Nuance

Page 1

Nuance “Ik kan verzekeren dat er nog nooit iets gebeurd is onder de douche”

Gra(a)ffiti kleurt de stad

“Je begrijpt soms niet dat die twee ooit nog in een bed hebben geslapen”



Edito Nuance is anders. Het brengt niet alleen verhalen over mensen en fenomenen die anders zijn, Nuance brengt het ook op een andere manier. Zo stoppen we traditionele thema’s in een nieuw jasje. Het gebeurt nog steeds, discriminatie op basis van geslacht. Zo is er reeds in verschillende bedrijven bewezen dat de mannen meer verdienen dan vrouwen, terwijl ze hetzelfde werk leveren. Belachelijk. Vrouwen geloven ook dat mannen gemakkelijker en sneller promotie maken dan vrouwen. Leveren ze beter werk misschien? Waarschijnlijk niet. Ook mannen krijgen minder kansen dan vrouwen, vooral vaders. Dit lees je verder in het magazine. Tatoeages, iedereen heeft ze. Vroeger waren ze de perfecte reden om iemand een baan te ontzeggen. Iemand die tattoo-vrij was maakte steeds meer kans op werk. Dit is veranderd. We mogen ons landje toejuichen want discriminatie naar aanleiding van tatoeages is enorm geminderd de laatste jaren. Vroeger was het marginaal om een tatoeage te hebben, maar waarom? We discrimineren, terwijl we allemaal hetzelfde zijn. We zijn allemaal van vlees, met bloed dat door onze aderen loopt, een hart dat moet kloppen om ons te laten overleven. We zoeken allemaal naar vrede en rust. We volgen ons instinct bij het nemen van beslissingen en streven naar succes. Zo zijn we allemaal. Discriminatie gaat vaak over één klein ding waar we verschillen van anderen: geslacht, leeftijd, afkomst, haar- of huidskleur of grootte. En hoe gaat onze maatschappij hiermee om? Slecht. Anouk Shenzi


N


Inhoud 6 10 18 30 36 38 42 48 52

“Toen ik zelf opgroeide, kon ik veel vrijer kiezen welke kleur mijn speelgoed had” “Je begrijpt soms niet dat die twee ooit nog in een bed hebben geslapen”

“Thaiboks is een levensstijl, een microbe” “Ik kan verzekeren dat er nog nooit iets gebeurd is onder de douche”

“Hadden ze dit maar ooit voor mij gedaan” De tatoeage is niet marginaal (meer) “Etnomarketing is het gat in de markt, zeker in Belgie" “Dat was echt rauwe hiphop, anders dan de hiphop die we nu kennen” Gra(a)ffiti kleurt de stad


Thuis

versus

siuhT


Renzo Van Meldert


Nuance

8

“Toen ik zelf opgroeide, kon ik veel vrijer kiezen welke kleur mijn speelgoed had” Genderbewust opvoeden: opvoeden zonder stereotiepe rollenpatronen

De opvoeding van onze kinderen is in de loop der jaren sterk gewijzigd. Tegenwoordig duikt de term genderbewuste opvoeding regelmatig op, maar wat houdt dat nu juist in? Helena Bonte van RoSa, expertisectrum over genderbewustzijn legt uit en plaatst enkele kanttekeningen. “Sommige stereotypen komen nu nog sterker tot uiting.” Tekst: Shenzi Boom Foto: CC BY 2.0 Hortlander

Helena Bonte is stafmedewerkster bij RoSa, een expertisecentrum dat het genderbewustzijn in Vlaanderen wil bevorderen en hierdoor de feitelijke ongelijkheid tussen vrouwen en mannen in de samenleving wil helpen wegwerken. Eén aspect daarvan is de genderbewuste opvoeding. “Kort en krachtig wil genderbewuste opvoeding het volgende zeggen: je kind grootbrengen zonder beperkende jongens- en meisjesclichés. Hiermee bedoelen we dat je je kind vrij laat om zelf te kiezen wat haar of hem interesseert en waar zijn of haar talenten liggen. Bied dus divers speelgoed aan, diverse kleuren, verschillende leesboekjes en kleurplaten en beperk dit niet tot slechts één kleur, één visie, … Genderbewust opvoeden wil voor de duidelijkheid niet zeggen dat barbiepoppen verboden zijn voor meisjes of vrachtwagens voor jongens. Genderbewust opvoeden betekent gewoon dat je meer en andere opties aan je kind aanbiedt zodat het zelf kan kiezen, ook al blijkt die keuze daarna zeer stereotiep.”

Thuis

Wil dit zeggen dat er helemaal geen verschil mag zijn tussen de opvoeding van jongens en meisjes? “We hebben uiteraard nog steeds te maken met de biologische verschillen tussen jongens en meisjes, daar kunnen we niet omheen. Hoe je jongens en meisjes leert plassen bijvoorbeeld, dat zal niet snel hetzelfde zijn en dat zou ook heel gek zijn. Jongens en meisjes moeten daarnaast ook met het andere geslacht leren omgaan, grenzen leren stellen, grenzen leren herkennen, ook daar zullen mogelijks verschillen in zijn. We gaan niet genderneutraal opvoeden. Genderbewust opvoeden gaat meer om een bewustheid van die sociale verwachtingen en beperkingen, zodat we die als ouder of opvoeder kunnen opentrekken. Een voorbeeld: het zijn vrouwen die later bevallen van het kind en niet de mannen, dat is biologisch zo bepaald. Maar het is niet biologisch bepaald dat het daarom de vrouw is die-

versus

siuhT


Wie meer wil weten kan terecht op www.rosadoc.be (met info over gender en gender in kinderboeken) of op www.genderindeklas.be (met een katern over genderbewust opvoeden). Alle informatie verkregen via RoSa vzw – expertisecentrum, bibliotheek en archief voor gelijke kansen m/v, feminisme en gender te Brussel.

Genderbewust opvoeden


Nuance

10

meestal moet thuis blijven om op de jonge kinderen te passen. Dat is een sociale verwachting die door de tijd gegroeid is in onze maatschappij.”

Sinds wanneer bestaat genderbewuste opvoeding? “Het aankaarten van de stereotiepe opvoeding waar onze kinderen vaak in ondergedompeld worden is niets nieuws, niet iets dat eigendom is van de 21ste eeuw. In sommige aspecten van opvoeding konden zelf evoluties worden waargenomen waarbij stereotypen net sterker tot uiting kwamen, in plaats van minder sterk. Denk maar aan speelgoed en reclame. Als we anno 2016 een speelgoedwinkel binnenstappen of een catalogus openen dan schreeuwt die opdeling: jongens versus meisjes, blauw versus roze. Dit is veel sterker het geval dan pakweg twintig jaar terug. Toen ikzelf opgroeide, kon ik veel vrijer kiezen welke kleur mijn speelgoed had – ook al had je toen wel al gedeeltelijk die roze-blauw opdeling. Die evolutie is – in tegenstelling tot heel wat andere maatschappelijke evoluties - enkel maar versterkt. Er wordt tegen die stereotiepe evoluties wel veel actie

gevoerd waarvan de impact niet te onderschatten is. Zo denk ik bijvoorbeeld aan de actiegroep Vrij Spel, Kinderen Kiezen Wel. Zij kaarten actief het gebrek aan diversiteit en keuze in speelgoed aan. Het is alleen jammer dat we anno 2016 nog blij moeten zijn met dergelijke acties; eigenlijk zouden deze ondertussen overbodig moeten zijn.” “Ook andere aspecten van verschillen in opvoeding tussen man en vrouw zijn door de jaren heen bevraagd geweest en gewijzigd onder invloed van diverse maatschappelijke evoluties, zoals onder meer de eerste en tweede feministische golf. De strijd die in deze periodes werd gevoerd had heel wat impact op arbeids- en studieparticipatie van vrouwen, maar ook op andere soorten participatie, zoals bijvoorbeeld in diverse sporten. Dat had dan weer gevolgen op alles wat met opvoeding te maken had. De stimulans om jongens en meisjes een meer genderbewuste opvoeding te geven is dan ook niet iets van één moment, maar iets dat steeds onder invloed staat van de maatschappelijke invloeden van het moment.”

De opvoeding verliep vroeger

Thuis

versus

siuhT

heel anders. “Opvoeding staat steeds in contact met de maatschappelijke context waarin mensen bestaan. Het is dan ook niet onlogisch dat de twee elkaar beïnvloeden. Dat was vroeger zo, maar is ook nu nog het geval. Het maatschappelijke vrouw- en manbeeld en de sociale verwachtingen die er zijn ten opzichte van mannen en vrouwen hebben een directe impact op de opvoedingspatronen die zichtbaar zijn voor zowel jongens al meisjes.” “Een leuke anekdote om aan te tonen hoe veranderlijk deze opvattingen inzake opvoeding zijn en hoe hard deze samenhangen met maatschappelijke noties inzake man of vrouw is het voorbeeld van het blauwe en roze verhaal. Anno 21ste eeuw weet iedereen dat roze naar meisjes verwijst en blauw naar jongens. Opnieuw, de speelgoedwinkels hangen vol van deze stereotiepe opdeling. Ook babykleertjes en spulletjes volgen heel sterk deze kleurenopdeling. Als we echter zoveel jaar teruggaan in de tijd dan zien we een volledig omgekeerd beeld: roze was toen namelijk voor jongens (want dat was zo’n sterke kleur!), blauw voor meisjes (wat dat was een


11 11

zachte babyblauwe kleur). Zo zie je maar hoe artificieel zo’n opdelingen zijn. Waarom mogen kinderen niet gewoon kiezen tussen alle kleuren van de regenboog? Groen, paars, geel, oranje, … Ga maar eens op zoek naar babyspulletjes en –kleren in dergelijke kleuren. Het is zot hoe moeilijk dat momenteel is.”

Hoe komt het dat alles de laatste jaren zo fel veranderd is? Niet zo lang geleden was er bijvoorbeeld nog het roze en blauwe boekje van Kind & Gezin. “We zien ook een sterke invloed van drukkings- en actiegroepen. Sociale mediakanalen zoals Facebook en Twitter en internet zijn zo populair en doen informatie ook zo snel verspreid geraken. Niet enkel binnen landsgrenzen, maar ook over landsgrenzen heen. Mensen uiten veel meer publiek hun ongenoegen en scharen zich ook samen achter protestacties en drukkingsgroepen – niet zonder resultaat. Daarnaast zien we dat de wens om genderbewuster met kinderen om te gaan niet (meer) beperkt blijft tot een oproep van de vrouwenbeweging. Ook daarbuiten scharen ouders, opvoeders en leerkrachten zich steeds meer achter deze tendens.”

