2Korintiërs
HOOFDSTUK1
1Paulus,eenapostelvanJezusChristusdoordewilvan God,enTimotheüs,debroeder,aandegemeentevanGod dieteKorintheis,metaldeheiligendieingeheelAchaje zijn:
2GenadezijuenvredevanGod,onzeVader,envande HeereJezusChristus
3GeprezenzijdeGodenVadervanonzeHeereJezus Christus,deVaderderbarmhartighedenendeGodder vertroosting;
4Dieonstroostinalonzeverdrukking,zodatwijhen kunnentroostendieinallerleiverdrukkingzijn,metde vertroostingwaarmeewijzelfdoorGodgetroostworden
5WantzoalshetlijdenvanChristusovervloediginonsis, zoisookonzevertroostingovervloedigdoorChristus
6Enofwijnuverdruktworden,hetistotuwvertroosting enredding;dieiskrachtig,ookalverdragenwijhetlijden datwijondergaanOfwijnugetroostworden,hetistotuw vertroostingenredding
7Enonzehoopopuisstandvastig,wetendedat,zoalsu deelhebtaanhetlijden,uookdeelzulthebbenaande vertroosting
8Wantwijwillen,broeders,unietonkundiglatenvande verdrukkingdieonsinAziëisoverkomen:wijzijn buitenmateenbovenvermogenbedrukt,zodatwijzelfsaan onslevenwanhoopten.
9Maarwijhaddenhetdoodvonnisinonszelf,zodatwij nietoponszelfzoudenvertrouwen,maaropGod,diede dodenopwekt.
10Dieonsvanzo'ngrotedoodverlostheeftennogzal verlossen,opWiewijvertrouwen,datHijonsooknogzal verlossen;
11Enookgijhelptmededoorvooronstebidden,opdat voordegave,dieonsdoorbemiddelingvanvelenis verleend,doorvelendankmogewordengebrachtvoorons.
12Wanthierinligtonzeroem:hetgetuigenisvanons geweten,datwijinalleeenvoudenoprechtheidvanGod, nietmetvleselijkewijsheid,maardoordegenadevanGod, onsindewereldhebbengedragen,eninhetbijzonderbiju
13Wantwijschrijvenunietsandersdanwatuleesten erkentEnikvertrouweropdatuhettotheteindetoezult erkennen
14Zoalsookuonstendelehebterkend,datwijuwroem zijn,zoalsookudeonzebentopdedagvandeHeere Jezus
15Eninditvertrouwenwasikvanplaneerdernaarutoete komen,zodatueentweedeweldaadzoukunnenontvangen; 16EnomdooruheennaarMacedoniëtereizen,enom vanuitMacedoniëweernaarutoetekomen,enomdooru opwegtewordengeleidnaarJudea
17Hebiktoenikaldusdacht,lichtzinniggehandeld?Of hebikdedingendieikvoorneem,naarhetvleesbesloten, zodatbijmijja,jaennee,neezouzijn?
18MaarGodiswaarachtig:onswoordtotuwasnietjaof nee.
19WantdeZoonvanGod,JezusChristus,diedoorons, namelijkdoormij,SilvanusenTimotheüs,onderu verkondigdis,wasnietjaennee,maarinHemwashetja.
20WantaldebeloftenGodszijninHemja,eninHem amen,toteervanGoddoorons
21Hijnu,dieonsmetuinChristusbevestigtenons gezalfdheeft,isGod; 22Hijheeftonsookverzegeldenhetonderpandvande Geestinonzehartengegeven.
23IkroepGodaanalsgetuigeovermijnleven,wantik bennognietnaarKorinthegekomenomutesparen
24Nietomdatwijoveruwgeloofheersen,maaromdatwij deelhebbenaanuwvreugdeWantdoorhetgeloofstaatu
HOOFDSTUK2
1Maarikhebbijmezelfbeslotendatiknietmeerin droefheidbijuzalkomen.
2Wantalsikubedroefdmaak,wieishetdandiemijblij maakt,andersdandegenediebedroefdisdoormij?
3Endithebikugeschreven,opdatikbijmijnkomstniet treurigzouwordenoverhenoverwieikmijeigenlijkhad moetenverheugenIkvertrouweropdatmijnvreugdede vreugdeisvanuallen.
4Wantuitgroteellendeenbenauwdheidvanhethartheb ikugeschreven,metveeltranen;nietomubedroefdte maken,maaromutelatenwetenhoeveelliefdeikuin overvloedheb
5Maaralsiemandverdrietheeftveroorzaakt,heefthijmij nietverdrietgedaan,maargedeeltelijk,opdatikuallenniet tezwaarzoubelasten
6Dezestraf,diedoorvelenwerdopgelegd,isvoorzo iemandvoldoende
7Daarommoetuhemjuistvergevenenhemtroosten, opdathijnietdooralteveelverdrietwordtoverweldigd.
8Daaromsmeekikudatuuwliefdevoorhembevestigt
9Wantmetdatdoelhebikookgeschreven,opdatikzou wetenhoeuopdeproefwordtgesteld,ofuinalles gehoorzaambent.
