Nr. 1 - 2016
www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 21,50
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta
01 16
Inside Maga zine
Des inve ster ing indu strie niet foss iel laat schr ikke n
voor de olieen gasin dustr ie
INSIDE She ll zet CO -afv ang doo ond anks tege2 r nsla g
PET1 OA_voorpla
at.indd 47
29-12-15
08:49
‘De Rotterdamse haven gaat echt niet dicht’ • Industriële delta bloeit weer op • Gunvor neemt raffinaderij in Europoort over • Thema: Engineering & Innovatie
PET1 Advertenties.indd 58
07-01-16 15:31
PET1 Advertenties.indd 58
07-01-16 15:32
IN DEZE EDITIE
8 ‘DE ROTTERDAMSE HAVEN GAAT NIET DICHT’
28 ERFENIS IMTECH BIEDT KANSEN
In de publieke opinie krijgt de Rotterdamse haven er meer dan eens stevig van langs. Nu richt de milieubeweging met het klimaatakkoord van Parijs haar pijlen publiekelijk op de Rijnmond. Volgens Deltalinqs-directeur Bas Janssen kan de haven zich aan de kritiek scherpen, maar moet ze vooral consistent blijven.
Het faillissement van Imtech kwam niet helemaal als een verrassing, maar de afwikkeling ervan gaf toch de nodige uitdagingen voor de asset owners waar de technische dienstverlener actief was. Inmiddels is Imtech Industrial Services ondergebracht bij vier technische dienstverleners. En dankzij de inspanningen van de asset owners is de overgang redelijk geruisloos verlopen.
12 INDUSTRIËLE DELTA BLOEIT WEER OP Het lijkt weer goed te gaan met de procesindustrie in de Rijn/ Schelde-delta. Al eerder werden projecten in de Antwerpse raffinage aangekondigd en snel volgde de chemie. Een poosje leken de clusters in Nederland de boot te missen, maar inmiddels lijkt het ook in Rotterdam en andere havengebieden los te komen.
18 GUNVOR NEEMT KPE-RAFFINADERIJ OVER Gunvor koopt de raffinaderij van Kuwait Petroleum in Europoort. Beide bedrijven maakten in oktober bekend dat de onderhandelingen hierover in ‘het laatste stadium’ zijn. De verkoop lijkt binnenkort te kunnen worden afgerond. De Europese commissie heeft de overname goedgekeurd en het overleg over een sociaal plan maakt vorderingen.
20 TERUGBLIK OP FUSIE- EN SPLITSGEWELD Wie Petrochem doorleest, moet soms even met de ogen knipperen. Steeds vaker verschijnen in de kolommen exotische namen van afgesplitste en gefuseerde chemiebedrijven. We zochten uit wat de belangrijkste veranderingen waren én geven tips voor uw eigen toekomstplannen.
25 MEGAFUSIE IN CHEMIELAND Het nieuwe chemiebedrijf DowDuPont gaat zich richten op landbouw, hoogwaardige materialen en gespecialiseerde producten. De nieuwe onderneming is ontstaan door de fusie van chemiereuzen Dow Chemicals en DuPont.
38 THEMA: ENGINEERING & INNOVATIE De bouwsector moet af van eeuwenoude patronen, stelt bouwdeskundige Jan Willem van de Groep. Nieuwe technologie en software maken het mogelijk huizen en complete renovaties te produceren op een site in plaats van een bouwplaats. Bedrijven als BASF kunnen daarbij helpen. De industrie verandert ook op een andere manier sterk. Hoe staat de olie-, gas- en (petro)chemische industrie er in Europa voor? En hoe behouden contractors in Nederland hun concurrentiepositie?
INSIDE EN VERDER Commentaar 5 Feiten en cijfers • Onderzoekscentrum voor chemische bouwstenen • Big data startup haalt 5 miljoen op 6 Producten 24 Innovatie 32 Onbevangen • Katrien Bogaerts 37 Column • Henk Leegwater 46 Agenda 58 Olie&Gas 47
PETROCHEM 1 - 2016 3
PET1 B_inhoud.indd 3
07-01-16 15:04
ANSI & EN gekeurd, in alle omstandigheden
1200 liter tanknooddouche
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta Nummer 1 - 2016 UITGAVE VAN: Industrielinqs pers en platform BV, Veembroederhof 7, 1019 HD Amsterdam E-mail: redactie@petrochem.nl, website: www.petrochem.nl HOOFDREDACTIE: Wim Raaijen 020 312 2081 EINDREDACTIE: Miriam Rook 020 312 2796 Liesbeth Schipper 020 312 2083 REDACTIE: Dagmar Aarts 020 312 2084 VASTE MEDEWERKERS: Chris Aldewereld, Katrien Bogaerts, Jan Van Doorslaer, Jacqueline van Gool, Henk Leegwater, Erik te Roller, Wim Soetaert, Francis Voermans, Cyril Widdershoven, David van Baarle, LAY-OUT: Bureau OMA bv, Wehl OMSLAGFOTO: Shell ADVERTENTIEVERKOOP: Jetvertising BV, t: 070 399 0000 - f: 070 390 2488 Arthur Middendorp - arthur@jetvertising.nl
1200 liter tank garandeert 15 minuten spoeltijd
TRAFFIC: Breg Schoen 020 312 2088 DRUKWERK: PreVision Graphic Solutions
• Tank voorziet in verwarmd water volgens de Ansi en EN normen • Geen mengsytemen vereist • Geïsoleerde corrosievrije polyethyleen tank • Laag stroomvebruik • Altijd garantie op water, dank zij de buffertank ANSI Z358.1-2014 en EN 15154 conform
Bel ons: 0162-47 25 85 e-mail: info@gelis.nl
w w w. g e l i s . n l
ABONNEMENTEN (excl. 6% BTW) Petrochem verschijnt 11x per jaar. Nederland/België € 170,50 per jaar Introductie NL/B 25% € 128,- per jaar Overig buitenland € 199,Losse verkoopprijs € 21,50 Studenten € 39,50 Proefabonnement 3 mnd € 28,OPZEGGEN: Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op. ABONNEMENTENLAND: Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel: 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63 (€ 0,10 per minuut) Fax: 0251-31 04 05 Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementenland is ook bereikbaar via Twitter. Stuur uw tweet naar: @Aboland_klanten. Prijswijzigingen voorbehouden. © Industrielinqs pers en platform Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. ISSN: 1380-6386
Pantone485 Pantone282 PET1 C_commentaar.indd 4
07-01-16 15:03
COMMENTAAR
‘Landen als Rusland, waarvan de economie zwaar leunt op aardgas, zullen er alles aan doen om al het gas uit de grond te halen.’
Tussenpaus aardgas De rol van aardgas is nog lang niet uitgespeeld. Als één ding me onlangs duidelijk werd gemaakt tijdens mijn bezoek aan een congres in Moskou, dan was dat het wel. Jaarlijks organiseert het Energy Delta Institute in samenwerking met het Russische Imemo, een soort Clingendael, de Eurasia Dialogue. Het is een congres met vooral Russische en Nederlandse deelnemers over energie in de nabije en verdere toekomst. Breed ingestoken, maar de samenstelling van sprekers, debaters en publiek deed al vermoeden dat het vooral over de rol van aardgas zou gaan. En hoe kan het ook anders, in het centrum van Rusland gasland. Nederlands ongeduld Bij aankomst in het gebouw van Imemo proefde ik direct de sfeer van de Sovjet-Unie, waar ik ook wel een beetje op had gehoopt. De avond ervoor, toen we met de taxi door Moskou hadden gereden, had ik me vooral verbaasd over de weelderige, kleurrijke kerstsfeer die er heerste in de op het eerste gezicht zeer Westers ogende stad. Misschien dat de milde temperaturen van rond het vriespunt het stereotype karakter van het winterse Moskou ook maar niet bloot wilden leggen. Echter, hier in het gebouw van Imemo was het er ineens. Keurig de beelden van Lenin en Marx naast die van Kant en Descartes. Brede lange trappen en er lagen verschillende boeken in de robuuste vitrines over onder andere de samenzwering van het kapitalistische Westen. Als een ode aan vroegere tijden. De omgeving drukte echter nauwelijks haar stempel op de bijeenkomst. Want toegegeven: de Dialogue was opener dan ik had verwacht. Ja, het ging vooral over aardgas en vanuit het gezichtspunt van de Gazproms en Gasunies van deze wereld. En bij het debat aan het eind, geleid door de Groningse hoogleraar Catrinus Jepma, zat er niet de snelheid en cadans in die wij in Nederland vaak gewend zijn. Je voelde Jepma soms spreekwoordelijk op zijn handen zitten. Elke spreker pakte minstens drie minuten waarin hij of zij eerst herhaalde wat ongeveer al was gezegd. Maar misschien was het vooral een innerlijke confrontatie met mijn Nederlandse ongeduld. Er werd wel degelijk gediscussieerd en er was zeker ruimte voor dissidente meningen. Die kwamen zelfs en vooral van Russische zijde. Reddende engel Wat mij bovenal duidelijk werd, is dat de internationale gassector vol vertrouwen is. Alsof op dat moment geen klimaat-
conferentie plaatshad in Parijs, waar de uitfasering van fossiele brandstoffen misschien wel de belangrijkste gevolgtrekking zou zijn van de afspraken die in de maak waren. Aardgas moet juist de reddende engel, of misschien beter, de tussenpaus zijn in de transitie naar een duurzame mondiale energievoorziening. In Afrika kunnen landen als Mozambique hun aardgasvoorraden verzilveren en miljoenen mensen van het koken op hout bevrijden. Aardgas kan Iran op termijn een stabiele rol geven in de wereldeconomie. En pijpleidingen van met name Kazachstan naar India – weliswaar door het rumoerige Afghanistan en Pakistan – en China –langs de Himalaya – moeten een alternatief mogelijk maken voor de talloze vieze kolencentrales aldaar. Zelfs aardgas als transportbrandstof kwam ter sprake. En toegegeven, het zou werkelijk een enorme verbetering zijn als LNG door zou breken in de internationale scheepvaart, waar vieze stookolie veel schade aanricht. Geest scherpen Uiteraard werd ook de kaart van de leveringszekerheid gespeeld. Gaan we overal steenkolen uitfaseren en aardolie minder belangrijk maken, dan is aardgas de aangewezen, schoonste fossiele brandstof om energiesystemen stabiel te houden. Massale opwekking en vooral opslag van duurzame energie is niet iets dat je van vandaag op morgen regelt. Plausibel. Het meest zwaarwegende argument hoorde echter bij de bitterbal-lookalikes in de pauzes. Landen als Rusland, waarvan de economie zwaar leunt op aardgas, zullen – hoewel ze er beter aan zouden doen hun economie te diversifiëren – er alles aan doen om al het gas uit de grond te halen. De belangrijkste economische drijfveer om steenkool mondiaal uit te faseren is dat aardgas goedkoper wordt. En misschien gebeurt dat op deze manier ook. Hoe meer gas er wordt geproduceerd, hoe goedkoper het wordt. En een andere trend is inmiddels ook al ingezet. Opwekking en opslag van duurzaam opgewekte energie wordt steeds goedkoper. Misschien lijkt het akkoord van Parijs een enorme stap, maar is het alleen maar nodig om de ontwikkelingen te versnellen door ze hier en daar een extra zetje te geven. Een paar dagen Moskou kunnen je geest enorm scherpen. Reageren? Via de mail: wim@industrielinqs.nl of via twitter : @wimraaijen PETROCHEM 1 - 2016 5
PET1 C_commentaar.indd 5
07-01-16 15:03
FEITEN & CIJFERS Chemiereuzen DuPont en Dow Chemical gaan fuseren, dat is begin december bekendgemaakt. Het bedrijf gaat DowDuPont heten en wordt verdeeld in drie beursgenoteerde ondernemingen die zich richten op landbouw, hoogwaardige materialen en gespecialiseerde producten. De laatste zal door technologie en innovatie worden gedreven. Het zal 18 tot 24 maanden duren voor het zover is. DowDuPont heeft een beurswaarde van 130 miljard dollar en de fusie kan drie miljard dollar aan kostenbesparingen opleveren. Lees verderop in het blad meer over deze fusie. Shell gaat vijftien LNG-gedreven binnenvaartschepen charteren voor Noordwest-Europa. De schepen zullen hoofdzakelijk varen op Liquefied Natural Gas (LNG). De nieuwe, uiterst moderne binnenvaartschepen worden gebouwd door de Nederlandse scheepswerf VEKA Shipbuilding en worden ingezet voor de groeiende activiteiten van Shell in de ARA-regio (Amsterdam-Rotterdam-Antwerpen) en de Rijn-regio (Duitsland/Zwitserland). De verwachting is dat de schepen LNG-brandstof gaan bunkeren bij de LNG Break Bulk-terminal die momenteel naast Gate terminal in Rotterdam wordt gebouwd. Gate bouwt de LNG-installaties, inclusief aanleg- en laadfaciliteiten voor bunkerschepen en kleinere tankers, om LNG-bunkering in de haven van Rotterdam mogelijk te maken ten behoeve van verdere distributie richting Noordwest-Europa. De 110 meter lange binnenvaartschepen voor Shell zijn ontworpen met het oog op betere milieuprestaties, veiligheid en optimale vrachtvervoerscapaciteit. De hoofdmotoren van deze vaartuigen, geleverd door Wärtsilä, draaien voor 95-98 procent op LNG aangevuld met een kleine hoeveelheid diesel voor de ontsteking. De binnenvaartschepen worden tussen eind 2016 en midden 2018 gefaseerd geleverd.
PETROCHEM 1 - 2016 6
PET1 D_feiten en cijfers.indd 6
1,5 MILJOEN VOOR LNG BUNKEREN IN ROTTERDAM Rotterdam komt met een extra stimuleringsregeling voor het bunkeren van LNG, vloeibaar aardgas. Het Havenbedrijf reserveert hiervoor in totaal 1,5 miljoen euro. De regeling geldt tot 2020. Zeeschepen die tot die tijd in Rotterdam LNG bunkeren, kunnen op basis van de nieuwe regeling in aanmerking komen voor een korting ter hoogte van 10 procent op het bruto zeehavengeld. LNG is de schoonste fossiele brandstof. Het stimuleren van het gebruik hiervan draagt bij aan het streven van het Havenbedrijf om van Rotterdam de meest duurzame haven in zijn soort te maken. Het Havenbedrijf wil met deze actie het bunkeren van LNG in de haven stimuleren en daarmee steun verlenen aan de scheepvaartsector en aan partijen als Shell en de Gate terminal die nadrukkelijk het gebruik van LNG bevorderen. Inmiddels heeft rederij Containerships aangegeven in 2017 met twee LNG schepen op Rotterdam te gaan varen en hier LNG te komen bunkeren. Begin december 2015 begon de Koreaanse scheepsbouwer STX Offshore & Shipbuilding met de bouw van het LNG-bunkerschip dat Shell in de haven van Rotterdam gaat exploiteren. De verwachting is dat Shell begin 2017 dit eerste LNG bunkerschip van de Rotterdamse haven in gebruik neemt. ONDERZOEKSCENTRUM VOOR CHEMISCHE BOUWSTENEN AkzoNobel, BASF, Shell, het Ministerie van Economische Zaken, de Topsector Chemie, NWO en de universiteiten van Utrecht, Eindhoven en Groningen hebben begin december hun plannen gepresenteerd voor de oprichting van het nieuwe Advanced Research Center Chemical Building Blocks Consortium (ARC CBBC). Dit nationale onderzoekscentrum zal belangrijke energie- en chemievraagstukken aanpakken die gepaard gaan met het groeiende beroep op de eindige voorraad grondstoffen. De VN verwachten dat de wereldbevolking tegen 2050 toeneemt tot ongeveer negen miljard mensen. Deze groei doet een zwaar beroep op de voorraad grondstoffen, zoals olie en metalen, en vormt een uitdaging voor de duurzaamheid, en voor de leefbaarheid in stedelijke gebieden. Het ARC CBBC brengt industriële en academische sterktes die Nederland te bieden heeft op het vlak van katalyse, synthese, macromoleculaire chemie en procestechnologie bij elkaar, en verbindt daarmee landelijk verschillende interdisciplinaire expertises aan Nederlandse kennisinstellingen met elkaar en met het bedrijfsleven. Academische onderzoekers uit verschillende expertisegebieden gaan in dit centrum nauw samenwerken met het bedrijfsleven aan duurzame oplossingen op de middellange en lange termijn, zoals nieuwe chemische processen en bouwstenen voor functionele materialen, coatings en energiedragers. Het verbeteren van bestaande producten en productieprocessen en het ontwikkelen van innovatieve alternatieven kan bijdragen aan de transitie naar een circulaire economie, waarin producten en materialen worden hergebruikt en grondstoffen hun waarde behouden. Het ARC CBBC is een nationaal onderzoekscentrum dat voortbouwt op expertises in door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gefinancierde Zwaartekrachtprogramma’s. Met het ARC CBBC dragen de partners bij aan een internationaal toonaangevende infrastructuur voor onderzoek en innovatie in Nederland en een wereldwijde aantrekkingskracht op toptalent. De partners zullen begin 2016 verdere toelichting geven over de omvang en de specifieke bijdragen van de aangesloten partijen binnen deze ambitieuze publiek-private samenwerking.
Blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl
07-01-16 15:26
SUBSIDIE VOOR ONDERZOEK NAAR NIEUWE GRONDSTOFFEN UIT SUIKERS Royal Cosun krijgt 1 miljoen euro subsidie van de provincie Noord-Brabant voor fundamenteel onderzoek om zoveel mogelijk toegevoegde waarde te halen uit suikers en andere agro reststromen. Royal Cosun begon in mei 2015 met de bouw van het Cosun Innovatiecentrum op het Agro & Food Cluster Nieuw Prinsenland in Dinteloord naast de fabriek van Suiker Unie. In dit innovatiecentrum wordt onderzoek gedaan naar nieuwe toepassingen voor agrarische (rest)stromen, van bijvoorbeeld aardappels en suikerbieten. Dan gaat het bijvoorbeeld om hoogwaardige materialen of plantaardige grondstoffen voor de chemie. Met het innovatiecentrum wordt ingezet op de ontwikkeling van het kennisintensieve cluster voor de agro- en foodsector en de biobased economy. Dit versterkt de Brabantse economie en geeft ook de werkgelegenheid in de regio een impuls. In totaal biedt het centrum straks 100 fte werkgelegenheid. REORGANISATIE COFELY NOORD DOOR VERSLECHTERDE OLIE- EN GASMARKT Door de slecht presterende olie- en gasmarkt is Cofely Noord in de problemen gekomen. Het bedrijf wil daarom fors reorganiseren in Noord Nederland. Er staan ruim 65 banen op de tocht. Dit blijk uit een brief van de vakbonden FNV Metaal en CNV Vakmensen aan hun leden. De vakbonden zijn begin december door de directie van Cofely Nederland op de hoogte gebracht van de reorganisatieplannen. Volgens de directie heeft minder omzet in combinatie met margedruk geleid tot financiële verliezen. Er valt vooral werk weg vanuit de NAM en daarmee worden ook de slecht presterende afdelingen en projecten geraakt. Deze werden gecompenseerd door de hoge opbrengsten van de NAM. De vakbonden vragen zich af of de voorgenomen reorganisatie echt onvermijdelijk en onontkoombaar is. Daarom gaan ze eerst het nut en de bedrijfseconomische noodzaak onderzoeken. BIG DATA STARTUP HAALT 5 MILJOEN OP De Belgische big data startup Trendminer, van het bedrijf D square, heeft vijf miljoen euro binnengehaald voor een internationale lancering. Trendminer is een spin-off van de K.U. Leuven en richt zich op de procesindustrie, waar informatie door vele types van sensoren op verscheidene meetpunten wordt verzameld. Deze enorme hoeveelheid aan data wordt nu nog beperkt benut, maar kan dankzij digitalisatie en slimme zoek- en herkenningstechnologie tot nieuwe inzichten en verhoogde efficiëntie leiden. Naar eigen zeggen heeft Trendminer een marktaandeel van vijftien procent in de test regio België en Nederland binnen ‘zeer grote namen in de chemische en olie- en gas industrie’. D square wil nu ook naar Amerika met Trendminer. De investeerders zijn LRM, PMV, Gemma Frisius, Fortino Capital en privé-investeerder Jurgen Ingels (SmartFinCapital, ex-Clear2Pay). BRENT RUWE OLIEKOERS
Chemiegroep Tessenderlo en weefgetouwenbouwer Picanol gaan hun industriële activiteiten combineren in één grotere Belgische industriële groep: Picanol Tessenderlo Group. Daarvoor zullen de huidige industriële activiteiten van Picanol in Tessenderlo ingebracht worden. Picanol Tessenderlo Group zal uit vier segmenten bestaan: de Tessenderlo segmenten Agro, Bio-valorization en Industrial Solutions, en het segment Machines & Technologies van Picanol. Picanol Tessenderlo Group zal actief zijn in meer dan honderd landen wereldwijd en een omzet van ongeveer twee miljard euro realiseren. Door samen te gaan zal de expertise aanwezig in beide bedrijven kunnen worden gedeeld, zal een gemeenschappelijke sourcingpolitiek kunnen worden opgezet en zal ook de R&Den innovatiecultuur beter worden ondersteund. De voorgestelde transactie zal geen impact hebben op de huidige tewerkstelling en het nieuwe bedrijf heeft straks zevenduizend werknemers. Het is de bedoeling dat de transactie tegen eind februari 2016 is afgerond. Vanaf 1 januari 2016 kunnen zeeschepen in de havens van Rotterdam Rijnmond en het Noorzeekanaalgebied gratis en onbeperkt plastic scheepafval afgeven. Het afval moet gescheiden en schoon worden aangeleverd. De havenbedrijven van Rotterdam en Amsterdam zijn dat overeengekomen met de afvalinzamelaars in de havens.
55
PRIJS PER VAT IN US DOLLARS
50
PERSONALIA Bas Janssen (48) is per 1 februari aangetreden als de nieuwe directeur van Deltalinqs. Hij neemt het stokje over van Cees Jan Asselbergs, die nog twee jaar als adviseur verbonden blijft aan de organisatie. Janssen was de laatste drie jaar al plaatsvervangend directeur.
45
40
35
30
10
11 12 13 16 17 18 19 20 23 24 25 26 27 30 1
NOVEMBER 2015
2
3
4
7
8
9
10 11 14
Lees het interview met Bas Janssen vanaf pagina 8 in deze Petrochem.
DECEMBER
PETROCHEM 1 - 2016 7
PET1 D_feiten en cijfers.indd 7
07-01-16 15:26
INTERVIEW
‘De Rotterdamse haven gaat echt niet dicht’
PETROCHEM 1 - 2016 8
PET1 O_interview.indd 8
07-01-16 14:59
In de publieke opinie krijgt de Rotterdamse haven er meer dan eens stevig van langs. Een paar jaar geleden was veiligheid het belangrijkste issue, nu richt de milieubeweging met het klimaatakkoord van Parijs haar pijlen publiekelijk op de Rijnmond. Volgens Deltalinqs-directeur Bas Janssen kan de haven zich aan de kritiek scherpen, maar moet ze vooral consistent blijven. ‘Een tanker verandert niet snel van koers, die moet je geleidelijk bijsturen.’
FOTO'S: WIM RAAIJEN
Wim Raaijen
Eigenlijk is de uitkomst van het klimaatakkoord in Parijs goed voor de Rotterdamse haven stelt Bas Janssen, directeur van Deltalinqs. ‘Als het om duurzaamheid gaat, dan bevindt Rotterdam zich al in kopgroep van havens. Dus dat er nu een akkoord ligt dat door alle landen wordt ondertekend, is goed voor ons. Zeker als daardoor een gelijk mondiaal speelveld ontstaat.’ Toch betrekt het gezicht van Janssen als de vele reacties daags na de ondertekening ter sprake komen. Vooral de schoten voor de boeg van partijen als Urgenda en Greenpeace kunnen hem irriteren. ‘Er wordt al gauw gesuggereerd dat het op korte termijn afgelopen is met fossiele brandstoffen en dat de haven van Rotterdam dan wel dicht kan. We krijgen er serieus ook vragen over. Volstrekt onrealistisch natuurlijk. De Rotterdamse haven gaat echt niet dicht.’ Toch houdt hij zijn irritatie meer dan eens binnenskamers, maar het is hem allemaal veel te ongenuanceerd en ondoordacht. In de waan van de dag wordt al gauw geroepen dat alles van de ene op de andere dag kan veranderen. ‘We zijn in de Rotterdamse haven al langer bezig met een geleidelijke transitie naar een duurzamere haven. Dat gebeurt via twee wegen. Ten eerste de verduurzaming van de bestaande industrie. En ten tweede zijn we op zoek naar nieuwe, duurzame investeringen, die de transitie versnellen. Daar is wel geduld voor nodig. Een tanker verandert niet snel van koers, die moet je geleidelijk bijsturen. Bovendien draagt Rotterdam al een aardig steentje bij aan het Nederlandse Energieakkoord. Laten we er eerst alles aan doen om de doelstellingen van dat akkoord te halen, voordat we weer met nieuwe doelstellingen komen. En ja, we blijven druk zetten op de grote bedrijven om te veranderen, om de transitie mogelijk te maken.’ PETROCHEM 1 - 2016 9
PET1 O_interview.indd 9
07-01-16 14:59
INTERVIEW Zware stookolie Bas Janssen is nu bijna een jaar directeur van Deltalinqs, de ondernemersorganisatie voor haven en industrie in Rotterdam. Hij nam vorig jaar februari het stokje over van de alom bekende Cees Jan Asselbergs, nadat hij al vier jaar plaatsvervangend directeur was geweest. Janssen begon in 1995 zijn loopbaan in de haven bij het Havenbedrijf Rotterdam. Na verschillende functies stapte hij zes jaar geleden over naar Deltalinqs. Als directeur ligt een belangrijke focus voor hem op het versterken van de concurrentiekracht van de Rotterdamse bedrijven. Daarbij wil hij zich niet alleen laten leiden door het moment. ‘Het vraagt om een consistente en consequente aanpak over de langere termijn.’ En dat vraagt hij ook van de overheden. ‘Cruciaal als je wilt dat bedrijven hier blijven investeren. Op dat vlak hebben we net een positief jaar achter de rug. Exxon en Shell hebben belangrijke investeringen aangekondigd in hun raffinaderijen. Het zijn investeringen die de raffinaderijen flexibeler maken, maar het vooral ook mogelijk maken om schonere, zwavelarme brandstoffen te leveren. Ook zware stookolie wordt aangepakt. Het gaat echt om verbeteringen.’
