Magazine voor delta- en schermvliegen
LIFT
11
Oktober 2018
LIFT /lıft/ Raise to a higher position or level; move upwards.
Lift is het officiële orgaan van de Afdelingen Schermvliegen en Deltavliegen van de KNVvL. Lift is gratis voor KNVvL-leden die zijn aangesloten bij een van deze afdelingen en online te lezen op issuu.com. Hoofdredacteur Bastienne Wentzel. Redactie-adres Eikenlaan 11, 3749 AE Lage Vuursche lift.delta-schermvliegen@knvvl.nl Redactie Peter Blokker, Tamara BlokkerHondsmerk, Frits van Dijk, Mario Spee, Wouter Stigter, Bastienne Wentzel, Maaike Zijderveld.
Passie Ik houd van dit woord. Twee lettergrepen die zo enorm de lading dekken. Het vuur spat eraf als je het uitspreekt. Net zoals mensen die hun passie beoefenen op de een of andere manier stralen. En dan bedoel ik niet op de hysterische manier - Tsjakka! - maar subtieler. Een sprankeling in de ogen, een bepaalde energie die iemand uitstraalt. Je herkent het meteen als je het ziet. Deze energie zie ik ook heel vaak terug bij piloten. Passie voor vrijheid, passie voor het opzoeken van grenzen, passie voor de natuur. Daarom is de paraglidingwereld zo hecht. Het maakt niet uit in welk land je bent; paragliders stick together! Soms iets te letterlijk, als twee piloten elkaar in de lucht opzoeken. Twee schermen die steeds dichter bij elkaar komen, zacht geritsel, een romantisch achtergrondmuziekje en dan eindelijk het moment van aanraken. Zachtjes geven de wingtips elkaar een kus, samen een ritme vindend... Oh mijn verbeelding slaat op hol merk ik. Het is geen Bouquet-romannetje dame, focus focus focus. Ach ja, ik ben en blijf nou eenmaal een konijntje.
Het maakt niet uit in welk land je bent; paragliders stick together!
Coverontwerp Leonard Bik. Vormgeving & DTP Leonard Bik, Karin Peters. Medewerkers Heleen van den Bos.
Passie is ook mooi om te delen. Op mijn werk vertel ik regelmatig over onze vliegavonturen. Ze vinden het altijd interessant, maar er is een duidelijk onderscheid. De een zegt: “Leuk, maar niks voor mij. Brr veel te hoog en eng.” En de ander is enthousiast en wil het graag een keer proberen. Zo ook mijn nieuwe collega. Haar vriendin was jarig en ze geven elkaar altijd een ervaring cadeau. Een tandemvlucht stond als volgend idee op de planning. De link met mijn
Druk Drukkerij Hub Tonnaer bv.
piloot was gauw gelegd. En de bonnen konden snel worden ingelost, want de westenwind liet
Advertenties Alle informatie, opgave en aflevering mail naar communicatie.schermvliegen@knvvl.nl
Veel vragen vooraf natuurlijk. Wat moet ik aan? Hoe gaat het in zijn werk? Aangekomen bij
zich weer eens zien.
het strand natuurlijk nog even een zenuwenplasje, maar toen was het dan zover. De vriendin ging als eerste de lucht in. Hilariteit alom! Er werd druk gefotografeerd en gelachen. Een
Digitale foto’s en tekst Kunnen worden aangeleverd via: lift.delta-schermvliegen@knvvl.nl of per cd-rom. De redactie is niet aansprakelijk voor schade, ontstaan door eventuele fouten in de berichtgeving. De redactie, noch het bestuur van de Afdelingen Schermvliegen en Deltavliegen zijn verantwoordelijk voor de inhoud van door derden ingezonden stukken.
andere piloot nam mijn collega mee. Dubbel pret dus! Lekker naar elkaar zwaaien vanuit de lucht, “Ik vlieg!” roepen, zelf sturen... ze vonden het geweldig. En daar kan ik dan weer intens van genieten. Nog even napraten bij een strandtent. En daar viel me de verbaasde blik van de dames op bij alle vliegtermen en -verhalen. Zo herkenbaar! Welkom in de paraglidingwereld dames! Vouwkonijn
2
inditnummer
LIFT Coverfoto: Mario Eder Tour du Matterhorn
4
Hike&Fly: droom het, plan het, doe het
12
Lichtgewicht tandemuitrusting
20
Dubbel D-baggen met een tandem
26
Tandemvliegen: verantwoordelijkheid voor twee
29
Reizen: Vliegen op SiciliĂŤ
32
NK Precisie
37
Recensie en interview: Master Acro
38
Angst: Vliegen of vluchten?
40
Logboek 43 KNVvL nieuws
44 Foto: Till Gottbrath
3
Trekking & Fly: Tour du Matterhorn
Een rondje “Horn”
met de paraglider Tekst en foto’s: Peter Blokker
Vliegen met de Matterhorn als decor.
De Tour du Matterhorn is een bergwandeling van formaat in het grensgebied van Zwitserland en Italië door zes valleien en hoogalpien gebied. De tocht is ideaal om te combineren met een lichtgewicht vlieguitrusting om te ontsnappen aan vermoeiende afdalingen en echt op avontuur te zijn. Vliegen op plekken waar nog maar weinig je zijn voorgegaan, in het decor van bekende vierduizenders. 4
De Tour du Matterhorn is in 2002 officieel in gebruik genomen en is één van de mooiste tochten in de Alpen. De trektocht in zijn geheel als een Trekking & Fly avontuur volbrengen is volgens mij nieuw, maar zo indrukwekkend mooi dat deze het verdient om gedeeld te worden. In combinatie met een beschrijving van de wandelroute zelf kun je met de informatie uit dit artikel de tocht zelf maken of er een deel van doen. En wie weet, vind je nog een mooie vliegplek onderweg die ik vergeten ben! Karakter De Hike & Fly route is een meerdaagse bergtrektocht en voert je over geurende alpenweiden en ijzige gletsjers, in de schaduw van ruim twintig vierduizenders,
waaronder natuurlijk de wereldberoemde Matterhorn (4.478 m). De route is zwaar en voert door hoogalpien gebied met grote hoogteverschillen, dagelijks ruim duizend meter stijgen en afdalen met een uitschieter naar 2.100 meter dalen, over smalle paden, gezekerde passages met staalkabel, rotsachtig terrein en twee eenvoudige gletsjers. De energie die je bespaart met de glijvluchten, lever je waarschijnlijk weer in bij het omhoog sjouwen van de extra uitrusting, tenzij je als een X-Alps atleet van de ene bergpas over de volgende col vliegt. Efficiënt of niet, vliegen is natuurlijk veel leuker dan omlaag lopen! Startpunt Hoewel je overal op de route kan aansluiten,
5
is Zermatt de officiële start en een goed uitgangspunt. Zermatt is internationaal bekend om het fraaie zicht op de piramidevormige Matterhorn. Je struikelt er over de toeristen, bergwandelaars en alpinisten. Toch loont het de moeite om een dagje eerder te komen, al is het alleen maar om een kabelbaantje te pakken naar een van de startplaatsen en alvast even te vliegen met de Matterhorn op de achtergrond. Etappe 1: Zermatt - St. Niklaus De eerste etappe volgt de Europaweg. Na een steil pad vanuit Zermatt volgt een enorm mooie en soms pittige traverse over het balkon aan de oostzijde van de vallei. Voor de meeste wandelaars is
Shortcut van de Galenberg naar St Niklaus.
de Europahütte, vlak achter de langste hangbrug ter wereld, op 2.220 meter hoogte het maximaal haalbare in een dag. Een overnachting in de hut tussen de steenbokken is een geweldige ervaring. Het vervolg van de etappe brengt je in twee uur looptijd naar het hoogste punt van de traverse, de Galenberg (2.600 m). De glooiende grasvelden worden abrupt met een klif beëindigd; een prima startplek! Op glijvlucht is St. Niklaus goed te halen. Met deze ‘shortcut’ bespaar je vijf uur voetenwerk. Een grote kans dat je dus erg vroeg in de ochtend al de finish van deze etappe hebt gehaald. Vervelen is niet nodig, er gaat een kabelbaan naar Junga waar wat startplaatsen zijn om de rest van de dag te vullen!
Startplekken: 1. Galenberg – 2.600 m - west - grasvelden aan linkerzijde van het pad, aflopend tot klif Landing: Officiële landingsveld aan de noordkant van St. Niklaus – 1.127 m Extra: Zie Paragliding Map voor vlieggebied Egga (Junga kabelbaan) en Seetalhorn (kabelbaan vanuit Grächen) voor pleziervluchten in de vrije middag of rustdag. Etappe 2: St. Niklaus - Gruben Met 1700 te overwinnen hoogtemeters is dit een etappe van formaat. Door de Junga kabelbaan te nemen vanuit St. Niklaus wordt het aantal te stijgen hoogtemeters gehalveerd. Het bergdorp Jungen bij het topstation van de kabelbaan bestaat uit een
6
paar hutten en de tijd lijkt hier stilgestaan te hebben. Er gebeurt niet veel anders dan gras bij elkaar harken met de hele familie. Meer heb je ook niet nodig, met zo’n geweldige ligging. Om in Gruben te komen moet de Augstbordpass overgestoken worden. Zodra je deze bergpas bereikt, opent zich een grandioos panorama. Direct links van de Augstbordpass is een verrassend mooie startmogelijkheid. Kleine steentjes, mooie hellingshoek en groot genoeg voor een scherm. Zoals vaak bij een bergpas kan de venturi roet in het eten gooien en is tegenwind sowieso een spelbreker, omdat het met hemelsbreed 3,5 kilometer best een aardig stuk vliegen is naar Gruben. Weliswaar staat er een kilometer hoogteverschil ter beschikking, maar de eerste 2,5 kilometer
van de vlucht gaat over een redelijk vlak plateau. Theoretisch is een glijgetal van vijf voldoende om over het plateau heen te raken, maar met tegenwind of zakkende luchtmassa’s boven deze westhelling heb je kans met je kont op een alpenweide met koeien vast te lopen. De veiligere optie is om vanaf de bergpas de route een uur bergaf te volgen tot de almen van de Grüobu Oberstafel. Hier dienen zich mooie startvelden aan om de resterende 550 hoogtemeters naar Gruben in het Turtmantal te overbruggen. Startplekken: 2a. Augstbordpass – 2.894 m - west technisch, stenig, kans op tussenlanding 2b. Grüobu Oberstafel – 2.400 m - west grote middelsteile grasweide (N 46°12’33.4368, E 7°43’23.4624) Landing: Vlak weiland aan de zuidelijke rand van Gruben – 1.822 m. Meestal landen in noordelijke richting, dus richting het dorp, tegen de valleiwind in. Etappe 3: Gruben - Zinal Nu je het ritme te pakken hebt is dit een relatief eenvoudige etappe met meer gras dan gruis onder je voeten en veel bergmeertjes en riviertjes voor de aankleding van de route. De klim naar de Meidpass is nergens belachelijk steil, maar toch ongeveer duizend hoogtemeters. De bergpas zelf biedt een grandioos panorama op vierduizenders, maar is rotsachtig en vliegen vanaf de pas uitgesloten. Een uur verder op de route ben je door het afwisselend dalen en stijgen nog niet veel hoogte kwijt, en sta je aan de rand van de vallei bij het bijzonder gelegen hotel Weishorn. Hier dienen zich diverse startplekken aan, om een vlucht zo ver
mogelijk in de vallei naar Zinal te maken. Afhankelijk van de condities kom je tot ongeveer het opvallend blauwe meertje op 2,5 kilometer voor Zinal. Dit ziet er dan ook uit als een aantrekkelijke landingsplaats, maar het bassin is omringd door hoogspanningskabels. Veiliger is het om op de ruime vlakke weide een paar honderd meter eerder te landen. Vanaf hier is het nog een half uur lopen naar Zinal, een bergdorp dat ondanks alle faciliteiten van een winteren zomersportplaats haar charme heeft behouden. Heb je tijd over, brengt de Sorebois kabelbaan je rechtstreeks naar een officiële startplaats. Startplekken: 3. Langs het pad boven Hotel Weishorn – 2.350 m - west - grasvelden met lage struikjes (N 46°12’20.3868, E 7°37’9.1848) Landing: Zinal vallei, ter hoogte van Mottec ca. 1.500 m Extra: Zie Paragliding Map voor vlieggebied Sorebois (Junga kabelbaan) voor pleziervluchten met uitzicht op vierduizenders. Etappe 4: Zinal - Arolla Sinds je de Meidpass over bent gestoken, ben je in Franstalig Zwitserland. Het karakter van de route verandert niet, maar een Pass heet nu een Col, en daar heb je er twee van in deze etappe. Gezien de lengte van de tocht en meer dan tweeduizend te overbruggen hoogtemeters, maken veel wandelaars gebruik van de Sorebois kabelbaan vanuit Zinal en eindigen de tocht in Les Haudères om vandaar de bus te nemen naar Arolla. Heb je een fraaie vliegdag op beide startmogelijkheden op
dit traject, kan je de totale etappe in een lange dag op eigen kracht volbrengen. De eerste vliegmogelijkheid dient zich aan bij de Corne de Sorebois, op de top van het zomers nogal troosteloos ogende skigebied. Op de top hangt een windvaan en als de wind uit westelijke richtingen komt zijn er net achter de col startmogelijkheden op steile grashellingen, voor een unieke vlucht naar het turquoise stuwmeer Lac du Moiry, zevenhonderd meter lager. De landingsplaats is vanaf de startplaats niet te zien, maar makkelijk te halen. Veel keuze voor de landing is er niet, en de opties die er zijn liggen op en rondom de parkeerplaats naast de stuwdam. Vervolgens moet er weer geklommen worden, naar de Col de Torrent. Het uitzicht op het stuwmeer wordt onderweg naar de col omgeruild voor een prachtig gelegen bergmeer. Dit is een prima plek om even te relaxen voor het laatste half uur klimmen naar de Col de Torrent. Je raadt het al, weer een nieuw en erg mooi panorama, waar op heldere dagen zelfs de Mont Blanc waargenomen kan worden. Het wordt weer tijd om te vliegen, maar het loont de moeite niet om een startplek vlak achter de col te zoeken. Binnen een half uur afdalen vanaf de col, bereik je de officiële startplaats van Evolène, prachtig gras met een windvaan, direct naast de route gelegen. Vanaf hier kan je de vallei in vliegen naar Les Haudères, vijf kilometer zuidwaarts. Hier vind je alles om bij te tanken, de route weer op te pakken of de bus in te stappen naar Arolla. Startplekken: 4. Corne de Sorebois – 2.896 m - zuidwest tot west - met windvaan 5. Startplek Evolène – 2.419 m - westelijke varianten - met windvaan Uitzicht vanaf de Col de Torrent.
