de bosbode 2022 - 2

Page 1

de bosbode

Houtzagerijen in beeld

Succesvol aanplanten ondanks

stijgende wilddruk

Het bosmicroklimaat als onmisbare schakel

DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT BOSGROEPEN OOST-VLAANDEREN JAARGANG
NR
2022
18
2 – JUNI
AFGIFTEKANTOOR AALST | P509065
gesubsidieerd door V.U. RIET GILLIS, BOSGROEP OOST-VLAANDEREN NOORD VZW, W. WILSONPLEIN 2, 9000 GENT

colofon

de bosbode is een tijdschrift van Bosgroepen Oost-Vlaanderen

redactie

Simon Brandt, Bram Bauwens, Bram Coupé, Cédric De Noyette, Karen Dequidt, Sylvie Focke, Sarah Geers, Sylvie Mussche, Hans Scheirlinck, Lene Van Langenhove, Klaartje Van Loy, Lotte Van Nevel

fotografie

cover: Jeroen Mentens

Simon Brandt, Sylvie Focke, Marijke Smans, Lene Van Langenhove, Lotte Van Nevel

lay-out

Koloriet - Leefdaal

druk

Drukkerij Arijs - Kluisbergen gedrukt op houtvrij gestreken FSC-papier op 3000 exemplaren

verantwoordelijke uitgever

Riet Gillis

Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord vzw

W. Wilsonplein 2, 9000 Gent

BE 0865 959 877 RPR Gent

raad van bestuur

BON | Riet Gillis, Leen Meersschaert, Yoke Van Riet, Maurits Adriaenssens, Kristien Dierick, Ivan De Block, André Bosmans, Pieter Dhollander, Jurgen Bauwens, Jan Van Dooren, François de Looz-Corswarem

MOV | Francis De Beir, Hans Mestdagh, Marc Dilewyns, Theo Vitse, Lien Verwaeren, Kris Janssens, Steven Roosen, Jef Wittouck, Bruno Verstraeten, Dominiek Declercq, Luc Van den Berghe, Jan Verbeke, Geert De Visscher, Werner Pycke

VAD | Laurens de Cock, Véronique De Bleeker, Marc De Bock, Raoul D’Hoossche, Dirk Otte, Koen Roman, Wouter Stockman, Jozef Van Crombrugge, Dirk Vanderpoorten

Als je dit nummer per post ontvangt, betekent dit dat jouw gegevens zijn opgenomen in een databank beheerd door Bosgroep Oost-Vlaanderen. Deze gegevens worden enkel gebruikt in het kader van onze werking en niet voor andere doeleinden. Indien je niet wil dat jouw gegevens in onze databank zijn opgenomen of indien je jouw gegevens wil wijzigen, kan je dit doorgeven aan bosgroepen@oost-vlaanderen.be.

Een voor bos

De Bosgroepen ondersteunen particuliere boseigenaars bij het duurzaam beheer van hun bos. Wie zich aansluit krijgt advies, informatie en hulp bij de bosadministratie. De Bosgroepen coördineren ook beheerwerken en organiseren opleidingen en excursies. Naast het gezond houden van bestaande bossen zorgen De Bosgroepen ook voor bosuitbreiding want bomen zijn onmisbaar voor onze gezondheid, voor het klimaat en voor een evenwichtiger fauna en flora!

In Oost-Vlaanderen zijn drie vzw’s actief: Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord, Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen en Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender. Samen met 2500 boseigenaars beheren ze meer dan 7600 hectare bos, naar schatting de helft van het privébos in deze provincie.

Waarom lid worden?

J e kan rekenen op gratis dienstverlening:

- informatie over technische, wettelijke en financiële aspecten van bosbeheer

- advies op maat van jouw bos na terreinbezoek

- hulp bij bosadministratie zoals aanvraag subsidies en kapmachtigingen en opstellen bosbeheerplan.

J e geniet van voordelige tarieven voor:

- bosarbeid zoals bestrijding van woekerende exoten, vrijstellen van jonge aanplantingen, onrendabele dunningen, hakhoutbeheer, aanleg van bosrand,…

- beheerwerken: door de noden van boseigenaars te bundelen kunnen we beheerwerken efficiënter en goedkoper maken; leden kunnen ook deelnemen aan de gezamenlijke houtverkoop van De Bosgroepen

- cursussen (kettingzaag of bosmaaier, houtconstructies,…) en excursies die boseigenaars en bosliefhebbers samenbrengen

Elke boseigenaar kan gratis lid worden van de Bosgroep in zijn/haar regio. Het lidmaatschap geeft recht op onze dienstverlening en houdt geen verdere verplichtingen in. Ook niet-leden ontvangen de bosbode. Als je twijfelt of jouw lidmaatschap al in orde is, kan je dit navragen via bosgroepen@oost-vlaanderen.be.

2

Woord vooraf

Beste bosliefhebber,

Ben jij ook benieuwd wat er gebeurt met boomstammen na een exploitatie, en welke weg het hout aflegt in de keten van verwerking en handel? Wij zochten het antwoord bij een industriële zagerij en een kleinschalige, mobiele zagerij. Je leest het verslag op de volgende pagina’s.

We merken dat jonge aanplantingen steeds vaker gebaat zijn bij bescherming tegen wild zoals reeën en konijnen. Welke bescherming je best neemt is afhankelijk van veel factoren. Om jou zo goed mogelijk op weg te helpen hebben we alle mogelijkheden opgelijst in een overzichtelijk artikel.

Dat de klimaatverandering nu al voelbaar is in onze bossen is geen nieuws. Met klimaatslim bosbeheer hopen we onze bossen toch weerbaar te maken tegen toekomstige uitdagingen. Daarin speelt het klimaat in het bos een sleutelrol. We reiken je graag concrete tips aan om te zorgen voor een gezond bosmicroklimaat. Tot slot zitten De Bosgroepen niet stil. Daarover lees je meer in het Bosgroepnieuws.

