Utilities 5 september lr

Page 1

UTILITIES NUMMER 05 - september 2016 • ZEVENTIENDE JAARGANG

Technologie en economie in de energie-, water- en gassenmarkt

Marcel Galjee: ‘Industrie moet gelijke kansen krijgen als energiesector’ Financiering is bottleneck verduurzaming industrie Industrie kiest voor drastische koolstofemissiereductie in 2050 www.utilities.nl


Motors | Automation | Energy | Transmission & Distribution | Coatings

M

U

R g w

There’s not much that uses less energy than a WEG W22 permanent magnet motor drive system.

V

t

T

t

R

b

Energy-efficiency doesn’t have to mean doing less. The WEG W22 permanent magnet IE5 is the most energy-efficient motor available, meeting the highest IE5 efficiency standards. Alternatively choose the WEG Premium or Super Premium Efficiency W22 motors to meet or exceed IE3 or IE4 standards. In fact, don’t waste energy searching for motors. Just choose WEG.

S

Transforming energy into solutions.

www.weg.net


i n h o u d

V E R D E R

8

Duurzame chemie

Industrie kiest koolstofemissiereductie 22

De Nederlandse overheid heeft een sterke partner gevonden in zijn ambitie de uitstoot van kooldioxide in 2050 80 tot 95 procent terug de dringen: de industrie. Het voorstel van de achterban van belangenvereniging VEMW is duidelijk: De industrie wil investeren als de overheid wil faciliteren. Flexibele nettarieven maken power to heat rendabel 32

Managementadviesbureau Berenschot onderzocht de mogelijkheden voor meer flexibiliteit in het elektriciteitsnet via power to heat. Grootste bottleneck voor invoering van deze peakshaver zijn de aan het piekverbruik gekoppelde nettarieven. De onderzoekers zien tijdsafhankelijke netcapaciteitstarieven als mogelijk alternatief. Energie halen uit stoomreductie 28

Waarom stoomdruk reduceren met alleen een reduceerventiel, als je dat ook kunt doen met een stoomturbine die er meteen elektriciteit mee kan opwekken? Op het industrieterrein van Emmtec in Emmen draait zo’n turbine nu op proef. En met succes, want Emmtec wil er zo mogelijk nog een paar aanschaffen.

VASTE RUBRIEKEN Commentaar 5 Trending news 6 Technologie 18 Market Review 36 Agenda 37 In het volgende nummer 38

De Nederlandse energiegrootgebruikers kunnen een grote rol spelen in de energietransitie en AkzoNobel lijkt in de voorhoede te zitten. ‘De weg naar duurzame energie is onomkeerbaar, dus kunnen we beter leiden dan volgen’, zegt directeur energie Marcel Galjee. ‘We willen daarbij wel dezelfde kansen krijgen als de energiesector. Met name op het gebied van biomassa kan de chemische industrie zijn keten inzetten om echt duurzaam te produceren.’

14

De Utilities manager Deze zomer heeft DMV voor de coöperatie als eerste het Energy Monitoring Information System in gebruik genomen. ‘Daarmee kunnen we van dag tot dag het energieverbruik regelen en waar nodig bijsturen’, vertelt Ad Snoeijen, energiemanager voor deze locatie.

24 Financiering nekt verduurzaming Maar liefst éen Petajoule aan plannen voor energiebesparing en verduurzaming leverde Gert-jan de Geus van OCI Nitrogen in bij het ministerie van Economische Zaken. Gek genoeg werden ze allemaal afgekeurd. ‘We hoopten dat de overheid ons kon helpen bij de financiering van deze voor ons onrendabele projecten. Helaas dachten zij daar anders over.’

UTILITIES 3 nr. 5 - september 2016


SLAGVAARDIGER OPEREREN DOOR HOOGGEKWALIFICEERDE OPLEIDINGEN

De kwaliteit van uw organisatie valt of staat met de capaciteiten van de mensen die erin actief zijn. Hun kennis en vaardigheden actueel houden is een continue uitdaging. Kiwa Training is hierin uw betrouwbare partner. Met een uniek aanbod van praktijkgerichte, specialistische opleidingen in techniek, veiligheid, kwaliteit, milieu en zorg verbreden en verdiepen Kiwa-opleidingen vakkennis en -vaardigheden op basisniveau of voor functies op middelbaar en hoger niveau. Gevarieerd Het scholingsaanbod van Kiwa groeit en varieert van korte trainingen tot en met complete opleidingen. Ze zijn geschikt voor mensen die zowel technisch als bedrijfsmatig bezig zijn met installaties, apparatuur en distributie in de energietechniek (gas, warmte, water en elektriciteit), maar ook voor mensen die zich bezig houden met het opzetten, onderhouden, beheren en optimaliseren van het (kwaliteits-, veiligheids- en/of milieu-) managementsysteem. De incompany trainingen kenmerken zich door maatwerk, toegespitst op de specifieke organisatiebehoeftes. Tegelijkertijd maakt Kiwa Training volop gebruik van innovatieve digitale technologieën in service en opleidingsaanbod. Top vijf trainingen De trainingstrajecten van Kiwa Training zijn sinds jaar en dag hooggekwalificeerd en vormen vaak de kwalificatie voor gespecialiseerde functies. Het aanbod kent een vijftal paradepaardjes, omdat deze trainingen al lang met succes worden georganiseerd: Hogere gastechniek, Uitvoerder ondergrondse infratechniek, Interne Audits ISO 9001, Medisch Codeur ICD-10 en Legionella preventieadviseur. Daarnaast zijn we één van de grootste opleiders voor VCA cursussen (zie kader).

Kijkt u op www.kiwatraining.nl voor cursusdata en alle overige informatie over onze trainingen. Of neem contact op via training@kiwa.nl of bel naar 088-998 3539

Voor alle soorten VCA onderwijs een passende oplossing. VCANederland organiseert VCA cursussen, zowel klassikaal als via e-learning, voor een uitgebreid portfolio van opdrachtgevers uit alle mogelijke branches. Met u dragen wij zorg voor de veiligheid van uw werknemers, opdrachtgevers en klanten. Door de inzet van professionele docenten, de landelijke dekking en up-to-date lesmateriaal heeft VCANederland een gemiddeld slagingspercentage van ruim 90%. Kijkt u op www. VCANederland.nl of neem contact op via customersupport@vcanederland.nl of bel naar +31 (0) 70 514 6434.


Leiden of lijden Met grote multinationals die hoog op de duurzaamheidslijstjes prijken, mogen we trots zijn op onze industrie. Toch leek het een aantal jaren geleden nog erop dat een aantal politieke partijen de industrie liever kwijt dan rijk was. Misschien was het de luxe van een hoogconjunctuur waarin dienstverlening net zo hoog werd gewaardeerd als fysieke productie. Of wellicht kon de industrie zijn waarde niet goed voor het voetlicht brengen. Het algemene beeld van de industrie was in ieder geval: de grote vervuiler waar we snel van af moeten. Hoe dan ook lijken de partijen elkaar beter te vinden. De SER Energiedialoog is nog steeds een waar kunststukje waarin het gelukt is om partijen die voorheen loodrecht tegenover elkaar stonden samen te laten werken. Hoewel de uitvoering van de afspraken nog niet heel vlot loopt, laat het wel zien dat de partijen in de hoofdlijnen het wel met elkaar eens zijn. De grootste verschillen zitten met name in het tempo. Nu start in het najaar opnieuw de energiedialoog en worden de stellingen weer ingenomen. Tenminste, dat zou je verwachten. Wat echter opvalt in bijvoorbeeld de propositie van belangenvereniging VEMW, is dat de industrie volop meegaat in de ambitie van een CO2-besparing van tachtig tot meer dan negentig procent in 2050. Ook AkzoNobel ziet verduurzaming van zijn energieportfolio als onomkeerbare ontwikkeling en wil daarin zelfs vooroplopen. OCI Nitrogen loopt momenteel dan wel tegen een uitdaging aan in de financiering van energiebesparingsprojecten, maar het bedrijf kan als die hobbel is genomen één petajoule aan energie besparen. Dan is de enige goede reactie van de overheid om de initiatieven van de industrie te omarmen en te faciliteren. Volgens mij scoort dat ook goed in de aanloop naar de verkiezingen. Verdere integratie tussen branches onderling, maar ook met de maatschappij, is onontbeerlijk om de energietransitie pijnloos of minder pijnlijk te laten verlopen. Dat vraagt om een sterke politieke koers en een lange termijnvisie op de energievoorziening. Nederland leidt weer, met de industrie voorop. David@industrieperspectief.nl

COLOFON zeventiende jaargang nummer 5 - september 2016

Drukkerij PreVision Graphic Solutions

Utilities (8x per jaar) Technologie en economie in de energie-, water- en gassenmarkt

Advertentie-acquisitie Jetvertising BV Postbus 1890, 2280 DW Rijswijk T: 070 399 0000 - F: 070 390 2488 www.jetvertising.nl Arthur Middendorp: arthur@jetvertising.nl

Uitgever IndustriePerspectief Joke Smitstraat 12 2401 KN, Alphen aan den Rijn T: 06-51499670 info@industrieperspectief.nl Hoofdredactie David van Baarle 06-51499670 Vaste medewerkers Klaas de Jong, Cyril Widdershoven, Tseard Zoethout, Medewerkers aan dit nummer Tijdo van der Zee Lay-out Klaas Dijkstra Inzet advies www.inzet-advies.nl

Abonnementen (excl. 6% BTW) Utilities verschijnt 8x per jaar. Nederland/België € 130,50 per jaar Introductie NL/B 25% € 98,- per jaar Overig buitenland € 155,Losse verkoopprijs € 18,50 Studenten € 38,50 Proefabonnement 3 mnd € 27,00 De abonnementenadministratie wordt verzorgd door: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA UITGEEST Website: www.bladenbox.nl (nieuwe abonnementen) Website: www.aboland.nl (wijzigingen en vragen) T: 0900-ABOLAND (0900-22 65 263, 10 ct/min)

Opzeggen Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor ufacts wordt uw abonnement steeds manstilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op.

Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Tel. 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63 € 0,10 per minuut Fax 0251-31 04 05 Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementenland is ook bereikbaar via Twitter. Stuur uw tweet naar: @Aboland_klanten. Prijswijzigingen voorbehouden. © IndustriePerspectief 2016 Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. ISSN: 1389-6385

UTILITIES 5 nr. 5 - september 2016


Trending news op www.utilities.nl

1 NAM wil samenwerken met Noordzee-buren

NAM denkt dat samenwerking met andere partijen cruciaal is om de energietransitie betaalbaar te maken en te kunnen versnellen. Daarom onderzoekt het gasbedrijf hoe ze haar platforms met windparken op zee kan verbinden. NAM heeft daar al wat ideeĂŤn over, want voor de productie van aardgas is veel energie nodig. Nu wordt op platforms energie gebruikt die is opgewekt met aardgas dat NAM zelf naar boven heeft gepompt. Een oplossing is om aansluiting te zoeken bij de windparken die over een aantal jaar in de buurt van de platforms worden gebouwd.

2

N uon, AkzoNobel en BASF finalisten Northern Enlightenmentz In de industrie in Noord-Nederland worden innovatieve plannen steeds concreter. Dat is ook zichtbaar bij de verkiezing van de Northern Enlightenmentz 2016. Zo realiseerde finalist BASF Heerenveen een enorme energiebesparing door samen met Water & Energy Solutions op een andere manier naar de fabrieken te kijken. AkzoNobel is inmiddels bezig om met Eneco en Groningen Seaports een infrastructuur te bouwen voor biostoom. En kanshebber Nuon onderzoekt met de TU Delft de opslag van duurzame energie in ammoniak.

3

Van Oord neemt Bilfinger offshore windactiviteiten over Aannemer Van Oord neemt de offshore windactiviteiten van Bilfinger Marine & Offshore Systems, een Duitse onderneming actief op het gebied van ontwerp, bouw en installatie van funderingen voor offshore windparken en havenontwikkeling. De overeenkomst omvat de overname van activa en medewerkers met betrekking tot de offshore windactiviteiten. Naast deze acquisitie investeert Van Oord in een belangrijke aanpassing van zijn installatieschip Aeolus. De huidige kraan, met een hefvermogen van 900 ton, wordt vervangen door een kraan met een hefvermogen van 1.600 ton.

Sinds de Utilities-site weer volop actief is, kunnen we aan de statistieken zien wat de Utilities-lezer beweegt. Vanaf nu laten we de top tien zien van meest gelezen nieuwsberichten op www.utilities.nl. Blijf ons vooral volgen en blijf ook via Twitter reageren. Wie weet komt u uw reactie wel tegen in het trending news.

6 UTILITIES nr. 5 - september 2016


roductie industrie groeit 4 Popnieuw

De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in juni 1,6 procent hoger dan in juni 2015. De stijging is wat groter dan in mei. De transportmiddelenindustrie produceerde in juni opnieuw aanzienlijk meer, de elektrische-apparatenindustrie behoorlijk minder. De voor seizoeneffecten gecorrigeerde productie fluctueert aanzienlijk. Dalingen en stijgingen volgen elkaar snel op. Sinds medio 2014 is er echter sprake van een stijgende trend van de industriële productie.

iljoenensubsidie voor 5 MRotterdams Hart van Zuid

Een internationaal consortium voor de ontwikkeling van innovatieve en duurzame stadstoepassingen heeft een subsidie van bijna achttien miljoen euro toegewezen gekregen van de Europese Unie. Hiervan is 5,4 miljoen euro bestemd voor projecten in het Rotterdamse Hart van Zuid. Een 3D-model dat onder andere het energiegebruik in het gebied in beeld brengt, geeft beter inzicht in de mogelijkheden om het energiemanagement te verbeteren.

willen fuseren 6 Amerikanen Duits gasbedrijf met

Het Amerikaanse industriële gasbedrijf Praxair praat met zijn Duitse branchegenoot Linde over een fusie. De fusie creëert het grootste industriële gasbedrijf ter wereld. Eerder dit jaar gingen Air Liquide en Airgas samen. Het tweetal werd met een gezamenlijke omzet van 23 miljard dollar in één klap de grootste in de markt.

nergiefabriek drukt 7 Eresultaten Heijmans

Hoewel het verlies ten opzicht van dat van de eerste helft van vorig jaar is teruggedrongen, heeft bouwbedrijf Heijmans nog last van een aantal tegenvallende projecten. De Energiefabriek Tilburg dat het bedrijf bouwt voor Waterschap de Dommel is daar één van. Het blijkt nog een uitdaging om de installatie optimaal te laten functioneren.

