Aptitude

Page 1

maandblad — editie 1 — jaargang 0 — € 6.50 — mei 2018

Architectuur  in Berlijn

Muziek met  artificiële intelligentie

3D-printen voor en door studenten


COLOFON REDACTEURS & FOTO’S Camille Meus & Laura Jo Busschots

WERKTEN MEE Kris Vanhemelryck, Werner Goossens, Annick de Pauw & Renaat Bogaert

COVERBEELD Laura Jo Busschots


VIJF KUNSTEN IN DE MEIMAAND Kunst. Art. Arte. Of zoals de Fransen alles mooier verwoorden: Aptitude. Dit is een tijdschrift voor liefhebbers van alles wat de wereld een beetje mooier maakt. Voor twijfelaars die niet kunnen kiezen waar ze meer van houden. Voor kunstkenners en voor kunstnieuwsgierigen. Aptitude geeft aandacht aan elke kunstvorm in zijn puurste of niet zo pure vorm. Dit zijn de vijf focuspunten van de maand mei.

1

Fotografie blikt terug op invloedrijke school 4

3 5

Architectuur in Berlijn 20

2 4

Kleine musea overleven op de kracht van vrijwilligers 10

3D voor en door studenten 26

Master Please over elektronische muziek 48 APTITUDE LENTE  3


Fotografie blikt terug op invloedrijke school Bauhaus viert 100ste verjaardag met reeks tentoonstellingen

4  APTITUDE LENTE


In het Berlijnse Bauhaus-Archiv/Museum für Gestaltung vindt de tentoonstelling “The New Bauhaus Chicago: experiment photography and film” plaats. Deze tentoonstelling viert het 100ste bestaansjaar van het in 1919 opgerichte Duitse Bauhaus en het 80ste jubileum van The New Bauhaus Chicago, dat Amerika verrijkte met een nieuwe creativiteit. TEKST EN FOTO’S LAURA JO BUSSCHOTS

“De 100ste verjaardag van het Bauhaus” is toch wel een goede reden om eens terug te blikken op de geschiedenis van het Bauhaus, de invloedrijke Duitse school voor architectuur, design, kunst en fotografie uit het Interbellum. Omwille van dit 100ste bestaansjaar moet 2019 een grote nationale viering van het instituut worden. Ter ere van deze gebeurtenis worden drie hoofdtentoonstellingen georganiseerd over de wereldwijde geschiedenis en impact van het Bauhaus. “The New Bauhaus Chicago: experiment photography and film”, de eerste tentoonstelling uit deze reeks van drie, vindt momenteel plaats in het Berlijnse Bauhaus-Archiv/Museum für Gestaltung. IMMIGRATIE Walter Gropius richtte in 1919 het originele Bauhaus op in het Duitse Weimar, waarna het zes jaar later verhuisde naar Dessau. Enkele maanden na de machtsgreep van Adolf Hitler werd het Bauhaus in Berlijn door de Nationaalsocialisten gesloten. Verschillende grote namen van het Bauhaus kozen ervoor om naar het buitenland te emigreren. Om de Bauhausnaam toch te kunnen verderzetten richtte Lazslo Moholy-Nagy in Chicago The New Bauhaus Chicago op, waamee hij de Amerikaanse fotografie verrijkte met een nieuwe doorslaggevende en creatieve impuls. Mies van der Rohe was een van deze emigranten en werd directeur van The School of Architecture aan het Armour Institute, dat nu het Illinois Institute of Technology heet.

De geëxposeerde werken werden zowel door studenten als docenten gemaakt. Enkelen van deze leerlingen zullen later zelf ook aan de slag gaan als docent aan The New Bauhaus Chicago. Namen als Aarom Siskind, Artur Siegel, Robert Siegel, Asaf Evron en Lazslo Moholy-Nagy verschijnen regelmatig onder de foto’s.

“De tentoonstelling richt zich tot een breed publiek dat geïnteresseerd is in creatieve productiviteit.” REÜNIE VAN HET BAUHAUS Op die koude vrijdagnamiddag in Berlijn stapte ik aan het station Nollendorfplatz uit de metro. Van daaraf zette ik mijn tocht verder naar het Bauhaus-Archiv/Museum für Gestaltung. Aan de overkant van het Landwehrkanal vielen de bekende door Walter Gropius ontworpen schuildaken van het museum me meteen op. Al waren ze opmerkelijk kleiner dan ik me oorspronkelijk voorgesteld had. Ik wandelde tussen de twee vleugels van het gebouw door, richting de ingang van het museum. Het kronkelende pad dat me tot bij de ingang leidde, was bedekt met het nog resterende ijs van het miezerige sneeuwtapijt dat eerder die dag Berlijn bemanteld had. Bij het openen van de deur word ik verwelkomd door de heerlijke warmte die in de toch wel kale en vrij minimalistische ingerichte ruimte hangt. De tentoonstelling begint in een donkere constructie, met aan beide wanden etalages waarin diverse documenten en tekstfragmenten heel overzichtelijk zijn uitgestald. Aan het einde van APTITUDE LENTE  5


deze zwarte gang speelt een videofragment. Het toont een installatie met diverse driehoeken op een pikzwarte achtergrond. Met deze tentoonstelling blikt het Bauhaus-Archiv/Museum für Gestaltung terug op de geschiedenis van het instituut, maar voornamelijk op de fotografie- en filmopleiding aan The New Bauhaus Chicago. “Met deze tentoonstelling willen wij laten zien hoe het de toenmalige Bauhaus-vertegenwoordigers na de sluiting van de school verging, en hoe, wanneer en welke ideeën door wie verder uitgedragen en verder ontwikkeld werden”, vertelt Sibylle Hoiman, de curatrice van de Bauhaus-Archiv/Museum für Gestaltung-collectie. “Bovendien vieren we met deze tentoonstelling het 80ste jubileum van The New Bauhaus Chicago.”

“Met deze tentoonstelling willen wij laten zien hoe het de toenmalige Bauhausvertegenwoordigers na de sluiting van de school verging.” KRACHTIGE FLUOR TOETS Wat me meteen opvalt en verbaast bij deze tentoonstelling is het gekozen kleurenpalet. Naast de vele fotokaders verrijkt een krachtige fluor gele toets het nogal doorsnee kleurloze interieur. Het lijkt wel of iemand zich doelbewust heeft uitgeleefd met een gele markeerstift. Doorheen de hele tentoonstelling komt telkens dezelfde gele toets terug in de vorm van informatieborden uit acrylaat in verschillende uiteenlopende formaten. Schermen waarop video’s afgespeeld worden, wisselen de gegroepeerde fotokaders aan de muren af. Op de achtergrond hoor je het geluid van een oude film die afgespeeld wordt. De tentoongestelde foto’s zijn lichtelijk gegroepeerd in reeksen van een acht- tot tiental werken. “De tentoonstelling richt zich tot een breed publiek dat geïnteresseerd is in creatieve productiviteit. Maar tegelijkertijd vinden fotografie- en filmliefhebbers hier ook informatie over de docenten en afgestudeerden van deze school, over 6  APTITUDE LENTE

het onderrichten en verwerven van deze vaardigheid”, licht Sibylle Hoiman toe.


De “New Bauhaus Chicago” bestaat vandaag nog steeds, maar sinds 1945 onder de naam “The Institute of Design”.

APTITUDE LENTE  7


Het Bauhaus-archiv/Museum für Gestaltung bestudeert en presenteert de geschiedenis en de invloed van het Bauhaus. Het Bauhaus was de meest belangrijke school voor architectuur, design en kunst van de vorige eeuw. Na de sluiting van de school in 1933 raakte het materiële erfgoed al snel verspreid over de hele wereld. Daarom richtte de Duitse kunsthistoricus Hans Meyer in 1960 het Bauhaus-archiv op. Het Bauhaus-archiv werd ontworpen door de eerste directeur van het Bauhaus, Walter Gropius. Ondanks heel wat financiële en politieke problemen en moeilijke, tijdrovende constructies, overleefde het idee van het memorabele silhouet met de schuildaken toch. Een meer bescheiden versie van het geplande gebouw in Darmstadt werd in 1976 gebouwd in Berlijn. In 1997 kreeg het Bauhaus-archiv een plaats op de lijst van beschermde monumenten. Over zijn hele bestaansperiode heeft het Bauhaus-archiv ‘s werelds grootste kunstencollectie opgebouwd. Om deze collectie beter te kunnen tentoonstellen en aandacht te geven aan het 100ste bestaansjaar van het Bauhaus, zal het Bauhaus-archiv uitgebreid worden met een nieuw gebouw.

8  APTITUDE LENTE



Kleine museums overleven op de kracht van vrijwilligers “Het zou meer moed geven als de gemeente achter ons stond” TEKST EN FOTO’S CAMILLE MEUS

In elk dorp heb je er wel één: een klein museum waar je als kind een keer met de lagere school bent geweest en daarna nooit meer bent binnengegaan. Je herinnert je nog net wat er te zien was, hoe je samen met je klasgenoten het museum voor jullie alleen hadden en dat de leerkracht om de vijf minuten riep dat je niet mocht lopen van de ene naar de andere zaal. Ik bezocht voor de gelegenheid hét museum uit mijn kindertijd: het MKOK, een legermuseum in Leopoldsburg. Voorzitter en ex-militair Eddy Berckmans vertelt hoe zij overleven: “Gepensioneerde militairen houden ons museum open, zonder hen als vrijwilligers hadden we al lang de deuren moeten sluiten.” 10  APTITUDE LENTE


Meteen als ik in het museum binnenkom, voel ik me nostalgisch. De verschillende grote zalen en de ruimte buiten geven perfect de mogelijkheid om rond te rennen zonder dingen om te stoten. Ik weet weer waarom ik het hier zo leuk vond in het vijfde leerjaar. Maar nu ben ik hier voor andere zaken. Eddy staat me al op te wachten aan het onthaal, met rechte rug en zijn twee voeten stevig op de grond, zoals het een echte militair betaamt. PASSIONELE VRIJWILLIGERS Het MKOK museum, museum K-blokken en Oscar Kapel in Leopoldsburg startten in 1991 als privé-initiatief, maar zijn sinds 1996 een kleine vzw. De oude legergebouwen die het museum vormen, vertellen de geschiedenis van het toenmalige legerkamp in WOI en WOII. Je vindt er een permanente tentoonstelling, filmvoorstellingen en bombardementimpressies in een echte schuilbunker. Ze noemen zichzelf een “levend” museum, met zo’n 1.000 bezoekers per jaar. Hun inkomsten komen uitsluitend van de toegangstickets (3.5 euro per ticket) en de horeca. Ik krijg een privérondleiding van Eddy terwijl hij me wat meer vertelt over de werking van het legermuseum: “Ons museum draait volledig op vrijwilligers. De meesten hebben een militaire achtergrond en zijn op pensioen. In het museum kunnen ze nog eens terugdenken aan hun dienstjaren en geven ze maar al te graag rondleidingen. Zo kunnen ze hun verhaal nog eens doen. Ze leren de jeugd maar al te graag bij over ‘hunnen tijd’.”