Mooie kans Verder denkt Janssen dat Parijs een prima momentum biedt om opslag van CO2 (CCS) weer serieus op te pakken. Publicitair is deze technologie de laatste jaren er niet goed afgekomen met het afblazen van opslag onder een woonwijk van Barendrecht en het voorlopig stranden van het ROAD-project. ROAD staat voor Rotterdam Afvang en Opslag Demonstratieproject. Het moest een van de grootste demonstratieprojecten ter wereld worden voor de afvang en offshore-opslag van CO2. Vanaf 2015 moest ROAD circa 1,1 miljoen ton CO2 per jaar gaan afvangen van een nieuwe kolencentrale van E.ON en Engie – voorheen GdF SUEZ – op de Maasvlakte en opslaan in uitgeproduceerde gasreservoirs onder de Noordzee. Maar vooralsnog is het er niet van gekomen. Janssen: ‘Het nadeel was dat de CO2prijs te laag bleef, waardoor het project niet rendabel was.’ E.ON en GdF dreigen inmiddels met forse schadeclaims als alle steenkoolcentrales op last van politiek Den Haag dicht moeten. De twee hebben net voor ruim drie miljard euro geïnvesteerd in de spiksplinternieuwe kolencentrale op de Maasvlakte. De bedrijven lijken zelf ook CCS weer uit de kast te halen. Ze
Bas Janssen: ‘Een tanker verandert niet snel van koers, die moet je geleidelijk bijsturen.’
gebruiken Parijs als extra argument in de landelijke media om de gewenste en volgens hen nodige subsidie los te krijgen. Janssen ziet dat ook graag gebeuren: ‘Het kost de samenleving veel meer geld als de overheid dwingt de kolencentrale te sluiten en de energiebedrijven vervolgens uit moet kopen. Waarom pakken we het gewoon niet op waar we gebleven waren? CO2 afvangen en opslaan in lege gasvelden onder de Noordzee. Een mooie kans nu.’ Zones De Rotterdamse haven is ook actief als het gaat om schonere scheepvaart. Zo zijn er verschillende initiatieven op het gebied van vloeibaar aardgas (LNG) voor de binnenvaart. En er zijn zware emissie-eisen voor zeeschepen zodra ze de haven binnenvaren. Een groot en vooral complex probleem blijft echter de internationale scheepvaart, met zwaar vervuilende stookolie als brandstof. Te meer omdat in het Parijs-akkoord de internationale scheepvaart en luchtvaart niet voorkomen, terwijl deze sectoren samen verantwoordelijk zijn voor acht procent van de CO2-uitstoot. Janssen ziet het probleem ook. ‘Het is gemakkelijker om het wagenpark in Nederland elektrisch te krijgen. Internationale schepen en ook hun motoren moeten dertig jaar of meer meegaan. Auto’s worden veel sneller vervangen.’ Daarom is het volgens de Deltalinqs-directeur in ieder geval goed als de stookolie schoner wordt gemaakt, zoals de Rotterdamse raffinaderijen van plan zijn. Zijn er echter grotere stappen gewenst, dan kan dat alleen maar mondiaal worden aangepakt, stelt Janssen. ‘Er wordt wel gesproken over milieuzones, bijvoorbeeld in de Noordzee en het Baltische gebied. Maar als je het daarbij laat, dan dupeer je vooral de havens in die gebieden. Ook de haven van Rotterdam, die juist een koploper is op het gebied van duurzaamheid.’ Internationaal strenge regels opleggen en zodoende een gelijk speelveld creëren, lijkt Janssen het beste, maar ook moeilijk te handhaven. Misschien dat het een idee is om wereldwijd verschillende zones aan te wijzen waar bijvoorbeeld meer dan negentig procent van de scheepvaart wel
PETROCHEM 1 - 2016 10
PET1 O_interview.indd 10
07-01-16 14:59
doorheen moet. Dat zou volgens Janssen al een stap in de goede richting kunnen zijn. Rein Willems Janssen heeft het afgelopen jaar ook met een schuin oog naar Vlaanderen gekeken, waar in ras tempo verschillende investeringen zich aandienden. Het begon met de twee miljardeninvesteringen bij de raffinaderijen van ExxonMobil en Total. Inmiddels doen de raffinaderijen in Rotterdam nu ook een duit in het zakje. De investeringen in de Rotterdamse chemie lijken echter achter te blijven bij die van Antwerpen. Waar dat aan ligt? Rotterdam is natuurlijk iets meer een oliehaven dan Antwerpen, maar er is ook veel chemie. Ook lijkt de Vlaamse overheid vruchten te plukken van het duidelijke industriebeleid dat de vorige regering van Kris Peeters heeft ingezet en momenteel onverminderd wordt doorgetrokken. ‘Het helpt momenteel niet mee dat onze huidige regering door interne partijpolitieke problemen weinig kracht uitstraalt voor de industrie.’
‘Het helpt niet mee dat onze huidige regering weinig kracht uitstraalt voor de industrie.’ En wellicht ook dat de Vlaamse cultuur meer op het zichtbaar en onzichtbaar versterken van relaties is gebaseerd. Feit is in ieder geval dat er meer ministers zijn in België, waarvan verschillenden ook regelmatig hun gezicht laten zien in de chemie. Janssen: ‘Onze minister Kamp doet zijn best, maar heeft momenteel natuurlijk zijn handen vol aan de vraagstukken over de gaswinning in Groningen.’ En dat Janssen voorstander is van een duidelijk en consistent industriebeleid, moge inmiddels duidelijk zijn. ‘We hebben echt een slim en consistent industriebeleid nodig en dat zelfde geldt op het gebied van de infrastructuur. Voor Rotterdam zet de overheid, een beetje schuchter, de eerste stappen.’ Na zijn onderzoek in de Eemsdelta heeft voormalig topman van Shell Nederland Rein Willems nu ook de opdracht gekregen om het Rotterdamse cluster
nader onder de loep te nemen. Janssen: ‘De bedrijven in de haven, het Havenbedrijf, EZ en ook de VNCI, hebben hem gevraagd om de kansen en ook de kwetsbaarheden van de industriële haven in kaart te brengen.’ Het is voor Bas Janssen duidelijk dat de haven van Rotterdam nog lang niet dicht gaat. Maar dat er ook in de golven van kritiek komen, lijkt onontkoombaar. Nog niet lang geleden was naar aanleiding van de ontwikkelingen bij Odfjell alle aandacht gericht op veiligheid. ‘Het is goed om je er aan te scherpen, maar op dat moment bleven we ook consistent werken aan verbeteringen op andere terreinen, zoals milieu en duurzaamheid. Net zo goed dat we nu continu aandacht blijven geven aan de verbetering van de veiligheid in de haven, onder andere binnen de Deltalinqs ‘University’. Ook als er een verzadiging optreedt in de publieke opinie.’ ■ PETROCHEM 1 - 2016 11
PET1 O_interview.indd 11
07-01-16 14:59
PROJECTEN
Industriële Delta bloeit weer op Het lijkt weer goed te gaan met de procesindustrie in de Rijn/ Schelde-delta. Al eerder werden grote projecten in de Antwerpse raffinage aangekondigd, en de constructie is vorig jaar ook begonnen. Al snel volgde de chemie. Een poosje leken de industrieclusters in Nederland de boot te missen, maar inmiddels lijkt het ook in Rotterdam en andere havengebieden los te komen. De Delta staat weer in bloei. Petrochem zet de belangrijkste investeringen even op een rijtje.
Shell Pernis investeert in twee nieuwe fabrieken Shell gaat twee nieuwe fabrieken bouwen in Pernis: een solvent deasphalter (SDA) en een aromatenfabriek. Hiermee geeft het concern wederom het belang van de Rotterdamse locatie aan. SDA zal zwaardere fracties uit aardolie verwijderen, zodat de raffinaderij een groter deel van de ruwe aardolie kan verwerken tot lichtere, hoogwaardige producten. De bouw zal, afhankelijk van het verloop van het vergunningentraject, in 2016 beginnen en voltooiing wordt verwacht in 2018. De nieuwe eenheid zal de totale verwerkingscapaciteit niet vergroten, maar zal zorgen voor een andere samenstelling van het productportfolio. Op dezelfde site is Shell inmiddels begonnen met de bouw van een aromatenfabriek. De aromatenfabriek is een destillatiefabriek die een benzeenrijke stroom uit benzine kan halen. Dat levert uiteindelijk een halfproduct op voor de fabrieken in Moerdijk die het verder verwerken tot rubber, plastics, nylon en synthetische stoffen. Naar verwachting wordt de fabriek in de eerste helft van 2016 in gebruik genomen.
Project: Solvent deasphalter (SDA) Bijzonderheden: De SDA-unit verwijdert zwaardere fracties uit aardolie, zodat de raffinaderij een groter deel van haar feedstock kan verwerken tot lichtere, hoogwaardige producten. Opdrachtgever: Shell Waar: Pernis Afronding: 2018 Project: Aromatenfabriek Bijzonderheden: Destillatiefabriek die een benzeenrijke stroom uit benzine kan halen. Opdrachtgever: Shell Waar: Pernis Afronding: half 2016
ExxonMobil gaat na Antwerpen nu ook in Rotterdam uitbreiden ExxonMobil gaat de hydrocrackerinstallatie op zijn raffinaderij in Rotterdam uitbreiden. Afgelopen jaar was het bedrijf al begonnen aan de modernisering van haar raffinaderij in Antwerpen. De Rotterdamse raffinaderij zal een nieuwe technologie van ExxonMobil toepassen in het hydrocracking-proces. Daarbij worden gepatenteerde katalysatoren gebruikt die worden toegepast in een aangepast raffinageproces. De hydrocracker-installatie zal zwaardere producten omzetten in hoogwaardige eindproducten zoals EHC Group II basisolie en ultra-laagzwavelige diesel. De raffinaderij in Rotterdam is de eerste in Europa die EHC Group II basisolie gaat produceren. Basisolie is de grondstof voor smeeroliën en vetten. Groep II basisolie heeft een hogere zuiverheidsgraad die betere prestaties oplevert bij vele toepassingen van smeermiddelen en industriële olie.
PETROCHEM 1 - 2016 12
PET1 S_projecten.indd 12
07-01-16 15:00
De milieueffectrapportage is goedgekeurd en de verwachting is dat het vergunningentraject voor eind januari 2016 zal zijn afgerond. Afhankelijk van de ontvangst van de benodigde vergunningen zal de bouw daarna van start gaan en zal de installatie in 2018 in gebruik worden genomen. De investering in Antwerpen, die al gaande is, bedraagt maar liefst 730 miljoen euro in de Antwerpse raffinaderij. Er komt een zogeheten delayed coker unit, een kraker die zware, hoogzwavelige restolie omzet in schonere olieproducten en transportbrandstoffen, zoals gasolie voor de scheepvaart en diesel. Het is voor het concern een investering voor de lange termijn in zijn ‘strategische raffinaderij’ in Antwerpen. Project: Delayed coker unit Bijzonderheden: bouw van een delayed coker unit die zware, hoogzwavelige restolie omzet in schonere olieproducten en transportbrandstoffen. Opdrachtgever: ExxonMobil Waar: Antwerpen Afronding: eind 2017 Project: Uitbreiding hydrocracker-installatie Bijzonderheden: ExxonMobil past nieuwe technologie toe in het hydrocracking-proces, waardoor op een efficiënte manier zowel hoge kwaliteit base stocks als ultra-laagzwavelige diesel kan worden geproduceerd. Opdrachtgever: ExxonMobil Waar: Rotterdam Afronding: 2018
Total investeert 1 miljard euro in raffinaderij Antwerpen Bij Total in Antwerpen zijn al in 2013 twee grote investeringsprojecten van start gegaan: een nieuw raffinagecomplex en een nieuwe installatie voor de omzetting van raffinagerestgassen met een lagere toegevoegde waarde in goedkope petrochemische grondstoffen. Het raffinagecomplex bestaat uit een solvent de-asfalteringseenheid en een mild hydrocracking-eenheid. Het geplande complex is in de eerste plaats bestemd voor de omzetting van zware stookolie naar ontzwavelde diesel en huisbrandolie met een ultra-laag zwavelgehalte, en beantwoordt daarmee aan de verschuiving in de vraag naar producten met een lagere milieu-impact. De start van de nieuwe installatie wordt verwacht voor het begin van 2016. De integratie tussen de petrochemische en raffinage-onderdelen van het platform zal het concurrentievermogen van de petrochemische activiteiten versterken. De start van de nieuwe installatie voor de omzetting van raffinagerestgassen is gepland voor het begin van 2017. Project: Upgrade raffinaderij Bijzonderheden: Bouw van een nieuw raffinagecomplex en een nieuwe installatie voor de omzetting van raffinagerestgassen. Opdrachtgever: Total Waar: Antwerpen Afronding: begin 2016 en begin 2017
Inovyn investeert in productieeenheid Lillo Inovyn investeert in een kaliumhydroxide (KOH) productie-eenheid in Antwerpen/Lillo. De nieuwe eenheid krijgt een capaciteit van 160 kiloton KOH en zal in 2017 in gebruik worden genomen.
De eenheid zal gebruikmaken van de nieuwste technologieën en zal weinig nieuwe infrastructuur vereisen. Inovyn is een 50/50-joint venture die de wederzijdse chloorvinyl activiteiten van Solvay en Ineos combineert. Project: Kaliumhydroxide productie-eenheid Bijzonderheden: De nieuwe eenheid krijgt een capaciteit van 160 kiloton kaliumhydroxide. Opdrachtgever: Inovyn Waar: Antwerpen/Lillo Afronding: 2017
Rubis Terminal breidt uit in Antwerpen en Rotterdam Rubis Terminal breidt haar terminal in Rotterdam in fases uit. Tegelijkertijd investeert het ook fors in de Antwerpse haven. De eerste fase van de Rotterdamse uitbreiding bestaat uit zes tanks van 4.000 kubieke meter, twee tanks van 1.200 kubieke meter en zes van 1.500 kubieke meter. In totaal dus veertien (speciality) chemietanks met een totale inhoud van 35.400 kubieke meter, een mix van stainless steel en mild steel tanks. Deze eerste fase is gereed in oktober 2016. De tanks kunnen worden aangesloten op alle vervoersmodaliteiten. Daarnaast houdt de uitbereiding ook in dat er een extra spoor wordt aangelegd, er extra trucklaadstations komen en dat de huidige steigercapaciteit wordt uitgebreid. In totaal bestaat de uitbreiding uit 45 tanks met een totale capaciteit van bijna 150.000 kubieke meter, waarmee een totale investering van 120 miljoen euro is gemoeid. Dit betekent een verdubbeling van de totale opslagcapaciteit van Rubis Terminal. Deze komt straks uit op 330.000 kubieke meter.
PETROCHEM 1 - 2016 13
PET1 S_projecten.indd 13
07-01-16 15:00
PROJECTEN
In Antwerpen bouwt het bedrijf veertien nieuwe opslagtanks op de site op de Linkeroever in Antwerpen. Daarmee krijgt het bedrijf er 45.500 kubieke meter opslagcapaciteit voor chemicaliën bij. De nieuwe tanks worden in 2016 in gebruik genomen. Met de uitbreiding komt de totale capaciteit op de site op 155.000 kubieke meter voor de opslag van chemicaliën en gassen. Het project omvat naast de bouw van nieuwe opslagtanks ook de bouw van twee extra zeesteigers en een steiger voor binnenschepen. Project: Verdubbeling opslagcapaciteit Bijzonderheden: Uitbreiding van de terminal met zes tanks van 4.000 kubieke meter, twee tanks van 1.200 kubieke meter en zes van 1.500 kubieke meter. Opdrachtgever: Rubis Terminal Waar: Rotterdam Investering: 120 miljoen euro Afronding eerste fase: oktober 2016 Project: Nieuwe opslagtanks en zee steigers Bijzonderheden: Veertien nieuwe opslagtanks leveren voor het bedrijf 45.500 kubieke meter extra opslagcapaciteit voor chemicaliën op. Daarnaast worden er drie extra steigers gebouwd. Opdrachtgever: ITC Rubis Terminal Waar: Antwerpen Afronding: eind 2016
Tweede fase Aardgas+-project van start Sinds de jaren vijftig wint NAM aardgas in de regio tussen Hoogeveen en Meppel. Enkele jaren geleden is het bedrijf hier begonnen met het Aardgas+-project om de laatste tien procent gas met stikstofinjectie uit het veld te kunnen winnen. Zo bouwde NAM in 2012 een luchtscheidingsinstallatie in Koekange. In de tweede fase van het project worden nu drie extra locaties aangelegd. Ook worden pijpleidingen aangelegd voor uitbreiding van het stikstofdistributienetwerk, en na de zomer van 2016 worden stapsgewijs elf putten geboord. Het
gaat om putten die stikstof injecteren in het gasveld om zo het laatste aardgas uit het gasveld te duwen en dan te kunnen winnen. Project: Aardgas+ Bijzonderheden: De werkzaamheden omvatten de aanleg van drie extra locaties en pijpleidingen voor uitbreiding van het stikstofdistributienetwerk, en het boren van elf putten. Opdrachtgever: NAM Waar: regio tussen Hoogeveen en Meppel
Yara breidt fors uit in Sluiskil Yara Sluiskil (Zeeuws-Vlaanderen) investeert in twee nieuwe fabrieken. Voor ruim 241 miljoen euro investeert het in een nieuwe productie-installatie voor kunstmest. Op hetzelfde terrein bouwt het een nieuwe ureumgranulatiefabriek. Daarvoor heeft het bedrijf 170 miljoen euro beschikbaar. De nieuwe kunstmestinstallatie krijgt een capaciteit van 660.000 ton per jaar. Tegelijkertijd wordt de productie van ammoniumnitraat in Sluiskil met 230.000 ton teruggebracht. De bouw van de nieuwe plant is in 2015 begonnen. De verwachting is dat de installatie halverwege 2017 klaar is voor gebruik. De granulatenfabriek moet eind 2017 zijn afgerond. Met de investering kan de vestiging in Sluiskil zich verder ontwikkelen in de productie van speciale stikstofhoudende meststoffen en industriële chemicaliën. Bovendien gaat de nieuwe fabriek bijdragen aan verdere milieuverbeteringen, vertelt communicatiemanager Gijsbrecht Gunter: ‘Ten eerste met de energie-efficiency. Per ton product is er minder energie nodig. We zullen ook minder warmtebelasting op het kanaal hebben door het gebruik van
luchtkoelers en tot slot komt er een lagere stofconcentratie.’ Project: Uitbreiding kunstmest Bijzonderheden: De nieuwe installatie krijgt een capaciteit van 660.000 ton per jaar en de productie van ammoniumnitraat daalt met 230.000 ton. Opdrachtgever: Yara Waar: Sluiskil Investering: 241 miljoen euro Afronding: half 2017 Project: ureumgranulatiefabriek Bijzonderheden: de nieuwe fabriek zal bijdragen aan verdere milieuverbeteringen op het gebied van energie-efficiency, warmtebelasting en stofconcentratie. Opdrachtgever: Yara Waar: Sluiskil Investering: 170 miljoen euro Afronding: eind 2017
87 miljoen voor bioethanolfabriek in Gent Staalconcern ArcelorMittal, LanzaTech en Primetals Technologies investeren 87 miljoen euro in de Gentse vestiging van ArcelorMittal om bio-ethanol te maken uit gassen die vrijkomen bij de staalproductie. Verwacht wordt dat de productie van bio-ethanol halverwege 2017 begint.
Project: Bio-ethanolfabriek Bijzonderheden: ArcelorMittal gaat bio-ethanol maken uit gassen die vrijkomen bij de staalproductie. Opdrachtgever: ArcelorMittal Waar: Gent Investering: 87 miljoen euro Afronding: half 2017
PETROCHEM 1 - 2016 14
PET1 S_projecten.indd 14
07-01-16 15:00
Innovatie SAP-productie begint bij BASF Antwerpen
Eind 2014 kondigde de BASF-groep aan wereldwijd vijfhonderd miljoen euro te investeren in een nieuwe technologie voor de productie van superabsorbers. De Antwerpse fabriek komt als eerste aan de beurt om de bestaande installatie aan te passen aan de nieuwe technologie. ‘BASF zal bestaande productiesites uitbreiden en aanpassen om het product zo snel mogelijk op de markt te krijgen’, zegt Michael Heinz, lid van de raad van bestuur. Bestaande faciliteiten zullen in de toekomst zowel de nieuwe generatie SAP als het huidige product kunnen produceren. De lancering van het nieuwe product zal in verschillende fases verlopen, vanaf eind 2016 Project: Nieuwe technologie SAP Bijzonderheden: BASF investeert wereldwijd vijfhonderd miljoen euro in een nieuwe technologie voor de productie van superabsorbers, te beginnen met de Antwerpse fabriek. Opdrachtgever: BASF Waar: Antwerpen Afronding: eind 2016
Nippon Shokubai breidt SAPproductie in Antwerpen uit Het Japanse chemiebedrijf Nippon Shokubai investeert 350 miljoen euro in een uitbreiding van de productiecapaciteit voor superabsorberende polymeren (SAP) en de bouw van een nieuwe productie-eenheid voor acrylzuur in Zwijndrecht. De nieuwe productie-installaties zouden operationeel moeten zijn in het tweede kwartaal van 2018.
Project: Uitbreiding productiecapaciteit SAP Bijzonderheden: Naast de uitbreiding van de productiecapaciteit van SAP bouwt Nippon Shokubai ook een nieuwe installatie voor acrylzuur in Zwijndrecht. Opdrachtgever: Nippon Shokubai Waar: Zwijndrecht Investering: 350 miljoen euro Afronding: 2018
Saoedische miljardeninvestering in Antwerpse haven Het Saoedische chemiebedrijf Energy Recovery Systems (ERS) lijkt maar liefst 3,7 miljard euro te willen investeren in een nieuwe productie-eenheid van groene ammoniak en groen ureum (kunstmest) in Antwerpen. ERS is actief in afvalverwerking en -recuperatie en in de ontwikkeling van zogenaamde waste-to-chemicals-projecten. De fabriek die ERS in Antwerpen wil bouwen, behoort tot deze laatste soort. Hierbij wordt niet-recyclebaar industrieel afval aangevoerd per schip en door vergassing omgevormd tot synthetisch gas en uiteindelijk tot twee belangrijke chemische producten: ammoniak en ureum. Er zal drie jaar nodig zijn voor de concrete uitwerking van het dossier en voor de nodige vergunningen. Daarna kan de bouw van de installatie beginnen. De verwachting is dat die in 2020 operatio neel is. Als de fabriek van ERS volop draait, zal er jaarlijks 3,5 miljoen ton afvalgrondstof worden verwerkt tot 1,2 miljoen ton groene ureum en 645.000 ton groene ammoniak. Project: Waste to chemicals fabriek Bijzonderheden: Niet-recycleerbaar industrieel afval wordt aangevoerd per schip en door vergassing omgevormd tot synthetisch gas en uiteindelijk tot groene ammoniak en groen ureum. Opdrachtgever: Energy Recovery Systems Waar: Antwerpen Investering: 3,7 miljard euro Afronding: 2020
Centrale afvalwaterzuivering voor Botlek-gebied Het Rotterdamse haven- en industriegebied Botlek krijgt een centrale afvalwaterzuivering. AkzoNobel Industrial Chemicals is aangehaakt als launching partner en heeft de intentieverklaring ondertekend. Ook Huntsman, Emerald Kalama Chemical en Kemira hebben de verklaring al getekend. Evides Industriewater is de projectontwikkelaar en toekomstige bedrijfsvoerder van de nieuwe afvalwaterzuivering. Het project omvat de bouw van een persriool van ongeveer twaalf kilometer ter inzameling van het bedrijfsafvalwater in het Botlekgebied, en de bouw van een nieuwe aerobe afvalwaterzuivering. Bedrijven uit de omgeving kunnen hierop aansluiten om hun industriële afvalwater te laten zuiveren. De nieuwe afvalwaterzuivering komt naast de bestaande AWZI op het terrein van Huntsman.
Project: Centrale afvalwaterzuivering Bijzonderheden: Bouw van een persriool van ongeveer twaalf kilometer en de bouw van een nieuwe aerobe afvalwaterzuivering. Opdrachtgever: Evides Industriewater Waar: Botlek Afronding: onbekend
LBC Tank Terminals breidt capaciteit uit LBC Tank Terminals investeert de komende jaren in een uitbreiding van haar Rotterdamse terminal tot een capaciteit van 250.000 kubieke meter. Dat is een verdrievoudiging van de huidige capaciteit. Volgens planning zal de eerste expansie van 36.000 kubieke meter in de tweede helft van 2016 operationeel zijn. Ook zal er een nieuwe steiger voor de PETROCHEM 1 - 2016 15
PET1 S_projecten.indd 15
07-01-16 15:00
Over veiligheid gesproken !
