JAARBOEK 2011-2012 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
BACHELOR IN DE LANDSCHAPS- EN TUINARCHITECTUUR BACHELOR NA BACHELOR IN DE LANDSCHAPSONTWIKKELING HOGESCHOOL GENT School of Arts ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Omslagfoto: La Bambouseraie de Prafrance, Générargues (Frankrijk) Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Hogeschool Gent © 2012 v.u.: Hogeschool Gent - School of Arts Jozef Kluyskensstraat 2 - 9000 Gent Tel: 09/267.01.00
JAARBOEK 2011-2012 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
BACHELOR IN DE LANDSCHAPS- EN TUINARCHITECTUUR BACHELOR NA BACHELOR IN DE LANDSCHAPSONTWIKKELING HOGESCHOOL GENT School of Arts ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
INTRO
SELECTIE 2011-2012
7 TEAM
35 1STE JAAR - TUIN “De omsloten tuin” [36]
9 WOORD VOORAF Luc Deschepper, Rik De Vis
13 AFSCHEID CARLOS DEMEYERE 28 JUNI 2012 Rik De Vis
15 KASK KEYNOTE 21/03 Paul DEROOSE Paul Deroose
23 PWO-project “De Ieperboog: van herinnering naar visie ” Joris Verbeken
27 CcASPAR - ‘INTEGRATED ASSESSMENT OF SPATIAL CLIMATE CHANGE IMPACTS IN FLANDERS’ Pieter Foré, Sylvie Van Damme
31
Internationalisering : ELASA BELGIUM 2012 - surrealistic landscapes Ruben Joye
-Laurens Neyt -----------------------------------------------------
Tuin Beekstraat [40]
-Andries De Coninck -----------------------------------------------------
Tuin Noenendal [46]
-Jean Jacques Lobbes -Paulien Mathu -----------------------------------------------------
Domein Heiveld [52]
-Marlies Decruy, Paulien Mathu, Benoit Leroy, Mathijs Maes, Maurice Vandamme, Nick Vanbeveren -----------------------------------------------------
Bouwkundig tekenen[58]
-Niels Vandevelde -----------------------------------------------------
Perspectieftekenen [62]
-----------------------------------------------------
Seminarie landschapsplanning [102]
-Ann Merlin, Niels Walraet, Febe Coulier -Didier Buyssens, Diego Van Esbroeck, Dimitri Peeters -Maxime Jocqué, Robbert Garré, Alejandra Bolanos -----------------------------------------------------
Seminarie stedenbouwkunde [110]
-Bram Biesbrouck, Davy Dauwe, Ole D’Haeseleer -Jana Vos, Krisitien Luypaert, Pil Friedel -Hans Blanckaert, Nick Verbueken, Evi Peeters -----------------------------------------------------
Internationalisering: studiereis Duitsland-Italië [119]
-Lander Casier -Art Verbeeck -Charlotte Verplancke -Stijn De Kegel -----------------------------------------------------
127 3DE JAAR - STAGE & EINDWERK Bachelorsproef: Kouterslag [128]
-Annelore De Cokere -Leen De Groote -Stijn De Kegel -Elias De Witte -----------------------------------------------------
Loge: De oude dokken [134]
Grafische vorming [64]
-Svetlana Kozlovskaya -Jolien Starckx -----------------------------------------------------Jeroen Bijl -Jolien Starckx -----------------------------------------------------
Vormleer en modelbouw [68]
Internationalisering: studiereis Barcelona [141]
Internationalisering: studiereis Frankrijk [73]
145 BANABA - LANDSCHAP Landschapsanalyse i.f.v. het maken van een landschappelijke erfgoed-route [146]
-Yiqiao Wang -Niels Vandevelde -Lander Casier -----------------------------------------------------
77 2DE JAAR - PUBLIEKE RUIMTE Egerton Park [78]
-Febe Coulier, Davy Dauwe, Jens De Ketelaere, Niels De Maesschalk -----------------------------------------------------
Hogeweg [84]
-Kristien Luypaert -Arne Lagring -Evi Peeters -----------------------------------------------------
Koophandselsplein en Ketelvest [91]
-Maxime Jocqué -Ole D’Haeseleer -----------------------------------------------------
Waarneming, abstractie en creativiteit [96]
-Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, Christine Van Roste -----------------------------------------------------
Opwaardering van de ruime omgeving van de gemeente Camber [152]
-Sébastien Decock, Michelle Janssens, Christiene Van Roste, Joris Waumans -----------------------------------------------------
Ccaspar : Klimaat buffers [160]
-Kevin Favere, Michelle Janssens, Jimmy Pijcke
169 COLOFON
-Arne Lagring -Febe Coulier -Thomas Lecompte -Matthieu Mehuys
intro | 5
TEAM
DE TEMMERMAN Wim (Decaan School of Arts KASK) DE SCHEPPER Dirk (Secretaris School of Arts KASK) OPLEIDINGSCOÖRDINATOREN ISSELEE Johan (BLTA) VAN DAMME Sylvie (BaL) VAKGROEPVOORZITTERS DESCHEPPER Luc (Plantenkennis en uitvoeringstechnieken) DE VIS Rik (Ontwerpen en landschapsplanning) LECTOREN BAELE Dirk BAERT Geert Blanckaert Chantal CARRIJN Johan DE COCK Nele DELARUE Stefanie DEPESTEL Bart DESCHEPPER Luc DE VIS Rik ISSELEE Johan JOYE Ruben LIBBRECHT Harlind POULLIER Caroline REYNDERS Marc VANBROEKHOVEN Ivan VAN DAMME Sylvie VERBEKEN Joris GASTPROFESSOREN FORE Pieter ONDERZOEKSMEDEWERKERS FORE Pieter (Ccaspar) HEYDE Steven (PWO Ieperboog) PEETERS Virginie (PWO Ieperboog) Van Roste Christine (stagiaire Ccaspar)
intro | 7
woord vooraf: JAARBOEK 2011-2012
Luc Deschepper, Rik De Vis
Bij het ter hand nemen van dit jaarboek, de rugkaft gesteund in de ene hand en alle bladzijden van achter naar voor ritsend door de andere hand, razen in luttele ogenblikken ontelbare uren zoektocht van studenten tot het welslagen van hun opdrachten voorbij. Evenzo om het jaarboek samen te stellen. Af en toe krijgt een pagina het geluk om langer aanschouwd te worden. Een schets, een boom, een tekst, een bekend gezicht,‌ vormen het genoegen van een intensere aanblik. Is het niet dat wat een opleiding landschaps- en tuinarchitectuur bindt? De voldoening van hetgeen vooraf als onoverkomelijk scheen te hebben overwonnen. Het genoegen om wat bereikt werd als energie te laten zijn om onoverkomelijk als overwinnelijk te laten beschouwen. De deugd om datgene te bedenken waarvan iemand anders zal genieten: een tuin, een park, een landschap. Zo ook om jonge mensen op te leiden en hen voldoening te geven in wat ze bereikt hebben en om wat ze anderen zullen laten beleven. Het resultaat van de eerste weg ▟ [introductieweek - picknick tuin Sint-Pietersabdij]
intro | 9
die ze daarvoor hebben afgelegd is ook dit jaar samengebracht in het voorliggend jaarboek. Misschien is het beter om dit jaarboek eens op tafel te leggen en ieder blad om te slaan maar dan van voor naar achter. Met een langer durende aanblik waardoor de eerste schetsen van het tuinpad u via het dorpsplein kunnen leiden naar het landschap. Sinds academiejaar 2011-2012 heeft de opleiding Landschaps- en Tuinarchitectuur zijn plaats op de Campus Bijloke van de Bijlokesite te Gent. Als nieuw opgerichte faculteit binnen de Hogeschool Gent is de School
of Arts een bijzondere plek om onze boodschap binnen het onderwijs, het vakgebied en de maatschappij uit te dragen. De genomen wissel is de juiste gebleken. De artistieke verruiming van het horticulturele en het pragmatische waarmee we vertrouwd zijn, is energetisch uitgedrukt, een hernieuwbare bron van inspiratie. Getuige ook daarvan de beheersbare toename van het aantal instromende eerstejaarsstudenten waarmee de tendens van de afgelopen jaren bestendigd wordt.
naar nieuwe creaties de drijfveer om komende uitdagingen aan te gaan. Om de woorden uit de toespraak van onze decaan, gehouden tijdens het onthaal van alle eerstejaarsstudente aan het begin van het nieuwe academiejaar, te citeren: het genot van intense arbeid in vrijheid.
Creatieve geesten staan weinig stil bij wat achter de rug ligt. Veeleer is de zoektocht
en
▲[tentoonstelling bachelorproeven & voorstelling jaarboek 2010-2011] ►[Paul Van Assche (Departementshoofd BIOT) & Wim De Temmerman (Decaan School of Arts] ▼[bezoek met het 2de jaar aan het Gallo-Romeins Museum (Tongeren) & Alden Biesen]
10 | intro
Luc Deschepper Vakgroepvoorzitter ‘Plantenkennis en uitvoeringstechnieken’ (BLTA) Rik De Vis Vakgroepvoorzitter ‘Ontwerpen landschapsplanning’ (BLTA)
▲[bezoek Arboretum Kalmthout met 1ste jaar] ▼[tuinbezoeken o.l.v. Chris Ghyselen met 1ste jaar]
▲[tuinbezoek o.l.v. Marc de Winter met 1ste jaar] ◄[sfeerfoto atelier 2de jaar] ▼[sfeerfoto atelier 2de jaar]
intro | 11
AFSCHEID CARLOS DEMEYERE 28 JUNI 2012
Rik De Vis
Dag Carlos, Cécile, Kathleen , Dirk, familie, vrienden en collega’s, God was de eerste tuinarchitect, Adam de eerste tuinman. In het Paradijs was het eenvoudig om de tuin bij te houden, het was en is er altijd lente. In het aardse leven vergt de tuin, het landschap noeste arbeid en inzet in alle seizoenen. Het woord ‘tuin’ heeft meerdere betekenissen en is niet alleen een grens tussen natuur en cultuur. In overdrachtelijke zin wordt de tuin als beeldspraak gebruikt voor cruciale momenten in het menselijk leven en voor de grenzen daartussen. Naast de geboortetuin van Carlos en de laatste kerkhoftuin waar we Carlos gaan begraven, lagen een serie tuinen met de perspectivische vergezichten van het volle leven met Cécile, de kinderen en de kleinkinderen . Carlos was bekommerd om zijn Vlaamse Landschap, de natuur en het groen. De niets ontziende economische expansie en de exploderende mobiliteit bracht een banalisering van het landschap en een ontwrichting in de woongebieden. Alles wat waardevol is, is blijkbaar weerloos. Carlos heeft zijn ‘groen-visie’ met gedrevenheid weten om te zetten in enkele belangrijke mijlpalen voor het vakgebied . Zo wist hij in 1956 de opleiding van ‘Gegradueerde in de Landschaps- en Tuinarchitectuur’ op te richten in de voormalige Rijkstuinbouwschool te Melle. Hij besefte van bij de aanvang dat de creatieve en de ruimtelijke planningscomponent heel belangrijk was voor het jonge vakgebied en zijn ontwikkeling in de complexiteit van de ruimtelijke ordening en de stedenbouw. De opleiding is ondertussen 55 jaar en ressorteert onder de Hogeschool Gent in de faculteit ‘School of Arts’ op de Bijlokecampus. Bij de opmaak van de Gewestplannen was hij samen met enkele collega’s de pionier om de ‘groene ruimten en haar typologie van bos, recreatie, natuur, stads –en wijkparken enz..’ ingang te doen vinden in het regionale planningsproces. Deze visionaire groentypologie is vandaag actueler dan ooit, want de hunkering naar een duurzame en groene ontwikkeling van onze planeet maakt ons als eeuwwenders zelfs angstig. Als ontwerper was hij een gedegen vakman , de ruimtelijke en technische ontwerpaspecten waren af. De vele sociale woonwijken met gebruiksgroen, speeltuinen en buurtparken getuigen van de geëngageerde sociale visie van de naoorlogse generatie Landschaps- en Tuinarchitecten. Ook de pleidooien
Op 23 juni 2012 overleed op 86-jarige leeftijd collega Carlos Demeyere, ere-docent van de opleiding Landschaps- en Tuinarchitectuur. De uitvaartplechtigheid vond plaats in het crematorium Westlede te Lochristi op donderdag 28 juni 2012 om 14u. Collega Rik De Vis bracht hulde met volgende tekst. van Carlos in samenspraak met de vakvereniging (BVTL) om een ‘groenfonds’ op te richten kaderden in dit engagement. Tenslotte ben ik bevoorrecht geweest. Ik heb Carlos mogen kennen als leraar, als medeontwerper, als collega - lesgever en ook als de zorgzame en warme huisvader voor zijn gezin in de Tertzweildreef in Merelbeke. Carlos was een strenge maar liefdevolle leermeester voor zijn studenten en collega’s in de leertuin van Melle. ( ik zie hem nog in de klas staan met zijn witte kiel en …. Cécile, hij was toen al de kalende professor voor de studenten) Vandaag treurt de Vlaamse Landschaps- en tuinarchitectuur voor het heengaan van Carlos als vakgenoot , maar de vruchten in de vele tuinen van zijn leven zullen smaakbepalend blijven . Cécile , jij verliest uw innige en warme echtgenoot in dit aardse paradijs, de kinderen en kleinkinderen een zorgende vader en opa. Carlos, vandaag neemt de EERSTE TUINARCHITECT u mee naar zijn hof van paradijselijk geluk. Moge de eeuwige vrede ook uw deel zijn. intro | 13
KASK KEYNOTE 21/03: Paul deroose
Paul Deroose
Binnen de KASK ‘keynote’ lezingenreeks nodigden we het voorbije academiejaar enkele gerenomeerde landschapsen tuinarchitecten als Erik D’Hondt, Chris Vermander en Paul Deroose uit. Deze laatste bracht op woensdagavond 21 maart 2012 het boeiend verhaal over de inzichten die zijn beroepspraktijk in het domein van de landschapsen tuinarchitectuur hem bijbracht. Een kritische evaluatie van 40 jaar beroepsactiviteit en een analyse van de uitdagingen die de toekomst brengt. We nemen graag zijn tekst en enkele beelden van zijn werk op in dit jaarboek.
Inzichten en ervaringen [1] Tijd Tijd is een banaal en tezelfdertijd onbegrijpelijk begrip. We gaan er allen voortdurend mee om. We staan er niet bij stil omdat we de tijd niet stil kunnen zetten. Jullie zijn allemaal nog jong. Ik herinner mij nog levendig dat ik het leven ervoer als een eeuwigheid. Iets waaraan geen einde komt. Tijd is een essentiële factor in de discipline van landschaps- en tuinarchitectuur. Als we een landschap of een tuin bekijken dan zien we ‘de tijd’. Het landschap is gevormd door miljoenen jaren evolutie. Bomen en planten in onze tuinen of parken zijn de emanatie van tijd én leven. Maar ook de seizoenen, het ritme van dag en nacht, het gezang van de vogels of het ruisen van de wind in de bomen zijn elementen van ‘tijd’. Nu leven we op een plaats waar de tijd schaars geworden is. We hebben geen tijd. Alles moet snel gaan. De instantcultuur: ze staat haaks op de discipline van landschaps- en tuinarchitectuur. Alléén als we met de tijd kunnen omgaan, kunnen we duurzaamheid realiseren. Terecht zegt een Chinees spreekwoord: “Als je gehaast bent... neem dan een omweg.” [2] Ruimte Toen ik student was, had ik een leraar die voortdurend zei: “Tuinkunst is ruimtekunst.” Ik heb die uitspraak pas begrepen nadat ik al enkele jaren aan het werk was, niet in mijn studententijd. Pas door effectief bezig te zijn met projecten ontdekte ik het belang van ‘ruimte’. In het Frans zegt men: “L’esprit a besoin de plus d’espace que le corps.” Ruimte is inderdaad een spiritueel begrip. De fascinatie voor de zee of uitgestrekte landschappen komt ongetwijfeld voort uit het feit dat ruimte ons confronteert met existentiële vragen. Wie ben ik? Wat doe ik hier? Omgaan met ruimte is evenzeer confronterend als omgaan met tijd. Sommige mensen verdragen geen ruimte, leegte ervaren ze als de dood. Anderen zien er de vrijheid in. In ons land is de open ruimte bijzonder schaars geworden. De gesel van de lintbebouwing heeft ertoe geleid dat we het open landschap dat her en der nog bestaat nauwelijks nog ervaren. [3] Volume Volume is het tegenoverstelde van ruimte. Volume neemt ruimte weg hetzij onder de vorm van gebouwen of bomen of reliëf. Volume bepaalt echter ook de ruimte. intro | 15
de tuin onderwerp geworden van prestige, status, mode enz. De persoonlijkheid van de bewoners komt zelden nog aan bod. Met het fenomeen van de obligate tweeverdieners – anders kan je nog nauwelijks een huis verwerven – wordt er onvermijdelijk anders geleefd in onze huizen en dat heeft zijn weerslag ook op de tuin.
