iMaintain 03 2013

Page 1

www.i-maintain.nl

03 13 tiende JAARGANG – LOSSE VERKOOPPRIJS € 16,-

iMaintain Nr. 03 - 2013

Maint

Het mag azine va n

035_MA_NVD

de NVDO

Maak tec hnische beroepe Sturen op n weer aa gedrag voo ntrekkeli r meer ver Onderho jk | ud in tijd antwoord en van cri elijkheid sis loont | nog steed s

O_cove

r.indd

35

19-03-1

3 13:48

de opbrengsten van windhandel

NL


Discover the hidden treasure in maintenance Gezocht:

Schatzoekers met SAP EAM ervaring m/v

Mainnovation is een internationaal opererend adviesbureau, gespecialiseerd in maintenance & asset management. Met onze Value Driven MaintenanceÂŽ (VDM) methodologie helpen wij industriĂŤle bedrijven met het zoeken naar de verborgen schat in hun onderhoudsorganisatie. Want doordat veel directies hun technische dienst nog steeds benaderen als kostenpost, blijft de werkelijke waarde van onderhoud onderbelicht: een hogere uptime, een betere veiligheid en een langere levensduur van de installaties. Met VDM wordt dit niet alleen zichtbaar gemaakt, wij helpen bedrijven ook met het realiseren van de prestatieverbetering. Wij doen dit met ons KPI Dashboard, benchmarkdata, moderne EAMsystemen en best practice werkprocessen en onderhoudsconcepten. De vraag naar VDM-projecten is het afgelopen half jaar drastisch toegenomen in zowel binnen- als buitenland. Om die reden zijn wij op korte termijn op zoek naar SAP EAM Consultants met een grondige kennis van onderhoudsprocessen. Je hebt minimaal 5 jaar SAP EAM project ervaring als Senior Maintenance Consultant en bent in staat om geavanceerde SAP EAM gerelateerde oplossingen te implementeren. Je hebt een bovengemiddeld analytisch vermogen en je bent communicatief sterk ontwikkeld. Je hebt passie voor onderhoud en bent in staat om anderen te overtuigen van jouw visie.

Ben jij die schatzoeker met internationale ambitie? Heb je altijd al willen werken in een jong en dynamisch team met hoogopgeleide professionals? Ben jij het toptalent dat Mainnovation helpt bij haar verdere groei? Neem dan contact met ons op via: Corine Vervelde (corine.vervelde@mainnovation.com of 078-6146724). Kijk voor meer informatie op: www.mainnovation.com

CONTROLLING MAINTENANCE, CREATING VALUE.


inhoud 3

10 Spitsuur voor stopseizoen Van begin maart tot half april voeren verschillende bedrijven in de regio Rotterdam een onderhoudstop uit. Dat betekent spitsuur voor zowel de aannemers als voor het verkeer op de A15. Hoe loopt alles? Zijn er genoeg technici te krijgen? Een impressie van de situatie begin maart.

14 Thema: Maintenance en utilities Overal en nergens verrijzen windturbineparken en het einde is nog niet in zicht, want onze energievoorziening moet nu eenmaal duurzamer. Betekent dit dat er een nieuwe markt ontstaat voor onderhoudsbedrijven?

5

COMMENTAAR

6

ACTUEEL

20 WHAT’S NEXT 26 NEXT Talk 31 PRODUCTEN 74 VOLGEND NUMMER

Maint

NL

Het magazine van de NVDO

35

In deze editie van MaintNL veel visies en toekomstscenario’s, onder andere van drie maintenanceprofessoren die voorspellen wat de trends in onderhoud gaan zijn, twee NVDO’ers van het eerste uur praten over onderhoud toen, nu en in de toekomst en de Maintenance Manager of the Year 2006 doet uit de doeken hoe zijn onderhoudskennis hem nog steeds van pas komt.

Sturen op gedrag voor meer verantwoordelijkheid ‘Onderhoudsdenken heeft olievlekwerking’ Column Frans Stokbrood Maak technische beroepen weer aantrekkelijk Brabant streeft naar ‘regio-cao’ Onderhoud in crisistijd Bewust worden van assetmanagement Ketenintegratie essentieel voor innovatie Nederlandse specialist adviseert wereldwijd

38 42 45 50 54 56 60 62 66

03

iMaintain 13

003_C_inhoud.indd 3

19-03-13 16:20


201303adv A4 18-03-13 08:39 Pagina 1

VAN DER LINDEN & VELDHUIS

● INDUSTRIËLE ISOLATIE ● BRANDBESCHERMING ● STEIGERBOUW ● ASBESTVERWIJDERING

Is o l a t ie a l s t w e e de na t u u r Van der Linden & Veldhuis Isolatie B.V., Edisonstraat 5, 3133 KG Vlaardingen Postbus 232 - 3130 AE Vlaardingen, Telefoon 010 - 445 66 00, Telefax 010 - 435 64 80 Vestigingen: Sas van Gent en Wormerveer www.lindveld.nl 004_vanderlinden.indd 1

19-03-13 10:03


COMMENTAAR 5

Nieuwe tijd Het lijkt alsof de sixties weer komen bovendrijven. Een stroom van new age oneliners zoals: 'je kunt alleen vermenigvuldigen door te delen', komt langzaam op gang. Al eerder sprak ik over de zogenaamde soft skills, de niet-technische kant van maintenance management. En ook samenwerken, delen van kennis en open innovatienetwerken klinken een beetje zweverig. Niets voor de doorgaans keiharde techneuten, dacht ik. Toch blijkt dat de techneuten die ik spreek, en dat zijn er de laatste tijd best veel, ook steeds weer terugkomen op die zachte competenties. Of is het omdat op technisch vlak niet zoveel meer te innoveren valt? Goed, de technische systemen die er zijn, worden nog wel verbeterd en doordat sensoren steeds goedkoper worden, worden ze ook vaker toegepast, maar er zijn geen grote technische doorbraken. In dat geval heb je de top van de piramide wel zo’n beetje bereikt en ga je kijken op welke andere vlakken nog wat te halen valt. En laten we eerlijk zijn: maintenance en productie gingen nooit zo heel lekker samen. De operators waren die vervelende mannen die de assets tot het uiterste dreven en de monteurs waren de lui die de productiecijfers omlaag haalden omdat een machine weer uit bedrijf moest worden genomen. Inzicht in en respect voor elkaars motivaties heeft dan wel degelijk nut. Maar de samenwerking gaat nog veel verder. Een bedrijf als ASML had niet kunnen bestaan zonder het web aan kleinere gespecialiseerde bedrijven dat zich rond de machinebouwer heeft genesteld. De kracht van dat netwerk is de open communicatie en innovatie. Dit model wordt in het algemeen gezien als het voorbeeld van de nieuwe onderneming: een organische entiteit die in symbiose met anderen leeft. Daarbij is het delen van informatie voordeliger voor de bedrijven dan het voor zichzelf te houden. Een stap verder is om ook personeel onderling uit te wisselen zodat expertises zoveel mogelijk worden benut en schaarste wordt vermeden. De maintenancesector kan veel bijdragen aan zo’n organisch systeem en zal daar ongetwijfeld van profiteren. Zeker nu bedrijven meer gaan kijken naar de waarde van assets gedurende de gehele levenscyclus. Durf dus te delen en stel je open voor samenwerking. Dan wacht de maintenancesector mooie tijden. David.vanbaarle@industrielinqs.nl

HOOFDREDACTIE

Mark Oosterveer 020 3122 793 mark.oosterveer@industrielinqs.nl NUMMER 03 - 2013

David van Baarle 020 3122 082 david.vanbaarle@industrielinqs.nl

UITGAVE VAN

EINDREDACTIE

Industrielinqs pers en platform Veembroederhof 7 1019 HD Amsterdam Postbus 12936 1100 AX Amsterdam

PARTNER

Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud (NVDO) Postbus 138, 3990 DC Houten

Elise Quaden 020 3122 084 elise.quaden@industrielinqs.nl

MEDEWERKERS

Evi Husson, Liesbeth Schipper, Erik te Roller, Renske van den Berg, Ingrid Rompa, Pieter Pulleman, Teus Molenaar, Francis Voermans

LAY-OUT

Gabriele Köbbemann

COVER

Siemens

ADVERTENTIEVERKOOP Ahoy Rotterdam NV Ahoy-weg 10 3084 BA Rotterdam Postbus 5106 3008 AC Rotterdam Organisator van

UITGEVER

Wim Raaijen 020 3122 081 wim.raaijen@industrielinqs.nl

Jetvertising BV Arthur Middendorp T: 070 399 00 00 F: 070 390 24 88 arthur@jetvertising.nl

TRAFFIC

Breg Schoen 020 3122 088

DRUKKERIJ

DeltaHage, Den Haag

ABONNEMENTEN (EXCL. BTW)

Nederland/België € 91,Introductie NL/België 25% € 68,25 Overig buitenland € 114,Losse verkoopprijs €16,Studenten € 37,75,Proefabonnement (3x) € 26,50

OPZEGGEN

Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www. aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland. nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op.

ABONNEMENTENLAND

Postbus 20 1910 AA Uitgeest Tel. 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63 € 0,10 per minuut Fax 0251-31 04 05 Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementenland is ook bereikbaar via Twitter. Stuur uw tweet naar: @Aboland_klanten. Prijswijzigingen voorbehouden. ISSN: 2211-6826

© Industrielinqs pers en platform BV Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever.

03

iMaintain 13

005_commentaar.indd 5

19-03-13 16:22


6 actueel

MeeSt GeleZeN ONlINe 1. Industrie loopt voorop met herstel in 2013 De afzet en productie van de meeste branches in de Nederlandse industrie vertonen in 2013 een bescheiden herstel. Vooral de machine-industrie profiteert als vroeg-cyclische branche van de versnelling van de internationale handel en aantrekkende wereldeconomie. Lees verder op pagina 7

2. 50 zij-instromers maken kennis met onderhoud Op het iMaintain-congres is een project afgetrapt waar vijftig stageplaatsen van één week in de onderhoudsbranche worden gecreëerd. Geïnteresseerden die werken in een andere branche wordt de kans geboden één week te ervaren wat werken in de onderhoudsindustrie betekent. Lees verder op www.i-maintain.nl

3. Procesindustrie krijgt 5000 potentiële operators op bezoek Tijdens de Week van de Procestechniek bezochten in totaal bijna vijfduizend leerlingen van 130 (vmbo-)scholen samen meer dan 140 bedrijven in het hele land. Lees verder op pagina 7

4. Dow terneuzen legt fabrieken stil voor onderhoud Dow Benelux in Terneuzen heeft twee van de achttien fabrieken stilgelegd. Tot half april wordt in de fabrieken groot onderhoud uitgevoerd. Het gaat om regulier onderhoud dat eens in de drie jaar nodig is. Lees verder op www.i-maintain.nl

5. Samenwerking maintenanceprofessoren helpt bedrijfsleven Hoewel het Nederlandse wetenschappelijk onderzoek op het gebied van maintenance over het hele land is verspreid, wordt de samenhang wel steeds sterker. Leo van Dongen (Universiteit Twente): ‘We bundelen de krachten om nieuwe inzichten en technieken in het bedrijfsleven te laten landen.’ Lees verder op www.i-maintain.nl

03 13 iMaintain

006_7_9_D_actueel.indd 6

Spoor is niet onveilig, zegt staatssecretaris Het spoor in Nederland staat er goed voor. Alle storingen die met spoed moeten worden verholpen zijn vooralsnog incidenten. Dat zei staatssecretaris Wilma Mansveld van Infrastructuur en Milieu in een debat in de Tweede Kamer over spoorveiligheid. De relatie die SP-Kamerlid Farshad Bashir legde tussen diverse incidenten en structurele onveiligheid, noemde Mansveld niet juist. ‘Ik spreek pas van structureel als veel incidenten hetzelfde karakter hebben. Soms zijn er drie incidenten per dag, met een totaal verschillende aanleiding. Het is belangrijk steeds te onderzoeken wat de oorzaak is en ervan te leren.’ Wel vindt Mansveld dat het spoor naar een hoger niveau getild moet worden. ‘Wij zijn al een tijd aan de slag met de veiligheid.’ Vakbond FNV Spoor telde vorig jaar in de regio West zeshonderd spoorstoringen die met spoed moesten worden verholpen, zogenaamde BUTA’s. In de voorgaande jaren lag dit gemiddelde nog rond de twintig. Bashir meent dat het verplicht aanbesteden van spooronderhoud door ProRail via Prestatie Gerichte Onderhoudscontracten (PGO) hier de boosdoener van is. Mansveld spreekt dat laatste tegen. Volgens haar blijven spoedreparaties noodzakelijk, maar zorgt de huidige opzet voor een ‘overzichtelijke situatie’.

Meerjarige onderhoudscontracten hebben de toekomst in de bouw Meerjarige onderhoudscontracten komen steeds vaker voor in de bouwsector. Deze nieuwe manier van werken levert veel voordelen op voor alle betrokken partijen. Met name in de installatiesector wordt veel gewerkt onder deze contractvorm. Ook voor de komende jaren wordt door de uitvoerende partijen in de bouw een verdere groei van deze vorm van onderhoud verwacht. Dit blijkt uit onderzoek van USP Marketing Consultancy dat in januari 2013 is uitgevoerd onder ruim driehonderd uitvoerende partijen in de bouwsector. De afgelopen jaren wordt er in de bouwsector steeds meer met meerjarige onderhoudscontracten gewerkt. Bij een meerjarig onderhoudscontract is vooraf overeengekomen dat één partij gedurende een aantal jaar verantwoordelijk is voor het onderhoud van een bouwwerk. Uit het onderzoek komt naar voren dat installateurs aanzienlijk vaker werken met meerjarige onderhoudscontracten dan (gespecialiseerde) aannemers. Met name W-installateurs werken vaak met dit soort contracten. Onderhoudscontracten voor onder andere cv-ketels zijn dan ook vrij gebruikelijk, wat de voorsprong van de installatiesector verklaart. Ook schilders werken vaak al met meerjarige onderhoudscontracten; gemiddeld is bij zo’n twaalf procent van de opdrachten sprake van een meerjarig contract.

Concurrentie ProRail blijft spoorbouwers nog even bespaard Spoorbouwers hoeven voorlopig niet bang te zijn dat ProRail werk van ze afsnoept. Een proef waarin de spoorbeheerder zelf onderhoud doet, blijft voorlopig uit. Het kennisniveau bij ProRail moet omhoog pleitte de commissie Kuiken vorig jaar. PvdA-Kamerlid Duco Hoogland deed er een half jaar later een schepje bovenop. Hij vindt dat ProRail meer voor aannemer moet spelen. Hij stelt een proef voor waarin de spoorbeheerder het klein onderhoud zelf uitvoert. Staatssecretaris Mansveld is er nog niet van overtuigd dat er een proef moet komen, schrijft ze in een brief aan de Tweede Kamer. Ze wil eerst een aantal onderzoeken afwachten.

Kijk voor meer nieuwsberichten op www.i-maintain.nl

19-03-13 16:31


actueel 7

Minister Kamp omarmt FME-initiatief om industrie te versterken Minister Henk Kamp van Economische Zaken en FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming hebben gezamenlijk 'Powered by Dutch Technology' officieel gelanceerd. Met dit initiatief onderstreept de technologische industrie het belang van een krachtige industriële basis in Nederland. Technologie levert een wezenlijke bijdrage aan welvaart en biedt oplossingen voor belangrijke maatschappelijke vraagstukken. Minister Kamp: 'Het is goed dat de industrie hiermee naar buiten brengt hoe groot de economische kracht van deze sector is en hoe belangrijk techniek is voor onze samenleving.' Het initiatief tot 'Powered by Dutch Technology' komt van FME. Dezentjé: 'Nu ook de politiek beseft dat de verdienkracht van Nederland van de industrie moet komen, is dit het moment bij uitstek om de industriële basis in Nederland te versterken. Krachtige belangenbehartiging, nationaal en internationaal, is daarbij noodzakelijker dan ooit.'

Industrie loopt voorop met herstel in 2013 De afzet en productie van de meeste branches in de Nederlandse industrie vertonen in 2013 een bescheiden herstel. Vooral de machine-industrie profiteert als vroeg-cyclische branche van de versnelling van de internationale handel en aantrekkende wereldeconomie. Het is met name dankzij de export dat de afzet van de industriële sector dit jaar weer in de plus komt. Terwijl de Nederlandse economie in zijn geheel zal krimpen in 2013, levert de industriële sector een positieve bijdrage. In 2012 haperde de export van industriële producten, maar de sectoreconomen van ABN AMRO verwachten dat de export de industrie-afzet naar een plus trekt. Exportkansen liggen met name in de noordelijke landen in de eurozone - waaronder Duitsland - en regio's buiten de eurozone. Behalve een verbetering van de export profiteert de industrie in 2013 van een proces van voorraadopbouw door de keten heen. Hiermee neemt de industriële sector een voorsprong op de groeiversnelling van de wereldeconomie die ABN AMRO in de komende jaren verwacht. Zij gaat ervan uit dat de productiegroei in 2013 (+1,0 procent) op een hoger niveau ligt dan de afzetgroei. Zo spreken producenten vooralsnog de in 2012 opgebouwde voorraden aan, waarna een proces van versnelde voorraadopbouw kan starten.

Procesindustrie krijgt vijfduizend potentiële operators op bezoek De Zaandijkse jeugd beleefde een 'vette' dag bij een leverancier van oliën en vetten voor de voedingsindustrie. Udense jongens ontdekten dat in een melkfabriek soms helemaal geen melk wordt geproduceerd. En in Doetinchem verdween de lekkere trek van de bezoekende scholieren even naar de achtergrond door de enthousiaste verhalen over het maken van pindakaas, zoutjes en nootjes. Tijdens de Week van de Procestechniek, in de meeste regio's gehouden van 21 tot en met 25 januari, bezochten in totaal bijna vijfduizend leerlingen van 130 (vmbo-)scholen samen meer dan 140 bedrijven in het hele land. De organisatie kreeg na afloop van de bedrijfsrondleidingen geregeld te horen dat scholieren van plan zijn een opleiding in de procestechniek te gaan doen. Dat is goed nieuws, want de aanleiding van de Week van de Procestechniek is dat niet voldoende jongeren kiezen voor een baan als procesoperator, analist of onderhoudsmonteur in de procesindustrie, terwijl daar wel veel vraag naar is. Bedrijven kampen nu al met een stevig tekort aan procesoperators en door de vergrijzing wordt dat de komende jaren alleen maar groter.

BeDRIJVeNNIeuWS Prestatieovereenkomst Niet Planmatig Onderhoud ondertekend Dura Vermeer Bouw Heyma heeft de prestatieovereenkomst van Stichting Havensteder voor het Niet Planmatig Onderhoud (NPO) van 1.413 woningen in Rotterdam-Vreeswijk ondertekend. Naast Dura Vermeer Bouw Heyma zijn er nog enkele partners geselecteerd voor het NPO van ruim 51.000 woningen in Rotterdam. Doel van de prestatieovereenkomst is om een strategisch partnership aan te gaan waarbij de partners gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor optimalisatie in de afhandeling van service- en onderhoudsverzoeken. Ten aanzien van de afhandeling van deze service- en onderhoudsverzoeken zijn vooraf doelstellingen geformuleerd waaraan partners zich dienen te houden.

extra compressoren voor winning Groningen-gas

De NAM gaat de komende jaren op alle twintig Groningen-gaswinningslocaties extra compressoren installeren. Binnenkort zal de normaal onbemande locatie Schaapbulten in Meedhuizen worden voorzien van een tweede compressor. Deze compressor is nodig om het aardgas uit het Groningen-gasveld bovengronds op druk te brengen voor vervoer door de gasbehandelingsinstallatie, zodat het volgens de juiste specificaties aan het Gasunie-netwerk kan worden afgeleverd. De plaatsing van de tweede compressor vindt plaats tijdens een onderhoudsperiode op Schaapbulten, waarvoor de gaswinning op deze locatie tijdelijk wordt stilgelegd. Na installatie worden beide compressoren getest en wordt het gehele installatieproces geëvalueerd.

03

iMaintain 13

006_7_9_D_actueel.indd 7

19-03-13 16:31


Donderdag 17 april • Ahoy Rotterdam

Profion, de brancheorganisatie voor Professioneel

Programma

Industrieel Onderhoud behartigt de belangen van industriële bedrijven die voor het in stand houden en vernieuwen van hun installaties afhankelijk zijn van professionele toeleveranciers van onderhoudsdiensten.

15.45 uur

Ontvangst

16.00 uur

Opening

16.15 uur

Lezingen en discussie

17.30 uur

Borrel en netwerk

Drie maal per jaar organiseren Profion en het

Specialisten en stakeholders uit de industrie praten

vakblad iMaintain bijeenkomsten in de serie Profion

met elkaar, het publiek en de gespreksleider over

Maintenance Linqs. Tijdens de beurs Maintenance

actuele onderwerpen uit de onderhoudssector. Kijk

NEXT zal op woensdag 17 april een gratis editie van

op www.industrielinqs.nl/pml voor de meest actuele

Profion Maintenance Linqs plaatsvinden.

programma-informatie.

Aanmelden Deelname is gratis maar registreren is wel verplicht op www.industrielinqs.nl/pml U ontvangt twee dagen voor de bijeenkomst een bevestiging met locatiebeschrijving voor Dock3 in Ahoy.

WWW.INDUSTRIELINQS.NL/PML Voor meer informatie kunt u contact opnemen met: kiki.nelson@industrielinqs.nl • Tel: 020 - 31 22 791 Initiatiefnemers:

01_adv_A4_PML.indd 1

Leden iMaintain Platform:

Partners:

19-03-13 16:49


actueel 9

Kabinetswissel pakt fout uit voor scholenonderhoud De budgetten voor het buitenonderhoud van scholen blijven een jaar langer bij gemeenten, vanwege de kabinetswissel van vorig jaar. Dat blijkt uit een brief van staatssecretaris Dekker (Onderwijs). Eerder dit jaar werd al duidelijk dat het plan van CDA-partijleider Van Haersma Buma niet in 2014, maar in 2015 gestalte zou krijgen. ‘Vasthouden aan de inwerkingtreding per 1 januari 2014 is niet meer opportuun’, schrijft Dekker. Vooral het overhevelen van het bedrag naar een bepaald programma levert problemen op, aldus Dekker. Dat moet voor 1 oktober gebeuren volgens de regels. In 2012 bleek al dat de gescheiden geldstromen voor onderwijshuisvesting scholenbouwers opdrachten kosten. De toenmalige staatssecretaris van Onderwijs schreef dat gemeenten 315 miljoen euro van het totaalbudget aan andere zaken spendeerden. Binnen het huidige systeem hebben scholen ook nauwelijks de mogelijkheid om te investeren in zaken als energiezuinigheid. De gemiddelde school veroudert daardoor. Vooral scholen gebouwd tussen 1960 en 1980 vertonen kuren.

‘Vinden van de juiste partners cruciaal bij innovatie’ Niet zozeer de kwaliteit van de innovatie zelf, maar het vinden van de juiste partners is doorslaggevend voor het slagen van innovatieprojecten. Het beschikken over de juiste kennis, financiering en techniek zijn eveneens belangrijke succesfactoren. Dat blijkt uit een onderzoek dat Syntens Innovatiecentrum heeft uitgevoerd onder vijftig innovatieve ondernemers binnen de sectoren HTSM, Water, Energie en Chemie. Het vinden van nieuwe mogelijkheden om te innoveren, wordt als lastig ervaren. Desondanks blijft innoveren zonder meer aantrekkelijk: het is een stuwende kracht voor groei van omzet, toegevoegde waarde en export. ‘Innovatie heeft het ondernemerschap leuker gemaakt’, aldus een ondernemer. Als het gaat om samenwerken, dan wordt de weg naar toeleveranciers door de meeste ondernemers goed gevonden. Samenwerking met klanten en collega ondernemers bevat nog een waardevol potentieel voor mkb, maar wordt nog weinig benut. Er wordt maar weinig kennis van buiten gehaald. Daar waar dat wel gebeurt, wordt deze echter als buitengewoon belangrijk beoordeeld.

'Imtech verwacht geen nieuwe pijn' Technisch dienstverlener Imtech verwacht geen nieuwe tegenvallers te moeten melden op korte termijn. Het bestuur heeft geen afwijkingen gevonden bij andere onderdelen dan de eerder gerapporteerde takken in Duitsland en Polen. Dat schrijft Imtech-topman Gerard van de Aast in antwoord op vragen van de Vereniging van Effectenbezitters (VEB). Na constatering van de afwaarderingen in Polen en Duitsland heeft Imtech volgens de nieuwe topman een zogenoemde 'quick health check' gedaan en daarbij zijn geen afwijkingen aangetroffen. Verder onderzoek in dit kader acht het concern niet nodig. Imtech verraste de financiële markten onlangs met afschrijvingen van honderden miljoenen op projecten in Duitsland en Polen en een claimemissie van vijfhonderd miljoen euro. Overigens krijgt de teruggetreden financieel bestuurder Boudewijn Gerner, die de onderneming nog als adviseur blijft ondersteunen, voor de duur van het adviseurschap zijn reguliere basissalaris uitbetaald. Dat is volgens het meest recente jaarverslag uit 2011 zo’n 490.000 euro, bevestigde de technisch dienstverlener.

BeDRIJVeNNIeuWS Scheveningse Pier kan nog decennia mee

De Scheveningse Pier verkeert helemaal niet in zo’n bedroevende staat en kan met beperkte bouwkundige ingrepen nog decennia mee. Dat constateert ingenieursbureau Witteveen+Bos na een visuele inspectie. Vooral de eerste vijftig meter van de pier staat er volgens het ingenieursbureau slecht bij. Het beton voor dat deel is destijds in het werk gestort. Ook het vierde eiland dat is opgetrokken uit staal verkeert in bedroevende toestand. Maar verder staat de pier er volgens Ton Deekens van de Haagse vestiging van Witteveen+Bos er best bij.

leidraad Verduurzamen onderhoud van gemeentelijk vastgoed Building Vision heeft in opdracht van Agentschap NL een Leidraad ontwikkeld voor gemeenten, op basis van ervaringen in pilots en met input van ruim tien gemeenten. De Leidraad omvat een stappenplan voor het verduurzamen van een meerjarenonderhoudsplanning tot een duurzame variant, en geeft daarnaast adviezen voor het uitbesteden van beheer en het organiseren van draagvlak en communicatie binnen de gemeente. Met het structureel verduurzamen van het eigen vastgoed kan een gemeente veel energie, CO2 en geld besparen. Een DMOP geeft bestuurders en vastgoedprofessionals grip op de geldstromen. De Leidraad is te vinden op www.agentschapnl.nl/duurzamegebouwen

03

iMaintain 13

006_7_9_D_actueel.indd 9

19-03-13 16:31


10 stopseizoen

Meer technici uit buitenland bij onderhoudsstops betrokken Van begin maart tot half april voeren verschillende bedrijven in de regio Rotterdam een onderhoudsstop uit. Dat betekent spitsuur voor zowel de aannemers als voor het verkeer op de A15. Hoe loopt alles? zijn er genoeg technici te krijgen? een impressie van de situatie begin maart. Erik te Roller

Drukte is er vooral aan de Welplaatweg in de Botlek, waar Esso Nederland zijn raffinaderij voor onderhoud uit bedrijf heeft genomen. Aan de overkant van de weg op het Bedrijvenpark Botlek voeren AkzoNobel, Shin-Etsu en Nufarm vanaf half maart tegelijkertijd een onderhoudsstop uit. Samen met Huntsman aan de Merceyweg aan de andere kant van de A15 behoren deze chemiebedrijven tot wat in de volksmond de chloorketen heet. AkzoNobel produceert chloor en natronloog. Shin-Etsu zet chloor met etheen van Shell om in vinylchloride en vervolgens PVC. Huntsman gebruik chloor als hulpstof bij de productie van MDI, dat het bedrijf deels omzet in polyolen waarvan klanten weer polyurethaanschuim maken. Na de reactie blijft gasvormig zoutzuur over dat Huntsman weer aan Shin-Etsu levert. Tot slot neemt Nufarm chloor af als grondstof voor het maken van diverse gewasbeschermingsmiddelen. Vanwege de koppeling nemen de bedrijven gelijktijdig installaties buiten bedrijf. Tijdens de stop werken er in totaal tweeduizend mensen extra op de locaties, waarvan 750 op het Bedrijvenpark Botlek.

‘Onze onderaannemers hebben genoeg personeel kunnen krijgen’, zegt Theo van Es, maintenance supervisor en turnaround manager bij Shin-Etsu. ‘We hopen dat ze ook voldoende kwaliteit in huis hebben. Vanwege het tekort aan technici in de petrochemie halen onderaannemers ook technici uit andere sectoren. Die zijn niet gewend om in de zware industrie te werken. Dat merk je doordat het werktempo van sommigen van hen wat lager is en ze wat minder begaan zijn met de materie. Ook is er een iets grotere kans op kleine incidenten, waarbij iemand zich bijvoorbeeld op de vingers slaat. We hebben maatregelen genomen om deze incidenten te voorkomen. Extern personeel moet in het bezit zijn van een diploma flensmonteur en we geven vooraf instructies over de veiligheidsregels en –procedures door middel van onze toolbox.’

