Ima04 lr

Page 1

www.imaintain.info

04 14 ELFDE JAARGANG – LOSSE VERKOOPPRIJS € 16,50

iMaintain Nr. 04 - 2014

EEn coMplExE kEtEn MoEt intEnsiEvEr saMEnwErkEn


Achter elk vat Total smeermiddelen schuilt een team van experts!

Met een landelijk opererend en ervaren team van Sales Engineers, een kundige technische dienst en een servicegerichte binnendienst zijn wij snel en gemakkelijk te bereiken. Dit in combinatie met een compleet assortiment smeermiddelen ĂŠn een zeer goede logistieke ondersteuning zorgt er voor dat u altijd op ons kunt rekenen. Voor uitgebreide informatie over onze mogelijkheden kunt u contact opnemen met: Total Nederland N.V. / IndustriĂŤle smeermiddelen Telefoon: 070 - 3 18 0 40 8 E-mail: smeermiddelen.industrie@total.com www.total.nl

The right choice in lubricants


inhoud 3

10 Interview Bij Dow Terneuzen staat onderhoud bijna synoniem aan veiligheid. De assets op de site zijn al vijftig jaar oud, maar toch in topvorm. ‘De enige strategie die we in Europa kunnen volgen, is zo efficiënt en veilig mogelijk te werken’, zegt Donnie Fruytier, directeur Maintenance & Reliability.

20 MAART 2014 • DE KUIP • ROTTERDAM

HÉT JAARCONGRES VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VOOR DOELMATIG ONDERHOUD EN HET VAKBLAD IMAINTAIN

Winst door multidisciplinaire samenwerking www_banners_iMaintain.indd 8

5 COMMENTAAR 7 ACTUEEL 16 POTENTIEEL VAN CBM NOG TE WEINIG BENUT 19 HOE DIGITALISEER JE ONDERHOUD? 21 PRODUCTEN 22 WHAT’S NEXT 66 VOLGEND NUMMER

14 iMaintain Congres U leest uitgebreid over wat iMaintain in petto had, 20 maart gehouden in De Kuip. Professor Van Donk vertelt over samenwerking in complexe ketens. Ook komt u alles te weten over de groeiagenda waarmee ONL voor Ondernemers de Nederlandse economie weer op de rit wil krijgen. 18-03-14 13:45

Maint

NL

Het magazine van de NVDO

29

Ook in MaintNL veel aandacht voor iMaintain, het jaarcongres van het iMaintain platform en de NVDO. Met de Maintenance Manager of the Yearverkiezing, maar ook Roel Okhuisen over de verbeteringen die hij doorvoerde in de logistieke keten van de Delta Terminal. En vijftig lidbedrijven van NAP bekeken hoe een oude fabriek langer meekan.

Johan Wolt: ‘Ik wil jeugd inspireren om voor techniek te kiezen’ Column Johan Wolt Meer verdienen met minder hard werken Column Henk van Zuijlen Slim omgaan met oude fabrieken Column Ton Merkx Big data is geen IT-kwestie Diepe aardwarmte maakt glastuinbouw duurzaam Overheid krijgt meer regie over het spoor Nederlandse gebouwbeheerexpertise gaat de wereld over Van onbeheersd naar “in control” De Stelling Vertrouwen als basis voor veiligheid

32 35 36 38 39 41 46 50 55 56 61 62 63

04

iMaintain 14

003_C_inhoud.indd 3

23-04-14 16:32


The Power of Knowledge Engineering Delivering profit through reliability

•Asset Management •Global Maintenance Benchmarking •Maintenance Strategy Review (RCM) •Engineering Consultancy •Condition Based Maintenance •Spare Parts Optimization •Lubrication Management

004_skf.indd 1

22-04-14 16:46


COMMENTAAR 5

Techniekvertier Ik weet niet of het echt significant meer is, maar ik heb het idee dat techniek zicht­ baarder wordt voor een heel belangrijke doelgroep: kinderen. Mijn dochter van negen zit graag voor de tv als er bij Het Klokhuis of Checkpoint weer iets getest, gesloopt of geproduceerd wordt. Musea en zelfs een enkel pretpark staan ook meer in het teken van techniekbeleving. En dat is mooi, want dan kunnen ook ouders van deze potentiële toekomsttechneuten zelf ervaren waar ze de kinderen voor laten kiezen. Daarbij is het nog wel de kunst om ouders met kinderen naar die musea en pretparken te krijgen, maar daar heb je marketingmensen voor. Afgelopen eerste paasdag waren we zelf met het gezin bij Neeltje Jans. Ik kon me nog herinneren dat ik ooit in de stormvloedke­ ring was geweest, te midden van een verlaten gebied. Tegenwoordig is daar een heel pretpark omheen gebouwd. En wat volgens mij heel goed is gelukt, is om het resultaat van techniek te laten zien. Bij Neeltje Jans gaat het om veiligheid en droge voeten, dat wordt je snel duidelijk. Met een iets gedateerde maar indrukwekkende expositie wordt de watersnoodramp aangehaald als reden voor de Deltawerken. En vervolgens kun je het park in om tussen de waterspeeltuin en de rondvaartboot door te kijken naar de gebruikte werktuigen. Die liggen in het park oud te worden, blijkbaar zonder veel onder­ houd. Je kunt ook nog steeds de stormvloedkering in. Dat blijft indrukwekkend, zowel voor buitenlandse toeristen als voor Nederlanders. En het draagt volgens mij bij aan de interesse van kinderen voor technisch georiënteerde opleidingen. Net zoals ik denk dat Corpus kan helpen om kinderen te interesseren voor gezondheidszorg. Bij een ron­ detafelbijeenkomst die we net hebben gehad voor het iMaintain platform over arbeids­ markt en imago, werd terecht opgemerkt dat we niet moeten proberen om techniek te pushen, maar dat we juist moeten laten zien wat techniek oplevert. Namelijk veiligheid, welvaart, gezondheid, producten en diensten en niet in de laatste plaats: trots! Mark Oosterveer @M_Oosterveer

HOOfdREdACTiE

Mark Oosterveer 020 3122 793 mark.oosterveer@industrielinqs.nl NUMMER 04 ­ 2014

David van Baarle 020 3122 082 david.vanbaarle@industrielinqs.nl

UiTgAvE vAN

EiNdREdACTiE

Industrielinqs pers en platform Veembroederhof 7 1019 HD Amsterdam Postbus 12936 1100 AX Amsterdam

PARTNER

Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud (NVDO) Postbus 138, 3990 DC Houten

Elise Quaden 020 3122 084 elise.quaden@industrielinqs.nl

MEdEwERkERs

Inge Janse, Liesbeth Schipper, Erik te Roller, Renske van den Berg, Ingrid Rompa, Pieter Pulleman, Teus Molenaar, Francis Voermans

LAy-OUT

Gabriele Köbbemann

COvER

BASF en SAP

AdvERTENTiEvERkOOP Ahoy Rotterdam NV Ahoy­weg 10 3084 BA Rotterdam Postbus 5106 3008 AC Rotterdam Organisator van

UiTgEvER

Wim Raaijen 020 3122 081 wim.raaijen@industrielinqs.nl

Jetvertising BV Arthur Middendorp T: 070 399 00 00 F: 070 390 24 88 arthur@jetvertising.nl

TRAffiC

Breg Schoen 020 3122 088

dRUkkERij

MediaCenter, Rotterdam

AbONNEMENTEN (EXCL. bTw)

Nederland/België € 93,– Introductie NL/B 25% € 69,50 Overig buitenland € 116,50 Losse verkoopprijs € 16,50 Studenten € 38,50 Proefabonnement 3 mnd € 27,00 Digitaal jaarabonnement (tablet) € 55,– Digitaal 1 editie (tablet) € 5,99

OPzEggEN

Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwij­ gend met een jaar verlengd. Proef­ en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegter­ mijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzi­ gingen kunt u doorgeven via www. aboland.nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op.

AbONNEMENTENLANd

Postbus 20 1910 AA Uitgeest Tel. 0900­ABOLAND of 0900­226 52 63 € 0,10 per minuut Fax 0251­31 04 05 Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementenland is ook bereikbaar via Twitter. Stuur uw tweet naar: @Aboland_klanten. Prijswijzigingen voorbehouden. ISSN: 2211­6826 © Industrielinqs pers en platform BV Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever.

04

iMaintain 14

005_B_commentaar.indd 5

23-04-14 14:06


iMaintain.info

geeft nog meer waarde voor uw geld Meer nieuws dan ooit • • • • • • • •

Actuele berichtgeving over de gehele onderhoudssector Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten en diensten Multimediale bedrijfspresentaties Tweewekelijkse Nieuwsbrief Live twitter updates LinkedIn interacted

iMaintain-abonnees krijgen meer • De nieuwste iMaintain staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.imaintain.info en kies abonneren

Ga direct naar imaintain.info en blijf iedereen voor _adv_www_iMaintain-A5.indd 43

22-04-14 16:18

22 mei • FME gebouw • Zoetermeer Werken aan een gezamenlijk doel

Aanmelden

Hoe is de verhouding tussen werkgevers en werknemers in de

Aanmelden kan via www.industrielinqs.nl/pml

Nederlandse industrie? In sommige branches lijkt de groei er

Deelname is gratis voor Profion- en Vomi-leden.

weer in te zitten, andere disciplines lopen nog wat achter. Is

Vraag de vipcode aan via het secretariaat van Profion.

de groei al te verzilveren door de vakmensen of is dat nog te

Niet-leden betalen €150,-

vroeg? Werken we wel naar een gezamenlijk doel toe? Bij Profion Maintenance Linqs op 22 mei kijken Peter

Programma

Bongaerts van FME en een stakeholder uit de industrie

15.45 uur

Ontvangst

vanuit een verschillend perspectief naar dit vraagstuk.

16.00 uur

Opening

Uw ervaring, aanwezigheid en inbreng maken deze

16.15 uur

Lezingen en discussie

discussie compleet.

17.30 uur

Borrel en netwerk

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met: marjolein@industrielinqs.nl • Tel: 020 - 31 22 791 Initiatiefnemers:

Partners iMaintain Platform:

01_adv_A5_PML.indd 1

22-04-14 16:16

006_abo_pml.indd 1

22-04-14 16:46


actueel 7

Opnieuw meer vraag naar technici Op landelijk niveau is de vraag naar hoogopgeleide technici opnieuw gestegen; wel zijn duidelijke regionale verschillen waarneembaar in de vacatureontwikkeling. Ten opzichte van het eerste kwartaal 2013 is de vraag naar hoogopgeleide technici gestegen met 13 procent. De regio Eindhoven vormt hierop een uitzondering. Hier daalde het aantal vacatures met 7 procent. Dit blijkt uit de analyse Trends en ontwikkelingen op de technische arbeidsmarkt over het eerste kwartaal van 2014 van Yacht. Opmerkelijk is de sterke groei in vraag in het westen van het land. In de regio’s Amsterdam en Rotterdam steeg de vraag naar technici met respectievelijk 37 en 26 procent ten opzichte van het eerste kwartaal van vorig jaar. De vraag naar technici in de regio Amsterdam overstijgt nu die van de regio Eindhoven, die als vanouds de grootste behoefte kent. De daling in de vacatureontwikkeling in Eindhoven is te verklaren door een heroriëntatie op ontwikkelprogramma’s bij enkele grote spelers in de regio waardoor er minder behoefte is aan ontwikkeling- en innovatiecapaciteit. De groei in de regio’s Amsterdam en Rotterdam is het gevolg van fors hogere investeringen door bedrijven in onderhoudsprogramma’s. De laatste jaren zijn deze investeringen achtergebleven. Nu wordt er een inhaalslag gemaakt.

Constructiefout en corrosie leidden tot ontploffing Total De ontploffing bij Total Raffinaderij Antwerpen, in november vorig jaar, was het gevolg van een constructiefout. Dat blijkt uit onderzoek van Total en TEAM Industrial Services, de onderaannemer die betrokken was bij het ongeval. Er kwamen twee mensen om bij de ontploffing. De twee mannen waren bezig met het dichten van een lek aan de afsluiter van een installatie die benzine produceert. ‘Die afsluiter heeft het door een combinatie van factoren begeven’, zegt Paul Vermeiren, veiligheidsadviseur bij Total Raffinaderij Antwerpen, in de Gazet van Antwerpen. ‘Enerzijds is er een constructiefout vastgesteld. Anderzijds waren de draadstangen die de afsluiter bij elkaar hielden, aangetast door corrosie.’ Om het lek te dichten, moesten de twee mannen een product injecteren. Vermeiren: ‘Die kleine drukverhoging heeft ervoor gezorgd dat de afsluiter het heeft begeven. De ontploffing was een puur fysisch verschijnsel. Maar de kracht was enorm.

Marion Gout-van Sinderen weg bij ProRail De Raad van Commissarissen van ProRail heeft bekendgemaakt dat Marion Gout-van Sinderen per 1 juli vertrekt als president-directeur. Aanleiding is de verandering in het management van de spoorbeheerder. ProRail wordt een uitvoeringsorganisatie onder strakke regie van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Officieel meldt ProRail: ‘Met de afronding van de Lange Termijn Spooragenda komt ProRail in een volgende fase van haar ontwikkeling. De onderneming zal transformeren van een zelfstandige overheidsdeelneming naar een uitvoeringsorganisatie onder strakkere regie van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Deze belangrijke wijziging in de aansturing, heeft ertoe geleid dat Marion Gout-van Sinderen in goed overleg met de Raad van Commissarissen te kennen heeft gegeven haar functie van president-directeur in het belang van de onderneming per 1 juli aanstaande ter beschikking te stellen.’

Kijk voor meer nieuwsberichten op www.imaintain.info

007_8_9_D_actueel.indd 7

MeeSt GeleZeN ONlINe 1. exxonMobil start bouw nieuwe productie-unit Botlek-site ExxonMobil Chemical Holland is begonnen met de bouw van een nieuwe unit voor zijn Rotterdam Aromatics Plant (RAP) op de Botlek-site. De olieen chemiereus doet dit om de milieuprestaties en energie-efficiëntie van de fabriek te verbeteren. Lees verder op pagina 9

2. Johan Wolt (akzoNobel) Maintenance Manager of the Year 2014 Johan Wolt, maintenance manager bij AkzoNobel lndustrial Chemicals sBU MCA Delfzijl, is tijdens het feestelijke diner na afloop van iMaintain 2014 uitgeroepen tot Maintenance Manager of the Year. De jury roemde onder meer Wolts natuurlijke leiderschap, ambitie, vermogen om decennia vooruit te kijken en de structurele wijze waarop hij de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van zijn plant wist te verhogen. Lees verder op iMaintain.info

3. Opnieuw meer vraag naar technici Op landelijk niveau is de vraag naar hoogopgeleide technici opnieuw gestegen; wel zijn duidelijke regionale verschillen waarneembaar in de vacatureontwikkeling. Lees verder op pagina 7

4. Royal HaskoningDHV wordt assetmanager bij Yara Royal HaskoningDHV gaat de komende vijf jaar het assetmanagement uitvoeren voor chemiebedrijf Yara in Sluiskil. Het wordt beheerder van alle niet-primaire assets op de site. Lees verder op pagina 9

5. Dow Benelux krijgt boete van 1,8 miljoen euro Dow Benelux krijgt een boete opgelegd van 1,8 miljoen euro voor milieu-incidenten in de periode 2005 tot 2008. De officier van justitie eiste vijf miljoen euro, maar de rechter achtte niet bewezen dat de veiligheidscultuur bij Dow niet deugde. Lees verder op pagina 8

04

iMaintain 14

22-04-14 16:35


8 actueel

BeDRIJVeNNIeuWS Rabobank gunt croon onderhoud datacenter Boxtel Rabobank Nederland gunt het beheer en onderhoud van één van de twee datacenters aan TBI-onderneming Croon Elektrotechniek. Onder andere het elektronische betalingsverkeer van Rabobank in Nederland verloopt via de datacenters. Maximale procesbeheersing vormt het uitgangspunt van de tender. Het elektronische betalingsverkeer van Rabobank Nederland verloopt onder andere via het Rabobank datacenter in Boxtel. Om die reden worden er hoge eisen gesteld aan de beschikbaarheid en continuïteit van de installaties. Croon zal de komende periode zowel de energievoorziening als de safety & security-systemen op de locatie onderhouden en beheren.

Renovatie Velsertunnel voorlopig gegund aan combinatie Hyacint Rijkswaterstaat heeft de renovatiewerkzaamheden aan de Velsertunnel voorlopig gegund aan de aannemerscombinatie Hyacint. Dat betekent dat deze combinatie is aangewezen als beoogd uitvoerder van de werkzaamheden. De eerste voorbereidingen voor de renovatie van de Velsertunnel - zoals maken van het ontwerp - gaan dit jaar van start. Eind 2016 is het werk naar verwachting afgerond.

emerson levert systeem voor Gina Krog-platform Statoil heeft een contract ter waarde van 2,7 miljoen dollar toegekend aan Emerson Process Management. Onder dit contract wordt een geïntegreerd systeem voor conditie- en prestatiebewaking geleverd voor het olie- en gasplatform Gina Krog in het Noorse deel van de Noordzee. Met het systeem kunnen Statoilmedewerkers op het vasteland continu de kritieke en essentiële pompen, compressoren en andere mechanische apparatuur van het nieuwe vaste platform bewaken. Zodoende kan de efficiëntie worden geoptimaliseerd en kunnen mogelijke problemen worden vastgesteld voordat deze de productie nadelig beïnvloeden.

Bedrijf uit Sterksel schuldig aan dood drie werknemers Het bedrijf Reiling Sterksel is schuldig aan de dood van drie werknemers. Dat is het oordeel van de rechtbank Oost-Brabant. Drie mannen raakten op 4 oktober 2010 bij het uitvoeren van werkzaamheden in de waterzuiveringsinstallatie van het bedrijf bedwelmd. Enkele dagen later overleden ze aan de gevolgen van die bedwelming. De rechtbank veroordeelt het bedrijf tot een boete van 150.000 euro waarvan 50.000 euro voorwaardelijk en tot een voorwaardelijke stillegging van het bedrijf van drie maanden. Volgens de rechtbank schoot de veiligheid binnen het bedrijf ernstig te kort. Zo kregen medewerkers onvoldoende voorlichting over de gevaren die zich konden voordoen bij werkzaamheden aan de waterzuiveringsinstallatie. Ook was er onvoldoende toezicht op die werkzaamheden. Er zijn geen metingen verricht om eventuele gevaren vast te stellen. Daarnaast had het bedrijf geen maatregelen genomen om te voorkomen dat de ongevalscontainer betreden kon worden. Reiling Sterksel heeft aanmerkelijk onvoorzichtig gehandeld door op deze wijze om te gaan met de veiligheid van haar medewerkers, aldus de rechtbank.

Dow Benelux krijgt boete van 1,8 miljoen euro Dow Benelux krijgt een boete opgelegd van 1,8 miljoen euro voor milieu-incidenten in de periode 2005 tot 2008. De officier van justitie eiste vijf miljoen euro, maar de rechter achtte niet bewezen dat de veiligheidscultuur bij Dow niet deugde. Volgens de rechtbank in Middelburg heeft Dow zich in die periode schuldig gemaakt aan een reeks incidenten die gevaar opleverden voor mens en milieu. Door technische problemen en menselijke fouten ontsnapten bij een aantal incidenten in de periode 2005-2008 grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen zoals benzeen en kraakgas. Medewerkers werden blootgesteld aan schadelijke dampen en explosiegevaar. In enkele gevallen ontstond daadwerkelijk brand of een explosie, kwam de brandweer ter plekke en werden bedrijfsterreinen in de omgeving geëvacueerd. In een ander geval werd vervuild spoelwater geloosd in de Westerschelde.

Nederlandse afzet aan Duitse industrie kan in tien jaar verdubbelen De trend in de Duitse industrie om meer naar het buitenland uit te besteden biedt Nederlandse toeleveranciers enorme groeimogelijkheden. Nederlandse metaal-, rubberen kunststofproducenten kunnen hun afzet in Duitsland de komende tien jaar verdubbelen. Dit stelt het ING Economisch Bureau in een rapport over de Duitse maakindustrie en de positie van Nederland als toeleverland, dat werd uitgereikt aan minister Henk Kamp van Economische Zaken op de Hannover Messe. ‘De omzet van de Duitse auto-industrie, elektrotechnische industrie en machinebouw groeit in 2014 naar schatting tot 800 miljard euro, en zal dit decennium verder groeien’, zegt ING-econoom Jurjen Witteveen. ‘De rol van Nederlandse toeleveranciers is hierin nog te beperkt. Nederlandse metaal, rubber- en kunststofleveranciers exporteerden vorig jaar voor 6,0 miljard euro naar Duitsland. Met extra focus en inspanningen kan dit de komende tien jaar verdubbelen. Daarnaast bieden twee grote ontwikkelingen in Duitsland specifieke kansen voor de Nederlandse maakindustrie. Zo heeft Duitsland voor de zogeheten Energiewende ambitieuze doelstellingen geformuleerd. Dit biedt kansen voor de expertise van Nederlandse bedrijven in de maakindustrie op het gebied van energieopwekking, energiezuinige machines en ook de energie-infrastructuur. Een tweede belangrijke ontwikkeling is Industrie 4.0, wat staat voor een nieuwe manier van produceren waarbij de productiviteit wordt verbeterd via ‘smart factories’ met intelligente, efficiënte en foutloze processen. Industrie 4.0 vraagt om intensievere samenwerking, waarbij Nederland zeker een rol kan spelen.

04 14 iMaintain

007_8_9_D_actueel.indd 8

22-04-14 16:35


actueel 9

De zandmotor draait Wetenschappelijke waarnemingen tonen aan dat de Zandmotor doet waarvoor hij is aangelegd: de kust versterken door het zand te verplaatsen. Het zand van dit in 2011 voor de kust van Ter Heijde (ZH) aangelegde schiereiland verspreidt zich zoals berekend met de modellen. Ruim 2,5 miljoen kubieke meter is al door wind en golven verplaatst langs de kustlijn, de Zandmotor is hierdoor in zijn geheel smaller en langer geworden. De ontwikkeling van deze innovatieve vorm van bouwen met de natuur wordt door tientallen onderzoekers op de voet gevolgd. Carola van Gelder, Projectmanager Zandmotor van Rijkswaterstaat, geeft aan dat de bevindingen positief zijn: ‘De kustveiligheid neemt toe doordat het zand wordt afgezet langs de noord- en zuidkant van de Zandmotor en zich verspreidt binnen het kustfundament. Dit zien we aan instrumentele metingen met de Argusmast, de radarinstallatie, jetski’s en visuele inspectie vanuit de lucht. Je kunt het zelf ook zien aan de vormverandering van de Zandmotor en de jonge duintjes die zich op verschillende plekken vormen. Ook de natuurontwikkeling laat positieve veranderingen zien in de vorm van een verscheidenheid aan (bodem)dieren in de lagune en het duinmeer en de eerste plantensoorten die opkomen zoals zeeraket, spiesmelde en gelobte melde.’

BeDRIJVeNNIeuWS ProRail: uitloop spoorwerk loopt terug Werk aan het spoor gaat vaker volgens planning, dat zegt ProRail. Uit hun cijfers blijkt dat het aantal treinen dat in 2013 na werkzaamheden niet direct kon gaan rijden is gedaald met 48 procent ten opzichte van 2009. In 2009 kwam het nog 44 keer voor dat de eerste treinen niet direct konden rijden na geplande werkzaamheden. In 2013 kwam dit 23 keer voor. Een daling van zo’n 48 procent. Het aantal vernieuwingswerken met een buitendienststelling van het spoor is in die periode wel gestegen.

Royal HaskoningDHV wordt assetmanager bij Yara

ExxonMobil start bouw nieuwe productie-unit Botlek-site ExxonMobil Chemical Holland is begonnen met de bouw van een nieuwe unit voor zijn Rotterdam Aromatics Plant (RAP) op de Botlek-site. De olie- en chemiereus doet dit om de milieuprestaties en energie-efficientie van de fabriek te verbeteren. De nieuwe unit gaat aanvullend werken naast de bestaande unit en wordt naar verwachting begin 2015 in gebruik genomen. De jaarlijkse productie zal niettemin grofweg gelijk blijven, meldt het bedrijf desgevraagd. De nieuwe installatie voor de productie van paraxyleen maakt gebruik van een door Exxon ontwikkelde en gepatenteerde isomerisatie-technologie. Door op een alternatieve manier de chemische omzetting uit te voeren, neemt de energie-efficiency sterk toe. Over de kosten en betrokken aannemers doet Exxon geen uitspraken. Aanleiding voor de nieuwbouw is de wens van ExxonMobil om energie-efficiënter te werken en zo kosten te besparen. De zogeheten liquid isoformer unit vermindert het jaarlijkse energiegebruik van de RAP met het equivalent van het energieverbruik van dertigduizend Nederlandse huishoudens. Bijkomend voordeel is dat de CO2-uitstoot afneemt, vergelijkbaar met de jaarlijkse emissie van 23.000 auto’s. Exxon wil met deze investering de energieprestaties van de Rotterdamse fabriek verbeteren, en daarmee de strategische positie hiervan binnen ExxonMobils wereldwijde aromaten-business. Eerder investeerde het bedrijf op zijn Botlek-site al in een unit voor de productie van laagzwavelige diesel, capaciteitsuitbreiding van de aromatenfabriek en de integratie met de waterstoffabriek van Air Products.

Royal HaskoningDHV gaat de komende vijf jaar het assetmanagement uitvoeren voor chemiebedrijf Yara in Sluiskil. Het wordt beheerder van alle niet-primaire assets op de site. Het ingenieursbureau zal conform de ISO 55000-norm te werk gaan. Yara hoopt hiermee tegen lagere kosten te kunnen produceren. Royal HaskoningDHV wordt verantwoordelijk voor alle niet-primaire assets, waaronder meer dan tweehonderd gebouwen/bouwkundige constructies en bijbehorende installaties, zestig kilometer riolering, twaalf kilometer drinkwaterinfrastructuur, acht kilometer spoorlijn en rollend materieel, en 200.000 vierkante meter bestrating.

uw mailbox? Al het nineuvoworsoninze nieuwsbrief op

iMaintain.info!

Meld u aa

04

iMaintain 14

007_8_9_D_actueel.indd 9

22-04-14 16:35


10 interview

FOTO’S: HUGO FERMONT/FOTOGRAFICUS

veiligheid basis voor innovatie en ketensamenwerking

Donnie Fruytier: ‘veiligheid moet leidend zijn in de organisatie. Als je installaties technisch veilig en betrouwbaar zijn, zijn ze ook rendabel.’

04 14 iMaintain

010_11_13_H_interview.indd 10

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

23-04-14 10:06


interview 11

Bij Dow Terneuzen staat onderhoud bijna synoniem aan veiligheid. De assets op de site zijn al vijftig jaar oud, maar toch in topvorm. En dat moet ook, omdat de organisatie ze nog eens vijftig jaar aan het werk wil zetten. ‘De enige strategie die we in Europa kunnen volgen, is zo efficiënt en veilig mogelijk te werken’, zegt Donnie Fruytier, directeur Maintenance & Reliability. Met een tekort aan technisch personeel geen makkelijke opgave.

De timing is misschien een beetje ongelukkig: Dow boekte onlangs nog een veiligheidsrecord met een ongevalvrije periode van achttien maanden. Ook wat betreft procesveiligheid en spills had men nog nooit zo’n succesvol jaar als in 2013. Tegelijkertijd kwam er eind maart van dit jaar eindelijk een uitspraak in een langslepende rechtszaak over incidenten die zich voordeden bij het bedrijf in de periode tussen 2005 en 2008. Dow moet een boete van 1,8 miljoen euro betalen. Het oordeel van de rechter dat er niets mis is met de veiligheidscultuur bij het chemiebedrijf, loopt aardig in lijn met de safety records die Dow wereldwijd noteert. Inmiddels is ook bekend geworden dat Dow tegen de uitspraak van de rechtbank in beroep gaat. De twee genoemde nieuwsfeiten laten nog maar eens zien in welke mate veiligheid de bedrijfsvoering van de petrochemische sector bepaalt. Het is in dit krachtenveld dat directeur Maintenance & Reliability Donnie Fruytier opereert op de grootste Europese site van het Amerikaanse bedrijf. Met een eigen onderhoudsorganisatie van 230 man, 130 technici van vaste en direct aangestuurde contractors en nog eens vierhonderd tot soms duizend dienstverleners die op unit rate basis werken, is het management best een uitdaging. Dow heeft zijn maintenance-organisatie echter dermate ingericht dat de span of control behapbaar is en de centrale organisatie de regie strak in handen heeft. Fruytier ziet de rol van maintenance binnen de Dow-organisatie vooral als die van goede huisvader: ‘De enige strategie die we in Europa kunnen volgen, is zo

efficiënt en veilig mogelijk te werken. De kaarten zijn geschud en de reden dat we in Europa nog een chemische industrie hebben, is omdat we vijftig jaar geleden zijn begonnen met investeren en de inmiddels economisch afgeschreven assets nog steeds technisch in perfecte staat zijn. Veel van de bulkchemie heeft zich verplaatst naar het Midden-Oosten, waar de grondstoffen goedkoop zijn. De Verenigde Staten heeft met zijn schaliegasrevolutie gunstige energieprijzen terwijl in het Verre Oosten de arbeidskosten laag zijn. Het klinkt misschien als een rouwbeklag, maar dat is het zeker niet. In Nederland hebben we hoge energieprijzen, hoge grondstofprijzen en hoge personeelskosten, maar we hebben ook zeer veel kennis. De oplossing voor onze industrie zit dan ook in het zoveel mogelijk benutten van die kennis.’