Setting Standards
De nieuwe generatie contactvrije flowmeters voor gassen en vloeistoffen Toepasbaar op vrijwel elke flow applikatie Geen drukval in de leiding dus u bespaart op energiekosten
Geen shutdown meer, het proces wordt niet onderbroken Geen signaal verloop dus geen kosten voor calibratie Breed meet bereik van 0 m/s tot 35 m/s
Flexim Instruments Benelux BV Tel.: +31(0)10 24 92 333
www.flexim.com benelux@flexim.com
Petrochem.nl
geeft nog meer waarde voor uw geld Meer nieuws dan ooit • • • • • • • •
Actuele berichtgeving over de olie- en chemische industrie Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten en diensten Multimediale bedrijfspresentaties Tweewekelijkse Nieuwsbrief Live twitter updates LinkedIn interacted
Petrochem-abonnees krijgen meer • De nieuwste Petrochem staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.petrochem.nl en kies abonneren
Ga direct naar Petrochem.nl en blijf iedereen voor PET1 Advertenties.indd 16 _advA5_www_petrochem.indd 43
07-01-16 20-10-14 15:28 14:28
PROJECTEN
Project: Uitbreiding EVOH Bijzonderheden: De capaciteit wordt verhoogd met 11.000 ton per jaar. Opdrachtgever: Kuraray Waar: Antwerpen Afronding: eind 2016
Noord Natie Terminals breidt in Antwerpen uit terminal in de Botlek worden gebouwd, met vier ligplaatsen; twee voor zeeschepen en twee voor lichters. Deze kan straks zeeschepen met een diepgang tot maximaal dertien meter ontvangen. De steiger wordt in twee fases gebouwd. De eerste fase met twee ligplaatsen zal medio 2016 operationeel zijn. De volledige steiger wordt begin 2017 opgeleverd. Project: Nieuwe opslagtanks en steiger Bijzonderheden: LBC Tank Terminals verdrievoudiging huidige opslagcapaciteit. De eerste expansie van 36.000 kubieke meter in de tweede helft van 2016 operationeel zijn. En er komt een nieuwe steiger met vier ligplaatsen, twee voor zeeschepen en twee voor lichters. Opdrachtgever: LBC Tank Terminals Waar: Rotterdam Afronding: begin 2017
Kuraray breidt in Antwerpen met bijna vijftig procent uit Het Japanse Kuraray breidt in Antwerpen de capaciteit voor de kunststof EVOH (handelsnaam EVAL) uit met 11.000 ton per jaar. Verwacht wordt dat de nieuwe eenheid eind 2016 kan worden opgestart. Het gaat om een investering van bijna zestig miljoen euro. De huidige capaciteit voor EVOH (etheenvinylalcohol copolymeer) in Antwerpen is 24.000 ton per jaar. De vraag naar het polymeer neemt voortdurend toe, aldus Kuraray. Het materiaal is dichter dan PET, waardoor het als dunne laag in levensmiddelverpakkingen de doorlatendheid vermindert.
Noord Natie Terminals wil naast de bestaande opslagterminal in Antwerpen 32 nieuwe tanks bouwen. In totaal komt er negentigduizend kubieke meter opslagcapaciteit voor vloeistoffen bij. De eerste opslagtanks worden naar verwachting medio 2016 in gebruik genomen. De totale capaciteit van Noord Natie Terminals in Antwerpen zal daarmee op driehonderdduizend kubieke meter komen. Daarnaast krijgt de terminal er twee laadstations bij, met zes laadplaatsen voor vrachtwagens. Twee daarvan kunnen worden ingezet voor het beladen van
treinstellen. Ook worden er twee nieuwe ligplaatsen voor tankschepen van een nieuwere generatie aangelegd. Noord Natie Terminals heeft de engineering van de nieuwe tankparken uitbesteedt aan Grontmij. Neste Oil investeert zestig miljoen in productie biopropaan Neste Oil investeert in een installatie voor de productie van biopropaan op haar site op de Maasvlakte. De installatie moet eind 2016 in productie zijn. Het gaat om een investering van zestig miljoen euro. Naast de installatie wordt er ook geïnvesteerd in nieuwe opslagtanks en pijpleidingen op de raffinaderij. In de installatie wordt het biopropaan gezuiverd en afgescheiden van de andere gassen die door de raffinaderij worden geproduceerd. Een andere methode om biopropaan te produceren, is door het gebruik van producten als suikerbieten, maïs of andere plantaardige afvalproducten. De totale verwachte productie van de installatie zal rond de dertig- tot veertigduizend ton per jaar uitkomen. Project: Biopropaan Bijzonderheden: Bouw van een installatie voor de productie van biopropaan. Daarnaast wordt er ook geïnvesteerd in nieuwe opslagtanks en pijpleidingen op de raffinaderij. Opdrachtgever: Neste Oil Waar: Rotterdam Afronding: eind 2016
Project: Nieuwe opslagtanks, laadstations en ligplaatsen. Bijzonderheden: Er worden 32 nieuwe tanks gebouwd. In totaal komt er negentigduizend kubieke meter opslagcapaciteit voor vloeistoffen bij. Daarnaast worden er twee nieuwe ligplaatsen en twee laadstations aangelegd. Opdrachtgever: Noord Natie Terminals Waar: Antwerpen Afronding: medio 2016
PETROCHEM 1 - 2016 17
PET1 S_projecten.indd 17
07-01-16 15:00
OVERNAME
Gunvor neemt raffinaderij in Europoort over Gunvor koopt de raffinaderij van Kuwait Petroleum in Europoort (KPE). Beide bedrijven maakten in oktober bekend dat de onderhandelingen hierover in ‘het laatste stadium’ zijn. De verkoop lijkt binnenkort te kunnen worden afgerond. De Europese commissie heeft de overname goedgekeurd en het overleg over een sociaal plan maakt al vorderingen. Francis Voermans
Met de verkoop is het voortbestaan van de raffinaderij gered, al zal wel een deel van de installaties worden gesloten. Gunvor is van plan om de productie van smeerolie te stoppen, omdat het niet actief is in deze business. Samen met een aantal administratieve functies die naar centrale kantoren overgaan, zullen ongeveer honderd van de 350 banen bij de raffinaderij verdwijnen. Vakbond FNV is in overleg met de directie van KPE over een sociaal plan voor de werknemers die hun baan verliezen. Er ligt een aanbod waarover de bond positief is. Gunvor is een van ‘s werelds grootste fysieke handelaren in ruwe olie en olieproducten. De raffinaderij in Europoort is de derde die het bedrijf aankoopt. In 2012 kocht het twee raffinaderijen uit de failliete boedel van Petroplus: één in Antwerpen en één in het Duitse Ingolstadt. De Rotterdamse raffinaderij sluit daar uitstekend bij aan, verklaart Seth Pietras, woordvoerder van Gunvor. ‘Gunvor is van plan om de raffinaderij te integreren in zijn supply chain en handelsplatform. Zoals getoond bij onze bestaande raffinaderijen in België en Duitsland, hebben we een effectief en succesvol businessmodel ontwikkeld voor onze raffinaderijen.’
GUNVOR Gunvor is opgericht in 2000 door de Zweed Torbjörn Törnqvist en de Russische miljardair Gennady Timchenko. De eerste tien jaar groeide het bedrijf snel, vooral door handel in Russische olie. Vanwege Timchenko’s banden met Poetin, kwam het bedrijf regelmatig onder vuur te liggen. Vorig jaar kocht CEO Törnqvist daarom alle aandelen van Timchenko en werden alle banden met de Rus verbroken. Törnqvist heeft nu 78 procent van de aandelen, de rest is in handen van het personeel. Gunvor heeft meer dan zestienhonderd werknemers en een omzet van zo’n tachtig miljard dollar per jaar. Vorig jaar verhandelde het bijna honderdveertig miljoen ton aan producten. Naast de handel doet het bedrijf strategische investeringen in terminals, pijpleidingen, oliewinning, kolenmijnen en raffinaderijen.
Gunvor denkt de Rotterdamse raffinaderij winstgevender te kunnen maken, dan dat hij de laatste jaren was. ‘De raffinaderij produceert nu voor de lokale markten als een op zichzelf staande commerciële operatie, terwijl hij onder Gunvor zal opereren als onderdeel van onze wereldwijde handelsketen. Hiermee krijgt de raffinaderij toegang tot een grote varieteit aan ruwe oliën, terwijl hij nu uitsluitend olie uit Koeweit verwerkt. Ook zal hij profiteren van synergieën in het raffinaderijnetwerk, waar hij nu als een eiland-raffinaderij draait. Daarbij wordt hij ondersteund door de financiële kracht van Gunvor’, aldus Pietras. Sluiting afgewend De Rotterdamse raffinaderij heeft het al jaren moeilijk. Eigenlijk maken alle Europese raffinaderijen weinig winst sinds 2008 vanwege overcapaciteit, hoewel de marges af en toe opveren zoals begin dit jaar. De raffinaderij in Europoort heeft het echter extra moeilijk door zijn kleine schaal en het achterblijven van investeringen. Met een capaciteit van 88 duizend vaten olie per dag is KPE de kleinste van de vier raffinaderijen in Rotterdam. De raffinaderij werd in 1963 gebouwd door Gulf Oil, die hem in 1982 verkocht aan Kuwait Petroleum. De laatste tien jaar lijkt Kuwait Petroleum niet goed te weten wat het met de raffinaderij wil. In 2006 werd hij in de verkoop gezet. Toen een deal met Lukoil bijna rond was, besloot Kuwait Petroleum om de raffinaderij toch niet te verkopen. Investeringen in een upgrade waren volgens experts destijds al nodig om de raffinaderij in een goede concurrentiepositie te houden. Drie jaar geleden kwam Kuwait Petroleum met investeringsplannen van meer
PETROCHEM 1 - 2016 18
PET1 P_gunvor.indd 18
07-01-16 14:55
FOTO: BILFINGER
dan een miljard euro. In het Project Orange zou een ‘lube oil hydrocracker’, een kraker die grondstoffen produceert voor smeermiddelen, worden gebouwd met een capaciteit van 38 duizend vaten
per dag. Ook bijbehorende voorzieningen, zoals een amine regeneratie-eenheid en zuurwaterstrippers, en een uitbreiding van de op- en overslagactiviteiten van kerosine waren voorzien.
SURVIVAL OF THE FITTEST De KPE-raffinaderij blijft door de overname door Gunvor in bedrijf, maar voor heel wat andere raffinaderijen in Europa is het doek gevallen. Eind 2014 sloot Murphy Oil een raffinaderij in het Engelse Milford Haven en het Italiaanse bedrijf Eni een raffinaderij op Sicilië. Sinds 2009 werden meer dan twintig raffinaderijen in Europa definitief gesloten, de meeste in Duitsland, Frankrijk, Italië en Engeland. Van het tachtigtal raffinaderijen dat nog over is, zullen er de komende jaren nog heel wat sluiten, is de verwachting. Dat komt omdat er overcapaciteit is in de Europese raffinagemarkt. Slechts zo’n tachtig procent van de geïnstalleerde capaciteit wordt gemiddeld benut. Desondanks waren de raffinagemarges de eerste helft van dit jaar erg goed. Dat was echter tijdelijk. Het kwam door een samenloop van omstandigheden, waaronder een daling van de olieprijs en veel stilstand van grote raffinaderijen elders. Inmiddels zijn de marges weer lager. Ondanks de moeilijke markt, voeren verschillende raffinaderijen grote investeringsprojecten uit. Zowel Total als ExxonMobil investeren ongeveer een miljard euro in hun raffinaderijen in Antwerpen. ExxonMobil investeert ook circa een miljard euro in zijn raffinaderij in Rotterdam. De investeringen zijn bedoeld om de productie beter af te stemmen op de marktvraag (met name meer dieselproductie), om gunstigere grondstoffen te kunnen verwerken en om aan milieuspecificaties te voldoen. Met de investeringen willen de raffinaderijen hun marges optimaliseren. De verschillen in marges tussen moderne, complexe raffinaderijen en de achterblijvers zijn groot. En het lot van die achterblijvers lijkt bezegeld.
Een jaar geleden maakte Kuwait Petroleum bekend dat die plannen niet doorgingen en dat het de raffinaderij opnieuw in de verkoop zette. De kans dat de raffinage-activiteiten zouden stoppen en de locatie tot olieterminal zou worden omgebouwd werd daarmee reëel. Met de overname door Gunvor is de sluiting afgewend. Naadloze bedrijfsvoering In Antwerpen heeft Gunvor sinds de overname in 2012 al flink geïnvesteerd in de raffinaderij. Kort na de overname voerde Gunvor een turnaround uit. Ook rondde het een – onder Petroplus gestart – investeringsproject af om voor de stoomproductie volledig op gas over te stappen. Momenteel lopen projecten om het gebruik van stookolie in de procesfornuizen af te bouwen. Of Gunvor ook gaat investeren in de raffinaderij in Europoort, kan Pietras nog niets zeggen. ‘Omdat de deal nog niet is afgerond, heeft Gunvor nog geen definitief investeringsplan. We geloven echter dat een goede HSEC (Health, Safety, Environment & Community)-performance in combinatie met een naadloze bedrijfsvoering tot goede resultaten leidt. We zullen doen wat daarvoor nodig is.’ ■ PETROCHEM 1 - 2016 19
PET1 P_gunvor.indd 19
07-01-16 14:55
VERSCHUIVINGEN
Terugblik op een jaar fusie- en splitsgeweld Wie Petrochem doorleest, moet soms even met de ogen knipperen. Steeds vaker verschijnen in de kolommen exotische namen van afgesplitste en gefuseerde chemiebedrijven. We zochten uit wat de belangrijkste veranderingen waren in het afgelopen jaar én geven tips voor uw eigen
FIBRANT Naam: Fibrant [fei-brend (naar het Engelse ‘vibrant’)]
Naam: AnQore [eng-kur (naar het Engelse ‘anchor’)]
Geboortedatum: 18 januari 2016
Geboortedatum: 1 december 2015
Eigenaar: ChemicaInvest, een joint venture van investeringsmaatschappij CVC Capital Partners (65% eigendom) en DSM (35% eigendom)
Eigenaar: ChemicaInvest, dezelfde partij achter Fibrant Afkomstig van: DSM Was voorheen: DSM Acrylonitrile
toekomstplannen.
Afkomstig van: DSM
Inge Janse
Was voorheen: de afdeling DSM Caprolactam Maakt: caprolactam en ammoniumsulfaat, vooral bedoeld voor polyamide vezels.
Vroeger, toen was de chemische industrie lekker overzichtelijk. DSM, AkzoNobel, Shell en Dow bezaten zo ongeveer elke chemische plant in Nederland. Maar onder druk van exotische crises, activistische aandeelhouders, onverwachte marktontwikkelingen en nieuwe CEO’s heeft menig chemiegigant zijn koninkrijk opgesplitst in kleinere eenheden. Nu kunnen die molochs en hun aandeelhouders dat zelf prima bijhouden, maar ondertussen raakt de gemiddelde bijstander de draad kwijt. Covestro? Fibrant? Weet iemand nog wie dat zijn, wat ze maken en waar ze vandaan komen? Om het nieuwe jaar met een opgeruimde kaartenbak aan de slag te gaan (en geen flater te slaan bij een netwerkevenement waar u per ongeluk AnQore door de war haalt met Chemours), blikt Petrochem terug op de belangrijkste wijzigingen die het afgelopen jaar plaatsvonden, inclusief de rationale erachter en - misschien wel het belangrijkst - de juiste uitspraak voor al die nieuwe, exotische namen.
ANQORE
Reden: DSM richtte in 1952 de afdeling Caprolactam op, maar deze ging in 2015 over naar ChemicaInvest. Het chemiebedrijf wil namelijk - aangemoedigd door aandeelhouders - af van zijn bulkchemie, zoals de afdeling caprolactam. Bulkchemie, zo is de gedachte, is namelijk te conjunctuurgevoelig voor solide bedrijfsvoering en betrouwbare winst. Locatie: Geleen (Nederland), Nanjing (China) en Augusta (VS) Grootte: de 1.200 medewerkers, verdeeld over drie fabrieken, kunnen samen jaarlijks ruim 900.000 ton caprolactam produceren, naast ruim 1.500.000 ton ammoniumsulfaat. De gezamenlijke omzet bedroeg in 2014 zo’n 1,7 miljard euro.
Maakt: acrylonitril, blauwzuur, natriumcyanide en acetonitril Reden: DSM Acrylonitrile produceert sinds 1969 zijn producten op het Chemelot-terrein in Geleen, maar ook deze afdeling is onderdeel geworden van ChemicaInvest. Hierbij geldt weer dat DSM zich wil richten op hoogwaardige producten, terwijl acrylonitril vooral in de hoek van (inwisselbare) bulkproducten zit. Locatie: het Chemelot-complex in Geleen Grootte: de fabriek kan jaarlijks 280 kiloton acrylonitril maken, verdeeld over twee productielijnen. In 2014 werkten hier 150 mensen en werd er 450 miljoen euro omzet gedraaid. PS: De focus van DSM is in zijn lange bestaan vaak veranderd, waardoor het een komen en gaan is van bedrijfstakken, overnames en afstotingen. In 2013 koos het bedrijf er al voor zijn farmaceutische activiteiten (goed voor een jaaromzet van 2 miljard dollar) in een apart bedrijf te stoppen, DPx. Ook kunstmestfabrikant OCI Nitrogen (zie verderop) is het gevolg van DSM’s constante zoektocht naar de ideale set activiteiten.
PETROCHEM 1 - 2016 20
PET1 Q_tourguide.indd 20
07-01-16 15:27
COVESTRO
CHEMOURS
Naam: Covestro [koo-ves-tro]
Naam: The Chemours Company [keh-moers]
Geboortedatum: 1 september 2015
Geboortedatum: 1 juli 2015
Eigenaar: werkt autonoom, maar Bayer heeft meer dan vijftig procent van de aandelen in handen Afkomstig van: Bayer Was voorheen: Bayer Material Science Maakt: polyurethaanschuim (voor meubels, matrassen, autostoelen en isolatiemateriaal), plastic polycarbonaat (voor auto-onderdelen, daken en medische apparatuur) en gespecialiseerde chemicaliën (zoals voor coatings, lijmen en folies) Reden: Bayer wil zich vooral richten op life sciences en richt zijn pijlen daarom het liefst op gewasbescherming en medicijnen. Ook presteerde de afdeling MaterialScience minder dan de rest. Omdat life sciences om veel investeringen vragen, werd MaterialScience binnen Bayer een stiefkindje. Op eigen voeten kan Covestro (zo is de verwachting) veel meer winst maken. Locatie: Covestro zit over de hele wereld verspreid en heeft in Nederland vestigingen in Rotterdam (site samen met Lyondell Basell) en een kantoor in Foxhol. Grootte: als drie na grootste bedrijf op de kunststoffenmarkt vormde Covestro grofweg een vierde van Bayer. Het nieuwe bedrijf telt 16.000 werknemers en zette vorig jaar voor bijna 12 miljard euro om, goed voor 1,16 miljard winst. Bayer inclusief Covestro kende in 2014 een omzet van 42 miljard euro bij een winst van 8,4 miljard euro.
Eigenaar: Chemours (een samenvoeging van ‘chemistry’ en ‘Nemours’, waar de familie DuPont vandaan komt) is volledig onafhankelijk van DuPont, maar volledig afhankelijk van DuPonts aandeelhouders. Zij zagen de waarde van hun aandelen namelijk teruglopen door het vertrek van dit segment, dus kregen zij hun verlies terug in 1 of meer van de ruim 180 miljoen aandelen die Chemours op 1 juli uitgaf op de aandelenbeurs van New York. Daar zit ook gelijk een adder onder het gras, want eventuele schadeclaims die deze ex-afdeling van DuPont nog kon krijgen, gaan nu direct naar Chemours. Dat klinkt theoretisch, maar in Amerika speelt al jaren een zaak van 3.500 (!) omwonenden van een Teflon-fabriek tegen het bedrijf. Zij claimen kanker gekregen te hebben vanwege de chemicaliën waar DuPont mee werkt. Toen de eerste zaak in oktober voor de rechter kwam, werd er 1,6 miljoen dollar toegekend. Chemours kan dus op papier een maximale schadeclaim van 5,6 miljard dollar oplopen. Saillant detail: de fabriek in Dordrecht gebruikte tot 2012 hetzelfde procedé als de gewraakte fabriek in de VS. Afkomstig van: DuPont Was voorheen: DuPont Performance Materials Maakt: alle zogeheten performance materials die DuPont voorheen maakte. Deze producten vallen in drie categorieën: titaniumdioxides (zoals verfpigment), fluorproducten (zoals koelmiddelen en de bekende antiaanbaklaag Teflon) en chemische oplossingen (zoals cyanide, aniline, methylamines en reactieve metalen). Reden: onder druk van aandeelhouders (die meer waar voor hun geld wilden) besloot DuPont de afdeling performance materials af te splitsen, in de hoop dat de twee losse bedrijven meer geld opleveren dan het geheel waard was. Voor DuPont is het bovendien wel handig dat het zich meer kan richten op producten met hogere marges, zoals insecticiden. Specialistische chemicaliën leveren namelijk weinig winst op en zijn zeer conjunctuurgevoelig. Locatie: het hoofdkantoor van Chemours bevindt zich in het Amerikaanse Wilmington, maar in Nederland vindt u het bedrijf terug naast DuPont in Dordrecht. Hier worden de fluorproducten gefabriceerd. Grootte: Chemours heeft wereldwijd enkele duizenden werknemers. Zij werken in een van de 37 fabrieken in twaalf landen en produceren voor duizenden klanten in meer dan 130 landen. Dit collectief zette in 2014 zo’n zes miljard dollar om.
PS: de aandeelhouders willen heel DuPont laten samensmelten met Dow, die andere chemiereus uit Amerika. Beide bedrijven zijn op de beurs ongeveer zestig miljard dollar waard en zetten tezamen jaarlijks meer dan negentig miljard dollar om. BASF, ‘s werelds grootste speler, heeft iets minder omzet (82 miljard dollar) maar is een handvol miljarden meer waard. Bij de fusie valt de nieuwe organisatie direct weer uiteen in drie gespecialiseerde takken: landbouw, nieuwe materialen en gespecialiseerde chemicaliën. De komende negen maanden wordt gekeken hoe de twee bedrijven worden samengevoegd. Lees meer over DowDuPont op pagina 25 in deze Petrochem
PETROCHEM 1 - 2016 21
PET1 Q_tourguide.indd 21
07-01-16 15:27
2016
Het jaarcongres van de NVDO en het iMaintain platform Datum: 17 maart 2016 | Locatie: AHOY Rotterdam
[SAV
E TH
E DA TE]
THEMA: IN THE LEAD De Nederlandse industrie heeft alles in zich om koploper te zijn en te blijven. Maar dat komt niet vanzelf. Tijdens iMaintain 2016, het jaarcongres van de NVDO en het iMaintain platform, kijken we hoe de Nederlandse maintenancesector bijdraagt om ‘in the lead’ te blijven.
www.nvdo.nl
Welke factoren maken het verschil in food en farma, infra, fleet, procesindustrie en de gebouwde omgeving? De juiste mix van gedrag, innovatie, techniek, operational excellence en samenwerking kan zorgen dat de Nederlandse maintenancesector ook de komende decennia onze industrie ‘in the lead’ houdt.
DOELGROEP
Beslissers en verschilmakers van: • Onderhoudsintensieve bedrijven en organisaties • Aanbieders van onderhoudsdiensten • Leveranciers van technologie en onderdelen op het gebied van onderhoud • Overheden en kennisinstituten
www.imaintain.info/congres PET1 Advertenties.indd 22 151201_iLinqsIMA2016_Congres.indd 1
07-01-16 02-12-15 15:28 10:01
VERSCHUIVINGEN KRAHN CHEMIE Naam: Krahn Chemie [kraan geej-mie] Geboortedatum: 1 juli 2015
FOTO: COVESTRO
Eigenaar: De Otto Krahn-group in Hamburg, die ook de eigenaar is van de kunststoffabrikant en -distributeur Albis Plastic. Was voorheen: ICH Benelux Maakt: niets, maar distribueert wel veel, zoals chemische grondstoffen voor de verf- en inktindustrie vanuit zijn site in Zaandam. Het bedrijf verzorgt onder meer de logistiek voor Eastman Chemical. Reden: ICH Benelux ontstond in 1979 als zelfstandig distributeur. In 2013 kocht het Duitse Krahn Chemie, dat zijn afzetmarkt in de Benelux wilde vergroten en ICH’s klantenbestand in de verf- en coatingindustrie interessant vond, de distributeur op. Oorspronkelijk ging ICH nog onder eigen naam verder, maar afgelopen zomer kwam er Krahn Chemie Benelux op de gevel te staan. Locatie: Zaandam Grootte: Krahn Chemie heeft op zijn locaties in Nederland, Duitsland, Polen en Italië in totaal 160 medewerkers. Vorig jaar zette de distributeur 190 miljoen euro om.
OCI NITROGEN Naam: OCI Nitrogen [oh-sie-ei nei-troh-dzen] Geboortedatum: 6 maart 2015 Eigenaar: Hoewel de eerste fabrieken al in 1930 verschenen, kwam de fabrikant van ammoniak, kunstmest en melamine pas in 2010 op eigen benen te staan. Sindsdien is het een dochteronderneming van het Egyptische bouw- en chemieconcern Orascom Construction Industries (OCI). In 2015 werd het bedrijf nogmaals opgeknipt: OCI Nitrogen bleef wat het was, maar moederbedrijf OCI viel uiteen in een kunstmest- en bouwbedrijf, waarbij de eerste van Egypte naar Nederland verhuisde. Afkomstig van: DSM en Orascom Construction Industries Was voorheen: DSM Agro en DSM Melamine Maakt: ammoniak, kunstmest en melamine. Daarnaast beschikt OCI Nitrogen over een ammoniakterminal in Rotterdam. Reden: daar zijn ze weer, DSM’s plannen om zich te richten op life & material sciences, waardoor de Agro- en Melamine-fabrieken sinds 2007 in de etalage stonden. OCI wilde juist meer klanten in Europa krijgen en zijn productportfolio uitbreiden. De Egyptenaren legden daarom 310 miljoen euro neer voor de fabrieken. Locatie: het Chemelot-complex in Geleen Grootte: de locatie in Geleen heeft zo’n 475 werknemers, wereldwijd zijn dit er 750. De Nederlandse fabriek maakt jaarlijks 2.300 kiloton minerale meststoffen, 150 kiloton melamine en 1.100 kiloton ammoniak. De omzet van OCI Nitrogen bedraagt jaarlijks rond de 1 miljard euro.
