IMA08-2016

Page 1

www.imaintain.info

08 16 DERTIENDE JAARGANG – LOSSE VERKOOPPRIJS € 17,25

iMaintain Nr. 08 - 2016

Maint

Het mag

IMA08 MA

azine va n de

NL

NVDO

Onderho udsvrije fabriek kom nieuwe t dichterbi uitdagin gen | Ein j | Altijd Alarmred de Brusse op zoek uctie ver naar lse tunne snelt sto lcrisis in ringsana zicht | lyse opera tor

cover MaintN

L.indd

31

20-09-1

6 15:40

INDUSTRIEEL REINIGEN: MENSELIJKE FACTOR UITBANNEN

Naamloos-1 1

21-09-16 10:52 11:19 21-09-16


Achter Achterelk elkvat vatTotal Totalsmeermiddelen smeermiddelen schuilt schuilteen eenteam teamvan vanexperts! experts!

Met Met een een landelijk landelijk opererend opererend enen ervaren ervaren team team van van Sales Sales Engineers, Engineers, een een kundige kundige technische technische dienst dienst enen een een servicegerichte servicegerichte binnendienst binnendienst zijn zijn wijwij snel snel enen gemakkelijk gemakkelijk te te bereiken. bereiken. DitDit in in combinatie combinatie met met een een compleet compleet assortiment assortiment smeermiddelen smeermiddelen énén een een zeer zeer goede goede logistieke logistieke ondersteuning ondersteuning zorgt zorgt er er voor voor dat dat u altijd u altijd opop ons ons kunt kunt rekenen. rekenen. Voor Voor uitgebreide uitgebreide informatie informatie over over onze onze mogelijkheden mogelijkheden kunt kunt u contact u contact opnemen opnemen met: met: Total Total Nederland Nederland N.V. N.V. / Industriële / Industriële smeermiddelen smeermiddelen Telefoon: Telefoon: 070 070 - 3- 18 3 18 0 40 0 40 8 8 E-mail: E-mail: smeermiddelen.industrie@total.com smeermiddelen.industrie@total.com www.total.nl www.total.nl

The The right right choice choice inin lubricants lubricants

Naamloos-1 2 IMA08 IMA08 A omslag.indd A omslag.indd 2 2

21-09-16 11:19


INHOUD 3

10 Honderd procent veiligheid is mogelijk Het Loss Prevention System (LPS) dat bij ExxonMobil de spil is van de veiligheidscultuur moet het gedrag continu en systematisch verbeteren. ‘Het komt terug in alles wat we doen, elke activiteit, elke keer, elke dag opnieuw’, stelt directeur Raymond van der Horst.

14 ‘Industrieel reinigen maakt enorme ontwikkeling door’ De laatste jaren wordt er anders gekeken naar industriële reiniging. ‘Binnen nu en vijf jaar wordt industrieel reinigen op een heel andere manier aangepakt’, zegt Hans Borgt van Kennis- en Innovatiecentrum Maintenance Procesindustrie (Ki<|MPi).

5

COMMENTAAR

6

ACTUEEL

18 EEN BEHEERCONCEPT IS NOG GEEN ASSET MANAGEMENT 20 PRODUCTEN 21 MOCK-UP LEIDT TOT VEILIGE EN EFFECTIEVE ONDERHOUDSSTOP 22 AMBITIEUS PLAN VOOR GROEI EN VEILIGHEID CHEMELOT 24 WHAT’S NEXT

Maint

NL

Het magazine van de NVDO

31

Een onderhoudsvrije fabriek, het liefst onbemand, dat is de toekomstvisie van Director Maintenance & Turnarounds Richard Schouten van Sitech. Op de Chemelot-site in Geleen is het bedrijf hard op weg om dat doel te bereiken. De Brusselse tunnels worden de komende 15 jaar grondig gerenoveerd. Pascal Smet, minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, licht het ingrijpende project toe. Onderhoudsvrije fabriek komt dichterbij Alarmreductie versnelt storingsanalyse operator Einde Brusselse tunnel-crisis in zicht 2.400 klussen in acht weken tijd Vertrouwen is goed, maar misschien zijn KPI’s beter Integraal contract leidt tot doelmatiger onderhoud Altijd op zoek naar nieuwe uitdagingen Inventief bouwen in het Noordzeekanaal Convenant leidt tot gemotiveerde vakmensen Casus: Slow movers

34 38 40 44 48 50 54 56 59 61

8

iMaintain 16

IMA08 B inhoud.indd 3

21-09-16 10:46


Neem nu een abonnement op iMaintain

Ga direct naar iMaintain.info en blijf ierdereen voor Meer nieuws dan ooit • • • • • • • •

Actuele berichtgeving over de gehele onderhoudssector Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten en diensten Multimediale bedrijfspresentaties Tweewekelijkse Nieuwsbrief Live twitter updates LinkedIn interacted

iMaintain-abonnees krijgen meer • De nieuwste iMaintain staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.imaintain.info en kies abonneren

ADVERTENTIE-INDEX

150922 iLinqs 1_4 ABO.indd 43

22-09-15 15:25

Abonnees .............................................................................................. 4 Duport Lubricare .................................................................................... 8 Eco Ketelservice Verhuur ..................................................................... 46 Hateha................................................................................................. 46 Hi-Force Nederland ................................................................................ 4 Hogeschool Utrecht Centrum voor Natuur & Techniek ........................... 42 iMaintain platform ..................................................................28, 29, 30 Leemberg Pijpleidingen .......................................................................... 8 Lubron ................................................................................................. 52 Mainnovation ....................................................................................... 68 Olympus Nederland ............................................................................. 52 Profion Maintenance Linqs ................................................................... 16 Stichting Scios Congres ...................................................................... 36 Stratt+ Industrial Management ............................................................. 16 www.hi-force.com

Total Nederland...................................................................................... 2 Ultimo Software Solutions .................................................................... 67

IMA08 Advertenties.indd 4

21-09-16 10:54


COMMENTAAR 5

Levensduurverlegging Nee, deze is niet langs de redactie geglipt, ik bedoel met de titel echt levensduurverlegging. Daarmee doel ik op een prachtplan waarover ik afgelopen vrijdag hoorde vertellen tijdens het congres EemsDeltavisie. De komende jaren zullen productieplatforms op de Noordzee uit zijn geproduceerd. Daar valt niets meer te halen. Dan wordt het normaal gesproken tijd dat de platforms worden gesloopt en verwijderd. Die platforms moeten netjes worden verwijderd. En dat is een dure bezigheid. Maar dan is daar het mooie plan. Wanneer deze platforms namelijk kunnen worden ingezet om lokaal opgewekte windenergie in te zetten voor de elektrolyse van water, dan begint er een nieuw leven voor deze constructies. Het doel van het asset wordt verlegd van productiemiddel naar productieplaats. Met dit plan wordt bespaard op het aanleggen van zeer kostbare elektriciteitskabels van een windfarm naar de kust. Een kabel naar het platform is genoeg. Het platform wordt leeggemaakt en er worden elektrolysers op geplaatst om waterstof te maken. Die waterstof zou in principe door de bestaande infrastructuur naar de kust kunnen worden gebracht en worden ingezet voor bijvoorbeeld waterstofauto’s. Er zijn wat voorwaarden. De prijs van groene waterstof moet verdubbelen en de grootte van de elektrolysers moet minder. Dat moet lukken. Snel ontstond er een discussie die varieerde van enthousiasme voor het idee tot ‘kan je dan niet beter een ander product maken’. Ik weet niet wie gelijk heeft. Ik ben vooral enthousiast over verfrissende ideeën voor het hergebruiken van bestaande assets op een slimme manier. In dit geval is het ook nog eens mooi dat een platform voor de winning van fossiele brandstof kan worden gebruikt om hernieuwbare energie op te kunnen slaan. Het is hoopgevend. Nu wordt gekeken of er op korte termijn met twee oude platforms kan worden proefgedraaid. Gewoon doen, je moet toch een keer beginnen met vernieuwen. Mark Oosterveer @M_Oosterveer mark@industrielinqs.nl

HOOFDREDACTIE

Mark Oosterveer 020 3122 082 mark.oosterveer@industrielinqs.nl NUMMER 08 - 2016

Wim Raaijen 020 3122 081 wim.raaijen@industrielinqs.nl

UITGAVE VAN

EINDREDACTIE

Industrielinqs pers en platform Veembroederhof 7 1019 HD Amsterdam

PARTNERS

Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud (NVDO) Postbus 138, 3990 DC Houten

Miriam Rook 020 3122 086 miriam.rook@industrielinqs.nl Liesbeth Schipper 020 31 22 083 liesbeth.schipper@industrielinqs.nl

MEDEWERKERS

Dagmar Aarts, Laura van der Linde, David van Baarle, Evi Husson, Ingrid Rompa, Inge Janse, Broer de Boer, Elias de Bruijne

LAY-OUT

BureauOMA BV, Wehl Rotterdam Ahoy Ahoy-weg 10 3084 BA Rotterdam Postbus 5106 3008 AC Rotterdam Organisator van

UITGEVER

Wim Raaijen 020 3122 081 wim.raaijen@industrielinqs.nl

COVERS

Rijkswaterstaat SAA en Air Products

ADVERTENTIEVERKOOP

Bureau Van Vliet Frank Oudman 023 571 47 45 f.oudman@bureauvanvliet.com www.bureauvanvliet.com

TRAFFIC

Breg Schoen 020 3122 088

DRUKKERIJ

PreVision Graphic Solutions

ABONNEMENTEN (EXCL. BTW) Nederland/België € 96,50 Introductie NL/B 25% € 72,Overig buitenland € 120,50 Losse verkoopprijs € 17,25 Studenten € 39,50 Proefabonnement 3 mnd € 28,00

OPZEGGEN

Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon.

Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op.

ABONNEMENTENLAND

Postbus 20 1910 AA Uitgeest 0900-226 52 63 (€ 0,10 p.m.) Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Prijswijzigingen voorbehouden. ISSN: 2211-6826 © Industrielinqs pers en platform BV Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. Papier binnenwerk: PAPER & BOARD MADE OF

AGRI-WASTE WWW.PAPERWISE.EU

Papier omslag:

8

iMaintain 16

IMA08 C commentaar.indd 5

21-09-16 10:45


6 ACTUEEL

De voorbereidingen voor de ontmanteling van de IJsselcentrale in Zwolle, beter bekend als de Harculo-centrale, zijn begonnen. Eigenaar Engie Energie Nederland heeft Koole Contractors aangewezen voor het verwijderen van de centrale. Engie maakte onlangs bekend dat per 1 januari 2016 de laatste activiteiten gestopt zijn, waardoor het compleet sluiten en saneren van de centrale de meest rendabele oplossing is. De rol van de IJsselcentrale was al langere tijd beperkt. Op het terrein is alleen het zonnepark in werking als het gaat om stroomopwekking. In 2015 werden er twee velden met zonnepanelen geplaatst met in totaal 3.500 modules. Het project bestaat uit het ontmantelen van het gehele complex aan gebouwen. In de energiecentrale staan zes ketels met bijbehorende turbines die worden ontmanteld. Daarnaast wordt het gehele terrein van de grotendeels door aardgas gestookte elektriciteitscentrale gesaneerd. Af en toe werd ook plantaardige olie of biomassa bijgestookt. De variatie en de omvang van de centrale maakt dit een complex project met een looptijd tot eind 2018. De IJsselcentrale in Harculo werd in 1955 geopend. Er is nog geen nieuwe bestemming gevonden voor het terrein als de centrale volledig gesaneerd is.

1. BASF Heerenveen wint Northern Enlightenmentz BASF Heerenveen is in september tijdens het congres EemsDeltavisie uitgeroepen tot winnaar van de Northern Enlightenmentz 2016. Het bedrijf is daarmee een lichtend voorbeeld voor een duurzame toekomst. Lees verder op pagina 9

2. Shell Pernis start bouw grote fabriek voor meer flexibiliteit Shell Pernis is officieel begonnen met de bouw van een belangrijke nieuwe fabriek. De Solvent DeAsphalter (SDA) zal de flexibiliteit van de raffinaderij vergroten en de productie van meer lichtere, hoogwaardige producten mogelijk maken. Lees verder op pagina 7

3. Financiering upgrade Rotterdamse raffinaderij rond

4. Ontmanteling van IJsselcentrale in Zwolle gestart De voorbereidingen voor de ontmanteling van de IJsselcentrale in Zwolle, beter bekend als de Harculo-centrale, zijn begonnen. Eigenaar Engie Energie Nederland heeft Koole Contractors aangewezen voor het verwijderen van de centrale. Lees verder op deze pagina

5. Plaatsing windturbines Gemini Offshore Windpark voltooid Eind augustus is de laatste van de 150 windturbines van het Gemini Offshore Windpark geplaatst. Met het bereiken van deze mijlpaal is het windpark weer een stap dichter bij het leveren van duurzame energie om 1,5 miljoen mensen in Nederland van groene stroom te voorzien. Lees verder op pagina 9

8 16 iMaintain

IMA08 D actueel.indd 6

Nieuwe kooksgashouder bij Tata Steel

FOTO: TATA STEEL

Gunvor heeft tweehonderd miljoen dollar kunnen lenen voor een upgrade van de Rotterdamse raffinaderij die het bedrijf bijna een jaar geleden overnam van Kuwait Petroleum. Het geld wordt besteedt aan de doorontwikkeling van de raffinaderij en aan infrastructurele verbeteringen. Lees verder op deze pagina

FOTO: KOOLE

Ontmanteling van IJsselcentrale in Zwolle gestart

MEEST GELEZEN ONLINE

Bij Tata Steel in IJmuiden werd in september de eerste paal geslagen voor de bouw van een nieuwe kooksgashouder. Daarin wordt het kooksgas van de twee kooks- en gasfabrieken op de site opgevangen voordat het via een pijpleiding over het terrein wordt getransporteerd naar de walserij, waar het wordt ingezet om de plakkenovens te stoken. Zo wordt het gebruik van aardgas uitgespaard. De nieuwe gashouder wordt tweemaal zo groot als de huidige en heeft een capaciteit van 50.000 kubieke meter. Met de bouw is een investering van 23 miljoen euro gemoeid. De nieuwe kooksgashouder wordt medio 2018 in gebruik genomen. De kooksgashouder wordt gebouwd naast de bestaande. De gashouder bevat een watertank met een diameter van 54 meter en een hoogte van 26 meter. Voor de fundering worden er maar liefst 450 palen met een diameter van 70 centimeter en een lengte van 10 meter in de grond geschroefd. Na ingebruikname van de nieuwe gashouder zal de bestaande uit bedrijf worden genomen en ontmanteld.

Gunvor heeft financiering upgrade Rotterdamse raffinaderij rond Gunvor heeft tweehonderd miljoen dollar kunnen lenen voor een upgrade van de Rotterdamse raffinaderij die het bedrijf bijna een jaar geleden overnam van Kuwait Petroleum. Het geld wordt besteedt aan de doorontwikkeling van de raffinaderij en aan infrastructurele verbeteringen. Gunvor heeft de banken met succes weten te overtuigen om geld uit te lenen, want de inschrijving was met veertig procent overtekend. Erwin Goosen, refinery manager bij Gunvor Petroleum Rotterdam: ‘Dit stelt ons in staat de verbeteringsplannen uit te voeren, die we voor de komende jaren hebben ontwikkeld.’ Gunvor wil de raffinaderij integreren in haar bestaande Europese raffinaderij-netwerk. Het concern heeft ook raffinaderijen in Antwerpen en Ingolstadt (Duitsland). Ook ExxonMobil en Shell investeren fors in hun Rotterdamse raffinaderijen.

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

21-09-16 10:45


ACTUEEL 7

Silo's op transport

Shell Pernis start bouw grote fabriek voor meer flexibiliteit Shell Pernis is officieel begonnen met de bouw van een belangrijke nieuwe fabriek. De Solvent DeAsphalter (SDA) zal de flexibiliteit van de raffinaderij vergroten en de productie van meer lichtere, hoogwaardige producten mogelijk maken. Ook is een nieuwe chemiefabriek officieel in gebruik genomen. Deze aromatenfabriek draagt bij aan een verdere optimalisering van de samenwerking tussen Shell Pernis en Moerdijk. De SDA krijgt als taak zware bestanddelen te verwijderen uit een stroom aardolieproducten waardoor in andere fabrieken meer lichtere, hoogwaardige producten zoals benzine en diesel kunnen worden gemaakt. De fabriek zal de prestaties van Shell Pernis en daarmee het concurrentievermogen verder vergroten. Bovendien zorgt de SDA ervoor dat de milieubelasting van het productportfolio afneemt. De fabriek zal naar verwachting in 2018 gereed zijn. Ook de nieuwe aromatenfabriek moet bijdragen aan een verdere versterking van de concurrentiepositie. Deze nieuwe installatie maakt het mogelijk om een relatief benzeenrijke stroom te produceren die in Moerdijk verder wordt verwerkt tot zuiver benzeen, dat als grondstof dient voor onder meer rubber, plastics en nylon. Shell Moerdijk zal een belangrijke afnemer van deze grondstof zijn. De nieuwe aromatenfabriek maakt het mogelijk productstromen tussen Shell Pernis en Moerdijk te optimaliseren en draagt bij aan verdere integratie tussen olie en chemie.

Grootschalige betoninspecties Afsluitdijk TNO en SGS INTRON zijn een samenwerking aangegaan voor een grootschalige inspectie van de betonconstructies op de Nederlandse Afsluitdijk. Het onderzoek concentreert zich op de betonnen delen van de bruggen, schutsluizen en spuisluizen. De inspecties zijn in juli 2016 begonnen. Het rapport zal nog dit jaar aan Rijkswaterstaat worden opgeleverd. Rijkswaterstaat (RWS) heeft TNO en SGS INTRON ingeschakeld om de staat van de betonnen constructiedelen van de Afsluitdijk in kaart te brengen. Het betreft onderzoek boven en onder water en in droog gezette onderdelen. Daarnaast wordt advies gegeven over maatregelen voor behoud van de constructies tot het jaar 2050. De resultaten van het onderzoek gebruikt Rijkswaterstaat voor de aanbesteding van twee contracten: het DBFM-contract ‘Afsluitdijk’ en het PPO-contract ‘Herstelwerkzaamheden betonconstructies voor beweegbare bruggen en schutsluizen’. De Afsluitdijk, de waterkering tussen Noord-Holland en Friesland, is 32,5 kilometer lang, het waterkerende deel ervan 30 kilometer. In 1927 begon de aanleg van de Afsluitdijk en in 1932 werd het laatste sluitgat gesloten. Een jaar later werd de dijk opengesteld voor het wegverkeer.

BEDRIJVENNIEUWS Kwaliteit veiligheidsinformatiebladen moet beter

FOTO: VAN DER WEES

Koninklijke Van der Wees Waterstransporten verplaatste begin september vijf grote silo’s van Dordrecht naar Rotterdam. De silo’s zijn 28 meter hoog en hebben een diameter van 10 meter. De vijf silo’s, met elk een inhoud van tweeduizend kubieke meter, zijn eerder over zee vanuit NoordHolland naar Dordrecht getransporteerd en werden vervolgens vervoerd naar Koole Terminals in de Rotterdamse haven.

Volgens Inspectie SZW is uit inspecties gebleken dat de kwaliteit van veiligheidsinformatiebladen (VIB’s) in veel bedrijven niet goed is geregeld. Daarom kunnen bedrijven nu hun eigen VIB’s controleren op de site VIBcheck.nl. Ook omdat vanaf augustus de Inspectie extra aandacht voor het VIB heeft tijdens inspecties bij bedrijven die werken met gevaarlijke stoffen. Volgens Inspectie SZW zijn de gebruikte VIB’s vaak te oud of soms zelfs helemaal niet aanwezig. Ook is een groot deel van de gebruikte VIB’s van slechte kwaliteit (verkeerde labelling of etikettering), of bevat het een verkeerde of geen vermelding van persoonlijke beschermingsmaatregelen. Op basis van eerdere inspecties constateerde de Inspectie dat er vooral aandacht nodig is voor het VIB bij de volgende bedrijfsgroepen: Betonrenovatie, gevelreiniging, autoen vrachtwagenreiniging, vloercoatingbedrijven en schilders.

Minister opent bouw nieuwe zeesluis IJmuiden Sinds het begin van dit jaar zijn de voorbereidende werkzaamheden getroffen voor de bouw van de nieuwe zeesluis in IJmuiden. Het Zuidersluiseiland is deels verdwenen en het gebied is onderzocht op niet gesprongen explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. Aan land zijn alle kabels en leidingen verlegd zodat er ruimte is voor de nieuwe zeesluis. In september gaf Melanie Schultz van Haegen, minister van Infrastructuur en Milieu, officieel het startsein voor de bouw van de grootste zeesluis ter wereld. De komende jaren bouwt aannemersconsortium OpenIJ in opdracht van Rijkswaterstaat de nieuwe grote zeesluis in IJmuiden. Dit consortium van BAM-PGGM en VolkerWessels-DIF is verantwoordelijk voor het ontwerpen, bouwen, financieren en gedurende 26 jaar onderhouden van de sluis. De sluis moet eind 2019 beschikbaar zijn voor de scheepvaart.

8

iMaintain 16

IMA08 D actueel.indd 7

21-09-16 10:45


®

www.panolin.nl • Biologisch • afbreekbare • synthetische • hydrauliek-olie • Zeer lange • levensduur • 10.000 draaiuren • zonder olie • te verversen

Hydrauliekolie met een natuurlijk karakter Duport Lubricare - Archimedesstraat 9 7701 SG Dedemsvaart - 0523-619892 info@panolin.nl

IMA08 Advertenties.indd 8

21-09-16 10:54


ACTUEEL 9

Plaatsing windturbines Gemini Offshore Windpark voltooid

BASF Heerenveen wint Northern Enlightenmentz 2016 BASF Heerenveen is op 16 september tijdens het congres EemsDeltavisie uitgeroepen tot winnaar van de Northern Enlightenmentz 2016. Het bedrijf is daarmee een lichtend voorbeeld voor een duurzame toekomst. BASF Heerenveen wist samen met het jonge bedrijf Water & Energy Solutions een energiereductie van maar liefst 33 procent te realiseren. Dat kon door heel anders naar productieprocessen en utilities te kijken. Zo bleek bij BASF dat de boilers en het fornuis, dat reststoffen uit het productieproces verbrandde, ook stoom produceren. Warmte uit de warmtekracht-unit op het terrein was dus helemaal niet nodig. Uiteindelijk is de WKK verwijderd en zijn de absorptiekoelers vervangen door elektrisch aangedreven koelers. BASF Heerenveen nam het op tegen Nuon en de samenwerking tussen AkzoNobel, Eneco en Groningen Seaports. Nuon slaat met haar Magnum-centrale in Eemshaven een nieuwe weg in. Het energiebedrijf onderzoekt hoe zij haar gascentrale in de toekomst zonder CO2-uitstoot kan inzetten. Samen met de TU Delft kijkt het bedrijf of het mogelijk is overtollige windenergie om te zetten in ammoniak. Dat gas kan weer worden bijgestookt in de gascentrale. En in de Eemsdelta gaat AkzoNobel al vanaf eind 2016 voor het Chemie Park Delfzijl stoom afnemen van een biomassacentrale van Eneco, die momenteel wordt omgebouwd. Om de stoom bij het Chemie Park te krijgen, legt Groningen Seaports een twee kilometer lange stoomleiding aan.

Tevreden winnaars Aaldrik Haijer (Water & Energy Solutions) en Sjoerd Visser (BASF Heerenveen)

BEDRIJVENNIEUWS Emerson gaat veiligheidssystemen Total onderhouden

FOTO:VAN OORD

Eind augustus is de laatste van de 150 windturbines van het Gemini Offshore Windpark geplaatst. Met het bereiken van deze mijlpaal is het windpark weer een stap dichter bij het leveren van duurzame energie om anderhalf miljoen mensen in Nederland de komende decennia van groene stroom te voorzien. Van Oords offshore-installatieschepen de Aeolus en de Pacific Osprey, hebben sinds februari alle 150 vier megawatt windturbines van Siemens geïnstalleerd. Na een succesvolle testfase leveren de eerste turbines al stroom aan het energienet. De komende periode worden de overige turbines aangesloten en uitgebreid getest. Het windpark zal medio 2017 volledig operationeel zijn. Matthias Haag, CEO van Gemini: ‘Na een voorspoedige installatie van de fundaties, de offshore high voltage-stations en 210 kilometer exportkabels, is ook de turbine-installatie volgens planning verlopen. We zijn trots op iedereen die een bijdrage heeft geleverd aan de veilige bouw van Gemini.’ Van Oord en Siemens waren verantwoordelijk voor de plaatsing van de windturbines. Didi te Gussinklo Ohmann, projectdirecteur van Van Oord: ‘We kijken terug op een zeer succesvolle uitvoering van een groot en complex project, wat een positieve bijdrage heeft in de ontwikkeling en het competitief maken van de offshore windindustrie.’ Ook David Molenaar, divisie-directeur van Siemens Wind Power Nederland, is tevreden. ‘De volgende stap is het onderhoud aan het park dat we, vanuit de Eemshaven met grotendeels Nederlandse monteurs, de komende vijftien jaar zullen gaan uitvoeren.’

Emerson gaat de komende tien jaar de control- en veiligheidssystemen van de olie- en gaswinningsinstallaties van Total Exploration & Production Services over de hele wereld onderhouden. De tienjarige raamovereenkomst is onderdeel van de standaardisatiestrategie die Total uitvoert voor zijn control- en veiligheidssystemen. De overeenkomst is de eerste in zijn soort tussen Total en een leverancier van automatiseringssystemen en formaliseert de al nauwe samenwerking tussen de twee bedrijven. Emerson wordt verantwoordelijk voor service, onderhoud, vervangingsplanning van verouderde systemen, telefonische ondersteuning, reserveonderdelenbeheer en rapportage rond de geïntegreerde control- en veiligheidssystemen op een aantal on- en offshorelocaties van Total.

Heineken kiest Spie als onderhoudspartner Heineken heeft een contract getekend met technisch dienstverlener Spie voor het preventief en correctief onderhoud plus het operationeel beheer van alle gebouwgebonden installaties van Heineken in Nederland. Spie gaat onder andere onderhoud uitvoeren aan de CV-ketels, koelingen, luchtbehandeling, noodverlichting en elektrische deuren op de locaties van alle groothandels van Heineken in Nederland, de brouwerijen in Zoeterwoude en Den Bosch, de Brand-brouwerij in Wijlre (Zuid-Limburg) en de frisdrankfabriek in Bunnik. Het contract is in eerste instantie voor drie jaar, maar de doelstelling is voor beide partijen een langere samenwerking. Een centraal team is inmiddels begonnen met de implementatie, die gefaseerd zal gebeuren. Het onderhoudscontract gaat per 1 januari 2017 in.

uw mailbox? Al het nineuvoworsoninze nieuwsbrief op

iMaintain.info!

Meld u aa

8

iMaintain 16

IMA08 D actueel.indd 9

21-09-16 10:46


10 INTERVIEW

Honderd procent veiligheid is mogelijk

Door op een open en niet hiĂŤrarchische manier met elkaar te communiceren, ontstond bij ExxonMobil een organisatie op basis van vertrouwen.

8 16 iMaintain

IMA08 H hoofdinterview.indd 10

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

21-09-16 10:49


INTERVIEW 11

Het Loss Prevention System (LPS) dat bij ExxonMobil de spil is van de veiligheidscultuur moet het gedrag continu en systematisch verbeteren. ‘Het komt terug in alles wat we doen, elke activiteit, elke keer, elke dag opnieuw’, stelt directeur Raymond van der Horst. Iedereen kan iedereen terugkoppeling geven op het veiligheidsgedrag, ook medewerkers van aannemers. Zo ontstaat een organisatie op basis van vertrouwen, vinden ook de contractors die ExxonMobil de VOMI Safety eXperience Award 2016 toekenden. Wim Raaijen

Bij de fabrieken van ExxonMobil in de Rotterdamse haven wordt heilig geloofd in honderd procent veiligheid. En zeker door Raymond van der Horst, directeur van de chemische installaties van ExxonMobil in de Botlek en Europoort. ‘In mijn hele carrière ben ik nog geen ongeluk tegen gekomen dat niet had kunnen worden voorkomen door het juiste gedrag. Dat gedrag is echt systematisch te verbeteren. Zo hebben we hier op de oxo-alcoholen fabriek in Rozenburg al heel lang geen loss time injury (LTI) gehad. Vroeger hielden we alleen het aantal dagen bij waarin we geen ongeluk met verzuim hadden en vierden dat als we weer een record te pakken hadden. Natuurlijk blijft dit belangrijk, maar het moet gewoon basis zijn dat er geen LTI’s voorkomen. Op onze Botlek-locatie gaat er bij elke negentig dagen waarin geen rapporteerbaar incident is gebeurd, een bedrag naar een goed doel. Rapporteerbaar betekent dat er geen verzuim is, maar dat er wel een medische handeling nodig is. Helaas komen die nog wel voor. Het plakken van een pleister of het smeren van een zalfje van Kruidvat horen daar niet bij, maar er komt echt een tijd dat we

FOTO’S: WIM RAAIJEN

IMA08 H hoofdinterview.indd 11

zelfs sneeën in vingers honderd procent willen voorkomen.’

