Nr. 01 – 2013
www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 20,00
Managementblad voor de olie- en chemische industrie Nr. 01 – 2013
INSIDE
‘We moeten leiderschap tonen’ • Eni-raffinaderij schakelt over op bio • BP bespaart energie met moderne luchtvoorverwarmers • Thema: Engineering & innovatie
001_A_cover.indd 1
15-01-13 15:32
Het lukt me nooit om alle I/O wijzigingen door te voeren zo vlak voor de start-up datum. Maar we kunnen niet opstarten zolang de I/O wijzigingen niet zijn doorgevoerd.
DAT KUNT U WEL Flexibiliteit waar en wanneer u het nodig hebt- Electronic Marshalling maakt dit mogelijk. Strakke projectschema’s en veranderingen van specificaties zijn eerder regel dan uitzondering. Emerson maakt dit gemakkelijk door alle herbedrading te elimineren. Alleen met DeltaV Electronic Marshalling kunt u de veldbekabeling aansluiten, waar en wanneer u wilt, ongeacht het signaaltype of besturingsstrategie. Met deze flexibiliteit kunt u I/O’s vandaag, morgen of pas over tien jaar toevoegen. Bekijk hoe DeltaV Electronic Marshalling dit gemakkelijk maakt, scan de QR-code hieronder of ga naar de website: www.IOonDemandCalculator.com
Het Emerson logo is een merknaam en een service merknaam van Emerson Electric Co. ©2013 Emerson Electric Co.
115603 ins23_DeltaV-YCDT_Pet.indd 1 002_emerson.indd 1
14/01/2013 10:42 15-01-13 12:32
In deze editie 10 ‘We moeten leiderschap tonen’
28 thema: engineering & innovatie
De afgelopen jaren is de chemische sector veel veranderd. ‘We zijn als sector getransformeerd van Calimero tot Hero’, stelt Wouter De Geest. Dit leiderschap moet volgens de gedele geerd bestuurder van BASF worden getoond, zowel binnen ondernemingen als daarbuiten. Dit is nodig wil de sector ant woorden bieden op de grotere problemen die er zijn: wereld bevolking, vergrijzing, verarming, voedsel, water, mobiliteit en energie. Op die manier wordt de chemische industrie een enabler voor innovatie voor veel industrieën.
Chemical leasing is een model dat tot meer duurzame proces sen leidt doordat leverancier en klant samen de productie bij de klant optimaliseren met als resultaat zo min mogelijk gebruik van chemicaliën. Royal HaskoningDHV werkt het lease model uit voor drie concrete casussen. De technologie is daar bij geen probleem. Dat geldt ook voor de afvang en opslag van CO2, wat vooral een economische en maatschappelijke kwestie is. Diverse bedrijven hebben inmiddels een technologie ont wikkeld voor het afvangen van CO2. Zo werkt Fluor al sinds 2003 samen met acht grote olie en gasmaatschappijen om verschillende CO2afvangtechnologieën te onderzoeken.
16 eni-raffinaderij schakelt over op bio Het zijn moeilijke tijden voor de raffinagesector in Europa en er moeten maatregelen worden genomen om de problemen het hoofd te bieden. Italië is het land met de grootste raffinage capaciteit van Europa. De belangrijkste speler, Eni, heeft een aantal investeringen aangekondigd om zijn niet rendabele raf finaderijen een nieuwe toekomst te geven. Zo wordt de raffina derij bij Venetië omgebouwd tot bioraffinaderij.
22 bp bespaart zeer effectief energie Om energie te besparen heeft BP Raffinaderij Rotterdam de luchtvoorverwarmers in enkele procesfornuizen vervangen. Het was een omvangrijke maar zeer effectieve operatie. Hoewel het rendement van de voorverwarmers maar met enkele procenten toenam, bespaart BP wel zes miljoen kubieke meter gas per jaar. De terugverdientijd is daardoor slechts drie jaar.
.
inside en verder commentaar 05 feiten en cijfers • Nieuwe biomassaraffinaderij in Delfzijl • Uitbreiding C4productie bij Evonik 07 feiten en cijfers buitenland • Commerciële productie bio barnsteenzuur • Groen licht TDI-fabriek Bayer 09 binnenstebuiten 21 onbevangen • katrien bogaerts 25 petrospect 27 technologie 39 agenda 43 column • Van Doorslaer 44 olie & gas 45
PETROCHEM 01 – 2013
003_B_Inhoud.indd 3
3
15-01-13 15:01
A New Standard in Pressure Measurement
Managementblad voor de olie- en chemische industrie NuMMer 01 - 2013 uitgave vaN: Industrielinqs pers en platform BV, Veembroederhof 7, 1019 HD Amsterdam, Postbus 12936, 1100 AX Amsterdam e-mail: redactie@petrochem.nl, website: www.petrochem.nl Hoofdredactie: Wim Raaijen 020 312 2081 eiNdredactie: Evi Husson 020 312 2796, Liesbeth Schipper 020 312 2083 redactie: David van Baarle 020 312 2082, Elise Quaden 020 312 2084, Ellen van den Burg 020 312 2083
vaste Medewerkers: Chris Aldewereld, Katrien Bogaerts, Jan van Doorslaer, Niko van Gent, Jacqueline van Gool, Bert van Hoogenhuyze, Joanna Hughes, Henk Leegwater, Willem Meyboom, Teus Molenaar, Gerard van Nifterik, Erik te Roller, Francis Voermans, Eric de Vries, Cyril Widdershoven Lay-out: Gabriele Köbbemann oMsLagfoto: BASF adverteNtieverkoop: Jetvertising BV, t: 070 399 0000 - f: 070 390 2488 Rob Koppenol rob@jetvertising.nl traffic: Breg Schoen 020 312 2088 drukkerij: DeltaHage, Den Haag aboNNeMeNteN Zie: www.bladenbox.nl opZeggeN: Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op. abonnementenland: Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel: 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63 (€ 0,10 per minuut) Fax: 0251-31 04 05 Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementenland is ook bereikbaar via Twitter. Stuur uw tweet naar: @Aboland_klanten.
High Performance
• Unmatched precision and real world accuracy • Unconditional long term stability with lowest Total Cost of Ownership (TCO) • Multi-sensing functionality
Safety
• Inherently fail-safe sensor with no undiscovered failure modes. • Certified to IEC61508 as standard for single use SIL2 and dual use SIL3
Robustness
• Rugged, yet compact construction • Multiple material options for harsh industrial environments • In-built overpressure mechanism for increased reliability
Prijswijzigingen voorbehouden.
© Industrielinqs pers en platform Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever.
www.dpharp.com
ISSN: 1380-6386
EJA-E-267x90.indd 1 004_colofon_yokogava.indd 4
22/10/12 11:06 15-01-13 15:34
‘Wat eerst alleen een papieren magazine was, is nu een geïntegreerd communicatienetwerk geworden’
Tijden veranderen ‘I have to change to stay the same.’ Een uitspraak van de Rotterdamse kunstschilder Willem de Kooning (1904 -1997) die meer opgaat dan ooit, even de filosofische kwestie daargelaten of we dezelfde willen blijven. Alles om ons heen verandert in ras tempo en er lijkt een versnelling in te zitten die zijn weerga niet kent. Volgens Jan Rotmans bevinden we ons niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperk. Willen we mee in die ingrijpende verandering, willen we “dicht bij onszelf blijven”, dan zullen we wel moeten veranderen. Alleen al omdat de omstandigheden dat van ons eisen. Dat geldt zeker voor de chemische industrie. Om een rol van betekenis te blijven spelen, zal ze een duurzame toekomst mee vorm moeten geven. Een mooie naar buiten gerichte motivatie. Echter ook naar binnen, op het gebied van veiligheid en milieu, zal de industrie zichzelf steeds moeten verbeteren om proactief te anticiperen op de strengere eisen die de samenleving aan haar stelt. Een belangrijke rol bij de veranderende omstandigheden speelt de manier waarop we met elkaar communiceren. Vooral de opkomst van social media en mobiele communicatie is bepalend. De massa en soms zelfs enkele individuen zijn met internet inmiddels in staat gebleken het gezag van dictaturen te ondermijnen, democratische processen te beïnvloeden en zeker ook bedrijven tot andere, hopelijk duurzamere, keuzes te dwingen. Als moderne uitgeverij zal ook Industrielinqs moeten veranderen om haar rol te blijven spelen. Met plezier overigens. Al jaren organiseren we bijeenkomsten, internet wordt steeds belangrijker en video is al een onderdeel van onze kerncompetenties. Eerder al maakten we de keuze voor de kwaliteit van inhoud en netwerk als vertrekpunt van onze activiteiten. Een stevige basis. De huidige ontwikkelingen in communicatietechnologie stellen ons nu in staat onze media geïntegreerd in te zetten ter versterking van de inhoud en het netwerk. Bijvoorbeeld: op termijn kunt u, door een foto of andere illustratie in een van
onze bladen te scannen, direct een video starten op uw tablet of smartphone. Maar ook andersom: in de video kunt u door op een knop te drukken een pdf downloaden van bijvoorbeeld een artikel uit een van de bladen of een verslag van een spreker tijdens een van onze congressen. Sterker nog, met nieuwe technologie die Industrielinqs heeft laten ontwikkelen, is het nu allemaal al mogelijk. Het zal echter wat tijd kosten om het ook integraal en degelijk toe te passen. Belangrijk gevolg is dat Petrochem steeds meer een platform wordt. Wat eerst alleen een papieren magazine was, is nu een geïntegreerd communicatienetwerk geworden met een nieuwssite, een jaarcongres, bijeenkomsten, een videoplatform en nog steeds dat mooie gezaghebbende blad. Met al deze ontwikkelingen zullen ook de business modellen veranderen. Advertenties en abonnementen blijven belangrijk, maar steeds meer zullen ook partners belangrijk worden. Partners zijn bedrijven en organisaties die het belangrijk vinden dat we een afgewogen en opbouwend kritisch beeld schetsen van de ontwikkelingen in de industrie en dat ook tegen de duurzame meetlat leggen. Partners die ook belangrijke informatie willen delen om zodoende een bijdrage te leveren aan een veiligere industrie en een duurzamere toekomst. Die op deze manier de veranderingen voeden, die nodig zijn om de uitdagingen in de samenleving aan te gaan. Geïnteresseerd? Op 14 februari leggen we tijdens Meet the Editor bij ons aan het IJ graag uit hoe we het nieuwe videoplatform en partnermodellen gaan inzetten (zie pagina 14). Om de industrie in tijden van verandering nog beter van informatie te voorzien en een belangrijke bestuivende rol te blijven spelen. Een analyse van megatrends en concrete innovatieve concepten. Tijden veranderen. Leuk toch!
wim@industrielinqs.nl #reporter_wimraaijen
PETROCHEM 01 – 2013
005_C_commentaar.indd 5
5
15-01-13 15:30
... vooruitstrevend in SHDSL Ethernet extenders Doorvoersnelheden tot 15,3 Mbit/s over “single” twisted-pair kabel of 30,4 Mbit/s over twee paar (bonded) twisted-pair tot afstanden van 15 km. De geïntegreerde 2-poorts 10/100 Mb L2 Ethernet switch ondersteunt VLAN en QoS. De Ethernet extender beschikt over een RS-232 interface alsmede een USB aansluiting voor oa. systeemonderhoud. Het hoge werktemperatuurgebied (-40°C tot +70°C) alsmede de robuuste behuizing maken de Ethernet extender zeer geschikt voor toepassing in extreem zware omgevingen. Maak gebruik van bestaande bekabeling en vergroot het netwerk tot ver boven Ethernet limieten.
... committed to perfection. Er is zoveel meer over te vertellen ... Meer weten ? Bel 0318-636262 of bezoek www.modelec.nl
DDW-142
www.modelec.nl Tel. 0318-636262 sales@modelec.nl
adv_WmoA4_DDW.indd 1 006_modelec.indd 1
11-01-13 13:57 15-01-13 13:22
FOTO: EVONIK
FEITEN & CIJFERS
Uitbreiding C4-prodUCtie bij evonik Evonik Industries investeert in de uitbreiding van haar C4-productie-installaties. In het chemiepark Marl stijgt de capaciteit voor 1-buteen met 75.000 ton. In Antwerpen wordt de productie van butadieen met 100.000 ton uitgebreid. Zowel in Marl als in Antwerpen wordt de capaciteit van MTBE met in totaal 150.000 ton opgetrokken. De investering beslaat een driecijferig miljoenenbedrag. De inbedrijfstelling van deze uitbreidingen is voorzien voor 2015. De Evonik-vestigingen in Marl en Antwerpen hebben al C4-productie-installaties staan. Voor het aansturen van de nieuwe installaties worden ongeveer veertig nieuwe banen gecreëerd. 1-buteen wordt vooral als co-monomeer in de productie van hoogwaardige kunststoffen als polyetheen ingezet. Het maakt bijvoorbeeld verpakkingsfolie meer scheurvast. Butadieen wordt voor de vervaardiging van synthetisch rubber gebruikt. Eén van de grootste afnemers is de bandenindustrie. De brandstofcomponent MTBE verhoogt het octaangehalte in brandstoffen en leidt tot een betere verbranding.
De goederenoverslag in de haven van rotterdam is in 2012 met 1,7 procent toegenomen. De overslag van ruwe olie nam toe met zes procent en zat daarmee weer op “normaal” niveau. Enerzijds waren er minder omvangrijke onderhoudstops in de raffinaderijen dan vorig jaar en anderzijds viel elders in Europa productiecapaciteit weg, waardoor de productie in Rotterdam werd opgeschroefd. De overslag van minerale olieproducten nam net als in voorgaande jaren toe, nu met twaalf procent. Voor volgend jaar verwacht het Havenbedrijf Rotterdam een groei van ongeveer twee procent. Advies- en ingenieursbureau witteveen + bos gaat in opdracht van het ministerie van Economische Zaken het onafhankelijk onderzoek uitvoeren naar de mogelijke risico’s en gevolgen van schaliegaswinning. Het bedrijf heeft de Europese aanbesteding gewonnen en krijgt de opdracht gegund. Over de prijs doen het ministerie en het bedrijf geen mededelingen.
Het samenwerkingsverband Woodspirit heeft 199 miljoen euro Europese subsidie ontvangen voor de bouw van een biomassa-raffinaderij in Delfzijl. De totale investering wordt geschat op circa vijfhonderd miljoen euro. Woodspirit bestaat uit BioMCN, Siemens w Nederland, Linde en Visser & Smit Hanab. .p e tro c De fabriek gaat bio-methanol produceren uit restmateriaal uit de bosbouw en de houtverwerkende industrie. De geproduceerde bio-methanol is daarmee een zogeheten tweede-generatie biobrandstof, wat betekent dat het geproduceerd wordt uit gewasresten en er geen gewassen worden geteeld voor de energieproductie. De biomassa wordt eerst voorbewerkt door middel van torrefactie, waarbij het op hoge temperatuur wordt geroosterd tot biocoal. Deze biocoal heeft dezelfde eigenschappen als steenkool. De biocoal wordt door vergassing omgezet in ruw bio-synthesegas waarvan vervolgens bio-methanol wordt gemaakt. Dit kan worden gebruikt als bijmengbrandstof bij benzine, of als grondstof in de chemische industrie voor onder andere lijmen en verven.
Het kyoto protocol wordt met een tweede verplichtingenperiode verlengd tot 2020. Wel doen minder landen dan voorheen mee, naast de Verenigde Staten bijvoorbeeld Canada, Japan en Nieuw-Zeeland niet. De reducties in deze tweede verplichtingenperiode zijn achttien procent ten opzichte van 1990, terwijl dit eerst 5,2 procent was. Door de opkomst van nieuwe economieën, zoals China en Brazilië, zorgt de oude groep van Kyoto-landen nog maar voor veertien procent van de mondiale uitstoot. Voor een nieuwe plan is daarom een werkprogramma afgesproken tijdens de klimaattop.
eén eU-oCtrooi bespaart ondernemers tijd en geld Er komt één EU-Octrooi waarmee ondernemers makkelijker en goedkoper hun ideeën in 25 van de 27 lidstaten van de EU kunnen beschermen. De kosten van die bescherming dalen daarmee met negentig procent. Een octrooi aanvragen in de EU kost nu nog tenminste twintigduizend euro. Dit komt deels omdat octrooien in veel verschillende talen moeten worden opgesteld. Straks hoeft dat alleen nog maar in het Engels, Frans en Duits. De kosten zijn nu ook nog hoog omdat het octrooi per lidstaat wordt aangevraagd en de wettelijke regels per lidstaat verschillen. Straks kunnen rechters oordelen over één octrooiwet die voor alle lidstaten gaat gelden. Ook komt er één centraal octrooigerecht dat uitspraken kan doen bij geschillen tussen bedrijven.
Bij borealis in Beringen stelden sensoren begin december een lek vast in een leiding met polypropeen. Er werd alarm geslagen waarna het personeel kon worden geëvacueerd. Een veiligheidszone van vier kilometer werd ingesteld maar kon al snel weer worden opgeheven. Bij het incident is volgens het bedrijf niemand gewond geraakt.
st gelez ee
he
op ww
m .nl
en
m
nieUwe biomassa-raffinaderij in delfzijl
blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl
007_8_D_feiten-cijfers.indd 7
PETROCHEM 01 – 2013
7
15-01-13 14:19
FEITEN & CIJFERS
Met 23 nieuwe bedrijven en 115 medewerkers is het pivot park in Oss begin december officieel van start gegaan. De basis van het Pivot Park zijn gebouwen en onderzoeksfaciliteiten die voorheen door MSD Organon werden gebruikt. In 2010 schrapte dit farmaceutische bedrijf 1.500 banen in Oss, waarvan vijfhonderd in onderzoek en ontwikkeling. Het Pivot Park is opgezet om ondernemers en onderzoekers die hun baan verloren de kans te geven een doorstart te maken.
BEDRIJVENNIEUWS Voormalig topman jeroen van der veer vertrekt volgend jaar bij Shell. Van der Veer is sinds 2009 commissaris bij Shell. Die functie legt hij op eigen initiatief in mei neer. gerrit zalm zal als commissaris toetreden tot het bestuur van het bedrijf. De topman van ABN Amro en voormalig minister van Financiën is per 1 januari 2013 benoemd. De ministerraad heeft prof.dr.ir. margot weijnen benoemd tot lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Weijnen is hoogleraar process & energy systems engineering aan de faculteit Techniek, Bestuur en Management van de TU Delft. Daarnaast is zij onder andere lid van de raad van commissarissen van AkzoNobel Nederland, vicevoorzitter van het bestuur van de Technologiestiching STW en lid van de TenneT innovation advisory board.
besparen op prodUCtie- en materiaalkosten Er komen steeds meer producten en ze gaan steeds korter mee. In de afgelopen vijftien jaar is de verscheidenheid aan producten verdubbeld en de levenscyclus met een kwart afgenomen. Dit leidt tot onnodig hoge productie- en distributiekosten, blijkt uit een studie van Roland Berger Strategy Consultants. ‘Bedrijven maken de fout bij de ontwikkeling van nieuwe producten álle onderdelen uniek te willen maken’, stelt Alexander Belderok, partner bij Roland Berger in Nederland. ‘Standaardiseer processen en maak vaker gebruik van dezelfde basisonderdelen.’ Zo heeft Volkswagen een standaard onderstel ontwikkeld dat onder meer dan veertig nieuwe modellen komt, van de kleine VW Polo tot de grote gezinsauto Passat. Daarmee worden aanzienlijke besparingen behaald. Technische, chemische en farmaceutische bedrijven kunnen hier een voorbeeld aan nemen. eerste batCh btX Uit hoUt is een feit BioBTX ontwikkelt samen met de Rijksuniversiteit Groningen en Syncom een proces om benzeen, tolueen en xyleen uit hernieuwbare grondstoffen te produceren. In december is het voor het eerst gelukt een batch BTX uit hout te maken. De batch is geanalyseerd en blijkt ook onmiskenbaar BTX te zijn, aldus Niels Schenk van BioBTX Lees voor meer informatie het artikel in Petrochem 5 - 2012. handleiding voor analyse levensloop prodUCten Agentschap NL heeft een handleiding gemaakt die helpt bij de eerste stappen voor het opstellen van een LCA (life cycle analysis). Het gebruik van een LCA kan een aanzienlijke milieuwinst opleveren, zowel binnen als buiten de chemische sector. De handleiding is een stappenplan waarmee bedrijven de levenscyclus van een product van begin tot eind in kaart kunnen brengen: vanaf het opwekken en gebruik van grondstoffen tot aan de productie, de route naar de gebruiker en indien mogelijk ook recycling. Toeleveranciers en afnemers spelen bij het maken van een LCA dus een belangrijke rol. De hele keten wordt inzichtelijk en ondernemingen krijgen een helder beeld van waar en op welke manier de meeste milieuwinst is te halen. prodUCtie van groene ChemiCaliën in kaart Chemisch gezien kunnen vrijwel alle bouwstenen voor plastics uit hernieuwbare grondstoffen worden gemaakt maar is niet elke route commercieel haalbaar. Processen zijn (nog) niet efficiënt genoeg, producten hebben een te lage zuiverheid of grondstoffen zijn te duur. De publicatie Groene bouwstenen voor biobased plastics, geschreven door onderzoekers van Wageningen UR Food & Biobased Research, geeft inzicht in welke chemicaliën er gemaakt worden. Het laat ook zien aan welke productieroutes door gevestigde industriële en start-up bedrijven wordt gewerkt, en hoe dichtbij of veraf deze processen momenteel ten opzichte van de markt staan. De uitgave is op www.groenegrondstoffen.nl digitaal als pdf te downloaden.
BRENT RUWE OLIEKOERS 120
115
PRIJS PER VAT IN US DOLLARS
organik kimya heeft haar controlekamer en enkele andere verblijfsruimten naar een andere locatie verplaatst en de oorspronkelijke ruimten afgesloten om te voldoen aan de eisen van de inspectie szw. Bij een brand of vrijkomen van gevaarlijke stoffen konden schadelijke dampen via het trappenhuis naar de controlekamer komen. Dit trappenhuis was tegelijkertijd de enige vluchtmogelijkheid vanuit de controlekamer en andere verblijfruimten in dat deel van het gebouw.
110
105
100
26 27 29 30 3
4
5
6
NOVEMBER DECEMBER
8
7
10 11 12 13 14 17 18 19 20 21 24 26 27 28 31 2
3
4
7
JANUARI
PETROCHEM 01 – 2013
007_8_D_feiten-cijfers.indd 8
15-01-13 14:19
FEITEN BUITENLAND
FOTO: REvERDIA
AkzoNobel verkoopt decorative paints noord-amerika aan ppG industries, ter waarde van 1,05 miljard dollar. De onderneming heeft besloten het bedrijfsonderdeel te verkopen nadat het in vier jaar tijd significant is verbeterd. AkzoNobel heeft de strategische keuze gemaakt de Decorative Paints activiteiten te concentreren op haar belangrijke markten in Europa en sterke posities in regio’s met hoge groei.