Veiligheid De strategie is er dan ook vooral op gericht om de assets ook de komende vijftig jaar zo optimaal mogelijk in te zetten. ‘Een ongeluk zoals bijvoorbeeld in het verleden in Texas City (in de BP-raffinaderij, red.) zou het einde betekenen voor Dow in Terneuzen. En dus is ons eerste doel om ongelukken te voorkomen. Tegelijkertijd kijken we wel degelijk naar kostenbesparingen en we hebben er dan ook bewust voor gekozen om de eigen onderhoudsorganisatie beperkt te houden. Maar dat betekent niet dat we de verantwoordelijkheid voor veiligheid, gezondheid en milieu zomaar uit handen geven. Uiteindelijk blijft Dow altijd verantwoordelijk voor de

De manier waarop technisch onderwijs wordt gegeven, stamt nog uit de tijd van Napoleon en past volgens mij niet meer bij de belevingswereld van jongeren.

David van Baarle

veiligheid van de site en dus behandelen we contractors als onze eigen mensen. Om de samenwerking nog intensiever te maken, hebben we zelfs een vereniging opgericht. De Verenigde Maintenance Partners (VMP) is een samenwerkingsverband tussen 24 contractors die samenwerken op het gebied van veiligheid en die ook zelf veiligheidsprogramma’s opzetten. De VMP riepen het Summer Spike-programma in het leven dat mensen alert moest maken op potentiële risico’s in de zomertijd zodat ze op tijd maatregelen kunnen nemen. Zo’n intensieve samenwerking met de partners werkt echt.’ De wijze waarop Dow samen met haar contractors werkt aan veiligheidsprogramma’s heeft ook een aantal jaar geleden de Responsible Care-prijs gewonnen. Het Summer Spike-programma is genomineerd voor de Responsible Care-prijs van dit jaar. ‘Belangrijk in zo’n samenwerking is dat de directie van zowel de opdrachtgever als de contractor leiderschap toont en laat zien dat het veiligheid serieus neemt. Maar vier ook je successen. Om veiligheidsprestaties zichtbaar te maken, reiken we jaarlijks de Contractor Safety Award uit aan de best presterende contractor.’

innovatie Hoewel de mens en zijn gedrag een belangrijke factor is in de veiligheidsprestaties van de site, zijn goede procedures net zo belangrijk. ‘Als je ervoor zorgt dat de kwaliteit van je systemen geborgd is, zorg je er tevens voor dat ze veilig zijn. Sommige processen zijn echter intrinsiek zo gevaarlijk dat je ze niet meer zou moeten willen uitvoeren. Zo hebben we twee à drie jaar geleden gezegd dat het hogedrukreinigen van warmtewisselaars niet meer manueel mag worden uitgevoerd.’ Die keuze maken is eenvoudig, maar om daar uitvoering aan te geven, kostte wat meer moeite. Het prikkelde de contractors wel om opnieuw naar hun processen te kijken en om te innoveren. Ook hier wierp

04

iMaintain 14

010_11_13_H_interview.indd 11

23-04-14 10:06


Het iMaintain Platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond onderhoud en assetmanagement. Het platform belicht op een journalistieke en onafhankelijke manier innovaties, behandelt actuele onderwerpen en inspireert. Via het vakblad iMaintain, met de website www.imaintain.info, met vier rondetafelmeetings per jaar, diverse bijeenkomsten en met een jaarcongres bereikt het iMaintain Platform haar doelgroep.

De volgende bedrijven zijn partner van het iMaintain Platform:

Scan de foto en bekijk het filmpje Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het iMaintain Platform, kijk dan op www.imaintain.info of neem contact op met Anouk Bouwmeester: Anouk@industrielinqs.nl – 020 3122 797

1) 2) 3) 4)

Installeer op uw smartphone of tablet de app ‘iLinqs’ Start de app op uw smartphone of tablet Scan de foto waarbij het icoon is geplaatst Het bijbehorende filmpje verschijnt op smartphone of tablet

Het expertpanel van het iMaintain Platform bestaat uit de volgende specialisten: Henk Akkermans Hoogleraar dynamiek van toeleveringsnetwerken, Universiteit Tilburg Wetenschappelijk directeur DI-WCM Leo van Dongen Professor Maintenance Engineering, Universiteit Twente Directeur Fleet Services, NedTrain Mark Haarman Managing Director, Mainnovation

02_advertentie_IMAplatform.indd 1

Cor van de Linde Directeur innovatieplatform iTanks Maintenance Manager of the Year 2012

Roelf Venhuizen Voorzitter Profion, Bestuurlid Veiligheid Voorop, Voormalig CEO NAM

Ton Huibers Maintenance Manager, Vlisco Maintenance Manager of the Year 2013

Geert-Jan van Houtum Professor Reliability, Quality en Maintenance, TU Eindhoven

Johan Wolt Maintenance Manager, AkzoNobel lndustrial Chemicals MCA Delfzijl Maintenance Manager of the Year 2014

De partnerstructuur van het iMaintain Platform bestaat uit complementaire marktpartijen. De samenstelling waarborgt de objectiviteit van het platform en zorgt voor een verregaande integratie in de doelgroep.

23-04-14 08:51


interview 13

de nauwe samenwerking zijn vruchten af. In een samenwerking tussen de contractorpartners en een specialist van Dow werd een nieuwe techniek ontwikkeld waarbij de bundels automatisch worden gereinigd, zonder dat mensen aan risico’s worden blootgesteld. En zo komt het onderwerp al snel op innovatie. Een thema dat Dow serieus neemt, ook gezien de bemoeienissen van het chemiebedrijf met het Kennis en Innovatie Centrum (KI<). ‘Nog een voorbeeld van een innovatie die ook de veiligheid verbetert, hadden we in onze haven. De palen van de marinedocks waar zeeschepen aanmeren, werden eens in de zoveel tijd manueel gereinigd. Daarvoor moest een duiker met een hogedrukspuit de palen schoonspuiten, met alle risico’s van dien. Twee bedrijven ontwikkelden een robot die op de palen wordt geplaatst en ze automatisch schoonspuit. Daarbij meet de Jopie, zoals de robot wordt genoemd, ook nog de wanddikte van de palen. Het is zelfs mogelijk om datgene wat de robot van de paal afspuit af te vangen zodat ook het milieu niet wordt belast. Het laat maar weer eens zien dat als je de vraag maar goed stelt, er vaak wel innovatieve bedrijven zijn die met een antwoord komen.’ Om nog breder samen te werken met contractors en ook kleine innovatieve bedrijven een kans te geven is ook het Maintenance Valuepark Terneuzen opgericht. ‘Samen met het KI< bieden we alle ruimte om innovatie tot wasdom te laten komen, maar ook om innovatieve producten in de praktijk te testen.’ Dow heeft nog voldoende uitdagingen waar het bedrijf graag innovatieve oplossingen voor zou willen zien. ‘Het bouwen van stellingen is eigenlijk verspild geld’, zegt Fruytier. ‘Vaak zijn er ook wel andere, goedkope, meer efficiënte en veiligere methoden om een installatie te inspecteren of onderhouden. Veel is tegenwoordig al mogelijk met rope access. Maar we hebben ook al proeven met drones uitgevoerd, die bijvoorbeeld flares kunnen inspecteren.’

Hands on Tool Time Ondanks alle innovatie, is er nog genoeg werk te doen voor de onderhoudsafdeling van Dow en ook daar is nog wel efficiencywinst te halen. ‘Niet alleen omdat meer efficiency meer winst oplevert, maar ook omdat er steeds minder goed

geschoold technisch personeel beschikbaar is’, zo benadrukt Fruytier. ‘Als een monteur meer tijd kan besteden aan zijn werk, kunnen we uiteindelijk hetzelfde werk met minder mensen uitvoeren. We zijn dan ook gestart met Hands on Tool Time-metingen met daaraan gekoppeld een aantal verbetertrajecten. Gemiddeld besteden monteurs of onderhoudstechnici de helft van hun werktijd aan datgene waar ze voor zijn aangenomen. De andere helft zijn ze bezig met wachten op vergunningen, reizen naar hun werkplek, pauzes of wachten op een nieuwe klus. Door te meten waar de verspilling zit, kun je vervolgens kijken naar optimalisatie van de werkstromen, maar bijvoorbeeld ook naar het stroomlijnen van de uitgave van vergunningen. Ook in de infrastructuur of routing van klussen zat nog veel ruis waardoor meer tijd aan reizen werd besteed dan nodig is. Wat ook veel heeft opgeleverd is het koppelen van werkvergunningen aan werkpakketten. Daarmee zorg je ervoor dat iedereen die op de site rondloopt weet wat er van hem wordt verwacht en dat hij beschikt over de juiste materialen en het juiste gereedschap. Bovendien voorkom je dat mensen die er niets te zoeken hebben op de site rondlopen. Het lastigste deel van het HoTT-traject was nog wel de cultuurverandering die we hiermee inzetten. Je merkt dat veel gewoontes diep ingesleten zijn. Zo werken de meeste monteurs tot vier uur, maar als ze om drie uur klaar waren met een klus, werd de resterende werktijd niet meer efficiënt ingevuld. Maar als je een betere werkplanning hebt, een betere afstemming met de vergunninguitgifte en je kunt bewerkstelligen dat werknemers tevoren aangeven wanneer ze klaar zijn, dan kun je dat uur nog heel goed benutten.’

Technici tekort De zorg om in de toekomst voldoende technisch personeel aan het bedrijf te binden, blijft echter bestaan. ‘Dat is overigens geen probleem van Dow alleen, maar van de gehele industrie. Het gebrek aan vakmensen is inherent aan de huidige opzet van de scholing. De manier waarop technisch onderwijs wordt gegeven, stamt nog uit de tijd van Napoleon en past volgens mij niet meer bij de belevingswereld van jongeren. Daar komt nog bij dat het opleidingsniveau van die technici wel steeds hoger moet zijn omdat systemen nu eenmaal complexer worden. We hebben onze verantwoordelijkheid genomen en zijn inmiddels begonnen met het opleiden van een tiental technici op minimaal mbo4-niveau.’ Met Fruytier aan het hoofd, zit de onderhoudsorganisatie van Dow stevig in het zadel. En tot op het laatst komt het gespreksonderwerp steeds weer op veiligheid: ‘Veiligheid moet leidend zijn in de organisatie. Als je installaties technisch veilig en betrouwbaar zijn, zijn ze ook rendabel. Door heldere taakverdelingen, een duidelijke organisatiestructuur en optimaal teamwerk tussen de onderhoudsorganisatie en operations zorg je ervoor dat werknemers elkaar respecteren, eigenaarschap nemen, zich verantwoordelijk voelen, maar ook elkaar helpen en uitdagen op het gebied van veiligheid en efficiënt onderhoud. De meeste innovaties die we de afgelopen jaren op de site hebben ontwikkeld, droegen direct of indirect ook weer bij aan de veiligheid. En door geen verschil te maken in de organisatie tussen Dow-medewerkers of contractormedewerkers zorg je voor onderling respect en optimaal teamwork. En dat zorgt ervoor dat iedereen ’s avonds weer veilig naar huis gaat.’ n

04

iMaintain 14

010_11_13_H_interview.indd 13

23-04-14 10:06


14 IMAINTAIN CONGRES

Hoe complexer de keten, hoe inniger de samenwerking Halen contractors en opdrachtgevers nu winst uit multidisciplinaire samenwerking of niet? Volgens Dirk Pieter van Donk wel, maar de mate van integratie is afhankelijk van de complexiteit van producten of diensten en de mate van onzekerheid van de markt waarin men opereert. Tijdens het iMaintain Congres van het iMaintain Platform en de NVDO, gaf hij inzicht in voorwaarden en barrières voor samenwerking in de keten. David van Baarle

Hoe multidisciplinair de contractors van ProRail ook werken, het lukte ze niet om donderdag 20 maart de bovenleiding van de treinverbinding tussen Groningen en Zwolle tijdig te herstellen. En zo kon het gebeuren dat professor Dirk Pieter van Donk niet lijfelijk aanwezig was bij de opening van het iMaintain Congres. Gelukkig biedt de communicatietechnologie genoeg oplossingen en een skypeverbinding tussen Groningen en Rotterdam was snel gelegd. Van Donk doceert operations management aan de faculteit economie en bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen. Een van zijn specialismen is supply chain management en dat onderwerp sloot perfect aan op het thema van het iMaintain Congres: winst door multidisciplinaire samenwerking. Toch begon Van Donk zijn betoog met een kanttekening. Want moeten we eigenlijk wel samenwerken in de keten? ‘Het idee van ketensamenwerking komt niet uit de lucht vallen’, zegt Van Donk. ‘Het is een reactie op een trend van specialisatie die al jaren gaande is. Bedrijven concentreren zich steeds meer op hun kerncompetenties en alles wat daar niet onder valt, besteedt men uit. Nu is de kerngedachte dat als je iets opsplitst, je het ook ergens weer moet samenbrengen. En daar komt supply chain management om de hoek kijken. Dat daar nu meer aandacht voor is, komt ook

04 14 iMaintain

014_15_I_artikel.indd 14

doordat aan de productiekant niet heel veel meer te verbeteren valt. Het gaat dus niet meer alleen om dingen goed doen, maar ook om de juiste dingen te doen, en daarvoor is het handig om activiteiten af te stemmen met klanten of met leveranciers.’ Tot zover de logische redenering die overigens niet in alle gevallen opgaat, zo blijkt uit het betoog van Van Donk. ‘In de literatuur vinden we vaak dat samenwerking de enige weg is om efficiency in de keten te bereiken. Het is echter de vraag of integratie met de partners makkelijk is, nodig is en of het uiteindelijk ook wat oplevert.’ Van Donk toont eerst de officiële definitie van supply chain management, wat erop neerkomt dat de gehele keten op alle niveaus samenwerkt en volledig inzicht heeft in elkaars activiteiten. De flowchart die alle goederen-, diensten- en informatiestromen weergeeft, wordt al snel behoorlijk complex. ‘De toenemende drang naar specialisatie komt niet zomaar uit de lucht vallen. Producten worden complexer, aangepast aan de wensen van de klant en die wensen veranderen steeds sneller. Wie het snelst een nieuw product op de markt kan brengen tegen de laagste kosten, haalt de meeste winst. De concurrentie vindt niet meer op bedrijfsniveau plaats, maar tussen toeleveringsketens.’

Best passende model Met supply chain management kunnen bedrijven zowel de interne functies zoals verkoop, productie en inkoop op elkaar afstemmen als ook extern afstemmen met klanten en leveranciers. Daarbij is het op strategisch niveau van belang om vertrouwen op te bouwen en samenwerkingsverbanden te smeden. Op operationeel niveau is het zaak zoveel mogelijk informatie te delen en de planning en goederenstroom op elkaar af te stemmen. Tot zover de theorie; de praktijk blijkt, zoals vaak, een stuk weerbarstiger. ‘Onderzoek wijst uit dat het niveau van integratie vaak zeer beperkt is en dat er

hele stukken uit de keten ontbreken’, zegt Van Donk. Het blijkt in de praktijk ook bijna onmogelijk om alle stukken uit de keten te integreren. Het is bovendien de vraag of je dat moet willen, omdat meer integratie niet altijd tot meer efficiency leidt. Volgens onderzoek blijkt het effect van integratie boven een bepaald niveau namelijk minder groot te worden. Daarbij komt nog dat er niet één supply chain managementmodel is dat op alle ketens kan worden losgelaten. Per keten zul je op zoek moeten naar het best passende model. Van Donk toont het model van Fisher waarin onderscheid wordt gemaakt tussen twee verschillende producten: innovatieve en functionele producten. ‘Een innovatief product heeft een korte levensduur, hoge marge, lage voorraad en een onvoorspelbare vraag. Een smartphone is een goed voorbeeld van een

Volgens onderzoek blijkt het effect van integratie boven een bepaald niveau minder groot te worden. innovatief product. Om de paar maanden komt er een nieuw model uit en dat is binnen de kortste tijd uitverkocht. Voor dat soort producten is het belangrijk dat je snel kunt reageren op de marktvraag. Het is dan ook wijs om een buffer in de leveringsketen in te bouwen om snel te kunnen reageren op pieken en dalen in de vraag. Van ketenpartners wordt dan ook verlangd dat ze snel en flexibel zijn en een korte doorlooptijd kunnen garanderen.’ Hoe anders is die keten bij functionele producten. ‘Neem een blik tomatensoep. Vaak wordt al jarenlang hetzelfde product gemaakt met lage marges en een grote voorraad. De focus ligt dan ook meer op zo goedkoop mogelijk produceren dan op een snelle time to market. De inventaris moet zo laag mogelijk worden gehouden en ketenpartners worden uitgezocht op

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

22-04-14 16:35


IMAINTAIN CONGRES 15

Professor Operations Management Dirk Pieter van Donk: ‘De regels die voor producten gelden, gelden in meer of mindere mate ook voor diensten zoals onderhoud. Ook hier geldt hoe hoger de onzekerheid is, hoe meer afstemming nodig is binnen de keten.’

een goede prijs-kwaliteitverhouding.’ De twee soorten productgroepen vragen om een andere ketenbenadering. Waar de een zijn keten inricht om zo snel mogelijk te kunnen reageren op de marktvraag, kijkt de ander meer naar efficiency. De voorspelbaarheid van de marktvraag is de leidende factor of voor de ene of de andere strategie wordt gekozen. Beide ketens kunnen van integratie profiteren, maar in de praktijk loopt dat nog niet zo soepel. ‘De meeste barrières zijn management gerelateerd’, zegt Van Donk. ‘Bedrijven hebben verschillende informatiesystemen, een andere cultuur of de kennis over supply chain management ontbreekt. Wat ook nog wel eens kan tegenwerken is dat er functiesilo’s worden opgetrokken en beloningsstructuren zijn afgestemd op wat het beste is voor het eigen bedrijf in plaats van wat het beste is voor de keten. Wat ook essentieel is voor het slagen van een ketenintegratie is de ondersteuning van het management, wat niet meevalt als alle partijen uit zijn op macht.’

Soort product Dan is het ook nog de vraag hoe de productie het beste kan worden ingericht binnen de keten. Zonder je productiemiddelen af voor één klant (buyer focus) of bedien je juist meerdere klanten (shared resources). De keuze is ook hier weer

afhankelijk van het soort product dat wordt gemaakt. Een leverancier aan de auto-industrie zal niet snel zijn productiemiddelen afstemmen op één klant, terwijl een leverancier aan de hightech industrie dat waarschijnlijk wel zal doen. Het is dan ook te verwachten dat de ketenintegratie bij de auto-onderdelenleverancier minder ver is doorgevoerd dan die bij de hightech leverancier. Met name ook omdat de risico’s en onzekerheden bij de eerste een stuk minder groot zijn. Hij heeft immers meerdere afnemers. Van Donk heeft de relatie tussen onzekerheid en complexiteit van de keten ook onderzocht bij zowel Nederlandse als Spaanse bedrijven. Hij concentreerde zich daarbij met name op de relatie tussen leveranciers en klanten vanuit de focus van de leverancier. De conclusies daarvan sluiten aardig aan bij de theorie: hoe hoger de complexiteit van een product, hoe effectiever supply chain-integratie is. ‘Tegelijkertijd is uit het onderzoek naar voren gekomen dat hoe hoger de complexiteit is, hoe groter de behoefte is om de supply chain-configuratie te vereenvoudigen. Dat kan met name door minder shared sources te gebruiken.’ De onderzoekers vonden ook een match tussen de supply chain-configuratie en de mate van supply chain-integratie. ‘In het geval van shared resources volstaan partijen met

het integreren van de goederenstroom en de informatiestroom. Bedrijven die een buyer focus hebben, zullen veel verder moeten gaan dan dat. Behalve genoemde stromen, is het ook raadzaam de organisaties op elkaar af te stemmen en informatiesystemen te koppelen.’ Misschien de belangrijkste conclusie van het onderzoek was dat eenvoudige vormen van integratie eigenlijk altijd positief werken.

Geen one size fits all Maar wat heeft dat onderzoek van waarde voor de onderhoudswereld? ‘De regels die voor producten gelden, gelden in meer of mindere mate ook voor diensten zoals onderhoud. Ook hier geldt hoe hoger de onzekerheid is, hoe meer afstemming nodig is binnen de keten. Opdrachtgevers zullen dan ook moeten kiezen voor specifieke resources of algemene resources. Kiest men voor een buyer focus dan is de afstemming gemakkelijker, maar shared resources zijn efficiënter.’ Het is dus de mate van complexiteit en onzekerheid die de keuze bepaalt om voor een partnership te kiezen met de contractor of juist werk weg te zetten op unit rate basis. Er is dus geen one size fits all-oplossing voor samenwerking in de keten. Maar dat ketenintegratie voordelen biedt, is dus in ieder geval wetenschappelijk onderbouwd. ■

04

iMaintain 14

014_15_I_artikel.indd 15

22-04-14 16:35


16 IMAINTAIN CONGRES

Potentieel van condition based maintenance nog te weinig benut Condition based maintenance (CBM) biedt theoretisch de beste oplossing voor de instandhouding van strategische assets tegen de laagste kosten. Toch passen nog lang niet alle bedrijven de mogelijkheden van CBM toe. Er zijn excuses genoeg om er niet aan te beginnen en dat is zonde, zo bleek uit de Business Case van SKF voorafgaand aan iMaintain. David van Baarle Of het nu gebrek aan kennis of geld is of dat de dagelijkse bedrijfsvoering te veel tijd in beslag neemt om het asset management te stroomlijnen; veel bedrijven durven het nog niet aan om serieus met CBM aan de slag te gaan, zeggen Gert Meiling en Marcel van Nielage van SKF Asset Management. ‘Door condition based maintenance toe te passen, kunnen bedrijven meer waarde uit hun assets halen. Helaas weten veel bedrijven niet eens hoe ze presteren’, aldus Meiling. Voor de bedrijven die toch de stap willen maken naar prestatieverbetering van de kapitaalgoederen biedt SKF een benchmark die de relatieve score weergeeft ten opzichte van vergelijkbare bedrijven.

Kritikaliteitsanalyses Voor de condition based maintenancebenchmark ondervroegen de onderzoekers van SKF een groot aantal bedrijven in achttien industriesegmenten over de toepassing van CBM in hun organisatie. Meiling geeft een overzicht van de soms ontnuchterende resultaten. Om maar een voorbeeld te noemen: op de vraag of bedrijven kritikaliteitsanalyses uitvoeren, antwoordt maar liefst veertig procent dat ze helemaal niets doen aan dit soort analyses. ‘Toch is zo’n analyse van de kans op falen en de gevolgen daarvan essentieel om een goede condition based maintenance-strategie in te richten.

04 14 iMaintain

016_K_artikel.indd 16

Het is nu eenmaal niet slim om bijvoorbeeld alle rotating equipment standaard aan een CBM-regime te onderwerpen. Wanneer een machine niet kritisch is voor het productieproces, kun je hem beter zijn routinebeurten geven of zelfs laten draaien tot hij faalt.’ Een andere vraag die de onderzoekers de bedrijven stelden, was of ze met enige frequentie een failure mode effect and criticality analysis (FMECA) uitvoeren op de assets. Opvallend genoeg gaf maar twee procent van de respondenten aan dit te doen voor 81 tot 100 procent van de assets. Of wat te denken van een storingsanalyse. Hoewel meer respondenten aangeven een root cause analysis los te laten op het grootste deel van de storingen, is er ook een groep die niets méér doet dan de storing verhelpen. Nu is het verzamelen van degradatie en storingsgegevens een ding, maar die gegevens kunnen ook worden gebruikt om te voorspellen wanneer de toestand kritiek wordt en wanneer onderhoud moet worden gepleegd of onderdelen vervangen. De best scorende bedrijven doen dit voor bijna al hun kritische systemen, maar een groter deel beperkt dit tot veertig tot tachtig procent van de assets.

Risico’s Marcel van Nielage laat zien wat voor mogelijkheden er zijn om de conditie van onder meer rotating equipment te bepalen. Trillings- en temperatuurmetingen, maar ook olieanalyses, geven meer informatie over de toestand van de asset en samen met de historische gegevens geven ze inzicht in de kans op falen binnen een bepaalde periode. ‘In totaal zijn er meer dan 1.100 manieren om de toestand van een machine te bepalen. Afhankelijk van hoe kritiek zo’n machine is voor het halen van de bedrijfsdoelstellingen of bijvoorbeeld de reliability, availability, safety, health and environment (Ramshe)doelstellingen bepaalt een bedrijf de mate van monitoring. Essentieel is de curve tussen een potentieel falen en een daadwerkelijk incident zo goed mogelijk te volgen. Want hoewel de modellen soms anders doen geloven, verloopt degradatie nooit lineair. Een potentieel risico kan plotsklaps escaleren in een event. Als daardoor de productielijn stilstaat, is de schade vaak vele malen groter dan de preventieve maatregelen zouden kosten.’ ■

Interesse in een Business Case op iMaintain? Alle partners van het iMaintain platform hebben de mogelijkheid om voor eigen gasten een Business Case te verzorgen. Meer weten? www.imaintain.info

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

23-04-14 09:15


IMAINTAIN CONGRES 17

Ondernemers pleiten bij politiek voor langetermijnvisie Nederland behoort tot de meest welvarende landen van de wereld, maar blijft achter in de economische groei. Het initiatief ONL voor Ondernemers wil de Nederlandse economie weer op de rit krijgen om ervoor te zorgen dat we geen onoverbrugbare achterstand oplopen ten opzichte van het buitenland. Dit doet ONL voor Ondernemers door te strijden voor een beter ondernemersklimaat. Elise Quaden

Hans Biesheuvel is initiatiefnemer van de stichting ONL voor Ondernemers, wat staat voor Ondernemers (in) Nederland. Biesheuvel is opgegroeid tussen de bouten, moeren en kogellagers en voelt zich dus wel thuis op het congres iMaintain. Hij spreekt een dag na de gemeenteraadsverkiezingen die volgens hem een signaal afgeven: ‘Het volk heeft een grote klap uitgedeeld aan de drie grote partijen. Het wil verandering zien. Er wordt veel op de korte termijn gedacht en het beleid is inconsistent. De politiek is aan het overleven, van poll naar poll. Daardoor is het klimaat ook niet ondernemersvriendelijk en niet toekomstgericht.’

Vijf pijlers ONL voor Ondernemers steunt op vijf pijlers die er samen voor zorgen dat de behoeften van de ondernemers in Nederland over het voetlicht worden gebracht. Als eerste is ONL voor Ondernemers er voor ondernemers en wordt het gerund door ondernemers. ‘We spreken de taal van de ondernemer, zijn doel- en actiegericht en hebben dezelfde ambitie als onze achterban.’ Ook gaat het niet om representatie maar om participatie. De achterban kijkt niet toe maar bepaalt de agenda. ‘Wij peilen continu de wensen, meningen, uitdagingen van onze deelnemende ondernemers en vertalen die naar concrete actiepunten’, aldus Biesheuvel. ONL voor Ondernemers is regio- en sectoroverstijgend. Moderne ondernemers verenigen zich op basis van ambitie, uitdagingen en profielen en niet op basis van regio of sector. Ook streeft het naar volledige transparantie in de organisatie, de activiteiten en doelstellingen. Het geeft op ieder moment openheid in processen, politieke afwegingen, agenda’s en belangen. De vijfde pijler is de dynamische organisatie. ‘Onze agenda wordt niet bepaald door het bestuur, de politiek of brancheorganisaties maar

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

017_18_J_artikel.indd 17

direct door de deelnemende ondernemers. ONL voor Ondernemers past zich aan hun wensen aan en handelt daarnaar.’

