Boomblad
Boomblad (Zomer 2022), jaargang 20 - nummer 3
Het Boomblad wordt uitgegeven door de West-Vlaamse bosgroepen en verschijnt vier keer per jaar. De Bosgroep Houtland en de Bosgroep IJzer en Leie zijn een initiatief van privébosbeheerders, de Provincie West-Vlaanderen en het Agentschap voor Natuur en Bos.
Redactie/foto’s: Clint Callens, Chris Couwelier, Miguel Depoortere, Jan Goris, Frederik Lembreght, Marie-Louise Martens, Tony Vanneste
Prepress: Philip Gesquière, Grafische Dienst
Provincie West-Vlaanderen
Druk: Grafische Dienst Provincie West-Vlaanderen
Papier: Gedrukt op milieuvriendelijk papier
Oplage: 1.800 exemplaren
Verantwoordelijke uitgever: Bosgroep Houtland vzw, Tillegemstraat 81, 8200 Sint-Michiels, vertegenwoordigd door Albert de Busschere
Een groep leergierige boseigenaars tijdens onze cursus ‘bosbeheer voor beginners’ in de Sint-Andriesabdij van Zevenkerken afgelopen maand juni. Deze rechtopstaande dode beuk met tonderzwammen en spechtengaten illustreert het belang om wat dood hout in het bos te laten. Men schat dat niet minder dan 20% van alle soorten in het bos rechtstreeks van dood hout leven en nog eens 20 tot 30% onrechtstreeks (bijvoorbeeld insectenetende vogels die houtkevers eten). Het opruimen of verbranden van dood hout vermindert de rijkdom aan soorten in het bos dus met de helft.
Beste lezer,
Ik denk met plezier terug aan onze algemene vergadering in het Zwin. Na twee jaar op afstand vergaderen, deed het deugd om elkaar weer in groten getale te mogen ontmoeten. Er werd door onze coördinator Jan en door onze secretaris Chris enige aandacht besteed aan het feit dat de Bosgroep Houtland dit jaar 20 jaar actief is. Voor de afwezigen in het Zwin wil ik daar graag nog kort op terug komen. Het verhaal van Chris vindt u samengevat in dit ledenblad onder de rubriek Nieuws van Bosgroep Houtland.
Jan wees ons op enkele interessante evoluties die hij zelf de afgelopen 20 jaar heeft vastgesteld bij het bosbeheer in Vlaanderen. Elk van deze zaken verdient in feite vroeg of laat een volwaardig artikel. Ik som ze even op om uw interesse alvast te prikkelen: Er wordt nu veel meer geplant dan vroeger. Dat heeft op zijn beurt te maken met andere belangrijke evoluties, namelijk de grote maatschappelijke vraag naar bosuitbreiding, het afsterven van bestaande bossen door klimaatverandering, het weerbaar maken van bestaande bossen tegen klimaatverandering en de moeilijkheden met natuurlijke verjonging door toegenomen reewild en door verbraming als gevolg van stikstofproblematiek. Ook in het kapbeleid is er wat veranderd. Waar aanvankelijk de focus lag op het wegwerken van dunningsachterstand in onbeheerde naaldbossen onder de leuze ‘licht in het bos’, is er nu meer aandacht voor het behoud van het bosklimaat en voor heel gerichte ingrepen in functie van kwaliteitshout.
Onderstaande figuur is de laatste dia uit de presentatie van de algemene vergadering. We hebben in 20 jaar heel wat gerealiseerd maar we beseffen dat dit niet zou kunnen zonder het vertrouwen dat u als boseigenaar ons geschonken heeft. Bovendien is het onmogelijk voor een bosgroep om de bossen van de honderden leden zelf te beheren. Als veel bossen er mooi en gezond bij liggen, dan is dat eerst en vooral de verdienste van de eigenaars zelf. Waarvoor onze dank.
Ik wens u veel leesplezier en hoop u te ontmoeten op de Landschapsdag 22 oktober 2022.
Albert de Busschere
Voorzitter Bosgroep Houtland vzw
Hakhout van kastanje in de lift
Artikel door Jan Goris, Bosgroep Houtland vzw en Peter Segers, Naturae
Als gevolg van het historisch hakhoutbeheer in de regio, groeit er een vrij groot aandeel tamme kastanje in de West-Vlaamse bossen. Hoewel de kastanjes bleven, verdween de hakhoutcultuur geleidelijk in de afgelopen decennia. De toenemende appreciatie voor natuurlijke, lokale producten kan een heropleving inluiden. Tamme kastanje is een fantastische houtsoort. Dankzij de vestiging van een professioneel verwerkend bedrijf in de regio hebben boseigenaars ook weer een rendabele afzetmogelijkheid. En hoewel de soort niet inheems is, zal de tamme kastanje ook in de toekomst een belangrijke plaats in onze bossen blijven innemen.
De tamme kastanje komt van nature voor in het Middellands Zeegebied en het oosten van Noord-Amerika en werd al vroeg in Europa verspreid door de Grieken en de Romeinen. De tamme kastanje stelt weinig eisen
Tamme kastanje heeft dus wel wat troeven met het oog op de huidige klimaatverandering. Niet alleen zijn zuiders karakter maar ook het feit dat de vruchten gemakkelijk en talrijk kiemen en dat de soort kan verjongen in de halfschaduw onder een scherm van andere bomen wijzen in die richting. In de toekomst willen bosbouwers de bossen in het algemeen namelijk dichter houden (minder kapvlakten) en meer gebruik maken van natuurlijke verjonging.
Duurzame producten uit
In West-Vlaanderen bevinden er zich nabij kasteelparken nog redelijk gave relicten van het historische middelhoutbos. Dit zijn bossen waarin er op twee wijzen aan houtwinning wordt gedaan.
Enerzijds is er het hooghout, een beperkt aantal grote, rechte bomen waarmee waardevol zaaghout kan worden bekomen. Dikwijls zijn dit hier zomereiken. Anderzijds bevindt zich onder het hooghout een struiketage die met een cyclus van 5 tot 20 jaar afgezet wordt tot op de grond en vervolgens weer mag uitschieten. Dit levert hout op van beperkte afmetingen dat gebruikt kan worden als brandhout, geriefhout en paalhout. Deze etage wordt het hakhout genoemd en de tamme kastanje is hiervoor een veel gebruikte soort, in het bijzonder op drogere zandgrond evenals Amerikaanse eik. Op rijkere en/of nattere bodems zie je ook haagbeuk, hazelaar, es, els of esdoorn als hakhout.