“Wij militairen gaan toch allemaal vroeg met pensioen, aan vrijwilligers dus geen gebrek in de toekomst.” WAAR IS DE GEMEENTE? “Qua financiën is het niet altijd makkelijk. We zijn een vzw, maar de gebouwen onderhouden kost toch wel wat. Met de toegangstickets en de inkomsten van ons kleine cafeetje komen we er soms maar nipt. Daarom proberen we de kosten te drukken door zelf zoveel mogelijk herstellingen uit te voeren. Gelukkig zijn die oude leger

De oude legertanks zijn de pronkstukken van het MKOK

mannen dikwijls Handige Harry’s. We proberen ook nog af en toe activiteiten te organiseren, onze opendeurdag is elk jaar een groot succes.”

“Ook al zijn de oorlogen vooral iets van de vorige generatie, ze mogen nooit vergeten worden.” Als ik hem vraag of ze geen subsidies van de gemeente krijgen, merk ik dat ik een gevoelige snaar heb geraakt. Hij schuifelt wat met zijn voeten en vertelt dat ze geen subsidies krijgen. “Wij maken een groot deel uit van de geschiedenis van Leopoldsburg, en zelfs ook van België. De gemeente weet dat, en toch krijgen we geen subsidies. Om een of andere reden komen we niet in aanmerking. We houden het hoofd wel boven water, maar het zou meer moed geven als we de gemeente achter ons hadden staan. Zo is onze jaarlijkse opendeurdag steevast een groot succes, de gemeente maakt er zelfs reclame voor op de toeristische dienst. Als ze ons zouden subsidiëren kunnen we veel vaker van die dagen organiseren. Dat komt hen dan toch ook ten goede qua toeristische aantrekking.” Ik sprak hierover met Marleen Kauffmann, schepen van cultuur, toerisme en onderwijs in Leopoldsburg: “We proberen toerisme erg te stimuleren, maar we mogen het budget ook niet uit het oog verliezen. Dat is niet bijzonder hoog voor toerisme. Het Kamp van Beverlo, een ander APTITUDE LENTE  11


Als je langs de gebouwen van het museum rijdt zie je enkel aan dit bordje dat er wat te zien valt

museum in Leopoldsburg, krijgen wel subsidies. Hun jaarlijks bezoekersaantal ligt hoger en ze streven ook naar innovatie. Het MKOK museum is natuurlijk ook relevant, maar naar mijn gevoel doen ze het goed zonder ons. Hun jaarlijkse hoogdag in september trekt telkens veel volk, maar ik denk dat het daar voor hen ook stopt. Kiezen is altijd verliezen, maar wie weet, kunnen we het MKOK museum in de toekomst wel steunen, als er meer budget vrijkomt.” Het MKOK museum is natuurlijk niet het enige kleine museum in Limburg. Er zijn er tientallen. En ieder van hen overleeft op zijn eigen manier.

Wat ze allemaal gemeenschappelijk hebben? Het zijn vzw’s, verenigingen zonder winstoogmerk, met een grote passie voor de zaak. (Zie infokader ‘Wanneer is een museum een klein meuseum?’) BROODNODIGE SUBSIDIES In Leopoldsburg is er, zoals Marleen Kauffmann zei, nog een tweede museum: het Kamp van Beverlo. Sinds 1982 vormen zij de vzw ‘Vereniging van het Museum van het Kamp van Beverlo’. Gevestigd in het voormalig militair hospitaal uit 1850, vertelt het museum de geschiedenis van de heide van Beverlo vanaf 1850. Die is nauw verbonden met de nationale geschiedenis.

WANNEER IS EEN MUSEUM EEN KLEIN MUSEUM? Klein museum Groot museum < vijf voltijdse werknemers > vijf voltijdse werknemers balanstotaal van max. 1.000.000 euro balanstotaal mag 1.000.000 euro overschrijden max. 250.000 euro ontvangsten ontvangsten mogen 250.000 euro overschrijden Bijvoorbeeld Het MKOK museum heeft geen voltijdse werknemers, een balanstotaal van 26.500 en ontvangt 12.000 euro. Het is dus een klein museum of een kleine vzw. Het mijnmuseum van Beringen heeft 6 voltijdse werknemers, een balanstotaal van 500.740 en ontvangt 265.000 euro. Het is dus een groot museum of een grote vzw. 12  APTITUDE LENTE


Marie-Christine Metten van de dienst toerisme in Leopoldsburg vertelt waarom zij wel subsidies van de gemeente krijgen: “Doordat het Kamp van Beverlo zo een rijke geschiedenis heeft, is het erg relevant. Niet alleen inwoners van Leopoldsburg en omstreken kunnen hier bijleren over de geschiedenis van hun dorp, maar ook inwoners van over heel België leren hier bij over hun land.”

We hebben veel ruimtes en dat onderhoud kost toch wel wat. Qua personeel is er één vaste werkneemster in dienst die het museum openhoudt. Bij rondleidingen kunnen we op vrijwilligers rekenen.”

“We hopen dat het museum nog lang kan bestaan, de subsidies van de gemeente zijn daarbij van cruciaal belang, als die wegvallen zal het een pak moeilijker worden.”

Naast de twee museums in Leopoldsburg ben ik ook nog op zoek gegaan naar museums die het anders regelen. Ik kwam terecht bij het Fruitstreekmuseum in Borgloon en het bosmuseum in Gerhagen. Elk van hen is merkbaar trots op wat ze doen, maar vooral ook op hoe ze hun museum in leven houden. En daar komt niet steeds de gemeente aan te pas.

“Met zo’n 6000 bezoekers per jaar doen we het best goed voor een klein museum. We hebben buiten die 6.000 bezoekers ook nog eens 120 groepsbezoeken van scholen over heel Limburg en soms zelfs van buitenaf. Een ticket kost 2.50 euro per persoon en daar halen we een groot deel van onze inkomsten uit. De gemeente geeft jaarlijks ook subsidies en die gebruiken we om het museum te onderhouden, maar ook om activiteiten te organiseren. Ze zijn zeer belangrijk om het Kamp van Beverlo in leven te houden.

SAMEN STERK Het Fruitstreekmuseum in Borgloon bestaat sinds 1988 als vzw ‘Museum rond Fruit en Fruitverwerking’. In het museum krijg je een overzicht van de geschiedenis van de fruitteelt in Haspengouw en alles wat daarbij hoort. In 2017 kregen ze zo’n 2.000 bezoekers over de vloer. Dit jaar was de maand april ook weer de jaarlijkse uitschieter met 784 bezoekers dankzij het mooie weer, de bloesems die in volle bloei stonden en de Erfgoeddag op 22 april.

Dit populaire kerkje in Borgloon gemaakt door Gijs Van Vaerenbergh is een grotere trekpleister dan het museum.

APTITUDE LENTE  13


Luk Robijns, voorzitter van leefmilieu Borgloon vertelt hoe de vzw in elkaar zit: “Het museum is een samenwerking van 11 Zuid-Limburgse gemeenten die elk in de raad van bestuur van de vzw zitten. Zij sponsoren allemaal, maar de grootste subsidies komen van de stad Borgloon. Dat is voldoende om de werkingskosten te dekken. Daarboven krijgen we ook private sponsoring van fruitveilingen. Van de toegangsprijs moeten we het niet hebben, die is maar 1 euro. We willen vooral de bezoekers laten kennismaken met de geschiedenis en de toekomst van de fruitteelt en fruitverwerking. Doordat we met meerdere gemeenten onze krachten bundelen, lukt dat aan deze schappelijke prijs.”

“In de toekomst willen we ons museum interactiever maken, de bezoekers zelf laten meewerken aan het fruitverwerkingsproces. Je moet mee met de tijd, hé.” “Onze grootste kost is ons personeel. We werken met vrijwilligers maar hebben ook enkele vaste werknemers in dienst. Zij komen van IN-Z, een sociale instelling die moeilijk plaatsbare mensen terug in het arbeidscircuit probeert te krijgen. De vrijwilligers zijn meestal leden van de vzw zelf die een passie hebben voor de fruitsector. Zij helpen vooral mee op speciale evenementen zoals de ‘Dag van de Kers’ binnenkort. Dan organiseren we onder andere kinderanimaties, een wedstrijd kersensteenspuwen en een wedstrijd om wie de zwaarste kers heeft.” LIDGELD De vzw Werkgroep Ecologie Tessenderlo richtte in 1979 het bosmuseum Gerhagen op. De vzw wil met het museum de aandacht en interesse voor 14  APTITUDE LENTE

De appelbloesems in Borgloon zijn het mooist in april.

de natuur opwekken, maar ook hun bezoekers tot inzicht brengen welke gevolgen milieuvervuiling heeft voor de Vlaamse bossen. Het museum op zich is klein, maar er staan regelmatig activiteiten op de planning. Daar leer je ook het meest uit volgens Herman Vermeulen, de ondervoorzitter van de vzw en plaatselijke boswachter van het natuurpark in Gerhagen en de bossen van Tessenderlo. “Ons personeel bestaat volledig uit vrijwilligers, zij organiseren regelmatig wandelingen, uitstappen, tentoonstellingen en nestkastcontroles. Zo zien de bezoekers hoe het ervoor staat en zetten we ze aan tot natuurbescherming. Er echt in het bos op uit trekken laat toch een diepere indruk na dan enkel het museum bezoeken. Per jaar krijgen we zo’n 16.000 bezoekers over de vloer. Daarnaast gidsen we jaarlijks ook zo’n 40 schoolgroepen, de kinderen zijn tenslotte de toekomst voor ons milieu. Dankzij ons museum en de gidsbeurt laten we hen op jonge leeftijd kennismaken met het bos, op een speelse manier”, zegt Herman.


De nestkastjes zijn zo gebouwd dat er verschillende vogelsoorten kunnen nesten.

“Financieel steunt de gemeente ons, zo huren we het gebouw voor een symbolische euro per maand en we krijgen van de provincie Limburg een kleine werkingssubsidie. Wat vooral uniek is, is dat we zo’n 100 betalende leden hebben. Normaal is de toegang gratis, buiten de groepsbezoeken en activiteiten, die kosten 25 euro. De leden betalen jaarlijks een bedrag van 100 euro lidgeld, hiermee steunen ze ons, en het milieu natuurlijk. In ruil daarvoor krijgen ze nieuwsbrieven en mogen ze gratis mee op elke activiteit zoals de boswandelingen.”

