Nr. 10 - 2019
www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 23,-
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta Petrochem Nr. 10 - 2019
‘Nog honderd maal honderd dagen tot 2050’ • Studenten zien interessante kansen voor Eemsdelta • Avebe haalt proceswater uit aardappelen zelf • Thema: Offshore
13:22
PET10 omslag los.indd 1
24-09-19 15:58 16:03 24-09-19
Print Print Brandwachthuren.pdf Brandwachthuren.pdf1
116-05-19 16-05-1915:11 15:11
C
M
Y
CM
MY
CY
CMY
K
PET PET10 PET A Voorplaat.indd A Voorplaat.indd 2 22 omslag los.indd
24-09-19 16:03
Lengkeek LengkA
IN DEZE EDITIE
10 ‘NOG HONDERD MAAL HONDERD DAGEN TOT 2050’
27 INDUSTRIE MOET TRANSITIE MEER LATEN ZIEN
Het is een woelige periode voor de industrie. Het imago staat onder druk, onder andere in de maatschappelijke discussies over de energietransitie. Dat terwijl de chemische industrie er juist een enorm positieve invloed op kan hebben met innovaties. Volgens Manon Bloemer, de nieuwe directeur van de Koninklijke VNCI, moet de chemie zichzelf daarom veel meer laten zien.
Onbekend maakt onbemind. De procesindustrie is niet alleen een van de veroorzakers van klimaatproblemen, ze kan juist een grote bijdrage leveren aan oplossingen. Dat moet gezien worden. Initiatiefnemers TNO, FME en Industrielinqs (uitgever van Petrochem) organiseren daarom de European Industry & Energy Summit (EIES) 2019, 10 en 11 december in De Kromhouthal Amsterdam.
14 AVEBE HAALT PROCESWATER UIT DE AARDAPPELEN ZELF Avebe neemt tijdens de huidige aardappelcampagne een nieuwe filtratie-installatie in gebruik in Ter Apelkanaal. Daarmee bespaart de coöperatie 23 procent energie op deze locatie. Bovendien komt 400.000 kuub proceswater straks uit de aardappelen zelf. Tijdens Eemsdeltavisie op 16 oktober geeft het bedrijf een virtuele rondleiding in de nieuwe fabriek.
32 PLATFORMS STRATEGISCHE SCHAKEL IN ENERGIETRANSITIE De plannen voor de aanlanding van offshore-windenergie als waterstofgas liggen al klaar. Enige uitdaging is dat niemand ooit offshore waterstofgas produceerde. Vandaar dat Nexstep en TNO onderzoeken hoe een elektrolyser zich gedraagt onder de zware condities van een offshore-productieplatform van Neptune Energy.
16 STUDENTEN ZIEN INTERESSANTE KANSEN VOOR EEMSDELTA De drie finalisten van de wedstrijd Northern Back From the Future zijn bekend. Teams van TNO, Avantium/Universiteit van Amsterdam en Maak Techniek & Proces zien interessante kansen in onder andere windenergie, waterstof en circulaire en biogebaseerde processen. Maar technische oplossingen alleen zijn niet genoeg. Transitie vraagt ook om andere invalshoeken.
20 EEN GOED DRAAIENDE PLANT IS EEN TEAMPRESTATIE Jeroen Jungschläger is sinds 2015 plantmanager van het Metaal Alkylen Bedrijf (MAE) tegenover de chloorfabriek van Nouryon. Sinds zijn aantreden is de productiecapaciteit van de site met meer dan veertig procent gestegen. Een deel daarvan is te danken aan debottlenecking. Aangevuld met slimme investeringen, staat er nu moderne fabriek met goed doordachte logistiek.
EN VERDER Commentaar 5 Feiten en cijfers • Eerste spades in de grond voor nieuwe Borealis-fabriek • Ook Zweden kiest voor technologie BTGBTL • Nedmag opent groengasinstallatie 6 Agenda 19 Plant One 24 Innovatie 28 Projecten 36 Column • Wim Soetaert 50
PETROCHEM 10 - 2019 3
PET B Inhoud.indd 3
24-09-19 15:42
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta Nummer 10 - 2019 UITGAVE VAN: Industrielinqs pers en platform BV, Gedempt Hamerkanaal 155, 1021 KP Amsterdam E-mail: redactie@industrielinqs.nl, website: www.petrochem.nl HOOFDREDACTIE: Wim Raaijen 020 3122 081 EINDREDACTIE: Miriam Rook 020 3122 086 Liesbeth Schipper 020 3122 083 REDACTIE: Dagmar Aarts 020 3122 084 Laura van der Linde 020 3122 083 VASTE MEDEWERKERS: Chris Aldewereld, David van Baarle, Jan Van Doorslaer, Jacqueline van Gool, Monique Harmsen, Evi Husson, Henk Leegwater, Wim Soetaert LAY-OUT: Bureau OMA bv, Doetinchem OMSLAGFOTO: BP plc ADVERTENTIEVERKOOP: Jetvertising BV, Arthur Middendorp t: 070 399 0000 - arthur@jetvertising.nl TRAFFIC: Breg Schoen 020 3122 088 COMMERCIEEL MANAGER: Janet Robben 020 3122 085 DRUKWERK: PreVision Graphic Solutions ABONNEMENTEN (excl. 6% BTW) Petrochem verschijnt 12x per jaar. Nederland/België € 182,- per jaar Introductieabonnement NL/B met 25% korting € 136,- per jaar Overig buitenland € 212,Losse verkoopprijs € 23,Studentenabonnement € 42,Proefabonnement 3 mnd € 30,OPZEGGEN: Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen en wijzigen kan via abonnementen@industrielinqs.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door ons is ontvangen. Als u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Overige vragen kunt u stellen via abonnementen@industrielinqs.nl of neem telefonisch contact met ons op via T 020 312 20 88. ISSN: 1380-6386 Prijswijzigingen voorbehouden. © Industrielinqs pers en platform BV Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever.
Papier binnenwerk:
Papier omslag:
PAPER & BOARD MADE OF
www.hi-force.com
PET Advertenties.indd 4
AGRI-WASTE WWW.PAPERWISE.EU
24-09-19 15:54
COMMENTAAR
‘Het imago van de chemische industrie lijkt anticyclisch’
Fiet wil rennen De chemische industrie heeft al decennialang een imagoprobleem. Het begon ongeveer met de club van Rome. De chemie wordt sinds de jaren zeventig niet langer alleen maar gezien als een welvaartbrenger, maar vooral ook als een gevaarlijke stankmachine. Elke directeur van de VNCI, Essenscia en andere vertegenwoordigende partijen heeft sinds mensenheugenis herstel van het imago hoog in het vaandel staan. Zo ook de nieuwe VNCI-directeur Manon Bloemer. Niks nieuws onder de zon dus. Toch heeft zij wel extra reden om zich zorgen te maken. Even leek het imago van de chemische industrie namelijk in de lift. Met enig succes konden chemische bedrijven laten zien dat ze ook oplossingen konden bieden en dat ze niet alleen veroorzakers zijn. Chemistry for a sustainable future. Bovendien heeft een economische crisis ook wel wat voordelen. Werkgelegenheid krijgt dan meer aandacht en de chemische industrie is natuurlijk een enorme banengenerator. Ongeveer twintig jaar geleden stelde voormalig topman van BASF Antwerpen in Petrochem dat aandacht voor het milieu een correlatie heeft met economische welvaart. Hij had jarenlang voor het concern in Zuid-Amerika gewerkt en gemerkt dat andere zaken dan verduurzaming veel meer aandacht kregen. In de piramide van Maslow staat milieu blijkbaar niet bij de basale behoeften. Het imago van de chemische industrie lijkt dus anticyclisch. Hekken naar beneden Nu het veel beter met de economie gaat, staat de chemische industrie weer onder druk. Er is genoeg werk, dus hogere zaken krijgen meer aandacht. Het levert meteen tegenstrijdigheden op. Om de transitie naar een duurzamere industrie te versnellen, zijn juist nog meer betrokken en talentvolle mensen nodig. Maar die kiezen bij een overvloed aan banen liever voor sectoren met een positiever imago. Eigenlijk is er maar één oplossing. De hekken moeten naar beneden. De chemie moet zich veel meer laten zien om van het eenzijdige beeld af te komen. Het is een natuurlijke reactie om je bij tegenwind op je eigen terrein terug te trekken, maar juist dan moet je laten zien wat je waard bent.
Misschien moet je je bij tegenwind ook eens omdraaien. Voor mijn zoon van vier lees ik regelmatig het boek Fiet wil rennen voor. Het gaat over een struisvogel die graag wil rennen, maar continu een felle wind tegen heeft. Hij probeert alles om toch te kunnen rennen. Alle dieren proberen hem op andere gedachten te brengen, maar Fiet wil gewoon rennen. Dat gaat niet, totdat hij zich omdraait. En ineens rent hij sneller dan ooit… Niet dat de industrie met alle winden mee moet waaien, maar altijd tegen de wind in is ook wat. De industrie moet leren om meer onderdeel van de samenleving te zijn. Meer de verbinding te zoeken dan de tegenstelling en minder in haar schulp te kruipen. Denk mee en neem waar kan zelfs het voortouw. Verstandige manier Hoopgevend wat dat betreft, zijn de recente uitspraken van DSM-topman Feike Sijbesma als opmaat naar een speciale klimaattop van de VN in New York. Daar staat het beprijzen van de uitstoot van broeikasgassen op de agenda. Vooral in de industrie is daar veel weerstand tegen. ‘Totaal onnodig’, stelt Sijbesma. ‘We liggen niet op koers van de afspraken in Parijs. Iedereen vindt dat we iets moeten doen, bijna iedereen. Maar op een verstandige manier. Dat betekent dat we de private sector erbij moeten betrekken.’ En die moet zich natuurlijk ook laten betrekken, zou ik hem graag willen aanvullen. Rennen maar!
Reageren? Via de mail: wim@industrielinqs.nl of via twitter : @wimraaijen
PETROCHEM 10 - 2019 5
PET C Commentaar.indd 5
24-09-19 15:43
Na het oplossen van de laatste aanloop- en opstartproblemen wordt sinds veertien jaar weer methanol geproduceerd in de tweede productielijn van BioMCN. Met de opstart komt een einde aan een lange periode van stilstand en aan een buitengewoon intensieve periode van renovatie. Eind 2017 besloot OCI, de moedermaatschappij van BioMCN, om ruim honderd miljoen euro te investeren om de tweede productielijn M2 weer in gebruik te nemen. De opstart was eind 2018 voorzien, wat bijzonder ambitieus was. Te ambitieus, zo bleek, want de klus was nog complexer dan ingeschat. Essenscia, de Belgische federatie van de chemische industrie en van life sciences, is blij met het succes van duaal leren. Na drie jaar proefdraaien is het inmiddels bij bijna tachtig studierichtingen in België mogelijk om te kiezen voor duaal leren. De chemiesector speelt daarbij een voortrekkersrol. Duaal leren is een mix tussen leren op de werkvloer en leren in de schoolbanken. Met duaal leren in de studierichting chemische procestechnieken kan jong talent zich optimaal voorbereiden op een baan als procesoperator. Dit schooljaar starten 165 leerlingen in chemische procestechnieken, het op een na hoogste aantal ooit. Daarvan kozen er 63 voor duaal leren en 102 voor het klassieke opleidingstraject.
PETROCHEM 10 - 2019 6
PET D Feiten en cijfers.indd 6
MEERJARIGE SAMENWERKING VOOR CO2 NEUTRALE TOEKOMST De havens van Amsterdam, Den Helder en Groningen gaan op het gebied van waterstof een samenwerking aan. Onder de naam Hydroports willen zij hét waterstofknooppunt van Europa worden. De meerjarige samenwerking tussen de havens moet leiden tot de ontwikkeling van een uitgebreide waterstofinfrastructuur in Noordwest-Nederland. Momenteel zijn daar al tientallen concrete waterstofprojecten in ontwikkeling. Doel is uiteindelijk om door te groeien tot waterstof-hub van Europa. De lancering van Hydroports is essentieel om de waterstofbelofte zo spoedig mogelijk te realiseren. Waterstof vervult een belangrijke rol bij vergroening van de industrie en het ontwikkelen van duurzaam transport en vervoer. Daarnaast levert het een bijdrage aan de Nederlandse klimaatdoelstellingen en zorgt het voor ontwikkeling en behoud van werkgelegenheid. Bovendien is Hydroports partner van MissieH2. Dit is een samenwerking met Shell, Gasunie, Stedin Groep en Remeha die als waterstofcoalitie verbonden is met TeamNL in aanloop naar de Olympische Spelen in Tokyo. Bij de Hydroport havens lopen al meerdere initiatieven op gebied van waterstof zoals onderzoek- en pilotprojecten, het ontwikkelen van waterstofvulstations en het aanleggen van waterstofleidingen. EERSTE SPADES IN DE GROND VOOR NIEUWE BOREALIS-FABRIEK De bouw van de nieuwe propaandehydrogeneringsfabriek van Borealis in Kallo is met een officiële eerste spadesteek nu echt begonnen. De fabriek krijgt een productiecapaciteit van 750.000 ton propeen per jaar en moet medio 2022 klaar zijn. Het bedrijf steekt één miljard euro in het project. Volgens het bedrijf wordt de nieuwe fabriek een van ’s werelds grootste en zuinigste fabrieken in zijn soort. Dankzij de Oleflex-technologie van Honeywell UOP gebruikt Borealis straks minder energie bij de productie van propeen, terwijl het toch grotere volumes van dezelfde kwaliteit produceert. Er zal minder propaan nodig zijn en meer waterstof worden geproduceerd. Zo kan Borealis niet alleen in zijn eigen behoeften voorzien, maar via partner Air Liquide die het waterstof afneemt, ook in die van derden. Tot slot levert de cogeneratie-eenheid een groot deel van de stoom en elektriciteit die nodig zijn voor de nieuwe fabriek. Ineos, dat eveneens een propaandehydrogeneringsfabriek in het Antwerpse havengebied gaat bouwen, heeft gekozen voor een andere technologie: Catofin van McDermott’s Lummus. Ook de fabriek van Ineos krijgt een productiecapaciteit van 750.000 ton propeen per jaar en wordt in 2023 opgeleverd. Deze fabriek komt in Lillo te staan.
FOTO: BOREALIS
De effecten van schadelijke stoffen zijn al in vijftien seconden merkbaar. Dus gasdetectie moet nog sneller reageren. En dat kan, je kan zelfs in real-time gaswaarden en alarmen delen met collega’s. Op die manier wordt de reactietijd serieus verkort en kunnen er proactief veiligheidsmaatregelen worden genomen. Dit en andere innovatieve technieken maken hét verschil in veiligheid op de werkvloer. Lees meer over deze innovaties in een handige e-guide van G4S in samenwerking met Honeywell op www.petrochem.nl.
FOTO: WIKIMEDIA
FEITEN & CIJFERS
CHEMIEBEDRIJVEN ONDERZOEKEN ELEKTRISCHE KRAKER BASF, Borealis, BP, LyondellBasell, Sabic en Total hebben samen het Cracker of the Future consortium opgericht. De zes chemiegiganten onderzoeken hoe ze gezamenlijk elektrisch aangedreven nafta- of stoomkrakers kunnen ontwikkelen. Stoomkrakers bieden een mogelijkheid om de uitstoot van broeikasgassen in de industrie te verminderen. Een optie is om de kraakovens elektrisch te verwarmen in plaats van te vertrouwen op fossiele brandstoffen. Deze route kent wel een aantal uitdagingen. Vooral de technologische en economische haalbaarheid ten opzicht van bestaande krakers zijn belangrijke punten. De samenwerking staat in het kader van de trilaterale strategie van Nederland, Vlaanderen en NoordRijn-Westfalen om voorop te lopen in verduurzaming van de chemie. De zes leden van het consortium zijn onder voorzitterschap van de Brightlands Chemelot Campus begonnen met het verkennen en screenen van technische opties. Als een mogelijke technische oplossing wordt geïdentificeerd, bepalen de partijen of ze gezamenlijke ontwikkelingsprojecten willen voortzetten. Eerder werd al bekend dat bijvoorbeeld BASF onder de naam e-Furnace afzonderlijk elektrificatie van petrochemische installaties onderzoekt. Door het nu gezamenlijk op te pakken, kunnen de zes chemiebedrijven de ontwikkeling versnellen.
Blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl
24-09-19 15:44
FOTO: PIXABAY
NEDMAG OPENT GROENGASINSTALLATIE Nedmag heeft haar groengasinstallatie in Veendam officieel geopend. De producent van magnesiumzout heeft de ambitie om in 2035 onafhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen. De inname van groen gas is daarbij een belangrijke stap. Buurman van Nedmag, Henk van Oosten, neemt mest afkomstig van boerderijen uit het noorden van Nederland af om te vergisten. Bij de vergisting ontstaat biogas dat vervolgens wordt opgewaardeerd tot groen gas. Via een leiding van zevenhonderd meter gaat het naar de groengasinstallatie op het terrein van Nedmag. Nedmag neemt op dit moment 4,5 miljoen kubieke meter groen gas af, wat resulteert in een vermindering van het aardgasverbruik met vijftien procent. De komende jaren is het bedrijf van plan de inname van groen gas nog verder uit te bouwen, tot maximaal veertig procent. Daarnaast kijkt ze naar andere energiebronnen, zoals zonne- en windenergie en waterstof, om uiteindelijk het energieverbruik honderd procent te vergroenen. Nedmag in Veendam wint magnesiumchloride (magnesiumzout) dat zich bevindt in een zoutlaag, zo’n tweeduizend meter onder de grond. Deze zoutlaag is het restant van een oerzee vol mineralen en zouten: de Zechsteinzee. De zoutlaag bevat magnesiumzout van het zuiverste soort. Daardoor kan het bedrijf hoogwaardige producten produceren voor talloze toepassingen. De producten worden bijvoorbeeld gebruikt bij het zuiveren van water, het bleken van pulp in de papierindustrie en als vlamvertrager in kunststoffen.
FOTO: PIXABAY
OOK ZWEDEN KIEST VOOR TECHNOLOGIE BTG-BTL Alweer een succes voor BTG-BTL. Na Finland krijgt het bedrijf nu ook voet aan de grond in Zweden. Het bedrijf bouwt en ontwerpt er samen met TechnipFMC een fabriek die van houtresten bio-olie kan maken. De bouw van de fabriek begint nog dit jaar en de opening staat gepland voor 2021. Het Zweedse Pyrocell, een joint venture van houtleverancier Setra en oliemaatschappij Preem, heeft opdracht gegeven voor de bouw van de fabriek. Deze komt direct naast de houtzagerij van Setra in Gävle te staan, zo’n honderdzeventig kilometer ten noorden van Stockholm. Preem verwerkt de bio-olie uit de houtresten in zijn raffinaderij in Lysekil aan de Zweedse westkust tot biobrandstof. De fabriek gaat zo’n 35.000 tot 40.000 ton houtafval per jaar via pyrolyse verwerken tot bio-olie. Op de biobrandstof uit de raffinaderij kunnen vervolgens vijftienduizend gezinsauto’s per jaar rijden. Bij pyrolyse worden grondstoffen, zoals zaagsel of bermgras, zonder zuurstof verhit tot ongeveer vijfhonderd graden Celsius, waardoor ruwe bio-olie ontstaat. Dit proces duurt met deze techniek een paar seconden. Eerder ontvingen BTG-BTL en TechnipFMC al een order uit Finland voor de bouw van in eerste instantie één, maar op termijn vier fabrieken. Ook hier wordt zaagsel verwerkt tot pyrolyse-olie. Deze olie wordt gebruikt voor de energieopwekking van diverse fabrieken in Finland en Nederland. De pyrolyse-technologie van BTG-BTL wordt momenteel al met succes toegepast in de Hengelose fabriek Empyro. De olie wordt gebruikt voor de energievoorziening van de fabriek van FrieslandCampina in het Achterhoekse Borculo. Zeton is verantwoordelijk voor de fabricage van de kern-unit voor de fabrieken.
Covestro verkoopt zijn Europese bedrijfstak voor polycarbonaatplaten aan de Groep Serafin. Polycarbonaatplaten zijn breukbestendig en worden onder andere gebruikt ter bescherming van industriële installaties. De verkoop omvat productie-eenheden in België en Italië, de centrale managementactiviteiten en de verkoopondersteuning in Europa. In België gaat het specifiek om Covestro in Tielt. De overeenkomst wordt naar verwachting in het vierde kwartaal van 2019 afgerond. Covestro blijft voorlopig wel de hoofdleverancier van de grondstoffen. Dow heeft een overeenkomst gesloten met de Fuenix Ecogy Group. Dit bedrijf uit Weert maakt pyrolyseolie van afvalplastics en gaat dit als feed-stock aan Dow leveren. In de fabrieken in Terneuzen kan Dow er opnieuw plastics van maken. Het bedrijf heeft de ambitie om tegen 2025 minimaal honderdduizend ton gerecycled plastic te verwerken in de producten die ze in de Europese Unie verkoopt. Het proces van Fuenix levert een CO2-besparing op van vijftig procent ten opzichte van de alternatieve en meest toegepaste methoden van verbranding van afval met terugwinning van energie. De gemeente Rotterdam neemt het FieldLab Industriële Elektrificatie voor 2,5 miljoen euro op in haar Uitvoeringsplan Energietransitie 20192020. Het FieldLab is onderdeel van een pakket van 37 projecten die de energietransitie moeten versnellen. Deze proeftuin voor elektrificatie van de industrie biedt bedrijven en onderzoeksinstellingen ruimte om kansrijke initiatieven te testen op middelgrote schaal. Met de 37 projecten wil het stadsbestuur de energietransitie aanjagen in de haven en industrie, gebouwde omgeving, mobiliteit en energie. Het college investeert 58,7 miljoen euro in de uitvoering van de 37 projecten. Het Fieldlab Industriële Elektrificatie is daarbij opgenomen voor een bedrag van 2,5 miljoen euro.
PETROCHEM 10 - 2019 7
PET D Feiten en cijfers.indd 7
24-09-19 15:44
Betrouwbare en veilige industriële datacommunicatie oplossingen vragen om samenwerken WESTERMO heeft een jarenlange geschiedenis in het ontwikkelen en produceren van betrouwbare industriële netwerkoplossingen met een bijzonder lange levensduur. In een steeds sneller veranderende omgeving, met meer connectiviteit, meer data en meer cyber dreiging zijn flexibiliteit en aanpassingsvermogen van het netwerk vereist. WESTERMO heeft een decennia terug WeOS geïntroduceerd, haar eigen robuuste besturingsplatform voor de gehele netwerk switch lijn. Toekomstgericht met periodiek functionele uitbreidingen om adequaat kwetsbaarheden te verhelpen, het productieproces 24/7/365 efficiënt en veilig te laten functioneren. En MODELEC helpt je daar graag bij.
