de bosbode 2012 - 4

Page 1

- Een dag op stap met een bosboomkweker

- De rode eekhoorn, vrolijke spring-in-het-bos

- Bosgroepnieuws

- Excursie Flevoland

-

-

-

Bosgeschiedenis

Weetjes uit de boswetgeving

Cursusaanbod

- Brandhoutzoeker s

Driemaandelijks tijdschrift l oktober - november - december 2012 l Afgiftekantoor Gent X l P509065 informatieblad voor alle boseigenaars Inhoud
België - Belgique P.B. GENT X BC 10132 Jaargang 8 l Nr 4 gesubsidieerd door
VU, Jozef Dauwe, p.a. Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord vzw, Woodrow Wilsonplein 2, 9000 Gent

Jaargang 8– nr 4

De bosbode is een tijdschrift van de drie Oost-Vlaamse bosgroepen

Redactie

Hans Scheirlinck, Sylvie Mussche, Maud Plouy, Klaas Van Roy, Karen Dequidt, Kristof De Rous, Maarten Decoene

Fotografie

Cover: Fotolia

Hans Scheirlinck, Sylvie Mussche, Maud Plouy, Maarten Decoene, Leen Meersschaert, Peggy Van Laethem, Dirk De Vis, Pascal Vanhees, Martine van Goethem, Benjamine Bufkens, Martin Winnock, Wikipedia Giorgiomonteforti, Fotolia

Lay-out

Koloriet – Leefdaal

Druk

Parys Printing N.V – Evergem

Papier

Deze publicatie werd gedrukt op kringlooppapier ‘Reprint’

Oplage

9 000 exemplaren

Verantwoordelijke uitgever

Jozef Dauwe

p.a. Bosgroep Oost-Vlaanderen

Noord vzw

Woodrow Wilsonplein 2

9000 Gent

Raad van bestuur BON

Gedeputeerde Jozef Dauwe, Leen

Meersschaert, Frans De Jonghe, Ingrid

Puylaert, Luc Claus, Nicole Van Duyse, Pierre d’Alcantara, Maurits Adriaenssens, Guy Bonsecour, Tom Van Holsbeke.

Raad van bestuur MOV

Gedeputeerde Jozef Dauwe, Jan Verbeke, Marc Dilewyns, Francis De Beir, Geert de Visscher, Kris Janssens, Willy Van Hoey, Dirk Abbeloos,Werner Pycke, Steven Roosen, Jozef Wittouck, Norbert Van Stichel

Raad van bestuur VAD

Gedeputeerde Jozef Dauwe, Willy Bauwens, Johan Detemmerman, Raoul D’Hoossche, Paul Lievens, José Tack, Jozef Van Crombrugge, Jan Van Huffel, Peggy Van Laethem, Paul Vanderroost

Uw gegevens werden opgenomen in een databank die wordt beheerd door de Bosgroep. De gegevens in deze databank zullen enkel

Uw bos, onze zorg

Maak kennis met de bosgroepen

Een bosgroep heeft als doel u als boseigenaar praktische ondersteuning te bieden bij het beheer van uw bos. In een bosgroep zijn vele boseigenaars uit uw streek verenigd.

Samen met hen kan u vrijwillig meewerken aan een mooie toekomst voor het Vlaamse bos.

“Baas in eigen bos”, dat is het basisprincipe van de bosgroepen. De bosgroepen informeren adviseren en organiseren, maar u beslist steeds zelf over het beheer van uw bos.

Wat heeft de Bosgroep zijn leden te bieden?

GRATIS DIENSTVERLENING

1. Informatie

De bosgroep beantwoordt uw persoonlijke vragen over de technische, wettelijke en financiële aspecten van bosbeheer. U kunt ook deelnemen aan theorie- en praktijkcursussen in verband met bosbeheer.

2. Advies op maat van uw bos

U kunt een afspraak maken voor een terreinbezoek aan uw bos. Het resultaat is een beheeradvies op maat van u en uw bos.

3. Hulp bij uw bosadministratie

De bosgroep helpt u bij het aanvragen van subsidies en kapmachtigingen. Ook het opstellen van een bosbeheerplan kan begeleid worden.

DIENSTVERLENING TEGEN VERGOEDING

1. Betaalbare bosarbeid

U kunt een aanvraag indienen om tegen een voordelige prijs onrendabele werken in uw bos te laten uitvoeren. Voorbeelden zijn: bestrijding woekerende exoten, vrijstellen van jonge aanplantingen, onrendabele dunningen en hakhoutbeheer, aanleg van een bosrand,… De juiste tarievenlijst dient u bij uw bosgroep op te vragen.

2. Organisatie van beheerwerken

De bosgroep coördineert de beheerwerken bij meerdere boseigenaars samen zodat ze voor bos en eigenaar efficiënter en goedkoper worden. Wilt u werken uitvoeren in het bos dan kan de bosgroep die organiseren. U kunt deelnemen aan de gezamenlijke houtverkoop van de bosgroepen indien u hulp wenst bij de verkoop van bomen die u wenst te kappen.

3. Cursussen en excursies

De bosgroepen organiseren jaarlijks tal van cursussen zoals ‘kettingzaag, bosmaaier, houten constructies, enz. Leden kunnen hieraan deelnemen tegen een voordelig tarief.

Word gratis lid

Het feit dat u dit tijdschrift ontvangt betekent niet automatisch dat u lid bent. Iedere boseigenaar die dit wenst kan gratis lid worden van de bosgroep die actief is in zijn streek.

Uw lidmaatschap geeft recht op de dienstverlening van de bosgroep. Het lidmaatschap houdt geen verdere verplichtingen in.

Digitale Bosbode

Wil u graag papier besparen en wenst u de Bosbode enkel nog digitaal te ontvangen? Graag een seintje aan uw bosgroepsecreteriaat!

Wenst u vrijblijvend advies en hulp bij het beheer van uw bos? Contacteer ons:

• Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord vzw

p.a. Provincie Oost-Vlaanderen

– Dienst Milieubeleidsplanning

Woodrow Wilsonplein 2 - 9000 Gent

Tel. 09/267 78 60 bosgroepnoord@oost-vlaanderen.be

Coördinator: Sylvie Mussche

• Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen vzw

p.a. Provincie Oost-Vlaanderen

– Dienst Milieubeleidsplanning

Woodrow Wilsonplein 2 - 9000 Gent

Tel. 09/267 78 60 bosgroepmidden@oost-vlaanderen.be

Coördinator: Maud Plouy

• Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender vzw

Veemarkt 27 - 9600 Ronse

Tel. 055/21 62 80 vlaamseardennen@bosgroep.be

Coördinator: Hans Scheirlinck

Woord vooraf

Beste eigenaar en bosliefhebber,

Het jaareinde is het moment waarbij we traditiegetrouw de balans opmaken van de voorbije periode en voortuitblikken naar wat de toekomst ons zal brengen. Ik ben zeer verheugd jullie te kunnen melden dat we alvast de toekomstplannen voor de bosgroepen samen verder zullen kunnen smeden. De massale steun waarop ik kon rekenen tijdens de voorbije verkiezingen maakt immers dat mijn mandaat als Gedeputeerde van Leefmilieu voor de komende ambtstermijn wordt verlengd. Ik van mijn kant kan u meegeven dat de bosgroepen en hun leden-boseigenaars ook in de toekomst op mijn volle steun kunnen rekenen. Ik heb de voorbije jaren de bosgroepen leren kennen als gedreven organisaties die vanuit de basis werken aan meer en beter bos en natuur in Oost-Vlaanderen. Het maatschappelijk draagvlak voor het behoud en versterken van ons bospatrimonium dat op die manier gecreëerd wordt, is voor mij van onschatbare waarde.

Dat 2013 voor de bosgroepen een belangrijk jaar wordt, staat als een paal boven water. De lopende Interne Staatshervorming die een herverdeling van het takenpakket tussen Provinciebestuur en Vlaams Gewest voorziet, omvat immers ook de bosgroepen. In de toekomst zal de structurele ondersteuning en de aansturing van de bosgroepen volledig overgeheveld worden naar de Provincie. Onder het motto ‘Never change a winning team’ zal ik er mee over waken dat er hierbij niet geraakt wordt aan de basisfundamenten van de bosgroepen. Bosgroepen moet onafhankelijke, neutrale organisaties blijven die boseigenaars concreet helpen bij het duurzaam beheer van hun bos. U mag er dus op rekenen dat de praktische hulp en dienstverlening waarop u nu als boseigenaar beroep kan doen in de toekomst niet veranderen.

Bij het doornemen van voorliggende Bosbode zal u alvast merken dat de continuïteit in de werking van de bosgroepen verzekerd is. Ook in 2013 kunt u intekenen voor één van de talrijke vormingsmomenten of deelnemen aan een gezamenlijke houtverkoop. En mocht u nog een nieuwe bosaanplant voorzien, dan zal u zeker met veel interesse het interview met de bosboomkweker doornemen.

Ik wens u veel leesplezier!

Jozef Dauwe

3 COLOFON
worden gebruikt in het kader van de werking van de Bosgroep en niet voor andere doeleinden. Indien u niet wenst dat uw gegevens in deze databank zijn opgenomen of indien u uw gegevens wenst te wijzigen, kunt u dit steeds doorgeven aan de Bosgroep.
Voorzitter Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord vzw Voorzitter Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen vzw Voorzitter Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender vzw

Een dag op stap met een bosboomkweker

Deze winter planten we met z’n allen weer tienduizenden bosboompjes om nieuwe gronden te bebossen of na eindkap te herbebossen. Bij levering zijn de boompjes 2 à 3 jaar oud, 60 tot 140cm hoog en niet meer dan een vinger dik. Om daartoe te komen zijn veel goede zorgen en een portie geluk nodig geweest. Dat laten we u mee ontdekken in dit verslag van onze boeiende dag op stap met een bosboomkweker.

Bosboomkweker een veelzijdige job

Onze ervaren gids vandaag is Jan Coussement. Jan is vandaag bedrijfsleider bij bosboomkwekerij Sylva te Waarschoot. Hij ontvangt de redactie van de Bosbode hartelijk, ook al treffen we hem in één van de drukste periodes van het jaar. “In oktober – november – december worden zaden geoogst en starten we de stratificatie. In de kwekerij worden eenjarige planten ondersneden. Daarnaast is het commercieel een drukke periode: vele (buitenlandse) klanten komen de kwekerij bezoeken en plantgoed keuren. Ook zakenreizen staan op het programma.

Mijn dagen hebben er lang anders uitgezien hier op de kwekerij”, vertelt Jan.

“Toen ik als bosbouwingenieur net startte bij Sylva, 26 jaar geleden, bestond mijn taak uit het optimaliseren van het productieproces. Geen gemakkelijke opdracht want in onze bosbouwopleiding kwam de specialiteit bosboomkwekerij niet echt aan bod”, herinnert Jan zich.