“Daarnaast is er uiteraard ook het beleid dat een sterke invloed speelt. Als we bijvoorbeeld kijken naar de meeste knelpuntberoepen, dan zijn dit heel vaak net die beroepen en studies waarbij of jongens of meisjes stereotiep gezien van uitgesloten worden. De wortels hiervan liggen uiteraard reeds bij het opvoedingspatroon: als we meisjes nooit met een vrachtwagen laten spelen of nooit een vrouwelijke vrachtwagenchauffeur in beeld laten komen, hoe verwachten we dan dat meisjes beseffen dat ze voor een dergelijk beroep kunnen kiezen? Er is de voorbije jaren dan ook heel wat actie gevoerd om jongens en meisjes meer diverse studie- en beroepskeuzes te laten maken.”

Ouders gebruiken vaak een andere opvoeding dan in de klas. “Dit hangt voorlopig nog steeds van de leerkracht, opvoeder of ouder in kwestie af. RoSa vzw en ook andere organisaties trachten zoveel mogelijk ouders, opvoeders en leerkrachten genderbewustzijn bij te brengen via info en vormingen, maar of dit daadwerkelijk gevolgen kent in alle lessen en thuissituaties, dat blijft de grote vraag. Wij hopen van wel uiteraard. Er blijft veel weerstand ook, niet

Genderbewust opvoeden

iedereen staat open voor een wijziging in deze richting en belangrijker nog: veel mensen zijn zich niet bewust dat ze vaak erg stereotiep werken. Genderstereotypen zitten dan ook zo sterk ingebakken in ons denken, dat het niet evident is om daar enerzijds bewust van te zijn en anderzijds in één, twee, drie van af te stappen.”

Krijgen de kinderen zelf dan geen tegenstrijdige invloeden in de samenleving? “Uiteraard krijgen kinderen tegenstrijdige invloeden: media, ouders, leerkrachten, klasgenootjes, vrienden in de jeugdbeweging, literatuur, broers en zussen. Een kind heeft met zoveel diverse invloeden te maken dat het uiteraard moeilijk is om een doorslaggevende genderbewuste invloed door te laten schijnen, maar genderbewuste opvoeding wil kinderen juist laten zien dat zij zelf keuzes hebben, dat er keuzes zijn en dat die veel breder liggen dan wat vaak gepercipieerd wordt. En in al die invloeden is het dan uiteraard aan de kinderen zelf om te kiezen wat voor hen werkt. Als ouder, opvoeder of leerkracht kan je die keuzemogelijkheden enkel zo breed mogelijk trachten te houden en dat is wat je met een genderbewuste blik zeker kan doen.”


Nuance

12

“Je begrijpt soms niet dat die twee ooit nog in een bed hebben geslapen” Wanneer men praat over seksisme, valt men vaak terug op vrouwen die benadeeld worden op de werkvloer. Toch is het niet alleen de vrouw die gediscrimineerd wordt op basis van haar geslacht. Vaderschapsdiscriminatie is een fenomeen dat dagelijks bij scheidingen voorkwam in de rechtbank, zonder dat men er al te veel bij stilstond. Volgens Guido Schoeters is dit nu anders: “De rechter oordeelt steeds in het voordeel van de kinderen maar in de meeste gevallen hebben vader en moeder gelijke rechten”. Tekst en foto's: Anouk Haleyt

Guido is bijna 30 jaar advocaat, heeft zijn eigen advocatenbureau in Gent-Brugge en heeft al zeker aan vierduizend zaken meegewerkt. "Het liefst werk ik aan strafzaken. Drugs, geweldplegingen en inbraken, ze zijn allemaal een uitdaging. Soms moet je mensen verdedigen waarvan je weet dat ze schuldig zijn maar ook zij hebben recht op verdediging", vertelt Schoeters. "Ik probeer altijd het beste resultaat voor mijn cliënt te verkrijgen. Bij strafzaken weet je meestal wie de dader en wie het slachtoffer zijn. Bij scheidingen is de waarheid soms moeilijk te achterhalen. Daarom doe ik liever strafzaken, je speelt niet met de levens van de kinderen." Hoewel Guido ervan overtuigd is dat de rechten van

Thuis

ouders bij een scheiding gelijk zijn, merk je dat hij een andere tijd gewoon is. Wanneer hij voorbeelden aanhaalt, spreekt hij vaak in het nadeel van de vader. Dit toont zonder twijfel aan dat vaderschapsdiscriminatie geen fabeltje is. Het gerecht was ervan overtuigd dat de moeder een betere opvoeding voor het kind bood en de rechter had geen bewijzen nodig om zijn beslissingen te motiveren. Nu wordt er grondig onderzoek gevoerd met oog op het welzijn van het kind en moet elk besluit verantwoord worden. “Vroeger sprak men van hoede- en bezoekrecht, een zwart-witdenkwijze. In de meeste gevallen had de moeder automatisch het hoederecht en had de vader bezoekrecht”, vertelt Guido. Tegenwoordig spreekt men

versus

siuhT


Anke treedt in de voetsporen van haar vader en werkt in zijn advocatenkantoor.

van ouderlijk gezag en omgangsrecht.

Omgangsrecht ontnemen Je kan ervan uit gaan dat beide ouders zowel ouderlijk gezag als omgangsrecht hebben. Met het ouderlijk gezag kunnen de ouders beslissen over de opvoeding, waar het kind naar school gaat en andere zaken. Via het omgangsrecht hebben ze het recht om hun kinderen te zien. “Wanneer een rechter dit kan motiveren, kan hij een vader het omgangsrecht ontnemen. Dit kan ook gebeuren met het ouderlijk gezag maar dat wordt in de

praktijk zelden gedaan”, vertelt Guido. “Zelfs wanneer een ouder in de prostitutie zit of worstelt met een drugsverslaving, kan hij het ouderlijk gezag wel behouden. Dit hangt natuurlijk af van rechter tot rechter”, zegt Guido. Niet iedereen is het daarmee eens. Schoeters’ eigen dochter, Anke heeft een andere mening dan haar vader: “Wanneer vader of moeder in de gevangenis zit en een slechte invloed heeft op het leven van het kind, zal de rechter het ouderlijk gezag afnemen. Hij moet doen wat goed is voor het kind”, vertelt ze.

Vaderschapsdiscriminatie

Gelijke rechten “De rechten van de vader zijn tegenwoordig gelijk aan die van de moeder, in de meeste gevallen toch”, verklaart Guido. Volgens hem hangt veel af van de leeftijd van het kind. Het gerecht gaat ervan uit dat een kind binnen het eerste levensjaar meer nood heeft aan de moeder. Wanneer de ouders scheiden binnen de drie jaar na de geboorte is de kans dat de vader gelijke rechten heeft dus kleiner. “Wanneer een vader een week-weekregeling komt opeisen, zal de rechter


Nuance

14

dit afkeuren. Hij zal wel enkele halve dagen krijgen maar geen overnachtingen. Na die drie jaar, wanneer de rechter na een sociaal onderzoek overtuigd is van de band tussen vader en kind, gaan de rechten van beide ouders gelijk op”, verklaart Guido. Zijn de rechten dan wel volledig gelijk? De band tussen moeder en kind kan al sterk zijn tijdens die drie jaar terwijl een vader het moet doen met enkele halve dagen. “Waarom die regeling zo is, begrijp ik niet”, verklaart Anke.

Vaderschapstest afdwingen De rechten van een vader zijn bij de geboorte moeilijker te bepalen. De vader kan het kind ook alleen maar erkennen wanneer de moeder hier toestemming voor gegeven heeft. “De vader kan een vaderschapstest afdwingen maar er zijn moeders die zich hiertegen verzetten, zeker wanneer ze niet getrouwd zijn”, vertelt Guido. In dit soort zaken, ben ik niet gespecialiseerd maar ik probeer de moeders toch steeds te overtuigen om een vader te erkennen. Als ze dit niet doen moeten ze alleen voor het kind zorgen terwijl er ook een vader rondloopt”, verklaart hij.

De waarheid Zaak 1316 zal Guido altijd bijblijven: “Ja, van sommigen weet ik de nummer nog”. De vader was homoseksueel

geworden. Wanneer de kinderen acht jaar waren, zouden ze door hem zijn mishandeld. “Ik heb nooit geweten of het waar was. Tot nu heeft hij zijn kinderen nog steeds niet gezien”, vertelt hij. “Ik verdedigde de moeder maar ik voelde me niet goed bij deze zaak omdat ik nooit heb geweten wat de waarheid was”. Hij kreeg van de kinderen briefjes waarin stond dat ze echt niet terug wilden naar hun vader maar je weet nooit wat de waarheid is in zo”n zaak. Deze procedure heeft 15 jaar geduurd. “In zulke zaken moet ik ervoor zorgen dat de vader zijn kinderen nooit meer ziet. Ik ben zelf vader,

“Daarom doe ik liever strafzaken, je speelt niet met de levens van de kinderen” dus dat is niet gemakkelijk.” “Het is een hele toffe job met veel afwisseling maar vaak is het niet gemakkelijk”, vertelt Guido. “We zijn constant met zo”n 300 zaken bezig, als het niet meer is. De zware zaken zijn mentaal heel heftig en dan zijn die verkeerszaken leuke tussendoortjes”, verklaart hij. Hij neemt zijn werk mee naar huis en ligt er “s nachts

Thuis

versus

siuhT

wakker van. “Dat is goed want zo besteed je meer tijd aan een dossier en kom je op nieuwe tactieken. Met de nieuwe technologieën ben je, of je het nu wil of niet, overal bereikbaar en kan je overal aan je dossiers. Mensen verwachten ook meer dan ooit dat je altijd beschikbaar bent”, vertelt hij. Volgens Anke zijn er advocaten die bewust geen email hebben omdat mensen meteen antwoord verwachten wanneer ze hun advocaat via mail contacteren. “Vroeger werd er nog met brieven gewerkt en moesten ze dagen op antwoord wachten. Ondertussen willen ze meteen geholpen worden”, vertelt ze.

500 euro tot 15.000 euro Mensen verwachten ook dat je alles weet en dat je altijd een oplossing kan bieden, je mag geen vooroordelen hebben. Daar heeft Anke het soms nog moeilijk mee. “Dan mail ik mijn vader zodat hij mij even kan geruststellen”, lacht ze. Volgens Guido kom je toe met een parttime als je alleen maar vriendelijke cliënten wil. “Je hebt doorzetters, mensen die hun gelijk moeten halen, en je hebt gemakkelijke klanten. Zo kunnen zaken variëren van 500 euro tot 15.000 euro”, vertelt hij. “Dan begrijp je soms niet dat ze ooit nog in één bed hebben geslapen”, lacht Anke.