MODELEC, waarmee kunnen wij je helpen? • • • • •
Industrieel Ethernet switch, compact voor laag 2 switching tot routing
Netwerk ontwerpen Configureren Afname testen FAT/SAT Ondersteuning op locatie Trainingen
Industrieel Ethernet extender switch, voor bestaande 2 draads bekabeling
Industrieel Ethernet routing switch, krachtig voor de meest robuuste vorm van ICT
www.modelec.nl Tel. 0318-636262 sales@modelec.nl
19_adv_IndustrSwitch.indd 2 PET Advertenties.indd 8
18-06-19 15:55 12:23 24-09-19
OFFSHORE-INDUSTRIE WIL UITSTOOT METHAAN HALVEREN De Nederlandse olie- en gasindustrie wil de methaanuitstoot van haar activiteiten op zee de komende twee jaar halveren. Daarvoor heeft brancheorganisatie Nogepa een convenant getekend met minister Eric Wiebes (Economische Zaken en Klimaat). De industrie heeft een reductieprogramma opgesteld. De overheid spreekt met het convenant af om samen met de industrie een onderzoek op te starten naar de randvoorwaarden die verdere reductie op langere termijn mogelijk maken. Bij de ontwikkeling van het reductieprogramma is de best beschikbare techniek (BBT) als uitgangspunt genomen. Vervolgens is gekeken naar het reductiepotentieel en de kosteneffectiviteit van maatregelen. Het ontwikkelde kosteneffectiviteitscriterium zorgt automatisch voor de uitvoering van die maatregelen die de grootste reductie opleveren. Het kosteneffectiviteitscriterium is gebaseerd op de CO2-prijs (het Europese systeem van emissiehandel (ETS)) ten tijde van de inventarisatie en selectie van maatregelen. De Nederlandse olie- en gassector legt hiermee als eerste industriesector een expliciete koppeling tussen het ETS en de emissie van methaan als broeikasgas. Een substantiële verhoging van de Europese CO2-prijs tijdens de looptijd van dit convenant kan dan ook aanleiding geven om het kosteneffectiviteitscriterium voor maatregelen in het kader van dit programma te heroverwegen. Op basis van het vastgestelde kosteneffectiviteitscriterium is vijftig procent reductie van methaanuitstoot haalbaar. Voor verdergaande methaanemissiereductie lijkt elektrificatie van de offshore-productieplatforms een effectieve optie. Aansluiting op het Net op Zee is daarvoor noodzakelijk. Maar de randvoorwaarden hiervoor moeten nog worden ontwikkeld. Elektrificatie van platforms is volgens Nogepa ook een belangrijke randvoorwaarde om op middellange (tot 2030) en lange (tot 2050) termijn CO2-transport en -opslag in lege olie- en gasvelden mogelijk te maken. De bestaande infrastructuur kan ook worden ingezet voor productie, transport en opslag van waterstof op zee. Ook hiervoor moeten de platforms worden aangesloten op het elektriciteitsnet. Daarnaast levert elektrificatie van gasplatforms direct een CO2-besparing op van 0,5 tot 1,0 megaton per jaar. De sector kan elektrificatie van de belangrijkste productieplatforms echter alleen realiseren als de economische en organisatorische randvoorwaarden daartoe zijn ingevuld. Zoals een generieke investeringsaftrek van veertig procent, wettelijke verankering van de aansluiting van offshore productieplatforms op het energienet op zee en vastgestelde aansluitvoorwaarden. BRENT RUWE OLIEKOERS 72 70 68
PRIJS PER VAT IN US DOLLARS
66 64 62 60 58 56 54 52
12
13
14
15
16
Augustus 2019
19
20
21
22
23
26
27
28
29
30
2
3
4
5
6
9
10
11
12
13
FOTO: BSEE
FEITEN & CIJFERS
De laatste twee onderhoudsstops op Chemelot zijn bezig of staan op het punt van beginnen. Sinds april zijn al een aantal fabrieken aan de beurt geweest. Sabic is eind augustus gestart met de zesjaarlijkse onderhoudsstop aan naftakraker Olefins 4. Tijdens deze turnaround worden naast het onderhoud een aantal projecten uitgevoerd. Zo wordt er onder andere een nieuwe fakkeltip geplaatst. Deze tip is duurzamer en efficiënter waardoor het licht en geluid tijdens het fakkelen wordt verminderd. Ook worden er voorbereidingen getroffen voor een aansluiting op het warmtenetwerk van Het Groene Net. In november vindt de zesjaarlijkse onderhoudsstop van de rubberfabriek EPT 3 van Arlanxeo plaats. Ook in deze fabriek worden, naast de reguliere inspecties, keuringen en revisies, diverse duurzaamheidsprojecten en procesoptimalisaties uitgevoerd. Een EU-subsidie van twintig miljoen euro lonkt voor Noord-Nederland voor het project Hydrogen Valley. Doel daarvan is de ontwikkeling van een groene waterstofketen in Noord-Nederland. Het gaat om een publiek-private samenwerking met een totale omvang van negentig miljoen euro. Het zesjarig project moet in januari 2020 van start gaan. Het project is vooral gericht op de integratie van waterstofinvesteringen in met name Groningen en Drenthe. Denk aan grootschalige productie van groene waterstof als grondstof voor de industrie, maar ook aan de opslag, transport en distributie ervan. En denk ook aan de toepassing als energiedrager in de industrie, de gebouwde omgeving en in de mobiliteit. Het is de bedoeling om bestaande aardgaspijpleidingen geschikt te maken voor het transport van waterstof. Bovendien worden nieuwe waterstofleidingen aangelegd op het Chemie Park Delfzijl en tussen het GZI-Next terrein en het Emmtec Industry & Business Park in Emmen.
16
September 2019
PETROCHEM 10 - 2019 9
PET D Feiten en cijfers.indd 9
24-09-19 15:44
INTERVIEW
‘ Nog honderd maal honderd dagen tot 2050’
PETROCHEM 10 - 2019 10
PET O Interview.indd 10
24-09-19 15:45
Het is een woelige periode voor de industrie. Het imago staat onder druk, onder andere in de maatschappelijke discussies over de energietransitie. Dat terwijl de chemische industrie er juist een enorm positieve invloed op kan hebben met innovaties. Volgens Manon Bloemer, de nieuwe directeur van de Koninklijke VNCI, moet de chemie zichzelf daarom veel meer laten zien. ‘Met meer Marinussen Tabak had de industrie een veel minder groot imagoprobleem.’
FOTO’S: VNCI
Wim Raaijen
Ze kwam dit voorjaar over van Vopak. Met plezier kijkt ze terug op haar tijd bij de wereldwijde gigant in de opslag van brandstoffen en chemicaliën. Vooral de ambitie van het op- en overslagbedrijf sprak haar aan. ‘Binnen de opslagsector wil Vopak voortdurend koploper zijn als het gaat om verduurzaming en veiligheid’, stelt Manon Bloemer. ‘Dat boeide me enorm en ik haalde er ook veel voldoening uit.’ Steeds nieuwe stappen zetten, dat werkt ook stimulerend. Bij Vopak was dat vooral als alerte volger. Want het is ook zoals haar ex-collega Jan Bert Schutrops het een paar jaar geleden in Petrochem realistisch verwoordde: ‘Bedrijven als Vopak bepalen niet het tempo van de energietransitie. We zijn goed in de logistiek en de opslag van moleculen en van daaruit ontwikkelen wij onze visie. Daarbij volgt het bedrijf op de voet de keuzes van de partijen die bepalend zijn in de transitie.’ PETROCHEM 10 - 2019 11
PET O Interview.indd 11
24-09-19 15:45
INTERVIEW
ven die volgens haar zeer bepalend zijn en dat ook willen zijn. ‘Dat beeld had ik vooraf heel sterk. De chemische industrie zit in het hart van de transitie. Het moet nu ook echt gebeuren. Daar is de industrie van doordrongen. De urgentie wordt door de hele sector gevoeld. Het beeld dat ik vooraf had, blijkt dus te kloppen.’ Ze deinst ook niet terug voor het imago van de chemie dat de laatste tijd onder druk staat. Discussies zullen er immers altijd zijn. Ze maakt zich alleen wel zorgen over het effect op jongere generaties. ‘We hebben heel veel enthousiaste mensen nodig om de transitie ook daadwerkelijk vorm te geven.’ In dat kader is Manon Bloemer erg blij met het open en zeer communicatieve karakter van Plant Manager of the Year 2019 Marinus Tabak, die in juni is verkozen. Als nieuw jurylid heeft ze de verkiezing van dichtbij meegemaakt. ‘Met meer Marinussen Tabak had de industrie een veel minder groot imagoprobleem.’ Maar niet iedereen hoeft zo communicatief te zijn. De chemie heeft naast boegbeelden ook mensen nodig die enthousiast op andere, vaak minder zichtbare plaatsen aan de transitie werken.
Manon Bloemer (VNCI): ‘Onbekend maakt onbemind. En er is juist zoveel om trots op te zijn.’
Communicatief Toen ze de kans kreeg om nog dichter op de verandering te komen, greep ze
die een paar maanden geleden met beide handen aan. Als de nieuwe directeur van de VNCI vertegenwoordigt ze nu bedrij-
Vooroplopen Ze impliceert met de behoefte aan meer Marinussen wel dat het imagoprobleem niet alleen van buitenaf komt. ‘Als industrie moeten we veel meer naar buiten treden. Onbekend maakt onbemind. En er is juist zoveel om trots op te zijn. Veel chemische patenten staan bijvoorbeeld op naam van Nederlandse bedrijven. En Nederland heeft 0,2 procent van de wereldbevolking en maar liefst twee procent van de chemische productie. Dat is een factor tien. Daarover mogen we best wat vaker onze trots uiten. Meer Hollands Glorie. Laten we mooie verhalen vertellen, want die zijn er. Ook om op die manier jonge mensen aan te trekken en te laten zien wat we doen. Die jonge generatie hebben we nodig om nieuwe technologie te ontwikkelen. Er zijn momenteel drie technologiegebieden die zeer hoopgevend zijn en ervoor kunnen zorgen dat we op den duur klimaatneutraal kunnen produceren. En waarin we als Nederlandse chemie voorop kunnen
PETROCHEM 10 - 2019 12
PET O Interview.indd 12
24-09-19 15:45
lopen. Ten eerste elektrificatie van de industrie en elektrochemie. Ten tweede de bio- en circulaire grondstoffen. Heel interessant welke ontwikkelingen er nu bijvoorbeeld zijn in de chemische recycling van kunststoffen. De derde lijn is CCU/CCS. Het afvangen van CO2 om het op te slaan of om het, wat nog beter is, als grondstof in te zetten voor de chemie.’ Studiereis Zelf wil de VNCI nog meer de brug slaan tussen de industrie en de samenleving. Bijvoorbeeld door vaker regionaal aanwezig te zijn. Vorig jaar, toen de vereniging honderd jaar bestond, heeft de VNCI daarvoor Behind the Scenes in het leven geroepen. Verbindende evenementen in en rondom de chemische clusters in Nederland. ‘We merken aan de sfeer tijdens deze bijeenkomsten dat deze aanpak heel goed werkt. De volgende stap is dat we nog meer de samenleving daarbij betrekken.’ In die zin is de VNCI-directeur ook heel blij met de komende Behind the Scenes op 16 oktober in Delfzijl, die tijdens – en geïntegreerd met – het congres Eemsdeltavisie 2019 wordt georganiseerd. De laatste in de reeks, maar mogelijk ook de meest bezochte. Bloemer: ‘Fantastisch bijvoorbeeld de wedstrijd voor studenten en young professionals die in dat licht wordt georganiseerd. Dat is precies de verbinding die we moeten zoeken.’ Zes teams met drie jonge mensen hebben in dit kader hun whitepapers ingeleverd. Daarin beschrijven ze de stappen die de Eemsdelta de komende jaren het beste kan zetten om de inmiddels bekende klimaatdoelstellingen voor 2030 en 2050 ook daadwerkelijk te kunnen halen. Tijdens Eemsdeltavisie strijden drie finalistenteams om een studiereis naar Japan. Veiligheidscultuur Naast innovatie rond de energietransitie en druk op de arbeidsmarkt is er nog een ander terugkerend thema voor de VNCI: veiligheid. Zo werd de industrie onlangs verrast door een artikel in het NRC. Uit onderzoek van criminologen van de Universiteit van Leiden en de Vrije
‘ We willen blijven leren om de veiligheidscultuur te verbeteren. Dat is een continu proces.’
Universiteit van Amsterdam zou een verontrustend beeld ontstaan. Tussen 2006 en 2017 begingen 494 chemiebedrijven samen 7.362 overtredingen. Volgens het onderzoek overtreedt zeven procent stelselmatig de regels. Er is nog helemaal geen sprake van een eindrapport, stelt Bloemer. Dat komt pas het einde van dit jaar. Het artikel kwam onverwacht aan het einde van de zomer en is gebaseerd op een verslag van de onderzoekers in december vorig jaar. Hoor en wederhoor is niet toegepast. Bloemer: ‘Het is bovendien lastig om op een rapport te reageren dat nog moet verschijnen.’ Ze wil vooral voorkomen dat het een reactieve discussie wordt. ‘Vooropgesteld zijn we zeer geïnteresseerd in het onderzoek en de database waaruit de cijfers komen. We gaan graag in gesprek met de onderzoekers en hebben ook al contacten gelegd. We willen blijven leren om de veiligheidscultuur te verbeteren. Dat is een continu proces.’
Crimineel Toch wil ze er kort op reageren. De overheid brengt op basis van dezelfde database jaarlijks het rapport De Staat van de Veiligheid uit, dit is openbaar toegankelijk. Dat beeld ziet er heel anders uit. Bloemer: ‘Uit de cijfers van de afgelopen jaren blijkt dat het aantal overtredingen in de chemische industrie juist afneemt. En dat er een duidelijke beweging is van zwaar, naar middel naar licht. Alleen daarom al vind ik het woord crimineel dat rond het onderzoek van de criminologen hangt heel zwaar. Maar nogmaals, we willen graag leren, vooral van elkaar. Zo is Veiligheid Voorop een belangrijke samenwerking om dat industriebreed verder te brengen.’ Al met al zijn haar eerste honderd dagen bij de VNCI voorbijgevlogen. ‘Ik heb daar ook over nagedacht. Tussen 2020 en 2050 resten ruim honderd maal honderd dagen. Dat is dus zo voorbij.’ No time to waste dus, om er maar eens een oude leus van een grote ngo bij te halen. ■
BEHIND THE SCENES@EEMSDELTAVISIE Manon Bloemer is een van de sprekers tijdens Eemsdeltavisie 2019, dat geïntegreerd met Behind the Scenes van de VNCI op 16 oktober in Delfzijl wordt georganiseerd. Thema: Natural Steps. Met de industrie-agenda voor de Eemsdelta en de uitkomsten van de Industrietafel Noord-Nederland zijn stevige, generieke doelstellingen geformuleerd. Er is gekozen voor een purpose driven aanpak waarbij niet op voorhand voor een enkele oplossingsrichting wordt gekozen. Maar wat betekenen deze ambities voor de korte en middellange termijn? Welke stappen kunnen ons dichter bij de uiteindelijke doelen brengen. En hoe kunnen we leren van stappen die we in het verleden hebben gezet? Andere sprekers zijn onder andere Berend Aanraad (The Natural Step), Johan Visser (Nouryon) en Marinus Tabak (RWE, Plant Manager of the Year 2019). Kijk voor het volledige programma en om u nog snel aan te melden op: www.eemsdeltavisie.nl
PETROCHEM 10 - 2019 13
PET O Interview.indd 13
24-09-19 15:45
EEMSDELTAVISIE 2019
Avebe haalt proceswater uit de aardappelen zelf Avebe neemt tijdens de huidige aardappelcampagne een nieuwe filtratie-installatie in gebruik in Ter Apelkanaal. Daarmee bespaart de coöperatie 23 procent energie op deze locatie. Bovendien komt 400.000 kuub proceswater straks uit de aardappelen zelf. Tijdens het congres Eemsdeltavisie op 16 oktober geeft het bedrijf een virtuele rondleiding in de nieuwe fabriek.
Wim Raaijen
EEMSDELTAVISIE 2019 Met trots geeft Mark Tettelaar binnenkort een virtuele rondleiding in de nieuwe installatie. Dat gebeurt tijdens Eemsdeltavisie 2019 dat dit jaar geïntegreerd wordt georganiseerd i.s.m. met Behind the Scenes van de VNCI op 16 oktober in Delfzijl. Kijk voor het volledige programma op: www.eemsdeltavisie.nl
Aardappelen bestaan voor bijna tachtig procent uit water. Eerst wordt het zetmeel eruit gehaald. Vervolgens de vezels, die momenteel vooral richting veevoeder gaan. Rest daarna het zogenoemde vruchtwater, nog steeds dus ongeveer tachtig procent van de aardappel. Dat bevat onder andere eiwitten en aminozuren. Nu nog wordt al het water aan de kook gebracht met stoom, wat heel veel energie kost. Daarna wordt het verhitte en daardoor gecoaguleerd eiwit gewonnen. Zoals het wit in een gekookt kippenei. In de nieuwe installatie wordt het indampen vervangen door filtratie. Eerst gaat het vruchtwater door een ultrafiltratie-eenheid. Productie-directeur Mark Tettelaar: ‘Daarmee wordt de reststroom al met een factor drie ingedikt. Het concentraat wordt vervolgens verhit, waarna we de gecoaguleerde eiwitten uitvlokken en afgescheiden worden.’ De oplossing, ofwel het permeaat, die dan overblijft wordt weer samengevoegd bij de eerdere reststroom. Vervolgens gaat die stroom door een installatie met omgekeerde osmose, dat nog fijner kan filteren dan ultrafiltratie. Daar komt schoon proceswater uit. DEI-subsidie Het energieverbruik van de locatie in Ter Apelkanaal wordt met deze installatie flink gereduceerd. Tettelaar: ‘Het gaat maar liefst 23 procent schelen voor de volledige locatie.’ Bovendien hoeft Avebe straks veel minder water af te nemen of te onttrekken, om de aangeleverde aardappelen te wassen. Dat gebeurt straks deels met schoon water uit de aardappelen zelf. ‘Bij elkaar besparen we daarmee straks 400.000 kuub water per jaar.’ De terugverdientijd van het Ducamproject is ongeveer zeven jaar. Dat is
fors voor een commerciële organisatie. ‘Natuurlijk speelt mee dat de overheid ook stappen van ons verlangt. Dus we moeten wel op zoek naar energiebesparende maatregelen.’ Maar het was niet alleen de druk van de overheid. Avebe wil verduurzaming kracht bijzetten met harde doelstellingen op energie- en waterreductie. Bovendien leidt energiebesparing uiteindelijk tot lagere kosten. ‘Het heeft natuurlijk ook geholpen dat we voor Ducam een subsidie van het ministerie van EZK in het kader van DEI hebben gekregen van ruim drie miljoen euro.’ Het is de bedoeling dat Avebe het Ducam-proces ook op andere locaties gaat toepassen, te beginnen bij een kleinere locatie in Duitsland. Natief eiwit Avebe viert dit jaar haar honderdste verjaardag. De coöperatie is al een eeuw lang biobased, zoals dat tegenwoordig mooi heet. Trendy haast. En het bedrijf is de laatste jaren ook nog eens in toenemende mate innovatief. Zo creëert Avebe steeds meer voedingsingrediënten, diervoeder en industriële bouwstenen uit haar aardappelen en dat met een dalend verbruik van water en energie. Vooral het winnen van eiwit uit aardappelen blijkt een kansrijke route. Van oudsher richt Avebe zich op het belangrijkste bestanddeel van de aardappel: zetmeel. Daar worden verschillende producten van gemaakt. Van behangplaksel tot voedingsmiddelen en diervoeder. Naast de twintig procent zetmeel zit bovendien één tot anderhalf procent eiwit in de aardappelen die Avebe van haar leden krijgt. En potentieel nog andere bruikbare stoffen. Eiwit heeft in de meeste gevallen zelfs een beduidend hogere toegevoegde waarde dan zetmeel. VolgensTettelaar is
PETROCHEM 10 - 2019 14
PET U Avebe.indd 14
24-09-19 15:46
Vier procent De afgelopen jaren zijn al verschillende stappen gezet om de toegevoegde waarde van zetmeelaardappelen te vergroten. Na de ontkoppeling van de subsidies uit Brussel ging Avebe van bulkproducent naar meer marktgericht en heeft de coöperatie goede prijzen aan haar leden, de aardappelboeren, uit kunnen keren. De betere verwaarding van aardappeleiwit heeft daar zeker een rol in gespeeld. De markt voor plantaardige eiwitten groeit rap. Consumenten gaan bewuster met voeding om. Ze krijgen steeds meer een voorkeur voor plantaardige eiwitten boven dierlijke eiwitten – uit vlees en eieren – vanwege milieuoverwegingen, dierenwelzijn en dierziekten. Plantaardige eiwitten hebben bovendien een veel gunstigere ecologische footprint. Het aardappeleiwit heeft volgens Avebe bovendien grote voordelen ten opzichte van andere plantaardige eiwitten, uit bijvoorbeeld tarwe en soja. Tettelaar: ‘Het is niet allergeen, maar ook reuk- en smaakloos. Qua voedingswaarde behoort het aardappeleiwit tot de top.’ Bovendien is aardappeleiwit niet genetisch gemodificeerd, in tegenstelling tot veel eiwit uit sojabonen. Er is echter wel een maar. In volume zijn soja en tarwe veel grotere gewassen dan de niet-consumptieve aardappelen. Een enorm mondiaal aanbod van aardappeleiwit is daarom een grote uitdaging. Tettelaar: ‘We krijgen er niet zomaar landbouwgrond bij. Er is misschien wel een andere mogelijkheid om meer aan-
FOTO: WIM RAAIJEN
het daarom interessant om op verschillende fronten nieuwe mogelijkheden van eiwitproductie te onderzoeken. Zo is het belangrijk om het eiwit zo zuiver en efficiënt mogelijk te winnen. Ook maakt het uit, in welke vorm het eiwit uit de aardappel wordt gehaald. Is het gecoaguleerd, of kun je het zelfs winnen zoals je het aantreft in een rauw kippenei, ofwel natief eiwit. Tettelaar: ‘Natief eiwit heeft meer mogelijkheden, met name als ingrediënt. Het is daardoor al gauw drie keer zoveel waard.’ Toch heeft gecoaguleerd eiwit ook veel toepassingsmogelijkheden, alleen ligt het al veel dichter bij het voedingsmiddel of het uiteindelijke diervoeder zelf. Tettelaar: ‘Op dat vlak zijn we met verschillende interessante productontwikkelingen bezig.’
