2024-03

Page 1


Boomblad

Elsbes en Noorse esdoorn: inheems of niet?

Dood hout, explosie van leven Op studiereis naar Zweden

Boomblad (Zomer 2024), jaargang 22 - nummer 3

Het Boomblad wordt uitgegeven door de West-Vlaamse bosgroepen en verschijnt vier keer per jaar. De Bosgroep Houtland en de Bosgroep IJzer en Leie zijn een initiatief van privébosbeheerders, de Provincie West-Vlaanderen en het Agentschap voor Natuur en Bos.

Redactie/foto’s: Clint Callens, Chris Couwelier, Hendrik De Bleeckere, Tom De Visschere, Miguel Depoortere, Jan Goris, Frederik Lembreght, Joyce Lettanie, Marie-Louise

Martens, Rilke Terryn, Hanne Vanderstede, Jef Vanhove

Prepress: Philip Gesquière, POC - sectie Digitaal

Design & Productie, Provincie West-Vlaanderen

Druk: POC - sectie Digitaal Design & Productie, Provincie West-Vlaanderen

Papier: Gedrukt op milieuvriendelijk papier

Oplage: 2100 exemplaren

Verantwoordelijke uitgever: Bosgroep Houtland vzw, Tillegemstraat 81, 8200 Sint-Michiels, vertegenwoordigd door Albert de Busschere

Deze twee monumentale eiken merkten we op tijdens de afgelopen bosgroepenreis naar Zweden (natuurgebied Tinnerö eklandskap) in het kader van een ‘veteranisatieplan’. Meer uitleg hierover

Beste lezer,

Ondanks de vele regendagen hebben we de afgelopen maanden enkele prachtige bosgroepactiviteiten kunnen beleven. Ik denk met veel plezier terug aan de algemene vergadering van Bosgroep Houtland in het slot van Male. Ik zag bovendien op de foto’s dat ook onze vrienden van Bosgroep IJzer en Leie in Waregem een geslaagde dag hadden. Tijdens het kastelen- en abdijenweekend van Westtoer hebben we nog eens meer dan 300 bezoekers rondgeleid in Male. Het bezoek aan het kasteel van Wynendaele in juni was echt interessant. De beschikbare plaatsen werden dan ook razendsnel volgeboekt.

We kunnen zulke leerrijke en aantrekkelijke activiteiten alleen maar aanbieden dankzij de medewerking van de privé-eigenaars op deze locaties. Ik wil hen hiervoor van harte bedanken. Het getuigt dat deze eigenaars vertrouwen hebben in de Bosgroep. Het getuigt er ook van dat privé- eigenaars wel degelijk bereid zijn om het publiek toegang te geven, als dit kan gebeuren in gecontroleerde omstandigheden en met respect voor de eigendom. Iets wat wij als bosgroepen natuurlijk al lang weten.

In dit Boomblad vindt u een artikel over de elsbes en de Noorse esdoorn. Tot op heden worden aanplantingen met deze soorten in Vlaanderen niet gesubsidieerd vanwege twijfels over het inheems karakter. De soorten komen nochtans van nature voor in alle ons omringende landen en regio’s. Het is een bijzonder interessante discussie. Iedereen heeft tegenwoordig een mening over het gebruik van ‘nieuwe’ boomsoorten. Ik wil u uitnodigen om artikels zoals het bovenstaande te lezen om een beter beeld van deze thematiek te krijgen. Vast staat dat het klimaat verandert en dat we in deze streken maar over een beperkt gamma aan inheemse soorten beschikken. Laten we hopen dat de wetenschappers voldoende aandacht mogen en kunnen besteden aan deze problematiek om ons tijdig van de juiste informatie te voorzien. Laten we hopen dat het beleid zich voldoende flexibel kan opstellen om de boseigenaars de kans te geven om hun bossen aan te passen. Laten we allemaal ook een steentje bijdragen om de klimaatverandering af te remmen. De generaties na ons gaan dat broodnodig hebben.

Veel leesplezier gewenst!

Albert de Busschere

Voorzitter Bosgroep Houtland vzw

VME Vorsevijvers stelt buurtbosje open

In 2022 besloten de Vereniging van Mede-Eigenaars van de wijk Vorsevijvers te Wingene om samen met de Bosgroep Houtland een halve hectare gemeenschappelijke privégrond ecologisch en recreatief op te waarderen. Afgelopen voorjaar was de inrichting klaar en kon het bosje worden opengesteld.

Het perceel gelegen langs de Bremdreef was de afgelopen decennia volledig verwilderd en overgroeid met Pontische rododendron. De vijver was niet meer zichtbaar en zo goed als dicht geslibd. Tijd voor een andere aanpak dus. Met de Bosgroep lieten we eerst de rododendrons verwijderen en het slib uit de vijver halen door een aannemer die nauwgezet te werk ging. Tal van mooie berken en eiken werden gespaard. Het slib werd gespreid op de braakliggende zone naast het bosje. In korte tijd werd de vijver terug erg helder en zagen we volop kikkers hun eieren afzetten. Begin 2024 volgde dan een beplanting.Tussen de

aanpalende huizen en het bosje werd een gordel van bloemen- en bessenstruiken voorzien, en ook op de intussen uitgedroogde slibvlakte. Optima-T uit Lichtervelde maaide vooraf de bramen en plaatste voetgangersbruggetjes over de grachten. In het project ‘Zorg voor Bossen’ kwamen we met twee groepen vrijwilligers om een pad te voorzien in houtsnippers. Zo is het weer mogelijk om een lus te wandelen in het bosje. In het bos zelf werd niets meer aangeplant maar willen we een spontane opslag bekomen. Wat de beplanting betreft kozen we voor spork, kardinaalsmuts, wilg en hazelaar maar ook voor bomen als zwarte

els, berk, iepen en zelfs wintereik. Het stuk is vrij drassig zodat vochtminnende soorten hier in hun nopjes zullen zijn.

Waar de vijver overloopt naar de beek werd een buis onder het pad geplaatst zodat dit steeds begaanbaar blijft. Naast het bosje staat een glascontainer waardoor de buurtbewoners hier vaak halt zullen houden. Er wordt overwogen om nog een zitbank te voorzien.

De uitvoering door mensen uit zorginstellingen via het project ‘Zorg voor Bossen’ is voor iedereen een dankbaar gegeven. We bieden deze mensen een zinvolle werkervaring, halen hen maximaal van tussen die vier muren weg. Je ziet hen vaak openbloeien en genieten van de gezonde buitenlucht om even later met blozende kaken terug huiswaarts te vertrekken. Dat kan ook niet anders als je weet dat hier maar liefst 10m³ houtsnippers en zo’n 390 plantjes werden geplaatst.

Elsbes en Noorse esdoorn: inheems of niet?