7
Landing: 4. Stuwdam Lac de Moiry, op de parkeerplaats of het grasplateau daarboven, of als je de show wilt stelen op de dam zelf – 2.250 m 5. Les Haudères, naast de houten Arena (lijkt vanuit de lucht op een amfitheater) staat een grote windvaan - ca. 1.400 m Etappe 5: Arolla - Prarayer Deze etappe brengt je naar Italië via de Col Collon, maar daarvoor moet je wel een gletsjer op. Hoewel de gletsjer zelf nergens heel steil is en je meer steen dan ijs onder je voeten zal hebben, is dit toch een onderneming die je niet moet onderschatten. Van de routemarkeringen is op de gletsjer niet veel meer te zien, en als je wel eens vaker verdwaalt of nog nooit op een gletsjer hebt gestaan, is het geen goed idee om dit zonder berggids te doen. Kom je in de problemen heb je grote kans geen bereik te hebben met je telefoon. Ga je de uitdaging aan, voel je je net een alpinist in dit uitgestrekte hooggebergte. Zodra je de Col Collon oversteekt, verandert er veel. Je kan weer met Euro’s betalen, het eten en drinken is smakelijker, maar belangrijker: De Italiaanse zijde van de Tour is veel ruiger en wilder dan de vorige etappes. Starten vanaf de Col Collon lijkt uitgesloten, de voorliggende vallei Comba d’Oren is te grillig en lang om naar het superblauwe stuwmeer Lago di Place Moulin bij Prarayer te vliegen. De afdaling is te voet ook erg interessant, met weelderige alpenflora, marmotten die hun hol in schieten als je nadert, en duidelijke sporen van de kort geleden verdwenen gletsjer. Eventueel kun je de etappe in tweeën delen door te overnachten in de berghut Nacamuli, een klein uur lopen vanaf de col. Vroeg of laat komt het oogverblind mooie stuwmeer
in beeld, waar je kunt overnachten in de paradijselijk gelegen Rifugio Prarayer. Etappe 6: Prarayer - Breuil-Cervinia Persoonlijk vind ik dit de mooiste etappe van de Tour du Matterhorn. De tocht is afwisselend, ruig en neemt je mee diep het gebergte in. Er is geen andere Tour die de route over de Colle di Valcournera volgt en je zult weinig mensen tegenkomen. Hoe dieper je de vallei Comba di Valcournera in loopt, hoe meer je je afvraagt hoe je er ooit uit kan komen. Een steil zigzagpad met een korte eenvoudige klettersteig op de ogenschijnlijk onbedwingbare bergflank beantwoordt deze vraag. Over onstabiele puinhellingen en resterende sneeuwvelden bereik je de col. Voor de afdaling van de col is een nieuw pad aangelegd met kabels om een veilige route aan te bieden naar de berghut Perucca-Vuillermoz. Het terrein is nog te wild om te vliegen, maar een prima mogelijkheid voor een vlucht dient zich aan bij de rode bivakhut een paar honderd meter onder de berghut. Naast de hut ligt een bonkige grashelling waar je kan starten met wat wind van voren, die op deze zuidhelling in de middag meestal wel aanwezig is. Vijftig meter onder deze startplek ligt een plateau van honderd meter breed. Vind je dit beangstigend, start dan op de punt van het plateau, een klifstart met wat grote onverplaatsbare rotsblokken die je eigenlijk opzij wilt leggen om je scherm de ruimte te geven. De zeshonderd te overbruggen hoogtemeters naar het meer prikkelen al je zintuigen en de vlucht zal je nooit vergeten. Eerst vlieg je over het lange plateau met rivieren en zie je de wandelaars onder je steeds kleiner worden. Plotseling valt het plateau onder je weg en duiken de riviertjes als watervallen omlaag het kunstmatige bergmeer in. Je
8
In rood de Tour du Matterhorn, de blauwe lijnen zijn de vliegroutes.
hebt voldoende hoogte om nog even langs de watervallen te cirkelen voordat je landt bij de kapel. Efficiënt is de vlucht niet echt, want de officiële route blijft tweehonderd meter boven het meer op hoogte, om met minder hoogteverschil de klim naar de Finestra di Cignana aan te gaan. De vlucht is echter van uitzonderlijke schoonheid en op het brede pad naar de volgende col is de hoogte snel teruggewonnen. Zo snel, dat je amper de moeite hoeft te nemen om je scherm netjes op te vouwen. Drie kwartier later ben je de Finestra di Cignana over en sta je op een startveldenparadijs. De startplaats ligt zo dicht bij dat het met een beetje zuinigheid en thermiek wel mogelijk is om over de Finestra di Cignana te vliegen zonder tussenlanding bij het meer. Binnen vijf minuten achter de col vind je iets buiten het pad een startplaats die net zo fraai is als een officiële startplek, alleen een windvaan ontbreekt. Je hebt zeshonderd hoogtemeters de ruimte om richting Breuil-Cervinia te vliegen. Een mooie landingsmogelijkheid die goed te halen is, ligt opnieuw bij een stuwmeer in het dal, tussen een restaurant en beboste picknickplaats in, bij het dorpje Les Perères. Hier kan je ook de route weer oppakken voor het laatste uurtje stroomopwaarts wandelen naar Breuil-Cervinia. De bus pakken kan ook. Startplekken: 6. Bivakhut Manenti – 2.750 m - zuid, beetje wind vereist vanwege de korte runway zigzagpad vanaf de bivakhut nog vijftig meter afdalen, dan linksaf naar de helling met klifstart traverseren. (N 45°53’58.2504, E 7°34’13.6344) 7. Startplek Finestra di Cignana – 2.400 m oost tot zuidwest - vijf minuten lopen vanaf de col. (N 45°53’30.6312, E 7°36’0.5328)
Landing: 6. Bij de kapel van het stuwmeer Cignana – 2.158 m 7. Les Perères – 1.831 m - oostkant van het stuwmeer, grote vlakke weide maar oppassen voor hoogspanningskabels rondom het veld Etappe 7: Breuil-Cervinia - Zermatt De “grand finale” van de Tour du Matterhorn kun je makkelijk naar eigen wens inrichten, afhankelijk van energie, tijd, voorkeur en banksaldo. Officieel gaat de route naar de Theodulpas, met ruim 3300 meter het hoogste punt van de tocht. De dertienhonderd hoogtemeters zijn uiterst eenvoudig te overbruggen vanwege het aangelegde skigebied, de paden zijn zo breed als een piste. Vind je dit niet uitdagend, of juist te uitdagend, dan kun je ook de kabelbaan nemen naar Testa Grigia, die iets hoger op de gletsjerrand uitkomt. Eenmaal op de gletsjer kom je in het Matterhorn-Skiparadijs terecht, waar je ook weer een kabelbaan omlaag kan nemen maar altijd de gletsjer op moet om naar een Zwitsers station over te stappen (omhoog naar Klein Matterhorn, of omlaag naar Trockener Steg). De prachtige vierduizenders om je heen zijn moeilijk te fotograferen zonder kabelbaan en pistemateriaal. Toch ben je hier op een gletsjer met alle bijbehorende gevaren en zijn een paar grödels of stijgijzers het minste dat je aan gletsjeruitrusting nodig hebt. Als het mee zit kun je vliegend de finish over in Zermatt, want er zijn nogal wat opties om te starten. Niet direct bij de Theodulpas helaas, de gletsjer is daar te vlak. Omhoog naar kabelbaanstation Klein Matterhorn is een optie met westelijke wind of nulwind, maar dat betekent wel vijfhonderd hoogtemeters extra klimmen. Toch is
Met zonsopkomst op weg naar de Meidpass
9
dit vaak aangenamer dan driehonderd meter afdalen naar Trockener Steg, omdat de gletsjer hier in warme zomers nogal overspoeld is en je dikke kans hebt om door de slush tot je knieën in een gletsjerbeek te stappen. Vanaf Trockener Steg ben je meestal op het droge en vervolg je de route naar Zermatt. Na een half uur lopen, op circa 2800 meter hoogte, vind je mooie noordgeoriënteerde grashellingen langs het pad waar het terrein egaal en toch steil genoeg is om te starten en snel veel lucht onder je voeten te hebben, met de Matterhorn naast je om het plaatje voor de perfecte finish compleet te maken. Vind je de wilde startplaatsen niets, dan kun je de bordjes naar Schwarzsee volgen om te starten van
een officiële startplaats. Hoe je Zermatt ook in komt, lopend, rennend, vliegend of strompelend, je bent vele ervaringen rijker geworden sinds je hier bent vertrokken! Startplekken: 8a. Klein Matterhorn – 3.850 m - west ligt 500 meter boven de route, naast het kabelbaanstation 8b. Onder Trockener Steg - ca. 2.800 m noord, prima tegen de valleiwind van het Mattertal in. Diverse startbare grashellingen langs de route. 8c. Schwarzsee - Officiële startplaatsen – 2.584 m - noord en zuid - later op de dag bij stevige valleiwind kan het onmogelijk zijn om de officiële landing te halen.
Vlucht naar Cignana meer.
10
Landing: Officiële landing van Zermatt naast het treinstation – 1.620 m Extra: Zie Paragliding Map en de piloteninformatie op paragliding-zermatt.ch voor details over de vele vliegstekken rondom Zermatt, die buiten de route liggen maar allemaal de moeite waard zijn om een extra dag (of week) mee te vullen.
De Arolla gletsjer.
Feiten en praktische informatie Cijfers Afstand: 145 km Hoogtemeters: 9.925 meter stijgen Aantal dagen: 7 etappes in 8 dagen Hoogste punt: Theodulpass 3.301 m Zwaarte wandeltocht Achtdaagse bergwandeltocht met fikse dagetappes, tenminste duizend hoogtemeters stijgen per dag. Twee eenvoudige gletsjers, smalle paden, gezekerde passages. Goede conditie nodig, tredzekerheid en geen hoogtevrees. Karakter vliegstekken De meeste startplekken op de tocht zijn “wilde” startplaatsen, zonder windvaan en andere piloten in de lucht. De genoemde startplekken zijn goed te doen en landingsplaatsen in de valleien zijn voldoende voorhanden. De beschreven vliegtrajecten zijn op glijvlucht te halen (in “dode” lucht). Rekening houden met mogelijk stevige valleiwind in de Zwitserse dalen. Beste tijd Midden juli tot eind augustus, of tot later bij een sneeuwarm najaar. Overnachten Halverwege etappe 1 overnacht je in een berghut, bijvoorbeeld de Europaweghütte of de Europahütte. Aan het eind van etappe 5 kan je overnachten in berghut Prarayer. Alle andere etappes eindigen in een dal waar je meerdere mogelijkheden hebt voor accommodatie. Wil je vaker in hutten overnachten, kan je de tocht anders indelen. Uitrusting Het spreekt voor zich dat tienduizend hoogtemeters met een gewone paragliding-uitrusting, volledige bergwandeluitrusting en stijgijzers voor de gletsjeroversteek geen goed idee is. Kamperen en bivakkeren is ook uitgesloten, wil je de ballast comfortabel houden. Een lichtgewicht paragliding uitrusting is een must. Minimaliseer de bergwandel-uitrusting. Huur eventueel een lakenzak in de hutten en was je kleren een keer extra. Bevoorrading kan in ieder dal en ieder uur kun je je waterfles wel ergens vullen met bronwater (doe dit niet onder een alm met koeien). Bezuinig niet op stijgijzers of neem tenminste grödels mee. Op de redelijk vlakke gletsjers is een pickel overbodig als je toch al wandelstokken meeneemt. Hou ook rekening met grote temperatuurverschillen, dus pak zowel een korte broek als handschoenen in. Kaarten en gidsjes • Met Uitzicht op de Matterhorn, door Menno Boermans, uitgeverij Weijdert, Nederlands, komt uit in maart 2019 en beschrijft naast de Tour du Matterhorn veel andere wandelingen in dit gebied. • Routebeschrijving Tour of Matterhorn, Cicerone uitgeverij, Engels, ook als E-book beschikbaar • Tour Matterhorn, Rund um den Berg der Berge, Remo Nanzer, Duits/Italiaans • Kaarten Zwitsers deel: Kompass kaarten 115 en 117, schaal 1:50.000 • Kaart Italiaans deel: IGC kaart 5, Cervino Matterhorn e Monte Rosa, schaal 1:50.000
11
“Droom het, plan het, Hike&fly
doe het� Tekst: Matt Warren Vertaling: Bastienne Wentzel
Hike&fly begon met de allereerste avonturiers die wel hielden van bergklimmen, maar niet van naar beneden lopen. Zij namen hun lichte parachute mee en vlogen van de top naar beneden. Tegenwoordig heeft iedere fabrikant wel een lichtgewicht scherm met goede vliegeigenschappen en is hike&fly voor iedereen toegankelijk. Maar hoe begin je? Matt Warren voelde enkele experts aan de tand. 12
Hike&fly is niets meer of minder dan naar boven lopen, een startplek vinden en naar beneden vliegen. Tijdens een vol-biv plak je meerdere van dit soort trips aan elkaar en overnacht in de natuur. “Het geeft een geheel andere smaak aan de vlucht,” zegt paragliding professional en vijfvoudig X-Alps deelnemer Tom De Dorlodot. “Je bent verbonden met de berg omdat je er zoveel moeite voor hebt gedaan en je weet dat elke meter die je klimt een meter is die je kunt gebruiken om te vliegen. Het is puur, het is verbonden met de natuur. Het voelt niet hetzelfde als ik uit mijn auto stap en ga vliegen. Hike&fly en vol-biv gaat over het echt ervaren van de bergen.” Hoe begin je? Of het nu hike&fly of vol-biv is, Tom De Dorlodot heeft een geruststellend eenvoudig advies: ‘Droom het, plan het, doe het ...’ Dat is alles. Dromen Ideeën komen overal vandaan. Paul Guschlbauer kreeg een idee na het zien van de film Never Ending Thermal. Hij vloog met de berggids Werner Strittl van de Angel Falls
in Venezuela. Hij liep 62 slopende kilometers in vijf dagen voor een 15-minuten durende glijvlucht van 2.000 meter, maar het was de vlucht van zijn leven. Laat officiële starts achter je en de bergen zijn je speelterrein - surf gewoon op paragliderfora, praat met piloten en begin te wandelen. Probeer een paar simpele hike&fly trips en verbind ze vervolgens in een langere vol-biv. Gewoon rustig aan doen en genieten van het landschap. Plannen Als je eenmaal een bestemming hebt, doe je onderzoek - en vind je de juiste kit. “Begin met Google Earth,” zegt Paul Guschlbauer. “Je ziet mogelijke starts, de hoogte en meet afstanden die je moet afleggen naar landingsplaatsen. Je kunt dan plannen welk type scherm je nodig hebt. Als je na een wandeling op de start aankomt, is die dan steil genoeg voor een miniwing of heb je een groter scherm nodig met meer performance? “ Een goede wandelkaart toont paden en contourlijnen, landingsopties en obstakels zoals hoogspanningslijnen. Een hogere startplek is weliswaar verder lopen maar
Foto: Davy Faure
13
waarschijnlijk boven de boomgrens, wat het starten gemakkelijker maakt. Guschlbauer zegt: “Soms zie je niet op Google Earth of het een rotsachtige of een met gras begroeide helling is. Meestal kun je boven de bomen wel een goede startplek vinden.” Onthoud: misschien ben je wel de eerste die daar vliegt. “Doe veel aan groundhandling vooraf,” adviseert Tom de Dorlodot. “Als je dat goed kunt, kun je vanaf lastige starts vertrekken. Als je gewend bent om naar officiële starts te gaan, bedenk dan dat de start erg steil of rotsachtig kan zijn. Bereid je daarop voor. “ Daarnaast geldt: voor een succesvolle vol-biv moet je niet slechts één berg maar een hele bergketen begrijpen. Denk aan dalwinden, hoe verschillende bergflanken op verschillende tijdstippen van de dag zullen werken en of je gekozen startplek in wind ligt. Tot slot moet je redelijk fit zijn - je hebt je krachten misschien nog nodig om naar beneden te lopen. Hoe lichter hoe beter? Of het nu hike&fly of vol-biv is, het is tijd om je uitrusting aan te passen. “Over het algemeen is lichter beter,” zegt De Dorlodot,
die voor vol-biv trips een Gradient Avax XC5 vliegt met een 1,5-kilo wegend Supair Strike harnas. “Je keus is een compromis tussen comfort en gewicht.” “Voor hike&fly kun je voor superlicht gaan,” voegt hij eraan toe. “Maar een snel scherm is belangrijk voor vol-biv. Als je een gewone overlandvlucht doet en de wind komt uit het westen, dan vlieg je naar het oosten. In vol-biv heb je echter een doel dus bereid je voor om tegen de wind in te vliegen.” “Welke vleugel je kiest, hangt ook af van het type startplekken,” zegt Guschlbauer. “Sommige starts zijn moeilijk met een groter scherm. Met een kleinere vleugel neem je twee stappen en dan vlieg je. Beslis van te
voren wat je wil doen. Als er thermiek is, wil je dan lang vliegen, of wil je een aantal barrelrolls maken in de afdaling? Hoe dan ook, neem geen high-performance paraglider als je er geen ervaring mee hebt.” “Wees absoluut op je gemak met je uitrusting,” zegt Himalaya-veteraan Eddie Colfox van Himalayan Sky Safaris. “Voor volbiv moet je je helemaal op je gemak voelen, met je handen los kunnen vliegen en een broodje eten. Je moet ook kunnen landen waar je wilt en starten in omstandigheden die je misschien nog nooit eerder hebt meegemaakt. Ongemantelde microlijnen zijn prima voor wedstrijden, maar voor hike&fly hebben ze hun nadelen.”
