hoe beleef je zo’n stad na een wereldreis van tien jaar? Ze zijn er twee weken en genieten van elk moment, de cultuur, de mensen, de lekkernijen. Waar zie ze je zoveel zo dicht bijeen. Na het ‘lege’ Australië valt dat echt op. Dan vangen ze de terugreis naar huis aan, door het oude Europa met de lente in de rug. Voor hun verslag vol mooie foto’s zie www.dickenels.nl

Marlous van der Veen en Steven Groothuismik fietsen door een stukje niemandsland. Na de slagboom en een hutje volgt de grenspost van Cambodja. De stempels zijn snel gezet en als ze een paar dollar hebben neergelegd voor deze speciale service kruipen ze met onze fietsen onder de roodwit geverfde paal door. Ze belanden op en spiksplinternieuwe weg en Cambodja ligt voor ons. “Sir!!” horen ze iemand vanuit het douanehutje roepen op het moment dat ze weg willen fietsen. Even denken we dat er iets niet goed is, maar al snel horen we dezelfde man weer: “Good luck to you!!!” Zie ook www.wereldtrappers.nl

40 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

In de postbus troffen we weer wat ansichtkaarten aan. Marco Geurts laat vanuit Guatemala weten dat het daar ‘genieten, maar wel flink klimmen is’. Hans en Francine van Schijndel sturen een kaart uit Marokko. Na een winter niet fietsen, overwinteren ze dit jaar weer wel op de fiets, van El Haayoune terug naar huis. Marokko is erg mooi het fietsen heerlijk. Hun fietsen zijn gelukkig wel beter dan die op de voorkant van de kaart. Ze wensen alle lezers een heel fijn fietsjaar 2007.

Gerben Mensink en Marjan Schutte schrijven ons van Cambodje dat Vietnam geweldig is, qua mensen en qua landschap. Zelfs in Saigon is prima te fietsen. Ze zijn erg benieuwd naar Cambodja. Wat wegen en verkeer betreft staat hen nog van alles te wachten (zie de kaart hieronder).

Lea en Kobe vertrokken voor twee jaar ‘Fietsen voor en door Afrika’. Na Frankrijk, Italië, Griekenland, Turkije en Egypte gaat het dwars door Afrika. Veel winterweer onderweg maar slechts een enkele keer moeten ze de tent opzetten. In Frankrijk, Griekenland en Turkije zijn ze vaak ‘kind aan huis’. Dank zij hun ontwapenende openheid? Pas na zes weken verlaten ze het ‘supergastvrije Turkije’. Turkije mag meteen bij Europa. Eenzelfde verhaal van gastvrijheid in Syrië. Het 'aartsmoeilijke Arabisch' is confronterend, net als de mannencultuur en vrouwen met soms zelfs verhulde ogen! Een vrouw vooraan in de wagen kan niet, laat staan achter het stuur. Syrië kampt met anderhalf miljoen vluchtelingen uit Irak en dat is zichtbaar. In de oude binnenstad van Damascus ontdekken ze onvermoede pareltjes. Metershoge affiches van de koning verwelkomen hen in Jordanië.


d

In Amman zijn de vele pakjes 'poste restante' helaas spoorloos. Kopje ondergaan in de Dode Zee is uitgesloten door het zoutgehalte. Slapen tussen palmbomen met vlakbij Bethlehem en Jeruzalem achter de Palestijnse bergen, veel checkpoints en passencontrole en de weinig gastvrije stenengooiende jeugd. Prachtige wadi's met wondermooie rotsformaties en Petra, een 'hoogtepunt in het Midden-Oosten'. Met de boot gaat het naar Egypte, Afrika is binnen bereik!

Ruben Vandewalle

fietst van Los Angeles naar Ushuaia. Via een lus naar Las Vegas en Death Valley gaat het via San Diego naar Baja California in Mexico. Door de vele –achteraf blijkt onterechte– waarschuwingen voor ‘banditos’ gaat het deels met de bus naar Mexico-City. Op kerstavond wordt juist die ene toerist met een blik bier in de hand er uitgepikt tussen de vele Mexicaanse drinkebroers. De corrupte agenten laten hem zijn vrijheid afkopen voor 35 euro, maar erger is het verlies van zijn stuurtas met kodak en gsm. Eind januari fietst hij naar het budgetvriendelijke Guatemala. Na de meer dan 2.000 jaar oude buitengewoon mooie Maya-site Tibal gaat het naar de paradijselijke stranden van Belize. Dit ongekend mooie Caribische land van lanterfanters vreet aan zijn budget en met de boot gaat het naar duikersparadijs Honduras en Nicaragua. De kans om te internetten wordt klein. Begin maart verblijft hij in het surfparadijs Costa Rica. Voor een Nederlandse fietsreisorganisatie brengt hij zijn Noord-Amerikaans parcours met gps op kaart. "Ik voel me een ontdekkingsreiziger die wegen baant voor nakomers. Alles verloopt tot hiertoe zoals gehoopt... en nog veel meer! Onvergetelijk mooie woestijnen, dagen lang amper mensen gezien, onwezenlijk stille nachten met alleen sterren om je heen. Je voelt je heel erg klein. Ik geniet met volle teugen, zeker op zo'n wereld-monumenten-weg. Maar ook blij even te kunnen internetten. Dit is het

enige medium dat ik zou missen. Lucky Ruben... Las Vegas, de hoofdstad van de zonde, is één groot gekkenhuis met massaal veel hotels en motels. Toch kost het veel moeite een (dure) kamer te vinden (die hij deelt met twee vrienden). In de VS is alles sowieso al groter, maar Las Vegas is in alles de overtreffende trap. Wereldattracties (Eifeltoren, Vrijheidsbeeld of gondelend Venetië) zijn hier nagebouwd of overtroffen. Ik zie mensen die een fortuin vergokken in de gokstad der goksteden. Death Valley, dat is niets behalve zoutvlaktes, duinen, bergen en canyons en héééél veel zon. Dat is vele liters drinken en het velletje beschermen met hydraterende zonnemelk en de lippen begraven onder lipsticks en vaseline..."