▲ [Begijnhofpark, Kortrijk]
Landschapsarchitectuur – een schijnbaar ambitieus begrip – bestaat erin om te gaan met de ruimte die het landschap in essentie aanbiedt. Aangezien de open ruimte schaars geworden is, is de uitdaging ten aanzien van de ruimtelijke planning in ons land enorm. Elk gebouw, elke infrastructuur heeft een impact op het beeld van onze omgeving. Daarom kan de landschapsarchitectuur niet los gezien worden van de stedenbouw en ruimtelijke planning. Bij het opstellen van ruimtelijke plannen heeft men vaak de architectuur van het landschap onvoldoende in rekening gebracht. [4] Landschap Het beeld van ons landschap is de resultante van een eeuwenlange langzame evolutie. Het ontstaan van het reliëf, de primitieve nederzettingen, de ontbossing en ontginning van vruchtbare gronden leidden tot steden, dorpen en gehuchten verspreid over het land. De waterlopen vormen een essentiële factor bij het ontstaan van onze steden. Bezoekers aan ons land beschreven België in de negentiende eeuw als één grote tuin. De landbouw was kleinschalig en stond nog dicht bij de natuur. De industrie was in Vlaanderen onbestaand. De steden lagen als compacte entiteiten in het landschap, onderling verbonden door met bomen beplante wegen (Ferrariskaart). De opkomst van de auto na de 1ste Wereldoorlog en de industrialisering hebben het aanzicht van Vlaanderen in één eeuw totaal veranderd. De welvaart en het overalgemeend gebruik van de auto 16 | intro
liet toe dat de mensen buiten de steden konden wonen. Het gebrek aan regelgeving leidde tot wat men de ‘Sprawl’ is gaan noemen. Ruimtelijke planners breken hun kop op dit fenomeen en zoeken tevergeefs naar antwoorden. [5] Tuinen Met de welvaart en de vlucht uit de steden heeft de tuin als onderdeel van de woning een echte revival gekend. De jonge Vlaming die een woning bouwt verkiest nog steeds een (vrijstaand) huis met een tuin. Niet zelden tot grote ergernis van de progressieve ruimtelijke planners en architecten die pleiten voor stedelijkheid en verdichting. De tuinen worden in navolging van de woning designobjecten. De architecten hebben eindelijk ontdekt dat de tuin belangrijk is voor de woning. Jammer genoeg gaat hun aandacht nog al te vaak naar de rol die de tuin speelt bij het in beeld brengen van hun ‘werk’ en niet naar de functionaliteit, de leefkwaliteit en het straatbeeld. Veel van onze verkavelingen lijken wel op architectuurexpos, ik kom hier op terug onder architectuur. Wat kunnen tuinen dan wel zijn? Tuinen zijn de laatste vrijhaven waar we onze fantasie en eigenheid kunnen uitleven. De tuin is contact met de natuur, de seizoenen, het weer, de open hemel, de grond. Hoe klein een tuin ook is, steeds betekent hij een intrinsieke meerwaarde voor de woning. Net zoals een balkon bij een appartement, waarvan je mits de nodige inzet en kennis een kleine tuin kunt maken. Maar zoals het geldt voor het huis is ook
[6] Mode Modes hebben altijd bestaan. Mode verwijst naar ‘modus’ (Latijn) of ‘wijze’, ‘manier’. Ik herinner me als kind dat mijn moeder zei: “Dat is nu de mode, dus dat doet men...” Nooit heb ik begrepen hoe enkelingen modellen kunnen opleggen voor alle anderen. Natuurlijk komt die mode in eerste instantie uit de wereld van de kleding. Kleren verslijten snel (alhoewel) en moeten dus vervangen worden, waarom dan niet een andere kleur, een andere snit en een andere stof? Nu is het echter zover gekomen dat de kleren al uit de mode zijn alvorens ze versleten zijn. Dus bepaalt de mode de consumptie van kleren. De mode heeft via trendwatchers en lifestylebladen alle domeinen van het leven quasi veroverd. Men is erin geslaagd mensen zich ongemakkelijk te laten voelen wanneer hun interieur of hun tuin niet modieus is. De massale beeldpublicaties – ook van tuinen – hebben er toe geleid dat de tuinen meer en meer op elkaar gelijken in plaats van dat de creativiteit en de persoonlijkheid van de bewoners aan bod komen. Sinds nu al 20 jaar worden er massaal buxussen geplant en velden met grassen, dakplatanen, leilinden en recenter zagen we de schanskorven, cortenstaal, enz. verschijnen. Aan de orde is: ‘spektakel’, ‘du jamais vue’, ‘eigenzinnig’, in vraag stellen, ... [7] Duurzaamheid De laatste jaren kan je niet meer omheen het begrip ‘duurzaamheid’. Het wordt te pas en te onpas gebruikt om ontwerpen aan te prijzen. Niet altijd terecht. Duurzaamheid staat haaks op modieuze oplossingen. Omgaan met tuinen en landschap is per definitie een traag en tijdrovend proces. Openbare parken en plantsoenen vragen decennia om tot maturiteit te komen. De ontwerpmethodologie moet met dit gegeven rekening houden zoniet is het project gedemodeerd op het moment dat het zijn volle wasdom beleeft. De vo-
latiliteit van de huidige modes is zo wispelturig dat ze een slechte leidraad is bij het opstellen van een ontwerp. [8] Intrinsieke of inherente kwaliteit Keer op keer kom ik in uiteenzettingen over mijn vak terug op het begrip ‘intrinsieke kwaliteit’. Intrinsiek betekent ‘wezenlijk’ of ‘vanbinnen’. Inherent betekent ‘eigen aan’. Aangezien de publieke ruimte per definitie ten dienste staat van het publiek kan ze maar kwaliteitsvol zijn als ze door haar aanleg en inrichting tegemoet komt aan de noden van de gebruikers van de publieke ruimte. Om die reden is het essentieel dat elk ontwerp uitgangspunten neemt in een
doordacht en duurzaam programma. Precies die uitgangspunten zullen grotendeels bepalend zijn voor de resultaten van het ontwerp. We zouden het ook kunnen noemen ‘empatisch’ ontwerpen. Empathie betekent ‘het zich inleven in de wereld van anderen’. In de mate dat men als ontwerper (bouwheer) slaagt in het zich inleven in de noden en wensen van de medemens maakt het ontwerp kans om een blijvende meerwaarde te bewerkstelligen. Intrinsieke of inherente kwaliteit is meetbaar en is duurzaam omdat ze stoelt op feitelijke uitgangspunten en niet op willekeur of modes. Ik geef enkele voorbeelden: • Oriëntatie: We weten dat de mens in onze contreien houdt van de zon. Een ontwerp dat geen rekening
•
•
•
houdt met de bezonning riskeert een slecht ontwerp te worden. Klimaat: We verkiezen plekken om te verblijven waar we beschut zijn voor de wind. Een ontwerp dat met dit gegeven geen rekening houdt riskeert te falen. De perceptie van de ruimte: We weten heel wat over hoe mensen in de publieke ruimte reageren op de inrichting en de concepten van die ruimte. Die inzichten moeten we aanwenden bij het opstellen van ontwerpen. Functionaliteit: Deze term klinkt alles behalve aantrekkelijk in de oren van veel ontwerpers. En toch. We moeten de nederigheid hebben erover te waken dat een ontwerp voldoet aan elementaire functio-
▲ [private tuin]
nele noden. We moeten rekening houden met wensen van alle bevolkingsgroepen die gebruik maken van de publieke ruimte. [9] Formalisme Automatisch kom ik alzo bij het begrip formalisme (uiterlijke vorm). Haaks op wat ik heb uitgelegd over intrinsieke of inherente kwaliteit staat het formalisme. Hieronder versta ik de hevige tendens die we nu kunnen observeren, waarbij de publieke ruimte ingericht wordt volgens een aantal formele patronen, lijnvoeringen en materiaalkeuzes. Het meest markante fenomeen bij het huidige formalisme is enerzijds het taboe omtrent de gebogen lijn en anderzijds de plangrafiek. Maar ook het minimalisme is – daar waar het in oorsprong voortsproot uit de zoektocht naar essentie
en afstand nemen van de overdreven decoratie uit de negentiende eeuw en begin twintigste eeuw (neostijlen, Art Nouveau, Art Deco) – een ‘formaliteit’ geworden. Formalisme leidt tot zuiver vormelijke projecten die geen of nauwelijks verband houden met de noden van de gebruikers. Wanneer de vorm primeert op het gebruik. Formalisme is feitelijk een uiting van miskenning van het publiek. Bij formalistische ontwerpen manifesteert de ontwerper zich als dominante figuur. Hij miskent de noden van de gebruikers. Op termijn zal het ontwerp dan ook verdwijnen, tenzij het een zo grote esthetische waarde heeft dat het als ‘kunstwerk’ blijft bestaan.
[10] Publicaties Met het verschijnen van het boek ‘Tuinen in Vlaanderen’ in 1986, gevolgd door ‘Tuinen in België’ in 1990 kwam er in ons land een golf van publicaties over private tuinen op gang. Decennialang was er nauwelijks aandacht geweest voor tuinen landschapsarchitectuur, laat staan voor openbare parken en plantsoenen. Eerder al kwam er meer aandacht voor moderne architectuur. Wie verwachtte dat die aandacht zou leiden tot een verrijking van het vak kwam bedrogen uit. In plaats van meer diversiteit zagen we een toename van stereotiepen. Klakkeloos navolgen van modellen, vormen en plantenkeuzes. Jean de Sejournet heeft het in ‘Tuinen in België’ letterlijk over ‘Buxofolie’ en ‘Buxomanie’. Keer op keer werd ik geconfronteerd met foto’s uit tijdschriften of magazines intro | 17
▲ [Vandecasteele Houtimport, Kortrijk]
en vroegen cliënten mij om “zo’n tuin te ontwerpen.” Het was duidelijk: de tuin was (is) een statussymbool geworden, met specifieke kenmerken en inhoud. Dit statussymbool wil een bepaalde klasse om te tonen dat ze geslaagd zijn in het leven. En zo zien we tuinen waarvan de eigenaars inderdaad de bezitters zijn, maar waarmee de eigenaars verder geen enkele band hebben. Behalve de Buxussen, de grassen, de oude olijfboom en nog enkele modieuze planten kennen ze de planten in hun tuin niet. De tuin wordt met de regelmaat van een klok geknipt, gesnoeid en gemaaid door externe tuinmannen die verder geen enkele band hebben met die tuin. De buitengewone aandacht voor private tuinen heeft er wel toe geleid dat de publieke sector zich bewust geworden is van de achterstand die ze in te halen had. [11] Profileringsdrang We moeten het hier ook hebben over de mediatisering van de tuinarchitectuur en de gevolgen die dit fenomeen teweeg bracht. Naar analogie van de mediatisering van de architectuur, de kunst, de mode, koken, enz. was de tuinarchitectuur een tijdlang niet weg te branden uit de magazines en de bijlagen van de kranten. Dit leidt tot kwalijke neveneffecten. Enerzijds zijn de media er op uit om spectaculaire beelden te brengen en zijn ze in hun teksten helemaal niet karig met superlatieven. Alles moet nieuw, uniek, baanbrekend, eigenzinnig, confronterend, gedurfd, enz. zijn. Het gewone is 18 | intro
taboe. Om in de media te komen moet men dus uitdagend zijn, ongewoon, enz. Dit fenomeen leidt ertoe dat sommige ontwerpers – en ook architecten – verwoed op zoek gaan om onder de aandacht te komen, want ze willen perse de media halen. Natuurlijk hebben we nood aan vernieuwing en experimenten. Ik zal de laatste zijn om dat te betwisten. Het loopt echter fout als we constant geconfronteerd worden met profileringsdrang. Ontwerpen die uitsluitend gericht zijn op het trekken van de aandacht wegens ongewoon, uitdagend, spectaculair, enz. gaan snel vervelend werken. Dit fenomeen is uiteraard eigen aan onze tijd. Waar men denkt dat men alleen be-
staat in zoverre men in de media komt. Kijk maar naar de politiek, of de wereld van het entertainment. Het leidt echter tot kwalijke bijverschijnselen: de aandacht voor de kwaliteit van het gewone wordt afgeleid. Iedereen wil beroemd worden, wat natuurlijk niet lukt. We zien in onze omgeving hoe alles – ook om commerciële redenen – opvallend moet zijn. Gebouwen, huizen, reclame, verlichting, vlaggen die schreeuwen om aandacht. Zo wordt het beeld van onze omgeving inderdaad één kakofonie: gebouwd en aangelegd lawaai. In de sector van tuinarchitectuur en de openbare parken en plantsoenen zien we naar analogie hoe er allerhande ‘ingrepen’ gebeuren in bestaande tuinen, parken en plantsoenen. Vaak is de drang
▲ [private tuin]
om opvallend te opereren in een bestaand park of een bestaande tuin veeleer gestoeld op de profileringsdrang van de verantwoordelijke dienst dan wel uit zorg voor een bestaand patrimonium of het tegemoetkomen aan reële noden. Maar de betrokkenen hebben het zo moeilijk als ze aan de buitenwereld niet expliciet kunnen tonen wat ze verwezenlijkt hebben. Zo herinner ik me dat wanneer de werken voor de heraanleg van het Koning Albert I park hier in Gent op hun einde liepen, de verantwoordelijke van de stedelijke dienst me zei: “Eigenlijk is het park niet veranderd”. Die uitspraak was voor mij de bevestiging dat ik in mijn opzet geslaagd was. Het vreemde was dat de betrokkene blijkbaar vergeten was dat ik dat bij mijn kandidatuurstelling duidelijk als doelstelling geformuleerd had. Historische parken hebben geen nood aan opvallende ingrepen. Men moet ze in stand houden rekening houdend met hun eigen karakter, geschiedenis en stijl.
het Louvre en helemaal uitgesproken in het Guggenheim museum in Bilbao. Musea zijn aldus belangrijker geworden als architectuurobjecten dan de inhoud aan kunst die ze presenteren. Deze tendens heeft tevens geleid tot een internationalisering van de architectuur. Het lijkt erop dat er definitief afscheid genomen is van elke relatie tussen het gebouw en de plaats waar het wordt opgetrokken. Aangezien de aanleg bij een gebouw per definitie verband houdt met de ruime omgeving heeft dit belangrijke consequenties voor het vakgebied van de landschapsarchitect. We stellen trouwens vast dat de hedendaagse tuin- en parkontwerpen overal in de moderne wereld gelijkaardig worden. We moeten hierbij wel erkennen dat de Engelse landschapstuin ruim een eeuw lang model stond voor het overgrote deel van de stadparken die overal
ter wereld in de 19de eeuw werden aangelegd. Het fenomeen van invloed en mode is dus niet nieuw. [13] Holisme en empathie Holisme betekent de leer van het geheel (Holos = Grieks voor geheel). Bij elke gelegenheid pleit ik voor een holistische aanpak van projecten. Holisme houdt in dat men het gehéél van een project ten allen tijde voor ogen houdt. Dit vergt een interdisciplinaire aanpak, waarbij alle betrokken vakgebieden intens en solidair samen werken. Nog steeds loopt dit proces moeizaam omdat onze opleidingen niet voorzien in een training in deze praktijk. De oorzaak hiervan ligt in het isolement van de verscheidene opleidingen, de hiërarchie van de professionele kwalificaties en de onderwaardering of afwezigheid van bepaalde disciplines in een aantal ont-
[12] Relatie tussen de architectuur en de tuin Tuinen zijn bijna altijd ontstaan in de context van architectuur. Openbare parken vonden hun oorsprong tenzij in de periode van de verlichte despoten of in de 19de eeuw, toen het gangbaar werd om stadsparken aan te leggen voor de burgerij die in de steden woonde. Ooit was het zo dat gebouw en tuin een onverbrekelijke eenheid vormden. Denk maar aan Vignola (Villa Lante) in Italië of later Vaux-le-Vicomte in Frankrijk. In de 20ste eeuw was de aandacht van de architecten voor de omgeving eerder uitzondering dan regel. Terwijl de Bauhaus-beweging in de eerste helft van de 20ste eeuw een sociale en humanistische beweging was, die het welzijn van de bewoners centraal stelde en daarvoor alle middelen die de moderne technologie bood inschakelde, zien we in de tweede helft van de 20ste eeuw meer en meer een architectuur die individualistisch is en gericht op het spectaculaire. De architectuur als manifestatie van de architect. Architectuur wordt dan de uitdrukking van prestige en drang naar exclusiviteit. Dit fenomeen manifesteerde zich eerst in de private projecten maar is inmiddels ook schering en inslag in het publieke domein. Het meest frappant was het in de museumbouw en concertgebouwen, beginnend met the Sydney Opera House in de jaren ’60 en met de uitbreiding van de National Gallery in Washington. Later
▲ [private tuin]
werpprocessen. Ik geef een voorbeeld: De menswetenschappen zijn quasi afwezig in de opleiding van ingenieurs, architecten en landschapsarchitecten. Ingenieurs worden opgeleid om efficiënt technische en bouwkundige problemen op te lossen in de geest van “les écoles polytechniques” die Napoleon in het leven riep. Efficiëntie en betrouwbaarheid waren de leidraad. Dat al die inrichtingen ook voor de mens bepalend waren, werd nog al eens uit het oog verloren. Bij een holistische benadering zal er ten allen tijde nagedacht worden over het feit dat er mensen in het spel zijn. We zien zoveel omgevingen die we als on-
menselijk karakteriseren, waarvan we zeggen: “Het leven is te kort om een deel ervan in een dergelijke omgeving door te brengen.” Mijn voormalige stagemeester hanteerde de stelling dat geen enkele omgeving lelijk hoeft te zijn. Dat alles wat zonodig gemaakt moet worden kwaliteit kan hebben. Daar ligt de grote uitdaging. Dit kunnen we alleen bereiken door interdisciplinair samen te werken. Niet door achteraf wat op te fleuren. Nee, door vanaf het prille begin van een project fundamenteel na te denken over het project, zijn impact op de bevolking, de draagkracht van het terrein of het landschap enz. Deze werkwijze kan alleen intro | 19
▲ [bibliotheek, Oostende]
slagen als alle disciplines evenwaardig aan bod komen, vanaf de eerste besluitvorming. Holisme houdt ook in dat diegenen die samenwerken aan een project een groot empathisch vermogen hebben. Empathie betekent ‘inlevingsvermogen’. Empathie (het zich in invoelen in de anderen). Naar Byzantijns-Grieks ‘empatheia’ (hartstocht) Van klassiek-Grieks ‘empathès’ (vatbaar voor gevoelens, hartstochtelijk) en ‘paschein’ (lijden) (vgl. pathos) ‘Pathos’ (pijn, leed, aandoening, emotie, gewaarwording, emotionele voorstelling van zaken) Wie niet in staat is te beseffen of zich voor te stellen wat de impact van een handeling is voor de andere mensen, kent geen empathie en zou niet mogen deelnemen aan besluitvorming omtrent onze omgeving. Ander gezegd en dan met een bijbelse tekst: “Doe niet aan anderen wat je zelf niet wil dat anderen je aandoen”. Indien we deze stelregel zouden kunnen invoeren in onze ontwerppraktijk dan zou onze omgeving er helemaal anders uitzien. Dan zouden we ons veel meer concentreren op die aspecten die werkelijk betekenis hebben voor de bewoners en veel minder op het puur vormelijke. We zouden streven naar inhoudelijke kwaliteit veeleer dan ons te focussen op modieuze vormgeving die o zo vergankelijk is. Daarom moeten we veel meer nadenken over onze omgeving alvorens we aan het tekenen gaan. We moeten 20 | intro
meer luisteren naar en observeren wat belangrijk is voor de mensen voor wie we werken. De holisten bij uitstek zouden de politici moeten zijn, zij moeten tenslotte de eindbeslissingen nemen. Het dilemma waarmee zij geconfronteerd worden is het dilemma van de democratie. Moeten zij de kennis, de smaak van de meerderheid volgen? Wat is dan die smaak? Een politicus zei me ooit: “La démocratie, c’est le triomphe de la médiocrité!” Wanneer ze kiezen voor het elitaire worden ze niet altijd begrepen door hun kiezerspubliek. En toch ligt de uitdaging voor hen daar.
▲ [Prinses Astridpark, Lommel]
[14] Evaluatie En weer moet ik het ook hebben over evaluatie. Keer op keer herhaal ik de noodzaak om het werk dat we afleveren te evalueren. U moet in uw opleiding leren zelfkritisch te zijn. Uzelf voortdurend in vraag te stellen en elke zelfgenoegzaamheid te vermijden. De overheid doet dit niet. En dat is eigenlijk beschamend. Ze werkt met het geld van de belastingsbetaler, geld dat ze aanslaat en met uitzondering van de verkiezingen heeft de bevolking nauwelijks de kans om zich over de gang van zaken te uiten.
De overheid moet haar realisaties systematisch evalueren na zeg maar vijf, tien en vijftien jaar bijvoorbeeld. Uit een dergelijke evaluatie zou ze veel kunnen leren, lessen trekken voor de toekomst, vermijden dat fouten herhaald worden. Die evaluaties zouden een proactieve rol spelen in het ontwerpproces, aangezien de ontwerpers zich verplicht zouden voelen de evaluatie die eraan komt in de gaten te houden.
• •
Uitdagingen voor de toekomst •
•
Praktijk • • • • • • • • • • • • • • •
Albert I Park Gent Begijnhofpark Kortrijk Bibliotheek Oostende La Potinière De Haan Prinses Astridpark Lommel SPC Jabbeke Ter Doenaert Marke Vandecasteele Houtimport Kortrijk Kasteel van Olsene Private tuin te Hooglede Private tuin te Boechout Private tuin te Torhout Private tuin te Wachtebeke Private tuin te Sint-Michiels Private tuin te Antwerpen
Private tuin te Dadizele Private tuin te Bambrugge
•
•
•
De teloorgang van het landschap in Vlaanderen moet gestopt worden. Prioritair moet er een einde gesteld worden aan de voortschrijdende lintbebouwing en het verdwijnen van de open ruimte. Onze wegeninfrastructuur moet naar Nederlands model heringericht worden. In België vallen in verhouding drie keer meer verkeersdoden dan in Groot-Brittannië, Nederland en Zweden. (Bron: Touring Wegenhulp, 2006) De kwaliteit van het wonen in de stad moet aanzienlijk verbeterd worden door het terugdringen van de auto. De opleiding van de landschapsarchitect moet uitgebreid worden en landschapsarchitectuur moet geïntegreerd worden op elk planniveau als volwaardig onderdeel van een multidisciplinair planproces. Think global, act local (Patrick Geddes, Schots stedenbouwkundige).
•
We kunnen ons niet onttrekken aan de globale milieuproblematiek. We moeten ons bewust zijn van de immense uitdagingen die de milieuproblematiek met zich meebrengt: De opwarming van de aarde – welke ook de oorzaken zijn – is een feit. 1,1 miljard mensen beschikken niet over drinkwater. Eén vijfde van de wereldbevolking heeft honger. In die context roept de luxe waarmee wij ons omringen vragen op. We wentelen ons in consumptie zonder dat we er gelukkiger door worden. We hebben nood aan reflectie en bezinning omtrent ons maatschappijmodel nu het kapitalisme in een crisis verkeert. De Franse minister van cultuur André Malraux zei ooit: “Le vingt-et-unième siècle sera spirituel ou ne sera pas.” Of met de woorden van Paul Baran (Amerikaans Professor economie): “Een intellectueel is in essentie een sociaal-criticus, een persoon die bezorgd is omtrent het bepalen, analyseren en verhelpen van de hindernissen die een betere en humanere maatschappij in de weg staan”.