“Het is tof om steun te krijgen van onze betalende leden. Het toont aan dat er toch nog heel wat natuurliefhebbers rondlopen en dat geeft hoop voor de toekomst.”

gedoemd. Toch speelt er veel meer. De steun van de eigen gemeente, de samenwerking tussen omliggende gemeentes en bezoekers met een hart voor de zaak. Al deze factoren dragen bij tot het overleven en zelfs openbloeien van de kleine museums. Als je in je eigen dorp, of in een nabijgelegen dorp nog een museum kent waar je nog niet bent geweest in de lagere school, twijfel dan niet om eens binnen te springen. Want kleine museums hebben meer te bieden dan hun buitengevel laat uitschijnen. En dit keer is er geen enkele leerkracht die zal zeggen dat je niet mag lopen van de ene naar de andere zaal.

TOEKOMSTPERSPECTIEVEN Eddy, Marie-Christine, Luk en Herman hebben één gemeenschappelijke factor die bijdraagt tot het succes van hun museums: vrijwilligers. Zonder hun passie en ijver zijn kleine museums

APTITUDE LENTE  15


“Ik ga L-burg terug op de kaart zetten” Jan Luyten aka Ka£e, jong hiphoptalent

TEKST EN FOTO’S CAMILLE MEUS

16  APTITUDE LENTE


Vroegtijdig kaal door genetische pech, een getatoeëerde rechterarm, verslaafd aan nicotine en trotse eigenaar van zijn kat Basje. Jan Luyten, 21 jaar, artiestennaam ‘Ka£e’, schrijft zijn eigen hiphop-nummers. Deze underground hiphopper komt stoer over, maar heeft een peperkoeken hartje. En een missie: “Mijn broer en ik zijn een soort Limburgs hiphopfamiliebedrijfje, en dat bedrijfje wil ik uitbouwen tot een hiphop-imperium. Ik droom groot en hoop later van mijn muziek te kunnen leven.” “Ik bracht mijn eerste nummer uit toen ik achttien was, maar ik was al veel langer met hiphop bezig. Als kleine jongen van twaalf jaar luisterde ik al hiphop, dat was toen meer oude gangsterrap. Mijn idolen waren grote namen als Biggie Smalls, The Outlaws en Bone Thugs & harmonie. Pas later begon ik underground hiphop te luisteren.” STARTED FROM THE BOTTOM “Op mijn zestiende kocht ik mijn eerste micro en begon ik zelf wat te rappen. Die nummers stelden niet veel voor. Ik was een moeilijke puber met een grote mond en dat kon ik kwijt in mijn muziek. School interesseerde me niet veel. Ik ben uiteindelijk blijven zitten en dan tso gaan volgen in Hasselt aan de hotelschool. Daar leerde ik veel mensen kennen die serieuzer met hiphop bezig waren.”

“Mijn dagen bestonden uit roken en rappen.” “Het echte werk begon pas toen ik in Antwerpen op kot zat. Ik was nog steeds niet echt gemotiveerd om voor school te werken en had dus erg veel vrije tijd. Op kot experimenteerde ik toen vele dagen met muziek, maar ook met andere dingen. Ik kwam in gure drugsmilieus terecht, heb op de rand gestaan en ben er net niet in gevallen. Dat is mijn succes. Als ik er niet was uitgekomen had ik nooit zo ver kunnen raken. Maar als ik er niet in had gezeten, ook niet. Een groot deel van het succes van een rapper zit in zijn teksten, ze moeten echt zijn. Dat kan enkel als je weet waarover je rapt. Momenteel heb ik een vriendin en doe ik het rustig aan, dat is ook niet slecht.”

VLAAMS “Ik schrijf mijn teksten in het Nederlands, omdat je er zo meer gevoel in kan leggen. Het klinkt niet als een Belg in het Engels rapt, dat creëert een afstand tussen je publiek. Ik ben vooral erg geïnspireerd door Nederlandse hiphoppers zoals Hef, Lijpe en Sevn Alias. Ze doen hun ding in hun eigen taal en accent en dat probeer ik ook te doen. In grootsteden onderschatten ze Limburg nog vaak, maar dat blijft niet duren als het aan mij ligt.”

“We kunnen in Vlaanderen nog veel leren van onze noorderburen.” “Limburgse hiphop haalt zijn inspiratie uit Nederland, maar veel jonge rappers experimenteren ook zelf. De scene is hier nog kleiner en ook chiller, iedereen probeert thuis wat uit en zo krijg je verschillende invloeden. Er is nog niet echt een vaste stijl, enkel het Limburgs accent staat centraal en dat creëert artistieke vrijheid.” “Op dit moment is het draagvlak voor Vlaamse underground hiphop nog niet zo groot. Je ziet het wel in de grotere steden als Antwerpen en Brussel, maar vooral in Nederland is er een grote scene voor underground rap. Limburg heeft lange tijd achtergelopen, maar daar komt nu verandering in.” UNDERGROUND “Hiphop is op dit moment all over the place, maar dat is vooral mainstream hiphop. De teksten zijn commerciëler en minder hard. Met een catchy beat en refrein ben je er al. Underground hiphop heeft hardere teksten, hardere beats en APTITUDE LENTE  17


experimenteert meer. Rappen is een vorm van poëzie en dat mag niet vergeten worden. Er zit veel gevoel in en de teksten hoeven niet persé over drugs en vrouwen te gaan.”

“Met underground rap word je niet rijk, artiesten als BOEF weten dat.” “De laatste tijd is hiphop vaak negatief in de media gebracht. BOEF en zijn vrouwonvriendelijke uitspraken worden niet geapprecieerd en dat is ook een gevolg van het meer mainstream worden van hiphop. Vlamingen horen één liedje op de radio en denken dat ze hiphop kennen en mogen veroordelen. Dat is fout, er zijn zoveel meer artiesten dan BOEF en ook zoveel meer genres. Denk maar aan trap, oldschool, alternatieve rap en gangster rap. Als je niet tegen vrouwonvriendelijke uitspraken kan,

moet je ook niet naar rap luisteren. Dit hoort er nu eenmaal bij.” “Begrijp me niet verkeerd, BOEF is een grote artiest. Zijn oude nummers staan nog steeds op mijn afspeellijsten, maar als ik Habiba op de radio hoor, zet ik het af. Zijn eerste nummers waren meer streetrap en hadden een andere doelgroep. Nu heeft hij een publiek van jonge tienermeisjes. De platen zijn lang niet slecht, maar de nadruk ligt niet op de tekst. Het belangrijkste is een commerciële melodie, bijna zoals bij popmuziek.” TOEKOMST “Het probleem in Limburg was dat hiphop wel leefde, maar nergens kon uitkomen. Het werd vooral beleefd in de huiskamer. Nu nemen jeugdhuizen meer initiatieven en organiseren

“Mijn trouwste supporters zijn mijn jeugdvrienden, elk optreden staan ze op de eerste rij. Die steun betekent alles voor mij.” 18  APTITUDE LENTE


ze hiphop-avonden met live optredens. Een vriend van mij organiseerde twee jaar geleden het eerste grootschalige hiphop-evenement in Limburg in ‘de 45’, Grensloos. Een hipsterzaaltje waar lokaal talent zich mocht laten gaan. Dat was zo een groot succes dat hij een paar maanden later al een nieuwe editie organiseerde. De markt is er dus duidelijk. Voor veel lokaal talent is het vooral een kwestie hun muziek naar buiten te kunnen brengen, en ik ben blij dat er op dat vlak verandering op komst is.”

“Hiphop is een levenswijze: you don’t do hiphop, hiphop does you!” “Mijn broer, artiestennaam T3SCO, maakt zijn eigen beats op een kleine piano en een mengpaneeltje. Ik gebruikte ze in het begin af en toe, maar nu is hij mijn vaste dj. Hij wordt beter en beter en zoekt zijn eigen

sound op. Ook andere partijen krijgen interesse in zijn beats. Ik leer meer en meer mensen kennen in het m ilieu en die connecties zijn belangrijk. Dit jaar deed ik al vijf optredens en ik groei elk optreden weer een beetje meer als artiest. Binnenkort ga ik ook mijn eigen mixtape uitbrengen, met mijn broer als dj uiteraard.” “Ik zie de toekomst voor hiphop en mezelf rooskleurig. Iedereen denkt en hoopt natuurlijk dat hij het gaat maken en er zijn veel beginnende rappers. Maar ik heb ondertussen mijn eigen sound ontwikkeld en probeer er verschillende invloeden in te steken om origineel te blijven. De lokale jeugd staat achter mij als een soort ‘gang’ en ik denk dat dat heel belangrijk is. Het publiek maakt of kraakt je. Als je authentiek en trouw aan jezelf blijft, voelen ze dat. Eén van mijn lyrics is ‘L-burg terug op de kaart gezet’. Eenmaal ik dat bereikt heb, is volgens mij the sky the limit.”

APTITUDE LENTE  19


DESORIËNTERENDE LEEGTE TEKST EN FOTO’S LAURA JO BUSSCHOTS

Om de Duits-Joodse geschiedenis te vertellen koos de Pools-Joodse architect Daniel Libeskind ervoor om geen simpel museumontwerp te maken. Het zigzaggende gebouw heeft titanium-zinken gevels. Ondergrondse assen, muren onder verschillende schuine hoeken en kale betonnen ‘voids’ kenmerken “Between the Lines”. De vijf voids zijn lege betonnen schachten en snijden doorheen de volledige verticale as van het museum. Slechts enkele zijn toegankelijk. Libeskind ontwierp ze om te verwijzen naar de psychische leegte die ontstond door de verdrijving en vernietiging van het Joodse leven gedurende de Holocaust. Hij wilde dit verlies zichtbaar en tastbaar maken doorheen de architectuur.




Op het kelderniveau van het gebouw bevindt zich het ondergrondse drieassenkruis. Dit symboliseert de drie historische ontwikkelingen van het Joodse leven in Duitsland. In de assen worden objecten tentoongesteld die de verhalen vertellen van de Joden die werden vervolgd en vermoord of moesten emigreren tijdens het Nazitijdperk. De eerste van de drie assen is the Axis of Continuity. Deze as leidt de bezoekers naar een steile trap. Na de beklimming van 83 treden bereik je de ingang van de permanente tentoonstelling.

The Axis of Exile komt uit op the Garden of Exile of Tuin van Verbanning. 49 betonnen pilaren in een raster van zeven op zeven reiken hier naar de hemel. Elk van deze pilaren, behalve een, zijn gevuld met grond uit Berlijn. Slechts de pilaar centraal in het raster is gevuld met grond uit Jeruzalem. De Russische Olijfstruiken die bovenop de pilaren groeien, zijn een teken van hoop. De hellende ondergrond van the Garden of Exile geeft bezoekers een gevoel van onstabiliteit en desoriĂŤntatie.

APTITUDE LENTE  23



De derde as of the Axis of the Holocaust eindigt in the Voided Void of Holocaust Toren. Het is een geĂŻsoleerd element van het museum dat uitsluitend ondergronds bereikbaar is. Het daglicht komt enkel binnen langs een kleine spleet boven in de toren. De Holocaust Toren is een onverwarmde betonnen silo. De muren schermen elk geluid van buitenaf af. In dit deel van het museum krijgen bezoekers een benauwd gevoel.