“Gelukkig had ik sinds mijn kindertijd al behoorlijk wat ervaring kunnen opdoen bij orchideeënkwekers, rozenkwekers en fruitkwekers . Ik was er in mijn vrije tijd niet weg te slaan.” In buitenlandse literatuur vond Jan de gespecialiseerde informatie die nodig was om voor elke boom- en struiksoort de ideale stratificatie- en productiemethode te achterhalen.

“Ik heb dan 21 jaar zelf alles uitgezaaid.

Elke zaadsoort heeft zijn eigen optimale omstandigheden om te kiemen. Elk detail is belangrijk. Zo een delicaat werk wou ik niet uit handen geven.” Zo legde Jan jaar na jaar 120 kilometer af op de zaaimachine, naar Brussel heen en terug bij wijze van spreken. “Het is met enige pijn in het hart dat ik dit nu minder intens opvolg, kiemplantjes die opduiken na een jaar werk aan de zaden, geeft de grootste voldoening”.

Alles begint met de zaadoogst

Op een dag eind september ontmoeten we Jan Coussement aan de rand van het Hayesbos te Brakel. Met een hoogtewerker is een ploeg van bosboomkwekerij Sylva uit Waarschoot, zaad van haagbeuk aan het oogsten. Deze haagbeuken zijn een door de Vlaamse overheid erkende zaadbron van autochtoon plantmateriaal. Vooraleer het zaad mag vervoerd worden komt een controleur van het Agentschap voor landbouw en Visserij (ALV) ter plaatse de oogst wegen en registreren. “ De EG legt duidelijk regels op wat betreft het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal. Voor sommige soorten duurt het immers vele jaren of decennia vooraleer de goede of slechte kwaliteit van het geplante materiaal duidelijk wordt”, verduidelijkt Jan, “het ALV organiseert en coördineert de controle op de wettelijk vastgelegde kwaliteitsgaranties.” Wie de boompjes opgekweekt uit deze zaden koopt krijgt er een attest van de leverancier bij dat informatie geeft over de herkomst van het plantgoed. De herkomst is de eerste peiler van de kwaliteitsklasse van plantgoed.

De zaadoogst varieert van jaar tot jaar: goede en slechte jaren wisselen elkaar af. “Gelukkig bestaan er mogelijkheden om een deel van de oogst van goede jaren enkele jaren in de diepvries te bewaren om tekorten in een slecht jaar op te vangen”, vertelt Jan. “Dit najaar bijvoorbeeld is er geen of zeer weinig zaad van eik en beuk omwille van vorst tijdens de bloeiperiode (vóór de bladzetting). Helaas zijn eikels ook de moeilijkst te bewaren zaden: er zit te veel vocht in om ze zonder schade te kunnen invriezen.”

De absolute bewaarkampioen is de robinia, zijn zaden kunnen tot 25 jaar in de vriezer bewaard worden.

PRODuKTIEPROCES

De eigen zaadoogst uit Vlaamse erkende zaadbronnen is op dit bedrijf ongeveer 2% van het totale werk. Drie man is er drie weken intensief mee bezig. Daarnaast worden vele zaden aangekocht.

“En nog meer opgestuurd door buitenlandse klanten voor contractteelt”, vult Jan aan. “Het Vlaamse klimaat en de lichte zandbodem zijn hier immers veel beter voor de bosboomkwekerij dan in Scandinavië, Duitsland, Engeland, Oostenrijk,…. Zaden worden ginder geoogst en naar Vlaanderen opgestuurd. Vlot opgegroeid plantgoed van mooie afmetingen worden teruggestuurd voor aanplanting in hun land van oorsprong”.

Het belang van een goede herkomst

“In de kwekerij zien wij duidelijke verschillen tussen boompjes van de zelfde soort maar van een andere herkomst”. –zegt Jan- “Neem bijvoorbeeld de meidoorn, een interessante soort voor bosranden en houtkanten. We kweken zowel meidoornstruikjes afkomstig van zaad geoogst van autochtone Vlaamse struiken als van zaad dat we aankopen uit Italië. De Italiaanse groeien zeer snel maar ze zijn helemaal niet stevig en hebben een wirwar aan takken. De autochtone daarentegen zijn stevige rechtopgroeiende struiken. Een ander belangrijk voorbeeld voor boseigenaars zijn de eiken. “Boompjes opgekweekt uit Noorse eikels stoppen eind augustus al met groeien”, stelt Jan vast,”de eiken van Vlaamse oorsprong groeien nog flink door tot eind september, hun groeiseizoen is langer en dus hun jaarlijkse bijgroei groter.”

“Maar let op”, adviseert Jan, “In theorie zijn de groeiseizoenen van Zuid-Franse eiken nog langer: het blad loopt vroeger uit en ze groeien langer door. Maar in praktijk is dat een probleem: ze zijn enorm gevoelig voor voorjaarsvorst en bij de eerste najaarsvorsten zijn hun twijgen nog niet voldoende afgerijpt.

“Even belangrijk”, vindt Jan, “zijn de verschillen in bosbouwkundige kwaliteiten tussen herkomsten. Wil je je verzekeren dat de boompjes die je koopt geschikt zijn voor de bosbouw, kijk dan goed na van welke categorie het teeltmateriaal is. Is van het ‘van bekende origine, ‘geselecteerd’, ‘gekeurd’ of zelfs ‘getest’ (zie ook kadertekst)?

Een correcte behandeling van de zaden is cruciaal

Enkele dagen later in de loods van de kwekerij is het zaad van de haagbeu-

4 5
Oogsten van zaden Voorbereiding van de zaden (o.a. stratificatie)
Verzending Stockage
Plantgoed bestemd voor
Rooien en uitdunnen Marktklaar maken
in koelcellen en loodsen
eigen productie Gewasbescherming Gewasverzorging Onderhoud Stockage
-
Sorteren,
Klant Bewerken
Aankoop van zaden Leveranciers Aankoop van plantgoed Leveranciers Snijden van stekmateriaal - Vrijhouden van onkruid, ziekten en insecten Snoeien, irrigatie - Afpennen
tellen, binden
cultuurgronden
uitzaaien
uitplanten
zaden
plantgoed
Verpakken
voor transport of bewaring Zaad van haagbeuken gesorteerd en gezuiverd

ken gesorteerd en gezuiverd. Er blijft 40 à 50% van het oorspronkelijk gewicht over. De controleur van ALV komt opnieuw ter plaatse voor een weging van het nettogewicht en uitschrijven van een certificaat. “Vooraleer het boompje in een bos wordt uitgeplant zal het nog 2 à 3 keer extra gecontroleerd zijn. Dat moet garanderen dat bij verkoop elk boompje het juiste certificaat meekrijgt”, verklaart Jan. De methode om zaden te sorteren en te zuiveren verschillen van soort tot soort. Zaden uit bessen halen bijvoorbeeld is een ganse klus.

Voor enkele zaadsoorten is het voordelig om al in het najaar te zaaien. “Eikels bijvoorbeeld bewaren beter in de grond dan in een frigo. De kieming is beter als ze de winter goed doorkomen maar vorstperiodes en hongerige vogels kunnen voor zware verliezen zorgen”, weet Jan. De meeste boom- en struiksoorten worden echter in het voorjaar uitgezaaid.

Tussen de zaadoogst in het najaar en het uitzaaien in het voorjaar zit de zeer belangrijke stratificatieperiode

In juni start de “warme stratificatie”. Tot eind oktober rijpen de zaden en wordt de zaadhuid aangetast waardoor er vocht het zaad binnen kan. De zaden worden in vochtig zand bewaard en regelmatig bevochtigd en gekeerd.

In november start dan de “koude stratificatie”. De winter wordt geïmiteerd door de zaden te bewaren bij 0° tot 4°C. Deze koude periode doorbreekt de kiemrust.

Wanneer de zaden beginnen kiemen worden ze in het voorjaar uitgezaaid.

“En hoe zwaarder het zaad, hoe zwaarder de taak”, lacht Jan, “zware zaden zijn moeilijker te bewaren en kiemen ook moeilijker.”

Milieuvriendelijke productie

in de kwekerij

Elk jaar worden hier 20 miljoen bosplanten geproduceerd op 80 hectare kwekerij.

Jan legt uit: “Van de bosplanten wordt 80% geëxporteerd. Slechts 1 miljoen boompjes worden verkocht voor aanplanting in Belgische bossen. Onze grootste binnenlandse afnemers zijn het Agentschap voor Natuur en Bos, BOS+ en, jawel, de bosgroepen.”

“We zaaien ieder jaar 15 à 20 ton eikels uit. De zaailingen van eik (zomereik, wintereik en Amerikaanse eik) nemen 5ha van de kwekerij in”, geeft Jan als voorbeeld. Op het terrein zijn duidelijk de groeiverschillen te zien tussen zaailingen uit eikels met een verschillende herkomst.

Op de voorgrond zijn de kleine Noorse eikjes te zien. Vlak er achter flinke zaailingen uit het Zoniënwoud. “Ook de wintereiken uit Buggenhoutbos zijn trouwens een echte top herkomst, zowel qua zuiverheid als qua groeikracht en boomvorm”, vult Jan aan.

Er zijn ook duidelijke microverschillen te zien in de grond en groei binnen

Categorieën van teeltmateriaal:

1 perceel. In een mooi lot douglas zijn duidelijk de natte plekken te zien waar het water stagneert en de zaailingen er verkleurd en minder vitaal bij staan. Dat kan ook in je eigen bos voorkomen. Jan staat er op een lans te breken voor de douglas – “een naaldboom met bijzondere bosbouwkwaliteiten. Een aanrader voor wie een productief bos wenst te beheren. De douglassen die nu op de kwekerij staan zijn van een zeer gewilde herkomst en zijn bestemd voor de “export” naar Wallonië.”

Verderop staan tweejarige planten van zomereik. Jan poseert tevreden tussen deze boompjes van prima kwaliteit: “helaas zijn ze van een Nederlandse geselecteerde herkomst die niet aanbevolen is voor Vlaanderen “.

Om tot deze mooie kwaliteit te komen worden veel inspanningen geleverd.

“Eerst worden 5 rijen gezaaid op 1 meter breedte. Na 1 groeiseizoen wordt er gedund tot 3 rijen overblijven. Zaailingen in deze drie rijen worden onderre-

Afhankelijk van het type uitgangsmateriaal dat gebruikt wordt voor de productie wordt het teeltmateriaal ingedeeld in 4 categorieën:

A van bekende origine: teeltmateriaal dat is afgeleid van uitgangsmateriaal, bestaande uit een binnen één enkel herkomstgebied (of een deelgebied ervan) gelegen erkend (zaadbron of) bestand. Deze categorie zal in Vlaanderen enkel toegepast worden op autochtoon teeltmateriaal.

B geselecteerd: teeltmateriaal dat is afgeleid van uitgangsmateriaal, bestaande uit een binnen één enkel herkomstgebied gelegen erkend bestand, dat op populatieniveau aan een selectie is onderworpen aan de hand van uiterlijke kenmerken;

C gekeurd: teeltmateriaal dat is afgeleid van erkend uitgangsmateriaal, bestaande uit zaadtuinen, ouderplanten van families, klonen of mengsels van klonen, waarvan de componenten individueel aan selectie op basis van uiterlijke kenmerken zijn onderworpen.