▲ [private tuin] intro | 21
PWO-project “De Ieperboog : van herinnering naar visie”
Joris Verbeken
Het projectmatig wetenschappelijk onderzoeksproject “De Ieperboog : van herinnering naar visie” loopt onder de coördinatie van promotor Harlind Libbrecht en co-promotor Joris Verbeken. Op dit ogenblik wordt het onderzoek uitgevoerd door Steven Heyde en Virginie Peeters (beiden landschapsarchitect en landschapsontwikkelaar). Wat zijn de doelstellingen? Met dit onderzoeksproject willen we te weten komen hoe de kasteelparken in de streek rond Ieper zijn geëvolueerd. Deze streek was lange tijd gekend voor de prachtige kastelen en bijhorende parken. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden ze echter bijna allemaal vernietigd en behoren ze bijna tot het vergeten groene erfgoed, maar met dit project worden ze opnieuw tot leven gebracht.
▲ [Het chateau wood van het kasteelpark Hooghe tijdens de Slag bij Passendale, 29 oktober 1917]
We spitsen ons ook toe op de evolutie van het landschap in zijn totaliteit. De kasteelparken hadden al een invloed op het omliggende landschap, maar de invloed is ook wederzijds. De totale vernietiging van het landschap door de helse veldslagen tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) geeft een bijkomende uitdaging. Maar ook op dit vlak is er een omgekeerde invloed. Het landschap is zelf immers ook zeer sterk bepalend geweest tijdens “De Groote Oorlog”! Wat werd tot nu toe bereikt? Samen met het Memorial Museum Passchendaele 1917 (MMP1917) werd een wetenschappelijk onderbouwde methodiek uitgewerkt die aangeeft hoe men binnen een bepaald gebied zones kan afbakenen die een hoge waardering verdienen op vlak van oorlogs- en landschappelijk erfgoed. Deze methode is echter evenzeer toepasbaar in andere gebieden, waarbij de invalshoek van de Eerste Wereldoorlog niet opportuun is. Deze methodiek werd uitgeschreven in een artikel en voorgesteld als publicatie in het tijdschrift Relicta. De grondgedachte van dit artikel is vanuit het oogpunt van de landschapsarchitectuur zeer belangrijk. In dit artikel tonen we immers aan dat het zuiver wetenschappelijk afbakenen, op basis van ruimtelijke concentraties aan erfgoedelementen, ontoereikend is. We zijn er met het onderzoeksteam van overtuigd dat een holistische invalshoek vanuit het menselijke perspectief en beleving essentieel is. Resulterend uit het voorgaande werden een aantal gebieden afgebakend binnen de deelgemeenten Zonnebeke en Passendale. Het onderzoeksteam was verheugd toen ze vaststelde dat deze afbakening door het Agentschap Onroerend Erfgoed intro | 23
was overgenomen voor de afbakening van de zogenaamde ‘Herinneringsplaatsen’. Deze herinneringsplaatsen worden vervolgens voorgesteld om aangeduid te worden als ankerplaats. Deze afbakening werd door het Agentschap Onroerend Erfgoed voorgesteld tijdens het tweedaagse colloquium ‘Erfgoed van de eerste wereldoorlog in een ruimtelijk perspectief’ (1 en 2 maart 2012). Er was immers vanuit de overheid een wens ontstaan om de bestaande afbakening van de ankerplaatsen uit te breiden met een invalshoek vanuit Wereldoorlog I. Deze extra ankerplaatsen werden door het Agentschap Onroerend Erfgoed voorgesteld als “Prioritaire aanduiding van extra ankerplaatsen in de Noordelijke Ieperboog op basis van hun unieke waarde, in casu als slagveldlandschap”. Het onderzoeksteam wil hiermee benadrukken dat de bijdrage vanuit de landschapsarchitectuur in het ruimtelijk beleid een feit is. Er werd een systeem uitgewerkt waarbij het mogelijk is om met behulp van Tablet-PC’s of smartphones locatie-gevoelige informatie op te roepen. Concreet geeft dit de mogelijkheid om landschapsbeelden op te roepen uit verschillende tijdsmomenten. Een aantal partners uit
het netwerk van onze stuurgroep was zelf eveneens op zoek naar een dergelijk systeem. In de loop van 2011 werd dit systeem gedetailleerd uitgewerkt. De realisatie van onder meer deze doelstelling heeft geleid tot externe financiering via een lopend dienstverleningsproject ‘Studieopdracht beheer en ontsluiting oorlogslandschap Zonnebeke-Passendale 1917’. Binnen deze studieopdracht wordt in een deelproject een conceptstudie en de ontwikkeling van een mobiele multimediatoepassing op ‘smartphones’ of ‘tablet Pc’s’ (vb. iPhone en Android-toestellen) uitgewerkt. Recente ontwikkelingen op multimediagebied geven belangrijke mogelijkheden om het vernietigde erfgoed van de kasteelparken opnieuw tot leven te wekken. Verschillende parken zijn na WOI immers niet opnieuw aangelegd maar kunnen via de techniek van augmented reality worden gevisualiseerd. Dit geeft aan de bezoeker de mogelijkheid de vroegere situatie op locatie te kunnen herbeleven. Een bijkomend voordeel hiervan is dat ook de evolutie van een kasteelpark kan worden getoond, waarbij niet hoeft te worden gekozen voor een welbepaalde tijdsperiode. De toepassingsmogelijkheden van deze techniek binnen de land-
schapsarchitectuur werden neergeschreven in een aantal artikels. Net als bij de voorgaande doelstelling heeft dit aspect geresulteerd in het verwerven van de financiering in het reeds aangehaalde dienstverleningsproject. Doel van deze dienstverlening is het aanmaken van een driedimensionaal (3D) model van het historisch oorlogslandschap uit 1917, door middel van een combinatie van verwerking van data in geografische informatiesystemen (GIS) en in modelleringapplicaties. Bij dit 3D-model wordt eveneens een projectie voorzien waardoor een dynamische voorstelling wordt gemaakt. Dit driedimensionaal model zal worden tentoongesteld in het Memorial Museum Paschendaele 1917. Op dit ogenblik krijgt het museum jaarlijks zo’n 60 000 bezoekers over de vloer. Vermits vanaf 2014 een grote toename verwacht wordt in dit aantal bezoekers, zal dit een aantrekkelijk uithangbord vormen voor de Hogeschool Gent. Dit model wordt samen met een geprojecteerde film vertoond. Het onderzoeksteam zorgt daarbij voor het maken van de combinatie van luchtopnames met historische elementen,en dit door gebruik te maken van de techniek van de
▼ [Ruine van het kasteel ‘La Hutte’ te Ploegsteert, met nog duidelijk herkenbare omgewoelde bodem als gevolg van het oorlogsgeweld]
24 | intro
▲ [draadmodel van een 3D-model van het centrum van Passendale, situatie 1917] ▼ [virtueel gerenderde weergave van het 3D model. Kleur, textuur en belichting wordt achteraf met behulp van 3D video mapping geprojecteerd]
‘augmented reality’. Het onderzoeksteam vond het eveneens belangrijk om de expertise binnen deze technieken vooral uit te bouwen in functie van de toepasbaarheid binnen de landschapsarchitectuur. Dit houdt in dat het model, alsook de projecties en de bijhorende luchtopnames met augmented reality, worden aangemaakt met behulp van zogenaamde open source -applicaties. De expertise van deze applicaties vormt een belangrijke uitbreiding binnen de vaardigheden van de landschapsarchitecten. De onderzoeksgroep maakte tevens deel uit van de overlegmomenten in de ‘Denktank Landschap’, een focusgroep
binnen het netwerk ‘Oorlog en Vrede in de Westhoek’. Binnen dit netwerk worden toekomstplannen uitgewerkt waarin vooral wordt gefocust op de toekomst ná de herdenkingsplechtigheden die tijdens de periode 2014-2018 zullen plaatsvinden. Hieruit dienen zogenaamde recreatieve bestemmingsgebieden voort te vloeien waar het draagvlak wordt gevormd door de regionale landschappen, kunst in het landschap en participatie. Hierdoor kan de Europese Landschapsconventie worden geïmplementeerd. In deze context werd het onderzoeksteam gecontacteerd om deel te nemen aan discussiemomenten omtrent het ‘Herinneringspark 2014-2018’.
Wat staat er nog op de agenda? Op dit ogenblik wordt hard gewerkt aan een publicatie waarin de bevindingen van het onderzoek worden gebundeld en in de loop van 2013 spitsen we ons ook toe op de analyse van de wederopbouw van het landschap. Wordt vervolgd.
intro | 25
‘CcASPAR - Climate responsive spatial research by design in Flanders` Pieter Foré, Sylvie Van Damme
CcASPAR is een interuniversitair en –disciplinair Strategisch Basis-Onderzoek [SBO] gefinancierd door het agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie [IWT]. Het klimaat verandert en de vraag stelt zich hoe daar op te reageren? Wat zijn de effecten waarmee we in Vlaanderen rekening moeten, kunnen en zullen houden? Is het enkel kommer en kwel of zijn er kansen te benutten? De focus in het klimaatdiscours lag de voorbije decennia voornamelijk op mitigatie. Door een beter begrijpen en inschatten van de klimaatuitdaging treedt adaptatie naast mitigatie op het voorplan. Daar waar mitigatie een antwoord probeert te geven op datgene wat klimaatverandering als gevolg van menselijk handelen veroorzaakt, probeert adaptatie effect-gerelateerde antwoorden te formuleren. CcASPAR is een strategisch basisonderzoek dat mogelijke visies voor een meer adaptieve benadering van veranderingen in ruimtelijke structuren ten gevolge van klimaatverandering onderzoekt. In CcASPAR wordt finaal nagegaan in welke mate bestaande (plannings)instrumenten en bestuurskundige mechanismen voor de implementatie van ruimtelijke planningsstrategieën in relatie tot klimaatverandering moeten worden bijgestuurd. Een wetenschappelijke reflectie naar meer diepgaande beleidsaanbevelingen is binnen het onderzoek aan de orde. ▼ [procesverloop]
intro | 27
De figuur op vorige pagina toont de wetenschappelijke benadering die is opgedeeld in verschillende werkpakketten. Hoewel de verwachte resultaten door samenwerking tot stand komen, is er telkens een specifiek werkpakket verantwoordelijk voor een bepaald resultaat. Geïntegreerde gevalstudies de Kempen en de Kust (WP5) Onderzoekers: Pieter Foré, Sally Lierman, David Verhoestraete, Björn Verhofstede, Jeroen De Waegemaeker, Valerie Dewaelheyns Promotoren: Georges Allaert, Sylvie Van Damme
De onderzoekseenheid Landschapsarchitectuur werkt samen met Universiteit Gent, afdeling Mobiliteit & Ruimtelijke Planning aan de casus Kust en samen met KU Leuven, afdeling Bos, Natuur en Landschap aan de casus Kempen. De casus kust werd tijdens het ontwerpend onderzoek verder opgesplitst in drie subcasussen: Kuststrook, IJzerbekken en Vlakte van de Raan. Omdat het verkennen van adaptatiemogelijkheden op lokale schaal minstens even belangrijk is als het nadenken over adaptatie van grotere structuren zoals natuur, landschap en menselijke neder-
▼ [analyse “Kempen als waterbekken voor Vlaanderen”]
28 | intro
zettingen voor heel Vlaanderen, wordt hier in CcASPAR uitgebreid aandacht aan besteed. Twee gevalstudies, de Kust en de Kempen, laten toe om verschillende impacten van de klimaatsverandering te onderzoeken op een relatief fijn detailniveau. Binnen deze gevalstudies zal het mogelijk zijn om op lokale schaal te kijken naar specifieke thematieken in relatie tot klimaatsverandering, vb. ‘heat island’ effect, drinkwaterwinning. Het doel van de gevalstudies is de ontwikkeling van een geïntegreerde ruimtelijke adaptatievisie voor een kleiner gebied. Deze gebiedsvisie zal ontwikkeld worden door middel van ontwerpend
onderzoek. Bij dit ‘denken door ontwerp’ wordt doorheen het ontwerpproces nagedacht over mogelijke toekomstvisies voor een gebied, zonder dat deze naar concrete realisaties moeten leiden. Daarbij worden toekomstige scenario’s en alternatieve oplossingen tastbaar en zichtbaar gemaakt door middel van schetsen en 3D-visualisaties, waarbij men als het ware doorheen de toekomstige ruimtes kan wandelen en de gevolgen van alternatieve voorstellen verkennen. Dit maakt
van ontwerpend onderzoek een krachtig communicatie-instrument tussen de actoren betrokken in het planproces, zoals beleidsmensen, omwonenden en lokale verenigingen. (bron: www.ccaspar.ugent.be) Hieronder een greep uit het ontwerpend onderzoek.
▼ [impact van een overstroming in de West-Vlaanderen]
intro | 29
Internationalisering: ELASA BELGIUM 2012 surrealistic landscapes
Ruben Joye
INTERNATIONALISERING Internationalisering vormt binnen het centrale beleid van de Hogeschool Gent één van de speerpunten waar sterk wordt op ingezet. Dit vanuit de overtuiging dat een internationale ervaring studenten in staat stelt om een actieve rol op te nemen in de internationaal georiënteerde, snel evoluerende, complexe en diverse samenleving. Die internationale oriëntering geraakt ook in onze opleiding steeds verder doorworteld, zowel achter als voor de schermen. Zo is de opleiding reeds meerdere jaren lid van het European Council of Landscape Architecture Schools (ECLAS) en is ze actief betrokken in het internationaal thematisch netwerk LE:NOTRE waar collega Harlind Libbrecht lid is van de ‘steering committee’. Verder wordt ook deelgenomen aan buitenlandse symposia en conferenties, worden er jaarlijks buitenlandse studiereizen georganiseerd, en wordt er voorzien in internationale stageplaatsen voor de afstuderende derdejaars. Het voorbije academiejaar werden binnen het Europese samenwerkingsverband ‘21st Century Parks (Oostende & Rother District Council) ook twee ontwerpopdrachten geselecteerd waar onze beide opleidingen rond werkten, en die u verder in dit jaarboek zult aantreffen.
SURREALISTIC SURREALISTIC SURREALISTIC LANDSCAPES LANDSCAPES LANDSCAPES
ELASA ELASA 2012 - 17.08 2012 - -24.08 17.08 - 24.08 ELASA 2012 - 17.08 - 24.08 ANNUAL ANNUAL MEETING MEETING BELGIUM BELGIUM ANNUAL MEETING BELGIUM
ElsEls VanVan Looy Els Van Looy Looy Nieuwendijk Nieuwendijk 77-2 Nieuwendijk 77-2 77-2 1012MC Amsterdam 1012MC Amsterdam 1012MC Amsterdam
ELASA? ELASA! Dat internationalisering ook leeft onder studenten mag duidelijk zijn. Vaak geprikkeld vanuit een buitenlandse stage vindt nagenoeg jaarlijks wel één of meer van onze studenten de weg naar een aansluitende buitenlandse studie. Ook binnen ELASA zijn enkele van onze studenten actief. ELASA is de ‘European Landscape Architecture Student Association’, een bottom-up Europese studentenvereniging door en voor studenten landschapsarchitectuur of landschapsplanning. Naast een online ontmoetingsplatform en interactieve mailinglist-communicatie (www.elasa.org), worden er jaarlijks ook minimaal twee fysieke bijeenkomsten georganiseerd waar gedurende zes tot veertien dagen excursies, lezingen, discussies en workshops plaatsvinden. Dit telkens in een verschillend Europees land.
EUROPEAN EUROPEAN LANDSCAPE LANDSCAPE EUROPEAN LANDSCAPE ARCHITECTURE ARCHITECTURE STUDENT STUDENT ARCHITECTURE STUDENT ASSOCIATION ASSOCIATION ASSOCIATION intro | 31
Dit jaar organiseerden laatstejaarsstudenten van onze Hogeschool Jeroen Geudens, Tars Vermorgen en Kevin Claeys onder coördinatie van docent Ruben Joye de ‘Annual Meeting’ die deze zomer plaats vond van 17 tot 24 augustus. Een ware primeur gezien het voor het eerst is sinds de start van deze bijeenkomsten in
SURREALISTIC LANDSCAPES
ELASA 2012 - 17.08 - 24.08 ANNUAL MEETING BELGIUM
1990 (Portugal) dat de ‘ELASA Annual Meeting’ in België plaatsvindt.
stonden. Ook werd op onze Bijlokecampus een workshop georganiseerd rond het projectgebied van de Oude Dokken, waar we eerder een rondleiding kregen van Yves Deckmyn (Stad Gent) en Herman Rousseau.
We verwelkomden een twintigtal studenten van Duitsland, Bulgarije, Rusland, Belarus, Servië, Zweden, Zwitserland, Oostenrijk, Engeland, Roemenië en Nederland. Als centraal thema voor de Ook de frontstreek werd aangedaan met bijeenkomst werd in 2010 reeds, bij de het bezoeken van Ieper, Zonnebeke en aanvang van de voorbereidingen, ‘Sur- Passendale waar docenten Joris Verberealistic Landscapes’ gekozen. De bijeen- ken, Harlind Libbrecht samen met onkomst ging de eerste dagen van start in derzoeker Steven Heyde een excursie Gent waar ondermeer een fietstocht, hadden voorbereid en mee begeleid in met hun PWO-onderzoeksbrouwerijbezoek en een bezoek aan het aansluiting EUROPEAN LANDSCAPE kunstevent T.R.A.C.K. op het programma projectSTUDENT over de Ieperboog. ARCHITECTURE ASSOCIATION
Van Looy euwendijk 77-2 12MC Amsterdam THERLANDS
PROOF OF ATTENDANCE
this writing, we confirm that Els Van Looy (date of birth: 07.10.1984) has attended the first ree days of the ELASA Annual Meeting 2012 that took place in Belgium from Friday the 17th August until Friday the 24th of August, 2012.
e ELASA Annual Meeting is a European wide event where students of Landscape Architecture d related subjects from across Europe explore a wide range of issues within contemporary ndscape Architecture and get involved by means of discussions and workshops. This allows em to be involved in a cultural exchange as well as furthering their knowledge and awareness Landscape Architecture issues.
uring this “Surrealistic Landscapes”-meeting, the participants were introduced to our Belgian actise in landscape architecture and to our landscape more in general. This was achieved by eans of field trips and lectures from professionals. A wide range of places have been visited ch as medieval cities, art festivals, urban parks, city revival and Historic battlegrounds. An mphasis was put on art in the public space, as we visited three outdoor international art stivals (T.RA.C.K. / Beaufort 04 / Parkdesign 2012). ▲ [eindpresentaties workshop ‘Oude Dokken’] ▼ [bezoekerscentrum ‘Tyne Cot Cemetery’ te Zonnebeke]
▼ [Meense poort te Ieper]
rthermore they worked collaboratively in small groups during a workshop on the development of the ‘Old Docks’ in Gent. They successfully came up with several solutions and eas to develop one the main parks foreseen in the larger Masterplan that was made by Rem olhaas (OMA).
fee of 100 € has been paid by the student.
uben Joye oordinator of ELASA Annual Meeting 2012 ptember 16th 2012 32 | intro
▲ [avondmaal in het desolate polderdorp Doel]
In Oostende bezochten we ondermeer het kunstevent Beaufort04 en het gerenoveerde Maria Hendrikapark. Ook Antwerpen werd een bezoek gebracht om nadien de desolate sfeer op te snuiven in het polderdorpje Doel. In Brussel bezochten we ondermeer het Rene Magritte Museum en het Atomium. Nog in
Brussel kregen we van Bert Busschaert een boeiende lezing en rondleiding doorheen Parcdesign. Bert runt samen met Kenny Windels het jonge succesvolle ontwerpbureau ‘Studio Basta’ in Kortrijk. Beiden waren overigens ook in hun studententijd regelmatige deelnemers van ELASA-bijeenkomsten.