10Aanwieuietsvergeeft,vergeefikookWantalsikiets vergevenheb,hebikhetomuvergevenindepersoonvan Christus
11OpdatdesatangeenvoordeeloponszoubehalenWant wijzijnnietonwetendvanzijnplannen.
12ToenikteTroaskwamomhetevangelievanChristuste prediken,enervoormijeendeurvandeHeergeopend werd,
13Ikhadgeenrustinmijnziel,omdatikmijnbroeder TitusnietvondDaaromnamikafscheidvanhenen vertrokvandaarnaarMacedonië.
14EnGodzijgedankt,DieonsteallentijdeinChristus doetzegevierenendegeurvanZijnkennisdooronsop iedereplaatsopenbaarmaakt.
15WantwijzijnvoorGodeenaangenamegeurvan Christus,onderhen,diebehoudenworden,enonderhen, dieverlorengaan.
16Voordeeenzijnwijeenreukdesdoodstendode,en voordeandereenreukdeslevenstenlevenEnwieistot dezedingenbekwaam?
17WantwijzijnnietalsdevelendiehetwoordvanGod vervalsen,maarwijsprekeninChristus,uitoprechtheiden alsuitGodswoord,voorhetaangezichtvanGod.
HOOFDSTUK3
1Moetenwijonszelfopnieuwaanbevelen?Ofhebbenwij, zoalssommigen,aanbevelingsbrievenaanunodig,of aanbevelingsbrievenvanu?
2Julliezijnonzebrieven,geschreveninonshart,bekend engelezendoorallemensen
3Wantubentduidelijkaangewezenalseenbriefvan Christus,dooronsgediend,geschrevennietmetinkt,maar metdeGeestvandelevendeGod,nietopstenentafelen, maaropvlesentafelenvanhethart
4EnditvertrouwenhebbenwijdoorChristusopGod
5Nietdatwijuitonszelfbekwaamzijnomietstedenken zoalsuitonszelf;maaronzebekwaamheidisuitGod; 6Hijheeftonsookbekwaamgemaaktomdienarentezijn vanhetnieuweverbond,nietvandeletter,maarvande GeestWantdeletterdoodt,maardeGeestmaaktlevend
7Maarindiendebedieningdesdoods,geschrevenenin stenengegraveerd,heerlijkheidhad,zodatdekinderenvan IsraëlhetaangezichtvanMozesnietkondenaanschouwen vanwegedeheerlijkheidvanzijngelaat,danzoudie heerlijkheidtenietgedaanworden,
8HoezoudebedieningvandeGeestnietveelmeer heerlijkheidhebben?
9Wantindiendebedieningderveroordelingheerlijkheidis, veelmeerisdebedieningdergerechtigheidovervloedigin heerlijkheid
10Wantzelfshetverheerlijktehadinditopzichtgeen verheerlijking,vanwegedeallesovertreffende verheerlijking
11Wantalsdatgenewatweggaat,alheerlijkwas,hoeveel temeerzaldatgenezijnwatblijft
12Omdatwijdanzo’nhoophebben,sprekenwijmetgrote openhartigheid:
13EnnietzoalsMozes,dieeenbedekkingoverzijn gezichtlegde,opdatdekinderenIsraëlsnietzoudenblijven kijkennaarheteindevanwattenietgedaanwordt.
14Maarhungedachtenwerdenverhard,wanttotopdedag vanvandaagblijfthetzelfdevoorhangselinhetOude Testamentbestaan,datnietweggenomenwordt,maarin Christusweggenomenwordt
15Maartotopdedagvanvandaag,wanneerMozeswordt voorgelezen,ligtdebedekkingophunhart.
16MaarzodrazijzichtotdeHEEREbekeert,wordtde bedekkingweggenomen
17DeHeerisdeGeest.EnwaardeGeestvandeHeeris, daarisvrijheid
18Maarwijallen,diemetongedektgezichtdeheerlijkheid vandeHeeralsineenspiegelaanschouwen,wordennaar hetzelfdebeeldveranderdvanheerlijkheidtotheerlijkheid, alsdoordeGeestvandeHeer
HOOFDSTUK4
1Daarom,omdatwijdezebedieninghebben, overeenkomstigdebarmhartigheiddieonsisbewezen, wordenwijnietmoede.
2Maarwijhebbenafstandgedaanvandeverborgen schande,enwijgaannietmetsluwheidomenvervalsen hetWoordvanGodniet,maarwijmakendewaarheid bekendenbevelenonszelfaanbijiedersgeweten,voorhet aangezichtvanGod
3MaarindienonsEvangeliebedektis,ishetbedektinhen, dieverlorengaan.
4Degodvandezeeeuwheeftdezinnenverblindvande ongelovigen,zodatzijnietbestralendeverlichtingvanhet EvangeliederheerlijkheidvanChristus,Diehetbeeldis vanGod
5Wantwijpredikennietonszelf,maarChristusJezus,de Heer.EnonszelfzijnuwdienarenomJezus'wil.