Voor de fotoreportage kijk verder op p32


3D-printen voor en door studenten TEKST EN FOTO’S CAMILLE MEUS

“Het technische aspect van 3D-printen is slechts de basis, er komt veel creativiteit bij kijken”

Aan de Technische Universiteit (TU) in Berlijn ontstond een jaar geleden het eerste 3D-Repair-Café. Een klein lokaaltje in de kelder van het hoofdgebouw, dat dient als café en als ‘repair-shop’. Jakob Stimpfl, één van de mede-oprichters, legt uit: “In Duitsland zijn Repair-Cafés erg populair, producten die normaal gezien weggegooid worden, krijgen er een nieuw leven. Een duurzaam initiatief waar ik en enkele medestudenten potentieel in zagen. Wij besloten er een extra dimensie aan te geven en zo ontstond ons café. 3D-printen voor en door studenten.” 26  APTITUDE LENTE


Toen ik, na lang zoeken, het lokaaltje eindelijk vond, was ik niet meteen onder de indruk. Ik twijfelde of ik wel juist zat. Op de website zag het er groter en imposanter uit. Maar er plakte een klein papiertje op deur met de letters “3D-Café”. De zelfgetekende smiley ernaast overtuigde me om aan te kloppen. Aarzelend deed ik de deur een beetje open toen ik een licht gemompel hoorde. Mijn Duits is niet zo gut, maar ‘ja’ betekent gelukkig in beide talen hetzelfde. 3D-KUNST Ik tref er twee studenten aan die op hun computer bezig zijn met een nieuw project. Ze studeren beeldende kunsten aan de Universität der Kunste, die op wandelafstand ligt van het gebouw van de TU. Terwijl één van hen voor mij de ‘woordvoerder’ van het 3D-Repair-Café gaat zoeken, maak ik een praatje met 21-jarige kunststudent Jannik Köller. Hij vertelt me in gebroken Engels waarom hij hier zo graag komt werken. “Ik en mijn groepsgenoot Michael werken momenteel aan een project hier, omdat we op onze universiteit geen 3D-printers hebben. Ik vind het erg interessant om nieuwe aspecten te ontdekken bij het maken van kunst, en wat is nieuwer dan 3D-printen? In de kunstwereld is veel al gedaan, om het te maken moet je innovatief blijven. Volgens mij valt er nog veel te ontdekken in 3D-kunst. Wie weet worden wij binnen 100 jaar wel als pioniers gezien in het 3D-kunstlandschap.”

Jakob (rechts) en zijn collega-studenten zitten ook al eens graag achter de bar ter ontspanning

Ze houden de kostprijs van de printers zo laag mogelijk, door ze van kop tot teen zelf in elkaar te steken

BAMBOO-BIKES Jakob Stimpfl, een 24-jarige student computertechnieken, komt halsoverkop binnengevallen. Hij was onze afspraak helemaal vergeten en verontschuldigt zich verward: “Sorry, ik was het uur helemaal uit het oog verloren, het is erg druk momenteel. Ik maak mezelf even een koffietje zodat ik goed wakker ben voor je vragen.” Zo gezegd, zo gedaan, een koffietje later ziet hij er een pak frisser uit. Michael en Jannik vertrekken en we hebben het cafeetje voor ons alleen. “Michael en Jannik zijn niet de enige studenten van andere universiteiten die hier komen werken. Dat is ook echt de bedoeling van ons 3DRepair-Café, we willen 3D-printen toegankelijk maken voor iedereen, zelfs niet-studenten zijn welkom. In de zomer organiseren we ook workshops en zo is ons café eigenlijk ontstaan. Een uit de hand gelopen workshop om bamboo-bikes te APTITUDE LENTE  27


maken met 3D-printers bleek zo succesvol dat we besloten om ons project uit te breiden.”

“Aan sommige workshops doen onze professoren zelfs mee. Het geeft wel een kick als je hen dan iets kan bijleren.” KUNST + WETENSCHAP = SUCCES Volgens Jakob is het een meerwaarde wanneer studenten uit kunstrichtingen bij hen komen aankloppen. Zij hebben andere visies op het 3D-printen. “In het begin van ons project waren we enkel met het technische aspect bezig. We waren vooral gefocust op de printers, hoe ze in elkaar staken en hoe we ze konden repareren. Het project van de bamboo-bikes ging ook vooral over welke materialen we konden gebruiken om de fiets in elkaar te zetten. Studenten uit de Universität der Kunste zijn meer met het visuele aspect bezig. Ze weten minder over het technische proces, maar produceren vaak de origineelste creaties. Zo vullen we elkaar goed aan.” Ik ben best nieuwsgierig geworden naar hun werkwijze en Jakob toont me where the magic happens. In een nog kleinere ruimte dan het café staan een stuk of drie printers in de kast. Jakob verontschuldigt zich voor de rommel: “We zijn het lokaal aan het herinrichten.” Ik verbaas me over hoe deze ‘normaal’ ogende apparaten 3D kunnen printen, op een of andere manier had ik het me spectaculairder voorgesteld. Maar uiterlijk kan soms bedriegen. Jakob verzekert me dat het wel degelijk deze appara28  APTITUDE LENTE

ten zijn waarmee ze de bamboo-bikes en hun andere projecten verwezenlijken. THE FUTURE IS GREEN Op dit moment hebben Jakob en zijn kompanen geen plannen om het 3D-Repair-Café uit te breiden, maar wel om het duurzamer te maken. “Ik denk dat het vooral belangrijk is dat we er nog plezier in blijven hebben. Dit is en blijft een project naast onze studies, waar veel werk in kruipt. De goesting is er, maar het oorspronkelijke idee moet ook haalbaar blijven. Dat zou niet lukken als we nog uitbreiden, daarom zijn we bezig met een ander project. Duurzaamheid.” “Aan de Technische Universiteit lopen er veel projecten in verband met duurzaamheid, en wij kunnen niet achterblijven. Daarom gaan we onze filamenten (de inktvullingen van 3D-printers) uit oude plastics zoals yoghurtpotjes maken.”

“3D-printen is niet tof om te leren, maar eens je de techniek beet hebt opent zich een nieuwe wereld.” Ik vind het mooi hoe bescheiden Jakob blijft, en ik denk dat dat ook een van de redenen van het succes van het 3D-Repair-Café is. De bereikbaarheid en familiale sfeer verlagen de drempel om er te werken en 3D te ontdekken. Kleine initiatieven als deze brengen 3D aan de man, en ik denk dat de duurzame ambities alleen nog maar een breder doelpubliek zullen bereiken.


De printers krijgen een mooi plaatsje in de kast, terwijl de rest van het lokaal één rommelboeltje is. Prioriteiten.

APTITUDE LENTE  29


De kunstenaars van de toekomst TEKST EN FOTO’S CAMILLE MEUS & LAURA JO BUSSCHOTS

Benieuwd hoe de toekomstige kunstenaars — voorlopig nog — hun dagen op de schoolbanken ‘verslijten’? Deze zes ambitieuze kunststudenten vertellen hoe ze slaap, eten, les, taken en hun sociaal leven combineren in de hoop door te breken. De sleutel tot succes? Vooral doen waar je je zelf goed bij voelt en niet bang zijn om te falen. Hun lievelingsdag? Het weekend.

SLAAP

ETEN

LES

TAKEN

SOCIAAL

8u slaap —  2.5u eten  — 7u les  — 3u taken  — 3.5 sociaal Sibel Teuwen is 21 jaar oud en studeert illustratie aan de PXLMAD in Hasselt: “Acht uur slaap heb ik echt wel nodig, anders functioneer ik de hele dag niet. Ik heb ook best veel les. In die lessen kan ik wel al aan mijn taken werken, maar ik steek er thuis toch ook nog heel wat tijd in. Ik ben een perfectionist, soms begin ik een tekening helemaal opnieuw als het eindresultaat me niet aanstaat. Zelfs al heb ik er uren aan gewerkt.”

5u slaap —  5u eten —  6u les —  4u taken —  4u sociaal Younes Jemri is 23 jaar oud en studeert film aan het LUCA, School of Arts in Genk: “Ik slaap heel weinig en ik denk dat dat een goede eigenschap is voor een filmmaker. Ik ben vaak tot in de late uurtjes bezig met monteren. Ook aan eten spendeer ik veel tijd, ik ben van Turkse afkomst en mijn moeder kookt de heerlijkste dingen. Je zou voor minder vaak eten. Het is tegelijk ook mijn ontspanning van de dag.”

30  APTITUDE LENTE


7u slaap — 3u eten — 5u les — 8u taken Febe Crabs is 21 jaar oud en studeert grafische vormgeving aan de Artevelde Hogeschool in Mariakerke: “Ik slaap gemiddeld zeven uur. Dat is voor mij wel voldoende. Om te eten reken ik meestal anderhalf uur per maaltijd maar in de ochtend neem ik daar minder tijd voor. Daarna ga ik een halve dag naar school. Afhankelijk van wat ik op dat moment moet doen, werk ik de overgebleven tijd aan opdrachten met kleine pauzes tussenin.”

7u slaap — 2.5u eten — 8u les — 4.5u taken — 2u sociaal Jiji Razzaq is 20 jaar oud en studeert animatiefilm aan RITCS School of Arts: “Na ongeveer zeven uur slapen vertrek ik naar school voor een volledige dag les, van 9 tot 18u. Eens ik terug op kot ben, maak ik iets om te eten. De hoeveelheid taken die ik heb, verschilt van periode tot periode. Rond 22u45 neem ik een kopje thee mee naar mijn bed en maak ik me klaar voor een avond series kijken tot ik in slaap val.”

6u slaap — 2u eten — 8u les — 4u taken — 4u sociaal Daan Bruijnooge is 22 jaar oud en studeert muziek aan de Hogeschool PXL in Hasselt: “Ik heb veel les, maar meer dan de helft ervan is praktijk. De tijd die ik aan ‘taken’ spendeer, ben ik vooral aan het oefenen of componeren. Ik speel drum en ben dj in mijn vrije tijd. Met Garageband maak ik ook mijn eigen beats. Qua slaap is zes uur zeker genoeg. Ik werk vooral ‘s avonds laat, dan heb ik de meeste inspiratie.”

10u slaap — 3u eten — 6u les — 3u taken — 2u sociaal Lindsay Verbeeck is 19 jaar oud en studeert interieurvormgeving aan de Thomas More Hogeschool in Mechelen: “Ik slaap gemiddeld tien uur, wat redelijk veel is. Als ik mij aan een goede planning houd, heb ik zeker tijd genoeg om te slapen en te eten. Mijn vakken zijn opgesplitst in theorie en praktijk. Zo zijn ook mijn uren verdeeld. Per week besteed ik ongeveer acht uur aan theorie op school, voor de praktijk is dat veertien uur.”