Veel leesplezier en een fijne ‘bos-zomer’ gewenst,

We kiezen hier telkens twee mooie bosbeelden van ons of onze volgers. Post jouw foto op Instagram met #eenhartvoorbos en wie weet staat jouw

Riet Gillis Gedeputeerde voor milieu, natuur en klimaat foto hier volgende keer te blinken. De Lembeekse bossen @alainversluys
3
Op wandel in Kerksken @wandelze.be

Houtzagerijen in beeld

In België wordt jaarlijks ongeveer 3 miljoen m3 hout verzaagd. 92% daarvan is naaldhout, 8% loofhout. Wat gebeurt er met jouw bomen na de exploitatie? Welke weg legt het hout af in de keten van verwerking en handel? In welke producten belanden de diverse houtsoorten? Voor het antwoord op deze vragen bezochten we zowel een industriële zagerij als een kleinschalige, mobiele zagerij.

Het kernhout wordt gebruikt voor constructiehout, tuinhout en voor paletten en verpakkingen, terwijl de zijplanken een bestemming krijgen als industriehout en verpakkingsmateriaal. Verlies wordt beperkt door computergestuurde opmeting en verwerking. Krom en onbruikbaar hout wordt automatisch gedetecteerd en indien nodig verwijderd. Ook van de restproducten gaat niks verloren. Chips en zaagsel gaan bijvoorbeeld naar de plaatindustrie (OSB, MDF), de pelletindustrie of biomassacentrales.

Innovatie

IDE Woods beschikt over de mogelijkheid om hout te drogen, schaven, vingerlassen en verduurzamen. Gevingerlast hout is een goed alternatief voor massief constructiehout uit bossen van noordelijke groeigebieden. Het kan geproduceerd worden in lengtes tot 15 meter. Een goed gelast stuk hout is minstens even sterk als natuurlijk, traag gegroeid hout. Doordat de spanning uit het hout is verdwenen is het stabiel over de volledige lengte.

Klimaatverandering

Industriële houtzagerij

We trokken naar IDE Woods, een industriële zagerij die jaarlijks 140.000 m3 rondhout verwerkt. Dat komt overeen met zo’n 20 vrachtwagens per dag. De zagerij levert aan producenten van paletten en verpakkingshout (fruitkisten), tuin- en constructiehout.

IDE Woods koopt uitsluitend naaldhout aan in België, Nederland, Noord-Frank-

rijk en West-Duitsland, vertelt Thierry Cornette. De belangrijkste soorten zijn grove den, fijnspar, douglas en lariks. Het hout is bij voorkeur zo recht mogelijk, goed onttakt en heeft een minimale diameter van 15 cm. Het rondhout wordt op soort, lengte en diameterklasse gesorteerd. Daarna gaat het naar de productielijn voor het ontschorsen, verzagen en schaven.

De voorbije jaren was er een enorm aanbod van keverhout, dat zijn fijnsparren die werden aangetast door de letterzetter. Maar ook douglas heeft de laatste 15 jaar last van de droogte, is lichter op stam, het hout is broos en heeft soms last van kopse inscheuringen. Ook grove den en lariks hebben te lijden door verminderde vitaliteit.

de bosbode 4 | 2019
4

Cornette heeft bedenkingen bij de massale omvorming van naald- naar loofhout: “Uiteraard is duurzaam bosbeheer een noodzaak, maar we moeten zien dat de slinger niet doorslaat, weg van monoculturen met naaldhout naar loofhout en enkel nog oog voor recreatie en natuurwaarde. Als je kiest voor een mozaïek van loof- en naaldhoutbestanden waarin ecologie en economie samengaan, kunnen bosbeheerders nog steeds hout uit het bos valoriseren en middelen genereren voor het beheer en nieuwe aanplantingen.”

Aanvoer

De aanvoer wordt bemoeilijkt door het jacht- en broedseizoen, te natte

bodems voor exploitatie, korte winterdagen … De lokale zagerijen ondervinden daarnaast zware concurrentie van de export, niet alleen in loof- maar ook in naaldhout. Zelfs keverhout met kleine diameters werd de voorbije jaren in containers verscheept naar Azië. De vraag is welke impact de massale kappingen van keverhout zullen hebben op het houtaanbod de komende jaren. Zo werd in Duitsland in twee jaar tijd het volume gekapt wat normaal op vijf jaar uit de bossen komt. Ook de afname van het bosareaal waar aan houtproductie wordt gedaan baart de sector zorgen. Zal er nog houtexploitatie mogelijk zijn in de nieuwe Vlaamse ‘natuurparken’?

Door het conflict in Oost-Europa staat de houthandel voor bijkomende uitdagingen. Begin 2022 voerde Rusland al beperkingen in op de uitvoer van rondhout. Voor de productie van gecertificeerde producten gelden strenge restricties op het gebruik van conflicthout. Bij stijgende brandstofprijzen zou je verwachten dat het oorsprongsgebied van het rondhout krimpt, maar door schaarste aan lokaal hout is dat niet het geval.

FSC en PEFC

De vereiste van gecertificeerde producten komt vaak voor in voorschriften van de architect en in lastenboeken. Cornette staat volledig achter het vermijden van hout uit controversiële bronnen maar vindt dat de toegevoegde waarde van certificering is afgenomen nu de Europese Houtrichtlijn (EUTR) van kracht is. “Wat Europees hout betreft heeft de administratieve last van certificering een grote impact op houtstromen. Zo vraagt

5

de Nederlandse markt vooral FSC-houtproducten terwijl in ons oorsprongsgebied meer PEFC-hout beschikbaar is. Het lokale is toch ook een belangrijke factor als we het hebben over duurzaamheid.”

Mobiele zagerij

Een totaal ander beeld krijgen we bij

Tom Verhaeghe van De Houtsmid. Met zijn mobiele boomzaag trekt hij naar bossen, dreven en tuinen van diverse opdrachtgevers, uiteraard ook privéeigenaars. Momenteel is er veel werk door de recente stormschade. Dankzij de mobiele zaag kan hij mooie stammen een betere bestemming geven dan brandhout, met een waarde die tien keer zo groot is. Bovendien kost het verwerken tot brandhout gewoonlijk meer moeite en meer tijd. Het hout is bruikbaar voor o.a. parket, meubelen, gevelbekleding, schrijnwerk, tuinconstructies en afsluitingen.