De volgende geplande ELASA-bijeenkomsten zijn Polen (oktober 2012), Frankrijk (lente 2013) en Engeland (zomer 2013).
▼ [groepsfoto in het Maria Hendrikapark te Oostende]
intro | 33
houten constructie k dit vak voortdurend wordt er gekozen voo planten. pl
Moeraszone : filtergedeelte zwemvijver:
1BLTA - TUIN
zuurstofplanten / vijverplanten
Prunus avium
36 OMSLOTEN TUIN
40 TUIN BEEKSTRAAT
46 TUIN NOENENDAL
50 TUIN NOENENDAL
(Oosterzele)
(MULLEM)
(HOREBEKE)
(HOREBEKE)
Andries De Coninck
Jean Jacques Lobbes
Paulien Mathu
58 Bouwkundig tekenen
62 PERSPECTIEFTEKENEN
64 HANDTEKENEN
Niels Vandevelde
Lander Casier, Art Verbeeck, Charlotte Verplancke, Stijn De Kegel
Annelore De Cokere, Leen De Groote, Stijn De Kegel, Elias De Witte
Populus Laurens Neyt nigra
52 DOMEIN HEIVELD (SINT-AMANDSBERG)
M. Decruy, P. Mathu, B. Leroy, M. Maes, M. Vandamme, N. Vanbeveren
3
5
Quercus robur
7
Haag : Beukenhaag, hoogte 1,80m
Speelbosje: Dit bosje bestaat uit hoofdzakelijk uit 2
lagen; de heesters die in omvang variëren van klein 68naar groot (5m) en de onderlaag 73 (1m) die bestaat uit VORMLEER ENen MODELINTERNATIONALIbodembedekkers vulplanten. Dit bosje is BOUW SERING: STUDIEREIS ingesneden door het hoofdpad, dat in het bosje lijkt te FRANKRIJK verdwijnen, en de bijna onzichtbare De boomschorspaadjes. bo Yiqiao Wang, Annelore Door het bosje op deze manier in Cokere, Niels Vandevelde, te snijden en de oppervlakte van 1 bosgeheel te Lander Casier beperken, wordt er steeds een bepaalde transparantie bewaard.
Terrastegel : Het bestaande terras is uitgevoerd in
getrommelde blauwe steen tegel. Deze tegels worden deels weggehaald en deels bijgeplaatst aansluitend h legpatroon van de bestaande toestand. Om de eenhe versterken is ook het hoofdpad uitgevoerd in diezelfd Bij het pad echter is de voegruimte veel groter gelate mos en andere vegetatie zich hiertussen kan ontwikk breekt de strengheid van de verharding en zorgt voor overgang tussen cultuur (de leeftuin en woning) en n wildere achtertuin).
Bestaande bomen
Gro
Ontwerpanalyse : Groenvormen + verharding. schaal 1/300
1ste jaar | 35
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 1
OPDRACHTGEVERS: academische opdracht LOCATIE: Oosterzele OPPERVLAKTE: 11 are PERIODE: september - november 2011 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Na een bezoek aan de tuin ’de Boereweg’ en een grondige analyse van deze casestudie, starten de studenten aan hun eerste ontwerpopdracht. De nadruk ligt op het thema ‘de omsloten tuin’ en de relatie architectuur – tuin. De buitenruimte wordt ontworpen als een verlengde van de woning
waarin verschillende functies worden ondergebracht. Ze worden op een gepaste manier met elkaar verbonden of van elkaar gescheiden. Ruimte-ervaring, organisatie, voorstellingswijze van de verschillende ruimtes en groenvormen vormen de grootste uitdaging.
omsloten tuin
Caroline Poullier, Nele De Cock, Bart Depestel, Johan Carrijn
Laurens Neyt 38 | 1ste jaar
▲ [lengteprofiel schaal 1/200]
▼ [grondplan schaal 1/200]
0
2m
10m
1ste jaar | 39
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 1
OPDRACHTGEVERS: jonge dertigers (academisch) LOCATIE: Mullem OPPERVLAKTE: 25 are PERIODE: november 2011 - januari 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------In de eerste opdracht binnen het opleidingsonderdeel Projectgestuurd Ontwerpen 1 hebben de studenten de basiskennis van tekenmaterialen en presentatiemethoden leren kennen en kunnen toepassen. Het algemeen planproces en de methodiek van de tuinarchitectuur voor de kleinschalige en omsloten tuin zijn aan bod gekomen.
verwachtingen, terreinomstandigheden, omgevingsfactoren, bodem ,budget,...) die na inventarisatie (terreinbezoek), evaluatie en analyse de basis zullen vormen voor het projectprogramma. Na het opmaken van hun programma gaan studenten structureel en compositorisch ordenen om zo tot functionele, ruimtelijke en conceptuele tuinontwerpen te komen.
Ook in de tweede opdracht komen de studenten met een nieuwe context in contact. Het zijn juist die contextuele gegevens (architectuur, gebruikers/opdrachtgevers, oriĂŤntatie,
Bij deze tweede opdracht maken de studenten een eerste structuurbeplantingsplan op, door de verschillende terreineenheden te vertalen in groenvormen.
Tuin Beekstraat
Nele De Cock, Caroline Poullier, Johan Carrijn, Ruben Joye, Ivan Vanbroekhoven, Dirk Baele, Bart Depestel
Andries De Coninck
â–ź[ontwerpanalyse: groenvormen + verharding, schaal 1/300]
42 | 1ste jaar
0
6m
12m
1ste jaar | 43
Andries De Coninck
â–ź [fotomontage tuinhuis]
44 | 1ste jaar
â–ź [fotomontage achtertuin]
1ste jaar | 45
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 2
OPDRACHTGEVERS: academische opdracht LOCATIE: Horebeke OPPERVLAKTE: 15 are PERIODE: februari 2012 - maart 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Het aanpassen van het terrein in relatie met de programmapunten, was hier de belangrijkste opdracht maar ook de moeilijkste. Vooral het inplanten van enkele parkeerplaatsen in de sterk hellende voortuin, vergde heel wat denkwerk. Ook het inpassen van een muurbron, al of niet in combinatie met een ‘sunken garden’, en het uitwerken van de nodige trappen en keermuurtjes, vroeg heel wat ruimtelijk inzicht en technische interpretatie van de studenten. Een leuk programmapunt was de inplanting van een kunstwerk. Bij het bezoek aan het terrein was dit beeld ook effectief aanwezig en kon iedereen al brainstormen over een mogelijke locatie.
Een opdrachtonderdeel was het maken van een presentatiemaquette. Heel wat studenten hebben hier kunnen bewijzen dat hun ontwerp ook ruimtelijk haalbaar was. Leuk is dat zij, juist aan de hand van die maquette, kunnen vaststellen waar er nog eventueel ‘hiaten’ zitten in de interpretatie van de hoogtes. Tenslotte was de vraag voor stapeling van 8 stère brandhout een nogal ‘vervelend’ programmapunt. Waar moet je zoiets inplanten met behoud van praktische omkadering en visueel verantwoorde inplanting ? Terug een mooi project om vast te stellen hoe talrijk de parameters zijn waar een landschaps- en tuinarchitect mee moet rekening houden.
NOENENDAL
Johan Carrijn, Nele Decock, Bart Depestel, Caroline Poullier
48 | 1ste jaar
Jean Jacques Lobbes
▼ [lengteprofiel schaal 1/200] ▼ ▼ [grondplan schaal 1/200]
0
2m
10m
Paulien Mathu 50 | 1ste jaar
▼ [lengteprofiel schaal 1/200] ▼ ▼ [grondplan schaal 1/200]
0
2m
10m
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 2
OPDRACHTGEVERS: academische opdracht LOCATIE: Sint-Amandsberg OPPERVLAKTE: +/- 1,5 are PERIODE: maart - mei 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Algemene eisen • De eigenaar van ‘Domein Heiveld’ vraagt een masterplan en een landschappelijke visie voor de omvorming en herbestemming van zijn terrein, rekening houdend met de historische context, de intrinsieke kwaliteiten van de site en de stijlkenmerken van weleer. • Het straatbeeld en de toegang tot het domein Heiveld zullen opgewaardeerd worden. Men wenst een representatief straatbeeld en een representatieve toegang. • De omgeving bij de woning vraagt om een meer hedendaagse aanleg, de luister van weleer mag op een hedendaagse manier vertaald worden. • Bijzondere aandacht voor praktische circulatie bij de woning en in het park is van belang. Circulatie en verkeerstromen
•
• • •
•
binnen het domein, parkeren, toegankelijkheid, ontvangstruimten, rust- en ontmoetingsplekken worden van nabij bestudeerd. Om de parkvijver op een oordeelkundige, duurzame en milieuvriendelijke manier te kunnen herstellen/opwaarderen worden enkele typeprofielen van de oevers gevraagd. Grotere evenementen moeten mogelijk blijven binnen het ontwerp. De zichten, assen en belevingslijnen mogen opnieuw opengemaakt worden. Om het beheer van het park te optimaliseren zal oordeelkundig gebruik gemaakt worden van de verschillende groenvormen. Het onderhoud van het park zal zoveel mogelijk volgens de principes van harmonisch park- en groenbeheer gebeuren.
Domein Heiveld
Dirk Baele, Johan Carrijn, Nele De Cock, Bart Depestel, Ruben Joye, Caroline Poullier, Ivan Vanbroekhoven
54 | 1ste jaar
M. Decruy, P. Mathu, B. Leroy, M. Maes, M. Vandamme, N. Vanbeveren
â–ź [grondplan schaal 1/400]
0
4m
20m
1ste jaar | 55
0
8m
rt
56 | 1ste jaar
40m
2
1
KRUIDKLAAG Fragaria vesca, Acanthus mollis, Euphorbia amygdaloides var. robbiae, Helleborus argutifolius, Tiarella cordifolia, Brunnera macrophylla, Aquielgia vulgaris, Aruncus dioicus, Galium odoratum, Iberis sempervirens, Geranium macrorrhizum , Geranium renardii…
STRUIKLAAG Ribes uva-crispa, Ribes nigrum, Ribes rubrum…
BEHEER Het beheer van een bloemenborder is arbeidsintensief. Verwijder grassen en andere ongewenste soorten een eerste keer in de vroege lente en een tweede keer begin juni. Op die manier krijgen de aangeplante en andere gewenste soorten voorrang op de grassen, valt er licht op de bodem en kunnen de zaadplanten ontkiemen.
Dichtbij de woning wordt gekozen voor meer gecultiveerde groenvormen. De woning van de grootouders kijkt uit op een bloemenborder en in de ‘family garden’ is er plaats voor een moestuin, een kruidentuin, een snijbloementuin en/of een bloementuin…
6. BLOEMENBORDER
STRUIKLAAG Corylus avellana, Sorbus aucuparia, Ilex aquifolium, Salix repens, Sambucus nigra var. laciniata, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus monogyna, Crataegus laevigata, Frangula alnus…
BOOMLAAG Acer campestre, Carpinus betulus, Betula pubescens, Prunus avium, Alnus glutinosa, Salix fragilis…
BEHEER De houtige gewassen van het struweel worden aangeplant volgens de integrale beplantingsmethode. Deze methode houdt in dat de houtgewassen ver genoeg van elkaar staan zodat ze een natuurlijke habitus kunnen ontwikkelen. Op die manier worden de onderhoudswerken beperkt.
Een struweel is een houtopstand van dicht struikgewas van 1 tot 5 meter hoog. Het vormt een gesloten struikengordel dat fungeert als zichtscherm. In het voorjaar is het struweel aantrekkelijk voor vogels van het open veld, ze bouwen er nesten. In de nazomer en in de herfst zoeken bosvogels er bessen. Bloemrijke zuidelijke struwelen zijn ook een pleisterplaats voor vlinders zoals het bont zandoogje en het oranjetipje. Zij zoeken warme, beschutte plekjes op.
4. STRUWEEL
STRUIKLAAG Corylus avellana, Crataegus monogyna, Prunus spinosa, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, Cornus mas, Cornus sanguinea, Euonymus europaeus, Ligustrum vulgare, Viburnum lantana, Prunus padus, Viburnum opulus, Mespilus germanica…
BEHEER Als er te veel overhangende takken zijn, snoei je de heg onderaan om de drie tot vijf jaar tot op reikhoogte. Hierdoor krijg je beneden wat meer ruimte en hogerop kan de heg bloeien en bessen maken. Je kunt de onderkant ook strak scheren zoals een haag. Het snoeiregime is dan gelijk aan dat van een haag.
Een heg is een lijnvormige aanplanting van uitgegroeide struiken die niet of nauwelijks worden gesnoeid. Ze zijn rijk aan bloesems, zaden en vruchten en bieden schuilplaatsen, nestgelegenheid en voedsel aan vogels en insecten. Ook padden, egels en andere kleine zoogdieren kunnen hier beschutting vinden. Naast deze ecologische eigenschappen doet de heg ook dienst als perceelsbegrenzing, geluidsbuffer en zicht- en windscherm.
2. WITBLOEIENDE HEG
3 7
5
0
4
N
6
10
20 m
8
Afdeling Landschaps- en Tuinarchitectuur 2011 - 2012
04 GROEP 9 - Marlies Decruy, Paulien Mathu, Benoit Leroy, Mathijs Maes, Maurice Van Damme, Nick Vanbeveren
Structuurbeplantingsplan
Projectgestuurd ontwerpen 2
DOMEIN HEIVELD HOGESCHOOL GENT Departement School of Arts
datum: 29/05/2012
schaal: 1/200
M. Decruy, P. Mathu, B. Leroy, M. Maes, M. Vandamme, N. Vanbeveren ▼ [grondplan schaal 1/800]
KRUIDLAAG Vaccinium myrtillus, Deschampsia flexuosa, Molinia caerulea, Convallaria majalis, Lonicera periclymenum, Solidago virgaurea, Polygonatum multiflorum, Pteridium aquilinum…
1. BOSJE Het bosje beslaat een groot volume en is opgebouwd uit verschillende boom- en struiksoorten. Er is een gelaagde opbouw: onder de bomen en struiken vind je een kruidachtige onderbegroeiing en een strooisellaag. Ongeveer 60 procent van de bodem wordt beschaduwd door de houtgewassen.
1. BOSJE
Het bosje beslaat een groot volume en is opgebouwd uit verschillende BEHEER boomen struiksoorten. Er is een opbouw: denodig bomen Bosjes hebben het voordeel dat gelaagde er slechts een geringonder beheer is. en je een kruidachtige onderbegroeiing en een Hetstruiken beheervind beperkt zich tot het verwijderen van zaailingen en strooisellaag. Ongeveer 60 procent van de bodem wordt ongewenste houtgewassen. beschaduwd door de houtgewassen. BOOMLAAG Het bosje beslaat een groot volume en is opgebouwd uit verschillende BEHEER Fagus sylvatica, Carpinus Quercus robur, Quercus boomen struiksoorten. Er betulus, is een gelaagde opbouw: onderpetraea, de bomen Bosjes hebben voordeel dat er, slechts een gering beheer Fraxinus excelsior, glutinosa, Tilia cordata, Salix en carprea, Salix is. en struiken vindhet je Alnus een kruidachtige onderbegroeiing een nodig Het beheer beperkt zich 60 totprocent het verwijderen van zaailingen fragilis… strooisellaag. Ongeveer van de bodem wordt en ongewenste houtgewassen. beschaduwd door de houtgewassen. STRUIKLAAG Het bosje beslaat een groot volume en is opgebouwd uit verschillende BOOMLAAG Corylus en avellana, SorbusEraucuparia, Ilex aquifolium, repens, BEHEER boomstruiksoorten. is een gelaagde opbouw:Salix onder de bomen Fagus sylvatica, Carpinus betulus, robur, Quercus petraea, Sambucus nigra var. laciniata, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, Bosjes hebben voordeel dat erQuercus slechts een gering beheer en struiken vindhet je een kruidachtige onderbegroeiing en een nodig is. Fraxinus excelsior, Alnus glutinosa, , Tilia cordata, Salix carprea, Berberis vulgaris, Prunus Crataegus Het beheer beperkt zichpadus, totprocent hetCrataegus verwijderen van zaailingen en Salix strooisellaag. Ongeveer 60 van demonogyna, bodem wordt fragilis… laevigata, Frangula alnus… ongewenste houtgewassen. beschaduwd door de houtgewassen.