David Huyghe fietst van Noord-Canada naar Ushuaia. In vorig tijdschriftnummer situeerden we hem in Bolivia. Door de aanmaak van een nog in opbouw nieuwe website, is zijn huidige positie lastig in te schatten. Uit de vele adembenemende foto's valt op te maken dat hij Ushuaia nadert. Grégory Lawyllie fietst vanaf september 2006 twee jaar door Zuid- en Midden-Amerika. Na zijn lof voor fietsland Uruguay gaat het in december naar Argentinië. Hoofdstad Buenos Aires fascineert hem en hij uit zijn liefde voor de hoofdstad in een prachtig gedicht. En verder: "B.A. is een stad die je moet ondergaan, op het ritme van de tango en de Rio de la Plata. Een en al elegantie en met de allures van een Europese grootstad. Boulevards die me herinneren aan de Champs Élysées." Hij trekt drie weken uit voor een grondige verkenning van de stad. De ruim geïllustreerde indrukken van zijn stadsbezoeken zijn een heuse handleiding voor een alternatieve stadsverkenning. Met ook sociale dimensies!" De wijze waarop sommigen in deze miljoenenstad een dagelijkse strijd tegen de armoede voeren is ronduit schrijnend. Ze leven en overleven tussen het vuil, weggedoken in een portiek of in een of ander park. Mensen van alle leeftijden, kinderen die alleen ronddwalen, hunkerend naar geborgenheid en huiselijke warmte." Zijn verjaardag en zijn afscheid aan Buenos Aires viert hij in stijl! "De menu- en wijnkaart stralen een zelfde klasse uit

als het restaurant: duur en stijlvol. Mijn voorlaatste avond in B.A.! Ik heb zin in wijn, klassewijn. De driekoppige band zet de tangoavond in en ik droom weg op de golven van het verlangen die worden weggespoeld door nostalgische klanken van onvervulde liefde. Driekwart liter later word ik ten dans gevraagd –inderdaad– door de dame die ik trakteerde op een vette knipoog. Dansen kan ik geenszins en de tango alles behalve. De wijn benevelt mijn verstand, mijn voeten en mijn benen, maar ik dans: weemoedig en hunkerend naar liefde, op de golven van het verlangen. Ik word weemoeddronken en dans alsof ik al jaren de tango dans. De muziek stopt, het applaus zwelt aan en ik voel tientallen blikken van uiteenlopende gevoelens. De accordeon zet opnieuw in. Traag slepend als een kreupele en ik voel hoe het rubber van mijn sandalen contact zoekt met de muisgrijze tegels. De tristesse maakt me droevig. Of is het de drank? Ik doe nog een laatste danspas, groet mijn toeschouwers en verlaat de dansvloer, gracieus zoals het past in de tangowereld. Op de tonen van 'Mi Buenos Aires querido' verlaat ik een begrip in de tangowereld. Honderd en twaalf jaar oud, gedrenkt door historie

en anekdotes. Ik denk dat ik er vandaag een bladzijde heb aan toegevoegd." Op Oudejaar verlaat hij B.A. Na nog een paar trektochten op de grens met Chili fietst hij verder naar El Calafate en naar de Perito Moreno-gletsjer. Opmerkelijk is zijn gedicht over de legendarische 'Ruta 40'. Half februari bereikt hij Puerto Natales, zijn eerste Chileense bestemming. Opnieuw in Argentinië langs de Rio Grande bereikt hij eind februari Ushuaia, 'El fin del mundo'.

Na de revalidatie van zijn elleboogbreuk, bergt Kris Geerts na meer dan twee jaar fietsen in Zuid-Amerika de fiets op. Met vriendin Analia reist hij als rugzaktoerist door dit continent. Zijn verdere capriolen op de website. b tijdschrift voor fietsreizigers

41


k

Verenigingsnieuws FOTO’S MIEKE (HUTTENTREKTOCHT HEMELVAART)

Veel fietsers willen hun grenzen verleggen. Ze willen nieuwe gebieden verkennen, genieten van rust en ruimte en in contact komen met de plaatselijke bevolking. En of je nu een lange of korte tijd gaat, ver of dichtbij, reizen op de fiets is een prettige manier om dit te doen. De verenigingen de Wereldfietser in Nederland en de Vakantiefietser in BelgiĂŤ ondersteunen hun leden bij hun fietsreizen. Het doel is fietsers met elkaar in contact te brengen en informatie uit te wisselen. Naast het gezamenlijk uitgegeven tijdschrift met voor elke vereniging een eigen naam en logo en verder dezelfde inhoud, organiseren de verenigingen kampeerweekends, trektochten, informatiebijeenkomsten over speciale onderwerpen en fietsreparatiecursussen voor hun leden. Op de websites van beide verenigingen vind je databanken met veel informatie en forums waar levendige discussies plaatsvinden.