Artikel door Jan Goris, Bosgroep Houtland vzw, gebaseerd op een advies van het INBO*

Het Agentschap voor Natuur en Bos overweegt om elsbes en Noorse esdoorn toe te voegen aan de lijst van inheemse soorten in Vlaanderen. De definitieve beslissing is nog niet gevallen. Beide soorten zijn interessant om onder de aandacht te brengen. Bovendien is de discussie ‘inheems of niet’ bijzonder boeiend, vooral met het oog op de klimaatverandering.

Waarom een lijst?

Soorten zijn inheems wanneer ze hier ‘van nature’ voorkomen. De praktijk is echter niet zo eenvoudig. Sommige uitheemse soorten werden zo lang geleden geïntroduceerd dat het wel lijkt alsof ze hier van nature voorkomen, zoals de tamme kastanje. Vlaanderen is klein. Het zou dus ook kunnen dat een soort hier wel van nature kan voorkomen maar er toevallig niet is, niet meer is of nog niet is. Bovendien verdwenen alle bomen hier in de laatste IJstijd. De bosvorming is dus nog maar zo’n 10.000 jaar geleden opnieuw begonnen en al heel snel was er veel invloed van de mens. Wat is dan nog natuurlijk?

Als gevolg van die grijze zone is het voor sommige soorten wetenschappelijk weinig zinvol om ze als inheems of uitheems te bestempelen. Het beleid heeft echter wel nood aan een duidelijke lijst van inheemse soorten. Dit is van belang om het zogenaamde stand-still principe in de natuurwetgeving te handhaven (inheemse soorten mogen niet door uitheemse vervangen worden), maar ook voor het beoordelen van beplantingsplannen en het toekennen van bebossingssubsidies. Elsbes en Noorse esdoorn staan niet op deze lijst. Een literatuuronderzoek van het Instituut voor Bos- en Natuuronderzoek tracht de gevolgen van het aanplanten van deze soorten in onze natuur in te schatten.

Elsbes

De elsbes (Sorbus torminalis) komt vooral voor in Centraal- en Zuid-Europa, maar ook in Engeland, Denemarken en Noord-Afrika en in delen van Azië. In België is de soort vrijwel

De typische bladeren, de witte bloemtuilen en later de roestbruine bessen en een mooie herfstverkleuring maken van de elsbes een heel aantrekkelijke boom.

beperkt tot kalkrijke, zuidgerichte hellingen in Wallonië. Elsbes kan 25 meter hoog worden. De bladeren zijn vrij groot en hebben driehoekige, getande lobben die tegenover elkaar staan. De boom heeft bolvormige, groene knoppen en behoort tot hetzelfde geslacht als wilde lijsterbes.

De soort wordt vooral gevonden op kalkrijke, ondiepe en zonnige, droge standplaatsen. Door zijn beperkte competitievermogen tegenover andere soorten werd de elsbes tot deze extreme standplaatsen teruggedrongen. Zonder concurrentie zou de soort wellicht de voorkeur geven aan vrij vochtige, lemige, voedselrijke standplaatsen. De meeste literatuur verwacht geen goede groei op droge zandbodems. De soort is niet geschikt voor natte standplaatsen. Over vorstbestendigheid lopen de standpunten uiteen. Door zijn vermogen tot adaptatie aan warmte en droogte wordt deze soort vaak aanbevolen als klimaatrobuuste soort.

Kaviaar van het bos Vanwege zijn natuurlijke zeldzaamheid heeft de elsbes weinig soortspecifieke fauna, maar hij herbergt wel een rijke fauna die gemeenschappelijk is voor andere soorten van hetzelfde geslacht (Rosacea), waaronder kevers en vlinders. De bloei kan uitbundig zijn en is een belangrijke nectarbron voor veel insecten. Elsbes heeft een goed afbrekend bladstrooisel en is aldus een bodemverplegende soort, ook wel rijkstrooiselsoort genoemd.

Er zijn bij elsbes weinig risico’s op woekeren te verwachten. Het is een soort die moeilijk verjongt, lichtbehoevend is en weinig competitief is ten opzichte van andere soorten.

Elsbes kan bijzonder mooi en waardevol hout opleveren dat gebruikt wordt voor meubels, muziekinstrumenten, vloeren en kunstwerken. Eind vorige eeuw haalde deze soort de media als duurste hout van Europa omdat het gegeerd was als fineer voor luxemeubels. De soort kreeg in Frankrijk de bijnaam ‘kaviaar van het bos’. Omdat het alleen in kleine hoeveelheden beschikbaar is, is er bij ons nu weinig markt voor.

Tot slot nog een weetje over de elsbes: na vorst zijn de vruchten eetbaar. Elsbessen hebben een zure smaak. De soortaanduiding torminalis slaat op maagpijn, waarbij deze vruchten verlichting kunnen bieden.

Noorse esdoorn

Esdoorns zijn bomen met een blad zoals op de vlag van Canada. Maar let op, er zijn wel meer dan 100 verschillende soorten. De Noorse esdoorn (Acer platanoides) wordt tot 30 meter hoog. Het verschil met de gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus) is onder meer zichtbaar door de bruine knoppen (groen bij gewone esdoorn), de niet-afbladderende schors bij oudere exemplaren en de in punten uitlopende bladlobben. Het natuurlijk verspreidingsgebied van Noorse esdoorn strekt zich uit van Noordoost-Frankrijk tot de Oeral en de Baltische staten in het oosten tot de Balkan en Noord-Italië in het zuiden, en verder ook in de Pyreneeën en Zuid-Scandinavië.

In Wallonië vinden we de soort vooral op voedselrijke bodems. In Vlaanderen komt de soort algemeen voor, maar er wordt verondersteld dat deze voortkomen van geïntroduceerde bomen en dus niet van nature. Daarbij moet worden vermeld dat het al dan niet inheems zijn van esdoornsoorten in onze regio (Spaanse aak, gewone esdoorn, Noorse esdoorn) vrij arbitrair bepaald is. Zo veronderstelt men dat Spaanse aak op basis van pollenanalyses wel inheems is, hoewel zijn pollen niet kunnen onderscheiden worden van de andere twee soorten. Vermoedelijk werd de opmars van Noorse esdoorn naar Vlaanderen gestuit door activiteiten zoals bosbegrazing die bodemverarming veroorzaakten.

Kan beter tegen hitte

De Noorse esdoorn is een snelgroeiende boomsoort die in staat is om goed te groeien in een breed scala van bodemtypes, schaduwregimes

en vochtgehaltes. Hij groeit echter het best in diepe, vruchtbare, vochtige bodems, die voldoende gedraineerd en niet te zuur zijn. De soort mijdt zeer droge en zeer natte standplaatsen. Hij is gevoeliger voor late vorst dan gewone esdoorn. Er wordt gesteld dat deze soort iets beter bestand is tegen droogte en hitte dan gewone esdoorn, vandaar dat Noorse esdoorn in beeld komt in het kader van klimaatverandering.