15

‘Abortus of ik ben weg’ Shari Vleminckx erkende haar exvriend als vader van haar zoontje Mats. ‘Zijn naam staat op de geboorteakte maar voor mij betekent dit niets’, vertelt ze. In april 2012 stopte ze met anticonceptie om zwanger te worden. In juni bleek Shari zwanger te zijn en in juli vertrok P. met de memorabele woorden ‘abortus of ik ben weg’. Ze koos voor haar kind en veranderde van een vrouw die gelukkig was en net een huis had gekocht met haar vriend, in een alleenstaande moeder. ‘In september kon ik het niet meer alleen aan in het huis dat volop in verbouwingen zat. Ik ben terug bij mijn ouders gaan wonen. P. heeft nooit gevraagd hoe het ging met de baby, ik heb hem maanden niet gehoord of gezien.’ ‘Toen Mats geboren was, hoorde ik dat P. een eigen geboortekaartje had rondgestuurd met een eigen meter en peter’, vertelt Shari. Enkele weken later nam de advocaat van P. contact op met Shari. Hij eiste een weekend om de veertien dagen om tijd met Mats door te brengen. ‘Mijn ergste nachtmerrie werd werkelijkheid. Ik zag Mats als mijn kind, niet het onze’, zegt ze. Wanneer Mats bijna een jaar oud was, eiste P. dat hij erkend werd als vader van Mats, een vaderschapstest als Shari niet wou meewerken. Vervolgens wilde hij zijn familienaam achter

die van Mats zetten. Shari panikeerde en nam contact op met P.: ‘Ik heb hem “omgekocht”. Ik stelde voor om de gerechtskosten te betalen, indien Mats mijn achternaam mocht behouden. Ik wist dat ik hem wel moest erkennen als vader. Als hij een vaderschapstest zou afdwingen, zou het toch bewezen worden dat hij Mats’ vader is’, vertelt Shari. Ze wilde ook niet bestempeld worden als moeder die haar kind bij zijn vader weghoudt.

Speelvriendje Eind februari werden er opnieuw regelingen getroffen bij een bemiddelaar voor de komende drie jaar. Vanaf

Vaderschapsdiscriminatie

februari 2016 blijft Mats één nacht om de veertien dagen bij P. slapen. ‘We zullen dit geleidelijk opbouwen. We hebben de overeenkomst beiden getekend, een pak van mijn hart.’ ‘Ik wil niet dat Mats met de “wie is mijn papa”-vraag rondloopt, maar ik moedig het niet aan. Ik vind dat P. geen recht heeft op Mats, hij heeft mij achtergelaten met mijn kind en draagt tot op de dag van vandaag niets bij aan de opvoeding. Hij is een leuk speelvriendje voor één tot twee dagen om de veertien dagen. De resterende twaalf dagen vraagt Mats niet naar P. en is hij ook niet met zijn vader bezig.


Nuance

16

Vaders nemen vaker verlof dan vroeger Discriminatie van vrouwen op de werkvloer, we praten er al jaren over. Onderzoeken hebben aangetoond dat vrouwen anders beoordeeld worden en soms zelfs minder verdienen dan mannen met dezelfde functie. Toch krijgen mannen ook minder kansen, vooral wanneer het om het ouderschapsverlof draait. Anouk Haleyt

Het ouderschapsverlof is ook voor vaders van groot belang. Na de negen maanden dat het kind in de buik van de moeder doorbracht, moet er ook een band met de vader gecreĂŤerd worden. Daarbovenop helpt het vaderschapsverlof ook de loopbaan van de vrouwen vooruit. Als mannen even vaak hun vaderschapsverlof zouden opnemen als vrouwen, zouden werkgevers minder weigerachtig zijn om vrouwen op vruchtbare leeftijd aan te werven.

2015

2004

}

Stijging van 10%


17

58.000 uitkeringen 17.000 Voor mannen 41.000 voor vrouwen

We beseffen dit en zien dan ook een positieve evolutie in het aantal mannen dat ouderschapsverlof opneemt. Sinds 2006 kent dit cijfer een stijging van meer dan 10 procent. In 2004 betaalde de RVA 15 procent van de uitkeringen voor ouderschapsverlof uit aan mannen. Vorig jaar was het mannelijk aandeel van deze uitkeringen al gestegen naar 29 procent. De RVA betaalde in 2015 maandelijks gemiddeld 58.000 uitkeringen voor ouderschapsverlof, waarvan bijna 17.000 aan mannen.

S


Team

versus

maeT


Renzo Van Meldert


Nuance

20

“Thaiboks is een levensstijl, een microbe” Angelo Buonopane is streng voor zijn leerlingen, maar biedt ze ook een tweede thuis. Hij zelf doet al 40 jaar aan gevechtsporten en startte meer dan 20 jaar geleden zijn eigen school waar iedereen kan komen thaiboksen. “Mijn oude leraar heeft ooit gezegd: Angelo, jij gaat naam maken. En dit heb ik gedaan. Daar ben ik fier op.” Tekst en foto's: Anouk Haleyt

Thaiboks is een sport die al eeuwen in Thailand wordt beoefend en ondertussen zijn weg naar de rest van de wereld heeft gevonden. In Thailand, in Europa doet men dit niet of enkel voor de show, komen de boksers in de ring en bidden ze tot hun god. Het verschil met het gewone boksen is dat je bij Thaiboks alles mag gebruiken, niet alleen je vuisten maar ook je benen. Je mag je tegenstander ook vastgrijpen, een elleboog- of kniestoot geven en vervolgens met een judoworp op de grond gooien. Thaiboks is dus een mengeling van verschillende gevechtsporten.

je hoofd tot je voeten, alle spieren moeten werken. Het is een harde sport, vechters moeten elke trap of stoot incasseren. Dit betekent niet dat ze allemaal K.O. moeten gaan, maar ze worden geraakt. Van Thaiboks word je sterk”. Volgens Angelo is Thaiboks een levensstijl, een microbe. Zelf traint hij vier maal per week.

“Ik probeer mijn leerlingen respect bij te brengen. Ze moeten vriendelijk en beleefd zijn. Er zijn veel problemen in de wereld momenteel, maar ze kunnen hier komen trainen om van hun frustraties af te geraken. Ze moeten geen agressie op straat brengen. Als je respect Het is dinsdagavond, het moment waarop Angelo Buohebt, verdwijnt de agressie. Dat is mijn bedoeling. Ik nopane (62) met zijn leerlingen traint in de Nekker in ben geen engel, ik heb ook wel eens gevochten, maar Mechelen. Wanneer ik binnen kom, zijn even alle ogen niet voor kleine voorvallen. Ik heb leerlingen gehad die op mij gericht, maar daarna vinden de leerlingen van toch op straat vochten, maar die zijn hier niet meer Angelo Gym hun focus terug en wordt de opwarming hervat. Zowel de jonge vechtertjes als de oudere genera- welkom.” tie zijn gedreven en gaan tot het uiterste, terwijl Angelo Discipline hen met strenge kreten aanmoedigt. “Iedereen is hier welkom”, klinkt het. Angelo geeft toe dat hij streng is: “anders komt het niet “Van Thaiboks wordt je sterk” goed. Respect moet je afdwingen met discipline. Als ze geen respect hebben, moeten ze vertrekken want met respectloze mensen kan ik niets doen”. Aan de manier Angelo Gym bestaat bijna 25 jaar en is een plek waar waarop Angelo over zijn vroegere leraar vertelt, merk je jong en oud terecht kan om te leren thaiboksen. dat hij opgeleid is met dezelfde dosis discipline. Tot op Oprichter Angelo begon 40 jaar geleden met karate, de dag van vandaag is hij zijn trainer heel erg dankbaar. maar leerde gaandeweg verschillende gevechtsporten. “Mijn oude leraar zei ooit: ‘Angelo, jij gaat naam maken “Je moet verder gaan, verschillende gevechten leren en met wat je doet’. En dit heb ik gedaan, daar ben ik groeien. Alles evolueert constant, jij moet dit dus ook enorm fier op. Hij heeft altijd iets in mij gezien.” doen”, vertelt hij. “Thaiboks is voor mij compleet. Van

team

versus

maet



Nuance

22

“Van je hoofd tot je voeten, alle spieren moeten werken�

team

versus

maet



Nuance

24


25

Artur: Eén familie

Artur is 15 en is een van de vechters van Angelo Gym die zich ook aan wedstrijden waagt. “Ik doe al drie jaar aan Thaiboks en heb ondertussen vijf wedstrijden gewonnen. Ik begon met boks, maar Angelo moedigde me aan om Thaiboks te doen”, vertelt hij. Voor Artur is het belangrijk dat hij zichzelf en anderen kan verdedigen en beschermen.“Het is niet zomaar een sport. Thaiboks is alles. Ik speel ook voetbal maar thaiboksen is mijn doel. Trainen met Angelo is voor mij heel belangrijk. Bij Angelo Gym zijn we één club, één groep. We zijn altijd samen en moedigen elkaar aan. Angelo Gym is een familie.”

Fotoreportage thaiboks


Nuance

26

Bij Angelo Gym zijn we één club, één groep. We zijn altijd samen en moedigen elkaar aan. Angelo Gym is een familie.”

team

versus

maet



Nuance

28


29

Yasmina: Afreageren “Ik doe nu nog geen wedstrijden, maar wil dit in de toekomst graag doen. Ik wil voor altijd blijven thaiboksen”, vertelt Yasmina. Ze is 14 en is één van de meisjes bij Angelo Gym. Op haar hobby reageren haar vrienden goed, ze vinden het zelfs goed dat een meisje leert zichzelf te verdedigen. “Het is een leuke sport en je kan je ermee afreageren. Ondertussen doe ik dit al een jaar, maar ik voel me hier echt thuis. Toen ik hier voor het eerst kwam, hoorde ik meteen dat ik schattig ben. Ik ben klein, maar ik kan mijn mannetje staan”, lacht ze.