1. BOSJE 1. BOSJE
STRUIKLAAG KRUIDLAAG BOOMLAAG BEHEER Corylus avellana, Sorbus aucuparia, Ilex aquifolium, Salix repens, Vaccinium myrtillus, Deschampsia flexuosa, Molinia caerulea, Fagus sylvatica, Carpinus betulus, robur, Quercus petraea, Bosjes hebben het voordeel dat erQuercus slechts een gering beheer nodig is. Sambucus nigra var. laciniata,periclymenum, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, Convallaria majalis, Lonicera Solidago virgaurea, Fraxinus excelsior, Alnus , Tilia cordata, Salix carprea, Het beheer beperkt zichglutinosa, tot het verwijderen van zaailingen en Salix Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus monogyna, Crataegus Polygonatum multiflorum, Pteridium aquilinum… fragilis… ongewenste houtgewassen. laevigata, Frangula alnus… STRUIKLAAG BOOMLAAG KRUIDLAAG Corylussylvatica, avellana,Carpinus Sorbus aucuparia, Ilex aquifolium, Salix repens, Fagus betulus, Quercus robur, Quercus petraea, Vaccinium myrtillus, Deschampsia flexuosa, Molinia caerulea, Sambucus nigra var. laciniata, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, Fraxinus excelsior, Alnus glutinosa, , Tilia cordata, Salix carprea, Salix Convallaria majalis, Lonicera periclymenum, Solidago virgaurea, Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus monogyna, Crataegus fragilis… Polygonatum multiflorum, Pteridium aquilinum… laevigata, Frangula alnus… STRUIKLAAG KRUIDLAAG Corylus avellana, Sorbus aucuparia, Ilex aquifolium, Salix repens, Vaccinium nigra myrtillus, flexuosa, Molinia caerulea, Sambucus var.Deschampsia laciniata, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, Convallaria majalis, Lonicera periclymenum, Solidago virgaurea, Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus monogyna, Crataegus Polygonatum multiflorum, Pteridium aquilinum… laevigata, Frangula alnus…
2. WITBLOEIENDE HEG Een heg is een lijnvormige aanplanting van uitgegroeide struiken die niet of nauwelijks worden gesnoeid. Ze zijn rijk aan bloesems, zaden en vruchten en bieden schuilplaatsen, nestgelegenheid en voedsel aan vogels en insecten. Ook padden, egels en andere kleine zoogdieren kunnen hier beschutting vinden. Naast deze ecologische eigenschappen doet de heg ook dienst als perceelsbegrenzing, Een heg is een aanplanting van uitgegroeide struiken die geluidsbuffer enlijnvormige zicht- en windscherm. niet of nauwelijks worden gesnoeid. Ze zijn rijk aan bloesems, zaden en vruchten BEHEER en bieden schuilplaatsen, nestgelegenheid en voedsel aan vogels insecten. Ook padden, egels andere zoogdieren Als er teen veel overhangende takken zijn,en snoei je dekleine heg onderaan om kunnen hiervijf beschutting Naast deze ecologische de drie tot jaar tot opvinden. reikhoogte. Hierdoor krijg je beneden wat eigenschappen doet de kan heg ookheg dienst als uitgegroeide perceelsbegrenzing, meerheg ruimte enlijnvormige hogerop de bloeien en bessen maken. Een is een aanplanting van struikenJe die geluidsbuffer en zichtwindscherm. kuntof denauwelijks onderkant ook en strak scherenZe zoals haag. Het snoeiregime niet worden gesnoeid. zijn een rijk aan bloesems, zaden en is dan gelijk dat schuilplaatsen, van een haag. nestgelegenheid en voedsel aan vruchten enaan bieden BEHEERen insecten. Ook padden, egels en andere kleine zoogdieren vogels Als er te hier veelbeschutting overhangende takken zijn,deze snoei je de heg onderaan om STRUIKLAAG kunnen vinden. Naast ecologische de drie tot vijf jaar tot de op heg reikhoogte. Hierdoor krijg je beneden wat Corylus Crataegus monogyna, Prunus spinosa, Sambucus eigenschappen doet ook dienst als perceelsbegrenzing, Een hegavellana, is een lijnvormige aanplanting van uitgegroeide struiken die meer ruimte en hogerop de heg bloeien enzebessen maken. Je nigra, Syringa vulgaris, Cornus mas, Cornus sanguinea, Euonymus Onze gewone graslanden krijgen het kwaad als bomen geluidsbuffer en zichtenkan windscherm. niet of nauwelijks worden gesnoeid. Ze zijn rijk aan onder bloesems, zaden en kunt de strakgroeien scheren zoals een Hetpadus, snoeiregime europaeus, vulgare, Viburnum lantana, Prunus staan, ze onderkant gaan veel ook zwakker en zijn niet haag. meer in een aan vruchten enLigustrum bieden schuilplaatsen, nestgelegenheid enstaat voedsel is dan gelijk aan dat van een haag. Viburnum Mespilus germanica… stevige zode te vormen. opteren wijandere voor grassen BEHEER vogels en opulus, insecten. OokDaarom padden, egels en kleine die zoogdieren schaduw wel beschutting verdragen of zelfs liever in deze bossen groeien. vaste om Als er te hier veel overhangende takken zijn, snoei je de hegOok onderaan kunnen vinden. Naast ecologische STRUIKLAAG planten bosde worden geïntroduceerd. de drieuit totbiotoop vijf jaar tot op reikhoogte. Hierdoor krijg je beneden wat eigenschappen doet heg ook dienst als perceelsbegrenzing, Corylus avellana, Crataegus monogyna, Prunus Sambucus meer ruimte en de heg bloeien en spinosa, bessen maken. Je geluidsbuffer enhogerop zicht- enkan windscherm. nigra,de Syringa vulgaris, mas, Cornus sanguinea, Euonymus BEHEER kunt onderkant ookCornus strak scheren zoals een haag. Het snoeiregime europaeus, Ligustrum vulgare, Viburnum lantana, ErBEHEER zijn een aantal techniekjes om het leven vanPrunus gras inpadus, de is dan gelijk aan een dat van een haag. Viburnum opulus, Mespilus germanica… schaduw wat aangenamer tetakken makenzijn, zoals hoger maaien om de om Als er te veel overhangende snoei je de heg onderaan bladoppervlakte van te vergroten, minder maaien, STRUIKLAAG de drie tot vijf jaar tothet opgras reikhoogte. Hierdoor krijg frequent je beneden wat bemesten en en bekalken. Met dat kan men proberen te Corylus avellana, Crataegus monogyna, Prunus Sambucus meer ruimte hogerop kan delaatste heg bloeien en spinosa, bessen maken. Je wortelconcurrentie met de boomwortels te verminderen ensnoeiregime het effect nigra,de Syringa vulgaris, mas, Cornus sanguinea, Euonymus kunt onderkant ookCornus strak scheren zoals een haag. Het van verzurend strooisel te ondervangen. europaeus, vulgare, Viburnum lantana, Prunus padus, is dan gelijk Ligustrum aan dat van een haag. Viburnum opulus, Mespilus germanica… KRUIDLAAG STRUIKLAAG Poa nemoralis, Milium effusum,monogyna, Brachypodium sylvaticum, Luzula Corylus avellana, Crataegus Prunus spinosa, Sambucus sylvatica, Ranunculus ficaria subsp. Veronica montana, nigra, Syringa vulgaris, Cornus mas,bulbilifer, Cornus sanguinea, Euonymus Corydalis solida, Chelidonium majus, Ornithogalum umbellatum, europaeus, Ligustrum vulgare, Viburnum lantana, Prunus padus, Anthriscus Silene dioica… Viburnumsylvestris, opulus, Mespilus germanica…
2. WITBLOEIENDE HEG 2. WITBLOEIENDE HEG
2. BOSGRASLAND WITBLOEIENDE HEG 3.
KRUIDLAAG Vaccinium myrtillus, Deschampsia flexuosa, Molinia caerulea, Convallaria majalis, Lonicera periclymenum, Solidago virgaurea, Polygonatum multiflorum, Pteridium aquilinum…
3. BOSGRASLAND Onze gewone graslanden krijgen het kwaad als ze onder bomen staan, ze gaan veel zwakker groeien en zijn niet meer in staat een stevige zode te vormen. Daarom opteren wij voor grassen die schaduw wel verdragen of zelfs liever in bossen groeien. Ook vaste planten uit biotoop bos worden geïntroduceerd.
3. BOSGRASLAND
Onze gewone graslanden krijgen het kwaad als ze onder bomen BEHEER staan, ze gaan veel zwakker groeien nietvan meer in staat Er zijn een aantal een techniekjes om en hetzijn leven gras in de een stevige zode vormen. Daarom opteren voor maaien grassen die schaduw watte aangenamer te maken zoalswijhoger om de schaduw wel verdragen zelfs in bossen groeien. Ookmaaien, vaste bladoppervlakte van hetof gras teliever vergroten, minder frequent planten uiten biotoop bos worden bemesten bekalken. Met datgeïntroduceerd. laatste kan men proberen te wortelconcurrentie met dekrijgen boomwortels te verminderen het effect Onze gewone graslanden het kwaad als ze onderen bomen BEHEER van verzurend te ondervangen. staan, ze gaanstrooisel veel zwakker groeien en zijn niet meer in staat een Er zijn een aantal een techniekjes om het leven van gras indie de stevige zode te vormen. Daarom opteren wij voor grassen schaduw wat verdragen aangenamer te maken zoals hoger maaien omvaste de KRUIDLAAG schaduw wel of zelfs liever in bossen groeien. Ook bladoppervlakte van het gras te vergroten, minder frequent maaien, Poa nemoralis, Milium effusum, Brachypodium sylvaticum, Luzula planten uit biotoop bos worden geïntroduceerd. bemesten en bekalken. Met subsp. dat laatste kan men proberen te sylvatica, Ranunculus ficaria bulbilifer, Veronica montana, Onze gewone graslanden krijgen het kwaad als ze onder bomen wortelconcurrentie met de boomwortels te verminderen en het effect Corydalis solida, Chelidonium majus, Ornithogalum umbellatum, BEHEER staan, ze gaan veel zwakker groeien en zijn niet meer in staat een van strooisel te ondervangen. Anthriscus sylvestris, Silene dioica… Er zijnverzurend een aantal een techniekjes om het leven van gras indie de stevige zode te vormen. Daarom opteren wij voor grassen wat verdragen aangenamer te maken zoals hoger maaien omvaste de schaduw wel of zelfs liever in bossen groeien. Ook KRUIDLAAG bladoppervlakte van het gras tegeïntroduceerd. vergroten, minder frequent maaien, planten uit biotoop bos worden Poa nemoralis, Milium effusum, Brachypodium sylvaticum, bemesten en bekalken. Met dat laatste kan men proberenLuzula te sylvatica, Ranunculus ficaria subsp. bulbilifer, Veronica montana, wortelconcurrentie met de boomwortels te verminderen en het effect BEHEER Corydalis solida, Chelidonium majus, Ornithogalum umbellatum, van strooisel te ondervangen. Er zijnverzurend een aantal een techniekjes om het leven van gras in de Anthriscus sylvestris, Silene dioica… schaduw wat aangenamer te maken zoals hoger maaien om de KRUIDLAAG bladoppervlakte van het gras te vergroten, minder frequent maaien, Poa nemoralis, Milium effusum, Brachypodium sylvaticum, bemesten en bekalken. Met dat laatste kan men proberenLuzula te sylvatica, Ranunculus ficaria subsp. bulbilifer, Veronica montana, wortelconcurrentie met de boomwortels te verminderen en het effect Corydalis solida, Chelidonium majus, Ornithogalum umbellatum, van verzurend strooisel te ondervangen. Anthriscus sylvestris, Silene dioica… KRUIDLAAG Poa nemoralis, Milium effusum, Brachypodium sylvaticum, Luzula sylvatica, Ranunculus ficaria subsp. bulbilifer, Veronica montana, Corydalis solida, Chelidonium majus, Ornithogalum umbellatum, Anthriscus sylvestris, Silene dioica…
3. BOSGRASLAND 3. BOSGRASLAND
4. STRUWEEL Een struweel is een houtopstand van dicht struikgewas van 1 tot 5 meter hoog. Het vormt een gesloten struikengordel dat fungeert als zichtscherm. In het voorjaar is het struweel aantrekkelijk voor vogels van het open veld, ze bouwen er nesten. In de nazomer en in de herfst zoeken bosvogels er bessen. Bloemrijke zuidelijke struwelen zijn ook een pleisterplaats voor vlinders zoals het bont zandoogje en het oranjetipje. Een struweel is eenbeschutte houtopstand vanop. dicht struikgewas van 1 tot 5 Zij zoeken warme, plekjes meter hoog. Het vormt een gesloten struikengordel dat fungeert als zichtscherm. In het voorjaar is het struweel aantrekkelijk voor vogels BEHEER van het open veld, ze van bouwen er nesten. In de nazomer en in de herfst De houtige gewassen het struweel worden aangeplant volgens zoeken bosvogels er bessen. Bloemrijke de integrale beplantingsmethode. Dezezuidelijke methodestruwelen houdt in zijn datook de een pleisterplaats zoals het zandoogje hetnatuurlijke houtgewassen ver vlinders genoeg van elkaar staan zodat zeen een Een struweel isvoor een houtopstand vanbont dicht struikgewas van 1oranjetipje. tot 5 Zij zoeken warme, beschutte plekjes op. habitus kunnen Op die manier wordendat de fungeert als meter hoog. Hetontwikkelen. vormt een gesloten struikengordel onderhoudswerken beperkt.is het struweel aantrekkelijk voor vogels zichtscherm. In het voorjaar BEHEER van het open veld, ze bouwen er nesten. In de nazomer en in de herfst De houtige gewassen van het struweel worden volgens BOOMLAAG zoeken bosvogels er bessen. Bloemrijke zuidelijkeaangeplant struwelen zijn ook een de integrale beplantingsmethode. Deze methode houdt in dat de Acer campestre, Carpinus betulus, Betula pubescens, Prunus avium, pleisterplaats vlinders zoals het bont en het Een struweel isvoor een houtopstand van dichtzandoogje struikgewas van 1oranjetipje. tot 5 houtgewassen ver genoeg elkaar staan zodat ze een natuurlijke Alnus fragilis… De bomenweide bestaat uit van een tiental vruchtvormende, Zij zoeken warme, beschutte plekjes op. meterglutinosa, hoog. HetSalix vormt een gesloten struikengordel dat fungeert als habitus kunnenbomen ontwikkelen. Op dieafstand manier worden de geplaatst hoogstammige die op ruime van elkaar zichtscherm. In het voorjaar is het struweel aantrekkelijk voor vogels onderhoudswerken beperkt. STRUIKLAAG worden tot 12 meter). Op dieer manier blijft de nazomer ruimte tussen BEHEER van het(10 open veld, ze bouwen nesten. In de en inde de herfst Corylus avellana, Sorbus aucuparia, Ilexen aquifolium, Salix repens, bomen optimaal beschikbaar als speelligweide en kunnen de De houtige gewassen van het struweel worden aangeplant volgens zoeken bosvogels er bessen. Bloemrijke zuidelijke struwelen zijn ook een BOOMLAAG Sambucus nigra var. laciniata, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, fruitbomen moeiteloos geoogst de integrale beplantingsmethode. houdt in dat de pleisterplaats voor vlinders zoalsworden. hetDeze bontmethode zandoogje en het oranjetipje. Acer campestre, Carpinus betulus, Betula pubescens, Prunus avium, Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus monogyna, Crataegus houtgewassen ver genoeg van elkaar zodat ze een natuurlijke Zij zoeken warme, beschutte plekjes op.staan Alnus glutinosa, Salixalnus… fragilis…Op die manier worden de laevigata, Frangula BEHEER habitus kunnen ontwikkelen. De vruchtvormende, beperkt. hoogstammige bomen vragen een jaarlijkse onderhoudswerken BEHEER STRUIKLAAG jaarlijkse bijbemesting. Wintersnoei versterkt de groei wintersnoei De houtigeen gewassen van het struweel worden aangeplant volgens Corylus avellana, Sorbus aucuparia, Ilex aquifolium, Salix repens, het van de bomen, doch is jaarlijks noodzakelijk om de bomen BOOMLAAG de integrale beplantingsmethode. Deze methode houdt inbinnen dat de Sambucus nigrate var. laciniata, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, gewenst volume houden en te verjongen. Jaarlijkse Acer campestre, Betula pubescens, Prunus avium, houtgewassen verCarpinus genoegbetulus, van elkaar staan zodat ze bijbemesting een natuurlijke Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus monogyna, Crataegus gebeurt in de vroege lente met organische Alnus glutinosa, Salix fragilis… habitus kunnen ontwikkelen. Op die maniermeststof. worden de laevigata, Frangula alnus… onderhoudswerken beperkt. BOOMLAAG STRUIKLAAG Malus domestica Malus Smith’, Corylus avellana,‘James SorbusGrieve’, aucuparia, Ilexdomestica aquifolium,‘Granny Salix repens, BOOMLAAG Pyrus communis debetulus, Courtrai’, Pyrusnigra, communis ‘Saint Rémy’, Sambucus nigra‘Ananas var. laciniata, Sambucus Syringa vulgaris, Acer campestre, Carpinus Betula pubescens, Prunus avium, Prunus cerasus ‘Bigarreau Napoleon’, Prunusmonogyna, domestica Crataegus ‘Belle de Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus Alnus glutinosa, Salix fragilis… Louivain’, Juglans regia, Castanea sativa… laevigata, Frangula alnus… STRUIKLAAG Corylus avellana, Sorbus aucuparia, Ilex aquifolium, Salix repens, Sambucus nigra var. laciniata, Sambucus nigra, Syringa vulgaris, Berberis vulgaris, Prunus padus, Crataegus monogyna, Crataegus laevigata, Frangula alnus…
4. STRUWEEL 4. STRUWEEL
4. BOMENWEIDE STRUWEEL 5.
5. BOMENWEIDE
6. BLOEMENBORDER
De bomenweide bestaat uit een tiental vruchtvormende, hoogstammige bomen die op ruime afstand van elkaar geplaatst worden (10 tot 12 meter). Op die manier blijft de ruimte tussen de bomen optimaal beschikbaar als speel- en ligweide en kunnen de fruitbomen moeiteloos geoogst worden.
Dichtbij de woning wordt gekozen voor meer gecultiveerde groenvormen. De woning van de grootouders kijkt uit op een bloemenborder en in de ‘family garden’ is er plaats voor een moestuin, een kruidentuin, een snijbloementuin en/of een bloementuin…
5. BOMENWEIDE
De bomenweide bestaat uit een tiental vruchtvormende, BEHEER hoogstammige bomen die op ruime afstand van elkaar De vruchtvormende, hoogstammige bomen vragen eengeplaatst jaarlijkse worden (10 en tot jaarlijkse 12 meter). Op die manier blijft de ruimte tussen de wintersnoei bijbemesting. Wintersnoei versterkt de groei bomen optimaaldoch beschikbaar speel- en ligweide en kunnen de het van de bomen, is jaarlijksals noodzakelijk om de bomen binnen fruitbomen moeiteloos geoogst worden. gewenst volume te houden en te verjongen. Jaarlijkse bijbemesting gebeurt in de vroege lente meststof. De bomenweide bestaat uitmet eenorganische tiental vruchtvormende, BEHEER hoogstammige bomen die op ruime afstand van elkaar geplaatst De vruchtvormende, hoogstammige bomen eentussen jaarlijkse BOOMLAAG worden (10 tot 12 meter). Op die manier blijftvragen de ruimte de wintersnoei en jaarlijkse Wintersnoei versterkt de groei Malus domestica ‘Jamesbijbemesting. Grieve’, Malus domestica ‘Granny Smith’, bomen optimaal beschikbaar als speelen ligweide en kunnen de van bomen, doch isgeoogst jaarlijks noodzakelijk om de bomen binnen het Pyrusde communis ‘Ananas de Courtrai’, Pyrus communis ‘Saint Rémy’, fruitbomen moeiteloos worden. gewenst volume te houden en te verjongen. Jaarlijkse bijbemesting Prunus cerasus ‘Bigarreau Napoleon’, Prunus domestica ‘Belle de De bomenweide bestaat uit een tiental vruchtvormende, gebeurt de vroege lente met organische meststof. Louivain’,inJuglans regia, Castanea sativa… BEHEER hoogstammige bomen die op ruime afstand van elkaar geplaatst De vruchtvormende, hoogstammige bomen eentussen jaarlijkse worden (10 tot 12 meter). Op die manier blijftvragen de ruimte de BOOMLAAGen jaarlijkse bijbemesting. Wintersnoei versterkt de groei wintersnoei bomen optimaal beschikbaar als speel- en ligweide en kunnen de Malus ‘James Grieve’, Malus domestica ‘Grannybinnen Smith’,het van dedomestica bomen, doch isgeoogst jaarlijks noodzakelijk om de bomen fruitbomen moeiteloos worden. Pyrus communis deen Courtrai’, Pyrus communis ‘Saint Rémy’, gewenst volume‘Ananas te houden te verjongen. Jaarlijkse bijbemesting Prunus cerasus ‘Bigarreau Prunusmeststof. domestica ‘Belle de gebeurt in de vroege lenteNapoleon’, met organische BEHEER Louivain’, Juglans regia, Castanea sativa… De vruchtvormende, hoogstammige bomen vragen een jaarlijkse BOOMLAAGen jaarlijkse bijbemesting. Wintersnoei versterkt de groei wintersnoei Malus ‘James Grieve’, Malus domestica ‘Grannybinnen Smith’,het van dedomestica bomen, doch is jaarlijks noodzakelijk om de bomen Pyrus communis deen Courtrai’, Pyrus communis ‘Saint Rémy’, gewenst volume‘Ananas te houden te verjongen. Jaarlijkse bijbemesting Prunus cerasus ‘Bigarreau Prunusmeststof. domestica ‘Belle de gebeurt in de vroege lenteNapoleon’, met organische Louivain’, Juglans regia, Castanea sativa… BOOMLAAG Malus domestica ‘James Grieve’, Malus domestica ‘Granny Smith’, Pyrus communis ‘Ananas de Courtrai’, Pyrus communis ‘Saint Rémy’, Prunus cerasus ‘Bigarreau Napoleon’, Prunus domestica ‘Belle de Louivain’, Juglans regia, Castanea sativa…
5. BOMENWEIDE 5. BOMENWEIDE
6. BLOEMENBORDER
Dichtbij BEHEER de woning wordt gekozen voor meer gecultiveerde groenvormen. woning van de grootouders kijkt uit opVerwijder een Het beheer vanDe een bloemenborder is arbeidsintensief. bloemenborder en ongewenste in de ‘family garden’ is er eerste plaats keer voorin een grassen en andere soorten een de vroege moestuin, eentweede kruidentuin, een snijbloementuin en/ofkrijgen een de lente en een keer begin juni. Op die manier bloementuin… aangeplante en andere gewenste soorten voorrang op de grassen, valt er licht op de bodem en kunnen demeer zaadplanten ontkiemen. Dichtbij de woning wordt gekozen voor gecultiveerde BEHEER groenvormen. De woning van de grootouders kijkt uit op een Het beheer van een is arbeidsintensief. STRUIKLAAG bloemenborder en inbloemenborder de ‘family garden’ is er plaats voorVerwijder een grassen eneen andere ongewenste soorten een eerste keer Ribes uva-crispa, Ribes nigrum, rubrum… moestuin, kruidentuin, een Ribes snijbloementuin en/of eenin de vroege lente en een tweede keer begin juni. Op die manier krijgen de bloementuin… aangeplante en andere gewenste soorten voorrang op de grassen, KRUIDKLAAG Dichtbij de woning wordt gekozen voor meer gecultiveerde valt er licht op de bodem en kunnen de zaadplanten ontkiemen. Fragaria vesca, Acanthus amygdaloides var. Ergroenvormen. wordt gestreefd naar eenmollis, vijver met optimale natuurlijke BEHEER De woning van deEuphorbia grootouders kijkt uit op een robbiae, Helleborus argutifolius, Tiarella cordifolia, Brunnera omstandigheden. Daarbij men tot volgende bedekking: Het beheer van een bloemenborder is arbeidsintensief. bloemenborder en in de komt ‘family garden’ is er plaats voorVerwijder een STRUIKLAAG macrophylla, Aquielgia vulgaris, Aruncuseen dioicus, Galium odoratum, oeverplanten beslaan 15%, ondergedoken waterplanten 65% grassen eneen andere ongewenste soorten eerste keer in deen vroege moestuin, kruidentuin, een snijbloementuin en/of een Ribes uva-crispa, Ribes nigrum, Ribes Iberis sempervirens, Geranium macrorrhizum ,manier Geranium renardii… drijvende waterplanten vullen 20% vanrubrum… de die totale flora krijgen in. De lente en een tweede keer begin juni. Op de bloementuin… oeverplanten in twee plasbermen aangeplant. Naast de aangeplanteworden en andere gewenste soorten voorrang op de grassen, KRUIDKLAAG ecologische waarde van de zalzaadplanten ook het natuurlijk valt er licht op de bodem envegetatie, kunnen de ontkiemen. BEHEER Fragaria vesca, Acanthus mollis, Euphorbia amygdaloides var. waterzuiverend in grote mate stijgen. In plasbermen krijgen Het beheer vanvermogen een bloemenborder is arbeidsintensief. Verwijder robbiae, Helleborus argutifolius, Tiarella cordifolia, Brunnera moerasvegetaties ruimte, wat nestgelegenheid biedt aanintalde van STRUIKLAAG grassen en andere ongewenste soorten een eerste keer vroege macrophylla, Aquielgia vulgaris,Ribes Aruncus dioicus, Galium odoratum, watervogels. Ribes en uva-crispa, Ribeskeer nigrum, lente een tweede begin juni.rubrum… Op die manier krijgen de Iberis sempervirens, Geranium macrorrhizum , Geranium renardii… aangeplante en andere gewenste soorten voorrang op de grassen, BEHEER KRUIDKLAAG valt er licht op de bodem en kunnen de zaadplanten ontkiemen. Bepaalde soortenAcanthus (bijv. Riet)mollis, hebben een hoge biomassa envar. nemen Fragaria vesca, Euphorbia amygdaloides dus veel nutriënten op. Omdat verschraling van water en bodem een robbiae, Helleborus argutifolius, Tiarella cordifolia, Brunnera STRUIKLAAG doelstelling is, wordt gekozen voor eenrubrum… maaibeheer. Dat maaien macrophylla, Aquielgia vulgaris, Aruncus dioicus, Galium odoratum, Ribes uva-crispa, Ribes nigrum, Ribes gebeurt jaarlijks in deGeranium periode november – maart, 10 cm boven de Iberis sempervirens, macrorrhizum , Geranium renardii… waterlijn (gemaaide rietstengels onder water sterven af). KRUIDKLAAG Fragaria vesca, Acanthus mollis, Euphorbia amygdaloides var. KRUIDKLAAG robbiae, Helleborus argutifolius, Tiarella cordifolia, Brunnera Phragmites australis, Nuphar lutea,Aruncus Iris pseudacorus, Typpha macrophylla, Aquielgia vulgaris, dioicus, Galium odoratum, angustifolia, Carex riparia, Potamogeton natans, Ranunculus aquatilis, Iberis sempervirens, Geranium macrorrhizum , Geranium renardii… Butomus umbellatus…