Er zijn weinig diersoorten exclusief gebonden aan Noorse esdoorn, maar net zoals de gewone esdoorn herbergt deze soort een groot algemeen gamma. De vroege bloei vormt een belangrijke nectarbron. Daarnaast leven op esdoorns zeer veel bladluizen, voedsel voor andere soorten. De soortenrijkdom aan algemene zwammen op esdoorn kan groot zijn. De soort heeft een goed afbreekbaar bladstrooisel dat helpt bodemverzuring en -verarming tegen te gaan.

Snelle groeier

De soort kan goed overleven in de schaduw, kan zich massaal vestigen op open plekken en groeit sneller dan heel wat andere inheemse soorten.

In hoeverre de massale verjonging stand houdt en op termijn het bosbeeld gaat bepalen, is echter onduidelijk. Uit de inventaris van een aantal Vlaamse bosreservaten met Noorse esdoorn blijkt dit geen probleem en overleven amper exemplaren groter dan 2 meter. In kustduinen wordt de uitzaaiing wel als een probleem gezien voor open natuurtypen.

Het hout van Noorse esdoorn wordt gebruikt voor meubels, vloeren en muziekinstrumenten.

Stradivarius gebruikte Noorse esdoorn voor de rugzijde van zijn violen. In onze regio is er echter geen ervaring met het bosbouwkundig gebruik van deze soort.

Volgens de literatuur zou Noorse esdoorn net als veldesdoorn (Spaanse aak) niet giftig zijn voor paarden, in tegenstelling tot gewone esdoorn.

Soortenpalet verruimen

De natuurlijke afwezigheid van elsbes en Noorse esdoorn in Vlaanderen is waarschijnlijk niet te wijten aan het klimaat maar aan menselijke factoren of is standplaats-gerelateerd (denk aan te zure, arme bodems). Beide soorten kunnen interessant zijn om het beperkte soortenpalet in de Vlaamse bossen te verruimen, zowel ecologisch, in functie van hout als in het kader van klimaatverandering. Voor beide soorten is het belangrijk om te werken met planten afkomstig uit geschikte herkomstgebieden: op minder dan 300 meter hoogte en niet te ver oostelijk gelegen. Inheems of niet, voor de soorten zelf maakt het niet uit. Wanneer de omstandigheden geschikt zijn, zullen ze vanzelf hun plaats verder innemen. Tot slot, in Wallonië groeien nog soorten die voer zijn voor gelijkaardige discussies zoals donzige eik (Quercus pubescens), meelbes (Sorbus aria), wollige sneeuwbal (Viburnum lantana) en Zweedse lijsterbes (Sorbus intermedia).

*Meer info via: www.vlaanderen.be/inbo/publicaties

Het verschil tussen Noorse esdoorn (links) en gewone esdoorn (rechts) is onder meer herkenbaar aan de bladeren die veel puntiger zijn bij de Noorse esdoorn.
Elsbes

Dood hout, explosie van leven

Artikel met dank aan Bosgroep Oost-Vlaanderen

Er is leven voor, tijdens en na de dood. Alvast bij bomen! Levende bomen staan in verbinding met talloze andere organismen zoals dieren, planten, schimmels, korstmossen en bacteriën. Maar ook dood hout is een onmisbare bron van leven in een bos. Waarvoor is dat dode hout nu zo goed, welke voorraad is er in Vlaanderen en hoe kan je zelf aan de slag in jouw bos?

Nieuwe levens beginnen

Afgestorven hout verandert doorheen de jaren van vers, stevig hout tot een broze, vezelige massa. Dit proces is sterk afhankelijk van de boomsoort en situatie. Zo blijft een stevige, dode eik nog wel 100 jaar een thuis en voedingsbron. Beuken en lichtere houtsoorten verteren dan weer sneller.

Veel organismen zijn gebonden aan een bepaalde verteringsfase van het dode hout. Insecten en bacteriën starten de vertering en aan de bui tenkant beginnen mossen en korstmossen te groeien. Verschillende bast- en prachtkevers komen in dit vroege stadium voor en zijn specifiek aangepast aan de boomsoort. Vervolgens tasten schimmels het hout aan, waarna een grote diversiteit aan paddenstoelen ver schijnt. Ondertussen zijn ook heel wat geleedpoti gen (insecten, spinnen,

duizendpoten, pissebedden,…) actief die minder sterk gebonden zijn aan een specifieke boomsoort. Zo voeden de larven van het vliegend hert zich met rottend (eiken)hout dat aangetast is door witrotschimmels. Talloze larven trekken op hun beurt parasitaire wespen aan die larven van houtkevers gebruiken om er eieren in te leggen. De gangen die de larven in het hout maken worden bewoond door bijen en wespen.

De aanwezige rijkdom aan insecten trekt vogels aan. Grote holten ontstaan in stammen en takken, vormen ideale nestplaatsen voor verschillende generaties vogels zoals spechten, maar ook voor eekhoorns en vleermuizen.

Behalve een continu aanbod is ook variatie in dood hout van belang. Zo zorgt staand dood hout voor een droog en warm microklimaat in vergelijking met een nat en koud

microklimaat bij liggend dood hout. Elk milieu trekt specifieke soorten aan en zo vergroot de biodiversiteit en veerkracht van het bos. Talloze bosorganismen zijn dus afhankelijk van dood hout voor voedsel, schuilen overwinterplaatsen. Ongeveer 20% van alle soorten in het bos leeft rechtstreeks van dood hout, daarbovenop is nog eens 20 tot 30% van de soorten indirect afhankelijk van dood hout. Kortom, dood hout weghalen halveert de biodiversiteit in het bos.

Buffer tegen verzuring

Tijdens het verteringsproces levert dood hout geleidelijk voedingsstoffen af aan de bodem. Deze kunnen vervolgens opnieuw opgenomen worden door planten. Bovendien zijn onze bossen onderhevig aan stikstofdeposities, wat resulteert in een verzuring van de bosbodem. Dood hout zorgt voor een verhoogde beschikbaarheid van calcium en magnesium, wat dan weer zorgt voor een verminderde zuurtegraad van de bodem. Het is dus van belang dood hout niet weg te halen uit het bos om de nutriëntenkringloop gesloten te houden en om lokaal verzuring tegen te gaan.

