Jambo 01
EEN TWEEDE LEVEN VOOR HET AFRIKAMUSEUM
■
JUNI 2014 ■ € 4,95
ONTGOOCHELD OVER HET HUIDIGE CONGO
Jambo
EDITO De inspiratie voor dit magazine is ons koloniaal verleden met Congo. We zijn al jaren onlosmakelijk verbonden met de Afrikaanse gemeenschap. Jambo verkondigt geen wereldvrede en wil u niet overladen met schuldgevoelens. Dit magazine schetst de invloed van de Afrikaanse kunst en cultuur in BelgiĂŤ. Onze Belgische kunst is van wereldniveau, de Afrikaanse cultuur overweldigend. Laten we de handen in elkaar slaan. Julie & Elisse
EDITO – 3
6
22
14
19
10
26
4 – INHOUD
In dit nummer Guy Atafo ‘Tekenen is meer dan mijn identiteit’
Berlijn ‘De Zimbabwaanse sculpturen zijn van wereldklasse’
Nieki Cyprien ‘Overal waar er gewerkt wordt, zijn er Chinezen’
Infografiek Met of zonder België: problematiek in Congo blijft
6 10 14 19
Doe-het-zelf Afrikaans voor beginners
Tervuren Een tweede leven voor het Afrikamuseum
Wijnkenner Marc Gillis Afrikaanse wijnen onder de loep
Voor de buis Afrika Filmfestival 2014
20 22 26 28
INHOUD – 5
6 – PORTRET
'Tekenen is meer dan mijn identiteit' Met een balpen in de hand kan Guy Atafo alles aan. De 22-jarige student politieke wetenschappen aan de KU Leuven werd begin dit jaar één van de dertien Student Artists in Residence (STAR). Guys tekeningen spreken boekdelen. Zijn geboorteland, Congo, komt altijd terug in zijn werken.
Waar komt je passie voor het tekenen vandaan? Mijn verhaal begint wanneer ik zes jaar ben. Mijn vader, een Belg, werkt op dat moment in een zeepbedrijf in Congo. Maar wanneer de oorlog uitbreekt wordt hij teruggestuurd naar België. Het laatste beeld dat ik me van hem kan herinneren is dat ik bij hem op schoot zit en hij een tractor voor me tekent. Omdat ik hem miste en hem wilde blijven herinneren, begon ik te tekenen. Langzaam aan werd tekenen een echte obsessie. In het begin tekende ik vooral dingen uit de oorlog: geweren, tanks en soldaten passeerden regelmatig de revue.
nen leiden, maar langs de andere kant wilde ze me niet laten gaan. Ik kwam hier aan op mijn zestiende. Het was al tien jaar geleden dat ik mijn vader voor het laatst had gezien. Ondertussen was hij hertrouwd met een Vlaamse vrouw en had ik twee halfzussen en een halfbroer. Ik wist totaal niet meer hoe hij eruit zag. Ons weerzien leek wel een eerste kennismaking en voelde heel onwennig. Toch werd ik hier met open armen ontvangen door hem en zijn nieuwe familie. Was het moeilijk om je aan te passen in België? Ik sprak enkel Frans en kon alleen communiceren met mijn vader en halfbroer. Dat was een eerste obstakel. Ten tweede woonde mijn vader in Tielt-Winge, dat ligt tussen akkers en bos, waar amper zwarten woonden. Dat was voor mij ook een hele aanpassing. Ik bleef tekenen, om alle nieuwe indrukken een plaats te kunnen geven.
Met mijn lege pennen kan je gemakkelijk de Chinese muur nabouwen
Hoe ben je in België terecht gekomen? Iedereen in Congo droomt ervan om naar Europa te komen. In Europa kan je je dromen najagen. Mijn moeder vond dat ik bij mijn vader moest gaan wonen, omdat ik hier meer kansen zou krijgen. Toen mijn visum eindelijk in orde was, kwam ze elke ochtend aan mijn bed huilen. Langs de ene kant vond ze het geweldig dat ik een beter leven zou kun-
Waar haal je de inspiratie vandaan? In alles wat ik om me heen zie. De band met Congo zal je ook altijd terugvinden in mijn tekeningen. Als ik een persoonlijk werk maak, probeer ik er iets in te stoppen dat met de oorlog te maken heeft. Teken je voor de kunst of voor de boodschap? Mijn werk hoeft niet mooi te zijn. Het moeilijkste is de balans tussen schoonheid en boodschap. GUY ATAFO – 7
Wanneer ik een idee krijg, vorm ik een beeld in mijn hoofd. Dan volgt de boodschap die ik wil overbrengen en probeer ik dat op papier te zetten. Vroeger lukte me dat nooit exact. Nu nog ben ik nooit honderd procent tevreden van mijn eigen werk. Maar met mondjesmaat komt het eindresultaat meer en meer in de buurt van het oorspronkelijke beeld dat ik in mijn hoofd had. Dat andere mensen mijn tekeningen mooi vinden, vleit me, maar is zeker niet het ultieme doel. Wat is dan wel het ultieme doel? De boodschap moet overkomen. Ik wil de kinderen in Congo en andere ontwikkelingslanden vertegenwoordigen. Kinderen die in oorlog moeten leven of om een andere reden geen kansen krijgen, verdienen het toch ook om hun talenten te tonen?
Het weerzien met mijn vader voelde heel onwennig
Met Guys laatste tekening wil hij vooral zijn spirituele kant tonen.
Welke materialen gebruik je? Ik teken vooral met balpen. Ik denk dat je met de lege pennen gemakkelijk de Chinese Muur kan nabouwen. (lacht) Zoveel heb ik er al versleten. Ik blijf teruggrijpen naar de bic als simpel materiaal omdat ik dat in Congo ook gebruikte. Af en toe maak ik ook tekeningen in potlood, maar de laatste tijd ben ik me aan het verdiepen in digital painting. Daarbij werk ik via een tablet alles uit op de computer. De resultaten zijn helemaal anders dan wanneer je op papier werkt. Wat ik graag in de toekomst nog zou uitproberen is werken met olieverf. Dat heb ik nooit geleerd, helaas. Mijn grote voorbeeld, Claudy Khen, ook een Congolees kunstenaar, schildert met olieverf en dat ziet er prachtig uit. Merk je een evolutie in je werk? Uiteraard! Mijn stijl is enorm geëvolueerd. Terwijl ik vroeger veeleer stripachtige tekeningen maakte, probeer ik nu zo dicht mogelijk bij 3D-tekeningen te geraken. Nadat ik in België aangekomen was en het internet ontdekte, stuitte ik op kunstenaars van wie ik de stijl enorm waardeer. Her en der pik ik er de 8 – PORTRET
elementen uit die ik tof vind, en zo probeer ik mijn eigen stijl te ontwikkelen. Dat is natuurlijk een work in progress. Wat betekent tekenen precies voor jou? Tekenen is meer dan mijn identiteit. Wanneer ik me slecht voel, teken ik. Wanneer ik blij ben, teken ik. Het gaat zelfs zo ver dat wanneer ik over straat wandel, ik alles in lijnen zie. Op die manier word ik constant geïnspireerd om dingen te tekenen. Heb je toekomstplannen? Nu ben ik druk bezig met de voorbereiding van het slotevent van Faculty STARs op 15 mei. Wat ik extra leuk vind is dat elke STAR een kunstenaarsmeter of –peter krijgt om ons te begeleiden en voor te bereiden. Mijn meter is Lies van Weverberg, een kunstenares uit het Leuvense. Van haar heb ik al zoveel geleerd. Een ander project waar ik mee bezig ben is Lost Talent. Ik richtte het samen met een paar vrienden op. We zijn nog maar net gestart, maar de bedoeling
is om er een humanitaire vereniging van te maken die verschillende kunstenaars samenbrengt. We stampten al een kleinschalige kledinglijn Infected Youth uit de grond. Binnenkort verkopen we T-shirts met eigen tekeningen op. Met de opbrengst kunnen we dan nieuwe projecten aangaan. Het uiteindelijke doel is om kunstopleidingen te kunnen bieden aan kinderen die in oorlogsgebieden leven. En als je mag dromen, wat zou je dan graag bereiken? Ik ben heel ambitieus en heb nog zoveel dromen. Zo zou ik nog graag een kinderboek uitbrengen. Ik ben nu bezig met de voorbereiding van illustratie en tekst, dus die droom komt binnenkort uit. Ook hoop ik in de nabije toekomst een solotentoonstelling te kunnen organiseren. En als het er nog bij kan, wil ik wel een eigen stripreeks uitbrengen. Mijn eigen superheld kunnen verzinnen, graag!