Hakhout van tamme kastanje wordt gewoonlijk gekapt met omlooptijden van 10-16 jaar. Het is van belang om het hakhout regelmatig en proper af
te zetten zodat rot en inscheuren wordt voorkomen. Het hout is uitstekend geschikt voor afrasteringen, poorten, slagbomen en palen zonder dat het moet worden behandeld.
De afgelopen decennia verdween de hakhoutcultuur geleidelijk omdat de oogst nogal arbeidsintensief en dus duur werd en omdat de houtproducten (vnl. palen) in de handel vervangen werden door andere materialen (beton, metaal, chemisch behandelde lichtere houtsoorten,…). Ervaring met het beheer ging intussen verloren. Door gebrek aan dunning in het hooghout, kan veel hakhout onvoldoende ontwikkelen. Hoewel ze over een duurzaam product beschikken, krijgen boseigenaars dit niet meer vermarkt. De Bosgroep wil daarbij een duwtje in de rug geven en kwam zo terecht bij de firma Naturae die een totaaloplossing biedt.
Kennismaking met Naturae
Els Willems en Peter Segers, zaakvoerders: “Naturae, een familiale KMO gevestigd te Zonnebeke, is gespecialiseerd in het produceren en aanleveren van materialen voor het gebruik in het landschap. Ons team bestaat uit 15 medewerkers en een uiterst modern machinepark. Onze klanten zijn particulieren en bedrijven actief in de tuinaanleg, landschapsvoorziening en grond-, weg- en waterbouw. Bij Naturae vind je enkel houtsoorten die van nature al duurzaam zijn zoals eik, kastanje en robinia (=acacia). Alle hout wordt geoogst uit goed beheerde bossen. Onze kastanje palen en hekwerken kunnen zonder behandeling buiten gebruikt worden. Doordat het hout looizuur bevat, heeft het een grote weerstand tegen vocht en schimmels. Wie kiest voor onbehandelde kastanje palen, belast het milieu niet. Kastanje behoort tot de duurzaamheidsklasse 2. Dit betekent dat een
kastanje paal na 15 tot 20 jaar contact met de grond nog altijd in goede staat zal zijn. Hierdoor is deze houtsoort een mooi alternatief voor Europees naaldhout zoals grenen palen, die met chemische producten verduurzaamd worden maar ook zelfs voor tropisch hardhout. Wij zijn bovendien de eerste en enige Belgische fabrikant van kastanje hekwerk! Andere specialiteiten zijn Engelse veldpoorten in inlandse eik, post & rail-omheiningen, boomsteunen en houten steunconstructies voor bv. wijnranken. Naast deze houttoepassingen beschikt Naturae ook over een mooi sortiment metalen poorten en gaaswerk. Klanten appreciëren onze all-in pakketten voor het zelf plaatsen van omheiningen.”
Samenwerking met Naturae
Het is zonde om duurzame kastanjes die bruikbaar zijn als hekwerk of palen tot brandhout te zagen. Dit niet alleen vanwege de vele kwaliteiten
Wie hakhout wenst te verkopen aan Naturae ontvangt dit handige meetplankje en kan daarmee zelf zijn/haar opbrengst berekenen. Hou er rekening mee dat hakhout met een omtrek groter dan 60cm minder opbrengt dan kleinere stammen
van het product maar ook vanwege de CO2 die op deze manier langer wordt vastgehouden. Vanuit de wetenschap dat er een lokaal, WestVlaams bedrijf dit soort hout zoekt en bereid is om er een eerlijke prijs voor te betalen, hebben de WestVlaamse bosgroepen afspraken gemaakt met Naturae uit Zonnebeke om de contacten tussen boseigenaars en deze firma te bevorderen. Concreet gaat dit als volgt te werk. Eigenaars die hakhout van tamme kastanje uit hun bos willen laten afzetten, nemen contact op met Peter van Naturae (zie einde artikel). Peter bezorgt hen een doe-het-zelf meetpakket. Dit bevat naast de nodige uitleg een meetplank waarmee de eigenaar zelf zijn kastanjes kan opmeten en tellen. Er wordt een opdeling gemaakt in drie diameterklassen met telkens een bijbehorende prijs per stuk: omtrek 20cm tot 40cm (ca. 10cm diameter), omtrek 40cm tot 60cm (ca. 15cm diameter) en omtrek groter dan 60cm (vanaf 20cm diameter). Opgelet de prijs per stuk is het hoogst voor de stammen tussen 40cm en 60cm omtrek. Stammen dikker dan ca. 20cm diameter brengen minder op dan kleinere stammen. Het heeft dus economisch geen zin om het hakhout te lang te laten staan. De belangrijkste reden hiervoor is dat dikke stammen niet meer voor kastanje hekwerk gebruikt kunnen
Op basis van de geboden prijs per stuk, kan je zelf je opbrengst berekenen en factureren aan Naturae. Indien je dit wenst, kan de Bosgroep bij dit alles ondersteuning bieden. Omdat de geboden prijs kan wijzigen afhankelijk van de markt, publiceren we deze niet hier. Je kan uitgaan van een prijs die ergens tussen de gemiddelde prijs voor brandhout en deze voor zaaghout ligt, reken op ca. 30-40 euro/m3. De prijs is in samenspraak tussen Naturae en de Bosgroep tot stand gekomen. Tot slot komt het team van Naturae en een kleine rupskraan de stammen oogsten op het afgesproken tijdstip en deze vervoeren naar het atelier.
Ecologische waarde van kastanje hakhout
PADDENSTOELENWANDELING
Wat? Naar jaarlijkse gewoonte organiseren we onze populaire paddenstoelenwandeling te Hemsrode onder deskundige begeleiding van gidsen Christine Hanssen en Eddy Saveyn! Zij laten ons de mooie variatie aan paddenstoelen zien. Een mooi bos dat hiervoor uitzonderlijk wordt opengesteld.
Wanneer? Zaterdag 15 oktober 2022 van 9u30 tot 12u00.
Waar? Kasteel Hemsrode, Hemsrode 3, Anzegem. Prijs? Gratis.
Inschrijven? clint.callens@west-vlaanderen.be –057 23 08 54.
LANDSCHAPSDAG IN HET HOUTLAND
Gevarieerde bossen met verschillende standplaatsgeschikte soorten en diverse structuur (hoog, laag, dik, dun, jong, oud, dood, levend,…) zijn het best gewapend tegen de klimaatverandering en bieden een plaatsje aan heel wat dieren en planten. Een bestand kastanje hakhout hoort wat dat betreft dus thuis in elk groot bos. Over de ecologische waarde van een homogeen hakhout van kastanje op zich lopen de meningen sterk uiteen. Liefhebbers van kastanje idealiseren nogal eens de natuurwaarde van zo’n bos terwijl de bepleiters van zuiver inheemse soorten met oogkleppen de heel andere kant opkijken. Van nature is een jong bos van tamme kastanje dicht en donker waardoor weinig andere ondergroei mogelijk is. Het blad verteert traag en heeft een verzurend effect.
