Nr. 6 - 2016
www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 21,50
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta
02 16
Insid Insidee Maga Magazine zine voor voor de de bioch biochemie emie
INSIDE Biobenzeen kan floreren bij opkomst groen gas
Bioraffinagecluster moe chemie aanj t agen
Cor Zijderveld: ‘Waarom altijd roomser dan de paus?’ • Contractorscombinatie realiseert trainingsfabriek • Samenwerken aan veiligheid • Thema: Investeringsklimaat
PET06 B inhoud.indd 4
01-06-16 13:40
Bijdragen aan de circulaire economie
Ingenieuze industriewater
OPLOSSINGEN zijn er om gevonden te worden
Evides Industriewater draagt bij aan de circulaire economie: • CO2 besparing en benutten restwarmte • Terugdringen energieverbruik • Terugwinnen van bruikbare stoffen uit afvalwater • Behandelen van effluent tot zuiver water • Ontzilten van lokaal brak water voor hergebruik • Biogas, warmte en groene stroom terugwinnen uit afvalwater Voor meer projectinformatie bezoekt u de website.
Evides Industriewater, vindingrijk www.evidesindustriewater.nl
20160004 Adv Utilities 185x267_01c.indd 1
PET06 B inhoud.indd 4
11-01-16 17:00
01-06-16 13:40
IN DEZE EDITIE
10 ‘WAAROM ALTIJD ROOMSER DAN DE PAUS?’
34 THEMA: INVESTERINGSKLIMAAT
Het is nu twee jaar geleden dat Rein Willems zijn actieplan voor de Eemsdelta presenteerde. Er is in die tijd veel gebeurd. Positief vooral, vindt Cor Zijderveld, voorzitter van SBE. Toch is het volgens hem wel tijd voor een volgende fase.
De West-Europese chemische industrie staat bekend om haar keten- en kostenefficiency. Het is een belangrijke troef tegenover de voordelen van locaties elders in de wereld, zoals de VS, het Midden-Oosten en Azië. Maar hoe staat het er eigenlijk precies voor op dat vlak? Hoe sterk is de concurrentiepositie? Traditionele financiers, zoals banken, zijn door allerlei omstandigheden minder snel bereid om in het mkb te investeren. Als innovatief bedrijf moet je dus op andere manieren aan financiers zien te komen. Een van die nieuwe middelen is crowdfunding.
16 CONTRACTORSCOMBINATIE REALISEERT TRAININGSFABRIEK De plannen voor de trainingsfabriek op het RDM-terrein zijn uitvoerig besproken in de vorige Petrochem. Maar hoe wordt de fabriek gebouwd? Zeven contractors uit de regio Rotterdam hebben de handschoen opgepakt om, zodra de bouwvergunning rond is, de nieuwe trainingsfaciliteit te realiseren.
20 SAMENWERKEN AAN VEILIGHEID Nauwe samenwerking tussen opdrachtgever en contractors op het gebied van veiligheid, kenmerkt alle drie de finalisten van de VOMI Safety eXperience Award (VOMI SXA) 2016. Zowel bij Shell Pernis, ExxonMobil in de Botlek als AEB in Amsterdam wordt op voet van gelijkheid samen gewerkt op dit niet-competitieve, maar juist zo belangrijke thema.
26 AFFAKKELEN BIJ OLIEWINNING FUNEST VOOR KLIMAAT Bij de wereldwijde oliewinning komen jaarlijks miljarden kubieke meters aardgas mee omhoog uit de boorput. Dat wordt vaak ter plekke afgefakkeld waardoor miljoenen tonnen CO2 de atmosfeer in worden geslingerd.
INSIDE EN VERDER Commentaar 5 Feiten en cijfers • Nieuwe joint venture voor LNG markt • OCI Nitrogen past treinwagons aan • Nederlands record handel aardolieproducten 6 Petrochem stapt over op papier uit landbouwafval 19 Wie wordt Plant Manager of the Year 2016? 25 Innovatie 28 Onbevangen • Chris Aldewereld 33 Column • Wim Soetaert 42 Biochem 43 Agenda 54
PETROCHEM 6 - 2016 3
PET06 B inhoud.indd 3
01-06-16 13:13
WIJ HEBBEN ENERGIE VOOR TIEN. Samen met u werken we aan een optimale aardgaslevering .
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta Nummer 6 - 2016 UITGAVE VAN: Industrielinqs pers en platform BV, Veembroederhof 7, 1019 HD Amsterdam E-mail: redactie@industrielinqs.nl, website: www.petrochem.nl HOOFDREDACTIE: Wim Raaijen 020 312 2081 EINDREDACTIE: Miriam Rook 020 312 2086 Liesbeth Schipper 020 312 2083 REDACTIE: Dagmar Aarts 020 312 2084 Elias de Bruijne 020 312 2083 VASTE MEDEWERKERS: Chris Aldewereld, David van Baarle, Katrien Bogaerts, Jan Van Doorslaer, Jacqueline van Gool, Inge Janse, Henk Leegwater, Erik te Roller, Wim Soetaert, Francis Voermans, Cyril Widdershoven LAY-OUT: Bureau OMA bv, Wehl OMSLAGFOTO: Shell
www.wingas.nl
ADVERTENTIEVERKOOP: Jetvertising BV, t: 070 399 0000 - f: 070 390 2488 Arthur Middendorp - arthur@jetvertising.nl TRAFFIC: Breg Schoen 020 312 2088 DRUKWERK: PreVision Graphic Solutions
ADVERTENTIE-INDEX Abonnees . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24 Aerzen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . tussen 18 en 19 Andus Group . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .55 Brand Energy & Infrastructure Services . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .56 Deltavisie congres 2016 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32 Eco Ketelservice Verhuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Emerson Process Management . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14 Evides Industriewater . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2 Hanse Staalbouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .53 iMaintain Prestatiemanagement congres 2016 . . . . . . . . . . . . . . .22 Jaarbeurs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24 Market review . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .52, 53 MODELEC Data-Industrie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 NVDO . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18 Petrochem platform . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30, 31 Stratt+ Industrial Management . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
ABONNEMENTEN (excl. 6% BTW) Petrochem verschijnt 11x per jaar. Nederland/België € 170,50 per jaar Introductie NL/B 25% € 128,- per jaar Overig buitenland € 199,Losse verkoopprijs € 21,50 Studenten € 39,50 Proefabonnement 3 mnd € 28,OPZEGGEN: Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op. ABONNEMENTENLAND: Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel: 0900-226 52 63 (€ 0,10 per minuut) Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Prijswijzigingen voorbehouden. © Industrielinqs pers en platform Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. Papier binnenwerk:
Papier omslag:
PAPER & BOARD MADE OF
AGRI-WASTE WWW.PAPERWISE.EU
WINGAS Benelux . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
PET06 C commentaar.indd 4
01-06-16 13:21
COMMENTAAR
‘Toch moet ook Chemelot uitkijken dat het niet alleen een kraamkamer wordt van innovatieve technologie.’
Spieken mag! Deltavisie komt er aan, of is mogelijk al geweest als u wat later op de meeleeslijst aan de beurt komt. Overigens een tip dan: Petrochem is tien dagen voor de papieren verschijning al digitaal te lezen via de website. Cluster 2.0 is het thema van ons jaarcongres. Niet geheel onverwacht natuurlijk. De Topsector Chemie heeft in Nederland zes chemieclusters gedefinieerd, die ieder op hun eigen manier moeten werken aan versterking. Rotterdam/Moerdijk, Terneuzen/Bergen op Zoom, Chemelot, Eemsdelta, Emmen en recentelijk is ook Amsterdam daar aan toegevoegd. Gezamenlijke ambitie Op zich snap ik die indeling wel. Hoewel het ook meteen weer in de hand kan werken dat clusteroverstijgende mogelijkheden voor samenwerking over het hoofd worden gezien. Bergen op Zoom en Terneuzen hebben op infrastructureel vlak veel te maken met Moerdijk en Rotterdam en al helemaal met Antwerpen, dat bijna een papieren blinde vlek net over de grens dreigt te worden. De realiteit is gelukkig wel anders. Eigenlijk vormen Nederland en Vlaanderen samen al een Chemical Valley, of Delta, zo u wilt. Je kunt er een heel boek over schrijven… Maar goed, het heeft zeker ook voordelen om eens per cluster naar de mogelijkheden te kijken. Er wordt meteen focus aangebracht. En er is daardoor ook al het een en ander in gang gezet. Zo heeft Rein Willems al twee actiepannen geschreven voor zowel Moerdijk/Rotterdam als de Eemsdelta, timmert Bergen op Zoom aan de weg met de Green Chemistry Campus en heeft ook de haven van Amsterdam dus plannen. Misschien wel het meest ambitieus van het hele Nederlandse stel is Chemelot. Dat is ook vertegenwoordigers van andere clusters opgevallen. Cor Zijderveld van de Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta (SBE) in deze Petrochem: ‘Afgezet tegen het Rotterdamse verhaal is dat pas echt inspirerend. Chemelot heeft de ambitie om in 2025 ’s werelds meest duurzame materials-site te zijn in een circulaire economie. Wat misschien wel het meeste daarin aanspreekt, was dat het een gezamenlijke ambitie is van alle bedrijven op het voormalige DSM-terrein. OCI Nitrogen, Sabic en bijvoorbeeld Lanxess incluis. Of dat te maken heeft met de gezamenlijke DSM-historie van de meeste fabrieken op de site? Misschien wel ja.’
Scope verleggen Onlangs mocht ik een symposium modereren rond de opening van twee proeffabrieken bij Chemelot. Mooie staaltjes van innovatieve technologie van Flowid en Chemelot InsCiTe. Dat juist op het Limburgse industrieterrein dergelijke innovatieve projecten tot stand komen zegt wel genoeg. En het zal zeker een basis leggen voor een mooie toekomst. Toch moet ook Chemelot uitkijken dat het niet alleen een kraamkamer wordt van innovatieve technologie. Het zou mooi zijn als proefinstallaties ook in Limburg tot commerciële fabrieken gaan leiden. Met een van de proefinstallaties is dat vooralsnog niet gelukt. Het Amsterdamse technologiebedrijf Avantium dat ook een proefinstallatie heeft op Chemelot, koos afgelopen maart voor opschaling op het BASF-terrein in Antwerpen. Rotterdam, Chemelot en ook Delfzijl, ze grepen alle drie teleurgesteld mis. Als we onze scope iets verleggen, is het nog steeds geweldig dat Avantium voor de Rijn-/Schelde-delta kiest. Avantium-topman Tom van Aken vertelde vorig jaar nog te twijfelen over vestiging in Europa. En een investering in Antwerpen kan ook positieve effecten hebben voor naburige clusters en andersom. Gezonde concurrentie tussen verschillende clusters kan zeker opstuwend werken, maar laten we ook het succes vieren als andere clusters investeringen binnenhalen. Antwerpen, Gent en Geel incluis. En met elkaar praten om van elkaar te leren, werkt eveneens opstuwend. Al is het alleen maar om te begrijpen hoe die Vlamingen het de laatste tijd toch telkens weer flikken. Want naast de verwachte investering van Avantium zijn daar recentelijk meer projecten binnengehaald. Spieken mag. Doen zij ook.
Reageren? Via de mail: wim@industrielinqs.nl of via Twitter : @wimraaijen
P.S. Vanaf dit nummer wordt Petrochem gedrukt op papier van landbouwafval met een enorm verbeterde voetprint. Een volgende stap in onze circulaire ambitie. We zijn er trots op! PETROCHEM 6 - 2016 5
PET06 C commentaar.indd 5
01-06-16 13:21
FEITEN & CIJFERS
PETROCHEM 6 - 2016 6
PET06 D feiten en cijfers.indd 6
Het Nederlandse chemiebedrijf OCI Nitrogen heeft 250 treinwagons vernieuwd en aangepast. De wagons, die worden gebruikt voor het vervoer van ammoniak, zijn voorzien van een GPS-systeem en verbeterd op het vlak van veiligheid. OCI Nitrogen is wereldwijd de grootste producent van ammoniak, dat wordt gebruikt als basis voor de productie van minerale meststoffen en melamime. Alle wagons hebben nu crash buffers en beschermingsschilden, waardoor de kans op impact op de kop en staart van de wagons kleiner is of zelfs kan worden voorkomen. Dat beperkt de kans op beschadiging van de ketel waarin de ammoniak is opgeslagen. Het nieuwe GPS-systeem zorgt er voor dat de locatie van de wagons nauwkeurig kan worden bepaald en dat er zicht is op de snelheid, kilometerstand en buitentemperatuur. De GPS registreert eventuele botsingen of temperatuurfluctuaties. Door de vloot continu te monitoren kan er worden ingespeeld op vertragingen en direct actie worden ondernomen wanneer een wagon ongepland stil staat. Met het systeem kunnen zowel het bedrijf als zijn klanten ook efficiënter werken. Dat is geen overbodige luxe, want de klanten hebben weinig opslagruimte en de ammoniak wordt om die reden regelmatig en in lage hoeveelheden aangevoerd. Tot nog toe werden volumes, aankomst- en vertrektijden handmatig ingevoerd. Met de nieuwe wagons gaat dit automatisch. VNO-NCW WIL GROEN INVESTERINGSFONDS Ondernemingsorganisatie VNO-NCW wil dat Nederland forse stappen zet voor een volledige omslag naar een duurzame economie. Om dit mogelijk te maken bepleitte VNO-NCW-voorzitter Hans de Boer in mei in Nieuwsuur de opzet van een Groen Investeringsfonds. Daarmee kunnen investeringen in ambitieuze projecten voor deze energietransitie werkelijk tot stand komen. De klimaatafspraken in Parijs benadrukken de noodzaak van een snelle omslag. De opgave om in de komende decennia een vrijwel CO2-neutrale energievoorziening te realiseren, vereist enorme investeringen in alle sectoren van de economie. Het gaat hier onder meer om investeringen in duurzame energiebronnen, in de gebouwde omgeving, in de industrie en in mobiliteit en vervoer. Deze investeringen zijn kapitaalintensief, kennen een lange terugverdientijd en vragen daarom een nieuwe vorm van financiering. Hiertoe moet een groen investeringsfonds worden opgericht waarmee private langetermijn investeringen worden gefaciliteerd, waarbij publieke middelen de investeringsdrempel slechten en investeringsrisico’s verkleinen. Ook in andere landen ontstaan nu vergelijkbare groene banken. NIEUWE JOINT VENTURE VOOR LNG-MARKT Primagaz Nederland en PitPoint Clean Fuels hebben een overeenkomst getekend voor de overname van vijftig procent van de aandelen van PitPoint LNG. De hiermee gevormde joint venture gaat zich volledig richten op de exploitatie van LNG voor zee- en wegtransport en het uitbouwen van de LNG-activiteiten van beide partijen. De joint venture heeft als ambitie om op korte termijn vijf LNG-truckstations in de Benelux te bouwen en twee bunkerstations voor de binnenvaartsector. Op de middellange termijn gaan beide partijen tien truckstations ontwikkelen. PitPoint, een Nederlands bedrijf dat CNG (groengas) en LNG produceert en aanbiedt, focust zich op de bouw, het onderhoud en de exploitatie van de stations. Primagaz Nederland, onderdeel van SHV Energy, brengt expertise in met betrekking tot sourcing, handling en distributie van LNG.
FOTO: PRIMAGAZ
Uit de eerste kwartaalcijfers van 2016 van Shell blijkt een halvering van de winstcijfers vergeleken met 2015. Dit komt onder andere door de lage olieprijs en een aantal projecten die zijn uitgesteld zoals een LNG-project in Canada en het Browse LNG-project in Australië. De halvering van de gasprijzen zet een rem op investeringen, al investeert het bedrijf dit jaar nog zo’n dertig miljard dollar. Zo meldt Shell een stijging van de assets, het oliebedrijf nam in het eerste kwartaal British Gas over voor 54 miljard dollar. Mede dankzij die overname steeg de productie met zestien procent. Shell gaat verder wereldwijd nog eens 2200 banen schrappen. De overname van BG en het ineenschuiven van de twee bedrijven gaat meer arbeidsplaatsen kosten. Eerder werd verwacht dat de fusie 2800 arbeidsplaatsen zou kosten, maar dat worden er in totaal 5000. Ook in ons land verdwijnen banen, momenteel loopt daarvoor een vrijwillige vertrekregeling in ons land.
FOTO: OCI NITROGEN
OCI NITROGEN PAST TREINWAGONS AAN Solvay en Eastman Chemical Company hebben een definitieve overeenkomst ondertekend om hun joint venture Primester voor de productie van celluloseacetaat te beëindigen. Solvay verwerft daarbij Eastmans aandeel van vijftig procent in de Amerikaanse fabriek en wordt zo de volledige eigenaar. ‘Na onze samenwerking van 25 jaar, zal Solvay met deze overeenkomst de levering van celluloseacetaatschilfers op lange termijn en op de meest economische wijze blijven verzekeren voor zijn eigen productie in Duitsland, Brazilië en Rusland, terwijl het tegelijkertijd de capaciteit zal afstemmen op de vraag’, zei Philippe Rosier, President van Solvay’s Global Business Unit Acetow. Na de transactie zal Eastman de basisdiensten en grondstoffen op lange termijn leveren voor de fabriek in Kingsport, Tennessee. De overeenkomst zal waarschijnlijk in het tweede kwartaal van 2016 worden afgerond, afhankelijk van de gebruikelijke wettelijke goedkeuringen.
Blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl
01-06-16 13:20
OVERHEID INVESTEERT VIJFTIG MILJOEN IN ONTWIKKELING STARTUPS Het kabinet gaat maatregelen nemen waardoor zogenaamde startups en scale-ups sneller en makkelijker kunnen groeien. In totaal maakt de overheid hiervoor vijftig miljoen euro vrij. Daarvan wordt 27 miljoen euro beschikbaar gesteld voor een versoepeling van de gebruikelijke loonregeling voor innovatieve bedrijven. Door de versoepeling wordt het belastbare loon van directeur-grootaandeelhouders in de eerste drie jaar na de start van de onderneming op het minimumloon gesteld. Zonder deze maatregel zou dit in veel gevallen 44.000 euro moeten zijn, terwijl het ongebruikelijk is dat oprichters zichzelf in de eerste jaren zo’n salaris uitkeren. De aanpassing moet ervoor zorgen dat startups meer geld beschikbaar houden om te ondernemen en sneller te groeien. De resterende 23 miljoen euro komt beschikbaar voor private investeerders die willen investeren in startups en het midden- en kleinbedrijf. De overheid kan hierdoor tot vijftig procent mee-investeren. Deze investering sluit aan bij andere maatregelen die het kabinet heeft genomen om de toegang tot groeifinanciering voor startups en het mkb te verbeteren. De extra investering gaat in per 2017. CO2-SILO’S ALTONGEBIED EERSTE STAP NAAR ENERGIENEUTRAAL 2030 In het Altongebied, een glastuinbouwgebied in Heerhugowaard, zijn twee CO2-silo’s geplaatst en in gebruik genomen. Hiermee wordt de uitstoot van CO2 met tonnen gereduceerd. De silo’s zijn geïnstalleerd bij de bedrijven Tesselaar en Numan Paprika en zijn van het bedrijf Air Liquide Benelux Industries. De grote opslagruimten zijn gevuld met het bijproduct CO2, dat is opgevangen bij een installatie in Rozenburg en energieneutraal is omgezet in vloeibare zuivere CO2, dat kan worden toegediend aan planten. De glastuinbouwbedrijven voorkomen daarmee de zogenaamde zomerstook: het laten draaien van de gasturbines om CO2 te produceren, terwijl de warmte niet wordt benut. Door het toedienen van de vloeibare groene CO2 reduceren zowel de producent als de glastuinbouwbedrijven hun carbon footprint. Er is een toenemende vraag naar vloeibare CO2. Veel tuinders hebben moeite om genoeg CO2 te produceren om tot een gezonde wisselwerking met de gewassen te komen. Vloeibare CO2 wordt in de voedingsmiddelenindustrie gebruikt in productieprocessen en in de Nederlandse glastuinbouw bevordert het de groei en kwaliteit van gewassen. Met het plaatsen van de silo’s zijn de ondernemers in het gebied actief aan de slag gegaan met de duurzaamheidsdoelen uit de ‘Toekomstvisie Alton’, waarin ondernemers de ambitie uitspreken om in 2030 voor de teelt van gewassen geen fossiele brandstoffen meer te gebruiken . NEDERLANDS RECORD HANDEL AARDOLIEPRODUCTEN Nog nooit zijn er zoveel aardolieproducten als benzine, diesel en stookolie via Nederland verhandeld als in 2015. Zowel de in- als de uitvoer namen toe. Dat meldt CBS in een artikel over de oliestromen in de Nederlandse economie naar aanleiding van de recente dalingen van de olieprijzen. Vorig jaar is 94 miljard kilo aan aardolieproducten ingevoerd, tegen 66 miljard kilo in 2007. De uitvoer steeg in diezelfde periode van 75 miljard naar 110 miljard kilo. Dit is inclusief wederuitvoer en doorvoer. De binnenlandse productie en het verbruik van aardolieproducten stegen veel minder hard. De stijging van de invoer kwam dan ook vooral ten goede aan de internationale handel, in de vorm van wederuitvoer of doorvoer. Het gaat hier over geraffineerde aardolieproducten. Ruwe aardolie is buiten beschouwing gelaten. De toegenomen handel in olieproducten via Nederland valt samen met de groei van het aantal raffinaderijen in het Midden-Oosten en het verre oosten en sluiting van raffinaderijen in Europa. Ook wordt de handel beïnvloed door de sterke prijsbewegingen van ruwe olie. De opslag van aardoliegrondstoffen is in Nederland de laatste decennia naar recordhoogte gestegen. Hoewel ook andere factoren een rol spelen, is bij relatief lage prijzen doorgaans sprake van een grotere vraag naar opslag. Handelaren anticiperen op deze manier op hogere prijzen.