In stijgende lijn

Eind jaren negentig bleek uit de eerste Vlaamse Bosinventarisatie dat de hoeveelheid dood hout behoorlijk laag was: gemiddeld 13,5 m³ per hectare, waarvan 4 m³ rechtstaand. Elk dood takje was eeuwenlang nuttiger buiten dan in het bos. De hoge nood aan gereedschaps- en brandhout en de angst voor plagen en bosbranden leidden tot een opgeruimd bos zonder dode takken en bomen. Bomen kregen ook weinig kans om oud te worden in productiebossen aangezien de optimale kapleeftijd

veel vroeger valt dan de natuurlijke dood van een boom.

Vernieuwende

beheerinzichten

(Geïntegreerd!

Multifunctioneel!

Natuurgetrouw!

Klimaatrobuust!) maak ten het behoud van dood hout echter bespreekbaar bij bosbeheerders. Een Vlaams bos bevat tegenwoordig dan ook gemiddeld 23 m³ dood hout per hec tare. Dit is bijna 8% van het totale houtvolume per hectare, zowel dood als levend. Ondanks de inhaalbewe ging ligt de gemiddelde voorraad dood hout nog ruim onder het ecologisch aangeraden richtcijfer van 30 m³/ha, of een kleine 10%. Vind je dat veel? In niet beheerde bossen en/of Europese bosreservaten kan dit makkelijk 3 á 7 keer meer zijn.

Aan de slag

Dood hout is van levensbelang voor je bos. Mik op minstens 5 à 8 dode bomen per hectare, met zoveel mogelijk variatie: staand en liggend, zonnig en beschaduwd, dun en dik dood hout, van verschillende boomsoorten én van vers tot vermolmd. Enkele suggesties:

- Laat kroonhout liggen. Ook in bosbeken kan dood hout blijven liggen, mits aandacht voor overstroming.

- Oogst geen windval, tenzij bij grote economische meerwaarde. Ook de open wortelkluit is een grote bron van biodiversiteit.

- Selecteer verouderingsbomen of -zones. Bomen met bliksem-, exploitatie- of velschade zijn hiervoor ook geschikt. Het groeperen van bomen kan de werkveiligheid in je bos verhogen.

- Boost je bos. Verhoog actief de voorraad dood hout door bomen te ringen of te vellen. Je kan zelfs ‘veteraniseren’: jongere bomen bewust beschadigen met het oog op holtes, scheuren,….

- Laat eens een bosdreef verouderen: Vervang de bomen slechts stuk per stuk waar een opening is ontstaan. Denk wel aan veiligheid en eventueel erfgoedwaarde van de dreef.

- Veiligheid primeert! Vermijd gevaarlijke toestanden bij wegen en paden. Let ook op met staande dode bomen tijdens bosexploitaties.

- Spaar wegkwijnende en dode bomen. Deze hinderen de toekomstbomen niet en leveren weinig economisch rendement. Het is efficiënter om selectief te dunnen in de levende, dominante bomen dan om dode bomen op te ruimen.

Een mooie koraalzwam op rottend naaldhout. De helft van alle leven in een bos is op één of andere manier afhankelijk van dood hout.
Tonderzwammen op een dode beuk in een privébos te Torhout. Let op de blauwe markering waarmee bedoeld wordt dat de boom als staand dood hout bewaard zal blijven.

Op studiereis naar Zweden

De jaarlijkse studiereis bosbeheer van Inverde stuurde ons dit jaar naar Östergötland in Zweden. Van 27 tot 31 mei werden we ondergedompeld in de Zweedse bosbouwcultuur en de unieke landschappen. Naast het land van meren en bossen, ontdekten we ook een land van bijzondere bomen.

Maandagochtend vlogen we naar Stockholm, waarna het met de bus naar Vimmerby ging. Daar logeerden we in de ecologische boerderij Ingebo Hagar waar we de rest van de reis verbleven in een uiterst gastvrije en rustige omgeving. Een eerste stop was er aan de boerderij van Blazo Pejanovic. Deze gepassioneerde boer experimenteert met het gebruik van varkens, koeien en kippen in het bos om de bodem klaar te maken voor natuurlijke verjonging. Binnen een aantal jaar is dit een terugkeer waard om de resultaten hiervan bij bos en dieren te aanschouwen.

Op dag twee bezochten we het Zweedse Agentschap voor Bos (Skogsstyrelsen) die ons een inkijk gaf in het Zweedse bosbeheer. Meer dan 60% van Zweden is bedekt met bos. (België 22%, Vlaanderen 10%). De Zweedse bossen bestaan voor 40% uit fijnspar, 40% grove den, 12% berk en 8% andere loofhoutsoorten. In deze grote naaldhoutbossen vervult houtproductie een belangrijke economische rol. De gangbare

bosbouwpraktijk bestaat kortgezegd uit 2 dunningen en een kaalkap na 60-100 jaar. Daarna wordt er terug aangeplant met naaldhout. Economisch gezien kan hiermee snel en efficiënt gewerkt worden. Deze monoculturen blijken ook daar heel kwetsbaar. Vooral het probleem met de letterzetter kever in de sparrenbossen is erg aanwezig. De overheidsmedewerkers voelen dat een duurzamere aanpak beter en noodzakelijk zou zijn, maar dit is geen gemakkelijke stap als een systeem bijna muurvast lijkt te zitten. Er wordt alvast ingezet op een automatisering van data door gebruik van drones en satelliettoepassingen. Via laserscanning wordt informatie in kaart gebracht. Deze kaarten geven de algemene conditie van de bossen weer, detecteren bosbranden, aantastingen van letterzetter, kaalkapzones,… en kunnen dus een grote hulp en meerwaarde zijn voor de toekomstige bosbouw. In de namiddag genoten we van hooilanden en oude knoestige lindes in het natuurreservaat van Hakan Holgersson.

Op woensdag maakten we kennis met Södra, de grootste bosgroep van Zweden Met zo’n 53.000 boseigenaars met een gemiddelde

bosoppervlakte van 60 tot 80ha per lid is Södra één van de belangrijkste partners binnen de bosbouw van Zweden. Tijdens ons bezoek werd duidelijk dat deze coöperatieve een uitgesproken doel voor ogen heeft namelijk het genereren van inkomsten voor hun leden. De meeste leden kopen aandelen van Södra die op het einde van het boekjaar een dividend opleveren bovenop de verkoop van de individuele exploitatie. Hierdoor is het ‘logisch’ dat de houtkwantiteit vaak bepalend is boven andere overwegingen. Het nagenoeg volledige productieproces is gebaseerd op naaldhout met spar in het bijzonder. Maar…! De gebeitelde monocultuur van ‘Norway spruce’ (=fijnspar) of ‘Scots pine’ (=grove den) blijkt natuurlijk ook onderhevig aan de klimatologische veranderingen die we kennen. Keveraantastingen zijn ook in Zweden niet weg te denken met alle gevolgen…. De impact is enorm in de Zweedse bossen en Södra zit gevangen in een economisch model die weinig of geen marge laat om in te zetten op soortendiversiteit.