42 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS


d

TEKST MARJAN BROUWER EN FREEK VERBAKEL

verenigingsnieuws

de

wereldfietser

Vereniging De Wereldfietser in Nederland Postbus 94005, 1090 GA Amsterdam, telefoon 06 488 27 351, internetsite www.wereldfietser.nl, e-mail post@wereldfietser.nl, girorekening 6991722 te Amsterdam. De contributie is 15 euro per jaar. Het lidmaatschap loopt van 1 januari tot 31 december. Word je in de loop van het jaar lid, dan worden de eerder in dat jaar verschenen nummers van het tijdschrift nagezonden. Lid worden kan door het invullen van het aanmeldingsformulier op de website of schriftelijk, met een kaartje of briefje naar bovenstaand adres. De activiteitenkalender laat zien dat de komende periode op veel plaatsen met elkaar gefietst kan worden. Nieuw is dat de Hemelvaarttrektocht samen met De Vakantiefietser georganiseerd wordt. Dat biedt een goede gelegenheid elkaar beter te leren kennen en gezamenlijk plannen te maken voor de toekomst.

werk. Hij heeft heel veel binnen de vereniging georganiseerd met een tomeloos enthousiasme. John blijft gelukkig wel lid van de activiteitencommissie. Tijdens de volgende ledenvergadering nemen wij afscheid van John. In ieder geval namens iedereen heel erg bedankt.

Off Road trektocht, 20-22 april Deelname aan activiteiten Alle activiteiten staan voor iedereen open. Als je deelneemt doe je dat voor eigen risico. We gaan ervan uit dat je w.a.-verzekerd bent. De vereniging kan niet aansprakelijk gesteld worden. Extra kosten voor de fietsweekends: geen, je betaalt alleen de kosten die je maakt tijdens dat weekend (camping, eten, drinken, etc.)

Ledenvergadering Tijdens het voorjaarsweekeinde en het nazomerweekeinde worden de ledenvergaderingen gehouden. Iedereen is van harte welkom, ook als je niet aan het weekeinde hebt meegedaan. We beginnen om 10.00 uur. Agenda en verslag van de vorige vergadering tref je aan op de webpagina van de vereniging. Tijdens de voorjaarsvergadering wordt onder anderen de jaarrekening van 2006 besproken. In het nazomerweekeinde 2006 heeft John Telleman aangegeven te willen stoppen met het bestuurs-

Lekker raggen door de blubber van de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe. We hopen op slecht weer: veel regen, zodat de mountainbikes goed gebruikt kunnen worden. Voor meer informatie: Mark Dirkx, MarcDirkx@hotmail.com of 0334805300. Vertrek vanaf Utrecht CS, eindpunt Apeldoorn CS

Voorjaarsweekend, 11-13 mei Zoals ook elk jaar is er in 2007 weer een voorjaarsweekend. Dit keer bezoeken we het ‘Venetië van het Noorden’: Giethoorn! Dat wordt dus waterfietsen dit weekend! Op zaterdag fietsen we een rondje door de prachtige Weerribben, ’s avonds zijn er mooie dialezingen en wordt het ongetwijfeld weer ouderwets gezellig (met of zonder kampvuur). Zondagochtend beginnen we met de algemene ledenvergadering, waarna iedereen weer huiswaarts keert. Jim van den Berg heeft meer informatie over dit weekend: Jimvandenberg@jimvandenberg.nl of 010-2763658.

Camping d’Hof, Binnenpad 137 Giethoorn; www.campingdehof.nl

Hemelvaarttrektocht, 17-20 mei Op veler verzoek rijden we dit jaar met onze Belgische zustervereniging De Vakantiefietser in het grensgebied van België en Nederland. We vertrekken vanuit Antwerpen en rijden dan oostwaarts. We eindigen in Maastricht. Onderweg overnachten we op campings. Dan Celis kan je alles vertellen over dit weekend: DanCelis@hotmail.com Houdt er rekening mee dat donderdag (Hemelvaartsdag) de meeste winkels dicht zijn. Neem dus voldoende eten en drinken mee!

Fietsreparatiecursus, 19/20 mei en 9/10 juni basiscursus; 26/27 mei en 16/17 juni vervolgcursus Dit jaar gaan we twee verschillende sleutelcursussen geven: een basisversie met in vergelijking met de tot nu toe gegeven cursus een iets lager tempo en een uitgebreide vervolgcursus met wat meer exotische zaken. In de basiscursus ga je het derailleur en de remmen afstellen, kabels vervangen, wielen, ketting en tandwielen wisselen en de zitpositie instellen. De vervolgcursus begint met een snelle herhaling en geeft extra aandacht aan wielen vlechten, vering, hydraulische remmen, Rohloff, schijfremmen, framereparaties etc. Wil je meer weten, mail dan naar reparatiecursus@wereldfietser.nl Na de zomer zijn er ook nog een aantal cursussen. Waar: Kiel Windeweer (Groningen) Kosten: € 65 euro pp (incl. overnachting in je eigen tent, koffie, thee, chinees eten op zaterdag)

Buitenlandtocht, 8-17 juni Deze tocht is helaas al volgeboekt.

willen, organiseert De Wereldfietser een weekend voor jongeren van ongeveer 15 tot en met 21 jaar. Er zal gefietst worden in de omgeving van Overijssel/Gelderland. Overnachting op een camping. Meer informatie en aanmelden bij Mieke: IsMieke@hotmail.com of 06 30074348.