FACULTY STARS STIMULEERT CREATIEVE STUDENTEN De KU Leuven organiseert dit academiejaar al voor de derde keer Faculty STARs. Dat is een wedstrijd die ondersteuning biedt aan de artistieke studenten die de KU Leuven rijk is. Zo krijgen ze de kans om hun eigen stijl verder te ontdekken. Uit de dertien faculteiten wordt telkens één Student Artist in Residence (STAR) gekozen die het hele jaar begeleid wordt door een kunstenaarsmeter of –peter uit het Leuvense. De creatievelingen zijn actief in fotografie, beeldende kunst, muziek, dans of performance.
Tekst & foto’s: Elisse Lenaars
Guys onontbeerlijke tools om een tekening te maken: een Wacom-tekentablet, zijn laptop en een hoofd vol inspiratie.
GUY ATAFO – 9
AFRIKAANSE KUNSTTENTOONSTELLING IN BERLIJN
‘DE ZIMBABWAANSE SCULPTUREN ZIJN VAN WERELDKLASSE’ De Friedrichstraβe wordt gekleurd door de internationale tentoonstelling Master Sculptors of Zimbabwe. Een cultureel project ter promotie van lokale beeldhouwers uit Zimbabwe. Alle aanwezige werken zijn te koop en prijzen variëren van 200 tot 6000 euro. ‘Wegens groot succes worden de sculpturen op verschillende locaties binnen Europa tentoongesteld. Niet alleen Duitsland, maar ook Denemarken, Oostenrijk en Finland kiezen voor Afrikaanse kunst’, vertelt medewerker Sebastian Goetz.
vond plaats in Spanje. We hadden geen idee of het ging werken in Europa. Het bleek echter een immens succes. Dit hele project werd uitgebreid tot 30 artiesten’, vertelt Sebastian. Tot op vandaag gebruiken de lokale beeldhouwers uit Zimbabwe de Springstone en Opal Stone uit het Nyangagebergte. Deze stenen zijn rijk aan ijzer en magnesium, ideaal voor beeldhouwtechnieken.
D
e vader van de moderne beeldsculpturen uit Zimbabwe is de lokale wegenwerker Joram Mariga. Hij was verantwoordelijk voor de ontruiming van stenen in de Nyangabergen in het Oosten van Zimbabwe. Met een slijptoestel werden de wegen geëffend om schade aan autobanden te beperken en zo ook de doorgang van trucks te vergemakkelijken. Op een regenachtige dag ontdekte Joram dat door de wrijving van de machine de stenen onder hem gepolijst werden. Hierdoor onthulden de stenen prachtige kleurnuances. Hij gebruikte zijn toevallige vondst in eerste instantie om kleine gebruiksvoorwerpen als keukengerei te maken. Later ontdekt hij de mogelijkheden om kunstvoorwerpen te creëren. Dieren betekenen veel voor de Zimbabwaanse
‘Dit hele project startte in 2004 met 9 artiesten afkomstig uit Zimbabwe. Onze eerste tentoonstelling
10 – REPORTAGE
bevolking. Deze uil is iemand zijn totem.
DE ZIEL
De Shonacultuur, een gemeenschap in Zimbabwe, gelooft dat bij het overlijden van een familielid de ziel doelloos rondzwerft. De ziel van de overledene is als het ware dakloos. Pas op het ogenblik dat de nabestaanden herkenning geven aan de ziel, kan de dode in het hiernamaals rust vinden. Omwille van deze geloofsovertuiging is het niet verwonderlijk dat het merendeel van de beeldhouwwerken bestaat uit gezichten. ‘Als je gezichten ziet, denk je aan identiteit en dit is echt een thema dat de artiesten nauw aan het hart ligt. Ook de cultuur en traditie zijn een grote inspiratiebron’, zegt Sebastian. Sylvester Mubayi, een van de kunstenaars, is een voorstander van gedetailleerde vormgeving. Hij gebruikt duidelijke gezichtsuitdrukkingen en gladde omlijningen die het beeld tot leven brengen. De aandacht gaat hier vooral uit naar de gladheid en het kleurpalet van de steen.
Andere beeldhouwers als Mike Munyaradzi kiezen echter voor een uitdrukkingsloze sculptuur. Vage contourlijnen en vlakke gezichten maken het beeld mysterieuzer. Het object leent zich tot een persoonlijkere invulling en zet aan tot nadenken. Wat ze echter beiden gemeen hebben is de verwijzing naar de overleden voorvaderen.
TOTEM
Daarnaast is er ook aandacht voor de natuur. Zo zijn er subtiele verwijzingen naar bomen en bladeren of bestaat het werk geheel uit een dier, van vogels en uilen tot olifanten en neushoorns. De dieren vertegenwoordigen vaak een totem of beschermer van de familie. Elk persoon uit de Shonatraditie wordt geboren met een totem. Indien deze bestaat uit een dier is het niet toegelaten om op dit dier in kwestie te gaan jagen. Indien je je toch waagt aan het vlees van je totem, ben je voorgoed vervloekt en verander je zelf in het dier.
Sebastian Goetz is de enthousiaste medewerker van Master Sculptors of Zimbabwe.
BERLIJN – 11
Gezichten verwijzen naar identiteit. Dit onderwerp ligt de artiesten nauw aan het hart.