Tenten Het zogenoemde Loss Prevention System (LPS) dat bij ExxonMobil de spil is van de veiligheidscultuur moet het gedrag continu en systematisch verbeteren. LPS werd ruim dertig jaar geleden ontwikkeld door Jim Bennet en is inmiddels op alle ExxonMobil manufacturing sites in de wereld uitgerold. Zo ook bij de locaties van het bedrijf in de Rotterdamse haven. In eerste instantie alweer aardig wat jaren geleden. Het werkt daar echter pas echt goed sinds een paar jaar, toen werd besloten om LPS tot in de kern goed door te voeren. Niet als een van bovenaf opgelegd concept, maar als een breed gedragen systeem door zowel eigen mensen als medewerkers van aannemers die op de site werken er actief bij te betrekken. Veilig gedrag moet een intrinsieke houding zijn, die mensen zelfs mee naar huis nemen. Een manier van leven dus. Bij elke handeling kunnen vragen worden gesteld. Waarom nog steeds handsfree bellen als je wel een veilig kinderzitje in je auto hebt? Langzamerhand gaan medewerkers van ExxonMobil

Wist je dat de meeste incidenten voorkomen bij hele normale handelingen als lopen en fietsen?’ 8

iMaintain 16

21-09-16 10:49


12 INTERVIEW

nu ook zelfs thuis al een veiligheidsbril dragen bij bijvoorbeeld het boren van een gaatje om een schilderijtje op te hangen, weet Van der Horst. Want er kan dan ook vuil in je ogen terecht komen. ‘LPS komt terug in alles wat we doen, elke activiteit, elke keer, elke dag opnieuw’, stelt Van der Horst. Dat wordt ook uitgedragen naar anderen. ‘Als een onderhoudstop is afgerond, dan vieren we dat vaak in een grote tent op het terrein. Zo ook bij een recente stop. De jongens die de tent kwamen opzetten, doen dat normaal gesproken in hun spijkerbroek, op hun gymschoenen en zonder beschermingsmiddelen. Dat wij ze op ons terrein wel alle bescherming verplichtten, vonden ze eerst wel vreemd. Maar achteraf begrepen ze het wel. Temeer omdat we ook hun persoonlijke veiligheid voor ogen hadden.’ Van der Horst vindt het daarom ook geweldig om te horen dat ze niet lang daarna bij het opzetten van tenten voor een feest in Spijkenisse wel veiligheidsschoenen aan hadden gedaan.

VOMI Een nog mooiere opsteker kreeg ExxonMobil een paar maanden geleden van de aannemers. Dat zij als gelijken worden

behandeld en zich ook daadwerkelijk veilig voelen bij ExxonMobil, resulteerde afgelopen juni in het winnen van de VOMI Safety eXperience Award. Een nationale prijs die door de brancheorganisatie voor dienstverlenende bedrijven in de procesindustrie voor de tweede keer werd uitgereikt tijdens het Deltavisie-congres. ‘Een fantastische erkenning natuurlijk, helemaal omdat die van de aannemers komt. Alsof je een publieksprijs wint. Veel mooier kun je het toch niet krijgen’, stelt Van der Horst enthousiast.

Vertrouwen Bij ExxonMobil is de bedoeling dat iedereen die werkzaam is op de sites continu kan analyseren wat het risico is van zijn of haar handelen. Van der Horst: ‘Dat gaat volgens het stoplicht-principe. Eerst moeten de risico’s worden ingeschat. Belangrijk is dat mensen die ook kunnen herkennen. Als dat is gebeurd, volgt de tweede stap met de vraag: Wat kan ik eraan doen om de risico’s weg te nemen? In de derde stap worden de acties ondernomen om de handelingen veilig te doen.’ Pas dan staat het stoplicht ook daadwerkelijk op groen om met een job te beginnen of om deze te hervatten.

Zonder onderscheid Het verschil met vroeger is dat een dergelijke Loss Prevention Self Assesment continu moet kunnen worden gemaakt. ‘Voorheen werd de analyse alleen aan het begin van een job gedaan. Omstandigheden kunnen echter veranderen. Zoals het weer of dat er andere jobs in de buurt plaatshebben. Daarom is het belangrijk dat iedereen op elk moment het zelfonderzoek kan doen en dat ook alle partijen het op dezelfde wijze doen, zodat de communicatie daarover helder is.’ Want bij LPS draait het primair om communicatie over veiligheid op ieder niveau in de organisatie. Van der Horst: ‘Iedereen kan iedereen terugkoppeling geven op het veiligheidsgedrag. Mensen van de werkvloer kunnen mij er ook op aanspreken als ik iets veiliger kan uitvoeren, als ik bijvoorbeeld op de parkeerplaats niet over de zebra’s loop. En medewerkers van aannemers doen daar gewoon aan mee. Zij mogen net als ieder ander een job stil leggen als ze denken dat de veiligheid in het geding is.’ Continu vinden er op die manier gesprekken plaats tussen de verschillende medewerkers. Vakmensen kunnen van elkaar leren door near losses met elkaar te delen

8 16 iMaintain

IMA08 H hoofdinterview.indd 12

21-09-16 10:49


INTERVIEW 13

en door elkaar bijvoorbeeld te observeren. Hoe wordt het werk gedaan en gebeurt het ook veilig? Door op een open en niet hiërarchische manier met elkaar te communiceren, ontstaat een organisatie op basis van vertrouwen. Een organisatie waar medewerkers van zowel ExxonMobil als van contractors het dus blijkbaar prettig vinden om te werken en constant het idee hebben dat er gezamenlijk, zonder onderscheid, wordt gewerkt aan veiligheid.

Lopen en fietsen ExxonMobil zou ExxonMobil niet zijn als het werken aan veiligheid niet op een systematische wijze zou gebeuren. Niet alleen de zelfonderzoekjes gebeuren op een en dezelfde manier. Ook zijn er duidelijke cycli van een maand. Van der Horst: ‘Elke eerste week van de maand bespreekt een voorman met zijn mensen wat er afgelopen maand is gebeurd. Waren er situaties die fout hadden kunnen gaan en hoe kunnen die beter worden aangepakt?’ In de weken daarna worden de near losses telkens op een hoger niveau besproken tot de managementteams in de vierde week aan toe. In de laatste week krijgt ook de hele organisatie feedback van het management stewardship over de punten waarop de organisatie verder kan verbeteren of andere zaken waarvan geleerd kan worden. Van der Horst: ‘We maken JLA-tjes, ofwel Job Loss Analyses. Rapportjes die niet te uitgebreid zijn, hooguit twee A4-tjes, kernachtig en een gelimiteerd aantal punten. Zodat mensen het gemakkelijk oppikken. En de JLA-tjes zijn ook niet bedoeld om de mensen iets voor te schrijven, maar vooral om mensen tot nadenken aan te zetten. Veiligheid begint bij een beter bewustzijn.’ Ook worden er diverse analyses gemaakt van actuele data waarbij bijvoorbeeld de near losses worden gecategoriseerd. Om zo te kunnen analyseren waar de meeste risico’s liggen. Van der Horst: ‘Wist je dat de meeste incidenten voorkomen bij hele normale handelingen als lopen en fietsen?’

In mijn hele carrière ben ik nog geen ongeluk tegen gekomen dat niet had kunnen worden voorkomen door het juiste gedrag.’

Near Loss van de Maand Van der Horst kan het zich voorstellen dat het een beetje gaat duizelen van de afkortingen en regels als nieuwe aannemers bij ExxonMobil voor het eerst op de site komen. ‘Het kan ook een hele verandering zijn als een aannemer bij een van onze concullega’s vandaan komt, waar veiligheid misschien niet altijd op ons niveau wordt beleefd. Dat is ook een van de belangrijke redenen dat elke contractor, die meer dan een paar dagen op onze sites werkt, een buddymanager heeft. Die zorgt ervoor dat een aannemer vertrouwd raakt met onze regels en concepten op het gebied van veiligheid. Een buddymanager is medeverantwoordelijk voor het veiligheidsgedrag van de aannemer.’ De aanpak van ExxonMobil vraagt ook wel om langdurige relaties met aannemers. ‘LPS werkt beter naarmate je er langer mee werkt. Maar hoe lang je hier ook

zit, iedere aannemer heeft een buddymanager.’ Zo ook de huisaannemers zoals bijvoorbeeld Spie, Mourik, Bilfinger, Peineman en Hertel. ‘Weet je wat ik ook zo geweldig vond? Ze vierden het winnen van de VOMI-award vol met ons mee. We hadden het heel gezellig met hen aan onze tafel tijdens de bekendmaking.’ Het onderschrijft ook het positieve effect waar ExxonMobil volgens Van der Horst veel nadruk op wil leggen bij het continu verbeteren van het veiligheidsgedrag. ‘Zelf hebben we ook verschillende awards. Dat kan heel klein met het uitreiken van duimpjes met daaraan gekoppeld een gratis lunch. Ook hebben we bijvoorbeeld de Near Loss van de Maand. Natuurlijk vinden we het jammer dat we nog steeds near losses hebben, maar het is natuurlijk geweldig als mensen ze durven te delen. Alleen dan kunnen we er van leren en ons gedrag daadwerkelijk verbeteren.’ ■

8

iMaintain 16

IMA08 H hoofdinterview.indd 13

21-09-16 10:49


14 MAINTENANCE EN INDUSTRIËLE REINIGING

‘Industrieel reinigen maakt enorme ontwikkeling door’ De laatste jaren wordt er anders gekeken naar industriële reiniging. Steeds meer oplossingen worden gezocht om zoveel mogelijk geautomatiseerd te kunnen reinigen zonder aan kwaliteit of productiviteit in te boeten. ‘Wereldwijd lopen er momenteel veel moderniseringsprojecten. Binnen nu en vijf jaar zal de industrie het reinigen van de installaties op een heel andere en vernieuwende manier aanpakken’, stelt Hans Borgt die sinds de oprichting betrokken is bij het Kennis- en Innovatiecentrum Maintenance Procesindustrie (Ki<|MPi). Evi Husson

‘Industrieel reinigen maakt momenteel een enorme ontwikkeling door. Waar vroeger vaak alleen met hogedrukreiniging werd gewerkt, wordt nu met steeds meer oog op veiligheid vaker gezocht naar oplossingen waar de mens meer op afstand kan blijven, of het nu gaat om het reinigen van tanks, warmtewisselaars of andere werkzaamheden’, legt Hans Borgt uit. Hij is binnen het Maintenance Technology Center van Dow wereldwijd verantwoordelijk voor ondersteuning voor industriële reiniging en is sinds de oprichting van het Ki<|MPi betrokken bij dit kennis- en innovatiecentrum voor onderhoud in de procesindustrie. ‘Sinds 2009 staan we binnen Dow Terneuzen niet meer toe om handmatig hogedrukreinigingswerkzaamheden uit te voeren. We willen afstand creëren tussen de mens en het potentiële gevaar. Dat is geleidelijk aan overgenomen op andere sites van Dow wereldwijd. Deze ontwikkeling richting niet-handmatige en dus meer geautomatiseerde of gerobotiseerde mogelijkheden voor industrieel reinigen zie ik de laatste vier jaar steeds meer aan

Uit de vergetelheid Een aantal reinigingsmethodes zijn in de vergetelheid geraakt, maar worden met de huidige inzichten opnieuw onderzocht. Een aantal voorbeelden: • Ultrasoon scale prevention: Hierbij wordt door een ultrasoon signaal voorkomen dat vervuiling zich afzet, waardoor geen reiniging nodig is. • Nano coatings: Doordat vervuiling zich niet kan afzetten op de equipment wordt hier de reiniging ook voorkomen. • Vapour-phase cleaning: Bij deze methode worden bepaalde chemicaliën in lucht- of stoomstromen geïnjecteerd waardoor de reiniging zeer kortstondig en met weinig resources en afval kan worden uitgevoerd. • Foam reiniging: Bij deze methode worden chemicaliën ‘opgeschuimd’ waardoor er met minder reiniging chemicaliën kan worden gereinigd, wat ook weer minder afval oplevert. • Laser cleaning: Door het bestralen van oppervlakten met laserlicht ‘breekt’ de vervuiling los van het oppervlak waarop het zich heeft afgezet. • Stralen van warmtewisselaars: Om harde vervuiling in warmtewisselaartubes weg te halen, werd in de jaren zestig gebruik gemaakt van een abrasief.

8 16 iMaintain

IMA08 I thema.indd 14

terrein winnen. Niet alleen bij ons, maar ook bij andere concerns. Steeds meer chemiebedrijven met vestigingen in de Verenigde Staten, denk aan BASF en Dupont, hebben doelen gesteld om handmatig reinigen zoveel mogelijk te elimineren.’

Dubbelhandig Borgt geeft een voorbeeld van een evolutie van een reinigingsmethode. ‘Jarenlang werd onder water hogedrukreiniging uitgevoerd door gebruik te maken van retrojets. Om te voorkomen dat een duiker tijdens de werkzaamheden achteruit wordt gestuwd, wordt aan de achterzijde van de hogedrukreiniger een even grote kracht gegenereerd. Deze methode is echter niet overal uit te voeren terwijl het evenmin een honderd procent veilig systeem is voor de duiker. Om die redenen kwamen er ‘cavitatie blasters’ op de markt. Nanobelletjes worden door de geometrie van de nozzle (spuitstuk, red.) en een retrolans opgewekt. Zodra het mengsel van water en nanobelletjes het te reinigen oppervlak raakt, imploderen de belletjes, waardoor met een lagere druk kan worden gewerkt. Vaak wordt bij deze methode een lans van vijftien tot twintig centimeter lang gebruikt waardoor bij onoplettendheid ook het duikerspak kan worden geraakt, met huidletsel tot gevolg. Enkele jaren geleden is daarom via het Kenniscentrum een samenwerkingsverband gestart tussen Boskalis, Dow, IDTEC, Hoegen en DiveWise om een veilige en productieve oplossing te bedenken. Uiteindelijk is er een oplossing bedacht waarbij met een lagere druk door middel van implosie een vergelijkbaar reinigingseffect kan ontstaan. De bediening is dubbelhandig, zodat het onmogelijk wordt dat de duiker zichzelf raakt en een operatiestop is voorzien waarbij de druk meteen van het systeem wordt gehaald als bijvoorbeeld een slang loskomt. Dit nieuwe systeem is inmiddels zo’n twee jaar op de markt en

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

21-09-16 10:47


MAINTENANCE EN INDUSTRIËLE REINIGING 15

wordt in de offshore-industrie bij meerpalen en riviermondingen regelmatig toegepast. Er wordt met andere woorden veel meer nagedacht over risico’s bij reinigen zonder aan productiviteit of kwaliteit te moeten inboeten. Deze trend zien we in diverse ontwikkelingen terug.’

Borgt: ‘Veel opdrachtnemers wachten met investeringen tot er duidelijkheid is of de wetgeving wordt aangepast.’

Naar volautomatisch Nog een voorbeeld van een evolutie is te vinden in het reinigen van warmtewisselaars. ‘Vroeger werden de bundels handmatig onder hoge druk met een lans gereinigd. Daarna kwamen er systemen op de markt waar eerst enkelvoudig de lans mechanisch door de bundel werd begeleid, gevolgd door het plaatsen van meerdere lansen in de bundels. Tegenwoordig zijn er diverse semiautomatische systemen op de markt waarbij na handmatige plaatsing meerdere bundels tegelijkertijd op afstand kunnen worden bediend. De risico’s op incidenten zijn systematisch verlaagd, maar het kan nog beter. Via het kenniscentrum is nu een project opgezet om een systeem te ontwikkelen dat de menselijke factor volledig uitbant. We bewandelden daarbij meerdere routes. Een ervan is die van de

learning systems: programmeerbare units waarbij de serviceprovider het apparaat uitlegt waar de tubes in de bundel zich bevinden, waardoor het systeem volledig automatisch kan werken. Hiervan zijn een aantal prototypes op de markt die uitvoerig worden getest. Een tweede route is een volledig zelflerend systeem. Aan de hand van foto’s of lasers berekent een computer de exacte positie van de bundels waardoor het volautomatisch, zonder tussenkomst van een werknemer, de reiniging kan uitvoeren. Dit systeem bevindt zich momenteel in de bètatestfase. Naar verwachting is het binnen anderhalf jaar op de markt verkrijgbaar.’ De markt is echter nog vrij conservatief. ‘De huidige regelgeving schrijft nog steeds een aantal verplicht aanwezige mankrachten voor bij de uitvoering van industriële

FOTO: SAAB

Saab heeft een ROV (Remotely Operated underwater Vehicle) ontwikkeld waarmee het wassen van schepen efficiënter en veiliger wordt.

reinigingswerkzaamheden. Veel opdrachtnemers wachten met investeringen tot er duidelijkheid is of de wetgeving wordt aangepast. Ze zullen op basis daarvan hun portfolio aanpassen.’

Beslissingsmatrix Robotisering begint langzaamaan meer en meer vorm te krijgen. Cleaning robot Jopie die in het leven werd geroepen voor het reinigen van steigerpalen van onder andere boorplatformen, is een welbekend voorbeeld dat reeds is ingeburgerd. Daarnaast zijn er robots op de markt voor het reinigen van wanden van tanks aan binnen- en buitenzijde en is een robot ontwikkeld die veilig en doelmatig grote oppervlaktes reinigt om ze vervolgens te kunnen voorbereiden (oppervlaktebehandeling, red.) voor coating. ‘Er gebeurt ontzettend veel op gebied van industriële reiniging. Echter, niet iedere opdrachtgever is op de hoogte van de mogelijkheden waardoor hij zijn keuze vaak onvoldoende onderbouwt, wat leidt tot hogere projectkosten, lagere kwaliteit of langere doorlooptijd. Daarom is met een aantal asset owners en reinigingsbedrijven een mijns inziens veelbelovend

8

iMaintain 16

IMA08 I thema.indd 15

21-09-16 10:47


STRATT+ INDUSTRIAL MANAGEMENT

Divisies:

n Industry n Safety n Technical Documentation n Aerospace Stratt+ voor technische adviezen, projecten en processen in de industrie. Extra kennis en capaciteit met persoonlijke aandacht en kwaliteit.

MAATWERK IN INDUSTRIE! Hoofdkantoor Stationsweg 45 3331 LR Zwijndrecht

Vestiging Zeeland Amundsenweg 29 4462 GP Goes

T. 078 - 6120 320 I. www.stratt.nl E. welkom@stratt.nl

[Sc

hri

jf n

u in

]

DONDERDAG 17 NOVEMBER 2016 Dienstverlening: functie, service of inspanning?

Programma

Waarom zou je tegenwoordig asset owner moeten zijn? Ook in de industrie zien we steeds vaker businesscases waarbij een functie wordt afgenomen in plaats van een product.

15:30 uur 16:00 uur 16:15 uur 17:45 uur

Neemt u een prestatiecontract voor uw utilities of koopt u warmte, water, lucht en stoom in? Koopt u al licht of koopt u nog lampen? Nieuwe businessmodellen bieden kansen en mogelijkheden. Bij deze Profion Maintenance Linqs kijken Profion, iMaintain en World Class Maintenance naar de verschuivingen in de markt, best practices en nieuwe businessmodellen voor servitisation. AANMELDEN kan via pml.industrielinqs.nl. De bijeenkomst is KOSTELOOS voor Profion-leden, partners van WCM en partners/ leden van het iMaintain platform. Niet-leden betalen €150,-

Ontvangst Opening Lezingen en discussie Netwerkborrel

Doelgroep • Boardmembers, sitemanagers en maintenance managers van industriële opdrachtgevers • Directie van industriële aannemers • Beleidsmakers en beslissers van overheden • Lectoren en hoofddocenten uit de onderwijssector Kijk voor meer informatie op pml.industrielinqs.nl

Initiatiefnemers:

PML.INDUSTRIELINQS.NL PML halve pagina 17 november 2016.indd 1

IMA08 Advertenties.indd 16

13-09-16 13:17

21-09-16 10:55


MAINTENANCE EN INDUSTRIËLE REINIGING 17

project gestart om een beslissingsmatrix te ontwikkelen. Het is een systeem dat bedrijven moet ondersteunen bij het beslissen over de optimale reinigingsmethode. Momenteel bevindt het project zich in de eerste fase waarin diverse opdrachtgevers in kaart brengen wat hun behoeftes zijn wat betreft de verschillende te reinigen installaties: kosten, doorlooptijd, geen emissie, geautomatiseerd of manloos, et cetera. Vervolgens zullen meer opdrachtgevers dit in kaart brengen en wordt een pakket aan wensen en eisen aan diverse opdrachtnemers voorgelegd. Zij zullen nagaan welke reinigingsmethodes hiervoor het beste zijn in te zetten. Een derde stap zal zijn om alle eindjes aan elkaar te knopen waardoor een matrix ontstaat waarin alle methodes en mogelijkheden voor de verschillende werkzaamheden, ieder met hun eigen zwaartepunt, inzichtelijk worden. We streven ernaar om dit model aan het einde van het tweede kwartaal 2017 gereed te hebben.’

Deze taferelen worden verleden tijd.

innovatie voorlopig nog ontbreekt. Denk aan een verdere reductie van grondstoffen, kosten, doorlooptijd, emissie en afvalstromen door andere, soms nog niet bestaande, technieken in te zetten.’

Blinde vlekken Het gaat hierbij om bestaande methoden. De nadruk ligt met andere woorden op de verscheidenheid aan methodieken en de zwaartepunten of parameters die voor opdrachtgevers belangrijk zijn. Nieuwe methodes, die nog verder moeten worden onderzocht of ontwikkeld, zullen hierin nog niet worden opgenomen. Daarvoor is het kennis- en innovatiecentrum een ander project gestart, ‘Tank Cleaning zonder afval’. Borgt: ‘Reinigen zonder afval, zonder emissie en zonder betreding zijn de drie uitgangspunten. We zijn bij dit project tot de conclusie gekomen dat we het veel breder kunnen trekken dan alleen tank cleaning. Ook bijvoorbeeld het reinigen van warmtewisselaars zou geautomatiseerd en zonder afval of emissie mogelijk moeten zijn. Om dit te realiseren, is nog veel onderzoek nodig en moet sectoroverschrijdend naar meerdere methodieken worden gekeken. In de oliebranche wordt bijvoorbeeld gereinigd met dieselolie of ruwe olie in plaats van water waardoor het afvalproduct weer in het proces kan worden teruggebracht. In de chemische sector is dit een veel lastiger vraagstuk. We merken ook dat er op dit moment nog bepaalde reinigingstechnieken ontbreken om dit volledig uit te kunnen voeren. Het is een soort kaart met nog een aantal blinde vlekken waar de technologische

‘Er zijn nog zoveel mogelijkheden die verder kunnen worden onderzocht.’

Chemische reiniging Diverse innovaties en ontwikkelingen zijn gaande. Over het algemeen is er een trend naar meer automatisering, de afstand tussen machine en mens wordt steeds groter en oplossingen met een zo laag mogelijke footprint zonder aan productiviteit of kwaliteit in te boeten winnen aan belang. Opvallend is dat ook oudere methodes, die een tijd in de vergetelheid zijn geraakt, weer opkomen. ‘Neem chemische reiniging. De kosten voor de inkoop van de reinigingschemicaliën en de verwerking van het product dat na reiniging vrijkomt, kwamen vroeger vaak hoger uit dan de kosten van water en brandstof, nodig voor hogedrukreiniging. De balans die gedurende een lange tijd in het voordeel van hogedrukreiniging speelde, begint nu weer meer in evenwicht te geraken.’ Ontwikkelingen rond chemische reinigingen staan evenmin stil. Borgt geeft een aantal voorbeelden. ‘Vroeger was het

ondenkbaar om een warmtewisselaar van acht meter te reinigen met ultrasoon. Tegenwoordig bestaan er ultrasoon baden met een lengte van zes tot negen meter waarin meerdere ultrasoon elementen kunnen worden geplaatst. Deze zorgen ervoor dat er door heel het vloeistofniveau heen cavitatie ontstaat die het reinigen mogelijk maakt. Chemische reiniging wordt daardoor een te overwegen optie, terwijl hogedrukreiniging wat meer op de achtergrond treedt. Daarnaast wordt geëxperimenteerd met biologische reagentia, met het opschuimen van volumes om de hoeveelheid reinigingsmiddel te verlagen en er wordt bijvoorbeeld ook opnieuw gekeken naar het verwijderen van microbiologische vervuiling door het injecteren van jodium. Deze methode werd zo’n vijf jaar geleden niet aangeboden, maar duikt hier en daar weer op. Net als een methode gangbaar in de jaren zestig voor het weghalen van harde vervuilingen in warmtewisselaarbundels door middel van stralen met abrasief, deze methode is na lange afwezigheid sinds een aantal jaar weer opgenomen door één van de serviceproviders.’ Methodes die gedurende een lange periode als niet rendabel werden geacht, worden opnieuw, met de huidige inzichten en nieuwe technologieën onder de loep genomen. ‘Er zijn nog zoveel mogelijkheden die verder kunnen worden onderzocht. Een ding is in elk geval zeker. Over vijf jaar zullen de aanpak en methodes rond industrieel reinigen er heel anders uitzien.’ ■

8

iMaintain 16

IMA08 I thema.indd 17

21-09-16 10:48


18 ASSET MANAGEMENT

Een beheerconcept is nog geen asset management Wanneer een integraal technisch onderhouds- en beheerconcept als maincontracting wordt ingezet, betekent dat niet automatisch dat het asset management goed wordt uitgevoerd. Jan Stoker, van de Hogeschool Utrecht en promovendus aan de TU/Delft heeft de afgelopen jaren een model ontwikkeld dat de implementatie en resultaten van technisch beheerconcepten kan toetsen. Het model laat ook zien in welke mate het technische beheer en onderhoud bijdragen aan succesvol asset management.

Mark Oosterveer

Laten we beginnen met de definitie: ‘Een technisch onderhouds- en beheerconcept als maincontracting is het afsluiten van integrale prestatiecontracten tussen een opdrachtgever en opdrachtnemer als maincontractor (hoofdaannemer) voor het technisch beheer en het onderhoud van assets. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het opstellen van het asset managementplan. De maincontractor is, binnen de kaders van dat managementplan, verantwoordelijk voor het technisch beheer en onderhoud. Hij is bevoegd om dit af te stemmen met de klant of eindgebruiker van de asset en verantwoordelijk voor alle geleverde prestaties.’ Volgens de gehanteerde definitie is maincontracting gebaseerd op prestatiecontracten, heeft de opdrachtgever een duidelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de (strategische) kaders van het asset managementplan en is de maincontractor verantwoordelijk voor het integraal uitvoeren van zijn taken. De maincontractor is ook bevoegd om zijn taak af te stemmen met de klant of eindgebruiker zodat zijn proces niet wordt verstoord. Dit laatste is belangrijk omdat dit gaat over risico’s van de processen van de klant of eindgebruiker. Deze definitie maakt het mogelijk dat ook minder complexe contractvormen zoals integraal beheercontracten, prestatiecontracten of inspanningscontracten in het onderzoek kunnen worden betrokken.

Toetsen De manier van samenwerken in de driehoek tussen opdrachtgever, opdrachtnemer en eindgebruiker is niet nieuw, maar nog verre van gemeengoed. Van veel samenwerkingen kan worden gezegd dat ze nog niet ‘volwassen’ zijn en dat er daardoor ook waarde verloren gaat. Om te weten of je iets goed doet, is een referentiemodel nodig. En daar heeft Stoker de afgelopen jaren aan gewerkt. Hij kreeg voor zijn onderzoek de volgende

8 16 iMaintain

IMA08 J STOKER OK.indd 18

opdracht mee: Stel het referentiekader op waaraan de kwaliteit van technisch beheer- en onderhoudsconcepten getoetst kunnen worden, bijvoorbeeld maincontracting, bij invoering tot volwassenheid van deze concepten. Het ontwikkelde referentiekader moet toepasbaar zijn voor de overheid, (commerciële) vastgoedeigenaren en leveranciers van technisch beheeren onderhoudsdiensten. Het resultaat van de inspanningen van de afgelopen jaren is een model dat maincontracting omschrijft en waarmee asset managementprocessen en specifiek onderhoudsprocessen kunnen worden geoptimaliseerd en geprognosticeerd. Daarbij zijn de doelen en uitgangspunten voor maincontracting duidelijk gedefinieerd. Om het model te kunnen maken, zijn factoren en processen die het asset management en specifiek het onderhoud definiëren, benoemd. Stoker: ‘Het model heeft als theoretisch kader de ISO 55000. Daarin zijn 39 evaluerende variabelen (EV) die samen het assetmanagement definiëren. In het model heb ik deze varia-belen meetbaar gemaakt en daardoor kan asset management ook echt worden getoetst.’