D getest: teeltmateriaal dat is afgeleid van erkend uitgangsmateriaal, bestaande uit bestanden, zaadtuinen,ouders van families, klonen of mengsels van klonen. De hoge kwaliteit van het teeltmateriaal dient te zijn aangetoond door middel van vergelijkende tests berekend op basis van de genetische waardebepaling van de componenten van het uitgangsmateriaal.

den of afgepend”, legt Jan uit. We zien samen het resultaat: boompjes met een voldoende diameter aan de basis (geen zwakke zwiepers dus) en met een goed vertakte wortel.

In september is het ook tijd om struiksoorten te verspenen. Ze worden eerst gemaaid om ze te beschermen tegen indrogen en om de vertakking van struiken te stimuleren. Nadien worden ze losgewoeld, gesorteerd en verplant. Op de kwekerij moet goed gepland worden: wat staat waar en wanneer? Jan: “Als preventie tegen ziektes worden soorten geroteerd over verschillende percelen. Regelmatig liggen percelen ook braak om bodemmoeheid tegen te gaan. Bovendien liggen de percelen van de kwekerij verspreid over een gebied van meerdere kilometers. In de streek heerst een grote gronddruk vanwege de veehouderij.”

Soms valt ook bijna een ganse productielijn weg “Door de essenziekte is er amper nog vraag naar plantmateriaal van es. Werd er vroeger nog jaarlijks 150 kg zaad van essen uitgezaaid, vandaag is dat nog slechts 20 kg per jaar. Deze esjes werden hoofdzakelijk geëxporteerd naar Engeland maar ondertussen is ook daar de essenziekte opgedoken…”, betreurt Jan.

Boompjes groeien niet vanzelf en Jan is er dan ook fier op dat hij de bemesting op de kwekerij heeft kunnen verminderen en dat hij de gewasbescherming milieuvriendelijker heeft gemaakt. “Nu wordt veel mechanisch onkruid gewied en we doen aan geïntegreerde gewasbescherming waarbij onder andere lieveheersbeestjes en Tagetes (Afrikaantjes) worden ingezet.” Sylva is de trotse houder van certificaten die zijn milieuvriendelijke productie bewijzen en het bedrijf won er ook al nationale en internationale prijzen mee.

Als het plantseizoen start in het bos…

In de winter volgt een tweede piek van werk. Op korte tijd moet het plantgoed

vanuit de kwekerij dan overal bij de klanten geleverd worden. Voor Vlaanderen start dat al begin november. In de Scandinavische landen en Oostenrijk pas in februari/maart als de sneeuw begint te smelten. Op de kwekerij zijn dan ook grote koelcellen voorzien. Het plantgoed wordt uit de kwekerij gereden voor het in blad komt. In de koelcellen wacht het dan op verzending naar landen waar de lente nog moet beginnen.

En wat brengt de toekomst?

Wordt in de sector al nagedacht over de gevolgen van klimaatverandering?

De boomkwekerijen volgen de markt stelt Jan. Als bosbouwer volg ik de klimaatverandering inhoudelijk. Als boomkwekerij moeten we vooral commercieel denken en 2 à 3 jaar op voorhand al beslissingen nemen over de toekomstige productie. De markt over gans Europa inschatten is moeilijk. Voorlopig houden we een gezonde mix van vele Europese herkomsten in de kwekerij.

Heeft Jan tenslotte nog een boodschap voor de lezers van de Bosbode?

“Voor boseigenaars die bosgoed van goede kwaliteit wensen”, raadt Jan aan “kies voor een goede bosbouwherkomst, eerste keus hoogte, voldoende (de) diameter aan de basis en een afgepende wortel.”Investeer in bos! Op lange termijn is investeren in bos interessanter dan de beurs las ik vorig jaar nog in de krant “De Tijd”. Een bos is “groeiend onroerend goed”. Beknibbel dus niet op plantgoed van goede kwaliteit. De kost van het plantgoed is immers maar een klein deel van de aanplantings- en beheerkost van het bos. Plantgoed van goede kwaliteit is altijd zijn geld waard!

Beste Jan, bedankt voor de tips, je tijd en alle interessante informatie!

De overheid stimuleert het gebruik van autochtoon plantmateriaal. Wat vinden boomkwekers hiervan?

“Er moet zeker belang gehecht worden aan de conservering van genetische biodiversiteit. Daarom werken we graag mee aan het project www.plantvanhier.be“, antwoordt Jan, “maar te veel in detail werken heeft geen zin. Ter vergelijking: 1 herkomstgebied in Duitsland is groter dan Vlaanderen. Vlaanderen zelf is echter opgedeeld in 5 herkomstgebieden. Menging van genetische afkomsten wordt in de bosbouwliteratuur vaak als verrijking geïnterpreteerd, niet als genetische pollutie.”

“Klanten uit de ons omringende landen met een belangrijkere bosbouwsector vragen in de eerste plaats naar herkomsten die een goede kwaliteit garanderen in functie van de bosbouwdoelstellingen” illustreert Jan het pragmatisme, “voor struiksoorten komt er recent meer aandacht voor het bewaren van autochtone genetische bronnen. Maar men bekijkt het zeer pragmatisch: Engeland en Ierland kijken naar de klimaatzone, zo zijn België, Nederland, NoordDuitsland en Denemarken voor hen één herkomstgebied.

“De productie van autochtoon plantmateriaal kost trouwens meer inspanningen en is duurder dan het opkweken van aangekochte buitenlandse zaden”. Ter vergelijking geeft Jan het volgende voorbeeld: “1kg hazelnoten uit Italië kosten 3 à 3,5 euro. Voor 13 kg hazelnoten van autochtone herkomst zijn drie mandagen besteed aan de pluk en ook het sorteren en zuiveren kost geld.”

6 7
In een mooi lot douglas zijn duidelijk de natte plekken te zien Kleine Noorse eikjes

Soort in de kijker

De rode eekhoorn, vrolijke spring-in-het-bos

Van de 190 eekhoornsoorten leven er slechts twee in Europa: de rode en de grijze eekhoorn. Oorspronkelijk kwam enkel de rode eekhoorn bij ons voor. Sinds de grijze eekhoorn, die groter en sterker is, in 1889 in Engeland werd uitgezet, begon hij echter een ware veroveringstocht. Daarbij verliest zijn rode neef steeds meer terrein. Bij ons is de rode eekhoorn, Scurius vulgaris, gelukkig nog de meest voorkomende van de twee. Graag stellen we dit schattige bosdiertje aan jou voor.

Van dichtbij bekeken

Het meest karakteristieke van de rode eekhoorn is ongetwijfeld zijn mooie, zachte staart. Volwassen rode eekhoorns in ‘zithouding’ draperen deze met een tweemaal gebogen wrong op hun rug. Tegenover die schoonheid staat functionaliteit: bij het springen doet de staart dienst als balansregelaar, stuurmechanisme en parachute. Als het in de winter erg koud is, kruipen eekhoorns dicht bij elkaar en slaan hun staarten om elkaar heen. Ze houden geen echte winterslaap.

Een ander kenmerk van de rode eekhoorn is zijn witte buikje. Let ook eens op de oren van deze bosbewoner. Volwassen exemplaren dragen namelijk haarkwastjes aan de oorpunten. Minder opvallend zijn de tastharen aan handen voetwortels, staartwortel, flanken en snuit. Hiermee schat de eekhoorn alle mogelijke doorgangen en afstanden in als hij van de ene tak naar de andere snelt. Zijn rode vacht is een warme thuis voor vlooien, maar daar ondervindt hij, gelukkig, maar weinig last van. Het is een levendig diertje dat, net als de boom- en steenmarter, tot op late leeftijd erg speels blijft.

Waar vind je de rode eekhoorn?

en een afsluitbare ingang aan de zijkant. Het kan een doorsnede van wel 50 centimeter hebben. Kraaiennesten zijn, mits wat verbouwingen, erg in trek. Eekhoorns houden er gewoonlijk een paar nesten op na als vrucht- en slaapplaatsen. Zo’n slaapplaats is het eerste wat een eekhoornjong ziet, als het na een draagtijd van 38 dagen op de wereld komt.

Voedsel

Het dagmenu van de rode eekhoorn is erg gevarieerd. Hij eet knoppen, bloesems, vruchten, zaden, zachte boomschors, paddenstoelen, plantaardige sappen en dennenappels. Maar weinigen weten dat dit schattige diertje ook vlees lust. Slakken, mierenpoppen, insecten(larven), eieren en zelfs jonge vogels staan ook op zijn menu. Bovendien zijn eekhoorns dol op noten, met de hazelnoot als zijn grote favoriet. In tegenstelling tot andere knaagdieren, kan de eekhoorn niet zonder water. Om te drinken, daalt hij met tegenzin

uit zijn boom af. In de winter eet hij zelfs liever sneeuw dan naar beneden te komen voor water.

De noot: het hoogste goed

In een ver verleden …

De fascinatie van de mens voor de razendsnelle acrobaatjes met de fiere staart bestaat al langer dan vandaag. Romeinse vrouwen droegen vaak een exemplaar bij zich als gezelschapsdiertje. De Indo-Germaanse cultuur ging

nog een stap verder en verklaarde de eekhoorn heilig. Een interesse die het knaagdier zelf ongetwijfeld minder aangenaam vond, was die voor zijn vacht. Deze is een tijdlang erg in trek geweest. Dit had ware eekhoornbontindustrieën tot gevolg, vooral in Rusland en Siberië.

De rode eekhoorn komt in heel Europa en een groot deel van Rusland voor. In de bergen kan hij tot op 2 200 meter hoogte overleven. Hij brengt vrijwel zijn hele leven tussen de bladeren door en zakt enkel naar de begane grond af om te drinken en noten te planten.

Zijn nest bouwt hij zo’n vijf tot vijftien meter hoog. Hij maakt het van twijgen, bladeren, veren, wol en mos. Net zoals onze huizen heeft het nest een dak, een (lemen) vloertje

Als een eekhoorn een noot vindt, heeft hij drie mogelijkheden. Hij kan de noot opeten, opbergen voor later of ‘poten’. In het eerste geval houdt hij de noot met zijn voorpootjes en bovenste voortanden in een houdgreep, terwijl hij er met zijn ondervoortanden een gaatje in slijpt. Als dat groot genoeg is, zet hij die ondertanden als een wig in de noot en breekt ze open. Dit lukt hem omdat zijn beide onderkaakhelften los van elkaar bewegen, waardoor hij ze kan spreiden. Wil hij de noot als voorraad bewaren, dan verstopt hij die meestal in een holle boom of verlaten vogelnest. Voorraadjes aanleggen is zijn lust en zijn leven! Gaat hij voor de derde mogelijkheid, dan graaft hij met zijn voorpootjes een kuiltje in de grond. Hij legt de noot erin, duwt deze met zijn neus wat dieper en vult het kuiltje met losse aarde. Een deel van de verstopte noten kan hij later, in geval van nood, opgraven. De eekhoorn vergeet de meeste ‘potelingen’, waardoor deze de kans krijgen uit te groeien tot bomen en struiken. Hij is zich wellicht niet bewust van de belangrijke rol die hij speelt in de verjonging van het bos.