Onzekerheden Biesheuvel ziet ONL voor Ondernemers als een emancipatiebeweging die ondernemen op de kaart wil zetten. Het wil een wake up call afgeven aan de Nederlandse politiek. Laat ondernemers doen waar ze goed in zijn. Dan volgt economische groei vanzelf, zegt hij. ‘Voor de crisis leefden we in een tijd van schijnbare zekerheden. De economische groei die we toen kenden, komt nooit meer terug. We moeten leren omgaan met onzekerheden. Ondernemen is vooruitkijken. Dat is lastig voor de politiek. Want de kabinetten maken hun termijn niet vol. Dus mijn stelling is: de enige constante factor is onzekerheid. Als je daarvan uitgaat, moet je gaan nadenken en de maatschappij daarop inrichten. Investeren in ons aanpassingsvermogen. Dit aanpassen moet ook steeds sneller gaan. Bedrijven die dat kunnen, zijn het succesvolst.

In Duitsland gaat het momenteel een stuk beter dan in Nederland. Dit is te danken aan structureel langetermijnbeleid. Aanpassing is kapitaal. Er komen bijvoorbeeld andersoortige arbeidscontracten en andere financieringsmodellen. Kleine wendbare bedrijven zijn de bedrijven van de toekomst. Daar zit de ondernemer zelf aan de knoppen.’ Volgens Biesheuvel ligt de potentie ook bij de nieuwe bedrijfjes. Zestig procent van de nieuwe banen zit bij de starters. Maar de overheid doet bepaald geen moeite om hen een zetje in de rug te geven. ‘De

04

iMaintain 14

23-04-14 16:34


18 IMAINTAIN CONGRES

lasten voor de kleine bedrijven worden steeds hoger. Door de btw, accijnzen, de vele toezichthouders.’

ONL voor Ondernemers is concreet aan het werk gegaan met de onvrede over het beleid dat het kabinet voert. De speerpunten staan in het Ondernemersmanifest. Nu probeert de stichting deze onder de aandacht te brengen van de politiek. Biesheuvel: ‘De politiek heeft niet de kracht voor een langetermijnvisie. Wij vinden dat Nederlandse bedrijven zo aantrekkelijk gemaakt moeten worden dat we er Nederland mee door de crisis kunnen trekken. Daarom hebben we een groeiagenda opgesteld. Na een telefoontje met Mark Rutte mocht ik op bezoek komen in het torentje. Wij hebben onze agenda aangeboden aan het kabinet zodat het kan gaan doen wat maatschappelijk en economisch noodzakelijk is. Rutte was positief over het plan. Ik hoop dat dit het begin is van een dialoog met de politiek.’ Hopelijk inspireert de agenda de regeerders om met meer visie de lijnen uit te stippelen. Biesheuvel: ‘In het regeerakkoord wordt er teruggeredeneerd vanuit punt B. Alle maatregelen worden opgeteld tot het beschikbare budget is bereikt. Hier zit geen doel achter. De politiek heeft targets nodig. Investeer in de maakindustrie, investeer in de circulaire economie. Ik zou graag zien dat Nederland een soort silicon valley voor starters wordt. De voorwaarden zijn aanwezig, we hebben goede wetenschappers, een haven, et cetera. En laten we inzetten op internationalisering. Met passie en overtuigingskracht kun je alles verkopen. Je kunt met verfkwasten de wereld over trekken. Dus ga eropuit. De groei zit in landen als China en Rusland, niet hier. We lullen te veel, we CC’en te veel. Terwijl we naar buiten moeten. Ik heb veel bewondering voor kleine ondernemingen en mensen die grenzen durven te verleggen. Zoals de eigenaar van de vulpenspeciaalzaak Akkerman. Het ging niet zo goed met zijn winkel en hij is een webshop begonnen. Nu is hij multinational want hij verkoop pennen aan 120 landen! En dat met een investering van slechts 3.000 euro.’

Intuïtie De economie zal in de toekomst gedomineerd worden door kleine, wendbare,

FOTO: ANOUK BOUWMEESTER

Groeiagenda

Hans Biesheuvel: ‘Kleine wendbare bedrijven zijn de bedrijven van de toekomst. Daar zit de ondernemer zelf aan de knoppen.’

internationale bedrijven, zegt Biesheuvel. Snelheid is van levensbelang voor deze bedrijfjes. ‘Snel schakelen is vertrouwen op je intuïtie. Soms komt een kans opeens voorbij. Dan moet je meteen in actie komen. Veel mensen zijn het intuïtieve handelen verleerd door alle controle en het toezicht. Maar we hebben het zelf laten gebeuren, alle regels en lastenverzwaringen. Daarom laten we nu onze stem horen in de groeiagenda.’ In Duitsland gaat het momenteel een stuk beter dan in Nederland. Dit is te danken aan structureel langetermijnbeleid: ‘Na de val van de muur was Duitsland ziek. Gerhard Schreuder had toen lef. Hij deed drie dingen om het land erbovenop te helpen. Hij zette sterk in op de maakin-

dustrie, gedurende tien jaar. Hij deed er alles aan om de kosten die het land maakte, te reduceren. En hij stimuleerde de arbeidsproductiviteit door innovaties te ontwikkelen. Nu gaat het in Duitsland economisch goed. Laat dit een voorbeeld zijn voor ons.’ Biesheuvel sluit af met een oproep aan alle aanwezigen op iMaintain. ‘Voor al onze plannen hebben we uw hulp nodig. We zijn zelf ook ondernemers en doen dit alles belangeloos en op eigen kosten. We kunnen alleen een verschil maken als we de krachten bundelen.’ ■ Geïnteresseerden vinden meer informatie over ONL voor Ondernemers op www.onl.nl

04 14 iMaintain

017_18_J_artikel.indd 18

22-04-14 16:35


IMAINTAIN CONGRES 19

Hoe digitaliseer je onderhoud? Een platform creëren voor mensen uit de onderhoudswereld om vanuit trends en ervaringen een brug te slaan naar multidisciplinaire samenwerking. Dat heeft Accenture voor ogen tijdens de Business Case op het iMaintain-congres op 20 maart in de Kuip in Rotterdam. De automatiseerder gaat in op trends in onderhoud, de visie op de digitale plant van de toekomst en de mogelijkheden die technologie biedt voor vernieuwend onderhoud. Inge Janse

Tijdens de Business Case van Accenture verschijnen ten eerste de resultaten van het Onderhoudskompas, de jaarlijkse analyse van de stand van zaken in de maintenance. Accenture is daar niet negatief over: in 2013 stegen de productievolumes met twee procent en ook het vertrouwen in de markt neemt toe. Ook het aantal medewerkers stijgt, maar het budget blijft achter. Zoomt Accenture in op waar het onderhoudsbudget aan uitgegeven wordt, dan is het resultaat positiever. Slechts een kwart gaat namelijk op aan het oplossen van problemen, terwijl de helft bedoeld is voor preventief en predictief werk. Dat ziet het bedrijf ook terug in de werkzaamheden: slechts weinig mensen doen alleen storingen. De meeste werken aan structurele verbeteringen. Een ander gevaar zit in de hoek van het personeel. Het gros van de onderhoudsmensen bestaat namelijk uit mbo’ers, en die wisselen relatief vaak van werk. Bovendien neemt het aantal afgestudeerde technici af, terwijl de vergrijzing toeneemt. En al het onderhoud ten spijt: gemiddeld is er nog altijd sprake van acht procent onbeschikbaarheid van de installaties, waarvan de helft ongepland is. Dat wordt ook onderschreven door de drijfveren voor onderhoud: 44 procent doet dit om de beschikbaarheid van de assets te verhogen, en 30 procent om kosten te besparen.

Met 19 procent is verbeteren van de veiligheid een goede derde.

Goedkoop Veel discussie ontstaat bij het behandelen van de cijfers over contracten met onderaannemers. Terwijl 64 procent van de opdrachtgevers neutraal is over zijn tevredenheid, vindt bijna 60 procent de contracten niet in overeenstemming met de bedrijfsstrategie. Dit komt onder meer omdat veel contracten bedoeld zijn voor een specifieke onderhoudstaak, en dus geen onderdeel vormen van een strategie. Bovendien willen onderaannemers zoveel mogelijk uren maken. Dat botst met de wens van de opdrachtgever, die onderhoud vaak ziet als kostenpost en de contracten goedkoop wil houden. De deelnemers zijn het erover eens dat het tijd is voor strategische samenwerking.

Digital plant vision Een ander onderdeel van de Business Case richt zich op digital plant vision, het buzzwoord van nu. Accenture vertelt daarom wat hierbij mogelijk is. De visie: every

Meer informatie op www.accenture.com/operational-excellence

Interesse in een Business Case op iMaintain? Alle partners van het iMaintain platform hebben de mogelijkheid om voor eigen gasten een Business Case te verzorgen. Meer weten? www.imaintain.info

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

019_L_artikel.indd 19

business is a digital business. Volgens de automatiseerder is de impact van digitalisering enorm, met een totale marktwaarde van 14,4 triljoen euro. Accenture is één van de bedrijven die meebouwt aan de digitalisering van plants, en heeft daarom een cloud-omgeving in de steigers staan die binnenkomende fabrieksdata kan analyseren en scenario’s kan beschrijven die de meest interessante next step bepalen. Toch is het niet altijd makkelijk om de voordelen van digitalisering door de organisatie te krijgen. Een bezoeker meldt bijvoorbeeld dat het bedrijf graag een 3D-model wilde maken van een te bouwen plant, maar het opschrijven van de voordelen en winst bleek lastiger dan gedacht. Bovendien begreep de contractor het plan niet goed, en moest er bezuinigd worden. Het resultaat: de virtuele plant werd geschrapt. En zo komt de conclusie bovendrijven: iedereen wil graag aan de slag met digitalisering, maar hoe krijg je deze projecten de organisatie door? ■

04

iMaintain 14

23-04-14 09:15


BESCHERM UW INVESTERINGEN ANTICORROSIEVE EN OPSCHUIMENDE COATINGS VOOR     

Infrastuctuur Bruggen Olie & Gas Chemische installaties Windmolens

Hempel brengt professionele consulting, technische ondersteuning en efficiënte coating oplossingen toegespitst op uw behoeften.

www.hi-force.com

020_hempel_hi-force.indd 1

www.hempel.nl

22-04-14 16:45


PRODUCTEN 21

Producttrends op www.imaintain.info

1

Nieuwe tools

Professionele industriële technici stellen hoge eisen aan hun gereedschap, zowel op het gebied van kwaliteit als prijs. Daarom lanceerde Roebuck onlangs een volledig nieuwe lijn met hoogwaardig hand- en snijgereedschap tegen een scherpe prijs. Deze productlijn van 486 producten is speciaal ontworpen voor de Europese markt en is exclusief verkrijgbaar bij Brammer. www.brammer.nl

2

Ultrasonic Tank Sensor

Duranmatic introduceert van HMS Netbiter een Ultrasonic Tank Sensor. Deze Ultrasonic Tank Sensor is een eenvoudig te gebruiken oplossing voor het remote monitoren van het niveau van brandstoftanks, watertanks en olietanks. Het systeem geeft direct een alarmmelding wanneer het niveau in de tank te laag is of als de inhoud te snel daalt door bijvoorbeeld lekkage of diefstal. De tank krijgt hiermee een ingebouwde diefstaldetectie. Het alarmsignaal kan via verschillende kanalen verstuurd worden zoals via de e-mail, RSS-feeds of sms. www.duranmatic.nl

3

Vermogensregelaar

De EFit Vermogensregelaar biedt stabiele, nauwkeurige regeling, zelfs in de meest veeleisende industriële toepassingen. Bij Ohmse verwarmingselementen kan, bij een schommeling van tien procent in de voedingsspanning, een variatie van twintig procent in het vermogen ontstaan, wat resulteert in ongewenste temperatuurfluctuaties. EFit voorkomt deze problemen door een ingebouwde spanningsregeling die zorgt voor een stabiele en lineaire vermogensregeling met een afwijking kleiner dan ± twee procent van het maximale vermogen. www.eurotherm.nl/en-us/products/power-control/efit/

4

Miniatuurencoder

De metrologiespecialist Renishaw introduceert de ATOM, een innovatief contactloos optisch lineair en roterend incrementeel encodersysteem dat miniaturisatie op unieke wijze combineert met toonaangevende vuilbestendigheid, signaalstabiliteit en betrouwbaarheid. De nieuwe encoder levert ongeëvenaarde prestaties dankzij zijn ontwerp zonder de vele compromissen die de huidige miniatuurencoders kenmerken. De ATOM is leverbaar in een grootte van slechts 6,8x12,7x20,5 millimeter en is ‘s werelds eerste miniatuurencoder die filteroptieken heeft met automatisch gestuurde versterking en afstelling (AGC en AOC). De ATOM leeskop is verkrijgbaar in verschillende uitvoeringen en levert ongekende meetprestaties. De nauwkeurigheid is leidend voor

zijn klasse, met een lage Sub-Divisional Error (SDE), geringe jitter, hoge signaalstabiliteit en langdurige betrouwbaarheid. De uiterst compacte ATOM leeskop is onder meer in te zetten bij laserscannen, coördinatenmeetsystemen, productie van halfgeleiders en platte beeldschermen, motorische aandrijvingen, microscopie en wetenschappelijk onderzoek. www.renishaw.nl

5

Klauwenpomp

6

Vlotterdoorstroommeters

7

Safety isolators en splitters

8

Award voor Multilyzer STe

Induvac brengt een vernieuwde versie van haar 60 m3/uur klauwenpomp uit. De pomp is te gebruiken als vacuumpomp of als compressor. De nieuwe klauwenpomp heeft een toerental van circa 2850 tpm, waar concurrerende merken een 1450 tpm versie leveren. Door het hogere toerental is de IVC 60 klauwenpomp bijzonder compact en erg geschikt voor de machinebouw. www.induvac.com

Kobold heeft met de vlotterdoorstroommeters van het type BGN/ BGF een betrouwbare serie instrumenten beschikbaar, waarmee u buitengewoon nauwkeurig vloeistof- en gasstromen kunt meten. Deze doorstroommeters zijn ook voor ingewikkelde applicaties een prima oplossing. De robuuste instrumenten zijn volledig van roestvaststaal. De vlotterdoorstroommeters functioneren ook onder grote druk en bij hoge temperaturen perfect. Ze zijn leverbaar in een meetbereikgebied van 0,5 l/h tot 130.000 l/h. www.koboldmessring.info

De lijn van safety isolators en splitters (SSX & SST) van Moore Industries is nu door Exida goedgekeurd voor gebruik in een veiligheidssysteem (SIS) tot SIL3 in de monitormodus, waar alleen het ingangssignaal onderdeel is van een safety loop. De SSX & SST zijn ook goedgekeurd voor een “single use” toepassing in een SIS tot SIL2 net als de SRM (Single Relay Module) en de STA de (Safety Trip Alarm) van Moore Industries. www.miinet.com/safetyseries/

Als fabrikant van Blauwe Lijn heeft EuroIndex de Red Dot Award voor Product Ontwerp in ontvangst genomen voor de Multilyzer STe rookgasanalyser. Het juryproces volgt de volgende criteria: mate van innovatie, functionaliteit, formele kwaliteit, ergonomie, duurzaamheid, symbolische en emotionele inhoud, productperiferie, kwaliteit en ecologische compatibiliteit. www.euro-index.nl

Kijk voor meer productinnovaties op www.imaintain.info

021_G_producten.indd 21

04

iMaintain 14

22-04-14 16:34


22 WHAT’S NEXT

Nederland begint op industriegebied achter te raken op Duitsland. Daarvoor waarschuwde de FME, de werkgevers­ organisatie voor technologische industrie, voorafgaand aan de Hannover Messe, de belangrijkste industriebeurs ter wereld.

FME maakt zich zorgen over Nederlandse industrie ‘Wij verliezen onze positie als exportland als we niet snel vernieuwen en mee-ontwikkelen met de Duitsers’, zegt de voorzitter van de FME, Ineke Dezentjé Hamming. ‘Als dat gebeurt, dan zal de welvaart die we nu hebben snel wegebben.’ Daar waar Duitsland tien jaar geleden al begon met hervormen en een consistent investeringsbeleid, bleef dat in Nederland uit. ‘Wij hebben de blunder begaan door te denken dat onze economie alleen met diensten zou kunnen groeien’, zegt Dezentjé Hamming. ‘Maar onze verdienkracht zit juist in de industrie. En die achterstand moeten we nu inhalen.’ In Duitsland worden deze vernieuwingen

Industrie 4.0 genoemd, verwijzend naar de vierde industriële revolutie. De eerste revolutie kwam door de stoommachine, de tweede door elektriciteit en de computer veroorzaakte de derde. Deze vierde revolutie duidt op een volledige integratie van fabrieken en ICT . Daaruit komen computers en machines die kunnen denken, zonder dat daar nog mensenhanden voor nodig zijn. ‘Wij moeten ook met deze fabrieken van de toekomst komen’, zegt Dezentjé Hamming. Ineke Dezentjé Hamming bood premier Mark Rutte op de beurs een rapport aan waarin de organisatie haar zorgen over Industrie 4.0 aan de politiek kenbaar maakt.

Op de Hannover Messe bood voorzitter van de FME Ineke Dezentjé Hamming een rapport aan waarin het zorgen uit over de ontwikkeling van de Nederlandse industrie. We blijven achter bij de Duitsers, zegt de werkgeversorganisatie.

04 14 iMaintain

022_23_24_25_P_whatsNEXT.indd 22

23-04-14 09:16


WHAT’S NEXT 23

TWENTE krijgT TEcHNologiEcENTruM Sanderink Investments richt in Twente een technologiecentrum op, het Sanderink Technology Centre. Dit centrum biedt op termijn werkgelegenheid aan honderden medewerkers. Bovendien biedt het afstudeer- en stagemogelijkheden voor studenten van de Universiteit Twente en Saxion. Victor van der Chijs, voorzitter van het College van Bestuur van de Universiteit Twente, is verheugd: ‘Het is geweldig dat UT-alumnus Gerard Sanderink investeert in de regionale ontwikkeling.’ Het technologiecentrum vestigt zich in Enschede nabij de Universiteit Twente. De eerste medewerkers en

Twente krijgt het Sanderink Technology Centre. Hier zal gewerkt worden aan de ontwikkeling van innovatieve, duurzame technieken naar aanleiding van concrete vragen uit het bedrijfsleven.

opdrachten komen vanuit de bedrijven van Sanderink Investments: IT-bedrijf Centric, infrabedrijf Strukton en ingenieursbureau Antea Group, het voormalige Oranjewoud. Binnen deze bedrijven vindt wereldwijd onderzoek plaats dat, waar mogelijk, geconcentreerd gaat worden in Twente. In eerste instantie zijn de diverse Sanderink-bedrijven opdrachtgever van het technologiecentrum, maar op termijn is het de bedoeling dat ook andere bedrijven in Nederland hun research- en ontwikkelingswensen uitbesteden aan het technologiecentrum. In het Sanderink Technology Centre zal gewerkt worden aan de ontwikkeling van innovatieve, duurzame technieken naar aanleiding van concrete vragen uit het bedrijfsleven. Bij de start staan vier onderzoeksgebieden centraal: aandrijfsystemen voor treinen en auto’s, sensortechnologie, beheer en bestuur op afstand en datamanagement. Deze onderzoeksgebieden zijn gelieerd aan de bedrijven van Sanderink Investments. Gerard Sanderink, die geboren en getogen is in Twente, draagt de regio een warm hart toe. Om zich in te zetten voor de regio richt hij niet alleen een technologiecentrum op, maar startte hij onlangs ook een beurzenprogramma voor Twents techniektalent in samenwerking met de Universiteit Twente en Saxion Hogeschool. Het verstrekken van beurzen vindt plaats vanuit de Stichting Gerard Sanderink. Naast het verstrekken van beurzen heeft de stichting als doel om een bedrijf op te richten voor toegepaste research en de resultaten hiervan in te zetten voor het algemeen nut.

FAbricoM oFFSHorE SErvicES oNdErHoudT duiTS WiNdpArk Fabricom Offshore Services uit Den Helder gaat de komende vier jaar aan de slag in het Duitse offshore windpark Nordsee Ost van RWE. Het Helderse bedrijf is in die periode verantwoordelijk voor het onderhoud en de inspectie van 48 funderingen, waarop de windmolens in het windpark worden gebouwd, evenals de fundering van de meteomast en die van het transformatorstation. Nordsee Ost is met een opgesteld vermogen van 295 megawatt een van de grootste windparken van RWE op zee en kan 300.000 huishoudens van elektriciteit voorzien. Naast Nordsee Ost bouwt Essents moederbedrijf op dit moment ook windpark Gwynt y Môr voor de kust van Noord Wales. Met een opgesteld vermogen van 576 megawatt kan dit windpark voor 400.000 huishoudens elektriciteit opwekken. Erwin van Laethem, CEO van RWE’s dochtermaatschappij Essent: ‘Met dit project scheppen we werkgelegenheid voor de Nederlandse offshore industrie. We leveren opnieuw een bijdrage aan een duurzame energievoorziening.’ Fabricom Offshore Services is in Den Helder gevestigd aan de Luchthavenweg. Stanley Maas: ‘Ons bedrijf geeft een prioriteit aan het leveren van een bijdrage aan de duurzame ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen op een manier die veilig is voor zowel mens als milieu. Om die reden zijn we zeer trots dat deze langetermijnonderhoudsovereenkomst is gegund aan Fabricom Offshore Services, overeenkomstig met onze gekozen strategie om ons te ontwikkelen als onderhoudspart-

ner in de offshore wind industrie.’ Naar verwachting zal windpark Nordsee Ost in 2015 in bedrijf gaan. Afgelopen maand werd de laatste fundering voor het windpark geplaatst en aankomende maand zal worden begonnen met het bouwen van de windturbines. Personeel van Fabricom begint in de zomer met werkzaamheden en het inspecteren van de funderingen, zowel boven als onder water.

Fabricom Offshore Services uit Den Helder gaat de komende vier jaar het Duitse offshore windpark Nordsee Ost van RWE onderhouden. Het is het grootste windpark van RWE op zee.

04

iMaintain 14

022_23_24_25_P_whatsNEXT.indd 23

23-04-14 09:16


24 WHAT’S NEXT

roboT voor rEiNigEN WiNdTurbiNES Het Friese bedrijf Vlietstra heeft een paar jaar gestoken in de ontwikkeling van een robot die in een windturbine kan klimmen om deze schoon te maken. Veel goedkoper en sneller dan de inzet van een hoogwerker en menskracht. De robot heeft vier rupsbanden die volgeplakt zijn met magneten zodat het voertuig aan de turbine vastkleeft. Twee borstels zijn op de voorkant bevestigd en deze boenen met sop de gelekte olie weg. Het nieuwe werktuig heeft de naam Magntrac gekregen, een samenvoeging van magnetic en tract vehicle, ofwel magnetisch rupsvoertuig. Vlietstra heeft een contract met Vestas, wereldwijd de grootste producent van windturbines, voor het schoonmaken van alle 1.300 turbines die in de Benelux staan. Het komt regelmatig voor dat uit het raderwerk van de molens olie lekt. Dit kan de grond vervuilen waarop de molens staan. Vandaar dat de turbines moeten worden afgenomen. Dat is wel 40 tot 45 keer per jaar nodig. Dit is de eerste uitvinding van het al negentig jaar bestaande bedrijf. Vlietstra wil zijn innovatie wereldwijd gaan verkopen, om te beginnen bij Duitsland. Maar het bedrijf denkt ook aan Scandinavische landen. De Friezen hopen daarbij te profiteren van het feit dat hoogwerkers in veel landen standaard onder begeleiding getransporteerd moeten worden. De afgifte van de vereiste vergunning duurt minimaal een week. Ook is zo’n vergunning vaak duur. In Hongarije kost deze al snel 1.500 euro. Door een robot in te zetten zijn deze kosten te voorkomen en kan gelijk aan de slag worden gegaan.

goEdkopE 3d-priNTEr HAAlT iN EEN dAg 1 MiljoEN op De betaalbare 3d-printer Micro is op Kickstarter een enorm succes. In een dag wisten de makers 1 miljoen dollar op te halen bij bezoekers van de crowdfundingsite. Daarmee komt de Micro op een bijzondere lijst te staan. In de geschiedenis van Kickstarter zijn er zo’n zestig projecten die ooit de 1 miljoen-grens wisten te passeren. Ook bijzonder is dat de makers van de 3d-printer slechts 50.000 dollar wilden ophalen. Via Kickstarter kunnen mensen in ruil voor een eerste versie van het product geld inleggen. Met dit geld wordt het voor de bedenkers mogelijk hun product daadwerkelijk te gaan maken. De Micro is een kleine 3d-printer die vooral erg goedkoop is. De eerste versies werden voor 199 dollar verkocht. Inmiddels zijn er alleen nog exemplaren voor 299 dollar verkrijgbaar, nog steeds een stuk goedkoper dan de meeste 3d-printers. Het meest lucratieve project op Kickstarter tot nu toe was de smartwatch Pebble met 10,2 miljoen dollar.

De Micro is een kleine, goedkope 3d-printer. De makers wisten ermee op Kickstarter een record van 1 miljoen dollar voor op te halen.

MiliEuvriENdElijkEr ASFAlT MET lANgErE lEvENSduur Het Asfalt Kenniscentrum heeft een asfalt ontwikkeld op basis van lijnzaadolie. Dankzij dit innovatieve concept is het bedrijf uitgeroepen tot een van de drie winnaars van het Innovatie Boostcamp, een initiatief van Bouwend Nederland en Obvion. Ideeën en concepten waarmee de bouw laat zien klaar te zijn voor de veranderende maatschappelijke vragen. Dat is in het kort het idee achter het Innovatie Boostcamp dat onlangs

Het Asfalt Kenniscentrum heeft milieuvriendelijk en duurzaam asfalt ontwikkeld op basis van lijnzaadolie. Het won ermee het Innovatie Boostcamp.

plaatsvond. Lynpave, het ‘milieuvriendelijke asfalt’ van het Asfalt Kenniscentrum (AKC) viel in de prijzen. De jury van het Innovatie Boostcamp typeerde het als ‘een geweldig idee dat meer gedeeld mag worden met de markt en dat leidt tot duurzamer omgaan met grondstoffen’. ‘Lijnzaadolie is een natuurproduct’, zegt Marcel Eilering, directeur van Fuhler Wegenbouw. Als AKC-lid was zijn bedrijf een van de medefinanciers van de zoektocht naar het milieuvriendelijke asfalt. ‘Door het als bindmiddel aan asfalt toe te voegen, heb je minder bitumen nodig. Dat is gunstig voor het milieu want zo kun je bij een lagere temperatuur - en dús met minder CO2-uitstoot toch degelijk en sterk asfalt produceren. Asfalt dat bovendien een langere levensduur heeft.’ Het nieuwe duurzame asfalt is zowel bestemd voor harde asfaltwegen als voor halfverhardingen op fiets- en wandelpaden. Uiteraard werkt Fuhler Wegenbouw er zelf ook zo veel mogelijk aan mee. Eilering: ‘We proberen het onder de aandacht van onze klanten te brengen. En dat werkt, want steeds meer partijen zijn geïnteresseerd.’ Fuhler Wegenbouw ontwikkelde het nieuwe product samen met het NCOB (Nederlandse Cluster Organisatie Bouwstoffen) en het Kenniscentrum Asfalt. ‘Aan ons en de andere twaalf aangesloten aannemers nu de taak het te vermarkten’, aldus Eilering.