Fotoreportage thaiboks


Nuance

30

“Het is een harde sport, vechters moeten elke trap of stoot incasseren. Dit betekent niet dat ze allemaal K.O. moeten gaan, maar ze worden geraakt.�

team

versus

maet



Nuance

32

“Ik kan verzekeren dat er nog nooit iets gebeurd is onder de douche” Mechelse Pink Devils: de enige homovoetbalploeg in België

Homo’s en voetbal. Er lijkt geen grotere tegenstelling te bestaan. Toch besloten enkele homoseksuele vrienden jaren geleden gewoon samen een ploegje op te richten. De Pink Devils geboren. “We spelen wel niet in het roze, bij Pink weet ook iedereen waar het over gaat”, vertelt bestuurslid Carl Pansaerts. Tekst en foto's: Shenzi Boom

In Mechelen heb je de homovereniging Homo- en Lesbienne Werk Mechelen (HLWM) en van daaruit is de Pink Devils rond 2000 ontstaan. “Je had een aantal mensen, die geregeld samenkwamen binnen HLWM, en die voetbal speelden of gespeeld hadden”, zegt Carl. De voetballers vonden het spijtig dat er binnen de vereniging geen voetbalploeg was en kwamen op het idee om een ploegje op te richten. “Genoeg volk vinden was geen probleem, HLWM draaide goed en zonder moeite zijn we aan meer dan voldoende mensen geraakt”, vertelt Carl. Eén van de oprichters is Guido De Becker. “Voetbal is altijd mijn passie geweest. Ik heb dan ook gedurende 25 jaar competitievoetbal en zaalvoetbal gespeeld. Dit gebeurde wel allemaal in de kast.” Het was niet evident om in de jaren zeventig voor homoseksualiteit uit te komen, beseft Guido. “En in voetbal was dit al hele-

team

maal taboe.” Maar toen Guido 45 jaar werd, werd hij lid van HLWM Mechelen. “Ik wou bewijzen dat homo’s ook konden voetballen. En dan is het idee onstaan om samen met andere homo’s eens te voetballen.” Ze mogen dan wel de Pink Devils heten, toch moeten de toeschouwers niet zoeken naar een roze outfit op het veld. “We hebben er bewust niet voor gekozen om in het roze te spelen, Pink Devils dekt de lading ook genoeg. Het zou ten eerste de clichés iets te hard bevestigen en ten tweede wilden de oprichters ook België wat vertegenwoordigen op internationale tornooien. Nu is onze kleur vooral voor de sponsor Red & Blue in Antwerpen.” Daarnaast is er voor internationale tornooien wel een Belgische outfit. “Onze naam is gekozen naar analogie me de Rode Duivels en bij Pink weet ook iedereen waar het over gaat.” De Pink Devils is een redelijk brave naam, in Duitsland mag het allemaal blijkbaar

versus

maet


33

iets ondeugender. “De Berlijnse ploeg heet Vorspiel Berlin, die van Frankfurt heet Manndecker Frankfurt. Keulen heeft Cream Team Cologne, wij hebben het indertijd een beetje deftiger gehouden”, lacht Carl.

Mond-tot-mondreclame “Rond 2000 speelden we voor de eerste keer gevoetbald tegen een vrouwenploeg. Het ging om zaalvoetbal, omdat we nog niet genoeg spelers hadden”, blikt Guido terug. “Die wedstrijd hebben we wel meteen verloren”, lacht Carl. “De trainer van die vrouwenploeg was Martin, ook voetballer en homo. Hij zag het wel zitten om onze ploeg te trainen”, gaat Guido verder. “We gingen dus hard op zoek naar nog andere spelers, om tot een volwaardige ploeg te komen.” “De belangrijkste manier om aan nieuwe spelers te geraken is nog altijd mond-tot-mondreclame van mensen die bij ons spelen en al dan niet homo’s kennen die voetbal spelen”, vertelt Carl. “Een hele zeldzame keer loopt dat via een website en nog zeldzamer loopt dat via Grindr

of GayRomeo. (datingprofielen voor homo’s, nvdr.)”

Eerste en enige in België Tocb blijken de populairste sporten bij homo’s eerder volleybal, badminton en zwemmen. Waarom voetbal dan niet populair is? “Dat is kou, nat, modderig. Kind alstublieft! Dat is ook de reden waarom wij de enige homoploeg in België zijn”, lacht Carl. “Tegelijk heb je misschien twintig volleybalploegen in heel het land.” “In andere landen bestonden wel al langer zulke ploegen, en het was dan ook een uitdaging om tegen de meer getrainde ploegen te kunnen spelen”, zegt Guido. Carl blikt nog steeds met pretlichtjes in de ogen terug naar die internationale wedstrijden. “We hebben al in heel Europa tornooien gespeeld.” Maar het stopt niet aan de Europese grenzen voor de Pink Devils. “We zijn zelfs al naar Sydney en Montreal geweest, we spelen dus wel altijd tegen homoploegen. We hebben ooit eens een finale gespeeld in Canada

Pink Devils

tegen Washington DC. Ik denk dat ze zich in Washington nog steeds afvragen ‘Where the f*ck is Mechelen?’”, vertelt Carl. Het is ook op zo’n internationaal tornooi dat Guido zijn mooiste moment bij de Pink Devils beleefde. “Het wad onze eerste deelname aan de gaygames in Sydney in 2002. De totale groep holebi’s bestond uit meer dan 100 man. En naast voetbal stonden er nog vele andere sporten op de agenda, zoals, volleybal, tennis, dansen, wielrennen, zwemmen, en lopen.” Het was het eerste buitenlands tornooi voor de ploeg van Guido en co. “We hadden er dan ook vele uren voor getraind. We zijn zelfs met onze ganse delegatie op receptie geweest in het huis van de Belgische ambassadeur in Sydney. Na het tornooi hebben we ons verblijf in Australië nog verlengd met veertien dagen vakantie.”

Taboe Helaas bestaat, anno 2016, nog altijd een groot taboe op homo’s in het voetbal, zeker op professioneel vlak. “Voetbal is dé machosport bij uitstek.


Nuance

34

Het is een harde sport met fysiek contact, deels met bruut geweld. Dat stemt overeen met echte mannen, the real thing, en niet met homo’s”, legt Carl uit. Terwijl in alle andere sporten dat taboe wegvalt, blijft voetbal het laatste bastion. “Maar waarom zou je uit de kast komen als je hoort hoe snel er spreekkoren zijn? Fashamu van Nottingham Forest is ooit uit de kast gekomen en heeft zelfmoord gepleegd omdat hij voortdurend geviseerd werd. Denk ook maar aan Benito Raman met zijn ‘Alle Boeren zijn homo’. Of Michel Verschueren van Anderlecht met zijn uitspraken in het verleden en spelers die zeggen dat ze nooit onder de douche zouden willen staan met een homo.” Carl kan het gelukkig wel allemaal relativeren. “Ik moet wel heel mijn leven

met hetero’s onder de douche staan, ik heb daar nooit een probleem mee gehad hoor”, lacht hij luid. “Dat taboe is de laatste jaren wel fel afgezwakt. Je ziet ook hoe streng en kordaat zowel AA Gent als de Belgische voetbalbond opgetreden hebben tegen de uitspraken van Benito Raman.” “Voor mensen zoals jij en ik zijn er geen problemen met homo’s. Maar je moet ook rekening houden met de voetbalsupporters en hun sociaal-economische situatie. Veel voetbalsupporters zijn – laat ons daar eerlijk in zijn – van iets lagere klassen afkomstig. Waar homoseksualiteit intern sowieso al een grote taboe is. Dat speelt mee. Individueel zullen er misschien weinigen problemen mee hebben maar vanaf dat er één iemand iets roept, roepen de anderen al snel

mee.”

“Ze weigerden onze hand te schudden” De wedstrijden die de Pink Devils in België spelen, zijn allemaal vriendschappelijk. En aangezien zij de enige homoploeg in België zijn, spelen ze dus tegen heteroploegen. Komen daar dan niet vroeg of laat problemen van? “We hebben nog nooit negatieve reacties gekregen van tegenstanders, je hoort soms wel een zeldzame keer als je aan het voetballen bent dat er dingen als ‘jeanet’ gezegd worden”, maar dan schiet er Carl iets te binnen. “We hebben toch één keer iets voorgehad. Antwerpen heeft ooit eens een tornooi georganiseerd voor minderheden en wij werden er bijgehaald als seksuele minderheid. De anderen waren


35

Marokkaanse en Afghaanse ploegen, zowat alle minderheden die in Antwerpen aanwezig zijn. We moesten daar tegen een Marokkaanse ploeg spelen en die heeft wel geweigerd om ons de hand te schudden. Maar wij maken daar absoluut geen punt van, als zij zich belachelijk willen maken door ons geen hand te geven dan doen ze dat vooral. Tijdens die wedstrijd voelde je ook wel dat die mannen ons wilden laten zien wat hetero’s waren en wat homo’s waren.”

Maar waarom verenigen ze dan hun krachten niet om samen uit de kast te komen? Dat zou een krachtig signaal zijn, maar Carl deelt die mening niet. “Zou jij je als eerste willen outen? Als dat met drie of vier tegelijkertijd zou gebeuren, wordt dat al veel gemakkelijker. Volgens Carl kennen ze elkaar ook niet. “Dus wie gaat dat alleen doen?” “Een andere grote drempel om ervoor uit te komen is het financiële plaatje. Er zouden veel inkomsten verloren kunnen gaan, bijvoorbeeld van

Dertien à veertien jaar geleden was er nog een voorval. “Toen nam AA Gent het voortouw om het taboe rond homo’s in het voetbal te verbreken. We speelden toen in het stadion eens een wedstrijd tegen een selectie uit Gent. Op het laatste moment mochten we niet in de truitjes van AA Gent spelen omdat de sponsor dat niet wilde. Die wilde zich niet verbinden aan homo’s en voetbal. Zoiets zou hij nu niet meer kunnen maken, als je zoiets nu doet is het kot te klein.”

"Voetbal stemt overeen met echte mannen, the real thing, niet met homo’s”

Professionele homovoetballers Carl is er - ondanks dat er zich nog niemand geout heeft - zeker van: er zijn homo’s in onze Belgische eerste klasse.“Er zijn 500 voetballers in eerste klasse en gemiddeld is vijf procent van de bevolking homo. Laat ons zeggen dat dat in de voetbalwereld twee en een halve procent is. Dat wil zeggen dat je nog steeds 12 homovoetballers in eerste klasse moet hebben.”

eerste klasse gesproken die homo zijn, maar ik ga hun namen niet aan uw neus hangen. Ze weten het trouwens ook niet van elkaar, ze waren er alle drie van overtuigd dat ze de enige waren.”

Media-aandacht

sponsors”, merkt één van de supporters op die bij aan tafel is geschoven.