Tijdens elke kapcyclus is er een fase met veel licht maar meestal zijn er op de zure bodems geen interessante soorten aanwezig die daarvan gebruik maken. In bossen waar wel interessante kruiden aanwezig zijn (vb. voorjaarsbloeiers), is het momenteel beter om geen hakhoutbeheer te voeren maar om het bos gesloten te houden om verbraming en verdroging te vermijden. In dit soort bossen is het ook aangeraden om met soorten te werken die een goed verteerbaar bladstrooisel hebben zoals es, esdoorn, iep, hazelaar, lijsterbes en linde. Situeer het hakhout bij voorkeur nabij de bosrand. Hierdoor wordt het bosklimaat dieper in het bos niet verstoord door de kapcycli. Bovendien vormt het hakhout een mooie en bufferende overgang tussen het open landschap en het bos. Enkele tamme kastanjes kan je ook tot monumentale en eeuwenoude bomen laten uitgroeien.
Meer info:
Firma Naturae www.naturae.be
Peter Segers 0486 78 66 20 peter@naturae.be
Wat? De landschapsdag is dé doe-dag voor iedereen die aan de slag wil voor onze bomen van de toekomst. Leer alles over bosbomen, fruitbomen, houtkanten, bosdieren en graslanden. Tijdens de workshops ga je meteen aan de slag. Met kinderprogramma.
Wanneer? Zaterdag 22 oktober 2022 (hele dag). Waar? Provinciedomein Tillegembos, Sint-Michiels (Brugge). Inschrijven + programma? www.landschapsdag.be
LEZING: “TOEN DE BOMEN HET NOG VOOR HET ZEGGEN HADDEN”
Wat? Een laagje natuur met foto’s en leuke verhalen. We ontmoeten krachtige bomen in het Vlaamse landschap. Wat vertellen ze, welke energie stralen ze uit en van waar komt hun rustgevende effect? Weetjes uit de wereld van de druïden, Kelten en Germanen waar mensen een bijzondere band hadden met bomen. Wanneer? Donderdag 17 november 2022 van 20u00 tot 22u00.
Waar? Streekhuis Kasteel Tillegem, Tillegemstraat 81, 8200 Sint-Michiels.
Prijs? 5 euro (leden) en 10 euro (niet-leden) inclusief drankje achteraf. Lesgever: Willem Brandt. Inschrijven? bosgroephoutland@west-vlaanderen.be –050 40 70 23.
WEBINAR: HOUTROT IN BOMEN, HOE WERKT DAT JUIST?
Wat? Hoe werkt houtrot juist? Welke organismen veroorzaken het? Hoe verloopt het proces? Kun je er iets aan doen? De focus ligt op rot in levende en dode bomen, maar ook rot bij verwerkt hout komt aan bod. We benaderen ook de positieve aspecten van rot, bv. als habitat voor veel zeldzame organismen. Wanneer? Zaterdag 3 december 2022 van 9u30 tot 11u30.
Waar? Online via MS Teams (best volgen met Google Chrome webbrowser).
Prijs? 5 euro (leden) en 10 euro (niet-leden).
Lesgever: Tom Joye - Inverde vzw. Inschrijven? clint.callens@west-vlaanderen.be –057 23 08 54.
QD-beheer van berk
Artikel door Jan Goris, Bosgroep Houtland vzw op basis van een Vlaamse publicatie*
Berk groeit gemakkelijk op alle types bodems, heeft een snelle jeugdgroei, is bestand tegen klimaatextremen, is bestand tegen schimmel- en insectenaantastingen, produceert op korte tijd grote volumes hout, verjongt spontaan vanaf jonge leeftijd en heeft nauwelijks last van vraatschade door wild. Zowel hout, schors, twijgen als sap kunnen veelzijdig benut worden. Zo schreef Hannß Carl von Carlowitz, de grondlegger van het begrip “duurzame houtopbrengst” al een kleine 300 jaar geleden (von Carlowitz, 1732, Sperber, 2000). Drie eeuwen later hebben we meer dan ooit zulke bomen nodig voor onze hedendaagse bosbouw. Bovendien verwerken we intussen berkenstammen ook tot het hoogwaardig product ‘fineer’.
Ondanks hogere genoemde kwaliteiten komen er nog steeds maar weinig mooie berkenstammen uit de Vlaamse bossen. De oorzaak is niet in de bossen te vinden maar bij de bosbeheer
Wat heeft QD als doel met berk?
Het productiedoel is om een relatief beperkt aantal toekomstbomen te laten uitgroeien tot bomen met stammen van zo hoog mogelijke kwaliteit. Deze moeten minstens een diameter op borsthoogte van 40cm hebben en een takvrije onderstam van ongeveer 5 tot 8m hoog. Dit zou dan leiden tot 2 of 3 blokken fineerhout van elk 2,5m lang. Na het oogsten van één of meer toekomstbomen zou een volgende generatie bomen van berk en bij voorkeur ook van andere geschikte soorten al in voldoende mate moeten aanwezig zijn om te komen tot een gemengd bos. Naast houtproductie is er in het bestand ruimte om hier en daar een boom zijn natuurlijke leeftijd te laten bereiken en op stam te laten sterven. Lokaal zijn er ook plekken waar niet wordt ingegrepen en de natuur zijn gang kan gaan.
* Wim Buysse (2013). QD-beheer van berk. KOBE-rapport van het Agentschap voor Natuur en Bos en Inverde. Beschikbaar via: https://www.yumpu.com/nl/document/read/43885595/ qd-beheer-van-berk-publicaties-van-de-vlaamse-overheid
Op de foto zijn twee stamschijven te zien van berken met dezelfde leeftijd (ca. 20 jaar). De dikste berk kon vrij groeien, de andere werd beconcurreerd. Benut dus op tijd de jeugdige groeikracht of je botst op een hopeloze achterstand.
Zijn er voorwaarden?
QD-beheer met berk is pas zinvol als zich een dichte verjonging heeft gevestigd van minder dan 15 jaar oud. Start op tijd! Beginnen dunnen in berken die duidelijk ouder zijn dan 15 jaar heeft economisch nog weinig zin omdat ze dan maar traag kunnen reageren op de vrijstelling en al zullen verkleuren of rotten vooraleer ze voldoende dik zullen zijn. De bosbodem wordt ontzien door het gebruik van vaste ruimingspistes.