Boseigenaars die kleine hoeveelheden hout aanbieden vinden moeilijk een stationaire zagerij die dit wil verzagen. De mobiele zaag is dan interessant omdat het dure transport van en naar de zagerij wordt vermeden. Een stationaire zagerij is doorgaans kritischer naar de herkomst van het hout in verband met de kans op ingegroeid ijzer zoals oorlogsmunitie of nagels. Het risico om deze vreemde voorwerpen te raken bij een mobiele zagerij is aanvaardbaar dankzij de relatief lage kost van een zaagband.

De Houtsmid kan stammen tot 6 m lang en 110 cm diameter verwerken. Verhaeghe verzaagt de stam ter plekke in de planken of balken die de eigenaar wenst. Dankzij de boordcomputer kan hij nauwkeurig zagen om het rendement te optimaliseren. Eenmaal de stam in planken gezaagd is, wordt het transport veel eenvoudiger.

In principe kan De Houtsmid alle soorten verzagen: de traditionele houtsoorten voor bekende toepassingen maar ook linde, notelaar, taxus of hulst voor niche toepassingen. Zijn klanten verkopen of verwerken over het algemeen zelf hun hout. Sinds kort legt Verhaeghe ook een voorraad aan van diverse houtsoorten voor verkoop van planken en voor eigen verwerking tot o.a. parket en meubels.

Na het verzagen worden de planken enkele jaren gedroogd (1 jaar per 2 cm plankdikte) en eventueel nog behandeld in de droogoven voor binnentoepassingen. De meeste houtsoorten worden meteen gedroogd. Dit gebeurt best buiten, afgedekt door een golfplaat, in de schaduw en in de wind. Houtsoorten zoals eik en tamme kastanje kunnen voor het drogen best onafgedekt in de regen blijven liggen zodat de looizuren uit het hout kunnen spoelen. Na de winter worden ze dan afgedekt om te drogen.

de bosbode 4 | 2019
6

Speciallekes

Tijdens ons bezoek zien we enkele mooie voorbeelden van bijzondere houtsoorten. Verhaeghe verzaagt 40 jaar oude olmen, ‘eik van de arme mens’ en snelle groeier, met een diameter van 60 à 70 cm. Door de olmenziekte zijn dergelijke formaten zeldzaam geworden. Het is prachtig hout met roodbruine tinten in de kern. Hij gebruikt zowel kernals spinthout in parket voor mooie natuurlijke contrasten. Gezaagd op grotere dikte is olm bruikbaar voor binnenmeubilair zoals boomstamtafels. Olm werd vroeger vaak gebruikt in dakgebintes of als onderdak. Ook in de molenbouw vindt olm zijn toepassing omwille van de specifieke eigenschappen, bijvoorbeeld voor het maken van de ronde stukken in een tandwiel.

Bij het drogende hout vestigt Verhaeghe onze aandacht op abeel, wilgen en populieren: “Populier is een ondergewaardeerde houtsoort. Vroeger maakte men er dakgebinten van die wel 100 jaar meegingen. Het hout heeft ook een heel

mooie tekening.” In Noord-Frankrijk geeft men populierenhout een thermische behandeling, waardoor het een duurzaamheidsklasse I krijgt. Zo wordt het geschikt voor buitengebruik én is het een mooi alternatief voor exotisch hout.

Circulaire economie

Hout is hot én milieuvriendelijk. Ecologisch gezien is het interessant om zoveel mogelijk lokaal hout te (her)gebruiken in een circulaire economie. De uitdaging is om het hout een zo lang mogelijke levensduur te geven in een hoogwaardige toepassing. Dankzij technologische innovatie en de ontwikkeling van nieuwe producten kunnen we ervoor zorgen dat de lokale economie sterker staat. Hier is een belangrijke rol weggelegd voor overheden en de houtsector om lokaal hout en duurzaam, multifunctioneel bosbeheer te promoten en ondersteunen.

Om de daling van het aantal zagerijen zoals we die de voorbije decennia zagen een halt toe te roepen, moeten we streven naar een multifunctioneel bosbeheer waarbij economie en ecologie hand in hand gaan. Boseigenaars en beheerders kunnen werken aan houtkwaliteit die goede verkoopprijzen oplevert. Wil je zelf hout verkopen, sta er dan bij stil dat jouw hout best terechtkomt bij regionale verwerkers. Door met al deze factoren rekening te houden, kunnen we de toekomst van onze bos- en houtsector verzekeren.

7

Succesvol aanplanten ondanks

Een bos aanplanten is een investering, dus natuurlijk wil je dat de jonge bomen een goede start maken. Naast droogte, overwoekerende kruidachtigen en ziektes kan ook het wild een aanplant doen ernstig hinderen .

De wilddruk zorgt meer en meer voor problemen. Daarom adviseren we steeds vaker om jonge boompjes te beschermen, ook al vraagt dit een extra investering. Er zijn allerlei middelen op de markt tegen uiteenlopende prijzen. Je kan kiezen tussen collectieve of individuele wildbescherming. Welke bescherming je best neemt is afhankelijk van het soort wild, de oppervlakte van het perceel, het aantal boompjes en jouw budget en persoonlijke voorkeur.

Vreten en vegen

Hazen, konijnen en reeën komen hier veel voor. Helaas vinden zij niets lekkerder dan verse groene blaadjes. Hazen en konijnen kunnen op korte termijn aanzienlijke schade toebrengen door de boompjes als het ware af te knippen. Fijnmazige netjes (80 cm) of spiralen kunnen voor redding zorgen. Verwijder ze tijdig om ingroeien te voorkomen.

Reeën zorgen voor vraat- en veegschade. Vraatschade ontstaat doordat het wild bladeren en knoppen van bomen eet. De boompjes maken weer nieuwe scheuten maar krijgen een kromme stam of worden meerstammig. Gebeurt dit elk jaar opnieuw, dan kan het boompje gereduceerd worden tot een bonsaï of zelfs afsterven. Reeën kunnen de soortensamenstelling ook sterk beïnvloeden. Smakelijke bomen als eik, linde, boskers of lijsterbes verdwijnen waardoor het gewenste gemengd bos verstoord wordt.

Veegschade ontstaat wanneer reebokken hun nieuw gewei krijgen. Door de groei ontstaat jeuk en daarom schuren

de bosbode 4 | 2019
8
Kokers

stijgende wilddruk

ze hun gewei tegen jonge, buigzame bomen. Heerlijk voor de reebok maar een ramp voor het boompje want er ontstaan wonden die kunnen resulteren in houtrot, groeivermindering, mindere houtkwaliteit en sterfte. De piekperiode voor veegschade is maart-april.