6WantGod,diegezegdheeftdathetlichtuitdeduisternis zouschijnen,heeftinonzehartengeschenenomonste verlichtenmetdekennisvandeheerlijkheidvanGodinhet aangezichtvanJezusChristus
7Maarwijhebbendezeschatinaardenvaten,opdatde krachtdieallestebovengaat,vanGodzouzijnennietvan ons
8Wijzijninalleopzichtenindewar,maartochnietinhet nauw;wijzijninverwarring,maarnietwanhopig;
9Vervolgd,maarnietverlaten;neergeworpen,maarniet vernietigd;
10WijdragenaltijdhetstervenvandeHeerJezusinons lichaammee,opdatookhetlevenvanJezuszichinons lichaamzouopenbaren.
11Wantwijdieleven,wordenvoortdurendaandedood overgeleverdomJezus'wil,opdatookhetlevenvanJezus zichinonssterfelijkvleeszouopenbaren.
12Zoiserdandedoodinonswerkzaam,maarhetlevenin u
13Wijhebbendezelfdegeestvangeloof,zoalsgeschreven staat:Ikhebgeloofd,daaromhebikgesprokenOokwij geloven,daaromsprekenwij
14WijwetenimmersdatHij,DiedeHeereJezus opgewektheeft,ookonsdoorJezuszalopwekkenen samenmetuvoorZichzalstellen
15Wantallesgebeurtterwillevanu,opdatde overvloedigegenade,doordedankzeggingvanvelen,tot eervanGodzalzijn
16Daaromwordenwijnietmoede,maaralvergaatook onzeuiterlijkemens,tochwordtdeinnerlijkemensvan dagtotdagvernieuwd
17Wantonzelichteverdrukking,dievankorteduuris, brengtvooronseenallesverretebovengaandeeuwig gewichtvanheerlijkheidteweeg,
18Wijrichtenonzebliknietopdezichtbaredingen,maar opdeonzichtbaredingenWantdezichtbaredingenzijn tijdelijk,maardeonzichtbaredingenzijneeuwig
HOOFDSTUK5
1Wantwijwetendat,wanneeronsaardsehuis,dezetent, wordtafgebroken,wijeengebouwvanGodhebben,een huisnietmethandengemaakt,maareeuwigindehemelen
2Wanthierinzuchtenwij,vurigverlangendommetons huis,datuitdehemelis,overkleedteworden
3Alswijgekleedzijn,zullenwijnietnaaktbevonden worden
4Wantwij,dieindezetentzijn,zuchtenenwordenbelast Wijwillennietuitgekleedworden,maarbekleed,zodathet sterfelijkedoorhetlevenverslondenwordt
5EnHijdieonshiervoorheefttoebereid,isGod,dieons ookhetonderpandvandeGeestheeftgegeven.
6Daaromhebbenwijaltijdvertrouwen,wetendedatwij, zolangwijinhetlichaamwonen,afwezigzijnvandeHeer
7(Wantwijwandelendoorgeloof,nietdooraanschouwen)
8Wijzijnerzekervanenhebbenermeerbehageninom uithetlichaamtewonenenbijdeHeerintewonen
9Daaromstrevenwijernaar,hetzijaanwezigofafwezig, Hemwelbehaaglijktezijn.
10WantwijmoetenallenvoorderechterstoelvanChristus openbaarworden,opdatiedervergeldingontvangtvoor wathijdoormiddelvanzijnlichaamheeftgedaan,hetzij goed,hetzijkwaad
11Omdatwijdanweten,hoegrootdeschrikvoordeHeer is,overtuigenwijdemensen;maaraanGodwordenwij geopenbaard;enikvertrouw,datwijookaanuwgeweten geopenbaardworden.
12Wantwijbevelenonszelfnietopnieuwbijuaan,maar gevenudegelegenheidomoveronsteroemen,opdatu ietstezeggenhebttegenhendieindeschijnroemenen nietinhethart
13Wantalswijbuitenonszelfzijn,ishetvoorGod;alswij nuchterzijn,ishetvooruwzaak.
14WantdeliefdevanChristusdringtons,omdatwijtotdit oordeelgekomenzijn:indienéénvoorallengestorvenis, danzijnzijallengestorven.
15EndatHijvoorallengestorvenis,opdatzijdieleven, nietmeervoorzichzelfzoudenleven,maarvoorHemDie voorhengestorvenenopgewektis.
16Daaromkennenwijvanafnuniemandmeernaarhet vleesEnalhebbenwijChristusnaarhetvleesgekend,dan kennenwijHemnunietmeer.
17Daarom,alsiemandinChristusis,ishijeennieuwe schepping:hetoudeisvoorbijgegaan,zie,allesisnieuw geworden.