Mark Tettelaar (Avebe): ‘Bij elkaar besparen we straks 400.000 kuub water per jaar.’ bod te creëren. Wellicht kunnen we door rasveredeling aardappelen kweken die niet een tot anderhalf, maar vier procent eiwitten bevatten. Dat zou al schelen.’ Vegetarische Slager Een mooie stap die Avebe eerder zette is de ontwikkeling van Solanic, een aardappeleiwitproduct met dezelfde eigenschappen als kippeneiwit. De eiwitfracties uit aardappelen hebben nieuwe en unieke eigenschappen voor toepassingen in voeding en cosmeticaproducten. Het is het eerste product dat Avebe in Gasselternijveen op industriële schaal natief uit de aardappel haalt. Inmiddels zijn hiervoor al twee fabrieken gebouwd. Avebe wilde het energieverbruik van de eiwitproductie aanpakken en richtte zich daarbij op een proces dat met lagere temperaturen werkte. Dat lukte en door de
lagere temperaturen stolde het eiwit niet onomkeerbaar. Misschien dat de energiebesparing zelfs wat tegenviel, maar het nieuwe product Solanic is inmiddels al een succes. Tettelaar: ‘Toen we een paar jaar geleden de eerste Solanic-eiwitten verkochten, was er nog sprake van een markt-push. We moesten het nog wel aan de man brengen. Maar dat is inmiddels volledig omgedraaid naar pull. Alle grote levensmiddelenconcerns zetten fors in op plantaardige eiwitten. Ze kopen allemaal vegetarische bedrijven op, zoals bijvoorbeeld Unilever de Vegetarische Slager heeft ingelijfd.’ Ook de productie van Solanic blijft zich verder ontwikkelen. Zo is het denkbaar dat een variatie op het Ducam-proces wordt toegepast bij de productie van Solanic in Gasselternijveen. ‘Maar dat moeten we nog goed onderzoeken.’ ■ PETROCHEM 10 - 2019 15
PET U Avebe.indd 15
24-09-19 15:46
EEMSDELTAVISIE 2019
Studenten zien interessante kansen voor Eemsdelta De drie finalisten van de wedstrijd Northern Back from the Future zijn bekend. Teams van TNO, Avantium/Universiteit van Amsterdam en Maak Techniek & Proces zien interessante kansen in onder andere windenergie, waterstof en circulaire en biogebaseerde processen. Maar technische oplossingen alleen zijn niet genoeg. Transitie vraagt ook om andere invalshoeken.
Wim Raaijen
SCENARIOWEDSTRIJD De wedstrijd Northern Back from the Future wordt georganiseerd door Industrielinqs, de uitgever van Het Nieuwe Produceren en Petrochem. Mede-initiatiefnemers zijn EemsdeltaGreen, platform voor het ontwikkelen van nieuwe groene projecten en ondersteuning bij het versnellen van lopende projecten, en de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI). De wedstrijd wordt mede ondersteund door Chemport Europe, Groningen Seaports, Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta (SBE), Chemiepark Delfzijl en de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI). De finalisten strijden op 16 oktober tijdens Eemsdeltavisie om de bijzondere prijs: een studiereis naar Japan.
Eemsdeltavisie op 16 oktober is de finaledag van Northern Back from the Future. Dat is een scenariowedstrijd voor studenten en young professionals. Zes teams van drie personen leverden begin september hun whitepapers in over de toekomst van het industriecluster in de Eemsdelta. Ze formuleren daarin stappen die nu en op de middellange termijn nodig zijn. Het winnende team krijgt een geheel verzorgde studiereis. Met de industrie-agenda en de Noordelijke industrietafel voor het Klimaatakkoord zijn de afgelopen twee jaar stevige doelstellingen geformuleerd voor de Eemsdelta. Scope is daarbij 2030 en 2050. Maar wat zijn de stappen die nu moeten worden gezet? Dat is de centrale vraag van de scenariowedstrijd. Van teams werd gevraagd om eerst hun eigen beeld te schetsen van de Eemsdelta in 2050. Daarbij werden ze onder andere geholpen door veel informatie uit de Industrie-agenda en de resultaten van het klimaatoverleg. Vervolgens moesten ze beschrijven waar zij aan zouden beginnen, als ze het voor het zeggen hadden. Dat leverde een palet aan invalshoeken op.
1. Een stapje terug
De meest eigenwijze inzending komt wellicht van de Groningse werkstudenten van Maak Techniek & Process. Jaro Beuving, Jasper Annema en Nick Terra willen nog niet over technologische oplossingen praten, omdat er volgens hen eerst een stap terug moet worden gezet. ‘In de huidige situatie is er een gebrek aan overzicht binnen het cluster’, stellen ze in hun white paper met de titel Een stapje terug. Mede doordat er geen prijs staat op de eindigheid van producten, blijven oplossingen gefragmenteerd. Daardoor worden synergiemogelijkheden gemist.
Volgens de studenten is een systeemverandering nodig die gericht is op de verduurzaming van het hele industrieen energiecluster in de Eemsdelta. ‘De omarming van een nieuwe filosofie “het integraal denken” moet resulteren in een overtuiging van samenwerking en het behalen van volledige ketenintegratie.’ Circulaire coin De whitepaper beschrijft ook een aanpak om tot een integrale aanpak te komen. Beuving, Annema en Terra introduceren een derde partij die de verduurzaming versnelt. Deze partij moet van integraal denken zijn corebusiness maken. Op die manier creëert de derde partij overzicht binnen het cluster en kan deze zodoende de druk wegnemen bij individuele bedrijven. Met technische kennis en bezieling kan het integrale oplossingen herkennen en uitvoeren. Daarnaast introduceert het team van Maak de ‘circulaire coin’. ‘Elk bedrijf krijgt aan de hand van haar circulariteits-
PETROCHEM 10 - 2019 16
PET R Finalisten.indd 16
24-09-19 15:47
score een aantal coins van de overheid.’ Hoe meer coins, des te meer het bedrijf voor financiële ondersteuning in aanmerking komt.
(water)stof tot nadenken Met windenergie, syngas en biotechnologie de Eemsdelta CO2 neutraal
Whitepaper Scenario-wedstrijd Northern Back from the Future
2. (Water)stof tot nadenken
Heel degelijk en afgewogen is de whitepaper van young professionals en promovendi van onder andere TNO, Wageningen UR en TU Eindhoven. Tes Apeldoorn, Carina Nieuwenweg en Leon Rosseau hebben alle drie tijdens hun studie een VNCI Topsector Chemie beurs ontvangen. Dat ze getalenteerd zijn, blijkt ook wel uit hun inzending. Hun whitepaper (Water)stof tot nadenken combineert verschillende hoopvolle ontwikkelingen tot een congruente en inclusieve verkenning. Bijvoorbeeld als het gaat over mogelijke stappen om uiteindelijk bij groen waterstof uit te komen. Of zoals ze het zelf beschrijven: ‘Met tien miljard kubieke meter waterstofproductie per jaar is Nederland, na Duitsland, de grootste waterstofproducent van Europa. Momenteel is dit waterstof bijna volledig van fossiele, grijze basis. Vattenfall, in samenwerking met Equinor (voorheen Statoil, red.) en Gasunie, is van plan één van de drie units van de Magnum-centrale om te bouwen voor gebruik van waterstof vanaf 2023. Dit waterstof zal worden geproduceerd door ‘autothermal reforming’, waarna het CO2 wordt opgeslagen op de ‘Norwegian continental shelf ’. De combinatie van fossiele waterstofproductie en CO2-opslag wordt blauwe waterstof genoemd. Sinds kort is er nog een kleurtje toegevoegd aan de waterstofregenboog, turquoise. Hierbij komt, door methaanpyrolyse uit aardgas, het fossiele koolstof niet vrij in de vorm van CO2-gas, maar als vast koolstof, wat op zijn beurt weer kan worden gebruikt in de industrie. Dit alles moet in de loop der tijd plaats maken voor groene waterstof, volledig op basis van duurzame bronnen.’ Aardbevingen In tegenstelling tot wat de titel doet vermoeden, gaat de whitepaper niet alleen over waterstof. Bioraffinage, de omzetting van lignine in brandstoffen en chemische bouwstenen, en bijvoorbeeld de productie van biobrandstof uit syngas worden door Apeldoorn, Nieuwenweg
Tes Apeldoorn Carina Nieuwenweg Leon Rosseau September 2019
en Rousseau meegenomen in een inclusieve goed op elkaar afgestemde transitie. Tegelijkertijd hebben ze oog voor de samenleving, bijvoorbeeld als het om ondergrondse opslag van waterstof gaat. ‘Momenteel zijn de Groningers, opgeschud door aardbevingen, waarschijnlijk erg terughoudend als het om dergelijke onderwerpen gaat.’
3. Paris is not enough
Bijzonder is dat het derde finalistenteam louter bestaat uit buitenlandse studenten, namens Avantium en de Universiteit van Amsterdam. Uit de titel blijkt meteen al de internationale focus: Paris is not enough. Matthew Philips, Eric Schuler en Maria Alejandra Murcia willen duidelijk een stapje verder gaan dan de plannen die nu al in het Noorden op tafel liggen. ‘De huidige perspectieven sluiten goed aan bij een visie op duurzame economische groei. Sommige problemen worden echter niet voldoende aangepakt. Daarom hebben we een visie ontwikkeld voor de regio Chemport Europe die problemen aanpakt die verder gaan dan economische groei en CO2-reductie […] We willen een visie bieden die een wereld mogelijk maakt die binnen de planetaire grenzen opereert. Dit omvat een triple-helix-aanpak met gezamenlijke inspanningen van niet alleen industrieën, overheid en kennisinstellingen, maar ook de samenleving.’ Coherente groei Technologisch zien ze veel in de elektro-
chemische route om waterstof te maken en CO2 als grondstof in te zetten. Wel komen ze tot de conclusie dat koolmonoxide (CO) economisch interessanter is als grondstof dan CO2. Desalniettemin adviseren ze om snel proeffabrieken te bouwen waar verschillende routes worden onderzocht voor zowel CO2 als CO als grondstof. De whitepaper besteedt ook aandacht aan waterstof als autobrandstof. Echter na een opsomming van verschillende interessante ontwikkelingen, komen Philips, Schuler en Murcia tot de conclusie dat industriële toepassing van waterstof op korte en middellange termijn het meest lucratief is. ‘Daarom moet prioriteit worden gegeven aan het opschalen van de productie van waterstof, voordat de ontwikkeling in de mobiliteitssector wordt versneld. Later zal dan de beschikbaarheid van groene waterstof andere sectoren stimuleren om het in hun technologieën te implementeren.’ Ook dit team heeft niet alleen oog voor waterstof. Veel aandacht is er ook voor herwinning van voedingstoffen uit onder andere restwaterstromen. Hernieuwbare polymeren krijgen eveneens de nodige aandacht. Niet op één paard wedden dus. ‘Coherente groei en opschaling zijn noodzakelijk voor een succesvolle ontwikkeling van de nieuwe technologieën in de chemische clusters.’ Verdergaande digitalisering van fabrieken en pilotplants kan de nodige flexibiliteit opleveren, om ook tegelijkertijd verschillende ontwikkelingen aan te kunnen. ■
PARIS IS NOT ENOUGH: Groningen leads the world (into a circular future)
Northern Back from the Future Matthew Philips Eric Schuler Maria Alejandra Murcia
PETROCHEM 10 - 2019 17
PET R Finalisten.indd 17
24-09-19 15:47
MOBILE DEGASSING, GUARANTEED CONTINUITY
YOUR SITE. A BETTER PLACE.
FLYING COMBUSTOR®
MOBILE COMBUSTOR®
ZONE - 0 VENTILATOREN
LANGE TERMIJN OPLOSSINGEN
SIS, marktleider in mobiele verbrandingssystemen en Zone – 0 ventilatoren. Onze services en technologieën vormen de sleutel om (VOC) emissies en geur te reduceren, onder controle te houden en te voldoen aan de meest stringente milieuwetten en regels. Wij zorgen voor uw continuïteit.
TANK TERMINAL
BACK-UP EN VERVANGING VRU
RAFFINADERIJEN/ CHEMISCHE PLANTS
PIJPLEIDINGEN
VERSCHEPEN
BOL TANKS
SIS GmbH
+49 (0) 4132 654 9100 +31 (0)6 1559 7982 INFO@S-I-S.COM
WWW.S-I-S.COM
SISG19-24270 CorporateADV_Petrochem_210x297_V4.indd 1 PET Advertenties.indd 18
17-09-19 10:39 24-09-19 15:55
SOMS IS KIEZEN MOEILIJK …
… BIJ NIVEAUMETING IS HET 80GHZ-RADAR!
Eén sensor voor vloeistoffen.
GEMAKKELIJK: Eén sensor voor stortgoederen. Klinkt eenvoudig, is ook eenvoudig!
RADARNIVEAUMETING MET 80 GHZ Industriële processen worden steeds specifieker en complexer. Het is dan gemakkelijk als het juiste meetinstrument kan worden gekozen. De radarsensoren VEGAPULS 64 voor vloeistoffen en VEGAPULS 69 voor stortgoederen zijn dé oplossing voor een betrouwbare niveaumeting.
DYNAMISCH BEREIK
120 dB
Slecht reflecterende media? Stof, condens of aangroei? De 80GHz-radarsensoren behouden het volledige zicht.
PROCESAANSLUITING VANAF
FOCUSSERING
3°
Geen stoorsignalen bij ingebouwde obstakels: zendhoek vanaf 3° bij meting van vloeistoffen en 4° bij meting van stortgoederen.
¾"
Met kleine schroefdraad en in compacte uitvoering: de VEGAPULS 64 voor de kleinste vloeistoftanks.
NAUWKEURIGHEID
+/-1 mm
De VEGAPULS 64 scoort, juist bij hoogwaardige vloeistoffen, tot op de druppel nauwkeurig.
BEDIENING 80GHz-radarsensoren kunnen ook draadloos met de smartphone of via tablet worden bediend. Overigens: alle VEGA-niveausensoren vanaf 2002 kunnen achteraf nog met Bluetooth worden uitgerust. Universele weergaveen bedieningsmodule PLICSCOM vervangen. Klaar!
Meer informatie: www.vega.com/radar Telefoon +31 33 450 25 02 | E-mail info.nl@vega.com
AGENDA Oktober 8 - 10 oktober 2019 Brabanthallen, Den Bosch www.industrialheatandpower.nl
Industrial Heat & Power Industrial Heat & Power (of kortweg: IH&P) is een kennisplatform en jaarlijkse vakbeurs in het kader van de industriële energievoorziening. In 2050 moet de industrie circulair zijn en mag deze vrijwel geen broeikasgassen meer uitstoten. In 2030 moet zij 49 procent minder CO2 uitstoten dan in 1990. Om dit te halen, stelt de overheid maatregelen verplicht. Op IH&P ontdekken bezoekers oplossingen en adviezen waarmee men verder kan.
16 oktober 2019 Evenementenhal, Delfzijl www.eemsdeltavisie.nl
Eemsdeltavisie 2019 i.s.m. Behind the Scenes (VNCI) Tijdens Eemsdeltavisie onderzoeken we welke stappen er in de Eemsdelta kunnen worden gezet. Ook is een wedstrijd voor studenten en young professionals uitgeschreven, om in een whitepaper de doelstellingen voor de langere termijn via backcasting te vertalen naar natural steps voor de kortere termijn. Dat zijn stappen die nu logisch en natuurlijk voelen, ook mogelijk zijn en ons nu al dichter bij de uiteindelijke bedoeling brengen. Dit jaar wordt Eemsdeltavisie geïntegreerd georganiseerd met Behind the Scenes van de VNCI. Sprekers zijn onder andere Manon Bloemer (VNCI), Johan Visser (Nouryon), Berend Aanraad (The Natural Step) en Plant Manager of the Year 2019 Marinus Tabak (RWE). 17 oktober 2019 NEN, Delft www.nen.nl/evenementen
Seminar ‘Coatings for the future’ Dit seminar is interessant voor partijen in de coatingsector. Er worden normen en normalisatiebehoeften in het algemeen toegelicht maar ook specifiek voor de toepassing in de olie- en gassector, transportleidingen en scheepsbouw. Deelnemers wisselen in break-out sessies van gedachten over actuele thema’s als energietransitie en de circulaire en bio-economie. 29 oktober 2019 Filoform, Geldermalsen www.aanmelder.nl/7dutchpower2019
Energiecocktail van morgen CO2 reduceren tot nagenoeg zero CO2-emissie in 2050, dat is de opdracht. Op deze dag worden (technologische) oplossingen besproken die mogelijk ‘key enablers’ zijn voor CO2-reductie op de korte en lange termijn. Zij maken deel uit van de energiecocktail van morgen.
Welke energiedragers zijn ‘key enablers’? De focus ligt op verdere elektrificering, waterstof en geothermie.
November 1 november 2019 NEN, Delft www.nen.nl/evenementen
Bijeenkomst ‘Platform Industrie & Veiligheid’ NEN organiseert samen met het ministerie van SZW de bijeenkomst ‘Platform Industrie & veiligheid’. Doel van de bijeenkomst is om actuele ontwikkelingen in standaardisatie en in de Europese en nationale wetgeving te bespreken. Het platform informeert over ontwikkelingen binnen de vakgebieden van machinebouw, drukapparatuur, arbeid en ATEX. 5 - 8 november 2019 RAI, Amsterdam www.aquatechtrade.com/amsterdam
Aquatech Amsterdam Aquatech Amsterdam is gericht op innovatie en legt de nadruk op nieuwe thema’s als ontziltingstechnologie, smart metering, pompen en processen, water & energie, en klimaatverandering. De industriële watergebruiker wordt uitgenodigd voor een speciaal seminarprogramma tijdens de Industrial User Experience. Hier presenteert het InnovationLAB de kandidaten en winnaars van de Aquatech Innovation Awards en worden toekomstige technologieën met prototypes en demo’s getoond. Ook de Innovation Avenue en het BlueTech Research Innovation Pavilion mogen bezoekers op zoek naar nieuwe producten en oplossingen, zeker niet overslaan. Aquatech Amsterdam is onderdeel van Amsterdam International Water Week.
December Save the date! 10 en 11 december 2019 De Kromhouthal, Amsterdam Dinsdag 10 en woensdag 11 december vindt in Amsterdam de tweedaagse European Industry & Energy plaats. Dit internationale congres is een initiatief van TNO, FME en journalistiek kennisplatform Industrielinqs (uitgever van Petrochem).Het event is gericht op de industrie en energiesector in Nederland, Vlaanderen en Noordrijn-Westfalen. De voertaal tijdens dit congres is Engels. De tweedaagse Summit bestaat uit een dagdeel plenair, interactieve break-outs, side-events en een expositie. Doelgroep EIES 2019: Door de bundeling van verschillende communities brengt de summit verschillende beslissers bijeen uit: de procesindustrie (denk aan chemie, papier, staal , food, olie & gas en raffinage); de energiesector (elektriciteit, gas, water); toeleveranciers systeemintegratie, technologie, ingenieursbureaus; beleidsmakers bij overheden; onderzoek en wetenschap; ngo’s en brancheorganisaties.
PETROCHEM 10 - 2019 19
PET H Agenda.indd 19
24-09-19 15:49
PLANTMANAGER
Een goed draaiende plant is een teamprestatie Jeroen Jungschläger is sinds 2015 plantmanager van het Metaal Alkylen Bedrijf (MAE) van Nouryon, dat aan de overkant staat van de chloorfabriek in Rotterdam. Sinds zijn aantreden is de productiecapaciteit van de site met meer dan veertig procent gestegen. Een deel daarvan is te danken aan debottlenecking van de bestaande site. Aangevuld met een aantal slimme investeringen, staat er nu een nog modernere fabriek met een goed doordachte logistiek.