8

T enneT experimenteert met balanshandhaving

TenneT kijkt de komende jaren naar alternatieve methoden van balanshandhaving. In plaats van energiecentrales op of af te schakelen, kijkt de netbeheerder naar alternatieven als het aanzetten of afschakelen van watergemalen, de inzet van WKK, opslag in gebruikte batterijen, warmteboilers en inzet van vermogen uit zonnepanelen en windturbines.

start-ups winnen 9 Energie euro 50.000

Clean Tech Aviation, Energie Company, Envitron, Gridcorn en Synext zijn uitgeroepen tot winnaars van Startup Fast Track 2016, een ondersteuningsprogramma voor beginnende energie-ondernemers met groot toekomstpotentieel. De ondernemers krijgen met hun overwinning een investering van elk 10.000 euro toegekend.

es miljard investering 10 Zhoogspanningsnet

Tennet zal de komende tien jaar fors investeren om het sterk groeiende duurzaam productievermogen in Nederland én omringende landen te kunnen transporteren. Men verwacht een investering van vier miljard euro op land en op zee circa twee miljard euro te investeren in het hoogspanningsnet.

UTILITIES 7 nr. 5 - september 2016


DE KRACHT VAN DE KETEN De Nederlandse energie-

grootgebruikers kunnen een grote rol spelen in de energietransitie en AkzoNobel lijkt in de voorhoede te zitten. ‘De weg naar duurzame energie is onomkeerbaar, dus kunnen we beter leiden dan volgen’, zegt directeur energie Marcel Galjee. ‘We willen daarbij wel dezelfde kansen krijgen als de energiesector. Met name op het gebied van biomassa kan de chemische industrie zijn keten inzetten om echt duurzaam te produceren.’

Industrie moet gelijke kansen krijgen als energiesector door een strategische keuze om risico’s te spreiden.’ Het klinkt bescheiden voor een bedrijf dat al vier jaar de lijst aanvoert van de Dow Jones sustainability index, maar de drijfveren van Galjee gaan niet om een duurzaam imago. ‘In feite is AkzoNobel een geïntegreerd energiebedrijf met eigen productie, eigen netwerken en eigen levering van stoom, warmte en stroom. Het verschil met de energiebedrijven is dat wij zelf de grootste afnemer zijn, al leveren we ook aan onze buren.’

Diversifiëren Voor wie de acti-

‘Als tachtig procent van de productiekosten energie gerelateerd is, dan staat energie automatisch bovenaan de agenda.’ Aan het woord is Marcel Galjee, directeur energie bij AkzoNobel. ‘Dat we daar duurzame energie inzetten, is ook ingegeven 8 UTILITIES nr. 5 - september 2016

viteiten van Akzonobel niet kent: grofweg is de productie te verdelen in verven, coatings en chemie. Galjee: ‘Onze chemie activiteiten zijn hierin zeer energie-intensief. Voor ons chloorproces hebben we veel elektriciteit nodig en ons zoutproces is stoomintensief. De zoutproductie wordt traditioneel gedomineerd door gas. We hebben in het proces hoge temperaturen stoom nodig, wat tot voor kort met name door gasgestookte warmtekrachtturbines werd geproduceerd. Inmiddels nemen we ook stoom af van afvalverbrandingsinstallaties en binnenkort de biomassacentrale van Eneco. Deze

keuzes zijn zowel kosten als risico gedreven. Hoewel de gasprijzen in Nederland momenteel relatief laag zijn, zijn ze nog altijd vele malen hoger dan in de Verenigde Staten of het Midden Oosten. Daar komt nog eens bij dat de Nederlandse gasvoorraden langzaamaan opraken. Het is strategisch dus verstandig om het portfolio te diversifiëren en verder te kijken dan aardgas.’ Maar wat heeft een bedrijf aan zo’n nummer één notering in een duurzaamheidsindex? ‘Die nummer één -notering is geen doel, maar resultaat van een bewuste strategische keuze voor een lange termijn duurzame en maatschappelijk verantwoordelijke koers. Natuurlijk zijn we er trots op dat we als duurzaam bedrijf te boek staan, maar we realiseren ons ook dat de energietransitie onomkeerbaar is. De komende tien tot twintig jaar zal de gehele industrie dit merken. Ik kies in dat geval er liever voor om die transitie te sturen dan dat we het ons laten overkomen. Het is mijn persoonlijke overtuiging dat bedrijven als de onze leiderschap moeten tonen in de transitie. Gelukkig is dat bewustzijn goed verankerd in

Abonnees lezen meer op www.utilities.nl


onze organisatie. We krijgen daarin het vertrouwen van onze aandeelhouders, maar we merken dat ook aan de invulling van onze vacatures. Mensen kiezen er bewust voor om te werken voor AkzoNobel vanwege onze duurzame en maatschappelijke visie. Ook klanten stellen steeds vaker duurzame eisen aan de producten die we leveren. Sommige producten leveren een indirecte energiewinst op, zoals coatings die de weerstand van schepen en vliegtuigen verlagen. Maar men vraagt ook hoe die producten worden gemaakt.’

sen op de nieuwe stoombron. We houden ons dus allen bij onze eigen corebusiness en versterken elkaar waar nodig. Dit model werkt niet alleen in Delfzijl, maar zou ook in Rotterdam een oplossing kunnen bieden. Sterker nog: we kijken al serieus naar de mogelijkheden voor een dedicated biomassacentrale in Rotterdam. En of dit nu een bioboiler wordt of een bio-wkkinstallatie dat maakt ons niet heel veel uit. Uiteindelijk gaat het om de beste oplossing voor de desbetreffende situatie, waarin verduurzaming samen gaat met een commerciële bedrijfsvoering.’

Toch heerst het vooroordeel dat duurzaamheid duur is. ‘Uiteindelijk moet verduurzaming hand in hand gaan met de commerciële bedrijfsvoering. We betrekken dan ook de keten in onze plannen zodat we gebruik kunnen maken van elkaars expertise. In het geval van de biomassacentrale Golden Raand investeert Eneco in de ombouw van de centrale en Groningen SeaPorts in de ruim twee kilometer stoomleiding naar het terrein van AkzoNobel in chemiepark Delfzijl. Wij moeten echter ook behoorlijke investeringen doen op de site zelf om het nieuwe stoomsysteem aan te pas-

Is die situatie dan veranderd? ‘In het verleden was de standaardgedachte om daar waar stoom werd geproduceerd direct ook elektriciteit op te wekken. Nederland heeft een zeer groot productiepark met gas gestookte warmtekracht installaties. Gedreven door de grote behoefte van de industrie aan stoom en warmte in haar processen. Door het inzetten van biomassa installaties gekoppeld aan een elektriciteitsopwek, kunnen we de industrie voorzien van duurzame stoom en tegelijkertijd een flexibele schil vormen om op de momenten dat het nodig is (weinig zon en wind)

extra elektriciteit te maken. Daarmee kan de industrie een aanzienlijke bijdrage leveren aan het versnellen van de energietransitie. Wat dat aangaat volg ik de nieuwe koers van de overheid wel dat je niet zomaar op één technologie moet inzetten. In de nieuwe energiewerkelijkheid moet je lokaal kijken welke bronnen beschikbaar zijn en welke vorm van energie gewenst is. Wat ook opvalt in de nieuwe subsidieregelingen is dat er een hernieuwde belangstelling is voor warmte. Die vorm van energie was naar de achtergrond gedrukt terwijl een groot deel van het Nederlandse energiegebruik naar de opwekking van warmte gaat.’ Maar voor de industrie is biomassa een goede keuze? ‘Momenteel is de inzet van biomassa als vervanger van aardgas een goede optie, maar dat wil niet zeggen dat er in de toekomst geen betere opties zijn. Want, laten we realistisch zijn: het verbranden van biomassa is tot nog toe een kostbare en korte termijn optie. Er is veel subsidie gegaan naar het bijstoken van biomassa in kolencentrales. Bio-WKK of de inzet van biomassa voor de productie van stoom UTILITIES 9 nr. 5 - september 2016


Dé Hardware voor Energie Management Door de decentrale opwekking, duurzamere omgang met energie en de voortgang van techniek zal er steeds meer gemeten en beveiligd worden. Belangrijke stimulatoren hierbij zijn het Europese streven voor het behalen van 20% energiereductie in 2020 en de richtlijnen om structurele energiebesparing te realiseren geformuleerd in de norm ISO 50001. Energie management begint in de basis met correct meten van stroom en spanning. ELEQ biedt hiervoor de oplossing; de Energie Management Lijn. De producten uit de Energie Management Lijn zijn ideaal voor toepassing in alle energie management projecten, zowel in bestaande installaties als in nieuwbouw. • Deelbare Stroomtransformatoren ° Compact en nauwkeurig • Gezekerde Spanningsaftakklemmen voor Rail en Kabel ° Geen ongezekerde leiding in de installatie • Stroomtransformator ten behoeve van indirecte kWh meting ° Zeer compact en nauwkeurig Compacte hardware voor het maken van uw kWh-meting op een veilige wijze! Voor meer informatie kunt u terecht op www.eleq.com of neem contact op met onze verkoopafdeling via sales@eleq.com of telefonisch via +31 (0)521 533 333.

Verhuur heet- en warmwaterketels

Eco Ketelservice Verhuur bv

www.eco-steamandheating.com +31 (0)13 583 94 40 | info@eco-steamandheating.com


is een goede volgende stap, maar is nog steeds niet het einddoel. Ook hier geldt dat je naar de gehele waardeketen moet kijken om alle potentie er uit te halen. Ik denk wat dat aangaat dat we aan het begin staan van een mooie tijd. In mijn ogen is het waardevoller om eerst hoogwaardige chemische stoffen uit biomassa te halen om vervolgens alleen datgene te verbranden dat je echt niet anders kunt inzetten. Nederland heeft de potentie om een grote speler te worden op het gebied van biomassa. Met internationaal zeer gerenommeerde kennisinstituten zoals de Wageningen Universiteit, een food agrosector van wereldklasse maar ook een volwaardige chemische industrie die bereid is om over zijn eigen grenzen heen te kijken. Het is niet voor niets dat ook de overheid zijn stimuleringsbeleid op biomassa focust. De uitdaging zit hem vooral in het verwaarden van die biomassa en dat zou de Nederlandse industrie als geen ander moeten kunnen. We vragen de overheid daarvoor wel om het gebruik van biomassa voor de industrie op minimaal gelijkwaardige manier te behandelen als de energiesector. Daarmee maken we echt een lange termijn keuze voor een verduurzaming van de industrie en sluit direct aan bij de natuurlijke kracht van het Nederlandse bedrijfsleven.’ Ketenintegratie lijkt als een rode draad te gaan door de activiteiten van AkzoNobel ‘De Nederlandse clustervorming in Delfzijl, Rotterdam en Geleen heeft ervoor gezorgd dat de chemische sector kan overleven in een omgeving met hoge energieprijzen. De bedrijven in die clusters zijn op vele manieren met elkaar verbonden en wisselen gronden reststoffen uit waar mogelijk. Wat betreft warmte zijn er ook nog steeds mogelijkheden, alhoewel je ook daar moet kijken naar de beste oplossing voor de desbetreffende omgeving. Het warmtenet in Rotterdam kan niet één op één worden gekopieerd naar Delfzijl of Geleen omdat er nu eenmaal geen vergelijkbare vraag is naar lage temperatuur warmte. Maar wellicht zijn er andere manieren om die warmte te gebruiken of op te waarderen.’

Hoe past de energiesector in deze ketens? ‘De rol van de industrie in het Nederlandse energielandschap is sowieso aan het veranderen. De inpassing van duurzame energie in het Europese energiesysteem heeft voor een zeer onzekere en volatiele energiemarkt gezorgd. Elektriciteitsprijzen schieten tussen de min en de plus vijfhonderd euro en de grote pieken in de elektriciteitsproductie stellen het net voor extra uitdagingen. Als er partijen in staat zijn deze volatiele markt te sturen, levert dat een efficiënter systeem op en dat kan weer een grote impact hebben op de kostenstructuur. Een aantal energiegrootverbruikers is in staat om zijn productie aan te passen op het elektriciteitsaanbod en wij zijn daar één van. Op het moment zijn investeringen in demand response echter nog niet heel interessant omdat de markt voornamelijk kampt met overcapaciteit door de recentelijk gebouwde fossiele en duurzame productie-eenheden. Een reële prijs voor flexibiliteit ontstaat bij een afname van de overcapaciteit, dit zou kunnen ontstaan door uitfasering van kolencentrales. Dan kunnen we onze elektrolyseprocessen op- en afschakelen wanneer nodig of kan de industrie bijvoorbeeld ‘powerto-heat’ inzetten als de elektriciteitsproductie veel groter is dan de vraag.’ Heeft u de overheid nodig bij uw missie om de energiemix te verduurzamen? ‘Als je het over energie hebt, dan ontkom je niet aan de politiek. We hebben het wel eens over de energiemarkt, maar eigenlijk is er geen sprake

van een vrije markt. De gasprijzen, elektriciteitsprijzen, duurzame energie, fossiele en kernenergie: overal zitten keuzes van overheden achter. Het zijn dan ook uiteindelijk de politieke keuzes die het succes van duurzame energie bepalen. Als bedrijf dat internationaal opereert en actief is op wereldmarken vragen wij vooral om een gelijk speelveld: in Europa en de rest van de wereld, maar ook gelijk aan de energiebranche. De netwerkbedrijven investeren op dit moment met gesocialiseerde kosten in het mogelijk maken van peakshaving door koelkasten of andere huishoudelijke apparaten. In dat geval beïnvloedt dit direct de potentie van de businesscase voor load balancing voor de industrie. Of neem bijvoorbeeld emissiehandel. Wij zijn groot voorstander van een actief beleid dat ervoor zorgt dat emissies worden teruggedrongen. Het zou echter onwenselijk zijn als alle individuele Europese lidstaten hun eigen pad daarin gaan trekken. Helaas is dit wel de tendens wie wij op dit moment waarnemen. Ik moet zeggen dat de huidige regering goed beseft voor welke taak zij staat en politiek Den Haag heeft veel meer oog voor het energiesysteem. Men heeft in ieder geval aandacht voor de rol van de industrie in de energietransitie. Het echte succes bereiken we als we de juiste omstandigheden weten te creëren waardoor de industrie gaat investeren in de nieuwste technologieën in Nederland. Daarmee krijgen we economische groei en tegelijkertijd de versnelling in de energietransitie die we allen voor ogen hebben.’ ■ UTILITIES 11 nr. 5 - september 2016


infostroom Groen licht voor Schoonebeek De gerepareerde injectiewatertransportleiding van de NAM tussen De Hulte en Rossum mag weer in gebruik worden genomen. Hierdoor kan NAM de olieproductie in Schoonebeek, en daarmee samenhangend de waterinjectie in Twente weer hervatten. Bij de oliewinning in Schoonebeek komt productiewater vrij dat met behulp van de gerepareerde injectiewatertransportleiding weer kan worden getransporteerd naar Twente om daar te worden geïnjecteerd in het lege gasveld Rossum-Weerselo. De gekozen oplossing biedt volgens NAM een innovatieve en robuuste oplossing voor de komende jaren, die tegelijkertijd ruimte laat voor de verschillende verwerkingmethodes van productiewater die in het huidige evaluatieonderzoek naar de waterinjectie in Twente worden overwogen voor de langere termijn. Of de pijpleiding ook op langere termijn in gebruik zal blijven, hangt af van de uitkomst van dat lopende evaluatieonderzoek. Naar verwachting neemt minister Kamp hierover eind dit jaar een besluit.