GA VOOR KORT Geïnspireerd geraakt door al het overname- en splitsingsgeweld? Denk dan goed na over welke naam uw nieuwe onderneming krijgt, want dat is van groot belang voor het succes op de beurs. Althans, dat claimen wetenschappers van de Universiteit van New South Wales in Australië. Uit hun onderzoek in 2011 blijkt dat bedrijven met een korte en gemakkelijk uit te spreken naam meer investeerders aantrekken en een hogere marktwaarde krijgen. Ook vindt er meer handel in de aandelen plaats als de bedrijfsnaam een beetje soepel in de mond ligt. Verdere tips voor een glorieus beursbestaan: zet het hoofdkantoor in de buurt van de beleggers (dus hou het in ieder geval in Nederland of België) en adverteer veel om vertrouwen te winnen.
SPLITSEN OF NIET? Je zou bijna denken dat grote bedrijven opdelen in losse eenheden de heilige graal is. Toch geldt dat niet voor elk bedrijf. Ja, als je een ratjetoe aan activiteiten hebt (zoals Bayer) of radicaal van interesse verandert (DSM), dan is splitsen heel aannemelijk. Maar ben je een basischemiebedrijf zoals BASF, inclusief een redelijk beperkte scope aan producten en processen, dan is alles bij elkaar houden juist enorm goed voor het rendement. BASF’s enorme chemiesite op Ludwigshafen draait bijvoorbeeld onder meer zo lekker omdat de energiekosten goed in de hand te houden zijn via slim hergebruik van restwarmte en uitwisseling van grondstof- en afvalstromen.
PETROCHEM 1 - 2016 23
PET1 Q_tourguide.indd 23
07-01-16 15:27
PRODUCTEN
OPENENTERPRISE V3.2 Emerson Process Management heeft verbeteringen doorgevoerd aan het OpenEnterprise v3 SCADA-platform voor de onshore olie- en gasmarkt. OpenEnterprise v3.2 voegt een nieuwe interface met de AMS Device Manager-asset managementsoftware toe, voor het op afstand beheren en onderhouden van apparaten in wide-area SCADA-netwerken. Deze combinatie stelt exploitanten van olie- en gasvelden in staat om voorspellend onderhoud te doen op verafgelegen installaties. De proactieve diagnosefuncties kunnen potentiële storingen op afstand opsporen. Zo is er minder veldwerk nodig, voorkomt het onverwacht procesuitval en verbetert het de veiligheid, betrouwbaarheid en winstgevendheid van installaties. Meer informatie: www.emersonprocess.nl VEILIGHEIDSHANDSCHOEN TEGEN HOGEDRUKLETSEL Pirtek introduceert eerste veiligheidshandschoen wereldwijd voor bescherming tegen (hydraulisch) hogedruk injectieletsel. De 4041P is getest conform EN388:2003 en beschermt tegen een druk tot 700 Bar. Bij het ontwerp is speciaal gekeken naar het gebruikerscomfort tijdens inspectiewerkzaamheden aan hydraulieksystemen voor medewerkers zoals technici in de hydrauliek, monteurs van hydrauliekslangen, onderhoudsmonteurs in fabrieken/productiebedrijven en operators. Meer informatie: www.pirtek.nl INDUSTRIËLE WARMTEPOMP Johnson Controls introduceert de Sabroe HeatPAC™ HPX, een innovatieve warmtepomp met nieuw ontwikkelde zuigercompressor. De HPX gebruikt minder dan de helft van de ruimte en het gewicht en bieden nieuwe industriële opportuniteiten door de productie van warm water met temperaturen tot 90 °C mogelijk te maken. Hierbij gebruikt het elke geschikte warmtebron met een lage temperatuur en heeft het slechts een minimale energie-input nodig. Alle warmtepompen zijn standaard uitgerust met een frequentie geregelde aandrijflijn (VSD). Dit garandeert uitstekende prestaties met een maximale energie-efficiëntie, zelfs in deellast, veranderende omstandigheden en bij verschillende operationele vereisten. Hierdoor zijn de compacte HPX warmtepompen de ideale oplossing voor elke toepassing waar de focus op flexibiliteit ligt. Zij zorgen ook voor een optimalisatie van prestaties, rendement en operationele kosten. Meer informatie: www.johnsoncontrols.com SUPERCOMPUTER Bull lanceert de Bull sequana X1000. Dit is een nieuwe serie exascale-supercomputers en de voorloper van een nieuwe generatie supercomputers die zo’n 1.000 keer beter presteren dan Petaflop-systemen. Deze rekenkracht is nodig om de kwaliteit en snelheid van digitale simulaties voor zowel onderzoek als industrie te verhogen. De Bull sequana kan worden ingezet om weersvoorspellingen nauwkeuriger te maken, schonere vliegtuigmotoren te bouwen en om gepersonaliseerde medicijnen te ontwikkelen op basis van genomica. Supercomputers van Bull sequana zijn open systemen die zijn ontwikkeld op basis van leidende industriële normen voor hardware en software. Klanten hebben keuze uit een breed scala aan technologieën, zodat zij maximaal van hun investeringen kunnen profiteren. Meer informatie: nl.atos.net
INDUSTRIËLE VEILIGHEIDSSCHOENEN VOOR DAMES
Honeywell lanceert Cocoon, een nieuw assortiment veiligheidsschoenen dat speciaal is ontwikkeld voor dames. Het nieuwe, metaalvrije assortiment is bij uitstek geschikt voor werknemers in sectoren als logistiek, productie-, fabricage- en gebouwbeheer. De schoenen bieden de grootst mogelijke slipvastheid. Het profiel van de nieuwe PU-rubber buitenzool verzekert een snelle afvoer van vloeistof en een hoge slijtvastheid. Schokken en trillingen worden geabsorbeerd door de dubbellaagse binnenzool en het beklede enkeldeel. Meer informatie: www.honeywellsafety.com LED-BUISLICHTEN De nieuwe generatie van de R. Stahl LED buisvormige armaturen hebben een uitstekende energie-efficiëntie met hoge gebruiksvriendelijkheid en een eenvoudige bediening. Deze armaturen zijn te gebruiken in explosiegevaarlijke zones (Ex-zones 1, 2, 21 en 22). De compacte buisvormige, machine- en inspectie verlichtingen (6036, 6039 en 6149/2-serie) vergen weinig onderhoud en hebben een zeer lange levensduur, zelfs in extreme omgevingen, waaronder maritieme toepassingen. Deze buisvormige armaturen zijn voorzien van regionale en sectorale certificeringen die bijna universeel gebruikt kunnen worden. De armaturen bieden IP68 beschermingsgraad, zijn schokbestendig, bestand tegen trillingen en extreme temperaturen die variëren van -55 ° C tot +70 ° C. Meer informatie: www.zone-atex.nl
PETROCHEM 1 - 2016 24
PET1 F_producten.indd 24
07-01-16 15:04
ACTUEEL
Megafusie in chemieland Het nieuwe chemische bedrijf DowDuPont gaat zich richten op landbouw, hoogwaardige materialen en gespecialiseerde producten. De nieuwe onderneming is ontstaan door de fusie van chemiereuzen Dow Chemicals en DuPont.
Dagmar Aarts
Door de fusie willen de twee elkaar versterken, wat nodig is in de veranderende markt. Dow en DuPont zijn actief in dezelfde markten, alleen verschilt hoe sterk ze in die markten zijn. Het zal nog wel even duren voordat de twee echt worden samengevoegd. Daarvoor zijn negen maanden uitgetrokken en in de tussentijd blijft het ‘business as usual’. Vervolgens zal het nog eens 18 tot 24 maanden duren om de nieuwe onderneming in drie bedrijven op te splitsen die zich richten op landbouw, nieuwe materialen en gespecialiseerde producten. Het ‘landbouwbedrijf ’ voegt de bedrijfstakken van Dow en DuPont samen die werken aan bestrijdingsmiddelen voor zaden en gewassen. Hierdoor ontstaat een breed portfolio waarvan de omzet negentien miljard dollar zal zijn. Het bedrijf dat zich zal richten op nieuwe materialen bestaat uit DuPonts Perfomance Materials segment en Dows Performance Plastics, Performance Materials and Chemicals, Infrastructure Solutions en Consumer Solutions. Deze combinatie zal innovatief gedreven zijn en zich onder andere bezig houden met oplossingen voor verpakkingen, transport en infrastructuur. Dit is het grootste bedrijf van de drie met een waarde van 51 miljard dollar. De laatste van de drie bedrijven richt zich op gespecialiseerde producten in de elektronica en technologie. Hierin worden Dow Electronic Materials en Duponts Nutrition & Health, Industrial Biosciences, Safety & Protection en Electronics and Communications samengevoegd. Hierdoor zal de omzet dertien miljard dollar zijn. Synergievoordelen Beide bedrijven zijn ook in Nederland en België actief. De fabrieken van Dow
en DuPont leveren producten aan klanten in een breed scala aan industrieën en sectoren, variërend van landbouw en voedingsmiddelenindustrie tot productie van auto’s en vliegtuigen, bouw en constructie en van huishoudelijke en persoonlijke verzorging en textielbewerking tot voedselverpakking. De vestigingen van DuPont bieden in Nederland werk aan ongeveer vijfhonderd mensen en in België aan zevenhonderd. Wereldwijd heeft het bedrijf 55.000 tot 60.000 medewerkers. Bij Dow Benelux werken circa tweeduizend mensen vanuit zes vestigingen en twintig fabrieken in Nederland en België. Het hart van Dow in de Benelux ligt in Terneuzen, Zeeuws-Vlaanderen. Dow Terneuzen is met zeventien fabrieken en ongeveer zeventienhonderd medewerkers de op één na grootste productielocatie van Dow Chemical Company. Wereldwijd heeft Dow 53.000 medewerkers. Wat de fusie tussen de twee gaat betekenen voor de vestigingen en medewerkers in Nederland en België moet in de komende negen maanden duidelijk worden. Wel heeft DuPont ook bekend gemaakt te gaan reorganiseren. Tien procent van het totaal aantal mensen wereldwijd, dus 5500-6000 medewerkers, zal moeten vertrekken. Het is nu nog niet bekend binnen het bedrijf waar die herstructurering precies val. Het is wel duidelijk dat het op alle locaties enige impact gaat hebben. DowDuPont denkt de eerste twee jaar drie miljard dollar aan kostenbesparingen te kunnen doen. De uiteindelijke synergievoordelen kunnen nog een miljard dollar meer zijn. De beurswaarde van de nieuwe combinatie is 130 miljard dollar. ■
PETROCHEM 1 - 2016 25
PET1 R_exxon mobil.indd 25
07-01-16 15:07
Advertorial
Emerson Global Users Exchange, dit jaar in Brussel Klanten tonen elkaar innovatieve realisaties In oktober 2015 ging in Denver, USA de Emerson Global Users Exchange door voor bijna 4.000 deelnemers. Sinds 2012 bestaat er eveneens een Europese versie. Na Düsseldorf (2012) en Stuttgart (2014) vindt van 12 tot 14 april 2016 de Europese Emerson Global Users Exchange plaats in Brussel. Een uitgelezen kans voor de Belgische en Nederlandse klanten uit de refinery, chemische, power en life sciences industrie om ‘live’ kennis te maken met methodes die internationale gebruikers toepassen om ‘meer rendement met minder energie’ te realiseren. Om meer te horen over deze gebruikersdagen, gingen we in gesprek met Roel Van Doren, president Europe. Ir. Roel Van Doren is een Belg die in 2015 zijn 25 jaar bij Emerson Process Management vierde. De eerste vraag is dus: wie is die man aan de top van Emerson Process Management Europe? Van Doren: Afgestudeerd in 1986 startte ik mijn carrière bij een klein engineeringbedrijf. Na 2,5 jaar stapte ik over naar Fisher Controls als system engineer en ben doorgegroeid tot project manager. In 1992 werd Fisher door Emerson overgenomen en startte mijn weg binnen Emerson België,toen 40, en nu zo’n 100 mensen. Mijn internationale carrière begon in 2000 als operation director UK en Ierland. Een periode met grote projecten in de farmacie in Ierland. In 2004 verhuisde ik naar de
PET1 Advertenties.indd 26
USA voor projecten in raffinaderijen en chemische plants. Dat gaf de nodige zichtbaarheid in de organisatie. In 2008 werd ik verantwoordelijk voor Noord-Europa.Toen mijn manager in 2012 terugkeerde naar de US, werd ik president Europe. De reden van uw succesvolle carrière? Van Doren: Eigenlijk moet u dat aan mijn directie vragen. De brede technische ervaring heeft zeker bijgedragen: zowel in de controlesystemen als in instrumentatie. Maar ook breed van engineering, projectmanagement tot operations. Projecten zijn een goede ervaringsbasis: naast technische aspecten zijn er uitdagingen in people management (o.a. om een project in time te houden), in commerciële aspecten (klanten van oplossingen overtuigen) en in business (projecten succesvol binnen budget realiseren). En toegegeven: de internationale stappen – zeker die in de US – zijn doorslaggevend. Wendbaarheid en oplossingsgerichtheid zijn belangrijke kernwoorden. Emerson heeft drie pijlers: instrumentatie, controlesystemen en kleppen. De meeste collega’s specialiseren zich in één tak. Is dit brede portfolio een voordeel? Van Doren: Emerson is een technologie gedreven bedrijf. Ze is daardoor – wereldwijd - nummer 1 in instrumentatie en regelkleppen en nummer 2/3 in regelsystemen. Het resultaat van ‘technology leadership’. Emerson
ontwikkelde in de jaren ’70 het HART-protocol en is de grondlegger van FOUNDATION Fieldbus. Met het DeltaV DCS-systeem - easy, intuitive, interoperable en networkbased – vestigde ze in de jaren ’90 een sterke concurrentiepositie. Vervolgens trok Emerson begin jaren 2000 als eerste de kar van wireless. Emerson verzet de bakens juist door dit brede portfolio dat de volledige control loop omvat. We kunnen de voordelen ervan verwerken in onze klantoplossingen. De commerciële kant betekent vooral ‘customer care’: snel op de bal spelen vanaf design, via de levering tot en met de service. Wij zien bij Emerson service steeds belangrijker worden. Denk aan onderhoud, ondersteuning bij turnarounds, maar ook opleidingen. Dat is inmiddels een serieuze vierde pijler, Solve & Support. Een sterk technologisch pallet is ideaal voor green fields. Geeft dat slagkracht in Europa, waar we vooral “in stand houden”? Van Doren: Europa is geen echt zwakke markt. Er zijn – nog steeds –grote investeringen, o.a. in de life sciences voor de optimalisatie van de productieplants,de power industrie wegens overschakeling van steenkool naar biomassa en de permanente updates in de chemische sector. Van 2010 tot nu waren er belangrijke investeringen in de Noordzee. Dit type investeringen zijn er ook – eigenlijk vooral - als de conjunctuur onder druk staat.
07-01-16 15:28
l Neemt Emerson ook deel aan de Industrie 4.0 trend? Van Doren: De term Industrie 4.0 is vooral Europees. De USA spreekt hier van ‘industrial internet of things’. Emerson liep voorop bij deze trend met de lancering van Plantweb in 1996: communicatiemogelijkheden van DeltaV met en tussen sub-systemen op basis van het HART-protocol. Inclusief de diagnosetools. Ook de in 2000 gelanceerde wireless-technology past hierin. Wireless, niet gericht op de regelkring maar op de informatiestromen voor beheer, onderhoud enhet ‘smart’ optimaliseren van het proces. Neem in een stoominstallatie de controle op condensaatpotten: lozen deze nooit, dan is er te veel condensaat in de stoomleidingen met mogelijk corrosie als gevolg. Lozen deze permanent, dan is er teveel energieverlies. Het gaat om tienduizenden stoompotten in een fabriek. Allemaal bekabelen kan niet. Draadloos kan men ze per set periodiek controleren, waardoor predictief onderhoud kan gebeuren. Een andere toepassing is de draadloze ultrasoon- en audiosensoren. Zonder operators het veld in te sturen kan men hiermee in de controleroom de goede (of slechte) werking van de plant ‘horen’. Basisfuncties die passen in het Industrie 4.0-concept. Emerson’s producten zijn het resultaat van ‘luisteren naar de klant’. Denk aan het – een drietal jaar geleden gelanceerde – concept van programmeerbare marshalling. U weet dat de bekabeling van een plant wordt afgelegd op terminalklemmen en dan via zgn. ‘cross marshalling’bekabeling door-gesluisd naar de juiste I/O-klem, het digitale of analoge ingang/uitgangskanaal. Met duizenden I/O’s in een plant en vele lastminute engineeringsaanpassingen is de kans op fouten groot. Discussies met belangrijke klanten over deze problematiek leidden tot het ontwerp van de elektronische ‘junction boxes’ waarmee tot op het laatste ogenblik de ‘doorschakeling’ aangepast kan worden.
PET1 Advertenties.indd 27
Klantervaringen met dergelijke en andere technologische innovaties worden in de user groups én tijdens de Emerson Global Users Exchange uitgewisseld. Kunt u ons meer vertellen over de Emerson Global Users Exchange die in april in Brussel wordt georganiseerd? Van Doren: Emerson heeft een lange traditie van “luisteren naar klanten” om samen met hen de technologische grenzen te verleggen. Zij organiseert regelmatig zgn. ‘technology information exchanges’, waar de R&D van Emerson en klanten nieuwe concepten onder de loep nemen. Ook zijn er reeds lang User Groups, meestal per land georganiseerd. Eind jaren ’90 startte in de USA een nieuw initiatief: de Global Users Exchange, een event dat door gebruikers wordt georganiseerd met als doel ideeën uit te wisselen en elkaar state of the art voorbeelden te tonen. Emerson faciliteert de organisatie, maar bepaalt niet de inhoud. In 2012 werd de European Global Users Exchange opgestart, tweejaarlijks. En de inhoud? Van Doren: Zoals de klanten zelf zeggen: The Emerson Global Users Exchange is meer dan een technische conferentie. Het is het samenkomen van de community van leidinggevende productiebedrijven die op zoek zijn om het maximum te halen uit hun automatiserings-investering en daartoe hun experimenten en resultaten met elkaar willen delen.
Het programma dat in april in Brussel wordt gepresenteerd bestaat uit een reeks van voordrachten die door een stuurgroep - bestaande uit leidinggevende Europese bedrijven - gekozen werden uit meer dan 300 ingezonden papers. Belangrijke topics zijn ongetwijfeld het verhogen van de uptime en de betrouwbaarheid van installaties, de energieconsumptie minimaliseren én de veiligheid (verder) verhogen. Maar ook het beter beheren van grote projecten. Denk aan het toepassen van ‘the Cloud’ in engineeringprojecten. Energy efficiency en de beperking van emissies zijn zeker belangrijke topics die in Brussel uitgebreid aan bod zullen komen. En natuurlijk is voor iedereen de verhoging van de operation performance level op de IPA-schaal cruciaal. Cases bewijzen dat met een verschuiving van de laagste naar de hoogste schaal de kosten voor onderhoud en exploitatie dalen tot enkele procenten van de oorspronkelijke kost. Uit feedback van de werkvloer blijkt dat soms met een korte ROI toch belangrijke meerwaarden geleverd worden. Dat biedt de European Global Users Exchange. En voor de Belgische en Nederlandse gebruikers: vlak bij huis. Een kans om niet te missen.
Voor meer informatie of om u in te schrijven voor de Emerson Global Users Exchange gaat u naar www.emersonexchange.org/emea. De early bird loopt tot 6 februari.
07-01-16 15:28
OVERNAME
Erfenis Imtech biedt dienstverleners kansen Het faillissement van Imtech kwam niet geheel als verrassing, maar de afwikkeling ervan gaf toch de nodige uitdagingen voor de asset owners waar de technische dienstverlener actief was. Inmiddels is Imtech Industrial Services ondergebracht bij vier technische dienstverleners. En dankzij de inspanningen van de asset owners is de overgang redelijk geruisloos verlopen.
David van Baarle
Een mooi voorbeeld van Nederlandse technische kennis en kunde was tot voor kort bezig aan zijn opmars in Europa. Imtech, voortgekomen uit Internatio-Müller, werd in 1993 officieel opgericht, maar kent een veel langere historie. Bij de oprichting voegde Imtech de wereld van elektrotechniek samen met die van de werktuigbouw en een aantal jaren later kwam daar ook nog een ICT-divisie bij. De ambities gingen echter verder dan de uitbreiding van disciplines; er werd ook gekeken naar expansie van de activiteiten naar het buitenland. Nadat de technisch dienstverlener in 1997 voet zette in Duitsland ging het dan ook snel. Het bedrijf werd in 2001 beursgenoteerd en breidde zijn activiteiten uit naar vele Europese landen en Turkije. In 2012 berichtte Imtech dat het een groot pretpark in Polen zou gaan bouwen, een opdracht met een waarde van honderden miljoenen euro’s. Uiteindelijk bleek er van alles met het project mis te zijn, waarna de koersdaling inzette in het aandeel Imtech. Daar kwamen nog fraudeschandalen in Polen en Duitsland bij en het leed was geleden. De beurs verloor zijn vertrouwen, net als de opdrachtgevers in een aantal divisies en op 13 augustus 2015 werd Imtech failliet verklaard. Voor die tijd was al een aantal businessunits verkocht, maar Imtech Industrial Services vond geen oplossing vóór de eindstreep. Na het faillissement kondigde zich al snel een aantal gegadigden aan die de activiteiten van de industriële tak van de dienstverlener wilden overnemen. Uiteindelijk zijn er vier partijen die de activiteiten van Imtech Industrial Services overnamen: Kentech, Verwater Group, Actemium en Convoi. Belangrijk daarbij te melden is dat de activiteiten van
Imtech Industrial Services in de tussentijd niet stil hebben gestaan. Een prestatie die met name ook te danken is aan de opdrachtgevers, die hun nek durfden uit te steken om het Imtech-personeel binnen de bedrijfspoorten te houden. Snel schakelen Het faillissement van Imtech bood voor het van oorsprong Ierse Kentech een kans om zich een plek te verwerven in Nederland. Opvallend genoeg is het bedrijf in zijn huidige vorm in hetzelfde jaar opgericht als Imtech. Het bedrijf heeft een lange historie in de technische dienstverlening voor de olie- en gaswereld en de activiteiten die Imtech bij Shell Moerdijk, Pernis en Europoort uitvoerde, sloten goed aan bij het portfolio van Kentech. Koen Staffeleu, manager business development en contracting, ziet dan ook meer kansen voor zijn nieuwe werkgever. ‘Voor Shell is er op het eerste gezicht weinig veranderd’, zegt Staffeleu. ‘Het managementteam van Imtech dat verantwoordelijk was voor de activiteiten bij Shell is gebleven, net als het grootste deel van de 450 man personeel. Sterker nog: we hebben een grote kwaliteitsslag gemaakt met personeel uit andere businessunits van Imtech. Met name inbedrijfsstellers, projectmanagers en extra monteurs konden we goed gebruiken.’ Dat het faillissement van Imtech impact had op de activiteiten bij Shell, wil Staffeleu niet ontkennen. ‘Imtech Industrial Services was al meer dan 35 jaar huisaannemer op de raffinaderij en de chemische site van Shell als multidisciplinaire technische dienstverlener voor onderhoud, turnarounds en projecten. Imtech had nog een lopend contract op de Shell-sites in Nederland. Als dan zo’n faillissement boven je hoofd hangt, moet je snel kun-
PETROCHEM 1 - 2016 28
PET1 U_imtech.indd 28
07-01-16 15:05
FOTO: VERWATER GROUP INFESTOS
nen schakelen om ervoor te zorgen dat de activiteiten doorgaan. Shell heeft zich vanaf het begin af aan proactief opgesteld om de continuïteit te waarborgen van de werkzaamheden van de 450 technici van Imtech en ook personeel van onderaannemers. Je wilt immers niet inboeten op veiligheid, kwaliteit en betrouwbaarheid van de installaties. Imtech werd onder curatele gesteld en de tegoeden werden bevroren, waardoor we geen materiaal en materieel meer konden inkopen. Gelukkig hebben we ook in deze fase, samen met de asset owner, onze leveranciers en onderaannemers deze uitdagingen weten op te lossen. Samen zorgden we ervoor dat de werkzaamheden konden blijven worden uitgevoerd zonder veiligheidsincidenten. Een enorme prestatie van onze technici waar wij dan ook terecht erg trots op zijn. Het contract met Shell is dan ook reeds opnieuw bekrachtigd door beide partijen.’Kentech maakte van de nood een deugd en heeft zelfs ambitieuze uitbreidingsplannen. Zo is de internationale samenwerking met Shell in Qatar
Staffeleu (Kentech): ‘Als een faillissement boven je hoofd hangt, moet je snel kunnen schakelen.’
en het Russische Sakhalin verdiept en verbreed. De Pearl GTL-fabriek van Shell in Qatar, waar Kentech main contractor is voor onderhoud, krijgt volgend jaar een grote turnaround waar Kentech een leidende rol speelt. Met de overname van Imtech vestigt Kentech zich operationeel in Europa met als doelstelling te groeien binnen Nederland en Europa als multidisciplinaire dienstverlener. Maar ook wat betreft organisatie en scope weet het bedrijf zijn stempel te drukken op het voormalig Imtech-personeel, zegt Staffeleu. ‘Je merkt dat het bedrijf lang ervaring heeft in de internationale olie- en gassector. Kentech onderscheidt zich door de focus te leggen op kwaliteit en focust daarbij op de mensen in het veld. Die moeten zich immers vooral bezighouden met hun kerntaken
en kennis en moeten daarin worden gefaciliteerd. Alles wat daar van afwijkt is ruis en verandert de focus op kwaliteit en ook veiligheid. Die randzaken worden opgepakt door andere leden uit het team die daarop getraind en gefocust zijn. Zo houdt een werkvoorbereider zich bezig met het voorbereiden van werkpakketten en wordt hij ontzorgd van taken die hem hier van afhouden, zoals inkoop en financiële taken. Ook een redelijk nieuwe aanpak voor onze sector is dat er altijd nadat een werk is uitgevoerd een kwaliteitscontrole wordt gehouden door een separaat kwaliteitsteam voordat we deze overdragen naar de klant. In bijvoorbeeld de pipingwereld zijn dat soort controles redelijk standaard, maar voor E&I en Civiel is dat niet altijd het geval. Daarmee maken we echt sprongen PETROCHEM 1 - 2016 29
PET1 U_imtech.indd 29
07-01-16 15:05
[Sch
rijf
u nu
in]
Datum: 18|02|2016
THEMA: INDUSTRIEWATER IN DE CIRCULAIRE ECONOMIE Industriewater in de circulaire economie
PROGRAMMA
Tijdens de vierde editie van Watervisie laten we zien dat ketenintegratie en publiek/private-samenwerking niet alleen goed is voor het milieu, maar ook voor de concurrentiepositie van de Nederlandse industrie. Delf het goud in uw waterketen.