LOKALE ERKENNING
De grootste doelstelling van deze tentoonstelling is de opleving van de Zimbabwaanse beeldhouwkunst. Ondanks de internationale bekendheid blijven de kunstenaars lokaal onbekend. De oorzaak ligt bij de mentaliteit van de bevolking, die haar artiesten niet wil erkennen. Als deze geen bewijs van vaardigheden kunnen voorleggen, is het voor hen heel moeilijk om te concurreren op de lokale markt. The National Arts Council of Zimbabwe heeft drie maatregelen genomen om de erkenning te bevorderen. Verschillende kunstinstellingen startten met een lobbygroep om de verkoop bij de lokale bevolking te stimuleren. Verder is er een beleid dat overheidsinstellingen verplicht om lokale werken in hun overheidsgebouwen tentoon te stellen. En tot slot reikt men sinds 2002 prijzen uit voor bijzondere artiesten.
WORKSHOPS
Om te voldoen aan de Europese vraag enerzijds en de overlevering van de Afrikaanse culturele identiteit anderzijds startte Zimbabwe met workshops. Jongens en meisjes worden opgeleid tot beeldhouwers. Ze leren over de verschillende steensoorten, materialen en technieken in de praktijk. Dit initiatief maakt jongeren bewust van de lokale kunst die niet moet onderdoen voor Europese beeldhouwwerken. ‘We zijn positief over de toekomst. Wat mij betreft moeten de werken niet onderdoen aan de Westerse kunsten. De Zimbabwaanse sculpturen zijn van wereldklasse’, verdedigt Sebastian. Wie graag met eigen ogen de tentoonstelling Master Sculptors of Zimbabwe ziet, moet naar de Friedrichstraβe 134, 10117 Berlijn. Blijf je liever thuis, dan kan je alsnog genieten van de sculpturen op de website www.friendsforeverzimbabwe.com voor meer informatie en verkoop. Tekst: Julie Van den Driesschen Foto’s: Elisse Lenaars
12 – REPORTAGE
BERLIJN – 13
NIEKI CYPRIEN VAN HET VLAAMS AFRIKAANS HUIS IN MECHELEN ONTGOOCHELD OVER HET HUIDIGE CONGO
‘OVERAL WAAR ER GEWERKT WORDT, ZIJN ER CHINEZEN’ Nieki Cyprien is net terug uit Congo waar hij tot zijn eenentwintigste woonde. Hij zit voor een ice-tea in zijn stamcafé De Gouden Vis en deelt zijn ervaringen over zijn geboorteland en de Chinese invasie in Afrika. De Belg met Congolese roots is de oprichter van MAMA, Het Vlaams Afrikaans huis, een info- en steunpunt voor alle Afrikanen in Mechelen.
Je bent net terug uit Congo, hoe was de reis? Heerlijk warm! (lacht) Ik begeleid in Congo een bouwproject voor een lagere school. Ook mijn familie woont nog altijd in Congo. Ik heb helaas de tijd niet gehad om hen allemaal te gaan bezoeken.
China is dé aanbieder voor nieuwe technologie Wat bracht je naar Europa? Op mijn 21 heb ik beslist om afscheid te nemen van mijn geboorteland. Ik wilde gaan studeren en koos voor Nederland. Ik kende een oom die daar woonde. De Nederlanders zijn zeer open en sociaal, waardoor ik mij onmiddellijk thuis voelde. Ik leerde hier mijn toekomstige vrouw kennen. Zij sprak vloeiend Nederlands, maar heeft net zoals ik Congolese roots. Waarom de keuze om naar België te komen? Nederland was leuk, maar we konden weinig of niet Frans spreken. Op een gegeven moment kreeg je als tweetalige in België meer reactie op openstaande vacatures. Daarom beslisten we om te verhuizen naar Mechelen. Ik vond al snel een job in de verzekeringswereld en daarna in de telecommunicatie VOO in 14 – PORTRET
Brussel. Een andere reden waarom we België verkiezen boven Nederland is de geschiedenis die het land heeft met Congo. Hoe kijk je terug op het kolonialisme? Het kolonialisme was voor niemand een goede zaak. Ik ga er vanuit dat er in alles positieve en negatieve aspecten zijn. Zo is het positief voor de Congolezen dat zij dankzij België zich hebben kunnen ontwikkelen in het onderwijs en de gezondheidszorg. Het land had nood aan ontwikkeling. Ik betreur het trouwens dat de Belgische overheid niet langer efficiënt steun en hulp verleent aan Congo. Ik ken de problematiek daar en we kunnen beter iets doen. Alleen zijn de feiten nu wel wat veranderd met de komst van China. Is China stapsgewijs Congo en andere gebieden in Afrika aan het veroveren? Kijk, de infrastructuren in Congo zijn onderontwikkeld. Alles heeft nood aan heropbouw, vooral machines en technologie. China is de aanbieder voor nieuwe technologie. Zo bouwen zij nieuwe overheidsinstellingen, ziekenhuizen en wegen. Op het eerste zicht lijkt dit allemaal onschuldig en goed voor de Congolezen, maar er is een kanttekening. Overal waar er gewerkt wordt in Congo zijn er Chinezen aanwezig. Het zijn dus vooral de Chinezen zelf die arbeid verrichten. We spreken slechts over een fractie van werkende Congolezen. Dat is een slechte zaak voor de economie. Vindt u het een goede zaak dat China aanwezig is? Het is te betreuren dat ze vooral in de mijnen werken. Want waar draait het uiteindelijk altijd om? De grondstoffen. Dan zijn er nog de dubieuze contrac-
Nieki Cyprien: ‘Alles wat in Congo te zien is, is gebaseerd op een Belgisch model.’
NIEKI CYPRIEN– 15
ten. Deze spreken alleen maar in het voordeel van China. De lokale bevolking wordt gewoonweg niet betrokken bij de contracten. Hierbij moet je goed beseffen dat de werkloosheid in Congo liefst 90 procent bedraagt. De Congolezen laten te gemakkelijk over zich heen lopen. Dit doen ze niet opzettelijk, maar uit traditie van openhartig mensen te ontvangen.
De werkloosheid in Congo bedraagt liefst 90 procent Wonen er nog Belgen in Congo? Jazeker. Als ik mij niet vergis zijn er momenteel 5.000 Belgen ingeschreven in de ambassade. Maar ook mensen uit Pakistan, Nigeria, Libanon, India en Angola zijn vaak voorkomende nationaliteiten. Je zou kunnen zeggen dat Congo cultureel groeit naar Zuid-Afrika. Het is moeilijk om de ‘echte’ Congolezen te onderscheiden. Is Congo gevaarlijk? Het is te zien hoe je naar Congo kijkt. Oost-Congo is een conflictgebied met de grens van Uganda, Rwanda en Burundi. Deze zijn betrokken in een soort van grondstoffenoorlog. Die iPad moet namelijk gemaakt worden zie je. (lacht) De rest van Congo is relatief veilig. Kinderen gaan er normaal naar school. Er heerst geen gevaar. De stad Muanda aan de kust is het veiligst. Een zeer toeristisch gebied. Hoe ziet een normale Congolese dag eruit? Het model dat wij in Congo kennen is een Belgisch model. We pakken het wel op een andere manier aan. We houden rekening met de cultuur van de lokale bevolking. Maar alles wat er te zien is, is Belgisch. Het is alleen jammer dat dit niet weerspiegeld wordt in de bevolkingslagen. Zo is 70 procent van de Congolezen arm, slechts 25 procent middenklasse en 5 procent immens rijk. Deze laatste groep zijn dan vooral zakenmannen en politici. Is er corruptie in de politiek? Er is nog altijd veel corruptie tijdens de verkiezingen. Er is stemrecht in Congo en iedereen die kan, zal gaan stemmen. Omdat ze willen dat de dingen 16 – PORTRET
Nieki (links) aan het werk in Congo voor de bouw van een lagere school.