Aandacht concurrentiepositie industrie Tijdens de bijeenkomst van de informele Energieraad discussieerden de Europese milieu- en energieministers onder ander over innovatiefondsen van het emissiehandelssysteem, energieprijzen en het concurrerend vermogen van de Europese industrie en de kansen van LNG voor de energievoorzieningszekerheid. John Cooper, directeur-generaal van FuelsEurope lichtte de ministers in over de effecten van energieprijzen op het concurrentievermogen van Europese raffinaderijen en de energie-intensieve industrie. Lagere energieprijzen in bijvoorbeeld het Midden-Oosten zijn

volgens hem één van de oorzaken dat investeringen zich naar die regio verplaatsen. De heer Watson benadrukte dat de nu lagere groothandelsprijzen voor elektriciteit niet in dezelfde mate doorwerken in de prijzen van de eindverbruikers, onder andere door verschillen in nationaal beleid, en dat de juiste prijssignalen nodig zijn voor een marktgebaseerde energietransitie. Vicevoorzitter van de Energy Union Maroš Šefcovic gaf aan dat de Europese Commissie een studie uitvoert naar de recente ontwikkeling van de energieprijzen en zij zal daarover in december 2016 een mededeling publiceren.

Dong Energy wint eerste Borssele tender Het windpark Borssele wordt naar verwachting voor 2,7 miljard euro minder subsidie gebouwd dan waarmee eerder rekening is gehouden. Het windpark van 700 megawatt zal bovendien 22,5 procent meer elektriciteit opwekken dan voorzien. Partijen die geïnteresseerd waren in de ontwikkeling van Borssele, konden via een tender bieden tot een maximum van 12,4 cent subsidie per kilowattuur opgewekte duurzame energie. Het Deense bedrijf Dong Energy bracht het laagste bod uit met gemiddeld 7,27 cent per kilowattuur, exclusief aansluitingskosten voor TenneT van 1,4 cent per kilowattuur. Dit is 5,1 cent subsidie minder dan van te voren begroot. Over een subsidieperiode van 15 jaar levert dit een kostenbesparing op van 2,7 miljard euro. Tot nu toe was het laagste bedrag voor de aanleg van windmolens op zee ter wereld 10,3 cent per kilowattuur voor een windpark voor de kust van Denemarken, exclusief de kosten voor netaansluiting. Van de 700 megawatt die het windpark Borssele zal opleveren, kunnen een miljoen huishoudens van energie worden voorzien.

12 UTILITIES nr. 5 - september 2015

Kijk voor meer nieuwsberichten op www.utilities.nl


KORT NIEUWS

Langdurige gasstoringen verhogen gemiddelde onderbrekingsduur Autoriteit Consument en Markt heeft zijn jaarlijkse factsheets kwaliteit regionale netbeheerders uitgegeven. Opvallend is dat Stedin en Alliander een hogere jaarlijkse uitvalsduur hebben dan het landelijke gemiddelde. Desondanks valt de stroomuitval nog redelijk mee: een stroomonderbreking duurt vaak niet langer dan twintig minuten. Een gasonderbreking is heel wat vervelender en kan zo meer dan vijf uur duren. Een gasonderbreking duurde in 2015 gemiddeld 5 uur en 21 minuten. De laatste jaren is de gemiddelde onderbrekingsduur hoger. Dat komt doordat enkele langdurige gasstoringen het gemiddelde sterk beïnvloeden. Een stroomonderbreking duurde in 2015 gemiddeld 20 minuten. Dit is ongeveer hetzelfde als in de afgelopen jaren. Deze onderbrekingen werden veroorzaakt in het net van regionale netbeheerders. Onderbrekingen veroorzaakt in het net van de landelijk netbeheerder TenneT, zoals de storing in Diemen in maart 2015, zijn hierin niet meegenomen.

Waterschap Zuiderzeeland verduurzaamt Waterschap Zuiderzeeland gaat een slibgistingsinstallatie waarmee afvalwater duurzamer kan worden gezuiverd. De installatie maakt goedkoper en met minder chemicaliën meer energie in de vorm van biogas uit het zuiveringsslib. Ook vermindert de installatie de hoeveelheid restslib. De slibgistingsinstallatie wordt gebruikt op de afvalwaterzuiveringsinstallatie (AWZI) van Tollebeek (Flevoland) en wordt in 2018 in gebruik genomen. In de installatie wordt voor het eerst gebruik gemaakt van de Ephyratechnologie van Royal HaskoningDHV. Ephyra maakt onderdeel uit van een grote renovatie op de AWZI Tollebeek, die naar verwachting later dit jaar start. In Tollebeek wordt het afvalwater uit de Noordoostpolder verwerkt, plus het slib dat afkomstig is van de AWZI in Lelystad.

Prinses Alexia Windpark start met opslag van windenergie Het Prinses Alexia Windpark van Nuon in Zeewolde wordt voorzien van ‘batterijen’ die energie uit windmolens opslaan. Op die manier kan het windpark ook bij relatieve windstilte – en als er zeer veel vraag is naar elektriciteit – windenergie leveren. Als de elektriciteit die windmolens opwekken niet direct kan worden gebruikt, gaat de groene stroom verloren. Tegelijkertijd kan met windenergie bij relatieve windstilte niet altijd aan de energievraag worden voldaan. Om dit probleem op te lossen, plaatst Nuon binnenkort bij het transformatorstation in het Prinses Alexia Windpark in Zeewolde twee ‘batterijen’. De accu’s in groene zeecontainers zorgen ervoor dat energie die is geproduceerd tijdens ‘windpieken’ aan het stroomnet geleverd worden als er juist weinig wind waait. De batterijen in het Prinses Alexiapark hebben een totale capaciteit van drie megawatt en zijn auto accu’s. Dat is voldoende om 1.800 tot 2.200 huishoudens van stroom te voorzien. Op termijn breidt Nuon de capaciteit uit naar twaalf megawatt in acht batterijen. De batterijen zullen rond maart 2017 worden geplaatst. De bedoeling is dat de accu’s vijftien tot twintig jaar mee kunnen.

In het tweede kwartaal van 2016 was de CO2-uitstoot in Nederland 0,3 procent lager dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. De industrie, en dan met name de chemie, stootte juist meer CO2 uit dankzij de gestegen productie. Het cluster landbouw, delfstoffenwinning, industrie en bouwnijverheid is goed voor circa 24 procent van de totale uitstoot. De gaswinning uit het Groningenveld wordt de komende vijf jaar beperkt tot 24 miljard kubieke meter per jaar. Er wordt gestreefd naar een zo vlak mogelijke winning met zo min mogelijk fluctuaties. Enkel in koude winters en indien strikt noodzakelijk mag extra gas worden geproduceerd. Dit is de kern van het ontwerpbesluit gaswinning Groningen Minister Kamp en ambassadeur André Kuipers rondden de Energiedialoog af op een duurzaam industrieterrein in Arnhem. In de afgelopen drie maanden hebben meer dan 3000 mensen tijdens meer dan 125 bijeenkomsten in het hele land meegedacht over en ideeën aangedragen voor de energievoorziening van de toekomst. In de Eemsdelta is een opleiding ontwikkeld voor technici die de nieuwste generatie windmolens moeten kunnen onderhouden. De nieuwe opleiding moet voorzien in een grote behoefte, omdat de nieuwste windturbines qua techniek niet meer vergelijkbaar zijn met de oude. De opleiding, die start bij het Noorderpoortcollege in Delfzijl, komt tot stand in een samenwerking tussen bedrijfsleven en publieke partijen.

uw mailbox? Al het nineuvoworsoninze nieuwsbrief op Meld u aa

utilities.nl!

UTILITIES 13 nr. 5 - september 2016


ENERGIE Met jaarlijks anderhalf miljard liter melk en

ruim 540 medewerkers is Friesland Campina DMV in Veghel de grootste zuivelverwerker in ons land. Deze zomer heeft DMV voor de coöperatie als eerste het EMIS (Energy Monitoring Information System) in gebruik genomen. ‘Daarmee kunnen we van dag tot dag het energieverbruik regelen en waar nodig bijsturen’, vertelt Ad Snoeijen, energiemanager voor deze locatie. De verwachte besparing – vijf tot vijftien procent per jaar past prima in het plaatje van FrieslandCampina om klimaatneutrale groei te bereiken.

Tekst: Tseard Zoethout

Informatiesysteem onderdeel van klimaatneutrale groei rekening mee. Ze kunnen weliswaar honderden manieren voor energiebesparing verzinnen, implementeren daarvan is veel moeilijker. Zonder de info die afdelingen me toespelen heb ik geen middelen om WCOM (World Class Operational Management), het overkoepelende programma van FrieslandCampina, uit te voeren’, zegt hij.

Klimaatneutrale groei

Op weg naar de locatie aan de rand van het Veghelse industrieterrein (Br.), goed bereikbaar voor melkwagens uit de zuidelijke regio en daarboven, licht William Wold, milieu- en duurzaamheidssmanager voor FrieslandCampina wereldwijd, het bredere plaatje toe. ‘Onze Energie Performance Indicator (EPI) is opgebouwd uit twee delen, namelijk het productievolume en het verbruik aan warmte en elektra. Het energieverbruik wordt voor een 14 UTILITIES nr. 5 - september 2016

deel door de basislast voor ketels en installaties bepaald. Omdat onze productie in de verschillende afdelingen van week tot week wisselt, zal ook de energie-efficiency variëren. Bij minder productie en dezelfde last neemt de efficiency af, bij meer productie gebeurt het omgekeerde. Pas als je energie op afdelingniveau kunt koppelen aan de productie, krijg je pas echt inzicht in de processen. Deskundigen als Ad Snoeijen houden daar terdege

Sinds vorig jaar heeft FrieslandCampina, met een jaaromzet van 11,3 miljard euro één van de grootste zuivelconglomeraten ter wereld en in handen van 19.000 melkveehouders in Nederland, België en Duitsland, haar strategie ‘route 2020’ aangescherpt. Met deze strategie wil het in Amersfoort gevestigde concern de groeiende melkaanvoer verwerken door de CO2 en daaraan gekoppelde andere broeikasgasemissies in 2020 op hetzelfde peil of zelfs iets lager zien te krijgen dan in het peiljaar 2010. Energie en water zijn in het WCOM programma zeer belangrijke elementen. ‘Door op energie te besparen’, vervolgt Wold, ‘kunnen we zowel onze kosten drukken als de doelstelling van klimaatneutrale groei halen.’

Abonnees lezen meer op www.utilities.nl


Flexibiliteit Omdat melk en kaaswei als input voor de fabriek natuurproducten zijn, heeft Veghel vaak met wisselende volumes te maken. Het machinepark en de processen moeten dus flexibel zijn uitgerust. Dat doet het concern niet alleen met behulp van externe adviseurs en marktpartijen zoals Bilfinger Efficiency waarmee het vorig jaar een prestatiecontract heeft afgesloten, zoals dit vakblad eerder berichtte. ‘De energiebesparing die Bilfinger Efficiency voor ons implementeert’, zegt Ad Snoeijen zodra we langs de pascontrole en codedeuren in zijn kantoortje hebben plaatsgenomen, ‘gaat goed samen met onze interne procedures om minder energieverbruik bij een gelijkblijvende output te realiseren. Het komt er in feite op neer om sluitende afspraken over de verantwoordelijkheden te maken. De beloning voor Bilfinger is een deel van de behaalde besparing op deze locatie. Daarmee kunnen we beiden goed uit de voeten.’ Voor afvalwaterbehandeling loopt op dit moment een interne discussie of Friesland Campina dat straks - geheel of gedeeltelijk - zelf gaat doen. Water mag weliswaar goedkoop zijn en de

behandeling daarvan op het eerste gezicht eveneens, door de enorme volumes die Veghel voor Friesland Campina verwerkt, maakt het volgens de milieumanager wel de helft van de operationele kosten uit. ‘Ook daarmee kan je flexibel omgaan. Hoe kunnen we het kapitaal van onze leden maximaal laten renderen? Vanwege de nutriënten heeft ons afvalwater een positieve prijs terwijl het waterschap tot circa 46 euro per VE (een vervuilingseenheid) berekent. Sommige waterschappen gaan zelfs tot 90 euro per VE. De industrie kan dat voor 25 à 35 euro per VE doen. Afvalwater van de industrie is goed van samenstelling, heeft een mooie temperatuur en wordt gekenmerkt door een relatief constant debiet. Daarnaast levert dit kansen om zowel op water als op energie te besparen. Als je beseft dat deze locatie dagelijks tienduizend kuub loost, kan je op je vingers natellen dat het over majeure beslissingen gaat’, aldus Wold.