EErstE commErciëlE productiE biobarnstEEnzuur
st gelez ee
m .nl
op ww
he
m
en
Reverdia, een joint venture van DSM en Roquette Frères, is begonnen met de productie van biobarnsteenzuur in Cassano Spinola (Italië). De nieuwe fabriek heeft een capaciteit van tienduizend ton per jaar en maakt voor de omzetting van hernieuwbare grondstoffen gebruik van gisten onder zure omstandigheden. w .p e tro c Het is de eerste commerciële fabriek voor biobarnsteenzuur die in productie is genomen. Drie andere fabrieken zijn in aanbouw. Succinity, een joint venture van BASF en Purac/CSM, hoopt in 2013 een fabriek operationeel te hebben. Het bedrijf wil een bestaande fermentatiefaciliteit op het terrein van Purac in Barcelona (Spanje) ombouwen tot een productiefaciliteit voor biobarnsteenzuur. Daarnaast bouwen BioAmber en Myriant aan biobarnsteenzuurfabrieken in respectievelijk Sarnia (Canada) en Lousiana (VS). Lees voor meer informatie het artikel in Petrochem 12 - 2012.
solvay heeft de overname afgerond van een belang in sunshield chemicals, een Indiase producent van oppervlakte-actieve stoffen. Dankzij deze overname kan de Novecare Global Business Unit in India haar productengamma sneller ontwikkelen. Dit gamma is bestemd voor persoonlijke verzorging en huiselijk gebruik, voor landbouwchemicaliën, coatings en de industriële markt. shell koopt voor tachtig miljoen euro honderd Poolse onbemande pompstations van het Finse neste oil. Neste doet de benzinestations van de hand omdat het de onderneming niet was gelukt om in de top drie van de Poolse benzinemarkt te komen.
GroEn licht voor tdi-fabriEk bayEr
Bayer MaterialScience heeft definitief groen licht gekregen voor de bouw en het opereren van een high-tech TDI-fabriek op Chempark Dormagen (Duitsland). Tolueendiisocyanaat (TDI) is een precursor voor flexibele polyurethaanschuimen. De fabriek krijgt een capaciteit van 300.000 ton per jaar. De kosten worden geschat op 150 miljoen euro. De fabriek maakt gebruik van nieuwe technologie waardoor veiliger en milieubewuster kan worden geproduceerd. Vergeleken met een conventionele fabriek met dezelfde capaciteit zal de nieuwe fabriek tot zestig procent minder energie verbruiken en tachtig procent minder oplosmiddel nodig hebben. Bayer verwacht de fabriek halverwege 2014 in gebruik te kunnen nemen. productiE natriumcarbonaat solvay op dE schop
Solvay gaat haar productiecapaciteit voor natriumcarbonaat aanpassen aan de verwachte marktvraag in verschillende regio’s. De vraag naar natriumcarbonaten in NoordAmerika, Oost-Europa en het Midden-Oosten blijft voldoen, terwijl West- en ZuidEuropa het moeilijk hebben door een aanhoudende zwakke vraag en overcapaciteit. Solvay produceert natriumcarbonaat in negen fabrieken in acht landen: Bulgarije, Duitsland, Egypte, Frankrijk, Italië, Portugal, Spanje en de Verenigde Staten. De productiecapaciteit in Noord-Amerika (Green River, Wyoming) gaat met zo’n twaalf procent omhoog. Dit zal slechts beperkte investeringen vereisen. In Europa zet Solvay in op operationele uitmuntendheid, energiezuinigheid en efficiënt onderhoud. De Groep zal zich richten op zijn fabrieken van wereldformaat en specifiek op natriumbicarbonaat. In Zuid-Europa en het Middellandse Zeegebied pakt Solvay de structurele overcapaciteit aan. Het concern bestudeert oplossingen om de productie aan te passen aan de verwachte marktvraag en zal midden 2013 een aangepast actieplan uitvoeren. blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl
009_E_FCbuitenland.indd 9
solvay investeert vijf miljoen euro in het startkapitaalfonds Green seed fund, opgericht door Sofinnova Partners. Dit fonds financiert Europese innoverende KMO’s in de industriële biotechnologie. Solvay zal ook zijn netwerk van experts in technologie en markten ter beschikking stellen van het fonds en van geselecteerde projecten. Het fonds heeft naast Solvay ook Siclaé, Sofiproteol, Unigrains en CDC Entreprises als partners. Leden van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden, die zich hebben verenigd in een coalitie voor milieu en duurzame energie, hebben opgeroepen tot onderzoek naar de booractiviteiten van Shell in de Golf van alaska. Aanleiding is het losgeslagen boorschip Kulluk. Shell onderzoekt het incident zelf ook.
PETROCHEM 01 – 2013
9
15-01-13 14:25
INTERVIEW
‘We moeten leiderschap tonen’
De afgelopen jaren is de chemische sector veel veranderd. ‘We zijn als sector getransformeerd van Calimero tot Hero’, stelt Wouter De Geest. Dit leiderschap moet volgens de gedelegeerd bestuurder van BASF Antwerpen worden getoond, zowel binnen ondernemingen als daarbuiten. Dit is nodig wil de sector antwoorden bieden op de grotere problemen die er zijn: wereldbevolking, vergrijzing, verarming, voedsel, water, mobiliteit en energie. Op die manier wordt de chemische industrie een enabler voor innovatie voor veel industrieën.
10
Evi Husson/Wim Raaijen
PETROCHEM 01 – 2013
010_11_12_13_15_O_Interview.indd 10
15-01-13 14:24
FOTO’s: BAsF
‘Nieuwe ideeën moeten en zullen ontstaan, want Europa zal meer dan ooit nodig zijn om energie naar een hoger niveau te tillen.’ PETROCHEM 01 – 2013
010_11_12_13_15_O_Interview.indd 11
11
15-01-13 14:24
Wouter De Geest, gedelegeerd bestuurder van BASF Antwerpen gaf eind oktober de voorzittersfakkel van essenscia, de federatie van de chemische industrie en life sciences, door aan Frank Coenen, CEO van Tessenderlo Group. De Geest blikt trots terug op wat de chemie de afgelopen jaren in België heeft gerealiseerd: een goede dialoog met de overheid, de publicatie van het eerste en tweede duurzaamheidrapport, de oprichting van de High Level Group Chemie en Life Sciences en het als federatie winnen van de Responsible Care-prijs. De industrie is de afgelopen jaren ook op dat vlak totaal veranderd, stelt De Geest. ‘Vroeger werd de industrie gedreven door compliance. Men voerde zaken uit, uit noodzaak en soms ook wel met enige Calimero-tegenzin, omdat deze van bovenaf werden opgelegd. Geleidelijk aan heeft de sector deze situatie kunnen ombuigen naar het zien van opportunities of kansen. Tien of misschien slechts vijf jaar geleden nog spraken we over duurzame ontwikkeling vanuit een reglementair kader. Nu is duurzame ontwikkeling een driver geworden van het succes van de toekomst, een zinvolle evenwichtsoefening tussen sociale, economische en ecologische belangen. De chemische industrie is met andere woorden veel proactiever geworden en getransformeerd van Calimero tot Hero.’ Ook de Belgische federatie van chemie & life sciences heeft hierin stappen gemaakt. ‘Essenscia was in België de eerste sectorgeneratie die het heeft aangedurfd een sustainability report op te stellen. Hierin tonen we waartoe we in staat zijn, wat we niet kunnen maar vooral ook hoe we kunnen groeien. Eerlijkheid en transparantie, die leiden tot continue verbetering.’
‘Als iets geld kost, moet je je afvragen wat draagbaar is. In die draagbaarheid ligt de snelheid van de verandering.’ 12
Leiderschap Het sustainability report heeft veel teweeggebracht. Niet alleen ontving essenscia als eerste federatie de Responsible Care-prijs van Cefic. Het rapport bracht ook verschillende partijen bij elkaar: NGO’s, stakeholders, vakbonden, overheden en ondernemers in zowel Vlaanderen als Wallonië. ‘Het heeft geen zin zo’n rapport alleen te beschouwen als een soort marketing-tool of gimmick om het imago wat op te poetsen. Dan moet je er niet aan beginnen’, stelt De Geest. ‘Je moet juist je zwakke punten durven laten zien, erkennen en van daaruit weer omhoogklimmen. Mede dankzij het rap-
PETROCHEM 01 – 2013
010_11_12_13_15_O_Interview.indd 12
15-01-13 14:24
port is de chemische industrie afgedaald naar de kern van de zaak wat betreft duurzaamheid: continue verbetering. Duurzaamheid is geen statisch maar een dynamisch concept. Het is een hoopvolle boodschap naar een betere toekomst.’ De chemische industrie is geleidelijk aan een andere rol toebedeeld; van Calimero tot Hero. Dit betekent tegelijkertijd dat er als Hero ook iets van je wordt verlangd. ‘De industrie krijgt geleidelijk de rol van maatschappelijke leider. Ze kan met haar kennis, technologieën, bijdragen en inzichten aangeven waar we heen moeten. We moeten daarom leiderschap tonen, niet alleen in ondernemingen maar ook daarbuiten, om antwoorden te bieden op de grotere problemen die er zijn: wereldbevolking, vergrijzing, verarming, voedsel, water, mobiliteit en niet in het minst energie.’ Antwoorden bieden op wereldwijde megatrends betekent dat er over de landsgrenzen heen moet worden gekeken. Een aantal jaren geleden is daarom het Chemvision-forum opgericht; een overlegplatform van locatiemanagers in de Nederlandse en Vlaamse industrie. Doel van het forum is de chemieclusters van de Delta dichter bij elkaar te brengen. De Geest volgt Gerard van Harten van DOW op als trekker van het Chemvision-forum en wil de komende tijd het forum nieuw leven in blazen om de megatrends als ondernemingen het hoofd te kunnen bieden. ‘De aanpak van het Chemvision-forum is er een van stappen van geleidelijkheid waarbij effectieve resultaten worden geboekt. We pakken dossiers aan waar gemeenschappelijke interesses zijn en wat belangrijk is voor de competitiviteit van heel deze regio. Stilaan willen we de stappen zetten om als ondernemers ook beïnvloeders te worden. Niet in plaats van de sectoren of in plaats van de VNCI of essenscia. Wij willen aan die organisaties zelf ook input geven.’ Energie Een van de dossiers die het forum nu aanpakt, is het thema energie. ‘Er wordt onderzocht wat er in deze regio met veel energie-intensieve bedrijven nodig is om als Europa de ambitie naar duurzame energie waar te kunnen maken. Het is een complex vraagstuk waarbij een goede samenwerking cruciaal is om te kunnen slagen.’ Menige discussies zijn hierover al gevoerd. Regionaal, landelijk, en in Europa. Onlangs ook nog rond E.on
en GDF Suez die hebben aangegeven meer geld nodig te hebben om CO2 af te vangen bij de nieuwe kolencentrale op de Maasvlakte bij Rotterdam en op te slaan in uitgeproduceerde gasvelden. En wat te denken van de discussie rond de uitspraak van Maria van der Hoeven, hoofd van het Internationaal Energie Agentschap (IEA), dat binnen tien jaar kolen de meest gebruikte brandstof in de wereld zullen zijn, en niet langer olie. Of de kwestie rond CO2-prijzen of CO2emissie in het algemeen. ‘De chemische industrie zoekt in de energiekwestie geen vijanden, laat dat duidelijk zijn’, zegt De Geest. ‘De sector wil delen op basis van verstandige inzichten. Dat hogere CO2-prijzen bijvoorbeeld het energievraagstuk oplossen, is zeer short term gedacht. Sommigen denken misschien zo, maar vanuit de industrie begrijpen we dit niet. We moeten met elkaar praten op basis van inzichten.’ Dat kolencentrales bijvoorbeeld nog zo belangrijk zijn, is volgens De Geest een enigszins gedwongen keuze. ‘Amerikanen zijn erin gelukt zonder het Kyotoprotocol een hele geschiedenis af te voeren naar Europa. Kleine ondernemingen zijn er in Amerika in geslaagd schaliegas, door horizontale fracking, tegen een aanvaardbare kost naar boven te halen. De vraag die nu wordt gesteld, is wat Amerika hiermee zal doen.’ Zal de VS schaliegas onder de oude wetgeving “natural resources” scharen en het gas nooit exporteren? Export lijkt vooralsnog niet aan de orde aangezien er nog geen
infrastructuur wordt gebouwd om het gas te exporteren. Dit zou betekenen dat de energieprijs in de Verenigde Staten laag zal zijn. Europa moet hierop anticiperen. Hoe? ‘Door het schaliegas dat in Europa aanwezig is zonder aversie met in acht neming van het risicoprincipe te exploiteren. Hebben we veilig exploiteerbaar schaliegas in Europa, dan is er tegenwicht’, gaat De Geest verder. Met wellicht een iets hogere kostprijs door de hogere urbanisatiegraad en duurdere exploitatiekosten. ‘De Amerikanen maken gebruik van schaliegas en duwen de kolen weg, richting Europa, waardoor de prijs van kolen daalt. Het gevolg hiervan is dat kolencentrales de goedkoopste centrales worden. De CO2-uitstoot hebben de Amerikanen door het schaliegas dan ook verminderd, zonder Kyoto. Het zou mooi zijn als ook daar energie-efficiente maatregelen meer op de voorgrond zouden treden.’ Evenwicht In Europa staat het energiethema hoog op de politieke agenda. Tegelijkertijd denkt Europa nog te weinig Europees rond energie, vindt De Geest. ‘Iedere lidstaat worstelt met energie. Duitsland met de Energiewende, België wil inzetten op offshore windenergie, maar ook Nederland, Engeland en Frankrijk hebben offshore interessante windrijke gebieden. Op dit moment lijkt het echter alsof energiebeleid een binnenlandse zaak is, dat aan de landsgrenzen stopt. Er zou veel meer met elkaar moeten worden
PETROCHEM 01 – 2013
010_11_12_13_15_O_Interview.indd 13
13
15-01-13 14:24
Donderdag 14 februari • Industrielinqs pers en platform
BUSINESS LINQS BIJEENKOMST ‘I have to change to stay the same’ Meet the Editor
‘I have to change to stay the same.’ Een uitspraak van de Rotterdamse kunstschilder Willem de Kooning die meer opgaat dan ooit. Dat geldt zeker voor de chemische industrie en de energiesector. Om een rol van betekenis te blijven spelen, zullen ze een duurzame toekomst mee vorm moeten geven. Op het gebied van veiligheid en milieu zal de industrie zichzelf steeds moeten verbeteren. Belangrijk bij deze veranderingen is communicatie. Vooral de opkomst van social media, tablets en smartphones speelt daarbij een grote rol. Als moderne uitgeverij zal ook Industrielinqs moeten veranderen. Petrochem wordt bijvoorbeeld steeds meer een platform. Wat eerst alleen een papieren magazine was, is nu een geïntegreerd communicatienetwerk geworden met een nieuwssite, een jaarcongres, bijeenkomsten, een videoplatform en nog steeds het blad. Met al deze ontwikkelingen worden ook partners belangrijker. Partners die informatie willen delen om zodoende een bijdrage te leveren aan een veiligere industrie en een duurzamere toekomst. Tijdens Meet the Editor vertellen we graag hoe we een nieuw videoplatform en partnermodellen gaan inzetten om de industrie nog beter van informatie te voorzien en een bestuivende rol te kunnen spelen.
/SCHRIJF
U NU IN
/
Programma 15.00 uur 16.00 uur 17.15 uur
Deltavisie sponsorvergadering Meet the Editor (en introductie Petrochem Platform) Borrel
Voor wie? Bent u binnen uw organisatie verantwoordelijk voor de communicatie? En deelt u graag wat er bij uw organisatie speelt? Of bent u geïnteresseerd in tips&tools over de communicatie over uw bedrijf? Tijdens ‘Meet the Editor’ presenteren wij een partnerconcept dat deze vraagstukken ondervangt.
Social media strategie communicatie industrie videoplatform
verandering content marketing ontwikkeling samenleving proactief verbeteren innovatie
Meer informatie: Kiki Nelson • kiki@industrielinqs.nl • 020-3122791 ORGANISATIE:
www.industrielinqs.nl/businesslinqs 01_A4.indd 63
16-01-13 11:00
‘We hebben voor het eerst eenzelfde visie en eenzelfde doel als de overheid.’ opgetrokken. Nieuwe ideeën moeten en zullen ontstaan, want Europa zal meer dan ooit nodig zijn om energie naar een hoger niveau te tillen.’ Een dergelijke energietransitie kost echter miljoenen euro’s. De kosten één op één doorberekenen aan de energieintensieve industrie zou desastreuze gevolgen hebben voor de industrie. ‘Wat er nodig is, is dat we in Europa weten dat de reconversie naar duurzame energie gepaard gaat met de maatschappelijke draagkracht van die transitie. De transitie naar duurzame energie, hetzij wind, zon, water, getijden et cetera, dat kost geld. En als iets geld kost, moet
je je afvragen wat draagbaar is. In die draagbaarheid ligt de snelheid van de verandering.’ Om het draagbaar te maken, moet een evenwicht worden gevonden tussen twee systemen. Het systeem van de industrie enerzijds en het ecosysteem van de huishoudens, de privaatpersonen anderzijds. Wat kan een privaatpersoon dragen aan de meerkost van de transformatie naar een duurzame toekomst? En wat kan een industrie dragen aan de meerkost van duurzame of hernieuwbare energie? ‘Wat ik op dit moment een beetje vrees, is dat men dit in Europa niet goed ziet en alleen maar denkt dat het meer geld
VAN INzICHT NAAR REVOluTIE Volgens Wouter De Geest is de chemische industrie gekenmerkt door voortschrijdend inzicht. Dit voortschrijdend inzicht van de industrie kan soms enorme stappen betekenen in klantenindustrieën. ‘BAsF is bijvoorbeeld bezig met batterijtechnologie. Om batterijen te ontwikkelen voor de volgende generatie van auto’s, zodat deze door een hogere actieradius een bepaalde autonomie en comfort kunnen bieden.’ Innovatie in batterijtechnologie kan een enorme doorbraak betekenen in de automobielindustrie. ‘De revolutie zal zich uiteindelijk in het consumentengedrag afspelen of in het eindproduct. De technologische doorbraak komt geleidelijk, maar vervolgens is er ineens een enorme stap. Maar wat onder water ligt, boven water krijgen, duurt enige tijd. Het is de tijd die de industrie ook moet nemen om zorgvuldig zaken uit te voeren. We moeten daarbij altijd kritisch blijven rond duurzaamheid en wat de economische, sociale en ecologische impact van innovaties zijn.’ Ook de overheid moet zorgvuldigheid aan de dag leggen. ‘Maar de overheid moet ook verandering en innovatie omarmen. Tegelijkertijd moeten we als industrie ook durven ondernemen en een beetje risico nemen. We moeten dit dus ook “mogen”.We hebben al jaren getoond dat we als sector verstandig met risico kunnen omgaan.’
kost, waardoor de enorme factuur die de transitie met zich meebrengt voor rekening is van de industrie. Afwentelen op de industrie of alleen op de gezinnen is verkeerd. Als je dat in een soort gebalanceerde oefening wil doen, zal dat het tempo bepalen waarop de transitie tot stand komt. Het tempo bepalen, betekent ook dat er continu naar de energiemix moet worden gekeken. Daarbij speelt de rol van de overheid en van Europa een belangrijke rol.’ Toekomst De Geest is echter positief gestemd in het vertrouwen dat nodig is van de overheid. ‘De chemische industrie is in het kader van de industriële politiek van Europa erkend als een enabler voor innovatie voor veel industrieën. Dat is de grondhouding. De grondhouding vertaalt zich in: “wij willen”. Hoe dan ook blijft het proces van “wij willen” en “wij moeten reglementeren” moeilijk. Het is onze opdracht om met de overheid altijd de juiste dialoog te zoeken en te vinden op basis van feiten. Niet op basis van ideologieën of emoties.’ Het is gelukt met de federaties – essenscia, de VNCI, de Duitse chemiefederatie of Cefic in het algemeen –de dialoog professioneel en objectief te voeren, stelt De Geest. ‘We hebben voor het eerst eenzelfde visie en eenzelfde doel als de overheid. De overheid heeft daarbij wel een eigen rol te vervullen, namelijk reglementering. Onze taak als industrie is om de overheid naar de juiste en slimme reglementering te brengen. Slimme reglementeringen die zorgen voor continue verbetering wat leidt tot een sustainable future.’W
PETROCHEM 01 – 2013
010_11_12_13_15_O_Interview.indd 15
15
15-01-13 14:24
PROJECT
Eni-raffinaderij schakelt over op bio Het zijn moeilijke tijden voor de raffinagesector in Europa en er moeten maatregelen worden genomen om de problemen het hoofd te bieden. Italië is het land met de grootste raffinagecapaciteit van Europa. De belangrijkste speler, Eni, heeft een aantal investeringen aangekondigd om zijn niet rendabele raffinaderijen een nieuwe toekomst te geven. Zo wordt de raffinaderij bij Venetië omgebouwd tot bioraffinaderij. Jacqueline van Gool
LINQS In twee jaar tijd is twintig procent van de raffinagecapaciteit in Europa in andere handen gekomen, zo blijkt uit een publicatie die Clingendael vorig jaar uitbracht. En volgens Europia (European Petroleum Industry Association) gingen tussen 2005 en 2011 veertien raffinaderijen in Europa dicht. Met name de grote oliemaatschappijen krimpen hun raffinageactiviteiten in Europa in. Zo heeft Shell zijn aantal raffinaderijen in Europa teruggebracht van elf naar drie. Maar kopers zijn moeilijk te vinden en de raffinaderijen die wel worden verkocht, leveren weinig op. ENI lijkt het anders aan te pakken; het ombouwen van de raffinaderij bij Venetië tot bioraffinaderij waar green diesel zal worden geproduceerd, is daarvan een goed voorbeeld.