Klein drama Het tekort aan technici in het algemeen is volgens hem nijpend. ‘We kunnen zelf nauwelijks mensen krijgen. Dat is een klein drama. We zijn al meer dan een

shuttlebussen en carpooling moeten verkeerstroom A15 op gang houden Van begin maart tot half april zijn er onderhoudsstops bij diverse bedrijven in het Rotterdamse havengebied, waaronder ExxonMobil, Momentive, AkzoNobel, Shin-Etsu en Huntsman. Dit betekent dat dagelijks een paar duizend medewerkers van aannemers en onderaannemers naar deze locaties reizen en ’s avonds weer terugkeren naar huis of naar een tijdelijk verblijf, met name via de A15 waar ook al verkeershinder is vanwege de verbreding van deze snelweg. Samen met het Rotterdams Havenbedrijf en De Verkeersonderneming hebben de betrokken bedrijven extra maatregelen genomen om het verkeer zoveel mogelijk in goede banen te leiden en files zoveel mogelijk te beperken. De Verkeersonderneming is een samenwerkingsverband van de gemeente Rotterdam, de stadsregio Rotterdam, het Havenbedrijf en Rijkswaterstaat. Met de onderhoudsaannemers zijn afspraken gemaakt over een spreiding van de werktijden en aanrijroutes. De tijden

03 13 iMaintain

010_11_13_H_artikel.indd 10

waarop de eigen medewerkers kunnen beginnen en ophouden zijn verruimd van 6:30 tot 8:30 uur ’s ochtend en van 17:00 tot 19:00 uur ’s avonds. Achter het terrein van Huntsman ten westen van de A15 is een tijdelijke parkeerplaats ingericht voor onderhoudspersoneel dat vandaar met een shuttlebus naar AkzoNobel en andere bedrijven in de Botlek wordt vervoerd. Dat scheelt in het aantal auto’s dat de snelweg bij afrit 14 en afrit 15 moet verlaten om bij de Welplaatweg te komen. Ook rijdt er een shuttlebus, de Botlek Express, vanaf het metrostation in Spijkenisse naar de Welplaatweg tot aan Vopak en vice versa. Verder kunnen mensen in de regio Rotterdam via de website samenspitsen.nl en de app ‘toogethr’ met elkaar afspraken maken voor carpooling. Via de media zijn de bewoners in de omgeving opgeroepen de spits zoveel mogelijk te mijden. Bij het ter perse gaan van iMaintain was nog niet bekend wat voor effect deze maatregelen hebben gehad.

Abonnees lezen meer op www.i-maintain.nl

19-03-13 16:34


stopseizoen 11

jaar op zoek naar een planner. Gelukkig hebben we een oudere planner kunnen inschakelen die het werk tijdelijk wil doen. Maar een nieuwe stopplanner hebben we echt nodig om de continuïteit over de jaren heen te waarborgen’, aldus Van Es. Bij Shin-Etsu staan net als bij andere chemiebedrijven verscheidene mensen vlak voor hun pensioen. Enkele van hen willen nog langer doorwerken. Dat helpt, maar betekent volgens Van Es slechts uitstel van executie. De jonge aanwas is te klein en neemt pas over enkele jaren weer toe. Het bedrijf heeft vooral behoefte aan nieuwe medewerkers van het mbo van de niveau’s 2 en 4. ‘We zijn blij als we een stagiair kunnen plaatsen. We kunnen dan meteen zien hoe die presteert en hem of haar eventueel uitnodigen om bij ons in dienst te komen. We hebben tot nu toe alleen tweedejaars stagairs kunnen krijgen en nog niet de mazzel gehad een vierdejaars in huis te kunnen halen die vlak voor het diploma zit’, aldus Van Es. ‘De voorbereiding van de onderhoudsstops is goed verlopen’, zegt Edward van der Pijl, manager marketing & communicatie van Bilfinger Industrial Services België/

Nederland, dat tot voor kort BIS Industrial Services heette. ‘Wij zijn met acht activiteiten betrokken, onder meer met steigerbouw, isolatie en tracing (het verwarmen van leidingen, apparatuur en dergelijke, red.). We hebben vast personeel en schakelen daarnaast onderaannemers in met wie we vaste contracten hebben. Zij vormen onze flexibele schil. Bij elke opdracht kiezen we een bepaalde onderaannemer tegen wie we zeggen: ‘Dan en dan is er een stop bij die klant, kun je meewerken en dat inplannen?’ Dit gaat goed. We kunnen al het werk aan.’

Poolse bedrijven Bilfinger is momenteel in België en Nederland betrokken bij stops van Huntsman, Shin-Etsu, ExxonMobil Rotterdam, Shell Moerdijk en BASF Antwerpen. Het bedrijf werkt voornamelijk met Nederlandse onderaannemers, maar ook met onderaannemers van bedrijven binnen het gelijknamige Duitse concern. Dat zijn veelal Poolse bedrijven met werknemers in dienst voor steigerbouw en isolatie. ‘Wij hebben genoeg mensen, ook voormannen. Goede voormannen kun je overigens niet genoeg hebben’, zegt

Ronald van der Sluis, business unit manager onderhoud & beheer van Cofely West Industrie. De dienstverlener op het gebied van elektrotechniek, werktuigbouw, installaties en instrumentatie is onder meer betrokken bij onderhoudsstops van Huntsman, Momentive, Shell Moerdijk en Dow Benelux.

Verleiding van extra werk weerstaan Cofely werkt samen met onderaannemers. Van der Sluis spreekt liever van partners. ‘De voorbereiding van de stops is goed verlopen. Alles zit redelijk dicht. De uitdaging is om de scope tijdens de onderhoudsstops maximaal te beheersen en ons niet te laten verleiden om er zomaar werk bij te nemen. De klant zegt al gauw: ‘Nu je toch bezig bent ... kun je dat en dat er niet even bij doen?’ We moeten echter oppassen dat we ons niet overeten, want voor dat je het weet, komen de zaken niet op tijd af, valt de stop duurder uit en krijg je vervelende discussies met de klant.’ ‘Ons advies is om zo’n extra klus apart te zetten’, vervolgt Van der Sluis. ‘Rooster het niet volledig in, want sommige werkzaamheden binnen de scope kosten misschien meer tijd dan verwacht. Dan kunnen we

03

iMaintain 13

010_11_13_H_artikel.indd 11

19-03-13 16:34


INNOVATIE MAAKT VAN GGB DE MARKTLEIDER The Global Leader in High Performance Bearing Solutions GGB luistert naar de response van zijn klanten. Het resultaat hiervan zijn superieure lagers die problemen vermijden. Meer weten? Surf dan naar onze website: www.ggbearings.be of scan de QR Code die u hieronder vindt. GGB Benelux Fountain Business Park, Building 5 C. Van Kerckhovenstraat 110 B-2880 Bornem Tel.: +32-(0)3 890 46 70 Fax: +32-(0)3 890 46 71 benelux@ggbearings.com

Get a QR code reader at http://getscanlife.com Š2012 GGB. All rights reserved.

GGB_8949_BrndBenelux_iM_M.indd 1

012_eco_ggb.indd 1

3/12/12 9:15 AM

19-03-13 10:00


stopseizoen 13

zo’n extra klus er niet bij hebben. Als de geplande werkzaamheden echter mee blijken te vallen, kunnen we zo’n extra klus wel uitvoeren. De normale scope leidt vaak al tot meerwerk als bij inspecties blijkt dat iets moet worden gerepareerd of vervangen. Van te voren kunnen we niet exact voorspellen wat we tegenkomen. Daarom houden we bij het inschatten van de tijd voor een onderhoudsstop een zekere bandbreedte aan’, aldus Van der Sluis. De voorbereiding van de onderhoudsstop is bij Huntsman goed verlopen. ‘Wij geven als opdrachtgever de scope van het onderhoud in hoofdlijnen. Daarna werken de contractors elk hun deel van het plan uit en leggen dit ter goedkeuring aan ons voor’, zegt Sjors Buitenhuis, teamleider turnaround coördinatie. Huntsman heeft een aantal huiscontractors, dat wil zeggen industriële dienstverleners die het bedrijf door de jaren heen regelmatig inschakelt. Dit zijn Mammoet, Mourik, Bilfinger, Imtech en Cofely. Bij de jongste onderhoudsstop zijn ongeveer zevenhonderd tot achthonderd medewerkers van deze bedrijven en onderaannemers betrokken die dagelijks verdeeld over drie ploegen gedurende ongeveer vier weken op het terrein werken.

Meer technici uit buitenland Van het tekort aan technici ondervindt Huntsman momenteel weinig problemen. ‘Wel kostte het deze keer iets meer moeite om met contractors tot afspraken te komen, omdat in deze periode ook andere bedrijven een onderhoudstop hebben. Vanwege de omvang van het project hebben we dit keer ook BIS ROB, een Belgisch zusterbedrijf van BIS (tegenwoordig beide Bilfinger geheten, red.) erbij betrokken om over voldoende personeel te kunnen beschikken. Voor de rest hebben de contractors ervoor gezorgd, dat er voldoende technici aanwezig zijn. Het enige verschil met vroeger is dat goed Nederlands sprekende technici schaarser zijn, maar de contractors zorgen ervoor dat iedereen zijn werk toch goed kan doen’, verklaart Buitenhuis. Deze turnaround bij Huntsman betreft voor tachtig procent inspecties en deels modificaties (kleine projecten). De grootste klussen zijn het vervangen van een glasgelijnde kolom (kolom waarvan de binnenwand bekleed is met glas als beschermlaag) en van een vat waar een grote 1.600 tons

kraan voor wordt opgebouwd. Van half maart tot half april zijn bij Dow in Terneuzen twee fabrieken in onderhoud: de ethyleenoxide- en de polyurethaanfabriek. Zo’n twintig contractors voeren voornamelijk inspecties uit en enkele kleine projecten. Zij schakelen hiervoor in totaal ongeveer achthonderd mensen in. ‘We krijgen meer en meer gebrek aan goed geschoolde vakmensen’, constateert Donnie Fruytier, directeur Maintenance van Dow. ‘Onze partners zijn erin geslaagd om voldoende vakmensen voor de onderhoudsstop aan te trekken onder andere door vaklieden uit Oost-Europa te laten komen. Niet alleen Dow maar iedereen in de chemische industrie heeft te maken met een teruggang in geschoolde vakmensen.’ Dow voert regelmatig overleg met de directies van de contractors waarmee het bedrijf zaken doet. Het overleg vindt plaats binnen het samenwerkingsverband ‘Verenigde Maintenance Partners’ en gaat onder meer over het op een efficiënte manier oplossen van zaken als een tekort aan technisch personeel.

Maintenance Value Park ‘Dow heeft natuurlijk zelf ook technici nodig, niet alleen tijdens de turnarounds, maar het hele jaar door. De gemiddelde leeftijd bij ons is 45 jaar. De komende jaren gaan heel wat mensen met pensioen. Met ons successieplan proberen we dit op te vangen’, vervolgt Fruytier. ‘We kijken hierbij ook naar de mogelijkheden om meer jongeren voor onder andere maintenance op te leiden. Samen met onze maintenancepartners zijn we bezig om in Terneuzen het Maintenance Value Park op te zetten, waar we niet alleen een gezamenlijke werkplaats gaan bouwen, maar waar we ook nieuwe technieken voor onderhoud gaan ontwikkelen en trainingen willen geven. Ook Yara en Cargill doen mee. Het wachten is nog op een wijziging van het bestemmingsplan in de loop van dit jaar. Daarna kunnen we met de bouw beginnen van de nieuwe werkplaatsen en trainingsfaciliteiten. We verwachten dat dit eind 2014 of begin 2015 klaar zal zijn. Momenteel is het Kennis- en Innovatiecentrum KI< van het Maintenance Valuepark nog gevestigd in het Bio Base Europe Training Center in Terneuzen.’ n

03

iMaintain 13

010_11_13_H_artikel.indd 13

19-03-13 16:34


14 Maintenance en utilities

Onderhoud maakt windenergie

Overal en nergens verrijzen windturbineparken en het einde is nog niet in zicht, want onze energievoorziening moet nu eenmaal duurzamer. Betekent dit dat er een nieuwe markt ontstaat voor onderhoudsbedrijven? Pieter Pulleman

03 13 iMaintain

014_15_17_19_K_artikel.indd 14

19-03-13 16:32


Maintenance en utilities 15

rendabel De kosten voor een windpark bestaan uit de kosten voor de bouw en de exploitatiekosten zodra het windpark draait. De wind is gratis, een belangrijk verschil met energievoorzieningen waarbij brandstof gekocht moet worden. De opbrengst van een windpark komt van wat er aan elektriciteit wordt gewonnen en aanvullende stimuleringsregelingen. Bij de huidige energieprijzen zijn deze subsidies onmisbaar om een windpark rendabel te exploiteren (de kostprijs van windenergie is afhankelijk van de lokale windsnelheid, maar ligt normaal gesproken tussen de vijf en negen eurocent per kilowattuur). De sector verwacht dat de overheidsbijdragen op termijn zullen verdwijnen. Optimale beschikbaarheid, een langere levensduur en lage(re) onderhoudskosten worden belangrijker voor een rendabele exploitatie.

Onvoldoende en slecht Na oplevering van een windturbine of windturbinepark zijn het meestal de windturbinefabrikanten die het onderhoud voor tien of vijftien jaar blijven doen. Windturbinebouwers zijn echter niet zo geïnteresseerd in het onderhouden van de turbines, terwijl er wel veel problemen zijn. Dat vindt Jan Louws van DELTA Infra, eigenaar van 52 turbines. ‘Ze focussen op het ontwikkelen en bouwen van prototypes met een groter vermogen.’ DELTA Infra heeft al een jaar of tien eigen windturbines in beheer en onderhoud. Het onderhoud gebeurde hoofdzakelijk door de leveranciers en bestond vooral uit standaard visuele inspecties en smeren. ‘Nieuwe technieken werden nauwelijks ontwikkeld. De leveranciers wilden niet meewerken, hielden hun kaarten zelfs tegen hun borst. Het onderhoud was gewoon onvoldoende en de betrouwbaarheid van de turbines slecht.’

Nuance Aad Hijdra van het Zeeuwse Windkracht Beheer, tussenpersoon tussen windturbine-

eigenaren en onderhoudsbedrijven, herkent het verhaal van Louws. ‘Fabrikanten willen bouwen en verkopen. Onderhoud verzorgen ze alleen tijdens de garantieperiode en dan zodanig dat je er eigenlijk net niet tevreden over bent en weggaat.’ Operations manager Wim Robbertsen van EWT bv, nuanceert dat beeld. EWT ontwikkelt, verkoopt én onderhoudt direct drive windturbines. ‘Er zijn inderdaad fabrikanten zoals Vestas, GE en Siemens die het onderhoud nogal vrij laten. Enercon doet het wel goed en voor ons is het onderhoud zelfs een van de core competenties van de business. Elke kilowattuur die onze turbines leveren, is business voor ons.’ EWT biedt zijn klanten een serviceprogramma inclusief preventief en correctief onderhoud. Het bedrijf garandeert een beschikbaarheid van 95 procent voor een individuele turbine en 98 procent voor windparken. Robbertsen: ‘Klanten betalen jaarlijks een bedrag voor het onderhoud en als wij de afgesproken beschikbaarheid niet halen, betalen we een vergoeding voor de gemiste kilowatturen. Doen we het beter dan afgesproken, dan krijgen we bij sommige contracten een bonus. Dit voorkomt dat je stopt met inspannen voor de klant, op het moment dat je de 95 procent behaalt.’

Specifieke kennis Windkracht Beheer ontzorgt de turbineeigenaren doordat het zeer specifieke kennis in huis heeft, zegt Hijdra: ‘Wij zorgen dat de turbine in bedrijf blijft, door de problemen al vroegtijdig te zien aankomen. En als een onderhoudsbedrijf werkzaamheden wil uitvoeren, vragen wij ‘waarom?’. We zijn kritisch, maar toch zijn ze blij met ons, want wij zorgen ervoor dat ze niet voor niets komen, en dat ze de juiste mensen met de juiste middelen sturen.’ De reguliere onderhoudsbedrijven beschikken namelijk wel over kundige monteurs, maar de laatste tien procent aan specifieke windturbinekennis ontbreekt, meent hij. ‘Ze repareren

Abonnees lezen meer op www.i-maintain.nl

014_15_17_19_K_artikel.indd 15

03

iMaintain 13

19-03-13 16:32


Service & Onderhoud Wie actief is in de wereld van de aandrijftechniek, weet dat de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van systemen van vitaal belang zijn voor het bedrijfsproces. Niet voor niets worden dan ook hoge eisen gesteld aan de bijbehorende service en het onderVisit us at Next Maintenance m Rotterda 7 Hal 3, stand 30

Reliability

houd. Dat vraagt om een pro-actieve servicepartner die snel reageert en uw wensen als uitdaging ziet.

Measure

Hydrauvision is die partner.

Experience Analyse

www.hydrauvision.com

Wanneer het aankomt op veiligheid De Nord-Lock Groep is gericht op het vinden van oplossingen voor zelfs de lastigste boutverbindingen. Wij bieden een unieke combinatie van expertise op het gebied van boutverbindingen en een productscala met wigborgingstechnologie en Superboltvoorspansystemen. Onze missie is het veiligstellen van mensenlevens en investeringen van onze afnemers, door ’s werelds meest veeleisende toepassingen waarin boutverbindingen een rol spelen, te borgen.

Bezoek ons op de Maintenance Next in Ahoy Rotterdam (16-18 April)! Nord-Lock Benelux B.V. Tel: +31 (0)50-5275656 • Fax: +31 (0)50-5256744 info@nord-lock.nl • www.nord-lock.nl

016_hydrau_nordlock.indd 1

19-03-13 10:00


Maintenance en utilities 17

wel het defect, maar nemen niet de oorzaak weg.’ Hijdra werkte zelf voor een turbinebouwer en heeft inmiddels ruim twintig jaar ervaring in turbineonderhoud. Glimlachend: ‘Ik ben een ster geworden in reverse engineering en heb daarnaast een enorm netwerk opgebouwd met kennis.’

Faaloorzaken De belangrijkste faaloorzaak bij windturbines is volgens Hijdra storingen in het elektriciteitsnet, waardoor de turbine veiligheidshalve uitschakelt. Daarna volgt normale slijtage, maar die wordt in de hand gewerkt door de slechte onderhoudsinstructie. Een proef met oliemonsters toont

‘Onderhoud is een duidelijke steunpilaar en strategie voor ons.’ dat aan, zegt hij. ‘Wij stuurden dezelfde monsters naar de fabrikant van de tandwielkasten, de turbinebouwer, een onafhankelijk laboratorium en de olieleverancier. De tandwielkastfabrikant keurde de olie na drie jaar af, daarna volgden het lab en de turbinebouwer en pas na zes jaar gebruik keurde de olieleverancier de olie af. Als je dus uitgaat van de kennis van je componentleverancier, dan draait de helft van alle turbines op afgekeurde olie. Wij vervangen om de drie jaar en hebben nooit onverwachte uitval.’

Niet modern Robbertsen: ‘Tachtig, negentig procent van de storingen lossen we op afstand op. We hebben een controlekamer die alles monitort en binnen tien tot twintig minuten negen van de tien problemen via internet oplost. Onderhoud is een duidelijke steunpilaar en strategie voor ons.’ Ook Hijdra monitort de turbines deels op afstand. ‘Inbellen, of via internet. We vergelijken de gegevens en als we afwijkingen zien, zoomen we in en onderzoeken we de oorzaak.’ Volgens Hijdra inspecteren veel bedrijven de windturbines met relatief moderne middelen als endoscopie en trillingsanalyses. Hij analyseert liever de oliefilters in een laboratorium. ‘Dat levert veel nuttige informatie op. Je ziet het slijtagepatroon aankomen; eerst komt er staal van de tandwielen vrij, dan het brons van de kooien van de lagers en daarna het

chroom van de lagers. Aan de vorm van de deeltjes kunnen we vrij goed de toestand bepalen, maar het gekke is dat de markt het niet accepteert, omdat het geen moderne methode is.’

Toekomst ‘De markt voor windturbineonderhoud door onderhoudsbedrijven blijft wel bestaan. Je kunt een klant ook niet dwin-

gen het onderhoud bij de fabrikant te doen. Bovendien, concurrentie is goed’, zegt Robbertsen. Hijdra ziet wel kansen voor de reguliere onderhoudsbedrijven. ‘Er zijn al bedrijven die het goed oppakken, maar uiteindelijk moet er een weg gevonden worden richting de turbinefabrikanten, of via reverse engineering.’ Laten de bekende onderhoudsbedrijven die nog niet veel aan turbineonderhoud doen een

03

iMaintain 13

014_15_17_19_K_artikel.indd 17

19-03-13 16:32


PRĂœFTECHNIK expertise houdt uw

Laser asuitlijning

machinepark langer in topconditie

(Horizontaal, verticaal, machinetreinen)

Uitlijning van boringen en lagerschalen

Offline conditiebewaking conditiebewaking van machineparken

Online conditiebewaking conditiebewaking van machineparken

Parallellisme van rollen en walsen

Trillingsanalyse en machinediagnose

Geometriemetingen

Als het net iets beter moet: PRUFTECHNIK N.V. PRUFTECHNIK N.V. NL-3062 ME Rotterdam B-2140 Antwerpen Tel.: +31 (0)10 204 59 37 Tel.: +32 (0)3 2725636 info@pruftechnik.be

068_prueft.indd 1

(3D, rechtheid, vlakheid, boringen)

www.pruftechnik.be

19-03-13 09:37


Maintenance en utilities 19

potentiële markt liggen? Robbertsen: ‘Dat denk ik niet, maar je kunt niet overal de beste in zijn. Wij zitten bovenop de engineering. Het zou wat zijn als zij het beter kunnen. Wij moeten het ook goed doen, anders worden we ingehaald. Het valt of staat wel met je mensen. Herkennen zij dat vreemde geluidje, zien ze dat signaaltje? Preventief onderhoud is het belangrijkste. Als fabrikant moet je dat als beste kunnen.’

Marktkansen Fabricom Oil & Gas, service provider aan de offshore olie- en gasindustrie op het gebied van onderhoud en beheer, onderzoekt sinds november vorig jaar of de offshore windsector interessant is voor het bedrijf. Remko Put: ‘De marktvraag op gebied van onderhoud en beheer is divers en omvat de turbines, de kabels, de substations en alles eromheen. De markt zoekt nog naar wat de beste oplos-

‘Preventief onderhoud is het belangrijkste. Als fabrikant moet je dat als beste kunnen.’ singen zijn voor parken op grote afstand op zee.’ Fabricom Oil & Gas (een dochteronderneming van GDF SUEZ dat zelf windmolenparken exploiteert), zet zijn dienstverlening windparkbreed in, maar voor wat betreft turbineonderhoud denkt Put dat de eerste stap het ondersteunen zal zijn van de windturbinefabrikanten. Put: ‘Je kunt onderhoudslevels afspreken. Wij doen dan bijvoorbeeld de eerste vijf onderhoudsniveaus en de leverancier niveau zes en zeven. Met onze technische specialisten moeten het overgrote deel van de storingen kunnen oplossen.’ Put denkt vooral te focussen op preventief onderhoud, zoals warmtemetingen, urenbeurten, oliemonsters en trillingsmetingen. ‘Correctief onderhoud kan ook, maar dan hebben we meer specifieke kennis nodig, die de fabrikant door middel van trainingen beschikbaar moet stellen.’ Ondertussen is Louws van DELTA Infra samen met andere partijen onder de vlag van het Dutch Institute World Class Maintenance bezig om het onderhoud naar een hoger plan te tillen. De projectpartners verzamelen met behulp van sensoren ruwe data over het functioneren van

storingen in het elektriciteitsnet zijn de belangrijkste oorzaak van het falen van windturbines. Dit komt omdat de turbine veiligheidshalve uitschakelt in zo’n geval. Ook normale slijtage is een invloedrijke factor, maar slechte onderhoudsinstructie ligt wel aan de basis daarvan.

de verschillende turbinedelen. Hiermee willen ze beter inzicht krijgen over wat er zich afspeelt in de turbine. Behalve sensoren speelt speciaal ontwikkelde software een belangrijke rol. Louws: ‘De software

vertaalt de gegevens van de verschillende componenten naar één taal die we vervolgens kunnen analyseren. Dat levert informatie-inzichten op waarop je beslissingen kunt nemen.’ ■

03

iMaintain 13

014_15_17_19_K_artikel.indd 19

19-03-13 16:33


20 WHAT’S NEXT

Op Maintenance NEXT zal de beursvloer de vertrouwde plek zijn waar exposanten hun kennis en kunde presenteren. Vele noviteiten kunnen bekeken en ervaren worden. In What’s NEXT alvast een voorproefje.

NEXT noviteiten VEilig WErkEN op HoogTE

VErSNEldE oplEidiNg ElEkTroTEcHNiEk

Harsco Infrastructure B.V. introduceert tijdens Maintenance NEXT een unieke webapplicatie waarmee klanten het besparingspotentieel op het gebied van Access (werkplekken op hoogte) inzichtelijk kunnen maken. Bedrijven kunnen met deze softwaretool zelf zien wat de meest efficiënte oplossing is voor een veilige werkplek op hoogte. Door het invullen van slechts enkele basisgegevens ziet de klant direct welke oplossing voor zijn situatie het beste is en wat er bespaard kan worden. Het systeem wordt dusdanig geïmplementeerd dat de geselecteerde producten automatisch besteld en ingepland kunnen worden. Tijdens Maintenance NEXT organiseert Harsco op standummer 2.401 demonstraties van de software.

Goflex Young Professionals uit Zeist laat tijdens de expo een scholingstraject zien waar een tweejarige opleiding elektrotechniek versneld in één jaar wordt verzorgd. Goflex leidt landelijk ieder jaar circa tachtig leerlingen versneld op in de elektrotechniek. In plaats van de twee jaar die ervoor staan, halen deze leerlingen in één jaar hun basisberoepsdiploma niveau 2. Tijdens dit intensieve jaar krijgen ze twee dagen per week theorieles, verzorgd door docenten van het ROC. De overige drie dagen worden besteed aan praktijktraining in diverse disciplines zoals elektro, installatie en meet- en regeltechniek. Om de leerlingen voor te bereiden op de toekomst worden ze getraind in een levensechte oefenplant te Schiedam. Het mbo-niveau 2-diploma wordt aangevuld met NEN3140, VCA en ATEX awareness-kwalificaties, waarna ze binnen Goflex verdergaan met niveau 3 en 4 via leren en werken (BBL). Dan komen ze ook beschikbaar voor de opdrachtgevers van Goflex, maar wel met een veel hoger basisniveau dan gebruikelijk. Goflex staat op stand 5.301.

03 13 iMaintain

020_21_23_25_O_whatsNEXT.indd 20

19-03-13 16:30


WHAT’S NEXT 21

polijSTMAcHiNES

SErVicE iNforMATioN SySTEM

Topfinish uit Mijdrecht biedt een breed dienstenpakket. Het bedrijf verkoopt machines, voert bewerkingen uit en demonstreert de werking van machines bij het bedrijf of op locatie. Topfinish laat op stand 2.209 de Avalon polijstmachines zien. Deze zijn interessant voor de medische tak en voor instrumentenmakers.

Etteplan | Tedopres toont op stand 4.111 de innovatie HyperSIS, uw Service Information System op een tablet als een interactief service-informatiesysteem. Hierbij draait het om de juiste informatie op het juiste moment, wat kan leiden tot een aanzienlijke tijdsbesparing in het snel inwinnen van informatie, het adequaat uitvoeren van MRO-activiteiten en het makkelijk kunnen bestellen van onderdelen. De HyperSIS-app bevat onder anderen onderhouds- en gebruikersinformatie, trainingsmateriaal en onderdelenlijsten. U vindt informatie snel via een tekstuele search of een visuele search op een illustratie. De HyperSIS-app draait op een tablet. Hierdoor is uw service- en onderhoudsinformatie snel, altijd en overal beschikbaar. In onderhoudssituaties behoort HyperSIS op een ToughPad ook tot de mogelijkheden.

borgriNgEN Nord-Lock Benelux B.V. uit Groningen presenteert een nieuw borgsysteem op stand 5.003; de nieuwe Nord-Lock X-serie borgringen voor een compromisloze borging van boutverbindingen. Met het multifunctionele design garanderen Nord-Lock X-serie borgringen maximale zekerheid tegen zowel spontaan losdraaien van bouten, als tegen het verliezen van voorspanning door zetting en relaxatie. Met de combinatie van het Nord-Lock wigeffect en een sterk veereffect (om verlies van voorspanning als gevolg van zetting en relaxatie te compenseren) bieden de Nord-Lock X-serie borgringen een borggarantie in situaties waarin een compromis geen optie is.

STooMlEkdETEcTor Blok Gouda B.V. toont op stand 5.501 de ultrasone infrarood Steamdetect IV stoomlekdetector. Dit meettoestel is speciaal ontwikkeld om snel en eenvoudig de werking van een condenspot te kunnen controleren. In dit meettoestel bevindt zich een ultrasone detector, een infrarood temperatuurmeter met een laserindicator. Via de ultrasone geluidsmeting wordt gecontroleerd of de condenspot wel of geen stoom lekt en met behulp van de infraroodtemperatuurmeter wordt gemeten of de condenspot voldoende op temperatuur komt.