veranderen. Wat er echter gebeurt met de stembiljetten is de grote vraag. Ook hier zou België een rol kunnen spelen als toezichthouder van de democratie. Jammer genoeg hebben wij politici in België die de corruptie steunen om aan de macht te blijven. Je hebt overal corruptie, maar je moet natuurlijk je eigen volk steunen om vooruit te komen. Wat mis je het meest uit Congo? De warmte. Als geboren Afrikaan verkies ik de zon. (lacht) Maar ik mis ook de warmte op menselijk vlak. De Congolezen zijn zeer open, maar dat speelt vandaag in hun nadeel. Verschillende Congolezen worden uit Kinshasa weggejaagd, ook diegenen die in orde waren met de papieren. Desondanks blijven zij positief. Het zijn hardere mensen. Hoeveel Congolezen wonen er vandaag in Mechelen? Ik schat ongeveer 2.000 Congolezen. Wij zijn de tweede grootste gemeenschap na de Marokkanen in Mechelen. De Marokkanen tellen zo’n 10 procent van de Mechelaars. We wonen verspreid, niet in wijken. Want het is niet goed om mensen met dezelfde herkomst in een hoekje te duwen. Dat vertraagt de integratie en zorgt voor problemen binnen de gemeenschap zelf.
Wat is het Afrikahuis? De naam van ons huis is MAMA, dat staat voor Maison Africain de Malines. MAMA is gekozen door onze Vlaamse vrijwilligers. Het is een huis om Afrikanen te informeren. Iedereen afkomstig uit Zwart Afrika is er welkom. We openen wekelijks op vrijdag onze deuren voor het verlenen van informatie of organiseren van evenementen. Je zou het kunnen beschrijven als een infopunt voor autochtonen die meer informatie willen over de Afrikaanse cultuur. Als je in contact wil komen met Afrikaanse verenigingen ben je altijd welkom.
Mechelen is mijn nieuwe thuis Krijgen jullie subsidies? Nog niet. Het cultuurbeleid in Mechelen is sinds kort iets strenger geworden, waardoor wij niet in aanmerking komen voor subsidies. We mogen wel gebruik maken van kanalen zoals Uit in Mechelen, maar krijgen geen financiële ondersteuning. Wij mogen tegen een kleine vergoeding faciliteiten van het Koraal huis gebruiken.. Het is een soort kantoortje dat helaas niet voldoet aan onze verwachtingen. Wat wij
willen is een echt huis dat dagelijks open is voor een gezellige babbel, workshops, concerten en gospels. Een druk theehuis waar iedereen welkom is. Doet Mechelen stad voldoende voor de integratie van Afrikanen? Er bestaat een kanaal Prisma waar Afrikanen Nederlands kunnen leren. De taal alleen is natuurlijk niet voldoende. Prisma alleen kan niet garanderen dat de integratie van een bepaalde doelgroep goed verloopt. We hebben nood aan mensen en structuren die samenwerken met Prisma op een meer efficiëntere manier. De stad verleent al haar financiële middelen aan Prisma en denkt hiermee de oplossing te hebben gevonden. Wat zij vergeten is dat wij ook aanbieders zijn van Nederlandse lessen en meer. Gewoon een grotere locatie zou als een stap dichter zijn in de goede richting voor stad Mechelen. Weten de Afrikaanse Mechelaars van het bestaan van het Afrikahuis? Ze kennen het bestaan, maar een culturele plek die uitsluitend open is op vrijdag zal niet veel bezocht worden natuurlijk. Velen onder hen hebben ook een beperkte mobiliteit. We gaan meestal eerst naar hen
Nieki (links): ‘In België mis ik vooral de warmte op menselijk vlak. Congolezen zijn zeer open en hartelijke mensen.’
NIEKI CYPRIEN – 17
toe om hen bewust te maken van onze faciliteiten. Zo kunnen we hen doorverwijzen naar de juiste instelling of hulp verlenen waar nodig. Wat is de toekomst van het huis? De toekomst moet je alsmaar groter zien. De toekomst van Mechelen ligt in handen van de Mechelaars. Wie is dé Mechelaar? Iedereen die hier woont, leeft en werkt. Het Afrikahuis zal in de toekomst meer leden moeten hebben van verschillende herkomst. Onze naam is MAMA en het is de rol van een goede mama om haar kinderen samen te brengen en te helpen bij de opvoeding. Dat is wat we willen bereiken.
Nieki en zijn collega’s aan het vergaderen in het Afrikahuis.
Ik betreur dat de Belgische overheid niet langer steun en hulp verleent aan Congo Wie steunt het project? Binnen de Afrikaanse gemeenschap ondersteunt iedereen het project. Helaas is het financieel soms moeilijk haalbaar. We hebben soms donaties gevraagd aan de Mechelaars, maar we verzamelden maar 300 euro. Dit is natuurlijk niet voldoende. Ook het uitblijven van steun vanuit stad Mechelen maakt het moeilijker om ons project uit te breiden. Gelukkig krijgen we steun van de Kerk in Mechelen voor de verhuring van het lokaal.
Elke vrijdag komen Mechelaars, al dan niet afkomstig uit Congo, samen.
Is België je nieuwe thuis? Mechelen is mijn thuis. Ik ben nog niet overal in België geweest, uitsluitend in de grote steden zoals Namen, Charleroi en Brussel. Mechelen is echt een metropool geworden. Ik blijf Congolees, maar ben een enthousiaste Mechelaar die klaarstaat voor zijn stad.
Tekst & foto’s: Julie Van den Driesschen & Nieki Cyprien 18 – PORTRET
MET OF ZONDER BELGIË: PROBLEMATIEK IN CONGO BLIJFT
infografiek: Elisse Lenaars INFOGRAFIEK – 19
Afrikaans voor beginners Die afrikaans is ’n pragtige taal, nie? Het Zuid-Afrikaans is een dochtertaal van het Nederlands. Ze wordt beïnvloed door onder andere het Engels, Frans, Portugees en Maleis en is een echte mengelmoes van talen.
H
et Afrikaans mag dan gezellig klinken, de geschiedenis doet anders vermoeden. Het is de taal van de bezetter. De Nieuwnederlanders, Belgische en Nederlandse kolonisten, zetten in de zeventiende eeuw voor het eerst voet aan wal in Zuid-Afrika. Daarna volgen de Engelsen, die het land zullen koloniseren. De spanning tussen de oorspronkelijke Afrikaners, oftewel Boeren, en de Britten loopt hoog op en uit zich in de Boerenoorlogen. De Boeren vechten voor het behoud van hun taal en tradities, maar zullen uiteindelijk verliezen. Pas in 1925 wordt het Afrikaans erkend als één van de officiële talen van Zuid-Afrika. Officieel spreekt men elf talen in Zuid-Afrika. Het Afrikaans wordt er door 13,5 procent van de inwoners gesproken.