De reeënpopulatie neemt de laatste jaren sterk toe in Oost-Vlaanderen. Waar reeën zich vroeger vooral ophielden in en rond grotere boscomplexen, zien we dat ze zich meer verspreiden naar kleine natuur- en bosgebieden. Veel snipperbosjes worden door reeën gebruikt als uitvalbasis want ze vinden hier voldoende rust, voedsel en een slaapplaats. Bij (her)bebossing van of naast zo’n gebied loopt het zonder bescherming vaak mis na de aanplant. Zeker in gebieden waar minder eten te vinden is, bijvoorbeeld in naaldhoutbossen, weet het wild de smakelijke boompjes snel te vinden.

Gedekte tafel

Kersverse boompjes moeten vaak opboksen tegen ruigtekruiden of bramen die gemakkelijk twee meter hoog worden. Het maaien hiervan in de zomer zorgt er helaas voor dat de aanplant als het ware een gedekte tafel wordt voor reeën. Enerzijds vecht je tegen ruigtekruiden die het jonge plantsoen overwoekeren, anderzijds vormen ze een natuurlijke bescherming tegen wildschade. Het is zoeken naar een balans om juist voldoende vrij te stellen.

Pure bosuitbreiding gebeurt meestal op een grasland of akker. Sterke verruiging van bramen of adelaarsvaren komt hier gelukkig zelden voor; anderzijds valt hier

de natuurlijke bescherming tegen het wild weg. Bij bebossing in een gebied met grote wilddruk is wildbescherming onontbeerijk. Boseigenaar en beheerder moeten zich de volgende vragen stellen: hoeveel wildschade verwachten we, verwachten we overwoekering (zo ja, van welke plantensoort), verwachten we veel droogte-uitval, en is het financieel haalbaar?

Aanpak op maat

Elke situatie is uniek en vergt een specifieke aanpak. Op vochthoudende gronden met hoge reedruk kan je kiezen voor groter bosplantgoed (125/150 cm) voor de smakelijke en traaggroeiende soorten (vb. zomereik) zodat deze voor-

sprong hebben tegenover bramen, gemakkelijk terug te vinden zijn tussen ruigtekruiden en voldoende hoog zijn zodat de eindscheut veilig is. In combinatie met spiralen tegen veegschade kan dit werken. De nadelen zijn dat groter plantsoen meer kost, er best nog bescherming tegen veegschade wordt aangebracht, en dat er verhoogde kans is op uitval (groter plantsoen slaat minder gemakkelijk aan en is vatbaarder voor droogte).

Op drogere gronden is de keuze voor groter plantsoen minder gepast omdat het risico op uitval te hoog is. Hier kiezen we eerder voor kokers, hoge boomnetjes met stok of een (tijdelijk) wildraster. Het plastic materiaal ontsiert de aanplant wel wat en het is erg duur.

9
Netjes en spiralen

Bij een kloempenaanplant kan je collectieve bescherming aanbrengen. Je plaatst rond elke kloemp een raster van minstens 1,5 m hoog. Afhankelijk van het aantal kloempen kan het voordeliger zijn om het volledige perceel te omrasteren met een klassiek wildraster van 1,8 m hoog. Op die manier wordt ook de natuurlijke verjonging tussen de kloempen beschermd.

Voor een populierenaanplant zijn rolkokers handig. Deze kunnen eventueel ook voor andere weinig takkige boomsoorten gebruikt worden (bvb. linde, esdoorn) op voorwaarde dat er groter plantsoen (125/150 cm) geplant wordt. Populier- en wilgenpoten beschermen tegen wild lukt nog vrij gemakkelijk: door hun lengte van 3 à 4 m zijn ze (mits bescherming door rolkokers) minder geschikt als veegboom en hoog genoeg om vraat te voorkomen.

Nog enkele aandachtspunten:

- Kokers (120 cm) zijn niet geschikt voor struiksoorten omdat die breedtakkig zijn. Ze laten voldoende licht door maar zorgen voor een serre-effect

waardoor het boompje een versnelde hoogtegroei vertoont en kan doorhangen wanneer de koker verwijderd wordt. Dit is vooral zo bij soorten met een snelle jeugdgroei zoals esdoorn.

- Hoge boomnetjes (120 cm) laten weinig licht door en zijn daarom enkel geschikt voor schaduwsoorten als linde, beuk, haagbeuk. Lichtboomsoorten zoals eik sterven af door lichtgebrek tenzij je met groter plantsoen werkt (125/150 cm).

- Wildrasters (180 cm) moeten zeer goed aansluiten op de bodem om de reeën buiten te houden. Controleer regelmatig of er geen gaten of beschadigingen ontstaan want reeën vinden deze zwakke plekken snel.

Alternatieven

Bij een geringe wilddruk kan je plukjes schapenwol rond de topscheut knopen, of het plantsoen insmeren met certosan, een natuurlijk middel op basis van bloedmeel. Beide houden het wild op afstand door hun geur. Dit zijn goedkope opties,

maar helaas is de geuruitwerking van korte duur dus is regelmatig verversen nodig.

Nood aan expertise

Gegarandeerd succes kunnen bovenstaande opties niet bieden. Een dominante reebok die geen enkel vreemd voorwerp toelaat in zijn gebied kan snel komaf maken met kokers en netjes. Aanplantingen waar het eerste jaar geen wildschade is, kunnen alsnog uitgekozen worden als nieuw leefgebied. Net nu er een recordaantal boompjes wordt aangeplant, is er meer dan ooit expertise nodig om de jonge aanplantingen de eerste 5 à 10 jaar goed op te volgen. Een goede terreinkennis, investeren in wildbescherming én opvolging is nodig om het jonge bos door die eerste cruciale jaren te loodsen.

de bosbode 4 | 2019
10
Raster rond een kloemp

Mallejan

We nemen opnieuw een duik in de geschiedenis. Deze keer staan we stil bij hoe men in tijden zonder harvesters en trucks boomstammen vervoerde van het bos naar de gebruiker.