04 14 iMaintain

022_23_24_25_P_whatsNEXT.indd 24

23-04-14 09:16


WHAT’S NEXT 25

rEgioTrAM ScHAkElT oM NAAr WiSSElSTuriNg 2.0 Vanaf 30 augustus 2014 gaat Regiotram Utrecht een nieuwe digitale techniek gebruiken, waarmee wissels op basis van een signaal vanuit de tram op afstand worden aangestuurd. Aansturing vanuit de tramremise behoort ook tot de mogelijkheden. De techniek levert een optimale veiligheid van het Utrechtse URTStramsysteem op. Dick Jonkers, directeur Regiotram Utrecht, tekende onlangs een overeenkomst met de leverancier, Bombardier. Het URTS-systeem vervangt de analoge, elektronische aansturing van de wisselstraat, die na ruim dertig jaar zijn diensten heeft bewezen. De oude relaisschakelkasten worden deze zomer vervangen door een volledig gedigitaliseerd systeem dat over moderne glasvezelkabels snel en betrouwbaar de wissels op de Utrechtse trambaan aanstuurt. Daarmee is direct ook het voorwerk in gang gezet voor de wisselsturing die nodig is op de Uithoflijn, de nieuwe tramverbinding die Utrecht CS met het Utrechtse Science Park verbindt en in 2018 gereed zal zijn. Het resultaat is een volledig vernieuwd, geïntegreerd en gemoderniseerd veiligheidssysteem voor het complete Utrechtse tramnetwerk. De prestaties van de wissels kunnen met behulp van deze nieuwe techniek sneller en adequater worden geanalyseerd. In geval van een reparatieslag kan 24/7 worden gemonitord hoe de wissels ervoor staan, zodat storingen zo snel mogelijk worden verholpen. Met de introductie van URTS is Regiotram Utrecht voor de komende twintig jaar verzekerd van een moderne wisselsturing.

rEAcTorWANd iTEr bEScHErMT zicHzElF Het wandmateriaal van een fusiereactor blijkt in staat zichzelf te beschermen tegen energierijke plasma-uitbarstingen. Dit ontdekten onderzoekers van FOM-instituut DIFFER bij het plasmaexperiment Pilot-PSI, een van de vele experimenten rond de fusiereactor ITER. Deze reactor moet de technische haalbaarheid van kernfusie als energiebron aantonen. Het plasma in ITER zal elke seconde enkele korte, energierijke en potentieel destructieve uitbarstingen van een paar GW/m2 richting de wolfraam reactorwand sturen. Bij Pilot-PSI worden deze plasma-uitbarstingen richting de reactorwand nagebootst om de interactie tussen plasma en wand te bestuderen. Het team van natuurkundige dr. Greg de Temmerman is er met hulp van de TU Eindhoven als eerste in geslaagd deze hevige energie-uitbarstingen na te bootsen. De Temmerman: ‘In bestaande fusiereactoren komen natuurlijk ook al zulke ontladingen voor, maar daar dragen ze veel minder energie dan we verwachten in ITER.’ De onderzoekers ontdekten dat het wandmateriaal bij plasmauitbarstingen een verkoelende wolk waterstof uitstoot. De Temmerman beschrijft wat het onderzoeksteam waarnam: ‘Hoe meer vermogen we op het wandmateriaal afstuurden, hoe minder energie het oppervlak bereikte. De temperatuur bleek al voor het eind van een energiepuls te pieken en daalde daarna.’ Het wolfraam van de reactorwanden laat eerder opgenomen waterstof los bij een naderende energiepuls, zo luidt de verklaring van de onderzoekers. Het waterstof verstrooit een deel van de energie uit de puls voordat dit de wand raakt. De bevindingen lijken goed nieuws voor de ontwikkeling van ITER, omdat hierdoor mogelijk de reactorwanden van de fusiereactor minder snel zullen slijten.

De invoering van het systeem verloopt fasegewijs en start eind augustus, wanneer Regiotram Utrecht een grootschalige vervanging van de trambaan tussen Utrecht (Kanaleneiland-Zuid) en Nieuwegein (remise) heeft uitgevoerd. Met de leverancier is afgesproken een voorstel te doen voor de verdere implementatie van het systeem.

Regiotram Utrecht gaat een nieuwe digitale techniek gebruiken om wissels aan te sturen. De prestaties van de wissels kunnen met behulp van deze nieuwe techniek sneller en adequater worden geanalyseerd.

NiEuWE ToEpASSiNgEN MET droNES Op 4 april inventariseerde de projectdeelnemers van het project UAS Maintenance Valley mogelijke toepassingen waarbij drones (ook wel Unmanned Aircraft Systems) ingezet kunnen worden. De projectdeelnemers willen de inzet van de op afstand bestuurbare vliegtuigjes vergroten. Omdat de vliegtuigjes op plaatsen kunnen komen waar mensen lastig inspectiewerk kunnen verrichten, zijn ze van grote waarde en zijn de mogelijkheden zeer groot. Waar het veel tijd kost om de status van Nederlandse infrastructuur zoals dijken, bruggen, hoogspanningsmasten en windturbines fysiek te inspecteren, gaat dat met een UAS al vele malen sneller en veiliger. Aan een drone zit dan ook veel meer dan alleen een camera; denk bijvoorbeeld ook aan sensoren voor infraroodopnames of gasdetectie. De ideeën die werden aangedragen bieden dan ook enorm veel perspectieven. Acht daarvan zijn uitgebreid besproken en omgezet in projectvoorstellen, waaronder: het inspecteren van pijpleidingen in de procesindustrie, het monitoren van rietkragen voor waterbeheerders, het bewaken van de voortgang van grote infra-bouwwerken maar ook toepassingen in de landbouw. Vanuit de bestaande wet- en regelgeving wordt voortdurend naar deze nieuwe toepassingsgebieden gekeken. Wilt u op de hoogte blijven van dit project? Meld u dan aan voor de nieuwsbrief op www.rpascenter.nl

04

iMaintain 14

022_23_24_25_P_whatsNEXT.indd 25

23-04-14 09:16


Energiebesparend en breed inzetbaar… Schuch introduceert een nieuw led-armatuur voor hoge bedrijfshallen. Breed inzetbaar, in bijv. industriehallen, koelhuizen, koelcellen, tankstations en busstations. Lichtopbrengst De 3301 met één “led-vleugel” (140 Watt) heeft een lichtopbrengst vergelijkbaar met die van een 250W HIlamp. De 3302 (280 Watt) heeft nagenoeg de lichtopbrengst van een 400W HI-lamp. Praktische voordelen Omdat dit armatuur meerdere ledmodulen bevat levert het, bij uitval van een ledmodule, niet direct donkere en gevaarlijke situaties op. De lichtopbrengst na 50.000 branduren is nog 80%. Met een kleurweergave Ra 85 is het armatuur breed inzetbaar. Vergeleken met HQL en HPL lampen bespaart u met dit armatuur 52% op energiekosten.

Testo Uw partner in meettechniek voor procesoptimalisatie en preventief onderhoud! www.testo.nl/885

026_testo_hathea.indd 1

14TES15

Vertegenwoordiging voor Nederland: Hateha Elektrotechnische Handelsonderneming B.V. • Rijndijk 121 • 2394 AG • Hazerswoude Rijndijk • 071-3419009 • www.hateha.nl

23-04-14 14:02


UNDER CONSTRUCTION 27

Bluswagen Terschelling past niet in kazerne Hij past hoor, de nieuwe bluswagen van de brandweer op Terschelling. Maar alleen als ze lucht uit de vering en de banden halen. Dat komt door de renovatie van de kazerne, vertelt een woordvoerder. En de nieuwe brandweerwagen, die al voor de renovatie besteld was. ‘We wisten dat hij niet zou passen, daarom wordt er nu aan gewerkt.’ Het motortje van de roldeur hangt nu te laag en de bluswagen is mogelijk wat groter. Maar geen paniek als er op Terschelling brand uitbreekt: de wagen staat nu naast de kazerne, tot hij er weer in past. ‘Net als tijdens de renovatie.’ Vorig jaar had de Noordoostpolder een groter probleem. Daar waren veertien brandweerauto’s besteld die 25 centimeter te hoog waren voor de kazerne. De gemeenten moesten de verbouwingskosten betalen.

Twix uit automaat met vorklift Je steekt geld in een snoepautomaat en je begeerde chocoladereep wil er maar niet uitvallen: we hebben het allemaal wel eens meegemaakt. Na enkele forse klappen tegen de machine geven we het doorgaans op. Maar niet Robert McKevitt uit Iowa. De man had zin in een Twix. Hij gooide een dollarstuk in de automaat op z’n werk. De reep wilde echter niet vallen. Het traditionele gemep op de verdeelautomaat leverde niets op. Dan nog maar een muntstuk ingegooid. Tevergeefs. Ten einde raad tilde McKevitt - een 27-jarige Afghanistan-veteraan - met een vorkheftruck de automaat tot zesmaal toe op om het ding vervolgens neer te laten smakken op de betonnen werkvloer. Na deze ingrijpende maatregelen vielen er plots drie repen uit het onwillige onding. McKevitt werd tot de orde geroepen door zijn ploegbaas. De man verontschuldigde zich en verklaarde dat hij enkel de Twix wilde waarvoor hij had betaald. Vijf dagen later werd hij ontslagen. Tot overmaat van ramp krijgt de man geen werkloosheidsuitkering. Een rechter heeft immer beslist dat hij zijn werkgever moedwillig schade heeft berokkend.

Vader bouwt controlekamer NASA na voor zoontje Jeff Highsmith heeft voor zijn zoontje een op NASA geïnspireerde controlekamer nagebouwd. Op die manier hoopt hij zijn kind te motiveren om te studeren. Dat schrijft de Telegraph. In een video laat hij zien hoe het futuristische bureau tot stand is gekomen. Het werkblad is gevuld met lampjes, knopjes, geluidseffecten en een iPad. ‘Ik wilde een mooi bureau bouwen, dus ik voegde wat extra elementen toe’, vertelt Highsmith bij de krant. Er zit ook een Raspberry Pi minicomputer in. Hij hoopt dat zijn zoon nu met wat meer plezier zijn huiswerk maakt.

Scan de foto en bekijk het filmpje Wanneer u dit icoon bij een afbeelding ziet staan, dan kunt u het bijbehorende filmpje bekijken door met uw smartphone de foto te scannen. Hoe werkt het? 1) Installeer op uw smartphone/tablet de app ‘iLinqs’ 2) Start de app op uw smartphone of tablet 3) Scan de foto waarbij het icoon is geplaatst 4) Het bijbehorende filmpje verschijnt op smartphone of tablet

04

iMaintain 14

027_F_under_construction.indd 27

23-04-14 09:17


Magazijn medewerker bij Hydrauvision, Ivo de Gijsel: „We werken hier uitermate gestructureerd. Dat moet ook wel want hier liggen duizenden componenten. De administratie staat als een huis. Als je hier vijf jaar geleden een slang hebt besteld, kan ik die direct terug vinden. Hiermee ontzorgen we de klant (en onze monteurs).” Hydraulic solutions Ivo: „Verder zijn wij verantwoordelijk voor het transport-klaar maken van de goederen. We zorgen dat een unit correct verpakt wordt. Verder moet de zending ook worden voorzien van alle benodigde papieren. Het is belangrijk om heel secuur te werken. Alles moet in de zending zitten. We kunnen natuurlijk niet voor een boutje terug naar een booreiland vliegen.”

Eén naam zegt voldoende:

Hydrauvision.com

Lees gratis Duurzaam Geproduceerd Het magazine Duurzaam Geproduceerd informeert en inspireert de industrie om haar footprint te verbeteren. In de nieuwe editie van het magazine leest u onder meer over: • TenCate: “Het echte verschil maken we met onze producten” • Shell Eco-marathon hoopt op duurzame doorbraak • Onderzoek wijst uit: goedkoper én milieuvriendelijker produceren kan • Is het slim om radicaal te vergroenen?

Lees het magazine gratis op

www.duurzaamgeproduceerd.nl DGP03.indd 1 028_hydrauvision_DGP.indd 1

11:03 22-04-14 16:48


Maint

NL

Het magazine van de NVDO

Johan Wolt: ‘Ik wil jeugd inspireren om voor techniek te kiezen’ | Diepe aardwarmte maakt glastuinbouw duurzaam | Big Data is allang geen IT-kwestie meer

029_MA_NVDO_cover.indd 29

22-04-14 16:33


DM93 185x132_NL.indd 1

17/04/14 15:51

FLIR warmtebeeldcamera’s en meetinstrumenten koopt u bij:

SENSOR BV FLIR GF320 WARMTEBEELDCAMERA VOOR ZOWEL GASLEKDETECTIE ALS INDUSTRIËLE INSPECTIES •

Piping Design 1 & 2

Pipe Stress Analysis & Pipe Support

Ontwerp/Berekening Drukbelaste Componenten

Corrosie-arm Ontwerpen

Workshop P.E.D.

Stroming/Transport in Leidingen

Piping & Mechanical Engineering 1

Keuze & Selectie van Afsluiters

Polymeer Extrusietechnologie prof.dr.ir. Leon Janssen, RuG

Inlichtingen: Ed van der Linde 06 - 2011 5926 • e-mail: linde@aog.nl www.tccenter.nl

030_flir_tcc_sensor.indd 1

sensorbv.nl

warmtebeeldcamera.nl

info@sensorbv.nl 0416 - 369473

22-04-14 16:48


Van de voorzitter Beste transport EU in Nederland en Duitsland Nederland doet het vaak goed in allerlei lijstjes, waarin ons land wordt vergeleken met andere landen. Zo staan we vaak in de top 10 in een jaarlijks onderzoek naar het land met de gelukkigste inwoners. En nu staan we weer hoog op een lijstje, op 1 zelfs! Dit keer betreft dit het onderwerp transport. In een onderzoek naar de transportsector in Europa van Eurocommissaris Kallas van transport blijkt dat Nederland het hoogst scoort van alle EU-lidstaten. Als er alleen naar logistiek gekeken wordt, scoren onze oosterburen trouwens net ietsje beter. Maar goed, over-all dus aan kop. Nergens in de Europese Unie is transport zo goed geregeld als in Nederland en Duitsland. Dat blijkt uit het ‘transportscorebord’ dat de Europese Commissie onlangs publiceerde. Nederland en Duitsland voeren de lijst van de 28 EU-lidstaten aan met hoge scores in alle categorieën. De Commissie onderzocht onder meer de kwaliteit van infrastructuur. Nederland stond in alle elf categorieën in de top 5, Duitsland lukte dat tien keer. Zweden, het Verenigd Koninkrijk en Denemarken staan in de subtop. Graag voeg ik een nieuw hoofdstuk aan het rapport toe. Dat in Nederland het transport zo hoog scoort, komt natuurlijk wel omdat wij onze infrastructuur zo fantastisch onderhouden. Kijk maar eens naar het Havenbedrijf Rotterdam. Doordat containerschepen steeds groter worden, concentreert de overslag van containers zich wereldwijd meer en meer op een beperkt aantal grote havens met diep vaarwater en goede logistieke verbindingen. De Rotterdamse haven is een haven van wereldformaat en één van de belangrijkste Europese ha-

vens voor containeroverslag. Havenbedrijf Rotterdam is inmiddels zelfs PAS 55-gecertificeerd voor zijn asset management-systeem. Dit certificaat betekent dat het Havenbedrijf het proces rondom het beheer en onderhoud van haar bedrijfsmiddelen goed organiseert en systematisch en aantoonbaar uitvoert. Eerder kreeg het Havenbedrijf ook al (inter)nationale erkenning voor zijn Kademuren Modellering Systeem. Het is zomaar een voorbeeld dat goed in het transportscorebord van de Europese Commissie benoemd had kunnen worden. Want je kunt als land best tot de beste transportlanden behoren, maar die positie kan écht alleen maar behaald worden als je goed asset management toepast. Een ander voorbeeld waarbij ik wil aangeven dat we onze top 5-positie zullen behouden; Rijkswaterstaat bepaalt op welke uren van de dag aannemers wegwerkzaamheden mogen uitvoeren. Deze uren zijn vanaf het voorjaar 2013 met gemiddeld één uur verruimd. Dit betekent dat een aannemer, afhankelijk van de verkeersdrukte, ’s avonds eerder mag starten met zijn werk. Op een aantal wegen mogen aannemers ook overdag werken. Doordat de aannemer langer achtereen en soms zelfs overdag kan werken, kan hij efficiënter en goedkoper zijn. Dus, laat de Europese Commissie vooral eens bellen met de NVDO, Europa’s grootste Onderhoudsplatform, en dan werken we graag mee aan het nieuwe hoofdstuk, namelijk de Succesfactoren voor Beste Transport!

Dat in Nederland het transport zo hoog scoort, komt natuurlijk wel omdat wij onze infrastructuur zo fantastisch onderhouden.

Bas P. Kimpel Voorzitter

MaintNL 04 – 2014 31

031_MB_NVDO_Voorzitter.indd 31

22-04-14 16:33


iMaintain Congres

‘Interesseer jeugd om voor techniek te kiezen’ De industrie in het noorden van Nederland is springlevend en werkt zeer efficiënt, dat bewijst Johan Wolt van AkzoNobel maar weer. De Maintenance Manager of the Year versloeg in een fotofinish Ton Merkx van Walibi Holland en Henk van Zuijlen van HJ Heinz. Wolt wil zijn titel inzetten om de jeugd te inspireren voor een technische studie te kiezen. David van Baarle

Johan Wolt is verantwoordelijk voor de technische beschikbaarheid van twee fabrieken die chloor en monochloorazijnzuur (MCA) produceren in Delfzijl. De fabrieken produceren sinds een aantal jaar niet alleen veel meer dan ze ooit deden, de beschikbaarheid is ook met sprongen vooruit gegaan. Toen Wolt in zijn functie begon, kampte de fabriek met name met veel verliezen door lekkende flensverbindingen. Door de procedures en inspectiemethoden aan te passen werden de problemen uiteindelijk zoveel mogelijk voorkomen en transformeerde de fabriek van verlieslijdend naar een van de best renderende fabrieken. De integriteit en de betrouwbaarheid van de installaties zijn

inmiddels zo sterk verbeterd, dat men in 2013 opnieuw een recordproductie behaalde.

Van Zuijlen en Merkx Johan Wolt streed met Henk van Zuijlen en Ton Merkx om de titel van Maintenance Manager of the Year. De twee andere finalisten hebben beide ook veel goeds gedaan in hun functie van maintenance manager. Henk van Zuijlen is maintenance manager bij de ketchupfabriek van HJ Heinz in Elst. In de tijd dat Van Zuijlen bij Heinz werkt, heeft de technische dienst een cultuurverandering doorgemaakt op het gebied van veiligheid. Om daar te komen pakte hij ook de maintenanceorganisatie aan. Zo was niemand daadwerkelijk eigenaar van de technische systemen waardoor de verantwoordelijkheid ervoor verdeeld lag over de orga-

nisatie. Intussen zijn alle onderhoudsgerelateerde functies ondergebracht bij de maintenanceorganisatie, tevens technisch expertisecentrum van de site in Elst. Door die nieuwe aanpak is de balans van veertig procent gepland onderhoud verschoven naar bijna tachtig procent. Ton Merkx is Manager Technische Zaken bij Walibi Holland in Biddinghuizen en zorgt met zijn team voor het technische beheer in het park. Merkx kwam in dienst toen het vroegere Walibi Flevo gekocht was door het Amerikaanse SixFlags dat met een investering van 63 miljoen euro in één klap 25 extra attracties op het park plaatste. Hij leidde het technische beheerteam naar de huidige samenstelling en inrichting. Ook introduceerde hij het gebruik van een onderhoudsbeheersysteem. Onderhoud anno 2013 is wat Merkx betreft een doorlopend verbeterproces, waarbij, naast bijvoorbeeld nieuwe ingebruikstellingen of eventuele modificaties, ook analyses over

In de tijd dat Van Zuijlen bij Heinz werkt, heeft de technische dienst een cultuurverandering doorgemaakt op het gebied van veiligheid.

32 MaintNL 04 – 2014

032_33_34_MK__NVDO-artikel.indd 32

22-04-14 16:42


FOTO’S: LINDA LELIVELD

Johan Wolt streed met Henk van Zuijlen, HJ Heinz, en Ton Merkx, Walibi Holland, om de titel van Maintenance Manager of the Year.

het lopende onderhoud steeds weer nieuwe input vormen voor verbetering en procesbeheersing.

MVO De vakjury van de verkiezing, met daarin onder meer laureaat Ton Huibers van Vlisco Nederland, had dit jaar moeite met het maken van een keuze. Juryvoorzitter en bestuurslid NVDO Sectie Suto Ton Klinkenberg: ‘Allen zijn wérkelijk de top van de toppers in ons vakgebied, in hun eigen sector en in de door hen behaalde winst.’ Een van de zaken waar de jury de kandidaten op beoordeelde, was de mate waarin de managers bezig waren met maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Klinkenberg: ‘Waarom zou je je als onderhoudsorganisatie eigenlijk bezig houden met MVO? Er worden vaak dezelfde redenen genoemd: dat MVO goed is voor het imago, dat u door aan MVO te doen wordt gezien als een aantrekkelijke werkgever en het zou goed zijn voor de concurrentiepositie. En ja, dat kost geld. Door op een andere manier naar uw bedrijfsvoering te kijken en de daarmee gepaarde gaande kosten, durf ik te stel-

len dat u met MVO juist geld kunt besparen en dus winst kunt boeken. En laten we daar een gezamenlijke ambitie van maken die leidt tot winst, niet per se uitgedrukt in geld. We zagen tijdens deze uiterst boeiende verkiezing van de Maintenance Manager of the Year dat MVO niet iets is wat topdown van de corporate organisatie komt, maar iets wat op haar eigen manier ook kan worden doorgevoerd in de onderhoudsorganisatie. Bij Ton Merkx uit zich dat bijvoorbeeld in het feit dat hij de technische architectuur bepaalt binnen het totale park en de assets op een verantwoorde manier beheert. Maar MVO uit zich ook in de modificatieformulieren en de ideeënbus die hij gebruikt om kennisdeling en de innovatiekracht van zijn medewerkers te stimuleren. Of wat te denken van de betrokkenheid van Merkx en zijn team bij alle milieu- en energieaspecten die jaarlijks worden voorzien van een beheerplan, dat vervolgens wordt gedeeld met alle belanghebbenden. Bij genomineerde Johan Wolt van AkzoNobel zien we MVO terug in het volledig lekvrij maken van de installatie. Maar ook op het menselijke vlak zien we de waarde van Johan

door de technische dienst samen met de productieafdeling te laten werken aan een zo veilig mogelijke omgeving. Hij is zich constant bewust van het milieu. Sterker nog: het is zijn levensmotto om de technische zaken zo milieubewust mogelijk te behartigen. Dat MVO ook bij HJ Heinz een significante positie op de agenda heeft, laat Henk van Zuijlen zien met de totale maintenancepres-

‘Het is Wolts levensmotto om de technische zaken zo milieubewust mogelijk te behartigen.’ tatie, die volledig is geïntegreerd en geborgd in het totale financiële beleid van de organisatie. Met zijn voorzitterschap van de Asset Care Strategie krijgt MVO een integrale positie. Maar ook de p van people wordt niet vergeten, want door het inzetten van machinespecialisten creëert Henk een betere kennisontwikkeling en -borging binnen zijn team.’ MaintNL 04 – 2014

032_33_34_MK__NVDO-artikel.indd 33

33

23-04-14 16:01


Maintenance Manager of the Year 2014: Johan Wolt van AkzoNobel

Winst Het thema van iMaintain, het jaarlijkse NVDO-congres, ‘winst door multidisciplinaire samenwerking’, was volgens Klinkenberg op alle drie de maintenance managers van toepassing.

‘Ze noemen Ton de technisch architect.’ ‘Winst halen uit een gezamenlijke ambitie lukt genomineerde Johan Wolt uitstekend, zelfs samen met de vaste service providers. Het ingehuurde team wordt volledig meegenomen in de invulling van het onderhoudsbeleid, inclusief de strategische aspecten. Communicatie met alle collega’s gebeurt niet alleen fysiek, maar ook via een constant up-to-date dashboard van key performance indicators. Johan is feitelijk de motor binnen de gezamenlijke ambitie, waarmee hij in bijzonder hoge mate bijdraagt aan het verhogen van de veiligheid, betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de installatie. Die gezamenlijke ambitie wordt onderstreept door de collega’s waarmee de jury tijdens haar audit sprak. De betrokkenheid en vrijheid die zij ervaren, wordt als zeer positief gewaardeerd. Johan is als geen ander in staat de mensen om hem heen te betrekken bij de gezamenlijke ambitie. Ook bij Henk van Zuijlen, de jongste van de drie genomineerden, wordt winst gehaald

uit een gezamenlijke ambitie. Henk betrekt de mensen die hij inhuurt via kick-off meetings bij zijn strategische planning. Maar het gaat nog verder, want binnen de Heinzorganisatie draait een continu verbeterprogramma waarbij de afdeling productie en de technische dienst gezamenlijk streven naar een veilige werkomgeving, kwaliteit en prestaties. De winst die hier wordt behaald, wordt onderstreept door zijn medewerkers die hem een lopende encyclopedie noemen als het gaat om onderhoudstechnieken en technische oplossingen. “Maar hij laat ons eerst zélf nadenken”. Bij Ton Merkx is het niet anders. Bij Walibi gaan ze onder de bezielende leiding van Ton elke dag voor de gezamenlijke ambitie. Het verbeterklimaat wordt vanaf de basis door zijn eigen mensen bepaald en via tactisch overleg worden de verbetervoorstellen integraal beoordeeld op haalbaarheid, veiligheid en efficiency. Ton is een kennisgerichte manager en staat voor de borging van die kennis binnen zijn teams. Hij is, samen met zijn mensen, constant bezig om verbreding van de aanwezige kennis operationeel te maken in vernieuwing en modificatie. Het is heel normaal voor Ton dat dit in gezamenlijkheid gebeurt. Tijdens de audit van de jury gaf zijn leidinggevende zelfs aan dat het park zich zonder Ton nooit zo technisch had kunnen ontwikkelen. Ze noemen Ton de technisch architect, wat Ton graag omzet in: winst voor het park, voor de mensen en winst in werkplezier.’

Jeugd Johan Wolt is nog steeds overdonderd door zijn verkiezing tot Maintenance Manager van het Jaar: ‘Natuurlijk hebben we zelf een klein feestje gevierd’, zegt de trotse winnaar. ‘Een groot deel van het team was aanwezig tijdens de verkiezing en we hebben ook met zijn allen in Rotterdam overnacht. Inmiddels is ook het gebak in Delfzijl rondgegaan en ik stond verbaasd van het aantal felicitaties dat ik mocht ontvangen. Het persbericht over mijn benoeming is uitgeprint en opgehangen en het bericht is zelfs vertaald naar het Chinees. In China staat namelijk een vergelijkbare fabriek van AkzoNobel.’ Nadat Wolt de beker en bijbehorende cheque had ontvangen, deed hij ook een belofte: ‘Ik wil mijn titel dit jaar gebruiken om de jeugd meer te interesseren voor een technische studie. Inmiddels zijn de eerste contacten via onze eigen opleidingscoördinator gelegd en binnenkort komen studenten van de Universiteit Twente op bezoek. Maar ik heb ook via een student die in een werkleertraject zit contacten met het hbo en via de Noordelijke Productiviteits Alliantie zijn er ook mogelijkheden om onze ambities op het gebied van opleiding en stages te ondersteunen. Onze HR-afdeling geeft volledige medewerking en ik wil zelf ook graag als boegbeeld helpen de jeugd ervan te overtuigen dat een technische studie een mooie carrière oplevert.’ n

34 MaintNL 04 – 2014

032_33_34_MK__NVDO-artikel.indd 34

23-04-14 16:01


netwerkeconomie, logistiek, kennis, winstiMaintain , asset Congres

management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisdeling tatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkeconom logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortiu kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. net werkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikk waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrou consortium, kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, ope novatie. netwerkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset manag ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social retu trouwen, consortium, kennisdeling, kennis, winst, asset manageme ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social retu trouwen, consortium, kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, de Om een multidisciplinair open innovatie. netwerkeconomie, logistiek, kennis, winst, asse team goed te ontwikkelen en te laten samenwerken, , winst, e nagement, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwer prestatiemanagement is de rol van de leider delen, open innovatie. netwerkeconomie , logistiek, volgens mij essentieel.kennis, win asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&g sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisdeling, prestatiemanage winst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkeconomie, logisti kennis, winst, asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenw ken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisd prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkecon mie, logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikkeling, waardekete 35 samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortiu kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. net

Winst uit multidisciplinaire samenwerking Tijdens de wintersportvakantie keek ik naar de afsluiting van de Olympische Spelen in Sotsji. Een indrukwekkende show die getuigt van een goed georganiseerde vorm van multidisciplinaire samenwerking. Onze schaatsers hebben een geweldige prestatie geleverd; het resultaat van ambitie en grote professionaliteit. Schaatsen is een individuele sport, waar de prestaties van het individu het belangrijkste zijn. Maar waarom doen de Nederlandse schaatsers het dan zoveel beter dan hun collega’s uit andere landen? Ik denk dat Nederland vanuit een langetermijnvisie een topsportklimaat en randvoorwaarden in de schaatssport heeft weten te creëren die tot dit succes hebben geleid. Op mijn eerste werkdag na de vakantie ben ik aanwezig bij de evaluatie van de jaarlijkse onderhoudsstop in onze vastestoffenfabriek. Deze stop wordt door een vast team uitgevoerd waardoor de evaluatie gestructureerd en vlot verloopt. Voldoende zelfkritisch worden de verbeterpunten benoemd en bediscussieerd. Hier zit een (getraind) multidisciplinair team dat goed samenwerkt met als resultaat een succesvolle onderhoudsstop. Mijn gedachten gaan terug naar minder goed verlopen stops. Vaak door onvoldoende leiderschap, het ontbreken van gedragen visie of duidelijke doelen, te veel activiteiten in een niet-realistische planning waardoor geen goede voorbereiding plaatsvond, gebrekkige kwaliteit van de uitvoering en onvoldoende vertrouwen binnen het team. Gevolg: een te lange stop, kwalitatief onder de maat en hoge kosten. Om een multidisciplinair team goed te ontwikkelen en te laten samenwerken, is de rol van de leider volgens mij essentieel. In een teamsport zoals voetbal wint niet vanzelfsprekend het team met de beste individuele spelers, maar het team met goede spelers die elkaar helpen en vechten voor de overwinning. Vertrouwen in elkaar, de wil om maximale inzet te plegen en samen te werken zijn onontbeerlijke aspecten in een goed opererend team. Een leider heeft het vertrouwen en respect van de individuele teamleden. Hij bepaalt de doelen en de te volgen strategie nadat hij naar de mening van specialisten heeft geluisterd. Een leider draagt zorg voor samenhang in het team, geeft vrijheid waar dit kan, ondersteunt en grijpt in als dit nodig is. Winst door multidisciplinaire samenwerking is niet iets nieuws, maar wel zeer belangrijk. Iets waar we blijvend aan moeten werken om onze concurrentiepositie te behouden. Omdat veel Nederlandse bedrijven (zoals AkzoNobel) opereren op de wereldmarkt, met vele vestigingen in het buitenland waar de lonen meestal lager zijn dan in Nederland, moeten we ons onderscheiden door een hogere effectiviteit en kwaliteit van werken. Nog een reden waarom multidisciplinaire samenwerking, ook op internationaal niveau, een belangrijke succesfactor is. De onderhoudsbranche in ons land is versnipperd en wordt door vele partijen vertegenwoordigd. Soms vullen deze partijen elkaar aan, maar vaak ook overlappen hun activiteiten en belangen elkaar. In Nederland is op het gebied van onderhoud veel bereikt, maar we staan nu op het punt dat een volgende stap noodzakelijk is. Willen we het onderhoud in Nederland op topsportniveau blijven bedrijven dan hoort daar één topsportorganisatie en visie bij. Eén sterke centrale branchevertegenwoordiging is een essentiële stap, die snel moet worden gezet. Johan Wolt Maintenance manager AkzoNobel lndustrial Chemicals sBU MCA Delfzijl en winnaar Maintenance Manager of the Year 2014

MaintNL 04 – 2014

035_MM__NVDO-artikel.indd 35

22-04-14 16:41


iMaintain Congres

Meer verdienen met minder hard werken Als je het hebt over multidisciplinair samenwerken, dan is de Delta Terminal van Europe Container Terminals (ECT) een schoolvoorbeeld. Het gehele proces werd over een periode van een aantal jaar geoptimaliseerd. Waar er voorheen soms onduidelijkheden waren tussen inkoop, onderhoud en logistiek, worden er nu bruggen geslagen met forse besparingen als resultaat. Elise Quaden

Roel Okhuijsen was tijdens iMaintain, het NVDO Jaarcongres manager TOD bij de Delta Terminal van ECT op de Maasvlakte. ECT is een oer-Hollands bedrijf in de Rotterdamse haven, aldus Okhuijsen. Kort door de bocht is hetgeen ECT doet heel simpel. ‘Plat gezegd halen we containers uit een schip slaan ze op en zetten ze op de volgende modaliteit en vice versa. Maar daarmee zijn we wel de gateway to Europe.’