Het is onmogelijk om alle aspecten van het prachtige Afrikaans te belichten, maar met deze snelcursus kan u vast al even verder. De persoonlijke voornaamwoorden verschillen niet zoveel van degene die wij kennen: ek, jy, hy en sy, ons, julle en hulle. De werkwoorden worden nauwelijks vervoegd. In alle tijden, behalve de onvoltooid verleden tijd, gebruikt men enkel de stam van het werkwoord. Bij voltooide deelwoorden gebruikt men het hulpwerkwoord hebben, dat in alle vormen ‘het’ wordt, en het voorvoegsel ‘ge’. Een voorbeeld: ik heb gegeten wordt in het Afrikaans ek het geëet. In het Afrikaans gebruikt men de dubbele ontkenning. Een voorbeeld: ek het nie geëet nie. Asseblief, nou het jy wat by geleer.
EK VERNEEM graag van jou
Bruno Neuville leest Haai Karoo van Etienne Van Eerden, een Afrikaans schrijver.
Bruno Neuville, docent aan de Thomas More Hogeschool in Mechelen, is niet alleen groot liefhebber van de Afrikaanse taal, maar ook van poëzie. Hij waagde zich dan ook al meermaals aan het dichterschap. In 2011 verscheen van hem de dichtbundel In de Gang der Dingen waarin thematieken worden aangegaan als afscheid en afstand, verlies en vertrek. Het Nederlands, Frans, Engels en zelfs het Afrikaans: Neuville durft zich in elke taal uit te drukken. 20 – AFRIKAANS
dat die maan verskyn ook aan die anderkant van die bol en ek is seker dat jy ook kyk ons saam so te sê en ons weet seker dat afstand lug is lekker ons nie skei nie. door Bruno Neuville
LAAT JE NIET MISLEIDEN DOOR DEZE ZUID-AFRIKAANSE WOORDEN Voor Nederlandstaligen lijkt het misschien gemakkelijk om het Afrikaans te begrijpen, maar let toch op voor deze misleidende woorden: 1. hoërskool Een hoërskool is geen plek waar je een volleerd meisje van plezier kan worden, maar waar middelbare scholieren hun kennis opdoen. Tikkeltje misleidend, die eerste vier letters, misschien. In dezelfde stijl kom je ook nog kaalgat (naakt), rukkie (een poosje) en aftrekplek (parkeerplaats langs de snelweg) tegen. 2. bollemakiesie Antwerpenaars zouden dit nog kunnen verwarren met een ‘boeleke’ maken, oftewel een baby’tje maken. Maar niets is minder waar. Letterlijk vertaald betekent bollemakiesie een bolletje maken. In het gangbaar Nederlands bedoelen we dus een koprol. En een koprol maken heeft niet zoveel met kindjes te maken … 3. broeikasbaba ‘Ek was ’n broeikasbaba.’ Al enig idee? Een kleine tip: baba betekent baby. Voor de verduidelijking: ik ben geen dochter van landbouwers. Een kas wordt gebruikt om onvolgroeide planten in een beschermde
omgeving te kweken. Net zoals we een couveuse gebruiken om onvolgroeide baby’s veilig groot te brengen. Toch niet zo raar hé, de afleidingen die Afrikanen maken? 4. verneukbeentje Neuk in het Afrikaans betekent zoveel als stoot. Het Algemeen Nederlands voor een verneukbeentje is het telefoonbotje. Dat doet waarschijnlijk geen belletje rinkelen. Het telefoonbotje is het bot op het puntje van je elleboog. Het wordt zo genoemd omdat wanneer je je verneukbeentje ergens aan stoot er een korte, hevige pijnscheut door je schiet, die vergelijkbaar zou zijn met de elektrische schok die door de draden van een telefoon gaan. 5. amperbroekie Officieel is amperbroekie geen Afrikaans woord. Reclamemakers van Knorr kwamen ermee op de proppen voor een tv-reclame over wereldgerechten, maar eigenlijk wordt amperbroekie alleen gebruikt als graptaal. Het woord zou tangaslipje betekenen, maar Afrikanen noemen het gewoon een g-string. In sommige streken wordt het wel eens deurtrekkertjie genoemd.
Tekst & foto’s: Elisse Lenaars ZUID-AFRIKAANSE WOORDEN – 21
Een tweede leven voor het Afrikamuseum Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika (KMMA), kortweg het Afrikamuseum, doet na 115 jaar de boeken toe. Of toch tijdelijk. Het museum sluit de deuren voor drie jaar omdat het hoog tijd is voor een grondige renovatie van zowel de infrastructuur als de verouderde collectie. Zo wil het KMMA zich een jonger imago aanmeten en inspelen op de tendens van interactiviteit.
VAN KOLONIËNPALEIS TOT KMMA
De lange geschiedenis van het Afrikamuseum begint bij Koning Leopold II die er destijds van overtuigd was dat België baat heeft bij de kolonisatie van Congo. Omdat hij de Belgische bevolking wil laten meegenieten van de ontwikkelingswerken die in Congo gaande zijn, besluit hij in 1897 het Koloniënpaleis in Tervuren te laten bouwen. Tijdens dat jaar vindt de Wereldtentoonstelling plaats in België en die staat volledig in het teken van de toenmalige kolonie Congo. De tentoonstelling kent een gigantisch succes dankzij de imposante collectie import- en exportproducten uit Congo en een selectie opgezette dieren. In 1898 besluit Koning Leopold II er dan ook een permanente expositie van te maken onder de noemer Congomuseum. Na de onafhankelijkheid van Congo in 1960 wordt het museum omgedoopt tot het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika. In 2006 worden de plannen voor 22 – REPORTAGE
een renovatie goedgekeurd door de federale ministerraad en op 1 december 2013 sluit het Afrikamuseum – tijdelijk – de deuren.
Onze topstukken zijn op wereldreis INTERDISCIPLINAIR MUSEUM
Het diensthoofd Communicatie van de KMMA, Kristien Opstaele, legt uit waarom de renovatie van het museum zo belangrijk is. ‘Zowel de infrastructuur van het gebouw als de permanente collectie zijn niet meer up-to-date. De gebouwen van het Koninklijk Museum zijn een beschermd monument, maar zijn totaal verouderd. Renovatie is dus echt nodig. We willen af van het koloniale karakter van het museum door meer te focussen op hedendaags Afrika en er een interdisciplinair museum van te maken.’ De Regie Der Gebouwen is eigenaar van het gebouw. Die beheert
dus de renovatie, al beslissen de verschillende teams van het KMMA natuurlijk mee wat er precies gebeurt. Kostprijs van het hele renovatieproject: zo’n 66,5 miljoen euro. Dat is niet niks, maar er staat dan ook veel op de planning.
ONDERGRONDSE GALERIJ
Allereerst wordt het bestaande gebouw volledig onder handen genomen. Na meer dan 50 jaar intensief gebruik vertoont het museum een aantal gebreken. De muren vol wandschilderingen en tierlantijntjes zijn dringend aan restauratie toe.