David van Baarle
Voor wie onbekend is met metaalalkylen kan de plant van Nouryon in de Botlek best imponerend overkomen. Niet omdat de plant nu zo groot is, maar de eigenschappen van stoffen als triethyl-aluminium en di-ethyl-aluminiumchloride zijn alles behalve dagelijkse kost. De vloeistoffen zijn namelijk pyrofoor, wat wil zeggen dat ze kunnen ontbranden als ze met zuurstof in aanraking komen. Met water blussen heeft een averechts effect. Geen materiaal om zonder kennis te gebruiken dus. Veiligheid staat voor Nouryon dan ook altijd voorop. De veiligheidscultuur op de site is inherent aan de risico’s, al zijn die risico’s afgedekt door het procesontwerp. Het grootste deel van de bewegingen van het medium gaat via zuurstofloze leidingen. Waar de kans bestaat dat het medium in aanraking kan komen met zuurstof, zorgt een laag stikstof ervoor dat dit niet gebeurt. De procedures om de metaalalkylen te verpompen zijn zeer strikt en het ontwerp van de afsluiters is dermate veilig dat er in principe niets fout kan gaan. Modificaties Het hart van het proces is een drietal reactoren waarvan er twee continu hetzelfde product maken en één kan wisselen tussen producten. Als basisgrondstoffen gebruikt MAE aluminiumpoeder, waterstof en etheen. Het waterstof krijgt
PLANTMANAGER In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plantmanager aan het woord over het werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het plantmanagers om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren? Kent u interessante plantmanagers die thuishoren in deze rubriek? Mail dan uw suggestie naar redactie@industrielinqs.nl
de fabriek van de naastgelegen chloorfabriek. Het etheen komt binnen via een centrale leiding en vrachtwagens leveren het aluminiumpoeder af. Na de productie van de diverse metaalalkylen verlaadt MAE het medium in speciale tanks met wanden van tien millimeter koolstofstaal. Jungschläger: ‘De producten die wij maken, zijn katalysatoren voor de polymerisatiereactie van etheen naar polyetheen of propeen naar polypro peen. Maar ook producenten van zonnepanelen en LED-verlichting gebruiken metaalalkylen. Fabrieken als deze zijn er niet heel veel op de wereld, al hebben we wel scherpe concurrentie. Toch gaan onze producten de hele wereld over.’ Met name de toenemende vraag naar kunststoffen zorgt voor een behoorlijke groei in de afzetmarkt. ‘Dat konden we tot nog toe ondervangen door kleine modificaties in en rondom het proces. Maar we lopen nu wel langzaam tegen de fysieke grenzen van de fabriek aan. Met een overall equipment efficiency van 95 procent blijft er niet veel te verbeteren over.’ Jungschläger zegt het heel bescheiden, terwijl de prestatieverbeteringen op de site om meer uitleg vragen. ‘Toen ik hier begon, zag de fabriek er anders uit dan nu. Wat betreft veiligheid was alles onder controle. Maar wat betreft de prestaties, logistiek en uitstraling waren er wel wat verbeteringen mogelijk. Het prettige aan deze plant is dat hij redelijk overzichtelijk is en een heel trouw team aan medewerkers heeft. De fabriek startte in 1997 en veel medewerkers zijn er sindsdien nooit meer weggegaan. We werken dagelijks met een team van rond de veertig medewerkers, maar delen ook een aantal functies met de chloorfabriek. Mensen die op beide fabrieken werken,
PETROCHEM 10 - 2019 20
PET P Plantmanager.indd 20
24-09-19 15:50
FOTO’S: DAVID VAN BAARLE
merken gelijk het verschil in sfeer, wat nog het best valt te omschrijven als ‘familiegevoel’. We kennen elkaar en de wachtchef maakt bijvoorbeeld regelmatig een pan soep voor het hele bedrijf. Het zijn kleine dingen, maar wel zaken die meer binden dan een salaris.’ Jungschläger hoefde dan ook niet heel hard te duwen om de gewenste veranderingen erdoor te krijgen. ‘Door mensen de ruimte, vertrouwen en eigen verantwoordelijkheden te geven, komen ze vaak tot hogere prestaties dan wanneer je ze vertelt wat ze moeten doen. Ik heb het geluk dat ik een van de meest ervaren technologen op het gebied van metaalalkylen aan boord heb. Ook de productiemanager en maintenance manager hebben verbeteren in hun dna. Samen keken we dan ook naar zowel de technische als de organisatorische bottlenecks en besloten die een voor een aan te pakken.’ 5S Een deel van de verbeteringen was eerder cosmetisch dan technisch noodzakelijk. Wie de fabriek in loopt, valt direct op hoe schoon het is en hoe leidingen voor diverse media allemaal hun eigen kleur hebben. ‘Zo was het vier jaar geleden niet’, zegt Jungschläger. ‘De site oogde rommelig en onverzorgd. We maken
Jeroen Jungschläger (Nouryon): ‘Iedereen ziet dat een schone en opgeruimde fabriek rust geeft.’ regelmatig met het managementteam een rondje over de site en besloten een aantal jaar geleden rommel op te ruimen. Zeker de eerste ronde haalden we behoorlijk wat vuilniszakken met rommel weg. Het is natuurlijk best beschamend als een directeur jouw rommel weghaalt, dus de tweede ronde waren er al heel wat minder vuilniszakken nodig. Het zijn misschien kleine dingen, maar juist door oog te hebben voor de kleine dingen, zie je ook de grotere problemen aankomen. We hebben ooit een incident, zonder letsel, gehad doordat iemand zich van pijpleiding vergiste. Die vergissing is nu moeilijker te maken omdat ieder soort leiding zijn eigen kleur en code heeft. Ik heb een 5S-coördinator die zeer fanatiek is in het toepassen van deze Japanse filosofie. Maar iedereen ziet inmiddels dat een schone en opgeruimde fabriek rust geeft.’ Knip Wat betreft organisatie zette Jungschläger een knip tussen de productie en de verladingsbaaien. ‘In het verleden was één team verantwoordelijk voor zowel
de productie als de verlading. Dat resulteerde erin dat productie veel aandacht kreeg en verlading er een beetje bij werd gedaan. En dat terwijl verladen eigenlijk een veel crucialer deel is van ons proces. Zeker bij de make-to-order-processen wil je er zeker van zijn dat de juiste producten op tijd bij de juiste klanten komen. Als we bovendien wilden blijven groeien, moesten we ook meer aandacht schenken aan het inmiddels zevenduizend stuks tellende tankpark. We leveren over de hele wereld en als je bijvoorbeeld een tank in India hebt staan, ben je hem een half jaar kwijt. Het managen van de retourstromen levert ons direct geld op, maar voorkomt ook praktische problemen. De tanks moeten tenslotte ook eens in de tweeënhalf jaar gekeurd worden. Dit zijn eerder logistieke uitdagingen dan de dagelijkse uitdagingen in een chemische fabriek. Daar passen ook andere mensen bij.’ Vacuüm Op het gebied van technische verbeteringen heeft Jungschläger een voorsprong omdat hij van origine een procestechPETROCHEM 10 - 2019 21
PET P Plantmanager.indd 21
24-09-19 15:50
[Sch i.s.m. Behind the scenes rijf nu i EVENEMENTENHAL DELFZIJL | 16 OKTOBER n]
NATURAL STEPS Met de industrie-agenda voor de Eemsdelta en de uitkomsten van de Industrietafel Noord-Nederland zijn stevige doelstellingen geformuleerd. Er is gekozen voor een purpose driven aanpak waarbij niet op voorhand voor een enkele oplossingsrichting wordt gekozen. Maar wat betekenen deze ambities voor de korte en middellange termijn? Welke stappen kunnen ons dichter bij ons uiteindelijke doel brengen? En hoe kunnen we leren van stappen die we in het verleden hebben gezet? Tijdens Eemsdeltavisie onderzoeken we met enig historisch besef welke stappen er nu al in de Eemsdelta zijn te zetten. Ook schrijven we een wedstrijd uit voor whitepapers waarin de doelstellingen voor de langere termijn via backcasting worden vertaald naar natural steps voor de kortere termijn. Dat zijn stappen die nu logisch en natuurlijk voelen, ook mogelijk zijn en ons nu al dichter bij de uiteindelijke bedoeling brengen. Initiatiefnemers:
Eventpartners:
Programma 09.00 uur
Optioneel: Bustour met gids over het Chemiepark Delfzijl en langs omliggende chemiebedrijven
10.30 uur
Inloop en ontvangst congres
11.00 uur
Aanvang congres
• Opening Cas König (CEO Groningen Seaports) • 100 jaar chemie VNCI door Manon Bloemer (VNCI) • Virtuele rondleiding door fabrieksonderdelen en installaties die je normaal niet ziet of nog niet kunt zien • Keynote Johan Visser (Nouryon) over stappen in het verleden • Pitches finalistenteams Northern Back from the Future
13.00 uur
Netwerklunch
14.00 uur
Aanvang middagprogramma
• Keynote Berend Aanraad (The Natural Step) over Natural Steps • Debat met stellingbrengers
15.30 uur
Korte pauze
16.00 uur
Vervolg programma
• Keynote Marinus Tabak (Plant Manager of the Year 2019) over actuele stap met mogelijk grote gevolgen • Bekendmaking winnaar Northern Back from the Future
17.00 uur
Netwerkborrel
18.00 uur
Einde congres
www.eemsdeltavisie.nl EemsDeltavisie 2019 hele PET Advertenties.indd 22pagina.indd 1
13-09-19 15:55 13:50 24-09-19
noloog is. ‘De procestechnoloog en ik hebben soms ellenlange discussies over potentiële procesverbeteringen. Zo zijn we recent overgestapt op een andere katalysator, wat de reactie versnelde. Maar we hebben ook een modificatie uitgevoerd met behulp van een vacuümpomp. Door de druk in de destillatie te verlagen, hoef je minder energie toe te voegen, maar is de doorloop ook veel sneller. Etheen wil namelijk nog wel eens reageren tot butylen, die we er uit moeten destilleren en weggooien. Tegelijkertijd hebben we ook de leidingen vergroot, waardoor de destillatiecapaciteit toenam. We gebruiken nu dus minder energie en produceren minder afval, terwijl het proces veel eenvoudiger verloopt.’ Dromen Daarmee was Jungschläger nog niet klaar met zijn missie. ‘In 2016, sprak ik een drietal dromen uit. Ik wilde een aluminiumsilo bouwen, de verlading automatiseren en inline kwaliteitsmeting aanbrengen.’ De aluminium silo vervangt een opslagsysteem van het aluminiumpoeder dat zeer arbeidsintensief was. Het poeder werd in gecompartimenteerde containers aangevoerd die vervolgens naar de top van de fabriek moesten worden gehesen. Ook daarboven moest nog het nodige met een kraan worden versleept. Jungschläger: ‘We hadden al een silo voor aluminiumchloride en ik verbaasde me er altijd over waarom we niet hetzelfde deden met onze meest gebruikte grondstof. Nu vullen we de silo aan de grond en blazen we het aluminium pneumatisch de fabriek in. Dit scheelde meer dan de helft aan handmatige transporthandelingen.’ Wat betreft het automatiseren van de verlading zijn de nodige investeringen gedaan, waardoor het verladen niet alleen sneller gaat, maar ook veiliger. ‘Inmiddels kunnen we inline de kwaliteit van de producten testen, waardoor de procesoperators veel meer in control zijn. We zijn nu bezig om statistical process control in te voeren. Een van de voordelen van de overgang naar een nieuw bedrijf was dat ze ook nieuwe systemen invoerden. Zo is Nouryon zeer bedreven in kwaliteitsborging en heeft daar een aantal handige tools voor. Eenvoudig gezegd komt
‘ Je kunt de beste spitsen binnenhalen, maar dat wil niet zeggen dat je dan landskampioen wordt.’ het er op neer dat je in digitale logboeken bijhoudt wat je hebt gedaan en wat de uitkomst van je handelen was. Als je weet welke parameters tot welke resultaten leiden, weet je ook wat je moet doen om hetzelfde resultaat weer te bereiken.’ Bad actors Die kwaliteitsslag ziet Nouryon ook op het gebied van onderhoud. Jungschläger: ‘We hebben geen redundantie in het proces en maintenance moet daarom nog vaak snel kunnen reageren op storingen. Toch krijgen we ook daar steeds meer grip op. Ik schat dat we nu zo’n zestig procent preventief onderhoud uitvoeren. We kunnen de meantime between failure van pompen al veel beter voorspellen en weten ook de inspectieregimes van een aantal assets te rekken naar zes tot soms zelfs twaalf jaar. Een maintenance engineer onderzoekt de terugkerende storingen, maar we zitten ook veel dichter op de kostenkant van het onderhoud. Door zorgvuldig uren en materiaalkosten te documenteren, haal je veel sneller de bad actors boven water en kan je tijdig ingrijpen.’
De grootste winst is echter gehaald door verbeterde samenwerking tussen operations en maintenance. ‘Die stonden vier jaar geleden nog lijnrecht tegenover elkaar. Door inzicht te geven in elkaars motieven en zorgen, kom je erachter dat je hetzelfde nastreeft. Nu gaan maintenance en operations hand in hand. De operators voeren in principe het eerstelijns onderhoud uit en sleutelen waar mogelijk mee. We hebben een OEE bereikt van 95 procent, wat moeilijk nog te verbeteren is. Dat wil echter niet zeggen dat we stil blijven zitten.’ Teamprestatie Jungschläger benadrukt dat een goed draaiende plant een teamprestatie is. ‘Toen ik hier in 2015 werd binnengehaald, presteerde hij niet goed. Dat is niemand te verwijten, de grens tussen succes en geen succes is nu eenmaal flinterdun. Je kunt de beste spitsen binnenhalen, maar dat wil niet zeggen dat je dan landskampioen wordt. Alle teamgenoten zijn belangrijk en moeten zich veilig en gewaardeerd voelen op een site. Dan ben je als team succesvoller.’ ■ PETROCHEM 10 - 2019 23
PET P Plantmanager.indd 23
24-09-19 15:50
PLANT ONE
Onderzoek naar nieuwe mogelijkheden prilling Familiebedrijf Kreber focust zich op de ontwikkeling van prillingtechnieken. Prilling is het proces waarbij kleine vaste bolletjes worden gemaakt van een gesmolten materiaal dat als halffabricaat in een proces kan worden ingevoerd of als eindproduct wordt gebruikt, zoals bijvoorbeeld kunstmest. Begin volgend jaar opent het bedrijf een proeffabriek bij Plant One in Rotterdam.
In de hal van Kreber in Vlaardingen worden allerlei machines gebouwd. Zo staan er enorme apparaten voor de voedingsmiddelenindustrie, onderdelen voor het spoor en prillingfabrieken. Het bedrijf heeft al meer dan vijftig jaar ervaring met de technologie en zag vijf jaar geleden dat er kansen waren voor innovaties in de prillingtechnologie. Deze wordt nu het meest gebruikt voor ureum, BPA en ammoniumnitraat. Maar Kreber ziet ook kansen voor andere stoffen, zoals zwavel en waxen, waarvoor prilling met meerwaarde voor de afnemers kan worden ingezet. Muisjes Het grootste voordeel van prilling, is volgens procestechnoloog Gelmer Bouwman dat je een heel handelbaar product krijgt. Hij maakt daarvoor een vergelijking met broodbeleg. ‘Denk aan hoe hagelslag, vlokken, muisjes en gestampte muisjes uit een verpakking stromen. Voor vlokken heb je bijvoorbeeld een grotere opening nodig en moet je schudden. Ze komen niet makkelijk uit de verpakking, terwijl muisjes er wel eenvoudig uitstromen.’ De bolletjes die ontstaan door prilling, zijn te vergelijken met de muisjes. Als
halffabricaat kan je ze gemakkelijk in een proces laten instromen en als eindproduct kan je ze bijvoorbeeld als kunstmest goed over het land verdelen. Regen Nog een voordeel van prilling is dat het qua proces een redelijk eenvoudige en daarom zeer betrouwbare techniek is. Prilling gebeurt in een prilltoren die tientallen meters hoog is. Bovenin de toren stroomt gesmolten vloeistof door een soort kegelvormig vergiet, waardoor een regen ontstaat. De stralen van die regen breken op in druppels. Doordat er lucht van onder naar boven wordt geblazen is het beneden in de toren koeler, waardoor de druppels stollen en mooie ronde balletjes worden. Voor elk materiaal zijn andere omstandigheden nodig om die balletjes te krijgen. In haar proeffabriek gaat Kreber onderzoek doen in twee richtingen. Bouwman: ‘Uit marktonderzoek is gebleken dat er nog steeds veel vraag is naar prilling voor ureum en ammoniumnitraat. Met die technieken zijn wij al heel bekend, maar die willen wij nog verder verbeteren. Daarnaast gaan we kijken of we prilling op andere materialen kunnen toepassen. Doordat Plant One een koepelvergunning heeft, hoeven we niet voor elke stof waar we mee gaan testen een nieuwe vergunning aan te vragen. Dat scheelt heel veel tijd.’ Waxinelichtjes In de proeffabriek kan het bedrijf volgend jaar batches van honderd kilogram produceren. Op het moment doet de R&D-afdeling van Kreber ook al
Deze pagina’s worden mogelijk gemaakt door Plant One
Een artist impression van de proeffabriek.
PETROCHEM 10 - 2019 24
PET10 M_Plant One.indd 24
24-09-19 15:51
FOTO’S: KREBER
PLANT ONE
De bolletjes die ontstaan door prilling zijn te vergelijken met muisjes die je op een beschuitje kunt doen.
onderzoek, maar ze moet creatief zijn. In de fabriek in Vlaardingen mag niet met chemische stoffen worden gewerkt. Bouwman: ‘Wij zijn hier begonnen met waxinelichtjes. Het kaarsvet lieten wij door een buis vallen en daar komen ook kleine balletjes uit. Een andere mogelijkheid was chocola, maar dat plakt zo.’ Bouwman heeft op tafel een aantal buisjes uitgestald met prills van verschillende stoffen. Ze variëren in doorsnede tussen de 0,5 en 2,5 millimeter. ‘Elke klant heeft andere wensen. Soms moeten de prills ergens in oplossen en zijn kleinere
bolletjes handig. Voor het uitstrooien van kunstmest over landerijen zijn grotere korrels wenselijk. En sommige prills worden als veevoer gebruikt en daar zitten weer andere eisen aan.’ Breken van stralen Uiteindelijk wil de R&D-afdeling onderzoeken of het mogelijk is om nog kleinere prills te maken. ‘Dat is lastig’, zegt Bouwman. ‘Qua druppelvormen is het mogelijk. Maar het moeilijke is dat de lucht die van onder naar boven blaast in de toren deze kleine balletjes mee
omhoog neemt. We onderzoeken hoe we dat op kunnen lossen.’ Een van de lastigste dingen is volgens Bouwman misschien wel de straalopbreking en het vormen van druppels echt goed te begrijpen. De vloeistof bovenin de prilltoren kan uit een statisch of draaiend vergiet komen. ‘Bij die laatste krijg je een gebogen straaltje, dat opbreekt in druppels. Hoe dat werkt, is echt complex. We hebben een samenwerking met de Technische Universiteit Delft om dat fundamenteel te onderzoeken.’ ■
TECHNIEKEN Er zijn verschillende technieken om materialen in een handige vorm te gieten. Naast prilling zijn dat onder andere granuleren, flaken en pastilleren. Bij granulatie begin je met een druppel waar andere druppels aangroeien, samen vormen die druppels een balletje dat het eindproduct is. Bij flaken wordt materiaal van een ronddraaiende cilinder geschraapt waardoor een soort vlokken ontstaan en bij pastilleren wordt een lopende band gebruikt waar halve
druppels op worden gelegd. Om in het broodbelegjargon te blijven, denk aan Schuddebuikjes. Volgens procestechnoloog Gelmer Bouwman ligt het aan de wens van de eindgebruiker welke techniek het meest geschikt is. ‘Het hangt van de klant af welke techniek slim is om in te zetten. Prilling en granulatie is bij hoge capaciteit en een continue productie het best inzetbaar. Bij flaken en pastilleren is het makkelijker om het proces even stil te leggen.’
PETROCHEM 10 - 2019 25
PET10 M_Plant One.indd 25
24-09-19 15:51
MAGAZINE
ONLINE NIEUWS
BEREIK NETWERK EVENEMENTEN KENNIS DELEN BRANDED CONTENT Nr. 5 - 2019
www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 23,-
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta
‘Oliebedrijven hebben gebrek aan voorstellingsvermogen’ • Finalisten Plant Manager of the Year 2019 bekend • Thema: Engineering & Contracting
Het Petrochem platform is een zelfstandig en onafhankelijk kennisnetwerk, gericht op asset owners en toeleveranciers in de hele keten van olie-, gas- en chemische industrie Het Petrochem platform deelt binnen de industrie kennis via haar netwerk, magazines, websites, events en verkiezingen.
Het Petrochem platform versterkt uw netwerk.
Het Petrochem platform kent experts, leden en partners.
Meer weten: Janet Robben +31(0)20 31 22 085 janet@industrielinqs.nl
Het Petrochem platform biedt partners en leden een optimale mix van zichtbaarheid, bereik, netwerk en kennis.
www.petrochem.nl petrochem platformadv nieuw-1.indd 1 PET Advertenties.indd 26
12-07-19 24-09-19 10:24 15:55
EUROPEAN INDUSTRY&ENERGY SUMMIT
Industrie moet transitie meer laten zien uitgebreid de aandacht. Maar denk ook aan circulaire onderwerpen als de chemische recycling van kunststoffen. Natuurlijk ontbreken energiebesparing en de opslag en hergebruik van CO2 niet. Het evenement gaat uit van eenheid in verscheidenheid. Doordat partners rond de genoemde thema’s diverse zogenoemde side-events op dezelfde locatie organiseren, brengt het event een grote groep beslissers uit de procesindustrie en energiesector in Noordwest-Europa bijeen. ■
Wim Raaijen
In Noordwest-Europese landen worden de procesindustrie en de energiesector als grote veroorzakers van de klimaatproblemen gezien, terwijl ze ook sleutels tot oplossingen kunnen bieden. In de industrie worden momenteel verschillende innovaties toegepast en onderzocht die kunnen zorgen voor schonere processen, ketens, clusters en producten. Door veel aandacht te geven aan concrete oplossingen willen de initiatiefnemers van EIES 2019 deelnemers informeren, inspireren, verbinden en activeren. Met verschillende partners gaan ze op zoek naar integrale oplossingen, de symbiose tussen verschillende ketenonderdelen en industriële clusters. Lokaal, regionaal en grensoverschrijdend. Daarbij uitgaande van een inclusieve transitie. Het thema is: Energizing a Sustainable Future.
European Industry & Energy Summit (EIES): Energizing a Sustainable Future
Eenheid in verscheidenheid Het evenement wil vanuit inhoudelijke transitielijnen verschillende communities bij elkaar brengen. Denk aan de verdere ontwikkeling van emissieloos waterstof. Ook hoopgevende technologieën als elektrochemie en elektrificatie krijgen
Het evenement biedt een verscheidenheid aan bijeenkomsten: • Plenaire opening (internationale keynotes en verkiezing Industrial Energy Enlightenmentz). • Cases: Partners presenteren inspirerende user cases in interactieve break-outs. • In talks van tien minuten geven experts hun inspirerende visie op de energietransitie. • Side-events: Binnen het thema organiseren verschillende partners, waaronder Voltachem, FME, TNO Circulair en Gasunie een eigen side-event. Daarin delen zij verschillende innovaties en oplossingsrichtingen. • Ronde tafels: Partners bespreken specifieke oplossingsrichtingen binnen de energietransitie. • In de centrale hal exposeren partners op het kennisplein.
Onbekend maakt onbemind. De procesindustrie is niet alleen een van de veroorzakers van klimaatproblemen, ze kan juist een grote bijdrage leveren aan oplossingen. Dat moet gezien worden. Initiatiefnemers TNO, FME en Industrielinqs (uitgever van Petrochem) organiseren daarom de European Industry & Energy Summit (EIES) 2019, 10 en 11 december in De Kromhouthal Amsterdam.
Neem voor meer informatie over partnerships, cases en ronde tafels contact op met Janet Robben (janet@industrielinqs.nl). Wilt u een inspirerend idee, concept of innovatie delen, mail uw korte motivatie naar Wim Raaijen (wim@industrielinqs.nl).