Boomstammen werden vroeger uit het bos gesleept en vervoerd met behulp van een mallejan of boomezel (ook wel triqueballe, boomhurs of huts genoemd). Dit is een voertuig met een as op twee buitenmaats hoge wielen en een lange dissel, vaak voortgetrokken door een dubbelspan paarden. Eerst werd de boomstam verrold met keerhaken. Vervolgens werd hij onder de mallejan vastgemaakt met een ketting. Wanneer de dísselboom naar beneden werd getrokken door de paarden, kwam de boomstam van de grond en kon het transport beginnen.

Hoe het transport verder verliep hing af van de afstand en vervoermogelijkheden. Tot de opkomst van de spoorwegen kon dit per boot of met paard en kar. Vervoer via het water was de makkelijkste en goedkoopste optie. Er zijn documenten uit 1189 teruggevonden

waarin staat dat de abdij van Ename tolvrijstelling kreeg voor het transport van hout op de Schelde. In de middeleeuwen ontstond in aansluiting op de natuurlijke waterlopen een dicht netwerk van kanaaltjes waarlangs vooral steden als Brugge, Gent en leper bevoorraad werden met turf en (brand)hout. Waterwegen als de Lieve, de Sassevaart en de Moervaart werden druk bevaren door met hout beladen kleine platbodems.

In de 18e eeuw liet de abdij van Drongen een aantal beuken van het Drongengoed overbrengen met een vlot. Ook in de tweede helft van de 19e eeuw en begin 20e eeuw gebruikte men op het kanaal Gent-Terneuzen houtvlotten voor de import van eiken- en dennenhout.

Bron: ‘Bossen van Vlaanderen’, Guido Tack, Paul Van Den Brempt en Martin Hermy

© Collectie
Bulskampveld
11

Het bosmicroklimaat als onmisbare

Met de klimaatverandering mogen we een toename verwachten van extreme droogte, stormen en neerslag. Ook neemt de kans op late vorst na een warmere periode in het voorjaar toe. Bomen verliezen hierdoor hun vitaliteit en zijn gevoeliger voor ziekten en plagen. Heel wat boseigenaars ondervinden dit al. Hoe het klimaat er zal uitzien in de toekomst is moeilijk te voorspellen, maar bosbeheerders moeten onze bossen nu anders gaan beheren. Men gebruikt hiervoor de term klimaatslim bosbeheer.

Een van de aandachtspunten bij klimaatslim bosbeheer is het in stand houden van een gezond microklimaat. Dat kan best omschreven worden als de weersomstandigheden binnen in een bos. Denk daarbij aan straling, temperatuur, wind, neerslag en luchtvochtigheid. Deze paramaters zijn anders in het bos (microklimaat) dan buiten het bos (macroklimaat).

de bosbode 4 | 2019
Verjonging bij naaldbos
12

onmisbare schakel

Omdat zonlicht gefilterd wordt door het kronendak neemt de lichtinval af naarmate we dieper in het bos trekken. De straling die uiteindelijk de bosbodem bereikt is dus aanzienlijk geslonken, met koelere temperaturen tot gevolg. Er treedt minder verdamping op, waardoor de luchtvochtigheid hoger is.

Minder straling betekent minder opwarming, maar ook minder temperatuurschommelingen. Wanneer het koud is, is het onder het kronendak ongeveer 1 graad warmer. Verjonging onder scherm heeft daardoor vaak minder last van vorstschade. Is het warm, dan is het onder een kronendek gemiddeld 1,7 graden koeler. Bij pieken in de temperatuur kan het verschil zelfs 4 graden bedragen.

Het bos zorgt dus voor een eigen microklimaat. Als bosbeheerder kan je het bos weerbaarder maken tegen de effecten van klimaatverandering door dit microklimaat zoveel mogelijk in stand te houden. Beheermaatregelen als dunnen en eindkap maken immers gaten in het kronendak en beïnvloeden daardoor rechtstreeks het bosmicroklimaat.

De klimaatverandering kan een individuele boseigenaar niet op eigen houtje tegengaan. Daarom werken diverse onderzoeksinstellingen aan richtlijnen die kunnen helpen bij klimaatslim bosbeheer.

Tips voor een goed bosmicroklimaat

Beheer in functie van een goed bosmicroklimaat berust op enkele basisprincipes: behoud de luchtvochtigheid en beperk de opwarming en straling. Ontdek zes tips die daarbij kunnen helpen.

1. Streef naar een gunstig intern klimaat. Door het kronendak zoveel mogelijk gesloten te houden, kan je weersextremen afzwakken. In een gesloten bos is minder invallend zonlicht en minder wind, wat een positief effect heeft op de lucht- en bodemvochtigheid. Temperatuurschommelingen zijn er kleiner en extremen worden afgezwakt.

2. Behoud de onderetage. Door meer horizontale lagen in het bos in te brengen, wordt wind tegengehouden en de hoeveelheid invallend zonlicht beperkt. Een onderetage van struiken neemt dus een belangrijke plaats in in het bos.

3. Overweeg kleinschalig kappen. Als je beheermodel het toelaat, kies dan voor het kappen van kleinere groepen of individuele bomen. Grote kapvlaktes of open plekken zijn nadelig voor het bosmicroklimaat. Door de toegenomen lichtinval stijgt de temperatuur sneller en daalt de luchtvochtigheid. Dit nadelig effect kan, afhankelijk van de grootte van de open plek, tot 100 m diep in het bos voelbaar zijn. Grote kapvlaktes en open plekken vermijd je beter in het centrale deel van het bos, om de bufferende werking van het microklimaat zo goed mogelijk te bewaren. Maak daarom een kapvlakte niet groter dan 1 tot 2 keer de boomhoogte. De meeste inheemse loofboomsoorten hebben dan nog voldoende licht beschikbaar om zich goed te verjongen. Door het herhalen van deze kleinere kapvlaktes, verspreid over enkele jaren, breng je op een geleidelijke en gedoseerde manier licht in het bos. Dit is nodig voor het op gang trekken van verjonging.

4. Zorg voor een scherm bij herbebossing. Een grote kale vlakte warmt snel op en droogt snel uit. Wanneer dan ook de neerslag tegenvalt, kan jong bosplantsoen in de problemen komen. Zorgen voor een scherm kan deze extremen bufferen, door bijvoorbeeld snelgroeiende soorten bij te mengen louter voor de schermfunctie.