Onderzoek toonde aan dat deze laatste handelswijze zelfs in de genen van de dieren verankerd is. Jonge eekhoorns hebben al vroeg in hun leven belangstelling voor noten of vruchten die op noten lijken. In een onderzoeksruimte zonder aarde, waar graven onmogelijk was, verstopten ze hun noot in een donker hoekje. Opvallend is dat de jonge eekhoorns daarbij dezelfde handelingen, in dezelfde volgorde, uitvoeren als de

volwassen exemplaren bij het begraven van hun buit. Ze proberen een kuiltje te graven, duwen met hun neusje op de noot en vegen er ten slotte denkbeeldige aarde overheen.

Bedreigde diersoort?

Zoals elk levend wezen heeft ook de rode eekhoorn vijanden. Denk maar aan de havik of de boommarter. Als een marter hem achternazit, klimt het knaagdiertje razendsnel naar de top van een boom of snelt hij naar de dunne twijgjes. Van daar springt hij op de grond. De veel zwaardere marter doet hem dat niet na uit vrees om zijn pootjes te breken. Spijtig genoeg komt de rode eekhoorn steeds minder voor en dit geldt voor zijn hele verspreidingsgebied. Naast zijn natuurlijke vijanden, is ook de oprukkende grijze eekhoorn mee verantwoordelijk voor deze achteruitgang. Ook de mens gaat niet vrijuit. Door onze activiteiten blijven er steeds minder geschikte leefgebieden met voldoende voedselproducerende bomen en struiken over voor deze vrolijke diertjes.

Dit artikel werd overgenomen uit het Limburgse Bosbelang nr. 23.

8 9

Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord

Oproep voor industrieverkoop

In het vroege voorjaar van 2013 organiseert de bosgroep opnieuw een gezamenlijke houtverkoop op stam voor industriële houtloten. Aan de vorige houtverkoop, die geleden is van juni 2011, namen heel wat boseigenaars deel. In totaal werd toen ongeveer 5000 m³ hout verkocht.

Openbare brandhoutverkoop alweer een succes!

Onze brandhoutverkoop begint stilaan een mooie traditie te worden. Dit jaar waren we op dinsdagavond 16 oktober voor de tweede maal te gast in café Brigand te Stekene. De verkoop is openbaar en gebeurt per opbod . En het moet gezegd: ook dit jaar werd het een sfeervolle verkoop, grotendeels dankzij de bijdrage van notaris Muller en zijn team. Het was echter niet enkel de sfeer die goed zat. In de loop van het jaar verzamelde de bosgroep 550m³ hout op stam uit de bossen van verschillende leden-eigenaars. De kappingen kaderen altijd in een duurzaam beheer van het bos. Het gaat dikwijls om eerste dunningen, hakhoutbeheer of vogelkersbestrijding. De partijen hout werden opgemeten door onze bosconsulenten en opgedeeld in 26 loten. Van deze 26 loten werden er 18 onmiddellijk verkocht tegen mooie prijzen. (De prijzen vindt u in de tabel)

Alhoewel we een mooie hoeveelheid hout konden aanbieden, moesten enkele kandidaat-kopers met lege handen naar huis. En dat is jammer, er staat doorgaans namelijk te veel hout in onze bossen.

Hebt u zelf hout dat u te koop wenst aan te bieden op de openbare brandhoutverkoop of wenst u op de hoogte gebracht te worden van onze volgende brandhoutverkoop? Neem gerust contact op via het bosgroepsecretariaat.

Uitgebreid bosbeheerplan

Drongengoed in openbaar onderzoek

Alle boseigenaars die lid zijn van de bosgroep kunnen – als er een kapping in hun bos moet gebeuren – deelnemen aan onze gezamenlijke houtverkoop. Het aanduiden en opmeten van de bomen die gekapt moeten worden zal gebeuren tussen oktober 2012 en januari 2013. Ook met het aanvragen van de nodige vergunningen zal de bosgroep helpen. Bedoeling is om tegen eind februari de houtcatalogus klaar te stomen en vervolgens rond te sturen aan de exploitanten.

Voor 418 ha openbaar bos- en natuurgebied en 70 ha privaat bos in het Drongengoed-complex (Knesselare en Maldegem) werd een uitgebreid bosbeheerplan opgesteld. ANB en Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord werkten hiervoor samen.

- Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), Secretariaat 2de verdiep, Gebr. Van Eyckstraat 2-6, 9000 Gent, anb.ovl@vlaanderen.be

van maandag tot vrijdag van 9.00u tot 12.00u en van 13.30u tot 16.00u

37,9 Nog steeds te koop

4 St-Niklaas Els 45,39 Nog steeds te koop

5 St-Niklaas Els 38,68 Nog steeds te koop

Interesse? Boseigenaars die willen deelnemen aan de gezamenlijke houtverkoop, nemen best zo snel mogelijk en uiterlijk tegen 15 december 2012 contact op met de bosgroep.

Boseigenaars die willen deelnemen aan de industrieverkoop 2013 nemen best snel contact op met de bosgroep.

Het bosbeheerplan is opgemaakt voor een periode van 20 jaar en beoogt een duurzaam en multifunctioneel bos- en natuurbeheer. Het beheer besteedt vooral aandacht aan duurzame houtopbrengst, een omvorming van homogene naaldhoutbestanden, het herstel van boomrijke heide, behoud van de dreven met zomereiken en beuken en de aanleg van bosranden.

Iedereen wie dit wil kan het bosbeheerplan inkijken. Het bosbeheerplan ligt vanaf 19 november 2012 tot en met 18 december 2012 ter inzage bij

- Gemeentebestuur Knesselare, Milieudienst, De Plaats 14, 9910 Knesselare, milieudienst@knesselare.be

van maandag tot vrijdag van 8.30u tot 12.00u, woensdag ook van 14.00u tot 16.00u en donderdag ook van 16.00u tot 19.00u

- Gemeentebestuur Maldegem, Milieudienst, Bloemestraat 45, 9990 Maldegem, milieudienst@maldegem.be

van maandag tot vrijdag van 8.30u tot 12.00u en woensdag ook van 14.00u tot 16.00u

Gedurende de gehele duur van de consultatieperiode kunnen opmerkingen en/of bezwaren schriftelijk of via e-mail worden gericht aan het gemeentebestuur van Knesselare, het gemeentebestuur van Maldegem of het Agentschap voor Natuur en Bos.

Wenst u ons te contacteren ? Bosgroep oost-Vlaanderen noord VzW

P.a. Provincie Oost-Vlaanderen Dienst Milieubeleidsplanning Woodrow Wilsonplein 2 9000 Gent Tel. 09/267 78 60 bosgroepnoord@oost-vlaanderen.be

Coördinator: Sylvie Mussche

10 11
Lotnr Ligging Soort Totaal volume m3 Geboden eenheidsprijs (€/m3) 1 St-Niklaas Els 59,82 Nog steeds te koop 2 St-Niklaas Els 64,69 Nog steeds te koop
St-Niklaas Els
Tabel. ResulTaTen van de openbaRe bRandhouTveRkoop op dinsdag 16 okTobeR Te sTekene
3
Stekene Am. Vogelkers
Stekene Am. Vogelkers 23,73 17,70 12 Stekene Am. Vogelkers 13,2 15,15 13 Stekene Berk 6,32 23,73 14 Stekene Berk 11,54 17,33 15 Stekene Berk 10,34 16,44 16 Stekene Berk 6,58 10,64 17 Stekene Berk 8,49 10,60 18 Stekene Berk 13,08 Ondertussen verkocht
Wachtebeke Berk, Grove Den 15,01 21,32
St-Niklaas Berk, Kastanje 25,83 26,33 21 St-Niklaas Berk, Els 8,62 14,50 22 Stekene Els 14,34 Ondertussen verkocht 23 Stekene Els 21,17 Ondertussen verkocht 24 Stekene Eik 18,67 19,82 25 Stekene Eik 16,62 21,66 26 Stekene Eik 28,53 19,98
6 Waasmunster Kastanje 11,71 35,01 7 Waasmunster Kastanje 11,88 26,94 8 Stekene Am. Vogelkers 14,05 16,37 9 Stekene Am. Vogelkers 10,05 25,87 10
16,62 15,64 11
19
20

Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender

p zaterdag 29 september verzamelden we met een 30-tal geïnteresseerden voor een leerrijke wandeling in de Zwalmvallei op de grens van Zottegem (Strijpen en Velzeke) en Zwalm (Roborst en Munkzwalm). Deze excursie werd georganiseerd door Vormingplus Vlaamse Ardennen – Dender i.s.m. de Bosgroep . Geert Van der Linden, verbonden als erfgoedonderzoeker aan het agentschap Onroerend Erfgoed, gidste ons langs monumentale bomen en markante struiken en hagen. Maar bovenal vertelde hij hun verhaal dat in onze snel veranderde maatschappij volledig verloren dreigt te gaan.

Eerst hielden we halt aan een impressionante Canadapopulier op de Vollanderkouter te Strijpen. Met een stamomtrek van bijna 5 meter , een hoogte van ongeveer 33 meter en een kroondiameter van 35 meter vormt hij een echt baken in het landschap. De leeftijd wordt geschat op ongeveer 130 à 150 jaar. Uit onderzoek van historische documenten en kaarten blijkt dat de top van de Vollanderkou-

ter reeds in 1576 beschreven werd als ‘aen den paepelier’. De populier die er nu staat is dus het resultaat van een eeuwenlange traditie om telkens na het afsterven of vellen, een nieuwe boom te planten op dit hoogste punt van de omgeving. Dit punt waar 6 wegen samen kwamen, was mogelijk ook een plaats waar vroeger recht gesproken werd; een zogenaamde ‘vierschaar’. In de schaduw van een monumentale boom wachtte de beschuldigde angstig zijn lot af.

vaak door stokken en takken in de opening te vlechten.

watermolens zoals de Pedesmolen werd de ‘parasolwerking’ van linden gebruikt om het houten rad te beschermen tegen de uitdrogende zon. Sterke schommelingen tussen ‘nat’ en ‘droog’ zorgden er immers voor dat het hout meer ‘werkte’ waardoor het waterrad sneller diende vervangen te worden.