16
Volgens de Unione Petrolifera, de Italiaanse organisatie voor olieverwerkende bedrijven, bedraagt de raffinagecapaciteit in Italië ruim honderd miljoen ton per jaar, verdeeld over veertien raffinaderijen. Dat maakt Italië het land met de grootste raffinagecapaciteit in Europa. In de sector werken meer dan 8.200 technici en de indirecte werkgelegenheid komt op zo’n elfduizend werknemers. Niet vreemd dus dat veel ogen gericht zijn op de sector, die het nu zo moeilijk heeft. Cijfers van Unione Petrolifera geven aan dat de verliezen voor de raffinageindustrie in 2011 op een miljard euro uitkwamen. Dit was met name te wijten aan lage marges, aldus de brancheorganisatie in haar jaarverslag. Verschillende raffinaderijen werden tijdelijk of gedeeltelijk stilgelegd of kregen een andere bestemming. Als positieve ontwikkeling ziet de vereniging dat er in 2011 voor meer dan 1,6 miljard euro investeringen gepland stonden. Een groot deel hiervan is bedoeld voor reorganisatie en modernisering van de fabrieken om een antwoord te hebben op de veranderende markt en de vereiste flexibiliteit. Nieuw leven Grootste speler in de olieverwerking is Eni. Dit bedrijf heeft een aantal maat-
regelen genomen om de veranderende situatie het hoofd te bieden. De productie op de raffinaderij in Gela in Sicilië werd gedeeltelijk stilgelegd en de raffinaderij in Venetië kende een productiestop voor zes maanden. Maar de druk is groot om de raffinaderijen open te houden en te investeren in nieuwe mogelijkheden voor de sites. Eni kondigde het afgelopen jaar een aantal belangrijke investeringen aan om noodlijdende raffinaderijen een nieuw leven te geven. Zo bouwt Eni op de raffinaderij in het Noord-Italiaanse Sannazaro de’ Burgondi een nieuwe hydrocracker. Door gebruik te maken van een nieuwe, zelf ontwikkelde slurry-technologie kan daar een bredere range van zware olietypes worden verwerkt tot een bredere range producten. Het maakt de raffinaderij daarmee flexibeler wat betreft vraag en aanbod. Op de raffinaderij van Porto Torres op Sardinië werkt Eni-dochter Versalis met bioplasticsproducent Novamont aan de bouw van een serie fabrieken voor de verwerking van plantaardige olie uit lokale gewassen. In totaal zullen in drie fases zeven nieuwe fabrieken op de Enisite verrijzen. De eerste fabrieken zullen eind 2013 tot begin 2014 worden opgeleverd. Er komt een monomerenfabriek en een installatie voor de productie van bio-afbreekbare smeermiddelen. In de
PETROCHE 01 – 2013
016_17_19_R_artikel.indd 16
15-01-13 14:22
fOTO'S: ENI
tweede fase van het project wordt een fabriek gebouwd voor bio-additieven voor autobanden en één voor bio-fillers, ook bedoeld voor de bandenindustrie. In de laatste fase van het project wordt daar een fabriek aan toegevoegd voor de productie van geavanceerde bioplastics. De monomerenfabriek wordt dan uitgebreid en er komt een nieuwe fabriek voor de productie van smeermiddelen. De totale investering in de vernieuwing van de raffinaderij bedraagt 1,2 miljard euro en betreft ook de bouw van een biomassacentrale van veertig megawatt en bodemsaneringsactiviteiten. Bioraffinaderij De jongste investering die Eni aankondigde, betreft het ombouwen van de raffinaderij bij Venetië tot bioraffinaderij waar zogeheten green diesel zal worden geproduceerd. Vorig jaar werd de raffinaderij tijdelijk gesloten, omdat deze niet meer economisch in bedrijf te houden was. Sluiting was echter geen optie voor de vakbonden en het bedrijf. Met de nu aangekondigde maatregelen verwacht het bedrijf dat een groot deel van het personeel in dienst kan worden gehouden. ‘De raffinaderij van Venetië heeft speciale karakteristieken; het is een middel-kleine raffinaderij, met een capaciteit van tachtigduizend vaten per dag’, vertelt Giacomo Rispoli, executive vice president bij Eni Refining & Marketing en verantwoordelijk voor Research & Technological Development en grote projecten. ‘De raffinaderij produceert niet veel producten met een hoge toegevoegde waarde en heeft een vrij zwakke economische positie. We
‘We kunnen deze raffinaderij nu, dankzij het toepassen van een nieuw concept, vrij gemakkelijk en met lage investeringskosten ombouwen tot bioraffinaderij.’ kunnen deze raffinaderij nu, dankzij het toepassen van een nieuw concept, vrij gemakkelijk en met lage investeringskosten ombouwen tot bioraffinaderij. Het project vergt een investering van zo’n honderd miljoen euro. Als we de installaties op een green field hadden moeten bouwen, zou dat zo’n vijfhonderd miljoen euro hebben gekost.’ Dat Eni koos voor Venetië heeft in de eerste plaats te maken met de aard van de raffinaderij, maar ook met het feit dat deze aan zee ligt. Voor de productie van de green diesel moeten de grondstoffen worden geïmporteerd. Naast de bioraffinaderij wordt ook een nieuw logistiek centrum geopend. ‘We gaan de bestaande opslagtanks en het distributiesysteem, die tot nu toe met name voor de grondstoffen werden gebruikt, hergebruiken. We gaan er geraffineerde producten van deze en andere raffinaderijen van Eni in opslaan. De positie van de raffinaderij aan zee maakt dat dit een strategische plek is om de logistiek te regelen.’ Green Diesel Eni noemt de biobrandstof die ze in Venetië gaat produceren Green Diesel en stellig géén biodiesel. Green Diesel is een hydrotreated vegetable oil (HVO) die chemisch identiek is aan gewone diesel. Green diesel heeft een betere kwaliteit dan gangbare FAME (fatty acid methyl
esters) biodiesel. ‘De energie-inhoud is hoger, zo’n tien tot elf procent. Green diesel heeft een hoger cetaangetal, wat betekent dat de verbranding in een dieselmotor efficiënter is. De uitstoot van roetdeeltjes en fijnstof is bovendien lager. We hebben ook getest dat green diesel probleemloos in hogere percentages, tot wel dertig procent, kan worden bijgemengd. FAME levert bij percentages boven de zeven procent problemen op in dieselmotoren.’ Eni is overigens niet het enige bedrijf dat een HVO produceert. Zo produceert NesteOil onder andere in Rotterdam vergelijkbare diesel onder de naam NExBTL. Het bedrijf maakt daarvoor gebruik van eigen technologie. Ecofining Eni past voor de productie van haar green diesel het Ecofining-proces toe, dat ze in samenwerking met het Amerikaanse UOP ontwikkelde. Dit proces is wezenlijk anders dan de productie van gewone biodiesel. In het proces van Eni worden de triglicerides en vetzuren uit palmolie in een eerste installatie gehydrogeneerd met waterstof, waardoor al het zuurstof en alle dubbele bindingen verdwijnen. ‘Juist het feit dat het zuurstofgehalte in green diesel nul is, zorgt voor een efficiëntere verbranding in de motor’, legt Rispoli uit. In een
PETROCHEM 01 – 2013
016_17_19_R_artikel.indd 17
17
15-01-13 14:22
SOLIDS2013
M+R Antwerpen2013
Antwerp expo • 27 & 28/03/2013
Tijd voor SOLIDS 2013 Miljoenen tonnen vaste stoffen worden jaarlijks in de Benelux verwerkt, opgeslagen en getransporteerd. Een enorme uitdaging voor de stortgoedverwerkende industrie, waarbij de technische mogelijkheden van de procesinstallaties vaak op de proef worden gesteld. Door de diversiteit in de eigenschappen van veel materiaalstromen kan er overmatige slijtage optreden, maar ook stagnatie in het productieproces. Ontdek tijdens SOLIDS 2013 hoe u bottlenecks kunt wegwerken en de verschillende fasen van het productieproces optimaal op elkaar kunt laten aansluiten. Vind manieren om de efficiëntie van uw unit operations te verbeteren, rekening houdend met alle voorwaarden op het vlak van veiligheid, milieu en hygiëne. Naast het interessante aanbod van 135 prominente technology providers, wordt het beursprogramma aangescherpt met aantrekkelijke randevenementen zoals het solidsLAB, het AtexForum, de EHEDG Seminars, de Process Engineering Conference en meer! SOLIDS 2013: technologische innovaties voor de stortgoedverwerkende industrie. Info & bezoekersregistratie: www.easyFairs.com/SOLIDS-BE Cataloguspartner
Conferentiepartners
Solids Processing Solids Processing www.solidsprocessing.nl
BENELUX
Antwerp expo • 28/03/2013
M+R Antwerpen laat bezoekers proeven van 5 ‘topkeukens’ uit de procesindustrie In 2013 pakt M+R Antwerpen, ééndagsvakbeurs voor meeten regelinstrumentatie in de procesindustrie, uit met een sterk uitgebreid beursprogramma. Bezoekers krijgen de kans om de procesinstallaties van de geselecteerde topbedrijven als BASF Antwerpen, TOTAL Raffinaderij Antwerpen, de Kerncentrale van Electrabel in Doel, Brouwerij Moortgat-Duvel en het opleidingscentrum ACTA van dichtbij te bekijken. Deze technische bedrijfsbezoeken worden gecombineerd met technische opleidingssessies rond Safety, Metingen en Protocols op de beursvloer en een bezoek aan de exposanten van M+R. Info & bezoekersregistratie: www.easyFairs.com/MR-Antwerpen
NIEUW Bezoekers bepaalden zelf de topics van de M+R conferenties Thema 1: SAFETY • ATEX in een procesomgeving • Gas analysis measurement solutions for SIS, SIL • Safety Integrity Level (SIL) Thema 2: METINGEN • Niveaumetingen • Debietmetingen
Thema 3 : PROTOCOLS • Stand van zaken i.v.m. Protocols • ISA 95 international industrial standard
Solids Processing Industrial Mediapartner
Mediapartners
In samenwerking met: ACTA
210_297_SOLIDS_MR_2013_BE_NL.indd 1 018_easy.indd 1
16/01/2013 10:02:18 16-01-13 10:51
tweede reactor wordt het product geïsomeriseerd. ‘De isomerisatie zorgt ervoor dat het product ook bij lage temperaturen goed presteert.’ In het geval van normale biodiesel worden de vetzuren met methanol veresterd en wordt ook het laagwaardige bijproduct glycerine geproduceerd. Bij de productie van green diesel wordt een klein percentage (twee tot vier procent) propaan geproduceerd en één tot maximaal tien procent nafta. De raffinaderij in Venetië is niet de eerste die gebruikmaakt van de Ecofiningtechnologie. ‘Valero in de Verenigde Staten neemt in de eerste helft van volgend jaar een Ecofining-unit in gebruik. Het verschil is dat deze daar wordt geïntegreerd in een gewone raffinaderij. In Venetië wordt de hele raffinaderij omgebouwd.’ Ook het Amerikaanse Emerald Biofuels gaat gebruikmaken van de Ecofining-technologie op haar site in Louisiana. Het is de verwachting dat dat bedrijf 320.000 ton green diesel zal produceren. Palmolie Eni gebruikt voor haar proces palmolie als grondstof. ‘Dat is momenteel de goedkoopste grondstof op de markt. Maar het proces is ook geschikt om cooked oil, dierlijke vetten of tweede-generatie grondstoffen zoals algenolie te verwerken.’ Op de Eni-raffinaderij in Gela in Sicilië test het bedrijf momenteel de haalbaarheid van de productie van olie uit algen. ‘Maar dat project is nog in de onderzoeks- en ontwikkelingsfase.’ Ombouw Voor het ombouwen maakt Eni gebruik van een eigen ontwikkelde en gepaten-
‘Ons proces is goedkoper qua investering, maar ook in de productie. Daardoor kunnen we economisch rendabel opereren.’ teerde methode. Veel wil Rispoli niet kwijt over de ombouwoperatie. ‘We gebruiken de huidige ontzwavelingsinstallaties voor de hydrogenerings- en isomerisatiereacties. Voor het concept om deze om te bouwen tot ecofininginstallaties hebben we een octrooi verkregen. Het benodigde waterstof is in eerste instantie afkomstig uit de bestaande nafta-reformer. We bouwen tegelijkertijd een nieuwe waterstoffabriek, een steam reformer. Zodra deze gereed is, leggen we de oude installaties stil en zal er alleen nog green diesel worden geproduceerd.’ Eni begint in het tweede kwartaal van 2013 met de ombouw van de eerste installaties. Voor het einde van 2013 moet het eerste deel van het project Green Refinery zijn afgerond, zodat in januari 2014 de eerste green diesel kan worden geproduceerd. De productie krijgt in eerste instantie een capaciteit van driehonderdduizend ton per jaar. De productiecapaciteit zal daarna groeien naar 400.000 tot 450.000 ton per jaar als de installaties in de eerste helft van 2015 volledig zijn opgeleverd. Overcapaciteit Rispoli verwacht dat de vraag naar biobrandstoffen tot 2020 sterk zal groeien vanwege de bijmengverplichtingen die de overheid heeft opgelegd. ‘Voor dit jaar is de bijmengverplichting 4,5 pro-
cent. Deze loopt op tot vijf procent in 2014 en zal ook daarna groeien.’ Maar Europa heeft niet alleen te kampen met een overcapaciteit bij de traditionele raffinaderijen. De effectieve biodieselproductie blijft ook ver achter bij wat er theoretisch mogelijk is. In Europa zijn talloze biodieselfabrieken gebouwd of in planning, maar gemiddeld wordt nog niet de helft van deze productiecapaciteit gebruikt. In Nederland is dat zelfs maar een kwart. Volgens cijfers van branchevereniging Assocostieri, Unione produttori biodiesel, was de (theoretische) productiecapaciteit van biodiesel in Italië 2,4 miljoen ton. Effectief werd slechts 620.000 ton geproduceerd. Ruim een miljoen ton biodiesel werd nota bene geïmporteerd. Niet echt een basis om een nieuwe biodieselfabriek op te bouwen, zou je zeggen. ‘Deze overcapaciteit geldt voor de productie van FAME. Dat is, zoals gezegd, niet hetzelfde product als onze green diesel. De producenten van FAME zijn bovendien genoodzaakt om in de winter grondstoffen toe te passen die duurder zijn dan palmolie, omdat palmolie in de winter te viskeus is voor het FAME-productieproces. Dan kan het inderdaad zo zijn dat het goedkoper is om direct de benodigde biodiesel te importeren. Ons proces is goedkoper qua investering, maar ook in de productie. Daardoor kunnen we economisch rendabel opereren.’ W
PETROCHEM 01 – 2013
016_17_19_R_artikel.indd 19
19
15-01-13 14:22
Evides Ongekend betrouwbaar
Complexe watervraagstukken oplossen met een slimme maatwerkoplossing.
Wij regelen het.
Hergebruik van (afval)water en het sluiten van de waterketen worden steeds belangrijker. Dat is voor de industrie niet altijd even makkelijk op te lossen. Maar wij hebben het antwoord. Betrouwbaarheid, leveringszekerheid en kwaliteit zijn kernvereisten bij ons ‘maatwerk in water’ voor de chemische-, petrochemische- en voedingsmiddelenindustrie. Op basis van DBFO-contracten (Design, Build, Finance & Operate) leveren wij onze opdrachtgevers diverse soorten proceswater, zorgen wij voor de zuivering van afvalwater en maken wij hergebruik van water (effluent) mogelijk. En dat 24/7 vanuit operational excellence. Voor minder doen we het niet.
www.evides.nl
020_evides.indd 1
15-01-13 12:31
BINNENSTEBUITEN Jarenlang zat Niko van Gent midden in de chemische sector. Nu bekijkt hij alles van buitenaf.
Rundvlees bedreigt drinkwater Gelukkig dat we maar twee dingen hoeven te weten: wat weet jij en wat weet een ander? Maar welke informatie vind ik belangrijk? Wat wil ik onthouden en wat kan ik vergeten? Ik zal het getal 15.500 niet snel vergeten en dat zal ik u uitleggen: het aardoppervlak bestaat voor ongeveer zeventig procent uit water, maar slechts drie procent hiervan is zoet water. Slechts een klein gedeelte van die drie procent is geschikt en beschikbaar voor consumptie. 15.500 liter zoet water? Nederlanders gebruiken gemiddeld 135 liter water per dag. Anderhalve liter drinken we op. De rest laten we wegstromen naar het riool. Meer dan 133 volle literflessen per persoon, elke dag! We douchen ermee, spoelen de wc door, wassen de sla. Het komt uit wasmachines en vaatwassers. Maar het kan nog erger. Bijna 75 procent van de wereldwijde waterconsumptie wordt opgeslokt door de landbouw. Er is 15.500 liter zoet water nodig voor de productie van één kilo rundvlees. Nu weet u het ook. Of u de informatie belangrijk vindt, is aan u. Tijdens het congres Watervisie deelden deskundigen van BASF, Dow, Evides en Unilever hun ervaringen over verduurzaming van industrieel watergebruik. Vragen als: Hoe kunnen we door bewuster om te
gaan met water, oplossingen bieden voor dreigende schaarste? En hoe worden grote waterverbruikers geholpen om stappen te zetten naar duurzaam waterbeheer? Waar kun je zo’n congres beter organiseren dan in de Rotterdamse haven. Midden in de Rijnhaven ligt een futuristisch paviljoen: een complex van drie drijvende halve bollen. Terwijl de ene congresganger de drie bollen associeerde met het watermolecuul, had een andere bezoeker meer iets met voetballen. Tot 2015 zal het drijvende paviljoen dienstdoen als expertisecentrum van de innovatieve en inspirerende aanpak van
Niko van Gent
duurzaam watergebruik. Sinds 1 januari 2011 maakt BASF gebruik van water uit de spaarbekkens van de Biesbosch. Voor die tijd haalde het bedrijf water uit het Albertkanaal en uit het grondwater van de Kalmthoutse heide. Het oppompen van dat grondwater leidde tot verdroging. Evides Industriewater, leverancier van het water uit de Biesbosch en één van de belangrijkste mede-initiatiefnemers van Watervisie 2012, draagt op deze manier bij aan de verduurzaming van de waterportefeuille van BASF in België. Paul Birker (Unilever) gaf aan dat Unilever geen landbouwproducten meer
Er is 15.500 liter zoet water nodig voor de productie van één kilo rundvlees. klimaat, energie en water. Na de officiële opening van het congres nam Marc van Breda (BASF Antwerpen) het woord: ‘Ik stapte mijn auto uit en zag het Drijvend Paviljoen liggen en moest direct aan mijn eerste marathon denken. Die liep ik hier in Rotterdam. Als marathonloper verbruik je gedurende de loop veel energie en verlies je liters vocht.’ Naast deze sportieve start deed Marc uit de doeken hoe BASF Antwerpen omgaat met
afneemt waarbij grote irrigatiesproeiers worden gebruikt. Het bedrijf heeft bovendien een wasmiddel ontwikkeld waarmee consumenten maar één emmer water nodig hebben om de was te spoelen in plaats van drie emmers. En volgens Paul zou het verstandig zijn om meer plantaardige producten te eten. Een kilo sojabonen vereist hooguit 2.100 liter water. Shell produceert jaarlijks meer water dan olie. Het verbruikte in 2011 wereldwijd 209 miljoen kubieke meter zoet water. Dat komt overeen met ongeveer veertien keer het totale jaarlijkse waterverbruik in Nederland – waarvan overigens meer dan zestig procent wordt gebruikt voor de productie van elektriciteit. En tot slot wil ik u alvast een mooie Pasen toewensen. Voor de productie van één ei is ruim driehonderd liter zoet water nodig. Nu weet u dat ook…! Niko van Gent niko_van_gent@xs4all.nl
PETROCHEM 01 – 2013
21_P_Binnestebuiten.indd 21
21
15-01-13 14:22
ENERGIE
BP bespaart energie met luchtvoorverwarmers Om energie te besparen heeft BP Raffinaderij Rotterdam de luchtvoorverwarmers in enkele procesfornuizen vervangen. Het was een omvangrijke maar zeer effectieve operatie. Hoewel het rendement van de voorverwarmers maar met enkele procenten toenam, bespaart BP wel zes miljoen kubieke meter gas per jaar. De terugverdientijd is daardoor slechts drie jaar. Laura Vening, Agentschap NL
LINQS In Nederland hebben de overheid en het bedrijfsleven afspraken gemaakt over het effectief en efficiënt inzetten van energie. Die afspraken zijn vastgelegd in meerjarenafspraken energie-efficiency (MJA3 en MEE) en richten zich vooral op energieintensieve sectoren (circa 1.200 bedrijven). Het resultaat is dat de energie-efficiency sinds 1992 jaarlijks gemiddeld met twee procent is verbeterd. Het MJA-programma ondersteunt daarbij. Meer informatie over meerjarenafspraken energie-efficiency is te vinden op: www.agentschapnl.nl onder de knop Programma's & Regelingen. Leest u de digitale versie van Petrochem, klik dan hier.
22
BP Raffinaderij Rotterdam ondertekende in 2009 het MEE-convenant. In dit convenant leggen overheid en bedrijfsleven vast dat zij maatregelen nemen om energie te besparen. De BP-raffinaderij heeft vanuit energiebesparingsoogpunt onder meer gekozen voor een warmtekrachtcentrale om stoom en elektriciteit op te wekken. ‘Bovendien hebben we windmolens staan die elektriciteit opwekken, wat vrij uniek is voor een raffinaderij’, stelt Anne Piet Stellingwerf, projectmanager Engineering & Constructie bij BP Raffinaderij Rotterdam (BPRR). ‘Ons management was er daarnaast zeer op gebrand om energie te besparen op korte termijn. Daarom hebben we besloten de luchtvoorverwarmers aan te pakken in de twee grootste crude-procesfornuizen die het grootste energieverbruik hebben.’ Eisen BPRR is een van de grootste raffinaderijen van Europa. De raffinaderij verwerkt dagelijks vierhonderdduizend vaten aardolie, wat neerkomt op een jaarlijkse productie van negentien miljoen ton. Uit ruwe aardolie produceert het bedrijf verschillende halffabricaten en eindproducten, zoals lpg, euroloodvrij, diesel en kerosine. De olie ondergaat daarbij verschillende bewerkingen en moet daarvoor op hoge temperatuur worden gebracht. Dit gebeurt in procesfornuizen die worden gestookt met lichte gassen afkomstig uit het verwerkingsproces zelf (stookgassen) en met aardgas. De lucht die nodig is om deze gassen te verbranden wordt voorverwarmd, want hoe warmer de lucht, hoe minder aardgas er nodig is. Luchtvoorverwarmers (LUVO’s) zorgen op een energie-efficiente manier voor deze voorverwarming. Het zijn warmtewisselaars die warmte terugwinnen uit rookgassen. In de twee grootste procesfornuizen van
BP zaten dertig jaar oude, gietijzeren luchtvoorverwarmers. BP besloot deze te vervangen door moderne, veel efficiëntere warmtewisselaars en zo extra energie te besparen. Deze LUVO’s moesten wel aan een aantal eisen voldoen. Ze moesten licht zijn, zodat de fundatie niet hoefde te worden verzwaard. Ze moesten compact zijn, zodat de bestaande equipment niet hoefde te worden verplaatst. En ze moesten een gelijk drukverlies hebben, zodat bestaande ventilatoren konden worden hergebruikt, waarbij deze wel goed schoon te houden moesten zijn. Natuurlijk moesten de LUVO’s ook een hoog thermische rendement hebben. Uiteindelijk koos BPRR voor een platenwarmtewisselaar die aan al deze eisen voldoet. Dit type warmtewisselaars bestaat uit een groot aantal dunne, geperforeerde roestvrijstalen platen. Afstandhouders tussen de platen zorgen voor open kanalen voor de lucht en het rookgas. Deze stromen lopen gescheiden van elkaar en in tegengestelde richting. De constructie zorgt voor een efficiënte warmteoverdracht; van de restwarmte uit de rookgassen die naar de schoorsteen gaan, op de “koude” verbrandingslucht die naar de branders van het procesfornuis gaat. Dankzij de voorverwarmde verbrandingslucht hoeft er minder brandstof met de branders te worden verstookt om tot dezelfde fornuistemperatuur te komen. De nieuwe platenwarmtewisselaars zijn inmiddels in de bestaande lucht- en rookgaskanalen van de twee grootste procesfornuizen geplaatst. Installatie De installatie van de nieuwe LUVO’s was geen sinecure, omdat dit moest gebeuren in een bestaande procesinstallatie. BPRR wilde dit realiseren tijdens een korte fabrieksstop, wat een grote uitdaging was. ‘De fabrieksstop was
PETROCHEM 01 – 2013
022_23_Q_bp.indd 22
15-01-13 14:22
schoorsteen
warmtewisselaar
150 ˚C
400 ˚C
procesfornuis
luchtvoorverwarmer
25 ˚C
20 ˚C verbrandingslucht
slechts drie weken, en een dag uitloop kost al heel veel geld’, licht Stellingwerf toe. ‘Daarom hebben we zoveel mogelijk werk verricht vóór de fabrieksstop. Samen met de leverancier en aannemer hebben we ons volledig gericht op de constructability in drie weken. We moesten de oude LUVO’s in de eerste week verwijderen en de nieuwe in twee weken installeren. De uiteindelijke sloop- en installatiewerkzaamheden tijdens de hectische fabrieksstop zijn geheel volgens plan en veilig uitgevoerd. De operatie is vooral geslaagd omdat er vanaf het begin tot het einde goed is samengewerkt in een klein betrokken team van engineers, leverancier en constructiemanagement.’ BPPR heeft voor de LUVO’s een modulair ontwerp gekozen. ‘Dit houdt in dat de LUVO uit allemaal prefabkanaalmodules bestaat, die met flenzen in elkaar zijn gebout, samen met compensatoren voor de thermische expansie’,
legt Stellingwerf uit. ‘De kanaalmodules, platenwisselaarmodule, kleppen en compensatoren waren al voorgeïsoleerd en hadden een trial fit gehad tijdens de fabricage, zodat we zeker wisten dat het geheel ging passen. Omdat het om grote kanaalmodules ging – tot twaalf meter lengte, vier meter inwendig en tot vijftig ton zwaar – zijn alle prefab-modules per schip vervoerd vanaf Deggendorff, tegen de Tsjechische grens, naar Rotterdam Europoort in de haven naast de raffinaderij. En vanuit daar zijn ze met speciaal transport naar de laydown area naast de installatie vervoerd.’ Rendement De vervanging heeft inmiddels tot een aanzienlijke energiebesparing geleid. Het rendement van de LUVO’s was al hoog; 85 procent. Dit rendement is nu verhoogd tot 89 procent (6,4 megawatt teruggewonnen warmte) door de warmte uit de rookgassen beter te benutten voor
OnDERsTEUnIng Wie deelneemt aan de meerjarenafspraken, kan gerichte hulp ontvangen. De MJAadviseurs ondersteunen bij het opstarten, aanjagen, voorlichten, begeleiden, adviseren, faciliteren van kennisnetwerken en (deels) financieren van projecten rond energiebesparing. Het MJA-programma wordt uitgevoerd door Agentschap nL, onderdeel van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. ‘Ook BP Raffinaderij Rotterdam heeft ondersteuning gekregen van Agentschap nL’, vertelt Willem de Vries, senior adviseur bij Agentschap nL. ‘Dit project laat zien dat de vervanging van LUVO’s zeer rendabel kan zijn. Een rendementsverhoging van een paar procent is al voldoende om de investering terug te verdienen. Daarbij is het wel van belang om rekening te houden met het effect op de nOx-emissie. Maar als dat gebeurt, biedt de vervanging van LUVO’s een mooie maatregel.’