12.00 Ontvangst met lunch 13.00 Opening, gevolgd door Keynote Chemie 13.30 Water Innovator of the Year pitches
DOELGROEP
• Beslissers en geïnteresseerden uit de (proces-) waterintensieve industrie • Managers uit de Chemie & Raffinage • Food & Beverage • Pulp & Paper • Olie & Gas-industrie
14.45 Pauze 15.15 Keynote Food 15.45 Voorbeeldcases Dutch Biorefinery Cluster 16.30 Verrassende gastspreker 17.00 Uitreiking Water Innovator of the Year 17.15 Borrel en hapjes 18.30 Einde Watervisie 2016
Houd uw agenda vrij op 18 februari 2016 Partners:
Initiatiefnemers:
Leden:
www.watervisie.com PET1 Advertenties.indd 30 151221 iLinqs Watervisie.indd 1
07-01-16 05-01-16 15:28 12:05
OVERNAME
in kwaliteit en betrouwbaarheid van de assets.’ Kruisbestuiving Ook Verwater greep zijn kans toen het faillissement van Imtech zich aandiende. Het bedrijf werkte bij meerdere klanten al samen met Imtech, maar wilde liever zelf de kennis in huis hebben voor elektronica, instrumentatie en automatisering. Hans Slootweg kijkt namens grootaandeelhouder van Verwater Group Infestos terug op de overname. ‘Verwater is met name bekend van tankbouw en tankonderhoud, maar is de afgelopen jaren gegroeid naar een meer allround dienstverlener in de olie-, gas- en chemische sector. Als allround dienstverlener willen we de scope van projecten uitbreiden. Onze dienstverlening bestond al uit civiele, piping, mechanische en coatingwerkzaamheden. Door de overname kunnen we daar nu elektronica, instrumentatie en automatisering, maar ook het onderhoud van kleppen en afsluiters aan toevoegen. Ook kunnen we met deze uitbreiding onze positie versterken in de chemische en de farmaceutische industrie. Met de overname van een aantal vestigingen van Imtech kunnen we landelijk ons dienstverleningspakket aanbieden. De automatiseringskennis is ook een waardevolle aanvulling uit de Imtech-boedel. Daardoor is het mogelijk het hele traject te doorlopen van engineering tot het inrichten en in bedrijfstellen van de panelen en instrumenten.’ Filip De Wilde, CEO van Verwater, voegt daaraan toe: ‘Ook wat betreft geografische spreiding hebben we een belangrijke stap gemaakt. Verwater had al vestigingen in de Botlek, Amsterdam en in België, maar met de overname van de Imtech-kantoren in Coevorden, Drachten en Emmen bereiken we ook het noorden en oosten van Nederland. De kantoren in Coevorden en Drachten zijn inmiddels verhuisd naar Hengelo en Groningen. We hopen daarmee ook nieuwe markten aan te boren. We beschikten al over een piping shop en door de overname komt hier een kleppenshop bij, waardoor we al het mechanische werk off-site kunnen uitvoeren. Je ziet dat er steeds meer vraag is naar
Osinga (Actemium): ‘De klant heeft de financiering voor zijn rekening genomen zodat het werk door kon gaan. Men had ook andere keuzes kunnen maken.’
geprefabriceerde leidingen omdat men zo min mogelijk overlast wil van nieuwbouw of onderhoudswerkzaamheden. Die vraag komt niet alleen uit de markt waar we traditioneel werkten, maar ook daarbuiten.’ De cultuurverandering was voor de Imtech-medewerkers niet heel groot, denkt De Wilde. ‘Er was al veel kruisbestuiving tussen de mensen van Imtech en Verwater, dus we waren geen vreemden voor elkaar. Ook de klanten hebben steeds vertrouwen getoond en zijn uiteindelijk bijna allemaal meegegaan. Je merkt dat vertrouwen voornamelijk samenhangt met de mensen die je vertegenwoordigt en hun ervaring. Het overgenomen Imtech-personeel van de betreffende kantoren werkt nu bij partijen die Verwater grotendeels ook al kende. We zijn nog wel de bedrijven langs geweest om onze visie op engineering en onderhoud en onze filosofie op het managen daarvan te delen. En nog blijven we klanten langsgaan om onze dienstverlening af te stemmen op hun noden.’ Decentrale aanpak De rol van Actemium in de Imtech-erfenis mag bescheiden zijn, het bedrijf heeft toch de negentig medewerkers, die onder andere werken bij Zeeland Refinery, van Total en Lukoil, overgenomen. Ook die stap bleek een redelijk logische. Het vroegere Cegelec, dat nu onder de naam Actemium opereert, werkte al samen met Imtech Industrial Services op de site van Zeeland Refinery nabij Vlissingen. Begin mei tekenden de bedrijven nog een vierjarig E&I-onderhoudscontract. Directeur Ebbing Osinga van Actemium geeft ook hier direct een pluim aan de klant. ‘Imtech kon al enkele maanden geen materialen bestellen vanwege het dreigende faillissement. De klant heeft de financiering voor zijn rekening genomen
zodat het werk door kon gaan. Natuurlijk is die ook erbij gebaat om de kennis en kunde in huis te houden, maar men had ook andere keuzes kunnen maken.’ De overname van het de Imtech-mensen verliep volgens Osinga soepel. ‘We kenden de vestiging in Goes al goed en er was al een goede klik tussen de mensen. Verder hebben we in augustus 2015 al het onderhoudscontract bij Kuweit Petroleum in Rotterdam gewonnen, een contract dat Imtech daarvoor uitvoerde. Ook daar konden we mensen van Imtech overnemen. Toen wisten we al dat de culturen van beide bedrijven goed bij elkaar passen. Net als Imtech zijn onze businessunits sterk regionaal gericht waardoor we letterlijk dicht op de klant zitten. Die decentrale aanpak spreekt mensen aan. De overname van de Imtech-vestiging in Goes versterkt ons team in de regio zuidwest, waar de nieuwe businessunit ook werk uitvoert voor bedrijven als Yara, Evides en Delta. Daarbij proberen we uiteraard ook de dienstverlening aan andere klanten door te zetten, zodat we zoveel mogelijk banen kunnen behouden.’ Vreemde eend Een beetje vreemde eend in de bijt in het rijtje technische dienstverleners is relocation expert Convoi. Het bedrijf dat productielijnen, machines, laboratoria enzovoorts verplaatst, nam de elektrotechnische en automatiseringsactiviteiten van Imtech Industrial Services Zuid Oost over. Leon Spronken, CEO van Convoi: ‘Industriële verhuisprojecten zijn vaak turnkey-projecten, inclusief alle elektra en elektronische besturingen. Klanten willen worden ontzorgd en met de kennis en kunde van Imtech Zuid Oost op dit gebied vullen we onze expertise aanzienlijk aan.’ Met de overname blijft de werkgelegenheid voor tachtig Imtech-medewerkers behouden. ■ PETROCHEM 1 - 2016 31
PET1 U_imtech.indd 31
07-01-16 15:05
INNOVATIE iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
Rental
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
EERSTE CROWDFINANCE AANVRAAG VOOR ONTGASSINGSINSTALLATIE iTanks introduceert samen met Collin Crowdfund een crowdfinance portal voor de eigen sector. Via het iTanks Crowdfinance Portal kan het havennetwerk participeren in innovatieve en snelgroeiende mkb-bedrijven, die actief zijn in de havenindustrie. Overkoepelend doel is innovaties in de havenindustrie op continue basis te versnellen en te ondersteunen. Het is voor het eerst dat crowdfinance wordt geïntroduceerd als structureel financieringskanaal voor deze sector. Medio december is het eerste project live gegaan op het portal: het Rotterdamse bedrijf Bruinsma Freriks Transport zoekt financiering voor de innovatieve mobiele ontgassingsinstallatie Don Quichot. Don Quichot is een varende ontgassingsinstallatie voor binnenvaartschepen, chemicaliëntankers, boord/boord overslag en tankerterminals. Met behulp van de innovatieve Vaporsol Vaitec-technologie kan de Don Quichot snel en effectief dampen afvangen en recyclen op locatie. De sterk vervuilende dampen worden nu niet afgevangen en vormen een serieuze belasting voor de luchtkwaliteit en gezondheid van omwonenden, de bemanning van de schepen en het milieu. Met de veranderende regelgeving vanaf januari 2016 is dat niet langer een optie. Op dit moment is ontgassing op zee of op locatie in Moerdijk, waar het schip naartoe moet varen, het enige alternatief. Tijdens de vaar- en ontgassingsuren kunnen de schepen niet ingezet worden. Met de Don Quichot kan ruim 95 procent van de kwalijke dampen op locatie worden gerecycled en bovendien twintig procent sneller. De Don Quichot stelt de Rotterdamse haven en de havenbedrijven bovendien in staat om tegemoet te komen aan de geformuleerde ‘zero-emission’ ambitie om luchtverontreiniging tegen te gaan. Diverse grote internationale olietankers hebben al aangegeven gebruik te willen maken van de Don Quichot. De benodigde financiering bedraagt 2,5 miljoen euro. Het Havenbedrijf Rotterdam en Deltalinqs hebben via de Stimuleringsregeling Duurzame Initiatieven al een miljoen beschikbaar gesteld. Bruinsma Freriks Transport financiert zelf minimaal vier ton. Via de crowd wil het bedrijf de resterende 1,1 miljoen euro ophalen, in de vorm van een vierjarige lineaire lening met een vaste, jaarlijkse rentevergoeding van 7 procent. TIMOTIMO BEREKENT DE SNELSTE BIOLOGISCHE ROUTE Promovendus Timo Maarleveld van het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI) heeft nieuwe computeralgoritmes ontwikkeld die biologische computersimulaties sneller en nauwkeuriger maakt. Maarleveld ontwikkelde een computermodel van de stofwisseling van de cyanobacterie. Dit eencellige organisme is interessant, vanwege zijn potentie als ‘cellulaire fabriek’ bij de productie van biobrandstoffen. Met zijn computermodel berekent Maarleveld bijvoorbeeld de meest efficiënte biologische route voor het produceren van een biobrandstof. Er zijn doorgaans meerdere biologische routes – en combinaties daarvan – die de productie van een biobrandstof optimaliseren. Dit geeft de optimale oplossingsruimte: hoe via verschillende biologische routes maximaal rendement uit de cyanobacterie gehaald kan worden. Deze collectie van biologische routes kan efficiënt uitgerekend worden met de TimoTimo (een speelse variant op de TomTom). De TimoTimo gebruikt een verdeel-en-heersstrategie om deze specifieke collectie van biologische routes in het optimum efficiënt uit te rekenen. De resultaten laten zien dat wiskunde en informatica een onmisbaar onderdeel gaan worden van onderzoek naar complexe biologische systemen. Dit onderzoek is gefinancierd via BioSolar Cells, een groot onderzoeksproject binnen het TKI BioBased Economy (BBE). Dit project is gefinancierd door het Ministerie van EZ, NWO en verschillende Nederlandse universiteiten, onderzoeksinstellingen en bedrijven.
PETROCHEM 1 - 2016 32
PET1 G_Innovatie.indd 32
07-01-16 14:51
TU/E ONTWIKKELT KLEINSTE TEMPERATUURSENSOR Onderzoekers van de TU/e hebben een piepkleine draadloze temperatuursensor ontwikkeld, die zijn energie haalt uit de radiogolven van het draadloze netwerk waar hij deel van uitmaakt. Daardoor hoeft er geen enkele draad naar de sensor, er hoeft nooit een batterij vervangen te worden. De komst van dit soort sensoren is een belangrijke ontwikkeling op weg naar bijvoorbeeld slimme gebouwen. Maar er zijn nog veel meer toepassingen. De slimme gebouwen van de toekomst zullen vol sensoren zitten om precies in te spelen op de behoeftes van de bewoners, en om zo duurzaam mogelijk te zijn. Dat kan eigenlijk alleen als die sensoren draadloos zijn én geen batterijen nodig hebben. TU/e-onderzoeker Hao Gao ontwikkelde een sensor die slechts 2 vierkante millimeter groot is en 1,6 milligram weegt, ongeveer net zoveel als een korrel zand. De huidige versie van de sensor heeft een bereik van 2,5 centimeter; de onderzoekers verwachten binnen een jaar een meter te kunnen overbruggen, en uiteindelijk 5 meter. Bij de sensor hoort een speciaal hiervoor ontwikkelde router, met een antenne die gericht radiogolven naar de sensoren stuurt voor energie. Door deze gerichte energie-overdracht verbruikt de router weinig elektriciteit. En ook de sensoren zelf zijn zo gemaakt dat het energieverbruik extreem laag is, vertelt Peter Baltus, TU/e-hoogleraar draadloze technologie. GREEN TEAM TWENTE ONTHULT ONTWERP NIEUWE WATERSTOFAUTO Green Team Twente heeft onlangs het ontwerp van de nieuwe waterstofauto H2.Zero onthuld. Het team wil met de nieuwe auto een (omgerekend) brandstofverbruik van 1 op 1000 halen en mikt daarmee in juni op een podiumplek tijdens de Shell Eco Marathon in Londen. De Twentse studenten optimaliseren het ontwerp van de waterstofauto van het vorige team. Dat de waterstofauto sterk in opkomst is, weten de studenten van Green Team Twente maar al te goed. Het vorige team bouwde een auto die toegankelijker werd en meer de auto van de toekomst symboliseerde. Het nieuwe team gaat auto op technisch vlak optimaliseren. ‘Veel autofabrikanten zijn al gestart met de grootschalige productie van auto’s op waterstof’, vertelt Wouter Jeuring van Green Team Twente. ‘In Japan en Europa wordt stevig geïnvesteerd in de benodigde infrastructuur. Zo werkt Duitsland met het H2 Mobility Initiative. In 2023 moet daar vierhonderd tankstations zijn waar waterstof beschikbaar is, de komende vier jaar moeten het er al honderd zijn. Dat zijn mooie ontwikkelingen.’ De brandstofcel in de H2.Zero blijft hetzelfde als in de vorige auto, maar de nieuwe waterstofauto ondergaat grote veranderingen. Zo worden de ophanging en overbrenging aangepast en wordt de buitenkant gewijzigd en verbeterd. Het team bracht tevens een belangrijke verbetering aan in de achterophanging van de auto. Eind juni 2016 gaat Green Team Twente de strijd aan met ruim tweehonderd andere teams tijdens de Shell Eco Marathon, waarbij het de bedoeling is zo efficiënt en zuinig mogelijk te rijden op de gekozen brandstof. Green Team Twente 2016 bestaat uit 16 studenten van verschillende disciplines. Het grootste deel studeert Electrical Engineering of Werktuigbouwkunde aan de UT, maar het team heeft ook studenten van de opleidingen Industrieel Ontwerpen, Scheikundige Technologie, Advanced Technology, Creative Technology en Technische Bedrijfskunde.
iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
MARCONI ORANJE
Sloot Tankbouw
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
PETROCHEM 1 - 2016 33
PET1 G_Innovatie.indd 33
07-01-16 14:52
Het Petrochem platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond de olie- en chemische industrie. Het Petrochem platform bereikt zijn doelgroep via het vakblad Petrochem, de website www.petrochem.nl, de nieuwsbrief, rondetafelbijeenkomsten, het jaarcongres Deltavisie en andere events.
PARTNERNIEUWS
PARTNERS VAN HET PETROCHEM PLATFORM
Contouren omgevingswet worden duidelijker Deltalinqs is binnen het domein millieu nauw betrokken bij de Omgevingswet. Het belangrijkste uitgangspunt van de wet – ingevoerd in 2018 - is ‘decentraal, tenzij’. De uitoefening van deze wet wordt overgelaten aan de bestuursorganen van een gemeente, tenzij het Rijk of de provincie instructieregels hebben opgesteld, of algemene regels gelden. De wet moet ondernemen eenvoudiger en goedkoper maken en komt in plaats van 26 verschillende op het gebied van de leefomgeving. Onderhoud spoor in goede banen Dimensys heeft ProRail ondersteund bij de implementatie van SAP Linear Asset Management, een oplossing waarmee ProRail de staat van het spoor gerichter kan inspecteren en het onderhoudsproces verder kan optimaliseren. ProRail is verantwoordelijk voor aanleg, onderhoud, beheer en veiligheid van het spoorwegnet in Nederland. Ruim 4000 medewerkers leiden elke dag 1 miljoen treinreizen in goede banen en zorgen dat 115.000 ton goederen op hun plaats van bestemming komen.
Onderhoudscontract Spie en DSM Sinochem Pharmaceuticals Op 17 december is een nieuw driejarig onderhoudscontract getekend tussen DSM Sinochem Pharmaceuticals (DSP) en DSC Maintenance, een aannemerscombinatie van Stork en SPIE. Het onderhoudscontract omvat alle onderhoudswerkzaamheden en projecten voor DSP op de productielocatie in Delft. Het nieuwe contract is een verlenging en aanpassing van het huidige contract. Nieuwe elementen in het prestatiecontract zijn een incentiveregeling op basis van gezamenlijke doelstellingen en een winstdeling voor verbeterprojecten.
Bekijk alle partnerfilmpjes op petroplatform.petrochem.nl
CONTENTPARTNER
LEDEN VAN HET PETROCHEM PLATFORM
KLEUREN: LOGO CITTÀ ROMANA PANTONE
CMYK
ROOD: PMS 1797 ORANJE: PMS 158 LICHT ORANJE: PMS 1505
ROOD: 5-90-75-0 ORANJE: 5-70-90-0 LICHT ORANJE: 0-30-70-0
Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het Petrochem platform, kijk dan op www.petrochem.nl of neem contact op met Anouk Bouwmeester: Anouk@industrielinqs.nl - 020 3122 797
PET1 Platform.indd 34
07-01-16 14:57
MAGAZINE ONLINE FILM EVENTS MEETINGS AWARDS EXPERTS LEDEN PARTNERS ZICHTBAARHEID BEREIK CONTACT KENNISDELING
Het Petrochem platform is een zelfstandig en onafhankelijk managementplatform voor de olie- en chemische industrie, gericht op opdrachtgevers en toeleveranciers in de hele keten van oliewinning, via raffinage en bulkchemie tot fijnchemie Het Petrochem platform deelt kennis en inspiratie door de integratie van netwerk, magazine, website, events, social media, film, verkiezingen, round tables en specials.
Het Petrochem platform versterkt uw netwerk.
Het Petrochem platform kent experts, leden en partners.
Meer weten: Anouk Bouwmeester 020 3122 797 anouk@industrielinqs.nl
Het Petrochem platform biedt partners een optimale mix van zichtbaarheid, bereik, contact en kennisdeling.
petroplatform.petrochem.nl PET1 Advertenties.indd 36 150928 iLinqs PET congres.indd 1
08-01-16 28-09-15 09:20 14:40
‘EXPERTQU TES’ Ice and Sky. Great film. Take the chance to see this film about the career of Claude Lorius and the development of ice core drilling.’ Louwrens Hacquebord, Universiteit Groningen, over de recent verschenen film Ice and the Sky over Claude Lorius, de eerste wetenschapper die zich zorgen maakte over global warming.
Hoe ouder ik ben, hoe meer ik mij zorgen maak over zeer uiteenlopende systemen. Justitie, onderwijs, de regering, ziekenhuizen, voedsel of de werking van een chemische fabriek: er hangt meer van toeval af dan we willen toegeven en falingen lijken te gebeuren zonder dat we er zelfs maar erg in hebben.’ Katrien Bogaerts, Kaneka, in haar column in deze Petrochem.
De raffinaderijen in Rotterdam en Antwerpen zullen de laatste zijn die in Europa sluiten.’ Roelf Venhuizen, voorzitter Profion en ouddirecteur NAM, in een artikel in deze Petrochem over stranded assets. Zie inside magazine Olie&Gas.
Prijzen van LNG en pijpleidinggas staan op historisch lage niveaus. (...)Prijsverhogingen hier zullen echter nog wel jaren op zich laten wachten. De additionele hoeveelheden zijn zo groot dat de ‘Gas Glut' langer gaat duren dan voor olie. Consumenten kunnen hiervan profiteren, en het milieu ook indien overheden gas als transitiebrandstof eindelijk gaan stimuleren.’ Cyril Widdershoven, TNO, onlangs op Energiepodium.nl
HET EXPERTPANEL VAN HET PETROCHEM PLATFORM BESTAAT UIT DE VOLGENDE SPECIALISTEN
PET1 Platform.indd 35
Ben Ale BenAle Risk Management Advice, eigenaar
Jan Bout Bout&Co, partner
René den Heeten Huntsman Polyurethanes, process chemist
Cas König ESD-SIC, plantmanager
Elsbeth Roelofs MVO Nederland sectormanager Chemie, Internationaal MVO programma
Wim Soetaert Universiteit Gent, professor
Johan Alebregtse AkzoNobel Industrial Chemicals, site director Rotterdam
Frans Brüning KH Engineering, business development manager
Ronald Hoenen, DSM Dyneema, site manager
Henk Leegwater Lexxin, consultant
Frans Scheeren OCI Nitrogen, plantmanager
Wouter Stam Flowid, managing director
Cees Jan Asselbergs Deltalinqs Algemeen adviseur
Jan Van Doorslaer voormalig woordvoerder, BASF Antwerpen
Eward Hofstede AVEBE, managing director operations
Bart Leenders Neste Oil, managing director
Ruud Schenk Cofely West Industrie, algemeen directeur
René Venendaal BTG Bioliquids, algemeen directeur
Jos Benders voormalig topman Lyondell
Niko van Gent voormalig woordvoerder, Huntsman Holland
Karin Husmann Plant One, managing director
Frank de Leng Botlek Tank Terminal, plantmanager
Egbert Schellenberg FNV, vakbondsbestuurder procesindustrie
Roelf Venhuizen Profion, voorzitter
Katrien Bogaerts Kaneka, production engineer
Michel Grijpink Hogeschool Utrecht, Learning & Development consultant
Hans Kerkhoven voormalig topman Shell Global Solutions
Cor van de Linde iTanks, managing director
Dik Schipper Dow Benelux, production leader
Steffen Walgien Tebodin, manager Engineering Oil & Gas
Sandra de Bont VOTOB, directeur
Louwrens Hacquebord Universiteit Groningen, professor
Cor Kloet voormalig algemeen directeur SPIE Nederland
Michel Meertens DSM, director manufacturing competences
Jaap Schouten TU Eindhoven, professor
Cyril Widdershoven TNO, business development manager
07-01-16 14:57
ONBEVANGEN
‘Buiten de muren van de fabriek heb ik veel minder vertrouwen in dingen die anderen voor mij moeten regelen.’