APTITUDE LENTE  31



VOLKSE KIJK OP PARLEMENT


In 1894 werd de door Paul Wallot ontworpen Reichstag voltooid. Dit eclectische parlementsgebouw van de hoofdstad Berlijn wordt gezien als het hart van de democratie. Op de gevel staat in bronzen letters “Dem Deutschen Volke” wat zoveel betekent als “voor het Duitse volk”. De regel, ontworpen door Peter Behrens, werd pas in 1916 geplaatst omdat keizer Wilhelm II de tekst afkeurde. In 1933 beschadigde de Rijksdagbrand het gebouw zwaar. Door deze brand riep Adolf Hitler de noodtoestand uit, waarna de Nazipartij aan de macht kwam. Dit kwam voor hem dus op een gelegen moment. Daarom is er twijfel of de communist Marinus van der Lubbe wel de echte brandstichter was. Na de brand werd de Reichstag weer hersteld, waarna het in de oorlog diende als kraamafdeling van het ziekenhuis Charité. In de geboorteakte van een aantal Berlijners staat er daarom ‘Berlin-Reichstaggebäude’. Na de oorlog stond het rijksdaggebouw er vrij vervallen bij. Omdat Berlijn toen nog verdeeld was in een oostelijk en westelijk deel stond het parlementsgebouw niet langer meer symbool als één Duitsland. Daarom werd de Reichstag in 1971 een Duits Historisch Instituut.

34  APTITUDE LENTE

Pas bij de val van de muur kreeg de Reichstag terug de functie van parlementsgebouw. Waarna het in 1955 van een nieuw uiterlijk kreeg. De architect Norman Foster voorzag de Reichstag toen van een nieuwe transparante koepel als dak. Deze glazen koepel zorgt voor een visuele connectie met de parlementaire kamer eronder. Hierdoor wordt er een zekere transparantie vanuit het parlement naar het volk toe getoond.


Kijk verder op p40

APTITUDE LENTE  35


Braziliaan Robert de Farias ervaart ups en downs van het kunstenaarsleven

“Ik denk dat je in het leven zelf je kansen moet creëren” TEKST LAURA JO BUSSCHOTS


De Braziliaanse kunstenaar en kite-instructeur, Robert de Farias volgde in 2014 zijn geliefde naar België. Ondanks dat deze relatie enkele maanden geleden stuk liep, zit Robert vol positiviteit. Hij gelooft in een mooie toekomst voor zichzelf en zijn kunst. “Ik ben altijd al een creatief persoon geweest. In 2006 heb ik de smaak te pakken gekregen. Mijn vader is een schilder en werkte bij Caterpillar, waar hij machines schilderde. Hij gaf me regelmatig iets om te schilderen. Op een dag begon ik met schilderen en zei hij: “Dit is heel erg goed! Je moet hier echt iets mee doen.” Zowel mijn moeder als vader hebben me altijd gesteund in alles wat ik deed en dat doen ze nog steeds. “Wil je leren surfen? Oké, doe maar!” Ik ben nooit meer gestopt met schilderen.”

“Mijn passie voor schilderen heeft zich pas later vertaald naar een hele collectie.” “Naast schilderen heeft fotografie me ook altijd enorm aangesproken. In 2012 heb ik voor de eerste keer enkele van mijn foto’s tentoongesteld in een cultuurcentrum in Argentinië. Het was een kleine fotografie tentoonstelling over de vismijnen in mijn geboorteplaats in Brazilië. Mijn passie voor schilderen heeft zich pas later vertaald naar een hele collectie.” INSPIRATIE “In Brazilië had ik een vaste routine die ik volgde om tot een schilderij te komen. Ik spendeerde er enorm veel tijd in het water. Wanneer ik thuiskwam

na het surfen of kiten, begon ik met schilderen.” “De lijnen die ik schilderde, waren gebaseerd op het gevoel van de golven en de beweging van de oceaan op die dag. Ik

haal nog steeds veel inspiratie uit de natuur, vooral de oceaan en de wind.”

“Ook de mensen in het straatbeeld geven mij inspiratie.” APTITUDE LENTE  37


“Hier in België is het anders. Ik heb hier niet de mogelijkheid om elke dag te surfen en haal mijn inspiratie nu bij de architectuur. Ook de mensen in het straatbeeld geven mij inspiratie. Ik zie een heel duidelijk verschil tussen de mensen hier en de mensen in Brazilië. Brazilianen hebben niet zo erg veel nodig om gelukkig te zijn.”

“Toen ik nog in Brazilië woonde, deed die situatie me altijd dromen over een ander en veiliger land met meer mogelijkheden.” “Daarentegen willen mensen hier in België, maar ook in Europa, precies altijd maar meer. Ze werken elke dag hard voor hun geld, maar niet zozeer voor hun geluk. Ze zijn zo materialistisch ingesteld. Wanneer ik met een van mijn vrienden thuis afspreek, hebben we een heel leuk gesprek en praten we zelden over geld. Maar als ik op café met mensen in contact kom, gaat het wel vaker over werken en geld.” HET LEVEN IN BRAZILIË “Brazilië is een geweldig mooi land maar de Braziliaanse overheid is een enorm probleem. Toen ik nog in Brazilië woonde, maakte die situatie me erg ongelukkig en deed me altijd denken aan en dromen over een ander en veiliger land met meer mogelijkheden. Het voornaamste probleem is dat de Braziliaanse wetten te oud zijn. Dit betekent bijvoorbeeld dat kinderen een wapen kunnen bezit38  APTITUDE LENTE

ten en iemand neerschieten. Als gevolg moeten ze nadien voor drie maanden de gevangenis in maar als ze vrijkomen beginnen ze gewoon opnieuw.”

de opleiding hebben er ook veel geld voor moeten betalen. Het merendeel van de Brazilianen heeft geen opleiding net omdat het zo duur is. ”

“Ook stuurt de Braziliaanse overheid je liever naar de gevangenis dan je een deftige opleiding te geven. Als je een goede opleiding hebt, zou je een verschil kunnen maken. Maar als je net zoals veel Brazilianen geen opleiding hebt, kan de overheid je gemakkelijk manipuleren. Diegenen met een goe-

OPPORTUNITEITEN “Toen ik in 2014 Brazilië verliet en naar België verhuisde, kreeg ik wel een heel grote opportuniteit voor mijn kunst. Gedurende het weekend van 12 december 2014 heb ik de kans gekregen om mijn kunstwerken tentoon te stellen in het Aartsbisschoppelijk paleis in Mechelen. De re-


gionale zender RTV heeft mijn expositie toen ook vermeld op hun site en tijdens een uitzending. Ik heb dat weekend ook enkele schilderijen kunnen verkopen.”

“Het is tijd om mijn leven terug op orde te brengen. Ik merk dat dingen volop veranderen en dat het wel lijkt of mijn leven nu pas begint.” “Verder zie ik voorlopig maar weinig mogelijkheden omdat ik geen diploma heb. Ik spreek niet zo goed Nederlands en dat maakt contact leggen met nieuwe mensen soms heel moeilijk. Toch denk ik dat je in het leven zelf je kansen moet creëren. Het eerste jaar dat ik in België woonde, heb ik samen met mijn toenmalige vrouw een bedrijf opgestart. Maar omdat we daarnaast ook een relatie hadden, ging dat soms heel moeizaam. Sinds de scheiding probeer ik voor mezelf een weg te vinden. Ik zou altijd kunnen terugkeren naar Brazilië maar ik wil hier blijven omdat ik hier elke dag iets nieuws bijleer.”

leven terug op orde te brengen. Ik merk dat dingen volop veranderen en dat het wel lijkt of mijn leven nu pas begint. Ik zie meer kansen voor mijn kunst en ik heb contact gehad met een galerij in Antwerpen die graag mijn werken wil tentoonstellen.” TOEKOMST “Het is mijn droom om op zelfstandige basis als kunstenaar te werken, maar rondkomen met de opbrengst van mijn schilderijen is bijna onmogelijk. Toch zie ik wel een toekomst als kunstenaar. Ik wil mijn stijl uitbreiden naar andere takken

binnen de kunst want ik vind het moeilijk om bij één techniek te blijven hangen. Ik wil verder experimenteren. Zo denk ik er al een tijd aan om yogakledij te ontwerpen. Niet de klassieke zwarte yogabroeken maar kledij met kunstwerken op. Ik heb hiervoor al enkele digitale ontwerpen gemaakt.” “Maar het voornaamste is wel dat ik nu leef en het nu het meest geschikte moment is om te leren over het leven, andere mensen en vooral mezelf. Steeds iets bijleren maakt me gelukkig.”

“Hier is elke dag anders en dat is goed voor mij. Ik heb moeilijke momenten gehad en door in België te blijven en elke dag iets bij te leren, word ik sterker. Nu ik sinds kort in Antwerpen woon, heb ik al iets meer contacten kunnen leggen. De vier afgelopen maanden heb ik bij vrienden gelogeerd maar in april betrek ik mijn eigen appartement. Het is tijd om mijn

APTITUDE LENTE  39


N POPU


VAN VOORMALIG NAZI-PRONKSTUK TOT ULAIRE SPORTLOCATIE


Het Berlijnse Olympiastadion is een goed voorbeeld van een gebouw dat de karakteristieken illustreert van de periode waarin het werd ontworpen. Dit stadion was het centrale punt van Olympische Zomerspelen van 1936. De Nazi’s stelden de internationale maatschappij voor met een voorzichtig ontworpen beeld van de Duitse macht, prestige en ambities. Elke architecturale beslissing betreffende het stadion werd gevormd door politieke motieven. Over de afgelopen tientallen jaren heeft het Olympiastadion de politiek waaronder het gecreëerd werd overleefd. Het is van een Nazi-pronkstuk veranderd in een populaire sportlocatie. Toch blijven zowel de architectuur en de geschiedenis van het Olympiastadion onuitwisbaar gelinkt aan haar ongemakkelijke verleden.

42  APTITUDE LENTE



Jongeren krijgen stem in culturele programmatie

“Vaak vinden jongeren de weg gewoon niet” TEKST EN FOTO’S LAURA JO BUSSCHOTS

44  APTITUDE LENTE


Het cultureel aanbod mist een programmatie gericht op jongeren. Dit is een probleem waar culturele centra de laatste jaren mee worstelen. In september 2017 bundelden Cultuurnet Vlaanderen en Cultureel Jongeren Paspoort de krachten. Samen willen ze voor verandering zorgen en initiatieven opzoeken en ondersteunen om op die manier meer jongeren te bereiken. Maar zelfs voor de samenkomst van Cultuurnet Vlaanderen en CJP kwamen er al initiatieven boven water. Cultuurnet Vlaanderen en Cultureel Jongeren Paspoort, of kortweg CJP, vloeiden in september 2017 samen en bundelen sindsdien hun krachten onder de naam Publiq. Publiq is een vrijetijdsbrede organisatie die alle doelgroepen omarmt. Public dient als expertisecentrum en spoort de noden op in de brede vrijetijdssectoren en zoekt naar goede initiatieven. Elke maand zet Publiq één thema centraal in een UiTsalon. Het UiTsalon toetst enkele goede initiatieven of voorbeelden aan een breder algemeen kader.