18EnditallesisuitGod,DieonsmetZichzelfverzoend heeftdoorJezusChristus,enonsdebedieningder verzoeninggegevenheeft,
19WantGodwashetdieinChristusdewereldmet Zichzelfverzoende,doorhunhunovertredingenniettoete rekenen;enHijheefthetwoordvandeverzoeninginons gelegd
20WijzijndusgezantenvanChristus,alsofGoddoorons totubidt.WijbiddenunamensChristus:laatumetGod verzoenen
21WantHem,Diegeenzondegekendheeft,heeftHijvoor onstotzondegemaakt,opdatwijzoudenworden gerechtigheidGodsinHem
HOOFDSTUK6
1AlsmedearbeidersvanGodverzoekenwijudanookdat udegenadevanGodniettevergeefsontvangt
2(WantHijzegt:Ikhebuindeaangenametijdverhoord, enopdedagvandezaligheidhebIkugeholpenZie,nuis hetdeaangenametijd,zie,nuishetdedagvande zaligheid)
3Geefingeenenkelopzichtaanstoot,opdatdebediening nietgesmaadworde
4MaarinallesbewijzenwijonszelfalsdienarenvanGod, inveelgeduld,inverdrukkingen,innoden,in benauwdheden,
5Inslagen,ingevangenissen,inopstanden,inarbeid,in waken,invasten;
6Doorreinheid,doorkennis,doorlankmoedigheid,door vriendelijkheid,doordeHeiligeGeest,doorongeveinsde liefde,
7Doorhetwoordvandewaarheid,doordekrachtvanGod, doordewapenenvandegerechtigheidaanderechter-en linkerhand,
8Dooreerenoneer,doorkwaadgeruchtengoedgerucht; alsverleiders,entochwaarachtig;
9Alsonbekendenentochbekend;alsstervendenenzie, wijleven;alsgetuchtigdennietgedood;
10Alsmensendieverdrietigzijn,maartochaltijdblijzijn; alsmensendiearmzijn,maartochvelenrijkmaken;als mensendienietshebbenentochallesbezitten.
11OKorinthiërs,onzemondstaatvooruopen,onshart staatopenvooru
12Julliewordennietinonsbenauwd,maarjullieworden injullieeigenbinnenstebenauwd
13Ennu,totvergeldingopdezelfdewijze(ikspreekalstot mijnkinderen),wordtookgijruimer.
14Komtnietineenongelijkspanmetongelovigen,want watheeftgerechtigheidgemeenmetongerechtigheid,en welkegemeenschapheefthetlichtmetdeduisternis?
15EnwelkeovereenstemmingisertussenChristusen Belial,ofwatdeelteengelovigemeteenongelovige?
16EnwatheeftdetempelvanGodmetafgodentemaken?
WantubentdetempelvandelevendeGod,zoalsGod gezegdheeft:Ikzalonderhenwonenenwandelen,enIk zalhunGodzijnenzijzullenMijnvolkzijn.
17Daaromgaatuithetmiddenvanhenwegenscheidtuaf, zegtdeHEERE,enraakthetonreinenietaan,enIkzalu aannemen,
18EnHijzalutoteenVaderzijn,engijzultMijtotzonen endochterszijn,zegtdeHeere,deAlmachtige
HOOFDSTUK7
1Omdatwijdandezebeloftenhebben,geliefden,latenwij onszelfreinigenvanallebezoedelingvanvleesengeest,en deheiligingvolbrengenindevrezeGods
2Ontvangons;wijhebbenniemandonrechtaangedaan, wijhebbenniemandtegrondegericht,wijhebbenniemand bedrogen
3Ikzegditnietomuteveroordelen,wantikhebaleerder gezegddatuinonshartbentommetutestervenente leven
4Grootismijnvrijmoedigheidomtotutespreken,grootis mijnroemoveruIkbenvervuldmettroost,ikbenzeer verheugdinalonzeverdrukking.
5ToenwijinMacedoniëkwamen,hadonsvleesgeenrust, maarwerdenwijvanallekantenindewargebracht:van buitenwaserstrijd,vanbinnenwaserangst
6MaarGod,Diedeterneergeslagenentroost,heeftons getroostdoordekomstvanTitus
7Ennietalleendoorzijnkomst,maarookdoordetroost waarmeehijinugetroostwerd,toenhijonsverteldevan uwverlangen,vanuwrouwenvanuwvurigegezindheid jegensmij,zodatikmijdestemeerverheugde.
8Wanthoewelikumeteenbriefhebbedroefd,hebiker geenspijtvanIkhebwelspijtgehad,wantikziedatdie briefubedroefdheeft,alwashetmaarvooreenkortetijd. 9Nuverblijdikmij,nietomdatubedroefdbentgeworden, maaromdatdedroefheiddieuhebtondergaan,tot
bekeringheeftgeleidWantubentbedroefdgewordenop demanierdieGodwil,zodatuingeengevalschadevan onshebtgeleden
10WantdedroefheidnaarGodwerktonberouwelijke bekeringtotzaligheid,maardedroefheidvandewereld werktdedood
11Wantzie,ditzelfde,datgijnaarGodtreurde,wat zorgvuldigheidheefthetinugewrocht,ja,watzuivering vanuzelf,ja,watverontwaardiging,ja,watvrees,ja,wat vurigverlangen,ja,watijver,ja,watwraak!Inalledingen hebtgijubewezenreintezijnindezezaak
12Daaromhebikugeschreven,maarnietvoordezaak vandegenedieonrechthadgedaan,enooknietvoorde zaakvandegenedieonrechthadondergaanMaaropdat onzezorgvooruvoorhetaangezichtvanGodaanu zichtbaarzouworden.
13Daaromzijnwijgetroostdooruwvertroosting,enwij hebbenonsdestemeerverheugdoverdeblijdschapvan Titus,wantzijngeestisdooruallenverkwikt.