Foto: RedBull
14
Een beetje comfort Een vleugel en een energiereep kunnen voor een snelle hike&fly voldoende zijn, maar plan zorgvuldiger voor vol-biv. Begin met het thuislaten van je zware paraglidingboots. “Schoenen zijn belangrijk,” zegt Tom De Dorlodot, die 9.000 km heeft afgelegd tijdens vol-biv trips. “Sommige mensen dragen nieuwe schoenen. Geen goed idee, je krijgt blaren. Meestal gebruik ik lage Salomon trailschoenen. Gore-tex is belangrijk of je krijgt natte voeten. En nordic walking-stokken helpen echt. Op de start prik ik er een in de grond en bevestig er een windzak aan.” Voor vol-biv beveelt De Dorlodot ook een
matje aan, maar hij gebruikt zijn vleugel, geen slaapzak, voor isolatie. Bovendien: “Het scherm maakt wel veel lawaai wanneer je beweegt, dus neem wat oordopjes mee.” “Of je een brander meeneemt, hangt af van waar je bent,” voegt hij eraan toe. “Er kan een dorp in de buurt zijn waar je voedsel kunt kopen.” Hoewel voedsel en water essentieel zijn, kun je altijd middelen benutten die je onderweg tegenkomt, zegt De Dorlodot. “Ik drink water uit beken, behalve wanneer er dieren in de buurt zijn. Meestal is het veilig en je kunt altijd waterzuiveringstabletten bij je dragen. Tel je voedsel en water niet als extra gewicht, het is je brandstof en je kunt het altijd opdrinken of opeten. Neem in ieder geval energierepen mee. Verder neem ik vaak visspullen mee. Mijn kit is 500 g, maar een forel van 2 kg levert je heel veel heerlijke eiwitten op. En ken de vruchten die je kunt eten. “ En nu: doen! De weersvoorspelling ziet er goed uit. Het is tijd om te gaan! “Ik begin altijd vroeg met de start,” zegt De Dorlodot. “Dit betekent dat je tijdens de klim de tijd kunt nemen om te stoppen en te analyseren waar de wind vandaan komt en hoe het weer zich ontwikkelt.” Als je vroeg bent heb je ook tijd om de start te verkennen. “Ik neem tien minuten de tijd om stenen en planten te verwijderen,” zegt De Dorlodot. “Dat is beter dan vijf gebroken lijnen. Dan ga ik zitten en kijk wat er gebeurt. Ik gebruik mijn horloge om de thermische cyclus te beoordelen. Als er een briesje is, is het misschien een thermbiekbel, dus ik kijk hoe lang het duurt voordat de volgende doorkomt. Ik begin te begrijpen hoe de berg ademt.” Honza Rejmanek is meteoroloog, vliegt sinds 1993 en heeft deelgenomen aan vijf Red Bull X-Alps. Of het nu hike&fly of vol-biv
is, hij benadrukt het belang van ‘nowcasting’ in tegenstelling tot ‘forecasting’ (het weer van nu begrijpen in plaats van het weer in de toekomst voorspellen). “Je moet inspelen op wat er aan de hand is en hoe dingen evolueren en je moet ongeveer 20 minuten tijd nemen om de omstandigheden op de start te beoordelen. Als je niet bovenaan de berg staat, moet je je bewust zijn van wat er achter je gebeurt - is daar een enorme wolk? Ben je misschien aan de lijzijde, met mogelijk gevaarlijke turbulentie?” Rejmanek zegt: “Als er windstoten zijn, zijn dat dan thermische cycli of turbulentie? Zijn ze geleidelijk en regelmatig, wat suggereert dat er mooie, matige thermische cycli zijn, of zijn het radicalere vlagen die doorschieten en van richting veranderen, misschien de vreemde windstoten van een rotor? Als je niet helemaal de berg oploopt, weet je misschien niet dat je aan de lijzijde bent.” “Let ook op de stagnatiezones. Delen van een berg aan de bovenzijde van de wind kunnen heel licht aanvoelen met perfecte windomstandigheden, en dan loop je naar de rand van de berg en waai je uit je schoenen op de hoeken en de top. Als je niet bovenaan staat, loop dan tenminste naar de rand van de berg om te zien hoe daar de omstandigheden zijn.” Let op de vogels Er zijn ook andere aanwijzingen. Als je de windsnelheid bovenin wil beoordelen, bekijk dan hoe snel de schaduwen van cumuluswolken over de grond bewegen aan de crosswindzijde, vooral wanneer ze een contourlijn volgen. “Je kunt ook naar de helderheid van de lucht kijken,” voegt Rejmanek eraan toe. “Als het heiig is, wordt de zon afgeschermd, zodat het langer duurt voordat de thermiek start. Als het een mooie, heldere dag is, kan het systeem eerder op gang komen. Als je aan het wandelen bent en je ziet onderweg een wazige inversielaag, dan weet je dat je daar niet in wilt duiken omdat het moeilijk kan zijn om er weer uit te komen.” “Let op de vogels,” zegt De Dorlodot. “In de Pyreneeën vliegen de gieren altijd wanneer de omstandigheden goed zijn. Als zij thermieken, werkt het. Maar als het weer
15
slecht is en de wind cross, wees dan niet lui - ga weg. Je kunt vaak een betere startplek vinden.” De sleutel voor vol-biv is om vroeg op pad te gaan en de tijd te nemen. “Om snel te zijn, moet je langzaam gaan,” zegt De Dorlodot. “Je moet analyseren. Soms is het beter om een dag op een goede plek te wachten dan te haasten op een rotplek, want als je drie belletjes kunt vinden, scheelt dat bijna een dag wandelen.” De kunst van het nee zeggen Er is geen garantie op een vlucht na een lange wandeling. Wees voorbereid om de teleurstelling in te slikken en weer af te dalen. Je hebt meestal geen winddummy tijdens een hike&fly dus of je besluit te vliegen is enkel en alleen jouw besluit. “Je moet weten wanneer je moet stoppen,” zegt Tom De Dorlodot. “De X-Alps in 2017 was echt riskant, want elke dag vlogen we aan de lijzijde met harde wind. Voor de eerste keer in de geschiedenis van het evenement haakten enkele piloten af omdat het te gevaarlijk was. Ik heb veel respect voor hun beslissing. Er is lef nodig om te stoppen. Dat zou iedere piloot moeten kunnen.” “Een van mijn meest gedenkwaardige vol-biv-vluchten was met John Silvester rond Manimahesh in de Chumba-vallei, ten oosten van Bir, India,” zegt Eddie Colfox. “Het was een prachtige vlucht rond een enorme piek in een gebied waar nog nooit eerder was gevlogen. We landden hoog en het was een vrij tricky landing. We werden de volgende ochtend wakker in vier centimeter sneeuw. Het weer verbeterde niet, we waren op 3600 meter en we hadden maar een dag voedsel - dus we moesten naar beneden wandelen, wat nogal een ervaring was... Vlieg nooit als je niet helemaal goed in je vel zit.” Hoe houd je het veilig? Tijdens een hike&fly of vol-biv kun je erg geïsoleerd raken. “Visualiseer voordat je op pad gaat wie er thuis op je let, wat er mis kan gaan en wat je zou willen dat er gebeurt in dat geval,” zegt Jocky Sanderson, die al 25 jaar over de hele wereld vliegt. “Laat iemand je volgen op een smartphone-app of SPOT.” “Het is belangrijk dat iemand je livetrack in
Foto: Eddy Colfox
de gaten houdt,” voegt Sanderson hieraan toe. “Sommige mensen gaan ervan uit dat je op die knop kunt drukken als er iets gebeurt, maar wat als je buiten bewustzijn bent? Als iemand je voortgang in de gaten houdt, valt het op als je lang stilstaat. Dan is er misschien iets gebeurd en kunnen ze reageren. “ Zorg er zeker voor dat je het nummer van de lokale hulpdiensten hebt - en weet hoe je ze het beste kunt waarschuwen. “In een afgelegen gebied in het Verenigd Koninkrijk, bijvoorbeeld, is het het beste om de politie te waarschuwen (via 999) in plaats van de ambulancedienst, die meestal werken met postcodes en straten,” zegt hij. “Weet hoe het werkt in het land waar jij naartoe gaat.” “Je positie bepalen is van het grootste belang,” zegt Sanderson, “Dus een lampje is enorm nuttig, bijvoorbeeld je telefoon. Het is vaak donker als er hulp komt en als het waait, is het moeilijk om een schreeuw te horen. Blijf stil en knipper een lichtje met tussenpozen. Zodra ze dichtbij zijn, is een fluitje nuttig.” Zorg voor tandzijde onder handbereik. Als je in een boom zit kun je het laten zakken, zodat hulpverleners er een lijn mee kunnen maken. “Zorg er in een boom voor dat je gezekerd bent,” voegt Sanderson eraan toe. “En wat je ook doet, vooral als je je in een droog eucalyptusbos bevindt, steek geen vuurpijl aan. Dat is echt gebeurd. De piloot was oké, maar hij was heel helder verlicht.” Neem tot slot ook een EHBO-set met essentials om verstuikingen en bloeding te behandelen. Waar begin je? In het Verenigd Koninkrijk stelt Jocky Sanderson het Lake District voor. “Vertrek van de Old Man from Coniston, ongeveer anderhalf uur lopen van de plaatselijke parkeerplaats en vlieg noordwestwaarts
in de meestal zuidwestenwind, over de centrale heuvels. Dat is een mooie, gemakkelijke hike&fly. “ “Colombia is geweldig voor hike&fly of vol-biv,” suggereert Tom De Dorlodot. “Het is bijna elke dag vliegbaar en je hoeft nooit ver naar de start - slechts 400-500 m. Je kunt bijna overal landen. We hebben 460 km afgelegd in zes dagen en in de laatste drie dagen liepen we helemaal niet, we vertrokken waar we waren geland.” “De Pyreneeën zijn ook cool - je kunt vanaf bijna elke berg starten,” vervolgt De Dorlodot. “Maar het is een moeilijk gebied om te voet af te leggen, want de bergketen loopt oost-west en alle valleien lopen noord-zuid. Je moet dus continu stijgen en dalen.” Voor Guschlbauer zijn de Alpen perfect voor een korte hike&fly. “Angel Falls was absoluut de bijzonderste hike&fly die ik heb gedaan. Maar in de Alpen is Stauffen mooi, in de buurt van Salzburg. Een klim van 1.100 meter met een perfecte startplek en een geweldig uitzicht. De omstandigheden zijn vaak goed om te vliegen bij zonsondergang. Het is kalm, warm en mooi. Ik heb er geweldige herinneringen aan.” “Manali in India en Hunza in Pakistan zijn bijzondere hike&flygebieden,” zegt Himalaya-veteraan John Silvester. “Manali heeft groene weiden en dennenbossen op lagere hoogten die overgaan in 6.000m pieken die makkelijk zijn om te beklimmen. Beide hebben goede toegangswegen, dus het kost geen dagen om er te komen. In 1988, tijdens mijn eerste reis daarheen met vleugel, vloog ik vanaf een kleine 4.500m-top in Hunza en ik was verkocht... de uitzichten op de enorme Karakoramtoppen waren adembenemend en de wandeling naar boven was drie uur. Ik deed zelfs een hele 360’er over het dorp Karimabad met mijn vierkante scherm met een glijgetal
16
van 2,5 op 1. Ik voelde me de held! Destijds vlogen we meestal direct naar de landing die we dan niet haalden. Het verspillen van hoogte met een bocht was toen net zo gestoord als een looping maken vlak boven de landing nu.” Tijden veranderen. Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Cross Country magazine nr 164, oktober 2015. Websites Tom de Dorlodot: facebook.com/thomasdedorlodot Paul Guschlbauer: www.paulguschlbauer.at Jocky Sanderson: www.jockysanderson.com Himalayan Sky Safaris: www.himalayanskysafaris.com
“Elke meter die je klimt is een meter die je kunt gebruiken om te vliegen.”
Foto: Andy Busslinger Kleine extra’s Een paar kleine items maken een groot verschil en zijn niet te zwaar. * Factor 50 zonnebrandcrème. * Met een beetje waspoeder bespaar je gewicht door minder kleren mee te nemen en onderweg te wassen. Schoon zijn houdt ook het moreel hoog. * Een aansteker, zwitsers zakmes, naaiset, tape en reserve-lijnen voor basisreparaties. * Met muziek of een audioboek op je telefoon is parawaiting een stuk aangenamer.
17
Er is geen garantie op een vlucht na een lange wandeling. “Je moet weten wanneer je moet stoppen.”