de voorverwarming van de verbrandingslucht. Deze relatief geringe verhoging van enkele procenten zorgt voor een jaarlijkse besparing van maar liefst zes miljoen kubieke meter gas. Daarmee is de terugverdientijd slechts drie jaar. De CO2-emissie is verlaagd met vijftienduizend ton per jaar. De keerzijde van de nieuwe LUVO’s is dat ze een negatief effect kunnen hebben op de NOx-uitstoot. Zonder branderaanpassing gaat door de hogere verbrandingstemperatuur de NOxuitstoot in het rookgas omhoog. In het ontwerp is er rekening mee gehouden dat de luchttemperatuur van de branders niet te hoog wordt, zodat de NOxconcentratie binnen de vergunningseisen blijft. Leerpunten Wat zijn de leerpunten van de LUVOvervanging? ‘Het is belangrijk dat het management echt de wil heeft om energie te besparen’, vertelt Stellingwerf. ‘Dit in combinatie met de inventiviteit en het doorzettingsvermogen van het engineering- en constructieteam maakte dat we met een korte voorbereiding de LUVO’s in een beperkte tijd konden vervangen.’ Een verdere energiebesparing is nog te behalen door de branders aan te passen, meent Stellingwerf. ‘De temperatuur van de bestaande branders stelt beperkingen aan de warmteterugwinning. Door de vervanging van de LUVO te combineren met de ombouw van de branders – Low NOx-type – kan het rendement van de LUVO nog meer worden verhoogd.’ n
PETROCHEM 01 – 2013
022_23_Q_bp.indd 23
BROn: BP
350 ˚C
23
15-01-13 16:56
024_mob.indd 016_mob.indd 1 1
15-01-13 12:31 07-03-2011 16:40:39
ONBEVANGEN Ik zou liever naar verdere oorden trekken in plaats van naar onze buurlanden.
Ni hao! Ik bel tegenwoordig vaak naar Frankrijk. Niet om te kijken of mijn Frans nog altijd min of meer meekan, maar omdat mijn beste vriend daar gestationeerd is. Hij werkt voor een grote raffinaderij die ook een afdeling heeft in het noorden van Frankrijk. Toen ze aan hem vroegen of hij openstond voor een ervaring in het buitenland heeft hij positief geantwoord. Ik ook op mijn bedrijf hier, maar wij wisselen niet elk jaar van functie en zij wel. Toen hij de kans kreeg, heeft hij die dan ook met beide handen gegrepen. Terecht natuurlijk, want hij hoeft met niemand rekening te houden en zal na twee jaar alweer terug in België zijn. Vrienden vinden het leuk want dan kunnen ze een weekendje bij hem uitblazen en zijn moeder vergeeft het hem heus wel eens. Ik zou liever naar verdere oorden trekken in plaats van naar onze buurlanden. Dichter bij huis is niet altijd een voordeel: je bent snel terug thuis, maar als je liever een echte thuis opbouwt, is het volgens mij niet zo slecht om eens opnieuw te beginnen. Ik heb vrienden die ondertussen gestationeerd zijn in Finland, Maleisië, Australië, Brazilië, Canada en zelfs eentje die het getroffen heeft en elke dag na het werk gaat surfen in Hawaï. En dan tel ik de bestemmingen dichter dan een goeie duizend kilometer niet eens mee! Maar stel dat je, zoals één van mijn naaste collega’s hier op BASF, in China op een plek terechtkomt waar er voor je familie niet veel actie overblijft. Ik vind het wel belangrijk dat mijn vriend werk kan vinden dat hij graag doet en dat we ook leuke dingen kunnen doen buiten de werkuren zodat we er vrienden kunnen maken. Beetje moeilijk als blijkt dat de beschrijving van “the middle of nowhere” zich situeert in de Chinese vlakte… Bovendien moet je kunnen wennen aan de taal, het land, de mensen en hun gewoontes. Gemakkelijk hoeft dat niet te zijn, maar Chinees
of Japans aanleren lijkt me nu toch echt wel heel moeilijk. Karaoke zie ik daarentegen dan wel weer zitten. Maar ik denk niet dat ik mijn wederhelft meekrijg naar zo’n bestemming. Hij zingt nogal vals. Ik weet niet wat we zouden doen op dit moment, maar ook niet wanneer de kans zich eens voordoet. Momenteel ligt het moeilijker: net zoals elke Belg graag wil, zijn we bezig met de bouw van ons eigen huis. De werken zullen nog zeker een jaar duren en wie weet wat er dan weer tussenkomt? Ik zou het niet erg vinden om kinderen deels te laten opgroeien in het buitenland. Ideaal zelfs, dan pikken ze snel een andere taal op. Zo praat het dochtertje van een collega naast Duits (papa) ook Japans (mama), Engels (internationale kleuterschool) en Nederlands (vriendjes van de buren/jeugdbeweging). Zolang ze jonger zijn dan een jaar of acht aarden kinderen volgens mij overal. Daarna hechten ze zich meer en meer aan hun vriendjes en is het natuurlijk niet leuk om een tot dan vertrouwde omgeving achter te laten om terug naar België te keren. Maar ik denk niet dat je me kunt overtuigen om effectief kinderen te krijgen in het buitenland. Dat is persoonlijk, omdat ik dan liever omgeven ben door mensen die mij door en door kennen. Er is thans een nichtje van me geboren toen haar ouders in het westen van Amerika verbleven voor de opleiding van haar vader die arts is. Haar paspoort vermeldt Hollywood als geboorteplaats en ze heeft zowel de Belgische als de Amerikaanse nationaliteit. Is toch geweldig, niet?
Katrien Bogaerts werkt sinds 2009 als productieingenieur op het MDI-bedrijf bij BASF Antwerpen.
PETROCHEM 01 – 2013
025_N_onbevangen.indd 25
25
15-01-13 14:22
Een nieuwe standaard in niveau controle Bereid je voor op een totale ECLIPSE ® van de huidige niveau- en scheidingslaagregeling. Met superieure signaalsterkte, geavanceerde diagnosemogelijkheden en een volledig gamma overvulveilige sondes, levert Magnetrol’s ECLIPSE ® Model 706 GWR niveaumeter een nooit eerder geziene betrouwbaarheid. Van eenvoudige wateropslag tot procesomgevingen met corrosieve dampen, schuim, stoom, aanlading, agitatie, borrelend of kokend, ECLIPSE ® Model 706 neemt je meting naar een nooit gezien niveau van veiligheid en procesbewaking. Contacteer Magnetrol – de GWR uitvinder en expert in niveau controle – om meer te weten over de ECLIPSE Model 706.
eclipse.magnetrol.com • +32 (0)52 45 11 11 • info@magnetrol.be
Ad-Petrochem (210 x 297) NL.indd 1 026_magnetrol.indd 1
© 2012 Magnetrol International, Incorporated
11/01/13 13:14 15-01-13 12:30
De Bulgaarse kunstenaar Christo wil de grootste sculptuur ooit laten optrekken in de woestijn, met name een piramidevormige “Mastaba”. Deze zal worden opgebouwd uit 410.000 olievaten, wordt meer dan 150 meter hoog en draagt een prijskaartje van ongeveer 260 miljoen euro. Met dit nieuwe megaproject zit de kunstenaar, die vooral gekend is voor het “inpakken” van beroemde gebouwen, naar eigen zeggen al meer dan dertig jaar in zijn hoofd. Volgens het plan zal de Mastaba worden opgetrokken in de woestijn van de Verenigde Arabische Emiraten, op zo’n 160 kilometer van Abu Dhabi-stad. Christo heeft daarvoor de toestemming gekregen van de koninklijke familie, die hoopt dat de megasculptuur meer toeristen naar de Emiraten zal lokken. Door het gebruik van gekleurde olievaten als bouwstenen moet het kunstwerk een gouden gloed krijgen bij zonsopgang. Christo verwacht dat de bouw ongeveer 2,5 jaar zal duren.
FOTO: GlasspOinT sOlar
Shell gebruikt zon voor winnen olie
Het Amerikaanse GlassPoint Solar bouwt de eerste olie-installaties in het MiddenOosten die zonne-energie gebruiken om ruwe olie uit de grond te halen. Onder andere Shell investeert in het miljoenen-
PETROSPECT
project. Het gaat om een installatie die ervoor moet zorgen dat er meer olie uit Koeweit, Bahrein en Oman naar boven komt. Ongeveer 26 miljoen dollar zou zijn geïnvesteerd in de ontwikkeling. De installatie moet worden gebouwd omdat er in de landen in de Golf een tekort aan gas is. Het gas is nodig om stoom te maken, dat op zijn beurt hevig vastzittende olie in velden los moet maken zodat het eenvoudiger kan worden gewonnen. Door zonnespiegels op een groot vat met water te richten, wordt stoom gemaakt. Oman gebruikt nu al 22 procent van zijn gasreserves om stoom in olievelden te injecteren. De Golflanden willen besparen omdat zij veel gas moeten importeren. GlassPoint Solar spreekt ook met Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten.
‘De Nederlander weet heel goed aan welke kant de boterham geboterd is. In vijf minuten is uit te leggen dat wij onze welvaart voor zeventig procent in het buitenland verdienen en daarvan weer zeventig procent in landen uit de EU.’ Oud-minister Ben Bot, in Chemie Magazine ‘De buitenlandse moederbedrijven van de hier gevestigde chemiefabrieken gaan zich afvragen of ze wel goed zitten in Nederland. Het is makkelijk om populistisch iets te roepen, maar ik hoor zelden iemand de consequenties erbij vertellen.’ Opnieuw Bot
Chemie iS overal, ook oP de weg
FOTO: CharlOTTe Grips FOTOGraFie
Piramide van olievaten
De campagne Chemie is Overal van de chemische industrie is al enige tijd geleden gelanceerd. Ten einde is de campagne alleszins nog niet. Sinds begin 2013 is Chemie is Overal ook zichtbaar op de weg. Met name drie vrachtwagens van de firma’s Van den Anker uit Son en BAS Logistics uit Etten-Leur zijn voorzien van kleurrijke bedrukking om uit te dragen dat chemie oplossingen biedt voor uiteenlopende vraagstukken. Nu en in de toekomst. De VNCI geeft aan dat de beelden van Chemie is Overal soms tegenstrijdig zijn en vragen oproepen. Dit nodigt uit om over chemie te praten, en zo kan de chemie in contact komen met het grote publiek. Vrachtwagens zijn daarvoor geschikte informatiedragers. De drie vrachtwagens rijden dagelijks vele kilometers voor de sector en bereiken op die manier duizenden mensen.
‘De opkomst van gas heeft niet geleid tot het uitsterven van benzine. Dat zullen biofuels ook niet doen. De verwachting is dat er nog olie is voor 200 jaar. Ook zijn er nog voldoende aardgasreserves.’ Jeroen van der Veer, oud-topman Shell tijdens het congres Biobased Delta 2012 ‘We zitten nog steeds ‘opgesloten’ in onze landen. Wil je een project uitvoeren met een buitenlands bedrijf of onderzoeksinstelling, dan zijn overheden niet genegen om met geld over de brug te komen.’ Wim Soetaert, directeur Bio Base Euorpe in Agro & Chemie ‘De sector chemie staat aan de basis van alles, is een industry of industries, en moet dus het voortouw nemen. Zonder ons geen innovaties in andere sectoren.’ Gerard van Harten, boegbeeld Topsector Chemie, in Biobased economy magazine ‘Op kleinere vakscholen is het eenvoudiger om zich te specialiseren. Het is wel terug naar vroeger, maar niet terug naar af.’ Wim Van Sluis, voorzitter Deltalinqs naar aanleiding van de plannen van Rotterdamse ROC’s om hun opleidingen samen te voegen en zich op te splitsen in aparte vakscholen.
PETROCHEM 01 – 2013
027_F_petrospect.indd 27
27
15-01-13 14:21
THEMA
Engineering & innovatie
Hoe meer product een bedrijf verkoopt, hoe meer winst het maakt. Duurzaam is dit business model echter niet. Chemical leasing is een model dat tot meer duurzame processen leidt doordat leverancier en klant samen de productie bij de klant optimaliseren met als resultaat zo min mogelijk gebruik van chemicaliën. Royal HaskoningDHV werkt het leasemodel uit voor drie concrete casussen bij Solvay, Johnson & Johnson en Tessenderlo Chemie. De technologie is daarbij geen probleem. Dat geldt ook voor de afvang en opslag van CO2. Dit is vooral een economische en maatschappelijke kwestie. Diverse bedrijven hebben inmiddels technologie ontwikkeld voor het afvangen van CO2. Zo werkt Fluor al sinds 2003 samen met acht grote olie- en gasmaatschappijen om verschillende CO2afvangtechnologieën te onderzoeken.
28
PETROCHEM 01 – 2013
028_29_X_Themaspread.indd 28
15-01-13 14:21
‘We staan nog aan het begin van een ontwikkeling waarin we gaan naar decentrale productie in kleinere units en heel andere vormen van samenwerking.’ PETROCHEM 01 – 2013
028_29_X_Themaspread.indd 29
29
15-01-13 14:21
THEMa
Betalen voor het resultaat in plaats van per kilo Chemical leasing is een nieuw business model dat milieu- en financiële voordelen verenigt. Royal HaskoningDHV begeleidt drie projecten in Vlaanderen die de toegevoegde waarde van het model moeten demonstreren. Ook voor de Nederlandse industrie gaat het bedrijf de mogelijkheden inventariseren. Francis Voermans
LINQS Terwijl grondstoffen en energie schaarser worden, willen meer mensen daarvan gebruikmaken. Tegelijkertijd moet de uitstoot van broeikasgassen drastisch omlaag en moet de negatieve impact van chemische stoffen op de leefomgeving worden geminimaliseerd. De chemische industrie zal hierop moeten anticiperen. Ze erkent de noodzaak voor ketenintegratie of voor intensieve samenwerking tussen verschillende bedrijven binnen en buiten de chemische sector. Het chemical leasing business model sluit hierop aan. Meer informatie over chemical leasing: www.unido.org en www.chemicalleasing.com.
30
De meeste leveranciers van chemicaliën proberen zoveel mogelijk product te verkopen, om op die manier veel winst te maken. Dat leidt niet tot de meest duurzame processen. De leverancier wordt beloond voor het inefficiënt gebruik van zijn chemicaliën en zal zich niet erg inspannen om dat gebruik terug te dringen. Het nieuwe business model chemical leasing leidt tot meer duurzame oplossingen. Het leasing model houdt in dat een bedrijf een dienst levert in plaats van een chemisch product. Contracten tussen leverancier en klant zijn gebaseerd op prestaties of performance en niet op kilo’s product. De performance wordt bijvoorbeeld vastgelegd als de hoeveelheid te zuiveren water, het aantal machines dat wordt gesmeerd of het aantal onderdelen dat wordt geverfd. Het chemisch product dat daarvoor nodig is, wordt een kostenfactor voor alle partijen. ‘Bij chemical leasing komen er andere spelregels. Het chemisch product is slechts het vehikel. Alle partijen krijgen een drive om met zo min mogelijk chemicaliën de productie te optimaliseren. Zo ontstaat er veel meer interactie tussen de partijen. Ze gaan elkaars kennis meer gebruiken om processen te optimaliseren’, vertelt Jan-Paul Kimmel van Royal HaskoningDHV. Optimaliseren Chemical leasing is geschikt voor de zij-activiteiten van een productiebedrijf, zoals schoonmaken, ontvetten, coaten, printen, afvalwaterzuivering, verwarming, koeling, verven of oppervlaktebehandelingen. Een productiebedrijf heeft
zelf vaak weinig aandacht voor het optimaliseren van deze processen. Omdat het niet om kernprocessen gaat, heeft hij geen moeite om informatie hierover te delen met leveranciers. Die leverancier krijgt in het model meer kennis van de eisen en de processen van de klant. Gecombineerd met de kennis en expertise over zijn eigen producten, kan hij verbeteringen aandragen, bijvoorbeeld voor de efficiëntie van het productieproces, het reduceren van reststromen of mogelijkheden voor beter hergebruik. De leverancier kan daarbij ook administratieve handelingen overnemen, zoals het voldoen aan REACH-regulering, regulering voor afvalverwerking en vergunningen. Royal HaskoningDHV heeft in opdracht van de Vlaamse Overheid en met ondersteuning van Essenscia een haalbaarheidstudie uitgevoerd naar de mogelijkheden van het leasemodel in de Vlaamse industrie. Uit de studie volgde dat het model veel potentieel heeft in Vlaanderen, met name in de drukinkt-, textielverf-, houtbewerking- en metaalverwerkende industrie. Onder de naam TaBaChem (Take Back Chemicals) is Royal HaskoningDHV nu bezig met een vervolgproject, waarbij het leasemodel voor drie concrete casussen bij Solvay, Johnson & Johnson en Tessenderlo Chemie wordt uitgewerkt. De projecten worden uitgevoerd met de (kleinere) leveranciers van de chemicaliën, die de reststromen nu ook al terugnemen. Met het leasemodel willen zij echter verder gaan in de optimalisatie. Eén van de projecten betreft een zwavelzuurhulpstroom, waarvan wordt bekeken of
‘We staan nog aan het begin van een ontwikkeling waarin we gaan naar decentrale productie in kleinere units en heel andere vormen van samenwerking.’
PETROCHEM 01 – 2013
030_31_33_Z_thema_artikel.indd 30
15-01-13 14:21
deze na gebruik kan worden verwerkt voor hergebruik. Een ander project draait om het inzetten van destillatie om een vervuilde organische reststroom te kunnen hergebruiken. In het derde project gaat het om het raffineren en een nieuwe bestemming geven van een vervuilde anorganische reststroom. Toegevoegde waarde De leveranciers, die op specifieke process engineering gebieden geen eigen capaciteit hebben, krijgen ondersteuning van Royal HaskoningDHV. ‘Er worden geen radicale innovaties ontwikkeld, maar met het implementeren van de beste bestaande technieken is ook veel te winnen. Voor een leverancier is chemical leasing een manier om zijn kennis en expertise te vermarkten’, stelt Kimmel. ‘De leverancier wil de efficiëntie van zijn product in het proces verhogen, om zo zijn positie bij de klant te versterken. De techniek of methode die hij hiervoor ontwikkelt, kan hij vaak ook bij andere klanten inzetten’, vult zijn collega Bart van der Velpen aan. De projecten laten zien dat het model zowel duurzame als economische voordelen met zich meebrengt. Van der Velpen: ‘Eén project heeft een terug-
Met chemical leasing wordt de performance vastgelegd als het aantal onderdelen dat wordt geverfd. De belangen van de leverancier worden daardoor losgekoppeld van het aantal potten verf dat hij levert.
verdientijd van een half jaar, een ander van anderhalf jaar. Met deze demonstratieprojecten willen we de rest van de industrie laten zien wat de toegevoegde waarde is.’ Royal HaskoningDHV wil chemical leasing ook in Nederland gaan introduceren. In opdracht van Agentschap NL gaat het onderzoeken wat het model kan betekenen voor de Nederlandse chemische industrie. Hiervoor zal worden
ontwikkeling, die tot een ingrijpende metamorfose van de chemische fabriek zal leiden. De op zichzelf staande fabriek verdwijnt en in plaats daarvan komen netwerken van fabrieken. Het optimaal gebruikmaken van elkaars materiaalstromen is daarbij een belangrijke drijfveer. Chemiebedrijven worden leveranciers van diensten en bieden klantgerichte oplossingen met een hoge toegevoegde waarde.
‘Alle partijen krijgen een drive om met zo min mogelijk chemicaliën de productie te optimaliseren. Zo ontstaat er veel meer interactie tussen de partijen.’ samengewerkt met andere organisaties, waarbij onder meer wordt gedacht aan de VNCI. Verduurzamen In de visie van Royal HaskoningDHV is chemical leasing een stap in een lange
Thijs de Jong van Royal HaskoningDHV legt uit: ‘We staan nog aan het begin van een ontwikkeling waarin we gaan naar decentrale productie in kleinere units en heel andere vormen van samenwerking. The factory of the future is uiteindelijk een 3D-printer, waarbij de gebruiker PETROCHEM 01 – 2013
030_31_33_Z_thema_artikel.indd 31
31
15-01-13 14:21
ASCO Numatics voor de aansturing van toepassingen in top hotels en kritische toepassingen in procesinstallaties. Wiens ventielen vertrouwt u? ASCO Numatics is bekend als producent van een breed programma magneetventielen met zeer hoge betrouwbaarheid. Daarom kunnen ‘s werelds grootste procesinstallaties en top hotels op ons rekenen. Met de breedste keuze aan magneetkop- en stuurventieltechnologieën, een scala aan opties en een uitgebreide reeks certificeringen, is ASCO Numatics in staat het juiste magneetventiel te bieden voor elke toepassing, zowel voor de aansturing van een wasinstallatie als een procesklep. ASCO Numatics serie 327 direct werkende ventielen en serie 551 indirect werkende schuifventielen zijn toonaangevend in de industrie, zowel in termen van kwaliteit als betrouwbaarheid. Voor nadere informatie bel 033 277 79 11, e-mail info@asconumatics.nl of bezoek onze “Process” site op www.asconumatics.nl Martin King Plant Manager
The Emerson logo is a trademark and a service mark of Emerson Electric Co. The ASCO logo is a registered trademark of ASCO Valve Inc. © 2013 ASCO. All rights reserved.