Het Duitse farmacie- en chemieconcern Bayer heeft een ongevraagd overnamebod van 55 miljard euro gedaan op de Amerikaanse producent van landbouwchemicaliën Monsanto. Door de overname zal Bayer ‘s werelds grootste producent van landbouwchemicaliën en zaden worden. De Raad van Bestuur en financiële en juridische adviseurs van Monsanto bekijken het voorstel. Het Amerikaanse bedrijf laat weten dat het nog niet zeker is dat er een deal wordt gesloten. Een consortium bestaande uit Eneco, Shell en Van Oord heeft ingeschreven op de tender van de Nederlandse overheid voor de bouw van twee windparken voor de Nederlandse kust. Het consortium heeft MHI Vestas gekozen als ‘preferred’ leverancier van de windturbines. De windenergie-tender omvat twee vergunningen voor de bouw en exploitatie van twee windparken, die ieder 350 megawatt moeten leveren, genoeg om 825.000 huishoudens van stroom te voorzien. De twee windparken, Borssele I en II, komen 22 kilometer uit de kust van Zeeland te liggen. De chemiebedrijven Chemtrix en DSM hebben een exclusieve distributieovereenkomst getekend voor 3D-geprinte continuous flow reactors. Beide partijen brengen hun expertise op het gebied van flow chemistry samen om deze innovatie mogelijk te maken voor de chemische industrie. Chemtrix gaat de reactors produceren, DSM zal de reactors verspreiden onder derde partijen. In feite zijn flow reactors, ook wel microreactors genoemd, kleine chemische fabriekjes. In tegenstelling tot batch productie verloopt hierbij het productieproces in één moeite door. Nadat de reactanten in de reactor zijn gepompt, worden deze verhit en gemengd, waarna de chemische reactie plaatsvindt. Chemtrix gaat dergelijke metalen reactors nu printen. Dat maakt maatwerk mogelijk en moet tevens de kosten van de reactors flink omlaag brengen.
PETROCHEM 6 - 2016 7
PET06 D feiten en cijfers.indd 7
01-06-16 13:20
www.moxa.com
Smart GPRS Remote I/O De ioLogik 2500 is een slim draadloos I/O apparaat met unieke hard-en software eigenschappen. Het ondersteunt HSPA/GPRS, Ethernet en seriële communicatie, en biedt derhalve uitstekende oplossingen in diverse industriële data-aquisitie toepassingen. De ioLogik bestaat uit een 4-poort unmanaged Ethernet switch, twee seriële poorten en 32 GB opslagruimte. Door een uniek concept voor I/O uitbreiding is het mogelijk meer dan 100 I/O kanalen via één I/P adres te benaderden. Er is zoveel meer over te vertellen... Meer weten? Bel 0318-636262 of bezoek www.modelec.nl
PETROCHEM 6 - 2016 8
Adv_A4_Moxa_SmartGPRS.indd 1 PET06 Advertenties.indd 8
www.modelec.nl Tel. 0318-636262 sales@modelec.nl
24-11-15 15:42 01-06-16 13:14
FEITEN & CIJFERS PROEFFABRIEK VAN FLOWID EN CHEMELOT INSCITE GEOPEND Flowid en Chemelot Institute for Science and Technology (InSciTe) hebben eind mei een proeffabriek geopend op Brighlands Chemelot Campus. Deze fabriek is een hal, die gezamenlijk door de twee bedrijven wordt gebruikt en open staat voor gebruik door derde partijen. De hal maakt deel uit van een nieuw complex van hallen, waarin verschillende bedrijven proeffabrieken vestigen. Chemelot InSciTe en Flowid zijn de eerste bedrijven die hun hal officieel openen. Flowid presenteerde een proeffabriek op basis van haar SpinPro technologie. De SpinPro-reactor is een nieuw type chemische reactor, die veel kleiner is dan traditionele reactoren, maar ook veel veiliger, efficiënter en milieuvriendelijker. In de reactor verlopen de chemische reacties in een continuproces, bij hoge druk en snelheid, met heel weinig oplosmiddel. Doordat er altijd maar een kleine hoeveelheid van de chemische stoffen in de reactor is, is de SpinPro-reactor inherent veilig. En doordat de temperatuur, de druk en de stroom nauwkeurig op de juiste waarde worden gehouden, is er veel minder ongewenst nevenproduct. Chemelot Institute for Science and Technology (InSciTe), een publiek-privaat samenwerkingsverband nieuwe stijl, opende een proeffabriek voor het opschalen van chemische processen die de ontwikkeling en productie van nieuwe biobased bouwstenen naar een hoger niveau moet brengen. De proeffabriek is een belangrijk element in de verdere vergroting van het open innovatie-ecosysteem middels het OPZuid-project ‘SCeLiO-4B’, met InSciTe als projectcoördinator. Hier werkt InSciTe samen met Biorizon, Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom, Flowid, Avantium en andere partijen om biobased innovatie te versnellen. ESSAYWEDSTRIJD BRENGT NIEUWE IDEEËN VOOR VEILIGHEID BIJ BRZO-BEDRIJVEN De essaywedstrijd van Veiligheid Voorop heeft maar liefst drie winnaars opgeleverd. De wedstrijd, een initiatief in samenwerking met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, de chemische industrie en de TU Delft, had als thema ‘Veiligheid een Kettingreactie’. De winnaars ontvingen alle drie een beurs ter waarde van 25.000 euro om de opleiding Management of Safety, Health and Environment (MoSHE) te gaan volgen. Door ideeën, ervaringen en adviezen op deze manier te delen met anderen wordt er gewerkt aan de verdere verbetering van de veiligheid in de chemieketen. Denise Harkema (Tebodin) ziet in sociale media mogelijkheden om de veiligheidscultuur binnen BRZO-bedrijven te verbeteren. Maarten de Looij (Vopak) wijdde zijn essay aan de verschillende referentiekaders die verschillende mensen hebben met het oog op veiligheid. Roy Jautze (Dana Petroleum) stelde de vraag of het bedrijf er veiliger van wordt wanneer ‘stoere mannen’ zich meer ‘soft skills’ eigen maken. Zoals voor de maatschappij als geheel, maar ook voor de situatie in de bedrijven geldt: veiligheid is gebaat bij een organisatiecultuur waarin er verschillende meningen mogen bestaan. BRENT RUWE OLIEKOERS 50 49 48
PRIJS PER VAT IN US DOLLARS
47 46 45 44 43 42 41 40
26 27
April
28
29
2
3
4
5
6
9
10
11
12
13
16
17
18
19
20
23
PERSONALIA Gerald Schotman is benoemd als de nieuwe president van het Koninklijk Instituut Van Ingenieurs (KIVI). Schotman is onderscheiden vanwege zijn prestaties als CTO bij Shell en zijn buitengewone bijdrage aan innovatie binnen Nederland. Sinds eind 2014 is hij directeur van de NAM. Schotman studeerde civiele techniek aan de TU in Delft en startte in 1985 als ingenieur-onderzoeker bij Shell in Rijswijk. Daarna vervulde hij diverse technische en commerciële functies in het buitenland. In 2006 werd hij Vice President Strategy binnen het Shell-onderdeel Exploration & Production en in 2009 werd hij Chief Technology Officer en Executive Vice President Innovatie en Research & Development. Hij werd door de vakjury van de Accenture Innovation Awards uitgeroepen tot ‘Innovator of the Year 2014’. Schotman ontving deze award omdat hij in de afgelopen jaren de hoofdpersoon achter de technologische vernieuwingen binnen Shell was en in die rol betrokken bij alle innovaties van het bedrijf. Prof. dr. Floris Rutjes is benoemd tot nieuwe voorzitter van het KNCV-bestuur. Rutjes is hoogleraar synthetisch organische chemie aan de Radboud Universiteit, waar hij zich richt op de synthese van biologisch actieve verbindingen, klikreacties en flowchemie. Hij neemt de voorzittershamer over van dr. ir. Kees de Gooijer. De nieuwe voorzitter gaat zich onder andere inzetten om de KNCV beter zichtbaar te maken in het chemische ‘krachtenveld’, naast spelers als de VNCI, Topsector Chemie en NWO-CW. Naast wetenschap, houdt de nieuwe bestuursvoorzitter zich nadrukkelijk bezig met het stimuleren van ondernemerschap. Rutjes stond mede aan de wieg van de oprichting van een landelijk netwerk van Innovation labs (iLabs), broedplaatsen bij kennisinstellingen voor nieuwe startups. In 2008 won Rutjes de prijs voor meest ondernemende wetenschapper van Nederland.
Mei
PETROCHEM 6 - 2016 9
PET06 D feiten en cijfers.indd 9
01-06-16 13:20
INTERVIEW
‘Waarom altijd roomser dan de paus?’
PETROCHEM 6 - 2016 10
PET06 O interview.indd 10
01-06-16 13:31
Het is nu twee jaar geleden dat Rein Willems zijn actieplan voor de Eemsdelta presenteerde. Er is in die tijd veel gebeurd. Positief vooral, vindt Cor Zijderveld, voorzitter van SBE. Op het gebied van gezamenlijke utilities worden stappen gezet. Google is gekomen. Energiebesparing krijgt vleugels. ‘En nergens vind je een chemiecluster met zoveel zonne-, windenergie en duurzame stoom.’ Toch is het volgens Zijderveld wel tijd voor een volgende fase.
FOTO’S: WIM RAAIJEN
Wim Raaijen
Onlangs was hij aanwezig bij een chemieclusterbijeenkomst van Topsector Chemie en de VNCI. Om de Eemsdelta te vertegenwoordigen, maar ook om inspiratie op te doen bij andere chemieclusters. Al eerder zijn verschillende clusters gedefinieerd in Nederland; Rotterdam/Moerdijk, Zeeland, Chemelot, Emmen, de Eemsdelta en nog niet lang geleden is ook Amsterdam er aan toegevoegd. Elk cluster kreeg tijdens de bijeenkomst even de gelegenheid om de voortgang te rapporteren. Cor Zijderveld deed dat als voorzitter van de Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta (SBE). Dit keer werden er twee clusters uitgelicht met een wat langere presentatie. Rotterdam/Moerdijk en Chemelot. Zijderveld was vooral benieuwd naar de presentatie van het Rotterdamse cluster. ‘Daar heeft Rein Willems een paar maanden geleden, net als eerder bij ons, een actieplan voor opgesteld.’ Zijderveld was echter teleurgesteld toen hij de ideeën van het Rotterdamse cluster aanhoorde. ‘Het was te diffuus. Ik heb het nog even met wat anderen besproken, zij hadden dezelfde mening. Er zit geen duidelijke lijn in het plan voor de Rotterdamse industrie. Ja, er worden een paar ketens en projecten gedefinieerd waar wat mee moet worden gedaan, zoals de chloorketen, een stoominfrastructuur en CCS, maar ik hoorde geen duidelijke visie waar het chemiecluster van Rotterdam en Moerdijk heen zou moeten. Het lijkt me ook niet gemakkelijk met zoveel partijen in het gebied om een duidelijke gezamenlijke visie op te stellen.’ Een reactieve opstelling ligt dan volgens Zijderveld al gauw op de loer, terwijl voor een goede toekomstvisie proactiviteit is gewenst. PETROCHEM 6 - 2016 11
PET06 O interview.indd 11
01-06-16 13:31
INTERVIEW Gezamenlijkheid Zijderveld was wel heel blij dat daarna het verhaal van het Limburgse Chemelot werd gepresenteerd. ‘Afgezet tegen het Rotterdamse verhaal was dat pas echt inspirerend. Chemelot heeft de ambitie om in 2025 ’s werelds meest duurzame materials-site te zijn in een circulaire economie. Wat misschien wel het meeste daarin aansprak, was dat het een gezamenlijke ambitie is van alle bedrijven op het voormalige DSM-terrein. OCI Nitrogen, Sabic en bijvoorbeeld Lanxess incluis. Of dat te maken heeft met de gezamenlijke DSM-historie van de meeste fabrieken op de site? Misschien wel ja. Chemelot is wellicht daardoor anders georganiseerd. In Rotterdam en ook bij ons in de Eemsdelta hebben havenbedrijven een dominante rol, onder andere bij het aantrekken van nieuwe investeringen. Bij Chemelot hebben bedrijven zelf in gezamenlijkheid die rol. Dat vind ik heel sterk. Daarbij komt dat de provincie Limburg 75 miljoen euro in dit echt duidelijke verhaal wil steken. Jaloersmakend? Groot woord misschien, maar vooral die gezamenlijkheid is wel heel inspirerend. Daar moeten wij in de
Eemsdelta ook nog meer naar toewerken.’
biostoom op het chemiepark in Delfzijl een forse stap.
Biostoom Toch is Zijderveld al heel trots op wat er de afgelopen jaren in de Eemsdelta is bereikt. Geweldig was het natuurlijk toen Google in 2014 een grote investering in een data-warehouse bekend maakte, dat straks volledig op duurzame energie draait. Voor Zijderveld is dat een onderdeel van een groter succes. ‘Ik durf wel te zeggen dat de Eemsdelta op het moment het meest duurzame industriecluster is in Nederland en misschien wel Europa. In en rond het cluster staat 120 megawatt aan windenergie en waar anders is een dertig megawatt zonnepark in aanbouw? Nergens vind je een chemiecluster met zoveel zonne-, windenergie en duurzame stoom.’ Daarnaast wordt eind dit jaar de biostoom-infrastructuur van Eneco, Groningen Seaports en AkzoNobel in gebruik genomen. ‘Een geweldig stap natuurlijk’, stelt Zijderveld. Het is volgens hem juist een hele uitdaging om de enorme warmtevraag in de industrie te verduurzamen. En dan is de inzet van
Klankbordgroep Toch ziet hij hier ook nog steeds wel mechanismen uit het verleden, die hij nog van dichtbij heeft gekend. Als voormalig site-manager van AkzoNobel weet hij als geen ander dat energiegerelateerde projecten voorheen vooral werden gekenmerkt door het zeer aanwezige chemiebedrijf. Mechanismen die er niet zo maar uit zijn te halen. ‘In mijn tijd bij AkzoNobel heb ik daar ook echt wel mee geworsteld. En nu ik alle bedrijven vertegenwoordig, vind ik het nog belangrijker om daar wat aan te doen.’ Daarbij wordt hij ook gesteund door het plan van Willems. Een van de aanbevelingen uit het plan is om tot een gezamenlijke infrastructuur te komen voor utilities. Zijderveld: ‘Die discussie loopt nog. De recent opgerichte SBE-klankbordgroep, die alle bedrijven vertegenwoordigt, speelt daarin een belangrijke rol. En ook op dit vlak verwacht ik zeker stappen in de goede richting.’
Cor Zijderveld: ‘Ik durf wel te zeggen dat de Eemsdelta op het moment het meest duurzame industriecluster is in Nederland en misschien wel Europa.’
180 graden Ronduit enthousiast is Zijderveld over de ontwikkelingen op het gebied van energiebesparing in de industrie, ook een aandachtspunt in het actieplan. Vooral de samenwerking van Groningen Seaports met het jonge bedrijf Water and Energy Solutions levert volgens hem veel interessante besparingsopties op. ‘De jonge mensen in dat bedrijf laten telkens weer zien dat veel besparingen mogelijk zijn door in industriële processen anders naar de rol van energie en water te kijken.’ Zijderveld verwijst daarbij onder andere naar spectaculaire resultaten bij BASF in Heerenveen. Herbert Fisch, directeur BASF Nederland, vertelde tijdens het Duurzaam Geproduceerd congres met trots dat Water and Energy Solutions bij de fabriek in Heerenveen 33 procent energiebesparing heeft gerealiseerd. De eerste tien procent zelfs zonder enige investering. In Delfzijl is volgens Zijderveld energietechnisch al veel geoptimaliseerd, maar de nieuwe aanpak op ‘no cure, no pay’-basis biedt nieuwe kansen. Zeker bij energie-intensieve bedrijven, zoals er verschillende zijn in Delfzijl, kunnen innovatieve energiebesparingen
PETROCHEM 6 - 2016 12
PET06 O interview.indd 12
01-06-16 13:31
nog enorme kostenbesparingen met zich meebrengen, stelt hij. Dan wordt het ook gemakkelijker om de chemische industrie, die toch als behoudend te boek staat, in beweging te zetten. ‘Veiligheid en continuïteit zijn belangrijk in de chemie. Daarom zullen ze niet gauw hun processen 180 graden omdraaien.’ Dat gebeurt bij deze aanpak wel. Utilities worden niet langer als ondersteunend gezien, maar als belangrijk onderdeel van de primaire processen. En dan blijkt er veel meer mogelijk te zijn. Een punt uit het actieplan dat nog uit de verf moet komen, is het begeleiden en stimuleren van startups. ‘Ook wat dat betreft, is de behoudende chemische industrie niet het gemakkelijkste terrein om tot innovaties te komen. Vergeet niet dat de industrie zeer kapitaalsintensief is en dat investeringen over tientallen jaren worden afgeschreven. Samen met de Rijksuniversiteit Groningen en de Hanze Hogeschool willen we toch het klimaat voor startups verbeteren.’ Industrieminister Natuurlijk zijn er de afgelopen twee jaar ook wel wat frustraties geweest. Tegenover uitbreidingsinvesteringen in de che-
‘We mogen in Nederland soms wat flexibeler en ondernemender zijn. Zoals Vlaanderen de laatste jaren.’ mie, de komst van onder andere Google, de herstart van aluminiumsmelter Aldel/ Klesch en een groot zonnepark staat dat het chemisch technologiebedrijf Avantium in maart dit jaar voor Antwerpen koos voor een zeer gewilde investering. Rotterdam, Chemelot en ook Delfzijl, ze grepen alledrie mis. Al een tijdje dongen verschillende industrieclusters naar de hand van het Nederlandse Avantium. Het bedrijf dat de biogebaseerde kunststof PEF wil produceren, sloot al eerder interessante overeenkomsten met onder andere Coca-Cola en Danone. Maar waar de eerste fabriek terecht zou komen, bleef lang onduidelijk. Avantium-topman Tom van Aken sloot vorig jaar zelfs een vestiging in de VS niet uit. Toch werden in de tweede helft van vorig jaar de geruchten steeds sterker dat Antwerpen met de investering aan de haal zou gaan. Zijderveld: ‘Ik weet bijna zeker dat het bij die keuze om geld ging. Vlaanderen heeft
een investeringsfonds van tweehonderd miljoen euro voor duurzame ontwikkeling. Ik heb begrepen dat het Belgische gewest ook in dit geval risicodragend mee investeert. Natuurlijk speelt mee dat Avantium nu gaat samenwerken met de chemiereus BASF. Dat opent deuren.’ Zijderveld vindt dat Nederland meer moet doen om dergelijke investeringen binnen te halen. ‘We maken ons hier vaak meer druk over het handhaven van de Europese regelgeving dan over de toekomst van de industrie. We mogen hier soms wat flexibeler en ondernemender zijn. Zoals Vlaanderen de laatste jaren.’ In Vlaanderen is momenteel veel meer sprake van een gerichte industriepolitiek. ‘Blijkbaar wordt daar waar nodig ook mee geïnvesteerd. Begrijp me niet verkeerd. Ik ben best te spreken over de inzet van minister Kamp, maar hij heeft natuurlijk wel een hele volle portefeuille. Een speciale industrieminister? Daar zou ik me graag sterk voor willen maken.’ PETROCHEM 6 - 2016 13
PET06 O interview.indd 13
01-06-16 13:31
Mijn operators hebben slecht zicht op mogelijke problemen. Ze moeten helder inzicht krijgen en snel geïnformeerde beslissingen kunnen nemen.
DAT KAN GEWOON Verbeter de prestaties van operations. De effectiviteit van een operator kan de fabrieksveiligheid en de procesbeschikbaarheid sterk beïnvloeden. Emerson lijnt uw operators op voor succes met eersteklas techologie, bewezen werkprocessen en begrip van het menselijk kunnen en haar beperkingen. Het DeltaV gedistribueerde besturingssysteem helpt om de stress bij operators te verminderen, menselijke fouten te vermijden, en biedt intuïtieve informatie om uw fabriek efficiënter te besturen. Beter inzicht → betere prestaties. Ga voor meer informatie naar www.emersonprocess.com/operationsperformance/
The Emerson logo is a trademark and a service mark of Emerson Electric Co. © 2016 Emerson Electric Co.