EMIS Deze zomer heeft FrieslandCampina op haar locatie Veghel, de grootste productielocatie van de zuivelonderneming wereldwijd, als pilot het EMIS (Energy Monitoring

Information System) in gebruik genomen, een digitaal platform waarop elke afdeling per dag en per shift kan aflezen hoeveel stoom, stroom, gas, water en afvalwater een installatie neemt. Volgens berekeningen zal dat vijf à tien procent gas en elektriciteit en vijftien procent aan waterbesparing opleveren. Daarmee worden niet waargenomen lekkages die pakweg twintig procent verliezen op een van de dertig locaties van FrieslandCampina het voorjaar van 2016 hebben gekost, voorkomen. Volgens Snoeijen, die de opstart van de pilot heeft begeleid, moesten de operators voor EMIS eerst wel vertrouwd raken met de koppeling van PLCs (individuele besturingseenheden) aan SCADA (supervisory control and data acquisition) software. ‘Zodra validering van alle cijfers achter de rug was, reageerde iedereen enthousiast’, zegt hij. ‘Komen er grote toch nog technologische uitdagingen op tafel, dan schakelen we een procestechnoloog in. EMIS is hier in Veghel gaan leven, dat is de crux. Zonder inzicht in het dagelijkse energie- en waterverbruik hebben we onvoldoende greep om op deze locatie ook te kunnen sturen en om op het lagere energie niveau te borgen. Dankzij EMIS krijgen com UTILITIES 15 nr. 5 - september 2016


UNLOCKING FUTURE FACTORIES

4-7 OKTOBER

2016 JAARBEURS UTRECHT

Meld u gratis aan op:

INDUSTRIALPROCESSING.NL

HAL 12

PARTNER

adv_IP-2016_185x132.indd 1

13-06-16 10:32

Joulz Predictive Asset Management — Optimale beschikbaarheid voorop — Predictive Asset Management zorgt voor een optimale beschikbaarheid van assets

bij lagere kosten. Dit kan bijvoorbeeld door ontwerp, bouw, onderhoud en hergebruik slimmer uit te voeren. Voordelen - Verhogen veiligheid en bedrijfszekerheid

- Door slimme conditiebepaling

door hogere optimale beschikbaarheid

- Leidt tot lagere OPEX en uitstel

- Lagere kosten tijdens de life-cycle van assets

alleen onderhoud indien nodig van CAPEX

Joulz is de specialist op het gebied van complexe midden- en hoogspanning. Als zelfstandig onderdeel binnen de Eneco Groep helpt Joulz netbeheerders, energieopwekkers en zakelijke klanten met uitdagingen die de energietransitie met zich meebrengt. Betrouwbaarheid, continuïteit en betaalbaarheid van energievoorziening vormen daarbij onze uitgangspunten. www.joulz.nl


petitie op competenties. Die kennis en ervaring kunnen we inzetten voor zgn. step changes, om daarmee technologische doorbraken te initiëren.’

Step changes Veel laaghangend fruit is inmiddels geplukt in de mondiaal opererende zuivelverwerkende industrie. Verbeteringen aan de valstroomindampers en droogtorens, verreweg de grootste energieverbruikers in deze bedrijfstak, zijn op dit moment slechts incrementeel. Toch liggen er bij FrieslandCampina wel plannen om meer met hergebruik van warmte te doen. Zo is een gecombineerde mechanisch-thermische indamper recent vervangen door een volledige MVR (mechanical vapour recompression) die zestig procent energiezuiniger dan de oude installatie is, nauwelijks koelwater nodig heeft en zelfs met membraanfiltratie kan concurreren. Ook heeft de coöperatie besloten om de laatste gasturbine – efficiënt in de jaren ’80 van de vorige eeuw – in 2018 buiten bedrijf te stellen en volledig op groene electriciteit over te stappen. ‘Stroom kunnen we vergroenen, gas minder’, licht Wold toe. ‘Weliswaar loopt er een project om een biogasvergister zeven kilometer verderop aan een andere locatie te verbinden, de inzet van groen gas blijft gering op dit moment. Op dit moment betrekken we ruim de helft van onze electriciteit van eigen veehouders die over windparken en kleine PV installaties beschikken, de rest kopen we op de markt als windstroom in. Daarmee is de Nederlandse productie van FrieslandCampina geheel vergroend. Dit jaar willlen we dat ook in België en Duitsland bereiken, het volgende jaar volgt de rest van de EU.’ Vergroening van electriciteit verkleint het energievolume niet, hergebruik van warmte juist wel. Daar liggen volgens Ad Snoeijen op bedrijfsniveau de grootste kansen voor step changes. ‘Onze processen zijn ingericht op stoom. Maar dat is niet altijd nodig. Voor reiniging hoef je geen 200 °C te gebruiken, dat kan efficiënter met warm water. De transitie naar hergebruik van laagwaardige warmte moet ingezet worden. Op het innovation

centre in Wageningen Universiteit werkt onze R&D afdeling aan processen om van de damp uit de droger laagwaardige stoom te maken. Ook kan de 70 °C warmte die we bij het ijswater naar de lucht uitstoten iets verderop als proceslucht voor de caseïnaatfabriek worden aangewend. Wel is het natuurlijk zo dat een grote verandering in het energiesysteem zijn invloed op het productieproces heeft.’

Geothermie FrieslandCampina kijkt ook over de schutting van de eigen bedrijfstak waar step changes liggen. Volgens een recent onderzoek van Berenschot bij onder meer Avebé en Smit Kappa staan er drie routes open: meer flexibiliteit in processen verankeren, meer duurzame energiebronnen inzetten of op geothermie overschakelen. In tegenstelling tot Danone – waarover dit vakblad vóór de zomer een portret heeft gemaakt– ziet FrieslandCampina wel kansen voor dat laatste. Het concern overweegt om voor geothermie samenwerkingen aan te gaan. William Wold: ‘op sommige plekken in ons land is op vijf kilometer diepte aardwarmte van 150 à 200 graden Celcius aanwezig. Nu nog bestaat ons energieverbruik uit circa twintig procent elektra en tachtig procent uit warmte. Het is moeilijk om de ther-

mische energie verder te vergroenen omdat de mogelijkheden daarvoor niet legio aanwezig zijn… mits we over geothermische energie voor onze processen kunnen beschikken. Aan aardwarmte kleven weliswaar hoge risico’s – de investeringen zijn enorm, dergelijke geothermie is in Nederland tot op heden nog nergens toegepast maar het biedt ook grote kansen.’ De milieumanager ziet hierin een mooie, faciliterende rol voor het Rijk weggelegd. Wold: ‘Op de manier zoals vroeger de infrastructuur voor gas en elektra is opgezet zou het Rijk meer kunnen nadenken over een warmte infrastructuur waarin geothermie wordt meegenomen. Zo’n infrastructuur wordt in Duitsland, bijvoorbeeld voor de stad München, al veel toegepast. Maar geothermie is niet iets wat we alleen willen en kunnen doen. In een vroeg stadium willen we hier partijen bij betrekken die de exploitatie kunnen doen. We zoeken dus synergievoordelen met andere gebruikers in de bebouwde omgeving, met overheden voor de warmte infrastructuur en voor de risico dekking, en met investeerders en kenniscentra om dit mogelijk te maken. Wil je aardwarmte als kansrijke optie op de Nederlandse kaart zetten, dan zal je het natuurlijk wel goed moeten organiseren’, besluit hij. ■ UTILITIES 17 nr. 5 - september 2016


technologie Lithium-luchtbatterij zonder de nadelen Wetenschappers van Massachusetts Institute of Technology (MIT) hebben echter een nieuwe variatie van de lithium-luchtbatterij ontwikkeld die de nadelen van de gangbare varianten tackelt. Het nieuwe concept, dat de wetenschappers nanolithia cathode battery noemen, is licht en energieefficiĂŤnt en degradeert een stuk minder snel. In de ontlaadfase onttrekken lithiumlucht batterijen zuurstof uit de omgeving om een chemische reactie met het lithium van de batterij in werking te zetten. Tijdens de oplaadcyclus wordt de zuurstof weer vrijgegeven. In de nieuwe batterij vindt dezelfde reactie plaats, maar het zuurstof wordt niet in gasvorm vrijgegeven. In plaats daarvan blijft de zuurstof in vaste fase en transformeert direct naar zijn drie redoxfases terwijl het gebonden blijft in drie verschillende vaste chemische verbindingen: lithiumoxide, lithiumperoxide en lithiumsuperoxide. Deze chemische verbindingen worden door elkaar gemixt in de vorm van een glas. Deze aanpak brengt het spanningsverlies met een

factor vijf terug, ofwel in plaats van een 1,2 volt verlies, verliest de batterij nog maar 0,24 volt. Dat betekent dat nog maar acht procent van de energie verloren gaat in de vorm van warmte. Door deze verbetering kunnen de batterijen sneller worden geladen en gaat minder energie verloren. Een ander probleem van de huidige lithium-lucht batterijen is het verschil in volume tussen een geladen en een lege batterij. Deze volumeverschillen ontstaan door de faseverschillen (vast en gas) van zuurstof tijdens laden en

ontladen. Door zowel zuurstof als lithium in nanoglasbolletjes te binden en vast te zetten in een matrix van cobaltoxide zijn de volumeveranderingen verleden tijd. Die matrix is nodig omdat de nanolithiumdeeltjes normaal gesproken heel onstabiel zouden zijn. Cobaltoxide is een sponsachtig materiaal dat de bolletjes stabiliseert en tevens werkt als katalysator voor de transformaties tussen laden en ontladen. Ook de gevoeligheid van lithium-lucht batterijen voor vocht en kooldioxide is omzeild.

Bewegende kunststof houdt zonnepanelen schoon

Leg dit dunne laagje plastic in de zon, en het begint uit zichzelf onregelmatig te wapperen. Onderzoekers van de Technische Universiteit Eindhoven 18 UTILITIES nr. 5 - september 2016

(TU/e) en Humboldt-universiteit in Berlijn presenteren het eerste materiaal dat spontaan beweegt onder invloed van zonlicht. Volgens de onderzoekers is dit buigbare plastic onder meer geschikt als zelfreinigend oppervlak, bijvoorbeeld voor zonnecellen. Materialen die uit zichzelf onder invloed van licht bewegen zijn sinds een aantal jaren een bekend fenomeen. Vaak is de bron echter ultraviolet licht, wat door de benodigde intensiteit het materiaal kan beschadigen. De uitdaging was om een materiaal te vinden dat dit gedrag vertoont bij zichtbaar licht, liefst

onbewerkt zonlicht. De onderzoekers uit Eindhoven en Berlijn zijn daar nu in geslaagd met een dun laagje plastic met daarin zonlichtgevoelige moleculen (zogeheten azo-kleurstoffen). Gelegen in zonlicht, begint de dunne film spontaan en onregelmatig te slingeren. EĂŠn van de voornaamste mogelijkheden voor het materiaal is als zelfreinigend oppervlak. Een oppervlak dat trilt in de zon maakt het zand en stof lastig om aan vast te blijven plakken. Men voorziet dan ook zelfreinigende zonnepanelen in de woestijn waar water niet voorradig is.


Zonnecel produceert syngas

Nieuwe strategie voor fotokatalysatoren Een internationale samenwerking gecoördineerd door wetenschappers aan de Universiteit Twente heeft geleid tot een nieuwe designstrategie voor waterstofproducerende fotokatalysatoren. De auteurs zagen dat het omzeilen van de huidige algemeen geaccepteerde designstrategie de waterstofconversieefficiëntie sterk verbetert. De nieuwe benadering is veelbelovend voor efficiënte directe omzetting van zonlicht in groene brandstof.

Wetenschappers van de Universiteit van Illinois ontwikkelden een zonnecel die atmosferische kooldioxide omzet in synthesegas. De fotosynthetische cel doet dit ook nog eens snel en goedkoop. De werking van de cel is gebaseerd op een redox-reactie waarbij een katalysator zorgt voor de omzetting van CO2 en water in synthetische koolwaterstoffen. Het principe is al vaker toegepast, maar vaak door gebruik te maken van dure edelmetalen, zoals zilver. Amin Salehi-Khojin en zijn onderzoekers gebruiken echter overgangsmetaalchalcogeniden als katalysator. Om precies te zijn gebruikte men nanoflake tungsten diselenide. Deze werd gekoppeld aan een ionische vloeistof die als elektrolyt fungeert in een elektrochemische cel met twee compartimenten en drie elektrodes. Dit mengsel fungeert als kathode, terwijl een elektrolyt van kobaltoxide en kaliumfosfaat aan de

anode-kant hun werk doen om zonlicht om te zetten in energie. De katalysator is niet alleen twintig keer goedkoper dan de edelmetalen alternatieven, maar ook nog eens duizend keer sneller. En het elektrolyt, dat een mengsel is van ethyl-methylimidazolium tetrafluoroboraat en water, zorgt ervoor dat de katalysator actief blijft na de pittige reactie. De cel die in de ondezoeksfase achttien vierkante centimeter groot was had genoeg aan honderd watt per vierkante meter, ongeveer de gemiddelde lichtintensiteit die het aardoppervlak bereikt, nodig om zijn werk te doen. Als de reactie in gang wordt gezet ontstaat aan de kathode waterstof en koolmonoxide terwijl aan de anode-zijde zuurstof en waterstofionen ontstaan. De waterstofionen worden ook nog eens via een membraan doorgelaten naar de kathode zodat deze kunnen helpen met het reduceren van kooldioxide.

Vliegertechniek haalt energie uit ‘rustig’ water Dr. Eize Stamhuis ontwikkelt met het bedrijf Sea Current een nieuwe methode om energie uit getijdestroming te winnen, gebaseerd op de techniek van vliegers. De methode kent grote voordelen ten opzichte van wind- en zonne-energie, omdat deze energie kan halen uit zeewater met een lage stroomsnelheid - bijvoorbeeld langs de Nederlandse kust. Een ander voordeel: getijdestroming is vrijwel altijd beschikbaar en honderd procent voorspelbaar. Bij de nieuwe techniek worden grote

vlieger-achtige systemen van zo’n tien bij twaalf meter onder water geplaatst. Deze bewegen heen en weer in de stroming. De opgewekte energie wordt via een kabel aan land gebracht. Deze techniek is met name geschikt voor zeewater met een lage stroomsnelheid. Dat is wereldwijd in ruime mate voorhanden, en zeker voor de Nederlandse kust. Andere technieken hebben vaak water nodig met een hoge stroomsnelheid. Dergelijke locaties komen echter veel minder vaak voor.

Wat er precies gebeurt in de fotokatalysator-nanostructuur direct na lichtabsorptie is heel belangrijk voor de efficiëntie waarmee zonlicht in brandstof wordt omgezet. De fotokatalysator bestaat uit een aantal units, waaronder een licht absorberend deel dat via een brug is verbonden met een katalysator die de brandstof produceert uit bijvoorbeeld water. De huidige fotokatalysatoren zijn zodanig ontworpen dat lichtabsorptie leidt tot een verschuiving van elektrondichtheid van het licht absorberende deel naar de brug, die fungeert als elektronopslagreservoir en zorgt voor toevoer van elektronen naar de naburige katalysator voor waterstofvorming. Deze studie laat zien dat het omzeilen van deze designbenadering de omzetting van zonlicht in waterstof sterk verbetert. De nieuw ontwikkelde strategie is gebaseerd op een elektronopslagreservoir elders in de fotokatalysator. Hierdoor worden verliezen die kunnen optreden voordat waterstofvorming plaatsvindt gereduceerd. De sterke verbetering in waterstofoutput die gerealiseerd is, illustreert de mogelijkheden van deze nieuwe benadering. UTILITIES 19 nr. 5 - september 2016


Santon Circuit Breaker Services verzorgt vanaf 1 oktober 2015 technisch en commercieel support van Metroform Per 1 oktober 2015 zal Santon Circuit Breaker Services B.V. zorg dragen voor ondersteuning, onderhoud, technisch en commercieel support van Metroform laagspanning schakel- en verdeelinrichtingen. Santon Circuit Breaker Services heeft hiervoor alle technische documentatie en certificaten in beheer verworven van de vorige eigenaren. Tevens hebben wij op het ogenblik drie technische specialisten in dienst met samen meer dan 100 jaar ervaring met Metroform schakel- en verdeelinrichtingen. Onze vakkundige service engineers staan tot uw beschikking voor onderhoud, schakelmateriaal upgrades of uitbreidingen aan deze Metroform switchgear.