115527 ins32 ASCO 'range' PC.indd 1
10/01/2013 15:14
Specialist in Heat Treatment Lokaal elektrisch voorwarmen / spanningsarm gloeien Gloeien in stationaire gloeiovens Verhuur / verkoop ovens en gloeiapparatuur
Drogen van vuurvast beton / coatings Gloeien in tijdelijke mobiele ovens Inductie & weerstand
www.delta-heat-services.nll info@delta-heat-services.nl +31 (0) 187 - 49 69 40
032_asco_delta.indd 1
15-01-13 12:30
CHEMICaL LEaSINg wERELDwIjD Het chemical leasing business model leent zich uitstekend om duurzaamheid en economie hand in hand te laten gaan. Sinds 2004 wordt het model daarom internationaal gepromoot door Unido (United Nations Industrial Development Organization). In die tijd zijn er, ondersteund door lokale Unido-organisaties, wereldwijd projecten opgezet. Unido publiceerde vorig jaar een overzicht van de meest succesvolle implementaties. In Colombia sloten Ecopetrol en Nalco een chemical leasing contract voor het ontwateren van olie en de behandeling van het afvalwater. Voorheen kocht Ecopetrol waterbehandelingschemicaliën in per kilo, maar in het leasing contract betaalt Ecopetrol per vat olie dat op de goede specificaties is gebracht. als gevolg van het nieuwe contract produceert Ecopetrol nu meer vaten olie op specificatie dan voorheen en wordt er meer water gereinigd. Tegelijkertijd is het gebruik van chemicaliën en de hoeveelheid vast afval afgenomen. Het contract zou zowel Ecopetrol als Nalco financiele besparingen hebben opgeleverd. De Egyptische producent van elektrische apparaten DEa sloot
een chemical leasing contract met akzoNobel en Chemetall voor de oppervlaktebehandeling en coating van wasmachines. DEa betaalt de leveranciers nu per geproduceerde wasmachine in plaats van per volume-eenheid chemicaliën. De processen voor de oppervlaktebehandeling en het coaten werden geoptimaliseerd. Hierdoor is de hoeveelheid verbruikte chemicaliën drastisch omlaag gegaan en is het aantal afgekeurde wasmachines gedaald. De totale productiekosten van een wasmachine zouden hierdoor met vijftien tot twintig procent zijn afgenomen. In Servië sloot mineraalwaterproducent Knjaz Milos een chemical leasing contract met Ecolab voor zijn verpakkingslijnen. In samenwerking met Ecolab werd de apparatuur op de verpakkingslijn vernieuwd en het toxische smeermiddel vervangen door een milieuvriendelijker alternatief. Het gevolg is dat de verpakkingslijn veel minder smeermiddelen verbruikt en de hoeveelheid afvalwater is gereduceerd. De verpakkingslijnen zijn bovendien betrouwbaarder geworden.
Dankzij een chemical leasing contract voor de oppervlaktebehandeling en coating van wasmachines is de hoeveelheid verbruikte chemicaliën drastisch omlaag gegaan en is het aantal afgekeurde wasmachines gedaald.
in een lokale copyshop zijn product uitprint. Die printmarkt is gebaseerd op licenties. Dat zijn vergezichten voor de hele lange termijn, maar op kleine schaal zie je al ontwikkelingen in die denkrichting.’ Nieuwe, meer duurzame business modellen zijn volgens Kimmel de
manier voor de West-Europese chemische industrie om uit de crisis te komen. Chemical leasing is daar een voorbeeld van, maar ook biobased chemicals bieden veel kansen. Het is belangrijk dat de overheid de industrie een duwtje in de rug geeft bij die ontwikkeling. Slechts een klein deel
van de bedrijven is vooruitstrevend op het gebied van duurzaamheid, het grootste deel doet alleen wat de regelgeving voorschrijft. Maar meer regels is volgens Kimmel niet de juiste weg om de chemische industrie te verduurzamen. ‘Het steeds meer op kosten jagen van de industrie is niet het antwoord. Het faciliteren en mogelijk maken van duurzame projecten is een betere manier om de planeet te sparen.’ W PETROCHEM 01 – 2013
030_31_33_Z_thema_artikel.indd 33
33
15-01-13 14:21
THEMa
Technologie geen bottleneck CO2-afvang Het Rotterdam Opslag en Afvang Demonstratieproject (ROAD) leek even op losse schroeven te staan toen E.on en GDF Suez aangaven aanvullende financiële middelen voor het demonstratieproject nodig te hebben. De afvang en opslag van CO2 is dan ook vooral een economische en maatschappelijke kwestie, en geen technische, want de technologie is er. Zo werkt Fluor al sinds 2003 samen met acht grote olie- en gasmaatschappijen om verschillende CO2-afvangtechnologieën te onderzoeken. Jacqueline van Gool
LINQS Vanaf 2015 wil het Rotterdam Opslag en afvang Demonstratieproject (ROaD) CO2 afvangen van een elektriciteitscentrale op de Maasvlakte en opslaan in uitgeproduceerde gasreservoirs onder de Noordzee. Er is voor de ontwikkeling van dit project 330 miljoen euro aan Europese en Nederlandse steun toegezegd. Door de structureel lage CO2-prijs is echter een financieringsprobleem ontstaan. ROaD is wereldwijd één van de eerste projecten die de gehele keten van CO2-afvang, -transport en -opslag op grote schaal wil realiseren. Een overzicht van carbon capture (& storage) projecten is te vinden op: http://sequestration.mit.edu/tools/ projects/index.html En op: www.globalccsinstitute.com
34
Precombustion-processen voorkomen dat bij verbranding CO2 vrijkomt, door de CO2 voor de verbranding uit het proces te halen.
Het is bijna onmogelijk iets te schrijven over CO2-afvang of -opslag en daarbij politieke, economische en maatschappelijke discussies onaangeroerd te laten. De afgelopen jaren is heel wat afgepraat over emissierechten en -handel, over de mogelijkheden om CO2 in oude gasvelden op te slaan en de wenselijkheid van dit alles. We zouden bijna vergeten dat er ook nog interessante technologie schuilt achter de mogelijkheid om CO2 uit de rookgassen van industriële processen te verwijderen. Pre- en post combustion Er bestaan grofweg twee verschillende methodes om te voorkomen dat CO2 wordt uitgestoten: pre- en post combustion. Verschillende partijen hebben gewerkt aan precombustion-processen om te voorkomen dat bij verbranding CO2 vrijkomt, door de CO2 voor de verbranding uit het proces te halen. De fossiele brandstof wordt hiertoe gedeel-
telijk geoxideerd in een vergasser. Het resultaat is syngas: CO en H2O. De CO wordt vervolgens omgezet in CO2 en H2. De CO2 kan worden afgevangen terwijl het waterstof als brandstof dient. Daarnaast heeft een aantal bedrijven (onder andere Praxair en Air Products) geïnvesteerd in de ontwikkeling van oxyfuelprocessen waarbij de verbranding van fossiele brandstoffen met zuivere zuurstof plaatsvindt in plaats van met lucht. De rookgassen bestaan dan grotendeels uit water en CO2. Door het water te condenseren, blijft vrij zuiver CO2 over. De meest toegepaste methode is echter CO2-afvang na conventionele verbranding. Er zijn verschillende CO2afvangtechnologieën ontwikkeld, zoals adsorptie met gebruik van oplosmiddelen (amines en ammonia), of vaste adsorptiemiddelen, druk- of temperatuur swing adsorptie, cryogene destillatie en het gebruik van membranen.
PETROCHEM 01 – 2013
034_35_37_Y_thema_artikel.indd 34
15-01-13 14:20
‘De meeste commercieel bewezen processen om CO2 uit rookgassen te verwijderen zijn gebaseerd op technologie die gebruikmaakt van oplosmiddelen’, vertelt Satish Reddy, vice president Carbon Capture Technologies van EPCMcontractor Fluor. In zo’n proces worden de rookgassen uit een proces door een absorber gevoerd, waarbij CO2 chemisch bindt aan het oplosmiddel, meestal een amine. In een stripper komt het CO2 weer vrij en kan het worden teruggewonnen. Het oplosmiddel wordt teruggevoerd naar de absorber. Fluor ontwikkelde het Econamine FG Plus proces. Dit amineproces wordt gebruikt om op commerciële schaal CO2 te verwijderen uit rookgassen met een lage druk en een hoog zuurstofgehalte (tot wel twintig procent). Te denken valt aan rookgassen uit boilers, reformers en gasturbines. Verbeteringen Sinds 2003 heeft Fluor een samenwerkingsverband met acht grote olie- en gasverwerkende bedrijven als BP, Shell, Statoil en Total Canada om verschillende CO2-afvangtechnologieën te bestuderen. ‘De bedrijven wilden de effecten van verschillende technologieën op hun proces onderzoeken. In de afgelopen jaren is daardoor ook ons proces op verschillende punten verbeterd’, vertelt Reddy. ‘Er is gezocht naar een beter oplosmiddel, dat meer CO2 kan binden. Maar ook in het proces zelf zijn verbeteringen aangebracht.’ Zo gebruikt het proces nu absorber intercooling, waarbij ook halverwege de absorber wordt gekoeld. Hierdoor is minder energie nodig voor het koelen.
Post combustion-processen vangen CO2 af na conventionele verbranding.
Bovendien heeft Fluor de diameter van de absorptie-installatie vergroot (tot wel achttien tot twintig meter) zodat er minder absorptie-trains nodig zijn en het benodigde grondoppervlak kleiner is. De energiebehoefte is teruggebracht met tien tot twaalf procent door het gebruik van zogeheten lean vapor compression. Hierbij wordt het bodemproduct van de stripper geflashed en de damp terug naar de stripper gevoerd. Daarnaast is de energievraag gedaald door warmteterugwinning en warmte-integratie. Wilhelmshaven De technologie is niet alleen ontworpen voor energiecentrales, hij is ook
ONzEKERHEID CCS Onlangs kwam in de media dat E.on en GDF Suez twijfelen over hun beloofde investering in het ROaD-project in Rotterdam omdat deze te duur zou zijn. De huidige lage prijs voor CO2 nodigt ook niet uit om te investeren in dergelijke projecten. Een recent Brits onderzoek van het Energy Technologies Institute en de Ecofin Research Foundation (Carbon Capture and Storage Mobilising private sector finance for CCS in the UK) bevestigt het nogmaals; er is een langetermijnondersteuning van de overheid nodig. Om private investeerders te interesseren voor de financiering van nieuwe CO2-afvangprojecten moet de overheid een duidelijk signaal geven dat het CCS serieus wil ontwikkelen. Het aandeel gedecentraliseerde en duurzame energieopwekking in het wereldwijde energiepark stijgt ten opzichte van de “oude” centrales op fossiele brandstoffen. aangezien CCS direct gelinkt is aan deze “oude” centrales levert dat voor investeerders een onzekerheid op. Deze onzekerheid zou volgens de schrijvers van het rapport kunnen worden weggenomen door een hogere CO2-prijs. Een hogere prijs voor CO2 zou er ook toe bijdragen dat er eerder wordt geïnvesteerd in CCS in andere industrieën, aldus het rapport.
geschikt om CO2 af te vangen in raffinaderijen of chemische fabrieken, zoals bij stoomgeneratoren, FCC-installaties en waterstofproductie. Inmiddels heeft het bedrijf 27 installaties gebouwd of in licentie om CO2 te verwijderen uit rookgassen. ‘Het opgevangen CO2 wordt veelal afgevangen om het vervolgens te gebruiken, bijvoorbeeld bij de productie van methanol of ureum, in de voedingsmiddelenindustrie of ten behoeve van enhanced oil recovery’, aldus Reddy. De meeste afvanginstallaties van Fluor zijn echter geplaatst bij gas- of stookolie gestookte plants. ‘Op het moment werken we samen met E.on in het Duitse Wilhelmshaven aan een pilot/ demonstratie-installatie voor het verwijderen van CO2 uit de rookgassen van de kolengestookte energiecentrale.’ De centrale van E.on in Wilhelmshaven heeft een output van 757 megawatt. Een deel van de rookgassen gaat naar de demonstratie-installatie. ‘Er zitten meer verontreinigingen in rookgassen van kolengestookte centrales dan in die van gasgestookte centrales. Zo is het zwavelgehalte veel hoger: twee- tot driehonderd ppm. Daarnaast zijn er sporen van roet en NOx. Daarom wilden E.on en Fluor eerst een pilot/demonstratieinstallatie bouwen, alvorens het proces toe te passen in de full scale energiecentrale’, vertelt Reddy. In de rookgassen van kolencentrales zitten bovendien nog kleine hoeveelheden PETROCHEM 01 – 2013
034_35_37_Y_thema_artikel.indd 35
35
15-01-13 14:20
Gorinchem
26, 27 en 28 maart 2013
Openingstijden 12.00 - 20.00 uur De vakbeurs die gespecialiseerd is op de olie-, gas-, duurzame-, petrochemische en baggerindustrie
On & Offshore is een gespecialiseerde vakbeurs gericht op de olie-, gas-, duurzame-, petrochemische- en baggerindustrie. Met dit vakevenement wordt een netwerk- en expositieplatform geboden waar u als ondernemer, uw relaties en potentiele klanten kunt ontmoeten en uw product en/of service onder de aandacht kunt brengen.
Bent u enthousiast over deelname of een bezoek aan On & Offshore? Neemt u dan contact op met de beursorganisatie.
Evenementen
HAL
HARDENBERG GORINCHEM VENRAY
036_eco_evenementenhal.indd 1
Evenementenhal Gorinchem T 0183 - 68 06 80 I www.evenementenhal.nl E gorinchem@evenementenhal.nl
Ondersteunend partner
Ons evenement.
UW MOMENT.
15-01-13 12:30
CO2-aFVaNGTECHNOLOGIEËN Technologie om CO2 uit gasmengsels te verwijderen is niet nieuw. Halverwege de vorige eeuw werd het oplosmiddel monoethanolamine (MEa) al gebruikt om CO2, H2S en andere zure gassen te verwijderen uit aardgas. Eind jaren zeventig werd in de Verenigde Staten een aantal CO2-afvanginstallaties gebouwd, gebruikmakend van deze technologie. Het afgevangen CO2 werd met name gebruikt voor enhanced oil recovery. Ook werd een aantal installaties gebouwd om CO2 te produceren voor commerciële doeleinden. Veel huidige post combustion afvanginstallaties zijn gebaseerd op die MEa-technologie. Om CO2 uit rookgassen te verwijderen is het proces aangepast ten opzichte van het oorspronkelijke ontwerp. zo zijn er inhibitors aangebracht
om degradatie van het oplosmiddel en corrosie tegen te gaan. Er zijn betere oplosmiddelen ontwikkeld en er wordt gewerkt aan het verminderen van het energieverbruik. Er zijn echter ook andere processen ontwikkeld om CO2 af te vangen uit rookgassen, zoals membraanscheiding, cryogene afvang (kristallisatie), adsorptie gebruikmakend van moleculaire zeven (zeolieten) of van vaste adsorptiemiddelen. Het verwijderen van CO2 uit rookgassen kost veel energie. Dat komt deels door de lage partiële druk van CO2 in de rookgassen. als er minder stikstof in de rookgassen zou zitten, zou het veel minder moeilijk zijn om CO2 af te vangen. De precombustion en oxyfuel technologieën richten zich juist op het verhogen van de concentratie CO2 in de rookgassen.
Leveranciers van CO2-afvangtechnologieën Technologieleverancier
Proces
air Products
OxyFuel
Oxy fuel
air Products
H2 pressure swing adsorption
Post combustion
alstom
Chilled ammonia Process
Post combustion
alstom
advanced amine Process
Post combustion
alstom
Oxycombustion
Oxy fuel
Doosan Power Systems
Post Combustion Carbon Capture (PCCC)
Post combustion
Doosan Power Systems
OxyCoal
Oxyfuel
Fluor
Econamine FG Plus
Post combustion (zie artikel)
KBR
Integrated Gasification Combined Cycle
Precombustion
Linde/ Lurgi
Rectisol
Precombustion
Mitsubishi Heavy Industries
Kansai Mitsubishi Carbon Dioxide Recovery
Post combustion
Powerspan
ECO2 ammonia Proces
Post combustion
Siemens
PostCap
Post combustion
Siemens
Integrated gasification combined cycle
Precombustion
UOP
Selexol
Precombustion
UOP
Benfield
Precombustion
UOP
amine Guard FS Process
Post combustion
andere verontreinigingen, zoals SO2, H2SO4, ammonia, fijnstof en andere sporencomponenten. In aminesystemen kunnen deze onzuiverheden in de rookgassen aminezouten vormen, die schadelijk zijn voor het afvangproces. ‘Het is daarom efficiënter om de verontreinigingen uit de rookgassen te halen voor ze de absorber in gaan.’ Ook dat wordt in de pilot/demonstratie-installatie getest. De demonstratie-installatie in Wilhelmshaven is ontworpen om ongeveer 16.200 kubieke meter rookgassen per uur te behandelen. Hierbij wordt op volle capaciteit negentig procent van het uitgestoten CO2 afgevangen. De
installatie is recentelijk opgeleverd en de komende jaren zullen dienen als testfase. Aan de ene kant wordt de technologie getest en verbeterd, aan de andere kant is het project bedoeld om aan te tonen dat het mogelijk is bestaande conventionele energiecentrales te retrofitten met een CO2-afvangtechnologie. Rendabel Volgens Reddy is het opschalen voor CO2-afvangtechnologieën niet het probleem. ‘Financiering vormt de bottleneck. De installaties zijn duur als er geen stimulans is voor CO2-afvang. Daarbij wordt het proces duurder als de rook-
Categorie
gassen veel SOx, NOx, stof of andere onzuiverheden bevatten. De voorbehandelingsstap kost dan meer energie en chemicaliën en de kosten van de afvanginstallatie stijgen.’ Reddy denkt echter dat de technologie in de toekomst in meer industrieën zal worden toegepast. Maar daar komt dan toch die politiek-economische discussie om de hoek kijken. Vooral voor bedrijven die de CO2 niet willen gebruiken als grondstof in een ander proces, maar deze willen opslaan om de uitstoot te reduceren, is het bij de huidige lage CO2-prijs moeilijk om een CO2-afvanginstallatie economisch rendabel te plaatsen. W PETROCHEM 01 – 2013
034_35_37_Y_thema_artikel.indd 37
37
15-01-13 14:20
PRODUCTEN
Boek over implementatie ‘lean’
Van Lean naar Lea®n, bouwen aan een lerende organisatie is het nieuwe boek van Arpa Training & Consultancy. Het geeft concrete handvatten om het leangedachtegoed te implementeren. Het gaat in op de facetten die belangrijk zijn om Lean goed in de organisatie te verankeren. Het boek is geschreven in de vorm van een reeks monologen. Theoretische stukjes, anekdotes, voorbeelden en praktijkervaringen van de hoofdpersoon worden aaneengeregen, waardoor het leest als een verhaal. Tegelijkertijd stelt de vorm van het boek de lezer in staat separate hoofdstukken te (her)lezen. Meer informatie bij Arpa: www.arpa.nl Watergeïnjecteerde schroefcompressor
ALUP-Kompressoren heeft haar volledig olievrije schroefcompressoren uit de serie Lento 15-30 kW vernieuwd. De frequentiegeregelde Lento is volledig watergeïnjecteerd en -gesmeerd, uitgerust met polymeerschroeven en de energie-efficiente besturing Air Control 5.1. De serie is van de nieuwste generatie van watergeïnjecteerde schroefcompressoren met Wet Screw Technology (type 1). Hierdoor is deze volledig olievrij; schroeven en lagers worden gesmeerd met behulp van water. Het water wordt hiervoor gezuiverd door middel van omgekeerde osmose. Het gebruik van water als smeermiddel zorgt voor lage onderhoudskosten; het is niet nodig olie en oliefilters te vervangen en deze hoeven ook niet milieubewust te worden afgevoerd. Ook is er minder milieubelasting doordat het condensaat geen olieresten bevat en geen speciale behandeling behoeft.
catalogus koolstofdioxidesensoren Atal presenteert een nieuwe catalogus koolstofdioxidesensoren met een geactualiseerd sensorpakket. De catalogus biedt een koolstofdioxidetransmitter met analoge uitgang voor aansturing van ventilatiesystemen. De sensoren kunnen worden ingezet voor de optimalisatie van het koolstofdioxideniveau in het binnenklimaat. Ze beschikken over regelfuncties en zijn toepasbaar bij projecten met een energiezuinige vraaggestuurde ventilatie, voor industriële toepassingen of voor bedrijfskritische applicaties. De catalogus biedt een overzicht van de technische gegevens van de producten. Door de groepering is het eenvoudig om tot een juiste sensorselectie te komen. Nieuwe toevoegingen aan het assortiment zijn sensoren met BACnet-interface, een serie regelaars met relais voor kanaalmontage en luchtkwaliteitsensoren. Meer informatie bij Atal: www.atal.nl nieuWe mixer voor Biogasinstallaties KSB heeft een nieuwe mixer met dompelmotor voor toepassing in de biogasproductie en de afvalwaterbehandeling geïntroduceerd. De nieuwe Amaprop 1000 is te gebruiken als aanvullende mixer, als breker van drijvend slib en als doorstromingsversneller. De mixer kan in combinatie met grotere mixers worden ingezet of zelfstandig werken. De nieuwe mixer voor biogasinstallaties is voorzien van een slijtagebestendige propeller van nodulair gietijzer. De contouren ervan werden met numerieke stromingssimulaties CFD (Computational Fluid Dynamics) ontwikkeld. Er kunnen grote volumestromen in axiale richting worden verplaatst. Twee achter elkaar geplaatste mechanische asafdichtingen zorgen voor een veilige afdichting van de aandrijvings- en motorruimte. Tussen de beide mechanische asafdichtingen is een reservoir met milieuvriendelijke olie die de afdichtingvlakken smeert en koelt. Een lekkagekamer tussen oliekamer en aandrijving biedt extra veiligheid. De lekkagekamer kan optioneel met een sensor worden bewaakt. Tandwielaandrijvingen met schuine vertanding lopen geluidsarm en zijn ontworpen voor een lange levensduur. Als aandrijving worden draaistroommotoren toegepast, waarvan het vermogen varieert van tien tot twintig kilowatt. De motoren zijn seriematig uitgerust met onderhoudsvrije lagers, een vochtsensor en temperatuurvoelers voor de bescherming van de wikkeling tegen te sterke verhitting. Meer informatie bij KSB Nederland: www.ksb.nl meettechnologie voor zWare omstandigheden Hottinger Baldwin Messtechnik (HBM) heeft het meetsysteem QuantumX uitgebreid met robuuste modules, die voldoen aan IP67 en dus bestand zijn tegen trillingen, schokken, extreme temperaturen, water en stof. Met de uitbreiding komt HBM tegemoet aan de behoefte aan robuuste meetapparatuur, die geschikt is voor toepassing in zware omgevingscondities. De modules zijn bij uitstek geschikt voor gebruik buiten of tijdens mobiel gebruik op de weg, in machines of in de maritieme sector. Het ontwerp en de installatie van meettoepassingen worden vergemakkelijkt door de modulaire opbouw van het systeem en de robuuste stekkerverbindingen, waardoor de modules flexibel in applicaties kunnen worden ingezet. Er zijn meetversterkers beschikbaar voor vrijwel alle gebruikelijke fysische grootheden en alle typen meetopnemers. www.hbm.com
Meer informatie bij Alup: www.alup.nl
38
PETROCHEM 01 – 2013
038_G_producten.indd 38
meer producten op www.petrochem.nl
15-01-13 14:40
FOTO: SPINID
TECHNOLOGIE
Spinning diSc op de markt
Tien jaar onderzoek aan de Technische Universiteit Eindhoven heeft geresulteerd in de geoctrooieerde spinning disc technologie. De start-up Spinid is er begin dit jaar de markt mee opgegaan en ontwerpt en bouwt chemische reactoren op basis van de technologie. De reactoren maken het mogelijk om met extreme drukken en temperaturen reacties uit te voeren. Met conventionele technologieën is dit vaak niet haalbaar vanwege veiligheid en technische en economische beperkingen. Met de spinning disc reactoren kunnen chemische reacties veiliger, flexibeler en efficiënter plaatsvinden, zowel qua gebruik van grondstoffen als qua energieverbruik. Reacties en scheidingen vinden op zeer gecontroleerde wijze plaats. Hierdoor kan precies dát worden geproduceerd wat men wil, met minimale bijproducten en reststromen. Omschakelen van het ene naar het andere product gebeurt in enkele seconden. Het is zelfs mogelijk om energie die vrijkomt bij het proces terug te winnen en nuttig te gebruiken. De productiecapaciteit van een transporteerbare pilot plant ligt in de orde van grootte van tien ton per dag en is beschikbaar voor potentiële klanten en gebruikers. onderzoeker optimaliSeert SeiSmiSch onderzoek
Om gas- en oliereservoirs op te sporen, maken olie- en gasmaatschappijen gebruik van seismisch onderzoek. Trillende platen sturen daarbij golven de bodem in. Deze worden door aardlagen weerkaatst en weer door ontvangers geregistreerd. Amplitude en aankomsttijd van de weerkaatste golven geven informatie over verschillen in structuur van de aardlagen en hun diepte. Aard- of zoutlagen verstoren daarbij soms het verkrijgen van gedetailleerde beelden van de ondergrond. Enkele jaren geleden kwamen onderzoekers van Shell daarom met een nieuwe methode, gebaseerd op seismische ontvangers in boorgaten in de ondergrond. Deze methode heeft onderzoeker Joost van der Neut binnen een STW-project nu aanzienlijk verbeterd. Evenals in de methode van Shell wordt een virtuele dataset verkregen; alsof niet alleen de ontvangers maar ook de geluidsbronnen zich in het boorgat bevinden. Met deze virtuele geluidsbronnen kunnen onderzoekers als het ware om verstorende aardlagen heen kijken en zo moeilijk toegankelijke oliereservoirs beter in beeld brengen. De techniek helpt overigens ook om oliereservoirs permanent te monitoren. Van der Neut zag echter dat het stralingspatroon van zo’n virtuele bron niet optimaal is en heeft daarom aan een algoritme gewerkt om dit patroon te optimaliseren. Momenteel werkt hij samen met Saudi Aramco aan de implementatie van deze methode voor het monitoren van oliereservoirs in Saoedi-Arabië door permanent geïnstalleerde sensoren in de ondergrond. Van der Neut promoveerde in december op het onderzoek aan de Technische Universiteit Delft.