5. Denk goed na over de gewenste dunning. Dunningstechnieken helpen de volumeaanwas te stimuleren bij een selectie aan bomen. De juiste balans vinden tussen licht inbrengen en voldoende schaduw behouden is cruciaal. Schaduwverdragende soorten zoals beuk, haagbeuk en linde hebben belang bij een lichte dunning.

6. Hou de bosrand gesloten. In scherpe en open bosranden krijgt wind meer kans. Probeer dus de bosrand zo gesloten mogelijk te houden. Leg een brede bosrand met struiken aan, of pas op de buitenste bosrand hakhoutbeheer toe. Een dergelijke bosrand is niet alleen een grote meerwaarde voor de biodiversiteit, maar zorgt er ook voor dat de randzone met een minder goed ontwikkeld bosmicroklimaat kleiner wordt.

13

Praktijkvoorbeelden

Berkscheuten redden eikenaanplant

Een bosbeheerder werd geconfronteerd met een sterke natuurlijke verjonging van berk tussen aangeplante eiken. in plaats van de berken helemaal te verwijderen door het volledig vrijstellen van de eikjes, koos men ervoor om ze te gedogen en slechts puntsgewijs te verwijderen. Zolang de eiken genoeg licht krijgen om te groeien, hoeven de berken niet te wijken. Door het puntsgewijs vrijstellen wordt de jonge aanplant beschermd tegen extreme weersomstandigheden.

Populieroogst met sterke onderetage

Een bosbeheerder wil populieren kappen om de inheemse loofbomen te bevoordelen. Tussen de populieren heeft zich een mooie onder- en nevenetage ontwikkeld van elzen en essen. Om deze rijke begroeiing niet kwijt te spelen, werd aan de exploitant gevraagd één strook op twee tussen de populierenrijen niet te kappen voor de velling. In de andere strook konden na het afzetten van het hakhout de populieren wel vallen. In de uithoeken van het perceel werden zowel de populieren als de elzen en

essen ongemoeid gelaten. Het resultaat is een mooi voorbeeld van klimaatslimme exploitatie met voldoende bescherming voor de natuurlijke verjonging.

Gebaseerd op een artikel van Bosgroep Vlaams-Brabant.

Bronnen: Klimaatadaptief beheer in bossen, Ecopedia; Bouwen aan klimaatbestendige bossen, bosgroepen.nl; Kris Vandekerkhove (2020) ‘Coldspots’ in bossen, Bosrevue 86a; Vandekerkhove, Verstraeten, Sioen, Cools, De Keersmaeker, De Vos, Vander Mijnsbrugge (2020). Klimaatslim bosbeheer: van wetenschappelijke achtergrond naar aandachtspunten voor de praktijk, INBO; Van Den Berge, Lievevrouw, Thoonen, Raman, Spanhove, De Frenne, Verheyen (2021). Klimaatadaptief Natuurbeheer: het boslandschap, rapport in opdracht van ANB

Veel bossen lijden nu al onder de klimaatverandering
14
Exploitatie van populier met behoud van de onderetage

2021 in cijfers

Deze winter hebben we niet stilgezeten. Samen met een honderdtal eigenaars plantten we bijna 165.000 bomen, goed voor 88 hectare bos in Oost-Vlaanderen. In 2021 brachten we 500 bosbezoeken waarbij we advies op maat gaven aan de eigenaar. Momenteel beheren we bijna 7500 hectare bos samen met 2500 leden.

De tien vzw’s die samen De Bosgroepen vormen, zorgden het voorbije seizoen voor de aanplant van maar liefst 398.000 bomen in gans Vlaanderen. De Bosgroepen tellen nu 14.750 leden en zorgen samen met hen voor het duurzame beheer van 59.820 hectare bos.

15 Bosgroepnieuws

Sarah zet fondsenwerving voor op poten

Sinds maart hebben we Sarah Geers in ons team. Zij is mama van twee dochters en was altijd al een bosfanaat.

“Ik werk intussen een dikke tien jaar in de natuursector, eerst bij BOS+ en daarna bij vzw Durme, waar ik verschillende projecten opvolgde. Nu zet ik met veel plezier mijn tanden in het BOOST-project. Ik ben verantwoordelijk voor de communicatie en fondsenwerving, om zo bosuitbreiding in Oost-Vlaanderen een flinke duw in de rug te geven. Concreet probeer ik het project bekender te maken en zoveel mogelijk mensen te informeren dat zij met de steun van BOOST hun bosdroom waar kunnen maken.”

Daarnaast zet Sarah de fondsenwerving op poten. Bovenop de steun die we jaarlijks krijgen van Provincie Oost-Vlaanderen zijn we namelijk op zoek naar extra middelen om het bosuitbreidingsfonds te spijzen. Voortaan kan iedereen die bos een warm hart toedraagt een gift doen. Met elke 2,5 euro aan het fonds leggen we 1 m2 nieuw bos aan.

Elk jaar willen de Oost-Vlaamse Bosgroepen minstens duizenden nieuwe BOOST-bomen planten. De bebossingsaanvragen worden telkens voor 30 april verzameld en het daaropvolgende plantseizoen gerealiseerd.

Elke gift, hoe klein ook, maakt het verschil! Met 40 euro zorg je voor 16 m2 nieuw bos (en krijg je een fiscaal attest). Alle info op www.boostvoorbos.be/ steun-het-fonds.

de bosbode 4 | 2019
16
BOOST is een initiatief van Bosgroepen Oost-Vlaanderen met steun van de Vlaamse Overheid, het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling en Provincie Oost-Vlaanderen
Bosgroepnieuws

Biotoopverbetering en -herstel in beboste jachtgebieden

Naar aanleiding van de projectoproep van Natuur en Bos diende Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord in 2019 twee projecten in die het voorbije plantseizoen werden afgerond. Beide maken deel uit van het Europese project SINCERE (Horizon 2020) waarbij het accent ligt op ecosysteemdiensten. Door het verbeteren van het leefgebied van jachtwildsoorten wordt gewerkt aan robuuste natuur met hogere natuurkwaliteit en biodiversiteit, waar uiteindelijk alle soorten baat bij hebben.