Ook zal de site worden uitgebreid. Het masterplan ziet er veelbelovend uit. De graafwerken voor een groots nieuw onthaalpaviljoen en een ondergrondse galerij die het paviljoen met het museum verbindt, zijn reeds gestart. Ten slotte is er ook inhoudelijk werk aan de winkel. Een nieuwe permanente collectie moet
Het park van het museum ligt er verlaten bij tijdens de werken.
Onze samenleving is veel multicultureler geworden: grenzen bestaan niet meer ervoor zorgen dat het museum weer mee is met zijn tijd en ook het hedendaagse Afrika in kaart wordt gebracht. Min De Meersman staat in voor het departement Educatie en Cultuur. ‘Het renovatieteam bestaat uit een grote groep mensen die telkens verantwoordelijk zijn voor een klein deel van het hele project. Ik zit mee in het renovatieteam voor de permanente opstelling van de nieuwe tentoonstelling. Het was aan ons om de rode draad te bepalen, de verhaallijn die we willen brengen in het vernieuwde museum. Vroeger was de collectie opgedeeld per discipline, terwijl we nu met één thema per zaal werken. Zo zal er bijvoorbeeld een
zaal zijn die zich toespitst op de Centraal-Afrikaanse samenlevingen. Je ontdekt al wandelend door de zaal de verschillende facetten van die samenlevingen. Er zullen onder meer informatieve teksten over het migratieproces te vinden zijn, maar ook een black box met filmmateriaal en populaire schilderkunst aan de muur die reflecteert over de samenlevingen. Dat zorgt voor een gevoel van eenheid. Waar we ook mee gaan werken, zijn doe-ruimtes in de zalen. Hoekjes die speciaal worden ingericht om workshops te geven en zelf dingen te kunnen doen. Zo willen we het museum interactiever maken.’
OP REIS ROND DE WERELD
Zo’n gigantisch renovatieproject, allemaal goed en wel. Maar de huidige collectiestukken moeten ook ergens heen. Het gebouw moest immers helemaal leeggehaald en gestript worden. Opstaele vindt het er maar gek uitzien, zo’n leeg museum. ‘Onze permanente collectie hebben we ondergebracht op verschillende plaatsen. Het Wetenschappelijk Instituut omvat 7 gebouwen. De helft is voor de tak Voedselveiligheid, de andere helft voor ons. Zo’n 80% van onze collectie moest eruit, dus hebben we een ruimte gehuurd om deze onder te brengen.’ Voor de grootste stuk-
Achter de hekken graven werkmannen het nieuwe onthaalpaviljoen en de ondergrondse galerij.
AFRIKAMUSEUM – 23
ken was echter geen plaats meer. Gelukkig mogen deze eye-catchers zeker gezien worden, dus ging het museum op zoek naar andere musea die de topstukken wilden tentoonstellen zonder daarvoor bruikleenhuur te moeten betalen. Een echte win-winsituatie dus. Het KMMA moet niet op zoek gaan naar ruimtes die groot genoeg zijn voor de stukken en andere musea hebben er tijdelijk een topstuk bij. ‘Uit praktische overwegingen is dit de beste oplossing. Onze topstukken zijn op reis over de hele wereld. Er is een erg impressionant Afrikaans masker op vakantie naar Amerika, maar ook dichter bij huis vind je nog een stukje van het Afrikamuseum. De grote olifant vind je in Technopolis in Mechelen.’
POP-UP
Tijdens de sluiting wil het KMMA zoveel mogelijk activiteiten verder zetten en plaats bieden aan nieuwe initiatieven. Dat doet het in zowel binnen- als buitenland. Volwassenen vinden zeker hun gading in het aangeboden pop-upprogramma. De Meersman vertelt wat het programma precies inhoudt. ‘We zijn
De olifant, boegbeeld van het Afrikamuseum, is een cadeautje van chocoladefabrikant Côte d’Or.
in maart gestart met het aanbieden van sitewandelingen in Tervuren. Dat is een gegidste wandeling waarbij de groep letterlijk van het verleden naar de toekomst wandelt. We beginnen aan het Koloniënpaleis, waar het Afrikamuseum zijn oorsprong vindt, en eindigen bij de werf. Daar krijgen de bezoekers uitleg over het nieuwe museum. We proberen hen zo goed mogelijk te informeren over alles wat er momenteel aan de gang is.’ Op deze manier wil het KMMA de balans opmaken tussen de band met Congo 100 jaar geleden en de band met Congo nu. ‘Uiteraard is alles veranderd. Vroeger ging men vanuit het Westen de wereld ontdekken en beschaven naar hun normen. De grenzen werden doorbroken van Noord naar Zuid. Nu, 100 jaar later, is onze samenleving veel multicultureler geworden. Grenzen bestaan niet meer. Het Afrika dat voorgesteld werd in ons museum, is niet meer. Er stonden stukken in onze collectie die totaal verouderd waren, wat een heel vertekend beeld gaf. Met de nieuwe tentoonstelling willen we het huidige Afrika meer aan bod laten komen terwijl we het kolonialisme wat meer naar de achtergrond verschuiven. Ook zetten we veel meer in op communicatie met Afrikanen. We betrekken hen in de voorbereiding van de nieuwe tentoonstelling en ze helpen ons met het opzetten van de pop-upactiviteiten.’
Min De Meersman, lid van het renovatieteam, werkt hard aan de nieuwe permanente collectie van het museum.
24 – REPORTAGE
Naast sitewandelingen kan je ook een kijkje nemen achter de muren van het instituut. Wat veel mensen niet weten, is dat het KMMA ook achter de schermen
heel actief bezig is met wetenschappelijk onderzoek. En dat onderzoek gaat gewoon door, ook al is het museum gesloten. Het Afrikamuseum geeft zijn publiek de kans om verschillende onderzoekers te ontmoeten en hen vragen te stellen.
BELVUE EN BOZAR
‘We werken ook nauw samen met onze partnerinstellingen. Het BELvue museum en het Paleis voor Schone Kunsten (BOZAR) in Brussel gingen in zee met het KMMA. In het BELvue museum maak je een wandeling door het hartje van Brussel. Je vertrekt aan het BELvue museum, waar je uitleg krijgt over de Tweede Wereldoorlog en de koloniale periode. Daarna wandel je verder door de stad, en aan de hand van de gebouwen die je tegenkomt, kan je heel het verhaal van de kolonisering opbouwen. De wandeling eindigt aan de rand van de Matongéwijk, waar meer informatie wordt gegeven over de Afrikaanse aanwezigheid nu in Brussel. In de wijk vind je onder andere een gigantische wandschildering die gemaakt is door Congolees kunstenaar Chéri Samba. Je kan er ook voor kiezen om de wandeling te starten aan L’Horloge Du Sud, een Afrikaans cultureel eetcafé. Dat ligt aan de grens van de Matongéwijk. Op die manier maak je een reis door de tijd waarbij je vertrekt uit het heden,’ zo vervolgt De Meersman. In BOZAR worden ontmoetingen georganiseerd met experts. In Foyer 1 staat een installatie die om de 8 maanden veranderd wordt en waar groepen lezingen kunnen volgen die gegeven worden door wetenschappers. De huidige installatie bevat alle publicaties die het museum ooit gehad heeft. Dat zijn er meer dan 1600. Zo wordt duidelijk hoe actief het museum al die jaren is geweest in alle verschillende disciplines. De volgende installatie zou er bijvoorbeeld één kunnen zijn met al het foto- en filmmateriaal dat het museum over de jaren heeft vergaard. Ten slotte worden ook de kinderen niet vergeten. Door workshops aan scholen te organiseren in BOZAR, het BELvue museum en het Museum voor Natuurwetenschappen probeert het KMMA zo’n 60.000 kinderen te bereiken.