tno vindt veelbelovend enzym TNO heeft ontdekt dat in het DNA van bepaalde schimmels een enzym voorkomt, dat zetmeel wellicht efficienter kan afbreken. Dat kan leiden tot lagere kosten van daarbij gevormde suikers en goedkopere productieprocessen waarbij ze worden gebruikt, zoals van voedingsmiddelen of biobrandstoffen. De ontdekking vloeit voort uit nieuwe methoden om slim in DNAinformatie te kunnen zoeken, het zogeheten genome mining. Senior scientist prof. Peter Punt: ‘Het identificeren van DNA-sequenties van organismen is door nieuwe sequentie analysemethoden een stuk eenvoudiger dan voorheen. Bij TNO hebben we methoden bedacht om hier nog slimmer gebruik van te maken. Door genome mining zijn we op tot nog toe onbekende functies gestuit, die een rol spelen bij de afbraak van producten. Eerder hebben we een patent aangevraagd voor onze ontdekking van een nieuwe klasse cellulose-actieve enzymen. Beide ontdekkingen leveren nog geen concrete resultaten op, maar als we het idee samen met het bedrijfsleven verder kunnen ontwikkelen kan dat tot waardevolle doorbraken leiden.’ doorbraak in koolStoFnanovezelS Onderzoekers van Teijin Aramid (Nederland) en Rice University (VS) hebben het mogelijk gemaakt om koolstofnanobuisjes te spinnen tot een supervezel. Deze vezel heeft een zeer hoge thermische en elektrische geleidbaarheid en goede textiele eigenschappen. Om een hoogwaardige vezel van koolstofnanobuisjes te spinnen, moeten de nanobuisjes perfect langs de as van de vezel zijn gestapeld en georiënteerd. De efficiëntste manier om dit te bereiken is het oplossen van de koolstofnanobuisjes in zwavelzuur, gevolgd door natspinnen. Teijin Aramid gebruikt dit proces voor de productie van de Twaronsupervezel. De Twaron-technologie zorgde voor verbeterde prestaties en een industrieel schaalbare productiemethode.
PETROCHEM 01 – 2013
039_J_Technologie.indd 39
39
15-01-13 14:20
Market review AAndrijftechniek en gereedschAppen
BedrijfsBeMiddeLing
cOMpensAtOren
ecurie rosier
dictAtOr prOdUctie B.V.
Ondernemend in Bedrijfsovernames
Van eyle & ruygers – schwartz Sevillaweg 75 3047 AL RotteRdAm Postbus 35040 3005 dA RotteRdAm tel: +31 (0)10- 245 50 00 Fax: +31 (0)10- 262 06 22 e-mail: info@erxs.nl Website: www.erxs.nl
Afdichtingen, AfsLUiters, cOMpensAtOren en sLAngen
klingerBV
Nikkelstraat 2-4 3067 GR RotteRdAm Postbus 8504 3009 Am RotteRdAm tel: +31 (0)10- 455 75 55 Fax: +31 (0)10- 456 38 90 e-mail: klinger@klinger.nl Website: www.klinger.nl
Afdichtingen, AfsLUiters sLAngen en kUnststOffen
ecurie rosier Bedrijfsovernames B.V. meidoornweg 12 4191 LB Geldermalsen ing edwin Rosier RAB tel: +31 (0)345- 65 12 26 mobiel: +31 (0)6 43 02 96 34 e-mail: edwin@ecurie.nl Website: www.ecurie.nl
BLAst VALVes
Vokes-Air BV
Filter + Beschermtechniek Nijverheidsweg 15 3401 mC IJSSeLSteIN Postbus 309 3400 AH IJSSeLSteIN tel: +31 (0)88- 865 37 24 Fax: +31 (0)88- 865 37 00 e-mail: info@vokesair.nl Website: www.vokesair.com
toermalijnstraat 5 1812 RL ALKmAAR Postbus 280 1800 BK ALKmAAR tel: +31 (0)72- 514 15 14 Fax: +31 (0)72- 515 56 45 e-mail: info@eriks.nl Website: www.eriks.nl
ALgeMeen
Ridderpoort 14 2984 BG RIddeRKeRK Postbus 257 2980 AG RIddeRKeRK tel: +31 (0)180- 41 59 88 Fax: +31 (0)180- 41 71 70 e-mail: info@noordchem.nl Website: www.noordchem.nl
ciViL, piping And ArchitectUrAL WOrks
sgs nederland b.v.
malledijk 18 Postbus 200 3200 Ae SPIJKeNISSe tel: +31 (0)181- 69 33 33 Fax: +31 (0)181- 69 35 81 e-mail: info@sgs.com Website: www.sgs.com
40
Simon Stevinstraat 8 8400 oostende Belgium tel: +32 (0)59- 51 07 55 Fax: +32 (0)59- 51 07 87 Website: www.dekomte.be e-mail: info@dekomte.be
herteL industrial sealings bv. Seggelant-West 10 3237 mJ Vierpolders the Netherlands tel: +31 (0)181- 28 11 17 Fax: +31 (0)181- 28 11 78 Website: www.hertel.com e-mail: hans.vanegmond@hertel.com expansion.joints@hertel.com
VBk groep
Kernweg 37 1637 LH HooRN tel: +31 (0)229- 23 28 04 Fax: +31 (0)229- 23 69 85 e-mail: info@vbkgroep.nl Website: www.vbkgroep.nl
energieweg 11 8304 AJ emmeLooRd Postbus 57 8300 AB emmeLooRd tel: +31 (0)527- 61 34 56 Fax: +31 (0)527- 69 84 20 e-mail: info@dictator.nl Website: www.dictator.nl
Vertegenwoordiging in België: AmY NV/SA Lieven Bauwensstraat 23 B- 8200 BRUGGe, BeLGIË tel: +32 (0)50- 31 28 48 Fax: +32 (0)50- 31 16 64 e-mail: info@amy.be Website: www.amy.be
eXpLOsieVeiLige VerLichting & signALering
deMOntAge
Victor Lighting
ddM demontage B.V.
de noord chemicals b.v. eriks bv
dekOMte BeneLUX
cheMicALs
chemicals, Lime, recycling and Automotive
eXpLOsieVeiLige deUrtechniek & AAndrijVingen
Industriële verhuizingen demontage – Sloopwerken transport – Asbestsanering offshore Postbus 253 3454 Zm de meeRN tel: +31 (0)30- 666 97 80 Fax: +31 (0)30- 245 91 27 e-mail: info@ddm.eu Website: www.ddm.eu
engineering & cOntrActing
grontmij Belgium nV
Industry, Water & energy Services m. Gillemanstraat 5 B- 9060 ZeLZAte, BeLGIË tel: +32 (0)9 345 70 67 Fax: +32 (0)9 345 53 67 e-mail: industry-water-energy@ grontmij.be Website: www.grontmij.be
Gedistribueerd door: eurotronic B.V. Curieweg 8d 2408 BZ ALPHeN AAN deN RIJN Postbus 582 2400 AN ALPHeN AAN deN RIJN tel: +31 (0)172- 49 10 76 Fax: +31 (0)172- 49 29 37 e-mail: info@eurotronic.nl Website: www.eurotronic.nl
gLOBAL cAd center
proclass b.v.
Lindelaan 4 3319 XK dordrecht Postbus 9138 3301 AC doRdReCHt tel: +31 (0)78- 622 89 11 Fax: +31 (0)78- 621 12 23 e-mail: info@proclass.nl Website: www.proclass.nl ProClass technologies Pvt. Ltd. Park View enclave, Road no2 500034 Hyderabad, India Website: www.GlobalCadCenter.com
PETROCHEM 01 – 2013
040_41_42__marketreview_hoi_index.indd 40
15-01-13 12:30
Market review instALLAtie VLOeren inspectie
kiwa nederland B.V.
Sir. W. Churchill-laan 273 2288 eA RIJSWIJK Postbus 70 2280 AB RIJSWIJK tel: +31 (0)70- 414 46 21 Fax: +31 (0)70- 414 46 40 e-mail: inspectie@kiwa.nl Website: www.1kiwa.com
kUnststOf Leidingen
prOjectpLAnning & cOntrOL
MAnUfActUring eXecUtiOn systeMs (Mes)
hanwel MAgiOn process control engineering B.V. Wolga 5 2491 BK deN HAAG tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 e-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
MechAnicAL cOntrActing
Afsluiters, compensatoren, leidingondersteuningen en –systemen, glijlagers, jacketed piping, PtFe lined piping Jan tinbergenstraat 209 7559 SP Hengelo ov tel: +31 (0)74- 265 00 00 Fax: +31 (0)74- 265 00 01 e-mail: verkoop@hanwel.com Website: www.hanwel.com
prOcess cOntrOL
primaplan B.V.
Cypresbaan 37 2908 Lt CAPeLLe A/d IJSSeL tel: +31 (0)10- 442 51 97 Fax: +31 (0)10- 451 49 41 e-mail: info@primaplan.nl Website: www.primaplan.nl
ptfe
Minks kunststoftechniek rotterdam B.V.
Klompenmakerstraat 68 3194 de RotteRdAm HooGVLIet Postbus 493 3190 AK RotteRdAm tel: +31 (0)10- 472 03 09 Fax: +31 (0)10- 416 88 28 e-mail: info@minks.nl Website: www.minks.nl
kUnststOfrOOsters en cOnstrUcties (gVk)
engineering, pijpleidingen, Montage en Apparatenbouw Postbus 2517 2940 AA LeKKeRKeRK tel: +31 (0)180- 45 21 88 Fax: +31 (0)180- 66 23 08 e-mail: info@klip.nl Website: www.klip.nl
MiLieU & enVirOMent
MAgiOn process control engineering B.V. Wolga 5 2491 BK deN HAAG tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 e-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
prOcess eqUipMent
polyfluor plastics BV t. +31-162-472122 F. +31-162-472123 Postbus 221 4900 Ae oosterhout info@polyfluor.nl www.polyfluor.nl
stUdBOLts
Bea nederland B.V. flexxcon B.V.
Correspondentieadres Postbus 1761 3800 Bt Amersfoort magazijn/werkplaats Parallelweg 74 7161 AG Neede tel: 033 4556696 Fax: 033 4553295 e-mail: info@flexxcon.com Website: www.flexxcon.com
LOOnreiniging prOcess eqUipMent
IndusClean indusclean nV
Kluizenhof 31 B-9170 Sint Gillis Waas België tel: +32 (0)3- 234 95 26 Fax: +32 (0)3- 234 94 87 e-mail: general@indusclean.com Website: www.indusclean.com
Alfa Laval Benelux BV n.r. koeling
Griendstraat 13 Postbus 95 2920 AB KRImPeN A/d IJSSeL tel: +31 (0) 180 54 51 11 Fax: +31 (0) 180 54 51 10 e-mail: Info@nrkoeling.nl Website: www.nrkoeling.nl
pipe sUppOrts
dutramex BV
Ambachtstraat 1a 4143 HB LeeRdAm tel: +31 (0)345- 61 40 11 Fax: +31 (0)345- 61 95 25 e-mail: info@dutramex.com Website: www.dutramex.com
Baarschot 2 4817 ZZ BRedA Postbus 9377 4801 LJ BRedA tel: +31 (0)76- 579 12 00 Fax: +31 (0)76- 579 12 11 e-mail: benelux.info@alfalaval.com Website: www.alfalaval.com
Anthony Fokkerstraat 2 3261 LB oud Beijerland Postbus 1554 3260 BB oud Beijerland tel.: +31 (0)186 - 62 02 88 Fax: +31 (0)186 - 62 02 44 e-mail: sales@beaned.nl Website: www.beagroup.com
stAALcOnstrUcties
Alfa Laval Benelux nV
Bazellaan 5 B- 1140 BRUSSeL, BeLGIË tel: +32 (0)2- 728 38 11 Fax: +32 (0)2- 728 38 03 e-mail: benelux.info@alfalaval.com Website: www.alfalaval.com
frijns industrial group
Industriële staalconstructies & Projectmanagement de Valkenberg 14 Postbus 150 6300 Ad VALKeNBURG A/d GeUL tel: +31 (0)43- 601 01 01 Fax: +31 (0)43- 601 01 02 e-mail: info@frijnsgroup.com Website: www.frijnsgroup.com
PETROCHEM 01 – 2013
040_41_42__marketreview_hoi_index.indd 41
41
15-01-13 12:30
Market review WAterBehAndeLing
Voortman staalbouw
Industriële staalconstructies & dak en Wandbeplatingen Plaagslagen 16 Postbus 83 7460 AB RIJSSeN tel: +31 (0)5- 4853 90 00 e-mail: a.mensing@voortmanstaalbouw.nl Website: www.voortmanstaalbouw.nl
eUrOWAter B.V.
Pastoor van Breugelstraat 8a 4744 RB Bosschenhoofd the Netherlands tel: +31 880005000 Fax: +31 880005005 e-mail: gvt@eurowater.nl Website: www.eurowater.nl
Verzekeringen
DIT TIJDSCHRIFT DEUGT
intrAMAr insurances
Het Nieuwe diep 34 A8 1781 Ad deN HeLdeR Postbus 891 1780 AW deN HeLdeR tel: +31 (0)223- 61 22 22 Fax: +31 (0)223- 61 55 22 e-mail: info@intramar.nl Website: www.intramar.nl
jotem Waterbehandeling b.v. Parelstraat 24 7554 tm HeNGeLo tel: +31 (0)74- 24 25 255 Fax: +31 (0)74- 24 34 880 e-mail: info@jotem.nl Website: www.jotem.nl
WArMteBehAndeLing
elektrisch voorwarmen en gloeien / inductie verwarmen / Stationaire en mobiele gloeiovens / Uitdrogen beton en coatings
delta heat services B.V.
Scheelhoekweg 2 3251 LZ SteLLeNdAm Postbus 52 3250 AB SteLLeNdAm tel: +31 (0)187- 49 69 40 Fax: +31 (0)187- 49 68 40 e-mail: info@delta-heat-services.nl Website: www.delta-heat-services.nl
Het tijdschrift dat u nu leest, is lid van H O I , het instituut dat de oplagen van gedrukte media controleert. Daardoor speelt dit tijdschrift open kaart met al haar adverteerders. Omdat die harde oplagecijfers keurig houvast bieden voor wat de advertentietarieven moeten waarmaken. Dat is eerlijk zaken doen. En inderdaad, dat geeft nogal te denken over uitgevers die zich niet hebben aangesloten bij H O I ...
DE HARDE CIJFERS Postbus 314, 1180 AH Amstelveen T 020 661 36 26 E info@hoi-online.nl W www.hoi-online.nl
AdVertentie-indeX petrOcheM
Andus Group ................................................................................ 59 ASCO Controls ............................................................................. 32 Delta Heat Services...................................................................... 32 DeltaVisie 2013 ............................................................................. 14 Easy Fairs België .......................................................................... 18 Eco Ketelservice Verhuur ............................................................. 36 Emerson Process Management ................................................... 2 Evenementenhal Hardenberg..................................................... 36 Evides ........................................................................................... 20 M.O.B. ........................................................................................... 24 Magnetrol European Headquarters ........................................... 26 Market review .................................................................. 40 t/m 42 Modelec Data-Industrie ................................................................. 6
indien u ook vermeld wilt worden in de Market review van petrochem, neemt u dan contact op met jetvertising – rob koppenol, tel. 070 399 0000. Uw abonnement wordt stilzwijgend ver-
SGS Nederland ............................................................................ 60 Yokogawa Europe Solutions ......................................................... 4 OLie&gAs Abonnement ................................................................................ 48
lengd tot wederopzegging en dient twee maanden van tevoren
Bizz 56".......................................................................................... 46
opgezegd te worden.
LSB Sky Access ............................................................................ 54 N.R. Koeling ................................................................................. 54 Pepperl + Fuchs............................................................................ 46
42
PETROCHEM 01 – 2013
040_41_42__marketreview_hoi_index.indd 42
PPG Protective & Marine Coatings............................................. 48
15-01-13 12:30
CURSUS
AGENDA VeiligheiD VOOr meNs eN iNstallatie In de NEN 3140 komt onder meer aan de orde dat personeel aan bepaalde vakbekwaamheidseisen moet voldoen. Daarnaast moet de elektrische installatie onder verantwoordelijkheid worden gesteld van een installatieverantwoordelijke. Er moeten ook bijgewerkte tekeningen aanwezig zijn van de installatie. Tijdens deze studiedag leert de bezoeker om te gaan met de norm; van risico-inventarisatie tot en met resultaat.
29 januari Zoetermeer
leaN lereN Tijdens deze training krijgt de cursist inzicht in mogelijkheden om medewerkers te motiveren en te ondersteunen bij hun ontwikkeling en hen te betrekken bij veranderprocessen. Hierbij leert hij/zij instrumenten als training, coaching en intervisie op een positieve manier in te zetten voor een optimaal resultaat.
2 februari Utrecht
D&F group www.denf.nl
VeiligheiDstraiNiNg ateX 95 In deze training staat de ATEX 95 Richtlijn centraal (94/09/EEG) voor apparatuur en beveiligingsinrichtingen, bedoeld voor gebruik in explosiegevaarlijke omgevingen. Na het volgen van de training heeft de cursist alle praktische handreikingen geleerd hoe te voldoen aan deze richtlijn.
7 februari Waalwijk
reed Business Opleidingen www.reedbusiness opleidingen.nl
rOOt Cause aNalysis Storingen in machines en installaties brengen vaak aanzienlijke schade met zich mee. Als een bedrijf meer onderzoek doet naar de oorzaken – de zogenaamde root causes – van storingen en risico’s, kan er veel geld worden bespaard. In de opleiding Root Cause Analysis krijg je inzicht in de volgende probleemoplossende methodieken: Pareto, Failure Mode and Effect Analysis, Root Cause Failure Analysis en Demming Plan-Do-Check-Act verbeterplannen. Deze cursus is bedoeld voor engineers, maintenance managers, projectleiders, groepsleiders, shift leaders of lijnmanagers.
5 maart Rotterdam
NVDO www.nvdo.nl
CBt trainingen en opleidingen www.cbt-trainingen.com
BEURS /EVENEMENT / SEMINAR mikrocentrum www.rapidpro.nl
rapiDprO 2013 Op deze vakbeurs met congres worden de allernieuwste ontwikkelingen getoond van productietechnieken als: additive manufacturing (3D-printen), rapid prototyping, vacuumvormen, gieten en cnc-frezen. Daarnaast komen de belangrijkste innovaties op het gebied van reverse engineering, grondstoffen, software, oppervlaktebehandelingen en nog veel meer aan bod.
26 en 27 februari Veldhoven
industrielinqs pers en platform www.i-maintain.nl/congres
imaiNtaiN CONgres – thema: KraCht Goed onderhoud zorgt dat de zaken die er toe doen, hun kracht behouden. Dat geldt van een losse machine tot aan de hele onderhoudsindustrie. Van food tot process en van infra tot hightech. De Nederlandse onderhoudsindustrie is volgens het NVDO Onderhoudskompas goed voor ruim dertig miljard euro omzet per jaar. Houdt die industrie het vermogen om aan de vraag te blijven voldoen? En wat is daarbij de kracht van een goed besluit, een nieuwe collega, de kracht van kennis of de kracht van innovatie? Tijdens iMaintain 2013 staat kracht centraal.
21 maart Rotterdam
meer agendapunten op www.petrochem.nl
043_K_agenda.indd 43
PETROCHEM 01 – 2013
43
15-01-13 14:36
Zelfs bij een krimpend scenario blijft er een substantiële vraag van bijna 59 duizend jobs.