Voor het eerst werd het systeem van de inkoopveiling gebruikt, waarbij men zoekt naar wie het meeste kan doen met het kleinste budget. Twee bosomvormingen van 2,5 ha in Waasmunster werden aangebracht als projectvoorstel. De fijnsparbossen stierven in 2018 af door de letterzetter. Natuurlijke verjonging bleef uit en door de plotse lichtinval vond voornamelijk verbraming plaats waardoor de bossen ontoegankelijk werden voor beheer. Daarom werd beslist om 5 ha machinaal op te ruimen en opnieuw aan te leggen als bos. Een wijziging van het bestaand bosbeheerplan was nodig dus werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om het oude plan meteen om te zetten naar een natuurbeheerplan type 1.

Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord maakte een bestek op voor het opruimen en plantklaar maken. Een bosaannemer uit de directe omgeving haalde de opdracht binnen en leverde onder begeleiding van de Bosgroep mooi werk. Alle zieke bomen werden geruimd en de terreinen geklepeld.

Voor de heraanplant werd gekozen voor 9000 inheemse bomen en struiken van erkende herkomsten. Er werd voornamelijk op verbetering van de biotoopkwaliteit ingezet. Waar het bos aan open landschap grenst, werd ingezet op inheemse bosranden met onder meer hazelaar, meidoorn, spork en kardinaalsmuts. Deze zullen doorheen het jaar bloeien, dat betekent een boost voor de biodiversiteit én voedsel en nestgelegenheid voor het wild. Daarnaast werd gekozen voor zomer- en wintereik, winterlinde en boskers. Voor soorten als boswilg en ruwe berk mikken we op natuurlijke verjonging. Doordat de terreinen geklepeld werden, is er voldoende naakte grond waar deze soorten kunnen kiemen. De aanplant werd opgenomen in het gezamenlijke bestek voor aanplantingen van de Bosgroep. Een Oost-Vlaamse bosaannemer kreeg de opdracht gegund.

Kortom, beide projecten zijn een geslaagde samenwerking van de Bosgroep met boseigenaars, jagers en Natuur en Bos.

17 Bosgroepnieuws
Dit biotoopverbetering- en herstelproject is mede mogelijk dankzij de financiële steun van het Jachtfonds van de Vlaamse overheid en het Horizon 2020-project SINCERE.

Blij weerzien op ledendagen

In april vonden twee ledendagen plaats. Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord koos Provinciaal domein Het Leen als locatie. Na de Algemene Vergadering vertrokken verschillende groepen voor een boeiende wandeling met de bosbeheerder van het domein, een landschapsfietstocht met als focus de rijke natuurgeschiedenis van het Meetjesland, een rondleiding door het arboretum dat momenteel prachtig in bloei staat en een adembenemende film over het natuurgebied de Oostvaardersplassen.

Bosgroep Vlaamse Ardennen hield haar ledendag in Wortegem-Petegem. Na de Algemene Vergadering volgde een boswandeling waarbij Bosgroepmedewerker Bram enthousiast vertelde over de goedkeuring van het natuurbeheerplan Nieuw Kasselrij in Oudenaarde. Het was fijn om te zien hoe iedereen gezellig bleef napraten.

de bosbode 4 | 2019 18 Bosgroepnieuws

Opening van het demobos

Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender plantte de voorbije winter een eigen bos aan in Oudenaarde. Het wordt dé plek om mensen met interesse voor bos te tonen waar je best aan denkt als je wil bebossen en wat er zoal komt kijken bij bosbeheer. Op 7 mei hebben we het bos officieel geopend voor publiek in aanwezigheid van gedeputeerde Riet Gillis en de bestuurders van de Bosgroep. Het bos is toegankelijk van zonsopgang tot zonsondergang voor iedereen die wil genieten van dit stukje natuur.

Net als in een toonzaal kan je je hier een beeld vormen van hoe jouw bos eruit zou kunnen zien. Er komen immers veel vragen over welke boomsoorten je best kiest en op welke wijze je die aanplant. Je ontdekt hier hoe je een bos best beheert in de verschillende fases van jong tot volwassen bos. Maar ook voor wie niet meteen droomt van een eigen bos is het interessant om bij te leren over het nut van een gemengde inheemse bosrand of een bospoel die libellen en salamanders aantrekt.

De komende jaren zal dit jonge bos uitgroeien tot een volwaardig, klimaatrobuust bos met een hoge biodiversiteit.

19 Bosgroepnieuws

In de Vlaams-Nederlandse grensregio zien we de laatste jaren naaldhoutbossen afsterven. Extreme droogte maakt de homogene bossen kwetsbaar en geeft de letterzetter vrij spel, met alle gevolgen van dien. Daarom startten EGTS Linieland, Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord, Bosgroep Houtland en Stichting Het Zeeuwse Landschap twee jaar geleden met het project Klimaatadaptief Grensbos om aangetaste naaldbossen te revitaliseren. Daarbij streven we naar biodiverse, gemengde bossen waarbij een belangrijke rol is weggelegd voor dood hout. Op drie proefpercelen in West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Zeeland werden voor de bosomvorming telkens andere keuzes gemaakt.

Het INBO kreeg de opdracht om de staat van de bossen in kaart te brengen en te onderzoeken hoe we onze bossen klimaatrobuuster kunnen maken. Op 22 april lichtte INBO dit onderzoek toe in Stekene. Vervolgens werden de deelnemers

Klimaatadaptief grensbos Boom van het Jaar

Ook dit jaar gaat de wedstrijd ‘Boom van het jaar’ door. Zend jouw favoriete boom in voor 30 juni en vertel wat deze boom zo speciaal maakt. De boom die verkozen wordt tot Belgische boom van het jaar wint een geldprijs en mag ons land volgend jaar vertegenwoordigen voor de ‘European Tree of the year’.

Meer info op www.boomvanhetjaar.be.

rondgeleid op de proefpercelen. Voor de bosomvorming in Stekene kozen wij voor een combinatie van kloempen en kwartiermakers. Met het oog op de klimaatverandering werden hier als experiment ook enkele uitheemse soorten geplant om te zien hoe zij het bosecosysteem kunnen versterken. Het gaat om naaldbomen zoals zeeden, Corsicaanse den en Nordmanzilverspar, en loofbomen als tulpenboom, elsbes en bitternoot.