Met de primeur van eerste en enige homovoetbalploeg in België gaat natuurlijk veel media-aandacht gepaard. “We zijn al geïnterviewd door verschillende televisiezenders en kranten, zowel uit het binnenland als het buitenland. En allemaal vragen ze vaak hetzelfde: hoe gaat dat in die douches achteraf?” Volgens Carl hét toonbeeld van wat een vooroordelen mensen over homo’s hebben. “Ze durven net niet vragen of er echt iets gebeurt.” En als ze dat dan toch vragen of ze willen filmen in de douches, dan mag dat op één voorwaarde lacht hij. “Ze moeten eerst meevoetballen en dan moeten ze zelf ook mee douchen.”

“Er doen geruchten de ronde over spelers in eerste klasse die homo zouden zijn. Het kan ook niet anders dan dat die er zijn. Maar je ziet ook hoe dat gaat in dat wereldje, ze paraderen graag met hun madammen.” Iedereen heeft de WAG’s al wel gezien, vaak fotomodellen en missen. “Het is een echte machocultuur waar – zelfs al ben je homo – de druk groot is om met een vriendin te arriveren.” De supporter komt opnieuw tussen en doet een opvallende bekentenis. “Ik heb ondertussen al met drie spelers in

Het maakt pijnlijk duidelijk welke vooroordelen mensen over homo’s hebben. “Er is in de verste verte nog nooit iets gebeurd in die douches. Nooit. Absoluut niet. Ik denk dat er bij een klassieke ploeg nog meer aangeraakt wordt dan bij ons”, is Carl duidelijk. “Nu niet voor het één of ander, maar als je het dan per se wil doen dan zijn er wel toffere ruimtes dan zo’n kille, koude kleedkamer hoor”, mengt de supporter zich. Heel de tafel lacht mee, de sfeer zit duidelijk goed in deze ploeg.

Pink Devils


Wij

versus

jiZ


Renzo Van Meldert


Nuance

38

“Hadden ze dit maar ooit voor mij gedaan” Ik dacht dat vrede en verdraagzaamheid stilletjes aan onze wereld verliet. Ik dacht dat iedereen met angst rondloopt en uit schrik al het onbekende de rug toekeert. Maar dan stond ik naast hem op de bus. De man die mijn donkere kijk op de mensheid opnieuw een beetje verlichtte. Tekst en foto: Anouk Haleyt

Ik weet niet wat zijn naam is, Ik ken hem niet. En als ik hem nog een keer tegenkom, zal ik het niet beseffen. Ik was zo druk bezig met zijn handelingen, dat ik niet eens op zijn gezicht lette. Ik zal hem nooit meer terugzien. Maar dat is goed. Want het gevoel van eeuwige respect dat ik voor deze man heb, kan niet meer verdwijnen. Ik ontmoette hem op een warme woensdagmiddag in de pendelbus die me door het centrum van Mechelen reed. Hij stond vlak naast me. Het was druk op de bus dus stonden we beiden recht, stevig vastgeklampt aan een paal, zodat we zeker niet konden omvallen. Zo gênant als dit toch gebeurt. We stonden beiden met ons gezicht naar het raam gedraaid wanneer het jongetje op het zeteltje me opviel. Het zwarte jongetje met zijn moeder die recht over hem zat. Ze komt


39

uit Rwanda, ontdekte ik later. De jongen was moe, heel erg moe. Steeds wanneer hij in slaap viel, schrok hij wakker omdat zijn hoofd maar niet rechtop wou blijven zitten. We kennen het allemaal. Je valt bijna in slaap, je zakt weg en schrikt wakker omdat de zwaartekracht even te veel wordt voor je vermoeide lichaam. Ik had best medelijden met de jongen. Ik herinner me de woensdagnamiddagen nog. Hoewel de school slechts een halve dag open was, slaagde ik er toch in om op woensdag vermoeider te zijn dan op eender welke andere dag van de week. Ook de man naast me kende het gevoel. Dat denk ik toch, aangezien hij de jongen de ideale oplossing aanbood. Zonder twijfelen vormde hij van zijn hand een soort kussen dat hij naast het hoofdje van de jongen hield. Zijn hoofd zocht voorzichtig een houvast in het al wat oudere hand van de man en vond eindelijk de stabiliteit waar het gedurende de hele busrit naar gezocht had.

Ja, het was een klein gebaar. Maar als je er even over nadenkt, heeft het een enorme impact. Niet alleen ik was verbaasd, ook de moeder keek de man met grote ogen aan. “Dat moet je niet doen”, zei ze verlegen. “Hadden ze dit maar ooit voor mij gedaan”, lachte de man op een vriendelijke toon.

de, en stapte van de bus. “Moet je nog een bus nemen”, vroeg de man aan de vrouw. “Ja, daar”, en ze wees richting perron 11. “Ik zal hem even brengen”, stelde hij haar gerust.

Wat begon als een gesprek over de bussen, eindigde in een gesprek over Rwanda. Hier ontdekte ik het dus. De man was enorm geïnteresseerd in haar verhaal en sprak met veel passie over zijn leven in België. Zo zie je maar: waar mensen het onbekende vrezen, zijn ook mensen die het omarmen. Dat is een idee dat ik wil koesteren en meenemen in mijn eigen leven.

Met die woorden verdwenen de drie uit mijn gehoorveld, maar blijven ze voor altijd in mijn geheugen. Eerst twijfelde ik nog om dit verhaal met mijn omgeving te delen. "Zo speciaal zal dit wel niet zijn", dacht ik. Hoe bekrompen is het eigenlijk dat ik hier zo van sta te kijken? Maar ik was niet alleen. Ik deed mijn verhaal tegen verschillende mensen en allemaal hadden ze bewondering voor mijn ervaring en de onbekende man.

Daar stopte de, ietwat vreemde, ervaring nog niet. De bus bereikte het station en hiermee ook de eindhalte van de bus. Omdat de vrouw met heel wat zakken moest sleuren, wilde ze haar zoontje wakker maken. “Wacht”, zei hij. “laat mij maar”. Hij nam de jongen op, die hier amper op reageer-

Ik vind het leuk dat ik zijn identiteit niet weet, want dit houdt alle opties open. Misschien kende ik hem wel, het kan even goed mijn buurman geweest zijn. Maar dat doet er niet toe. Hij heeft me geïnspireerd. Wie weet… misschien was het wel jouw vader of grootvader.

Column racisme


Nuance

40

De tatoeage is niet marginaal (meer) Een wetenschappelijke kijk op de aanvaarding van tatoeages

Dr. Vandekerckhove zocht twintig jaar na zijn doctoraat een verklaring voor het afstotend karakter van de samenleving tegenover tatoeages. Want waarom werden ze als ‘marginaal’ beschouwd? Het is een vraag die vaak gesteld wordt, zonder dat er een echt antwoord op gegeven wordt. “Tatoeage. Over de sociogenese van schoonheidsnormen”, is geen vervolg op zijn doctoraat, maar test wel zijn oorspronkelijke theorie. Tekst en foto: Anouk Haleyt

Dr. Vandekerckhove vertelt: ‘Het lichaam wordt dubbelzinnig gewaardeerd. Mensen in de westerse samenleving pakken enerzijds uit met hun lichaam, maar zijn er anderzijds ook bang voor. Waarom? Omdat het lichaam de structuur van onze samenleving tegenspreekt. Onze samenleving is hiërarchisch gestructureerd. Er zijn mensen die op de sociale ladder hoger staan dan anderen, maar iedereen kan stijgen of dalen. Een maatschappij waarin deze sociale mobiliteit mogelijk is, noemen we een klassenmaatschappij. De samenleving moedigt deze beweging aan, vooral de opwaartse bewegingen. Hoe meer mens stijgt op de sociale ladder, hoe meer voordelen, prestige en aanzien ze krijgen.” “In dit klassensysteem is het menselijke lichaam een mogelijk struikelblok. Het lichaam toont aan dat we, hoe groot onze verschillen ook zijn, allemaal gelijk zijn. Je kan je lichaam onderscheiden van dat van anderen, door het op te tutten of te tatoeëren. Sporters kunnen

Wij

zich onderscheiden door dingen te doen met hun lichaam dat anderen niet kunnen. Zo is Tom Boonen een nationale held. Tegelijkertijd is het lichaam een factor van gelijkschakeling. Het nivelleert de sociale verschillen door aan te tonen dat we allemaal hetzelfde zijn.”

“De tatoeage is niet meer voor eeuwig” Weggestopt Vandekerckhove haalt enkele voorbeelden aan om zijn theorie kracht bij te zetten: “Uiteindelijk moeten we allemaal gaan. De dood bewijst dat het lichaam auto-

versus

jiz


“Het systeem van de samenleving wordt belachelijk gemaakt door het lichaam omdat dit het ultieme bewijs van gelijkheid is. Onderscheiding op de sociale ladder is zo goed als zinloos. Daarom wordt er automatisch een schaamtecultuur ontwikkeld voor dit soort zaken”. Dr. Vandekerckhove verklaarde zijn theorie over de dubbelzinnige waardering van het lichaam in zijn eerste boek Gemaakt van as. Lichaam en norm in de westerse cultuur. Na deze publicatie zat hij een lange tijd gewrongen met het fenomeen van de tatoeage. “Hoe past dit in mijn oorspronkelijke theorie?”, dacht hij.

noom functioneert en niet gehoorzaamt aan de wetten van de samenleving maar aan die van de natuur. En deze uitingen van de autonomie van het lichaam worden door de samenleving niet goed ontvangen”. Volgens Vandekerckhove wordt elke manifestatie van het autonoom functioneren van het menselijke lichaam gemarginaliseerd en weggestopt. Alles dat aantoont dat het menselijke lichaam voor de mens oncontroleerbaar is, is taboe. “Het boeren is een goed voorbeeld. Als je moet boeren, kan je proberen om het te verbergen of het op een beleefde manier te doen. Maar echt tegenhouden kan je niet. Dit getuigt ook van de autonomie van het lichaam en al van jongs af aan wordt je hierover een schaamtegevoel aangepraat. Iets is pas onbeleefd wanneer het door de samenleving onbeleefd genoemd wordt. Wanneer je alleen bent en niemand je ziet of hoort, laat je ongestoord een boertje. Toch? Een orgasme of toiletbezoek is niet toegestaan in het openbaar. Als je moet gaan, moet je gaan. En wanneer je dat bepaalde punt van extase bereikt, verlies je de controle over elke spier in je lichaam. Deze twee lichamelijke uitlatingen horen in de privacy thuis. Ze mogen niet geopenbaard worden.”