Vissen Ik weet niet hoe het met jullie zit – daarvoor zijn jullie lezers met veel te veel – maar ik heb het jaar 2012 afgesloten met nogal gemengde gevoelens. Die waren niet persoonlijk van aard, maar hadden te maken met het economisch klimaat waarin we nu al heel lang vertoeven. Er is veel onzekerheid en die neemt niet af met de maanden. De dip waarmee we te kampen hebben, lijkt langer te duren dan ons lief is. En dat ziet er dus niet goed uit voor de werkgelegenheid in de sector. Gaan we ook in chemie klappen krijgen zoals in de autoconstructie? Want die chemie levert toch heel veel aan die autoconstructeurs… Ik deelde mijn twijfels over een beter vooruitzicht voor 2013 met Wouter De Geest, CEO van BASF Antwerpen. ‘Ja,’ viel hij me bij, ‘op korte termijn is er onzekerheid en mist. Maar die mist mag ons niet blind maken voor de toekomst. Ondernemers moeten door die mist heen durven en kunnen kijken en moeten dus denken aan investeren in de toekomst. En dat betekent voor onze sector ook investeren in mankracht die we nodig zullen hebben, investeren in het aantrekken van jong talent.’ Mijn twijfel werd gevoed door de aankondiging van duizenden ontslagen in de industrie, zij het vooral in de metaalverwerking (autoconstructie en toeleveranciers), maar ook in de chemiesector. Stevenen we opnieuw af op een vrije economische val zoals in het najaar van 2008? Nee, zover zal het niet komen, maar de crisis die we doormaken, is hardnekkig en blijft aanslepen. Wie denkt er dan aan aanwerven? De chemiesector in Vlaanderen dus. Naar aanleiding van haar jaarbijeenkomst liet de Vlaamse afdeling van de Belgische chemie & life sciences sector een studie naar de behoefte aan mankracht updaten door de Leuvense professor Luc Sels, decaan van de Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen. Die had eerder voor dezelfde industriebranche voorspeld dat er tussen 2005 en 2010 jaarlijks duizend aanwervingen nodig waren om de uitstroom van actieven op te vangen. Een herberekening voor de periode 2010-2020 leert volgens de onderzoeker in een business-as-usual-scenario dat het dubbele aan aanwervingen – tweeduizend per jaar – op een totaal van ruim zestigduizend nodig zal zijn. Zelfs bij een krimpend scenario blijft er een substantiële vraag van bijna 59.000 jobs. Het cijfermateriaal wijst op een sterkte en tegelijk op een zwakte van de sector. De sterkte zit hem in de toetsing dat de sector chemie & life sciences goed gepositioneerd is om de dip in de economie te boven te komen zonder al te veel bedrijfsdrama’s. Tegelijkertijd is er ook de zwakte dat de arbeidsmarkt die honger naar goede werkkrachten niet zal kunnen lenigen, 44
want nu al zijn niet alle vacatures naar de gezochte profielen in de chemie & life sciences invulbaar. De chemie & life sciences waren zich al veel vroeger bewust van die spanning en zochten naar initiatieven en middelen om de vijvers waaruit kon worden gevist te vergroten of om zoals iemand uit de HR-wereld het ooit formuleerde ‘van kikkers vissen te maken’. Niet dat kikkers minderwaardig zijn, maar omdat hoogtechnologische sectoren hogere kwalificaties nodig hebben. En ook voor deze transformatie nam de sector in Vlaanderen initiatieven en werd de rol van ondernemers onderstreept. Door een convenant af te sluiten met de onderwijssector en de vakbonden om de samenwerking tussen de sector, haar ondernemingen en de onderwijswereld te intensifiëren. Dit convenant is sterk pragmatisch en met één doel voor ogen: een win/ win-situatie creëren door vraag- en aanbod beter op mekaar af te stemmen zonder mekaar te bevoogden of af te dreigen. Om alle betrokkenen te faciliteren, een goed gevoel te geven en een gezamenlijk perspectief te creëren. Bij de jaarwissel en de formulering van goede voornemers kan dat wel tellen. Het kan natuurlijk niet bij goede voornemens blijven en daarin gaf zeker de Antwerpse petro- & chemiecluster een mooie voorzet voor 2013. Midden november werd een nieuwe campus geopend van het Antwerps Centrum voor Toegepaste Automatiseringstechnieken (ACTA). Dit opleidingscentrum is ontstaan op initiatief van de Antwerpse chemische industrie uit de noodzaak om toekomstige procesoperatoren en technici een op-maat-gesneden opleiding te geven naast en bovenop hun traditionele onderwijsopleiding. In ACTA worden de medewerkers van de sector bovendien permanent bijgeschoold, zowel qua vaardigheden als qua attitudes. Daarom is ACTA eveneens de ideale aanvulling op het werkplekleren. Ik schreef er voor het eerst over in 1987, het begin van mijn communicatiecarrière in de chemie, en ik moet er vandaag nog over berichten. Die opmerking illustreert naar mijn mening twee vaststellingen: de nood aan goed opgeleiden voor de chemie en aanverwante sectoren blijft overheen de voorbije decennia hoog, wat ook betekent dat de lat hoog gelegd blijft. En ten tweede: van de industrie zelf worden toenemend inspanningen gevraagd om de kloof tussen vraag en aanbod mee te dichten. Verstandige keuzes worden geïnspireerd door verstandige managers, en die heeft de chemie & life sciences. Jan Van Doorslaer
PETROCHEM 01 – 2013
044_M_column.indd 44
15-01-13 14:20
01 13
Inside Magazine Magazine voor voor de en gasindustrie Inside de olievoedingsspecialties
Impuls voor olieOp tijd en binnen productie Noordzee budget 045_olie_cover.indd 2
15-01-13 15:26
PROTECTING YOUR PROCESS
Wij beschermen u – wat u ook wil ondernemen ! Lucifers maken vuur, maar ze zijn toch zo ontworpen dat ze gebruiksvriendelijk zijn. Zo kan ook Pepperl+Fuchs u helpen met de beste explosiebeveiligingsoplossingen voor uw procesinstallaties, want al meer dan 60 jaar leveren wij bescherming voor de procesindustrie. Onze intrinsiekveilige barrières beschermen duizenden chemische, farmaceutische, olie & gas en andere productie-installaties tegen explosiegevaar. Maar we hebben nog meer te bieden ! Veldbussystemen, human-machine-interfaces, level control of corrosiemonitoring: wij zijn de experts. Dankzij onze wereldwijde vertegenwoordiging vindt u ons waar en wanneer u ons nodig heeft. Pepperl+Fuchs N.V. Metropoolstraat 11 • 2900 Schoten • België Tel. +32 (0) 3 644 25 00 • Fax. +32 (0) 3 644 24 41 pa-info@be.pepperl-fuchs.com • www.pepperl-fuchs.com Pepperl+Fuchs B.V. Pettelaarpark 104 • 5216 PR ’s-Hertogenbosch • Nederland Tel. +31 (0) 73 7507 107 • Fax. +31 (0) 73 6444 749 pa-info@nl.pepperl-fuchs.com • www.pepperl-fuchs.com
De nieuwe standaard in webvertising Presenteer uw bedrijf, innovatie of project volgens de nieuwe standaard in webvertising: Bizz56”. Vertel uw verhaal in uw eigen creatieve film van 56 seconden en de boodschap komt aan! Het doordachte stramien van Bizz56” zorgt ervoor dat u en de filmers van Movielinqs zich kunnen concentreren op het communicatieve en creatieve deel van uw boodschap. En bovenal zorgt Bizz56” voor een snelle, complete en eigentijdse boodschap die de aandacht van uw doelgroep tot het einde vasthoudt. Bizz56”-video’s zijn multiinzetbaar: op uw site, via smartphones en tablets en op social media.
Bizz56” is een product van Movielinqs, een onderdeel van Industrielinqs pers en platform
Scan de QR-code voor een voorbeeld van Bizz56”
Meer weten?
_A5_bizz56.indd 43 1 046_bio_pepperl.indd
Neem contact op met Ellen van den Burg (020-3122088) of movielinqs@industrielinqs.nl
15-03-12 12:29 14:46 15-01-13
08
Impuls olIeproductIe Noordzee
Twaalf jaar na de sluiting nam Taqa eind 2010 het Rijnveld in de Nederlandse Noordzee weer in gebruik voor de winning van olie. Eind 2012 volgde een nieuwe prikkel voor de Nederlandse olieproductie met de vondst van olie door Wintershall. Een zeer welkome impuls, want de olie- en gasinfrastructuur in de Noordzee staat onder druk.
12
rubrIekeN
op tIjd eN bINNeN budget
Olie- en gasbedrijven lukt het meestal niet om grote projecten op tijd en binnen budget af te ronden. Daan Faber en Oscar Abbink van Logica hebben op basis van een onderzoek naar de praktijk van de Canadese olie-industrie gekeken hoe bedrijven dat beter kunnen doen. Zij komen tot de conclusie dat slimmer samenwerken met aannemers leidt tot een flexibele en effectievere aanpak.
05
commeNtaar
06
NIeuws
Uitgave van Industrielinqs pers en platform bV postbus 12936, 1100 aX amsterdam
Eindredacteur evi Husson 020 3122 796 liesbeth schipper 020 3122 083
Algemeen directeur wim raaijen 020 3122 281
Vormgever gabriele kรถbbemann
Uitgever mark oosterveer 020 3122 793
Medewerkers erik te roller, cyril widdershoven Cover BP
Advertentieverkoop jetvertising bV postbus 1890, 2280 dw rijswijk t: 070 399 0000 | f: 070 390 2488 website: www.jetvertising.nl Traffic breg schoen 020 312 2088 Drukkerij drukkerij deltaHage, den Haag
01 | 13
047_olie_inhoud.indd 3
co lo fo N
olIe & gas 01|13
3
15-01-13 15:01
Petrochem.nl
geeft nog meer waarde voor uw geld Meer nieuws dan ooit • • • • • • • •
Actuele berichtgeving over de olie- en chemische industrie Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten en diensten Multimediale bedrijfspresentaties Tweewekelijkse Nieuwsbrief Live twitter updates LinkedIn interacted
Petrochem-abonnees krijgen meer • De nieuwste Petrochem staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.petrochem.nl en kies abonneren
petrochem.nl
Ga direct naar Petrochem.nl en blijf iedereen voor 048_PPG_petnieuwebladensite.indd 1 _advA5_www_petrochem.indd 43
15-01-13 12:29 10-01-13 16:07
SNEEUWbalEffEct Vanochtend toen ik wakker werd en naar buiten keek, zag ik een mooi winterlandschap. Alles bedekt met een laagje sneeuw. En de vlokjes bleven maar vallen. Op weg naar het werk, met de veilige benenwagen, begon de verkeerschaos me al een beetje te dagen. Overvolle bus- en tramhokjes met wachtende mensen, in onwetendheid of hun openbaar vervoer wel zou komen opdagen. Fietsers die transformeerden in rijdende sneeuwpoppen zoekend naar evenwicht, een dansende auto die nog net dat Amsterdammertje wist te ontwijken. En dat over een afstand van anderhalve kilometer tussen mijn huis en kantoor. In de rest van het land bleek de chaos omvangrijkere proporties aan te nemen. Om 8.40 uur stond op de Nederlandse wegen 1.003 kilometer file, volgens sommigen een record, hoewel bij de monsterfiles in 1999 anders werd geteld. Op Schiphol werden ongeveer dertig vluchten geannuleerd en tal van andere vluchten hadden vertraging. De NS reed zoals gewoonlijk een aangepaste dienstregeling en kon rekenen op een aantal o zo onvermijdelijke wisselstoringen. Bijna iedereen kwam vandaag later aan op het werk en deed daarbovenop nog eens uitgebreid verslag over de veldslag die hij of zij net had overwonnen. Kortom, heel het land kwam vandaag op gang met de rem er nog op. En dat kost uiteindelijk handenvol geld, ook voor de industrie. Leveringen komen te laat, processen moeten worden aangepast die weer invloed hebben op andere projecten, en zo ontstaat stilaan een sneeuwbaleffect. Sneeuw is niet te voorkomen, maar de chaos die het teweegbrengt, is misschien wel nog enigszins
de kop in te drukken door hierop als bedrijf zo goed als mogelijk te anticiperen. De olie- en gassector houdt hier alleszins rekening mee, zoals verderop in het blad is te lezen. In de Canadese staat Alberta is het in de zomer vaak lekker warm maar daalt de temperatuur in de winter soms onder de min veertig graden Celsius. Bij extreme koude zijn onverharde wegen hard en kan zwaar transport moeiteloos zijn bestemming bereiken. Later in het jaar zijn diezelfde wegen door mildere temperaturen en vochtigheid veranderd in ontoegankelijke modderwegen waardoor ze niet meer zijn te gebruiken. Hier houden projectmanagers van grote olie- en gasprojecten rekening mee. Ze nemen klimaatinvloeden zo goed als mogelijk mee in het risicomanagement.
Projectmanagers van grote olie- en gasprojecten nemen klimaatinvloeden zo goed als mogelijk mee in het risicomanagement.
Niet alles is vooraf te voorspellen, maar een winters buitje is toch iets waar we in dit kikkerlandje jaarlijks rekening mee mogen houden. Daarom verbaast het me nog steeds dat iedere eerste sneeuwdag van het jaar heel het land even op z’n kop zet. Velen vinden dat vervelend, maar een jaartje geen sneeuw zou ik toch ook erg jammer vinden. Chaos en een sneeuwbal horen er nu eenmaal bij.
01 | 13
049_olie_commentaar.indd 5
#evihusson
5
15-01-13 16:22
Wintershall neemt Q8 terminal in gebruik > Vlak voor de jaarwisseling heeft Wintershall Noordzee de Q8 gasterminal na een uitgebreide renovatie opnieuw in gebruik genomen. Door dit
productie zal ongeveer 150.000 vaten zijn. De ontwikkeling van het Hebron-project en de bijbehorende infrastructuur leidt volgens het bedrijf tot werkgelegenheid voor 3.500 mensen. De Canadese autoriteiten gingen in mei vorig jaar al akkoord met het olieproject. ExxonMobil werkt binnen het project samen met de branchegenoten Chevron, Suncor Energy, Statoil en Nalcor Energy Oil and Gas.
exxonmobil start groot olieproject canada > Het Amerikaanse ExxonMobil heeft groen licht gegeven voor een omvangrijk offshore olieproject in Canada. Met de ontwikkeling van het Hebron-project is veertien miljard dollar (10,7 miljard euro) gemoeid. Het project ligt zo’n 350 kilometer uit de kust van de Canadese provincie Newfoundland. Op dit moment omvat het drie ontdekte velden: Hebron, West Ben Nevis en Ben Nevis. ExxonMobil verwacht meer dan zevenhonderd miljoen vaten olie uit de velden te kunnen produceren. De eerste olieproductie staat gepland voor eind 2017 en de dagelijkse
olievondst op noordzee van Wintershall > Wintershall heeft op de Nederlandse Noordzee een mogelijk omvangrijke nieuwe olievondst gedaan. Het gaat om een gebied met zeker dertig miljoen vaten olie. Verder onderzoek moet uitwijzen hoe groot de vondst precies is. Het veld ligt 120 kilometer ten noorden van Den Helder. FOTO: WINTERSHALL
installatie van het Q4-cplatform
gasontvangst- en behandelingsstation werd voorheen gas uit het Q8 blok verwerkt. Nadat de velden in dit blok waren leeggeproduceerd, kwam de gasterminal ruim vier jaar geleden stil te liggen. De beide platformen in het Q8 blok werden medio vorig jaar uit zee verwijderd en onshore verder ontmanteld. Omdat de pijpleidinginfrastructuur van de Q8 offshore locaties naar de gasterminal wel intact bleef, kon deze weer worden gebruikt om gas uit het nieuwe Q4-C veld aan te landen. Hiervoor is door de pijpenlegger GSP Falcon een dertig kilometer lange gastransportleiding gelegd tussen het Q4-C platform en de Q8 offshore
locaties. Op dit moment stroomt er weer dagelijks zo’n 1,2 miljoen kubieke meter gas van Q4-C naar de gerenoveerde gasterminal op het terrein van Tata Steel bij Wijk aan Zee.
6
050_51_OLIE_nieuws.indd 6
total vult reserves aan > Total en Cobalt hebben een flinke olievondst gedaan in de Golf van Mexico. De bedrijven schatten de vondst op honderden miljoen vaten olie, maar meer onderzoek moet de grootte en de commerciële waarde ervan nog bevestigen. De vondst, ten noorden van de Wilcox-formatie, toont volgens de bedrijven wel aan dat deze formatie groter is dan tot dusver bekend. Total heeft een belang van veertig procent in het gebied, operator Cobalt heeft zestig procent.
01 | 13
15-01-13 14:37
petrochina koopt belang in > DSM heeft zijn activiteiten op het gebied van voedingsenzymen uitgebreid broWse lng-project de overname van alle van activiteiten > met PetroChina neemt het belang BHP Billiton het Amerikaanse biotechnologiebeinvan het zogeheten Browse LNG-project voor de drijf Valley Research. Australische westkust over De voor 1,63 miljard producten van dollar. de nieuwe aanwinst worden gebruikt in Het Chinese olieconcern koopt in feite
Dichterbij heeft Total ook een olievondst gedaan, al is die wat kleiner. In de Noorse Noordzee, 185 kilometer ten noordwesten van Bergen en dertig kilometer ten noorden van het Visund-veld, boorde het bedrijf een olieveld aan, waarvan de grootte wordt geschat op 25 tot 75 miljoen vaten winbare olie. Total is operator en heeft een belang van veertig procent in het gebied. Partners zijn Det norske oljeselskap (20 procent), Bridge Energy Norge (20 procent) en Svenska Petroleum Exploration (20 procent).
bouW south stream begonnen > De aanleg van de gaspijpleiding South Stream is begonnen. De pijpleiding moet Russische gasvelden verbinden met Zuidoost-Europa. Het Russische gas wordt nu via Oekraïne naar Europa gebracht, maar dat land ligt vaak in de clinch met Rusland. De nieuwe route ligt om Oekraïne heen. De pijpleiding loopt vanaf de Russische badplaats Anapa onder de Zwarte Zee door naar Bulgarije en vanaf daar loopt hij door tot in Italië. De leiding heeft een lengte van 2.300 kilometer en loopt door vijf Europese landen. Het eerste gas moet in 2015 door de leiding stromen. Er is veel kritiek op de nieuwe pijpleiding. Renovatie van de bestaande pijpleiding in Oekraïne is bijvoorbeeld veel goedkoper en het is niet zeker of Europa in de toekomst veel gas zal afnemen.
Het project South Stream werd gestart, omdat een soortgelijk project in het Noorden succesvol bleek te zijn. De zogeheten Nord Stream is een gaspijpleiding van Rusland naar Duitsland.
bp verkoopt belang in gasveld noordzee > BP heeft een belang van vijftig procent in een gasveld in het Britse deel van de Noordzee verkocht aan energiebedrijf SSE voor 288 miljoen dollar oftewel 219 miljoen euro. Het gaat om het zogeheten
voedingssupplementen, zuivel, sappen en twee deelnemingen. Het gaat om een belang wijnen. Valley Research wordt onderdeel van 8,33 procent in het samenwerkingsverband vanBrowse DSM Food Specialties. East en een aandeel van twintig procent in West Browse. De andere partijen in het Browse LNG-project zijn Shell, BP, Woodside, Mitsui en Mitsubishi. Voor de verkoop aan PetroChina is goedkeuring van deze partners > Shell doet een nieuwe investering in nodig. bio-ethanol. Het olieconcern wil vaart Browse eende van de grootste LNG-projecten makenismet ontw ... in Australië. Met het project is naar schatting dertig miljard dollar gemoeid. De definitieve investeringsbeslissing laat nog op zich wachten. Woodside stelde dat besluit afgelopen zomer uit tot in de eerste helft van volgend jaar.
overheid vs onderzoekt boorplannen shell > De Amerikaanse overheid gaat de plannen van Shell om te boren in de poolwateren rond Alaska tegen het licht houden. Minister van
repsol zoekt naar gas en olie in aruba
Binnenlandse Zaken Ken Salazar zei dat de uitkomst van een zestig dagen durende evaluatie in de toekomst zal worden gebruikt bij het wel of niet verstrekken van nieuwe vergunningen. Shell kende de nodig problemen in de aanloop naar de geplande werkzaamheden en proefboringen. Bij tests raakte de containment dome, een koepel die bij calamiteiten over een boorput kan worden gezet, beschadigd en twee boorplatformen raakten op drift.
> Het Spaanse Repsol gaat onderzoeken of er aardolie of aardgas voorkomt onder de zeebodem rondom Aruba. De
shell op vingers getikt om luchtvervuiling
Sean-veld, dat wordt beheerd door Shell. BP’s deel van de productie is ongeveer achttienduizend vaten olie-equivalent per dag. Het concern verwacht de transactie in de eerste helft van volgend jaar af te ronden.
onderneming heeft daartoe een overeenkomst gesloten met de Arubaanse overheids-nv CAP Compania Arubano di Petroleo. Repsol begint in het eerste kwartaal van 2013 met seismisch onderzoek. Afhankelijk van de uitkomsten volgt intensiever en meer gedetailleerd seismisch onderzoek. De eerste proefboringen worden in 2016/2017 verwacht. Repsol hoopt uiterlijk in 2020 met de daadwerkelijke winning te kunnen beginnen.
> De Amerikaanse overheid heeft Shell op de vingers getikt voor luchtvervuiling in het Noordpoolgebied bij Alaska. Uit metingen van de federale milieuwaakhond EPA blijkt dat twee boorschepen van Shell afgelopen zomer een buitensporige hoeveelheid luchtvervuiling hebben geproduceerd. De maximaal toelaatbare uitstoot van stikstofoxide is al langere tijd onderwerp van onderhandeling tussen Shell en de EPA, die over milieuvergunningen gaat. De oliemaatschappij zou graag zien dat de EPA de eisen verruimt.
01 | 13
050_51_OLIE_nieuws.indd 7
7
15-01-13 14:37
Impuls voor olieproductie Noordzee Twaalf jaar na de sluiting nam Taqa eind 2010 het Rijnveld in de Nederlandse Noordzee weer in gebruik voor de winning van olie. Eind 2012 volgde een nieuwe prikkel voor de Nederlandse olie productie met de vondst van olie door Wintershall. Een zeer welkome impuls, want de olie en gas infrastructuur in de Noordzee staat onder druk.