PETROCHEM 6 - 2016 14
DV_AD_YCDT_RainWiper_210mmX297mm_NL_Petrochem_v3.indd 1 PET06 Advertenties.indd 14
5/11/2016 1:01:56 AM 01-06-16 13:14
Het is voor een kleinere lidstaat in de EU heel belangrijk om gezien te worden. ‘Als Duitsland of Frankrijk iets willen, dan gebeurt dat gewoon. Wij moeten het dan op een andere manier zien te redden. En waarom moeten we altijd roomser zijn dan de paus?’ Wel vindt Zijderveld het huidige topsectorenbeleid een stap in de goede richting. ‘Het is zeker een vooruitgang. De mensen die er bij zijn betrokken, doen goed werk, maar echt, een degelijk industriebeleid gaat nog wel een stapje verder.’ Kansen De presentatie van Chemelot heeft Zijderveld verder gesterkt in zijn mening dat in de Eemsdelta nog meer een gezamenlijke en duidelijke visie moet komen voor de toekomst. ‘Na energie moeten we stappen maken op het gebied van grondstoffen. Bedrijven als BioMCN en Chemcom zijn op dat vlak momenteel volop in beweging. En er is het verhaal van Nuon dat gaat onderzoeken hoe ze overschotten duurzame energie kunnen opslaan in ammoniak. Ik wil graag met ze praten wat ze dan vervolgens met de ammoniak willen doen. Waarom opstoken bij de energieproductie, terwijl er hoogwaardigere toepassingen mogelijk zijn? Zo is er een ammoniakbehoefte bij Delamine. Het zou toch mooi zijn als die grondstof volledig duurzaam wordt geproduceerd?’ Het zou een voorbeeld kunnen worden van elektrificatie van de chemie, waarvoor volgens Zijderveld ook veel kansen liggen in het Noorden. In de directe omgeving wordt veel duurzame energie opgewekt, met de daaraan verbonden overschotten. Met elektrolyse van water is bijvoorbeeld ook waterstof te produceren. ‘Nu wordt nog vaak waterstof uit aardgas geproduceerd. Zeker als de kosten voor elektrolyse lager worden, liggen daar grote kansen voor verduurzaming.’ Bioraffinaderij Op de kortere termijn heeft Zijderveld zijn hoop vooral gericht op de komst van een bioraffinaderij met suikerbieten en hout als grondstof en de vorming van een consortium dat dit gaat oppakken. ‘Voor de komst van een bioraffinaderij zijn we zeer goed geplaceerd. In Nederland zijn er maar twee gebieden met veel
suikerbietenteelt: het Zuid-Westen en bij ons, in het Noorden. Bovendien komt er mogelijk straks tot jaarlijks anderhalf miljoen ton biomassa uit met name de Verenigde Staten en Canada binnen bij RWE, voor bijstook in de moderne kolencentrale. Logistiek is het echt geen probleem om daar straks bijvoorbeeld 2 of 2,5 miljoen ton van te maken als feedstock voor een bioraffinaderij.’ Aardbevingsgebied Allemaal plannen, ideeën en zelfs concrete stappen die misschien al vooruitlopen op de vorming van een gezamenlijke, duidelijke visie voor de industrie in de Eemsdelta. Een cluster dat ook nog eens een bijzondere uitdaging heeft. Het ligt namelijk binnen het aardbevingsgebied. ‘Er is gelukkig nog niets ernstigs gebeurd op dat vlak, maar we moeten wel alle risico’s in kaart brengen. Dat hebben we
voor de BZRO-bedrijven ongeveer rond. We zijn in een tweede fase ook volop aan het bedenken of eventueel versterking van installatiedelen nodig is. Daar zijn bijvoorbeeld andere methoden voor nodig dan in Japan en Californië. En wie betaalt daar straks de rekening van?’ De aardbevingsproblematiek speelt zelfs nog op een hoger economisch niveau. De aardgaswinning bracht voor Nederland veel geld in het laadje en voor Noord-Nederland ook de nodige werkgelegenheid. Misschien dat een florerende chemische industrie straks compensatie kan bieden voor het terugschroeven van de aardgaswinning. Het liefst natuurlijk met een gezamenlijke visie. Iets waar Cor Zijderveld zich graag voor in wil zetten, maar waar de leden van SBE ook een belangrijke rol bij zullen moeten spelen. Iets om te blijven volgen dus. ■
EEMSDELTAVISIE 2016 Save the date! Thema: ‘Nieuwe ketens voor de Eemsdelta’. Industriële ketens worden steeds belangrijker in ons streven naar een circulaire economie. Verbeteringen in efficiëntie hebben meer impact als we de hekken tussen bedrijven even wegdenken. Kijk voor meer informatie op: www.eemsdeltavisie.nl
PETROCHEM 6 - 2016 15
PET06 O interview.indd 15
01-06-16 13:31
DELTAVISIE 2016
Contractorscombinatie realiseert trainingsfabriek De plannen voor de trainingsfabriek op het RDM-terrein zijn uitvoerig besproken in de vorige Petrochem. Maar hoe wordt de fabriek gebouwd? Zeven contractors uit de regio Rotterdam hebben de handschoen opgepakt om, zodra de bouwvergunning rond is, de nieuwe trainingsfaciliteit te realiseren. Ruud Schenk, algemeen directeur van Engie Services West Industrie, vertelt namens de nieuwe combinatie meer over het bouwproces.
Mark Oosterveer
‘We gaan een oude rubberfabriek van Shell terugzetten als werkende plant, die niet gaat werken.’ Ruud Schenk schetst in een zin wat zeven contractors uit de regio de komende maanden gaan doen. Het is snel gezegd, maar het heeft even geduurd voor het zover was. Engie, Spie, Bilfinger, Stork, Mourik, Croonwolter&dros en Mammoet zullen gezamenlijk en transparant werken om de fabriek goed en zo voordelig mogelijk te bouwen. Schenk: ‘We hebben engineering nodig, ook voor een oude plant moet er worden gerekend en getekend. Er komt een flink stuk civiel werk bij kijken en daarnaast natuurlijk piping, E&I, lifting, maar ook schilder- en steigerwerk.’ Om de kosten voor het project te beperken, komt er geen compleet werkende instrumentatie en procesbesturing. ‘Als de plant klaar is, kunnen we de omgeving van een ‘live plant’ simuleren zonder de gevaren van een werkende fabriek’, aldus Schenk. Trainingsaanbod Veiligheid voor de werknemers is een belangrijke drijfveer voor de bouw van de plant. Zowel voor de initiatiefnemers als voor de asset owners en dienstverleners die er in investeren. Toen Deltalinqs de bestaande plannen voor de trainingsfabriek nieuw leven inblies, hebben Deltalinqs en VOMI het initiatief genomen om met zes opdrachtgevers en zes aannemers uit de regio om de tafel te gaan en de contouren van het plan verder door te spreken. Op zich was men het er snel over eens dat een trainingsfabriek een ideale kans biedt om werknemers te trainen in realistische, veilige en onveilige situaties die zij in de industrie tegen kunnen komen. Voor het tot stand komen van de funding was meer tijd en inspanning nodig.
Deltalinqs heeft hier veel moeite in gestoken en nadat het Rijk, de gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf Rotterdam instapten, waren ook de asset owners en contractors te bewegen. Schenk: ‘De opdrachtgevers waren eigenlijk van mening dat het trainen van werknemers een zorg was van de aannemerij. Zij wilden zeker wel bijdragen in de kosten, maar tegelijk ook zeker stellen dat wij als contractors dan deze faciliteit ook echt gaan gebruiken. En voor ons is het weer van groot belang dat de opdrachtgevers het trainingsaanbod vergelijkbaar kwalificeren als het huidige aanbod. Uiteindelijk hebben we elkaar daar goed in gevonden.’ Alliantiemodel Om de plant ook aan te laten sluiten op de behoefte van de markt, hebben de betrokken partijen een waarborgcommissie in het leven geroepen met de opdrachtgevers, VOMI, contractors en de Stichting Samenwerken Voor Veiligheid (SSVV) voor de certificering van de trainingen. Hiermee krijgen de opleidingen een waarde die er voor zorgt dat de trainingsplant ook ‘preferred supplier’ is van de aangesloten partijen. De contractors hebben zich gecommitteerd aan de plant door er ook in te investeren. Gezamenlijk is het doel om 750.000 euro mee te betalen aan de plant, wat bijdraagt aan het invullen van de oorspronkelijke begroting van 4,5 miljoen euro. Een begroting die inmiddels weer verder naar beneden is bijgesteld. De bijdrage van de zeven contractors, die de bouw verzorgen, staat in principe los van het werk dat ze uitvoeren. Schenk: ‘Het werkpakket is voor de ene aannemer een stuk groter dan voor de andere. Maar we hebben afgesproken dat we het werk uitvoeren voor een fixed bedrag
PETROCHEM 6 - 2016 16
PET06 P trainingsfabriek.indd 16
01-06-16 13:30
FOTO: WIM RAAIJEN
per discipline. Samen zullen we open en transparant om tafel gaan om steeds te kijken of we financieel nog beter op elkaar kunnen afstemmen, om zo weer kosten te drukken.’ Dit zal gebeuren in een alliantiemodel waarin Deltalinqs ook zal plaatsnemen. Schouders eronder Deltalinqs zorgt als opdrachtgever, samen met Training Event Management (TEM) die de exploitatie voor haar rekening neemt, voor een functionele specificatie van de te bouwen fabriek. Schenk: ‘Het was een rubberfabriek, maar dat is het straks niet meer. Het moet een trainingsfaciliteit worden waar geschoold en ongeschoold personeel veilig kan trainen. Het eisenpakket dat daar bij hoort, wordt door KH Engineering opgesteld. Met de bouwcombinatie zetten we de fabriek neer en leveren we hem ‘turnkey’ op.’ Om Deltalinqs in het proces te begeleiden en om te kijken of de fabriek voldoet aan de functionele specificaties, loopt er ook een specialist mee die door de asset owners voor een halve dag per week is vrijgemaakt.’ Schenk vervolgt: ‘Als we tijdig de vergunning rond hebben, willen we starten in de maand juni. Deltalinqs heeft de opleverdatum immers op het einde van dit jaar staan. Er staat dan een profes-
Schenk: ‘Iedereen heeft hier belang bij, dan is het goed om te zien dat meerdere partijen de schouders er onder zetten.’ sionele, zo goed als nieuwe oefenfabriek, waar mensen kunnen trainen en ook scholen gebruik van kunnen maken om hun studenten kennis te laten maken met fabrieksomstandigheden. Van werkvoorbereiding tot het monteren van pakkingen en flenzen. Ook elektrotechnisch werk en inbedrijfstelling moet op de plant mogelijk zijn.’ Het wordt een ‘real life’-opstelling waar mensen in echte omstandigheden hun vaardigheden kunnen verbeteren. Schenk: ‘We kunnen de plant wellicht ook inzetten om een hercertificering van
het VCA te toetsen. Na tien jaar kan je dan in de praktijk kijken of je iemand op een bepaald onderdeel verder kunt helpen, in plaats van hem of haar het praktijkboek weer in de handen te duwen.’ De gezamenlijke bouw van een trainingsfabriek past volgens Schenk goed bij de tijdgeest. ‘Iedereen heeft hier belang bij, dan is het goed om te zien dat meerdere partijen de schouders er onder zetten. Ik hoop dat dit het begin is van meerdere gezamenlijke projecten waar de belanghebbenden hun verantwoordelijkheid nemen.’ ■
DELTAVISIE 2016 Tijdens Deltavisie 2016 onderzoeken we met het thema Cluster 2.0 wat nodig is om als Nederlandse of Vlaamse industriële haven voorop te blijven lopen en nieuwe investeringen mogelijk te maken. Cees Jan Asselbergs van Deltalinqs presenteert een parallelle sessie over de trainingsplant. Informatie en aanmelden: www.deltavisie2016.nl
PETROCHEM 6 - 2016 17
PET06 P trainingsfabriek.indd 17
01-06-16 13:30
Conditiebewaking Veiligheid Maintenance Expertise - Techniek Netwerk en?
an! a e j d Mel vdo.nl www.naatschap > lidm
Deel kennis en ervaring >> word lid! Ervaar netwerken in groter verband
De Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud
houdsprofessionals biedt de NVDO een ongeëvenaard
(NVDO) is de toonaangevende branchevereniging op het
netwerk van branchegenoten. De NVDO kent diverse bran-
gebied van onderhoud. Het overdragen van kennis en het
che- en aspectgerichte secties en regionale kringen. De
realiseren en in stand houden van het grootste onder-
vereniging draagt bij aan (wetenschappelijk) on-
houdsnetwerk van Europa, ziet de NVDO als belangrijke
derzoek en brengt trends, ontwikkelingen en visies
doelstelling. Met een groeiend aantal leden van onder-
binnen de branche in kaart.
Lidmaatschap van de NVDO biedt vele voordelen • • • • • • • • • •
Professioneel netwerk op het gebied van onderhoud Kringbijeenkomsten en seminars over specifieke thema’s Cursussen over onderhoudsmanagement Studiedagen met actuele thema’s Secties en werkgroepen gericht op specifieke onderhoudsaspecten Vacaturebank Lidmaatschap van de NVDO Group op LinkedIn (wetenschappelijke) Onderzoeken NVDO Corrosie Helpdesk Jongerenboard
• • • •
NVDO Onderhoudskompas Platform Materiaalkunde (wetenschappelijke) publicaties, waaronder Visiedocumenten Kortingen op ons cursusaanbod van de NVDO Maintenance Academy • Korting op NVDO-studiedagen • (gratis) abonnement op de vakbladen iMaintain/MaintNL en MaintWorld Asset Management, Duurzaamheid en Veiligheid zijn belangrijke thema’s waaraan de NVDO regelmatig en in breder verband aandacht besteedt!
Ga naar www.nvdo.nl en meld je aan... NVDO - Lange Schaft 7G - 3991 AP Houten | Postbus 138 - 3990 DC Houten Telefoon 030 - 634 60 40 | Fax 030 - 634 60 41 | E-mail info@nvdo.nl | www.nvdo.nl
PET06 Advertenties.indd 18
01-06-16 13:14
AERZEN PROCESS GAS SOLUTIONS, DE KRITISCHE SUCCESFACTOR VOOR UW PROCES EFFICIENCY
In de chemische industrie is betrouwbare levering van procesgas cruciaal. Maar elk proces is anders en vereist speciale procesgascompressoren en -blowers. Aerzen biedt de oplossing met een omvangrijk gamma aan high-efficiency machines. Niet voor niets zijn onze compressoren en blowers eerste keus in de procesgas- en koelindustrie, waar ze keer op keer hun betrouwbaarheid en energie-efficiency bewijzen. www.aerzen.nl
WAAR EFFICIENCY CRUCIAAL IS, VERTROUWT MEN OP AERZEN PROCESS GAS SOLUTIONS. Bij Aerzen bent u zeker van de best denkbare oplossing voor uw procesgastransport. Aerzen machines zijn de benchmark in betrouwbaarheid en praktische toegankelijkheid. Ze zijn geschikt voor vrijwel elke gassoort, tailor made toe te spitsen op uw toepassing en bovenal revolutionair qua energie-efficiency.
Pierre Noack, Head of Aerzen Process Gas Solutions
“Aerzen Process Gas Solutions heeft de knowhow voor het verplaatsen en comprimeren van speciale gassen. Wij ontwikkelen toepassingen variĂŤrend van waterstof- en heliumcompressie voor gasterugwinningsprocedĂŠs tot fakkelgascompressie in BĆŒOBEFSJKFO (SPUF TQFMFST JO EF QSPDFTJOEVTUSJF vertrouwen op Aerzen, waaronder Dow Chemical, Dupont, Shell en Exxon.â€?
CASE: VRA FUEL GAS COMPRESSOR VOOR DOW TERNEUZEN Dow Terneuzen is de grootste productielocatie van Dow Chemical Company buiten de VS. Het grootschalige, geĂŻntegreerde petrochemische fabriekscomplex produceert een verscheidenheid aan chemische producten. In de ethyleenfabrieken van Dow Terneuzen zorgt een Aerzen VRa schroefcompressor sinds acht jaar onafgebroken voor de compressie van stookgas naar 14 bar. Deze VRa 436S heeft zich daarmee bewezen als zeer betrouwbaar.
Expect performance
Meer weten? Vraag vrijblijvend informatie over Aerzen Process Gas Solutions, bij Aerzen Nederland of Aerzen Belgium.
In de ethyleenfabrieken worden nafta, propaan, butaan en condensaten gekraakt. Ook worden hier ethyleen, propyleen, butadieen en benzeen geproduceerd; de CFMBOHSJKLTUF HSPOETUPĆ‹FO WPPS EF BOEFSF GBCSJFLFO op het bedrijfsterrein. Daarnaast ontstaat er onder meer stookgas, dat via een intern leidingnet wordt getransporteerd naar verschillende productielocaties op de site. Voor een uitbreiding van de productiecapaciteit wordt in 2017 een tweede, identieke Aerzen compressor in gebruik genomen.
Aerzen Nederland B.V. www.aerzen.nl Aerzen Belgium N.V. www.aerzen.be
DUURZAAMHEID
Petrochem stapt over op papier uit landbouwafval Vanaf dit nummer stapt Petrochem voor haar magazine over op papier uit landbouwafval. Na een eenmalige showcase, het septembernummer van 2015, is het uitgever Industrielinqs gelukt om met de drukker en papierleverancier een gezonde economische basis te leggen voor een definitieve overstap.
Wim Raaijen
Kwaliteitspapier en -karton uit landbouwafval is zeer goed mogelijk, laat de Nederlandse starter Paperwise zien. Het bedrijf produceert papier dat volgens onderzoek van de Universiteit van Amsterdam 47 procent minder milieu-impact heeft dan FSC-gecertificeerd papier uit houtvezel. Al eerder bracht Industrielinqs de footprint van haar magazines Duurzaam Geproduceerd, Petrochem en iMaintain naar beneden door voor dunner papier te kiezen en minder milieubelastende afwerking. Dat gebeurde binnen het kader van Duurzaam Tijdschrift 1.0, een traject dat Industrielinqs afgelegde samen met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, Papierenkarton.nl en de Koninklijke VNP. Binnen Duurzaam Tijdschrift 2.0 gingen de samenwerkende partijen vorig jaar nog een stapje verder. Door met name naar grondstoffen te kijken. Daarbij werd onder andere gekeken naar de mogelijkheden van olifantsgras, bagasse en zelfs suikerbietenpulp. Een van de mogelijkheden is ook om papier van landbouwafval te maken, via het proces van Paperwise. India Paperwise laat het papier in India fabriceren, deels vanwege de kosten, maar ook omdat het kansen biedt voor ontwikkelingslanden met veel landbouwafval. Maar directeur Peter van Rosmalen is er van overtuigd dat er ook sluitende businesscases mogelijk zijn voor Nederland. Met name in gebieden waar traditioneel veel landbouw wordt bedreven. Papier uit landbouwafval is echter vooralsnog duurder, ongeveer dertig procent. Dat heeft vooral te maken met de kleine
schaal waarop het wordt geproduceerd. Dus of de keuze voor dit soort papier slechts eenmalig is, of echt toekomst heeft, zal met name afhangen van of het grootschaliger zal worden geproduceerd. Chique Vorig jaar was daarom slechts budget om Petrochem eenmalig op het Paperwise-papier te laten drukken. Maar doordat het drukcontract eind 2015 afliep, ontstond de mogelijkheid om met de drukker en Paperwise aan tafel te gaan zitten. Alle partijen waren bereid om wat water bij de wijn te doen, waardoor er een goede economische basis is gelegd om volledig over te stappen voor alle periodieken van Industrielinqs. Dus vanaf dit nummer wordt Petrochem gedrukt op papier van landbouwafval dat er ook nog eens chique uit ziet. ■ PETROCHEM 6 - 2016 19
PET06 Q papier.indd 19
01-06-16 13:28
DELTAVISIE 2016
Samenwerken aan veiligheid Nauwe samenwerking tussen opdrachtgever en contractors op het gebied van veiligheid, kenmerkt alle drie de finalisten van de VOMI Safety eXperience Award (VOMI SXA) 2016. Zowel bij Shell Pernis, ExxonMobil in de Botlek als AEB in Amsterdam wordt op voet van gelijkheid samen gewerkt op dit niet-competitieve, maar juist zo belangrijke thema. Wel lijken er meerdere wegen naar Rome te leiden.
van opdrachtgevers is de werknemers van VOMI-leden gevraagd hoe zij veiligheid in de dagelijkse praktijk ervaren. Neemt de opdrachtgever altijd haar verantwoordelijkheid? Zijn onveilige situaties bespreekbaar? Middels dit soort vragen zijn meerdere werknemers op verscheidende functies gevraagd naar hun ervaringen. Zo geeft de VOMI een stem aan een bijzonder belangrijke groep: de mensen voor wie de mate van veiligheid letterlijk en figuurlijk van levensbelang is. In totaal zijn er 450 enquêtes afgenomen. Meerder wegen Finalisten voor de tweede editie zijn: ExxonMobil in de Botlek Rotterdam, AEB Exploitatie Amsterdam en Shell Pernis. In de afgelopen maanden is deze top drie van opdrachtgevers door een vakjury bezocht. De verantwoordelijken van de drie genomineerde opdrachtgeverlocaties verzorgen tijdens het congres een pitch over de veiligheidscultuur op hun locatie. Tijdens filmopnames op de drie locaties voor deze pitches werd het de redactie
FOTO’S: WIM RAAIJEN
Wim Raaijen
Veiligheid is al jaren een van de topthema’s, zo niet het belangrijkste aandachtspunt binnen de procesindustrie. Veiligheid Voorop, Safety First, het zijn programma’s en kreten die vaak hun oorsprong hebben op managementniveau. Maar wat merken de mensen op de werkvloer hiervan? Voor VOMI, de branchevereniging voor dienstverleners in de procesindustrie, is dit vorig jaar aanleiding geweest de VOMI Safety eXperience Award in het leven te roepen. Winnaar in 2015 was chemiebedrijf Sabic in Geleen. Het winnen van de award heeft intern bij Sabic veel betekenis gekregen. Zo werd tijdens een Europese meeting op het gebied van SHE (safety, health & environment) er verheugd op gereageerd door het Arabische senior management. Dit jaar wordt de prijs voor de tweede keer uitgereikt aan de opdrachtgever waar de veiligheidsbeleving van de monteurs en onderhoudswerknemers het hoogst is. Tijdens het industriecongres Deltavisie wordt op 16 juni in Rotterdam de winnaar bekend gemaakt. Op vijftien sites
In het Safety Center van Shell Pernis kunnen eigen medewerkers, maar ook die van contractors, in specifieke situaties worden getraind en getest.
PETROCHEM 6 - 2016 20
PET06 S VSXA.indd 20
01-06-16 13:27
van Petrochem al direct duidelijk dat bij alle drie de finalisten nauwe samenwerking met contractors op het gebied van veiligheid centraal staat. Als iedereen zich samen en ieder voor zich verantwoordelijk voelt voor veiligheid, van het management tot de medewerkers op de werkvloer, zullen ongelukken en onveilige situaties steeds minder voorkomen. Wel lijken op dat vlak meerdere wegen naar Rome te leiden. Zo lijkt een belangrijk zwaartepunt van Shell bij het Safety Center te liggen. ExxonMobil vertrouwt zeer op een uiterst systematische aanpak, terwijl bij AEB in Amsterdam de nadruk ligt op de onderlinge cohesie. Finalist 1 Shell Pernis Drie jaar geleden opende Shell Pernis als eerste binnen het wereldwijde concern een Safety Center waar eigen medewerkers, maar ook die van contractors, in specifieke situaties kunnen worden getraind en getest. Denk bijvoorbeeld aan werken op hoogte. Inmiddels heeft het initiatief bij verschillende Shell-locaties in de wereld navolging gekregen. Ook andere bedrijven zijn welkom om een kijkje te komen nemen. Veiligheid is immers een gezamenlijke verantwoordelijkheid en mag niet door onderlinge competitie op het spel staan. De situaties waarop wordt getraind, kunnen worden gewijzigd. Zo kunnen incidenten of bijna-ongelukken worden gesimuleerd, om te leren van de praktijk. Ook kunnen verschillende thema’s worden behandeld, die extra aandacht nodig hebben. Shell Pernis is er trots op dat iedereen, zeker ook de contractors, actief meedoet om het Safety Center actueel te houden en waar mogelijk de trainingen te verbeteren. Het is een gezamenlijk initiatief dat ook voortkomt uit een gezamenlijk statement op alle niveaus in de verschillende bedrijven. Zo hebben nog niet zo lang geleden alle directies van Shell Pernis en betrokken contractors hun handtekening gezet onder gemeenschappelijke doelstellingen op het gebied van veiligheid. Dat gebeurde bij een groot evenement waar alle lagen bij aanwezig waren en waarbij veiligheid op elk niveau belangrijk werd gemaakt.