Voor eeuwig “Waarom wordt de tatoeage gemarginaliseerd? Je zet het zelf en het is een manier om je te onderscheiden van de rest. Binnen mijn oorspronkelijke theorie zou de samenleving dan net positief moeten reageren op deze permanente inkt”, vertelt hij. Maar net dat is waar het schoentje wringt. “Twintig jaar na mijn doctoraat viel het ei van Columbus. Ook de tatoeage is een bewijs van onze onderworpenheid aan de wetten van het lichaam. Eens ze geplaatst is, kan ze niet meer weg. Je hebt je lichaam zelf iets aangedaan, maar je lichaam bepaalt

Tatoeages


"DeNuance tatoeage getuigt van de oncontroleerbaarheid van het lichaam", vertelt Dr. Vandekerckhove. 42


43

de barrière voor een positieve benadering is verdwenen. Dan nog moet een tatoeage nog steeds beantwoorden aan gangbare stijlennormen om volledig geaccepteerd te worden. De volledig getatoeëerde ruggen zullen minder snel aanvaard worden dan het vlindertje op de schouder of enkel. “Men zegt wel eens dat over schoonheid niet gediscussieerd kan worden, maar dat klopt niet. De samenleving houdt ons wel degelijk voor wat mooi is en wat niet. Alles wat de maatschappij stoort zal door haar verboden, afgeraden of via esthetische wegen aangepast worden. En zonder het te beseffen, zullen we gehoorzamen aan wat de samenleving zegt dat mooi is.

dat het voor eeuwig is, en op deze manier draagt het ook bij aan de gelijkheidssymboliek. Ook de tatoeage getuigt van de oncontroleerbaarheid van het lichaam.” Als dit de grond is voor de afwijzing van tatoeages in de burgerlijke klasse, dan is de verandering van de houding tegenover de tatoeage ook in dit licht te verklaren: “De tatoeage is niet meer voor eeuwig. Al kan ze niet perfect verwijderd worden, er zijn allerlei technieken die dit eeuwig karakter hebben aangepast. Er zijn lasertechnieken, chirurgische technieken, valse tatoeages, henna, etc. Deze technieken gaan er nog steeds op vooruit. Naarmate dat de tatoeages verwijderd kunnen worden, verliezen ze de symboliek dat ze onderworpen zijn aan het lichaam”, verklaart Dr. Vandekerckhove.

Dr. Vandekerckhove kon deze theorie blootleggen via een sociologische kijk. “Je moet bepaalde fenomenen in verband brengen die niet meteen in verband te zien zijn met elkaar. In die zin blijft het altijd een theorie. Ik kan ernaast zitten, maar deze theorie is juist zo lang niemand me kan aantonen dat het verkeerd is.”

Getatoeëerde ruggen Tatoeages zijn nog niet volledig verwijderbaar. Er blijven altijd sporen over, maar het bewustzijn bestaat dat het mogelijk is. De tattoo wordt niet opgehemeld, maar

Tatoeages


Nuance

44

“Etnomarketing is het gat in de markt, zeker in Belgie" In een wereld waar grenzen steeds meer vervagen en alles minder afgelijnd is, verandert ook de reclamewereld. Ary Maes is één van de enige etnomarketeers in België en samen met zijn vriend Gurhan Tasatan richtte hij Iconium op. Samen proberen ze bedrijven ervan te overtuigen om ook allochtonen aan te spreken in hun marketing, want daar bevindt zich een grote markt die grotendeels onbenut blijft. Tekst: Shenzi Boom Fotos: Iconium

Etnomarketing is een begrip dat bij weinig mensen een belletje doet rinkelen, weet ook Ary. “Overal waar ik kom, kennen weinig mensen het begrip etnomarketing. Maar toch is het niks nieuws want het bestaat al sinds het begin van de 20ste eeuw. Het is ook niet het gat in de markt, behalve misschien in België.” “Het is begonnen in Amerika op het einde van de 19de eeuw waar de zwarte onderneemster C.J. Walker uit Louisiana op het lucratieve idee kwam om voor de zwarten een aparte lijn haarproducten op de markt te brengen. Ze heeft dat dan ook gedaan, met een zwarte vrouw op de verpakking. Dat werd toen meteen een succes waardoor zij een enorme bron van inspiratie geworden is voor zwarte ondernemers”, legt Ary de eerste vorm van etnomarketing uit.

Ontstaan Iconium

Wij

Samen met de Turkse Belg Gurhan Tasatan richtte Ary in 2014 het bedrijf Iconium op. Ary was al marketeer, Gurhan politie-inspecteur in Antwerpen. “Ik moet eerlijk zijn, ik ben zelf niet op etnomarketing uitgekomen. Het is dankzij Gurhan die naar mij is gekomen dat ik mezelf de vraag gesteld heb waarom wij er niet mee bezig zijn.” Er is ondertussen al heel wat veranderd in België, maar ondanks het groeiend aantal etnische groepen houden de Belgen etnomarketing nog een beetje af. “Nederland is daar al tientallen jaren mee bezig en daar is het ook al veel verder gevorderd, hier in België niet”, vertelt Ary. Dat er nog bijna niemand in België deze vorm van marketing hanteert is opmerkelijk vonden Ary en Gurhan. “Van de 11 miljoen Belgen zijn er ruim 1,2 miljoen van niet-westerse origine. Dat is een markt die je niet links mag laten liggen.” Wouter Torfs van de gelijknamige schoenenwinkelketen kan een beetje gezien worden als

versus

jiz


45

trendsetter in België. “Toen wij ermee begonnen, kwam net het besef een beetje in België. Wouter Torfs heeft toen in De Morgen een artikel laten schrijven over het feit dat zijn schoenenbedrijf te wit was.” Torfs besefte dat het bedrijf geen reflectie meer was van de huidige Belgische maatschappij en wilde dat veranderen. Die Belgische maatschappij is tegenwoordig een mengelmoes van nationaliteiten, wat etnomarketing enorm interessant maakt voor bedrijven. “Ik baseer me op cijfers uit 2010, dus ondertussen is het nog gestegen”, gaat Ary verder. “De totale allochtone groep in België bedraagt 22%. In de steden ligt dat percentage zelfs nog hoger. In het Brusselse gewest is zelfs bijna 70% van de inwoners van allochtone origine.”

Moeilijkheden Etnomarketing op zich is een vrij geladen onderwerp, beseft ook Ary. “Toen wij er mee gestart zijn drie jaar geleden, was dat allemaal nog niet zo hot. Maar de laatste tijd hebben we wel wat moeilijke momenten gehad. Dat we twijfelden of we wel de juiste sector gekozen hadden.” Toch merkten Ary en Gurhan al snel dat de mensen van de projecten die ze gekozen heb-

ben zich niet laten afschrikken door de vluchtelingencrisis en de aanslagen in Brussel en Parijs. Wil etnomarketing dan zeggen dat bedrijven hun producten enkel voor allochtonen op de markt moeten brengen? “Uiteraard hoeft dat niet, Nivea heeft op een bepaald moment ook zijn lijn Nivea for men op de markt gebracht voor zwarten. Zij hebben toen een campagne gelanceerd, waar ze waarschijnlijk niet lang over nagedacht hebben.” (Een zwarte gooit er zijn hoofd met afrokapsel op weg, vergezeld van de slogan ‘re-civilize yourself’, nvdr.). Door die campagne heeft Nivea zich toen voor bijna de hele wereld mogen excuseren voor racistische uitlatingen. “Het is dus niet voldoende van gewoon een zwarte met een leuke slogan op een affiche te zetten. Er moet wel degelijk nagedacht worden over wat kan en wat kan niet.” Marketeers hebben ook de slechte gewoonte om met hokjes te werken, maar dat is te gemakkelijk in

Etnomarketing

etnomarketing. “Niet elke moslima draagt bijvoorbeeld een hoofddoek”, verduidelijkt Ary. “Bij velen is dat een modeaccesoire geworden in plaats van een verplichting.” Net hetzelfde voorbeeld met alcohol. “De eerste keer dat ik met Gurhan iets ging eten dronk hij ook gewoon wijn. Moslims maken zelf die keuze. Turkije heeft bijvoorbeeld ook zijn eigen bier, ik wil daar niet mee zeggen dat elke Turk alcohol drinkt maar iedereen maakt wel zijn eigen keuze.” Er mogen dus zeker niet te snel conclusies gemaakt worden.

Geen grenzen meer IIn een samenleving die steeds meer op het internet leeft moeten marketeers niet meer enkel naar het binnenland kijken. “Marketing gaan


Nuance

46

voeren binnen een afgebakend gebied als België wordt heel moeilijk.” Sociale media zorgen ervoor dat mensen de dag van vandaag meerdere culturen in hun vriendengroep hebben zitten. “Als ik iets deel dat ik interessant vind, deel ik dat eigenlijk meteen naar verschillende landen,” zegt ook Ary. “Ook bij de migratiestromen die nu zeer sterk bezig zijn, merk je dat die mensen zonder eigendommen naar hier komen. Maar wat ze wél bijhebben is een smartphone.” Mensen komen dus naar hier, maar hebben wel nog een heel sterke band met hun land van origine. “Ze beginnen

HET PROCES VAN ICONIUM: HOE GAAT HET IN ZIJN WERK?

hier dan dingen op te pikken en te delen en uiteindelijk ben je ook weer reclame aan het maken in het buitenland. Willen of niet. Wat ik nu niet wil zeggen, is dat elk bedrijf plots met de hele wereld moet gaan communiceren. “

hebben Gurhan en Ary met Iconium ook al enkele plannen klaarliggen voor bepaalde bedrijven om die stappen te zetten.

Verschillende soorten marketing

Of je nu met een Turk in België handel gaat drijven of met Turkije zelf maakt Ary ziet etnomarketing niet als een volgens Ary weinig verschil. “Landen waar blijvend iets, maar eerder als een grote etnische groepen leven hebben ook tussenstap naar andere vormen van een sterk handelsverdrag met die landen marketing. “Ik ben er zeker van dat van origine. De Turkse gemeenschap is we binnen vijf jaar, misschien zelfs niet klein, ook niet in het buitenland. korter, niet meer over etnomarketing Eens je gewoon bent van hier met die spreken.” Misschien wordt er af en mensen handel te drijven, waarom zou je toe nog wel eens over gepraat, maar dan ook niet naar Turkije stappen?” Zo diversity marketing zal het meest ge-

Voorstudie

Screening

Ary en Gurhan zijn natuurlijk niet van de ene dag op de andere begonnen aan hun project. “Wij hebben eerst een voorstudie gedaan van drie jaar. We zijn met alle ambassadeurs en verenigingen gaan praten en we hebben al die mensen achter ons kunnen krijgen. Dus als wij iets nieuw te vertellen hebben, kunnen wij dat verhaal heel snel gaan rondvertellen. Als we die mensen achter dat idee kunnen scharen, gaat dat zeer snel. We werken ook sterk met mond aan mond reclame.”