Schakels

‘Logistiek krijgt vaak geen prioriteit, tot het te veel gaat kosten.’ Het magazijn speelt een grote rol in de logistiek op de terminal. En dat was voorheen juist een soort blackbox. De bewegingen in en uit het magazijn werden niet consequent vastgelegd terwijl dat wel belangrijke informatie is. ‘Je wilt weten wat het verbruik is: wat gaat het magazijn in en wat gaat eruit. Dan kun je efficiënt inkopen. Met betrouwbare masterdata maak je duidelijk wat nodig is.’

FOTO’s: ANOuK BOuwMEEsTER

Vier jaar geleden concludeerde Okhuijsen dat het integrale proces efficiënter kon. ‘Onze logistieke keten beslaat vele schakels. Als je op elke schakel wat verliest, dan

verlies je aan het einde van de keten heel veel. Daarom wilden wij gaan werken aan hogere beschikbaarheid en betrouwbaarheid van het equipment. De sleutel daarin was het bundelen van de supply chain.’ De Delta terminal beslaat 265 hectare, met daarop allerlei assets zoals kranen, voertuigen en asfalt. Veel onderdelen van de logistiek zijn geautomatiseerd. Het is zelfs de grootste geautomatiseerde terminal in de wereld. In het geautomatiseerde overslagproces is hoge betrouwbaarheid een vereiste. Daarom dus het streven naar meer integratie in de keten. Okhuijsen: ‘Vroeger was er onvoldoende integratie tussen onderhoud, logistiek en

inkoop. Dat leidde tot minder efficiency. Als er iets fout ging, keek men naar elkaar in plaats van het gezamenlijk op te lossen. Monteurs waren te veel bezig met logistiek en de Hands on Tool Time was laag. De voorraad was niet in balans, men greep vaak mis en de inkoop stond ver af van operations.’

36 MaintNL 04 – 2014

036_37_ML__NVDO-artikel.indd 36

22-04-14 16:41


Kritische analyse

Roel Okhuijsen, ECT: ‘Onze logistieke keten beslaat vele schakels. Als je op elke schakel wat verliest, dan verlies je aan het einde van de keten heel veel. Daarom wilden wij gaan werken aan hogere beschikbaarheid en betrouwbaarheid.’

Magazijn op orde Toen Okhuijsen eenmaal duidelijk voor ogen had waar de kinken in de kabel zaten, werd er een plan gemaakt en uitgerold. ‘Het magazijn is verhuisd en heeft een balie gekregen waar mensen onderdelen kunnen ophalen. Zij gaan dus niet zelf het magazijn in. we zijn alle materialen die aanwezig zijn in het magazijn gaan fotograferen en hebben er een beschrijving aan gekoppeld. Ook hebben we shuttlekasten aangeschaft voor bepaalde onderdelen. Hieruit kunnen monteurs ’s avonds en in het weekend wél zelf onderdelen halen. Deze plateaubewegingen zijn geregistreerd in het systeem. Zo kan logistiek zodra ze er weer zijn controleren of de voorraad op het plateau en de registratie

van de uitname kloppen. Daarbij is er een digitale artikeldatabase gekomen met een zoekfunctie. Daarin zit alle informatie over de artikelen in het magazijn. Monteurs kunnen zelf onderdelen opzoeken en informatie toevoegen aan de beschrijving. Als ze bijvoorbeeld een andere naam hanteren voor een onderdeel, dan kunnen ze dat erbij zetten. Zo is een artikel op verschillende namen te vinden en niet alleen op de officiële. Inmiddels is het magazijn op orde. Okhuijsen laat foto’s zien van voor en na de herinrichting. ECT ging van een rommelig naar een spik en span opgeruimd magazijn. Maar de koppeling met de werkorders was er nog niet meteen en inkoop moest nog aansluiten op de nieuwe werkwijze.

ECT heeft de consultants van Gordian ingeschakeld om een procesoptimalisatie te laten uitvoeren. ‘Met hun model kunnen we bepalen wat we moeten doen om goed te plannen. uiteindelijk heeft dit geleid tot veranderingen aan de inkoopkant. Door een dwingend tweede paar ogen zijn we gekomen tot een kritische analyse van het inkoopproces. we hebben vastgesteld dat de budgethouder moet bepalen wat er wordt ingekocht. De operationele inkoper is aanwezig bij de werkvoorbereiding, zodat hij kan zien wat de werkvoorbereiders nodig hebben. Ook in de contracten hebben we een slag gemaakt. De dekking is nu zeventig procent. Voorheen waren er veel contracten verlopen. Ook staan de juiste data over de contracten in het systeem. Dat is de basis van het leveranciersmanagement. De grijpvoorraad is uitbesteed. Dit gaat over de laagwaardige spullen. En voor de strategische onderdelen zoeken we meer de samenwerking.’ Op de Delta Terminal wordt er gestuurd op KPI’s. Ook dit moet ketenbreed bekeken worden, aldus Okhuijsen. ‘we willen sturen op KPI’s over de hele logistieke keten. Daarom hebben we een KPI-boom gemaakt op asset-, onderhoud- en logistiek niveau. Evaluatie hiervan gebeurt in de stuurgroep TD & inkoop. Die komt maandelijks bijeen. Je kunt je KPI’s niet verwaarlozen. Blijf erop focussen, ook als alles goed loopt. En kijk over de afdelingsgrenzen heen.’

Bruggen slaan Nu wil ECT van goed naar beter: ‘we streven naar operational excellence. we hebben ons daarom laten benchmarken. we zijn 95 tot 97 procent leverbetrouwbaar. De productiviteit van de monteurs is met procenten gestegen. wat we nu verliezen in het logistieke proces is verwaarloosbaar. Er zijn minder orderregels en we houden een lagere voorraad aan. Door bruggen te slaan verdienen we geld en het is prettig werken. OnderhoudsLogistiek krijgt vaak geen prioriteit, tot het te veel gaat kosten. Maar dan kost het jaren om de zaken weer op orde te krijgen. Op de verschillende eilandjes is verbeteren makkelijk. Maar iedereen moet in de maat dansen en willen samenwerken. Deze houding maakt het verschil: bruggen bouwen. Zo maak je met elkaar een effectief en efficiënt proces.’ ■ MaintNL 04 – 2014

036_37_ML__NVDO-artikel.indd 37

37

22-04-14 16:41


netwerkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset

iMaintain Congres

management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. netrkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikkeling, rdeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, sortium, kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open in. netwerkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset management, twikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, ouwen, consortium, kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, deopen innovatie. netwerkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset gement, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, ial return, vertrouwen, consortium, kennisdeling, kennis, winst, asset Op mijn werk zie ik mezelf als de, dirigent die het sharing, gement, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken pain&gain beste uit de mensen return, vertrouwen, consortium, kennisdeling, naar prestatiemanagement winst, erboven probeert, te halen met respect voor de ring, delen, open innovatie. netwerkeconomie , logistiek, kennis, verschillen. t, asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerprestatiemanagenst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkeconomie, logistiek, nis, winst, asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerpain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisdeling, atiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkeconoogistiek, kennis, winst, asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst, menwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortium, ennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. netrkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikkeling, rdeketen,38winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, sortium, kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open in-

1+1=3!

Multidisciplinaire samenwerking: prachtige woorden met veel inhoud en kracht. Woorden die ik al jaren gebruik om het samenwerken tussen de verschillende vakdisciplines te onderstrepen, maar er zit nog veel zoveel meer in die woorden. Mensen die mij persoonlijk kennen, weten dat ik zing in een popkoor. Zingen in een koor is een mooi voorbeeld van wat je met multidisciplinaire samenwerking kunt bereiken. De dirigent heeft tot doel de stemmen met allemaal verschillende karakters, klankkleuren en persoonlijkheden te doen samensmelten tot één instrument. Samen één stem. Op mijn werk zie ik mezelf als de dirigent die het beste uit de mensen naar boven probeert te halen met respect voor de verschillen en zodanig dat plezier en prestatie hand in hand gaan. Echte winst in multidisciplinaire samenwerking gaat over de afdelingen heen. Bij ons op het werk wordt dit ook wel “het huwelijk tussen Technische Dienst en Productie” genoemd. Sommige techneuten gruwelen al bij het idee. Hoe kan ik nu samenwerken met productiecollega’s die zeggen dat wij het machinepark slecht onderhouden, terwijl de oorzaak van de matige betrouwbaarheid ligt in het misbruik van het machinepark door productie? Maar we hebben toch allemaal hetzelfde doel voor ogen? We willen verstoringsvrij produceren, een zo hoog mogelijke Overall Equipment Efficiency realiseren, zodat we van toegevoegde waarde zijn voor het bedrijf waarvoor we werken. Met de wetenschap dat we hetzelfde doel voor ogen hebben, waarom is het dan in de praktijk toch zo lastig om deze multidisciplinaire samenwerking effectief te krijgen? Hier komt multidisciplinair leiderschap om de hoek kijken, als je het mij vraagt. Binnen Total Productive Maintenance wordt vaak gesproken over eigenaarschap, verantwoordelijkheid, rolomschrijving, continu verbeteren; allemaal zaken die er zeker toe doen en die uiteindelijk het verschil gaan maken. Maar de belangrijkste basis hierin is vertrouwen in elkaar. Vertrouwen is de basis van een goed functionerend multidisciplinair team. Het is belangrijk dit als leider te onderkennen en te zorgen dat er vertrouwen kan groeien. Of zoals managementgoeroe Covey zo mooi zegt: ‘Denk in termen van Winnen – Winnen en Synergie.’ Het gaat om het respecteren en waarderen van de verschillen. Om de intentie van onderlinge verschillen te overwinnen door het zoeken naar oplossingen die recht doen aan ieders wensen. Wees niet bang om anderen evenveel te gunnen als jezelf. Een multidisciplinair synergetisch team is een team waarin we elkaar aanvullen en waarin het geheel meer is dan de som der delen. Zeg maar 1 + 1 = 3. Dat is pas echte winst!

Henk van Zuijlen Maintenance manager HJ Heinz en genomineerde Maintenance Manager of the Year 2014

MaintNL 04 – 2014

038_MO__NVDO-artikel.indd 38

23-04-14 14:13


iMaintain Congres

Slim omgaan met oude fabrieken Hoe doe je twee keer zo lang met je fabriek voor twee keer zo weinig geld? Over die vraag bogen de ruim vijftig lidbedrijven van NAP zich de afgelopen tijd onder de noemer SIG 2x2 OPEX. Tijdens het congres in De Kuip delen zij hun ervaringen. Inge Janse Het klinkt nogal cryptisch, SIG 2x2 OPEX. Gelukkig doen Pier-Jan Hettema (van ingenieursbedrijf Tebodin) en Dick Van Ekelenburg (werkzaam voor DSM Synres) tijdens iMaintain alles uit de doeken over dit initiatief. De special interest group hoort bij NAP, het Nederlandse platform voor het realiseren, opereren en optimaliseren van installaties voor de procesindustrie. Zijn doel: een antwoord vinden op de vraag hoe de procesindustrie betaalbaar en in Nederland kan blijven. Hettema: ‘Dat doen we door kennis te delen, bij elkaar in de keuken te kijken. Zo kunnen we met elkaar over onderwerpen praten en stoeien.’ In NAP zit daarom een breed scala van meer dan vijftig asset owners, ingenieursbureaus en toeleveranciers.

In de lucht houden SIG 2x2 OPEX, onderdeel van NAP, wil in kaart brengen hoe je voor verouderde procesinstallaties zo kunt optimaliseren dat de kosten lager worden en de levensduur langer wordt. Maar voordat de sprekers over hun bevindingen vertellen, vragen zij de luisteraars te gaan staan om te kijken hoe oud de assets zijn waar

zij over gaan. Bijna de helft gaat zitten als de vraag is om te blijven staan als je asset vroeger gebouwd is dan in 2000, maar vervolgens duurt het tot vóór 1950 voordat er slechts een handvol asset owners over is. De overblijvers zijn onder meer betrokken bij Tata Steel, Sitech op Chemelot, HJ Heinz en het Havenbedrijf Rotterdam. Het duo wil maar aantonen: Nederland staat vol met oude fabrieken. Hoe zorg je ervoor dat je daar zo lang en zo veel mogelijk plezier van hebt? Die vraag ontstond twee jaar geleden bij NAP, onder meer omdat er vanwege de crisis maar weinig bijgebouwd wordt. De uitdaging is daarom om de assets die er staan zo lang mogelijk in de lucht te houden. En om die uitdaging concreet te maken, is het doel om oude fabrieken twee keer zo goedkoop te laten produceren, de levensduur twee keer zo lang te maken en dat alles zonder dat er concessies worden gedaan aan de integriteit of veiligheid.

Overlevingsdrang Van Ekelenburg vertelt ter illustratie over ‘zijn’ DSM-fabriek in Hoek van Holland uit 1946 waar acrylaathars wordt gemaakt. Ooit gebeurde dat met 650 man, maar in de loop der tijd liep dat terug naar het huidige niveau van honderd werknemers.

Ondertussen is er alles aan gedaan om de fabriek te verbeteren, wat als resultaat heeft dat deze, in vergelijking met concurrenten, van minder presterend is opgeklommen naar winstgevend. Maar rusten kan Van Ekelenburg nog niet. ‘Het moet altijd beter.’

‘Met dit project leer je te kijken naar de techniek, de organisatie, en wat er in de keten te winnen valt.’ Hettema vertelt over de tijd dat hij bij Invista Rozenburg werkte als productiemanager. Deze nylon-producerende fabriek was ooit een onderdeel van ICI en is in 1960 uit de grond gestampt. ‘We moesten vanaf het begin al knokken om te overleven, want in Engeland stond een groot zusterbedrijf en onze grondstoffen kwamen óók uit Engeland. Dat werkte dus erg inefficiënt.’ Hettema en zijn voorgangers hebben er daarom alles aan gedaan om de kosten te verlagen, processen te automatiseren en het personeelsbestand in te krimpen. ‘Toen ik wegging, kon het niet meer kleiner worden.’ Het zag er dus slecht uit voor Invista. Maar wat bleek? Juist door deze constante stroom verbeteringen was niet de zusterfabriek in Engeland, maar die in Rozenburg de beste geworden. Het Amerikaanse moederbedrijf besloot daarom om de grote, trage plant in Engeland te sluiten en naast de bestaande fabriek in Rotterdam een nieuwe te bouwen. ‘Dat alles door langetermijnvisie en een beetje overlevingsdrang. Deze plant is daardoor een fantastisch voorbeeld van hoe je met oudere assets om moet gaan en hoe je kan blijven innoveren.’

MaintNL 04 – 2014

039_40_MQ__NVDO-artikel.indd 39

39

23-04-14 14:13


FOTO’S: ANOuK BOuWMEESTER

SIG 2x2 OPEX, onderdeel van NAP, wil in kaart brengen hoe je voor verouderde procesinstallaties zo kunt optimaliseren dat de kosten lager worden en de levensduur langer wordt.

Quick wins Klinkt mooi. Maar hoe pak je dat aan, wil het publiek weten? Het duo vertelt dat zij als DSM Synres en Tebodin regelmatig bij elkaar aan tafel zitten en in elkaars keuken kijken. De kennis die dat oplevert, mag gebruikt worden door andere bedrijven in de keten. Bovendien is de NVDO aangesloten bij het onderzoek zodat het zo breed mogelijk gedragen wordt. SIG 2x2 OPEX begon in 2012 met een brainstorm bij Tebodin, maar dat leverde eerder te veel dan te weinig ideeën op. Alle suggesties zijn daarom teruggebracht tot drie hoofdthema’s: continuous improvement (performance management), asset & maintenance management, en turnaround management. Hettema: ‘We zouden eerst in september 2013 met 2x2 stoppen, maar het enthousiasme hiervoor is heel groot. We zijn nog op zoek naar mensen die willen meedoen en dan vooral mensen die werken met aging assets.’ Hettema en Van Ekelenburg waarschuwen hun toehoorders ervoor dat het gevaar van brainstormen is dat je helemaal overspoeld wordt met mogelijkheden. Waar moet je dan ooit aan beginnen? Het duo raadt daarom

aan om in het eerste jaar vooral voor de quick wins te gaan, zodat in het bedrijf zichtbaar wordt wat er mogelijk is. Vanuit het publiek roept dat de vraag op hoe lang je dat kunt volhouden, aangezien op een gegeven moment het laaghangende fruit geplukt is. De sprekers adviseren om vooral veel kleine verbeteringen door te voeren, bijvoorbeeld door processen door te meten. Van Ekelenburg: ‘Je kunt dan elke twee maanden iets doen en dat laten zien. Zo bouw je draagvlak op en kun je verder bouwen.’ Ook raadt het duo met klem aan om langetermijnvisie aan de dag te leggen. Van Ekelenburg: ‘Kies voor één methode om te

ONlINE ENTHOuSIASME NAP heeft voor SIG 2x2 OPEX een website gemaakt: www.napnetwerk.nl/sig2x2opex. Hierop zijn zowel theorieën als businesscases van DuPont, Tata Steel en AkzoNobel te vinden. De informatie op de site is voor iedereen beschikbaar.

verbeteren en blijf daarmee doorgaan. Vaak zie je dat een bedrijf ergens voor kiest, maar dat het resultaat na een paar jaar toch tegenvalt, waarna het weer voor iets anders kiest. Doe dat niet. Maak een goede keus en blijf doorgaan.’

Anders kijken Maar zorgt deze aanpak écht voor twee keer zoveel levensduur en twee keer zo weinig kosten? Volgens Van Ekelenburg gaat het vooral om de ambitie. ‘We hadden bij DSM Synres een stoomketel die economisch al end of life was. Hoe ga je daar toch langer mee om? Met dit project leer je te kijken naar de techniek, de organisatie, en wat er in de keten te winnen valt.’ Rest de vraag vanuit de zaal: waarom die focus op oude plants? Nieuwe installaties zijn twee keer zo klein, produceren twee keer zoveel en zijn twee keer zo goedkoop. Oftewel: moeten we niet juist af van al die oude installaties? Beide sprekers zijn het daarmee eens, maar benadrukken dat slim onderhoud van assets ook voor nieuwe fabrieken waardevol is. ‘Als je dat niet doet, dan worden ook je nieuwe fabrieken aging assets. Blijf je assets dus vernieuwen!’ n

40 MaintNL 04 – 2014

039_40_MQ__NVDO-artikel.indd 40

23-04-14 14:13


netwerkeconomie, logistiek, kennis, winstiMaintain , asset Congres

management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisdeling tatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkeconom logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortiu kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. net werkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikk waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrou consortium, kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, ope novatie. netwerkeconomie, logistiek, kennis, winst, asset manag ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social retu trouwen, consortium, kennisdeling, kennis, winst, asset manageme ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&gain sharing, social retu Multidisciplinair werken, trouwen, consortium, kennisdeling, prestatiemanagement , winst, ervaring, de is geen eendagsvlieg. open innovatie. netwerkeconomie, logistiek, kennis, winst, asse nagement, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerprestatiemanagement, winst, e delen, open innovatie. netwerkeconomie, logistiek, kennis, win asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenwerken, pain&g sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisdeling, prestatiemanage winst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkeconomie, logisti kennis, winst, asset management, ontwikkeling, waardeketen, winst, samenw ken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortium, kennisd prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. netwerkecon mie, logistiek, kennis, winst, asset management, ontwikkeling, waardekete 41 samenwerken, pain&gain sharing, social return, vertrouwen, consortiu kennisdeling, prestatiemanagement, winst, ervaring, delen, open innovatie. net

Multidisciplinair “samen” werken is winstgevend Uitbesteden, kernactiviteiten; dat zijn de kreten waar we voorheen bij technische diensten over spraken. Nu noemen we het multidisciplinair “samen”werken. We doen het eigenlijk altijd al, in allerlei variaties; van zelf doen naar uitbesteden en weer terug. In het verleden, werd veel “in huis” gedaan, men wilde onafhankelijk zijn en kennis binnen houden. Ook zagen we het andere uiterste; het uitbesteden van de gehele TD aan een extern bedrijf. Multidisciplinair werken kan op meerdere manieren: binnen het eigen bedrijf, met een groep bedrijven, soortgelijke bedrijven, toeleveranciers, dienstverleners, et cetera. Vanuit mijn ervaring als techneut, dertig jaar werkzaam binnen de TD’en van attractieparken, zal ik mijn visie geven op multidisciplinair werken. Allereerst is het belangrijk een goede balans te vinden tussen het zelf doen, uitbesteden en het blijven voldoen aan de onderhouds- en bedrijfseconomische doelstellingen. Voor installaties als attracties staat veiligheid voorop, daarna komt beschikbaarheid. Door preventief onderhoud storingen voorkomen en als ze toch optreden, dan moeten de monteurs snel en veilig reageren. Immers, onze gasten zitten in de installatie. In-house kennis van de installatie/attractie, die veelal allemaal verschillend zijn, is een must. Continuïteit binnen de groep eigen monteurs is belangrijk. Het duurt gemiddeld één á twee jaar om een monteur in te werken. Veel attractieparken zijn seizoensbedrijven. Ze zijn in de winter gesloten en hierdoor is er volop tijd om onderhoud te plegen. Met de beschikbare capaciteit van eigen monteurs bepaalt men of het onderhoud wordt uitbesteed, of dat men het zelf uitvoert, eventueel met extra ingehuurde monteurs. In mijn geval zzp’ers die in de zomer in de landbouwmechanisatie werken en in de winter onderhoud bij onze TD doen. Voordeel: elke winter dezelfde monteurs, uurtarieven zijn acceptabel, en we lopen geen risico. We sturen deze monteurs zelf aan en behouden kennis bij de eigen monteurs. Het uitwisselen van technische informatie over attracties met leveranciers en parken met soortgelijke attracties kan winstgevend zijn. In Nederland staan in drie verschillende attractieparken houten achtbanen, van twee verschillende leveranciers. Met de TD’en van de parken zijn we een overleg gestart over onderhoud aan houten achtbanen. Dit is in ieder geval multidisciplinair, de trein voor werktuigbouwers en de baan van hout voor timmerlieden. De meeste kennis van deze houten constructies bevindt zich bij specialisten in Amerika. Het is belangrijk dat de Europese parken zelf kennis en ervaring opbouwen en vasthouden. Sinds acht jaar wordt het onderhoud van twee achtbaantreinen uitbesteed. Wanneer men een dergelijk multidisciplinair traject in gaat, is een aantal zaken belangrijk. Ten eerste is het van belang om met het bedrijf een relatie op te bouwen voor meerdere jaren. Het bedrijf moet de wil hebben om te investeren in kennis, gereedschap en hulpmiddelen. In het begin is intensieve begeleiding nodig voor overdracht van het onderhoudsprogramma, onderhoudshistorie uit gebruiksfase en specifieke kennis, zoals montage, afstellingen en smeren. De ervaring leert dat de eigen park-TD, die zich met allerlei onderhoud bezighoudt, op dit vlak moeilijk het niveau van een extern bedrijf kan evenaren. Bij het externe bedrijf ligt de focus volledig op het onderhoud van treinen en men is bereid te investeren. Multidisciplinair werken, is geen eendagsvlieg, winst hoeft niet alleen een reductie in kosten te zijn, maar ook winst in kwaliteit, performance, vermindering van de werkdruk bij de TD, kortom: een win-winformule. Ton Merkx Manager Technische Zaken Walibi Holland en genomineerde Maintenance Manager of the Year 2014

MaintNL 04 – 2014

041_MN__NVDO-artikel.indd 41

22-04-14 16:39


iMaintain Congres

42 MaintNL 04 – 2014

042_43_MP__NVDO-artikel.indd 42

22-04-14 16:38


FOTO’S: ANOUK BOUWMEESTER, WIM RAAIJEN EN LINDA LELIVELD

MaintNL 04 – 2014

042_43_MP__NVDO-artikel.indd 43

43

23-04-14 16:36


Datum: 05|06|14 • Locatie: RDM Campus, Rotterdam

Hét evenement voor de industrie in de Rijn/Schelde-delta

WINNENDE KETENS Ketenefficiëntie is de sterke troef van de Europese industrie. Hoe kan zij deze kaart optimaal uitspelen als antwoord op de schaliegasrevolutie in Amerika en de investeringen die daar naartoe gaan? Petrochem Platform brengt tijdens Deltavisie 2014 in kaart wat de winnende productieketens zijn in de Rijnmond en andere havengebieden. Wat kan de industrie hiervan leren? Tijdens het congres vertellen kopstukken en experts uit de industrie hoe zij via slim gebruik van energie, grondstoffen en de keten overeind blijven. Bovendien belicht Deltavisie diverse Enlightenmentz, lichtende voorbeelden uit de Rotterdamse haven en industrie voor efficiënte productieprocessen.

‘s Avonds wordt de winnaar van de Plant Manager of the Year bekendgemaakt.

Meer Informatie Congresinformatie: Marjolein Veeninga • marjolein@industrielinqs.nl • 020 - 31 22 791 Partnerinformatie: Anouk Bouwmeester • anouk@industrielinqs.nl • 020 - 31 22 797

Deltavisie2014 is een samenwerkingsverband van:

Mediapartners:

www.deltavisie2014.nl 04_A4_Deltavisie 3.indd 2

Schrijf nu in! 22-04-14 14:52


PROGRAMMA Het programma van Deltavisie 2014 bestaat uit een combinatie van inspirerende sprekers, interactieve masterclasses en dynamische discussies.

KEYNOTE SPEAKER Max van der Meer, directeur Huntsman Holland Al eerder riep Max van der Meer op om tot meer synergie in de Rotterdamse industrie te komen. Door over hun eigen hekken heen te kijken kunnen bedrijven nog veel bereiken voor energie-efficientie en het optimaal gebruik van water en grondstoffen. Wat zijn zijn ideeën?