PROGRAMMA
PETROCHEM 10 - 2019 27
PET S Summit aanjager.indd 27
24-09-19 15:53
INNOVATIE
FOTO: PIXABAY
iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
Iv-Industrie
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
MICROBEN BESCHERMEN IJZEREN DAMWANDEN TEGEN AFBRAAK Van ijzeren damwanden wordt verondersteld dat ze ongeveer vijftig tot honderd jaar mee kunnen. Maar op een aantal locaties in Nederland zijn damwanden al zo ver aangetast door corrosie dat ze nog maar één millimeter dik zijn. Vervanging van deze zwakke damwanden kost miljoenen, zo niet miljarden euro’s. Tegelijkertijd zijn er ook plekken waar de damwanden nog steeds in uitstekende staat verkeren. Daar blijkt een natuurlijke beschermlaag op de damwand te zijn ontstaan. Onderzoekers van de Radboud Universiteit, het Nederlands Instituut voor Ecologie en Deltares ontdekten dat een natuurlijke biofilm van zuurstofloze micro-organismen de ijzeren damwanden op deze plekken tegen corrosie beschermt, door het neerslaan van mineralen op de wand. Er bleken vier soorten zuurstofloze of anaerobe micro-organismen in de biofilm te zitten, waaronder methaanproducerende microben. ‘We weten dat wanneer ijzer met water in contact komt, er lichte corrosie optreedt’, vertelt Michiel in ’t Zandt van de Radboud Universiteit. ‘Bij dat proces wordt waterstof gevormd. We denken nu dat de methaanproducerende micro-organismen ijzer en waterstof gebruiken om koolstofdioxide om te zetten in methaan. En CO2 bepaalt voor een belangrijk deel de zuurgraad van het sediment dat neerslaat op de wanden. Bij minder CO2 wordt het sediment basischer (minder zuur, red.). Daardoor slaan mineralen neer en ontstaat de beschermende laag’, verklaart In ’t Zandt. Toch blijft voor een groot deel onduidelijk hoe de biofilm nu voor bescherming zorgt. ‘Omdat sommige micro-organismen ijzer opeten, zoals je nu bijvoorbeeld ziet bij het scheepswrak van de Titanic, zou je verwachten dat er gaten in damwanden ontstaan. We tasten in het duister waarom deze biofilm juist voor bescherming van de damwanden zorgt’, legt In ’t Zandt uit. Verder onderzoek moet daarom uitwijzen of de biofilm kan worden geproduceerd om ook op andere plekken ijzeren damwanden te beschermen tegen corrosie. VERNUFTIGE WARMTEBATTERIJ DANKZIJ EENVOUD BETAALBAAR TNO en TU Eindhoven werken aan een warmtebatterij voor consumenten. De warmtebatterij slaat duurzaam opgewekte energie op, zodat die beschikbaar is op windstille en bewolkte dagen. Hij werkt stabiel en zonder energieverlies en gaat bij juist gebruik minstens twintig jaar mee. De warmtebatterij werkt met twee componenten: waterdamp en een zouthydraat. Als deze bij elkaar worden gebracht, bindt het water zich aan het zout, waarbij zoutkristallen ontstaan. Bij dat proces komt warmte vrij. Dit proces is omkeerbaar. Door opnieuw warmte in het systeem te brengen, komen water en zout weer los van elkaar. Zolang water en zout zijn gescheiden, is er energie opgeslagen. Breng je die twee weer bij elkaar, dan komt warmte en daarmee energie vrij. Projectleider Olaf Adan van TNO en TU/e spreekt van een vernuftig systeem, dat heel eenvoudig werkt. ‘Die eenvoud maakt het mogelijk om de warmtebatterij betaalbaar te houden, ook voor huizenblokken of zelfs voor individuele woningen.’ Hij verwacht dat de kostprijs beneden die van systemen voor elektrische opslag zal liggen, terwijl de prestaties beter zijn. ‘Met de opgeslagen warmte kan een gezin twee weken warm douchen.’ De Europese Commissie heeft zeven miljoen euro subsidie toegekend voor de verdere ontwikkeling van de warmtebatterij. TNO en TU Eindhoven werken binnen het Europese consortium Heat-Insyde aan de batterij. Het consortium zal de warmtebatterij ontwikkelen naar een voor de consument geschikte vorm.
PETROCHEM 10 - 2019 28
PET10 G Innovatie.indd 28
24-09-19 15:54
MEER SCHRIK EN VERRASSING IN TRAINING PILOTEN In de training van piloten komt specifiek aandacht voor de effecten van schrik en verrassing. Promovendus Annemarie Landman van TU Delft toonde aan dat zo’n training (in vliegsimulatoren) daadwerkelijk een positief effect heeft. Tijdens Air France vlucht 447 in 2009 begrepen piloten minutenlang niet wat het probleem was toen de automatische piloot zichzelf ’s nachts uitschakelde en de instrumenten vervolgens tegenstrijdige informatie gaven. De verwarring, in combinatie met de technische mankementen, leidde ertoe dat het vliegtuig in de Atlantische Oceaan stortte. Naar aanleiding van onder meer dit ongeval, deden luchtvaartautoriteiten de aanbeveling om piloten voortaan op schrik en verrassing te trainen. Landman bekeek hoe je piloten in een vliegsimulator kunt trainen om met verrassing en stress om te gaan: ‘Noodsituaties kunnen in de simulator natuurlijk nooit zo verrassend en stressvol zijn als in het echt. Ons onderzoek laat zien dat je piloten ook in de simulator goed kunt trainen door een deel van de training minder voorspelbaar in te richten en de oefenscenario’s meer te variëren.’ Dat is winst, want de huidige scenario’s kunnen volgens Landman eenzijdig en voorspelbaar zijn, onder meer doordat er slechts een beperkt aantal beschikbaar is. Landman onderzocht ook een procedure om gestreste piloten een noodsituatie te laten analyseren. ‘Dat is een simpele checklist waarmee je eerst bewust de stress reguleert, vervolgens de belangrijkste variabelen om te kunnen vliegen checkt, en daarna het probleem gaat analyseren. Door deze structuur in de analyse aan te brengen, werkt die beter tijdens stress. De resultaten hiervan waren veelbelovend, maar verder onderzoek moet uitwijzen of deze aanpak ook echt werkt in noodsituaties.’
iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
0/0/0/100 69/18/2/0
FOTO: LAURA VAN DER LINDE
0/0/0/4
FOTO: PIXABAY
INNOVATIE FOCUS-ON RICHT ZICH OP AUTONOME FABRIEK Krohne en Samson hebben hun krachten gebundeld en hebben de afgelopen twee jaar out-of-the box nagedacht over hoe zij de procesindustrie kunnen helpen. Dit heeft geleid tot de geboorte van de joint venture Focuson en een revolutionair apparaat dat klep- en meettechnologie combineert met diagnose- en besturingsfuncties. Het nieuwe bedrijf richt zich op de ontwikkeling, productie en marketing van autonome apparaten voor de procesindustrie 4.0. Met de aankondiging van de samenwerking is gelijktijdig een innovatie gepresenteerd die klep- en meettechnologie combineert met gebruiksvriendelijke diagnose- en besturingsfuncties in één apparaat. André Boer: ‘Het leek voorheen onmogelijk om het meten van temperatuur, druk en flow te combineren met een regelklep. Dat is gelukt. Daarnaast hebben we meerdere sensoren geïntegreerd in een apparaat en dat maakt het combineren van data eenvoudiger en verkort de tijd van meetcycli. Verder is er een digital twin ingebouwd zodat je real-time informatie ontvangt over de toestand van je device en het proces en het geeft de mogelijkheid om in een virtuele wereld aanpassingen door te voeren en te testen.’ Volgens de bedenkers realiseert het apparaat tot zo’n 33 procent kostenreductie, afhankelijk van het proces waarin het apparaat wordt geïntegreerd. In de eerste plaats omdat het aantal benodigde flenzen sterk wordt gereduceerd: van zes of zeven naar slechts twee. Er is minder ruimte nodig en de up-time kan omhoog. Op een aantal sites in Nederland en Duitsland worden nu praktijktesten uitgevoerd. Als deze naar behoren verlopen, wordt het apparaat in 2020 officieel gelanceerd.
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
PETROCHEM 10 - 2019 29
PET10 G Innovatie.indd 29
24-09-19 15:54
Het Petrochem platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond de olie- en chemische industrie. Het Petrochem platform bereikt zijn doelgroep via het vakblad Petrochem, de website www.petrochem.nl, de nieuwsbrief, rondetafelbijeenkomsten, het jaarcongres Deltavisie en andere events.
PARTNERNIEUWS
PARTNERS VAN HET PETROCHEM PLATFORM
DIC neemt pigmentenactiviteiten BASF over BASF en het fijnchemische bedrijf DIC hebben een akkoord bereikt over de overname van BASF’s wereldwijde pigmentenactiviteiten. De aankoopprijs 1,15 miljard euro. De transactie wordt naar verwachting eind 2020 afgerond. Het Japanse DIC heeft wereldwijd zo’n 20.000 werknemers. BASF’s pigmentenactiviteiten telt wereldwijd zo’n 2.600 medewerkers en genereerde in 2018 een omzet van ongeveer 1 miljard euro. In Maastricht werken er 59 personen op de BASF-vestiging.
Omgevingsvergunning biomassacentrale afgegeven De provincie Noord-Holland heeft de definitieve omgevingsvergunning afgegeven voor de aanleg van de biomassacentrale van Vattenfall bij de energiecentrale in Diemen. Het warmtenet levert een belangrijke bijdrage aan Vattenfalls doelstelling: fossielvrij leven mogelijk te maken binnen één generatie. Door het warmtenet open te stellen voor nieuwe en duurzame warmtebronnen, zet Vattenfall een volgende stap naar gasvrije stadsverwarming en voorziet in de toenemende behoefte aan groene warmte. De aanleg van deze biomassacentrale is een van de initiatieven om dit mogelijk te maken. Succes van industriële warmtepompen Onder de juiste omstandigheden kan de inzet van een industriële warmtepomp niet alleen een bijdrage leveren aan CO2-reductie, maar ook economisch rendabel zijn. Dat is een van de uitkomsten van het onderzoek dat de Hogeschool Rotterdam heeft uitgevoerd in samenwerking met het Deltalinqs Climate Program. Hierin brachten onderzoekers en studenten de haalbaarheid van verdere warmteintegratie met warmtepompen in kaart bij Air Liquide, Shin-Etsu en BP Rotterdam.
Bekijk de partnerfilmpjes op www.petrochem.nl/partners-leden CONTENTPARTNERS
LEDEN VAN HET PETROCHEM PLATFORM
ENGIE logotype_solid_BLUE_RGB 14/04/2015 24, rue Salomon de Rothschild - 92288 Suresnes - FRANCE Tél. : +33 (0)1 57 32 87 00 / Fax : +33 (0)1 57 32 87 87 Web : www.carrenoir.com
RÉFÉRENCES COULEUR
Zone de protection 1 R0 G170 B255
Zone de protection 2 Zone de protection 3
LEADER IN HIGH TEMPERATURE SOLUTIONS
Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het Petrochem platform, kijk dan op www.petrochem.nl of neem contact op met Janet Robben: janet@industrielinqs.nl - 020 312 2085
PET10 L Platform.indd 30
24-09-19 15:57
‘EXPERTQU TES’ Projecten die bijdragen aan vermindering van de CO2-uitstoot dragen doorgaans ook bij aan verlaging van de stikstofuitstoot. Denk bijvoorbeeld aan projecten waar met duurzame elektriciteit wordt geproduceerd in plaats van gas. Daarom moet de energietransitie niet worden stilgelegd door stikstof, maar moeten projecten die bijdragen aan minder CO2-uitstoot in de keten juist ruimte en versnelling krijgen.’ Cas König, Groningen Seaports, in een bericht op de site van het havenbedrijf.
We zien duaal leren als de onderwijsvorm van de toekomst. Niet alleen voor chemie, maar ook voor kunststoffen en farma. Voor veel jongeren is dit effectief een springplank naar een job. Duaal leren heeft nog veel groeimarge, maar dan moeten we het in meer scholen kunnen aanbieden om meer leerlingen aan te trekken. We blijven ook pleiten voor een uitbreiding van duaal leren of werkplekleren naar het hoger onderwijs. Ons Avogadro-project voor professionele bachelors chemie kan daarvoor als model dienen.’ Frank Beckx, Essenscia Vlaanderen, over duaal leren.
Europa heeft al een beperkt aantal plastic toepassingen in de ban gedaan, zoals plastic bestek en zuigrietjes. Veel meer dan symbooldossiers zijn dit echter niet. We moeten veel verder durven gaan: idealerwijs wordt alle plastic voor eenmalig gebruik biodegradeerbaar.’ Wim Soetaert, Universiteit Gent, in zijn column.
HET EXPERTPANEL VAN HET PETROCHEM PLATFORM BESTAAT UIT DE VOLGENDE SPECIALISTEN Johan Alebregtse Manufacturing & Technology Executive
Michel Grijpink Hogeschool Utrecht, Learning & Development consultant
Enrico Lammers Pro6com en DWG Process & Safety managing director/ partner
Genserik Reniers TU Delft, professor Safety and Security Science Group
Wouter Stam Flowid, managing director
Frank Beckx Essencia Vlaanderen, gedelegeerd bestuurder
Ronald Hoenen DSM Dyneema, site manager
Henk Leegwater Lexxin, consultant
Elsbeth Roelofs MVO Nederland, sectormanager Chemie, Inter nationaal MVO programma
Niek Stokman Bilfinger Tebodin West Nederland, sales manager oil & gas
Jos Benders voormalig topman Lyondell
Joris Hurenkamp Havenbedrijf Rotterdam, business manager
Bart Leenders Neste, managing director
Egbert Schellenberg FNV, vakbondsbestuurder procesindustrie
Gabriel Tschin Plant One Rotterdam, managing director
Sandra de Bont VOTOB, directeur
Emre Kaya Organik Kimya, site director
Frank de Leng Van Happen Containers, operationeel directeur
Dik Schipper voormalig production leader Dow Benelux
Henk Veldink Hexion, site manager
Plant Manager of the Year 2015
Plant Manager of the Year 2017
PET10 L Platform.indd 31
Jeroen van Woerden Cabot, general manager, Plant Manager of the Year 2016
Jan Bout Bout&Co, partner
Hans Kerkhoven voormalig topman Shell Global Solutions
Michel Leyseele Havenbedrijf Antwerpen, Head of Energy & Chemicals Department
John Schonewille Stratt+ Industrial Management, directeur
René Venendaal BTG Biomass Technology Group, algemeen directeur
Frans Brüning Iv-Industrie, business development manager
Cor Kloet voormalig algemeen directeur SPIE Nederland
Marit van Lieshout Kenniscentrum Duurzame Havenstad, Iector Procesoptimalisatie en -intensificatie
Gerald Schotman Shell, presidentdirecteur
Roelf Venhuizen voormalig voorzitter Profion en directeur NAM
Jan Van Doorslaer voormalig woordvoerder BASF Antwerpen
Tijs Koerts EPSC, operations director
Cor van de Linde iTanks, managing director
Jaap Schouten TU Eindhoven, professor
Roelof van Wijk Avebe, site director Foxhol
Niko van Gent voormalig woordvoerder Huntsman Holland
Cas König Groningen Seaports, directeur
Michel Meertens DSM, site director
Wim Soetaert Universiteit Gent, professor
Maaike de Wit Straatman Koster advocaten, advocaat
Cor Zijderveld SBE, voorzitter
24-09-19 15:57
THEMA: OFFSHORE
Platforms strategische schakel in energietransitie De plannen voor de aanlanding van offshore-windenergie als waterstofgas liggen al klaar. Enige uitdaging is dat niemand ooit offshore waterstofgas produceerde. Vandaar dat Nexstep en TNO onderzoeken hoe een elektrolyser zich gedraagt onder de zware condities van een offshore-productieplatform van Neptune Energy.
David van Baarle
‘Nederland dankt een groot deel van zijn rijkdom aan zijn unieke geografische positie’, zo speechte Erik Wiebes onlangs nog bij de in ontvangstname van een rapport over blauw waterstof. ‘Wij hebben jarenlang geprofiteerd van de Noordzee, diep genoeg voor scheepvaart en ondiep genoeg om de gasbronnen onder de zee goedkoop te kunnen ontginnen.’ De minister van Economische Zaken en Klimaat is van mening dat we die positie ook moeten gebruiken bij een nieuw hoofdstuk in de energievoorziening: de transitie naar een CO2-emissieloze energievoorziening. In het geval van blauw waterstof zijn de uitgeproduceerde gasvelden onder de Noordzee een strategisch opslagmedium voor de afgescheiden kooldioxide. Maar eerder al bleek de Noordzee ook zeer gunstig te zijn voor de exploratie van offshore-windparken. Nederland heeft inmiddels zo’n één gigawatt aan offshore-windvermogen staan en zou deze capaciteit rond 2023 moeten verviervoudigen. In 2030 streeft de overheid zelfs naar een offshore-capaciteit van elf gigawatt. Behalve dat dit een behoorlijke uitdaging vormt wat betreft de aanleg van de parken, is de aanlanding van de energie ook nog een heikel punt. De overheid besloot het offshore-elektriciteitsnet te bekostigen en netbeheerder Tennet installeerde deze zomer dan ook zijn eerste zogenaamde stopcontact op zee. Dit Borssele Alpha platform transporteert zevenhonderd megawattuur aan windstroom naar het vaste land. Dat is 2,5 procent van het Nederlandse elektriciteitsgebruik. De komende jaren zal Tennet in totaal tien van dit soort platforms plaatsen. Goedkoop is het allemaal niet: het eerste platform kostte honderd miljoen euro, wat de totale investering op één miljard euro brengt. En dan is de
investering in de kabels niet eens meegerekend. Waterstof Nexstep, een samenwerkingsverband tussen Energiebeheer Nederland (EBN) en de Nederlandse olie- en gasindustrie (Nogepa), denkt dat de aanlanding van de windenergie een stuk goedkoper kan. De gasinfrastructuur in de Noordzee, die de opbrengsten van de honderdvijftig offshore-productieplatforms aan land brengt, kan namelijk ook waterstof transporteren. Al eerder onderzocht het North Sea Energy Consortium de mogelijkheden voor de productie van waterstof op de Noordzee, in een studie van RUG-hoogleraar Catrinus Jepma. Hij berekende dat het mogelijk was om offshore waterstof te produceren en dit aan land te krijgen tegen een kostprijs van drie euro per kilo als je de kostenbesparing van de kabels meeneemt. Dit is nog altijd duurder dan de grijze waterstof die de industrie nu gebruikt. De kostprijs daarvan is zo’n anderhalf à twee euro. Maar aangezien dit groene gas geen emissies kent, valt de prijs nog best mee. De businesscase van Jepma was gebaseerd op een tweetal productieplatforms van Neptune Energy (destijds Engie): één platform dichtbij de kust en eentje op meer dan 250 kilometer uit de kust. Ook vergeleek Jepma de kosten van bijmenging van het gas in bestaande leidingen en het aanleggen van een aparte leiding. Op korte afstand was de laatste optie het meest rendabel, op langere afstand was bijmengen de beste optie. Testcase Hoewel het onderzoek van Jepma veelbelovend is, is het tot nog toe een papieren exercitie geweest. Daar wil Nexstep nu verandering in brengen. Samen met
PETROCHEM 10 - 2019 32
PET X Waterstof.indd 32
24-09-19 15:59
Elektrolyser Technisch is de productie van waterstof niet eens zo heel complex. René Peters, directeur gastechnologie bij TNO, zal dat deel voor zijn rekening nemen. ‘Wat betreft elektrolysers heb je drie keuzes’, zegt Peters. ‘Alkaline, polymer elektrolyte membrane (PEM, red.) of solid oxide elektrolysers. Alkaline elektrolysers zijn robuust en beproefd, maar kennen een redelijk grote footprint en een lagere efficiency dan PEM. Solid oxide elektrolysers zijn vooral nog een grote belofte, maar hebben zich nog nauwelijks in de praktijk bewezen.’ Bijkomend voordeel is dat PEM Stacks beter dan alkaline kunnen omgaan met fluctuaties in het stroomaanbod. ‘Iets waar je rekening mee zult moeten houden bij een installatie die windstroom zal omzetten in waterstof. Wat ook helpt, is dat PEM waterstof produceert op een druk van dertig bar. Daardoor hoeven we het gas niet meer te comprimeren voordat we het aan het gasnet aanbieden. Want ook dat is onderdeel van het onderzoek. Het gas sturen we samen met het door Neptune geproduceerde aardgas naar een naastgelegen platform van Taqa. Met de één megawatt-installatie die we willen bouwen, produceren we zo’n tweehonderd kuub waterstofgas per uur.
FOTO: NEPTUNE ENERGY
TNO en het jonge offshorebedrijf Neptune Energy toetst men de praktijk van waterstofproductie in de uitdagende omgeving van een offshore-productieplatform. Lex de Groot, managing director van Neptune Energy in Nederland: ‘Neptune is een jong exploratie- en productiebedrijf dat in 2015 is gestart. Begin 2018 nam Neptune Energy de offshore en onshore assets van Engie E&P over. We opereren inmiddels assets in een achttal landen zoals Algerije, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. In Nederland hebben we zo’n dertig platforms op de Noordzee, waaronder het Q13a-platform dat voor de kust van Scheveningen ligt. We willen dit platform gebruiken als testcase voor de productie van waterstof. Het voordeel van het Q13a-platform is dat deze al draait op groene stroom via een kabel die van het land komt. Het is dan redelijk eenvoudig om deze stroom te gebruiken om water te splitsen in waterstof en zuurstof.’
Het Q13a-platform wordt de testcase voor de offshore-productie van waterstof.
Lex de Groot (Neptune Energy): ‘Het voordeel van het Q13a-platform is dat deze al draait op groene stroom.’
Dat is een te laag volume om er andere dingen mee te doen. Je zou echter op den duur kunnen overwegen om het gas te gebruiken als eigen energievoorziening van de platforms.’ Uiteraard is water nodig voor de productie van waterstofgas. Daarvoor zal TNO een reverse osmosis-installatie op het platform bouwen dat zeewater omzet in zoetwater. Peters: ‘Er zijn tests geweest met de directe elektrolyse van zeewater, maar die technologie is nog te prematuur om op deze schaal te gebruiken.’