14WantindienikHemoveruietsgeroemdheb,schaamik mijdaarvoorniet;maarzoalswijallesinwaarheidtotu gesprokenhebben,zoisookonzeroem,dieikbijTitus geroemdheb,waarheidgebleken
15Enzijninnerlijkeliefdevooruisdestegroter,omdat hijgedenktaandegehoorzaamheidvanuallen,hoeuhem metvreesenbevenhebtontvangen
16IkverheugmijerdanookoverdatikinallesopUkan vertrouwen.
HOOFDSTUK8
1Enwij,broeders,willenuwijzenopdegenadevanGod dieaandegemeentenvanMacedoniëgeschonkenis
2Hoehunvreugdeovervloedigwasenhundiepearmoede overvloedig,ondanksdegrotebeproevingdoorhunellende, waardoorzijrijkwerdenaanvrijgevigheid
3Wantikgetuigdatzij,naarhunvermogen,zelfsboven hunvermogenhebbengewilligd;
4Enhijbidtmetgrotesmekingdatwijdegavemogen aannemenendeelmogennemenaandebedieningvande heiligen
5Enditdedenzijnietzoalswijgehoopthadden,maarzij gavenzichzelfeerstaandeHeerenvervolgensaanons, overeenkomstigdewilvanGod
6DaaromhebbenwijTitusgevraagddathij,zoalshij begonnenis,ookbijudezelfdegenadezouvoltooien.
7Daarom,zoalsuinallesovervloedigbent,ingeloof,in woord,inkennis,inalleijvereninuwliefdevoorons, weesookindezegenadeovervloedig
8Ikzegditnietopbevel,maaromdevrijpostigheidvan anderentebenadrukkenenomdeoprechtheidvanuw liefdetebewijzen.
9WantukentdegenadevanonzeHeereJezusChristus, datHij,terwijlHijrijkwas,omwillevanuarmis geworden,opdatudoorZijnarmoederijkzouworden
10Enhierbijgeefikumijnraad:ditisnuttigvooru,die reedseenjaargeledenbegonnenbent,nietalleenmethet doen,maarookmethetvoortzetten
11Doenuduswatugedaanhebt,zodat,zoalser bereidwilligheidwasomtewillen,erookuitwatuhebt, eendaadkanwordenverricht
12Wantalsiemandeerstbereidwilligis,wordthij aanvaardnaarwathijheeft,ennietnaarwathijnietheeft.
13Wanthetisnietmijnbedoelingdatanderenverlichting krijgenendatueenlastkrijgt.
14Maardoorgelijkheid,opdatuwovervloedindezetijd eenaanvullingzijvoorhungebrek,opdatookhun overvloedeenaanvullingzijvooruwgebrek,opdater gelijkheidzij.
15Zoalsgeschrevenstaat:Wieveelverzameldhad,had nietsteveel,enwieweinigverzameldhad,hadnietste weinig
16MaarGodzijgedankt,datHijmetevenveelzorgvooru inhethartvanTitusheeftgestreefd.
17Wanthijheeftdevermaningaangenomen,maaromdat hijdestevrijmoedigerwas,ishijuiteigenbewegingnaaru toegekomen.
18Enwijhebbenmethemdebroedermeegezonden,wiens lofinhetEvangelieonderallegemeententevindenis, 19Endatnietalleen,maarhijisookdoordegemeenten uitgekozenommetonsmeetereizenmetdezegenade,die dooronswordtbediendtoteervandezelfdeHeerentot bewijsvanuwbereidwilligheid:
20Ditallesvermijdende,opdatniemandonszou beschuldigenindeovervloeddiedooronswordtbeheerd
21Zorgervoordatalleseerlijkis,nietalleenvoordeHeer, maarookvoordemensen
22Enwijhebbenonzebroedermethenmeegezonden,die wijdikwijlsopdeproefhebbengesteldinveledingen, maarnunogveelmeerinspannendis,opgrondvanhet grotevertrouwendatikinuheb
23AlsiemandTitusraadpleegt,ishijmijnmetgezelen medehelperonderuEnalsiemandonzebroeders raadpleegt,zijnzijgezantenvandegemeenteneneen heerlijkheidvanChristus.
24Laatdaaromaanhenenaandegemeentenhetbewijs zienvanuwliefdeenvanonzeroemoveru
HOOFDSTUK9
1Wantwatdedienstaandeheiligenbetreft,ishet overbodigdatikuschrijf:
2Wantikweethoevastberadenubent,enwaaromikbij deMacedoniërsoveruroem,datAchajeeenjaargeleden algereedwas,endatuwijvervelenheeftgetergd
3Tochhebikdebroedersgezonden,opdatonzeroemover uinditopzichtniettevergeefszouzijn;opdatgij,zoalsik gezegdheb,gereedmoogtzijn
4AlserdanMacedoniërsmetmijmeekomenenu onvoorbereidaantreffen,zoudenwij(omniettezeggen:u) onsnietbeschaamdmakenoverdezehooghartigeroem
5Daaromachtteikhetnoodzakelijkdebroedersaante sporenomnaarutoetegaanenuwgave,waarvanu tevorenopdehoogtewas,vantevorentevereffenenOp diemanierzoudiegavegereedzijn,alseengaveenniet alseengaveuithebzucht
6Maarditzegik:Wiekarigzaait,zalookkarigoogsten; enwiemildelijkzaait,zalookmildelijkoogsten.