Vooraleer Iconium naar een bedrijf stapt screenen ze een product of dienst en wordt er bekeken welke aanpassingen er nodig zijn om aanvaard te worden binnen een andere etnische groepering. “We komen altijd tot dezelfde conclusie: er zit veel potentieel, maar men gebruikt het niet. Ofwel moet er iets aangepast worden aan het product, de promotie, de plaats of de prijs. De prijs is meestal zelfs niet zo belangrijk voor ons. Het moet niet goedkoop zijn, door kleine aanpassingen en beter promotie en publiciteit ga je die mensen al bereiken.” Wat nog belangrijker is, is het personeel. Bedrijven moeten ook bereid zijn om hun doelgroep binnen het bedrijf te hebben. “Die mensen redeneren anders en als je die uiteindelijk in managementfuncties kan krijgen, ga je ook andere visies krijgen. Ze kunnen zeggen hoe ze die groepen moeten bespelen.”


47

bruikt worden volgens Ary. “Ik geloof nog wel heel sterk in etnomarketing omdat men in België de stap nog niet gezet heeft. Ik vind het wel belangrijk dat er een etiket op kleeft zodat je als marketeer beseft dat je niet met gewone marketing bezig bent. Je moet buiten de eigen leefwereld treden. Als je vanuit eigen perceptie blijft werken, ga je hen niet bereiken.” Maar wat is diversity marketing dan eigenlijk? “Diversity marketing wil echt een breed publiek bereiken. Met één boodschap wil je zoveel mogelijk mensen bereiken, dus moet je zorgen dat je gelijkenissen en raakpunten

Eerste contact “Een eerste persoonlijk contact met onze klant brengt een directe meerwaarde inzake inzicht omtrent product, prijs, plaats en promotie in deze voor hem “nieuwe” afzetmarkt. Na de eerste gesprekken wordt er mede in overleg met de klant een verdere analyse uitgevoerd op zowel markt, product als prijs om zodoende, hier een juiste marketingmix uit te distilleren. Van zodra hierover een consensus is bereikt tussen de klant en Iconium, wordt een eerste kleinschalig doch representatief marktonderzoek verricht. Op basis van dit laatste wordt opnieuw in overleg met de klant een promotiebudget bepaald en een keuze van de kanalen gemaakt. Eenmaal we het stappenplan hebben bepaald in overleg met de klant, geven wij ons engagement om het maximum aan resultaat uit de campagne te halen. Tussentijdse controles laten toe het reeds behaalde resultaat te analyseren en bij te sturen naar het beoogde resultaat.”

vindt.” Het gaat dus over inclusie. Mensen erbij betrekken en geen mensen uitsluiten.

“Denk nooit dat iemand die van Turkije of Marokko komt zich volledig gaat aanpassen”

Wie neemt initiatief? “Tot nu toe hebben wij altijd zelf de eerste stap gezet, maar nu ondertussen zijn er ook al bedrijven die naar ons beginnen komen. Ze vinden ons redelijk gemakkelijk en het verhaal begint ook wel de ronde te gaan. Wij stappen zelf naar bedrijven omdat we van mening zijn dat niet alle bedrijven hetzelfde potentieel hebben. Een varkenskweker heeft bijvoorbeeld al minder potentieel dan een aantal andere producten. Dus meestal nemen we zelf initiatief, we doen de studie, we maken er een marketinganalyse van en dan pas stappen we naar de klant. Wat ik ook belangrijk vind is dat ik weet dat een bedrijf het niet uit zuiver opportunisme wil doen. Er moet niet enkele iets te winnen zijn voor het bedrijf, ook de gemeenschap moet er bij varen.”

Het tegenovergestelde van etnomarketing dus, waar je gaat zoeken naar de verschillen die er altijd zullen zijn. “Mensen met een andere culturele achtergrond behouden hun cultuur ook. Denk nooit dat iemand die van Turkije of Marokko komt zich volledig gaat aanpassen. Dat is een utopie.” Die mensen hebben namelijk al van vroeger culturele waarden meegekregen en behouden die ook. “Je gaat geen Belg worden zoals elke andere Belg. Je zal wel dingen overnemen maar je gaat

Grote bedrijven “Meestal gaan wij naar vrij grote bedrijven. Het eerste dat we merken is dat ze etnomarketing niet kennen. Dan vinden ze het straf dat ze er nog niet bij stilgestaan hebben. En dan begin je die openheid te voelen. Wij hebben een aantal heel grote projecten opgestart. H&M stond ervoor open om heel hun beleid aan te passen. Ze hebben 1.400 medewerkers en ongeveer 500.000 klanten in België. We hebben specifiek deze case genomen. We wisten dat als dit succesvol gaat worden dan zal er zeker over gesproken worden. Ondertussen zijn ook al concurrenten van dat bedrijf naar ons gekomen met dezelfde vraag.”


Nuance

48

combinatie mogelijk volgens Ary. “Als ik over community marketing in relatie tot etnomarketing spreek dan heb ik het bijvoorbeeld over mensen aanspreken die fan zijn van Fenerbahce (Turkse voetbalploeg uit Istanboel, nvdr.) of mensen die naar Turkse soaps kijken. Dat zijn ook communities waar je toch ook die Turkse gemeenschap gaat bereiken, zij het via een andere weg.”

ook dingen behouden. “Etnomarketing gaat voornamelijk op die verschillen inspelen. Je gaat bijvoorbeeld dingen in het Turks aanbieden.” Ary krijgt dan wel vaak opmerkingen als: ‘Die zitten hier al 40 jaar, die kunnen toch al Nederlands?’. “Dat klopt, de meesten spreken perfect Nederlands. Maar wat ik gemerkt heb als ik in die gemeenschappen kom, is dat daar tien minuten Nederlands gesproken wordt en dat ze dan plots allemaal naar het Turks overschakelen.” Het is voor die mensen nog steeds natuurlijker om in hun eigen taal te communiceren. Het vormt ook een sympathieke zet om die mensen tegemoet te komen in hun eigen taal. “We moeten natuurlijk geen land worden met allemaal verschillende talen, maar in de marketing kan je die zet soms wel doen.” Daarnaast heb je ook nog urban marketing of city marketing. “Daar gaat het meer over een mentaliteit die voornamelijk bij stadsbewoners aanwezig is. Die mensen worden vaker met multiculturele prikkels gecon-

fronteerd, zijn opener, nemen dingen sneller over en zijn aker trendsetters.” Bedrijven zoals Nike spelen daar enorm op in en gaan ook proberen via hun marketing die urban culture te bereiken. Ze spelen dan bijvoorbeeld niet enkel op de Vlaamse jeugd in, maar op alle jeugd. Een laatste vorm van marketing is de community marketing, die een beetje ten opzichte van etnomarketing staat. “Bij etnomarketing is het cultuur waar op ingespeeld wordt, maar cultuur is iets waar je niet zelf voor kiest. Community marketing is iets waar je wel zelf voor kiest. “Toch is ook de

Wij

versus

jiz

Er zijn dan wel verschillende vormen van marketing, maar dat wil niet zeggen dat je er maar één van tegelijk kan gebruiken. “Ik zeg altijd tegen mijn klanten: Het is niet kiezen voor één van de vormen van marketing, meestal is het een mix. Je moet ook altijd een beetje rekening houden met etnomarketing.” Je kan dus geen gekleurd verhaal in de markt zetten en dan langs de andere kant een volledig wit verhaal voeren. “Die mensen gaan ook wel eens naar uw website gaan, als die daar dan plots een volledige witte communicatie vinden dan merken ze ook dat het verhaal niet klopt." Wie meer wil weten kan terecht op www.iconium.be


4949

Mijn naam is Gurhan Tasatan, dit is mijn verhaal In het jaar 1971 zijn mijn grootvader en vader als gastarbeiders vanuit Turkije naar Mariekerke gekomen, een klein dorpje in de provincie Antwerpen. Vijf jaar later, toen ik drie maanden oud was, zijn mijn moeder, mijn zus en ik samen verhuisd naar België. Tot zijn pensioen heeft mijn vader bij Nutricia in Bornem gewerkt, terwijl mijn moeder steeds huisvrouw is gebleven.Mijn jeugd heb ik in doorgebracht waar ik bevriend werd met kinderen uit de buurt. Toen waren wij nog de enige familie van buitenlandse origine. Dit heeft ervoor gezorgd dat de Vlaamse cultuur voor mij niet vreemd was. Op dertienjarige leeftijd verhuisde ik samen met mijn familie naar Sint-Niklaas. Zowel mijn lager als middelbaar diploma behaalde ik er op de Broederschool. Nadien, om mijn vader financieel bij te staan, ben ik op zoek gegaan naar werk. Hierdoor mistte ik de kans om naar het hoger onderwijs te gaan.In mijn vroege tienerjaren kwam ik voor het eerst in contact met enkele kinderen die net zoals mij van Turkse origine waren. Door hen leerde ik ook de Turkse cultuur kennen. Ik merkte toen dat er grote culturele verschillen waren tussen de twee gemeenschappen waarin ik opgegroeide. Het feit dat ik thuis ben in beide culturen is voor mij een groot voordeel, zowel in mijn sociaal leven als in mijn professionele carrière. Dit werd geïllustreerd toen de Rode Duivels en Turkije op 19 juni 2000 een voetbalwedstrijd speelden voor EURO 2000. Turkije won de wedstrijd toen met 2 tegen 0. Met z’n allen kwamen we samen op de Grote Markt te Sint Niklaas om de overwinning te vieren. Wat een groot feest moest worden, draaide uit tot een conflict tussen enkele Turkse en Belgische supporters. Al snel voelde ik de spanning stijgen, tot zelfs de burgemeester ter plaatse moest komen. Zowel hij als de commissaris werden radeloos. Wanneer twee verschillende culturen met elkaar in de clinch gaan, is het belangrijk dat er een tussenpersoon is die beide kanten goed kan aanvoelen. Ik voelde me op dat moment geroepen om te helpen de situatie recht te trekken.Ik vertelde de commissaris dat ik een idee had en stelde voor om de Turkse supporters al feestend in konvooi de stad te laten rondrijden onder begeleiding van een politiewagen. Op deze manier konden de supporters gecontroleerd uit het stadscentrum geleid worden, weg van het conflict. De hele tijd bleef ik samen met de commissaris op de Grote Markt en enkele uren later kreeg hij de melding dat alles volgens plan was verlopen. De commissaris bedankte me voor de samenwerking en zei dat hij voor mij een toekomst zag als politie-inspecteur. Van het een kwam het ander en zijn visie werd werkelijkheid toen ik slaagde voor de selectieproeven en effectief ook politie-inspecteur werd. Het verhaal van EURO 2000 is een mooi voorbeeld van intercultureel probleemoplossend denken en communiceren. Dit is een eigenschap die ik te danken heb aan het opgroeien in twee verschillende culturen met elk hun eigen manier van voelen, denken en doen.