Zware omstandigheden Zoals duidelijk wordt, is de configuratie niet direct afwijkend van de installaties die op land staan. ‘We weten echter niet hoe zo’n installatie zich op zee gedraagt’, zegt Peters. ‘Je hebt op zee toch te maken met zwaardere omstandigheden dan op land. Met veel wind, temperatuurschommelingen, en vooral ook zout en water. We willen graag weten wat dit betekent voor de betrouwbaarheid van de individuele onderdelen. Zijn de degradatieprofielen vergelijkbaar met onshorePETROCHEM 10 - 2019 33
PET X Waterstof.indd 33
24-09-19 15:59
15-16-17I10I2019 ANTWERP EXPO REGISTREER VOOR GRATIS TOEGANG met code: 2030
HET GROOTSTE EVENT IN DE BENELUX ROUTES, HIGH LEVEL CONFERENTIES EN AWARDUITREIKINGEN
www.transport-logistics.be
T&L-2019-adv-A4-visitors.indd 10
PET Advertenties.indd 34
6/08/19 11:40
24-09-19 15:55
Integratie De Groot schetst de situatie op de Noordzee. ‘De echt grote gasreserves zijn over hun productiepiek heen. De grote exploratie- en productiebedrijven hebben de Noordzee inmiddels al grotendeels verlaten en hun assets verkocht aan kleinere partijen. Nu is er de komende jaren nog genoeg gas te halen, wat prettig is gezien de ontwikkelingen rondom de onshore-gaswinning in Groningen. Maar de marges worden wel steeds kleiner. Het up-to-date houden van een productieplatform en bijbehorende infrastructuur kost nu eenmaal veel geld.’ Het is altijd goedkoper en milieuvriendelijker om gas zo dichtbij mogelijk te halen en het hebben van een eigen gasvoorraad geeft ook strategische voordelen voor Nederland. De businesscase wordt echter wel steeds dunner. ‘De overheid kan ons ondersteunen via fiscale maatregelen, maar we zien ook mogelijkheden voor integratie met het nieuwe energiespeelveld. Als we de kosten voor infrastructuur en compressoren kunnen delen met andere partijen, snijdt het mes aan twee kanten. We kunnen nog lang produceren en ondersteunen daarbij de energietransitie, terwijl de offshorewindindustrie een vliegende start krijgt. Niet alleen omdat de aanlanding van de energie goedkoper wordt, maar ook omdat gas nu eenmaal eenvoudiger is op te slaan dan elektriciteit.’ De klok tikt Voor Neptune Energy en de rest van de eigenaren van de offshore-platforms
FOTO: TENNET
installaties of slijten ze wellicht harder? Allemaal vragen die we alleen kunnen beantwoorden door het in de praktijk te testen. Uiteraard geven we ook inzicht in de kosten. We kunnen de installaties in zeecontainers bouwen en bedrijven, maar je zult ze toch moeten aanvoeren en aansluiten.’ Ook het bedrijven van een dergelijke installatie op een draaiend productieplatform is nieuw. ‘Dus moeten we ook vragen beantwoorden op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Tenslotte zullen we de wetgevende en toezichthoudende instanties ervan moeten overtuigen dat het veilig is om een waterstofproductie-unit in een ATEX-omgeving (explosiegevaarlijke omgeving, red.) te plaatsen.’
Artist impression van het Borssele Alpha platform van Tennet.
Rene van der Meer (Neptune Energy): ‘Laten we de investeringen in de Noordzee zo goed mogelijk benutten.’ in de Noordzee is er wel enige haast geboden. Development manager Rene van der Meer van Neptune: ‘Als een platform niet meer produceert, moet deze volgens de wet worden afgebroken. Deze ontmanteling kost behoorlijk wat geld. Het zou echter zonde zijn als aan de ene kant platforms worden afgebroken, terwijl aan de andere kant juist nieuwe platformen worden gebouwd voor het transport van energie. Dan kan je beter de bestaande assets gebruiken en aanpassen aan de nieuwe eisen. Het vervelende alleen is dat er inmiddels een aantal hub-platforms zijn geadresseerd die de spil kunnen vormen in het transport van watersport of bijvoorbeeld CO2 om in de velden op te slaan. Juist daar tikt de klok omdat dit de oudste platforms op de Noordzee zijn. Als er niet binnen de vijf à tien jaar beslissingen worden genomen over het voortbestaan van deze platforms, kunnen we ze alleen nog maar afbreken. De bijbehorende
infrastructuur kan je dan ook niet meer inzetten. Momenteel zijn er nog zo’n honderdvijftig platforms actief, die tussen nu en twintig jaar niet meer nodig zijn voor gasproductie. Het afbreken van de platforms en sluiten van de putten is zeer kostbaar. Laten we de investeringen in de Noordzee zo goed mogelijk benutten, zodat de energietransitie betaalbaar blijft.’ Aan de bij de pilot betrokken partijen zal het niet liggen. Neptune en TNO verwachten in het eerste kwartaal van 2020 de scope te hebben bepaald voor het project om in de zomer de spullen te kunnen bestellen. Dat betekent dat in de zomer van 2021 kan worden begonnen met de eerste testen. De Groot: ‘We blijven een E&P-bedrijf en rekenen de productie van waterstof niet tot onze kerntaken. Dat wil niet zeggen dat we niet willen samenwerken met de elektriciteitsmarkt. Juist in de samenwerking ontstaan de mooiste oplossingen.’ ■ PETROCHEM 10 - 2019 35
PET X Waterstof.indd 35
24-09-19 15:59
PROJECTEN CHEMIE Opdrachtgever: BASF Waar: Antwerpen Investering: onbekend Afronding: 2021
BASF breidt stapsgewijs de capaciteit van haar alkoxyleringseenheid in Antwerpen uit. De eenheid is een downstream-activiteit van de ethyleenoxideproductie. In 2021 moet de productiecapaciteit met 25 procent zijn verhoogd.
Opdrachtgever: Borealis Waar: Kallo Investering: 1 miljard euro Afronding: medio 2022
Borealis gaat op haar productiesite in Kallo een fabriek bouwen voor propaandehydrogenering. Deze krijgt een capaciteit van 750.000 ton per jaar. In het eerste halfjaar van 2022 zou de fabriek moeten opstarten.
Opdrachtgever: Borealis Waar: Kallo Investering: onbekend Afronding: 2020
Borealis breidt de capaciteit van zijn polypropeenfabriek in Kallo uit met tachtig kiloton. De verwachting is dat de toegevoegde capaciteit in 2020 in gebruikt kan worden genomen. De capaciteitsverhoging is bedoeld om ten volle te profiteren van de nieuwe propaandehydrogeneringsfabriek in Kallo.
Opdrachtgever: Covestro Waar: Antwerpen Investering: 300 miljoen euro Afronding: 2022
Covestro wil driehonderd miljoen euro investeren in de bouw van een nieuwe productie-eenheid voor aniline in Antwerpen. De opstart van de nieuwe eenheid wordt verwacht in 2022. Aniline is een grondstof voor MDI, dat vervolgens een voorproduct is van polyurethaan hardschuim.
Opdrachtgever: Dow Waar: Delfzijl Investering: onbekend Afronding: onbekend
Dow gaat de MDI-capaciteit in Delfzijl uitbreiden en flexibeler maken om meer soorten MDI te kunnen produceren, die beter aansluiten op vragen uit de markt. Voor de opslag van ruwe grondstoffen wordt een derde, nieuwe opslagtank gebouwd om minder kwetsbaar te zijn in de aanvoer van grondstoffen per schip. Verder worden er diverse verbeteringen doorgevoerd in het productieproces, het koelwatersysteem en de automatisering.
Opdrachtgever: Ineos Waar: Lillo (Antwerpen) Investering: 3 miljard euro Afronding: 2024
Ineos investeert 3 miljard euro in een nieuwe ethaankraker en een propaandehydrogeneringsfabriek in Lillo (Antwerpen). De propaanhydrogeneringsfabriek krijgt een capaciteit van 750.000 ton propeen per jaar en de ethaankraker krijgt een capaciteit van 1.250.000 ton etheen per jaar.
Opdrachtgever: Kaneka Waar: Westerlo Investering: 15 miljoen euro Afronding: 2019
Kaneka investeert vijftien miljoen euro in extra productiecapaciteit voor schuimen van polyetheen en polypropeen. Het project omvat de bouw van extra geavanceerde faciliteiten met optimale procesbeheersbaarheid, waardoor hoogwaardige productinnovaties mogelijk zijn.
Opdrachtgever: Kemira Waar: Botlek Investering: 30 miljoen Afronding: begin 2019
Kemira investeert 30 miljoen euro in een uitbreiding van de productiecapaciteit voor polymeren die worden gebruikt bij chemical enhanced oil recovery. De nieuwe capaciteit op de site in de Botlek kan naar verwachting in het begin van 2019 in gebruik worden genomen.
Opdrachtgever: Kronos Waar: Gent Investering: 36 miljoen Afronding: 2022
Kronos, producent van titaandioxide, investeert 26 miljoen euro in een uitbreiding van productiecapaciteit. Er komt een grotere pigmentfilter en mogelijk een vierde stoommaler en nieuwe verpakkingslijn. Hierdoor kan de productiecapaciteit worden verhoogd naar 120.000 ton per jaar. Daarnaast investeert het bedrijf 10 miljoen euro in energierecuperatie.
Opdrachtgever: Mitsui Chemicals Waar: Geleen Investering: 18,4 miljoen euro Afronding: medio 2020
Mitsui Chemicals investeert 18,4 miljoen euro in een fabriek voor het compounderen van polypropeen. De fabriek wordt in Geleen gebouwd en krijgt een productiecapaciteit van 30.000 ton per jaar. Volgens de planning gaat de productie medio 2020 van start.
PETROCHEM 10 - 2019Â Â 36
PET10 K Projecten.indd 36
24-09-19 15:53
PROJECTEN Opdrachtgever: Morssinkhof Rymoplast Waar: Heerenveen Investering: 20 miljoen Afronding: 2019
Morssinkhof Rymoplast gaat een fabriek voor kunststofrecycling bouwen in Heerenveen. De fabriek wordt gebouwd naast de kunststofsorteerinstallatie van Omrin, HVC en Midwaste. De hypermoderne fabriek gaat PP en HDPE uit consumentenafval verwerken tot nieuwe grondstoffen voor hoogwaardige toepassingen.
Opdrachtgever: Nouryon Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: 2021
Om ook tijdens periodiek onderhoud aan de vraag naar chloor te kunnen voldoen, bereidt Nouryon een investering voor in twee parallelle productielijnen die los van elkaar kunnen functioneren. Dankzij het splitsen van de Rotterdamse fabriek kan het bedrijf straks continu via pijpleidingen chloor aan klanten leveren.
Opdrachtgever: Sabic Waar: Bergen op Zoom Investering: onbekend Afronding: 2020
Sabic gaat de productie van polyfenyleenether (PPE) in Bergen op Zoom hervatten. Het bedrijf sloot de PPE-fabriek in 2014, maar wil deze volgend jaar opnieuw in productie nemen. PPE is de basis voor Noryl en de capaciteitsuitbreiding is dan ook bedoeld om aan de toenemende vraag naar Noryl kunststoffen te voldoen.
Opdrachtgever: Sekisui Waar: Geleen en Roermond Investering: 155 miljoen Afronding: 2020
Sekisui Chemical investeert 155 miljoen euro in een uitbreiding van de productie in Geleen en Roermond. Beide fabrieken krijgen er tot 2020 een derde productielijn bij voor folies in gelamineerd glas voor autoruiten.
Opdrachtgever: Sekisui Polymatech Waar: Roermond Investering: 12,3 miljoen euro Afronding: voorjaar 2020
Sekisui investeert 12,3 miljoen euro in een nieuw bedrijf, Sekisui Polymatech, en een fabriek in Roermond waar thermische interfacematerialen zullen worden geproduceerd. Deze worden gebruikt in elektrische en plug-in hybride voertuigen tegen de warmte van de lithium-ionbatterijen. Volgens planning is de fabriek begin 2020 operationeel.
Opdrachtgever: Teijin Aramid Waar: Emmen Investering: onbekend Afronding: 2022
Teijin Aramid breidt haar productiecapaciteit voor Twaron supervezels met meer dan 25 procent uit. De totale extra capaciteit zal volledig beschikbaar zijn in 2022. Diverse grote investeringen verhogen de productiecapaciteit, inclusief implementatie van de nieuwste technologie.
Opdrachtgever: Teijin en BioBTX Waar: Emmen en Delfzijl Investering: onbekend Afronding: onbekend
Teijin en BioBTX hebben grote investeringsplannen om de Twaron-vezels van Teijin te verduurzamen. Teijin is al zo ver dat de engineering wordt voorbereid. BioBTX heeft nu een demofabriek in Groningen en denkt aan een fabriek – mogelijk in Delfzijl – van enige tientallen miljoenen euro’s. De investering van Teijin zou een veelvoud daarvan bedragen.
Opdrachtgever: Vynova Waar: Tessenderlo Investering: onbekend Afronding: begin 2019
Vynova breidt in Tessenderlo de capaciteit voor de productie van natriumhydroxide aanzienlijk uit. De uitbreiding levert tegelijkertijd extra capaciteit van chloor op, die kan worden gebruikt voor de productie van ethyleendichloride. De voltooiing van het project wordt begin 2019 verwacht.
GROEN EN BIO Opdrachtgever: ArcelorMittal Waar: Gent Investering: 120 miljoen euro Afronding: medio 2020
ArcelorMittal investeert via dochteronderneming C-Shift 120 miljoen euro in het project Steelanol om tien procent van de afvalgassen van het staalbedrijf om te zetten in bioethanol. C-Shift maakt gebruik van een nieuwe technologie waarbij bacteriën CO-rijk gas vergisten tot ethanol en kan straks zo’n 80 miljoen liter bio-ethanol per jaar produceren.
Opdrachtgever: IGE Solutions Waar: Amsterdam Investering: 28 miljoen euro Afronding: begin 2019
Een nieuwe fabriek in Amsterdam gaat per jaar ruim 30 miljoen liter brandstof voor de scheepvaart produceren uit 35.000 ton niet-recyclebaar plastic. IGE Solutions gebruikt daarvoor een bewezen technologie, die mede dankzij overheidssubsidie voor energieinnovatie voor het eerst commercieel wordt ingezet. PETROCHEM 10 - 2019 37
PET10 K Projecten.indd 37
24-09-19 15:53
PROJECTEN Opdrachtgever: PMC Waar: mogelijk Delfzijl Investering: onbekend Afronding: medio 2020
Purified Metal Company laat in Delfzijl een fabriek bouwen die vervuild staalschroot recyclet tot een hoogwaardige grondstof voor de staalindustrie. Het Duitse ingenieursbureau Küttner en Visser & Smit Bouw gaan de fabriek turnkey bouwen en leveren die in juli 2020 op.
Opdrachtgever: consortium van Mourik, Petrogas, Den Hartog en RenaSci Waar: Oostende Investering: onbekend Afronding: december 2019
Een consortium van Mourik, Petrogas, Den Hartog en RenaSci bouwt in Oostende (België) een fabriek die moeilijk te recyclen plastics gaat verwerken tot olie. De technologie komt van het Eindhovense bedrijf BlueAlp. Eind december 2019 wordt de olie-uit-plasticfabriek in bedrijf genomen. Deze verwerkt op jaarbasis 21.000 ton afvalplastic (landbouwplastics en de plastic folies die worden gebruikt om etenswaren vers te houden). Daarnaast wordt de CO2 die vrijkomt, hergebruikt als grondstof voor de fabriek.
Opdrachtgever: Sabic en Plastic Energy Waar: Geleen Investering: onbekend Afronding: 2021
Sabic investeert in een project voor de chemische recycling van moeilijk verwerkbaar plastic afval in een grondstof voor stoomkrakers. Het bedrijf werkt hierbij samen met Plastic Energy. Voor de productie van Tacoil, een gepatenteerd product van Plastic Energy, bouwen ze op Chemelot een fabriek die naar verwachting in 2021 in bedrijf zal gaan.
Opdrachtgever: SCW Systems/Gasunie Waar: Delfzijl Investering: 200 miljoen euro Afronding: 2023
SCW Systems gaat samen met partner Gasunie een fabriek in Delfzijl bouwen die jaarlijks 150 tot 200 miljoen kubieke meter groen gas produceert uit (natte) organische reststromen. Met de bouw van de fabriek is een investering gemoeid van 150 tot 200 miljoen euro. Naast groen gas wordt ook groene waterstof geproduceerd.
Opdrachtgever: SkyNRG, KLM, SHV en Schiphol Waar: Delfzijl Investering: onbekend Afronding: onbekend
SkyNRG, KLM, SHV en Schiphol hebben plannen om Europa’s eerste productiefaciliteit voor duurzame vliegtuigbrandstof te bouwen in Delfzijl. Om aan voldoende waterstof te komen, bestuderen Nouryon en Gasunie een uitbreiding van een geplande groene waterstofeenheid ter plaatse. Groene waterstof zou worden gecombineerd met afval- en reststromen zoals gebruikte frituurolie om 100.000 ton duurzame vliegtuigbrandstof en 15.000 ton bioLPG per jaar te produceren.
OLIE, GAS EN OFFSHORE Opdrachtgever: OOS International Waar: Serooskerke Investering: 1 miljard euro Afronding: 2019
Het Zeeuwse bedrijf OOS International gaat met het Chinese China Merchant Industry Holdings twee nieuwe schepen bouwen voor het slopen en installeren van offshoreplatforms. De investering bedraagt bijna een miljard euro. De schepen moeten in 2019 klaar zijn.
Opdrachtgever: Petrogas E&P Waar: blokken A en B (Noordzee) Investering: onbekend Afronding: onbekend
Petrogas E&P Netherlands wil in de komende tien jaar circa vijf gasvelden in de blokken A en B van de Noordzee uitrusten met een gasproductieplatform. Het gewonnen gas wordt per pijpleiding getransporteerd naar het Central Processing Platform A12. Daar wordt het verzameld, behandeld en gecomprimeerd voor transport via NOGAT-pijpleiding, die in Den Helder aan land komt.
Opdrachtgever: Wintershall Noordzee Waar: blok D12 (Noordzee) Investering: onbekend Afronding: onbekend
Wintershall Noordzee wil in blok D12 van de Noordzee, ruim tweehonderd kilometer ten noordwesten van Den Helder, aardgas gaan winnen. Een nieuw, onbemand productieplatform zal gedurende 20-25 jaar naar verwachting drie miljoen kubieke meter aardgas per dag kunnen produceren. Het gas zal, na een beperkte behandeling, met een nieuwe pijpleiding van ongeveer twaalf kilometer worden getransporteerd naar het bestaand productieplatform D15-A van operator Neptune Energy, om daar verder te worden verwerkt.
PETROCHEM 10 - 2019 38
PET10 K Projecten.indd 38
24-09-19 15:53
PROJECTEN RAFFINAGE Opdrachtgever: BASF Waar: Antwerpen Investering: onbekend Afronding: onbekend
BASF Antwerpen investeert onder de noemer Feedstock Flexibility Antwerp fors in de flexibiliteit van zijn stoomkraker. Deze kan straks meer LPG verwerken en zal daardoor meer methaangas produceren. Dit kan vervolgens als grondstof in het ammoniakbedrijf worden gebruikt.
Opdrachtgever: Zeeland Refinery Waar: Vlissingen-Oost Investering: 40 miljoen euro Afronding: 2020
Zeeland Refinery investeert 40 miljoen euro in haar hydrocracker. Het bedrijf zet in op een extra reactor van dertig meter hoog, die naast de twee bestaande reactoren wordt gebouwd. Tijdens de grote onderhoudsstop van de raffinaderij in 2020 wordt de nieuwe reactor verbonden met de bestaande installatie.
TANKOPSLAG Opdrachtgever: Alpha Terminals Waar: Vlissingen Investering: 450 miljoen Afronding: 2022
Alpha Terminals investeert 450 miljoen euro in een nieuwe terminal voor vloeibare bulk in het havengebied van Vlissingen. De tankterminal krijgt 59 tanks met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 720.000 kubieke meter. Daarnaast komt er een steiger voor het lossen en laden van zee- en binnenvaartschepen.
Opdrachtgever: Gate Terminal Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: medio 2019
Gate Terminal investeert in een debottlenecking van het pijpleidingsysteem in Rotterdam om vlotter schepen met LNG te kunnen laden. De snelheid van laden wordt daarmee verhoogd van 2.300 naar 4.000 kubieke meter p/u. De debottlenecking gebeurt zonder de fabriek stil te leggen. De werkzaamheden moeten medio 2019 klaar zijn.
Opdrachtgever: HES Botlek Tank Terminal Waar: Rotterdam Botlek Investering: onbekend Afronding: augustus 2020
HES Botlek Tank Terminal breidt zijn capaciteit uit met zes hoogwaardige tanks voor de opslag van biobrandstoffen. De opslagtanks hebben ieder een inhoud van 3.400 kubieke meter, een diameter van twaalf meter en een hoogte van dertig meter. Daarmee wordt de totale opslagcapaciteit verhoogd naar 510.000 kubieke meter. Naar verwachting worden de opslagtanks in augustus 2019 opgeleverd.
Opdrachtgever: HES International Waar: Maasvlakte I Investering: enkele honderden miljoenen euro’s Afronding: derde kwartaal 2021
HES International ontwikkelt op Maasvlakte 1 een tankterminal van 52 tanks met een totale capaciteit van circa 1,3 miljoen kubieke meter voor de op- en overslag van olieproducten en biobrandstoffen. De HES Hartel Tank Terminal wordt een onafhankelijke opslagterminal, maar BP heeft zich gecommitteerd aan het project, inclusief plannen voor pijpleidingverbindingen tussen hun raffinaderij en de terminal, die eind 2019 gereed is.
Opdrachtgever: JPB Logistics Waar: Delfzijl Investering: ruim 10 miljoen euro Afronding: najaar 2019
JPB Logistics bouwt op Chemiepark Delfzijl gefaseerd in totaal 36.000 kubieke meter aan opslagcapaciteit bij. In de eerste fase zijn al vijf RVS duplex tanks gebouwd, met een totale opslagcapaciteit van 21.200 kubieke meter. Daarna volgen vier stalen tanks van 1.100 kubieke meter per stuk in de bestaande tankpit voor licht ontvlambare producten. Tijdens de laatste fase worden nog eens drie RVS duplex tanks van 3.500 kubieke meter per stuk gebouwd. Ook worden de diepzeesteiger uitgebreid en vier nieuwe laadarmen geplaatst.
Opdrachtgever: Katoen Natie Waar: Limburg Investering: 80 miljoen euro Afronding: medio 2020
Katoen Natie investeert 80 miljoen euro op diverse plaatsen in Limburg. Zo wordt er een nieuwe opslagterminal op Chemelot gebouwd, met 54.500 vierkante meter magazijnruimte en 207 silo’s. Deze moet in het tweede kwartaal van 2020 operationeel zijn. Daarnaast krijgt de bestaande logistieke terminal in Nuth er 10.000 vierkante meter magazijnruimte en zestig silo’s bij. Dit project wordt naar verwachting eind 2019 opgeleverd.
Opdrachtgever: Oiltanking Waar: Antwerpen Investering: onbekend Afronding: eind 2021
Oiltanking Antwerp Gas Terminal wordt de logistieke partner van Borealis voor de handling van propeen en propaan. Daarom bouwt het bedrijf een nieuwe opslagtank met een capaciteit van 135.000 kubieke meter propaan.