Voor meer info kunt u terecht op www.santoncbs.com Santon Circuit Breaker Services B.V.

Advertentie-index UTILITIES

WIJ HEBBEN ENERGIE VOOR TIEN.

54events...................................................................................... 39 Eco Ketelservice Verhuur............................................................ 10 Eleq............................................................................................ 10 Jaarbeurs.................................................................................... 16 Joulz............................................................................................ 16 Kiwa Nederland............................................................................4 MODELEC Data-Industrie........................................................... 40 Santon Circuit Breaker Services.................................................. 20 WEG.............................................................................................2 WINGAS...................................................................................... 20

Samen met u werken we aan een optimale aardgaslevering .

Ook adverteren in Utilities Magazine? Neem contact op met Arthur Middendorp: 070 - 399 00 00 of arthur@jetvertising.nl www.wingas.nl


ENERGIE

UTILITIES 21 nr. 5 - september 2015


De Nederlandse overheid heeft een sterke partner gevonden in zijn ambitie de uitstoot van kooldioxide in 2050 80 tot 95 procent terug de dringen: de industrie. Belangenvereniging van de energiegrootverbruikers VEMW overhandigde tijdens de viering van zijn honderdjarig jubileum een propositie aan directeur Generaal Mark Dierickx van Economische Zaken. Het voorstel van de achterban van VEMW is duidelijk: De industrie wil investeren als de overheid wil faciliteren. ENERGIE

Industrie kiest voor drastische koolstofemissiereductie in 2050 ‘Een ambitieus plan’, dat geeft algemeen directeur van VEMW Hans Grünfeld direct toe. ‘Maar het is geen luchtfietserij. Het is bijzonder dat industriële grootverbruikers van energie zich zo eensgezind uitspreken over emissiereductie en ik ken geen land met een industrie met vergelijkbare plannen. Wat ook duidelijk moet zijn: we zitten niet op geld van de overheid te wachten. We willen vooraleerst dat de overheid een visie en strategie voor de lange termijn vastlegt en zich daar ook aan houdt. De Nederlandse industrie heeft echt zijn nek uitgestoken met deze propositie en we hopen natuurlijk dat de overheid evenveel lef toont. Zo’n lange termijnvisie is namelijk een voorwaarde voor het investeringsklimaat voor verduurzaming van de industrie. Veel bedrijven zijn nu eenmaal afhankelijk van private investeerders en veel kapitaal komt vanuit het buitenland. Die investeerders krijg je alleen maar mee als ze zeker zijn van een

22 UTILITIES nr. 5 - september 2015

consistent beleid en gegarandeerde rendementen over de lange termijn.’

Met alleen maar optimaliseren wat we al hebben, komen we er niet.’

Trendbreuk Hoe die emissiebesparing tot stand komt, is voor een deel wel te voorspellen. Grünfeld: ‘De industrie investeerde de afgelopen jaren al in energiebesparende maatregelen, in de opwaardering of nuttige inzet van restwarmte en zet steeds vaker duurzame grondstoffen en energie in. Die investeringen leidden tot incrementele verbeteringen en ik verwacht dat die de komende jaren nog wel door zullen gaan. Als je deze trend doortrekt naar 2050 kom je nog niet tot de helft van de ambitie van een vrijwel emissie loze industrie. Om echt grote sprongen te maken, is een trendbreuk nodig en om dat te bereiken, is op diverse vlakken innovatie nodig. Niet alleen op het gebied van energietechniek en duurzame grondstoffen, maar bijvoorbeeld ook op het gebied van grensoverschrijdende samenwerking en financiering.

lange termijn Dat de overheid een leidende rol heeft genomen in de verduurzaming van de energievoorziening, ziet Grünfeld als een goed teken. ‘De ondertekening van het SER Energieakkoord door industrie, bedrijfsleven, overheid én maatschappelijke organisaties laat zien dat het mogelijk is de agenda’s gelijk te krijgen. Die afspraken gaan echter tot 2023 terwijl wij juist naar de langere termijndoelstellingen kijken. Daar komt bij dat de afspraken in dit akkoord op twee gedachten hinken: de inzet van duurzame energie en energiebesparing. Het hoofddoel waar de industrie voor gaat, is het vermijden van de uitstoot van kooldioxide. Daarmee voorkom je discussies over de mate van duurzaamheid van oplossingen. Het aantal ton vermeden CO2 is namelijk gemakkelijk te meten. En waar dat niet mogelijk is, houden


we ook nog end of pipe-oplossingen open zoals CO2-afvang en -opslag. Die optie hebben we tijdens de transitiefase nog steeds nodig.’

Politieke keuzes De energiegrootverbruikers merken dat het enthousiasme bij de overheden toeneemt en dat men steeds meer oog krijgt voor de behoefte van de industrie. Een aantal jaren geleden leek het er nog op dat een aantal politieke partijen de industrie liever uit Nederland zag verdwijnen, maar dat tij lijkt gekeerd. ‘We hopen natuurlijk dat men de daad bij het woord voegt en zorgdraagt voor een betaalbare en betrouwbare energievoorziening. Politieke keuzes bepalen uiteindelijk of de energiemix toereikend is, of er voldoende netwerkcapaciteit beschikbaar is en of de energieinfrastructuur ook betrouwbaar is. In de tarifering van zowel energie als transport zal men daarbij rekening moeten houden met de concurrentieverhoudingen in een mondialiserende economie. CO2-beprijzing kan een instrument zijn om energiebesparende maatregelen te realiseren, maar te hoge prijzen kunnen ook carbon leakage in de hand werken. We vragen dan ook vooral om de markt zijn werk te laten doen.’

Grensoverschrijdend De zo gewenste trendbreuk is lastig te sturen, maar desondanks denkt Grünfeld dat het wel mogelijk is. ‘Innovatie kan je niet forceren, maar je kunt wel voor optimale omstandigheden zorgen om innovatie mogelijk te maken. We horen wel vaker de geluiden dat Nederland klein is en weinig volume heeft om verschil te maken op de mondiale CO2-uitstoot. Maar juist die kleine schaal in combinatie van een zeer geïntegreerde industrie kan ons voorop plaatsen in de wereldranglijst van duurzame industrielanden. De grote Nederlandse industrieclusters

in Rotterdam, Geleen, Delfzijl en Terneuzen leveren een gigantisch voordeel op wat betreft uitwisseling van reststromen en bijvoorbeeld cascadering van warmte. De volgende stap is volgens ons dan ook om die integratie zo ver mogelijk door te voeren. Naar de gebouwde omgeving of naar andere sectoren. Wat dat aangaat denk ik dat het huidige topsectorenbeleid remmend is voor die gewenste trendbreuk. Momenteel kijkt men teveel naar uitbreiding van kennis en innovatie binnen de zuilen van bijvoorbeeld agri en food, de energiesector of de chemie, terwijl de grootste kansen op echte doorbraaktechnologie op het snijvlak ligt van die sectoren. Een aantal cross sectorale thema’s moet heel snel worden opgepakt. De komende jaren wordt bijvoorbeeld fors ingezet op de inzet van biomassa wat als vervanger van nafta kan dienen voor de chemische industrie, maar ook als grondstof voor de voedingsmiddelenindustrie. Als laatste kijkt ook de energiesector naar de mogelijkheden van biomassa voor de productie van stoom en elektriciteit. Samenwerking tussen deze partijen levert uiteindelijk meer op dan de som der delen.’

van de industrie. ‘De overheid zou in zijn stimuleringsbeleid meer moeten kijken wat de nettobijdrage is aan de CO2-besparing. We snappen dat men terughoudend is in overheidsbemoeienis met commerciële bedrijven. Maar bio-wkk of bijvoorbeeld restwarmtebenutting uit afvalverbrandingsinstallaties hebben een groot CO2-besparingspotentieel. De industrie wil minstens dezelfde kansen krijgen als de energiesector momenteel krijgt. Zeker omdat we denken dat de bijdrage op het gebied van CO2-besparing van deze projecten hoger kan zijn dan bijvoorbeeld windenergie.’

Knelpunten Natuurlijk zijn er nog wel wat knelpunten weg te werken, maar Grünfeld denkt dat ook daar wel oplossingen voor kunnen worden gevonden. ‘Grote uitdaging blijft de financiering van energiebesparende maatregelen. Dit soort projecten kennen vaak een langere terugverdientijd en concurreren met andere, meer rendabele projecten. Ook op dat vlak is innovatie nodig, met nieuwe financiële structuren of fondsen die de risico’s kunnen beperken.’

Energiedialoog Knut

Energiesector Ook de SDE+ projecten zouden beter kunnen worden afgestemd op de wensen

Belemmeringen In dat kader is het ook vreemd dat bedrijven die hun productie kunnen afstemmen op het elektriciteitsaanbod momenteel gestraft worden met een veel hoger transporttarief. ‘Dit zijn typische belemmeringen in wet- en regelgeving die vraagt om duidelijke keuzes van de overheid. Hetzelfde geldt voor de allocatie van CO2-rechten. De manier waarop dat nu is geregeld, ontmoedigt bedrijven om te investeren in CO2-beperkende maatregelen in de keten.’

Schwalenberg, CEO AkzoNobel Nederland, overhandigde de propositie officieel aan, toen nog, Directeur Generaal Mark Dierikx van Economische Zaken. ‘De overheid vroeg om input voor de energiedialoog die ze in het najaar zal voeren om daarmee de energieagenda te kunnen samenstellen. Ik denk dat deze propositie een goed uitgangspunt is voor die dialoog. Wat we in ieder geval laten zien, is dat de industrie zijn defensieve houding heeft verlaten en proactief meedenkt om op verantwoorde wijze tot een nagenoeg emissieloze Nederlandse industrie te komen in 2050.’ ■

UTILITIES 23 nr. 5 - september 2015


ENERGIE Maar liefst éen Petajoule aan plannen voor

energiebesparing en verduurzaming leverde Gert-jan de Geus van OCI Nitrogen in bij het ministerie van Economische Zaken. Gek genoeg werden ze allemaal afgekeurd. ‘We hoopten dat de overheid ons kon helpen bij de financiering van deze voor ons onrendabele projecten. Helaas dachten zij daar anders over.’ De Geus legt de achilleshiel bloot van de verduurzamingsplannen van veel bedrijven: de financiering.

Financiering is bottleneck verduurzaming industrie

Gert-Jan de Geus, CEO van OCI Nitrogen, is er van overtuigd dat de industrie een significante bijdrage kan leveren aan terugdringing van de CO2-uistoot. ‘Maar tegelijkertijd is het terugdringen van kooldioxide niet de primaire doelstelling van een industrieel bedrijf’, voegt hij daar aan toe. ‘OCI is een commercieel bedrijf met aandeelhouders die zoveel mogelijk waarde uit hun investering willen krijgen. We nemen beslissingen dan 24 UTILITIES nr. 5 - september 2016

ook op bedrijfseconomische grond. Investeringen die de energieconsumptie verlagen, beoordelen we dan ook als eerste op de netto toegevoegde waarde. Dat daar een CO2component aan vast zit, is een pluspunt omdat ook de CO2-prijs onze marges drukt.’

Carbon leakage OCI Nitrogen is een grote speler in de wereld van kunstmest voor de landbouw en mela-

mine, een grondstof voor coatings en harsen. De voormalige DSM-fabrieken staan er inmiddels een aantal jaren, maar zijn in de tussentijd constant uitgebreid, verbeterd en gestroomlijnd. De Geus: ‘We hebben misschien niet de meest nieuwe kunstmestfabriek van Europa, maar we spelen zeker in de top twintig procent mee wat betreft energie-efficiency. Die efficiency is cruciaal omdat we aardgas zowel als grondstof als brandstof gebruiken waardoor de energieprijs in combinatie met de CO2-prijs direct in onze prijsmarge reflecteert. We hebben de afgelopen jaren dan ook behoorlijk geïnvesteerd in het verbeteren van die efficiëntie en het echte laaghangende fruit is dan ook wel geplukt.’ Ook deed het bedrijf de nodige investeringen om een antwoord te hebben op de volatiele en kwetsbare kunstmestprijzen. ‘We hebben geïnvesteerd in een terminal in Rotterdam en een nieuwe haven in Limburg om schommelingen op de markt op te vangen.’ Uiteraard beseft De Geus zich heel goed dat OCI Nitrogen ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid heeft. ‘We onderschrijven de doelstellingen van het klimaatakkoord in Parijs en ik geloof er heilig in dat


als de CO2-prijs stijgt, bedrijven meer hun best zullen doen om uitstoot te voorkomen. Ik ben alleen bang dat als de prijs te hoog wordt, dat tot gevolg heeft dat onze klanten hun aandacht verschuiven naar landen met minder strikte regels. Onze producten zijn wereldwijd verkrijgbaar en onze business is dan ook zeer gevoelig. Wat dat aangaat is de kunstmestsector beter te vergelijken met de staalindustrie, waar klanten steeds op zoek zijn naar de laagste prijzen, dan met de chemische sector. Wij zijn gedwongen door de hoge energie- en loonprijzen om zeer energie-efficiënt te produceren. In landen waar de prijzen significant lager liggen, is de CO2-uitstoot navenant hoger. Het gevaar van carbon leakage ligt dan ook om de hoek en dat werkt uiteindelijk averechts voor de wensen van de Europese Unie om de uitstoot van CO2 terug te dringen.’

Complexe processen Dat het bedrijf het milieu serieus neemt, blijkt bijvoorbeeld uit de investering die het deed om de uitstoot van lachgas, een groter broeikasgas dan kooldioxide, terug te dringen. Ook het COOL-project, waarbij kunstmestkorrels indirect met water worden

gekoeld leverde naast het terugdringen van stofemissies ook een 75 procent reductie op van het energieverbruik in de koelsectie. ‘Men vergeet echter nog wel eens dat wij heel complexe processen hebben en dat een investering soms lang nodig heeft om terug te verdienen’, zegt De Geus. ‘We doen significante vervangingsinvesteringen, maar die presteren pas optimaal als de laatste bottleneck eruit is gehaald. Zo levert een nieuw type warmtewisselaar de eerste tien a twaalf jaar geen directe efficiencywinst op. Het is dan soms best lastig om aan de aandeelhouder uit te leggen dat we die tijdspanne nodig hebben om de rendementen in de toekomst veilig te stellen.’