Tijdens de wandeling zagen we ook relicten van oude haagvormen. Als afsluiting van een erf of moestuin werden soorten gebruikt die de eigenschap hebben om laag bij de grond reeds dicht te vertakken. Soorten zoals olm, wilde liguster, meidoorn en (rode of gele) kornoelje werden hiervoor traditioneel in de streek gebruikt. Een andere toepassing was de haag als veekering. Toen prikkeldraad nog niet bestond werden doornige struiken (vnl. meidoorn) gebruikt als veekering. Er werd veel tijd geïnvesteerd in het onderhoud (scheren en verjongen) van deze weerhagen alsook in het dichten van ‘het gat in de haag’;

Een ander typisch fenomeen van ‘houtig erfgoed’ voor de Vlaamse Ardennen zijn de kaphagen. Een relict hiervan troffen we aan ter hoogte van de Paddestraat (jawel, deze van de wielerwedstrijden!). Een kaphaag is eigenlijk een knotbomenrij waarbij de boompjes op korte afstand (0,3 tot 1m) van elkaar worden geplant en vervolgens geknot worden op lagere hoogte (1,3 tot 2m). Relicten van dergelijke kaphagen vindt men vaak terug in de omgeving van bewoning en vermoed wordt dat vroeger in periodes van schaarste het loof gebruikt werd als veevoeder. Kaphagen bestonden vaak uit es, een boomsoort die uitstekend loofvoeder levert.

Aan de prachtig bewaarde Pedesmolen te Hundelgem zagen we dan een mooi voorbeeld van een ‘schaduwboom’. Op korte afstand van de boerderijgebouwen werd aan de zuid- of zuidwestzijde soms linden aangeplant. Deze zorgende voor koelte in de stallen (of woning) en bovendien beschermden ze de dakbedekking tegen stormschade en hielpen ze de muren droog te houden. Bij

Bomen werden in het verleden ook vaak aangeplant om grenzen te ‘bezegelen’. Het gebeurde immers nogal eens dat op een ‘onbewaakt moment’ de grenspaal werd verplaatst in het voordeel van de dader. Om dit te verhinderen werd op de grenspaal een boom geplant, die net iets moeilijker te verplaatsen was zonder sporen na te laten. Voor het verplaatsen of verwijderen van grenspalen en grensbomen zijn in het strafwetboek trouwens strenge straffen voorzien die kunnen oplopen tot een jaar gevangenisstraf.

Eén van de typevoorbeelden van beplantingen met erfgoedwaarde zijn de knotbomenrijen die het landschap sieren. Toen in de eerste helft van de 20ste eeuw door de opkomst van de prikkeldraad veel hagen en houtkanten hun functie als veekering verloren werden deze op veel plaatsen vervangen door knotbomen. Voor velen is knotboom synoniem van knotwilg, maar vroeger werden zowat alle boomsoorten als knotboom beheerd. Vaak waren dit de zachte houtsoor-

ten (zoals wilg, populier en, abeel) maar ook harde houtsoorten (zoals eik, es, haagbeuk en olm) werden als knotboom beheerd. Het periodiek knotten (om de 4 à 9 jaar) gebeurde in de regel door de pachter aan wie het ‘rijshout’ toekwam. De stam (ook bool genoemd) kwam de eigenaar toe en werd verkocht om te verwerken tot klompen, zaaghout, e.d. Waarschijnlijk kwamen vroeger in het landschap veel meer knotbomen voor die op grotere hoogte (4 à 5m) werden geknot en zo een prachtig ‘bool’ leverden dat kon worden verzaagd. Ten gevolge van de interessante ‘opbrengstverdeling’ van de boom voor beide partijen (pachter en eigenaar) was de plaats van knotbomen in het landschap veel minder omstreden dan dit actueel het geval is. Knotbomen hadden dus vroeger een belangrijk ‘economisch’ belang zodat vermoed kan worden dat oude, holle en aftakelende knotbomen die actueel beschermd zijn omwille van hun ecologische waarde, vroeger zelden of nooit in ons landschap voorkwamen.

De kers op de taart van de wandeling was een unieke fruitboom van… gele kornoelje! Deze boom met een omtrek van ruim 1,5m zou wel eens de dikste van gans Vlaanderen kunnen zijn. Gele kornoelje was vroeger een meer voorkomende fruitboom waarvan de bessen o.a. verwerkt werden in confituur. Ze werden ook medicinaal aangewend en gebruikt in de jeneverstokerij. Zijn prachtige gele bloei in het vroege voorjaar en zijn taaie hout (ideaal voor hamerstelen en spillen in de molenmakerij) maakten van de gele kornoelje de ideale multifunctionele boom.

De uitermate boeiende gids maakte tijdens deze korte wandeling duidelijk dat de Vlaamse Ardennen nog gezegend zijn met talrijke voorbeelden houtig levend erfgoed. Bomen, struiken en hagen waar we misschien reeds vele malen zijn langs gelopen zonder te beseffen welke geschiedenis ze te vertellen hebben. Met dank aan Geert Van der Linden om

hun verhaal op te tekenen en aan de betrokken eigenaars die deze levende monumenten in stand houden.

Gebaseerd op de excursiegids ter beschikking gesteld door Geert Van der Linden.

Vormingplus Vlaamse ArdennenDender biedt een breed en boeiend aanbod aan van vormingsactiviteiten voor volwassenen in de regio Vlaamse Ardennen-Dender. Bedoeling is om zoveel mogelijk mensen in hun vrije tijd de kans geven zich bij te scholen. Dit gebeurt door zelf vorming te organiseren, door het aanbod van andere organisaties bekend te maken en door de uitbouw van een studie- en informatiecentrum rond vorming in de regio. Ter illustratie een greep uit het ruime vormingsaanbod: filosoferen met kinderen, een tango- initiatie, samen zingen en dansen, computer en internet, kunst, cultuur en geschiedenis, kennismaken met andere culturen en godsdiensten, bezoeken achter de schermen van bijvoorbeeld een rechtbank of een theater, assertiviteitstraining...

Meer info op: www.vormingplusvlad.be

Wenst u ons te contacteren ? Bosgroep Vlaamse ardennen tot dender VzW

Veemarkt 27 - 9600

Tel. 055/21 62 80

Ronse

vlaamseardennen@bosgroep.be

Coördinator: Hans Scheirlinck

12 13
Levende monumenten in de Zwalmvallei; terugblik op een boeiende excursie.
De prachtige linde aan de Pedesmolen is een typisch voorbeeld van een ‘schaduwboom’ die het houten rad moest beschermen tegen de brandende zon. In de Vlaamse Ardennen treft men sporadisch nog een prachtige olmenhaag aan. Door het scheren worden de stammetjes niet dik en blijft de haag gespaard van de olmenziekte. Een Canadapopulier van bijna 150 jaar oud tooit sinds mensenheugenis de Vollanderkouter te Strijpen In de schaduw van de eeuwenoude Canadapopulier op de Vollanderkouter brengt Geert Van der Linden gepassioneerd het verhaal van het levend erfgoed in de Zwalmvallei.

Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen

Zijn uw bomen kaprijp?

Doe mee aan de gezamenlijke houtverkoop!

Het laten kappen van bomen uit uw bos is vaak een noodzakelijk beheerwerk. Door uw hout te verkopen verdient u er bovendien ook iets aan.

Een goede voorbereiding van de houtverkoop en de exploitatie van de bomen zijn echter essentieel. Daarom organiseert de bosgroep voor zijn leden jaarlijks een gezamenlijke houtverkoop.

Wat zijn de verschillende stappen van de gezamenlijke houtverkoop?

1. Advies over nut houtkapping?

Bij een bezoek aan uw bos informeert de bosgroep u over de kaprijpheid van uw populieren of de voordelen van een dunningskap in een gemengd bos.

Er wordt een eerste inschatting gemaakt van de waarde van uw bomen en de aandachtspunten bij exploitatie.

2. Aanvraag noodzakelijke vergunning

Om uw kaprijpe bomen te mogen kappen, dient u eerst een kapmachtiging aan te vragen bij het Agentschap voor Natuur en Bos (Vlaamse overheid). De bosgroep helpt u de kapmachtiging correct aan te vragen.

3. Aanduiden en opmeten te kappen bomen

De bosgroep leert u correct de bomen op te meten en aan te duiden of zoekt contact met een geschikte professionele derde om

dit voor u te doen. U ontvangt nadien een overzichtelijk rapport met de berekende volumes te koop aangeboden hout.

4. Opmaken en verspreiden houtcatalogus

Alle gegevens van de bomen die te koop worden aangeboden worden gebundeld in een houtcatalogus die wordt verspreid onder alle houtkopers actief in de streek. De houtcatalogus bevat ook de verkoopsvoorwaarden die de rechten en plichten van koper en verkoper vastleggen. Ze werden uitgewerkt door alle bosgroepen samen en zijn juridisch getoetst om de boseigenaar zo goed mogelijk te beschermen.

5. Houtverkoop

De bosgroep organiseert een verkoopsdag. Geïnteresseerde houtkopers moeten die dag hun bod op uw bomen bekend maken. Uw bomen worden verkocht aan de hoogste bieder tenzij dit bod niet voldoet aan een vooraf afgesproken minimumprijs.

6. Exploitatie verkochte bomen

De bosgroep volgt de uitvoering van de exploitatie op en beoordeelt deze op het terrein. Exploitanten storten een schadewaarborg bij de bosgroep. Deze wordt pas vrijgegeven als de exploitatie correct beëindigd werd.

7. Tarief voor deelname

Deze dienstverlening van de bosgroep wordt u aangeboden tegen een commissie van 5% op de opbrengst van de houtver-

koop met een minimum van 150 euro en een maximum van 500 euro (excl. btw).

Doe mee aan de gezamenlijke houtverkoop en geniet van vele voordelen

- Minder administratieve lasten

- Betere prijzen voor uw bomen

- Duidelijk vastgelegde afspraken met de houtkopers/exploitanten

- Opvolging van de exploitatie met aandacht voor de gemaakte afspraken en kwaliteit van het werk

Contacteer de bosgroep vóór Nieuwjaar voor meer informatie.

Excursie Flevoland 23 – 25 mei 2012

Dezon scheen hard op dit middaguur, gezeten op het terras aan het mooi ogend plasje water. De meesten hadden ondertussen de busrit en het vroege opstaan reeds vergeten. Met een zonnige ingesteldheid startten we aan ons driedaags Nederlands avontuur, te beginnen hier ten zuiden van Lelystad in de provincie Flevoland.

Hoe populier en duurzaam loofhout de Noordzee vervingen

bosgroepmidden@oost-vlaanderen.be

Reijer Knol, jarenlang de beheerder in deze regio, laat ons meteen kennismaken met de

Hollandse Hout. Dit circa 900 hectare groot aaneengesloten bosgebied met een leeftijd van ongeveer 35 jaar wordt beheerd door Staatsbosbeheer. Wat misschien moeilijk te bevatten valt, is dat dit bos groeit op een plek waar vijftig jaar geleden nog de zee lag. Het aanplanten van deze nieuwe polders was voor de bosbeheerders in feite een groot experiment. De bodem bestaat er uit dikke tot zeer dikke kleigronden. De meest diverse mengingen van boomsoorten werden uitgeprobeerd. Immers, op de rijke, kalkrijke gronden voelen veel boomsoorten zich thuis. Ongeveer de helft van de oppervlakte werd beplant met populierenklonen, de rest vooral met beuk, eik en gewone esdoorn, naast een mengeling van andere soorten. Ook haagbeuk groeit hier relatief hard. Het beheer streeft naar 5%

populier en dus meer duurzaam loofhout tegen 2020.