Grotemensenwereld Is dat een officieel woord: grotemensenwereld? Als kind kijk je zo hard op naar alles wat zich letterlijk en figuurlijk boven je hoofd afspeelt en perfect geregeld is of toch zeker lijkt. Misschien niet alle kinderen, maar er komen toch regelmatig vanuit verschillende mondjes pientere vragen mijn richting uit – de standaard ‘waarom-vragen’ even buiten beschouwing gelaten – waar wij zelf niet meer bij stilstaan. ‘Hoe komt het dat we groeien en ons huis niet? Eten vissen ook water als ze niets vinden? Hoeveel brieven kan een postbode dragen?’ Maar ook: ‘Wie koos de kleuren van zo’n verkeerslicht? Vanwaar komt het geld dat uit de muur komt? Hoe hard kan de zon schijnen? Wie geeft de koning zakgeld?’ Hoe ouder ik word, hoe meer ik besef dat de verschillende systemen wel min of meer werken, maar soms ook met haken en ogen aan elkaar hangen. Mensen negeren de kleur van een verkeerslicht, zodat er toch nog botsingen ontstaan op plaatsen waar je al je best moet doen om een auto te zoeken om die van jou er tegenaan te parkeren. Vissen gaan dood zonder eten, net zoals alles dat te lang in de zon ligt. Dingen die niet ademen kunnen niet groeien, postbodes hebben tegenwoordig een elektrische fiets en een koning zou wat meer verantwoordelijkheid mogen hebben voor al dat geld, al is het maar omdat hij het nooit uit de muur hoeft te halen. Klein visje Hoe ouder ik ben, hoe meer ik mij zorgen maak over zeer uiteenlopende systemen. Justitie, onderwijs, de regering, ziekenhuizen, voedsel of de werking van een chemische fabriek: er hangt meer van toeval af dan we willen toegeven en falingen lijken te gebeuren zonder dat we er zelfs maar erg in hebben. We doen ons best om onszelf te overtuigen dat we alles onder controle hebben en proberen zoveel mogelijk toeval uit te sluiten. In een gesloten en beschermde omgeving waar we zelf heel veel observeren en controleren, lukt dat beter dan in de boze buitenwereld. Het is volgens mij puur te wijten aan het opbouwen van ervaring over wat er in het verleden overal is misgegaan, en het gote voordeel van een internationale industrie is dat die niet stopt bij de landsgrenzen. Buiten de muren van de fabriek heb ik veel minder vertrouwen in dingen die anderen voor mij moeten regelen of kennis-
uitwisseling die voor verbetering zou moeten zorgen. Ik word er ongemakkelijk van om enkel en alleen de actualiteit te volgen, het maakt me een beetje zenuwachtig en het lijkt soms alsof ik achter de feiten aan moet hollen ook al heeft het totaal niets te maken met mijn dagelijks leven. Ik voel me soms een klein visje verloren in de kilte van een grote oceaan. Enkel mogelijk om aan het oppervlak te komen door zich met opzet te laten vangen in een visnet en zo gedwongen worden om mee te gaan met de hoop. En nee, het heeft niets te maken met de gebeurtenissen in Parijs of eender welk soort terrorisme in de rest van de wereld, want op het verkeerde moment op de verkeerde plaats zijn en de verkeerde mensen tegenkomen, daar kan je weinig aan veranderen. Tenzij je voor eeuwig en altijd in je eentje in de zetel blijft hangen, maar dat ben ik nu ook weer niet van plan. Geen zorgen Vertrouwen in wat dan ook is moeilijk te vatten en te herstellen, zeker als je er de vinger niet goed op kunt leggen. Ik zou wat meer aan het oppervlak willen zwemmen, niet bang zijn van de haaien, geen zorgen hebben over gisteren of morgen. Iedereen zou wat meer Nemo moeten zijn, de grotemensenwereld zou er al een pak zonniger door worden.
Katrien Bogaerts werkt sinds juni 2013 als process engineer bij Kaneka in Westerlo, België, en is expert bij het Petrochem platform.
PETROCHEM 1 - 2016 37
PET1 J_onbevangen.indd 37
07-01-16 14:44
PETROCHEM 1 - 2016 38
PET1 X_themaspread.indd 38
07-01-16 14:45
THEMA ENGINEERING & INNOVATIE
FOTO: SOLVAY
• Bestaande en nieuwe woningen kunnen prima energieneutraal worden gemaakt. Een belangrijk uitgangspunt, wil Nederland ambitieus met het klimaatakkoord van Parijs aan de slag gaan. Wel moet de bouwsector dan af van eeuwenoude patronen, stelt bouwdeskundige Jan Willem van de Groep. • De industrie verandert sterk. Waar vroeger nieuwe projecten en grootse investeringen met enige regelmaat plaatsvonden in West-Europa, voeren nu discretere projecten de boventoon. Hoe staat de olie- en gas en (petro)chemische industrie er in Europa voor? En hoe behouden contractors in Nederland hun concurrentiepositie?
PETROCHEM 1 - 2016 39
PET1 X_themaspread.indd 39
07-01-16 14:45
INNOVATIE
Chemie trekt bouwsector uit negentiende eeuw Bestaande en nieuwe woningen kunnen prima energieneutraal worden gemaakt. Een belangrijk uitgangspunt, wil Nederland ambitieus met het klimaatakkoord van Parijs aan de slag gaan. Wel moet de bouwsector dan af van eeuwenoude patronen, stelt bouwdeskundige Jan Willem van de Groep. Nieuwe technologie en software maken het mogelijk om huizen en complete renovaties te produceren op een site in plaats van een bouwplaats. Bedrijven als BASF kunnen daarbij helpen.
Wim Raaijen
In Nederland ligt al te gauw alleen de focus op vergroening van de energievoorziening, stelt Jan Willem van de Groep, nummer tien in de duurzame top honderd van dagblad Trouw. ‘Energiebesparing wordt meer dan eens vergeten en juist daar kunnen we de komende jaren het meeste mee bereiken. Dertig procent van de energie gaat in Nederland naar de gebouwde omgeving. Daarvan gaat de grootste energievraag uit naar warmte en die is niet zomaar met een duurzame bron als bijvoorbeeld windenergie op te lossen. In de gebouwde omgeving zouden we daar zo’n honderdvijftig windmolens per gemiddelde gemeente voor nodig hebben. Dat gaat echt niet lukken. Radicale besparing van warmte is de enige manier om snel meters te maken in de gebouwde omgeving, om zodoende in 2050 een duurzame woningvoorraad te hebben. Natuurlijk hoor ik ook de visie dat over een paar decennia energie helemaal geen probleem meer hoeft te zijn. Omdat dan alles duurzaam kan worden opgewekt. Heel goed natuurlijk, maar zo ver zijn we nu nog niet.’ Van de Groep was als regisseur van het innovatieprogramma ‘Energiesprong’ bedenker en aanjager van ‘Stroomversnelling’, een ambitieus project om onder meer in de komende vijf jaar 111.000 oudere huurwoningen te renoveren tot energieneutrale huizen. En ook moeten 100.000 koopwoningen energieneutraal worden gemaakt, ofwel Nul op de Meter. Hij ziet Nul-op-de-Meter-renovaties als een belangrijke stap in het verduurzamen van de woningvoorraad. Het idee is simpel. Make-overs van woningen kunnen worden gefinancierd door het verdwijnen van de energierekening. Nadat een woning met verschillende maatregelen energieneutraal is gemaakt,
betaalt de huurder de energierekening niet meer aan het energiebedrijf, maar door een ‘verhoging van de huur’ in de vorm van een Energieprestatievergoeding (EPV). Of een huiseigenaar betaalt dat aan de bank of een andere financier in de vorm van een hypotheek of slimme lening. Van de Groep: ‘De gemiddelde energierekening in Nederland is ongeveer 45.000 euro waard. Daarmee bedoel ik dat je met een energierekening van pakweg 150 euro per maand ongeveer 45.000 euro beschikbaar hebt om je Nul-op-de-Meter-renovatie te financieren.’ Nieuwe materialen Van de Groep slaagt er ook vaak in om de steun te verwerven van de juiste bedrijven. Zo kreeg hij zes woningcorporaties en vier grote bouwbedrijven voor Stoomversnelling van huurwoningen bij elkaar. Ook verschillende industriële bedrijven hebben zich er bij aangesloten, zoals VDL. En bijvoorbeeld chemiereus BASF, dat nieuwe materialen en technologieën voor gevels ontwikkelt. Bij de renovaties krijgen huizen een nieuwe schil om de oude muren heen. Wil een eigenaar wel het aanzicht houden van bakstenen muren, dan kan dat bijvoorbeeld met steenstrips van composietmateriaal. Maar het gaat natuurlijk veel sneller als op voorhand steenpatronen op de nieuwe gevel wordt geprint. Of iets anders naar wens. Van de Groep: ‘Industriële bedrijven hebben vaak innoverende producten en technologieën die lang niet altijd de catalogi van de groothandels halen.’ Nieuwe materialen bijvoorbeeld die een verbetering kunnen zijn in comfort, functionaliteit en energiezuinigheid. Zij zoeken ook wegen om hier wel aandacht voor te krijgen.
PETROCHEM 1 - 2016 40
PET1 X1_cocreatie.indd 40
07-01-16 14:47
Modules In sectoren zoals de auto-industrie en ICT gebeurt het heel anders en vooral ook veel efficiënter, stelt Van de Groep. In de fabriek wordt gewerkt met computers en robots die op grond van goed doordachte ontwerpen hun producten fabriceren. Daar zijn operators, procesengineers en softwareontwikkelaars voor nodig. Van de Groep gebruikt al eerder in publicaties het voorbeeld van
FOTO: WIM RAAIJEN
Playmobil Jan Willem van de Groep was voorheen manager vastgoedontwikkeling van een woningcorporatie in Doetinchem en Ulft, waar hij alle ruimte kreeg voor verduurzaming en innovatie in de bouw. Die ervaring komt hem nu van pas bij zijn missie om de gebouwde omgeving voor 2050 energieneutraal te maken. Dat zoiets niet vanzelf gebeurt - en helemaal niet in de bouwsector - is voor hem allang duidelijk. ‘De bouw is een zeer behoudende sector. De bouw heeft de hele industriële revolutie overgeslagen. Natuurlijk zijn er wel ontwikkelingen geweest, maar veel gebeurt nog op dezelfde manier als het einde van de negentiende eeuw. Er is niet veel verschil in het proces en ook niet in de uitvoering.’ Volgens Van de Groep kan de bouw daarom heel veel leren van de industrie en met name van hoe OEM’s, Original Equipment Manufacturers, te werk gaan. ‘De bouw benadert een huis of gebouw nog steeds niet als een systeem, maar stapelt een aantal bestaande losse producten op elkaar, die bij groothandels op de lijst staan. Het is net Lego. Als je een aannemer een iPhone zou laten ontwerpen, dan past die niet eens op een keukentafel. Het moet niet Lego blijven, maar juist Playmobil worden.’
Van de Groep: ‘De bouw benadert een huis of gebouw nog steeds niet als een systeem.’ de keukenindustrie. ‘Vroeger werd de keuken in een huis door een timmerman gemaakt en in elkaar gezet. Nu wordt de keuken modulair in de fabriek geproduceerd en in één dag geassembleerd in de woning.’ Dat kan ook bij de renovatie of nieuwbouw van huizen en andere gebouwen. Door een industriële aanpak kunnen bestaande huizen nu al in één dag een volledige make-over krijgen. Nieuwe
onderdelen, zoals complete gevels, daken, een kleine aanbouw of modules voor een nieuw energiesysteem worden van tevoren in een industriële omgeving gefabriceerd. Ook volledig nieuwe huizen kunnen in een fabriek in modules worden gemaakt en in korte tijd worden op hun uiteindelijke plaats worden geïntegreerd. ‘Huizen kunnen op die manier veel goedkoper, sneller en energiezuiniger worden gebouwd.’ PETROCHEM 1 - 2016 41
PET1 X1_cocreatie.indd 41
07-01-16 14:47
INNOVATIE
Robots Om de versnelling nog extra impuls te geven, heeft hij een half jaar geleden besloten om zelf het ondernemerspad te kiezen. Inmiddels is hij onder andere betrokken bij de oprichting van Factory Zero. Samen met drie andere initiatiefnemers wil hij zelf zo’n OEM oprichten voor Nul-op-de-Meter-renovaties. En ambitie genoeg. Binnen vijf jaar moet het bedrijf marktleider zijn in de energiebesparende renovaties van woningen. ‘Vooralsnog gaan we er van uit dat we voldoende schaalgrootte nodig hebben om de prijs en kwaliteit te borgen. We denken dat de fabriek daarom minimaal zevenduizend woningen per jaar moet renoveren.’ Van de Groep en zijn partners gaan er van uit dat ze een complete industriële site moeten optuigen om de traditionele bouwplaats te vervangen. ‘Dat is ook meteen het verschil met prefab, dat we nu kennen. Bij prefabricatie verplaats je alleen de bouwplaats. Er lopen bijvoorbeeld nog steeds timmerlieden rond. Op de bouwsite is geen plaats voor de timmerman of andere ambachtslieden, maar wordt alles met robots gedaan.’ 25 miljoen Al voordat de voorbereidingen echt zijn begonnen, hebben Van de Groep en de zijnen al een bod op hun bedrijf gehad,
FOTO: BASF
Van de Groep stelt dat zulke OEM’s er sowieso komen. Alleen gaat het hem nog niet snel genoeg. Zelfs niet binnen de Stroomversnelling. Er zijn maar weinig bedrijven die snel kunnen transformeren. ‘Sommige bouwbedrijven gaan dan bijvoorbeeld experimenteren met 3D-printen met beton. De technologie maakt het juist mogelijk om met nieuwe, hoogwaardige materialen te werken.’
‘Het is misschien het beste om volledig los te komen van de traditionele bouwwereld.’
vertelt hij met een grote glimlach op zijn gezicht. Het sterkt zijn overtuiging en er zijn dus meer partijen die rotsvast in het idee van de bouwfabriek geloven. ‘Ook zijn twee traditionele bouwbedrijven geïnteresseerd om te participeren. We zijn er nog niet uit of we dat wel willen. Het is misschien het beste om volledig los te komen van de traditionele bouwwereld.’ Tegelijkertijd moeten de initiatiefnemers wel praktisch zijn. ‘We hebben naar onze inschatting 25 miljoen euro nodig hebben om de fabriek neer te zetten.’ Hoe sneller dat rond is, hoe eerder er forse stappen mogelijk zijn. Koelkastdeur Met de oprichting en deelname aan een
ander bedrijf, Challenge the Future, wil hij innovaties en vernieuwende concepten nog meer een kans te geven. ‘Waarom gebruiken we de technologie van een koelkastdeur niet voor bijvoorbeeld de voordeur van een huis? Een koelkastdeur gaat veel vaker open en dicht dan een voordeur en sluit naadloos af. Hij is bovendien ook nog eens goedkoper. Binnen Challenge the Future krijgen groepen van 25 studenten uit verschillende disciplines opdrachten die ze stimuleren om alles uit de kast te halen. Bijvoorbeeld: ‘ontwerp een woonplek met alles er op en er aan voor 25.000 euro.’ En ze kunnen hun informatie overal vandaan halen, bijvoorbeeld bij Bosch of bij de laboratoria van BASF in Ludwigshafen.’ ■
PETROCHEM 1 - 2016 42
PET1 X1_cocreatie.indd 42
07-01-16 14:47
INVESTERINGEN
Internationalisering helpt contractors overleven De industrie verandert sterk. Waar vroeger nieuwe projecten en grootse investeringen met enige regelmaat plaatsvonden in West-Europa, zijn discrete projecten tegenwoordig veeleer incidenteel. Hoe staat de olie- en gas en (petro)chemische industrie er in Europa voor? En hoe behouden EPC-contractors in Nederland hun concurrentiepositie? Jelle Nederstigt, Vice President Operations bij Jacobs, en Marc van Heyningen, Vice President & Regional General Manager bij Fluor, leggen uit welke trends er momenteel spelen op engineering- en contractinggebied en hoe zij de toekomst voor zich zien. Evi Husson
‘Het aantal grootse projecten en enorme investeringen in de (petro)chemische industrie is het laatste decennium in West-Europa flink gedaald. Grote projecten vinden voornamelijk plaats in het Midden- en Verre Oosten en recentelijk ook in Amerika’, stelt Jelle Nederstigt, Vice President Operations bij Jacobs. ‘De investeringsgolf in met name de Golfkust in Amerika – door het rendabel winnen van schaliegas – zorgt ervoor dat we dankzij ons kantoor in Houston daar projecten kunnen uitvoeren. Dat is het voordeel van een bedrijf dat wereldwijd opereert. Zonder internationalisering en samenwerking krijg je het als contractor ontzettend moeilijk om het hoofd boven water te houden.’ Hier in West-Europa ligt de nadruk meer op de zogenoemde ‘installed base’, waarbij veel aandacht gaat naar bijvoorbeeld onderhoudsprojecten, vervolgt Nederstigt. ‘Door veranderende wetgeving ligt naast het behoud van assets ook steeds meer nadruk op duurzaamheid en veiligheid. In die segmenten hebben we ons al jarenlang geprofileerd zodat dit helpt om onze lokale werkzaamheden te behouden. Een grote hoeveelheid kleinere projecten in een langetermijnprogramma zorgt voor
voldoende werk in Nederland. Door dit businessmodel – een mix tussen grote en meerdere kleine projecten in een programma – zijn we redelijk soepel door de crisis gekomen.’ Mindset Opdrachtgevers hebben meer en meer een enorme drive om op de kosten te letten. ‘Daarom letten we als contractor momenteel op twee zaken in het bijzonder’, licht Nederstigt toe. ‘Ten eerste bewaken we de eigen kostenstructuur nog sterker dan we al deden. Ten tweede zijn we heel actief onze mensen aan het trainen om ze te laten opereren alsof ze met hun eigen geld de investeringen aan het doen zijn. We focussen dus expliciet op waardecreatie bij onze klanten, wat alleen mogelijk is als je hun businessproces goed begrijpt.’ Er vond de laatste jaren enigszins een verandering plaats wat betreft de betrokkenheid en integratie van de contractor ten opzichte van de opdrachtgever. ‘Waar vroeger de opdrachtgever een opdracht uitschreef en de contractor voornamelijk een uitvoerende rol had, is er een verschuiving naar meer verantwoordelijkheid en een grotere oplossings-
JOINT VENTURES VERHOGEN KANS OM PROJECTEN BINNEN TE HALEN Door de vergaande globalisering zoeken contractors in West-Europa bewust internationaal de samenwerking op om materiaal zo goedkoop mogelijk in te kopen en detailengineering tegen zo laag mogelijke loonkosten uit te werken. Ook worden in een vroegtijdig stadium steeds vaker joint ventures gevormd, stelt Marc van Heyningen van Fluor. ‘Regelmatig kom je al vroeg in het aanbiedingsproces tot de conclusie dat als je een partnership sluit, je beter in staat bent om een attractieve aanbieding te maken dan wanneer je dat alleen doet. Een joint venture vergroot je kansen en verspreidt het risico. Het geeft je tegelijkertijd misschien iets minder grip
op de zaak omdat je met meerdere partijen bezig bent in plaats van alleen, maar voor sommige projecten is dat heel belangrijk. Momenteel doen we bijvoorbeeld een project in het Midden-Oosten waarbij we samenwerken met twee Koreaanse bedrijven. Deze joint venture brengt meteen een aantal extra uitdagingen met zich mee, maar het is uiteindelijk wel gelukt om de krachten van de bedrijven te bundelen om een attractieve aanbieding te doen en het werk te winnen. En het directoraat van het gehele project zit hier in ons kantoor in Nederland. Dat maakt het wel bijzonder.’
PETROCHEM 1 - 2016 43
PET1 X2_kosten.indd 43
07-01-16 14:48
INVESTERINGEN
Internationaal Op de meest kostenefficiënte manier projecten uitvoeren, voert de boventoon terwijl er meer kapers op de kust zijn die opdrachtgevers voor zich willen winnen. Nederstigt: ‘Je merkt dat door vergaande internationalisering ook bij de kleinere projecten, waar je vroeger vooral te maken had met lokale concurrenten, steeds meer buitenlandse partijen meedingen naar een opdracht. Denk daarbij bijvoorbeeld aan partijen uit Spanje of andere Zuid-Europese landen. Daarom is engineering met in het achterhoofd zoveel mogelijk waarde toevoegen voor de klant en meedenken met hun businessproces juist zo belangrijk geworden.’ Ook ‘work sharing’ en internationalisering bieden voordeel, weet de vice-president. ‘Wij hebben bijvoorbeeld grote kantoren in India waar we al lang nauw mee samenwerken. Daarmee drukken we de eigen kosten omdat de uurtarieven daar veel lager liggen. Een tweede reden om een deel van de engineering in India uit te voeren, is het verkrijgen van zeer goed technisch geschoold personeel. Zelfs in een periode van crisis is het nog steeds niet zo heel eenvoudig om hier in
FOTO: FLUOR
gerichte inbreng van de contractor.’ Deze beweging vraagt om enige creativiteit. ‘In de voorstudie bieden we suggesties om oplossingen te optimaliseren. Dat monitoren we actief zodat we klanten kunnen helpen om schaarse middelen in te zetten.’ Eenmaal omgeschakeld van voorstudie naar uitvoeringsfase en detailontwerp, gaat de mindset om van creatieve modus naar productiemodus. ‘In die fase zijn de belangrijkste beslissingen al gemaakt en sturen we op nul veranderingen om de fabriek zo efficiënt mogelijk neer te zetten zonder extra verstoringen of kosten.’
Nederland de juiste mensen te vinden. Iedereen zit in dezelfde vijver te vissen, ondanks het feit dat het allemaal wat meer onder druk staat. Mensen die in een internationale context kunnen coördineren en communiceren op technisch vlak zijn zeer waardevolle mensen die je niet gemakkelijk vindt. Die trend zie je wel.’ Nederstigt ziet de toekomst voor contracting in West-Europa geenszins somber in. Het type werk verandert wel enigszins. ‘Het echte uitvoerende werk gaat meer in India worden uitgevoerd, terwijl we hier meer coördineren en het directe contact met de klant opzoeken. Dat blijft ook wel naar mijn gevoel, want de klant stelt het op prijs om face-to-
face-contacten te behouden.’ Live 3D-modellen Marc van Heyningen, Vice President & Regional General Manager bij Fluor, ziet gelijkaardige trends. Door de vergaande internationalisering is bijvoorbeeld ook de wereldwijde supply chain niet meer weg te denken. ‘Alle grotere contractors die wereldwijd opereren, zullen via hun kantoren hun materiaal tegen concurrerende prijzen inkopen. Wij hebben bijvoorbeeld kantoren in Shanghai en India waar materiaal in Azië wordt ingekocht tegen concurrerende prijzen, ook materiaal dat bedoeld is voor projecten in West-Europa.’ Voor engineering geldt hetzelfde. ‘Fluor
PETROCHEM 1 - 2016 44
PET1 X2_kosten.indd 44
07-01-16 14:48
heeft in New Delhi een kantoor met 3.500 engineers en designers die projecten ondersteunen en in Manilla in de Filipijnen hebben we een kantoor van bijna 3.000 mensen. Alle technische disciplines hebben we ook nog in Nederland, maar we brengen die expertise steeds meer ten berde in de aansturing van het werk dat je op een kostenefficiëntere wijze elders in de wereld kunt uitvoeren. Dat is iets dat al langer speelt, omdat de markt altijd al zeer concurrerend is geweest, maar het gaat steeds verder. Eerst waren het muizenstapjes, het tekenwerk ging naar het Verre Oosten, daarna ook het moduleerwerk en inmiddels ligt het uitwerken van engineering veel meer in Azië dan hier. In Nederland sturen we het ontwerpproces aan en denken we uit. Het uitwerken van detailengineering – pijpleidingtekeningen, staaltekeningen, funderingsontwerpen – gebeurt steevast in Azië of de Filipijnen.’ Digitalisering speelt daarbij ook een rol, geeft Van Heyningen aan. ‘Design engineering gebeurt tegenwoordig met live 3D-modellen, waardoor je vanuit Nederland het vorderen van de projecten en het ontwerp eenvoudiger kunt volgen.’ Modulair bouwen Digitalisering gaat al erg ver, maar in standaardisatie en het werken met modules kunnen nog heel wat stappen worden gemaakt, vindt Van Heyningen. ‘In het ontwerp van de faciliteiten
Van Heyningen: ‘Er wordt in de industrie veel over innovatie en standaardisatie gepraat, maar het blijft vaak bij woorden.’ van fabrieken zie je geleidelijk aan de opkomst van modulair ontwerpen. Wij zijn bezig met een fabriek in België die volledig modulair wordt ontworpen en ook in Rotterdam komt een modulaire fabriek waarbij de modules of in Azië of in Zuid-Europa worden gebouwd en per schip worden aangeleverd en geïnstalleerd. Door modulair te werken, neemt het aantal werkuren in een veiligere en industriële omgeving toe, kan er tegen lagere arbeidskosten en meer fabrieksmatig worden gewerkt wat de productiviteit doet stijgen, en is er minder downtime op de locatie waar het project wordt geïnstalleerd. Er is ook geen ruimtegebrek, wat bij het bouwen ter plaatse vaak wel het geval is. Deze voordelen wegen zeker op tegen de logistieke kosten van het transport. Je brengt met andere woorden het werk naar de mensen, in plaats van andersom. Die trend zie je meer opkomen. We hebben daarom recent besloten daarop nog verder in te spelen. Samen met een Chinese partner hebben we een zeer grote investering gedaan in een fabricagefaciliteit in China waar we dat soort modules zelf kunnen bouwen. We hebben er bewust voor gekozen om hierin meer controle te kunnen houden op de kosten, levering
WIE INVESTEERT IN PROJECTEN? Volgens Jelle Nederstigt, Vice President Operations bij Jacobs, nemen investeringen, nu de crisis wat minder hevig is, niet overal automatisch toe. ‘De durf en mogelijkheid om opnieuw te investeren verschilt sterk per sector. Door de lage olieprijzen kunnen we nu en in de toekomst bijvoorbeeld maar weinig nieuwe investeringen verwachten in upstream, de olie- en gaswinning. In de chemische industrie ziet de toekomst er beter uit qua investeringen doordat de input – oliegerelateerde producten – nu goedkoop is terwijl de prijzen van hun producten, die veelal in de bouw en in de automobielindustrie worden gebruikt, niet met gelijke tred gedaald zijn. Dus de marges van de chemische industrie zijn nog niet zo slecht.’ Refining ligt wat ingewikkelder, meent Nederstigt. ‘In West-Europa is er een aantal kleinere geïsoleerde raffinaderijen die het moeilijk hebben hun concurrentiepositie te behouden ten opzichte van grote raffinaderijen in het Midden- en Verre Oosten. Echter, de complexere raffinaderijen van de grote internationale spelers, die hoogwaardig raffineren, zijn ook in West-Europa nog steeds aan het investeren.’
en kwaliteit. Onze verwachting is dat het modulair bouwen in de toekomst nog verder zal doorzetten.’ Kinderschoenen Van modulair bouwen en automatisering naar vergaande innovatie en standaardisatie lijkt een kleine stap, maar is het niet, geeft Van Heyningen aan. ‘Op automatiserings- en modulair gebied zijn er al veel voortgangen geboekt, maar standaardisatie kan naar mijn idee nog veel beter. Er wordt in de industrie veel over innovatie en standaardisatie gepraat, maar het blijft vaak bij woorden. De oplossingen die voor elk project worden gekozen en de specificaties die daarvoor gelden zijn iedere keer anders. De procesindustrie kan nog veel leren van andere sectoren, zoals bijvoorbeeld de automobielindustrie waarbij verschillende automerken voor zestig procent dezelfde basis hebben.’ Nog een verbeterpunt voor de procesindustrie is duurzaamheid, geeft Van Heyningen aan. ‘Het is een steeds groter wordend aandachtspunt, maar duurzaamheid tijdens de bouwfase wordt wel eens vergeten. Engineering kijkt met mondjesmaat naar een duurzaam bouwproces, terwijl tijdens het ontwerp nog niet vaak wordt nagedacht over hoe in een later stadium de sloop zo duurzaam mogelijk kan plaatsvinden. Dit staat vooralsnog in de kinderschoenen.’ Maar hoe je het ook wendt of keert, nog altijd blijft het oude economische plaatje prijs-kwaliteit-levertijd overeind als je kijkt welke projecten de opdrachtgever kunnen overtuigen. Als contractor moet je je altijd differentiëren ten opzichte van de concurrentie, onder andere door een global supply chain, global engineering en door de samenwerking bewust op te zoeken. ‘We moeten vanuit Nederland hier best hard voor knokken, maar door onze ervaring en door bovengenoemde zaken zorgvuldig toe te passen, kunnen we zeker concurreren in deze markt.’ ■ PETROCHEM 1 - 2016 45
PET1 X2_kosten.indd 45
07-01-16 14:48
COLUMN
‘Bij de petrochemische offshore-industrie in Noorwegen is het verplicht een handeling eerst op de simulator te oefenen voor je naar het platform gaat.’