Bureau van onrendabele projecten De Geus is dan ook blij dat de overheid prioriteit stelt aan energiebesparing binnen de industrie. ‘We werken graag mee aan de uitvoering van convenanten, mits deze niet onze positie op de internationale markt bedreigen. De een-op-een afspraken die het ministerie van Economische Zaken met de industrie maakte, waren voor ons dan ook een kans om de onrendabele projecten

aan te pakken.’ Die laatste opmerking wil de Geus nog even verduidelijken: ‘Zoals ik al eerder zei, verwachten onze aandeelhouders een bepaald rendement. Ze kunnen hun geld maar één keer uitgeven en niets is dan logischer om dat te investeren in zaken die het hoogste rendement opleveren. Nu zijn er projecten die op den duur een behoorlijk besparingspotentieel hebben, maar die terugverdientijden van soms langer dan vijf jaar hebben. Zo’n tijdsspanne is te lang voor een private investeerder. Desondanks is de CO2-besparing interessant voor de overheid die zich gecommitteerd heeft aan EU-doelstellingen. En de energiegrootverbruikers die emissiehandelsplichtig zijn, hebben weer een convenant afgesproken om de overheid te steunen in zijn doelstellingen. In het Energieakkoord is zelfs afgesproken dat de partijen gezamenlijk op zoek gingen naar negen Petajoule energiebesparing. We hebben dan ook een overzicht gemaakt van het besparingspotentieel in de fabriek en noemden dit gekscherend: het bureau van onrendabele projecten. Uiteindelijk konden we voor één Peta joule aan dit soort projecten indienen bij het ministerie UTILITIES 25 nr. 5 - september 2016


Utilities.nl geeft nog meer waarde voor uw geld

Meer nieuws dan ooit • • • • • • • •

Actuele berichtgeving over de energie- en watermarkt Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten en diensten Multimediale bedrijfspresentaties Tweewekelijkse nieuwsbrief Live twitter updates LinkedIn interacted

acts

manuf

Utilities-abonnees krijgen meer • De nieuwste Utilities staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwbouwprojecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.utilities.nl en kies abonneren

Ga direct naar Utilities.nl en blijf iedereen voor


van Economische Zaken, maar tot mijn verbazing werden deze allemaal afgewezen. Een deel werd afgewezen omdat die projecten zich concentreerden op verduurzaming van de energiemix en geen directe energiebesparing was. Wat ik op zich vreemd vind, omdat het doel uiteindelijk CO2-besparing is. Bij de andere besparingsprojecten werd het potentieel wel gezien, maar bleek er geen investeringsbereidheid van de overheid. En daar zit nu juist de crux. We kunnen ons geld maar één keer uitgeven en als we geld lenen voor dit soort projecten, drukt dat op onze balans. Daar komt bij dat investeringen met een dergelijke tijdspanne redelijk risicovol zijn en die risico’s kan een overheidspartij gemakkelijker dragen dan private investeerders. Laat een ding duidelijk zijn: we willen geen subsidie voor deze projecten, we zoeken naar financiering. Daarvoor ben ik bereid een behoorlijk rendement te bieden van, laten we zeggen, vier of vijf procent. Maar dan wel in de vorm van een onderhandse lening, zodat deze niet op onze kredietwaardigheid drukt.’ Met dit laatste punt, legt De Geus een grote zwakte bloot van de Meerjarenafspraken van de overheid:

de financiering. Er gaan dan ook steeds meer geluiden op voor de oprichting van een investeringsfonds voor verduurzaming. De Geus: ‘Veel landen om ons heen hebben al een revolverend fonds waarin de overheid garant staat voor de rendementen op leningen. Het is niet dat het bedrijfsleven niet wil investeren, maar de financierders staan niet in de rij voor dit soort projecten.’

Financieringsstructuren Inmiddels lijkt het erop dat de Provincie Limburg OCI Nitrogen een helpende hand toe wil steken en in een dergelijk fonds wil investeren. ‘Gelukkig zijn er een aantal provincies die geld hebben ontvangen uit de verkoop van hun nutsbedrijven. Wat is er dan mooier om dat geld in te zetten voor verduurzaming. Overigens wil ik benadrukken dat wij het ondernemersrisico blijven lopen. Ik stap in een project en als het niet blijkt te werken, betaal ik de kosten. Dat moet ook wel omdat we daardoor er aan blijven werken om er een succes van te maken. Natuurlijk is ons uitgangspunt dat we er uiteindelijk ook geld aan gaan verdienen, anders zouden we geen bestaansrecht hebben als onderneming.’

De Geus wil graag ervaring opdoen met nieuwe financieringsstructuren. ‘Ik kan me ook voorstellen dat derde partijen willen investeren in energiebesparingsprojecten. Wij nemen onze utilities af van USG en waarom zou die niet willen investeren in energiebesparing? De eerste stap zou kunnen zijn dat we een pomp gaan vervangen voor een zuiniger exemplaar. Al was het maar om te kijken hoe zo’n financiering in de praktijk gaat: hoe boek je hem, hoe schrijf je hem af en wie is verantwoordelijk voor de prestaties? Allemaal zaken die nieuw voor ons zijn en waar we graag ervaring mee op willen doen.’ De enige angst die De Geus nog heeft, is dat de overheid drastischer maatregelen gaat nemen en de negen Peta joule besparing gaat afdwingen. ‘Dat zou uiteindelijk averechts werken. We hebben ons gecommitteerd aan inspanningsverplichtingen om onze CO2-uitstoot zoveel mogelijk terug te dringen. Zodra het een verplichting wordt, verandert dat niets aan de financieringsproblemen die met dit soort projecten gepaard gaat. Dan hebben bedrijven alleen maar meer argumenten om Nederland te verlaten.’ n UTILITIES 27 nr. 5 - september 2016


ENERGIE Waarom stoomdruk reduceren met alleen

een reduceerventiel, als je dat ook kunt doen met een stoomturbine die er meteen elektriciteit mee kan opwekken? Op het industrieterrein van Emmtec in Emmen draait zo’n turbine nu op proef. En met succes, want Emmtec wil er zo mogelijk nog een paar aanschaffen.

Tekst: Tijdo van der Zee

Energie halen uit stoomreductie Op het 95 hectare grote industrieterrein van Emmtec in Emmen zijn veertien chemische bedrijven gevestigd, waaronder DSM, technisch textielfabrikant Bonar en aramideproducent Teijin. Emmtec Services, onderdeel van Nuon/Vattenfall, is er de leverancier van elektriciteit, maar ook van stoom, perslucht, water en stikstof. Daarnaast verzorgt Emmtec Services de verwerking van het afvalwater. Stoom komt bij Emmtec in principe in twee smaken. Lagedrukstoom op 3 bar en een temperatuur van 180 graden en hogedrukstoom van 30 bar van 390 graden. ‘Bedrijven die

geïnteresseerd zijn in stoom die qua druk tussen deze waarden ligt, kunnen dat uiteraard geleverd krijgen, via een reduceerstation die de 30 bar terugbrengt tot de gewenste druk’, zegt Richard de Haan, asset manager utilities bij Emmtec, in zijn kantoor dat grenst aan het ketelhuis, waarin twee onverwoestbare (nog uit 1952!) Siemens-gasturbines hun werk doen. Enkele jaren geleden kwam Emmtec in contact met het jonge bedrijf Innecs uit Eindhoven, dat innovatieve gas- en stoomturbines ontwerpt. Zij hadden, met financiële steun van Rijksdienst voor Ondernemend

STEAM-UP Bedrijven die een stoominstallatie gebruiken kunnen relatief eenvoudig veel

Nederland (RVO.nl) via het Steam Up-project (zie kader), uitgerekend dat het energetisch en financieel kan lonen om naast het reduceerstation ook een stoomturbine te installeren, die tegelijk de stoomdruk verlaagt en elektriciteit kan opwekken. ‘De investering in deze Steam Expander kan, afhankelijk van de energieprijzen, in enkele jaren worden terugverdiend. De besparingen lopen in sommige business cases wel op tot 100.000 euro per jaar’, zegt Gijs Schimmel, desgin leader bij Innecs. Met de Steam Expander had Innecs mooie technologie in handen, maar het bedrijf miste nog een pilotlocatie om de machine te testen.

energie besparen. Het internationale Steam-Up project, in Nederland

Emmtec Bij Emmtec werd die

uitgevoerd door Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl), wil de

locatie gevonden. Richard de Haan: ‘Een bedrijf moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Het moet bij een ingangsdruk van 30 bar minstens 6 ton stoom per uur verbruiken, want op minder werkt de Steam Expander niet goed. Daarnaast moet er al een reduceerstation aanwezig zijn en ten slotte moet het bedrijf behoefte hebben aan de elektriciteit uit de 150 kW turbine.’ Gelatineproducent Jellice bleek uitbreidingsplannen te hebben

kloof overbruggen tussen veelbelovende audits en daadwerkelijke invoering van kostenbesparende maatregen. Het doel: energiebesparing hoger op de agenda krijgen door het technisch kader voldoende kennis mee te geven. Met een serie bruikbare business cases, waarin ook de ‘non-energy benefits’ zijn meegenomen en een uitgebreid audit- en trainingsprogramma voor technici en adviseurs, hoopt Steam-Up bij te dragen aan energiebesparing in de Nederlandse industrie en in de industrie in de andere landen die deel uitmaken van het project, en daarmee aan de Europese doelstelling voor 20 procent energiebesparing in 2020. Voor meer informatie over het Steam-Up project en contactgegevens: www.steam-up.eu.

28 UTILITIES nr. 5 - september 2016


De Steam Expander. Op de foto gaat links de luchtuitlaat voor de koeling naar boven. In het midden een liggende zwarte cilinder met daaromheen een aluminium cilinder, dit is de generator waar de elektriciteit wordt opgewekt. Verder naar rechts zie het stoomhuis waar de stoomturbinewielen in zitten. De stoom wordt aangevoerd door de twee verticale buizen (met de ‘gouden’ flenzen). De horizontale buis uiterst rechts is de lagedruk zijde waar de stoom weer wordt afgevoerd. (Foto: Innecs)

en was daarom de ideale kandidaat. De bedrijfsgebouwen van Jellice liggen net ten zuiden van het Emmtecterrein. In 2004 was Jellice (toen nog Econtis geheten) het eerste bedrijf dat zich vestigde op een nieuw toegewezen industriekavel. De Haan: ‘Ik was destijds nog engineer bij Emmtec en ik heb dan ook zelf de stoom- en condensaatleidingen en de reduceer naar Jellice geëngineerd.’ De Steam Expander bij Jellice is vorig jaar geïnstalleerd. De gehele installatie bestaat uit: de turbine; een Danfossconverter, die spanning en frequentie in overeenstemming brengt met het Emmtec-net; en een regelkast die ontworpen werd door Emmtec Engineering. Deze kast bepaalt op elk moment hoeveel stoom er door de turbine moet stromen en hoeveel door het reduceerstation. Overigens is van de turbine zelf weinig te zien, omdat deze veilig is ingepakt in een roestvrijstalen behuizing. Hoe werkt de machine nu precies? Gijs Schimmel legt eerst de traditionele manier van stoomreductie uit:

‘Emmtec transporteert de stoom onder hoge druk over het terrein, , zodat de diameter van de leidingen niet zo groot hoeft te zijn. Jellice heeft maar 7 bar nodig. Dus dat is ongeveer een factor 4 lager dan door Emmtec geleverd. Met de reduceer kan je dat goed voor elkaar krijgen. Dit levert stoom op met een hoge temperatuur en die koel je vervolgens af tot het verzadigingspunt door het inspuiten van water en dat levert meteen wat extra stoom op. Het is vanuit duurzaamheidsoogpunt echter zonde om stoom af te koelen door water in te spuiten.’

Elektriciteit opwekken In deze reductiestap zit in potentie ook de mogelijkheid tot elektriciteitsopwekking, schetst Schimmel, en daar komt de Steam Expander in beeld. ‘Wij wekken met de Steam Expander een vermogen op van 150 kW. Dat heeft tot gevolg dat het equivalent van die 150 kW aan warmte wordt onttrokken uit de stoom, die daardoor afkoelt. Dus je moet dan

weer wat extra stoom aanvoeren. De stoomvraag van het bedrijf blijft immers altijd leidend, dat is onze bedrijfsfilosofie.’

Rendement Maar waar komt nou de efficiëntiewinst vandaan? Immers, als je de extra benodigde stoom op een andere plek toch weer moet opwekken is er toch geen sprake van winst? Schimmel legt uit dat het hem zit in de verschillende omzettingsrendementen van de schakels in de keten. ‘De extra elektriciteit die de Steam Expander oplevert, kost inderdaad wat meer brandstof bij de centrale opwekinstallaties van Emmtec. Het omzettingsrendement van dit extra gas naar elektriciteit zit heel dicht tegen de 100 procent aan. Als je deze elektriciteit op een traditionele manier zou opwekken ligt het rendement rond de 50 procent. Als je dit overal zou gaan toepassen op het bedrijvenpark, zou je in totaal wel iets meer gas gaan gebruiken, maar naar verhouding levert het je veel meer elektriciteit op. Die verhouding UTILITIES 29 nr. 5 - september 2016


EEMSDELTAVISIE2016 2016 [Sch

rijf

NIJLICHT | EEMSHAVEN | 16-09-2016

nu i

n]

ITC Franklin Gothic Std

THEMA: Industriële ketens worden steeds belangrijker in ons streven naar een circulaire economie. Veel kansen voor verduurzaming en efficiëntieslagen liggen in de gezamenlijke aanpak. Vergroenen van grondstoffen en hergebruik kan niet eens zonder samenwerking met partners in de keten. En veel verbeteringen in efficiëntie, hebben meer impact als we de hekken tussen bedrijven wegdenken. Vooral nieuwe ketens dienen zich aan, waarbij ook de grenzen tussen sectoren niet meer heilig zijn. Een veelbelovende keten voor de Eemsdelta is de combinatie tussen de landbouw en de procesindustrie. De mogelijkheden van suikerbieten en aardappelen zijn bij vorige edities van EemsDeltavisie al uitvoerig behandeld. Maar hoe snel gaan de ontwikkelingen op het vlak van de bio- en agrochemie? Initiatiefnemers:

Programma: 10.00 uur 10.30 uur

Ontvangst Aanvang ochtendprogramma met o.a. keynote van prof. Catrinus Jepma (Rijksuniversiteit Groningen) ‘Duurzame stroom uit de Noordzee als grondstof voor de chemie’

12.00 uur 13.00 uur

Lunch Middagprogramma met o.a. keynote van emeritus prof. Johan Sanders (Wageningen University) ‘Bioketens’

14.15 uur 14.45 uur

Pauze Vervolg programma met o.a. pitches finalisten Northern Enlightenmentz Borrel

16.00 uur

Bezoek www.eemsdeltavisie.nl voor meer informatie, het programma en om te registreren. Contentpartners:

Partners:

ENGIE logotype_gradient_BLUE_PANTONE 14/04/2015 24, rue Salomon de Rothschild - 92288 Suresnes - FRANCE Tél. : +33 (0)1 57 32 87 00 / Fax : +33 (0)1 57 32 87 87 Web : www.carrenoir.com

RÉFÉRENCES COULEUR

Zone de protection 1 PANTONE PROCESS CYAN C

Zone de protection 2 Zone de protection 3

www.eemsdeltavisie.nl


Het reduceerstation bij Jellice.

is heel gunstig. Dus dat is hartstikke duurzaam.’