Toch zijn er lichtpuntjes… Boseigenaars worden met extra premies aangemoedigd om bij minstens 5% van hun bos een ecologische doelstelling na te streven met meer diversiteit. De Zweedse bosgroepen kunnen we zeker niet vergelijken met onze bosgroepen, dat is duidelijk… De uitgangssituatie in Vlaanderen is ook erg verschillend. Maar op het vlak van diversiteit en

ons verder wapenen tegen klimaatverandering moeten we niet onder doen…. eerder integendeel.

’s Namiddags wandelden we samen met Södra door Norra Kvills, een klein nationaal park in Vimmerby van 114 ha. Het bos is al 150 jaar niet gekapt en sommige dennen zijn 350 jaar oud met een typerende draaigroei. We zijn onder de indruk van het ongerepte bos met vele omgevallen bomen, enorme rotsblokken begroeid met mos, magische bosmeren, bijzondere planten en een grove den van maar liefst 580 jaar oud. Hier mag de natuur zich vrij ontwikkelen tot een oerbos. Na het avondeten konden we als hoogtepunt van de dag Kvilliken bewonderen. Deze in 1650 voor het eerst opgemerkte eik zou mogelijks rond een leeftijd van 1000 jaar zitten. De omtrek op borsthoogte is 14 meter. Sinds 2002 gaat de conditie van de boom achteruit, maar de oorzaak hiervan is onduidelijk. De bladeren werden zichtbaar kleiner en er kwamen meer en meer dode takken in de kruin. Nu is er nog slechts één levende tak aan de boom, waar men ieder jaar opnieuw uitkijkt naar het ontluiken ervan.

Ook op donderdag gingen we verder op het beheer van oude eiken in natuurgebied Tinnerö eklandskap. Het gebied van 1340 ha groot telt ongeveer 800 stuks oude zomereiken met een

Artikel door de Oost- en West-Vlaamse bosgroepen
Norra Kvills

oud. De volgende generatie eiken in het gebied heeft een leeftijd van 50-60 jaar oud. Deze generatiesprong is te wijten aan het feit dat de oude eiken in het verleden steeds opnieuw werden vrijgesteld en jongere exemplaren werden weggekapt om plaats te maken voor hooilanden. Om de uitzonderlijke biodiversiteit die gekoppeld is aan de oude eiken te kunnen bewaren, kwam men met een veteranisatieplan. Om de nodige habitats die vooral verbonden zijn aan erg oude bomen te creëren in de jongere bomen, moesten deze beschadigd worden. Dit deed men met verschillende technieken: explosieven, stamvoet beschadigen, toppen uithalen, takken afkraken, gaten boren, spechtengaten zagen,… Opvolging van deze beschadigde bomen maakte snel duidelijk dat een enorme biodiversiteit in sneltempo tot stand kwam. Resultaten waren ver boven de verwachtingen. Er werd bijvoorbeeld DNA analyse gedaan met stalen uit een boom waar schade aan de stamvoet was gemaakt. Zo werden onverwachts 200 verschillende soorten schimmels gevonden. Van deze 200 soorten was 75% onbekend. Het deed ons alvast stilstaan bij de belangrijke plaats en taak van oude, dode en beschadigde bomen in onze bossen.

De visie van de beheerders van het gemeentesluit aan bij het multifunctioneel bosbeheer dat wij kennen met een focus op ‘continuous cover forestry’. Het kronendak wordt gesloten gehouden om het bosmicroklimaat te bewaren. Recreatie, natuurbescherming en in mindere mate houtproductie staan hier centraal. Door de ligging van het bos naast de grote stad zien we vele fiets- en wandelpaden. Maar ook natuurbescherming is een belangrijk onderdeel van het beheer. Dode bomen blijven er liggen en staand dood hout wordt gecreëerd door stammen op een hoogte van 3m af te toppen. Van de 3.200 ha in beheer van Linköping is 700 ha aangeduid als natuurreservaat.

Na ons laatste avondmaal werden we verrast met een extra uitstap op het domein waar we verbleven. Met gids en vriend aan huis Bo Karlsson werden we meegenomen naar een berkenbestand van 24 jaar oud. Een deel van dit bestand bestond uit krulberken of kronkelberken (Engels: Curly birch). Dit is een mutatie van de gewone, ruwe berk waardoor deze grillig groeit en het hout een decoratief effect geeft voor bv. houtsnijwerk. Het hout is zeer waardevol en wordt in Zweden per kilo verkocht (ongeveer 3 à 4 euro per kilo), dat komt op een ruwe schatting van ongeveer 2.500 euro per m³ .

De dag en avond werden nog afgesloten met een kampvuur van gedunde berk waarna we met het ochtendschemer ons bed indoken. De volgende dag kwam snel, maar voor we het vliegtuig naar België opstapten, was er nog een stop voorzien aan het Vasa museum in Stockholm.

Dit museum stelt het gekapseisde schip Vasa tentoon die zonk op zijn eerste tocht in 1628. Na 333 jaar op de bodem van de zee te hebben gelegen werd het enorme oorlogsschip geborgen.

Nu is de Vasa een van de best geconserveerde zeventiende eeuwse schepen ter wereld.

Zweden liet ons heel veel moois zien en er werd heel wat bijgeleerd. Deze reis was trouwens niet enkel voor professionele bosbeheerders, maar ook andere bosliefhebbers, boseigenaars en geïnteresseerden kunnen deelnemen. Via de website van Inverde kan je op de hoogte blijven van hun aanbod.

Old Tjikko, oudste boom van Europa!?

Uit de bosgroepreis leerden we dat de Zweden erg actieve bosbouwers zijn waardoor de meeste bomen al in de zagerij liggen vooraleer ze 100 jaar oud zijn. Merkwaardig genoeg groeit één van de oudste bomen ter wereld ook in Zweden.

De boom, Old Tjikko, werd gevonden in 2008 in het Fulufjället National Park en genoemd naar de naam van de hond van de ontdekker. Via koolstof-14-datering op oud wortelhout werd een leeftijd van 9.550 jaar vastgesteld. Het gaat om een fijnspar (Picea abies). We spreken hier van een klonaal wortelsysteem.

De wortels zijn duizenden jaren oud maar het bovengrondse deel telt ‘slechts’ enkele honderden jaren. Wij kennen fijnspar niet op deze manier maar de soort is blijkbaar wel degelijk in staat om net zoals hakhout nieuwe scheuten te vormen. Ook afhangende takken kunnen wortels vormen waar deze de grond raken en zo tot een zelfstandige kloon van de originele boom uitgroeien.