Etnomarketing


Nuance

50

“Dat was echt rauwe hiphop, anders dan de hiphop die we nu kennen”

A. vertelt over de vooroordelen die hiphop kende en de evolutie die de cultuur doormaakte

Hoewel hiphop vandaag een welgekend begrip is in de hedendaagse maatschappij, heeft de cultuur moeilijkheden gekend bij het doorbreken. Het werd beschouwd als iets ondergronds dat verbonden was aan criminaliteit en vandalisme. “Hiphop vertelt de waarheid. Dit maakte het zo moeilijk om de cultuur te aanvaarden”, vertelt A., een hiphopper pur sang. Tekst: Anouk Haleyt Foto's: Angela Fisch en Anouk Haleyt

De hiphopcultuur bestaat uit verschillende componenten: rappen, dj”en, breakdance en graffiti. Nadat hij ze allemaal uitprobeerde, besefte A. dat rappen en graffiti zijn voorkeur genieten. “Er zijn veel mensen die hiphop kennen en interpreteren, maar slechts enkelen voeren het zelf ook uit. Het was altijd een moeilijk medium om gevoelens mee te uiten, omdat het gezien werd als een straatcultuur. De link wordt al snel gelegd met vandalisme, criminaliteit en plantrekkerij, maar voor mij is het een uitlaatklep. Wat ik vertel tijdens het rappen, kan ik op een muur zetten. Maar wat ik op een muur zet, kan ik ook verwerken in mijn teksten.”, vertelt hij.

hiphop steeds commerciëler wordt, is deze mist bijna volledig verdwenen. Daarom bereiken we nu ook meer mensen. Hiphop is vandaag overvloedig aanwezig in de maatschappij, kijk maar naar de kleding bij jong en oud. Sneakers, sweaters of baggy broeken. Dat is allemaal hiphop.”

Al in de lagere school kwam A. in contact met hiphop. Het was een klasgenoot, die hem in “95 voor het eerst een hiphopbeat liet horen op een cassette die hij meebracht naar school. “Het was een liedje van Tupac. “Wauw, dit is het gewoon”, dacht ik toen ik het voor het Sneakers, sweaters of baggy broeken eerst hoorde. Het was een schok, de muziek ging door heel mijn lijf”, vertelt hij. Toen hij thuis meer begon Volgens A. werd de hiphopcultuur steeds gelinkt aan de op te zoeken, leerde hij ook andere artiesten kennen: lagere sociale klassen, wat acceptatie moeilijker maakte. “Biggie, X-zibbit, Public Enemy, Doctor Dre en Snoop. “Dat was echt rauwe hiphop, anders dan de hiphop die “Mensen binnen deze cultuur stellen zich minder open, ze verbergen zich achter een soort mist rond. Nu we nu kennen.”

Wij

versus

jiz


51

A. vroeg zich af hoe hiphop gemaakt werd en wat de cultuur nog te bieden had. Clipjes op televisie brachten hem in contact met breakdance. “Waarom zelf niet proberen”, dacht hij. “Ik zocht naar Nederlandstalige hiphop, ik wist niet dat dit bestond. Zo kwam ik bij ABN terecht, Algemeen Beschaafd Nederlands, een groep Mechelaars die Nederlandstalige hiphop maken”. Het leerproces van songwriting nam wel wat tijd in beslag. Pas na enige tijd proberen, kregen zijn teksten de nodige diepgang. “Het was een manier om mij uit te drukken. Tot op de dag van vandaag heb ik problemen met het uiten van emoties. Als ik te veel begin na te denken, schrijf ik de dingen neer. De zinnen rijmen niet, maar zijn wel aan mekaar gelinkt. Wanneer ik mijn gevoelens neerschrijf, valt er 10 kilo van mijn schouders. Dan voel

ik me een pak lichter.”

Rauw en puur Tegenwoordig wordt hiphop vanuit een positief standpunt bekeken. De teksten zijn aangepast aan de mensen en maatschappij waardoor hiphop geaccepteerd is, overal ter wereld. We komen er vaker mee in contact via sociale media of de radio. Vroeger werd hiphop alleen op de radio gespeeld na middernacht, wanneer de meeste mensen al sliepen. Mensen die toen nog wakker waren, hadden een bepaalde uitstraling naar de maatschappij toe. “Het waren hiphoppers, criminelen of werklozen”, verklaart A. In de huidige maatschappij, wordt de muziek op alle momenten van de dag gespeeld en vinden mensen het echt goed. “Vroeger was het rauw en puur,

nu zitten er ook mooie melodieën en catchy deuntjes bij. Het is verstaanbaar geworden voor iedereen. In het begin hadden de teksten meer inhoud, maar vandaag zijn ze voor meer bevolkingsgroepen verstaanbaar.” Mensen uit een lagere klasse die niet gehoord werden, hadden slechts één manier om zich te uiten: de ondergrondse subcultuur. Sociaal lagere klassen trokken mekaar aan en gingen naar mekaars werk luisteren. Op deze manier werd hiphop in het begin vooral aan de lagere klassen verbonden en ontstonden er vooroordelen.

Vluchten van de eerlijkheid “Alles werd verbonden aan de straat, wat op zijn beurt verbonden werd aan vuil, criminaliteit en vandalisme.


Nuance

52

De teksten bestonden in de ogen van de maatschappij uit grove uitlatingen, slecht taalgebruik, woede en andere dingen die voor anderen beledigend kunnen overkomen”, vertelt A. “Mensen willen altijd rozengeur en maneschijn, maar dat biedt de hiphopcultuur niet. Hiphop vertelt de waarheid. Dit maakte het zo moeilijk om de cultuur te aanvaarden. Het was confronterend voor buitenstaanders, omdat ze beseften dat het allemaal klopte. Mensen proberen gewoon te vluchten van de eerlijkheid.”

kans geven om zichzelf op een nieuwe manier te verwoorden. Ze moeten hun eigen woorden gebruiken, niet de woorden die hen in de mond worden gelegd door de maatschappij. Ik heb heel mooie resultaten gezien, soms ook aangrijpende. Tegen mensen die zich van bij het begin tegen hiphop keerden, heeft A. enkele dingen te zeggen: “Zie je wel? Binnen 10 jaar zullen ook jullie

kinderen en kleinkinderen betrokken zijn in heel het verhaal”. Voor A. speelt zijn werk alleen nog persoonlijk een rol. Hij wil het met niemand meer delen. “Ik ben op een leeftijd gekomen waarop je een keuze moet maken. Ofwel ga ik erin verder en toon ik het aan iedereen. Ofwel houd ik het voor mezelf en een kleine vertrouwensgroep: vrienden, familie en mensen die ik ermee van dienst kan zijn. Ik koos voor dat laatste”, aldus A.

Deze vooroordelen hebben ook een invloed gehad op het werk van A. Wanneer hij mensen vertelde dat hij hiphop maakte, verwachtten ze steeds dat dit Engelstalig was, waardoor zijn teksten ook op veel onbegrip stootten. “Wat ga je daar nu mee bereiken”, klonk het. Ook over zijn graffitiwerk hadden mensen hun mening al klaar. “Dus jij verft iemands gevel vol?”, zei men dan. “Of ik me iets van die vooroordelen aantrok? Absoluut niet.”

Zie je wel? Hiphop is meer dan alleen slecht taalgebruik en vandalisme, volgens A. Dit bewees hij door zijn werk te gebruiken om er jongeren mee te helpen. Hij gaf graffiti-workshops en workshops voor tekst aan kinderen in gesloten instellingen en scholen. “Ik wou jongeren de

“Er zijn veel mensen die hiphop kennen en interpreteren, maar slechts enkelen voeren het zelf ook uit.", vertelt A.


53

"Dus jij

verft

iemands

gevel

vol? "


Nuance

54

Gra(a)ffiti kleurt de stad Fotoreportage ‘Mechelen muurt’

Tien kunstenaars leefden zich uit met verf en spuitbussen op enkele gebouwen in de Mechelse binnenstad. Het project ‘Mechelen Muurt’ ging enkele jaren geleden van start. Mechelen zocht een nieuwe stadskunstenaar en Gijs Vanhee, een straatartiest, kwam met het idee om tien lokale gebouwen enkele nieuwe kleurtjes te geven. Vanhee nodigde gedurende twee jaar negen internationale artiesten uit om de kale bakstenen om te toveren tot meesterlijke creaties. Van abstracte tekeningen tot realistische portretten, elk stuk is uniek. De tien werken liggen pal in het centrum, allemaal op wandelafstand van elkaar. De werken van Vanhee en co tonen aan dat graffiti niet altijd beschouwd hoeft te worden als vandalisme of vernieling. De kunstenaars hebben een doel: de stad mooier maken. In Mechelen zijn ze alvast in hun opzet geslaagd.

Wij

versus

jiz


55

Gijs Vanhee - ‘The Gift’ Korenmarkt


Sam Scarpulla - ‘The Freeway’ 56 Nieuwe Kapucijnenstraat

Nuance


Mark Goss - ‘Floral Skullball’ Moensstraat

Krea Shit - ‘Mechels Fruit’ Ravenbergstraat

Samuel Vanderveken - ‘Imagine’’ Varkensstraat

Fotoreportage graffiti


Shamisa Debroey - ‘1 mijl onder zee’ Mosselschelpstraatje

Strook - ‘Elsewhere’ Schuttershofstraat

Milu Correch - ‘Alicia Duerme’ De Langhestraat


Dzia - ‘Pelikaan’ Lekkernijstraatje

59


Nuance

60

Smates - ‘Onderwaterhond’ De Langhestraat


N



Colofon Redactie en vormgeving Anouk Haleyt Shenzi Boom

Externe Promotor Tine Danckaers

Interne promotoren Sandra Busselot Frank Hellemans

Met dank aan Ille van dessel Sonja goes printing

Dit magazine werd gemaakt in het kader van de opleiding Journalistiek aan de Thomas More hogeschool te Mechelen


Jaargang 1 - nummer 0 - €4,95


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.