MASTERCLASSES • Enlightenmentz Pitches van lichtende voorbeelden uit de Rotterdamse haven en industrie. • Wat kan chemie leren van ketens in de elektronica en aerospace? Met professor Henk A. Akkermans van de Universiteit van Tilburg en het Dutch Institute World Class Maintenance. • Hoe kunnen industriële ketens profiteren van wiskunde? Sprekers van consultancybureau Ortec vertellen alles over de mogelijkheden die big data en life cycle analysis de industrie te bieden hebben. • Hoe kun je als industrie Twitter, Facebook en LinkedIn optimaal inzetten? Met Lisette van der Pijl, adviseur social media bij Port-Able, die vertelt over de (on)mogelijkheden van social media voor crises, omgevingscommunicatie, marketing en HR.

Deltavisie is het jaarlijkse evenement van het Petrochem Platform voor de industrie in Nederland en België.

Schrijf nu in op www.deltavisie2014.nl Automatisch op de hoogte blijven? Stuur dan een e-mail naar info@industrielinqs.nl of schrijf u in voor de nieuwsbrief van Petrochem via www.petrochem.nl

• Welke kansen bieden groene grondstoffen de industrie? Met sprekers van de Hogeschool Rotterdam en het Iso Butanol Platform Rotterdam over de vergroening die in de industrie mogelijk is. Wat kan wel, wat kan niet?

ENERGY SAVERS & SAFETY BUDDY Cas König (ESD SIC), Plant Manager of the Year 2013, vertelt over hoe zijn bedrijf energie bespaart door slim met zijn keten om te gaan. Dik Schipper (Dow Benelux, Plant Manager of the Year 2010) scoort juist met veiligheid door met andere bedrijven te praten. Wat kunnen anderen van hen leren?

COLUMNS KANDIDATEN PLANT MANAGER OF THE YEAR De finalisten voor de Plant Manager of the Year 2014 krijgen een laatste kans om hun kandidatuur kracht bij te zetten. In een column geeft iedere kandidaat een belangrijk punt aan dat veel aandacht nodig heeft ter versterking van de Nederlandse procesindustrie. Waar gaan de kandidaten zich een jaar lang voor inzetten, mochten zij de nieuwe PMY worden?

AVONDPROGRAMMA: PLANT MANAGER OF THE YEAR ‘s Avonds vindt de verkiezing plaats van de Plant Manager of the Year. Onder het genot van een diner maakt de jury bekend wie het komende jaar deze prestigieuze titel mag dragen.

Tijden 10.30 11.45 12.30 18.00 18.30

Business cases door Platform Partners Registratie en lunch Aanvang dagprogramma Netwerkborrel Diner en Plant Manager of the Year-verkiezing

Partners Petrochem Platform:

04_A4_Deltavisie 3.indd 3

22-04-14 14:52


Technologie en onderhoud

Big Data is geen IT-kwestie Big Data is actueel, maar wat is het eigenlijk? Een snelle webscan geeft uiteenlopende antwoorden. Wat steeds terugkeert, zijn de hoeveelheid, de diversiteit en de snelheid van verwerking van data. Amerikaanse supermarktketens, banken en andere B2C-partijen hebben sprekende voorbeelden. Wat kan Big Data voor asset management betekenen? De NVDO-studiedag Big Data gehouden op 3 april probeert Big Data voor asset management ‘klein’ te maken. Mark Oosterveer In onderhoud of zelfs asset management zijn vaak veel gegevens beschikbaar. Jarenlange storings- en onderhoudsdata, productiegegevens en wellicht nog meer informatie uit een CMS en ERP-omgeving. Idealiter zijn ook andere partijen bereid om gegevens en ervaringen te delen over vergelijkbare installaties. Maar is daarmee de formule voor Big Data goed ingevuld? Bij de studiedag Big Data voor asset management werd gezocht naar mogelijke toepassingen, werd gekeken naar de complexiteit van gegevensverwerking en vertelden toonaangevende bedrijven over hoe ver zij zijn met het verwerken van grote datasets in relatie tot een optimalisatie van onderhoud.

Wind Gastheer Mark Haarman opent de NVDOstudiedag in het Mainnovation Meetinghouse in Dordrecht. Hoe groot is de belofte van Big Data? Het is niet het antwoord op alle vragen. Big Data is voor asset management veelbelovend, mits er veel informatie digitaal beschikbaar is, de juiste mensen met de gegevens aan de slag gaan en het in eerste opzet klein wordt gehouden. Hoe Big Data een bijdrage heeft geleverd aan preventief onderhoud aan een windmolenpark van Vattenfall, vertelt Mark-Jan Harte van Algoritmica. Het doel van het project was om met data-analyse te werken aan het eerder herkennen van problemen, om sneller en goedkoper in te kunnen spelen op benodigde reparaties en door betere planning van downtime en resources te zorgen voor lager productieverlies. Bij windenergie speelt het een belangrijke rol dat de assets vaak ver van de bewoonde wereld staan en bovendien niet eenvoudig onderhoudbaar

zijn. Beter inzicht in de conditie en de mogelijkheid om te voorspellen en het onderhoud beter te plannen, levert winst op. Harte werkt graag met ‘harde data’. En hij heeft de tijd mee. Sensoren worden steeds goedkoper en bovendien zijn de windparken veelal goed uitgerust met een CMS en Scadasystemen.

Hooiberg Harte schetst een vereenvoudigd model waarmee de kracht van analyse duidelijk wordt. In een systeem waar elke tien minuten de olietemperatuur wordt gemeten, kan een vergelijking worden gemaakt tussen de actuele meting en de verwachte waarde. Die verwachte waarde is een uitkomst van een model dat kijkt naar de vorige waarden, de winsnelheid, buitentemperatuur en verdere beschikbare metingen. Bij grote verschillen tussen de actuele waarde en de prognose, is er mogelijk iets aan de hand. Met een goed model is te herleiden waar de mogelijke oorzaak ligt. Bovendien kan het ingezet worden om te voorspellen wat de gevolgen kunnen zijn. Het biedt specialisten de mogelijkheid om te focussen op een speld in de hooiberg. Er zijn nog meer toepassingen. Voor een windmolenpark is het van belang om te weten of er ijsvorming op de bladen is. Een zware ijsafzetting zorgt voor extra belasting van de installatie, voor ongewenste trillingen en beïnvloedt de productie. Er zijn ook losse sensorsystemen voor te koop, maar die kosten circa 20.000 euro per windmolen. De uitdaging zit in het vaststellen van ijsvorming op basis van data-analyse. Het resultaat is een model dat de waarschijnlijkheid aangeeft dat er

ijsvorming op de windmolen plaatsvindt. In een windmolenpark waar de molens honderden meters uit elkaar staan, is zo’n meting per molen gewenst. De Big Data-case voor Vattenfall werkt. Het model is bij twee ‘windfarms’ in gebruik voor in totaal 78 windmolens. En op basis van back testing is circa vijftig procent van de storingen vooraf zichtbaar in het model. En als het model realtime wordt gebruikt, waarschuwt het uren tot maanden van tevoren voor mogelijk falen. En ook daar heeft de inspanning voor het model zich weer in terugverdiend. Voor een serie windmolens die binnen twee maanden uit de garantieperiode zouden lopen, kon met het model worden aangetoond dat bepaalde onderdelen aan het falen waren. Zo kon hier nog binnen de garantietermijn op worden gereageerd.

Het vereist vooral ruimte en visie om data te delen met anderen en om te investeren in de juiste modellen. Dat verbanden leggen in gegevensbestanden niet zo makkelijk is, ervaart het publiek tijdens de breakout-sessies. Met een aantal grafieken uit een fictieve dataset worden de aanwezigen uitgedaagd om te herleiden waar de bron van storingen lag, gevolgd door een live analyse op dezelfde dataset met behulp van statistische analysesoftware. Staf Fransen van IBM toont aan hoe software zelf in staat is om verbanden te vinden in een berg data. Op de vraag of er een perfecte dataset nodig is voor een eerste stap, antwoordt Fransen: ‘Zeker niet. Ook op incomplete of onnauwkeurige gegevens is een analyse mogelijk. Ook als je met incomplete gegevens aan de slag gaat, kan je waarde creëren. Al was het maar omdat je goed ziet waar je nog informatie mist.’

46 MaintNL 04 – 2014

046_47_MR__NVDO-artikel.indd 46

23-04-14 09:18


FOTO: VATTENFAll

Vattenfall heeft met big data het preventief onderhoud aan hun windmolenparken verbeterd. Vijftig procent van de storingen is nu vooraf zichtbaar en het toegepaste model waarschuwt uren tot maanden van tevoren voor mogelijk falen.

Grote asset owners Hoe gaan grote asset owners om met Big Data? Frits Apeldoorn van het Havenbedrijf Rotterdam vertelt over het KMS, het Kademuur Modellering Systeem. Dit is in nauwe samenwerking met partners ontwikkeld om de degradatie van kademuren te bepalen op basis van gebruik, omgevingsfactoren en andere invloeden. Apeldoorn: ‘Als we het product ook op andere plaatsen kunnen verkopen, wordt iedereen daar beter van. Door nieuwe gegevens en variabelen toe te voegen, wordt het model steeds beter en helpt het de gebruikers optimaal om het beheer van kademuren te optimaliseren.’ Bij Boskalis wordt gewerkt aan een verregaande optimalisatie van alle ‘business intelligence’. Marc Boer, manager fleet management support bij Boskalis: ‘Er is binnen Boskalis een ERP upgrade-project gestart. Het doel is dat alle werkprocessen en informatiestromen uniform worden uitgevoerd voor alle bedrijfsonderdelen, inclusief

die van Smit en Dockwise. Output is leading. Als het volgend jaar draait, biedt het een ideale basis om data te ontginnen voor analyses en voorspellingen. Voor logistieke en orderprocessen en asset management.’ Rob Timmermans is hoofd maintenance management bij NedTrain. Naast een aantal bescheiden pilotprojecten dat daar nu wordt uitgevoerd rond Big Data, verwacht hij er veel van in de komende jaren. Timmermans: ‘We hebben elke dag zo’n 3.000 bakken op de rails en in de komende jaren worden meer sensordata gebruikt. Daar is veel te winnen voor preventief en predictief onderhoud.’ Het vormt een mooie combinatie met de recent beschikbaar gestelde 2.000 iPads voor de monteurs, die hiermee aan het werk zijn sinds de nieuwe Maximo-implementatie. Ook bij Sitech zou Big Data een bijdrage kunnen leveren aan de beschikbaarheid van de assets. Toch zal het wat langer duren voordat er goed gebruik van gemaakt wordt. Rob de Heus, world class maintenance

champion bij Sitech, geeft aan welke hindernissen in de weg staan: ‘Sitech zorgt dat de installaties van onze aandeelhouders optimaal presteren tegen zo laag mogelijke kosten. Maar de geïnstalleerde equipments en bijbehorende data zijn uniek voor de installatie en bevatten geen overmaat aan sensoren. Het is bewerkelijk om individuele equipments te optimaliseren, ook al willen we dat graag. Er is veel data beschikbaar en onze prioriteit tot 2015 ligt bij het digitaal ontsluiten ervan. Daarna zal Big Data ook voor ons vruchten afwerpen.’ Big Data kan veel betekenen voor asset management. Niet alleen voor installaties die talrijk in assets zijn, maar ook bij installaties waar veel historische gegevens voorhanden zijn. De techniek is beschikbaar. Het vereist vooral ruimte en visie om data te delen met anderen en om te investeren in de juiste modellen. Big Data is al lang geen IT-kwestie meer. Het komt voort uit bedrijfsvoering. n MaintNL 04 – 2014

046_47_MR__NVDO-artikel.indd 47

47

23-04-14 09:18


Nieuws

Roermond helpt jongeren aan een baan in de bouwen infrasector Work4all! biedt jongeren kans een vak te leren. Onder de noemer Work4all! is de gemeente Roermond samen met haar drie partners uit het wijkontwikkelingsplan Donderberg gestart met een civieltechnisch opleidingstraject voor werkloze en werkzoekende jongeren. Work4all! biedt deze jongeren een kans om een vak te leren, een diploma te behalen en biedt hen daarmee perspectief op de arbeidsmarkt. De jongeren volgen een maximaal zes maanden durend opleidingstraject in de civiele techniek. Het werken-lerentraject bestaat uit vier dagen werken in de wijk (infrawerkzaamheden) en één dag per week naar school (praktijkgerichte infra-opleiding op mboniveau). De jongeren nemen vrijwillig deel aan het traject en ontvangen als extra stimulans een vrijwilligersvergoeding. Nadat de jongeren met suc-

ces het opleidingstraject hebben afgerond, zijn ze verzekerd van werk. Wim Kemp, wethouder in Roermond licht het initiatief toe: ‘We zien enerzijds een hoge jeugdwerkloosheid en ander-

Vraag naar basismetalen neemt toe De langetermijnvooruitzichten voor de vraag naar basismetalen (zoals aluminium, koper, nikkel en zink) blijven door de aantrekkende wereldeconomie gunstig. Hierdoor zullen de prijzen van veel basismetalen in de loop van 2014 volgens ABN Amro een impuls krijgen. Ook de vooruitzichten voor sectoren die veel industriële metalen verbruiken zijn goed en dragen bij aan het herstel van de prijzen van basismetalen. China kan dit perspectief mogelijk verstoren als de vraag naar basismetalen daar tegenvalt. Hoewel ABN Amro verwacht dat de groei van de vraag naar industriële metalen in China zal afnemen, blijft er desondanks sprake van een solide niveau. Ondanks de recente zwakke macro-economische cijfers namen de Chinese importvolumes van industriële grondstoffen tot en met februari sterk toe. Wereldwijd zal de vraag naar metalen bij eindgebruikers voorzichtig herstellen. Door de sterke daling in basismetaalprijzen in de eerste maanden van 2014 heeft ABN Amro haar kortetermijnvoorspellingen naar beneden bijgesteld en gaat nu uit van stabiele tot licht stijgende prijzen voor de komende drie maanden. Verder verwacht het dat op de lange termijn de meeste basismetaalprijzen een sterker opwaarts potentieel hebben, gezien de verbeteringen in de wereldeconomie en de vraagvooruitzichten naar metalen. De omstandigheden in de aluminiummarkt zijn momenteel ongunstig. De prijs zal volgens ABN Amro op korte termijn druk ondervinden, mede als gevolg van grote voorraden, overcapaciteit en het zwakke sentiment, waardoor een significante toename in prijs niet te verwachten valt. Langetermijnperspectieven voor aluminium zien er gunstiger uit. De koperprijs zal in de komende drie maanden toenemen, terwijl de prijs van nikkel als gevolg van grote voorraden waarschijnlijk zal afzwakken. De zinkprijs zal naar verwachting op korte termijn stabiliseren of zelfs licht stijgen.

zijds toenemende vergrijzing in de bouwsector. Daarnaast zien we dat jongeren steeds minder kiezen voor een beroep in de bouw, infra en aanverwante sectoren. Social Return is een goed instrument om een brug te slaan tussen de hoge jeugdwerkloosheid nu en het dreigend tekort aan vakmanschap in de nabije toekomst. Door het creëren van leer-werkplekken krijgen jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt de kans om zich in de praktijk te ontwikkelen tot vakman en wordt hun positie op de arbeidsmarkt versterkt.’ Wethouder Gerard IJff: ‘Om dit te bereiken is samenwerking met de bouwsector van essentieel belang. Bovendien wil de gemeente Roermond de verantwoordelijkheid voor Social Return niet doorschuiven naar de markt. Met Work4all! willen wij als gemeente de bouwsector een handreiking doen door jongeren te enthousiasmeren, te selecteren en ze een op de praktijkgerichte (basis)opleiding infra mee te geven, voordat ze in de praktijk aan de slag gaan. Wij hopen dat marktpartijen deze handreiking oppakken en de jongeren verder opleiden tot volwaardig vakman.’ Work4all! zal uitsluitend additionele werkzaamheden verrichten waarvoor geen budget beschikbaar is om een reguliere partij in te schakelen. Hiermee wordt verdringing van regulier werk voorkomen.

48 MaintNL 04 – 2014

048_49_MJ_NVDO_neuws.indd 48

22-04-14 16:38


Nieuws

NVDO feliciteert tien nieuwe Integraal Inspecteurs Vastgoed Tien cursisten hebben de NVDO Leergang Conditiemeting BOEI succesvol afgerond en mogen zich dan ook Integraal Inspecteur Vastgoed noemen. Deze leergang is een traject geweest dat het nodige van de cursisten gevraagd heeft aan tijd, inzet en studiebelasting. Gedurende bijna vier maanden zijn zij behoorlijk intensief bezig geweest met het onder de knie krijgen van het conditiemeten conform de BOEI. In september werd gestart met de gezamenlijk theoriedag NEN 2767 waarna de praktijkdagen bij de Universiteit Utrecht en de Goudse Schouwburg volgden. Zelf aan de slag

met de geleerde theorie, dat vonden de tien nieuwe inspecteurs prettig. Daarna volgden de Brand-dag en de Energiedag. Vervolgens mochten de cursisten de opgedane kennis weer in de praktijk brengen in het sorteercentrum van PostNL en Hogeschool InHolland. Interessante praktijklocaties! De leergang werd afgesloten met de examentraining in de Goudse Schouwburg. Deze leergang gaat over de standaardmethodiek voor doelmatig beheer en onderhoud van gebouwen en gebouwinstallaties in de praktijk. Conditiemeting is een persoonsonafhankelijke opname- en registratiemethodiek. Het maakt niet uit wie inspecteert. Als de methode goed wordt toegepast, zijn de uitkomsten bij alle

Arla Foods klimt op MVO-Prestatieladder Arla heeft het op één na hoogste niveau van de MVO-Prestatieladder bereikt: niveau 4. Twee jaar geleden ontving het zuivelconcern een certificering op 3. Het bedrijf zet steeds meer in op betere relaties met belanghebbenden. De “structurele dialoog” met zijn stakeholders zoals leveranciers en maatschappelijke organisaties bepaalt Arla’s MVO-beleid. ‘Met de externe audit voor niveau 4 is vastgesteld dat Arla steeds beter rekening houdt met de verwachtingen van haar omgeving. De stakeholdersdialoog is stevig ingebed in de Arla-organisatie’, zegt Marco ter Maat, Manager Purchase & Sustainability van Arla Foods Nederland. De MVO-Prestatieladder bestaat uit vijf niveaus van verduurzaming en een aantal kernthema’s. Deze zijn: behoorlijk bestuur, arbeidsomstandigheden en volwaardig werk, mensenrechten, eerlijk zaken doen, consumentenaangelegenheden, milieu, grondstoffen, energie, emissies en maatschappelijke betrokkenheid. Ook werkt Arla met de in tegenstelling tot de MVO-Prestatieladder meer internationaal gerichte richtlijn voor verduurzaming: ISO 26000. Sinds twee jaar heeft het bedrijf de Zelfverklaring ISO 26000. Certificering en transparantie vormen een belangrijk onderdeel van Arla’s duurzaamheidsprogramma: ‘Dichter bij de natuur’. Het programma bestaat uit vier thema’s: klimaatneutraal, terugdringing van verspilling, welzijn voor mens en dier en transparantie. De doelstellingen binnen ieder thema wil het Deens-Zweedse concern in 2020 bereiken. De MVO-Prestatieladder maakt het mogelijk om, geïnspireerd door de ISO 26000, een MVO-managementsysteem te certificeren.

inspecteurs gelijk. Of, zoals gedefinieerd in de norm NEN 2767; ‘Conditiemeting is een op gebrekenopname gebaseerde objectieve methodiek voor de bepaling van de conditie van bouw- en installatiedelen’. Conditiemeting vindt plaats op basis van het kwalificeren en het kwantificeren van gebreken van bouw- en installatiedelen. En dat heeft veel voordelen voor het beheer en onderhoud van gebouwen en gebouwinstallaties. Er is immers precies bekend welke onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Conditiemeting is een eerste stap op weg naar een goede onderhoudsbeheersing. De juiste uitvoering van de feitelijke onderhoudstoestand, leidt tot: • Een eenduidige registratie en rapportage van de onderhoudsbehoefte • Een duidelijke meerjarenplanning in tijd en geld • Een flinke kwaliteitsverbetering van de uit te voeren werkzaamheden Het doel van de NVDO Leergang Conditiemeting/BOEI is de deelnemer te leren hoe een objectieve registratie volgens NEN2767/BOEI moet worden uitgevoerd. De algemene doelstelling is de inspecteur per discipline Bouwkunde, Werktuigbouwkundige Installaties of Elektrotechnische Installaties, naast onderhoudsaspecten, ook de relevante informatie over brandveiligheid en energie te laten opnemen. De overlast voor een gebouwgebruiker wordt dan tot een minimum beperkt en de informatie kan worden verwerkt tot een onderhoudsplan waarin tevens de maatregelen/herstelkosten voor brandveiligheid en verbetering van de energetische kwaliteit zijn opgenomen. BOEI is derhalve een wezenlijk onderdeel van deze leergang. Met de inbreng van de inspecteur, wordt de vastgoedbeheerder of -manager in staat gesteld het levensloopproces van gebouwen met bijbehorende installaties naar kosten, tijd en kwaliteit te beheersen. Op 16 september start de volgende NVDO Leergang Conditiemeting BOEI. Programma, kosten en achtergrondinformatie treft u op www.nvdo.nl MaintNL 04 – 2014

048_49_MJ_NVDO_neuws.indd 49

49

22-04-14 16:38


Duurzaam ondernemen en onderhoud

Diepe aardwarmte maakt glastuinbouw duurzaam De toepassing van diepe aardwarmte voor verwarming wordt in Nederland nog niet veel toegepast. De eerste pioniers zijn vooral te vinden in de glastuinbouw. Jos Scheffers van kwekerij Zeurniet is zo’n ondernemer die als een van de eerste twee putten liet boren en een installatie liet aanleggen. Inmiddels voorziet hij acht bedrijven van duurzame warmte. Het onderhoud aan de installatie valt erg mee. David van Baarle Het klinkt best gek, maar Nederland kent heel wat hot spots. Neem een kaart van Nederland en de hete plekken zijn zo aan te wijzen, ondergronds dan. In het Waddengebied huist zelfs een vulkaan, dus aan warmte geen gebrek. Het is dan ook niet voor niets dat steeds meer industriële bedrijven, maar bijvoorbeeld ook woningbouwcorporaties, de mogelijkheden onderzoeken voor het benutten van die ondergrondse warmte. Helaas voor hen zit de warmte wel op behoorlijke diepte. Waar de opslag van warmte en koude zich beperkt tot enkele honderden meters, is geothermie pas interessant bij een diepte rond de twee kilometer. Een boring is dan ook niet goedkoop en dan is de kans ook nog aanwezig dat een bron niet genoeg warmte oplevert om de investering terug te verdienen. Het voorbeeld van Green Well Westland laat echter zien dat het nemen van risico ook zeer lucratief en niet te vergeten duurzaam kan zijn.

heid dat de temperatuur per kilometer diepte met zo’n 31 graden Celsius toeneemt. Om water van rond de zestig graden Celsius aan te boren, moet je al op zo’n twee kilometer diepte boren. De truc daarbij is om een watervoerende laag aan te boren, een pijp aan te leggen en het water op te pompen. De warmte van dat water wordt via een warmtewisselaar overgedragen op schoon leidingwater waarna het afgekoelde water weer de grond in wordt

Het voorbeeld van Green Well Westland laat zien dat het nemen van risico ook zeer lucratief en niet te vergeten duurzaam kan zijn.

Schoon De toepassing van geothermie is relatief jong in Nederland. De eerste bronnen werden in 2007 aangeboord en inmiddels wordt een twintigtal bronnen geëxploiteerd voor stadsverwarming of de verwarming van kassen. Het principe van geothermie berust op het benutten van de warmte die in de diepere lagen van de aarde ligt opgeslagen. Hoewel de aanwezige warmte per gebied verschilt, is de algemene wetmatig-

geïnjecteerd. Er zijn voor een warmtestation dus twee boringen nodig waarvoor een behoorlijke boorinstallatie nodig is. Bovendien moeten de nodige investeringen worden gedaan in leidingwerk, pompen, filters en procesapparatuur die alles regelt en beveiligt. Kweker Jos Scheffers van Kwekerij Zeurniet schrok dan ook wel even toen hij een investering moest doen van meer dan twintig

miljoen euro. Gelukkig waren er wat ondersteuningsprogramma’s van het ministerie van Economische Zaken om de bank ervan te overtuigen dat de financiële risico’s beperkt waren. Kwekerijen hebben een behoorlijk hoge warmtevraag die tot nog toe voornamelijk door gasgestookte warmtekrachtinstallaties (wkk) wordt geleverd. Tot voor kort verdienden kwekers een aardige boterham met de verkoop van de stroom die de wkk-installatie opwekt. Inmiddels is de gasprijs relatief hoog en de stroomprijs laag en staan wkk’s nagenoeg stil. Daar komt natuurlijk bij dat aardwarmte een stuk schoner is dan gas. Goed, er is stroom nodig voor het rondpompen van de warmte, maar de CO₂-uitstoot is nihil. Vandaar ook de ondersteuning van het ministerie, die duurzaam ondernemen wil stimuleren. Omdat geothermie relatief nieuw is, zijn de investeringskosten nog te hoog om zonder subsidie rendabel te zijn. Maar hoe meer ervaring wordt opgedaan met de nieuwe techniek en hoe groter de markt wordt, hoe lager de kosten uiteindelijk zullen worden. ‘De kans bestaat dat een boring niet op een waterdragende laag stuit of dat de temperatuur te laag is’, zegt Scheffers. ‘Bovendien is er in Nederland nog niet heel veel ervaring met het op grote diepte boren voor warmteprojecten. Er wordt wel veel geboord, maar dan voornamelijk naar aardgas. Die boorinstallaties zijn overgedimensioneerd voor aardwarmte. De boortorens komen dan met name uit Duitsland.’ Scheffers had echter het volle vertrouwen in het slagen van het project en ging bij buurbedrijven langs om te vragen of ze mee wilden doen met zijn project. De capaciteit van de warmteleiding die hij wilde aanleggen, overtrof namelijk de behoefte van zijn eigen bedrijf. Nadat hij vier medevennoten had gevonden, werd gezocht naar een partner om het project voor te bereiden, inclusief vergunningen, en uit te voeren. De

50 MaintNL 04 – 2014

050_51_MS__NVDO-artikel.indd 50

22-04-14 16:37


FOTO’S: GrEEN WEll WESTlaND

Kweker Jos Scheffers van Kwekerij Zeurniet schrok wel even toen hij een investering moest doen van meer dan twintig miljoen euro om aardwarmte te gebruiken. Maar met behulp van ondersteuningsprogramma’s wist hij de bank ervan te overtuigen dat de financiële risico’s beperkt zijn.

potentie van de ondergrondse warmte was groot genoeg en men besloot dan ook op een diepte van drie kilometer te boren, waarmee in theorie water tot 87 graden Celsius kon worden opgepompt. Er moet voldoende afstand zitten tussen de put waar de warmte wordt onttrokken en waar het afgekoelde water weer wordt geïnjecteerd. In het geval van Green Well is de afstand ruim anderhalve kilometer. Bovengronds is de afstand tussen de putten overigens nauwelijks een paar meter, maar ondergronds lopen ze al snel uit elkaar.

Aardgas Het boren van warmteputten is de afgelopen jaren onder zwaarder toezicht komen te staan. Nadat bij een aantal boringen ook aardgas werd aangeboord, is Staatstoezicht op de Mijnen zich met het toezicht gaan bemoeien. Het gevolg daarvan is dat de boringen een stuk veiliger zijn geworden, maar het heeft tegelijkertijd wel de kosten verhoogd. Ook bij Green Well komt er aardgas mee met het water, al is dat niet veel. Toch investeerde Scheffers in een ontgasser om het gas uit het water te onttrekken en in een gasdroger. ‘We stoken dat gas nu in een verwarmingsketel, vangen het CO₂ af en transporteren dat naar de paprikakweker hiernaast.’

Staatstoezicht op de Mijnen houdt ook toezicht op de integriteit van de installaties. Hoewel niet altijd aardgas meekomt met het warme water, vallen de putten standaard wel onder een streng explosieveilig regime. Dat betekent bijvoorbeeld dat bij de put zelf geen apparatuur mag worden geïnstalleerd die vonken zouden kunnen veroorzaken. Ook de integriteit van de pijpleidingen wordt goed in de gaten gehouden. Het water dat wordt opgepompt is zeer zout en dat heeft uiteraard zijn uitwerking op de stalen leidingen. Scheffers heeft meer slapeloze nachten gehad van de aanleg van de geothermieinstallatie dan van het dagelijkse beheer en onderhoud. Het water wordt door twee grote pompen opgepompt waar het eerst nog wordt gefilterd voordat het langs de warmtewisselaar gaat. ‘In het water zit met name veel ijzer en we moeten de filterdoeken dan ook wel twee keer per week vervangen. Hoewel het voor de installatie niet per se nodig is om te filteren, neem ik het zekere voor het onzekere. We injecteren nu schoner water dan we onttrekken, waardoor de kans op verstoppingen in ieder geval niet toeneemt.’ Vervolgens gaat het hete water door twee kilometer aan leidingwerk door de verschillende kassen heen.