Lentefietstocht, 15-17 juni Voor degenen die ouder zijn dan 21 hebben we in het voorjaar nog een andere fietstocht: de lentetocht! Van vrijdag 15 juni tot en met zondag 17 juni, de overgang van lente naar zomer, staat een prachtige zwerftocht op het programma door de kop van Noord-Holland. De fietstocht voert over avontuurlijke en onbekende landweggetjes, grillige oude zeedijken en schelpenpaadjes, langs sloten, vaarten en plassen in het Noord-Hollandse polderlandschap. We doen oude havenstadjes aan en authentieke Noord-Hollandse dorpjes, doorkruisen weilanden, duinen en bollenvelden. We overnachten op gezellige familiecampings. Aanmelding bij voorkeur vóór 8 juni: anitamathijssen@planet.nl Vermeld hierbij je naam , met hoeveel personen je komt, wanneer/waar je komt en het telefoonnummer waarop je bereikbaar bent. Vertrek vrijdagmiddag van NS station Alkmaar om 13:00 uur; eindpunt is ook Alkmaar.

Nazomerweekend, 24-26 augustus Traditiegetrouw op de Harskamperdennen: het nazomerweekend. Kampvuur, appeltaart, lekker fietsen, flessen wijn, mooie dia’s, alle ingrediënten voor een geslaagd weekend zijn dan weer aanwezig. Kampeerterrein Harskamperdennen, Houtvenster ’t Hoffweg 25, Kootwijk.

Jongerenweekend, 15-17 juni Omdat veel jongeren wel eens kennis willen maken met het reizen per fiets of er zonder ouders op uit

Deze en meer informatie over de activiteiten is terug te vinden op www.wereldfietser.nl b TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

43


k

TEKST BRUNO LOOCKX EN ANDRÉ RAMAULT FOTO’S VAN RETIE: GEERT BORSTLAP

verenigingsnieuws

Vereniging De Vakantiefietser in België Broekstraat 66, 2480 Dessel. Informatie tel./fax 014-37.77.34. Internetsite: www.vakantiefietser.be, e-mail: secretariaat@vakantiefietser.be. Het lidmaatschap loopt van 1 januari tot 31 december en bedraagt e 15,-. Te storten op rek. nr. 230-0175902-61 van De Vakantiefietser vzw, Dessel, met vermelding “lidgeld”. Meld adres- of e-mailwijzigingen aan: secretariaat@vakantiefietser.be Fietsherstelcursussen Met het nieuwe fietsreisseizoen voor de deur kan het nuttig zijn de praktische fietsherstelcursus te volgen. Leer op een zaterdag naar keuze (data hieronder) en in beperkte groep de meest voorko-

overschrijving op rekeningnummer 230-0175902-61 van De Vakantiefietser, Dessel. Cursusdatum vermelden. Meer info en wegbeschrijving op: www.vakantiefietser.be/fietsherstelcursus.asp

door Dan Celis en andere voorfietsers. We fietsen aan een recreatief tempo op soms onverharde wegen in het BelgischNederlands grensgebied. Overnachting op campings in Baarle-Hertog, Leende en Zonhoven. Zondag kunnen Vlamingen richting Hasselt fietsen (voor terugkeer met openbaar vervoer) of verder huiswaarts fietsen. Info en aanmelden (beperkt aantal kampeerplaatsen) bij Dan Celis, e-mail: dancelis@hotmail.com

Groepsfietstocht (versie 2, 8-15 september) De achtste groepsfietstocht (9-16 juni 2007) van De Vakantiefietser in Neckarland en Odenwald is volgeboekt. Omdat meerdere kandidaten zich nadien nog aanmeldden, wordt deze groepstocht nogmaals ingericht van 8 tot 15 september (min. 10, max. 20 deelnemers). Ward Van Loock, auteur

mende fietspannes onderweg aan te pakken. Fietsdokter Mario luistert naar uw vragen en fietsproblemen. In het voorjaar vindt de cursus plaats op de zaterdagen: 28 april, 19 mei en 16 juni (9.30-17.00 uur). De Fietsdokter, Verschansingsstraat 48, 2000 Antwerpen. Makkelijk bereikbaar met openbaar vervoer! Cursusgeld: voor leden 20 euro, niet leden betalen bijkomend 15 euro lidmaatschap. Inschrijven: telefonisch via het secretariaat of on-line op de website, waarna

44 TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

Hemelvaartfietstocht (17-20 mei) De Hemelvaarttrektocht –een gezamenlijk initiatief van De Vakantiefietser en De Wereldfietser– gaat door van 17 tot 20 mei 2007. Overnachting op campings, geen organisatiekosten. Woensdag (namiddag/avond) 16 mei verzamelen Nederlandse wereldfietsers en Vlaamse vakantiefietsers op Camping De Molen, Thonetlaan, 2050 Antwerpen Linkeroever. Start donderdag 17 mei omstreeks 10 uur, begeleid

van fietsgidsen, begeleidt deze tocht. Geen organisatiekosten! Met dit serviceaanbod richt de vereniging zich ook tot leden met beperkte fietsreiservaring of leden die liever in gezelschap fietsen (misschien ontdek je jouw fietsmaatje). Recreatief tempo, overnachting in jeugdherbergen, startplaats Heidelberg. Voor meer info en het volledige programma, mail: redactie@vakantiefietser.be of tel. (00 32) (0)50-319825.