Foto: Tom De Dorlodot
Lichtgewicht vleugels – hoe ze verschillen Licht kan goed zijn, maar voel je je ermee op je gemak? Ozononderzoek Piloot Russell Ogden onthult wat je kan verwachten. “Gemiddeld bespaar je ongeveer een kilo met lichtgewicht materialen,” zegt Ogden. “Dit geeft de vleugel minder inertie in de lucht, dus het is iets beter bestand tegen stalls, maar het kan een beetje meer bewegen - je voelt de lucht meer. Deze extra feedback maakt de vleugel een beetje nerveuzer. Lichte versies hebben over het algemeen een lichtere remdruk en meer precisie in de remmen in vergelijking met hun zwaardere neven. Als je je op je gemak voelt aan een vleugel, is het geen probleem om over te stappen naar de
18
lichtgewicht versie ervan, bijvoorbeeld van een Ozone Rush 4 naar een Swift 4, maar als je al een beetje nerveus bent, is de overstap misschien niet goed voor je zelfvertrouwen.” “Single skins zijn geweldig in de Alpen als je vroeg in de avond een glijvlucht maakt en als je weet onder welke omstandigheden je vliegt, maar ze hebben niet de hoogste snelheid. Als je langere tochten maakt, zijn ze niet zo veelzijdig als een vleugel met een extra oppervlak en een goed speedsysteem. Ze hebben wel voordelen: single skins zetten makkelijk op bij lichte wind, de startsnelheid is laag en ze zijn gemakkelijk te landen op kleine plekken.”
Foto: Paul Guschlbauer
Drie lessen uit de Red Bull X-Alps Nieuw-Zeelander Nick Neynens werd 10e in de X-Alps 2015. 1. Op de eerste dag interpreteerde ik de weersomstandigheden verkeerd, iets waardoor ik bijna uit de race raakte. Ik begrijp niet helemaal wat er is gebeurd. Bereid je voor om verrast te worden. 2. Het maakt niet uit hoe snel je vliegt als je vroeg landt. 3. Bij Verbier op dag 9 heb ik een paar seconden vrije val gehad. Dat is me nog nooit eerder overkomen, dus ik veronderstel dat ik iets heb geleerd.
Foto: Paul Guschlbauer
19
Dubbel licht
Op zoek naar de
lichtste tandemuitrusting Tekst: Peter Blokker Foto’s: Tamara en Peter Blokker
Scheurend over de Route du Soleil naar mijn favoriete speeltuin - inderdaad, de Alpen - moest ik even met mijn ogen knipperen. Reed daar nou een Mini Cooper met een dikke caravan aan de trekhaak? Dat is toch geen gezicht? Het kan wel, maar het ziet er onlogisch uit. Een lange file, een gezond portie zelfreflectie, een onvermijdelijke conclusie: Dat superlichte singleskin tandemscherm past niet bij de rest van mijn tandemuitrusting! Lichtgewicht tandemschermen zijn in de mode. Hike & Fly kan nu ook met je nietvliegende vrienden. Het is vechten of loten om wie het tandemscherm mag dragen en wie de rest moet meesjouwen. Neem bijvoorbeeld mijn Niviuk BiSkin van 3,3 kg, half zo zwaar als een gangbaar soloscherm, dat voel je amper op je rug. De harnassen, spreaders en reserve daarentegen is een heel ander verhaal. Pilotenharnassen die ruimte moeten bieden voor een
tandemreserve zijn logge monsters die zich - verscholen in een grot of donker magazijn hebben verstopt voor de lichtgewicht trend. Niet omdat het moet, maar... Natuurlijk is het allemaal wel te doen: Het lichtgewicht tandemscherm bij mijn passagier op de rug, de rest van de uitrusting in een pakzak sjouw ik wel omhoog. Daarmee hebben we het niet zwaarder dan de solo piloot die zich aan een
20
hike & fly waagt. Maar ik voel dat er meer uit te halen is. Minder zware harnassen, een oplossing voor de tandemreserve en een slimme innovatie voor de spreaders. Als het lukt om de ultieme lichtgewicht tandemuitrusting samen te stellen, kun je makkelijker omhoog, hoger of technischer klimmen, meerdaagse tochten maken omdat er ruimte is voor andere spullen, en daarnaast: vliegen in stijl!
Stubai Cup tandemtest
Schermen Wil je echt op gewicht besparen, kies je voor een enkeldoeks scherm. De fabrikanten Niviuk, Skyman en Independence hebben ze al beschikbaar en bij AirDesign wordt er aan gewerkt. Qua prestaties, glijgetal en veiligheid is een enkeldoeks tandemscherm te vergelijken met gewone tandemschermen. Het opzetten met weinig wind is makkelijker, het opzetten met harde wind een uitdaging en het flaren bij de landing vereist wat oefening. Een kleine test van lichtgewicht tandemschermen vind je in Lift 9, april 2018.
Lichtgewicht tandems dubbel getest Ook voor een vlieger als ik die meer vluchten als tandempiloot dan solo maakt, is er op de Stubai Cup veel nieuws onder de zon. Het evenement trekt veel publiek, dus er zijn genoeg potentiële passagiers. Een beetje vreemd kijken ze wel, als ik benadruk dat ze op eigen risico instappen en we met een
Advance Pi Bi (EN-B) Schermgewicht 4,8 kg Startgewicht 100-180 kg Uitgelegd oppervlak 37,2 m2 De Advance Pi Bi is een erg interessant scherm. Lichter dan vijf kilogram en daarmee de lichtste tandem na de enkeldoeks schermen, een pakvolume waar een soloscherm niet tegenop kan. Over solo gesproken, dit scherm is prima geschikt voor zware piloten die een licht scherm willen; het startgewicht begint namelijk al bij honderd kilogram. Dat toch een schermoppervlak van 37,2 vierkante meter wordt gehaald komt vooral door de bouwwijze waarbij weinig stof inwendig in het scherm is gebruikt. De twee ‘flaps’ bij de wingtips heeft Advance toch gehandhaafd, het is je beeldmerk of niet! Starten gaat eenvoudig en de vliegeigenschappen zijn speels met een directe handling, vergelijkbaar met de solo Pi. ‘Boven blijven is geen eenvoudige opgave in vergelijking met de andere lichte tandems, maar voor een rodeo rit naar de landing is het een prima maatje.
scherm gaan vliegen dat ik ook niet eerder gevlogen heb. Vreemd genoeg weerhoudt dat mijn passagier er niet van om in te stappen. Eenmaal in de lucht merkt hij wat een testvlucht inhoudt. Een steilspiraal, wingover, SAT en dikke inklapper zijn toch wel basisingrediënten om een scherm te testen. Tekst en foto’s: Joran Dekker en Peter Blokker
AirDesign Hike (EN-B) Schermgewicht 5,3 kg Startgewicht 110 - 180 kg Uitgelegd oppervlak 35 m2 Drie jaar geleden vloog ik deze tandem al bij de Stubai Cup en het beviel me zo goed dat ik het scherm heb aangeschaft. Inmiddels heb ik er in vele uithoeken van de wereld mee gevlogen en heeft het scherm me nooit teleurgesteld. Heerlijk om een zo goed als nieuwe demo uit te rollen op de startplaats. Het is nu, een paar jaar later, nog altijd één van de lichtste tandems op de markt na de enkeldoeks schermen en tevens één van de kleinste. Het scherm kan zo eenvoudig mee in de pakzak als een compact soloscherm, vliegt ook als een soloscherm, start makkelijker als een soloscherm en heeft een erg krachtige flare. De grootte van 35 vierkante meter blijkt prima gekozen om met veel windsnelheden te kunnen starten, wat perfect is voor hike & fly tochten. Met het gewicht limiet van 180 kilogram doet deze tandem niet onder voor de grotere schermen uit de test (uitgezonderd de BGD Dual Lite).
38
BGD Dual Lite Foto: Rob Verboven
Advance Pi Bi
BGD Dual Lite (EN-B) Schermgewicht 6,35 kg Startgewicht 120-220 kg Uitgelegd oppervlak 40 m2 De schermen van Bruce Goldsmith Design stelen met hun bonte kleuren de show en zien er ook nog eens heel strak uit. Deze tandem - die 1,1 kilogram lichter is dan de “gewone” Dual, heeft een rimpelvrij doek en strakke neus. Er is een zorgvuldige keuze gemaakt voor de toepassing van lichtgewicht materiaal, waarbij nagenoeg niet is ingeleverd op de duurzaamheid. Het is dan ook geen extreem lichte tandem geworden, maar het scherm zet wel erg makkelijk op! Zelfs met lichte rugwind word je met passagier en al na enkele passen opgetild. Het vliegen van de Dual Lite is eenvoudig en wordt niet makkelijk wild. Met andere woorden, een veilig scherm dat niet zo dynamisch vliegt maar toch stuurt als een solo scherm. In een pittige steilspiraal hebben beide wingtips de neiging om in te klappen, zodat je met kleine oortjes spiraalt. Voor het snel afdalen is dit eerder gunstig dan ongunstig, maar het staat een beetje vreemd. Prima keuze voor de zwaardere (commerciële) piloot.
Opvallend is dat alle nieuwe tandems die ik heb getest, in nulwind en zelfs met lichte rugwind, erg goed te starten zijn. Vooral de lichtgewicht tandems waar ik in het bijzonder naar op jacht was, bleken al snel als een huis te staan en vlot te dragen. Duidelijk is dat alle fabrikanten hun tandemschermen erg serieus nemen en nauwkeurig ontwerpen. Ieder gevlogen scherm (en de passagier) heeft mijn testvlucht zonder gebreken en kleerscheuren doorstaan, beroerde tandems zijn er dus eigenlijk niet meer. Aandachtspunt bij de lichtgewicht tandems is het bereik van het startgewicht; het inleveren aan schermgewicht en oppervlak zorgt in veel gevallen voor een 180 kilogram limiet. Koop je een lichte tandem, neem dan ook lichte harnassen en accessoires, anders kan de iets zwaardere passagier al snel niet meer mee!
39
Harnassen Strings en reversibles… voor de solo piloten is er genoeg keus aan lichtgewicht harnassen, vooral als je als gebrevetteerd piloot weloverwogen besloten hebt zonder protectie te vliegen. Al deze harnassen zijn voor de tandempassagier in te zetten. Of het wel verantwoord is om een passagier in zo’n lapje als een Kortel Kliff of Ozone F*Lite van nauwelijks honderd gram te hangen, is een andere discussie, maar technisch is het mogelijk. Voor de piloot zelf is de keuze beperkter, omdat er een mogelijkheid moet zijn om de tandemreserve te installeren. Kortel Design heeft een speciale tandemmodule, waarbij de reserve in een rugcontainer op de Kruyer II of Karver II te monteren is. Deze lichte en comfortabele oplossing heeft maar een nadeel, je kan als piloot geen rugtas dragen want dan kan de reserve niet worden geactiveerd. Sinds mei 2018, dus vers uit de Advance fabriek, is het Strapless Bi harnas verkrijgbaar. Dit is een soort string harnas zonder protectie, maar met een compartiment voor de reserve onder het rechter bovenbeen. Hiermee wordt een gat in de markt professioneel opgevuld.
21
www.paraglidingschool.nl www.paraglidingschool.nl
Tandemreserve De noodschermen voor tandems zijn inmiddels ook als lichtgewicht versie verkrijgbaar. Het vliegen zonder geschikte reserve is strafbaar en bovendien nogal spannend, dus schrappen is geen optie. De lichtgewicht harnassen zijn voor solo piloten prima te combineren met frontcontainers. Wie goed zoekt, vindt wel een frontcontainer waar een lichte tandemreserve in past, maar waar hang je die frontcontainer? Persoonlijk ben ik van mening dat je het werpen van een reserve nooit aan je passagier mag overlaten, ook al is deze gebrevetteerd met tandemaantekening. Er is er maar één de kapitein! Een container tussen piloot en passagier is onbereikbaar, zelfs met harde spreaders. Blijft nog een optie over die het proberen waard is: de container als “sidecontainer” ophangen aan de spreaders. Hoewel de reserve prima bereikbaar is in deze setup, heb ik weer afscheid genomen van deze methode. Mijn passagier kon de armleuning niet waarderen. Met wat modificaties in de ophanghoogte kan dit echter een prima oplossing zijn.
LIERLOCATIE LIERLOCATIE--SHOP SHOP--SERVICE SERVICE
Plesmanweg Plesmanweg1515- Almelo - Almelo
Spreaders Ook op het onderdeel spreaders is winst te behalen. Een set oldschool hardspreaders met stalen karabiners weegt ruim een kilo. De spreaders weglaten en alles in één karabiner ophangen is een optie die ik heb mogen aanschouwen, maar mij niet heeft verleid dit te proberen. Als alpinist heb ik altijd een setje bandschlinges van 90 cm bij me om ankerpunten te kunnen bouwen. Deze kunnen, samen met de veilige schroefkarabiners, prima worden ingezet als tandemspreader. In sterkte doen ze niet onder voor een softspreader en in aanschaf is het veel voordeliger. Om de bridle van de reserve niet los te laten bungelen maak ik gebruik van zelf ontwikkelde sleeves met magneetsluiting. De centrale karabiner, waar scherm en reserve worden ingehangen, kan je het beste met een mastworp bevestigen. Deze knoop laat zich goed op maat stellen maar zit bij belasting muurvast.
Tequila 5 EN-B De JET FLAPS verlengen de luchtstroom als men het stallpunt nadert, wat de veiligheid aanzienlijk verhoogt en de klimprestaties verbetert. Dit gepatenteerde systeem maakt langzaam vliegen mogelijk. C-WIRES zijn nylon binnenbogen ter bevestiging van de C-lijnen. Voordelen zijn: betere krachtverdeling op het scherm, minder luchtweerstand, meer terugkoppeling van het schermgedrag aan de piloot.
Totaal gewicht minimalistische tandem uitrusting: Niviuk Bi Skin 2 Ozone F*Lite passagiersharnas Advanche Strapless Bi pilotenharnas Independence Ultra Cross 210 tandemreserve Edelrid spreaders Totaal:
3.300 g 103 g 404 g
2.300 g 200 g 6,307 kg
MINI RIBS door verdubbeling van de cellen aan de achterrand, verhogen de vormstabiliteit aanzienlijk. Voordeel: minder wervelingen waardoor verbeterde aerodynamica en daarmee de vliegprestaties. De RIGID FOILS zijn nylon staafjes aan de voorrand, deze houden de vleugelneus in vorm en zorgen voor een constante tegendruk. Voordelen: beter startgedrag, meer kracht en een laag vleugelgewicht. De SHARK NOSE-technologie in combinatie met het interne vleugelontwerp verbetert de drukverdeling binnen in het scherm. Voordelen: merkbaar gladdere opbouw en aanzienlijk betere prestaties, vooral tijdens snel vliegen. 3D-SHAPING door een exacte berekening van de stiksels in de vleugelneus en een aangepaste strip verminderen de rimpels in dit gevoelige deel. Voordelen: precies gevormde voorkant waardoor betere schermprestaties. Poreuze openingen bij de profielribben aan de achterrand zorgen ervoor dat zand en vuil in het scherm naar de vleugeltip worden geleid waar ze kunnen uitdruppelen. Dit helpt het materiaal schoon te houden en “ontlast” de achterrand.
www.panchoamelia.nl
Fotowed Eerste plaats: De tandempiloot Paul Allers wordt boven het veld van Armeide opgelierd richting de doorbrekende zon. Fotograaf: Wilfred Bussink
En de winnaar is... Dat je geen spiegelreflexcamera nodig hebt om de fotowedstrijd te winnen bewijst deze winnende foto van Wilfred Bussink. Met een iPhone SE maakte hij op een zaterdag in juni deze foto terwijl hij achter de lierkabel aan reed. Originaliteit, compositie, op het juiste moment op de juiste plaats zijn, is belangrijker dan een dure camera. Enige kanttekening: als de foto minder dan 2000x3000 pixels telt, is de resolutie onvoldoende om groot af te drukken in Lift. Helaas moeten
24
we bijna de helft van de inzendingen “diskwalificeren� vanwege te lage resolutie. Wilfred wint met zijn inzending de Icaro Fastbag, een handige lichte snelpakzak, aangeboden door Pedro Verticalo Adventurs. De tweede plaats is toegekend aan de inzending van Jeroen Karstens en de derde plaats is voor Bas de Weert. Namens de redactie onze felicitaties voor de winnaars, alle overige deelnemers worden bedankt voor hun inzendingen.