SyNcHrooN-rElUcTANTiEMoTor KSB uit Zwanenburg heeft als antwoord op de steeds hogere eisen met betrekking tot energie-efficiëntie een nieuwe hoogefficiënte elektromotor ontwikkeld en onder de typebenaming SuPremE geïntroduceerd. De nieuwe synchroon-reluctantiemotor heeft minstens vijftien procent minder vermogensverlies dan voorgeschreven in de EG640 voor efficiëntieklasse IE3 vanaf 2015 of 2017. Daarmee bereikt de motor nu reeds het toekomstige efficiëntieniveau IE4. Door de lage verliezen in de rotor is de levensduur van de lagers zelfs enigszins verhoogd. In tegenstelling tot de permanentmagneetmotoren, bevat de synchroon-reluctantiemotor geen magneetmaterialen zoals zeldzame mineralen en andere grondstoffen waarvan de winning in de landen van oorsprong een grote milieubelasting betekent. Met de nieuwe synchroon-reluctantiemotor SuPremE is een nieuwe technologie beschikbaar, waarmee aan alle toekomstige

eisen voor energiezuinige aandrijving van pompen en andere roterende apparatuur kan worden voldaan. KSB is te vinden op stand 3.307.

03

iMaintain 13

020_21_23_25_O_whatsNEXT.indd 21

19-03-13 16:30


022_bronswerk.indd 1

19-03-13 09:59


WHAT’S NEXT 23

MoNTAgE VAN lEidiNgSySTEMEN

lANgE TErMijN ASSET plANNiNg

Technom Tools (stand 6.005) biedt haar klanten de mogelijkheid om ‘small bore piping systemen’ compleet te monteren zonder dat daarbij laswerkzaamheden noodzakelijk zijn. Het gebruik van Lokring pipefittingen in combinatie met het modulaire pipe support-systeem van Sikla zorgt voor een efficiënte en zeer veilige montage van een compleet leidingsysteem. Daarnaast biedt Technom Tools een oplossing voor het veiligstellen van olie- en gastransportpijpleidingen (isoleren). Honderd procent veiligheid is gegarandeerd en dit zorgt voor een optimale werkomgeving voor de lasser en fitter.

De nieuwe module Lange Termijn Asset Planning van Ultimo Software Solutions ondersteunt maintenance-organisaties met het opstellen van een langetermijnbegroting voor levensduurverlengend onderhoud, renovatie en vervanging van assets, gebaseerd op de kosten en condities. Met behulp van grafische scenario’s kan men vervolgens onderbouwde keuzes maken. Met deze module zet de maintenance manager een extra stap van beheren, uitvoeren en rapporteren naar meten, voorspellen en budgetteren en wordt een brug geslagen tussen maintenance en financiën. LTAP verschaft inzicht in de financiële gevolgen van het boven de minimale conditie houden van bepaalde assets. De kracht van LTAP zit in het feit dat u op lange termijn zowel techniek als (financiële) waarde meeneemt in het planningsproces. Ultimo Software Solutions staat op stand 3.200.

EAM SofTWArEoploSSiNg

TrAiNiNg op procESplANT Vakwijs Opleidingen heeft de beschikking over een industriële procesplant waar diverse processen en regelkringen worden nagebootst. In deze bedrijfsinstallatie kunnen cursisten op een veilige manier diverse handelingen trainen. De trainingen kunnen onder andere bestaan uit elektrisch vrijschakelen, (de)monteren van pompen, motoren en regelaars, storing zoeken in elektro, instrumentatie of besturing maar ook pijpfitten en instrumentatiefitten kunnen worden geoefend. Er worden ook stoptrainingen gegeven aan contractors ter voorbereiding op een echte stop. Vakwijs Opleidingen is te vinden op stand 5.301.

De sofwareoplossing strEAM+ van Maxgrip is een oplossing die de betrouwbaarheid en de maintenance engineeringsprocessen van uw organisatie verbetert. Door de volledige integratie van het RCM-proces in uw Enterprise Asset Management (EAM)-systeem, krijgt Reliability Centered Maintenance een belangrijke plaats binnen uw organisatie. strEAM+ kan worden geïntegreerd in EAM-systemen zoals Maximo, Infor, SAP, Oracle, et cetera. RCM is niet langer voorbehouden aan een handvol reliability en maintenance engineers. Zij hoeven ook niet langer te werken met third party software of een veelvoud aan onoverzichtelijke spreadsheets, waardoor belangrijke informatie buiten uw EAMsysteem moet worden beheerd. strEAM+ is ontwikkeld als add-on in EAM-systemen en zorgt voor real-time criticaliteitsanalyse en borging van reliability data in uw EAM-systeem, juist waar u die nodig heeft. De volledige data-integratie maakt het gebruik van reliability data door het hele systeem en uw werkprocessen mogelijk. Maxgrip is met de noviteit strEAM+ en andere softwareoplossingen voor de maintenance-industrie te vinden op stand 4.300.

03

iMaintain 13

020_21_23_25_O_whatsNEXT.indd 23

19-03-13 16:30


Service wereldwijd

MaintenanceNEXT 16 t/m 18 april 2013 Ahoy Rotterdam Standnr. 300, hal 2

SKY-ACCESS! NDT

Special Lifting Heat Treatment

Met meer dan 50 vestigingen en 220 kantoren wereldwijd is de SAMSON GROUP altijd bij u in de buurt. Onze specialisten adviseren u graag, welke betrouwbare regelventielen uit het complete SAMSON leveringsprogramma het beste passen in uw proces. Dankzij onze wereldwijde aanwezigheid verlenen we op effici毛nte wijze service op lokaal niveau.

Bolt Tensioning

Painting

Rescue Teams

Paint Inspection

G6Welders WWW.LSB-SKY-ACCESS.COM LSB Sky-Access BV

A01120NL

Hofdwarsweg 1, Geleen The Netherlands T. +31 (0)46 - 474 24 10 info@lsb-sky-access.com

SAMSON REGELTECHNIEK B.V. Signaalrood 10 路 2718 SH Zoetermeer Tel. 079 361 05 01 路 Fax. 079 361 59 30 info@samson-regeltechniek.nl www.samson-regeltechniek.nl SAMSON GROUP 路 www.samsongroup.net

024_samson_lsb.indd 1

19-03-13 14:53


WHAT’S NEXT 25

ZEkErHEid iN (Nood)STrooM Snel kunnen beschikken over tijdelijk extra vermogen en geen zorgen over onderhoud en testen van apparatuur: dat is waar de industrie behoefte aan heeft. Bredenoord levert al ruim 75 jaar stroomzekerheid. Met de verhuur- en verkoopaggregaten en een lijn met extra duurzame producten, heeft Bredenoord voor elke situatie een oplossing op maat. Regelmatig is bij bouw- of onderhoudsprojecten tijdelijk extra vermogen nodig. Bredenoord verzorgt snel, veilig en betrouwbaar deze tijdelijke stroomoplossingen op locatie, van vijftien KVA tot tientallen MVA. Bredenoord adviseert u over de beste oplossing voor uw situatie en kijkt ook met welke opstelling uw vermogen zo efficiënt mogelijk kan worden opgewekt. Bijvoorbeeld door het inzetten van Bredenoord Powermanagement, waarmee brandstofbesparingen gerealiseerd kunnen worden. Soms is extra advies nodig over de tijdelijke levering van middel- of hoogspanning, of is de plek lastig bereikbaar. Bredenoords Competence Centre heeft ook voor deze uitdagingen geschikte oplossingen. U vindt Bredenoord op stand 5.401.

colUMN: EEN VAkbEUrS: krAcHTigE MiX VAN prodUcTEN, EXpErTiSE EN NETWErk Op 16 tot en met 18 april openen de deuren van Ahoy Rotterdam voor de technologie- en onderhoudsexpo Maintenance NEXT. Ik ben niet helemaal onpartijdig, maar beurzen zijn en blijven een zeer krachtige wijze van communiceren. Zoals met elk communicatiemiddel is stilstand achteruitgang. Het is in mijn opinie dan ook van groot belang om bewust te blijven van de unieke kenmerken die een vakbeurs in zich draagt in relatie tot de snel veranderende wereld om ons heen. Die wereld verandert ook voor de vakbeurs. Nieuwe producten en diensten worden allang niet meer exclusief op de beursvloer geïntroduceerd … en terecht! Leveranciers kunnen het hele jaar door nieuwe producten en diensten introduceren. Door slim gebruik te maken van de mogelijkheden die internet en social media bieden, is het mogelijk direct bij introductie van een noviteit de geïnteresseerden op de hoogte te brengen. Dat is echter maar een deel van de route die tot het sluiten van contracten en ingebruikstelling zal moeten leiden. Het demonstreren van de meerwaarde van een (door)ontwikkeling is vele malen belangrijker gebleken. Daarvoor is een persoonlijk bezoek van een vertegenwoordiger aan de potentiële klanten uiteraard geschikt, maar hoeveel bezoeken kan een klein leger aan vertegenwoordigers in drie maanden afleggen? Op een vakbeurs is het mogelijk binnen een tijdsbestek van drie dagen niet alleen de ‘usual suspects’, maar een veel breder publiek doelmatig te bereiken. Daarnaast is een ontwikkeling wellicht vormgegeven met een bepaalde sector en gebruikersdoelgroep in het achterhoofd, terwijl een andere industriële tak uitstekend kan profiteren van dezelfde kennis in een aangepaste vorm.

Stonden de partijen waarvan u het bestaan niet kende in relatie tot uw traditionele markt ook op uw lijst van ‘potentials’? Grote kans dat dit niet het geval was … Een beurs moet anno 2013 meer bieden. Bezoekers verwachten van de samenwerking tussen organisator en exposant dat ze het bezoek aan de beurs inspirerend en verrijkend maken. De combinatie van nieuwe producten, de mensen die er meer over kunnen vertellen en de marktpartijen die kennis en ervaring willen delen, biedt duidelijk meerwaarde boven een folder of website. Dat geldt ook voor een technologie- en onderhoudsexpo als Maintenance NEXT. Kennisinhoudelijke sessies, tentoonstellen van technisch complexe installaties en producten die laten zien hoezeer het vak onderhoud op alle fronten in beweging is en sessies die namens het bedrijfsleven zijn opgezet in de vorm van een ‘elevator pitch’ passen beter bij deze tijd dan het houden van lange sessies waarbij de feitelijke en meest belangrijke inhoud ondergesneeuwd wordt door de uitvoerige introductie van een bedrijf dat iedereen toch al kent. Live communicatie is ‘here to stay’. Mag ik degenen die menen dat deelname aan een vakbeurs niet meer van deze tijd is het voorbeeld geven van de mislukte paperless revolutie? Ik zou graag kennismaken met de bezoekers en exposanten die de afgelopen 24 uur geen print hebben gemaakt, geen krant of tijdschrift hebben aangeraakt en geen facturen hebben afgetekend. Het medium beurs is in beweging, maar de effectiviteit is onovertroffen. Ik ontmoet u graag op Maintenance NEXT 2013! Erik Takes Exhibition Manager Maintenance NEXT

03

iMaintain 13

020_21_23_25_O_whatsNEXT.indd 25

19-03-13 16:30


26 Maintenance neXt

neXt talk tijdens de technologie- en onderhoudsexpo Maintenance neXt wisselen exposanten en bezoekers informatie uit over ontwikkelingen, vraagstukken, producten en diensten. Om die uitwisseling van kennis en kunde te versterken, organiseren ahoy en het vakblad iMaintain een inhoudelijk programma tijdens de drie beursdagen. elk ochtend wordt voor de aanvang van de beurs een neXt talk-sessie georganiseerd rond de dagthema’s Who’s neXt, Reliability neXt en Safety neXt. Mark Oosterveer

Zonder exposanten geen beurs en zonder inspiratie geen vernieuwing. Met een sterk inhoudelijk programma en drie dagthema’s draagt Maintenance NEXT bij aan de inspiratie voor een stevige onderhoudsindustrie. Elke ochtend krijgt de beursdag een stevige kick-off met een talkshow waar stakeholders uit de industrie, vak- en brancheverenigingen en specialisten uit het bedrijfsleven dieper ingaan op de actualiteit van asset owners en dienstverleners. De gekozen dagthema’s van de beurs zijn daarbij leidend voor de gasten en onderwerpen. Bezoekers van de beurs komen vanuit de auto of het openbaar vervoer direct terecht bij het podium waar gasten uit de industrie praten met elkaar, het publiek en de gespreksleiders. Op een vlotte journalistieke wijze worden actuele zaken en de dagthema’s van de beurs behandeld met de gasten van de dag. Vanaf 9:30 uur wordt in 45 minuten gediscussieerd en gebouwd aan nieuwe inzichten die zorgen voor een inspirerend beursbezoek. Dagelijks wordt ook aan fact checking gedaan in de rubriek NEXT Check. Een gevleugelde uitspraak of vaak als universele waarheid gebruikt kengetal uit de industrie wordt tijdens NEXT Talk eens onder de loep genomen en gecheckt.

Who’s NEXT? Op 16 april, de eerste beursdag van Maintenance NEXT, wordt bij de eerste sessie van NEXT Talk gesproken met de drie vertegenwoordigers van de

Meepraten? De NEXT Talk-sessies zijn vrij toegankelijk voor elke bezoeker van Maintenance NEXT en elke geïnteresseerde die de entree van Ahoy binnenloopt in de ochtend van elke beursdag. NEXT Talk met als thema Who’s NEXT vindt plaats op 16 april, het thema Reliability NEXT komt op de tweede beursdag, 17 april, voorbij. NEXT Talk wordt op 18 april afgesloten met Safety NEXT. Alle sessies zijn van 9:30 tot 10:15. www.maintenancenext.com

03 13 iMaintain

026_27_29_L_artikel.indd 26

Nederlandse onderhoudsverenigingen over de stand van zaken van de technische arbeidsmarkt, de verwachtingen voor werk in de techniek en de dreigende tekorten. Bas Kimpel van de NVDO, Aad Veenman van het Dutch Institute World Class Maintenance en Roelf Venhuizen van Profion schuiven aan om over ‘hun’ industrie te praten. Hoe kan de industrie de handen ineen slaan en hoe werken de verenigingen samen om zowel meer technici te boeien en binden als de effectiviteit van de beschikbare mensen te verhogen? Welke rol speelt innovatie hier bij? De NVDO heeft met haar onderzoek en visiedocument die jaarlijks in een zogeheten Onderhoudskompas verschijnen een actueel beeld van de onderhoudsindustrie en de getallen die bij de arbeidsmarkt horen. Volgens de laatste cijfers die op de website van de vereniging te vinden zijn, blijft de Nederlandse onderhoudssector een interessante groeisector; ondanks een lichte daling ten opzichte van vorige jaren, verwacht nog steeds 73 procent van de deelnemers aan het onderzoek dat de NVDO heeft gehouden dat deze sector de komende jaren zal groeien. Een voorwaarde voor deze groei is het vinden, binden en boeien van geschikt technisch personeel. En met een beroepsbevolking waarvan 45 procent een leeftijd van 45 of ouder heeft, is ook vergrijzing en uitstroom een risico voor deze groei. Blijft de vraag naar personeel groeien of gaan innovatie en een hogere effectiviteit een belangrijke rol spelen om te zorgen dat het juiste onderhoud nog steeds op het juiste moment door de goede mensen wordt uitgevoerd? Profion maakt zich al jaren sterk voor een verbeterde Hands on Tool Time. Rond 2007 sprak toenmalig voorzitter Leo van Dam al van de mogelijkheden om met een hogere Hands on Tool Time de aanwezige vacatures in te vullen. Nu,

Abonnees lezen meer op www.i-maintain.nl

19-03-13 16:21


Maintenance neXt 27

De tankopslagsector is aan het innoveren om betrouwbaarheid te vergroten. Op Reliability neXt vertelt cor van de Linde hoe de gezamenlijke tankopslagbedrijven onderhoud denken te verbeteren.

in 2013, ziet de wereld er anders uit. De behoeften van de arbeidsmarkt zijn veranderd en de vergrijzing speelt een sterkere rol dan vijf jaar terug. Roelf Venhuizen, voorzitter van Profion, gaf onlangs aan dat een hogere Hands on Tool Time alleen niet de oplossing is voor het arbeidsmarktvraagstuk. Maar wat dan wel? Innovatie misschien? Profion heeft een duidelijk statement over het vraagstuk: Profion wil met slagvaardigheid het tekort aan goed opgeleid personeel in het industrieel onderhoud aanpakken. Zelfs in tijden van laagconjunctuur mogen gecoördineerde initiatieven en investeringen in het opleiden en werven van personeel niet worden stopgezet. Als de economie weer aantrekt, zullen goed opgeleide werknemers immers opnieuw hard nodig zijn. Tijdens NEXT Talk kan de vereniging voor Professioneel Industrieel Onderhoud uit de doeken

doen met welke acties en middelen zij haar doelen wil bereiken. Het Dutch Institute World Class Maintenance is vaak een spil voor innovaties. Met een netwerk in de industrie, onderzoeksinstituten en regionale ontwikkelmaatschappijen worden projecten gestart voor innovaties in onderhoud. Het DI-WCM streeft naar een optimale beschikbaarheid van kapitaalintensieve goederen en installaties tegen zo laag mogelijke levensduurkosten, waardoor de concurrentiepositie verbetert ten opzichte van de nieuw opkomende economieën van landen als Brazilië, Rusland, India en China. Door versteviging van de samenwerking tussen bestaande netwerken en een geïntegreerde aanpak van Ondernemers, Onderwijs, Onderzoek en Overheid (de vier O’s) kan een sterke wisselwerking tussen Kennis-Kunde-Kassa worden gerealiseerd. De factor arbeid wordt

in de plannen van DI-WCM niet specifiek genoemd maar zal tijdens NEXT Talk juist ter sprake komen. De drie verenigingen maken zich sterk voor een gezonde en duurzame onderhoudsindustrie. Opvallend genoeg spreken zij daarbij wel van andere aantallen voor de arbeidsmarkt. Het gehanteerde aantal banen loopt uiteen van 100.000 tot 300.000 banen. Tijdens NEXT Talk wordt dieper ingegaan op de gebruikte cijfers, de gezamenlijke doelen en of de drie verenigingen daar elkaar genoeg in versterken. Maar niet alleen de onderhoudsverenigingen zitten aan tafel. Ook een lopend, regionaal initiatief om meer instroom op de technische arbeidsmarkt wordt besproken. Cees Jan Asselbergs van Deltalinqs zal tijdens Who’s NEXT het publiek bijpraten over het regionale initiatief om scholieren te steunen bij hun technische opleiding en te garanderen dat

03

iMaintain 13

026_27_29_L_artikel.indd 27

19-03-13 16:21


Onder- en bovengrondse leidingsystemen, apparaten, productie-installaties, gasinstallatiebouw

Moezelweg 150

Havennummer 5608c

Steenoven 2-6

4196 HG Tricht

WWW.A-HAK-IS.COM

Industrial Services, Pipeline Services, Inspection Services, Tank Services

3198 LS Europoort Rotterdam

WWW.A-HAKINDUSTRIE.NL

0182 HAK_adv iMaintain.indd 1

18-03-13 12:18

ADVERTENTIE INDEX IMAINTAIN

Experts in Lockout

Lockout-oplossingen sleutel op de deur • Diagnostiek • Uitwerking van een lockout procedure • Opvolgingsaudit U vindt ons op de Maintenance Nextvakbeurs in Rotterdam, op 16, 17 en 18 april. Hal 4, Stand 4.206

safetyeu@mlock.com

028_index_ahak_master.indd 6

Delta Heat Services ..................................................................... 70 GGB Benelux ............................................................................. 12 A.Hak Beheer ............................................................................. 28 Ahoy Rotterdam .....................................................................bijlage AIB Vincotte Nederland ............................................................... 30 Bega Special Tools ...................................................................... 30 Bredenoord Exploitatiemij ............................................................ 70 Bronswerk Heat Transfer .............................................................. 22 Deltavisie congres ....................................................................... 34 Easy Fairs Nederland .................................................................. 70 Eco Ketelservice Verhuur .............................................................. 12 Flexim Instruments Benelux ......................................................bijlage Globe Test Equipment .................................................................. 64 Hogeschool Utrecht Centrum voor N&T ......................................... 58 Hydrauvision .............................................................................. 16 IIR ....................................................................................... 32, 33 LSB Sky Access ........................................................................... 24 Mainnovation Meeting House NL.................................................... 2 Maintenance Linqs ........................................................................ 8 MASTER LOCK Europe ................................................................ 28 Nord-Lock Benelux ...................................................................... 16 NVDO ..................................................................................bijlage Pruftechnik ................................................................................. 18 Riwal ......................................................................................... 75 Samson Regeltechniek ................................................................. 24 Sdu Uitgevers ............................................................................. 40 Sitech Services ........................................................................... 72 Skyline Technologie ..................................................................... 72 Stork Technical Services Holding................................................... 68 Straaltechniek Internationa ........................................................... 64 Testo .......................................................................................... 64 Thermiek .................................................................................... 72 Traduco ..................................................................................... 76 Ultimo Software Solutions............................................................. 36 Van der Linden & Veldhuis Isolatie .................................................. 4

19-03-13 12:13


Maintenance neXt 29

er met die opleiding een mooie carrière in het vooruitzicht ligt. Met de carrièrestartgarantie willen de deelnemende partijen laten zien dat je carrière al begint zodra je opleiding begint. En daaraan willen zij een stimulans geven. Nieuwe leerlingen voor mbo niveau 3 en 4 voor procesoperator of maintenanceopleidingen voor de procesindustrie krijgen de eerste twee jaar een bijdrage in studiekosten van 800 euro. En als ze daarna het derde en vierde jaar met succes afronden, krijgen ze nog eens een voucher van 1.000 euro. Bovendien zorgen de deelnemende partijen dat ze bij ten minste drie bedrijven op sollicitatie kunnen.

Reliability NEXT Stilstand is achteruitgang en onbetrouwbare apparatuur leidt tot onveilige situaties. Tot zover is er geen speld te krijgen tussen deze beweringen. Toch was het investeringsbeleid in het niet al te verre verleden bij veel bedrijven meer kostengedreven dan dat men op kwaliteit stuurde. Bovendien heeft nieuwbouw altijd een hogere status genoten dan onderhoud. Als we de experts mogen geloven, is die houding op zijn retour. Want de kostenoverschrijdingen ten gevolge van een slecht ontwerp overschrijden doorgaans de goedkope aankoopsom vele malen. En als dan de toezichthouder ingrijpt omdat er onveilige situaties ontstaan, verliezen bedrijven zelfs de license to operate. De betrouwbaarheid moet dus worden vergroot, bijvoorbeeld door goed vlootmanagement, zoals Pieter Dings van Plurel voor ogen heeft. Want ook bij beschikbaarheidsdata geldt nog altijd dat meer beter is. Door vlootgegevens van meerdere licentiehouders te vergelijken, kunnen repeterende storingen eerder worden gelokaliseerd en verholpen. Hoewel de licentiehouders concurrenten van elkaar zijn, hebben ze allen hetzelfde einddoel: de klant zo veilig en efficiënt mogelijk transporteren. Reliability overstijgt dus de concurrentieverhoudingen. Ook TATA Steel weet de betrouwbaarheid van zijn assets nog altijd te verhogen. Door zich constant af te vragen waarom storingen zich voordoen en wat daarvan de oorzaak is, voorkomt men uitval van installaties en zorgt men bovendien voor een constante staalkwaliteit. Nico van Kessel, principal consultant asset management van TATA Steel, heeft jarenlange

ervaring in verbeterprocessen en maintenance engineering. Hij vertegenwoordigt dan ook de zware industrie in de discussie over de volgende stappen in betrouwbaarheid. Een sector die onlangs wat meer belangstelling kreeg van de reliability-experts is die van de tankopslag. Hoewel de tanks relatief eenvoudig zijn ontworpen, is de branche wel degelijk zeer innovatief. Cor van de Linde van iTanks vertelt over het innovatie- en communicatieplatform iTanks. Dit initiatief waar verschillende belanghebbenden uit de wereld van tankopslag de krachten bundelen, heeft maar één doel: innovaties voor de tankopslag. Nieuwe ontwikkelingen zorgen ervoor dat meer onderhoudswerk veiliger, beter en in minder tijd kan worden uitgevoerd of dat onderhoud zelfs niet meer nodig is.

Safety NEXT Hoe ziet de toekomst van veilig werken eruit? De beroepsbevolking verandert, het werk verandert, wordt wellicht zelfs complexer en de installaties worden gemiddeld genomen ouder. Hoe vindt dat zijn weerslag in de veiligheid op het werk? Tijdens de NEXT Talk-sessie over Safety NEXT wordt voorbij de horizon gekeken als het om veilig werken gaat. Karen Oude Hengel van TNO is namens het Nederlandse Focal Point het aanspreekpunt voor de Europese Safety Campagnes in Nederland. Het

Europees Agentschap voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk zorgt voor de ontwikkeling, verzameling en verspreiding van ARBO-informatie over veiligheid en gezondheid op het werk in 27 Europese lidstaten. TNO coördineert en voert de Nederlandse activiteiten uit in opdracht van het ministerie van SZW. Karen Oude Hengel zal aan de hand van een aantal recente en lopende projecten aangeven hoe hoog veiligheid op de Europese agenda staat en welke rol Nederlandse partijen daarbij spelen. VeiligheidNL is een private stichting met bijna dertig jaar ervaring in veiligheid. De stichting maakt zich hard voor veiligheidsproblemen die de meeste en meest ernstige letsels veroorzaken en richt haar deskundigheid op alle veiligheidsterreinen waar gewonden en doden zijn te betreuren in Nederland. Victor Zuidema van VeiligheidNL zal onder meer vertellen over de recent gestarte campagne ‘werkbuddies’ waarbij veiligheid op de werkvloer tussen ervaren en jonge werknemers een punt van discussie wordt gemaakt. Dick Amesz van de Dienst Centraal Milieubeheer Rijmond (DCMR) kijkt vanuit de rol van toezichthouder naar de ontwikkelingen in veiligheid met betrekking tot de omgeving en het milieu. De afgelopen jaren is de industrie vaak negatief in het nieuws geweest. Wat is er nodig om dat de komende jaren in een andere toonsoort te krijgen? n

03

iMaintain 13

026_27_29_L_artikel.indd 29

19-03-13 16:21


YOUR REPUTATION IS MINE.

CAN YOUR REPUTATION BECOME OUR RESPONSIBILITY?