Hoe ga je tewerk?
Zorg in een jonge berkenopstand (gemiddeld 2m hoog) voor de aanleg van werkgangen ca. om de 10m. Mans breedte is voldoende. Voer vanaf een dominante hoogte van 3m een eerste zuivering uit. Zoek ongeveer om de 5m een ‘supervitale’ (= gezonde, snel groeiende) berk. We noemen deze de opties. Knik de concurrenten hierrond om. Door deze optie regelmatig te zuiveren zodat ze toch op 2-3m afstand van hun concurrenten staan, vermijd je dat ze gaan ombuigen of hangen na de eerste echte dunning.
Voer een eerste dunning uit op ongeveer 12- à 15-jarige leeftijd. De berken zijn dan gemiddeld 10 tot max. 15m hoog. Afhankelijk van de kwaliteit van de bodem (zie tabel) wordt de kroon van elke toekomstboom rondom 2 tot 4m vrijgesteld door de dunning. Betreed het bos met machines alleen op vaste ruimingspistes. Hiervoor gebruik je één op drie van de werkgangen. (ca. 30m uiteen).
Snoeien doet deugd. Snoei op tot dat de onderstam 5 à 8m takvrij is ten tijde van de eerste dunningen. Verkeerd snoeien leidt tot stamverkleuring en dus waardeverlies! Enkele richtlijnen: Verwijder alle nog vastzittende dode takken. Snoei secuur, vermijd schade aan de stam. Snoei enkel dunne takjes tot een maximum diameter van 2cm. Dikkere snoeiwonden leiden tot houtverkleuring. Snoei van juli tot het vroege najaar en in elk geval niet in het voorjaar (bloeden). De hoogte van de levende kroon mag nooit minder dan ongeveer 50% van de totale boomhoogte bedragen.
Blijf systematisch dunnen zodat toekomstbomen op geen enkel ogenblik krooncontact maken met omringende concurrenten. Dit betekent: regelmatig een kijkje nemen in het bos! Na ca. 40 jaar zouden de bomen op voldoende afstand van elkaar moeten staan waarna ze nog max. 20 jaar verder ‘rijpen’ onder voorwaarde dat ze niet beconcurreert worden door andere soorten. In dat laatste geval, de dunning opnieuw hernemen. De eindkap gebeurt in elk geval nadat ze meer dan 40cm diameter bereikt hebben en vooraleer de bomen 60 jaar oud zijn. Oudere exemplaren gaan verkleuren waardoor het hout aan waarde verliest. Succes!
Verwachte eindhoogte (m)
Bodem Verwachte kroondiameter (m)
Takvrije stamlengte (m)
Na te streven afstand tussen toekomstbomen (m)
Aantal toekomstbomen per hectare 18
Deze kwaliteitsvolle berken werden omgetoverd tot binnenbekleding van enkele Duitse sauna’s.
Zware, rechte berk in de Vagevuurbossen te Wingene. Een dergelijke boom die waarschijnlijk wel te oud is om echt gaaf hout op te leveren, illustreert de vele mogelijkheden met berk opNiets in de handen, …
Artikel door Kris D’hondt, trouwe vrijwilliger en kersvers bestuurder bij de Bosgroep Houtland vzw
De wispelturige coronamaatregelen inspireerden de Bosgroep Houtland in 2021 om de cursus ‘Bomen in de tuin’ volledig buiten te laten doorgaan in het kasteeldomein Peereboomveld te Sint-Andries. In dit gedroomde decor kon Tom Joye van Inverde zich in het gezelschap van de enthousiaste eigenaars en de leergierige cursisten uitleven. Grote, oude bomen van vele soorten, we raakten er niet op uitgekeken. Halverwege de voormiddag draafde er een vos voorbij. Er was nog de picknick en de wandeling door het beukenbos - voor de eigenaar het pareltje van zijn domein - om te besluiten bij een door de storm erg toegetakelde kolossale eik bij het kasteel.
De eerste tip van Tom voor de gepaste boom in de tuin zal ik niet gauw vergeten: houd rekening met de omvang van de boom in ver houding tot de grootte van je tuin. Daar sta je dan in een kasteelpark van enkele tientallen ha. Maar goed, je kent dat na zo’n mooie dag: moe maar voldaan… Pas toen ik nadien enthousiast met anderen sprak over deze dag realiseerde ik me dat Tom ons een uur of 6 op sleeptouw had genomen zonder foto’s, illustraties, bomenboeken of digitale hulpmiddelen. Ik denk zelfs dat
hij een korte broek droeg en dikwijls gewoon met de handen in de zakken vertelde, luisterde, vragen beantwoordde en met ons van gedachten wisselde. Knap.
Wat later nam ik deel aan de cursus ‘Klimaatslim bosbeheer’ in het Diocesaan Centrum Groenhove te Torhout. Een betere plek voor het onderwerp zou ik niet weten. Met de Week van het Bos in zicht waar ik zou gidsen voor het 6de leerjaar, had ik tegen mijn gewoonte in, een schriftje mee om de laatste nieuwtjes te verzamelen. Maar ik ben dat niet gewoon. Terwijl ik schrijf, ontgaat me alweer het vervolg en als je balpen dan nog tegensputtert, draait het helemaal in de soep. Mijn rugzak kwam van pas om het schriftje op te bergen.
In tegenstelling tot Tom in het Peereboomveld had zijn collega Willy Verbeke wel een schoudertas mee. Wat er in die tas stak zullen we nooit weten. Hij had niets nodig. Het bosbeheer dat Zuster MarieDominique toepaste was het goede voorbeeld van hoe je de condities schept om tot een robuust en duurzaam bos te komen. Twaalf jaar werk en het resultaat is fenomenaal. Haar kennis van het bos, de gemaakte keuzes in het beheer en haar bezieling en doorzettingsvermogen doen wonderen.
Voor de Week van het Bos hadden de scholen van Zedelgem en Jabbeke het Vloethemveld ontdekt. We kregen spiksplinternieuwe zoekkaarten en spiegeltjes ter beschikking. Paddenstoelentijd, je weet wel.
Met collega’s gidsen verkende ik de interessante plekken om de verschillende facetten van het bos te illustreren. Met Obsidentify, een app van Natuurpunt, determineerden we een aantal paddenstoelen. Ook een prachtexemplaar Eekhoorntjesbrood kruiste ons pad. Twee dagen later liep ik nog eens het definitieve parcours af. De stopplaatsen zaten in mijn hoofd en de afstand hopelijk goed ingeschat.