Herfstweekend (5-7 oktober) De Vakantiefietser trekt dit jaar over de taalgrens naar Henegouwen. Hainaut Centre lijkt met het mijnerfgoed van de Borinage en zijn archaïsche kanaaltjes een openluchtmuseum. Comfortabel verblijf in de Jeugdherberg 'du Beffroi' van Mons (Bergen), Rampe du Château 2. Info: www.vjh.be. Organisatie: Ils en


d

Wijzigingen Wil de wijzigingen van adres of e-mail melden aan: secretariaat@vakantiefietser.be

DE 11DE FIETSREISBEURS RETIE (17/18 MAART 2007)

Stefan Avonds. Het exacte programma volgt in het komend nummer en op www.vakantiefietser.be . Inschrijvingen via secretariaat@vakantiefietser.be. Meer info via: ils.rombouts@pandora.be of tel. 0478-450.395 (na 17 uur)

Webmaster gezocht Je bent een vakantiefiets(t)er met nog wat vrije tijd, je hebt kaas gegeten van html, asp, php,… en je hebt interesse in samenwerken met de (redelijk overbelaste) webmaster van de website www.vakantiefietser.be? 'De Vakantiefietser' zoekt iemand als jij! Voor meer informatie, neem dan contact op met: andy.elke@gmail.com

Fietsmaat (m/v) gezocht Misschien heb je al concrete reisplannen maar zoek je nog een fietsgezel(lin). Dan is het forum

op onze website de geschikte plek voor een succesvolle oproep. Zie: www.vakantiefietser.be/forum.asp

mee bijzonder opgetogen, zeker in tijden van een dalende trend bij meerdere reisbeurzen. Veel bezoekers wezen op het gemoedelijke en de heel eigen sfeer op de fietsreisbeurs. Door hun enthousiasme en inzet dragen zowel helpers als informanten en

Onder druk van de deadline werd dit beursverslag enkele uren na afloop van de beurs opgesteld. De winnaar van de hoofdprijs, een Batavus vakantiefiets, is bezoekster Annemie De Jongh uit Zoersel. Een dikke proficiat vanwege De Vakantiefietser. Meer over de winnaars van de fotowedstrijd in komend nummer, of op: www.vakantiefietser.be.

Fietsers Onderweg Vakantiefietsers die een tijd onderweg zijn delen graag hun belevenissen met anderen via hun website. Wil je wegdromen bij een reisverhaal of kijken hoe je het eigen fietsverhaal zou kunnen presenteren, ga dan naar de rubriek 'Onderweg' op de webpagina: www.vakantiefietser.be/onderweg.asp

Met 4.480 bezoekers was de 11de Fietsreisbeurs van Retie de succesvolste van de voorbije elf edities. Nooit eerder zakten zoveel mensen af naar ons beursweekend. Uiteraard zijn wij hier-

bestuursleden bij tot die bijzondere sfeer. Ook exposanten laten zich enthousiast meeslepen en bij sommige lijkt de financiële return niet het belangrijkste... Niet alleen meer beursstands dit jaar, maar ook nog meer variatie in het aanbod. Opvallend was de grote belangstelling voor de 14 diavoorstellingen van gemaakte fietsreizen. Meestal voor een bomvolle zaal. En nog opvallender was het grote verschil in bezoekersaantallen tussen zaterdag en zondag. Wellicht als gevolg van het mooi lenteweertje telden we zaterdag veel minder bezoekers, maar wel sterk geïnteresseerde mensen. Zondag was het een weertje om geen hond door te jagen, behalve dan naar de fietsbeurs. In de namiddag kon in sommige beurslocaties op de koppen gelopen worden en was het drummen bij meerdere stands. RTV, de Antwerpse regionale tv-zender, kwam op bezoek en bracht met een dynamische reportage een goed sfeerbeeld. b TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

45


k d

TEKST WIM VAN EEDEN FOTO’S ANITA

Een stukje Limburgse Kempen vanuit Nederland

Wintertrektocht, editie 2007 Uit de tegenover het station gelegen cafetaria komen fietsers, als bouwvakkers die hun schaftkeet verlaten om weer aan het werk te gaan. Dat werk behelst nu een rijtje op een stukje papier genoteerde knooppunten, fietsend te koppelen. Het is ver boven nul, niet sneeuw dreigt, maar regen. Naast voor mij oude bekenden als Lars, Nel, de twee An(n)ita’s en Harm heeft ook de vijftienjarige Jos het spoor naar de Wereldfietsers gevonden. Direct vertrekken we. Het valt zelfs dán niet mee Weert te verlaten. De korte, steeds weer de hoek omgaande straten van de moderne wijken, maken de bordjes onvindbaar. Hulp van agenten, die in een vloeiend ‘houdoe-dialect’ een te lang verhaal verzinnen om te onthouden, brengt geen opheldering. Volgens de eigen kaart is dan richting Nederweert nog de beste oplossing. Dat we maar liefst 30 kilometer gefietst hebben om er hemelsbreed zeven vooruit te komen, mag een aardige prestatie genoemd worden en heeft genoeg trekkersgevoel opgeleverd om met voldoening de tentjes, net voorbij het dorpje Eind, op ‘de Riet’ neer te zetten. De familie Verboogen schenkt koffie en thee in, standaard bij een gastvrij welkom. Als je die dan kunt drinken in het behaaglijke tuinhuis, bestempeld als ‘slechtweer-onderkomen’, waar het vuur in de kachel al gretig aan het droge hout knaagt –Lars meet er 28 graden op zijn mobiel– is er niet direct aanleiding om vandaag nogmaals op de fiets te stappen. Maar toch, rond schemertijd doen enkelen waaronder ik, dat toch. Ik wil nog honing en wijn halen in Ospel. Simpel, het dorp ligt aan de overkant van de Noordervaart. Maar later, met het miskleunen waar het restaurant precies ligt, groeit de dagritafstand tot een respectabel

46 tijdschrift voor fietsreizigers

Effe iets warms maken onderweg...

aantal kilometers. Eenmaal aan tafel kunnen we kiezen uit een flinke stapel pannenkoeken. De boerenpannekoek maakt nieuwsgierig, want erin meegebakken zijn kleine schijfjes bloedworst. Een streekgerecht ook, hier is een kans het te proberen, de andere is het ooit zelf eens te bakken. Het lichte zoet van de bloedworst is in fijne harmonie met het sterkere van de koek eromheen.