Kinderziektes Het afgelopen jaar was een testperiode voor de Steam Expander. En die ging uiteraard gepaard met kinderziektes. Er waren problemen met de lagersensoren, er ontstonden ongewenste trillingen en de temperatuur ging zo nu en dan in het rood. Dat laatste bleek te komen doordat de machine tussen twee bedrijfsgebouwen ligt ingeklemd en daardoor niet genoeg frisse koellucht kon krijgen. Momenteel wordt gewerkt aan een verhoogde inlaat die boven het dak uitsteekt.

Opvolger in de maak Schimmel geeft aan dat een defecte Steam Expander voor de klant geen gevolgen heeft. ‘De Steam Expander is altijd parallel geschakeld met de reduceer. We bouwen redundantie heel bewust in. Dat moet ook wel, want als de klant onverwacht geen stoom krijgt, loopt de schade bij hem al snel in de miljoenen.’ Kleine mankementen ten spijt is Innecs over het algemeen heel tevreden over de prestaties van de machine. Schimmel: ‘Vooral het technische hart van de

De Steam Expander is door een stalen behuizing beschermd tegen weersinvloeden.

turbine ziet er heel stabiel uit. De uitdagingen zitten vooral in de regeltechniek.’

Opvolger En hoe ziet nu de toekomst er uit voor de Steam Expander? Schimmel: ‘Wij zijn nu al met de opvolger bezig. We maken nu in plaats van een 150 kW-turbine een machine met een vermogen van 250 kW en zelfs nog wat meer.’ En Emmtecs asset manager De Haan

zoekt momenteel naar ‘één of twee’ nieuwe bedrijven bij Emmtec die aan de Steam Expander willen. ‘Ondanks de aanloopproblemen, die we hadden ingecalculeerd, zijn wij tevreden met de prestaties van de Steam Expander. De machine heeft zeker potentieel. Dus we willen er mee verder. Maar we zitten wat dat betreft nog in de prille beginfase en we weten dus niet bij welke bedrijven we deze kunnen installeren.’ n UTILITIES 31 nr. 5 - september 2016


ENERGIE Managementadviesbureau Berenschot onder-

zocht de mogelijkheden voor meer flexibiliteit in het elektriciteitsnet via power to heat. Grootste bottleneck voor invoering van deze peakshaver zijn de aan het piekverbruik gekoppelde nettarieven. De onderzoekers zien tijdsafhankelijke netcapaciteitstarieven als mogelijk alternatief.

Flexibele nettarieven maken power to heat rendabel De investeringen in duurzame energie zorgen de komende jaren voor een verdubbeling van het duurzame energieaanbod. Nadeel van zonne- en windenergie is het intermitterende karakter van de bronnen. De zon schijnt niet altijd of niet altijd even fel en de wind kent ook zijn grillen. Een groter aandeel van intermitterende hernieuwbare energie in de energiemix kan in de toekomst dan ook leiden tot tijdelijke en relatief hoge aanbodvolumes van elektriciteit en lage elektriciteitsprijzen. De industrie en de glastuinbouw kunnen hier op inspelen. Door elektriciteit om te zetten in warmte (power-toheat) verhoogt de elektriciteitsvraag en hoeft men minder gas in te zetten. Behalve dat de industrie hierdoor kan profiteren van lage energieprijzen is dit ook is gunstig voor marktpartijen, de marktwerking en voor de opwekking van duurzame energie.

Inkoopvoordeel Deze flexibiliteit heeft verscheidende voordelen. Zo stelt het de industrie en de glastuinbouw in staat om eerder te interveniĂŤren in de markt. Door meer flexibiliteit kan er gemakkelijker goedkope elektriciteit uit de markt worden gehaald. Dit betekent dat er voor deze 32 UTILITIES nr. 5 - september 2016

sectoren een inkoopvoordeel ontstaat. De inzet van meer flexibiliteit kan er ook toe leiden dat de elektriciteitsprijs minder snel daalt bij een groot aanbod van duurzame energie. Dit biedt een voordeel voor de duurzame energieproducenten en betekent ook dat er minder subsidie hoeft te worden verstrekt aan duurzame energie.

Rentabiliteit Het ontsluiten van meer flexibel vermogen in de industrie en de glastuinbouw leidt tot een verminderde volatiliteit en een stabielere elektriciteitsprijs. Daarbij kunnen ook mogelijke toekomstige negatieve prijzen worden voorkomen. Voor de balanceringsmarkt geldt de aanwezigheid van deze flexibiliteit als een goedkoop potentieel, dat negatieve balanceringspieken kan wegscheren. De glastuinbouw en de industrie zou hierin kunnen voorzien, zodat centrales minder hoeven terug te regelen. Dit heeft ook een gunstig effect op de rentabiliteit van het elektriciteitssysteem als geheel.

Tariefstructuur De huidige tariefstructuur van de transporttarieven maakt de inzet van flexibiliteit voor veel eindverbruikers in de indus-

trie en de glastuinbouw onrendabel. Dit komt doordat een verhoging van het maximale netvermogen tot een aanzienlijk lastenverzwaring door hogere nettarieven kan leiden, ook al gebruiken ze die bandbreedte maar een beperkt aantal uren. Door die hogere tarieven en het risico op boetes ziet men vaak maar helemaal af van peakshaving. Daar komt nog bij dat producenten momenteel een voordeel hebben ten opzichte van verbruikers: zij zijn namelijk vrijgesteld van het variabele netvermogenstarief. Daardoor lopen ze geen risico op verhoging van uitgaven doordat de nettarieven over het hele jaar worden verhoogd op het moment dat ze tijdelijk meer vermogen op het net zetten.

Alternatieven Om peakshaving aantrekkelijker te maken, onderzocht Berenschot een aantal alternatieve tariefstructuren en legde deze naast elkaar. Op basis van de analyse lijken tijdsafhankelijke netcapaciteitstarieven, die gerelateerd zijn aan de netbelasting, de meest effectieve toevoeging aan de tariefstructuur om extra flexibiliteit te ontsluiten. In deze variant mogen verbruikers tijdens daluren


extra elektriciteitsverbruik inzetten zonder dat dit gevolgen heeft voor het gecontracteerde jaarvermogen en maximale aantal kilowatts. Eindgebruikers lopen dus geen risico op een grote lastenstijging. Herverdelingseffecten zijn waarschijnlijk beperkt. De grote reserve aan netcapaciteit die tijdens de daluren onbenut is, kan dan worden ingezet om overschotten van duurzame energie op te vangen met behulp van de industrie en de glastuinbouw. De daluren kunnen verschillend worden gedefinieerd, waarbij ook een aantal belangrijke praktische overwegingen aan de orde zijn. Deze definitie kan vast zijn op bepaalde uren in de nacht en het weekend, dan wel variërend volgens een zogenaamd stoplichtmodel. De keuzes hebben verschillende effecten op de totale efficiency, het biedgedrag op de markten en op de mogelijkheid om het model aan te passen om overreacties te voorkomen. De onderzoekers bevelen aan om een goed invoeringstraject te organiseren waarbij alle partijen worden betrokken. Een mogelijke praktische oplossing om binnen afzienbare tijd een simpele maar toch stevige oplossing door te voeren als add-on op de huidige

tariefsystematiek, is een simpele peak/ off-peak oplossing, aangevuld met de mogelijkheid voor netbeheerders om dit te wijzigen in een meer gedetailleerde regeling per uur (statisch) of een stoplichtmodel (dynamisch) voor die netsituaties waar een meer nauwkeurige sturing nodig is of waar die noodzaak ontstaat.

Warmte Het mogelijk maken van extra afname tijdens daluren, zonder dat dit grote financiële gevolgen heeft voor de nettarieven, kan in potentie een groot vermogen aan flexibiliteit beschikbaar maken. Volgens de schattingen is de potentiële omvang van dit flexibele vermogen 4500 megawatt waarbij de industrie 1500 megawatt voor zijn rekening kan nemen en de tuinbouw drieduizend megawatt, alleen gerekend over de relatief eenvoudige mogelijkheden in de lage-temperatuurwarmte. Daarnaast kan nog extra potentieel aanwezig zijn in de hoge-temperatuurwarmte in de industrie. Dit is een substantieel flexibiliteitspotentieel. Hierbij komt het goed uit dat de uren met relatief lage spotprijzen juist vooral vallen in de daluren waarin het landelijke elektriciteitsnet weinig wordt belast.

Bovendien kan dit vermogen bijdragen aan de huidige balanceringsmarkt, waardoor de totale balanceringskosten kunnen verminderen. Hiervoor is een potentiële kostenreductie berekend van maximaal zes miljoen euro per jaar, uitgaande van de balanceringsprijzen en volumes in 2014. In de toekomst kan dit potentieel zich opwaarts of neerwaarts ontwikkelen afhankelijk van de evolutie van de balanceringsmarkt.

Winwin De oplossing kent eigenlijk alleen maar winnaars: het helpt de invoering van intermitterende duurzame energie door het indammen van de prijsvolatiliteit van elektriciteit met behulp van de Nederlandse industrie en de glastuinbouw. Het voorstel leidt ook tot kostenreductie op de balanceringsmarkt en een geringere noodzaak om centrales terug te regelen. Tijdsafhankelijke nettarieven kunnen ook gunstig zijn voor de producenten van duurzame energie doordat zij betere prijzen krijgen voor hun energie. Daarnaast kan het gunstig zijn voor verbruikers met power-toheat mogelijkheden die hun inzet van aardgas selectief willen vervangen door elektrificatie op momenten van goedkope elektriciteit. n UTILITIES 33 nr. 5 - september 2016


product & oplossing WARMTEWISSELAAR WINT WARMTE UIT AFVALWATER De Liputherm warmtewisselaar is de nieuwste aanvulling op het vetafscheider-assortiment van ACO. Met dit systeem wordt warmte gewonnen uit het afvalwater dat de vetafscheider passeert. Kostbare warmte, die grootkeukens van bijvoorbeeld zorginstellingen of bedrijfskantines, nu nog door het riool spoelen. De gratis warmte kan op meerdere manieren worden hergebruikt; bijvoorbeeld voor gebouwverwarming of voor het opwekken van elektriciteit. Daarnaast wordt de werking van een vetafscheider geoptimaliseerd door het afvalwater af te koelen. Vetafscheiders ontdoen afvalwater, uit bijvoorbeeld grootkeukens, van vetten en oliën die in het afvalwater terecht zijn gekomen tijdens het kook- en reinigingsproces. Dit wordt gedaan om het dichtslibben van de riolering te voorkomen. Het systeem is vooral geschikt voor keukens die gedurende langere tijd in gebruik zijn, omdat daar continu warm water naar de afscheider toestroomt. De Liputherm warmtewisselaar onttrekt warmte aan dit afvalwater en staat deze warmte af aan bijvoorbeeld een warmtepomp. De warmtepomp kan deze warmte gebruiken voor het verwarmen van het gebouw, maar

ook voor koeling, afhankelijk van de behoefte. In moderne gebouwen is vaak al een warmtepomp aanwezig waar de Liputherm ook op kan worden aangesloten. De Liputherm is voorzien van een reinigingssysteem dat voorkomt dat er een vetlaag ontstaat op het oppervlak van de warmtewisselaar. Verwijderd vet gaat, samen met het afgekoelde water, via de retourleiding terug naar de afscheider. Wanneer de Liputherm te weinig warm water uit de vetafscheider kan halen, slaat het systeem automatisch af. www.aco.nl

SMARTPHONE & GNSS-HANDHELD IN ÉÉN Trimble introduceert haar eerste Global Navigation Satellite Systekm (GNSS)-handheld met Android besturingssysteem, de Trimble TDC100. Met de TDC100 handheld biedt Trimble een robuust en nauwkeurig alternatief voor data-inwinning met een consumenten smartphone. Alle benodigde functies voor opti-

MULTI-INZETBARE LEKDETECTIE De Evelec is een lekdetectiesysteem dat al bij één centimeter vloeistof een lekkage registreert en waarschuwt per sirene en sms. Bovendien schakelt het systeem een pomp in waardoor er direct actie wordt ondernomen. De Evelec voert een continue meting uit waardoor een lekkage onmiddellijk wordt gedetecteerd. In tegenstelling tot vele andere vloeistofdetectoren en meetsystemen die een tijdsinterval in de detectie kennen, gaat het alarm bij de Evelec direct af en blijft de schade minimaal. www.lc-products.nl 34 UTILITIES nr. 5 - september 2016

male communicatie en productiviteit vindt u in de TDC100. De handheld kan ingezet worden als veldboek in combinatie met diverse nauwkeurige Trimble GNSS–ontvangers, maar is ook stand-alone te gebruiken als GIShandheld dankzij de interne GNSSontvanger (GPS, GLONASS, BeiDou). www.geometius.nl