6. BLOEMENBORDER
6. PLASBERMEN BLOEMENBORDER 7.
7. PLASBERMEN Er wordt gestreefd naar een vijver met optimale natuurlijke omstandigheden. Daarbij komt men tot volgende bedekking: oeverplanten beslaan 15%, ondergedoken waterplanten 65% en drijvende waterplanten vullen 20% van de totale flora in. De oeverplanten worden in twee plasbermen aangeplant. Naast de ecologische waarde van de vegetatie, zal ook het natuurlijk Er wordt gestreefd naar een optimale waterzuiverend vermogen invijver grotemet mate stijgen. natuurlijke In plasbermen krijgen omstandigheden. komtnestgelegenheid men tot volgende bedekking: moerasvegetaties Daarbij ruimte, wat biedt aan tal van oeverplanten watervogels. beslaan 15%, ondergedoken waterplanten 65% en drijvende waterplanten vullen 20% van de totale flora in. De oeverplanten worden in twee plasbermen aangeplant. Naast de BEHEER ecologische waarde van de vijver vegetatie, zalhoge ook het natuurlijk Bepaalde soorten (bijv. Riet) hebben biomassa en nemen Er wordt gestreefd naar een meteen optimale natuurlijke waterzuiverend vermogen in grote mate stijgen. In bedekking: plasbermen krijgen dus veel nutriënten op. Omdat verschraling van water en bodem een omstandigheden. Daarbij komt men tot volgende moerasvegetaties ruimte, wat nestgelegenheid biedtDat aanmaaien tal van doelstelling is, beslaan wordt gekozen voor een maaibeheer. oeverplanten 15%, ondergedoken waterplanten 65% en watervogels. gebeurt jaarlijks in de periode maart,flora 10 cm de drijvende waterplanten vullen november 20% van de– totale in. boven De waterlijn (gemaaide onder water sterven af).Naast de oeverplanten wordenrietstengels in twee plasbermen aangeplant. BEHEER ecologische waarde van de vijver vegetatie, zal ook het natuurlijk Er wordt gestreefd naar een met optimale natuurlijke Bepaalde soorten (bijv. Riet) eenstijgen. hoge biomassa en nemen KRUIDKLAAG waterzuiverend vermogen in hebben grote mate In bedekking: plasbermen krijgen omstandigheden. Daarbij komt men tot volgende dus veel nutriënten op. Omdat verschraling van biedt water en bodem een Phragmites australis, Nuphar lutea, Iris pseudacorus, Typpha moerasvegetaties ruimte, wat nestgelegenheid aan tal van oeverplanten beslaan 15%, ondergedoken waterplanten 65% en doelstelling is,Carex wordtriparia, gekozen voor een maaibeheer. Dat maaien angustifolia, Potamogeton Ranunculus watervogels. drijvende waterplanten vullen 20% van denatans, totale flora in. De aquatilis, gebeurt in de periode november – maart, 10 cm boven de Butomus jaarlijks umbellatus… oeverplanten worden in twee plasbermen aangeplant. Naast de waterlijn (gemaaide rietstengels onder water sterven af). BEHEER ecologische waarde van de vegetatie, zal ook het natuurlijk Bepaalde soorten (bijv. Riet) eenstijgen. hoge biomassa en nemen waterzuiverend vermogen in hebben grote mate In plasbermen krijgen KRUIDKLAAG dus veel nutriëntenruimte, op. Omdat verschraling van biedt wateraan en bodem moerasvegetaties wat nestgelegenheid tal van een Phragmites australis, Nuphar lutea, Iris pseudacorus, doelstelling is, wordt gekozen voor een maaibeheer.Typpha Dat maaien watervogels. angustifolia, Carex riparia, Potamogeton aquatilis, gebeurt jaarlijks in de periode november –natans, maart,Ranunculus 10 cm boven de Butomus (gemaaide umbellatus… waterlijn rietstengels onder water sterven af). BEHEER Bepaalde soorten (bijv. Riet) hebben een hoge biomassa en nemen KRUIDKLAAG dus veel nutriënten op. Omdat verschraling van water en bodem een Phragmites australis, Nuphar lutea, Iris pseudacorus, doelstelling is, wordt gekozen voor een maaibeheer.Typpha Dat maaien angustifolia, Carex riparia, Potamogeton aquatilis, gebeurt jaarlijks in de periode november –natans, maart,Ranunculus 10 cm boven de Butomus (gemaaide umbellatus… waterlijn rietstengels onder water sterven af).
7. PLASBERMEN 7. PLASBERMEN 7. PLASBERMEN
KRUIDKLAAG Phragmites australis, Nuphar lutea, Iris pseudacorus, Typpha angustifolia, Carex riparia, Potamogeton natans, Ranunculus aquatilis, Butomus umbellatus…
8. BOLLENGRASLAND Bollengewassen in het gazon toveren in het voorjaar de voortuin om tot een vrolijk lentetapijt. Tijdens de zomermaanden kun je het gras kort afrijden en als gazon gebruiken. De soorten bolgewassen die voor je gazon in aanmerking komen, zijn de vroegbloeiende soorten. Het zijn bijna allemaal lage soorten die weinig concurrentie ondervinden van het korte voorjaarsgras. Bollengewassen in het gazon toveren in het voorjaar de voortuin om tot een vrolijk lentetapijt. Tijdens de zomermaanden kun je het gras kort BEHEER afrijden en als gazon gebruiken. De soorten bolgewassen die voor je Bollengraslanden worden gemaaid, net zoals andere graslanden. gazon in aanmerking komen, zijn voor de vroegbloeiende Het zijn Aangezien je het bollengrasland de rest van het soorten. seizoen wilt bijna allemaal lage soorten dieom weinig ondervinden van gebruiken als gazon, gaat het een concurrentie intensief maaibeheer. Je kunt
8. BOLLENGRASLAND 8. BOLLENGRASLAND
8. BOLLENGRASLAND Bollengewassen in het gazon toveren in het voorjaar de voortuin om tot een vrolijk lentetapijt. Tijdens de zomermaanden kun je het gras kort afrijden en als gazon gebruiken. De soorten bolgewassen die voor je gazon in aanmerking komen, zijn de vroegbloeiende soorten. Het zijn bijna allemaal lage soorten die weinig concurrentie ondervinden van het korte voorjaarsgras. BEHEER Bollengraslanden worden gemaaid, net zoals andere graslanden. Aangezien je het bollengrasland voor de rest van het seizoen wilt gebruiken als gazon, gaat het om een intensief maaibeheer. Je kunt wel pas maaien als het loof van de bolgewassen helemaal is afgestorven, want via dit loof slaan de bolgewassen reserves op om het volgende jaar weer te kunnen bloeien. KRUIDLAAG Chionodoxa lucileae, Crocus chrysanthus, Fritillaria meleagris, Crocus tomassinianus, Galanthus nivalis, Narcissus bulbocodium, Colchicum autumnale, Scilla siberica…
1
1ste jaar | 57
58 | 1ste jaar
Niels Vandevelde
1ste jaar | 59
Lander Casier 60 | 1ste jaar
Art Verbeeck 1ste jaar | 61
62 | 1ste jaar
Charlotte Verplancke
Stijn De Kegel 1ste jaar | 63
64 | 1ste jaar
Annelore De Cokere
Leen De Groote 1ste jaar | 65
Stijn De Kegel 66 | 1ste jaar
Elias De Witte 1ste jaar | 67
Yiqiao Wang 68 | 1ste jaar
1ste jaar | 69
Annelore De Cokere
70 | 1ste jaar
Niels Vandevelde
Lander Casier
72 | 1ste jaar
internationalisering: studiereis FRANKRIJK
14 mei - 16 mei 2012 Begeleiders: Nele De Cock Bart Depestel Johan Isselée Caroline Poullier Ivan Vanbroekhoven
▼ [Jardin de la Ferme du Mont des Récolettes, Cassel (FR]
1ste jaar | 73
▲[Champs de Bataille, Le Neubourg (FR)] ►[Abbaye de Valloires, Argoules (FR)] ▼[Musée des impressionnismes, Giverny (FR)]
◄ [Chateau de Villarceaux, Chaussy (FR)] ▼ [Parc Matisse, Lille (FR)]
74 | 1ste jaar
1ste jaar | 75
2BLTA - PUBLIEKE RUIMTE 78 EGERTON PARK
88 HOGEWEG
88 HOGEWEG
89 HOGEWEG
(BEXHILL, UK)
(SINT-AMANDSBERG)
(SINT-AMANDSBERG)
(SINT-AMANDSBERG)
H A N DFebe E LCoulier, S P LDavy E IDauwe, N en KKristien E T ELuypaert LVEST 3D
Jens De Ketelaere, -Niels De V I S U A L I S A T I E en vergelijking met verschillende Maesschalk
Ole D’Haeseleer 2 BLTA 2 PGO 4 30 maart 2012
Arne Lagring GEN
T
Evi Peeters
kades rond P O R T U S G A N D A
ZICHT & GELUID
Koophandelsplein
91 Koophandselsplein en Ketelvest (GENT)
94 Koophandselsplein en Ketelvest (GENT)
Maxime Jocqué
Ole D’Haeseleer
Tramhalte aan Koophandelsplein
96 Waarneming, abstractie en creativiteit (N.V.T.)
102 SEMINARIE LANDSCHAPSPLANNING
A. Lagring, F. Coulier, T. Lecompte, M. Mehuys
Ann Merlin, Niels Walraet, Febe Coulier
(DRONGEN)
1
ailleerde nieuwe situatie
Kuipgat aan het Oud Gerechtsgebouw
t
106 SEMINARIE LANDSCHAPSPLANNING
108 SEMINARIE LANDSCHAPSPLANNING
(DRONGEN)
(DRONGEN)
Didier Buyssens, Diego Van Esbroeck, Dimitri Peeters
Maxime Jocqué, Robbert Garré, Alejandra Bolanos
Legende
Er is een opening in de 110 brug gecreëerd zodat 115de SEMINARIE STEDENconstructie van de SEMINARIE STEDENBOUWKUNDE (MERELBEKE) BOUWKUNDE (MERELBEKE) overbrugging minder wordt ook Bramzwaar Biesbrouck, Davy en er zo Jana Vos, Krisitien Luypaert, Dauwe, Ole D’Haeseleer Pil Friedel een speciale lichtinval ontstaat voor de automobilist en dat ook niet het effect van een bovengrondse tunnel wordt weergegeven. Mensen die de brug zullen oversteken Krijgen hierbij ook de Foto 1 mogelijkheid om de Gedeeltel voorbij rijdende auto’s te Bomenrije bezichtigen onder de Hoeve ce brug. open zicht
116 SEMINARIE STEDENBOUWKUNDE (MERELBEKE) Hans Blanckaert, Nick Verbueken, Evi Peeters
119 INTERNATIONALISERING: STUDIEREIS DUITSLAND-ITALIË
geluidsmuur
bermen naast de weg geplaatst om zo het hoogteverschil van de brug op te vangen en voor de recreanten die het gebied zullen gebruiken te scheiden van de E40 met zijn er.
Waardevo
27
2de jaar | 77
Foto 2
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 3
OPDRACHTGEVERS: 21st Century Parks (Interreg IV: financiering) IN SAMENWERKING MET: Rother District Council and the City of Oostende LOCATIE: Bexhill, UK OPPERVLAKTE: 5,5ha PERIODE: september - november 2011 (presentatie februari 2012) -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------De opdracht is ontstaan uit een officieuze samenwerking (de school is geen officiële partner binnen het EU-project) binnen het 21st Century Parks project van de stad Oostende en de Rother District Council. In verschillende workshops werd door professionals en betrokkenen nagedacht over het herontwerp van het Egerton Park in Bexhill. Tijdens de workshops groeide het idee om de studenten een bijdrage aan het project te laten leveren. De opdracht was geboren. Dank zij de financiering door de stad Oostende konden we met de groep de site analyseren en ervaren (zie foto). Het uitgangspunt voor deze ontwerpopdracht is een 19de eeuws landschapspark (John Webb, 1870) met klassieke parkelementen: een sensorygarden ontstaan als blindentuin, een speelterrein bestaand uit klassieke speelelementen. De uitdaging voor de student bestaat erin om op een eenvoudige manier, en met respect voor de bestaande historische parkstructuur een hedendaagse speelomgeving te creëren (speelgroen) en een eenheid in het park terug te brengen die in de loop van de parkgeschiedenis verloren is gegaan.
In de sensory-garden : of zintuiglijke tuin (zijn niet alle tuinen zo?) geeft de student input, denkt hij na, documenteert hij zich over wat allemaal kan binnen het concept zintuiglijke tuin. Het belangrijkste element hierbij is, dat de studenten nu eens niet alleen met hun ogen naar de dingen ‘kijken’. Het park wordt niet volledig herontworpen, wel wordt een visie ontwikkeld op toegankelijkheid, relaties waarbij rekening wordt gehouden met aanwezige knelpunten en potenties. Er wordt aan de hand van een structuurvisie gezocht naar meer eenheid in het park. De inpassing van de bestaande (historische) parkelementen en beplanting is noodzakelijk. De doelstelling van de opdracht is, naast het leren ontwerpen, ook het aanleren van de presentatietechnieken, en dit in de Engelse taal. Het was een uitdaging voor de student, maar na de Engelse presentatie kwam de spontane reactie: ‘we zouden het meer moeten doen’.
Egerton Park
Harlind Libbrecht, Luc Deschepper, Johan IsselĂŠe, Johan Carrijn
0
5m
80 | 2de jaar
25m
Febe Coulier - Davy Dauwe - Jens De Ketelaere - Niels De Maesschalk
â–ź [grondplan schaal 1/500]
2de jaar | 81
82 | 2de jaar
Febe Coulier - Davy Dauwe - Jens De Ketelaere - Niels De Maesschalk
▼ [doorsnede A-A’]
▼ [doorsnede D-D’]
2de jaar | 83
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 3
OPDRACHTGEVERS: academische opdracht LOCATIE: Sint-Amandsberg (Gent) OPPERVLAKTE: 11 ha PERIODE: november - december 2011 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Sinds de jaren zeventig werden voor het open gebied tussen de Hogeweg en de SintBernadettestraat te Sint-Amandsberg heel wat stedenbouwkundige plannen opgemaakt om het in te richten voor woningbouw. Rode draad doorheen de verschillende plannen was de groenstructuur en een groenas die verschillende omliggende groen- en woongebieden met elkaar verbonden. De aanwezigheid van unieke grafcirkels uit de Bronstijd geven een bijzondere dimensie aan het gebied. Het definitief plan van 2010, gesteund op verschillende invalshoeken, en de overdracht van de gronden aan verschillende Gentse sociale huisvestingsmaatschappijen brengen het project dichter bij de realisatie. Het Stadsontwikkelingsbedrijf Gent verzorgt de projectleiding en de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal woning subsidieert de aanleg van de wegenis en infrastructuur.
Met deze gegevens werd door de tweedejaarsstudenten een academisch ontwerp gemaakt voor de ontsluiting van de woonwijk, het woongroen en het nieuwe buurtpark. Het bestaande park La Sapinière dat aansluit met de toekomstige woonwijk werd in herwerkte versie opgenomen in het totaalplan. De betekenis van het buurtpark voor de ruimere woonomgeving vormt een nieuwe uitdaging die de studenten dienden aan te gaan bij de opmaak van het ontwerp. Er diende rekening gehouden te worden met de behoeften van de toekomstige bewoners en de omwonenden. Een zoektocht naar de behoeften en de gewoonten van de toekomstige gebruikers vereiste van de studenten het loslaten van hun eigen voorkeuren.
HOGEWEG
Luc Deschepper, Harlind Libbrecht
86 | 2de jaar
Kristien Luypaert
â–ź [grondplan schaal 1/1500]
0
30m
60m
2de jaar | 87
Arne Lagring 88 | 2de jaar
Evi Peeters 2de jaar | 89
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 4
IN SAMENWERKING MET: Stad Gent - dienst Stedenbouw & Ruimtelijke Planning LOCATIE: Gent OPPERVLAKTE: 1,5 ha PERIODE: februari - maart 2012 -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Deze opdracht situeert zich binnen de stedelijke context van het stadscentrum van Gent en bevindt zich rond het gerechtsgebouw van de Rechtbank van Eerste Aanleg. Met de verhuis naar de nieuwe locatie aan de OpgeĂŤistenlaan ontstaan mogelijkheden om de omgeving rond het gerechtsgebouw integraal deel te laten uitmaken van het publiek domein. Het is gelegen enerzijds aan de drukke winkelstraten, anderzijds aan de rustige oevers van de Leie en de Ketelvest. De voorstellen voor de inrichting van deze plek dienden een vertaling te zijn van de verschillende beleidsplannen van de Stad Gent, met name het Bomenplan, het Lichtplan en het Integraal Plan openbaar domein van de Stad Gent en anderzijds met de plannen voor de heraanleg van de omliggende straten. De square uit de 19de eeuw met zijn waardevolle platanen aan de voorzijde van het gerechtsgebouw vormt hiermee een uitdagende tegenstelling.