Populair cirkelblikje van Unox Na Nederweert de brug over, een onverhard pad evenwijdig aan de Noordervaart en met verraderlijk diepe plassen. Het maanlicht reflecteert erin. De glans maakt het los van de matte, gronderige sporen en het puin. Veilig fietsen we terug, het kampeerterrein op. Binnen, in het als een sauna zwetende tuinhuis, dat met veel gehaakte versieringen, Maria-

beeld en prularia een aangename huiskamersfeer ademt, buiken de thuisblijvers uit, op de onhandig diepe stoelen voor de kachel. Ernaast is een toog, waarvan de tap droog staat. Ach, men is hier niet zo benauwd, het gevulde wijnrek en flesjes in het krat zijn ons vertrouwd. Rondslingerende gesprekken, het kan nog lang niet op. De frisse slaapzak kan wel wachten.


k

Maria staat droog sinds komst van GSM

Kampeerplek zonder overbodige luxe

De volgende ochtend We vormen twee groepen: een ‘snelle’ groep die twee kilometer per uur sneller fietst dan de langzame. Aangekomen bij het Weertse station om er de vanaf-zaterdagochtend-fietser op te pikken, maakt iedereen zijn of haar inschatting bij welke groep aan te sluiten. Tussen de knooppunten 78 en 217 liggen er nog zo’n achttien. Zorgvuldig zijn ze uitgekozen door Anita en is ‘ons’ netwerkje ontstaan. Een mooie route, met fraaie paadjes door bospartijen en heide en over jaagpaden langs kanalen, nog steeds belangrijk voor het goederentransport. Met de Warmbeek aan de rechterhand fietsen we al wat kilometers op Belgisch grondgebied, waar heides een complex vormen. De bomen zijn zonder bladeren... o ja, het is winter. Onze voorsprong blijkt te gering. Langs het kanaal Bocholt-Herentals herkennen we de kleurige kleding en de brede bagagebulten links en rechts op de fietsen. Ergens zijn ze vóór ons gekomen. Aaneengesloten rijden we de geplande route. Lars komt naar voren en roept: “Ze willen eten.”

Comfortabel bewegwijzerde jaagpaden

“Oké, hier bij deze bomen stop ik,” waarschuw ik. Binnen luttele minuten klonteren de fietsers samen op een aantal meters fietspad, de bermen met het aanvangende, transparante bos als uitgelezen plek. Sommigen maken een fraai stuukwerkje van hun boterham, met leverpastei uit het, onder wereldfietsers populaire cirkelblikje van Unox, op een van de fietstassen. Anderen pellen een sinaasappel of eten hun broodtrommel leeg. Bij Marc druppelt verse koffie door het filtertje, de poffertjes doen een paar keer de ronde. Goed idee, ik ben er zo doorheen. Gemopper, het fietsen gaat te hard, kunnen we gesplitst verder is het voorstel. Bedaard keuvelen we tussen het ratjetoe aan fietsen die zowat geen doorgang openlaat aan het overige fietsverkeer op het pad.

Te beduusd, om te antwoorden Neerpelt, het diepste punt in België –vanaf hier gaan we weer naar het noorden– slaan we af naar Achel. Tussen schuin groeiende linden links en rechts van ons door bereiken we door ontbrekende deuren een gapende poort de

abdij ‘de Achelse Kluis’. Er wordt gezegd, nog 800 meter, daar is een graslandje met het kamphuis. De van internet geplukte foto laat geen twijfel toe dat we er zijn, het staat er net zo bij. Eerst voordat het donker wordt de tenten neerzetten en daarna een trappist van de abdij. Een op de muur geschroefde houten frame zijn de eerste tekenen van een verbouwing. De toiletpot doet het al, de rest van het sanitair wordt nog overgelaten aan onze fantasie. Belendend daaraan de recreatieruimte, met muren die op enkele plekken zo broos zijn, dat, als het licht zou zijn, je door de voegen heen naar buiten kunt kijken. De vier bij vijf meter grote stoeptegelvloer met daarop twee tafels en tien stoelen wordt verlicht door een tl-balk. Met de rug tegen de muur zittend hebben we allemaal een plekje, nu ook de buiten-de-deur-etenden er binnen stappen. Ontkurkte wijn gaat rond, in gezelschap van chips en pinda’s. Bijna oorverdovend, als vliegtuigen door de lucht, kruisen de anekdotes elkaar.