Inmiddels heeft Scheffers nog eens drie klanten gevonden die gebruikmaken van de Green Well-installatie. Daarmee verwarmt de bron zo’n dertig hectare aan glastuinbouwbedrijven. ‘De terugverdientijd werd toen ik met het project startte geschat op vijftien jaar, maar ik denk al met tien jaar break-even te draaien. Daarna gaat de installatie echt geld verdienen.’ De milieuvoordelen, waar het uiteindelijk ook om te doen was, zijn ook behoorlijk. Het thermisch vermogen van de installatie is ongeveer tien megawatt. Per uur wordt zo’n 180 kuub water met een temperatuur van gemiddeld 85 graden Celsius door de acht bedrijven heen gepompt. Daarmee besparen de bedrijven zo’n acht miljoen kuub aardgas per jaar, wat gelijkstaat aan een CO₂-besparing van 14.400 ton. Scheffers: ‘De levensduur van een put wordt geschat op minstens dertig jaar. Daarna bestaat er een kans dat het koudere water dat terug wordt gepompt het warme water bereikt. Ik verwacht echter de komende zestig jaar nog wel gebruik te kunnen maken van de bron. Ik denk dan ook dat dit een duurzame trend is die de glastuinbouw kan helpen voortbestaan. De fossiele brandstoffen raken nu eenmaal een keer op en gas wordt in ieder geval niet veel goedkoper. Bovendien dragen wij hiermee ons steentje bij aan een duurzamere samenleving.’ n MaintNL 04 – 2014

050_51_MS__NVDO-artikel.indd 51

51

22-04-14 16:37


Cursussen

Kennis is onze kracht! Inschrijven kan eenvoudig via de Maintenance Academy op www.nvdo.nl Komende NVDO Cursussen Locatie: NVDO Verenigingsgebouw, tenzij anders vermeld

12 en 13 mei Uitbesteden van Onderhoud NIEUW NIEUW NIEUW (In Company mogelijk) Uitbesteden van onderhoudswerkzaamheden komt in elke sector voor. Veelal kiezen bedrijven ervoor om zich nog enkel en alleen op de core-business te richten. De productie en omzet is echter wel sterk afhankelijk van de beschikbaarheid van de (proceskritische) installaties. Tevens heeft men in de praktijk te maken met specifieke installaties of systemen waarbij het onderhoud wordt uitgevoerd door de fabrikant of derden. In alle gevallen dient bij het uitbesteden duidelijk te zijn wie welke taken en verantwoordelijkheden heeft en wat de risico’s zijn van uitval of verstoringen van het primaire proces. Contracten moeten transparant zijn en duidelijke afspraken bevatten. Na het volgen van de tweedaagse cursus Uitbesteden van Onderhoud, is de cursist in staat om het gehele proces van contractmanagement in te richten en te beheersen. Concreet leert de cursist wat contractmanagement inhoudt, welke typen onderhoudscontracten mogelijk zijn en hoe deze strategisch toegepast kunnen worden. Daarnaast leert de cursist onderhoudscontracten opstellen, borgen, bewaken en evalueren. Tot slot worden de concepten Life Cycle Costing en Total Cost of Ownership behandeld als uitgangspunten voor investeringsbeslissingen.

Strategie:

• T ype onderhoudscontracten: raamovereenkomst, prestatie, all-in, preventief en correctief • Kennismanagement • Contracteigenaar, contractbeheerder, budgethouder • Vaststellen OEM afhankelijkheid (risico-analyse) Opstellen contracten: • Standaard Service Overeenkomst • Aansprakelijkheid en overige inkoopvoorwaarden • Serviceafspraken specificeren, zoals: werkafspraken, responsetijden, onderdelen, beschikbaarheid, validatie, conditiemetingen, etc. • Transparantie Leverancierselectie:

• Aanbesteding • Kostenbenchmarking • Contractevaluatie Controle en grip:

• Contractbeheersysteem • Borgen onderhoudscontracten; koppelen objecten, vastleggen serviceafspraken • Drie-weg matching onderhoudscontract, order, servicebon en factuur • Op welke wijze kan een organisatie grip en inzicht krijgen op de totale omvang van onderhoudscontracten en de samenhangende kosten?

Onderwerpen Algemeen:

• Wat wordt verstaan onder contractmanagement? • Proces van uitbesteden: inventariseren, specificeren, selecteren, contracteren, borgen, uitvoeren/begeleiden, bewaken en evalueren

Vergoeding door opleidingsfonds A+O Bij A+O is het uitgangspunt dat u een opleidingstraject samenstelt dat volgt uit een Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP). Per opleidingstraject kan de werkgever in aanmerking komen voor een vergoeding van maximaal €500,- bruto per werknemer. Als het bedrijf in het Persoonlijk OntwikkelingsPlan een beroepsopleiding opgenomen heeft, wordt deze behandeld als een aanvraag voor een Beroepsopleiding (zie informatie onder het kopje Beroepsopleiding). Het is uitgesloten dat deze opleiding dubbel vergoed wordt (€500,- als opleidingstraject + €2.500,- als beroepsopleiding).

52 MaintNL 04 – 2014

052_53_MI_NVDO_cursussen.indd 52

22-04-14 16:37


Cursussen

14 en 15 mei Duurzaam Spare Parts Management; Voorraadbeheersing 2.0 Met duurzaam spare parts management streven we naar het vermijden van onnodige voorraden op korte én lange termijn. En het tegengaan van verspillingen heeft niet alleen betrekking op direct meetbare kosten, maar ook op financiële en economische neveneffecten zoals onnodig verbruik van grondstoffen en energie, en het vernietigen van in reservedelen opgesloten toegevoegde waarde. Deze tweedaagse cursus leert u een goed inzicht te krijgen in de technieken en methoden van duurzaam spare parts management; Voorraadbeheersing 2.0!

Onderwerpen • E en visie op duurzaam spare parts management en onderhoud • Het organiseren van duurzaam spare parts management • De afhankelijkheden van andere bedrijfsfuncties • Risicomanagement en materiaalcategorieën • Voorraadstrategieën en bestelformules • Inkopen van artikelen t.b.v. onderhoud • Het beheren van artikelen in het magazijn • Administratie van de voorraad- en artikelgegevens • Voorraadbeheer en informatiesystemen • Optimalisatie en kostenreductie • Het meten van het effect van duurzaam spare parts management • Stappenplan voor verbeteringen De aangeboden theorie wordt verduidelijkt met praktijkvoorbeelden en wordt bovendien afgewisseld met oefeningen en cases, waarbij deelnemers ook hun eigen kennis en ervaring kunnen delen. Er is bovendien ruimte om problemen, waarmee de deelnemers in de eigen praktijk te maken hebben, te bespreken.

Vergoedingen door opleidingsfonds OTIB Indien u aangesloten bent bij OTIB zijn er twee manieren om gebruik te maken van de vergoedingen die u krijgt voor bijscholing, te weten: 1. U krijgt een vergoeding per werknemer van €120,- per jaar. Deze vergoeding mag dan maximaal drie jaar opgespaard worden, waardoor u uiteindelijk per werknemer een maximum van €360,- voor een cursus kunt besteden 2. U maakt een bedrijfsopleidingsplan (BOP). Als u bijvoorbeeld tien werknemers in dienst heeft, mag u voor dit plan 10 x €120,- = €1.200,- besteden. Ongeacht hoeveel werknemers er uiteindelijk geschoold worden. Overigens moeten wel alle medewerkers tekenen dat ze akkoord zijn met het feit dat het scholingsgeld voor dit bedrijfsopleidingsplan gebruikt wordt. Ook kan er in dit geval niet voor een langere periode gespaard worden.

Vergoeding door opleidingsfonds OOM OOM geeft werkgevers voor elke cursus die zij in haar catalogus opgenomen heeft een bijdrage in de kosten. Deze bijdrage is in totaal maximaal €150,- per persoon per dag en wordt onder andere betaald met geld uit het Europees Sociaal Fonds (ESF).

20, 21 en 22 mei Management van Projecten en Shutdowns Deze driedaagse cursus leert u projectmatig te werken vanaf de definitie van het project tot en met de afronding en rapportage. Kom door goede organisatie, planning en risicomanagement tot de perfecte shutdown én binnen budget! Dag 1: Introductie

• W at is een shutdown en wat is het niet en bestaat er een shutdownprojectaanpak? • Wat zijn de hoofdlijnen binnen de uitvoering van een shutdown en wat is het verschil tussen een shutdown en een project? • Welke fases moeten er in een shutdownaanpak zitten en hoe integreert men een shutdown in een (groot) project? • Fasering van een project, milestoneplanning, taken projectleider per projectfase Dag 2: Planning en contractopbouw

• V oortgangsbewaking in de voorbereidingsfase en risicomanagement • Opstellen van een kostenbegroting en het indienen van de projectgoedkeuringsaanvraag • Contracting van diensten en materialen • Scope of work (leveringsomvang) en technische opdrachtstelling (TOS) • Organisatorische aspecten, bouwprocesbesluit, veiligheidsplan, veiligheidscoördinatie; overzicht regelgeving • Case BPB-RI&E Dag 3: Operationele fase, afronding, rapportage en aansprakelijkheid

• P roject control in de uitvoeringsfase, voortgangsbewaking en kostenverslaglegging • Overdracht en overname en omgaan met scope changes • Juridische aansprakelijkheid • Nazorg en evaluatie, leveranciersbeoordeling, projectarchivering • Kentallen Deze waardevolle eendaagse training is ook geschikt als in company! Vraag vrijblijvend een offerte aan. MaintNL 04 – 2014

052_53_MI_NVDO_cursussen.indd 53

53

22-04-14 16:37


YOUR REPUTATION IS MINE.

CAN YOUR REPUTATION BECOME OUR RESPONSIBILITY?

Vinçotte Nederland levert als onafhankelijke inspectie- en keuringsinstelling diensten aan op het gebied van veiligheid, kwaliteit en het milieu. Onze expertise omvat onder meer de controle van de integriteit van constructies, installaties, machines, apparaten en gebouwen en diensten rond arbeidsomstandigheden. Bij Vinçotte Nederland werken meer dan 100 technische deskundigen. Naast de hoofdvestiging te Breda hebben we ook kantoren te Rotterdam, Terneuzen en Akersloot én logistieke steunpunten in het hele land. Vinçotte Nederland maakt deel uit van de internationale groep Vinçotte, die met zijn meer dan 2500 medewerkers een kenniscentrum vormt en wereldwijd in 16 landen vestigingen heeft. Kunnen wij met onze expertise ook van úw reputatie onze verantwoordelijkheid maken? Neem een kijkje op onze website:

Safety, quality and environment

WWW.VINCOTTE.NL

Tijdelijk of semi permanent behoefte aan extra warmte en/of energie? Uw bron van informatie bij het kopen of huren van ketelinstallaties voor stoom, warm en heet water. Verhuur

• warmwaterketels tot 8 MW • heetwaterketels tot 12 MW • automatische expansie-inrichtingen • stoomketelunits tot 28 barg van 400 kg/hr tot 16.000 kg/st • ontgassers, voedingswatertanks, ontharders • olietanks 3, 5, 10 en 20m3 • in container, buitenopstelling of romneyloodsen

Services

• 24 uurs storingsdienst • leidingwerkmontage • onderhoud • engineering

Milieuzorg

• Low-NOx installaties • geluidsbesparende omhuizingen • CE normering

www.ecotilburg.com Postbus 899, 5000 AW Tilburg - Hectorstraat 23, 5047 RE Tilburg - Tel: 013 5839440 - Fax: 013 5358315 - E-mail: info@ecotilburg.com

054_aib_eco.indd 1

22-04-14 16:47


Actueel

Overheid krijgt meer regie over het spoor Geen samenvoeging van NS en ProRail, maar wel betere samenwerking. Meer regie vanuit de overheid op beide bedrijven en de reiziger op de eerste plaats. Dat is de belangrijkste boodschap die het kabinet heeft in de onlangs gepresenteerde Lange Termijn Spooragenda. De reacties van alle belangenverenigingen zijn overwegend positief. Elise Quaden

Reizigers moeten op alle tijden van de dag, alle dagen van het jaar en overal in Nederland kunnen rekenen op een veilige, voldoende betrouwbare en voorspelbare treinreis met goede aansluitingen op tram, bus, metro en fiets. Het kabinet wil samen met alle partijen in de ov-sector een “Netwerk Nederland” vormen met goede ovverbindingen door het hele land. Hiervoor moeten de negen reizigersvervoerders, twintig goederenvervoerders en stads- en streekvervoerders beter met elkaar en met spoorbeheerder ProRail gaan samenwerken. Staatssecretaris Mansveld zal hier nadrukkelijk op sturen in samenwerking met de provincies en stadsregio’s die verantwoordelijk zijn voor het stads- en streekvervoer. Dat is het uitgangspunt van staatssecretaris van Infrastructuur Wilma Mansveld, geformuleerd in de Lange Termijn Spooragenda.

Scherpere sturing Om dit alles te bereiken, gaat de overheid zich meer bemoeien met NS en ProRail. Mansveld vindt dat de twee zich meer moeten gaan richten op de publieke belangen.

Het kabinet gaat NS en ProRail meer afrekenen op de prestaties die de reizigers elke dag op hun traject ervaren en minder op gemiddelde prestaties over het hele jaar. In de praktijk betekent dit ook dat het ministerie van Infrastructuur en Milieu meer zeggenschap opeist bij benoemingen van bestuurders en commissarissen bij ProRail. Bovendien stelt Mansveld een investeringscommissie in die het ministerie gaat adviseren over grote investeringsprojecten op het spoor. ProRail zal intensiever gaan samenwerken met Rijkswaterstaat zodat zij gezamenlijk weg- en spoorprojecten kunnen aanbesteden en uitvoeren. Geruchten dat NS en ProRail zouden fuseren en verder zouden gaan onder leiding van één directie, worden met het akkoord ontkracht. Het kabinet kiest voor scherpere sturing en niet voor een wijziging in de organisatiestructuren, omdat dit niet tot betere samenwerking tussen alle spoorpartijen zou leiden. Bovendien gaan zij zich dan richten op interne verandering in plaats van het verbeteren van de prestaties voor de reizigers en goederenvervoerders, aldus Mansveld.

Enthousiaste reacties De reacties op de spooragenda zijn overwegend positief. ProRail is vooral blij dat de inconsistenties in de opdrachten die NS en ProRail meekrijgen nu verleden tijd lijken. President-directeur Marion Gout-van Sinderen: ‘Eerdere afspraken met het Rijk bevatten nogal eens verschillende opdrachten voor NS en ProRail. Er stonden zelfs tegenstrijdigheden in concessies, bijvoorbeeld over de gewenste punctualiteit.’ Nu hoopt Gout-van Sinderen dat er meer samen naar oplossingen wordt gezocht. ‘Is er een zwakke lijn, een slecht presterende treinverbinding, dan kijken we samen of het bijvoorbeeld aan de infrastructuur of de lay-out van het spoor ligt.’ Ook de meeste politieke partijen zijn enthousiast. Sander de Rouwe, Tweede Kamerlid voor het CDA: ‘De gekozen richting van staatssecretaris Mansveld is goed. We zagen afgelopen jaren dat de NS alle kanten opging. Het is goed dat ze zich nu weer moet richten op het hoofdrailnet. De reiziger wacht niet op het gele NS-logo, maar op goede dienstverlening die stabiel en betaalbaar is.’ Liesbeth van Tongeren namens GroenLinks: ‘Deze keer is GroenLinks het op hoofdlijnen helemaal eens met het kabinet. Dat ze niet inzet op een fusie van NS en ProRail is goed omdat anders alle energie naar de fusie zou gaan en de focus niet meer op de reiziger zou liggen.’ FNV Spoor is minder blij met de Lange Termijn Spooragenda. Huub van den Dungen, vakbondsbestuurder bij FNV Spoor: ‘Het is een historische blunder geweest om ProRail en NS zo rigoureus van elkaar te scheiden. Heel Nederland kan zien dat er fouten worden gemaakt, omdat de spoorbedrijven langs elkaar heen werken. Die fout had men nu kunnen herstellen met deze Lange Termijn Spooragenda, door te kiezen voor eén holdingstructuur.’ n MaintNL 04 – 2014

055_MV__NVDO-artikel.indd 55

55

22-04-14 16:37


Onderhoud en gebouwde omgeving

Nederlands gebouwbeheer gaat de wereld over Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft met advies- en ingenieursbureau Grontmij een raamovereenkomst gesloten om de status van ambassadegebouwen en -terreinen wereldwijd in kaart te brengen. De overeenkomst ‘Inspecteurs Beheer & Onderhoud’ geldt voor twee jaar, met de optie tot een jaarlijkse verlenging van maximaal vier maal. De eisen van het ministerie zijn niet mis. De inspecteurs moeten van veel disciplines verstand hebben. Ingrid Rompa Grontmij heeft deze werkzaamheden ook verricht van 2008 tot en met 2011. ‘Dit jaar zitten we weer bij de gelukkige twee’, knikt Hans Hoogland, projectleider bij Grontmij. ‘De aanbesteding is gegund op basis van de economisch meest voordelige inschrijving. Dit is een combinatie van kwaliteit en prijs.’ De verantwoordelijkheden liggen volgens Hoogland vooral in de wijze waarop de inspecties worden uitgevoerd. ‘We inspecteren de ambassadegebouwen zowel bouwkundig als installatietechnisch. Deze beoordelen we via een genormaliseerde standaard; de NEN 2767 voor conditiemeting. Dit resulteert in een eindoordeel over de staat van de gebouwen, het onderhoud en de aangetroffen gebreken.’ Grontmij stelt vervolgens een adviesrapportage op. ‘En daar hangen we ook meteen een meerjarenbegroting aan. Daardoor krijgt het ministerie een duidelijk inzicht in de onderhoudskosten voor de komende jaren. Deze inspecties worden gemiddeld driejaarlijks uitgevoerd. Zo houdt het ministerie de gebouwinformatie altijd up-to-date.’

Begeleiding en toezicht Bij complexe onderhoudswerkzaamheden en -calamiteiten biedt Grontmij begeleiding en houdt men toezicht tijdens de uitvoering van het werk. ‘Dat doen wij als onafhankelijk adviseur. We kijken of het werk voldoet aan de normen en standaarden die daarvoor gelden. Het kan een com-

plexer werk zijn dat we vooraf moeten engineeren en waar we een bestek voor moeten schrijven om bepaalde werkzaamheden te laten uitvoeren. Zeker als het langlopend werk is, wil je tijdens de uitvoering een vinger aan de pols houden. Op die manier kunnen we voorkomen dat de opdrachtgever achteraf niet tevreden is. Dat is beter voor alle betrokken partijen. Bij dit soort zaken kunnen we fysiek aanwezig zijn, maar dat is sterk afhankelijk van de opdracht van het ministerie.’ Grontmij ondersteunt het ministerie ook bij de opbouw van de organisatie voor het beheer en onderhoud van de ambassadegebouwen en -terreinen. ‘Dat gaat specifiek om locaties waar nog niets geregeld is. Men wil de ambassadegebouwen op een bepaald niveau onderhouden. Daarin kunnen wij adviseren. Bijvoorbeeld door geschikte marktpartijen op locatie te zoeken en deze te instrueren over wat er aan onderhoudsactiviteiten moet gebeuren.’ Grontmij verzorgt de onderhoudswerkzaamheden dus niet zelf, vertelt Hoogland. ‘Ons werk is echt geënt op inspectie, beoordeling en advisering. En ook financiële onderlegging. Eventuele opdrachten zullen worden uitgevoerd door lokale onderhoudspartijen, mits voldoende gekwalificeerd en geschikt voor de werkzaamheden. Je hebt altijd te maken met de bouwtradities van de locaties, zeker in wat exotischer oorden. Die hebben wat andere tradities en daar moet je wel je weg in vinden.’

Geen voorrang Volgens Hoogland hebben Nederlandse bedrijven die zijn gevestigd in het buitenland geen voorrang. ‘Nee, zo werkt het niet. Als het gaat om het gunnen van onderhoudswerk, dan wordt daar een geschikte partij voor gezocht via offertes en indien nodig via een aanbesteding. Een goede verhouding tussen prijs en kwaliteit is daarbij het belangrijkste criterium. Als het op kleinere schaal gaat, bijvoorbeeld bij ambtswoningen, vindt de selectie op een andere manier plaats dan bij een groot complex.’

‘Je hebt altijd te maken met de bouwtradities van de locaties, zeker in wat exotischer oorden. Die hebben wat andere tradities en daar moet je wel je weg in vinden.’ Het aspect duurzaamheid speelt een grote rol in het advieswerk. ‘Dat geldt zeker op het moment dat er geplande vervangingen aan bod komen. Dat betekent dat we energiezuinige installaties adviseren, dat er isolatie wordt aangebracht, et cetera. Dat is ook iets wat bij het ministerie is ingebed.’ Hoogland weet nog niet waar zijn inspecteurs naartoe worden gestuurd. ‘We weten niet precies welke gebouwen aan de beurt zijn.’ Zijn rol is projectmanager. Hij werkt zelf niet op locatie. ‘Ik ben het centrale aanspreekpunt voor de projectleiding in Nederland. Daarmee ben ik ook eindverantwoordelijk voor de kwaliteit die we leveren. En ook voor het op tijd en binnen budget afronden en afleveren van onze werkzaamheden.’

56 MaintNL 04 – 2014

056_57_59_MU__NVDO-artikel.indd 56

22-04-14 16:37


.

Van alle ambassadegebouwen zijn er veertien een monument. Het ministerie moet daar rekening houden met de lokale regels. Lastig, want die regels zijn heel divers en lopen sterk uiteen in de verschillende landen.

Overleg Marcel Cocx is coördinator beheer en onderhoud bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij werkt samen met twee adviseurs. Ook hij werkt vanuit Nederland. ‘Het inspectiewerk wordt bijna helemaal uitbesteed. Ik reis nu nog maar een of twee keer per jaar; alleen als het echt nodig is. Ik vind het wel heel belangrijk om feeling te houden met de ambassadegebouwen en de mensen op de ambassades. Nu hebben we daar onder meer Grontmij voor. We voeren constant overleg met elkaar. We kijken daarbij onder meer naar veiligheid en gezondheid: gevaarlijke stoffen, legionella, asbest et cetera. Wereldwijd hebben we veertien

monumenten’, vertelt Cocx niet zonder trots. ‘Dat is meteen ook een extra aandachtspunt voor onderhoud. We moeten ons daarbij aan de lokale regels voor monumentenzorg houden. Die regels zijn heel divers en lopen sterk uiteen in de verschillende landen.’ Behalve de ambassades, vallen ook alle ambtswoningen en de dienstwoningen in eigendom onder dit project. ‘We hebben een heel bijzondere vastgoedportefeuille. We beheren vanuit Den Haag zo’n 400 gebouwen wereldwijd, verdeeld over 112 landen. We hebben 160 vertegenwoordigingen. Het oudste gebouw is ruim tweehonderd jaar oud. Dat staat in Istanbul. Op dat

terrein staat ook een kerkje. In die tijd mocht er geen christelijk geloof zijn in Istanbul, maar voor de ambassade werd een uitzondering gemaakt. Zij mochten wel een kerkje op het eigen terrein hebben.’

Lang traject De aanbesteding is een vrij lang traject geweest, licht Cocx toe. ‘We zijn er in augustus 2013 mee gestart. We wilden de hoogste kwaliteit uit de markt hebben met de beste prijs-kwaliteitsverhouding. We stellen best hoge eisen aan de partijen. Met name op het gebied van opleiding en ervaring. We willen dat de inspecteurs die voor ons werken meerdere disciplines beheren. Ze moeten MaintNL 04 – 2014

056_57_59_MU__NVDO-artikel.indd 57

57

22-04-14 16:37


Conditiebewaking Veiligheid Maintenance Expertise - Techniek Netwerk en?

aan! e j d l Me .nl o d v n . www schap at

> lidma

Deel kennis en ervaring >> word lid! Ervaar netwerken in groter verband

De Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud

houdsprofessionals biedt de NVDO een ongeëvenaard

(NVDO) is de toonaangevende branchevereniging op het

netwerk van branchegenoten. De NVDO kent diverse bran-

gebied van onderhoud. Het overdragen van kennis en het

che- en aspectgerichte secties en regionale kringen. De

realiseren en in stand houden van het grootste onder-

vereniging draagt bij aan (wetenschappelijk) on-

houdsnetwerk van Europa, ziet de NVDO als belangrijke

derzoek en brengt trends, ontwikkelingen en visies

doelstelling. Met een groeiend aantal leden van onder-

binnen de branche in kaart.

Lidmaatschap van de NVDO biedt vele voordelen • • • • • • • • • •

Professioneel netwerk op het gebied van onderhoud Kringbijeenkomsten en seminars over specifieke thema’s Cursussen over onderhoudsmanagement Studiedagen met actuele thema’s Secties en werkgroepen gericht op specifieke onderhoudsaspecten Vacaturebank Lidmaatschap van de NVDO Group op LinkedIn (wetenschappelijke) Onderzoeken NVDO Corrosie Helpdesk Jongerenboard

• • • •

NVDO Onderhoudskompas Platform Materiaalkunde (wetenschappelijke) publicaties, waaronder Visiedocumenten Kortingen op ons cursusaanbod van de NVDO Maintenance Academy • Korting op NVDO-studiedagen • (gratis) abonnement op de vakbladen iMaintain/MaintNL en MaintWorld Asset Management, Duurzaamheid en Veiligheid zijn belangrijke thema’s waaraan de NVDO regelmatig en in breder verband aandacht besteedt!

Ga naar www.nvdo.nl en meld je aan... NVDO - Lange Schaft 7G - 3991 AP Houten | Postbus 138 - 3990 DC Houten Telefoon 030 - 634 60 40 | Fax 030 - 634 60 41 | E-mail info@nvdo.nl | www.nvdo.nl

058_MG.indd 1

22-04-14 16:46


zowel bouwkundig als installatietechnisch onderlegd zijn en over alle facetten iets kunnen zeggen. We kunnen namelijk niet meerdere mensen op pad sturen naar het buitenland. Die ene persoon moet dus alle kennis in huis hebben. Dat is een vrij hoge eis. Dat heeft niet iedereen. De inspecteurs moeten ook goede rapporten kunnen maken. Dat moet in het Engels gebeuren, want het gaat de hele wereld over.’ Een andere belangrijke eis was het kunnen hanteren van de inspectiemethodieken van de Rijksgebouwendienst. ‘Wij spreken over het BOEI-certificaat: brand, onderhoud, energie en inzicht in wet- en regelgeving.’ Wat ook belangrijk is, is het reizen naar risicogebieden in de wereld. ‘Als een ambassade open is, dan willen we ook dat de inspecteurs naar die gebieden reizen.’ Uit de aanbestedingprocedure zijn vijf bedrijven gekomen en er zijn twee bedrijven overgebleven. ‘We hebben onder meer gekeken of de bedrijven zijn gecertificeerd volgens de ISO-normering, of ze de processen goed op orde hebben, de continuïteit, en het aantal mensen dat ze in dienst hebben. Ze moeten namelijk wel mensen kunnen garanderen. Er moeten minimaal drie inspecteurs klaar staan.’

Lokale bedrijven Cocx bevestigt dat Nederlandse bedrijven in het buitenland geen voorrang hebben op lokale. ‘Ze moeten gewoon meedingen met een offerte. We richten ons nu zoveel moge-

lijk op lokale bedrijven die redelijke kwaliteit of Europese kwaliteit kunnen leveren. We willen waar mogelijk lokaal aanschaffen en onderhouden. Daar hebben we de beste ervaring mee. En gelukkig kan er steeds meer. Op die manier kunnen problemen sneller worden opgelost. En het is ook te kostbaar om mensen en onderdelen te laten overvliegen.’ Hij is zich ervan bewust dat het niveau niet overal even hoog is. ‘Daar willen we dus wel een goed beeld van hebben. Ook dat is de taak van Grontmij. Zijn er sowieso lokale bedrijven te vinden en zo ja, hoe is hun manier van werken? Komen ze goed hun verplichtingen na, kunnen ze kwaliteit leveren?’

‘We kunnen niet meerdere mensen op pad sturen naar het buitenland. Die ene persoon moet dus alle kennis in huis hebben. Dat is een vrij hoge eis.’