Bij de geïntegreerde raffinage- en chemielocatie van ExxonMobil in de Botlek wordt veiligheid op een zeer systematische aangepakt.
Finalist 2 ExxonMobil Botlek Bij de geïntegreerde raffinage- en chemielocatie van ExxonMobil in de Botlek draait alles om systemen. Zo zit het van
origine Amerikaanse bedrijf in elkaar. Ook veiligheid wordt op een zeer systematische manier aangepakt. Daarbij draait veel om het zogenoemde Loss PETROCHEM 6 - 2016 21
PET06 S VSXA.indd 21
01-06-16 13:27
PrestatieManagement
Congres van NVDO Sectie Suto en het iMaintain platform Datum: 05|10|2016 Locatie: De Glazen Ruimte Maarssen
[SAV
E TH
E DA TE]
ON TARGET In de samenwerking tussen partijen zorgt de juiste verhouding tussen strategie, KPI’s en gedrag voor de beste prestaties. Maar wat is de juiste verhouding? Tussen sectoren en zelfs tussen bedrijven is daar een ander antwoord op. Het hangt vooral af van het gezamenlijke doel dat wordt nagestreefd. Wat is het doel en hoe blijf je On Target?
Met best practices uit de praktijk, resultaten van de NVDO Suto Benchmark en onderzoek van de Universiteit Utrecht en de Universiteit Tilburg ontdekt u wat u kunt doen aan uw strategie, KPI’s en gedrag om On Target te komen en te blijven.
Tijdens iMaintain PrestatieManagement, het congres van NVDO Sectie Suto en het iMaintain platform, wordt onderzocht wat nodig is om verder te komen.
Initiatiefnemers:
www.nvdo.nl DOELGROEP
Beslissers en verschilmakers van: • Onderhoudsintensieve bedrijven en organisaties • Aanbieders van onderhoudsdiensten • Leveranciers van technologie en onderdelen op het gebied van onderhoud • Overheden en kennisinstituten
www.imaintain.info
www.imaintain.info/prestatie PET06 22 160418Advertenties.indd iLinqs prestatiemanagement.indd 1
01-06-16 04-05-16 13:14 13:05
organisatie op basis van vertrouwen. Een organisatie waar medewerkers van zowel ExxonMobil als van contractors het prettig vinden om binnen te werken en constant het idee hebben dat er gezamenlijk, zonder onderscheid wordt gewerkt aan veiligheid.
Voor AEB in Amsterdam, dat elektriciteit en warmte produceert uit afval, is het belangrijk dat iedereen zich onderdeel van het team voelt.
Prevention System (LPS), dat voormalig Exxon-medewerker Jim Bennet dertig jaar geleden ontwierp en verbeterde binnen zijn bedrijf LPS Inc. Bij ExxonMobil in de Botlek is dit systeem 1,5 jaar geleden ingevoerd en volgens het bedrijf, dat vorig jaar ook al finalist was, werpt het momenteel al zijn vruchten af. Bij LPS draait het vooral om commu-
nicatie over veiligheid op ieder niveau in de organisatie. Continu vinden er gesprekken plaats tussen de medewerkers, die van contractors incluis. Vakmensen kunnen op die manier van elkaar leren van near misses en door elkaar bijvoorbeeld te observeren. Hoe wordt het werk gedaan en gebeurt het ook veilig? Op die manier ontstaat een
Als iedereen zich verantwoordelijk voelt voor veiligheid, zullen ongelukken en onveilige situaties steeds minder voorkomen.
Finalist 3 AEB Amsterdam Ook AEB is voor de tweede keer door de contractors naar voren geschoven als bedrijf waarbij hun medewerkers zich senang voelen. AEB wekt in het havengebied aan de westkant van Amsterdam elektriciteit en warmte op met de verbranding van huisvuil. Verschillende inwoners in Amsterdam en omgeving zullen daarom zowel toeleverancier als afnemer zijn. Voor AEB is het belangrijk dat iedereen zich onderdeel van het team voelt, ook medewerkers van contractors die wat langer in de centrale werken. Dat zou volgens het bedrijf zomaar de belangrijkste reden kunnen zijn dat AEB net als vorig jaar weer is genomineerd. Doordat contractors worden betrokken bij veel bedrijfsoverleg, onder meer als het gaat om veiligheid, voelen ze zich er ook zeer bij betrokken. Ze doen volwaardig mee. Zo kan het zijn dat contractors na een tijdje zelfs werkvergunningen kunnen afgeven. Ook kunnen zij werk stil leggen als ze het idee hebben dat er een onveilige situatie is. Nog niet zo lang geleden is dat ook gebeurd. Dat werd door het management van AEB zeer serieus genomen. Het werk werd direct stilgelegd om vervolgens maatregelen te treffen. Pas op het moment dat de situatie weer veilig was, werden de werkzaamheden weer hervat. ■
DELTAVISIE 2016 De uitreiking van de VOMI Safety eXperience Award vindt plaats op 16 juni tijdens Deltavisie 2016. Kijk voor meer informatie op: www.deltavisie2016.nl
PETROCHEM 6 - 2016 23
PET06 S VSXA.indd 23
01-06-16 13:28
UNLOCKING FUTURE FACTORIES
4-7 OKTOBER
2016 Noteer Industrial Processing vast in uw agenda. INDUSTRIALPROCESSING.NL
JAARBEURS UTRECHT
HAL 12
PARTNER
adv_IP-2016_185x132.indd 1
19-05-16 13:19
Petrochem.nl
geeft nog meer waarde voor uw geld Meer nieuws dan ooit • • • • • • • •
Actuele berichtgeving over de olie- en chemische industrie Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten en diensten Multimediale bedrijfspresentaties Tweewekelijkse Nieuwsbrief Live twitter updates LinkedIn interacted
Petrochem-abonnees krijgen meer • De nieuwste Petrochem staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.petrochem.nl en kies abonneren
Ga direct naar Petrochem.nl en blijf iedereen voor _advA5_www_petrochem.indd 43 PET06 Advertenties.indd 24
01-06-16 01-06-16 12:55 13:15
PLANT MANAGER OF THE YEAR
Wie wordt Plant Manager of the Year 2016? Wie wordt de Plant Manager of the Year 2016? Wordt het Koos Donkers van Vopak, Jeroen van Woerden van Kemira of Robert van den Kieboom van Euroliquids Europoort? Tijdens het congres Deltavisie op 16 juni wordt bekendgemaakt wie er met de titel vandoor gaat. Op onze website Petrochem.nl stellen de finalisten zich in een filmpje aan u voor en kunt u stemmen op uw favoriet.
Dagmar Aarts
Jeroen van Woerden In het filmpje is te zien dat Jeroen van Woerden zichzelf wel Plant Manager of the Year 2016 ziet worden, maar eigenlijk nog liever ‘plant van het jaar’ wordt. ‘Onze hele site heeft deze titel verdiend.’ Kemira is een Fins bedrijf dat producten maakt voor de behandeling van industriewater, zoals de papierindustrie, de olie- en mijnindustrie, maar ook het zuiveren van water van gemeenten. Met zijn team heeft Van Woerden een proces ingezet waardoor de site veiliger is geworden, een prettigere werkomgeving heeft gekregen en efficiënter is. Daarnaast heeft het management gezocht naar nieuwe partners om de site te ontwikkelen. Mede hierdoor durfde het moederbedrijf Kemira het aan om weer te investeren in Rotterdam. Er komt een nieuwe plant voor een biobased productieproces. ‘Mijn rol hierin is geweest dat
ik alles heb mogen faciliteren en mensen heb mogen enthousiasmeren’, aldus Van Woerden. Robert van den Kieboom Robert van den Kieboom (Euroliquids Europoort) vindt dat zijn nominatie voor Plant Manager of the Year 2016 bevestigt dat hij en zijn team veel voor elkaar hebben gekregen in Rotterdam waar het bedrijf vloeibare meststoffen maakt. ‘Samen met anderen heb ik bezieling gegeven aan een proces dat bijzonder is. Wij zijn een klein bedrijf, maar wat we hier hebben gedaan is ook bij grotere bedrijven te reproduceren. Anderen kunnen wat van ons leren.’ Van den Kieboom heeft een bedrijf dat vergeten was, bij de les gekregen en kan nu zelfs de norm voor de markt zijn. Negen jaar geleden produceerde Euroliquids met 25 mensen 35.000 ton eindproduct per jaar. Nu wordt met hetzelfde aantal mensen 90.000 ton per jaar geproduceerd. ‘Dat kan alleen als op alle fronten succesvol verbeteringen zijn doorgevoerd’, zegt Van den Kieboom. Koos Donkers Koos Donkers (Vopak) denkt dat hij Plant Manager of the Year kan worden, omdat hij met zijn team een aantal processen binnen het bedrijf heeft aangepakt. ‘Voor het eerst hebben we bij
Vopak een integratie van twee locaties succesvol voltooid. Vanaf 1 juli kunnen we Chemiehaven en TTR vanuit één centrale controlekamer bedienen.’ Daarnaast heeft hij ook tankopslag 2.0 bedacht en uitgevoerd. ‘We houden op een efficiënte en innovatieve manier de terminals ‘up and running’. Nu loopt een procesoperator nog met een pak papier rond, dat hoeft straks niet meer. Wij zijn bezig industriële tablets te introduceren waarop alles staat wat nodig is bij bijvoorbeeld een scheepsverlading.’ Doordat het team de processen nu heel strak neer heeft gezet, was zijn site de eerste, in ieder geval bij Vopak, die met nul overtredingen door audits heen kwam. ‘Dat is voor mij heel prettig, dat geeft rust.’ De verkiezing van de Plant Manager of the Year wordt sinds 2008 jaarlijks georganiseerd en is een initiatief van het Petrochem platform en de VNCI, in samenwerking met Deltalinqs en het Havenbedrijf Rotterdam en sinds vorig jaar ook Votob (tankopslag). De verkiezing draagt bij aan een positief imago van de Nederlandse procesindustrie door de inspanning en prestaties van plantmanagers te benoemen en te waarderen. De focus ligt op veiligheid, milieu, productiviteit, efficiëntie en duurzaamheid. ■ PETROCHEM 6 - 2016 25
PET06 T PMY.indd 25
01-06-16 13:27
GAS
Affakkelen bij oliewinning funest voor klimaat Bij de wereldwijde oliewinning komen jaarlijks miljarden kubieke meters aardgas mee omhoog uit de boorput. De olie gaat via pijpleidingen en olietankers naar raffinaderijen, maar het aardgas is vaak vooral een hinderlijk bijproduct als er geen lokale markt voor is. En dus wordt het ter plekke afgefakkeld waardoor miljoenen tonnen CO2 de atmosfeer in worden geslingerd. Plannen om dit probleem aan te pakken, komen maar moeizaam van de grond. Haks Walburgh Schmidt
Affakkelen is voor de olie-industrie een sectorbreed vraagstuk. Pas de laatste jaren komen de broodnodige initiatieven voor nuttige bestemmingen van geassocieerd aardgas van de grond. Daarbij valt te denken aan elektriciteitsproductie, LNG-productie en andere industriële processen. Bij LNG wordt het gas door afkoeling vloeibaar gemaakt, waardoor het makkelijker in grote hoeveelheden te transporteren is. Ook het weer terug in de bodem injecteren is een mogelijkheid. In het net verschenen Sustainability Report 2015 meldt Shell zijn eigen vorderingen bij het terugdringen van het affakkelen van gas in Irak, Nigeria en Maleisië. In de tien jaar tussen 2005 en 2015 heeft het bedrijf zijn eigen emissies van broeikasgassen door fakkelen bij de productie van olie of gas gehalveerd. In 2005 ging het nog 20,5 miljoen ton, in 2015 was dat naar 11,8 miljoen ton verlaagd. ‘Uit het toekennen van hun excellence award in 2015 blijkt dat de Wereldbank Shell ziet als voorloper bij het bestrijden van de problematiek in Nigeria en Irak’, zegt Shell-woordvoerder Thijs van Velzen. En hij nuanceert: ‘Shell maakt slechts twee procent van de sector uit.’ Er is nog een groot peloton overheden, producenten en instituties dat nog niet zo ver is met milieuverantwoorde maatregelen. Er is nog een lange weg te gaan.
WERELDBANK De Wereldbank speelt een leidende rol bij het terugdringen van het affakkelen door het Global Gas Flaring Reduction Partnership (GGFR). Hierin werken overheden, (inter)nationale bedrijven en instituties sinds 2002 samen aan het wegnemen van technologische en wettelijke hinderpalen. In 2030 zou affakkelen dan echt voltooid verleden tijd moeten zijn. Het aantal landen dat deelneemt, groeit.
Basra Een groot project waarbij geassocieerd gas nuttig wordt gebruikt, is opgezet bij de olievelden rond het Zuid-Iraakse Basra. Sinds 2013 is hier de Basrah Gas Company (BGC) actief, een publiek-private joint venture van South Gas Company, Shell en Mitsubishi. In heel Irak droegen slecht onderhoud door jaren van oorlog en sancties bij tot het affakkelen of weglekken van zeventig procent van de dagelijkse gasproductie. Voldoende om ruim een half miljoen Nederlandse huishoudens een jaar lang van gas te voorzien. De Wereldbank schat dat Irak hierdoor jaarlijks miljarden dollars aan inkomsten mist. Het opbouwen van een gasinfrastructuur zou rendabel zijn als het gas beschikbaar komt voor de industrie, de energievoorziening en de export. Dat is dan ook het doel van onder meer het BGC-initiatief en goed nieuws voor de schatkist van Irak. Zeker als de olieprijzen weer gaan stijgen. BGC verwerkt momenteel dagelijks ruim vijftien miljoen kubieke meter gas dat vrijkomt bij de regionale winning van olie. Vorig jaar werd al een gascentrale in gebruik genomen die het gascomplex in Khor al-Zubair volledig van elektriciteit kan voorzien, zodat geen stroom uit het lokale net hoeft te worden getrokken. En in maart is het eerste aardgascondensaat via de haven van Basra geëxporteerd. In beweging Dat gaat allemaal veel te langzaam naar de zin van Evert Hassink, campagneleider Energie bij Milieudefensie. Hij verzucht: ‘Iedereen zegt dat affakkelen schandalig is, maar er gebeurt nog veel te weinig. Er is helaas veel meer te verdienen met het aanboren van nieuwe velden dan met
PETROCHEM 6 - 2016 26
PET06 R affakkelen.indd 26
01-06-16 13:28
FOTO: ED KASHI|WORLD BANK.
het afvangen van aardgas dat bij de oliewinning naar boven komt. Wij vinden affakkelen onacceptabel. Bedrijven zouden oliebronnen waarbij geen oplossing voor het gas is, niet in productie moeten nemen voordat die oplossing er wél is.’ In 2010 publiceerde Milieudefensie zijn meest recente factsheet over affakkelen in Nigeria. Daarin verweet de organisatie de Nigeriaanse dochter van Shell (SPDC) veel te weinig te doen aan het affakkelen. Hassink is nog steeds kritisch over de voortgang in Irak. ‘Het duurt allemaal wel erg lang voordat het in beweging is gekomen.’ De beste remedie voor het affakkelen ligt volgens Milieudefensie in het zo snel mogelijk uitfaseren van fossiele brandstoffen. Giga-emissie Het affakkelen komt voor in het Midden-Oosten, Afrika en Rusland, maar ook bij de schalieoliewinning in de Verenigde Staten. De focus heeft altijd gelegen op het aanleggen van infrastructuur voor olie. Voor het geassocieerde gas was geen interesse. Er bestonden dus geen mogelijkheden om in dure afvangen verwerkingsinstallaties te investeren. Verder vindt de winning vaak in dunbevolkte gebieden plaats, zodat affakkelen een prima oplossing leek. ‘Maar als je alles bij elkaar neemt, heeft de wereld te
Peters: ‘Als je alles bij elkaar neemt, heeft de wereld te maken met een giga-emissie aan broeikasgassen door geassocieerd gas.’ maken met een giga-emissie aan broeikasgassen door geassocieerd gas, al dan niet afgefakkeld’, aldus René Peters, wetenschapper en directeur Gas Technologie van TNO. Gelukkig komt er nu serieus aandacht voor het probleem, al zijn we volgens Peters nog maar in de fase van het ‘laaghangende fruit’. Bij het in kaart brengen van de emissies, maken satellietbeelden goed zichtbaar waar de emissies plaatsvinden. Althans waar het flaring betreft. Voor methaan is nog geen goede satellietdetectie mogelijk. ‘Berucht zijn de krakkemikkige gasleidingen in Rusland. Er zijn schattingen dat er in Rusland net zo veel aardgas ongeremd weglekt in de atmosfeer als er in Duitsland jaarlijks wordt verbruikt. Dat was 97 miljard kuub in 2010. Het IPPC schat dat 25 procent van het totale broeikaseffect te wijten is aan emissies van geassocieerd gas.’ Maatregelen Technologie om het geassocieerde gas af te vangen en te verwerken, is in ontwikkeling. Al blijft het prijskaartje een forse
hinderpaal. Nationale overheden kunnen door wetgeving emissies beperken en het nuttig gebruik van onvermijdelijke emissies stimuleren. Ook belastingheffing kan effectief zijn. ‘Maar zolang de productiekosten van een vat olie in het Midden Oosten ongeveer vijf dollar zijn, voelen oliebedrijven nauwelijks noodzaak om iets aan de geassocieerde gasemissies te doen’, zegt Peters. TNO onderzoekt samen met het Russische Topchiev Instituut voor Petrochemische Synthese methoden om het geassocieerde gas om te zetten in een hoogwaardige, op benzine lijkende koolwaterstof. Dat is makkelijker te transporteren met vrachtwagens of zelfs via bestaande olieleidingen. Het Russische gas kan dan mogelijk wel rendabel worden gebruikt. De onderzoeksvraag is vooral of de technologie ook zonder veel menskracht en onderhoud in de afgelegen en onherbergzame Russische olievelden kan functioneren. Helaas is door de economische boycot van Rusland het project voorlopig in de ijskast geparkeerd. ■ PETROCHEM 6 - 2016 27
PET06 R affakkelen.indd 27
01-06-16 13:28
INNOVATIE iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
Rental
AEROWORKS ONTWIKKELT DRONE DIE KAN POETSEN De Universiteit Twente werkt samen met Europese universiteiten en bedrijven aan autonome drones voor inspectie en onderhoud van windmolens en verbrandingsovens. De partners in dit project (AEROWORKS) leggen daarbij de nadruk op fysieke interactie van drones met de omgeving. Zo ontwikkelen de projectpartners drones voor industriële reactors en mega-ovens van tientallen meters hoog. Door de hoge temperaturen en de vochtigheid treedt er vaak slijtage op en ontstaat er aanslag op de muren die naar beneden kan vallen. De autonome drones kunnen met hun arm de aanslag verwijderen en het oppervlak opschuren om vervolgens metingen uit te voeren aan de dikte van de wand van de reactor. De projectpartners kwamen in mei bijeen om algoritmes voor de drones te integreren en testen. Deze algoritmes berekenen bijvoorbeeld de verplaatsing van het massamiddelpunt van het geheel om te voorkomen dat het bewegen van de arm de drone verstoort. Er werden ook algoritmes getest voor het uitoefenen van fysieke interactie, waaronder het uitoefenen van kracht op de omgeving. ASFALT UIT BIOMASSA Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) werkt aan een project om uit biomassa banden, verpakkingen, scheepsbrandstof en asfalt te produceren. Bij het project zijn ook bandenproducent Apollo Tyres, Progression-Industry, Dura Vermeer en verpakkingsproducent PaperFoam betrokken. In het door TKI-BBE (Stichting Topconsortium voor Kennis- en Innovatie Biobased Economy) gefinancierd project ontwikkelen de partners een efficiënt proces om lignine, cellulosevezels en hemicellulosesuikers uit biomassa te scheiden. Vervolgens worden met twee van deze bestanddelen vier nieuwe toepassingen ontwikkeld: asfalt, autobanden, verpakkingen en scheepsbrandstof. Uit testen blijkt dat met de genoemde grondstoffen producten van hoge kwaliteit kunnen worden gemaakt. Daarmee is niet alleen de technologische haalbaarheid, maar ook de economische haalbaarheid veelbelovend. De verwachting is dat de projectpartners eind 2017 zo ver zijn met de ontwikkeling dat er daadwerkelijk een autoband, een verpakking, een stukje asfalt en scheepsbrandstof zijn geproduceerd. Vervolgens kunnen de projectpartners deze testen in de praktijk en zicht krijgen op de toepassingsmogelijkheden.
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
PETROCHEM 6 - 2016 28
PET06 G innovatie.indd 28
01-06-16 13:19
WHITEPAPER OVER KANSEN VAN ELEKTRIFICATIE Elektrificatie van de chemische industrie biedt kansen om de CO2-voetafdruk te reduceren en om het concurrerend vermogen te vergroten. Dit is de stellige mening van vertegenwoordigers van de chemische industrie en de energiesector. In de recent ontwikkelde whitepaper Empowering the chemical industry – Opportunitities for electrification zijn verschillende elektrificatie-routes onderzocht en is een gedetailleerde roadmap ontwikkeld. In de whitepaper wordt de status van verschillende types van elektrificatie, zoals Power-to-Heat, Power-to-Hydrogen, Power-to-Specialties en Power-to-Commodities behandeld. Om het potentieel dat elektrificatie biedt ten volle te benutten, zal een aantal bezwaren moeten worden weggenomen. Zo zijn veel toepassingen van elektrificatie economisch lastig rond te krijgen door de onduidelijkheid over het toekomstige CO2-beleid en de daarmee gepaard gaande risico’s. Daarnaast zijn fossiele grondstoffen op dit moment economisch veel aantrekkelijker, wat veel bedrijven ervan weerhoudt om op korte termijn te kiezen voor duurzame alternatieven. Om deze barrières te slechten, ontstaan in Europa op meerdere plekken ecosystemen waarin stakeholders hun belangen afstemmen en samenwerken aan technologieontwikkeling, innovatieve businessmodellen en het testen van economische haalbaarheid. TNO en ECN hebben op verzoek van de Topsector Chemie samen met industriële en academische partners het Shared Innovation Program VoltaChem opgericht om de ontwikkeling van technologie en businessmodellen op het gebied van elektrificatie te initiëren en faciliteren. Het doel: innovatie versneld tot commerciële toepassing brengen. VoltaChem nodigt bedrijven uit de chemische industrie, de energiesector en de cleantech-sector uit lid te worden om samen met stakeholders uit de gehele waardeketen businesskansen te verkennen en projecten uit te voeren die gebaseerd zijn op VoltaChem's electrification roadmap.
iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
Sloot Tankbouw
NIEUW ONDERZOEKSCENTRUM WIL DOORBRAKEN CREËREN
Begin mei ging een nieuw onderzoekscentrum officieel van start: het Advanced Research Center Chemical Building Blocks Consortium (ARC CBBC). Het centrum wil leidend worden in onderzoek naar een circulaire economie, duurzame chemische processen en schone energie. Drie onderzoekslijnen staan daarbij centraal: Energiedragers, Functionele materialen en Coatings. De partners zijn AkzoNobel, BASF, Shell, NWO, het ministerie van Economische Zaken, de Topsector Chemie en de universiteiten van Eindhoven, Utrecht en Groningen. In ARC CBBC gaan bedrijfsleven en wetenschap langdurig samenwerken aan bouwstenen die de basis van de chemische industrie fundamenteel kunnen veranderen. Binnenkort start de open inschrijving voor deelname aan projecten binnen het onderzoekscentrum. Het consortium is nadrukkelijk op zoek naar de absolute top binnen zowel wetenschap als industrie. ‘ARC CBBC moet het kloppend hart worden van het chemie-onderzoek van de toekomst’, aldus wetenschappelijk directeur prof. Bert Weckhuysen (Universiteit Utrecht).