Omvangrijk karwei Door de 39 evaluerende variabelen te kwantificeren, wordt duidelijk in hoeverre de visie achter het contract is vertaald naar uitvoering. Maar met welke methode en meetschaal maak je deze variabelen meetbaar? Stoker is in zijn model uitgekomen bij de opzet en structuur van de 2013 versie NEN 2767. Deze norm beschrijft de wijze van bepalen van de onderhoudsstaat van gebouwen en de onderdelen waar gebouwen uit bestaan. Door de NEN-ISO 55000 te integreren in NEN 2767 transformeert de conditiemeting in een rekenmethodiek asset management. Stoker: ‘Blijkbaar passen de indicatoren van de norm goed bij het model waardoor er een objectieve bepa-

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

21-09-16 10:48


FOTO: OGENA

ASSET MANAGEMENT 19

lingsmethode ontstaat die nauw is verwant aan de feitelijke technische kwaliteit van assets. Omdat de toetsing plaatsvindt door gecertificeerde specialisten is de kwaliteit geborgd.’ Het valideren deze methode en de bijbehorende gebrekenlijst, was een omvangrijk karwei omdat er onderhoudscontracten nodig waren die in de vormings-, implementatie- of realisatiefase zaten.

worden betaald door de opdrachtgever of door de opdrachtnemer? Symptomen van gebreken geven daar inzicht in. Stoker: ‘Het valt ook op dat het strategisch asset managementplan en de organisatiedoelstellingen nauwelijks onderdeel uitmaken van een onderhoudscontract. Hierdoor kan het onderhoudscontract niet ‘meebewegen’ bij wijzigende omstandigheden.’

Onder druk De eerste onderzoeksresultaten aan de hand van de gebrekenlijst asset management laten zien dat de conditiemeting NEN 2767 versie 2013 meer invloed uitoefent op bijvoorbeeld de aanneemsom, KPI’s, onderhoudsactiviteiten en het meerjarenonderhoudsplan (MJOP) dan werd aangenomen. Dit inzicht biedt zowel opdrachtnemers als opdrachtgevers de gelegenheid om al in een vroeg stadium meer controle te krijgen over deze zaken. Het werpt een nieuw licht op het contractmanagement en onderhoudscontracten die zijn aanbesteed op grond van de conditiemeting NEN 2767. Een beter beeld bij aanvang op de conditie van de asset die moet worden onderhouden, geeft een beter beeld van de risico’s, de onderhoudskosten en zelfs de mogelijke vervangingskosten van die asset. Hierbij bepaalt mede het ondernemerschap van de opdrachtnemer of er gaat worden gezocht naar symptomen van gebreken tijdens de implementatiefase. Moet bijvoorbeeld de vervanging van een liftmotor

Stoker: ‘Wat ik belangrijk vind, is dat het onderhoudsvak een grotere plek binnen het onderwijs krijgt.’

Maar de meest verontrustende constatering is volgens Stoker dat op tactisch niveau er nagenoeg geen kennis is om een onderhoudsplanning te actualiseren. Het blijkt dat de kennis van risicobeheersing nagenoeg niet aanwezig is of niet door de opdrachtgever wordt geauditeerd. Ook is de vraag of een MJOP onderdeel moet zijn van het onderhoudscontract of niet. Stoker: ‘Bij aanbestedingen is het over het algemeen zo dat informatie over toekomstige vervangingen en strategische keuzes nauwelijks worden meegeleverd. Mogelijk zijn vervangingsinvesteringen uit het MJOP eerder al doorgeschoven en komt er in het nieuwe contract extra druk op het budget door onverwachte verrekenbare vervangingen.

Dan komt de opdrachtnemer bedrogen uit. Over het algemeen zorgt dit voor stress binnen de relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, omdat het verdienmodel van de opdrachtnemer onterecht onder druk komt te staan.’

Verder onderzoek De onderzoeksresultaten hebben bijgedragen aan het model waarmee Stoker de kwaliteiten van een technisch beheer- en onderhoudsconcept kan toetsen. Daar blijft het niet bij. Stoker: ‘Zoveel als mogelijk worden onderzoeksresultaten omgezet in kennissessies bij participanten van het onderzoek. Dat zijn bijvoorbeeld KPN, VEOLIA en gemeente Amsterdam. Daarbij wordt de kennis ook opgenomen in leergangen voor professionals, zodat de kennis verder wordt gedeeld. Wat ik belangrijk vind, is dat het onderhoudsvak een grotere plek binnen het onderwijs krijgt.’ Het onderzoek geeft inzicht in de kwaliteit van het toe te passen of toegepaste technische beheer- en onderhoudsconcept tijdens de vormings-, implementatie- of realisatiefase aan de hand van een ordinale zespuntschaal. Dat betekent niet automatisch dat als het technische beheer- en onderhoudsconcept een goede conditie heeft, dat dan ook de technische kwaliteit van de asset in goede conditie is. In termen van ‘goed’ zou dit beteken dat er incidentele gebreken en beginnende veroudering is te constateren. Het blijkt dat ook daar nog ruimte voor verder onderzoek zit. ■

8

iMaintain 16

IMA08 J STOKER OK.indd 19

21-09-16 10:48

09FOT


20 PRODUCTEN

Producttrends op www.imaintain.info

1

Explosieveilige LED-schijnwerper

Met een verlichtingsrendement van 100 lm/W zijn de LED-schijnwerpers, geschikt voor gebruik in zone 2, efficiënt en vereisen aanzienlijk minder onderhoud. Deze serie heeft een levensduur van circa 100.000 branduren bij 25°C. Onder zeer extreme omstandigheden bij maximale omgevingstemperaturen is de levensduur zo’n 50.000 branduren. De schijnwerper is geschikt voor gebruik in de olie-, gas- en chemische industrie, zowel onshore als offshore. Voor toepassingen in bijvoorbeeld de voedingsmiddelenindustrie kan deze schijnwerper worden besteld met een bescherming voor het glazen voorpaneel. Meer informatie: www.electromach.nl

2

Schroefcompressoren

3

Kalibratie van sensoren voor industriële process control

De Next Generation R-compressoren realiseren 15 procent hogere luchtstroomproductie, verlagen energiekosten tot 35 procent en verhogen de systeembetrouwbaarheid. Het compressorgedeelte zorgt voor een specifieke energie-output en luchtstroomcapaciteit voor elke compressortoepassing. De compressoren zijn ontworpen om extreme omstandigheden in de fabriek te weerstaan en continu te draaien in omgevingstemperaturen tot maximaal 46 graden Celsius. Het startpaneel voldoet aan de veiligheidsnormen voor bescherming tegen stof, vallend vuil en druppelende en spetterende vloeistoffen. Meer informatie: www.ingersollrand.com

Een nauwkeurige kalibratie is essentieel in de industriële process control. De kalibratie kan met Adjustment Assistant voor het PMX-meetversterkersysteem sneller en nauwkeuriger worden uitgevoerd. De Assistant is in de webserver geïntegreerd, die niet alleen de meetdata in de browser weergeeft, maar ook kan worden gebruikt om de kalibratie van de sensoren eenvoudig te beheren, tot vier sensoren tegelijkertijd. Het programma verwerkt de signalen van metingen met en zonder belasting; berekent de schaal voor elke te kalibreren sensor en past dit meteen toe. De kalibratie neemt zo slechts enkele seconden in beslag. Meer informatie: www.hbm.com

8 16 iMaintain

IMA08 F producten.indd 20

4

Machines beheren op afstand

5

Mediumkoppeling

6

Spuiterij-innovatie

Met de M2Me client software wordt er een veilige VPN-internetverbinding gerealiseerd vanaf een smartphone, tablet of desktop met apparaten op afstand zoals HMI terminal, PLC, PC of elk type controller. De interfaces van de op afstand te beheren machines zijn Ethernet, RS232, RS485, USB of WiFi. De M2Me oplossing is compatibel met de belangrijkste leveranciers van industriële apparatuur. Alle routers kunnen worden beveiligd met een gebruikersnaam en paswoord en hebben een Firewall en filterfunctionaliteit. Meer informatie: www.besd.nl

Via één enkele handgreep kunt u met de Modlink Vario Square pneumatiek, vloeistoffen en energie aan- en afkoppelen, onder druk, zonder lekken. De mediumkoppeling is vooral geschikt voor machines en installaties waarin de verbinding tussen afzonderlijke componenten regelmatig moet worden onderbroken en weer aangesloten. De handgreep, die tevens dient als kabelbinder, kan in vijf verschillende posities worden vastgezet. De koppeling heeft acht steekplaatsen, die naar behoefte kunnen worden gebruikt voor pneumatiek, vloeistoffen en energie. Dit garandeert een hoge modulariteit. Dankzij de volledig metalen behuizing is de koppeling geschikt voor ruwe industriële omstandigheden. Meer informatie: www.murrelektronik.nl

De Thermflow verwarmt de lak of coating in de spuitslang. Hierdoor verlaagt de viscositeit, waardoor minder oplosmiddelen nodig zijn en de spuitdruk met veertig procent kan worden teruggeschroefd. Het resultaat is een sterke afname van overspray, een besparing van lak of coating en een vermindering in de uitstoot van schadelijke oplosmiddelen. Door verlaging van de spuitdruk tot 200 bar hoeven hoogviscose materialen voortaan niet alleen met airless spuitsystemen te worden aangebracht. ‘Air-mix’ en ‘elektrostatische’ systemen komen ook in aanmerking. Hierdoor verlagen de VOC-waarden met vijftig procent en de overspray tot tachtig procent. Meer informatie: www.wiltec.nl

Kijk voor meer productinnovaties op www.imaintain.info

21-09-16 10:43


VEILIGHEID 21

Mock-up leidt tot veilige en effectieve onderhoudsstop De katalysator van de reactoren van een speciale kraker moet eens in de anderhalf jaar worden vervangen. Een klus die veel vraagt van het personeel dat in de dertig meter hoge reactoren zijn werk moet doen. Een mock-up van een reactor biedt de teams de kans om droog te oefenen, voordat de daadwerkelijke stop plaatsvindt. Die aanpak levert niet alleen een efficiëntere, maar ook veiligere stop op.

David van Baarle

De fabriek kan onder hoge druk en hoge temperaturen zware fracties omzetten in lichtere producten. De tien reactoren moeten echter eens in de anderhalf worden stilgelegd om de katalysator te vervangen. Een team van zestig tot honderd man, met een combinatie van voorlieden en uitvoerders, moet dan in zo kort mogelijke tijd de dertig meter hoge reactor in en van boven afdalen om op verschillende niveaus doorbraken te maken. Hier worden resten katalysatormateriaal verwijderd en later inspecties en onderhoud uitgevoerd. De omstandigheden zijn niet heel comfortabel, want er is bij de start sprake van een temperatuur van zo’n 35 graden Celsius en een luchtvochtigheid van bijna honderd procent. Hierdoor houdt men het gemiddeld een kwartier vol in de reactor.

maken van verschillende reactoronderdelen om de handelingen te oefenen voor de daadwerkelijke stop. ‘De samenstelling van de uitvoerende teams wisselt nogal’, zegt Overwijk. ‘Niet alleen omdat de workforce veroudert, maar we kiezen ook bewust voor nieuw bloed om de continuïteit te waarborgen. Dat betekent dat een derde van de mensen die de reactor in gaan, dat werk nog nooit eerder heeft uitgevoerd. Hun leercurve begint dus pas als ze het werk daadwerkelijk gaan uitvoeren. Nu kunnen ze een week voordat ze daadwerkelijk een reactor ingaan al trainen met bijvoorbeeld het verplaatsen van een driehonderd kilo zware kegel. In de mock-up hoeven de medewerkers geen zuurstofmasker te dragen en kunnen ze dus vrij communiceren. Bijkomend voordeel is dat je ook al kunt bouwen aan de teamvorming en dat de competenties van de medewerkers snel duidelijk worden. Sommige handelingen vragen nu eenmaal om teamwerk. Zoals het laten zakken van een schotel. Als deze scheef komt te hangen, loopt hij vast en het kost al snel veel tijd om dat weer op te lossen. Je moet met zijn allen laveren en dus is communicatie essentieel.’

Communicatie Onder begeleiding van projectmanager Bart Overwijk van ENGIE Services, voorheen Cofely, is in samenwerking met de klant voorgesteld om een mock-up te

FOTO: ENGIE

Visuele instructie

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

IMA08 L mock up.indd 21

Een andere innovatie die veel tijd bespaarde, was de visuele instructie die Overwijk en zijn team maakten. ‘In plaats van lappen tekst te schrijven, hebben we alle handelingen in fotorapportages en technische tekeningen gevangen. Zo leggen we de handelingen stap voor stap uit via een A1-poster aan de wand. Bovendien kregen degenen die de klus moesten klaren nog een A3-formaat uitleg mee.’ Beide innovaties zorgden ervoor dat de stop voorspelbaar en beheerst is uitgevoerd. Maar misschien nog wel belangrijker was dat er geen incidenten hebben plaatsgevonden bij de ENGIEwerknemers. ■

8

iMaintain 16

21-09-16 10:26


22 HET NIEUWE PRODUCEREN

Ambitieus plan voor groei en veiligheid Chemelot Chemelot kwam net voor de zomer met een stevig plan voor de industriële verzamelsite bij Geleen: Visie Chemelot 2025. De bedrijven op de chemische productiesite hebben de gezamenlijke ambitie om de meest concurrerende en duurzame productiesite te worden van West-Europa. Ook op het gebied van veiligheid willen ze nog meer samen optrekken.

Wim Raaijen

Hoewel het aantal startups op de chemische productiesite Chemelot de afgelopen jaren boven verwachting groeide, bleef groei op het gebied van productie de laatste jaren uit op het voormalige DSM-terrein in Geleen. Stilstand is achteruitgang, moet de beheerder van de site hebben gedacht. ‘Daarom hebben we de verschillende partijen bij elkaar geroepen om aan een gezamenlijke visie te werken’, vertelt Joris de Beer, managing director bij DSM Chemelot, de verhuurder van de site. ‘Eerst leek het enthousiasme hiervoor niet zo groot bij de afzonderlijke partijen. Ze zijn niet bij voorbaat gericht op een gezamenlijke visie.’ Toch zijn de installaties, al hebben ze verschillende eigenaren, mede door de lange historie van de voormalige DSM-site, van oudsher enorm geïntegreerd. De Beer: ‘Dus alleen al vanuit defensief oogpunt is samenwerking belangrijk. Want wat als een van de belangrijke partijen bijvoorbeeld stopt? Dan hebben de andere partijen echt een groot probleem.’

Nog geen procent De verschillende aanwezige bedrijven begonnen daarom in juni 2015 aan hun zoektocht naar verbetering van de site. Zoals het wel vaker gaat, werden ze gaandeweg steeds enthousiaster en de plannen ambitieuzer. Net voor afgelopen

Het Nieuwe Produceren Staan we aan de vooravond van een nieuwe industriële revolutie? Innovatieve circulaire processen, nieuwe technologie om nauwkeuriger, veiliger en met veel meer inzicht te produceren en andere zienswijzen op bijvoorbeeld efficiëntie, verantwoordelijkheid en duurzaamheid bieden in ieder geval voldoende voedingsbodem voor significante veranderingen. Het Nieuwe Produceren volgt ontwikkelingen en innovaties die mogelijk een verandering van tijdperk inluiden.

8 16 iMaintain

IMA08 M Chemelot.indd 22

zomer resulteerde dat in Visie Chemelot 2025. Een stevig plan, waarvan de ambitie af druipt. Als alles volgens plan verloopt, moet Chemelot de komende periode de meest concurrerende en duurzame productiesite worden van WestEuropa. Het aantal mensen dat het industrieterrein tewerkstelt, moet tot 2025 groeien van achtduizend naar tienduizend en het aantal aanwezige studenten van vijfhonderd naar duizend. De omzet groeit als het goed gaat met 25 procent naar circa 12,5 miljard euro en het aantal grote, geïntegreerde productiebedrijven moet groeien van vijf naar zeven. Het aantal startups moet verdubbelen naar honderd en meer dan vijftien procent van de grondstoffen moet dan biogebaseerd zijn. Nu is dat nog geen procent.

Maatschappelijke waarde Duidelijke en ambitieuze doelstellingen dus. Maar ook met een nuchtere ondertoon. De Beer: ‘Om echt vooruit te komen, hebben we het begrip duurzaamheid zoveel mogelijk van alle fuzz en flauwekul ontdaan. We waren er ons direct van bewust dat de gekozen weg geld kost, dat gelukkig wel langzaam kan worden terugverdiend. Maar ik ken weinig private partijen die geïnteresseerd zijn in lange terugverdientijden. Daarom was het belangrijk dat overheden zich bereid tonen om mee te financieren, niet in de vorm van subsidies, maar met leningen.’ En dat zijn ze. Onder leiding van de provincie Limburg wordt een apart revolverend investeringsfonds opgericht van 75 miljoen euro dat vooral zal worden aangewend om duurzaamheidsprojecten op de site met een beperkt rendement en dus langere terugverdientijden voor te financieren. Volgens De Beer kan het fonds daarnaast ook worden aangewend om infrastructurele aansluitkosten voor de toelevering van bijvoorbeeld energie en stoom voor nieuwe partijen op de site

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

21-09-16 10:51


HET NIEUWE PRODUCEREN 23

voor te financieren. Om mee te doen, is het voor overheden erg belangrijk dat het verwezenlijken van de visie een grote maatschappelijke waarde heeft. Natuurlijk helpt het zeer dat er nieuwe werkgelegenheid wordt geschapen. Maar de ambities op het gebied van verduurzaming zijn eveneens belangrijk.

Geen causaliteit Echter, ook op het basale vlak zijn er nog maatschappelijke verbeterpunten voor de site. Op het gebied van veiligheid bijvoorbeeld. Want juist in periode dat de toekomstvisie voor Chemelot werd ontwikkeld, kende de site verschillende incidenten. Zo heeft de omgeving vorig jaar in de zomer hinder ondervonden van een kantelend drijvend dak van een naftatank bij Sabic. En eind vorig jaar was er een grote brand in een opslagloods op de site. Wil Chemelot de meest concurrerende en duurzame site van West-Europa worden, dan mogen zulke zaken natuurlijk niet onder het tapijt worden geveegd. Temeer omdat hier meteen het bestaansrecht, oftewel de license to operate van de site in het geding is, deed Chemelot dat ook niet. Transparante communicatie met de omgeving was en blijft volgens De Beer cruciaal. Daarom liet Chemelot het onder-

De Beer: ‘Om echt vooruit te komen, hebben we het begrip duurzaamheid zoveel mogelijk van alle flauwekul ontdaan.’ zoeksbureau Crisislab een grondig onderzoek doen naar negen recente incidenten van 2015. De conclusies van het onderzoek zijn inmiddels een paar maanden openbaar. Volgens De Beer was het enigszins geruststellend dat er geen samenhang werd gevonden tussen de verschillende gebeurtenissen. Crisislab kon niet één specifieke factor aanwijzen die de negen onderzochte incidenten op Chemelot verklaart. Zo zag Crisislab bijvoorbeeld geen verband met het inhuren van werknemers uit andere landen. Evenmin bleek uit het onderzoek een causaliteit met mogelijke bezuinigingen op onderhoud. En dat meer bedrijven dan voorheen op de Chemelot site opereren, vormt volgens het onderzoek ook geen oorzaak.

Snee in iemands vinger Maar hoewel er geen directe samenhang is aan te wijzen tussen de onderzochte incidenten, zijn er mogelijk wel gemeen-

schappelijke factoren te vinden. Een aantal van deze factoren geldt voor de gehele chemisch industrie. Denk hierbij aan steeds scherpere normen die voorheen onbenoemde voorvallen tot incidenten maken. Zo bestonden er vóór medio 2015 nog geen normen voor de lozing van pyrazool. Crisislab wijst er verder op dat complexe, geïntegreerde processen de kans op incidenten vergroten. Bovendien zal chemische productie en veiligheid altijd op enige voet van spanning staan. De Beer: ‘Dat is natuurlijk zo. Uiteindelijk kun je incidenten alleen maar honderd procent voorkomen als je de boel helemaal stillegt.’ Volgens hem moet de industrie ook uitkijken dat het niet doorslaat in details op het gebied van veiligheid. Crisislab noemt dat veiligheid met een kleine ‘v’, oftewel arbeidsveiligheid. Volgens Crisislab moet de aandacht voor de veiligheid met een grote ‘V’, de proces-gerelateerde veiligheid, niet ondersneeuwen in de dagelijkse praktijk. De Beer: ‘Natuurlijk willen we elk incident voorkomen, maar er is wel een verschil tussen een snee in iemands vingers en een uitslaande brand. Als organisatie moeten we ons meer toeleggen op het voorkomen van incidenten met een grote impact.’ ■

8

iMaintain 16

IMA08 M Chemelot.indd 23

21-09-16 10:51

09FOT


24 WHAT’S NEXT

Terwijl de eerste prototypes van zelfrijdende auto’s de weg op gaan, krijgt Amsterdam de primeur op het water: de Roboat. In 2017 zullen de eerste prototypes het Amsterdamse water bevaren. Het programma duurt vijf jaar en heeft een onderzoeksbudget van 25 miljoen euro.

Zelfsturende vloot voor Amsterdam insteekt, wordt uitgevoerd in Amsterdam, maar dient als voorbeeld voor steden over de hele wereld.

FOTO: ROBOAT

Het project Roboat onderzoekt de mogelijkheden van zelfsturende boten, die mensen en goederen kunnen vervoeren, maar ook van autonome vaartuigen die zichzelf binnen een paar uur kunnen opbouwen tot een tijdelijke constructie, verplaatsbare bruggen of drijvende podia. Tot slot richten de initiatiefnemers zich op ‘environmental sensing’. Hierbij wordt gedacht aan onderwaterroboats die metingen in rioleringssystemen uitvoeren om ziekteverwekkende stoffen vroegtijdig op te sporen of Roboats die de grachten ontdoen van ronddrijvend afval. Het bestuderen en testen van autonome vaartuigen is nog niet eerder zo breed opgepakt. Roboat wordt uitgevoerd onder de vlag van de Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions (AMS) in samenwerking met onderzoekers van Massachusetts Institute of Technology (MIT), Technische Universiteit Delft (TUD) en Wageningen University & Research (WUR). Het onderzoek, waar het Amerikaanse MIT twintig miljoen euro

HUIS VAN HONDERD PROCENT GERECYCLED MATERIAAL

FOTO: STUDIO EROL

Het Resource House in Heerlen wordt het eerste energieneutrale woonhuis in Nederland dat compleet wordt gebouwd met

8 16 iMaintain

IMA08 G whats next.indd 24

hergebruikte materialen en grondstoffen. Studio Erol wil laten zien dat het huidige bouwproces kan worden omgekeerd als je anders omgaat met materialen en wanneer je innovaties (mede) het proces laat sturen. Niet van cradle-to-grave of cradle-to-cradle, maar honderd procent circulair. Het Resource House wordt open source gebouwd en zal alle kennis delen met de markt, onder andere

in samenwerking met Zuyd Hogeschool. Vervolgens zal het tien jaar lang als woonhuis fungeren. Daarna komen de materialen vrij en kan de woning worden gedemonteerd in herbruikbare materialen en elementen. Binnenkort start Studio Erol een crowdfundingcampagne om een deel van het benodigde geld bij elkaar te krijgen en worden de eerste studies uitgevoerd. Het Resource House is onderdeel van het Urban Mining project van Resource Limburg, een experimentenlocatie waar diverse organisaties samenwerken volgens de principes van de circulaire economie. Architect Erol Oztan hoopt eind 2016 te kunnen starten.

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

21-09-16 10:44


WHAT’S NEXT 25

Stedin gaat binnenkort haar gasleidingen onder water inspecteren met een op afstand bestuurbare inspectieboot. Het bedrijf voerde vorige week de eerste testen uit en verwacht dat de boot zo’n vijftig tot zestig vaarten per jaar zal maken. De boot, ook wel de MS Stedin genoemd, is een onbemand voertuig waarmee Stedin haar gasleidingen onder water gaat inspecteren. Stedin heeft 11.000 van deze zogenaamde zinkers in haar verzorgingsgebied. Door baggerwerkzaamheden of door stroming van het water kunnen die zinkers minder diep komen te liggen of verschuiven. De MS Stedin kan data verzamelen waarmee de bodem van een sloot of kanaal in kaart kan worden gebracht, inclusief de precieze locatie van de zinkers. Ook kan nauwkeurig worden bekeken hoe diep de zinkers onder het zand liggen. Want als er minder dan 1,5 meter zand op de gasleidingen ligt, is de kans op schade aan de leidingen groter. De MS Stedin stelt het bedrijf in staat om de staat van gasleidingen onder water veel beter te monitoren. Inmiddels hebben alle leden van het MS

FOTO: STEDIN

STEDIN INSPECTEERT GASLEIDINGEN ONDER WATER MET WATERDRONE

Stedin-team hun vaarbrevet behaald. In het najaar worden alle IT-systemen getest. Als dit alles is afgerond zal de boot zo’n vijftig tot zestig vaarten per jaar gaan maken. Ivo Visser, Risico Analist Stedin Asset Management, was de drijvende veer achter deze innovatie: ‘In de regio rond Gouda bijvoorbeeld

wordt wel tien keer per jaar een buis geraakt met baggeren. Sommige zinkers voeden maar één perceel, maar stel dat er een hoofdbuis wordt geraakt, dan zitten heel veel klanten zonder gas. Met deze nieuwe kennis zetten we een nieuwe stap om schade zoveel mogelijk te voorkomen.’

VLIEGTUIGEN ALTERNATIEF VOOR WINDTURBINES?

FOTO: MARK DAVID

Dat vliegers aan een kabel energie kunnen opwekken weten we al sinds Wubbo Ockels en de TU Delft in 2012 succesvolle demonstraties gaven van Kite Power. Dit principe is door-

ontwikkeld tot de zogenaamde Powerplanes: autonome vliegtuigen aan een kabel die windenergie opwekken. De Powerplanes zijn ontwikkeld door Ampyx Power uit Den Haag. Zij ontwikkelen Airborne Wind Energy systemen die wind op grotere hoogte omzetten in elektriciteit. De Powerplanes vormen een goedkoop, duurzaam en effectief alternatief voor traditionele windturbines. Een windmolen is duurder en bovendien statisch, maar een zweefvliegtuig kan door patroontjes te vliegen meer energie uit de wind halen. De huidige prototypes vliegen nog boven land, maar momenteel wordt onderzocht hoe de door de wind voortgestuwde Powerplanes op volle zee kunnen worden gebruikt. Boven zee kan immers de meeste windenergie worden geoogst. ECN ondersteunt Ampyx Power bij het ontwikkelen van een offshore-versie van hun vliegende windtechnologie. Daarnaast onderzoekt ECN de kosten en opbrengsten De Powerplanes vormen een goedkoop, duurzaam en effectief alternatief voor traditionele van het systeem. Dit project wordt mede gefiwindturbines. nancierd door de EU, door middel van het Horizon2020 MKB-instrument.

8

iMaintain 16

IMA08 G whats next.indd 25

21-09-16 10:44


26 WHAT’S NEXT

3D-PRINTEN VAN VOEDSEL

VAN CHAMPIGNONS NAAR ENERGIE: NATTE BIOMASSAFABRIEK GEOPEND In Noord-Brabant is in september een natte biomassafabriek geopend. De installatie, Upcycling Gemert, zet biologisch afval van de champignonkweek om in compost, brandstof en duurzame warmte. Natte biomassa bestaat uit vochtig organisch afval zoals mest, vers GFT-afval en rioolslib. Natte biomassa kan worden gedroogd tot brandbare pellets, maar kan ook worden vergist om biogas of bio-ethanol te verkrijgen. De biomassafabriek maakt gebruik van de kweekresten van Champignon Kwekerij Gemert (Noord-Brabant). Dit bedrijf produceert jaarlijks maar liefst vijf miljoen kilogram champignons. De kweekresten van deze champignons vormen natte biomassa, zogenoemde champost. Deze champost wordt door Upcycling verwerkt tot warmte en waar-

devolle mest- of brandstoffen. Upcycling voorziet de eigen champignonkwekerij vervolgens van warmte en heeft daarnaast ruimte voor het leveren van energie aan omliggende tuinders. Hiermee kan het verbruik van één miljoen kubieke meter aardgas jaarlijks worden vervangen. De verbrandingswaarde van het eindproduct in een bio-energiecentrale is daarnaast nog eens 3,5 miljoen kubieke meter aardgas waard. Het proces is niet alleen interessant voor het afval van champignons. Ook andere biomassastromen, zoals rioolslib en dierlijke mest kunnen hiervoor worden ingezet. Vanuit het Topconsortium Kennis en Innovatie voor Bio Based Economy (TKI-BBE), onderdeel van de Topsector Energie, is één miljoen euro bijgedragen aan het project in Noord-Brabant.