Er is heel wat discussie over de leeftijd van bomen. Bij klonale systemen zoals Old Tjikko dateert men de leeftijd van het wortelgestel maar is het bovengronds deel veel jonger. In de VS groeit zo een Amerikaanse ratelpopulier ‘Pando’ die bestaat uit meer dan 40.000 bovengrondse stammen en waarvan de wortels naar schatting 80.000 jaar oud zijn. Bij dendrochronologie gaat men uit een ongeschonden stam met een holle boor een boorstaal nemen en de jaarringen tellen. In

het noorden van Griekenland groeit een Bosnische den, genaamd ‘Adonis’, die door middel van jaarringenonderzoek gedateerd werd op 1.075 jaar en zo de oudste gekende boomstam is in Europa. Tot slot zijn er de zogenaamde ‘erfgoedbomen’. Dit zijn oude bomen met grote culturele of historische waarde waarvan de leeftijd niet of moeilijk is te bewijzen bv. omdat de stam van binnen rot of hol is en het oude hout en de ringen dus ontbreken. We kennen in Europa vele volksverhalen over duizendjarige eiken, taxussen, olijfbomen,… Hoewel deze bomen sowieso van groot belang zijn, wordt hun leeftijd meestal overschat. De voor zover bekend oudste, dendrochronologisch gedateerde bomen groeien namelijk steeds in afgelegen, onherbergzame gebieden. Bomen in extreme omstandigheden groeien heel langzaam. De jaarringen zijn heel smal en bij naaldbomen is het hout dan zeer compact met veel hars. Dat maakt de bomen beter bestand tegen aanvallen van insecten, schimmels en bacteriën.

‘Curly birch’ berkenhout heeft een mooie tekening en wordt gebruikt voor o.a. handvaten van messen.
Kvilliken

De bosgroep actief in Oostkamp

Zoals jullie in een vorige editie lazen, werd in november 2022 het Bosloket Openbare Besturen van de WestVlaamse bosgroepen opgericht. Via het bosloket ondersteunen we onder andere gemeenten bij het beheer van hun bossen. Begin dit jaar werd zo’n overeenkomst afgesloten met de gemeente Oostkamp voor de bossen “Nieuwenhove” en “Zorgvliet”, samen zo’n 55 ha groot. Voor de gemeente betekent de overeenkomst dat het eigen gemeentepersoneel ontzorgd wordt over een thema dat specifieke kennis vereist van wetgeving en beheer. De gemeente behoudt alle beslissingsrecht en kiest zelf welke taken ze al dan niet overlaat aan de Bosgroep. Alle planning en uitvoering zal heel transparant gebeuren en de gemeente heeft nog steeds de regie over inkomsten en uitgaven in handen. Een aantal van deze taken werd tot op heden uitgevoerd door medewerkers van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB). Via deze samenwerking zal het bosloket Oostkamp helpen met o.a. de uitvoer van de beheerplannen op te volgen, vragen van de bevolking beantwoorden, monitoring van de evoluties in de bossen bv. het effect van het beheer, het detecteren van bomen met een verhoogd risico, jaarlijkse organisatie van een publieksactiviteit,…

Welkom aan Sara

Sara Behiels is sinds 1 september deeltijds in dienst van de Bosgroep Houtland als administratieve medewerkster. Sara woont in Brugge en is moeder van 2 jonge kinderen. Na haar studies groenmanagement in Gent werkte Sara voor verschillende organisaties met telkens een heel duidelijke sociale en/of ecologische doelstelling. Bij de Bosgroep wil ze zich, dicht bij huis, in diezelfde duurzame sfeer inzetten voor de ondersteuning van onze leden boseigenaars. Sara werkt de komende maanden samen met Marie-Louise Martens vanuit onze kantoren in Tillegem kasteel. We heten haar alvast erg welkom en wensen haar veel arbeidsvreugde!

Ondertussen werden beide bossen al verschillende keren bezocht om het huidige beheerplan af te toetsen aan de werkelijke situatie en het geplande beheer voor het domein te evalueren. Tijdens deze bezoeken werden er al verschillende bomen met een acuut gevaar of een verhoogd risico opgemerkt. Deze werden doorgegeven en verschillende werden reeds gekapt. Verder werden er op een aantal plaatsen invasieve exoten, zoals Amerikaanse vogelkers en Japanse duizendknoop opgemerkt, welke in de nabije toekomst aangepakt zullen worden. Aan de hand van deze bezoeken en het beheerplan, wordt een concreter beheeradvies opgemaakt met een lijst van maatregelen en een voorgestelde timing. Op basis hiervan kan Oostkamp op een handige manier beslissen wat ze wanneer gaan uitvoeren.

De afgelopen jaren werden verschillende ingrijpende kappingen uitgevoerd in beide bossen. Omdat dit tot op heden een zware impact heeft op het bos en zijn microklimaat, voorzien de Bosgroep en Oostkamp nu eerder lichtere, gerichte dunningen. Hierbij ga je een beperkt en geselecteerd aantal toekomstbomen helpen door één of meerdere concurrenten weg te nemen en valt het bezoekers nadien zelfs vaak niet op dat er gekapt is. Bij het

beheer van beide bossen zal natuur en recreatie steeds voorop staan en zullen kappingen steeds in functie hiervan gebeuren. Dunningen zorgen er bij duurzaam bosbeheer voor, dat vrijgestelde, overblijvende bomen grotere kronen en dikkere stammen ontwikkelen en ze o.a. minder windgevoelig worden. Als je selecteert op rechte, takvrije stammen, dan neemt de houtkwaliteit in het bos toe en hebben onze opvolgers de mogelijkheid om duurzame producten als planken en balken uit het bos te bekomen. Je kan door dunning sturen in de aanwezige boomsoorten en je brengt meer licht naar de bodem, waardoor je een rijkere kruid- en struiklaag bekomt en met wat geluk een nieuwe generatie bomen.

Ondertussen vond er ook al een eerste publieksactiviteit plaats. We kozen speciaal de ‘Dag van de Buren’ om via een geleide wandeling in het Nieuwenhovebos de bewoners van de aanpalende wijk Nieuwenhove de kans te geven om hun bos beter te leren kennen. Ondanks de zware regenbuien van die dag, waren er zo’n 40 deelnemers. In twee groepen, met elk een gids (Frederik

Lembreght van de Bosgroep en Dirk Sierens, zelfstandig natuurgids), maakten we een mooie wandeling, met uitleg over hun bos, wat de samenwerking inhoudt, welke beheerwerken er gepland stonden, waarom dit beheer nodig is en welk effect dit zou hebben op het leven in het bos. Alle deelnemers waren zeer tevreden en mochten nog nagenieten met een drankje van de gemeente in het lokale buurthuis Nieuwvliet.

De samenwerking kende alvast een goede start en vol enthousiasme gaan we ons blijven geven om de Oostkampse bossen het beheer te bezorgen wat ze verdienen.