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
PETROCHEM 6 - 2016 29
PET06 G innovatie.indd 29
01-06-16 13:19
Het Petrochem platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond de olie- en chemische industrie. Het Petrochem platform bereikt zijn doelgroep via het vakblad Petrochem, de website www.petrochem.nl, de nieuwsbrief, rondetafelbijeenkomsten, het jaarcongres Deltavisie en andere events.
PARTNERNIEUWS
PARTNERS VAN HET PETROCHEM PLATFORM
AkzoNobel opent haar grootste technologiecentrum in China AkzoNobel heeft eind mei een nieuw technologiecentrum geopend in Shanghai. Het is het grootste onderzoekscentrum van AkzoNobel in China en zal productinnovatie ondersteunen, alsmede bijdragen aan de ontwikkeling van innovatieve verven, coatings en specialty chemicals. Het centrum is uitgerust met moderne materiaalanalyse- en testfaciliteiten en zal een belangrijke rol spelen in het ondersteunen van de industrie, alsmede toekomstige markten als zonne- en windenergie. Tweede demiwaterfabriek komt op Maasvlakte 2 Steeds meer bedrijven in de Rotterdamse haven gebruiken het demiwater dat EIW via het deminet levert. Omdat de capaciteit van de demiwaterplant Botlek volledig benut is, is er een uitbreiding van de productiecapaciteit nodig. Evides Industriewater realiseert daarom een tweede demiwaterfabriek op de Maasvlakte. De start van de bouw staat gepland voor juni 2016, de oplevering voor het najaar van 2017.
HU weer duurzaamste hogeschool van Nederland Voor de vierde keer op rij mag Hogeschool Utrecht zich de duurzaamste hogeschool van Nederland noemen. De HU ontving wederom de gouden Sustainabul van studentennetwerk Morgen. Met de SustainaBuls – die jaarlijks worden uitgereikt - wil studentennetwerk Morgen duurzaamheid in het hoger onderwijs bevorderen. Deelnemende hogescholen en universiteiten leveren bewijsstukken aan van hun prestaties op de gebieden van onderwijs, onderzoek, bedrijfsvoering en in hun integrale benadering van duurzaamheid.
Bekijk alle partnerfilmpjes op petroplatform.petrochem.nl
CONTENTPARTNERS
LEDEN VAN HET PETROCHEM PLATFORM
KLEUREN: LOGO CITTĂ€ ROMANA PANTONE
CMYK
ROOD: PMS 1797 ORANJE: PMS 158 LICHT ORANJE: PMS 1505
ROOD: 5-90-75-0 ORANJE: 5-70-90-0 LICHT ORANJE: 0-30-70-0
Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het Petrochem platform, kijk dan op www.petrochem.nl of neem contact op met Mark Oosterveer: Mark@industrielinqs.nl - 020 312 2081
PET06 Platform.indd 30
01-06-16 13:29
‘EXPERTQU TES’ Ik durf wel te zeggen dat de Eemsdelta op het moment het meest duurzame industriecluster is in Nederland en misschien wel Europa. In en rond het cluster staat 120 megawatt aan windenergie en waar anders is een dertig megawatt zonnepark in aanbouw?’
De biogebaseerde economie is helemaal geen toekomstmuziek, maar eerder een behoorlijk volwassen sector die momenteel een sterke groeifase doormaakt. En dat is geen revolutie, maar eerder een natuurlijke evolutie, onder invloed van een veranderende wereld en dankzij nieuwe technologie.’
Cor Zijderveld, SBE, over de Eemsdelta in het hoofdinterview van deze Petrochem.
Wim Soetaert, InBio.be, in zijn column in deze Petrochem.
Er staat straks een professionele, zo goed als nieuwe oefenfabriek, waar mensen kunnen trainen en ook scholen gebruik van kunnen maken om hun studenten kennis te laten maken met fabrieksomstandigheden. Van werkvoorbereiding tot het monteren van pakkingen en flenzen.’ Ruud Schenk, Engie West Industries, vertelt in deze Petrochem over de contractors die een trainingsfabriek op het RDM-terrein realiseren.
Als het wegennet complex wordt, zal niemand omwille van de eenvoud wegen van de kaart vegen. Wel ontstaat er zoiets als een TomTom. Dat geldt ook voor het innovatiewegennet. Laat iedere valley, cluster, campus of ontwikkelingsmaatschappij succesvol zijn, zolang ze elkaar maar niet in de wielen rijden.’ Chris Bruijnes, InnovatieLink, in zijn expertblog op Petrochem.nl.
HET EXPERTPANEL VAN HET PETROCHEM PLATFORM BESTAAT UIT DE VOLGENDE SPECIALISTEN
PET06 Platform.indd 31
Johan Alebregtse AkzoNobel Industrial Chemicals, site director Rotterdam
Chris Bruijnes InnovatieLink, directeur
Joris Hurenkamp Havenbedrijf Rotterdam, business manager
Cor van de Linde iTanks, managing director
Dik Schipper voormalig production leader Dow Benelux
Maaike de Wit Conway & partners, advocaat
Cees Jan Asselbergs Deltalinqs, algemeen adviseur
Frans Brüning KH Engineering, business development manager
Hans Kerkhoven voormalig topman Shell Global Solutions
Michel Meertens DSM, site director
Jaap Schouten TU Eindhoven, professor
Cyril Widdershoven TNO, business development manager
Frank Beckx Essencia Vlaanderen, gedelegeerd bestuurder
Jan Van Doorslaer voormalig woordvoerder BASF Antwerpen
Cor Kloet voormalig algemeen directeur SPIE Nederland
Elsbeth Roelofs MVO Nederland, sectormanager Chemie, Internationaal MVO programma
Wim Soetaert Universiteit Gent, professor
Cor Zijderveld SBE, voorzitter
Jos Benders voormalig topman Lyondell
Niko van Gent voormalig woordvoerder Huntsman Holland
Cas König Klesch Aluminium Delfzijl, algemeen directeur
Chris Roubos Evides Industriewater, manager Sales & Marketing
Wouter Stam Flowid, managing director
Katrien Bogaerts Kaneka, production engineer
Michel Grijpink Hogeschool Utrecht, Learning & Development consultant
Henk Leegwater Lexxin, consultant
Frans Scheeren voormalig plantmanager OCI Nitrogen
René Venendaal BTG Bioliquids, algemeen directeur
Sandra de Bont VOTOB, directeur
Ronald Hoenen, DSM Dyneema, site manager
Bart Leenders Neste, managing director
Ruud Schenk ENGIE West Industrie, algemeen directeur
Roelf Venhuizen Profion, voorzitter
Jan Bout Bout&Co, partner
Eward Hofstede AVEBE, managing director operations
Frank de Leng Botlek Tank Terminal, plantmanager
Egbert Schellenberg FNV, vakbondsbestuurder procesindustrie
Steffen Walgien Tebodin, manager Engineering Oil & Gas
01-06-16 13:29
[Sch
rijf
u nu
in]
STC | ROTTERDAM | 16-06-2016
THEMA: CLUSTER 2.0 Wat is het geheim van de stevige concurrentiepositie van de procesindustrie in de Rijn/Schelde-delta? Is dat gelegen in goedkope grondstoffen of een sterk groeiende afzetmarkt in het achterland? Nee, de sterke concurrentiepositie is te danken aan efficiëntie en synergie. De voorsprong die de bedrijven in de NederlandsVlaamse Delta daarmee hebben opgebouwd is echter niet vanzelfsprekend. Juist op het vlak van efficiëntie en synergie moeten er continu stappen worden gemaakt en nieuwe samenwerkingen aangegaan om de rest voor te blijven. Tijdens Deltavisie 2016 onderzoeken we met het thema Cluster 2.0 wat nodig is om als Nederlandse of Vlaamse industriële haven voorop te blijven lopen en nieuwe investeringen mogelijk te maken. Initiatiefnemer:
Contentpartners:
Deltavisie 2016: 11.00 uur
Aanvang ochtendprogramma Welkom door dagvoorzitters Cees Jan Asselbergs (Deltalinqs) en Wim Raaijen (Petrochem) Keynote Jan van der Eijk (co-schrijver Actieplan Chemiecluster Rotterdam/Moerdijk, voormalig CTO Shell)
12.15 uur
Lunch
13.30 uur
Aanvang middagprogramma Keynote Wouter de Geest (CEO BASF Antwerpen)
14.45 uur
Pauze
15.15 uur
Parallel: master classes, business cases en VOMI SXA
16.00 uur
Korte pauze
16.15 uur
- Bijdrage PMY 2015 Ronald Hoenen (DSM Dyneema) - Columns finalisten 2016: Koos Donkers (Vopak Rotterdam Botlek), Jeroen van Woerden (Kemira Rotterdam) en Robert van den Kieboom (Euroliquids Europoort)
17.15 uur
Afsluiting dagprogramma en netwerkborrel
18.30 uur
Diner met bekendmaking Plant Manager of the Year 2016 en VOMI Safety eXperience Award 2016
Partners:
www.deltavisie2016.nl PET06 32 160412Advertenties.indd iLinqs adv Deltavisie.indd 1
01-06-16 19-04-16 13:15 09:58
ONBEVANGEN
‘Als journalisten voortdurend schrijven over complottheorieën en toxische stoffen blijven bestempelen als ‘gifgassen’, dan houdt het voor mij ook op.’
In perspectief Laatst kopte een krantenartikel het volgende: ‘Bewoners langdurig blootgesteld aan uitstoot van gevaarlijke stoffen’. Een punt dat spijtig genoeg recentelijk op meerdere situaties van toepassing kan zijn. Moerdijk? Afsluitertje open blijven staan. Oeps, wat is er weggelekt? Dordrecht? Daar blijkt de ophoping van uitgestoten stoffen ernstiger dan men ooit had vermoed. Zeer kwalijke zaken en laten we vooral niet bagatelliseren. Dit zijn zeer ernstige problemen. Industriële ongevallen van bijna on-Nederlandse aard, want wij hebben de gezondheid van de bevolking toch hoog in het vaandel staan. Context Maar waar ik me dan echt aan kan storen, is de wijze waarop de media dit soort zaken belichten. Terwijl de onderzoeken nog lopen, komen zij al met conclusies die totaal niet zijn onderbouwd en onnodig angst zaaien. De chemische industrie is per definitie de vervuiler, de overheid heeft altijd gefaald en speelt onder één hoedje met de industrie en de burger is altijd het slachtoffer. Dit laatste klopt dan nog enigszins, want er zijn burgers onnodig blootgesteld aan gevaarlijke stoffen. Maar de context wordt zelden correct weergegeven. Problemen die enige tijd geleden hebben gespeeld, worden gemeten tegen huidige maatstaven. Goed om te doen, want we leven hier en nu, maar de tijdgeest van toen moet niet vergeten worden. Beslissingen werden genomen op basis van informatie die men toen had. Van de kennis die we inmiddels hebben opgedaan en die tot andere inzichten leidt, wordt steevast verweten dat de industrie die doelbewust heeft verzwegen. Ook als daar geen onderbouwing voor is. Onderzoeken die te lang duren, zouden zijn gemanipuleerd en onbetrouwbaar zijn. De door de media zelf uitgevoerde steekproeven, die uiteraard alle wetenschappelijke onderbouwing missen, tonen namelijk dat er ongetwijfeld een doofpotaffaire gaande is. Smeuïge verhalen Mij is onlangs iets soortgelijks overkomen. Een journalist belde met enkele vragen over gevaarlijke stoffen en mijn mening over de industrie. U snapt dat ik heb geprobeerd een realistisch beeld van de Nederlandse industrie te schetsen, waarbij alles in perspectief wordt geplaatst. Want vooral dat laatste is iets waar
men hardnekkig moeite mee blijkt te hebben. Oké, ik snap ook wel dat er geen chemisch technologen bij de dagbladen werken en dat het moeilijk is voor leken om de ins en outs van de industrie te begrijpen. Chemie wordt nu eenmaal door veel mensen als complex bestempeld, omdat zij er weinig kaas van hebben gegeten, en daardoor dus met de nodige wantrouwen benaderd. Zeker als het ineens dichtbij komt. Maar als journalisten voortdurend schrijven over complottheorieën en toxische stoffen blijven bestempelen als ‘gifgassen’, dan houdt het voor mij ook op. Dan sta je dus niet open voor het gehele verhaal. Dan wil je alleen maar smeuïge verhalen schrijven die verkopen, zelfs als ze inhoudsloos en opruiend zijn. Jammer. Kwaliteit Tegelijkertijd is journalistieke vrijheid een groot goed. Het is de taak van de media om kritische vragen te stellen, onderzoek te verrichten en onbesproken onderwerpen aan het licht te brengen. Dat is iets waar ik ook zeker niet op tegen ben. Maar kwaliteit in de berichtgeving is wel op zijn plaats. Ook als het aankomt op complexe zaken. Dit is wat de kwaliteitsmedia onderscheidt van de roddelpers. Maar om even terug te komen op de krantenkop, dat kan natuurlijk ook gaan over de uitstoot van fijnstof van de Nederlandse snelwegen, de dumping van drugsafval, de hoeveelheid asbest die jaarlijks van alle daken afkomt of zelfs de ophoping van stoffen in huis bij slecht ventileren. Het hoeft niet altijd de industrie te zijn. We moeten het natuurlijk wel in perspectief blijven zien.
Chris Aldewereld is ingenieur Scheikundige Technologie en werkzaam als Adviseur Industriële Veiligheid. Aldewereld@gmail.com
PETROCHEM 6 - 2016 33
PET06 J onbevangen.indd 33
01-06-16 13:17
PETROCHEM 6 - 2016 34
PET06 X themaspread.indd 34
01-06-16 13:26
FOTO: SHELL
THEMA INVESTERINGSKLIMAAT
• De West-Europese chemische industrie staat bekend om haar keten- en kostenefficiency. Het is een belangrijke troef tegenover de voordelen van locaties elders in de wereld, zoals de VS, het Midden-Oosten en Azië. Maar hoe staat het er eigenlijk precies voor op dat vlak? Hoe sterk is de concurrentiepositie van de chemische sector in West-Europa? • Traditionele financiers, zoals banken, zijn door allerlei omstandigheden minder snel bereid om in het mkb te investeren. Als innovatief bedrijfje moet je dus op andere manieren aan financiers zien te komen. Een van die nieuwe middelen is crowdfunding.
PETROCHEM 6 - 2016 35
PET06 X themaspread.indd 35
01-06-16 13:26
MARKTPOSITIE
Lage olieprijzen bieden window of opportunity De West-Europese chemische industrie staat bekend om haar keten- en kostenefficiency. Het is een belangrijke troef tegenover de voordelen van locaties elders in de wereld, zoals de VS, het Midden-Oosten en Azië. Maar hoe staat het er eigenlijk precies voor op dat vlak? Hoe sterk is de concurrentiepositie van de chemische sector in West-Europa? Colette Alma, Jan van der Eijk en Roel De Vil geven hun mening.
Elias de Bruijne
Volgens VNCI-directeur Colette Alma werkt de Europese chemische industrie, en in belangrijke mate de Nederlandse en Belgische industrie, efficiënt op twee verschillende vlakken. Alma: ‘Ten eerste zijn de bedrijven efficiënt op het gebied van energie, grondstoffen en het gebruik van assets. Het tweede element is de zogenaamde clusterversterking, waardoor bedrijven efficiënter kunnen werken door samen te werken. Dat kan bijvoorbeeld door hergebruik van afvalstoffen van de een als grondstof voor de ander, het gezamenlijk gebruik van utilities, het gezamenlijke regelen van logistieke zaken, kennisdeling en het gezamenlijk werken aan innovaties. Op dat vlak hebben we zeker in Nederland en België een goed track record, maar er is zeker nog verbetering mogelijk en gewenst. Bedrijven hebben dat binnenshuis al gedaan en nu is het belangrijk dat het ook in de cluster gebeurt. Tussen chemische bedrijven, maar ook tussen sectoren en in de waardeketen.’ Adempauze Door ketenefficiency en clusterefficiency valt dus voordeel te behalen. Dat zal nodig zijn, want de concurrentiepositie van Europa staat onder druk. Andere locaties zoals Azië, het Midden-Oosten en de VS hebben vaak toegang tot goedkopere energie en grondstoffen. Alma: ‘Met de lage olieprijs hebben we nu een adempauze, maar wanneer die weer omhoog gaat, is de grondstoffenpositie voor ons duidelijk nadelig, aangezien we geen toegang tot schaliegas hebben. Dat betekent dat de investeringen hier moeilijker terecht komen, ook omdat Europa niet een groeimarkt heeft als bijvoorbeeld Azië. Het is een Europese zaak om goed te kijken naar toegang tot grondstoffen en energie voor zo laag
mogelijk kosten.’ Daarnaast pleit Alma voor investeringen in innovatie. ‘Operationeel loopt het goed in de chemische sector, maar de investeringen in vernieuwing stagneren. Het is belangrijk dat we op dat vlak verbeteren, want we weten dat dat nodig is, ook in verband met het klimaat. We moeten erop rekenen dat we deels over moeten gaan naar biomassa, afval of CO2 als grondstof. In welke mate we daarin slagen, bepaalt mede hoe gezond en concurrerend onze chemische sector in de toekomst is.’ Profileren Uiteraard is in de eerste plaats de industrie ervoor verantwoordelijk dat ze innovatief en efficiënt blijft, maar Alma ziet ook een rol voor de overheid. Die kan door faciliterende regels bijdragen aan een aantrekkelijk investeringsklimaat. ‘Er zouden stimulansen moeten uitgaan van de overheid, die ook geheel terecht de ambitie heeft om het klimaatprobleem aan te pakken. Het is een maatschappelijke Europese ambitie. Verder zijn er allerlei belangrijke randvoorwaarden op het gebied van logistiek, infrastructuur en de kennisindustrie waar de overheid invloed op heeft.’ Alma is niet direct bang dat bedrijven Europa meer en meer links zullen laten liggen. ‘Ze zijn niet op zoek naar de meest goedkope situatie, maar naar de meest kansrijke. Europa, en zeker Nederland en België, doen het goed op het gebied van kennisinfrastructuur, logistiek, innovatie, betrouwbaarheid van de overheid, vestigingscondities, stabiele voorziening van grondstoffen en energie en wens naar verduurzaming. We kunnen ons profileren als aantrekkelijke vestigingsplaats. Dat nemen bedrijven mee in hun totaalafweging.’
PETROCHEM 6 - 2016 36
PET06 X1 efficiency.indd 36
01-06-16 13:26
FOTO’S: BASF
Alma pleit er ten slotte voor dat de Europese chemische industrie gebruik maakt van de adempauze die er is vanwege de lage olieprijzen. ‘Ik heb er vertrouwen in dat bedrijven hier goed kunnen opereren op de korte termijn. Tegelijkertijd is dit een window of opportunity dat we moeten gebruiken om de basis voor de toekomst te leggen. We moeten innoveren en vernieuwingen aantrekken. Als we het nu niet doen, dan gaan er kansen verloren en zal onze concurrentiepositie verder afkalven.’ Risicospreiding Iemand die de afwegingen om in Europa te investeren van dichtbij kent, is Roel De Vil. De Vil is plantmanager van de nieuwe Antwerpse plant van het Japanse concern Nippon Shokubai, een van de wereldleiders op het gebied van de productie van superabsorberende polymeren. Het bedrijf streeft ernaar dat marktaandeel te behouden en investeert om die reden om de drie à vier jaar ergens ter wereld in nieuwe capaciteit. Vorig jaar investeerde het concern 350 miljoen euro in de installatie in Antwerpen, een forse investering voor een bedrijf met een omzet van drie miljard euro per jaar. De Vil legt uit waarom het bedrijf voor Antwerpen koos. ‘De bedrijfsvisie is dat we de kenmerken die we niet in de hand hebben, zoals grondstofprijzen en wisselkoersen, zo goed mogelijk willen beheersen. Dat kan alleen door risicospreiding. Naast Azië en de VS (Houston) hebben we voor Europa gekozen vanwege onder andere de kosten, de infrastructuur en de
Alma: ‘Dit is een window of opportunity dat we moeten gebruiken om de basis voor de toekomst te leggen.’ leverbetrouwbaarheid van grondstoffen en energie. Daarnaast zijn veel bedrijven geïntegreerd. De cluster van de Antwerpse haven is een enorm voordeel.’ Troef De Vil ziet de efficiency van de Europese chemische industrie als een belangrijke troef. ‘Die efficiency maakt het mogelijk kostenefficiënt te werken. Door het cluster hebben wij toegang tot grondstoffen via het ondergrondse propyleennetwerk. Als we dat bijvoorbeeld op onze site in Singapore zouden doen, liggen de investeringskosten hoger. Dat komt doordat in Antwerpen alles dicht bij elkaar ligt. Ook de logistieke infrastructuur en de verbindingen die we kunnen aangaan, zijn interessant. Lokaal zijn we in een partnership gestapt met chemieconcern Ineos. Daardoor hebben we lagere elektriciteitskosten, omdat we in hoeveelheid veel meer kunnen aankopen. Ook doen we aan co-generatie van stoom en werken we samen op het gebied van de onderhoudsinfrastructuur. Dat is een win-win samenwerking waarvan ik durf te zeggen dat die voor Nippon Shokubai buiten Azië een must is.’ Constante oefening Bedreigingen voor de concurrentiepositie van de Europese chemie zijn voor De Vil relatief. Hij ziet het verbeteren van de
sector als een constante oefening, waarbij gezocht moet worden naar efficiëntie, kostenbeheersing en mogelijkheden. De kosten op het vlak van infrastructuur, toevoer van grondstoffen en clusterverbindingen zijn interessant in vergelijking met Houston en Singapore. ‘Maar we hebben hier momenteel wel moeilijkheden met de energieprijzen, zeker in vergelijking met de VS waar schaliegas is. Aan die lage prijzen zit echter ook een keerzijde. Bedrijven investeren momenteel bijzonder veel in de VS, maar er zijn te weinig contractors om aan de vraag te voldoen. Daardoor is het vaak onzeker of de investeringen op tijd klaar zijn en vallen de kosten soms hoog uit.De investeringskosten zijn voor ons een zeer belangrijke driver.’ Flexibiliteit Als het gaat om het verbeteren van de aantrekkingskracht van Europa als vestigingsplaats voor chemische concerns, ziet De Vil graag dat de elektriciteitsprijzen dalen en de arbeidsflexibiliteit verandert. ‘We hebben ten opzichte van Houston dubbele elektriciteitsprijzen. Azië is een ander verhaal, daar is het redelijk variabel. Als het gaat om flexibiliteit van arbeid liggen we achter op Azië en Houston. In België hebben we wetten die het ons moeilijk maken. Ik heb het dan niet over langer werken, maar over PETROCHEM 6 - 2016 37
PET06 X1 efficiency.indd 37
01-06-16 13:26
Verkoop stoom- en warmwaterketels
Eco Steam Trading & Consultancy bv
www.eco-steamandheating.com +31 (0)13 583 94 40 | info@eco-steamandheating.com
STRATT+ INDUSTRIAL MANAGEMENT
Divisies:
n Industry n Safety n Technical Documentation n Aerospace Stratt+ voor technische adviezen, projecten en processen in de industrie. Extra kennis en capaciteit met persoonlijke aandacht en kwaliteit.