EYECATCHERS OP WERELDREIS De topstukken uit het Afrikamuseum zijn nu verspreid over de hele wereld. Maar waar vind je wat nu precies? » In Technopolis in Mechelen vind je de Congolese olifant. Hij is het grootste pronkstuk dat de KMMA bezit. In 1958 werd de olifant naar België gehaald voor de wereldtentoonstelling en sindsdien heeft hij het land niet meer verlaten. De slagtanden alleen wegen elk zo’n 40 kilogram, waardoor het dier in 2001 al eens gerestaureerd moest worden. Door het zware gewicht begon de kop van de olifant naar beneden te zakken en de huid door te scheuren. » In het Legermuseum in Brussel kan je de 22,5 meter lange prauw bezichtigen. De kano weegt ongeveer 3500 kilogram en is vervaardigd uit één stuk hout. Koning Leopold II gebruikte hem tijdens zijn bezoek aan Congo in 1957. » De opgezette giraf, die voorheen te pronken stond in de inkomhal van het Afrikamuseum, kan je nu bewonderen in Autoworld in Brussel. Het beest is wel 4 meter hoog. Het was dus geen sinecure om hem heelhuids over te brengen. » Het Musical Instrument Museum in Arizona leende meer dan 100 muziekinstrumenten. Je kan ze nog tot 2020 bezichtigen in de permanente tentoonstelling. » 74 Afrikaanse maskers en andere topstukken liggen nog tot juli 2014 op je te wachten in Musée Dapper in Parijs. De tentoonstelling Initiés toont de Afrikaanse rituelen die plaatsvinden bij belangrijke momenten in het leven zoals geboorte, dood en het volwassen worden.
Tekst & foto’s: Elisse Lenaars AFRIKAMUSEUM – 25
WIE IS MARC GILLIS?
M
arc Gillis won in 2004 de prijs voor beste wijnproever van het jaar. Hij bezit een geldig diploma wijnkunde en likeurstokerij, maar noemt zichzelf desondanks een amateurproever. ‘Vanaf mijn 15 jaar begon ik met het verzamelen van wijnetiketten. Mijn hobby werd mijn passie en tot op vandaag ben ik dagelijks bezig met wijn.’ Het is Marc zijn ambitie om mensen te laten kennismaken met verschillende wijnen uit de hele wereld. Dit doet hij aan de hand van een eigen magazine Jéroboam. Niet alleen recensies, maar ook kritische opiniestukken krijgen een plaats. ‘Ik laat de lezer kennismaken met misbruiken in de wijnwereld. Zo ontdekte ik in de handel een identieke wijn met verschillend etiket en prijs. Toch blijft de essentie om de lezer te laten genieten van wijn.’ ‘Het is verkeerd om te denken dat alleen de Franse wijnen behoren tot wereldniveau. Ik ken verschillende Spaanse, Chileense of Afrikaanse wijnen die beter scoren dan de gemiddelde Bourgogne.’
Marc: ‘Ik ben dagelijks bezig met wijn.’
LEER WIJNPROEVEN ALS EEN PROFESSIONAL Het gebeurt wel eens vaker. Je bent aan het lachen met vrienden op restaurant, tot de kelner aan jou vraagt om de wijn voor te proeven. Je wil natuurlijk niet onderdoen in het bijzijn van je vrienden en gaat ervoor! Maar hoe moet je nu juist wijn proeven? Met deze tips van Marc Gillis leer je wijnproeven als een professional.
het een oude topper is. Herken je echter bruintinten, moet je alarmeren. Deze wijn moet nu gedronken worden of is niet langer drinkbaar.
Stap 1 Hou je glas lichtjes schuin op een witte ondergrond en analyseer de kleur. Als je paarse nuances kan herkennen, spreken we over een jonge wijn. Zie je eerder oranjetinten dan mag je zeker zijn dat
Stap 3 Tijd om te proeven. Neem een kleine slok wijn en draai met de wijn in de mond. Slik dan rustig de wijn door. Proef je geen scherpe of kurkachtige smaken kan de kelner bijschenken.
26 – RECENSIE
Stap 2 Wals een paar keer met de wijn om het aroma te laten vrijkomen. Vervolgens doe je de neus in het glas. Het is nu de bedoeling om intens de wijn te ruiken.
Drie verrassende wijnen uit Afrika
Frankrijk is niet langer de bakermat van de wijn. Ook andere landen en continenten hebben een uniek wijnaanbod. Speciaal voor ons magazine selecteerde Marc drie Afrikaanse wijnen.
BOULAOUANE DU MAROC Te verkrijgen bij Carrefour € 4,25
KANONKOP Te verkrijgen bij Carrefour € 8,86
THE UNISKRAAL Te verkrijgen bij Magnus Kontich € 5,80
Dit is Marokkaanse wijn uit de regio Doukallas ten zuiden van Casablanca. De druivensoort die men gebruikt is Cabarnet Sauvignon en Merlot. De kleur van deze wijn is kersrood met een robijnrode rand. Hieruit kan je al afleiden dat het gaat om een jonge wijn. Je proeft weinig tannines, waardoor het accent op het fruit ligt. Dit is een toegankelijke wijn die niet hoeft te liggen. Ideaal te combineren met een lichte pasta of stukje rood vlees. Prijs/kwaliteit is dit een topper.
Deze wijn komt uit Zuid-Afrika, meer bepaald uit de regio Stellenbosch. De druiven zijn een diverse mengeling van Pinotage (57 procent), Cabarnet (26 procent), Merlot (14 procent) en Cabarnet Franc (3 procent). De druiven hebben minstens 12 maanden kunnen rijpen in vaten van Franse eik. Onmiddellijk bij het uitschenken zie je een mooie concentratie van de wijn. De kleur doet denken aan granaatappel. In de neus ruik je aardbei en rode vruchten. In de mond proeft de wijn zeer fluweelachtig met een stevig karakter, maar mooi in balans met de fruitsmaak. Deze wijn is complexer en ideaal voor bij lamsvlees, hazenrug of hinde.
Dit is een dessertwijn afkomstig uit de Coastal Region in Afrika. Dit is een streek met een relatief fris klimaat en met een zandbodem die weinig of niet opwarmt. Soms is er zelfs een lichte sneeuwval waardoor de wijnstok in rust gaat. De kleur is groengeel met een reflectie van koper. De geur is ontzettend genuanceerd met een gigantisch fruitaroma die doet denken aan de pure druif. De smaak is een spel tussen zuur en zoet met tonen van clementines. Deze wijn heeft ook wat weg van de typische ijswijn op basis van bevroren druiven. Ideaal om ’s avonds in de zomer te drinken op een terrasje.