Zoals we gisterenavond zonder morren het comfortabel ingerichte tuinhuis accepteerden, mopperen we ook hier niet over deze aan bijna elke vorm van comfort en gemak ontbrekende omgeving. Altijd een opmerkelijk aspect van onze manier van eropuit gaan. ’s Nachts is er veel wind. Zwiert het ene tentje mee op de wind, het andere blijkt in een ongunstige positie opgezet. De grijze deken is opgetrokken en de ochtend is zonnig. Overal is het gras nu nog groener, er klopt helemaal niets meer van, Lars heeft zelfs zijn broekspijpen afgeritst. Dat klopt dan weer wel. Omringd door vennen, op een heerlijk kronkelende pad over de Malpiebergse Heide net onder Valkenswaard fietsend, is dit zeker de moeite. Uit zo’n kronkel komen wij, voor wandelaars op een bankje, plotseling tevoorschijn. Het dwingt spontane verbazing af, ‘aan het kamperen?’ Te beduusd om te antwoorden, voor ons is het meer regel dan uitzondering om tijdens tochten in tentjes te slapen, zijn we alweer voorbij gefietst. b TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

47


c

TEKST EN FOTO’S MAAIKE PFANN

Meer dan tienduizend bezoekers ondanks concurrentie van fraai weer

Fiets en Wandelbeurs De Wereldfietser stond met bijna 100 vrijwilligers op de Fiets en Wandelbeurs, die 3 en 4 februari 2007 plaatsvond in de Rai in Amsterdam. Wat hebben we allemaal ons best gedaan om zoveel mogelijk reisinformatie en fietsenthousiasme over te dragen op al die tienduizend bezoekers. En dat is aardig gelukt, want zowel op het forum van de Wereldfietsersite als op die van de Fiets en Wandelbeurs zijn de bezoekers en standhouders laaiend enthousiast! Met maar liefst twee stands, een platform met tenten, waar verenigingsleden vertelden over hun tent en uitrusting, een workshop-podium waar Jim van de Berg en Leon Poels uitlegden hoe je je fietstassen inpakt en wat handig is om mee te nemen op fietsreis. In de grote hal een enorme informatiemarkt met wereldfietsers die geanimeerd stonden te vertellen over wel 100 verschillende fietsbestemmingen. Gudy Rooijackers die haar fotoportretten op heel bijzondere manier presenteerde in de fototentoonstelling: ‘Ontmoetingen langs de Zijderoute’. Ook verzorgden John Telleman, Eric Schuijt, Carla van Tatenhove, Bert Sitters, Marten Gerritsen, Mikkie Smak en Bernadette Speet lezingen. Maar gelukkig waren we niet de enige enthousiastelingen. De hele beurs was er vol van! Allemaal mensen die met hart en ziel gaan voor wat ze mooi vinden: de wereld ontdekken per fiets of te voet. Geweldig! Na zo’n beursweekend ben je meestal doodmoe en zielsgelukkig. 101 ideetjes opgedaan en 101 mensen wellicht op een idee gebracht... Kijk voor meer informatie op het forum van de Wereldfietser waar ook de link staat voor een filmpje van de beurs: http://video.google.nl/videoplay?docid=2376239254928189567 b

48 tijdschrift voor fietsreizigers

Gudy, Bernadette, Lars en John staan voor de prachtige foto-expositie van Gudy te ginnegappen

Informatiemarkt over wandelen

Op het ‘pelgrimspaviljoen’ alle informatie over de routes naar bijvoorbeeld Santiago

Trekking in Nepal met echte sherpa


k

TEKST MAAIKE PFANN

Wegens succes dit jaar opnieuw een wedstrijd met mooie prijzen

Foto- en verhalenwedstrijd Schrijfwedstrijd

tot 1 juni 2007! Inzenden kan nog

Schrijf een fietsreisverhaal met een lengte van maximaal 1500 woorden. Minder mag ook. Je kunt maximaal één verhaal per persoon inzenden. Vermeld je naam, adres, telefoonnummer en e-mail adres erbij. Voeg er maximaal vijf bijpassende (fiets)foto’s bij (die kun je eventueel ook laten meedingen in de fotowedstrijd...) De prijzen:

1 Vaude Ultratrail 20, fietsrugzak (twv € 87,50) 2 Ingelijste wereldkaart op kurk met vlaggetjes en stiften om je reis te plannen, van Geografische Boekhandel Pied a Terre (twv € 35,-) 3 NBT2 ‘Next Best Thing’; cassettesleutel van M-Gineering (twv € 22,-) 4 De gouden capuchon, een reis door Kirgizstan, West-China en Tibet van Frank van Rijn, Uitgeverij Elmar (twv € 16,50) 5 Dumela, op de fiets door Lesotho van Eric Schuijt (twv € 14,95)

2 1

4

3

5

Fotowedstrijd Stuur je mooiste fietsvakantiefoto’s op. Een voorwaarde is dat je aan de foto’s moet kunnen zien dat je met de fiets op reis bent. Je kunt per persoon maximaal vijf foto’s insturen. Vermeld je naam, adres, telefoonnummer en e-mailadres. Voeg een bijbehorend verhaal(tje) toe (dat kun je eventueel ook laten meedingen in de schrijfwedstrijd...) De prijzen:

1

2

3

1 Vittorio achterdrager of lowrider naar keuze (twv € 95,-) 2 Camera-statief voor op je stuur van De Vakantfietser (twv € 34,95) 3 Rainlegs, nieuwe en innovatieve regenkleding (twv € 24,95) 4 Vakantiefietsen, over techniek en onderhoud van sportieve fietsen, van Marten Gerritsen, M-Gineering (twv € 14,95) 5 Fietspech, reparaties voor onderweg van Frank van Riesen en Eric Schuijt, De Vakantiefietser (twv € 14,95)