Tweede plaats: Jeroen zet zijn mooi aangelichte scherm op de foto boven het meer van Annecy. Fotograaf: Jeroen Karstens
dstrijd Verras ons met je foto’s! Ook in de volgende editie van Lift willen we graag weer een fotowedstrijd organiseren. Verras ons met je fraaie foto’s en mail ze naar Lift.delta-schermvliegen@ knvvl.nl. In het kort nog even de belangrijkste voorwaarden: De foto moet door jou zelf gemaakt zijn, je kan maximaal twee foto’s laten meedoen en de foto dient een originele resolutie van minimaal 2000x3000 pixels (6 MP) te hebben. Voeg in één of twee zinnen een korte beschrijving van de foto toe. Good luck, be creative and have fun!
Derde plaats: Bas de Weert geniet van een XC-vlucht hoog boven Gerlitzen. Fotograaf: Bas de Weert
25
Tandem d-bag
All-in-one
experience Tekst: Peter Blokker Foto’s: Max en Doseah Morriën
De d-bag, vroeg of laat zie je deze stunt eens van dichtbij en een handvol Nederlandse piloten hebben het zelf gedaan. Met een d-bag kun je starten vanaf al dan niet vliegende objecten, door je nauwkeurig opgevouwen scherm na een korte vrije val uit de ‘bag’ te trekken. Sinds kort kunnen ook tandempassagiers deze belevenis meemaken!
26
De adrenalinestoot zet je hersenen in overdrive, je ziet alles in slow motion gebeuren
Max en Peter in eerste klas zitplaatsen onder de luchtballon Wil je in Nederland op grote hoogte worden afgezet om een superlange vlucht te maken, kun je op mooie dagen met weinig wind een luchtballon als startplaats nemen. Een d-bag is (naast de rollover) één van de manieren om over te stappen van de luchtballon naar de paraglider. Ik wil ook! Op een dag kom ik Roelof-Jan tegen die deel uitmaakt van de balloncrew. Hij is op slag verliefd op paragliden en een d-bag in het bijzonder. Ik neem hem mee om te soaren aan de kust en hij maakt een tandemvlucht op een lierveld, maar de honger is niet gestild. Hij wil het paragliden zelf gaan leren maar zint ook nog steeds op een d-bag. “Kun je daar geen tandemsprong mee maken?” vraagt Roelof-Jan. Double trouble? Het idee voor een tandem d-bag is geboren en er is blijkbaar een markt voor. Op zijn minst één persoon wil het doen. Nou ben ik meestal wel in voor iets nieuws en creatiefs
maar ben ik toch terughoudend, omdat met een tandemvlucht niet alleen mijn veiligheid maar ook die van de passagier is gemoeid. Alle gevaren, van exploderende tandemschermen tot circusopeningen zijn met een tandem nog waarschijnlijker dan bij een solo d-bag. Ik ben te zuinig op mijn tandemmateriaal en mijn passagier om een tandem d-bag uit te proberen. Een jaar verstrijkt en het idee laat me niet los. Feit blijft dat een tandemscherm niet geschikt is voor de schok die gepaard gaat met de opening, en de opening zelf nogal onvoorspelbaar is. Ze zijn hier niet voor gemaakt. Paragliders niet... maar skydive koepels aan de andere kant... Modificaties Het plan krijgt vorm. Een tandem d-bag is een combinatie van skydiven en paragliden, dus het voelt eigenlijk heel logisch om ook het materiaal van beide disciplines te combineren. Ik kies voor paraglidingharnassen en -spreaders, voor het comfort bij het opstijgen en protectie bij de landing.
27
Samen met een bevriende skydivemateriaalspecialist, Fons van den Boom, zoeken we het meest geschikte skydivetandemscherm en passen in zijn atelier enkele modificaties toe aan risers, tokkels en instelling van de remmen. Net als we denken dat alles gereed is, blijkt de originele d-bag van Just Acro een ontwerpfout te hebben en aan de ruime kant te zijn. We kijken hoe dit beter kan, gaan schetsen en filosoferen... een paar dagen later ligt er een oersterke op maat gemaakte d-bag klaar, een waar kunstwerk. Try-out Ik hoef niet lang te zoeken naar een vrijwilliger om het hele systeem in de praktijk te testen. De primeur van een Nederlandse tandem d-bag klinkt Max Morriën als muziek in zijn oren. Niet veel later op een zomerse avond in Sleen hangen we de d-bag aan een ballon van Westerwolde Ballooning. De mand komt los, de zak wordt opgetild en wij bungelen daaronder, stijgend naar de maximale
1.
2. De releases van het drie ringen systeem zijn los
De lijnen komen tevoorschijn
3.
4. Het lijkt een rommeltje maar de opening gaat volgens plan hoogte die is toegestaan. Het is tijd. Geen weg meer terug. De veiligheidskarabiners heb ik na het bereiken van voldoende hoogte verwijderd. Alleen het drie-ringen systeem verbindt ons nog met de ballon. De releases in mijn hand, de camera loopt... 3, 2, 1... los! Het moment van vrije val lijkt altijd langer te duren dan in werkelijkheid het
De slider dempt de opening
geval is. De adrenalinestoot zet je hersenen in overdrive, je ziet alles in slow motion gebeuren. Eerst komen de lijnen strak te staan, het scherm komt erachteraan gaan en ontvouwt zich. Het ziet er goed uit, geen lineover, geen twist. De slider dempt de opening en terwijl het scherm zich helemaal vult wordt onze daalsnelheid comfortabel
28
verlaagd. We vliegen, en halen weer adem! Boven ons, misschien wel honderd meter hoger, zien we de luchtballon. In de verte herkennen we het startveld. Met bijna een kilometer aan hoogtemeters boven de grond, kunnen we gemakkelijk terugvliegen naar het startveld. De missie is geslaagd! Wie is de volgende?
Tandemvliegen
Plezier en verantwoordelijkheid
voor twee!
Vliegen is leuk, samen vliegen is leuker. Maar als tandempiloot draag je wel een grote verantwoordelijkheid voor je passagier. Verzekeringsspecialist en paraglidinginstructeur Erwin Voogt vertelt waar je op moet letten.
Tekst en foto’s: Erwin Voogt
Het besturen van een tandemparaglider verschilt weinig van een soloparaglider. Het grote scherm reageert doorgaans wat slomer en heeft trimmers in plaats van een speedsysteem – dat zijn zo ongeveer de verschillen. Het echte verschil hangt voor je: de passagier. Als tandempiloot ben je niet alleen moreel, maar ook juridisch verantwoordelijk voor de veiligheid van je passagier. De passagier zit bovendien vooraan; bij een ongelukkige landing is de passagier dus altijd de pineut. Daarnaast ben je aan elkaar geknoopt. Dat brengt extra risico’s met zich mee. Vergelijk het met van een tafel af springen: in je
29
eentje geen probleem, maar probeer het eens terwijl je aan iemand vastgebonden zit. Daarom mag je volgens de KNVvLreglementen alleen tandemvliegen als je B3 hebt en uiteraard over de aantekening tandempiloot beschikt. Je mag de tandemopleiding wel starten met enkel B2. Naast deze regels, is echter vooral belangrijk dat je perfect kunt starten en landen, vooral als je tandem gaat vliegen in de bergen. In dit artikel belichten we enkele specifieke aspecten van het materiaal en we gaan in op de verantwoordelijkheid die je hebt als tandempiloot naar je passagier en wat betreft de wetten en regels.
Het tandemscherm Een tandemparaglider moet twee keer zoveel gewicht dragen, maar is om praktische redenen niet twee keer zo groot als een soloscherm. De vleugelbelasting is dus bij een tandem groter dan bij een soloscherm met als gevolg een wat een hogere voorwaartse- en daalsnelheid. Wel is het ontwerp van een tandem vaak zodanig dat het stuurgedrag eerder wat trager is. Omdat een speedsysteem vanwege de passagier lastig te monteren is, hebben vrijwel alle tandems trimmers in plaats van speed. Ook met trimmers kun je de snelheid wat verhogen, maar dat gaat niet op dezelfde manier als met speed. Bij het intrappen van de speedbar kantelt de vleugel meer naar voren, maar blijft de vorm redelijk gelijk. Bij trimmers worden de achterste risers verlengd, waardoor de achterkant meer omhoog krult.
• Geef de passagier een duidelijk punt waar hij of zij heen moet lopen. • Vertel de passagier wat hij of zij moet doen en kan verwachten bij de start (gewicht naar voren, niet omkijken, niet meteen gaan zitten, enzovoorts). • Controleer of de passagier de uitleg begrepen heeft.
De passagier Als piloot ben je te alle tijden verantwoordelijk voor je passagier. Ga er nooit vanuit dat de startleider of iemand anders de passagier gecontroleerd heeft of uitleg gegeven heeft. Dus:
Wetgeving en verzekering Het is in Nederland toegestaan tandem te vliegen, mits de piloot: • geen vergoeding krijgt voor de vlucht in welke vorm dan ook; • geen “baat” heeft bij de vlucht; • geen werving doet voor de vluchten; • een verzekering heeft voor aansprakelijkheid tegenover de passagier. Dat diverse clubs en scholen commercieel tandemvluchten aanbieden staat dus op gespannen voet met de wet. Een grijs
• Controleer voor de start alle banden van de passagier: beenbanden vast, schouderbanden niet te strak - de passagier is onderdeel van je vijfpuntencheck.
Vanzelfsprekend is het lastig starten, landen en vliegen als de passagier groter of zwaarder is dan jijzelf – loopt of hangt een “grote” passagier verkeerd, dan kun je dat als “kleine” piloot moeilijk corrigeren. Ook kan een grote passagier je zicht naar voren blokkeren. En wat vaak vergeten wordt: eigenlijk ben je wettelijk verplicht de passagier te melden dat een paraglider “niet gecertificeerd is volgens internationale luchtwaardigheidseisen”.
Eigenschappen van een tandemscherm In vergelijking met een normaal scherm geldt voor een tandem doorgaans: • De minimum snelheid ligt hoger. • De trimsnelheid is ongeveer gelijk. • De maximum snelheid (trimmers helemaal open) is lager. • Bochten gaan ruimer en langzamer. • De G-krachten bij snelle bochten zijn hoger (vanwege de langere lijnen). • Het glijgetal is vergelijkbaar met schoolschermen.
30
gebied is wanneer de tandemvluchten onderdeel zijn van een paraglidingcursus – instructie geven tegen een vergoeding is namelijk wel toegestaan. Je zult dit dan wel hard moeten kunnen maken, niet alleen naar je passagier, maar ook naar de verzekeringsmaatschappij die bij een ongeluk geacht wordt de schade te betalen. De passagier vooraf een “eigen risico” verklaring laten tekenen is verstandig, maar heeft beperkte juridische waarde. Je bent en blijft als piloot vaak gewoon aansprakelijk als de passagier iets overkomt. Privé tandemvliegen met vrienden of familie is doorgaans geen probleem, maar let wel op de volgende zaken. De KNVvL-aansprakelijkheidsverzekering is alleen voor solovliegen en niet voor tandemvliegen! Gelukkig dekken veel particuliere aansprakelijkheidsverzekeringen ook paragliding. Controleer dit in je voorwaarden en stap eventueel over op een andere verzekering die wel dekking biedt. Vraag nooit een vergoeding voor tandemvliegen, ook niet in de vorm van gratis vliegen bij de club, korting op materiaal of andere vergoedingen in natura. Dit is immers verboden en de dekking van je verzekering kan daardoor vervallen. Informeer je passagier goed over de risico’s. Doe je dit niet, dan kun je ook bij klein letsel als een verzwikte enkel of bij overmacht aansprakelijk gesteld worden voor de schade.
Wat staat er in de wet? Alle wet- en regelgeving voor de luchtvaart kun je vinden op internet. Het is echter nogal een doolhof en lastig om je weg daarin te vinden. We zetten de belangrijkste documenten, definities en sites op een rijtje. * De Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) geeft een samenvatting van de wetgeving voor paragliders op de volgende pagina: https://www.ilent.nl/onderwerpen/luchtsporters-general-aviation/schermzweefvliegers * Een paraglider is in de Luchtvaartwet als volgt gedefinieerd als luchtvaartuig: “schermzweeftoestel: zweeftoestel zonder starre hoofdstructuur dat kan worden gedragen en slechts kan worden gestart en geland door gebruik te maken van de benen van de bestuurder;” * Een delta is in de Luchtvaartwet gedefinieerd als: “zeilvliegtuig: zweeftoestel met een starre hoofdstructuur, dat kan worden gedragen en slechts kan worden gestart en geland door gebruik te maken van de benen van de bestuurder;” * We zijn een kleine, bijzondere variant van een zweefvliegtuig en vallen binnen de definitie en regelgeving van de “Micro Light Aeroplanes” (MLA). * De Luchtvaartwet eist dat je voor het vervoeren van passagiers een vervoersvergunning hebt. Wij zijn daar gelukkig, maar onder voorwaarden, van vrijgesteld via de “Beschikking verlening vrijstelling luchtvervoersvergunning sportvliegers”: http://wetten.overheid.nl/BWBR0003426/1981-09-07 * Daarnaast stelt de Luchtvaartwet nog een heleboel andere eisen aan luchtvaartuigen, maar daarvan worden we vrijgesteld via de “Regeling MLA’s, MLH’s en schermvliegtuigen”: http://wetten.overheid.nl/BWBR0015237/2018-04-01 Kortweg komt het er dus op neer dat er nauwelijks eisen worden gesteld aan het vliegen met een paraglider of delta, maar het gebruik dan ook strikt recreatief en niet commercieel mag zijn.
Tandemvliegen brengt extra risico’s met zich mee. Vergelijk het met van een tafel af springen: in je eentje geen probleem, maar probeer het eens terwijl je aan iemand vastgebonden zit. 31
Paragliding op Sicilië
Op de vlucht om meer te vliegen
Herfst, winter, vroeg voorjaar – de thermiek is ver te zoeken in West- en Centraal Europa. Paragliding in deze jaargetijden is meestal beperkt tot soaren of glijvluchten. Till Gottbrath nam vijf vrienden mee voor een uitstapje naar Sicilië. Ze vonden mooie vluchten en nog veel meer. Tekst en foto’s: Till Gottbrath
32
Catania). We hadden al contact met ze, en dat is nu onze redding. Dario runt zijn ‘Sicily Fly House’, een soort van bed&breakfast verstopt tussen de wijngaarden bij Piana dei Albanesi. We nemen na tienen nog contact met hem op via Facebook en zoals een echte Italiaan betaamt – ze zijn gek op hun mobieltjes en sociale media – geeft hij direct antwoord. We krijgen zijn telefoonnummer en hij pikt ons op en neemt ons mee naar zijn huis.