MAATWERK IN INDUSTRIE! Hoofdkantoor Stationsweg 45 3331 LR Zwijndrecht
PET06 Advertenties.indd 38
Vestiging Zeeland Amundsenweg 29 4462 GP Goes
T. 078 - 6120 320 I. www.stratt.nl E. welkom@stratt.nl
01-06-16 13:15
hoe we de work-life balans in verhouding kunnen brengen tot de orde van het bedrijf. Dat is een belangrijke oefening voor de toekomst en daar ligt een grote rol voor de overheid.’ De vraag van de ketenefficiëntie moeten we in het juiste perspectief zien, aldus De Vil: ‘Natuurlijk moeten we ook zorgen dat we efficiënt zijn door onszelf continu te verbeteren, maar we hebben al veel stappen gezet op dat vlak. Bovendien worden nieuwe technologieën meestal vanuit een corporate gedachte uitgewerkt. Dat gebeurt vanzelf.’ Specialties Jan van der Eijk, voormalig CTO van Shell en tegenwoordig consultant op het gebied van technologie en innovatie, schetst de situatie als volgt. ‘Als het gaat om de concurrentiepositie in het algemeen, moet je twee dingen in de gaten houden. Er is het onderscheid tussen grootschalige petrochemicals en performance dan wel speciality chemicals en er is het onderscheid tussen globaal en regionaal opererende bedrijven. Grondstofkosten, markten, kosten, politieke stabiliteit en het vestigingsklimaat zijn belangrijk voor alle bedrijven. R&D en kennisinfrastructuur zijn vooral belangrijk voor kleinschalige specialties, grote bedrijven in commodities zijn wat dat betreft niet gebonden aan één land. De politieke stabiliteit van een land, waaronder de arbeidsverhoudingen, gaat ook alle bedrijven aan. Grondstoffen en markten zijn echter de meest dominante factoren, zeker voor de zware petrochemie. Die zal daarom grotendeels gaan naar de opkomende markten zoals China en de gebieden met grondstofvoordeel, zoals de VS en het Midden-Oosten.’ West-Europa heeft zeker voordelen. Er is sprake van stabiele regelgeving, veel R&D-capaciteit voor de gespecialiseerde bedrijven en in Nederland en België is er op dat vlak een gunstig belastingregime. Bovendien hebben beide landen met Antwerpen en Rotterdam grote clusters met voordelen op het vlak van ketenintegratie, logistiek, capaciteit en toegang tot achterliggende markten. Dat is nuttig, maar meestal niet voldoende om het kostenverschil met Saudi-Arabië
of het gas in de VS te compenseren. ‘Maar wij trekken dan ook eerder de gespecialiseerde bedrijven aan dan zware petrochemie. Het is een beetje ‘horses for courses’, het verschilt per markt. Voor chemiebedrijven die gespecialiseerde producten maken, bijvoorbeeld voor de auto-industrie, is Europa een interessante markt met veel nieuwe ontwikkelingen op het vlak van auto’s, nieuwe materialen en applicaties.’ Utopie Als het Europa op het gebied van innovatie al aan slagkracht ontbreekt, dan ligt dat bij de bedrijven zelf, aldus Van der Eijk. ‘De overheid mag je op dat vlak niet overvragen. Ze kan wel een rol spelen op het gebied van regelgeving. Een wereldwijd ‘level playing field’ is een utopie, maar het zou mooi zijn als regelgeving in ieder geval op Europees niveau zo breed mogelijk wordt toegepast. Dat trekt innovatie aan. Daarnaast kan de overheid bedrijven ondersteunen als het gaat om infrastructuur. Wat betreft de kennisintensieve industrie gebeurt er al veel, zoals ondersteunen van startups en het zorgen voor goede wetenschappelijke infrastructuur.’ Energietransitie De overheid kan ook een belangrijke rol spelen bij de energietransitie, door regelgeving door te zetten en infrastructuurfondsen beschikbaar te stellen. Als de transitie verder doorzet, biedt dat ook kansen voor de regio. ‘Daarbij komen
de clusters zoals in Rotterdam weer om de hoek kijken. Bedrijven willen in een omgeving zitten waarin ze samen met anderen naar antwoorden kunnen zoeken, zoals bijvoorbeeld een gemeenschappelijk waterstofnet en het opslaan of hergebruiken van CO2. Dat zijn dingen die je fysiek in zo’n cluster kan organiseren. Ik denk wel dat die energietransitie qua impact het meest een rol speelt in de petrochemie. Bij specialties en performance chemicals is de transitie minder ingrijpend en zijn er ook grote kansen voor nieuwe innovatieve producten.’ Toekomst Wat betreft de toekomst is Van der Eijk zeker niet somber. ‘Er wordt nog steeds geïnvesteerd in bestaande fabrieken, bijvoorbeeld in Rotterdam. Het feit dat er al zo’n groot wagenpark is, is voor bedrijven reden om er geld in te blijven stoppen om het modern en concurrerend te houden. Bovendien is Europa zoals gezegd een interessant gebied voor bedrijven die in de applicaties en performance chemicals zitten. Verder liggen er kansen in de biosector. Er zijn goede mogelijkheden voor een biobased industrie, waarbij ik zelf vooral denk aan producten die meer kennisintensief zijn. Ik denk dat net als bij aardgas en olie concurrerende toegang tot biomassa een issue is. Wij hebben niet de mogelijkheden zoals in de VS en Brazilië, dus we moeten het zoeken in kennis en toegevoegde waarde.’ ■ PETROCHEM 6 - 2016 39
PET06 X1 efficiency.indd 39
01-06-16 13:26
INNOVEREN
Nieuwe manieren van investeren Traditionele financiers, zoals banken, zijn door allerlei omstandigheden minder snel bereid om in het mkb te investeren. Als innovatief bedrijfje moet je dus op andere manieren aan financiers zien te komen. Een van die nieuwe middelen is crowdfunding, waarbij het publiek helpt bij de investering door eigen geld in een bedrijf te stoppen. Het Rotterdamse Bruinsma Freriks Transport heeft met behulp daarvan zonder bank 2.500.000 euro bij elkaar gekregen voor de innovatieve mobiele ontgassingsinstallatie Don Quichot. Dagmar Aarts
Voor het mkb is het steeds lastiger om via een bank aan financiering te komen. Ook Marc Freriks van Bruinsma Freriks Transport liep daartegenaan toen hij financiering zocht voor de varende ontgassingsinstallatie Don Quichot (zie kader). ‘Ik merkte dat banken koudwatervrees hebben voor nieuwe initiatieven. Wij gaan opereren in een markt die niet bestaat, met een innovatief project, waarbij de verdienmodellen niet bekend zijn. Daar worden banken zenuwachtig van en daarom vragen ze om allerlei analyses.’ Op een gegeven moment was Freriks het zat om steeds weer nieuwe analyses te maken. Hij stelde de banken voor de keuze om het project te accepteren zoals het was of niet. Maar het risico werd te groot gevonden en hij kreeg geen geld. Uiteindelijk stelden Havenbedrijf Rotterdam en Deltalinqs via de Stimuleringsregeling Duurzame Initiatieven een miljoen euro beschikbaar. BFT financiert zelf minimaal 400.000 euro. De rest van het geld besloot Freriks via het nieuwe
iTanks Crowdfinance Portal op te halen. Via dit portal kan het havennetwerk via leningen participeren in innovatieve en snelgroeiende mkb-bedrijven, die actief zijn in de havenindustrie. Overkoepelend doel is innovaties in de havenindustrie op continue basis te versnellen en ondersteunen. Freriks: ‘Wij hebben meegedaan omdat je een vrij grote media-exposure krijgt, maar nog belangrijker is dat je mensen betrokken maakt bij jouw project.’ Vertrouwen Bij het portal is ook het crowdfinance-platform Collin Crowdfund betrokken, die de crowdfunding-actie live voor publiek heeft gezet. Het geld was volgens Jan-Willem Onink van Collin Crowdfund om twee redenen snel bij elkaar. ‘Wij vragen bedrijven altijd eerst om hun ‘inner circle’, hun eigen netwerk, te benaderen om hen de eerste kans te geven om te investeren. Dat heeft er bij de Don Quichot toe geleid dat er in de beginfase al 441.000 euro bij elkaar is
MOBIELE ONTGASSINGSINSTALLATIE DON QUICHOT De Don Quichot is een nieuwe, varende ontgassingsinstallatie voor binnenvaartschepen, chemicaliëntankers, boord/ boord-overslag en tankerterminals. Bruinsma Freriks Transport (BFT) ontwikkelde de Don Quichot mede met het oog op de aangescherpte regelgeving. Vanaf 2016 mogen binnenvaartschepen in Nederland niet langer ontgassen op de binnenwateren. De sterk vervuilende dampen worden nu nog niet afgevangen en vormen een serieuze belasting voor de luchtkwaliteit en gezondheid van omwonenden, de bemanning van de schepen en het milieu. Dankzij de innovatieve Vaporsol Vaitec-technologie kan de Don Quichot snel en effectief dampen afvangen en recyclen op locatie. Op dit moment zijn de enige alternatieven ontgassing op zee of op locatie in Moerdijk, waar een schip naartoe moet varen. Tijdens de vaar- en ontgassingsuren kunnen schepen
niet worden ingezet. Met de Don Quichot kan ruim 95 procent van de dampen op locatie worden gerecycled en bovendien twintig procent sneller. De Don Quichot stelt de Rotterdamse haven en de havenbedrijven bovendien in staat om tegemoet te komen aan de geformuleerde ‘zero-emission’-ambitie om luchtverontreiniging tegen te gaan. Diverse grote internationale olietankers hebben al aangegeven gebruik te willen maken van de Don Quichot. ‘Ons vermoeden is dat de aandacht voor schonere lucht de komende tien jaar zal groeien’, zegt Marc Freriks van BFT. De Don Quichot gaat opereren binnen een nieuwe serviceorganisatie in de haven van Rotterdam. De oprichting van deze organisatie zal de komende maanden plaatsvinden onder de naam GreenPoint Rotterdam Maritieme Service.
PETROCHEM 6 - 2016 40
PET06 X2 innoveren.indd 40
01-06-16 13:25
FOTO: BRUINSMA FRERIKS TRANSPORT
Freriks: ‘Het is mooi dat ons project veel mensen aanspreekt en dat ze snappen dat we iets moeten doen aan de luchtvervuiling.’ gebracht, waarbij het netwerk van iTanks een cruciale rol heeft gespeeld. Deze organisatie beschikt namelijk over een groot netwerk, dat via allerlei uitingen in deze financiering is geïnteresseerd. Op deze manier worden innovaties in de Rotterdamse haven door de eigen omgeving, bedrijven en individuen ondersteund.’ Nadat de eerste vier ton was binnengehaald, is de crowdfunding-actie publiekelijk aangezet. Het platform heeft zelf ook een groep investeerders aan zich gebonden, die crowdfunding zien als een waardevolle aanvulling op hun beleggingsstrategie en zoeken naar optimale spreiding. Na het live zetten van de actie, ging het snel. De resterende 659.000 euro was in 2,5 uur binnengehaald. ‘Ik had niet verwacht dat het zo vlug zou gaan’, zegt Freriks. ‘Ik denk dat het vertrouwen gaf dat we het geld uit ons netwerk al binnen hadden. Daarnaast is het rendement dat we over vier jaar uitkeren goed. Jaarlijks krijgen de investeerders een rentevergoeding van zeven procent. Dat is meer dan je bij de bank krijgt op dit moment. Het is mooi dat ons project veel mensen aanspreekt en dat ze snappen dat we iets moeten doen aan de luchtvervuiling.’
Niet voor iedereen Ook Onink denkt dat het maatschappelijk verantwoorde aspect van het project heeft aangesproken. ‘Op dit moment gaan veel schadelijke stoffen de lucht in. De doelstelling van de installatie is om dat met 95 procent te reduceren. Een geweldig uitgangspunt dat mensen graag willen steunen. Als het schip straks voorbij komt varen, kunnen investeerders zeggen: daarvan is een stukje van mij. Dan voel je je ermee verbonden.’ Maar zo’n crowdfunding-actie is niet voor elk bedrijf geschikt. Als ondernemer moet je in ieder geval bereid zijn om openheid van zaken te geven. Investeerders willen toch weten wat je visie is als ondernemer, het onderscheidende aspect van je businessmodel en de financiële staat van dienst. ‘Dit zonder de kroonjuwelen op straat te gooien’, zegt Onink. ‘Als een ondernemer dit soort zaken helemaal niet wil delen, moet je je afvragen of hij geschikt is voor crowdfunding. We krijgen ook wel eens de vraag van een bedrijf of ze anoniem een actie mogen doen, maar dat doen we niet. We zijn immers geen casino waar je op rood of zwart kunt gokken. Aan al onze aangeboden proposities gaat een stevige analyse vooraf.’
Wat voor bedrijf het is, maakt eigenlijk niet uit. De financiële experts van Collin Crowdfund hebben zeer verschillende ondernemingen aan financiering geholpen, zoals een tassenmerk, restaurants en een alternatief voor fluoride in tandpasta. Onink denkt dat crowdfunding snel geaccepteerd gaat worden als financieringsmiddel naast of in plaats van de bank. ‘Het zal vooral een vlucht gaan nemen doordat de investeerder het prettig vindt om te weten wat er met zijn geld wordt gefinancierd. Daarnaast is het een groot voordeel dat je met deze financieringsvorm exposure krijgt voor je product of dienst en dat de investeerders zich vaak ontpoppen als ambassadeurs voor je bedrijf.’ Meestal is de investering via een crowdfunding van Collin binnen een paar uur binnen. Dat is snel, te snel soms voor investeerders. Bij de Don Quichot visten daardoor een aantal geïnteresseerden achter het net. Freriks: ‘Ik ben benaderd door verschillende mensen die ’s avonds wilden kijken om te investeren en toen te laat waren. Zij hebben nu gezegd geïnteresseerd te zijn om mee te doen bij het uitrollen van ons internationale netwerk.’ De ontgassingsinstallatie gaat deze zomer beginnen met de eerste activiteiten. ■ PETROCHEM 6 - 2016 41
PET06 X2 innoveren.indd 41
01-06-16 13:25
COLUMN
‘Willems en Van der Eijk zien de biogebaseerde economie niet als een droom voor de toekomst, maar als een realiteit, hier en nu.’
Evolutie of revolutie
In de vorige Petrochem werd beschreven hoe in Rotterdam tegelijkertijd twee studies lopen: één door Jeremy Rifkin, de befaamde visionair, een andere door Rein Willems en Jan van der Eijk, beiden voormalige topmannen van Shell. De studie door Rifkin is nog niet klaar, maar zal naar verwachting vooral visionaire ideeën opleveren, waarbij het nog maar de vraag is hoe realistisch die zullen zijn. Rifkin was tien jaar geleden de grote promotor van de waterstofeconomie. Deze technologische revolutie zou de wereld veranderen, maar daar blijkt niets van geworden. Het wordt toenemend duidelijk dat die waterstofeconomie een technologisch luchtkasteel is. De studie van Willems en Van der Eijk daarentegen gaat vooral in op concrete en reële projecten die op korte termijn hun vruchten kunnen afwerpen. Interessant daarbij is dat de biogebaseerde economie wordt genoemd als één van de belangrijkste groeidomeinen voor de haven van Rotterdam. Willems en Van der Eijk zien de biogebaseerde economie niet als een droom voor de toekomst, maar als een realiteit, hier en nu. Rotterdam wordt met zijn veertien biogebaseerde fabrieken zelfs het grootste biobased cluster ter wereld genoemd. Er valt nog van alles te doen om die biogebaseerde economie verder uit te bouwen, maar de basis ligt er al, en niet sinds gisteren. Geen toekomstmuziek Deze visie sluit nauw aan bij wat ik altijd heb verkondigd: de biogebaseerde economie is helemaal geen toekomstmuziek, maar eerder een behoorlijk volwassen sector die momenteel een sterke groeifase doormaakt. En dat is geen revolutie, maar eerder een natuurlijke evolutie, onder invloed van een veranderende wereld en dankzij nieuwe technologie, waar in het bijzonder de industriële biotechnologie valt te vernoemen. Vaak worden die evoluties gewoon niet waargenomen. De politieke en media-aandacht gaat vooral naar de revoluties, waarbij uit het niets iets volstrekt nieuws wordt gecreëerd. Dat gebeurt
niet alleen zeer zelden, het is ook bijzonder moeilijk of onmogelijk te sturen en te voorspellen. Toch stel je vast dat iedereen wil inzetten op dat ene wondermiddel dat de wereld moet redden. Twintig jaar geleden was dat de kernfusie, tien jaar geleden was dat de waterstofeconomie. Gouden beloftes waar in concreto gewoon niets van werd gerealiseerd. En al die tijd is de biogebaseerde economie verder gegroeid, ook in Rotterdam. Lage olieprijs De huidige lage olieprijs heeft de ontwikkeling van de biogebaseerde economie beslist niet geholpen, sommigen stellen zelfs dat dit het einde is. In de praktijk zie je dat de ontwikkelingen gewoon doorgaan. Zo gaan Avantium en BASF in de haven van Antwerpen een fabriek voor PEF bouwen als biogebaseerd alternatief voor PET-flessen, ondanks de lage olieprijs. Veel biogebaseerde processen zijn technisch gewoonweg beter en efficiënter, hoe laag de olieprijs ook staat. Soms is er gewoonweg geen alternatief. Denk aan citroenzuur: ongeveer twee miljoen ton per jaar, waarvan drie kwart naar voeding gaat, één kwart naar technische toepassingen. Altijd al biogebaseerd geweest en daar gaat de lage olieprijs helemaal niets aan veranderen. En dat is goed, het ene sluit immers het andere niet uit. Fossiel- of biogebaseerd: maakt niet uit, als het maar werkt. Benieuwd of Jeremy Rifkin het ook zo ziet. Of komen er weer nieuwe luchtkastelen?
Wim Soetaert Prof. Wim Soetaert is verbonden aan InBio.be, expertisecentrum voor industriële biotechnologie en biokatalyse van de Universiteit Gent.
PETROCHEM 6 - 2016 42
PET06 I column.indd 42
01-06-16 13:18
02 16
Inside Inside Magazine Magazine voor voor de de biochemie biochemie
Biobenzeen kan floreren bij opkomst groen gas
PET06 BA voorplaat.indd 43
Bioraffinage-cluster moet chemie aanjagen
01-06-16 13:24
3
NIEUWS
Chemicaliën op basis van cellulose-bijproducten • Nieuwe biobrandstoffabriek in Rotterdamse haven • Saoedisch miljardenproject kan optie krijgen op plek in Antwerpse haven • Ruimte nodig voor demonstratieplant
4
7
Het is mogelijk om benzeen uit biomassa te maken. ECN en verschillende bedrijven ontwikkelen een proces dat zich op laboratoriumschaal inmiddels heeft bewezen. Om het echter rendabel te maken is straks schaalgrootte nodig.
Het bouwen van een grote bioraffinaderij is één van de speerpunten die het ontwikkelen van biobased chemie en een biobrandstof-cluster in ons kloppend economisch hart moet aanjagen. Daarnaast loert ook de Eemsdelta op een dergelijke investering.
BIOBENZEEN KAN FLOREREN BIJ OPKOMST GROEN GAS
BIORAFFINAGE-CLUSTER MOET CHEMIE AANJAGEN
Uitgave van Industrielinqs pers en platform BV Veembroederhof 7, 1019HD Amsterdam e-mail: redactie@industrielinqs.nl Algemeen directeur Wim Raaijen 020 3122 081 Uitgever Mark Oosterveer 020 3122 082
Eindredacteur Miriam Rook 020 3122 086 Liesbeth Schipper 020 3122 083 Vormgeving BureauOMA, Wehl Medewerkers Evi Husson, Broer de Boer Cover BASF
2
PET06 BB inhoud.indd 44
Advertentieverkoop Jetvertising BV Postbus 1890, 2280 DW Rijswijk t: 070 399 0000 | f: 070 390 2488 website: www.jetvertising.nl
CO LO F O N
BIOCHEM 02|16
Traffic Breg Schoen 020 3122 088 Drukwerk PreVision Graphic Solutions
02 | 16
01-06-16 13:24
CHEMICALIËN OP BASIS VAN CELLULOSE-BIJPRODUCTEN > AkzoNobel en Royal Cosun gaan chemicaliën ontwikkelen op basis van cellulose-bijproducten die afkomstig zijn uit de verwerkingsprocessen van suikerbiet. De samenwerking heeft een looptijd van minimaal achttien maanden en moet leiden tot de ontwikkeling van op biomaterialen gebaseerde producten die bijdragen aan een circulaire economie. De nieuwe grondstoffen kunnen worden gebruikt in uiteenlopende sectoren, zoals de levensmiddelenindustrie, de gezondheidszorg, de bouw en de verfindustrie.