“Deze samenwerking ontstond als een experiment om meer jongeren tussen 16 en 26 jaar nauwer te betrekken bij de programmatie van het Liers Cultuurcentrum.” In juni staan jongeren centraal in “exclusief voor/door jongeren?”. Meer jongeren aantrekken en tot het kernpubliek kunnen rekenen is een van de grootste uitdagingen waar de cultuur-, vrijetijds-, maar ook de mediasector mee geconfronteerd worden. Het wordt dus tijd om als organisatie op deze sectoren in te zetten. De verschillende sectoren experimenteren om jongeren nauwer te betrekken bij hun programmaaanbod, maar ook bij hun communicatie. Leveren de inspanningen vanuit deze sectoren het verwachte resultaat? STEM VAN DE JONGEREN Hoe krijgen we meer jongeren naar het cultuurcentrum? Dit is een vraag die ook het Liers Cultuurcentrum al een tijd bezighield. Coördinator

van het jeugdhuis De Moeve, An-Sofie Gysemans, kwam met het volgende idee op de proppen: “Het Kraakcollectief is het resultaat van een samenwerking tussen het Liers Cultuurcentrum en jeugdhuis De Moeve. Deze samenwerking ontstond als een experiment om meer jongeren tussen 16 en 26 jaar nauwer te betrekken bij de programmatie van het Liers Cultuurcentrum.” De groep, bestaande uit vijftien jongeren, krijgt effectief een stem in de programmatie van het Liers Cultuurcentrum. De jongeren van het Kraakcollectief gaan over heel Vlaanderen naar voorstellingen kijken. In ruil voor het gratis mogen bijwonen van de voorstellingen stellen ze een ‘Kraakrelaas’ op. Dit jongerenrapport kan culturele centra helpen om na te gaan hoe hun programmatie de jongeren bevalt en op welke vlakken ze het aanbod kunnen verbeteren. De ‘krakers’ mogen elk seizoen twee voorstellingen op het programma zetten. Daarnaast mogen ze tien voorstellingen uit de programmatie van het Liers Cultuurcentrum kiezen en labelen met het ‘Kraaklabel’. Met dit label geeft het Kraakcollectief aan welke voorstellingen zij geschikt vinden voor jongeren.

“Veel voorstellingen en tentoonstelling zijn sowieso de moeite voor jonge mensen. Het probleem is eerder dat zich dat niet vertaalt in het effectieve publiek dat naar de voorstelling komt.”

APTITUDE LENTE  45


Ook in Mechelen krijgt een collectief van jongeren een stem bij het samenstellen van het cultuuraanbod. ANSJOVIS is een denktank van achttien jongeren tussen 16 en 25 jaar oud. Ella Hintjens is een van de achttien jongeren en hoort al sinds het begin bij ANSJOVIS. “De vraag voor de oprichting kwam vanuit de programmatoren van het Cultuurcentrum zelf. Zij merkten dat de gemiddelde leeftijd van hun bezoekers niet erg jong was”, zegt Ella. “Daarom riepen ze op om een soort denktank te organiseren (toen nog jong CCM genaamd), bestaande uit jongeren die zich willen engageren om hun expertise op het vlak van jong-zijn-en-cultuur-willen te delen. Zo kon het Cultuurcentrum beter in de hoofden kijken van jonge Mechelaars en er op die manier achter komen wat zij willen en missen in het cultuuraanbod. De oproep was ergens in september, waarna we direct zijn beginnen brainstormen over wat onze identiteit zou moeten zijn, wat we willen uitdragen en wat onze naam zou worden.” De naam ANSJOVIS draagt de slogan ‘Cultuur in blik’ met zich mee. “De naam ANSJOVIS is er gekomen omdat ansjovissen een erg aparte smaak hebben en net dat willen we toevoegen aan het culturele landschap”, voegt Ella nog toe. Volgens Ella was er bij het cultuurcentrum in Mechelen geen tekort in de programmatie naar jongeren toe. “Het cultuurcentrum probeert ook heel gevarieerd te zijn. Veel voorstellingen en tentoonstelling zijn sowieso de moeite voor jonge mensen. Het probleem is eerder dat zich dat niet vertaalt in het effectieve publiek dat naar de voorstellingen in het cultuurcentrum komt”, gaat Ella verder. “Vaak vinden jongeren de weg gewoon niet, omdat ze niet echt een idee hebben van wat er allemaal gebeurt, of is de programmatie niet uitdagend genoeg om echt een grote groep jong volk aan te trekken. Daar willen we met ANSJOVIS dus nu iets aan doen, omdat het wel echt een heel inspirerende plek is en kan zijn. Het is jammer dat nog niet iedereen in Mechelen dat ontdekt heeft.” 46  APTITUDE LENTE

“We willen nieuwe, frisse artiesten ontdekken en eventueel boeken.” EIGEN EVENEMENTEN “De taak van ANSJOVIS is zelfopgelegd en tweeledig. Langs de ene kant willen we nieuwe, frisse artiesten ontdekken en eventueel boeken. Dit doen we door zelf te gaan prospecteren. We gaan naar voorstellingen, tentoonstellingen, optredens… om daar achteraf onze mening over te geven. Dit geven we dan door aan de programmatoren die zo een heel goed beeld krijgen van wat ons bezighoudt, wat we nog missen, wat we tof en vernieuwend vinden, maar ook wat onze aandacht


Foto ©Michael Lombaerts De Mechelse denktank wilt met de Nacht van Ansjovis jongeren bereiken die anders hun weg naar het cultuurcentrum niet vinden.

niet kan trekken. Als we een heel toffe artiest vinden die we graag zouden programmeren, is er altijd een mogelijkheid om daarover te praten. Dan is het aan het cultuurcentrum om te kijken wat ze daarmee doen. Maar we hebben bijvoorbeeld al een aantal artiesten geboekt voor RADAR, een evenement dat vanuit H30 georganiseerd wordt.” “Langs de andere kant bekijken we ook de programmatie die het cultuurcentrum momenteel heeft gemaakt en laten we weten wat we daarvan vinden. Zo zal in de volgende seizoensbrochure hier en daar een ANSJOVIS-approved logo staan. Dit betekent dat we als groep overeen zijn geko

men dat we het meest uitkijken naar die activiteit in de ganse catalogus en dat we het ook sterk aanraden aan jonge mensen die verdrinken in ons aanbod.”

“Wij focussen op meerdere doelgroepen en proberen voor de verschillende doelgroepen telkens een aantrekkelijk aanbod op maat aan te bieden. Dus ook voor jongeren.” Naast hun inspraak in de programmatie van het cultuurcentrum organiseren de jongeren achter APTITUDE LENTE  47


Het Mechelse Cultuurplein is de plaats waar kunst en cultuur elkaar ontmoeten.

ANSJOVIS ook hun eigen evenementen. “We hebben in maart ons eerste zelfgeorganiseerde evenement gehad. ‘De Nacht van Ansjovis’ was een avond vol toffe, maffe, aanstekelijke, jonge muziek van bands die we zelf gespot hadden en heel graag wilden programmeren. Dit alles werd vormgegeven door Iljen Put. De Nacht werd goed onthaald en we hebben besloten om het volgend jaar te hernemen.” CONCERTAANBOD VOOR JONGEREN Ook in Heist-op-den-Berg wordt de programmatie aangepast naar jongeren toe. “Wij focussen op meerdere doelgroepen en proberen voor de verschillende doelgroepen telkens een aantrekkelijk aanbod op maat aan te bieden. En dus ook voor jongeren”, zegt Jan Bourgeois, directeur van het Cultureel Centrum Zwaneberg in Heist-opden-Berg. “Bij elke doelgroep proberen we ook te focussen op de concrete hindernissen die een bepaalde doelgroep tegenhoudt om deel te nemen. En dat is voor elke doelgroep anders. Wat betreft jongeren stellen we vast dat onze reguliere communicatiekanalen niet effectief zijn om jongere te

48  APTITUDE LENTE

overhalen. We werken daarom samen met enkele strategische partners van wie we hopen dat ze die doelgroep beter bereiken.” Cultureel Centrum Zwaneberg werkt al sinds enkele jaren samen met de jeugdraad van Heist-opden-Berg (nu onder de nieuwe naam HOTH-crew) om elk jaar een concert specifiek voor jongeren uit te werken. De jeugdraad grijpt die kans aan om alle jeugdwerkers van het afgelopen jaar te bedanken voor hun inzet en gebruikt daarvoor eigen communicatiekanalen. Het concert staat tegelijkertijd ook open voor andere jongeren als betalend concert. Zo is het voor beide partijen een win-winsituatie. Jan Bourgeois vertelt dat ze als cultuurcentrum hiervoor qua aanvangsuur experimenteren. Het gebruikelijke aanvangsuur is 20.00 of 20.30 uur, maar ze hebben gemerkt dat voor jongeren 22.30 uur als aanvangsuur beter werkt. “Vorig jaar in november presenteerden we zo samen Regi & Michael Shack (drummer van Netsky). In 2016 presenteerden we Jelle Cleymans & Jonas Van Geel en het jaar voordien was Radio Guga van de partij.”


Dertien jaar geleden zette het Cultureel Centrum Zwaneberg, samen met de jeugddienst, een grootschalige bevraging op onder ruim 1.000 jongeren in Heist-op-den-Berg. Uit deze bevraging kwam onder meer naar boven dat jongeren het cultuuraanbod eerder mager vonden. Daarna zijn ze samen, met inspraak van de jongeren, begonnen met de organisatie van een nieuw openluchtfestival voor een door jongeren. Ondertussen is dit openluchtfestival uitgegroeid tot een vaste waarde in de festivalzomer van Heist-op-den-Berg. Dit festival is ondertussen quasi professioneel georganiseerd door een organisch gegroeide, autonome vzw Hestival. Hestival trekt elk jaar om en bij de 10.000 bezoekers. “We blijven dit festival vanuit Cultureel Centrum Zwaneberg echt volop mee ondersteunen via logistieke steun, opvolging van de programmeringswerkgroep door onze muziekprogrammator, deelname aan de Raad van Bestuur en Algemene Vergadering. Ook bewaren we mee de initiële missie: voor en door jongeren”, voegt directeur Bourgeois toe.

“Wij richten ons niet specifiek naar de jongeren tussen vijftien en achttien jaar aangezien wij geen secundaire scholen hebben.”