ACHT MEGAWATT OFFSHORE WINDTURBINE

De Siemens-technologie voor direct drive windturbines op zee (offshore) en op land (onshore) bereikt de volgende ontwikkelingsmijlpaal: met de nieuwste aanwinst binnen het direct drive platform voor offshoreturbines, de SWT-8.0-154, is weer een belangrijke stap gezet naar netpariteit van offshore-windenergie. De acht megawatt-turbine is gebaseerd op het bestaande direct drive platform en

bevat alleen kleinere vernieuwingen. De eerste SWT-8.0-154 wordt begin 2017 geïnstalleerd en levert bij offshore windomstandigheden een jaarlijkse energieproductie die tot tien procent hoger is dan het zeven megawatt. Wederom zorgt het direct drive platform voor een aanzienlijke verlaging van de gemiddelde totale kosten per kilowattuur, ook wel bekend als Levelized Cost of Energy (LCoE), met

een laag risico. De typecertificering voor de acht megawatt-turbine wordt naar verwachting begin 2018 verkregen. Tegelijkertijd heeft de krachtige Siemens-windturbine voor windparken op land met gemiddelde tot lage windsnelheid de volgende mijlpaal bereikt: De SWT-3.3-130 heeft met succes de typecertificering van DNV GL verkregen. De upgrade van de direct drive offshore-windturbine naar acht megawatt is mogelijk gemaakt door de introductie van nieuwe magneettechnologie, die nog krachtiger is dan die in de SWT-7.0-154. Dit maakt een verhoging van de nominale capaciteit van 7,0 megawatt naar 8,0 megawatt mogelijk, een toename van ruim veertien procent. Net als bij de vorige upgrade van 6,0 megawatt naar 7,0 megawatt profiteert de 8- megawatt -turbine van de bestaande toeleveringsketen en beproefde componenten voor direct drive offshore-turbines. Dit zijn bijvoorbeeld het B75-blad en de middenspanningstransformator van de SWT-8.0-154. www.siemens.com

DC1 FREQUENTIEREGELAAR TOT 22 KILOWATT Eaton heeft zijn assortiment van compacte PowerXL DC1 frequentieregelaars uitgebreid met het model voor hoog vermogen tot 22 kilowatt. Dit biedt oplossingen voor vermogens van 0,37 tot 22 kilowatt, met een regelaar die gemakkelijk te hanteren en snel in bedrijf te stellen is. Het powermanagementbedrijf stelt machine- en systeembouwers zo in staat op efficiënte wijze eenvoudige maar zeer krachtige toepassingen te bouwen met behulp van een vertrouwd assortiment van regelaars. Typische toepassingen van het DC1-assortiment zijn pompen en ventilatoren, lopende banden, roterende machines, coatingsystemen en vulmachines. De DC1 frequentieregelaars zijn indrukwekkend snel en eenvoudig in te stellen. Bovendien kunnen de parameterinstellingen, zodra ze zijn vastgelegd, via een copystick worden overgedragen naar andere toestellen met slechts één druk op de knop. Hierdoor zijn ze uitermate geschikt voor serie-matige toepassingen. Alle DC1-modellen beschikken over de IP20beschermingsgraad, en de modellen met een vermogen tot 7,5 kW kunnen ook beschikken over de IP66beschermingsgraad. Aangezien de prestaties zelfs bij een

omgevingstemperatuur tot vijftig graden Celsius ongewijzigd blijven, zijn de regelaars ideaal voor gebruik in besturingskasten, in zware omstandigheden en voor decentrale toepassingen. www.eaton.nl

UTILITIES 35 nr. 5 - september 2016


MARKET REVIEW WATER

PRODUCTEN

UVAR Holland B.V. Enviro Chemie b.v. Waarderweg 52 C 2031 BP HAARLEM Tel: +31 (0)23 - 542 69 13 Fax: +31 (0)23 - 542 69 14 sales@enviro-chemie.nl www.enviro-chemie.nl

Waterfiltratie en Bermad afsluiters Griendweg 51 3295 KV ’S-GRAVENDEEL Postbus 5169 3295 ZH ’S-GRAVENDEEL Tel: +31 (0) 78 673 1477 Fax: +31 (0) 78 673 4557 E-mail: info@uvar.nl Website: www.uvar.nl

GAS

PRODUCTEN

Esders Dr Paul Janssenweg 144 Postbus 10131 5000JC Tilburg Tel: +31 (0)13 468 0856 Fax: +31 (0)13 468 6075 info@esders.nl www.esders.nl

Grünbeck Waterbehandeling B.V. De toekomst in duurzame waterbehandeling Zutphenstraat 65 7575 EJ OLDENZAAL Tel: +31 (0)541 820 903 Fax: +31 (0)541 820 904 info@gruenbeck.nl www.gruenbeck.nl

Jotem Waterbehandeling Parelstraat 24 7554 TM HENGELO Tel: +31 (0)74 242 5255 Fax: +31 (0)74 243 4880 info@jotem.nl www.jotem.nl

Esders Dr Paul Janssenweg 144 Postbus 10131 5000 JC Tilburg Tel: +31 (0)13 468 0856 Fax: +31 (0)13 468 6075 info@esders.nl www.esders.nl

INSPECTIE EN KEURINGEN

Kiwa Nederland Sir Winston Churchilllaan 273 2288 EA RIJSWIJK Postbus 70 2280 AB RIJSWIJK Tel: +31 (0)70 414 4400 Fax: +31 (0)70 414 4420 inspectie@kiwa.nl www.kiwa.nl

OVERIG

DIENSTEN

DDM Demontage

Lubron Waterbehandeling Postbus 540 4900 AM OOSTERHOUT NB Tel: +31 (0)162 42 6931 Fax: +31 (0)162 45 9192 info@lubron.eu www.lubron.eu

36 UTILITIES nr. 5 - september 2016

Industriële verhuizingen Demontage – Sloopwerken Transport – Asbestsanering Offshore Postbus 253 3454 ZM DE MEERN Tel: +31 (0)30 666 9780 Fax: +31 (0)30 245 9127 info@ddm.eu www.ddm.eu


agenda World of Technology & Science 4 - 7 oktober Jaarbeurs Utrecht www.wots.nl

World of Technology & Science bestaat uit vier werelden: World of Automation, World of Laboratory, World of Motion & Drives en World of Electronics. Iedere wereld profileert zich op een unieke wijze naar de eigen doelgroepen, waarbij de samenstelling van de hallen een natuurlijke overgang aan bezoekers biedt. Klanten uit industrie, wetenschap en zorg bezoeken dit trefpunt voor technologie.

Vakbeurs Energie 4 - 6 oktober Brabanthallen Den Bosch www.energievakbeurs.nl

Vakbeurs Energie is hét live B2B-platform gericht op duurzame energieopwekking en energiebesparing. Een platform boordevol innovaties, lezingen, live demonstraties en waardevolle contacten. Binnen de Vakbeurs Energie zijn twee specifieke platforms ingericht: Energie & Gebouw en Energie & Industrie. Beide platforms krijgen een eigen inhoudelijk programma en aparte presentaties op de beursvloer.

Offshore energy 25 - 26 oktober 2016 Amsterdam RAI offshore-energy.biz

De negende editie van de beurs en conferentie Offshore Energy verhuist naar de hallen 1, 2, 4 and 5 van Amsterdam RAI. De extra ruimte wordt gebruik om meer producten, innovaties en diensten te laten zien op het gebied van offshore energie.

Het Nationaal Warmte Congres 24 oktober www.euroforum.nl

De warmtesector is in beweging. Op 26 november 2015 kwamen dan ook ruim 250 professionals bijeen om onder andere te discussiëren over de huidige ontwikkelingen. Via inspirerende lezingen en leerzame praktijksessies kregen zij concrete ideeën en handvatten aangereikt om zelf in hun organisatie aan de slag te gaan.

European Autumn Gas Conference 14-16 november World forum Den Haag www.theeagc.com

Europa wordt een steeds meer wereldwijd verbonden energieregio met een belangrijke rol in internationale gashandel en veel kennis over de commerciële en technische aspecten van aardgas. De European Autumn Gas Conference koos voor zijn 31ste editie voor Den Haag als locatie voor het oudste congres voor de internationale gasmarkt. Deelnemers aan de conferentie krijgen inzicht in commerciële, strategische en politieke keuzes waarvoor de Europese aardgas en LNG-markt staat. Zoals de kritieke drijfveren voor diversificatie en mogelijkheden voor het veiligstellen van de vraag naar aardgas.

Energie in transitie, gas in transitie 17 november Hilton Hotel te Soestduinen www.kvgn.nl

KVGN organiseert dit jaar een serie van drie symposia waarin het onderwerp Energietransitie centraal staat. Hoe bereiken we een energievoorziening die schoon is en tegelijkertijd betrouwbaar en betaalbaar blijft. Dat is de uitdaging waar we als samenleving voor staan. Een ding is duidelijk: er is niet één oplossing voor een duurzame energievoorziening. De oplossing ligt in de slimme combinatie van de verschillende energiebronnen en -systemen en ook op het terrein van samenwerking met bestaande en nieuwe partijen (open innovatie, kennis delen etc.) We zien dat de rol van aardgas de komende jaren zal veranderen. Op 17 november zal tijdens de betaalbaarheid van energietransitie worden behandeld.

Elektro Vakbeurs 29 november - 1 december Evenementenhal Hardenberg www.evenementenhal.nl

Elektro Vakbeurs is dé vakbeurs waar alle disciplines van elektrotechniek samenkomen: installatie, industrie en energie.

Utilities ontvangt graag uw bijdrage aan deze pagina. Redactie Utilities, info@industrieperspectief.nl

Kijk voor meer evenementen in de industrie op www.utilities.nl

UTILITIES 37 nr. 5 - september 2016


I N

H E T VOL G E N D E

U T I LI T I E S

6 V ER S C HI JNT

N UM M E R I N

O K TO B ER

T h e m a : S t o o m e n w a r m t e

Druk op Rotterdamse stoomleiding

Water en vuur

In Rotterdam wordt al langer gewerkt aan een gedeelde stoomleiding waar de chemische bedrijven in het Botlekgebied gebruik van kunnen maken. Tot nog toe is het aantal afnemers echter nog niet heel groot. Clustercommissaris Jaap Hoogcarspel van Air Liquide wil onder meer dit plan vlottrekken.

Water wordt aan de ene kant ingezet als medium voor het verwarmen van processen in de vorm van stoom. Aan het einde van veel processen wordt met datzelfde medium weer warmte uit het proces gehaald. Een integrale blik helpt bedrijven vaak om veel energie te besparen. Dat het ook water scheelt, is mooi meegenomen.

Koelwaterconditionering: de resultaten KWR ontwikkelde een rekenmodel die de voordelen van het voorbehandelen van koelwater bloot kon leggen. Inmiddels zijn twee praktijkcases afgerond, bij Tata Steel en Sabic, met verrassende resultaten op het gebied van besparing van water, chemicaliĂŤn, energie en kosten. Daarnaast kwamen er ook een aantal beperkingen naar voren die niet voorspeld kunnen worden door het model. Deze hebben vooral betrekking op de corrosie in de koeltoren. 38 UTILITIES nr. 5 - september 2016

THEMA'S 2016 Utilities 7 Water: Watervalorisatie Utilities 8 Gas: IndustriĂŤle gassen


4, 5 & 6 oktober 2016

Brabanthallen Den Bosch 4, 5 & 6 oktober 2016

Met op woensdag 5 oktober:

UTILITIES CONGRES “Nieuwe energie voor de industrie”

Registreer direct voor gratis toegang via www.vakbeursenergie.nl. Vakbeurs Energie is uitsluitend toegankelijk voor professionals.

Gespecialiseerde congressen, lezingen en workshops, o.a.: • Industrial Morning • Congres Energie & ICT • Utilities congres: “Nieuwe energie voor de industrie” • Seminar NVDO: ‘Maintenance for Energy’ • Gas in transitie • Financiering van energietransitie

Toegang is gratis bij voorregistratie t/m 3 oktober 2016.

Awards

Registratie en toegang tijdens de

• Energie Professional 2016 • Energie Talent 2016

beursdagen kost € 25,- excl BTW.

Co-locatie • Vakbeurs Energie • Ecomobiel, vakbeurs voor duurzame innovatie in mobiliteit

Ontmoet bijna 400 toonaangevende exposanten en partners! Samenwerkende partners o.a.:

www.vakbeursenergie.nl


www.moxa.com

Fanless Rugged Zone 2 19-inch LCD Panel Computer De EXPC-1319 serie panel computers zijn ontwikkeld om aan uiterste betrouwbaarheid- en veiligheidseisen in de olie en gasindustrie te voldoen. De hoge kwaliteit van de computer mede door het lage vermogensverbruik en de dual core Intel Atom D525 1,8 GHz processor resulteren in een robuuste, volledig afgeschermde UL Class 1 Div.2 panel computer die geheel conform is met IEC 60079-15 ATEX Zone 2. Er is zoveel meer over te vertellen... Meer weten? Bel 0318-636262 of bezoek www.modelec.nl

www.modelec.nl Tel. 0318-636262 sales@modelec.nl

Adv_A4_Moxa_PanelComp2.indd 1

24-11-15 15:40


UNLOCKING FUTURE FACTORIES

MEL

DU

GRAT

IS AA

INDU

Het slimste en grootste procesevenement van de Benelux

PROC

UITNODIGING 4 - 7 oktober 2016 | Jaarbeurs Utrecht | volg ons op:

@indusprocessing

Ga naar industrialprocessing.nl en vraag uw gratis toegangsbewijs aan

STRI

N OP

AL NG.N L

ESSI

Tevens gratis toegang tot:


4 - 7 oktober 2016 | Jaarbeurs Utrecht Het slimste en grootste procesevenement van de Benelux

MEL

DU

GRAT

IS AA

Industrial Processing is de grootste vakbeurs voor de totale natte en droge procesindustrie in de Benelux. Hier tonen exposanten u de laatste trends, producten en ontwikkelingen op het gebied van procesapparatuur, -engineering en -automatisering. Wat heeft Industrial Processing u te bieden? • Ruim 180 exposanten die u de nieuwste innovaties presenteren. • De Fabriek van de Toekomst vormt vanaf 4 oktober 2016 letterlijk en figuurlijk het hart van Industrial Processing in de Jaarbeurs. • FedEC Energie Plein met veel kennis en informatie over de ontwikkelingen op het gebied van energieverbruik en -besparing, en vooral ook op het gebied van alternatieve energiebronnen. • PUMP PLAZA is de ontmoetingsplaats voor eenieder die te maken heeft met de inkoop en onderhoud van pompen en pompsystemen. • De Machevo Hotspots. • ProcessingProfs Theater met interessante lezingen en workshops. • De uitreiking van de Proces Innovatie Prijs 2016 (PIP). Kijk voor meer informatie, de deelnemers en het volledige programma op industrialprocessing.nl.

Ga naar industrialprocessing.nl en vraag uw gratis toegangsbewijs aan

Bezoek Industrial Processing 2016 Dinsdag 4 oktober 10.00 – 17.30 uur Woensdag 5 oktober 10.00 – 17.30 uur Donderdag 6 oktober 10.00 – 17.30 uur Vrijdag 7 oktober 10.00 – 16.00 uur

INDU

PROC

STRI

ESSI

NG.N

Locatie Jaarbeurs Utrecht, hal 12 Gelijktijdig met: World of Technology and Science (WOTS), hal 7 t/m 11

Meer informatie T: +31 (0)30 295 2999 E: service@jaarbeurs.nl W: industrialprocessing.nl

Branchepartner

N OP

AL

L


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.