ASTRONAUTEN TRAINEN MET VR-HANDSCHOEN UIT EINDHOVEN NASA gaat astronauten trainen met behulp van een virtual reality-handschoen van het Eindhovense bedrijf Manus VR. De astronauten worden met behulp van de handschoen getraind voor een bezoek aan het internationaal ruimtestation ISS. Het ISS is nagemaakt in een virtual reality-wereld, waardoor de astronauten in een meer realistische omgeving kunnen trainen. Door de VR-handschoen aan te trekken, kunnen ze hun handen in de digitale wereld gebruiken.

8 16 iMaintain

IMA08 G whats next.indd 26

Professor Hod Lipson en een team van Columbia University’s Creative Machine Labs hebben een prototype van een 3D-printer gebouwd waarmee voedsel in diverse designs kan worden geprint. De eetbare artikelen kunnen worden geprint met behulp van pasta’s, gels, poeders en vloeibare ingrediënten zoals meel, water, eieren, chocolade en boter. Het is de bedoeling dat tegen het eind van 2016 een bruikbaar apparaat beschikbaar is. De mogelijkheden zijn eindeloos en de initiatiefnemers zijn benieuwd naar de creaties die ontstaan. De technieken maken het mogelijk om unieke vormen te creëren, maar ook om van tevoren te bepalen uit welke voedingsstoffen het eindproduct wel of juist niet bestaat. Verder biedt het de mogelijkheid om recepten te downloaden en te delen die rechtstreeks naar de 3D-printer kunnen worden gestuurd.

NIEUWE LASER MAAKT HET ONMOGELIJKE MOGELIJK ECN heeft een laseropstelling gecreëerd die industriële toepassingen en bewerkingen van materialen mogelijk maakt die voorheen onmogelijk waren. Zo kunnen moeilijk bewerkbare materialen als keramiek worden bewerkt, kunnen zonnecellen met een hoger rendement worden geproduceerd en kan medische apparatuur waterafstotend worden gemaakt, waardoor die langer steriel blijft. De pulstijden van de lasers variëren van een milliseconde tot een nanoseconde en zelfs een picoseconde. De golflengtes variëren van 10 micrometer tot 343 nanometer. Elke combinatie levert een andere laser en daarmee andere toepassingsmogelijkheden op. ‘We kunnen er dunne laagjes van 80 nanometer mee weghalen. Dat is duizend keer kleiner dan een haar. We kunnen er gaatjes mee in een haar maken of in een luciferkop, zonder dat die ontbrandt.’, zegt Martijn de Keijzer, expert bij ECN. Volgens hem kan de nieuwe laser concurreren met andere industriële bewerkingen, zoals etsen of chemische behandeling.

Abonnees lezen meer op www.imaintain.info

21-09-16 10:44


WHAT’S NEXT 27

Op de campus van de Universiteit Twente zijn onlangs proeven gehouden om te zien hoe voetgangers reageren op een auto zonder bestuurder. Het experiment, dat werd gehouden door de onderzoekers van Stanford University, is eerder uitgevoerd in Silicon Valley en zal op meerdere plekken over de wereld worden gedaan. Het doel is inzicht te krijgen in hoe mensen van verschillende culturen en achtergronden communiceren met zelfrijdende auto’s. De onderzoekers van Stanford zagen dat voetgangers, zodra er geen bestuurder is, menselijke eigenschappen toedichten aan de auto zelf. Ze kijken en maken gebaren richting de neus van de auto alsof het zijn gezicht is. Omdat er onzekerheid bestaat over of de auto gaat reageren zoals ze verwachten, worden overdreven bewegingen en gebaren gemaakt tijdens het lopen. Anderen kiezen er bewust voor achterlangs te lopen, om zeker te weten dat ze veilig kunnen oversteken. Dergelijke bevindingen helpen de ontwikkelaars van

FOTO: UBER

ONDERZOEK NAAR INTERACTIE MENS EN ZELFRIJDENDE AUTO

autonome auto’s om verbeteringen toe te passen in de interfaces en de controlesystemen van de auto. Ondertussen gaan de ontwikkelingen ‘in real life’ ook door. Vanaf september vervoert Uber in Pittsburgh klanten in zelfsturende taxi’s. Omdat het ook hier nog steeds om een proef gaat, zal een Uber-

werknemer achter het stuur zitten met een collega als bijrijder. De auto’s die door Pittsburg gaan rijden, zijn uitgerust met camera’s, radar, lasers, gps en software. Bovendien zijn alle straten van Pittsburgh verwerkt in een zeer gedetailleerde digitale kaart.

FOTO: FRAUNHOFER

TRILLINGEN VERMINDEREN OP SCHEPEN

Adaptronische systemen meten de trillingen met behulp van sensoren en berekenen welk signaal nodig is om de trilling tegen te gaan.

Op schepen kunnen trillingen door de krachtige dieselmotoren enorm oplopen. Dit trillen kan een enorme belasting zijn voor het schip en haar lading. Het Duitse Fraunhofer LBF heeft software op de markt gebracht waarmee adaptronische systemen, die helpen om de trillingen te verminderen, kunnen worden ontwikkeld. Adaptronische systemen meten de trillingen met behulp van sensoren en berekenen welk signaal nodig is om de trilling tegen te gaan. Vervolgens gaat dat signaal via een versterker naar de aandrijving die op haar beurt de elektrische energie omzet in mechanische energie die de trilling beperkt. Om dergelijke systemen te kunnen doorvoeren bij de bouw van een schip, heeft Fraunhofer de Mechanical Simulation Toolbox op de markt gebracht. Het betreft eenvoudig toepasbare simulatie-software om geïntegreerde adaptronica te kunnen ontwikkelen. De toolbox simuleert de trilling en geeft informatie over het systeem dat nodig is om de trilling tegen te gaan. De toolbox is ook bruikbaar voor andere industrieën die te maken hebben met zware trillingen.

8

iMaintain 16

IMA08 G whats next.indd 27

21-09-16 10:44


Het iMaintain platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond onderhoud en assetmanagement. Het platform belicht op een journalistieke en onafhankelijke manier innovaties, behandelt actuele onderwerpen en inspireert. Via het vakblad iMaintain, met de website www.imaintain.info, met drie rondetafelmeetings per jaar, diverse bijeenkomsten en met een jaarcongres bereikt het iMaintain platform haar doelgroep.

Partnernieuws Utrecht3DMedical eerste Smart Industry Fieldlab in Utrecht Utrecht krijgt een eerste Smart Industry Fieldlab, vanuit de Smart Industry agenda van het Rijk. Hogeschool Utrecht, UMC Utrecht en Stichting ProtoSpace gaan onder de naam Utrecht3DMedical (U3DM) samenwerken als het gaat om 3D-printen in de medische sector. De samenwerking wordt gecompleteerd met een aantal bedrijven die expertise inbrengen op het gebied van 3Dprint en imaging.

Partners van het iMaintain platform

Start bouw onderhoudshal in Haarlem Op 1 september de eerste paal van de nieuwe revisiehal van NedTrain de grond in gegaan. Het bijna 100-jaar oude gedeelte van de werkplaats in Haarlem waar nu de revisie van wielen plaatsvindt, is dringend aan vernieuwing toe. Daarom is gestart met de bouw (8000m2)van een nieuwe en zeer duurzame hal (BREEAM – nivo excellent) die weer jaren mee kan. Ook wordt de opslag van gegevens over de wielen gemoderniseerd met behulp van de nieuwste ITsystemen. Medio 2017 moet deze nieuwe aanwinst klaar zijn. De totale revisiecapaciteit van de nieuwe hal komt straks neer op 3.000 wielstellen per jaar in dagdienst.

Nieuwe opslaghal rollen staal Tata Steel gaat in IJmuiden een ultramoderne opslaghal voor rollen staal bouwen. Met dit project is een investering van 18 miljoen euro gemoeid. Naar verwachting start de verzending van rollen staal uit de nieuwe hal in de eerste helft van 2018. Op dit moment vindt een deel van de opslag plaats op externe locaties. Door de nieuwe hal is externe opslag niet langer nodig. Daarmee neemt de kans op beschadigingen tijdens transport af en kan er efficiënter worden gewerkt. De nieuwe hal heeft een capaciteit van 50 kiloton, twee keer zoveel als de huidige opslaghal. In de hal kunnen vrachtwagens en treinen worden geladen. Bij de bouw wordt rekening gehouden met het belang van duurzaamheid. Zo worden de kranen uitgerust met een systeem dat bij het laten zakken van lading de vrijkomende energie opslaat, die vervolgens kan worden gebruikt voor het ophijsen van ladingen..

Bekijk alle partnerfilmpjes op www.imaintain.info/platform

Contentpartner Kennis- en innovatiecentrum Maintenance Procesindustrie

Leden van het iMaintain platform

Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het iMaintain platform, kijk dan op www.imaintain.info of neem contact op met Gerard Nieveen: Gerard@industrielinqs.nl – 020 3122 085

IMA08 Platform.indd 28

21-09-16 10:50


‘Expertquotes’ ‘We kunnen sensoren in de tank plaatsen die van alles meten. Aan de hand van de data kunnen we beter vloeistoffen meten en slimmer mixen. Deze digitalisering gaat ons ook helpen om onderhoud beter te voorspellen. Denk ook aan inspecties met behulp van drones en leeromgevingen met behulp van virtual reality. Chirurgen en defensie werken al met simulatoren en ook voor onze branche kunnen we met behulp van virtual reality of hologrammen een digitale leeromgeving creëren.'

‘Het aardige is dat het de CO2-uitstoot echt snel naar beneden kan brengen. Op dit gebied ligt heel veel laaghangend fruit in de industrie.’ Roelf Venhuizen als jurylid van de Northern Enlightenmentz 2016. BASF Heerenveen ging er met de duurzaamheidstitel vandoor, omdat ze door anders naar hun productieprocessen en utilities te kijken maar liefst 33 procent energiereductie wisten te realiseren.

Cor van de Linde, managing director bij iTanks, over hoe ontwikkelingen in het kader van de vierde revolutie van invloed kunnen zijn op de toekomst van tankopslag in de komende editie van Petrochem.

Het expertpanel van het iMaintain platform bestaat uit: Henk Akkermans

Mark Haarman

Nico van Kessel

Ruud Schenk

Hoogleraar dynamiek van toeleveringsnetwerken, Universiteit Tilburg Wetenschappelijk directeur WCM

Managing Director, Mainnovation

Principal Consultant Asset Management, Tata Steel

Algemeen Directeur, ENGIE West Industrie

Erik Bijlsma Asset Owner, Gemeente Amsterdam

Hans Hennekam

Theo Knijff

Peter Schokker

Manager IA Service Europe, Yokogawa

Operational Manager, Ki<|MPi

Maintenance manager, Koninklijke Vezet Maintenance Manager of the Year 2016

IMA08 Platform.indd 29

Jac de Boer

Rob de Heus

Cor van de Linde

Roelf Venhuizen

Senior Consultant Asset Management & Maintenance, Tebodin

Champion World Class Maintenance, Sitech Services

Directeur innovatieplatform iTanks Maintenance Manager of the Year 2012

Voorzitter Profion, Bestuurslid Veiligheid Voorop, Voormalig CEO NAM

Annemarie Burgemeester

Geert-Jan van Houtum

Henk van der Meer

Ron Wever

Principal Consultant Asset Management, Dimensys

Professor Reliability, Quality en Maintenance, TU Eindhoven

Teamleider Events, BP raffinaderij Rotterdam

Asset manager, Schiphol Group

Leo van Dongen

Ton Huibers

Taco Mets

Johan Wolt

Professor Maintenance Engineering, Universiteit Twente Directeur Fleet Services, NedTrain

Maintenance Manager, Vlisco Maintenance Manager of the Year 2013

Technical Director, Van Meeuwen Industries

Maintenance Manager, AkzoNobel lndustrial Chemicals MCA Delfzijl Maintenance Manager of the Year 2014

Michel Grijpink

Giel Jurgens

Hans Peters

Learning & Development consultant, Hogeschool Utrecht

Asset Owner, Havenbedrijf Rotterdam

Teammanager, Drinkwaterbedrijf Dunea Maintenance Manager of the Year 2015

21-09-16 10:51


MAGAZINE ONLINE FILM EVENTS MEETINGS AWARDS EXPERTS LEDEN PARTNERS ZICHTBAARHEID BEREIK CONTACT KENNISDELING

Het iMaintain Platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond onderhoud en asset management. Het iMaintain Platform deelt kennis en inspiratie door de integratie van netwerk, magazine, website, events, social media, film, verkiezingen, round tables en specials.

Het iMaintain platform versterkt uw netwerk.

Het iMaintain platform kent experts, leden en partners.

Meer weten: Gerard Nieveen 020 31 22 085 gerard@industrielinqs.nl

Het iMaintain platform biedt partners een optimale mix van zichtbaarheid, bereik, contact en kennisdeling.

www.imaintain.info IMA08 30 160920Advertenties.indd iLinqs IMA_Platform.indd 1

21-09-16 20-09-16 10:55 13:52


Maint

NL

Het magazine van de NVDO

Onderhoudsvrije fabriek komt dichterbij | Altijd op zoek naar nieuwe uitdagingen | Einde Brusselse tunnelcrisis in zicht | Alarmreductie versnelt storingsanalyse operator

IMA08 MA cover MaintNL.indd 31

21-09-16 10:27


Conditiebewaking Veiligheid Maintenance Expertise - Techniek Netwerk en?

aan! e j d l Me .nl o d v n . www schap at

> lidma

Deel kennis en ervaring >> word lid! Ervaar netwerken in groter verband

De Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud

houdsprofessionals biedt de NVDO een ongeëvenaard

(NVDO) is de toonaangevende branchevereniging op het

netwerk van branchegenoten. De NVDO kent diverse bran-

gebied van onderhoud. Het overdragen van kennis en het

che- en aspectgerichte secties en regionale kringen. De

realiseren en in stand houden van het grootste onder-

vereniging draagt bij aan (wetenschappelijk) on-

houdsnetwerk van Europa, ziet de NVDO als belangrijke

derzoek en brengt trends, ontwikkelingen en visies

doelstelling. Met een groeiend aantal leden van onder-

binnen de branche in kaart.

Lidmaatschap van de NVDO biedt vele voordelen • • • • • • • • • •

Professioneel netwerk op het gebied van onderhoud Kringbijeenkomsten en seminars over specifieke thema’s Cursussen over onderhoudsmanagement Studiedagen met actuele thema’s Secties en werkgroepen gericht op specifieke onderhoudsaspecten Vacaturebank Lidmaatschap van de NVDO Group op LinkedIn (wetenschappelijke) Onderzoeken NVDO Corrosie Helpdesk Jongerenboard

• • • •

NVDO Onderhoudskompas Platform Materiaalkunde (wetenschappelijke) publicaties, waaronder Visiedocumenten Kortingen op ons cursusaanbod van de NVDO Maintenance Academy • Korting op NVDO-studiedagen • (gratis) abonnement op de vakbladen iMaintain/MaintNL en MaintWorld Asset Management, Duurzaamheid en Veiligheid zijn belangrijke thema’s waaraan de NVDO regelmatig en in breder verband aandacht besteedt!

Ga naar www.nvdo.nl en meld je aan... NVDO - Lange Schaft 7G - 3991 AP Houten | Postbus 138 - 3990 DC Houten Telefoon 030 - 634 60 40 | Fax 030 - 634 60 41 | E-mail info@nvdo.nl | www.nvdo.nl

IMA08 MB voorzitter.indd 32

21-09-16 10:28


Van de voorzitter

Emotionele relaties, ook zakelijk! Relaties zijn in eerste instantie emotioneel, niet alleen in je privérelatie, maar beslist ook zakelijk. Onderzoek van het Studiecentrum voor Ondernemerschap uit Brussel laat zien dat voor familiebedrijven, behalve winstgevendheid, loyaliteit van medewerkers en klanten het belangrijkste succescriterium is. Familiebedrijven snappen het belang van vertrouwen in een zakelijke relatie, voor hen is dat emotioneel kapitaal. Dat zakelijke dienstverleners daar minder goed in zijn, is volgens mij vooral onvermogen, beslist geen onwil. Doordat assets steeds complexer worden, is er steeds specialistischere kennis nodig voor het onderhoud binnen Asset Management. Dit blijkt ook uit de Suto Benchmark 2016, waarin 45 procent van de opdrachtgevers de complexiteit van de diensten van de opdrachtnemer als ‘(zeer) hoog’ beschouwt. Vooral in deze gevallen wordt het onderhoud uitbesteed naar partijen die zich hierin hebben gespecialiseerd. Prestatiemanagement heeft hierbij een belangrijke rol. De mate van uitbesteding kan variëren van een simpele ‘uurtje-factuurtje’-samenwerking tot het aanbieden van totaaloplossingen waarbij de opdrachtnemer ook meedenkt op tactisch niveau.

opdrachtnemer. Dit is een indicatie dat de reden waarom opdrachtgevers ontevreden zijn ook in de relationele sfeer zou kunnen liggen. Door het toenemende belang van samenwerkingen en de relatief grote ontevredenheid, heeft NVDO’s Sectie Suto ook dit jaar een benchmark die focust op prestatiemanagement tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers. Op basis hiervan wordt een visie geformuleerd op het inrichten van goed prestatiemanagement. De focus ligt hierbij enerzijds op organisatorische factoren zoals bedrijfsstrategie en contracten en anderzijds op relationele aspecten zoals vertrouwen. De vraag die centraal staat is: ‘Hoe kan de samenwerking tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers worden verbeterd, om daarmee de prestaties te verhogen?’ Er wordt gekeken naar organisatorische aspecten (vertalen van de bedrijfsstrategie naar de benodigde capabilities en hoe deze vast te leggen in contracten met partners/onderaannemers) die bijdragen aan een betere samenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Maar ook worden relationele aspecten (onder andere gedrag), die bijdragen aan een betere samenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, beoordeeld.

‘Familiebedrijven snappen het belang van vertrouwen in een zakelijke relatie, voor hen is dat emotioneel kapitaal.’

Maar liefst 53 procent van de asset owners gaf vorig jaar nog aan op dat moment ontevreden te zijn over de contracten (tegenover 21 procent die wel tevreden was). Er kunnen verschillende redenen zijn waarom opdrachtgevers daar ontevreden over zijn. Het gebrek aan KPI’s en strategische doelen is een indicatie dat wellicht niet of op de verkeerde output wordt gestuurd. Daarnaast is uit een eerdere Suto Benchmark gebleken dat vertrouwen laag scoort tussen opdrachtgever en

De eerste onderzoeksresultaten worden bekend gemaakt op 5 oktober aanstaande tijdens het iMaintain, Suto congres. Ik kijk daar enorm naar uit, want ik ben benieuwd of wij iets kunnen leren van de succescriteria van familiebedrijven. Bas P. Kimpel Voorzitter

MaintNL 8 - 2016 33

IMA08 MB voorzitter.indd 33

21-09-16 10:28


Maintenance Manager

Onderhoudsvrije fabriek komt dichterbij Een onderhoudsvrije fabriek, het liefst nog onbemand, dat is de toekomstvisie van Director Maintenance & Turnarounds Richard Schouten van Sitech. Op de Chemelot-site in Geleen is het bedrijf hard op weg om dat doel te bereiken. ‘Technisch gezien hoeft het niet lang meer te duren dat storingen van equipment voorspelbaar zijn.’ Dagmar Aarts

Als director maintenance & turnarounds houdt Richard Schouten zich niet bezig met het dagelijkse onderhoud van een plant, maar richt hij zich op de langetermijnstrategie. Met een klein groepje kijkt hij naar de toekomst en hoe daar op te anticiperen. Innovaties worden uitgedacht en efficiencyverbeteringen in gang gezet. Dat doet Sitech als onderhoudsdienstleverancier voor zes asset owners met in totaal 22 fabrieken op industrieterrein Chemelot in Geleen. Schouten: ‘Onze maintenance managers die bij de asset owners in de fabrieken werken, worden teveel in de dagelijkse operatie getrokken en hebben te weinig tijd om na te denken over de lange termijn. Ons groepje kan uitwerken waar het met het onderhoud naartoe moet.’ Het is volgens Schouten ook nodig om het zo te doen, want Sitech onderhoudt de plants op een zodanig hoog niveau dat ze nieuwe zaken moeten toevoegen om de installaties nog beter en efficiënter te laten worden. Er wordt geprobeerd om deze innovaties voor alle fabrieken uniform uit te werken. Dat wordt bijvoorbeeld in het Sitech Asset Health Center gedaan, waar data uit de plants van klanten binnenkomt. Daarmee worden modellen gemaakt om predictief onderhoud te doen. ‘In de hele industrie heeft men het daarover en wij hebben het nu op een aantal plekken al lopen. Wij kunnen voorspellen wanneer een installatie gaat falen en ik durf te zeggen dat we daarin voorop lopen.’

34 MaintNL

Ideale toestand Zo weet de onderhoudsdienstverlener nu zeven dagen voordat een filter in de melaminefabriek er mee op gaat houden, dat hij dat gaat doen. ‘Wij zijn er nooit achter gekomen waarom het filter dichtslaat’, zegt Schouten. ‘Onhandig is dat de hele fabriek uit bedrijf moet als we het filter vervangen. Doordat we het dichtslaan nu kunnen voorspellen, kunnen we die vervanging tegelijkertijd plannen met het schoonkoken van de fabriek. Dan hoeven we haar niet twee keer stil te leggen en dat scheelt ons productietijd. Daarnaast willen we ook begrijpen waarom het filter dichtslaat zodat we dat kunnen voorkomen of in ieder geval de standtijd op gaan rekken.’ Ook is er vanuit het Asset Health Center gekeken naar parallel draaiende pompen in de EPDM-fabriek die vaak uitvielen. Nadat er een model was gemaakt, bleek het niet

aan de techniek te liggen, maar aan de bedrijfsvoering. Schouten: ‘De vraag is dus hoe productie omgaat met de twee pompen en hoe we dat beter kunnen afstemmen zodat de pompen een hogere beschikbaarheid krijgen.’ Met behulp van modellen wil Sitech ervoor zorgen dat alle equipment altijd in de ideale toestand werkt om installaties zo naar een geplande stop toe te brengen zonder ze eerder uit bedrijf te hoeven nemen. ‘Als je alle equipment lekker laat draaien, heb je nauwelijks slijtage. Een automotor draait tegenwoordig bijna 600.000 kilometer als je hem goed onderhoudt. De meeste mensen doen dat echter niet en daarom rijdt de een er korter mee dan de ander.’

Voorspelbaar onderhoud Het toekomstbeeld van Schouten is een onderhoudsvrije fabriek. ‘Ik wil dat we met de juiste modellen kunnen voorspellen wat er gaat gebeuren op een plant, zodat we alleen nog in een geplande stop in de fabriek hoeven te werken. Dan is deze veilig en kunnen onze medewerkers er ook veilig werken. Storingen ga je helaas houden, dus we moeten wel de juiste mensen hebben om die op te kunnen lossen. Maar in principe willen we onderhoudsvrij zijn tussen de stops en de mensen uit de plant halen.’

PROFIEL Naam: Richard Schouten Leeftijd: 43 Opleiding: Hogere Zeevaartschool en Master of Business Administration Achtergrond: Accenture, Stork Asset Management, Shell, Seatrade Groningen, Yacht, Egon Oldendorff Bedrijf: Sitech Services BV Functie: Director maintenance & turnarounds Soort werkzaamheden: Verantwoordelijk voor al het onderhoud van zes asset owners op de Chemelot-site

8 - 2016

IMA08 MI maintenance manager.indd 34

21-09-16 10:29


FOTO’S: SITECH SERVICES

Het toekomstbeeld van Schouten is een onderhoudsvrije fabriek.

Het klinkt als toekomstmuziek, maar die toekomst is volgens Schouten niet zo heel ver weg. ‘We zijn heel hard bezig en hebben een aantal pilots gedaan. Om in alle fabrieken predictief onderhoud te kunnen doen moeten we nog veel uitzoeken. Er zijn veel systemen op de site waarvan we alle modellen, stappen en designcriteria moeten weten. Toch denken we dat we in 2020 geen onvoorziene storingen meer hebben. De fabriek is dan nog niet onderhoudsvrij, maar we kunnen het onderhoud wel voorspellen.’

Proeftuin Ook andere serviceproviders en adviesbureaus zijn met voorspelbaar onderhoud bezig, maar zij missen wat Sitech heeft: een enorme proeftuin naast de deur waar alles kan worden getest. Daarnaast wordt het bedrijf ook geholpen door het landelijke fieldlab Campione. Schouten: ‘Partners uit het fieldlab hebben bijvoorbeeld geholpen met het ontwikkelen van draadloze sensoren die data naar onze computers sturen. Voor hen heeft dit ook weer waarde omdat ze hun

sensoren hier kunnen neerzetten en testen. Zo proberen we elkaar op te zoeken en te helpen.’

Schouten: ‘In principe willen we onderhoudsvrij zijn tussen de stops.’ Doordat de onderhoudsdienstleverancier zowel onderhoudskundigen en procestechnologen levert, kan Sitech naar alle aspecten van de bedrijfsvoering kijken, waardoor er naar integrale oplossingen kan worden gekeken voor equipment. Ook de asset owners worden betrokken in het proces. Het idee is dat innovaties uit de hele keten moeten komen. Dat gaat volgens Schouten niet vanzelf. ‘Wij moeten vaak de aanjager zijn om iets voor elkaar te krijgen. De werkcultuur van de mensen is ook de grootste hobbel op weg naar een onderhoudsvrije fabriek. Ze moeten de oude manier van werken loslaten, maar dat is nog moeilijk. Zo hebben we bij een

fabriek condition based maintenance lopen naast het oude onderhoud. Via een tablet wordt een monteur geïnformeerd als hij iets aan het equipment moet doen. Ook al weten we de conditie, toch gaan ze na zoveel uren nog steeds iets doen aan het equipment. Dat moet eruit. Het geloof dat condition based maintenance werkt moet er gaan komen, zowel bij de monteur als bij het management.’

Onbemande fabriek Als het geloof in een onderhoudsvrije fabriek nog moet groeien, dan zullen ze helemaal moeten wennen aan de andere wens van Schouten: een onbemande fabriek. ‘We willen met steeds minder mensen in de installatie zijn, vanwege de veiligheid. Door sensoren en het Asset Health Center wordt dat mogelijk. We kunnen met behulp van technologie steeds beter de installaties bedienen waardoor er minder operators in een plant aanwezig hoeven te zijn. Wij denken dat je tussen 2020 en 2030 in ieder geval meerdere fabrieken uit één controlekamer gaat besturen en dat het aantal activiteiten in de fabriek zelf nog MaintNL 8 - 2016 35

IMA08 MI maintenance manager.indd 35

21-09-16 10:29


8 november 2016

SCIOS Inspectiecongres Cinemec Nijmegen           

Wat houdt brandrisico-inspectie in? Wat houdt inspectie van explosieveilige installaties (ATEX) in? Veranderingen in de NEN3140 inspectie Veranderingen bij inspectie en onderhoud stookinstallaties Ontwikkelingen in wet- en regelgeving Aansprakelijkheden Emissiemetingen Nieuwe functionaliteit van het afmeldsysteem Praktijkervaringen Beursvloer Netwerken

SCIOS Certificatieregeling voor:  Inspectie van stookinstallaties en brandstoftoevoerleidingen  Emissiemetingen  Veiligheidsinspectie van elektrische installaties conform NEN3140  Veiligheidsinspectie van elektrische arbeidsmiddelen conform NEN3140  Risico-inspectie elektrisch materieel conform NTA8220  Inspectie explosieveilige installaties conform IECEx (NEN‑EN‑IEC‑60079)

Informatie en inschrijving: www.scios.nl imaintain-scios 160916.indd 1 IMA08 Advertenties.indd 36

16-09-16 15:53 21-09-16 10:56


Het Chemelot-terrein in Geleen.

maar tien procent is van wat er nu wordt gedaan.’ Wie hem dan vol ongeloof aan kijkt, krijg te horen: ‘De scheepvaart heeft al onbemande machinekamers, offshore hebben we onbemande platforms staan, auto’s kunnen al zelf rijden, waarom zou er dan geen zelfsturende fabriek kunnen zijn? Alle ingrediënten zijn er, je moet alleen zorgen dat je de juiste modellen hebt en dat er een zelfdenkend systeem is dat kan zien wat er mis gaat en bij kan sturen. Ik denk dat computers en modellen dat veel sneller kunnen dan mensen. In de industrie zijn we daar eigenlijk nog te conservatief mee bezig. Alle fabrieken op Chemelot werken al met Advanced Process Control systemen, deze systemen controleren en sturen de processen bij, maar toch zien we dat operators

zelf aan instellingen zitten, terwijl er goede besturingsprotocollen in de systemen zitten. Dat moet je dat niet zomaar opzij zetten.’ Het werken in een fabriek zal door alle ontwikkelingen heel anders worden, waardoor er ook ander soort medewerkers nodig zijn. ‘We zullen meer mensen nodig hebben die vanaf tablets en computers kunnen werken dan mensen die echt met hun handen werken. Het is een antwoord op de vergrijzing en verarming van het aantal vakmensen. Wij denken dat we met serious gaming en virtual reality medewerkers kunnen leren om in te grijpen in een fabriek zonder dat ze er daadwerkelijk heen hoeven. Het is anders werken. Ik denk dat mijn functie als zodanig ook overbodig wordt. Als medewerkers autonoom werken en weten

MAINTENANCE MANAGER OF THE YEAR 2017 Wie wordt Maintenance Manager van het Jaar 2017? Wie volgt Peter Schokker van Koninklijke Vezet op in 2017? Wie verdient het om mee te doen aan deze eervolle strijd om de titel Maintenance Manager van het Jaar? Schrijf nu in of draag uw kandidaat voor via de website van de NVDO: www.nvdo.nl.

wanneer equipment gaat falen en onderhoud op het geplande tijdstip doen, dan heb je geen maintenance managers meer nodig. De gezondheidszorg heeft ook bijna geen managers meer, bijna alles gaat daar autonoom. Waarom zou dat dan niet in de industrie kunnen?’