Wat een nachtmerrie! We zijn met zes vliegvrienden, het is tien uur ’s avonds, het regent pijpenstelen, we zijn ergens ten zuiden van Palermo – en hard op zoek naar iets van accommodatie. Nee, we zijn niet slecht voorbereid of naief. Het is mijn schuld dat we in deze situatie beland zijn. Ik heb me een maand vergist met de boeking van het appartement. En daar kwamen we pas achter toen we voor het verlaten huis
stonden. Ik schaam me rot… Wat er vervolgens gebeurt is typisch voor paragliding in Sicilië. Problemen worden eenvoudig opgelost met hulp van de lokale vlieggemeenschap. Wanneer je in Google zoekt op ‘paragliding Sicily’ dan vind je vroeg of laat de namen Dario Albeggiani en Adriano Patti in het westen van het eiland (rond Palermo) en Marco Busetta en Federico Manzone in het oosten (rond
33
Gered! Er zijn nog drie Italiaanse piloten in het Fly House en eentje viert zijn verjaardag. Er is wijn, bier en een superzoet maar superlekker gebak met pistachenoten. Alle problemen opgelost, welkom in Sicilië! De volgende ochtend ziet het er helemaal niet vliegbaar uit. Lage bewolking, motregen en een koude wind. Dario is naar zijn werk maar houdt ons elk uur met WhatsApp-berichtjes op de hoogte van zijn vliegverwachtingen voor de middag. Het plan is uiteindelijk om te vliegen in Romitello – om daarna het plan weer te veranderen naar Fraginesi. Uiteindelijk genieten we van een paar uur soaren in de zeebries op een
400 meter hoge heuvel met goede toplandingmogelijkheden en prachtige uitzichten op zee. Dario grijnst: “Je kunt bijna elke dag vliegen op Sicilië, je moet alleen weten waar…”. Na 32 jaar paragliding dacht ik dat mijn zintuigen voor het weer goed ontwikkeld waren. Maar hier op Sicilië helpen die vaardigheden mij niet echt veel. Het zijn alpiene zintuigen, niet geschikt voor het grootste eiland in de Middellandse Zee… Wat ik daarnaast leer, is dat windsnelheden waarbij ik in de Alpen op zoek zou gaan naar de dichtsbijzijnde hut voor een bier, hier nog vliegbaar zijn. Bolognetta is bijvoorbeeld een mooie soarstek met een windmolenveld op de top en een steengroeve eronder. De rit naar boven is bijna teveel voor de enigszins verouderde Fiat minibus. De wieken van de windmolens draaien snel. Kunnen we echt vliegen? Maar zowel Dario als Adriano weten het zeker: “Condizioni perfette”. OK. Zij zullen het wel weten… Ik moet toegeven, ze hebben gelijk. De lucht voelt zacht, hoewel ik wel even moet wennen aan het vliegen zo dicht bij de bladen van de windturbines. Wat zijn ze groot! ’s Avonds eten we pizza en drinken we goede wijn voor idioot lage prijzen. Yep, daarom zijn we hier! Na drie dagen verplaatsen we ons van het westennaar het oosten van het eiland, omdat we dromen van een vlucht van de vulkaan Etna en van een uitzicht op de ruïnes van Taormina vanuit de lucht. Dit is het gebied van Marco Busetta, de huidige
Italiaanse paragliding kampioen. We vinden een goedkoop appartement in Letojanni, een vriendelijk dorpje aan het strand met een levendige en vriendelijke lokale paraglidinggemeenschap. “Morgen gaan we naar Zafferano,” zegt Marco. “We zien elkaar om negen uur in de bar bij de landing op het strand. Gaan jullie mee?” Natuurlijk doen we dat. Een klein stukje snelweg, daarna de kleinere weggetjes die zich naar boven slingeren op de flanken van de Etna. Uiteindelijk is de weg geblokkeerd door pilitie. Vanwege sneeuw hogerop laten ze enkel auto’s voorbij die sneeuwkettingen hebben. Maar wij gaan zo hoog niet, dus mogen erlangs. Thermiek als champagnekurken Het is nog tien minuten lopen naar de start van Zafferano, tussen rijen bomen op de verder schaars begroeide scherpe lavasteen. Niet een plek waar je wilt vallen… Marco en z’n vliegmaten geven ons de perfecte
infomatie over de wind, thermiek enzovoort, en daar gaan we. De donkere lava geeft kleine, scherpe thermiekbellen. Ze schieten tegen mijn scherm als champagnekurken. Ik ben blij met mijn gemoedelijke B-scherm, de Nova Ion 5. Helaas zijn de thermiekbellen maar klein, en hoe sterk ze ook zijn, ze zijn niet groot genoeg om ons omhoog richting de top van de Etna te brengen. Bovendien is het ijzig koud. Werner lukt het nog om van Zafferano naar de kust te vliegen en op het strand te landen. De volgende dag rijden we bij Gallodoro naar boven, de belangrijkste stek in het oosten van Sicilië. De lokale club is bezig om de start groot en mooi te maken. Ze willen er zelfs een PWC gaan houdn. In ieer geval, het is een makkelijke goed bereikbare startplek. Een klein landweggetje slingert helemaal naar boven, er is een parkeerplaats en de start op een brede rug is vrij van obstakels en ruim genoeg voor meerdere vleugels. De helling loopt steil af naar zee,
35
bijna alsof je een steen in het water zou kunnen gooien. Mia kan niet wachten om te starten. Ik ken niemand die zo ongeduldig is om te kunnen vliegen. Terwijl ik mijn pakzak nog van de auto haal is zij al klaar voor de start. Als een duveltje-uit-een-doosje, open de auto en ze is klaar. Maar Mia heeft gelijk. De condities zijn absoluut perfect. Hoewel het nog vroeg is, is er al voldoende lift, een mix van laminaire dynamische wind en lichte thermiek. We glijden samen met de locals en het is geweldig! ‘s Avonds rijden we naar het restaurant dat aan de weg naar Gallodoro ligt. Een zware onweersbui giert om ons heen en het regent dat het giet. “Wil je het menu?” vraagt de waard. “Wat is het?” – “Vanalles. We blijven gerechten brengen totdat je stop zegt.” Dat klinkt als een prima plan. En alweer worden we verrast met geweldig eten, goede wijn en sterke espresso en grappa daarna. Sicilië, wij komen terug!
Vliegcondities Sicilië is geen eenvoudige plek voor paragliding. Meestal is er veel wind en de richting lijkt telkens te veranderen. Zorg dat je kunt omgaan met harde wind en lastige startplekken. Paraglidingmap, DHV Geländedaten, Paragliding365.com and Paragliding Earth hebben de meeste startplekken, hoewel sommigen niet makkelijk te vinden of te bereiken zijn. Het is beter om met de lokale piloten mee te gaan. Zij weten waar het vliegbaar is, hoe slecht het er ook uitziet. Je kunt 365 dagen per jaar vliegen op Sicilië. Voor piloten uit noord-Europa is de late herfst, winter of vroege voorjaar een goed idee, omdat het er soarbaar is met de harde wind en er soms nog wat thermiek te vinden is. In de zomer is het er heel erg heet. Vervoer Vlieg er goedkoop heen en huur een auto. Dat laatste kan een ‘Italiaanse’ ervaring zijn, met kwaliteitsstandaarden die anders zijn dan hier. Accomodatie is goedkoop, en eten nog veel goedkoper. Blijf weg van de tourist traps aan het strand en bij de historische sites, en je krijgt altijd waar voor je geld. Vraag de locals. Lokale contactpersonen Dario Albegiani: In Piana degli Albanesi (south of Palermo). Gids en accomodatie. www.facebook.com/dario.albeggiani; www.facebook.com/Flyhouse-Sicilia-1702977326582945/ Adriano Patti: Palermo, instructeur en gids. www.facebook.com/FlyToursSicily, http://www.asvl.it Marco Busetta: Letojanni (bij Catania), School en gids. www.facebook.com/marco.busetta, www.etnafly.com. Deze website heeft handige meteo-informatie en KML files met start- en landingsplekken voor Google Earth. Federico Manzone: Catania. www.facebook.com/federico.brownmanzone
36
NK Precisie, Stand up 2018
Spannend
kampioenschap met harde wind Tekst en foto’s: Huub Coumans
Op zaterdag 9 juni werden bij Sky Rebels in Numansdorp de Nederlandse Kampioenschappen Precisie, Stand Up, gehouden. Bij deze kampioenschappen dien je, bij de landing, op je voeten te blijven staan of door te lopen. Niets anders van je lichaam of uitrusting mag de grond raken voor een geldige score. Bij de briefing vooraf werden deze regels aan de deelnemers uitgelegd, Er waren 18 deelnemers, verdeeld over 6 teams. Op deze zaterdag werkten de weergoden eens een keer mee, met een mooi briesje. Toch zorgde de wisselende wind ervoor dat het spannend werd vanaf de eerste ronde.
Iedere vlieger had wel minder goede scores. Er werden niet minder dan vijf volle rondes gevlogen. En in de laatste twee rondes zat de windsterkte tegen de maximale limiet van 7 m/s aan. Dus moest de trukendoos opengetrokken worden, om toch goede scores te halen. Toen na die vijf rondes alles bij elkaar werd geteld was er toch de terechte winnaar.Dat was John van der Reijden, van Sky Rebels. Op de 2e plaats kwam Paul Hendriks, van Falcon Air. En 3e werd Huub Coumans, ook van Falcon Air. Bij de teams ging de overwinning naar
37
het organiserende Sky Rebels, bestaande uit John van der Reijden, Peter Moree, en Aart de Harder. Tweede bij de teams werd Falcon Air, bestaande uit Paul Hendriks, Huub Coumans, en Adri Graat. Na de prijsuitreiking was er nog een gezellige barbecue. Sky Rebels kon terug zien op een heel geslaagde wedstrijd. De thuisblijvers hebben iets gemist. Heel jammer dat er heel wat clubs en scholen totaal geen interesse hebben in een wedstrijd Precisie. Dit, terwijl een landing toch een wezenlijk iets is, van een vlucht ?
Recensie
De belangrijke basis van het
acrovliegen
Tekst: Bastienne Wentzel Foto’s: Master Acro
Jaren na de eerste aankondiging stond plotseling de serie video’s begin augustus online: Master Acro, de ultieme acro instructievideo van Pál Takáts. Pál maakte de afgelopen vier jaar 21 episodes met in totaal vier uur film waarin hij alle aspecten van acrovliegen tot in de puntjes behandelt. Tijd om hem aan de tand te voelen over dit project.
Foto: Bastienne Wentzel
Video: Master Acro Auteur: Pál Takáts Lengte: 4 uur in 21 episodes Taal: Engels (Nederlandse ondertitels door Wycher Bos) Prijs: € 149 in één koop, afleveringen of pakketten ook los te koop. Verkrijgbaar: Vimeo on demand via: https://shop.justacro.com/masteracro
Pál, het duurde lang voordat de video klaar was, hoe komt dat? “Ik heb zelf onderschat hoeveel werk dit project zou kosten en naarmate het vorderde werd het ook steeds groter. Daarnaast heb ik zo’n anderhalf jaar vertraging opgelopen door mijn drukke levensstijl en flinke tegenslagen in het postproductieproces.“ Hoe pak je zo’n project aan? “Ik ben begonnen met het schrijven van een 85 pagina’s tellend script en een lijst met alle video’s die nodig waren. Daarna ben ik naar Organyá en het Gardameer gegaan om 1500 Gb film te schieten. Dat moest ik allemaal uitzoeken en synchroniseren om de shots
vanuit drie of vier verschillende invalshoeken tegelijk te laten zien. Daarna moest ik 500 Gb materiaal van anderen uitzoeken om de beste voorbeelden te zoeken. Tot slot nog de edit van de uiteindelijke vier uur film en de ‘aftereffects’. Ik durf niet te zeggen hoeveel duizenden uren alles heeft gekost.” Ben je blij met het resultaat? “Ik ben erg blij dat dit project af is en tevreden met het resultaat, omdat er geen enkele vergelijkbare instructievideo bestaat. Ik wilde overbrengen wat ik in zoveel jaren professioneel acrovliegen heb geleerd en iets achterlaten met meer betekenis voor nieuwe generaties, meer dan al die ‘Wow, gast!’ YouTube clips.”
38
Voor wie zijn de video’s? “Ik heb drie verschillende pakketten samengesteld voor drie niveaus, omdat ik denk dat iedereen de basics moet leren om een veiligere en betere piloot te worden. Het eerste pakket heet Safety First en is ruim anderhalf uur. Het omvat de voorbereidende video’s en twee manoeuvres: spiraal en full stall basics. Dit pakket is voor iedereen die beter wil leren vliegen, bijvoorbeeld gemotiveerde beginners, gebrevetteerden, XC-piloten of SIV-cursisten. Het tweede pakket, Basic Skills, is ruim tweeënhalf uur met alles van het eerste pakket plus meer over stalls, wingovers en SAT. Dit is het fundament van acrovliegen. Het derde pakket, Full On, is de complete
tutorial, vier uur film met tien manoeuvres. Iedereen kan het pakket kiezen dat bij hem past. Wil je een upgrade naar een groter pakket, stuur mij een mail en dan krijg je korting voor het deel dat je al hebt.” Wat kunnen we ervan leren? “Ik ben ervan overtuigd dat we een groot aantal ongelukken kunnen voorkomen in onze sport als alle piloten ten eerste beter zouden kunnen groundhandelen en actief vliegen. Ten tweede als piloten niet meer zouden overreageren (dat gebeurt het vaakst) of bevriezen wanneer er iets onverwachts gebeurt tijdens de vlucht. Ten derde zouden alle piloten stalls moeten beheersen. Het is een terugkerende discussie: wanneer ik piloten vertel dat overland vliegen gevaarlijker is dan acrovliegen moet iedereen lachen. Maar het is waar. Geloof me, ik doe het beide al heel lang. Natuurlijk neem je een risico wanneer je acromanoeuvres oefent, maar als het goed is neem je dat risico in een gecontroleerde omgeving, boven water met een boot, zwemvest enzovoort. Zodra je de manoeuvre beheerst is het risico weg. Er zijn geen externe factoren die het risico beïnvloeden, enkel jij en je scherm. Dat is totaal anders bij overlandvliegen. Daar is het: jij, je scherm en een eindeloze reeks externe factoren zoals onzichtbare thermiek, turbulentie, wind, loef- en lijzijde, snel veranderende condities en ruige rotsen in hoog alpien landschap. Het zegt al genoeg dat er tijdens xc-competities vrijwel elke dag reserves worden gegooid. Dat is niet goed en de meeste daarvan zijn vermijdbaar. Maar met een tekort aan vaardigheden op het gebied van schermbeheersing is het gooien van de reserve vaak de enige optie.” Waarom stopt de tutorial bij helicopters, waarom niet meer acromanoeuvres? “Het belangrijkste is de basis. Acro is als het leren van een vreemde taal: wanneer je te lui bent om de basis goed te leren, blijf je bouwen op een zwakke ondergrond met gaten. Je zult altijd fouten blijven maken. Als je basis echt goed is, zal de voortgang veel natuurlijker verlopen. Zo niet, dan blijf je altijd worstelen. Het andere punt is de financiën. Ik heb er weinig vertrouwen in dat het lucratief is om instructievideo’s voor acro op hoog niveau uit te brengen. Maar ik wil de serie ooit nog wel voltooien.” Op de website staat dat er meer episodes in de maak zijn. Wat kunnen we verwachten? “Er zijn een aantal kortere episodes op komst van materiaal dat ik al geschoten heb. Daar zit nog wat belangrijke theorie bij en tips voor training. Voor het hogere niveau heb ik bijna genoeg materiaal voor episodes over de Misty Flip en de SAT naar Heli, maar ik moet nog wat meer filmen.”