Zwarte els en de ontmaagding van Flevoland

Zwarte els heeft, ondanks de veelal geringe houtteeltkundige kwaliteit (let wel: soms vindt een mooie zwarte els zijn weg naar de fineer- en meubelindustrie), een belangrijke rol gespeeld bij de ontwikkeling van het Hollands Hout. De soort is vaak in bestandsranden aangeplant om te zorgen voor windvang en voor de inbreng van extra stikstof in de bodem. Zwarte els kan immers stikstof vanuit de lucht vastleggen. Onderzoek heeft ten slotte uitgewezen dat de els vooral belangrijk is geweest voor de

14 15
Wenst u ons te contacteren ? B m o -V VzW Tel. 09/267 78 60
Plouy
Coördinator: Maud

Een gemengd bestand van winterlinde en zwarte els (telkens vijf rijen els afgewisseld met een rij linde). Omdat zwarte els veel sneller groeit dan linde, hebben de beheerders 7 à 8 jaar na aanplant de zwarte els geklepeld om een eventuele groeivoorsprong ten opzichte van de lindes te voorkomen. Van dat klepelen is vandaag niets meer te zien. De elzen hebben zich ontwikkeld tot mooie rechte stammen van zo’n 25 meter hoogte.

ontwikkeling van het bodemleven in de poldergrond. Vlak na de inpoldering was er immers enkel maagdelijke bodem. Door de aanwezigheid van de els is het bodemleven zich veel sneller gaan ontwikkelen.

Prinselijke jacht

Na een korte blik over de Oostvaardersplassen bevinden we ons ondertussen in Apeldoorn. ’s Avonds is er voor de liefhebbers nog een uitstap naar het kroondomein Het Loo en meer bepaald het paleispark. Daar worden we rondgeleid door Arthur Ebregt, het Hoofd Beheerszaken. Het kroondomein beslaat ongeveer 10.000 hectare, waarvan bijna 8.500 hectare bos, 1.700 hectare heide en 300 ha grasland. Het Paleispark zelf is 650 hectare groot. Van origine was het domein het jachtgebied van de Nederlandse koninklijke familie. Het is eigendom van de Nederlandse staat, maar de koninklijke familie geniet hier het gebruiksrecht. In de praktijk wordt er vandaag niet meer gejaagd door de prinsen en prinsessen. Wel wordt er door de houtvester en zijn medewerkers een beheerjacht uitgevoerd.

Van kaalkap naar omvormen door doordunnen

De volgende dag krijgen we als ontbijt een 750 hectare groot gemeentebos opgediend, gelegen te Apeldoorn op de Veluwe. Sinds 1980 is Henk Bonekamp beheerder van dit bos. Al snel na zijn intrede werd met gestopt met het systeem van kaalkappen van de dennen, dat in het oude beheerplan werd geprezen. Onder zijn impuls wordt omvorming nu gerealiseerd door doordunnen, waarbij inlandse eik en grove den bevoordeeld worden ten opzichte van andere soorten. De oudste nu nog terug te vinden bomen betreffen grove dennen van omstreeks 1885. Deze dateren van de golf van massale aanplantingen van begin 19e eeuw, die na een periode van grote oppervlaktes droge

De bestanden met lork en douglasspar groeien in het Apeldoornse bos op de betere plaatsen gemakkelijk 12 m³ per hectare en per jaar bij. Door het tijdig dunnen (bij douglas is dit hier rond de 25 jaar na vestiging) wordt een mooie (=diepe) kroon uitgebouwd en komt tevens voldoende licht ter beschikking van de verjonging. Met dunnen wacht je dus best niet tot 20 jaar voor de eindkap!

akker, heide en her en der hakhoutbosjes, een terugkeer naar het bosrijke verleden ingezet hebben.

Het bos is een mooi voorbeeld van geïntegreerd bosbeheer. Ongeveer de helft van het bos krijgt een natuurfocus, terwijl de andere helft hoofdzakelijk een productiefunctie heeft. De derde grote pijler, recreatie, is zowat overal te vinden en met verschillende accenten. In het bosgedeelte met productiefunctie wordt enkel gezuiverd op rijkere gronden en bij mengingen met soorten van verschillende groeisnelheid en men de menging wil behouden.

Landgoed Twickel

Een nieuw dagdeel, een nieuwe locatie. We zetten voet aan wal in Hengelo, in de provincie Overijssel, voor een bezoek aan Landgoed Twickel. Het landgoed is 4.150 hectare groot en bestaat voor de helft uit bos- en natuurterrein. Stichting Twickel is in 1953 opgericht met als doel de instandhouding van het landgoed met behoud van de

natuur en de cultuurhistorische waarden. Ze streeft naar economische onafhankelijkheid zonder haar doelen geweld aan te doen. Wat we aantreffen is een zeer afwisselend landschap met naast bossen en heidevelden ook cultuurgrond en boerderijen. Hoewel gelegen op hogere zandgronden, heeft Twickel te maken met hoge en sterk fluctuerende grondwaterstanden. Deze worden veroorzaakt door een ondiepe, ondoordringbare laag keileem.

De bossen van Twickel kunnen naar hun ontstaansgeschiedenis in 4 bostypen onderscheiden worden: het inlands oud loofbos (van vóór 1850, vooral bestaande uit eik), het oude grove dennenbos (zo’n 120 à 150 jaar oud, hoog opgaande grove dennen met een ondergroei van eik en berk en plaatselijk beuk, lijsterbes, douglas), het veldbos ( spontaan ontstane bossen van grove den, berk en eik, op de veelal vochtige heidegronden) en het jonge productiebos (aanplantingen gedurende de afgelopen 50 jaar, voornamelijk met traditionele productieboomsoorten zoals Japanse lariks, douglas, grove den en fijnspar)

Een eikenverjongingsbestand waar vroeger beuk en rodondendron heersten. Het reewild juicht de aanplant van eikjes als smakelijke maaltijd toe. Vandaar dat hier gekozen werd voor een plantverband van 4 meter op 4 meter en waartussen natuurlijke verjonging spontaan mag opschieten. Hopend dat de natuurlijke verjonging minstens even lekker smaakt…

Het huidige beheer wordt gekenmerkt door het dunnen van de bossen en pleksgewijs stimuleren van natuurlijke verjonging. De beheervisie voor het landgoed wordt gekenmerkt door een zonering in functie van landgebruik. Zo wordt momenteel een andere invulling van beheermaatregelen gegeven aan de 4 onderscheiden bostypes en aan de verschillende functies: bos met nadruk op houtproductie (H), bos met houtproductie en natuur als gelijkwaardige functies (H/N), bos met natuurfunctie (N), bos in landschappelijke context (L), reservaat (R) en parkbos (P).

Amerikaanse vogelkers, soms geliefd en soms gehaat

Vrijdag zijn we te gast bij de collega’s van de Bosgroep Zuid-Nederland. Bart Nyssen laat ons er kennismaken met zijn vernieuwende aanpak inzake Amerikaanse vogelkersbestrijding (Prunus serotina, we spreken verder gemakshalve van vogelkers).

Vogelkers is in de 17de eeuw als sierboom naar Europa gehaald. Pas tijdens de grote bebossingen van de heide begin 20ste eeuw werd de soort massaal aangeplant als vulhout en bodemverbeteraar. Wanneer later blijkt dat vogelkers massaal verjongt en de gewenste soorten (eerst den, later inheems

16 17

Volgens Bart Nijssen haalt een onderdrukte vogelkers met moeite 60 jaar, maar een vogelkers die steeds (en tijdig) vrijgesteld wordt bij dunningen behaalt met gemak het dubbele en kan resulteren in mooi zaaghout.

loofhout zoals eik en berk) wegdrukt, gaat men massaal over tot bestrijding. Maar ondertussen blijkt de soort hierdoor hoegenaamd niet afgenomen te zijn. Integendeel, hij heeft zich nog meer verspreid.

Vogelkers is een lichtboomsoort

Vogelkers heeft veel licht nodig om goed te verjongen en door te groeien. Maar met enige aanpassingen kan hij ook relatief lang onder schaduw overleven. Vooreerst produceert de boom op jonge leeftijd massaal veel zaad, in volle zon al vanaf ca. 4 jaar. Het meeste zaad valt onder de boom of wordt verspreid door dieren. Vervolgens blijft het zaad nog maximaal 5 jaar kiemkrachtig in de bodem. Bij weinig licht kan het zaad toch nog kiemen en kan de plant nog enkele jaren als zaailing van hooguit 25 cm overleven. Wanneer dergelijke zaailingen dan plots meer licht krijgen, kunnen ze beginnen doorgroeien.

Als we kijken naar de lichtbehoefte van onze inheemse soorten, dan merken we op

Bosgeschiedenis

Van wie is het bos?

Vandaagis 70% van onze bossen private eigendom. De overheid van zijn kant wenst bos bij te kopen, hoofdzakelijk om bijzondere natuurwaarden te conserveren. Boseigenaars laten anderen mee van het bos genieten. Is dat altijd al zo geweest? Wie was eigenaar van de bossen? Wie maakte er gebruik van of woonde er? Dat leest u in deze voorlopig laatste aflevering van de reeks bosgeschiedenis.

Foreesten, tenures en bossen voor gemeen gebruik

dorpsbewoners/bosgebruikers.

Delicten waren schering en inslag.

Bossen redden de staatskas

Tijdens het Ancien Regime worden koninklijke en keizerlijke bossen staats- of domaniale bossen, beheerd door een centrale bosadministratie ter spijzing van de staatskas.

Het Trentse bos, Landerd. Dennenbos op arme zandgrond, met dieper liggende leem- en kleilagen. De verjongingsgroep van 0,5 hectare werd in stroken gefreesd en voorgeploegd. Dit gebeurde met een zogenaamde “loftploeg”.

Die schuift het strooisel bij elkaar op rijen. Waar de dikkere humuspakketten liggen, wordt esdoorn, linde en boskers geplant in 3 rijen met plantverband 1,5m bij 2m. De stroken waar de humus meer afgeschraapt is en waar de minerale bodem aan de oppervlakte komt, zijn uitermate geschikt voor spontane verjonging van den, berk, Amerikaanse eik en vogelkers. De beheerders verwachten dat die laatste 2 soorten de aanplant niet gaan verdrukken.

dat heel wat soorten veel wat schaduwverdragender zijn dan Amerikaanse vogelkers. Denk maar aan linde, gewone esdoorn, zoete kers, haagbeuk, hazelaar en beuk bijvoorbeeld. Op termijn zouden deze andere soorten de vogelkers moeten kunnen terugdringen naar een eerder sporadisch voorkomen. Vogelkers blijkt verder ook moeilijk te overleven in zijn eigen schaduw. Maar wanneer er voldoende licht is (zoals bij een ijl bovenscherm in een stevig gedund dennenbos), wint de vogelkers wel van de echte pionierboomsoorten zoals berk, grove den en eik.