Vinçotte Nederland levert als onafhankelijke inspectie- en keuringsinstelling diensten aan op het gebied van veiligheid, kwaliteit en het milieu. Onze expertise omvat onder meer de controle van de integriteit van constructies, installaties, machines, apparaten en gebouwen en diensten rond arbeidsomstandigheden. Bij Vinçotte Nederland werken meer dan 100 technische deskundigen. Naast de hoofdvestiging te Breda hebben we ook kantoren te Rotterdam, Terneuzen en Akersloot én logistieke steunpunten in het hele land. Vinçotte Nederland maakt deel uit van de internationale groep Vinçotte, die met zijn meer dan 2500 medewerkers een kenniscentrum vormt en wereldwijd in 16 landen vestigingen heeft. Kunnen wij met onze expertise ook van úw reputatie onze verantwoordelijkheid maken? Neem een kijkje op onze website:

Safety, quality and environment

WWW.VINCOTTE.NL

Montage • Demontage • Bewaking Smering • Hydrauliek • Uitlijning

Onze Special Tools zijn niet zomaar ‘Special’ Ze zijn gebruiksvriendelijk, door hun unieke constructie zijn ze veilig en tijdbesparend. Kenmerken die een vakman waardeert. Al 35 jaar maken onze Special Tools waar wat ze beloven.

www.bega.nl ANNO 1978

STAND 6.900

Bewwezbeanar! betrou

Bega Special Tools Postbus 118, 8160 AC Epe. T 0578 668000 F 0578 668080 E verkoop@bega.nl www.bega.nl

030_aib_bega.indd 1

19-03-13 09:41


PRODUCTEN 31

Producttrends op www.i-maintain.nl

1

E-Book Technische Dienst Software

Er is een Nederlandstalig kennisintensief boekwerk op de markt verschenen dat de software voor de Technische Dienst in de schijnwerpers zet. Geoffrey Wintraecken heeft dit boek met als titel ‘Het ABC van Maintenance Software: Deel 1’ in januari van dit jaar uitgebracht. Het e-Book maakt u vertrouwd met alle aspecten van de software voor Technische Diensten, ook wel genoemd Maintenance Software. Na het lezen van het boek zult u de aanschaf/gebruik van de veelzijdige software voor de Technische Dienst de aandacht geven die het verdient. www.td-it-consult.nl

5

Infraroodpuntgasdetector

6

Snelontluchters

7

Zoekmachine handschoenen

Stootdemper

De Point Infrared (IR) Combustible Gas Detector model IR400 van General Monitors wordt nu geleverd met een T90-responstijd van drie seconden (met uitzondering van detectie van ethyleen, met een responstijd van vier seconden). Steeds meer bedrijven in de chemische procesindustrie en olie-industrie hebben behoefte aan brandbaar-gasdetectoren met responstijden van vijf seconden of minder. Voor zover bekend is de IR400 de enige infraroodpuntdetector die een responstijd van drie seconden haalt. www.hitma-process.nl

2

‘Mobile Worker’

3

Datacollector

De 1D en 2D datacollectors van Panmobil, de powerline Ecco en de Ecco+ zijn nu verkrijgbaar bij Duranmatic. Deze slimme en kostenefficiënte datacollectors bieden de gebruiker vele mogelijkheden zoals een uitbreidbare RFID-module. Een van de unieke kenmerken van de Ecco is de aanpasbare voorkant. Deze is te customizen in diverse kleuren, afbeeldingen en teksten, waardoor de datacollector een eigen identiteit krijgt. www.duranmatic.nl

Het blijft lastig: de juiste handschoenen vinden, passend bij de klus waarmee u aan de slag gaat. Welke handschoen biedt optimale snijbestendigheid én maximaal comfort? Op die vraag geeft de nieuwe zoekmachine ‘CutRest’ van Showa Best Glove antwoord. Deze website helpt u om snel en eenvoudig de juiste handschoen te vinden. In de zoekmachine geeft u een aantal parameters aan, zoals normering, snijweerstand, materiaal, coating en grip. Daar komen maximaal vijf handschoenen uit, die u met elkaar kunt vergelijken. www.cutrest.com

4

Schaarhoogwerker

8

Met de ‘Mobile Worker’ brengt Emerson ‘het probleem’ naar de expert in plaats van dat de expert naar de ‘probleemlocatie’ moet komen. Want met dit draadloze handsfree audio/ videosysteem kunnen technici op locatie snel en effectief communiceren met deskundigen, waar ter wereld deze zich ook bevinden. Met de ‘Mobile Worker’ worden problemen sneller en effectiever verholpen en kan worden bespaard op de kosten van onderhoud, reparatie, procesoptimalisatie en ‘trouble-shooting’. www.emersonprocess.nl

Harsco Infrastructure heeft in opdracht van Cofely Refrigeration een geavanceerde schaarhoogwerker ontwikkeld voor veilig en efficiënt werken op hoogte. Dankzij een veilige uitstap kunnen monteurs op verantwoorde wijze op hoogte uit de hoogwerker stappen. Zodra de schaarhoogwerker de rand van het dak bereikt, schuift het platform eenvoudig tegen of over de dakrand. De twee hekjes aan de voorkant klappen naar beide zijden open en fungeren als leuning. Deze hoogwerker voldoet aan de strengste veiligheidseisen. www.harsco-i.nl

Evac heeft zijn leveringsprogramma uitgebreid met de serie HIPEX proportioneel werkende snelontluchters van de Britse producent Bifold. Deze normaal gesloten tweewegkleppen zorgen voor een afblaas die proportioneel verloopt met het drukverschil tussen de inlaat- en de stuurdruk. Als de stuurdruk gelijk is of hoger dan de inlaatdruk, blijft de uitlaatpoort gesloten. Ook modulerend bedrijf is mogelijk. De kleppen zijn geschikt voor primaire drukken van twee tot tien bar overdruk en een maximale inlaat van twintig bar overdruk. www.evac-valves.com

‘Hoe rem ik een bewegende massa zo efficiënt mogelijk af?’, een vraag waar technici mee worden geconfronteerd. Vanuit angst voor een vertraagde productiecyclus, wordt vaak aangenomen dat een ontwerp nooit optimaal is bij de inzet van hydraulische stootdempers. De hydraulische stootdempers van Weforma bewijzen het tegendeel: zij zijn ontwikkeld om zo efficiënt mogelijk hun taak uit te voeren. Mega-Line Miniatuur is de meest recente én kleinste telg uit de familie van deze innovatieve stootdempers. www.terhorst.com

Kijk voor meer productinnovaties op www.i-maintain.nl

031_E_producten.indd 31

03

iMaintain 13

19-03-13 16:22


U

(ADVERTENTIE)

Van harte welkom! 30 mei 2013 | Hotel Mercure, Amersfoort

Inn ver

Reactie vorige editie: “Feest van herkenning en bron van inspiratie.” Maurice Saffischbergen, Werkbestuurder Gebouwenbeheer, Dunea

4e editie

Onderhoudsplatform 2013 Realiseer een integere en energiezuinige asset management strategie Leerzaam en interactief programma met veel mogelijkheid voor ontspanning en netwerken:

U hoort van experts uit de praktijk  Nut en noodzaak van kwaliteitsnormeringen voor Asset Management:

• • • • • • • • • •

PAS 55, ISO 55000 en NEN 55000  Het belang van een veilig onderhoudsmanagementsysteem  Lean and Green projecten voor besparen van kosten en milieu  Lessons learned van integrale Asset Management implementatie in de praktijk  Alles over de Energy Efficiency Directive voor efficiënter onderhoud

Bomvol actualiteiten, innovaties en praktijkcases van o.a.

Ruime netwerkpauzes Maak kans op een iPad met de standquiz Thematafels Serious gaming Videofragmenten Lunch met ludieke act Lagerhuisdebat Onderhoudsplatform borrel Netwerkdiner En nog veel meer!

ECT, DI-WCM, iTanks, National Aerospace Laboratory, EDF Energy UK, DSM, Akzo Nobel …

Dagvooriztter: Joep van Aggelen

Event partner:

Thema partner:

Wilt u met korting deelnemen aan het event? Namens event partner Emerson profiteert u van 20% korting. e-mail Dominique Caron (d.caron@iir.nl) o.v.v. 67827/Emerson om van de korting gebruik te maken.

Algemene informatie: Conferentie: 30 mei 2013 Locatie: Mercure, Amersfoort De Nieuwe Poort 20, 3812 PA Amersfoort Tel. Hotel: 033 - 2 851 001

Exposant:

Mediapartners:

Orga wel 2 baarh grote Waar

Een v perso probl veroo alleen preve

Studi kost d • Ee im • Re • Ve €3

De ge garan de str origin prest strate De m veran data aan d bedri

Kosten: Bij aanmelding t/m 5 april 2013

Bij aanmelding na 5 april 2013

Prijs voor Industriële asset owners

 399,-

Prijs voor Contractors en adviseurs

 999,-

 1.099,-

Heeft u vragen? Heeft u inhoudelijke vragen over het programma? Neem contact op met onze accountmanager: Naomi Voet, 020 - 5 805 496 of n.voet@iir.nl.

De m mana langd • Ric • Ve • Wo • We da • We va

399,-

Uw organisatie profileren? Frank Schouten geeft u graag persoonlijk advies. Neem contact op via 020 - 5 805 437 of e-mail f.schouten@iir.nl.

Meld u nú aan! bel: 020 - 580 5400 e-mail: inschrijving@iir.nl fax: 020 - 580 5454 www.iir.nl/onderhoudsplatform

67827 advertentie a4.indd 1-2 032_33_iir.indd 2

Stilsta doele wijd z stops kunn

Door strate voor en ee nieuw asset

Maintenance & Manufacturing Management Support, Akzo Nobel

Main event partner:

Leer Een

19-03-13 09:40

Veel m deze lende tegen


el n:

(ADVERTENTIE)

Uw beheersbare plant Innovatieve plantmanagementtools verhogen betrouwbaarheid, verwerkingscapaciteit en beschikbaarheid Leer hoe u een hoger rendement behaalt, competitief blijft en een stabiele en voorspelbare werkomgeving behoudt. Een effectieve managementstrategie gebaseerd op innovatieve tools en services kan uitkomst bieden. Stilstaande plants veroorzaken problemen voor zowel het behalen van productiedoelen als ook binnen budget blijven. ARC Advisory Group schat in dat er wereldwijd zo’n 20 biljoen dollar verloren gaat in de procesindustrie door niet geplande stops. Dat is 5% van de jaarlijkse productie en belangrijker: 80% van deze verliezen kunnen worden voorkomen. Organisaties als ARC rapporteren verder dat bedrijven in de procesindustrie tot wel 20% slechter presteren op vlakken als betrouwbaarheid, productie en beschikbaarheid. De laatste 10- 15 jaar is daar weinig verbetering in geweest, ondanks grote investeringen in assetmonitoringtechnologie en verbeterde apparatuur. Waarom heeft er dan geen significante verbetering plaatsgevonden? Een veel voorkomende reden voor onderpresterende assets is dat onderhoudspersoneel en het management vooral bezig zijn met het het oplossen van acute problemen. Een toekomstvisie ontwikkelen is een luxe die men zich moeilijk kan veroorloven. Maar om vooruitgang te boeken, moeten plants meer doen dan alleen reactief onderhoud. Een assetmanagement strategie is nodig voor preventief en voorspellend onderhoud. Studies wijzen uit dat voorspellend onderhoud veel minder duur is en minder tijd kost dan preventief onderhoud. Voordelen die door gebruikers zijn genoemd: • Een onderhoudsbesparing van € 10 miljoen binnen een jaar na implementatie door het identificeren van slecht presterende assets; • Reactief onderhoud is met 40% teruggebracht in minder dan een jaar; • Verbeterde beschikbaarheid heeft geleid tot verbeteringen van €3 miljoen tot €5 miljoen per plant per jaar. Door de grote hoeveelheid kritieke productiefactoren kunnen assetmanagementstrategieën verschillende vormen aannemen. Bijvoorbeeld monitoringtechnologie voor mechanische installaties, geavanceerde instrumenten en controlekleppen, en een verbeterde werkpraktijk om gebruik te kunnen maken van bestaande en nieuwe technologieën. Voor een maximaal rendement is een geïntegreerde assetstrategie nodig die al deze onderdelen bundelt. De gekozen strategie moet een bottom-to-top naleving van regels en beleid garanderen. Ook moet alle diagnostiek volledig gebruikt worden. Daarnaast moet de strategie gebaseerd zijn op de gemeten gezondheid van assets, niet op de originele onderhouds-richtlijnen van de fabrikant. De PAS55 richtlijnen zouden prestaties kunnen verbeteren door organisaties te helpen om asset managementstrategieën te ontwikkelen en in te zetten. De manier waarop een bedrijf haar organisatie aanstuurt mag dan voor verandering zorgen na verloop van tijd, ook fundamentele veranderingen in hoe data wordt verzameld en samenhangt blijven nodig. Als bedrijven willen voldoen aan de ISO 55000-standaard voor assetmanagement dan is het cruciaal dat deze bedrijven historische stabiliteit en voorspellende trends kunnen aantonen. De meeste organisaties hebben geen volledig gekwalificeerde en getrainde assetmanager. En al zijn die er wel, hoe moeten zij dan strategieën formuleren die voor langdurige resultaten zorgen? Fundamentele vragen zijn onder andere: • Richt onderhoud zich op de juiste assets? • Verdient het bedrijf investeringen terug door voorspellende onderhoudstools? • Wordt het onderhoudsbudget effectief ingezet? • Welke productie- assets vallen het vaakst uit, en welke directe kosten zijn daarmee gemoeid? • Welke assets zijn het grootste risico voor de veiligheid en beschikbaarheid van de plant? Veel managers ‘weten’ het antwoord op deze vragen, maar hebben moeite om deze kennis te ondersteunen met data. Dat komt doordat informatie over verschillende assets vaak verspreid zit door het hele bedrijf. Deze informatie is potentieel tegenstrijdig, dus een betrouwbare conclusie trekken is lastig.

032_33_iir.indd 3

De uitdaging is daarom om informatie over assetmanagement te leveren die makkelijk te begrijpen is en waarmee goed onderbouwde beslissingen genomen kunnen worden. Tot slot moeten managers weten wat de consequenties zijn van de verschillende assetmanagementstrategieën waartussen zij kunnen kiezen.

Connectiviteit is cruciaal Assetmanagementsystemen verzamelen vaak informatie over assets die zich in kritieke staat bevinden. Onderhouds- en uitvoerend personeel krijgen real-time data over zowel gezondheidstoestand- als procesvariabelen. Zo kan men zien of een asset in verval is. De daaruit volgende waarschuwingen en aanbevolen vervolgstappen komen meteen bij de juiste personen terecht. Die kunnen snel handelen, zodat problemen niet verergeren of zelfs leiden tot downtime of veiligheidsgevaar. Een EAM-systeem kan bestaan uit modules voor onderhoudsmanagement, materiaalmanagement, inkoop, HR en financieel management. De EAM maakt het onderhoudsproces mogelijk. Waar een assetmanagementsysteem zich op gebeurtenissen focust en assets scant op waarschuwingen, is een EAM-systeem gebaseerd op transactie, maakt het automatisch werkorders aan, roostert het onderhoud in en houdt het de voorraad reserve-onderdelen bij. Communicatie tussen het real-time managementsysteem en het EAM is geautoriseerd. Eilandjes met assetinformatie kunnen geïntegreerd worden, zodat er een holistische kijk op assets ontstaat. Dit helpt betere beslissingen te maken voor optimale asset performance en betrouwbaarheid van de plant.

Weet wat de oorzaak is en los het probleem op Als een plant onderpresteert worden operators normaal gesproken ingelicht door een e-mail van het assetmanagementsysteem. De e-mail meldt dat er een probleem zit in de belangrijkste key performance indicatoren (KPI’s) voor algemene effectiviteit van de materialen in één van de process-units. Een link in deze mail leidt de gebruiker naar aanvullende informatie op een gepersonaliseerde pagina binnen een intranet. Hier blijkt dat een belangrijke afsluiter/ klep tot travel deviation alerts heeft geleid en problemen heeft veroorzaakt met vloeistofniveaus. Een andere link leidt naar aanbevelingen, inclusief een overzicht van hoe er gereageerd is op eerdere gevallen. Er wordt een werkopdracht met aanbevelingen gemaakt. Die opdracht wordt naar het EAM/ CMMS-systeem gestuurd, zodat het onderhoudspersoneel er meteen mee aan de slag kan. De voortgang van de werkopdracht kan de hele dag gevolgd worden. Zo is meteen duidelijk wanneer het probleem opgelost is. Er kunnen zelfs statusupdates verstuurd worden naar mensen binnen de organisatie.

Van ruwe data tot meer winst Veel bedrijven hebben al jaren beschikking over veel data. Nieuw is de mogelijkheid om een beroep te doen op real-time assetinformatie uit verschillende afdelingen van een bedrijf. Met deze informatie kunnen beslissers, op een gefundeerde manier bestaande problemen op verschillende criticaliteitsniveaus aanpakken. Het resultaat zijn op feiten gebaseerde beslissingen die de winst verhogen. Veel wereldspelers hebben moeite om op een andere manier naar prestaties van hun assets en plant te kijken. Ondernemingsbrede assetmanagement -oplossingen geven de meest vooruitstrevende bedrijven de kans om te veranderen. Wie zijn belangrijkste productie-assets met elkaar verbindt, zal in een relatief korte tijd een return-on-investment realiseren, competatief blijven, en zorgen voor een stabiele en voorspelbare werkomgeving. Kortom, een beheersbare plant.

18-3-2013 14:02:37 19-03-13 09:40


Datum: 06|06|13 • Locatie: RDM Campus Rotterdam

Hét evenement voor de industrie in de Rijn/Schelde-delta

reserveer a in uw agend

/

/

INNOVEREN, COMBINEREN en COMMUNICEREN

Innoveren, combineren en communiceren Door het combineren van ideeën en technologieën ontstaan vaak nieuwe en waardevolle oplossingen. Deltavisie 2013 inspireert beslissers uit de industrie, politiek en wetenschap om die combinaties te zoeken. Innovaties in energie-efficiëntie, ketendenken en milieueffecten liggen binnen bereik. En ook innovaties in veiligheid en continuïteit zijn bijna voelbaar. Een onmisbare schakel in het zoeken naar die combinaties is open communicatie. Communicatie met elkaar en met de samenleving, want innoveren doe je samen. Tijdens Deltavisie 2013 onderzoeken we daarom met sprekers én congresdeelnemers hoe de industrie in de Rijn/Scheldedelta stappen voorwaarts kan maken door te combineren, te communiceren en daardoor proactief te innoveren.

Programma 11.00 11.45 12.30 13.00 14.00 14.30

uur uur uur uur uur uur

15.30 16.30 17.00 18.00 19.00

uur uur uur uur uur

21.30 uur

Partner cases Ontvangst en registratie Plenaire opening Masterclasses Pauze Plenaire discussie met kandidaten Plant Manager of the Year-verkiezing Masterclasses Pauze Plenair debat Borrel Diner en Plant Manager of the Year-verkiezing 2013 Sluiting

Congresinformatie: Kiki Nelson kiki@industrielinqs.nl • 020 - 31 22 791 Media advies: Anouk Bouwmeester anouk@industrielinqs.nl • 020 - 31 22 797 Deltavisie2013 is een samenwerkingsverband van:

Partners Petrochem Platform:

Leden Petrochem Platform:

Eventpartner:

www.deltavisie2013.nl 02_A4_Deltavisie.indd 2

19-03-13 15:53


Maint

NL

Het magazine van de NVDO

Maak technische beroepen weer aantrekkelijk | Sturen op gedrag voor meer verantwoordelijkheid | Onderhoud in tijden van crisis loont nog steeds 035_MA_NVDO_cover.indd 35

19-03-13 13:48


Krachtige software voor beheer & onderhoud

Bezoek Ultimo op Maintenance Next Stand 3200

Verbeter de structuur en de planbaarheid van het werk

Verleng de levensduur van assets op lange termijn

Vergroot het inzicht in kosten & prestaties w w w.ultimo.net/onderhoud JA AR

ultimo_uumadv_nl_22012013_297x210_01_proef.indd 1 036_ultimo.indd 1

26-02-13 09:40 12:17 19-03-13


van de voorzitter De NVDO verlaat het aluminiumgebouw in Houten! Ten gevolge van het faillissement van de Stichting Aluminium Centrum, heeft de NVDO besloten het pand te verlaten. Met pijn in het hart, nota bene in het NVDO-jubileumjaar, verlaat Europa’s eerste en inmiddels grootste onderhoudsplatform het unieke gebouw dat sinds 2004 het NVDO-thuis was. Vele onderhandelingen hebben niet geleid tot verlenging van de huidige huisvesting. De bijzondere architectuur en vernieuwende technologie gaven het gebouw een bijzonder karakter. Het vervulde een voorbeeldfunctie op het gebied van innovatief, industrieel, flexibel en duurzaam bouwen. Geïnspireerd door het Hollandse populierenlandschap en in het streven de lichtheid en sterkte van aluminium te accentueren, heeft de architect het gebouw geplaatst op 368 aluminium kolommen. In 1997 werd met het ontwerp begonnen om precies dertien jaar geleden de bouw te starten. De NVDO heeft negen jaar geschiedenis in het prestigieuze gebouw met een totaal netto vloeroppervlak van 880 vierkante meter, waarvan onze vereniging al die jaren een belangrijk deel bewoonde. In die negen jaar hebben we vanuit het hart van de vereniging uitbreiding van Secties gerealiseerd, zagen we collega’s vertrekken en nieuwe collega’s komen en werden vele waardevolle evenementen georganiseerd. Het gebouw was ook uw thuis, want velen van u wisten

de weg naar het NVDO Bureau te vinden. Voor Ronde Tafel Meetings, alle bestuursvergaderingen, cursussen of andere meetings was u regelmatig in het wereldwijd unieke pand welkom. De Stichting Aluminium Centrum heeft (wel en niet samen met de achterban) een lange strijd om haar bestaansrecht gevoerd. Het is helaas niet gelukt om te blijven bestaan en er werd dan ook een faillissement uitgesproken. Overleg met de bewindvoerder en curator heeft niet geleid tot beloning van de NVDO-voorstellen om het pand op korte termijn (deels) onder haar beheer te nemen. Om de kennis en het waardevolle netwerk van de Stichting Aluminium Centrum niet verloren te laten gaan, heeft de NVDO deze voormalige begunstigers een aanbod gedaan om die elementen binnen de NVDO voort te zetten. Een voorbeeld daarvan is de bijeenkomst van het NVDO Platform Materiaalkunde dat op 25 april plaatsvindt. Samen met mijn medebestuurders en de bureaumedewerkers heet ik u vanaf 1 april van harte welkom in ons nieuwe pand aan de Lange Schaft 7G, Houten.

Het gebouw was ook uw thuis, want velen van u wisten de weg naar het NVDO Bureau te vinden.

Bas. P. Kimpel Voorzitter

MaintNL 03 – 2013 37

037_MB_NVDO_Voorzitter.indd 37

19-03-13 13:51


Informatie en onderhoud

Gedrag sturen voor meer verantwoordelijkheid D.E Master Blenders 1753, internationale koffieblenders en makers van onder meer Douwe Egberts-koffie, behalen verrassende resultaten met het precies aansturen van operationele medewerkers op gedrag. Zó tot tevredenheid van iedereen, dat het in alle fabrieken internationaal is ingevoerd. Daarom introduceert het bedrijf het ‘sturen en verantwoorden’ nu óók in de Technische Dienst, beginnend met een pilot. Renske van den Berg ‘In 2005 begon D.E Master Blenders 1753 met lean manufacturing’, vertelt Henk Klijnstra, manager technical department bij Douwe Egberts Coffee Joure. ‘Tot die tijd hingen verbeteringen best vaak nog van individuen af: mensen die een slimme oplossing bedachten voor hun taak op hun plek. Er was eigenlijk niet een programma voor het structureel en bedrijfsbreed verbeteren van prestaties en terugdringen van verspilling.’ Lean manufacturing bracht in sommige fabrieken van de Master Blenders echt verbetering, maar in andere veel minder duidelijk. Ook stokte in sommige fabrieken na twee tot drie jaar de vooruitgang.

Belangstelling en waardering ‘Toen we gingen kijken waar dat aan lag, ontdekten we dat ‘lean’ vooral in de hoofden van het topmanagement zat, waar men de gróte verbeterkansen identificeerde en oppakte’, vertelt Klijnstra. ‘Maar de slag naar de werkvloer was nog onvoldoende gemaakt, terwijl bij de middenmanagers, operators en monteurs óók veel kleine verbeterkansen liggen.’ Dat kunnen we beter, dacht het bedrijf. ‘We besloten met het leiderschap van de middenmanagers aan de slag te gaan, zodat zij de operators goed kunnen coachen op hun taak.’ In dit proces ontdekte D.E Master Blenders 1753 dat taken en verantwoordelijkheden lang niet altijd voor iedereen duidelijk en

afgebakend zijn. ‘We zijn veel te snel geneigd om aan te nemen dat iedereen wel weet wat van hem verwacht wordt.’ De Master Blenders organiseerden gecoachte functioneringsgesprekken tussen middenmanagers en operators, waaruit bleek dat dat niet het geval is, vertelt Klijnstra. ‘Mensen willen vaak heel graag helpen met brandjes blussen en incidenten oplossen, met het gevaar dat daardoor hun eigenlijke taak soms achterop raakt.’

‘In 2005 zijn we begonnen met lean manufacturing. Tot die tijd hingen verbeteringen vaak van individuen af: mensen die een slimme oplossing bedachten voor hun taak op hun plek.’ Door ieders eigen taken veel meer tot op detail te beschrijven, maak je de taak beter controleerbaar voor de middenmanagers. En daarmee is ook het gedrag van de taakeigenaar beter aan te sturen. Dit beïnvloedt het werkproces heel gunstig, ontdekten de Master Blenders. Met machinerendement als voorbeeld, schetst Klijnstra de relatie tussen individueel gedrag en verbetering van een proces.

‘Stel, we willen meer halen uit een machine, die theoretisch honderd uur moet draaien, terwijl er in de praktijk 65 uur worden waargemaakt. Dan kijken we wie er allemaal invloed op de machine hebben en analyseren wat hun gedrag betekent voor de werking van de machine. Iedereen die met de machine te maken heeft, moet begrijpen dat zijn gedrag een stukje kan bijdragen aan het terugwinnen van die 35 procent. Dat het geheel beter werkt als je jouw taak daarin op orde hebt.’ Een van de schakels in een draaiende machine is bijvoorbeeld de magazijnmeester, schetst Klijnstra. Boekt hij inkomende reserve-onderdelen meteen bij ontvangst in het voorraadsysteem, of doet hij dat pas morgen? Legt hij ze gelijk na het inboeken op een vaste plek waar ze te vinden zijn? Zorgt hij meteen na vervanging van kritische onderdelen voor tijdige reparatie of inkoop van nieuwe spare parts? ‘Terwijl je dit stap voor stap analyseert, ben je ineens het hele gewenste gedrag van een magazijnmeester aan het benoemen en beschrijven. Een leidinggevende kan op regelmatig terugkerende vaste tijden vragen of deze taken zijn gelukt.’ Het voorbeeld maakt volgens Klijnstra helder dat het gewenste gedrag te sturen is door niet alleen te vertellen wát iemand moet doen, maar ook vrij precies hóe iemand dat moet doen. ‘Die manier van werken brengt ook goed in beeld wanneer en hoe het ene gedrag of proces gevolgen heeft voor het andere. Heeft iemand op een dag een taak niet kunnen doen, dan is door de verantwoordingsslag ook snel boven tafel waarom dat die dag niet ging. Bijvoorbeeld omdat iemand ergens anders moest helpen omdat er bij de storingsdienst iets mis was gelopen. Dan kan je vervolgens actie gaan ondernemen.’ Vinden medewerkers al dat ‘gedragsturen’ niet betuttelend? ‘Nee’, zegt Klijnstra. ‘Het

38 MaintNL 03 – 2013

038_39_41_MN_NVDO-artikel.indd 38

19-03-13 13:51


‘Lean’ zat vooral in de hoofden van het management, ontdekten de koffiemakers van D.E Master Blenders. Het project ‘sturen en verantwoorden’ heeft ervoor gezorgd dat de managers nu op de werkvloer medewerkers coachen en hen kunnen aanspreken op de verantwoordelijkheden.

is een heel actiegerichte aanpak. Mensen vinden het juist fijn dat de leidinggevende hen beter in staat stelt het werk goed te doen. Operators die op honderd dingen moeten letten, weten door het overleg bijvoorbeeld beter welke vijf taken het belangrijkst zijn en dat ze de rest vooral moeten monitoren. Hun werk loopt beter en hun leidinggevende vraagt er elke keer naar, dus geeft ook vaker een compliment. Er is structurele belangstelling voor ieders werk. Waardering voor goed gedrag wordt vaker uitgesproken en benoemd.’

Van ongepland naar gepland Het veranderen van de werkwijze vergt het aanleren van nieuwe werkgewoontes en dus de nodige tijd en inspanning. De gesprekken tussen leidinggevenden en operators worden eerst gecoacht, vertelt Klijnstra. Zijn de taken helder? Levert het

verantwoordingsgesprek zinvolle inzichten en aansturingen op? Wordt er een compliment gemaakt? ‘Dit alles heeft onze Operations dan ook enorme resultaten opgeleverd’, stelt de procesverbeteraar. ‘We maken precies wat we hebben gepland en verzenden dit op tijd. Ook het machinerendement verbeterde enorm.’ Het succes bij Operations is reden genoeg om ‘sturen en verantwoorden’ ook te introduceren bij de Technische Dienst. ‘Ook daar zien we de productiviteit van de medewerkers al toenemen. Er kwam al snel naar voren waar er tijdsverspilling zat. We kunnen nog veel meer effect uit de uren van monteurs halen met een verschuiving van ongeplande taken naar gepland onderhoud. Dat zien we nu ook al optreden.’ Eerste analyses voor de pilot die D.E. Master Blenders nu in de Nederlandse fabrieken

opbouwt, maakten duidelijk dat de capaciteit van de storingsdienst niet goed genoeg werd benut. ‘Toen we de tijdsbesteding van monteurs analyseerden, ontdekten we dat lopen, zoeken en vooral steeds weer overleg erg veel tijd kostten. Niet bepaald activiteiten met toegevoegde waarde voor een storingsdienst.’ Monteurs bleken niet van elke machine of elk proces de kennis te beheersen. Klijnstra: ‘De kennis wordt bij alle monteurs als bekend verondersteld, maar er bleek verbazingwekkend veel overleg nodig om een onderhoudstaak uit te voeren, ook bij de geplande taken. Een belangrijke conclusie is dus dat we te weinig proactief werken aan de kennis van onze monteurs.’ Het bedrijf zal dan ook na de scholing over sturen en verantwoorden een scholingsprogramma inrichten waarmee de Technische Dienst geschoold wordt in de machines en MaintNL 03 – 2013

038_39_41_MN_NVDO-artikel.indd 39

39

19-03-13 13:51


NEEM EEN ABONNEMENT EN KIES UW KADO! PT Industrieel Management is het magazine voor de maakindustrie. Engineering, manufacturing en supply chain management zijn de pijlers onder dit gezaghebbende tijdschrift. Als productiviteit en flexibiliteit uw uitdagingen zijn, dan leest u PT Industrieel Management. Neem nu een abonnement en profiteer van onze unieke aanbieding! w 50% KORTING op uw abonnement g gedurende het eerste jaar

€ 64,- korting op uw abonnement en het P Polytechnisch Zakboek tt.w.v. € 175,- GRATIS x

Bestel via www.sdu.nl/pti of vul de bon in en stuur hem naar Sdu Klantenservice, postbus 20014, 2500 EA Den Haag

Bes t el b on Ja, ik neem ___ abonnement(en) op PT Industrieel Management (PTI) en betaal slechts € 185,-* in plaats van € 249,Bovendien ontvang ik gratis de laatste uitgave van het Polytechnisch Zakboek (9789062287703) t.w.v. € 175,- (3825LP201)

Ja, ik neem ___ abonnement(en) op PT Industrieel Management (PTI) en ontvang 50% korting op mijn abonnement gedurende het eerste jaar. Ik betaal het eerste jaar slechts € 124,50* in plaats van € 249,- (3825LP202)

Organisatie______________________________________________________________________________________________________________________________________ Afdeling _______________________________________________________________________________________________________________________ Naam ___________________________________________________________________________________________________________________________________ m/v Adres_____________________________________________________________________________________________________________________________________________ Postcode en plaats ______________ _________________________________________________________________________________________________________ Telefoon __________________________________________________________________________________________________________________________________________ E-mail____________________________________________________________________________________________________________________________________________ Deze aanbieding is geldig tot 31-12-2012

* excl. btw, verzend- en administratiekosten

Wij verwerken uw gegevens voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst en om u van informatie te voorzien over Sdu Uitgevers en andere zorgvuldig geselecteerde bedrijven. Als u geen prijs stelt op deze informatie, kunt u dit melden bij Sdu Klantenservice, postbus 20014, 2500 EA Den Haag. Abonnementen gelden voor minimaal één jaar. Onze uitgaven zijn ook verkrijgbaar in de boekhandel. Voor meer informatie over onze leveringsvoorwaarden kunt u terecht op www.sdu.nl.