NIEUWE BIOBRANDSTOFFABRIEK IN ROTTERDAMSE HAVEN > Het nieuwe bedrijf Lowlands Methanol is van plan een methanolfabriek te bouwen in de haven van Rotterdam. De afvalverwerkingsinstallatie moet per jaar 150.000 ton biomassa en afval gaan verwerken. Initiatiefnemer achter het project is de Rotterdamse projectontwikkelaar Heveskes Energy. In de fabriek worden hout en RDF (Refuse Derived Fuel) bewerkt en vergast. Aanvankelijk zou de installatie in Delfzijl komen te staan, maar Heveskes kreeg van de provincie Groningen geen subsidie voor de bouw van het leidingstelsel dat het geproduceerde synthesegas naar de omliggende bedrijven moest vervoeren. Begin 2015 werd besloten het project te verplaatsen naar Rotterdam. Naar verwachting is de installatie medio 2018 operationeel.
SAOEDISCH MILJARDENPROJECT KAN OPTIE KRIJGEN OP PLEK IN ANTWERPSE HAVEN > Het miljardenproject van het Saoedische ERS (Energy Recovery Systems) kan een optie krijgen op de Churchill Industrial Zone in de haven van Antwerpen. Als de raad van bestuur de ‘optie-overeenkomst’ goedkeurt, dan heeft ERS een jaar de tijd om nog openstaande vragen in het dossier in te vullen. ERS wil in Antwerpen een productie-eenheid bouwen voor groene ammoniak en groen ureum. Pas geleden maakte het Havenbedrijf bekend extra onderzoek te doen naar de plannen van ERS omdat er veel vragen zijn over de milieuimpact van de fabriek en de economische realiseerbaarheid. PwC heeft de afgelopen weken onderzoek gedaan en komt tot de conclusie dat een project binnen de circulaire economie het industriële cluster in de haven op een strategische manier kan versterken door de creatie van beschikbare feedstock. Toch zijn er een paar aandachtspunten voor ERS. Zo moet er duidelijkheid worden verschaft over
de technische projectpartners, de financiering van het project, de leveringszekerheid, de kwaliteit van het niet-recycleerbaar afval en de impact op de bestaande waste-to-energy markt.
RUIMTE NODIG VOOR DEMONSTRATIEPLANT > Het Havenbedrijf Antwerpen is op zoek naar ruimte voor een power-to-methanol demonstratieplant. Ze wil via een haveninterne bevraging te weten komen welke havengebruikers bereid zijn om op hun site een terrein van 0,5 hectare beschikbaar te stellen voor zo’n demonstratiefabriek. Het Havenbedrijf wil het petrochemische cluster in de haven versterken door in te zetten op de leveringszekerheid van energie. Daarnaast wil het de productie van geavanceerde biobrandstoffen stimuleren. Methanol heeft de potentie beide doelen te realiseren. Bovendien zou via deze nieuwe productie op termijn ook de lokale vraag naar methanol als basismolecuul voor de chemie mee worden ingevuld.
02 | 16
PET06 BC nieuws.indd 45
3
01-06-16 13:23
Biobenzeen kan floreren bij opkomst groen gas Het is mogelijk om benzeen uit biomassa te maken. ECN en verschillende bedrijven ontwikkelen een proces dat zich op laboratoriumschaal inmiddels heeft bewezen. Om het echter rendabel te maken is straks schaalgrootte nodig.
Evi Husson
In een door TKI-Biobased Economy gefinancierd project ontwikkelt ECN samen met Avantium, Catalok en Kodok een demo-proces waarmee biobenzeen uit groen gas wordt gewonnen. Met dit proces wordt het voor het eerst mogelijk om via vergassing benzeen uit een niet-fossiele bron te produceren. Een project met veel potentie. Want past men het proces standaard toe bij de productie van groen gas, dan kan het voorzien in de volledige benzeenbehoefte in Nederland. ‘Maar zover zijn we nog lang niet’, stelt Berend Vreugdenhil, verantwoordelijk voor vergassingsonderzoek binnen ECN. ‘Ongeveer tien jaar geleden zijn we begonnen met een route om biomassa om te zetten naar groen gas. De hoofdfocus lag op de productie van groen gas, hoewel dit gas ook nog componenten als etheen, benzeen en dergelijke bevatte. Geleidelijk aan werden we actief met meerdere biomassa-aanvoerroutes, gaande van lignine, houtafval tot huishoudafval. Het gas dat we produceerden, bevatte naargelang de bron meer of minder etheen, benzeen en andere componenten waardoor het besef geleidelijk groeide dat het zonde is om deze componenten zomaar ‘weg te gooien’ in een verbrandingsmotor van
een turbine of op te werken naar aardgas, als je daar al zoveel van produceert.’ Teerverwijdering De hoeveelheid biobenzeen in het groene gas bedraagt ongeveer een half tot één procent. ‘Dat lijkt misschien weinig, maar wanneer je spreekt over grote volumes, is dit zeker een hoeveelheid die de moeite loont om uit het gas te verwijderen’, stelt Vreugdenhil. ‘Het proces werkt als volgt. We hebben een vergassingsinstallatie ontwikkeld die een deel van de brandstof verbrandt waarmee je warmte produceert. De warmte wordt gebruikt in een proces om de rest van de brandstof om te zetten in gas. De meest voor de hand liggende methode om dit te doen, is via directe vergassing waarbij de verbranding en omzetting van brandstof in gas in één reactor plaatsvindt. Deze methode zorgt er echter voor dat je verbrandt met lucht waardoor je eindproduct vrij veel stikstof – zo’n 50 tot 55 procent – bevat. Daarom hebben we een vergasser ontwikkeld die beide processen gescheiden uitvoert, zogenoemde indirecte vergassing.’ Bij 850 graden wordt de brandstof verhit waardoor het in gasdeeltjes uiteenvalt. Dit gas bestaat uit koolmonoxide en waterstof, methaan en andere koolwaterstoffen en aromaten. ‘Aangezien je niet op twaalfhonderd graden Celsius, maar bij een lagere temperatuur de brandstof omzet, houd je vrij veel componenten over die je vervolgens moet gaan opwerken en waarbij je de zware teercomponenten er uit moet zien te halen. Het gas stijgt op en neemt daarbij de nog vaste deeltjes mee omhoog.’ In de ‘settling chamber’ neemt de snelheid van het gas
GASPROJECTEN IN EUROPA Een nieuwe markt creëren of actief worden in een markt die volledig duurzaam is, is een langzaam proces. Berend Vreugdenhil: ‘Voor de chemische industrie en diverse gasbedrijven biedt het perspectieven. Positief is ook dat er elders in Europa gelijkaardige projecten zijn, denk bijvoorbeeld aan de GoBiGas-installatie in Zweden, waar groen gas al wordt geïnjecteerd in het net. De
4
PET06 BD biobenzeen.indd 46
Zweden zijn verder met hun proces, maar hun technologie biedt minder mogelijkheden om benzeen te verwaarden. De noodzaak is voelbaar in meerdere landen. Diverse projecten zijn in ontwikkeling en steeds meer partijen hebben interesse in de mogelijkheden. Op deze manier sorteren we geleidelijk voor op een transitie naar duurzaam.’
02 | 16
01-06-16 13:23
af en de vaste deeltjes vallen naar beneden in de ‘downcomer’. De resterende biomassadeeltjes komen in een tweede reactor, waar deze worden verbrand. Vreugdenhil: ‘De verbrandingswarmte wordt opgenomen door een circulerend zandbed – hier blaas je bij een temperatuur van negenhonderd graden lucht doorheen, dat vervolgens de warmte weer afgeeft in de vergassingsreactor. Het gas stroomt naar de koeling en naar de reiniging. De teercomponenten worden met behulp van een olie-gaswasser uit het gas gewassen om samen met de overige vaste resten te worden verbrand. Na de teerverwijdering heb je een redelijk schoon gas dat je in principe al kunt verbranden in gasmotoren of turbines om elektriciteit op te wekken. Op dat punt bevat het gas nog benzeen. Omdat we gezien hebben dat we met de teerverwijdering ook een klein beetje benzeen verwijderen, hebben we de installatie zo geconstrueerd dat we in een tweede stap expliciet benzeen kunnen verwijderen. De benzeen wordt via een wasstap, lijkend op de teerverwijdering, maar bij iets andere condities uit het gas gehaald. Dit deel van het project hebben we twee jaar geleden met Avantium opgestart, met als doel meer waarde uit het gas halen, dus vooral benzeen (ECN) en etheen (Avantium).’ Efficiency Op labschaal heeft de installatie zijn succes inmiddels bewezen. ‘We hebben geconstateerd dat we 97 tot 98 procent van de voornamelijk benzeen(~negentig procent), dan tolueen (~tien procent) en daarnaast een kleine hoeveelheid xyleen kunnen verwijderen in een labschaalinstallatie die nog niet is geoptimaliseerd. Door verdere verfijning van het proces is een nog hogere efficiency te behalen. Let wel, het doel van de installatie is niet om via vergassing maximale benzeen te produceren. Daarvoor zijn specifieke katalysatoren en bijkomende investeringen nodig om zwavelresistent te zijn. Wij zien de installatie als een manier om groen gas te ontwikkelen, met als bijkomend positief effect de productie van benzeen en tolueen.’ Omzetten Bij het project zijn vier partijen betrokken. Avantium en ECN zijn, zoals eerder gezegd, verantwoordelijk voor de verwijdering van benzeen en etheen. Kodok kijkt naar
de markt, wie er het beste bij kan aansluiten en Catalok onderzoekt de mogelijkheid om bijvoorbeeld etheen om te zetten in benzeen of andere waardevolle componenten. Vreugdenhil: ‘Dit onderzoek is nodig aangezien niet iedere plek waar een grote installatie wordt neergezet toegang heeft tot een goede gasinfrastructuur. Benzeen kun je vloeibaar opslaan, maar etheen niet, waardoor je of een grote gasopslag moet bijbouwen, of het etheen moet weer worden gekoppeld aan een eindgebruiker of een etheennetwerk, of het moet worden omgezet in andere componenten. Die route wordt in het consortium verder onderzocht, maar de basis van het onderzoek zit wel bij etheen en benzeen.’
‘Wij zien de installatie als een manier om groen gas te ontwikkelen, met als bijkomend positief effect de productie van benzeen en tolueen.’
Ambities Rendabel is het project nog niet. Vreugdenhil: ‘Het project wordt gefinancierd door TKI-BBE, dus de middelen zijn er om de technologie verder te ontwikkelen. Maar om het rendabel te maken, zal uiteindelijk ‘economy of scale’ een belangrijke rol spelen. Uiteindelijk is het vooruitzicht voor Nederland dat er grootschalige SNG-productie gaat plaatsvinden. In deze route zal het dan ook mogelijk worden om benzeen te gaan oogsten. De benzeenverwijdering geeft dan extra inkomsten, omdat het een goede marktwaarde heeft. De schaalgrootte waarbij dit economisch interessant wordt, ligt ergens rond de 50 tot 100 MW.’ Hij vervolgt: ‘Groen gas maken doe je omdat Nederland een ambitie heeft om te verduurzamen. We gebruiken veel gas in Nederland. De overheid heeft met het Nederlandse bedrijfsleven afspraken gemaakt om te verduurzamen en targets vastgelegd die tegen 2050 vrij ambitieus zijn. Met vergisting alleen ga je dat doel niet bereiken, dus zal je dat ook met vergassing moeten doen. En daar zijn we nu volop mee bezig om dat mogelijk te maken.’ 02 | 16
PET06 BD biobenzeen.indd 47
5
01-06-16 13:23
VERGASSEN MET AFVAL ook de moeite loont om bijvoorbeeld benzeen en etheen te verwaarden. Als je dit vergelijkt met hout, is het iets minder. Wanneer je alles omzet naar methaan is er ook een goede business case te maken omdat hier subsidie op zit in Nederland. De route die je
Het project biedt kansen, niet alleen voor gasbedrijven. ‘Voor de chemische industrie is het naar mijn idee een uitgelezen kans om voorbereid te zijn op een toekomst die er gaat komen. Chemiebedrijven die benzeen en etheen nodig hebben, kunnen in de toekomst wellicht een deel van het proces verduurzamen door gebruik te maken van biobenzeen en etheen’, meent Vreugdenhil. Maar of biobenzeen kan concurreren met fossiel, is een lastig te beantwoorden vraag. ‘Het is sowieso moeilijk om vanuit groene producten te concurreren met fossiel. Via thermochemische conversie van biomassa moet je een aantal stappen extra doen ten opzichte van het naar boven halen van gas wat het sowieso duurder maakt, terwijl fossiel kan rekenen op jarenlange ervaring. Dit zorgt enigszins voor een oneerlijke concurrentiepositie. De olieprijzen zijn wel weer wat stijgende, maar nog steeds vrij laag. Dit is vermoedelijk een kwestie van tijd aangezien ik verwacht dat de olieprijzen uiteindelijk weer zullen stijgen. En misschien besluit de overheid om een hogere prijs aan CO2 te hangen zodat fossiele grondstoffen eerlijker worden belast, waardoor alle fossiele producten duurder worden. Daarmee wordt de concurrentiepositie van duurzaam beter. Als Nederland echt wil verduurzamen en daar geld voor over heeft, gaat het wel lukken.’ ▲
6
PET06 BD biobenzeen.indd 48
ontwikkelt is sterk afhankelijk van vele factoren. Er zijn meerdere routes mogelijk. Voor een goede keuze welke route wordt bewandeld, moet worden gekeken naar subsidies, lokale afzetmogelijkheden, huidige prijzen, brandstofkwaliteit, enzovoort.’
FOTO’S: AVANTIUM EN ECN
Een andere interessante ontwikkeling is het vergassen van huishoudafval dat ook veel plastic bevat. Vreugdenhil: ‘Niet alleen de concentraties etheen en benzeen gaan dan omhoog, maar ook propeen en butadieen. Het is interessant om ook die componenten te verwaarden. Als het echt gaat om afvalstromen waar plastic in zit, kan het proces er heel anders uit komen te zien, maar ook daar liggen voor de chemische industrie wellicht in de toekomst kansen. Veel van de monomeren worden gebruikt om uiteindelijk plastics van te maken.’ Wanneer SRF (Solid Refused Fuel), een fractie biogene en plastic uit huishoudafval wordt vergast, bevat het ruwe gas vooral deze componenten. Dit kun je omzetten in één eindproduct. Vreugdenhil: ‘Als je kijkt naar de waarde kun je concluderen dat het
02 | 16
01-06-16 13:23
Bioraffinage-cluster moet chemie aanjagen Soms is niet de wens, maar juist de noodzaak de vader van de gedachte. De boodschap in het actieplan van het Kernteam Versterking Industriecluster Rotterdam-Moerdijk is dan ook helder en kort: ‘Pak de petrochemie Rotterdam snel aan’. Het bouwen van een grote bioraffinaderij is één van de speerpunten die het ontwikkelen van biobased chemie en een biobrandstof-cluster in ons kloppend economisch hart moet aanjagen. Daarnaast loert ook de Eemsdelta op een dergelijke investering.
FOTO'S: SHELL EN WIM RAAIJEN
Broer de Boer
‘Het energie-intensieve chemie- en raffinaderijcluster in Rotterdam en Moerdijk staat onder druk.’ Daarmee opent het visie- en actieplan, geschreven onder leiding van Rein Willems. Het toekomstbeeld lijkt niet goed en er moet een nieuwe koers uitgezet worden. Al eerder hief de voormalige president-directeur Shell Nederland zijn waarschuwende vinger op. ‘Ondernemen we geen actie, dan volgt sluiting van de ene na de andere fabriek in de komende 25 jaar.’ Het scenario dat hij schetst is dan ook inktzwart. ‘Komt er geen actie, dan verwordt het Rotterdamse petrochemische cluster tot een ‘dying industrial centre’.’ Ten slotte is de concurrentie met de petrochemie in de Verenigde Staten, het Midden-Oosten en Azië heftig. Maar ook de steeds grotere wordende Europese druk om CO2-neutraal te produceren is zorgwekkend voor de
02 | 16
PET06 BE bioraffinaderij.indd 49
7
01-06-16 13:21
gezondheid van ons kloppend economisch hart: veertig procent emissiereductie in 2030 en 80 tot 95 procent in 2050, ten opzichte van 1990. Lichtpunten Maar er zijn ook lichtpunten. De uitgangspositie van het industriecluster in de Rijn-Maas-Schelde-delta is goed genoeg om uitdagingen het hoofd te bieden. Vernieuwingskracht, zoals in de ontwikkelende biobased chemie en productie van biobrandstof is wel degelijk aanwezig. En de oude kernwaarden? Nog steeds zijn de kwalificaties gunstige ligging, goede infrastructuur en hoge arbeidsproductiviteit valide. Meer dan we ons realiseren kan juist de beschikbaarheid en de overslag van groene grondstoffen de basis vormen van een toekomstbestendig en duurzaam industriecluster in Rotterdam en Moerdijk. Voor het industriecluster zijn vier interessante platformmoleculen geïdentificeerd, die uit nieuwe grondstoffen kunnen worden geproduceerd: koolmonoxide/synthesegas, bio-aromaten, glucose en ethanol afkomstig uit de tweede generatie biomassa en huishoudelijk afval. Rotterdam heeft op dit gebied overigens, zoals het kernteam ook vermeldt, een voorsprong op andere gelijksoortige industrieclusters in de wereld, want er is al een groot biobased cluster aanwezig. Er zijn vier plantaardige olieraffinaderijen met een capaciteit van 2,3 miljoen ton per jaar, vier biobrandstof-fabrieken (2 miljoen ton per jaar), twee biochemie-fabrieken (0,5 miljoen ton per jaar), drie energiecentrales die biomassa bijstoken en een energiecentrale op basis van afval. Jaarlijks bedraagt de overslag in Rotterdam 8 miljoen ton plantaardige olie, 3,5 miljoen ton biobrandstoffen, 10 miljoen ton aan agribulk, een miljoen ton ligno-cellulose biomassa en 1,5 miljoen ton afval. Investeringen Het ontwikkelen van een bioraffinage-cluster op basis van de tweede generatie biomassa is de grote uitdaging om het Rotterdamse havengebied voort te stuwen. Daarbij kan uit de aangevoerde biomassa glucose voor chemietoepassingen en ethanol voor biobrandstoftoepassingen worden geraffineerd en de lignine die - nu nog - zonder nuttige toepassing overblijft, wordt omgezet in energie. Van belang hiervoor zijn: de aanwezigheid importfaciliteiten voor biomassa en de bijstookfaciliteiten zoals in kolencentrales en de bedrijven die waardevolle suikers kunnen omzetten in biobrandstoffen. Rotterdam is hiervoor met de aanwezigheid van chemiebedrijven, producenten van biobrandstoffen en energiebedrijven een logische plek. Echter, de benodigde hoeveelheden om die biobased economie verder te ontwikkelen, zijn groot. In het actieplan wordt gesteld dat deze in Nederland in onvoldoende mate aanwezig zijn, zodat import noodzakelijk is. Rotterdam zou zich - volgens het actieplan - vooral op het importeren van tweedegeneratie biomassa van hout moeten richten. Dat kan door torrefactie (het roosteren van biomassa in een reactor zonder zuurstof op hoge 8
PET06 BE bioraffinaderij.indd 50
temperaturen, red.) dan samengeperst in houtchips of houtpellets efficiënt worden vervoerd. Andere bronnen, zoals agrarisch afval en stro, laten zich niet goed over grote afstanden vervoeren. Raffinage dicht bij de bron is hiervoor lucratiever.