7Laatiedergevennaardathijinzijnhartbeslotenheeft, nietmettegenzinofgedwongen,wantGodheeftliefwie blijmoediggeeft.
8EnGodisbijmachteallegenadeovervloedigte schenkenaanu,opdatu,dieinallesaltijdalhetnodige bezit,overvloedigkuntzijninelkgoedwerk
9(zoalsgeschrevenstaat:Hijheeftuitgedeeld,Hijheeft aandearmengegeven;Zijngerechtigheidblijftin eeuwigheid
10EnHij,diehetzaadaandezaaierverstrekt,zalookhet broodvoorutotspijzedienen,enhetzaaddatugezaaid hebt,zalvermenigvuldigenendevruchtvanuw gerechtigheiddoentoenemen
11Eninallesverrijktwordentotallemilddadigheid,wat dooronsdankzeggingaanGodbewerkt
12Wanthetbeheervandezedienstvultnietalleende behoeftevandeheiligenaan,maarisookovervloedigdoor veledankzeggingenaanGod;
13TerwijlzijdoordebeproevingvandezebedieningGod verheerlijkenvooruwbeledenonderwerpingaanhet evangelievanChristus,envooruwmildeuitdelingaanhen enaanallemensen;
14Endoorhungebedvooru,datnaaruverlangt,naarde grotegenadevanGodinu
15DankaanGodvoorzijnonuitsprekelijkegave.
HOOFDSTUK10
1Ik,Paulus,vermaanubijdezachtmoedigheiden vriendelijkheidvanChristus,dieinuwaanwezigheid onaanzienlijkben,maarafwezigzijnde,hebik vrijmoedigheidtegenoveru:
2Maarikvermaanudatik,wanneerikhieraanwezigben, nietmetdievrijmoedigheidzalzijnwaarmeeikdenk sommigentekunnenverraden,dievanonsdenkendatwij naarhetvleeswandelen
3Wanthoewelwijinhetvleeswandelen,voerenwijgeen strijdnaarhetvlees
4(Wantdewapensvanonzestrijdzijnnietvleselijk,maar krachtigdoorGod,totafbraakvansterkten.)
5Wijbrekenderedeneringenafenelkehoogtediezich verhefttegendekennisvanGod,enwijnemenelke gedachtegevangenomdietebrengentotde gehoorzaamheidaanChristus
6Enwijstaanklaaromalleongehoorzaamheidtewreken, zodrauwgehoorzaamheidvervuldzalzijn.
7Zietgijliedennaarhetuiterlijke?Indieniemandzicher opvertrouwt,dathijvanChristusis,laathijditwederom bijzichzelfbedenken,dat,gelijkhijvanChristusis,ook wijalzovanChristuszijn
8Wantalzouikmijnogmeerberoemenopdemachtdie deHeeronsgegevenheefttotopbouwenniettot ondergangvanu,danzouiktochnietbeschaamdworden 9opdathetnietlijktalsofikumetmijnbrievenangst aanjaag.
10Wantzijnbrieven,zeggenze,zijngewichtigenkrachtig, maarzijnfysiekeverschijningiszwakenzijnspreken verachtelijk
11Laatzoiemandditbedenken:zoalswijinwoordenzijn wanneerwijafwezigzijn,zozullenwijookindadenzijn wanneerwijaanwezigzijn
12Wantwijdurvenonszelfniettotdebestenrekenenof vergelijkenmetsommigendiezichzelfaanprijzen.Maarzij diezichzelfmetzichzelfmetenenzichzelfmetzichzelf vergelijken,zijnonverstandig
13Maarwijzullenonsnietberoemenopdingenzonder onzemaat,maarvolgensdemaatvanderegeldieGodons gegevenheeft,eenmaatomookutebereiken 14Wantwijgaannietverderdanonsvermogen,alsofwij unietzoudenbereiken.Wantwijzijnooktotugekomen doordeverkondigingvanhetEvangelievanChristus 15Wijroemennietopdingendienietmetmatezijn,dat wilzeggenopdearbeidvananderen,maarwijhopen, naarmateuwgelooftoeneemt,datwijdooruovervloedig vermeerderdzullenworden,overeenkomstigonzeregel, 16Omhetevangelieteverkondigenindestrekendie buitenuwbereikliggen,enomonsnietteberoemenopde goederendieeenanderterbeschikkingheeftgesteld. 17Maarwieroemt,moetroemenindeHeer 18Wantnietwiezichzelfprijst,wordtbeproefd,maarwie deHeereprijst.
HOOFDSTUK11
1MogeGodueenweiniggeduldhebbenmetmijn dwaasheidEnweesdanookgeduldigmetmij 2Wantikbenjaloersopumeteengoddelijkejaloezie.Ik hebuimmersaanéénmanuitgehuwelijkt,omualseen reinemaagdaanChristusvoortestellen
3Maarikvreesdat,zoalsdeslangmetzijnsluwheidEva verleidheeft,zoookuwgedachtenbedorvenzullen worden,wegvandeeenvouddieinChristusis
4WantalseriemandkomtdieeenandereJezuspredikt, diewijnietgepredikthebben,ofalsueenanderegeest ontvangtdandieuontvangenhebt,ofeenanderevangelie, datunietaangenomenhebt,danverdraagtudatbest.