Het ministerie probeert bij de onderhoudswerkzaamheden steeds meer aandacht te besteden aan duurzaamheid. ‘Maar dat is meestal heel moeilijk, omdat we lokaal vaak te weinig informatie hebben. We kijken daarom vaker naar conti-

nuïteit. Dat zaken gegarandeerd zijn. Het plaatsen van duurzame Nederlandse installaties gebeurt onder bepaalde voorwaarden in het buitenland, maar wel met de eis dat deze lokaal goed te onderhouden zijn.’ Nieuw aan deze aanbesteding is dat het ministerie Grontmij kan vragen voor een langere periode naar een ambassade te gaan om de organisatie van beheer en onderhoud op te zetten. ‘Ik bedoel dan in de vorm van een manager. Dat heeft te maken met het feit dat door bezuinigingen steeds minder mensen naar ambassades worden uitgezonden. En dat gaat vaak ten koste van het beheer en onderhoud van de panden. De (tijdelijke) manager kan de lokale mensen op weg helpen en plannen maken. Wanneer hij weer vertrekt, moet er een soort draaiboek liggen voor de onderhoudswerkzaamheden.’ De huisvesting van het ambassadepersoneel moet veilig zijn en moet voldoen aan wet- en regelgeving. Hoogland: ‘Bij voorkeur volgen we zoveel mogelijk de Nederlandse wet- en regelgeving. Wanneer de lokale normen lager liggen, dan wordt dat op zijn merites gewogen. Dat is de kracht van een goede vakspecialist. Het feit dat in een ander land andere regels gelden, wil niet per definitie zeggen dat het minder veilig is, of dat sprake is van mindere kwaliteit. Het kan zijn dat ze er op een andere manier mee omgaan, maar daar hebben onze inspecteurs wel oog voor. Veiligheid en wet- en regelgeving staan echter altijd voorop.’ n MaintNL 04 – 2014

056_57_59_MU__NVDO-artikel.indd 59

59

22-04-14 16:37


Agenda

mei

juni

7 en 8 mei Brabanthallen, ‘s-Hertogenbosch www.hightechsystems.nl

5 juni Rotterdam www.deltavisie2014.nl

High-Tech Systems

Deltavisie 2014

High-Tech Systems is een internationale conferentie en beurs rondom high-end system engineering. High-Tech Systems is gericht op ontwikkelaars, technisch managers en beslissers in de geavanceerde machinebouw. De focus van het conferentieprogramma en de beurs is hightechsysteemontwikkeling voor markten waar slimme engineering en technologie het verschil maken. Op High-Tech Systems maakt u kennis met mensen en bedrijven die u kunnen helpen bij het ontwikkelen, produceren en vermarkten van complexe systemen.

Ketenefficiëntie is de sterke troef van de Europese industrie. Hoe kan zij deze kaart optimaal uitspelen als antwoord op de schaliegasrevolutie in Amerika en de investeringen die daar naartoe gaan? Petrochem Platform brengt tijdens Deltavisie 2014 in kaart wat de winnende productieketens zijn in de Rijnmond en andere havengebieden. Hoe blijven zij overeind in het internationale geweld, en wat kunnen anderen daarvan leren? En hoe kunnen industriële ketens duurzame alternatieven aanbieden en zo nieuwe markten creëren? Deltavisie is het jaarlijkse evenement van het Petrochem Platform voor de industrie in Nederland en België.

9 mei Archeon, Alphen aan den Rijn www.nvdo.nl Denken en Gedrag als kritische succesfactor in beheer en onderhoud In de huidige conjunctuur zijn forse verbeteringen nodig in asset management, door verhoging van betrouwbaarheid of verlaging van kosten. Harde zaken, zoals werkprocessen, methodieken, KPI’s en systemen vergen veel aandacht. Dit legt de basis, maar is onvolledig voor een succesvolle verandering. De mindset en focus waarmee mensen met de nieuwe processen en tools omgaan is de grootste uitdaging! Hoe veranderen denkwijzen en gewoonten van een groep? Wanneer neigen mensen mee te gaan in een verandering en wanneer niet?

13 mei Evoluon, Eindhoven www.engineersonline.nl/safetyevent2014

september 24 september Havenbedrijf, Rotterdam www.nvdo.nl Kringbijeenkomst West NVDO Kring West deelt kennis over trends in ‘contractenland’ op woensdag 24 september bij het Havenbedrijf Rotterdam. Thema van deze bijzondere middag is: ‘Prachtig Contract!’ Vanaf 1 januari houdt Ballast Nedam alle droge infrastructuur in het Rotterdamse havengebied in stand. In totaal omvat het contract ongeveer 250 kilometer weginfrastructuur, de bovengrondse leidinginfrastructuur, de buitenruimte, de uitgeefbare terreinen, circa 6.700 lichtmasten en zo’n 8.000 bomen. Deze middag leggen beide partijen uit hoe dit contract tot stand is gekomen en wat daar allemaal voor nodig is geweest.

Engineering Event: Safety Op 13 mei 2014 beleeft het Safety Event zijn vijfde editie en bevestigt daarmee zijn positie als toonaangevend, onafhankelijk evenement op het gebied van machineveiligheid voor Nederland en België. Een negental topsprekers, zes learnshops en de belangrijkste spelers uit de Nederlandse industrie zijn verzameld op het bedrijvenplein. Ook is er dit jaar weer de unieke mogelijkheid voor de bezoeker om vooraf zelf richting te geven aan de rondetafelgesprekken met de ‘Safety Doctors’.

20 t/m 22 mei Evenementenhal, Gorinchem www.evenementenhal.nl Technisch Industriële Vakbeurs In mei vindt de Technische Industriële Vakbeurs plaats in Evenementenhal Gorinchem. Alle segmenten binnen de technische industriële branche zijn vertegenwoordigd en zijn op dit trefpunt bijeengebracht. De beursvloer is iedere dag geopend van 13.00 tot 21.00 uur.

oktober 1 oktober Locatie n.t.b. www.imaintain.info/prestatie iMaintain, het Grote NVDO Prestatiemanagementcongres Op 1 oktober staat prestatiemanagement in de kijker. Prestatiemanagement vertaalt de visie, missie en strategie van een project, team of organisatie naar succesfactoren en acties. Sturen op die succesfactoren en constant monitoren van de effecten ervan, zorgt voor optimaal beheer van activiteiten en, nog belangrijker, van de prestaties van organisaties. Goed prestatiemanagement heeft positieve effecten op de totale keten van assetmanager tot toeleverancier. Een afwisselend en inhoudelijk programma belicht verschillende aspecten van goed prestatiemanagement: van wetenschappelijke onderbouwing tot ervaring uit de praktijk; van klantervaring tot contractduur.

60 MaintNL 04 – 2014

060_MH_NVDO_agenda.indd 60

23-04-14 16:38


Maintenance Academy

Van onbeheersd naar “in control” Bij een grote onderhoudsstop of turnaround gaan de gedachten al heel snel naar “groot, complex, veel manuren, grote installatie en de nadruk op inhuur”. In die richting denkend komt men al snel bij de chemische industrie of de offshore terecht. Verrassend is echter dat de toepassing van de gepresenteerde theorie tijdens de NVDOcursus Management van Projecten en Shutdowns ook heel goed tot zijn recht komt in kleine installaties.

direct aanwijsbare oorzaken van problemen tijdens de stop. Een concreet voorbeeld is het tijdig reserveren van capaciteit bij toeleveranciers. Als de behoefte aan specialistische hulp pas naar voren komt tijdens de shutdown zelf is men al te laat. Dit is nu ondervangen door in het manual een aparte toeleverancierschecklist op te nemen.

GOKKIT Het aansturen van de shutdown geschiedt nu aan de hand van het in de cursus besproken GOKKIT-model, waarin de prestatie-elementen Geld, Kwaliteit en Tijd gerealiseerd worden door een adequate Organisatie die zich verzekerd weet van de juiste Informatie binnen de gegeven Kultuur.

Een stop in de farmaceutische industrie is zeer complex, vooral vanwege de extreem hoge veiligheidseisen. Het is dan ook geen verrassing dat het aantal uren dat benodigd is voor de administratieve afhandeling het daadwerkelijke aantal “sleutel-uren” overstijgt.

Een voorbeeld: neem een verpakkings- of sterilisatielijn in de farmaceutisch industrie. Cursisten van deze cursus (werkzaam binnen de farmacie) hebben de theorie opgepakt en samen met een student van de universiteit ontwikkelden ze een draaiboek voor de beheersing van de stop. Een stop in de farmaceutische industrie is ook zeer complex, vooral vanwege de extreem hoge veiligheidseisen. Er worden immers producten gemaakt die binnen het menselijk lichaam aangewend worden. Het is dan ook geen verrassing dat het aantal uren dat benodigd is voor de administratieve afhandeling het daadwerkelijke aantal “sleuteluren” overstijgt. Zeker daar waar het steriele installaties betreft, is gebleken dat een tekortkoming in het shutdownmanagement zich later tijdens de productie mani-

festeert. Dit leidt tot een batchverlies met een hoog financieel afbreukrisico. In de cursus wordt de beheersing van de onderhoudsstop gedoceerd aan de hand van het volgende stappenplan : • Initiatie • Definitie • Ontwerp • Voorbereiding • Realisatie • Nazorg & Evaluatie Deze fasering is overgenomen in de nieuw ontworpen shutdownmanual.

Beslissingen Gebleken is dat er vooral structuur ontbreekt in de initiatie- en definitiefase. Verkeerde beslissingen of het niet nemen van gewenste beslissingen zijn vaak de

Verkeerde beslissingen of het niet nemen van gewenste beslissingen zijn vaak de direct aanwijsbare oorzaken van problemen tijdens de stop. Ook nieuw in de benadering is de betrokkenheid van het productiepersoneel in de voorbereiding van de stop. Het is voorgekomen dat men onder druk van de productieplanning produceert met machines die al waarschuwingen afgeven in de richting van slijtage. Het tijdig opmerken van deze afwijkingen is nu gemeengoed geworden. Doordat productiemedewerkers zich steeds meer ontwikkelden als virtuele eigenaars van de machines, blijken de betrokkenheid en de zorg ook significant toe te nemen. Uit deze case is gebleken dat de shutdowntheorie zich ook heel goed leent voor kleinere onderhoudsstops en dat de samenwerking met studenten (mits goed begeleid) verrassende resultaten kan opleveren! n MaintNL 04 – 2014

061_MW__NVDO-artikel.indd 61

61

22-04-14 16:36


De Stelling

cor Van de linde, directeur itankS ‘Het ligt aan de fase waarin de innovatie zit. Fundamenteel onderzoek is vooral een taak van de wetenschap en dat de overheid daar financieel aan bijdraagt, lijkt me goed voor de Nederlandse economie. Veel bedrijven beginnen echter pas met een innovatietraject als ze subsidie hebben ontvangen. Dat vind ik de verkeerde volgorde. De wil tot innoveren moet uit jezelf komen, uit een probleem dat je wil overwinnen. Niet omdat je nu eenmaal geld hebt gekregen. Als een innovatie min of meer is uitontwikkeld, kun je vaak wel berekenen of en wanneer je een investering terugverdient. Enige onzekere factor is tijd. Het kan wel eens voorkomen dat de marktomstandigheden veranderen en dat de terugverdientijd toch langer is dan men in eerste instantie verwachtte. In dat geval denk ik dat de overheid een belangrijke rol kan spelen om partijen toch over te halen zo’n onzeker traject in te gaan.’

“Leve open innovatie, maar niet op kosten van de markt” 44% eens – 56% oneens

mike gerritS, Projectmanager aSSet management dura Vermeer ‘Open innovatie op kosten van de markt kan goed werken in markten die aanbodgestuurd zijn. Maar in de infrasector waar ik in werk, werken we juist in een vraaggestuurde markt. Opdrachtgevers schrijven daar gedetailleerd voor wat ze willen. Je kunt natuurlijk wel innoveren om tot betere producten te komen, maar als daar geen vraag naar is, verdien je er niets aan. Open innoveren, dus met meerdere partijen, zorgt bovendien dat de marges die je kunt maken, kleiner zijn. Als een opdrachtgever in de infrasector iets specifieks zoekt, dan moet hij ook delen in de ontwikkeling ervan. Gezamenlijk heb je dan voordeel van de nieuwe ontwikkeling.’

Pieter Slagboom, SaleSmanager Wijngaarden Veiliggoed ‘Dit hangt ervan af. Goede innovatie levert geld op en dan zijn bedrijven wel bereid om hier kosten voor te maken. Maar veel innovatie wordt overeind gehouden met overheidsgeld. Deze innovaties hebben vaak geen meerwaarde, en dan wordt het sowieso nooit wat. Maar toch blijft de overheid deze innovaties stimuleren. Terwijl je moet innoveren vanuit een vraag in de markt. Als je dat doet, zal de bereidheid om mee te werken bij investeerders groot zijn. Risico’s loop je altijd als ondernemer, maar als je kijkt aan wat voor innovatie behoefte is, is dat te overzien. Ik zie het zelf ook: als wij aan de slag gaan met een marktvraag, dan is er geen subsidie nodig omdat een innovatie zichzelf terugverdient. Helaas leeft er bij de regering een cultuur waarin innoveren het doel op zich is. En daar wordt eindeloos in geïnvesteerd. In het bedrijfsleven wordt er gekeken of een ontwikkeling levensvatbaar is. Zo nee, dan ga je er niet mee door. Vreemd is ook dat als je doorvraagt aan ambtenaren waarom sommige plannen worden doorgezet, ze nooit een goed antwoord hebben. Ze volgen gewoon een richtlijn. Als je als ondernemer gelooft in je product, dan ben je bereid er jaren aan te werken en er veel in te stoppen voordat je er iets van terugziet. Dat zou de overheid nooit doen.’

Eens of oneens? bezoekers van www.nvdo.nl konden reageren op de stelling. 44% van de deelnemers is het eens met de stelling, 56% oneens. Wilt u ook uw mening geven? Houd de linkedin-groepen en websites van imaintain en de nVdo in de gaten. de redactie plaatst regelmatig een nieuwe stelling. misschien komt die van u wel in het blad!

62 MaintNL 04 – 2014

062_MF_stelling.indd 62

23-04-14 16:30


Veiligheid

Vertrouwen als basis voor veiligheid

FOTO: HuNTSMAN

Hoewel aannemers slechts voor een deel bij de bedrijfsvoering zijn betrokken, moet de veiligheidscultuur van de opdrachtgever hen wel tussen de oren zitten. ‘Een lastige taak als je aannemers blijft zien als leveranciers en zij zich geen onderdeel voelen van wat er op de plant gebeurt’, vindt Jan van Goolen maintenance manager bij Huntsman Holland. Hij pleit voor een intensieve relatie met aannemers. Liesbeth Schipper

‘Aannemers worden vaak onvoldoende bij de werkprocessen betrokken en kansen om de veiligheid nog beter te waarborgen, blijven daardoor onbenut’, stelt Jan van Goolen, maintenance manager bij Huntsman Holland. Hij vindt het essentieel dat aannemers zo worden betrokken dat ze zich onderdeel van het team voelen. ‘Je hebt hoge betrokkenheid en veel verantwoordelijkheidsgevoel nodig om de veiligheid te borgen. Daarom moeten bedrijven investeren in langetermijnrelaties met aannemers. Behandel ze als eigen personeel en betrek ze zoveel mogelijk bij de bedrijfsvoering. Juist op het gebied van veiligheid.’

Mix Huntsman werkt op haar Rotterdamse site samen met vaste huisaannemers. Samen met hen is het bedrijf continu op zoek naar verbetering. Van Goolen koestert die lange

relatie met de huisaannemers. ‘Sommige mensen van aannemers werken al langer dan ik hier werk, en ik werk hier al dertig jaar. Maar ik ben ook blij met verjonging.’ Door de mix van ervaring en een frisse wind was het mogelijk om samen met de huisaannemers een lean-aanpak door te voeren. ‘Alle werkprocessen voor productie en onderhoud zijn onder de loep genomen. We hebben de overbodige check op check eruit gehaald en bij bepaalde karweien kan een voorman meteen met productie praten over hoe een klus veilig moet. Als het veiligheidskritisch is of als procedures voorgeschreven zijn, komen we er als onderhoud natuurlijk wel bij om het door te praten, maar dat is nu niet meer bij elke klus nodig. Dat kan alleen met vaste huisaannemers, met mensen waar je vertrouwen in hebt en mensen die bekend zijn met de processen en de cultuur. Een heftig veranderingspro-

ces, maar de voordelen zijn zichtbaar.’ Op dit moment heeft Huntsman een korte turnaround bij de downstreamfabrieken. ‘Daarbij zijn we een veiligheidsprogramma gestart op initiatief van de safety-afdeling en de aannemers. Een grote groep van vertegenwoordigers van onszelf en de aannemers hebben twee ochtenden bij elkaar gezeten om af te stemmen hoe we deze turnaround veilig tot een einde gaan brengen.’ Het veiligheidsprogramma is speciaal gericht op gedrag. ‘Hoe spreek je elkaar aan als je een gevaarlijke situatie ziet? Maar ook: samen doorspreken hoe een klus veilig kan worden gedaan. Het is geen blame en shame, je moet steeds in gesprek blijven over veiligheid. Want met preventief gedrag en openheid bereik je meer dan met het opleggen van regels.’

Life Savers Toch ontkomt ook Huntsman niet aan die regels. Vorig jaar kwamen negen veiligheidsregels, Life Savers, vanuit Amerika overwaaien en Huntsman Holland betrok de huisaannemers sterk bij de introductie ervan. ‘Ik was aangenaam verrast dat ze al heel snel met een groot plakkaat kwamen waarop ze met hun logo’s en handtekeningen de regels hebben onderschreven.’ Opvallend daarbij was dat de aannemers zeiden: ‘Laat ons die regels op onze eigen manier introduceren.’ Ze deden dat onder andere met zeepkistsessies en een postercampagne. Van Goolen: ‘Samen met de aannemers werkten we al langer met posters over veiligheidsissues. Nu hebben we een soortgelijke campagne opgezet. Als je op het terrein komt, zie je overal doeken hangen.’ Nadat de vaste huisaannemers het voortouw hadden genomen bij de introductie van de Life Savers is de campagne doorgerold naar alle aannemers op de site. ‘Het werkte als een olievlek want alle bedrijven die standaard op de site werken, ook de wat kleinere, hebben nu de veiligheidregels onderschreven.’ n MaintNL 04 – 2014

063_MT__NVDO-artikel.indd 63

63

22-04-14 16:36


ADVERTENTIE INDEx

NDT

Abonnees ...........................................................................................6 AIB Vincotte Nederland .....................................................................54 Bizz 56” ............................................................................................64

G6 Welders

Deltavisie congres 2014 ............................................................ 44, 45

Bolt Tensioning

Duurzaam Geproduceerd magazine ...................................................28 Eco Ketelservice Verhuur ...................................................................54 FLIR Commercial Systems .................................................................30 Hateha..............................................................................................26

Industrial Rope Techniques

Havep Workwear................................................................................67 Hempel ............................................................................................20 Hi-Force Nederland ...........................................................................20 Hogeschool Utrecht Centr. Natuur & Techniek ....................................68 Hydrauvision ....................................................................................28

Special Lifting

iMAintain Platformpagina ..................................................................12 Profion Maintenance Linqs ..................................................................6 Sensor Partners ................................................................................30 SKF.....................................................................................................4 Sky Access........................................................................................64

Painting

TCC Technology Consultancy Center ..................................................30 Testo .................................................................................................26 Total Nederland .................................................................................2

Rescue Teams

BIZZ56'' De nieuwe standaard in webvertising

Paint Inspection

Heat Treatment

Rope Access? SKY-ACCESS! T. +31 (0)88 - 12 33 600 WWW.SKY-ACCESS.COM

Presenteer uw bedrijf, innovatie of project volgens de nieuwe standaard in webvertising: BIZZ56”. Vertel uw verhaal in uw eigen creatieve film van 56 seconden en de boodschap komt aan! Het doordachte stramien van BIZZ56” zorgt ervoor dat u en de filmers zich kunnen concentreren op het communicatieve en creatieve deel van uw boodschap. Bovenal zorgt BIZZ56” voor een snelle, complete en eigentijdse boodschap die de aandacht van uw doelgroep tot het einde vasthoudt. BIZZ56”-video’s zijn multi-inzetbaar: op uw website, via smartphones en tablets en op social media. Verrijk uw teksten, advertenties en commerciële boodschappen met een BIZZ56” video en integreer tekst, beeld en online voor een crossmediale boodschap.

Meer weten? Neem contact op met Ellen van den Burg (020-3122088) of movielinqs@industrielinqs.nl

_A5_staand_bizz56.indd 43

064_index_bizz56_sky.indd 1

18-02-14 09:34

23-04-14 09:29


Column Leer van de Finnen Op het moment dat u dit leest, bevindt de NVDO zich waarschijnlijk in Finland. Bij EuroMaintenance 2014 in Helsinki om precies te zijn. Voordat we de NVDO Ledenreis naar deze grootste onderhoudsbeurs ter wereld hebben samengesteld, heb ik zo hier en daar eens gevraagd wat Finland nou zo interessant maakt. Ja, er zijn inderdaad meer dan 100.000 meren, het is tweetalig en het grenst aan drie landen. Een van u vertelde mij dat wanneer een Fin een bevuilde vlag uithangt, er een boete volgt. Juhannus, het midzomerfeest op 21 juni, is alom bekend en de meeste respondenten in mijn vragenvuurtje wisten echt wel dat Nokia van Finse bodem komt. Misschien wist u al van ZenRobotics Ltd., een Finse hightechonderneming die is gespecialiseerd in de ontwikkeling van technologieën voor recycling door middel van robotsystemen. Voortbouwend op de wetenschappelijke arbeid van de onderzoeksgroep voor neurorobotics van dr. Harri Valpola aan de Universiteit van Aalto, ontwikkelde de onderneming het eerste robotsysteem voor recycling ter wereld! Het bedrijf werkt alleen met gerecyclede materialen en heeft duurzaam ondernemen bovenaan de agenda geplaatst. En ik ben er best een beetje trots op dat we dit bedrijf tijdens de NVDO Ledenreis samen met de Nederlandse Ambassade bezoeken. Zo, nu weet u al veel over een van de mooiste Scandinavische landen. Maar wist u ook dat het Finse onderwijs tot het beste in Europa behoort? Nederland scoort overigens rede-

lijk tot goed. Maar hoezo doet Finland het zo goed? Het gaat vooral om de opleiding van de leraren, hun salariëring en de didactische voorzieningen. Ook zijn er in het onderwijs andere keuzes gemaakt. Wat heel veel uitmaakt is de grote aandacht voor lezen: de Finnen zeggen: “enemmän lapset lukenut paremmin heidän koulumenestykseen”; hoe meer de kids lezen, hoe beter hun schoolprestaties! Nederlandse docenten reageren afwijzend op dit soort studies. De standaard reactie begint altijd met: “ja maar” en vervolgens komen er argumenten waarom ons onderwijs toch beter is en het helemaal niet erg is dat we lager scoren: onze leerlingen zijn vrijer, creatiever, en sociaal beter ingepast. Een hogere salariëring vinden ze wel een goed idee! Waarom de aandacht voor de studie nu weer oplaait? Er ontstaat een discussie in Zweden! Ook Zweden was in de studie beter dan Nederland maar slechter dan Finland. En dat vinden ze helemaal niet leuk! Want Zweden zijn altijd veel beter dan Finnen (vinden ze zelf). Die reactie lijkt veel op hoe Nederland zich opstelt ten opzichte van België. Is het toeval dat Zweden vroeger Finland bezette en Nederland België? Finland doet het goed. Hun economie draait beter, de welvaart is net zo hoog als hier, de gezondheidszorg perfect en met hun industriebeleid is niets mis. Ik zou zeggen: leer van de Finnen wat je kan en maak het nog beter!

Wist u ook dat het Finse onderwijs tot het beste in Europa behoort?

colofon

Ellen den Broeder-Ooijevaar Verenigings Manager

MaintNL is het verenigingsmagazine van de Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud. De naam MaintNL is eigendom van de NVDO.

Postbus 138 3990 DC Houten t +31(0)30 634 60 40 f +31(0)30 634 60 41

e info@nvdo.nl • www.nvdo.nl • www.nvdovac.nl

MaintNL 04 – 2014

065_MC_NVDO_Vmanager.indd 65

65

22-04-14 16:36


66 volgend nummer

In HeT volgende nummer Arbeidsmarkt en imago De experts van het iMaintain platform kwamen bijeen op te discussiëren over de rol van imago op de technische arbeidsmarkt. Hoe zorgen we voor nieuwe aanwas van personeel, als tegelijkertijd de techniek nog steeds wordt geassocieerd met vieze handen? Hoe zorgen we ervoor dat vakmensen met trots op een verjaardag kunnen zeggen dat zij in het onderhoud werken?

Thema: Maintenance, opleiding en werk De vraag naar technici stijgt nog steeds in de meeste regio’s, maar toch zijn er ook plekken in het land waar de tekorten lijken te krimpen. Welke factoren bepalen de balans tussen vraag en aanbod op de technische arbeidsmarkt? En welke rol speelt het onderwijs in het aanwakkeren van de personeelsinstroom in de techniek?

Yara Sluiskil besteedt assetmanagement uit Komende vijf jaar gaat Royal HaskoningDHV het assetmanagement uitvoeren voor chemiebedrijf Yara in Sluiskil. Het wordt beheerder van alle niet-primaire assets op de site. Al het werk wordt uitgevoerd volgens de ISO 55000-norm. De doelen van Yara: tegen lagere kosten produceren en effectiever werken.

Thema: maintenance, opleiding en werk EN VERDER MaintNL In MaintNL stellen we de eerste kandidaat voor het Infra Projectteam van 2014 aan u voor. Ook leest u de eerste onthullingen over de aankomende Landelijke Dag van het Onderhoud. En Rijkswaterstaat zoekt de samenwerking met China op om innovaties op het vlak van water en logistiek met elkaar te delen.

Thema’s 2014 iMaintain 06-2014

maintenance en informatisering

iMaintain 07-2014

iMaintain nummer 5 verschijnt 31 mei

maintenance en de gebouwde omgeving

iMaintain 08-2014

maintenance en industriële reiniging

iMaintain 09-2014

maintenance en risicomanagement

iMaintain 10-2014 maintenance in de infra

04 14 imaintain

066_E_volgend nummer.indd 66

23-04-14 15:05


VED BY RO

PR

NA

LS

AP P

Havep moe.t. TEL MAAR OP! je hebben. OFESS

IO

Patrick Senior engineer

Bescherming Duurzaam Draagcomfort Visitekaartje voor bedrijf Voor ons is er geen twijfel mogelijk als het om werkkleding gaat. Wij werken er elke dag in, dus wij weten waar we het

Frank

Service monteur

over hebben. Als je alle kwaliteiten van HaVeP bij elkaar optelt en je kijkt ook naar prijs, service en levering, kom je tot maar één conclusie: HaVeP moet je hebben.

MEER WERKKLEDING OPLOSSINGEN ? KIJK OP WWW.HAVEP.COM/MAINTENANCE

T NL +31 (0)13 531 32 56 BE +32 (0)14 30 07 37 E verkoop@havep.com


KENNIS MOET JE OOK ONDERHOUDEN. • Hoeveel onderhoud is juist genoeg? • Kunnen we met de onderhoudsfunctie geld verdienen? • Hoeveel kan onderhoud bijdragen aan het bedrijfsresultaat? • Wat is Excellent Onderhoud en hoe geef ik dit vorm?

INFORMEER NAAR E

XTRA S ONDERHOUDS TARTS TECHNOL DIT VOORJAA OGIE R IN HOOGEVEE N EN REGIO ZUID

WAARDECREATIE DOOR GOED ONDERHOUD Een onderhoudsopleiding bij Hogeschool Utrecht helpt u in uw eigen bedrijf de antwoorden te vinden op deze vragen. In de afgelopen jaren zijn vele mooie resultaten en forse besparingen bereikt bij de deelnemende bedrijven. Door de brede scope op zowel Materiaalkunde, Engineering, Inspectie als Onderhoud bieden onze opleidingen op het gebied van Onderhoud precies die (integrale) kennis die nodig is om verder te kunnen kijken dan het eigen vakgebied, en daardoor aantoonbaar betere resultaten te boeken. • Post-MBO Onderhoudstechniek (OTK) • Post-HBO Onderhoudstechnologie (OT) • Post-HBO Onderhoud en Management (OM) • Master of Engineering in Integrated Service Engineering

Start 1 oktober 2014 Start 2 oktober 2014 Start 2 oktober 2014 Start februari/september

Alle genoemde opleidingen kunnen naar wens in-company (op maat) verzorgd worden. Informeer naar de mogelijkheden. Meer weten? Bel 088 481 88 88, mail naar info@cvnt.nl of kijk op www.cvnt.nl.

ER VALT NOG GENOEG TE LEREN


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.