Intellectual Property Wat Sitech doet, trekt natuurlijk de aandacht van andere bedrijven. Grote spelers in de industrie zijn al langs geweest in Geleen om te kijken wat ze daar allemaal doen. Schouten: ‘We zijn in gesprek met een grote asset owner om te bepalen of ze zelf onderzoek willen doen of dat wij dat hier voor hen gaan doen. Maar daarbij moeten we ook aan onze aandeelhouders denken (een aantal bedrijven op industrieterrein Chemelot, red.). Zij willen natuurlijk eerst dat alles hier goed werkt voor wij anderen gaan helpen.’ De onderhoudsdienstverlener is ook aan het nadenken over intellectual property. ‘We stoppen heel veel kennis en ervaring in onze modellen samen met onze partners. We zien dat anderen vooral veel data in een model proppen en wel kijken wat er uit komt in plaats van er goed over na te denken. Er zit veel tijd in het vervolmaken van onze modellen en we willen niet dat iemand anders er zomaar met ze vandoor gaat.’ ■ MaintNL 8 - 2016 37

IMA08 MI maintenance manager.indd 37

21-09-16 10:29


Procesindustrie

Alarmreductie versnelt storingsanalyse operator Alarmmeldingen helpen operators met het bijsturen van hun processen. Maar als iedere afwijking in het proces tot een alarm leidt, ziet men door de bomen het bos niet meer. Het lukte Jaap Lageweg van Sabic om de pieken van 350 alarmen per dag terug te dringen tot 150 relevante alarmen. David van Baarle

Met de komst van DCS-systemen is het mogelijk om procescontrolesystemen een alarm af te laten geven als kritische waarden worden overschreden. Een sensor in een pomp die bijvoorbeeld dreigt droog te lopen, kan een waarschuwing afgeven voordat de pomp daadwerkelijk schade oploopt. Zo’n situatie roept doorgaans een cascade van alarmen op. Tel daarbij op dat er ook nog heel wat alarmsignalen kunnen komen van storende apparatuur of bijvoorbeeld vals alarm van verkeerd geprogrammeerde alarmsystemen en het mag duidelijk zijn dat een controlekamer soms wordt vergeven door de alarmen. Dat kan het gevaar met zich meebrengen dat operators door de bomen het bos niet meer zien ofwel de echt kritische alarmen niet snel genoeg opmerken. Nu zijn er steeds meer softwareoplossingen op de markt te verkrijgen die een schifting kunnen maken in kritische en minder kritische noodsignalen. Jaap Lageweg, senior ingenieur procesautomatisering van Sabic, koos er echter voor een eigen systeem in te richten in het bestaande DeltaV-systeem dat de informatie verzamelt van de chloorfabriek van het bedrijf in Bergen op Zoom. De argumentatie was dat de commercieel beschikbare systemen vooral topdown naar de alarmverwerking kijken, terwijl de ervaring van Lageweg leerde dat een bottomup-benadering nog veel meer ruis uit het proces kon weghalen. Het resultaat mag er zijn: uiteindelijk bereikte Lageweg een alarmreductie van zestig procent.

38 MaintNL

IMA08 MN sabic.indd 38

Definitie ‘In de oude situatie is het geen uitzondering dat de alarmbalk van een operator helemaal vol staat’, zegt Lageweg. ‘Omdat er zoveel signalen tegelijkertijd opkomen, kan de neiging ontstaan om ze zo snel mogelijk weg te drukken. Ervaring leert de operator welke alarmen echt kritisch zijn en welke hij eigenlijk kan negeren. Toch ligt het risico op de loer dat een kritisch alarm per ongeluk wordt weggedrukt.’ De eerste stap die Lageweg nam, was om de analyse van duizenden meldingen terug te brengen tot vier categorieën. ‘We kwamen er achter dat, naast de alarmen die werden veroorzaakt door daadwerkelijke procesverstoringen, er ook veel alarmen kwamen van storingen in de apparatuur. Daarbij genereerde een aantal niet afgeronde projecten verkeerde alarmen. Tot slot waren er ook nog alarmmeldingen doordat de alarmen zelf verkeerd waren geprogrammeerd.’ Voordat hij aan de exercitie begon om de alarmen terug te dringen, wilde Lageweg eerst een definitie geven van de functionaliteit van een alarm. ‘Tijdens die sessies kwamen we tot de conclusie dat als een operator geen corrigerende actie moet ondernemen, er ook geen sprake is van een alarm. Uiteraard legt het systeem alle gebeurtenissen vast, dus als je bepaalde gegevens nodig hebt voor een root-cause-analyse, die de oorzaak van een incident achterhaalt, kan je ze nog steeds terugvinden. Maar niet iedere gebeurtenis hoeft direct tot een

actie te leiden. Voor steeds terugkerende alarmen keken we naar de bandbreedte en naar de achterliggende processen die tot de verstoring leidde. Zo hebben we ze stuk voor stuk doorgenomen.’

Kritische alarmen Lageweg: ‘Een andere eyeopener was dat we erachter kwamen dat er eigenlijk twee manieren zijn om alarmen te reduceren: topdown en bottom-up. Topdown kan je kijken naar de status van de fabriek: welke waarschuwingen heb je nodig als je in bedrijf bent, als je een shutdown voorbereidt of een fabriek weer opstart? Maar nog belangrijker is om ook te kijken naar de status van de equipment. Het scheelt namelijk nogal als een pomp in bedrijf is of als hij alleen als back-up fungeert. Hetzelfde geldt voor het feit of een klep open staat op dicht is. Omdat beide benaderingen zinvol zijn voor de inrichting van het alarmmanagement, besloten we beide kanten op te gaan. Dat betekende in de praktijk: welk alarm hebben we nodig in welke status van de fabriek en voor welke status van de machines en procesinstallaties?’ Wat volgde was een tijdrovende klus, waarin per alarm is aangegeven of een operatoractie vereist is of niet. Zo niet, dan krijgt hij alleen een bericht. Is er wel een actie nodig, dan moet het alarm de juiste prioriteit krijgen. Dat wil zeggen de meest belangrijke alarmen, de safety instrumented systems (SIS), moeten ook bovenaan de lijst verschijnen. Uiteindelijk kwam men op een lijst met kritische alarmen die nooit mogen worden weggedrukt, iets minder kritische alarmen die dezelfde status kregen en nietkritische alarmen die wel worden getoond tijdens storingen in de fabriek. Vanaf het laatste niveau werden ze alleen nog maar grafisch weergegeven, zonder dat een operator er actie op hoefde te nemen. Ze hielden uiteindelijk een achttal prioriteringen

8 - 2016

21-09-16 10:30


FOTO: SABIC

Het resultaat mag er zijn: uiteindelijk bereikte Lageweg een alarmreductie van zestig procent.

over waarbij het grootste deel van de alarmen als niet-kritisch werd omschreven. Het DeltaV-systeem kreeg dan ook, afhankelijk van de prioritering, de opdracht alarm te slaan of bijvoorbeeld, bij de laagste prioriteit, alleen een melding in het logboek te maken. Lageweg: ‘We wilden het systeem zo eenvoudig mogelijk inrichten zonder dat we vele zijpaden moesten bewandelen of weer nieuwe systemen moesten inrichten. Door gebruik te maken van de mogelijkheden van DeltaV hoeft een operator geen nieuwe routines aan te leren, maar krijgt hij zijn informatie alleen anders gepresenteerd.’

Bottom-up Daarna keek hetzelfde team van procesoperators bottom-up naar de technische equipment. ‘Ook daar keken we eerst of er überhaupt een alarm was gewenst en zo ja, bij welke status die werd geactiveerd. Zo leidt een lage opbrengst van een pomp normaal gesproken tot een alarm, maar niet als deze uit staat.’ Vervolgens voerde men in DeltaV ook nog de conditionele parameters in. ‘Vaak gebeurt het dat als een pomp start, de flow vertraagd doorkomt. Om te voorkomen dat het systeem direct gaat blèren, kan je een vertragingstijd inbouwen. De input hiervoor

kwam weer uit de bottom-up-analyse van de procesapparatuur.’

‘Je kunt je voorstellen dat dit een operator veel rust geeft en bovendien alerter maakt als er daadwerkelijk wat aan de hand is.’ Het resultaat van de totale analyse was een gigantische spreadsheet met een overzicht van alle alarmen en noodzakelijke veranderingen in de alarmmeldingen. Die zijn uiteindelijk gegroepeerd en gefaseerd doorgevoerd. ‘Uiteindelijk kan je onze inspanningen zien als een behoorlijk groot Lean-project, samen met Operations’, zegt Lageweg. ‘En net als Lean steeds weer verder gaat, zo zijn ook wij nog niet klaar. Behalve dat het proces ook dynamisch is en vaker iets kan wijzigen, kunnen ook de omstandigheden of inzichten veranderen. We hebben dan ook budget vrijgemaakt om het alarmsysteem jaarlijks opnieuw te evalueren en eventueel bij te stellen.’

Klein beginnen Uiteindelijk telt natuurlijk het resultaat en

ook daar zijn Lageweg en zijn collega’s van de chloorfabriek van Sabic in Bergen op Zoom bijzonder tevreden over. ‘Tijdens de implementatie van de nieuwe alarmroutines hebben we het aantal alarmen per dag gemeten. In mei hadden we nog een piek van 350 alarmen per dag, die al snel afnam naar zo’n tweehonderd alarmen. Helaas kregen we in december nog een plant trip (automatische shutdown, red.), maar niet lang daarna doken we zelfs onder de grens van 150 alarmen per dag. Een realistisch streven was één alarm per tien minuten en dat hebben we gehaald. Waar voorheen honderd alarmen tegelijkertijd op het scherm verschenen, zijn dat er nu nog maar vijf. Je kunt je voorstellen dat dit een operator veel rust geeft en bovendien alerter maakt als er daadwerkelijk wat aan de hand is.’ Lageweg wil nog een paar tips meegeven. ‘Allereerst wil ik mensen die een vergelijkbare alarmreductie willen doorvoeren, adviseren vooral klein te beginnen. Vaak kan je de processen opdelen in een aantal modules en die vervolgens stuk voor stuk oppakken. Wij zijn bewust begonnen met alarmmeldingen van de utilities. Maak vooral geen complexe structuren, anders krijg je een systeem dat niet meer onderhoudbaar is.’ ■ MaintNL 8 - 2016 39

IMA08 MN sabic.indd 39

21-09-16 10:30


Infra

Einde Brusselse tunnelcrisis in zicht De Brusselse tunnels worden grondig gerenoveerd. Vijftien jaar zal dit omvangrijke project duren, waarna een nieuw en gemoderniseerd onderhoudsplan klaarligt om er de komende veertig tot vijftig jaar probleemloos gebruik van te kunnen maken. Pascal Smet, minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Mobiliteit en Openbare Werken, licht het project toe. Evi Husson Er is de laatste maanden een en al bedrijvigheid in en rond de Brusselse tunnels. Al enige jaren verkeren de tunnels in slechte staat, maar daar komt nu langzamerhand een einde aan. Na het incident in de Rogiertunnel eind vorig jaar, waarbij enkele delen van het plafond naar beneden kwamen, heeft de Brusselse regering de zaken onder handen genomen door eerst alle tunnels grondig te laten inspecteren. In het voorjaar zijn, onder toeziend oog van externe gecertificeerde bureaus EGIS en SECO (stabiliteit) en SOCOTEC (elektromechanica), de tunnels en elektromechanica grondig geïnspecteerd, betonstalen zijn genomen en waar nodig is loszittend plafond verwijderd.

Ambitieus investeringsprogramma Op basis van de inspecties zijn de voorbije maanden de meest dringende herstelwerkzaamheden uitgevoerd zodat de tunnels veilig open konden blijven. Ondertussen is met de rapporten van eerdergenoemde bureaus, de aanbevelingen uit een tunnelmasterplan daterend uit 2013 en de resultaten van de speciale tunnelcommissie in het parlement, een meerjarig investeringsprogramma voor de tunnels opgesteld. Pascal Smet, minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Mobiliteit en Openbare Werken, licht toe: ‘De Brusselse regering heeft eind april een ambitieus meerjarig investeringsprogramma goedgekeurd om de Brusselse tunnels te renoveren, te onderhouden en veilig te maken. Om de toegankelijkheid van onze hoofdstad te

40 MaintNL

garanderen, moeten alle tunnels worden gerenoveerd. Het probleem in het verleden is geweest dat de tunnels niet altijd goed geconstrueerd waren, terwijl er eveneens sprake was van gebrek aan onderhoud. Dit gaat veranderen. Voor de komende vijftien jaar liggen de investeringen en acties vast. We zullen de komende jaren ongeveer 750 miljoen euro besteden aan tunnelrenovaties in Brussel.’ De geplande renovaties zijn ingedeeld in korte, middellange en langetermijnprojecten waarbij eveneens de nodige budgetten al zijn vastgelegd. Smet: ‘Jaarlijks zal er tussen veertig en vijftig miljoen euro aan middelen worden voorzien voor de renovatie van de tunnels. Dit budget is voorhanden.’

Stefaniatunnel Er is in eerste instantie gestart met de renovatie van de tunnels die er het ergst aan toe zijn. In november 2015 is besloten de Stefaniatunnel tijdelijk te sluiten aangezien scheurtjes in het plafond waren vastgesteld. Smet: ‘De renovatiewerken aan deze tunnel gingen in februari van start. Deze werken omvatten de afbraak van het beschadigde beton. Nadien zijn nieuwe roestvrije wapeningen bevestigd en afgedekt met spuitbeton. Het Brussels Gewest heeft van deze gelegenheid gebruik gemaakt om ook de wanden van de tunnel te reinigen en LEDverlichting te plaatsen.’ De tunnel is sinds eind augustus weer open. ‘Een heel complexe werf is met succes afgerond’, aldus minister Smet. In totaal namen

de werken zeven maanden in beslag en werd anderhalf miljoen euro geïnvesteerd.

Montgomery De werkzaamheden aan de Montgomerytunnel verlopen ook vlot, geeft Smet aan: ‘In mei zijn we begonnen met de afbraak van de dakbedekking van deze tunnel. Die was verzakt en moesten we volledig weghalen. Dat is in de eerste drie weken gebeurd. Daarna is een horizontale stutting geplaatst om ervoor te zorgen dat de zijwanden van de tunnel recht blijven staan en is begonnen aan de renovatie van de zijwanden. Er moest daarbij ook een bekisting worden gemaakt om een nieuw betondal te leggen. Dat is deze zomer gebeurd. Daarna, na voldoende droging van het beton, komt er een nieuw dak, waardoor in de tunnel zal worden gewerkt aan de verdere renovatie. Denk hierbij aan nieuwe elektromechanische systemen, ventilatiesystemen en dergelijke’, legt minister Smet uit. Op 20 juli nam de regering op initiatief van Smet het besluit dat nog bijkomende werkzaamheden nodig zijn aan de Dietrichbrug, die boven de tunnel is gelegen. De visuele inspecties door experts hadden in eerste instantie geen bijzondere afwijkingen aan dit kunstwerk aangetoond. Brussel Mobiliteit en het gecertifieerd bureau SECO voerden toch sonderingen en betonanalyses uit. De resultaten hiervan tonen aan dat het beton in heel slechte staat is, waardoor het nodig is om het op een aantal plaatsen te herstellen. De regering heeft zich vervolgens gebogen over twee mogelijke scenario’s voor deze renovatiewerken. Optie één was het plaatselijk herstellen van de zones die door de gebrekkige betonstructuur zijn verzwakt. De levensduur van deze herstellingswerken werd geschat op tien jaar. Optie twee omvat het afbreken en heropbouwen van de Dietrichbrug waardoor de levensduur van dit nieuwe kunstwerk

8 - 2016

IMA08 ML Brusselse tunnels.indd 40

21-09-16 10:30


FOTO’S: LES MECS

Pascal Smet: ‘Na de renovatie komt het nieuwe onderhouds- en instandhoudingsplan volledig aan de orde en ligt de focus op levensduurverlengend onderhoud.’ minstens honderd jaar zou bedragen. Aangezien de regering zich bewust is van de gevolgen van de sluiting van deze tunnel voor de wijk en wil vermijden dat de tunnel in de toekomst opnieuw moet worden gesloten, koos het voor optie twee: een afbraak met heropbouw. Hierdoor zal het project iets langer duren. De heropening van de Montgomerytunnel zal twee weken later dan verwacht, in december plaatshebben. Het totale project krijgt op deze manier eveneens een meerprijs van bijna 600.000 euro.

Grondig De tunnels worden systematisch onder handen genomen en indien nodig worden bijkomende onderzoeken gedaan om te kunnen garanderen dat mogelijke toekomstige problemen worden voorkomen. Er is geen ruimte voor nalatigheid en wat nodig is, wordt uitgevoerd. De minister geeft nog een voorbeeld van lopende renovatiewerkzaamheden: de waterdichtingswerken aan de Rogiertunnel. ‘Uit controles van het extern studiebureau SECO en Brussel Mobiliteit is gebleken dat de huidige waterdichting van de Rogiertunnel is verouderd en geen bescherming meer biedt tegen waterinsijpeling. De insijpeling van water en zout

in het dak van de tunnel hebben ervoor gezorgd dat de wapeningen en het beton op meerdere plaatsen aan de onderkant van het dak zijn aangetast. Ook dit project wordt grondig aangepakt. Voor de waterdichtingswerken aan de Rogiertunnel werd 2,6 miljoen euro vrijgemaakt.’

Smet: ‘We zullen de komende jaren ongeveer 750 miljoen euro besteden aan tunnelrenovaties in Brussel.’ De eerste twee fasen van de waterdichtingswerken van de Rogiertunnel vonden deze zomer plaats. Deze werf is afgerond op 30 augustus. De laatste fase van deze werken is gepland voor volgende zomer.

Onderhoudsprogramma’s De komende jaren worden op deze wijze systematisch alle tunnels nauwgezet gerenoveerd. Smet: ‘Na renovatie gaan we ervanuit dat we weer nieuwe tunnels hebben die in orde zijn en dat ze op regelma-

tige basis worden onderhouden. Normaal gezien dient een goed onderhouden tunnel om de drie jaar te worden geïnspecteerd en opgevolgd, dat is onderdeel van de programma’s. Aangezien de tunnels de komende vijftien jaar secuur zullen worden gerenoveerd, zullen de inspectie en het onderhoud er in de toekomst heel anders uitzien dan vandaag. We gaan er van uit dat de tunnels in de toekomst enkel voor inspectie en opvolgwerkzaamheden – wellicht alleen ‘s nachts en tijdens de autoluwe zomermaanden – zullen worden gesloten om zo weinig mogelijk impact te hebben op het wegverkeer. Hoelang dit per jaar per tunnel zal zijn, moet nog worden bepaald.’ Ook de controle van de tunnels is onderdeel van het onderhoudsprogramma dat nog wordt opgesteld. Smet: ‘Het staat inmiddels vast dat de controle volledig zal veranderen. Het beheer gebeurt op afstand met nieuwe elektronica en is voornamelijk gecentraliseerd, zoals dit nu ook al gebeurt. Nieuw is dat de technologie volledig wordt gemoderniseerd. Maar de focus ligt momenteel op de renovatie. Daarna komt het nieuwe onderhouds- en instandhoudingsplan volledig aan de orde en ligt de focus op levensduurverlengend onderhoud.’ MaintNL 8 - 2016 41

IMA08 ML Brusselse tunnels.indd 41

21-09-16 10:30


KENNIS MOET JE OOK ONDERHOUDEN. • Hoeveel onderhoud is juist genoeg? • Kunnen we met de onderhoudsfunctie geld verdienen? • Hoeveel kan onderhoud bijdragen aan het bedrijfsresultaat? • Wat is Excellent Onderhoud en hoe geef ik dit vorm?

DEZE OPLEIDIN ZIJN IN TE BRE GEN IN DE NIEUWE NGEN BA WERKTUIGBOU CHELOR WKUNDE DEELTIJD.

INFORMEER!

WAARDECREATIE DOOR GOED ONDERHOUD Een onderhoudsopleiding bij Hogeschool Utrecht helpt u in uw eigen bedrijf de antwoorden te vinden op deze vragen. In de afgelopen jaren zijn vele mooie resultaten en forse besparingen bereikt bij de deelnemende bedrijven. Door de brede scope op zowel Materiaalkunde, Engineering, Inspectie als Onderhoud bieden onze opleidingen op het gebied van Onderhoud precies die (integrale) kennis die nodig is om verder te kunnen kijken dan het eigen vakgebied, en daardoor aantoonbaar betere resultaten te boeken. • Post-MBO Onderhoudstechniek (OTK) • Post-HBO Onderhoudstechnologie (OT) • Post-HBO Onderhoud en Management (OM) • Master of Engineering in Maintenance & Asset Management

Start 5 oktober 2016 Start 6 oktober 2016 Start 6 oktober 2016 Start februari/september

Alle genoemde opleidingen kunnen naar wens in-company (op maat) verzorgd worden. Informeer naar de mogelijkheden. Meer weten? Bel 088 481 88 88, mail naar info@cvnt.nl of kijk op www.cvnt.nl.

ER VALT NOG GENOEG TE LEREN

IMA08 Advertenties.indd Europoortkringen 2015-10 42 FC_A4.indd 1

21-09-16 20:40 10:56 16-02-16


Sluiten van tunnels Ondertussen rijzen er eveneens ideeën om een aantal Brusselse tunnels op termijn definitief te sluiten. Ze zouden bijvoorbeeld kunnen worden omgebouwd tot een parking of een andere nuttige bestemming. Smet: ‘We weten dat veel andere steden nadenken over het sluiten van tunnels,

alleen kan dat niet van vandaag op morgen, er moeten immers alternatieven voor handen zijn. Je moet dus met ontzettend veel zaken rekening houden en voortdurend reflecteren. Een studie over de eventuele sluiting van een aantal tunnels zal nog deze ambtstermijn worden opgestart. Vandaag ligt de focus op de renovatie. Na de reno-

vatie gaan we ervanuit dat we weer nieuwe tunnels hebben, die in orde zijn en die op regelmatige basis zullen worden onderhouden. Dit betekent dat ze zeker veertig tot vijftig jaar mee zullen kunnen, ongeacht welke bestemming ze uiteindelijk ook zullen hebben.’ ■

EERDERE PLANNEN NIET UITGEVOERD Het meerjarig investeringsplan gaat onder meer in op de verschillende maatregelen die nodig zijn, de planning en uitvoering en de opvolging van de renovaties. Uit het rapport blijkt dat de meeste tunnels zijn gebouwd tussen de jaren vijftig en negentig. Ze hebben allemaal gedurende de jaren wijzigingswerken, zoals verlengingen, aanpassing van de tunnelmonden enzovoorts ondergaan, als ook vernieuwingen op het vlak van uitrustingen. Echter, tot de huidige renovatiewerkzaamheden werd nog geen enkele tunnel ingrijpend gerenoveerd. In 2009-2010 heeft Brussel Mobiliteit op basis van een prehaalbaarheidsstudie voor iedere tunnel een renovatieprogramma op punt gesteld met onder andere inzicht in de noodzakelijke werkzaamheden en daarbij behorende kosten. Het ging hierbij enerzijds om het vervangen van verouderde elektromechanica en anderzijds om het verbeteren van de veiligheidsinrichtingen om eenzelfde veiligheidsniveau te bereiken als in diverse Europese regle-

mentaire referentieteksten wordt aangegeven. Deze programma’s werden in 2012 en 2013 onderdeel van een Masterplan dat Brussel Mobiliteit opstelde. Maar er werd nooit besloten dit ook uit te voeren. Smet: ‘Waarom deze plannen nooit zijn uitgevoerd, is een vraag waarop ikzelf niet kan antwoorden, daarvoor moet u bij mijn voorganger zijn. Wat ik wel kan aangeven, is dat de Europese wetgeving in principe niet van toepassing is op Brusselse tunnels, aangezien het hier om stadstunnels gaat. Toch hebben we ons hierdoor wel in het nieuwe meerjarenplan laten inspireren. Er zijn normen voor de exploitatie van de tunnel die nu door de administratie worden opgesteld. De tunnels kunnen enkel worden open gehouden zolang het risico aanvaardbaar blijft. Daarnaast geven we vanuit de politiek ook heel duidelijk de boodschap mee dat we bij de renovatiewerkzaamheden altijd mee in ogenschouw nemen wat voor de weggebruiker aanvaardbaar is.’

MaintNL 8 - 2016 43

IMA08 ML Brusselse tunnels.indd 43

21-09-16 10:31


Onderhoudsstop

2.400 klussen in acht weken tijd Vanaf mei 2016 onderging de plant van Teijin Aramid op Chemiepark Delfzijl de grootste stop in de afgelopen tien jaar. Het ging om de twee productie-units van monomeren en de fabriek die het aramidepolymeer PPTA produceert. De drie fabrieken waren geheel volgens planning acht weken uit productie. Broer de Boer

Aangestuurd door en onder toezicht van eigen medewerkers zijn in acht weken tijd 2.400 grote en kleinere klussen in de drie gekoppelde chemische fabrieken uitgevoerd. Peter Verheggen, turnaround manager bij Teijin Aramid: ‘Het compleet afregelen van de PPD-fabriek en de TDC-fabriek (monomeren, red.) kostte ons alleen al twee weken. Het afregelen van onze polymerenfabriek ging - met vijf dagen - wat sneller. De eerste stap na stillegging bestond uit reiniging, want we werken hier met chemicaliën. Alle inspecties en werkzaamheden moeten we uiteraard volledig veilig kunnen uitvoeren.’

Megaklus Verheggen heeft als taak de stopklus veilig en vlekkeloos te laten verlopen. Met tien jaar ervaring bij dit bedrijf is hij tevens budgetbeheerder voor de hele operatie. Ook heeft hij als taak de fabriek zo snel mogelijk weer volop in bedrijf te brengen, want het zusterbedrijf in Emmen kan geen Twaron (zie kader, red.) produceren als de polymeren uit Delfzijl niet worden aangeleverd. Aan deze megaklus zijn 100.000 manuren besteed en er zijn bijvoorbeeld 1.450 steigers gebouwd. Op de drukste momenten werkten er, inclusief personeel van contractors, circa 600 man op de site van de grotendeels open fabriek.

Vier soorten werk

allereerst noodzakelijk om de strenge interne en externe inspecties mogelijk te maken. Ten slotte valt ons bedrijf onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen (BRZO). Daarnaast zijn stops nodig om nieuwe preventiemaatregelen te kunnen implementeren, correctief onderhoud te plegen en nieuwe projecten te realiseren. We zijn mondiaal de enige Tejin-fabriek die dit unieke PPTApolymeer produceert en hebben sinds de start in 1984 een sterke groei doorgemaakt. We sturen sterk op de output en we geven gevolg aan de aanscherping van veiligheidseisen. De fabriek is wel eerder twee maanden buiten bedrijf geweest, maar nooit eerder was de omvang van de scope aan werk zo groot als nu. De stop is uitgevoerd zonder gevolgen voor de levering. Het

aanleggen van een voorraad aramide-polymeer was al een exercitie op zich.’