Doof en blind Hoe eigenwijs en arrogant kun je zijn en hoe weinig wil je leren van je fouten? Lezers van mijn columns weten dat ik kritisch ben, zeker als het om veiligheid gaat. Helaas biedt Shell mij alweer de gelegenheid om hier mijn verbazing en ergernis uit te spreken. Hoe kan het zijn dat onze ooit nationale trots zodanig met veiligheid omgaat dat dit bij velen, ook binnen Shell zelf, tot grote ergernis leidt? Paradepaardje Onze andere ooit nationale trots KLM krijgt wat dat betreft wel mijn grote waardering. Ruim veertig jaar geleden heeft KLM het roer op het gebied van veiligheid en training fors omgegooid. Aanleiding was het grootste ongeval in de burgerluchtvaart op Tenerife in 1972 toen twee 747’s van KLM en PanAm op elkaar botsten, waarbij 583 inzittenden omkwamen. Direct nadat de KLM-directie dit ter ore kwam, wilde men meteen hun meest ervaren piloot, Jacob Veldhuyzen van Zanten, naar de rampplek sturen om het onderzoek te leiden. Deze piloot was tevens chef-vlieginstructeur 747, was hoofd van de afdeling trainingen van KLM en had nagenoeg alle KLM-piloten voor dit type vliegtuig opgeleid. Ook stond hij model met een foto in het inflight magazine van KLM dat op het moment van het ongeluk aan boord was. Hij was het paradepaardje en visitekaartje van KLM. Echter, zo bleek iets later, was hij de gezagvoerder van het bewuste KLM-toestel en werd hij na uitvoerige analyses als hoofdschuldige aangewezen. Als je zoiets ernstigs overkomt, doe je wat. Vandaar dus forse wijzigingen bij de KLM, waar de piloten van de procesindustrie veel van kunnen leren. Opstartervaring Wat was er bij Shell aan de hand? Op 3 juni 2014 vonden er bij Shell in Moerdijk twee grote explosies plaats gevolgd door brand. Dit gebeurde tijdens de opstart na een wisseling van de katalysator door een nieuw type in Shells styreenmonomeer- en propeenoxideplant nummer 2. De knallen waren tot twintig kilometer ver te horen, een gigantische brand was tot in de wijde omtrek te zien en twee mensen kregen tweedegraads brandwonden. Iedereen weet dat net als in de luchtvaart het starten en stoppen
het meest risicovolle deel van de bedrijfsvoering is. Navrant is dan te lezen dat de Onderzoeksraad in haar rapport moet constateren dat bij de opstartploeg de noodzakelijk gestelde specifieke opstartervaring ontbrak. Shell is het daar niet mee eens en geeft als weerwoord: ‘Generieke ervaring met starten/stoppen van een fabriek volstaat.’ Waarop de OVV nogmaals opmerkt: ‘Voor de betrokken paneloperator en de productieteamleider was het de eerste keer dat ze een opstart van de unit na een katalysatorwissel meemaakten en hadden dus geen specifieke ervaring met deze startup.’ Simulatoren Slaat uw verbazing ook om in ergernis? Je gaat een fabriek opstarten, waar ook nog eens een andere katalysator in zit, en je laat dit doen door mensen die die unit überhaupt nog nooit hebben opgestart. En als je daar dan op wordt gewezen, schrik je je niet rot en komt het schaamrood niet op je kaken, nee dan praat je dat goed. Piloten in de commerciële luchtvaart trainen uitvoerig in flightsimulatoren en als ze naar een vliegveld gaan waar ze nog nooit zijn geweest, is er altijd een piloot bij die deze ervaring wel heeft. In de chemische industrie in Rusland worden simulatoren verplicht en bij de petrochemische offshore-industrie in Noorwegen is het verplicht een handeling eerst op de simulator te oefenen voor je naar het platform gaat. Shell is horende doof en ziende blind. Welke ramp moet er dan gebeuren voordat Shell iets doet? Dat ze niet naar mij als columnist luisteren en nooit reageerden, is tot daar aan toe. Maar als zelfs de OVV stelt dat Shell van eerdere vergelijkbare incidenten en signalen in de eigen organisatie onvoldoende heeft geleerd, dan doe je toch wat! Het klopt in ieder geval met mijn ervaring zoals u weet: de vorige topman negeerde mij compleet toen ik hem met ernstige signalen uit zijn eigen organisatie confronteerde. Hopelijk doet de nieuwe topvrouw het beter. Graag ga ik dan op zoek naar andere onderwerpen voor mijn columns. Henk Leegwater, tevens piloot, is betrokken bij het leveren van processimulatoren. henk.leegwater@ots.expert
PETROCHEM 1 - 2016 46
PET1 I_column.indd 46
07-01-16 14:46
01 16
Inside Magazine voor de olie- en gasindustrie
Desinvestering fossiel laat industrie niet schrikken
PET1 OA_voorplaat.indd 47
Shell zet CO 2-afvang door ondanks tegenslag
07-01-16 14:58
03
NIEUWS
Gaswinning Groningen beperkt tot 27 miljard kubieke meter • Shell en CNOOC investeren in ethyleenplant • Vopak verkoopt Britse assets
04
07
DESINVESTERING IN FOSSIEL LAAT INDUSTRIE NIET SCHRIKKEN
SHELL ZET CO 2-AFVANG DOOR ONDANKS TEGENSLAG
Gaan we de voorraad olie, steenkool en aardgas die we nu hebben nog wel opmaken? Sommige actiegroepen denken van niet en proberen pensioenfondsen, kerken en universiteiten te laten stoppen met het investeren in fossiele brandstoffen. Niet alleen omdat ze dat beter vinden voor het milieu, maar ook voor hun pensioen. De industrie lijkt er niet van te schrikken en denkt dat het allemaal zo’n vaart niet zal lopen, want er zijn nog niet voldoende alternatieven voor fossiele brandstoffen.
Wie over CO2-afvang en -opslag (Carbon Capture & Storage, CCS) praat, heeft potentieel een eindeloze discussie tussen voor- en tegenstanders voor de boeg. Maar het aantal grootschalige CCS-projecten is in de afgelopen vijf jaar wel verdubbeld. Een van de bedrijven die het afvangen en opslaan van CO2 wil inzetten om de uitstoot van dit broeikasgas terug te dringen, is Shell. In november werd het Quest CCS-project, voor zestig procent eigendom van Shell, officieel geopend.
Uitgave van Industrielinqs pers en platform BV Veembroederhof 7, 1019 HD Amsterdam
Eindredacteur Miriam Rook 020 3122 796 Liesbeth Schipper 020 3122 083
Algemeen directeur Wim Raaijen 020 3122 281
Vormgeving BureauOMA, Wehl
Uitgever Mark Oosterveer 020 3122 793
Medewerkers Dagmar Aarts, Jacqueline van Gool
Cover GE Manufacturing
2
PET1 OB_inhoud.indd 48
Advertentieverkoop Jetvertising BV Postbus 1890, 2280 DW Rijswijk t: 070 399 0000 | f: 070 390 2488 website: www.jetvertising.nl
CO LO F O N
OLIE EN GAS 01|16
Traffic Breg Schoen 020 3122 088 Drukwerk PreVision Graphic Solutions
01 | 16
07-01-16 15:09
GASWINNING GRONINGEN BEPERKT TOT 27 MILJARD KUBIEKE METER > De gaswinning uit het Groningenveld wordt in het gasjaar 2015/2016 beperkt tot 27 miljard kubieke meter gas. Het kabinet heeft besloten om de voorlopige voorziening die de Raad van State heeft getroffen voor het gasjaar 2015/2016 in stand te houden. Daarnaast wordt de komende jaren intensief gewerkt aan het verder vermin deren van de afhankelijkheid van het gas uit Groningen. Voor oktober 2016 wordt een besluit genomen over de langere termijn van de gaswinning. Tegelijkertijd wordt gewerkt aan het verder vergroten van de veiligheid en leefbaarheid van Groningen en het versterken van het econo misch perspectief, waarbij de Nationaal Coördinator Gronin gen de regie heeft. Dit heeft het kabinet besloten op basis van het advies van toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen (SodM), nieuwe onderzoeken, het meerjarenprogramma van de Nationaal Coördinator Groningen
en na overleg met gemeenten en Provincie. Minister Kamp van EZ: ‘We draaien de gaskraan nu verder dicht en nemen de maat regelen die nodig zijn om in de toekomst minder afhankelijk te zijn van Gronings gas voor onze energievoorziening.’ Het kabinet baseert haar besluit mede op het advies van SodM. Deze raadt in haar laatste advies sterke schommelingen in de gaswinning af, omdat dit meer en mogelijk zwaardere aardbevin gen zou kunnen veroorzaken. Het advies is om een stabiel niveau van gaswinning vast te stellen. Daarom wordt de gaswinning nu teruggebracht tot 27 miljard kubieke meter, met ruimte voor meer productie als dat nodig is om de leveringszekerheid te waarborgen, bijvoorbeeld in een koude winter. Op deze manier wordt de gaswinning uit Gronin gen zo ver als momenteel haal baar is, verminderd en worden sterke schommelingen voorko men. De komende jaren wordt op ver schillende manieren gewerkt aan het verminderen van de afhan kelijkheid van het gas uit Groningen. Zo wijst Kamp op de bouw van een nieuwe stikstof installatie waardoor vanaf 2020 meer gas uit het buitenland geschikt kan worden gemaakt voor gebruik door Nederlandse huishoudens. Daarnaast wijst de bewindsman erop dat de Nederlandse energievoorziening de komende jaren wezen
lijk gaat veranderen. ‘Nederland se huizen en bedrijven zullen in de toekomst minder door gas en meer door duurzame warm te worden verwarmd. Ook door energiebesparing zal de vraag naar gas verminderen.’
SHELL EN CNOOC INVESTEREN IN ETHYLEENPLANT > Shell en China National Offshore Oil Corporation (CNOOC) breiden hun gezamenlijke petrochemische fabriek uit in het Chinese Huizhou. Dit heeft Shell 15 december op zijn web site aangekondigd. Met de inves tering wordt onder andere de ethyleenplant aangepakt waar door de productie met 1 miljoen ton per jaar toeneemt. Dat is een verdubbeling van de huidige capaciteit. De bouw is inmiddels begonnen en de verwachting is dat de commerciële produc tie over twee jaar kan starten. Er zijn verder geen financiële details bekend gemaakt.
VOPAK VERKOOPT BRITSE ASSETS > Vopak verkoopt al zijn Britse assets aan Macquarie Capital and Greenergy voor 200 miljoen Britse pond (ongeveer 275 miljoen euro). Het gaat om Vopak Terminal London, Vopak Termi nal Teesside en Vopak Terminal Windmill. De terminals (voor olie, chemicaliën en gas) hebben een totale opslagcapaciteit van 700.000 kubieke meter. Vopak verkoopt ook zijn belang van 33,3 procent in de joint venture Thames Oilport. De verwachting is dat beide transacties in het eerste kwartaal van 2016 plaats vinden. 01 | 16
PET1 OC_nieuws.indd 49
3
07-01-16 15:01
Desinvestering fossiel laat industrie niet schrikken Gaan we de voorraad olie, steenkool en aardgas die we nu hebben nog wel opmaken? Sommige actiegroepen denken van niet en proberen pensioenfondsen, kerken en universiteiten te laten stoppen met het investeren in fossiele brandstoffen. Niet alleen omdat ze dat beter vinden voor het milieu, maar ook voor hun pensioen. De industrie lijkt er niet van te schrikken en denkt dat het allemaal zo’n vaart niet zal lopen, want er zijn nog niet voldoende alternatieven voor fossiele brandstoffen. Maar een einde is wel in zicht, want ‘het stenen tijdperk is ook niet gestopt omdat de stenen op waren.’ Dagmar Aarts
4
PET1 OE_stranded assets.indd 50
Als er CO2-maatregelen worden opgelegd, zullen we wellicht twee derde van de voorraad aan fossiele brandstoffen niet gebruiken. Als we die reserves wel gebruiken, zou de temperatuur van de aarde namelijk meer dan twee graden stijgen. En dat wil de hele wereld nu juist voorkomen, blijkt uit het klimaatakkoord dat in Parijs is getekend. Het lijkt een kwestie van tijd voordat de CO2-maatregelen er komen. De Tegenlicht-documentaire ‘fossielvrij’ uit november laat een groeiende groep verontruste burgers en een risicomanager van Wall Street, Bob Litterman, zien die pleiten om vooral niet meer in fossiele brandstoffen te investeren. De burgers willen dat hun pensioenfonds meer in duurzame bedrijven belegt, omdat ze begaan zijn met het milieu en de toekomst van de aarde, maar ook omdat ze bang zijn voor een schamel pensioen. Volgens Litterman hebben ze een punt. Hij vindt dat fossiele bedrijven sterk zijn overgewaardeerd, omdat de waarde van de reserves wel is meegenomen maar misschien niet kan worden gebruikt. Dit wordt ook wel ‘stranded assets’ genoemd.
Desinvesteren Verschillende pensioenfondsen zijn al bezig om minder in fossiel te investeren. ABP (voor de overheid en het onderwijs) maakte onlangs bekend minder in olie en kolen te gaan beleggen en meer in duurzaam. Maar helemaal uit fossiel gaat het nog niet. Ook pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) voor werknemers in de zorg en welzijn legt de focus op duurzaamheid. Ze wil de komende jaren haar belangen in bedrijven met een relatief hoge CO2-uitstoot verkopen. De totale CO2-voetafdruk van de PFZW-beleggingen zal in 2020 met de helft zijn afgenomen. Woordvoerder Ellen Habermehl: ‘We waren al jaren bezig met deze plannen, want we willen dat de deelnemers aan ons pensioenfonds niet alleen geld hebben om uit te geven, maar dat ze dat ook in een gezonde wereld kunnen doen. Dat is het makkelijkst te bereiken door te stoppen met beleggen in fossiele brandstoffen.’ Toch stapt PFWZ niet helemaal uit fossiel, want ze wil invloed uit kunnen oefenen om bedrijven duurzamer te maken. Ze gaat het gesprek aan met bedrijven en die krijgen de kans om zich te verduurzamen. Blijkt dat ze dat niet voldoende doen, dan wordt er in stappen gedes investeerd in zo’n onderneming. Habermehl: ‘Onze doelstelling is om die bedrijven te bewegen schoner te produceren. We zijn hier niet mee begonnen vanwege de ‘stranded assets’, maar het is een bijkomende zorg dat beleggingen straks minder waard worden.’ Nog lang nodig Voor Margaret Hill, directeur van de VNPI (Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie), komen deze desinvesteringen niet als een verrassing. ‘We zien dat sommige pensioenfondsen inderdaad bewegingen maken om naar duurzaam te gaan, maar we zien ook dat andere investeerders gewoon blijven investeren. Daar zijn redenen voor. Er zijn op dit moment onvoldoende alternatieven voor de vraag naar energie. Wat wij bieden is nog nodig en er zal vraag naar zijn. Dat betekent ook dat er waarde aan kan worden toegekend en dat heeft effect op mogelijke uitkeringen aan aandeelhouders.’
01 | 16
08-01-16 09:24
FOTO: SHELL
De raffinaderijen in Antwerpen en Rotterdam zullen pas als laatste stoppen in Europa.
Volgens Hill is er in ieder geval de komende dertig jaar nog behoefte aan fossiele brandstoffen, onder andere vanwege de toenemende welvaart in landen als India en China. Daar blijft volgens haar de vraag naar dit soort brandstoffen juist toenemen. In de industrie wordt er al hard gewerkt om te verduurzamen door bijvoorbeeld biobrandstoffen bij te mengen en energie-efficiënt te werken. Hill: ‘Wij doen gretig mee aan de energietransitie, maar men moet wel een graadje realiteitszin behouden in hoe snel alles verandert. Je ziet bijvoorbeeld wel een toenemende interesse in elektrisch rijden, maar er blijft nog steeds een grote vraag naar benzine en diesel. Ook de chemische industrie heeft op dit moment nog steeds een blijvende behoefte aan fossiele brandstoffen. Dat zijn allemaal producten die uit de raffinaderij komen, dus voorlopig zijn we nog nodig. We moeten wel goed nadenken over hoe we de brandstoffen het meest effectief kunnen inzetten.’
Buffer Roelf Venhuizen (expert van Petrochem en oud-directeur NAM) is er wel van overtuigd dat fossiele brandstoffen nog een hele tijd nodig zijn. Maar hij is het met Van Wijk eens dat er wel een eind aan zal komen voordat ze ook echt op zijn. ‘Er wordt ook altijd gezegd dat het stenen tijdperk ophield voordat de stenen op waren. Het zal allemaal afhangen van onze vraag en hoe duur het is om de fossiele brandstoffen boven de grond te krijgen en te 01 | 16
PET1 OE_stranded assets.indd 51
▲
Sneller aanpassen Hoogleraar duurzame energie Ad van Wijk (TU Delft) denkt daar toch wat anders over. Hij vindt dat de petrochemische industrie zich sneller aan moet passen dan ze nu doet. ‘De prijzen worden echt niet meer zo goedkoop als eerst, omdat er ook nog een koolstofheffing op komt die producten en processen duurder maakt. Bedrijven passen zich niet snel genoeg aan. Dat zie je aan energiebedrijven en de elektriciteitsbedrijven, zij hadden nooit moeten investeren in de nieuwe kolencentrales. Nu die dicht moeten, zitten ze met de gebakken peren. De petrochemische industrie moet ervoor zorgen dat ze de energietransitie niet op dezelfde manier over zich
heen laat komen. Binnen vijf tot tien jaar wordt het echt anders. De petrochemische industrie moet overschakelen op duurzame alternatieven, veel doen aan energieefficiëntie, en besparingen op allerlei vlakken sneller doorvoeren. Misschien moet ze daarvoor wel op andere plekken gaan produceren waar duurzame bronnen als energie uit wind en water dichterbij zijn.’ Op dit moment hebben bedrijven ook al last van ‘stranded assets’ en dat komt niet door pensioenfondsen die niet meer investeren. In Groningen blijft er door allerlei omstandigheden al gas in de grond zitten en ook aan de kolen in de Limburgse grond is al tientallen jaren niemand geweest. Van Wijk: ‘De komende tien jaar blijf je best wel gas en olie nodig hebben, maar het wordt steeds minder. Er komt steeds meer druk om dit soort systemen niet meer te gebruiken, zeker na zo’n klimaatakkoord. We kennen de term ‘stranded assets’ van veel ‘stranded gas’ in Rusland. Daar heb je veel kleine gasvelden waarvoor het economisch niet redabel is er een pijplijn aan te verbinden en het gas naar het westen te brengen. Dat blijft in de grond, want de kosten van alternatieven zullen uiteindelijk lager zijn.’
5
07-01-16 15:02
FOTO: WIKIMEDIA COMMONS
Schachtbokken van een kolenmijn in Limburg. Roelf Venhuizen: ‘De energietransitie nu zal niet zo snel gaan als die van kolen naar gas.’
gebruiken. Door CO2 te beprijzen, bevorder je concurrentie van andere energievormen en prijzen ze zichzelf uit de markt.’
‘Er zijn nog onvoldoende alternatieven voor fossiele brandstoffen.’ Venhuizen denkt dat vooral oliemaatschappijen die alleen in upstream doen het lastig krijgen. ‘In Amerika zie je nu al dat een aantal van dat soort bedrijven behoorlijk in de problemen zit. Ook over het Midden-Oosten maak ik mij zorgen. Daar leven ze boven hun stand en hebben ze hun uitgavepatroon op een te hoge olieprijs gebaseerd. Ze zijn daar enorm afhankelijk van de olie-inkomsten, maar moeten nu de broekriem aanhalen. Geïntegreerde oliemaatschappijen (die in upstream en downstream doen, red.) hebben nog een stukje buffer, want die kunnen nog wel geld verdienen in raffinage en distributie. Zij zijn niet alleen afhankelijk van exploratie- en productie-inkomsten, want ze kunnen in de keten nog geld verdienen, ook met biobrandstoffen en duurzaam geproduceerde waterstof.’ Geen radicale transitie Voor Nederland is verduurzaming volgens Venhuizen een enorme uitdaging, omdat het land sterk fossiel gebonden is en een gigantisch doorvoerland is. De hele raffinageindustrie in Noordwest-Europa wordt door Rotterdam voorzien via pijpleidingen. Zijn verwachting is dan ook dat de raffinaderijen in Rotterdam en ook in Antwerpen als laatste zullen sluiten in Europa. Venhuizen: ‘Het oliegebruik in Noordwest-Europa is al heel lang op zijn retour. Allerlei kleine raffinaderijtjes zijn al lang gesloten. 6
PET1 OE_stranded assets.indd 52
Alles wat kleiner was dan 70.000 barrels per dag is opgedoekt. Er blijft een aantal grote geïntegreerde raffinaderijen over en daarvan staat een aantal in Rotterdam en Antwerpen. Die zijn goed geïntegreerd met de chemische industrie, hebben goede logistiek en kunnen verschillende oliesoorten aan. Dan kan je nog een tijdje voort.’ Hoe lang een tijdje is, durft hij niet precies te zeggen, maar het zal wel meer dan tien jaar duren. ‘Het zal niet zo’n radicale verandering zijn als van kolen naar gas, toen de mijnen in Limburg in 1965 gingen sluiten. Dat is toen heel snel gegaan. De werkomstandigheden in de mijnen waren slecht, gas was veel goedkoper en de milieuwinst was enorm. Zo’n snelle transitie zie ik nu niet gebeuren. Er is zo’n gigantische industrie opgebouwd en de wereld ziet er nu zo anders uit dan in de jaren zestig met mobiliteit, industrie, groeiende welvaart en veel meer mensen. Mensen vergeten hoeveel fossiele brandstoffen ze gebruiken voor transport, warmte en in de producten die ze kopen. Elektriciteit is maar een relatief klein deel van onze energiemix. En met de producten uit de petrochemische industrie is ook niets mis, er zitten ook duurzame voordelen aan. Ze worden bijvoorbeeld gebruikt voor lichte onderdelen in auto’s en vliegtuigen, voor isolatie en voor wieken van windmolens. Bij energie in de alternatieve sfeer is tot nu toe nog vaak subsidie nodig. Die moet ergens verdiend worden.’ Nu het klimaatakkoord op tafel ligt, moet er hard worden gewerkt om duurzamer te worden door slimmer met energie om te gaan. Maar we moeten onszelf niet in de voet schieten volgens Venhuizen. ‘Onze industrie behoort tot de top. Als er nog vraag is naar producten kunnen we die beter hier maken met de best mogelijke technologieën en in een gecontroleerde omgeving, dan in een land waar ze het niet zo nauw nemen met regels. Laat eerst anderen maar stoppen die slechter presteren.’ ▲
01 | 16
07-01-16 15:02
Shell zet CO2-afvang door ondanks tegenslag Wie over CO2-afvang en -opslag (Carbon Capture & Storage, CCS) praat, heeft potentieel een eindeloze discussie tussen voor- en tegenstanders voor de boeg. Maar het aantal grootschalige CCS-projecten is in de afgelopen vijf jaar wel verdubbeld. Een van de bedrijven die het afvangen en opslaan van CO2 wil inzetten om de uitstoot van dit broeikasgas terug te dringen, is Shell. In november werd het Quest CCS-project, voor zestig procent eigendom van Shell, officieel geopend. Jacqueline van Gool
Natuurlijk moeten we investeren in duurzame energie. Natuurlijk gaan we steeds meer in de richting van een biobased- en circulaire economie. Natuurlijk moeten we op zoek naar een efficiënter gebruik van grondstoffen en utilities. Maar op dit moment is dat allemaal nog lang niet genoeg om de CO2-uitstoot voldoende terug te dringen. Bovendien blijft de honger naar fossiele brand- en grondstoffen onverminderd hoog. Door CO2 af te vangen bij de bron en het gas op te slaan, komt het ook niet in de atmosfeer terecht. Het International Energy Agency (IEA) gelooft dat Carbon Capture & Storage (CCS)-technologie in 2050 de CO2-uitstoot met een zesde kan reduceren. IEA becijferde bovendien dat de kosten om klimaatverandering aan te pakken veertig procent hoger zullen uitvallen als geen CCS wordt toegepast. Plannen voor CCS-projecten zijn er inmiddels legio, in minder of meer gevorderde status.