Professionele tutorials van de acro-meester zelf Lift bekeek alvast de volle vier uur aan video’s. Onze eerste indruk is: ‘Wow!’ De beelden zijn zonder meer professioneel, met goed licht en geluid en prachtig gefilmd vanuit meerdere hoeken. Ook de delen waarin Pál als ‘talking head’ zijn praatje houdt of iets over materialen uitlegt zijn doordacht: goede achtergrond, geen saaie werkplaats maar bijvoorbeeld een fijn uitgelichte boerenschuur voor het afstellen van een harnas. Elke clip heeft een mooi intro en outro, wat je na het kijken van een stuk of tien filmpjes wel erg bekend gaat voorkomen. De video’s barsten van de informatie, en niet alleen over stoere acromanoeuvres. De eerste anderhalf uur gaat zelfs enkel over voorbereidingen, keuze van het materiaal, veiligheid en noodsituaties. Veel daarvan komt piloten die tenminste een SIV hebben gevolgd wel bekend voor. Het afstellen van je harnas bijvoorbeeld: rechtop voor een compacte zithouding tegen ongewild twisten. Maar wist je dat dit ook helpt om hogere g-krachten te weerstaan? “De krachten lopen met deze houding recht langs je ruggengraat, zodat je g-krachten
veel comfortabeler kunt dragen.” Verder zijn er praktische tips voor het modificeren van je remmen en stabilolijn. Na de voorbereidingen volgen de manoeuvres, te beginnen bij spiralen en stalls. Pál vindt dat iedere piloot deze basics zou moeten beheersen: “Ik denk dat we enorm veel ongelukken kunnen voorkomen als piloten één: beter kunnen groundhandlen en actief vliegen, twee: niet zouden overreageren (of bevriezen) en drie: stalls zouden beheersen.” Daarna neemt de moeilijkheidsgraad toe tot aan helicopters. In elk filmpje zitten originele oefeningen die je zou moeten beheersen voordat je naar de volgende manoeuvre gaat. Het enige minpunt dat we kunnen ontdekken is de prijs en beperkte beschikbaarheid, enkel via Vimeo. Een download zit er niet in, zegt Pál desgevraagd, dus je moet altijd online zijn als je wilt kijken. Losse episodes aanschaffen kan ook, of een van de drie pakketten. Toch maar in de buidel tasten dan? Je koopt naar onze mening de best geproduceerde videotutorial voor paragliding tot nu toe. En niet alleen voor acro-junkies.
39
Vliegpsychologie - Angst
Vliegen of vluchten Wat te doen als je doodsangsten uitstaat?
Bijna iedereen heeft er last van: angst tijdens het vliegen (of er vlak voor). Maar wanneer ben je nou echt bang en wanneer vind je het alleen maar spannend? En wat doe je aan die angsten, hoe ga je er mee om of beter nog, hoe schakel je ze uit? Tekst en foto’s: Daniella ten Berge
Mijn laatste vliegvakantie stond vooral in het teken van angst. De eerste week heb ik vooral veel angstige momenten meegemaakt in de thermiek. De tweede week heb ik bewust een stapje terug gedaan om m’n zelfvertrouwen weer een beetje op peil te brengen en heb ik alleen glijvluchtjes gemaakt. Alleen dat was het ook niet meer helemaal. Blijkbaar heb ik wel een soort van spanning en uitdaging nodig, alleen waar ligt de grens? En is er überhaupt wel een grens nodig? Doodeng of gewoon spannend Momenteel beoefen ik de paragliding sport een jaar, zowel aan de lier als in de bergen. Mijn ‘angsten’ zijn langzaam opgeschoven van bang zijn om een bepaalde oefening te doen, naar de oefening heel erg leuk gaan vinden en van met knikkende knieën op een starthelling staan, naar het alleen
40
spannend vinden en toch gewoon doen. Er zijn dus verschillende gradaties in ‘angst’ en ook kan de spanning minder worden. Volgens mij is de angst in twee categorieën onder te verdelen: ‘spannend maar het kan nog wel’ en ‘doodeng ik wil hier weg’. In de eerste fase is het spannend, maar ga je de uitdaging wel aan, je merkt dat je er wat van leert. Als ik in die fase zit merk ik dat ik wel spanning in mijn lijf ervaar, maar er nog om kan lachen en uiteindelijk ook best blij en trots aan de grond sta. Bij de tweede fase overmant de angst je vlieglust, kun je er niet meer van genieten en wil je gewoon maar één ding: dat het stopt! Als ik in die fase zit blokkeer ik, word ik boos op mezelf en staat het huilen me nader dan het lachen. Controle Nu ervaar ik dus vooral angsten in thermiek:
om in thermiek te komen en voor je gevoel te dicht naar de berg toe draaien en te laag over bomen heen vliegen is voor mij categorie één: spannend maar niet te angstig, want naar mijn idee heb ik namelijk ook een keuze om toch die thermiekbellen maar niet in te draaien dus ervaar ik het nog niet als angst. Dat gewiebel in de lucht als je eenmaal in thermiek vliegt, dat is voor mij echt angst ervaren, categorie twee dus. Ik moet er doorheen, er omheen vliegen is geen optie meer. Ik heb mezelf dan ook meerdere keren afgevraagd waarom ik aan deze sport ben begonnen, zo eng vond ik het. Voor mijn gevoel leidt mijn scherm in de thermiek een eigen leventje en heb ik er geen controle over. En dat is nou juist de bottleneck: als rasechte controlfreak ergens niet de controle over hebben, hoe frustrerend is dat? Maar klopt dat gevoel wel? Heb ik echt geen controle over m’n scherm of speelt mijn zelfvertrouwen hierin een grote rol en dénk ik alleen maar dat ik geen controle heb?
Stoer of eerlijk Ook merk ik dat er verschil zit in hoe men zich uitlaat. Na het vliegen hoor ik voornamelijk alleen maar stoere verhalen over hoe geweldig het was. Ik zelf ben in dat opzicht gewoon te eerlijk. Op ‘hoe was je vlucht’, kan ik na een doodenge vlucht ook niet anders antwoorden dan met ‘doodeng’ en echt niet ‘oh wat heb ik heerlijk genoten van het uitzicht’. Vraag je mensen persoonlijk of zij ook angstige momenten hebben meegemaakt, dan heeft iedereen wel meerdere angstige ervaringen die ze op dat moment ook achter de oren liet krabben waarom ze deze sport zijn gaan doen. Omarm je angsten Oké ik ben dus niet de enige, het is alleen de vraag: hoe ga je er mee om? Laatst hoorde ik iemand zeggen: ‘Omarm je angsten’. Ik denk inderdaad dat het goed is om je angsten er te laten zijn en niet weg te hoeven stoppen omdat het anders niet ‘stoer’ is. Het is alleen wel aangenaam als je ze onder controle
kunt houden, dat het alleen retespannend kan zijn, maar je geen doodsangsten meer uitstaat. Wat meer zelfvertrouwen zou daarbij ook helpen. Ik krijg vaak veel lof naar me toegeworpen over m’n vliegkunsten, maar zo ervaar ik mijn eigen vliegtalent niet. Ik ben dan ook erg benieuwd hoe anderen hier mee omgaan: Hoe overwin jij je angsten en hoe krijg je nou meer zelfvertrouwen? Hoe ga jij er mee om als je in een angstige situatie zit? Het grappige is wel dat ik heel stiekem droom om later, als ik mijn angsten onder controle weet te houden, een klein beetje richting acro wil gaan. Volgens mij megaeng maar wel met volledige controle over je eigen kunnen en scherm, wat dan natuurlijk weer erg prettig is voor een controlfreak. Reacties zijn zeer welkom onder: paraglidingdaniella@gmail.com, Instagram: @paraglidingdaniella of blog: https://paraglidingdaniella.wordpress.com
Ik heb mezelf meerdere keren afgevraagd waarom ik aan deze sport ben begonnen, zo eng vond ik het.
Bijna van alles
Super lichte, opblaasbare protector. Ingebouwde cockpit en reserve container, inclusief speed pullies en karabiners.
van reserve loepjes tot XXL helmen
Winkel en Webshop
Introductieprijs op aanvraag!
Winkel open op : Vrijdagavond en verder op afspraak Adres: Weesperstraat 118 U 1112 AC Diemen - Amsterdam Email: info@panchoamelia.nl
www.panchoamelia.nl
www.panchoamelia.nl 41
Flying Blind Deze zomer maakte
Wil ziet al acht jaar niets meer, dus om de betoverende vergezichten is het hem niet te doen. Toch lacht hij van oor tot oor, aangenaam zittend in het passagiersharnas. Bij de landing wordt hij opgevangen door de groundcrew en vraag ik hem wat hij nou zou geweldig vindt aan het vliegen. Wil verklaart: “Het gevoel van vrijheid, los zijn van alles, met de wind in je gezicht!” Wil is daarmee het levende bewijs dat er meer is dan het bijzondere vogelvluchtperspectief wat dat vliegen zo mooi maakt. Iets wat je niet kan zien maar wat je wel voelt!
Wil Velders zijn eerste tandemvlucht aan de lier, hoog boven Sterksel. Niet omdat het uitzicht zo mooi zou zijn, zoals vele tandempassagiers als belangrijkste reden opgeven. Tekst en foto’s: Peter Blokker
“Starten en landen is natuurlijk harstikke spannend als je niets ziet, je moet er maar op vertrouwen dat je goed wordt begeleid. En dat was perfect.” aldus Wil. Hij maakte nog een tweede vlucht waarbij hij op veilige hoogte ook de stuurtokkels in zijn handen kreeg. “Als ik eerlijk ben”, zegt Wil, “vond ik daar geen fluit aan. Ik trek aan zo’n greep maar voel niets gebeuren...”. Tsja, dat is natuurlijk ook zo. Veel passagiers vinden het leuk om zelf te mogen sturen, maar als je niets ziet veranderen heeft dat weinig zin. Gelukkig blijft er genoeg over voor Wil om van te genieten. Grote kans dat hij nog eens de lucht in gaat!
Ook als je niets ziet is paragliden genieten!
42
uit het
Logboek van Marc van Nieuwpoort Logboek eerste overlandvlucht: Waar: Bentelo, Nederland Wanneer: Zaterdag 26 mei 2018 Wind: 090˚ / 18 km/u Afgelegde afstand: 17 km Tijdsduur: 42 minuten In het voorjaar kreeg ik de mogelijkheid om deel te nemen aan een overland clinic georganiseerd door Maurik Paragliding en Plus 4. Het leek mij hartstikke leuk, maar tegelijkertijd vond ik het wel spannend. Ik had pas kort daarvoor mijn brevet 2 gehaald en was nog niet zo goed in thermieken. Zou ik wel omhoog kunnen komen? Op 26 mei was het zover. Om 10 uur meldde ik mij bij Plus 4 in Bentelo en kort daarna begonnen we met het bespreken van de vlucht en het bestuderen van de ICAO kaart. Daarna werd iedereen gekoppeld aan een buddy, een ervaren vlieger die ons in de lucht zou helpen. Het was warm en zonnig weer, maar er was ook een stevige oostenwind die het thermieken lastiger maakte. Gelukkig zag ik dat de anderen die voor mij startten ongeveer op dezelfde plek omhoog gingen. Dat gaf hoop; ik had in ieder geval een plan om omhoog te komen! Vol goede moed wachtte ik op mijn beurt. Ook al zou ik misschien niet ver komen, dacht ik, ik zou in ieder geval voor het eerst op een andere plek dan het landingsveld landen. Toen was het mijn beurt om te worden opgelierd. Helaas had mijn buddy pech en stond heel snel weer aan de grond. (Later op de dag heeft hij nog wel een mooie lange vlucht gemaakt.) Dus ik stond er alleen voor. Op 600 meter hoogte koppelde ik los van de lier. Ik vloog naar de plek waar ik de anderen omhoog had zien gaan en na even zoeken vond ik iets en wist ik weer terug te klimmen naar 600 meter. De volgende stap was om het Twentekanaal over te steken. Achter het kanaal zag ik een aantal geploegde akkers liggen en ik besloot daar mijn geluk te zoeken. Dat lukte! Al draaiend wist ik tot iets boven de 1000m te klimmen. Wat een heerlijk gevoel dat ik me zo door de wind kon laten meevoeren zonder dat ik er rekening mee hoefde te houden dat ik mijn landingsveld moest kunnen halen! Na een tijdje heerlijk vliegen en genieten van het uitzicht begon ik hoogte te verliezen en werd het tijd om een landingsveldje uit te kiezen. Ik had drie mogelijke veldjes op het oog. Naarmate ik lager kwam, kon ik de veldjes beter zien: was het gras niet te hoog? Liepen er geen koeien? Kon ik vlakbij een weg landen? Lag er geen sloot of prikkeldraad omheen? Al snel had ik mijn veldje gekozen. Er stond natuurlijk geen windvaan, maar aangezien ik met de wind mee gevlogen was, wist ik ongeveer waar de wind vandaan kwam. Door een aantal S-bochten te maken kon ik goed voelen waar de wind vandaan kwam en kon ik netjes tegen de wind in landen. Kort nadat ik mijn scherm, een BGD Epic, had ingepakt werd ik al opgepikt door de retrieve auto en hebben we met alle overland-vliegers onze verhalen uitgewisseld in de lokale ijssalon. Een topdag! In deze terugkerende rubriek nemen we een kijkje in een logboek van één van onze lezers en lichten we er een bijzondere vlucht uit. Misschien heb je ook wel een vlucht in je logboek staan met een uitroepteken in de kantlijn. Een vlucht die bijzonder voor je is, vanwege de locatie, prestatie of om andere reden. Heb je er ook nog een fraaie foto bij en kan je in ongeveer driehonderd woorden vertellen waarom dit een vlucht is die je nooit meer vergeet? Stuur het verhaal met foto dan op naar lift.delta-schermvliegen@knvvl.nl
43
Nieuws Wat houdt bestuurswerk in?