Het Eekhoorntjesbrood stond al niet meer langs het pad maar wellicht ergens op het menu. Het wrong een beetje hoe ik het zou aanpakken: met of zonder hulpmiddelen en didactisch materiaal. Ik dacht terug aan Tom en Willy en besliste. Ik ga op pad met de leerlingen: niets in de handen, niets in de mouwen. De kinderen het bos laten ervaren, dat wilde ik doen. De school loslaten en vertellen, bomen en de werking van het bos leren kennen, de bijzondere functie van paddenstoelen in dat ecosysteem, vragen stellen en van gedachten wisselen. Met de donkere dagen in het verschiet was er voor hen nog tijd genoeg om van alles verder te verkennen en uit te pluizen op het internet, maar in het bos zouden we buiten en in het bos zijn. Heerlijk.
Bij de start van de eerste gidstoer liep een jongen dicht naast me en vroeg: ”Wat moet ik doen als ik hier een groot wild dier tegenkom?”
“Dat zullen we dan wel zien,” had ik haast achteloos geantwoord. Achteraf gezien leek het er op dat hij het meende.
We zouden bomen in het echt leren herkennen aan de blaren en de schors, een boomstam verrollen en kriebelbeestjes over de handen laten lopen, sporen van reeën zoeken, de dikte van een boom schatten en die dan omarmend meten (een rolmeter ter controle had ik niet toevallig op zak.) En pad denstoelen bekijken, uiteraard.
Bijna uit het niets vroeg een meisje: ”Kris, hoeveel procent van de mensen denk je dat ze bijdragen tot de klimaatverandering?” Die kwam binnen. Ik dacht diep na en vroeg 200m bedenktijd en zocht een
antwoord die rekening hield met de realiteit en hoopvol en begrijpelijk was. Samengevat kwam ik tot volgende bedenking: we zijn met steeds meer mensen op aarde, een wereldbol die we niet groter kunnen maken. Met zijn allen moeten we verstandige keuzes maken bij het gebruik van energie en andere grondstoffen. Het zal nodig zijn dat alle mensen nog meer solidair met elkaar omgaan, dan is de kans groter dat we tot goede oplossingen komen en goed kunnen leven. Niemand de schuld geven en samen de handen aan de ploeg slaan, daar gaat het over. Benieuwd welke studies sommige van die jonge gastjes later doen.
Een al even verrassende vraag liet niet op zich wachten: “Wat vind jij het meest speciale aan dit bos?”
Ook hier vroeg ik bedenktijd tot aan de volgende stop 50m verder. De leerlingen ontdekten de aanduidingen op de bomen die de
boeiend, gemengd en robuust bos waar op een duurzame manier het hout gewonnen wordt die we nodig hebben. Ook het onroerend erfgoed, de gebouwen en het spoor, van het munitiedepot en het krijgsgevangenenkamp kwamen even ter sprake. Bij het vertrek naar een volgende stop riep een jongen achteraan het groepje: ‘Mijnheer, wacht eens even… Die sporen, zijn die nog de echte van toen?’ Ik beaamde. ‘Dan wil ik die even aanraken’. Die jongen keerde achterwaarts op zijn stappen terug, ging door zijn knieën in hurkzit, raakte een spoorstaaf aan en sloot weer aan bij de groep. Hij dankte voor het begrip.
Aan het einde van de wandeling vormden de kinderen met takjes ‘leve het bos’ op het wegdek. Als ze ermee klaar waren, scandeerden ze - nog niet moe maar tevreden –in koor: ‘LEVE HET BOS’.
Klimop, kom op of komaf?
Artikel door Tony Vanneste, Bosgroep IJzer en Leie vzw
Klimop (Hedera Helix), iedereen ziet graag een mooie groene muur of begroeide boom in die kale grijze winterperiode maar hoe schadelijk voor uw muren en bomen is deze groene overwinteraar nu eigenlijk?
Help, hij eet mijn muur op!
Toen er nog gevoegd werd met kalkhoudende metselspecie kon klimop schadelijk zijn voor de voegen van muren. Bij huizen die gebouwd werden na 1920 is dat echter niet meer het geval en is alle angst dus ongegrond. Door de dakpanvormige bebladering en het water die de plant uit de bodem trekt helpt klimop zelfs uw muur droog houden. Als u regelmatig snoeit en de plant weghoudt van dakgoten, openingen en dakpannen zijn er enkel voordelen bij deze
Help, hij verorbert mijn bomen!
Van nature groeit klimop in eiken- en beukenbossen op voedselrijke bodem. Gezonde bomen leiden niet onder de begroeiing ervan. Klimop is geen parasiet. De plant houdt zich alleen vast aan boomstammen maar zuigt geen sap uit de boom zoals sommigen denken. Bomen waarbij de plant er toch in slaagt deze helemaal te begroeien tot in de kroon, kunnen wel minder dik worden en gevoeliger zijn voor de wind. Actieve bestrijding van klimop is in normale omstandigheden dan ook niet nodig. Voor vogels, insecten en spinnen vormt klimop een ideale schuilplaats. Bovendien zorgt klimop tot eind september, wanneer de meeste bloemen al zijn uitgebloeid, nog voor nectar. Vlinders, zweefvliegen en bijen genieten hier met volle teugen van. De bessen van de plant bieden de hele winter door een deugddoende maaltijd voor veel vogels. Ook verschillende insecten zoals de Citroenvlinder tot Meeldauwlieveheersbeestje, vinden tussen het bladerendek een ideaal hotel om te overwinteren.
Help, hij verwoest mijn bos! In onze bossen is klimop de afgelopen decennia hard toe genomen. Door een hogere voedselrijkdom zijn meer bosbodems geschikt voor deze bodembedekker die ook voordeel haalt uit steeds langere groeiseizoe nen. Hetzelfde verhaal als bij de bramen dus. Bovendien ontsnapt deze wegzoeker ook vaak uit tuinen. Wanneer de bodem echt volledig overgroeid is met klimop, krijgen wel nog weinig andere planten een kans. Ook paddenstoelen zullen hierdoor minder getijen. Gelukkig durven reeën ’s winters wel een klimopblaadje ver orberen en heeft de plant zijn eigen afbrekers zoals een zwammetje, de klimoptaailing. Alleen op specifieke plaatsen zoals dreven met bijzon dere zwammen en kruiden van voedselarme bodems is het verwij deren van klimop momenteel een welkome beheermaatregel.
Help, nu moet hij weg!
Komt de klimop te dicht bij uw dak pannen of dakgoot, overwoekert hij de grond in uw tuin of neemt hij te veel van de kruin van uw bomen in, dan moet u dus best wel aan de slag.