Bosgroep versus Amerikaanse vogelkers

Bart Nyssen onderscheidt grosso modo 3 beheerstrategieën voor vogelkers:

1. Als de soort de beheerdoelen niet stoort, waarom zouden we hem dan niet accepteren als productieboom? Dan moet hij als iedere lichtboom regelmatig en ste-

vig gedund worden om te kunnen doorgroeien naar de bovenetage. Op termijn kan hij nog ingetoomd worden in het bos door een volgende generatie van schaduwboomsoorten.

2. Het bos weerbaar maken tegen de massale groei van vogelkers door schaduwboomsoorten bij te planten. Op termijn eindigen we ook met een gemengd inheems loofbos met slechts een bescheiden rol voor vogelkers.

3. Als we streven naar lichte bostypen en eerder structuurarme pioniersbossen (zoals dennenbossen, eiken-berkenbossen, ijle bossen met heidevlekjes tussen, etc), dan is bestrijden noodzakelijk.

Tekst: Wim Boonen (Bosgroep Noorderkempen vzw), Jeroen Franssens (Bosgroep Dijle-Geteland vzw) & Martin Winnock (Inverde)

Foto’s: Pascal Vanhees (Colimbo cvba), Martine van Goethem (Bosgroep Antwerpen Zuid vzw), Benjamin Bufkens (Bosgroep West-Limburg vzw), Martin Winnock (Inverde)

In de Frankische tijd zijn de koningen de belangrijkste boseigenaars. Ze regelen het bosgebruik op meerdere manieren. De “foreesten” zijn de jachtgebieden en houtvoorraden van de koning zelf. De “tenures” behoren wel tot de eigendommen van de heer maar hij maakt er zelf geen gebruik van: deze bossen werden samen verpacht met landbouwgronden. Daarnaast bestonden ook “bossen voor gemeen gebruik”. Deze behoren niet tot het domein van de koning en werden door gemeenschappen van vrije boeren gebruikt als weidegrond en hakhoutbos.

Boswachter – aantrekkelijke voorrechten, grote risico’s

De foreesten worden beheerd door erfelijk overdraagbare ambten met hoog aanzien. Hun vergoedingen zijn deels in natura (waardevolle bosproducten). De bosuitbating valt onder de verantwoordelijkheid van de “woudmeester “(wautmaitre) met hulp van “haakmeesters” en “windvellingmeesters”. De controle op de houtopbrengsten gebeurt door de “forestiers”.

Het jachtbedrijf wordt georganiseerd door de “opperjager”. De controle verloopt onder leiding van de “warantmeesters” en “waranthueders”.

Boswachters kregen veel voorrechten maar toch was het geen attractief beroep. Ze werkten constant tussen twee vuren: enerzijds de belangen van de werkgever/boseigenaar en anderzijds de de belangen van de

Maar als Napoleon de slag bij Waterloo verliest en het Hollandse bewind in onze streken de plak zwaait verandert dat: de bosadministratie wordt afgeschaft en het wordt mogelijk staatsdomeinen, inclusief bos, te verkopen om de openbare schuld af te betalen. Vele staatsbossen zijn verkocht nog voor de oprichting van België in 1830. Vandaag staan ze weer op het verlanglijstje van het Agentschap voor Natuur en Bos…

Boswandeling verplicht

Er waren veel meer bossen en mensen beschikten over minder transportmiddelen, dus, op weg naar de markt, de stad, …was een wandeling door het bos moeilijk te vermijden. Bos leverden veel meer grondstoffen voor het dagelijkse leven en veel mensen hadden daardoor ook een bosgerelateerd beroep. Daarnaast woonden ook groepen mensen in de bossen omwille van religieuze, raciale, politieke of materiële redenen. Hoe beïnvloedden deze bosmensen het boslandschap?

Kluizenaars en boskanters

Kluizenaars leefden in een nederig onderkomen annex kapel, omringd door een levende haag en een gracht in de buurt van bron of beek. Ze kweekten kruiden voor zichzelf en zieken die om hulp kwamen vragen. In 1783 werden de kluizen net zoals bepaalde abdijen afgeschaft door Jozef II. Wanneer de kluis verdween bleef in vele gevallen wel

de kapel bestaan. De idee om zich uit de wereld terug te trekken in de eenzaamheid van een bos bleef ook na 1783 uiteraard bestaan en tot 1930 waren er nog een paar bekend.

Ook de boskanters waren bosbewoners. Arme mensen die woonden in kleine lemen hutten met een houten geraamte en strooien dak. Ze maakten legaal en illegaal gebruik van alles wat het bos te bieden had. Soms met nadelige effecten voor het bos of waardeverlies voor de eigenaar. Om dit te vermijden werd soms regelgeving voorzien die bebouwing verbood binnen “een half uur gaan van het bos”.

Bronvermelding “Bossen van Vlaanderen” – een historische ecologie. Door Guido Tack, Paul Van den Bremt en Martin Hermy. Leuven, Davidsfonds, 1993.

18 19 19

Cursusaanbod 2013

Weetjes uit de boswetgeving ... hoe zit het met de recreatie in onze bossen ?

De bos- en natuurwetgeving in Vlaanderen is complex. Het gebeurt maar al te vaak dat de bosbeheerders door de bomen het bos niet meer zien. Met deze rubriek willen we daar verandering in brengen. In een kort artikel proberen we telkens op een verhelderende manier 1 aspect van de boswetgeving toe te lichten. In dit artikel wordt ingezoomd op de openstelling van bossen.

De basisregel

De basisregel luidt dat iedere voetganger in het bos toegang heeft tot de boswegen. Elke uitbreiding op deze principiële toegankelijkheid moet geregeld worden door een toegankelijkheidsregeling.

Boswegen zijn alle wegen in het bos die niet ingericht zijn op doorgaand gemotoriseerd verkeer. Paden waarop slechts één voetganger tegelijkertijd kan passeren worden niet als bosweg beschouwd en zijn niet toegankelijk, tenzij ze deel uitmaken van het toegankelijke wegennet opgenomen in de toegankelijkheidsregeling.

Wat is een toegankelijkheidsregeling?

De toegankelijkheidsregeling beschrijft welke vormen van recreatie zijn toegelaten in het bos. De toegankelijkheidsregeling bestaat uit een tekstgedeelte met een aantal bepalingen, aangevuld met een kaart. Op deze kaart wordt aangeduid welk gebied toegankelijk is en welke paden/zones door wie mogen gebruikt worden.

Een toegankelijkheidsregeling hoeft niet opgemaakt te worden voor private bossen kleiner dan 5 ha of als er enkel de principiele toegankelijkheid voor wandelaars geldt.

Wat met fietsers, ruiters, menners, …?

De toegankelijkheid voor fieters, ruiters en menners is mogelijk maar moet wel worden

vastgelegd in een goedgekeurde toegankelijkheidsregeling. Als er geen toegankelijkheidsregeling is, geldt enkel de principiële toegankelijkheid voor wandelaars.

Gemotoriseerde voertuigen, bedoeld voor recreatief gebruik, zijn niet toegelaten in de bossen. Uitzondering hierop zijn o.m. de voertuigen die bedoeld zijn voor het beheer van het bos.

Speelzones voor kinderen

De principiële toegankelijkheid voorziet dat voetgangers niet afwijken van de wegen en paden. Afwijken van de bospaden kan in specifieke zones wel door kinderen en jongeren. Om hen de kans te geven om bos en natuur van kop tot teen te ‘beleven’ voorziet de wetgeving de mogelijkheid om speelzones af te bakenen in een bos. In deze aangeduide speelzones kunnen kinderen naar hartenlust spelen en ravotten zonder op de paden te moeten blijven.

De speelzone is bestemd voor jongeren onder de 18 jaar en hun begeleiders of voor het jeugdwerk. De aanduiding van een speelzone gebeurt in de toegankelijkheidsregeling.

Liever geen recreanten in uw bos?

Private boseigenaars kunnen hun bos (of een deel ervan) afsluiten voor publiek indien zij dat wensen. Dit kan met een speciaal daarvoor bedoeld signalisatiebord nl. het bord V14 ‘verboden toegang’, dat ze aan de bosweg(en) moeten plaatsen.

Subsidies?

Om de recreatieve functie van het bos te versterken, verleent de overheid subsidies aan private boseigenaars om hun bos open te stellen voor het publiek. Deze subsidie bedraagt € 2 per lopende meter weg per jaar, met een maximum van € 50 per ha per jaar. Voor het afbakenen van een speelzone in privaat bos, kan de eigenaar een extra subsidie krijgen van € 100 per ha per jaar.

Naar jaarlijkse gewoonte bezorgen wij u op het einde van het jaar een overzicht van de cursussen die in het komende jaar georganiseerd zullen worden door de Oost-Vlaamse bosgroepen. Opnieuw worden de theoretische cursussen door de drie bosgroepen samen georganiseerd. De praktijkcursussen worden door elke bosgroep apart georganiseerd, dit telkens in hun eigen werkingsgebied. Uiteraard blijven we de klassiekers zoals ‘werken met de kettingzaag’ aanbieden.

Wil u deelnemen aan één of meerdere van onderstaande opleidingen schrijf u dan snel in, de ervaring leert ons immers dat onze cursussen snel volzet zijn.

Nieuw!

Inschrijven kan nu ook via de vernieuwde website van de bosgroepen www.bosgroep.be.

Stap 1: ga naar www.bosgroep.be

Stap 2: Op de bruine balk klikt u op Vorming en daarna Cursussen BG (= cursussen Bosgroep).

Stap 3: selecteer uw bosgroep (Oost-Vlaanderen Noord, Midden Oost-Vlaanderen of Vlaamse Ardennen tot Dender).

Stap 4: kies de gewenste cursus en schrijf uw gegevens in de voorziene ruimte.

Uiteraard kan u zich nog steeds telefonisch of via email inschrijven bij de betreffende bosgroep.

Momenteel is er onduidelijkheid over de vormingssubsidies die voor het jaar 2013 aan de Vlaamse bosgroepen zullen toegekend worden door het Agentschap voor Natuur en Bos. Als gevolg daarvan plannen wij de praktijkcursussen voorlopig onder voorbehoud. Dit moet er u echter niet van weerhouden om u in te schrijven. Wij hopen immers dat wij alsnog een bevestiging zullen krijgen over de toekenning van deze subsidies. De theoriecursussen gaan in elk geval door.

PrAkTIJkCUrSUSSEN

kettingzaag: Onderhoud & Afkorttechnieken (ECS 1) (max. 6 deelnemers)

Deze cursus richt zich naar iedereen die een kettingzaag wil gebruiken. Na deze tweedaagse opleiding kent u het gebruik en de werking van kettingzaag en kan u deze onderhouden. Ook het veiligheidsaspect komt aan bod. In het praktijkgedeelte leert u op een veilige en verantwoorde manier gevelde stammen verzagen.

Voorkennis? geen specifieke voorkennis vereist.