Bosgroepmedewerker Frederik gidst een groep buurtbewoners door het Nieuwenhovebos.

Terugblik op de algemene vergadering

resultatenrekening 2023 en de planning en begroting 2024 toe. Daarna gaf Rilke Terryn nog wat meer uitleg over het Zorg voor Bossen-project en toonde hierbij een filmpje met tal van positieve reacties van eigenaars waar ze reeds gewerkt had met de deelnemende zorginstellingen. Vervolgens gaf Frederik Lembreght nog wat meer uitleg over de werking van het Bosloket Openbare Besturen, met het bosuitbreidingsproject “De Zavelput” van 8,3 ha, van de Stad Waregem als voorbeeld. Met een woordje van schepen Maria Polfliet van de Stad Waregem en tevens uw ondervoorzitter en een bedanking van onze voorzitter, sloten we het eerste deel van de dag af.

De algemene vergadering ging dit jaar door op zaterdag 25 mei in ’t Fonteintje te Waregem. Daar mochten we zo’n 60 leden verwelkomen met een lekkere koffie of appelsap.

Naar gewoonte verwelkomde onze voorzitter Jef Vanhove de aanwezigen zeer warm en hartelijk. Hierna lichtte uw coördinator Clint de verslaggeving en de

Na een korte pauze konden we van het mooie weer genieten. We begaven ons naar het natuurgebied de Zavelput. Frederik gaf hier wat meer uitleg over de uitgevoerde bosuitbreiding van 1,25 ha en de komende bosuitbreiding van 7,05 ha. Het beplantingsplan werd toegelicht en er werd wat meer achtergrondinformatie gegeven over de gehele bosuitbreiding.

Na het bezoek aan de Zavelput wandelden we naar boomkwekerij Joos. Dit is een kwekerij die gespecialiseerd is in meerstammige en grote bomen. We werden verwelkomd door Joos Van Tieghem, de oprichter en zijn zoon Charles. Joos leidde ons hierna rond door de tuin en het bedrijf om zijn visie over bomen, tuinen en het beheer ervan toe te lichten. Dit was zeker geen droge uitleg, maar een echt inspirerend verhaal. De leden hingen aan zijn lippen.

Als afsluiter stond de foodtruck “De Veldkeuken” ons op te wachten tussen de bomen van de kwekerij. De deelnemers konden hier in het zonnetje genieten van een glaasje schuimwijn of een kloempenbiertje en konden smullen van enkele hapjes en hamburgers.

Opnieuw een geslaagde editie.

Houtverkoop Bosgroep IJzer en Leie 2024

Elk jaar organiseert Bosgroep IJzer en Leie een gezamenlijke houtverkoop. Daarbij worden loten van verschillende privé-eigenaren via een houtcatalogus aangeboden aan erkende kopers en exploitanten in

Vlaanderen. De houtverkoop van 2024 bevatte zes loten van zes verschillende eigenaars, goed voor 1.310 m³ hout. Vijf loten bestonden voornamelijk uit populieren die in dit geval gekapt worden met het oog op de omvorming naar gemengd, inheems loofbos. Een zesde lot betreft een dunning waarbij vooral Amerikaanse eik en grove den worden weggehaald ten voordele van de beuk en de zomereik.

12 exploitanten brachten een bod uit voor één of meerdere loten. Dit was een succes en ook over de geboden prijzen zijn we tevreden. Het is duidelijk dat hout als grondstof erg geliefd en belangrijk blijft en dit voor vele toepassingen. Hout is in theorie onuitputtelijk en hernieuwbaar in vergelijking met andere grondstoffen, zoals aardolie en ertsen. Houtproductie is bij duurzaam bosbeheer dan ook ecologisch verantwoord, sociaal aanvaardbaar en economisch rendabel.

Afhankelijk van het aanbod zal ook in het voorjaar van 2025 een nieuwe houtcatalogus aangeboden worden. Indien u interesse hebt om deel te nemen, aarzel dan niet om contact op te nemen via hanne.vanderstede@ west-vlaanderen.be.

Beperkte bijdrage van de boseigenaar voor terreinbezoeken

bij Bosgroep IJzer en Leie

Bosgroep IJzer en Leie moet voor haar werking steeds op zoek naar middelen en dat zijn vooral subsidies. De eeuwige zoektocht naar middelen is een tijdrovende, niet eenvoudige maar vooral essentiële taak om u WestVlaamse private boseigenaars een deskundige, kwaliteitsvolle dienstverlening te kunnen blijven aanbieden. Tegelijk is en blijft het onze bedoeling om dit alles voor u betaalbaar te houden. Daarom vraagt de Bosgroep geen lidgeld, worden activiteiten aangeboden tegen grote kortingen en is onze dienstverlening ofwel gratis ofwel wordt een beperkte bijdrage van u gevraagd. Het bestuur van Bosgroep IJzer en Leie verkiest een visie op langere termijn en meer garanties voor de toekomst van de Bosgroep. Daarom heeft het bestuur beslist om vanaf

1/01/2025 voor terreinbezoeken door een deskundige van de Bosgroep IJzer en Leie samen met de boseigenaar een vaste vergoeding te vragen van €50 per bezoek, vermeerderd met een kilometervergoeding (tussen de Palingbeek en uw bos). Deze vaste vergoeding is niet kostendekkend, ze bedraagt ongeveer 35% van de werkelijke kost voor de Bosgroep.

Deze gedeeltelijke onkostenvergoeding geldt enkel voor terreinbezoeken samen met de boseigenaar en dus niet voor terreinbezoeken door een deskundige van de Bosgroep zonder aanwezigheid van de boseigenaar. Ook een eerste bezoek aan een nieuw bosgroeplid blijft zoals voorheen geheel gratis.

Cursus ‘Exoten in onze bossen 1: Aziatische Hoornaar’

Wat? De Aziatische hoornaar is in enkele jaren wijd verspreid geraakt in Vlaanderen. De soort heeft een slechte reputatie doordat zij snel en efficiënt schade kunnen aanbrengen aan honingbijen en inheemse insectenpopulaties zoals libellen. Hoewel zij zelf de hoornaren oneindig in deze overtreft, heeft de mens de oorlog verklaard aan deze ecologische serial-killers. Tijdens deze cursus vertelt specialist ter zake Mark Struye u over de levenswijze en verspreiding van de hoornaar, over de invloed op onze fauna en flora en uiteraard over het opsporen, vangen en bestrijden. Deze cursus bestaat uit een gedeelte theorie onder de vorm van een

presentatie in de voormiddag en een excursie in de namiddag in het Polygoonbos. Wanneer? Zaterdag 14 september 2024 van 10u15 tot 16u30.