Programmapunten waren de voorzieningen voor het openbaar vervoer, fietsparkeergelegenheid, verpozing in een stedelijke omgeving en recreatieve voorzieningen aan de oevers. De neoclassicistische architectuur en de geschiedenis vragen een antwoord voor hun betekenis in een actuele design. Deze opdracht werd uitgevoerd in samenwerking met de Dienst Stedenbouw van de Stad Gent. Hierdoor komen de studenten in contact met de leefwereld van de opdrachtgevende besturen. Vanuit hun dagdagelijkse bezorgdheden dagen ze de studenten uit om realisme in hun voorstellen te vertalen.
KOOPHANDELSPLEIN EN KETELVEST
Luc Deschepper, Harlind Libbrecht
Maxime Jocqué
▼ [ontwerpplan schaal 1/400]
0
4m
92 | 2de jaar
20m
oject Koophandelsplein en Ketelv
2de jaar | 93
Ole D’Haeseleer
0
94 | 2de jaar
10m
40m
▼ [ontwerpplan schaal 1/750]
L I S A T I E en vergelijking met verschillende kades rond P O R T U S G A N D A
n
▲[Koophandelsplein] ▼[Tramhalte aan Koophandelsplein]
delsplein
oophandelsplein
aan Koophandelsplein
▼[Kuipgat aan het Oud Gerechtsgebouw]
Kuipgat aan het Oud Gerechtsgebouw
Kuipgat aan het Oud Gerechtsgebouw
Kuipgat aan het Oud Gerechtsgebouw
2de jaar | 95
PROJECTGESTUURD ONTWERPEN 4
OPDRACHTGEVERS: academische opdracht LOCATIE: n.v.t. OPPERVLAKTE: n.v.t. PERIODE: april - mei 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Deze opdracht omvat geen ontwerpopgave voor een concrete situatie maar vormt een training voor belangrijke vaardigheden waarover ook een landschaps- en tuinarchitect dient te beschikken. Het gaat om waarneming, abstractie van het hetgeen waargenomen werd en dit als inspiratie te laten dienen voor een nieuw ontwerp. Binnen de directe leefomgeving van de student dient hij of zij op zoek te gaan naar een sprekend beeld. Geen objectief beeld maar iets wat bij een eerste indruk weinig bijzonder is maar dat bij nader inzien toch aangrijpend in beeld kan gebracht worden. Door eliminatie van de context en alle vooroordeel blijft een boeiend beeld over.
Dit beeld of object wordt beschreven naar bekende vormgevingsprincipes en – middelen maar vooral naar de indruk die het nalaat. Deze beschrijving wordt dan aangewend om een nieuw beeld of object te ontwerpen zonder achtergrond van concreetheid. Dit kan buiten de context van deze opdracht verder leiden tot een aanwendbaar object of gebruik. De resultaten leidden tot de ervaring dat andere ogen een andere blik werpen op de werkelijkheid en dat creativiteit aangeleerd en gevoed kan worden door persoonlijke vrijheid van kijken.
waarneming, abstractie en creativiteit
Luc Deschepper, Harlind Libbrecht
Arne Lagring 98 | 2de jaar
Febe Coulier
100 | 2de jaar
Thomas Lecompte
2de jaar | 101
Matthieu Mehuys
SEMINARIE LANDSCHAPSPLANNING
OPDRACHTGEVERS: stad Gent LOCATIE: Drongen OPPERVLAKTE: +/- 10 ha PERIODE: februari - mei 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Het plangebied van het Seminarie Landschapsplanning is dit jaar het op- en afrittencomplex van de E40 te Drongen (Gent). Het volledige complex wordt aangepakt om Baarledorp te ontlasten door het op- en afrittencomplex te wijzigen en het industrieterrein vlotter te verbinden met de E40. Het complex situeert zich landschappelijk in de Vlaamse Vallei, tussen de oude veldgebieden van Aalter en het grootstedelijk gebied van Gent. Vanuit diverse studieopdrachten – “Strategisch project Kouter- en Leieland” & “Complex E40 Drongen” – is er een eerste visie, met varianten opgesteld. In het “Strategisch project Kouter- en Leieland” werd er vooral aandacht besteed aan het groter landschappelijk kader.
Het plan “Complex E40 Drongen” richt zich op de haalbare varianten om het open afrittencomplex op diverse vlakken kwalitatief in te richten. Om de opdracht tot een goed einde te brengen werd er van de studenten verwacht om deze voorstellen met een kritische (en open) blik te benaderen. Het uiteindelijk doel van deze opdracht was het opmaken van een landschapsplan met nastreving van de volgende hoofddoelen: • Duidelijke en gefundeerde analyse van het gebied • Het landschappelijk inkleden van het op- en afrittencomplex • Zoeken naar meervoudig gebruik/ functionaliteit/….
Op- en afrittencomplex Drongen
Pieter ForĂŠ, Harlind Libbrecht
Ann Merlin - Niels Walraet - Febe Coulier
Industrie
St.Martinuskerk
Baarledorp
Baarleveer
Kapellen
GESCH
BAARLE namen met bo Kapellen Bos Leie Klooster op beid GESCHIEDENIS dige ge BAARLE wordt reeds vernoemd in 820 onder de n Dronge namen BARLORIA, BARLA ; deze namen duiden o met bos nabij de rivier. Baarle is gelegen aan –La de L tens op beide oevers van de Leie. In 1805 bij keizerlijk d ken van dige gemeente afgeschaft. Het deel ten noorden Drongen toegevoegd en het deel ten schap zuiden gele e tens –Latem. Tot 1829 lag Drongen volledig geïso ën van ken van bruggen over de Leie. De ligging aan de schap en de nabij gelegen dorpen enbetrekk vormt de a
LEGENDE Industrie
St.Martinuskerk
Baarledorp
Baarleveer
ën van kouters, bulken en meersen die elk op zic betrekken in de geschiedenis. Baarle omvatte lan ▲[Ferrariskaart]
HEDEN ◄[landschapskenmerken en -structuren] 1.
2
3
2
1
3 4 5
1
HEDEN
Sind Sinds Baarledorp en (5) de1. Leievallei i der 1950 zijn erwordt nog dreven en bossen legtevan de autosnelweg Brussel-Oostend bespeuren, omgeving E40, Drongen, leg Sint-Martens-Latem. gesneden van de andere deelgemeenten. D 3. uitbreiding, Voornaamste landschapstructuren ges verkaveling, industriële inplanting zijn lijn—en repelstructuren en vlekgebracht aan het vroegere plattelandsdorp. uitb ken niet alleen een structurele wijziging maar heb waai, continue gezoem van het verkeer geb op d HISTORIEK & LANDSCHAP VORMEN
2. BUITENGEBIED Kouters, bulken (3) - en meersen (4) landscha nie Toponiemen als kouters, bulken, meerworden en vertonen grote vlekken , de woon sen, dreven, wegels, dries die in de straatwa dreven en bossen (5) te bespeuren, omgeving
4
namen terug komen, verwijzen naar het Historische si- zijn lijn—e 3. landschappelijk Voornaamsteverleden. landschapstructuren 2. Kou tes en landschap, in en rond de idyllische BULKEN LANDSCHAP HISTORIEK & LANDSCHAP VORMENlandBUITENGEBIED dorpen, hebben elk hun typische KOUTER LANDSCHAP wo GESCHIEDENIS vatte landbouwgronden en hoeves. schappelijkeals kenmerken. Vandaag meersen, heeft Toponiemen kouters, bulken, dreven BAARLE wordt reeds vernoemd in 820 dre het gebied een hoge landschappelijke men terug komen, verwijzen naar het landschapp onder de naam BARLE. Later krijgt het de HEDEN en recreatieve waarde, recreatie speelt in en rond de idyllische dorpen, hebb namen BARLORIA, BARLA ; deze namen 1. Sinds 1950 wordt Baarledorp en de landschap, zich vooral af langs de Leie. Het land- 3. Voo Vandaagaan heeft het gebied ee duiden op de naakte barre landstreek Leievallei in twee gesneden,LEIEdoor pelijke schapkenmerken. is als een lappendeken elkaar recreatie met bos nabij de rivier. Baarle is gelegen de aanleg van de autosnelweg E40, creatieve geregen. waarde, Repelstructuren metspeelt weinigzich of vooral af INDUSTRIE GEBIED BULKENdeze LANDSCHAP HISTORI aan de Leie. Het dorp lag oorspronkelijk Brussel-Oostende. Door barrandbegroeiing aan en enkele alsgeen een lappendeken elkaar restegeregen. Repels KOUTER LANDSCHAP MEERSEN GEBIED op beide oevers van de Leie. In 1805, bij rière is Baarle afgesneden van de randbegroeiing rende bossen, meersen gelegen nabij debossen, me en enkele resterende BAARLE DORPSKERN keizerlijk decreet, werd Baarle als zelfandere deelgemeenten. De nieuwe Leie en kouters zorgen voor een open Toponie E 40 kouters zorgen voor een openlandschap. De gron wegenaanleg, woonuitbreiding, ver- landschap. De gronden worden optimaal standige gemeente afgeschaft. Het deel (hobby) landbouw. Trage wegen, idyllische kaveling, industriële inplanting heb- voor ten noorden gelegen van de Leie werd gebruikt voor (hobby) landbouw. Trage men te LEIE datidyllische het gebied in zijnkronkelende geheel als buitengeb ben een grondige wijziging gebracht ervoor aan Drongen toegevoegd en het deel wegen, zichten, landsch niettegenstaande de steeds aan het vroegere plattelandsdorp. bruikers, ten zuiden gelegen van de Leie aan Sint Leie zorgen ervoor dat het gebied in zijngroeiende w LATEMSE MEERSEN Dorpszicht en landschap kennen king. Martens–Latem. Tot 1829 lag Drongen geheel als buitengebied wordt bekeken pelijke Lintbebouwing rijgen de woonkernen aan elk niet alleen een structurele wijziging door de gebruikers, niettegenstaande volledig geïsoleerd van Gent, door het LEIE maar hebben ook de stilte geruild de steeds groeiende woonuitbreidingen creatie ontbreken van bruggen over de Leie. De voor lawaai, continue gezoem van en verstedelijking. Lintbebouwing rijgt ligging aan de Leie Is bepalend voor het INDUSTRIE GEBIED het verkeer op de autosnelweg. landschap en de nabij gelegen dorpen en de woonkernen aan elkaar ten koste van als een MEERSEN GEBIED vormt de aanwezige landschapstypolo- 2. Kouters, bulken (3) - en meersen (4) landschap. randbe BAARLE die DORPSKERN landschap zijn versnipperde gebiegieën van kouters, bulken en meersen den geworden en vertonen grote elk op zich een verschillende tijdspanne E 40 kouters betrekken in de geschiedenis. Baarle omvlekken, de woongebieden. Her en 104 | 2de jaar
LEIE
5
voor (ho ervoor d
Bebouwing De bebouwing bestaat vooral uit woonwijken, verspreid overheen het landschap. De E40 loopt dwars doorheen de verschillende woonzones en brengt dus heel veel hinder met zich mee. Bij het bezoeken van het gebied hebben we een vergelijking gedaan van afscherming met geluidsscherm of afscherming met bomen/struikengordel. Je hoort bij beiden nog steeds geluid maar veel minder bij het geluidsscherm. Een bewoner die vlak bij de autosnelweg woonde, en gescheiden was door struiken en bomen, vertelde dat hij het helemaal niet erg vond naast de autosnelweg te wonen, binnenin was het geluid bijna helemaal weg door de dubbele beglazing. Wel zou hij het erg vinden moest er een geluidscherm komen die alle zichten belemmerd, aldus de bewoner. Jammer genoeg hebben we niemand van de be-
Wegenstructuur Uit de analyse is gebleken dat snelwegen (120 km/h), hoofdwegen (90 km/h) en lokale wegen (50 km/h) bijna in elkaar overlopen. We namen de afrit en voor we het wisten waren we in het dorp. Heel gevaarlijk voor de bewoners en de scholen in de buurt, bestuurders houden deels hun snelheid aan. De afstand is veel te kort voor het op tijd door te hebben. Ook passeren er regelmatig vrachtwagens die veel lawaai maken.
woners, die gescheiden waren door een geluidsscherm, vragen kunnen stellen. Er zullen steeds voorstanders en tegenhangers zijn. Maar ik kan me voorstellen dat constant op een muur moeten kijken niet leuk is. Alhoewel er voor de muur nieuwe aanplant was van bomen en struiken waardoor je op termijn een heel ander zicht krijgt.
ZICHT & GELUID
Industrie Hier en daar hebben bedrijven zich gevestigd langs de autosnelweg, hoofdzakelijk voor de reclame. Alleen ligt de autosnelweg dicht tegen het dorp Baarle en dus ook de industrie! In het gebied is er moeilijk een onderscheid te houden, alles ligt namelijk bij elkaar. Gelukkig zijn er maar enkele bedrijven aanwezig. Het merendeel ligt iets verder op in het industrieterrein van Drongen.
1
ZICHT & GELUID
HT & GELUID
1 ▼ [zicht &2 geluid]
CHT & GELUID
Legende open zicht
geluidsmuur
3
1 1
2 2
Legende gefilterd zicht– en open zicht
geluidsmuur
geluid geluidsscherm: beplanting
3
3 Foto 1
Gedeeltelijk gefilterd zicht op open landschap Bomenrijen aan skyline Hoeve centraal in zicht Waardevol
ende gefilterd zicht– en open zicht
geluidsmuur geluidshinder in gradaties geluidsscherm: beplanting
e Foto 1 open zicht
gefilterd zicht– en
geluidsmuur
Foto 2 geluidshinder in gradaties
geluidsscherm: beplanting
Gedeeltelijk gefilterd zicht op open landschap
Open zicht op landschap
Foto 1 Bomenrijen aan skyline
Enkele solitaire bomen
Hoeve centraal in zicht
Hoeve centraal in zicht ▲[foto 1: gedeeltelijk gefilterd zicht op open landschap met bomenrijen aan skyline en hoeve centraal in zicht]
Waardevol
▲[foto Foto 2: 2 open zicht op landschap met enkele solitaire bomen] Open zicht op landschap Enkele solitaire bomen
▲[foto Foto 3: rode 3 bakstenen geluidsmuur als doeltreffende geluidswering, doch weinig esthetische oplossing] 2de jaar | 105 Rode bakstenen geluidsmuur
Zeer doeltreffende geluidswering
GEN
Bomenrijen aan skyline
- DRONGEN
Zeer waardevol Gedeeltelijk gefilterd zicht op open landschap Waardevol
Didier Buyssens - Diego Van Esbroeck - Dimitri Peeters
8.1. Voorontwerpen
▲[ontwerpend onderzoek: opening in overbrugging] ▼[ontwerpend onderzoek: ‘ecoduct’ rond de bestaande brug]
Er is brug const overb zwaa een s ontst autom niet h bove word Men zulle Krijge moge voorb bezic brug
Er zijn ook groene bermen naast de weg geplaatst om zo het hoogteverschil van de ook als veiligheid voor de recreanten die het gebied zullen gebruiken te scheiden v mechanisch verkeer.
106 | 2de jaar
10. Ontwerp nieuwe situatie
orontwerpen
8.2. Voorontwerpen
▲[ontwerpend onderzoek: verplaatsing van de bestaande brug]
►[ontwerpend onderzoek: brug over een de brug]oorspronkelijke brug kwam er een grote mogelijkheid Door de verplaatsing van ▼[ontwerpend onderzoek: verbinding door bestaande brug te verbreden] van het benutten van ruimte vrij. Zoals we op dit vlekkenplan hebben aangegeven met rode omlijning is te zien welke ruimtes gecreëerd worden. Verder zijn ook nog Andere gegevens aangegeven met pijlen en tekst zoals op de tekening te zien is.
s om een groene verbinding te maken tussen versnipperde middel van de bestaande brug extreem te verbreden zoals
2de jaar | 107
108 | 2de jaar
Maxime Jocqué - Robbert Garré - Alejandra Bolanos
2de jaar | 109
SEMINARIE STEDENBOUWKUNDE
OPDRACHTGEVERS: academische opdracht LOCATIE: Merelbeke Flora OPPERVLAKTE: +/- 2 ha PERIODE: februari - mei 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Het randstedelijk gebied Flora In het randstedelijk gebied Flora wordt een duidelijk gestructureerde stedelijke verdichting van de bebouwing nagestreefd. Het kwalitatief wonen aan de rand van de stad primeert. Hierbij dient gestreefd te worden naar woonomgevingen met een eigen identiteit en nieuwe woontypologieÍn. De aanwezigheid van de verschillende barrières wordt aangewend voor de structurering van het weefsel, waarbij ze veeleer een rol van ruggengraat spelen, dan van versperring.
op buurtniveau. Locaties van oude serrecomplexen langs deze assen geven inbreidingsmogelijkheden met verweefbare functies. Ontwikkelingen van een te grote schaal worden geweerd.
De Van Goethemstraat wordt opgewaardeerd als centrumstraat, met belangrijke accenten ter hoogte van het Flora plein - Pastoor Clausplein - en de stationsomgeving. Het station is een nieuwe aantrekkelijke centrumplek met een essentieel openbaar vervoersknooppunt. Op deze locatie staat de herwaardering van het openbaar domein voorop.
De oppervlakte beslaat ruim 2 Ha. De minimale woondichtheid is 25 woningen/ Ha. Voor de verdere uitbouw van een kwalitatieve woonomgeving te verzekeren vraagt de gemeente de ontwikkeling van een groen woonerf aansluitend met de Van Goethemstraat.
De Hundelgemsesteenweg fungeert als woonsteenweg met handel en diensten. De Fraterstraat is een belangrijke as
GEGEVEN De projectzone wordt begrensd door: in het N. : de Van Goethemstraat in het Z: de K.Elisabethlaan, in het W: de Hundelgemsesteenweg en in het 0: de Herfstlaan.