In de kleinere gemeente Bonheiden wordt echter niet ingezet op jongeren, zo blijkt. In gemeenschapscentrum ’t Blikveld in Bonheiden is de programmatie gericht op verschillende doelgroepen, maar niet specifiek naar jongeren toe. De verantwoordelijke voor de schoolprogrammatie van ’t Blikveld in Bonheiden, Inge Smekens , vertelt dat ’t Blikveld als gemeenschapscentrum zich niet richt naar een specifieke doelgroep. Er zijn familievoorstellingen voor families met jonge kinderen en voor het volwassen publiek zijn er de avondvoorstellingen. Voor kinderen tot twaalf jaar zijn er ook schoolvoorstellingen. “Wij richten ons niet specifiek naar de jongeren tussen vijftien en achttien jaar aangezien wij geen secundaire scholen hebben. Maar in het verleden gebeurde het wel dat middelbare scholen van buitenaf ’s avonds naar een bepaalde voorstelling kwamen kijken die ook voor hen geschikt was”, aldus Inge. SUCCESVOLLE INITIATIEVEN Het Kraakcollectief bestaat sinds het najaar van 2016, ANSJOVIS werd pas dit jaar gelanceerd. Beide nog vrij nieuwe initiatieven hebben al heel wat succes ervaren. Maar zulke initiatieven moeten ook een plaatsje krijgen in andere steden. Voor kleinere steden of gemeenten zal het wellicht een iets moeilijkere opgave zijn.


“Goede artiesten kunnen met artificiële intelligentie net geniale dingen maken” TEKST EN FOTO’S CAMILLE MEUS

Master, Please geeft prijs hoe zij succes boeken in een constant veranderende muziekwereld

Olivier Degryse is 21 jaar oud en studeert burgerlijk ingenieur, Micha Hulsmans is 24 jaar oud en studeert grafische vormgeving. Samen vormen ze al vier jaar de band Master, Please. Op foto’s staan ze steevast met een witte kader over hun gezicht. De focus moet op de muziek liggen en niet op hen.

50  APTITUDE LENTE


Elektronische muziek is niet meer weg te denken in het muzieklandschap, maar er is een nieuwe trend op komst: AI, Artificiële Intelligentie. Software waarbij instrumenten op basis van hun gebruiker leren wat ze moeten doen. Onlangs bracht spotify de eerste hit uit, volledig geschreven door computers. Olivier en Micha van de band Master, Please zitten zelf in het elektronische wereldje en vertellen hoe zij de toekomst zien. Hoe is Master, Please ontstaan? Olivier: “Goh, dat is al even geleden. Hoe lang bestaan wij nu? Ik denk vier, vijf jaar. Ik ben eigenlijk met Micha in contact gekomen via mijn zus. Als gitarist zocht ik naar wat projectjes en uiteindelijk is ons eerste project uitgegroeid tot de samenwerking die we nu hebben.” Micha: “Ik was op mezelf al wat bezig met muziek maken onder de naam Master, Please. Toen Olivier erbij kwam, hebben we die naam gewoon gehouden. Ik zit in het kunstonderwijs en dan mag alles wat wazig zijn en vragen opwekken. Wie is precies de Master? Zijn wij dat of het publiek? En de Please, is dat een vraag of net een gebod om het publiek te plezieren? Het mysterie daarrond vind ik wel leuk. Het betekent niks en kan toch van alles betekenen.” Waar halen jullie je inspiratie vandaan? Micha: “De blues invloed is zeker aanwezig in Master, Please, zo is David Gilmour een grote inspiratiebron. Ook het simpelere en minimalistische komt vaak terug, zoals het eenvoudige gitaarspel in het eerste album van the XX. Maar mijn heer en meester en god is James Blake. Hij kan soms heel eenvoudige dingen doen met maar één of twee instrumenten of lijnen. Daarnaast is de bron van inspiratie eindeloos. Meer commerciële artiesten zoals Frank Ocean, Bon Iver, of wat zelfs kan gebeuren is dat ik iets kleins hoor in een simpel klassiek liedje waar ik dan mee aan de slag wil.” Olivier: “Ik ben gitaar beginnen spelen toen ik negen jaar oud was. Toen luisterde ik vooral naar bands zoals ACDC, daarna ben ik wat meer naar de blues gegaan. Hoofdzakelijk focuste ik op de gitaristen en hun sound. De laatste tijd zijn mijn voorbeelden Mac DeMarco qua sound en John

Mayer qua gitaarspel. Het zijn jonge gitaristen die een ouder genre als blues in leven houden.” Hoe zijn jullie met elektronische muziek begonnen? Olivier: “Dat is meer Micha zijn kant.” Micha: “In mijn geval zit het zo: ik ben eigenlijk helemaal geen goede muzikant of goede zanger. Ik kan een beetje gitaar, een beetje bas, een beetje drum en een beetje piano, maar ik ben nergens echt heel goed in. Maar als je al die dingen een beetje kan en je ontdekt op je computer toevallig een programma zoals Garageband, zijn de mogelijkheden ongelooflijk groot. In het begin nam ik dan kleine beetjes op en gaandeweg is dat verder gaan ontwikkelen en zelfs gaan overnemen. Ik heb dan het geluk gehad om een goede gitarist als Olivier tegen te komen. Ik ben de prulkant. Ik prul een beetje, dan sprenkelt Olivier daar wat van zijn magie over en zo komen we uiteindelijk tot een prachtig concept.”

“Niks wat we doen is uniek of is al niet eerder gedaan. Maar als de intentie er is om niet zomaar mee te gaan, vind ik het al mooi.” Is het moeilijk om origineel te blijven? Olivier: “Goh, origineel blijven. Ik denk dat er tegenwoordig zoveel muziek wordt gemaakt dat het moeilijk is om echt met een nieuw concept te komen. Het komt er nu eerder op aan om bepaalde dingen te combineren om zo te proberen tot iets nieuws te komen. En dan geeft elektronische muziek oneindig veel mogelijkheden.” Micha: “Ik denk dat wij origineel blijven doordat we ons proberen af te zetten tegen wat er op dit moment speelt.” APTITUDE LENTE  51


“Persoonlijk ben ik met dat elektronisch gedoe begonnen omdat het gewoon handig is als je geen heel goede muzikant bent. De laatste jaren heeft dat een hele opmars gekend, maar zo’n vier, vijf jaar geleden deed bijna niemand het. Toen vergeleken vrienden ons vaak met Oscar and the Wolf, omdat zij de enige bekende band waren die elektronische muziek maakte. Daar hebben we ons toen heel erg tegen verzet, want we klonken helemaal niet zoals zij. Dat wilden we ook helemaal niet. Het maakt het wel moeilijker om iets te bereiken, onze muziek is niet mainstream.” Hoe zal artificiële intelligentie de muziekwereld beïnvloeden? Micha: “Ik denk dat de invloed van echte artificiële intelligentie voorlopig nog beperkt is.

Van elektronische muziek en geautomatiseerde dingen is de invloed wel al groot. Maar ik zie het wel gebeuren dat artificiële intelligentie binnen vijf jaar een grote rol in de commerciële muziek speelt. Er gaan sowieso stomme dingen mee gebeuren, maar dat is met elke nieuwe uitvinding in de muziekwereld. De Beatles komen uit met een nieuwe sound en duizenden bands gaan die sound kopiëren. Er komt software uit waar je muziek op kunt maken en dan zijn er honderden r&b-artiesten die daar heel platte producties mee creëren. Autotune wordt iets en mensen gebruiken het omdat ze niet goed kunnen zingen. Maar er zijn ook altijd artiesten die die dingen gebruiken om een stapje verder te gaan en er net heel boeiende en experimentele dingen mee gaan doen.”

In 2017 zat Master, Please in de finale van Limbomania, een tweejaarlijkse wedstrijd georganiseerd door de provincie Limburg om jong muzikaal talent te ontdekken.

52  APTITUDE LENTE


Is dat een positieve of negatieve evolutie? Olivier: “Ik vind dat positief. Het is zoals Garageband en andere muziekprogramma’s. Daarvoor moest je een instrument kennen of samenzitten met een groep mensen om muziek te kunnen maken. Dankzij die programma’s kan je met een laptop alleen al goede nummers maken. Dat gaat hetzelfde zijn bij artificiële intelligentie, het zijn tenslotte instrumenten die op basis van hun gebruiker leren wat ze moeten doen. Elke technologie die ze ontwikkelen, gaat uiteindelijk een rol spelen, ook in de muziekwereld. En zoals Micha zegt, daar gaan heel stomme dingen mee gebeuren maar ook heel boeiende.” Gaat de eigenheid van artiesten dan niet verloren? Micha: “Je hebt artiesten die niet per se goed zijn in een instrument bespelen, maar wel geniale concepten in zich hebben zitten. De eigenheid zit dan in die concepten en niet in het bespelen van een instrument.” Olivier: “Zoals Micha zegt zijn er volgens mij artiesten die artificiële intelligentie en alles wat ermee te maken heeft net eigen aan zichzelf kunnen maken. Ze maken een heel concept én de muziek errond. Dan heb je net het tegenovergestelde, het bevordert de eigenheid van een artiest.”

“In het beste geval leidt het tot geniale, unieke dingen. De eigenheid is dus 100 procent aanwezig.” Wat met live performances? Olivier: “Je kan een hele goeie performance brengen met enkel elektronica, in combinatie met visuals. Dat is ook een misconceptie van de oudere generatie. “Die muziek met die laptops dat is maar op een USB-stick insteken, op start duwen en dat begint.” Maar we hebben zelf al ondervonden dat er veel meer aan is dan gewoon op knopjes duwen. Je moet echt altijd weten wat je doet. Dus ik denk dat het sowieso een invloed heeft op live performance. Het is vooral een andere manier van optreden.”

Micha: “Voor mij draait het bij een live performance vooral om de sfeer en de ervaring. Hoe de artiest die creëert kan mij zelfs niet zoveel schelen. Ik wil vooral een sfeer die ik niet heb als ik naar het album luister. Als de ervaring van het optreden uniek is, is het mij zelfs om het even of er geplaybackt wordt of gewoon op play geduwd is. Een goeie show is een goeie show.” Hoe creëren jullie sfeer? Micha: “Ik studeer grafisch ontwerp en voor mij is het visuele tijdens onze optredens heel belangrijk. Bijna net zo belangrijk als de muziek, durf ik zelfs te zeggen. Als we onze muziek online zetten, ben ik er ook nooit heel tevreden over. Als we live spelen, liefst in het donker met bepaalde zelfgemaakte projecties op de achtergrond, voelt het veel beter aan. Onze muziek moet je echt in een bepaalde opstelling of situatie meemaken. En daarbij speelt het visuele een heel grote rol.”