Secretaris van een groeiende KNVvL-afdeling Bestuurswerk bij de KNVvL is een uitstekende manier om op een andere manier met vliegen bezig te zijn. Het geeft extra begrip voor de politiek die speelt, en is daarnaast een mooie stap in persoonlijke ontwikkeling. Verder is het erg leuk om met de andere bestuursleden paragliding in Nederland te ontwikkelen en professionaliseren. In de vorige editie van Lift heeft Bas van Duijn beschreven wat het werk voor zijn bestuursportefeuille Examens inhoudt en wat bestuurswerk leuk maakt. In dit artikel stelt Gerald van Dalen zich voor en maakt ook duidelijk hoe leerzaam bestuurswerk is en hoeveel context het geeft aan Paragliding. Gerald van Dalen (27) – secretaris van de afdeling en portefeuillehouder communicatie “Naast dat ik op jonge leeftijd al gefascineerd was door de rust van het vliegen aan een paraglider, ben ik inmiddels ook instructeur. In combinatie met mijn rol in het bestuur van Schermvliegen, ben ik dus op allerlei vlakken bezig met paragliding. Zoals ik al zei ben ik secretaris van de afdeling. Met uitstekende hulp van de KNVvL medewerkers in Woerden, houd ik me bezig met de lopende zaken van de afdeling. Ik organiseer vergaderingen met afgevaardigden van de afdeling, en ben een algemeen aanspreekpunt voor de KNVvL en voor de leden. Daarnaast ben ik betrokken bij Europese samenwerkingsverbanden met EHPU, en andere bonden. Het afgelopen jaar is er in Nederland veel commotie geweest rond het openen van Lelystad Airport voor de commerciële luchtvaart. Naast potentiële overlast voor omwonenden, beperkt dit ook het beschikbare luchtruim voor paragliders. Als bestuur zijn we nauw betrokken geweest bij de voortgang hiervan, en tijdens de EHPU vergadering (die dit jaar in Ljubljana, Slovenië plaatsvond) heb ik dit besproken met andere bonden. Met de groeiende economie hebben andere landen vergelijkbare uitdagingen om luchtruim te reserveren voor Paragliders. De nauwe samenwerking zorgt dat landen van elkaar kunnen leren, en het is ook erg leuk om nieuwe contacten te leggen. Iets anders waarin de Europese samenwerking steeds actiever wordt is de erkenning van brevetten in alle Europese landen. De komende jaren verwacht ik bijvoorbeeld dat er een IPPI rating komt
44
voor tandemvliegen. Dit stelt recreatieve piloten in staat met een Nederlands tandembrevet te kunnen vliegen in meer en meer landen. Hier laten we ons als bestuur horen, zodat Nederlandse belangen niet vergeten worden. Moderniseren van de media Naast mijn rol als secretaris ben ik ook verantwoordelijk voor de communicatie media vanuit de afdeling naar de leden. Hier vallen de website, nieuwsbrieven en natuurlijk de Lift onder, waar ik de redactie probeer te ontlasten van administratief gedoe. De belangrijkste uitdaging die er de komende jaren ligt is het blijven ontwikkelen en moderniseren van mediakanalen die we gebruiken. Vorig jaar hebben we een Facebook-pagina geopend. Deze zou nog actiever moeten worden, en we zijn aan het nadenken hoe we het bereik zo groot mogelijk kunnen maken. Misschien moeten we hier zelfs nieuwe kanalen zoals Instagram of Snapchat voor gaan gebruiken. Met moderne kanalen kunnen we niet alleen onze leden goed bereiken, maar hopelijk ook een grotere machtspositie opbouwen in de Nederlandse luchtvaart. Mijn drijfveer om in het bestuur te gaan was voornamelijk de verbreding die het geeft aan Paragliding. Daarnaast geven mijn portefeuilles me de kans om snel bestuurlijke ervaring op te doen, voor een afdeling met een grote achterban. De ervaring neem ik niet alleen mee in de paragliding wereld, maar ook in mijn eigen werksfeer. We moedigen het aan dat meer kandidaten met die drijfveren zich aanmelden voor een positie in het bestuur van de afdeling Schermvliegen! Vooral de ruimte die er ligt om communicatiekanalen en proccessen te verfrissen en moderniseren zijn een super leuke uitdaging om Paragliding in Nederland bekender en beter te maken. We zijn op dit moment een van de weinige afdelingen die een groeiend aantal leden hebben, en daar willen we maar wat graag gebruik van maken! Wil je meer weten? Stuur dan een mailtje naar secretaris. schermvliegen@knvvl.nl.
Frisse wind Action Air Sports gaat voortaan verder als Action Paragliding. Ook het logo is qua ontwerp opgefrist. Ronald ten Berge & AngĂŠlique Lormans draaien inmiddels al 12,5 jaar op volle toeren in de paragliding vliegschool Action Air Sports. Hoogste tijd voor een frisse wind met een modernere naam die tevens de activiteiten beter weergeeft. www.actionparagliding.nl
ESTC vergadert over harnassen, tandembrevetten en meer Op zaterdag 9 juni vond de ESTC vergadering plaats in Nice, Frankrijk. ESTC is een commissie van de EHPU (European Hanggliding and Paragliding Union), en houdt zich vooral bezig met veiligheid. Hier vallen bijvoorbeeld eisen aan materialen onder, maar ook kwaliteit van opleidingen. Tijdens de vergadering van dit jaar heeft DHV een studie gepresenteerd over de veiligheid van rugprotectors in harnassen. Het lijkt erop dat moderne airbags (met veersysteem die de airbag voor de start al opblaast) beter tegen impact kunnen dan schuim, al kunnen airbags verplaatsen bij laterale impact, wat weer andere risico’s met zich meebrengt. Daarnaast wordt er al een tijdje gesproken over een EHPU-variant van de IPPI-kaart. Hiermee hoopt de EHPU opleidingen en brevetten in Europa zo goed mogelijk bij elkaar aan te laten sluiten. De huidige IPPI kaart wordt uitgegeven door CIVL. Daar ligt het plan om een tandemrating toe te voegen aan de IPPI kaart, zodat tandempiloten in heel Europa mogen vliegen. Tijdens de ESTC-vergadering presenteerde Bruce Goldsmith dat een potentieel risico hieraan is dat het halen van een tandembrevet veel te makkelijk wordt, omdat veel instanties IPPI mogen uitgeven. De populariteit van tandemvliegen neemt wereldwijd toe, wat een potentieel veiligheidsrisico is voor passagiers die vliegen met slecht getrainde tandempiloten. Dit is ook de reden dat er vaart wordt gezet achter een EHPUvariant van de IPPI-kaart. Meer informatie volgt na de jaarvergadering van EHPU, begin 2019. Ten slotte zijn tijdens de ESTC-meeting updates gegeven over WG6 (een werkgroep die zich bezighoudt met EN-certificeringen van materialen), zijn statistieken van ongevallen in Europa ter sprake gekomen en is er een update geweest over het gelijktrekken van de vliegregels in Europa.
Bijna van alles van reserve loepjes tot XXL helmen
Winkel en Webshop Winkel open op : Vrijdagavond en verder op afspraak Adres: Weesperstraat 118 U 1112 AC Diemen - Amsterdam Email: info@panchoamelia.nl
www.panchoamelia.nl
45
Acro Game 2018
Acrovliegen op het hoogste niveau De beste veertien acropiloten van het moment gingen een vriendelijke strijd met elkaar aan in Organyá tijdens de derde Acro Game begin augustus. Tekst: Bastienne Wentzel Foto’s: Erwin Voogt
Tim Alongi won. Hij versloeg de winnaar van de vorige twee edities van dit evenement, Théo de Blic, in een directe battle met tricks als Looping cabslide, Twisted Wing-Over (waarbij de piloot bij elke draai de andere kant op moet twisten) en de beste trick van het evenement: de Twisted Infinity with Twisted Exit. Théo werd tweede, Horacio Llorens derde en Victor Carrera vierde. De Acro Game heeft een ander concept dan de officiële FAI acrocompetitie. Het concept komt uit de skatewereld. Deelnemers vliegen twee aan twee en bedenken om de beurt een trick en voeren hem uit. De ander moet deze zo goed mogelijk nadoen. De minste van de twee krijgt van de jury een letter van het woord ACRO. Is het hele woord gespeld, dan lig je eruit. Het gaat er natuurlijk om dat je de lastigste combinaties bedenkt maar ze zelf wel perfect kunt uitvoeren. Het helpt als je weet waar je tegenstander minder goed in is.
Dit jaar waren de extra moeilijkheidsfactoren ‘reverse’ en ‘unnatural’. Dat laatste slaat op de draairichting; draai je het liefst naar rechts dan is links je unnatural kant. Reverse betekent dat bijvoorbeeld een SAT naar rechts overgaat in een heli naar links, en niet, zoals logisch zou zijn, ook naar rechts. Daarnaast vliegen de meesten getwist. Zo ontstaat een eindeloze reeks variaties en werd er tijdens de twee dagen wedstrijd vrijwel geen enkele trick dubbel gevlogen. De organisatoren waaronder Pál Takáts zouden graag zien dat dit concept in reguliere wedstrijden wordt overgenomen. Voor het publiek zijn de battles spectaculair, ook als je niks van acro weet, hoewel er in dit geval wel wat meer aandacht aan het (minimale) publiek mocht worden geschonken. Gelukkig konden we direct na de finales gewoon lekker met z’n allen vliegen.
46
Tips voor Organyá Ben je toch in de buurt? Dan is Organyá de moeite waard om even langs te gaan. Hier wat vliegtips: • De startplek ligt een kleine 200 meter boven de landing. ’s Ochtends kun je glijvluchten maken zodra de bergwind (noordwind) uitschakelt. Halverwege de middag komt het dalsysteem op gang (zuidwind) en daarmee de lift. • Er is geen vervoer naar de start. Rijd mee met anderen of rijd zelf naar boven. Het nadeel is dan natuurlijk dat je auto boven staat. Ervaren piloten lossen dit op door toplanden, maar dat vereist goede vaardigheden. • Met de nodige lift komt ook de stevige thermiek. De startplek is een klifstart dus je scherm ligt in de luwte. Het vangt wind zodra je het opzet en dan word je meestal gelift. De ondergrond is hard en rotsachtig, dus zorg dat je groundhandling in orde is. • Reis en verblijf: Een auto is eigenlijk onmisbaar. Je overnacht op de enige camping in Organyá, in de blokhutten aldaar of in een huis of appartement in het dorpje. Pluspunt van de camping is het grote zwembad. Het dorp heeft een supermarkt, pinautomaat en wat winkeltjes.
Column Mezhaheleena `
Taalbarriere Ik droom ervan om nog eens van het vliegen rond te komen. Dat lukt bij lange na niet, dus heb ik een serieuze bijbaan nodig. Deze zomer had ik het ideale werk gevonden: onkruid wieden bij een biologische boer in de buurt. Onkruid groeit geweldig goed, dus er was elke dag werk. Vloog ik niet, dan kon ik me ‘s morgens aan de akker melden en een dagje meewerken met de andere landarbeiders. Veel schoolverlaters en later in de zomer ook pubers uit de lagere klassen, studenten uit de omgeving én de bekende ‘Polen’. Waarbij ‘Polen’ staat voor mensen van allerlei leeftijden uit allerlei landen, die geen of weinig Nederlands spreken. Ik werkte met Polen, maar ook met Roemenen, Litouwers en een Est. Sommige waren op werkvakantie, zoals wij wel naar Australië gaan: een stuk reizen, wat werken, weer een stuk reizen en zien hoe ver je komt. Anderen werkten hier al voor het twintigste seizoen. De meeste werkdagen liggen we zij aan zij op een wiedbed, een soort wagen met planken waar je met 8 à 12 man naast elkaar op ligt. Op je buik, kop vooruit, ogen omlaag en handen in de aarde. De wagen rijdt over de akker en je plukt en graaft al het onkruid weg dat je ziet staan. De akker glijdt tergend langzaam onder je door, en toch is het flink opletten en doorwerken. Je handen en ogen zijn continu druk maar het is saai werk en je lijf gaat protesteren vanwege de rare houding. De dagen duren lang. Ik dacht dan ook dat er veel gezongen zou worden, en vooral ook dat er veel gepraat zou worden. Maar op een enkel goed gesprek met een schoolverlater over keuzes (“Dus u heeft universiteit gedaan, en nu plukt u hier onkruid?”) blijft het stil. Er is natuurlijk een behoorlijke taalbarrière, tussen mij en de pubers en tussen mij en de buitenlandse collega’s. Handen en voeten kunnen we buiten de pauzes niet gebruiken maar ieder spreekt wel een paar woorden Engels, Duits of ander buitenlands, en dan lukt het al gauw om simpele gesprekjes aan te knopen. Maar hoewel we dag na dag zij aan zij ploeterden in de hitte, en soms zelfs naast elkaar op de knieën door een akker kropen, ik kreeg ze maar niet aan de praat. Hoe anders is dat met vliegen. Ik kom op de Revard in Frankrijk nu al jaren een meneer tegen die ook vliegt. Hij is géén Fransman, hij spreekt nauwelijks Frans, Engels, Duits of Nederlands, en toch hebben we het altijd gezellig als we elkaar daar weer treffen. Of zo’n lifter die je meeneemt van de landing naar de startplaats terug. Al spreken we geen woord dezelfde taal, tegen de tijd dat je weer boven bent weet je hoe zijn of haar vlucht was, waar de piloot vandaan komt, hoe lang ‘ie al vliegt en wat voor vliegplannen er zijn voor de rest van de week. Vaak zelfs wissel je ook contactgegevens uit, voor als je ooit nog in elkaars land uit vliegen gaat. Wat hebben we toch een mooie sport, en wat vliegen er toch veel sociale mensen. Vliegen verbindt, blijkbaar meer dan je samen in het zweet werken. Of zou het zijn dat je met vliegen niet alleen letterlijk over hindernissen kunt komen, maar ook over figuurlijke hindernissen zoals de taalbarrière?
Informatie De afdelingen Deltavliegen en Schermvliegen brengen samen 4x per jaar het blad Lift uit met daarin informatie en artikelen over vliegen. Voor leden verschijnt er daarnaast regelmatig een digitale nieuwsbrief met actuele onderwerpen, zoals aankondiging van inschrijvingen voor examens en wedstrijden plus de uitslagen daarvan, veranderingen in regelgeving, bijzondere vliegprestaties en nog veel meer. Ben je lid maar ontvang je geen digitale nieuwsbrief? Stuur dan een e-mail met je lidmaatschapsnummer naar ledenservice@knvvl.nl en het verzoek om toezending van de digitale nieuwsbrief.
KNVvL afdeling Schermvliegen Op de website van de afdeling Schermvliegen http://knvvl.nl/afdelingen/ schermvliegen/ is de meest actuele informatie te vinden over onder meer de volgende onderwerpen: Agenda Nieuws Scholen Verenigingen Regelgeving Veiligheid Brevetten Examens Wedstrijden Organisatie
KNVvL afdeling Deltavliegen Op de website van de afdeling Deltavliegen http://knvvl.nl/afdelingen/deltavliegen/ is de meest actuele informatie te vinden over onder meer de onderstaande onderwerpen. Ook is het mogelijk een gratis advertentie te plaatsen voor 2e hands materiaal: een delta’tje Agenda Nieuws Scholen Verenigingen Regelgeving Veiligheid Brevetten Examens Wedstrijden Organisatie
47
Foto: Andy Busslinger