Hoe? De klimop kan je het best verwijderen door deze door te zagen of door te knippen onderaan de boom. Zolang klimop je boom niet domineert, is het niet noodzakelijk dat je deze ook van de stam haalt. De klimop zal immers uitdrogen en de blaadjes zullen afvallen.
Als je het echter mooier vindt dat deze ook effec tief verwijderd is, mag je deze van de stam lostrekken, je zal de stam hierdoor niet bescha digen. Klimop is vastgehecht door zuignapjes vanboven op de schors en dus niet in de schors. De klimop komt eenvoudig los.
Kort samengevat is er dus niet zo veel schade lijk aan onze groene wintervriend. Als u hem begeleidt en kortwiekt waar nodig zullen vele beestjes u zeer dankbaar zijn. Als u het mij vraagt, kom op klimop!
Biotoopverbetering in beboste jachtgebieden
In samenwerking met de Bosgroep Houtland stapten 2 jagende bosgroepleden mee in het zogenaamde SINCERE-project(*). Als gevolg daarvan konden ze een beroep doen op een budget uit het jachtfonds van de Vlaamse overheid. Bedoeling is algemeen om de ecosysteemdiensten uit bossen ten behoeve van de eigenaar én de maatschappij te verbeteren en in het bijzonder een verhoging van de kwaliteit van bosbiotopen gelegen binnen jachtgebieden. Concreet werden in de 2 deelnemende domeinen afgelopen winter samen 120 verjongingsgroepen van elk 25 loofboompjes aangeplant onder het aanwezige scherm van naaldbomen.
In de Brugse zandstreek bestaan nog heel wat bossen uit een eerder monotone aanplant van naaldhout. Een deel van deze naaldhoutplantages hebben in de loop der jaren een sterke dunningsachterstand opgelopen en vormen dichte, donkere en weinig biodiverse bosbestanden. Mede door de langdurige dun
ningsachterstand zijn heel wat van deze naaldbomen van een eerder bedenkelijke kwaliteit en vitaliteit. In het bijzonder gaat het hier dikwijls om bossen van grove den, soms ook van lork, douglas of Corsikaanse den. Tot een aantal jaar geleden stelden we vast dat deze dennen na dunning opnieuw toenamen in groei en hadden we de hoop dat deze bomen nog tientallen jaren de bovenetage in het bos konden bepalen. Recent zien we echter meer en meer dennen in de problemen komen als gevolg van droogte of extreme omstandigheden (te nat, storm,…). In elk geval zijn er veel bestanden waar er niet meer voldoende kwalitatieve en vitale dennen aanwezig zijn om de toekomst te verzekeren.
Waar dennenbestanden weer meer open
Zaailingen en jonge (loofhout) boompjes vallen dan ook snel ten prooi aan vraat. Maar ook het vegen van het gewei tegen jonge boompjes – waarbij ganse boompjes kunnen ontschorst worden – zorgt voor schade.
komen, bv. ten gevolge van dunningen of sterfte, ontstaat een ideale plek voor een nieuwe generatie bomen. De resterende naaldbomen bieden beschutting aan de jonge boompjes met betrekking tot o.a. wind, hitte, uitdroging en extreme regenval. Ondanks voldoende licht en beschutting kan in de praktijk vastgesteld worden dat natuurlijke verjonging moeilijk voet aan de grond krijgt. Enerzijds omdat deze nieuwe generatie moeite heeft om zich te vestigen in een dichte ondergroei van bramen en/of adelaarsvarens. En anderzijds heeft er zich in de afgelopen decennia een vrij hoge reewildpopulatie ontwikkeld in de Brugse zandstreek. Hierdoor is de wilddruk op de natuurlijke verjonging in onze bossen hoog, mede door het feit dat er in de klassieke, monotone naaldhoutaanplantingen – zonder ondergroei of met ondergroei van varens en bramen – weinig (divers) voedsel aanwezig is voor het reewild.
Kortom veel naaldhoutbossen takelen af en er komt onvoldoende verjonging. Het bosecosysteem degradeert en dreigt gedurende lange tijd vervangen te worden door bv. een ruigte van bramen en/of (adelaars)varens. Productie van kwaliteitshout wordt in zo’n situatie helemaal onmogelijk. Een manier om deze evolutie te doorbreken is door middel van de aanplant van verjongingsgroepen (zgn. “kloempen”) voorzien van wildbescherming. Deze techniek laat toe een nieuwe generatie inheemse loofbomen in te brengen waaronder soorten die nog niet in het gebied aanwezig zijn en bovendien om de potentie voor de toekomstige levering van kwaliteitshout te verbeteren. Door het onderplanten van groepen van o.a. zomereik, wintereik, beuk, haagbeuk, winterlinde, gewone esdoorn, etc. zal het bos weerbaarder en klimaatbestendiger worden. Een gemengd bos is namelijk minder vatbaar voor
ziekten en calamiteiten. Tot slot zal ook de natuurwaarde sterk verhoogd worden. Zo zijn aan onze inheemse loofbomen nl. heel wat (meer) soorten insecten en zwammen verbonden, die we niet aantreffen in monotone naaldhoutbossen. Een boost dus voor de biodiversiteit! Op termijn zullen de loofbomen ook zorgen voor meer dekking en beschutting voor het (ree) wild en zullen ze een meer divers voedselaanbod opleveren (vruchten, twijgen, knoppen…). Kortom, een actie die het ganse bosecosysteem ten goede komt!
De vermelde aanplantingen werden uitgevoerd in de domeinen Ossebossen (Jabbeke) en Ter Heyde (Brugge) bij de families Lievens en Haspeslagh. Elk van de eigenaars kon eigen accenten leggen afhankelijk van de lokale ervaringen met het beheer. Zo werden de bomen in het domein Ossebossen iets verder uit elkaar geplant dan gebruikelijk zodat ze machinaal kunnen vrijgesteld worden met een kleine klepelmaaier. Hier is individuele wildbescherming
door middel van plastiek kokers toegepast. In het domein Ter Heyde werd gekozen voor een collectief wildraster met schapendraad rond elk van de groepjes. Dit is duurder dan individuele bescherming maar het oogt natuurlijker dan gele plastiek kokers. Ondanks de steun van het project die in totaal 15.000 euro bedroeg, hebben beide eigenaars zelf ook een stevig aandeel in het werk en de kosten bijgedragen. Nogmaals een bewijs dat heel wat privé-boseigenaars steeds klaar staan om te investeren in de toekomst van onze bossen.