Tekst & foto’s: Julie Van den Driesschen AFRIKAANSE WIJN – 27
AFRIKA FILMFESTIVAL 2014 Het Afrika filmfestival is een unieke gelegenheid om de cinemabezoeker in contact te brengen met de Afrikaanse film. Over heel België bieden bioscopen een gevarieerd aanbod aan internationale films met als rode draad Afrika. De meest uitgebreide programmatie vindt u dit jaar in Leuven, Mechelen, Brussel en Louvain-la-Neuve. De editie van 2014 loopt nog tot 18 juni in Brussel. Wij kozen willekeurig drie speelfilms en delen met u graag onze mening.
AYA DE YOPOUGON (ANIMATIE) IVOORKUST
THE FIRST GRADER (DRAMA) KENIA
I
H
n Yopougon, een wijk in de hoofdstad Abidjan, woont de 19-jarige Aya, een serieus meisje dat liever thuis blijft om te studeren dan dat ze uitgaat met haar vriendinnen. Aya verdeelt haar tijd tussen school, haar gezin en haar twee beste vrienden: Adjoua en Bintou. Haar rustige leven verandert echter drastisch op het ogenblik dat haar vriendin Adjoua zwanger is. Een ongewenste tienerzwangerschap is nog nooit zo komisch geweest. De dialogen zijn net luchtig genoeg om het verhaal niet overdreven zwaar te maken. Ook het feit dat de makers kiezen voor animatie, maakt het universeel en toegankelijker voor kinderen. De animatiestijl is vrij slordig en volledig in 2D. Er is weinig of geen beweging bij de personages, dit doet denken aan een graphic novel. De film heeft verschillende verborgen boodschappen. Zo geeft het hoofdpersonage Aya de kinderen een les in verantwoordelijkheidszin. Het leven is namelijk meer dan feesten en vriendjes. De vrouw moet zich leren losscheuren van de patriarchale man. De jonge Aya is het typevoorbeeld van een geëngageerde vrouw in Afrika. Deze doorzettingskracht is inspirerend voor jonge vrouwen. De uitbundigheid en temperament van Afrikaanse vrouwen wordt duidelijk naar voren gebracht. Je moeder vertellen dat je ongewenst zwanger bent, is een heuse uitdaging. Kortom, een ontspannende familiefilm met de nodige dosis humor en levenswijsheid.
28 – RECENSIE
et waargebeurde verhaal over Maruge, een 84-jarige man die bekend staat als oudste leerling in de basisschool van Nairobi. Maruge was een oud Mau Mau vrijheidsstrijder die tijdens de Britse bezetting zijn gezin verloor. De Kenianen zijn de Britten nog niet vergeten. Het verleden is altijd aanwezig. Langdradig, middelmatige dialogen en het uitblijven van een wauw-gevoel. Zo kan je deze internationale film kort omschrijven. Ondanks de goede pogingen om de film een emotioneel karakter te geven, blijf je als kijker onverschillig. De dialogen zijn te clichématig, waardoor het verhaal aan kracht verliest. Het gaat hier in se om het belang van onderwijs in ontwikkelingslanden. De kinderen zijn de toekomst voor Kenia. Deze boodschap wordt verdoezeld door Maruges verleden als Mau Mau strijder. De onafhankelijkheidsstrijd en de moord op zijn vrouw en kinderen krijgt te vaak de nadruk in de film. Dan is er ook nog de onbekende brief van de Keniaanse overheid. Deze brief is de rode draad en de hoofdreden waarom Maruge wil leren lezen. Het is te betreuren dat na al die inspanning de brief gewoon voorgelezen moet worden door een onderwijzer. Wel te bewonderen zijn de natuurbeelden uit Kenia. Ook de leefomstandigheden waarin kinderen naar school moeten zijn realistisch in beeld gebracht. Een sterk verhaal dat door zijn langdradigheid en overdreven emotionaliteit zijn publiek verliest.
ZULU (ACTIE) ZUID-AFRIKA
T
wee politieagenten, Ali Sokhela en Brian Epkeen, onderzoeken een bloedbad gedurende de apartheid in Zuid-Afrika. De oorzaak blijkt een nieuwe drug die massaal wordt verspreidt op de markt. Wie houdt van een klassieke detective vol spanning en geweld, zal met volle teugen genieten van Zulu. Agent Sokhelas verleden wordt in het begin van de film aangrijpend weergegeven. Door zijn verleden als Zulu, een etnische groep uit Zuid-Afrika, is hij een gedreven agent die kost wat kost rechtvaardigheid wil. Zijn mededetective Epkeen daarentegen vult zijn vrije tijd met vrouwen, drank, echtscheiding en roekeloos gedrag. Epkeen is de man die de film net dat tikkeltje luchtiger maakt. Voorts moet je niet
afgeschrikt worden door de naam Orlando Bloom. De bekende acteur uit Pirates of the Carribean zet hier een geweldige acteerprestatie neer. Hij is een ware detective die ondanks de drank en late nachten klaarstaat om zijn kompaan bij te staan. Van begin tot bijna voor het einde wordt je als kijker meegesleurd in het mysterie van de drug. Er zijn ook vaak wegkijkmomenten. Zo moet je een serieuze dosis bloed en rondvliegende ledematen kunnen verwerken. Een laatste pluspunt is de speurtocht voor jou als kijker: Wie is de dealer? Hoe groot is de distributie? Zijn er nog meerdere doden bij betrokken? Maar wanneer dit alles wordt opgehelderd, is het einde een langdradige achtervolging zonder verrassing. Kortom, eens het mysterie aan het licht gebracht, zijn de laatste minuten overbodig.
PROGRAMMATIE FLAGEY BRUSSEL 17/06 District 9 18/06 Skoonheid Belvédèrestraat 27 1050 Elsene
De Zulu gemeenschap uit Zuid-Afrika viert jaarlijks het Reed Dance Festival.
Tekst: Julie Van den Driesschen Foto’s: Retlaw Snellac Photography & Bart Everson FILM – 29
Redacteurs Julie Van den Driesschen Film en koken zijn mijn passies, dankzij journalistiek mijn beroep
Elisse Lenaars Voorliefde voor mooie beelden en interessante verhalen
30 – REDACTEURS
Colofon Redactie Julie Van den Driesschen Elisse Lenaars Fotografie Julie Van den Driesschen Elisse Lenaars Lay-out Julie Van den Driesschen Elisse Lenaars Annick De Pauw Eindredactie Julie Van den Driesschen Elisse Lenaars Erik Roosens Werner Goossens Luuk Sengers Concept Julie Van den Driesschen Elisse Lenaars Renaat Bogaert Coverfoto Fotograaf: Elisse Lenaars Model: Brice Niyitegeka Dankwoord Speciale dank aan Nieki Cyprien, Marc Gillis, Sebastian Goetz, Guy Atafo, Bruno Neuville, organisatie Afrika Film Festival, organisatie Master Sculptors of Zimbabwe, en Het Afrikamuseum in Tervuren.
COLOFON – 31
obmaJ