040_sdu.indd 1

19-03-13 09:40


processen. ‘Dat hebben we voor Operations ook gedaan. Dit ging vanwege de meer afgebakende taak wat sneller dan het scholen van monteurs voor een hele fabriek, maar toch gaat dit genoeg de moeite lonen’, stelt Klijnstra.

Standaardisatie Een andere winst die de verbetermanager verwacht, is standaardisatie van de werkprocessen. ‘In productiebedrijven zie je dat standaardisatie vaak in Operations goed is doorgevoerd: het bedienen van machines en aanvoeren van materiaal ligt meestal vast.’ Maar voor technische diensten is er volgens Klijnstra meestal juist weinig gestandaardiseerd. ‘Terwijl dat wel heel goed mogelijk is. Kijk maar naar de vliegindustrie, waar juist het onderhoud nooit mag falen.’ Klijnstra was achttien jaar luchtmachtofficier. ‘Het lijkt een beetje een keurslijf om dingen zo vast te leggen, maar als je stap voor stap kennis, taken en afspraken op papier zet, hoef je over die zaken niet steeds opnieuw na te denken en te overleg-

gen. Mensen varen wel bij die duidelijkheid. Het schept ruimte om de blik te richten op kennis die juist nog ontbreekt of taken waarvoor je tijd tekort komt.’

‘Het lijkt een beetje een keurslijf om dingen vast te leggen, maar als je stap voor stap kennis, taken en afspraken op papier zet, hoef je over die zaken niet steeds opnieuw na te denken en te overleggen. Mensen varen wel bij die duidelijkheid.’ D.E Master Blenders heeft de ex-officier in 2000 aangenomen omdat het bedrijf onderhoud niet als kostenpost wilde zien maar als ‘enabler’ voor hoog machinerendement. Dit ging gelijktijdig met de investering in

D.E. MASTEr BLENDErS 1753 D.E. Master Blenders 1753 heeft fabrieken in Nederland, België, Hongarije, Spanje, Polen, Brazilië, Thailand, en Frankrijk. Het bedrijf is met de fabrieken in Nederland lid van de betreffende NVDO-kringen, omdat daar samen met andere leden veel van elkaar te leren valt. Henk Klijnstra is persoonlijk betrokken bij de NVDO sinds 1990.

een onderhoudsbeheersysteem (SAP) en leverde al de nodige verbeteringen op. ‘Analyses geven je informatie. Over de meantime between failures (mtbf, red.) onder meer. De tijd die bijvoorbeeld verpakkingsmachines zonder stilvallen konden draaien, ging van drie minuten naar zestig minuten. Het maakt nogal uit of er elke drie minuten een monteur nodig is, of elk uur. Onze mtbf is al lange tijd jaarlijks aan het verdubbelen en dat einde is nog niet in zicht. Wel zetten we de machine daarvoor vaker gepland stil.’ Het sturen op gedrag is inmiddels voor Operations-afdelingen van alle fabrieken van D.E Master Blenders wereldwijd ingevoerd. Klijnstra: ‘In de zomer van 2012 is begonnen met de opbouw van de pilot voor de Technische Dienst in de Nederlandse fabrieken, met name in Joure. Dit proces gaat in twee jaar stapsgewijs langs alle werkprocessen: gepland onderhoud, ongepland onderhoud, materiaalbeheer en inkoop, projectmanagement en documentatiebeheer. Dit alles met het oog op verbeteringen in taakeffectiviteit, cost control en apparatuurbeschikbaarheid.’ Voor de operatie ‘gedrag sturen’ moet je de tijd nemen, adviseert Klijnstra andere bedrijven. ‘Er is volledig begrip nodig waarom we dit willen doen, een ‘mindshift’ bij de medewerkers ligt aan de basis van de veranderingen. Het werkt pas wanneer je samen met hen steeds dynamisch blijft schaven aan je systeem, zodat het ook van hén wordt.’ n MaintNL 03 – 2013

038_39_41_MN_NVDO-artikel.indd 41

41

19-03-13 13:51


Maintenance Manager of the Year

‘Onderhoudsdenken heeft olievlekwerking’ Tegenwoordig is Ed Koelemeijer programmamanager bij Luchthaven Schiphol. Maar deze Maintenance Manager of the Year 2006 zegt nog steeds profijt te trekken uit het ‘denken in asset­ management’. ‘Rekening houden met alle betrokkenen, het denken in risico’s en kansen, doordachte communicatie. Dat zijn allemaal zaken die bij het onderhoud een belangrijke rol spelen, maar ook bij mijn huidige werk zeer nuttig blijken.’ Teus Molenaar Destijds won Koelemeijer de prestigieuze prijs onder meer vanwege zijn inzet om een maximale beschikbaarheid van de middelen op de luchthaven middels onderhoud te bereiken. Dat hield in: niet meer een startbaan sluiten voor een aantal dagen om zaken aan te pakken, maar elke periode dat de baan niet nodig was voor de operationele activiteiten gebruiken om aan de slag te gaan. Ook voerde hij evidence based maintenance in: zoals de lampen pas vervangen als het nodig is; niet, zoals daarvoor gebruikelijk, als de door de fabrikant opgegeven brandurentijd was verstreken. Denken vanuit assetmanagement, denken out-of-the-box om te komen tot een maximale inzet van alle middelen. Dit alles bij

elkaar zijn aspecten die in zijn huidige rol nog steeds van pas komen. ‘Daarbij komt dat ik in die periode alle betrokkenen heb leren kennen. Met hen zit ik nog steeds rond de tafel en het scheelt dat we elkaar al langer kennen. Dat praat gewoon makkelijker.’

Waterkwaliteit Sinds 2008 is Koelemeijer programmamanager bij de luchthaven. Hij heeft op dit moment drie programma’s onder handen. Het eerst is het Programma Water. Op de achtergrond speelt de Europese Kaderrichtlijn Water die voorschrijft dat in 2015 alle oppervlaktewater moet voldoen aan eisen op het gebied van chemische en

CO2-PrEStAtiElADDEr De CO2-prestatieladder is ontwikkeld door ProRail en inmiddels omarmd door veel bedrijven en de overheid. Het instrument kent vier invalshoeken en vijf niveaus waarop een bedrijf kan scoren. Hoe hoger de score, hoe groter de kans dat een bedrijf bij een aanbesteding een klus krijgt toebedeeld. Er wordt gekeken naar het inzicht in het eigen CO2-beslag, de CO2reductie (als vastgelegde ambitie), transparantie (de manier waarop een bedrijf daarover intern en extern communiceert) en de deelname aan initiatieven (de mate waarin een bedrijf met collega-bedrijven samenwerkt op het gebied van CO2-reductie). Leveranciers die goed presteren, krijgen daarvoor een beloning. Op basis van hun gecertificeerde niveau krijgt een bedrijf dat op niveau 1 t/m 5 zit bij ProRail een voordeel van tussen de één en tien procent van de inschrijfprijs.

biologische kwaliteit van het water. ‘Aan de biologische kant doen wij niet zoveel’, zegt Koelemeijer, ‘want wij willen het water niet aantrekkelijk maken voor vogels; dat geeft alleen maar problemen.’ Vier thema’s spelen bij dit programma een rol, aldus Koelemeijer. Het vliegveld ligt in een polder dus is het de eerste taak droge voeten te houden. Het tweede heeft met de kwaliteit van het oppervlaktewater te maken. Het derde is ‘meer doen met water’. Koelemeijer: ‘Daarbij moet je denken aan het gebruik van water voor energieproductie.’ Het vierde thema is de relatie tussen oppervlaktewater en de ruimtelijke ordening van de luchthaven. ‘We willen de ganzenoverlast zoveel mogelijk beperken. Daar moet je rekening mee houden bij het bepalen van locaties voor waterpartijen.’

‘We hebben een test gedaan - samen met KLM om de vliegtuigmotoren te laten draaien op honderd procent biodiesel van de tweede generatie. Dat is goed gelukt. We willen nu toe naar dertig procent bijmenging.’ De-icing onder de loep Het is een lange winter, verzucht Koelemeijer. Dat betekent dat de vliegtuigen moeten worden ontdaan van ijs. Dat gebeurt al bij drie graden boven nul, en alle temperaturen daaronder. ‘Dat gebeurt op een speciaal hiervoor ingericht platform, waar we alle vloeistoffen opvangen. Maar er blijven altijd druppels aan het vliegtuig zitten die er pas afgaan bij het taxiën naar

42 MaintNL 03 – 2013

042_43_ME_NVDO-artikel.indd 42

19-03-13 16:24


MMY 2006 Ed Koelemeijer is inmiddels geen maintenance manager meer, maar programmamanager bij Luchthaven Schiphol. Zijn onderhoudservaring komt wel van pas: ‘Rekening houden met alle betrokkenen, het denken in risico’s en kansen, doordachte communicatie. Dat zijn allemaal zaken die bij het onderhoud een belangrijke rol spelen, maar ook bij mijn huidige werk zeer nuttig blijken.’

de startbaan. Dat komt in het oppervlaktewater terecht. Het materiaal is wel biologisch afbreekbaar, maar gebruikt daarvoor veel zuurstof dat het uit het water haalt. Hierdoor halen we niet de benodigde chemische kwaliteit. We gebruiken nu een vloeistof die vier keer minder zuurstof nodig heeft voor de afbraak. Hetzelfde geldt voor de sneeuwbestrijding op de platformen en banen. We gebruiken nu een vloeistof die vier keer minder zuurstof nodig heeft voor de afbraak’ Bovendien is er een calamiteitenplan opgesteld. Dit voorziet in het pompen van zuurstofrijk water naar zuurstofarm water als dat nodig is. ‘Maar dat beperken we tot een minimum.’

Energie uit water Een ander onderwerp dat met water te maken heeft, is nu ondergebracht in het programma Duurzame Energie. Aan de noord- en zuidzijde van de luchthaven lopen grote waterleidingen. Deze zjin bestemd voor het vervoer van water uit de

lek bij Nieuwegein naar de duinen bij Vogelenzang, alwaar het fijnkorrelige zand zorgt voor filtratie. De nabijgelegen drinkwaterfabriek pompt het na filtratie weer op, maakt er drinkwater van en pompt het naar de stad Amsterdam. Die leiding loopt ook langs Schiphol. ‘De waterleidingmaatschappij wil dat het water in de winter een paar graden warmer is. Want dan is de dichtheid van het water wat lager en kan het makkelijker in de duinen wegzakken’, legt Koelemeijer uit. ‘De koude die daarbij vrijkomt, slaan we op via een warmte-koude-opslagsysteem en benutten we in de zomer om de terminals te koelen. Want tegenwoordig hebben we meer koeling nodig dan verwarming, door het toegenomen aantal reizigers en elektronische apparatuur. We hebben hier onderzoek naar laten doen en de uitkomsten zijn gunstig.’ Bij dit programma past ook het streven om geen afval van de luchthaven naar de stortplaats te brengen. ‘Op dit moment zitten we in Nederland op tachtig procent hergebruik,

zestien procent van het afval wordt ingezet voor energie-opwekking en vier procent gaat naar de stortplaats. Uiteraard willen we het storten naar nul terug brengen. Om deze doelstellingen te bereiken, heeft de luchthaven overleg met een aantal strategische partners, zoals Van Gansewinkel, maar ook met de Koninklijke BAM, VolkerWessels, Heijmans, Vanderlande, Cofely, Siemens en Asito. Wij willen dat alle leveranciers de CO2-prestatieladder toepassen.’ in dit programma valt eveneens het zoeken naar de mogelijkheid om fosfaat uit het zuiveringsslib van de afvalwaterzuiveringsinstallatie te halen en te hergebruiken als kunstmest voor al het groen dat op de luchthaven aanwezig is. Natuurlijk overlegt Koelemeijer ook met betrokkenen om al het maaisel van de luchthaven te gebruiken om biogas op te wekken.

Accuwissel Het derde programma betreft ‘Duurzame Mobiliteit’. De ambitie is om in 2020 het niveau van de CO₂-uitstoot op de luchthaMaintNL 03 – 2013

042_43_ME_NVDO-artikel.indd 43

43

19-03-13 16:24


Maintenance Manager of the Year

ven te hebben teruggebracht naar zeventig procent van het niveau in ijkjaar 1990. De groei van het verkeer naar, van en op Schiphol moet daarin verdisconteerd zijn. Hiermee voldoet Schiphol aan de eisen die de overheid stelt. De vliegtuigen hebben al zuinigere en schonere motoren of staan op de lijst voor vervanging. Koelemeijers aandacht is vooral gericht op het wegverkeer. Waarbij de luchtkwaliteit op Schiphol mede bepalend is. Dan gaat het vooral om NOx en fijnstof. ‘We hebben een test gedaan samen met KlM - om de motoren van diverse voertuigen en ander materieel te laten draaien op honderd procent biodiesel van de tweede generatie. Dat is goed gelukt. We willen nu toe naar dertig procent bijmenging. Wat ons nog tegenhoudt, zijn de duurdere prijs van biodiesel en de huiver van de motorenfabrikanten om garanties te geven. Dit proces zit nu in de besluitvormingsfase.’ Maar die biodiesel heeft nauwelijks invloed op stikstofuitstoot en fijnstof. ‘Daarvoor moet je toch echt elektrisch gaan rijden. We hebben voor de taxi’s een overeenkomst gesloten met Better Place dat de accu’s in zeven minuten omwisselt, zodat de taxichauffeur nauwelijks meer

tijd kwijt is dan wanneer hij zou tanken. We denken er nu aan om iets dergelijks op het vliegveld zelf te gaan bouwen voor de bagagekarretjes. in de bagagekelder zijn die al volledig elektrisch, vanwege de ArBO-eisen. Op het platform willen we dit nu ook in samenwerking met KlM en overige afhandelaren gaan doen.’

‘Ook bij de aanschaf van nieuw materiaal en materieel, en bij de opstart van projecten, is meer aandacht voor de onderhoudsaspecten.’ Voor de bussen die reizigers vervoeren naar vliegtuigen die niet aan de terminal staan, wil de luchthaven ook naar elektrische exemplaren. ‘Binnenkort is er een tender voor de aanschaf van 35 elektrische bussen. ik ben benieuwd wie daarop inschrijven.’ Voor de bussen is het niet nodig om een accuwisselstation te maken. ‘Er zijn pieken waarin ze worden ingezet; en in de tussentijd worden de accu’s opgeladen.’

Matrixdenken Of hij nog iets heeft gemerkt destijds van zijn verkiezing tot Maintenance Manager of the Year 2006? ‘Nou, ik heb wel gemerkt dat binnen de organisatie het belang van goed doordacht onderhoud is toegenomen. Ook bij de aanschaf van nieuwe infrastructuur, vastgoed, materiaal en materieel, en bij de opstart van projecten, is meer aandacht voor de onderhoudsaspecten. Er wordt meer gedacht in total Cost of Ownership dan voorheen. Wat dat betreft heeft het onderhoudsdenken een olievlekwerking.’ Hij doelt dan met name op het opstellen van matrices waarin alle aspecten die met de beschikbaarheid, betrouwbaarheid, omgevingsfactoren en veiligheid te maken hebben, worden meegenomen. ‘Dat denken is toch vanuit maintenance geïnitieerd’, zegt hij. ‘En nu zie je dat het ook in andere bedrijfsonderdelen een rol gaat spelen. Ook de verzuiling van bedrijfsonderdelen begint te vervagen. Mensen en afdelingen gaan meer samen oplossingen bedenken en leren daardoor meer rekening met elkaar te houden. Dat communicatie tussen en over afdelingen heen erg belangrijk is, komt uit de onderhoudswereld. Je ziet nu dat het inzicht in het belang daarvan toeneemt.’ n

44 MaintNL 03 – 2013

042_43_ME_NVDO-artikel.indd 44

19-03-13 16:25


Column Samenwerken of geld verdienen Ik werd laatst benaderd door mijn concurrent, zonder namen te noemen: ‘een andere grote machinebouwer’. Hij had een grote order die hij niet alleen kon verwerken en vroeg of ik wellicht nog bij kon springen met kennis en kunde. Ik zag de bui al hangen, want buiten het feit dat ik de betreffende order graag zelf had binnengehaald, had ik al het idee dat hij zijn beloftes nooit waar zou kunnen maken. En nu wordt mijn gelijk dus maar weer bevestigd. De opdrachtgever had namelijk ook wat gelezen over economisch meest voordelige inschrijving, EMVI, die de Rijksoverheid bij zijn aanbestedingsprocessen hanteert en dat leek hem ook wel een goede meetlat. Nu bleek dat mijn concurrent een heel hoge EMVI-score had omdat hij zeer lage uitvaltijden beloofde. Ik had zelf ook wel een en ander nageplozen en dacht op een andere manier te scoren: ik heb namelijk een monteur met een heel snel busje die ook nog eens vlak bij de opdrachtgever woont. Als er dus problemen zijn, kan hij zeer snel de storing verhelpen. Volgens mij pragmatischer en realistischer dan het voorkomen van uitval, maar die mening is blijkbaar niet iedereen toegedaan. Dat er meer moet worden samengewerkt, snap ik ook wel. Maar dan vooral binnen de onderneming. Onze productieafdeling houdt nog steeds de kaarten voor de buik als er afspraken moeten worden gemaakt over maintenancebudgetten. Men is bang dat budgetten voor het onderhoud ten koste gaan van het eigen budget en dat de onderhoudsafdeling gaat bepalen wat voor soort machines ze zouden moeten kopen. Waar ik ze niet eens ongelijk in geef. Want wie is nu eigenlijk de expert? Maar maintenance zou wel moeten kunnen aangeven welke repeterende storingen ze tegenkomen en waar dat dan aan ligt. Communiceren, mensen! Ik heb de ‘andere machinebouwer’ wel uitgenodigd voor een gesprek, maar al gaandeweg kwam ik er achter dat

onze ideeën toch wel heel ver uit elkaar liggen. Zo wilde hij zijn machines vol gaan stoppen met sensoren. Nu weet ik toevallig wat dat kost en daarmee welke marges er langzaamaan opdrogen. ‘Maar dat verdienen we terug in de servicekosten’, verzekerde hij me. Ja, hij is waarschijnlijk even vergeten dat hij straks juist minder verdient aan servicediensten omdat die service helemaal niet meer nodig is. Zo snijd je in je eigen vingers. Hij verzekerde me echter dat de klant juist wilde betalen voor beschikbaarheid in plaats van de traditionele storingsdiensten. Dat lijkt mij eerlijk gezegd een beetje te mooi om waar te zijn. Maar nu komt het mooiste: dat risico wilde mijn concurrent ook nog wel met de klant delen ... Dus daarvoor had hij me nodig. Kon ik als achtervang dienen als zijn mooie contract toch niet zo mooi bleek te zijn. Hij verzekerde me echter dat hij alle risico’s allang in kaart had gebracht en dat onze samenwerking veel meer om gedeelde expertises ging dan om gedeelde risico’s. Er moesten wat engineering changes worden doorgevoerd om kinderziektes uit het ontwerp te halen en daarvoor had hij input van mijn engineers voor nodig. Zij werkten namelijk veel aan zijn machines. En daar had ik hem tuk. Want als zijn machines nu zo betrouwbaar waren, waarom moesten mijn mensen dan zijn machines opknappen? Bleek dat er wel een oplossing was voor de meest voorkomende problemen die zijn machines hadden, maar dat die oplossing berustte op een patent dat wij jaren geleden hebben vastgelegd. Kortom; ik heb hem vriendelijk bedankt en gezegd dat de opdrachtgever vanzelf wel zou aankloppen als zijn machines toch niet zo goed bleken te zijn als was beloofd. Samenwerken is goed, maar geld verdienen is beter.

Als zijn machines nu zo betrouwbaar waren, waarom moesten mijn mensen dan zijn machines opknappen?

Ing. Frans Stokbrood Directeur FS Virtual Enterprise

MaintNL 03 – 2013

045_MF_NVDO-Column.indd 45

45

19-03-13 16:25


Nieuws

Vraag naar staal blijft zwak in 2013, vooral in Europa Met het aantrekken van de Chinese en Amerikaanse economie zal de vraag naar vooral de cyclische grondstoffen (zoals basismetalen) toenemen. De opleving van deze vraag zal echter vrij bescheiden blijven, omdat de groei van het mondiale BBP en de wereldhandel nog onder hun historische gemiddelde blijven. Bovendien betekent de overgang van China naar een meer consumentgedreven economisch groeimodel een minder intensieve groei van de vraag naar grondstoffen. Dit staat beschreven in de ABN Amro Monitor Industriële Metalen. De productie van aluminium zal in 2013 verder toenemen; er wordt een groei verwacht van 7,3 procent jaar-

op-jaar. Het verbruik zal ook toenemen in 2013, maar in een lager tempo dan de productie: 6,2 procent op jaarbasis. Dit zal resulteren in een overaanbod van aluminium en dit zal de prijs drukken. Maar net als bij de prijsontwikkelingen in andere basis-

Nederlandse Bouwpluim 2013 voor Poort van Bunnik

Het project A12 Utrecht Lunetten-Veenendaal heeft de Nederlandse Bouwpluim 2013 gewonnen in de categorie grond-, weg- en waterbouw. De Stichting Nederlandse Bouwpluim waardeert inspirerende voorbeeldprojecten voor een betere teamvorming en samenwerking tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers bij grootschalige bouwprojecten. Carel van Belois, Rijkswaterstaat: ‘Het consortium Poort van Bunnik (een samenwerking van een aantal BAM-bedrijven, red.) en Rijkswaterstaat hebben de menselijke maat in dit project gebracht. Dit heeft niet alleen sympathie en medewerking opgeleverd, maar ook de kwaliteit van het project vergroot.’ Het project verloopt tot nu toe succesvol. Het DBFM-contract heeft gezorgd voor een vervroegde oplevering van de extra rijstroken van twee jaar. De projectambities van Poort van Bunnink bestonden uit een maximaal tevreden omgeving, een maximaal tevreden weggebruiker en een snelle extra wegcapaciteit. Rijkswaterstaat stelde als voorwaarde de (beleving van) hinder te managen. Dat vergde een goede communicatie en innovatieve oplossingen. Poort van Bunnink stelde zelf voor contractuele referentiekaders vast te leggen: 75 procent van de stakeholders, zoals bewonersorganisaties, ondernemersverenigingen, natuur- en overheidsorganisaties, zouden tijdens het bouwtraject tevreden moeten zijn. Er werd een percentage van 95 procent behaald. Dit door wederzijdse flexibiliteit in de uitvoering en in de inzet op snelle operationele besluitvorming door alle samenwerkende organisaties.

metalen, wordt de prijs voor aluminium ook voor een groot deel bepaald door macro-economische ontwikkelingen in de belangrijkste economieen. Zo brengen verbeteringen van de industriële productie, de PMI’s en de bekendmaking van positieve economische ontwikkelingen (uit met name China en de VS) ondersteuning voor de aluminiumprijs. Begin februari stond de koperprijs op een hoog niveau van USD 8.255/ton, het hoogste punt sinds oktober 2012, ondersteund door goede industriële productiecijfers van de VS en China. Bij dergelijke hoge prijzen is de handel op de fysieke markt zwak en inkopers hebben maar beperkte prikkels om materiaal in grote volumes in te slaan. Daarom was het niet verrassend dat aan de bestaande opslagplaatsen grote hoeveelheden koper werden toegevoegd. Sinds november 2012 zijn de voorraden bij opslagplaatsen non-stop toegenomen. Het volume nam met 60 procent toe tot en met begin februari 2013. Ondanks deze enorme toename van het volume bij de opslagplaatsen zijn de voorraden nog steeds relatief laag en vertegenwoordigen ze slechts twee weken van de consumptie. De marktomstandigheden blijven uitdagend in Europa, vooral voor staalfabrieken met een sterke focus op traditionele sectoren, zoals de autoindustrie en de bouw. In andere regio’s zijn het economische vooruitzichten relatief beter. Omdat de vraag naar staal in Europa naar verwachting niet spoedig zal herstellen tot precrisis-niveaus (en zelfs niet op middellange termijn) zullen veel staalfabrieken bezuinigingen aankondigen.

46 MaintNL 03 – 2013

046_47_MJ_NVDO_neuws.indd 46

19-03-13 13:50


Nieuws

Stabilisatie in meeste sectoren in 2013 Alleen de zorg en de agrarische sector groeien in 2013. Beide sectoren zijn nauwelijks afhankelijk van de economische conjunctuur. De groothandel, industrie en de transportsector wisselen de krimp van 2012 in voor nulgroei in 2013. De zeer beperkte exportgroei kan de negatieve effecten van de dalende binnenlandse bestedingen voor deze sectoren maar beperkt compenseren. Ook de detailhandel en de horeca gaan gebukt onder de afnemende koopkracht. Dit stelt het ING Economisch Bureau in het onlangs verschenen kwartaalbericht sectoren. Naar verwachting laten de voor een groot deel van het buitenland afhankelijke sectoren groothandel, industrie en transport in 2013 een nulgroei zien. Door de beperkte groeiverwachtingen in Duitsland en België en de aanhoudende krimp in verschillende Zuid-Europese landen blijft de export dit jaar nog wel groeien, zij het op een lager niveau. De chemische industrie sprong er in 2012 bovenuit met een volumegroei van 5 procent. In 2013 gaat ING wel uit van een krimp van 1 procent. Het ondernemersklimaat in de transportsector bereikte eind 2012 een dieptepunt. Vooral de vooruitzichten van het volume in het wegvervoer zijn ongunstig omdat hier

de dalende consumentenuitgaven en de krimp in de bouwsector hard doortikken en het internationale marktaandeel daalt. Zeehavens zagen in 2012 de overslag wel licht groeien. De zakelijke dienstverlening laat in 2013 een krimp van 0,5 procent zien. Met name kennisintensieve dienstverleners zoals accountantskantoren kampen al langer met teruglopende omzetten. Ook ingenieursbureaus zien de omzet door afnemende investeringen verder dalen. Uitzenders kunnen in 2013 een licht herstel verwachten als de vraag naar flexibel personeel in de industrie aantrekt. Voor de bouw en de detailhandel wordt ook 2013 weer een lastig jaar. De consument houdt door de dalende koopkracht zijn bestedingen scherp in de gaten.