* Het SINCERE-project werd mede mogelijk gemaakt met ondersteuning van Natuurinvest, het Jachtfonds van de Vlaamse overheid en het Horizon 2020-project SINCERE.
https://sincereforests.eu/
Artikel door Miguel Depoortere, Bosgroep Houtland vzw ©Twintig jaar duurzaam bosbeheer
Artikel door Chris Couwelier, secretaris Bosgroep Houtland
20 jaar al, heeft de werking van de Bosgroep Houtland een positieve impact op de bossen in het noorden van West-Vlaanderen. Om dit te verduidelijken neem ik u graag even mee naar het Groenhovebos in Torhout. Dit pareltje van ongeveer 100 hectare is in eigendom van ruim 70 verschillende eigenaars. Onder impuls van de Bosgroep Houtland werd in 2007 een gemeenschappe lijk bosbeheerplan opgesteld. Er werd een toekomstvisie opgemaakt waarin elke eigenaar voor zijn of haar per ceel persoonlijke accenten kon aanbrengen. 15 jaar later zijn de resultaten verbluffend. Een kort bezoek aan twee eigenaars maakt dit duidelijk.
Het Diocesaan Dienstenhuis Groenhove, in de volksmond: ‘het klooster’ genoemd, is gehuisvest in de 30ha grote eigendom van het Bisdom Brugge. Zuster MarieDominique is er al jaren bosbeheerder. Als biologe heeft zij een ruime kennis over bos en andere natuur. Haar kennis en werkijver worden aangevuld met praktische tips van de Bosgroep waardoor dit terrein in ruim tien jaar niet alleen een oase van rust en natuur geworden maar ook een bron van talrijke en diverse toekomstbomen. In tegenstelling tot wat sommigen vermoeden, is niet het cafetaria mijn lievelingsplekje op het domein.
Neen, ik wandel steevast naar een uniek biotoop met enkele volwassen haagbeuken. De haagbeuk wordt meestal als begeleidingsboom samen met eiken geplant en op jonge leeftijd afgezet als brandhout. Een goddelijke voorziening zorgde er voor dat net bij de zusters deze bomen overeind bleven. We kijken nu vol bewondering naar deze prachtige bomen en onthouden dat deze soort ook in onze regio een volwaardige plaats in het bos verdient
Meer naar het zuiden, tegen de snelweg aan, ligt mijn eigen stukje bos met een oppervlakte van ongeveer driekwart hectare. Toen ik dit perceel in 2005 kocht leek het eerder een militair domein, omheind met betonpalen en prikkeldraad. Er stonden voornamelijk naaldbomen. De ondergroei was verwaarloosbaar. Dankzij de begeleiding door de Bosgroep Houtland, de steun van de stad Torhout, de inspanning van een sociale werkplaats, liters eigenaarszweet en de kracht van de natuur onderging het bos in 15 jaar tijd een ware metamorfose. De struikenrand met voornamelijk hazelaar en lijsterbes is een paradijs voor vogels, vlinders en insecten. De aangeplante bomen: berk, kastanje, zomereik, grauwe abeel en spork hebben de voorbije erg droge jaren prima doorstaan. En doordat ik het kruispuntje van de Torendreef met de Oude Woudweg op Ruddervoorde openstel, kunnen jaarlijks honderden recreanten van deze verwezenlijking genieten. Bijgevoegde foto’s van het domein in 2005 en 2022 onderstrepen dat doordacht kappen en aanplanten kan leiden tot sterke, duurzame bossen.
Droogte … Alle hens aan dek!
Voor de vierde keer in vijf jaar was het een moeilijke zomer voor jonge beplantingen. Een aantal bosgroepleden bleef niet bij de pakken zitten en nam actie om hun beplanting te helpen. Tot op heden wordt het in de bossector niet als rendabel beschouwd om beplantingen water te geven. We leven echter in een nieuwe realiteit en volgende voor beelden en tips kunnen misschien inspireren om in de toekomst ook een noodscenario te voorzien.
TIPS
Verwen je planten niet te veel, geef beter af en toe veel water in één keer dan geregeld een beetje. Vb. Wekelijks en minimaal 1x om de 14 dagen. Blijf water geven zo lang de droogte aanhoudt. Zorg dat het water niet weg vloeit: plant je bomen in een kuiltje, maak een aarden walletje rond de boom of plaats gietringen. Giet eventueel 3x direct na elkaar zodat het water kan intrekken. Beperk de verdamping door ’s avonds of ’s morgens te bewateren.
Een professionele loonwerker uit Torhout beregent de beplanting van Patrick Trio bij Groenhovebos. De kanonnen sproeien tot 50 meter links en rechts, dus één doorgang per 100m volstaat. Er kan ook beregend worden met sproeiarmen maar dan zijn meer gangen nodig.
Plant zo mogelijk vroeg in de winter, gebruik soorten die aangepast zijn aan de standplaats. Tracht enige vorm van schaduw en windscherm bij de beplanting te behouden (microklimaat). Hou de bodem bedekt (bramen,
Gras is minder interessant omdat dit zelf veel water verbruikt, schraap dit eventueel weg nabij de beplanting.
Je kan bij diverse Aquafin-installaties gezuiverd afvalwater afhalen om aanplantingen water te geven. In grotere domeinen kan het interessant zijn om een bronput te laten boren. Deze kan dan bv. ook door de brandweer gebruikt worden in noodgevallen.
Het voorjaar en de vroege zomer zijn belangrijk voor het overleven van de bomen. Vanaf augustus zijn de knoppen voor het volgend jaar al aanwezig en lopen de bomen minder schade op door droogte. In een warm najaar zien we meer en meer de knoppen in de herfst weer uitlopen wat ook weer nefast kan zijn voor het overleven van de planten.
Vergeet tot slot niet je steentje bij te dragen aan het verminderen van de wereldwijde CO 2-uitstoot. Als de klimaatopwarming zich verder zet aan het tempo dat we nu meemaken, zullen bovenstaande tips weinig of geen zin meer hebben.
In het domein Schoonhove te Oostkamp werden ‘gietringen’ geplaatst rondom nieuwe dreefbomen. De sociale werkplaats Pro Natura kwam met een watervat (kubitainer) achter een kleine tractor regelmatig de bomen water geven.
Bernard Boes
Op 28 juni is Bernard Boes onverwachts overleden. Bernard was bestuurder van Bosgroep IJzer en Leie sinds het prille begin in 2007. Bosgroep IJzer en Leie kon al die jaren steeds op hem rekenen. Zo herinneren we ons bv. zijn deskundige juridische expertise bij de opmaak van een standaard overeenkomst voor houtverkopingen en de cursussen boomsoorten herkennen in zijn prachtige Arghendaelbos te Bellegem. Zijn handelskenmerken: steeds gastvrij, telkens bereid om te helpen, overvloedig met goede raad, in iedere situatie nuchter en verstandig. Bosgroep IJzer en Leie verliest één van zijn grondleggers. Het bestuur en personeel van Bosgroep IJzer en Leie wensen in naam van de vereniging hun medeleven te betuigen aan zijn familie.