PETROCHEM 10 - 2019 39
PET10 K Projecten.indd 39
24-09-19 15:53
PROJECTEN Opdrachtgever: OTAG Waar: Antwerpen Investering: ruim honderd miljoen euro Afronding: 2019
Oiltanking Antwerp Gas Terminal (OTAG) investeert ruim honderd miljoen euro in nieuwe tankopslagcapaciteit en een nieuwe steiger. Met de bouw van een 135.000 kubieke meter butaantank zal in 2019 de capaciteit van de terminal bijna verdubbelen tot 273.000 kubieke meter. OTAG bouwt de butaantank voor Ineos.
Opdrachtgever: Rubis Terminal Waar: Rotterdam Investering: 120 miljoen euro Afronding: onbekend
Rubis Terminal breidt haar terminal in Rotterdam in vijf fases uit. In totaal bestaat de uitbreiding uit 45 tanks met een totale capaciteit van bijna 150.000 kubieke meter, waarmee een totale investering van 120 miljoen euro is gemoeid. Fase 2 van de uitbreiding wordt in het tweede kwartaal van 2020 afgerond.
Opdrachtgever: Sea-Mol Waar: Antwerpen Investering: 300 à 400 miljoen euro Afronding: medio 2021
De Japanse groep MOL Chemical Tankers investeert samen met havengroep SEAInvest 300 à 400 miljoen euro in de bouw van een tankterminal voor vloeibare chemicaliën. Hiervoor wordt de joint venture Sea-Mol opgericht. De terminal wordt in fasen gebouwd en krijgt uiteindelijk een capaciteit van 500.000 kubieke meter.
Opdrachtgever: Sea-Tank Terminal Waar: Antwerpen Investering: 250 miljoen euro Afronding eerste fase: 2019
Sea-Tank Terminal bouwt in Antwerpen een dedicated tankterminal voor een wereldspeler uit de chemiesector. In eerste instantie krijgt de terminal een capaciteit van 750.000 kubieke meter. In een tweede fase wordt er mogelijk meer capaciteit bijgebouwd. Naar verwachting duurt de bouw van de terminal twee jaar. De investering wordt geraamd op 250 miljoen euro.
Opdrachtgever: Standic Waar: Antwerpen Investering: 200 miljoen euro Afronding: eerste kwartaal 2021
Tankopslagbedrijf Standic, onderdeel van Hametha, gaat in Antwerpen een nieuwe opslagterminal realiseren voor de distributie van chemieproducten en chemische nichemarkten. De grootte van de opslagtanks variëren van 500 tot 3.500 kubieke meter. In eerste instantie krijgt de terminal een opslagcapaciteit van ongeveer 95.000 kubieke meter. De oplevering staat gepland in het eerste kwartaal van 2021 en vergt een investering van zo’n 200 miljoen euro.
Opdrachtgever: Totseanergy Waar: Antwerpen Investering: 100 miljoen euro Afronding eerste fase: medio 2019
Totseanergy, een joint venture van Total en de groep SEA-invest, investeert honderd miljoen euro in een nieuwe terminal in Antwerpen. De investering omvat acht nieuwe tanks van elk twintigduizend kubieke meter, drie bijkomende laad- en losplaatsen en een pijpleiding tussen de terminal en de raffinaderij van Total.
Opdrachtgever: Vopak Waar: Botlek Rotterdam Investering: onbekend Afronding: tweede kwartaal 2020
Vopak bouwt in Rotterdam vijftien nieuwe roestvrijstalen opslagtanks voor styreen en andere chemicaliën. Het gaat om 63.000 kubieke meter extra opslagcapaciteit op de Botlek-terminal. De expansie moet in het tweede kwartaal van 2020 gereed zijn.
Opdrachtgever: Vopak Waar: Vlissingen Investering: onbekend Afronding: 2020
Vopak investeert in twee nieuwe gasbullets bij haar gasopslag in Vlissingen. In totaal wordt er 9.200 kubieke meter opslagcapaciteit bijgebouwd. De verwachting is dat deze uitbreiding in het tweede kwartaal van 2020 in gebruik kan worden genomen.
UTILITIES Opdrachtgever: Air Liquide Waar: Antwerpen Investering: 80 miljoen euro Afronding: 2020
Air Liquide investeert tachtig miljoen euro in de bouw van een waterstoffabriek op de site van Covestro in Antwerpen. De eenheid gaat dankzij een nieuwe technologie energie-efficiënter waterstof produceren, zonder overtollige stoomproductie. Bijzonder is dat Covestro een deel van de CO2 die bij de productie vrijkomt, afvangt en gebruikt als grondstof in haar productieproces. De productie-unit wordt in 2020 in gebruik genomen.
PETROCHEM 10 - 2019 40
PET10 K Projecten.indd 40
24-09-19 15:53
PROJECTEN Opdrachtgever: Air Products Waar: Zuidbroek Investering: onbekend Afronding: oktober 2021
Air Products bouwt drie luchtscheidingsinstallaties voor een nieuwe stikstofinstallatie van Gasunie in Zuidbroek, Groningen. De stikstof wordt gebruikt om geïmporteerd aardgas geschikt te maken voor gebruik in Nederland. Naar verwachting begint Air Products in het najaar van 2019 met de bouw, nadat het vergunningentraject is afgerond en het terrein naast de bestaande stikstofinstallatie bouwrijp is gemaakt. De fabrieken gaan 180.000 kubieke meter stikstof per uur produceren zodra ze in oktober 2021 operationeel zijn.
Opdrachtgever: BP Geel Waar: Geel Investering: onbekend Afronding: 2021
BP Geel gaat een nieuwe stoomketel bouwen die ervoor zorgt dat de site ook betrouwbaar van stoom wordt voorzien als een van de twee bestaande ketels in onderhoud is. De komende jaren worden de drie ketels op elkaar afgestemd om een optimale combinatie te maken. Zo zal een van de bestaande ketels op termijn een standby-ketel worden. Tegen 2021 moet dat proces rond zijn.
Opdrachtgever: Dow Waar: Terneuzen Investering: onbekend Afronding: onbekend
Bij Dow in Terneuzen wordt in 2018 een pilotinstallatie gebouwd om lagedrukstoom op te waarderen. Stoomrecompressie kan een belangrijke bijdrage leveren aan elektrificatie in de industrie. De pilotinstallatie bij Dow krijgt een capaciteit van tien ton per uur.
Opdrachtgever: Gasunie Transport Services Waar: Zuidbroek Investering: 500 miljoen Afronding: 2022
Gasunie Transport Services wil de stikstofinstallatie in Zuidbroek uitbreiden. Het project omvat ook een mengstation inclusief vier kilometer nieuwe leiding, en aansluitleidingen op bestaande gasleidingen en een stikstofleiding die is verbonden met de bestaande stikstofcaverne in Heiligerlee.
Opdrachtgever: Gasunie en Enexis Waar: Wijster Investering: onbekend Afronding: medio 2019
Gasunie en Enexis bouwen vlakbij de groengasproductielocatie van Attero in Wijster (Drenthe) een enorme compressor. Deze groen-gas-booster comprimeert groen gas naar hoge druk zodat het kan worden ingevoed in het landelijke gasnet. De compressor zal medio 2019 in gebruik worden genomen.
Opdrachtgever: Havenbedrijf Rotterdam Waar: Europoort en Pernis Investering: 50 miljoen euro Afronding: 2019
Havenbedrijf Rotterdam wil tussen Europoort en Pernis een 25 kilometer lange pijpleiding aanleggen voor het transport van laagzwavelige dieselolie. Het zogenoemde Diesel Common Carrier System is bedoeld om bedrijven in de productie, opslag en handel in dieselbrandstoffen met elkaar te verbinden. De ingebruikname is gepland voor 2019.
Opdrachtgever: Ineos Oxide Waar: Zwijndrecht Investering: 30 miljoen Afronding: medio 2019
Ineos Oxide investeert in Zwijndrecht zo’n dertig miljoen euro in een nieuwe hoge-drukstoomketel met een capaciteit van 150 MWth. Vier tijdelijke hoge-drukboilers, die dienen als stand-by, zijn al in gebruik genomen.
Opdrachtgever: LyondellBasell en Covestro Waar: Maasvlakte Rotterdam Investering: 150 miljoen euro Afronding: 2020
LyondellBasell en Covestro investeren 150 miljoen euro in een ‘bio plant’ en verbrandingsinstallatie op de Maasvlakte. Daarin wordt het afvalwater van de productie van propyleenoxide en styreenmonomeer behandeld en omgezet in stoom. De stoom wordt gebruikt als een energiebron in de bestaande productiefaciliteit op de locatie. Hierdoor ontstaat een circulair proces. Het project moet in 2020 klaar zijn.
PILOTS EN PLANNEN Opdrachtgever: AEB Waar: Amsterdam Investering: onbekend Afronding: 2021
AEB Amsterdam onderzoekt de haalbaarheid van stoomlevering aan Argent Energy, dat de stoom wil gebruiken voor de productie van biobrandstof. AEB produceert al stoom voor stadswarmte en elektriciteit. Door een deel van de stoom af te vangen en direct te leveren aan externe gebruikers als buurman Argent Energy verhoogt AEB het rendement van de verbrandingsinstallatie. Een investeringsbeslissing valt nadat het haalbaarheidsonderzoek medio 2019 afgerond is. De pijpleiding kan dan vervolgens in 2021 klaar zijn.
PETROCHEM 10 - 2019 41
PET10 K Projecten.indd 41
24-09-19 15:53
PROJECTEN
Opdrachtgever: ArcelorMittal en Dow Waar: Gent Investering: 20 miljoen euro Afronding: 2022
Staalproducent ArcelorMittal in België wil CO uit zijn afvalgassen leveren aan Dow Benelux in Terneuzen. Dow kan de CO met eigen overtollig waterstof combineren tot syngas. Allereerst worden twee proeffabrieken gebouwd in Gent. In 2022 wordt op basis van de pilots besloten of het businessplan economisch levensvatbaar is.
Opdrachtgever: Asbeter Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: 2020
Asbeter kan met hun proces asbestplaten veilig, betaalbaar en circulair vernietigen met behulp van zure industriële reststromen. Het bedrijf heeft een pilotinstallatie in Rotterdam. In het voorjaar van 2020 wil het een demoplant van 8.000 ton per jaar hebben. Volgens Asbeter is er in Nederland een businesscase voor twee fabrieken van 50.000 ton per jaar.
Opdrachtgever: Avantium Waar: Delfzijl Investering: 20 miljoen euro Afronding: tweede helft 2019
Avantium bouwt een nieuwe demonstratiefabriek die mono-ethyleenglycol (MEG) uit suikers gaat produceren. Het proces verloopt in één enkele stap en wordt Mekong genoemd. De ingebruikname van de demofabriek, die een capaciteit van ongeveer tien ton MEG krijgt, is gepland voor de tweede helft van 2019.
Opdrachtgever: Avantium Renewable Polymers Waar: nog te bepalen Investering: onbekend Afronding: 2023
Avantium Renewable Polymers, het voormalige Synvina, heeft vergevorderde plannen om een fabriek te bouwen met een capaciteit van 5 kiloton FDCA en PEF per jaar, als voorbeeld van haar YXY-technologie. Een beslissing over de locatie van de fabriek, ergens in Noordwest-Europa, wordt in de tweede helft van 2019 genomen. Eind 2020 besluit het bedrijf of de bouw van de fabriek werkelijk doorgaat en deze kan dan vervolgens in 2023 opgestart.
Opdrachtgever: o.a. Avantium Waar: Chemie Park Delfzijl Investering: 100 miljoen euro Afronding: 2022
Avantium, Nouryon en RWE willen een bioraffinaderij bouwen op Chemie Park Delfzijl, waarin uit houtsnippers zuivere suikers worden gemaakt die kunnen dienen als grondstof voor verven en lakken. De fabriek krijgt een capaciteit van 130 kiloton houtsnippers per jaar, maar kan worden opgeschaald naar 350 kiloton. De fabriek is mogelijk in 2022 operationeel.
Opdrachtgever: BASF Waar: Antwerpen Investering: onbekend Afronding: onbekend
BASF wil de capaciteit van het geïntegreerde ethyleenoxidecomplex op haar Verbund-site in Antwerpen uitbreiden. Het gaat niet alleen om de productie van meer ethyleenoxide, maar ook om derivaten, zoals oppervlakte-actieve stoffen, ethanolamines en glycolethers. De definitieve investeringsbeslissing wordt in 2019 genomen.
Opdrachtgever: Battolyser Waar: Eemshaven Investering: onbekend Afronding: begin 2019
Een joint venture van TU Delft en Proton Ventures gaat een Battolyser bouwen naast de Magnum-centrale van Nuon in Eemshaven. Deze installatie kan als een batterij elektriciteit opslaan of leveren, én water splitsen in waterstof en zuurstof door elektrolyse. De eerste battolyser van 15 kW/60 kWh wordt begin 2019 in Eemshaven geplaatst.
Opdrachtgever: BioBTX Waar: Groningen Investering: onbekend Afronding: 2020
BioBTX heeft een demofabriek op het Zernikepark in Groningen gebouwd om groene aromaten uit vloeibare biomassa te maken. In 2019 volgt een uitbreiding naar vaste stoffen zoals vaste biomassa en afvalstoffen zoals plastic. De pilot loopt tot eind 2020.
Opdrachtgever: Borealis Waar: Beringen Investering: onbekend Afronding: medio 2022
Borealis heeft de front end engineering and design fase voor de uitbreiding van zijn polypropeenfabriek in Beringen goedgekeurd en het EPC-contract toegekend aan Tecnimont. De definitieve investeringsbeslissing over deze uitbreiding van 250 tot 300 kiloton wordt eind 2019 genomen en de opstart wordt medio 2022 verwacht.
PETROCHEM 10 - 2019 42
PET10 K Projecten.indd 42
24-09-19 15:53
PROJECTEN Opdrachtgever: BP Waar: Rotterdam-Europoort Investering: 1 miljard euro Afronding: onbekend
BP overweegt zijn raffinaderij in Rotterdam uit te breiden met een hydrocracker om producten als laagzwavelige diesel en kerosine te produceren. Daarnaast kan BP met dit proces basisolie produceren voor de productie van smeermiddelen. Met de bestaande hoeveelheid grondstoffen kunnen straks meer hoogwaardige producten worden geproduceerd.
Opdrachtgever: BP, Nouryon, Havenbedrijf Rotterdam Waar: Rotterdam Investering: onbekend Beslissing: 2022
BP, Nouryon en Havenbedrijf Rotterdam onderzoeken samen de haalbaarheid van een waterelektrolyse-installatie van 250 megawatt. Daarmee zou maximaal 45.000 ton groene waterstof per jaar kunnen worden geproduceerd voor de raffinaderij van BP in Rotterdam. De partners willen in 2022 een definitieve investeringsbeslissing over het project nemen.
Opdrachtgever: Chemours Waar: Dordrecht Investering: 75 miljoen euro Afronding: 2023
Chemours is van plan om 75 miljoen euro te investeren in de fabriek in Dordrecht om emissies te verlagen. Het gaat om een reductie met 99 procent van de totale GenX-emissies tegen het einde van 2020 ten opzichte van 2017. Daarnaast gaat het om een emissiereductie van alle organische en gefluorideerde stoffen met tachtig procent in 2023.
Opdrachtgever: Corbion Waar: onbekend Investering: onbekend Afronding: onbekend
Corbion heeft plannen voor de bouw van een nieuwe melkzuurfabriek. De kans is groot dat de fabriek in Europa komt en Nederland zou dan een goeie kanshebber zijn als locatie. De fabriek krijgt een capaciteit van meer dan 100.000 ton per jaar.
Opdrachtgever: Cumapol, DSM-Niaga, Morssinkhof Waar: Emmen Investering: onbekend Afronding: 2019
Cumapol, DSM-Niaga en Morssinkhof gaan een pilotplant bouwen en onderzoeken daarmee de technische en financiële haalbaarheid van de nieuwe technologie CuRe om polyester te recyclen. In een continu proces dat relatief weinig energie vergt kan zowel polyester uit verschillende afvalstromen als gekleurd polyester worden verwerkt tot kleurloze polyester pellets. De productielijn krijgt een capaciteit van 25 kiloton per jaar.
Opdrachtgever: Dow Benelux Waar: Terneuzen Investering: paar honderd miljoen euro Afronding: onbekend
Dow Benelux in Terneuzen maakte kans op de bouw van een nieuwe plasticfabriek. Het hoofdkantoor heeft de mogelijkheden overwogen en nu gekozen voor de bouw een fabriek de bouw aan de Golfkust in de Verenigde Staten. Een eventuele investering in Terneuzen is voorlopig ‘on hold’ gezet.
Opdrachtgever: Dow Benelux en Tata Steel Nederland Waar: IJmuiden Investering: 1 miljard euro Afronding: 2025-2027
Dow Benelux en Tata Steel Nederland overwegen in IJmuiden een fabriek te bouwen, die rookgassen van Tata’s hoogovens afvangt en het koolmonoxide omzet in synthetisch gas. Dow kan daar in Terneuzen plastics van maken. De bouw hangt af van het succes van twee proefprojecten die eind 2018 en 2019 van start gaan. Twee testinstallaties bij ArcelorMittal in Gent worden daarvoor verplaatst naar IJmuiden, om bij Tata Steel het proces te testen.
Opdrachtgever: Fluxys/Parkwind/Eoly Waar: België Investering: onbekend Afronding: onbekend
Fluxys, Parkwind en Eoly willen een power-to-gas installatie bouwen waarin groene elektriciteit wordt omzet in groene waterstof dat in de bestaande aardgasinfrastructuur kan worden vervoerd en opgeslagen. De partijen onderzoeken in een eerste fase de haalbaarheid van de installatie.
Opdrachtgever: o.a. Havenbedrijf Rotterdam Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: 2020
Havenbedrijf Rotterdam, Gasunie en Energie Beheer Nederland hebben het CCS-project Porthos gelanceerd. Het gaat om een verzamelleiding door het havengebied in Rotterdam waaraan verschillende bedrijven door hen afgevangen CO2 kunnen leveren. Jaarlijks moet na 2020 zo’n twee tot vijf miljoen ton CO2 worden opgeslagen, oplopend tot dertig miljoen ton in 2030. De partijen nemen in 2019 een investeringsbeslissing.
PETROCHEM 10 - 2019 43
PET10 K Projecten.indd 43
24-09-19 15:53
’s Werelds meest toonaangevende vakbeurs voor proces-, drink- en afvalwater
AMSTERDAM NL
5 - 8 NOVEMBER
2019
VERGROOT UW KENNIS OVER WATER(HER)GEBRUIK IN DE CHEMISCHE INDUSTRIE Laat u inspireren door industrie experts en eindgebruikers zoals JRC Singapore, DOW en Zerobrine project. Leer alles over waterbehandeling in de chemische industrie: – Het verminderen van waterverbruik – Alternatieve waterbronnen en water(her)gebruik – Het minimaliseren van het gebruik van chemicaliën en mogelijke alternatieven. Bezoek thematische hotspots zoals de Industrial User Experience, het Smart Water Network Pavilion en het Desalination Pavilion. Bekijk de nieuwste ontwikkelingen en innovaties in het InnovationLAB en het BlueTech Research Innovation Pavilion.
REGISTREER VIA WWW.AQUATECHTRADE.COM/AMSTERDAM MET UW REGISTRATIECODE AQA810001 VOOR GRATIS TOEGANG Nieuw! Organisatie
PET Advertenties.indd 44
Aquatech Amsterdam wordt ondersteund door
Hoofdsponsor
Onderdeel van
24-09-19 15:56
PROJECTEN Opdrachtgever: Ineos Oxide Waar: mogelijk Antwerpen Investering: onbekend Afronding: 2023
Ineos Oxide wil een nieuwe fabriek voor ethylideen norborneen (ENB) bouwen. Een beslissing over de locatie van de nieuwe fabriek is nog niet genomen. Een van de opties is om in Antwerpen een tweede productielijn te bouwen. Het concern heeft daar al een ENB-fabriek, waar momenteel via debottlenecking de capaciteit wordt vergroot.
Opdrachtgever: Lowlands Methanol Waar: Rotterdam Investering: 75 miljoen euro Afronding: begin 2020
Het bedrijf Lowlands Methanol is van plan een methanolfabriek te bouwen in de haven van Rotterdam. De afvalverwerkingsinstallatie moet per jaar 150.000 ton biomassa en afval gaan verwerken. In de fabriek worden hout en RDF (Refuse Derived Fuel) bewerkt en vergast.
Opdrachtgever: Lyondell Waar: Botlek Investering: onbekend Afronding: onbekend
Lyondell overweegt zijn SMPO-fabriek in de Botlek uit te breiden door een debottlenecking. De capaciteit zou kunnen worden verhoogd van 325 naar 375 kiloton propyleenoxide en van 725 naar 850 kiloton styreenmonomeer per jaar. Het project wordt nog onderzocht op financiële en technische haalbaarheid.
Opdrachtgever: Mitsubishi Gas Chemical Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: onbekend
Mitsubishi Gas Chemical is een MER-procedure gestart voor de bouw van een nieuwe fabriek op het Huntsman-terrein in de Rotterdamse haven. Het bedrijf wil er meta-xyleendiamine (MXDA) gaan produceren. MXDA wordt gebruikt als verharder en corrosieremmer in coatings.
Opdrachtgever: NAM Waar: Emmen Investering: onbekend Afronding: onbekend
Op de NAM-locatie van de voormalige gaszuiveringsinstallatie in Emmen komt mogelijk een groene waterstoffabriek. Eigenaar NAM gaat deze optie met verschillende partners nader onderzoeken. Groen waterstof kan de fabrieken op het Emmtec-terrein van onder andere DSM en Teijin Aramid onafhankelijk maken van het Groningengas.
Opdrachtgever: Neste Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: onbekend
Neste overweegt een fabriek voor duurzame kerosine op de Eerste Maasvlakte in Rotterdam te bouwen. Het bedrijf heeft daar al een raffinaderij voor duurzame diesel. De tweede fabriek zou een investering van ruim honderd miljoen euro vergen. De fabriek kan echter ook worden gebouwd in Finland, waar het bedrijf eveneens een raffinaderij heeft.
Opdrachtgever: North Sea Port Waar: Zeeland Investering: onbekend Afronding: onbekend
Het havengebied van North Sea Port onderzoekt de haalbaarheid, vormgeving en uitrol van een grootschalige buisleidinginfrastructuur voor transport van CO2, waterstof of restgassen. Het onderzoek loopt tot 30 juni 2019.