Gemeente Nijmegen wint eerste MKB INFRA Aanbestedings Award De MKB INFRA Aanbestedings Award is gewonnen door de gemeente Nijmegen. Deze gemeente is volgens de jury de meest mkb-vriendelijke aanbesteder van infrastructurele werken. De gekozen aanbestedingsprocedures, de bijbehorende gunningscriteria en de objectieve geanonimiseerde beoordeling van kwaliteit en inschrijfprijs zijn bij de gemeente Nijmegen dusdanig verankerd in de ‘bedrijfscultuur’ dat hier terecht kan worden gesproken van een level playing field voor mkb en grote bedrijven, zo motiveerde de juryvoorzitter de keuze van de jury. De gemeente Nijmegen ontving de MKB INFRA Award met certificaat uit handen van MKB INFRA-

voorzitter Daan Stuit. Naast de gemeente Nijmegen maakte de jury bekend de provincie Overijssel en het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden genomineerd te hebben voor de MKB INFRA Aanbestedings Award. De jury noemde de opdrachtgevers een voorbeeld en inspiratiebron voor andere aanbesteders van infrastructurele werken. De gelijkwaardigheid van deze drie inzendingen maakte de keuze van de winnaar een lastige. De uitslag is uiteindelijk bepaald door accentverschillen in de wijze waarop het mkb-vriendelijke karakter van het aanbestedingsbeleid door opdrachtgevers is gemotiveerd, maar ook door de wijze waarop dat in het aanbestedings-

beleid voor de jury verifieerbaar is vastgelegd. Volgens de jury is de Awardwinnaar 2012/2013 een professionele aanbesteder en opdrachtgever, die in haar aanbestedingsbeleid nadrukkelijk een gelijk speelveld voor mkb-infrabedrijven heeft vastgelegd. Hierbij krijgt ook het regionale en lokale mkb ruimte om opdrachten te verwerven en beschikt de gemeente over vakinhoudelijke deskundigheid van infrastructurele werken. Met marktpartijen wordt periodiek overlegd, waardoor met kennis en ervaring van de markt vernieuwende oplossingen worden gecreëerd en doelmatigheid van aanbestedingen wordt verbeterd. De gemeente Nijmegen voorziet verder in een realistische selectie en objectiviteit bij gunning, waarbij wordt geanticipeerd op de nieuwe Aanbestedingswet en de toepassing van de Gids Proportionaliteit. Het is voor het eerst dat MKB INFRA deze Award uitreikt. De instelling van deze tweejaarlijkse prijs heeft tot doel opdrachtgevers uit (semi)overheden te stimuleren mkb-bedrijven betere kansen op opdrachten in de grond-, weg- en waterbouw te geven. MaintNL 03 – 2013

046_47_MJ_NVDO_neuws.indd 47

47

19-03-13 13:50


BEHEER EN ONDERHOUD ASSET MANAGEMENT VEILIG WERKEN GROOTSTE ONDERHOUDSPLATFORM VAN EUROPA WET- EN REGELGEVING BELANGENBEHARTIGING INNOVATIE INFRA, ONROEREND GOED PROCESINDUSTRIE FOOD, BEVERAGE & FARMA MARITIEM, ONDERWIJS OVERHEID, FLEET MANUFACTURING INSPECTIEPLATFORM KENNISDELING NETWERK, FYSIEK & DIGITAAL ASSET OWNERSTOELEVERANCIERS MAINTENANCE ACADEMY

Kennis is onze kracht

nvdo.nl 048_werving_basis.indd 1

19-03-13 09:39


Cursussen

Kennis is onze kracht! Inschrijven kan eenvoudig via de Maintenance Academy op www.nvdo.nl Locatie: NVDO Verenigingsgebouw, Houten 17 april Storingsanalyse, maar dan Anders! De NVDO-cursus ‘Storingsanalyse, maar dan Anders!’ biedt deelnemers een complete aanpak voor het effectief en efficiënt oplossen van storingen. Deelnemers worden getraind in een stap voor stap aanpak, een systematische manier van denken voor het analyseren en oplossen van storingen. De deelnemer krijgt daarbij antwoord op de volgende vragen: • Hoe meld ik storingen duidelijk en welke vragen moet ik (mezelf) stellen om ervoor te zorgen dat ik alle relevante informatie verzamel die nodig is voor het oplossen van de storing? • Op welke wijze kan ik alle gegevens met betrekking tot een storing het beste (visueel) vastleggen, zodat de feiten door iedereen eenvoudig begrepen worden? • Hoe kan ik een nog niet opgeloste storing zorgvuldig overdragen aan een collega, zodanig dat hij direct met de analyse kan beginnen? • Hoe pak ik de analyse van de storing efficiënt en effectief wijze aan, zonder voorbarige conclusies te trekken? • Hoe bepaal ik op basis van de beschikbare informatie de juiste storingsoorzaak, zonder te vervallen in een aanpak van ‘trial and error’? • Hoe bepaal ik de beste maatregelen om de storingsoorzaak weg te nemen? Tijdens deze eendaagse cursus worden eigen ervaringen uitgewisseld. De deelnemers krijgen een beeld van hun huidige werkwijze bij het analyseren van storingen. Vervolgens wordt stap voor stap een systematische aanpak voor storingsanalyse getraind. Daarbij worden korte stukken theorie steeds afgewisseld met vele praktische voorbeelden en oefeningen om vaardigheid te ontwikkelen in een kritische aanpak.

16 en 17 mei Duurzaam Spare Parts Management; Voorraadbeheersing 2.0! Met duurzaam spare parts-management streven we naar het vermijden van onnodige voorraden op korte én lange termijn. En het tegengaan van verspillingen heeft niet alleen betrekking op direct meetbare kosten, maar ook op financiële en economische neveneffecten zoals onnodig verbruik van grondstoffen en energie en het vernietigen van in reservedelen opgesloten toegevoegde waarde. Deze tweedaagse cursus leert u een goed inzicht te krijgen in de technieken en methoden van duurzaam spare parts-management; Voorraadbeheersing 2.0!

Onderwerpen: • Een visie op duurzaam spare parts-management en onderhoud • Het organiseren van duurzaam spare parts-management • De afhankelijkheden van andere bedrijfsfuncties • Risicomanagement en materiaalcategorieën • Voorraadstrategieën en bestelformules • Inkopen van artikelen ten behoeve van onderhoud • Het beheren van artikelen in het magazijn • Administratie van de voorraad- en artikelgegevens • Voorraadbeheer en informatiesystemen • Optimalisatie en kostenreductie • Het meten van het effect van duurzaam spare partsmanagement • Stappenplan voor verbeteringen De aangeboden theorie wordt verduidelijkt met praktijkvoorbeelden en wordt bovendien afgewisseld met oefeningen en cases, waarbij deelnemers ook hun eigen kennis en ervaring kunnen delen. Er is bovendien ruimte om problemen, waarmee de deelnemers in de eigen praktijk te maken hebben, te bespreken. Deze intensieve en interactieve cursus is bestemd voor alle functionarissen die bij het voorraadbeheer betrokken zijn: medewerkers Technische- en Onderhoudsdienst, financieel-administratieve medewerkers, bedrijfscontrollers, medewerkers inkoop en medewerkers bedrijfsbureau.

Start 23 mei Leergang vaardigheden voor Reliability& Maintenance Engineering! Al ruim 12,5 jaar organiseert de NVDO, samen met CoThink, de leergang Vaardigheden voor Reliability & Maintenance Engineering (R&ME). Binnenkort start leergang 24 van deze succesvolle opleiding. Vanaf het begin heeft het vaardig maken van deelnemers in het gebruik van methoden zoals RCA en RCM centraal gestaan. Niet alleen om deze methoden zelfstandig te kunnen toepassen, maar ook om deze te kunnen gebruiken in een rol als facilitator. Sinds kort worden deelnemers, als formeel onderdeel van hun leertraject, geconfronteerd met de opdracht een RCA te faciliteren buiten hun eigen organisatie. De ervaringen met deze opdrachten, van zowel deelnemers als de bedrijven waarbij zij faciliteren, zijn zeer positief. Tijdens de leergang wordt de deelnemer vaardig in het toepassen van methodische benaderingen voor het oplossen van lastige vraagstukken. Daarbij wordt aandacht besteed aan het vergroten van de persoonlijke effectiviteit en aan het onbevangen leiden van verbetergroepen. Na afloop van de leergang beschikt het bedrijf over een doelgerichte, slagvaardige verbeteraar. MaintNL 03 – 2013

049_MI_NVDO_cursussen.indd 49

49

19-03-13 13:50


Onderhoud en assetmanagement

Maak technische beroepen weer aantrekkelijk In vijftig jaar kan veel gebeuren. Hoewel Herman Ardesch (66) en Hans van Selm (63) niet al die vijftig jaar in het onderhoudsvak hebben gezeten, kunnen ze wel een goed beeld geven van de positieve en negatieve ontwikkelingen in het vak. Zo zijn de veiligheid en betrouwbaarheid aanzienlijk toegenomen, met name door maintenance integraal onderdeel te maken van assetmanagement. Toch maken beide heren zich zorgen over de aanwas van nieuw talent en ook het kennisniveau mag wel omhoog. Ingrid Rompa Ardesch is – ondanks zijn pensionering – nog steeds actief binnen de NVDO. Hij zit in de clubkring Overijssel. ‘Zolang je er bent, moet je de wedstrijd meespelen’, lacht hij. In zijn carrière in de elektrotechniek heeft hij tien jaar met tussenpozen buiten Nederland gewerkt; Afrika, het MiddenOosten enzovoorts. Zijn laatste functie was productiedirecteur bij het Amerikaanse bedrijf Eaton in Hengelo. Het zit Ardesch onder meer heel hoog dat veel fabrieken zijn gesloten in Nederland. ‘En de mensen zijn ook niet meer nodig’, meent hij. ‘We moeten ervoor zorgen dat we weer industrie krijgen, en weer kunnen exporteren. Maar dat komt volgens mij nooit meer terug. De uurlonen zijn veel te hoog, dus de industrie brokkelt verder af. Als we doorgaan met het industriebeleid zoals we dat nu kennen, dan weet ik niet waar we straks van moeten bestaan.’

Bureaucratie Volgens Ardesch is in Nederland geen industrie meer te bedrijven door de bureaucratie. ‘Ik heb er zelf ook aan meegedaan om afdelingen dicht te doen en te verplaatsen naar Hongarije. Of naar Singapore of China. Ik heb daar geen spijt van, omdat Nederland niet anders wil. En dan moet je er geen energie in steken, want dat lost niets op.’ Vooral de landen die er door de Amerikanen bovenop zijn geholpen na de

Eerste- en Tweede Wereldoorlog - Japan, Zuid-Korea, Duitsland - zijn nu de sterkste economieën van de wereld, stelt Ardesch. ‘Zij hebben een visie. Nederland niet. Wij raken alle industrieën kwijt. Bijna alle machines komen tegenwoordig uit het buitenland, terwijl we ze vroeger zelf maakten.’ In het buitenland worden nog wel Nederlandse fabrieken gebouwd, maar niet meer door technische mensen uit Nederland. ‘Het gevolg is gebrek aan werkervaring en dat is jammer. Vroeger werkten in bedrijven die dieselmotoren maakten honderden mensen. Je had een engineeringafdeling, een montageafdeling, een productieafdeling en een serviceafdeling. En die mensen hadden een lange opleiding in de fabriek. De technische mensen waren gespecialiseerd. Dat is een enorm voordeel. Tegenwoordig doen ze maar wat. En dat gaat ten koste van de kwaliteit. Je ziet het aantal stroomstoringen in Nederland toenemen. Ik ben zelf op 16-jarige leeftijd begonnen als elektromonteur. Ik deed praktijkervaring en via avondschool ben ik gaan studeren. De medewerkers hebben tegenwoordig heel veel kennis, maar ze zijn al 26 jaar als ze van de universiteit afkomen. En dan moeten ze het nog in de praktijk brengen.’ Toen hij weg ging bij Eaton, waren er twee mensen fulltime in dienst om mensen op te leiden binnen het bedrijf. ‘Heel veel bedrijfsscholen zijn inmiddels gesloten

omdat er geen belangstelling meer is voor technische beroepen. Veel schoolverlaters kiezen voor de administratieve sector of de computerindustrie.’ Daarom is het belangrijk dat kinderen een goede schoolopleiding krijgen, meent Ardesch. ‘Maar het staat en valt met onze regering, want die moet daarvoor zorgen. En stimuleren dat leerlingen exacte vakken kiezen, zodat ze terechtkomen in technische beroepen.’ Volgens Ardesch ligt de oorzaak van het huidige tekort aan technisch personeel onder meer bij het onderwijs. ‘Ik hoorde een paar jaar geleden dat er 40.000 dropouts zijn. Belachelijk. Vroeger was dat er niet bij. Toen ging je naar school en iedereen leerde een vak.’

‘Je moet zorgen dat je je eigen mensen hebt waarmee je een uniek product maakt, zodat je daarmee scoort’ Toename zzp’ers Ardesch maakt zich ook zorgen om de toename van het aantal zzp’ers. ‘Dat is een slechte zaak. Het is allemaal oppervlakkig; er is geen verbreding meer. Ik heb niets tegen zzp’ers, maar ze hebben enkel toegevoegde waarde voor het produceren en assembleren. Er moet veel meer kennis binnen de bedrijven blijven.’ Mensen vast op de payroll hebben, is niet duurder dan zzp’ers inhuren, stelt hij. ‘Want in de techniek ga je geen research en development doen om alles uit te besteden. Dat heeft geen toegevoegde waarde. Je moet zorgen dat je je eigen mensen hebt waarmee je een uniek product maakt, zodat je daarmee scoort. Bedrijven moeten bovendien veel meer klantgericht en servicegericht zijn.’

50 MaintNL 03 – 2013

050_51_53_MK_NVDO-artikel.indd 50

19-03-13 13:50


Ardesch is wel heel positief over de veiligheid bij Nederlandse bedrijven. ‘Die is met sprongen verbeterd ten opzichte van vroeger’, knikt hij. ‘We hebben een Arbo-wet gekregen en dat is goed. Vroeger deed je maar wat. Ook bij Eaton wordt scherp gelet op de veiligheid. Op het hele terrein van 25 hectare wordt niet meer gerookt. Bovendien moet iedereen veiligheidsschoenen dragen, ook de bezoekers. Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen is aanzienlijk verbeterd. En dat is goed. Je moet er toch niet aan denken dat iemand een ongeluk krijgt in je bedrijf. Iedereen wil ’s avonds graag weer gezond naar huis.’

Visie Ook bij Hans van Selm staat veiligheid hoog in het vaandel. In zijn carrière bij Shell en NAM heeft hij veel te maken gehad met productie, onderhoud en technische integriteit. Maar hij heeft ook een aantal uitstapjes gemaakt naar de functie HSE-manager (Health, Safety, Environment). ‘In die combinatie heb ik geleerd dat onderhoud een enorme bijdrage levert aan veilige installaties. Wanneer onderhoud goed wordt uitgevoerd, kunnen de mensen weer gezond naar

huis. En dat is inderdaad heel belangrijk.’ Van Selm heeft onder meer in 2011 en 2012 meegeschreven aan een visiedocument dat door de NVDO is uitgegeven: ‘Veiligheid in onderhoud’. ‘Het is tot stand gekomen op basis van ervaringen uit een succesvolle Europese campagne’, vertelt hij enthousiast. ‘In het document staat duidelijk aangegeven wat de ontwikkelingen horen te zijn in de toekomst.’ De kracht van veilig werken zit in leiderschap en coaching, meent Van Selm. ‘De bedoeling is wel dat de visie 2020 verder wordt uitgewerkt. Ik zie ook wel dat dit gebeurt. Bijvoorbeeld dat Shell Pernis en Shell Moerdijk met hun aannemers hebben afgesproken dat er taakgroepen komen die bestaan uit drie vertegenwoordigers: de aannemer, de technische dienst en de beheerder van de installatie. Je moet respect hebben voor elkaars werk, je houden aan de regels, en ingrijpen wanneer men zich niet aan de (veiligheids)regels houdt. Dit gedrag levert een grote bijdrage aan verbeteringen.’ Onderhoud is ook belangrijk voor het milieu, vindt Van Selm. ‘Als je bepaalde systemen verwaarloost, heb je bijvoorbeeld veel meer gasvormige emissies naar de buitenlucht,

waardoor je een bijdrage levert aan de opwarming van de aarde. In de afgelopen twintig jaar is de rol van de HSE-manager steeds belangrijker geworden. Het zijn belangrijke aspecten: de veiligheid van je mensen, de maatschappij, maar ook het imago van je bedrijf. Je wilt het imago van een veilig bedrijf dat maatschappelijk verantwoordelijk is en dat ook aantoonbaar maakt. Een HSE-manager moet daarin de maintenance manager ondersteunen.’ Het is belangrijk een goede balans te vinden in bedrijfsparameters. ‘Als je te veel stuurt op onderhoud en milieu, kan het economisch erg onvoordelig worden. Een multidisciplinaire risicoanalyse is essentieel.’ Volgens Van Selm is die balans een beetje doorgeslagen de afgelopen jaren. ‘Ik heb geprobeerd de effectiviteit en de efficiency van de bedrijfsprocessen te stimuleren door de HSE-manager en de maintenance manager meer te laten samenwerken; meer begrip te laten krijgen voor elkaar.’

Uitbesteden

Van Selm is groot voorstander van uitbesteden. ‘Je moet uitbesteden. Je kunt onmogelijk alle kennis van je apparatuur zelf in huis MaintNL 03 – 2013

050_51_53_MK_NVDO-artikel.indd 51

51

19-03-13 13:50


Wij feliciteren de NVDO met haar 50-jarig jubileum About-Blank, Accenture, Ahoy Rotterdam, Ardee, Baker Tilly Berk, Balance, BAM, Bemas, BP, BraintainEr, Bureau Veritas, CMS Asset Management, Cofely-Noord, CoThink, D.O.N. Bureau, D&F Consulting b.v., Royal Haskoning DHV, Dijkoraad, EasyFairs, Ernst & Young, Europoort Kringen, Focal Point, Nederlandse Gasunie, Gekas & Boot Groep b.v., Hogeschool Utrecht, IJsseltechnologie, Kepner Tregoe, Kennis en Informatie Management (KIM), Lloyd’s Register EMEA, LT-People, Mainnovation, MaxGrip, Mikrocentrum, NedTrain, NEM Energy Services bv, Nexct, NoMondai, Operational Excellence Transfer, PDM, Quercus, Qurius, ROC van Amsterdam, SKF, SmartWare Solutions Facilitair en Asset Management Software, Traduco, Urenco, Van Soest Zuid, Vesta, Westfalen Gassen, WivÉ

Deel kennis en ervaring >> word lid! Ga naar www.nvdo.nl en meld je aan... NVDO - Voorveste 2 - Postbus 138 - 3990 DC Houten Telefoon 030 - 634 60 40 | Fax 030 - 634 60 41 | E-mail info@nvdo.nl | www.nvdo.nl

052_jubileum_basis.indd 1

19-03-13 09:39


hebben of alles zelf doen’, reageert hij. Hij vindt niet dat een bedrijf zich op deze manier afhankelijk opstelt van derden. ‘Soms heb je een discipline slechts een paar uur nodig. Het is belangrijk je kennis te behouden van technische processen én commerciële aspecten, zodat je de uitvoerende aannemer goed kunt begeleiden. Dat betekent dat je per discipline een competentieprofiel voor je eigen medewerkers moet hebben.’ Op die manier bespaar je kosten, meent Van Selm. ‘Bovendien werken eigen mensen op den duur minder efficiënt. Ik ben voorstander van langdurige contracten van tenminste vijf jaar. Na vijf jaar moet je evalueren. Daarin neem je ook mee wat de aannemer het bedrijf aanlevert. Kijkt hij bij andere bedrijven over de muur, haalt hij kennis weg bij de concurrent en implementeert hij dat? Die toegevoegde waarde haal je ook binnen als je uitbesteedt.’ In de jaren negentig is veel te veel uitbesteed, vertelt Van Selm. ‘Dat waren de integrated servicecontracten; de win-win contracten. Men dacht toen dat je daardoor veel goedkoper kon werken. Er is heel veel

eigen personeel vertrokken en met name voor offshore heeft dat dure consequenties gehad. Er is toen ontzettend veel bespaard op secundaire maintenance: verven, coaten, het niet onderhouden van roosters en pijpleidingen. Ze plakten er verbandjes omheen en klemmen. Het was niet echt een duurzame aanpak. En vervolgens kostte het veel meer geld om alles te herstellen. Van assetmanagement was geen sprake.’ Deze uitbestedingstrategie was altijd tegen zijn zin, vertelt Van Selm. ‘En in 2000 heb ik gezegd: ik wil geen maintenance expertisehouder meer zijn, want ik sta niet achter het uitbestedingbeleid.’ Volgens Van Selm gaat men nu inzien dat die zaken te ver zijn doorgeschoten. ‘De eigen onderhoudsafdelingen worden weer versterkt met een middenkader, zodat ze met de aannemers kunnen communiceren.’ Een probleem is wel dat er te weinig technisch personeel is. ‘Het is een uitdaging om dat op te vangen, meent hij. Je ziet nu al dat men gaat rekruteren in de hele wereld. Als we iedereen maar blijven opleiden voor ‘jubelvakken’ zijn we straks afhankelijk van mensen uit Oost-Europa.’

Initiatieven Er is momenteel een aantal goede initiatieven gestart. Als MKB-voorzitter weet hij daar alles van. ‘Ik ben in Zuidoost Drenthe bij het stagebureau en het ondernemersplein betrokken en we hebben nu extra geld gekregen om de technische beroepen en de keuze daarvoor te stimuleren. Het begint al bij de ouders. Wat ik ook merk, is dat bedrijven en sommige scholen een totaal andere taal spreken. We zijn uit elkaar gegroeid.’ Het heeft geen zin om elkaar de schuld te geven, meent Van Selm. ‘We moeten kijken naar waarom het zo is ontspoord en wat je eraan kunt doen. Nu er veel mensen nodig zijn in de techniek, moeten de kosten voor de student die een technische opleiding kiest omlaag. Daar zou ik voor pleiten.’ Voor maintenance managers is het belangrijk contacten te leggen met scholen in hun omgeving. ‘Want je hebt een taak als bedrijf om je te bemoeien met de opleidingen. Scholen hebben vaak niet de technische middelen die bedrijven meestal wel beschikbaar hebben. En zet oudere werknemers in om jonge mensen het vak te leren.’ n MaintNL 03 – 2013

050_51_53_MK_NVDO-artikel.indd 53

53

19-03-13 13:50


Arbeid en onderhoud

Brabant streeft naar ‘regio-cao’ Nu personeelstekorten in de techniek de politiek en het bedrijfs­ leven ertoe nopen om maatregelen te nemen, komt ook het besef dat oplossingen het meeste kans van slagen hebben als er wordt samengewerkt. Eerder al kwam het Rotterdamse bedrijfsleven met plannen om personeel uit te wisselen. Nu pleit Rob van Gijzel, bur­ gemeester van Eindhoven, voor een ‘regio­cao’. Elise Quaden

De gedachte achter het plan, dat onder meer wordt uitgewerkt door de gemeente Eindhoven en FNV Bondgenoten, is dat als regio’s samen afspraken maken over opleidingen, loopbaantrajecten en personeelstekorten, personeel makkelijker van werkgever kan veranderen en bedrijven personeel zonder veel rompslomp kunnen uitwisselen. De regio-cao komt niet in de plaats van de huidige cao’s, maar gaat deze aanvullen. Mochten deze afspraken vruchten afwerpen, dan wordt niet uitgesloten dat ook primaire arbeidsvoorwaarden op regionaal niveau worden vastgesteld.

Modernisering Een onderdeel van het voorstel is de realisatie van regionale mobiliteitscentra die bedrijven aan elkaar kunnen koppelen. Een transitiefonds, gefinancierd door werkgevers en werknemers, zou aanvullende scholing moeten bekostigen. Rob van Gijzel vindt dat er vaart gezet moet worden in ontwikkeling van de plannen: ‘Modernisering van de arbeidsmarkt moet snel gebeuren. We hebben er al voorstellen over neergelegd bij minister Asscher van Sociale Zaken.’ Ton Wilthagen is hoogleraar arbeidsmarkt aan de Tilburg University en vervult een

adviserende rol in het geheel: ‘Regionale cao-afspraken kunnen bijvoorbeeld gaan over allerlei scholingsregelingen om te zorgen dat mensen in de techniek, in de technologie, kunnen komen en blijven werken. Dat geldt ook voor omscholing van mensen die van buiten de technische sectoren komen. Er komt ook een regeling voor als een bedrijf tijdelijk in een dip komt, want dat gebeurt in die industrie. Als er een terugval van uren is, moeten mensen toch kunnen blijven werken. Dit ook weer in combinatie met scholing en het afstemmen van allerlei arbeidsvoorwaarden, zodat mensen bij verschillende bedrijven kunnen werken als het nodig is.’

‘Zeker in de regio Eindhoven waar veel werknemers hun baan verliezen terwijl werkgevers doodleuk roepen dat er enorme tekorten zijn, is grote behoefte aan een werknemersvisie op werkzekerheid.’ Transfercentrum Ondertussen roeren ook andere regio’s zich, zoals West-Brabant, dat ook wel iets ziet in de achterliggende ideeën van een regio-cao. Het wil daarmee de mobiliteit van werknemers vergroten. Het Arbeidsmobiliteitscentrum West-Brabant (ACE) pleit niet zozeer voor één cao voor de hele regio, maar eerder voor ‘een pakket gelijkluidende afspraken die binnen zoveel mogelijk verschillende collectieve arbeidsovereenkomsten van kracht zijn in WestBrabant.’

54 MaintNL 03 – 2013

054_55_MP_NVDO-artikel.indd 54

19-03-13 13:49


Regionale cao-afspraken kunnen gaan over allerlei scholingsregelingen om te zorgen dat mensen in de techniek kunnen komen en blijven werken. Er komt ook een regeling voor als een bedrijf tijdelijk in een dip komt.

In West-Brabant zijn de ideeën ook al uitgemond in concretisering. Andreas van de Goorbergh en Jaap Jongejan hebben vanuit het ACE het Transfercentrum West-Brabant opgericht. Vanaf mei zijn 1.000 werkgevers en 60.000 werknemers uit West-Brabant hierin verenigd. Mensen die door een reorganisatie hun baan verliezen, worden niet meer ontslagen maar opgenomen in het Transfercentrum dat gaat kijken waar zij nog wel nodig zijn. Jongejan is voormalig voorzitter van CNV Vakmensen en directeur van opleidings- en adviesinstituut SBI. Hij denkt dat het goed mogelijk is om in West-Brabant binnen cao’s gezamenlijke afspraken te maken: ‘Als het Transfercentrum van start gaat, worden de werknemers van bedrijven die erin deelnemen niet meer ontslagen als ze door een reorganisatie hun baan verliezen. Deelnemers in het Transfercentrum geven hun recht op een WW-uitkering op, maar ze worden wel begeleid van werk naar werk. Intussen kunnen ze ook worden bijgeschoold of tijdelijk elders worden gedetacheerd. Iedereen wordt er beter van. De werknemer omdat die zijn werk niet kwijtraakt, de werkgever omdat die minder geld

aan ontslagvergoedingen kwijt is en de overheid omdat die minder WW hoeft uit te keren. De belangrijkste afspraken die het makkelijker moeten maken om van het ene bedrijf naar het andere te verhuizen, gelden de vergoedingen, pensioenafspraken, opleidingen, dat soort werk. Als we daarin slagen, zou het Transfercentrum zichzelf op termijn overbodig moeten en kunnen maken. Omdat iedereen in de regio die zijn werk kwijtraakt dan dankzij de regioafspraken aan ander werk wordt geholpen, zonder dat hij werkloos wordt.’

En-en FNV Bondgenoten wil het schot voor de boeg dat burgemeester Van Gijzel gaf wel graag nuanceren. Vooral omdat de indruk gewekt wordt dat huidige cao’s straks niet meer gelden. Vakbondsbestuurder Ron van Baden: ‘FNV Bondgenoten wenst op geen enkele manier bestaande cao’s te ondermijnen. Wat wij wel willen, is onderzoeken hoe en op welke manier wij door regionale afspraken bij kunnen dragen aan de werkzekerheid van onze werknemers. Zeker in de regio Eindhoven waar veel werknemers hun baan verliezen terwijl werkgevers

doodleuk roepen dat er enorme tekorten zijn, is grote behoefte aan een werknemersvisie op werkzekerheid. Een visie die uitgaat van het krijgen en behouden van werk: nu en in de toekomst.’ FNV zegt dat begrip ‘cao’ niet moet worden verward met de wens om op regionaal niveau afspraken te kunnen maken die de arbeidsmarkt versterken. ‘Daarvoor is een betere samenwerking tussen werkgevers nodig om zicht te krijgen op bestaand en toekomstig werk, op de benodigde competenties en de noodzakelijkheid en wenselijkheid van scholingsinspanningen. Vanuit zo’n visie willen wij samen met onze leden graag afspraken met werkgevers en overheid maken. Afspraken bovenop de bestaande cao’s’ en daar waar mogelijk, als dat in het belang van onze leden is, gebruikmaken van die cao’s. Niet over een compleet nieuwe cao op regioleest geschoeid. Een regionale cao kan nooit bedrijfstakcao’s vervangen omdat deze juist rekening houden met de dynamiek van die bedrijfstakken. Aanvullende regionale afspraken, bovenop de bestaande cao’s, kunnen wel bijdragen om de werkzekerheid te vergroten. Het is dus geen of-of maar en-en.’ n MaintNL 03 – 2013

054_55_MP_NVDO-artikel.indd 55

55

19-03-13 13:49


Duurzaam ondernemen en onderhoud

Onderhoud in crisistijd Met een economie die niet uit het slop te slepen lijkt, zou onderhoud het kind van de rekening kunnen worden. Even wat minder investeren, dat merkt niemand. Tot de onderhoudskosten op de lange termijn de pan uit rijzen. Welke kant gaat de industrie op? Wordt het onderhoud van installaties op een lager pitje gezet of doen bedrijven juist meer aan onderhoud om vervangingsinvesteringen uit te stellen? Michel Meertens en Eward Hofstede vertellen hoe respectievelijk DSM en Avebe ermee omgaan. Erik te Roller ‘De economische crisis in Europa gaat ook aan DSM niet voorbij. We letten daarom extra op de kosten’, zegt Michel Meertens, verantwoordelijk voor Functional Excellence bij DSM. Functional Excellence is het totaal aan competenties en programma’s waarmee het bedrijf het maximale uit zijn fabrieken wil halen. ‘Bij ons staat voorop dat de fabrieken veilig moeten kunnen opereren en we aan alle vergunningseisen kunnen voldoen. Preventief onderhoud is daarom essentieel. Tegelijkertijd kijken we hoe we assetmanagement, onderhoud en levensduurverlenging nog slimmer kunnen aan-

pakken. We willen voorkomen dat we door kortzichtig te besparen op de onderhoudskosten van installaties later met hoge inhaalkosten te maken krijgen, die moeilijk op te brengen zijn’, aldus Meertens. Bij Avebe is er sprake van twee soorten onderhoud, stelt Eward Hofstede, managing director Operations van Avebe. ‘In het najaar tijdens de stopcampagne moeten onze fabrieken 168 uur per week ongestoord kunnen draaien. Het onderhoud is daarop gericht in die tijd. Tijdens de rest van het jaar voeren we voor zover nodig groot onderhoud uit.’