PET1 OD_ccs.indd 53
Ondergrondse opslag Dankzij het Quest-project wordt een derde van de CO2-emissies uit de Scotford Upgrader afgevangen en via een 65 kilometer lange pijpleiding naar de opslaglocatie getransporteerd. Het CO2 wordt op meer dan twee kilometer diepte geïnjecteerd onder ondoordringbare rotsformaties. De nationale overheid van Canada en de regionale overheid van Alberta staken 865 miljoen Canadese dollar (bijna zeshonderd miljoen euro) in het project. De totale projectkosten worden geraamd op ongeveer 1,35 miljard Canadese dollar. Voor de CO2-afvang en -opslag gebruikt Shell technologie die werd ontwikkeld door dochteronderneming Cansolv. Fluor zorgde voor de front-end engineering en het ontwerp van de installaties en was EPC-contractor in het project. De Cansolv CO2-afvangtechnologie kan worden gebruikt in een groot aantal verschillende industriële toepassingen, zowel bij elektriciteitscentrales als in chemische fabrieken, voor verschillende ‘gas flow rates’ en CO2-concentraties. Shell claimt dat de technologie is gegarandeerd voor afvang van negentig procent van het geproduceerde CO2 in de afvalgassen. De afgevangen CO2 kan worden gebruikt voor Enhanced Oil Recovery 01 | 16
▲
Mijlpaal Onlangs werd in Canada het Quest-project van Shell officieel geopend. Quest is wereldwijd een van de eerste CCS-projecten die op commerciële schaal operatief zijn. In het Quest-project wordt jaarlijks meer dan een miljoen ton CO2 afgevangen en opgeslagen. Bij de officiële opening zei Shell-CEO Ben van Beurden dat Quest een belangrijke mijlpaal is op het gebied van CCS-technologie. Het project zal als voorbeeld dienen voor verdere CCS-projecten om de technologie beter toegankelijk en
goedkoper te maken voor de energie-industrie en andere industriële sectoren. Het Quest-project maakt deel uit van de, toch wel controversieel te noemen, Athabasca Oil Sands operaties. Het Athabasca Oil Sands Project (AOSP) is voor zestig procent eigendom van Shell, dat ook operator van het project is. De overige veertig procent zijn gelijk verdeeld tussen Chevron Canada en Marathon Oil Canada. AOSP bestaat uit de Muskeg River en Jackpine-mijnen en de Scotford Upgrader, waar 255 duizend vaten synthetische ruwe olie uit de bitumen (teer) worden geproduceerd. In 2013 verkreeg Shell een goedkeuring voor de uitbreiding van de Jackpine-mijn met een dagelijkse capaciteit van honderdduizend vaten. Het bedrijf heeft nog niet besloten of het dat project zal doorzetten. Begin 2015 besloot de onderneming vooralsnog niet door te gaan met de vergunningaanvraag voor de ontwikkeling van de Pierre River Mine, dat zich ook in het Athabasca oliezanden-gebied bevindt. Deze mijn zou een capaciteit van tweehonderdduizend vaten per dag gehad hebben.
7
07-01-16 15:02
of downstream op de fabriek waar het wordt afgevangen, of het kan worden opgeslagen volgens het CCS-principe. Het Cansolv-systeem is ‘post combustion’ (afvang uit rookgassen, red.) en is losstaand van de productie-units. Dat betekent dat het ook achteraf in bestaande installaties kan worden bijgebouwd.
Het International Energy Agency gelooft dat CCS-technologie in 2050 de CO2-uitstoot met een zesde kan reduceren. De Cansolv-technologie wordt al sinds 2014 op commerciële schaal toegepast in het Boundary Dam CCS-project in Saskatchewan in Canada. Boundary Dam is de grootste kolencentrale van SaskPower. In één unit van de centrale is een CCS-installatie geïnstalleerd met een potentiële afvangcapaciteit van een miljoen ton CO2 per jaar. Het grootste deel van de CO2 zal worden gebruikt om de efficiëntie van oliewinning in nabijgelegen olievelden te verbeteren, daarna zal het permanent ondergronds worden opgeslagen in het bijbehorende Aquistore-project. Peterhead Bij de officiële opening van het Quest-project vertelde Howard Drake, Britse Hoge Commissaris in Canada, nog dat de bijdrage van het Britse Energy Technologies Institute aan het Quest CCS-project een voorbeeld was van Britse en Canadese samenwerking op het gebied van vooruitstrevende low-carbon technologieën. Deze samenwerking leidt volgens Drake tot de ontwikkeling van CCS-expertise aan beide kanten van de Atlantische Oceaan. Nog dezelfde maand kondigde de Britse overheid echter aan dat het afziet van de bijdrage van een miljard Britse pond die ze gereserveerd had voor CO2-opslag bij de Schotse plaats Peterhead. Dat kon 8
PET1 OD_ccs.indd 54
Drake natuurlijk niet weten. Wel jammer voor de Britse CCS-wereld, maar vooral jammer voor Shell, een van de laatste gegadigden voor de ontwikkeling van dat project. Samen met Scottish and Southern Energy zou tien tot vijftien miljoen ton CO2 worden overgepompt uit een gasgestookte energiecentrale en worden opgeslagen in het vrijwel leeggepompte ‘Goldeneye’-gasveld op 2,5 kilometer onder de bodem van de Noordzee. Shell gaf in een reactie aan niet door te gaan met dit project omdat de overheidsbijdrage niet meer beschikbaar is. ‘Shell is teleurgesteld in de terugtrekking van de financiering van de CCS-commercialiseringscompetitie, waarin ons Peterhead CCS-project een van de laatste mededingers was. (…) Het heeft de potentie van grote waarde te zijn voor het Verenigd Koninkrijk, zowel op het gebied van directe emissiereductie als voor wat betreft het ontwikkelen van kennis die door een bredere industrie toegepast zou kunnen worden. De overheidsbijdrage in dit demonstratieproject was belangrijk om de technologie in de kortst mogelijke tijd commercieel aantrekkelijk te maken.’ Shell voegt hieraan toe dat het de beslissing van de overheid begrijpt in de moeilijke economische context, maar dat het bedrijf op korte termijn geen toekomst ziet in het Peterhead-project. Shell gaf aan hoe dan ook in CCS te blijven investeren, zoals ook blijkt uit andere (demonstratie)projecten elders ter wereld. WERELDWIJDE CCS-PROJECTEN Volgens gegevens van het Global CCS Institute zijn op dit moment vijftien grootschalige CCS-projecten operatief. Zeven projecten zijn in aanleg. In totaal hebben deze 22 projecten een afvangcapaciteit van ongeveer veertig miljoen ton per jaar. De afgelopen vijf jaar zijn het aantal projecten en de opslagcapaciteiten wereldwijd verdubbeld. De verschillende projecten en hun status zijn te vinden op de website van het instituut: www.globalccsinstitute.com/projects/ large-scale-ccs-projects. Ook op de website van het Amerikaanse Ministerie van Energie (Department of Energy, DOE) is een database van wereldwijde CCS projecten te vinden: www.netl.doe.gov/research/coal/carbon-storage/strategic-program-support/database.
01 | 16
07-01-16 15:02
FOTO: SHELL
Andere projecten Shell is deelnemer (voor bijna 2,5 procent) in het Technology Centre Mongstad (TCM) in Noorwegen. Dit is het grootste onderzoekscentrum voor CO2-afvangtechnologie ter wereld. Er kan tot honderdduizend ton CO2 per jaar worden afgevangen en het onderzoek draagt bij aan het goedkoper maken van CO2-afvang. Het onderzoekscentrum werd in 2012 geopend. Shell was ook deelnemer in het Weyburn-Midale research project in Zuidoost-Saskatchewan in Canada. Daar werd eerst CO2-injectie voor ‘enhanced oil recovery’ getest en later werd het CO2 permanent opgeslagen. Het onderzoeksprogramma liep van 2000 tot 2012. Shell is ook partner in het Gorgon-project in Australië, dat wordt geleid door Chevron. In het Gorgon-project wordt aardgas, uit de gasvelden Gorgon en Jansz-Io voor de kust van West-Australië, via onderzeese pijpleidingen naar een LNG-plant op het nabijgelegen Barrow Island getransporteerd. De LNG-faciliteit krijgt een capaciteit van 15,6 miljoen ton per jaar. Als het project op volle capaciteit is, wordt jaarlijks drie tot vier miljoen ton CO2, dat bij de gasproductie vrijkomt, afgevangen. Het CO2 wordt in een diepliggende zandsteenformatie CANSOLV CO 2-AFVANGSYSTEEM
Het CO2-afvang systeem van Cansolv is gebaseerd op hetzelfde principe als het eerder ontwikkelde Cansolv SO2 Scrubbing System. De eerste stap is het koelen en verzadigen van de gasstroom in een ‘water pre-scrubber’. Daarna wordt het gas, een mengsel van methaan, CO2, CO en waterstof in contact gebracht met een geactiveerde amine-oplossing, in een tegenstroom gepakte massaoverdrachts-absorptiekolom. Het CO2 wordt daar geabsorbeerd. Halverwege de kolom wordt het amine uit de toren verwijderd, afgekoeld en opnieuw in de massaoverdrachtspakking gebracht. Het CO2-rijke amine uit de absorptiekolom wordt via een warmtewisselaar in de regeneratiekolom gebracht. Door verzadigde stoom onder lage druk van onder naar boven door de kolom te sturen, wordt de CO2-arme aminestroom teruggewonnen. Het CO2 wordt dan in superkritische toestand gebracht en ontwaterd, waarna het via een pijpleiding naar de opslag wordt getransporteerd. Het CO2-arme amine wordt van de ‘stripper reboiler’ naar de absorptiekolom teruggepompt om opnieuw te worden gebruikt in het proces.
geïnjecteerd, op ongeveer tweeënhalve kilometer diepte onder het eiland, de zogeheten Dupuy-formatie. Door de CO2-afvang en -opslag wordt de uitstoot van broeikasgassen uit het Gorgon-project met zo’n veertig procent gereduceerd. De verwachting is dat in totaal zo’n honderd miljoen ton CO2 in de Dupuy-formatie zal worden opgeslagen. In Zuid-Australië is Shell betrokken bij het Otway-project, waar gecomprimeerd CO2 en methaan uit een gasbron naar een uitgeput gasveld op twee kilometer onder de bodem wordt getransporteerd en geïnjecteerd. Het is de bedoeling dat dit project aan de lokale gemeenschap laat zien dat CO2 veilig kan worden opgeslagen. Tot nu toe is zo’n 65 duizend ton CO2 geïnjecteerd en opgeslagen en ook in andere formaties zal CO2 worden geïnjecteerd. In Nederland probeerde Shell een CO2-opslag onder de grond bij Barendrecht op te zetten. Maar dat project werd in 2010 afgeblazen, met name vanwege weerstand van de bevolking. Momenteel heeft Shell geen plannen voor CO2-opslag in Nederland. Het meest in het oog springend CCS-project in Nederland is het Rotterdam Opslag en Afvang Demonstratieproject (ROAD) van E.on Benelux en ENGIE Energie Nederland (voorheen GDF Suez Energie Nederland). Daar zou het CO2 van een nieuw gebouwde kolencentrale op de Maasvlakte worden afgevangen. Over dit project is het laatste woord nog niet gesproken, maar de definitieve investeringsbeslissing was volgens E.on gepland voor 2015. Die zou dus niet lang meer op zich moeten laten wachten. ▲ 01 | 16
PET1 OD_ccs.indd 55
9
07-01-16 15:03
MARKET REVIEW ALGEMEEN
CHEMICALS
EXPLOSIEVEILIGE VERLICHTING & JUNCTION BOXES
INSPECTIE, TANKS DRUKAPPARATEN, VLOEREN
ABTECH ERIKS bv
Toermalijnstraat 5 1812 RL ALKMAAR Postbus 280 1800 BK ALKMAAR Tel: +31 (0)72 514 15 14 Fax: +31 (0)72 515 56 45 E-mail: info@eriks.nl Website: www.eriks.nl Aandrijftechniek Afdichtings- & Rubbertechniek Stromingstechniek Industriële kunststoffen Gereedschappen & Onderhoudsproducten
www.abtech.eu Chemicals, Lime, Recycling and Automotive De Noord Chemicals b.v. Ridderpoort 14 2984 BG RIDDERKERK Postbus 257 2980 AG RIDDERKERK Tel: +31 (0)180- 41 59 88 Fax: +31 (0)180- 41 71 70 E-mail: info@noordchem.nl Website: www.noordchem.nl
Gedistribueerd door: Eurotronic B.V. Curieweg 8d 2408 BZ ALPHEN AAN DEN RIJN Postbus 582 2400 AN ALPHEN AAN DEN RIJN Tel: +31 (0)172 - 49 10 76 Fax: +31 (0)172 - 49 29 37 E-mail: info@eurotronic.nl Website: www.eurotronic.nl
Industriële verhuizingen Demontage – Sloopwerken Transport – Asbestsanering Offshore Postbus 253 3454 ZM DE MEERN Tel: +31 (0)30- 666 97 80 Fax: +31 (0)30- 245 91 27 E-mail: info@ddm.eu Website: www.ddm.eu
Victor Lighting
Gedistribueerd door: Eurotronic B.V. Curieweg 8d 2408 BZ ALPHEN AAN DEN RIJN Postbus 582 2400 AN ALPHEN AAN DEN RIJN Tel: +31 (0)172- 49 10 76 Fax: +31 (0)172- 49 29 37 E-mail: info@eurotronic.nl Website: www.eurotronic.nl
INDUSTRIE ISOLATIE
ENERGIETECHNIEK Advies, specificaties, cursus, inspecties en audits volgens Internationale CINI Standaard Engineering , supply of energy processes, biomass, steam, thermal oil, hot water, incinerators
AB Heatec Engineering BV
for industry, marine & offshore worldwide PO Box 160 NL – 7480 AD Haaksbergen The Netherlands Tel: +31 (0) 653231730 Fax: +31 (0) 842299814 E-mail : info@abheatec.com Website: www.abheatec.com E-mail: info@konuskessel.com Website: www.konuskessel.com
56
Kiwa Nederland B.V.
Sir Winston Churchilllaan 273 2288 EA RIJSWIJK Postbus 70 2280 AB RIJSWIJK Tel: +31 (0)70 414 44 00 Fax: +31 (0)70 414 44 20 E-mail: inspectie@kiwa.nl Website: www.kiwa.nl
KUNSTSTOFROOSTERS EN CONSTRUCTIES (GVK)
DEMONTAGE
DDM Demontage B.V.
n, uw
Abtech
NCTI
Hofweg 1, 3208 LE Spijkenisse Tel: +31 181 698030 Email: info@ncti.nl Website: www.ncti.eu
FlexxCon B.V.
Correspondentieadres Postbus 1761 3800 BT Amersfoort Magazijn/werkplaats Parallelweg 74 7161 AG Neede Tel: 033 4556696 Fax: 033 4553295 E-mail: info@flexxcon.com Website: www.flexxcon.com
MANUFACTURING EXECUTION SYSTEMS (MES)
MAGION Process Control Engineering B.V. Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
PETROCHEM 1 – 2016
PET1 Advertenties.indd 56 56 PET12_MartketReview.indd
07-01-16 12:04 15:29 06-01-16
PET12_M
1-16 12:04
MARKET REVIEW MEETDIENSTEN IN HOOGSPANNINGSTECHNIEK
PROCESS SIMULATION
Protomation bv Foutlocalisatie- en kwaliteitsmetingen aan kabelverbindingen, transformatoren en schakelaars. Power Quality metingen en thermografie. Kabelmontage (moffen en eindsluitingen 25 – 170KV gecertificeerd) en kabelreparatie.
Joulz Energy Solutions B.V.
In Control by Simulation Operator Training Simulators Arendstraat 4 6135 KT SITTARD Tel: +31 (0)46 458 47 48 Fax: +31 (0)46 458 63 83 E-Mail: info@protomation.com Website: www.protomation.com
SECUNDARY STEEL SUPPLIER
STUDBOLTS
BC Basco MANUFACTURER OF HIGH INTEGRITY BOLTING
Vierschaarstraat 7A 9160 LOKEREN Tel: +32 9 348 21 35 Gsm: +32 479 82 72 63 E-mail: sales@basco.be Website: www.bc-basco.com
Zalmstraat 7a, 3016 DS Rotterdam Postbus 19230, 3001 BE Rotterdam Tel.: +31 (088) 895 88 88 E-mail: meetdienst@joulz.nl Website: www.joulz.nl/diensten/ meetdiensten
PIPE SUPPORTS
Secundary Steel Structures, Platforms, Skids, Staircases. Welding According EN1090-2 Exec. 3 and EN - ISO 3834-2
Python BV
Nijverheidsweg 20 7921JJ Zuidwolde (Dr.) Tel: +31 (0)528 -37 10 45 Fax: +31 (0)528-37 13 96 Mail: info@python.nl Websites: www.python.nl
WARMTEBEHANDELING
Elektrisch voorwarmen en gloeien / Inductie verwarmen / Stationaire en mobiele gloeiovens / Uitdrogen beton en coatings
Delta Heat Services B.V.
Scheelhoekweg 2 3251 LZ STELLENDAM Postbus 52 3250 AB STELLENDAM Tel: +31 (0)187- 49 69 40 Fax: +31 (0)187- 49 68 40 E-mail: info@delta-heat-services.nl Website: www.delta-heat-services.nl
Bea Nederland B.V.
Anthony Fokkerstraat 2 3261 LB Oud Beijerland Postbus 1554 3260 BB Oud Beijerland Tel.: +31 (0)186 - 62 02 88 Fax: +31 (0)186 - 62 02 44 E-mail: sales@beaned.nl Website: www.beagroup.com
Smit Gloeidienst B.V.
Havenlaan 16 5433 NL KATWIJK (N. Br.) Tel: +31 (0)485 31 65 66 Fax: +31 (0)485 31 87 32 E-mail: info@smit-industrial.com Website: www.smit-industrial.com
Dutramex BV
Ambachtstraat 1a 4143 HB LEERDAM Tel: +31 (0)345- 61 40 11 Fax: +31 (0)345- 61 95 25 E-mail: info@dutramex.com Website: www.dutramex.com
PROCESS CONTROL
ADVERTENTIE-INDEX MAGION Process Control Engineering B.V. Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
Abonnees......................................................................................... 16 Andus Group.................................................................................... 59 Emerson..................................................................................... 26, 27 Flexim Instruments Benelux........................................................... 16 Gelis.................................................................................................... 4 iMaintain congres 2016................................................................... 22 M.O.B. Nederland.............................................................................. 2 Market review............................................................................ 56, 57 MODELEC Data-Industrie................................................................ 60 Petrochem platform............................................................. 34, 35, 36 Watervisie congres 2016................................................................. 30
Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van Petrochem, neemt u dan contact op met Jetvertising, Arthur Middendorp, tel. 070 399 0000. Uw abonnement wordt stilzwijgend verlengd tot wederopzegging en dient twee maanden van tevoren opgezegd te worden.
PETROCHEM 1– 2016
PET1 Advertenties.indd 57 57 PET12_MartketReview.indd
57
07-01-16 06-01-16 15:29 12:04
AGENDA CONGRES / BEURS / EVENEMENT ESC Goes www.escgoes.nl
TECHNISCHE VAKBEURS 2015 De Technische Vakbeurs is het precisieplatform voor professionals in de techniek, industrieel onderhoud, metaalbewerking, haveninrichting, installatie- en elektrotechniek en bouwnijverheid. Met meer dan zevenduizend vakgerichte bezoekers tijdens de afgelopen edities is de behoefte aan een gespecialiseerde technische vakbeurs voor Zuidwest-Nederland een feit!
16 - 18 februari 2016 Zeelandhallen, Goes
Watervisie platform www.watervisie.com
WATERVISIE 2016 Thema: Industriewater in de circulaire economie. Tijdens de vierde editie van Watervisie laten we zien dat ketenintegratie en publiek/privatesamenwerking niet alleen goed is voor het milieu, maar ook voor de concurrentiepositie van de Nederlandse industrie. Delf het goud in uw waterketen.
18 februari 2016 iTanks Xperience Dock, Rotterdam
Easyfairs www.stocexpo.com
STOCEXPO 2016 StocExpo, consisting of a three-day conference and exhibition, gives visitors the chance to meet industry leaders in tank design, construction and maintenance, as well as innovations in metering & measuring, pumps & valves, automation, loading equipment and inspection & certification services. Running alongside the three-day exhibition, the world renowned conference provides a unique platform for the global tank storage industry to come together to exchange best practice solutions, review forecasts, discuss how to make the most of opportunities and how to overcome challenges.
15 - 17 maart 2016 Antwerp Expo, Antwerpen
iMaintain platform www.imaintain.info/congres
IMAINTAIN 2016 De Nederlandse industrie heeft alles in zich om koploper te zijn en te blijven. Maar dat komt niet vanzelf. Tijdens iMaintain 2016, het jaarcongres van de NVDO en het iMaintain platform, kijken we hoe de Nederlandse maintenancesector bijdraagt om ‘in the lead’ te blijven. Welke factoren maken het verschil in food en farma, infra, fleet, procesindustrie en de gebouwde omgeving? De juiste mix van gedrag, innovatie, techniek, operational excellence en samenwerking kan zorgen dat de Nederlandse maintenancesector ook de komende decennia onze industrie ‘in the lead’ houdt.
17 maart 2016 Ahoy, Rotterdam
Easyfairs www.easyfairs.com
MAINTENANCE 2016 De onderhoudsbeurs van België biedt u een overzicht van trends en ontwikkelingen binnen alle domeinen van de onderhoudssector: gereedschappen, smeermiddelen, reinigingsmaterialen, reserveonderdelen, meettoestellen, reliability, field services, veiligheidsmanagement, asset management, energiebeheer, onderhoudssoftware, etc. Net als in 2012 en 2014 wordt Maintenance dit jaar ook gelijktijdig georganiseerd met Pumps & Valves, de technologiebeurs voor pompinstallaties en uitrusting voor industriële processing.
20 - 21 april 2016 Antwerp Expo, Antwerpen
Nederland Innoveert www.nederlandinnoveert.com
NEDERLAND INNOVEERT - TECNIEK WERKT! Tijdens de derde editie van het nationaal techniekfestival Nederland Innoveert maken jongeren, studenten, young professionals en docenten twee dagen lang kennis met een breed scala aan innovaties van Nederlandse bodem en krijgen ze tegelijk inzicht in de maatschappelijke impact van al die ontwikkelingen. De organisatie wil hen enthousiast maken voor een opleiding of carrière in de techniek en daarmee het groeiend tekort aan bèta’s in Nederland terugdringen. Onderdeel van het festival is de nationale testdag van Shell Eco-marathon.
21 - 22 april 2016 Onderzeebootloods, RDM Rotterdam
PETROCHEM 1 - 2016 58
PET1 H_agenda.indd 58
07-01-16 14:46
ANDUS group companies: Manufacturing FIB Industries Gouda Refractories Nedstaal Special Steel Van Voorden Castings
Services & Maintenance
Gouda Feuerfest Deutschland Gouda Vuurvast Belgium Gouda Vuurvast Services ISS Projects Lengkeek Staalbouw
Contracting Armada Janse Armada Mobility Armada Rail HSM Offshore HSM Steel Structures RijnDijk Construction
Serving the industry Ons kernwoord: klanttevredenheid. Onze kerncompetenties: productie van hoogwaardig staal, vuurvaste bekledingen, grootschalige industriĂŤle staalgerelateerde projecten, industrieel gietwerk, sluizen en bruggen, olie- en gasplatforms, scheepsschroeven, drukvaten, warmtewisselaars, opslagtanks, kelderbierinstallaties, systemen voor filtratie en separatie, luchttechniek, lichtreclame, reizigers gerelateerde voorzieningen, bovenleidingsystemen voor het spoor, service en onderhoud. Nationaal en internationaal gecertificeerd, werkend volgens de hoogste veiligheids- en kwaliteitsnormen.
ANDUS Group BV | Voorstraat 56, 4132 AS Vianen | T +31 (0)30 - 211 58 00 | E info@andusgroup.com
Kennismaken? Graag. Belt u even of kijk op www.andusgroup.com.
PET1 A4 Advertenties.indd 58 Andus Corporate MagAd.indd 1
07-01-16 11:25 15:33 28-04-15
... Industriële Routing Switches De Redfox is een layer 3 industriële Ethernet switch ontwikkeld voor applicaties die veel bandbreedte genereren. Door de robuuste aluminium behuizing toepasbaar in zware omstandigheden, mede door de diverse certificeringen. Meerdere configuraties zijn beschikbaar die naar behoefte kunnen worden aangepast door een reeks van SFP glasvezelmodules. De switch is in staat routingfunctionaliteit te bieden als OSPF, RIP en VRRP. Tevens is voorzien in diverse redundantieprotocollen, RSTP en Westermo’s eigen FRNT ringprotocol met hersteltijden van 20 ms, zelfs bij gebruik van Gigabit Ethernet.
... committed to perfection. Er is zoveel meer over te vertellen ... Meer weten ? Bel 0318-636262 of bezoek www.modelec.nl
www.modelec.nl Tel. 0318-636262 sales@modelec.nl
adv_WmoA4_IndRoutSwitch2.indd 1 PET1 Advertenties.indd 58
24-11-15 15:47 07-01-16 15:33