Voorbereidingsfase Ongeveer tien maanden voor aanvang van de stop is de stopscope vastgesteld op basis van de vier genoemde soorten werk. Vervolgens is per sectie een pakket samengesteld van alles dat nodig was om de klus veilig uit te voeren om uiteindelijk te komen tot een veilig opleverplan. Dat werd gemaakt door het veertig man tellende bedrijfsbureau. De technici en de operators hadden een belangrijke taak bij de begeleiding van en het toezicht op de uitvoering van het project. Er zit ten slotte veel kennis omtrent de installatie en het proces in de fabriek. ‘Kennis die niet beschikbaar is bij partijen die een dergelijk project turnkey zouden kunnen opleveren’, legt Verheggen uit. ‘Uiteindelijk leidde het voorbereidingsplan tot circa 2.400 Technische Opdracht Stellingen (TOS), waarin acties en de benodigde personen en het materiaal per klus zijn vastgelegd en wat er wanneer door wie moest gebeuren.’

VIJF KEER ZO STERK ALS STAAL De Teijin Arami-plant op het Chemiepark Delfzijl bestaat uit drie fabrieken. Hier worden de monomeren PPD en TDC geproduceerd en vindt door samenvoeging in een gesloten proces de productie van het unieke aramidepolymeer PPTA (Polyparafenyleenteraftal-amide) plaats. Een aparte installatie wint de oplosmiddelen terug voor hergebruik. Het polymeer wordt na droging verpakt en vervoerd naar de andere, grootste productielocatie van Teijin Aramid in Emmen. Hier wordt het versponnen tot Twaron, een product dat vijfmaal zo licht en vijfmaal zo sterk is als staal. Twaron kent toepassingen onder meer in kogelwerende vesten, autobanden, kabels, vliegtuigrompen, maar ‘the sky is the limit’. Engineers zijn dagelijks bezig nieuwe toepassingen te ontwikkelen, veelal samen met klanten, en de installatie en processen te optimaliseren.

Verheggen benoemt bij de tweejaarlijkse stops vier soorten werk: ‘Stops bij ons zijn

44 MaintNL

IMA08 MM Teijin.indd 44

8 - 2016

21-09-16 10:32


FOTO'S: TEJIN ARAMID

Nooit eerder was de omvang van de scope aan werk zo groot als bij deze onderhoudsstop.

Bij het opstellen hiervan kreeg Verheggen ondersteuning van werkvoorbereiders en drie stopplanners en maakten ze gebruik van specialistische software. Verheggen: ‘In batches van steeds vijftig klussen lieten we elke TOS door de betrokken contractors beoordelen op doorlooptijd en op kosten. Die contractors waren cleaningbedrijven, partijen die monteurs leveren, een steigerbouwer en een bedrijf dat het hijs- en transportwerk deed. Onze werkvoorbereiders beoordeelden vervolgens de calculaties van de contractors en de stopplanners planden de activiteiten definitief in.’ Nieuw in het voorbereidingstraject was het organiseren van zogenoemde stopworkshops. ‘Daaraan nam, naast het managementteam, ook de stopstuurgroep deel en werden wederzijdse verwachtingen uitgesproken over de te realiseren doelstellingen. Zo is bijvoorbeeld het escalatiemodel besproken. Naarmate de stop dichterbij kwam, is de frequentie van de bijeenkomsten opgeschroefd. Tijdens de stop is er tweemaal per week gerapporteerd aan deze groep.’

Meerwerk Hoe gingen Verheggen en zijn collega’s om met extra werk, de onvoorziene klussen, tij-

Nieuw in het voorbereidingstraject was het organiseren van zogenoemde stopworkshops.

dens de stop? Verheggen: ‘De scope geeft de situatie weer van twaalf maanden eerder. Het doorlopen van de geschetste procedure kost dus tijd. Allereerst stel je je de vraag waarom dat tijdens het bepalen van scope niet is meegenomen. Bij fiattering van een aanvraagformulier voor een meerwerksituatie hanteren we de volgende vragen: wat is de derving aan inkomsten? Loopt de stop hierdoor niet uit? Zijn er mensen en zijn er middelen voor? Als alle vier aspecten positief zijn, kan zo’n klus meelopen in de stop. Loopt de totale stop vanwege meerwerk bijvoorbeeld een halve dag uit, dan moeten er tegenmaatregelen tegenover staan.’ Zo was een van de meest hectische extra klussen, voortkomend uit een inspectie, een vernieuwing van een deel van een gecorrodeerde kolom. ‘De betreffende unit

heeft vier productiestraten, zodat dit de stoptijd niet beïnvloedde, maar potentieel wel een derving aan productie.’

Slechts één pleister! Om de veiligheid en de voortgang in de gaten te houden, was er tijdens de stop sprake van een geïntegreerd voortgangs- en veiligheidsoverleg. Zo stond er voor Verheggen dagelijks een kort overleg op de agenda met de drie stopteams die verantwoordelijk waren voor de oplevering, het op- en afregelplan en de technische uitvoering. Hij fungeerde daarbij als voorzitter: ‘Steeds waren de stopplanner, de stopcoördinator, de veiligheidscoordinator en de coördinator van de uitvoerende partij erbij aanwezig, eventueel aangevuld met de veiligheidsbeambte van de contractor. Dit gezamenlijk optrekken van verantwoordelijken voor techniek en productie en de veiligheid is ons uitstekend bevallen, mede dankzij de juiste mensen. En ik kan met trots melden dat we in die 100.000 manuren maar één pleister nodig hebben gehad. Toch zijn er ook ‘bijna raak’situaties geweest: deze hebben we gericht laten registreren en daarmee hopen we ons voordeel te doen bij volgende stops’, aldus Verheggen. MaintNL 8 - 2016 45

IMA08 MM Teijin.indd 45

21-09-16 10:32


Verhuur stoom- en heetwaterketels

Eco Ketelservice Verhuur bv

www.eco-steamandheating.com +31 (0)13 583 94 40 | info@eco-steamandheating.com

IMA08 Advertenties.indd 46

21-09-16 10:57


LMRA-formulier Veiligheid is een belangrijk aandachtspunt van de bedrijfsvoering bij Teijin Aramid. Verheggen benadrukt dat regelmatig. ‘Al vijf jaar krijgt elke medewerker hier jaarlijks een toolbox. Die is specifiek gebaseerd op veiligheid. Voldoe je niet aan de eisen? Dan kom je de fabriek niet in! Zelfs de stop benutten we om de bewustwording op de werkvloer voor veiligheid te vergroten. Bij de uitvoering van een klus hanteren we - uiteraard de Laatste Minuut Risico Analyse (LMRA), een laatste check op veiligheid, te registreren achterop de werkvergunning, voordat je aan een klus mag beginnen. Zowel eigen medewerkers als medewerkers van contractors hebben we gestimuleerd om op de achterkant van het formulier mogelijk onveilige situaties in en om de installatie te noteren. Zoals de ‘bijna raak’-situaties waarvoor je ogen en oren open moet houden om in een verbeterproces je proces en installatie nog veiliger te maken. Ten slotte wil je de kans op incidenten, het topje van de ijsberg, zo klein mogelijk houden. En heel bewust en nieuw is dat we dus extern personeel hun bevindingen over veiligheid op dit LMRAformulier hebben laten vastleggen.’

Tien dagen winst Een beperkte stilstandtijd is natuurlijk de

‘Ik kan met trots melden dat we in die 100.000 manuren hebben we maar één pleister nodig gehad.

droom van alle betrokken partijen. Tot op heden hanteert Teijin Aramid eens in de twee jaar een stop. Deze stop geldt voor de hele plant van het bedrijf op Chemiepark Delfzijl, waar circa 275 mensen in dienst zijn. Verheggen rekent voor dat vanwege het aantal eigen mensen dat toezicht kan houden en het arbeidstijdenbesluit het onhaalbaar is om de hele klus in dagdienst te klaren. ‘Ons eigen toezichthoudend personeel vormt hier dus een soort bottleneck. Als de monteurs een acht-urige werkdag draaien, hebben de mensen van de stopploeg al elf uur nodig om hun taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Toch hebben we hiermee voor het eerst een experiment gedaan. In onze polymerenfabriek hebben de monteurs steeds tien uur per dag gewerkt en hebben we de stopteams in een tweeploegendienst laten werken. Daarbij overlapte een deel van functies elkaar daarbij qua tijd, voor de kennisoverdracht. We hebben

dit experiment binnen het arbeidstijdenbesluit – vijftig uur per week - kunnen realiseren. Vergeleken met de traditionele aanpak, konden we de polymerenfabriek tien dagen eerder opstarten. En dat is lonend. We gaan dus zeker onderzoeken of we deze aanpak ook bij stops in de monomerenfabrieken kunnen toepassen.’ Uiteindelijk wil Verheggen toe naar de situatie dat er een volledige voorspelbaarheid komt in de werkzaamheden voor (grote) stops. ‘Na 2018 willen we toe naar een stopcyclus van vier jaar. We laten voortaan inspectierapporten ook in andere afdelingen beoordelen dan in het bedrijfsbureau. Zo hopen we naar een situatie te gaan dat we exact weten welke onverwachte zaken we tijdens een stop kunnen tegenkomen zodat we verder zonder storingen volcontinu en veilig kunnen produceren.’

Evaluatie Momenteel voert Teijin Aramid een evaluatiecyclus uit. In vijftien sessies betrekt het bedrijf zowel stopploegen, eigen medewerkers, technici als contractors bij de ervaringen. Ook de invalshoeken vanuit de afdelingen Inkoop, Engineering, Maintenance en de Werkplaats neemt het bedrijf mee in de hoge eisen die ze aan de productie en de veiligheid stelt. ■ MaintNL 8 - 2016 47

IMA08 MM Teijin.indd 47

21-09-16 10:33


Prestatiemanagement

Vertrouwen is goed, maar misschien zijn KPI’s beter Wat is goed in de samenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer? Wie bepaalt de doelen en wie zegt dat ze zijn gehaald? Gaat dat op de spreekwoordelijke blauwe ogen of wordt er streng getoetst? Tijdens iMaintain Prestatiemanagement, het congres van NVDO Sectie Suto en het iMaintain platform, wordt onderzocht wat nodig is om On Target te zijn in een contract. Mark Oosterveer In de Nederlandse industrie, voor zover die onder één noemer is te vatten, wordt de prestatie van de contracten tussen opdrachtgevers en dienstverleners beïnvloed door verschillende interne en externe factoren. De contractpartijen kunnen werken aan de juiste verhouding tussen strategie, KPI’s en gedrag om on target te blijven in de samenwerking en om weerbaar te zijn tegen de factoren van buitenaf. Maar wat is daarbij de juiste verhouding en wat is dat doel? Bij iMaintain Prestatiemanagement, het congres van NVDO Sectie Suto en het iMaintain platform dat op 5 oktober plaatsvindt in Maarssen, wordt wetenschappelijk en praktisch gezocht naar de juiste handvatten voor de maximale prestatie om On Target te blijven.

Groeiende ontevredenheid Uit het jaarlijkse onderzoek dat voor het NVDO Onderhoudskompas wordt uitgevoerd, blijkt dat assets steeds complexer worden en dat er steeds specialistischere kennis nodig is voor het onderhoud en asset management. Het wordt bevestigd door de Suto benchmark 2016, waarin 45 procent van de opdrachtgevers de complexiteit van de diensten van de opdrachtnemer als hoog tot zeer hoog beschouwt. Vooral in deze gevallen wordt het onderhoud uitbesteed aan partijen die zich hierin hebben gespecialiseerd. Prestatiemanagement speelt hierbij een belangrijke rol. De mate van uitbesteding kan variëren van een

48 MaintNL

IMA08 MQ congres.indd 48

simpele ‘uurtje-factuurtje’-samenwerking tot het aanbieden van totaaloplossingen waarbij de opdrachtnemer meedenkt op tactisch niveau.

45 procent van de opdrachtgevers beschouwt de complexiteit van de diensten als hoog tot zeer hoog. Uit dezelfde onderzoeken blijkt ook dat gemiddeld genomen het vertrouwen van de contractpartijen de laatste jaren sterk afneemt en dat de ontevredenheid groeit. Vertrouwen betreft in dit onderzoek onder andere het vertrouwen in aan elkaar verstrekte informatie, het oplossen van problemen die de samenwerking kunnen beïnvloeden en het erkennen van elkaars reputatie en vaardigheden. De vraag of dat uitmaakt voor de uiteindelijk geleverde onderhoudsprestatie wordt door dr. ir. Wendy van der Valk van de Universiteit van Tilburg tijdens het congres behandeld. Zij zal de factoren benoemen die van invloed zijn op de relatie. De NVDO spreekt van het grootste onderzoek in zijn soort ter wereld.

Effectief onderhoud Uiteraard maakt het uit of je als contract-

partijen samenwerkt in vertrouwen of naast elkaar werkt in een vorm van gestold wantrouwen. Het helpt daarbij wel als de doelen van de samenwerking goed zijn gedefinieerd. Want ook zonder wederzijds vertrouwen kan je een afspraak nakomen. Maar hoe kom je verder? Daar zit misschien de meerwaarde van een goed relatie. De juiste contractstrategie en manier van samenwerking kunnen het verschil maken. Frank Verbeeten, hoogleraar accounting aan de Universiteit Utrecht vat het als volgt samen: ‘In contracten wordt bewust of onbewust gestuurd op lage kosten, kwaliteit of customer intimacy of een mix daarvan. Elke strategie heeft zijn eigen kenmerken. Bij goed presterende bedrijven zijn zowel ‘customer intimacy’ (CI) als lage kosten en kwaliteit belangrijk. Voor effectief onderhoud is het van belang dat de strategische doelen worden vertaald naar het onderhoudscontract. Voor CI blijkt het vertalen van de manufacturingstrategie naar (doelen voor) de onderhoudsstrategie belangrijk, maar ook moeilijk. De High Performing Organisations kunnen dat en scoren er klaarblijkelijk mee. Maar het is lastig. Veel opdrachtgevers weten eigenlijk niet wat ze willen of kunnen het niet meetbaar maken. Hoe kan een dienstverlener het dan goed doen?’

Ook zonder wederzijds vertrouwen kan je een afspraak nakomen Een gezamenlijke visie en missie in een contract en een cultuur waarbij de partijen elkaar aanspreken op afwijkingen en teleurstellingen, zorgt volgens Verbeeten voor meer radicale innovaties. Iedereen werkt aan hetzelfde doel en heeft daar een rol in. Wanneer de projectleider in de

8 - 2016

21-09-16 10:34


FOTO: PRORAIL

uitvoering van het contract rekening houdt met zowel de doelen van de opdrachtgever als de opdrachtnemer, zijn de veranderingen incrementeler. Tenslotte lijkt het hebben van een goed prestatiemeetsysteem van belang voor het realiseren van incrementele innovaties als ook voor effectief onderhoud. Tegelijkertijd lijkt de rol van innovatie op de effectiviteit van de activa niet zichtbaar te zijn. Wordt er niet veel te veel waarde aan innovatie gehecht? Of zien we de positieve effecten van innovatie pas op langere termijn terug?

Veel opdrachtgevers weten eigenlijk niet wat ze willen of kunnen het niet meetbaar maken. Beste prestatie Een van de cases die tijdens het iMaintain congres wordt gepresenteerd, brengt de mix van relatie en strategie mooi in beeld. Kars Quist is Manager Inspectation en Tendermanager bij VolkerRail. Hij vertelt bij iMaintain Prestatiemanagement over de recent gewonnen opdrachten voor prestatiege-

richt onderhoud bij twee trajecten. VolkerRail gaat vanaf oktober 2016 het dagelijkse spooronderhoud verzorgen rond Rotterdam en in de kop van Noord-Holland. Dit gebeurt in opdracht van ProRail. Er is al de nodige jaren ervaring met prestatiegerichte onderhoudscontracten (PGO) in de rail-infrasector. Het sturen op prestaties als doel van het contract geeft koers, maar zorgde in de beginjaren ook voor strijd over de definities en de uiteindelijke kwaliteit van het geleverde werk. Het laatste decennium zijn die ervaringen gebruikt om PGO-contracten anders in te vullen en uit te rollen. Bij deze contracten is de looptijd tien jaar in plaats van de gangbare termijn van vijf jaar. Quist: ‘Dat is een termijn die je nooit helemaal vooraf kunt overzien. Uiteraard zijn er eisen voor veiligheid, verstoringen en beschikbaarheid. Maar de condities waaronder deze moeten worden gehaald, kunnen sterk veranderen in de contractperiode.’ De bezetting en belasting van het spoor kunnen sterk toenemen of de ministeriële focus op railinfra kan ineens verschuiven. ‘Samenwerking is de sleutel voor succes’, zegt Quist als hij de belangrijkste component benoemt. ‘We hebben gezamenlijke doelen voor het contract en we moeten als opdrachtgever en aannemer elkaar helpen

om die te bereiken. Dat maakt echt het verschil. Het is geven en nemen en daarvoor is een goede relatie onontbeerlijk. Mede daarom is ons hele team betrokken bij het contract. We hebben veel verantwoordelijkheid en ruimte voor ideeën bij de mensen ‘buiten’ gelegd. Zij weten het beste hoe ze de beste prestatie kunnen leveren. Ook investeren we in de technologische component van beheer om zo steeds beter te weten wat de conditie is van de assets die we beheren. Ook daarmee sturen we op de beste prestatie voor onze opdrachtgever voor een gezonde inspanning door ons.’ Bezoekers van het congres krijgen een mix van theoretische inzichten, praktijkervaringen en een sterk netwerk van bezoekers. Dit houdt de bezoekers van het congres On Target. ■

PRESTATIEMANAGEMENT Kijk voor meer informatie op: www.imaintain.info/prestatie

MaintNL 8 - 2016 49

IMA08 MQ congres.indd 49

21-09-16 10:34


Contracten

Integraal contract leidt tot doelmatiger onderhoud Rijkswaterstaat verbreedt samen met Heijmans de A12 tussen Ede en knooppunt Grijsoord in beide richtingen van 2x2 naar 2x3 rijstroken. Door de wegverbreding verbeteren de doorstroming van het verkeer, de bereikbaarheid van de regio en de verkeersveiligheid. Natuur is een speerpunt binnen het project. Heijmans blijft tot medio 2032 verantwoordelijk voor het onderhoud van de A12 tussen Veenendaal en knooppunt Grijsoord. David van Baarle Op zaterdag 2 juli markeerde Rijkswaterstaat samen met Heijmans de afronding van het wegverbredingsproject A12 Ede Grijsoord. Directeur-generaal Jan Hendrik Dronkers van Rijkswaterstaat en HeijmansCFO Mark van den Biggelaar ondertekenden die dag het beschikbaarheidscertificaat. Van een oplevering is echter geen sprake: Heijmans blijft namelijk de komende zestien jaar verantwoordelijk voor de veilige doorstroming van het wegverkeer op de circa twintig kilometer lange route. Hoewel het niet de eerste design, build, finance and maintain (DBFM) opdracht is voor Heijmans, is het wel het eerste integrale contract voor een infrastructuurproject. Asset manager Erwin van Baal was vroegtijdig betrokken bij de grootschalige uitbreiding en renovatie, maar zijn echte werk is nog maar net begonnen.

Design to maintain De A12 bij Ede was een belangrijke bottleneck en ook de files op de A50 legden veel druk op het wegennet. Rijkswaterstaat zag de oplossing in het verbreden van de A12 van twee keer twee naar twee keer drie rijstroken. Daarnaast zou ook knooppunt Grijsoord moeten worden aangepakt. Rijkswaterstaat besteedde de A12 VEG, zoals het traject in Rijkswaterstaat-termen wordt genoemd, als één perceel aan. Het traject sluit aan op een eerder als DBFMproject aanbesteed perceel: Poort van

50 MaintNL

IMA08 MS A12.indd 50

Bunnik, dat onder de verantwoordelijkheid valt van BAM. ‘Die scheiding van percelen heeft te maken met de geografische gebieden die Rijkswaterstaat onderscheidt’, licht Van Baal toe. ‘Uiteraard hebben werkzaamheden op het ene perceel invloed op de beschikbaarheid van het andere perceel en we hebben beiden assets die over de grenzen heen reiken. We overleggen dan ook met onze collega’s om een voor de weggebruiker zo’n goed mogelijke infrastructuur te kunnen bieden. Alle partijen zijn erbij gebaat als Heijmans over zestien jaar de weg in goede staat aan Rijkswaterstaat kan overhandigen en daar streven we dan ook naar.’ Heijmans is verantwoordelijk voor alles wat bij het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van een weg komt kijken. ‘We hebben specialisten ingezet op het gebied van verkeersystemen, betonbouw voor de kunstwerken, asfalt, verlichting enzovoorts. Daarbij ontfermen we ons ook nog over de flora en fauna rondom de weg. Dat is namelijk een vereiste vanuit de Flora- en faunawet en bovendien is het minimaliseren van de aantasting van natuur een speerpunt in het project.’ Een groot pluspunt daarbij was dat het onderhoudsteam vanaf het begin betrokken is geweest bij de aanbesteding en de projectdetaillering. Het verschil tussen een traditioneel contract en een DBFM-constructie, is dat je gemakkelijker keuzes kunt

maken voor hogere initiële investeringen om in de onderhoudsfase goedkoper uit te komen. Zo hebben we bewust gekozen om voor een deel van het traject gebruik te maken van zeer duurzaam asfalt. Op de rijstroken voor het snelle verkeer op het traject tussen Grijsoord en Ede gebruiken we een speciaal door Heijmans ontwikkeld asfaltmengsel. Dit zogenaamde ZOAB XL mengsel - XL staat voor extra lange levensduur - moet het in principe de volle zestien jaar van het contract volhouden.’ Ook voor de geleiderails is een keuze gemaakt die het onderhoud straks een stuk vereenvoudigt. ‘We hebben op een aantal plaatsen bajonetsluitingen gemaakt. Deze sluitingen zorgen ervoor dat onze storingsmonteurs hun werkzaamheden veilig achter de geleiderail kunnen uitvoeren en niet op de vluchtstrook stil hoeven te staan. Ook de maaivoertuigen, die de berm in de afgesproken conditie houden, kunnen gemakkelijk op hun plek komen. Een keuze die iets duurder uitpakt, maar waar we straks veel tijd mee winnen.’

Preventief vervangen DBFM stimuleert dus hogere uitgaven aan assets die tot duurzamere oplossingen leiden, met name ook doordat degene die investeert uiteindelijk ook profiteert van de operationele kostenvoordelen. Van Baal: ‘Uiteraard moet je daarvoor ook afspraken maken met je financiers, in dit geval een consortium van banken. We laten dan ook de nodige FMECA-berekeningen los op de zeer diverse assets om uiteindelijk een reliability centered maintenance-strategie toe te kunnen passen. Met name de ‘mean time between failure’ is hierin cruciaal omdat het nu eenmaal geld kost als je een weg of een deel van een weg moet afsluiten. Dat betekent in de praktijk dat we veel onderhoudswerkzaamheden clusteren en soms preventief vervangen. Dat was bijvoorbeeld het

8 - 2016

21-09-16 10:35


FOTO’S: HEIJMANS

Door de wegverbreding verbeteren de doorstroming van het verkeer, de bereikbaarheid van de regio en de verkeersveiligheid.

geval bij de camerasystemen langs de weg. Die waren nog niet aan het einde van hun levensduur, maar zaten er wel dicht tegenaan. In dit geval gaven de berekeningen aan dat preventief vervangen tot lagere kosten en risico’s leidde dan wachten tot ze het daadwerkelijk begeven.’

Van Baal: ‘Vertrouwen begint met heldere en transparante communicatie.’ Leren Werken via DBFM was voor Heijmans niet geheel nieuw. De nieuwbouw en het onderhoudscontract van het Nationaal Militair Museum in Soestbergen dat het bedrijf uitvoerde, is volgens hetzelfde concept aanbesteed, voor een periode van 25 jaar. En wat betreft infraonderhoud boogt men op zeven jaar ervaring met het beheer van de N302 bij Harderwijk. ‘Dit was overigens een DBM-contract’, zegt Van Baal. ‘Het financie-

ringsdeel zat hier nog niet in. Maar wel een onderhoudscontract van vijftien jaar dat resulteerde in zeer overwogen ontwerpkeuzes voor life cycle costing.’ Ook Rijkswaterstaat heeft inmiddels aardig wat jaren ervaring met DBFM-contracten en de samenwerking verloopt dan ook zeer voorspoedig. Van Baal: ‘Het belangrijkste voor zo’n contract is dat je vertrouwen in elkaar hebt. We merken dat we dat vertrouwen krijgen, doordat we de verantwoordelijkheid krijgen over vrijwel alle risico’s. In principe is de beschikbaarheid leidend voor de beoordeling van de uitvoering van het contract. Maar hoe we dat voor elkaar krijgen, is aan ons. Formeel heeft de special purpose company van Heijmans het contract getekend en voert het engineering, procurement, construction en maintenance-bedrijf de werkzaamheden uit. Beide organisaties rapporteren aan Rijkswaterstaat en overleggen ook op hun eigen niveau met hun tegenhangers van de Rijksorganisatie. Wat in ieder geval heel productief werkt, is dat beide partijen mensen hebben vrijgemaakt voor dit project en dat men ook bereid is van elkaar te leren.’

Slimmere oplossing Een belangrijke voorwaarde die Rijkswaterstaat aan zijn partners stelt, is dat zij werken volgens de richtlijnen van de ISO 15288-standaard. ‘Die standaard beoogt de grootst mogelijke integratie tussen processen en dus ook tussen ontwerp en onderhoud. Daarop aanvullend, beschrijft de ISO 15504 een raamwerk waarmee deze afzonderlijke processen worden getoetst. Uiteindelijk omschrijft deze laatste standaard een vijftal volwassenheidsniveaus. Rijkswaterstaat stelt niveau drie als ondergrens, wat wil zeggen dat processen organisatiebreed zijn ingericht. Voor een aantal meer kritische processen eist men zelfs niveau vier, wat wil zeggen dat het proces wordt gemeten en gecontroleerd. Op die processen rapporteren wij en die bepalen ook uiteindelijk onze key performance indicators (KPI’s, red.).’ Desondanks is niet alles vast te leggen in KPI’s. ‘Om een dergelijk contract te laten slagen, zal je ook moeten investeren in de bedrijfscultuur en ervoor open staan om van elkaar te leren. Vertrouwen begint met heldere en transparante communicatie. In

MaintNL 8 - 2016 51

IMA08 MS A12.indd 51

21-09-16 10:35


WATER IS NOOIT ZOMAAR WATER Iedere toepassing van water vraagt om een specialistische blik op alle aspecten van het watergebruik. Lubron heeft in ruim 35 jaar veel ervaring opgedaan met de specifieke eisen en wensen in uw branche. Als uw vaste partner ontwerpt, assembleert en onderhoudt Lubron op maat gemaakte, hoog kwalitatieve waterbehandelingssystemen. MEER INFORMATIE - WWW.LUBRON.EU

T + 31 162 426 931 E info@lubron.eu

Corporate Ad.indd 1

26/04/16 09:28

Industrial Videoscope IPLEX NX The Expert’s Choice for Visual Inspection Great Images Get Great Results The IPLEX NX is Olympus’ new feature-rich flagship industrial videoscope that delivers new levels of excellence in image quality, maneuverability and user-friendliness to help locate flaws that were previously undetectable and streamline inspections in even the most difficult-to-reach areas. · Exceptional brightness and image quality · Super wide field stereo measurement · Improved inspection efficiency Besides the IPLEX NX, Olympus is offering a larger range of video endoscopes to fulfill specific needs. Olympus can also offer solutions for UV light endoscopes. For more information, please contact us.

Postbus 18, 2380 AA Zoeterwoude | Telefoon: 071 5450 850 | info@olympus.nl | www.olympus.nl | www.olympus-ims.com

IMA08 Advertenties.indd 52

21-09-16 10:57


dit soort samenwerkingsverbanden voor langere tijd is niet altijd alles even zwartwit. Je moet elkaars belangen begrijpen en de discussie durven aangaan als die dreigen te botsen. Soms kan er in overleg een slimmere oplossing worden gerealiseerd die minstens net zo goed is als de originele oplossing. Het belang van Rijkswaterstaat is om de weg zo goed, veilig en goedkoop mogelijk beschikbaar te houden. Ons doel is vrijwel hetzelfde, behalve dan dat we als commerciële partij ook streven naar winst. Die belangen staan heel scherp op het netvlies van beide partijen.’