5Wantikdenkdatikgeenhaaronderdeedvoorde allerbelangrijksteapostelen
6Albenikinmijnsprekengrof,tochnietinmijnkennis. Tochzijnwijinalleopzichtenonderuopenbaargeworden 7Hebikeenmisstapbegaandoormijzelftevernederen, opdatuverhoogdzouworden?Ikhebuhetevangelievan Godverkondigd,zonderdaarvoorbetaaldtestaan 8Ikhebanderegemeentenberoofdenhunloon aangenomenomjullietedienen.
9Entoenikbijuwasengebrekleed,benikniemandtot lastgeweestWantwatmijontbrak,hebbendebroedersdie uitMacedoniëgekomenwaren,aangevuld.Eninallesheb ikmijzelfervanweerhoudenutotlasttezijn,enzozalik mijzelfookbewaren
10OmdatdewaarheidvanChristusinmijis,zalniemand mijervanweerhoudenomindestrekenvanAchajete roemen.
11Waarom?Omdatikunietliefheb?Godweethet 12Maarwatikdoe,zalikblijvendoen:omdeaanleiding aftesnijdenvoorhendieeenaanleidingzoeken,opdatzij, waarinzijzichberoemen,bevondenwordenzoalswij.
13Wantzulkemensenzijnvalseapostelen,bedrieglijke arbeiders,diezichvoordoenalsapostelenvanChristus 14Endatisgeenwonder;wantdesatanzelfdoetzichvoor alseenengeldeslichts
15Daaromishetnietsbijzondersalsookzijndienarenzich voordoenalsdienarenvandegerechtigheidHuneindezal zijnovereenkomstighunwerken
16Ikzeghetnogeens:niemandmoetdenkendatikdwaas benEnalshetnietzois,neemmijdantochalseendwaas, zodatikmijeenbeetjekanberoemen
17Watikzeg,zegiknietnaardewilvandeHeer,maarals dwaasheid,indezezelfverzekerdheidvanroem.
18Omdatvelennaarhetvleesroemen,zalookIkroemen 19Wantgijverdraagtdedwazengaarne,daargijzelfwijs zijt.
20Wanthetzaluvergaan,alsiemandutotslavernijbrengt, alsiemanduverslindt,alsiemanduwegneemt,alsiemand zichverheft,alsiemanduinhetgezichtslaat.
21Ikspreektersmaad,alsofwijzwakwarenMaarwaar iemandstoutmoedigis,(ikspreekdwaasheid,)benikook stoutmoedig
22ZijnzijHebreeën?IkookZijnzijIsraëlieten?Ikook ZijnzijhetzaadvanAbraham?Ikook.
23ZijnzijdienarenvanChristus?(Ikspreekalseendwaas) Ikbenhetnogmeer;inarbeidovervloediger,inslagen bovenmate,ingevangenissenveelvuldiger,insterfgevallen menigmaal
24VandeJodenhebikvijfmaalveertigslagenminéén ontvangen.
25Driemaalbenikmetstokkengeslagen,éénmaalbenik gestenigd,driemaalhebikschipbreukgeleden,eennacht eneendaghebikindedieptedoorgebracht;
26Dikwijlsopreis,ingevarenophetwater,ingevaren doorrovers,ingevarendoormijneigenlandgenoten,in gevarendoordeheidenen,ingevarenindestad,ingevaren indewoestijn,ingevarenopzee,ingevarenondervalse broeders;
27Invermoeidheidensmart,indikwijlswaken,inhonger endorst,indikwijlsvasten,inkoudeennaaktheid
28Behalvededingendievanbuitenafkomen,komter dagelijksietsopmijaf:dezorgvoorallegemeenten.
29Wieiserzwak,enikbennietzwak?Wieergertzich,en ikwordnietkwaad?
30Alsikmoetroemen,zalikroemenovermijn zwakheden
31DeGodenVadervanonzeHeereJezusChristus,Diete prijzenisineeuwigheid,weetdatiknietlieg.
32InDamascushielddegouverneuronderkoningAretas destadvandeDamascenersmeteengarnizoenbezet, omdathijmijgraagwildearresteren.
33Enikwerdineenmanddoorhetvensternaarbeneden gelaten,langsdemuur,enzoontkwamikaanzijnhanden
HOOFDSTUK12
1Hetismijzekernietgoedomteroemen.Ikzalkomentot visioenenenopenbaringenvandeHeer
2IkkeneenmensinChristus,veertienjaargeleden-ofhet inhetlichaamwas,weetikniet,ofbuitenhetlichaam, weetikniet;Godweethet-diewerdopgenomentotinde derdehemel
3Enikhebzoiemandgekend(ofhetinhetlichaamwasof buitenhetlichaam,weetikniet;Godweethet)
4Hoehijwerdweggevoerdtotinhetparadijsendaar woordenhoordedieonuitsprekelijkzijn,dieeenmensniet maguitspreken
5Overzoiemandzalikroemen,maarovermijzelfzalik nietroemen,behalveinmijnzwakheden
6Wantalzouikwillenroemen,ikzalnietdwaaszijn, wantikzaldewaarheidspreken.Maarnuhoudikmijin, opdatniemandzaldenkendatikhogerbendanhijzietof vanmijhoort
7Enopdatikmijnietzouverheffenvanwegedeovervloed vandeopenbaringen,werdmijeendoorninhetvlees gegeven:eenengeldessatans,diemijmetvuistenzou slaan,opdatikmijnietzouverheffen.