Het rapport van INBO kan je lezen op onze site via deze link: https://bit.ly/3OLwHyE.

de bosbode 4 | 2019 20 Bosgroepnieuws

Natuurstudiedag

Provincie Oost-Vlaanderen organiseerde op 19 maart een Natuurstudiedag. Professionals, onderzoekers en natuurvrijwilligers verzamelden in hartje Gent en kregen een update over de Oost-Vlaamse soortenrijkdom en de invloed van de klimaatverandering op onze natuur.

In onze provincie komen plant- en diersoorten voor die je in andere Vlaamse regio’s minder frequent of zelfs niet waarneemt. Het INBO stelde in 2013 voor het eerst de provinciale soortenlijsten op en maakte dit jaar een geactualiseerde versie. Oost-Vlaanderen telt vandaag 102 prioritaire soorten, waarvan de otter, bever of vuursalamander de meest

iconische zijn. Vandaag tellen we dubbel zoveel prioritaire soorten als negen jaar geleden. Deze evolutie toont het belang aan van verdere bescherming en uitbreiding van waardevolle natuur. Het geactualiseerde rapport vormt de leidraad voor het natuurbeleid van het provinciebestuur en is zeker ook boeiend voor iedereen die interesse heeft in natuur.

Het rapport vind je op www.oost-vlaanderen.be/prioritaire-soorten. De boeiende presentaties van de Natuurstudiedag vind je op www.oost-vlaanderen.be/natuurstudiedag.

Ga je mee op stap?

Bezoek aan houtzagerij

Tijdens ons webinar over de houtsector reageerden jullie erg enthousiast op het voorstel om één van de houtverwerkende bedrijven die aan bod kwamen te bezoeken. We nemen jullie graag mee naar de industriële zagerij Ide Woods in Zulte op donderdag 23 juni. Het bedrijf spitst zich toe op de verwerking van naaldhout voor de verpakkingsindustrie, houten tuinproducten, en op gevingerlast hout. Tijdens de rondleiding bekijk je het proces van aanvoer, verzagen, schaven, impregneren en klaarmaken voor transport van dichtbij.

Bezoek aan boomkwekerij

Neem je graag eens een kijkje bij een boomkwekerij? Dat kan, op zaterdag 24 september bij kwekerij Sylva in Lievegem. Sylva beschikt over 115 hectare en verkoopt ongeveer 25 miljoen stuks bosplanten per jaar. Na een korte historiek van het

bedrijf bezoek je de kwekerij, loodsen en koelcellen. Zo krijg je zicht op het volledige productieproces van zaadoogst en -stratificatie naar uitzaai, opplant, bemesting, gewasbescherming, rooien, sorteren en uitleveren.

Meer info op www.bosgroepen.be/activiteiten. Deelname is gratis maar omwille van het beperkte aantal plaatsen vragen we je in te schrijven via dezelfde link.

21 Bosgroepnieuws

Herbekijk deze webinars

Vanuit de provincieraadszaal hielden we een webinar over de trends op de houtmarkt en de impact op houtverwerkende bedrijven. Dank aan gedeputeerde Riet Gillis om te hosten en aan Andries Saerens, Marc De Spiegelaere en Thierry Cornette voor hun boeiende presentatie. Het webinar is te herbekijken op www.bosgroepen.be/webinar-lokale-houtsector.

Inverde hield een webinar rond klimaatslim bosbeheer. De video’s en panelgesprekken wisselden concrete cases af met wetenschappelijke inzichten. In één van de video’s neemt coördinator Hans Scheirlinck je mee naar de Zwalmvallei waar we zorgden voor de omvorming van een populierenbos naar een ecologisch waardevol bos. Bekijk het webinar op vimeo.com/665206409.

22 Boszoekers
Advertenties

meer bosnieuws

Volg ons op social media bosgroepenovl bosgroepenovl Schrijf je in op de nieuwsbrief via bosgroepen.be/jouwbosgroep

De bosbode digitaal ontvangen? Mail naar bosgroepen@oost-vlaanderen.be

boszoekers

Hieronder vind je een overzicht van bospercelen die momenteel te koop staan in Oost-Vlaanderen. De inbreng van Bosgroepen Oost-Vlaanderen beperkt zich tot informeren en adviseren; de verkoop gebeurt rechtstreeks tussen verkoper en koper.

OUDENAARDE: Afd. 2 (Eine), Sectie A, nr. 845A. Oppervlakte: 0,19 ha. Populierenbos nabij recyclagepark. Meer info: 055 31 88 62.

STEKENE: Afd 2, Sectie C, nrs. 1684 F + 1684 G. Oppervlakte: 2254 m2. Sparrenbosje ter hoogte van de Zwarte Heistraat. Prijs o.t.k.. Meer info: 03 775 95 86.

STEKENE: Afd. 2, Sectie D, nrs. 1245, 1246 en 1247 (Prekerijdreef). Oppervlakte 7 are. Prijs o.t.k.. Meer info: 0495 32 56 29.

Wil je zelf een zoekertje plaatsen, mail dan naar bosgroepen@oost-vlaanderen.be. We plaatsen geen advertenties voor verkoop van bosplantsoen of tweedehands materiaal. Zoekertjes worden niet herhaald.

brandhoutweb.be

Een overzichtelijk online verkoopplatform waar je het hele jaar door brandhout kan kopen. Bosgroepen Oost-Vlaanderen zorgen voor een up to date aanbod, een vlotte opvolging en een goede prijs-kwaliteitverhouding van lokaal en duurzaam brandhout.

contact

Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord vzw

PAC Zuid | W. Wilsonplein 2 - 9000 Gent | 09 267 78 60 bosgroepnoord@oost-vlaanderen.be

coördinator: Sylvie Mussche

Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen vzw

PAC Zuid | W. Wilsonplein 2 - 9000 Gent | 09 267 78 60 bosgroepmidden@oost-vlaanderen.be

coördinator: Klaartje Van Loy

Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender vzw

Veemarkt 27 - 9600 Ronse | 055 21 62 80 vlaamseardennen@bosgroep.be

coördinator: Hans Scheirlinck

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.