Wanneer? Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord (BON):

Vrijdag 26 en zaterdag 27 april 2013

Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen (MOV):

Vrijdag 7 en zaterdag 8 juni of 11 en 12 oktober 2013

Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender (VAD) Vrijdag 1 en zaterdag 2 maart 2013

Waar? in de werkingsgebieden van de organiserende bosgroepen. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 24,50; overige deelnemers : € 97

kettingzaag: Basis Veltechnieken (ECS 2) (max. 6 deelnemers) Dit onderdeel is geschikt voor basis kettingzaaggebruikers wat omvat; het vellen van kleine (max 30 cm) & hellende bomen gebruik makend van verschillende technieken, neerhalen van vasthangende bomen met gebruik van handhulpmiddelen (vb velhevel en velwig maar geen gebruik van de handlier), onttakken, afkorten van stammen, veilig manipuleren & stapelen van hout.

Voorkennis? Kettingzaag Module I of ECS 1 (zie hoger).

Wanneer? Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord (BON): Vrijdag 21 en zaterdag 22 juni 2013

Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen (MOV): Vrijdag 8 en zaterdag 9 maart 2013

Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender (VAD): Vrijdag 29 en zaterdag 30 maart 2013

Waar? in werkingsgebieden van organiserende bosgroepen. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 24,50; overige deelnemers : € 97

Meer info? Er valt over dit onderwerp nog veel meer te vertellen. Contacteer hiervoor uw bosgroep of ga naar www. natuurenbos.be !

21 20

kettingzaag: Gevorderde Veltechnieken (ECS 3) (max. 6 deelnemers)

Dit onderdeel is geschikt voor meer ervaren kettingzaaggebruikers wat omvat; het vellen van middelgrote en grote bomen door middel van meer gevorderde technieken, grotere takken verwijderen en het gebruik van geschikt handliermateriaal inclusief methodes om hiermee vasthangende bomen neer te halen.

Voorkennis? Kettingzaag Module I en II; ofwel ECS 1 en ECS 2 (zie hoger).

Wanneer? Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord (BON): Vrijdag 22 en zaterdag 23 februari 2013

Waar? in werkingsgebieden van organiserende bosgroepen. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 24,50; overige deelnemers : € 97

kettingzaag: Moeilijke vellingen (ECS 4) (max. 6 deelnemers) Moeilijke vellingen zijn vellingen waarbij het risico op gevaar groter is door de grootte of de breedte van de bomen, of de omstandigheden of randvoorwaarden waaronder de bomen geveld moeten worden. Hoe je in dergelijke situaties of dergelijke bomen velt, wordt tijdens deze twee dagen toegelicht en gedemonstreerd. Onder begeleiding krijg je zelf ook de kans om de geleerde theorie in de praktijk om te zetten.

Voorkennis? Kettingzaag Module I, II en III ofwel ECS 1, ECS 2, ECS 3 en LHOS (zie hoger). Deze cursus richt zich tot zeer ervaren kettingzaaggebruikers.

Wanneer? Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord (BON): Vrijdag 29 en zaterdag 30 november 2013 Waar? in werkingsgebied van BON. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 24,50; overige deelnemers : € 97

kettingzaag: Liggend hout onder spanning (LHOS) (max. 6 deelnemers)

Tijdens deze eendaagse cursus leer je op een veilige, ergonomische en efficiënte manier omgaan met hout onder spanning. Dit voornamelijk voor het opwerken van kruinhout, stormschade en wegen vrij te maken van omgewaaide bomen. De aangeleerde technieken zijn zeer nuttig voor het onttakken van gevelde bomen. Ook het werken met de Tophendel kettingzaag komt aan bod.

Voorkennis? Kettingzaag Module I of ECS 1 (zie hoger).

Wanneer? Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord (BON): Vrijdag 4 oktober 2013

Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender (VAD): Vrijdag 8 november 2013

Waar? in werkingsgebieden van organiserende bosgroepen. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 12,50; overige deelnemers : € 73

‘Hakhoutbeheer en knotten van bomen ‘ (max 6 deelnemers)

Tijdens deze tweedaagse cursus leert u hoe u op een veilige manier bomen kan knotten. Ook het beheer van hakhout komt uitgebreid aan bod. Hakhoutbosjes en/of knotbomen zijn immers een ideale manier om in je eigen brandhout te voorzien.

Voorkennis? Kettingzaag Module I of ECS 1 (zie hoger).

Wanneer? Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender (VAD): Vrijdag 1 en zaterdag 2 februari 2013

Waar? in werkingsgebied van VAD. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 24,50; overige deelnemers : € 97

‘Snoeien van bomen’ (max 10 deelnemers)

Deze cursus is bedoeld voor iedereen die begeleidingssnoei bij bomen wil uitvoeren. U leert waarom en wanneer bomen gesnoeid worden en u leert de juiste snoeitechniek toepassen.

Wanneer? Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen (MOV): Zaterdag 28 september 2013

Waar? in werkingsgebied van MOV. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 12,50; overige deelnemers : € 73

‘Werken met de zeis’ (max 10 deelnemers)

Tijdens deze eendaagse cursus gaan we in op het hoe en waarom van werken met de zeis, het wetten van het zeisblad en het afstellen van de onderdelen. Theorie én praktijk van de werkbeweging ontbreken zeker niet! De zeis lijkt in het tijdperk van de bosmaaier misschien wat ouderwets en nodeloos vermoeiend. Toch heeft dit werktuig heel wat voordelen voor wie er mee om weet te gaan. U komt er alles over te weten tijdens deze cursus.

Wanneer? Bosgroep Oost-Vlaanderen Noord (BON): Zaterdag 15 juni 2013

Waar? in werkingsgebied van BON. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 12,50; overige deelnemers : € 73

‘Houten constructies’(max. 6 deelnemers)

Deze tweedaagse cursus is bedoeld voor iedereen die met eenvoudige middelen houten toestellen (banken, tafels…) uit ruwe stamstukken wil maken. U leert verschillende houtsoorten en hun toepasbaarheid kennen, met de kettingzaag rechte planken zagen uit een boomstam en verschillende verbindingen maken om tot een werkstuk te komen.

Voorkennis? Kettingzaag Module I of ECS 1 (zie hoger).

Wanneer? Bosgroep Vlaamse Ardennen tot Dender (VAD): Najaar 2013; datum nog te bepalen

Waar? in werkingsgebied van VAD. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 24,50; overige deelnemers : € 97

‘Werken met de bijl’

Je maakt kennis met de verschillende soorten gereedschappen terwijl theorie en praktijk voortdurend worden afgewisseld. De nadruk ligt op slaggereedschap zoals bijlen en kapmessen. Over deze laagtechnologische werktuigen valt heel wat te leren: vorm en functie, kwaliteit, gereedschapskeuze, werktechniek en slijpen. Handzagen en takkenscharen komen zijdelings aan bod. Ze zijn handig voor specifieke klussen of in combinatie met slaggereedschap.

Wanneer? Bosgroep Midden Oost-Vlaanderen (MOV): Zaterdag 9 november 2013

Waar? in werkingsgebied van MOV. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 12,50; overige deelnemers : € 73

THEOrIECUrSUSSEN

‘Herkennen van boom- en struiksoorten in de zomer’ (max. 25 deelnemers)

Aan de hand van een rijk geïllustreerde presentatie worden de inheemse bomen en struiken en enkele veelvoorkomende exoten besproken. De nadruk ligt op eigenschappen voor de soortherkenning, maar ook standplaatskenmerken en mogelijk (hout)gebruik worden besproken. Tijdens een terreinexcursie wordt het herkennen van bomen en struiken grondig geoefend.

Wanneer? Zaterdag 25 mei 2013

Waar? Centraal in Oost-Vlaanderen. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 12,50; overige deelnemers : € 30

‘Houtsoorten herkennen en toepassen’

Houtsoorten herkennen is helemaal niet zo moeilijk als vele mensen denken. Een korte inleiding volstaat om je het verschil te leren kennen tussen de belangrijkste houtsoorten van onze West-Europese bossen. Na afloop van deze cursus bekijk je meubels, vloeren en houten constructies gegarandeerd met andere ogen.

Wanneer? Zaterdag 23 november 2013

Waar? Centraal in Oost-Vlaanderen. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 12,50; overige deelnemers : € 30

‘Visuele boomveiligheidscontrole’

Tijdens deze tweedaagse opleiding leer je defectsymptomen bij bomen correct inschatten. Je krijgt zowel theorie als praktijkoefeningen. Enkel op basis van wat je ziet, zonder gespecialiseerde technieken, kun je beslissen wat er verder met een boom moet gebeuren: gewoon zijn gang laten gaan, onmiddellijk vellen, maatregelen nemen of er toch maar een specialist bijhalen. Er wordt nog kort ingegaan op meer gespecialiseerde technieken voor boomcontrole.

Wanneer? Vrijdag 22 en zaterdag 23 maart 2013

Waar? Centraal in Oost-Vlaanderen. De exacte locatie wordt later meegedeeld.

Kostprijs? Boseigenaars die lid zijn : € 24,50; overige deelnemers : € 97

22 23

Brandhoutzoekertjes

Via deze rubriek brandhoutzoekertjes brengen we regelmatig verkopers van brandhout en geïnteresseerde afnemers met elkaar in contact. Hierbij beperkt de Bosgroep haar inbreng enkel tot het geven van informatie en advies. De verkoop gebeurt rechtstreeks tussen de verkoper en de geïnteresseerde.

Momenteel zijn bij de Oost-Vlaamse bosgroepen volgende loten brandhout beschikbaar gemeld. Meer informatie is beschikbaar bij de respectievelijke bosgroep.

BRANDHOuTAANBOD

Bosgroep OOST-VLAANDEREN NOORD 09/267 78 60

- Sint-Pauwels

- 5 stère den, gezaagd op 1 meter, ongekloven.

- 3,5 stère fijnspar, gezaagd op 1 meter, ongekloven.

- Aalter

- 40 cm droog en gekliefd hout: 3/4 Beuk, Eik en 1/4 Els en Berk, 65 € / stère.

- Lovendegem

- Liggend hout van spar, populier en robinia gratis in ruil voor het werk

- Stekene

- Kroonhout afkomstig van kaalkap, gratis

Bosgroep MIDDEN OOST-VLAANDEREN 09/267 78 60

- Aalst

- 60-tal bomen fijnspar, gezaagd maar nog niet gekliefd

Bosgroep VLAAMSE ARDENNEN TOT DENDER 055/21 62 80

- Maarke-Kerkem

- kroonhout van populier, opruimen kaalkap, gratis

Ook uit andere Oost-Vlaamse regio’s krijgen de bosgroepen regelmatig vraag naar brandhout. Meestal van particulieren die bereid zijn om ervoor te werken. Zoekt u als boseigenaar dus naar een goedkope manier om uw hakhout nog eens af te zetten of om kroonhout te laten opruimen: contacteer ons!

Bos te koop:

- Te Herzele (Hillegem) 3.5 ha bos (Populier) + 3 ha akkerland (boomkwekerij)

Contacteer Bosgroep Vlaamse Ardennen voor meer informatie

- Hamme 1,2 ha + Smetlede 0,7 ha

Contacteer Van Doorslaer Jean 0475/70 54 28

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.