VERDICHTING MERELBEKE FLORA Rik De Vis, Ruben Joye
0
112 | 2de jaar
10m
40m
Bram Biesbrouck - Davy Dauwe - Ole D’Haeseleer
â–ź [grondplan schaal 1/750]
2de jaar | 113
Bram Biesbrouck - Davy Dauwe - Ole D’Haeseleer ▼ [profielen schaal 1/750]
114 | 2de jaar
2de jaar | 115
Jana Vos - Krisitien Luypaert - Pil Friedel
116 | 2de jaar
Hans Blanckaert - Nick Verbueken - Evi Peeters
â–ź [grondplan schaal 1/750]
0
10m
40m
2de jaar | 117
118 | 2de jaar
internationalisering: studiereis FRANKRIJKITALIË
Alle wegen leiden naar Rome: ’kunstenaarsreizen in Europa (16de – 19de eeuw) De tuinkunst van het Quattrocento’ T.O.N.M. tempus (tijd), ordo (orde), numerus (maat), mensura (tijd) 14 mei - 24 mei 2012 Begeleiders: Rik De Vis Johan Carrijn Ruben Joye ▼ [Chapelle Notre-Dame-du-Haut, Ronchamp (FR)]
▲ [Palais des Papes, Avignon (FR)] ◄ [Pont du Gard, Vers-Pont-du-Gard (FR)]
2de jaar | 119
120 | 2de jaar
▼[La Bambouseraie de Prafrance, Générargues (FR)]
◄ [Giardini Botanici Hanbury, Mortola (IT)] ▼ [Villa medicea, Castello (IT)]
▲[schetsoefening, San Gimignano (IT)] ►[Villa Reale di Marlia, Pieve di San Pancrazio (IT)] ▼[landschap, San Gimignano (IT)]
122 | 2de jaar
2de jaar | 123
▲[Villa Lante, Bagnaia (IT)] ◄[beelden Antony Gormley, San Gimignano (IT)] ▼[Parco dei Mostri, Bomarzo (IT)]
▲[Villa Taranto, Lago Maggiore (IT)] ►[Isola Bella, Lago Maggiore (IT)] ▼[Villa D’Este, Tivoli (IT)]
2de jaar | 125
3BLTA - STAGE & GRAFISCH EINDWERK 127 BACHELORSPROEF: KOUTERSLAG (MELLE)
132 BACHELORSPROEF: KOUTERSLAG (MELLE)
134 LOGE: DE OUDE DOKKEN (GENT)
138 LOGE: DE OUDE DOKKEN (GENT)
Svetlana Kozlovskaya
Jolien Starckx
Jeroen Bijl
Jolien Starckx
141 INTERNATIONALISERING: STUDIEREIS BARCELONA
3de jaar | 127
BACHELORSPROEF
OPDRACHTGEVERS: Gemeentebestuur Melle LOCATIE: Melle OPPERVLAKTE: +/- 40 ha PERIODE: september 2011 - juni 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------De gemeente Melle heeft met de Kouterslag een recreatiepool die kan uitgebouwd worden tot een belangrijk sport- en recreatiegebied op gemeentelijk niveau. De site is gelegen in een ‘omsloten groene buitenkamer’ tussen de taluds van de spoorwegen. De Kouterslag is vlot bereikbaar langsheen de Geraardbergse steenweg (N465) en is gelegen tussen de kernen Melle en Gontrode. Naast een duurzame uitbouw voor sport - en recreatie wordt eveneens aandacht gevraagd aan de ontwikkeling van de natuurlijke waarden van de Gondebeek die de site doorsnijdt en de ruimtelijke - ecologische verbindingen met het Aelmoeseneiebos , de Scheldevallei en de kasteelparken. De Bachelorproef (grafisch eindwerk) is een grafische ontwerpopdracht van formaat m. b. t. tot de publieke ruimte. De opdracht beoogt zowel de groepsdynamiek als het zelfstandig functioneren van de student te ontwikkelen. De procesmatige aanpak i. v.m. schaalinleving op macro-,meso- en microniveau en het stimuleren van een integrale ontwerpmethodiek moet de student in staat stellen een professioneel dossier met een overtuigende, consistente en realistische ontwerpvisie uit te werken naar de gangbare Europese normen van het vakgebied Landschaps- en Tuinarchitectuur.
De belangrijkste uitdaging voor de student bestaat hierin, de grote hoeveelheid aan informatie o.a. beleids- en structuurplannen, nota’s, voordrachten en flankerende lessen, aanbevolen literatuur, vaktijdschriften, opmetingsplannen en digitale gegevens enz .. omtrent de verschillende aspecten van de projectopgave en aanverwante te ‘assimileren’ en te leren ‘hoe’ daarmee om te gaan in de praktijk. Tijdens de stageperiode kan het persoonlijk verdiepen van de student in het ontwerpproces zich ontwikkelen en moet de eigen ontwerpvaardigheid en creativiteit uitdrukking krijgen. De student moet zich nu focussen om tot parkarchitecturale structuuren voorontwerpschetsen te komen. Door middel van eventuele bijsturingen aan de hand van de ontwerpconsulten en de eigen stage- ervaringen kan het verdiepen en het focussen op de verfijning van de plandoelen en kwaliteitsmaatstaven plaats vinden. Het ontwerpproces nadert de eindfase waarin de technische en administratieve onderdelen worden aangepakt. Met de nauwkeurige opmaak van de technische plannen en de administratieve vereisten overloopt de student het planningsproces en houdt hij greep op het geheel van het ontwerpdossier.
DE KOUTERSLAG Rik De Vis, Harlind Libbrecht
Svetlana Kozlovskaya 130 | 3de jaar
â–ź [grondplan schaal 1/2500]
0
10m
60m
Jolien Starckx 132 | 3de jaar
â–ź [grondplan schaal 1/2500]
3de jaar | 133
EINDLOGE
IN SAMENWERKING MET: Stad Gent - dienst Stedenbouw & Ruimtelijke Planning LOCATIE: Gent OPPERVLAKTE: 1,4 ha PERIODE: juni 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------De loge is een geïntegreerde ontwerpproef waarbij beroep wordt gedaan op de individuele en parate ontwerpvaardigheid voor een groenobject van beperkte omvang, welke van een beginnend Landschaps- en Tuinarchitect mag verwacht worden. CRITERIA • De analyseeren de synthetiseercompetenties om snel duidelijke uitgangspunten te formuleren en in de gestelde ruimtelijke context te evalueren, zullen getoetst worden a.d.h.v. structuurschetsen, profielen, enz... (bevraging en potenties van het terrein, interne en externe circulatie en relatie, oriëntatie, interpretatie en implementatie van het programma, enz...). • Vooral het creatief vermogen (verhaallijn, ontwerpidee) en de ruimtelijke opbouwcompetentie om een duurzame architecturale oplossing te creëren zal bevraagd worden. De ontwerpvisie dient in een duidelijke en leesbare ontwerptekening met een krachtige grafiek uitgedrukt te worden. • De vaktechnische inzichten en vaardigheden drukken zich uit in een verantwoord gebruik van planten, materiaalkeuze, technieken en constructies. Zij zullen uitdrukking krijgen in de daartoe geijkte technische tekeningen.
OPDRACHT en PROGRAMMA De komende vijftien jaar verandert de omgeving van de drie oudste dokken van Gent in een volledig nieuw stadsdeel aan het water. In het gebied tussen de Damppoort en de wijk Muide verrijzen ongeveer 1.500 nieuwe woningen. Daarnaast is er plaats voor parken en woongroen, een kinderdagverblijf, een school, kantoren en lokale kleinhandel. Een wateroppervlak van 14 Ha, mooi gerestaureerde kaaivlakken en talrijke verwijzingen naar het industriële verleden van de buurt geven deze omgeving een uniek karakter. Daarbij zorgen bijkomende bruggen voor fietsers en voetgangers voor een perfecte aansluiting op de historische binnenstad. Programmapunten voor het wijkpark rond de betoncentrale: • Sportkooi • Skatezone • Speelterreintje voor peuters en kleuters ( zand en water) • Avontuurlijke speelzone voor jonge schoolkinderen 6 – 12 jarigen. • Evenementenplein gekoppeld aan de betoncentrale. • Doorlopende promenade voor fietsers en wandelaars langs de kaai. • Aansluiting voor fietsers op de Handelsdokbrug
DE OUDE DOKKEN Rik De Vis
Jeroen Bijl
â–ź [ontwerpplan schaal 1/500]
136 | 3de jaar
0
5m
25m
3de jaar | 137
Jolien Starckx 138 | 3de jaar
â–ź [ontwerpplan schaal 1/500]
0
5m
25m
140 | 3de jaar
internationalisering: studiereis Barcelona
17 oktober - 21 oktober 2011 Begeleiders: Dirk Baele Luc Deschepper Harlind Libbrecht
▲[Parc de l’España Industrial, Barcelona (ES)] ►[Parc de l’España Industrial, Barcelona (ES)] ▼[TMB parc, Barcelona (ES)]
3de jaar | 141
◄ [zicht vanaf de Montjuic, Barcelona (ES)] ▼ [parc de la Solidaritat, Barcelona (ES)]
▲[Parc de la Trinitat, Barcelona (ES)] ►[Parc central de diagonal Poblenou, Barcelona (ES)] ▼[Parc Estacio del Nord, Barcelona (ES)]
142 | 3de jaar
3de jaar | 143
LANDSCHAPSVORMING
BaNABA LANDSCHAPsontwikkeling 146 Landschapsanalyse i.f.v. het maken van een landschappelijkE erfgoed-route (DOEL)
152 Opwaardering van de ruime omgeving van de gemeente Camber (CAMBER, VK)
Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, Christine Van Roste
Sébastien Decock, Michelle Janssens, Christiene Van Roste, Joris Waumans
160 Ccaspar : Klimaat buffers (REGIO DIKSMUIDE) Kevin Favere, Michelle Janssens, Jimmy Pijcke Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, ChrisƟne Van Roste
BaL | 145
PROJECTEN LANDSCHAPSONTWERP I
OPDRACHTGEVERS: academische opdracht IN SAMENWERKING MET: Wageningen University - Hogeschool Van Hall Larenstein (NL) LOCATIE: Hedwige- en Prosperpolder OPPERVLAKTE: +/- 170 ha PERIODE: september-november 2011 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het studiegebied bevindt zich in de Hedwigeen de Prosperpolder op de grens van de provincie Oost-Vlaanderen met Nederland. Beide gebieden zouden worden ontpolderd, en bijgevolg terug worden gegeven aan de natuur. Na een lange discussie werd door Nederland beslist dat ontpolderen geen prioriteit meer is. Het doel van deze opdracht was het analyseren van de landschapsstructuur van de ruime omgeving in functie van het ontwikkelen van een fiets- wandelroute waar zowel historische als hedendaagse landschappen kunnen worden beleefd. Bij een wetenschappelijke landschapsanalyse inventariseert men via kaartstudie en terreinstudie abiotische, biotische en antropogene elementen. Hier was het ook de bedoeling om bijkomend aan de hand
van een persoonlijke analyse van opvallende elementen en waarnemingen het landschap te beschrijven en te memoriseren. Uit deze landschapsbeleving kon de inspiratie ontstaan om een erfgoedroute te ontwikkelen, waar het publiek het historische landschap kan herkennen. Het gaat hierbij om een creatief proces, waarbij inspiratie wordt gevonden in waargenomen elementen. Er werd tijdens de terreinstudie een ‘mindmap’ gemaakt van de elementen die de student opvallen. Daarnaast werd vanuit de geanalyseerde ruimtelijke structuur nagegaan wat de meest gave plaatsen (bouwkundig erfgoed, landschappelijk erfgoed) zijn om in de route te verwerken. Het project verliep parallel met een ontwerpproject van studenten van Wageningen University in hetzelfde gebied.
Landschapsanalyse in functie van het maken van een landschappelijkE erfgoed-route
Harlind Libbrecht
Nick Denisse - Helena Devaere - Kevin Favere - Deirdre Goossens - Christ ne Van Roste
LANDSCHAPSVORMING
MINDMAP
148 | BaL
▲[mindmap] ▼[dijken- en polderlandschap]
Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, ChrisƟne Van Roste
LANDSCHAPSVORMING
LANDSCHAPSVORMING
LANDSCHAPSVORMING
LANDSCHAPSVORMING
Nick Denisse,
▼[polder- en krekenlandschap]
Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, ChrisƟne Van Roste Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, ChrisƟne Van Roste
LANDSCHAPSVORMING
LANDSCHAPSVORMING
▼[krekenlandschap]
Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, ChrisƟne
Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, ChrisƟne Van BaL Roste|
149
Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Deirdre Goossens, ChrisƟne Van Roste
Nick Denisse - Helena Devaere - Kevin Favere - Deirdre Goossens - Christ ne Van Roste
▼[wandelroutes en recreatieve mogelijkheden]
NICK DENISSE, HELENA DEVAERE, KEVIN FAVERE, DEIRDRE GOOSSENS, CHRISTINE VAN ROSTE
& CONCEPTEN
81
DENKPISTES
▼[fietsroute op de dijk]
▼[fietsroute op een tussenetage]
U
Nick Denisse, Helena Devaere, Kevin Favere, Dei O H
▼[fietsroute aan de voet van de dijk]
BaL | 151
PROJECTEN LANDSCHAPSONTWERP I
OPDRACHTGEVERS: Interreg IV project 21st Century Parks IN SAMENWERKING MET: stadsbestuur Oostende, Rother District Council LOCATIE: omgeving Rye en Camber (Zuid-Engeland) OPPERVLAKTE: +/- 700 ha PERIODE: november-december 2011 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
In het kader van het Europees samenwerkingsproject ‘21th Century Parks’ worden voorstellen geformuleerd voor een landschappelijk verantwoorde ontwikkeling van de omgeving van Camber, een dorp in zuid-Engeland. Een belangrijk probleem in de gemeente Camber is de toeristische overdruk op zonnige dagen tijdens de zomer. Gedurende een twintigtal dagen wordt de gemeente overspoeld door toeristen die Camber omwille van zijn uitgestrekte zandstrand aandoen. Dit heeft voor gevolg dat de gemeente op die dagen wordt omgevormd tot een parkeerplaats. Hiervoor wordt gezocht naar alternatieven. Daarnaast legt de Golf Club een gedeeltelijke hypotheek op een directe verbinding met het toeristische stadje Rye, waardoor een herstel van de
historische tramverbinding op het identieke tracé moeilijk is. Bovendien vormt het kanaal naar Rye een hindernis voor een rechtstreekse verbinding met de stad. De opdracht werd beschouwd als een brainstormsessie, die ideeën naar voor moest brengen om de landschappelijke en ruimtelijke ontwikkeling in het gebied nieuwe impulsen te geven. Hierin werd niet gestreefd naar een eng keurslijf, maar konden alle ideeën hun plaats vinden. De resultaten werden door de studenten gepresenteerd voor de betrokken besturen in het voorjaar van 2012. Op basis van de verschillende voorstellen kon de Rother District Council inspiratie opdoen voor de verdere ontwikkeling van de omgeving van Camber.
opwaardering van de ruime omgeving van de gemeente Camber
Harlind Libbrecht, Sylvie Van Damme
TY
LEGE
Sébastien Decock - Michelle Janssens - Christiene Van Roste - Joris Waumans
LEGE
ed, ber ed, ye, ber ye,
is are is hin are ort hin te, ort ur. te, ed ur. alt ed LITY s. alt s. es mited, ng amber es o Rye, ng
ess is y are Within nsport route, hour. ocated sphalt unes.
LEGEND
LEGEND
LEGEND
LEGEND
LEGEND
atives riking s.
LEGEND
wikkeling | Academiejaar: 2011 - 2012 | Michelle Janssens, Sébastien Decock, Stiene Van Ro
wikkeling | Academiejaar: 2011 - 2012 | Michelle Janssens, Sébastien Decock, Stiene Van Ro
URES
LANDSCAPE STRUCTURES
SWOT - LANDSCAPE LEGEND Water can be seen as both a structuring element as a physical threat in the surrounding area of the village. It is still an uncertainty what effects of climate change can have in coastal areas, such as floods,... On the other hand the water has an effect on human activities and gives a certain identity to the place. Rye Harbour Nature Reserve ▼ [canal]
▼ [passage through dunes]
21
ng element as a physical threat in the surrounding area what effects of climate change can have in coastal areas, he water has an effect on human activities and gives a
LANDSCAPE STRUCTURES
Canal
LEGEND
▼ [Camber camp site seen from marshes]
Camber Camp site seen from marshes
Camber Camp site seen from marshes
Passage through dunes ▼ [Rye Harbour Nature Reserve]
Rye Harbour Nature Reserve
BaL Joris | 155 Wauma Hogeschool Gent | Banaba Landschapsontwikkeling | Academiejaar: 2011 - 2012 | Michelle Janssens, Sébastien Decock, Stiene Van Roste,
Camber Sands
156 | BaL
SĂŠbastien Decock - Michelle Janssens - Christiene Van Roste - Joris Waumans
BaL | 157
DIKE IMPROVEMENT DIKE IMPROVEMENT
▼ [dike current situation]
Currant situation Currant situation
DESIGN DESIGN
Sébastien Decock - Michelle Janssens - Christiene Van Roste - Joris Waumans
▼ [before & after: for pedestrians & bikes]& bikes Bridge forbridge pedestrians
▼ [dike future situation: improvement & climate control]
Future situation
Busstop Camber Park
Future situation
▼ [section through transit zone]
66 66
Hogeschool Gent | Banaba Landschapsontwikkeling | Academiejaar: 2011 - 2012 | Michelle Janssens, Sébastien Decock, Stiene Van Roste, Joris Waumans Hogeschool Gent | Banaba Landschapsontwikkeling | Academiejaar: 2011 - 2012 | Michelle Janssens, Sébastien Decock, Stiene Van Roste, Joris Waumans
Section through Transit Zone
158 | BaL 59
Currant situation Currant situation ▼ [current situation]
Dune recovery Dune recovery Dune recovery ▼ [dune recovery]
Beach Square Beach Square Beach Square ▼ [beach square]
BaL | 159
PROJECTEN LANDSCHAPSONTWERP II
OPDRACHTGEVERS: Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) LOCATIE: Ijzervallei, regio Diksmuide OPPERVLAKTE: +/- 90.000 ha PERIODE: februari-maart 2012 -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Natuurlijke klimaatbuffers dienen om een gebied klimaatbestendiger te maken. Dat houdt in dat allerlei aantastingen en bedreigingen (ecologisch, economisch, hydrologisch) ten gevolge van klimaatverandering door middel van ruimtelijke planning en ontwerp kunnen worden verminderd of gecompenseerd, waarbij de aanleg van buffergebieden op kritieke locaties centraal staat. Elk studententeam kreeg binnen het IJzerbekken een focusgebied toegewezen. Het doel van deze opdracht was het opstellen van landschapsontwerpen waarin door middel van ontwerpend onderzoek werd gezocht naar coherente concepten voor de adaptatie van ruimtelijke structuren op meso- en microschaal om de effecten van klimaatsverandering op een duurzame manier aan te pakken in dit focusgebied. We gingen er van uit dat klimaatbuffers zo kunnen worden ingericht dat er een win-win-situatie wordt gecreĂŤerd.
Naast hun primaire effecten ten aanzien van klimaatsverandering kunnen door klimaatbuffers ook secundaire positieve effecten optreden voor onder andere wonen, cultuurhistorie, recreatie en natuur. Daarom diende te worden gezocht naar concrete inrichtingsvoorstellen voor het landschap, waarin op basis van een gebiedsvisie werd gezocht naar de afstemming tussen de zorg voor erfgoed, natuur en recreatie en bestaande en te verwachten economische activiteiten, zoals landbouw, bedrijvigheid, industrie en wonen. Het project kadert in het CCASPARproject, een interuniversitair en – disciplinair Strategisch Basis-Onderzoek [SBO] gefinancierd door het agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie [IWT]. Het CCASPAR-project onderzoekt mogelijke visies voor een meer adaptieve benadering van veranderingen in ruimtelijke structuren ten gevolge van klimaatsverandering.
Ccaspar: Klimaatbuffers
Sylvie Van Damme, Harlind Libbrecht, Pieter ForĂŠ
▼ [zoekzones (CCASPAR)]
162 | BaL
Kevin Favere - Michelle Janssens - Jimmy Pijcke
â–˛[waterproblemen in dorp en stad] â–ź[waterproblemen in het buitengebied]
BaL | 163
164 | BaL
Kevin Favere - Michelle Janssens - Jimmy Pijcke
â–ź [klimaatsplan]
BaL | 165
166 | BaL
Kevin Favere - Michelle Janssens - Jimmy Pijcke
BaL | 167
COLOFON JAARBOEK 2011-2012 Bachelor in de Landschaps- en Tuinarchitectuur Bachelor na bachelor in de Landschapsontwikkeling UITGAVE: Hogeschool Gent, School of Arts KASK REDACTIE: Ruben Joye Luc Deschepper VORMGEVING: Ruben Joye BEELDVERANTWOORDING: Jonas Arndt: 32(2-3) Bing Maps: 84, 111 Kevin Claeys: 128 Nele De Cock: 40, 46, 52 Paul Deroose: 16, 17, 18, 19, 20, 21 Luc Deschepper: 7(1-2), 9, 10(1-2), 11(4-5), 78, 89, 90, 96, 97, 98, 100, 101, 115, 141, 142, 143 Rik De Vis: 120, 123 Jeroen Geudens: 32(1), 33(2) Steven Heyde: 24 Frank Hurley, Australian War Museum: 23 Johan IsselĂŠe: 7(3), 74(2-3-4-5) Julia Jakisch: 33(1) Ruben Joye: omslagfoto, 10(3), 11(1-2-3), 119, 121, 122, 124, 125, 152 Memorial Museum Passchendaele 1917: 23 Caroline Poullier: 36 Heleen Van Boxelaere: 134 Ivan Vanbroekhoven: 71, 73, 74(1), 75 Joris Verbeken: 25 Johan Wieland: 146 Guy Sie: 160 DRUK: PMR De Nobele, Gent OPLAGE: 300 exemplaren Gent, oktober 2012
colofon | 169