Cyril Widdershoven
De toekomst van Nederland als energieproducent staat er goed voor. Het Duitse Wintershall maakte begin december 2012 bekend dat het op een van haar concessies in de Nederlandse Noordzee olie heeft gevonden. Volgens de eerste analyses is er voldoende bewezen dat er een substantiële hoeveelheid olie kan worden geproduceerd. Wintershall heeft al aangegeven dat het
om tenminste dertig miljoen vaten winbare olie gaat, waarbij een potentiele up-swing niet moet worden uitgesloten. In 2013 zullen diverse nieuwe proefboringen op en rond productielicentie F17A dit moeten uitwijzen. Grote waarde De media staan vol met analyses waarbij de vroegere glorie van de Noordzee, als een van de grootste olieproducerende regio’s buiten Opec in de jaren zeventig en tachtig, wordt benadrukt. De huidige vondst van Wintershall is dan ook van belang, vooral voor Nederland. De nationale olieproductie van Nederland is schrikbarend laag te noemen. Na een piekproductie in 1986 (dus meer dan 25 jaar geleden) van 123.400 vaten per dag worden er op dit moment tussen de 30.000 en 35.000 vaten per dag geproduceerd. Nieuwe olievondsten zijn er niet meer geweest de laatste jaren. De Wintershall-vondst is dan ook zeer interessant, zeker gezien de mogelijk grote waarde van nieuwe reserves op de Noordzee. Voor de Nederlandse overheid is de Wintershall-vondst natuurlijk ook een onverwachte bonus. Niet alleen zal Nederland hogere olie-inkomsten kunnen verwachten via belastingen en andere bronnen, de regering is via Energie Beheer Nederland ook nog eens grootaandeelhouder in het veld (veertig procent). De totale inkomsten, gebaseerd op de huidige olieprijs, kunnen zomaar rond de één tot twee miljard euro liggen over de productieperiode. En als er structureel meer winbare reserves worden gevonden dan nu is aangetoond, kan er zelfs meer worden verwacht. Het gaat hierbij dus duidelijk om substantiële bedragen, die zeker in een tijd van economische recessie en bezuinigingen mooi zijn meegenomen. Rijk rekenen is echter verkeerd; de inkomsten moeten wel worden uitgestreken over een groot aantal productiejaren. Klein De huidige vondst is relatief klein. Ter vergelijking; de Nederlandse Aardolie Maatschappij heeft in
8
052_53_55_OH_olie_artikel.indd 8
01 | 13
15-01-13 14:20
FOTO’S: TAQA ENERGY
Schoonebeek al meer dan 250 miljoen vaten ruwe olie geproduceerd. Echter, de Noordzee schijnt ondergronds nog veel meer te verbergen. Volgens diverse rapporten van TNO is er zeker nog de mogelijkheid om nieuwe offshore olievoorraden te vinden. De totale volumes zijn daarbij nog onduidelijk. Er wordt vooral verwezen naar de mogelijkheden van de zogenaamde Posidonia source rocks, inclusief de regio ten zuidoosten van het Hanze-veld. De op dit moment bekende geologische gegevens daarvan zijn zeer bemoedigend. Sommige onafhankelijke analisten verwachten veel van
Als bepaalde productieplatforms en de daarmee verbonden infrastructuur worden stilgelegd, kan dit een dominoeffect creëren op de hele Noordzeeinfrastructuur.
deze nieuwe lagen, maar 2D-3D seismische en drilling studies zullen pas uitwijzen of de eerste indicatoren aanleiding kunnen zijn voor een nieuwe “oil-rush” op de Noordzee. Optimisme is echter gerechtvaardigd, zeker gezien de nog steeds onbekende of niet-ontwikkelde geologische lagen die opduiken met de huidige nieuwe technologische ontwikkelingen. Sommige analisten geven ook aan dat de Noordzee niet volledig is ontwikkeld vanwege een gebrek aan interesse bij de grote oliemaatschappijen om deze veelal kleinere velden te ontwikkelen. De economische afwegingen van grote olieconcerns zijn echter totaal verschillend van die van de huidige
Sinds eind 2010 stroomt er weer olie uit het Rijnveld. Taqa Energy herstelde tien nog bruikbare putten en de oliebehandelingsinstallaties op de Rijnveld-platforms die nog wel in gebruik waren voor de behandeling van gas.
spelers op de markt. Kleinere oliemaatschappijen als Taqa, Wintershall en Sterling Resources hebben een heel andere NPV-aanpak (net present value) in hun commercieel traject. De kleinere velden, minder dan driehonderd miljoen vaten, zijn voor deze operators nog steeds zeer interessant. Bovendien is de huidige olieprijsontwikkeling er debet aan dat veel projecten op dit moment economisch haalbaar zijn. Infrastructuur De al aanwezige interesse van nieuwe internationale spelers zal alleen maar groeien. En de interesse voor investeringen in de Noordzee vanuit met name nieuwe regio’s, zoals het Midden-Oosten, Rusland of zelfs Azië, is ook groeiend. Na het succes van Taqa en Wintershall zijn partijen als Gazprom, Qatar Petroleum International, Taqa Arabia (Egypte) en Indische spelers zich aan het oriënteren op opties in Noordwest-Europa. De bereidheid van de olieconcerns om hun velden te koop te zetten, is hierbij natuurlijk wel een voorwaarde. Op hetzelfde moment is het wel noodzakelijk om daadwerkelijk nieuwe kapitaalkrachtige spelers aan te trekken. De olie- en gasinfrastructuur in de Nederlandse en Britse Noordzee staat immers onder druk. Veel bestaande grote spelers zijn zich aan het orienteren om hun operaties op de Noordzee af te stoten. Zonder nieuwe spelers kan dit uiteindelijk resulteren in het stopzetten van offshore olie- en gasoperaties ➜ 01 | 13
052_53_55_OH_olie_artikel.indd 9
9
15-01-13 14:20
ROPE ACCESS? SKY-ACCESS
lsb Sky-Access BV Hofdwarsweg 1, Geleen The Netherlands T. +31 (0)46 - 474 24 10
VENTO CLEAN SYSTEM
Emissievrij Ontgassen
Tijdens ontgassen van Tanks Emissievrij Inertiseren van Tanks Laden, Lossen & Overslaan Tijdbesparend Design op Maat & Mobiel Gecertificeerd & Getest
info@lsb-sky-access.com N.R. Koeling bv Griendstraat 13 2921 LA Krimpen a/d IJssel The Netherlands +31 (0) 180 54 51 11 Info@nrkoeling.nl www.nrkoeling.nl
www.LSB-SKY-ACCESS.COm
054_koeling_LSB.indd 1
15-01-13 12:29
A
Productie platforms en pijpleidingen offshore 5
situatie per 1 januari 2012
8 9
7 10
in grote delen van het Brits-Nederlandse continentale plat. Als bepaalde productieplatforms en de daarmee verbonden infrastructuur (pijpleidingen, pompstations) worden stilgelegd, kan dit een domino-effect creëren op de hele Noordzee-infrastructuur. Bepaalde knooppunten zijn cruciaal en zonder nieuwe investeringen of olie/gas-ontdekkingen zullen deze de komende vijf tot tien jaar worden stilgelegd. Een gecoördineerde aanpak van deze kwestie is dan ook vereist. De bestaande
Productieplatform
B 10
Onderzeese productie-installatie Gas pijpleiding
13
14
15
13
16
17
18
16
17
1
2
3
1
2
3
4
5
6
4
5
6
7
8
9
7
8
9
14
Olie pijpleiding
55°0'0"N
E 6
D 9
F
Winningsvergunning
18
0
7
50 Km
G 10
12
10
11
12
10
11
12
15
13
14
15
13
14
15
13
18
16
17
16
17
18
16
1
2
3
11 14
15
18 16
54°0'0"N
J3 K
4
6
53°0'0"N
P
15
L
3
1
9
De nabijheid van een zeer belangrijke markt en de politiekeconomische en juridische stabiliteit van de Noordzeeregio maken de productie in deze regio nog steeds aantrekkelijk.
12
11
5
5
6
M
6
7
8
9
7
8
9
10
12
11
12
10
11
13
14
15
13
14
16
17
18
16
Q
2
3
4
5
6
4
7
8
9
7
10
11
12
10
13
14
15
13 14
16
17
18
1
2
3
2
3
4
5
6
7
8
9
10
N1 4 5 7 8
17
2
1
1
1
5
8
11
O
18
52°0'0"N
spelers, in overleg met de nationale regeringen van de Noordzee-landen, zullen een actief beleid moeten voeren om dit te voorkomen. Afspraken Financieel analisten verwachten dat er veel gaat gebeuren op de Noordzee M&A-markt (overnames en fusies). Partijen zijn zich aan het oriënteren over de bestaande en toekomstige mogelijkheden. Veel zal er afhangen van de nog steeds onbekende kosten van mogelijke “disbandonment” (stilleggen en verwijderen) van de bestaande olie- en gasinfrastructuur. De vele tientallen miljarden die hiervoor de komende dertig tot vijftig jaar nodig zullen zijn, moeten ergens worden verdiend en opgebracht. Nieuwe investeerders moeten de levensduur van de olie- en gasproductie offshore verlengen om zo grote voorzieningen te treffen. Daarnaast zijn betere fiscale en juridische afspraken noodzakelijk om het voor nieuwe partijen aantrekkelijk te maken in te stappen, zonder te worden geconfronteerd met lijken in de kast qua verwijderingskosten. Deze situatie geldt ook voor het Nederlandse continentale plat. Investeerders zijn noodzakelijk, olievoorraden zijn er zeker nog aanwezig, dus de regering en haar partners (EBN, Nogepa en operators) moeten hiervoor een oplossing creëren. Aantrekkelijkheid De kosten van Noordzee offshore olie- en gasoperaties moeten niet worden onderschat. Het vinden en produceren van olie en gas is er relatief moeilijk door klimatologische omstandigheden en vaak diepe zeeën. De noodzakelijke technologie is op dit moment zeer zeker aanwezig, ondersteund door de toenemende kennis van Arctische of diepwaterproductie in de rest van
2R
3
S
5
6
4
9
7
5
16
6
8
10
51°0'0"N
2°0'0"E
3°0'0"E
4°0'0"E
5°0'0"E
7°0'0"E
de wereld. Maar de totale kosten voor de productie van een vat ruwe olie op de Noordzee is nog steeds relatief hoog te noemen, zeker vergeleken met onshore productie in Rusland, het Midden-Oosten of de Verenigde Staten. De aantrekkelijkheid van Noordzee-productie is echter nog steeds aanwezig. Twee van de belangrijkste redenen die investeerders hiervoor aanvoeren, zijn de nabijheid van een zeer belangrijke markt en de politiek-economische en juridische stabiliteit van de Noordzee-regio. Deze twee voordelen in combinatie met de hoge olieprijzen en de hoge kwaliteit van Noordzee-olie maken het nog steeds interessant voor nieuwe spelers om zich te oriënteren of daadwerkelijk deel te nemen. De eerste aanzet is in 2012 al gegeven door Taqa en Gazprom. Taqa kocht eind november voor 850 miljoen euro de Noordzee-activiteiten van BP. En Gazprom heeft in november een overeenkomst gesloten met Wintershall om aardgas te winnen op het Nederlandse deel van de Noordzee. De beide partijen hebben via een aandelenruil besloten dat Gazprom voor de helft eigenaar van de Nederlandse tak van Wintershall wordt. Wintershall, een dochteronderneming van BASF, bezit 23 gaswininstallaties voor de Nederlandse kust. Daarmee levert het tien procent van de jaarlijkse Nederlandse aardgasproductie. ▲ 01 | 13
052_53_55_OH_olie_artikel.indd 11
6°0'0"E
11
15-01-13 14:20
Op tijd en binnen budget Olie- en gasbedrijven lukt het meestal niet om grote projecten op tijd en binnen budget af te ronden. Daan Faber en Oscar Abbink van Logica hebben op basis van een onderzoek naar de praktijk van de Canadese olie-industrie gekeken hoe bedrijven dat beter kunnen doen. Zij komen tot de conclusie dat slimmer samenwerken met aannemers leidt tot een flexibele en meer effectievere aanpak, die ook meer ruimte biedt voor de toepassing van nieuwe technologie.
De ultieme uitdaging is om grote projecten binnen tijd en budget af te ronden, maar de megaprojecten waarbij dat lukt zijn meer uitzondering dan regel. Daan Faber heeft in het kader van zijn studie Culture Organization & Management aan de Vrije Universiteit in Amsterdam een afstudeeronderzoek gedaan naar de effectiviteit van grote olieprojecten in Canada. Na zijn afstuderen is hij als business consultant gaan werken bij Logica, dat inmiddels is overgenomen door het Canadese CGI. ‘Ik vroeg me af waarom publiek-private
Erik te Roller
‘Het is beter om de aannemer mee te laten delen in het risico van het project, waardoor hij sterker betrokken raakt bij het eindresultaat.’ megaprojecten zoals de aanleg van de Betuwelijn en de Noord/Zuid-lijn in Amsterdam zo uit de hand lopen qua tijd en geld. En of er misschien iets te leren valt van grote projecten in de private sfeer’, verklaart Faber. ‘Bij grote private projecten kom je dan al snel bij de olie- en gasmarkt uit. Dat is de reden waarom ik naar Canada ben gegaan, waar veel grote projecten lopen om olie uit teerzanden te winnen.’ 12
056_57_58_OG_olie_artikel.indd 12
Besparing Onder grote projecten of capital projects verstaat hij projecten van meer dan vijfhonderd miljoen dollar op het gebied van gas- en oliewinning en van meer dan tweehonderd miljoen dollar in downstreamactiviteiten, zoals raffinage en petrochemie. Eén van de kenmerken van deze projecten is ook dat ze vier tot vijf jaar duren. Faber heeft het onderzoek gedaan in samenwerking met Oscar Abbink, Industry Leader Oil & Gas bij Logica en Alfons van Marrewijk, professor Business Antropology aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Abbink wijst op het belang van het onderzoek: ‘Wereldwijd steken olie- en gasbedrijven per jaar ongeveer vijfhonderd miljard dollar in grote exploratie- en winningsprojecten. De verwachting is dat dit zal toenemen tot achthonderd miljard dollar in 2018 doordat de velden met gemakkelijk winbare olie of gas al lang in productie zijn genomen. Over blijven de voorkomens waarbij veel meer komt kijken om die te exploreren en in productie te nemen. De complexiteit neemt ook toe doordat de exploratie vaak plaatsvindt in autocratisch geregeerde landen en in ongerepte natuurgebieden waar extra voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen.’ Al met al investeert een grote oliemaatschappij tegenwoordig wel dertig miljard dollar per jaar in grote projecten, stelt Abbink. ‘Als ze iets kunnen doen om die projecten beter onder controle te houden, levert dat al gauw een besparing van tientallen miljoenen euro’s per project op en enkele honderden miljoenen euro’s per bedrijf per jaar.’ Eén lijn Voor het onderzoek heeft Faber zeventien diepte-interviews gehad met projectmanagers van zeven grote oliemaatschappijen en aannemers. In deze interviews hebben de projectmanagers verteld hoe het er in de praktijk aan toegaat, welke keuzes zij maken en hoe zij proberen de doelstelling van de projecten te halen. Faber: ‘Bij een groot project werkt de opdrachtgever met enkele tientallen tot wel honderd partijen samen, die elk hun
01 | 13
15-01-13 14:19
FOTO'S: SHELL
eigen agenda, achtergrond, overtuigingen en waarden hebben. De uitdaging is om die op één lijn te krijgen en te houden. Hiervoor bestaat geen kant-en-klaar recept. Projecten zijn dynamisch en staan onder invloed van externe factoren, zoals de economie en het klimaat.’ Om iedereen op één lijn te krijgen, laten de projectmanagers de projecten goed voorbereiden, inclusief het ontwerp en de engineering. ‘Hiermee neemt de kans af dat tijdens het uitvoeren van het project nog belangrijke wijzigingen nodig zijn, want dit leidt tot vertraging en extra kosten. Ook leggen ze de scope van het project voor de start vast om te voorkomen dat ze tijdens het uitvoeren van het project in discussies verzeild raken over hoe het allemaal beter zou kunnen, want daardoor kunnen de projecten eveneens uit de hand lopen.’ Balans ‘Het succes van een project hangt ook af van externe factoren’, vervolgt Abbink. ‘Denk aan de economische situatie. Als er sprake is van hoogconjunctuur, dan kunnen aannemers het zich veroorloven kieskeuriger te zijn en zullen ze minder gemakkelijk bereid zijn om de risico’s van het project met de opdrachtgever en andere partijen te delen. Bij laagconjunctuur is het andersom en zullen ze klussen met beide handen aangrijpen. Momenteel is in de internationale olie- en gasindustrie nog steeds sprake van een hoogconjunctuur bij de exploratie en winning van olie en gas.’ Een andere externe factor is de publieke acceptatie. ‘Het publiek wil niet dat er natuur verloren gaat, er een milieuramp plaatsvindt en natuurlijk ook niet dat er in de achtertuin wordt geboord. Daarmee moet een bedrijf rekening houden.’ Een derde externe factor waarmee een projectmanager rekening moet houden, is het klimaat. In de Canadese staat Alberta bijvoorbeeld kan het zomers lekker warm zijn, maar daalt de temperatuur ’s winters soms onder
de min veertig graden Celsius. ‘Als het koud is, zijn de onverharde wegen hard, wat ideaal is voor zwaar transport. Na drie maanden stijgt de temperatuur alweer zodanig dat de wegen niet meer te gebruiken zijn vanwege de modder. Pas als het hoog zomer is, zijn de wegen weer opgedroogd en hard. Spoorlijnen, laat staan vaarwegen, komen daar niet voor. Alle transport vindt per truck plaats’, aldus Faber. Sociale realiteit Deze externe factoren, ook wel contingencies genoemd, hebben de projectmanagers niet of maar deels in de hand. Waar ze wel grip op hebben en wat ze kunnen verbeteren, is volgens Faber en Abbink de manier van samenwerken met aannemers. ‘Wij zijn bij ons onderzoek uitgegaan van een zogenaamde interpretivistische benadering. Hierin is de mens geen subject dat simpelweg reageert op zijn natuurlijke omgeving, maar bestaat de realiteit uit individuen met onderlinge relaties. Door die sociale realiteit in het bedrijfsleven aan te passen, kun je bereiken dat de mensen een andere rol aannemen en dingen anders gaan aanpakken.’ Traditioneel bedenkt de opdrachtgever wat er precies moet gebeuren en voeren de aannemer en onderaannemers dat voor een vaste som geld uit. Volgens Abbink is het beter om de aannemers mee te laten delen in het risico van het project, waardoor ze sterker betrokken raken bij het eindresultaat. ‘Het brengt hen ook in een meer gelijkwaardige positie met de opdrachtgever, waarbij ze meedenken over hoe onderdelen van het project het beste kunnen worden uitgevoerd. Dat levert uiteindelijk meer efficiëntie en effectiviteit op’, aldus Abbink. Zo’n zakelijke relatie vraagt om wederzijds vertrouwen. De aannemer zal zich misschien afvragen of hij zich niet te veel in de kaart laat kijken als hij de opdrachtgever meer inzicht geeft in de kosten. Hij moet er ➜ 01 | 13
056_57_58_OG_olie_artikel.indd 13
Zwaar transport bij de Canadese oliezanden. Projectmanagers moeten daardoor rekening houden met het klimaat. Als het koud is, zijn de onverharde wegen hard, een paar maanden later is het een modderpoel.
13
15-01-13 14:19
Transport van het Perdidoplatform dat sinds maart 2010 olie en gas produceert uit ultradiep water in de Golf van Mexico.
van op aan kunnen dat de opdrachtgever de cijfers niet gebruikt om extra korting af te dwingen. Omgekeerd moet de opdrachtgever erop kunnen vertrouwen dat de aannemer het aangaan van een partnership niet als aanleiding ziet om het wat kalmer aan te doen of om de beste monteurs weg te halen en elders in te zetten. Er moet een balans worden gevonden tussen controle aan de kant van de opdrachtgever en commitment aan de kant van de aannemer. Delen in het risico en de winst van het project kan op vele manieren. ‘Het varieert van de gebruikelijke vaste som geld met boeteclausule tot aan pure winstdeling. In de praktijk zie je allerlei tussenvormen’, aldus Faber. Abbink vult aan: ‘Uiteindelijk gaat het erom een constructie te vinden, waarmee zowel de opdrachtgever als de aannemer tevreden is. In plaats van een lump sum
‘Projectmanagers weten dat nieuwe technologie tot energiebesparing en efficiëntie leidt, maar hoe zorgen ze ervoor dat het project door de introductie hiervan niet uit de hand loopt?’ kun je denken aan incentives of bonussen die verbonden zijn aan bepaalde projectresultaten. Over dit soort zaken wordt nog te weinig gepraat, althans zo lijkt het.’ Nieuwe technologie Tijdens het onderzoek viel het Faber op dat projectmanagers beducht zijn voor het introduceren van nieuwe technologie. ‘Uit het onderzoek komt naar voren, dat slechts tien procent van de toegepaste technologie in de projecten nieuw is. Gewoonlijk doen ze dit alleen bij 14
056_57_58_OG_olie_artikel.indd 14
kleine projecten van hooguit zestig miljoen dollar. Ze weten dat nieuwe technologie tot energiebesparing en efficiëntere bedrijfsprocessen leidt, maar hoe zorgen ze ervoor dat het project door de introductie van nieuwe technologie niet uit de hand loopt?’ Als zulke projecten vier à vijf jaar later worden opgeleverd, is sommige technologie alweer verouderd. Abbink: ‘Hoe bereik je dat je project bij de oplevering redelijk up-to-date is en er al meteen kan worden geprofiteerd van de besparingen aan energie en onderhoudskosten die een nieuw type generator, gasturbine, pomp of besturingssysteem biedt? Nu zal de opdrachtgever zich bij de sleuteloverdracht terecht afvragen of sommige dingen niet meteen bij de tijd hadden kunnen worden gebracht.’ Het invoeren van nieuwe technologie die doorgaans al bewezen is, hoeft geen probleem te zijn, stelt Faber. ‘Voorwaarde is dat de partijen met elkaar vaststellen wat wel en wat niet realiseerbaar is binnen het project. Als de opdrachtgever nieuwe technologie oplegt zonder overleg, bestaat de kans dat de aannemer problemen heeft met de uitvoering en dat de kosten oplopen. Het kan ook zijn dat de aannemer nieuwe technologie wel ziet zitten, maar de projectmanager geen risico wil nemen. Ook in die situatie kan overleg de oplossing bieden. Als de aannemer meedeelt in het risico, heeft hij er namelijk alle belang bij dat het project geen vertraging oploopt en alles bij de commissionering functioneert. Het eigenaarschap is dus verdeeld over de participerende partijen. Nieuwe technologie toepassen levert nog maar een beperkt risico op, omdat de aannemer er veel aan gelegen zal zijn om het project tot een goed einde te brengen.’ Slimmer samenwerken In de olie- en gasindustrie zijn er al opdrachtgevers en aannemers die nauw met elkaar samenwerken. Maar volgens Abbink en Faber zijn ze in de minderheid. Aangezien veel grote projecten nog forse overschrijdingen van budget en tijd kennen, is er volgens hen alle reden om serieus te kijken naar de mogelijkheden om via slimmer samenwerken tot betere resultaten te komen. De aanbevelingen uit de studie zijn in eerste instantie bedoeld voor private projecten in de olie- en gasindustrie, maar volgens Faber ook van toepassing op publiek-private megaprojecten in het algemeen. Bij publiek-private projecten speelt kennisontwikkeling vaak een belangrijke rol en ligt de scope minder sterk vast dan bij olie- en gasprojecten. Dit levert extra risico’s op bij grote projecten die zonder kennisontwikkeling al ingewikkeld genoeg zijn. ‘Zeker bij publiekprivate projecten kan slimmere samenwerking helpen om nieuwe technologie te introduceren en alles tot een goed einde te brengen’, aldus Faber. ▲
01 | 13
15-01-13 14:19
ANDUS group companies: Construction HSM Steel Structures Lengkeek Staalbouw RijnDijk Construction Armada Rail Armada Mobility Armada Janse Offshore HSM Offshore Royal Van Voorden Castings Van Voorden Maritime Process FIB Industries Refractories Gouda Refractories Gouda Vuurvast Services Gouda Vuurvast Belgium Gouda Feuerfest Deutschland
Serving the industry FIB Industries BV te Leeuwarden ontwerpt en produceert kwalitatief, hoogwaardige proces- en drukvaste apparatuur zoals: • • • •
Drukvaten en reactoren Kolommen en scrubbers Reactor internals en kolom internals Warmtewisselaars
• Industriële vergassingsbranders (vergassing en Lo-NOx) • In- en uitlaatsystemen van gasturbines • Modules voor rookgasreiniging (DeNOx)
De producten worden gebouwd in alle roestvast staalsoorten, duplex, lean duplex, super duplex, hoog nikkellegeringen en exotische materialen zoals titanium en zirkonium. FIB Industries werkt voor uiteenlopende opdrachtgevers, zowel nationaal als internationaal, in alle sectoren van de procesindustrie.
FIB Industries BV Einsteinweg 18 8912 AP Leeuwarden NL T +31 (0)58 - 294 59 45 E info@fib.nl
059_andus.indd 1
FIB Industries is een zelfstandige werkmaatschappij binnen de Process divisie van Andus Group. De overige divisies zijn Construction, Offshore en Refractories. Andus Group is een internationale onderneming met circa 1.000 medewerkers en 14 gespecialiseerde werkmaatschappijen wereldwijd actief in een breed, industrieel werkveld. Kennismaken? Graag. Bel of kijk op www.fib.nl of www.andusgroup.com
15-01-13 14:59
060_SGS.indd 1
15-01-13 12:29