“Het visuele aspect is bijna even belangrijk als de muziek: muziek 51 procent, visuele 49 procent.” Hoe ziet de toekomst eruit voor Master, Please? Micha: “Als we nu naar onze eerste nummers luisteren, is onze stijl helemaal veranderd. Ik denk dat we heel onze discografie al drie of vier keer hebben weggegooid, omdat we iets anders wilden. We gaan steeds op zoek naar iets nieuws. En met al die elektronica nu, waarmee alles mogelijk is, onderscheiden wij ons net door het heel eenvoudig te houden. Ik denk dat het nu onze intentie is om te zoeken naar een heel eenvoudig geluid dat eigen is aan ons. Dat is misschien zelfs veel moeilijker dan een indrukwekkende productie maken op de laptop.” Olivier: “We zoeken vaak langer naar iets totdat we het er 100 procent over eens zijn dat we daaraan willen verderbouwen. Ik vind dat beter dan de hele tijd optredens geven en dan te denken ‘goh, ik zou eigenlijk liever iets anders doen’. Het is wel moeilijk om te blijven zoeken naar iets nieuws, maar het blijft leuk om ermee bezig te zijn.” APTITUDE LENTE  53


DO IT YOURSELF: 12 workshops om je creatieve zelf verder te ontwikkelen Elke maand belichten we 12 workshops die jou helpen om je creatieve zelf verder te ontwikkelen. De prijzen variëren en er is voor ieder wat wils. Wij vatten voor jou de twaalf leukste workshops in mei kort even samen. Zie je iets leuks? Ga dan zeker een kijkje nemen. TEKST EN FOTO’S CAMILLE MEUS

WEVEN: VAN DRAAD TOT TEXTIEL, HASSELT Textiele draden vervlechten, oftewel weven, is een kunst die al meegaat sinds 7000 voor Christus. En hij is nog steeds alive and kicking. Altijd al gedroomd om je eigen weefsels te creëren? Vzw Bazarts begint met een kleurrijke workshop en leert je de basis aan. Je gaat naar huis met je eigen wandtapijtje.

wanneer: 2 mei 2018

DRUKDRUKDRUK: GRAFIEKWEEKEND, OVER HEEL VLAANDEREN De kunst van grafiek, of grafische kunsten, is weer helemaal terug. De veelzijdigheid van de verschillende grafische technieken is moeilijk in één workshop te vatten. Daarom organiseert Kunstwerkt verschillende workshops over heel België onder de naam ‘drukdrukdruk’. Zeefdruk, lino, ets, monotype, er is voor ieder wat wils.

wanneer: 5 en 6 mei 2018

54  APTITUDE LENTE

19.00 tot 20.00 prijs: €35 waar:

Hangar Bazarts Lummense Kiezel 68B 3510 Kermt (Hasselt)

prijs:

afhankelijk van de

workshops waar:

afhankelijk van de

workshops


WORKSHOP POURINGTECHNIEKEN, MECHELEN Pouring is de kunst van het gieten van acrylverf. Je hebt hier geen schilder- of tekenervaring voor nodig, enkel zin om te verven. Laat je innerlijke Picasso los en creëer je eigen abstractie schilderijen. Aan het einde van de workshop ga je naar huis met twee zelfgemaakte schilderijen. Veerle Defer volgde een kunstopleiding aan de academie van Mechelen en leidt alles in goede banen.

wanneer: 5 mei 2018

WORKSHOP SMARTPHONE FOTOGRAFIE, LEUVEN Onze smartphone is niet meer weg te denken vandaag. In deze workshop leer je hoe je de betere smartphonefoto’s maakt. De opties die onze mobiele telefoon heeft maken er een volwaardige camera van. Vicky Bogaert, professioneel fotograaf en “phonetograaf” leert je de kneepjes van het vak met technische tips en compositielessen.

wanneer: 14 mei 2018

SNAREDRUMTECHNIEK EN RITMIEK, GENT Een snelcursus drum om je innerlijke muzikant naar boven te halen. Een gevoel voor ritme en gezonde nieuwsgierigheid is het enige wat je nodig hebt om aan deze cursus deel te nemen. Je leert de technische kneepjes en termen en maakt kennis met verschillende genres zoals pop, funk, blues, disco, reggae en ska.

14.00 tot 17.30

prijs:

€40

waar: Hogeweg

2800 Mechelen

10.30 tot 13.30 prijs: waar:

€75 De Maekerij: Mechelsestraat 56 3000 Leuven

wanneer: 8 en 15 mei 2018 20.00 tot 22.00 prijs:

€83

waar:

De Warande Wisper

Warandestraat 13 9000 Gent

APTITUDE LENTE  55


WORKSHOP JUWELENWEVEN, GENK Je eigen juwelen maken met een van de oudste kunstvormen ter wereld. Dat doe je tijdens deze workshop al wevend. Tijdens dit atelier leer je een weefraam opzetten en enkele weeftechnieken. Hiermee personaliseer je je juwelen of maak je ze volledig zelf. Kettingen, armbandjes en ringen, ze zullen zeker one of a kind zijn.

wanneer: 17 mei 2018

WORKSHOP DRUKKEN: PORTRET IN LINOWEVEN, GENT In deze tweedaagse workshop leer je in twee dagen tijd met linoleum werken. Aan de hand van een portret van jezelf, je geliefde of je hond maak je een hoogdruk uit linoleum. Carola Rombouts heeft haar eigen grafiekdrukkerij in Amsterdam, zij leert je de reductietechniek aan en hoe less vaak more is in dit vak.

wanneer: 19 en 20 mei 2018

TEKEN- EN SCHILDERATELIER, WEMMEL Je tekent of schildert graag en bent vaak creatief bezig, maar je zoekt nog wat begeleiding. Naar deze workshop breng je je eigen materiaal mee en stel je je vragen aan een deskundige vrijwilliger.aan de academie van Mechelen en leidt alles in goede banen.

56  APTITUDE LENTE

18.30 tot 21.30 prijs: waar:

€30 Bokrijk Bokrijklaan 1 3600 Genk

10.30 tot 17.00 prijs: waar:

€180 MIAT, Museum over Industrie, Arbeid en Textiel Minnemeers 10 9000 Gent

wanneer: 15 en 29 mei 2018 14.00 prijs:

gratis

waar:

Residentie Geurts,

Prins Boudewijnlaan 12

1780 Wemmel


DIY: GAME DEVELOPMENT EN ELECTRONICS WORKSHOP, DEURNE Ben je een computernerd, verslaafd aan games of ben je gewoon nieuwsgierig naar hoe zo’n games in elkaar zitten? Onder begeleiding van Devillé Arcade leer je hoe je een old school arcadekast in elkaar zet. Programmeren, pixel-art en sound effects komen aan bod, maar je maakt ook zelf je kabels en knoppen met hout en soldeerbouten. Oproep aan alle handige Harry’s dus.

wanneer: verschillende data

COMPOSITIE KRACHTIG FOTOGRAFEREN, BRUGGE Foto’s maken kan iedereen, maar wat een goede fotograaf onderscheidt van een amateur is de compositie. Het bepaalt waar de kijker naartoe gaat en hoe hij zich voelt, en dat moet je weten voor je je foto maakt. Oog hebben voor fotografie is een kunst, maar zeker ook een vaardigheid die je kan leren. Fotografe Kate Neels toont je in 4 lessen de basisprincipes.

wanneer: 8, 15, 22 en 29 mei 2018

WORKSHOP JUWELEN MET KOPER EN TIN, SINT-NIKLAAS Koper en tin, twee metalen waarvan je prachtige juwelen kan maken. Walter Willem van Kunstwerkt loodst je door het solderen en het bewerken. Je leert verschillende technieken aan om met de materialen te werken en gaat naar huis met een zelfgemaakt, uniek juweeltje.

wanneer: 23 t.e.m. 30 mei 2018

doorheen mei

vanaf 14.00

prijs:

€10

waar:

Deurnse bibliotheken

en cinema Rix

2100 Deurne

19..00 tot 22.00

prijs:

€48

waar:

Vormingplus vzw

Sint-Pieterskerklaan 5

8000 Brugge

13.00 tot 16.00

prijs: €25 waar:

Vrije ateliers

Rode Kruisstraat 25

9100 Sint-Niklaas

APTITUDE LENTE  57


Intergenerationele workshops van de Brusselse CENTRALE maken kunst voor iedereen toegankelijk

Link tussen hedendaagse kunst en samenleving De CENTRALE for contemporary art is een Brussels kunstencentrum dat intergenerationele workshops aanbiedt. Deze workshops zijn specifiek gericht op een zo breed mogelijk publiek. Hiermee wil de CENTRALE for contemporary art kunst voor iedereen toegankelijk maken. TEKST LAURA JO BUSSCHOTS

De workshops uit de reeks “Woord en beeld of beeld en woord” onder leiding van de Franse kunstenares Céline Lambert zijn een voorbeeld van de zogenaamde intergenerationele workshops. Met deze workshops wil de CENTRALE for contemporary art visuele kunst toegankelijker en aantrekkelijker maken. TOEGANKELIJK VOOR IEDEREEN Een van de opdrachten van de CENTRALE is kunst voor iedereen toegankelijk maken en daarmee een zo breed mogelijk publiek aanspreken. Ze wil ruimte bieden aan mensen met verschillende achtergronden om elkaar te ontmoeten, samen na te denken over de samenleving en zaken met elkaar te delen. Daarom biedt de CENTRALE intergenerationele workshops aan met de bedoeling een zo breed mogelijk publiek te bereiken. “De artiesten voor de workshops zijn gekozen op basis van een oproep. Het zijn artiesten met pedagogische competenties. Ze moeten ervaring hebben met een publiek en met het geven van workshops“, vertelt Laura Pleuger, publieksverantwoordelijke van de CENTRALE. “Elke kunstenaar die een workshop komt geven moet voor elk van zijn of haar workshops een voorstel doen. Onze workshops zijn een link tussen de inhoud van de tentoonstelling en de praktijk en ervaring van de artiest zelf”, voegt Laura toe.

58  APTITUDE LENTE

GERICHT OP HEDENDAAGSE KUNSTEN Het Brusselse kunstencentrum, de CENTRALE for contemporary art, stelt met haar programmatie een verband tussen de hedendaagse kunst en de evolutie in de huidige maatschappij in vraag. Daarnaast staat de CENTRALE open voor culturele minderheden. Ook wil dit centrum kunstenaars van buiten het officiële kunstencircuit in de kijker zetten. Met haar locatie in hartje Brussel (Sint-Katelijneplein 44) wil ze een open kijk bieden op de stad en haar inwoners. Sinds haar ontstaan in 2006 wil dit Brusselse centrum voor hedendaagse kunst mensen aanmoedigen om na te denken over de huidige samenleving. In 2006 werd de CENTRALE for contemporary art opgericht onder de voormalige naam ‘De Elektriciteitscentrale’. De CENTRALE heeft geen vaste collectie en organiseert elk jaar drie tijdelijke tentoonstellingen. Dit centrum heeft sindsdien de rol van een instelling die uitsluitend gericht is op de hedendaagse kunsten ingevuld. Dit Brusselse kunstencentrum moet een platform zijn voor uitwisselingen tussen de maatschappij en de verschillende visuele kunsten. De artistieke directrice van de CENTRALE, Carine Fol, verdedigde de outsiderkunst al tijdens haar tien jaar lange loopbaan als directielid van het museum Art & Marges in de Brusselse Marollenwijk.


“ART IS A LINE AROUND YOUR THOUGHTS” — GUSTAV KLIMT


www.aptitude-magazine.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.