Opdrachtgever: Nouryon en Gasunie Waar: Chemie Park Delfzijl Investering: onbekend Afronding: onbekend
Nouryon en Gasunie New Energy onderzoeken een grootschalige power-to-gas-installatie op het Chemie Park Delfzijl. De bedrijven willen met een twintig megawatt waterelektrolyse-unit elektriciteit omzetten in drie kiloton groene waterstof per jaar. BioMCN gaat de waterstof combineren met CO2 uit andere processen voor de productie van biomethanol, een grondstof voor biobrandstoffen en de chemische industrie. In verband met een geplande kerosinefabriek in Delfzijl (zie volgende pagina) onderzoeken de partijen een scale-up van twintig naar zestig megawatt.
Opdrachtgever: Nouryon Waar: Delfzijl Investering: onbekend Afronding: 2021
Nouryon wil de productie van hoogzuiver vacuümzout op haar locatie in Delfzijl uitbreiden. Het project verhoogt de productie van de fabriek met ongeveer 25 procent. Het chemiebedrijf studeert nog op de plannen. Bij groen licht moet het project vervolgens binnen drie jaar worden voltooid.
PETROCHEM 10 - 2019 45
PET10 K Projecten.indd 45
24-09-19 15:52
Petrochem
geeft nog meer waarde voor uw geld
Meer nieuws dan ooit • • • • • • •
Actuele berichtgeving over de chemische industrie Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten Multimediale bedrijfspresentaties Wekelijkse nieuwsbrief Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase
Petrochem-abonnees krijgen meer • De nieuwste Petrochem staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • U kunt naar aanleiding van uw abonnement ook besluiten om bedrijfslid van het Petrochem platform te worden. Hierbij krijgt u onder andere voor twee personen toegang tot het jaarcongres Deltavisie. Meer weten? Kijk op www.petrochem.nl/bedrijfslidmaatschap
Neem contact met ons op als u wilt weten wat onze aardgasoplossingen voor uw bedrijf kunnen betekenen: www.omv-gas.nl
90x132_omv_gas_nl_0219_rz.indd 1
PET Advertenties.indd 46
Ga direct naar petrochem.nl/abonneren en blijf iedereen voor
PET_kwart_staand.indd 1
28.02.19 13:25
13-12-17 12:45
24-09-19 15:56
PROJECTEN Opdrachtgever: o.a. Nouryon Waar: IJmuiden Investering: onbekend Afronding: 2023-2024
Nouryon, Tata Steel en Port of Amsterdam onderzoeken de haalbaarheid van een honderd megawatt waterelektrolysefabriek voor de productie van maximaal vijftienduizend ton waterstof per jaar, plus zuurstof, op het terrein van Tata Steel in IJmuiden. Een definitief besluit wordt verwacht in 2021. De bouw zou dan rond 2023-2024 klaar kunnen zijn.
Opdrachtgever: o.a. Nuon Waar: Eemshaven Investering: onbekend Afronding: 2023
Nuon, Gasunie en het Noorse Statoil werken samen om waterstof in te zetten als brandstof voor de Magnum-centrale in de Groninger Eemshaven. Zij hebben een innovatieproject opgestart om vanaf 2023 een van de drie units van de centrale over te schakelen op waterstof.
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: ONE Dyas Waar: blok N05-A (Noordzee) Investering: onbekend Afronding: onbekend
ONE-Dyas wil in de Noordzee ten noorden van Schiermonninkoog en de Rottumerplaat aardgas winnen uit aardgasveld N05-A. Het bedrijf verwacht maximaal vier miljoen kubieke meter aardgas per dag te kunnen winnen. Daarnaast wil het meerdere proefboringen uitvoeren naar nieuwe nabijgelegen gasvelden.
Opdrachtgever: Photanol en Nouryon Waar: Delfzijl Investering: acht miljoen euro Afronding: 2020
Photanol bouwt met Nouryon een demonstratiefabriek in Delfzijl, waarin bacteriën CO2 omzetten in organische zuren, zo’n 10.000 tot 15.000 kilo, die worden gebruikt in de MCA-fabriek van Nouryon. Als met de demofabriek een product van goede kwaliteit tegen een gunstige kostprijs kan worden geproduceerd, volgt een commerciële fabriek. Deze zou twintig tot dertig miljoen kilo produceren. De bouw daarvan staat alvast gepland voor 2023.
Opdrachtgever: PolyStyreneLoop Waar: Terneuzen Investering: 6,5 miljoen euro Afronding: onbekend
PolyStyreneLoop wil naast chemiebedrijf ICL-IP in Terneuzen een demofabriek bouwen, die broomhoudend polystyreenafval gaat recyclen. De bouw start begin 2019. Het proces levert schone polystyreen op die direct kan worden hergebruikt. De demofabriek kan drieduizend ton gerecycled polystyreen per jaar produceren.
Opdrachtgever: Port of Antwerp Waar: Antwerpen Investering: onbekend Afronding: onbekend
Port of Antwerp brengt verschillende spelers uit het havengebied samen voor de duurzame productie van methanol. Het plan is om CO2 af te vangen en vervolgens met groene waterstof om te zetten in methanol. Het project mikt op vier- tot achtduizend ton methanol per jaar. De betrokken partijen zijn Indaver, Oiltanking, Engie, Helm-Proman en de Vlaamse Milieuholding.
Opdrachtgever: RWE en Innogy Waar: Eemshaven Investering: onbekend Afronding: onbekend
Energiebedrijven RWE en Innogy onderzoeken de haalbaarheid van een groene waterstoffabriek met een capaciteit tot 100 megawatt. De installatie is gepland op het terrein van de Eemshavencentrale van RWE. Het nabijgelegen windpark Westereems van Innogy gaat de stroom voor de fabriek leveren. De eerste bevindingen van het onderzoek komen in het najaar.
Opdrachtgever: TNO/Voltachem Waar: Delft Investering: onbekend Afronding: onbekend
Met methaanpyrolyse wordt waterstof uit aardgas gemaakt met koolstof – en niet CO2 – als waardevol bijproduct. Het is betaalbaarder dan de alternatieven, kost relatief weinig energie en levert een extra waardevol product op. TNO/Voltachem verwacht dat deze technologie over enkele jaren marktrijp is. Het ontwikkelt bovendien een methode om koolstof zuiver uit de reactor te scheppen.
Opdrachtgever: o.a. Twence Waar: Hengelo Investering: onbekend Afronding: 2020
Twence, Coval Energy, TNO en de TU Delft bouwen een pilot-installatie voor de productie van de ‘groene brandstof’ mierenzuur. De installatie wordt in eerste instantie gevoed met CO2 die bij Twence al beschikbaar is vanuit de bestaande natriumbicarbonaatinstallatie. Coval Energy ontwikkelt technologie om direct uit CO2 en water mierenzuur te maken. Mierenzuur kan worden gebruikt voor het opwekken van elektriciteit in de brandstofcel van voertuigen. Voor de chemische industrie hebben CO2 en mierenzuur de potentie om als groene grondstof fossiele grondstoffen te vervangen.
PETROCHEM 10 - 2019 47
PET10 K Projecten.indd 47
24-09-19 15:52
MARKET REVIEW CHEMICALS
MANUFACTURING EXECUTION SYSTEMS (MES)
PROCESS CONTROL
DE NOORD CHEMICALS
A member of the STOCKMEIER Group
Chemicals, Lime, Recycling and Automotive De Noord Chemicals b.v. Ridderpoort 5 2984 BG RIDDERKERK Postbus 257 2980 AG RIDDERKERK Tel: +31 (0)180- 41 59 88 Fax: +31 (0)180- 41 71 70 E-mail: info@noordchem.nl Website: www.noordchem.nl
DEMONTAGE
DDM Demontage B.V.
Industriële verhuizingen Demontage – Sloopwerken Transport – Asbestsanering Offshore Postbus 253 3454 ZM DE MEERN Tel: +31 (0)30- 666 97 80 Fax: +31 (0)30- 245 91 27 E-mail: info@ddm.eu Website: www.ddm.eu
INDUSTRIE ISOLATIE
MAGION Process Control Engineering B.V. Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
MAGION Process Control Engineering B.V. Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
STAALCONSTRUCTIES
PIPE SUPPORTS
WARMTEBEHANDELING
Elektrisch voorwarmen en gloeien / Inductie verwarmen / Stationaire en mobiele gloeiovens / Uitdrogen beton en coatings
Delta Heat Services B.V.
Scheelhoekweg 2 3251 LZ STELLENDAM Postbus 52 3250 AB STELLENDAM Tel: +31 (0)187- 49 69 40 Fax: +31 (0)187- 49 68 40 E-mail: info@delta-heat-services.nl Website: www.delta-heat-services.nl
Frijns Steel Construction b.v. Dutramex B.V.
Energieweg 19 4143 HK LEERDAM Tel: +31(0)345 - 61 40 11 Fax: +31(0)345 - 61 95 25 E-mail: sales@dutramex.com Website: www.dutramex.com Veerhangers & -supports Hydraulische Schokdempers Trillingsdempers Bewegingsbegrenzers Pijpophangingen & -ondersteuningen Klemsystemen Glijplaten Isolatiepakketten Counter Weight Systemen Staalconstructies
De Valkenberg 14 6301 PM Valkenburg a/d Geul Postbus 150 6300 AD Valkenburg a/d Geul Tel: +31 (0)43 601 01 01 Fax: +31 (0)43 601 01 02 E-mail: info@frijnsgroup.com Website: www.frijnsindustrialgroup.com
STUDBOLTS
BC Basco MANUFACTURER OF HIGH INTEGRITY BOLTING
Vierschaarstraat 7A 9160 LOKEREN Tel: +32 9 348 21 35 Gsm: +32 472 73 10 56 E-mail: sales@basco.be Website: www.bc-basco.com Contactpersoon : Toyah Timmermans
SMIT Heat Treatment PO Box 117 5430 AC Cuijk
Locatie Rotterdam: Scheepsbouwweg 45, Rotterdam +31 78 699 96 90 rotterdam@smit-industrial.com Locatie Cuijk: Havenlaan 16, Katwijk NB cuijk@smit-industrial.com www.smit-industrial.com
Advies, specificaties, cursus, inspecties en audits volgens Internationale CINI Standaard
NCTI
Hofweg 1, 3208 LE Spijkenisse Tel: +31 181 698030 Email: info@ncti.nl Website: www.ncti.eu Onafhankelijk kennisinstituut voor procesisolatie in industrie
I
Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van Petrochem, neemt u dan contact op met Jetvertising, Arthur Middendorp, tel. 070 399 0000.
PETROCHEM 10 - 2019 48
PET Adv MarketReview.indd 48
24-09-19 15:50
PROJECTEN Opdrachtgever: Utility Support Group Waar: Geleen Investering: onbekend Afronding: begin 2019
Utility Support Group doet een haalbaarheidsonderzoek naar een demonstratie powerto-heat installatie. Het onderzoek richt zich specifiek op elektrische stoomketels en gloeispiralen en wordt naar verwachting begin 2019 afgerond. Bij een positieve uitkomst wordt een investeringsvoorstel uitgewerkt voor de realisatie van een demo P2H-installatie.
Opdrachtgever: Vertoro Waar: mogelijk Geleen Investering: onbekend Afronding: 2019-2022
Vertoro bouwt een proeffabriek op de Brightlands Chemelot Campus in Geleen waarin lignine wordt omgezet in een olie, die een basis kan zijn voor bijvoorbeeld harsen, chemicaliën en brandstoffen. Het is de bedoeling om in 2022 een volwaardige fabriek op Chemelot te realiseren met een capaciteit van tienduizend ton bio-olie per jaar.
Opdrachtgever: Vijf waterschappen, HVC en Paques Waar: Dordrecht Investering: onbekend Afronding: 2021
In het pilot-project PHARIO maakten bacteriën uit afvalwater het bioplastic PHA, een natuurlijk polyester van hoge kwaliteit. Een demo-installatie gaat nu voldoende materiaal voor de kunststofindustrie maken om de verwerking en de toepassing te testen. De demo-installatie wordt gebouwd bij de slibverbranding van HVC naast de rioolwaterzuivering Dordrecht
Opdrachtgever: VITO Waar: Antwerpen Investering: 4,3 miljoen euro Afronding: eerste kwartaal 2021
Vlaamse onderzoeksorganisatie VITO bouwt met Jacobs Belgium en VMH een pilot-installatie voor de productie van bio-aromaten uit lignine/hout. De installatie krijgt een capaciteit van ongeveer tweehonderd kilo per dag. Het LignoValue Pilot project kost 4,3 miljoen euro en moet tegen het eerste kwartaal van 2021 resulteren in een werkende installatie.
Opdrachtgever: W2C Waar: Rotterdam Investering: 200 miljoen euro Afronding: 2021
Een samenwerkingsverband van Nouryon, Shell, Air Liquide, Enerkem en Havenbedrijf Rotterdam wil een waste-to-chemicals-fabriek in Rotterdam realiseren. De installatie gaat uit ongeveer 360.000 ton huishoudelijk en bedrijfsafval synthesegas en vervolgens zo’n 220.000 ton methanol produceren.
Opdrachtgever: Wintershall Waar: Blok F17 Investering: onbekend Afronding: onbekend
Wintershall wil ongeveer 120 kilometer ten noorden van Den Helder olie en gas winnen (blok F17). De verwachte productie zou maximaal 20.000 vaten olie en 500.000 kubieke meter gas per dag zijn. Het gas wordt per pijpleiding getransporteerd. De olie wordt in een onderwateropslagtank opgeslagen die wekelijks wordt geleegd.
Opdrachtgever: Zitta Biogas Chemelot Waar: Geleen Investering: onbekend Afronding: onbekend
Zitta Biogas Chemelot wil een grootschalige biogasinstallatie bouwen op het industrieterrein Chemelot. De installatie verwerkt 700.000 ton mest verwerken tot 60 miljoen kubieke meter biogas, en verder nog gedroogde mestkorrels en zuiver water. Het biogas wordt ingezet ter vervanging van aardgas voor de kunstmestproductie op Chemelot. Een definitieve investeringsbeslissing volgt nog.
ADVERTENTIE-INDEX Abird................................................................................. 46
Hi-Force Nederland............................................................ 4
Abonnees......................................................................... 46
Market review.................................................................. 48
Amsterdam RAI International Exhibitions..................... 44
Modelec Data-Industrie..................................................... 8
Andus Group - Lengkeek................................................. 51
OMV Gas Marketing Trading & Finance......................... 46
BASF Master Builders..................................................... 52
Petrochem platform......................................................... 26
Brandwacht Huren............................................................. 2
Sinus Jevi Electric Heating............................................. 34
Easyfairs........................................................................... 34
SIS..................................................................................... 18
Eemsdeltavisie 16-10-2019.............................................. 22
VEGA........................................................... tussen 18 en 19
PETROCHEM 10 - 2019 49
PET10 K Projecten.indd 49
24-09-19 15:52
COLUMN
‘ Alle plastic voor eenmalig gebruik moet biodegradeerbaar worden. De oplossingen zijn beschikbaar, we moeten ze enkel nog durven door te drukken.’
Weg met dat plastic Op tijd en stond worden we door de media getrakteerd op beelden van dode vogels en walvissen met een maag vol plastic. Dat probleem was er vroeger ook al, maar het bleef verborgen, niemand wilde het zien. Nu staat dit nevenproduct van onze levenswijze op de voorpagina van elke krant. We worden erover geïnformeerd dat er in de oceaan binnenkort meer plastic dan vis zit als dit zo verder gaat. De gevolgen zijn niet te onderschatten: de mensen zijn oprecht boos en tolereren dit niet langer, er moet iets gebeuren aan dat plasticprobleem. Weg met dat plastic. Sensibilisering Tot voor kort werden we gesust met allerlei hoeraberichten over de geweldige recyclagepercentages die we met zijn allen realiseerden. We mochten ons best op de borst kloppen als kampioen afvalsorteerders. Tot bleek dat die cijfers gemanipuleerd zijn en dat de realiteit heel wat minder rooskleurig is. Minder dan de helft van het plastic verpakkingsafval wordt vandaag gerecycleerd. Bovendien blijkt dat veel van dat plastic afval wordt geëxporteerd naar derde wereld landen voor ‘recycling’. Dat kwam er in de praktijk op neer dat een klein deel werd herbruikt en de rest gewoon in het milieu werd gedumpt. Jouw zorgvuldig gesorteerde plastic schaaltje belandde dus volledig conform het systeem gewoon in zee. Er was geen sprake van onregelmatigheden, de zaak was gewoon zo georganiseerd! Bovendien blijkt het een illusie om te rekenen op de goeie wil en discipline van de mensheid om zijn afval te sorteren. De sensibilisering heeft hier zijn grenzen al lang bereikt. Er lopen al vele jaren lang acties tegen zwerfvuil en toch liggen de bermen nog steeds vol. Heel wat mensen kan het geen ene moer schelen en die zullen hun plastic gewoon op straat blijven gooien. Op de bank van het station waar ik deze column schrijf, heeft een onverlaat de plastic verpakking van zijn aankoop gewoon op de bank achtergelaten, terwijl de vuilnisbak nauwelijks vijf meter verder staat. Shampoobar De antiplastic-beweging groeit dan ook met de dag. Vele mensen proberen actief plastic uit hun leven te bannen uit. Plastic verpakking heeft een erg negatieve connotatie gekregen.
Tegelijk is plastic nauwelijks uit ons dagelijks leven weg te denken. Zonder plastic kunnen we niet meer leven, zo lijkt het. Of toch wel? Onlangs hoorde ik voor het eerst over verpakkingsvrije shampoo. Om de plastic shampoofles te vermijden is een nieuw type product geboren: de shampoobar. Ook de plastic zakjes die je vroeger massaal werden toegeworpen in de supermarkt zijn definitief weg. Ze lijken al een even grote aberratie uit het verleden als de rokers in de trein. Ze zijn overal vervangen door papieren zakken of composteerbare plastic zakjes. Handig om het fruit- en groente-afval mee te verzamelen: het kan allemaal gezwind met zak en al op de composthoop. Gouden kansen Zolang mensen hun plastic door het raam blijven gooien, moet je richting biodegradeerbare plastics en statiegeld kijken. En een aantal dingen gewoon verbieden. Europa heeft al een beperkt aantal plastic toepassingen in de ban gedaan, zoals plastic bestek en zuigrietjes. Veel meer dan symbooldossiers zijn dit echter niet. We moeten veel verder durven gaan: idealerwijs wordt alle plastic voor eenmalig gebruik biodegradeerbaar. Die gooi je als milieubewuste consument nog altijd het best in de vuilnisbak, maar komen ze toch in het milieu terecht, dan zijn ze binnen enkele weken alweer vergaan. De oplossingen zijn beschikbaar, we moeten ze enkel nog durven door te drukken. Dat creëert ook gouden kansen voor innovatie en nieuwe waardeketens. Maar het zal enkel veranderen als de overheid dwingend optreedt, want de industrie houdt de zaken liever zoals ze zijn. Beste overheid, waar wacht je nog op?
Wim Soetaert Prof. Wim Soetaert is verbonden aan InBio.be, expertisecentrum voor industriële biotechnologie en biokatalyse van de Universiteit Gent.
PETROCHEM 10 - 2019 50
PET I Column.indd 50
24-09-19 15:49
Serving Servingthe theindustry industry Lengkeek Lengkeek Staalbouw Staalbouw is een is een fullservice fullservice aanbieder aanbieder in de in nationale de nationale staalbouwbranche. staalbouwbranche. Maatwerk, Maatwerk, vakmanschap vakmanschap en veiligheid en veiligheid (VCA-P) (VCA-P) staan staan hoog hoog in het in het vaandel. vaandel. HetHet bedrijf bedrijf heeft heeft bijna bijna 80 80 jaarjaar ervaring ervaring en is engespecialiseerd is gespecialiseerd in onderhouds-, in onderhouds-, reparatie-, reparatie-, inspectieinspectieen nieuwbouwwerkzaamheden en nieuwbouwwerkzaamheden in de in energiemarkt de energiemarkt en in ende in zware de zware en (petro)chemische en (petro)chemische industrie. industrie. Denk Denk daarbij daarbij aanaan staalstaalen trapconstructies, en trapconstructies, platforms, platforms, leidingbruggen, leidingbruggen, tijdelijke tijdelijke constructies, constructies, etc.etc. Onder Onder de meest de meest moeilijke moeilijke omstandigheden omstandigheden worden worden on-site on-site inspectie-, inspectie-, reparatiereparatieen montagewerkzaamheden en montagewerkzaamheden verzorgd, verzorgd, waarbij waarbij betrouwbaarheid, betrouwbaarheid, snelheid snelheid vanvan levering levering en flexibiliteit en flexibiliteit voorop voorop staan. staan.
Lengkeek Lengkeek Staalbouw Staalbouw is een is een zelfstandige zelfstandige werkmaatschappij werkmaatschappij binnen binnen Andus Andus Group: Group: eeneen internationaal internationaal opererende opererende holdingmaatschappij holdingmaatschappij metmet gespecialiseerde gespecialiseerde werkmaatschappijen werkmaatschappijen die die wereldwijd wereldwijd actief actief zijnzijn in een in een breed breed industrieel industrieel werkveld. werkveld.
Kennismaken? Kennismaken? Graag. Graag. BeltBelt u even u even of kijk of kijk op www.lengkeek-staalbouw.nl op www.lengkeek-staalbouw.nl
Lengkeek Lengkeek Staalbouw Staalbouw BV BV | Oppermanstraat | Oppermanstraat 80, 80, 3194 3194 AC AC Hoogvliet Hoogvliet NL NL | T |+31 T +31 (0)10 (0)10 - 416 - 416 16 44 16 44 | E info@lengkeek-staalbouw.nl | E info@lengkeek-staalbouw.nl
Lengkeek Lengkeek A4 MagAd A4 MagAd Petrochem.indd Petrochem.indd 1 1 PET10 omslag los.indd 51
14-01-19 14-01-19 13:52 13:52 24-09-19 24-09-19 15:57 15:57 24-09-19 16:04
Petrochem Nr. 10 - 2019
Onderhoud, bescherming en herstelling voor industriĂŤle omgevingen BASF Master Builders Solutions levert geavanceerde oplossingen voor het onderhoud van uw industrie. Van herstellingen en beschermingen van betonstructuren, het verankeren van machines tot hoog chemisch resistente vloeistofdichte vloeren. www.masterseal-7000cr.basf.com/nl
industrie_210x297.indd 1 PET10 los.indd 152 PET A omslag Voorplaat.indd
26/02/19 13:22 24-09-19 16:04