Natuurbeheerplan Nieuw Kasselrij
van Anzegem tot Oudenaarde goedgekeurd!
De opmaak van een natuurbeheerplan waarin verschillende ambitieniveaus gecombineerd worden en waaraan meerdere boseigenaars deelnemen is maatwerk. Enerzijds trachten we zo goed mogelijk de wensen van de eigenaars in het beheerplan op te nemen, anderzijds wordt een soort van rode draad gesponnen zodat het geheel enigszins steek houdt en er een evenwicht is tussen het bereiken van natuurstreefbeelden, houtopbrengst en eventueel sociale doelstellingen. Administratief een werk van lange adem. Maar in februari 2022 werd het natuurbeheerplan Nieuw Kasselrij door minister Demir definitief goedgekeurd.
Het beheerplan Nieuw Kasselrij van Anzegem tot Oudenaarde (op grondgebied van Anzegem, Nokere, Avelgem, Kerkhove, Waregem, Wortegem-Petegem) omvat 480 ha bos en natuur van 61 eigenaars. Het werd samen met Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender opgemaakt en vormde bovendien een onderdeel van het Europese Interreg-project ‘Feelwood’ – deelproject Foret
Pro Bos. Bijna 6 jaar werd gewerkt aan dit ambitieuze natuurbeheerplan. In 359 ha (75%) zal een beheer gevoerd worden gericht op het bereiken van inheemse natuurbeelden: natuurlijk bos, grasland enz. Aan 32% (155 ha) van het boscomplex werd het natuurstreefbeeld ‘leefgebied van vleermuizen’ gekoppeld hetgeen inhoudt dat daar richtlijnen en/of maatregelen geformuleerd werden ter verbetering van de populaties en het habitat van vleermuizen. Naast de ecologische of natuurfunctie wordt in het natuurbeheerplan ook aandacht besteed aan de economische bosfunctie: houtoogst en/of wildbeheer zijn van toepassing op 85% van het boscomplex. Er zijn ook verschillende bos- en natuurgebieden die op bepaalde tijdstippen opengesteld zullen worden voor het publiek onder de vorm van georganiseerde activiteiten en evenementen. In totaal zal er binnen Nieuw Kasselrij ongeveer 3,54 miljoen euro aan Vlaamse beheersubsidies vanwege het natuurbeheerplan ingezet worden gedurende een periode van 24 jaar.
Bijzondere functies in het bestuur
Tijdens de algemene vergadering van Bosgroep IJzer en Leie vonden er naast de verplichte presentaties van de verslagen, de mooie wandeling in het Helleketelbos en de gezellige maaltijd in Bar Bernard ook een stemming plaats voor het bestuur. Ondertussen werden door het nieuwe bestuur de bijzondere functies verdeeld. Jef Vanhove werd benoemd tot nieuwe voorzitter, Maria Polfliet (Stad Waregem) tot ondervoorzitter, Luc Becue tot penningmeester en Alexander Lasseel tot secretaris. De overige benoemde bestuurders zijn Jurgen Vanlerberghe (provincie West-Vlaanderen), Kris Notebaert (stad Poperinge), Bart Vanacker (gemeente Heuvelland), Walter Stragier en wijlen Bernard Boes.
Nieuwe medewerker bij Bosgroep IJzer en Leie
Aangenaam, ik ben Tony, vader van vier, afkomstig uit Geluwe maar nu woonachtig in Wevelgem. Nadat mijn voorgangster, Bo Desmadryl, besloot om terug fulltime les te gaan geven, kom ik de administratie en communicatie van Bosgroep IJzer en Leie verzorgen.
Ik was voordien boekhouder voor beursvennootschappen, baksteenbedrijven en deed de volledige administratie van verschillende vzw’s in de cultuursector. Eind vorig jaar besloot ik om wat ‘minder’ uren te werken om wat meer uren aan mijn gezin en bijberoep te kunnen besteden. Oh ja, bijna vergeten, ik heb thuis een semiprofessionele opnamestudio waar ik mijn eigen muziekjes en ook deze van andere artiesten maak.
Een ietwat uit de hand gelopen hobby zeg maar. Het is niet snel gegaan. Zoals ik al aangaf was ik kieskeurig in mijn zoektocht naar de gepaste job. Vier kindjes, een bijberoep en helemaal geen zin meer in een stressvolle financiële levensvreugdedoder. Geen gemakkelijke opgave.
En toen kwam die vacature voor de Bosgroep. Op 29 juni ingangsexamen en op 4 juli gestart. Dat is snel gegaan.
Ik vond de nieuwe uitdaging die ik zocht. Na een hartelijke ontvangst, zie ik er naar uit om samen met deze leuke groep vrienden van het milieu te streven naar een mooiere en groenere administratie. Of was dat Provincie? West-Vlaanderen, let’s do this!
Groetjes, Tony Vanneste
BOSGROEPEN IN WEST-VLAANDEREN
Legende
Openbare bossen
Privébossen
Bosgroep IJzer en Leie
Bosgroep Houtland
Wat is een bosgroep?
De West-Vlaamse Bosgroepen motiveren en helpen boseigenaars op een vrijblijvende manier om hun bos duurzaam te beheren. Zo ontstaan mooie en gezonde bossen met hoge natuurwaarden, waardevol hout en veel ontspanningsmogelijkheden.
De bosgroep is er voor alle boseigenaars uit het werkingsgebied. Het maakt niet uit of u boseigenaar bent van een bosperceel van enkele aren bos of van meerdere hectaren. Weet u graag wat de bosgroepen voor u en uw bos kunnen betekenen, neem dan contact op met uw bosgroep! De contactgegevens vindt u hieronder.
Bosgroep Houtland vzw
Streekhuis Noord-West-Vlaanderen (Kasteel Tillegem)
Tillegemstraat 81
8200 Sint-Michiels (Brugge)
050 40 70 23 bosgroephoutland@west-vlaanderen.be www.bosgroepen.be
BTW: BE 0866.482.291
RPR Gent, afdeling Brugge
Coördinator: Jan Goris
Bosgroep IJzer en Leie vzw
Bezoekerscentrum De Palingbeek
Vaartstraat 7
8902 Zillebeke (Ieper)
057 23 08 54 - Fax: 057 23 08 51 clint.callens@west-vlaanderen.be www.bosgroepen.be
Ondern.-nr.: 0816.706.346
RPR Gent, afdeling Ieper
Coördinator: Clint Callens