BREAKDOWN-ONDERHOUD Bij assetmanagement gaat het om het bereiken van de juiste balans tussen kosten van onderhoud, betrouwbaarheid van het proces en veiligheid. Doorgaans komt dit neer op een afweging tussen de onderhoudskosten en de beschikbaarheid van een installatie. Bij continu-processen is het van belang storingen te voorkomen, omdat die vaak erg kostbaar zijn. Maar dit betekent niet dat alle onderdelen van zo’n procesinstallatie preventief moeten worden onderhouden. Niet alle onderdelen zijn even kritisch. Er zijn onderdelen die kapot kunnen gaan zonder dat de fabriek meteen stilvalt. Andere onderdelen zijn wel cruciaal voor de bedrijfszekerheid. Bij sommige installaties kost uitval veel geld en is preventief of predictief (voorspellend) onderhoud essentieel. Bij andere installaties valt met een beperkt aantal storingen te leven en kan worden volstaan met breakdownonderhoud waarbij onderdelen pas worden vervangen als ze kapot gaan. Overigens lijkt het alsof breakdown-onderhoud goedkoper is, maar in de praktijk is het een gegeven dat breakdown-onderhoud juist duurder is.

‘Onze onderhoudsstrategie is gericht op de lange termijn’, vervolgt Hofstede. ‘Onderhoud uitstellen doen we liever niet, want dan neemt de kans op storingen toe en zijn onze fabrieken dus minder betrouwbaar. Onderhoud draagt ook bij aan de veiligheid voor de mensen die bij ons werken en de veiligheid voor de omgeving. Preventief onderhoud vormt een belangrijk onderdeel van ons veiligheidsmanagementsysteem, waarmee we de risico’s beperkt houden en de wet- en regelgeving naleven. De Inspectie SZW controleert onder andere of we het preventief onderhoud goed uitvoeren.’

‘We willen voorkomen dat we door kortzichtig te besparen op de onderhoudskosten van installaties later met hoge inhaalkosten te maken krijgen, die moeilijk op te brengen zijn.’ Levensduur verlengen In het verlengde van onderhoud ligt het verlengen van de levensduur van installaties. Meertens: ‘Als het op een gegeven moment niet meer mogelijk is een installatie met goed onderhoud bedrijfszeker te houden, dan wordt het tijd om delen van die installatie te vervangen om zo de levensduur op te rekken.’ Hofstede vult hem aan: ‘Wij hebben een planning voor het vervangen van bepaalde onderdelen van machines en installaties. Zo hebben we bij Avebe een groot aantal walsen waarvan we er elk jaar enkele volgens een vast schema laten reviseren. Het reviseren van een wals kunnen we best een half jaar uitstellen. Maar we doen dat liever niet, omdat de kans op storingen dan toe-

56 MaintNL 03 – 2013

056_57_59_MS_NVDO-artikel.indd 56

19-03-13 13:53


Ook grote bedrijven in de industrie letten op de kleintjes. Maar zolang betrouwbaarheid verhogen uiteindelijk kosten bespaart, wordt er niet beknibbeld op onderhoud. Optimaal onderhoud loont, ook in tijden van crisis.

neemt. Bovendien voeren gespecialiseerde technici dit onderhoud uit, waarmee je al lang van tevoren een afspraak in de agenda moet vastleggen. Er komt een moment dat we voor de keuze komen te staan om een installatie geheel te vervangen’, vervolgt Hofstede. ‘We vragen ons dan af of zo’n installatie nog tien jaar mee kan zonder de bedrijfszekerheid van de fabriek in gevaar te brengen. Als de kans op uitval toeneemt, moeten we overwegen de installatie geheel te vervangen. Zo hebben we om die reden in de afgelopen twee jaar ons hoogspanningsnet vernieuwd. De hoogspanningskabels in de grond waren aan het einde van hun levensduur. We wilden storingen en gevaarlijke situaties voorkomen. Ook hebben we meteen nieuwe transformatoren laten plaatsen.’ Bij het onderhoud of de vervanging van een

auto spelen dezelfde overwegingen een rol, verduidelijkt Hofstede. ‘Laat je de distributieriem of de koppakking van de motor repareren of schaf je toch maar een nieuwe auto aan? Dat is afhankelijk van hoe bedrijfszeker je auto moet zijn.’

Vooruit denken DSM wil de revisie of vervanging van installaties tijdig zien aankomen en daarom het fundament van assetmanagement, onderhoud en lifetime extension, oftewel het oprekken van de levensduur, versterken. Meertens: ‘We willen dat op DSM-niveau kunnen overzien. Daarom zijn we in gesprek met de locaties en business units om te weten te komen wat de langetermijnplaatjes voor hun installaties zijn, kortom wat voor onderhoud of groot onderhoud de komende jaren nodig is. Op basis van deze

inventarisatie willen we tot een langetermijnvisie komen, die helpt om een goede financiële planning te maken en waarmee we er uiteraard voor kunnen zorgen dat de fabrieken betrouwbaar en veilig kunnen blijven draaien.’ Op de vraag wat dat toevoegt, antwoordt Meertens: ‘Op site-niveau werd bij DSM al vooruitgedacht over onderhoud. Maar het maken van overzicht op DSM-niveau biedt mogelijkheden voor een meer strategische aanpak van assetmanagement. Met zo’n concernbreed overzicht kun je op een andere manier naar je totale asset base kijken en verschillende zaken overwegen, zoals wanneer wil ik wat op welke site investeren? Op die manier kan het bedrijf deze investeringen verwerken in een meerjarenplanning en komt het niet voor verrassingen te staan. We willen dit nu gaan formaliseren, dat wil MaintNL 03 – 2013

056_57_59_MS_NVDO-artikel.indd 57

57

19-03-13 13:53


KENNIS MOET JE OOK ONDERHOUDEN. • Hoeveel onderhoud is juist genoeg? • Kunnen we met de onderhoudsfunctie geld verdienen? • Hoeveel kan onderhoud bijdragen aan het bedrijfsresultaat? • Wat is Excellent Onderhoud en hoe geef ik dit vorm?

Kom naar stand 4.10 5

Maintenan

ce Ne

xt en ontdek uw kansen!

WAARDECREATIE DOOR GOED ONDERHOUD Een onderhoudsopleiding bij Hogeschool Utrecht helpt u in uw eigen bedrijf de antwoorden te vinden op deze vragen. In de afgelopen jaren zijn vele mooie resultaten en forse besparingen bereikt bij de deelnemende bedrijven. Door de brede scope op zowel Materiaalkunde, Engineering, Inspectie als Onderhoud bieden onze opleidingen op het gebied van Onderhoud precies die (integrale) kennis die nodig is om verder te kunnen kijken dan het eigen vakgebied, en daardoor aantoonbaar betere resultaten te boeken. • HBO Onderhoudstechniek • Post-HBO Onderhoudstechnologie • Post-HBO Onderhoud en Management • Master of Engineering in Maintenance & Asset Management

Start 2 oktober 2013 Start 3 oktober 2013 Start 3 oktober 2013 Start 2 september 2013

Alle genoemde opleidingen kunnen naar wens in-company (op maat) verzorgd worden. Informeer naar de mogelijkheden. Meer weten? Bel 088 481 88 88, mail naar info@cvnt.nl of kijk op www.cvnt.nl.

ER VALT NOG GENOEG TE LEREN

FC_A4(new).indd 058_HU.indd 1 1

10-01-13 11:09 19-03-13 09:39


zeggen er een regulier proces van maken, zodat het onderhoud en de planning ervan bij alle activiteiten aan bepaalde standaarden voldoet.’

‘Als je beheersconcept klopt, is het afbreukrisico klein. We herzien onze beheersconcepten volledig, zodat we op basis van de behoefte van de business en installatiekennis de juiste preventieve onderhoudsprogramma’s kunnen uitvoeren.’ Verwacht DSM dat het onderhoud daardoor per saldo goedkoper wordt? Meertens: ‘De belangrijkste drijfveer om dit te doen, is dat

we zicht willen hebben op de lange termijn, zodat we deze informatie kunnen meenemen in strategische overwegingen en een goede financiële planning kunnen maken voor vervangingsinvesteringen. Ook schept het ruimte voor procesvernieuwing. Het gaat erom dat we eerder bedenken of we een installatie één op één willen vervangen of nieuwe technologie willen gaan toepassen. Bij het toepassen van nieuwe technologie moeten we namelijk op tijd met procesontwikkeling aan de gang gaan. Als we met die beslissing wachten tot het moment dat de installatie binnen een paar maanden moet worden vervangen, zijn we te laat. Door ver vooruit te plannen, willen we procesinnovatie meer kans geven. Nieuwe technologie levert immers doorgaans een betere kwaliteit product en een hoger grondstoffenrendement op, en het bespaart energie. Zonder procesvernieuwing valt dit niet te bereiken.’

Beheersconcept Volgens Meertens heeft de economische crisis weinig of geen invloed op de onder-

houdsprogramma’s bij DSM. ‘We zijn momenteel vooral bezig om met behulp van vooruitdenken de langetermijnbasis van onderhoud en assetmanagement te versterken.’ Ook bij Avebe verandert de crisis weinig aan de onderhoudsprogramma’s, stelt Hofstede. ‘We willen onze license to operate niet op het spel zetten en ook geen ernstige storingen riskeren. Met beknibbelen op onderhoud schieten we ons zelf in de voet.’ Wel kijkt Avebe hoe het samen met aannemers tot uitgekiende onderhoudsconcepten kan komen. Hofstede: ‘Als je beheersconcept klopt, is het afbreukrisico klein. Op het ogenblik herzien we onze beheersconcepten volledig, zodat we op basis van de behoefte van de business en installatiekennis de juiste preventieve onderhoudsprogramma’s kunnen uitvoeren. Daar hoort ook bij dat je altijd een minimale hoeveelheid juiste reserveonderdelen in voorraad hebt om ervoor te zorgen dat je machines en installaties kunnen blijven draaien. Als je installaties zo onderhoudt dat ze betrouwbaar zijn, ben je per definitie het goedkoopste uit.’ n MaintNL 03 – 2013

056_57_59_MS_NVDO-artikel.indd 59

59

19-03-13 13:53


Onderhoud en assetmanagement

Bewust worden van assetmanagement Vijf jaar geleden bracht de NVDO het visiedocument ‘Asset Management is duurzaam’ uit in een tijd dat de integrale aanpak van onderhoud als discipline aan het opkomen was. Samen met de partner waarmee het document is geschreven, werd op 6 maart in het Techniekhuys in Veldhoven de stand van zaken anno nu opgemaakt. Mark Oosterveer

In 2008 werd assetmanagement als begrip nog al eens met scheve ogen aangekeken. Die term assetmanagement, kon dat niet gewoon in het Nederlands? Toch zat er in de integrale aanpak van het beheren van kapitaalgoederen een duidelijke visie en veel potentieel. Met het visiedocument ‘Asset Management is duurzaam’ dat door Traduco en de NVDO in 2008 is uitgebracht, werd aangegeven dat assetmanagement een blijvertje is. De duurzaamheid zat in het feit dat assetmanagement duurzaamheid nastreeft door de optimale levensduur van een asset te bereiken, in de wetenschap dat de invloed van assetmanagement op het milieu kleiner wordt door het voorkomen van verliezen in de productie en het bereiken van hogere eco-efficiëntie van de waardeketens.

Beheer door de jaren heen Tijdens het congres op 6 maart nam John Vrijbloed van Traduco de historie van onderhoudsbeheer over de jaren door. Voor de Tweede Wereldoorlog werd voornamelijk correctief onderhoud uitgevoerd op installaties. En pas vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw kwam het inzicht dat het voorkomen van storingen door preventief onderhoud meer waarde creëert dan het snel oplossen ervan. Het onderkennen en evalueren van risico’s voor installaties werd in de jaren 60 in de luchtvaart ontwikkeld en is daarna doorgeëvolueerd in andere disciplines. Pas in de jaren 80 werd het ‘evalueren’ van historische gegevens

onderdeel van het onderhoud. Daarbij werd meestal de top tien van meest voorkomende storingen benoemd en onderzocht. Ook de beschikbaarheid van systemen kwam onder de aandacht. In de jaren 90 kwam de verbreding van risicoanalyses, door de ontwikkeling van RCMtoepassingen, HACCP, HAZOP, et cetera. Ook TPM nam in deze periode in Europa een grote vlucht. Omstreeks de millenniumwisseling werden er kwaliteitsstandaarden, zoals QS900, ingevoerd waarbij meer focus op de (operationele) prestatie kwam te liggen. En dat allemaal voor de verbetering van de assets, hoewel die in die tijd nog installaties, bedrijfsmiddelen of kapitaalgoederen werden genoemd. De focus is over de jaren aan het verschuiven van top tien-storingen naar top tien-risico’s voor de beschikbaarheid en betrouwbaarheid van de assets. Met een kapitaalgoederenvoorraad in Nederland ter waarde van circa 1.800 miljard euro zou het belang van goed assetmanagement overduidelijk moeten zijn. Toch was dat in 2008 niet voor iedereen logisch en ook in 2013 is er nog veel te winnen. Ook het milieuaspect is anno 2013 nog steeds een onderbelicht onderdeel van assetmanagement. De noodzaak van assetmanagement is tegenwoordig wel duidelijker dan vijf jaar geleden. Vanuit bedrijfseconomisch- en risicoperspectief is elk bedrijf erbij gebaat gedurende de levensduur van een asset deze kosteneffectief in te zetten ter realisatie van de bedrijfsdoelstellingen.

Hierbij spelen het afstemmen van technische levensduur en de economische levensduur, bewust omgaan met veiligheids-, milieu- en economische risico’s, de afstemming van vraag en capaciteit maar ook de verhoging van de effectiviteit van installaties een rol. Net als het juiste onderhoudsregime voor de veiligheid, beschikbaarheid en betrouwbaarheid van de assets, het juiste kennisniveau van de technische medewerkers of contractors. De lijst is lang.

Inmiddels staat assetmanagement op zich niet meer ter discussie. Maar over het belang van het tactische niveau en de waarde van life cycle costing is het laatste woord nog niet gezegd. Onderzoek In 2008 bleek bij het onderzoek voor het visiedocument ‘Asset Management is duurzaam’ dat slechts de helft van de ondervraagden ook daadwerkelijk een systeem had om de bovenstaande factoren te beheren en dat ze dat systeem bovendien slechts met een 4 op een schaal van 10 waardeerden. De markt was daarmee ‘bewust onbekwaam’. Het vertaalde zich naar een aantal kenmerken. Op het gebied van fysiek assetmanagement werd het potentieel van risicoanalyse nog niet benut, werden de OBS/ERP-pakketten niet optimaal ingezet en was het tactisch niveau nog onder de maat. Financieel was de bekwaamheid in het gebruik van LCC te laag. Maatschappelijk gezien werd het assetmanagement gestuurd door de media, die zich richtten op calamiteiten.

60 MaintNL 03 – 2013

060_61_MQ_NVDO-artikel.indd 60

19-03-13 16:25


Assetmanagement draagt bij aan een duurzame bedrijfsvoering. Maar lange tijd was de markt ‘bewust onbekwaam’ bezig met het beheren van assets. Gelukkig is in de afgelopen vijf jaar de aandacht voor een integrale aanpak van installatiebeheer gegroeid.

De menselijke factor van assetmanagement was zorgenkind door het dalende aantal technici, dat bovendien qua inhoudelijke scholing niet aansloot bij de bedrijfsbehoefte. De factor ‘informatie’ van assetmanagement worstelde met de omgang met vele gegevens en was nog nauwelijks in staat om over bedrijfssectoren heen te kijken. Zoveel bleek uit het onderzoek. Er is een aantal aanbevelingen gedaan om de status van de markt van onbewust onbekwaam via bewust onbekwaam en bewust bekwaam naar onbewust bekwaam te maken. Inmiddels staat assetmanagement op zich niet meer ter discussie. Maar over het belang van het tactische niveau en de waarde van life cycle costing is het laatste woord nog niet gezegd. Op het gebied van kennisontwikkeling en training wordt voortgang geboekt. Er zijn diverse trainingen/leergangen op het gebied van assetmanagement. Bij enkele nieuwbouwprojecten bijvoorbeeld worden risicoanalyses als instrument gebruikt om het beheer te optimaliseren. De fase van borgen en certificeren wordt voorbereid, er is een NTA 8120 en de ISO 55000-serie komt eraan. De bewustwording in de markt is over de afgelopen vijf jaar gegroeid. Aan

de huidige stand van assetmanagement wordt de waardering 5 (op een van schaal 1 tot 10) gegeven.

Toekomst De maatschappelijke verantwoordelijkheid van asset owners wordt steeds groter. Dat vertaalt zich ook in de groeiende aandacht voor risico’s voor de bedrijfsvoering. Binnen die risico’s zal veiligheid een belangrijk aandachtspunt zijn. Denk daarbij bijvoorbeeld aan Seveso III, de richtlijn die eind mei 2013 wettelijk wordt. De arbeidsschaarste is een feit, de noodzaak tot effectiviteit en efficiëntie daarmee ook. En de verduurzaming van de wereld, hoewel door de economische crisis op een laag pitje gezet, zal weer terugkomen. De eindigheid van de voorraad grondstoffen is namelijk een zekerheid en het zuinig omgaan daarmee dus steeds noodzakelijker. Vijf jaar na het verschijnen van het eerste visiedocument is op Europees niveau door de EFNMS een vervolg gemaakt. De EFNMS heeft in haar rapport ‘How organizations manage their physical assets in practice’ enkele aanbevelingen gegeven. Kortweg komt het erop neer dat bedrijven de focus op risicoanalyse en –evaluatie moeten ver-

sterken. Daarvoor is een betere kennis van de installaties, de assets, nodig. En omdat asset owners steeds meer de neiging hebben om uit te besteden, is er een risico op het verliezen van de ‘asset knowledge’. Het derde belangrijke aandachtspunt is de verbetering van de assetmanagementstrategie en -planning. Dit legt namelijk een solide basis voor een succesvol fysiek assetmanagement. Een verkeerde strategieformulering en -planning kan leiden tot substantiele economische -, veiligheids- of milieuverliezen. Assetmanagement is een blijver. In de afgelopen vijf jaar is de aandacht voor een integrale aanpak voor het beheren van installaties gegroeid. Maar de groei is er nog niet uit. Ook uit de pitches en besprekingen op de bijeenkomst op 6 maart bleek dat naast de bovengenoemde aandachtspunten de menselijke factor niet onderschat mag worden. Een veranderende aanpak met assetmanagement vereist goed opgeleide mensen en een bedrijfscultuur waar veranderingen worden gestimuleerd en waar de integrale aanpak van assetmanagement zodanig kan nestelen dat het bedrijf op den duur onbewust bekwaam de juiste dingen doet. n MaintNL 03 – 2013

060_61_MQ_NVDO-artikel.indd 61

61

19-03-13 16:25


De toekomst van maintenance

Ketenintegratie essentieel voor innovatie De oudgedienden van de NVDO hebben vooral laten zien hoe de onderhoudsbranche de afgelopen vijftig jaar is geprofessionaliseerd. Nu vragen we de nieuwgedienden welke ontwikkelingen zij voor de toekomst zien. De eerste ronde is voor de maintenanceprofessoren. Tiedo Tinga (Universiteit Twente), Henk Akkermans (Tilburg University) en Leo van Dongen (Universiteit Twente) schijnen hun licht op de toekomst van maintenance. David van Baarle Voorspellen is moeilijk, vooral als het om de toekomst gaat, zei de Britse historicus Allan Taylor al in de jaren 60 Toch zijn er nu zoveel ontwikkelingen gaande dat het inte­ ressant is om ze te extrapoleren en te kij­ ken wat ze kunnen betekenen voor de betrouwbaarheid en veiligheid van assets in de toekomst. Wie kent de trends nu beter dan de hoog­ leraren van de (technische) universiteiten? Gevraagd naar een lijstje met de belangrijk­ ste trends in maintenance, wordt direct al duidelijk dat de wetenschap verder kijkt dan trends alleen. Of zoals Tiedo Tinga,

hoogleraar aan de Universiteit van Twente en hoofddocent aan de Nederlandse Defensie Academie, het verwoordt: ‘Er zit volgens mij een verschil tussen trends en uitdagingen. Trends beperken zich tot de richtingen waarin gebieden zich ontwikke­ len doordat de massa zich daarheen beweegt. Uitdagingen zijn de richtingen waarin gebieden zich zouden moeten ont­ wikkelen om échte vooruitgang te boeken. Trends gaan vrij autonoom een bepaalde kant op, terwijl men bij uitdagingen juist probeert actief te sturen in een bepaalde richting, die soms afwijkt van de main­

stream. Het laatste is vooral wat wij in het wetenschappelijk onderzoek proberen te doen. Maar om daar als industrie echt pro­ fijt van te hebben, moet er een aantal uit­ dagingen worden aangepakt.’ De lijst van Tinga is dan ook als volgt:

Trend 1: Datacollectie en -analyse Sensoren en dataopslag zijn goedkoop en toegankelijk en worden daardoor in veel systemen ruimschoots toegepast. De uitda­ ging daarbij is vooral om de sensoren en hun locatie zodanig te kiezen dat ze de juiste informatie leveren. Dat is bij de hui­ dige systemen lang niet altijd optimaal. Het ontwikkelen van slimme (draadloze en autonome) sensornetwerken kan daarbij een grote meerwaarde leveren. En daarnaast is het analyseren en interpre­ teren van alle verzamelde data een grote uitdaging. Daarbij kan datamining, het wil­ lekeurig zoeken naar verbanden in data­ sets, een mogelijke oplossing zijn, maar ik zie meer heil in gericht zoeken naar relaties op basis van fysische kennis van het sys­ teem en de (faal)mechanismen.

Trend 2: Life Cycle Management en reliability engineering Life Cycle Management wordt steeds belang­ rijker, en de uitdaging daarbij is het onder­ scheid tussen ontwerp dan wel aanschaf enerzijds en gebruik, onderhoud en instand­ houding anderzijds te laten vervallen. Zoek naar het integrale optimum, bijvoorbeeld in kosten, over de gehele life cycle, ook als de initiële aanschaf daardoor duurder wordt door bijvoorbeeld de aanschaf van condi­ tion based maintenancesystemen. Wel is het zaak om methoden te ontwikkelen die deze analyses kunnen ondersteunen. De business case moet kunnen worden gemaakt, dus slimme simulatietools of seri­ ous games zijn nodig om diverse scenario’s

62 MaintNL 03 – 2013

062_63_65_ML_NVDO-artikel.indd 62

19-03-13 16:26


D m D n D k n g v Z

en nieuwe onderhoudsconcepten te kunnen doorrekenen en vergelijken.

Trend 3: Integratie van disciplines Verbetering van onderhoudsprocessen en Life Cycle Management vereisen dat diverse disciplines worden geïntegreerd. Onderhoud (uitvoering) en logistiek (sup­ port) moeten aan elkaar worden geknoopt en integraal worden geoptimaliseerd. Reliability engineering, op basis van pure data, en maintenance engineering, de tech­ nische kant, moeten eveneens in elkaar worden gevlochten. En ook techniek en bedrijfskunde moeten worden geïnte­ greerd. Alleen dan kunnen innovatieve onderhoudsconcepten worden ontwikkeld, die door de organisatie uitvoerbaar zijn en waarvan kan worden aangetoond dat ze ook echt werken.

Soft skills Henk Akkermans, Hoogleraar Dynamiek van Toeleveringsnetwerken aan Tilburg University, kijkt meer naar de menselijke kant van

onderhoud. Het onderzoek van Akkermans richt zich op de vraag hoe interorganisatio­ nele ketens en netwerken, waarbinnen geen enkele speler de volledige controle heeft, toch hun gedrag effectief kunnen coördine­ ren. Hoewel ook hij kijkt naar technische, door innovatie gedreven sectoren is zijn lijstje iets meer gericht op samenwerking. De lijst van Akkermans:

Trend 1: Netwerkeconomie De tijd dat grote dominante bedrijven de keten volledig beheersen, ligt al voor een deel achter ons en in de toekomst zal dat beeld alleen maar meer verdwijnen. Bedrijven stellen zich steeds meer open en beseffen zich dat hoe meer ze delen, hoe meer meerwaarde voor het netwerk en hun klanten ze creëren. De traditionele klant­ leverancierverhoudingen, diades, maken langzaam plaats voor zogenaamde service triades. Waar vroeger een dienstverlener werk uitvoerde voor Rijkswaterstaat, miste hij aansluiting met de daadwerkelijke klant:

de weggebruiker. De nieuwe prestatiecon­ tracten (de 2.0­versie) zorgen ervoor dat alle partijen datzelfde doel nastreven: de klant tevreden houden. In zo’n samenwer­ king prevaleert de kwaliteit boven de kos­ ten. Zoals vliegtuigmotorenfabrikant Rolls Royce zijn motoren verkoopt omdat ze betrouwbaar zijn en niet vanwege hun prijs. Stilstand is voor een vliegmaatschappij duurder dan de hogere kosten van betrouw­ bare motoren. De uitdaging voor de komen­ de tijd is om de balans te vinden tussen kosten en kwaliteit.

Trend 2: Factor mens In het verleden is bij het bedenken en inrichten van systemen nog wel eens een heel belangrijke factor vergeten: de mens. De cijfers liegen niet: zeventig tot tachtig procent van de industriële incidenten wordt veroorzaakt door een menselijke fout. Bovendien ontstaat de paradox dat hoe meer men de mens uit het systeem haalt, hoe groter de kans wordt op menselijke fouten. De ingenieurs van Fukushima gre­ MaintNL 03 – 2013

062_63_65_ML_NVDO-artikel.indd 63

63

19-03-13 16:26


13TI-15 - iMaintain maart

7-3-2013

9:59

Pagina 1

Onafgebroken productie. Met de testo 885 warmtebeeldcamera identificeert u thermische afwijkingen zeer precies en effectief.

23 0983 13TI-15

• SuperResolution infraroodbeelden met 640 x 480 pixels (320 x 240 pixel detector) • Flexibel gebruik dankzij het ergonomisch roterend handvat en het draaibaar display • SiteRecognition technologie: Meetlocatie herkenning met automatische foto management

www.testo.nl/885

t 1FSTMVDIUHFESFWFO UFTUQPNQFO CBS t 1FSTMVDIUHFESFWFO UFTUTZTUFNFO o CBS t 1FSTMVDIUHFESFWFO HBTCPPTUFST o CBS t 1FSTMVDIUHFESFWFO QFSTMVDIUESVLWFSIPHFST CBS

Stand ce enan a m int T NEX

2.001

Globe Test Equipment b.v. &JLFOMBBO F #1 "MQIFO BBO EFO 3JKO

064_testo_strahl_globe.indd 1

5 ' & JOGP!HMPCF CFOFMVY OM 8 XXX HMPCF CFOFMVY OM

19-03-13 09:38


pen in op het systeem omdat ze geen stoom zagen. Daardoor maakten ze het probleem alleen maar erger. Door vergaande automa­ tisering hebben monteurs geen systeem­ kennis en ontberen ze de competenties om in te grijpen als het fout gaat. Dat zal in de toekomst moeten veranderen. Je kunt niet blindelings vertrouwen op systemen zolang er mensen zijn die ermee moeten werken.

Trend 3: Internationalisering Onderhoud is al een internationale bedrijfs­ tak en zal dat in de toekomst alleen nog maar meer worden. Laten we eerlijk zijn: de helft van in Nederland verhandelde produc­ ten wordt niet meer in Nederland geprodu­ ceerd. We verschepen productie naar het buitenland en maintenance verhuist mee. Bovendien hoeft onderhoud ook niet meer per se locatiegebonden te zijn. Een schip kun je daar laten onderhouden waar dat goed uitkomt of waar de prijs het gunstigst is. Die ontwikkeling is zowel een kans als een uitdaging. Voor de Nederlandse industrie kan specia­ listisch onderhoudswerk nieuwe banen opleveren. Zo worden vliegtuigmotoren van Chileense F16’s nu in Gilze­Rijen onderhou­ den. Hetzelfde geldt voor de human capital. Nu al vertrekt Nederlands maintenanceta­ lent naar het buitenland, maar kijken bedrijven ook naar kenniswerkers uit bij­ voorbeeld China of India. De Nederlandse bevolking vergrijst, terwijl in de BRIC­landen het talent als het ware voor het oprapen ligt. We zullen onze systemen, regels en proce­ dures dus moeten aanpassen aan een internationale markt.