Waar? Regio Ieper-Zonnebeke. Voormiddag presentatie in lokaal. Exacte locatie wordt later bekend gemaakt. Namiddag excursie in Polygoonbos. Prijs? 5 euro (effectieve leden), 10 euro (niet leden) inclusief broodjeslunch.

Inschrijven? joyce.lettanie@west-vlaanderen.be057 23 08 54.

Paddenstoelenwandeling in Hemsrode

Naar jaarlijkse gewoonte bezoeken we het domein Hemsrode voor de paddenstoelenwandeling. Gidsen

Christine Hanssen en Eddy Saveyn zullen ons opnieuw met hart en ziel een mooie variatie aan paddenstoelen leren kennen. Dit in een prachtig

bos dat op deze dag uitzonderlijk wordt opengesteld.

Wanneer? Zaterdag 28 september 2024 van 9u30 tot 12u.

Waar? Kasteel Hemsrode, Hemsrode 3, 8570 Anzegem.

Prijs? Gratis

Inschrijven? joyce.lettanie@west-vlaanderen.be –

057 23 08 54

Cursus ‘Exoten in onze bossen 2: Japanse duizendknoop en andere invasieve planten’

Wat? Japanse duizendknoop maar ook bv. Amerikaanse vogelkers en Pontische rododendron zijn uitheemse soorten die zo dominant kunnen zijn dat ze de groei van andere soorten onmogelijk maken. Wanneer is er echt een probleem? Heeft het zin om deze soorten weg te nemen? En hoe pak je dat aan? Sus Willems was bijna 40 jaar actief bij het Agentschap voor Natuur en Bos. Hij ontwikkelde een inspirerende visie en aanpak voor Japanse duizendknoop waardoor je na deze dag het probleem met een objectieve blik kan benaderen. Na een theoretisch deel in de voormiddag, gaan we het bos in voor de praktijk.

Wanneer? Vrijdag 4 oktober 2024 van 9u30 tot 16u30. Waar? Streekhuis Kasteel Tillegem en omgeving, Tillegemstraat 81, 8200 Brugge. Prijs? 10 euro (effectieve leden), 15 euro (niet leden). Graag zelf uw lunch meebrengen.

Inschrijven? bosgroephoutland@west-vlaanderen.be –050 40 70 23.

Dag van de Boseigenaar: Habitatverbetering in de Spitaelsbossen

Wat? Dit jaar zetten we de Spitaelsbossen in de kijker.

De familie Van Parys stelt het bos in deze prachtige regio éénmalig open om de resultaten van recente beheerwerken te tonen. De voorbije twee jaar werden in het kader van het PSN project ‘Habitatverbetering Spitaelsbos’ heel wat werken uitgevoerd met het oog op het verbeteren en versterken van de leefgebieden, o.a. voor Europees beschermde vleermuizen. De focus lag bij de bestrijding van Amerikaanse vogelkers en bosrandontwikkeling. De bosgroepmedewerkers zijn jullie gids tijdens een mooie wandeling door het bos. Als afsluiter babbelen we graag na en kan ook het

kloempenbier opnieuw gedegusteerd worden. Wacht dus zeker niet om massaal in te schrijven. Wanneer? Woensdag 9 oktober 2022 van 14u15 tot 16u30. Waar? Spitaelsbossen (Anzegem, Wortegem-Petegem). De exacte locatie wordt nog bekend gemaakt. Prijs? Gratis.

Inschrijven? joyce.lettanie@west-vlaanderen.be 057 23 08 54.

Nocturne bosexpo ‘Roots’ in Bulskampveld

Wat? Deze gloednieuwe interactieve expo Roots kwam tot stand met medewerking van de Bosgroep Houtland. Roots maakt via lichtprojecties en geluiden het onzichtbare leven in het bos zichtbaar. Laat je onder de grond zakken. Ontdek hoe bomen en zwammen samenwerken. Bestuur zelf het bos en verken de dierenkamer. Bosgroepleden krijgen op deze avond exclusief toegang om met een gids de expo in kleine groep te bezoeken. We kaarten na met een drankje.

Wanneer? Donderdag 21 november 2024 van 19u30 tot 22u00.

Waar? Provinciaal bezoekerscentrum Bulskampveld, Bulskampveld 9, 8730 Beernem. Prijs? Gratis (effectieve leden), 10 euro (niet leden). Inschrijven? bosgroephoutland@west-vlaanderen.be –050 40 70 23. Het aantal plaatsen is beperkt.

Cursussen kettingzaag ‘à la carte’

Leden van de West-Vlaamse bosgroepen die zich via de website van Inverde inschrijven voor een cursus kettingzaag krijgen een stevige korting via hun kortingscode. Je betaalt nog 100 euro in plaats van 449 euro voor een 2-daagse opleiding. Opgelet: Voor deelname aan een examen kettingzaag, ontvang je geen korting. Je kan zelf het niveau van je cursus en de locatie in heel Vlaanderen kiezen. Inschrijven? https://www.inverde.be/opleidingen/zoeken en zoek op kettingzaag ECS1 of ECS2. Maak een eigen login en gebruik de kortingscode Houtland0 tijdens de betalingsfase. Mocht er op dit moment geen opleiding georganiseerd worden, schrijf je dan in op de interesselijst.

BOSGROEPEN IN WEST-VLAANDEREN

Wat is een bosgroep?

Legende

Openbare bossen

Privébossen

Bosgroep IJzer en Leie

Bosgroep Houtland

De West-Vlaamse Bosgroepen motiveren en helpen boseigenaars op een vrijblijvende manier om hun bos duurzaam te beheren. Zo ontstaan mooie en gezonde bossen met hoge natuurwaarden, waardevol hout en veel ontspanningsmogelijkheden.

De bosgroep is er voor alle boseigenaars uit het werkingsgebied. Het maakt niet uit of u boseigenaar bent van een bosperceel van enkele aren bos of van meerdere hectaren.

Weet u graag wat de bosgroepen voor u en uw bos kunnen betekenen, neem dan contact op met uw bosgroep! De contactgegevens vindt u hieronder.

Bosgroep Houtland vzw

Streekhuis Noord-West-Vlaanderen

(Kasteel Tillegem)

Tillegemstraat 81

8200 Sint-Michiels (Brugge)

050 40 70 23

bosgroephoutland@west-vlaanderen.be www.bosgroepen.be

BTW: BE 0866.482.291

RPR Gent, afdeling Brugge

Coördinator: Jan Goris

Bosgroep IJzer en Leie vzw

Bezoekerscentrum De Palingbeek

Vaartstraat 7

8902 Zillebeke (Ieper)

057 23 08 54 - Fax: 057 23 08 51 clint.callens@west-vlaanderen.be www.bosgroepen.be

Ondern.-nr.: 0816.706.346

RPR Gent, afdeling Ieper

Coördinator: Clint Callens

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.