Andere dynamiek Het traject Ede-Grijsoord mag dan officieel beschikbaar zijn, op 1 januari 2017 staat pas de echte voltooiing gepland. Als Rijkswaterstaat en alle stakeholders alle doorgevoerde aanpassingen aan aansluitende wegen hebben geaccepteerd. ‘Op dat moment is de bouwfase echt voorbij en maakt hij plaats voor de beheerfase. Daarmee ontstaat direct een heel andere dynamiek. Een deel van de projectorganisatie blijft verbonden aan het traject, maar de organisatie krimpt wel in. Omdat we ook verantwoordelijk zijn voor het beheer van de weg leveren we bijvoorbeeld een eigen

‘Uiteindelijk zullen we in 2032 een goed onderhouden weg teruggeven aan Rijkswaterstaat.’ storingsdienst, calamiteitendienst en houden we de verkeersborden schoon.’ Om de kwaliteit van de weg te borgen, schouwt een speciaal hiervoor opgeleide medewerker twee keer in de week de weg. Hij kijkt naar de status van het asfalt en de geleiderails en kan tijdig ingrijpen als er iets mis is. Voor de elektrotechnische installaties is een speciaal onderhouds-

team samengesteld dat ook bij de aanleg ervan was betrokken. Het dynamisch verkeersmanagementsysteem wordt overigens vanaf afstand gemonitord, zodat Heijmans een storing zo snel mogelijk kan ontdekken. Naast het regulier onderhoud, zoals het maaien van bermen, het vervangen van lampen en schoonhouden van de weg, is er ook een aantal grote onderhoudstops gepland. ‘Bij het beheren over een langere periode zal er op enig moment groot onderhoud uitgevoerd moeten worden’, zegt Van Baal. ‘We proberen dit wel zodanig te plannen dat de hinder voor de weggebruiker beperkt blijft. Uiteindelijk zullen we in 2032 een goed onderhouden weg teruggeven aan Rijkswaterstaat.’ ■

ECOLOGISCHE INPASSING Het plan is ontwikkeld in samenwerking met organisaties die thuis zijn in de flora en fauna van het gebied rond de A12: EcoGroen, H+N+S Landschapsarchitecten, RAVON en de Zoogdiervereniging. Vanwege de bijzondere ligging, dwars door natuurgebied de Veluwe, is tijdens het project extra aandacht besteed aan ecologische inpassing van de snelweg in de omgeving. Zo zijn onder andere twee boommarterbruggen gebouwd, faunapassages aangelegd en heidecorridors gemaakt tussen bestaande natuurgebieden.

MaintNL 8 - 2016 53

IMA08 MS A12.indd 53

21-09-16 10:36


De Vloer Op

Altijd op zoek naar nieuwe uitdagingen László Németh werkt al 34 jaar bij chemisch bedrijf Kemira in de Botlek. Als maintenance excellent manager leidt hij een groot aantal teams op de site. Hij wil ze beter laten samenwerken, ze uitdagen om met ideeën te komen en ze naar een hoger plan trekken. Zelf probeert hij ook continu verder te komen, hij is altijd bezig met een studie, cursus of workshop. Zowel privé als voor zijn werk. Dagmar Aarts László Németh (57 jaar) begon bij Kemira als operator, maar groeide al snel door bij het Finse bedrijf dat producten maakt voor de behandeling van industriewater, zoals uit de papier-, de olie- en mijnindustrie, maar ook voor het zuiveren van water van gemeenten. In zijn volgende functie als wachtchef gaf hij in verschillende fabrieken van het bedrijf in de Botlek leiding aan het productieteam. Na nog wat andere leidinggevende functies in de volcontinu zocht hij een aantal jaar geleden een nieuwe baan waarin hij meer kon doen. Hij was al buiten Kemira gaan solliciteren toen de technical manager vertrok en iedereen een suggestie mocht doen voor een opvolger. Németh werd ook op het bord gezet en ineens was daar de uitdaging die hij zocht. ‘Ik ben goed in het leiden van teams en dat was de hoofdtaak van deze functie. Ik ben nu maintenance excellent manager, dat hebben we zo genoemd omdat ik niet echt een achtergrond in onderhoud heb. In de teams zit die technische kennis wel veel. Mijn taak is om aan te sturen, dingen door te drukken en mensen naar een hoger plan te tillen. Dat doe ik door ze zoveel mogelijk hun eigen ideeën uit te laten werken.’ En dat is soms nog best lastig, want hij heeft de neiging om zelf beslissingen te nemen en zaken zelf op te pakken. ‘Dat is volgens mij het geval bij veel managers. Ik moet dus soms op mijn handen zitten, maar het is goed om medewerkers zelf beslissingen te laten nemen en

54 MaintNL

hun verantwoordelijkheid te geven. Ik ben meer van het dienend leiderschap.’

Verbeteringen Een van die ideeën die op de vloer is uitgewerkt, draaide om de tandwielkasten. Németh: ‘We hebben veel tandwielkasten, die regelmatig van nieuwe olie moeten worden voorzien. Die olie is lastig af te tappen, want vaak kunnen we er niet goed bij en dan wordt het een zooitje. Iemand uit het team kwam met het idee om vacuümzuigers in te zetten. Dat bleek twaalfhonderd euro te kosten. We hebben ze aangeschaft en nu zuigen we binnen no time dat ding leeg. Het werk gaat daardoor veel sneller en schoner.’ Zelf heeft hij geholpen om een machine die

veel problemen gaf te vervangen. ‘We hadden wel een nieuwere versie staan, maar onder andere vanwege het budget werd de vervanging steeds uitgesteld. De ploeg had er echter veel werk aan, omdat de oude machine veel onderhoud nodig had. Met de hele groep zijn we gaan kijken of we de nieuwe machine zelf konden plaatsen. Dat is gelukt, achteraf bleek het helemaal niet zo ingewikkeld te zijn. De nieuwe machine draait nu al anderhalf jaar en we hebben pas net de eerste reparatie gedaan. Het was een mooi project en we zijn nog steeds trots dat hij draait en dat we dit voor elkaar hebben gekregen zonder ingehuurde krachten.’ Een ander idee van een van de medewerkers was om de roerwerkseals van twee reactoren te vervangen. ‘Van een olieseal zijn we overgegaan op een seal waar helemaal geen olie meer in zit, alleen wat vet. Hierdoor heb je er veel minder onderhoud aan. Mannen uit de ploeg komen bij mij met zo’n idee en dan daag ik ze uit om met een goed onderbouwd verhaal te komen waarom we dit idee moeten oppakken. Als ze kunnen vertellen wat de voor- en nadelen zijn, dan gaan we het idee uitwerken en kijk ik of we er geld voor vrij kunnen maken.’

8 - 2016

IMA08 MH de vloer op.indd 54

21-09-16 10:36


Ook zichzelf daagt hij geregeld uit. Németh heeft altijd spijt gehad dat hij na zijn MTS werktuigbouwkunde zijn hbo-studie niet heeft afgemaakt. Niet dat hij in de tussentijd heeft stil gezeten, want bij Kemira deed hij allerlei pbna-opleidingen gericht op de procesindustrie. Toen hij de mogelijkheid kreeg om weer terug naar school te gaan, pakte hij zijn kans. ‘Naast mijn werk ben ik vier jaar lang chemische technologie gaan studeren en daar heb ik ook mijn ingenieurstitel aan overgehouden. Elke maandag ging ik naar school in Utrecht, op een gegeven moment viel het ook niet mee. Na het werk had ik vaak geen puf meer om ook nog te studeren, dus besteedde ik mijn weekenden vaak aan het maken van huiswerk. Het was zwaar, maar ik heb het toch voor elkaar gekregen. Ik had het niet nodig voor de functie als teamleader, maar ik wilde het gewoon zelf graag. Achteraf heb ik er profijt van gehad voor mijn huidige functie.’

‘Het is goed om medewerkers zelf beslissingen te laten nemen.’ Je zou verwachten dat als hij dan eindelijk klaar is met zijn hbo hij het wat rustiger aan doet, maar Németh is altijd aan het leren. Laatst heeft hij nog een basisopleiding psychologie gedaan. ‘Ik vond het interessant en ik heb het idee dat ik die opleiding kan gebruiken in mijn dagelijkse werk als leidinggevende. Je leert hoe mensen denken, waarom ze handelen op de manier dat ze handelen en snapt hoe ze reageren. Dat vind ik een toevoeging voor mijn functie. Ik heb bijvoorbeeld ook geleerd hoe groepsdynamiek werkt en daardoor kan ik nu soms ingrijpen bij situaties. Zo zorg ik

FOTO’S: WIM RAAIJEN

Psychologie

er in een vergadering voor dat iemand die niet snel iets zegt ook de kans krijgt om wat te vertellen.’ Ook heeft hij voor betere samenwerking tussen de verschillende teams gezorgd. Het bleek dat ze vaak niet goed op de hoogte waren van elkaars projecten en werk. ‘Nu hebben we wekelijks een meeting om te zorgen dat iedereen weet waar collega’s mee bezig zijn. Ze zoeken elkaar nu op om te overleggen en elkaar op de hoogte te houden.’

Plan Maar ook na de basisopleiding psychologie is Németh nog niet klaar met leren, hij plakte er een cursus mindmapping achteraan. Om zo zijn gedachten en ideeën makkelij-

ker op papier te krijgen. Een mindmap is een diagram opgebouwd uit begrippen, teksten, relaties en plaatjes, die zijn geordend in de vorm van een boomstructuur rond een centraal thema. ‘Je kan het voor een hoop dingen gebruiken, van je vakantie tot aan je werk. Hersenen kunnen makkelijker met beelden omgaan en op deze manier kan je makkelijker leren en onthouden.’ Nu is hij bezig met workshops en cursussen voor zijn hobby landschapsfotografie en kijkt hij of hij ervaring op kan doen in het maken van maintenanceplannen. ‘Op dat gebied wil ik mijn kennis verhogen door contact te zoeken met ervaren maintenance managers. Uiteindelijk is het maken van een maintenanceplan mijn volgende uitdaging.’ ■

PROFIEL Naam: László Németh Leeftijd: 57 Opleiding: MTS Werktuigbouwkunde, HBO Chemische Technologie en basisopleiding psychologie In dienst sinds: 1982 Functie: Maintenance excellent manager Soort werkzaamheden: Aansturen van de technische teams

MaintNL 8 - 2016 55

IMA08 MH de vloer op.indd 55

21-09-16 10:37


Infra

Inventief bouwen in het Noordzeekanaal Rondom het Noordzeekanaal en het sluizencomplex bij IJmuiden speelt zich een aantal interessante projecten af. Enerzijds gaat dat om de bouw van de grootste zeesluis ter wereld. Anderzijds is er het onderhoudsproject aan het Noordzeekanaal, de sluizen en het gemaal. Daar vormt beter samenwerken, zoals bedoeld in de Marktvisie, de rode draad. Broer de Boer Het onderhoud aan de infrastructuur en de assets van het Noordzeekanaal, dat de kortste verbinding van de Amsterdamse haven naar de Noordzee vormt, zijn een onderdeel van een nieuw contract. Dit contact trad op 1 februari van dit jaar in werking en heeft een duur van vijf jaar. Het spreekt ook over het onderhoud van de totale ‘natte’ infrastructuur in Noord-Holland. Rijkswaterstaat sloot dit contract af met Spie, technisch dienstverlener in de industriële-, de infra technische- en de utiliteitsmarkt. Spie verzorgt zowel de civiele techniek als de elektromechanische en industriële automatisering en werkt hiervoor nauw samen met Van Doorn en Dura Vermeer.

Hoge verwachtingen Rijkswaterstaat heeft hoge verwachtingen van deze samenwerking. De opdrachtgever en de opdrachtnemer willen namelijk geza-

menlijk periodieke inspecties uitvoeren. Samen gaan ze bepalen wanneer onderhoud nodig is, in goed overleg met belanghebbenden in de omgeving. ‘Ik zie hier de wil om te investeren in korte lijnen, een goede relatie en een soepele samenwerking. Het doet me plezier dat ik de Marktvisie in afspraken en de contacten tussen Rijkswaterstaat en Spie terugvind’, aldus Jan Hendrik Dronkers, directeur-generaal van Rijkswaterstaat. In de Marktvisie geven betrokken organisaties aan dat zij op een andere manier met elkaar of anderen willen samenwerken. Organisaties die zich verbinden, verklaren daarmee dat ze in een structureel (leer)proces de bouwsector klaar maken voor de toekomst. Meer ruimte voor vernieuwing geldt hierbij als één van de prioriteiten. Innovatie en duurzaamheid zijn tenslotte essentieel om aan complexe maatschappelijke opga-

ven tegemoet te komen. Steeds vaker gaat het erom in de openbare ruimte functies voor mobiliteit, wonen, werken en recreëren slim te combineren. Voor opdrachtgevers en opdrachtnemers in de bouw en infra is een ding duidelijk: er moet meer en beter worden samengewerkt. Dat is nodig om de sector klaar te maken voor de toekomst en om de huidige problemen op te lossen. Rijkswaterstaat is een mede-initiatiefnemer van dit visiedocument. Andere partijen die deze visie delen zijn onder meer Rijksvastgoedbedrijf, Bouwend Nederland, NLingenieurs, de Vereniging van Waterbouwers, MKB Infra, Uneto VNI en Astrin. Toen ze de Marktvisie begin dit jaar in ontvangst nam, zei minister Schulz: ‘De Marktvisie zorgt voor een nieuw elan in de bouwsector. Daar worden we allemaal beter van, want goede samenwerking leidt tot een beter resultaat. Er valt dan ook veel te winnen voor de gehele sector als kwaliteit, professionaliteit en vakmanschap de plek krijgen die ze verdienen. Daar hoort ander gedrag bij, gericht op samenwerking en gebaseerd op wederzijds vertrouwen.’

Minder raakvlakproblemen Het onderhoudscontract tussen Rijkswaterstaat en Spie is een goed voorbeeld van hoe er beter kan worden samengewerkt.

PLANNING ZEESLUIS 1e helft 2016 Voorbereidende werkzaamheden inclusief verwijderen Zuider-sluiseiland Medio 2016 Omleggen vaarweg Middensluis & start bouw nieuwe sluis 2017 Contouren nieuwe sluis worden zichtbaar Medio 2018 Invaren deuren van de nieuwe sluis Eind 2018 Start testen van de nieuwe sluis 2019 Ingebruikname van de nieuwe sluis

56 MaintNL

De oplevering van de nieuwe zeesluis voor de scheepvaart is eind 2019 gepland, waarbij mogelijk al in de eerdere testfase de eerste schepen door de zeesluis kunnen varen. Het blijkt dat bijna al het funderingswerk volledig via intrilling kan worden verricht. Deze methode geeft aanzienlijk minder geluidsoverlast bij de omwonenden dan traditioneel heien met een heiblok. Afhankelijk van de lokale ondergrond is het mogelijk nodig een aantal palen na te heien.

8 - 2016

IMA08 MO Noordzeekanaal.indd 56

21-09-16 10:38


FOTO’S: RIJKSWATERSTAAT

Een impressie van de nieuwe zeesluis.

Het gaat in het contract dan ook vooral om algemene eisen met betrekking tot samenwerking, stelt Remco van Dam, contractmanager bij Rijkswaterstaat. 'Belangrijk is de doorvertaling van de Marktvisie en het document Van goed naar excellent. Er zijn geen harde eisen, maar het is meer een handreiking om een project succesvol te laten verlopen door onder meer in gesprek te blijven over de focus en de belangen.’ Tot nu toe werd gewerkt met drie losse onderhoudscontracten voor het natte areaal in Noord-Holland. Dit nieuwe prestatiecontract voegt die onderhoudsfuncties samen. Dat levert efficiencyvoordelen op: ‘Het samenvoegen van de werksoorten vast en variabel onderhoud zorgt naast kostenefficiency ook voor aanzienlijk minder raakvlakproblemen’, aldus Van Dam.

Ambitiedriehoek Innovatie in onderhoud is eveneens een hot issue. Rijkswaterstaat heeft ook daarom met name voor Spie met Van Doorn en Dura Vermeer gekozen: ‘Deze combinatie wil sterk en vernieuwend inzetten op het beperken van de hinder voor weg- en vaargebruikers en bewoners en bedrijven in Noord-Holland. Want vooral in deze regio komen alle functies samen die water heeft

Minister Schultz (Infrastructuur en Milieu): ‘Goede samenwerking leidt tot een beter resultaat.’ voor alle gebruikers. En dat maakt het tot een uitdaging om alle water- en infrastructuurgebruikers hier goed te bedienen.’ Als kritische succesfactoren voor het onderhoud spreekt Van Dam over een door Rijkswaterstaat meegeleverde ambitiedriehoek: ‘Die bestaat uit een tevreden omgeving, een tevreden gebruiker en een beschikbaar netwerk. In grote lijnen vormt Spie een combinatie met Van Doorn, dat het onderhoud van het groen verzorgt en het omgevingsmanagement coördineert. Spie verzorgt de overige taken en services, zoals de installaties en het project- en contractmanagement en neemt de activiteiten voor haar rekening. De betreffende partijen worden op het slagen van dit onderhoudsproject afgerekend door middel van een bonus-/malusregeling op de beschikbaarheid van de belangrijkste objecten. Daarvoor zijn binnen het contract eisen gesteld

met betrekking tot geplande en ongeplande niet-beschikbaarheid.’

Contractomvang Het vijfjarenproject omvat het totaalonderhoud van onder andere alle mechanischeen bedieningsinstallaties van bruggen en sluizen, betonwerk, gebouwen en oevers van het Noordzeekanaal. De belangrijkste onderdelen zijn het onderhoud aan het Sluizencomplex in IJmuiden, het Gemaal in IJmuiden en de Oranjesluizen in Amsterdam. Hoeveel manuur en kapitaal met het vijfjarenproject gemoeid is, is moeilijk te zeggen. ‘Het betreft een prestatiecontract en dan is het natuurlijk lastig aan te geven hoeveel manuur er mee is gemoeid. Het werk is in elk geval gegund voor circa 35 miljoen euro. Dit is het totaal van 25 miljoen euro voor taken en services – vast onderhoud – en 10 miljoen euro voor de voorgeschreven activiteiten – variabel onderhoud.’

Noordersluis Tegelijkertijd is de nu bijna honderdjarige Noordersluis in IJmuiden aan vervanging toe. Een nieuwe, grotere zeesluis moet ruimte bieden aan steeds groter wordende zeeschepen. Dat is nodig om de bereikMaintNL 8 - 2016 57

IMA08 MO Noordzeekanaal.indd 57

21-09-16 10:38


baarheid van de haven van Amsterdam te verbeteren en de economie in de regio te stimuleren. Vanwege de omvang is dit een uitdagend project. Tijdens de bouw moeten namelijk zowel de wegverbinding over het sluizencomplex als het sluizencomplex zelf, zo veel mogelijk ongehinderd bereikbaar blijven. Begin september begon de bouw van de grootste zeesluis ter wereld. De nieuwe sluis wordt vijfhonderd meter lang, zeventig meter breed en achttien meter diep. Minister Schultz gaf het officiële startsein voor de bouw: ‘Deze megaklus is een prachtig voorbeeld van inventief bouwen. Er wordt gebouwd op een heel klein gebied tussen de andere sluizen in. En dat terwijl de winkel open moet blijven. De nieuwe sluis zorgt voor een betere bereikbaarheid en zet de deuren open voor de havens van Amsterdam om haar positie in Europa te behouden of zelfs te versterken tot derde haven in Europa.’ Om omgevingshinder te voorkomen, is gekozen voor inventieve bouwmethoden. Een voorbeeld daarvan is de bouw van de deurkassen. Een deurkas is een grote betonconstructie waar de sluisdeuren in rollen als ze opengaan. De deurkassen, die 80 bij 55 meter en 80 bij 26 meter zijn, worden op een maaiveld gebouwd en vervolgens afgezonken. Het voordeel van deze methode maakt de constructie van een diepe bouwkuip overbodig. Zo’n constructie kan veel omgevingshinder en risico’s voor de bestaande sluizen en waterkering opleveren. De nieuwe sluis is naar verwachting in 2019 beschikbaar voor de scheepvaart. Het plan is de huidige Noordersluis buiten gebruik te

stellen zodra de nieuwe sluis gereed is. Bij ernstige calamiteiten kan de Noordersluis eventueel ingezet worden. Of dat daadwerkelijk gebeurt, wordt op een later moment besloten.

Werkzoekenden-project Ook bijzonder aan het project is dat het aannemersconsortium OpenIJ tijdens de bouw mensen uit de regio, die langer dan drie maanden werkloos zijn, een tijdelijk werktraject gaat aanbieden. Er zijn al diverse arbeidsplaatsen gecreëerd voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ook start dit schooljaar een lesprogramma voor scholen in de regio om op die manier jongeren enthousiast te maken voor een carrière in de techniek. Bovendien is er een

uitkijkpunt gebouwd ten noorden van de Noordersluis om de bouwwerkzaamheden van dichtbij te bekijken. Het uitkijkpunt is twaalf meter lang, drie meter breed en zes meter hoog. Maximaal vijftig mensen kunnen op het plateau staan om van dichtbij de bouwwerkzaamheden gade te slaan. Het gehele project is een samenwerkingsverband van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, de provincie Noord-Holland, de gemeente Amsterdam, Havenbedrijf Amsterdam NV en de gemeente Velsen. Dit project wordt medegefinancierd vanuit het CEF (voorheen TEN-T) programma van de Europese Unie. De verantwoordelijkheid voor de bouw en 26 jaar onderhoud van de zeesluis ligt bij het consortium OpenIJ. ■

FEITEN EN CIJFERS ZEESLUIS •

• • • •

1.650m diepwand. Deze wand heeft een totaal oppervlak van 50.000 m2. Dit is circa tien voetbalvelden. 3 stalen roldeuren à 2.400 ton staal. Afmetingen zijn 25*11*72 meter. Dit is vergelijkbaar met een flatgebouw van 20 verdiepingen met 100 appartementen. 1 deur weegt net zo zwaar als 2.400 personenauto’s. 10.000 ton damwand. 7.500 ton buispaal. 2.000 ankers. 290.000 m3 beton. Hier zijn ongeveer 29.000 truck-

58 MaintNL

• • •

mixers voor nodig. 25.000 ton wapeningstaal, het gewicht van 25.000 personenauto’s. De nieuwe zeesluis wordt 5 voetbalvelden lang, 1 voetbalveld breed en 8 verdiepingen hoog. De Amsterdam Arena kan 2 keer gevuld worden met al het zand dat afgegraven wordt voor de bouw van de nieuwe sluis. De sluisdeuren op hun kant zijn 70 meter hoog. Dat is bijna 30 meter hoger dan IJmuidense watertoren.

8 - 2016

IMA08 MO Noordzeekanaal.indd 58

21-09-16 10:38


Opleiding

Convenant leidt tot gemotiveerde vakmensen Als je als bedrijf in de toekomst verzekerd wilt zijn van vakbekwaam, goed opgeleid technisch personeel, dan kun je anno 2016 niet meer achterover leunen. Jongeren moeten actief geïnspireerd worden om een technische opleiding te kiezen, om vervolgens te ontdekken dat er een boeiende wereld voor ze open gaat met doorgroeimogelijkheden, baangarantie en een prettig salaris. Laura van der Linde Shell, Engie, Stork, Kentech en Goflex Young Professionals zijn twee jaar geleden een samenwerkingsverband aangegaan om te zorgen dat de kweekvijver van technisch personeel niet uitgeput raakt. Bovendien willen de bedenkers van het convenant zorgen voor betere aansluiting tussen de behoefte van de markt en de kennis en de vaardigheden van de schoolverlaters.

Praktijkervaring Het is de eerste dag van hun opleiding, maar Eric van ‘t Veer (21) en Natanja van Engelen (23) weten het zeker: ze hebben de juiste keus gemaakt. Zij en elf andere studenten volgen in het schooljaar 2016/2017 een praktijkgerichte technische opleiding bij Goflex in Schiedam. Het is de tweede lichting. De leer-werkplekken die hen de benodigde praktijkervaring zullen verschaffen, worden verzorgd door de aangesloten contractors. ‘We krijgen eerst basiskennis elektrotechniek en meet- en regeltechniek en over zes weken ga ik werken bij Engie’, vertelt Natanja, die deze richting vooral heeft gekozen omdat ze graag met haar handen werkt en niet te veel in de schoolbanken wil zitten. Dit was ook iets dat Eric aansprak: ‘Niet te veel theorie, maar vooral leren door te doen.’

Baangarantie Eric, die tot drie weken geleden nog werkzaam was in de horeca, krijgt een werkplek bij Kentech. ‘In de horeca blijven werken

wilde ik niet, dus ik ben in gesprek gegaan over ‘iets doen in de techniek’. Ik werd geselecteerd voor dit traject en dat voelde goed.’ De jongeren beseffen dat ze straks een waardevol papiertje in bezit hebben en dat ze gegarandeerd zijn van een baan. Deze baan wordt ze aangeboden door het bedrijf waar ze al hebben gewerkt of ze komen uiteindelijk bij Shell te werken. Eric: ‘Dat zou toch wel een droombaan zijn. Dat je met een helikopter naar een boorplatform vliegt om daar reparaties uit te voeren. Of dat ik de helikopter zelf repareer, dat kan natuurlijk ook.’ Ook Natanja’s toekomstplannen zijn ambitieus: ‘Vanuit de functie van werkvoorbereider kun je je flink opwerken, zelfs naar een functie op universitair niveau. Ik wil graag doorleren zodat mijn kennis groeit en ik veel mensen kan helpen.’ Het leer-werktraject betekent ook dat de leerlingen salaris krijgen. ‘Een baan in de techniek betaalt goed’, weet Natanja. ‘Mijn fysio zei laatst dat ik nu al meer verdien dan zij.’ Eric vult aan: ‘Uniek toch dat je een opleiding volgt met baangarantie waarbij je ook nog eens een goed salaris verdient?’

Gemotiveerde vakmensen Met dit systeem van leren en werken willen de bedrijven in het convenant zorgen voor een goed aanbod van vakmensen. Warner Rosenboom van Goflex legt uit: ‘De leerlingen krijgen theoretische kennis conform

de eisen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Goflex verzorgt de praktijkopleiding en deze praktijkkennis wordt aangevuld met specifieke kennis en vaardigheden vanuit de participerende bedrijven die de leer-werkplekken beschikbaar stellen. Er zijn duidelijke afspraken gemaakt zodat kwaliteit en continuïteit zijn gewaarborgd.’ Natanja en Eric zouden een technische opleiding ook aan vrienden aanraden. ‘Je moet geen make-up-meisje zijn, dat niet’, vindt Natanja, ‘maar als je kunt aanpakken en je staat je mannetje tussen de jongens, dan is deze wereld ook voor meisjes interessant.’ Eric is net zo enthousiast: ‘Laat je niet tegenhouden als je denkt dat je twee linkerhanden hebt of als je vindt dat je over te weinig technische kennis beschikt. Deze eerste dag heeft mij al zo veel geleerd. Gisteren voelde ik me nog ‘dom’, maar nu heb ik het vertrouwen dat ik prima terecht ga komen!’ ■ MaintNL 8 - 2016 59

IMA08 MR opleiding.indd 59

21-09-16 10:40


Agenda Oktober 11 - 12 oktober 2016 Congrescentrum 1931 in Den Bosch www.technologyforhealth.nl Technology for Health Deze vakbeurs met congres is het jaarlijkse trefpunt voor professionals die betrokken zijn bij de ontwikkelfase van medical devices. Tijdens Technology for Health gaat het om het beginstadium van producten. Bezoekers kunnen er terecht voor sensoren en elektronica, maar ook voor bedrijven die spuitgieten en 3D-printen.

11 oktober 2016 MGG Netherlands, Tegelen www.nvdo.nl Onderscheidend vermogen maakt het verschil NVDO Kring Limburg organiseert een bijeenkomst bij MGG Netherlands B.V. in Tegelen, met als thema: “Onderscheidend vermogen maakt het verschil”. MGG is een bedrijf met twee Aluminium Zandgieterijen en een verspanend bedrijf. In totaal werken er 750 mensen in Tegelen, Nieuw-Bergen en Stahlhofen (DLD). Zij zijn vooral actief in de vrachtwagen industrie, personenwagen en verwarmingsmarkt. Bij MGG wordt onophoudelijk aan de organisatie gewerkt om de service aan onze klanten te verbeteren en te vergroten.