Levenscyclus Leo van Dongen is naast directeur van NedTrain Fleet Services ook hoogleraar Onderhoudstechniek aan de Universiteit van Twente. Van Dongen doet in zijn vak­ groep Ontwerp, Productie en Management onderzoek naar maintenanceprocessen; van ontwerpmethodes van kapitaalgoede­ ren tot de ontwikkeling van bijbehorende onderhoudsconcepten. Zijn speerpunt daarbij is dat de kosten van de levenscyclus leidend moeten zijn. De lijst van Van Dongen:

Trend 1: Monitoring Moderne installaties met veel mechatronica en digitale besturingssystemen beschikken

intern over zoveel gegevens dat met uitle­ zing ervan informatie over de technische toestand van de installatie kan worden opgehaald. Bovendien kan, waar nodig, met sensoren ook gericht gemonitord wor­ den: denk aan trillingsopnemers op kriti­ sche lagers. Monitoring is meer dan het vaststellen of diagnosticeren van een sto­ ring. Monitoring kan, met registratie en analyse van het verloop van relevante para­ meters, ook inzicht geven in het degradatie­ gedrag voordat daadwerkelijk een storing optreedt. Dit kan met monitoring on the spot, maar ook met (draadloze) datacom­ municatie, op afstand. Met deze technie­ ken kan de actuele onderhoudsbehoefte worden vastgesteld en het werk worden gepland: voor de korte termijn gericht ser­ vicewerk en voor de langere termijn geclus­ terde beurten op een moment dat het in de productie past. Reliability engineers, die verantwoordelijk zijn voor de bedrijfszeker­ heid van een installatie, kunnen vanuit de controlekamer zelfs reparatie­ of onder­ houdsadviezen geven en storingen voorko­ men. Met monitoring en geautomatiseerde ver­ werking van de gegevens wordt nauwkeuri­ ger informatie verkregen dan in het verle­ den. Zo kan zelfs voor de kleinste schakels in een installatie onderhoud op maat wor­ den gesneden, kan de uitnuttingsgraad worden vergroot en worden verrassingen voorkomen. Dynamisch onderhoud op basis van actuele conditiedata vraagt wel om een flexibele onderhoudslogistiek. Daarvoor is het nodig software te ontwikkelen die de actuele con­ ditie kan interpreteren en planningen kan bijwerken, zonder dat de uitvoerbaarheid in het geding komt. Onderhoud schuift op deze wijze op van statisch, mechanisch, reactief op verleden, logboeken, olie, vette

handen en kostenpost naar digitale bestu­ ringstechnologie, elektronica, proactief gericht op de toekomst, flexibel, dynamisch en waarde. Real Time Monitoring is daarin de sleutel.

Trend 2: Ketensamenwerking De laatste decennia richten ondernemin­ gen zich meer en meer op hun eigen kern­ activiteiten en wordt het beheer van kapi­ taalgoederen in de keten weggezet: eigena­ ren, gebruikers, constructeurs, kennisin­ stellingen, IT en serviceleveranciers, enzo­ voorts. Essentieel is het bezit van kennis, zowel op het gebied van onderhoud, het productieproces als het technische ont­ werp. In deze nieuwe onwennige situatie zijn alle partijen terughoudend om kennis te delen. Nieuwe ontwikkelingen zoals duurzaam­ heid en complexiteit van systemen, denk aan mechatronica, gaan voor de toekomst andere eisen stellen aan de samenwerking: openheid, interactie en bestendigheid in de relatie stimuleren de gezamenlijke inno­ vatie van product, productie én techniek. Focus op kansen in plaats van op risico’s maakt daarin het succes. Onderhoudskennis en ­ervaring, die op korte termijn ogen­ schijnlijk niets opleveren en ook niet op de balans zichtbaar zijn, bepalen het ontwik­ kelpotentieel en hebben een sleutelpositie om de verbinding te maken. Hoe beter het vertrouwen in de keten en hoe kleiner de afrekencultuur, hoe meer organisaties samen bereid zijn om risico’s te benoemen en aan te pakken in plaats van te verzwij­ gen. Een open cultuur in de gehele keten is de ultieme voorwaarde voor verantwoord risi­ comanagement: van politieke besluitvor­ ming tot ontwerp, bouw, beheer, gebruik, bediening en onderhoud. n MaintNL 03 – 2013

062_63_65_ML_NVDO-artikel.indd 65

65

19-03-13 16:26


Maintenance als exportproduct

Nederlandse specialist adviseert wereldwijd Marc Tichelaar is al twee jaar operations manager in Singapore. Daar voert hij consultancy- en gerelateerd werk uit in het onderhoud aan en de veiligheid van boorinstallaties in de Pacific, Azië en het Midden-Oosten. Er zijn maar weinig mensen met dezelfde kennis als Tichelaar. Geen wonder dus dat hij zijn kunde wereldwijd ‘exporteert’. Renske van den Berg

Tichelaar werkt voor Lloyd’s Register Energy – Drilling. Het draait in de adviezen die hij geeft allemaal om het verkleinen van risico’s, zodat ongelukken als in de Golf van Mexico worden voorkomen. ‘Onderhoud aan boorinstallaties ofwel ‘rigs’, is op zich geen rocketscience’, zegt Tichelaar, bij wie het acht uur later is dan in Nederland. ‘Deugdelijk onderhoud van boorinstallaties werkt volgens dezelfde principes en methodieken als deugdelijk onderhoud voor een koekjesfabriek. Uiteindelijk draait het in het onderhoud immers altijd om het monitoren en beheer-

sen van risico’s. Het verschil zit hem voornamelijk in de werkzaamheden: waar je boort naar brandbare materialen onder hoge druk met groot equipment, is het risico op falen veel groter en zijn de gevolgen - als je faalt - ontzettend groot.’ Als operations manager stuurt Tichelaar drie fulltime consultants en ruim vijftig surveyors, engineers en trainers aan en is hij verantwoordelijk voor hun werk: inspecties en audits, onderhoudsadvies en veiligheidsadvies en projectmanagement voor ombouw of nieuwbouw van boorinstallaties. Ook zorgt hij voor voldoende training

in ‘hoe inspecteer en onderhoud ik een boorinstallatie’, relevant voor operationeel personeel en support personeel, zoals maintenance managers. ‘We werken voor de grote ‘rig-owners’ (boormaatschappijen, red.), zoals bijvoorbeeld, TransOcean, GDI, KCA Deutag, en ‘operators’ (de eigenaren van bronnen, red.), zoals bijvoorbeeld Shell, Total en BP. Het consultancywerk doen we eigenlijk niet alleen in de Pacific, Azië en het MiddenOosten, maar wereldwijd. Singapore is daar een goede standplaats voor, omdat in deze regio momenteel erg veel te ontwikkelen valt.’ Volgens Tichelaar is de basis van elk onderhoud hetzelfde: werkprocessen moeten veilig verlopen, machinerie moet optimaal in bedrijf blijven met zo min mogelijk ‘downtime’ en je moet zorgen dat je installaties en processen aan wettelijke vereisten voldoen. ‘Alleen betreft het materieel nu bijvoorbeeld de ‘topdrive’ (booraandrijving, red.) in plaats van de lopende band of verpakkingsmachine.’

‘Deugdelijk onderhoud van boorinstallaties werkt volgens dezelfde principes en methodieken als deugdelijk onderhoud voor een koekjesfabriek.’ Hoewel hij zijn werk enerzijds ‘eenvoudig’ vergelijkt met universele onderhoudsprincipes, kan Tichelaar anderzijds talloze bijzondere aspecten benoemen van het onderhoud in de olie- en gaswinning. Zijn loopbaan vanaf de MTS Werktuigbouwkunde en Luchtvaart geeft een staalkaart van de kennis die hij gaandeweg opdeed. Het gaat van gas tot olie, van onshore tot offshore en van downstream tot upstream. Van

66 MaintNL 03 – 2013

066_67_69_MM_NVDO-artikel.indd 66

19-03-13 13:51


Van monteur tot een specifieke upstream-drilling-maintenance-deskundige waarvan er wereldwijd maar weinig rondlopen. Marc Tichelaar bewijst dat het kan. ‘Er is nou eenmaal een beperkt aantal maintenance consultants, laat staan consultants met olie- en gaswinning als specialiteit.’

onderhoudsmanagement voor enkele ‘eigen vertrouwde’ installaties tot en met consultancy voor uiteenlopende ‘andermans installaties’ wereldwijd. En van de auditing van processen tot en met de inspectie van techniek.

Verbeteraar, manager, consultant ‘De eerste jaren na de MTS werkte ik als servicemonteur waarbij ik veel mocht rondreizen in Europa, Afrika en Azië. Mijn eerste ontmoeting met onderhoudsmanagement kwam bij Thomassen Compression Systems, als projectcoördinator onderhoudscontracten, voor compressoren die waren geplaatst bij de NAM en DSM.’ Twee jaar later drong Tichelaar dieper in de gaswinning. ‘Stork nam mij aan om me te detacheren in de werkvoorbereiding in het consortium Stork GLT, voor het groot onderhoud van onshore gasproductielocaties van de NAM in NoordNederland. Alles aan deze locaties wat boven het maaiveld zat, werd gerenoveerd.’ Via Stork Maintenance Management kon Tichelaar vervolgens als maintenance engi-

neer naar OneGas: een bundeling van platforms van Shell en NAM in de Noordzee. Stork vormde met Jacobsen Engineering en het Britse Amec uit Great Yarmouth een consortium voor het onderhoud aan deze offshore gasplatforms en hun aanlanding in Bacton en Den Helder. ‘De nadruk moest liggen op de reliability en de optimalisatie van het onderhoud van deze installaties. Daarvan had men toen in Groot-Brittannië niet de juiste kennis.’ Tichelaar pendelde daarom veel heen en weer tussen het Shellkantoor in Assen en het Amec-kantoor in Great Yarmouth. Na een korte volgende stap als maintenance consultant bij Taqa in Alkmaar voor de Bergermeer-gasopslag, ging Tichelaar namens Stork Consultancy een tijdje naar Abu Dhabi. ‘Voor Gasco verrichtte ik met teamgenoten een ‘remnant life study’ voor vijf gaswinningsinstallaties in de woestijn van de Verenigde Arabische Emiraten. De onderzoeksvraag was wat ze moesten investeren om deze plants de komende twintig jaar te kunnen exploiteren.’

Met de stap naar KCA Deutag als maintenance systems manager in Bad Bentheim breidde de ervaring van Tichelaar zich definitief verder uit van downstream (bij de bron weg) naar upstream-systemen (in en op de bron). KCA Deutag is een drillingcontractor die wereldwijd het boren uit handen neemt van de broneigenaren. Zowel kleinere installaties op land als grote platforms in zee. ‘Zij zochten een leider voor de maintenancesystemen van alle onshore boorinstallaties wereldwijd. Ik was verantwoordelijk voor het verbeteren van het onderhoudsmanagementsysteem en keek wat er verbeterd kon worden aan het onderhoud van de drilling rigs. Lang niet altijd is bijvoorbeeld de vervangingsfrequentie die een rig-leverancier voor onderdelen voorschrijft echt noodzakelijk.’ In deze functie werkte Tichelaar veel samen met de ModuSpec-vestiging in Nederland, een auditor voor KCA Deutag. ‘Deze auditor vroeg mij als maintenanceconsultant in Singapore. Ik verhuisde met mijn gezin naar Singapore en werd expat.’ Van verbeteraar MaintNL 03 – 2013

066_67_69_MM_NVDO-artikel.indd 67

67

19-03-13 13:52


YOUR EFFICIENCY PARtNER “challenge your efficiency” met een van onze experts op de maintenance next beurs Stork Technical Services is al 185 jaar een betrouwbare en wereldwijd opererende kennisorganisatie op het gebied van asset integrity management. Wij helpen onze klanten bij het optimaliseren van de productie door het onderhouden, repareren en verbeteren van hun industriële assets. Challenge your efficiency is het centrale thema waarmee wij graag in gesprek gaan met de beursbezoeker. U krijgt live een efficiency consult op onze stand. Ontdek ook onze efficiency creërende innovaties op de innovatieroute: de Hot Bolt Clamp en Laser Cladding.

Maintenance Next, Ahoy Rotterdam, 16-18 april Ontmoet ons op stand 6.701 in hal 6

AssEt LIFECYCLE INtEgRItY PARtNER

018_stork.indd 1

19-03-13 10:00


en manager werd Tichelaar weer consultant en nu ook met auditing van processen erbij: met een complete blik op de systemen, competenties van personeel, support vanuit headquarters, inzet van software en kwaliteitsbewaking. Inmiddels ging ModuSpec - samen met West Engineering op in het nieuwe Lloyd’s Register Energy onderdeel ‘Drilling’ waarvan Tichelaar nu operations manager werd. Zo loopt het dus, een carrière van monteur tot een specifieke upstream-drilling-maintenance-deskundige waarvan er wereldwijd maar weinig rondlopen. ‘Er is nou eenmaal een beperkt aantal maintenance consultants, laat staan consultants met olie- en gaswinning als specialiteit. En al helemaal weinig met kennis van de upstream wereld.’

‘Downstream - dus vanaf de afsluiter naar het land en de productiefaciliteit is het onderhoudsniveau verder ontwikkeld dan upstream op de platforms zelf.’ Onder contole In het onderhoud aan boorinstallaties valt in het algemeen nog een hoop te verbeteren, ziet Tichelaar nu. ‘Downstream - dus vanaf de afsluiter naar het land en de productiefaciliteit - is het onderhoudsniveau verder ontwikkeld dan upstream op de platforms zelf.’ Tichelaar ziet dat aan de uitkomsten van de upstream maintenance audits, die veel lager scoren dan downstream. ‘Dat is toch opmerkelijk, want zoals we hebben kunnen zien, is niet alleen de faalkans groot, maar zijn de gevolgen ook enorm als risico’s bewaarheid worden. Als je je rig niet onder controle houdt, kunnen er doden vallen en zich enorme schades voordoen. Voor mens, natuur, imago, materieel en financiën.’ Behalve voor een toenemend aantal audits, worden Tichelaar en zijn collega’s dan ook veel uitgenodigd tot het doen van verbetervoorstellen. Gedurende zijn carrière werd Tichelaar steeds gevraagd voor nieuwe functies. Het toont wat hem betreft aan dat er een schreeuwend tekort is aan onderhoudsspecialisten, die na het mbo al groeiend deze kennis opdoen. Want een gespecialiseerde

onderhoudsopleiding op dat niveau is er bij zijn weten nog steeds niet echt. ‘Op een of andere manier is maintenancemanagement wereldwijd vaak heel sterk vanuit Nederland gedreven.’ Tichelaar weet niet hoe dat komt. ‘De handelsgeest en het gemak om over de grens te praten? Misschien omdat we zeevaarders waren en een grote marine hebben? Ik weet uit ervaring dat zeevarenden al sinds jaar en dag een goed onderhoudsregime in ere houden op hun schip. En Nederland neemt al van oudsher een belangrijke plek in in de maritieme industrie wereldwijd.’

Singapore Het leven als expat bevalt Tichelaar en zijn gezin prima. ‘Singapore is een gedreven land, zakelijk heel actief met kansen voor bedrijvigheid. Er zitten hier veel Nederlandse bedrijven en er wonen zo’n vierduizend Nederlanders.’ Hoewel hij geen lid is van de Hollandse Club voor expats, kent de drillingdeskundige er veel Nederlanders. Qua werkcultuur moet hij in zijn geheugen graven hoe de Nederlandse ook alweer is. ‘Ik denk niet dat het zoveel anders is. Veel bedrijven zijn verwesterd en de kantoren zien er net zo uit als kantoren in Amsterdam.’ n MaintNL 03 – 2013

066_67_69_MM_NVDO-artikel.indd 69

69

19-03-13 13:52


Bent u goed voorbereid?

Stroomzekerheid is te plannen! → Stroomadvies op de Maintenance Next, standnummer 5.401

www.bredenoord.com

BRE0196 ADV iMaintain 185x64.indd 1

Genereer uw leads ook in het najaar

2 & 3/10/2013 - AHOY ROTTERDAM

SOLIDS2013 DE NEDERLANDSE VAKBEURS VOOR DE BE- EN VERWERKING, OPSLAG EN TRANSPORT VAN VASTE EN DROGE STOFFEN Boek uw stand al vanaf € 2795* easyFairs.com/SOLIDS-NL of bel + 31 (0) 162 408 983

19-03-13 14:00

2 & 3/10/2013 - AHOY ROTTERDAM

PUMPS & VALVES2013

DE NEDERLANDSE VAKBEURS VOOR TECHNOLOGIE & INNOVATIE IN INDUSTRIËLE POMPEN, KLEPPEN EN AFSLUITERS Boek uw stand al vanaf € 2795* easyFairs.com/PUMPS-NL of bel + 31 (0) 162 408 990 * Totale investering voor een stand van 12m2

WAREN ALLE VAKBEURZEN MAAR ZO GEMAKKELIJK! 185_64_SOLIDS_P&V_2013_NL_01.indd 2

19/03/2013 13:43:05

Specialist in Heat Treatment Preheating and stress relief Induction and resistance Stationary furnaces Dry out and curing Rental and sales Mobile furnaces

www. delta-heat-services.com info@delta-heat-services.com +31 (0) 187 - 49 69 40

070_DELTA_bredenoord_easy.indd 1

19-03-13 14:32


Agenda

april 8 april AFAS Software, Leusden www.industrialsocialmedia.nl IndustrialSocialMedia Award Op 8 april wordt de eerste IndustrialSocialMedia Award uitgereikt. Deze award is bestemd voor het technische B2B-bedrijf dat social media op aansprekende wijze heeft ingezet in marketing-, communicatie- en salesprocessen. Voorafgaand aan de uitreiking van de Award geeft trendwatcher en keynote speaker Vincent Everts zijn visie op de mogelijkheden die social media kunnen bieden aan technische B2B-bedrijven.

24 en 25 april Klokgebouw, Eindhoven www.hightechsystems.nl High-Tech Systems 2013 Het congresprogramma en de expositie focussen op de hightech-systemenindustrie. Op High-Tech Systems 2013 (HTS 2013) maakt u kennis met mensen en bedrijven die werken aan het ontwikkelen, produceren en vermarkten van complexe systemen. Op 23 april kunnen deelnemers hightechbedrijven en onderzoeksinstituten in de regio Eindhoven bezoeken. High-Tech Systems richt zich op hightech-systeemontwikkeling en markten voor geavanceerde systeemengineering en technologie.

mei 9 t/m 11 april Beatrix Theater, Utrecht www.weekvandeondernemer.nl

14 mei Evoluon, Eindhoven www.engineersonline.nl/safetyevent

Week van de ondernemer

Safety Event

Als ondernemer bruist u ongetwijfeld vaak van de ideeën voor vernieuwing of verbetering van uw product of dienst. Maar waar begin je, wie helpt om het idee te verwezenlijken en hoe regel je financiering? Antwoorden op deze vragen vindt u op de Nederland Innoveert-verdieping, een initiatief van MKB-Nederland, het ministerie van Economische Zaken, Syntens en TNO.

Op 14 mei 2013 beleeft het Safety Event zijn vierde editie in het Evoluon in Eindhoven. Onafhankelijke sprekers, een representatieve doorsnede van aanbieders van veiligheidsproducten en -diensten en de mogelijkheid voor de bezoeker om vooraf zelf richting te geven aan de rondetafelgesprekken met de ‘Safety Doctors’ zijn ook dit jaar weer de kenmerkende ingrediënten van het Safety Event.

12 april Midden-Nederland www.nvdo.nl De R&ME’er als coach: goud ligt op de werkvloer Graag nodigt de NVDO u uit voor de nieuwe start van het NVDO-drieluik Reliability & Maintenance Engineering. De eerste inloopmiddag is 12 april. Thema van deze middag is: ‘De R&ME’er als coach: goud ligt op de werkvloer’. We geven het woord aan emeritus prof. Klaas Smit, asset managers Sim Mensinga en Jan van der Lee van VolkerRail en aan interim-manager Frank Kleinreesink. Zij delen hun visie en ervaringen aan de hand van casussen die voor u van grote waarde zijn. Er is veel ruimte voor discussie en het delen van ervaringen.

16 t/m 18 april Ahoy, Rotterdam www.maintenancenext.nl Maintenance NEXT Een vernieuwd expositieconcept, een nieuwe naam. Maintenance NEXT is een technologie- en onderhoudsexpo met meer technologie, meer inspiratie en meer interactie. Oplossingen, ontwikkelingen en ontmoetingen. Daar draait het om bij Maintenance NEXT 2013. De technologie- en onderhoudsexpo stelt de toekomst van onderhoud centraal. Onderhoudsprofessionals wisselen kennis en visies uit om de industrie in stand te houden voor morgen. Met als motto ‘NU klaar voor NEXT dimensies’.

juni 4 en 5 juni NH Conference Centre Koningshof , Veldhoven www.materialenbeurs.nl Materials 2013 Materials 2013 - engineering & technology is een nieuw evenement, bedoeld voor iedereen die betrokken is bij de keuze, de directe toepassing, het aanbrengen en het (na)bewerken van materialen. De ontwikkelingen op het gebied van materialen en materiaalbehandelingen zijn stormachtig, maar het vakgebied krijgt niet altijd de aandacht die het verdient. Materials 2013 wil die verborgen waarde van materialen duidelijk zichtbaar maken.

6 juni RDM Campus, Rotterdam www.deltavisie2013.nl Deltavisie Door het combineren van ideeën en technologieën ontstaan vaak nieuwe oplossingen. Deltavisie 2013 inspireert beslissers uit de industrie, politiek en wetenschap om die combinaties te zoeken. Innovaties in energie-efficiëntie, ketendenken en milieueffecten liggen binnen bereik. Een onmisbare schakel in het zoeken naar combinaties is open communicatie. Tijdens Deltavisie 2013 onderzoeken we met sprekers én congresdeelnemers hoe de industrie in de Rijn/ Scheldedelta stappen voorwaarts kan maken door te combineren, te communiceren en daardoor proactief te innoveren. MaintNL 03 – 2013

071_MH_NVDO_agenda.indd 71

71

20-03-13 08:56


 



     

Stoomturbines Turbo compressoren Luchtfilters Bezoek ons op Maintenance NEXT, standnummer 5407 Skyline Technologies B.V. ABC Westland 247 2685DC Poeldijk Nederland

 





Tel: +31 (0)174 280875 Fax: +31 (0)174 280877 E-mail: info@skyline-technologies.nl

www.skyline-technologies.nl

HCC Rotterdam B.V.

Vragen storingen teveel van u? Sitech Services verzorgt het complete onderhoud van fabrieksinstallaties, van management en uitvoering tot verbeterprojecten. Door onderhoud goed voorbereid en gepland uit te voeren vergroten we de betrouwbaarheid van uw installaties. Ondersteuning bij het beheer van uw installaties leidt tot een hogere productiviteit en lagere kosten.

SITECH SERVICES VERBETERT UW PRESTATIES

072_sky_thermiek_sitec.indd 1

www.sitech.nl

19-03-13 09:33


column Laat maar! Volgens de Tweede Kamer hebben werkgevers een stok achter de deur nodig om arbeidsgehandicapten in dienst te nemen. Daarom wordt vanaf 2015 een quotum ingevoerd dat hen verplicht vijf procent arbeidsgehandicapten in dienst te hebben. In dit kader moest ik opeens aan Onno denken. Onno is autistisch en daarom draagt hij het stempel ‘arbeidsgehandicapt’ op zijn voorhoofd. Op eigen initiatief heb ik Onno twee jaar begeleid. Met kleurenkaartjes, veel geduld (mijn handicap) en een hoog repeterend gehalte, kwamen we elke keer een heel klein stukje verder. Onno was een kanjer, begreep zijn werkzaamheden en kon ontzettend hard werken. Hoezo een quotum instellen? Op eigen initiatief kan het dus ook! Het kabinet wil in 2015 dus een gehandicaptenquotum invoeren. Dat betekent dat elk bedrijf met meer dan 25 werknemers vijf procent arbeidsgehandicapten in dienst moet hebben. Zo niet, dan krijgt het een boete van vijfduizend euro per ‘gemiste’ werknemer. Het quotum is onderdeel van de Participatiewet, die volgend jaar moet ingaan. Hierin worden de bijstand, een deel van de Wajong voor jonggehandicapten en de sociale werkplaatsen samengevoegd tot één regeling. Die ideeën en initiatieven zijn er allang. Philips heeft

al 25 jaar arbeidsgehandicapten in het vizier. De multinational leidt bijvoorbeeld autistische Wajongers op tot testengineers. Het Philipswerkgelegenheidsplan is vastgelegd in een cao met de vakbonden en houdt in dat de multinational werkervaringsplaatsen aanbiedt aan mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Na afloop vindt gemiddeld zeventig procent van de deelnemers regulier, betaald werk. Werkgevers zouden gestimuleerd moeten worden, niet gedwongen om arbeidsgehandicapten in dienst te nemen. Straks komen we nog in de ongewenste situatie dat deze groep mensen er nog slechter aan toe is, alleen maar omdat hun werkgever een wettelijke verplichting kan afvinken. Boetes uitdelen als je je niet aan de nieuwe regels houdt? En wat gebeurt er dan met dat geld? Liever zie ik een beloningsstructuur voor zowel de nieuwe werkgever, als voor de arbeidsgehandicapte zelf. Laat maar, die quotumregel die alleen maar gericht is op werkgeversverantwoordelijkheid. Kom maar met een nieuw voorstel waarbij iedereen een verantwoordelijkheid heeft en geen boetes worden uitgedeeld, maar iedereen beloond wordt.

Philips heeft al 25 jaar arbeidsgehandicapten in het vizier. De multinational leidt bijvoorbeeld autistische Wajongers op tot testengineers

colofon

Ellen den Broeder-Ooijevaar Verenigings Manager

MaintNL is het verenigingsmagazine van de Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud. De naam MaintNL is eigendom van de NVDO.

Postbus 138 3990 DC Houten t +31(0)30 634 60 40 f +31(0)30 634 60 41

e info@nvdo.nl • www.nvdo.nl • www.nvdovac.nl

MaintNL 03 – 2013

073_NVDO_Vmanager.indd 73

73

19-03-13 14:01


74 volgend nummer

In HeT volgende nummer What’s NEXT? De expo Maintenance NEXT 2013 komt eraan. Oplossingen, ontwikkelingen en ontmoetingen. Daar draait het om in Ahoy Rotterdam. Experts uit alle hoeken van de industrie delen hun visie en denken samen na over de toekomst van onderhoud. Een verslag van de meest interessante discussies, innovaties en samenwerkingsverbanden.

iMaintain 2013

21 maart 2013 • De Kuip • Rotterdam

KRACHT

Tijdens het iMaintain-congres biedt de onderhoudsbranche aan vijftig zij-instromers een stageplaats aan. Ook spreken diverse vertegenwoordigers van de industrie over opvallende, krachtige initiatieven en contracten. Vind in de komende iMaintain de meest interessante uitspraken en cases.

Ageing Centre De TU Delft opende onlangs het verouderingsinstituut, ofwel het Ageing Centre. Het instituut onder leiding van professor Klaas van Breugel verbindt het onderzoek naar verouderingsmechanismen binnen een aantal faculteiten van de TU Delft. Een interview met de voorzitter van het verouderingscentrum over de gevolgen van veroudering en wat we eraan kunnen doen.

THemA: maintenance neXT EN VERDER MaintNL Eindelijk wordt bekend wie de Maintenance Manager of the Year 2013 is geworden. Vind in deze editie van MaintNL een interview met de winnaar. Ook kijken we verder naar de toekomst van maintenance. Welke trends zien de experts en wat kunnen we nu al doen om de toekomst in de gewenste richting te sturen?

iMaintain Nummer 4 verschijnt 4 mei 2013

Thema’s 2013 iMaintain 05-2013

maintenance in de maakindustrie

iMaintain 06-2013

maintenance en informatie

iMaintain 07-2013 gebouwde omgeving

iMaintain 08-2013

maintenance en automotive/aerospace

iMaintain 09-2013 maintenance & food

iMaintain 10-2013

maintenance in de infra

03 13 imaintain

074_F_volgend nummer.indd 74

19-03-13 16:20


Veilig werken binnen uw bereik?

BEZOEK ONZE STAND (HAL 5, NR. 5.208) VOOR EEN ONDERHOUDEND GESPREK OP NIVEAU Als je iets wilt bereiken als onderhouds-

meest geschikte hoogwerker te huur

specialist, vind je bij Riwal het meest

en te koop.

uitgebreide assortiment hoogwerkers. Voor uiteenlopende soorten onderhoud,

De verhuurvloot in Nederland bestaat

die efficiënt en veilig op hoogte moeten

uit ruim 2.500 hoogwerkers in 100

worden uitgevoerd, heeft Riwal de

soorten en maten.

HOOGWERKERS • VERREIKERS huren - kopen - onderhouden onderdelen - opleiden

www.riwal.com

Als je iets wilt bereiken


r ard e nn w wi ld A Go EC

AC

complexe processen grote risico’s integraal onder controle

AMprover software borgt uw totale risicobeheersing in één pakket ®

Bij verantwoorde risicobeheersing draait alles om het borgen van uw veiligheid en kwaliteit. Dat begint bij uw product en het functioneren van

fysieke bedrijfsmiddelen. Maar kijkt ook naar processen, systemen, mensen, regelgeving en milieu. AMprover® software geeft overzicht en inzicht in de

diverse risicovraagstukken en de kosteneffectieve maatregelen die het best aansluiten op uw bedrijfsspecifieke situatie. AMprover® is ontwikkeld door

Traduco, de mensen die Asset Management opnieuw hebben gedefinieerd. En dat biedt u een ander perspectief. www.traduco.nl

winnaar 2013 ACEC New York Gold Award

Infra Projectteam 2012

Onderscheidingen voor Kademuren Modellering Systeem Traduco heeft i.s.m. met het Canadese SIMCO Technologies het ‘Kademuren Modellering Systeem’ (KMS) voor het Havenbedrijf Rotterdam ontwikkeld. Dit systeem maakt het mogelijk om investeringsbeslissingen rondom de kapitaalintensieve havenassets te prioriteren, m.b.v. de software applicaties SAP, AMprover® en Stadium. Voor KMS is internationaal grote belangstelling. Bekroond door NVDO (Infra Projectteam 2012) en winnaar 2013 ACEC New York Gold Award.

a wider perspective, focused on you


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.