Zijderveld: ‘Voor groene investeringen is steun nodig. Anders krijg je het niet van de grond.’ Kortom, bedrijven moeten hun eigen voorzieningen voor energie, rest- en afvalstoffen en afvalzuivering bundelen in een bioraffinage-cluster en daarnaast inzetten op chemie- en brandstofproductie op basis van biomassa, zoals houtsnippers. Daarvoor is een grote bioraffinaderij nodig die in 2018 moet worden gebouwd. Daarmee is een investering gemoeid van vijfhonderd tot achthonderd miljoen euro. Ruud Melieste van het Havenbedrijf Rotterdam zegt over de actuele ontwikkelingen: ‘We spreken met verschillende partijen om te kijken of en hoe we een dergelijke bioraffinaderij van de grond kunnen krijgen. De locatie en aansluiting op andere bedrijven en utilities zijn hier erg aantrekkelijk, maar met de huidige lage olieprijzen en goedkope CO2-uitstootrechten is het niet eenvoudig zo’n grote investering rond te rekenen. Namen van partijen maken wij niet bekend.’ Businesscase Toch lijkt het erop dat een businesscase de bouw van een nieuwe bioraffinaderij in de Rotterdamse Haven dichterbij te brengt. Dat is die van Havenbedrijf Rotterdam, biochemisch concern Corbion en de energiebedrijven Uniper en RWE. Het Iso-Butanol Platform Rotterdam (IBPR) publiceerde media april 2016 berekeningen dat het technisch haalbaar is een dergelijke fabriek in het Rotterdamse havengebied te bouwen voor de productie van isobutanol. De terugverdientijd van de bioraffinaderij zou zes jaar zijn. Een uitgebreide life cycle assessment (LCA) toont aan dat de productie van isobutanol uit biomassa duurzamer is dan isobutanol vanuit fossiele grondstoffen. Het gebruik van niet-hernieuwbare energie is bijvoorbeeld 45 procent lager en de emissie van broeikasgassen is 25 procent lager. Wat de volgende stappen
02 | 16
01-06-16 13:21
BIORAFFINAGE LEEFT Dat bioraffinage in Nederland leeft blijkt onder meer uit het feit dat de overheid in juli 2010 in het kader van de TERM Bioraffinage Regeling (LNV, 2010) twaalf pilot-/demonstratieprojecten heeft gesteund ter waarde van tien miljoen euro. In ieder van deze innovatieve projecten werkten bedrijven en kennisinstellingen samen aan verschillende bioraffinage-vormen. De projecttitels waren: • Groene chemische bouwstenen voor polymeren. • Chemische bouwstenen uit biomassa. • The unbeatable beet: bioraffinage van bieten. • Groene aardolie via pyrolyse. • Productie van melkzuur uit cyanobacteriën. • Terugwinnen van stikstof, fosfor en kalium uit organische reststromen.
zijn bij het daadwerkelijk uitwerken en detailleren van het businessplan voor een proeffabriek is niet bekend gemaakt. Trekkers interesseren De rapportage van het kernteam geeft nog een advies. Om bioraffinage goed van de grond te laten komen, is het nodig om een trekker te identificeren die bereid is zo’n installatie te laten functioneren. Bij de huidige lage olieprijs is dat voor de marktpartijen echter onrendabel. Een nog op te richten publiek-privaat consortium zou een stimuleringspakket voor een investeerder in een bioraffinaderij moeten samenstellen. Dat moet instappen aantrekkelijker maken voor potentiële trekkers. Het moet ook uitwijzen of een biobased cluster dat geïmporteerde tweedegeneratie biomassa verwerkt, kan concurreren met verwerking aan de bron van biomassa gevolgd door export van halffabricaten. Het geheel is complex en de urgentie om de bestaande industriële activiteiten te optimaliseren en het industriecluster te vernieuwen, is groot. Eemsdelta Er zijn echter meer kapers op de kust om een bioraffinaderij in het industriële cluster op te nemen. Zo is de Eemsdelta in Nederland bij uitstek de plek van waaruit een sterk agro-, chemie- en energiecluster een nieuwe biobased economy kan doen ontstaan, gericht op nieuwe biobased grondstoffen voor de chemie. In 2014 schreef de Commissie Willems ook voor dit gebied een actie-adviesplan ‘Chemiecluster op Stoom’. Ook in dit plan is de bouw van bioraffinaderijen een van de speerpunten. In de Eemsdelta zou in 2019 een fabriek moeten functioneren die afval omzet in syngas, een grondstof voor onder meer methanol. In 2020 zou een bioraffinaderij suikerbieten en biomassa om moeten zetten in azijnzuur. Ook de komst van deze twee fabrieken is nog niet in beton gegoten.
• M elkzuurproductie uit reststromen van de papierindustrie. • BIOCEL: papier en karton uit graspulp. • Organische zuren uit afvalwater papierindustrie. • Raffinage van op industriële afvalstromen gekweekte algen. • PROeffabriek katalytische biomassa; Omzetting naar Furanics (PROOF). • GRASSA! Hoogwaardige producten uit eiwitrijke gewassen. Toenmalig AgentschapNL, nu RVO, verzorgde de uitgave van de publicatie 2TERM2013, Bioraffinage en SBIR: Kansen verzilveren in de praktijk. Deze belicht uitvoerig de tenders van TERM.
Clustercommisaris René Scheffers zei hierover in een interview in het FD: ‘Voor beide projecten is privaat-publieke financiering noodzakelijk en moet een vorm van subsidiëring worden ontwikkeld zoals we die ook kennen bij de productie van energie uit biomassa.’ Cor Zijderveld, voorzitter van de Samenwerkende Bedrijven Eemshaven (SBE) in hetzelfde artikel: ‘Investeren in vergroening is niet rendabel, enerzijds omdat de fossiele energie waarmee de groene energie moet concurreren erg goedkoop is. Maar in de tweede plaats moeten de nieuwe groene fabrieken concurreren met bestaande, fossiele fabrieken die allang zijn afgeschreven. Voor groene investeringen is steun nodig. Anders krijg je het niet van de grond.’ ‘In de Eemsdelta is vooral de chemie maatgevend voor bioraffinage’, reageert Errit Bekkerink, business development manager bij de Noordelijke Ontwikkelings Maatschapij (NOM). ‘De grondstofstromen zijn hier van iets minder groot belang. Wij beschikken over drie energiecentrales, waarmee we stroom en stoom kunnen produceren uit verder onbruikbare reststoffen. In de Eemsdelta ontplooien wij initiatieven op het gebied van bioraffinage binnen het Dual Feed Platform Biorefinery. Daarbij richten wij ons op meerdere grondstofstromen. We werken er serieus aan en er zijn al businesscases opgezet met meerdere partijen. Qua financiering volgen we nu het spoor dat deze vanuit de business zelf moet komen, voordat we naar de overheid kijken. En als het echt om aanwijsbare vergroening gaat, kan privaat-publieke financiering inderdaad in beeld komen. Wat de Eemshaven en de Rotterdamse haven betreft, is er bij dit soort ontwikkelingen vaak sprake van parallelle trajecten. Uiteindelijk gaat het er om waar de realisatie van zo’n initiatief het best kan landen. Dat er iets gaat komen is duidelijk, maar ook dat de eerste paal voor een bioraffinaderij in de ▲ Eemsdelta niet al volgend jaar in de grond gaat.’
02 | 16
PET06 BE bioraffinaderij.indd 51
9
01-06-16 13:21
MARKET REVIEW ALGEMEEN MEETDIENSTEN IN HOOGSPANNINGSTECHNIEK
ERIKS bv
Toermalijnstraat 5 1812 RL ALKMAAR Postbus 280 1800 BK ALKMAAR Foutlocalisatieen kwaliteitsmeTel: +31 (0)72 514 15 14 tingen aan kabelverbindingen, Fax: +31 (0)72 515en 56schakelaars. 45 transformatoren E-mail: Quality info@eriks.nl Power metingen en therWebsite: www.eriks.nl mografie. Kabelmontage (moffen en eindsluitingen 25 – 170KV Aandrijftechnieken kabelreparatie. gecertificeerd) Afdichtings- & Rubbertechniek Stromingstechniek Joulz Energy Solutions B.V. Industriële Zalmstraat kunststoffen 7a, 3016 DS Rotterdam Gereedschappen & BE Rotterdam Postbus 19230, 3001 Onderhoudsproducten Tel.: +31 (088) 895 88 88 E-mail: meetdienst@joulz.nl Website: www.joulz.nl/diensten/ meetdiensten
PIPE SUPPORTS
MLG Instruments
Westfrankelandsestraat 10c 3117 AR Schiedam Tel: + 31(0)10 473 50 50 Email: info@mlg-instruments.com Website: www.mlg-instruments.com Dutramex BV Ambachtstraat 1a Fabrikant van Magnetische 4143 HB LEERDAM Peiltoestellen, Tel: +31 (0)345Peilglastoestellen, - 61 40 11 Kijktoestellen, Fax: +31 (0)345Schakelaars, - 61 95 25 Transmitters (4-20 mA), RVS E-mail: info@dutramex.com Vlotters &www.dutramex.com Titanium vlotters tbv Website: stoomketels & drukvaten
MARKET REVIEW CHEMICALS PROCESS SIMULATION
www.abtech.eu Chemicals, ProtomationLime, bv Recycling Automotive In Control byand Simulation
Operator Training Simulators De Noord 4Chemicals b.v. Arendstraat Ridderpoort 14 6135 KT SITTARD 2984+31 BG (0)46 RIDDERKERK Tel: 458 47 48 Postbus Fax: +31257 (0)46 458 63 83 2980 AGinfo@protomation.com RIDDERKERK E-Mail: Tel: +31 (0)180 - 41 59 88 Website: www.protomation.com Fax: +31 (0)180- 41 71 70 E-mail: info@noordchem.nl SECUNDARY STEEL SUPPLIER Website: www.noordchem.nl
Abtech BC Basco
Gedistribueerd door: MANUFACTURER OF HIGH Eurotronic B.V. INTEGRITY BOLTING Curieweg 8d Vierschaarstraat 7A 2408 BZ ALPHEN AAN DEN RIJN 9160 LOKEREN Postbus 582 Tel: +32 9 348 21 35 2400 AN ALPHEN AAN Gsm: +32 472 73 10 56 DEN RIJN Tel: +31 (0)172 - 49 10 76 E-mail: sales@basco.be Fax: +31 (0)172 - 49 29 37 Website: www.bc-basco.com E-mail: info@eurotronic.nl Contactpersoon : Toyah Timmermans Website: www.eurotronic.nl
DEMONTAGE Secundary Steel Structures, Platforms, Skids, Staircases. Welding According EN1090-2 Exec. 3 and EN - ISO 3834-2
DDM Demontage B.V. Python BV
Industriële verhuizingen Nijverheidsweg 20 Demontage – Sloopwerken 7921JJ Zuidwolde (Dr.) Transport – Asbestsanering Offshore Tel: +31 (0)528 -37 10 45 Fax: +31 (0)528-37 13 96 Postbus 253 Mail: info@python.nl 3454 ZM DE MEERN Websites: www.python.nl Tel: +31 (0)30- 666 97 80 Fax: +31 (0)30- 245 91 27 E-mail: info@ddm.eu Website: www.ddm.eu
Anthony Fokkerstraat 2
Victor 3261 LBLighting Oud Beijerland
Gedistribueerd Postbus 1554 door: Eurotronic B.V. 3260 BB Oud Beijerland Curieweg 8d - 62 02 88 Tel.: +31 (0)186 2408 BZ ALPHEN AAN Fax: +31 (0)186 - 62 02 DEN 44 RIJN Postbus E-mail: 582 sales@beaned.nl 2400 AN ALPHEN AAN DEN RIJN Website: www.beagroup.com Tel: +31 (0)172- 49 10 76 Fax: +31 (0)172- 49 29 37 E-mail: info@eurotronic.nl Website: www.eurotronic.nl
INDUSTRIE ISOLATIE
Advies, specificaties, cursus, inspecties en audits volgens Internationale CINI Standaard
AB Heatec Engineering BV
for industry, marine & offshore worldwide PO Box 160 NL – 7480 AD Haaksbergen The Netherlands Tel: +31 (0) 653231730 Fax: +31 (0) 842299814 E-mail : info@abheatecengineering.com Website: www.abheatecengineering.com
Elektrisch voorwarmen en gloeien / Kiwa InductieNederland verwarmen / B.V. Stationaire en Sir Winston Churchilllaan 273 mobiele gloeiovens / Uitdrogen 2288 RIJSWIJK beton EA en coatings
Postbus 70 2280 RIJSWIJK DeltaABHeat Services B.V. Tel: +31 (0)70 414 Scheelhoekweg 2 44 00 Fax: +31 (0)70 414 44 20 3251 LZ STELLENDAM E-mail: 52 inspectie@kiwa.nl Postbus Website: www.kiwa.nl 3250 AB STELLENDAM Tel: +31 (0)187- 49 69 40 KUNSTSTOFROOSTERS Fax: +31 (0)187- 49 68 40 EN CONSTRUCTIES (GVK) E-mail: info@delta-heat-services.nl Website: www.delta-heat-services.nl
Bea Nederland B.V.
ENERGIETECHNIEK
Engineering , supply of energy processes, biomass, steam, thermal oil, hot water, incinerators
Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
INSPECTIE, TANKS DRUKAPPARATEN, VLOEREN WARMTEBEHANDELING
ABTECH
PROCESS CONTROL
MAGION Process Control Engineering B.V.
EXPLOSIEVEILIGE VERLICHTING & JUNCTION BOXES STUDBOLTS
NCTI
Hofweg 1, 3208 LE Spijkenisse Tel: +31 181 698030 Email: info@ncti.nl Website: www.ncti.eu
FlexxCon B.V.
Correspondentieadres Postbus 1761 3800 BT Amersfoort Magazijn/werkplaats Parallelweg 74 Smit Gloeidienst B.V. 7161 AG Neede Havenlaan 16 Tel: 033 5433 NL 4556696 KATWIJK (N. Br.) Fax: +31 033 (0)485 4553295 Tel: 31 65 66 E-mail: info@flexxcon.com Fax: +31 (0)485 31 87 32 Website: info@smit-industrial.com www.flexxcon.com E-mail: Website: www.smit-industrial.com
MANUFACTURING EXECUTION SYSTEMS (MES)
MAGION Process Control Engineering B.V. Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van Petrochem, neemt u dan contact op met Jetvertising, Arthur Middendorp, tel. 070 399 0000. Uw abonnement wordt stilzwijgend verlengd tot wederopzegging en dient twee maanden van tevoren opgezegd te worden. PETROCHEM 6 - 2016 52 56 PETROCHEM 5 – 2016 PETROCHEM 5 2016
PET_MartketReview.indd Alle pagina's PET06 Advertenties.indd 52
57
29-04-16 01-06-16 14:30 13:15
MARKET REVIEW MEETDIENSTEN IN HOOGSPANNINGSTECHNIEK
PROCESS SIMULATION
Protomation bv Foutlocalisatie- en kwaliteitsmetingen aan kabelverbindingen, transformatoren en schakelaars. Power Quality metingen en thermografie. Kabelmontage (moffen en eindsluitingen 25 – 170KV gecertificeerd) en kabelreparatie.
Joulz Energy Solutions B.V.
In Control by Simulation Operator Training Simulators Arendstraat 4 6135 KT SITTARD Tel: +31 (0)46 458 47 48 Fax: +31 (0)46 458 63 83 E-Mail: info@protomation.com Website: www.protomation.com
SECUNDARY STEEL SUPPLIER
STUDBOLTS
BC Basco MANUFACTURER OF HIGH INTEGRITY BOLTING
Vierschaarstraat 7A 9160 LOKEREN Tel: +32 9 348 21 35 Gsm: +32 472 73 10 56 E-mail: sales@basco.be Website: www.bc-basco.com Contactpersoon : Toyah Timmermans
Zalmstraat 7a, 3016 DS Rotterdam Postbus 19230, 3001 BE Rotterdam Tel.: +31 (088) 895 88 88 E-mail: meetdienst@joulz.nl Website: www.joulz.nl/diensten/ meetdiensten
PIPE SUPPORTS
Secundary Steel Structures, Platforms, Skids, Staircases. Welding According EN1090-2 Exec. 3 and EN - ISO 3834-2
Python BV
Nijverheidsweg 20 7921JJ Zuidwolde (Dr.) Tel: +31 (0)528 -37 10 45 Fax: +31 (0)528-37 13 96 Mail: info@python.nl Websites: www.python.nl
WARMTEBEHANDELING
Elektrisch voorwarmen en gloeien / Inductie verwarmen / Stationaire en mobiele gloeiovens / Uitdrogen beton en coatings
Delta Heat Services B.V.
Scheelhoekweg 2 3251 LZ STELLENDAM Postbus 52 3250 AB STELLENDAM Tel: +31 (0)187- 49 69 40 Fax: +31 (0)187- 49 68 40 E-mail: info@delta-heat-services.nl Website: www.delta-heat-services.nl
Bea Nederland B.V.
Anthony Fokkerstraat 2 3261 LB Oud Beijerland Postbus 1554 3260 BB Oud Beijerland Tel.: +31 (0)186 - 62 02 88 Fax: +31 (0)186 - 62 02 44 E-mail: sales@beaned.nl Website: www.beagroup.com
Dutramex BV
Ambachtstraat 1a 4143 HB LEERDAM Tel: +31 (0)345- 61 40 11 Fax: +31 (0)345- 61 95 25 E-mail: info@dutramex.com Website: www.dutramex.com
Smit Gloeidienst B.V.
Havenlaan 16 5433 NL KATWIJK (N. Br.) Tel: +31 (0)485 31 65 66 Fax: +31 (0)485 31 87 32 E-mail: info@smit-industrial.com Website: www.smit-industrial.com
PROCESS CONTROL
MAGION Process Control Engineering B.V. Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
BOUWPLANNEN?
UTILITEIT kantoren, distributiecentra, loodsen, etc. AGRARISCH bewaarplaatsen, stallen, machinebergingen, etc.
Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van Petrochem, INDUSTRIE neemt u dan contact op met Jetvertising, Arthur Middendorp, tel. 070 399 0000.
fabrieken, bordessen, Uw abonnement wordt stilzwijgend verlengd tot wederopzegging en dient twee maanden leidingbruggen, trappen,etc. van tevoren opgezegd te worden.
www.hansestaalbouw.nl
hanse + staal een sterk verhaal
RENOVATIE
van asbest tot zonnepanelen, interne en externe renovatie. PETROCHEM 5 2016
57
29-04-16 14:30 PET06 Advertenties.indd 53
01-06-16 13:15
AGENDA SEMINAR / CURSUS / MASTERCLASS Hogeschool van Amsterdam www.amsterdamuas.com
MASTERCLASS HUMAN FACTORS & SAFETY Deze masterclass richt zich met name tot managers, safety experts, accountable managers en anderen die betrokken zijn bij de verbetering van Human Factors en Safety in een operationele omgeving.
20 - 24 juni 2016 Hotel Van der Valk, Breukelen
Industrielinqs pers en platform www.mastersofindustry.nl
MASTERS OF INDUSTRY Masters of Industry organiseert een seminar over elektrificatie van de chemische industrie. Dit gebeurt in samenwerking met Voltachem, een innovatieprogramma dat zich richt op het gebruik van duurzame elektriciteit en grondstoffen in de chemische industrie. Deze werkcolleges zijn o.a. bedoeld voor: directie, productiemanagers, plantmanagers, maintenance managers, ontwikkelaars, technische (project) managers, engineers, beleidsmakers, investeerders en onderzoekers in en rondom de proces- en maakindustrie.
26 september 2016 Rotterdam
Compl.care www.zaam.biz
IN CONTROL MET COMPLIANCE MANAGEMENT Tijdens deze workshop worden deelnemers uitgedaagd om in de context van hun eigen organisatie inzicht te krijgen hoe in control te komen op naleving van wet- en regelgeving. Ook wordt gekeken naar de ISO 19600 richtlijn Compliance Management.
5 oktober 2016 Xperience Dock, RDM Rotterdam
CONGRES / BEURS / EVENEMENT FME www.industrialtechnologies2016.eu
INDUSTRIAL TECHNOLOGIES 2016 Het congres bestaat uit een veelzijdig aanbod van plenaire en interactieve sessies en keynotes. Deelnemers kunnen kiezen uit vier programmaonderdelen, meer dan 90 presentaties en workshops en meer dan 70 sprekers uit het veld van industrie, onderzoek en overheid.
22 - 24 juni 2016 RAI, Amsterdam
Industrielinqs pers en platform www.eemsdeltavisie.nl
EEMSDELTAVISIE 2016 Thema: Nieuwe ketens voor de Eemsdelta. Industriële ketens worden steeds belangrijker in ons streven naar een circulaire economie. Veel kansen voor verduurzaming en efficiëntieslagen liggen in de gezamenlijke aanpak. Vergroenen van grondstoffen en hergebruik kan niet zonder samenwerking met partners in de keten. Veel verbeteringen in efficiëntie hebben meer impact als we de hekken tussen bedrijven even wegdenken. Suboptimale oplossingen zijn gewoonweg niet meer goed genoeg.
16 september 2016 Nijlicht, Eemshaven
FHI, federatie van technologiebranches www.wots.nl
WORLD OF TECHNOLOGY & SCIENCE 2016 Tijdens de technologiebeurs presenteren zo’n 450 exposanten uit de industriële automatisering, laboratoriumtechnologie, aandrijftechniek en industriële elektronica hun innovaties, kennis en productontwikkelingen. De beurs biedt een breed en sterk technologisch aanbod en geeft daarnaast vele mogelijkheden om uw eigen netwerk uit te breiden. Door middel van seminars, beursvloerprojecten en andere activiteiten worden bezoekers geïnformeerd over en geïnspireerd door nieuwe ontwikkelingen en innovaties.
4 - 7 oktober 2016 Jaarbeurs Utrecht, hal 7 t/m 11
NVDO Sectie Suto & iMaintain platform www.imaintain.info/prestatie
IMAINTAIN PRESTATIEMANAGEMENT ‘ON TARGET’ In de samenwerking tussen partijen zorgt de juiste verhouding tussen strategie, KPI’s en gedrag voor de beste prestaties. Maar wat is die juiste verhouding? Tussen sectoren en zelfs tussen bedrijven is daar een ander antwoord op. Het hangt vooral af van het gezamenlijke doel dat wordt nagestreefd. Wat is het doel en hoe blijf je On Target? Tijdens iMaintain Prestatiemanagement, het congres van NVDO Sectie Suto en het iMaintain platform, wordt onderzocht wat nodig is om verder te komen. Met best practices uit de praktijk; resultaten van de NVDO Suto Benchmark en onderzoek van de Universiteit Utrecht en de Universiteit Tilburg ontdekt u wat u kunt doen aan uw strategie, KPI’s en gedrag om On Target te komen en te blijven.
5 oktober 2016 De Glazen Ruimte, Maarssen
PETROCHEM 6 - 2016 54
PET06 H agenda.indd 54
01-06-16 13:18
ANDUS group companies: Manufacturing FIB Industries Gouda Refractories Nedstaal Special Steel Van Voorden Castings
Services & Maintenance
Gouda Feuerfest Deutschland Gouda Vuurvast Belgium Gouda Vuurvast Services ISS Projects Lengkeek Staalbouw
Contracting Armada Janse Armada Mobility HSM Offshore HSM Steel Structures RijnDijk Construction
Serving the industry Ons kernwoord: klanttevredenheid. Onze kerncompetenties: productie van hoogwaardig staal, vuurvaste bekledingen, grootschalige industriĂŤle staalgerelateerde projecten, industrieel gietwerk, sluizen en bruggen, olie- en gasplatforms, scheepsschroeven, drukvaten, warmtewisselaars, opslagtanks, kelderbierinstallaties, systemen voor filtratie en separatie, luchttechniek, lichtreclame, reizigers gerelateerde voorzieningen, bovenleidingsystemen voor het spoor, service en onderhoud. Nationaal en internationaal gecertificeerd, werkend volgens de hoogste veiligheids- en kwaliteitsnormen.
ANDUS Group BV | Voorstraat 56, 4132 AS Vianen | T +31 (0)30 - 211 58 00 | E info@andusgroup.com
Kennismaken? Graag. Belt u even of kijk op www.andusgroup.com.
PET06A4 B inhoud.indd 4 Andus Corporate MagAd.indd 1
01-06-16 13:44 13:40 25-01-16
25736 BRAND adv our services_ PETROCHEM-LR.indd 1 PET06 B inhoud.indd 4
29-01-16 14:03 01-06-16 13:41