11 oktober 2016 1931 Congrescentrum Brabanthallen, Den Bosch www.materialhandlingdag.nl Material Handling dag Het gaat snel met de innovaties op het gebied van warehousing en material handling. Maar welke oplossingen zijn echt ‘smart’? Waar liggen de toepassingen voor de hand? Wat zijn de kansen en beperkingen? Tijdens dit evenement komen smart solutions voorbij: pickrobots, visionsystemen, smart glasses, drones, open shuttles, maar ook autonoom rijden in magazijnen en automatische verpakkingssystemen.

November 9 - 10 november 2016 De Broodfabriek, Rijswijk www.iir.nl Opslagtanks 2016 Tijdens de 26e editie van de conferentie Opslagtanks, staat de PGS 29 Nieuwe Stijl hoog op de agenda. Bezoekers worden bijgepraat over de laatste actualiteiten, uitvoering van opgelegde acties, implementatie van regels en impact voor bedrijven.

17 november 2016 BioBase Europe Training Center, Terneuzen www.kicmpi.com Emissiedetectie - de nieuwste methodieken en normen Het wordt steeds belangrijker: lekvrije installaties en fabrieken met minimale emissies die voldoen aan de wettelijke eisen. In dit seminar willen we een technisch overzicht presenteren welke technieken beschikbaar zijn en wat de voor-

60 MaintNL

IMA08 ME agenda.indd 60

en nadelen hiervan zijn. Wat zijn de huidige normen en wat zal de richting zijn waar we als industrie naar toe gaan? Ook willen we vraag en aanbod bij elkaar brengen. Wat zijn belangrijke vraagstukken, wat is beschikbaar op de markt en voldoet dit?

25 november 2016 Archeon, Alphen aan den Rijn www.nvdo.nl NVDO Jaarbijeenkomst - Save the date! De NVDO Jaarbijeenkomst vindt ook dit jaar op een bijzondere locatie plaats, het Archeon in Alphen aan den Rijn. Met de jaarvergadering, verschillende topsprekers en het jaarlijkse netwerkdiner wordt het jaarthema ‘Operational Excellence in Perspectief’ grandioos afgesloten. Reserveer de datum alvast in uw agenda.

29 november - 1 december 2016 Rotterdam Ahoy www.easyfairs.com/transport-nl Transport & Logistics 2016 Verbindingen leggen is de uitdaging binnen Transport en Logistiek. Dat geldt voor fysieke verbindingen op het gebied van infrastructuur, maar ook voor verbindingen tussen bedrijven in de logistieke keten en de rol die Mainports hierin spelen. Hierbij komt het erop aan slim gebruik te maken van data en innovaties die de nieuwste technologie mogelijk maken. Dit staat volledig in het teken van een duurzame logistieke sector die Nederland nog sterker positioneert in Europa.

December 1 - 2 december 2016 NVDO Verenigingsgebouw, Houten www.nvdo.nl Meerjarenonderhoudsplanning Bij een meerjarenonderhoudsplanning gaat het erom dat de wensen van een organisatie vertaald worden naar de mogelijkheden van het gebouw waarin die organisatie gehuisvest is. De cursist is na afloop van de cursus in staat een Programma van Eisen voor Instandhouding op te stellen, bezien vanuit dwingend recht, regelend recht en beleid. Hij kan een meerjarenonderhoudsplanning van (bouwkundig) onderhoud maken en weet om te gaan met onderhoudskengetallen en projectanalyses om de eigen meerjarenonderhoudsplanning mee te kunnen vergelijken.

Januari 17 - 20 januari 2016 Rotterdam Ahoy www.infratech.nl InfraTech 2017 De vakbeurs InfraTech 2017 zet innovatie meer dan ooit nadrukkelijk in de schijnwerpers. Nieuw zijn ‘Lab op straat’, het thema Infra Innovaties op de beursvloer en een kennisprogramma rondom vier trends in de sector. Het thema van InfraTech 2017 is: ‘Slim verbinden’.

8 - 2016

21-09-16 10:40


Casus

Slow movers Onderhoudsmagazijnen kampen met slow movers; artikelen die niet of nauwelijks bewegen. De vraag: hoe voorkomen we dat we artikelen aanschaffen die vervolgens niet of nauwelijks gebruikt worden?

Oorzaken In onderhoud hebben we te maken met een groot assortiment: tien- tot twintigduizend verschillende artikelen zijn geen uitzondering. Er zijn slow movers die we ook wel winkeldochters noemen. Meestal een gevolg van onvoldoende beheersing van het logistieke proces. Dit kan komen doordat: • Een installatie wordt gesloopt. De bijbehorende artikelen blijven in het magazijn liggen. • Er een project is en er materiaal over blijft. Jammer om weg te gooien en dus komt het in het magazijn zonder dat we ons afvragen of dat materiaal ooit nodig zal zijn. • Er een fout is gemaakt met de besteleenheid: in plaats van tien stuks krijgen we tien dozen, met elk twintig stuks. Er zijn meer redenen: • Een eerste is door gebrek aan actief en gedisciplineerd spare parts management. • Ten tweede is er een beperkt aantal hele kostbare artikelen, die we bewust aanschaffen ondanks dat we weten dat we ze nooit nodig zullen hebben. Deze worden risico-delen genoemd. De kans op gebruik is nul, maar als we het artikel onverhoopt toch nodig hebben, zal de fabrikant maanden nodig hebben om het artikel te produceren met alle gevolgen van dien. • Ten derde zijn er specifieke reservedelen; het gemiddelde verbruik is laag (bijv. gemiddeld 1,8 stuks per jaar) en de aanschafprijs is hoog. Bovendien is het moment dat het artikel nodig is niet altijd goed voorspelbaar. De kwestie is: nemen we er geen, één of twee op voorraad? Veel bedrijven zijn niet zo goed in het managen van deze specifieke categorie en nemen teveel op voorraad. Gevolg: een nodeloos lage omloopsnelheid (soms wel één keer per drie jaar of slechter), terwijl deze artikelen door hun aard toch al een lage omloopsnelheid hebben (best practice: ongeveer één keer per anderhalf jaar).

Duurzaam spare parts management Meer weten? Dat kan op 15 en 16 november a.s. bij de NVDO, Houten. Met duurzaam spare parts management streven we naar het vermijden van onnodige voorraden op korte en lange termijn. Het tegengaan van verspillingen heeft niet alleen betrekking op direct meetbare kosten, maar ook op financiële en economische neveneffecten, zoals onnodig verbruik van grondstoffen en energie, en het vernietigen van in reservedelen opgesloten toegevoegde waarde. Deze tweedaagse cursus leert u een goed inzicht te krijgen in de technieken en methoden van duurzaam spare parts management; voorraadbeheersing 2.0!

De Poissonformule Voor het bepalen van de voorraad van een specifiek reservedeel zijn veel modellen en algoritmen in omloop, tot en met software die simulaties uitvoert. Er is echter een formule die eenvoudig is en een goede indicatie kan geven, de Poisson-formule. Het voordeel: alle belanghebbenden (Productie, Onderhoud, Inkoop, Finance) moeten samen een beslissing nemen. Want de Poisson-formule geeft bijvoorbeeld als uitkomst: de kans dat we er in één jaar nul nodig hebben is dertig procent en de kans dat we er nul of één nodig hebben is negentig procent. Deze formule wordt ten onrechte maar zelden toegepast. Terwijl het een substantiële reductie van de voorraadwaarde kan betekenen en een omloopsnelheid die vele malen beter is.

MaintNL 8 - 2016 61

IMA08 MJ casus.indd 61

21-09-16 10:41


Cursussen Kennis is onze kracht! Inschrijven kan eenvoudig via de Maintenance Academy op www.nvdo.nl Komende NVDO Cursussen Locatie: NVDO Verenigingsgebouw, tenzij anders vermeld Tijd voor Scholing oktober 2016! Trillingsanalyse Moderne datacollectors kunnen tegenwoordig elke storing in een heel vroeg stadium zien aankomen. Maar het begrijpen van al die informatie blijft toch mensenwerk. Dit begrijpen komt neer op het kunnen analyseren van trillingen. Dit analyseren moet een bruikbaar rapport opleveren dat leidt tot optimaal onderhoud tegen de laagst mogelijke kosten. Trillingsanalyse blijft echter heel ingewikkeld als de hoofden bijzaken niet van elkaar gescheiden worden. Deze cursus behandelt op een heldere wijze de essentie van trillingen. De interpretatie van spectra zal daarom verrassend eenvoudig blijken.

Doel Na de cursus is de deelnemer in staat om spectra te beoordelen op haar praktisch nut. De cursist zal allerlei pieken (amplitudes) in een spectrum kunnen herleiden naar de bron. Daarmee wordt het mogelijk een oordeel te vellen over de toestand waarin een machine verkeert. Ook kan een advies van te nemen interventies op hun waarde worden beoordeeld.

asset-onderhoud asset-verbetering en asset-ontmanteling. De prestaties en condities van de assets en asset management moeten worden gemeten, geanalyseerd en continu verbeterd. Voor de realisatie van deze processen moet een heldere en gestructureerde organisatie worden ingericht en moet de nodige competenties bij de medewerkers aanwezig zijn. En tenslotte moet het gehele proces ondersteund worden met IT en infrastructurele middelen.

Aanbieding Vaste prijs: € 8.900,- (*) voor NVDO-leden Voorwaarde is dat een groep uit minimaal acht en maximaal veertien deelnemers kan bestaan. Deze In Company aanbieding is alleen geldig voor bovenstaande cursus en de opdracht dient te zijn verstrekt voor 20 oktober 2016

12 en 13 oktober Cursus Verkenning Asset Management In Company mogelijk Een integrale kijk op het beheer van assets, van ontwerp, gebruik, onderhoud tot ontmanteling, en het zorgdragen dat beslissingen en acties steeds ‘in line of sight’ zijn met het corporate beleid en strategie zijn voorwaardelijkheden voor goed asset management. Hiervoor is het noodzakelijk om een passend en doelmatig asset managementsysteem op te zetten en te implementeren. Asset management wordt dan ook meer en meer gezien als een competentie met een breed en integraal perspectief. De verdieping van de strategie in concepten en in plannen resulteert in opdrachtstellingen met bijbehorende budget voor de processen: asset-creatie/verwerving, asset-gebruik,

62 MaintNL

Doel Na het volgen van deze cursus: • Heeft de deelnemer kennis van asset management definities en de vereisten genoemd in PAS 55 en ISO 55000 • Is de cursist zich bewust van de toegevoegde waarde van asset management voor zijn organisatie en kent hij de verschillende asset management domeinen en hun samenhang • Beschikt de deelnemer over ‘field proven’ frameworks, modellen en best practices die concreet in de eigen situatie kunnen worden toegepast Opmerking: Deze cursus is geaccrediteerd door het Institute of Asset Management (IAM) en behandelt alle IAM modules (A1-A2 en B1 t.e.m. B6). De deelnemer zal na het succesvol afronden van de bijbehorende toets een certificaat ontvangen met een uniek nummer uitgereikt door het Institute of Asset Management.

Programma Dag 1 • Algemene Introductie en Introductie in Asset Management (AM) • PAS55 introductie en kennismaking met ISO 55000 • AM Model • AM Elementen, Richtlijnen, Risk Management, Beleid en Strategie en Concepten

8 - 2016

IMA08 MF cursussen.indd 62

21-09-16 10:41


Dag 2 • Plan en Service Providing • Performance en Metingen • Analyses, Organisatie, Medewerkers en Middelen • Implementatie

aan het vergroten van de persoonlijke effectiviteit en aan het onbevangen leiden van verbetergroepen. Na afloop van de leergang beschikt het bedrijf over een doelgerichte, slagvaardige verbeteraar.

De opbouw van de leergang 3 november Asset Data Management (ADM) In Company mogelijk Informatiemanagement in alle fasen van de Asset Life Cycle! Informatie speelt een cruciale rol in het engineeren en onderhouden van assets. Deze eendaagse training introduceert u in de wereld van het verzamelen, vastleggen, delen, beheren en analyseren van informatie, zodat u door het slim inrichten van Asset Data Management maximaal presteert in alle fasen van de Asset Life Cycle!

Doel Resultaten voor deelnemers aan de training ‘Asset Data Management’: • Inzicht in en bewustzijn van ADM in projecten en technisch beheer • Herkennen van valkuilen op het gebied van informatiemanagement • Waarde van informatie voor optimaliseren van Beheer en Onderhoud • Inzicht in functie van informatiemanagement in de verschillende fasen van de Asset Life Cycle • Tips & tricks voor slim ADM

Onderwerpen In deze training met uitgebreide praktijkvoorbeelden en actieve opdrachten, worden onder andere de volgende onderwerpen behandeld: • Functie van informatiemanagement in alle fasen van de Asset Life Cycle • Positie van ADM in Asset Management • ADM in projecten versus beheer • Informatie vastleggen, delen en beheren • Tools voor het verzamelen van informatie • Onderhoudsinformatiesystemen • Document control in projecten • Master dataverwerking voor reservedelen • Informatie voor FMECA en onderhoudsplannen • Analyseren van informatie om te komen tot predictive maintenance • ADM best practices

De leergang bestaat uit acht modulen. Tijdens de leergang vindt individuele begeleiding plaats, inclusief coaching op de werkplek. Module 1 Inleiding en oriëntatie op Reliability- en Maintenance Engineering Module 2 Vaardigheden oplossen problemen (RCA / Event Map / Probleem- en Gedragsanalyse) Module 3 Facilitatorvaardigheden en persoonlijke ontwikkeling (incl. Whole Brain Thinking) Module 4 Vaardigheden voor voorkomen problemen (Risico management / RCM / FMEA) Module 5 Databeheer en toegepaste statistiek (principes van SPC / Six Sigma) Module 6 Theorie en methoden voor Asset Management Module 7; Vaardigheden voor Lean Maintenance Module 8 Effectieve implementatie van de R&ME functie De leergang R&ME is erop gericht dat de deelnemers beter in staat zijn een faciliterende rol te vervullen, als spin in het web van continu verbeteren. Het resultaat is dat zij gestructureerd en systematisch verbeterprojecten begeleiden. Met andere woorden; de deelnemers worden ‘kampioen’ in aanpak en methode, in het ondersteunen van teams bij het kritisch analyseren van vraagstukken en het zoeken naar creatieve oplossingen. Meer generalist dan specialist! Aan de leergang is een certificaat verbonden, dat wordt uitgereikt op basis van bewezen vaardigheid en bij voldoende inzet. De leergang wordt begeleid door een commissie van advies. Na certificering kunnen deelnemers toetreden tot de actieve groep van oud-deelnemers (alumni R&ME).

Bestemd voor De leergang ‘Vaardigheden voor Reliability-en Maintenance Engineering’ is bestemd voor iedereen die verantwoordelijk is voor het verbeteren van de prestaties van de assets en de organisatie, medewerkers uit Productie, Procestechnologie en Onderhoudsorganisatie. Werkzaam bij zowel asset owners als bij toeleveranciers van diensten (zoals advies- en ingenieursbureaus en aannemers).

Start 3 november Leergang Vaardigheden voor Reliability- en Maintenance Engineering (R&ME) In Company mogelijk Tijdens de leergang wordt de deelnemer vaardig in het toepassen van methodische benaderingen voor het oplossen van lastige vraagstukken. Daarbij wordt veel aandacht besteed MaintNL 8 - 2016 63

IMA08 MF cursussen.indd 63

21-09-16 10:41


Nieuws SAVE THE DATE: Veiligheid Voorop Veiligheidsdag 3 november 2016 Elk jaar organiseert het samenwerkingsverband Veiligheid Voorop een unieke Veiligheidsdag. Reserveert u alvast 3 november in uw agenda? Tip: geef deze vooraankondiging ook door aan uw collega! Veiligheid Voorop richt zich op het verbeteren van de veiligheidscultuur, dat wil zeggen de houding van directie en werknemers ten opzichte van veiligheid. Kenmerkend voor de veiligheidscultuur is dat deze zich niet door wetten en regels laat afdwingen, maar dat het vooral een zaak van ‘hearts and minds’ is van de betrokkenen. Veiligheid Voorop kent vier pijlers om de veiligheidscultuur te verbeteren: 1. Betrokken leiderschap en versterking daarvan. 2. Een goede veiligheidscultuur staat of valt met goed leiderschap. Goed leiderschap betekent dat directie en management bewust kiezen voor veiligheid als topprioriteit in alle bedrijfsactiviteiten en dit zelf consequent tonen in hun eigen handelen. 3. Continu verbeteren van het veiligheidsbeheerssysteem (VBS). 4. Een veiligheidsbeheerssysteem bevat afspraken over onder meer taken, bevoegdheden, verantwoordelijkheden en competenties en moet een maximale veiligheidsprestatie waarborgen. Regionale veiligheidsnetwerken bieden een platform voor bedrijven om kennis, ervaringen en best practices uit te wisselen. Zo wordt gezamenlijk een hoger veiligheidsniveau in de industrie bereikt. Een solide veiligheidscultuur betekent dat de bedrijven niet alleen zelf continu de veiligheid willen verbeteren, maar dit ook eisen van de bedrijven waarmee zij zaken doen in de keten, zoals klanten, toeleveranciers en aannemers. Kijk voor meer informatie en het volledige programma van de Veiligheidsdag op: www.veiligheidvoorop.nu

64 MaintNL

IMA08 MG nieuws.indd 64

SAVE THE DATE

Veiligheid Voorop Veiligheidsdag donderdag 3 november 2016

Praten is nog géén communicatie Praten over veiligheid, vermindert het aantal incidenten in je bedrijf nog niet. ‘Veilige communicatie’ doet dat wél.

géén Een gebrek aan veilige communicatie kan ernstige gevolgen hebben. In 1997 crashte een Boeing 747 van Korean Air, louter en alleen omdat de copiloot de beslissingen van de gezagvoerder niet durfde te betwisten. In ziekenhuizen worden om precies dezelfde reden ‘fouten’ gemaakt: de verpleegkundige voelde zich niet veilig genoeg om de chirurg aan te spreken toen hij het verkeerde been afzette. De gevoelde hiërarchie is hier de vijand van veilig werken. Benieuwd naar de nieuwste inzichten over het aangaan van de dialoog met de werkvloer, contractors en de klant en wat de toegevoegde waarde van storytelling hierbij kan zijn? Noteer dan 3 november aanstaande alvast in uw agenda en laat u tijdens deze dag inspireren door de verhalen van professionals. Bent u locatiedirecteur* van een bedrijf uit de (petro) chemieketen of een van haar contractors? Dan bent u van harte welkom op de Veiligheidsdag 2016, samen met één van uw direct operationeel leidinggevende. * Site manager/Terminal manager/Plant manager

Donderdag 3 november, Veiligheidsdag, een dag die u niet mag missen! Noteer hem nu vast in uw agenda. Heeft u vragen over de dag dan kunt u mailen naar: info@veiligheidvoorop.nu Of bellen met Natasja Dijkhuizen 070-337 87 44

8 - 2016

21-09-16 10:42


Nieuws Review visiedocument ‘Onderhoud binnen de infrasector in 2025’ In het NVDO Onderhoudskompas van 2011 is een visie geformuleerd met de focus op onderhoud in de infrasector. Dit is vervat in het zogenaamde Visiedocument ‘Onderhoud binnen de infrasector in 2025’. Hierin zijn de trends van 2011 beschreven en is op basis van een aantal toekomstscenario’s beschreven hoe de sector zich mogelijk zou gaan ontwikkelen richting 2025. De NVDO vindt het tijd om de destijds geformuleerde visie te reviewen. Dat doet zij door nu, vijf jaar later, terug te blikken op de ontwikkelingen van de afgelopen jaren en de prognoses die gemaakt zijn voor de toekomst. In een waardevolle review geeft de NVDO een samenvatting van de visie uit 2011 langs de twee geïdentificeerde assen en vier beschreven scenario’s. Vervolgens richt zij haar blik op de ontwikkelingen

van de afgelopen vijf jaar in de infrasector en wordt vooruit gekeken naar de verwachting voor 2025. De review is tot stand gekomen in een samenwerking tussen Accenture en een speciaal hiervoor ingerichte klankbordgroep. De review wordt opgenomen in het NVDO Onderhoudskompas dat begin december verschijnt. Een van de aanbevelingen is gericht op Klimaatakkoorden: Het is belangrijk voor de infrasector om scherp te krijgen wat de regels zijn vanuit nieuwe klimaatakkoorden en hoe hierop in te spelen. Het akkoord, gesloten in december 2015, kan een significante impact hebben op de sector. In een bijlage bij de review wordt een korte samenvatting van de belangrijkste uitkomsten van het klimaatakkoord opgenomen.

Jaarlijks 2000 minder doden in EU door aanpak kankerverwekkende stoffen Jaarlijks sterven in Europa meer dan honderdduizend mensen door het werken met kankerverwekkende stoffen. Voor Nederland reden om dit onderwerp als een van de prioriteiten van het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Raad naar voren te schuiven. Bij de start van een driedaagse Europese conferentie in mei over werk-gerelateerde kanker zei Minister Asscher blij te zijn met de stappen die de Europese Commissie op dit terrein zet. De EC kwam recent met een voorstel voor dertien nieuwe beschermende grenswaarden. Eurocommissaris Thyssen: ‘Met dit voorstel zullen wij in de komende 50 jaar 100.000 mensenlevens redden. Bescherming van werkenden speelt een centra-

le rol bij het streven van de Commissie naar een sterk sociaal Europa.’

Roadmap Er zijn bedrijven die voldoen aan de regelgeving met betrekking tot kankerverwekkende stoffen. Anderen kunnen hulp gebruiken. Daarom is in mei, op initiatief van Nederland, de aftrap gegeven voor de ‘Roadmap on Carcinogens’. De Roadmap is een vrijwillig actieprogramma dat voorziet in de uitwisseling van goede praktijken, het vergroten van de kennis bij bedrijven over blootstelling aan kankerverwekkende stoffen en hoe dit effectief terug te dringen. Het actieprogramma loopt door tot in het Oostenrijkse voorzitterschap in 2019.

Werkgevers en werknemers, vooral ook in het midden- en kleinbedrijf worden zo ondersteund bij het ontwikkelen van maatregelen die zorgen dat de nieuwe grenswaarden worden gerealiseerd. Europese werknemers- en werkgeversorganisaties, het Europees Agentschap voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk, de Europese Commissie en de overheden van Oostenrijk en Nederland tekenden een convenant. Zij committeren zich om de preventie van werkgerelateerde kanker zeker tot in 2019 als prioriteit op de agenda te houden. Het Nederlands Focal Point voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk zal actief bij gaan dragen aan de Roadmap, zowel in Nederland als daarbuiten.

Review visiedocument ‘Onderhoud binnen de Procesindustrie in 2020’ In 2011 werd met een geschatte omvang van 8,3 miljard euro de sector procesindustrie onderzocht. Door middel van vier toekomstscenario’s werd voorspeld welke richting deze industrie zich op beweegt. Nu, vijf jaar later, blikt de NVDO in samenwerking met VNCI terug op deze ontwikkelingen en de prognoses die gemaakt waren voor de toekomst. In een review wordt een samenvatting van de visie uit 2011 langs de twee geïdentificeerde kernonzekerheden en vier beschreven scenario’s gegeven. Vervolgens richt de onderhoudsvereniging haar blik op de ontwikkelingen van de afgelopen vijf jaar in de procesindustrie en kijkt zij vooruit naar de verwachting voor 2020. Een van de aanbevelingen is samenwerking met de infrasector. Voor allebei de sectoren zou het goed zijn om meer samenwerking te realiseren. Mogelijkheden zijn er op commercieel- en milieuvlak. De procesindustrie kan met haar restwarmte meer nuttige doeleinden dienen. Hierbij kan de infrasec-

tor bijvoorbeeld helpen om restwarmte te vervoeren naar woningen. Een mooi voorbeeld hiervan is de ambitieverklaring van Nuon, Heineken Nederland, de gemeentes Rotterdam en Leiden, Warmtebedrijf Rotterdam en de provincie Zuid-Holland voor ‘Warmtelevering Leidse Regio’. Volgens de betrokkenen is dit een belangrijke tussenstap op weg naar realisatie van het project dat onder meer de aanleg van een ondergrondse warmwaterleiding tussen Rotterdam en Leiden beoogt. Doel van het project is het terugdringen van het regionale aardgasverbruik (dat nu gebruikt wordt voor warmte). Dit betekent volgens de deelnemende organisaties jaarlijks een forse reductie van kooldioxide-uitstoot. De review met nog veel meer aanbevelingen verschijnt begin december en wordt opgenomen in het NVDO Onderhoudskompas. NVDO-leden krijgen het automatisch toegestuurd, niet-leden kunnen het vanaf de eerste week december bestellen.

MaintNL 8 - 2016 65

IMA08 MG nieuws.indd 65

21-09-16 10:42


Column

Industriemedewerker meest gepest Mijn meisjesnaam is Ooijevaar. En hoewel je die bijzondere achternaam anders schrijft, klinkt het toch hetzelfde als die prachtige vogel, de ooievaar. Zo werd in mijn vroege jeugd de link al snel gelegd naar juffrouw Kato Ooievaar uit De Fabeltjeskrant. Haar hulpje Zoef de Haas noemde haar ‘Hoogbenige Majesteit’. Ze is in de poppenserie een gerespecteerde dame, voornamelijk doordat ze in crisissituaties vaak het voortouw nam om naar een oplossing te zoeken. Mij kwam dat destijds als meisje van een jaar of acht niet zo goed uit. Het is dat ik me er weinig van aantrok, maar er waren kinderen die mij graag toezongen ‘Oh, juffrouw Ooievaar, wat staan uw benen raar’. Best zielig wat kinderen elkaar aan kunnen doen. Maar pesten beperkt zich niet tot de kindertijd. Pesten op het werk komt in Nederland het meest voor in de industriële sector. Het gaat dan om onderlinge pesterijen door collega’s of leidinggevenden. Dat blijkt uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van TNO en CBS. Het onderzoek is gedaan in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dat een campagne tegen pesten op het werk lanceerde. Een verkeerde aanpak van pesten kan een bedrijf jaarlijks vele euro’s kosten. De werkgever heeft een zorgplicht om te voorkomen dat een werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt, bijvoorbeeld doordat hij gepest wordt op het werk.

Prima om dat vast te leggen, maar ik vind dat collega’s onderling hun verantwoordelijkheid ook moeten nemen en dus een bepaalde zorgplicht opgelegd krijgen. Bij pesten is er sprake van vernederend, vijandig of intimiderend gedrag, gericht op dezelfde persoon of groep. Slachtoffers kunnen zich niet goed verweren en de pester(s) hebben vaak meer macht dan het slachtoffer. Het gedrag wordt herhaald en houdt langere tijd aan. Echt pesten is verschrikkelijk. Een voorbeeld is een collega sociaal isoleren: buitensluiten, negeren of minachten. Of het werk onaangenaam of onmogelijk maken door iemand constant rotklussen te geven, te saboteren of informatie achter te houden. Roddelen en bespotten, dreigen en machtsmisbruik zijn nog enkele voorbeelden van pesten. En dan heb ik het nog niet eens over lichamelijk geweld zoals opsluiten, duwen of zelfs slaan. Uitschelden en grof taalgebruik zijn pesterijen waar een collega letterlijk ziek van kan worden. Ik schrijf dit, omdat ik ‘Oh, juffrouw Ooievaar, wat staan uw benen raar’ nu in een onschuldig perspectief zie. Het is jaren later bijna grappig, zeker als je merkt hoe afschuwelijk pesten op de werkvloer wel niet kan zijn. Zullen we onze collega’s voor pesterijen behoeden?

‘Pesten op het werk komt in Nederland het meest voor in de industriële sector.’

Ellen den Broeder-Ooijevaar Verenigings Manager

colofon MaintNL is het verenigingsmagazine van de Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud. De naam MaintNL is eigendom van de NVDO. Eindredactie: Ellen den Broeder-Ooijevaar 66 MaintNL

Postbus 138 • www.nvdo.nl 3990 DC Houten • www.nvdovac.nl t +31(0)30 634 60 40 e info@nvdo.nl

8 - 2016

IMA08 MC verenigingsmanager.indd 66

21-09-16 10:42


Naamloos-1 67

21-09-16 11:20 21-09-16 21-09-16 10:53 10:53


iMaintain Nr. 08 - 2016

Na het wereldwijde succes van VDM:

Tijd voor vernieuwing Wat is de toekomst van onze verouderende industrie, als deze niet vervangen kan worden, maar wel moet concurreren met jonge fabrieken uit opkomende landen? Het antwoord is Value Driven Maintenance & Asset Management, kortweg VDM XL. Wilt u weten wat VDM XL voor u kan betekenen? Bestel het nieuwe boek van Mark Haarman en Guy Delahay.

www.mainnovation.com

adv XL NVDO 185x267.indd 1

Naamloos-1 68 IMA08 A omslag.indd 30

09-09-15 08:36

21-09-16 11:20


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.