8HieromhebikdeHeerdriekeergesmeekt,dathijvan mijzouaflaten
9Enhijzeidetotmij:Mijngenadeisugenoeg,wantmijn krachtwordtinzwakheidvolbracht.Daaromzalikveel lieverroemeninmijnzwakheden,opdatdekrachtvan Christusopmijkome
10Daaromhebikeenwelbehageninzwakheden,in smaadheden,innoden,invervolgingen,inbenauwdheden, terwillevanChristus.Wantalsikzwakben,danbenik machtig
11Ikbendwaasgewordendoorteroemen;uhebtmij gedwongen,wantikhaddoorugeprezenmoetenworden. Wantinnietsbenikminderdandevoornaamsteapostelen, hoeweliknietsben
12Detekenenvaneenapostelzijnonderuverrichtmet allegeduld,doortekenen,wonderenenkrachten
13Wantwaarinbentuminderdandeanderegemeenten, behalvedandoordatikuniettotlastbengeweest?Vergeef mijdezemisstap
14Zie,voordederdekeerstaikgereedomtotutekomen Enikzaluniettotlastzijn.Wantikzoekniethetuwe, maarhetuweKinderenmoetenimmersnietvoorhun ouderssparen,maardeoudersvoordekinderen
15Enikzalmetallevreugdedekostendragenenvooru dekostendragenMaarhoemeerikvanuhoud,hoe minderikwordbemind
16Maarlaathetzozijn:Ikhebuniettotlastgeweest; maarinmijnsluwheidhebIkumetlistgevangen
17Hebikumisschiengeprofiteerddooriemandvanhen dieiknaarutoehebgestuurd?
18IkhebTitusgevraagd,enmethemhebikeenbroeder gezondenHeeftTitusugeprofiteerd?Hebbenwijnietin dezelfdegeestgewandeld?Hebbenwijnietindezelfde voetstappengewandeld?
19Meentgijwederom,datwijonstegenoveru verontschuldigen?WijsprekenvoorGodinChristus,maar wijdoenalles,geliefden,totuwopbouw 20Wantikvreesdatik,alsikkom,unietzalvindenzoals ikwens,endatikbijuzalwordengevondenzoalsuniet wenst,opdatergeentwistgesprekken,afgunst, woedeaanvallen,twisten,laster,gefluister,opzweringenen oproerzijn.
21Enopdat,wanneerikterugkom,mijnGodmijniet vernedertinuwmidden,eniktreurovervelendieal gezondigdhebbenenzichnietbekeerdhebbenvande onreinheid,hoererijenlosbandigheiddiezijbedreven hebben
HOOFDSTUK13
1DitisdederdekeerdatiktotukomIndemondvan tweeofdriegetuigenzalelkwoordbevestigdworden 2Ikhebhetutevorengezegdenvoorspelhetu,alsofik aanwezigwas,voordetweedekeer;ennuikafwezigben, schrijfikaanhendietevorengezondigdhebbenenaan alleanderen:alsikweerkom,zalikhennietsparen. 3WantuzoekthetbewijsdatChristusinmijspreektHij istenopzichtevanunietzwak,maarkrachtiginu
4WanthoewelHijgekruisigdisdoorzwakheid,leeftHij tochdoordekrachtvanGod.Wantookwijzijnzwakin Hem,maarwijzullenmetHemlevendoordekrachtvan Godjegensu.
5Onderzoekuzelf,ofuinhetgeloofbent;beproefuzelf. Weetunietvanuzelf,datJezusChristusinuis,tenziju verwerpelijkbent?
6Maarikvertrouweropdatuzultwetendatwijgeen verwerpelijkenzijn
7IkbidtotGoddatugeenkwaaddoetNietdatwijde indrukwekkendatwegoedzijn,maardatueerlijkhandelt, ookalzijnwijverwerpelijk
8Wantwijkunnennietstegendewaarheiddoen,maar vóórdewaarheid
9Wantwijverheugenons,alswijzwakzijn,enusterk bent;enditwensenwijook:uwvolmaking.
10Daaromschrijfikditterwijlikafwezigben,omte voorkomendatik,terwijlikaanwezigben,strengzou optreden;overeenkomstigdekrachtdiedeHeermij gegevenheeft,ishetbedoeldomoptebouwenennietom tevernietigen
11Tenslotte,broeders,vaarwel.Weesvolmaakt,wees welgemoed,weeseensgezind,leefinvrede;endeGodvan liefdeenvredezalmetuzijn
12Begroetelkaarmeteenheiligekus.
13AlleheiligengroetenU
14DegenadevandeHeereJezusChristus,deliefdevan GodendegemeenschapvandeHeiligeGeestzijmetu allenAmen(DetweedebriefaandeKorintiërswerd geschrevenvanuitFilippi,eenstadinMacedonië,door TitusenLucas.)