4

5 Inzendingen kunnen naar: wedstrijd@wereldfietser.nl (bestanden niet groter dan 5 Mb per mailtje) of postbus 94005, 1090 GA in Amsterdam (onder vermelding van ‘wedstrijd’). Inzenden voor 1 juni 2007. Winnende verhalen en foto’s worden geplaatst in nummer 4-2007 van ‘de Wereldfietser/de Vakantiefietser’. Kijk voor meer informatie op www.wereldfietser.nl Gezellig samenzijn onder fietsvrienden tijdens de herfstweek van De Vakantiefietser b TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

49


c

50 tijdschrift voor fietsreizigers


H

SAMENSTELLING MAAIKE PFANN

Ellen, ...mag ik je iets vragen? Ellen Annika de Vries, dochter van Dennis de Vries en Astrid Blom is één van de echte ‘wereldfietserbaby’s’ die de vereniging rijk is. Andere wereldfietserbaby’s werden geboren bij o.a. Ruud en Dagmar, Jos en Ingrid en Ralph en Antoinette. Wanneer maakte je je eerste fietstocht en waarheen? Toen ik vijf maanden oud was hebben papa en mama een Burley-fietskar gekocht en zijn we in de Belgische Ardennen gaan fietsen. Een van mijn eerste cols was de beruchte ‘Muur van Wanne’ uit Luik-Bastenaken-Luik. Waarom ben je gaan fietsen? Tja, ik had niet zo veel keus, he? Papa en mama vinden het erg leuk… Wat vind je zo leuk aan fietsen? Dat papa en mama de hele dag in de buurt zijn en veel aandacht voor me hebben, dat we onderweg veel speeltuinen tegenkomen en op campings slapen waar je lekker kan spelen. Wat gaat altijd mee op fietsreis? Piep en Pluis, mijn favoriete knuffels. Wat is je oudste fietsonderdeel? Toen ik nog in mama’s buik zat, kochten papa en mama een Like-a-bike (houten kinderfiets) voor me. Ik ben er nog steeds te klein voor! Wat is het nieuwste snufje van je uitrusting? Tijdens onze laatste fietsvakantie in Italië heb ik in Napels bij een benzinepomp een nieuwe knuffel van de pompbediende gekregen: Napoli heet ie. Wat is je favoriete fietsgereedschap? Ik vind papa’s fietspomp erg interessant. Wat draag je altijd op de fiets? Een luier natuurlijk! Wat vergeet je regelmatig mee te nemen op fietsreis? Mama pakt meestal mijn spulletjes in en die vergeet bijna nooit iets. Papa is een keer mijn trappelslaapzak vergeten toen we een paar daagjes in Limburg gingen fietsen. Wat was je mooiste tocht ooit? Afgelopen zomer fietsten we een week in Duitsland in de heetste week van het jaar. De camping had een hele leuke speeltuin, er waren veel kindjes en we gingen vaak zwemmen. De andere kleine kindjes konden overdag moeilijk slapen omdat het in hun tent te heet was, maar ik kon overdag lekker koel in mijn fietskar slapen! Wat was je meest mislukte fietstocht? In Italië was het aan de kust niet zo leuk (veel te veel auto’s) en in het binnenland moest papa heel hard trappen om zijn fiets met 60 kg bagage (gewone bepakking, een volgestouwde fietskar en mij) de heuvels op te krijgen. Waar zou je (nog) wel eens heen willen? Ik heb pas in zes landen gefietst, ik wil de hele wereld nog verkennen. Papa wil me graag de wilde dieren in Afrika laten zien, maar mama vindt me daar nog veel te jong voor. Wat is je favoriete fietsland? Zweden vond ik erg leuk. Daar kun je goed kamperen, picknicken en met water spelen. Hoe ziet jouw ideale overnachtingsplek eruit? Een camping met een speeltuin, zwembad en veel andere kindjes! Wat eet je alleen op fietsvakantie (en niet thuis)? Pizza en heel veel ijsjes! Wat was het spannendste moment dat je meemaakte op fietsreis? Dat papa midden in een supersteile afdaling in Italië in de stromende regen een klapband kreeg terwijl ik in de fietskar zat. Waar denk je aan als je op de fiets zit? Ik slaap graag in mijn fietskarretje tijdens het fietsen. Als ik vind dat het te lang duurt, dan zeg ik steeds tegen papa en mama: “Bijna bij de camping?” of “Bijna bij de speeltuin?” Hoe ben je bij de Wereldfietser terechtgekomen? Mijn papa is via een foldertje op de beurs bij de Wereldfietser terechtgekomen. Hij werd actief lid en ontmoette mijn mama tijdens de Fietsvakantiebeurs in 2000 toen hij achter de stand stond. Ze gingen samen fietsen in Malawi en het resultaat was dat ik 4 jaar later werd geboren... Wat vind je het leukst van de vakantiefietser? Dat je er andere fietsende kindjes tegenkomt. Ik vind vooral het weekend ‘Fietsen met Kinderen’ erg leuk. Met wie zou je nog wel eens een fietstocht willen maken en waarheen? Ik zou wel eens met mijn buurjongen Martijn een ritje willen maken over de Veluwe. Van hem heb ik mijn eerste Valentijnskaart gekregen! Wat is je grootste fietsblunder? Tijdens de vakantie in Zweden kon ik net kruipen. Ik at steeds gras en probeerde steeds naar de fietsen toe te kruipen om met de ketting te spelen. Vertel eens iets verrassends over jezelf? Ik krijg in mei een broertje of zusje…

TIJDSCHRIFT VOOR FIETSREIZIGERS

51



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.